Den Haag Geschiedenis Van De Stad 2 De Tijd Van De Republiek

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Den Haag Geschiedenis Van De Stad 2 De Tijd Van De Republiek 050491_Bijlage_Den_Haag2 21-10-2005 10:34 Pagina 1 Den Haag geschiedenis van de stad 2 De tijd van de Republiek Aangezien er bij de redactie van deel 2 een en ander mis is gegaan, zijn in deze aparte publicatie de oorspronkelijke teksten en het bij- behorende notenapparaat opgenomen van de volgende artikelen: pieter wagenaar Haagse bestuurders en ambtenaren marie-christine engels Sociale en medische zorg charles dumas Beeldende kunsten Deze teksten zijn tevens te downloaden van de website van het Haags Gemeentearchief (http://gemeentearchief.denhaag.nl). Voor de illustraties bij deze artikelen wordt verwezen naar deel 2. Onze excuses voor het ongemak. Namens het bestuur van de Stichting Geschiedschrijving ’s-Gravenhage, René Wagemaker 050491_Bijlage_Den_Haag2 21-10-2005 10:34 Pagina 2 050491_Bijlage_Den_Haag2 21-10-2005 10:34 Pagina 3 Op zoek naar Den Haags bestuur pieter wagenaar Den Haag werd in de periode van de Republiek bestuurd door nu ook hertog van Bourgondië was geworden in 1433 vier rechts-/bestuurscolleges, die samenwerkten in een vijfde. zijn hof naar Dijon verplaatste, was er opvallend genoeg In de eerste paragraaf van dit hoofdstuk wordt uit de doeken alweer een forse uitbreiding van het voorzieningenni- gedaan hoe die situatie was ontstaan, en hoe die vijf colleges veau nodig. Holland en Zeeland besturen vanuit Dijon precies waren samengesteld. In de volgende paragraaf gaan was immers onmogelijk, zodat er in Den Haag een flink we in op de vraag hoe het openbaar bestuur van Den Haag bestuursapparaat achter moest blijven. Het zou groter, nu in elkaar zat en werkte. Wat voor personeel hadden de zelfstandiger, en duidelijker omlijnd moeten worden colleges in dienst, en welke taken vervulde dat? Wat was er dan het daarvóór geweest was. Midden vijftiende eeuw daarnaast nog aan niet-overheidspersoneel werkzaam in had het de vorm aangenomen van de ‘Grafelijkheids Re- Den Haags publieke sector? Jos Raadschelders’ indeling van kenkamer’ voor het financiële en materiele beheer, en lokaal bestuur in sectoren is ons daarbij tot steun. Het hoofd- het ‘Hof van Holland’, dat hoogste rechtbank en hoog- stuk eindigt met een korte karakterisering van Den Haags ste bestuursorgaan was. plaatselijke overheid in de vroegmoderne tijd. Tegelijkertijd was het ambacht zich los aan het maken uit de tot dan toe niet goed omlijnde grafelijke sfeer. Het gestegen voorzieningenniveau maakte het nodig bestuurlijke complexiteit dat het steeds zelfstandiger wordende plattelands- district meer bestuurlijke competenties verwierf, in de wonderbaarlijke vermenigvuldiging ieder geval het recht om belastingen te innen.Alleen, der bestuurscolleges wanneer het die bevoegdheid verkreeg, waarmee het bijna de positie van een stad zou bereiken, zou het ook Af en toe kwamen zelfs de Staten van Holland er niet rechtsmacht verwerven over de edelen en ambtenaren meer uit. In 1627 bijvoorbeeld, moest het de Heren van de graaf; naar de destijds geldende normen een on- Grootmogenden opnieuw worden uitgelegd: Den Haag mogelijke situatie. De oplossing voor het probleem zou had niet één bestuur, zoals elk ander Hollands ambacht, een paar decennia op zich laten wachten, maar in 1470- het had er vier, die samenwerkten in een instelling die 1480 was het dan zover: Den Haag kreeg het recht be- de Sociëteit heette. Vier besturen in plaats van één, dat lastingen te innen, maar alleen van ‘ambacht- en nering- maakte Den Haag uniek in Holland, en het weerspiegel- doende burgers’; niet dus van edelen en grafelijke amb- de in niet onbelangrijke mate alles waarin het ambacht tenaren. Voorlopig loste die maatregel het probleem op, afweek van wat elders in het gewest gebruikelijk was. maar het creëerde voor de wet wel twee categorieën Vier bestuursinstellingen, die samenwerkten in een vijf- Haagse inwoners. Een deel