DEF Rapportage Integrale Analyse Heroverwegingen
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Integrale analyse heroverwegingen sociaal domein Projectnummer 10259 In opdracht van de Sociale Alliantie Lieselotte Bicknese Jeroen Slot Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL Amsterdam 1000 AR Amsterdam Telefoon 020 251 0424 Fax 020 251 0444 [email protected] www.os.amsterdam.nl Amsterdam, januari 2010 Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Integrale analyse heroverwegingen sociaal domein 2 Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Integrale analyse heroverwegingen sociaal domein Inhoud Conclusie en samenvatting 5 Inleiding 11 1 Heroverwegingen Rijk 13 1.1 Overzicht maatregelen Rijk naar doelgroep en stapeling van effecten 13 1.2 Werk en Inkomen 16 1.3 Jeugd en Onderwijs 16 1.4 Zorg en Welzijn 17 1.5 Kunst en Cultuur 18 1.6 Sport 18 2 Heroverwegingen stadsdelen 19 2.1 Heroverwegingen stadsdelen 19 2.2 Effecten centrale bezuinigingen 20 3 Doelgroepen naar huishoudtype 23 3.1 Huishoudens met kinderen 23 3.2 Risico/probleemjongeren 25 3.3 Ouderen 26 3.4 Licht verstandelijk gehandicapten 26 3.5 Andere hulpbehoevenden 27 3.6 Mantelzorgers 27 3.7 Inburgeraars 27 4 Doelgroepen naar inkomen 29 4.1 Minimahuishoudens 29 4.2 Lage inkomens 31 4.3 Midden en hoge inkomens 31 5 De sociale staat van de stadsdelen 33 5.1 Nieuw-West, Zuidoost en Noord het meest kwetsbaar 33 5.2 Centrum 34 5.3 West 36 5.4 Nieuw-West 38 5.5 Zuid 41 5.6 Oost 45 5.7 Noord 47 5.8 Zuidoost 49 3 Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Integrale analyse heroverwegingen sociaal domein 4 Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Integrale analyse heroverwegingen sociaal domein Conclusie en samenvatting Doel van dit rapport is een samenhangend overzicht te bieden van de heroverwegingen door Rijk, gemeente en stadsdelen in een deel van het sociale domein. Daardoor wordt beter zichtbaar welke groepen in de stedelijke samenleving (positieve en negatieve) gevolgen ondervinden van de heroverwegingen en in welke mate deze groepen onder- en oververtegenwoordigd zijn in verschillende delen van de stad. Het is gebruikelijk effecten van voorgenomen beleid weer te geven in zogenoemde koopkrachtplaatjes. Hierdoor ontstaat zicht op het gemiddelde effect voor standaardhuishoudens. Achter dat gemiddelde bevindt zich echter een (soms grote) mate van spreiding zoals zichtbaar is in de volgende figuur. Daarmee is ook een eerste beperking van dit soort exercities gegeven: achter een gemiddelde kunnen grote 1 individuele verschillen schuilgaan. Koopkracht (exclusief incidenteel) naar huishoudtype, inkomensbron hoofdverdiener en huishoudinkomen, mutaties in % per jaar, 2011-2015 Bron: CPB Analyse economische effecten financieel kader Een tweede beperking is dat niet alle gevolgen directe financiële gevolgen zijn die zich naar koopkracht laten vertalen. Ook is onzeker in welke mate vervolgens substitutie zal plaatsvinden. Of bijvoorbeeld een groter beroep op de WMO zal ontstaan. Daar komt nog eens bij dat vaak onbekend is in hoeverre doelgroepen van beleid overlappen: als maatregelen zijn voorgesteld voor licht verstandelijk gehandicapten, inburgeraars en huishoudens met (risico)kinderen is onbekend hoeveel huishoudens met meer dan een van deze maatregelen te maken krijgen. De cumulatie van maatregelen is daardoor niet anders dan globaal in beeld te brengen. 1 Zie ook: http://www.nibud.nl/over-het-nibud/actueel/nieuws/nieuws/artikel/nibud-2011-weer-een-krap-jaar.html 5 Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Integrale analyse heroverwegingen sociaal domein Niettemin biedt dit rapport een eerste inventarisatie en ordening die het mogelijk maakt de aandacht te focussen op groepen en/of gebieden waar zich meer dan gemiddeld risico’s voordoen en op groepen en/of gebieden waar zich nieuwe mogelijkheden voordoen. Inventarisatie maatregelen Rijk, centrale stad en stadsdelen Het Rijk en de centrale stad hebben bezuinigingsmaatregelen voorgesteld binnen alle drie de beleidsthema’s van het sociaal domein (werk&inkomen, jeugd&onderwijs, zorg&welzijn). De maatregelen staan kort beschreven in onderstaande tabel. De maatregelen van de stadsdelen zijn vaak nog niet volledig uitgewerkt en/of vastgesteld. Wel is duidelijk dat zij bezuinigingen in eerste instantie willen realiseren door efficiencymaatregelen met betrekking tot sociaal maatschappelijk vastgoed en subsidieverlening. Wanneer dit niet voldoende is lijkt het thema welzijn het meest geraakt te gaan worden door bezuinigingen. De centrale bezuinigingen op Jeugd en Veiligheid worden door de stadsdelen als probleem aangemerkt en zijn voor enkele stadsdelen aanleiding extra in jeugd en veiligheid te investeren. Voorgestelde maatregelen in het kader van het regeerakkoord en heroverwegingen van de gemeente