Scheepvaart Ten Oosten Van De Ijssel Deel 4: Vechtezompen Op De Overijsselse Vecht

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Scheepvaart Ten Oosten Van De Ijssel Deel 4: Vechtezompen Op De Overijsselse Vecht Scheepvaart ten oosten van de IJssel deel 4: Vechtezompen op de Overijsselse Vecht Het oosten van het land heeft zijn varenstraditie ontdekt. Er verschenen al veel nieuwe zompen op het water, daarover schreven we in de vorige afleveringen van deze serie. De nieuwste plannen betreffen twee Vechtzompen die gaan varen op de Overijsselse Vecht. Uiteraard niet meer met vracht maar met toeristen. Tekst en foto's Wim de Bruijn e.a. In het westen van Overijssel werd vroeger ook wel van een dubbelzomp. In de punt van De eerste Vechtezomp kreeg ook een zeiltuig. Het oor- nooit gesproken over zompen, maar over de pegzomp was een vooronder met helemaal spronkelijke tuig maakte gebruik van twee sprieten Vechtezompen, naar de rivier waarop ze voe- voorin een klein kacheltje of fornuisje. Men ren. Toch werden ze altijd in Enter gebouwd, sliep op een bank van planken tegen het ach- de schipper met één lijn het grootzeil tegen de net als de zompen. Men kende er twee soor- terschot van het vooronder. Ze voerden het mast trekken, zodat het geen wind meer ving. ten: lösse zompen met losse boeisels, ook wel grote spriettuig met twee sprieten in een vier- pegzompen genoemd en opgeboeide zompen kant grootzeil. Er kon snel zeil worden gemin- De Overijsselse Vecht met een berghout. Dat woord peg is afgeleid derd door er één spriet uit te halen en de top De Overijsselse Vecht is een regenwaterrivier van het peghöltien, een 25 cm lang houtje, iets te laten vallen. Die werd dan met een lijntje met een oorsprong in Münsterland in Duits- gebogen en aangescherpt als een mesje. Bij tegen de mast gebonden en het zeil werd uit- land, die via Nederland naar het Zwarte Water warm weer drukte de schipper de pek er weer gehouden door één grote spriet. bij Zwolle loopt. Zij is 167 kilometer lang, mee in de naden. Ook werd erwel een mengsel Veel zompen hadden een stelsel van een waarvan 60 km in Nederland. Tot ver in de van as en bruine teer mee in de naden gedrukt drietal touwen die op verschillende hoogten I ge eeuw heeft de bochtige rivier de Vecht een om ze weer waterdicht te maken. rondom het grootzeil liepen en bij de mast belangrijke rol gespeeld in de scheepvaart. De Het laadvermogen van de lösse zompen vari- samengesplitst waren, waarna een touw naar rivier was eigenlijk alleen goed bevaarbaar eerde van 12 tot 16 ton. Er waren ook zom- beneden liep. Deze touwen liepen door ogen van ongeveer oktober tot april. In de zomer- pen van 24 ton. Er is zelfs een beurtschip op in het achterlijk. Ook liepen ze langs het zeil maanden viel de rivier bijna droog en lag de Leeuwarden bekend van 48 ton, die nog wel doorringetjes die aan het zeil waren bevestigd. scheepvaart soms weken achter elkaar stil. De de vorm van een zomp had. Men sprak dan Als er snel zeil moest worden geminderd, kon vaartijd van Zwolle naar Nordhorn, het "logis- links: De Romp in aanbouW in de loods in GRamsbergen onder: VooR de kop Waren geen haakSe krammeRS beschikbaar. DaaR losten de boUWeRS heT op deze manieR op midden: HeT achterschip van de Vechtezomp. De lange gangen zijn uit een stuk ondeRaan: In Gramsbergen heeft PieTToering Van HoutindusTRie GRamsbeRgen een bouwloods meT machines gereserveeRd voor de Vechtezompen. Op de bovenveRdieping kunnen lezingen WoRden gegeven tieke centrum" van Münsterland was onge- vaart van de Vecht weggehaald. In 1908 werd veer 6 dagen, terwijl een schipper in 2 dagen de rivier gekanaliseerd en werden er vele van Amsterdam naar Zwolle voer. Bijde grens bochten afgesneden. In Nederland werd de moesten hoge tolgelden worden betaald.Om lengte teruggebracht van 85 naar 60 kilome- devaartijd naar Zwolle te bekorten, werd rond ter. Door deze en andere waterwerken daalde 1600 de Nieuwe Vecht gegraven. Zwolle had het water in de rivier naar een laag niveau en namelijk het stapelrecht op alle goederen die moest men in 1920 besluiten om stuwen te over de Overijsselse Vecht werden vervoerd. bouwen. Dat werden er zeven, van oost naar In het midden van de 1ge eeuw kwamen het west: De Haandrik, Ane (inmiddels afgebro- kanaal de Dedemsvaart en haar zijtak de Lut- ken), Hardenberg, Diffelen (bij Mariënberg), terhoofdwijk gereed. Zij vormden een kortere Junne (iets ten oosten van Ommen), Vilste- vaarweg tussen Coevorden en Zwolle en dat ren en Vechterweerd (bij buurtschap