van de Hagenaars viel onder de, om te begrijpen hoe zoiets tot stand had kunnen ko- de rechtsmacht van het Hof van Holland, een deel onder men, moeten we Den Haags geschiedenis terugvolgen het ambachtsbestuur. Ook territoriaal gezien ontston- tot het begin. den er twee jurisdicties. Op de ‘Hofgrond’ – het Binnen- Den Haag was ontstaan rond het hof van de graaf van hof en zijn ‘dependentiën’ – was alleen het Hof van Hol- Holland. In de dertiende eeuw had die rond zijn resi- land competent. Diezelfde bevoegdheden had het in de dentie een eigen rechtsgebied afgebakend, het ambacht woningen van edelen en grafelijke ambtenaren buiten Den Haag, dat eind veertiende eeuw zijn vaste verblijf- de Hofgrond. Het onderhoud van het Hofgebied viel plaats zou worden. Daarin kwam een nieuw dorp tot onder de Grafelijkheids Rekenkamer. stand, ook Den Haag geheten, dat moest voorzien in de Over de afbakening van de competenties ontstonden levensbehoeften van een groeiende schare volgelingen al gauw conflicten, want tot waar liep het Hofgebied van de graaf: edelen, ambtsdragers en hun afhankelij- precies, en wie viel er dan onder welk rechts-/bestuurs- ken. Het dorp groeide er flink door. Toen de graaf, die orgaan? Toen Holland in het laatste kwart van de 3 op zoek naar den haags bestuur 050491_Bijlage_Den_Haag2 21-10-2005 10:34 Pagina 4 zestiende eeuw in opstand kwam namen die geschillen Groene Zoodje te gebruiken. In 1616 richtte het er ech- nog toe. Het Hof van Holland, tot dan toe het centrale ter zonder toestemming een galg op, wat tot milde pro- bestuursorgaan van de graaf (die inmiddels tevens ko- testen van het Hof leidde. Die tegenwerpingen waren ning van Spanje was), zag zich na het afzweren van de voor het ambacht, dat met het oprichten van het schavot landsheer namelijk naar het tweede plan verwezen wor- blijkbaar bewust de confrontatie had gezocht, aanlei- den. Voortaan moest het college vooral rechtbank zijn, ding om een fors jurisdictiegeschil aan te gaan. want zijn bestuurlijke bevoegdheden werden overgeno- Een weerkerende bron van conflicten was de lijk- men door de Staten van Holland, een vergadering van schouw. In 1699, bijvoorbeeld, liet substituut-schout edelen en stadsbesturen die tot dan toe in de eerste Van der Dussen -een politiefunctionaris van het am- plaats een vertegenwoordigende functie had gehad. En bachtsbestuur waar het Hof het in een vergelijkbaar ge- daar bleef het niet bij. In 1581 kreeg het Hof ook als val al eerder mee aan de stok had gehad2- het lijk van een rechtbank concurrentie. Nu van de pas opgerichte Hoge kleermakersgezel naar het stadhuis brengen, hoewel die Raad, die eigenlijk als hoogste rechtbank van de hele op het Voorhout was doodgestoken en hoewel er al ie- Republiek was bedoeld. Omdat hij dat nooit werd, zou mand naar het Hof was gelopen, om dat te vertellen. hij een permanente bedreiging gaan vormen voor de Het Hof besloot Van der Dussen opnieuw op de Voor- rechtsmacht van het Hof. Uiteraard frustreerden derge- poort op te sluiten, en diens chef, de Haagse baljuw, te lijke ontwikkelingen de raadsheren flink, met het ge- ontbieden. Ook die dienaar van justitie werd vervolgens volg dat ze koppig vasthielden aan de weinige bestuur- van zijn vrijheid beroofd. Het Hof, dat van de vorige lijke competenties die hun nog waren overgebleven: be- keer geleerd had dat in dit soort zaken snelheid was ge- voegdheden in Den Haag vooral. boden, verbande Van der Dussen voor drie jaar uit Hol- Het Hof had rechtsmacht over edelen en grafelijke land, vóór het ambachtsbestuur tijd had gehad om de ambtenaren, niet alleen in Den Haag maar in heel Hol- Staten te hulp te roepen. Helaas, het ambacht had het land. Het had bovendien jurisdictie op Binnen- en Bui- toch klaar gespeeld om binnen één dag zijn beklag bij de tenhof want dat was vroeger het ‘huis’ van de graaf ge- Staten te doen, die de twee gevangenen vervolgens vrij weest. Heel veel verder ging de bijzondere Haagse com- lieten en het vonnis opschortten totdat ze