Den Uyl, Lay-Out
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Joop den Uyl 1919-1987 : dromer en doordouwer Bleich, A. Publication date 2008 Link to publication Citation for published version (APA): Bleich, A. (2008). Joop den Uyl 1919-1987 : dromer en doordouwer. Uitgeverij Balans. General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl) Download date:26 Sep 2021 Den Uyl-revisie 18-01-2008 10:08 Pagina 293 Hoofdstuk 12 ‘Die tijd komt nooit meer terug’ Het kabinet-Den Uyl trad in de lente van 1973 aan met als motto’s‘Eerlijk delen’en‘Spreidingvaninkomen,kennisenmacht’.Hetverlangenomde maatschappijgrondigtehervormenkwamerduidelijkintotuiting.Hoe smal de marges ook mochten zijn, de nieuwe, progressieve regering was vast van plan ze optimaal te benutten.Door middel van een nivellerende inkomenspolitiek wilde ze de ongelijkheid op dit gebied verminderen. Ook de vermogens zouden niet buiten schot blijven; een Wet op de Ver- mogensaanwasdeling (vad)moestervoorzorgendatdeoverwinstvan bedrijven werd afgeroomd en terechtkwam in een door de vakbeweging te beheren fonds ten behoeve van de werknemers.De spreiding van ken- nis hoopte het kabinet te bevorderen door vergaande hervormingen in het onderwijs. De machtsverschillen wilde men verkleinen door demo- cratischer verhoudingen te scheppen in het bedrijfsleven,het onderwijs, de gezondheidszorg, de woonomgeving, etcetera. ‘Participatie’ en ‘de- mocratisering’ waren de sleutelwoorden. Een nieuwe Wet op de Onder- nemingsraden (or) zou de invloed van de werknemers in de onderne- ming vergroten. Ook streefde het kabinet ernaar de particuliere investe- ringen te toetsen aan de maatschappelijke behoeftes. De Wet Selectieve Investeringsregeling (sir,laterwir) zou hiervoor een kader moeten scheppen. Zelfs onder de best denkbare omstandigheden – een bloeiende eco- nomie, brede steun in het parlement en vanuit de bevolking – was dit een buitengewoon ambitieus programma, waarmee in een periode van vier jaar slechts een bescheiden begin gemaakt zou kunnen worden. Gaandeweg bleek de speelruimte echter een stuk kleiner dan men aan- vankelijk had verondersteld. Op een reeks van gebieden kregen Den Uyl en zijn hemelbestormers het tij tegen.Ze werden geconfronteerd met te- ruglopende economische groei. De afstand tussen het kabinet en de‘ge- 293 Den Uyl-revisie 18-01-2008 10:08 Pagina 294 dogende’fracties van kvp en ar werd eerder groter dan kleiner.Tentijde van het kabinet-Den Uyl begon er vaart te komen in de eerder zo moei- zaam verlopende vorming van één christen-democratische partij, het cda.Datproceswerdbevorderddoorfrustratieoverdemanoeuvresvan Burger en over de overheersende positie van de progressieven in het ka- binet. Deprogressievenvan hunkant – met namePvdA en ppr –waren niet van plan de polarisatie te staken en zich wat meer compromisbereid op te stellen alleen omdat ze nu in de regering zaten.Veel partijactivisten vanPvdAenppr beschouwdenhetdeelnemenaaneenregeringopzich- zelf al als ‘een lichte vorm van verraad’.1 De PvdA-Kamerfractie en het partijbestuur zetten hun geestverwanten in het kabinet voortdurend onderdrukomsnelmetmeerresultaattekomen.Indeloopvandere- geerperiode verslechterde bovendien de sfeer binnen het kabinet-Den Uyl. ‘We zijn (...)’,verklaarde Den Uyl, na ruim tien jaar terugblikkend op zijn eerste en enige kabinet,‘te laat aan bod gekomen. Die hervormings- wil (...) was ten tijde van het kabinet al over zijn hoogtepunt heen. (...) Het zijn gol∫ewegingen, hè, en zoals je tussen 1945 en 1965 in een golf hebt gezeten naar meer maakbaarheid (...), zie je nu een golf daarvan weg.’2 OfdezogehetenKondratie^-gol∫ewegingaldannietookvantoe- passing is op politiek terrein,zoals Den Uyl meende,in elk geval kwam er nog in 1973 voorlopig een abrupt einde aan de ‘gouden kwarteeuw van economische voorspoed’3, die eind jaren veertig met de Amerikaanse MarshallhulpvoorWest-Europawasbegonnen. ‘Die tijd komt nooit meer terug’, luidt een beroemde uitspraak die Den Uyl op 1 december 1973 deed in een televisietoespraak waarin hij maatregelen aankondigde om het hoofd te bieden aan een door de Ara- bische OPEC-landen tegen Nederland en de VS afgekondigde olieboycot. In een artikel met diezelfde titel, vier jaar later, sprak Den Uyl weer over ‘het einde van een tijdperk’. De omslag situeerde hij bij de oliecrisis in 1973/74.Hetnieuwetijdperkzouzichvolgenshemgaankenmerkendoor schaarse en dure energie, een tragere bevolkingsgroei, en een verschui- ving van werkgelegenheid uit de productiesfeer naar de dienstensector.4 Dat was op zichzelf scherp gezien; de drie genoemde factoren speelden ruim een kwarteeuw later nog steeds (of in het geval van het energiepro- bleem opnieuw) een belangrijke rol.Toch blijkt uit de politieke visie die Den Uyl aan zijn economische analyse verbond, hoe hachelijk het is om toekomstigeontwikkelingentevoorspellen. 