<<

Inhoudsopgave

blz Inhoud 1

Van de redactie 2

Heukelmans en Simmelink 3

|Petroleumventers 12

Het 1000 woningen plan 21

Unieke foto’s 31

Herinneringen aan het Boereveld 35

Colofon 44

Het logo van Heemkundekring Vredewold-West, naar ontwerp van H. Dullink, heeft betrek- king op het gebied waarin onze dorpen liggen. De gegolfde lijnen onderin geven de vele watertjes aan die in dit gebied stromen en gestroomd hebben. Ook hebben ze betrekking op Mar-heim, gemeente grenzend aan water. De gebogen lijn is een Typha Latifolia oftewel een Grote Lisdodde, in de volksmond ook wel tourebout of rietsigaar genoemd. Deze plant komt in ons gebied veel voor en is kenmerkend.

1 Van de redactie

Van de redactie

Zoals wel vaker liepen we ook bij deze editie tegen het volgende probleem aan: ‘Veel tekst, te weinig ruimte’. Eigenlijk zouden we daar blij mee moeten zijn, er is dan immers genoeg kopij om ‘t Olde Guet te vullen. Maar we hebben er een vaste afspraak over: een artikel mag niet meer dan 8 pagina’s vullen. Zo komen meer onderwerpen aan bod en is er voor de lezer meer variëteit.

Voor de schrijver is die beperking natuurlijk een handicap. Bij het schrijven van een artikel wil je graag alles kwijt wat je weet over een bepaald onderwerp. De redactie vindt het vaak moeilijk te moeten selecteren in een artikel. Bij een professionele organisatie heeft men daar geen moeite mee, maar bij onze vereniging ligt dat toch iets anders.

Hoewel onze voorkeur er dus niet naar uitgaat, hebben we de bijdrage van Geert Braam over petroleumventers toch een paar pagina’s meer gegeven. Van het artikel dat Jannes Kuiper heeft geschreven over zijn jeugdherinneringen aan het wonen op het Boereveld, hebben we twee delen gemaakt. Zo hoefden we weinig te schrappen en komen hun verhalen beter tot zijn recht.

Henk van der Wijk heeft een stuk geschreven over dr. Heukelman en de familie Simmelink. Zowel Heukelman als de familie Simmelink hebben in gewoond en er zijn in Tolbert na- men naar hen vernoemd. Een interessant stukje geschiedenis.

Gonneke Teeuwen heeft zich verdiept in ‘Het 1000 Woningenplan’ dat begin jaren ‘50 zorgde voor de eerste serie naoorlogse nieuwbouwwoningen binnen onze gemeente. Een interessant onderwerp, dat in deze tijd weer heel actueel blijkt te zijn.

Soms loop je zomaar tegen een onderwerp aan om iets over te schrijven. Dat was het geval met het stukje over de bijzondere foto’s van juf Nel van der Schaaf. Op de website van Simon van der Goot – www.ditiswesterkwartier.nl - lazen we daar iets over en dachten er goed aan te doen de leuke foto’s ook in ’t Olde Guet te laten zien.

We hopen dat u deze uitgave van ’t Olde Guet weer met plezier zult lezen.

Namens de redactie,

Cobi Olijve

2 Dr. Heukelman en de familie Simmelink

Henk van der Wijk

In Tolbert vindt men twee straatnaambordjes, die uiteraard onlosmakelijk zijn verbonden met dit dorp:‘Dokter Heukelmanstraat’ en ‘Adriaan Simmelinkstraat’. Minder bekend is dat dokter Heukelman in januari 1873 uit het Gelderse Lochem naar Marum verhuisde, drie maanden later gevolgd door de familie Simmelink. Vader Simmelink was in Lochem de koetsier van de dokter geweest en werd dat in Marum wederom. Hoewel hun levens zich grotendeels buiten Marum afspeelden, is het toch een interes- sant stukje geschiedenis behorende bij onze gemeente, omdat Heukelman en vier leden van de Simmelink familie in Marum ter aarde werden besteld in een van de weinige gra- ven dat voorzien is van een hekwerk. Bovendien is Adriaan Simmelink in Marum geboren. Mijn dank gaat uit naar Wil Sikkens, namens Archief Fredewalda, Tolbert en Eddy ter Braak van het Historisch Genootschap Lochem, Laren, Barchem voor hun bijdrage aan dit verhaal.

Dr. Jan Heukelman Jan en Fredrika kregen op deze plek zeven Zoals gezegd kwam de familie Heukelman kinderen. In 1837 kwam zoon Jan als vierde uit Gelderland, waar de naam al in de 17e kind en als tweede zoon ter wereld. Hij werd eeuw terug te vinden is in de kerkboeken. geen molenaar zoals zijn vader. Zijn oudste In 1827 trad de uit Zutphen afkomstige Jan zus en haar man namen de molen later Heukelman in het huwelijk met zijn jonge over. De reden waarom Jan een studie tot bruid Fredrika Geertruij Gerhardina Leefers. arts ging volgen kwam van moederszijde: Het huwelijk vond plaats in Borculo, waar grootvader Godfried Leefers was huisarts Fredrika was geboren en daar bleven ze ook geweest in Borculo. wonen. Jan had nog geen beroep, maar zijn stiefvader Hendrik Reerink had in 1819 de watermolen ‘Oliemölle’ in Borculo gekocht en zo werd Jan enkele jaren na het huwelijk huurder van deze molen en boefende er sindsdien het vak van oliemolenaar.

Van de dokter zijn geen foto’s bekend. Dit zijn de ouders Jan Heukelman (1800-1885) en Fredrika Heukelman-Leefers (1808-1872). (bron: familie Anton en Rita Schaars)

Jan Heukelman volgde zijn studie aan In de linker molen, de Oliemölle, werd het Athenaeum Illustre in Amsterdam, dokter Heukelman geboren. De witte maar omdat hier niet kon worden molen is ‘De Stenen Tafel’. De molens afgestudeerd gebeurde dit in 1860 in staan aan weerszijden van de Walbeek Leiden. Hij promoveerde er tot doctor in de in Borculo. (bron: schilderij van W.C. geneeskunde. Zijn proefschrift ging over de Nakken, familie Anton en Rita Schaars) behandeling van tyfus met kinine.

3 Tot zijn afstuderen had hij als inwonend bij hem hoger was dan bij de andere arts in assistent-geneesheer gewerkt aan het Lochem, terwijl deze in het bezit was van Binnen-Gasthuis in de hoofdstad. een paard en Heukelman niet. In 1864 verhuurde Heukelman een deel van In oktober 1861 studeerde hij wederom in zijn woning aan Adriaan Johan Frederik Leiden af, nu als doctor in de verloskunde Hendrikus Philippus Simmelink en zijn en nog datzelfde jaar werd hij benoemd tot vrouw Hendrike Bats. Ze waren datzelfde geneesheer te Lochem, terug in Gelderland. jaar getrouwd in Lochem en vonden woonruimte bij Heukelman. Simmelink was Afstamming van dr. Jan Heukelman geboren in Lochem op 1 februari 1835, zijn vrouw Hendrike bijna twee jaar later in 1. Jan Heuckelhuijsen (1657 - >1693) Exel onder Laren bij Lochem. Simmelink trouwt 1676 met: was verver van beroep en de laatste jaren Berentje ten Have (±1655 - >1693) dat Heukelman werkzaam was in Lochem tevens diens koetsier. Het verging het gezin 2. Derk Heukelman (1683 - <1744) Simmelink in Lochem niet zo best. Van de trouwt 1712 met: zes kinderen die werden geboren tussen Marija ten Oever (±1690 - 17??) 1865 en 1872, overleden er drie jong en werd er een levenloos geboren. 3. Jan Heukelman (1716 - ±1791) trouwt 1744 met: Aanstelling in Marum Gueltjen Tiaank (±1720 - ±1791) Waarom Heukelman in 1873 naar Marum vertrok is niet duidelijk. Een mogelijkheid 4. Jan Heukelman (1758 - 1806) zou kunnen zijn dat zijn al eerder genoemde trouwt 1797 met: zus Magdalina Helena hem heeft getipt Theodora van Campen (1772 - 1843) over de vacature in Marum. Ze was in 1867 namelijk getrouwd met de bierbrouwer Joost 5. Jan Heukelman (1800 - 1885) Wijnveldt en na hun huwelijk vertrokken trouwt 1827 met: zij naar Hoogkerk. Joost was daar een Fredrika Geertruij G. Leefers jaar eerder medeoprichter geweest van de (1808 - 1872) Groninger Stoom-Bierbrouwerij ‘Artevelde’, gevestigd in de Elmersmaborg te Hoogkerk. 6. Dr. Jan Heukelman (1837 - 1902) Het Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde maakt al in februari 1872 melding van de aanstelling van Heukelman als ‘gemeente- geneesheer’ te Marum, hoewel hij pas op 4 De familie Simmelink januari 1873 in Marum wordt ingeschreven in Op 15 november 1861 liet de nieuwbakken het bevolkingsregister. Enkele regels verder huisarts Heukelman zich inschrijven in het wordt tevens het vertrek van geneesheer bevolkingsregister van Lochem op het adres Albertus Holsheimer aangekondigd. Deze waar zich nu Nieuwstad 5 bevindt. Anderhalf verliet volgens het bevolkingsregister de jaar later trok zijn jongste Magdalina Helena gemeente Marum pas op 8 februari 1874 bij hem in mogelijk om voor hem, als om zich vervolgens in Haarlem te vestigen. alleenstaande, de huishouding te verzorgen. Waar Heukelman precies neerstreek in Heukelman was niet de enige arts in Lochem. de gemeente Marum is niet duidelijk. Het Hij werd als tweede arts aangesteld naast bevolkingsregister maakt geen melding van de al in Lochem praktiserende en in deze een huisnummer. Wel is bekend dat Adriaan omstreken zeer bekende huisarts Etienne Simmelink met zijn gezin op 23 april 1873 Daniël Cartier van Dissel. intrekt bij Jan Heukelman. Simmelink blijft Waarschijnlijk bezocht de nieuwe huisarts ook in Marum fungeren als koetsier voor de zijn patiënten te voet, omdat hij bezwaar nieuwe gemeente-geneesheer. aantekende tegen de patentbelasting, die

4 Extract uit het Ned. Tijdschrift voor de Hendrike verliet Bakker in 1887 en werd Geneeskunde van 11 februari 1872. Dee dienstbode op kasteel Vorden. Hendrikus benoeming van Heukelman en het vertrek was al eerder naar Tolbert teruggekeerd. Hij van Holsheimer. moet zich bij Heukelman beter thuis gevoeld hebben. Hendrikus was in Tolbert inmiddels Het gezin van Adriaan en Hendrike wordt op in de voetsporen van zijn vader getreden 3 augustus 1874 uitgebreid met het laatste en werd koetsier van de dokter. Adrianus kind, genaamd Adrianus. Het enige kind dat (Adriaan) werd bij familie van zijn moeder in Marum werd geboren. in Exel ondergebracht en vindt in 1889 Het geluk is echter van korte duur. Vader onderdak als dienstknecht bij Okko Jacobus Adriaan was ‘borstlijder’, mogelijk had hij Bekker, muziekmeester in Meppel. Grote astma of tuberculose, waaraan hij op 6 kans dat hier zijn passie voor muziek tot uiting februari 1875 bezweek. Op de begraafplaats kwam en door Bekker werd gestimuleerd. rond de Romaanse kerk van Marum werd door de arts een zestal graven aangekocht voor hem en de familie Simmelink en Adriaan werd hier als eerste begraven.

Gezamenlijk naar Tolbert De exacte reden van het kortstondige verblijf in Marum is onduidelijk, maar op 24 juni 1875 vertrekt de dokter met het gezin Simmelink naar Tolbert, waar Heukelman als geneesheer wordt aangesteld. Dat hij van zins was om hier langer te blijven dan in Marum, blijkt uit het feit dat hij nog in het jaar van zijn aanstelling een woning koopt, nu Hoofdstraat 59-61. De woning aan de Hoofdstraat in Tolbert In 1882 overlijdt dochter Aaltjen Simmelink die Heukelman in 1875 koopt (bron: Bralt ook aan tuberculose en ze wordt vanuit Hovinga, Fredewalda, Tolbert) Tolbert begraven bij haar vader in Marum. Hoewel het erop lijkt dat de verstandhouding Goede tijden tussen het gezin en de dokter prima was, Dat het Heukelman financieel voor de wind vertrekt Hendrike, de weduwe Simmelink, in is gegaan is duidelijk. Mogelijk had hij 1883 met haar zonen Hendrikus en Adrianus geërfd na het overlijden van zijn ouders in terug naar Lochum. Waarom ze de dokter 1872 en 1885. In de eerste zeventien jaren verlaten blijft onduidelijk. Was het ongepast van zijn verblijf in Tolbert verrijkt hij zich om als vrijgezel met een weduwe samen met de aanschaf van ruim 11½ hectare te wonen? Een andere mogelijke reden landbouwgrond aldaar. van vertrek is de Lochemse weduwnaar en In 1890 overlijdt Hendrike Bats, zijn trouwe tuinman Cornelis Bakker. Hendrike trouwde huishoudster. Of betekende zij meer in 1884 met hem en trok met haar zoons voor de vrijgezelle dokter? Aangezien ze bij hem in. Het huwelijk bleek geen succes. leeftijdsgenoten waren was de verhouding

5 mogelijk romantischer dan de feiten doen Hoofdstraat stond, waar later Roelf Lourens vermoeden. een slachterij bestierde. Hier stond in Op 15 juni 1891 is Heukelman van zins 1892 een huis met ijskelder van Wilhelmus om zijn roeping te beëindigen. In de krant Johannes Huizinga, die het dat jaar verkocht plaatst hij een advertentie voor het vinden aan de ‘N.V. Stoomzuivel- en Meelfabriek’. van een opvolger: Het jaar daarop werd het eigendom van Heukelman. Het was duidelijk dat de “Dr. Heukelman, te Tolbert (Gr.) wenscht dokter het belangrijk vond om te voorzien om red. v. gezondheid tegen het najaar in de toekomst van zijn pleegzonen. Praktijk c. annex op gemakkelijke wijze Adriaan mocht een muziekopleiding over te doen” volgen en Hendrikus werd directeur van de boterfabriek. Dit is niet gelukt, want de arts bleef nog jaren in functie. Hij moet het toch echt van plan In 1895 kocht Hendrikus samen met de zijn geweest, omdat hij de dokterswoning Amsterdamse koopman Willem van Drielst al had verkocht aan Maike Willemsen, later de zuivelfabriek van Heukelman. Hendrikus echtgenote van huisarts Johan Hendrik kon niet lang genieten van zijn nieuwe status Blankstein, die uiteindelijk niet in Tolbert als directeur. Evenals, zijn vader en zusje ging praktiseren. Heukelman kocht de had hij de gevreesde borstziekte. Ook hij dokterswoning weer terug. Hij had elders overleed daaraan, op 30 juni 1895 in Tolbert, in Tolbert al een boerderijtje aangeschaft slechts 24 jaar oud. om te rentenieren (nu Zuiderweg 8), die hij vervolgens weer verkocht. Ondanks dat de familie reeds jaren in Tolbert woonde, werd ook Hendrikus Simmelink De merkwaardigste aankoop van de arts begraven in het grote omheinde familiegraf was de boterfabriek die destijds aan de in Marum, dat in 1875 was aangeschaft.Van

De zuivelfabriek, nu Hoofdstraat 68a en 70, waar nadien slagerij Lourens was gevestigd. De foto is van voor 1900, maar of Simmelink erop staat is onduidelijk (bron: Archief Fredewalda, Tolbert)

6 Drielst bleef nog eigenaar van de boterfabriek voorbereid, als je onderstaande anekdote tot 1898, toen het werd verkocht aan Jan voor waar aanneemt tenminste. De familie uit Douwe Huizinga, de zoon van degene die Borculo, waar hij nauwelijks nog contacten de fabriek in 1893 aan Heukelman verkocht. mee onderhield sinds hij Gelderland had verlaten, werd wel uitgenodigd op de begrafenis. Waarom de relatie niet goed was kan te verklaren zijn uit zijn levenswijze: hij trouwde nooit, maar woonde zijn halve leven samen met een huishoudster en had haar zonen als de zijne aangenomen.