uitspraak petentie van het rechtscollege waarschijnlijk niet. hadden gedaan. Omdat er daarna slechts een voorlopige Desalniettemin verbond het Hof aan die bevoegdheden regeling werd getroffen, kon zich in 1760 een soortge- veel verdergaande claims, die er eigenlijk op neerkwa- lijk geval voordoen. Toen werd het lijk van de voormali- men dat Den Haag twee lokale besturen telde, waarvan ge dienstbode Elisabeth Spiering uit de gracht op de het Hof er één was. Uiteraard liet het ambachtsbestuur Stille Veerkade gehaald, en in handen van het ambachts- het hier niet bij zitten, waarmee de weg naar eindeloze, bestuur gesteld. Het Hof eiste het op, hoewel het am- vaak spectaculaire, botsingen was ingeslagen. De twee bachtsbestuur eenvoudig aan kon tonen recht te hebben Haagse besturen beschikten, bijvoorbeeld, ieder over op de schouw van het dode lichaam. Daardoor liet het een eigen politiekorpsje dat bij dergelijke conflicten Hof zich echter niet overtuigen. Het belegde een aantal werd ingezet. Bij Van der Schueren1 lezen we over vergaderingen met Den Haags lokale bestuur, waarbij vechtpartijen tussen die twee politiemachten, over twee beide partijen voet bij stuk hielden, en besloot zich ten- politieagenten van het Hof die samen een diender van slotte dan maar kwaadschiks van het lijk meester te ma- het ambacht aftuigden, en over een dief die, toen hij ken. Het stuurde zijn politiekorpsje naar de plek waar door agenten van het ambacht achternagezeten werd, het dode lichaam werd bewaard, liet ondanks de pro- het hofgebied in vluchtte waarop de twee korpsen testen van de substituut-schout de deur openbreken, en slaags raakten. Ook over andere aspecten van de rechts- liet het lijk ontvoeren. Natuurlijk klaagde het ambachts- handhaving werd geruzied. Zo gebruikte het Hof voor bestuur meteen bij de Staten, die opdracht gaven het li- terechtstellingen het Groene Zoodje, terwijl het am- chaam te restitueren. Na uitvoerige chicanes deed het bacht de gewoonte had om een schavot op te richten Hof dat uiteindelijk ook. buiten Den Haag, langs de weg naar Scheveningen. Af en toe raakten derden betrokken in de ruzies tus- Meestal voldeden de faciliteiten daar uitstekend, maar sen de Haagse besturen, waardoor de situatie nog veel wanneer de beul bijzondere verrichtingen had uit te ingewikkelder werd.
Recommended publications
  • The Drawings of Cornelis Visscher (1628/9-1658) John Charleton
    The Drawings of Cornelis Visscher (1628/9-1658) John Charleton Hawley III Jamaica Plain, MA M.A., History of Art, Institute of Fine Arts – New York University, 2010 B.A., Art History and History, College of William and Mary, 2008 A Dissertation presented to the Graduate Faculty of the University of Virginia in Candidacy for the Degree of Doctor of Philosophy Department of Art and Architectural History University of Virginia May, 2015 _______________________________________ _______________________________________ _______________________________________ _______________________________________ Table of Contents Abstract ............................................................................................................................................. i Acknowledgements.......................................................................................................................... ii Introduction ..................................................................................................................................... 1 Chapter 1: The Life of Cornelis Visscher .......................................................................................... 3 Early Life and Family .................................................................................................................... 4 Artistic Training and Guild Membership ...................................................................................... 9 Move to Amsterdam .................................................................................................................