294 Den Uyl-revisie 18-01-2008 10:08 Pagina 295 Zo leidde Den Uyl uit het toenemend gewicht van de dienstensector af dat de overheid een grotere rol zou kunnen gaan spelen op het terrein van de niet-commerciële dienstverlening.De omvang van de collectieve sectorzoublijvendtoenemenendeoverheidzoueenbelangrijkesturen- de rol kunnen vervullen bij het bevorderen van selectieve – duurzame – economische groei. De feitelijke ontwikkeling is in een andere richting gegaan: actieve overheidsinterventie in de economie nam sinds de jaren tachtiggestaagaf;niethetlatengroeien,maarhetbinnendeperkenhou- den van de collectieve uitgaven werd sindsdien algemeen aanvaard als doel. Op het terrein van de inkomensherverdeling zette het kabinet-Den Uyl een aantal stappen.Er kwam voor het eerst een minimumjeugdloon en het minimumloon werd verhoogd. Nog belangrijker was de zogehe- ten netto-netto-koppeling. Het hield in dat de uitkeringen voortaan evenveel zouden stijgen als het minimumloon.Ook de ambtenarensala- rissen waren via de zogenoemde ‘trend’ gekoppeld aan de inkomens in de particuliere sector. De automatische prijscompensatie zorgde ervoor datdeloonontwikkelingnietachterbleefbijdestijgingvandeprijzen.De gedachte achter de netto-netto-koppeling was dat stijgende welvaart de hele bevolking, ook de uitkeringsgerechtigden, ten goede diende te ko- men. Inderdaad hadden de maatregelen een nivellerend e^ect, maar er warenooknadelenaanverbonden. Als gevolg van de loonexplosies in de jaren zestig was Nederland niet meer, zoals in de wederopbouwperiode, een lagelonenland. De geleide loonpolitiekuitdietijdwasverlaten.DenUylenzijnministervanSociale Zaken Jaap Boersma streefden naar vrijwillige loonmatiging. Door de nivellerende maatregelen hoopten ze de vakbeweging hiervoor te win- nen. Dat had resultaat – zij het dat de Industriebond nvv (later: fnv) dwars bleef liggen –, maar de prijs die ervoor werd betaald was inflexibi- liteit in lonen en uitkeringen. Het e^ect daarvan werd verergerd door de oliecrisisdiehetnationaalinkomenmettweeprocentomlaagbracht.De koppelingenbrachtenonderdieomstandighedenhogerekostenvoorde socialezekerheidmetzichmee,die‘onvoldoendegedektkondenworden doorsocialepremiesofbelastingen’.5 De overheid moest derhalve extra lenen op de kapitaalmarkt en het kabinet-Den Uyl zette ook een deel van de opbrengst van het Nederland- se aardgas in voor de sociale zekerheid.Dat had niet problematisch hoe- ven te zijn, als Den Uyls aanvankelijke analyse juist was geweest, dat de 295 Den Uyl-revisie 18-01-2008 10:08 Pagina 296 door de olieperikelen op gang gebrachte economische terugslag een conjunctuurcrisis was die met de klassieke keynesiaanse methode kon worden bestreden.Dat wil zeggen: met verhoogde overheidsuitgaven en stimulering van de (binnenlandse) vraag.De crisis,die in de tweede helft van de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig verder zou verer- geren, had echter structurele trekken: Nederland was bezig om te scha- kelen van een industriële naar een postindustriële economie. Hele in- dustrietakken (textiel,scheepsbouw) kwamen in moeilijkheden door de concurrentie uit lagelonenlanden, nieuwe werkgelegenheid moest wor- den gevonden in de (commerciële) dienstverlening.De aardgasbaten die werden gebruikt voor het bekostigen van de uitkeringen en voor steun aan sectoren die in de problemen zaten, hadden beter kunnen worden ingezetomdeeconomischemoderniseringsoepeltelatenverlopen.6 Het kabinet-Den Uyl stelde na enige tijd zijn economische beleid bij; de groei van de overheidsuitgaven werd afgeremd via de zogeheten één- procentsoperatie (waarover aanstonds meer). De koppelingen bleven, omdat ze door de progressieven – niet ten onrechte – werden gezien als essentieel voor een gelijkmatige inkomensontwikkeling.Dat had wel tot gevolg dat in de jaren daarop – mede als gevolg van het uitblijven van andere bezuinigingen – het financieringstekort van