Mededelingen Van De Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Mededelingen Van De Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 bron Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2. Stichting Jacob Campo Weyerman, Amsterdam 1979 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_med009197901_01/colofon.php © 2011 dbnl i.s.m. 108 [Nummer 11] Agenda voor de algemene vergadering van 13 januari 1979 te 10.00 uur in de Grote Vergaderzaal van het Instituut voor Neerlandistiek, Herengracht 330-336, Amsterdam 1. Opening 2. Mededelingen 3. Lezing Rotterdamsche Hermes no. 4 4. Verslagen voorzitter sekretaris penningmeester 5. Vaststelling jaarlijkse bijdrage* 6. JCW-literatuur verschenen in 1978 7. JCW-publikaties in 1979 8. Voorstel nieuwe leden 9. Observaties bestuursleden 10. Lezing door B.P.J. Broos: JCW als informant over schilders 11. Wisseling bestuur** 12. Rondvraag 13. Sluiting. * Het bestuur stelt voor de bijdragen ongewijzigd te laten (op het ogenblik: leden f 25, --; vrienden f 20, --; studenten f 10, --). ** Voorgesteld worden als leden voor het nieuwe bestuur: H.M. de Blauw (vz.), A.J. Hanou (sekr.), mevr. B. Sierman (penn.), mevr. A. Nieuweboer (sekr. publ.). Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 109 Geraldine Maréchal (Rode Kruislaan 993, 1111 ZX Diemen) JCW in British Museum British Museum General Catalogue of Printed Books. Photolithographic edition to 1955. Published by the trustees of the British Museum. London 1965. - Volume 256: WEYERMAN (Jacob Campo). - (See Cervantes Saavedra (M. de) [Don Quichot. - Appx. 7]) De voornaamste gevallen van... Don Quichot... Beschreeven door J.C.W., etc. 1746. 4o. 1. Pictorial Illustrations. - (See Democritus, the Philosopher, pseud. Democritus en Heraclitus Brabantsche Voyage. Bezweering van den desperaten Antwerpschen Courantier. De gehoornde Broeders of vrouwelyk Bedrog. Klugtspelen. [By J.C.W.] 1712. 8o. - (See Periodical Publications.-Amsterdam.) Den Amsterdamschen Hermes, etc. [by J.C.W.] 1722, etc. 4o. - (See Periodical Publications.-Amsterdam.) Den Echo des Weerelds door J.C.W. 1726. 4o. - (See Periodical Publications.-Amsterdam.) Den Ontleeder der Gebreeken,... door den Auteur van den Amsterdamschen Hermes (J.C.W.). 1724. etc. 4o. - (See Periodical Publications.-Amsterdam.) Den Vrolyke Tuchtheer, door J.C.W. 1730. 4o. - (See Periodical Publications.-The Hague.) De Doorzigtige Heremyt,... door J.C.W. 1730. 4o. - De Historie des Pausdoms. Of een verhaal van de dwaalingen en bygeloovigheden dewelke van tyd tot tyd zyn ingesloopen in de Kerk, etc. 2 dl. Amsterdam, 1725. 4o. - De Leevens Byzonderheden van Johan Hendrik, Baron van Syberg, Heer van Ermelinghoven en Bonckersbek. Utrecht, 1733. 8o. - De Levens-Beschryvingen der Nederlandsche Konst-Schilders en Konst Schilderessen met een uytbreyding over de Schilder-Konst der ouden, etc. 4 pt. 'S Gravenhage & Dordrecht, 1729-69. 4o. Part 4 is printed at Dordrecht. Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 - [Another copy of pt. 1-3.] - Den Voorlooper van de Leevens Byzonderheden van Johan Hendrik Baron van Syberg, etc. Utrecht, 1733. 8o. - De zeldzaame Levens-Byzonderheden van L. Arminius, J.C. Weyerman, R. Hennebo, J. Veenhuysen, en veele andere beruchte Personaadgien, etc. Amsterdam, 1738. 8o. - Volume 261: WYERMANN (Jacob Campo). See Wijerman. - Volume 257: WIJERMAN (Jacob Campo) Merkwürdige Lebensbeschreibung von J.C. Wijermann... Aus Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 110 dem holländischen übersetzet von W. (Anhang zu der wunderbaren Lebensbeschreibung J.C. Wyermanns, worinne die vornehmsten Kriegsthaten seiner Mutter, Lys Sint Mourel... enthalten sind.) pp. 196. Frankfurt und Leipzig, 1764. 