PDF Van Tekst

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

PDF Van Tekst Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel VI Techniek en samenleving hoofdredactie H.W. Lintsen bron H.W. Lintsen (red.), Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel VI. Techniek en samenleving. Walburg Pers, Zutphen 1995 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/lint011gesc06_01/colofon.htm © 2009 dbnl / H.W. Lintsen / de afzonderlijke auteurs en/of hun rechthebbenden 10 Herinneringsdoek aan de eerste tentoonstelling van de ‘Wonderen der Industrie van alle Landen’ te Londen in 1851. Tot de talloze souvenirs, zoals albums, prenten, catalogi, beschrijvingen en plattegronden van tentoonstelling en omgeving, hoorde ook deze bedrukte textieldoek. De voorstelling van het hoofdgebouw in het midden is omlijst door de vlaggen der deelnemende naties en de portretten van prins Albert, de bedenker van deze tentoonstelling, en koningin Victoria, die de opening verrichtte. Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel VI 11 Techniek en samenleving Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel VI 12 Het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam in aanbouw, april 1862, (onder) en het oorspronkelijk outwerp voor een gebouw voor de eerste wereldtentoonstelling in Londen (boven). Al snel bleek dat een revolutionair gebouw als Crystal Palace vrij algemeen als te modern en te functioneel werd beschouwd, zodat volgende tentoonstellingsgebouwen weer meer leken op de ‘klassieke’ vormen die ook het oorspronkelijke gebouw voor Londen-1851 hadden gedomineerd: koepels, venvijzingen naar allerlei vroegere bouwstijlen etc. Het Paleis voor Volksvlijt, dat door Cornelis Outshoorn was ontworpen, kende ook die schijnbare tegenstelling van ‘oude’ vormen en nieuwe materialen en bouworganisatie. Men kan zich afvragen of het publicitair effect van de eerste wereldtentoonstelling wel zo groot was geweest als het niet-uitgevoerde gebouw toch werkelijkheid was geworden. Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel VI 13 1 De Geest van Crystal Palace Een meervoudige werkelijkheid Architectuur tussen techniek en symbool Kunst en kunde Tentoonstellingen voor de natie en de wereld De Vooruitgang in cijfers en plannen De Nederlandse geschiedenis in Crystal Palace De Geest van Crystal Palace in de Nederlandse geschiedschrijving Techniek en samenleving Een meervoudige werkelijkheid Zeven bomen leken de aanstaande wereldtentoonstelling te kunnen tegenhouden. Prins Albert, de echtgenoot van de Engelse koningin Victoria, werd er wanhopig van. Hij had zijn volle medewerking gegeven aan het plan dat sinds 1849 steeds grotere vormen had aangenomen. Het idee was afkomstig uit kringen van de Society of Arts, waarvan hij voorzitter was. Als Opperhoutvester had hij het Londense Hyde Park ter beschikking gesteld om er een gebouw neer te zetten. In het voorjaar van 1850 leek het hele plan alsnog op losse schroeven komen te staan. Er waren protesten tegen het plan uit allerlei hoeken gekomen en in het Parlement stelden diverse leden, met publicitaire steun van The Times, de kwestie aan de kaak. De tentoonstellingscommissie mocht dan wel bestaan uit de Prins-gemaal en beroemdheden als locomotievenbouwer Robert Stephenson, spoorwegondernemer Samuel Peto, ingenieur Isambard Kingdom Brunel en vooraanstaande politici, maar veel Engelse industriëlen vonden het ongewenst om buitenlandse concurrenten zomaar op een tentoonstelling uit te nodigen. Engeland had die vreemdelingen tot 1844 buiten de deur weten te houden. De grenzen waren nu officieel open, maar het ging te ver om in naam van vrije concurrentie iedereen de kans te geven om met zijn waren in Engeland te koop te lopen.1. Verder