Mars- betekende dat het belang' van de Vecht als hoek, tussen Dalfsen en Zwolle). De rivier is vaarweg verminderde. Ook de aanleg van nu vanaf de monding bij Zwolle tot Ommen het Dordmund-Emskanaal heeft veel scheep- bevaarbaar voor schepen. Dat komt doordat de stuwen benedenstrooms van Junne wel GRENSOVERSCHRIJDEND schutsluizen hebben en de stuw bij Junne zelf De Laarense zomp verzorgt het eerste grens- en verder stroomopwaarts niet. In de jaren overschrijdende vervoer over water in Over- zestig is er aan de Duitse kant van Brandlecht ijssel. De WV-Emlichheim (tel. +49 5943 999 tot aan de Nederlandse grens het één en ander 29 15) verzorgt de boekingen voor het varen. aan waterwerken en kanalisatie uitgevoerd. De Vechtezomp kan ook door groepen tot 25 Ook heeft men indertijd de meeste oevers met personen gehuurd worden en dan kunnen keien verstevigd, waardoor de vroegere glooi- eventueel langere tochten worden gemaakt. ende oevers en zandstrandjes zijn verdwenen. Het blijkt zo'n succes dat er in juni al 90 molen aandreven. Stroomafwaarts van deze tochten waren geboekt. Dus wordt er stevig Vervoer van zandsteen molens worden beide armen weer met elkaar onderhandeld over meer afvaarten dan de Nordhorn ligt vlak achter Ootmarsum en verbonden, zodat het oude Nordhorn op een 100 toegestane per jaar. Dat iszeker nodig als Denekamp in Duitsland. Maar even voorbij eiland is gebouwd. Er werd voornamelijk van in 2016 ook de Nederlandse Vechtezomp in het veel noordelijker gelegen Gramsbergen oktober tot april gevaren, dan was er altijd wel de vaart komt. Deze Nederlandse zomp komt gaat de Vecht al de grens naar Duitsland over voldoende (regen)water. tot stand dankzij financiële ondersteuning en wordt daar de Vechte. Nordhorn was in de Het vervoer naar Zwolle ging, zeker vanaf van de provincie Overijssel, het coöperatief 18e en het begin van de I ge eeuw de overslag- 1850, altijd met zompen. In Nordhorn wer- dividendfonds van de RABO Bank Vaart- en en stapelplaats voor het Münsterland. Alle te den wel schepen gebouwd, het waren vooral Vechtstreek, de Gemeente HardenbeRg, het vervoeren producten uit de wijde omgeving pramen, zowel klein als groot. De schuiten Prins Bernhard Cultuurfonds en enkele lokale werden daar met karren heen gebracht en konden maar la ton laden, terwijl een zomp ondernemers. opgeslagen. De Vechte splitst zich voor Nord- 16 ton kon laden. Hoewel ze in Nordhorn wel horn in twee armen, die ooit elk een water- probeerden een zomp te bouwen, is het ze niet gelukt om die bouw onder de knie te krijgen. Historische Culturele Kring Gramsbergen Tussen Gramsbergen en Laar mag weliswaar Na 1839 - het hoogtepunt -was het snel voor- & De Krim en de Mühlenverein Laar, met niet gemotoriseerd worden gevaren, maar de bij. De scheepvaart liep terug en het beno- ondersteuning van de gemeenten Emlich- autoriteiten hebben inmiddels een vergun- digde hout voor de schepen moest - vanwege heim, Coevorden en Hardenberg werd onder- ning afgegeven voor IOO vaarten per jaar. hoge tolgrenzen -van ver komen en was daar- zocht ofhet mogelijk was om zompen vanuit door duur. Belangrijk was vroeger het vervoer Laar (net over de grens bij Gramsbergen) en Gangen uit één stuk van de beroemde Bentheimer zandsteen die Gramsbergen te laten varen. De conclusie in Bij Houtindustrie Gramsbergen bv, een zage- met zompen naar ons land werd gebracht. Het 2013 was dat de exploitatie van twee Vechte- rij en schaverij die alle mogelijke houtsoor- Paleis op de Dam in Amsterdam en de Dom zompen haalbaar is, mits er op iedere zomp ten op maat zaagt en schaaft voor de bouw in Utrecht zijn van deze zandsteen gebouwd, drieduizend betalende opvarenden per jaar en tevens beschikt over grote droogkamers, evenals de St. [an in's Hertogenbosch. mee willen. Voorwaarde is wel dat er zonder maakte directeur Piet Toering een paar grote Na het succes van de zompen op de Berkel (zie vreemd vermogen moet worden gewerkt, loodsen vrij voor de bouw van de Vechtezom- SdZ 2015.5), werd er een onderzoek gestart zodat er geen rentelasten zijn. De financie- pen en tevens voor de bouw van een drijvend naar de haalbaarheid van het varen met zom- ring van de Duitse zomp voor Laar was het botenhuis dat in Laar moet komen te liggen. pen op de Vecht. Op initiatief van de Stichting eerst geregeld, dus ging men direct aan de slag. Toen hij de opdracht kreeg ging hij kijken in Enter en nam hij con tact op met Kees Sars van Sars Houtbouw. Trouwe Spiegellezers zijn de naam van Kees Sars al bij veel