<<

9 8 6 7 5

3 4 1 2

Nederlandse wetlands Vogel- en natuurbescherming 2001-2003

De Nederlandse Partner van BirdLife International, wereldwijd actief voor vogels en natuur

omslag_wetlands_2001-2003.indd 1 07-10-2004 00:07:59 9 8 6 7 5

3 4 NEDERLANDSE WETLANDS 1 2

Vogelbescherming Nederland geeft het rapport, ‘Nederlandse

wetlands’ uit met een verscheidenheid aan informatie uit de 79

waterrijke (natuur) gebieden in ons land, die van internationale

betekenis zijn voor vogels. Tal van vogels van de Rode Lijst van

bedreigde en kwetsbare vogelsoorten zijn afhankelijk van deze

gebieden, net als miljoenen trekvogels.

Dit is inmiddels het zevende rapport over de Nederlandse

wetlands. Het is bestemd voor iedereen die betrokken

is bij behoud, bescherming en beheer van de wetlands.

Vogelbescherming Nederland beoogt hiermee een stimulans

te bieden aan vrijwilligers, terrein- en waterbeheerders,

natuur- en milieuorganisaties, provincies, gemeenten,

recreatieschappen en rijksoverheid om zich in te zetten voor

het behoud van de wetlands en bijbehorende vogelsoorten.

omslag_wetlands_2001-2003.indd 1 07-10-2004 00:07:59 Nederlandse wetlands

Vogel- en natuurbescherming 2001-2003

De Nederlandse Partner van BirdLife International, wereldwijd actief voor vogels en natuur

wetlandrap_2001-2003-def.indd 3 07-10-2004 09:16:31 VOORWOORD

Nederland, wetland

Nederland is een waterland. In een natuurlijke situatie zonder menselijke ingrepen zou het één groot en dynamisch watergebied zijn. Een voedselrijke kustzone met afwisselend zout, zoet en brak water, moerassige laagveengebieden en ongetemde rivieren, rijk aan vogels en andere dieren. Toen de mens in Nederland aankwam begon hij het onland echter snel te temmen. Hij legde dammen aan, polderde open water en moerassen in en maakte er landbouwgebieden van. De zee en de rivieren werden door dijkenbouw en landaanwinning steeds verder teruggedrongen. In de loop der eeuwen zijn heel wat wetlands in Nederland en ook in de rest van de wereld verdwenen. Zo veel dat de natuurlijke leefgebieden voor veel dieren schaars werden en dat karakteristieke soorten niet meer werden gezien. Gelukkig is het besef doorgedrongen dat deze gebieden waardevol zijn en dat het noodzaak is ze te beschermen, niet alleen voor het behoud van de natuurwaarden, maar ook als bron van voedsel, drinkwater en energie, als transportmogelijk- heid en ten behoeve van landbouw en recreatie.

Vogelbescherming Nederland werkt, samen met het netwerk van vrijwillige WetlandWachten, aan behoud, herstel en de ontwikkeling van de 79 internationaal erkende wetlands in Nederland. Dit rapport doet verslag van de activiteiten van Vogelbescherming Nederland, de WetlandWachten en andere organisaties ten behoeve van wetlandbescherming en het geeft inzicht in de huidige kwaliteit van de Nederlandse wetlands. De nadruk ligt op de periode 2001-2003. Het rapport komt uit op een bijzonder moment. Dit jaar bestaat de Europese Vogelrichtlijn 25 jaar. De Vogelrichtlijn is in de afgelopen periode van groot belang geweest bij de bescherming van de meeste Nederlandse wetlands.

Het rapport Nederlandse Wetlands is bestemd voor iedereen die geïnteresseerd is in, en betrokken bij behoud, bescher- ming en beheer van wetlands. Vogelbescherming Nederland beoogt hiermee een stimulans te bieden aan vrijwilligers, ter- rein- en waterbeheerders, natuur- en milieuorganisaties, recreatieschappen, provincies, gemeenten en de rijksoverheid om zich in te zetten voor het behoud van wetlands, waterrijke ecosystemen en de bijbehorende vogelsoorten.

Adri de Gelder Directeur Vogelbescherming Nederland

5

wetlandrap_2001-2003-def.indd 5 07-10-2004 09:16:31 INHOUD

pag

Voorwoord 5

Inleiding 9

1 Wetlands, mens en vogels 12

2 Kwaliteit van Nederlandse Wetlands 18

3 Formele bescherming: mijlpaal bereikt 28

4 Moerasvogels en hun kansen in Nederland 40

5 Monitoring van vogels in Nederlandse Wetlands 48

6 Rapportage WetlandWachten 60

Summary 48

Bijlagen 180

1 Oppervlakte beschermd gebied 180

2 Kwalificerende vogelsoorten per gebied 181 a. Broedvogels 181 b. Watervogels 186

3 Trends 192

4 WetlandWachten 197

7

wetlandrap_2001-2003-def.indd 7 07-10-2004 09:16:47 INLEIDING

Sinds 1995 werkt Vogelbescherming volgen. Daarom riep de organisatie in 1995 Nederland aan een programma voor de het netwerk van vrijwillige WetlandWachten bescherming van Nederlandse wetlands. in het leven. Belangrijkste doel van het wetlandwerk is Een WetlandWacht is een deskundige het bereiken van een betere bescherming vrijwilliger die alle ontwikkelingen met van deze internationaal belangrijke vogel- betrekking tot een bepaald gebied volgt. gebieden, zowel in formele en juridische Hij of zij brengt (mogelijke) gevolgen voor zin als in de dagelijkse praktijk van beleid vogels vroegtijdig in kaart en onderhoudt en beheer. Het werk is niet alleen gericht op daarover contacten met lokale overheden en Nederlandse wetlands; Vogelbescherming beheerders. WetlandWachten zijn specialis- werkt samen met haar internationale part- ten op het gebied van vogels en betrokken ners via BirdLife International aan de bij ecologie, beheer en beleid. Idealiter zijn bescherming en ontwikkeling van wetlands ze het aanspreekpunt en contactadres voor over de hele wereld. Het wetlandproject van een hele vogelwerkgroep, soms ook voor Vogelbescherming Nederland is gebaseerd andere lokale natuur- en milieuorganisaties. op vier peilers. WetlandWachten weten wat er in het gebied speelt, ze zijn bekend in lokale netwerken, 1 Samenwerking met WetlandWachten proberen het draagvlak voor bescherming te De eerste peiler is de samenwerking vergroten en alarmeren als dat nodig is. met het netwerk van WetlandWachten. Op 1 januari 2004 waren 80 Om vogel- en natuurbelangen in wetlands WetlandWachten actief voor 66 van de te kunnen behartigen is het belangrijk om in totaal 79 Nederlandse wetlands. Voor steeds actueel op de hoogte te zijn van de sommige gebieden is er meer dan één ontwikkelingen in en rond al onze wetlands. WetlandWacht actief, bijvoorbeeld voor Vogelbescherming Nederland kan deze ont- grote en dynamische wetlands als de wikkelingen niet vanuit een centraal kantoor Westerschelde en de Waal.

WetlandWachten in De Weerribben

9

wetlandrap_2001-2003-def.indd 9 07-10-2004 09:16:52 2 Formele bescherming terreinbeheerders, bestuurders en vrijwil- De tweede peiler bestaat uit het bereiken ligers gebruikt worden. De vertaling van van een betere bescherming in formele en kennis naar advies en vervolgens naar beleid juridische zin. Concreet houdt dit in dat en beheer is goed mogelijk op basis van de vogelrijke wetlands worden opgenomen onderzoeksrapporten. Soms ook worden de in de Wetlands-Conventie en worden aan- resultaten onder de aandacht gebracht via gewezen als speciale beschermingszone workshops, presentaties of discussies. onder de Vogelrichtlijn van de Europese Een duidelijk en belangrijk voorbeeld Unie. In de Nederlandse wetgeving ver- van deze werkwijze is het Beschermingsplan dienen de wetlands bescherming onder de Moerasvogels dat sinds 2001 in opdracht Natuurbeschermingswet en in het beleid op van het ministerie van LNV in uitvoering is. de ruimtelijke ordening. Momenteel zijn Via dit plan wordt veel specifiek onderzoek bijna alle belangrijke wetlands beschermd gedaan naar eisen die moerasvogels aan hun via één of meer categorieën van deze regel- biotoop stellen. Vogelbescherming werkt in geving. dit plan nauw samen met vertegenwoordi- Vogelbescherming heeft zich in de loop gers van terreinbeherende organisaties en de der jaren ontwikkeld tot een kenniscentrum overheid (zie hoofdstuk 4 Moerasvogels op op het gebied van Europese en nationale pagina 40). Voor meer informatie zie natuurwetgeving. Dankzij deze kennis heeft www.moerasvogels.nl Vogelbescherming een grote rol gespeeld in het proces van het aanmelden en aanwijzen 4 Communicatie en voorlichting van gebieden onder de Europese richtlijnen. De vierde peiler bestaat uit Een belangrijke volgende stap is het gestalte goede voorlichting en communicatie. geven aan deze beschermingsstatus op nati- Vogelbescherming richt zich zowel op het onaal, provinciaal en lokaal niveau, en in de grote publiek als op specifieke sectoren toepassing ervan in de dagelijkse praktijk zoals boeren en ondernemers en profes- van beleid en beheer. sionals op het gebied van waterbeheer en Vogelbescherming is daarom vaak -beleid. Voorbeelden zijn de publiekscam- betrokken bij besluitvormingsprocessen en pagne voor ganzen en zwanen, de folder hoe inspraakprocedures rond grotere projecten om te gaan met broedende oeverzwaluwen die mogelijk negatieve gevolgen hebben bij graafwerkzaamheden en de studie naar voor de waarde van wetlands. Voorbeelden de gevolgen van verstoring van vogels door hiervan zijn de mechanische schelpdiervis- (water)recreatie. serij, dijkverbeteringswerkzaamheden, Informatievoorziening via websites, tijd- de verdieping van de Westerschelde, het schriften, persberichten, folders, en andere integrale inrichtingsplan Veluwe-randmeren media speelt een centrale rol in het vergroten (IIVR) en de plaatsing van windturbines in van het draagvlak voor de bescherming van het IJsselmeer. belangrijke leefgebieden van vogels. Recent is Vogelbescherming met partners een groots 3 Onderzoek, advies en samenwerking opgezette publiekscampagne gestart voor De derde peiler bestaat uit onderzoek een betere bescherming van de natuurwaar- en advies. Vogelbescherming probeert een den van de Westerschelde. beter inzicht te krijgen in de eisen die water- (Voor meer informatie zie: vogels stellen aan hun leefgebieden. Dat www.vogelbescherming.nl 10 gebeurt door met regelmaat onderzoek uit te www.descheldenatuurlijk.nl) besteden. De resultaten kunnen direct door

wetlandrap_2001-2003-def.indd 10 07-10-2004 09:16:55 1 WETLANDS, MENS EN VOGELS

Ons land is rijk aan wetlands. Door het hele land zijn ze te vinden: de meren, moerassen, zeearmen, plassen, venen, kwelders, vochtige graslanden, inter- getijdengebieden, rivieren, sloten en poelen. Juist deze gebieden hebben een enorme aantrekkingskracht op vogels. De laatste decennia voelen ook steeds meer mensen zich aangetrokken tot zulke gebieden. Wetlands zijn voor vogels, maar ook voor mensen belangrijk vanwege hun vele en diverse functies. Daarom werkt Vogelbescherming Nederland aan de bescherming en ontwikkeling van de Nederlandse wetlands.

Wat is een wetland? Dikwijls zijn het gebieden van beperkte Een wetland is een gebied waar water omvang, die van groot belang zijn voor een een belangrijke rol speelt, in elk geval voor uitgestrekter, omliggend gebied. Slechts een deel van het jaar. De officiële definitie twee procent van het aardoppervlak bestaat van wetlands volgens de Ramsar-Conventie uit wetlands. Nederland is veel rijker (ook wel Wetlands-Conventie genoemd) bedeeld met wetlands. Ongeveer een kwart uit 1971 luidt: ’Wetlands zijn moerassen, van ons land bestaat uit waterrijke gebieden. vennen, veen- of plasgebieden, natuurlijk Nederland is wel door mensenhand gete- of kunstmatig, blijvend of tijdelijk, met kend; van dat woeste kustgebied is, behou- stilstaand of stromend water, zoet, brak of dens de Waddenzee, niet veel over. zout, met inbegrip van zeewater waarvan Maar we hebben er heel wat andere de diepte bij laag water niet meer is dan zes wetland-typen voor teruggekregen. Naast meter.’ wetlands aan de kust kennen we meren,

overstroming van de Waal

12

wetlandrap_2001-2003-def.indd 12 07-10-2004 09:17:00 moerassen, veenweidegebieden en andere men al bezig met een project om de rivieren graslanden, venen en vennen, rivieren en het meer capaciteit te geven: het project Ruimte door menselijk ingrijpen gecreëerde enorme voor de Rivier (zie ook het kader op pagina zoetwaterbekken: het IJsselmeergebied. 120 of www.ruimtevoorderivier.nl). Al deze verschillende typen wetlands heb- ben een hele eigen betekenis voor planten, Waterzuivering vogels en andere fauna. Een andere belangrijke functie van wet- lands is die van waterzuivering en daardoor ook van drinkwatervoorziening. Wetlands Functies van wetlands zijn zeer goed in staat (licht) verontreinigd Lange tijd werden wetlands gezien als of geëutrofieerd water te zuiveren of te neu- ‘onlanden’; gebieden die de mens niets traliseren. Allerlei planten nemen mineralen opleverden en waar mensen niets te zoeken op uit het water en tal van ongewervelde hadden. Daarom zijn veel wetlands zoals dieren filteren er hun voedingsstoffen uit. moerasgebieden drooggelegd en gedraineerd De driehoeksmosselen in het IJsselmeer bij- en omgezet in landbouwgronden. In de voorbeeld pompen in twee jaar tijd de volle- vorige eeuw werd de roep om wetlands te dige inhoud van het meer door hun kieuwen. beschermen steeds groter, met name om de intrinsieke waarde van wetlands te behou- Voedselproductie den: de aanwezigheid van een rijke flora Een andere functie van wetlands is de en fauna. Hierna groeide ook het besef dat bio-productiviteit, en die is enorm. De plant- wetlands meerdere functies hebben die zeer aardige productie in wetlands is soms wel belangrijk zijn voor het leven op aarde. twee tot drie keer zo hoog als op een verge- lijkbaar oppervlak aan landbouwgrond. Van Waterhuishouding deze enorme plantengroei profiteren miljar- Wetlands hebben allereerst een belang- den diertjes die het plantaardige materiaal rijke regulerende functie in de waterhuishou- consumeren. Deze diertjes vormen weer het ding. Ze kunnen dreigende overstromingen voedsel van vogels en vissen. voorkomen door water vast te houden en ze Op wereldschaal vormen visproducten voorzien in water tijdens droge perioden. de belangrijkste bron voor eiwitten. Voor Deze capaciteit is echter geleidelijk afgeno- bijna 1 miljard mensen is vis het belangrijk- men omdat veel wetlands zijn verdwenen en ste bestanddeel van het dieet. Tweederde de meeste rivieren gekanaliseerd. Hierdoor van de wereldvisvangst vindt plaats in kust- wordt het regen- en smeltwater snel afge- gebieden. Van drie miljard mensen bestaat voerd naar zee. Bij overvloedige regenval de voeding vrijwel geheel uit rijst. Rijst kunnen de rivieren al dit water niet meer groeit in wetlands over de hele wereld. Ook verwerken en wordt de kans op overstro- schaal- en schelpdieren zijn een belangrijke mingen groter. Dit proces wordt mogelijk voedingsbron. Zo lang visserij op duurzame nog versneld door klimaatverandering; wijze gebeurt, is er geen schade aan de meer neerslag, met een toenemende kans op andere waarden van wetlands. overstromingen. Om dit gevaar te neutrali- seren zijn nu plannen in de maak voor hele Brandstof, huisvesting en transport stroomgebieden om water weer langer vast De mens maakt al lang gebruik van wet- te houden. Deze plannen komen mede voort lands. Het gaat dan niet alleen om water en uit de Europese Kaderrichtlijn Water (zie voedsel, maar ook om brandstof, bouwmate- 13 ook het kader op pagina 29 of rialen en transportkanalen. Wetlands hebben www.kaderrichtlijnwater.nl). In Nederland is lang brandstof opgeleverd in de vorm van

wetlandrap_2001-2003-def.indd 13 07-10-2004 09:17:05 turf en brandhout. Tegenwoordig zijn wet- Recreatie is er in vele vormen. Van lands steeds belangrijker voor een andere relatief stille vormen zoals wandelen, vorm van energieproductie: ze leveren fietsen en sportvisserij tot relatief luid- koelwater en waterkracht. Wetlands zijn ruchtige vormen zoals speedboten en ook belangrijk als leverancier voor bouw- sportvliegtuigjes. In 2002 werden bijna 60 materialen. Naast hout en klei (dakpannen miljoen watersportdagtochten in Nederland en bakstenen) ook riet en touw. Vroeger gemaakt. werd riet, ook bij ons, veel toegepast in de Wetlands hebben kortom een enorme bouw. Het gebruik van riet als dakmate- natuurwaarde, een enorme recreatieve riaal is opnieuw in de mode. Een laatste, waarde en een enorme economische waar- maar zeker niet de minste, functie van de. Wetlands zijn het waard beschermd te wetlands is die van transportmiddel. Onze worden. grote rivieren worden intensief gebruikt voor het vervoer van goederen. Betekenis van wetlands Recreatie en natuurbeleving voor vogels In de afgelopen decennia is een nieuwe Wetlands zijn, internationaal gezien, functie van wetlands ontstaan: recreatie de meest betekenisvolle Belangrijke en natuurbeleving. De landschappelijke Vogelgebieden van ons land. De term schoonheid van wetlands is voor velen een Belangrijke Vogelgebieden staat voor belangrijk decor om vrije tijd door te bren- gebieden waar geregeld een belangrijk gen. Veel wetlands zoals de Waddenzee en deel van de totale, internationale populatie de Weerribben genereren een behoorlijk van één of meer vogelsoorten aanwezig is. inkomen voor de regio. De economische Dat maakt zo’n gebied van internationale waarde van de Waddenzee is door het betekenis voor de bescherming van die Wereld Natuur Fonds vastgesteld op ruim vogelsoort(en). Wetlands hebben een grote 1,8 miljard euro per jaar. aantrekkingskracht op tal van watervogels. Er is vaak voedsel in overvloed, ze vinden er nestgelegenheid en de noodzakelijke rust. Miljoenen trekvogels zijn zelfs geheel van waterrijke gebieden afhankelijk.

Trekkende watervogels gebruiken een keten van wetlands die de broedge- bieden in het noorden verbinden met de overwinteringsgebieden in het zuiden. De diversiteit aan wetlands is hierbij van groot belang. Vogels slapen dikwijls op andere plekken dan waar ze voedsel vin- den. Maar ook hebben vogels een andere voorkeur voor gebieden in de verschillende fasen van het vogeljaar. Er bestaan grote verschillen in typen wetlands tussen de broedgebieden, de ruigebieden, gebieden 14 die tijdens de trek aangedaan worden en overwinteringsgebieden. Onze zwarte wadlopen sterns broeden bijvoorbeeld in moeras-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 14 07-10-2004 09:17:08 oeverloper

sen als de Wieden, tijdens de najaarstrek daardoor in een kwetsbare situatie. Als verzamelen ze zich op het open IJsselmeer de levensomstandigheden in één gebied om op spiering te jagen. Futen broeden in verslechteren, wordt een relatief groot deel Nederland verspreid over het hele land, in van de populatie getroffen. de nazomer concentreren ze zich op enkele open plassen zoals het Grevelingenmeer Vogels zijn goede indicatoren voor de om er te ruien. kwaliteit van wetlands, omdat er veel over bekend is en ze relatief goed worden geïn- Veel vogels leven in groepen. Voorbeel- ventariseerd. De roerdomp is bijvoorbeeld den zijn koloniebroeders als lepelaar, kluut een goede indicator voor een ecologisch en dwergstern. Maar ook voor en na het gezond moerasbiotoop. Als een kwetsbare broedseizoen, tijdens de ruiperiode, trek of koloniebroedvogel als de dwergstern in overwintering komen vogels van dezelfde staat is succesvol jongen groot te brengen soort dikwijls in groten getale bijeen op dan zit het met de hoeveelheid kleine een beperkte oppervlakte. Bijvoorbeeld vis en de noodzakelijke rust wel goed. op de hoogwatervluchtplaatsen waar dui- Omgekeerd geeft de afwezigheid of een zenden kanoeten zich verzamelen. Steeds sterke achteruitgang van een bepaalde soort is dan een belangrijk deel van de totale, meestal aan dat er iets mis is. Te weinig internationale populatie van een soort voedsel, verstoord broedgebied, vergiftigde geconcentreerd in slechts een beperkt aan- omgeving of predatie. tal gebieden. De vogelpopulaties verkeren 15

wetlandrap_2001-2003-def.indd 15 07-10-2004 09:17:21 2 KWALITEIT VAN NEDERLANDSE WETLANDS

De laatste jaren is er veel aandacht voor het belang van de bescherming van wet- lands. Er komt niet alleen steeds meer erkenning voor de grote natuurlijke waarde van wetlands, maar ook voor het belang ervan voor vele andere functies. Vogels zijn niet de enige gebruikers van de Nederlandse wetlands. In vrijwel alle gebieden is ook de mens actief en er vinden voortdurend wijzigingen plaats in de leefcondities voor vogels. Sommige veranderingen bieden nieuwe kansen voor vogels, maar vaak ook zijn het bedreigingen voor de leefgebieden van vogels. Het gaat dan niet alleen om zichtbare veranderingen zoals de aanleg van een weg maar ook om aantastingen waarvan de gevolgen zich soms pas na jaren manifes- teren.

Bijna alle wetlands zijn formeel Bedreigingen van beschermd, zowel in wetgeving als in het Nederlandse wetlands beleid op de ruimtelijke ordening. Betekent dit dat ook alle wetlands daadwerkelijk De verschillende functies van wetlands beschermd zijn? kunnen elkaar versterken maar ook in de Dit hoofdstuk geeft een samenvatting weg zitten. De WetlandWachten melden tal van de staat waarin Nederlandse wet- van ontwikkelingen die de kwaliteit van lands verkeren. De eerste paragraaf gaat Nederlandse wetlands bedreigen. Een aantal in op bedreigingen voor de kwaliteit van van de meest voorkomende bedreigingen is Nederlandse wetlands. De tweede paragraaf in onderstaand overzicht aangeduid. Dit is geeft aan dat er ook hard gewerkt wordt natuurlijk geen volledige lijst van alle ont- aan behoud, herstel en ontwikkeling van wikkelingen waardoor de kwaliteit van leef- wetlands. De samenvatting beschrijft met gebieden van vogels kunnen verslechteren name de ontwikkelingen in de periode 2001 of waardoor vogels verstoord worden in hun - 2003. normale doen.

18

nieuwbouw / planologie

wetlandrap_2001-2003-def.indd 18 07-10-2004 09:17:26 Ruimtelijke ontwikkelingen Intensieve landbouw Grootschalige ruimtelijke ontwikke- Een andere grote bedreiging is de lingen zorgen voor een verdere versnip- intensieve agrarische bedrijfsvoering. Veel pering en kwalitatieve achteruitgang van Nederlandse wetlands zijn in de vorige eeuw Nederlandse wetlands. Zo worden er regel- verloren gegaan als gevolg van drainage en matig nieuwe woonwijken in of tegen de drooglegging ten behoeve van landbouw. grenzen van wetlands gebouwd of gepland. Ook tegenwoordig heeft landbouw nog veel Wetlands verschaffen een prachtig decor invloed op de kwaliteit van wetlands. Ten om in te wonen. In het IJsselmeergebied bij- eerste bepaald de agrarische sector vaak voorbeeld hebben verschillende gemeenten de hoogte van het waterpeil. De landbouw plannen om woningen aan of in het water te is gebaat bij een structureel laag en tegen- bouwen. Daarvoor zal extra inpoldering en natuurlijk waterpeil: laag in de winter, iets landaanwinning nodig zijn. Dit zal ten koste hoger in de zomer. Het lage en tegennatuur- gaan van het leefgebied van watervogels. lijke waterpeil laat geen ruimte voor natuur- Bebouwing heeft effecten op de waterhuis- lijke dynamiek. Dat is desastreus voor met houding, maar verhoogt ook de recreatieve name moerasvegetaties. druk op het gebied. Het tweede probleem is dat de agrari- Ook industriële activiteiten zorgen voor sche sector mede bijdraagt aan verzuring achteruitgang van wetlands. De aanleg van en vermesting van natuurgebieden. De het industriegebied de Tweede Maasvlakte jaarlijks terugkerende algenplaag in het in het vogelrichtlijngebied Voordelta blok- Volkerak-Zoommeer bijvoorbeeld, waardoor keert mogelijk de sedimentenaanvoer naar telkens weer zo’n 5.000 watervogels ster- de Waddenzee. Een verdere verdieping van ven, wordt veroorzaakt door de voedselrijke de Westerschelde zorgt er voor dat de platen watertoevoer uit Brabantse beken. In het en schorren verdrinken en dat de kwaliteit Zuidlaardermeer speelt hetzelfde, waar het van de kusthabitat sterk achteruit gaat. In riviertje de Hunze voedselrijk slib aanvoert. de ecologische verbindingszone tussen Ook komen restanten van bestrijdingsmid- Lepelaarplassen en Oostvaardersplassen delen in het oppervlaktewater terecht. heeft de gemeente Almere een bedrijventer- rein gepland. Het havengebied Vlissingen- Visserij Oost was eens een groot zoutwatermoeras, Overbevissing in wetlands is een wereld- nu is er weinig meer van over. wijd serieus probleem. Door overbevissing De compartimentering van de verandert de leeftijdsopbouw en verschuiven Deltawateren heeft geleid tot een vergroting de aantalsverhoudingen tussen vissoorten van de veiligheid. Maar tegelijk ook tot en daarmee verandert de biodiversiteit van soms harde grenzen die het gebied in water- het hele ecosysteem. In sommige gevallen huishoudkundig, ecologisch en op langere leidt dat ertoe dat vogels moeilijker voedsel termijn ook in termen van veiligheid kwets- kunnen vinden. In andere gevallen neemt baar maken. Sommige meren zijn veranderd de hoeveelheid jonge vis toe, waardoor juist van een zout of brak intergetijdengebied in meer voedsel voor vogels aanwezig is. een zoet stagnant meer. Deze wateren verlie- Op het IJsselmeer en Markermeer wordt zen kwaliteit door de aanvoer van voedsel- bijvoorbeeld intensief gevist op baars en rijk water met als gevolg algenbloei, troebel snoekbaars. Hierdoor is de soortenver- water en minder waterplanten. Voor meer houding in de meren veranderd. Er komt informatie zie www.deltainzicht.nl. meer relatief jonge vis voor, waardoor de 19 aantallen van sommige vogelsoorten zoals de aalscholver zijn toegenomen. De beroeps-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 19 07-10-2004 09:17:33 schelpdiervisserij

visserij met staande netten op het IJssel- en gemakkelijk hun voedsel, zoals kleine vis, Markermeer heeft echter ook een onbedoeld driehoeksmosselen, wortelknolletjes van neveneffect. Duikende watervogels kunnen fonteinkruid en kranswiervelden. Deze tijdens het voedselzoeken onder water in de voedselvoorraad kan beïnvloed worden door netten verstrikt raken, waarna ze verdrinken. zandwinning. Het huidige beleid is er op Onderzoek heeft aangetoond dat jaarlijks gericht om zand vooral in de Noordzee en in circa 12.000 watervogels in de netten omko- het IJsselmeergebied te winnen. In dit laatste men. De soorten die het meest in de netten gebied zal in eerste instantie vooral zand verstrikt raken zijn fuut, kuifeend, topper- gewonnen worden in de vaargeulen van eend, nonnetje, grote zaagbek, middelste scheepvaartroutes. zaagbek en brilduiker (zie kader staand want Het probleem met zandwinning is dat de visserij, pagina 104). beschikbare voedselvoorraad kleiner wordt. De schelpdiervisserij vormt de groot- De grootste effecten zijn te verwachten in ste bedreiging voor vogelpopulaties die de zeer ondiepe randmeren waar de opper- afhankelijk zijn van schelpdieren zoals de vlakte foerageergebied relatief kleiner is. scholekster en de eidereend. Ze vinden min- Na delfstoffenwinning blijven veelal diepe der, soms te weinig prooidieren. Hierdoor plassen over met weinig natuurwaarden. stierven in de winters van 1999/2000 en Tijdens de winning is het water vaak troebel 2000/2001 veel eidereenden (zie kader door zwevend slib. Daar staat tegenover schelpdiervisserij Waddenzee, pagina 61). dat delfstoffenwinning ook geleid heeft tot de ontwikkeling van enkele belangrijke Delfstoffenwinning kunstmatige wetlands, zoals de Limburgse Het zijn met name de ondiepe wetlands Maasplassen waar tegenwoordig veel water- die voor plant en dier en zeker voor vogels vogels overwinteren. 20 van belang zijn. In ondiepe wetlands kun- Onder verschillende Nederlandse wet- nen waterplanten floreren, is er voldoende lands, zoals de Biesbosch, het Lauwersmeer, licht voor bodemfauna en vinden vogels Ameland en de Waddenzee is aardgas aan-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 20 07-10-2004 09:17:33 wezig. Winning kan, met name onder de nes te plaatsen. Minder problematisch voor Waddenzee, een gevaar voor de waarden vogels zijn windturbines op zee. van het gebied inhouden. Het risico zit vooral in de bodemdaling, gecombineerd Beheer met de stijging van de zeespiegel en een Vrijwel alle Nederlandse natuurgebieden mogelijk geringer toevoer van sedimenten moeten beheerd worden. Vaak wordt het vanwege de Tweede Maasvlakte. Het effect beheer van de wetlands niet voldoende afge- kan zijn dat delen van het wad bij laagtij stemd op de gewenste natuurwaarden, zijn niet meer boven water komen en dus niet er onvoldoende financiële middelen of is er meer geschikt zijn als foerageergebied voor onvoldoende capaciteit voor het beheer. Dat steltlopers. leidt tot verruiging en vergrassing. Voor vis- diefjes heeft dit tot gevolg dat ze niet meer Windturbines op speciaal daarvoor aangelegde eilandjes De plaatsing van windturbines in of broeden; de van oorsprong kale zandige langs de oevers van wetlands leidt tot ver- bodem is bedekt met een halve meter ruigte. lies van leefgebied voor vogels. Turbines In andere gebieden wordt juist te vroeg en/of kunnen direct slachtoffers onder vogels te intensief beweid. maken, vooral als ze in trekbanen staan of Een groot probleem betreft het rietbe- tussen foerageergebieden en slaapplaat- heer. Jaarlijks wordt zowat het totale areaal sen. Veel vaker echter blijken windmolens riet in Nederland gemaaid, waardoor meerja- indirect schade aan populaties toe te bren- rig riet schaars is. Veel rietvogels zijn echter gen; veel soorten vliegen om de molens juist gebaat bij meerjarig waterriet, waar de heen en daarmee verbruiken ze veel extra prooidierpopulaties vele malen groter zijn. energie. Hierdoor verslechtert de algehele Bovendien vinden rietvogels er gemakkelij- conditie van vogels. Op dit moment staan ker een nestplaats en is het broedsucces er diverse plannen op stapel om vooral in het hoger. Zie ook Hoofdstuk 4 Moerasvogels. IJsselmeergebied op grote schaal windturbi-

21

jetski

wetlandrap_2001-2003-def.indd 21 07-10-2004 09:17:37 Verstoring Klimaatverandering en vervuiling Als gevolg van groeiende welvaart en Al deze bedreigingen zijn concreet en toenemende vrije tijd is recreatie en toerisme dus gemakkelijk aanwijsbaar . De grootste inmiddels één van de belangrijkste sectoren bedreiging echter voor wetlands en vogels is van de Nederlandse economie. Enerzijds misschien wel veel moeilijker aan te wijzen: zorgt natuurgerichte recreatie voor een klimaatverandering en geleidelijke vervui- groter draagvlak voor natuurbescherming, ling. Een stijging van de gemiddelde tem- anderzijds leidt het, in en rond natuurgebie- peratuur met enkele graden kan zeer grote den, tot verstoringen van vogels. Moderne gevolgen hebben voor ecosystemen en daar- vormen van recreatie, beoefend door een mee voor het voortbestaan van vogels. Een kleine minderheid, brengen de meeste ver- recent voorbeeld is het dramatisch slechte storing te weeg. Bijvoorbeeld het racen met broedsucces van zeevogels op de Hybriden, speedboats, kitesurfen en strandrijden. Maar Schotland. In 2004 was het broedresultaat ook rustiger vormen, zoals fietsen en wan- nagenoeg nihil. delen kunnen onverwacht veel verstoring Volgens wetenschappers was dat een meebrengen. Vooral als tot dan rustige delen direct gevolg van de afwezigheid van worden ontsloten met nieuwe (fiets)paden. belangrijke prooidieren zoals spiering. De Het is erg belangrijk om de druk op de spiering bleef weg omdat de watertempera- écht kwetsbare delen van wetlands zoals tuur te hoog was. broedkolonies, hoogwatervluchtplaatsen en Vervuiling van wetlands met slaapplaatsen te verlichten. Dit kan bereikt gif(restanten), maar ook met nutriënten worden door verschillende vormen van waardoor ziekten uit kunnen breken, kan recreatie te zoneren, zowel in ruimte als in funest zijn voor de stabiliteit van wetlands. tijd. Gemeenten en recreatieschappen sti- Ook dit kan leiden tot degradatie van een muleren in toenemende mate nieuwbouw of ecosysteem. uitbreiding van recreatieve voorzieningen zoals jachthavens, campings, bungalows, horeca, aanlegsteigers, fietspaden, en nog Behoud, herstel veel meer voorzieningen. Bij de plannen en ontwikkeling staat doorgaans het economische gewin voorop. Veel minder aandacht is er voor de Gelukkig worden er veel initiatieven effecten op vogels en andere natuurwaarden. genomen om bedreigingen van de kwaliteit De oppervlakte en de kwaliteit van wetlands van wetlands te keren en wordt er gewerkt lopen daardoor achteruit. aan herstel en ontwikkeling. Het gaat te ver Niet alleen recreanten verstoren vogels, om alle inspanningen hier te vermelden. In ook het wegverkeer, vliegtuigen, industrie, deze paragraaf daarom een samenvatting boswerkzaamheden en rietteelt; het zijn van behoud, herstel en de ontwikkeling van potentiële bronnen van verstoring. Veel natuurwaarden in Nederlandse wetlands. klachten zijn er in dat verband over acti- viteiten van defensie, vooral in kwetsbare Behoud delen zoals de Waddenzee en in gebieden Bescherming van wetlands begint bij een waar grote groepen watervogels verzameld groot maatschappelijk draagvlak: van lokale zijn zoals in het Oudeland van Strijen en het bewoners tot aan volksvertegenwoordigers Lauwersmeer. in de Tweede Kamer. In Nederland werken 22 naast Vogelbescherming tal van organisaties aan het vergroten van dat draagvlak voor wetlandbescherming. Nieuwe bezoekers- en

wetlandrap_2001-2003-def.indd 22 07-10-2004 09:17:39 informatiecentra, excursies, vogelkijkhutten, ruimtelijke inperkingen, versnippering, ver- boeken over speciale wetlands; ze dragen droging, vervuiling, verrijking, gebrek aan allemaal bij aan de beleving van natuur in dynamiek en dergelijke. Werken aan herstel Nederland. Méér bezoekers betekent wel het is essentieel voor het verkrijgen van een gevaar van verstoring. Daarom wordt steeds duurzaam ecologisch evenwicht én multi- vaker zonering toegepast waarmee kwetsba- functionaliteit. Veel natuurorganisaties, maar re delen van natuurgebieden worden ontzien: ook de overheid en anderen werken hard om bijvoorbeeld bij de Nieuwkoopse Plassen, de wetlands te herstellen. Maasplassen en het Fochteloërveen. Hoewel veel grote infrastructurele Een thema voor de komende jaren is het projecten wetlands bedreigen, wordt bij de herstel van geleidelijke zoet-zout gradiënten. besluitvorming steeds beter rekening gehou- Door de bouw van dijken en dammen is de den met natuurbelangen – op eigen initiatief scheiding tussen zoet en zout water abrupt of via procedures afgedwongen. In het geworden. Verschillende projecten zijn in gebied Arkemheen heeft de rechter, wegens voorbereiding om geleidelijke overgan- strijdigheid met de Vogelrichtlijn, een gen van zoet naar zout water te herstellen, besluit verworpen, waarmee het waterpeil in zoals tussen IJsselmeer en Waddenzee (in delen van het gebied verlaagd zou worden. oorsprong een studie om de spuicapaciteit Op diverse locaties worden geen windmo- te vergroten), bij de Haringvlietsluizen, bij lens gebouwd, zoals bij de Afsluitdijk en de Zandkreekdam in het Veerse Meer en nabij de Engbertsdijksvenen. De Hanzelijn op kleinere schaal op de Waddeneilanden wordt aangelegd met een tunnel onder het en in de polder Breebaart in de Dollard. Drontermeer, de HSL verdwijnt onder de Brakwaterzones bevatten kenmerkende grond ter hoogte van het gebied De Wilck soorten die zijn aangepast aan dit milieu, ze in het Groene Hart en de Betuwelijn duikt maken migratie van vis mogelijk en zorgen onder het Pannerdensch kanaal, onderdeel bovendien voor een specifieke vegetatie. van de Geldersche Poort. Ook werden lokale partijen vroeg betrokken bij besluitvorming, Herstel van de waterkwaliteit heeft al bijvoorbeeld om samen toekomstige trajec- langer de aandacht. Inmiddels is die kwa- ten te bepalen voor fiets- en wandelpaden, liteit in de Nederlandse rivieren, vergele- zoals bij de Oosterschelde en het rondje ken met zo’n kwart eeuw geleden, enorm Voorne (Haringvliet). verbeterd. Toch is het nog onvoldoende Eén van de grootste successen voor de voor veel Nederlandse wetlands die van natuur in Nederland is het in 2004 genomen rivierwater afhankelijk zijn. In verschil- kabinetsbesluit om de mechanische kok- lende gebieden wordt daarom gewerkt aan kelvisserij vanaf 2005 niet meer toe te staan. verbetering van de waterkwaliteit. In het Een succes waar door natuurorganisaties gebied De Deelen wordt schoon kwelwater als Vogelbescherming Nederland en de aangevoerd terwijl water uit het omliggende Waddenvereniging hard aan is gewerkt. landbouwgebied wordt geweerd met dijkjes. De Nieuwkoopse Plassen krijgen gezui- Herstel verd water van de Oude Rijn binnen. In de Veel Nederlandse wetlands zijn al lang Oostelijke Vechtplassen werd brasem weg- geleden verdwenen doordat ze zijn droog- gevangen waardoor het water minder troebel gelegd. Zoals de Hollandse droogmakerijen is en waterplanten weer kans krijgen zich te 24 en de vroegere Middelzee die het noorden ontwikkelen. van in tweeën splitste. De reste- Een groot probleem vormt vervuilde rende wetlands zijn vaak gedegradeerd door bagger. In verschillende gebieden zoals

wetlandrap_2001-2003-def.indd 24 07-10-2004 09:17:55 natuurontwikkeling

het Ilperveld en het Wormer- en Jisperveld Dwingelderveld, Groote Peel en Deurnese wordt het vervuilde slib verwijderd. In het Peel, zijn ingrepen verricht waarmee het Wormer- en Jisperveld was vanwege de bag- waterpeil is opgevoerd. Deze peilverhoging ger het doorzicht minimaal waardoor zwarte heeft in het Fochteloërveen geleid tot suc- sterns geen voedsel meer konden bemach- cesvolle broedpogingen van de kraanvogel: tigen. Aanvullende inrichtingsmaatregelen de eerste sinds eeuwen. versterken het effect van uitbaggeren. De afgelopen jaren zijn diverse nieuwe beheersplannen met aandacht voor her- Een ander groot probleem in stel en ontwikkeling van wetlands gereed Nederlandse wetlands is de afwezigheid gekomen. Nieuwe beheersplannen kwa- van natuurlijke dynamiek, vaak opgelegd men er onder andere voor (delen van) de vanuit de omliggende landbouwgebieden. Friese en Groningse waddenkust, Friese Momenteel wordt onderzocht of in het IJsselmeerkust, Wieden, Markiezaat en IJsselmeergebied een meer natuurlijker Nieuwkoopse plassen. waterpeil gevoerd kan worden. In de Wieden is een hoogwaterzone gecreëerd die het Ontwikkeling eigenlijke natuurgebied moet beschermen Naast behoud en herstel is er ook veel tegen leeglopen. Dit gebied blijkt zeer in aandacht voor uitbreiding en kwaliteits- trek bij zeldzame broedvogels. Roerdomp, verbetering van wetlands. Uitbreiding zwarte stern, porseleinhoen en klein water- van natuurgebieden vond onder andere hoen broeden er in relatief hoge aantallen. plaats in of nabij de Friese wadden- Ook in de nabijgelegen Weerribben kust, Fochteloërveen, Rottige Meenthe, wordt in de toekomst mogelijk een flexibel Arkemheen, Biesbosch, Eilandspolder, 25 peilbeheer gevoerd. In de meeste hoogveen- Naardermeer, Zouweboezem en Deurnese gebieden, zoals Bargerveen, Fochteloërveen, Peel.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 25 07-10-2004 09:17:55 Uitbreiding gaat vaak samen met een Daarnaast zijn er projecten, gericht op kwaliteitsimpuls. Hoe groter de uitbreiding, een enkele soort of een soortgroep. Het hoe meer mogelijkheden er zijn om natuur- Beschermingsplan Moerasvogels is daar waarden te vergroten. Voorbeelden van grote een voorbeeld van, maar ook de initia- projecten waarbij aanzienlijke gebieden tieven ten gunste van weidevogels zoals worden ingericht als natuurgebied zijn Plan Nederland Gruttoland (zie www.grutto.nl). Tureluur en Plan Deltanatuur in de Zeeuwse Het project IJsselcrex heeft geresulteerd en Zuid-Hollandse delta (www.deltanatuur. in een betere bescherming van kwartel- nl). Wie een kijkje neemt in de Prunjepolder koningen in de uiterwaarden van de grote bij Zierikzee, onderdeel van Plan Tureluur, rivieren (zie www.kwartelkoning.nl). Op kan op ieder moment van het jaar enorme de Waddeneilanden heeft de Werkgroep hoeveelheden vogels zien. De Prunjepolder Strandbroeders maatregelen genomen om bewijst dat natuurontwikkeling op korte ter- broedgebieden van dwergstern, strandple- mijn zeer succesvol kan zijn. vier en bontbekplevier te beschermen. In Op kleinere schaal kan natuurontwikke- de Reeuwijkse Plassen is het project Grote ling echter ook veel winst opleveren. Een Karekiet voor waterriet van start gegaan. goed voorbeeld levert de Zouweboezem. Het gebied is slechts 130 hectare groot, Het project Ruimte voor de Rivier maar inrichting van het gebied, een hoger kan de komende jaren veel natuurwinst waterpeil en gewijzigd rietbeheer heb- opleveren. Nu wordt er langs de rivieren ben geleid tot een enorme toename van de al veel aan natuurontwikkeling gedaan, purperreiger. Inmiddels broedt er meer dan zoals plan Fort Sint Andries, de Amerongse 100 paar; daarmee is de Zouweboezem het Bovenpolder en de Millingerwaard. Ook de belangrijkste broedgebied voor deze soort plannen voor waterberging kunnen winst in Nederland. Ook in het IJsselmeergebied voor natuur opleveren. In de gebieden wordt, door Rijkswaterstaat, hard gewerkt Leekstermeer en Zuidlaardermeer is men al aan natuurontwikkelingsprojecten, zoals de heel ver met de integratie van waterberging aanleg van eilandjes en luwe oeverzones. en een versterking van natuurwaarden. Het grootste project in dit gebied betreft de In het merendeel van alle Nederlandse ontwikkeling van de IJsselmonding. Het wetlands wordt wel enige vorm van natuur- moet resulteren in een moerasdelta met ontwikkeling uitgevoerd. Duidelijk zichtbaar kleine, net boven het wateroppervlak gele- zijn deze ingrepen in gebieden als Texel, gen eilanden (zie www.rdij.nl/natuurontwik- Terschelling, Witte en Zwarte Brekken, keling/ijsselmeergebied). In de randmeren Rottige Meenthe, Weerribben, Biesbosch, loopt het project Integrale Inrichting Veluwe Eilandspolder en ‘t Twiske. Randmeren (IIVR). Hier wordt ontwikkeling van natuurwaarden gecombineerd met meer mogelijkheden voor recreatie (zie www.riza.nl/iivr).

26

wetlandrap_2001-2003-def.indd 26 07-10-2004 09:17:58 3 FORMELE BESCHERMING: MIJLPAAL BEREIKT

De afgelopen vijf jaar heeft Nederland enorme vooruitgang geboekt met de aan- wijzing en aanmelding van gebieden onder de Vogel- en Habitatrichtlijn. In EU- jargon heet dat: speciale beschermingszones of SBZ’s. Al deze gebieden vormen samen het ecologisch netwerk Natura 2000. In 2000 zijn er 49 gebieden onder de Vogelrichtlijn aangewezen, daarna volgde in mei 2003 de aanmelding van 141 Habitatrichtlijngebieden.

Sindsdien hebben geen nieuwe aanwij- Vogelrichtlijn: meer winst door zingen meer plaatsgevonden, wel zijn de aanpassingen begrenzingen begrenzingen van een aantal gebieden uit- In maart 2000 zijn 49 nieuwe gebieden gebreid: meestal vergroot, soms verkleind. door de staatssecretaris van LNV onder de In dit hoofdstuk worden de ontwikkelingen Vogelrichtlijn aangewezen. Dat was niet van de afgelopen jaren geschetst. Het gaat alleen voor Nederland een mijlpaal in de dan niet alleen om de aanwijzingen en totstandkoming van het Europese ecologi- aanmeldingen, maar ook om de wettelijke sche netwerk Natura 2000. Ook in Europees verankering van het beschermingsregime en opzicht is dit een belangrijke stap, want ons de verdere vormgeving van bescherming en land mag zich nu rekenen tot de kleine groep beheer middels het opstellen van instand- van EU-lidstaten die de uit de Vogelrichtlijn houdingsdoelen en beheersplannen. voortvloeiende aanwijzingsverplichtingen

28

Waal / rivierenlandschap

wetlandrap_2001-2003-def.indd 28 07-10-2004 09:18:01 Kaderrichtlijn Water Op 22 december 2000 is de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) in werking getreden. Deze richtlijn heeft als doel om de kwaliteit van de Europese wateren in een ‘goede toestand’ te brengen en te houden. Waterbeheer op het niveau van stroomgebieden is daarbij het uitgangspunt. De KRW is belangrijk voor veel van de Vogelrichtlijngebieden. In 2009 moeten de lidstaten voor ieder stroomgebieds- grotendeels is nagekomen. Dat blijkt ook district een stroomgebiedsbeheersplan klaar hebben. In Nederland zijn dat de uit de laatste Natura-2000-barometer van stroomgebieden Eems, Maas, Rijn en Schelde. de Europese Commissie (stand mei 2004, Het stroomgebiedsbeheersplan bevat een beschrijving van het watersysteem, europa.eu.int/comm/environment/nature/ een invulling van het begrip ‘goede toestand’, een vergelijking van de huidige toe- home.htm) waarin Nederland tot de drie stand met de goede toestand en een beschrijving van de maatregelen die nodig lidstaten behoort met de beoordeling ‘gro- zijn om de goede toestand te bereiken. De Kaderrichtlijn Water is erop gericht om tendeels volledig’. De meeste andere landen in 2015 een goede ecologische en een goede chemische toestand in de oppervlak- moeten het doen met ‘onvolledig’ terwijl tewateren te bereiken. De doelstellingen zijn resultaatverplichtend. hekkensluiter Frankrijk zelfs de kwalificatie Op 1 juli 2004 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel aangenomen waar- ‘aanmerkelijk onvoldoende’ heeft gekregen. mee de KRW in de Wet op de waterhuishouding en de Wet milieubeheer is geïm- In totaal zijn nu in Nederland 79 gebieden plementeerd. De KRW heeft vanuit ecologisch oogpunt een goede benadering en biedt veel kansen om wateren en natte natuur te verbeteren. Alhoewel bepaalde onder de Vogelrichtlijn aangewezen. zaken centraal geregeld zijn, heeft elke lidstaat tot op zekere hoogte de vrijheid om haar eigen ambitieniveau te bepalen Na de aanwijzing van de gebieden in maart 2000 zijn door een groot aantal Europese Vogelrichtlijn belanghebbenden bezwaarschriften (in totaal De Vogelrichtlijn uit 1979 is van belang om vogels op Europese schaal te 1700) ingediend die er meestal op gericht beschermen. Lidstaten van de Europese Unie hebben zich ertoe verplicht alle waren de aanwijzingen ongedaan te maken nodige maatregelen te nemen om voorkomende vogelpopulaties op een ecolo- of de omvang van het gebied te verkleinen. gisch verantwoord peil te houden. Doel van de richtlijn is dan ook alle in het wild Medio 2004 zijn de meeste bezwaarschrif- levende vogelsoorten op het grondgebied van de lidstaten te beschermen door ten afgehandeld. Het merendeel van de een verbod op het doden en vangen van vogels en op het vernielen, rapen of in gebieden is zonder kleerscheuren uit de bezit hebben van hun eieren. Ook moeten Speciale Beschermingszones worden procedure gekomen en in vrijwel alle geval- ingesteld, die voldoende groot en gevarieerd zijn en afdoende worden beschermd len bevestigd in beroepsprocedures door de (Special Protection Areas of SPA’s). Bij verande rin gen binnen zo’n beschermings- zone moeten de Europese waarden voor vogels serieus worden meegewogen. Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Daarnaast zijn in een aantal geval- Europese Habitatrichtlijn len gebieden aanmerkelijk uitgebreid omdat Sinds 1992 is binnen de Europese Unie naast de Vogelrichtlijn ook de de gekozen begrenzing onvoldoende recht Habitatrichtlijn van kracht, die betrekking heeft op de bescherming van de leef- deed aan de verspreiding en het terreinge- gebieden van alle plant- en diersoorten anders dan vogels en op de bescherming bruik van de vogels waarvoor de gebieden van natuurlijke biotopen. Vergelijkbaar met de vogelrichtlijn verbiedt deze richtlijn zijn aangewezen (zoals ganzen en zwarte het vangen, doden, plukken en ontwortelen van planten en dieren, het in bezit stern): Leekstermeergebied, IJssel, Gelderse hebben of verhandelen ervan en het opzettelijk verstoren of vernielen van hun Poort, Neder-Rijn, Waal en Oostelijke voortplantings- en rustplaatsen. Vechtplassen. In het tekstkader (op pagina Ook volgens deze richtlijn moeten Speciale Beschermingszones worden inge- 30) zijn de belangrijkste aanpassingen steld. Samen met de beschermde zones in het kader van de Vogelrichtlijn moeten samengevat (zie ook die verspreid over het hele grondgebeid van de Europese Unie een samenhangend http://www.minlnv.nl/natura2000). netwerk vormen dat als Natura 2000 wordt aangeduid.