kostte het plan veel geld, vonden anderen, staatsgeld dat daar niet voor was bedoeld. En dan waren er nog de omwonenden. Juist sinds enkele jaren hadden de betere Londense kringen huizen laten bouwen op de terreinen rondom Hyde Park in de luxe wijken Belgravia en South Kensington. Een tentoonstelling van de geplande omvang en duur zou het woongenot grondig bederven. Tienduizenden vreemdelingen zouden dagelijks door de buurt trekken, op de voet gevolgd door een horde armoedzaaiers, kleine handelaars, prostituées en andere morsige lieden. Het Park zelf zou worden ontsierd door een vermoedelijk wanstaltig bouwsel. De gemeente Londen had ook al in een vroeg stadium van het tentoonstellingsplan laten weten dat zij er tegen was als een van haar grote parken, de ‘longen van de stad’, voor altijd zou worden opgeofferd aan een tentoonstellingsgebouw. Procedureel verzamelde de tegenstand zich rond de noodzakelijke rooiing van de zeven bomen. Daarvoor was, zo had men ontdekt, toestemming nodig van het Parlement, dat via de publieke opinie beïnvloed kon worden.2. Op 1 mei 1851 opende Koningin Victoria de Great Exhibition of the Industry of All Nations. De protesten waren verstomd, alleen een enkele mopperaar was niet onder Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel VI de indruk van het ongeëvenaarde glazen gebouw dat ook aan zes iepen de kans bood om reeds in mei hun zomerse lover te tonen.3. Hoe paradoxaal ook, de tegenwerking die het oorspronkelijke plan ondervond, is van doorslaggevende betekenis geweest voor het succes van de Great Exhibition. Zonder de protesten zou het evenement hebben plaatsgevonden in een weinig inspirerend bouwwerk van steen. Het toeval heeft een belangrijke rol gespeeld bij de totstandkoming van het gebouw, en daarmee ook bij het ontstaan van een traditie van Vooruitgang. Dankzij haar huisvesting is ‘Londen-1851’ een gebeurtenis geworden waarvan het effect veel verder reikte dan de organisatoren zich ooit hadden kunnen voorstellen. Het was het begin van een tentoonstellingscultuur die de daaropvolgende decennia steeds grootser vormen aannam. Gebouw en tentoonstelling spoorden aan tot een vreedzame competitie, en in die competitie werd het gevoel alleen maar sterker dat de mensheid een opdracht had: het Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel VI 14 streven naar Vooruitgang. Het idee van Vooruitgang was al veel ouder, maar in de opeenvolging van wereldtentoonstellingen kreeg het keer op keer meer gestalte. Voor iedereen werd zichtbaar wat het begrip inhield. Techniek en technische prestatie speelden in die beeldvorming een hoofdrol. Dankzij de publiciteit die deze evenementen omringde, kreeg de Westerse burger een nieuw beeld van de beschaving waar hij zelf deel van uitmaakte: het was een dynamische, technische wereld. De geschiedenis van wereldtentoonstellingen is vol paradoxen - Crystal Palace is er één van. Ze is in dit hoofdstuk aangegrepen om de lezer vertrouwd te maken met het complexe van een verhaal dat zowel techniek als samenleving, zowel moderniteit als geschiedenis tot onderwerp heeft. De tentoonstellingscultuur die met Crystal Palace begint, laat het contrastrijke van de negentiende eeuw zien. Tegenover een gevoel van vooruitgang werd het verleden gecultiveerd als een ijkpunt voor echte beschaving; men werkte internationaal samen aan technische ontwikkeling en tegelijk werd de technische superioriteit van de eigen natie aangegrepen om een gevoel van nationalisme te versterken. Diversiteit komt ook terug bij de manier waarop het miljoenenpubliek de tentoonstellingen beleefde. Er waren technici die kwamen om de zuiver technische aspecten en het revolutionaire van een bepaalde categorie machines te bekijken; anderen vroegen zich af