projecten tegengekomen. Zoals bij de bouw van de Bata- via, het Utrechts Statenjacht. de palingaak, de Liburna in Millingen en onlangs bij de bouw van een Romeinse veerboot in Xanten. Piet en Kees houden regelmatig ruggenspraak over de bouw. Af en toe komt Kees in Gramsbergen langs om advies te geven aan de vrijwilligers die aan het werk zijn. Zoals toen voor de eer- ste maal de huidplanken gestoomd werden. Aan de zomp van Laarwerd dagelijks gewerkt door teams van vier mensen. Na een oproep in de regionale media, reageerden maar liefst 25 mensen, waarvan er na selectie 16 overble- ven. Zewerkten bij toerbeurt, zodat ze geen 40 uur per week haalden. Het benodigde hout werd weer geleverd door Nick Faber van Houtcompagnie Almenurn.
Recommended publications
  • Overijsselaars Gezocht
    Overijsselaars gezocht Inhoud 1. Overijsselaars gezocht ............................................................................. 7 Inleiding ................................................................................................................................... 7 Vormen van onderzoek ............................................................................................................ 8 Vastleggen van gegevens .......................................................................................................... 9 Is er al onderzoek gedaan? ..................................................................................................... 10 Genealogie en internet ........................................................................................................... 12 Archiefbewaarplaatsen in Overijssel ....................................................................................... 13 Archiefbezoek: hoe gaat dat? ................................................................................................. 15 Literatuur ............................................................................................................................... 16 Online verwijzingen ................................................................................................................ 16 2. Het begin van het archiefonderzoek ...................................................... 17 Inleiding ................................................................................................................................
    [Show full text]
  • Nederlands-Duitse Grenswateren Deutsch-Niederlândische Grenzgewâsser
    Nederlands-Duitse Grenswateren Deutsch-Niederlândische Grenzgewâsser ATLAS 4 - • :y :...., Uh • Permanente Nederlands-Duitse Grenswa terenco in in issie Stiîndige Deutsch-Niederlündische Grenzgewisserko in in i ssio ii ATLAS Uitgave: Ausgabe: Permanente Nederlands-Duitse Stândige Deutsch-Niederindische Grenswaterencommissie G renzgewasserkommission Redactie: Redaktion: Rijkwaterstaat, Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkwaterstaat, Ministerie van Verkeer en Waterstaat & Ministerium für Umwelt, Naturschutz und & Ministerium für Umwelt, Naturschutz und Reaktorsicherheit Reaktorsicherheit Vormgeving van de kaarten: Gestaltung der Karten: Meetkundige Dienst, Meetkundige Dienst, Thematische Geo-Informatie, Delft Thematische Geo-Informatie, Delft Vormgeving van de omslag en de binnenkant Gestaltung des Umschlags und der Innenseite en productie: und produktion: Meetkundige Dienst, Grafische Technieken, Delft Meetkundige Dienst, Grafische Technieken, Delft Oplage: 900 Auflage: 900 Copyright: Copyright: © Ministerie van Verkeer en Waterstaat, 1998. © Ministerie van Verkeer en Waterstaat, 1998, Meer Informatie: Weitere Informationen: Permanente Nederlands-Duitse Standige Deutsch-Niederlândische Grenswaterencommissie Grenzgewâsserkommission Secretariaat: Sekretariat: Ministerie voor Verkeer en Waterstaat Ministerium für Umwelt, Naturschutz und Rijkswaterstaat, HKW-AI Reaktorsicherheit Postbus 20906 Postfach 12 06 29 NL-2500 EX Den Haag D-53048 Bonn Nederland Deutschland viii \'vrk,t'r in Directoraat-Generaal Rijkswaterstaa kv) 4~ Bundesumweitministerium ATLAS INHOUD IN HALT pagina/seite Inhoud Inhalt 3 1. Voorwoord 1. Vorwort 5 2. Inleiding Einleitung 7 Kaarten van de subcommissies 3. Karten der Unterausschüsse 9 A Maas - Roer A Maas-Rur 10 B Maas - Niers 8 Maas-Niers 12 C Duffel - Oude Rijn C Düffelt - Oude Rijn 14 D Berkel D Berkel 16 E Vecht - Dinkel E Vechte - Dinkel 18 F Bourtanger Veen F Bourtanger Moor 20 G Eems-Dollard G Ems-Dollart 22 3 ATLAS VOORWOORD VORWORT Water houdt zich niet aan grenzen.
