Bon Dia! Met Wie Schrijf Ik?

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Bon Dia! Met Wie Schrijf Ik? Bon dia! Met wie schrijf ik? Wim Rutgers bron Wim Rutgers, Bon dia! Met wie schrijf ik? Charuba, Oranjestad 1988 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/rutg014bond01_01/colofon.htm © 2007 dbnl / Wim Rutgers II ‘Misschien zullen de kinderen van dit volk eens hun hoofden buigen over de legendes van hun stam...’ (Frank Martinus Arion: Stemmen uit Afrika) Wim Rutgers, Bon dia! Met wie schrijf ik? 4 Ter introductie ‘.... u weet niets van mij, niets, alstublieft, luistert u naar mijn geschiedenis, die ik ga vertellen ....’ Alioum Fantouré: Tussen de keerkringen ‘Zeg, moet je horen ....!’ Iemand vertelt zijn belevenissen aan een al of niet geïnteresseerde luisteraar, die op het verhaal misschien ongelovig reageert - waarop het verhaal nog wat spannender wordt gemaakt; of enthousiast - waarop de verteller zijn geschiedenis nog een beetje aandikt. Maar er wordt geluisterd. En dat merkt de verteller direct aan de reacties. Zo gemakkelijk heeft een schrijver het niet. Die zit eenzaam aan een bureau op een pen te kauwen of naar de schrijfmachine te staren. De auteur weet helemaal niet hoe de eventuele lezer op het verhaal zal reageren. Enthousiast? Zal het verhaal begrepen worden? Een auteur kan ook niets meer corrigeren; zoals hij zijn geschiedenis eenmaal geschreven heeft, zo blijft het er staan. Ook voor lezers die in andere landen en culturen leven of in andere tijden als het verhaal een ‘blijvertje’ is. Een Caraïbische auteur heeft het nog moeilijker, want die schrijft vaak niet alleen voor lezers in eigen tijd en land, maar ook nog voor lezers die ver daarbuiten wonen - in Nederland bijvoorbeeld - en in een andere taal dan die thuis geleerd is. Als een schrijver van de Antillen het Nederlands als voertaal voor zijn verhalen kiest, weet hij dat hij met zijn eigen mensen communiceert in een taal, die voor hen allebei aangeleerd is op school, als tweede taal. Bovendien weet hij dat als hij in Nederland uitgegeven wordt en gelezen - hij voor een vreemd publiek schrijft dat zijn land niet kent, voor mensen die in een land wonen dat hijzelf misschien ook niet zo goed kent. Als je iemand opbelt moet je nog wel eens vragen: ‘Met wie spreek ik’, als je zijn naam niet hoort of zijn stem niet herkent. Een schrijver is als hij uit een ander land, een andere cultuur en een andere taal komt, soms nog moeilijker te herkennen. Daarom moet hij zich zeker afvragen: ‘Met wie schrijf ik?’ Een lezer heeft misschien ook problemen met een ‘vreemd’ boek en vraagt zich af: ‘Met wie lees ik?’ Literatuur is expressie van de schrijver, maar ook communicatie tussen lezer en auteur als van vlees en bloed, en tussen lezer en mensen van papier, de personen die in het boek optreden in hun doen, zeggen, denken, willen en voelen. De rode draad die door dit hele boek loopt zou je kunnen omschrijven als ‘talen naar expressie en communicatie’, een probleem waarop diverse auteurs steeds weer terugkomen. Uit de velerlei mogelijkheden die Caraïbische auteurs hebben, kiezen ze een bepaalde (soort) taal waarin ze zichzelf kunnen zijn en zich emotioneel kunnen uiten èn waarmee ze tot een lezerspubliek kunnen doordringen. Hét dilemma van ex-koloniale Derde-Wereld-auteurs is om zichzelf te zijn in eigen (ei)land èn het talen naar begrip en waardering in die grote wereld daarbuiten. Wim Rutgers, Bon dia! Met wie schrijf ik? 5 Deel I Schrijvers - boeken - lezers Wim Rutgers, Bon dia! Met wie schrijf ik? 6 Hoofdstuk 1. Een historisch overzicht 1. Op zoek naar een boek 2. Nederlandse aandacht voor ‘De West’ 3. Wederzijds begrip? 