8o. - Supplementen tot 1970: Ø. S[am.] Kalff Een libelschrijver uit de XVIIde eeuw, In: Oud-Hollandsche karakters. Rhenen 1905. Het buigt zich vroeg wat een haak wil worden! - dat spreekwoord werd ten volle bewaarheid aan Jacob Campo Weyerman, bij afwisseling schilder, biograaf, reiziger, historicus en ‘fameus libellist’. Zonderlinge en sterksprekende figuur uit het laatst der zeventiende eeuw, zou hij met zijn voorbeeld den tijdgenoot toonen hoe een van nature gunstige aanleg niet behoort ontwikkeld te worden, en den nazaat het type aan de hand doen van den oud-hollandschen lichtmis. De bronnen tot zijne levensgeschiedenis komen hierin overeen dat hij een ‘gauwe pen’ voerde en een treffelijk penseel, maar tevens een lichtzinnig en karakterloos mensch was, die gedurende zijn langdurig leven doorloopend de rol van een modernen Tijl Uilenspiegel speelde. ‘Hij is,’ dus gaf van Gool hem na, ‘van jongsaf een afschuwelyk voorbeelt van ondeugden geweest, schoon hem geen vernuft noch bequaemheit ontbrak om met eere door de Werelt te raeken.’ Weyerman was van de familie van Jan Steen: een doordraaier di primo cartello. Zijne exploiten zouden er toe bijdragen om der geheele St. Lukasgemeente dien blaam van loszinnigheid aan te wrijven, welke in de zeventiende eeuw geacht werd het gansche gilde te ontsieren. Hij was van het jaar 1677 en geboren te Breda. Wellicht kwam ten aanzien van zijn zucht tot zwerven en avonturieren het beginsel der herediteit in 't spel, want van zijne moeder, Lys St. Mourel genaamd, leest men dat zij eene gewezen herbergsmeid was en navolgster van den chevalier d'Eon, de historische, in krijgsmanskleeren vermomde vrouw. Uit de taveerne gedeserteerd, had zij dienst genomen als tamboer te velde, had ettelijke belegeringen bijgewoond en reeds den graad van onderofficier verkregen, toen eene verwonding hare kunne deed ontdekken. Nu oest zij de gelederen uit (vuur en stroo, dient niet alzoo!) maar de prins-stadhouder Willem III waardeerde niettemin het hybridische en het krijgshaftige in een karakter, waarin de natuur zelve zich vergist scheen te hebben; hij schonk aan dit manwijf een jaargeld van tweehonderd gulden. De vader was een gewezen lakei, en tijdens Jacob geboren werd, hielden de ouders een gaarkeuken te Breda. De vlugge knaap doorliep de scholen zijner geboortestad, genoor daarna het onderwijs van den predikant Sandvoort op het dorp 't Woud in Delfsland en, toen zijn aanleg tot teekenen en schilderen zich opmerkelijk begon te openbaren, kwam hij onder de leiding van den schilder Thomas van der Wilt in het naburige Delft. Op zijn achttiende jaar reeds muntte hij uit in zijn vak, inzonderheid wat het schilderen van bloem- en fruitstukken betreft. Maar even spoedig als de voorliefde tot de kunst, toonde zich bij hem de voorliefde tot kwaaddoen. 't Scheen wel als had de jongen tegelijk met de moedermelk die zucht Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 tot een avontuurlyk leven ingezogen, waardoor Lys in haren jongen tijd zoozeer was aangevochten geweest; althans hij sprong telkens uit den band. Te Breda teruggekeerd wist hij daar, gelijk een zijner levensbeschrijvers het uitdrukt, ‘op kosten van zyn evenmensch wakker den gebraden haen te speelen.’ De moeder, die ondanks haar huwelijk en als aandenken aan haar vroeger campagne-leven den korporaalstok nog behouden had, spaarde de roede niet, maar reeds was de ongebonden knaap de tucht ontwassen. Hij liep weg uit het ouderlijk huis en nam den koers over Frankrijk en Italië, overal die vluchtige liefdesbetrekkingen aanknoopend en weder verbrekend, waarvoor de baronie van Breda zijn oefenschool was geweest. Nu eens speelde hij der Huwiderstehliche bij eene poortersdochter, dan weer hij eene aanzienlijke juffer, in wier familie hij zich als kamerdienaar had verhuurd. Van Antwerpen dwaalde hij naar Parijs en wisselde er het vermaak af met de studie. Zijn geluk in 't spel stelde hem in staat om op een tamelijk grooten voet in de Fransche hoofdstad te leven, maar ook in den Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 111 tuimel des vermaaks vergat hij niet dat Parijs, behalve een brandpunt van wereldsche geneugten, de zetel der Sorbonne was en dat de wetenschap hem een krachtige hefboom in zijn verder leven kon wezen. Jacob hield er van ‘op den tril’ te gaan. Het getal zijner minnarijen was aanzienlijk genoeg opdat hem, gelijk aan Don Juan door Leporello, kon worden nagegeven: Stolzen Uebermuth zu zeigen, Und um Blöde schmachtend schleichen, Und dann jede Preis zu geben: Das ist sein verdammtes Leben! Van Parijs verder zuidwaarts trekkende, ontmoette hij bij Lyon den befaamden Cartouche. En deze, die bij den jongen Hollander zekere geestverwantschap, zekere gelijkheid van sympathieën opmerkte, was dermate met hem ingenomen dat hij hem een vrijgeleide voor zijne bende en een beurs met geld schonk. Derhalve voor een struikroover geen geringe verwisseling van rol! Uit Frankrijk naar Italië trekkende, kwam hij te Rome in aanraking met den later zoo beroemden Antonie van Dyck, en ook deze voelde zich tot den guit en vakbroeder aangetrokken. De persoonlijke omgang tusschen deze twee was gemeenzaam genoeg; ook den leerling van Rubens groeiden wilde haren op 't hoofd. In vroolijkheid van levensopvatting en te midden van het opgewekte Italiaansche volksleven waren zij vogels van gelijke pluimage; al blijft het de vraag of van Dyck, toen hij later in Engeland aanzienlijk man en schilder van het highlife geworden was, zich den diepgezonken Weyerman nog heeft willen herinneren. Spoedig maakte Jakob Campo zich de landstaal eigen en wat zijne wijze van kostwinning betrof, hij teerde geruimen tijd op den beurs van den vrijgevigen van Dyck, meer dan op zijn eigen schilderpenseel. Eene mislukte schaking echter noopte hem het gebied van den paus weder te verlaten; door Zwitserland en Duitschland keerde hij naar zijn vaderland
Recommended publications
  • Bijlage 1: Lijst Hoogbouw 70 Meter En Hoger Verdie- Nr
    Bijlage 1: Lijst hoogbouw 70 meter en hoger Verdie- Nr. Naam Stad Functie Bouwjaar pingen Hoogte 1 Montevideo Rotterdam Wonen 2005 43 152 2 Delftse Poort Rotterdam Kantoor 1991 41 151 3 Hoftoren Den Haag Kantoor 2003 29 142 4 Westpoint Tilburg Wonen 2004 48 142 5 Rembrandt Toren Amsterdam Kantoor 1995 35 135 6 Het Strijkijzer Den Haag Wonen 2008 41 132 7 Millennium Rotterdam Kantoor 2000 34 131 8 The Red Apple Rotterdam Wonen 2008 38 127 9 World Port Center Rotterdam Kantoor 2001 32 123 10 Mondriaan Toren Amsterdam Kantoor 2002 31 123 11 Achmea Leeuwarden Kantoor 2002 28 115 12 Erasmus Medisch Centrum Rotterdam Onderwijs 1968 26 112 13 Prinsenhof Den Haag Kantoor 2005 25 109 14 Waterstadtoren Rotterdam Wonen 2004 36 109 15 Fortis Bank Blaak Rotterdam Kantoor 1996 28 107 16 Weenatoren Rotterdam Wonen 1990 32 106 17 Coopvaert Rotterdam Wonen 2006 29 106 18 World Trade Center Tower 6 Amsterdam Kantoor 2004 27 105 19 ABN AMRO hoofdkantoor Amsterdam Kantoor 1999 24 105 20 De Admirant Eindhoven Wonen 2006 31 105 21 Symphony I Amsterdam Wonen 2008 29 105 22 Weenacenter Rotterdam Wonen 1990 32 104 23 Castalia Den Haag Kantoor 1998 20 104 24 Hoge Heren I Rotterdam Wonen 2000 34 102 25 Hoge Heren II Rotterdam Wonen 2000 34 102 26 Schielandtoren Rotterdam Wonen 1996 32 101 27 Provinciehuis Noord Brabant Den Bosch Kantoor 1971 23 101 28 De Stadsheer Tilburg Wonen 2007 31 101 29 Porthos Eindhoven Wonen 2006 31 101 30 Mahler 4 Amsterdam Kantoor 2005 25 100 31 Oosterbaken Hoogvliet Wonen 2006 32 99 32 Pegasus Rotterdam Wonen 2002 31 98 33 Millennium