De rouwadvertentie van Hendrikus in het Nieuwsblad v/h Noorden met foutieve schrijfwijze van de familienaam

Dat Adriaan de fabriek niet overnam is niet vreemd. Ten eerste was ook hij borstlijder, De rouwadvertentie van Dr. Heukelman het werk zou fysiek te zwaar zijn. Bovendien was muziek zijn passie geworden. Wel was Ook Heukelman had de wens om te worden hij, net als zijn broer voor hem, nog enige begraven in het familiegraf in Marum, maar tijd koetsier geweest voor de dokter. In een dit zou niet op de reguliere manier gebeuren. ingezonden stuk herinnert een vrouw uit Onderstaand het hilarische verhaal over de Noordhorn zich nog dat ze als dienstbode uitvaart van de geneesheer, geschreven werkte voor herbergier Groenendal, in café circa 1960: ‘In de Klaver’ op de grens van Nuis en Niebert. Wekelijks kwam Heukelman er met De oude dorpsdokter was nog maar net zijn koetsier Adriaan zijn koffie (of borrel) overleden. Hij had zo’n 20 jaar in het verteren en zorgde de dienstbode voor het dorp gewoond, was vrijgezel en had een paard. Simmelink gaf haar steevast een fooi huishoudster. Hij reed op een zware motor, voor de goede zorgen. een Harley-Davidson, was gekleed in leer, had laarzen aan en een helm op. Hij Maar zoals in bovenstaande rouwadvertentie lustte graag een borrel, maar was nooit al is te zien, woont hij in 1895 al in Antwerpen. onbekwaam. Hij had Tolbert verlaten, om zich elders Hij was dag en nacht te bereiken en vrije verder te ontplooien in de muziek. Mogelijk dagen kende hij niet. Hij was zeer gezien aan het conservatorium in , waar als arts, maar privé bemoeide hij zich met hij ook een woning had. Vanwege zijn verblijf niemand. Hoewel hij wel familie had, kwam in Antwerpen is het ook niet ondenkbaar dat deze nooit bij hem. Hij was, zo wist de hij aan de gerenommeerde muziekacademie voorzitter van de begrafenisvereniging, van van Gent onderwijs genoot. zeer goede huize uit Holland. Zijn privéleven zou de oorzaak kunnen zijn Merkwaardige nalatenschap dat broers en zusters weinig of geen contact Hoewel Heukelman in 1891 de praktijk al van met hem onderhielden. In die tijd, zo’n 65 de hand wil doen om gezondheidsredenen, jaar geleden, was nog veel onbespreekbaar blijft hij nog minimaal acht jaar in functie, wat wij nu als gewoon ervaren. Hij moet enig maar waarschijnlijk zelfs tot zijn dood. vermogen hebben gehad uit familiebezit Hij overlijdt op 20 maart 1902 in Tolbert. plus in het dorp een groot zgn. doktershuis. Hij had zijn dood en de dagen erna goed

7 Hij had bij de notaris alles goed vastgelegd. verder, want ook de koetsiers hadden dorst Toen de dokter vrij plotseling stierf, werd de gekregen en men heeft ook niet iedere dag ‘deftige familie’ opgeroepen en het testament zo’n karweitje. voorgelezen. Dat was even schrikken en De volgende dag ging de penningmeester slikken! Postuum werd de familie een hak samen met de notaris opnieuw de route gezet. Wie wilde erven, behoefde maar aan langs om overal af te rekenen. één voorwaarde te voldoen. En dat was: (Bron: Thanatos, de geschiedenis van de de dokter wenste begraven te worden op laatste eer van H.L. Kok uit 2005) het kerkhof te Marum, zo’n 10 km. verder. Tijdens deze tocht moest iedereen, behalve Nu kan deze gebeurtenis wel met een beste de koetsiers, bij iedere kroeg één borrel korrel zout worden genomen. Historisch zijn drinken, zowel op de heen- als de terugreis. enkele zaken niet juist. De eerste Harley- In het café van de penningmeester Davidson reed pas in 1903 van de band stond ‘oald dokter’ opgebaard, naast het (Er was later in Tolbert wel een dr. De Haan biljart voor de tapkast, met volgens de met een motor) en het was pleegzoon bestuursleden een lach op zijn gezicht. Adriaan Simmelink die alle bezittingen van Hij stond in een vertrouwde omgeving. de dokter erfde en niet zijn zogenaamde Aangezien men overlegd had om op het deftige familie uit Holland (lees: Gelderland). kerkhof geen toespraken te houden, dit Maar de amusementswaarde is er natuurlijk gezien de ‘gezegde’ toestand waarin de niet minder om. Heukelman was de vijfde stoet de dodenakker zou betreden, werd en laatste van de ’familie Simmelink’ die in de dienst in het café gehouden, voordat de Marum werd begraven. stoet vertrok. Met verstijfde, ‘pokhouten’ gezichten Adriaan Simmelink (volgens de aanspreker die een zwager van de Adriaan was na de dood van zijn pleegvader penningmeester was), zaten de familieleden als enige overgebleven en hij erfde al zijn voor zich uit te staren, gebukt onder de bezittingen. Hij kwam nog regelmatig schande die hun broer hun aandeed ten terug naar Tolbert, waar de landerijen aanschouwe van een stel boerenpummels. werden verhuurd en de dokterswoning De stoet vertrok, lopende met alleen twee aangehouden werd. Hij kwam om zijn volgrijtuigen, waarin de familie, met de vrienden te ontmoeten, wanneer hij in de gordijntjes stijf dicht. De eerstvolgende zomer naar Tolbert kwam. Hij had ook nog kroeg was in Niebert, de volgende in Nuis een woonruimte in Groningen. en daarna nog twee in Marum. Vanwege zijn longziekte verbleef Adriaan Bij het kerkhof in Marum stond de steeds vaker in Lausanne, Zwitserland, zustervereniging al klaar om het geheel over waar het klimaat uiteraard veel beter was te nemen. De dokter werd vanuit de lijkkoets voor zijn fysieke gesteldheid. op de schouders naar het graf gedragen. Dit was van de vereniging in Marum een verstandig besluit, aangezien enkele dragers uit Tolbert al een bepaalde geur begonnen te verspreiden. De gehele processie ging weer retour Tolbert, kroeg na kroeg, met de laatste borrel in het café van de penningmeester. De dragers hadden op de terugweg vrij drinken en toen de lijkkoets het dorp binnenreed, zongen de ‘kraaien’ als lijsters van “lang zal ie leven in de gloria.” De familie vertrok direct nadat de notaris, die met twee assistenten alles Adriaan Simmelink (1874-1934) had gecontroleerd, het geheel voor geldig (bron: Tolbert. Het Oalerliek Dörp, G. Liewes- had verklaard. In het dorp ging het ‘feest’ Burema, H. Meek en B. Hovinga)

8 Later kwam hij nog maar sporadisch naar namelijk van London naar Den Haag en hij Nederland. Als musicus, voornamelijk als woont hier bijna vier jaar op maar liefst zeven violist, reisde hij wel al door heel Europa, verschillende adressen. Misschien had hij in maar voornamelijk langs de Middelandse Nederland nog muzikale verplichtingen.Op Zee, eveneens vanwege het betere klimaat 5 juli 1920 vertrekt hij definitief naar Zuid- voor zijn gezondheid. Hij had daarbij als Afrika. Hier wordt hij violist bij het ‘Municipal eigenaardige hobby om in iedere plek waar Orchestra of Cape Town’, het stedelijk hij kwam effecten te kopen, bij wijze van orkest van Kaapstad. souvenir. Hij was een spaarzaam man, leefde Eenmaal residerend in Kaapstad wordt er sober en bleef daarom in de zomer nooit in Nederland weinig meer vernomen van langer dan drie maanden in zijn oude plaats Simmelink. Hij is nooit gehuwd geweest en Tolbert om op die manier de belastingplicht overleed op 26 september 1934 in het New te ontduiken die na deze termijn gold. Somerset Hospital in Kaapstad. In 1906 nodigde hij vier Tolberter vrienden De in zijn overlijdensakte beschreven uit om hem te bezoeken in Lausanne, het doodsoorzaak nl..het verloop van een waren Hendrik Vermeulen, Geert Cazemier, maagbloeding in combinatie met hart- en Ekke Waterbolk en Harm Oostinga. Ook met vaatproblemen, voorleggend aan een arts de familie Meek onderhield hij een warm in Nederland, doet deze stellig concluderen contact, getuige de vele ansichtkaarten van dat Simmelink de laatste jaren niet matig zijn reizen door Zuid-Europa die ze van hem moet zijn geweest met de drank en zeker niet ontvingen. stierf aan de gevreesde borstaandoening.

Naar Zuid-Afrika In 1913 vraagt Adriaan Simmelink bij de Vereeniging Zuidafrikaansche Voorschotkas inlichtingen over vestigingsmogelijkheden in Zuid-Afrika. Hij wilde weten of er voor hem een kans van slagen was in dit verre land. Op het aanvraagformulier vulde hij zijn naam in: Adrianus (ook Adriaan) Simmelink, Rouwadvertentie van Adriaan Simmelink in beroep musicus, met als omschrijving dat het Nieuwsblad van het Noorden hij thuis was in het bespelen van de viool, de piano en koper- en blaasinstrumenten. Hoewel sommige bronnen vermelden dat Er werd hem medegedeeld dat er voor een Adriaan Simmelink in Marum werd begraven, dergelijk veelzijdig man wel plaats was in kan aan de hand van de gegevens op zijn Zuid-Afrika. overlijdensakte en de grafgegevens op de De reden voor zijn vertrek is vrijwel zeker het begraafplaats Maitland in Kaapstad, met verbeteren van zijn gezondheid geweest, zekerheid worden aangenomen dat Adriaan wellicht aangespoord door familieleden in Kaapstad zijn laatste rustplaats heeft van Heukelman, die al enkele decennia gekregen op genoemde begraafplaats. in Zuid-Afrika resideerden.In het kadaster wordt melding gemaakt van de verkoop Vervolgens verschijnt er een maand later van alle onroerende goederen in Tolbert, in ‘De Banier’ een artikel over Simmelink, inclusief de woning aan de Hoofdstraat. Het hoe armoedig hij zijn huis als kluizenaar had huis werd eveneens bezit van de al eerder achtergelaten toen hij zich voor verpleging genoemde Jan Douwe Huizinga, die ook de naar het Gemeente Gasthuis liet vervoeren, zuivelfabriek had gekocht na het overlijden waar levensonderhoud weinig of niets van Henderikus Simmelink. kostte. Hoe in vervallen kleding vele gouden Dat Adriaan zich direct vestigde in Zuid- ponden, en effecten van o.a. de Shell werden Afrika is niet aannemelijk, waarschijnlijk gevonden. Hij komt er niet best vanaf in heeft hij eerst de mogelijkheden onderzocht deze krant. Een week later verschijnt in of laten onderzoeken. In 1916 verhuist hij ‘Het Vaderland’ een reactie op dit artikel.

9 gulle wijze bedacht bij het verdelen van de Afstamming van Adriaan Simmelink e nalatenschap, maar de 19 bevoorrechte 1. Arnoldus Simmelinck ( was de meest interessante. ±1710 - >1748) trouwt 1733 met: Het bijzondere legaat Gerritjen Olthuijs (±1710 - >1748) Simmelink was een excentriek man geweest en daarbij paste, in de trant van zijn zo 2. Hendricus Simmelink geliefde pleegvader, een bijzondere erfenis (1748 - 1819) bij: de 19e erfgenaam van zijn bezit was trouwt 1771 met: namelijk de Vereeniging Zuid-Afrikaansche Gesina Becking (1747 - 1822) Voorschotkas met een legaat, welke een waarde vertegenwoordigde van meer dan 3. Frederik Simmelink (1782 - 1848) 50.000 gulden, een behoorlijke som geld in trouwt 1806 met: de jaren dertig van de vorige eeuw. Henriette Elisabeth Bos(man) Het legaat werd later bekend onder de (1784 - 1868) naam ‘Adriaan Simmelinkfonds’ en hield in dat ieder jaar op 20 maart en 6 augustus 4. Hendrikus Simmelink (1807 - 1864) (de sterf- en geboortedag van Heukelman) trouwt 1830 met: er in het Nieuwsblad van het Noorden en Johanna Gordiena Wastenecker de Leekster Courant een advertentie werd (1798 - 1883) geplaatst met de volgende tekst: Ter voldoening aan de bepaling van 5. Adriaan Johan Frederik Hendrik het legaat van wijlen de heer Adriaan Philippus Simmelink (1835 - 1875) Simmelink maken wij het volgende trouwt 1864 met: bekend: uit rente van dit legaat kan aan Hendrike Bats (1836 - 1890) onbemiddelde Nederlanders van goed

gedrag, bij voorkeur personen uit Leek en 6. Adriaan Simmelink (1874 - 1934) Marum (Gr.) afkomstig, bijstand verleend worden om zich in Zuid-Afrika te vestigen. Het is een vriend van Simmelink die hem al sinds 1921 kent en vertelt dat hij altijd een In de oorspronkelijke bepaling die Simmelink graag geziene gast was op bijeenkomsten opstelde stond ook nog vermeld dat borst- met Nederlanders. Er wordt dan gesproken en longlijders voorrang moesten hebben bij over muziek, politieke en wetenschappelijke de ondersteuning, maar dit strookte later onderwerpen en het Afrikaans, waar hij niet meer met de immigratieregels van het maar matig aan kan wennen. Volgens deze land. vriend is er van vrekkigheid en de andere Doordat de Nederlandse overheid korte tijd nare betichtingen geen sprake en was hij later ook steun bood aan mensen die naar een fatsoenlijk, goed gekleed mens. Hij Zuid-Afrika wilden emigreren, leek het fonds was vaak terug te vinden op Nederlandse zijn functie te verliezen. In de eerste 26 jaar en Engelse vergaderingen en ook in de werd er ook slechts enkele keren gebruik bibliotheek. Hij sprak Spaans, Portugees, van gemaakt. Italiaans, Duits, Engels en Frans. Toen hij Na de Tweede Wereldoorlog leidde het hartklachten kreeg gelastte de arts hem op fonds een slapend bestaan en werd eigenlijk te nemen in het New Somerset Hospital, alleen nog in stand gehouden voor het toegankelijk voor alle rangen en standen, en onderhoud van het familiegraf in Marum. In niet in het Gemeente Gasthuis. 1992 werd het fonds beëindigd vanwege het Gezien de laatste constatering lijkt het erop opheffen van de legaathouder Vereeniging dat de onbekende vriend een realistischer Zuid-Afrikaansche Voorschotkas. beeld van Adriaan schetste dan de reporter (Bron legaat: Zuid-Afrikahuis, Simmelink van ‘De Banier’. Fonds, 1934-1992, toegangsnummer 066). Bij de voorlezing van het testament na zijn overlijden werden 18 neven en nichten op 10 Zo eindigt het relaas van dr. Heukelman en de familie Simmelink zonder enige nazaten. Stille getuige is het familiegraf met hekwerk op de begraafplaats in Marum …