4. Arubaanse en Nederlands-Antilliaanse kinderliteratuur 5. Arubaanse en Nederlands-Antilliaanse jeugdliteratuur. 6. Lijst van kinderboeken 7. Lijst van jeugdliteratuur ‘Antilliaanse kinderen waren altijd volgepompt met wetenswaardigheden over Nederland via boeken, maar in Nederland konden de kinderen via hun boeken amper iets over de Antillen aan de weet komen.’ (Miep Diekmann, Bzzlletin, jrg. 5, 1976 nr. 39) Wim Rutgers, Bon dia! Met wie schrijf ik? 7 1. Op zoek naar een boek In het januari-nummer 1970 van het algemeen-culturele door Frank Martinus Arion geredigeerde tijdschrift Ruku verweet de bekende Nederlandse jeugdboeken-auteur Miep Diekmann aan de Antilliaanse auteurs, dat ze te weinig aandacht aan de jeugd besteedden: ‘En wat doen jullie, schrijvers van hier, om je kinderen op die wijze te stimuleren, om hen los te weken uit een te schools patroon van leven? Om hen in de eerste plaats de waarde te laten inzien van hun eigen gedachtenwereld en expressie?’ (Ruku, jaargang 1, no. 6, jan. 1970, p. 9). Miep Diekmann groeide in Willemstad op Curaçao op en had in 1970 al diverse kinder- en jeugdboeken over de Antillen gepubliceerd, bijvoorbeeld de vierdelige serie Cu luz na man (1962/1964) voor de lagere school in opdracht van de Antilliaanse regering, en een half dozijn jeugdboeken als De boten van Brakkeput (1955), Padu is gek (1956), Gewoon een straatje (1957), Driemaal is scheepsrecht (1958), En de groeten van Elio (1961) en Marijn bij de lorredraaiers (1965). Daarom had ze zeker recht van spreken. Was er inderdaad zo weinig geschreven? Wie bij de Antilliaanse boekhandels binnenloopt om eens te kijken wat daar aan eigen kinder- en jeugdliteratuur verkrijgbaar is, zal met (bijna) lege handen al gauw weer buiten staan. Er is nauwelijks iets te koop, is er ook niets geschreven? Wat is er, waar kan ik het vinden? Waar kan ik lezen over wat er zoal gepubliceerd is? Over de Arubaanse en Nederlands Antilliaanse kinder- en jeugdliteratuur is tot nu toe maar heel weinig geschreven. Het is daarnaast trouwens moeilijk te vinden wát er geschreven is, omdat gepubliceerde overzichtelijke bibliografieën nagenoeg ontbreken. Nu is de kinder- en jeugdliteratuur zelf nog maar weinig uitgebreid. Wat er geschreven is, is vooral voor kinderen van zes tot twaalf jaar bestemd; jeugdliteratuur voor dertien- tot zestienjarigen is er nog maar heel weinig. Wie dit onderwerp wil bestuderen vindt een uitstekend hulpmiddel in de beknopte uitgave: Literatuuroverzicht van de Nederlandse Antillen (Sticusa 1985), afdeling ‘Jeugdlectuur’, omdat daarin heel wat titels bij elkaar gezocht zijn. Maar de indeling ervan is nogal verwarrend omdat er boeken van niet-Antillianen OVER de Nederlandse Antillen èn boeken van Antillianen zelf - de eigenlijke Antilliaanse kinder- en jeugdliteratuur - in opgenomen zijn. Als we ons onderwerp definiëren als ‘jeugdliteratuur geschreven door Antilliaanse auteurs’, dan vallen de eerste auteurs af als groep. En daar is veel voor te zeggen, omdat ze vaak weinig ‘Antilliaans’ zijn in hun werk. Het decor is van Curacao of van een ander eiland, de thematiek heeft niets of nauwelijks met het betreffende eiland te maken. Via het zeven keer per jaar verschijnende Sticusa-journaal houdt