Wetlands-Conventie Vogelbescherming Nederland heeft In 1980 heeft Nederland zich formeel aangesloten bij de Wetlands-Conventie ook, in een aantal gevallen samen met de die al in 1971 tot stand kwam in Ramsar (Iran). Dit is een overeenkomst inzake Vereniging Natuurmonumenten, bezwaar- watergebieden van internationale betekenis, in het bijzonder als verblijfplaats voor schriften ingediend met betrekking tot watervogels. Doel is deze watergebieden wereldwijd te beschermen tegen vernie- de begrenzing van gebieden. Dit betreft tiging en verlies van natuurwaarden. Een belangrijke achterliggende gedachte is IJssel, Neder-Rijn, Gelderse Poort, Waal, dat vrijwel alle watervogels ook trekvogel zijn, waardoor ze voor hun voortbestaan Markermeer, Oostelijke Vechtplassen, 29 afhankelijk zijn van een reeks gebieden in verschillende landen of zelfs in verschil- Ilperveld (Oostzanerveld belangrijk voor lende werelddelen. In aanmerking komen moerassen, vennen, veen- of plassen- foeragerende smienten), Wormer- en Jisper- gebieden, natuurlijk of kunstmatig, blijvend of tijdelijk, met stilstaand of stromend veld (alleen centrale deel aangewezen). water, zoet, brak, of zout water en met inbegrip van zeewater, tot een maximale diepte van 6 meter.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 29 07-10-2004 09:18:03 De eerste zes bezwaarschriften zijn inmid- Wijzigingen in wetland-SBZ’s dels afgehandeld met positief resultaat (zie na de aanwijzing in 2000 kader). Een beslissing over uitbreiding van beide Noord-Hollandse gebieden wordt op Leekstermeergebied: uitbreiding in de Polder Matsloot-Roderwolde wegens de korte termijn verwacht. Men is overigens functie als voedselgebied voor ganzen zoals de kolgans. niet over één nacht ijs gegaan; wie meer wil Waddeneilanden, Noordzeekustzone, Breebaart: deze aanwijzing is om tech- weten over de achtergronden: zie Alterra- nische redenen gesplitst in zes gebieden: Duinen Texel, Duinen Vlieland, Duinen rapporten 328 en 374 Terschelling, Duinen Ameland en Duinen Schiermonnikoog en Noordzeekustzone. (www.alterra.wur.nl/NL/prodpubl). De aanwijzing van Breebaart is vooralsnog vervallen.

Naast uitbreiding zijn er nog twee gebie- Voordelta: de noordpunt van het gebied ten westen van de Maasvlakte was den waarvan de minister van Landbouw, oorspronkelijk van aanwijzing uitgezonderd ten behoeve van de aanleg van de Natuur en Voedselkwaliteit aanwijzing heeft tweede Maasvlakte. Op verzoek van de Europese Commissie is dit snel na de aan- aangekondigd: Zeevang en Strabrechtse wijzing in 2000 rechtgezet. Heide. Aanwijzing is in maart 2000 helaas Voornes Duin: de beschermingszone (maar niet de wetland-aanmelding) is uitgebleven bij gebrek aan degelijke onder- beperkt tot de duinmeren Breedewater en Quackjeswater omdat lepelaar en aal- bouwing in de vorm van vogeltellingen. scholver geen gebruik maken van het omringende duingebied. De vogelwerkgroep van KNNV Hoorn heeft inmiddels in het geval van Zeevang Hollands Diep: de Esscheplaat is uit het gebied gehaald omdat dit wilgenbos in de leemte voorzien en het gebied blijkt geen rol van betekenis speelt voor de watervogels waarvoor het gebied is aange- zich zonder meer te kwalificeren voor de wezen. smient. Ook wat betreft de kraanvogel op de Strabrechtse Heide zijn inmiddels aantal- Zoommeer: de Molenplaat maakt niet langer deel uit van de SBZ omdat dit gebied geen ecologisch onderdeel is van het Zoommeer (door dijken begrensd) len boven water gekomen die aanwijzing maar wel van het natuurgebied Markiezaat. van het gebied rechtvaardigen. Verdere aanwijzingen zijn op korte termijn niet te Grevelingen: bos- en recreatiegebied De Punt is buiten de begrenzing gebracht. verwachten. Het ministerie van LNV is van mening dat Nederland nu aan zijn Europese Markermeer: kleine uitbreiding aan de zuidkant van de Houtribsluizen (visdief- verplichtingen ingevolge de Vogelrichtlijn kolonie). heeft voldaan en het wordt daarin gesteund IJssel: uitgebreid tot vrijwel het gehele winterbed dus inclusief delen met agrari- door de Europese Commissie. Wel is er een sche hoofdfunctie die van aanwijzing waren uitgezonderd voor ganzen en andere recente uitspraak van de Raad van State watervogels. waarin een besluit om een gebied niet aan te wijzen door de rechter is vernietigd. Het Neder-Rijn: zie IJssel. betreft een graslandgebied bij Alkmaar (Abtskolk-De Putten), één van de drie vaste Gelderse Poort: zie IJssel. pleisterplaatsen van dwergganzen die zijn Waal: zie IJssel. voortgekomen uit het Zweedse herintroduc- tieproject. Het is nog niet duidelijk welke De Wieden: enige agrarische percelen aan de zuidoostzijde zijn uitgezonderd. consequenties uit deze uitspraak worden getrokken. Ilperveld e.o./ Wormer- en Jisperveld: beslissing nog niet genomen (medio 2004). Overlap Habitat- en Vogelrichtlijn Vorig jaar is ook de definitieve lijst Oostelijke Vechtplassen: uitgebreid met de Loosdrechtse Plassen (2e t/m 5e plas) wegens de foerageerfunctie voor de zwarte stern die elders in het gebied 30 van gebieden die Nederland onder de broedt. Habitatrichtlijn zal gaan aanwijzen, vast- (Verder grenswijzigingen van twee ’droge’ gebieden: Leenderbos en Weerter- en gesteld. Het gaat om gebieden ter bescher- Budelerbergen.)

wetlandrap_2001-2003-def.indd 30 07-10-2004 09:18:04 noordse woelmuis

ming van bepaalde habitattypen en diverse zijn aangemeld voor de Habitatrichtlijn en planten- en diersoorten, niet zijnde vogels. de mate van overlap. In globale termen zijn De procedure van aanwijzing van deze ook de habitatwaarden geduid. Habitatrichtlijngebieden gaat anders dan bij de Vogelrichtlijn. Aanwijzing gebeurt hier Opmerkelijk is dat sommige bekende op grond van een lijst van gebieden die door vogelgebieden in de tabel ontbreken. de Europese Commissie wordt vastgesteld Meest in het oog springend zijn IJsselmeer, (zie ook Vogelnieuws, oktober 2003 en De Lauwersmeer en Oostvaardersplassen. Deze Levende Natuur, juli 2003). Deze lijst is gebieden kwalificeren zich niet voor aan- medio 2003 bij de Commissie ingediend melding onder de Habitatrichtlijn omdat de en goedgekeurd. In totaal gaat het om 141 habitattypen en soorten er niet of nauwelijks gebieden waarvan er 58 ook al als speciale voorkomen. In het geval van het IJsselmeer beschermingszone onder de Vogelrichtlijn komt het habitattype ‘van nature eutrofe zijn aangewezen. meren’ nog het dichtst in de buurt maar de De overlap met Vogelrichtlijngebieden voor dit type kenmerkende waterplantenve- is zelfs nog groter als gekeken wordt naar getatie ontbreekt er grotendeels (van SBZ de oppervlakte: ruim 85% van de habitat- Markermeer & IJmeer zijn alleen delen oppervlakte is tevens aangewezen onder de aangemeld met belangrijke kranswiervege- Vogelrichtlijn. Van deze 58 vogelgebieden taties). Meer verbazing wekt het ontbreken zijn er 32 grootschalige wetlands (inclusief van een gebied als de Oostvaardersplassen. de kustduinen), die ruim tweederde van Hiervoor geldt hetzelfde: er komt geen de totale habitat-oppervlakte omvatten; enkele van de habitattypen of soorten voor bijvoorbeeld Waddenzee en Deltawateren. die in dit kader van belang zijn. Rietvelden 31 Tabel 1 (pag 34) geeft een overzicht van de of pioniervegetatie met moerasandijvie zijn Vogelrichtlijngebieden (wetlands) die ook niet in de Habitatrichtlijn opgenomen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 31 07-10-2004 09:18:09 NEDERLANDSE WETLANDS

9 15 8 6 7 5 12 13 11 14 3 43 4 41 1 44 42 46 2 47 45 49 69 10 50 48 51 16 70 28 52 53 71 31 56 30 102 57 58 29 59 54 32 72 55 33 36 35 61 34 60 62 101 63 64 38 65 105 66 39 37 103 1721 18 40

22 20 19 25 68 23 24 73 26 75 27 74

106

32

wetlandrap_2001-2003-def.indd 32 07-10-2004 09:18:13 Kust Meren, moerassen en graslanden 1 Waddenzee 41 Leekstermeer 2 Texel 42 Zuidlaardermeer 3 Vlieland 43 Groote Wielen 4 Griend 44 Oude Venen 5 Terschelling 45 De Deelen 6 Ameland 46 Van Oordt’s Mersken 7 Engelsmanplaat 47 Sneekermeer / Terkaplesterpoelen 8 Schiermonnikoog 48 Witte en Zwarte Brekken / Oudhof 9 Rottumeroog en Rottumerplaat 49 Oudegaasterbrekken 10 Balgzand 50 Fluessen, Vogelhoek en Morra 11 Friese Waddenkust 51 Rottige Meenthe en Brandemeer* 12 Lauwersmeer 52 De Weerribben 13 Groningse Waddenkust 53 De Wieden 14 Dollard 54 Oostvaardersplassen 15 Noordzee benoorden de Wadden 55 Lepelaarplassen 16 Zwanenwater 56 Eilandspolder 17 Voordelta / Voornes Duin 57 Zeevang* 18 Haringvliet 58 Wormer- en Jisperveld 19 Hollands Diep 59 Zaanstreek / Waterland 20 Volkerakmeer 60 Oostelijke Vechtplassen 21 Grevelingen 61 Naardermeer 22 Oosterschelde, inclusief inlagen 62 Arkemheen 23 Zoommeer 63 Nieuwkoopse Plassen 24 Markiezaat 64 Reeuwijkse Plassen 25 Veerse Meer 65 Zouweboezem 26 Westerschelde en Saeftinghe 66 Donkse Laagten 27 Het Zwin 68 Yerseke en Kapelse Moer 101 De Wilck IJsselmeergebied 103 Oudeland van Strijen 28 IJsselmeer 105 Boezems Kinderdijk 29 Markermeer 30 Ketelmeer Venen en vennen 31 Zwarte Meer 69 Fochteloërveen en Esmeer 32 Drontermeer 70 Dwingelderveld 33 Veluwemeer 71 Bargerveen 34 Wolderwijd en Nuldernauw 72 Engbertsdijksvenen 35 Gooimeer en Eemmeer 73 Mariapeel en Deurnese Peel 74 Groote Peel Rivierengebied 75 Strabrechtse Heide en Beuven* 36 IJssel 37 Gelderse Poort * Deze gebieden zijn niet aangewezen onder 38 Nederrijn de Europese Vogelrichtlijn 39 Waal 40 Biesbosch 33 102 Zwarte Water 106 Maasplassen*

wetlandrap_2001-2003-def.indd 33 07-10-2004 09:18:14 Vogelrichtlijngebied(en) Overlap Habitatrichtlijngebied Belangrijke habitatwaarden Alde Feanen A Alde Feanen Laagveenhabitats Bargerveen A Bargerveen Hoogveen Biesbosch A Biesbosch rivierhabitats, bever & noordse woelmuis Duinen Ameland A Duinen Ameland Duinhabitats Duinen Schiermonnikoog A Duinen Schiermonnikoog Duinhabitats Duinen Terschelling A Duinen Terschelling Duinhabitats Duinen Texel B Duinen Texel, Waal en Burg, duinhabitats & Dijkmanshuizen en De Bol noordse woelmuis Duinen Vlieland A Duinen Vlieland Duinhabitats Dwingelderveld A Dwingelderveld natte heide & jeneverbessen Eilandspolder A Eilandspolder (Oostelijk Deel) noordse woelmuis Engbertsdijksvenen A Engbertsdijksvenen Hoogveen Fochteloërveen A Fochteloerveen en Esmeer Hoogveen Friese IJsselmeerkust A Friese IJsselmeerkust noordse woelmuis Gelderse Poort A Gelderse Poort Rivierhabitats Grevelingen A Grevelingen noordse woelmuis Groote Peel A Groote Peel Hoogveen Groote Wielen A Groote Wielen noordse woelmuis Haringvliet A Haringvliet voedselrijke ruigten, noordse woelmuis, vissen Hollands Diep C Hollands Diep (Oeverlanden) alluviaal wilgenbos IJssel A IJsseluiterwaarden Rivierhabitats Ilperveld, Varkensland en Twiske A Ilperveld/ Oostzanerveld/ laagveenhabitats, Varkensland noordse woelmuis Krammer-Volkerak A Krammer-Volkerak noordse woelmuis Kwade Hoek C Duinen Goeree kwelder- en duinhabitats Mariapeel & Deurnese Peel A Mariapeel en Deurnesepeel Hoogveen Markermeer & Ijmeer A Gouwzee en Kustzone Muiden kranswiervegetaties Naardermeer B Naardermeer kranswiervegetaties & laagveenhabitats Nieuwkoopse Plassen A Nieuwkoopse Plassen en De Haeck laagveenhabitats & noordse woelmuis Noordzeekustzone A Noordzeekustzone marien, zeehonden Oostelijke Vechtplassen A Oostelijke Vechtplassen laagveenhabitats & noordse woelmuis Oosterschelde A Oosterschelde marien, gewone zeehond & noordse woelmuis Oudegaasterbrekken & Fluessen/ A Oudegaasterbrekken, noordse woelmuis Vogelhoek/ Morra Gouden Bodem en Fluessen Van Oordt’s Mersken B Wijnjeterper Schar en Blauwgrasland Terwispeler Grootschar Veluwemeer & Wolderwijd A Veluwemeer en Wolderwijd kranswiervegetaties Voordelta A Voordelta Marien Voornes Duin C Voornes Duin duinhabitats & groenknolorchis Waal & Kil van Hurwenen A Rijswaard en Kil van Hurwenen Rivierhabitats Waddenzee A Waddenzee marien & zeehonden Weerribben A Weerribben laagveenhabitats & grote vuurvlinder Westerschelde & C Westerschelde estuarium & kwelders Verdronken Land v. Saeftinghe Laagveenhabitats Wieden A Wieden laagveenhabitats & Wormer- en Jisperveld A Wormer- en Jisperveld en Kalverpolder noordse woelmuis Zouweboezem B Zouweboezem grote modderkruiper Zwanenwater B Duinen Zwanenwater Duinhabitats en Pettemerduinen Zwarte Meer A Zwarte Meer van nature eutroof meer Zwarte Water A Zwarte Water Rivierhabitats 34 Tabel 1: Overzicht van de ‘natte’ vogelrichtlijngebieden die ook zijn aangemeld als Habitatrichtlijngebied, de mate van overlap (A: 91-100%, B: 51-90% en C: < 50% ook Vogelrichtlijn) en de belangrijke habitatwaarden per gebied.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 34 07-10-2004 09:18:14 Nederland op slot? Omzetting in de Nederlandse wet- Onder deze titel verscheen in september geving 2003 een interdepartementaal beleidsonder- Medio 2004 waren de zoek waarin de uitvoering van de Europese Europeesrechtelijke bepalingen en Nederlandse natuurbeschermingswetge- (Habitatrichtlijn, art. 6) waaraan de aange- ving nader werd bezien (zie www.minfin.nl, wezen gebieden hun bescherming ontlenen, trefwoord Vogelrichtlijn). Aanleiding was nog steeds niet in Nederlandse wetgeving de landelijke commotie vanwege de aanwij- (cq. Natuurbeschermingswet) omgezet. Eerst zingen, de vrees dat er in de gebieden niets werd het niet nodig gevonden, toen was er meer zou mogen en de beschermingsproble- onenigheid over de vorm en het parlement matiek van soorten als hamster, zandhagedis heeft de nodige tijd genomen voor de behan- en rugstreeppad. Dit onderzoek heeft zich op deling van het wetsontwerp. Uiteindelijk is twee vragen gericht: het wetsontwerp (ingediend december 2001) 1. Welke knelpunten ondervindt dan toch eind april 2004 door de Tweede Nederland bij de implementatie van Kamer aangenomen. De Eerste Kamer is nu de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn aan zet, waarna de wet spoedig in werking en in hoeverre zijn deze knelpunten zal kunnen treden (dat zal echter wel 2005 specifiek voor Nederland? worden). In de praktijk betekent dit het vol- 2. Welke mogelijke oplossingsrichtin- gende: gen dienen de doelstellingen van de • Aanwijzingsbesluiten die naast een toe- richtlijnen, waarborgen een passende lichting op de redenen van aanwijzing afweging van verschillende maat- en een kaart met de begrenzing, een schappelijke belangen en bieden op opsomming omvatten van instandhou- termijn duurzame mogelijkheden? dingsdoelen, zullen bepalend zijn voor beheer en bescherming van het gebied. Het rapport geeft een overzicht van de Dit betekent dat veel vogelrichtlijnbe- inhoud en implementatie van de richtlijnen, sluiten van oudere datum aanvulling inventarisatie van knelpunten, oplossings- behoeven. richtingen en een reeks aanbevelingen. De • Verplichte beheersplannen voor alle hand wordt vooral in eigen boezem gestoken richtlijngebieden binnen drie jaar na door de constatering dat er meer politieke aanwijzing. De beheersplannen zullen en bestuurlijke aandacht voor de richtlijnen onder meer duidelijkheid moeten ver- moet komen teneinde beter begrip te krijgen schaffen over noodzakelijke beheers- voor de inhoud van de richtlijnen, de voor- maatregelen en toelaatbaarheid van lichting te verbeteren en de toepassing te bestaand gebruik. bevorderen. Belangrijke actiepunten zijn het • Vergunningenstelsel voor alle projecten omzetten van de Europese beschermings- en andere handelingen die, gelet op de bepalingen in de Natuurbeschermingswet, instandhoudingsdoelen, kunnen leiden het opstellen van beheersplannen voor de tot verslechtering van habitats/ leefge- aangewezen gebieden, verduidelijking bieden en verstoring van soorten waar- van bepalingen en begrippen en – als dat voor het gebied is aangewezen. Dit niet voldoende is – richtlijnen wijzigen. betreft de uitvoering van een ‘passende Duidelijk is in elk geval dat er nog veel beoordeling’ van mogelijk schadelijke werk te doen valt. handelingen (habitattoets). • De werking van de nieuwe wet zal 35 na drie jaar geëvalueerd worden met betrekking tot het opstellen van

wetlandrap_2001-2003-def.indd 35 07-10-2004 09:18:14 beheersplannen en de uitvoering van de Nieuwe fase Natura 2000: doelen habitattoets. en beheer In het Themanummer Wetlands 2003 van Medio 2003 is onder leiding van het Vogelnieuws schreef juriste G. Durville over ministerie van LNV een veelomvattend het wetsontwerp een artikel onder de spre- project van start gegaan, gericht op het kende kop ‘Zeggenschap over bescherming formuleren van instandhoudingsdoelen per dreigt versnipperd te raken’. Zover is het gebied, het treffen van voorbereidingen voor gelukkig niet gekomen want er is (voorlo- de ‘nieuwe generatie’ aanwijzingsbesluiten pig) gekozen voor een stelsel van vergunnin- en het opstellen van kaders voor beheers- gen die door het rijk (staatseigendommen) plannen. Het vaststellen van de instandhou- of de provincies (overige eigenaren) zullen dingsdoelen gebeurt zowel op landelijk als worden verleend. Een ander pluspunt is dat gebiedsniveau. De landelijke doelen zijn voor alle gebieden beheersplannen verplicht een vertaling van Europese verplichtingen, zijn gesteld zodat er duidelijkheid ontstaat de doelen op gebiedsniveau concretiseren over wat in de gebieden wel en niet kan en de bijdrage van afzonderlijke gebieden welke beheersmaatregelen moeten worden aan deze verplichting. De Europese ver- getroffen om de natuurwaarden (actief) in plichting komt er kort gezegd op neer dat stand te kunnen houden. van habitattype en soorten een ‘gunstige

bonte strandlopers

36

wetlandrap_2001-2003-def.indd 36 07-10-2004 09:18:15 SBZ Beheersplan Monitoring

heeft toetst

Instandhoudings- Soorten doelstellingen

Doelen Jagehaald? Nee

Beheer Herstel voortzetten beheer

figuur 1

staat van instandhouding’ moeten worden bieden aan zowel de beheerders, eigenaren gehandhaafd of, bij afwezigheid daarvan, als aan allerlei andere groepen van gebrui- hersteld. De doelen omvatten dus niet kers. Gelet op de uiteenlopende belangen alleen de natuurwaarden die moeten worden zal de voorbereiding van de beheersplannen beschermd, maar ook kwantitatieve en kwa- geen eenvoudige opgave worden. En dan litatieve streefwaarden. te bedenken dat het om bijna 220 gebieden Een voorbeeld is de roerdomp waarvoor gaat waarvoor binnen drie jaar (na aanwij- 17 speciale beschermingszones zijn aange- zing) dergelijke plannen moeten zijn opge- wezen. Vergeleken met 25 jaar geleden is steld! de soort zowel qua aantal als verspreiding Tijdswinst kan echter worden bereikt met de helft afgenomen (tot 200 - 250 terri- door gelijksoortige gebieden in één plan toria). We kunnen in dit geval dus geenszins te combineren en vooral door overlap- spreken van een ‘gunstige staat van instand- pende Vogel- en Habitatrichtlijngebieden houding’. Een streefwaarde van 500 uit het in één plan te behandelen. Dat laatste is Beschermingsplan Moerasvogels voldoet alleen al gewenst om te benadrukken dat daar wel aan. Dat betekent dat in een top- het niet alleen gaat om het veilig stellen gebied als SBZ Oostvaardersplassen (2003: van bepaalde vogelsoorten of habitattypen 49!) de populatie in stand moet worden maar om de integrale bescherming van onze gehouden terwijl in veel andere gebieden beste natuurgebieden. Vogelbescherming extra (beheers)maatregelen zullen moeten Nederland draagt daaraan in ieder geval een worden getroffen om de leefgebieden voor steentje bij door een voorzet te geven aan de soort te verbeteren. de vogeldoelen en in samenwerking met Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer in Figuur 1 laat de samenhang zien tussen meer algemene zin mee te denken over doe- instandhoudingsdoelen, beheersplan en niet len en beheer voor Natura 2000. te vergeten monitoring; een onmisbare scha- kel om te kunnen volgen in hoeverre aan de gestelde doelen wordt voldaan. Duidelijk is wel dat op Natura 2000 gerichte beheers- 37 plannen voor de uitvoering een belangrijke rol zullen gaan spelen. Ze moeten houvast

wetlandrap_2001-2003-def.indd 37 07-10-2004 09:18:18 4 MOERASVOGELS EN HUN KANSEN IN NEDERLAND

Het Beschermingsplan Moerasvogels 2000 - 2004 gaat zijn vierde en laatste jaar in. Het plan, een beleidsbesluit van het ministerie van LNV, wordt gecoördineerd en uitgevoerd door Vogelbescherming Nederland, samen met een speciale klankbord- groep van een brede vertegenwoordiging. In de uitvoering wordt met een veelvoud aan andere organisaties samengewerkt: van natuur- en landschapsbeheerders, provincies en waterschappen tot agrarische natuurverenigingen en vrijwilligers.

De aanleiding tot het opstellen van dit Voor de langere termijn (2018 tot afron- Beschermingsplan was de sterke bedreiging ding EHS) zijn dat het realiseren van een die moerasvogels in Nederland ondervin- toename van aantallen en verspreiding tot den. Als rivierdelta aan zee was Nederland levensvatbare populaties in Nederland. vroeger rijkelijk bedeeld met moerassen. Doordat ons land in de loop van de eeuwen Elke soort heeft zijn eigen habitatei- grootschalig in cultuur is gebracht, resteert sen en problemen; die worden in het plan er maar weinig moeras. De versnippering en beschreven.De achterliggende oorzaken de kleine schaal vormen een groot probleem, - in het plan knelpunten genoemd - zijn maar daarnaast staan moerasvogels in dit gerangschikt naar prioriteit. Er zijn maatre- resterende moeras sterk onder druk door een gelen ontwikkeld om deze knelpunten aan onnatuurlijk peilbeheer, slechte waterkwali- te pakken. De belangrijkste knelpunten zijn: teit, ongunstige vegetatieontwikkelingen en onnatuurlijk waterpeilbeheer; gebrek aan te intensief rietbeheer. dynamiek in het waterregiem (peilverschil- In het Beschermingsplan zijn dertien len tussen seizoenen en tussen jaren); eutro- aandachtssoorten geselecteerd, die samen fiëring; geringe schaal van broedgebieden; representatief zijn voor de diverse moeras- gebrek aan jonge verlanding; ongunstig typen en moerasgebieden die Nederland rijk vegetatiebeheer; verdroging; ongunstige ont- is. Door deze groep van soorten ‘in te zetten’ wikkelingen in omliggend agrarisch gebied. is het mogelijk om moeras-ecosystemen in hun diversiteit én als geheel te bestrijken. In Uitvoering: aandacht, onderzoek, ecosystemen hangt immers alles met elkaar advies en lobby, maatregelen samen en deze benadering doet dan ook In een plan van aanpak zijn de maatre- meer recht aan het grotere geheel. Tien aan- gelen naar thema gerangschikt en worden dachtssoorten nemen af en/of zijn zeldzaam; activiteiten en beschikbare budgetten drie zijn stabiel of zitten in de lift. weergegeven. De coördinatie en uitvoe- ring van het Beschermingsplan is door Doelen van het beschermingsplan het ministerie van LNV gedelegeerd aan Voor de korte termijn (tot 2005) zijn de Vogelbescherming Nederland. Naast een doelen: bescherming en handhaving van de moerasvogel-team is hiervoor een klank- biotoopkwaliteit van bestaande kerngebie- bordgroep met een brede vertegenwoordi- den; stoppen van de afname in aantallen en/ ging in het leven geroepen. of verspreiding van roerdomp, woudaapje, kwak, purperreiger, blauwe kiekendief, por- Aandacht seleinhoen, zwarte stern, snor, grote karekiet De afgelopen drie jaar is veel energie en baardmannetje; tenminste behoud van gestoken in het vergroten van de aandacht 40 aantallen en verspreiding van lepelaar, voor moerasvogels en hun knelpunten bij krooneend en blauwborst. beheerders, bestuurders en vrijwilligers. Voor een adequate bescherming is draagvlak

wetlandrap_2001-2003-def.indd 40 07-10-2004 09:18:21 onontbeerlijk; om de noodzaak van bescher- betreft. Waterschappen vormen dan ook ming te laten beklijven moeten de betrokken een belangrijke doelgroep en de mailing partijen er achter staan. Dit is te bereiken heeft zeker bijgedragen aan een toegeno- door het uitdragen van informatie, het op men bekendheid van de moerasvogelpro- gang brengen van discussie, door adviseren blematiek bij waterbeheerders. en lobbyen. In het beschermingswerk vindt • Een keur aan media heeft – vaak meer dan het plaats in de vorm van - onder andere - eens – aandacht aan ‘moeras en moeras- bijeenkomsten, presentaties, publicaties, de vogels’ gegeven. Daarmee hebben ze niet moerasvogel-website en veldbezoeken. alleen bijgedragen aan het verspreiden van kennis en bekendheid maar ook aan het Een greep uit de vele voorbeelden. vergroten van het besef dat moerasvogel- • In 2003 zijn op twee locaties purperreiger- bescherming nodig is. themadagen georganiseerd voor terrein- en waterbeheerders, beleidsmakers en onder- Onderzoek zoekers. Lezingen, een bezoek aan voor- Daarnaast is, met middelen vanuit het beeld-projecten als de Zouweboezem bij Beschermingsplan, veel onderzoek uitge- Ameide en in de Alde Feanen in Friesland, voerd om hiaten in kennis over moerasvo- leverden tijdens deze dagen niet alleen veel gels op te vullen. Het gaat om onderzoek informatie op voor de deelnemers, maar naar habitat-eisen, streefwaarden, voedse- ze waren vooral ook aanleiding tot het lecologie, broedsucces, water- en vegeta- uitwisselen van ervaringen en discussies tiebeheer in kernmoerassen, voedsel- en over beheersmaatregelen. De inspiratie broedgebieden buiten kernmoerassen. Deze die tijdens dergelijke bijeenkomsten wordt onderzoeken hebben veel nieuwe informatie opgedaan vormt een goede voedingsbodem opgeleverd, die goed in het veld toepasbaar voor daadwerkelijk beschermingswerk is. Resultaten en rapporten worden breed in de toekomst. Dat geldt ook voor het verspreid onder beheerders, betrokkenen symposium ‘Moerasvogels op peil’, dat en geïnteresseerden en vormen stof voor tal eveneens beheerders en onderzoekers bij- van artikelen, publicaties en bijeenkomsten. eenbracht. De presentatie van onderzoeks- Ook door veldbezoeken met bijvoorbeeld resultaten over oorzaken van achteruitgang terreinbeheerders, en de projectdata- van moerasvogels leidde tot interessante base op de website www.moerasvogels. discussies over de vertaling van deze resul- nl, wordt de nieuwe kennis uitgedragen taten naar aanbevelingen voor het beheer. en benut. Rapporten zijn beschikbaar bij • De twee moerasvogel-themanummers van Vogelbescherming of kunnen via de website Vogelnieuws (april 2002 en juni 2003) worden gedownload. bevatten een grote verscheidenheid aan artikelen waarin beschermers, beheerders Voorbeelden zijn: en onderzoekers aan het woord komen. Het • Jonge verlandingsstadia in Nederland blad is een uitstekend instrument bij de (Bureau Waardenburg). verbreding van het draagvlak. • Een landelijke inventarisatie van riet en • Kleurrijk en informatief was ook een mai- krabbenscheer en verwerking in een data- ling naar waterbeheerders, bestaande uit base. informatie over het Beschermingsplan en • Provinciale streefwaarden moerasvogels een originele moerasmuismat. (Bureau Waardenburg). 42 Waterbeheer is van groot belang voor • Formulering van toetsbare doelen voor moerasvogels, zowel wat peilbeheer en aantallen moerasvogels en habitat per pro- waterkwaliteit als onderhoud en inrichting vincie.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 42 07-10-2004 09:18:38 Commerciële rietoogst en moerasvogels

Spraakmakend bleek het onderzoek ‘Huidige omvang rietoogst in Nederlandse moerassen en verbetering van rietbeheer voor moerasvogels’, uitge- voerd door Bureau Waardenburg. Het doel was om zicht te krijgen op de oppervlaktes riet die jaarlijks wor- den gemaaid voor commerciële doeleinden. Deze wijze van maaien is doorgaans dermate grondig dat er voor rietvogels weinig ruimte overblijft. Het grootschalige, intensieve maaien voor commerciële doeleinden zorgt ervoor dat riet geen kans krijgt om oud te worden. Voor veel moerasvogels is oud, stevig riet juist een belang- rijke voorwaarde, bijvoorbeeld voor de grote karekiet. De gemaaide rietvelden zijn nog kaal op het moment dat moerasvogels hun broedplaatsen zoeken, en te droog en te uniform om er later in het seizoen voldoende voedsel te kunnen vinden. In het Beschermingsplan Moerasvogels van het mini- sterie van LNV, dat door Vogelbescherming Nederland wordt gecoördineerd, is te lezen dat ongunstig vegetatiebeheer – in wezen de com- merciële rietoogst – een knelpunt is voor elf van de dertien moerasvogelsoorten die in het plan centraal staan.

Anderzijds is rietmaaien wel nodig, omdat anders grote delen moeras zouden veranderen in bos. Maaien heeft een belangrijke plaats in het vegetatiebeheer van moerassen. De volgende vraag was dan ook in hoeverre en op welke wijze rietoogst en moerasvogels zodanig te combineren zijn dat er voor moerasvogels een betere situatie ontstaat. In het onderzoek is de omvang van de commerciële rietoogst in 19 belangrijke moeraskerngebieden in Nederland bepaald en gedigi- taliseerd. Vervolgens zijn vogeldichtheden bepaald in gemaaid en ongemaaid riet, voor zowel laagveen- als kleimoerassen. Op basis hiervan zijn de potenties voor moerasvogels uitgerekend bij verschillende maaiscenario’s. Het blijkt dat gemiddeld bijna eenderde van al het riet in deze moerassen jaarlijks voor de verkoop gemaaid wordt. Lokaal zijn er echter grote verschillen. In bepaalde gebieden wordt niet of nauwelijks commercieel geoogst, maar in een aantal belangrijke moerassen (Weerribben, Nieuwkoopse Plassen, Makkumer en Workumer Waard, IJsseldelta) gaat het om driekwart of meer van het totaal oppervlak riet in het gebied. Ook de intensiteit verschilt; meestal worden percelen in hun geheel gemaaid (waarbij 1% of minder blijft staan), lokaal han- teren beheerders restricties dat rond 10% blijft staan. De potentiële vogeldichtheden zijn vergeleken voor vier maaiscenario’s (1%, 15%, 50% en 100% overjarig riet) voor een aantal laagveen- en kleimoerassen, waarbij geldt dat het overjarig riet optimaal gesitueerd is (met name langs water- of struweelranden). Hieruit blijkt dat bij laagveen al een optimale vogeldichtheid wordt bereikt bij het 15%-scenario; dat betekent dat rietvogeldichtheden niet verder toenemen als er meer overjarig riet gerealiseerd wordt. Voor kleimoerassen ligt het optimum bij 50% overjarig riet. Dit zijn verassende resul- taten; de enige uitzondering zijn snor (gebaat bij meer oud riet) en koloniebroeders als purperreiger en lepelaar (die voor een broedkolonie grotere eenheden oud riet nodig hebben).

De uitkomsten van dit onderzoek bieden dus interessante mogelijkheden om, met aanpassingen in de rietoogst, moerasvogels veel meer plaats te geven in onze belangrijke rietmoerassen. Vogelbescherming Nederland gaat zich inzetten om, in overleg met terreinbe- heerders en rietsnijders, de aanbevelingen uit het onderzoek in de oogst- en beheerspraktijk in te brengen.

• V oedselgebieden van de purperreiger • Terreinkeus van de roerdomp in in Nederland (Bureau Waardenburg). Nederlandse moerasgebieden (Bureau Overzicht en beschrijving van deze voed- Waardenburg). Een onderzoek naar de selgebieden en aanbevelingen voor inrich- habitat-eisen van roerdomp, te gebruiken ting en locaties voor nieuwe broedkolonies. als gereedschap voor evaluatie, inrichting • Het voorkomen van de snor in relatie tot en beheer van terreinen. moeraskarakteristieken en moerasbeheer • Terreinkeus van porseleinhoen, snor en in Nederland (SOVON Vogelonderzoek baardman in Nederlandse moerasgebieden Nederland). Overzicht van verspreiding, (Bureau Waardenburg). Een onderzoek 43 aantallen en ontwikkeling van de snor, naar de habitat-eisen van deze soorten, te habitateisen en aanbevelingen. gebruiken als gereedschap voor evaluatie,

wetlandrap_2001-2003-def.indd 43 07-10-2004 09:18:38 inrichting en beheer van terreinen. • Moerasvogels op peil: peilen op riet • Het succes van de Zouweboezem als foe- (Alterra). Studie naar de factoren die een rageergebied voor purperreigers (Bureau rol spelen bij de achteruitgang en het her- Waardenburg). stel van (water)rietvegetaties in laagveen- • Analyse van de succesfactoren voor pur- moerassen en rivierkleigebieden. perreigers in een nieuw ontwikkeld en • Moerasvogels op peil: voedselsituatie voor ingericht moeras. insectenetende moerasvogels (Alterra): • Leefgebieden van moerasvogels in agra- Onderzoek naar het insectenaanbod in ver- risch gebied (Bureau Waardenburg). schillende successiestadia. • Inventarisatie van de broed- en foerageer- gebieden van zwarte stern, lepelaar en Het lopende onderzoek naar de voedsele- purperreiger in agrarisch gebied en aanbe- cologie en broedsucces van blauwe kieken- velingen voor verbeteringsmaatregelen. dief en velduil op de waddeneilanden, dat • Jaar van de Roerdomp 2003 (SOVON). wordt uitgevoerd door SOVON, zal meer Analyse van de inventarisatiemethoden licht werpen op de redenen voor de achter- voor deze soort. uitgang van deze soorten. Met de velduil

zwarte stern

44

wetlandrap_2001-2003-def.indd 44 07-10-2004 09:18:40 gaat het ronduit slecht; de blauwe kiekendief in de Gelderse Poort - waar grote karekiet en vertoont trends die per eiland verschillen. roerdomp dreigen te verdwijnen - dat samen De vraag is in hoeverre dit samenhangt met andere natuurorganisaties is aangeboden met verschillen in het voorkomen en de aan het waterschap, is hiervan een voor- beschikbaarheid van prooidieren. Ook wordt beeld. De belangstelling van media en de aandacht besteed aan verstoring van nesten. daaruit voortspruitende publiciteit zijn dan Rapportage over dit onderzoek zal plaatsvin- belangrijke gereedschappen. den begin 2005. Een ander onderzoek van SOVON Maatregelen richtte zich op de samenhang tussen Draagvlak en kennis alléén zijn natuur- habitatkwaliteit en broedsucces: welke lijk nog niet voldoende om daadwerkelijk habitatkenmerken hebben invloed op de iets voor moerasvogels te betekenen. reproductie van rietvogels? Bij dit onder- Uitvoering van inrichtings- en herstel- zoek werd onder meer gebruik gemaakt van maatregelen en aanpassing van beheer; gegevens van zogenaamde ‘constant effort daar merken de aandachtsoorten (en het sites’, plaatsen waar al lange tijd volgens hele moerasecosysteem) pas iets van. Op een gestandaardiseerde manier gevangen, diverse plaatsen in Nederland zijn pro- gemeten en geringd worden. Dit rapport is in jecten uitgevoerd - vaak op initiatief van september 2004 verschenen. terreinbeheerders - met steun vanuit het Beschermingsplan en meestal ook van Advies en lobby andere organisaties zoals provincies, stich- Door middel van veldbezoeken, samen tingen landschapsbeheer en vrijwilligers. met beheerders, wordt enerzijds informatie Voorbeelden hiervan zijn verschillende uit het veld verkregen, anderzijds is het een - deels nog lopende - projecten habitatver- goede gelegenheid om beheerders te advi- betering ten behoeve van de roerdomp. Voor seren en resultaten van onderzoek en uit- deze soort zijn of worden inrichtingsmaat- voeringsprojecten uit te dragen. Het gebruik regelen genomen in onder meer ‘t Twiske van één of meer van de aandachtsoorten als en de Eilandspolder in Noord-Holland, in ‘ambassadeurs’ van moerassen werkt hierbij Kockengen, en in de Lepelaarplassen in de vaak heel stimulerend. Niet zelden vormen Flevopolder. geluiden uit het veld weer aanleiding voor Het gaat dan om het plaggen van ver- nieuwe acties. ruigd rietland, het opzetten van peilen en Meer kennis en een goed netwerk zorgen het graven van sloten en poelen in rietland. voor goede mogelijkheden om beleidsma- Voor de zwarte stern zijn maatregelen kers en beheerders te adviseren en er te genomen in het Wormer- en Jisperveld, de lobbyen voor een moerasvogelvriendelijker Krimpenerwaard, en polder Demmerik bij beheer en inrichting. Dit gebeurt niet alleen Vinkeveen. Baggeren van sloten, creëren bij terreinbeheerende organisaties maar ook van bloemrijke slootoevers en overhoekjes, bij provincies en waterschappen. en het niet maaien van perceelranden in de Een goed voorbeeld is het inzetten van broedperiode; het zijn de meest toegepaste een onderzoek naar de mogelijkheden voor maatregelen en minstens zo belangrijk als moerasvogels in het gebied De Venen in het het uitleggen van nestvlotjes. Ook voor de Groene Hart. Een goede presentatie van de prooisoorten moet er immers geschikt habi- onderzoeksgegevens in een rapport en een tat zijn, zodat de voedselvoorziening voor goed leesbare brochure versterken het draag- zwarte sterns voldoende is. 45 vlak voor moerasnatuur. Ook het voorstel voor een beter peilbeheer in de Rijnstrangen

wetlandrap_2001-2003-def.indd 45 07-10-2004 09:18:46 Toekomst De looptijd van het Beschermingsplan Al met al heeft het concept van een eindigt weliswaar in april 2005, maar de beschermingsplan ‘nieuwe stijl’ - niet problematiek van moerassen en de ach- gericht op één soort maar op meerdere die teruitgang van veel moerasvogels blijven samen een bepaalde habitat vertegenwoor- vanzelfsprekend de aandacht vragen. Vooral digen - zijn nut wel bewezen. Moeras in op het gebied van water- en rietbeheer, en de breedste zin van het woord, en zelfs subsidieprogramma’s die beter op moeras aangrenzend agrarisch gebied, kan met de en de beheerspraktijk zijn toegesneden, valt dertien aandachtssoorten bestreken wor- nog veel winst te boeken. Het werk zal dan den. Ook kan per gebied, onderzoek of te ook ná april 2005 zeker worden voortgezet. bereiken doelgroep een voorbeeldsoort worden geselecteerd die als ‘vlaggenschip’ Meer informatie over de bescherming van dient. Moerasvogels zijn zeer aansprekende moerasvogels op: www.moerasvogels.nl soorten en kunnen goed model staan voor een groter geheel. Deze benadering biedt de mogelijkheid om meer naar het functioneren van een biotoop te kijken en gemakkelijker dwarsverbanden te leggen naar andere soort- groepen.

46

wetlandrap_2001-2003-def.indd 46 07-10-2004 09:18:49 5 MONITORING VAN VOGELS IN NEDERLANDSE WETLANDS

In de afgelopen jaren zijn speciale beschermingszones (SBZ) onder de Europese Vogelrichtlijn aangewezen, omdat ze vanwege hun vogelrijkdom bijzondere bescherming behoeven. Deze aanwijzingen vormen een belangrijke stap op weg naar het behoud en zo mogelijk de uitbreiding van natuurwaarden in Nederland. Dat onder deze gebieden wetlands prominent vertegenwoordigd zijn, is geen toeval. Wetlands typeren (een deel van) het Nederlandse landschap en hun aanwijzing onderstreept het belang dat ons land, zijn geringe oppervlakte ten spijt, voor tal van vogelsoorten heeft, vooral soorten die aan waterrijke habitats gebonden zijn.

Ook binnen de aangewezen gebie- te identificeren, is monitoring nodig: het den staat de tijd echter niet stil en vinden volgen van de vogelaantallen in de tijd. voortdurend, bewust of onbewust veroor- Dat levert de basisgegevens op waarmee de zaakte, processen plaats die tot verandering toestand van de Nederlandse wetlands peri- in terreingesteldheid kunnen leiden, en odiek geëvalueerd kan worden, wat vervol- daarmee van invloed zijn op de aanwezig- gens aanleiding kan zijn tot een bijstelling heid van vogels. Daarnaast zijn vogels van beheer en beleid. onderhevig aan processen die zich buiten Nederland afspelen, zoals veranderingen Monitoring van Nederlandse in de Afrikaanse overwinteringsgebieden wetlands van zomervogels. Elk van die invloeden Bij de evaluatie kan zowel de soort- kan weer deel uitmaken van een grootscha- ingang worden gekozen - welke soorten lig proces waarbij de invloed van lokale vertonen een ongewenste aantalsontwik- habitatfactoren, althans in eerste instantie, keling? - als de ingang per gebied; welke gering is. Dat is bijvoorbeeld het geval met gebieden onderscheiden zich in negatieve de uitbreiding van de kleine zilverreiger zin van andere, hoe werken gebiedsveran- over West-Europa. Om dit alles in de gaten deringen in op de aanwezige soorten? Nu te houden, vroegtijdig negatieve ontwikke- de meest belangrijke wetlands formeel goed lingen te signaleren en mogelijke oorzaken beschermd zijn tegen (verdere) aantasting,

48

vogeltellers

wetlandrap_2001-2003-def.indd 48 07-10-2004 09:18:51 zal deze evaluatie steeds noodzakelijker leesbaarheid, niet zijn opgenomen. De gege- worden. Het formuleren van instandhou- vens uit het Waddengebied en Deltagebied dingsdoelen - welke soorten worden per worden in detail besproken in Dijksen & gebied van het meeste belang geacht, en in Koks (2003) respectievelijk Meininger et welke aantallen dienen ze voor te komen om al. (2003). De niet-broedende watervogels te kunnen spreken van een gezonde popula- worden met ingang van seizoen 2000/01 tie? - zal het maken van een concrete evalu- maandelijks van september tot en met april atie sterk verbeteren. Positieve en negatieve in alle SBZ’s geteld, uiteraard voor zover ontwikkelingen kunnen dan worden afge- die voor deze vogelsoorten van belang zijn. meten aan de hand van de geformuleerde Uit veel gebieden, met name rijkswateren, doelstellingen. zijn overigens al lange series eerdere tellin- gen beschikbaar, die als referentiemateriaal Monitoring van vogels in de voor de huidige situatie kunnen dienen. In Nederlandse wetlands vindt hoofdzake- het meest recent verschenen rapport (van lijk plaats onder de paraplu van SOVON Roomen et al. 2003) wordt uitgebreid inge- Vogelonderzoek Nederland in het kader gaan op het monitoringonderzoek aan water- van het Netwerk Ecologische Monitoring vogels binnen en buiten de Nederlandse en in samenwerking met het CBS. Er zijn wetlands. duizenden vrijwilligers bij betrokken en er wordt samengewerkt met organisaties Bij het monitoringonderzoek wordt als het Rijksinstituut voor Kust en Zee zoveel mogelijk de exacte begrenzing van (RIKZ), Rijksinstituut voor Integraal de SBZ’s aangehouden, maar dit is niet in Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling alle gevallen haalbaar. Bij veel rijkswate- (RIZA), Staatsbosbeheer, Natuurmonu- ren, en in het bijzonder in het Wadden- en menten en provinciale instellingen die Deltagebied, is ervoor gekozen om de meer eveneens vogelgegevens verzamelen. Het logische grenzen van de watersystemen aan onderzoek in de wetlands richt zich vooral te houden. Naar verwachting is deze aanpak op de aanwezigheid van broedvogels en van niet van invloed op de vastgestelde trends. niet-broedende watervogels. Bij broedvogels De evaluatie van veranderingen binnen de past het onderzoek binnen het Landelijk wetlands, op basis van getelde vogelaantal- Soortonderzoek Broedvogels (LSB) dat zich len, blijft hiermee mogelijk. richt op kolonievogels en zeldzame broed- vogels. Waardevolle gegevens worden ook Broedvogels verzameld in het kader van het Broedvogel Negatieve trend voor gevoelige soorten Monitoring Project (BMP), vooral binnen Om een totaalbeeld te krijgen is per het onderdeel Bijzondere Soorten dat zich soort en per gebied de populatietrend in de richt op een vaste set aan schaarse soorten. periode 1990-2002 onder de loep genomen. Bij het LSB wordt ernaar gestreefd in Er is alleen gewerkt met werkelijk getelde ieder geval de kerngebieden van de onder- aantallen - dus niet met bijschattingen - en zochte soorten - veelal wetlands - jaarlijks te er moesten uit tenminste drie jaren volledige inventariseren, terwijl onderzoek in wetlands tellingen bekend zijn. in het kader van het BMP eveneens krach- tig wordt gestimuleerd. Het meest recente Het totaalbeeld van de trends in de geza- LSB-overzicht, met speciale aandacht voor menlijke wetlands oogt positief (figuur 2) monitoring in SBZ’s, staat in Van Dijk et al. aangezien bijna de helft van de soorten een 49 (2003). In dit rapport zijn ook de bronnen toename vertoont en slechts een kwart een te vinden die hieronder, uit een oogpunt van afname (zie Bijlage 3A voor details). Dit

wetlandrap_2001-2003-def.indd 49 07-10-2004 09:18:59 is echter een te snelle conclusie die nuan- fluctuerend cering behoeft. Tot de afnemende soorten behoren namelijk verschillende waarvan de achteruitgang Nederlandse populatie, zowel qua aantallen stabiel als verspreiding, zodanig gereduceerd is dat,

bij continuering van de negatieve trend, het toename uitsterven op afzienbare termijn niet denk- 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 beeldig is. Kemphaan en velduil (zie bijlage aantal soorten 3), met rond honderd, respectievelijk dertig Figuur 2: Aantal soorten dat in aantal fluctueert, achter- paren en een verspreiding die in toenemende uitgaat, stabiel is of een toename vertoont. mate beperkt blijft tot slechts enkele regio’s of gebieden, zijn hiervan een voorbeeld. Dat door eutrofiëring en ongunstig waterbeheer; de voortdurende afname van strandplevier, hier lijdt met name de grote karekiet onder. paapje en grote karekiet nog steeds niet is Ook regionaal bezien zijn het vooral habi- omgebogen in een duidelijk herstel, baart tatfactoren die bij neergaande trends van eveneens zorgen. belang worden geacht, al is het doorgaans Hetzelfde geldt voor de status van in combinatie met een of meer andere fac- blauwe kiekendief en tapuit, waarvan de toren. Per regio kan het anders liggen, zoals - meest opvallende - afname van recentere het voorbeeld van de kluut laat zien. Op de datum is, maar de aantalsontwikkeling in Fries-Groningse kusten is er predatie en ver- de jaren negentig erg negatief was. Zodanig ontrusting door vossen, terwijl tegelijkertijd dat gevreesd moet worden dat ze velduil de broedhabitat afneemt door verruiging respectievelijk paapje achterna zullen gaan. van kweldervegetaties. De groeistagnatie in Na een toename tot aan het begin van de het Deltagebied hangt mogelijk samen met jaren negentig is ook de populatie kluten het geringe broedsucces in natuurontwikke- recent weer afgenomen, vooral op de voor lingsgebieden. Daar broedt weliswaar bijna deze soort zo belangrijke Fries-Groningse de helft van de regionale populatie maar waddenkust. Voor deze soort geldt, net als komen - vermoedelijk door voedselgebrek voor de meeste hiervoor genoemde soorten, en onvoldoende beschutting - weinig jongen dat de Nederlandse broedpopulatie binnen groot. Noordwest-Europa relatief groot is. Dat betekent een extra reden om alert te zijn op Onder de in aantal toenemende soorten neergaande trends. zijn er verschillende waarbij de positieve trend sinds de jaren negentig een welkom Oorzaken achteruitgang maar nog lang niet volledig herstel vormt Bij de afname van deze soorten spelen van eerder geleden verliezen. Roerdomp en vele habitatfactoren een rol. Belangrijke purperreiger tonen lokaal een verrassende componenten zijn het verdwijnen van pio- veerkracht waarbij ze tot op enige hoogte niersituaties in kustgebieden – een voorbeeld profiteren van adequaat terreinbeheer in is de strandplevier - en habitatveranderingen enkele gebieden en gunstige weersomstan- in duinen en moerassen. Voor de duinen digheden in Nederland of Afrika. De roer- gaat het dan om het verdwijnen van zandige domp maakte een reeks zachte winters en of schaars begroeide plekken door vergras- enkele natte voorjaren mee, de purperreiger sing, verruiging en verstruweling. Daar had veel minder last van droogte in zijn 50 zijn blauwe kiekendief, velduil en tapuit West-Afrikaanse overwinteringsgebieden. het slachtoffer van. Voor de moerassen gaat Maar op landelijke schaal hebben de reigers het om verdroging en versnelde verlanding hun verliezen sinds de jaren zeventig nog

wetlandrap_2001-2003-def.indd 50 07-10-2004 09:18:59 lang niet goedgemaakt. Hetzelfde geldt in wat mindere mate voor grote stern, visdief en dwergstern waarvan de huidige popula- ties goed gedijen, zonder echter het niveau van een halve eeuw geleden te evenaren. Bij verschillende andere soorten maakt de recente opbloei deel uit van een groot- schalig, min of meer geheel Europa omspan- nend patroon, waarbinnen de Nederlandse situatie bijzonder gunstig uitpakt. Voorbeelden hiervan zijn de geoorde fuut, de zwartkopmeeuw en de kleine mantelmeeuw. De sterke toename in Nederland van de geoorde fuut is mede mogelijk geweest door beschikbaarheid van vele vennen en door het overwegend gunstig terreinbeheer in heide-

en veengebieden. De zwartkopmeeuw liet afnemende soorten opvallend gunstige broedresultaten in het 0 1 Deltagebied zien, zeker vergeleken met op 2 3-5 dezelfde locaties broedende kokmeeuwen; dat heeft beslist bijgedragen aan de snelle Figuur 3: Aantal afnemende selectie- en/of begrenzingssoorten (broedvogels) per populatiegroei. De kleine mantelmeeuw is SBZ in 1990-2002. Per gebied zijn alleen soorten in de berekening genomen die inmiddels talrijker dan de zilvermeeuw; hij voor dat gebied als selectie- en/of begrenzingssoorten fungeerden bij de aanwijzing past zich met meer succes dan de zilver- van het gebied (van Roomen et al. 2000). meeuw aan veranderingen in de kustwateren aan. Ook de opleving van kwartelkoning en noordse stern moet in een internationale context worden gezien, al spelen factoren in Nederland zelf wel degelijk een rol. De kwartelkoning doet het bij ons waarschijn- lijk goed vanwege influx uit Oost-Europa, waar de populatie - vermoedelijk tijdelijk – floreert en vanwege beschermingsmaat- regelen in Nederlandse broedterreinen van kwartelkoningen. De Nederlandse populatie noordse sterns fluctueert hevig, afhankelijk van veel grotere populaties verder noorde- lijk.