11 Petroleumventers Jan Siebolt en Jannes Elsinga

Geert Braam

De basis voor dit artikel over de petroleumventers vader en zoon Elsinga is het interview met Jannes Elsinga. Uit mijn kinderjaren kende ik Jan Siebolt Elsinga van De Haar. Ik vond een zoon van die petroleumventer, Jannes Elsinga. Het bleek dat hij door de over- name van de zaak van zijn vader zelf ook nog in die handel gezeten had. Zo kwam ik op het idee om hier een artikel aan te wijden in ‘t Olde Guet. Naast mijn eigen archiefonder- zoek heeft Jannes mij van waardevolle informatie kunnen voorzien. Het is een boeiende geschiedenis. Petroleum is een aardolieproduct, een Jannes Elsinga en Cecilia Petronella Engw- fossiele brandstof. Het voorziet voor on- erda. De ouders van Jan Siebolt hadden een geveer 40 procent in de energiebehoefte van kruidenierswinkel. Zijn moeder komt op 46 de mensheid. jarige leeftijd te overlijden. Zijn vader overlijdt We kennen allemaal het Drentse liedje van op 62 jarige leeftijd en heeft dan vier vrou- het Börker Trio: ‘Mien va die lop met de pie- wen overleefd. Jan Siebolt is dan nog maar teroliekar en mien moe die sjokt er achter an. 22 jaar oud. Hij verkoopt het ouderlijk huis Joa, vroeger zat er nog verdienste an, tegen- met het winkeltje, want er zat geen bestaan woordig zit er niks meer an’. Dit lied is beeld- in. De jonge Jan Siebolt Elsinga moest ineens bepalend voor de tijd van het petroleum- op eigen benen staan en zocht zijn heil el- venten. Lang geleden waren de mensen in ders. Hij vestigde zich eerst in Roden en later huis aangewezen op kaarsen om een beetje in Tolbert. Daar woonde hij bij Jan Klein aan licht in huis te krijgen. Later kwamen petro- de Tolbertervaart, vlak naast de haven. In die leumlampen en werd er gekookt op petro- tijd ventte hij bij kruidenier Wiebe van Wijk in leumstellen. In het hele land was een enorm Marum en ging hij dagelijks op en neer tus- netwerk van petroleumventers. Ook in de sen Tolbert naar Marum. gemeente Marum waren er velen die in die Om wat dichter bij het werk te zijn verhuisde handel zaten. Na de aanleg van het elektric- hij al binnen een jaar naar Nuis. Daar was hij iteitsnetwerk - in Marum rond 1920 - was in de kost bij Beerlings aan de Oudeweg. Hij het grotendeels gebeurd met de petroleum- was altijd ‘bij ’t pad’, zoals dat heet, bestel- verlichting. De buitengebieden bleven nog lingen halen en vervolgens de boodschap- geruime tijd op die brandstof aangewezen en pen bezorgen. Daarna werd Jan Siebolt bus- ook bleef er de petroleum nodig voor de pe- chauffeur bij de ESA, dat was omstreeks de troleumstellen in de keukens. jaren 1937-1941. Er werd intussen ook meer gebruik gemaakt van gasstellen en gasfornuizen. Het gas Huis op de Haar kwam uit gasflessen, die regelmatig verwis- Jan Siebolt Elsinga huwt op 9 november seld moesten worden. Vaak waren die op een 1938 met Wietske Jeltje de Vries. Wietske is heel ongunstig tijdstip leeg, zoals de zondag. geboortig van Roderesch, maar woonde in Maar het werd altijd opgelost bij de dep- die tijd in , omdat haar vader werk had othouders. Midden zestiger jaren werd het op de klei bij een steenfabriek in Onderden- hele dorp op het aardgasnet aangesloten, dam. Jan en Wietske kopen in Marum een opnieuw met uitzondering van de buitenge- huis op De Haar, Haarsterweg 14, van de bieden. Die kwamen pas later aan de beurt. familie Gerben de Boer en Elisabeth Sinning- Zo werd het allemaal wat gemakkelijker voor he. Fimke, een ongehuwde zuster van Elisa- de gezinnen. beth Sinninghe, blijft bij hen in huis wonen. Zij blijft nog ongeveer 4 jaar bij hen inwonen, Afkomst Jan Siebolt Elsinga tot haar huwelijk in 1942. Fimke trouwt dan Jan Siebolt is geboren in 1907 te Kommerzijl, met Bastiaan (Bas) de Groot, die later brand- gemeente . Hij was een zoon van stofhandelaar in werd.

12 Zoals gezegd werkte Jan Siebolt in de oor- Kleinhandel (wijkloop) en petroleum, huis- log bij de ESA. Omdat hij in opdracht van de houdelijke artikelen en butaangas, was- en ESA en natuurlijk van de bezetters in Marum reinigingsmiddelen. dwangarbeiders naar de Duitse oorlogsin- In de begintijd bezorgde Jan Siebolt de pe- dustrie moest brengen, stopte hij als bus- troleum op een gewone fiets, twee jerrycans chauffeur. Omdat hij later ook naar Duitsland gevuld met petroleum vastgebonden aan de moest, zocht hij werk in de voedselvoorzien- bagagedrager. In een tasje aan het stuur zat ing. Een slimme zet van hem, want hij hoefde het trechtertje. Van de jerrycans zijn nog een daarom geen gedwongen arbeid verrichten aantal bewaard gebleven. Zo is Jan Siebolt en kreeg vrijstelling van het werk in Duitsland. dus begonnen als kleine zelfstandige. Later Hij had werk aangenomen bij boer Siebinga heeft hij een bakfiets gekocht. Hij moest wel, op De Haar, later zat Goodijk op die boerderij. want met de transportfiets werd het te inten- Na de oorlog, omstreeks 1949, begon hij met sief. Hij moest te vaak terug naar de petro- de verkoop van petroleum. Wat de reden van leumvoorraad om de jerrycans bij te vullen. de overstap naar petroleum was is Jannes Voorop de bakfiets had hij een bak hangen niet bekend. Wel dat dat er een gat in de waarin hij schoonmaakartikelen, schoenpo- markt was in Marum. ets en dat soort zaken had. Het hele gezin Elsinga moest leven van het uitventen van petroleum en de overige artikelen. Andere verdiensten waren er niet.

Met de hondenkar Weer later begon Jan Siebolt met een hon- denkar de petroleum uit te venten. Dat was een hele vooruitgang, maar later mocht er geen trekhond meer voor de kar. Omdat een hond nog wel een invalidenwagentje mocht trekken ging de hond naar Peize, naar fami- lie van boer Job Renkema van De Houtwal. Zij zochten een trekhond voor een invaliden- wagen die echt vertrouwd was op de weg. Het huis op De Haar in de vijftiger jaren Omdat de hond voldeed aan die eisen was de koop snel gesloten.

Hetzelfde huis anno 2018 Venter met hondenkar Hoewel het al langer bestond, wordt het bedrijf voor het eerst genoemd in een docu- Er begint een nieuwe fase in de onderne- ment van de Kamer van Koophandel van ming. Er wordt een paard met wagen aang- 1957. De omschrijving van het bedrijf was: eschaft voor het uitventen. De wagen kreeg

13 Jan Siebolt in bruikleen van de Esso, maar schermde de eigen dealers en de betreffende het paard moest hij zelf kopen. Na verloop venters kregen de olie niet van ESSO en kre- van tijd werd dat karretje ook te klein, want gen 14 dagen de tijd om alles in te leveren er gingen steeds meer mensen op olie sto- bij hun eigen maatschappij. De verkoop bij ken voor de verwarming van het huis. Ook die andere handelaren liep niet direct in de werd meer flessengas in plaats van petro- honderden liters, maar toch verdween er wel leum gebruikt voor het bereiden van het een behoorlijke omzet. eten. “Toen kreeg mijn vader een grotere Eén keer in de zes of zeven weken ging va- wagen. Die was een meter langer en 30 der op de fiets naar Baarsma in Drachten. cm breder, met voorop een kapje, zodat hij Hij ging dan via het Sintelpad langs de Ure- droog kon zitten” vertelt Jannes. “Helaas zijn terpervaart. Baarsma was een groothandel van die ventperiode van mijn vader helemaal in boenders, vegers en dweilen enz. Kortom, geen foto’s bewaard gebleven, of ze zijn er alles wat mijn vader op huishoudelijk gebied mogelijk helemaal niet geweest.” verkopen kon naast de petroleumhandel. Hij

Venter met paard en Essowagen ( bron Hist. Ver. Hardenberg)

“Mijn ouders hebben het in het begin niet ging dan op een donderdagmiddag na vier ruim gehad”, zegt Jannes. Mede omdat uur. Rond vijf uur was hij bij Baarsma, ging er meer petroleumventers kwamen in onze de winkel door en het magazijn in om alles gemeente, zoals Hendrik Renkema, woon- bij elkaar te zoeken en hij kwam ‘s avonds achtig op het hoekje van de Sportlaan/Hoo- om half acht bepakt en bezakt weer thuis. rnweg en diens buurman Hendrik Dijkema. Ik ging als jonge jongen wel eens met hem De concurrenten merkten dat het een goede mee. handel was. Mijn vader werd in die tijd lid Later kwamen die spullen van Bosma in van de vakbond DES (Door Eendracht Sterk), Drachten, toen nog de Vivo grossier. De de bond van petroleumventers, die heeft de vertegenwoordiger, Piet van der Ploeg, oneerlijke concurrentie aanhangig gemaakt. kwam ook bij ons op De Haar. Daar heb Vader was niet zo’n prater, hij was stiller dan ik zelf ook nog een jaar spullen van gehad, ik ben. Maar als het nodig was dan kon hij toen ik een tijdje in de zaak zat ( zie verderop zijn woordje ook wel goed doen. ESSO be- in de tekst).

14 De reddende engel nu een benzinepomp). Vervolgens weer een De winters belemmerden het venten. Toen klein stukje terug tot en dan de ik zelf nog in Bakkeveen werkte kwam ik Westerweg in. Daarna via het Zethuis naar eens laat thuis, omstreeks half acht. Het was de Marumerlage. Dat was een behoorlijke dik winter, met veel sneeuw. De familie was lange rit. ongerust geworden over vader. Hij was al Ook bij de woningen aan de paden achteruit om één uur vertrokken met paard en wagen, in Noordwijk (o.a. de Oudeweg) werd gevent, via De Haar naar Trimunt. Eerst hij over de zoals bij Klaas Kuperus en later bij diens groene brug in Frieschepalen, dan weer ter- zoon Wietse. Alles gebeurde met paard en ug en vervolgens de Postdijk op, naar Buit- wagen en daar zat niet veel snelheid in. kamp en Hoekstra. Vervolgens achter langs Op woensdag was hij de hele dag in Marum naar de familie Bron en dan nog weer over- aan het venten. Hij begon bij Tjeerd Heidinga dwars om enkele huishoudens te bezoeken. op De Haar, dan kwamen Annechien Mid- En hij was nog steeds niet thuis. del en Eelke Hofman, Durk van der Vaart, Ik zette de brommer in de schuur, pakte de Homan en het dorp Marum door tot de Kerk- oude fiets van mijn vader en ging op zoek. Ik laan. Dan was het etenstijd en ‘s middags was moe, had er ook al een lange dag opzit- bezocht hij de Randel, de Marktstraat, de ten. Ik schuifelde over de weg naar Trimunt. Westerhoflaan en een stukje Sportlaan, tot Plots zag ik vader, hij was nog maar bij de de woningen van de gebroeders Pruim. Dan Puntpaal 13 (de grenspaal tussen Groningen terug naar de Kerklaan, richting melkfabriek en op de kruising van de Leidijk (dat was nog een zandpad) tot het eind van met de Scheiding. de Noorderringweg, waar nu de papierfab- Oorzaak: slechte en moeilijk begaanbare riek staat. Johannes de Boer woonde daar wegen en misschien wat te veel gekletst? Hij als laatste aan het pad. Daarna terug naar vroeg mij verbaasd: “Wat moet jij hier?”. Ik huis. Donderdags ging hij naar Nuis, daar zei: “Pak mijn fiets maar en zorg dat u gauw had hij af en toe een klant die olie nodig had bij moeke komt, want die is doodongerust. voor de kachel. Hij startte bij Geertje de Wit Ik kom wel thuis”. Aldus gebeurde. Ik zag op de Kruisweg, nr. 106 (later woonde Wie- hem slingerend en glijdend uit mijn gezichts- tze Dijk daar). Vervolgens de hele Nieuwe- veld verdwijnen. Ik ben naast het paard gaan weg, huis aan huis tot aan de Van Teijens- lopen, leidsels achter de toom langs. Ik liep laan. De families Evert Wiersinga en Douwe met de handen in mijn zakken i.v.m. de ex- Jakobs kwamen zelf naar de kar toe. treme kou en zo gingen we samen richting Dan de Van Teijenslaan, de Oudeweg (ook in De Haar. Ik zei tegen het paard: “Kom op Nuis) tot het schoolhuis, door de Fossema- jong, een klein beetje sneller” en het tempo laan en dan weer terug naar Marum, naar de veranderde in een sukkeldraf. Het was half Wilpsterweg. Door tot aan Bas de Groot aan tien toen ik weer thuis was. In de winters van de Van Akenweg, tegenover de voormalige 1959 en 1963 is iets dergelijks wel een paar meubelzaak van Gatsonides. Daar maakte keer gebeurd. hij rechtsomkeert. Bij het kerkhof reed hij in westelijke richting, nog een stukje langs een De routes van mijn vader wijkje. Daar had hij ook een paar klanten. Via ‘s Maandags ging het direct richting de het Bareveld bezocht hij Johannes de Boer Houtwal, huis aan huis tot de Lindsterlaan, en Gooitse van Dijk, Kuiper en Jannes Wijk- naar de Boelewijk en dan rechtstreeks terug stra. Dat waren de laatste klanten van die naar De Haar. Hij was dan rond het middag- lange dag. Hij kwam vlak bij ons huis op De uur weer thuis. ‘s Middags ging hij De Haar Haar uit. Vrijdags begon hij op de hoek van op en vervolgde zijn route over Trimunt enz. de Kerklaan, waar De Groot en later Rooks Dinsdagsmorgens deed hij de Lindsterlaan woonden. Via Siebinga aan de Hoornweg en de Noorderweg, tot en met de woning vervolgde hij zijn route naar de Wendtstein- van Berend Lise. Dan naar De Hamrik, De weg tot aan de Kruisweg, tenminste als hij Beldam en vervolgens de Oosterweg, tot een beetje op tijd was. Maar meestal kwam waar smid Fongers vroeger woonde (daar is hij niet verder dan Nanne Benedictus, die

15 woonde bij de molenromp. Dan was het Andere petroleumventers in de gemeente vaak al rond zes uur. Marum Op zaterdagmorgen vervolgde hij de route Klazien Veenstra zat in Noordwijk, ze was (met mij en later met schooljongens) langs een weduwe met veel kinderen. Ook zij de Kruisweg tot aan de voormalige winkel verkocht olie. Ze woonde in de buurt van van Boerma, waar nu Splintparket zit. Ook De Blaasaf. Snip in Nuis was invalide en hij de boerderij daarachter van Piet Postmus ventte in Nuis/ Niebert. Hij bezorgde met de deed hij aan. Vervolgens werden ook de transportfiets, een bakje voorop, waarin 16 woningen aan de zij- en achterpaden (Malijk- vierliterblikken stonden. Op de Jonkersvaart sepad e.a.) meegenomen, zoals Luut Eringa, zat ook een petroleumventer en er zijn in de Jan Kleiker, Durk Klaver, Auke Boekema. Al- gemeente zeker meer geweest. lemaal vaste klanten. Op de terugreis naar Door zijn drukke baan sliep vader soms wel huis gingen we bij de schoenmakerijen van eens even tijdens de dienst in de kerk aan de de gebroeders Jelle en Reinder Dijk langs. Kruisweg in Marum. Het werd steeds druk- Jelle had een zaak aan de Wendtsteinweg ker voor mijn vader en de routes werden en Reinder in Marum-West. Hun vader Mar- steeds langer. Op een gegeven moment had ten Dijk was ook al schoenmaker in Marum- hij op de woensdagmiddag schooljongens West. We hadden hier en daar nog een klant mee tijdens de rit. Hij vertrok ‘s morgen om die tien liter petroleum moest hebben. acht uur en was pas om zeven uur ‘s avonds Ook de kappers kregen veel petroleum om weer op De Haar. Bij regen en harde wind, de kachels in de zaak warm te houden. De sneeuw en vorst werd het wel later op de meeste zaken hadden twee blikken van tien avond. Op zaterdagen hadden we hulp van liter in voorraad. Het blik had een tuitje voor jongens zoals Wim Klaver, Jan Korsaan, het overgieten van de olie in de kachel of in Freek Pera e.a. het petroleumstel. Mijn vader had een dikke ‘kerre’ (klein paard- Dit was zijn hele werkweek. Ook in de avon- je) voor de wagen. Dit paard was gebruikt duren kwam er nog wel eens iemand langs in het Russische leger. Toen wij die kregen om olie te halen. Gasflessen waren ook ge- kon je niet zeggen “vooruit” of “stop”, dat liefd in het weekend of in de avonduren. Het verstond de kerre niet. Als hij weer moest nadeel was, dat in die tijd Douwe Duursma lopen dan was het de kreet “ju, ju ” en als in De Wilp ook met petroleum begon. Het hij moest stoppen dan was het “pr, pr, pr”. kostte ons wel klandizie. Hij ventte later ook Dat waren kreten die de paarden in Rusland een halve dag in Marum en het Bareveld. gewend waren. Later kregen we een soort Dat scheelde ons toch al weer gauw een halve Belg. Die kwam van Sip Bijzitter van paar honderd liter petroleum. Op een ge- De Hamrik. geven moment had ik er schoon genoeg van Die was er helemaal mee verlegen en heeft en liet later zelf het Bareveld liggen, dat was het toen verkocht aan Linze Aans op De niet rendabel meer voor mij. Haar en vader kocht dat paard weer van Aans. Een probleem was dat hij ‘de weg in de poten had’. Dat wil zeggen dat het telkens met de tenen op de weg tikte en dat kostte nogal wat hoefijzers. We hebben dat paard een aantal jaren gehad, maar de hoefi- jzers verdwenen als sneeuw voor de zon. Het werd te kostbaar en er werd een ander paard aangeschaft.