hoe bruikbaar het tentoongestelde kon zijn voor hun eigen werkzaamheden. Het merendeel der bezoekers onderging het evenement echter in amechtige bewondering voor zoveel menselijke bekwaamheid. Bij voorkeur lieten zij zich imponeren door de grote en grootste prestaties en door de grote getallen die de begeleidende catalogi vermeldden - voor de kleinere objecten hadden de meesten geen aandacht. Een vierde groep was die van de commentatoren die het hele evenement samenvatten in een totaalindruk, waarmee zij een breed, cultureel oordeel uitspraken en hun eigen ideeën omtrent verandering verwoordden. Elke groep had zo zijn eigen, vaak onuitgesproken, opvatting over wat techniek ‘eigenlijk’ is. De tentoonstellingen nodigden vooral het grote publiek uit om zijn leken-bewondering de vrije loop te laten, want de technische artefacten waren er uit hun context gehaald en stonden als monumenten op een sokkel. Die verscheidenheid aan opvattingen raakt ook aan één van de centrale problemen uit de geschiedenis van de techniek. Net als de bezoekers van de tentoonstelling kunnen historici techniek op uiteenlopende manieren onderzoeken en beschrijven, al naar gelang hun idee over de essentie van techniek. Gaat het om puur technische objecten, monumentaal in de schijnwerpers, of is het een verschijnsel dat in zijn technische en maatschappelijke context bekeken moet worden? Is het voldoende om technische ontwikkeling te beschrijven in termen van een uitdijende verzameling telbare dingen? Zijn het toevallige, geniale momenten van uitvinders die de hoofdbron vormen van technische ontwikkeling, of is innovatie niet de oorzaak maar het gevolg van grote maatschappelijke veranderingsprocessen? Ook voor een geschiedenis van de techniek in Nederland zijn de wereldtentoonstellingen van belang, hoewel hier nooit een tentoonstelling van die omvang is gehouden en de Nederlandse inzendingen geen wereldwijde
Recommended publications
  • Kennisoverzicht Ecohydrologie
    Nationaal Onderzoekprogrammma Verdroging KENNISOVERZICHT ECOHYDROLOGIE Een inventarisatie van kennis en expertise op het gebied van ecohydrologie en verdroging NOV – rapport 7 Samenstelling: G.J. van der Veen en A.C. Garritsen, juni 1994 COLOFON Uitvoering: drs G.J. van der Veen Projectleiding: drs A.C. Garritsen Begeleidingscommissie WLO / RIZA (dagelijkse begeleiding): drs R. van Ek (RIZA); drs A.C. Garritsen (voorzitter WLO-Werkgroep Ecohydrologie); drs A. van Leerdam (secretaris WLO-Werkgroep Ecohydrologie); drs W. Molenaar (secretaris WLO-Werkgroep Ecohydrologie); drs R. Meester-Broertjes (voorzitter WLO); drs U. Vegter (bestuurslid WLO-Werkgroep Ecohydrologie); dr M.J. Wassen (bestuurslid WLO-Werkgroep Ecohydrologie); Begeleidingscommissie NOV (kwaliteitsborging): ing. G.P. Beugelink (RIVM-LBG); drs H.J.M. van Buggenum (Waterschap Roer en Overmaas); drs R. van Ek (RIZA; coördinator NOV-thema 7); drs A.J.M. Jansen (KIWA NV); drs R.H. Kemmers (SC-DLO); drs J.P. de Maat (Prov. Zeeland); dr ir A.G. Segeren (Waterschap Roer en Overmaas); dr ir F.H.M. van der Ven (RIZA; coördinator NOV; voorzitter); Organisatie en verslaglegging workshop drs A. van Leerdam (voorzitter) drs G.J. van der Veen drs U. Vegter (secretaris) Samenstelling bibliografie: drs R. Hoeksema dr M.J. Wassen Samenstelling rapport: drs G.J. van der Veen en drs A.C. Garritsen Uitgave: NOV ISBN nummer: ??? ii CIP-gegevens: ??? VOORWOORD Dit rapport is het resultaat van het NOV-project "Bijeenbrengen van kennis binnen het ecohy- drologisch onderzoek". Dit project is uitgevoerd in het kader van het "Nationaal Onderzoekpro- gramma Verdroging" (NOV) door de Werkgroep Ecohydrologie van de Werkgemeenschap Landschapsecologisch Onderzoek (WLO) in opdracht van - en in samenwerking met het NOV.