deze stichting gelukkig het recente werk bij. Wie de moeite neemt de losse nummers achtereenvolgens door te bladeren op de ‘aanwinsten op de boekenmarkt’ is volledig op de hoogte. De jeugdbibliothecaresse Viola Statia heeft vanaf 1982 en het laatst in 1985 complete bibliografieën gemaakt ten behoeve van de jeugdbibliotheek, voor Nederlandstalige en Papiamentstalige werken. In 1980 gaf haar collega bibliothecaresse Rayna Bikker een overzicht in een stencil, getiteld ‘Literatura pa mucha na Papiamentu of na Hulandes tratando den ambiente i situashon na Antiyas’ uit. Maar dit zijn eigenlijk vooral interne stukken die veel te weinig verspreid zijn en daarom moet een onderzoeker zich voorlopig behelpen, onder andere met de catalogus of Wim Rutgers, Bon dia! Met wie schrijf ik? 8 kaartenbak van de jeugdbibliotheek. In de Encyclopedie van Suriname (1977) is er niets te vinden over de kinder- en jeugdliteratuur van dat land. Gelukkig heeft Carel de Haseth in de Encyclopedie van de Nederlandse Antillen (1985) wél de ‘jeugdlectuur’ verwerkt en geschreven over de belangrijkste auteurs in een apart lemma: Sonia Garmers, Diana Lebacs, Nilda Pinto. Elis Juliana, Pierre Lauffer en Ernesto Rosenstand. In Met eigen stem (1980) hebben de auteurs Andries van der Wal en Freek van Wel een hoofdstuk aan de ‘Antilliaanse jeugdliteratuur’ gewijd en een aparte paragraaf aan de brugfiguur Miep Diekmann. Gedurende de jaren dat de boekenpagina van de Amigoe-weekendbijlage Napa onder redactie van Jos de Roo, Walter Palm en vooral Carel de Haseth stond (tweede helft van de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig) werd ook daar gelukkig veel aandacht aan nieuwe uitgaven van de Antillen besteed, vooral door de recensente Viola Statia. Nu zijn de bibliotheken zodanig georganiseerd dat alles systematisch wordt bijgehouden, maar in het verleden toen men een bibliotheek alleen als uitleencentrum van boeken beschouwde, is veel verloren gegaan of gewoon weggegooid - waardoor veel waardevol materiaal definitief weg is. Zo moeten we ons eerste paragraaf jammergenoeg een beetje in mineurstemming beginnen: er is (nog) niet zoveel en wát er is moet in het algemeen moeizaam bij elkaar gezocht worden. Gelukkig dat ik daarom aan het slot toch twee belangrijke scripties kan noemen. Harry Theirlynck die drie jaar op Curacao woonde, schreef zijn doctoraalscriptie Van Maria tot Rosy; over Antilliaanse literatuur (Nijmegen 1984, Leiden 1986) waarin hij hoofdstuk 8 aan de Antilliaanse jeugdliteratuur wijdde. Een de Bonaireaanse Ini Statia schreef in november 1984 haar Groningse M.O.-B scriptie Konta mi algu krioyo: Nederlandstalige Antilliaanse jeugdliteratuur (vreemd of eigen?). Maar voor beide uitstekende werkstukken geldt dat ze te weinig verspreid zijn en ook nauwelijks te krijgen zijn. Wim Rutgers, Bon dia! Met wie schrijf ik? 9 2. Nederlandse aandacht voor ‘De West’ Voordat er auteurs in het Caraïbisch gebied zelf gaan schrijven voor de kinderen en jeugd in hun land, zijn er een aantal Nederlanders die over de Nederlandse Antillen (vooral Curacao) en Suriname schrijven. Maar in tegenstelling tot de aandacht voor ‘De Oost’ (Nederlands-Indië/Indonesië) is die voor ‘De West’ in Nederland altijd relatief gering geweest. Terwijl in Suriname zelf de kinderen jeugdliteratuur nog maar moeizaam van de grond komt en de Nederlandse Antillen een relatief groter eigen produktie hebben, is de Nederlandse aandacht omgekeerd evenredig.