Herinneringen van de auteur: Mijn moeder vertelde eens over petroleumboer Jan Elsinga: “Als we niets nodig hadden dan vond hij dat niet leuk. De gevleugelde woor- den van Jan waren dan: “Wij moeten ook Jan Siebolt Elsinga 16 brood op de plank hebben”. Misschien diende mijn eerste geld. Mijn vader is toen dacht hij wel dat de familie Braam de petro- ook spullen van Bosma gaan afnemen. Ik leum bij Notenbomer haalde, want dat waren kreeg verkering met mijn huidige vrouw Gé. onze buren” Ze werkte bij de familie Meijer in de huis- houding en vertelde dat ze ‘s morgen om Siebolt Elsinga in 1963 tijdelijk op pad 7 uur moest beginnen tot ‘s avonds 7 uur. met de petroleumwagen Nadat ik hoorde wat ze verdiende zei ik dat Door ziekte van Jan Siebolt Elsinga heeft ze snel van werkgever moest veranderen en zoon Siebolt de zaak een tijdje overgenomen. zo gebeurde het. Ze is naar Bedum gegaan Die zat even zonder werk en wilde wel wat en werkte daar bij een vertegenwoordiger in doen. Dus ventte hij met de petroleumkar schoenen. van vader. Siebolt (Siep) heeft de zaak maar Na mijn dienstplicht ben ik bij Gerard Bolt in even in handen gehad. Het was echt uit Lucaswolde gaan werken. nood dat hij met de wagen op pad ging. “Ik was toen al getrouwd’, vertelt Jannes. “We hadden net ons eerste kind. Ik werkte toen bij Gerard Bolt in Lucaswolde.” Siep kwam in de zaak in de tijd dat er nog met paard en wagen gevent werd. Een prachtige anekdote uit die tijd: Siep mocht graag een praatje maken met de klant en dat duurde soms wat lang. Hij stond een keer aan het begin van De Haar bij Annegien Huisman. Ze was huishoudster bij de gebroe- ders Middel. Het paard stond geduldig te wachten, maar het geduld raakte op. Plots zagen ze bij het ouderlijk huis hun paard en wagen het heem oprijden zonder Siep. Het paard wist de stal, circa drie honderd meter Jannes in zijn militaire uniform verderop, zelf wel te vinden. De vrouw van Jan Siebolt had niet zoveel “We zijn in 1962 getrouwd en zijn gaan wonen met de zaak te maken. Ze deed alleen een aan de Nieuweweg nr. 5 te Nuis. In 1964 gin- beetje thuisverkoop. Ze ging nooit weg, gen we naar De Haar in Marum”, vervolgt maar bleef thuis voor de handel. Jannes zijn verhaal. Bij de overname van de Het bedrijf ging mee in de vaart der volkeren. zaak in 1963/1964 heb ik het Fordbusje ook Alles moest en kon sneller en daarom werd overgenomen. Helaas was die bus niet sterk er in 1963 een Fordbusje aangeschaft. De genoeg, te weinig vermogen. Er mocht maar prijs van petroleum was in 1963 rond 72 cent een bepaald aantal kilo’s in en op. Ik had een voor 4 liter, dus 18 cent per liter. Nu betaal je groot bagagerek gemaakt om op de wagen er meer dan 5 euro voor. te monteren. Er pasten in totaal 30 gasfles- De oude petroleumventer Jan Siebolt komt sen op. Ik slingerde ze zo op de bus, net als op 14 november 1969 te overlijden en zijn een melkrijder de bussen op de wagen slin- vrouw Wietske Jeltje de Vries op 10 oktober gerde. Omdat de bus motorproblemen 1989. kreeg, moest er wat anders aangeschaft worden. Mijn oog viel op een Mercedes 319. Jannes in de oliehandel Daarvoor ben ik naar Siemen Bos in Gronin- Jannes is geboren op 30 september 1941 te gen gegaan. Hij handelde ook in gebruikte Groningen. importwagens. Johan Jager was toen im- “Ik heb na de lagere school 2 jaar MULO porteur van dergelijke wagens uit Duitsland. gehad en heb daarna bij de Vivo van kruid- De wagen moest in Nederland gekeurd wor- enier Bosma in Bakkeveen gewerkt”, vertelt den en mocht, met vracht, in totaal niet meer Jannes. Dat was mijn eerste baan en ik ver- dan 4100 kg wegen. Ik had alleen nog maar

17 een BE rijbewijs en dan mag alles niet meer speelde toen wel 25 liter. Er werd op mijn dan 3500 kg wegen. We hebben hem laten advies door de vrouw des huizes een par- keuren voor een gewicht tot 3490 kg, dus tij kranten overheen gelegd en de deuren net niet boven de 3500. Zo heb ik er een half werden tegen elkaar opengezet. Eventueel jaar mee gereden, tot ik mijn vrachtwagenrij- kon ze er nog een fles bleekwater overheen bewijs had gehaald. Een ‘bekende’ van mij gieten om de petroleumlucht weg te krijgen. wist niet dat ik dat papiertje gehaald had en Als goedmaker hebben ze al het geleverde hij gaf me aan bij de politie. Hij had gezegd gratis van mij gekregen. Later regelde ik een dat ik zonder vrachtwagenrijbewijs op een automatische afslag bij Esso. vrachtwagen reed. Mijn vrouw Gé ging op woensdagmiddag Op een zaterdagmorgen kwam wacht- en op vrijdag ook mee met de petroleum- meester Woppenkamp me tegemoet rijden wagen. Mijn ouders pasten dan bij ons op. op zijn brommertje en hield mij aan om mijn Ook ging mijn vrouw bij winterdag mee, het rijbewijs te controleren. Het bleek allemaal was dan drukker vanwege de olieverkoop. Ik in orde te zijn en ik mocht dus wel met een kon de grote bussen vullen en Gé haalde de vracht tot 4100 kg de weg op. bestellingen op. Ze was ook heel goed op de Toen ik die Mercedes gekocht had, heb ik hoogte van de prijzen. meteen een tank van 1000 liter op een ten- “Ik ging altijd met de vrachtwagen de ‘ree’ dertrekker laten plaatsen, met een lange (een onverharde pad) op naar de beide Post- haspel van 50 meter achterin en nog eens mussen aan de Lindsterlaan,” vertelt Jannes 15 gasflessen er op. Ik ging dus met bus en verder. “ Dat wilden ze op een gegeven mo- aanhanger bij de klanten langs. ment niet meer, omdat het schade veroor- In mijn begintijd had ik de oude Roelf Rose- zaakte aan het pad. Het pad was niet breder ma ook als klant. Op donderdag waren we dan een karrespoor, met een fietspaadje er daar en hij kreeg dan 10 liter. Op een keer zei naast. Fokke Postmus, van de achterste hij: “Verdikke Elsinga, ik moet eigenlijk wat woning, zei: “Je mag hier niet meer komen meer voorraad hebben, want als we met de vrachtwagen!” Jannes antwoordde: ‘s morgens in het kantoor komen en de ka- “Dan moet ik vanaf de Lindsterlaan eerst chel is uit, hebben we niets meer. Dan bellen naar jullie lopen voor de bestelling, dan terug we Snip, maar soms past het hun even niet”. naar de auto om de spullen te halen en ver- Ik bood hem een aantal blikken van 10 liter volgens weer met de gasfles en zeeppoeder in bruikleen aan. Ik had voorraad genoeg. naar de boerderij. Dat is wel circa 300 m.” Thuis had ik een grote tank, maar door de Dat was voor Jannes onuitvoerbaar, maar hij grote omzet werd die al weer te klein. Eerst had wel begrip voor de beslissing van Post- had ik grote vaten van 200 liter en later een mus. Hij had daarna wel een klant minder, bovengrondse tank. Er werd dan 700 à 800 maar het spaarde een hoop tijd. liter gebracht. Deze voorraad was maar Als het een strenge winter was zette ik jeep- toereikend voor een aantal dagen. Later bandjes onder de vrachtwagen. adviseerde ESSO, een ondergrondse tank Daar zaten dikke rubberen blokken op en ik naast het huis te nemen met een inhoud had meer grip op de weg. Het leken wel trek- van 6000 liter. Dat deden we, maar die was kerbanden. Winterbanden zoals we die nu ook al gauw weer te klein. Toen kwam er hebben waren er toen nog niet. Ik haalde die een tank van 12.000 liter. Als het dik winter jeepbandjes in de avonduren bj Froentjes was, kwam er zeker twee keer in de week in Doe-zum. Froentjes zat toen nog aan een tankwagen om een ton (1000 liter) aan de noordkant van de weg in de voormalige brandstof brengen. De tank had een pomp, kroeg. De opslag had hij in het vroegere om de gasolie er uit te halen voor de trekkers kerkje daar tegenover. Het ging er allemaal van de boeren. heel gemoe- delijk aan toe en ik kon daar gelukkig Voorvallen ’s avonds terecht. Overdag had ik geen tijd, Het ging eens mis bij een klant, het hele want er moest geld verdiend worden. achterhuis was doordrenkt met olie. Ik ver-

18 Verandering van grossier Het einde van het petroleum tijdperk Zoals eerder gezegd kochten we in bij Bos- Ik ben doorgegaan tot 1968, toen zat er ma in Drachten, via de vertegenwoordiger voor ons geen bestaan meer in. Marum was van der Ploeg. Maar die werd me te duur al op het gasnet aangesloten en er was en dat zei ik tegen van der Ploeg. Ik gaf het bijna geen vraag meer naar gasflessen, ter- volgende voorbeeld. Bij een andere grossi- wijl ik eerst maar liefst 80 à 90 gasflessen er was een pakje stijfsel maar liefst 4 cent per week verkocht. Ook met de petroleum- goedkoper. Wekelijks ging het om 40 pakjes, kachels was het gebeurd. Ik ben met de dat scheelde dus in totaal 1 gulden 60. En zaak gestopt en heb een advertentie laten veel meer producten waren elders goedko- plaatsen: GAS EN PETROLEUM NOG WEL per. Ik zei: “Ga maar met Bosma in conclaaf AAN HUIS VERKRIJGBAAR. en anders is dit de laatste bestelling bij jul- Het aardgas heeft ons bedrijf dus uiteindelijk lie”. “Dan kunnen we gelijk wel afscheid ne- van de kaart geveegd. Ik moest op zoek naar men”, antwoordde hij, “Dat goedkopere krijg ander werk en dat lukte! je bij ons niet klaar”. Ik was ook al een paar Vanaf 1968 ben ik bij de Coop. in Roden gaan keer bij Lucas Klamer in Groningen geweest werken. Korte tijd later, rond 1975, moest er en had de prijzen vergeleken. Het scheelde een winkel sluiten uit Roden. Ze wilden mij echt veel. Er waren zelfs weken bij dat ik reserveventer maken. Omdat ik dat niet wil- voor 700 à 800 gulden aan zeeppoeder de heb ik gesolliciteerd bij Galerie Modern in verkocht en als ik daar zes of acht procent Groningen. Ik kon die baan wel krijgen, maar korting op kreeg van de groothandel dan dan zou ik iedere morgen om kwart over was dat een behoorlijk verschil. zeven met de bus moeten en zou ’s avonds De groothandel van Lucas Klamer kwam pas rond 7 uur weer thuis zijn. De reiskosten waren voor mijzelf. Die baan heb ik daarom al een tijdje naar Marum, naar Lammert niet aangenomen. Ik ben toen buschauffeur Westerhof. Die verkocht eerst vis en groen- bij de ESA geworden. Ik verdiende daar het- te, maar was overgeschakeld naar een su- zelfde als bij de Coop. Toen ik bij de ESA permarkt. Lucas Klamer bracht mij wekelijks kwam waren er geen conductrices meer op 60 a 70 grote dozen zeeppoeder. Het grote de bus. Per 1 april 1975 waren die ontslagen voordeel voor de gezinnen was dat ze zelf en ik kwam daar 6 april in dienst. Wel heel bij niet met die grote dozen hoefden te slepen zonder was dat ik nu werkte waar mijn vader of er mee op de fiets moesten. Eén keer in een baan had, voordat hij petroleumventer de veertien dagen leverde ik zo’n grote doos werd. De cirkel was dus rond. In 1979 is de af. Het was de kruideniers natuurlijk een ESA overgegaan naar de FRAM. We woon- doorn in het oog, maar daar had ik geen den toen nog steeds op De Haar. Door een boodschap aan. Later verkochten de win- hernia lukte het werk op de bus niet meer en keliers weinig zeeppoeder meer, want dat rond 1980 ben ik afgekeurd. kocht bijna iedereen bij mij. Het ging dan om In 1981 zijn we verhuisd naar Drachten. We 5 kg DAS, Dixon of Omo. De prijs was bij mij hebben daar in totaal 6,5 jaar gewoond. In dezelfde als in de winkels in het dorp. Ik ben die periode kochten wij een rondvaartboot, een echte handelsman. Ik belde bij de klant- die we overnamen van Jan Venema. De lig- en aan en vroeg altijd wat men wilde kopen: en opstapplaats was in de Leeksterhaven, schoenpoets, schoonmaakmiddelen van naast de ingang van het Landgoed Nienoord. het merk Abro en Presto of toiletpapier. De Samen met mijn vrouw en dochter hebben kolenhandelaren zoals Tjeerd Notenbomer, we veel rondvaarten gemaakt, we lagen Hendrik Notenbomer, Hendrik Panjer en Bas zelfs tijdens Delfsail in Delfzijl. Omdat het de Groot in De Wilp, hadden ook olie in de reizen van Drachten naar Leek teveel tijd verkoop. Meer brandstof- en oliehandelaren kostte, hebben we een huis gekocht aan de deden het zo in onze gemeente. De oliehan- Feithsweg in Tolbert, een voormalig pand del van de invalide Snip en de weduwe Kla- van de melkfabriek Leijmph. We hebben die zien Veenstra in Noordwijk beconcurreerde rondvaartboot, genaamd Mr. van Panhuys, 8 ik niet, zij hadden het inkomen broodnodig. jaar gehad. In Tolbert hebben we 21,5 jaar gewoond.

19 Na de verkoop van de boot en het huis zijn we in 2011 terug gegaan naar Marum en wonen daar nu inmiddels al weer ruim 7 jaar in de bebouwde kom.

Jannes en Gé in 2018 met ½ liter en 2 liter maat

Stamreeks Els(z)inga Generatie I: Philippes Dirks (1730 Twijzel- 1768 Twijzel) Gehuwd Antje Jans, ( rond 1730 Twijzel)

Generatie II: Dirk Phylippes Elzinga (1762-1827) gehuwd 21-05-1786 Twijzel met Sijtske Ridzers van de Wal (1764 - 1837 Surhuisterveen)

Generatie III: Ridzert Dirks Elzinga (1788 Twijzel-1815 Lutjegast) gehuwd 17-10-1812 Surhuisum met Jeltje van Tuinen ( 1790-1875 Lutjegast)

Generatie IV: Jannes Ridsers Elzinga (1813 Lutjegast-1854 Lutjegast) gehuwd 7 sept. 1840 te met Antje Minnes Brandsma (1817 -1892 Lutjegast.)