    [Show full text]
  • Scholars, Travellers and Trade
    SCHOLARS, TRAVELLERS AND TRADE Today, the National Museum of Antiquities in Leiden is internationally known for its outstanding archaeological collections. Yet its origins lie in an insignificant assortment of artefacts used for study by Leiden University. How did this transformation come about? Ruurd Halbertsma has delved into the archives to show that the appoint- ment of Caspar Reuvens as Professor of Archaeology in 1818 was the crucial turning point. He tells the dramatic story of Reuvens’ struggle to establish the museum, with battles against rival scholars, red tape and the Dutch attitude of neglect towards archaeological monuments. It was Reuvens who trained archaeological agents to investigate and excavate ancient sites, and bring back the antiquities on which the museum’s importance rests. Though he was operating long before the current debate on whether collecting anti- quities is legal trade or cultural looting, Reuvens recognized the potential ethical problems inherent in achieving a world-class collection. In this, he was ahead of his time. Scholars, Travellers and Trade throws new light on the process of creating a national museum and the difficulties of convincing society of the value of the past – issues with which museums are still wrestling. It also highlights the difficulties that an archaeological pioneer had in establishing his discip- line as a fully accepted branch of academia. Ruurd B. Halbertsma is Curator of the Classical Department at the National Museum of Antiquities, Leiden, The Netherlands. i ii SCHOLARS, TRAVELLERS AND TRADE The pioneer years of the National Museum of Antiquities in Leiden, 1818–40 R.B. Halbertsma I~ ~~o~;~;n~~~up LONDON AND NEW YORK iii First published 2003 by Routledge 2 Park Square, Milton Park, Abingdon, Oxon OX14 4RN Simultaneously published in the USA and Canada by Routledge 711 Third Avenue, New York, NY 10017, USA Routledge is an imprint of the Taylor & Francis Group, an informa business © 2003 R.B.
    [Show full text]
  • Waterkwaliteitsopgave 2016-2021 Uitwerking Voor De Waterlichamen
    Waterkwaliteitsopgave 2016-2021 Uitwerking voor de waterlichamen Factsheets, september 2015 1 Inhoudsopgave Stroomgebieden Waterschap Rijn en IJssel ................................................................................................. 2 Stroomgebied Schipbeek ............................................................................................................................. 3 Buurserbeek ................................................................................................................................................. 4 Dortherbeek ................................................................................................................................................. 7 Dortherbeek-Oost......................................................................................................................................... 9 Elsbeek (Nieuwe waterleiding) ................................................................................................................... 12 Oude Schipbeek .......................................................................................................................................... 14 Schipbeek.................................................................................................................................................... 16 Zoddebeek .................................................................................................................................................. 19 Zuidelijk afwateringskanaal .......................................................................................................................
    [Show full text]
  • Visplan Rijn En Ijssel Deel 2, Gebiedsgerichte Uitwerking in Factsheets
    VBC Rijn en IJssel Visplan Rijn en IJssel Deel 2, gebiedsgerichte uitwerking in factsheets Definitief - 2 mei 2013 Statuspagina Titel Visplan Rijn en IJssel, deel 2 gebiedsgerichte uitwerking in factsheets Samenstelling Sportvisserij Nederland in opdracht van de visrechthebbende partijen binnen de VBC Rijn en IJssel E-mail [email protected] Homepage http://rijnenijssel.visstandbeheercommissie.nl Projectbegeleiding en Werkgroep Visplan Rijn en IJssel: tussentijdse beoordeling F. Bosman (Federatie Midden Nederland) E. Piek (Sportvisserij Oost Nederland) R. van Aalderen (Sportvisserij Nederland) G. van der Veen (Waterschap Rijn en IJssel) Bibliografische referentie: Sportvisserij Nederland, 2013. Visplan Rijn en IJssel, deel 2 gebiedsgerichte uitwerking. Opgesteld in opdracht van de visrechthebbende partijen binnen de VBC Rijn en IJssel te Doetinchem. © VBC Rijn en IJssel, Doetinchem Niets uit dit rapport mag worden vermenigvuldigd door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de copyright-houder. © Federatie Midden Nederland (Arnhem) en Sportvisserij Oost Nederland (Raalte) Vastgesteld door de visrechthebbende partijen middels een schriftelijke akkoordverklaring. Inhoudsopgave 1 Inleiding .................................................................................. 