    [Show full text]
  • The Drawings of Cornelis Visscher (1628/9-1658) John Charleton
    The Drawings of Cornelis Visscher (1628/9-1658) John Charleton Hawley III Jamaica Plain, MA M.A., History of Art, Institute of Fine Arts – New York University, 2010 B.A., Art History and History, College of William and Mary, 2008 A Dissertation presented to the Graduate Faculty of the University of Virginia in Candidacy for the Degree of Doctor of Philosophy Department of Art and Architectural History University of Virginia May, 2015 _______________________________________ _______________________________________ _______________________________________ _______________________________________ Table of Contents Abstract ............................................................................................................................................. i Acknowledgements.......................................................................................................................... ii Introduction ..................................................................................................................................... 1 Chapter 1: The Life of Cornelis Visscher .......................................................................................... 3 Early Life and Family .................................................................................................................... 4 Artistic Training and Guild Membership ...................................................................................... 9 Move to Amsterdam .................................................................................................................
    [Show full text]
  • Open Access Version Via Utrecht University Repository
    Philosopher on the throne Stanisław August’s predilection for Netherlandish art in the context of his self-fashioning as an Enlightened monarch Magdalena Grądzka Philosopher on the throne Magdalena Grądzka Philosopher on the throne Stanisław August’s predilection for Netherlandish art in the context of his self-fashioning as an Enlightened monarch Magdalena Grądzka 3930424 March 2018 Master Thesis Art History of the Low Countries in its European Context University of Utrecht Prof. dr. M.A. Weststeijn Prof. dr. E. Manikowska 1 Philosopher on the throne Magdalena Grądzka Index Introduction p. 4 Historiography and research motivation p. 4 Theoretical framework p. 12 Research question p. 15 Chapters summary and methodology p. 15 1. The collection of Stanisław August 1.1. Introduction p. 18 1.1.1. Catalogues p. 19 1.1.2. Residences p. 22 1.2. Netherlandish painting in the collection in general p. 26 1.2.1. General remarks p. 26 1.2.2. Genres p. 28 1.2.3. Netherlandish painting in the collection per stylistic schools p. 30 1.2.3.1. The circle of Rubens and Van Dyck p. 30 1.2.3.2. The circle of Rembrandt p. 33 1.2.3.3. Italianate landscapists p. 41 1.2.3.4. Fijnschilders p. 44 1.2.3.5. Other Netherlandish artists p. 47 1.3. Other painting schools in the collection p. 52 1.3.1. Paintings by court painters in Warsaw p. 52 1.3.2. Italian paintings p. 53 1.3.3. French paintings p. 54 1.3.4. German paintings p.