Bij enkele andere toegenomen soorten moeten we nog even afwachten hoe besten-

dig de positieve trend zal blijken te zijn. toenemende soorten Binnen deze categorie vallen porseleinhoen, 0 1 nachtzwaluw, ijsvogel en oeverzwaluw. 2 3-5 52 Het totaalbeeld van het porseleinhoen is buitengewoon moeilijk te interpreteren door Figuur 4: Aantal toenemende selectie- en/of begrenzingssoorten (broedvogels) per opvallende jaarlijkse fluctuaties, per gebied SBZ in 1990-2002 (toelichting onder Figuur 3)

wetlandrap_2001-2003-def.indd 52 07-10-2004 09:19:19 tegenstrijdige ontwikkelingen en het feit dat fluctuerend ze lastig te inventariseren zijn. De nachtzwa- luw heeft een opvallend herstel in sommige achteruitgang kerngebieden laten zien, maar vertoont nog stabiel weinig tekenen van substantiële uitbreiding

daarbuiten. De ijsvogel bereikte een onge- toename kende populatietop rond 2002, maar die kan 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 door enkele strenge winters teniet worden aantal soorten gedaan. De oeverzwaluw heeft zich hersteld Figuur 5: Aantal soorten dat in aantal fluctueert, achteru- tot het niveau van begin jaren zestig, maar itgaat, stabiel is of een toename vertoont. uit het verleden zijn populatiecrashes bekend na droogteperioden in West-Afrika. len tussen enerzijds Zoommeer (negatief) en anderzijds Haringvliet, Oosterschelde en Wanneer we de situatie per gebied Westerschelde (Saeftinghe uitgezonderd). bekijken – met name gebieden waar drie of Gemiddeld genomen is het beeld aan de meer (voor dat gebied selecterende) soor- positieve kant. Hoe uiteenlopend het beeld ten een duidelijke trend vertonen (figuur echter per gebied kan liggen bewijst de 3, 4) - zijn er per regio soms opvallende situsatie in de Gelderse Poort, waar verschil- discrepanties te ontdekken. Zo springen lende als belangrijk gekwalificeerde soorten binnen het Waddengebied de duinen van zijn toegenomen: kwartelkoning, ijsvogel Ameland en het Lauwersmeer er op nega- en oeverzwaluw. Tegelijk echter zijn enkele tieve wijze uit, terwijl Texel (duinen), andere, even belangrijke en voor het gebied Vlieland (duinen) en Schiermonnikoog zeker zo kenmerkende soorten verontrustend (waddenzijde) positief scoren. Binnen het afgenomen: roerdomp en grote karekiet. Deltagebied vinden we dergelijke verschil- In het algemeen geldt dat veel soorten van

53

scholeksters, rosse grutto's en rotganzen

wetlandrap_2001-2003-def.indd 53 07-10-2004 09:19:20 kustgebieden - vooral sterns en meeuwen, Terreinbeheer De Wieden niet kluut en strandplevier - het goed deden werpt vruchten af in de jaren negentig, terwijl vooral riet- en moerasvogels in het verdomhoekje zaten. Veel als kwetsbaar beschouwde moerasvogelsoorten nemen al geruime tijd Zorgvuldig terreinbeheer kan echter ook bij in aantal af. Het feit dat de afname heeft geleid tot versplintering van populaties deze categorie tot verrassende resultaten lei- binnen Nederland, en dat de afname veelal binnen geheel Noordwest-Europa den (zie kader). wordt gerapporteerd, stemt niet optimistisch over het voortbestaan binnen ons land van deze soorten. Het te veel op de landbouwpraktijk afgestemde Niet-broedvogels waterpeilbeheer blijkt in veel gevallen de motor achter de negatieve ontwikke- ling te zijn. Verstard waterpeil in combinatie met eutrofiëring door de inlaat van Met schelpdieretende soorten gaat het gebiedsvreemd water leidt tot versnelde verlanding, verruiging van moerasve- slecht getaties, onvoldoende aangroei van nieuw riet en kwaliteitsverslechtering van Het is momenteel nog niet mogelijk nog aanwezige rietkragen. De maatregelen om dit tij te keren zijn veelomvat- om van alle vogelsoorten die onder de tend en kostbaar, en worden nog onvoldoende ter hand genomen. Lokaal zijn Vogelrichtlijn vallen trends te berekenen er echter opvallende successen geboekt, vooral door de aanleg van nieuwe binnen de SBZ’s. Dit komt doordat sommige natte natuur bij bestaande moerasgebieden. soorten met de huidige telmethoden bijna niet te monitoren zijn. De roodkeelduiker Bijvoorbeeld de Zouweboezem die in korte tijd belangrijk is geworden voor bijvoorbeeld, met de grootste aantallen op porseleinhoen, zwarte stern en vooral purperreiger, waarvan de kolonie inmid- de Noordzee, is zowel vanaf land als vanuit dels de grootste van Nederland is. De Wieden is al net zo’n goed voorbeeld. een vliegtuig slecht te tellen. Voor de zwarte Dit gebied vormt binnen Noordwest-Overijssel en omgeving een positieve uitzondering. Waar de moerasvogelsoorten purperreiger, roerdomp en por- stern leveren slaapplaatstellingen veel beter seleinhoen het in gebieden als het Zwarte Meer en De Weerribben moeilijk inzicht in de aantallen dan de gehanteerde hebben, ontwikkelen ze zich in De Wieden in opwaartse richting. Het toch al gebiedstellingen, waarvoor de vogels over- water- en moerasrijke gebied kreeg een extra impuls door de instelling van een dag te verspreid voorkomen. Bij ganzen past ‘hoogwaterzone’; een door inundatie van weilanden aangelegde waterbuffer de huidige gebiedsindeling onvoldoende op voor aangrenzende weidevogelgebieden. Mede hierdoor zijn De Wieden van de begrenzing van de SBZ’s. Uiteindelijk speciaal belang omdat er nu grote aantallen roerdompen (23 paren, op een kunnen voor 36 van de 50 soorten trends Nederlandse populatie van 300), purperreigers (52 op 477) en zwarte sterns worden berekend. (181 op 1400, en daarmee de grootste vestiging binnen Nederland) voorko- Wanneer de aantalsontwikkeling van men. De getallen zijn uit 2002. Ook voor de ijsvogel (10 paren in 2002) en grote deze soorten in de gezamenlijke wetlands karekiet (10) vormen De Wieden een belangrijke broedplaats, in sommige jaren over de laatste tien telseizoenen (1992/93- bovendien voor de kwartelkoning (slechts 3 in 2002, maar 13 in 1998 en 2000). 2001/02) wordt beschouwd, ontstaat een De vestiging van de grote zilverreiger en de lepelaar in 2003 vormt het toefje divers beeld met iets meer toenemende dan slagroom op deze taart. Dat de moerasvogels onder deze soorten het in dit gebied veel beter doen dan in grote moerasgebieden in de nabije omgeving, afnemende soorten, en een grote midden- geeft aan dat lokale habitatfactoren hiervoor verantwoordelijk zijn en dat deze groep waarvan de aantallen stabiel zijn dan door gerichte maatregelen kunnen worden beïnvloed. Het voorbeeld van De wel sterk fluctueren (figuur 5). Tot de toe- Wieden kan hoop en inspiratie bieden aan moerasterreinbeheerders elders die nemende soorten behoren aalscholver, berg- de wanhoop nabij zijn. eend, krakeend (zie bijlage 3), wintertaling, slobeend, goudplevier, drieteenstrandloper, bonte strandloper en rosse grutto. Een afna- me vertonen fuut, tafeleend, topper, scholek- ster en kanoet (detail, zie bijlage 3B). en steltlopers gaat het slecht. Bij de eenden nemen de aantallen tafeleend, topper, eider Per voedselgroep zijn er opvallende ver- en mogelijk ook kuifeend af. Onder de 54 schillen te constateren. Bij viseters bestaat steltlopers moeten met name scholekster en er evenwicht - toename aalscholver, afname kanoet het ontgelden. In beide gevallen ligt fuut - maar met schelpdiereters als eenden een relatie met de intensieve commerciële

wetlandrap_2001-2003-def.indd 54 07-10-2004 09:19:26 schelpdiervisserij in de Waddenzee voor de hand. Wormeneters doen het aanmerkelijk beter. We zien een toename van drieteen- strandloper, bonte strandloper, rosse grutto en goudplevier. Bij die laatste de kant- tekening dat dit alleen de SBZ’s betreft, en dat we van de ‘witte gebieden’ daarbuiten te weinig weten. Een overwegend positief beeld vertonen ook de planteneters; een toename van krakeend, wintertaling en slob- eend. We benadrukken hier dat het om een totaalbeeld gaat en dat de situatie in afzon- derlijke gebieden verschillend kan zijn. Een voorbeeld is de afname van sommige plan- teneters in gebieden waar de oppervlakte korte grazige vegetaties is verminderd. afnemende soorten 0 Bijvoorbeeld door extensiever graslandge- 1 2-4 bruik of natuurontwikkeling. 5-10

Figuur 6. Aantal afnemende selectie- en/of begrenzingssoorten (niet-broedende Om de ontwikkelingen per gebied te watervogels) per SBZ in 1992/93-2001/02. Per gebied zijn de soorten in de ber- bekijken, zijn de trends van de daar selec- ekening genomen die voor dat gebied als selectie- en/of begrenzingssoorten fung- terende soorten berekend. Vervolgens is eerden bij de aanwijzing van het gebied (van Roomen et al. 2000). bekeken hoeveel soorten per gebied gedu- rende de afgelopen tien jaar in aantal zijn afgenomen dan wel toegenomen (figuur 6, 7). Bij deze analyse kan het gebeuren dat een gebied in beide categorieën valt, vooral wanneer het om gebieden gaat met veel selecterende soorten zoals de Waddenzee. Gebieden waarin drie of meer soorten een toename vertoonden zijn de Waddenzee, de Oosterschelde, de Westerschelde, de IJssel, het Veluwemeer, Wolderwijd/Nuldernauw, het Haringvliet en het Lauwersmeer. Een afname bij tenminste drie soorten is gecon- stateerd in de Waddenzee, de Waal tussen Nijmegen-Waardenburg, het Markermeer, het Gooimeer, het Volkerakmeer, de Oude Venen en de Biesbosch. Dit laatste hoeft niet automatisch te betekenen dat het in deze gebieden het slechtste gaat. In sommige toenemende soorten 0 gevallen worden negatieve trends veroor- 1 2-4 zaakt door factoren die buiten het gebied 5-10 zelf liggen. In andere gevallen is de negatie- 55 Figuur 7. Aantal toenemende selectie- en/of begrenzingssoorten (niet-broedende ve trend een effect van ingezet nieuw beheer watervogels) per SBZ in 1992/93-2001/02 (toelichting onder Figuur 6). – zoals het terugdringen van eutrofiëring -

wetlandrap_2001-2003-def.indd 55 07-10-2004 09:19:26 Het Volkerakmeer; na bloei volgt neergang

De afsluiting van het Krammer-Volkerak in 1987 vormde een van de laatste onderdelen van de Deltawerken. Direct daarna onder- gingen veel vogelsoorten snelle en spectaculaire aantalsveranderingen in wat nu het Volkerakmeer heet. Voor een deel waren die te voorzien en gemakkelijk te verklaren. Steltlopers die voorheen op de droogvallende getijdenslikken konden foerageren, of het gebied als hoogwatervluchtplaats gebruikten, verloren in één klap alles wat hen aan dit gebied bond. Hun voedsel was sterk gereduceerd of onbereikbaar en rustplaatsen werden ongeschikt door verruiging en vegetatiesuccessie. Tegelijkertijd echter bood de grote opper- vlakte helder water die beschikbaar kwam gelegenheid aan waterplanten en driehoeksmosselen om zich te vestigen en uit te breiden, terwijl zich op de nu permanent droogliggende platen grazige vegetaties ontwikkelden. In het kielzog daarvan ging het vogelsoorten als tafeleend, kuifeend en brilduiker voor de wind, terwijl het gebied zich voor de knobbelzwaan zelfs ontwikkelde tot belangrijkste ruiplaats in het Deltagebied. Rond 1993 was dit proces blijkbaar op zijn top, gezien de piekaantallen die werden vastgesteld van vooral bodemfauna-eters, grondelende planteneters en graseters. Voor viseters bleef de betekenis van het gebied gering, terwijl de aan zoute wateren gebonden steltlopers niet herstelden van de opgelopen averij.

De bomen groeiden echter ook in het Volkerakmeer niet tot in de hemel. Na de bloeiperiode rond 1993 begonnen de totale vogelaantallen gestaag af te nemen, een ontwikkeling die een tiental jaren later nog niet gestabiliseerd is. Belangrijkste oorzaak van deze neergang was het verminderde doorzicht van het water in het zomerhalfjaar als gevolg van toenemende eutrofiëring. Vooral aalscholver, knobbelzwaan, wilde eend, pijlstaart, kuifeend, brilduiker, meerkoet en kokmeeuw kenden een aanzienlijke afname, ver- geleken met topjaar 1993. Voor de meeste van deze soorten was dit, binnen dat tijdvak, een voor Nederland uit de toon springende ontwikkeling. Dat versterkt het idee dat lokale habitatfactoren de sturende factor vormden. Alleen van enkele soorten waarvoor het gebied nooit van groot belang was, namen de (lage) aantallen in dezelfde periode toe, waaronder goudplevier en bonte strandloper. In twee decennia is de vogelbevolking van het Volkerakmeer dus ingrijpend gewijzigd; van een voor zoute getijdengebieden typische dominantie van ‘zoute’ steltlopers naar een waarin ‘zoete’ planten- en bodemfauna-eters de dienst uitmaken. Het is afwach- ten op welk niveau de momenteel neerwaarts spiralende aantallen zullen stabiliseren. Het voorbeeld van de ontwikkelingen in het Volkerakmeer toont niet alleen de waarde van monitoring aan, maar vooral ook van een lange adem daarbij. Zou immers alleen naar de afgelopen tien jaar zijn gekeken, dan had de conclusie moeten worden getrokken dat de natuurwaarden ernstig teruglopen. De blik over langere termijn nuanceert dit wat, al blijven de recente ontwikkelingen zorgelijk. Hoe deze ontwikkelingen precies moeten worden beoordeeld, is afhankelijk van de doelen die voor de natuurwaarden van dit gebied worden geformuleerd.

dat op zichzelf gunstig is en op termijn ver- gevallen gaat om voor watervogels uiter- moedelijk ook tot positieve ontwikkelingen mate belangrijke gebieden - ze herbergen bij (andere) watervogelsoorten zal leiden. immers tenminste drie voor de Vogelrichtlijn Het neemt niet weg dat in het meren- kwalificerende soorten - is het grote aantal deel van de gevallen de bron van de afname negatieve ontwikkelingen toch verontrus- toch vermoedelijk gelegen zal zijn in een tend. Dat vraagt om een nadere analyse van onbedoelde en ongewenste ontwikkeling de lokale situatie. Het voorbeeld van het binnen het gebied zelf. Omdat het in al deze Volkerakmeer (kader) geeft aan hoe gecom- pliceerd de situatie op lokaal niveau kan liggen.

56

wetlandrap_2001-2003-def.indd 56 07-10-2004 09:19:27 Literatuur

• Van Dijk A.J., Hustings F., Koffijberg K., van der Weide M.J.T., Zoetebier D. & Plate C.L. 2003. Kolonievogels en zeldzame broedvogels in Nederland in 2002. SOVON-monitoringrapport 2003/02. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.

• Dijksen L.J. & Koks B.J. 2003. Broedvogelmonitoring in het Nederlandse Waddengebied in 2002. SOVON-monitoringrapport 2003/03. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.

• Meininger P.L., Strucker R.C.W. & Wolf P. 2003. Kustbroedvogels in het Deltagebied in 2002. RIKZ-rapport 2003.20. Rijksinstituut voor Kust en Zee, Middelburg.

• Van Roomen M.W.J., Boele A., van der Weide M.J.T., van Winden E.A.J. & Zoetebier D. 2000. Belangrijke vogelgebieden in Nederland, 1993-97. Actueel overzicht van Europese vogelwaarden in aangewezen en aan te wijzen speciale beschermingszones en andere belangrijke gebieden. SOVON-informatierapport 2000/01. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.

• Van Roomen M.W.J., van Winden E.A.J., Koffijberg K., Kleefstra R., Ottens G., Voslamber B. & SOVON Ganzen- en zwanenwerkgroep 2003. Watervogels in Nederland in 2001/2002. SOVON-monitoringrapport 2004/01, RIZA-rapport BM04/01. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.

57

wetlandrap_2001-2003-def.indd 57 07-10-2004 09:19:27 6 RAPPORTAGE WETLANDWACHTEN

Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de onwtikkelingen in de Nederlandse wet- lands in de periode 2001-2003. De WetlandWachten brachten de meeste gegevens voor dit rapport in. Deze vrijwilligers houden nauwlettend in de gaten wat er in ‘hun’ gebieden gebeurt, volgen de lokale politiek en onderhouden contact met de terreinbeheerders. Hun ervaringen zijn voor Vogelbescherming Nederland waarde- vol bij het bepalen van haar koers.

1 WADDENZEE plan. Ook het Regionaal Coördinatiecollege Positieve ontwikkelingen Waddengebied (RCW) heeft begin 2003 • De provincies Noord-Holland en geconcludeerd dat de organisatie van de Friesland hadden plannen om aan beide hulpverlening bij en bestrijding van calami- zijden van de Afsluitdijk een groot aantal teiten op de Waddenzee te wensen over laat. windmolens te plaatsen. Turbines op deze Inmiddels heeft de minister van Verkeer en locatie zijn een barrière voor vogels die Waterstaat in december 2003 besloten dat dagelijks trekken tussen voedsel- en rustge- bepaalde enkelwandige olietankschepen bieden. Vogelbescherming Nederland heeft geen Nederlandse haven of offshore terminal samen met anderen met succes gestreden mogen aandoen. tegen deze ontwikkeling. In maart 2002 nam • Het RCW stelde op 19 april 2004 de Tweede Kamer tijdens het debat over het Maatregelenprogramma Waddenzee de PKB Waddenzee de motie Augusteijn 2004-2009 vast. Hierin is tevens het aan. Die verwerpt plaatsing van windturbi- Handhavingsprogramma Waddenzee nes in de Waddenzee. De initiatiefnemers opgenomen. Het plan is opgesteld door van het Interprovinciaal Project Windpark de Commissie tot Uitvoering Beheersplan Afsluitdijk – de provincies Noord-Holland Waddenzee (CUBWAD) en het Wadden en Friesland, de gemeenten Harlingen, Handhavings Overleg (WHO). Wûnseradiel, Wieringen en Wieringermeer • De Waddenvereniging spande samen – concludeerden dat uitvoering van het pro- met de gemeenten Terschelling en Texel een ject zeer onwaarschijnlijk was geworden en zaak aan tegen de winning van schelpen in zijn met het project gestopt. de Waddenzee. Volgens de Raad van State • De Waddenzee is op 11 oktober is het niet uit te sluiten dat er meer kok- 2002 door de Internationale Maritieme kelschelpen worden gewonnen dan er door Organisatie (IMO) aangewezen als bijzon- natuurlijke aanwas bijkomen. In 2004 is het der kwetsbaar gebied: een duidelijk signaal beleid voor schelpenwinning geëvalueerd. aan de scheepvaart om behoedzaam met Naar aanleiding van de uitkomst is een her- het gebied om te springen. De Waddenzee ziening van het beleid in de maak; er wordt is het vijfde zeegebied in de wereld dat is een lager winquotum in de Waddenzee voor- uitgeroepen tot Particularly Sensitive Sea gesteld. Area (PSSA). Zwak punt is dat de aan- • Naar aanleiding van het op 1 april 2004 wijzing geen enkele beperking oplegt aan verschenen rapport van de Rijkscommissie de scheepvaart in het gebied of aan het Meijer (de Adviesgroep Waddenzeebeleid), gebruik van de havens. De aanwijzing moet hebben de waddenprovincies en -gemeenten daarom ook gezien worden als een eerste op 19 mei 2004 een voorstel voor een nieuw stap voorwaarts. De volgende stap is dat bestuursmodel voor de Waddenzee aangebo- 60 de nationale overheden een bestuurlijk en den aan de bij het Waddenzeebeleid betrok- operationeel plan opstellen met eisen aan ken bewindspersonen. Het voorstel behelst scheepvaart in dit gebied, én een rampen- de instelling van een Openbaar Lichaam

wetlandrap_2001-2003-def.indd 60 07-10-2004 09:19:38 Perspectief voor eidereend en scholekster

In de winter van 2001/2002 trad voor de vierde keer sinds 1990 massale sterfte van eidereenden op, zowel in de Waddenzee als de aangrenzende kustzone van de Noordzee. Dergelijke verhoogde sterfte deed zich ook voor in de winters 1990/91, 1991/92 en in extreme mate in de winter 1999/2000. Met het onderzoeksprogramma EVA II, de tweede fase van de evaluatie van het schelpdiervisserijbeleid in Nederland, werd in 2003 het vermoeden van Vogelbescherming bevestigd dat de sterfte veroorzaakt wordt door gebrek aan mosselen. Op 22 januari 2004 schreef Vogelbescherming een brief aan minister Veerman over de noodzaak om voldoende mosselen te reserveren voor de eidereenden. En enkele weken later besloot de minister dat 90% van het in het voorjaar van 2004 op te vissen mosselzaad pas na 1 april 2005 uit de Waddenzee gehaald mag worden. Dit zaad moest dus op percelen in de Waddenzee uitgezaaid worden. In de winter van 2004/2005 zul- len deze mosselen halfwas geworden zijn en daarmee zeer geschikt voor de eidereenden. Het is de eerste keer dat mosselen op de kweek- percelen gespaard worden voor de vogels. Het kabinet zal nog in 2004 met nieuw beleid komen voor de mosselzaadvisserij voor de komende jaren. Het is afwachten in hoeverre de overheid in het nieuwe beleid structureel voldoende rekening gaat houden met de eidereenden. Hopelijk zal massale sterfte ten gevolge van gebrek aan mosselen niet meer voorkomen.

De stand van de scholekster in de Waddenzee stagneerde in de periode 2000 - 2004 op zo’n 170.000 vogels; veel minder dan het opti- mum van 260.000 uit de jaren tachtig. De scholeksters hebben een voorkeur voor mosselbanken op de platen, maar zijn daarnaast voor een groot deel afhankelijk van kokkels. Vogelbescherming is samen met andere natuurorganisaties al vele jaren aan het strijden tegen de mechanische kokkelvisserij. Zo diende Vogelbescherming samen met de Waddenvereniging in 2001 een klacht in bij de Europese Commissie. Een procedure van beide verenigingen leidde tot vragen van de Raad van State aan het Europese Hof van Justitie. Op 29 janu- ari 2004 bracht advocaat-generaal J. Kokott haar advies uit aan het Europese Hof. Haar belangrijkste conclusies zijn: - Bestaand gebruik in aangewezen richtlijngebieden dient te worden getoetst aan artikel 6, derde lid, van de habitatrichtlijn als voor dergelijke activiteiten in beginsel elk jaar vergunning wordt verleend, zoals voor de kokkelvisserij. - De in artikel 6, tweede lid, van de habitatrichtlijn opgenomen verplichting om passende maatregelen te nemen teneinde te voorkomen dat de kwaliteit van deze gebieden verslechtert of storende factoren optreden met significante gevolgen, geldt altijd en onverkort, ook als toestemming is verleend voor de desbetreffende activiteiten. - Bij redelijke twijfel over de afwezigheid van significante gevolgen dient een passende beoordeling plaats te vinden. Significante gevolgen zijn alle gevolgen die schadelijk zijn voor de instandhoudingsdoelstelling van het betreffende gebied. - Het voorzorgsbeginsel brengt met zich mee dat alleen toestemming mag worden verleend als naar overtuiging van het bevoegd gezag geen redelijke twijfel bestaat over de afwezigheid van schadelijke gevolgen. Inmiddels is gebleken dat het Hof het advies, in grote lijnen, van de advocaat-generaal heeft gevolgd (september 2004).

Op 25 juni 2004 besloot het kabinet om met ingang van 1 januari 2005 mechanische kokkelvisserij in de Waddenzee niet langer toe te staan. Tegelijkertijd werd besloten om meer gas te gaan winnen uit de Waddenzee. Het kabinet gaf te kennen dat deze twee besluiten niet ‘gekoppeld’ zijn. Het een zou niet uit het ander voortvloeien: de mechanische kokkelvisserij wordt gewoonweg verboden vanwege de schadelijkheid van deze activiteit. Met dit besluit wordt eindelijk goede invulling gegeven aan een oude afspraak tussen de drie Waddenzee-staten, op grond waarvan sinds 1992 in Duitsland helemaal niet meer op kokkels is gevist en in Denemarken bijna niet meer. Het kabinetsbesluit is gebaseerd op het advies van de Adviesgroep Waddenzeebeleid (de commissie Meijer). Deze commissie had echter voorgesteld om de kokkelvisserij nog zeven jaar de tijd te geven om over te schakelen op kokkelkweek. Het kabinetsbesluit over de kokkelvisserij in de Waddenzee is prima, maar het moet nog in de Tweede Kamer behandeld worden. CDA, VVD, SGP en ChristenUnie lijken nog niet overtuigd van de schadelijkheid van de mechanische kokkelvisserij. De mechanische kokkelvisserij heeft, merkwaardig genoeg, op 20 juli 2004 van het ministerie van LNV nog een vergunning gekregen om eenmalig acht miljoen kilo kokkels op te vissen uit de Waddenzee. Vogelbescherming heeft daarentegen, samen met andere natuur- organisaties als de Waddenvereniging, bezwaar aangetekend. De Raad van State heeft op 14 september het verzoek van de kokkelvissers om de schorsende werking als gevolg van dit bezwaar, op te heffen, niet gehonoreerd. In het najaar van 2004 heeft nog wel mechanische kokkelvisserij plaatsgevonden in de Voordelta en de Westerschelde. Faunabescherming slaagde erin om via een jurische procedure de kokkelvisserij in de Voordelta te stoppen. 61 Beëindiging van de mechanische kokkelvisserij in de Waddenzee is meer dan tien jaar met kracht bepleit door natuurorganisaties als Vogelbescherming Nederland en de Waddenvereniging. Nu het herstel van mosselbanken op de platen sinds 2001 goed op gang geko- men is én de kokkelvisserij wellicht tot het verleden behoort, zal de scholeksterpopulatie in de Waddenzee zich hopelijk herstellen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 61 07-10-2004 09:19:39 Waddenzee, waarin Rijk, waddenprovincies Waddenzeekust van Noord-Nederland’ ver- en -gemeenten hun bevoegdheden samen- schenen. Hier staat op welke plaatsen en met brengen. Hiermee wordt integraal beheer en welke middelen de visintrek langs de kust bestuur over de Waddenzee daadwerkelijk gestimuleerd zou moeten worden. De Visie mogelijk. Dit is dringend noodzakelijk, is opgesteld door het Rijksinstituut voor omdat de bestaande bestuursstructuur te Kust en Zee (RIKZ) in samenwerking met complex en te ondoorzichtig is. De com- de werkgroep Visintrek. missie Meijer stelt voor om de strategie en • Waterrecreatie Advies heeft in opdracht de hoofdlijnen van beleid op Rijksniveau te van het ministerie van LNV en andere bepalen. Dagelijks bestuur en beheer vinden opdrachtgevers grootschalig onderzoek ver- op regionaal niveau plaats door een regio- richt onder watersporters in het IJsselmeer naal uitvoeringsorgaan. en de Waddenzee. Een belangrijke con- • Tijdens de trilaterale regeringscon- clusie: voor beide gebieden geldt rust als ferentie van Denemarken, Duitsland en belangrijk motief voor ‘stille’ watersporters Nederland in oktober 2001 in Esjberg, pro- om er te varen. beerde Nederland de Waddenzee als natuur- gebied op de ‘werelderfgoedlijst’ geplaatst te Negatieve ontwikkelingen krijgen. Nederland heeft de nominatie echter • In en nabij de Waddenzee vinden voorlopig uitgesteld omdat er op de eilanden diverse militaire activiteiten plaats: schiet- te weinig draagvlak voor zou zijn. Er wordt en vliegoefeningen van de Koninklijke nu gemikt op de trilaterale conferentie in Land- en Luchtmacht en van de Koninklijke 2005 te Schiermonnikoog. Marine (mariniers). Het gaat vooral om • Door zeespiegelstijging en hogere het westelijk deel van het Nederlands wad- pieken in waterafvoeren zal in de nabije dengebied. Activiteiten en oefenterreinen toekomst de spuicapaciteit in de Afsluitdijk zijn de laatste tien jaar in het gehele wad- onvoldoende zijn om het IJsselmeer op een dengebied afgebouwd, toch staan ze op veilig peil te houden. Extra sluizen moeten gespannen voet met de natuurbescherming: de capaciteit vergroten. Een systeem van vooral de geluidshinder is een probleem. geleidelijke overgangen, dat brakwaterzo- Daarnaast is er milieuverontreiniging door nes creëert kan veel natuurwinst opleveren. munitie die in de Waddenzee terechtkomt. In Vogelbescherming heeft in een reactie op de buurt van de schietlocatie op de Vliehors de startnotitie MER aangegeven dat meer vonden onderzoekers in slibmonsters een ruimte gegeven zou moeten worden aan tweemaal grotere concentratie van koper dan een flexibeler waterpeil in het IJsselmeer, elders. Ook de waarden van andere metalen waardoor het minder snel nodig is om (chroom, nikkel, zink, aluminium, magne- ineens grote hoeveelheden zoet water in de sium en vanadium) lagen hoger dan elders. Waddenzee te lozen. • De Japanse oester heeft grote delen • Langs de kust van de Nederlandse van de Delta gekoloniseerd en begint nu aan Waddenzee zijn in de loop der eeuwen vele een opmars in de Waddenzee. Deze exoot natuurlijke overgangen tussen zoet en zout houdt zich al jaren in de Waddenzee op, water verdwenen, onder andere door het maar blijkt zich in 2003 fors uitgebreid te aanleggen van sluizen, gemalen en dijken. hebben. Japanse oesters hebben verschil- Het landelijk beleid beoogt de zoet - zout- lende mosselbanken overgenomen. Als de overgangen te behouden, te versterken en ontwikkelingen doorzetten staan we aan de 62 uit te breiden waardoor brakwaterorga- vooravond van een andere Waddenzee. Waar nismen en trekvissen kunnen terugkeren. in het verleden de filterende soorten vooral In 2003 is de ‘Visie op visintrek langs de bestonden uit mossel, kokkel en strandgaper,

wetlandrap_2001-2003-def.indd 62 07-10-2004 09:19:39 Gas voor kokkels ken, ondanks de recent ingestelde ‘erecode voor wadliefhebbers’. Vooral loslopende In 1999 besloot de Tweede Kamer tot een tien jaar durende concessie voor honden en harde muziek blijken veel ver- winning van waddengas uit nieuwe putten. Juni 2004 brak het kabinet dit besluit storing onder wadvogels teweeg te brengen. open. De verwoestende kokkelvisserij wordt uitgekocht, het lucratieve gas aange- Daarnaast betreden recreanten soms afgeslo- boord. Er zou voldoende bewijs geleverd zijn dat de bodemdaling door gaswin- ten broed- en foerageergebieden, maken ze ning de natuur en het landschap van de Waddenzee niet ernstig aantast. Met een kampvuren en wordt er met mountainbikes deel van de gasopbrengst wordt een waddenfonds ingesteld dat 500 miljoen euro gefietst. voor natuurprojecten in de Waddenzee kan besteden. De natuur- en milieuorgani- • In het voorjaar van 2002 werden langs saties waaronder Vogelbescherming, samenwerkend in de coalitie ‘Knok mee voor de Afsluitdijk levend ‘gevilde’ eidereenden de Waddenzee’, wijzen gaswinning af. Deze organisaties zijn niet overtuigd dat de bodemdaling, in combinatie met de stijging van de zeespiegel, geen ernstige gevonden. De eidereenden hadden kale kop- risico’s met zich meebrengt. Hetzelfde geldt voor het afkalven van zandplaten in pen en halzen zonder huid. De oorzaak van de Waddenzee, de grootschalige zandsuppletie, de ontwikkeling van de slibhuis- deze verminking is onduidelijk gebleven. Na houding en de mogelijkheid van het omklappen van het systeem. enige tijd kwam een eind aan de meldingen. Voor meer informatie over ontwikkelingen in het waddengebied zie • Op 21 december 2003 verloor het www.waddenzee.nl Turkse schip Andinet in de buurt van Texel een deel van zijn lading. Er sloegen con- tainers overboord met onder meer 63.000 liter zeer giftig houtverduurzamingsmiddel. De inhoud van de containers is deels boven water gehaald, 63 vaten zijn nog steeds lijken die op korte termijn de Japanse oes- zoek. ter, mesheft (Ensis) en wellicht het muiltje (Crepidula) als medebewoner, en moge- lijjk als overheerser te moeten dulden. De 2 TEXEL Japanse oester is als voedselbron ongeschikt Positieve ontwikkelingen voor wadvogels. • Het Nationaal Park-in-oprichting • De Duitse deelstaat Neder-Saksen wil Duinen van Texel kreeg op 25 april 2002 de het bedrijf Enova toestaan om in een gebied status van Nationaal Park. Het park beslaat van 1200 hectare 55 windturbines met een een oppervlakte van circa 5.000 hectare. hoogte van 100 meter te bouwen. Het park Staatsbosbeheer is de belangrijkste beheer- komt op circa twaalf zeemijlen oostelijk der van het gebied. van Schiermonnikoog en noordelijk van de • De WetlandWacht heeft jaarlijks over- eilanden Rottumeroog en Rottumerplaat. De leg met de beheerders Staatsbosbeheer en gemeentebesturen van Schiermonnikoog en Natuurmonumenten. De beheerders hebben Borkum hebben gezamenlijk bezwaar aan- veel aandacht voor natuurontwikkeling en getekend bij Neder-Saksen. herstel. Kluut, bontbekplevier en dwergstern • Door het ministerie van LNV is in juni profiteren hiervan. Beide terreinbeheerders 2003, in samenwerking met de club van wisten de afgelopen jaren meer areaal te Wadvaarders, de Waddenvereniging en de verwerven. eilandgemeenten het droogvalbeleid voor • Natuurmonumenten streeft naar een platbodems aanzienlijk versoepeld. Het aaneengesloten natuurgebied aan de oost- is nog een proef die in 2007 moet worden kant van Texel. In deze hoek is in korte tijd geëvalueerd. Verschillende WetlandWachten door de Dienst Landelijk Gebied veertig en terreinbeheerders, maar ook de provincie hectare grond aangekocht. Het betreft bouw- 63 Friesland melden nu al dat de droogvallende en grasland, dat deels wordt vergraven tot platbodems nogal wat overlast veroorza- natuurterrein en deels als natuurvriendelijk

wetlandrap_2001-2003-def.indd 63 07-10-2004 09:19:40 weiland zal worden beheerd. In de komende stekelbaarzen-passage in een gemaal bij jaren mag Natuurmonumenten in het kader Cocksdorp. Deze hevel voldoet al een van Programma Beheer nog zo’n 250 hec- aantal jaren erg goed. De stekelbaarsjes tare grond kopen om de natuurgebieden op worden met een zoetwaterstroompje gelokt elkaar aan te laten sluiten. en dan via een hevelinstallatie over de • In de zomer van 2002 heeft dijk gepompt. Ze kunnen zich dan door de Staatsbosbeheer in de Slufter twee dam- Eierlandse polder verspreiden. Ook in de metjes doorgebroken om meer invloed van Mokbaai is zo’n acht jaar geleden een pas- zout water te krijgen. Met storm en spring- sage geplaatst. vloed kan het water van de Noordzee nu de duinvalleien instromen en daarna meteen Negatieve ontwikkelingen weer uitstromen. De natuurlijke situatie van • De militaire oefeningen op de zuidpunt vroeger, waarbij sprake was van een gelei- van het eiland verstoren strandbroeders als delijke overgang van zout naar zoet water, is bontbekplevier, strandplevier, grote stern en hiermee hersteld. dwergstern. • In het duingebied van het Nationaal • Vogelbescherming Nederland Park wordt veel onderzoek uitgevoerd. De heeft samen met de Waddenvereniging, afgelopen jaren was er onderzoek naar de Milieufederatie Noord-Holland en noordse woelmuis en de grote parelmoer- Landschap Noord-Holland bezwaar aangete- vlinder. SBB en de vogelwerkgroep zetten kend tegen het ontwerp-besluit om het aantal een ringprogramma op voor storm- en zil- civiele vliegbewegingen vanaf marinevlieg- vermeeuwen, met de bedoeling de overle- kamp De Kooij bij Den Helder te vergroten vingskans in het eerste jaar vast te stellen. van 16.000 naar 20.000 per jaar. Deze vlieg- • De Vogelwerkgroep Texel speelt voor bewegingen leveren samen met de militaire Texel een belangrijke rol in de werkgroep activiteiten niet alleen veel verstoring op strandbroeders (zie kader pagina 70). De voor het Balgzand maar ook voor de zuid- vogelwerkgroep heeft 2003 uitgeroepen punt van Texel: De Hors en de Mokbaai. tot Jaar van de Bontbekplevier. Ten zui- • De druk van het toerisme neemt toe, den van Oosterend, in de Zandkes, zijn waardoor veel broedvogels moeten terugval- in samenwerking met de vogelwerkgroep len op de (bewaakte) reservaten. Hoewel en Natuurmonumenten, schelpenstrandjes waterscooteren en kite-surfen bijna overal langs slikkige plasjes aangelegd. Dit schept verboden is, worden deze sporten regelmatig gunstige broedgelegenheid voor bontbekple- beoefend langs strandvlaktes zoals De Hors vieren. Andere kustbroedvogels zoals sterns en de Razende Bol. Landschapszorg Texel kunnen hiervan profiteren. en Vogelwerkgroep Texel protesteren tegen • Het Hoogheemraadschap van de plannen om gebieden daarvoor open te Uitwaterende Sluizen in Hollands stellen. De terreinbeheerders laten steeds Noordkwartier heeft een plan gelanceerd meer wandel- en fietspaden aanleggen. dat gunstig kan uitpakken voor de drie Landschapszorg Texel ageert tegen deze kolonies lepelaars die Texel rijk is. Het ontwikkeling. Hoogheemraadschap wil watervlooien • In het najaar van 2001 hebben kweken en deze uitzetten bij de rioolwa- vier kokkelvissers schade aangericht terzuiveringsinstallatie bij De Cocksdorp. in het natuurgebied De Schorren van De bedoeling is dat de watervlooien veel Natuurmonumenten. Over een oppervlakte 64 stekelbaarzen aantrekken die als belang- van zo’n 100 hectare schraapten de vissers rijk voedsel dienen voor de lepelaars. Op twintig centimeter bodem af waarbij tonnen Texel functioneert al een aantal jaren een kokkels werden weggevist. De vissers zijn

wetlandrap_2001-2003-def.indd 64 07-10-2004 09:19:41 veroordeeld en beboet voor het illegaal vis- 3 VLIELAND sen op kokkels. De boete van ongeveer 500 Positieve ontwikkelingen euro staat echter in geen verhouding tot de • In 2003 viel het besluit van Defensie opbrengst voor de overtreders en zeker niet om in de loop van 2004 het Cavalerie- tot de schade die door de vissers is toege- schietkamp (CSK) op de Vliehors te sluiten. bracht aan het natuurgebied. Voor Vlieland betekent deze sluiting een fors • In het natuurgebied De Schorren van verlies aan werkgelegenheid. Het gebied zal Natuurmonumenten zijn in de zomer van volgens de afspraken terug worden geschon- 2002 ruim honderd lepelaars weggespoeld. ken aan de natuur. De Schietrange van de Oorzaak was het springtij in combinatie luchtmacht blijft in gebruik. met een harde Noordwestenwind, kracht • De Kroon’s Polders en de kwelder acht. Van de ongeveer 118 jonge lepelaars ten zuiden ervan (ruim 1.000 hectare) die waren uitgebroed, hebben maar acht het zijn in 2001 onder beheer gekomen van noodweer overleefd. Staatsbosbeheer en zijn nu het gehele jaar • Er is een afname van het aantal broe- afgesloten, met uitzondering van de polder- ders onder dwergstern en noordse stern dijk. De Kroon’s Polders is een belangrijke waargenomen. De WetlandWacht geeft hoogwatervluchtplaats (HVP). Ook wordt als mogelijke reden de verruiging van het sinds een paar jaar het riet in de eerste broedgebied. Gunstige zandbanken met Kroon’s Polder niet meer gemaaid. In 1996 schelpen begroeien vrij snel met biestarwe- is er een open verbinding gemaakt van het gras. wad naar de Kroon’s Polders, zodat er een • In het nieuwe streekplan heeft de pro- vrije in- en uitstroom van zout water kan vincie Noord-Holland het gebied tussen Den plaatsvinden. Door deze zoute instroom is Burg en De Koog aangewezen als locatie dit gebied intussen veel gevarieerder gewor- voor windmolens. Hoewel dit gebied niet den. Voor vogels is het nu een aantrekkelijk erg vogelrijk is, vinden er wel veel voedsel- broed- en overtijingsgebied. SBB is hier zo vluchten plaats vanuit het duin- en bosge- tevreden over dat men gaat onderzoeken of bied naar polders als Waal en Burg.