    [Show full text]
  • Phase II of an Ecosystem Services Project in the Vecht Basin: Developing a Proposal for a Regional Scheme on Payments for Ecosystem Services
    Phase II of an ecosystem services project in the Vecht basin: Developing a proposal for a regional scheme on payments for ecosystem services. Final Report (DII.6 – V13, Final Version of 31st August 2014) Authors: Ilke Borowski-Maaser (Interessen Im Fluss) Uta Sauer (University of Goettingen) Jörg Cortekar (University of Goettingen) Suzanne van der Meulen (Deltares) With contributions from Karen Molenaar (Deltares intern) and Zaida Cholico (intern Waterboard Velt en Vecht) Reviewed by Jos Brils, Deltares. Funded by: Imprint: Borowski-Maaser, I; Sauer, U., Cortekar, J., van der Meulen, S.: Final Report (DII.6 – V13) on Phase II of an ecosystem services project in the Vecht basin: Developing a proposal for a regional scheme on payments for ecosystem services. Photo on title page: art next to the Vecht at the border between Germany and the Netherlands. Photo by Suzanne van der Meulen. This study was financed by the Dutch Ministerie voor Infrastructuur en Milieu and the German Bundesministerium für Umwelt, Naturschutz, Bau und Reaktorsicherheit (as part of their activities in the context of the Convention on the Protection and Use of Transboundary Watercourses and International Lakes (adopted 1992 in Helsinki, short: Water Convention)) and by Niedersächsische Ministerium für Umwelt, Energie und Klimaschutz. Version Date Author Initials Review Initials V13 30th July 2014 Borowski-Maaser Brils, Deltares Sauer Otter, Deltares Cortekar Van der Meulen State: final © Interessen Im Fluss, 2014 Table of Content Part I: Summaries .......................................................................................
    [Show full text]
  • Author's Information
    An open strip-field system at its tipping point in the German-Dutch river Dinkel catchment Hein van Gils1, Andreas Mölder²* 1University of Pretoria Faculty of Natural & Agricultural Sciences, Department of Geography, Geoinformatics and Meteorology Private Bag X20 Hatfield 0028 Republic of South Africa 2Northwest German Forest Research Station Department A (Forest Growth) Grätzelstraße 2 D-37079 Göttingen Germany *corresponding author Phone: +49 551 69 401 313 Fax: +49 551 69 401 160 E-mail: [email protected], [email protected] Author’s information Hein van Gils retired from Twente University, Enschede (the Netherlands). He currently teaches at the University of Pretoria (South Africa) and the Northeast Forestry University, Harbin (China). Several of his publications refer to legacies of historical agrarian landscapes. Andreas Mölder is researcher at the Northwest German Forest Research Institute, Göttingen (Germany). He is particularly interested in the development and ecology of cultural landscapes as affected by changing socio-ecological conditions. Abstract Three questions were addressed. Firstly, where in pre-19th century landscape did farmers hold strips, camps, meadows and shares in commons? Secondly, did farmers each own strips and camps or were some specialised strip and others exclusively camp farmers? Finally, can we corroborate or reject one of the alternative hypotheses: strip-field-first versus camp-first. The area of interest is the current cadastral district cum medieval parish Epe at today’s German- Dutch border as pars pro toto for the surrounding area of about 100 kilometer diameter in the NW European cover sand belt. Our key data source was the 1827 A.D.