Generatie V: Anne Elsinga (1842 Lutjegast- 1909 Lutjegast) gehuwd 27 mei 1865 Grootegast met Hendrikje van Zanten (1843 Stroobos- 1909 Gaarkeuken)

Generatie V!: Jannes Elsinga (1867 Grijpskerk- 1930 Groningen) gehuwd 7 oktober 1904 te Grijpskerk met Cecilia Petronella Engwerda (1879 Groningen- 1926 Kommerzijl)

Generatie VII: Jan Siebolt Elsinga ( 1907 te Grijpskerk- 1969 Marum) gehuwd 9 november 1938 te Bedum met Wietske Jeltje de Vries ( 1-1-1910 Roden - 10-10-1989 Marum)

Generatie VII: Jannes Elsinga (30 september 1941 Groningen ) gehuwd 6 april 1962 Bedum met Gé (Geertje Janna) de Vries (* 1941 Bedum )

Generatie VIII: Kinderen Jannes en Gé

Generatie IX : Kleinkinderen van Jannes en Gé.

N.B. auteur: Om het verhaal wat meer kleur te geven, zijn er passende afbeeldingen bijgezocht

20 Het 1000 Woningenplan

Gonneke Teeuwen

Net als nu was er in de 19e eeuw ook sprake van woningnood. Daarbij kwam, dat er grote armoede was en dat de gezinnen groot waren. Bovendien bestonden de arbeiderswoningen uit vochtige, slecht geventileerde woonruimtes, waar veel mensen dezelfde kamer en bedden moesten delen. Vanaf 1850 kwam er een beweging op gang die daar verandering in probeerde te brengen.

Wat ging hieraan vooraf? met twee ramen, die niet open konden, In Nederland pleitte Dr. Samuel Sarphati terwijl er wel gekookt en gewassen moest voor verbetering van de omstandigheden worden. In de kamer twee bedsteden en voor de armen en dus ook voor betere huis- een stenen vloer. Een turfhok achter de ka- vesting. Mogelijk pleitte hij bij koning Willem mer met een emmer die diende als WC. De III voor een model voor arbeiderswoningen. inhoud werd als mest voor de groentetuin Willem III vroeg hierover inderdaad advies bij gebruikt. Soms was er geen drinkwatervoor- het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs(KIVI). ziening, zoals bijvoorbeeld een regenton, of Hun verslag verscheen in 1854, waarbij een waterput, maar alleen water uit de sloot. aantal minimum eisen werd opgesteld voor een arbeiderswoning:

De grootte van het woonvertrek stellen we op minstens 12 vierkante el (tussen 1820 en 1869 was de el gelijk aan de meter) en de hoogte op minstens 2 el 60, met twee ramen voorzien, elk ter grootte van minstens ¼ van de oppervlakten der vertrekken. De muren behoorlijk gepleisterd en gewit; de zoldering geplafonneerd en even zoo de muren en de zolderingen in het geheele huis. Bij dezelfde hoogte hebben de slaapkamers der kinderen elk minstens 7 vierkante el en elk een raam ongeveer van de genoemde grootte(=1/4 vloeroppervlak); eindelijk de keuken eene oppervlakte van minstens 6 vierkante el en een raam van ongeveer dezelfde grootte(dus ook ¼ vloeroppervlak). Op groote ramen stellen wij hooge prijs. De verdeling van de vertrekken moet zodanig ingerigt worden, dat de slaapkamers alle van elkander gescheiden en de deuren van de slaapkamers der kinderen niet bij elkaar geplaatst zijn. De warmte van het woonvertrek des winters kan dienen, om de slaapkamer van man en vrouw, waar ook de jonge kinderen verblijven, te verwarmen.

Deze voorschriften vormen de grondslag ‘Plaatsjes’ – Landarbeidershuisjes voor de Initiatief Woningwet 1854, die ech- Als gevolg van de mechanisatie in de land- ter pas in 1901 van kracht werd voor sociale bouw verloren veel landarbeiders hun werk. woningbouw, dus 50 jaar later! Velen van hen zochten hun heil elders in grote steden of aan de andere kant van de Naast de Woningwet 1901 werd ook de Ge- oceaan door te emigreren. In de ons omring- zondheidswet van kracht. In de provincie ende landen ontstonden veel opstanden Groningen werden in 1902 negen regio’s onder de arbeiders. gevormd met een eigen gezondheidscom- De Regering kondigde de Landarbeiderswet missie, die gegevens per gemeente moest af op 15 november 1918. Hierbij ging het om verzamelen m.b.t. huisvestingsproblemen. vier punten: In die tijd gebeurde het vaak dat de totale - het recht om een stukje land te kopen oppervlakte van een woning bestond uit om daarop een eigen huis te bouwen, een minder dan 30 vierkante meter. Een kamer ‘plaatsje’.

21 - Het land moesten landarbeiders kunnen Bevolkingsgroei kopen van grondbezitters, dus mee Ondertussen groeide de Nederlandse be- boeren. volking tussen 1905 en 1923 met 1,6 miljoen - Waren de boeren niet bereid de gevraagde mensen en tussen 1923 en 1941 met 1,8 grond te verkopen, dan konden landar miljoen mensen, waardoor de woningnood beiders hun gemeentebestuur vragen de nog verder opliep. grond te onteigenen. In 1938 slaat men landelijk alarm over de - Huis en grond mochten samen maximaal slechte woningsituatie op het platteland. f 4.000,- kosten De landarbeider moest Bij een klein vooronderzoek voorafgaande voor 10% eigen geld inbrengen, de rest aan een congres over ‘De volkshuisvesting werd door het Rijk versterkt als lening ten plattelande’ kwamen de volgende ge- (hypotheek), af te lossen in 30 jaar tegen gevens naar voren: 4% rente. - In Nederland heeft 71,3% van de wonin- De bedoeling was om de landarbeiders zo gen een of meer bedsteden. In Groningen te behouden voor het platteland. Ze moes- 88,6% en Limburg 1,25%. ten echter niet zoveel grond krijgen, dat - In gemeenten met 2000-5000 inwoners ze volledig konden leven van hun plaatsje, (verreweg de meeste in Groningen) heeft maar wel hun eigen groente kunnen kweken ongeveer 20% van de gezinnen geen be- en wat geiten houden. hoorlijke slaapgelegenheid. In en rond Marum worden deze percelen - Er is een groot tekort aan woningen met zo’n 153 are groot. Ze zijn te koop voor aparte slaapkamers voor grotere jongens f 3199,- Veel van deze landarbeidershuisjes en meisjes vanaf 14 jaar. staan nog steeds in de provincie, waarvan - De gemiddelde huur in het landbouwge- een aantal inmiddels flink is vergroot of ver- bied van Groningen is f 108,- per jaar, on- bouwd. geveer 10% van het inkomen.

Plattegrond landarbeiderswoning

22 - Er is op het platteland vrijwel geen leeg- logsgeweld relatief beperkt was. Er was stand. Bij sloop van krotten is er dus ook sprake van grote woningnood. geen mogelijkheid tot doorschuiven (waar Dit had een aantal redenen: Tussen 1930 en laat je die bewoners dan?). 1950 was de bevolking gegroeid van 7,83 - In Nederland komt 10% van de woningen naar 10 miljoen. Door de oorlog waren veel voor onbewoonbaarverklaring in aanmer- huwelijken uitgesteld, maar die werden na king, maar in Groningen 30%. de bevrijding alsnog gesloten. Het aan- Cijfers ontbreken, maar dubbele bewoning, tal mensen dat een woning zocht en een meer gezinnen in één huis, is zeker zo’n oplossing van de regering verwachtte was groot probleem als krotbewoning. dus heel groot. De woningbouw was tijdens de bezetting, maar ook daarvoor al door de Het congres leverde een aantal voorstellen op: langdurige economische crisis, stil geval- - Stel opnieuw de gezondheidscommissies len. Na de oorlog kwam de bouw heel traag in, die in 1931 waren opgeheven. Dan blij- op gang. Er was een tekort aan geschoolde ven er tenminste gegevens voorhanden. vakmensen, een tekort aan bouwmaterialen - Rijk of gemeenten moeten verlies durven en vooral een tekort aan geld, omdat het lijden op woningbouw en bijdragen in de herstel van alle oorlogsschade aan wegen, huur. bruggen en spoorwegen veel eiste van de - Toestemming van het Rijk voor nieuwbouw regering. was in die jaren gekoppeld aan het oprui- Politici van de naoorlogse regeringen herin- men van krotten. Hef die koppeling op, nerden zich nog goed de situatie van rond anders neemt de woningvoorraad nooit toe. 1920 in de woningwetbouw, waardoor de - Zet in op landarbeiderswoningen en maak bouwmarkt jarenlang verstoord was. In een de wet ook van toepassing op niet-land- te hoog tempo bouwen, wat voor toename arbeiders, dus meer woningen in eigen- van woningen nodig was, zorgde voor toe- dom. name van de bouwprijzen en dat leidde dan weer tot werkloosheid in de bouw. Dus dit De kritiek hierop was, dat de woningwet- zorgde voor hoofdbrekens bij de regering. voorschotten werden gegeven tot 100% Daarnaast zorgde de Woningwet met zijn met een aflossingstijd van 50-75 jaar. De regels en voorschriften, dat sterk afwijkende rente en huren werden al herhaaldelijk ver- plannen voor woningbouw bij voorbaat laagd, waardoor de huurders geen enkel haast onmogelijk waren. risico liepen, in tegenstelling tot de landar- Eind 1949 presenteerde wethouder Leen- beiders. Die kregen slechts voorschotten dert Bouma in Bussum een plan voor snel tot 90% met een looptijd van 30 jaar en alle en goedkoop bouwen. Dit plan voorzag in onderhoud van het huis en aanleg van wa- het tegelijk bouwen van verschillende typen terleiding moesten zij zelf betalen. woningen, waardoor de bouwkosten en de Helaas zat de tijd niet mee. Nederland stond huuropbrengst zo in balans waren, dat voor aan de vooravond van de Tweede Wereld- de exploitatie geen bijdrage nodig was van oorlog. De tijd was te kort om nieuwe het Rijk. initiatieven op het gebied van woningbouw In Bussum kwamen van één ontwerp grote te ontplooien. Nederland werd in 1940 bezet aantallen woningen in lange rijen. De kosten door Duitsland. werden in Bussum nog verder gedrukt door de benedenverdieping met drie baksteenla- Woningnood gen te verminderen en de bovenverdieping Toen ik onderzoek deed naar bewoning van met vier baksteen lagen. Daarnaast leverde huizen in de gemeente Marum, merkte ik al het plaatsten van slechts één groot woonka- snel dat inwoning bij de hoofdbewoner en merraam besparing van werk op. Andere zijn gezin in de jaren 45-60 van de vorige besparingen werden bereikt door het hele eeuw heel veel voorkwam. Dit was in heel project in standaardmaten en met stan- Nederland zo, ook in de provincie Gronin- daardbouwmaterialen te bouwen en de gen, waar de schade aan huizen door oor- woningen te spiegelen: de douche, wc, keu-

23 ken en riool, kwamen per twee woningen woning zouden de bouwkosten wel op f naast elkaar te liggen, zodat de hoofdleidingen 10.000,- komen, maar die prijs kon tot de zoveel mogelijk gedeeld konden worden. De helft dalen door er ineens duizend aan te eerste ‘doorzonwoningen’ waren geboren. besteden met allemaal dezelfde ramen en Vanuit het hele land kwamen mensen zich in deuren, trappen, een aannemer die goed- Bussum oriënteren, waaronder, op initiatief koop inkoopt en lage kosten voor architect van burgemeester Huib Ottevanger uit Ul- en toezicht. De huurprijs zou dan liggen op f rum, óók 12 burgemeesters uit Groningen. 5,50 per week.” Burgemeester Ottevanger was antirevolu- Na een bezoek van Ottevanger aan Ir. Van tionair, eerst tegen de nazi’s (hij zat in het Halewijn, de provinciale hoofdingenieur-di- verzet) en later tegen de communisten (tijd recteur voor Wederopbouw & Volksgezond- van de Koude Oorlog). Door op te komen heid van het Departement van Wederop- voor de verdrukten, kon je deze tegenstand- bouw in Den Haag (minister In ’t Veld) , ers bestrijden! In dit geval door veel woning- geeft Ottevanger op 24 maart 1950 een pers- en te bouwen. conferentie in het gemeentehuis van over het bouwplan. Het 1000 Woningenplan Er sluiten zich nog meer gemeenten bij hen Op 13 maart 1950 vond op uitnodiging aan, waaronder Marum. Op 3 april 1950 stuurt van burgemeester Ottevanger een overleg Ottevanger namens 30 gemeenten een plaats van de colleges van B&W van Ulrum, brief aan de minister van Wederopbouw met , , , , het verzoek om toestemming voor uitvoer- , , , , , ing van het ‘1000 Woningenplan’. en . Ze be- spraken een plan voor een grootschalig Precies drie maanden later ontvangen de project samen met ontwerpbureau Kuiler deelnemende gemeenten per brief ant- en Drewes. De architecten van dat bureau, woord van Ir. Van Halewijn over het aantal Por en Hoekstra, legden een plan op tafel woningen dat zij mogen bouwen. van 1000 woningen van één en het zelfde Bureau Kuiler en Drewes wilde het plan type. Por en Hoekstra wilden per dorp 35- laten uitvoeren door één hoofdaannemer, 50 woningen bouwen, in blokjes van mini- maar na de aanbesteding kwamen er twee maal zes huizen. Architect Por: “Voor één aannemers uit de bus: een combinatie van

Ontwerp woningen 24 Freij en Mulder uit Stadskanaal voor het Deze eerste steen was een tegeltableau van zuidelijke deel - en B. Hoogakker uit Ap- keramist Anno Smith met de wapens van pingedam voor het noordelijke deel van de alle deelnemende gemeenten. Het wapen provincie. van Ulrum was in dit geval groter en cen- traler afgebeeld. Het was de bedoeling dat in elke plaats een plaquette werd geplaatst met het desbetreffende gemeente wapen centraal, maar of dat inderdaad gebeurd is, is niet zeker.