    [Show full text]
  • Open Access Version Via Utrecht University Repository
    Philosopher on the throne Stanisław August’s predilection for Netherlandish art in the context of his self-fashioning as an Enlightened monarch Magdalena Grądzka Philosopher on the throne Magdalena Grądzka Philosopher on the throne Stanisław August’s predilection for Netherlandish art in the context of his self-fashioning as an Enlightened monarch Magdalena Grądzka 3930424 March 2018 Master Thesis Art History of the Low Countries in its European Context University of Utrecht Prof. dr. M.A. Weststeijn Prof. dr. E. Manikowska 1 Philosopher on the throne Magdalena Grądzka Index Introduction p. 4 Historiography and research motivation p. 4 Theoretical framework p. 12 Research question p. 15 Chapters summary and methodology p. 15 1. The collection of Stanisław August 1.1. Introduction p. 18 1.1.1. Catalogues p. 19 1.1.2. Residences p. 22 1.2. Netherlandish painting in the collection in general p. 26 1.2.1. General remarks p. 26 1.2.2. Genres p. 28 1.2.3. Netherlandish painting in the collection per stylistic schools p. 30 1.2.3.1. The circle of Rubens and Van Dyck p. 30 1.2.3.2. The circle of Rembrandt p. 33 1.2.3.3. Italianate landscapists p. 41 1.2.3.4. Fijnschilders p. 44 1.2.3.5. Other Netherlandish artists p. 47 1.3. Other painting schools in the collection p. 52 1.3.1. Paintings by court painters in Warsaw p. 52 1.3.2. Italian paintings p. 53 1.3.3. French paintings p. 54 1.3.4. German paintings p.
    [Show full text]
  • Mededelingen Van De Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 12
    Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 12 bron Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 12. Uitgeverij Sub Rosa, Deventer 1989 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_med009198901_01/colofon.php © 2012 dbnl i.s.m. 1 Jacob Campo Weyerman und Johan van Gool* L. de Vries Das literarische Genre der Künstlerviten ist in den Niederlanden nur wenig geübt worden. Bekanntlich war Carel van Mander der erste, der eine chronologisch geordnete Reihe von Biographien nach dem Muster Vasaris publizierte. Der zweite war Cornelis de Bie, dessen mit Biographien erweiterte Porträtsammlung einem anderen Muster folgte. Van Mander fand seinen wirklichen Nachfolger erst nach mehr als hundert Jahre, in dem viel weniger begabten Arnold Houbraken. Houbraken hat den geplanten vierten Band seines Buches nicht mehr vollenden können; seine unmittelbare Zeitgenossen hat er dadurch nicht mehr besprochen. Houbraken hatte sogar zwei Nachfolger; von diesen beiden wird hier weiter die Rede sein. Der erste war Jacob Campo Weyerman. Drei Bände seines Buches erschienen in dem Jahre 1729; der vierte erst 1769. In der Zwischenzeit hatte Johan van Gool sein Buch veröffentlicht; einen ersten Band in 1750 und einen zweiten in '51. Damit wurde er der letzte Vasari-Nachfolger in den Niederlanden. Die gedruckten Quellen zur niederländischen Kunstgeschichte sind nicht unbeachtet geblieben. Dennoch gibt es gute Grunde, Houbraken, Weyerman und Van Gool in Zusammenhang mit neuen Entwicklungen in der niederländischen Kunstgeschichtschreibung zu studieren. Die Entwicklung, die hier gemeint ist, ist die kürzlich stark gesteigerte Aufmerksamkeit für die holländische Malerei des späten 17. Jahrhunderts. Gerade für die Künstler dieser Zeit, die bis jetzt sehr wenig studiert worden sind, besitzen wir drei sich ergänzende Quellen - drei Biographiensammlungen die von Augenzeugen verfaßt worden sind.