Amsterdam type maatregel Rijk en centrale stad stadsdelen Werk en inkomen inkomen *inburgering zelf betalen *Wwb € 100 per jaar omlaag *Wwb-regime versoberd participatie *geen participatietraject zonder perspectief op werk *instroom Wwb, Wajong en WSW beperkt investeringen *meer of andere begeleiding voor WWb-klanten met ZO: capaciteit inburgering tot 2011 perspectief op werk Jeugd en inkomen *kinderopvang duurder onderwijs *eigen bijdrage uithuisplaatsing jeugdzorg participatie *afschaffing stedelijk jongerenwerk en XXXS-pas *minder projecten voor risicojongeren en JenV efficiency *decentralisatie en efficiencykorting jeugdzorg *accommodaties efficiënt benutten *minder subsidie jongerencentra *ipv integraal een gebiedsgericht aanbod *minder budget voor OKC *overlap indikken investeringen *op school meer aandacht voor kerntaak *Centrum en ZO: Jeugd en Veiligheid *inlopen taalachterstand buiten reguliere schooluren *N-W: mentoraten Zorg en welzijn inkomen *huur betalen bij intramurale zorg *premie (basis)verzekering stijgt met ruim € 110 p.p. participatie *minder LVG in aanmerking voor gehandicaptenzorg Centrum: bezuinigingen treffen welzijn *half uur per week minder hulp bij huishouding p.p. West: geen ontmoeting, minder loketten N-W: minder instellingen en activiteiten efficiency *decentralisatie begeleiding AWBZ met 5% korting *accommodaties efficiënt benutten *ipv integraal een gebiedsgericht aanbod *overlap indikken investeringen *kwaliteit ouderenzorg *N-W: sociale kopprogramma’s 6 Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Integrale analyse heroverwegingen sociaal domein Effecten heroverwegingen De heroverwegingen treffen huishoudens met een uitkering of minimuminkomen het vaakst. Deels komt dit doordat inkomensmaatregelen een relatief gezien groot aandeel van het inkomen wegnemen, maar ook behoren de huishoudens met een laag inkomen vaker tot de doelgroep van de voorziening waarop wordt bezuinigd. Verschillende groepen onder de lage inkomens hebben een verhoogde kans op stapeling van negatieve effecten van de heroverwegingen: huishoudens met (risico)kinderen (bezuinigingen jeugdzorg, onderwijs) werkende minima met kinderen (kinderopvang) ouderen (bezuinigingen AWBZ, HBH, intramurale zorg) licht verstandelijk gehandicapten (bezuinigingen WSW, trajecten probleemjongeren, AWBZ, gehandicaptenplan) inburgeraars (kosten traject zelf betalen) De volgende gevolgen van de heroverwegingen hebben voor een deel van de huishoudens met een laag inkomen boven het minimum negatieve gevolgen: De extra kosten voor de kinderopvang maken de financiële voordelen van werken ten opzichte van een uitkering te klein. WW’ers krijgen geen re-integratietraject Probleemjongeren ontvangen minder ondersteuning en een kleiner aanbod van zinvolle vrijetijdsbesteding Leerlingen met taalachterstand moeten deze achterstand zoveel mogelijk buiten de reguliere schooluren inhalen. Personen die mantelzorg verlenen kunnen overbelast raken Hoge inkomens lopen minder risico op stapeling van negatieve effecten. De groep maakt relatief veel gebruik van kinderopvang en wordt niet gecompenseerd voor de hogere kosten voor intramurale zorg. Deze twee maatregelen zullen niet vaak hetzelfde huishouden treffen. Omvang doelgroepen De meeste voorgestelde maatregelen hebben betrekking op specifieke groepen. Hieronder staat voor een deel van de maatregelen aangegeven hoeveel van de ruim 767.000 Amsterdammers gevolgen ondervinden van de maatregelen: Minder of geen participatietrajecten: 25.000 Wwb-uitkering omlaag: 32.000 Geen beschutte werkplek WSW: 1.000 Minder ondersteuning vanuit AWBZ: 11.000 Kinderopvang duurder: 12.000 Minder (cultuur)voorzieningen jongeren: 32.000 Vaak geldt dat ook de hoogte van het inkomen van invloed is op het effect van een maatregel. Zo treft het verhogen van de bijdrage aan de kinderopvang met name werkende ouders en bepaalt de hoogte van het inkomen in hoeverre de maatregel belastend is. Op de volgende pagina staan de Amsterdamse huishoudens met kinderen uitgesplitst naar inkomen: 7 Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Integrale analyse heroverwegingen sociaal domein 60.000 Amsterdamse stellen met kinderen, waarvan: 10.000 (15%) minimuminkomen van maximaal € 17.020 pj 12.000 (18%) laag middeninkomen tussen € 17.200 en € 24.300 pj 38.000 (67%) inkomen vanaf € 24.300 p.j. 38.000 eenoudergezinnen 14.000 (37%) minimuminkomen van maximaal € 15.325 pj: 10.000 op basis van uitkering 4.000 werkend 5.000 (13%) laag inkomen tot € 17.200 19.000 (50%) inkomen boven € 17.200 Uitgangspositie stadsdelen De stadsdelen hebben niet dezelfde uitgangspositie. In drie stadsdelen komt de bevolking veel meer dan gemiddeld in aanraking met sociale problematiek of lagere participatie: Nieuw-West, Zuidoost en Noord. In Oost geldt dit voor de Transvaalbuurt en de Indische Buurt Oost.