7 2 Factsheets per waterlichaam ...................................................... 9 2.1 Toelichting op factsheets ................................................... 9 2.2
    [Show full text]
  • Defensie- En Oorlogsschade in Kaart Gebracht (1939-1945)
    Defensie- en oorlogsschade IN KAART GEBRACHT (1939-1945) Elisabeth van Blankenstein MEI 2006/ZEIST In opdracht van het Projectteam Wederopbouw van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 3 Ten geleide 5 Inleiding 7 A. Toelichting gebruikte bronnen 9 B. Voorkomende begrippen en termen 11 Deel 1 13 Algemene overzichten defensie-, oorlogsgeweld- en bezettingschade 1) Woningen 14 2) Boerderijen 18 3) Schadecijfers woningen, boerderijen, bedrijven, kerken, scholen, enzovoort 22 4) Spoorweggebouwen 24 5) Spoor- en verkeersbruggen 25 6) Vaarwegen, sluizen, stuwen en havens 29 7) Molens 31 8) Bossen 33 9) Schade door inundaties 35 10) Schade door Duitse V-wapens 41 11) Schadeoverzichten per gemeente 42 12) Stagnerende woningbouw en huisvestingsproblematiek 1940 - 1945 49 13) Industriële schade door leegroof en verwoesting 50 14) Omvang totale oorlogsschade in guldens 51 Deel 2 53 Alfabetisch overzicht van defensie-, oorlogs en bezettingsschade in provincies, regio’s, steden en dorpen in Nederland Bijlage 1 Chronologisch overzicht van luchtaanvallen op Nederland 1940-1945 219 Colofon 308 3 4 Ten geleide In 2002 werd door het Projectteam Wederopbouw van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg (RDMZ) een eerste aanzet gegeven tot een onderzoek naar de oorlogsschade in het buitengebied. Het uiteindelijke doel was het opstellen van een kaart van Nederland met de belangrijkste wederopgebouwde en heringerichte gebieden van Nederland. Belangrijkste (eerste) bron voor het verkennend onderzoek was uiteraard Een geruisloze doorbraak. De ge- schiedenis van architectuur en stedebouw tijdens de bezetting en wederopbouw van Nederland (1995) onder redactie van Koos Bosma en Cor Wagenaar. Tijdens het verkennend onderzoek door stagiaire Suzanne de Laat bleek dat diverse archieven niet bij elkaar aansloten, met betrekking tot oorlogsschade slecht ontsloten waren, verschillende cijfers hanteerden en niet altijd eenduidig waren.
    [Show full text]
  • To 12 Army Group, Which Was to Clear up the Area of the Ruhr and Then Turn to the S~Uth-East, Directed on Leipzis and Ur6sden
    - 26 - to 12 Army Group, which was to clear up the area of the Ruhr and then turn to the s~uth-east, directed on Leipzis and ur6sden. Ninth U.S. hrmy had been Qrdered by General Bradley, however, to prvtect Sec~nd British Army's rl£ht fl~nk as far as Hanover, and for this purpose to establish its cwn left flank firmly In th~ Der ~elster hills tJ the south-west of the city. Lt-Gen ~empsey WQuld thus De enabled to secure the line of the ~eser to include Minden and Bremen. He would then advance his riGht t'J the rivers Aller and Leine. H~ldln~ firmly on to Bremen, he was to foroe brljge­ heads over the three rivers preparatcry t~ maklnE a further adv~c£ to reach and cross tho Elba. His left b~undary with General Crerar t~~k In the line of communlcatlvns through Hen~eI8, Nvrdhorn, Lincen, Haselunne, Bramen and Hamburg, (G.O.C.-1n-C. file 1-0, D1r6ct1ve M567, from C.-~n-C., 21 ~r~y Grcup, 5 npr 45) GENERAL CREHI.R' S T"SJ( AIL "PPilECr.,TION, 5 APR 45 62. In view of these developments Field-Marshal M~ntgomer7 visited General Crerar's Headquarters on 5 Apr to discuss the future course Qf his ~peratlans as they were affected by the turn vf events. The ~utcome af the conference is thus set f3rth by General Crerar in his Despatch: In prl~rlty, the tasks set for the Canajian Army were to open the r~ute between Arnhem and Zutphcn, to clear the northeast Netherlands, then northwest Germany tJ tho line of toe «cser to be preparea t~ take over aremen from the Second British hrmy and, advancins eastward to the Elba, to protect the left flank of the Second British hrmy and clear the Cuxhaven peninsula.