    [Show full text]
  • Dazzling Desire
    VISITOR GUIDE DAZZLING 18/10/2017 14/01/2018 DESIRE Diamonds and their emotional meaning Please return this visitor guide after your visit. Do you want to read the texts again? You can download them from our website (www.mas.be) or buy the publication in the MASshop. Photo credits 13. / 15. © Antwerp, MAS – 32. © Chantilly, Musée Condé – 53. © Vienna, Museum für Völker- kunde (Foto-archiv nr.5125) – 54. © St-Petersburg, Russisch Etnografisch Museum (nr. 850-139) – 56. © Collection Staf Daems – 71. Private collection - 103. © Antwerp, Cathedral – Chapel of Our Lady/Brussels, KIK-IRPA, cliché KN008630 – 126. © Lennik, Kasteel van Gaasbeek – 131. © Antwerp, Royal Museum of Fine Arts (560) / Lucas Art in Flanders – 134. © Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen, foto: Studio Tromp, Rotterdam – 148. © Vienna, Bundesmobilienverwaltung – Hofburg Wien, Sisi-Museum, Photographer: Gerald Schedy – 153. © Brussels, Archives of the Royal Palace – 160. © Victoria, Royal BC Museum and Archives (193501-001) – 161. / 162. © Washington, Library of Congress, Prints & Photographs Division, Edward S. Curtis Collection – 167. © St-Petersburg, The State Hermitage Museum (GE-1352) – 170. © St-Petersburg, The State Hermitage Museum (ERR-1104) – 171. © London, Royal Collection Trust / © Her Majesty Queen Elizabeth II 2017 (RCIN 2153177) – 176. © Geneva, Herbert Horovitz Collection – 179. © Brussels, Chancellery of the prime minister – 184. © bpk – Bildagentur – 185. © Julien Mattia / ZUMA Wire / Alamy Live News – 193. © Tervuren, Royal Museum for Central Afrika, Casimir Zagourski (EP.0.0.3342) – 194. © Washington, Smithsonian Institution, National Museum of African Art (Eliot Elisofon Photographic Archives) – 200. – 204. © Kadir van Lohuizen / NOOR – 205. © Felipe Dana / AP / Isopix – b. / n2. © Antwerp, Hendrik Conscience Heritage Library – c.
    [Show full text]
  • POWER of the PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia Van Solms in the Dutch Republic
    POWER OF THE PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia van Solms In the Dutch Republic by Saskia Beranek B.A., Pennsylvania State University, 2001 M.A., Duke University, 2003 Submitted to the Graduate Faculty of The Kenneth P. Dietrich School of Arts and Sciences in partial fulfillment of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy University of Pittsburgh 2013 UNIVERSITY OF PITTSBURGH Kenneth P. Dietrich School of Arts and Sciences This dissertation was presented by Saskia Beranek It was defended on March 29, 2013 and approved by Jennifer Waldron, Associate Professor, English Joshua Ellenbogen, Associate Professor, History of Art and Architecture Stephanie Dickey, Bader Chair in Northern Baroque Art, Queen's University, Art Co-Advisor: C. Drew Armstrong, Associate Professor and Director of Architectural Studies Dissertation Advisor: Ann Sutherland Harris, Professor Emerita, History of Art and Architecture ii Copyright © by Saskia Beranek 2013 iii POWER OF THE PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia van Solms in the Dutch Republic Saskia Beranek, PhD University of Pittsburgh, 2013 Portraits of Amalia van Solms, wife of Frederik Hendrik of Orange-Nassau and one of the most significant women in the Dutch Republic, were widely circulated and displayed during her lifetime (1602-1675). This study focuses on cases where specific audiences and sites of display can be isolated. When portraits can be viewed in their original context, they speak not only to those elements intrinsic to the image such as symbolism or fashion, but also to issues extrinsic to the image: social practices, cultural ideals, and individual identities.
    [Show full text]
  • Tischbein Und Die Kunst Des "Goldenen Zeitalters"
    Tischbein Zeitalters‘ des ‚Goldenen und die Kunst Tischbein und die Kunst des ‚Goldenen Zeitalters‘ Rezeptionsgeschichte(n) um 1800 Stefanie Rehm Tischbein und die Kunst des ‚Goldenen Zeitalters‘ Stefanie Rehm Tischbein und die Kunst des ‚Goldenen Zeitalters‘ Rezeptionsgeschichte(n) um 1800 Diese Publikation wurde als Dissertation mit dem Titel Bildwissen, Verbreitung und Rezeption der Kunst des Goldenen Zeitalters um 1800 am Beispiel der Niederlande-Reise von J. H. W. Tisch- bein von Stefanie Rehm an der Kunsthochschule Kassel der Universität Kassel zur Erlangung des akademischen Grades der Doktorin der Philosophie (Dr. phil.) eingereicht und am 04.07.2019 verteidigt. Der Text wurde für die Publikation leicht überarbeitet. Bibliografische Information der Deutschen Nationalbibliothek Die Deutsche Nationalbibliothek verzeichnet diese Publikation in der Deutschen National­ bibliografie; detaillierte bibliografische Daten sind im Internet über http://dnb.dnb.de abrufbar. Dieses Werk ist durch das Urheberrecht und/oder verwandte Schutzrechte geschützt, aber kostenlos zugänglich. Die Nutzung, insbesondere die Vervielfältigung, ist nur innerhalb der gesetzlichen Schranken des Urheber­ rechts oder mit Zustimmung des Urhebers gestattet. Publiziert bei arthistoricum.net, Universitätsbibliothek Heidelberg 2020. Die Online­Version dieser Publikation ist auf https://www.arthistoricum.net dauerhaft frei verfügbar (Open Access). urn: urn:nbn:de:bsz:16­ahn­artbook­619­1 doi: https://doi.org/10.11588/arthistoricum.619 Text © 2020, Stefanie Rehm Korrektorat:
    [Show full text]
  • Schitterend Verlangen
    D/2017/0306/111 BEZOEKERSGIDS SCHITTEREND 18/10/2017 14/01/2018 VERLANGEN Over de emotie van diamant VU: Marieke van Bommel, Hanzestedenplaats 1, 2000 Antwerpen | 2017 Bommel, 1, van Hanzestedenplaats VU: Marieke Dit is een leenexemplaar. Bezorg de bezoekersgids na je bezoek terug. Teksten kan je nalezen en downloaden via www.mas.be of in de publicatie te koop in de MASshop. Foto credits 13. / 15. © Antwerpen, MAS – 32. © Chantilly, Musée Condé – 53. © Wenen, Museum für Völkerkunde (Foto-archiv nr.5125) – 54. © Sint-Petersburg, Russisch Etnografisch Museum (nr. 850-139) – 56. © Verzameling Staf Daems – 103. © Antwerpen, Kathedraal – Kapel Onze Lieve Vrouwe Lof/Brussel, KIK-IRPA, cliché KN008630 – 126. © Lennik, Kasteel van Gaasbeek – 131. © Antwerpen, Koninklijk Museum voor Schone Kunsten (560) / Lucas Art in Flanders – 134. © Museum Boijmans Van Beuningen, foto: Studio Tromp, Rotterdam– 148. © Bundesmobilien- verwaltung – Hofburg Wien, Sisi-Museum, Photographer: Gerald Schedy – 153. © Brussel, Archief van het Koninklijk Paleis – 160. © Victoria, Royal BC Museum and Archives (193501-001) – 161. / 162. © Washington, Library of Congress, Prints & Photographs Division, Edward S. Curtis Collection – 167. © Sint-Petersburg, The State Hermitage Museum (GE-1352) – 170. © Sint-Petersburg, The State Hermitage Museum (ERR-1104) – 171. © Londen, Royal Collection Trust / © Her Majesty Queen Elizabeth II 2017 (RCIN 2153177) – 176. © Geneve, Herbert Horovitz Verzameling – 179. © Brussel, Kanselarij van de Eerste Minister – 184. © bpk – Bildagentur – 185. © Julien Mattia / ZUMA Wire / Alamy Live News – 193. © Tervuren, Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, Casimir Zagourski (EP.0.0.3342) – 194. © Washington, Smithsonian Institution, National Museum of African Art (Eliot Elisofon Photographic Archives) – 200. - 204. © Kadir van Lohuizen / NOOR – 205.
    [Show full text]
  • Michael Sweerts (1618-1664) and the Academic Tradition
    ABSTRACT Title of Document: MICHAEL SWEERTS (1618-1664) AND THE ACADEMIC TRADITION Lara Rebecca Yeager-Crasselt, Doctor of Philosophy, 2013 Directed By: Professor Arthur K. Wheelock, Jr., Department of Art History and Archaeology This dissertation examines the career of Flemish artist Michael Sweerts (1618-1664) in Brussels and Rome, and his place in the development of an academic tradition in the Netherlands in the seventeenth century. Sweerts demonstrated a deep interest in artistic practice, theory and pedagogy over the course of his career, which found remarkable expression in a number of paintings that represent artists learning and practicing their profession. In studios and local neighborhoods, Sweerts depicts artists drawing or painting after antique sculpture and live models, reflecting the coalescence of Northern and Southern attitudes towards the education of artists and the function and meaning of the early modern academy. By shifting the emphasis on Sweerts away from the Bamboccianti – the contemporary group of Dutch and Flemish genre painters who depicted Rome’s everyday subject matter – to a different set of artistic traditions, this dissertation is able to approach the artist from new contextual and theoretical perspectives. It firmly situates Sweerts within the artistic and intellectual contexts of his native Brussels, examining the classicistic traditions and tapestry industry that he encountered as a young, aspiring artist. It positions him and his work in relation to the Italian academic culture he experienced in Rome, as well as investigating his engagement with the work of the Flemish sculptor François Duquesnoy (1597-1643) and the French painter Nicholas Poussin (1594-1665). The breadth of Sweerts’ artistic and academic pursuits ultimately provide significant insight into the ways in which the Netherlandish artistic traditions of naturalism and working from life coalesced with the theoretical and practical aims of the academy.