    [Show full text]
  • Mededelingen Van De Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 12
    Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 12 bron Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 12. Uitgeverij Sub Rosa, Deventer 1989 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_med009198901_01/colofon.php © 2012 dbnl i.s.m. 1 Jacob Campo Weyerman und Johan van Gool* L. de Vries Das literarische Genre der Künstlerviten ist in den Niederlanden nur wenig geübt worden. Bekanntlich war Carel van Mander der erste, der eine chronologisch geordnete Reihe von Biographien nach dem Muster Vasaris publizierte. Der zweite war Cornelis de Bie, dessen mit Biographien erweiterte Porträtsammlung einem anderen Muster folgte. Van Mander fand seinen wirklichen Nachfolger erst nach mehr als hundert Jahre, in dem viel weniger begabten Arnold Houbraken. Houbraken hat den geplanten vierten Band seines Buches nicht mehr vollenden können; seine unmittelbare Zeitgenossen hat er dadurch nicht mehr besprochen. Houbraken hatte sogar zwei Nachfolger; von diesen beiden wird hier weiter die Rede sein. Der erste war Jacob Campo Weyerman. Drei Bände seines Buches erschienen in dem Jahre 1729; der vierte erst 1769. In der Zwischenzeit hatte Johan van Gool sein Buch veröffentlicht; einen ersten Band in 1750 und einen zweiten in '51. Damit wurde er der letzte Vasari-Nachfolger in den Niederlanden. Die gedruckten Quellen zur niederländischen Kunstgeschichte sind nicht unbeachtet geblieben. Dennoch gibt es gute Grunde, Houbraken, Weyerman und Van Gool in Zusammenhang mit neuen Entwicklungen in der niederländischen Kunstgeschichtschreibung zu studieren. Die Entwicklung, die hier gemeint ist, ist die kürzlich stark gesteigerte Aufmerksamkeit für die holländische Malerei des späten 17. Jahrhunderts. Gerade für die Künstler dieser Zeit, die bis jetzt sehr wenig studiert worden sind, besitzen wir drei sich ergänzende Quellen - drei Biographiensammlungen die von Augenzeugen verfaßt worden sind.
    [Show full text]
  • Hoogbouwbeleid Lessen Tien Hoogbouw? Waarom De Discussie
    ONDER DE BOMEN HOLLANDSE STAD - Ambities van de stad - Een studie naar Nederlandse hoogbouwcultuur In Nederland zijn hoge gebouwen steeds vaker onderwerp van discussie. De afgelopen jaren worden gestaag steeds meer hoogbouwprojecten gerealiseerd. Soms vanuit een duidelijke wens in de stad, maar net zo vaak zonder stedelijk doel. Veel gemeentes zijn op zoek naar een rode draad en de meerwaarde van hoogbouw voor hun stad. Wat is goede hoogbouw en wat kan het betekenen? Deze publicatie bekijkt het Nederlandse hoogbouwlandschap anno 2008. Wat kan hoogbouw betekenen voor de stad? Welke HOOG aspecten verdienen meer aandacht bij de realisatie van een toren? Wat zijn essentiële randvoorwaarden voor een geslaagd project? En wat is de rol en het belang van de gemeente, architect, ontwikkelaar, belegger en burger in het complexe speelveld van hoogbouw in een overlegcultuur? BOUW ISBN 978-90-809293-4-0 Inhoudsopgave Voorwoord Tien Lessen 6 Hoge gebouwen raken steeds meer ingeburgerd in Waarom Hoogbouw? 8 het Nederlandse landschap. Vroeger was hoogbouw De Discussie 10 voorbehouden aan de centra van de grote steden met soms Tilburg een 'verdwaalde' toren aan de snelweg of langs de kust. Arnhem Heerlen Sinds halverwege de jaren ‘80 lijkt hoogbouw echter Belle van Zuylen definitief doorgebroken. Rotterdam profileert zich, sinds de ontwikkeling van het Weena, als hoogbouwstad. Den Haag en Amsterdam ontwikkelen hoogstedelijke Het Perspectief 16 stationsomgevingen rond hun HSL-stations. In Utrecht Hoogbouw in de wereld ontspint zich een discussie over de bouw van de Belle van Hoogbouw in Nederland Zuylen, een toren van 260 meter hoog aan de A2. Ook in Hoogtepunten andere steden zoals Tilburg, Eindhoven en Maassluis zijn Definities inmiddels hoogbouwprojecten gerealiseerd.