    [Show full text]
  • Urkunden, Vorgeschichte, Vechte 1
    1 Urkunden, Vorgeschichte, Vechte 1 Die ersten Urkunden von 1209-1664 Gerrit Jan Beuker 1209 Scheerhorn Von allen Orten der Gemeinde Hoogstede ist als erster der Name Scheerhorn schriftlich festgehalten. Er findet sich in einer Urkunde aus dem Jahre 1209, in der Graf Baldwin von Bentheim dem Kloster Wietmarschen „die Be- sitzungen … in Scherehorne“ überträgt. In der Rückschrift der Urkunde wird deutlich, dass es hier um „Hertgherinc to Scheerhoern“ geht, heute Hatger. Das Kloster hat dieses Erbe von dem gräflichen Ministerialen (eine Art un- freier gräflicher Verwaltungsbeamter, später niederer Adel, gjb) Rudolf von Ringe gekauft. Das Kloster heißt zu der Zeit „Sancte Marien- Ortsteil Arkel finden Foto der Urkunde rothe“. Der Graf, der keinen Erben hat, über- sich dazu Erläuterungen von 1209 gibt den Besitz in Scheerhorn für immer dem von Ludwig Edel aus Kloster. Harm Kuiper war es, der 2005 über dem Jahr 1954. das Heft Wilhelm Kohl „Regesten aus dem Ar- Danach folgen chiv des Klosters und Stiftes Wietmarschen“ in diesem Kapitel (Nordhorn 1973, S. 8) auf diese Urkunde auf- in zeitlicher merksam machte. (Signatur I Nr. 29, Druck: Reihenfolge die Inv.Nichtstaaatl.Arch S. 254, Nr. 12) R: Ersterwähnung der anderen Hertgherinc to Scheerhoern. – Nr. 6 – L. 2. Ortsteile in verschiedenen Heute trägt diese Urkunde die Nummer 11 und Urkunden und Unterlagen, liegt im Bestand I (Wietmarschen) des Fürst- soweit sie uns bekannt lich Bentheimischen Archivs. geworden sind, sowie Dr. Heinrich Voort erinnerte uns an die Ur- Beiträge von Albert Rötterink über die Vech- kunden, die Albert Rötterink 1970 in der teschifffahrt, von Eckhard Woide über ar- „Chronik der Gemeinde Emlichheim“ veröf- chäologische Funde und von Dr.
    [Show full text]
  • Lenski Helmut (Hellmut)
    ZOBODAT - www.zobodat.at Zoologisch-Botanische Datenbank/Zoological-Botanical Database Digitale Literatur/Digital Literature Zeitschrift/Journal: Osnabrücker Naturwissenschaftliche Mitteilungen Jahr/Year: 1997 Band/Volume: 23 Autor(en)/Author(s): Lenski Helmut (Hellmut) Artikel/Article: Neu- und Wiederfunde von Gefäßpflanzen in der Grafschaft Bentheim 205-209 ©Naturwissenschaftlicher Verein Osnabrück e.V. Osnabrücker Naturwissenschaftliche Mitteilungen Jfi Band 23, S. 205-209, 1997 Neu- und Wiederfunde von Gefäßpflanzen in der Grafschaft Bentheim Hellmut Lenski Kurzfassung: Bei der Kartierung der Gefäßpflanzen im Landkreis Grafschaft Bentheim in den Jahren 1990-1996 wurden eine Reihe von Sippen neu entdeckt und einige verschollene wiederge­ funden; davon werden 36 Sippen mit Fundortangaben vorgestellt. Abstract: Whilst investigating phanerogam plants in the district of the „Grafschaft Bentheim“, Lower Saxony, Northwest Germany between 1990 and 1996, a number of new taxa were disco­ vered and some absent taxa were found again, 36 of which will be dealt with in further detail. Key words: flora, Grafschaft Bentheim, Lower Saxony, Northwest Germany Autor: H. Lenski, Am Kuckuck 18, D-48455 Bad Bentheim 1 Einleitung 2 Neufunde Der Atlas der „Farn- und Blütenpflanzen des Bei einigen der Neufunde handelt es sich um Landkreises Grafschaft Bentheim“ (1990) ist Sippen, die wahrscheinlich immer schon im das Ergebnis meiner langjährigen floristi- Gebiet vorkamen, wegen ihrer Seltenheit schen Untersuchungen sowie der Kartie­ oder Unbeständigkeit bisher aber unent- rung der Brombeeren durch H. E. Weber. deckt blieben. Darin werden 880 rezente und 50 ausge­ Dazu gehört Salix x ambigua (Zweifelhafte storbene oder verschollene Sippen vorge­ Weide), von der ich ein Exemplar an einem stellt. Die Untersuchung wurde in den Wegrand südlich von Itterbeck (3506.21) Jahren 1990-1996 fortgesetzt und brachte fand.