Recommended publications
  • Annual Report 2014 Annual Report 2014
    Annual Report 2014 Annual Report 2014 EMANCIPATION of the PaPIAMENTU LANGUAGE Highlights of consolidated position ANG* 2014 2013 2012 2011 2010 Total Assets 6,665,539,000 6,180,250,000 6,043,585,000 5,806,865,000 5,983,557,000 Customers' Deposits 5,670,196,000 5,210,446,000 5,135,810,000 4,946,880,000 5,192,685,000 Loans and Advances 4,075,961,000 4,039,288,000 3,851,159,000 3,646,337,000 3,400,740,000 to customers Equity 716,516,000 670,912,000 650,633,000 588,449,000 535,283,000 Net result after tax 140,313,000 146,575,000 143,676,000 137,125,000 135,043,000 Staff 1,502 1,494 1,500 1,485 1,473 * Netherlands Antilles Guilders ANG 1.79 = US$ 1.00 Affiliated with The Bank of Nova Scotia Toronto, Canada [ 1 ] The environments and risks in which our Group operates continue to Management’s report evolve and are becoming more complex resulting in higher regulatory standards to which the Group should comply. At first sight, the year 2014 could be described The economic growth of Aruba and Sint initiating our “state of the art” Contact Center, island can hopefully trigger this confidence as a calm and uneventful year, but beneath the Maarten could not compensate for the developing the shared services concept, in Curaçao. Both in Curaçao as well as Sint surface there was much activity and changes in continued slow economic activities in Curaçao assisting with the planning and construction of Maarten, because of the lack in credit demand, our business surroundings as well as within the and Bonaire.
    [Show full text]
  • Constraints on Structual Borrowing in a Multilingual Contact Situation
    University of Pennsylvania ScholarlyCommons IRCS Technical Reports Series Institute for Research in Cognitive Science 5-1-2005 Constraints on Structual Borrowing in a Multilingual Contact Situation Tara S. Sanchez University of Pennsylvania, [email protected] Follow this and additional works at: https://repository.upenn.edu/ircs_reports Part of the Linguistics Commons Sanchez, Tara S., "Constraints on Structual Borrowing in a Multilingual Contact Situation" (2005). IRCS Technical Reports Series. 4. https://repository.upenn.edu/ircs_reports/4 University of Pennsylvania Institute for Research in Cognitive Science Technical Report No. IRCS-05-01 This paper is posted at ScholarlyCommons. https://repository.upenn.edu/ircs_reports/4 For more information, please contact [email protected]. Constraints on Structual Borrowing in a Multilingual Contact Situation Abstract Many principles of structural borrowing have been proposed, all under qualitative theories. Some argue that linguistic conditions must be met for borrowing to occur (‘universals’); others argue that aspects of the socio-demographic situation are more relevant than linguistic considerations (e.g. Thomason and Kaufman 1988). This dissertation evaluates the roles of both linguistic and social factors in structural borrowing from a quantitative, variationist perspective via a diachronic and ethnographic examination of the language contact situation on Aruba, Bonaire, and Curaçao, where the berian creole, Papiamentu, is in contact with Spanish, Dutch, and English. Data are fro m texts (n=171) and sociolinguistic interviews (n=129). The progressive, the passive construction, and focus fronting are examined. In addition, variationist methods were applied in a novel way to the system of verbal morphology. The degree to which borrowed morphemes are integrated into Papiamentu was noted at several samplings over a 100-year time span.