    [Show full text]
  • State Building Participants Coordinator
    Theme 6: State Building Participants Coordinator: Ido de Haan (Utrecht University) Participants In alphabetical order 1. Alberto Feenstra 2. Klaas van Gelder 3. Jens van de Maele 4. Karen van Nieuwenhuyze 5. Marijcke Schillings 6. Pieter Slaman 7. Tamàs Székely 1. Alberto Feenstra University of Amsterdam Paper for the Conference: Keeping the Ship of State Afloat. Zeeland's Sovereign Debt Management, 1600-1800 (Working) Title of dissertation Finance without frontiers? The integration of provincial money markets in the Dutch Republic. Supervisor(s) J.P.B. Jonker Short Biography Alberto Feenstra (1982) studied Global History at the Vrije Universiteit Amsterdam. Previously he has been employed as research assistant at the Geldmuseum (Money Museum) in Utrecht. Currently he is employed as a PhD Candidate at the University of Amsterdam, where he works on the integration of financial markets within the Dutch Republic. This research examines the domestic capital market developments within the Dutch Republic. Whereas international relations have been studied more extensively the domestic ‘rooting’ of each location has remained under-researched. Yet, as the current crisis clearly showed, international capital markets are intertwined with domestic ones and they mutually influence each other. Hence, this research aims to improve our understanding of capital markets by taking into account their specific local context, such as political, legal and social institutions. Contact information [email protected] Website/Social Media - 1 2. Klaas van Gelder
    [Show full text]
  • Kansen in Het Koninkrijk. Studiebeurzen 1815-2015
    KANSEN IN HET KONINKRIJK STUDIEBEURZEN 1815.2015 Pieter Slaman, Wouter Marchand en Ruben Schalk Boom – Amsterdam Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Rijksuniversiteit Groningen, de Universiteit Leiden, slotbeschouwing de Universiteit Utrecht en de Dienst Uitvoering Onderwijs Auteurs Pieter Slaman, Wouter Marchand en Ruben Schalk Begeleidingscommissie 1815 -2015 Jan Derksen, Leen Dorsman, Maarten Duijvendak, Oscar Gelderblom, Adriaan in ’t Groen, Willem Otterspeer en Richard Paping 9 10 11 12 Eindredactie Jan Derksen buitenland leerlingstelsel studiefinanciering sociale Vormgeving Gert Jan Slagter voor iedereen gevolgen na 1945 na Beeldredactie en beeldresearch Corrie van Maris Ontwerp en uitvoering Risograph Print Gerard Schoneveld Beeldbewerking Risograph Print Tomas Janicek Druk Wilco, Amersfoort 6 7 8 © 2015 Pieter Slaman, Wouter Marchand en Ruben Schalk koninkrijk sociaal bezetting overzee stelsel Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde 1945 tot uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, 1 2 3 4 5 zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. universiteiten arbeidsmarkt onderwijzers- schoolstrijd ambachten opleiding No part of this book may be reproduced in any way whatsoever eeuw 19e without the written permission of the publisher. isbn 9789089535405 inleiding nur 680 www.uitgeverijboom.nl 9 Inleiding Studiefinanciering in de negentiende eeuw 14 1. Universiteiten 26 2. Arbeidsmarkt 38 3. Onderwijzersopleiding 50 4. Schoolstrijd beelden i 68 5. Ambachten Studiefinanciering tot 1945 88 6.