    [Show full text]
  • Groene Loper Vechtdal, Ommen
    GROENE LOPER VECHTDAL, OMMEN ROUTE 15 km De Groene Loper verbindt groene initiatieven, zo ook in het Vechtdal. Ontdek in Ommen een aantal plekken waar gezamenlijk is gewerkt aan het vergroten van de biodiversiteit. 'Samen groene stappen maken, laat het Vechtdal bloeien!' Laat deze slogan u inspireren om in uw omgeving aan de slag te gaan. Route gemaakt door Miriam Gerrits (Groene Loper Vechtdal) i.s.m. Landschap Overijssel. 20 19 Groene Loper Vechtdal, Ommen 4 2 1 5 6 8 3 7 Groene Loper Vechtdal, Ommen Hoe kom ik bij het startpunt? Startpunt: Tante Pos, Markt 17 in Ommen. Vanaf station Ommen is het 15 minuten lopen naar het centrum van Ommen. Met de auto: vanaf N48 en N340 afslag Ommen. Lang parkeren zonder parkeerschijf kan vanaf het centrum richting Zwolle, staat aangegeven. 1 Groene Loper Overijssel Afstand tot volgende punt: 800 m 2 Ommermars Afstand tot volgende punt: 2,9 km 3 Archeologisch kunstwerk Afstand tot volgende punt: 7,1 km 4 Het Baken, GKV Afstand tot volgende punt: 500 m 5 Zwembad d' Olde Vechte Afstand tot volgende punt: 1,000 m 6 Kinderboerderij Afstand tot volgende punt: 70 m 7 Bijenstal Afstand tot volgende punt: 80 m 8 Vlindertuin De Vechtstreek Afstand tot volgende punt: 600 m Einde van de route Groene Loper Vechtdal, Ommen 15 km 1 Groene Loper Overijssel Groene Loper Overijssel Doelstelling van 'Groene Loper Overijssel' is bewoners en bedrijven betrekken bij natuur, landschap en biodiversiteit via het stimuleren van groene buurtinitiatieven. Achterliggend idee is dat deze betrokkenheid duurzaam handelen en zorgzaam omgaan met de natuur bevordert.
    [Show full text]
  • Internationally Shared (Transboundary) Aquifer Resources Management
    INTERNATIONALLY SHARED (TRANSBOUNDARY) AQUIFER RESOURCES MANAGEMENT Their significance and sustainable management A FRAMEWORK DOCUMENT IHP-VI, NON SERIAL DOCUMENTS IN HYDROLOGY Internationally Shared (Transboundary) Aquifer Resources Management Their significance and sustainable management A framework document Shammy Puri (editor) Bo Appelgren Geo Arnold Alice Aureli Stefano Burchi Jacob Burke Jean Margat Philippe Pallas IHP-VI, IHP Non Serial Publications in Hydrology November 2001, UNESCO, Paris INTERNATIONAL HYDROLOGICAL PROGRAMME UNECE The designations employed and the presentation of material throughout the publication do not imply the expression of any opinion whatsoever on the part of UNESCO, FAO and UNECE, in particular concerning the legal status of any country, territory, city or of its authorities, or concerning the delimitation of its frontiers or boundaries. Composed by Marina Rubio Published in 2001 by the United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization 7, place de Fontenoy, 75352 Paris 07 SP France Non Serial Document SC-2001/WS/40 This framework document has been prepared through the collaboration of UNESCO, IAH, FAO, UNECE specialists and several scientific advisors, as follows: Shammy Puri IAH (Editor) Bo Appelgren Scientific advisor Geo Arnold UNECE Alice Aureli UNESCO Stefano Burchi FAO Jacob Burke FAO Jean Margat BRGM Philippe Pallas Scientific advisor Wolf von Igel Secretariat for the Project, Division of Water Sciences, UNESCO Drafts of this document were discussed at international consultation meetings, including the XXX IAH Congress (Cape Town, South Africa, November 2000), ISARM Consultative Meeting (Santa Fe, Argentina, August 2001) and at the UNESCO/WMO Conference on Hydrological Challenges in Transboundary Water Resource Management (Koblenz, Germany, September 2001). The comments and opinions received have been incorporated.