    [Show full text]
  • {PDF EPUB} Geheimen Van Het Wilde Woud by Tonke Dragt Geheimen Van Het Wilde Woud
    Read Ebook {PDF EPUB} Geheimen van het Wilde Woud by Tonke Dragt Geheimen van het wilde woud. Twijfelen of doen? Maak je studiekeuze. Ontdek jouw opleiding tijdens onze Online Open Avond op woensdag 9 juni . Doe mee aan livesessies, stel al je vragen en check onze radioshow. De Samenvatting: Ridder Ristridin die gaat naar het wilde woud. Koning Dagonaut had hem bij hem geroepen en die had tegen hem gezegd: “Ik heb vreemde geruchten vernomen van het Wilde Woud, van ruwe rovers en gevaarlijke stammen, van bosgeesten en Mannen in het Groen. Ik wil dat u onderzoekt wat daar van waar is. U de meest beproefde van mijn Zwervende Ridders. En zo gaat hij dus op naar het wilde woud “. Ridder Ristridin die vertrok in de herfst en zou in de lente weer terugkeren naar zijn kasteel. En daar zou hij al zijn vrienden uitgenodigd, dus ook ridder Tiuri en Piak zijn schildknaap. Dus ze gaan op weg. Daar aangekomen blijkt hij er niet te zijn. Prins Iridian en Ridder Arturin zijn er wel. Arturin zegt dat Ristridin voor het laatst op Kasteel Islán gezien is. Arturin is de broer van Ridder Ristridin. Piak en Tiuri gaan daar heen. Het is daar heel geheimzinnig, maar Ristridin is er niet. Ze trekken door het Wilde woud, waar ze Marius ontmoeten. Marius is een vriend van Tiuri. Die heeft hij ontmoet in het vorige boek. Toen Tiuri een brief aan de koning moest brengen. Hij noemt Tiuri zijn Vriend hij is niet helemaal normaal, daarom noemt Tiuri hem ook Dwaas i.p.v Marius.
    [Show full text]
  • PDF Van Tekst
    Vooys. Jaargang 29 bron Vooys. Jaargang 29. Stichting Tijdschrift Vooys, Utrecht 2011 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_voo013201101_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. i.s.m. 4 [Nummer 1-2] Redactioneel Wie luistert er als Arjan Peters juicht, als Elsbeth Etty mokt of als Joost Zwagerman lesgeeft aan de tafel van Matthijs van Nieuwkerk? Wetenschappers, intellectuelen, schrijvers en recensenten functioneren niet langer vanzelfsprekend als de smaakdeskundigen van onze cultuur. Literaire kwaliteit kan worden beschreven als een constructie, als een keurmerk dat door een selecte groep mensen wordt toegekend aan een werk: de canon is allesbehalve een statisch Pantheon, het is veel eerder een tijdgebonden product. Toch lijkt er zoiets te bestaan als een behoefte aan richtsnoeren. Op internet, op televisie, in kranten en tijdschriften treft men nog altijd naar voren geschoven of zelfverklaarde critici aan: fijnproevers die het uitgelezen product aanprijzen of naar de gootsteen verwijzen. Laten consumenten zich leiden door deze kenners, en zo niet, hoe bepalen ze hun keuze dan? Wat is dat onderscheid tussen hoge en lage cultuur en bovendien: hoe ontstaat het? De vraag naar kwaliteit is nog altijd relevant. Wie die vraag stelt stuit onder andere op filosofische, literatuurwetenschappelijke en sociologische vraagstukken. En op verhitte gemoederen. Kwaliteit toekennen of blootgesteld worden aan het kwaliteitsoordeel van anderen heeft namelijk alles te maken met status en erkenning, met kapitaal. Dit dubbelnummer van Vooys, het eerste van de negenentwintigste jaargang, stelt de bovengenoemde vragen. De begrippen hoge cultuur, lage cultuur en kwaliteit vormen de inzet van het spel; tijd om de kandidaten voor te stellen.
    [Show full text]
  • Special Issue: 2012 Hans Christian Andersen Award Nominees Would You Like to Write for IBBY’S Journal?
    VOL. 50, NO.2 APRIL 2012 Special Issue: 2012 Hans Christian Andersen Award Nominees Would you like to write for IBBY’s journal? Academic Articles ca. 4000 words The Journal of IBBY, the International Board on Books for Young People Bookbird publishes articles on children’s literature with an international perspective four times a year Copyright © 2012 by Bookbird, Inc. Reproduction of articles in Bookbird requires permission in writing from the editors. (in January, April, July and October). Articles that compare literatures of different countries are of interest, as are papers on translation studies and articles that discuss the reception of work from one country in Editors: Roxanne Harde, University of Alberta—Augustana Faculty (Canada) and Lydia Kokkola, University of Turku another. Articles concerned with a particular national literature or a particular book or writer may also be (Finland) suitable, but it is important that the article should be of interest to an international audience. Some issues Address for submissions and other editorial correspondence: [email protected] and [email protected] are devoted to special topics. Details and deadlines of these issues are available from Bookbird’s web pages. Bookbird’s editorial office is supported by the Augustana Faculty at the University of Alberta, Camrose, Alberta, Canada. Children and their Books ca. 2500 words Editorial Review Board: Peter E. Cumming, York University (Canada); Debra Dudek, University of Wollongong Bookbird also provides a forum where those working with children and their literature can write about (Australia); Libby Gruner, University of Richmond (USA); Helene Høyrup, Royal School of Library & Information their experiences.