    [Show full text]
  • Za31fbxrjfxqjxqps4mmffwaagx
    jaarverslag 2014 2 Inhoud Voorwoord 1 Stafafdeling Educatie en publieksbegeleiding 06 2 Sector Collectie en onderzoek / Aanwinsten 18 3 Sector Presentaties 44 4 Stafafdeling Relatiebeheer en filantropie 60 5 Huisstichtingen 72 6 Stafafdeling Marketing en communicatie 76 7 Stafafdeling Conservatoren en uitgeverij 84 8 Sector Bedrijfsvoering 88 9 Financieel verslag 94 10 Raad van Toezicht 104 11 English Foreword and Facts & Figures 108 Bijlagen A Educatieve activiteiten en evenementen B Aanwinsten en uitgaande bruiklenen C Bibliotheek D Presentaties E Publicaties F Externe activiteiten en nevenfuncties afdelingshoofden en wetenschappelijke staf G Personeel en organisatie 2 3 allemaal door ons gelezen omdat er mensen van de kunst genoten. Gutsend veel Voorwoord opmerkingen en aanmerkingen op staan die programma geboden. Een stemvork voor ons ter harte gaan. de stad aan het trillen gebracht. De plek die ‘Mevrouw’, zei ik. wil stilstaan en zich tegelijk ontwikkelen. De Is het jaar weer om? Nee, het jaar is niet om ‘Meneer Ex, leuk U even te zien, ik kom hier plaats die wil groeien en zich settelen. Blij- maar volop aan de gang. Ja, het jaar is om, vaak. Ik twijfelde over dit formulier.’ ven en weggaan. Aan de pompen en nieuw en we schrijven er een boekje over. Voor je ‘Maar wat is uw opmerking dan?’ bouwen. Wat we doen, doen we graag en het weet vervaagt het jaar tussen die andere. ‘Ach meneer Ex, ik hou er zo van, en tegelijk, ik met steeds meer steun van u, een groeiend Dus we kijken terug terwijl we intussen weet het niet, je zit er niet altijd om verlegen.’ aantal particulieren en organisaties dat vooruit gaan.
    [Show full text]
  • 165 LYCKLE DE VRIES Jan Van Gool Als Geschiedschrijver De Lezer, Die
    165 LYCKLE DE VRIES Jan van Gool als geschiedschrijver De lezer, die vertrouwd is met Arnold Houbrakens Groote Schouburgh, zal in de Nieuwe Schouburg van Jan van Gool weini? verrassends vinden. Zo heeft de auteur het ook bcdoeld; zijn werk zet dat van zijn voorganger voort en de latere bundel kunstenaarsbiografieen sluit als met een zwaluwstaartconstructie op de onvoltooid gcblcven eerdere aan. Het in 1750 en ',5 1 verschenen tweedelige boek, dat Van Gool heel wat meer bekendheid heeft gebracht dan zijn werk als vecschilder, bcvat vooral feitelijke informatie. Bovendien geeft de schilder- schrijver soms persoonlijke opinies en laat hij merken, van welke tijd en samen- lcving hij ccn zcgsman is geweest. Wie deze soort van informatie wil opvangen moct met allcen wcl ecus wat tussen de regels kunnen lezen, maar moet ook wctcn hoc en met welk doel de Nieuwe Schouburg is opgezet. Oveizi<.kt Het boek opent met een titelprent van P. Tanje naar L.. F. Dubour?, die in een vers van A. Kuipcrs wordt uitgele?d. Na titelpagina en privilege volgt de opdracht van deel i aan de verzamelaar Johan van der Marck, hoo?d-omcier van Leiden. Twee kunstcnaars-vrienden van de auteur, J. Wandelaar en F. Greenwood, hebben lofdichten op zijn boek bijgedragen. Het portret van Van Gool, door J. Houhraken naar ccn tckening van A. Schouman gegraveerd, sluit het voorwerk af. In de eerste vijftien bladzijden van deel 1 zet Van Gool uiteen wat hij wil gaan docn en hoe zijn relatie is tot Houbraken en Weyerman. Hierna begint de lange reeks levensbeschrijvingen van kunstenaars, geordend naar gcboortejaar en lopend van circa i 58o tot en met 1725.