65

De Kroon's Polder, Vlieland

wetlandrap_2001-2003-def.indd 65 07-10-2004 09:19:41 een open verbinding met het wad ook in Posthuyswad is het belangrijkste foerageer- de andere polders mogelijk en zinvol is. Bij gebied voor wadvogels in het westelijke tellingen werden in de Kroon’s Polders 128 waddengebied. verschillende vogelsoorten gesignaleerd. • In januari 2003 werd geconstateerd dat • Enkele delen van de zeereep (achter de illegale kokkelvisserij had plaatsgevonden Noordzeeduinen) zijn afgelopen jaar diep op het Wad vlakbij Westerveld op Vlieland. afgeplagd door SBB en het fietspad is daar Zuigsporen van mechanische kokkelvisserij wat hoger omgelegd. Hierdoor kunnen in werden aangetroffen tot op een kilometer natte winters duinmeertjes ontstaan. Dat dit buiten het gebied waarvoor een vergunning gunstig is voor watervogels kunnen we zien zou zijn afgegeven. Hiervan werd aangifte op een andere plek op Vlieland; het afge- gedaan bij de Algemene Inspectie Dienst. plagde deel bij Kooiplek heeft zich de afge- De WetlandWacht heeft hiervoor sporenon- lopen jaren ontwikkeld tot een prachtige plas derzoek uitgevoerd, video-opnames en coör- met veel soorten broedende watervogels. In dinaatmetingen aangeleverd. Helaas bleek de loop van de lange hete zomer van 2003 dat er in de betreffende vergunning geen kwam de plas helaas droog te liggen. expliciete coördinaten vermeld stonden, • De gemeente Vlieland lijkt de afge- waardoor er juridisch niet opgetreden kon lopen jaren het behoud van natuurwaarden worden tegen deze visser. serieus te nemen. Een voorbeeld hiervan is • Als gevolg van jarenlange schietoefe- het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied ningen zijn de bodem en het grondwater ver- van de Gemeente Vlieland dat in 2002 vuild. De Raad van State heeft in dit verband gereed is gekomen. De Waddeneilanden op 2 juli 2003 uitgesproken dat de beide hebben onderling afspraken gemaakt over schietkampen wegens het in zee terecht- een systeem voor eerste toetsing van projec- komen van munitie een vergunning nodig ten, waarbij ook rekening wordt gehouden hebben volgens de Wet Verontreiniging met de Europese Habitat- en Vogelrichtlijn. Oppervlaktewater. Desondanks gaan de • Naast de SOVON-watervogeltellin- schietoefeningen van de luchtmacht gewoon gen wordt er al tientallen jaren onderzoek (dus illegaal) door. Op 19 februari 2004 zijn gedaan naar de mezenpopulatie op het hierover door Groen Links kamervragen eiland. In het najaar van 2003 was er een gesteld. kleine invasie koolmezen uit Oost-Europa. • Op verzoek van de Waddenvereniging • Plannen voor de bouw van recreatie- start de Raad van State een onderzoek woningen bij het Posthuys (naast de Kroon’s naargeluidshinder rond het militaire Polders) en de bouw van een groot hotel bij oefenterrein De Vliehors op Vlieland. De de jachthaven gaan niet door. Het eerste plan Waddenvereniging heeft hierom gevraagd, sneuvelde al eerder bij de Raad van State en omdat de schietoefeningen en de bombarde- wordt in de toekomst geblokkeerd door het menten door F16-straaljagers te veel overlast nieuwe bestemmingsplan Buitengebied. Het zouden veroorzaken voor vogels, recreanten tweede bouwplan haalde het bij een stem- en bewoners. ming in de gemeenteraad niet. • Tijdens een werkproject van Staatsbosbeheer met vrijwilligers is afge- Negatieve ontwikkelingen lopen najaar op een nogal rigoureuze wijze • In 2002 werd door de het ministerie de begroeiing rond de Klaas Douwesvijver van LNV een vergunning verleend voor weggehakt. In voorjaar en zomer is dit een 66 mechanische kokkelvisserij in het tot dan favoriete verzamel- en rustplaats voor eiders gesloten gebied onder het eiland vanaf en andere soorten eenden. De glooiing is bij Lange Paal tot en met het Posthuyswad. Het de werkzaamheden zó sterk geëgaliseerd dat

wetlandrap_2001-2003-def.indd 66 07-10-2004 09:19:43 het geheel nu op een uitnodigende speelplas mechanische kokkelvisserij plaats. Om de met strandje lijkt. Stichting Werkgroep voedselsituatie te verbeteren wil beheerder Vlieland heeft een boze (open) brief over Natuurmonumenten de 4.500 hectare wad- het beheer van de Klaas Douwesvijver aan dengebied rondom het eiland veiligstellen. Staatsbosbeheer gestuurd. 4 GRIEND 5 TERSCHELLING Positieve ontwikkelingen Positieve ontwikkelingen • Het eiland Griend is een van de weinig • De gemeente Terschelling is erg plekken in Nederland waar vogels het hele- actief met het toepassen van de Europese maal voor het zeggen hebben. Het eiland is Vogel- en Habitatrichtlijn in gemeentelijke niet toegankelijk en wordt tijdens het broed- besluitvorming. Projecten, ook natuurbe- seizoen (begin april tot half juli) bewaakt heerprojecten van Staatsbosbeheer, worden om verstoringen tegen te gaan. consequent aan de richtlijnen getoetst. • In 2002 vormde Griend met 1.812 • In 2004 is het nieuwe Beheersplan broedpaar de op twee na belangrijkste Rijksgronden Terschelling van broedplaats voor visdiefjes. Voor de noordse Staatsbosbeheer en Rijkswaterstaat gepre- stern is Griend de belangrijkste broedplaats: senteerd. In dat beheersplan worden projec- 463 paar in 2002. Het aantal broedparen ten voorgesteld voor de komende tien jaar. is echter met 60% afgenomen ten opzichte Daaronder is een aantal dat ook voor vogels van enkele jaren terug. Helaas was ook nog positief kan uitpakken, zoals het laten begra- eens het broedsucces in 2002 erbarmelijk. zen van enkele sterk vergraste duingebieden, De belangrijkste broedvogel op Griend is de het verwijderen van opschot van struiken grote stern. Met 10.500 broedpaar (zowel in in sommige vochtige duinvalleien en het 2002 als in 2003) bevindt zich op het eiland omvormen van een paar oninteressante den- tweederde van de totale Nederlandse popu- nenbossen tot open duin. latie. Ook voor deze soort was het broedsuc- • Staatsbosbeheer heeft het Meisterplak, ces laag, vermoedelijk door een combinatie een vochtige vallei ten westen van Midsland van ongunstige weersomstandigheden en aan Zee, geplagd. Dit terrein kan aantrekke- een slechte voedselsituatie. lijk worden voor water- en moerasvogels. • De oppervlakte van het eiland, 25 hec- • De WetlandWacht, die een ecologisch tare, is de laatste jaren vrij constant geble- adviesbureau runt, zal een natuurtoets ven. Er waren geen ingrijpende maatregelen uitvoeren voor een ander voornemen van nodig om het eiland te behouden. Staatsbosbeheer: het opschonen van de duinvallei aan de binnenzijde van de zeereep Negatieve ontwikkelingen tussen paal 6 en paal 8. De broedvogel- • De laatste jaren loopt het broedsucces bevolking is er sinds 1980 als gevolg van van de belangrijkste kolonievogels - grote vegetatiesuccessie sterk veranderd. Juist de stern, noordse stern en visdief - terug. Ook kwetsbare soorten zoals wulp, tapuit, blauwe de aantallen pleisterende trekvogels zoals kiekendief en veldleeuwerik zijn sterk ach- scholekster en kanoetstrandloper worden teruitgegaan of verdwenen. kleiner. Aangezien de rust op het eiland al • In maart 2004 heeft Staatsbosbeheer jaren gewaarborgd is, lijkt het erop dat deze een aantal kleine brandproeven in de negatieve trend het gevolg is van een ver- duinen van Terschelling gehouden om te slechterende voedselsituatie. Juist in de wes- onderzoeken of brandbeheer een goed mid- 67 telijke Waddenzee, waar het eiland Griend del is tegen vergrassing van het duin. Het is gelegen, vindt veel boomkorvisserij en ecologisch onderzoek wordt uitgevoerd

wetlandrap_2001-2003-def.indd 67 07-10-2004 09:19:44 De Boschplaat

door de Stichting Bargerveen, waarbij de het publiek opengesteld is geweest, nu in WetlandWacht het vegetatiegedeelte van het de broedtijd voor het publiek sluiten. Op onderzoek zal uitvoeren. Vergelijkbare proe- het eiland is dit plan niet goed ontvangen. ven zijn in de winter van 2003 op Ameland Inmiddels wordt gewerkt aan een compro- uitgevoerd. mis, waarbij op flexibele wijze gebieden • Staatsbosbeheer is van plan wash- met kwetsbare broedvogels zoals sterns en overs in de stuifdijk van de Boschplaat te kluten in de broedtijd worden gesloten. Om laten ontstaan. Dat zijn gaten in de zeereep de bezoeker nog de kans te geven naar de waardoor zand naar binnen kan stuiven en wadkant te lopen wordt een corridor voor waardoor incidenteel bij extreem hoog water het publiek open gehouden. zeewater naar binnen kan komen. Zo wil • Ten zuiden van de zuidelijke stuifdijk men de dynamiek van het gebied vergro- op de Noordsvaarder is sprake van een ten. De Terschellinger bevolking staat niet sterke duinvorming op het strand; delen van positief tegenover het plan; velen zijn bang de strandvlakte raken steeds meer begroeid dat er een doorbraak zal ontstaan waardoor met jonge vegetatie. Als deze ontwikkeling de Boschplaat, zoals vroeger ook, los van zich voortzet kan een nieuw broedgebied Terschelling komt. ontstaan voor vogels als kluut, tureluur, kie- • De zone ten zuiden van de Boschplaat vit, bontbekplevier en strandplevier. waarin platbodems niet mogen overblijven • Sinds 2002 worden de broedlokaties op droogvallend wad, wordt naar het zuiden van dwergsterns op de Noordsvaarder voor toe uitgebreid en vergroot zodat verstoring het publiek gesloten. Dat geldt ook voor de van de vogels door platbodems kan worden kolonies van visdief, noordse stern, dwerg- verminderd. stern en incidenteel grote stern en de broed- 68 • Staatsbosbeheer wil het kweldergebied plaatsen van bontbekplevier en strandplevier op de Boschplaat tussen de derde slenk en op de nieuwe vloedhaak op de oostpunt van de oostpunt, dat altijd het gehele jaar voor Terschelling. Op de oostpunt is tussen 15

wetlandrap_2001-2003-def.indd 68 07-10-2004 09:19:44 maart en 15 augustus permanente bewaking • Uit de Terschellinger polder vertrekken (bewakingskeet). Staatsbosbeheer is erg steeds meer boeren. Helaas vertrekken juist actief in het beschermen van de strandbroe- de meest extensief werkende en natuurvrien- ders. delijke boeren. Hun melkquotum en land • De duinen van Terschelling zijn het wordt vaak verkocht aan meer intensief boe- belangrijkste broedgebied voor de blauwe rende collega’s. Dit proces draagt weer extra kiekendief in Nederland. In 2002 broedden bij aan de vervlakking van de Terschellinger er maar liefst 31 paar, bijna de helft van de polder. totale Nederlandse broedpopulatie. • Het waterschap heeft alle kanalen in de • Het Oerol Festival leidt tot ver- polder uitgediept. Ook zijn grotere duikers storingen in het broedseizoen, maar de onder de hoofdweg geplaatst. Zo moet het organisatie is niet ongevoelig voor kritiek. regenwater beter naar de waddendijk worden De WetlandWacht heeft in opdracht van afgevoerd. Het slib uit de kanalen is afge- Stichting Oerol onderzoek uitgevoerd naar lopen voorjaar zonder vergunning gestort de invloed van theater op locaties in de op enkele laaggelegen percelen bij Kaart. natuur op Terschelling. Voor vier van de Opmerkelijk is ook dat een kleine slenk is door Oerol uitgezochte locaties werd voor- opgehoogd in een perceel waarop een sub- gesteld deze niet voor theater te gebruiken, sidie voor agrarisch natuurbeheer rust. Die daar ze in een voor vogels kwetsbaar gebied subsidie wordt juist gegeven om zaken als liggen. Aan het gebruik van de overige loca- slenken in stand te kunnen houden. De oude ties zijn duidelijke voorwaarden gesteld. slenken en lage gedeeltes in de polder zijn voor vogels erg interessant, bijvoorbeeld Negatieve ontwikkelingen voor broedende en foeragerende tureluurs • Veel eidereenden foerageren op de en in de winter voor foeragerende smienten. mosselpercelen ten zuiden van Terschelling. De gemeente Terschelling heeft na klachten De mosselen op deze percelen zijn opgeno- van de WetlandWacht en Staatsbosbeheer men in de voedselreservering voor eider- nadrukkelijk aangegeven dat het waterschap eenden. Desondanks verjagen in de winter de situatie in de oorspronkelijke staat moet Zeeuwse vissers de eidereenden van de mos- herstellen. Het waterschap heeft hieraan selpercelen . geen gehoor gegeven. • Staatsbosbeheer is van plan de intensi- • Gezien de gestage groei van het aan- teit van de bewaking op de Boschplaat terug tal 4WD voertuigen op het eiland en de te brengen om kosten te besparen. Het aantal opkomst van clubs (Terschellinger Land bewakers in de broedtijd gaat terug van Rover Club, Stichting Houdt van Strand) zal zeven naar vijf, of mogelijk zelfs vier. de druk van gemotoriseerd verkeer op het • Staatsbosbeheer is van plan de open- strand de komende tijd nog toenemen. Ook stelling van de Boschplaat voor het eerst willen steeds meer mensen en organisaties sinds 1937 te veranderen. Met het opheffen aanspraken maken op gebruik van het strand van de bewakingspost op het Jan Thijsseduin voor gemotoriseerd verkeer in de zomer, wordt het duingebied ten westen van de zoals de beide sportvissersclubs en de eilan- Groede in de broedtijd voor het publiek der wildbeheereenheid (WBE). Momenteel opengesteld.Volgens Staatsbosbeheer is mag van 1 november tot 1 april op het strand afsluiting van dit gebied niet langer nodig, gereden worden. Voor de strandbroeders want de kwetsbare broedvogels broeden zijn dit geen gunstige ontwikkelingen. De ook elders op het eiland in voor het publiek gemeente Terschelling is momenteel bezig 69 opengesteld terrein, en worden door het met het opstellen van een nota Strandrijden publiek kennelijk niet echt verstoord. waarin een en ander geregeld moet worden.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 69 07-10-2004 09:19:48 6 AMELAND Negatieve ontwikkelingen Positieve ontwikkelingen • Het broedsucces van de noordse sterns • Staatsbosbeheer is begonnen met een in de kolonie op Het Rif was in 2002 nihil. begrazingsproject op haar terreinen met als Bij een storm tijdens springtij zijn veel nes- doel het terugdringen en voorkomen van ten weggespoeld. verruiging. De verwachting is dat velduil • Vanaf half juli tot eind augustus is de en blauwe kiekendief hierdoor beter bij hun recreatiedruk het hoogst. Het aantal over- voedsel kunnen komen. nachtende kajakkers op de zandplaten van • Aan de noordzijde van het eiland, bij Het Rif en Engelsmanplaat neemt de laatste Ballum, is een kwelderachtig gebied aan het jaren opvallend toe. Juist in deze tijd zijn ontstaan met kansen voor strandbroeders. de aantallen rustende arctische steltlopers • De bouw van een natuurmuseum bij Kaapsduin is als gevolg van protesten van- uit de bevolking geannuleerd. Nu lijkt de lokatie “Vleyen” in beeld te zijn en daar bestaan van de kant van de vogelwerkgroep Beschermingsplan voor Duin- en Kustvogels Nes/Buren géén bezwaren tegen. Vogelbescherming Nederland gaat in het najaar van 2004 een bescher- Negatieve ontwikkelingen mingsplan voor duin- en kustvogels opstellen. Net als het beschermingsplan • De uitbreiding en verbreding van rui- Moerasvogels wordt dit een biotoopgericht plan. Uit het beschermingswerk voor terroutes en fietspaden is niet gunstig voor moerasvogels blijkt dat de biotoopgerichte aanpak een zeer succesvolle is, zowel de vogels van het eiland; leefgebieden raken ecologisch als communicatief. Niet één enkele aansprekende vogelsoort profiteert steeds meer versnipperd en worden intensie- op deze manier van de beschermingsmaatregelen, maar de gehele biotoop lift ver door recreanten gebruikt. mee. • De eigenaar van de golfbaan zou deze graag uitbreiden naar 18 holes. Om verschillende redenen gaat het slecht met de vogels van duin en kust. Een • Broedparen van velduil en blauwe gebrek aan rust doordat stranden en duinen overspoeld worden door recreanten, kiekendief nemen steeds verder af. In 2002 is een belangrijke oorzaak van het lage broedsucces van veel duin- en kustvogels. en 2003 broedden respectievelijk vijf en vier Daarnaast is er een gebrek aan natuurlijke dynamiek, waardoor vorming van jonge paar blauwe kiekendief en twee en drie paar duintjes langs strand en duinvoet en stuifduinen in de binnenduinrand ontbreken. velduil op het eiland. Milieuvervuiling draagt ook bij aan het ontbreken van deze dynamiek. Verzuring • In de ruilverkaveling zijn percelen van en vermesting leiden tot een andere samenstelling van de duinvegetatie. De duin- eigenaar verwisseld en daar wordt nu een en vergrassen daardoor of raken begroeid met mossen waardoor geen verstuiving intensief agrarisch beheer toegepast met meer plaatsvindt. Andere bedreigingen zijn onder meer predatie, de achteruitgang negatieve effecten op weidevogels als grutto van konijnen en een afnemend voedselaanbod. en tureluur. Kustvogels die het meest onder druk staan zijn strandplevier, bontbekplevier, dwergstern, noordse stern, grote stern, visdief, scholekster en kluut. Typische duin- soorten zijn tapuit, velduil, blauwe kiekendief, paapje en grauwe klauwier. Naast 7 ENGELSMANPLAAT deze prioritaire soorten heeft Vogelbescherming Nederland ook aandacht voor Positieve ontwikkelingen soorten die niet ernstig bedreigd worden, maar voor welke de Nederlandse duinen • In 2002 broedden veel noordse sterns als biotoop relatief belangrijk zijn. Bijvoorbeeld nachtegaal en roodborsttapuit. op Het Rif bij Engelsmanplaat. Inmiddels telt Het Rif de op een na grootse kolonie van Met het op te stellen beschermingsplan wil Vogelbescherming Nederland bij noordse sterns in Nederland, met 226 broed- beheerders, beleidsmakers en het brede publiek aandacht vragen voor de proble- 70 paar in 2002. De grootste bevindt zich op men van duin- en kustvogels. Zij wil informatie leveren over te nemen maatregelen Griend met 463 broedpaar in 2002. en concrete projecten aanjagen of initiëren. Daarnaast wil zij kennisleemtes opspo- ren en actie ondernemen om deze op te vullen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 70 07-10-2004 09:19:49 wandelaars op Ameland

het hoogst. De vogelwachters zijn tot begin van twintig bungalows in het duingebied augustus op het eiland. Staatsbosbeheer zou in de directe omgeving van het zwembad. de vogelwachters eigenlijk tot eind augustus Dit gebied is belangrijk voor bijvoorbeeld in dienst moeten nemen om verstoring van blauwe kiekendieven. De bouw van de de hoogwatervluchtplaats te voorkomen. bungalows is in 2003 afgekeurd door een gemeentebestuur van andere samenstelling. • Een deel van het strand is afgesloten 8 SCHIERMONNIKOOG voor strandzeilers en –vliegeraars. Deze Positieve ontwikkelingen kunnen terecht tussen paal 2 en paal 4. Op • Op Schiermonnikoog bevindt zich de de overige delen van het strand is zo meer grootste kolonie lepelaars van Nederland. In rust gecreëerd. 2002 broedden opnieuw meer paartjes op het eiland dan in het jaar daarvoor; 240 tegen Negatieve ontwikkelingen 192 in 2001. Beheerder Natuurmonumenten • De afgelopen jaren was het broedsuc- heeft vanaf 2001 het broedgebied van deze ces van visdieven en grote sterns minimaal, vogels gedurende een langere tijd in het waarschijnlijk als gevolg van predatie broedseizoen afgesloten voor publiek. door ratten. Vanaf 2004 zullen de ratten • Een andere belangrijke broedvogel is bestreden worden door de beheerder in de eidereend, die ook op Schiermonnikoog samenwerking met Natuur- en Vogelwacht goed vertegenwoordigd is met in 2002 meer Schiermonnikoog. dan 2.500 broedparen. De aantallen lopen • De WetlandWacht constateert een echter terug. toename van recreatieve activiteiten in • In 2001 kwam het bestaande open- kwetsbare gebieden, mogelijk als gevolg van luchtzwembad in financiële problemen. gebrek aan regels en gebrek aan toezicht. 71 Om het zwembad weer rendabel te maken, Vooral de hoogwatervluchtplaats op het Rif, zag de gemeente als oplossing de bouw op de zuidwest punt van het eiland, wordt

wetlandrap_2001-2003-def.indd 71 07-10-2004 09:19:49 regelmatig verstoord. Een ander terugkerend een nieuw beheersplan opgesteld met de probleem vormen de loslopende honden. titel Rottum verandert… . In dit plan is Vanaf 2001, toen de Algemene Plaatselijke afgesproken dat het onderhoud zich zal Verordening is gewijzigd, werd het moei- moeten beperken tot het schoonhouden van lijker om op te treden tegen loslopende de stranden en bijhouden van de gebouwen. honden. De verwachting is dat in 2004 Er is besloten om in ieder geval tot en met verbetering in de situatie komt; gemeente en 2005 geen werkzaamheden te verrichten Natuurmonumenten zijn tot overeenstem- die zijn gericht op het behoud van beide ming gekomen over een aantal routes waar eilanden. De Beheer Adviescommissie met niet-aangelijnde honden mag worden Kustverdediging Rottumeroog (BAKR) gelopen. Vooral blauwe kiekendief, eider- heeft dit rapport aanvaard. De Stichting eend en velduil zijn gevoelig voor verstoring Vrienden van Rottumeroog en Rottumerplaat door honden. (SVRR) is juist voorstander van een actief • De verruiging op het eiland neemt toe, beheer gericht op behoud van de eilanden. waardoor de habitat voor onder andere tapuit • Aan de zuidoostzijde groeit en blauwe kiekendief achteruit gaat. Ook Rottumeroog aan, zij het minder dan het aan het achterwege blijven van begrazing door de andere kant verliest. Rottumerplaat groeit konijnen, die in aantal sterk zijn teruggelo- de laatste jaren juist enorm. Aan de noord- pen, speelt een rol. kant van het eiland is een rif ontstaan dat • In de zomer van 2001 zijn duizenden het strand en de duinen aan de noordzeekant broedsels verloren gegaan. Een storm wak- beschermt. kerde het springtij op de Waddenzee aan, • De dwergstern voelt zich thuis op waardoor de gehele lage kwelder onder Rottum. Op de Westerschelde en het water kwam te staan. Haringvliet na komen op beide eilanden de • In 2002 vond tijdens hoog water een meeste dwergsterns tot broeden; 52 paar in brandweeroefening met helicopters plaats 2002. op de belangrijke hoogwatervluchtplaats ’t Rif. Veel wadvogels die op deze plek het Negatieve ontwikkelingen laagwatertij afwachtten werden hierdoor • De Duitse deelstaat Nedersaksen is verstoord. Een eenmalige verstoring op zich van plan goedkeuring te geven aan de plan- is niet desastreus. Zulke incidenten geven nen van het Duitse bedrijf Enova om in een echter wel aan dat de bekendheid met deze gebied van 1.200 hectare 55 windturbines kwetsbare gebieden onvoldoende is. met een hoogte van 100 meter te bouwen. Het park komt op zo’n twaalf zeemijlen afstand ten oosten van Schiermonnikoog en 9 ROTTUM ten noorden van de eilanden Rottumeroog Positieve ontwikkelingen en Rottumerplaat. De gemeentebesturen • Het bewakingsseizoen is door van Schiermonnikoog en Borkum hebben Staatsbosbeheer vervroegd. Van 1 april gezamenlijk bezwaar aangetekend bij de tot half augustus verblijven zowel op deelstaat Nedersaksen. Rottumeroog als op Rottumerplaat twee • Opnieuw vonden tijdens de broedsei- vogelwachters. zoenen veel verstoringen plaats als gevolg • Het beheer over de eilanden van laag overkomende vliegtuigen, vooral Rottumeroog en Rottumerplaat wordt op Rottumerplaat. Staatsbosbeheer heeft 72 gezamenlijk gevoerd door Rijkswaterstaat, verschillende eigenaren van vliegtuigjes Staatsbosbeheer en het ministerie van LNV. waarvan het kenteken leesbaar was, aan- Door deze organisaties is voor de eilanden geschreven. Tot nu helaas zonder resultaat.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 72 07-10-2004 09:19:52 De vliegtuigjes moeten een wettelijke mini- binnen het bereik van de zwarte sterns. De mumhoogte van 450 meter aanhouden. Zelfs reden voor de daling van de aantallen zwarte hogere vluchten verstoren gevoelige soorten sterns lijkt samen te hangen met de vermin- als lepelaar, rotgans en wulp. derde hoeveelheid spiering in het IJsselmeer. • Vogelbescherming Nederland heeft in • In 2002 heeft de Tweede Kamer beslo- 2002 gereageerd op een aanvraag voor een ten dat de activiteit van het militaire vlieg- vergunning voor het filmen en fotograferen veld Valkenburg niet wordt verplaatst naar op Rottumeroog en Rottumerplaat. Mede op vliegveld De Kooij. Volgens alle fracties grond van deze reactie zijn de voorwaarden zouden nieuwe militaire activiteiten – zoals voor deze vergunning fors aangescherpt. de komst van Orion-patrouillevliegtuigen – te belastend zijn voor het ernaast gelegen kwetsbare Balgzand. Voorafgaand aan dit 10 BALGZAND besluit hebben Landschap Noord-Holland, Positieve ontwikkelingen de Waddenvereniging en Vogelbescherming • Het Balgzand is een belangrijk natuur- Nederland actie gevoerd tegen de komst van gebied in de westelijke Waddenzee, waar de Orions onder het motto ‘Orions naar Den gedurende het gehele jaar grote concen- Helder, Balgzand naar de kelder’. traties (wad)vogels aanwezig zijn; tot wel • Landschap Noord Holland heeft een 150.000 vogels per dag. De bergeend is er juridische procedure tegen de uitbreiding in de nazomer met duizenden te vinden om van een zandoverslag nabij Van Ewijcksluis er te ruien. Ook de kanoetstrandloper heeft gewonnen. De zandoverslag was gepland een bijzondere voorkeur voor het gebied; naast de observatiehut, tegen Balgzandhoek gemiddeld verblijven er in het najaar 30.000 aan. van deze vogels. Het Balgzand is echter niet • Er zijn plannen in de maak om ten alleen van belang voor trekvogels. Kluut en zuiden van het voormalige eiland Wieringen visdief broeden er in internationaal geres- een Wieringer Randmeer aan te leggen. pecteerde aantallen; gemiddeld 1500 vis- Dit randmeer zou de landschappelijke dieven en 245 kluten. Het aantal broedende kwaliteit van het gebied verbeteren en de lepelaars is inmiddels gestegen tot boven de waterhuishoudelijke problemen van de 50, een record voor dit gebied. Wieringermeerpolder moeten oplossen. • Ieder jaar in de nazomer vormt het Het meer zou voornamelijk een functie als Balgzand en omgeving het decor van één woon- en recreatiegebied krijgen, maar is van de meest interessante vogelfenome- natuurlijk ook gunstig voor de vogels van nen in Nederland. Een groot deel van de het gebied. Europese populatie zwarte sterns trekt naar • Er begint een nieuwe hoogwatervlucht- het Balgzand en omgeving om op te vetten plaats te ontstaan door aanslibbing van het voor de trek naar Afrika. Hoewel de aantal- Balgzand vanuit de teen van de dijk tussen len vergeleken met de jaren tachtig en begin Van Ewijcksluis en Wieringen. jaren negentig zijn gedaald van 100.000 naar • Na een aantal voorbereidende onder- 40.000, is het nog steeds een indrukwek- zoeken is in 2002 de herintroductieproef kend aantal. De zwarte sterns gebruiken het van groot zeegras op het Balgzand van start Balgzand om te slapen en te foerageren. Het gegaan. Met name 2003 is een succesvol stapelvoedsel in deze periode is spiering, die jaar geworden. Een groot aantal aanplanten ze vinden in het IJsselmeer. Baarzen, die op heeft zich goed weten te ontwikkelen. Voor spiering jagen, blijken de zwarte sterns daar- meer informatie zie: www.zeegras.nl. 73 bij te ‘helpen’. Ze jagen de spiering naar de allerbovenste waterlagen en brengen ze zo

wetlandrap_2001-2003-def.indd 73 14-10-2004 13:06:05 Proceskleur Cyaan Proceskleur Magenta Proceskleur Geel Proceskleur Zwart PANTONE Process Black CV PANTONE 300 CV Negatieve ontwikkelingen havenkom bestempeld als natuurgebied. • Vlak onder Den Helder, op nog geen Er zou echter ook een nieuw broedeiland kilometer afstand van de eerste slikken worden aangelegd en het Den Oeverse Schor van het Balgzand, ligt marinevliegveld De zou beter beschermd worden tegen versto- Kooy. De burgerluchtvaart heeft onder de rende betreding van recreanten. De gemeen- naam Den Helder Airport het medegebruik te heeft beloofd de natuurcompensatie zoals van dit vliegveld. De activiteiten van Den afgesproken uit te voeren. De WetlandWacht Helder Airport bestaan voor tachtig procent houdt via ingezonden brieven en lobby bij uit vliegbewegingen van helikopters van de politiek druk op de ketel. en naar olieplatforms in de Noordzee. Den • Gemeente Den Helder heeft plannen Helder Airport wil het aantal vliegbewe- om nabij hoogwatervluchtplaats Het Kuitje gingen verhogen van 16.000 naar 20.000 een nieuwe botenhelling te maken. per jaar. Vogelbescherming Nederland, de Waddenvereniging, Milieufederatie Noord- Holland en Landschap Noord-Holland heb- 11 FRIESE WADDENKUST ben hiertegen bezwaar gemaakt, omdat de Positieve ontwikkelingen gevolgen voor vogels niet goed zijn onder- • Met ingang van 1 januari 2001 is het zocht. Het gaat vooral om de uitbreiding van beheer van de landaanwinningswerken vliegbewegingen met gewone vliegtuigen. (2.367 hectare) ten noorden van de kwelder In deze bezwaarprocedure werden de natuur- overgegaan van Domeinen naar It Fryske organisaties op enkele punten in het gelijk Gea. gesteld. Zo dient er nog aanvullend onder- • Onlangs heeft It Fryske Gea het zoek uitgevoerd te worden naar de effecten beheersplan voor de periode 2003–2028 van vliegbewegingen van gewone vliegtui- voor het gebied Noord-Friesland buitendijks gen op vogels. Vooruitlopend hierop werd vastgesteld. Deze periode geldt als over- het besluit wel goedgekeurd. Wat volgt is de gang naar een meer natuurlijk beheer van procedure rond de natuurbeschermingswet- het buitendijkse gebied. Met dit beheers- vergunning. In deze procedure komt het aan- plan is ruimte gemaakt voor geleidelijke vullende onderzoek naar de gevolgen voor veranderingen. De verwachting is dat de vogels door vliegbewegingen van gewone uitvoeringsmaatregelen die in dit plan staan vliegtuigen aan bod. beschreven gunstig zullen uitpakken voor de • De gemeente Wieringen heeft een vogelsoorten waarvoor het gebied is aange- ingrijpende havenherinrichting uitgevoerd, wezen onder de Europese Vogelrichtlijn. met nadelige gevolgen voor de natuurwaar- • In het gebied is in 2001 door It Fryske den. Tot dan was de oude havenmond één Gea een praktijkproef met verkweldering van de schaarse kwelders en hoogwater- gestart. De eerste resultaten laten zien dat vluchtplaatsen in de westelijke Waddenzee. deze verkweldering geleidelijk verloopt: de De gemeente heeft, om bezwaarschriften zoet/brakke omstandigheden van eertijds te voorkomen, de zogenaamde ‘Vrede maken plaats voor brak/zout water. De van Wieringen’ gesloten met natuurorga- opslibbing verloopt snel, waardoor geen nisatie Wierhaven, Staatsbosbeheer en de sprake meer is van verdere inklinking. In de Waddenvereniging. De afspraak was: geen vegetatie zie je een verschuiving van allerlei bezwaarschriften, mits het natuurverlies algemene grassoorten naar minder algemene gecompenseerd zou worden. Van de afge- kweldersoorten. 74 sproken natuurcompensatie is echter nog • In 2003 heeft de gemeente niet veel gerealiseerd. Wel is in het bestem- Dongeradeel een ontheffing op grond van mingsplan het resterende deel van de oude de Natuurbeschermingswet aangevraagd

wetlandrap_2001-2003-def.indd 74 07-10-2004 09:19:53 voor de aanleg van een buitendijks fiets- noordse sterns en zilvermeeuwen en pad. Het oostelijk gedeelte van deze route pleisterende scholeksters lopen terug. tussen de pier van Holwerd en Wierum De Wadvogelwerkgroep van de Fryske zou verstoringen van rustende vogels Feriening foar Fjildbiology wijst twee veroorzaken, omdat hier verschillende mogelijke oorzaken aan. Ten eerste wordt HVP’s zijn gelegen. Vogelbescherming de laatste zes jaar een groot gedeelte van het Nederland, de Wadvogelwerkgroep van de wad pal ten noorden van het gebied, vanaf Fryske Feriening foar Fjildbiology, waar Zwarte Haan tot en met It Skoar, leeggevist de WetlandWacht deel van uitmaakt, en de door kokkelvissers. Blijkbaar kunnen de Waddenvereniging hebben op deze aanvraag vogels in de nabije omgeving van de kolonie gereageerd. Uiteindelijk is het tracé conform onvoldoende voedsel vinden. Ten tweede is de reacties van deze organisaties alleen op Rijkswaterstaat in de jaren negentig van start het westelijk traject buitendijks aangelegd. gegaan met een natuurlijk kwelderbeheer. Oostelijk van de pier is aansluiting gemaakt Dit heeft er toe geleid dat veel kweldersloten met het al jaren bestaande tracé. zijn dichtgeslibd, waardoor veel macrofauna Op het binnendijkse tracé zullen enkele uit- uit de kwelders is verdwenen. Tegelijkertijd zichtpunten worden gecreëerd. is substantieel voedselaanbod verloren gegaan door de uitpoldering van zomerpol- Negatieve ontwikkelingen ders. Deze zomerpolders veranderen gelei- • De afgelopen 11 jaar zijn de kolonie- delijk in kwelders met hoog opschietende broedvogels kluut, visdief en kokmeeuw vegetaties. De veranderingen in de terrein- met respectievelijk 58, 74 en 78 procent omstandigheden hebben de toegankelijkheid afgenomen. Ook de aantallen broedende voor vossen enorm verbeterd.

rotganzen

75

wetlandrap_2001-2003-def.indd 75 14-10-2004 13:06:14 Proceskleur Cyaan Proceskleur Magenta Proceskleur Geel Proceskleur Zwart PANTONE Process Black CV PANTONE 300 CV • Vanwege vergaande bezuinigingen bij aandringen van de Werkgroep Lauwersmeer Rijkswaterstaat heeft in 2003 geen onder- (samenwerkingsverband van natuurbe- houd plaatsgevonden aan de landaanwin- schermings-organisaties onder aanvoering ningswerken dammen. Ook voor 2004 is dit van de Waddenvereniging). Er wordt het geval. Het achterstallig onderhoud van nu meer gezocht naar aansluiting bij de de rijsdammen (dammen van rijshout/wil- bebouwing van Zoutkamp, buiten het gentenen) kan leiden tot terreinafslag. Dat Lauwersmeergebied. heeft nadelige gevolgen voor de oppervlak- • In 2002 hebben zeven noordelijke tes te beheren kwelders. natuurorganisaties én Vogelbescherming • Toenemende recreatiedruk laat zich Nederland het plan ‘Van Veen tot Zee’ ook in dit gebied gelden in de vorm van te gepubliceerd. Het pleit voor de ontwikke- grote groepen wadlopers naar Ameland. De ling van een rivier met een breed stroombed maximale aantallen worden geregeld over- die vanuit het Fochteloërveen dwars door schreden. Noord-Drenthe en het westen van Groningen • De veerdienst op Ameland legt aan via het Lauwersmeer naar de Waddenzee bij de pier van Holwerd. Onlangs zijn gro- stroomt. tere veerboten in gebruik genomen. Bij de • De plannen om op het voorma- WetlandWacht bestaat de zorg dat de grotere lige terrein van Muiden Chemie in de capaciteit zal leiden tot de aanleg van een Kollumerwaard vuurwerk op te slaan lijken extra rijstrook op de oostkant van de pier. van de baan. De opslag zou een risico voor Hierdoor bestaat de kans dat de nabij gele- het natuurgebied betekenen, maar vooral gen HVP’s vaker verstoord zullen worden. een ongelukkige ‘wig’ in het natuurgebied • Het gedeelte ten oosten van de Pier van zijn, waardoor een goede recreatiezonering Holwerd wordt door het ministerie van LNV onmogelijk wordt gemaakt. Als deze plan- beheerd. Hier vindt geen begrazing plaats, nen voor het terrein niet doorgaan, wordt het waardoor een ruige vegetatie is ontstaan die gebied betrokken bij het natuurgebied, met wordt gedomineerd door strandkweek. Deze recreatief medegebruik. ruigte blijkt goed voor graspiepers en ture- luurs, maar slecht voor koloniebroedvogels Negatieve ontwikkelingen en overtijende vogels. Meer variatie in dit • Nabij Anjum ligt een gasbehande- gebied is gewenst; die kan tot stand worden lingsstation. Hier moet al het gas dat in de gebracht door de inzet van begrazing. omgeving wordt gewonnen (Lauwersmeer en omgeving en Waddenzee) aangevoerd worden. De affakkelpijp is vanuit het gehele 12 LAUWERSMEER Lauwersmeer gezien een storend element. Positieve ontwikkelingen Het station werkt nu zwaar onder z’n capa- • Nadat het Beheers- en Inrichtingsplan citeit. De NAM oefent mede hierom druk voor het Nationaal Park Lauwersmeer was uit op waddengaswinning. Bodemdaling is opgesteld werd het Lauwersmeer op 11 in principe een positief effect voor de natuur november 2003 aangewezen als Nationaal van het Lauwersmeer, omdat vernatting een Park. De passages over gewenst beheer zijn doelstelling is. Voor de Waddenzee zijn de echter als gevolg van het zoeken naar een risico’s echter groot. breed gedragen plan, zeer algemeen en voor- • De gemeente Dongeradeel start bin- zichtig geformuleerd. nenkort met de bouw van een gigantisch 76 • De gemeente De Marne heeft haar recreatiewoningencomplex, onder de plannen voor verblijfsrecreatie in het naam Esonstad, aan de oevers van het Lauwersmeergebied aangepast, mede op Lauwersmeer bij Oostmahorn. Hiervoor

wetlandrap_2001-2003-def.indd 76 14-10-2004 13:06:23 Proceskleur Cyaan Proceskleur Magenta Proceskleur Geel Proceskleur Zwart PANTONE Process Black CV PANTONE 300 CV heeft de gemeente een vergunning op 13 GRONINGSE WADDENKUST grond van de Natuurbeschermingswet Positieve ontwikkelingen (externe werking) nodig. De Werkgroep • In 2002 is een beheersplan gereed Lauwersmeer heeft een felle reactie op de gekomen voor de kwelders die in eigendom aanvraag geschreven en vervolgens bezwaar zijn van het Groninger Landschap. Er zijn aangetekend tegen de vergunning. Door een betere begrazingsregelingen getroffen voor (termijn-)fout bij het ministerie van LNV de gebieden die de organisatie beheert. Het is de vergunning inmiddels van rechtswege Groninger Landschap heeft zijn gebieden verleend. De Werkgroep Lauwersmeer heeft afgesloten voor publiek. vervolgens met gemeente en provincie afge- • Delen van de kwelders worden beweid. sproken dat een aantal stringente voorwaar- Dit is gunstig voor diverse vogelsoorten den, ter voorkoming van overlast voor de die voor broeden of foerageren de voorkeur natuur, in acht wordt genomen. geven aan een korte vegetatie. Beweiding • De activiteiten van Defensie veroor- kan echter ook een belangrijke bron van zaken ernstige verstoringen in het gebied. verstoring zijn als het vee te vroeg in het sei- Tijdens oefeningen in 2002 en 2003 hin- zoen wordt ingeschaard. Dit gebeurt helaas gen Apache-helicopters tot enkele meters veelvuldig. Vooral paarden zorgen voor veel boven het moeras, waardoor bijna de onrust en trappen geregeld legsels kapot. gehele vogelbevolking het gebied verliet. Het Groninger Landschap is op aandringen Verschillende organisaties waaronder het van de WetlandWachten als eerste gebieds- Overlegorgaan Nationaal Park Lauwersmeer eigenaar overgegaan tot het later inscharen en de Werkgroep Lauwersmeer hebben dit van vee. probleem bij de staatssecretaris aangekaart. • De samenwerking tussen de Het vreemde is dat voor bijna alle activi- Wadvogelwerkgroep en Rijkswaterstaat met teiten in de Waddenzee een vergunning op betrekking tot de werkzaamheden aan de grond van de Natuurbeschermingswet ver- rijsdammen (dammen van rijshout/wilgen- eist is. De met regelmaat gehouden militaire tenen) verloopt naar wens. Het Waterschap (laagvlieg)oefeningen vinden echter zonder houdt zich ook zoveel mogelijk aan de vergunningen plaats. afspraak om bagger uit de dijksloot niet op • Camping Lauwersoog heeft de wens de kwelderoever te storten maar op de dijk- om uit te breiden. Op het voorontwerp voet; hierdoor worden nesten op de kwelder bestemmingsplan heeft de Werkgroep niet vernield. De ingedroogde bagger wordt Lauwersmeer een kritische reactie geschre- gebruikt om de dijksloot te versmallen. ven. • De Bantpolder wordt beheerd door Negatieve ontwikkelingen Natuurmonumenten en is belangrijk als • Op de kwelders zijn veel verstoringen foerageergebied voor met name brandgan- van vogels door recreanten, meestal wan- zen. Als gevolg van de MKZ-crisis werden delaars. Voor bezoekers van het gebied is de koeien van de pachter van deze polder het niet altijd even duidelijk dat het om een geruimd, waardoor in 2002 geen begra- beschermd en waardevol natuurgebied gaat. zing plaatsvond en de polder verruigde. Alleen bij de terreinen van Het Groninger Inmiddels is een andere pachter gevonden en Landschap staan borden met Verboden wordt de polder als vanouds begraasd. Toegang. Veel particuliere eigenaren heb- ben hun terreinen opengesteld. Zij ontvan- 78 gen hiervoor subsidie van het ministerie van LNV in het kader van het Programma Beheer. Dit is in strijd met de internationale

wetlandrap_2001-2003-def.indd 78 14-10-2004 13:06:34 Proceskleur Cyaan Proceskleur Magenta Proceskleur Geel Proceskleur Zwart PANTONE Process Black CV PANTONE 300 CV natuurwaarden van dit gebied. Ook vanaf de • Door de Algemene Inspectie Dienst en wadkant neemt de recreatie toe. Steeds meer de terreinbeheerder is de handhaving in het boten laten zich droogvallen op de wadpla- gebied verscherpt. Er wordt vooral gelet op ten en ook steeds vaker worden vogels opge- verstoringen in het broedseizoen. schrikt door speedboten en jetskies. En zelfs vanuit de lucht is sprake van verstoring: Negatieve ontwikkelingen door sportvliegtuigen. • De wadplaat De Hond, ten noorden • De provincie Groningen heeft een van Delfzijl, ligt in betwist gebied. Zowel stedenbouwkundig bureau in Rotterdam Nederland als Duitsland claimen zeggen- verzocht een plan te schrijven voor de schap. Op deze plaat heeft zich een storm- verdere recreatieve ontwikkeling van vaste natuurlijke mosselbank ontwikkeld, Noordpolderzijl. Het betreft een beperkte iets wat de laatste jaren eigenlijk niet meer ontwikkeling waar weinig overlast voor is voorgekomen. Nederland heeft daarom vogels is te verwachten. In 2003 is een dit gebied voor schelpdiervissers gesloten. startnotitie aangenomen door de Raad van Duitsland heeft echter in het voorjaar van de Gemeente Eemsmond. In 2004 zal er een 2001 vergunning verleend om de bank te verdere uitwerking plaatsvinden. bevissen, waarna de bank geheel is weg- • De gemeente Eemsmond en de pro- gevist. Mosselbanken vormen belangrijk vincie Groningen zijn van plan om een 435 voedsel voor scholeksters en eidereenden. hectare groot glastuinbouwgebied te reali- De Waddenvereniging heeft een klacht seren pal ten zuiden van de Eemscentrale. tegen Duitsland ingediend bij de Europese Vogelbescherming Nederland heeft in een Commissie. reactie laten weten dat de lichtuitstraling • De kolonie visdiefjes en noordse sterns effecten kan hebben op het functioneren nabij Delfzijl werd in 2003 ernstig verstoord van de nabij gelegen hoogwatervluchtplaat- door Delfsail 03. Vrijwel alle sterns zijn sen en op de gestuwde vogeltrek langs de verdwenen naar de polder Breebaart en daar Eemsmond. Die vermoedens zullen onder- kwamen ze succesvol tot broeden. zocht moeten worden. • Het westelijk deel van de kwelder is particulier bezit. Hier worden in april nog steeds greppels uitgeklepeld. Ook is dit deel 14 DOLLARD van de kwelder opengesteld voor publiek, Positieve ontwikkelingen waardoor veel vogels, zoals kluten en ture- • In 2001 is in opdracht van het Gronin- luurs, verstoord worden. ger Landschap een duiker in de zeedijk bij polder Breebaart opengezet. Hierdoor is een interessant natuurgebied met brak water 15 NOORDZEEKUSTZONE ontstaan, waar veel vogels foerageren, zoals Positieve ontwikkelingen lepelaars en steltlopers. Bij proefvangsten in • Sinds 2000 is de visserij op spi- de plassen en sloten bleek het water veel vis sula (halfgeknotte strandschelp) boven en garnalen te bevatten. Er is een vogelkijk- de Waddeneilanden onderworpen aan een hut en een bezoekerscentrum. voedselreservering. De spisula dient name- • Het Groninger Landschap heeft in lijk als voedselbron voor eidereenden en maart 2003, na ampele besluitvorming, de zwarte zee-eenden. Door de reservering Beheersplannen Buitendijkse gebieden in de mocht de laatste jaren geen spisulavisserij Dollard en Punt van Reide vastgesteld. Deze plaatsvinden. Of dat gunstig is uitgevallen 79 beheersplannen bieden veel kansen voor voor deze eenden is niet eenvoudig vast te vogels. stellen. Er zitten nog steeds aanzienlijke

wetlandrap_2001-2003-def.indd 79 07-10-2004 09:20:26 aantallen zwarte zee-eenden op de spisula- • De eidereenden concurreren in de banken boven Terschelling en Ameland. Noordzeekustzone met zwarte zee-eenden De meeste eidereenden hebben het gebied om de spisula. Het aantal zwarte zee-eenden echter weer verruild voor de Waddenzee is mogelijk mede hierdoor de afgelopen drie – waar ze in feite ook thuishoren - vanwege jaar teruggelopen ten opzichte van de jaren de positieve ontwikkelingen van de mos- hiervoor. selbestanden aldaar. Verder is vastgesteld dat • Negatief is ook dat er nog steeds geen de eenden ook andere prooien zijn gaan eten fatsoenlijk rampenplan is voor olierampen. in het gebied. Eidereenden zijn bij Texel, bij Vogelopvangcentrum de Fûgelpits in Anjum gebrek aan spisula, overgeschakeld op één- heeft in totaal 219 olieslachtoffers van de en tweejarige Amerikaanse zwaardscheden Assi Eurolink (gezonken in januari 2003, (Ensis directus). Boven Rottum hebben zo’n 78 kilometer ten noorden van Terschelling) 5.000 eidereenden de zomer(rui) doorge- binnen gekregen. Dit waren 100 zeekoeten, maakt, en vermoedelijk aten ze daar ook 90 zwarte zee-eenden, 9 grote zee-eenden, de Amerikaanse zwaardscheden. Op deze 16 alken, 1 eidereend, 1 grote jager, 1 kleine schelpdieren mag overigens wel worden alk en 1 papegaaiduiker. Veel van de wegge- gevist. Boven Terschelling zaten de eiders in lekte olie heeft de kust net niet bereikt door 2002 op een plek waar veel zaagjes (Donax ‘gunstige’ wind, maar wel de vogels van de vittatus) in de bodem zaten, maar of ze die kustzone (de zee-eenden). De meeste dode schelpdieren ook aten kon niet bewezen dieren zijn als gevolg van aflandige wind worden. weggedreven. Het aantal dood gevonden • De kustzone is met de Waddenzee vogels is dus slechts een klein deel van het sinds 11 oktober 2002 door de internatio- totaal aantal slachtoffers. Rijkswaterstaat nale maritieme organisatie (IMO) tot PSSA vindt het niet de moeite waard het wrak te (Particularly Sensitive Sea Area) verklaard, laten opruimen (“Er zijn geen bijzondere waardoor er strengere regelgeving is geko- milieuwaarden in het geding.”). men ten aanzien van lozingen. Dit is natuur- • De handhaving van visserijvergunnin- lijk een stap voorwaarts. De volgende stap gen op ensis is problematisch, omdat moei- is een goed rampenplan voor als er toch iets lijk is te controleren of de schelpen binnen komt binnendrijven! of buiten de driemijlszone zijn opgevist. • In de Noordzeekustzone worden steeds meer bruinvissen waargenomen. Dit is mogelijk een teken dat het gebied er op vooruit gaat.

Negatieve ontwikkelingen • De hoeveelheid spisula lijkt af te nemen, doordat de jaarlijkse natuurlijke aan- was de laatste jaren laag is. Het is mogelijk dat we het einde naderen van een reeks van jaren met veel spisula. Ook in het verleden kende spisula ups en downs die zich met perioden van tien of meer jaren afwisselden. Hoewel zwarte zee-eenden tegenwoordig 80 ook op ensis foerageren, is het maar de vraag in hoeverre ensis en andere prooisoor- ten de rol van spisula als stapelvoedsel kun- mechanische schelpdiervisserij nen overnemen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 80 07-10-2004 09:20:26 • Zandsuppleties vanuit de kustzone op het materiaal kan niet, zoals gebruikelijk, de stranden/vooroevers zijn direct schade- op het strand verwerkt worden. Deze tegen- lijk voor de bodemfauna. Of er schadelijke slag betekent een budgetoverschrijding en effecten op langere termijn optreden is niet daarom wordt het project voorlopig aange- bekend. Dit zou evenwel goed mogelijk zijn houden. omdat voor zandsuppleties gebiedsvreemd • De beheerder Natuurmonumenten zand wordt gebruikt met een grovere kor- heeft gekort op personeel, waardoor rel, waardoor plaatselijk een andere habitat minder tijd beschikbaar is voor toezicht. ontstaat. Natuurmonumenten probeert het gebrek aan personeel op te lossen door vrijwilligers te laten helpen bij terreinbeheer. 16 HET ZWANENWATER • In de rietlanden en vochtige duinval- Positieve ontwikkelingen leien is sprake van toenemende verbossing • Ondanks de droge warme zomer van met wilgen en berken. 2003 bleef het water opvallend helder en is er geen schade als gevolg van blauwalgen vastgesteld. 17 VOORDELTA/ VOORNES DUIN • Eind jaren negentig bleek de directe omgeving van het Zwanenwater enorm te Voordelta zijn vervuild met lood door de nabijgelegen Positieve ontwikkelingen voormalige kleiduivenschietbaan. Het ver- • Eind 2001 is de hele Voordelta ontreinigd deel van het terrein is gedeeltelijk alsnog aangewezen onder de Europese afgegraven. Het gebied is daarna zo natuur- Vogelrichtlijn. Dit betekent dat nu ook het lijk mogelijk heringericht. Het gebied heeft noordelijk deel, tot aan de vaargeul van de zich momenteel volledig hersteld. Nieuwe Waterweg, is aangewezen. • De Voordelta is belangrijk voor broed- Negatieve ontwikkelingen vogels. De uitkomst van een telling in 2002, • Het Zwanenwater kwalificeert zich de deelgebieden meegerekend, luidde: kluut voor de EU-Vogelrichtlijn, vooral door het (151), bontbekplevier (14), strandplevier voorkomen van de lepelaar. In 2001 en (13), kleine mantelmeeuw (34.246) en vis- 2002 broedden 75 paartjes lepelaar in het dief (630). gebied, een verbetering ten opzichte van de • De totale Voordelta is belangrijk voor jaren daarvoor. In 2003 kwamen er maar 50 doortrekkende eenden en steltlopers. In paartjes tot broeden. Eén van de aanwijsbare het seizoen 2001/2002 werden wilde eend oorzaken van deze daling is het ontbreken (3.030), wintertaling (2.510), pijlstaart van nestmateriaal. Het eiland is nagenoeg (2.400) en bergeend (2.190) waargenomen. kaal door de uitwerpselen van de broedende De getallen tussen haakjes zijn de maxima. aalscholvers. De aalscholverkolonie is na Wintertaling, pijlstaart en krakeend nemen een aantal jaren van groei nu stabiel op 900 toe. Bij de steltlopers gaat het vooral om paar. In het voorjaar wordt, om het nes- scholekster (3.090), bonte strandloper telprobleem van de lepelaars op te lossen, (5.040), tureluur (3.490) en wulp (3.090). snoeimateriaal op het eiland gebracht. De De scholekster neemt steeds meer af, vooral aalscholvers pikken echter alles in. in de Kwade Hoek. De intergetijden- • Het uitbaggeren van de meren is voor- gebieden Kwade Hoek en Westplaat zijn van lopig uitgesteld omdat er bagger ‘klasse 2’ belang als doortrekgebied. Grote aantallen 81 is opgebracht. Dergelijke bagger moet eerst steltlopers zoals tureluur, zilverplevier, bont- in een depot en vervolgens apart afgevoerd; bekplevier, drieteenstrandloper, rosse grutto

wetlandrap_2001-2003-def.indd 81 07-10-2004 09:20:29 en kluut zijn vooral hier waar te nemen. In Tweede Maasvlakte de nazomer zijn op deze twee slikplaten veel lepelaars te zien, in 2001 maximaal 279, In december 2003 heeft de ministerraad het principebesluit genomen om te waarvan 210 op de slikken van de Kwade komen tot de aanleg van de Tweede Maasvlakte. In juni 2004 is er een akkoord Hoek. bereikt met betrokken partijen over de verschillende financiële bijdragen. Als • De zeehond doet het goed in de voldoende bedrijven zich willen vestigen zal er netto 1.000 hectare bedrijfsterrein Voordelta; tegenwoordig worden er tot worden aangelegd. Ter compensatie wordt een zeereservaat van 31.250 hectare in enkele honderden exemplaren geteld op de de Noordzee vastgesteld, een nieuw duingebied van ongeveer 100 hectare voor zandbanken voor de kust. Jongen worden de kust van Delfland aangelegd, een zeereep op de Brouwersdam van 15 hectare echter nog steeds niet gezien. gemaakt en er zal nog landaanwinning plaatsvinden van 8 hectare. • De Belgische regering heeft het plan Het zeereservaat komt te liggen ten zuiden van de nieuwe Maasvlakte voor om 50 windmolens te bouwen op een zand- de kust van Goeree-Overflakkee en Schouwen-Duiveland. Of de compensatie bank, zes kilometer uit de kust, afgeblazen. voldoende is moet met een twintig jaar durend monitoringprogramma bepaald Het risico van een aanvaring door een worden. De Europese Commissie heeft een positief advies over het plan uitge- olietanker zou grote gevolgen hebben voor bracht vanwege het zwaarwegend openbaar belang. Ook vond de commissie de de hele kuststrook. Daarnaast werden de compensatie voldoende voor het verlies aan natuurwaarden. Overigens is in deze gevaren voor vogels te groot bevonden. Een compensatieplannen nog geen rekening gehouden met mogelijke negatieve windmolenpark voor Knokke en Breskens, effecten op de sedimenttoevoer naar de Waddenzee. De WetlandWacht, KNNV op 15 kilometer uit de kust op de Vlakte van vogelwerkgroep Voorne, Stichting Natuur en Landschap Voorne-Putten en de de Raan, wordt nog aangevochten door de terreinbeheerders proberen bij de uitvoering hun invloed aan te wenden. Om de regionale overheden. effecten te volgen in andere gebieden worden er nu al uitgebreide inventarisaties gemaakt van vogels, planten, insecten, waterslakken en kleine zoogdieren van de Negatieve ontwikkelingen Slikken van Voorne, Oostvoornse Meer en het Groene Strand. • Veel problemen zijn er met motorcros- sers in diverse natuurgebieden. Vooral tussen de Maasvlakte en de Haringvlietdam is de overlast groot. broedparen. Het aantal kleine zilverreigers • In de Voordelta hebben jarenlang daalde naar 19 broedparen in 2003. geen kokkelbanken gelegen, in 2003 was • In het broedseizoen zijn het er wel een kleine hoeveelheid. Daarom is Inspectiepad en het Vliegveldpad van 1 in 2003 door het RIVO (Rijksintituut voor maart tot 1 september afgesloten. Dit om Visserijonderzoek) voor het Haringvliet een verstoring door moutainbikers, ruiters en proef gedaan om de effecten van de kok- loslopende honden tegen te gaan. kelvisserij te bestuderen. Uit dat onderzoek • In 2003 is in opdracht van bleek dat er geen effecten waren op het sedi- Natuurmonumenten een kwaliteitstoets uit- ment. Wel werden effecten geconstateerd op gevoerd voor Voorne’s Duin. Daaruit bleek de bodemfauna. De uiteindelijke conclusie dat de openheid van de droge duingraslan- van het RIVO was dat er geen substantiële den te wensen overlaat. Er is besloten de effecten zijn vastgesteld. openheid te herstellen door bosjes te kappen. Het beheer van de natte duinvalleien bleek Voornes Duin wel succesvol. Door de droogte van 2003 Positieve ontwikkelingen konden er nu meer natte duinvalleien wor- • Het aantal broedende aalscholvers blijft den gemaaid. steeds, op het jaar 2000 na, boven de 1.100 • Het aantal territoria van de nachtegaal 82 broedparen. Het aantal lepelaars schom- is vrijwel gelijk gebleven. melt flink, maar komt meestal boven de 100 • Natuurmonumenten heeft in de binnen- duinrand in de omgeving van de Langeweg

wetlandrap_2001-2003-def.indd 82 07-10-2004 09:20:30 enkele tientallen hectares kunnen aankopen. Westplaat/Oostvoornes Meer Het gaat hier om saneringspercelen van kas- Positieve ontwikkelingen senbouwers, die (deels) naar het concentra- • Voor het Oostvoornes Meer wordt een tiegebied Tinte en Vierpolders zijn verhuisd. plan, Kwaliteitsimpuls Oostvoornse Meer, • Bij de Haringvlietdam is een zanddepot gemaakt om het water weer zouter te laten afgegraven en een nieuwe natte duinval- worden. Aanvoer van zeewater door middel lei gemaakt. Hier kwamen de eerste jaren van een pijplijn is een erg kostbare zaak. oeverzwaluwen in een grote kolonie van 200 Daarom is het idee geopperd om zout water nesten tot broeden. In 2003 was de steilwand vanuit de havens in te laten. Voorwaarde is zover ingezakt en begroeid dat ze voor de wel dat het water, indien het uit de nabij- vogels niet meer geschikt was. gelegen Mississippihaven/ Hartelkanaal • De WetlandWacht is betrokken geweest wordt aangevoerd, van goede kwaliteit is. bij vaststelling van het tracé voor het fiets- Dit wordt nu onderzocht. De WetlandWacht pad ‘Rondje Voorne’. Voorkomen is dat heeft zitting in de begeleidings- en ecologi- het fietspad dwars door het bos van het sche commissie. Quackjeswater aangelegd zou worden. • Het Groene Strand wordt opgewaar- • Twee duinrellen zijn hersteld: die bij de deerd door het verbeteren (natter en dynami- Tenellaplas en een bij ‘Het Vliegveld’. scher maken) van een duinrel. • De binnenduinen met hun begroeiing • De Westplaat is van groot belang als van bomen en struiken heeft een heel andere hoogwatervluchtplaats. Er zijn ook vaak bij- vogelbevolking als de meer naar de kust zondere soorten te zien. Enkele soorten uit gelegen stukken. Zo zitten er in Mildenburg 2001: lepelaar (maximum 10), zilverplevier boomklever, houtsnip, groene en zwarte (160), tureluur (700), pijlstaart (267), slecht- specht, zwarte mees, appelvink en boom- valk (2) en visarend (3). In juni werden er kruiper als broedvogel. liefst 1.530 bergeenden geteld.