    [Show full text]
  • Narrative Structure and Characters in the Nanzi Stories of Curacao: a Discourse Analysis
    Louisiana State University LSU Digital Commons LSU Historical Dissertations and Theses Graduate School 2000 Narrative Structure and Characters in the Nanzi Stories of Curacao: a Discourse Analysis. Joke Maaten Mondada Louisiana State University and Agricultural & Mechanical College Follow this and additional works at: https://digitalcommons.lsu.edu/gradschool_disstheses Recommended Citation Mondada, Joke Maaten, "Narrative Structure and Characters in the Nanzi Stories of Curacao: a Discourse Analysis." (2000). LSU Historical Dissertations and Theses. 7214. https://digitalcommons.lsu.edu/gradschool_disstheses/7214 This Dissertation is brought to you for free and open access by the Graduate School at LSU Digital Commons. It has been accepted for inclusion in LSU Historical Dissertations and Theses by an authorized administrator of LSU Digital Commons. For more information, please contact [email protected]. INFORMATION TO USERS This manuscript has been reproduced from the microfilm master. UMI films the text directly from the original or copy submitted. Thus, some thesis and dissertation copies are in typewriter face, while others may be from any type of computer printer. The quality of this reproduction is dependent upon the quality of the copy submitted. Broken or indistinct print, colored or poor quality illustrations and photographs, print bleedthrough, substandard margins, and improper alignment can adversely affect reproduction. In the unlikely event that the author did not send UMI a complete manuscript and there are missing pages, these will be noted. Also, if unauthorized copyright material had to be removed, a note will indicate the deletion. Oversize materials (e.g., maps, drawings, charts) are reproduced by sectioning the original, beginning at the upper left-hand comer and continuing from left to right in equal sections with small overlaps.
    [Show full text]
  • Inventaris Van Het Boy Ecury En Familie
    Inventaris van het Boy Ecury en Familie Ecury Archief (1922-2011) Daniella Britt Fundacion Amigonan di Archivo Archivo Nacional Aruba 2018 Inventaris Boy Ecury & Familie Ecury Archief (1922-2011) Inventaris Boy Ecury & Familie Ecury Archief (1922-2011) Inventaris van het Boy Ecury en Familie Ecury Archief (1922-2011) Inventaris Boy Ecury & Familie Ecury Archief (1922-2011) Inventaris Boy Ecury & Familie Ecury Archief (1922-2011) Inhoudsopgave Voorwoord........................................................................................................................................3 Inleiding............................................................................................................................................4 Het Boy Ecury en familie Ecury archief 1. Boy op Aruba................................................................................................................................8 2. Boy in Nederland..........................................................................................................................8 3. Het Overlijden van S.J.A. “Boy” Ecury.....................................................................................12 4. Herdenking Boy Ecury...............................................................................................................19 5. Aanverwanten Boy Ecury...........................................................................................................29 6. Overige stukken..........................................................................................................................32
    [Show full text]
  • Nachtverhaal : Translating the Narrative Situation, Intertextuality
    Nachtverhaal : Translating the narrative situation, intertextuality and Paul Biegel’s style of writing Ploon Rademaker, 3168611 Master Translation (English) MA Thesis Supervisor: Cees Koster Second reader: Simon Cook July 2011 2 Acknowledgement I would like to take this opportunity to thank my family and friends for supporting me during the Master Translation Studies. It was quite a big step to take after having completed a Bachelor’s degree in English Literature and Culture. I experienced a rough start, but I am glad I kept going to have finally made it here to this point in time. At the end of the second year, I took on an internship at Taalcentrum-VU and learned a whole lot about working in the translation sector. After completing this internship, I took on a temporary job in the cultural sector. The important difference between the internship and the job was the fact that during my internship, I was surrounded by people with a sincere interest in language. Language is where my heart is, and it is the area in which I want to continue developing myself. These past two years have been difficult at times, but the most important lesson is that through these difficulties, I have realised what I want to do. After this ‘small’ break from my studies, I had a difficult time putting my mind back on my thesis subject and writing it again. Many thanks to my parents, close friends and boyfriend who made me remember why I wanted to write my thesis about Paul Biegel’s Nachtverhaal , and encouraged me to pick it up again and go for it.