    [Show full text]
  • Encyklopédia Kresťanského Umenia
    Marie Žúborová - Němcová: Encyklopédia kresťanského umenia Holanďan bludný - Bludný Holanďan holandská architektúra - http://nl.wikipedia.org/wiki/Categorie:Architectuur_in_Nederland http://en.wikipedia.org/wiki/Category:Dutch_architecture holandská bieloba - bieloba holandská/bieloba kremžská holandská história - http://nl.wikipedia.org/wiki/Categorie:Geschiedenis_van_Nederland holandská história podľa obdobia - http://en.wikipedia.org/wiki/Category:History_of_the_Netherlands_by_period http://nl.wikipedia.org/wiki/Categorie:Geschiedenis_van_Nederland_naar_periode holandská renesancia - (1500-1584); http://en.wikipedia.org/wiki/Category:Dutch_Renaissance holandská škola (maľby) - maliari v Holandsku od ranej renesancie do baroka; to zahŕňa rané obdobie holandského maliarstva (pozri holandskí maliari raní, flámski primitívi), ktoré spadá do obdobia 1400-1500, a holandskú renesanciu (1500-1584), čo boli umelci činní v severných nížinách, a neskôr do holandskej školy bol zaraďovaný aj holandský zlatý vek maľby (pozri holandskí maliari zlatého veku), čo bola maľba v zjednotených provinciách; mnoho maliarov, sochárov a architektov zo 17.st. je nazývaných „holandskí majstri“, zatiaľ čo skorší umelci sú všeobecne označovaní ako súčasť „holandskej“ tradície; Hieronymus Bosch a Geertgena tot Sint Jans sú dobre známe príklady holandských maliarov 15. a 16.st.; Rembrandt van Rijn, Frans Hals, Johannes Vermeer, Jacob van Ruisdael a Jan Steen zastupujú holandské umenie 17.st.; individuálne diela, ktorých umelca nemožno zistiť, sú označované alebo
    [Show full text]
  • Mededelingen Van De Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2
    Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 bron Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2. Stichting Jacob Campo Weyerman, Amsterdam 1979 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_med009197901_01/colofon.php © 2011 dbnl i.s.m. 108 [Nummer 11] Agenda voor de algemene vergadering van 13 januari 1979 te 10.00 uur in de Grote Vergaderzaal van het Instituut voor Neerlandistiek, Herengracht 330-336, Amsterdam 1. Opening 2. Mededelingen 3. Lezing Rotterdamsche Hermes no. 4 4. Verslagen voorzitter sekretaris penningmeester 5. Vaststelling jaarlijkse bijdrage* 6. JCW-literatuur verschenen in 1978 7. JCW-publikaties in 1979 8. Voorstel nieuwe leden 9. Observaties bestuursleden 10. Lezing door B.P.J. Broos: JCW als informant over schilders 11. Wisseling bestuur** 12. Rondvraag 13. Sluiting. * Het bestuur stelt voor de bijdragen ongewijzigd te laten (op het ogenblik: leden f 25, --; vrienden f 20, --; studenten f 10, --). ** Voorgesteld worden als leden voor het nieuwe bestuur: H.M. de Blauw (vz.), A.J. Hanou (sekr.), mevr. B. Sierman (penn.), mevr. A. Nieuweboer (sekr. publ.). Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 2 109 Geraldine Maréchal (Rode Kruislaan 993, 1111 ZX Diemen) JCW in British Museum British Museum General Catalogue of Printed Books. Photolithographic edition to 1955. Published by the trustees of the British Museum. London 1965. - Volume 256: WEYERMAN (Jacob Campo). - (See Cervantes Saavedra (M. de) [Don Quichot. - Appx. 7]) De voornaamste gevallen van... Don Quichot... Beschreeven door J.C.W., etc. 1746. 4o. 1. Pictorial Illustrations. - (See Democritus, the Philosopher, pseud. Democritus en Heraclitus Brabantsche Voyage. Bezweering van den desperaten Antwerpschen Courantier.
    [Show full text]