Negatieve ontwikkelingen Negatieve ontwikkelingen • Sinds in januari 2003 het gebied werd • De sluiting van het autostrand is opengesteld, is er een toename van de drukte opnieuw doorgeschoven, nu zou het in 2004 geconstateerd. Verstoring door mountainbi- plaatsvinden. Het paviljoen is al wel geslo- kers en ruiters neemt toe. Vaak is er te wei- ten en vervolgens afgebrand. Om de auto’s nig toezicht. Natuurmonumenten probeert op te vangen komt er een parkeerplaats voor in de weekends en in de zomermaanden 300 auto’s op de Brielse Gatdam. Hopelijk frequenter op te treden. Zuid-Hollands komt er tenslotte rust op het strand met Landschap werkt met vrijwilligers; die kun- mogelijkheden voor broedende kustvogels, nen verstoorders slechts aanspreken. als er tenminste meteen een goede recrea- • Door de aanleg van de Tweede tieve zonering bij de aanleg van wandel- en Maasvlakte zal de invloed van de zee gerin- fietspaden wordt doorgevoerd. ger worden. Een afnemende windinvloed • Verstoring door recreatief medegebruik en daardoor ook minder zoutinvloed (‘salt- kent vele vormen. Zoals kitesurfen in en spray’) zal de vegetatie veranderen, met als boven vogelrustgebied, crossen met ter- gevolg minder duinvogels en meer vogels reinwagens bij rustgebieden, stunten met van struweel en bos. ultralight vliegtuigjes. Ook is het erg druk tijdens de vliegerdagen en ruiterspelen die er gehouden worden. Als het autostrand defini- 83 tief is gesloten zal men deze activiteiten pro- beren op te schuiven tot na het broedseizoen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 83 07-10-2004 09:20:31 Kwade Hoek

Kwade Hoek ters. Ter bescherming van de broedvogels Positieve ontwikkelingen tegen honden en wandelaars zijn er her en • Het gebied heeft alles in zich wat der wel bordjes geplaatst, maar de controle men verwacht bij een buitendijks gebied: is minimaal. Regelmatig wordt ook versto- duinstruweel, biestarwegras-duintjes, hoge ring van vogels en zeehonden geconstateerd duinen, nieuwe duinvorming, nat en droog, op de Oosterse Bollen als er bootjes of zee- van zoet naar zout. Door aanvoer van zand kanovaarders aanleggen. blijft de Kwade Hoek groeien; het is een zeer dynamisch getijdengebied. Voor strand- en bontbekplevier en kluut is het lang een 18 HARINGVLIET uitstekend broedgebied geweest. Deze soor- Positieve ontwikkelingen ten lijken zich de laatste jaren verplaatst te • Voor de uitvoering van het plan Delta hebben naar natuurontwikkelingsgebieden in Natuur, dat onder meer het Tiendgors en de Delta. de Westplaatbuitengronden omvat, wor- • In de pioniersvegetatie en op het strand den steeds meer gronden aangekocht. De komen in de winterperiode vaak strandleeu- Westplaatbuitengronden zijn de afgelopen weriken voor. Groepjes van meer dan 25 zijn jaren omgevormd tot een krekengebied in niet ongewoon. Ook sneeuwgorzen en fra- open verbinding met het Haringvliet. De ters kan men daar zien. In 2001 heeft er een afgegraven grond is gebruikt om bij de groep van 50 kluten overwinterd. Ventjagersplaten eilandjes te maken. In • Het intergetijdenslik is belangrijk de toekomst worden de Beninger Slikken voor eenden; in het seizoen 2001/2002 zijn uitgebreid met de polders Zuidoord en maximaal 620 bergeenden geteld. Tureluurs Beningerwaard. De Korendijkse Slikken kunnen er eveneens in grote aantallen voor- worden uitgebreid met de Leenheerenpolder. komen: in juni 2001 waren het er 4.750. Deze polders liggen buitendijks aan de mon- ding van het Spui. 84 Negatieve ontwikkelingen • Bij de Ventjagersplaat zijn twee eilan- • Ook hier klachten over verstoring; den aangelegd. De ervaring leert dat er de honden op het strand en op de slikken, laag eerste jaren, voordat dergelijke eilanden overvliegende sportvliegtuigjes en helikop- begroeid raken, kluten, kleine, bontbek- en

wetlandrap_2001-2003-def.indd 84 07-10-2004 09:20:31 strandplevieren, kok-, zwartkop-, zilver- en dan honderd blauwborsten hebben gebroed, kleine mantelmeeuwen, visdieven en dwerg- zeven bruine kiekendieven en 17-19 ture- sterns tot broeden komen. Deze soorten luurs. komen ook op de drie bestaande eilanden voor. Die zijn eind vorige eeuw gemaakt met Negatieve ontwikkelingen zand uit het project Quackjeswater. • De recreatiedruk neemt sterk toe. • In 2002 broedden er op de Langs het Haringvliet alleen al bevinden Ventjagersplaat 84 paar dwergstern. zich ruim 3.000 ligplaatsen voor de ple- • Op de Ventjagersplaat worden ook ziervaart. En daarbij komen dan nog de zeldzame vogelsoorten waargenomen: in vele passanten, die van alle kanten het 2001 onder meer vijf reuzensterns, vier vis- Haringvliet op kunnen. Vooral de gemeente arenden, twee zeearenden en een grote jager. Hellevoetsluis wil zich met recreatievoor- • De werkzaamheden op Tiengemeten zieningen profileren. Daarnaast houden zijn nog niet gestart; de verwachting is dat watersporters zich niet altijd aan de regels; Natuurmonumenten in 2005 zal beginnen. zo wordt er gekampeerd op de zandplaten Op dit moment zijn op één na alle boeren in het Haringvliet tussen Hellevoetsluis en van het eiland vertrokken. Sinds eind vorige Stellendam. Ook worden afgesloten delen eeuw wordt de westelijke punt al begraasd vaker betreden. door Schotse Hooglanders. • Het fietspad ‘Rondje Voorne’ is al voor • Een deel van de grasgors van de een deel aan de buitenzijde van de dijk en Oosterse Laagjes is in 2003 geïnundeerd, in soms op de dijk aangelegd. Het is nog niet navolging van de Westerse Laagjes waar in bekend of dit ook op langere termijn versto- 2002 stukken plas-dras zijn gezet. Voor stelt- rend zal werken voor de vogels. Mogelijk lopers is de inundatie van zowel de Westerse treedt er gewenning op. De vogelwerkgroep als de Oosterse Laagjes een groot succes. is bij de uitwerking van het tracé betrokken • Vogelbescherming Nederland is een geweest en over het grootste deel is over- procedure gestart tegen de door de provin- eenstemming bereikt. In 2005 zal het laatste cie Zuid-Holland verleende vergunning deel langs de Beninger Slikken worden voor palingvisserij in de maanden juli en aangelegd. De initiatiefnemers willen hier augustus in het Haringvliet. Het gaat om de het tracé van het fietspad dóór het gebied Ventjagersplaten en de Korendijkse slikken. aanleggen. Hierdoor zal weer een deel van In oktober 2003 won Vogelbescherming het dit open gebied verstoord gaan worden. De beroep bij de Raad van State. Het gebied is Stichting Natuur en Landschap Voorne- in juli en augustus gesloten voor publiek; Putten (SNLVP) heeft bezwaar gemaakt dan komen er grote concentraties vogels tegen dit deel van het fietspad. De aanleg voor. Het gaat vooral om grutto, lepelaar, ervan is nu even uitgesteld. Het tracé zal in dwergstern en verschillende soorten eenden overleg bepaald worden en mogelijk aan de die in deze periode extra kwetsbaar zijn voet van de dijk gelegd worden. omdat ze ruien. Om de ernst van de versto- • Er zijn tegenwoordig zoveel overzo- ring van de visserij beter in te kunnen schat- merende ganzen dat het gras op de Beninger ten heeft de provincie aan RIZA opdracht Slikken te kort is voor weidevogels en ook gegeven onderzoek uit te voeren naar de voor de winterganzen. Vooral de enorme effecten van de visserij. Naar aanleiding toename van brandganzen en hybride vogels van de conclusies van dit rapport wordt een uit grauwe en boerengans veroorzaken pro- nieuw besluit over de vergunning genomen. blemen. Natuurmonumenten beraadt zich 85 • Uit het broedvogelonderzoek van de over te nemen maatregelen. Mogelijk wordt Beninger Slikken blijkt dat er in 2003 meer de begrazing met koeien beëindigd, of er

wetlandrap_2001-2003-def.indd 85 07-10-2004 09:20:33 wordt gekozen voor jaarrondbegrazing met geleidelijke overgang van zoet naar zout slechts enkele runderen. water. Door het gedeeltelijk openzetten van • Alleen al op de Slijkplaat broeden meer de sluizen kunnen vissen als zalm, forel en dan 700 paar brandganzen. Rijksuniversiteit houting weer de rivieren optrekken. Veel Groningen gaat in 2004 onderzoek doen vragen zijn nog niet beantwoord, zoals: hoe- naar broedende brandganzen in het noorde- ver dringt het zoute water het Haringvliet in lijk Deltagebied. bij droge periodes? Ook de bewegingen van • Ieder jaar wordt op de Beninger het vervuilde slib zijn nog onvoorspelbaar. Slikken een deel afgesloten voor de koeien Het daadwerkelijk openen van de sluizen om begrazing in het broedseizoen te voor- (10% van de totale opening) zal nu niet voor komen. In 2003 werd het hek te vroeg 2007 kunnen worden uitgevoerd. opengezet, nog voordat de bruine kieken- • De Tiendgorzen die in 2000 in open dieven hun jongen groot hadden gebracht. verbinding zijn gebracht met het Haringvliet De inventariseerders, ook de WetlandWacht, groeien nu al weer dicht, waardoor steltlo- hebben daar Natuurmonumenten op aange- pers en watervogels hun broedplekken ver- sproken. Tijdens de laatste vrijwilligersdag liezen. Wandelaars met loslopende honden zijn goede en bindende afspraken gemaakt zorgen hier voor ernstige verstoring. met Natuurmonumenten. • Door het constante hoge waterpeil van • De discussie over het op een kier zet- het Haringvliet zijn er voor de steltlopers ten van de Haringvlietsluizen sleept zich weinig slikken als foerageergebied beschik- voort. De Tweede Kamer heeft een motie baar. om het besluit van 2000 terug te draaien • De disco De Quack, aan de rand van de niet aangenomen. De bedoeling van het Hellevoetsduinen, is al jarenlang een doorn zogenaamde ‘kierbesluit’ is het herstel van in het oog van natuurliefhebbers vanwege een meer natuurlijk estuarium, inclusief een de geluidsoverlast. Natuurmonumenten had

Goeree-Overflakkee

86

wetlandrap_2001-2003-def.indd 86 07-10-2004 09:20:34 vastgelegd dat na afloop van het contract 700 hectare was gepland in een rustig gan- de disco zou verdwijnen en het gebouw zenfoerageergebied, pal aan de noordoever gesloopt zou worden. In een rechtszaak die van het Hollands Diep. Het terrein is inmid- de exploitant heeft aangespannen, bepaalde dels verkocht aan een boer. de rechtbank dat de procedure niet goed is • Het Hollands Diep is voor ganzen erg gevolgd; de huur is verlengd tot mei 2008. belangrijk. Duizenden kol-, brand- en grau- Natuurmonumenten gaat in hoger beroep. we ganzen en enkele honderden toendrariet- ganzen foerageren en slapen in het gebied.

19 HOLLANDS DIEP Negatieve ontwikkelingen Positieve ontwikkelingen • In de zomer wordt er in het kader van • Op 9 januari 2003 is de aanwijzing schadebestrijding plaatselijk intensief op van het Hollands Diep onder de Europese grauwe ganzen geschoten. Vogelrichtlijn definitief geworden. Naar aan- • Begin 2004 werd door medewerkers leiding van enkele bezwaarschriften zijn de van de Meetdienst van Rijkswaterstaat op Esschenplaat en wat percelen bij de buislei- de Sassenplaat de lepelaar-broedkolonie dingstraat buiten de aanwijzing gebracht. verstoord. Later zijn de lepelaars terug- • De Albert-, Pieters- en Leendertspolder gekeerd en er kwam tenminste 35 paar tot (APL-polders) zullen in 2004 in het kader broeden. Vogelbescherming Nederland van Deltanatuur omgevormd worden tot heeft Rijkswaterstaat gewezen op het feit rivieroeverlandschap. Een ganzenfoerageer- dat het gebied is aangewezen onder de gebied gaat dan verloren. Onder druk vanuit Vogelrichtlijn. Tegelijk is RWS gevraagd de agrarische hoek zullen bij de inrichting een interne gedragslijn voor werkzaamheden van de APL-polders voorzieningen worden in het broedseizoen op te stellen. getroffen om grauwe ganzen met hun pullen • De gorzen aan weerszijden van de en ruiende ganzen te ontmoedigen ’s zomers Tonnekreek, aan de Brabantse kant van het het gebied te bezoeken. De WetlandWacht Hollands Diep, worden steeds intensiever was bij het overleg betrokken. gebruikt voor beweiding met schapen, mais- • In het voorjaar van 2001 kwam de teelt en akkerbouw. Weidevogels komen oeververdediging voor de Hoogezandse daar bijna niet meer voor. Gorzen en de Oostersche Slobbegorzen gereed; het einde aan een periode van dertig jaar afslag. Achter de oeververdediging 20 VOLKERAKMEER ontstond een lagune, die voor een deel opge- Positieve ontwikkelingen vuld moet worden met specie zodat een 60 • Voor de kluut is het Volkerakmeer nog hectare groot gebied ontstaat met ondiepten, steeds het belangrijkste broedgebied van de slikken en onregelmatig droogvallende gron- Delta; in 2002 broedden er bijna 1.000 paar. den. De daarvoor benodigde 250.000 kuub Het aantal broedende lepelaars is langzaam grond is echter nog niet aangebracht. toegenomen tot 35 paar in 2002. Het aantal • Op de Hoogezandse Gorzen was zowel broedende kleine mantelmeeuwen groeide in de winter 2002/2003 als in de winter zelfs spectaculair naar meer dan 1.000 paar 2003/2004 een zeearend aanwezig. In 2003 in 2002. De bontbekplevier en de strandple- en 2004 broedde er een ijsvogel. vier lijken zich de afgelopen jaren te hebben • In 2002 is gelukkig besloten om een gehandhaafd. nieuw en omvangrijk TNO-laboratorium • Evenals in andere gebieden in de 87 niet te bouwen in de Ambachtsheerlijkheid Nederlandse Delta loopt ook hier het aantal Cromstrijen. Dit complex van maar liefst broedende zwartkopmeeuwen sterk terug.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 87 07-10-2004 09:20:36 In de afgelopen jaren zijn er veel zwart- geoorde fuut neemt juist toe; het maximum kopmeeuwen uitgeweken naar opgespoten aantal bedroeg augustus 2003 meer dan terreinen in Antwerpen. In 2002 kwam 5.000. In de winter zijn er tegenwoordig daar 1.100 paar tot broeden. In totaal ble- rond 1.000 geoorde futen aanwezig. Ook de ven de aantallen in de hele regio, inclusief kuifduiker neemt toe, er worden er nu onge- Noordwest-België, gelijk. veer honderd geteld in de winter. • Voor de plantenetende soorten grauwe • Planteneters komen in grote aantallen gans en smient is het gebied van toenemend voor. De telling 2001/2002 leverde 15.000 belang. smienten, 11.500 wilde eenden, 14.000 • Ieder jaar zijn er op de Hellegatsplaten brandganzen en 7.000 meerkoeten op. visarenden te zien, soms met meerdere tege- • Het maximum aantal lepelaars werd lijk. Daarnaast worden regelmatig slechtval- genoteerd in augustus 2001: 384 exempla- ken waargenomen en een enkele keer een ren. zeearend. • Tot voor enkele jaren was er op de Hompelvoet de grootste kolonie grote stern Negatieve ontwikkelingen in de Delta. De kokmeeuwkolonie vormde • Het Volkerak kent dezelfde problemen een beschermende ring om de grote sterns, met blauwalg als het Zoommeer. Dit geldt maar de meeuwen zijn in 2002 drastisch ook voor de aalvisserij (zie de beschrijving afgenomen en in 2003 verdwenen. De bij het gebied Zoommeer). broedende grote sterns zijn nu uitgeweken • Voor veel overwinterende soorten naar de nabijgelegen Kleine Stampersplaat, neemt het belang van het Volkerakmeer af. waar in 2003 zo’n 4.200 nesten werden Vooral sinds de toenemende eutrofiëring geteld. Mogelijk weken ze uit omdat ze (vanaf 1993) worden er minder aalscholvers, niet meer door de kokmeeuwen beschermd knobbelzwanen, wilde eenden, pijlstaarten, werden tegen grondpredatoren (ratten), grote kuifeenden, brilduikers, meerkoeten en kok- meeuwen en roofvogels. Toevallig groeide meeuwen geteld. ook de kokmeeuwkolonie op de Kleine • Alle in de jaren negentig opgespo- Stampersplaat van 55 naar 480 paar. Alleen ten gebieden zijn door successie begroeid in het jaar 1986 broedden er meer grote geraakt en grotendeels ongeschikt geworden sterns in de Grevelingen. voor kustbroedvogels. Eén van de soorten • Grevelingen is erg belangrijk voor die de dupe is geworden van de succes- steltlopers. Zo gebruiken bijvoorbeeld sie is de dwergstern, die vanaf 2000 als kanoetstrandlopers uit de Oosterschelde de broedvogel verdwenen is. Ook de aantallen rustplaatsen bij Battenoord/Herkingen en bij broedende visdieven nemen af in het gebied. de Slikken van Flakkee. Daar kwam in 2002 ook nog eens een slecht broedresultaat bij. Negatieve ontwikkelingen • De brilduiker komt tegenwoordig in veel lagere aantallen voor. Vóór 1999 waren 21 GREVELINGEN er steeds meer dan 3.800 aanwezig, in de Positieve ontwikkelingen winter van 2000/2001 lag het maximum • De Grevelingen is in de Zoute Delta rond de 2.000 exemplaren. het belangrijkste gebied voor viseters: fuut, • Broedende kustvogels worden regel- geoorde fuut, kuifduiker, middelste zaagbek matig verstoord door recreanten in de geslo- 88 en lepelaar komen in belangrijke aantallen ten gebieden, onder meer op de slikken van voor. Fuut en middelste zaagbek nemen de Bommenede en het slik van Dijkwater. Ook laatste jaren echter flink af en ook de aal- het ingeschaarde vee heeft hier een nega- scholver wordt minder waargenomen. De tieve invloed op het broedsucces.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 88 14-10-2004 13:06:57 Proceskleur Cyaan Proceskleur Magenta Proceskleur Geel Proceskleur Zwart PANTONE Process Black CV PANTONE 300 CV bergeenden

• In en rond de Grevelingen komen per • In het kader van Plan Tureluur is jaar ruim twee miljoen recreanten, vooral een deel van de polder Scherpenisse als de Brouwersdam is populair. De surfers hier ganzenopvanggebied aangewezen. In de verstoren al vroeg in het voorjaar de dan nog periode 2001 tot en met 2003 is er hard aanwezige zeevogels. gewerkt om plas-dras situaties te herstellen. Door de begrazing met runderen zal in het najaar de vegetatie kort zijn en aantrekkelijk 22 OOSTERSCHELDE voor ganzen, waardoor er hopelijk minder Positieve ontwikkelingen schade aan agrarische percelen ontstaat. • In 2002 is het besluit tot het aanwijzen In het gebied moet het waterpeil nog beter van de Oosterschelde als Nationaal Park geregeld worden. De WetlandWacht is daar, genomen. Datzelfde jaar is, ter bescherming samen met de planologiewerkgroep van de van de zeehondenpopulatie, de Oliegeul Natuurvereniging Tholen, nauw bij betrok- voor recreatie afgesloten. De populatie was ken. Het aantal vogelsoorten dat in deze pol- gedecimeerd door verstoring. der door het jaar heen wordt waargenomen • De afgelopen jaren zijn vele plan- groeit nog steeds. nen uit Plan Tureluur gerealiseerd, o.a. de • In de Vlietepolder wordt 1,5 hec- Prunjepolder. De Prunjepolder heeft zich tare omgevormd tot schraal grasland, wat de afgelopen jaren ontwikkeld tot bijna positief zal uitpakken voor weidevogels. een bedevaartsoord voor vogelliefhebbers. Staatsbosbeheer verwierf in 2003 de Katse Veel bijzondere vogelsoorten zijn tussen de Inlagen. Het gebied van ongeveer vijf hec- grote aantallen steltlopers ontdekt: breed- tare moet nog worden ingericht. bekstrandloper, terekruiter, gestreeepte • De inlaag Wanteskuup wordt niet meer strandloper, witkopeend, dwerggans, grote gebruikt voor de landbouw; het waterpeil 89 grijze snip, blonde ruiter. is verhoogd en smienten worden niet meer verjaagd. Overigens is de WetlandWacht

wetlandrap_2001-2003-def.indd 89 07-10-2004 09:20:42 zeer bezorgd over het waterpeil. Zo is begin aangedrongen om onderzoek te doen naar de 2004 bij hoog water een deel van het water oorzaken van het verdwijnen van de mos- weggepompt met als gevolg dat in de droge selbanken en naar de kansen op herstel. In zomer al het water weg was. Er blijkt geen de vergunning van 2002 is dat als een bepa- vastgesteld peilbeheer voor dit stuk te zijn. ling opgenomen, uitkomsten zijn nog niet • In 2002 is aan het Waterschap Zeeuwse bekend. Eilanden vergunning verleend om maatre- • Juridisch gekissebis heeft ertoe geleid gelen te nemen tegen de verdroging in de dat ministerie van LNV in de achterliggende Koudekerkse Inlaag. Er zijn twee regelbare jaren vergunningen heeft moeten uitgeven stuwen en enkele dammen aangelegd. voor het uitzaaien van gebiedsvreemd • De Oosterschelde is het belangrijkste schelpdierzaad. Hoe desastreus exoten voor gebied voor steltlopers in de ‘Zoute Delta’. het plaatselijk natuurlijk evenwicht kunnen Soorten die in grote aantallen voorkomen zijn heeft de Japanse oester bewezen. In zijn: scholekster, kluut, wulp en tureluur. 2003 drong Vogelbescherming Nederland Van de eenden zijn vooral wilde eend, berg- aan op een gedegen wetenschappelijke eend en wintertaling in de winter aanwezig. inventarisatie van de risico’s van import van Als broedgebied is de Oosterschelde van deze exoten. Een krap jaar later kwam het belang voor kluut, bontbekplevier, strand- Expertisecentrum LNV met een rapport. De plevier, kleine mantelmeeuw, visdief en Ierse en de Keltische Zee worden in dit rap- dwergstern. port bestempeld als risico-gebied. Dit was • Sinds kort ligt er een lange-afstands- helaas geen reden voor het ministerie om te wandelpad rond de Oosterschelde; het stoppen met het verlenen van vergunningen Oosterscheldepad. Het oorspronkelijk voor het uitzaaien. traject is op verschillende punten aange- • De militaire oefenvluchten door vlieg- past na bezwaren van de WetlandWacht tuigen van Woensdrecht, maar ook laagvlie- tegen het verstorend effect op de vogels gende pleziervliegtuigen, zijn erg verstorend van de Slikken van den Dortsman en op St. voor mens en dier. Philipsland. Ook aan de zuidkant zijn ver- • Langs de Oosterschelde worden ver- anderingen aangebracht bij de hoogwater- schillende hoogwatervluchtplaatsen (HVP’s) vluchtplaatsen van Kats en Colijnsplaat. steeds vaker door recreanten verstoord. • Op het Banjaardstrand, aan de • Vogelbescherming Nederland heeft in Noordzeekant van Noord-Beveland, broeden 2003 bij het ministerie van LNV bezwaar in 2003 zeker zes paar dwergsterns succes- gemaakt tegen een vergunning voor het ver- vol. In 2004 begonnen vijftien dwergsterns jagen en doodschieten van zilvermeeuwen te broeden, maar in de loop van het seizoen op mossel(zaad)percelen in de Zandkreek. zijn alle nesten verloren gegaan. Immers: er was eind 2002 geen mosselzaad uitgebracht en dus ontbrak een reden voor Negatieve ontwikkelingen verjaging, er is geen limiet aan het aantal te • Na de aanwijzing tot ‘Nationaal Park schieten zilvermeeuwen voorgeschreven, Oosterschelde’ is de recreatie toegenomen. het verstorende effect op andere soorten is Op de Oosterschelde worden steeds meer niet onderzocht en schelpdieretende vogels motorboten, maar ook jetski’s gezien. zoals de zilvermeeuw gaan toch al achter- • Evenals in de Waddenzee wordt er uit. Het ministerie liet weten dat slechts de in de Oosterschelde op kokkels gevist. eerste drie weken na het uitzaaien (dat is de 90 Vanwege weinig broedval is deze vis- kwetsbare periode) geschoten mag worden, serij de laatste jaren beperkt geweest. tijdens laagwater en bij daglicht. De andere Vogelbescherming Nederland heeft erop bezwaren werden verworpen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 90 07-10-2004 09:20:45 • Datzelfde jaar maakte Vogelbescher- Speelmansplaten fungeren als een hoog- ming bezwaar tegen een vergunning voor watervluchtplaats voor vogels van de het vangen, be- en verjagen van overzome- Oosterschelde. rende grauwe ganzen. Gewezen werd op de • Het aantal broedparen van de aalschol- geringe schade en op het verstorend effect ver is gestegen naar veertig. op andere soorten. De bezwaren werden door het ministerie van LNV niet overgeno- Negatieve ontwikkelingen men. • In 2002 stierf een groot aantal vogels • De pachtovereenkomst voor jacht als gevolg van blauwalgen; er zijn ruim is niet afgelopen na de inrichting van de 4.300 dode watervogels verwijderd. De Scherpenissepolder. Jacht leidt tot grote blauwalgbacterie produceert een gif dat verstoring. vogels binnen krijgen bij het eten van algen • De WetlandWacht heeft bezwaar of van driehoeksmosselen. Blauwalgen vor- gemaakt tegen een locatie voor windmolens men sinds 1994 een toenemend probleem bij de Slikken van den Dortsman, omdat in het Volkerak-Zoommeer, dat in 1987 hier een hoogwatervluchtplaats is gelegen. vanwege de Deltawerken werd afgesloten Toetsing aan de Vogel- en Habitatrichtlijn van de open zee. Gebrek aan doorstroming moet nog plaatsvinden. in het meer, in combinatie met de hoeveel- heid meststoffen die het meer inkomen via onder meer West-Brabantse rivieren, is de 23 ZOOMMEER voornaamste oorzaak van de slechte water- Positieve ontwikkelingen kwaliteit. Ook het peilbeheer heeft waar- • In 2001 heeft de lepelaar voor het schijnlijk bijgedragen aan de algengroei. Het eerst gebroed op de Speelmansplaten. De Hoogheemraadschap West-Brabant heeft

91

wulp

wetlandrap_2001-2003-def.indd 91 07-10-2004 09:20:46 extra Maaswater ingelaten om een hoger peil VBP). Uiteindelijk is pas in 2003 een te bereiken dan was afgesproken. Daardoor Visplan gepresenteerd; vissers weten nu met zijn extra meststoffen aangevoerd in plaats welke beperkingen zij rekening moeten hou- van afgevoerd naar zee. den. Begin 2004 heeft Vogelbescherming in • De blauwalgenbloei zorgt vooral in een brief aan de provincie Zuid-Holland nog warme zomers voor veel overlast. De afge- eens gewezen op de afspraak dat bepaalde lopen jaren is er gestudeerd op oplossingen gebieden (genoemd in art. 17 van de voor dit probleem. Eén van de mogelijkhe- Natuurbeschermingswet) verboden gebieden den is het doorspoelen van het Zoommeer en zijn vanwege hun functie als rustgebied voor het Volkerak met zoet water uit het Hollands vogels. Bovendien is de provincie herinnerd Diep. Milieu- en natuurorganisaties, waar- aan de afspraken in het Visplan. onder Vogelbescherming Nederland, hebben • De gemeente Tholen heeft plan- gewezen op de negatieve gevolgen voor nen om de recreatieactiviteiten rond de de Westerschelde. Minister Veerman van Speelmansplaten uit te breiden. Daar ligt Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit gaf een van de weinige snelvaartgebieden in er geen toestemming voor. Ook hij vreesde Nederland voor water- en jetskiën. Het voor de gevolgen van de lozing van grote gebied is ook belangrijk voor de recreatie- hoeveelheden zoet water uit het Volkerak- vaart. Vanuit dit recreatiegebied wordt veel Zoommeer op de Westerschelde. Eind 2003 gesurft in de Oosterschelde. De uitbreiding is een nota ‘Verkenning oplossingsrichtingen zal vooral gericht zijn op meer mogelijkhe- Volkerak-Zoommeer’ gereed gekomen. In den voor jetski’s en waterskiën. deze nota worden acht oplossingen aange- • Vlakbij het recreatiedeel liggen dragen om het probleem van de blauwalgen hoogwatervluchtplaatsen van vogels uit de definitief op te lossen. Drie daarvan zijn als Oosterschelde, vooral scholekster, tureluur, kansrijk naar voren gekomen. De verwach- wulp, rosse grutto, rotgans en bergeend. In ting is dat er in 2005 een besluit kan worden een rapport van Bureau Waardenburg over genomen. de uitbreiding wordt de verwachting uitge- • De havenuitbreidingen van Bergen sproken dat steeds meer recreanten rustende op Zoom hangen nog steeds in de lucht. en foeragerende vogels in het gebied net ten De uitbreidingen zijn gepland aan de dijk westen van de Speelmansplaten zullen ver- van Noordland, buiten de sluizen. Op storen. Dit is het kerngebied van overtijende dit moment is het nog een rietveldje met watervogels uit de Oosterschelde en foera- onder meer blauwborst en rietzanger als gerende broedvogels van het Zoommeer. broedvogel. De WetlandWacht en de vogel- Het snelvaartgebied wordt wel intensiever werkgroep volgen de ontwikkelingen met gebruikt maar niet vergroot en het bureau argusogen. spreekt de verwachting uit dat daar niet meer • De aantallen broedvogels van ver- verstoring door zal ontstaan. De provincie schillende soorten gaan achteruit: kluut, zal waarschijnlijk wel het bestaand gebruik, strandplevier, zwartkopmeeuw en kleine maar niet de uitbreiding goedkeuren. mantelmeeuw. Visdief, Noordse stern en dwergstern zijn als broedvogel verdwenen. • Er zijn verschillende procedures 24 MARKIEZAAT gevoerd over de aalvisserij in de Krammer- Positieve ontwikkelingen Volkerak en Zoommeer-Eendracht. Er had al • Het aantal broedparen lepelaar op de 92 in 2001 een Visplan moeten zijn, gebaseerd Spuitkop neemt toe; het begon in 1999 met 2 op de Integrale Beheervisie Visstandbeheer paar, groeide door tot 25 broedparen in 2002 en Visstandbeheerplan 2001-2010 (IBV- en in 2003 waren er 30 succesvolle paren met in dat jaar 52 jongen als resultaat.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 92 14-10-2004 13:07:07 Proceskleur Cyaan Proceskleur Magenta Proceskleur Geel Proceskleur Zwart PANTONE Process Black CV PANTONE 300 CV • Er lijkt een lichte toename van de geval in het oostelijk deel, een eind maken bruine kiekendief: 11 broedparen in 2000, aan de groene soep die ieder jaar weer in 15 paar in 2001 en 16 paar in 2002. het Veerse Meer ontstaat. Saillant detail is • In november 2003 waren er 5.000 tot dat de doorlaat op dezelfde plek ligt waar de 6.000 tafeleenden aanwezig. Zandkreekdam in 1960 werd gesloten. Een • Het Beheerplan Markiezaat (januari monitoringsprogramma moet de effecten 2004) is afgerond en goedgekeurd door de gaan volgen, want door het inlaten van water provincie Noord-Brabant. uit de Oosterschelde zal het Veerse Meer zouter worden. Het in- en uitstromen van Negatieve ontwikkelingen water brengt ook een kleine getijdenbewe- • In 2002 was er een flinke sterfte onder ging van ongeveer tien centimeter met zich eenden en ganzen door botulisme. mee. • Nog steeds vliegen vogels zich dood • Het Veerse Meer is vooral van belang tegen de ongemarkeerde hoogspanningslei- voor plantenetende watervogels in de winter. dingen. Overigens gebruiken aalscholvers In december 2001 werden er bijna 20.000 soms met honderden tegelijk de masten om smienten en meer dan 13.000 wilde eenden te rusten. geteld. In oktober van dat jaar zijn 15.500 • Het aantal broedparen strandplevier meerkoeten geteld. Brandganzen en rot- is afgenomen. De stuw staat na het overleg ganzen gebruiken het meer als slaapplaats. met de WetlandWacht en de vogelwerkgroep De belangrijkste viseters zijn dodaars, Bergen op Zoom wel op vijftig centimeter fuut, aalscholver en middelste zaagbek. boven NAP ingesteld, maar bij veel regenval Ongeveer driekwart van de dodaarzen in wordt het water door de smalle stuw niet de zoute delta verblijft in het Veerse Meer. snel genoeg afgevoerd en lopen de goede De Middelplaten zijn, behalve als winter- broedterreinen voor strandplevieren, bont- verblijfplaats, ook als broedgebied voor de bekplevieren en sterns onder water. Door de aalscholver belangrijk. fluctuaties gaan soms nesten verloren, maar • Als in het najaar het peil wordt ver- ontstaat ook een grotere zone met kansen laagd kunnen zich grote groepen steltlopers, voor plevieren. Op korte termijn zal het peil scholeksters, kluten, wulpen en tureluurs, verder verlaagd worden naar veertig centi- ophouden op de vrijkomende slikken. Ook meter boven NAP. bonte strandlopers, zilverplevieren, kanoet- strandlopers en rosse grutto’s gebruiken de slikken als hoogwatervluchtplaats tijdens 25 VEERSE MEER vloed in de Oosterschelde. Positieve ontwikkelingen • In 2002 broedden er maar liefst 14 paar • Al jaren is de kwaliteit van het lepelaars, 15 paar bruine kiekendief, 10 paar water slecht en al zo’n vijftien jaar wordt kluut en 105 paar visdief. Het aantal kluten er aan plannen gewerkt ter verbetering. vormt nog maar een schijntje van wat vroe- Eigenlijk was al snel duidelijk dat er een ger gewoon was. doorspoelconstructie gemaakt moest wor- den om het voedselrijke water regelmatig Negatieve ontwikkelingen te kunnen verversen, maar dat had geen • Om de bemalingskosten van het omlig- prioriteit. Rijkswaterstaat heeft er uitein- gende landbouwgebied zo laag mogelijk delijk voor gekozen om een doorlaat in de te houden heeft het meer een onnatuurlijke Zandkreekdam te maken en na twee jaar peil; het winterpeil is zeventig centimeter 93 bouwen is het zover. Deze doorlaat zal in lager dan het zomerpeil! Met het herstelpro- 2004 opgeleverd worden en zal dan, in ieder ject ‘Rondom het Veerse Meer, een gebied

wetlandrap_2001-2003-def.indd 93 07-10-2004 09:20:49 met toekomst’ wordt één peil van tien De Schelde Natuurlijk! centimeter beneden NAP voorgesteld. Dit kost veel geld, want in de winter moeten de De Westerschelde is veel meer dan een drukke scheepvaartroute, geflankeerd gemalen het water uit de landbouwgebieden door grijze industriezones langs haar oevers. Met zijn unieke getijdengebied her- hoger oppompen om te kunnen lozen in het bergt het Schelde-estuarium – de onder getijdenwerking staande benedenloop Veerse Meer. De provincie heeft zich bereid van de Schelde tussen Gent en de Noordzee – natuurwaarden van internationale verklaard daar fors voor te betalen. De ver- allure. Onbekend maakt echter onbemind. wachting is dat de discussie over dit punt nog lange tijd gaat duren. Met de campagne ‘De Schelde Natuurlijk!’ wil Vogelbescherming Nederland, • In dit gebied heeft het waterschap samen met zes andere Nederlandse en Vlaamse natuur- en milieuorganisaties, het Zeeuwse Eilanden behalve de waterschaps- negatieve imago bijstellen van de Schelde als zwaar vervuilde scheepvaartgeul taken ook de taken van het recreatieschap naar Antwerpen. De Schelde, haar prachtige estuarium en haar buitengewone overgenomen en later ook de recreatieve natuur hebben dringend meer aandacht en bekendheid nodig. Want als het aan de voorzieningen van Staatsbosbeheer. Er is overheden ligt wordt dit unieke vogelgebied steeds verder uitgebaggerd, omge- door het waterschap een Gebruikersraad ploegd en ingericht als scheepvaartkanaal, omringd met haven- en industriege- ingesteld en daar wordt toch vooral naar bied. Door de grootse natuur van de Schelde meer onder de aandacht van het de belangen van de recreatieondernemers publiek te brengen rekenen de initiatiefnemers op meer begrip voor de noodzaak gekeken. om die natuur te behouden en te versterken. • Het Veerse Meer heeft meerdere functies: water innemen van de omlig- Na anderhalf jaar van intensieve voorbereiding is ‘De Schelde Natuurlijk!’ half gende landbouwgronden en ruimte bieden augustus 2004 van start gegaan. Het project zal door politieke lobby en publiek- aan natuur, recreatie, scheepvaart en deels gerichte communicatie proberen bij te dragen aan herstel en ontwikkeling van ook landbouw. Om tot verbeteringen in het een natuurlijk en natuurrijk Schelde-estuarium. Dat betekent: een verantwoord gebied te komen heeft een projectgroep van en duurzaam gebruik door scheepvaart, visserij en economie, tegelijk met land- alle betrokken partijen eind 2003 een visie schapsbeleving, recreatie en cultuur. uitgebracht voor de komende vijftien jaar: ‘Rondom het Veerse Meer, een gebied met De deelnemende organisaties in het Schelde-project zijn: WWF-België, toekomst’. In die visie ligt de nadruk op Zeeuwse Milieufederatie, Natuurpunt vzw, Stichting Het Zeeuwse Landschap, economische en recreatieve ontwikkelingen, Vereniging Natuurmonumenten, Bond Beter Leefmilieu en Vogelbescherming zoals de aanleg van nieuwe (fiets)paden, Nederland. bijvoorbeeld in het Schengegebied. In de visie krijgt Middelburg de mogelijkheid om Meer info over het project vind je op www.descheldenatuurlijk.nl tot aan de rand van het water uit te breiden. of www.descheldenatuurlijk.be Cruciaal zal zijn of de zonering in tijd, recreanten in de zomer en vogels in de win- ter, overeind blijft.

Vogelbescherming Nederland heeft in zijn 26 WESTERSCHELDE reactie daarom vooral gewezen op de com- Positieve ontwikkelingen pensatie voor het verlies aan habitat. In juli • Uit de MER over de aanleg van 2003 is het plan door de Raad van State ver- de Westerschelde Container Terminal worpen. De Raad van State is van mening (WCT) blijkt dat er amper gevolgen voor dat onvoldoende is onderzocht of er moge- vogels zijn. De aanleg van de WCT zou lijkheden waren voor vestiging van andere 94 wel een forse aantasting van het intertij- bedrijven ter verbetering van de werkgele- degebied de Kaloot, aangewezen onder genheid in plaats van de WCT, of dat andere de Habitatrichtlijn, tot gevolg hebben. locaties voor de WCT mogelijk waren.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 94 07-10-2004 09:20:50 • Steeds vaker wordt de kleine zilver- aantallen waargenomen; op 15 en 16 april reiger waargenomen; hij rukt langzaam naar 2003 bijvoorbeeld bijna 500.000 graspie- het noorden op. In de Braakman werden in pers. 2002 vier broedparen vastgesteld. • Ongelooflijke aantallen vogels kun- • Op de Hooge Platen en het Voorland nen op en langs de Westerschelde worden van Nummer Een zijn de kolonies van grote waargenomen (2001): in december meer stern en dwergstern blijven bestaan. De dan 46.000 bonte strandlopers, 100 kleine aantallen fluctueren erg: grote stern (2002) zilverreigers in augustus, 60.000 smienten 4.600 paren en (2003) 2.500 paren, visdief in oktober, meer dan 1.200 drieteenstrandlo- (2001) 1.300 paren en (2002) 1.100 paren, pers in oktober. dwergstern (2001) 100 paren en (2003) 87 paren. Het broedsucces van de dwergsterns Negatieve ontwikkelingen op Voorland Nummer Een is deze jaren • Nog steeds vindt er kokkelvisserij helaas minimaal gebleken. Dit vormt een plaats, met alle negatieve effecten van groot- punt van zorg. schalige bodemberoering als gevolg. De • Ruiende bergeenden zijn er ieder jaar kokkelvisserij is één van de oorzaken van de in grote aantallen (3.000 tot 5.000) bij de achteruitgang van de scholekster in de Zoute Hooge Platen/Spijkergeul. Delta. • In 2001 is gestart met de natuurontwik- • Verstoring van hoogwatervluchtplaat- keling Inlaag Hoofdplaat. sen (HVP’s) komt in alle verslagen van de • Het ene windmolenpark, in de WetlandWachten terug. De waterschappen Hooglandpolder, is net van de baan, begint hebben amper inzicht in de precieze lokaties er weer een onderzoek voor het volgende van HVP’s. Bovendien willen zij overal park, nu in de Eendragtpolder. recreatie toestaan en afspraken over afslui- • Het natuurontwikkelingsproject de ting van sommige dijkvakken worden niet Staartse Nol, compensatie voor de aanleg altijd nagekomen. Het waterschap Zeeuwse van de Westerschelde Oeververbinding, Eilanden sluit het buitendijks onderhoudspad heeft positief uitgewerkt voor steltlopers en wel goed af bij de Everingepolder en weer eenden. niet bij de Biezelingse Ham. In overleg met • De meest bekende trektelpost van de WetlandWachten heeft Vogelbescherming Nederland is gevestigd in Breskens. Behalve Nederland er bij de waterschappen op aan- heel bijzondere soorten worden er ook grote gedrongen om tijdens werkzaamheden voor dijkverzwaring rekening te houden met de HVP’s. En om na de oplevering de buiten- taluds van de dijkvakken bij HVP’s niet in te richten voor recreatie. Dit is gebeurd bij Paulinapolder, Hellegatpolder, Kruiningen, Lage Tafel Borsselepolder en Zuidwatering. De Raad van State moest het waterschap terugfluiten. Vogelbescherming, de Zeeuwse Milieufederatie en de WetlandWachten had- den nota bene concrete suggesties gedaan om problemen te voorkomen. Inmiddels lijkt het waterschap overtuigd; de onderhoudspa- den ter hoogte van HVP’s gaan niet open 95 voor recreatie en de fietspaden worden bin- grauwe gans nendijks aangelegd.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 95 07-10-2004 09:20:50 • Bij een aanvaring verloor het vracht- • Saeftinghe is zowel voor broedvogels schip de Pelican eind juli 2003 olie die als voor overwinterende vogels van groot aanspoelde op het schor bij Bath. Opruimen belang. Meer dan 1% van de Nederlandse is niet gebeurd omdat het teveel schade aan populatie van de grauwe gans, bruine de vegetatie zou veroorzaken. Gelukkig kiekendief, strandplevier, tureluur, zilver- vielen er weinig olieslachtoffers. Het gevaar meeuw, visdief en blauwborst broeden voor nieuwe olierampen blijft bestaan; uit hier. En veel mensen bezoeken het gebied gegevens van Rijkswaterstaat blijkt dat er vanwege zijn grote aantallen pleisterende jaarlijks ongeveer vijftig ongelukken met of overwinterende soorten, zoals lepelaar, schepen plaatsvinden. grauwe gans, bergeend, pijlstaart. • Regelmatig vindt verstoring van op • Al een aantal jaren is dit gebied bekend platen foeragerende en overtijende vogels om de broedende graszangers. In 2002 plaats door boten en surfers. Er is dringend werden er 26 territoria vastgesteld en 18 in behoefte aan een toezichtplan voor de pla- 2003. ten. • De geulrandverdediging tussen • Op 14 december 2002 vond in het Baalhoek en Konijnenschor zorgt voor een Kanaal een aanvaring plaats tussen twee versnelde opslibbing naar de dijk toe; zo zeeschepen: het autoschip de Tricolor en komen er weer ondiepe delen als foerageer- het containerschip Kariba. De Tricolor zonk gebied voor vogels beschikbaar. en er kwam 170 ton olie in zee terecht. Vele duizenden vogels werden het slacht- Negatieve ontwikkelingen offer, vooral zeekoeten en alken. Ook de • De jacht aan de rand van Saeftinghe Westerschelde werd met olie besmet en vrij- blijft een voortdurend probleem. Door de willigers waren dag en nacht in de weer om jacht treedt er verstoring in het gebied op besmeurde vogels te vangen en naar asielen en is de dijk niet beschikbaar voor grazende te brengen. In de Westerschelde werden ganzen. Eind 2003 werden er incidenten in die tijd ook vaak steltlopers gezien die geconstateerd bij het toen weer toegestane besmeurd zijn geraakt tijdens het foerageren, afschot van grauwe ganzen en kolganzen. maar die niet gevangen konden worden. Er verschenen zelfs advertenties waarin Over hun overlevingskans is niets bekend. jagers opgeroepen werden om tegen betaling ganzen te komen schieten. In een procedure Verdronken Land van Saeftinghe bij de provincie Zeeland zijn veel bezwaren Positieve ontwikkelingen van Vogelbescherming Nederland overgeno- • Door de verdere uitgroei van de rietvel- men, zoals geen afschot in regio’s waar geen den in het oostelijk deel is het aantal rietvo- schade is, maximaal twee ganzen schieten gels toegenomen. per actie, beperking aan het aantal jagers en • Van het Sieperdaschor is het westelijk melding van acties tegen schade om controle deel door het dichten van een geul perma- mogelijk te maken. De eis dat niet op gan- nent onder water komen te staan. Sindsdien zen geschoten mag worden als niet duidelijk verblijven er veel meer watervogels en is of ze op een perceel willen landen werd steltlopers. niet gehonoreerd. Vliegende ganzen blijven • De gidsen van excursies worden door zo het doelwit van schietgrage jagers. leden van de vogelwerkgroep gewezen op • Bij werkzaamheden eind 2001 aan de kwetsbare delen, zoals kolonies van broe- leidingendam, die in 2001 overgedragen is 96 dende vogels. Deze gebieden zouden bij aan Delta Nutsbedrijven, is veel verstoring excursies vermeden moeten worden. veroorzaakt, uitgerekend in de maanden dat veel watervogels in het gebied aanwezig

wetlandrap_2001-2003-def.indd 96 07-10-2004 09:20:54 zijn. Door de onoordeelkundig uitgevoerde Vlaanderen verschuilt zich achter langjarige werkzaamheden zijn grote delen van de riet- pachtcontracten die zij hebben afgesloten velden in het Sieperdaschor vernield. met verschillende agrariërs. Daarin is niets • Het is onduidelijk wat er de oorzaak vastgelegd over het broedseizoen. van is, maar er komen steeds hogere water- standen voor in Saeftinghe waardoor de schorren overstromen en de nesten van 27 HET ZWIN broedvogels verloren gaan. Vooral de visdie- Positieve ontwikkelingen ven hebben hiervan te leiden; in 2001 broe- • Ieder jaar komen er ongeveer 30 paar den er 869 paar succesvol, in latere jaren tureluurs tot broeden, meestal ook een stuk spoelden de nesten steeds voor een groot of 5 scholeksters en soms enkele kluten. deel weg. Het RIKZ (Rijksinstituut voor • In de Zwinbosjes in het Belgische deel Kust en Zee) rapporteerde eind 2003 in een kwamen in 2002 8 paren kleine zilverreiger tussentijds verslag van het monitoringson- tot broeden. derzoek naar de effecten van de verdieping van de Westerschelde, dat men die hogere Negatieve ontwikkelingen hoogwaterstanden wel had verwacht maar • Al jaren dreigt het gebied te verzanden. nog niet echt gemeten had. Om dat tegen te gaan is in 2003 opnieuw • Het vroege maaien van de zeedijken aan de monding zand afgevoerd en er is een is ieder jaar weer een probleem voor broed- zandval gemaakt, na overleg met heel veel vogels; uitgemaaide kieviten en tureluurs partijen in Nederland en België. zijn het gevolg. Het waterschap Zeeuws-