    [Show full text]
  • Rationalising the Structural Material Choice Process for High Rise Buildings in the Netherlands Master Thesis
    €env€ Rationalising the Structural Material Choice Process for High Rise Buildings in the Netherlands Master Thesis E.M.R. Koopman Rationalising the Structural Material Choice Process for High Rise Buildings in the Netherlands E. (Esmee) M.R. Koopman – 4730593 [email protected] [email protected] Master Civil Engineering: Building Engineering – Structural Design Technical University of Delft, The Netherlands Company: Arcadis, Rotterdam Period: October 2019 – June 2020 Defence: 10th of July, 2020 Graduation committee: ir. J.G. Rots, ir. R. Crielaard, ing. P. De Jong, ing. Tom Borst 2 Abstract De Randstad is popular place to work and live. The amount of residents will continue to grow and because of that, the housing demand increases the coming years. To accommodate the city growth in a small country as the Netherlands is, the municipalities of de cities in De Randstad turn to high rise buildings. The floor plan of a high rise building gets repeated on every floor and because of that, the design decisions that are part of this repetition are important. The structural material choice is one of these repeated design decisions and thus important. The structural material choice is also important, because it is linked to all the disciplines on the design team and factors like cost and sustainability. Currently 64% of the high rise buildings in the world have only reinforced concrete as structural material. Of the buildings in the Netherlands above 120 m, 86% have only reinforced concrete as structural material. This raises the question if the preference in the Netherlands for concrete comes from a clear decision-making process or if it originates elsewhere? In theory this decision-making process follows an organized cycle called the Basic design cycle.
    [Show full text]
  • RIS298448 Bijlage Haagse Hoogbouw, Eyeline En Skyline
    Haagse hoogbouw Eyeline en Skyline 15 november 2017 2 NOTA HAAGSE HOOGBOUW: EYELINE EN SKYLINE Haagse skyline. Foto: Bart van Vliet INHOUD VOORWOORD 5 6. REGELS EN AMBITIES STADSBREED 29 6.1 Typologie 29 SAMENVATTING 7 6.1.1 Stedelijke laag 29 6.1.2 Plint 31 1. INLEIDING 11 6.1.3 Toren 33 1.1 Waarom nu een nieuwe nota? 11 6.1.4 Kroon 35 1.2 Samen stadmaken 11 6.2 Duurzaamheid en groen 36 1.3 De kansen en de uitdaging 11 6.2.1 Duurzaam gebouw en gebied 36 6.2.2 Groen- en natuurinclusief gebouw en gebied 37 2. DOEL, status en samenhang 12 6.2.3 Buitenruimte 37 2.1 Doel 12 6.2.4 Klimaatbestendige gebouwen en buitenruimte 39 2.2 Status 12 6.3 Microklimaat: zon, schaduw en wind 39 2.3 Juridische doorwerking 12 6.4 Wonen 41 2.4 Samenhang met ander beleid 13 6.5 Bergingen en afval 41 6.6 Parkeren 41 3. DE OPGAVEN 15 6.7 Veiligheid 43 3.1 Agenda Ruimte voor de Stad 15 6.8 Tijdelijke bouwplaats 43 3.2 ‘Slim groeien’ 15 3.3 Wonen 15 7. INTENSIVERINGSGEBIEDEN 45 3.4 Economie en voorzieningen 17 7.1 Het Central Innovation District 45 3.5 Duurzaamheid en groen 18 7.1.1 Nieuw Centrum 46 3.5.1 Gebouw en gebied 18 7.1.2 Omgeving Den Haag Centraal 47 3.5.2 Buitenruimte en groen 18 7.1.3 Beatrixkwartier 49 3.5.3 Klimaatbestendig ontwerp 19 7.1.4 Laakhaven Centraal 50 3.6 Mobiliteit 19 7.1.5 Schenkverbinding 51 7.2 Binckhorst 52 4.