    [Show full text]
  • Aruba, Bonaire Y Curazao)
    Alisios salitrosos: ideología y escritura en papiamento desde la Emancipación en los años 1860 (Aruba, Bonaire y Curazao) Salty Tradewinds: Ideology and Writing in Papiamentu since Emancipation in the 1860´s (Aruba, Bonaire & Curaçao) Alísios salitreiros: ideologia e escrita em Papiamento desde a Emancipação em 1860 (Aruba, Bonaire e Curaçao) Aart G. Broek REAl INstItUto HolANDÉs DE EstUDIos DEl SUDEstE AsIÁtIco Y El CARIbE, LEYDEN Aart G. Broek, PhD, (Países Bajos, 1954), se especializó en Estudios de la comunicación, Sociología y más recientemente en Criminología. Entre sus publicaciones sobre el Caribe se encuentran: Het zilt van de passaten; Essay over Caribische letteren en ideologie [Alisios salitrosos. Ensayos sobre escritura e ideología caribeñas] (2000), De kleur van mijn eiland; ideologie en schrijven in Papiamentu [El color de mi isla: ideología y escritura en papiamento] (2006) en De terreur van schaamte; Brandstof voor agressie [El terror de la vergüenza: petróleo para la agresión] (2007). Trabaja en el Real Instituto Holandés de Estudios del Sudeste Asiático y el Caribe [Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde] en Leyden. Página web: www.carilexis.nl. Correo electrónico: agbroek@ planet.nl Versión en español de Alejandra Castellanos, Profesional en estudios literarios de la Pontificia Universidad Javeriana. Es editora de El Debate (www.eldebate.com.co) y tiene el proyecto virtual sobre Pedro Lemebel www.poderdeplumamaricola.com. Correo electrónico: [email protected] SICI: 0122-8102(201112)15:30<59:ASIEPE>2.0.TX;2-H 59 CUADERNOS DE LITERATURA Nº30 • JULIO-DICIEMBRE 2011 ISSN 0122-8102 • PÁGS. 59-86 59 Resumen Abstract Resumo En las Antillas holandesas –en In the Dutch Caribbean –on the Nas Antilhas Holandesas –nas las islas de Aruba, Bonaire y islands of Aruba, Bonaire and ilhas de Aruba, Bonaire e Curazao– se habla un criollo Curaçao– an authentic Creole Curaçcao– fala-se um crioulo auténtico: el papiamento.
    [Show full text]
  • The Letter for the King
    R1JRT2YIRFJZ » Doc The Letter for the King Th e Letter for th e King Filesize: 8.98 MB Reviews The book is fantastic and great. It is filled with wisdom and knowledge I am just easily will get a enjoyment of looking at a composed publication. (Bradley Hahn) DISCLAIMER | DMCA OLAUOW8Q1VEG Doc » The Letter for the King THE LETTER FOR THE KING Pushkin Children's Books. Paperback. Book Condition: new. BRAND NEW, The Letter for the King, Tonke Dragt, Tonke Dragt, Laura Watkinson, Tonke Dragt, A young messenger. A secret mission. A kingdom in peril. It is the dead of night. Sixteen-year-old Tiuri must spend hours locked in a chapel in silent contemplation if he is to be knighted the next day. But, as he waits by the light of a flickering candle, he hears a knock at the door and a voice desperately asking for help. A secret letter must be delivered to King Unauwen across the GreatMountains - a letter upon which the fate of the entire kingdom depends. Tiuri has a vital role to play, one that might cost him his knighthood. Tiuri's journey will take him through dark, menacing forests, across treacherous rivers, to sinister castles and strange cities. He will encounter evil enemies who would kill to get the letter, but also the best of friends in the most unexpected places. He must trust no one. He must keep his true identity secret. Above all, he must never reveal what is in the letter.The Letter for the King is the thrilling story of one boy's battle against evil, set in an enchanted world of chivalry, courage and true friendship.