97

Verdronken Land van Saeftinghe

wetlandrap_2001-2003-def.indd 97 07-10-2004 09:20:54 • De kokmeeuwkolonie is verdwenen, Verdieping Westerschelde waarschijnlijk als gevolg van de sluiting van een open vuilnisbelt vlak over de grens. • Als gevolg van de verdieping is de stroomsnelheid hoger geworden en kalven Zwartkopmeeuwen en zilvermeeuwen zijn zandplaten af. Van de randen van de Hooge Platen zijn al miljoenen kuub zand ook weg. verdwenen met uiteindelijk als gevolg dat de kolonies sterns verloren zullen • Bij het vergaan van de autocar- gaan. Er is ook veel afslag aan het Hellegatschor. rier de ‘Tricolor’ eind 2001 is er olie in • Om de diepte op peil te houden moet er veel en langdurig gebaggerd worden. de Noordzee terecht gekomen. Om het Omdat de bagger vervolgens weer op andere plaatsen gestort wordt is de Zwin tegen de olie te beschermen hebben Westerschelde troebeler geworden. Hierdoor neemt het plantaardig plankton Belgische overheden over een afstand van af en tenslotte het volume opgroeiende vis. Mogelijk is dit de oorzaak van het ongeveer 200 meter zogenaamde ‘booms’ slechte broedresultaat van de grote sterns. geplaatst. Dat zijn drijvende plastic ‘wor- • De Europese Commissie heeft de Nederlandse overheid in 2003 veroordeeld voor sten’ gevuld met water en lucht. Later is het gebrekkige compensatieplan voor de verdieping. De compensatievoorstellen er nog een zanddam aangelegd in België, hebben weinig te maken met de verloren gegaan natuurwaarden. Vooral slik- nota bene precies op de groeiplaats van de ken, schorren en zandplaten moeten teruggebracht worden. Vogelbescherming zeldzame gele hoornpapaver. Deze plant Nederland heeft dezelfde argumenten in 2002 in een brief aan Gedeputeerde is niet meer teruggekeerd. Toch is er aan Staten naar voren gebracht. Als eerste, klein project buitendijks ter compensatie Nederlandse kant nog wat olie in het Zwin van de verdieping zijn bij het gebied het Schor en Slik van Waarde twee kribben terecht gekomen. Deze kleine hoeveelhe- aangelegd. Deze moeten de afslag stoppen en zelfs zorgen voor aanwas van den zijn door de gemeente en het Zeeuwse schor. Rijkswaterstaat heeft plannen om de oude veerhavens bij Kruiningen en Landschap opgeruimd. Perkpolder om te vormen tot schorren en slikken als onderdeel van het compen- satieplan Westerschelde. Nu lijkt vooral de gemeente Hulst aan te sturen op een grote jachthaven bij Perkpolder met ongeveer 300 ligplaatsen, een golfbaan, ongeveer 200 recreatiewoningen en een schamele veertig hectare voor compen- satie buitendijks. • In 2001 is de Langetermijnvisie voor het Schelde-estuarium door de Nederlandse en Vlaamse overheid vastgesteld. In dit plan wordt een streefbeeld voor het Schelde-estuarium voor 2030 gepresenteerd. De functies veiligheid (tegen overstromingen), toegankelijkheid (van de haven Antwerpen) en natuurlijkheid (inclusief zandplaten, geulen, vogels en vissen) in het estuarium staan hierin cen- traal. In navolging van deze LTV is in 2002 door Nederland en Vlaanderen beslo- ten om een plan voor de middellange termijn voor het estuarium uit te werken: de Ontwikkelingsschets 2010. In dit plan zouden maatregelen be-schreven moeten worden voor de periode tot 2010, die het streefbeeld van de LTV in 2030 dichterbij brengen. Het streven is een maatschappelijk breed gedragen schets op te stellen, die de onderbouwing vormt voor verdere politieke besluiten over het Schelde-gebied. De projectorganisatie ProSes (Projectdirectie ontwikkelingss- chets Schelde-estuarium) is in het leven geroepen om de schets in twee jaar tijd op te stellen. Onderdeel van de ontwikkelingsschets vormen onder meer een Strategische Milieueffectenrapportage, een Natuurontwikkelingsplan en een Maatschappelijke Kosten-batenanalyse. Momenteel werkt ProSes aan de afrond- ing van de Ontwikkelingsschets 2010, die in het najaar van 2004 gepresenteerd zal worden. De verwachting is dat vervolgens nog voor het einde van 2004 de Nederlandse politiek beslissingen zal nemen met betrekking tot het estuarium. 98 Belangrijke vraag hierbij is of Nederland zal besluiten tot een nieuwe verdieping van de Westerschelde om de Vlaamse wens, de toegankelijkheid van de haven van Antwerpen te vergroten, in te willigen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 98 07-10-2004 09:20:57 28 IJSSELMEER Afsluitdijk te plaatsen is door ‘The Sun Positieve ontwikkelingen Factory’ een plan bedacht om de binnenkant • Het kabinet heeft in januari 2002 de van de Afsluitdijk te beleggen met 180.000 Integrale Visie IJsselmeergebied 2030, zonnepanelen. Daarmee zou de grootste zon- De koers verlegd, vastgesteld. De visie is nestroomcentrale van de wereld ontstaan. opgesteld door de ministeries van V&W, Rijkswaterstaat ziet brood in de proef. De LNV, EZ en VROM in nauwe samenwer- zonnecentrale zou 5.500 huishoudens van king met de provincies Friesland, Flevoland groene energie kunnen voorzien. en Noord-Holland en maatschappelijke • In 2000 is nabij het Krabbersgat bij organisaties. Er wordt in beschreven hoe Enkhuizen een aquaduct gemaakt om files in het IJsselmeergebied met toekomstige van zowel auto’s als pleziervaartuigen te planologische ontwikkelingen kan worden voorkomen. Bijkomend voordeel is dat het omgegaan, rekening houdend met de kern- gronddepot bij het aquaduct door zwarte kwaliteiten van het gebied. De belangrijkste sterns ontdekt werd als slaapplaats. De koerswijziging is het openhouden van het vogelwerkgroep Wierhaven heeft in het blad IJsselmeergebied. Hiermee komt een eind Limosa gepleit om het opspuitterrein per- aan de lange historie van inpolderen van het manent te handhaven. Ook Rijkswaterstaat open water. Voor watergebonden gebruik heeft initiatieven genomen om het depot te als watersport, oeverrecreatie, natte natuur, behouden. Het gaat erom de waardevolle beroepsvaart en havengebonden activiteiten functie van de kale tot schaars begroeide is volgens deze visie ruimte beschikbaar. pionierssituatie in stand te houden. De ver- Voor niet-watergebonden bedrijven, ver- wachting is dat zeker één keer per jaar ingre- blijfsrecreatie en horecagelegenheden is in pen noodzakelijk zijn om dit te bereiken. In het open water in principe geen plaats. Om 2001 broedden er reeds 500 tot 800 paren dit inzicht juridisch te onderbouwen, werkt visdiefjes. het ministerie van Verkeer en Waterstaat aan • In 2002 is RWS gestart met het natuur- de Beleidslijn Buitendijkse Ontwikkelingen. ontwikkelingsproject de Kreupel. Een jaar • De provincies Noord-Holland en later werd het afgerond. De Kreupel, ten Friesland waren van plan om aan beide noordoosten van Medemblik, is een 70 hec- zijden van de Afsluitdijk een groot aantal tare groot eiland, geschikt als broedgebied windmolens te plaatsen. Vogelbescherming en rustgebied voor broedvogels van kale Nederland heeft met succes gestreden tegen bodems, zoals de dwergstern. Het project deze ontwikkeling. In maart 2002 heeft de maakt voedselbronnen voor diverse vogel- Tweede Kamer tijdens het debat over de soorten beter bereikbaar en daarmee beter PKB Waddenzee de motie Augusteijn aan- benutbaar. Het project bestaat uit kale zand- genomen. Deze motie keert zich tegen de platen, omringd door een gordel van ondiep, plaatsing van windturbines in de Waddenzee. luw water met incidenteel wat rietbegroei- De initiatiefnemers van het Interprovinciaal ing. Uit de eerste tellingen blijkt De Kreupel Project Windpark Afsluitdijk (de provincies erg in trek te zijn bij vogels. Andere natuur- Noord-Holland en Fryslân, de gemeenten ontwikkelingsprojecten van Rijkswaterstaat Harlingen, Wûnseradiel, Wieringen en in het IJsselmeer liggen bij Onderdijk en Wieringermeer), hebben hieruit geconclu- langs de Friese kust. deerd dat de uitvoering van het IPWA zeer • It Fryske Gea heeft in 2002 het onwaarschijnlijk geworden is; ze hebben het beheersplan Friese IJsselmeerkust vastge- 100 project stop gezet. steld. Dit plan biedt veel kansen voor vogels. • Als tegenhanger van het vogelon- • Waterrecreatie Advies heeft in opdracht vriendelijke plan om windmolens langs de van het ministerie van LNV en andere

wetlandrap_2001-2003-def.indd 100 07-10-2004 09:21:11 windmolens in de Noordoostpolder

opdrachtgevers grootschalig onderzoek ver- • In de Nota Ruimte is de IJsselmeerdijk richt onder watersporters in het IJsselmeer van de Wieringermeer aangeduid als en de Waddenzee. Een belangrijke conclusie “buitendijkse zoeklocatie windmolens”. van Waterrecreatie Advies was dat voor De Provincie Noord-Holland is hierop beide gebieden geldt dat rust een belangrijk ingesprongen met een plan om dertig motief is voor ‘stille’ watersporters om in windmolens met een totaal vermogen deze gebieden te varen. van 110 megawatt te plaatsen langs de Wieringermeerdijk tussen Den Oever en Negatieve ontwikkelingen Medemblik. Het plan is om de windmolens • De Koepel Windenergie Noordoost- in twee rijen in het IJsselmeer op te stellen: polder is van plan om meerdere grote de eerste rij op 600 meter vanaf de dijk en buitendijkse windmolenparken in en langs de tweede rij op 1.000 meter vanaf de dijk. het IJsselmeer te realiseren. Het gaat om Het windturbinepark zou in 2008 in gebruik een groot aantal windturbines in het zuide- worden genomen. De gekozen locatie zou lijk deel van de Noordoostpolder, langs de een barrière vormen voor veel foeragerende Westermeerdijk en de Noordermeerdijk. De watervogels, maar vooral voor de zwarte turbines worden in lange rijen opgesteld en stern. In de nazomer verblijft een groot deel bereiken een ashoogte van 100 meter en een van de Europese populatie zwarte sterns in rotorhoogte van 140 meter. Daarmee zijn het noordelijke IJsselmeer om op te vetten ze hoger dan de Domtoren. De geplande voor de trek naar Afrika windturbines vormen een ernstig probleem • Het peilbeheer van het IJsselmeer is voor grote aantallen watervogels, die het momenteel tegennatuurlijk. Dit om tegemoet IJsselmeer nodig hebben om op te over- te komen aan agrarisch gebruik in de omlig- nachten of om er naar voedsel te zoeken. gende gebieden: laag in de winter en hoog in Vogelbescherming Nederland heeft samen de zomer. In de winter is het waterpeil onge- met de Vereniging Natuurmonumenten en veer 30 centimeter lager dan in de zomer- de Vereniging tot Behoud van het IJsselmeer maanden. Een meer natuurlijker waterpeil, 101 eind 2003 bezwaar gemaakt tegen de voor- hoog in de winter en geleidelijk aflopend genomen plannen. in de zomer, zou veel kansen bieden voor

wetlandrap_2001-2003-def.indd 101 07-10-2004 09:21:11 ontwikkeling van waardevolle natuur, vooral • Rijkswaterstaat is de afgelopen drie van moerasvegetaties. Bovendien zal verrui- jaar druk bezig met het versterken van de ging van zandplaten minder snel optreden. IJsselmeerdijken. Hoewel Rijkswaterstaat • De gemeente Lelystad legt in haar zorgvuldig omgaat met natuurwaarden, zorgt in 2004 ter visie gelegde Structuurplan de dijkversterking tijdelijk voor overlast en Gemeente Lelystad 2015 een grote claim op verstoring. het open water. In de zogenaamde Baai Van Eesteren zouden fraaie buitendijkse woonei- landen moeten verrijzen. Workumerwaard • Door zeespiegelstijging en hogere Positieve ontwikkelingen pieken in waterafvoeren zal in de nabije • De begrazing op de Workumer toekomst de spuicapaciteit in de Afsluitdijk Buitenwaard was in 2000 en 2001 onvol- niet meer voldoende zijn om het IJsselmeer doende waardoor in rap tempo verruiging op een veilig peil te houden. Daarom is het optrad. Beheerder It Fryske Gea heeft in nodig de spuicapaciteit te verhogen door 2003 de begrazingsdruk weer op sterkte het bouwen van extra spuisluizen. Indien gebracht met vleeskoeien en paarden. gekozen wordt voor een ingreep waarbij • Natuurontwikkelingsproject It Soal met geleidelijke overgangen brakwaterzo- ontwikkelt zich tot een interessant gebied. nes worden gecreëerd kan veel natuurwinst In de recente nazomers was dit de omvang- geboekt worden. In de loop van 2004 rijkste slaapplaats van reuzensterns in zal de MER ter inzage gelegd worden. Nederland met herhaaldelijk meer dan zestig Vogelbescherming heeft in een reactie op vogels. de startnotitie MER aangegeven dat meer • Veel kwetsbare vogelsoorten hadden op ruimte gegeven zou moeten worden aan de Workumerwaard in 2003 een succesvol een flexibeler waterpeil in het IJsselmeer, broedseizoen. Zo steeg de populatie visdief waardoor het minder snel nodig zou zijn om ten opzichte van 2002 van 760 naar 1.200 ineens grote hoeveelheden zoet water in de paar, bontbekplevier van nul naar zeven Waddenzee te lozen. paar en kemphaan van twee naar vier paar. • Een andere negatieve ontwikkeling in De zomerdijk van de buitenwaard is voor het IJsselmeer zijn de ontgrondingen. De wandelaars (met vergunning) buiten het kwaliteit van het meer als wetland is juist broedseizoen opengesteld en dat geeft wei- verbonden met het relatief ondiepe karak- nig problemen. ter van dit water, waardoor veel voedsel voor vogels bereikbaar is. Rijkswaterstaat Negatieve ontwikkelingen Directie IJsselmeergebied (RDIJ) werkt aan • Natuurontwikkelingsproject It Soal een nieuwe beleidsregel oppervlaktedelf- wordt ernstig verstoord door kitesurfers. stofwinning. Deze beleidsregel bevat voor- In 2002 en 2003 leken de aantallen pleis- waarden die aan toekomstige zandwinning terende en overnachtende vogels te dalen. worden gesteld. In navolging van landelijke Ook de visdiefkolonie op de buitenwaard ontwikkelingen formuleert RDIJ slechts pas- leek verstoord te worden door de kitesurfers. sief beleid. Dit betekent dat de initiatiefne- De gemeente is van plan om vanaf mer zelf winlocaties dient te selecteren en de 2004 kitesurfen nabij It Soal te verbieden. voorgestane ingreep dient te onderzoeken op • Het aantal weidevogels en kluten in de mogelijke ecologische effecten. De nieuwe Workumer Binnenwaard loopt terug, waar- 102 beleidsregel zal naar verwachting eind 2004 schijnlijk omdat het beheer van het agrari- gepubliceerd worden. sche gebied sinds 2000/2001 intensiever is geworden.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 102 07-10-2004 09:21:13 IJsselmeer

• Op de zuidrand van de Workumer van de roerdomp hebben opgebracht. Naast binnenwaard is een botenstalling in de dit project in Friesland zullen gelijksoortige openlucht aangelegd. De botenstalling ver- projecten uitgevoerd worden in Flevoland en oorzaakt vooral lichthinder. Deze lokatie ligt Noord-Holland. precies in een van de aanvliegroutes voor • De gemaakte afspraken met de riet- vogels die de Workumer buitenwaard als maaiers worden op de Makkumer Noord- en slaapplaats gebruiken. Zuidwaard en de Kooiwaard steeds beter nageleefd. Hopelijk ontstaan hierdoor gelei- Makkumerwaard en Kooiwaard delijk betere omstandigheden voor moeras- Positieve ontwikkelingen vogels. • In de winter van 2004-2005 zal het • Windsurfers verstoren met regelmaat project Brede voedseloevers voor roerdomp de rust op de Makkumer Noordwaard. In en andere moerasvogels op de Makkumer de komende jaren wordt een verbod ver- Noardwaard uitgevoerd worden. Dit project wacht van kite-surfen langs de Afsluitdijk wordt op initiatief van Vogelbescherming en wordt de windsurfzone verplaatst naar Nederland door It Fryske Gea uitgevoerd een strandje bij , waardoor in het kader van het beschermingsplan verstoring van watervogels rond de kop van Moerasvogels. Het project wordt gefi- de Noordwaard zal verminderen. In januari 103 nancierd uit een fonds dat de leden van 2003 werd vergunning verleend om dit Vogelbescherming Nederland ten behoeve strand bij Kornwerderzand aan te leggen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 103 07-10-2004 09:21:14 • Het natuurontwikkelingsproject Staand want visserij IJsselmeergebied Makkumer Zuidwaard voldoet aan de ver- wachtingen. Er worden grote aantallen pleis- In november 2001 sloten Vogelbescherming en de IJsselmeervissers een con- terende watervogels waargenomen. In 2000 venant met als doel de watervogelsterfte in visnetten fors terug te brengen. Vanaf lag hier nog grasland dat in gebruik was bij 2004 mocht het aantal watervogels dat jaarlijks in ‘staand want’ in het IJsselmeer boeren. en Markermeer verdrinkt de 2000 niet overschrijden. Op grond van een oud onder- • Het wandelpad op de Makkumer zoek werd toen verondersteld dat zo’n 50.000 watervogels per jaar in de netten Zuidwaard veroorzaakt veel verstoring. omkwamen. Voor de monitoring van het convenant financierde het ministerie van Beheerder It Fryske Gea en de gemeente LNV een nieuw onderzoek in de winter van 2002/2003. Deze studie toonde aan dat Wûnseradiel hebben de surveillance ver- 12.000 watervogels verdronken, aanzienlijk minder dan gevreesd, maar wel nog hoogd waarna minder overtredingen zijn veel meer dan de doelstelling. waargenomen. In de winter van 2003/2004 is weer veldonderzoek gedaan, met name gericht op de effectiviteit van aluminium strips op de netten. Deze strips (vlaggen) beperken Negatieve ontwikkelingen de sterfte van watervogels met 70%. Ex-interimburgemeester Bulte (gemeente • Langs het Makkumerdiep, de vaar- Edam/Volendam) heeft in 2004 een advies uitgebracht over de toekomst van de geul tussen Makkumer Noordwaard en IJsselmeervisserij. Hij adviseert om de helft van de zestig IJsselmeervissers uit te Makkumer Zuidwaard, zijn honderden recre- kopen. Minister Veerman heeft zich positief uitgelaten over warme sanering. Ook atiewoningen, enkele grote jachthavens en Vogelbescherming Nederland is hierover positief gestemd. Een ingrijpende warme watersportgebonden bedrijven gebouwd. Dit sanering in combinatie met aluminium strips op de netten kan leiden tot het bijna alles staat op de grens van het Belangrijke halen van de doelstelling van het convenant: 2000 verdronken vogels. Vogelgebied en heeft een enorme aantasting van het open landschap veroorzaakt. • De realisatie van woningbouw en de aanleg van een haven ten noorden van Makkum is een serieuze bedreiging • Het zandplatencomplex van de Steile van de Makkumer Noordwaard. In de Bank wordt elk jaar groter, waardoor meer zomer van 2002 heeft Vogelbescherming en meer vogels worden aangetrokken. Nederland gereageerd op de startnotitie • Mede door verscherpt toezicht van It van de MER- procedure Makkum-Noord. Fryske Gea is er weinig verontrusting door Vogelbescherming Nederland heeft in haar recreatie. reactie vooral gewezen op een juiste inter- • In maart werden op de Mokkebank en pretatie van de beschermingsbepalingen van op de Bocht van tijdens slaap- de Vogelrichtlijn. Volgens de website van de plaats-tellingen respectievelijk 13.127 en gemeente Wunseradiel zou voor de zomer 7.423 kemphanen waargenomen. van 2004 gestart worden met het opstellen van de concept-MER. Negatieve ontwikkelingen • De meest negatieve ontwikkeling is de Steile Bank, Mokkebank afslag van de zandbank bij de Mokkebank. en Bocht van Molkwerum Van de opgespoten plaat is nog maar een Positieve ontwikkelingen klein randje overgebleven. Het aantal visdie- • De gemeente Gaasterlân Sleat en lokale ven, in 2000 nog aanwezig met 875 paar, is natuurorganisaties hebben een convenant hierdoor teruggelopen naar 28 paar. afgesloten over het beheer van dagrecrea- • De opgespoten zandplaten voor de tieterrein De Hege Gerzen nabij de Steile Bocht van Molkwerum verruigen sterk. 104 Bank. Een mogelijke toename van versto- Visdiefjes hebben nauwelijks een kans om rende activiteiten is hiermee voorkomen. te broeden. Alleen op sommige open stukjes van de zandplaat en langs de rand broeden

wetlandrap_2001-2003-def.indd 104 07-10-2004 09:21:19 nog enkele paartjes. De kokmeeuwen komen werken tussen de betrokken bestuursorganen nog wel in grote aantallen voor, maar ook en maatschappelijke organisaties kan leiden van deze soort lopen de aantallen terug: tot creatieve oplossingen voor de tegenstrij- van 3.467 in 2002 naar 2.759 in 2003. Ook dige belangen. het grasland verruigt sterk. Er bloeien nog • Rijkswaterstaat Directie IJsselmeer- zo’n 325 kievitsbloemen bij de Bocht van gebied heeft in 2002 in het IJmeer even Molkwerum, maar de vraag is of deze plan- ten noorden van de IJdoornpolder een luw tensoort de verruiging overleeft. en ondiep moerasachtig gebied gecreëerd • De nieuwe boerencamping aan de ter grootte van ongeveer vijftig hectare. Heaburgen nabij de Steile Bank zal vermoe- Dit natuurontwikkelingsproject dient als delijk tot meer verstoring leiden omdat deze compensatie voor een ondiep gebied in het locatie gemakkelijke toegang geeft tot het IJmeer dat werd opgeofferd aan IJburg. Het kwetsbare wetland. ondiepe kustwater vormt de schakel tussen het diepe IJsselmeer en Waterland. In 2003 broedden hier al vele visdieven, ondanks de 29 MARKERMEER EN IJMEER verstoring door recreanten. Positieve ontwikkelingen • Nederland zal op grond van de • Toenemende stedelijke druk, infra- Europese Kaderrichtlijn Water voor de structuur, recreatie, waterkwantiteit en grotere wateren beheersplannen moeten –kwaliteit, natuurbehoud en –ontwikke- opstellen. Een eis die de Kaderrichtlijn ling: het speelt allemaal als het om het stelt is dat burgers betrokken moeten wor- IJmeer gaat. Begin 2003 heeft vereniging den bij de besluitvorming. De EU heeft Natuurmonumenten daarom samen met drie proefgebieden in Europa voor deze Vereniging Deltametropool een Werkgroep besluitvorming aangewezen. Een van de IJmeer geformeerd. Deze werkgroep gaat gebieden is het Markermeer. In 2003 is een verkennen of een andere manier van samen- burgerjury samengesteld; een groep van

toppereenden

105

wetlandrap_2001-2003-def.indd 105 07-10-2004 09:21:25 veertien willekeurig geselecteerde burgers op de beschermingsbepalingen van de EU- uit Lelystad. De burgerjury voelde deskun- Vogelrichtlijn. digen (‘getuigen’) aan de tand en kwam • Aan de overkant heeft de gemeente op basis daarvan tot beleidsaanbevelingen. Enkhuizen in haar, in 2004 gepubliceerde, De jury hechtte uitermate veel waarde aan structuurplan ruimte gereserveerd voor de behoud en ontwikkeling van belangrijk mogelijke uitbreiding van het buitendijks leefgebied voor vogels in het Markermeer. gelegen industrieterrein Krabbersplaat. Hier Vogelbescherming was in februari 2004 één zou meer nautische bedrijvigheid moeten van de getuigen voor deze jury. plaatsvinden. Aan de noordzijde van de • De Gouwzee en de Muidense kust zijn Houtribdijk voorziet dit plan in windmolens. aangemeld als Habitatrichtlijn-gebied voor • De gemeente Almere wil in het IJmeer de kranswiervegetaties en voor de soorten een groot buitendijks gebied ontwikkelen meervleermuis, rivierdonderpad en bit- onder de naam Almere Pampus. De gemeen- tervoorn. De kranswiervegetaties zijn van te heeft hiervoor nog geen procedure in gang belang voor plantenentende watervogels gezet. Daarnaast zijn verschillende plannen zoals meerkoet en kleine zwaan. in de maak voor een nieuwe verbinding over of onder het IJmeer tussen Almere en Negatieve ontwikkelingen Amsterdam. • Uit de watersysteemrapportage • Net als voor het IJsselmeer wordt in het van IJsselmeer en Markermeer blijkt dat Markermeer en IJmeer een tegennatuurlijk de populatie driehoeksmosselen in het peilbeheer gevoerd. Dat remt de ontwikke- Markermeer tussen 1993 en 2000 met de ling van natuurwaarden. helft is afgenomen. Dit heeft tot gevolg • In het belangrijke deelgebied de gehad dat de aantallen overwinterende Gouwzee is in 2001 vergunning verleend eenden, zoals kuif- en tafeleenden, in het voor de aanleg van een jachthaven met 465 Markermeer sterk zijn teruggelopen. Uit een ligplaatsen, recreatiewoningen en apparte- studie van RIZA in 2003 blijkt dat de grote menten. Er zal ook een vaargeul aangelegd hoeveelheid zwevend slib de belangrijkste worden. De jachthaven gaat verstoring ople- boosdoener is. Het gebrek aan licht pakt niet veren voor een belangrijk rustgebied van alleen slecht uit voor de driehoeksmosselen watervogels, terwijl door de aanleg van een en de mosseletende watervogels, maar ook vaargeul door de ondiepe Gouwzee een flink voor waterplanten, waterplant etende en vis voedselgebied verdwijnt. etende vogels. Om deze negatieve ontwik- • Rijkswaterstaat heeft een proces in keling te keren lijkt ingrijpen in het systeem gang gebracht om de komende jaren de dij- noodzakelijk. RIZA denkt daarbij aan een ken rond het Markermeer te versterken. De verhoogde uitwisseling met IJsselmeerwater dijkversterking zorgt tijdelijk voor overlast via doorlaten in de Houtribdijk. en verstoring. Dit geldt vooral voor het werk • Verschillende gemeenten langs de aan de Oostvaardersdijk. De dijkversterking randen van het Markermeer en IJmeer heb- gaat gepaard met enkele natuurcompense- ben de wens om buitendijks te bouwen. De rende maatregelen. gemeente Lelystad is van plan om in het • De Muidense kust en met name de Markermeer een luxe woonwijk met jacht- Muiderbergse kust is een favoriete stek voor haven aan te leggen. Het plangebied heeft kitesurfing. De verstoring voor wintergasten een belangrijke functie als rust- en voedsel- is hierdoor groot. Veel watervogels waaron- 106 gebied voor nonnetjes. Vogelbescherming der de kleine zwaan foerageren en/of rusten Nederland heeft in een reactie op het in dit gebied. bestemmingsplan de gemeente gewezen

wetlandrap_2001-2003-def.indd 106 07-10-2004 09:21:27 30 KETELMEER EN VOSSEMEER Om dit proces een halt toe te roepen en de Positieve ontwikkelingen archeologische vondsten in de bodem te • De afronding van de natuurontwik- conserveren is men begonnen met een ver- keling in het Ketelmeer bij de monding natting rond het eiland. Dat levert een voor van de IJssel door Rijkswaterstaat Directie vogels gunstig veenweidegebied op, gren- IJsselmeergebied nadert zijn einde. Het zend aan het Ketelmeer. project IJsselmonding moet resulteren in • De jacht op waterwild vanuit jachthut- een moerasdelta met kleine, net boven het ten in het Vossemeer is beëindigd. wateroppervlak gelegen eilanden. Het gaat • De weidegebieden Ketelpolder, om een flink oppervlak van 800 hectare. De Kardoezen en Zuiderwaard, aan de oostzijde afwisseling tussen dieptes en ondieptes is van het Vossemeer, zijn aangewezen als gunstig voor vogels en vissen. bufferzone/rustgebied voor ganzen. Van 15 • De bodem van het Ketelmeer is bedekt november tot 15 april is het betreffende dijk- met een laag vervuild slib van gemid- vak afgesloten voor fietsers. Opmerkelijk is deld een halve meter dik. De vervuiling is dat het gebied in deze periode niet gesloten afkomstig van industrieën in Nederland, is voor jagers. De Ketelpolder is in 2001 Zwitserland, Frankrijk en Duitsland die tus- ingericht als weidevogelgebied. De land- sen 1950 en 1990 afvalwater in de Rijn loos- bouwbestemming is omgezet in natuurbe- den. Omdat het Ketelmeer grenst aan het stemming. IJsselmeer, is verspreiding van de vervuiling • De Vogelwerkgroep van de vereni- naar het IJsselmeer mogelijk. Bovendien ging voor natuurbescherming en -educa- kunnen de verontreinigde stoffen doorsijpe- tie IJsseldelta inventariseert sinds 2000 len naar het grondwater. Om het vervuilde op verzoek van Rijkswaterstaat Directie slib veilig op te bergen is slibdepot IJsseloog IJsselmeergebied de vogelstand op het slib- gebouwd. In september 2000 is begonnen depot IJsseloog. In 2003 werden tien paar met de sanering van de Ketelmeerbodem. In bontbekplevieren en twaalf paar zwartkop- juni 2002 is het oostelijke deel van de sane- meeuwen geteld. Ook broedden er in 2003 ring afgerond. De tweede fase betreft het zo’n 900 paar kokmeeuwen en 424 paar westelijke Ketelmeer. visdieven. • Sinds de drooglegging van de Noordoostpolder is het eiland Schokland op Negatieve ontwikkelingen sommige plaatsen wel twee meter gezakt. • Ten Noordwesten van Kampen, nabij het industriegebied Haatland, wil de gemeente Kampen de Zuiderzeehaven aanleggen. Het gaat om een regionaal bedrij- venterrein aan diep vaarwater, bereikbaar voor coasters tot 4.000 ton. Een belangrijk gevolg zal de toename van beroepsvaart zijn, zowel in aantal als in volume. De relatieve rust op het Ketelmeer zal hierdoor worden verstoord. Daar zijn ook nog eens windmo- lens gepland. • In het gebied rond Kampen zijn veel infrastructurele werken uitgevoerd of in planning. Zoals de aanleg van de balgstuw 107 Ramspol, de aanleg van de Ramspolbrug jachthaven en de uitbreiding van het industriegebied

wetlandrap_2001-2003-def.indd 107 07-10-2004 09:21:27 Haatland in noordelijke richting ten behoeve • De gele boeien die het toegankelijke van de Zuiderzeehaven. Er zijn ook plannen gebied markeren zijn een flink eind richting om in zuidelijke richting naar het Vossemeer vaargeul verplaatst, waardoor het bescherm- toe uit te breiden. Bovendien is ten noord- de gebied groter is geworden. oosten van IJsselmuiden veel ruimte gere- • Er zijn plannen om een nieuw rand- serveerd voor uitbreiding van glastuinbouw. meer aan te leggen aan de oostzijde van • In 2004 zal gestart worden met de dijk- de Noordoostpolder. Dit randmeer zou in verbeteringswerken rond de Schokkerhaven. verbinding komen te staan met het Zwarte Deze werkzaamheden gaan enige verstoring Meer. Zo’n randmeer biedt veel kansen opleveren. De dijkverzwaring langs het voor natuur, met name voor moerasvogels. Vossemeer heeft in 2002 ook al tot onrust Vooral de ANWB is een groot voorstander. geleid. De provincie Flevoland daarentegen is • Een mogelijk gevolg van de aanleg van tegenstander van het project. de IJsseldelta en het baggerdepot IJsseloog • Het Zwarte Meer herbergt nog altijd is een afname van de windwerking aan de meer dan 30 paartjes grote karekiet. oostzijde van het Ketelmeer, waardoor het • Het gaat goed met de kievitsbloem in waterriet in de oude rietoevers dreigt te de Oeverlanden van het Zwarte Meer, een verdwijnen. Aan de andere kant biedt de gebied van Natuurmonumenten. aanleg van IJsseldelta ook een kans voor • Vogelbescherming Nederland heeft de ontwikkeling van waterriet. De omvang in 2002 gereageerd op de startnotitie voor van het areaal waterriet in het Ketelmeer de verbetering van de situatie rond de is zeer belangrijk voor de populatie van de Ramspolbrug. grote karekiet in Nederland. Het Ketelmeer/ Vossemeer is na de oostelijke Vechtplassen Negatieve ontwikkelingen het belangrijkste gebied voor deze zeldzame • De gemeente Kampen is eigenaar rietvogel in Nederland. In 2002 zijn 45 paar- van een flink deel van het rietareaal aan de tjes geteld. Tot 2002 is er geen afname in de oevers van het Zwarte Meer. De gemeente aantallen waargenomen. heeft voor dit gebied geen beheersplan vast- • De gemeenten Dronten en gesteld. Het blijft daarom onduidelijk welke Noordoostpolder zijn van plan de jachtha- beheersmaatregelen zouden moeten worden vens aan het Ketelmeer, Ketelmeerhaven uitgevoerd en door wie. De gemeente heeft en Schokkerhaven uit te breiden. Bij de meeste rietpercelen verpacht aan com- Ketelmeerhaven is hiervoor een nieuwe merciële riettelers. De riettelers passen als commerciële jachthaven gepland. Het aantal beheer met regelmaat rietbranden toe. ligplaatsen zou groeien van 425 naar zo’n • De Balgstuw tussen Ketelmeer en 800. In de Schokkerhaven zou het aantal Zwarte Meer bij Ramspol lijkt een negatieve van 250 naar 700 gaan. Uit een studie van ontwikkeling voor het Zwarte Meer. Bij RIZA blijkt dat een dergelijke toename van hoog water gaat de stuw dicht, waardoor de recreatiedruk op het open water van het fluctuaties in waterstanden en in het Zwarte Ketelmeer nadelig is voor watervogels. Meer achterwege blijven, met waarschijnlijk gevolg dat waterriet zich minder goed ont- wikkelt. 31 ZWARTE MEER • Veel hinder wordt ondervonden van Positieve ontwikkelingen lichtvervuiling door het in ontwikkeling 108 • Het rietveld in de Mandjeswaard is zijnde glastuinbouwgebied De Koekoek. opgeknapt. Hoewel het slechts een klein Plaatselijke verenigingen oefenen druk uit gedeelte van het wetland betreft, pakt dit wel om de lichthinder te dimmen. positief uit voor moerasvogels.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 108 07-10-2004 09:21:30 32 DRONTERMEER langs kunstwerken. Vanaf 2003 stagneren Positieve ontwikkelingen de werkzaamheden omdat de kosten de • De ontwikkeling van het 18 hectare aanvankelijke begroting van Rijkswaterstaat grote rietveld bij Elburg biedt meer kansen hebben overschreden. Locale natuurver- voor moerasvogels. Dit rietveld deed dienst enigingen pleiten ervoor om de beoogde als zuiveringsveld van de rioolwaterzuive- inrichting niet te versoberen maar slechts te ringsinstallatie, maar is nu buiten bedrijf. temporiseren. Het rietveld is momenteel van slechte kwa- • In 2003 heeft Vogelbescherming liteit, mede doordat er geen natuurgericht Nederland een reactie geschreven op de maaibeheer wordt uitgevoerd. De kwaliteit ontwerp-vergunning om een half mil- van het rietveld wordt verbeterd door het joen kubieke meter zand te winnen in het waterpeil aan te passen, een natuurgericht Veluwemeer. Uit het rapport ‘Toetsing aan maaibeheer te voeren en door meer interac- vigerende natuurwet- en regelgeving’ (april tie met het open water te realiseren. 2001) bleek dat vaargeulverbreding in het • De Hanzelijn moet Lelystad smalle oostelijke deel van het Veluwemeer met Zwolle gaan verbinden en zal het significante gevolgen heeft voor watervo- Drontermeer kruisen. In het tracébesluit is gels als de kleine zwaan. Vooral omdat er voor de passage van het Drontermeer een effecten te verwachten zijn op hun voedsel: tunnel opgenomen van 750 meter lengte, kranswieren en fonteinkruid. In 2004 werd waardoor de natuurwaarden gespaard wor- uiteindelijk vergunning verleend voor de den. Verwacht wordt dat in 2006 met de winning van slechts 100.000 m3 in het brede aanleg van deze tunnel wordt gestart. westelijke deel van het Veluwemeer. • Binnen het ruilverkavelingsproject Negatieve ontwikkelingen Elburg-Harderwijk is een principe-akkoord • Een behoorlijk deel van de baai van bereikt over de ligging van tachtig hectare Elburg zal tot anderhalve meter verdiept kwelafhankelijke natuur. Een deel hiervan worden om de vaarmogelijkheden te ver- komt aan de zuidoever van de Hierdense ruimen. Ook het noordelijk deel van het Beek te liggen (onderdeel van de Hierdense Drontermeer, bij de Roggebotsluis, zal om Poort) en een deel bij natte graslanden bij die reden verdiept worden. Deze ingrepen Doornspijk, benoorden Nunspeet. verminderen de foerageermogelijkheden voor watervogels en zorgen bovendien, door Negatieve ontwikkelingen méér recreatievaartuigen, voor een grotere • In het voorjaar van 2002 zijn ver- oppervlakte aan verstoord gebied in het diepingsproeven gestart waarbij de krans- recreatieseizoen. wierontwikkeling drie jaar wordt gevolgd. Komen de kranswieren terug, dan kan over grotere oppervlaktes verdiept worden. Tot 33 VELUWEMEER nu toe zijn de resultaten wat moeilijk te Positieve ontwikkelingen interpreteren door de gelijktijdige (tijdelij- • In 2002 zijn belangrijke werken uitge- ke?) teruggang van het kranswier in het hele voerd ter realisering van de Natte As, een meer, juist in die dieptezone. In 2004 wordt ecologische verbindingszone tussen de mon- de proef voor het derde jaar bekeken. ding van de Hierdense Beek aan de Gelderse • Het recreatiegebied bij Bremerbergse zijde van het Veluwemeer en het moerasge- Hoek wordt ontwikkeld tot een goed ont- bied Harderbroek aan de Flevolandse zijde sloten, kwalitatief hoogstaand ‘zwaartepunt 109 van het Wolderwijd. Het betreft de aanleg voor recreatie’. Hierbij is ruimte gereser- van eilanden en diervriendelijke oevers veerd voor waterscooters. Onderdeel van

wetlandrap_2001-2003-def.indd 109 07-10-2004 09:21:31 de activiteiten is de aanleg van een 700 nog als een buffer tussen de stad en het meter lange strekdam. Vanaf mei 2004 vaart vogelrijke buitengebied. Het verbond van een pontje vanaf camping Polsmaten naar organisaties bestaat uit de Gezamenlijke Bremerbergse hoek. Natuurbeschermingswerkgroep van de • De gemeente Harderwijk wil een regi- Vogelbeschermingswacht (VBW) Noord- onaal overslagcentrum ontwikkelen. Mede Veluwe, de KNNV afd. Noordwest- daartoe is er al een aquaduct aangelegd Veluwe en de Gelderse Milieufederatie. waardoor het Veluwemeer en Wolderwijd De WetlandWacht is voorzitter van de met elkaar zijn verbonden. Tegelijkertijd Gezamenlijke Natuurbeschermingswerk- vindt verbreding en verdieping plaats van de groep. vaargeul, waardoor grotere binnenvaartsche- • Een van de belangrijke maatregelen pen de route door de Veluwe-Randmeren van IIVR (Integrale Inrichting Veluwe kunnen volgen. Verdieping van vaargeulen Randmeren) ten bate van de natuur is de en frequentere vaart van dieperliggende realisatie van het ecolint Elburg. Doel hier- schepen zullen een negatief effect hebben op van is het herstellen van een aaneengesloten de groei en verspreiding van waterplanten. rietzone langs de Gelderse oever van het Juist deze waterplanten spelen een belangrij- smalle deel van het Veluwemeer. Op dit ke rol in het helder houden van de meren en moment liggen hier 95 stukjes land met zijn een belangrijke voedselbron voor water- illegale campings/huisjes. Deze percelen vogels zoals de kleine zwaan. De kranswier- moeten worden verworven door samen- velden in het Veluwemeer zijn beschermd werking tussen ministerie van VROM, onder de Europese Habitatrichtlijn, maar provincie Gelderland en gemeente Elburg. gaan achteruit. De gemeente Elburg speelt hierin een • Aan de oostzijde van het Veluwemeer opmerkelijke rol, nu B&W Elburg voor- en het Drontermeer is de voorbereiding nemens is om een bouwvergunning voor begonnen van een tracé voor een fietspad een nieuwe stacaravan te verlenen aan een van Harderwijk tot Roggebot. Dit fietspad van de wethouders. De Gezamenlijke Na- kan voor verstoring zorgen van weide-, riet-, tuurbeschermingswerkgroep en de Gelderse en watervogels. De WetlandWacht is betrok- Milieufederatie hebben voorlopig met suc- ken bij de bepaling van de tracés. De opzet ces bezwaar tegen deze vergunning aangete- is om kwetsbare delen te ontzien. kend. Het streven om de landjes in 2010 te • Tegenover Harderwijk aan de noor- hebben aangekocht zal zeker niet haalbaar doever van het Veluwemeer wordt een park zijn. Gevaar is dat de verwezenlijking van gerealiseerd met in totaal 250 recreatie- het belangrijkste ecologische pluspunt van woningen, waarvan er vijftig permanent IIVR langzamer zal gaan dan de negatieve bewoond mogen worden. De voorbereidende ontwikkelingen in het Veluwemeer. werkzaamheden voor de bouw zijn in volle • De gemeente Nunspeet is van plan om gang. Men onderzoekt of het nabijgelegen de bestaande havens naast het natuuront- openbare strand aantrekkelijker gemaakt kan wikkelingsproject Polsmaten verder uit te worden. breiden. • Drie natuurbeschermingsorganisaties hebben beroep ingesteld bij de Raad van State tegen de provinciale goedkeuring van 34 WOLDERWIJD EN NULDERNAUW de plannen van de gemeente Harderwijk om Positieve ontwikkelingen 110 een 65 hectare groot bedrijventerrein aan te • Het natuurontwikkelingsproject Delta leggen: Lorentz-Oost. De locatie ligt nabij Schuitenbeek heeft tot doel eutroof water het Veluwemeer en fungeert op dit moment vanuit de Gelderse vallei niet langer in het

wetlandrap_2001-2003-def.indd 110 07-10-2004 09:21:31 Nuldernauw terecht te laten komen, maar keren wordt verwacht dat op korte termijn via een strekdam af te leiden naar het zuide- gestart kan worden met de verlegging van lijker en reeds zeer eutrofe Nijkerkernauw. de vaargeul in het Wolderwijd. De vaargeul Op termijn zullen de strekdam en het in komt hierdoor een stuk zuidelijker te liggen 2002 ingeplante riet een soort krekengebied waardoor het recreatief vaargebied groter gaan vormen. Het natuurontwikkelingspro- wordt. De aanleg van de 150 meter brede ject Groene Kruispunt moet een toekomstige vaargeul gaat ten koste van foerageermoge- verbinding tussen Oostvaardersplassen en lijkheden van watervogels. Ten noorden van Veluwe mogelijk maken. Nulde in het Nuldernauw zou eveneens een • Natuurmonumenten heeft het moeras- deel verdiept gaan worden. gebied Harderbroek aan de Flevozijde van • De afgelopen jaren hebben op het het Wolderwijd uitgebreid door landbouw- Wolderwijd het jaar rond toeristische uit- grond aan te kopen. stapjes en lesvluchten met een watervlieg- tuig plaatsgevonden. Vooral in de winter Negatieve ontwikkelingen levert dit een enorme verstoring op van • De gemeente Harderwijk wil met het rustende en foeragerende watervogels. In Masterplan Waterfront de hele kustzone 2004 is de voorgenomen vergunning voor reorganiseren. Hiervoor zal land worden vluchten beperkt tot het zomerhalfjaar. gewonnen in zowel het Wolderwijd als Desondanks heeft de Gezamenlijke Natuur- in het Veluwemeer ten behoeve van een beschermingswerkgroep bij Rijkswaterstaat jachthaven, woningbouw en watergebonden Directie IJsselmeergebied en de gemeente bedrijventerreinen. In 2004 zullen verschil- Zeewolde aan de bel getrokken en onder lende plannen gepresenteerd worden. meer gevraagd of en hoe het door LNV • De gemeente Zeewolde gaat een grote verlangde monitoringprogramma zal worden woonwijk aanleggen tegen het Wolderwijd uitgevoerd. aan onder de naam Polderwijk. De wijk zou • De plannen voor de aanleg van een plaats bieden aan ongeveer 3.000 woningen. groot recreatieterrein bij Strand Horst begin- In 2002 heeft de provincie Flevoland een nen duidelijker vormen te krijgen. Het is vernietigend oordeel geveld over de start- de bedoeling om een evenemententerrein, notitie MER. Begin 2004 heeft het vooront- een wildwaterbaan en een kartbaan aan te werp-bestemmingsplan ter inzage gelegen. leggen. Meest verstorende onderdeel zou de Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer en aanleg van een tele-skibaan zijn. Milieufederatie Flevoland hebben beden- • Tijdens schoningswerkzaamheden kingen tegen het plan ingediend en tegen van beken vonden, in opdracht van het het bijbehorende milieueffectrapport. De Waterschap Veluwe, tussen 2001 en 2004 Commissie MER concludeerde in haar jaarlijks vernielingen plaats van ijsvogel- toetsingsadvies (februari 2004) dat een pas- nesten. Het Waterschap heeft, op aandringen sende beoordeling nodig is, omdat er sprake van de WetlandWacht, beloofd om met kan zijn van significante gevolgen voor het ingang van 2002 de opschoning van de Vogelrichtlijngebied Wolderwijd. De bedoe- beken op andere wijze aan te pakken. In ling van de gemeente is om, na de procedure 2003 heeft de WetlandWacht een rapport aangaande binnendijkse ontwikkelingen, geschreven over ijsvogelvriendelijk beek- ook een bestemmingsplan voor de ontwikke- oeverbeheer en dat aangeboden aan het ling van het buitendijkse gedeelte in proce- dagelijks bestuur van het waterschap. In dure te brengen. 2004 ging het toch weer mis. Dat is bij het 111 • Indien de verdiepingsproef in het waterschap aanhangig gemaakt. Veluwemeer slaagt en de waterplanten terug-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 111 07-10-2004 09:21:32 35 GOOIMEER EN EEMMEER het gebrek aan sporenbanken. Het areaal Positieve ontwikkelingen waterplanten is echter groter dan verwacht. • Aan de westzijde van de haven van Met name schedefontein is vrij massaal Huizen zijn drie eilandjes aangelegd ter aanwezig. compensatie van de aanleg van een veer- • De afgelopen jaren neemt de verstoring haven. Helaas kalven deze af en raken er door laagvliegende helikopters, afkomstig twee begroeid omdat er zwarte grond is van Soesterberg, enorm toe. Tijdens oefe- opgebracht. De WetlandWacht is hierover in ningen scheppen helikopters bijvoorbeeld overleg met Staatsbosbeheer en de gemeente bluswater op in de nabijheid van kwetsbare Huizen. De eilandjes vormen een belang- broed- en rustlocaties in het Eemmeer. rijke rustplaats voor veel watervogels zoals • In het Gooimeer bij Huizen is een veer- meeuwen, sterns en steltlopers. Het zijn haven aangelegd en een pier afgebroken. inmiddels vermaarde observatieplekken Westelijk ervan is een nieuwe aangelegd. voor vogelliefhebbers. Een deel van het leefgebied van riet- en • In 2003 broedden krooneend, bont- watervogels is daardoor verdwenen. bekplevier en oeverzwaluwen voor het eerst • Er zijn plannen bij Staatsbosbeheer om op de eilandjes in het gebied. Ook hebben het beheer van de eilandjes over te dragen zich inmiddels visdief, kokmeeuw, kleine aan de Stichting Gastvrije Meren. Door mantelmeeuw en zwartkopmeeuw (zes paar) ideeën die daar leven zal de recreatiedruk gevestigd. en hiermee gepaard gaande verstoring toe- • Het aantal ruiende casarca’s neemt nemen. Verstoring door kite-surfers is al jaarlijks toe; het zijn er inmiddels 250 tot herhaaldelijk vastgesteld. 300. • Het beheer is niet gunstig voor rietvo- gels en dat komt door achterstallig rietbe- Negatieve ontwikkelingen heer. De riettelers maaien enkel op plaatsen • De gemeente Almere heeft grootse die voor hen interessant zijn, waardoor ver- plannen voor het gebied bij Almere-Haven. ruiging van de niet-gemaaide delen optreedt. Het gaat onder andere om de aanleg van een Hierover is overleg gaande tussen de nieuwe jachthaven met 900 ligplaatsen en WetlandWacht en Staatsbosbeheer. Het doel de aanleg van een nieuw wooneiland met is om verstruiking en verbossing te voorko- 600 woningen. Hierdoor zal de druk op het men en om de werkzaamheden te faseren. gebied enorm toenemen. Vogelbescherming • Een eventuele dijkverhoging/verzwa- Nederland heeft in 2002 in een reactie haar ring zal voor de kust van het oude land zorgen geuit en enkele kritische kantteke- negatieve gevolgen hebben op het aanzicht ningen bij het milieueffectrapport (MER) van de voormalige Zuiderzeekust, maar ook geplaatst. op de populaties van water- en rietvogels. • Het aantal waterplanten in het Gooimeer blijft achter, vergeleken met andere randmeren zoals het Veluwemeer. Daarom heeft het RIZA onderzoek uitge- voerd naar de rol van vis, watervogels, sedi- ment en zaadbanken voor watervegetatie in het Gooimeer. De resultaten zijn eind 2003 gepresenteerd. Het blijkt dat de invulling 112 van het potentiële areaal voor waterplanten wordt beperkt door de aanvoer van kwali- tatief slecht water vanuit het Eemmeer en

wetlandrap_2001-2003-def.indd 112 07-10-2004 09:21:32 36 IJSSEL • De jacht in de uiterwaarden is gestopt Positieve ontwikkelingen in 2002. Schadebestrijding is nog wel moge- • Bij besluit van 25 april 2003 heeft de lijk maar komt minder voor en daarmee minister van LNV de aanwijzing als speciale is er meer rust gekomen. In Gelderland is beschermingszone uitgebreid. Hierdoor is ontheffing verleend voor de bestrijding van nu vrijwel het hele winterbed van de rivier schade door overzomerende grauwe ganzen aangewezen. en ‘soepganzen’. Verder is de bestrijding • Bij een aantal gemeenten is er meer van muskus- en beverrat mogelijk en enkele besef dat men rekening moet houden met de andere vrijgestelde soorten. Europese Vogelrichtlijn. Toetsing van activi- • Na langdurig hoog water zijn de teiten wordt een steeds normaler zaak. drassige uiterwaarden erg in trek bij veel • In het natuurontwikkelingsproject De steltlopers op hun trek naar het noorden. Zo Vreugderijkerwaard bij Zwolle vestigden werden in april 2001 888 IJslandse grutto’s, zich in 2003 12 paar kluten. Tijdens de 71 zwarte ruiters, 84 groenpootruiters en werkzaamheden in 2001 en 2002 werden er 809 kemphanen geteld. al lepelaars, kleine en grote zilverreigers en • Voor broedvogels is het gebied van een visarend gezien. groot belang. In 2001 kwamen kwak, por- • De WetlandWacht van het noordelijk seleinhoen, kwartelkoning, zomertaling, deel van de IJssel stond in 1997 aan de zwarte stern en grote karekiet als broedvogel basis van een project ter bescherming van met meer dan 1% van de Nederlandse popu- de kwartelkoning in de uiterwaarden van de latie voor. IJssel (kijk op www.kwartelkoning.nl voor meer informatie over de bescherming van de Negatieve ontwikkelingen kwartelkoning). In 2001 kon zo al 85% van • Door het beheer van Staatsbosbeheer de opgespoorde kwartelkoningen tegen uit- neemt de ruigte toe en daarmee slinkt het maaien worden beschermd. Langs de IJssel voor winterganzen geschikte voedselareaal. werden in dat jaar 33 roepende mannetjes In deze wat ruigere uiterwaarden komen vastgesteld. In 2002 konden 41 kwartelko- steeds meer grauwe ganzen tot broeden, met ningen worden opgespoord en ook in 2003 als gevolg schadeklachten in de zomer van was de kwartelkoning weer talrijk aanwezig. omliggende agrariërs. Ook het aantal broe- • Door de vaststelling van het dende Nijlganzen en Canadese ganzen stijgt. Natuurgebiedsplan Salland in 2001 is het mogelijk geworden om grote delen van de IJssel-uiterwaarden tussen Deventer en Zwolle aan te kopen en vervolgens voor een deel in te richten als natuurontwikkelings- project. • In 2001 is door de rijksoverheid onge- veer tien hectare bij Zalk verworven. Deze vochtige graslanden voor weidevogels en kwartelkoning zijn helaas nog niet doorgele- verd aan Staatsbosbeheer. • Over het algemeen worden de moeras- sen goed beheerd. In de Bentickswellen 114 (Zalk) en Scherenwelle (Wilsum) zou echter gefaseerd en pleksgewijs verjonging gesti- muleerd moeten worden. wilde zwaan

wetlandrap_2001-2003-def.indd 114 07-10-2004 09:21:45 Bescherming kwartelkoning werkt

Vanaf 1997 werd de kwartelkoning in Nederland vaker aangetroffen dan in de jaren daarvoor. Geïnspireerd door succesvolle bescher- mingsprojecten in het buitenland was dat voor de vrijwilligers van de vogelwerkgroep Zwolle reden om het beschermingsprogramma IJsselcrex te starten. ’s Nachts werden door vrijwilligers de territoria van kwartelkoningen aan de hand van roepende mannetjes geloka- liseerd. Vervolgens werd terreineigenaren gevraagd om de percelen waarin zich de territoria bevonden pas na 1 augustus te maaien. Uit onderzoek is namelijk bekend, dat het nest niet exact te bepalen is maar zo´n 100 meter verwijderd is van de roepplek. De meeste terrein- eigenaren werkten hier vrijwillig aan mee, mede omdat er een vergoeding tegenover stond.