    [Show full text]
  • The Zalmhaven Tower
    The Zalmhaven tower An investigation on the feasibility of prefab concrete in a high rise building Literature study Sven ten Hagen Student number: 1364049 Date: 29-11-2012 Author: Sven ten Hagen [email protected] Graduation committee: Prof.ir. R. Nijsse ABT/ Delft University of Technology, chairman Prof.ir. A.Q.C. van der Horst BAM Infraconsult/ Delft University of Technology Dr.ir.drs. C.R. Braam Delft University of Technology Ing. H.J Hoorn Zonneveld ingenieurs Ir. D.C. van Keulen Ingenieursstudio DCK/ Delft University of Technology Preface This literature study is the first part of my master thesis research at the faculty of Civil Engineering and Geosciences at Delft University of Technology. With this thesis I will conclude my study Structural Design at the section Building and Structural Engineering. The literature study contains the most important aspects that are required to design a 200 meter high prefabricated tower and the accompanying construction methodology. In report 2 of the literature study, the floor plans, shear deformation calculation, calculations made by Zonneveld ingenieurs and the Fault Tree Analysis are combined. The research report contains the actual design of the Zalmhaven tower and construction methodology. I would like to thank the graduation committee for their time, guidance, knowledge and enthusiasm. Without their effort I would not be able to present the reader this report. I would also like to thank Zonneveld ingenieurs for providing me the opportunity to graduate at a first class engineering company. I sincerely thank all the employees for their support and guidance. Sven ten Hagen, Rotterdam, November 2012 Sven ten Hagen Literature study 3 Table of contents 1 Introduction ...................................................................................................
    [Show full text]
  • Afstudeeronderzoek “Hoe Hoger, Hoe Duurder?”
    Afstudeeronderzoek “Hoe hoger, hoe duurder?” Onderzoek naar de invloed van de bouwhoogte op de investeringskosten van kantoorgebouwen in Nederland. Naam: Sander van Oss Studienummer: 1039369 Adres: Oude Delft 172 Telefoonnummer: 06-27054831 E-mail: [email protected] Datum: 19 april 2007 Onderzoekslaboratorium Projectmanagement / Bouweconomie II Afstudeerrapport Sander van Oss, Afstudeerlaboratorium Project Management januari 2007 1. Voorwoord Dit afstudeerrapport is geschreven in het kader van het afstudeeronderzoek bij de afdeling Real Estate & Housing van de faculteit der Bouwkunde onderdeel van de Technische Universiteit Delft. Het onderzoek is mede tot stand gekomen door hulp en begeleiding van medewerkers van de TU- Delft, Rijksgebouwendienst (RGD) en OVG projectontwikkeling (OVG). Dit rapport is een het eindresultaat van mijn afstuderen. Het rapport heeft als doel de bevindingen van mijn afstudeeronderzoek te rapporteren met daarin de behaalde resultaten. Hierin is het primaire doel het bepalen van de invloed van de bouwhoogte op de investeringskosten met als resultaat een model waarmee de investeringskosten van hoogbouwkantoren in Nederland bepaald kunnen worden met een onderbouwing die in het begin van het ontwerpproces wenselijk en noodzakelijk is. In dit rapport wordt in het eerste gedeelte een wetenschappelijke onderbouwing van het onderzoek gegeven. Hieruit volgen de onderzoeksopzet en de probleem- en doelstelling. In het tweede gedeelte van het rapport wordt een beschrijving gegeven van de verschillende onderdelen van hoogbouw. Tenslotte wordt aan de hand van interviews en referentieprojecten in het laatste hoofdstuk inzicht gegeven in de ontwikkeling van de kosten en de verhouding bruto vloeroppervlak ten opzichte van verhuurbaar vloeroppervlak van hoogbouwkantoren in Nederland. De conclusies in dit rapport zijn gedeeltelijk tot stand gekomen door het afnemen van interviews.