    [Show full text]
  • Ijsselmeerzuflüsse Und Deren Einzugsgebiete in Westfalen
    B3a_Layout 1 14.04.16 12:02 Seite 1 Stand: 2017 IJsselmeerzuflüsse und deren Einzugsgebiete in Westfalen Das Gewässer-Teileinzugsgebiet 30 Em Rijssen s Regge Dinkel Vechte „IJsselmeer-Zuflüsse NRW” wird Hengelo T Rheine Eileringsbeke h zur Flussgebietseinheit Rhein Goor Gronau ie Enschede (W.) G 39 b o e 35 o rg gezählt (www.ijssel.nrw.de). Zuge- rb Ochtrup a 47 h c h c Wettr. hörig sind die Gewässersysteme 2. Buurserbeek H ba r or n Haaksbergen l e F b Dinkel e Gaux- Ordnung der in Westfalen entsprin- c A k bach Lochem e lt 28 Stein- e genden Flüsse Vechte, Ahauser Berkel 39 n Zodde- 60 furt b Baakse ach e Aa, Berkel und Issel (Abbn. 1 u. 2, bach Alsttter Aa erb r Groenlose Le g Ahaus Heek e auch nachfolgend). Sie entwässern Slinge Eibergen Huning- r bach Flrb. Schpp. H Groenlo 31 Vechte Berg in Westfalen den überwiegenden l- Ahauser Aa Steinf. h Naturraum Veengoot e bach 65 Aa n Vreden 55 61 Mhlenba Teil des Kreises Borken sowie Teile ch Burl. B. Baakse Winters- Berkel Legden 110 110 der Kreise Steinfurt und Coesfeld ins wijk Stadtlohn Dinkel 95 88 98 Welling- M Baum- 135 A ns niederländische IJsselmeer (Süßwas- bach a te Fels- rs Boven-Slinge Billerbeck ch AaltenAalten bach Coesfd. berge . ser). Von dort gelangt das Wasser 55 80 Honig- 125 beek 25 Schlinge Gescher IJssel s- bach S er R te über zwei Schleusen sys teme am iz o g v e K r 15 K up Ber e ch n Velen 66 er r Aastrang a B s H Abschlussdeich in die Nordsee.
    [Show full text]
  • 1990 Westerheem Jaargang 39
    XXXIX-1-1990 AWN Colofon Inhoud jaargang 39 no. 1, februari 1990 Westerheem is het tweemaandelijks orgaan van de Archeologische Werkgemeenschap voor Nederland (AWN), Kievitlaan 36, 1742 AD Wim Bosman en Carla Soonius Schagen Bronstijdboeren met hun schaapjes op het Lidmaatschap/abonnement f 50,— per jaar droge in Velsen 1 Opgave: Administratie AWN, postbus 100, B. J. Groenewoudt, M. van Nie en X Schotten 2180 AC Hillegom Import en ijzer: nieuwe Merovingische Opzegging vóór 1 december vondsten uit de gemeente Deventer ... 7 Redactie: V. T. van Vilsteren A. Carmiggelt (hoofdredacteur), Het non-destructieve onderzoek van de Stevinstraat 92, 2587 EP 's-Gravenhage zogenaamde Waterburcht in Eelde . 17 P. Stuurman (redacteur literatuur- rubrieken), Volendamlaan 1094, R. M. van Heeringen 2547 CS 's-Gravenhage (tevens Een Viking-sieraad van het strand van centraal redactie-adres) Callantsoog, Noord-Holland 22 F. D. Zeiler (eindredacteur), Hofstraat 18, 8261 BZ Kampen F. D. Zeiler Archeologische collecties 6. Redactieraad: De expositie „Zoektocht in een wierde" te Delfzijl 24 J. C. Besteman J. H. F. Bloemers Literatuurbespreking 27 J. Buurman H. Groenendijk Literatuursignalement 34 J. W. M. Roebroeks H. Stoepker Personalia 36 L. B. M. Verhart G. F. Uzereef Afdelingsnieuws 38 Sluitingsdata kopij: 1 januari, 1 maart, 1 mei, Van het bestuur 40 1 juli, 1 september en 1 november Aanwijzingen voor auteurs zijn op aanvraag Brieven van lezers 42 verkrijgbaar bij de hoofdredacteur Voor inlichtingen over advertenties wende men Agenda 43 zich tot de eindredacteur © AWN 1990. Overname van artikelen en illus- traties is slechts toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie Druk: Seinen's Grafische Bedrijven, De Krim (Ov.) Op het omslag: Reconstructie van het Bronstijdgraf in de Velser- broekpolder (zie p.