Aantal territoria van De resultaten van deze aanpak waren zo veelbelovend, dat Vogelbescherming Nederland en de kwartelkoning in Nederland SOVON Vogelonderzoek Nederland het project in 2001 hebben opgeschaald tot heel Nederland. 1998 640-700 De meeste kwartelkoningen komen voor in de uiterwaarden langs IJssel, Rijn en Waal, de Drentse 1999 240-280 beekdalen en in het Groningse Oldambt. Sinds 1997 worden er jaarlijks minstens 200 territoria vast- 2000 540-585 2001 230-260 gesteld (met een uitschieter tot 700 in 1998) tegen hooguit veertig in eerdere jaren. 2002 350-390 De uitvoering wordt verzorgd door een samenwerkingsverband tussen Vogelbescherming 2003 500-550 Nederland, Dienst Landelijk Gebied in de provincies Overijssel en Gelderland en SOVON Vogelonderzoek Nederland met medewerking van vrijwilligers, boeren en terreineigenaren. Het ministerie van LNV en de provincies Gelderland en Overijssel maakten dit werk financieel mogelijk. Het gaat dan om de kosten van de coördinatie en de vergoedingen voor de deelnemende boeren. In 2002, 2003 en 2004 is deze aanpak met succes herhaald. In grasland wordt 80 – 90% van de legsels gespaard doordat er pas na 1 augustus wordt gemaaid. Dit is een gemiddelde over grasland in beheer bij natuurbeheerders en bij boeren, met of zonder een beheersovereenkomst.

De grootschalige akkers in het Oldambt in Oost-Groningen vormen een verhaal apart. Hier zit verrassend genoeg al tientallen jaren een forse kernpopulatie van de kwartelkoning: in enkele jaren zo’n veertig procent van alle territoria. Nestbescherming in percelen met luzerne, graszaad en tarwe is lastiger dan in grasland, omdat er minder speelruimte is in het tijdstip van oogsten dan bij gras. Uit onder- zoek naar het voorkomen van de kwartelkoning in de diverse gewassen en het tijdstip van oogsten is een praktische oplossing voor dit probleem gekozen: maaien van het gewas in stroken, het liefst naar een faunarand toe, zodat de kuikens kunnen ontsnappen. De kwartelkoningen in luzerne en graszaad zijn minder veilig dan in wintertarwe, dat later wordt geoogst. Het beschermingspercen- tage in akkerbouwgebied ligt dan ook aanzienlijk lager dan in grasland.

In 2004 is het soortbeschermingsplan voor de kwartelkoning gepubliceerd. Daarmee is de aanpak, zoals hier beschreven, geformali- seerd en beleidsmatig vastgelegd voor de komende vier jaar. In het soortbeschermingsplan is ook informatie verwerkt over de bescher- ming van kwartelkoningen op akkers. In 2005 zal de bescherming in het kader van dit soortbeschermingsplan worden uitgevoerd. Meer informatie over de bescherming van de kwartelkoning en het soortbeschermingsplan is te vinden op www.kwartelkoning.nl

Het draagvlak onder boeren voor nieuwe • Er is een toenemend aantal klachten bij natuur komt verder onder druk te staan. De de provincies over overzomerende ganzen/ Fraterswaard is en blijft wel een ganzen- soepganzen in recreatiegebieden in verband opvanggebied. met de kwaliteit van het zwemwater. • De provincie Overijssel verleende in • Bij nog lopende ontgrondingen ver- 2003 afschotvergunningen voor grauwe dwijnen natte graslanden en daarmee broed- ganzen die landbouwschade veroorzaakten plaatsen voor onder meer het porseleinhoen. op de aangrenzende landbouwgronden. • Uit de vogeleffectrapportage over het 115 Aangezien de IJssel erg smal is gaf dit veel natuurontwikkelingsplan Welsumer- en verstoring in het gebied zelf. Fortmonderwaarden blijkt een significant

wetlandrap_2001-2003-def.indd 115 07-10-2004 09:21:48 negatief effect voor de overwinterende verdwijnen. Deze landen tellen bijzondere kolganzen. Het is niet bekend hoe de initi- broedvogels als watersnip en kwartelkoning; atiefnemers met dit negatieve effect zullen ook komen hier hoge dichtheden van grutto omgaan. en tureluur voor. • De invloed van agrarische bedrijfsvoe- ring neemt af, maar in sommige uiterwaar- den is er nog een veel te intensief agrarisch 37 GELDERSE POORT grondgebruik, waardoor het broedsucces van Positieve ontwikkelingen grondbroeders zeer laag tot nihil is. • De aanwijzing van de Gelderse Poort • De druk door wandelaars in afgesloten onder de Vogelrichtlijn is bij besluit van 8 reservaten, loslopende honden ondanks het december 2003 van de minister van LNV aanlijngebod, illegale vissers en illegaal definitief geworden. Naast het al aangewe- afmerende watersporters neemt vrijwel zen deel zijn nog enkele belangrijke delen overal toe. De intensieve recreatie met van het leefgebied van kolgans, grauwe motorboten en jetski’s vormt meer en meer gans, kwartelkoning, tafeleend en aalschol- een probleem voor onder andere oeverzwa- ver binnen de begrenzing opgenomen. luwkolonies. Zoals in veel andere gebieden • In 2003 is het rapport: ‘Vogels van de neemt ook de overlast van laagvliegende Gelderse Poort, broedvogels 1960 - 2000’ luchtballonnen en sportvliegtuigjes toe. Het verschenen. Het rapport is het resultaat van toezicht neemt juist af. een gezamenlijk project van vogelwerk- • Door het langdurige warme groep Arnhem e.o., vogelwerkgroep Rijk zomerweer in 2003 was er erg veel van Nijmegen, SOVON Vogelonderzoek recreatie in met name de Keizers- en Nederland, Kartiergemeinschaft Salmorth, Stobbenwaarden, Rhederlaag, Olburgen en NABU-Naturschutzstation Kranenburg, de Vreugderijkerwaard. Tegelijk deden zich Naturschutzzentrum im Kreis Kleve en de blauwalggroei en botulisme voor. In het provincie Gelderland. Deze organisaties natuurontwikkelingsproject Engelse Werk werkten ook mee aan het boek Land van vond Staatsbosbeheer ruim veertig dode levende rivieren. Deze publicatie beschrijft vogels, waarschijnlijk vanwege de ondiepte de ontstaansgeschiedenis van het gebied, van het water. In de diepe Rhederlaag heeft de veranderingen in de loop der eeuwen en het probleem van botulisme amper gespeeld. de huidige situatie. De ontwikkeling van de • Bij hoog water gaan muskusratten- vogelstand komt er goed in naar voren. bestrijders met bootjes op pad om ratten te • Stichting Ark presenteerde een kaart schieten die hun toevlucht hebben gezocht in van de Gelderse Poort om de natuuront- bomen en struiken. Dit levert veel verstoring wikkeling te promoten. Op die kaart staan op. Er is overleg gaande tussen de provincie verschillende wandelroutes door de nieuwe Overijssel en het waterschap Groot Salland natuur. om de verstoring te verminderen. • Het aantal broedende zwarte sterns is • Momenteel werkt waterleidingbedrijf al jaren stabiel: 124 in 2002 en 130 in 2003. Vitens aan het Milieueffectrapport (MER) Alle sterns broeden op nestvlotjes. De ijs- ‘Naar een duurzame waterwinning voor vogel blijft het goed doen met ongeveer 20 Zwolle’. In het najaar van 2004 wordt deze broedparen. MER verwacht. • In de maanden januari en februari doet • Een deel van de Gelderdijkse Waard het Natuurmuseum Nijmegen één maal in de 116 wordt bedreigd door een uitbreiding van de week een ganzenexcursie per bus. De opzet jachthaven van Hattem. Hierdoor loopt een is om bezoekers te laten genieten van de aantal laaggelegen graslanden het gevaar te grote aantallen ganzen in het gebied zonder verstorend aanwezig te zijn.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 116 07-10-2004 09:21:49 • De dijkverlegging Bakenhof heeft • De aalscholverkolonie in de Lobber- mooie natuur opgeleverd. Bakenhof is het dense Waard bestaat tegenwoordig uit meer eerste project in Nederland waarbij de dijk dan 200 nesten. landinwaarts is verlegd. Over een lengte • Voor de aanleg van de Betuwetunnel is van 1.200 meter tussen Meinerswijk en de een deel van het bos gekapt. De kolonie van Huissense Waarden bij Arnhem is de dijk blauwe reigers heeft hier niet onder geleden. maximaal 200 meter landinwaarts gelegd, • In de Ooijpolder is een plan gemaakt waardoor er meer ruimte is gekomen voor voor een ontgronding met als eindresultaat de rivier. In de nieuwe uiterwaard is een een nieuw natuurgebied. Het gaat hier om meestromende nevengeul aangelegd. De vis- het gebied Kraaienhof bij de Ooijsche Graaf. dief met één broedpaar en kleine plevier met Dit plan is een aanzienlijke verbetering van vijf tot zes broedparen hebben het gebied in het oorspronkelijke plan, met een diepe put 2003 al ontdekt. als eindresultaat. • De Bijland is een heel belangrijke • Het aantal grauwe ganzen in de slaapplaats voor ganzen, vooral kolganzen. Ooijpolder neemt nog steeds sterk toe. Wel Voor het gebied eromheen is een inrichtings- is het broedsucces nu al enkele jaren erg plan gemaakt: Rijnwaardense Uiterwaarden. laag. Het aantal jongen dat groot wordt is In het plan blijft de intensieve recreatie, die sinds 2001 lager dan het verwachte aantal vooral in de zomer plaatsvindt, bestaan en dat nodig is voor een stabiele populatie. krijgt de natuurrecreatie meer mogelijk- Indien dit de komende jaren zo blijft, mag heden. De totale inrichting zal vijftien tot dus verwacht worden dat de aantallen weer twintig jaar duren. terug zullen lopen. Het geringe

117

Gelderse Poort

wetlandrap_2001-2003-def.indd 117 07-10-2004 09:21:49 broedsucces geldt niet in de Bemmelse- en namiek is het gebied te droog en vindt er Gendtse Polder, waar door jacht erg weinig nauwelijk nog verjonging van rietvegetaties vossen voorkomen en de ganzen vandaar plaats. meer broedplekken succesvol weten te • Na lange discussies binnen de ruilver- benutten. In 2003 werden er maar liefst kavelingscommissie is uiteindelijk besloten 1.465 broedparen geteld. om vanaf 2001 gedurende drie winters een • Het gaat goed met de bevers experiment uit te voeren met een maximaal in de Gelderse Poort; alleen al in de peil van 11 meter boven NAP. Een bege- Millingerwaard zitten er meer dan twintig. leidingsgroep zou de eventuele negatieve Het hele gebied telt 65 tot 70 bevers en daar- ontwikkelingen voor landbouw en bebou- mee zijn vrijwel alle moeraskernen bezet. wing in kaart brengen. Dit experiment is in • In 2003 is het oostelijk deel van de overeenstemming met één van de hoofd- Millingerwaard, na enkele laatste grond- doelstellingen van het Raamplan Gelderse verwervingen, opgenomen in het jaarrond Poort: ‘Ontwikkeling van het rietmoeras en begraasde natuurontwikkelingsterrein. het ten opzichte van de huidige situatie, ver- Verruiging van deze nieuwe terreindelen groten van de peilfluctuatie in dit gebied’. leverde in de winter 2003-2004 direct resul- Na de winter van 2001/2002 verscheen er taat op, na jarenlange afwezigheid in de een evaluatierapport, met als belangrijkste Gelderse Poort overwinterden twee veldui- conclusie dat men door moest gaan met het len in het gebied. Ook een ruigpootbuizerd, experiment en enkele maatregelen moest enkele blauwe kiekendieven en een klapek- nemen in het grensgebied met Duitsland. ster overwinterden in het gebied Erlecomse Maar het experiment kwam stil te liggen Waard- Gendtse Polder- Millingerwaard. door verschillende oorzaken, met name de onenigheid tussen waterschap en provincie Negatieve ontwikkelingen over de vergoeding van vernattingsschade. • 2003 was een extreem droog jaar, Vervolgens heeft het waterschap Rijn en dit voorjaar bleek wederom hoe gevoelig IJssel het experiment afgeblazen.Gebreken de Groenlanden en andere binnenlandse aan een schuif bij gemaal Kandia leidden moerassen zijn voor verdroging. In de in het voorjaar van 2003 tot herhaaldelijke Groenlanden werden in het voorjaar meerde- waterstandsverlagingen. Die hadden ernstig re roerdompen roepend gehoord, maar ver- negatieve gevolgen voor moerasvogels. Voor moedelijk hebben deze vogels niet succesvol Vogelbescherming was het aanleiding om, gebroed aangezien na mei geen vogels meer samen met Staatsbosbeheer, Stichting Ark en gehoord of gezien zijn. de Gelderse Milieufederatie, een brief naar • De moerasnatuur in de Oude het waterschap te sturen met voorstellen hoe Rijnstrangen verdroogt en verruigt. het peilbeheer anders en beter kan: met meer Daardoor dreigen typische moerasvogels dynamiek die nodig is om verjonging van zoals roerdomp en grote karekiet uit het het riet een kans te geven en verdroging en gebied te verdwijnen. Als de huidige neer- verruiging tegen te gaan. De huidige situ- gaande trend zich voortzet, zijn deze soorten atie is strijdig met de provinciale prioriteit binnen een paar jaar uit de Rijnstrangen voor natuur in de Rijnstrangen. Als gevolg - en daarmee uit de hele Gelderse Poort van het uitblijven van een goed peilbeheer - verdwenen. Het peilbeheer in de Oude nemen roerdomp en grote karekiet nog Rijnstrangen, al sinds 1980 een twistpunt steeds af. In 2003 werden er nog slechts 118 tussen natuurbeschermers en landbouw, is de zeven territoria van de grote karekiet en drie belangrijkste oorzaak van de achteruitgang. van de roerdomp vastgesteld. Door het gebrek aan voldoende peildy-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 118 07-10-2004 09:21:58 broedvogel voor. In 2002 broedde er het woudaapje. • Kolgans, kleine zwaan en grauwe gans overschreden in 2003 de 1% norm. • Door verdergaande natuurontwikke- ling zijn er op vogelgebied leuke ontwik- kelingen. Jaarlijks bezoeken visarenden en slechtvalken het gebied. In 2003 verbleef een zeearend een week in het gebied. De graszanger heeft gebroed in 2003. En de roodborsttapuit is terug; hij broedt nu in de Wageningse en Amerrongse Bovenpolder. De lepelaar is in 2003 voor het eerst op genoemde plaatsen in het voorjaar in broed- landbouw kleed gesignaleerd. • In het kader van Ruimte voor de Rivier • De weidevogelstand blijft achter- is de Schoutenwaard aangekocht; in dit deel uitgaan, alleen het westelijk deel van de zal een nevengeul worden gegraven. Door Bemmelse polder is nog een bolwerk. oplettendheid van de WetlandWacht kon een • De recreatiedruk in het westelijk deel steilwand met 40 nesten van de oeverzwa- van de Bizonbaai neemt toe. Vissers zijn luw in 2003 behouden blijven. actief op kwetsbare plekken zoals Erlecom, Kaliwaal en veel binnendijkse plassen. Negatieve ontwikkelingen • De recreatiedruk neemt steeds meer toe, zoals vliegeren en, al dan niet met een 38 NEDERRIJN hond, wandelen. Vissen tussen de krib- Positieve ontwikkelingen ben vanuit varende bootjes is een nieuwe • In 2003 is het onder de Europese vorm van recreatie die over een lengte van Vogelrichtlijn aangewezen deel fors uitge- tientallen kilometers alle tussen de kribben breid, vooral met de resterende delen van het rustende vogels kan opjagen. Een plan voor agrarisch gebied in de uiterwaarden. Nu zijn zonering van de recreatie zou conflicten tus- nog slechts industrieterreinen en jachthavens sen kwetsbare natuur en recreanten kunnen van de aanwijzing uitgesloten. voorkomen. • De ontwikkelingen binnen het kwel- • Het landbouwkundig gebruik van de moeras de Amerongse Bovenpolder, dat in uiterwaarden wordt merkwaardig genoeg 2000 en 2001 hersteld is, zijn heel bijzonder. nog steeds intensiever. Niet minder dan twaalf soorten van de Rode • In de Ingensche Waarden willen twee Lijst broeden er, waaronder geoorde fuut, ontgronders in een oude zandwinput extra zomertaling, kwartelkoning, watersnip, zand gaan winnen en de put daarna als slib- rietzanger, visdief, roodborsttapuit en kluut. depot inrichten. Dit zal jarenlange verstoring In 2001 werden, na een melding van de tot gevolg hebben. Milieuorganisaties heb- WetlandWacht, de ontgrondingen midden ben bezwaar aangetekend tegen dit plan. in het broedseizoen van de kwartelkoning • De kwartelkoning had in 2003 een uitgesteld tot na de broedperiode. slecht jaar; waar eens 27 roepende man- • Enkele broedvogels deden het erg netjes in alle uiterwaarden samen werden 119 goed: de kluut in 2003 met maar liefst 20 geteld, waren er in 2003 nog slechts vier. paar. Kwartel en porseleinhoen komen als Het plaatsen van enkele kunstobjecten die

wetlandrap_2001-2003-def.indd 119 07-10-2004 09:21:59 veel publiek trokken kan plaatselijk tot ver- tijd van de betrokken WetlandWacht gekost. storing hebben geleid. Mogelijk speelt ook Hier was een plan gemaakt voor natuuront- een te intensieve begrazing in het gebied de wikkeling, maar de gemeente wilde er juist Blauwe Kamer een rol. mogelijkheden voor recreatie. Daarnaast • Regelmatig duiken er plannen op om moest er ook een oplossing gevonden wor- oude industrieterreinen of reeds verlaten ter- den voor het bergen van vervuild slib. pen met nieuwe industrie in te vullen. • In de Hurwenense Uiterwaard zijn aan • Bij het toekomstig beheer van de de voet van de dijk bij de dijkverzwaring Schoutenwaard zal rekening gehouden natte strangen aangelegd. In 2003 is voor het moeten worden met het belang als over- hele gebied gestart met de planvorming voor winteringsgebied voor de kleine zwaan en herinrichting. de kolgans. Bij de voorstellen voor her- • Staatsbosbeheer heeft in de Heesseltse inrichting en natuurontwikkeling van de Uiterwaarden de afspraak met de gebruikers Schoutenwaard werd er door Rijkswaterstaat gemaakt dat de maaidatum wordt uitgesteld geen rekening gehouden met de grote bete- als er zich in de hooilanden kwartels en kenis van deze uiterwaard voor die vogels. kwartelkoningen bevinden. Vogelbescherming Nederland heeft daarover in 2002 een brief geschreven.

39 WAAL Positieve ontwikkelingen Ruimte voor de rivier • Door de kwaliteitsverbetering van het water van de Rijn neemt het aantal vissoor- Sinds de hoogwaterstanden van 1993 en 1995 is er veel te doen in het rivie- ten weer toe, er komen nu weer 63 soorten rengebied. Met grote spoed zijn talloze kilometers rivierdijk verhoogd en versterkt voor. en er zijn veel plannen gemaakt voor natuurontwikkeling. Alles om overstromin- • De aanwijzing van de Waal onder gen te voorkomen, gebaseerd op een scenario van maximaal 16.000 kuub water de Europese Vogelrichtlijn is begin 2004 per seconde door de Rijn bij Lobith in 2015. Maar al snel bleek dat deze maatre- definitief geworden. Dit betekent dat nu gelen op termijn onvoldoende zullen zijn. De hoeveelheid water zou in 2050 heel vrijwel alle uiterwaarden, inclusief de land- goed 18.000 kuub per seconde kunnen bedragen. bouwpercelen en de haven van Druten, zijn De regering heeft daarom in 2000 gekozen voor een nieuwe aanpak die het aangewezen. rivierengebied beter tegen overstromingen moet beschermen. In plaats van alleen • Natuurontwikkeling in het kader van maar verder ophogen van de dijken moeten ook de rivieren meer ruimte krijgen. Plan Fort Sint Andries en Ruimte voor In 2001 is opdracht gegeven voor de Planstudie Ruimte voor de Rivier met een de Rivier gaat nog steeds door. Voor veel tweeledig doel: garanderen van de veiligheid en verbeteren van de ruimtelijke uiterwaarden worden plannen gemaakt of kwaliteit. Maatregelen die nu al worden genomen, op grond van bestaande plan- ze zijn al in uitvoering. Voor de Heesseltse nen, mogen de veiligheid en ruimtelijke kwaliteit op de lange termijn niet belem- Uiterwaarden is de MER gemaakt, in meren. De studie heeft tot nu toe meer dan 600 voorstellen opgeleverd die aan de de Kleine Willemspolder zal in 2005 doelstellingen kunnen bijdragen. Bijvoorbeeld door kribverlaging, (spoor)bruggen gestart worden met de natuurontwikke- op pijlers plaatsen, dijkverlegging, uiterwaardverlaging, nevengeulen, meestro- ling, in de Gouverneurspolder of Ochtense mend maken van enkele polders. Lang niet al deze voorstellen zullen worden Buitenpolder is begin maart 2004 begonnen uitgevoerd; ze worden getaxeerd op uitvoerbaarheid, bijdrage aan peilverlaging met de graafwerkzaamheden voor natuuront- en financiële haalbaarheid. wikkeling. In deze laatste uiterwaard werd De komende jaren zullen over het totale plan en de uitgewerkte deelplannen 120 in 2003 een kleine jager waargenomen. besluiten worden genomen. Van belang is dat de meeste rivieren zijn aangewezen • De planvorming voor de Afferdense onder de Vogelrichtlijn; daar zal men rekening mee moeten houden. De verwach- en Deestse Waarden heeft veel aandacht en ting is dat de uitvoering zal plaatsvinden in de periode 2009 - 2015.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 120 07-10-2004 09:22:03 Waal

• Tussen Nijmegen en de brug bij Ewijk Maas) grotendeels zijn aangewezen onder is aan de zuidkant een langgerekt natuurge- de Vogelrichtlijn en dat er bij uitvoering bied in de uiterwaarden gerealiseerd. De dijk en beheer rekening moet worden gehou- is voor een groot deel verkeersluw gemaakt den met de aangewezen soorten. Meestal en is daarom het domein van fietsers en wordt er bij projecten en plannen niet ver- wandelaars. Het gebied wordt begraasd door der gekeken dan het eigen gebiedje, maar Konikspaarden en Brandrode runderen, een volgens de Vogelrichtlijn moeten plannen oud ras dat vroeger veel in het rivierenge- ook beoordeeld worden “in combinatie met bied voorkwam. De afgelopen jaren zijn andere plannen en projecten”. Zo worden kwartelkoning, roodborsttapuit en sprink- bestaande graslanden in verschillende pro- haanzanger als broedvogel teruggekeerd. jecten vervangen door ruigere uiterwaarden • In de Winssense Waarden komen ieder en verdwijnt daarmee steeds vaker het foe- jaar een of twee roepende kwartelkoningen rageergebied van ganzen en kleine zwanen. voor, langs de hele Waal werden in 2002 Een MER-procedure is bij uitstek geschikt 33 roepende mannetjes genoteerd. Op kale om deze cumulatieve effecten in beeld te delen langs de rivier of in natuurontwik- brengen. kelingsgebieden komen kluten en visdieven tot broeden. Negatieve ontwikkelingen • Het megaproject Multimodaal • De meeste uiterwaarden zijn gemak- Transport Centrum (MTC), een overslag- kelijk te betreden. Er wordt met motoren terrein van 500 hectare ten noordwesten gecrost, auto’s rijden over zandwegen tot ver van Nijmegen, gaat definitief niet door. in de uiterwaarden, er zijn loslopende hon- In november 2002 heeft de provincie den, mensen doen aan vliegeren en sportvis- Gelderland het project afgeblazen. sen, luchtballonnen vliegen laag over en • Vogelbescherming Nederland heeft in soms vinden er zelfs militaire oefeningen een brief aan het ministerie van Verkeer en plaats. De Plaat van Ewijk is een favoriete Waterstaat gereageerd op de MER Ruimte plek voor sportvissers, zowel overdag als 121 voor de Rivier. Gewezen is op het feit dat ’s nachts. de uiterwaarden van de rivieren (behalve de

wetlandrap_2001-2003-def.indd 121 07-10-2004 09:22:04 • De gemeente Druten blijft proberen om en polder Maltha aantrekkelijker en rustiger bouwplannen in de uiterwaarden te realise- geworden. Er wordt hard gewerkt aan de ren. In 2003 kwam ze met het voorstel om verwerving van 450 hectare in het kader een haven uit te breiden, omdat het schoon- van Noordwaard. Er staan tal van nieuwe maken van de vervuilde bestaande haven plannen op stapel, zoals het Strategisch te duur werd. Als compensatie voor het Groenproject Eiland van Dordrecht en plan- natuurverlies werd nota bene de vervuilde nen in het kader van Ruimte voor de Rivier. oude haven voorgesteld. De gemeente wees • Bij een storm in oktober 2002 is op de bezwaren van de WetlandWacht af en veel verschillende plaatsen een groot areaal probeert het plan toch te realiseren. doorgeschoten griendbos door storm geveld, • Na vele jaren van procederen is in waardoor er meer openheid is ontstaan in 2003 begonnen met de stort van vervuild monotone wilgenbossen. De toekomst zal slib in de Kaliwaal bij Druten. Er loopt nog leren welke vogels hiervan gaan profiteren. wel een procedure bij het Europese Hof, • Voor de snor behoort het gebied tot de maar volgens de Nederlandse wetgeving zijn vier kerngebieden in Nederland. Voor de ijs- er geen belemmeringen meer. In de eerste vogel is het zelfs het op één na belangrijkste fase van stort wordt meer dan twee miljoen gebied, met in de jaren 2000 - 2002 steeds kuub vervuild slib aangevoerd, voorname- méér dan twintig broedparen. lijk per schip; een operatie van zeven tot • De plezierjacht is na jarenlange pro- negen jaar. Tussen 15 december en 1 maart testen van natuurorganisaties in de loop van vindt er geen stort plaats omdat de plas een 2002 gestopt. slaapplaats is van grote aantallen ganzen, • In 2003 is het bezoekerscentrum vooral kolganzen. Naast de plas is in deze Biesboschcentrum Dordrecht heropend. Het uiterwaard al eerder een aantal kleiputten centrum is vooral gericht op de recreant en aaneengesmeed tot een nevengeul. In deze op de promotie van de Biesbosch als natuur- nevengeul zijn overigens veel bijzondere recreatiegebied. soorten insecten en twee bijzondere vissoor- • De WetlandWacht van de Dordtse ten gezien: winde en vetje. Visetende vogels Biesbosch, de Vereniging Behoud Biesbosch zijn er ook veel: aalscholver, fuut, ijsvogel en de Natuur- en Vogelwacht Dordrecht en visdief. Vrijwel ieder jaar broeden er vis- zijn nauw betrokken bij de vele ontwik- dieven op de strandwal tussen de Kaliwaal kelingen in en rond het gebied. Zij nemen en de rivier, in 2004 ongeveer 20 paar. deel aan allerlei overleg in het kader van • De gemeente Nijmegen wil nóg een Ruimte voor de Rivier, het nieuwe Beheer- brug over de Waal realiseren, die aan de en Inrichtingsplan en de Gebiedscommissie noordoever door de uiterwaarden zou moe- Landinrichting. Uitvoering van Ruimte ten gaan. De plannen voor een extra brug in voor de Rivier zal voor de Biesbosch grote de buurt van Ewijk, voor de A73, lijken nu gevolgen hebben, omdat ruimte voor het te weer even van de baan te zijn. verwachten hoge water wordt gezocht in een aantal polders. En ook wordt gekeken of de met bos begroeide delen van de zuidelijke 40 BIESBOSCH Biesbosch moeten worden aangepakt. Positieve ontwikkelingen • Er wordt hard gewerkt aan de inventa- • De Biesbosch is door diverse groot- risaties van het gebied. Onder meer BMP- schalige natuurontwikkelingsprojecten en plots, BSP-onderzoek en libellenonderzoek, 122 gebiedsuitbreidingen van ongeveer 100 hec- beveronderzoek (in de winter 2002/2003 tare in het Hollandse deel en gelijke gebie- werden 61 beverburchten geteld), inventari- den in de Grote en Kleine Spieringpolder satie van kleine zoogdieren, dag- en nacht- vlinders.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 122 07-10-2004 09:22:06 blauwborst

• In het project Zuiderklip (polders Aakvlaaigebied is als alternatief voor de Turfzakken en Kwestieus) ontstaat een plas- recreant ontwikkeld tot een aantrekkelijk dras gebied na beëindiging van de bemaling. recreatie- en natuurgebied. Het natuurontwikkelingsgebied Zuiderklip is • Gelukkig heeft de bouw van een ook van belang bij de oplossingen voor hoog nieuwe brug over het Hollands Diep voor de water op de rivieren. De polder wordt een HSL-lijn weinig verstoring opgeleverd. doorstroomgebied, voor een deel zullen de • Door overbegrazing verdwijnt het dijken verdwijnen. Het snelle dichtgroeien broedbiotoop van blauwborst en rietzanger van de Zuiderklip met wilgen is niet beoogd op de Noorderelsplaat. Staatsbosbeheer heeft bij de natuurontwikkeling en is ook een pro- na jarenlang aandringen van de natuurorga- bleem voor de doorstroming bij hoog water. nisaties besloten om met ingang van 2005 de De inzet is eigenlijk om ondiepe stukken begrazing te beëindigen. water te creëren waar de dynamiek van de rivier heerst. Negatieve ontwikkelingen • Voor broedvogels is het gebied van • De afgelopen jaren zijn er verschillen- groot belang, in 2001 kwam er van negen de acties geweest tegen de dreigende win- soorten meer dan 1% van de Nederlandse ning van gas. Procedures hebben tot nu toe populatie tot broeden. niet tot afstel geleid. De provincie Noord- 123 • Er wordt naar gestreefd om de recre- Brabant, het Overleg Orgaan Nationaal Park atieve druk in de kern te verminderen. Het Biesbosch en vele betrokken natuur- en

wetlandrap_2001-2003-def.indd 123 07-10-2004 09:22:11 milieuorganisaties zijn tegen. Zelfs de meer- 102 ZWARTE WATER derheid in de Tweede Kamer sprak zich in Positieve ontwikkelingen een motie in 2002 uit tegen gaswinning, een • De uiterwaarden in het gebied zijn uitspraak die eind 2002 nog eens werd her- voor ongeveer driekwart in bezit van haald. De aanvraag voor locatievergunning Staatsbosbeheer. Het beheer is de afgelopen is door de NAM nog steeds niet ingediend. jaren gecontinueerd en er zijn beheers- • Er is een saneringsplan Dordtse overeenkomsten gesloten met de boeren. Biesbosch voor verwijdering van het ver- Omzetting van graslanden in bijvoorbeeld vuilde slib. Uitvoering schiet zowel hier als maïsakkers is daarom niet aan de orde. in het Brabantse deel niet op. Het gaat, hoe Helaas hebben niet alle boeren de beheers- dan ook, jaren duren voor overal het slib overeenkomsten verlengd; in die situaties verwijderd is. zijn de gecreëerde natuurwaarden weer ver- • Vooral aan de Brabantse kant is er een loren gegaan. grote toename van recreatie, zeker in het • Het jaar 2003 was bijzonder goed voor centrale deel rond de Rietplaat en langs de de kwartelkoning; liefst 14 roepende man- zuidrand. Hier zijn grote concentraties men- netjes werden gelokaliseerd. Van baardman- sen, boten die snelvaren in de kreken, kam- netjes broeden er tussen de vijf en tien paar. peerders die kampvuren maken en disco’s De snor, rietzanger en sprinkhaanzanger zijn houden. Het toezicht door Staatsbosbeheer nog in redelijke aantallen aanwezig. op deze overtredingen was onvoldoende. • Het aantal overwinterende ganzen en Daarom zijn in 2003 er vijf extra Bijzondere zwanen is stabiel. Opsporings Ambtenaren (BOA’S) aange- • In de uiterwaarden liggen enkele slaap- steld om toezicht te houden. plaatsen van kleine zwanen die jaarlijks de • Er is dringend behoefte aan een goede 1%-norm overschrijden. In februari 2004 zonering. Bij de herziening van het Beheers- zijn tijdens hoogwater in totaal zo’n 310 en Inrichtingsplan Nationaal Park Biesbosch kleine zwanen geteld. zal de zonering van de recreatie geregeld worden. Tot nu toe zien de plannen er goed Negatieve ontwikkelingen uit, veel zal daarna afhangen van een goede • Zwolle heeft ondertussen een gedeelte handhaving. van de polder Mastenbroek bebouwd. Deze • Ieder voorjaar opnieuw wordt de ope- polder is een belangrijk foerageergebied ning van het vaarseizoen bij de jachthaven voor ganzen. Vanuit de nieuwe wijk is nu van Drimmelen groots gevierd: het ene al de toename van recreatie op de dijken te jaar met grote bulderende raceboten, het merken. andere jaar met groot vuurwerk ’s nachts • De zwarte stern heeft zich voor een of helikoptervluchten boven het natuurge- gedeelte verplaatst; er zijn nu twee kolonies bied. Protesten hiertegen van de Vereniging met in totaal ongeveer 25 paar. Dit is een Behoud Biesbosch hebben ertoe geleid dat forse afname in vergelijking met de 40 tot de gemeente is gestopt met het allergrootste 50 paar die er eind vorige eeuw nog voor- lawaai en het vuurwerk. Begin 2004 pakte kwamen. Lage Zwaluwe weer uit met racen op de • De weidevogels hebben zwaar te lijden Amer. De Vereniging Behoud Biesbosch van predatie door vossen. Ook de bruine heeft ook deze gemeente er op aangesproken kiekendief ondervindt de nadelige gevolgen. en die heeft beterschap beloofd. Van de laatste soort zijn nog slechts twee 124 broedparen vastgesteld. • De gemeente Hasselt is ook voor- nemens om te gaan bouwen in de polder

wetlandrap_2001-2003-def.indd 124 07-10-2004 09:22:13 Mastenbroek. Hierdoor zal een deel van • In hetzelfde POL wees de provincie het foerageergebied van zwarte sterns en een aantal plassen of delen daarvan aan als overwinterende kleine zwanen en ganzen ecologisch water en andere delen als recre- verloren gaan. atief water. Deze splitsing moet de basis vormen voor een goede zonering van de recreatie. 106 MAASPLASSEN • Ontgrinders houden bij nieuwe plannen Positieve ontwikkelingen soms al rekening met de nieuwe status. Zo • Het gebied de Maasplassen is een van heeft de Panheelgroep, na opmerkingen van de weinige Nederlandse wetlands dat nog de WetlandWacht, onderzoek laten uitvoeren niet is aangewezen als speciale bescher- naar de aanwezigheid van driehoeksmos- mingszone (SBZ) onder de Europese selen in de Asseltse Plassen. Het onderzoek Vogelrichtlijn. De provincie Limburg heeft maakt deel uit van een ontgrindingsaan- in het POL (Provinciaal Omgevingsplan vraag. Uiteindelijk is er door Rijkswaterstaat Limburg, Aanvulling Zandmaas) erkend dat om andere redenen geen vergunning ver- de Maasplassen zich kwalificeren voor de leend. Deze grote ontgrinder heeft wel de Vogelrichtlijn voor de soorten grauwe gans, toezegging gedaan om alle toekomstige kleine zwaan en tafeleend. Het POL verwijst plannen al in een vroeg stadium aan de naar een artikel van de WetlandWacht in het WetlandWacht voor te leggen. Natuur Historisch Maandblad van Limburg • Op initiatief van het Limburgs en gebruikt dit als belangrijkste bron. Begin Landschap en met medewerking van 2003 heeft de provincie aan de minister van Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer is LNV verzocht de Maasplassen tussentijds een beheersplan voor de totale Maasplassen aan te wijzen als SBZ. Waarschijnlijk zal het in de maak. De WetlandWacht heeft voor dit gebied binnen een aantal jaren bij een vol- plan kennis ingebracht. gende ronde aangewezen worden.

125

watersport op de Maasplassen

wetlandrap_2001-2003-def.indd 125 07-10-2004 09:22:14 • In 2001 heeft Vogelbescherming en door uitloging zou de recreant gezond- Nederland aan Rijkswaterstaat een brief heidsrisico’s kunnen lopen. Of de keuze nu geschreven over de noodzakelijke maatrege- valt op beter afdekken danwel verwijderen; len na een olielozing. Rijkswaterstaat heeft beide oplossingen betekenen opnieuw ver- in zijn calamiteitenplan nu de Maasplassen storing. opgenomen zodat die bij een olielozing • Steeds meer gronden worden aange- worden afgesloten met olieschermen of kocht of overgedragen aan één van de drie keersluizen. terreinbeheerders Natuurmonumenten, • De gemeente Roermond ontwik- Staatsbosbeheer of het Limburgs Landschap. kelt op dit moment een Natuurvisie voor Als beheersvorm kiezen die voor permanen- Roermond-west. Naast de mening van alle te begrazing, met verruiging als gevolg. Dit belanghebbende terreinbeheerders en verte- is nadelig voor de grauwe gans, die daarom genwoordigers vanuit de recreatie is ook de meer en meer uitwijkt naar de landbouw- visie van de WetlandWacht gevraagd. gronden. Met de provincie, de Limburgse Landbouw- en Tuinbouworganisatie en Negatieve ontwikkelingen Vogelbescherming Nederland is hier overleg • De verstoring van overwinterende over geweest. De provincie heeft geld vrij- duikeenden en ganzen door sportvissers gemaakt om te starten met een proefgebied in bootjes gaat onverminderd door. De voor opvang van de grauwe ganzen. zonering van recreatie zoals in het POL • Ondanks het streven van de provincie beschreven komt vooralsnog niet goed om de ontgrondingen in de Maasplassen van de grond. Het jarenlang gebruike- te beëindigen, proberen ontgrinders toch lijke overleg tussen de WetlandWacht en vergunningen te verkrijgen voor diepere ont- Vogelbescherming Nederland enerzijds en grindingen van al bestaande plassen. de provincie anderzijds ligt stil. • De recreatiedruk neemt in dit water- • Keer op keer worden er grootscheepse rijke gebied nog steeds toe en wordt – om recreatie-plannen gemaakt zoals Mare economisch redenen - door de provincie Minor bij Thorn en een waterskibaan bij deels toegejuicht. Nieuw te bouwen vakan- Roermond. Mare Minor zou een megawater- tiewoningen, snelle watersport, ongeregeld sportcentrum moeten worden, berekend op aanleggen door plezierjachten aan kwetsbare jaarlijks 75.000 bezoekers. De toevoerweg oevers, nachtvissen en vissen vanuit boot- zou dwars door een grote blauwe-reigerkolo- jes; het blijven evenzovele punten van zorg. nie lopen. De WetlandWacht en de betreffen- Zo nu en dan treden terreinbeheerders, in de terreineigenaren - Natuurmonumenten, samenwerking met politie en de Algemene Staatsbosbeheer, Limburgs Landschap - voe- Inspectie Dienst, op tegen nachtvisserij. ren gezamenlijk actie. • Er speelt een ingewikkeld conflict rond de plas Rijkelse Bemden. Rijkswaterstaat heeft daar, tegen de afspraken in, vervuild slib uit de Grensmaas gestort. Na lang touwtrekken is besloten dit slib weer te ver- wijderen, maar dat zal opnieuw jarenlang verstoring tot gevolg hebben. • In het zuidelijk deel van de 126 Maasplassen brengt in het verleden gestorte mijnsteen milieuproblemen met zich mee. De afdeklaag van deze mijnsteen is te dun

wetlandrap_2001-2003-def.indd 126 07-10-2004 09:22:16 41 LEEKSTERMEERGEBIED verbonden worden: het Fochteloërveen, het Positieve ontwikkelingen Leekstermeergebied en het Nationaal Park • Het gehele Leekstermeergebied is Lauwersmeer. De integratie van berging van aangewezen als waterbergingsgebied; het water en natuurontwikkeling zoals die nu in waterschap Noorderzijlvest is van strategie het Leekstermeergebied wordt voorbereid veranderd in het bestrijden van waterover- is in wezen al een deeluitwerking van het last. In plaats van de noodbergingsgebieden concept. voor incidenteel gebruik in te richten zal een • Om te compenseren voor de gestaag gebied van meer dan 1.500 hectare rondom verslechterende omstandigheden voor Peizerdiep, Eelderdiep en Leekstermeer weidevogels overweegt Staatsbosbeheer worden ontpolderd om permanent overstro- het beheer in enkele deelgebieden aan te mingsruimte aan de Drentse beken te bie- passen; van verschraling naar verrijking den. Deze plannen worden inmiddels breed van de bodem met vaste mest. Momenteel ondersteund door de provinciebesturen en de is het beheer vooral ingegeven door bota- natuurterreinbeheerders, waardoor al vóór nische doelstellingen. Staatsbosbeheer 2008 een groot deel van de uitvoering zal heeft hiervoor een ‘uitwerkingsplan’ worden gerealiseerd. Hoewel de geplande Leekstermeergebied opgesteld. ingrepen drastisch zijn ontstaat nu het fan- • Het Groninger Landschap tastische perspectief van wat met recht een heeft een deel van het beheersplan wetland van formaat kan worden genoemd. Leekstermeergebied, opgesteld door het • De EHS rond het Leekstermeergebied bureau Altenburg en Wybenga, uitgevoerd. wordt versneld gerealiseerd. De waterkwali- Hierdoor treedt plaatselijk enige verbetering teit van het Leekstermeer zal sterk toenemen op in de waterhuishouding. Zo voorziet het doordat het meer gevoed gaat worden met plan in een vernatting van de Lettelberter Drents beekwater. Over grote oppervlaktes Petten en de oeverlanden van het meer. Het reservaatgebied komt de grondwaterstand Groninger Landschap besteedt daarnaast omhoog tot dicht tegen het maaiveld, waar- de komende jaren wat meer aandacht aan door inklinking en mineralisatie van het het weidevogelbeheer door ruige stalmest veen wordt gestopt en meer kwel beschik- aan te wenden en meer plas-drassituaties te baar komt. Als gevolg van de inrichting creëren. als ‘meebewegende berging’ voorziet de WetlandWacht een verdere verschuiving van Negatieve ontwikkelingen weidegebied naar moerasgebied. De neste- • Het Leekstermeergebied heeft nog lende blauwborsten en rondstappende grote steeds te maken met te hoge concentraties zilverreiger in het voorjaar van 2004 zijn de fosfaat en nitraat. Het doorzicht van het hoopvolle voorbodes van wat komen gaat. oppervlaktewater is daardoor zeer beperkt • In 2002 hebben zes noordelijke en ondergedoken en drijvende waterplanten natuurorganisaties en Vogelbescherming zijn vrijwel afwezig. De slechte waterkwali- Nederland het plan ‘Van Veen tot Zee’ teit wordt veroorzaakt door het effluent van gepubliceerd. Het is een pleidooi voor een een rioolwaterzuivering en ‘landbouwwater’ natuurlijke ontwikkeling van het gehele dat via het Leeksterhoofddiep door het meer Drents-Groningse beeksysteem, vanaf de wordt afgevoerd. brongebieden in Noord-Drenthe tot aan de • Door toenemende verzuring en ver- Waddenzee. Door in het stroomgebied meer ruiging en doordat wordt verschraald, neemt 128 ruimte aan water en natuur te geven kun- het voedselaanbod voor weidevogels en nen drie belangrijke reservaatsgebieden, ganzen af. De aantallen weidevogels in de tevens vogelrichtlijngebieden, met elkaar veenweiden van de natuurterreinbeheerders

wetlandrap_2001-2003-def.indd 128 07-10-2004 09:22:30 lopen almaar terug. Ganzen wijken uit naar moeten gaan beheren, ook gezamenlijk één het agrarisch gebied, waar nog volop voed- beheersplan voor het gehele gebied ontwik- sel te vinden is, waardoor fricties ontstaan kelen. met boeren. Het is geen optie om de ganzen • De locatie voor het toekomstig bedrij- door aangepast beheer binnen de grenzen venterrein Westpoort, als uitbreiding van de van het wetland te houden. De terreinbe- stad Groningen ten noorden van de A7, ligt heerders zouden wel heel veel mest moeten dicht tegen het wetland aan. Voor de uitvoe- injecteren in het veen-natuurgebied om te ring van het concept ‘Van Veen tot Zee’ zal kunnen concurreren met de naastgelegen ruimte rond het industriegebied gereserveerd hoogproductieve grasteelt teneinde daar moeten worden. Door de koppeling van de ganzen weg te kunnen houden. De door de Drentse beken met het Leekstermeer sommigen gevreesde verschraling binnen wordt ‘de natte as’ in het Drentse deel al de reservaatsgebieden heeft ondertussen wel naar het westen verlegd; straks is die klaar het resultaat dat, mits de grondwaterstand om naar het noorden te worden verlengd. hoog genoeg is, er weer zeer gevarieerde Aan de noordzijde van de A7 zal dan wel en kortblijvende weidevegetaties ontstaan. de draad adequaat moeten worden opgepakt Overigens wordt ook de vogelkundige door zowel de provincie als de gemeente waarde van de verguisde pitrusweilanden Groningen. sterk onderschat. Veldleeuwerik, graspieper • De functie van het gebied als slaap- en wulp zie je alleen daar en nergens op het plaats voor vogels en broedgebied voor met zwaar bemeste land in de omgeving. name weidevogels wordt bedreigd door ver- • De recreatiedruk neemt toe en door snippering. Het eventueel ontwikkelen van betere ontsluiting is de behoefte aan zone- een hogesnelheids spoorlijn via Drachten ring groter dan ooit. De WetlandWacht naar Groningen, parallel aan de snelweg A7, pleit er voor dat de vier terreinbeheerders, zal een verstorend effect op vogels hebben. Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, • Het gebied ondervindt hinder van het Drentse Landschap en het Groninger de Hooiweg die het wetland doorsnijdt en Landschap, waarvan de gebieden aan elkaar langzamerhand uitgroeit van hobbelpad via grenzen en samen een uitgestrekt wetland sluiproute tot regionale verkeersader.