    [Show full text]
  • Tischbein Und Die Kunst Des "Goldenen Zeitalters"
    Tischbein Zeitalters‘ des ‚Goldenen und die Kunst Tischbein und die Kunst des ‚Goldenen Zeitalters‘ Rezeptionsgeschichte(n) um 1800 Stefanie Rehm Tischbein und die Kunst des ‚Goldenen Zeitalters‘ Stefanie Rehm Tischbein und die Kunst des ‚Goldenen Zeitalters‘ Rezeptionsgeschichte(n) um 1800 Diese Publikation wurde als Dissertation mit dem Titel Bildwissen, Verbreitung und Rezeption der Kunst des Goldenen Zeitalters um 1800 am Beispiel der Niederlande-Reise von J. H. W. Tisch- bein von Stefanie Rehm an der Kunsthochschule Kassel der Universität Kassel zur Erlangung des akademischen Grades der Doktorin der Philosophie (Dr. phil.) eingereicht und am 04.07.2019 verteidigt. Der Text wurde für die Publikation leicht überarbeitet. Bibliografische Information der Deutschen Nationalbibliothek Die Deutsche Nationalbibliothek verzeichnet diese Publikation in der Deutschen National­ bibliografie; detaillierte bibliografische Daten sind im Internet über http://dnb.dnb.de abrufbar. Dieses Werk ist durch das Urheberrecht und/oder verwandte Schutzrechte geschützt, aber kostenlos zugänglich. Die Nutzung, insbesondere die Vervielfältigung, ist nur innerhalb der gesetzlichen Schranken des Urheber­ rechts oder mit Zustimmung des Urhebers gestattet. Publiziert bei arthistoricum.net, Universitätsbibliothek Heidelberg 2020. Die Online­Version dieser Publikation ist auf https://www.arthistoricum.net dauerhaft frei verfügbar (Open Access). urn: urn:nbn:de:bsz:16­ahn­artbook­619­1 doi: https://doi.org/10.11588/arthistoricum.619 Text © 2020, Stefanie Rehm Korrektorat:
    [Show full text]
  • Stedelijke Iconen Het Ontstaan Van Beeldbepalende Projecten Tussen Betoog En Beton
    Stedelijke iconen het ontstaan van beeldbepalende projecten tussen betoog en beton Wouter Jan Verheul november 2012 is bij Boom Uitgevers Den Haag een geïllustreerde handelsversie van dit proefschrift verschenen ISBN handelsversie: 978-90-5931-913-4 1 2 Stedelijke Iconen 3 © 2012 W.J. Verheul Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (art. 16 Auteurswet) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro). No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. 4 Stedelijke iconen Het ontstaan van beeldbepalende projecten tussen betoog en beton City Icons The emerging of image building projects between concept and concrete Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op gezag van de rector magnificus Prof.dr. H. G. Schmidt en volgens besluit van het College voor Promoties De openbare verdediging zal plaatsvinden op woensdag 5 december 2012 om 15:30 uur door WOUTER JOHANNES VERHEUL geboren te Dordrecht 5 Promotiecommissie: Promotoren: Prof.dr.
    [Show full text]
  • Michael Sweerts (1618-1664) and the Academic Tradition
    ABSTRACT Title of Document: MICHAEL SWEERTS (1618-1664) AND THE ACADEMIC TRADITION Lara Rebecca Yeager-Crasselt, Doctor of Philosophy, 2013 Directed By: Professor Arthur K. Wheelock, Jr., Department of Art History and Archaeology This dissertation examines the career of Flemish artist Michael Sweerts (1618-1664) in Brussels and Rome, and his place in the development of an academic tradition in the Netherlands in the seventeenth century. Sweerts demonstrated a deep interest in artistic practice, theory and pedagogy over the course of his career, which found remarkable expression in a number of paintings that represent artists learning and practicing their profession. In studios and local neighborhoods, Sweerts depicts artists drawing or painting after antique sculpture and live models, reflecting the coalescence of Northern and Southern attitudes towards the education of artists and the function and meaning of the early modern academy. By shifting the emphasis on Sweerts away from the Bamboccianti – the contemporary group of Dutch and Flemish genre painters who depicted Rome’s everyday subject matter – to a different set of artistic traditions, this dissertation is able to approach the artist from new contextual and theoretical perspectives. It firmly situates Sweerts within the artistic and intellectual contexts of his native Brussels, examining the classicistic traditions and tapestry industry that he encountered as a young, aspiring artist. It positions him and his work in relation to the Italian academic culture he experienced in Rome, as well as investigating his engagement with the work of the Flemish sculptor François Duquesnoy (1597-1643) and the French painter Nicholas Poussin (1594-1665). The breadth of Sweerts’ artistic and academic pursuits ultimately provide significant insight into the ways in which the Netherlandish artistic traditions of naturalism and working from life coalesced with the theoretical and practical aims of the academy.
    [Show full text]