    [Show full text]
  • Wegner, 1911) from the Upper Jurassic and Lower Cretaceous of Germany (Testudines: Pleurosternidae
    ISSN: 0211-8327 Studia Palaeocheloniologica IV: pp. 31-46 REDESCRIPTION OF DESMEMYS BERTELSMANNI (WEGNER, 1911) FROM THE UPPER JURASSIC AND LOWER CRETACEOUS OF GERMANY (TESTUDINES: PLEUROSTERNIDAE) [Redescripción de Desmemys bertelsmanni (Wegner, 1911) del Jurásico Superior y Cretácico Inferior de Alemania (Testudines: Pleurosternidae)] Hans-Volker KARL 1,2, Christian J. NYHUIS 3 & Lennart SCHLEICHER 4 1 Thüringisches Landesamt für Denkmalpflege und Archäologie. Humboldtstraße 11. D-99423 Weimar, Germany. Email: [email protected] 2 Geoscience Center of the University of Göttingen. Department of Geobiology. Goldschmidtstrasse 3. D-37077 Göttingen, Germany 3 Institut für Geologie & Mineralogie der Universität zu Köln. Zülpicher Str. 49a. D-50674 Köln, Germany. Email: [email protected] 4 Schäferweg 76. D-48599 Gronau (Westf.), Germany (FECHA DE RECEPCIÓN: 2011-07-18) BIBLID [0211-8327 (2012) Vol. espec. 9; 31-46] ABSTRACT: A complete hypoplastron from the type material of Desmemys bertelsmanni (Wegner, 1911) is described and figured as neotype. This type sample is discussed and elucidated on geographically and stratigraphically comparable material. The type material is discussed on additional material from the Upper Jurassic which extends the stratigraphical rang of the genus. Key words: Upper Jurassic, Kimmeridgian, Lower Cretaceous, Valanginian, Osterwald- Member, Berriasian, Wealden facies, Northwest Germany, Desmemys bertelsmanni (Wegner, 1911), pleurosternid river turtle. RESUMEN: Se describe un hipoplastron completo de Desmemys bertelsmanni (Wegner, 1911) que, con figuras, se da como neotipo. Este tipo es discutido y aclarado sobre bases geográfica y estratigráfica con material adicional comparable © Ediciones Universidad de Salamanca Studia Palaeocheloniologica IV (Stud. Geol. Salmant. Vol. espec. 9), 2012: pp. 31-46 32 H.-V. KARL , C.
    [Show full text]
  • Overijssel Vechtdal Ges Mitnimmt
    laar emlichheim neugnadenfeld Weitere Informationen und die genauen Standorte der Kunstwerke finden Sie auf der Webseite www.kunstwegen.org Meer informatie en de exacte locaties van de kunstwerken zijn te vinden op de website www.kunstwegen.org gramsbergen bathorn 24 25 26 27 28 29 ilya & emilia kabakov: »wortlos« 1999 bonnie collura: »chain reaction« 1999 suchan kinoshita/hasje boeyen: olafur eliasson: »der drehende park« 2000 ann-sofi sidén: »turf cupola« 1999 franka hörnschemeyer: Edelstahldraht, 2-teilig, Höhe je ca. 230 cm Draad Stahl, Fiberglas, Lack ca. 170 x 300 x 170 cm Staal, »vom hören sagen« 2000 Draht, Bentheimer Sandstein, Höhe 4 m, Ø 10 m Stahlturm, Betonkuppel, Torfplaggen, je 16 Mo- »koordinaten« 2011 van edelstaal, 2-delig, hoogte elk ca. 230 cm fi berglas, lak, ca. 170 x 300 x 170 cm Bauruine, Museumsvitrine Bouwruïne, museum- Draad, Bentheimer zandsteen, hoogte 4 m, Ø 10 m nitore + Kameras Stalen toren, betonnen koe- Hörnschemeyer wählte als Standort ein Wäld- Ein junges Mädchen auf einem Stuhl blickt von Der Ausgangspunkt der Überlegungen zu der vitrine Quaderförmige Drahtkäfige, gefüllt mit verschie- pel, turfplaggen, 16 monitors + camera‘s chen in direkter Nachbarschaft zum »Russi- der Holländischen Seite hinüber zu einem ruhig Skulptur war die alte Galeriewindmühle am Ufer In Emlichheim begibt man sich auf die Suche nach den großen Brocken des örtlichen Sandsteins In der Torfkuppel ist ein Videoraum. 16 Moni- schen Friedhof«. Ohne weitere Eingriffe hat die dasitzenden, jungen Mann auf der deutschen Seite der Vechte. Für Collura symbolisieren die beiden einer ungewissen Geschichte. Ein Ehepaar, das in werden zu leicht geschwungenen Wandelementen to re zeigen das 360°-Panorama einer Land- Künstlerin eine Konstruktion aus Schalelemen- der Grenze.