Het tegelplateau van Anno Smith

De bouw verliep echter niet zonder slag of stoot. Een half jaar na de start waren de ma- teriaal- en loonkosten met bijna 15% geste- gen; een economische reactie op de Korea oorlog. De planning verliep niet zo strak als ge- dacht. Er was een tekort aan bouwstenen, onder andere vanwege een regenperiode, die ervoor zorgde dat de steenfabrieken hun vuren moesten doven. Het werk werd niet zorgvuldig uitgevoerd door aannemer Hoogakker. Na aandringen geeft Hoogakker een deel van de opdracht terug. De aannemers Van Dijken uit Niekerk en Oosterhof uit Groo-tegast nemen geza- Ottevanger had de Commissaris van de menlijk Marum, Leek en Grootegast over. Koningin, Dr. E. H. Ebels gevraagd om de Baflo. en Winsum worden door drie eerste steen te leggen in Ulrum. Hij kreeg verschillende aannemers overgenomen. daarvoor een zwaar verzilverde troffel met daarin gegraveerd een gedicht van Jan Boer: Het gevolg van dit alles was, dat de huren toch fors omhoog moesten: van f 4,30 Ik metselde de eerste steen per week naar f 6,15 per week. Het Rijk Van duizend huizen leverde geen hogere bijdrage en dus moes- Benauwde woningnood verdween ten de gemeenten zelf zorg dragen voor Steen en plavuizen de kosten. Gemeentesecretaris R. Wentzel In Groninger gemeenschapsbouw van Uithuizen komt met een plan om met Zij schiepen haarden de gemeenten van het 1000 Woningenplan Waar honderden gezinnen trouw obligatieleningen uit te geven. Ottevanger Hun rust bewaarden zet samen met de burgemeester van Leek,

25 Mr. Van Waning, de Unie van Groninger Ge- Hoe is het nu met de woningen van het meenten op, waarbij 18 gemeenten van het 1000 Woningenplan? 1000 Woningenplan zich aansluiten. Met In de tachtiger jaren van de vorige eeuw begeleiding van de Amsterdamse Bank ad- werden de meeste woningen grondig ge- verteert de Unie op 1 september 1952 met renoveerd. De subsidie van het ministerie de uitgifte van obligaties. En zo lukt het toch van Wederopbouw ( f 120,- per woning per nog om de financiën voor de bouw rond te jaar) had een looptijd van 50 jaar en liep af krijgen. Hoewel de woningen niet meer voor in 2001-2002. De woningcorporaties gingen de laagste inkomens betaalbaar bleven. toen afwegen wat de toekomst van deze woningen werd. Medio 2015 betekende dat: Op 8 mei 1952 wordt de sleutel van de 1000e • Voortzetting van de huur: Beerta, Groo- woning in Hoogkerk overhandigd door tegast, Leek, Marum, Middelstum, Uithui- minister In ’t Veld. Hijzelf ontving als aan- zen, Farmsum en Scheemda. denken een zilveren sleutel met gegraveerde • Verkoop aan particulieren in bestaande tekst: “In Ulrum begon het werk - de 1000e staat (vaak nog gaande): Den Andel, De woning in Hoogkerk”. Wilp, Lutjegast, Musselkanaal, Noorddijk, Hoogezand, Stadskanaal. Uiteindelijk zijn er totaal 1.165 woningen • Verkoop aan particulieren, radicaal gebouwd. Het opvallende kenmerk van verbouwd: Hoogkerk deze woningen is het beeldmerk boven de • Sloop: Aduard, Baflo, Bedum, Blijham, voordeur. Drie vierkante betonnen blokjes Delfzijl, Haren, Sappemeer, Leens, Wehe symboliseren de drie nullen van de duizend den Hoorn, Middelstum deels, Muntendam, woningen. Nieuwe Pekela, Oude Pekela, Slochteren,

De Westerhoflaan met blokjes boven deur. De foto is genomen richting De Marktstraat

26 Ten Boer, Uithuizermeeden, Ulrum, Veen- en grote ramen in de woonkamer was veel dam, Vlagtwedde ( op een rijtje van vier na), groter dan hun vorige woning. Westernieland, Wildervank, Winsum, Zout- Aanvankelijk vond Gauke het maar niks. kamp en Zuidbroek. Hij miste de ruimte om huis, het land om te spelen. Hij was gewend om maar een paar In onze omgeving bestaan ze dus nog buren te hebben, die ook in een klein, maar steeds: Westerhoflaan in Marum, Midden- wel vrijstaand huisje woonden. Dus bleef hij straat in De Wilp, maar bijvoorbeeld ook in de eerste 14 dagen nog bij opa en oma lo- Leek aan de Van Panhuyslaan. geren. Hij had in geen vriendjes, want er Met het 1000 Woningen plan werden in woonden geen andere kinderen op de buurt. Marum in de Westerhoflaan en in De Wilp Evenmin waren er winkels in de buurt. Nou, in de Middenstraat woningen gebouwd. dat was in Marum wel anders. De eerste keer dat hij de winkel van Posthumus op de Gauke Wagenaar hoek Hoornweg-Marktstraat zag, keek hij Eén van de eerste bewoners van de Wester- zijn ogen uit, zo groot…! hoflaan in Marum was het gezin Wagenaar. Vriendjes waren er in de Westerhoflaan De huizen in de Westerhoflaan werden be- genoeg. Er woonden veel jonge gezinnen. trokken vanaf 2 januari 1952. Het eerste rij- De vaders werkten veelal bij de ESA of op tje van nr. 2 t.m. 12 werd in 14 dagen hele- de melkfabriek. maal bewoond. De nrs. 14-24 werden vanaf Er was een gemoedelijke sfeer in de straat. 1 februari bewoond en de laatste nummers, Men liep vaak zo even bij elkaar binnen. Dat 26-36 vanaf begin maart 1952. Dus in 3 kon via het touwtje wat uit de brievenbus maanden tijd was er een complete straat hing, of even achterom. bevolkt. Dat was een hele drukte, maar ook De kinderen gingen vaak voetballen op gezellig. Gauke Wagenaar is geboren in straat. Dan werden er een paar jassen Opende in 1947. Als 5 jarige jongen ver- neergelegd als doel. Ook was er een gras- huisde hij met zijn ouders en twee oudere veldje in de buurt waar ze voetbalden. Ze zussen van Opende naar de Westerhoflaan hadden er een hut gebouwd met een gat in nr. 28 in Marum. Dit huis met slaapkamers de grond en een paar takken erover heen, dat was hun ‘kantine’. Later speelden ze ook achter café Hamming (nu Marktzicht) en in het Haarsterbos. In de Westerhoflaan hadden ze 3 slaapka- mers. Omdat hij thuis de enige jongen was, kreeg hij een eigen slaapkamer. Dat vond hij wel fijn. Zijn oudere zussen moesten er sa- men één delen. In Opende sliepen ze boven, allemaal samen op de zolder onder de rieten kap. Ondanks dat er wel een douche en wc war- en aangelegd in de Westerhoflaan, function- eerden die nog niet zoals we dat nu kennen. De waterleiding was namelijk nog niet in het hele huis aangelegd. Er was wel een groene pomp boven het aanrecht in de keuken. Daar moest het water voor het toilet in een kan worden gedaan om te kunnen doorspoelen. De doucheruimte boven werd eerst als kled- ingkast gebruikt. Zichzelf wassen deed men nog bij het aanrecht in de keuken. Om warm water te krijgen moest eerst water gekookt worden op het butagasstel. Gauke Wagenaar

27 Ook eten koken deden ze op het butagas- boerderij van De Vries ( nu Hoornweg 41- stel. Soms was net op zondag de gasfles 43) met het voorhuis richting Westerhoflaan. leeg. Gelukkig was Posthumus niet zo moei- Toen die werd afgebroken, was het dak een lijk en deed hij de deur ook op zondag open heel verleidelijk speelterrein voor de jon- om een gasfles te leveren. gens. Zij kregen hiervoor een reprimande op De was werd gedaan in een grote ketel en het politiebureau! daarna op de bleek (grasveldje achter het De nummers 33, 35, 37 en 39 van de Hoorn- huis) gelegd of aan de lijn gehangen in de weg waren tussen 1948 en 1950 gebouwd tuin. Af en toe stond de wind verkeerd en en stonden er dus al voordat in de Wester- kwamen roetdeeltjes van de rook van de hoflaan woningen kwamen.

Boerderijtje tussen Hoornweg en Westehoflaan. Deze foto is gemaakt van een schilderij ver- vaardigd door F.L. Huisman wonende tegenover deze boerderij. Hij deed het cadeau aan de toenmalige bewoners melkfabriek terecht op het wasgoed. Zijn Mevrouw G. Boer-Hoving moeder had soms net het witte werkpak Geeske Boer-Hoving werd geboren op 19 van zijn vader staan boenen en dan kon ze september 1917, als jongste kind in een opnieuw beginnen. gezin met zeven kinderen ( één kind is jong Een kolenkachel verwarmde het huis. Gere- overleden). geld kwam Notenbomer langs met een zak Haar vader was al jong weduwnaar en had 3 cokes of eierkolen, die werden bewaard in kinderen. Hij trouwde voor de tweede keer. de kolenbak achter de keuken. Uit dat huwelijk werd Geeske geboren. Ze Aan de andere kant van de Westerhoflaan woonden in een klein oud huisje aan een stond één huis (nu nr. 7) op de hoek met de paadje achteraf. Vanuit Marum bezien aan Torenstraat. De andere huizen met oneven de Wilpsterweg, vlak voor wat nu de Zeven- nummers zijn na 1952 gebouwd. buurt heet. Dat huisje is al jaren geleden Achter hun huis stond destijds nog de gesloopt. De kinderen sliepen op de koe-

28 stal. Dit was eigenlijk een ruimte voor twee ouders in op de Zevenbuurt, daar werden koeien, maar die waren er niet. Er was wel ook hun eerste 3 kinderen geboren. een geit, die voor de melk moest zorgen. Haar ouders sliepen in een, voor die tijd, Het was best moeilijk om een geit te vinden grote bedstee in de kamer. Zij zelf sliepen die niet van die sterk smakende melk pro- met hun gezinnetje op de zolder, die voor duceerde. Daar hield Geeskes moeder niet een deel afgeschut was. Er was daar geen van. Ze was de melk van koeien gewend, verwarming in die tijd. Onder het huis was want ze had vroeger altijd bij ‘dikke’ boeren een grote kelder, waar ze b.v. bonen in het gewerkt. zout bewaarden. Op een gegeven moment brandde het De man van Geeske was rietdekker en heeft huisje van hun buren tot de grond toe af. veel huizen in de omgeving van riet voorzien; Aangezien die buren eigenaar waren van vermoedelijk ook de boerderijen van de Sy- het huisje waarin de familie Hoving woonde, benga’s aan De Haar en de Hoornweg. moest de familie verhuizen. Gelukkig was er net een huisje vrijgekomen in de Zevenbuurt In 1952 konden Geeske en Hendrik eigen en konden ze daar terecht. Die huizen zijn in woonruimte krijgen in De Wilp, Midden- 1910 gebouwd. straat nr. 8. Dus een woning van het 1000 Dat was een enorme vooruitgang. Er was Woningenplan. De huizen stonden nog kaal een groot raam aan de voorkant, waardoor in het land, er was geen bebouwing omheen. veel licht binnenviel. Geeske was voor haar De Akkermanstraat werd pas 3 jaar later ge- huwelijk naaister en maakte veel kleding voor bouwd, in 1957. Ook de straten waren nog anderen op bestelling en dat ging makke- niet aangelegd en bestonden uit gewone lijker met meer licht op haar werk. Ze leerde grond. De tuin was ook nog een en al gat. haar man Hendrik al in de schoolbanken Toen ze naar de Middenstraat verhuisden kennen. Hij was bovendien een buurjongen was haar oudste zoontje 3 jaar en haar jong- van haar. Omdat er geen woonruimte be- ste zoontje ongeveer 8 maanden. schikbaar was trouwden ze op wat latere Op een dag was haar oudste zoontje zoek. leeftijd. De eerste jaren woonden ze bij haar Ze was bang, dat hij in een van de vele bouw-

Geeske en Hendrik. De foto is gemaakt bij de bekende fotograaf Steenmeijer in Gro-ningen op 7 november 1947

29 gaten rond het huis was gevallen. Gelukkig misgegaan, toen ze nog jong was en naar bleek dat hij naar zijn oude huis was terug school ging. De ene kant was veel korter gelopen om met zijn vriendje te gaan spe- afgeknipt dan de andere. Maar door haar len, ‘want daar hoorde hij toch thuis? ’ scheiding in het midden te maken, viel het De nieuwe straat kende destijds nog geen niet zo op. Wie later de haren knipte werd buurtvereniging, maar wel was er noaber- niet zo duidelijk in het verhaal. Dus wanneer schap. Er werd bijvoorbeeld door de buren ze voor het eerst naar een kapper ging en geholpen bij het huishouden als er een kind naar wie hebben we niet kunnen achter- was geboren of bij ziekte. Bij Geeske hielp halen. haar schoonmoeder bij de bevalling, want zij was ‘baakster’ . Na haar huwelijk naaide Geeske niet meer Het nieuwe huis werd verwarmd door een op bestelling. Daar had ze niet zoveel tijd kolenkachel, later een gaskachel. In de keu- meer voor met kleine kinderen erbij. Wel ken gebruikte ze een allesbrander om de naaide ze nog voor haar eigen gezin, in- boel warm te houden. De was deed ze op clusief echtgenoot, haar schoonmoeder en een petroleumstel met 4 pitten. Daarop zette haar schoonzusters. De lappen stof kocht ze dan een grote wasketel. Het was zwaar ze bij Geert van der Brug en later bij Jan werk. Zandstra. Die verkocht ook huishoudtextiel. Bij mooi weer werd de was buiten opgehan- In die tijd was men heel zuinig met de stof. gen en bij slecht weer hing de was binnen op Als de buitenkant vaal was geworden, maar lijnen, die dwars door de kamer waren ges- de stof nog heel, dan haalde men bijvoor- pannen. Die was dan snel droog. Soms werd beeld de jas wel uit elkaar, keerde de stof de kamerdeur opengezet om boven ook wat om en naaide de jas opnieuw in elkaar. Dat warmte te krijgen. uit elkaar halen liet ze aan de eigenaar over, Er was nog geen douche in de huizen, die want dat was zulk vies werk. kwam pas later. Iedereen waste zich in de Hendrik Boer is in december 1961 overleden. keuken. De kinderen werden in de kamer of Geeske is altijd in de Middenstraat blijven keuken in een tobbe gedaan. wonen, tot ze naar ‘De Hoorn’ verhuisde. Zelf had ze voor het eerst kennisgemaakt Ze heeft dus heel veel veranderingen meege- met een douche, toen ze ongeveer 9 jaar maakt. was. Ze was toen voor 4 maanden naar een kindervakantiekolonie in Nunspeet ge-stu- Bron: Joop Tilbusscher ‘Zestien vierkante urd. Ze vond het maar raar, dat een meis- meter’. Arbeiderswoningen op Groninger je, dat heel erg bang was, daar gedwongen dorpen 1900-1950 ISBN 978 90 8179 491 6 werd om onder een douche te gaan. Ze had zich toch ook gewoon kunnen wassen? Note redactie: Helaas heeft mevrouw Boer De winkeliers kwamen in de Middenstraat de uitgave van dit blad niet meer mo- nog gewoon aan huis, of waren vlakbij. gen meemaken. Ze is op 10 april 2018, op Kruidenier De Groot kwam wekelijks om 100-jarige leeftijd, overleden. een boodschappenlijstje op te halen en boodschappen te bezorgen. Haar brood kocht ze bij bakker Westerhof (Roel en Kee). Voor de slager ging ze naar slagerij Jansma aan het Plantsoen. De melkboer waar ze kocht was eerst Poppe van de Wal en later Jan de Wind. Hendrik Smit, die 2 à 3 huizen voorbij de melkfabriek woonde, verkocht huishoudelij- ke artikelen. De meisjes droegen allemaal eerst lang haar, later werd de mode korter, tot net boven de schouders. De haren van Geeske werden door haar zus geknipt. Dat was wel een keer 30 De unieke foto’s van juf Nel Brander

Cobi Olijve

Wel eens op www.ditiswesterkwartier.nl gekeken? Een leuke site van Simon van der Goot, met achtergronden, nieuws en verhalen uit het . Wij vonden er een artikel over de kleuterjuf die begin jaren vijftig aan de kleuterschool van Nuis heeft gestaan. Over haar wederwaardigheden in Nuis wilden we wel iets meer horen en daarom hebben we contact met haar gezocht. Het gaat om kleuterjuf Nel Brander - van der Schaaf uit Heerenveen, inmiddels 84 jaar. Zij heeft unieke foto’s uit haar jaren aan de kleuterschool te Nuis. Nel had 45 leerlingen in de klas, voor de helft uit het kamp Nuis en voor de helft uit het dorp. Soms krijgt ze het nog warm als ze er aan denkt dat ze tus- sen de middag een aantal kinderen een poosje alleen achter moest laten. “Ik heb twee jaar aan die school gestaan en ben er soms duizend doden gestorven “, herinnert Nel zich.

Loopbaan De school Na de MULO krijgt Nel een baan op een “De school bestond uit twee lokalen achter- kantoor in Drachten en werkt ze de hele dag in de kosterswoning van Nuis (nu Dorpshuis achter een grote typemachine. Het is niet De Vrijborg). Het pand was van 1900 tot 1935 wat ze echt wil en ze gaat een opleiding aan een werkhuis en was daarna de kosterwo- de Kleuterkweek volgen. Na haar opleiding ning. In het voorste lokaal zat de eerste klas krijgt ze een baan aan de kleuterschool in van de lagere school. Daar stond juf De Vries Nuis. De vorige juf, juffrouw Smit, ging trou- voor de klas. Ik zat in het achterste gedeelte, wen en vertrok naar Groningen. De stagiair met 45 kinderen in de leeftijd van 3,5 tot 7 die er was bleef ook niet, dus stond Nel er jaar. Het is een wonder dat het altijd goed alleen voor en dat was als nieuwbakken juf is gegaan. Tussen de middag moest ik de best pittig. Twee jaar lang heeft Nel zo aan kinderen, die uit Niebert en Tolbert kwamen, de school in Nuis gestaan, maar die tijd op de bus zetten. Dan stond ik soms een tijd staat in haar geheugen gegrift. te wachten tot de bus kwam en waren de andere kinderen zonder toezicht. Een keer kwam ik terug en zag ik tot mijn grote schrik kinderen tekeningen in de kachel gooien.” Nel begon op 1 november en moest zich meteen verdiepen in het Sint-Maarten feest, dat ze in haar woonplaats Drachten nooit had meegemaakt. Daarna volgde Sinter- klaas. “Toen ik over taai-taai begon, lagen de Molukse kinderen in een deuk. Taai-taai betekent in het Maleis ‘poep’.” Speelgoed was er niet. Kleuteronderwijs was niet in de wet vastgelegd en dus was er ook weinig geld voor. Van een handige vader kregen we houten blokken en palen. Dat werd natuurlijk ‘oorlogje spelen’. Van een prentenboek werden de plaatjes op een stuk board geplakt. Hier werden dan puz- zels van gemaakt. Later kwam er gelukkig wat professioneler materiaal voor behoorlijk kleuteronderwijs. Er werd veel buiten gespeeld. Als het maar Juf Nel met een aantal kleuters even goed weer was gingen we naar buiten.