    [Show full text]
  • Masterplan Schipbeek, Visie Zuidelijke Stadsrand 23 5 Overleg En Inspraak 35 6 Samenvatting 39
    2 Schipbeekwerken GEMEENTE DEVENTER / ABE VEENSTRA LANDSCHAPSARCHITECT Inhoud 1 Inleiding 5 2 Analyse; knelpunten en kansen 9 3 Visie, twee werelden samenbrengen 17 4 Masterplan Schipbeek, visie zuidelijke stadsrand 23 5 Overleg en Inspraak 35 6 Samenvatting 39 Bijlagen (kaartmateriaal) 41 Colofon 53 3 MASTERPLAN SCHIPBEEK Zandwetering IJssel Gooiermars Schipbeek 4 A1 Zuidelijke stadsrand GEMEENTE DEVENTER / ABE VEENSTRA LANDSCHAPSARCHITECT 1 | Inleiding Het Masterplan Schipbeek, visie zuidelijke stadsrand, is een Het is daarmee niet een op uitvoering gericht inrichtings- lange termijn visie op de Schipbeek als landschappelijke dra- plan. We zetten met het Masterplan in de hand stelselmatig ger, als onderdeel van de stadsrandzone en als onderdeel van stappen in de goede richting. Dat is iets van de lange adem. de groenstructuur van Deventer. Vanuit de publieke verant- Daarnaast kan het Masterplan Schipbeek ook gebruikt wor- woordelijkheid om zaken te ordenen en te stroomlijnen kij- den om actief op zoek te gaan naar middelen om bepaalde ken we als gemeente naar deze zone, waarvoor tot op heden onderdelen van het plan uit te voeren. nog geen visie is gevormd. Deventer kiest ervoor om in deze zone een koers neer te zetten en daarmee de ontwikkelingen een richting mee te geven. Aanleiding De stad Deventer ligt in een prachtige groene omgeving met Doel en resultaat diverse landgoederen, de rivier de IJssel met haar uitwaarden en uiteraard een waardevol agrarisch cultuurlandschap. Ook Het doel van het Masterplan Schipbeek, visie zuidelijk stads- in de stad zelf is sprake van een groene en blauwe structuur rand is een beeld neer te leggen voor de toekomst van dit die ervoor zorgen dat het groen ver in de stad komt.
    [Show full text]
  • Terinzagelegging Ontwerp-Peilbesluiten Waterschap Rijn En Ijssel 2015 - 2025
    Nr. 4779 19 juni WATERSCHAPSBLAD 2015 Officiële uitgave van Waterschap Rijn en IJssel. Terinzagelegging ontwerp-peilbesluiten waterschap Rijn en IJssel 2015 - 2025 Het college van dijkgraaf en heemraden heeft op 8 juni 2015 vastgesteld het ontwerp van de peilbesluiten 2015-2025 voor de peilvakken in de stroomgebieden Schipbeek, Berkel en Oude IJssel. Tot en met 30 juli 2015 kunt u een zienswijze indienen. Toelichting De ontwerp-peilbesluiten bevatten de onder- en bovengrenzen van 18 peilvakken in het stroomgebied van de Schipbeek, 20 peilvakken in het stroomgebied van de Berkel en 4 peilvakken in het stroomgebied van de Oude IJssel en Aa-Strang. Het gaat daarbij voornamelijk om peilvakken met inlaatmogelijkheden vanuit het Twentekanaal of watergangen die continu watervoerend zijn. Inloopbijeenkomsten Tijdens inloopbijeenkomsten kunt u de peilvakken en ontwerp-peilbesluiten inzien en er zijn vertegen- woordigers van het waterschap aanwezig om deze toe te lichten. De inloopbijeenkomst voor de peilvak- ken van de Schipbeek en Berkel vindt plaats op maandag 29 juni van 15:30 tot 19:00 uur in zalencentrum Witkamp, Dorpstraat 8 te Laren. De inloopbijeenkomst voor de peilvakken van de Oude IJssel en Aa-Strang vindt plaats op woensdag 1 juli 15:00 tot 17:00 uur in het waterschapskantoor, Liemersweg 2 te Doetinchem. Inzage De volledige tekst van de ontwerp-peilbesluiten met toelichting en kaarten (in pdf-formaat) kunt u inzien door middel van de koppeling die links op deze pagina staat onder 'externe bijlagen'. Zienswijzen Gedurende de inzagetermijn kunt u een schriftelijke of mondelinge zienswijze indienen. Dit kan op de volgende manieren: 1. Schriftelijk per post.
    [Show full text]