    [Show full text]
  • S a T Z U N G Des Unterhaltungs- Und Landschaftspflegeverbandes Nr
    S a t z u n g des Unterhaltungs- und Landschaftspflegeverbandes Nr. 114 Vechte in Neuenhaus Landkreis Grafschaft Bentheim § 1 Name, Sitz, Verbandsgebiet (1) Der Verband führt den Namen „Unterhaltungs- und Landschaftspflegeverband Nr. 114 Vechte“ Er hat seinen Sitz in Neuenhaus im Landkreis Grafschaft Bentheim. (2) Der Verband ist als Unterhaltungsverband gem. § 100 des Niedersächsischen Wassergesetzes (NWG) vom 7.Juli 1960 (GVBl. S. 105) in der Fassung vom 1.Dezember 1970 (GVBl. S. 457) ein Wasser- und Bodenverband im Sinne des Wasserverbandsgesetzes vom 12.Februar 1991 (BGBl. I S. 405). (3) Der Verband dient dem öffentlichen Interesse und dem Nutzen seiner Mitglieder. Er verwaltet sich im Rahmen der Gesetze selbst. (4) Das Verbandsgebiet ergibt sich aus der in der Anlage zur Satzung beigefügten Karte. Es ist das Gebiet des Landkreises Grafschaft Bentheim, ausschließlich der Flächen, die in der Gemeinde Wietmarschen zur Ems hin entwässern und einschließlich der Flächen im Landkreis Emsland, die zum Einzugsgebiet der Vechte bzw. der Grenzaa gehören. (5) Der Verband führt ein Dienstsiegel mit seinem Namen. (WVG §§ 1, 3, 6) § 2 Aufgabe (1) Der Verband hat zur Aufgabe: 1. Ausbau einschließlich naturnahem Rückbau und Unterhaltung von Gewässern, 2. Bau und Unterhaltung von Anlagen in und an Gewässern, 3. Verbesserung landwirtschaftlicher sowie sonstiger Flächen einschließlich der Regelung des Bodenwasser- und Bodenlufthaushalts, 4. Herrichtung, Erhaltung und Pflege von Flächen, Anlagen und Gewässern zum Schutz des Naturhaushalts, des Bodens und für die Landschaftspflege, 5. Förderung der Zusammenarbeit zwischen Landwirtschaft und Wasserwirtschaft und Fortentwicklung von Gewässer-, Boden- und Naturschutz, 6. Förderung und Überwachung der vorstehenden Aufgaben. (2) Auf Antrag kann der Verband die Beiträge der im Verbandsgebiet gelegenen Wasser- und Bodenverbände heben bzw.
    [Show full text]
  • Als Einziger Kreis in Deutschland Darf Er Sich „Grafschaft“ Nennen: Der Landkreis Grafschaft Bentheim Trägt Seine Reiche Geschichte Schon Im Namen
    1885- 2010 125 Jahre Landkreis Grafschaft Bentheim Als einziger Kreis in Deutschland darf er sich „Grafschaft“ nennen: Der Landkreis Grafschaft Bentheim trägt seine reiche Geschichte schon im Namen. Zugleich ist dieser Landstrich ganz im Südwesten Niedersachsens, unmittelbar an der Grenze zu den Niederlanden gelegen, ein moderner, für die Zukunft gut auf- gestellter Landkreis. Aus Anlass seines 125-jährigen Beste- hens im Jahr 2010 ist das mehr als 1000-seitige Buch „Die Grafschaft Bentheim. Geschichte und Gegenwart eines Landkreises“ erschienen. In dieser Ausstellung sind die wichtigsten Fakten zusammengefasst. Überblick N853 St e e n w ijk sm o e r EOCV OR DEN cSh o o bene ke 3 6 8 MEP P EN N N382 7 3 7 Grenzland an der Vechte N3 N 40 E s c h e b r ü gWrg e ö s t e n E m l i c h h e i m e r TWIST W söt e n Esc h e b r ü g g e 3 0 70 4 Laar gAt e hro nr MELICHHEIM eNu g n a d e n f e ld R in g e 31 Ge e st e Ö v e r i n egn Daul m 403 Die Grafschaft Bentheim ist Grenzland. Auf Karten ist sie daher leicht E c h t e l e r H e i ed Wmi e t a r s c h re M o o r Ho o g st e d e G oe grsd o fr F ü c h t nef dle zu finden: Sie ist der nordöstliche Teil des Dreiländerecks, in dem die NEI D REG R A F S C H A F T Wmi l s u e r Wuimls T a gne nasnd M o o r Esc h e F O R S T LI NEGN Ndo r lo h n e O s t e r w a l d B E N T H IEM WI MTERA CSHEN Ve ld h a u se n hoLn e r - Niederlande und die beiden deutschen Bundesländer Niedersachsen L hon e r b r u c h S a n d H o eh knö r b e n OLHNE löGe n k map I tt reb e c k Sc h e p sd o fr U LESEN NEU NEHAUS 13 4 FO R S T 0 3 B EN T H IEM R ü k e l und Nordrhein-Westfalen aufeinandertreffen.
    [Show full text]