31 De kinderen speelden graag in de grote zandbak en voor de ‘bouwhoek’ was ook wel ruimte te vinden.

32 Vrijgezellenbarak Nuis verlaten Als juf Nel met de kinderen ging wandelen Na twee jaar krijgt Nel een baan aangeboden bij naar de Coendersborch, kon ze rekenen op de nieuw gebouwde kleuterschool ‘De Zonnes- veel belangstelling van de mannen uit de traal’ in Drachten en vertrekt ze uit Nuis. Daarna vrijgezellenbarak. “Ik kreeg zelfs wel briefjes geeft Nel in Drachten nog methodiek aan de van hen. Daar had ik niet zoveel mee op“. kleuterkweek. De barakken herinnert ze zich nog goed. Daarna is ze getrouwd en het gezin krijgt 2 kin- “De bewoners pakten hun meeste spullen deren. Als haar man een baan krijgt aangeboden niet eens uit. Men verwachtte snel terug te in Heerenveen krijgen ze er ook een woning keren naar de Molukken en de koffers en bij en dus vertrekt het gezin naar Heerenveen. kisten stonden klaar voor de terugtocht. En Haar kinderen zijn dan 3 en 6 jaar oud. Als de er was al zo weinig ruimte voor de gezinnen. kinderen wat ouder zijn krijgt Nel een baan als In de barakken woonden ook kinderen die bureauleidster bij de Rutgerstichting van de van elders kwamen. Dat bleek toen ik een NVSH. Later is Nel 21 jaar (!) mantelzorger voor lijst met namen bij de gemeente inleverde. haar ouders geweest. Ze woont nog steeds in Een deel van de kinderen stond hier niet ge- Heerenveen. registreerd.” De foto’s uit de jaren vijftig heeft Nel al die tijd bewaard. Toen ze een tijdje geleden Piet Geen eenheid. Matahelumual op Omrop Fryslân hoorde vertel- Wat de juf nooit voor elkaar heeft gekregen is len over de barak van Kamp Nuis die in Jonkers- het maken van een kring. “Er was niet direct vaart is ontdekt, heeft ze contact met hem een eenheid in de klas tussen de Molukse en gezocht. Groningse kinderen. Natuurlijk speelden ze Ze wist nog dat ze Piet in Nuis in de klas had met elkaar, maar een kring maken en elkaar gehad. een hand geven was er niet bij. Eén van de tweeling Harry en Bertje Beutje raakte wel verliefd op een meisje Francisca. Waarop de moeder zei, dat ze nooit had gedacht dat haar zoon met een Moluks meisje thuis zou komen en moest vaststellen dat ze al echt verkering hadden.”

33 Klaar voor de (school ) reis. Aan de mutsen zal het niet liggen

Links achter staat juf Nel. De namen van de andere volwassenen en de kinderen op de foto’s zijn niet bekend bij de redactie. Mocht u daar opheldering over kunnen geven dan horen we dat graag: [email protected] of 0594 643543

34 Herinneringen aan het Boereveld (deel 1)

Jannes Kuiper

Jannes Kuiper heeft herinneringen opgeschreven over de tijd dat hij op het Boereveld woonde. Het is de periode van 1951 t/m 1967. Jannes schreef het met medewerking van zijn zussen Trienke van der Woude-Kuiper en Martje van der Velde- Kuiper. Hij woonde op Boereveld 8, een boerderijtje. Het huis is gebouwd in 1911, zoals op de voorgevel naast de voormalige voordeur, op een metselsteen staat te lezen. Opa Jannes Sikkinga heeft samen met aannemer Hainje de Jong uit De Wilp het boerderijtje gebouwd. Deze is na verkoop verbouwd tot woonboerderij en staat er nog steeds.

Vanaf de Wendtsteinweg naar het Boe- trainer. Tot hier lag er ook een klinkerweg. reveld Rechtdoor begon het zandpad van het Ma- Naast de manufacturenwinkel van Hofman lijkse pad en naar rechts begon het Boere- was de Dorshuisstraat. Rechtdoor ging je veld. naar de boerderij van de familie E. Borger Elke aanwonende moest zijn eigen stuk en daarnaast woonde de familie H. Veen- zandpad onderhouden, sommigen eigenaren stra. Op die nagenoeg haakse bocht, on- hadden hier maling aan, wat onderling nog deraan het voorrangsbord, lag een zwerfkei. wel eens tot wat bozige reacties leidde. Het eerste huis direct na de scherpe bocht Op de hoek aan het Malijkse pad woonde de was van de familie R. Poelman, dan het fam. Arnold Blaauwijkel, een wit boerderijtje dubbele huis met de families Mertens en dat er nog staat (nu Dorpshuisstraat 19), Poelman, daarnaast de dames Wielinga en voorheen woonde hier de fam. Dalmolen. dan het Dorpshuis. De voordeur bevond zich aan het Malijkse Hiernaast lag een grasveldje, waar de paar- pad en het boerderijtje behoorde zodoende denclub ‘Mazeppa’ zondagmorgens aan het niet bij het Boereveld. oefenen was. Dhr. de Kleine was toen de

De woning van de familie Kuiper, Boereveld nr. 8. Naast de zijdeur, een beetje verstopt achter een boom, is de zinkput te zien. De half ronde goten waren van asbest

35 Het Boereveld tal kalkoenen lopen en een aantal pauwen. Het Boereveld bestond uit arbeidershuisjes De familie Heyes had ook wat vee. en boerderijtjes, te beginnen bij de fam. Jo Tegenover het boerderijtje van de familie Braam op nr. 2, fam. Piet de Vries woonde Holtrop was toen een bosje. We hebben wel op nr. 4. Voorheen woonde daar fam. A. eens een ijsvogel vanaf een tak in die water- Blaauwijkel. Op nr. 6 zat de familie Hendrik sloot zien duiken. Veenstra, later de familie Gouke Veenstra In 1963 liepen er voor ons huis landmeters en de familie Anne Middel. met roodwitte (sjalon) stokken door het land. Op de driesprong stond onze boerderij, nr. 8. Er zou worden gebouwd. Rondom is het nu Je kon hier rechtsaf langs de fam. Roelf allemaal nieuwbouw, alleen aan de zuidkant Reitsma, Albert Mijnheer (voorheen fam. niet. J. Heuker) en fam. Hendrik Terpstra. Hier kwam je uit op de Lindsterlaan, daar waar De indeling van woning Boereveld 8 nu de rotonde is. Via de zijdeur kwam je in een korte gang die uit kwam op een gang die van voor naar Op die driesprong linksaf en gelijk de vol- achter door het huis liep. Als je aan het eind gende driesprong rechtsaf stond als eerste van de korte gang links af ging had je links het boerderijtje van Oalle Eit Drent en zoon de ouderlijke slaapkamer (voorheen zat daar (Gerrit) Kai, dan kwamen vier woningen die een keuken). Aan het eind zat een raam. neergezet waren door de woningbouw- Vroeger zat daar de voordeur, maar die was vereniging. De eerste woning werd be- dichtgemaakt. Rechts in de gang zat de woond door de familie Jan Pops, dan kwam deur naar de kelder en daarnaast de deur de familie Eeuwe van Dijk, dan de familie naar de woonkamer. In de woonkamer had Harm Varwijk (daarvoor fam. Bonnema) en je rechts twee bedsteden met daar tussenin in de laatste van de vier woningen de familie de servieskast. Onder de bedsteden bevond Hendrik van der Veen. zich een opbergruimte, daar bevond zich de Rechts van de weg stond het huis van de kelder. Liep je in de korte gang rechtdoor familie Jan Boerema, daarnaast dat van de dan kreeg je de deur naar de schuur. Ging je familie Wolter Poelman (later fam. R. van aan het eind van de korte gang naar rechts, Houten) en dan als laatste het huis van de dan bevond zich aan de rechter zijde een familie Folkert Stobbe. Jan Boerema had open keuken. Daarnaast was een slaapka- een oneven huisnummer, hij woonde als mer, dan een open stukje en daarnaast was enige aan de rechterzijde van het zandpad. tegen de achtermuur ’t hûske. Tegenover Doorrijdend vanaf Stobbe en dan linksaf aan ’t hûske was nog een deur naar de schuur de watersloot woonde de familie Gerrit Heijs. en aan het eind van de gang zat weer een Iets verderop kon je weer linksaf en kwam je buitendeur. De achtergevel van de schuur weer bij ons uit, hier woonden halverwege had een hoge dubbele deur en rechts daar- oma Hiltje en opa Hindrik van Dijk. van een kattengat voor poes Mieke. Vanaf familie Heijs op die driesprong recht- In de schuur stond een open trap die naar door kwam je uit op het Malijksepad. de zolder boven het woongedeelte voerde. In de haakse bocht van het Malijksepad woonde de familie Derk Holtrop, ernaast de familie Harke van der Wier, dan de familie Tezamen met mijn jongere broertje sliep ik Roelf van der Wier en de familie van Durk in de bedstee in de woonkamer, deze was Zeeman (voorheen P. van der Linden). hooguit 1.50 m. lang en aan mijn kant ging Rechtdoor kwam je weer uit op de ook de helft van de servieskast van de ruimte Dorpshuisstraat, schuin tegenover de fami- af. Je lag dus altijd in foetushouding. lie Zeeman was het Pieterspadje richting de Als er visite kwam, b.v. familie uit Surhuis- Wendtsteinweg. terveen, Drachten of Dokkum, dan moest je De familie Heijs had een kippenbroederij. voordat die binnen kwam al in de bedstee Naast de opfok waren zij tevens leverancier liggen. Dat het gepraat, de pijp- sigaren- en van eieren. Buiten zag je ook een groot aan- sigarettenrook (meeroken heet dat nu) niet

36 erg bevorderlijk was voor de slaap, mag wel weer geschud om de aanhangende klei te duidelijk zijn. Er werd ook vaak Fries gespro- verwijderen. ken, dus dat kreeg je al jong mee. Recht voor het huis stonden twee kas- In de andere bedstee sliep Moeke (opoe tanjebomen. Ook stond er een kastanje- Sikkinga). Mijn ouders sliepen in de voorste boom links van ons huis, maar deze is later slaapkamer en mijn zusters in de slaapka- afgezaagd, waarna er een autoband op is mer naast de keuken. gelegd met (Gouds-) bloemen erin. Voor In de woonkamer stond tegen de voorge- stond ook een pruimenboom (katerkloten) vel een verhoogde schouw. Als het kouder en links, achter de doornhaag, was de groen- werd, werd de kachel hier onder vandaan tetuin. Ook een kruidentuin met o.a. een gehaald en werd middenin de kamer gezet. grote maggiplant en bloemen zoals dahlia’s. Het ‘oproakelen’, het heen en weer trekken Er was ook een appelhof, als ik me goed van het stalen rooster onderin de kachel om herinner met zes verschillende soorten ap- de as van o.a. de eierkooltjes en briketten te pels, o.a. de goudrenet. Rechts van ons laten zakken, was ‘s morgens zeer vroeg een huis stond de stookhut, met daarnaast een bekend geluid. perenboom. De fruitbomen werden elk jaar De Friese staartklok die in de kamer hing, aan de onderkant in de witkalk gezet. gaf per heel en per half uur, hoorbaar de tijd Van de kruldoorns (kruisbessen), de rode, aan. Moeke kon aan het geluid horen of de zwarte en groene bessen ging je meestal klok onderhoud nodig had. veel te vroeg eten, zodat je verzekerd kon De kelder werd gebruikt voor o.a. alle weck- zijn van buikloop. flessen, de zuurkool in de Keulse pot en Buiten was een waterpomp en er was ook de aardappelopslag. Via het kelderraampje een zinkput voor het water dat van het dak werden daar elk jaar enige mud Irene klei- kwam. aardappelen naar binnen gebracht. Voordat Doordat de dorpel onder de buitendeur uit- de aardappelen werden geschild gingen een gehold was door slijtage, kwam het af en paar maaltjes in een jutezak. De zak werd toe voor dat er een kikkertje in huis was. dan horizontaal een aantal keren heen en

plattegrond van de woning

37 Familie Mijn ouders Trientje Sikkinga en Jan Kuiper Opoe Trientje Ansing en opa Gerrit Kuiper zijn op 28 mei 1942 getrouwd. Zij woonden woonden aan de Evertswijk in Zevenhuizen, in Niebert. Na het overlijden van Andries zijn op de hoek met de Jonkersvaart. Ze woon- zij bij moeke ingetrokken op de boerderij. den naast de veehandel van Geert Vogel. Mijn vader heeft het werk op de boerderij Het adres is nu Evertswijk 45. verder gedaan, maar het aantal koeien liep gestaag terug. De combinatie dagelijks werk,

Opa en oma Kuiper-Ansing

Oom Andries Sikkinga

lang van huis en na werktijd ook nog de koe- ien melken werd te veel. Daarbij kwam, dat twee kapiteins op een schip ook niet goed werkte. De koeien werden op een gegeven moment verkocht en het land werd ver- pacht. Dit was tevens het moment dat mijn Opoe Sikkinga ( moeke) beide oudere zusters een eigen slaapkamer op de deel kregen. Opa Jannes Sikkinga, de pa van mijn moed- Mijn zuster Trienke vertelde nog een leuk er, heb ik niet gekend. Mijn opoe (ze werd verhaal: Ze was buiten aan het spelen toen altijd moeke genoemd) was Martje Sikkinga haar oudere buurmeisje Reina Stobbe naar - Westerhof. haar toe kwam. Die vroeg haar of ze wel een Na het overlijden in 1923 van mijn opa, ver- broertje wilde.” Jawel hoor” zei mijn zuster zorgde zoon Andries de boerderij. Andries Trienke. “ Nou”, zei Reina toen, “dan moeten was een broer van mijn moeder. Overdag we even een kikker in ‘t land zoeken. Dan werkte hij op de timmerfabriek. Op 3 mei binden we die aan de achterdeur, want die 1943 is hij neergeschoten, hij was nog maar kikker is voor de ooievaar”. Kikkers waren 29 jaar oud . (zie t’Olde Guet nr. 3) er genoeg te vinden en ze bonden er één Over de oorlog werd zelden iets gezegd, aan de deur. Daarna ging Trienke met Reina maar mijn moeder heeft ons wel eens verteld mee naar huis om te eten. Toen ze weer dat het kieltje van haar broer net een zeef naar huis werd gebracht kwam ze tot de was, zoveel kogelgaten zaten erin. ontdekking dat die kikker wel degelijk gehol- pen had: ze had er een broertje bij gekregen.