    [Show full text]
  • Dutch Caribbean Women's Literary Thought: Activism Through
    SEVEN DUTCH CARIBBEAN WOMEN’S LITERARY THOUGHT: ACTIVISM THROUGH LINGUISTIC AND COSMOPOLITAN MULTIPLICITY Florencia V. Cornet University of South Carolina, Columbia Correspondence: Florencia V. Cornet, University of South Carolina, Columbia [email protected] To cite this article: [Florencia V. Cornet. “Dutch Caribbean Women’s Literary Thought: Activism through Linguistic and Cosmopolitan Multiplicity.” Wagadu: A Journal of Transnational Women’s and Gender Studies, Winter 2017, vol. 18, pp. 175-202] Abstract: In a select group of works by late 20th and early 21st century Curaçaoan women novelists and poets such as Nydia Ecury (1926- 2012), Diana Lebacs (b.1947), Myra Römer (b.1946), Aliefka Bijlsma (b.1971), and Mishenu Osepa-Cicilia (b.1978), we see through what is often an autobiographical subjectivity, a “transnational collective plurality and difference” that describes the empowering physical and psychological possibilities that come with cross-national travel, immigration, cosmopolitanism, and linguistic multiplicity. This paper will present the politics of Curaçaoan-Dutch Caribbean women’s cosmopolitanism and linguistic multiplicity as transformative tools for personal and collective agency and activism for autonomy. Introduction There is a cultural and identity politics that underline the literary narrative in the Curaçaoan Dutch Caribbean diaspora. The colonial © Wagadu 2017 ISSN: 1545-6196 176 Wagadu Volume 18 Winter 2017 history coupled with linguistic, social, political, and economic developments on the island certainly speak to the body of literature produced by Curaçaoan Dutch Caribbean novelists and poets. This region in the Caribbean has continued to produce literary works often times invisible to Euro-Dutch, non-Dutch, and non- Papiamentu/o speakers. There is fortunately a steady growing interest in Curaçaoan Dutch Caribbean literature with the understanding that these works may speak to the cultural core of the island.
    [Show full text]
  • Pushkin-Childrens-2020-Catalogue
    Fro LOST a sarah odedina book WHEN LIFE GIVES YOU a sarah odedina book ELE FOUNTAIN MANGOES KEREEN GETTEN A powerful, heart-stopping novel from an award-winning author An affecting, deeply atmospheric middle-grade debut set in Jamaica Lola’s life is about to become Nothing much happens in Sycamore, unrecognisable. So is Lola. the small village where Clara lives – at least, that’s how it looks. She loves eating Everything used to be comfortable. ripe mangoes fallen from trees, running She lived in a big house with her family, outside in the rainy season and escaping where her biggest problems were arguing to her secret hideout with her best friend with her little brother or being told she Gaynah. There’s only one problem – she couldn’t have a new phone. But as one can’t remember anything that happened disaster follows another, the threads of last summer. her home and family begin to unravel. When a quirky girl called Rudy arrives Cut off from everything she has known from England, everything starts to change. before, Lola must find a new way to Gaynah stops acting like a best friend, survive. while Rudy and Clara roam across the island and uncover an old family secret. Now, an ordinary girl must become As the summer reaches its peak and the extraordinary. island storms begin, Clara’s memory starts to return and she must finally face the ele fountain is a writer and former truth of what happened last year. editor in children’s publishing. Her debut novel, Boy 87, won three awards and was kereen getten grew up in Jamaica where ‘This book will arouse compassion for nominated for nine more, including the ‘A wonderful story with great heart, she would climb fruit trees in the family society’s lost, reminding readers how Waterstones Children’s Book Prize.
    [Show full text]