38 Op mijn pa’s persoonsbewijs van 25 sep- De dagelijkse gang van zaken tember 1941, uitgegeven door de gemeente Naast het koken in de keuken werd er ook Marum, was het woonadres op 12 mei 1943: wel gekookt in de stookhut, op een petro- Marum A 189. leumstel. In de stookhut stond tevens de Volgens dit officieel bewijsstuk( L 8/ No wastobbe, waar je zaterdags in de tobbe 00276 ), inclusief zijn vingerafdruk, had Jan geboend werd, te oordelen naar het gezang Kuiper, op 19 april 1920 geboren te Roden zat ’t vuil altijd stevig vast. (Leutingwolde) achtereenvolgens gewoond De stookhut werd ook gebruikt voor het in: Zevenhuizen B 515, Tolbert C 258, op bakken van de oliebollen en het wecken van 1 juni 1942 Niebert C 36 en daarna dus op groenten en fruit. Uiteraard was het een A 189 in Marum. onverwarmd ruimte van een paar vierkante Volgens de distributiestamkaart, (nr. meter. 03313), heeft mijn vader gewoond in Ook de witte was werd er gekookt, in een Niebert op C 165, op 6 mei 1941 werd ver- gietijzeren kookpot die naast de stookhut meld Leek- Zevenhuizen B 154 en op 1 juni stond. Daarna werd de was eventueel 1942 Marum- Niebert C 36. Op dit adres zijn verder in de stookhut behandeld, maar het mijn ouders gaan wonen na hun huwelijk. uitspoelen werd bij de pomp gedaan op de Er is dus nog al eens van werkgever en boenstap, een plateau voor de waterpomp woonhuis gewisseld. van zo’n 2,5 m bij 2,5 m. Op de distributiestamkaarten van mijn moe- ‘s Winters was dit uiteraard geen pretje. der en moeke Sikkinga was het adres op 29 Het wasgoed lag veelal te drogen op het sept. 1939: A 189. Ook op de Tweede Dis- gras (de bleek) of hing aan de waslijn. Soms tributie Stamkaart, van 11 juni 1944, staat was er weinig ruimte vanwege een rij witte dat vermeld. Op mijn geboortekaartje van langwerpige katoenen doekjes. 1951 was dit Marum A 208 geworden, tot- Bij ’t hûske kon je onder de deur door aan dat t’ Veld het huidige adres Boereveld 8 de broek of de schoenen zien wie er zat. Bij toegewezen kreeg. mijn ouwe heer rook je in de gang de Cabal- lero sigaret al. In het begin was er uitsluitend papier van het maandblad De Boerderij en de NCRV gids, maar ook de Leekster Krant moest eraan geloven. Er is daar wat drukinkt versleten. Eigenlijk waren we toentertijd al modern nietwaar, momenteel heet dit recy- cling. Naderhand kwam bij ons ook de toi- letrol. Pa z’n favoriete hobby was het leeghalen van de fecaliënput en het in de kruiwagen scheppen met de putemmer. Onder het rij- den kon hij dan de drijvende laatste nieuw- tjes nog eens lezen. De mest werd vervol- gens over de tuin verspreid, o.a. over de rabarber. Het moet gezegd, wij hadden wel altijd hele dikke rode rabarberstelen. Bij het oogsten bleek dat de papierrestjes soms nog in de prei of kool zaten. Ook hin- gen er nog weleens restanten aan de rabar- berstelen. Daar staat mijns inziens tegenover dat de prei ,kool en b.v. rabarber tegenwoor- dig nauwelijks nog smaak hebben. Op de zolder lagen voor de kleine raampjes schijfjes zachtzure appel. Die werden naar bakkerij Hofstee gebracht, die droogde ze Trouwfoto Jan en Trientje

39 dan in de oven en eenmaal thuis werden ze bestelling werd ‘s maandags opgehaald en naar de zolder gebracht. Daar werd door vrijdags afgeleverd. Als aan Meijer werd de kinderen hoogst persoonlijk regelmatig gevraagd of het fruit lekker was, dan zei hij gecontroleerd of de kwaliteit nog wel goed steevast dat hij het zelf had geproefd. was… Op oudejaarsdag werden er oliebollen ge- Op de zolder stond ook een scheepskist met bakken, standaard kwam er in het zelfrij- een aantal vogelboeken en o.a. boeken van zend bakmeel een flesje bier. Dit beslag had Jules Verne. Ook lagen er een oorijzer en eerst achter de kachel, met een vochtige een witte stenen poedel in. De poedel was theedoek erover, staan rijzen. van onze voormalige buurvrouw weduwe Mamme was veel aan het werk bij deze en Grietje Eilander geweest en is nog steeds gene om het huishouden te doen. Tussen de familiebezit. middag was ze dan weer thuis. Moeke brei- Onze kippen zaten in een ren, zij zorgden de sjaals en sokken. Sokken stoppen deed voor verse eieren. Als er voldoende voor- ze ook zelf natuurlijk. De strengen (knotten) raad was gingen er zaterdags wat eieren breigaren werden gekocht bij Hofman. Ik heb naar tante Jantje en oom Hendrik Dijkema. moeke vaak geholpen kluwens te maken. Een keer per jaar werd het houten hok met De streng om mijn beide uitgestrekte armen een middel tegen kippenluis ingespoten. en moeke rolde de wol dan op tot een bol. Overgebleven eten zoals aardappelen e.d. Later werd een Singer trapnaaimachine kregen de kippen niet. Mijn moeder zorgde aangeschaft. Eerst kwam Martje Heijs de er wel voor dat alle pannen leeggegeten naai- en verstelklussen doen, daarna kwam waren. Voordat je erop verdacht was had je er iemand uit Boerakker. de laatste schep in het bord. Menigmaal zat Er was nog draadomroep destijds, later pa dan ook met zijn bord omgekeerd boven kregen we een radiomeubel (kast op vier zijn hoofd. pootjes) waar je aan het groene lampje kon zien of deze goed op de zender was afge- Mee-eters stemd. Met enige regelmaat waren er tussen de Pa was ‘s winters controleur/ kaartjesknip- middag mee-eters, o.a. dhr. Jan Turksma. per bij de ijsbaan aan de Pierswijk. Altijd Turksma ventte koffie en had op de Bremer- met een lange bruine leren jas aan. Omdat weg een stuk grond. Mijn moeder en tante hij elke werkdag met de ESA bus naar Gronin- Jantje hielpen wel mee om in de zomer daar gen ging, knipte hij ook wel de kaartjes in de peulvruchten te plukken. Ook iemand de bus.Pa was in dienst bij de gemeente uit Haulerwijk die kleding uitventte at regel- Groningen en hij werd destijds verplicht om matig mee. Een al wat ouder vrouwtje van binnen 15 km. van de stad te komen wonen. het woonwagenkamp uit Opende, kruising Noordwijk met de Openderweg, kwam ook School bij de deuren langs. Zij ventte met wol, ga- Ik ben op de kleuterschool geweest op de renklosjes, breipennen, veiligheidsspelden, plek waar nu de brandweerkazerne is. Voor- kachelpoets, e.d. (zgn. bakventer). Tevens heen was daar het arbeidsbureau en nog kwam van Boelenslaan een man met een wat vroeger het gemeentehuis. houten been bij ons aan evenals iemand die Het was naast slagerij Rekker. met een hondenkar goederen aan de man Ik heb de School met de Bijbel doorlopen, trachtte te brengen. maar school kon me niet bekoren. De hele Als mamme verse soepballetjes ging maken dag stilzitten en de oersaaie, herhalende kwam er ook beschuitmeel door. Dat maak versjes, jaartallen en tafels opdreunen ging je door twee beschuiten tegen elkaar wrij- me steeds meer tegen staan. ven. Ik mocht ook vaak helpen. De balletjes Op een ouderavond had een leraar mijn werden handmatig gerold en als moeders moeder verteld dat ik alle vogels buiten zag even niet keek verdween er zomaar een. vliegen. Ik werd daarna fijntjes verbannen Groenten, mandarijntjes, sinaasappelen e.d. naar de gangzijde. bracht kruidenier Jan Meijer uit De Wilp. De Hoofdmeester Kroes organiseerde eens een

40 Het pand ten tijde dat het in gebruik was als arbeidsbureau voetbalwedstrijd met de Molukkers. Daar- Eit is op 13 jarige leeftijd jong overleden. voor gingen we naar het kamp in Nuis, waar Toen hij in het ziekenhuis in Drachten lag aan de achterzijde een trapveldje was. ben ik er nog heen geweest, bij pa Stobbe Het staat me nog goed bij dat we door een achter op de brommer. haag van bewoners naar dat veldje fietsten. Van te voren werd me ingeprent dat als ze Hoe de wedstrijd verlopen is weet ik eigen- me vroegen hoe oud ik was, ik dan ‘zestien lijk niet meer. jaar’ moest zeggen, anders mocht je daar Op een keer toen ik met Geert Ras van n.l. niet op bezoek komen. school kwam, zagen we aan het Kerkpad Ooit hadden we een hol. In het bos van Jan (nu de Spoorstraat) iemand, met een hond Boerema groeven we een gat in de grond. onder de invalidenkar, stilstaan. De hond Hierover heen legden we dikke takken, daar kon de kar niet meer uit een zandgat krijgen weer overheen kwamen dunnere takken en naar later bleek had hij daar al een halfuur en hierover bladeren. Dan werd alles weer stil gestaan. Dat we hem terugduwden tot toegedekt met zand. Via een kruipgang op de verharde weg bij de Kruisweg vonden kwamen we in het hol. Omdat het bos in wij heel normaal, waarom hij daarbij zat te het geheel op zandgrond lag bleef het mooi huilen voor deze hulpvaardigheid, vonden droog. wij destijds maar heel erg vreemd. Een pakje Silky sigaretten was destijds niet prijzig. Als we uit dat hol kwamen stonken we als wezels, ook door de petroleumver- Jeugd. lichting uit de stormlantaarn. Het ontging Ik ben in mijn jeugd veel opgetrokken met ons, maar mevrouw Stobbe had echter een Eit, zoon van Folkert en Griet Stobbe, de goede neus en na een tijdje werd het ten dochter van opa Eit Drent, onze naaste strengste verboden om nog naar het hol te buurman. gaan.

41 Het vangen van duiven deed je door een via het bosje van de familie Boerema weer aardappelkistje schuin op een stok te plaat- terug. sen, hieraan een touw en wat maïskorrels Hier zaten ook enkele springbulten in, eronder en wat korrels erbuiten, het duurde passeren was er niet of nauwelijks bij, alleen vaak niet lang, een ruk aan het touwtje en je bij de start vanaf Poelman was een breder had er weer een, vooral Turkse tortels waren stuk grasveld, de lol was er niet minder om. destijds gewild vanwege hun zang. Met de buurjongens en de broers Heidinga, Hout om een boog en om pijlen te maken gingen we dan een wedstrijdje aan. Om een was er genoeg voorhanden in het bos. Pek Bazooka kauwgum, of een sigaret die we en vliegertouw voor de boog was altijd kregen van Klaas (Kai), de oudere broer van wel te krijgen. Een paar brokken pek in een Eit. blikje op een zacht vuurtje en langzaam de Een fiets hiervoor had ik niet, maar met een pijl draaien totdat er een mooie egale punt schuur vol fietsen van m’n ouweheer was dit aanhing. nooit een probleem.

Jan Kuiper met zijn collie

Om te zorgen dat het pek bleef hangen werd Handel de pijl bovenin iets gespleten en daar werd Mijn pa had van huis uit een handelsgeest een koploze spijker ingezet. Deze werd met meegekregen. Hij begon naast zijn werk een aantal slagen vliegertouw vastgesnoerd. als hobby fietsen op te knappen en door te Voor een wedstrijdje fietsen werd later is in verkopen. het bos een aantal boompjes verwijderd, Daarna kwamen er allerlei brommers en mo- om zodoende een smal bospad te maken. toren. Elke week stond er wel een adverten- Het pad liep vanaf familie Poelman, bij het tie in de Leekster Krant, met onderaan altijd: land langs van de familie Mijnheer, een klein n.o.z. (niet op zondag). stukje langs de akker van Oalle Drent en dan

42 Thomas, Puch, BSA, Norton, AJS, Match- In een later stadium kwamen bij die handel less, Arial, Triumph, Rudge, Vespa, Peugot, ook auto’s, Fiat 500, Daf, Simca, ook een Gilera, Jawa, CZ, Sparta, Maico, DKW, Eijs- BMW Isette 300 cc, waarvan het stuur mee- sink, Harley Davidson, Berine, NSU Max, draaide met het open en dicht doen van de NSU Quickly, JLO, RAP enz., enz. trokken enige deur. Ook was er eens een 8 cilinder allemaal voorbij. Aanloop en handel was er Studebaker, met een bergversnelling. Deze zaterdags volop. Ca. 60 brommers en ca. kroop dan door het weiland. Sommige 6 en 20 motoren was de normale voorraad. 8 cilinder Amerikanen hadden nog vinnen op Ook stond een Indian op de deel die niet het achterspatbord. voor de verkoop was, die werd vertroeteld. De kap van die BMW Isette is later naar Dat de waarde van dergelijke motoren in die Germ Terpstra gegaan. Germ deed toen de tijd niet lang groot was, getuigd wel van het melkrijderij en de kap heeft dienst gedaan feit dat een Harley werd geruild/ verkocht als beschutting op de tractor, voor een span kippen, of naar een boer ging In de schuur waar de brommers en fietsen om de melkkar door het weiland te trekken. stonden had mijn vader een keldertje ge- Momenteel zijn deze voor- en naoorlogse maakt, met een houten deksel. Als er prat- motoren, met de versnellingshendel aan ers waren o.a. lytse Teake Bloem, werd hier- de benzinetank en de voorontstekers uit nog wel eens een flesje geestrijk vocht en kleplichters aan ’t stuur, goud waard. tevoorschijn gehaald . Toch twijfelde mijn Menigmaal kwam het voor dat de kickstarter ouwe heer soms aan het aantal flesjes dat met een bloedgang terugsloeg, doordat een er stond. Hij dacht toch zeker te weten dat van de handeltjes of de ontsteking verkeerd er meer volle flesjes stonden… Maar ja, de afgesteld stond. Amstel smaakte mij ook prima. Toen de Amerikanen en Canadezen naar huis gingen na de bevrijding, zijn er heel wat Harley Davidson motoren hier in Europa achter gebleven. Dit is het einde van deel 1 over het Boere- veld. In het volgende deel wordt veel verteld over Kai Drent, ook een bewoner van het Boereveld. Maar er zijn ook hoofdstukjes als ‘Strünen’, de familie Hasper, het motorrij- den op Trimunt, en het eerste baantje van Jannes Kuiper.

43 Colofon

’t Olde Guet is een uitgave van de vereniging Heemkundekring Vredewold-West in Marum.

’t Olde Guet betekent letterlijk: oude land of landerij. In het jaar 1470 heeft het klooster Trimunt haar grondbezit in het kerspel Marum uitgebreid, door de verwerving van ‘Tyarsema Olde Guet’ gelegen tussen de Ae en de Haar.

‘t Olde Guet verschijnt minimaal 2x per jaar. De verkoopprijs voor een los nummer bedraagt € 7,50.

Bij de omslag De afbeelding op de omslag is het schilderij dat de Marumse kunstenaar Tony Simon heeft gemaakt voor de raadzaal van het gemeentehuis van Marum. De acht personen op de voorgrond stellen de geschiedenis en de toekomst voor; daarnaast ook de integratie van de Molukse gemeenschap in Marum. De gebouwen op de achtergrond staan voor de acht dorpen die samen de gemeente vormen, v.l.n.r. Lucaswolde, Jonkersvaart, Noordwijk en Boerakker, Nuis, De Wilp, Niebert en Marum.

Doel van de vereniging Heemkundekring Vredewold-West: De vereniging houdt zich actief bezig met het erfgoed van het eigen heem om het waardevolle uit de geschiedenis van de gemeente Marum te behouden en de belangstelling voor en kennis van onze leefgemeenschap in heden en verleden te vergroten.

Bestuursleden van de vereniging Heemkundekring Vredewold-West: - Koos Vos, voorzitter Willemstad 5, 9363 XE Marum. Tel. 0594-643543. - Wim Alberda van Ekenstein, secretaris Het Riet 2, 9363 KG Marum. Tel. 0594-642835. - Wouter van Schaik, penningmeester Westerweg 39, 9824 TE Noordwijk. Tel. 0594-659238 - Gonneke Teeuwen - Renssen, ledenadministratie Hoornweg 62, 9363 EH Marum. Tel. 0594-642945 - Henk van der Wijk, beheerder website Van Houtenwei 4, 9248 SC Siegerswoude. Tel. 06-52126859

Redactie: Koos Vos en Cobi Olijve Willemstad 5, 9363 XE Marum. Tel. 0594-643543

Redactiesecretariaat: Willemstad 5, 9363 XE Marum. Tel. 0594-643543 [email protected] www.historischmarum.nl

Bankrekening: NL77 INGB 0009 5572 08 t n.v. Heemkundekring Vredewold-West

ISSN nummer: 1877-8968

Druk: Huisman Drukwerk Reclamegroep, Marum 44