129

brandganzen

wetlandrap_2001-2003-def.indd 129 07-10-2004 09:22:31 42 ZUIDLAARDERMEER GEBIED • Natuurontwikkeling is vooral gericht Positieve ontwikkelingen op aankoop van voormalig extensief • De afgelopen jaren kwam het gebruikte weilanden. Deze weilanden waren Zuidlaardermeer herhaaldelijk in het nieuws zeer in trek bij weidevogels, ganzen en vanwege de ontwikkeling van blauwalgen zwanen. Vaak verruigen deze weilanden na in het water. De oorzaak is de dikke bagger- aankoop als gevolg van gewijzigd beheer, laag in het meer als gevolg van slibaanvoer met als resultaat dat deze soorten in aantal van het riviertje de Hunze. Uit onderzoek is afnemen. gebleken dat de sliblaag remmend werkt op • Het constante waterpeil is niet gunstig de ontwikkeling van waterplanten. Die zou- voor de omliggende oeverlanden. De vege- den het water helder kunnen houden en de tatie is hierdoor de laatste tien jaar sterk ontwikkeling van blauwalgen tegengaan. De veranderd. Verdergaande verdroging leidt stuurgroep Zuidlaardermeer heeft het plan tot afname van bruine kiekendief, waterral, ‘Revitalisering Zuidlaardermeer’ ontwik- roerdomp en zelfs kleine karekiet. keld. Een belangrijk doel is de verbetering • De gemeente Tynaarlo heeft een plan van de waterkwaliteit. Die wordt bereikt goedgekeurd dat het mogelijk maakt om bij door de sliblaag te verwijderen en de slibtoe- de Bloemert, net buiten de grenzen van het voer aan banden te leggen. Voor dit laatste gebied, een groot aantal recreatiewoningen worden in het bovenstrooms gebied van de te plaatsen. De bouw is inmiddels gestart. Hunze enkele natuurontwikkelingsprojecten Hiernaast is de gemeente Tynaarlo voor- uitgevoerd, zoals hermeandering en moera- nemens aan de zuidzijde van het meer, bij sontwikkeling. De baggerwerkzaamheden Meerzicht, 25 luxe woonhuizen te bouwen, – sinds voorjaar 2004 in volle gang – zijn eveneens net buiten de grenzen van het aangepast om verstoring van vogels te voor- gebied. Ook biedt de gemeente hier plaats komen . aan toeristische initiatieven. • De Kropswolderbuitenpolder is aan- • Sommige particuliere rietpercelen in gewezen als locatie voor waterberging het Drentse deel worden niet meer gemaaid. bij extreem hoog water. Het Groninger Deze percelen zijn momenteel aan het ver- Landschap maakt een plan voor de inrich- ruigen, wat niet gunstig is voor moerasvo- ting van 500 hectare voor een combinatie gels. van natuur, waterberging en recreatie. Het is in Noord-Nederland voor het eerst dat een gebied op deze manier wordt ingericht. 43 GROOTE WIELEN • Het natuurontwikkelingsproject ‘Water Positieve ontwikkelingen over Wolfsbarge’ aan de oostzijde van het • In 2002 werd een gemiddeld maximum meer biedt perspectieven voor verschillende van bijna 10.000 brandganzen en 18.000 watervogels waaronder kluut en visdief. kolganzen geteld. • Bij het beheer van de Binnemiede- en Negatieve ontwikkelingen Weeshûspolder ligt het accent op de weide- • Hoewel het plan ‘Revitalisering vogels. Hier wordt ruige stalmest gebruikt, Zuidlaardermeer’ gunstig is voor het verkrij- omdat dat een positieve invloed heeft op het gen van een goede waterkwaliteit, wil het bodemleven. Vooral regenwormen vormen plan ook de toeristisch-recreatieve concur- een belangrijk deel van het voedselpakket rentiepositie van het meer versterken. Dit van weidevogels. Maaien vindt plaats na 15 130 heeft mogelijk negatieve gevolgen voor de juni, waardoor de jonge vogels weinig risico rust in het gebied. lopen. De waterhuishouding is eveneens afgestemd op de wensen van de weidevo- gels.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 130 07-10-2004 09:22:41 Negatieve ontwikkelingen • De Alde Feanen is in februari 2002 • De Gemeente Leeuwarden wil in aangewezen als Nationaal Park in oprich- de ten noorden van Leeuwarden gelegen, ting. De volgende stap is het opstellen van Bullepolder een nieuwe woonwijk ont- een beheers- en inrichtingsplan door het wikkelen. Het gebied bestaat momenteel Overlegorgaan. Dit door alle betrokken uit grasland en ligt pal ten westen van de partijen onderschreven plan moet op hoofd- Groote Wielen. De ‘kwalificerende’ soorten lijnen de toekomst voor Nationaal Park De kolgans en smient slapen op de onderge- Alde Feanen schetsen. Naar verwachting zal lopen weilanden en plassen van de Groote het Overlegorgaan dit plan in de loop van Wielen en vinden hun voedsel in de omlig- 2004 definitief vaststellen. gende weilanden, waaronder de Bullepolder. • Door het waterschap is vastgesteld dat Een ecologisch adviesbureau rekende uit de kwaliteit van het boezemwater verbetert. dat 9% van het totale aantal ‘gansdagen’ • De proef met elektrisch varen wordt (het aantal ganzen dat in een bepaald gebied zowel door verhuurders als recreanten posi- aanwezig is vermenigvuldigt met het aan- tief beoordeeld. In combinatie met dit pro- tal dagen dat deze ganzen in het bepaalde ject wordt gewerkt aan een verdere zonering gebied aanwezig zijn) van de ganzen die van de watersport. Zo komen er gebieden slapen op de Groote Wielen wordt doorge- voor stille recreatie en gebieden voor ove- bracht in de Bullepolder. Deze functie van rige watersport. de Bullepolder als voedselgebied voor de • De kolonie aalscholvers neemt de ganzen van de Groote Wielen zal verloren laatste drie jaar licht af, maar is nog altijd de gaan als de bouwplannen doorgaan. In de zevende kolonie in grootte van Nederland. omgeving van De Groote Wielen is echter Vanuit een nieuwe vogelkijkhut kan de nog zoveel potentieel aan voedselgebied dat aalscholverkolonie ongestoord bekeken dit volgens het adviesbureau niet ten koste worden. zal gaan van het aantal ganzen dat gebruik • In 2001 is het boek ‘De Alde Feanen, maakt van de slaapplaats. De rechtbank schets van een laagveenmoeras’ uitgeko- Leeuwarden heeft na een kort geding tus- men. Het is geproduceerd naar aanleiding sen Milieudefensie afdeling Leeuwarden van de aanwijzing van de Alde Feanen als en de gemeente, de bouw stopgezet. Er was Nationaal Park. namelijk geen onderzoek uitgevoerd naar de effecten van het verlies van foerageergebied Negatieve ontwikkelingen op smienten. • De gekozen locatie voor een baggerde- pot bij Trije Hûs is landschappelijk gezien niet de meest gelukkige. Het terrein bestaat 44 OUDE VENEN uit een laaggelegen ruigtevegetatie. Positieve ontwikkelingen • De recreatiedruk in het gebied is erg • De Dienst Landelijk Gebied Friesland hoog. Het is moeilijk aan te geven wat de heeft voor het gebied de Oude Venen (Alde draagkracht van het gebied voor recreatief Feanen) een herinrichtingsplan opgesteld. medegebruik is. Het is voor de eerste keer dat een herin- richting voor een natuurgebied gaat plaats- vinden. Met dit plan krijgt 800 hectare 45 DE DEELEN landbouwgrond een natuurbestemming. Het Positieve ontwikkelingen is met name goed voor geschikt biotoop • In 2002 heeft ten behoeve van de 131 voor moerasvogels. waterhuishouding van het laagveen- moeras een herinrichting van De Deelen

wetlandrap_2001-2003-def.indd 131 07-10-2004 09:22:42 plaatsgevonden. Hierbij zijn brede legak- devolle blauwgraslanden en pergaten van De kers afgeplagd. De beschikbaar gekomen Deelen loopt, zou het ganzengedooggebied grond is gebruikt voor de aanleg van een en weidevogelbeheersgebied Fjurlannen kade rond het gehele gebied. Beheerder doorkruisen. Staatsbosbeheer is nu in staat het waterpeil • In 2003 heeft SOVON Vogelonderzoek fors te laten fluctueren met hoge peilen Nederland in opdracht van Staatsbosbeheer in de wintermaanden en erg lage in de De Deelen integraal gekarteerd op broedvo- zomermaanden. Zo hoopt men bij te dragen gels. Hiervan is een uitgebreide rapportage aan een betere ontwikkeling van water- en verschenen (SOVON-inventarisatierapport oevervegetaties en het ontstaan van nieuwe 2003/42). Het gebied is in Friesland vooral verlandingszones. Verder is een sterkere van belang als broedgebied van purperreiger pomp geplaatst in de zuidelijk van het en zwarte stern. Talrijkste soorten broedvo- gebied gelegen zandwinput. Deze put vangt gels zijn de grauwe gans en de rietzanger. schone kwel op. Met de pomp wordt het Soorten die de afgelopen vijftien jaar sterk schone water De Deelen ingepompt. Recent zijn toegenomen zijn de blauwborst en de is de eerste krabbescheer vastgesteld. grasmus. Relatief nieuw is de vestiging en • De ontwikkeling van een extra fietspad toename van de boompieper en de goudvink. aan de oostzijde van het gebied is van de • Eind 1996 is nabij De Deelen baan. De gemeente Boarnsterhim ziet er het natuurontwikkelingsproject vanaf, omdat ecologische toetsing van het ‘Frieswykpolder’ uitgevoerd. Hiermee plan te veel geld zou kosten en de gemeente is een nat ‘poldermoeras’ gecreëerd. De Heerenveen weinig bereidwillig is mee te WetlandWacht voert er tellingen uit die betalen. Het fietspad, dat langs enkele waar- laten zien dat het gebied een enorme aan-

rietganzen

132

wetlandrap_2001-2003-def.indd 132 07-10-2004 09:22:42 trekkingskracht op vogels heeft. Zo is de • Met de bruine kiekendief gaat het Frieswykpolder in de winter van belang als uitgesproken slecht. Lag het aantal broed- overnachtingsplaats van de kolgans met paren halverwege de jaren negentig nog op circa 20.000 exemplaren en in het voor- vijftien, de laatste drie jaar zijn het er slechts jaar voor de grutto met soms zo’n 3.000 drie tot vijf. overnachtende vogels. Daarnaast maken • De Deelen herbergt een grote kolonie purperreigers gebruik van het gebied om er grauwe ganzen. Op het broeden van de soort te foerageren en heeft zich op korte afstand komen almaar negatiever reacties en er van het gebied een kleine broedkolonie wordt gepleit voor aantalsbeperkende maat- gevestigd. Daarnaast vestigen zich jaarlijks regelen. Monitoring van de aantallen broed- kokmeeuwen, visdieven en kleine plevieren paren toont echter aan dat de broedpopulatie op slikkige stukken in het gebied die in de de afgelopen vijf jaar niet is toegenomen, loop van het voorjaar droog vallen. maar dat de aantallen broedparen fluctueren • De Deelen is één van de meest noorde- tussen 175 en 240. Daarnaast lijkt het aantal lijke locaties in Nederland met een behoor- paren dat de laatste drie jaar daadwerkelijk lijk aantal zwarte sterns van rond de veertig jongen wist groot te brengen gering te zijn. paar. De zwarte stern is in Nederland voor broedlocaties afhankelijk van nestvlotjes. Het gebruik van De Deelen door zwarte 46 VAN OORDT’S MERSKEN sterns als broed- en foerageergebied duidt Positieve ontwikkelingen erop dat het gebied het nodige potentieel • Aan de noordkant van het gebied, in voor de soort heeft. Daarom is in over- de Bouwerspolder, is een waterbufferzone leg met de beheerseenheid besloten een ingesteld om het gebied voldoende nat te groter aantal vlotten uit te leggen en deze houden. Deze zone trekt veel vogels aan. zorgvuldig aan te kleden. In 2003 leidde • Opmerkelijk was dat in 2002 vanuit het dit al tot een toename van de soort – er niets ineens negentien paartjes geoorde futen werd zo’n vijftig paar vastgesteld - en de werden waargenomen. broedresultaten oogden goed. Ook in het nabijgelegen natuurontwikkelingsgebied Negatieve ontwikkelingen ‘Frieswykpolder’ worden weer vlotten uitge- • De aanleg van de Zuiderzeespoorlijn legd om een hervestiging van de soort hier tussen Groningen en de Randstad zal Van mogelijk te maken. Oordt’s Mersken doorsnijden. Niet alleen is veel verstoring te verwachten tijdens de Negatieve ontwikkelingen aanleg en het gebruik, maar onduidelijk is • In Midden-Friesland en vooral ook in welke gevolgen dit heeft voor de kweldruk de omgeving van De Deelen, is een toename in het gebied. geconstateerd van roofvogelvervolging. • In de herinrichting rond het Ook is gebleken dat broedplaatsen van pur- Koningsdiep, dat door Van Oordt’s Mersken perreigers soms door onbekenden worden stroomt, heeft het waterschap Sevenwolden bezocht. Daarnaast is visstroperij vastgesteld in 2004 enkele peilbesluiten vastgesteld. en opzettelijke verstoring van broedsels van Het doel is om de grondwaterstanden te grauwe ganzen. Het toezicht is inmiddels optimaliseren ten behoeve van de landbouw. verhoogd. Staatsbosbeheer, de Algemene Het gaat in totaal om dertig hectare natte Inspectie Dienst, politie en vrijwilligers graslanden, omringd door natuurgebied. Dit werken samen in een toezichtskring. Ook de betekent een daling van de waterstand in 133 WetlandWacht maakt hier deel van uit. het Koningsdiep en daarmee in Van Oordt’s Mersken én het stroomopwaarts gelegen

wetlandrap_2001-2003-def.indd 133 07-10-2004 09:22:46 Habitatrichtlijngebied Wijnjeterperschar • De gemeente Boarnsterhiem wil graag (aangemeld als habitattype blauwgrasland). ruimte geven voor de bouw van een pan- Uit een studie van bureau Altenburg en nenkoekenpaviljoen aan de Zoutepoel in Wymenga is gebleken dat er geen effecten het Sneekermeer. De Fryske Feriening foar zullen optreden voor het Wijnjeterperschar. Fjildbiology heeft vijf jaar gestreden tegen De aangrenzende terreinbeheerders de bouw van een paviljoen op deze locatie. Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer zijn Het is gepland in het open gebied tussen akkoord gegaan met het peilbesluit, omdat Sneekermeer en Terkaplesterpoelen, in de afspraken zijn gemaakt over aankoop van EHS, op de rand van belangrijke rustgebie- de betreffende percelen in de toekomst. Na den voor ganzen en smienten en direct aan verloop van tijd zullen die percelen dus een een zone die van belang is voor migratie van natuurbestemming krijgen en dan kan het noordse woelmuis en paling. Helaas heeft de waterpeil weer omhoog. Het is echter ondui- Raad van State in het voorjaar van 2004, in delijk of de eventuele schade in de natuurge- een uitspraak aangaande het treffen van een bieden hersteld kan worden. voorlopige voorziening, de bouw van het paviljoen mogelijk gemaakt. De bodempro- cedure volgt nog. 47 SNEEKERMEER/ • De gemeente wil de afstand tus- TERKAPLESTERPOELEN sen de stad en het meer verkleinen door naar Positieve ontwikkelingen het meer toe te bouwen en huidig landbouw- • In 2002 heeft SOVON Vogelonderzoek gebied onder water te zetten. Tussen Sneek Nederland, in opdracht van Staatsbosbeheer, en het meer zal een luxe woonwijk verrijzen. een integrale kartering uitgevoerd van het Aan de overkant van de Houkesloot biedt de gehele Sneekermeergebied. Hieruit blijkt dat gemeente ruimte aan watergebonden bedrij- de aantallen van onder meer blauwborst en vigheid. rietzanger toenemen. Het gebied is echter Aanvullend hierop geven de plannen vooral van belang voor de enorme aantallen ‘Fries Merenproject’ en de ‘Structuurschets overwinterende ganzen. De Fryske Feriening A7’ ruimte aan Sneek om te groeien. Ook foar Fjildbiology voert sinds 1998 slaap- op langere termijn zijn er tal van plannen plaatstellingen van ganzen uit. Aantallen die in een verdere ontwikkeling van Sneek van rond de 50.000 kolganzen en 40.000 voorzien. Het gaat om de structuurplannen brandganzen op zowel het Sneekermeer als ‘Structuurvisie 2020’ en ‘Koers voor Sneek’. de Terkaplesterpoelen zijn niet ongewoon. De natuurwaarden zullen er op grond van Opvallend zijn de aantallen kieviten die de deze plannen bepaald niet op vooruit gaan. laatste jaren (ieder najaar zo’n 20.000) wor- De kans is reëel dat belangrijke foerageer- den vastgesteld. gebieden van kleine rietgans, kol- en brand- gans bebouwd gaan worden. Negatieve ontwikkelingen • De succesvolle recreatieve uitbating • Uit de kartering van SOVON blijkt van het ‘Kameleondorp’ Terherne brengt een ook dat weidevogels als slobeend, grutto en enorme recreatieve druk op het gebied met tureluur sterk in aantal afnemen. De kemp- zich mee. Het aantal recreanten groeit per haan behoort bijna tot het verleden. Onder jaar. In 2003 bracht het ‘Kameleon-project’ de moerasvogels neemt de kleine karekiet meer dan 100.000 bezoekers naar het dorp af; roerdomp en snor zijn zeer schaars Terherne. Vooral de recreatieve druk op 134 geworden. de Terkaplesterpoelen neemt daarmee toe; • Watervogeltellingen laten een nega- dagelijks vele boottochten, een eiland met tieve trend voor de smient zien. spelactiviteiten voor kinderen en, in augus-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 134 07-10-2004 09:22:48 Sneekermeer

tus 2003, een ‘drijf-in’ voor waterrecreanten, • Er bestaan plannen om het dorp waarbij op een immens doek de Kameleon- Akkrum in zuidwestelijke richting uit film is vertoond. De lengte van het recrea- te breiden met onder meer een nieuwe tieseizoen strekt zich uit over steeds langere woonwijk en een rondweg, waarmee het periodes. dorp dichter bij de zomerpolders van de • De gemeente Skarsterlân heeft plannen Terkaplesterpoelen komt te liggen. Deze voor het plaatsen van een cluster windturbi- zomerpolders zijn van internationaal belang nes ten zuiden van het dorp Akkrum. Deze als overnachtingsplaats van kol- en brand- locatie ligt tussen de voor ganzen belangrij- gans. ke slaapplaatsen van de Terkaplesterpoelen en de pleistergebieden nabij De Deelen. • Het tegennatuurlijke waterpeilbeheer 48 WITTE EN ZWARTE BREKKEN EN is verantwoordelijk voor de erbarmelijke OUDHOF staat waarin rietzomen verkeren. Er is haast Positieve ontwikkelingen geen waterriet meer aanwezig. Dit lijkt de • De omlegging van de rondweg A7 oorzaak van de afnemende aantallen kleine rond Sneek in de richting van, en deels door karekieten. (de boezemlanden van) de Witte en Zwarte • Enkele zomerpolders zijn als gevolg Brekken is voorlopig van de baan. De van een stabiel waterpeil en gebrekkig gemeente Sneek heeft in 2001 besloten om beheer onderhevig aan verruiging en ver- de bestaande rondweg te optimaliseren. schraling. Dit heeft consequenties voor de • De uitbreidingsplannen van de stand van weidevogels. Zo is de grutto in gemeente Sneek ontzien de Witte en Zwarte 135 vergelijking met een integrale kartering uit Brekken. In de nieuwe plannen breidt Sneek 1994 in aantal gehalveerd. zich uit richting Westen en Noordwesten.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 135 07-10-2004 09:22:49 Deze uitbreiding heeft wel negatieve effec- van de aantallen ganzen die de wetlands als ten op het wetland Sneekermeer. overnachtingplaats gebruiken. Om inzicht te • Aan de randen van het gebied zijn verkrijgen in de aantallen ganzen (en zwa- voormalige landbouwpercelen onder water nen) in belangrijke vogelgebieden in Fryslân gezet. De omvorming naar moeras maakt het zijn slaapplaatstellingen noodzakelijk. Dit gebied aantrekkelijker voor veel watervogels project heeft veel informatie opgeleverd waaronder ral en roerdomp. Zo trekt een over de aantallen ganzen die gebruik maken gebiedje ten oosten van Oudhof, onder de van Zuidwest-Friesland, waaronder de naam De Staten zeer veel vogels aan. Het Oudegaasterbrekken. De WetlandWacht is gebied is vanaf een speciale toren goed te de stuwende kracht achter de tellingen in bekijken. deze hoek van Friesland. • De Oudegaasterbrekken zijn in Negatieve ontwikkelingen Europees perspectief van zeer groot belang • Ten behoeve van agrarisch gebruik voor ganzen. Het gaat met name om de worden de omringende zomerpolders ont- soorten kleine rietgans en brandgans. Ze waterd. Hierdoor zet de verdroging ondanks slapen op de ondergelopen boezemlanden gedeeltelijke vermoerassing door. De eens en foerageren in de omliggende graslanden. zo rijke dotterbloemvegetatie is zo goed als De totale populatie brandganzen werd in het verdwenen. Het gebied verruigt ziender- najaar van 2001 geschat op 380.000 indi- ogen. Mede daardoor gaat het slecht met de viduen. In deze tijd werd in Nederland een weidevogels in de aangrenzende weidege- maximum aantal van 354.000 individuen bieden. Grutto en veldleeuwerik hollen in geteld (90% van de populatie). In hetzelfde aantal achteruit; watersnip, kwartelkoning seizoen werd in de Oudegaasterbrekken een en kemphaan zijn al verdwenen. seizoensmaximum vastgesteld van 51.700 • Hoewel Sneek niet verder zal uitbrei- individuen. Nog kwetsbaarder is de kleine den in de richting van het gebied, verrijzen rietgans. In de winter van 2001 - 2002 wer- er nog enkele gebouwen aan de zuidelijke den in Nederland 36.000 kleine rietganzen rondweg om Sneek. Deze appartement- geteld. De totale populatie werd geschat op gebouwen met vier tot vijf bouwlagen 37.000. De kleine rietgans maakt gebruik zorgen voor lichtuitstraling naar het gebied. van een beperkt aantal overwinteringsgebie- Daarnaast neemt het verkeerslawaai toe en den. Van deze overwinteringsgebieden is de zullen steeds meer mensen in het gebied Oudegaasterbrekken de belangrijkste. In de gaan recreëren. Tot nu toe is hier, in tegen- winter van 2001 - 2002 zijn 22.655 individu- stelling tot veel andere gebieden, de recrea- en geteld. Belangrijkste slaapplaatsen voor tieve druk nog laag. beide soorten zijn het Ringwiel en het Hop. • Het rietbeheer is niet toegesneden op • De oeverlanden van de moerasvogels. Er blijft te weinig oud riet Oudegaasterbrekken zijn van belang voor de staan. noordse woelmuis.

Negatieve ontwikkelingen 49 OUDEGAASTERBREKKEN • Het in 2000 aangelegde fietspad aan Positieve ontwikkelingen de noordzijde van de Bom- en Oudegaas- • De Fryske Feriening foar Fjildbiology terbrekken verstoort de – in Europees is in 2001 gestart met het project ‘Slaap- perspectief zeer belangrijke – slaapplaatsen 136 plaatstellingen van ganzen en zwanen in van kleine rietganzen, brandganzen en kol- Friesland’. De reguliere watervogeltellingen ganzen in ernstige mate. Dit fietspad vormt door SOVON geven onvoldoende beeld een ontsluitingspad tussen en IJlst

wetlandrap_2001-2003-def.indd 136 07-10-2004 09:22:55 en is derhalve het gehele jaar in gebruik. Het • It Fryske Gea heeft onderzoek uitge- fietspad zou omwille van de ganzen tussen voerd naar de chemische en biologische september en maart afgesloten moeten wor- kwaliteit van het natuurgebied Vogelhoek. den of beter nog: verlegd. Vanwege het fiets- Met dit onderzoek worden mogelijkheden in pad kiezen de ganzen nu vooral de plassen kaart gebracht voor gerichte oplossingen om het Ringwiel en Het Hop om te slapen. de water- en rietkwaliteit in het natuurgebied • In 2003 heeft de gemeente te verbeteren. een toekomstvisie gepubli- • In het nieuwe beheersplan is afgespro- ceerd voor Oudega, en . ken dat bij Vogelhoek jaarlijks 10% van de De bereikbaarheid van Oudega over het oppervlakte riet zal blijven staan. De ver- water zou vergroot moeten worden. Daartoe wachting is dat dit gunstig zal zijn voor riet- moet een vaargeul worden gegraven in broeders als bruine kiekendief, rietzanger, de Oudegaasterbrekken en de haven van kleine karekiet en baardman. Tot in 2004 is Oudega uitgebaggerd. aan de afspraak echter nog niet voldaan. • In hetzelfde plan is de ambitie voor • In januari 2001 werden in Nederland de aanleg van nieuwe fietspaden groot, 354.000 brandganzen geteld. Dit aantal zoals ten westen en ten noorden van de bedraagt ruim 90% van de totale populatie. Idzegaasterpoel en van Gaastmeer naar Hiervan bevond zich een flink deel in het op de oever van het Heegermeer. Ook zuidwesten van Friesland, in de omgeving zou een nieuw wandelpad aangelegd moeten van Fluessen. Het gebied is dus zeer belang- worden van Oudega naar Sandfirden over de rijk voor deze soort. polderdijk langs de Oudegaasterbrekken. Al • De gemeenten Nijefurd, Gaasterlan- deze plannen zouden in het perspectief van Sleat en Wymbritseradiel en anderen heb- de internationale hoge waarde van dit gebied ben bezwaar gemaakt tegen de aanwijzing voor ganzen zeer kritisch moeten worden van Oudegaasterbrekken, IJsselmeer-kust bekeken. en Vogelhoek-Morra-Fluessen onder de • Aan de plas Het Vliet ligt een vakantie- Europese Vogelrichtlijn. In augustus 2003 boerderij waar een zeilschool is gevestigd. heeft de Raad van State de bezwaren afge- Deze boerderij is in 2003 verkocht aan de wezen. Hiermee is de aanwijzing van deze Europese vakantieonderneming Vinea. Met gebieden nu definitief. deze overname ligt de wens voor uitbreiding van de recreatieve faciliteiten op deze boer- Negatieve ontwikkelingen derij en in de omgeving voor de hand. De • De plaatselijke zeilschool veroorzaakt zeilschool veroorzaakt nu al veel onrust op veel overlast voor vogels van de Morra. De het relatief rustige Vliet en Sipkemeer voor zeilschool geeft les vanaf grote pontons die slapende ganzen in de winter en rietvogels vlak tegen de rietkragen liggen en dat ver- tijdens het broedseizoen. stoort moeras- en watervogels. Deze komen er nauwelijks tot broeden. • Tot 1994 was op het vogeleiland in de 50 FLUESSEN, VOGELHOEK EN MORRA Fluessen een belangrijke kokmeeuw- en Positieve ontwikkelingen visdiefkolonie aanwezig. Door verruiging, • Het beheersplan Fluessen van It Fryske en waarschijnlijk de aanwezigheid van rat- Gea is in 2002 vastgesteld. In dit plan wor- ten, zijn deze geheel verdwenen. Ditzelfde den herstelmaatregelen genoemd voor de is afgelopen seizoen ook geconstateerd op drie gebieden. De grootste uitdagingen zijn een van de aangelegde zandplaten in het 137 het tegengaan van verruiging/bebossing van IJsselmeer, voor de kust bij Molkwerum. moerasvegetaties en het verkrijgen van een natuurlijke waterhuishouding.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 137 07-10-2004 09:22:56 51 ROTTIGE MEENTHE EN hebben voor hun gebieden een landschaps- BRANDEMEER beleidsplan ontwikkeld. Uitgangspunt was Positieve ontwikkelingen dat de herkenbaarheid van de verschillende • De afgelopen jaren heeft terreinbe- landschapstypen versterkt zou worden heerder Staatsbosbeheer veel nadruk gelegd en niet verder zou nivelleren. Het plan is op natuurontwikkelingsprojecten. Sinds eind 2003 de inspraakprocedure ingegaan. 2003 is er weer meer tijd voor het eigenlijke De WetlandWacht heeft een bijdrage aan beheren en onderhouden van de gebieden. dit plan geleverd via de klankbordgroep Eind 2003 is er een begin gemaakt met het Landschapsbeleidsplan Weststellingwerf. kappen van wilgen- en berkenopslag in en • In het in 2001 ter visie gelegde langs de rietvelden, zodat het open karakter Structuurplan Weststellingwerf 2000 - van het gebied behouden blijft. Grotere 2015 wordt natuurontwikkeling langs de stukken overjarig rietland blijven staan, wat Oude Maden richting Tjonger mogelijk gunstig is voor de rietvogels. Zo nemen de gemaakt. Hierdoor ontstaat er een bredere broedaantallen van roerdomp, snor, rietzan- verbindingszone tussen Rottige Meenthe ger en grote karekiet toe. en Brandemeer. Voor de financiering ervan • In 2003 kreeg Staatsbosbeheer 55 zou echter watergebonden verblijfsrecre- hectare voormalig weiland in beheer. atie toegestaan worden. In het eindverslag Deze weilanden grenzen in het noorden van de inspraakprocedure stelt de gemeente aan de polder Oldelamer van Brandemeer. dat recreatieve ontwikkeling enkel gericht Vogelbescherming Nederland heeft er op zal zijn op de Helomavaart en niet op de aangedrongen om deze percelen ook op te bestaande moerasgebieden. nemen in de aanmelding van het gebied onder de Europese Habitatrichtlijn. Negatieve ontwikkelingen • Voor het gebied Brandemeer is het • Belangrijkste negatieve ontwikkeling is nieuwe beheersplan ‘Uitwerkingsplan de toename van verstoring door wandelaars Brandemeer’ gereed gekomen. Voor de met loslopende honden. Vaak wordt het Rottige Meenthe wordt het beheersplan op gehele gebied doorkruist, zonder rekening te korte termijn vastgesteld. houden met bebording of routes. De laatste • Het aantal broedparen zwarte stern lag jaren zijn er ook ruiters die het gebied te jarenlang rond de twintig. In 2001 werden paard doorkruizen. In de trekperiode vluch- maar liefst zestig paar vastgesteld. In 2002 ten grote groepen watervogels van trekgat en 2003 lagen de aantallen weer op het oude naar trekgat. niveau: 28 en 33 paar. • Bij de beheerder heeft een reorganisa- • Vogelwerkgroep Brandemeer heeft tie plaatsgevonden. Er is minder personeel in juli 2001 geprotesteerd bij de gemeente beschikbaar voor surveillance en toezicht. Weststellingwerf tegen verlening van een • De WetlandWacht heeft namens de vergunning voor het gebruik van een knal- vogelwerkgroep Brandemeer bezwaar aan- apparaat. Met zo’n apparaat wordt ganzen- getekend bij de gemeente Weststellingwerf overlast bestreden, maar hier zou het vlak tegen de voorgenomen vergroting van naast het natuurgebied geplaatst worden en jachthaven De Driesprong en de bouw van het gehele jaar in gebruik zijn. De knallen kantoren aan de Tjonger nabij het gebied zouden ook broedende zwarte sterns, purper- Brandemeer. In het najaar van 2003 heeft de reigers en roerdompen verstoren. Voor de provincie Friesland een verklaring van geen 138 gemeente reden de aanvraag af te wijzen. bezwaar ex artikel 19, lid 1 Wet Ruimtelijke • De gemeenten Ooststellingwerf, Ordening afgegeven. Er is overleg gevoerd Weststellingwerf, Heerenveen en Opsterland met Yachtcharter en met Staatsbosbeheer

wetlandrap_2001-2003-def.indd 138 07-10-2004 09:22:57 (in deze ook namens It Fryske Gea). Dat te bepalen of er met het bestemmingsplan overleg heeft geleid tot een afspraak over mogelijk effecten optreden. compensatie; 3,87 hectare bij de Driesprong • Beheerder Staatsbosbeheer heeft de en 2,4 hectare bij de Rottige Meenthe. afgelopen jaren met financiële steun van het ministerie van LNV en van Europa (LIFE), projecten uitgevoerd om de ontwikkeling 52 DE WEERRIBBEN van jonge verlandingsvegetaties en (later) Positieve ontwikkelingen trilveen te stimuleren. Ook diende de steun • De provincie Overijssel heeft in om verzuurde en verdroogde rietlanden te 2001 de bezwaren van Vogelbescherming plaggen teneinde (jonge) veenmosrietlan- Nederland tegen het Bestemmingsplan den te ontwikkelen. Het project is in 2003 Buitengebied van de voormalige gemeente afgerond. Kleinere plagprojecten lopen nog IJsselham (thans Steenwijk) gegrond ver- en op de langere termijn zal hier hopelijk klaard. Voornaamste argument was dat geschikt biotoop voor moerasvogels ont- het plan niet was getoetst aan de Habitat- staan. Na de ingreep komen de percelen richtlijn. Concreet ging het vooral om de opnieuw in pacht bij de riettelers. aanleg van een fietspad door kwetsbaar open • Naast vergravingen en plaggen is in gebied, met mogelijke effecten op moeras- 2002 en 2003, in het kader van het nationaal vogels als zwarte stern, purperreiger en roer- natuuroffensief, redelijk wat bos op riet- domp. De gemeente is hiertegen vervolgens percelen gerooid. Na de ingreep is regulier in beroep gegaan bij de Raad van State. Die maaibeheer of een hoger waterpeil een ver- stelde in september 2002 Vogelbescherming eiste om nieuwe bosvorming tegen te gaan. in het gelijk. De provincie heeft vervolgens • Waterschap Reest & Wieden is een handreiking voor gemeenten opgesteld van plan om in hun boezem (Wieden en over hoe die moeten omgaan met de bepa- Weerribben) een flexibel peilbeheer toe te lingen van de Vogel- en Habitatrichtlijn in gaan passen. Onderzoekers, beheerders en bestemmingsplannen. De gemeente heeft natuurbeschermingsorganisaties, waaronder ecologisch onderzoek laten uitvoeren om Vogelbescherming Nederland, hebben het

139

De Weerribben

wetlandrap_2001-2003-def.indd 139 07-10-2004 09:22:57 waterschap in de besluitvorming geadvi- riettelers vanaf eind april bevloeid om de seerd. Het nieuwe peilbeheer wordt naar rietgroei op peil te houden. Het totale areaal, verwachting eind 2004 vastgesteld. Hopelijk op een enkel randje na, wordt vervolgens leidt dit tot een natuurlijker peilverloop, wat geoogst. De geschikte broedhabitat voor een positief effect zal hebben op verlan- kritische moerasvogels is daardoor erg klein dingsprocessen en op moerasvogels. in verhouding tot het potentieel. De riet- • In 2004 wordt begonnen met de uit- teelt zorgt bovendien voor veel verstoring, voering van het Strategisch Groenproject omdat riettelers tot laat in het voorjaar Noordwest-Overijssel. Dit plan zal over het actief zijn. Niet maaien is overigens geen algemeen winst opleveren voor de natuur alternatief, omdat niet gemaaide percelen in in de gebieden Wieden en Weerribben. rap tempo verbossen. Moerasvogels hebben Hopelijk kan er snel landbouwgrond omge- een voorkeur voor meerjarig waterriet. In zet worden in nieuwe natte natuur en worden zulk riet zijn de prooidierpopulaties groter de ecologische verbindingen met de omlig- en is het gemakkelijker een nestplaats te gende wetlands gerealiseerd. Verschillende vinden. De situatie voor moerasvogels in de soorten vogels zoals de purperreiger zullen Weerribben zou het meest gebaat zijn bij een hiervan profiteren. hoger waterpeil met een natuurlijk verloop, • De aanleg van een randmeer tussen de waardoor waterriet zich kan ontwikkelen. Noordoostpolder en het oude land kan een De kans dat dit op korte termijn gebeurt is interessante meerwaarde opleveren voor erg klein vanwege het kunstmatige water- onder andere de natuur, recreatie, cultuurhis- beheer ten behoeve van de rietteelt. De torie en waterhuishouding. De kans op reali- situatie in de Weerribben zou al een heel satie is echter klein geworden. Uit een studie stuk verbeteren indien delen om het jaar blijkt dat de kosten hoger uitvallen dan de in gemaaid worden en riettelers tot uiterlijk 1 geld uit te drukken baten. maart aanwezig mogen zijn. Het conflict dat • In 2002 zijn vijftien otters in de is ontstaan tussen de riettelers en verpach- Weerribben uitgezet. De komende jaren is de ter Staatsbosbeheer over de eisen aan de uitzetting van tenminste nog eens 25 dieren uitvoering en de uitkering van de Subsidie gepland. Voorafgaand aan de terugkeer van Agrarisch Natuurbeheer (SAN) maken het de otter is de waterkwaliteit verbeterd en de er al met al ook niet beter op. Het leidde tot oppervlakte open water toegenomen, zijn een rechtszaak, die door Staatsbosbeheer veel ontsnipperingsmaatregelen uitgevoerd werd verloren. en groene verbindingszones gemaakt tus- • Het nieuwe Beheers- en inrichtingsplan sen belangrijke natuurgebieden. Veel dieren Nationaal Park de Weerribben is al enkele profiteren mee van deze maatregelen. Een jaren geleden vastgesteld. Het plan is nog evaluatie in 2004 liet zien dat zich inmid- niet aan uitvoering toegekomen vanwege de dels drie paartjes en een mannetje op afstand impasse tussen Staatsbosbeheer en de riet- hebben gevestigd. De eerste fase wordt als telers over de uitkering van de subsidie van positief beoordeeld, ondanks het wegtrekken het Programma Beheer. van de meeste adulte otters. In het voorjaar • Een nevenaspect van het Strategisch van 2004 werd de geboorte van de eerste Groenproject is de te verwachten toene- otter bevestigd. mende recreatiedruk. Nu al is de druk van recreatie op het gebied erg groot. Naast Negatieve ontwikkelingen stille watersport gaat het om de aanleg van 140 • Een groot probleem in de Weerribben fietspaden. Met name het nog aan te leggen betreft het rietbeheer. De rietpercelen staan tracé in het verlengde van het Hamspad zal permanent boven water en worden door tot veel verstoring leiden. De vele nieuw

wetlandrap_2001-2003-def.indd 140 07-10-2004 09:23:04 aangelegde fietspaden worden ook gebruikt Wieden herbergt ook een grote kolonie van door riettelers en bromfietsers. Hogere aan- de aalscholver met meer dan 1.000 broed- tallen recreanten vragen om meer controle paren. Het porseleinhoen laat een groeiende en toezicht, maar daarin kan de beheerder trend zien van negen in 1998 naar 23 in niet voorzien. 2002. Spectaculair was de waarneming van • De ballonvaart heeft de laatste jaren vier paar klein waterhoen in 2003. Grote een enorme vlucht genomen. Veelal opstij- karekiet en snor zijn in behoorlijke aantallen gend vanuit Joure passeert men op geringe aanwezig. Tenslotte de vermelding van twee hoogte verschillende wetlands waaronder nieuwkomers. De grote zilverreiger broedde Rottige Meenthe, De Weerribben en De in 2003 voor het eerst met twee paar en de Wieden. lepelaar met drie paar. Het is opvallend dat veel van deze soorten vooral te vinden zijn in de eerder genoemde hoogwaterzone 53 DE WIEDEN • Via het Strategisch Groenproject Positieve ontwikkelingen Noordwest-Overijssel zal 1.500 hectare • Ten noordoosten van De Wieden is nieuwe natuur aangelegd worden. Een flink in 1989 een hoogwaterzone ingesteld. Het deel ligt in De Wieden. Het project is in waterschap Reest en Wieden handhaaft hier de uitvoeringsfase. Veel nieuwe natuur kunstmatig een waterpeil van dertig centi- zal uit moeras bestaan. Andere delen zijn meter boven het boezempeil. Dat moet het bestempeld als weidevogelgebied. Het plan ‘leeglopen’ van De Wieden tegengaan. Zo’n biedt ook mogelijkheden voor een nadere 80% van het gebied staat daadwerkelijk recreatieve ontsluiting van het gebied. Naar onder water, tot maximaal zestig centimeter. aanleiding van bezwaren bij de landinrich- In 1995 is dit gebied uitgebreid met een tingscommissie zijn een fietspad en een oppervlak van 48 hectare. De vegetaties wandelpad door kwetsbare delen van het worden niet gemaaid en hebben in veel natuurgebied geschrapt. gevallen een dichte onderlaag ontwik- • De Wieden is op 24 maart 2000 aan- keld van oud riet en plaatselijk liesgras. gewezen als Speciale Beschermingszone Het gebied is bijzonder rijk aan riet- en onder de EU-Vogelrichtlijn. Tegen dit besluit watervogels. Eind 2001 is in opdracht zijn enkele bezwaren ingebracht. Eind 2003 van Natuurmonumenten een uitkijkpunt besliste de minister van LNV dat twee kleine gebouwd, dat bereikbaar is via een pad gebieden van enkele hectares aan de aanwij- vanaf de weg De Auken. Vanaf de kleine zing worden toegevoegd en een gebied van ‘toren’ is het mogelijk over de hoge rietkra- twintig hectare er buiten valt. Hiermee is de gen heen te kijken. Inmiddels is de hoog- aanwijzing definitief geworden. waterzone een voorbeeldproject voor de • In 2002 werd het zeer zeldzame ontwikkeling van moerasvegetaties. waterplantje klein glanswier in De Wieden • Na de Oostvaardersplassen is De aangetroffen. Het blijkt er in grote hoeveel- Wieden het belangrijkste gebied voor de heden te groeien. Het klein glanswier staat roerdomp. In 2003 werden in de hoogwa- op de Rode Lijst en komt, behalve spaar- terzone tien van de 33 paar roerdompen zaam in het Naardermeer, nergens anders in geteld. De purperreiger was in 2002 met Nederland voor. 52 paar aanwezig, waarmee het gebied De • De natuurvisie De Wieden van Wieden de vierde plaats inneemt voor deze Natuurmonumenten vervangt het beheerplan soort. Voor de zwarte stern is het gebied en loopt van 2001 tot 2015. 141 de belangrijkste broedplaats in Nederland. • Natuurmonumenten heeft een plan In 2002 werden 181 paar vastgesteld. De opgesteld om planten en dieren van De

wetlandrap_2001-2003-def.indd 141 07-10-2004 09:23:04 kanovaren

Wieden structureel te monitoren. In 2004 Noordwesthoek in de klankbordgroep van gebeurt dit voor het eerst. De hulp van vrij- het Strategisch Groenproject Noordwest- willigers is onontbeerlijk. Overijssel. Die pleit voor een duidelijkere • Na het uitzetten van otters in De zonering voor recreatie en natuur, met name Weerribben zijn ook sporen van deze dieren tijdens de broedperiode. aangetroffen in De Wieden. In de loop van • Natuurmonumenten verpacht grote 2004 zullen ook in De Wieden enkele otters delen van het areaal rietland. Het beheer worden uitgezet. van de rietsnijders is niet altijd even gunstig voor moerasvogels. Over het algemeen blijft Negatieve ontwikkelingen er te weinig oud riet staan. • Het Strategisch Groenproject • De gemeente Meppel heeft plannen om Noordwest-Overijssel biedt perspectieven een nieuwe woonwijk van 5.300 woningen voor de verdere ontwikkeling van natuur- te bouwen, pal tegen het laagveenmoerasge- waarden. Het plan bevat echter ook een bied aan, tot op de grens van de Ecologische aantal negatieve elementen. Zo richt het Hoofdstructuur en het Vogelrichtlijngebied. zich op de verbetering van productieomstan- Natuurmonumenten vreest grote effecten digheden voor de landbouw in de omlig- van de gekozen locatie op de waterhuishou- gende weidepercelen. Hiertoe wordt een ding. De Nijeveense polder is het laagste lager waterpeil gehanteerd met negatieve deel van Zuidwest-Drenthe en voert water gevolgen voor weidevogels. Daarnaast biedt van een groot deel van Drenthe af naar De het plan mogelijkheden voor een verdere Wieden. Zowel Natuurmonumenten als recreatieve ontsluiting middels nieuwe milieufederatie Drenthe hebben gereageerd fiets-, wandel- en kanoroutes en de aanleg op de startnotitie MER. 142 van surfstrandjes bij het Giethoornse meer en de Beulakerweide. De WetlandWacht zit namens de Natuurvereniging De

wetlandrap_2001-2003-def.indd 142 07-10-2004 09:23:05 54 OOSTVAARDERSPLASSEN en voorlichting. Het gebied moet een eta- Positieve ontwikkelingen lage worden van het grote natuurgebied de • Het gebied de Oostvaardersplassen Oostvaardersplassen. In de planning is opge- staat inmiddels bekend als een van de meest nomen dat het activiteitencentrum bestaat uit unieke moerasgebieden in Europa en het een 42 meter hoge ‘observatiehut’ met win- is een internationaal erkend voorbeeld van kel, auditorium, restaurant en vergaderruim- succesvolle natuurontwikkeling. Veel vogel- te. Volgens de startnotitie MER zullen de soorten in Nederland halen in dit gebied vogels in de Oostvaardersplassen nauwelijks hun maximale aantallen. Voor 2002 zijn dit last hebben van de bouw en de verwachte de volgende aantallen, met tussen haakjes bezoekerstoename. Op termijn verwacht het percentage van de totale Nederlandse men 300.000 bezoekers per jaar. Er zijn broedpopulatie: roerdomp 40 (16%), aal- veel vragen over wat de effecten zijn op het scholver 5.500 (28%), grote zilverreiger 45 Oostvaardersveld zelf, omdat het deel uit- (96%), porseleinhoen 23 (11%) en baardman maakt van de Ecologische Hoofdstructuur. 740 (59%). Het gebied is ook van belang • De begrazingsdruk in het gebied van voor andere broedvogels zoals lepelaar (210 voornamelijk paarden, runderen en edel- paar), kleine zilverreiger (7), bruine kieken- herten is behoorlijk hoog. De intensieve dief (48) en blauwe kiekendief (4). begrazing is zeker ook van invloed op de • Spectaculair nieuws kwam van vogelstand. Momenteel zijn er echter geen Staatsbosbeheer in juli 2002: een paartje aanwijzingen dat dit ten koste gaat van de visarend was gestart met nestbouw. Vanaf volgens de Europese Vogelrichtlijn in stand 20 mei was een paar aanwezig. Het is niet te houden vogelsoorten. aan broeden toegekomen. Vermoedelijk gaat het om een eerste poging van een nieuwge- Negatieve ontwikkelingen vormd, onervaren of net volwassen paar. • De Planologische Kernbeslissing lucht- • De Oostvaardersplassen is al ruim vaartterreinen Maastricht en Lelystad (mei twintig jaar een van de belangrijkste rui- 2004) biedt luchthaven Lelystad de moge- gebieden voor de grauwe gans in Europa. lijkheid om verder te groeien. De bedoeling In de vroege zomer van 2002 ging het is het vliegveld uit te bouwen tot business naar schatting om 21.000 vogels. In de airport. Er komt een langere startbaan, er winter zijn de meeste grauwe ganzen in worden meer vliegbewegingen geaccommo- Nederland aanwezig. In november worden deerd en er zullen ook zwaardere vliegtui- in de Oostvaardersplassen jaarlijks tus- gen worden toegelaten. De vliegroutes van sen de 20.000 en 30.000 vogels geteld. In en naar vliegveld Lelystad lopen over het het Verdronken Land van Saeftinghe in de noordelijk deel van de Oostvaardersplassen. Westerschelde lopen de aantallen in deze tijd De toename van vliegbewegingen én van overigens op tot 60.000. zwaardere vliegtuigen levert meer versto- • Een andere soort die in de Oostvaar- ring op voor de kwetsbare soorten op grond dersplassen in november in relatief hoge waarvan het gebied is aangewezen onder de aantallen wordt gezien, is de slobeend: meer Europese Vogelrichtlijn. dan 6.000 vogels. • De gemeente Almere wil het bedrij- • Beheerder Staatsbosbeheer wil in het venterrein De Vaart aan de zuidwestzijde Praamweggebied een groot natuuractivi- van de Oostvaardersplassen uitbreiden. teitencentrum bouwen. Aansluitend aan dit De locatie ligt ingeklemd tussen de drie centrum wordt een 250 hectare groot gebied Vogelrichtlijngebieden Lepelaarplassen, 143 – het Oostvaardersveld – ingericht voor Oostvaardersplassen en Markermeer. De natuurgebonden recreatie, natuureducatie stichting Vogel- en Natuurwacht Zuid-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 143 07-10-2004 09:23:07 baardman

Flevoland heeft bezwaren tegen het plan 55 LEPELAARPLASSEN ingediend. (zie ook Lepelaarplassen) Positieve ontwikkelingen • In 2003 zijn werkzaamheden gestart • De aantallen van de belangrijkste om de Oostvaardersdijk te versterken. De broedvogels – lepelaar en aalscholver – zijn dijkverzwaring betekent een beperkt verlies redelijk stabiel. De lepelaar was in 2002 met van biotoop. De huidige hoge opstanden twintig paar aanwezig en de aalscholver met van wilg, pal langs de dijk, zijn van belang 1.600. Ten opzichte van enkele jaren geleden omdat ze vogels die dagelijks tussen dalen de aantallen van de aalscholver. Deze Markermeer en Oostvaardersplassen trek- afname hangt samen met de verminderde ken, dwingen de drukke dijkweg op veilige voedselsituatie op het Markermeer. hoogte over te steken. Na de dijkverzwaring • Het beheer van het gebied is goed wordt daarom een nieuwe wilgenstrook afgestemd op de vogelwaarden. Er wordt ingeplant, ten koste van 6,3 hectare rietland een natuurlijk waterpeil gehandhaafd: ‘s en open water. zomers laag en ‘s winters hoog. Vee wordt • In de zomer van 2003 was er sprake pas na de broedtijd op de bufferzone De van forse vogelsterfte door blauwalgen. Natte Graslanden ingezet. Er zijn plannen Naast eenden en ganzen stierven er ook voor een uitbreiding van natte poelen in lepelaars en verschillende soorten steltlo- een verruigd terreingedeelte ten behoeve pers. Op een enkele dag werden 600 dode van het Plan Roerdomp, onderdeel van dieren verwijderd. het Beschermingsplan Moerasvogels van • In winters met strenge vorst is het Vogelbescherming. toegestaan om in de Oostvaardersplassen te • Van de overwinteraars is een toename schaatsen. Dit vormt geen grote verstoring vastgesteld van nonnetje, tafeleend en grote 144 aangezien de meeste vogels wegtrekken. zaagbek. Roerdompen echter blíjven in het gebied en • In 2002 is in opdracht van het Flevo- worden mogelijk wel verstoord. landschap en met medewerking van de toen-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 144 07-10-2004 09:23:08 malige WetlandWacht het boek ‘Vogels van bindingszone tussen Lepelaarplassen en het Lepelaarplassengebied’ uitgebracht. Het Oostvaardersplassen. beschrijft het belang van het gebied voor • Het fietspad dat om het hele gebied vogels en de samenhang met de omliggende loopt is in de broedperiode gedeeltelijk natuurgebieden en stedelijke omgeving. afgesloten om verstoring te voorkomen. De gemeente wil dit fietspad ook in de Negatieve ontwikkelingen broedperiode openstellen. Bovendien wordt • De gemeente Almere wil het een nieuw fietspad aangelegd om De Natte bedrijventerrein De Vaart, pal naast Graslanden heen naar de nieuwe woonwijk de Lepelaarplassen, uitbreiden. De de Lepelaar. locatie ligt ingeklemd tussen de drie • Het Flevolandschap had een bewa- Vogelrichtlijngebieden Lepelaarplassen, kingsdienst ingehuurd om vandalisme en Oostvaardersplassen en Markermeer. De verstoring in de avonduren bij de vogelkijk- Stichting Vogel- en Natuurwacht Zuid- hut De Trekvogel tegen te gaan. Hier was Flevoland heeft bezwaren tegen het plan veel overlast van jongeren. In 2004 is de ingediend, omdat de locatie deel uitmaakt bewaking vanwege geldgebrek gestaakt. De van de Ecologische Hoofdstructuur. De hut ligt direct naast het broedgebied van de geluidsoverlast door de industriële activi- lepelaars en aalscholvers. teiten zal toenemen en zal broedvogels en overwinteraars verstoren. Er was in de ogen van de Stichting geen deugdelijk onderzoek 56 EILANDSPOLDER verricht naar de gevolgen van het bedrijven- Positieve ontwikkelingen terrein op de omliggende natuurgebieden. In • Er is in 2002 een breed overleg eerste instantie wees de gemeente de bezwa- opgezet om te komen tot een meer geza- ren af. Pas toen duidelijk werd dat de kans menlijk gedragen beleid voor natuurlijker groot was dat de Stichting in het gelijk zou beheer van de Eilandspolder. De gemeen- worden gesteld heeft de gemeente Almere ten Graft-De Rijp en Schermer, provincie opdracht gegeven nieuw ecologisch onder- Noord-Holland, WLTO, waterschap Het zoek te verrichten. De Stichting Vogel- en Lange Rond, Landschap Noord-Holland en Natuurwacht Zuid-Flevoland wordt nauw Staatsbosbeheer nemen deel aan dit overleg. betrokken bij de opzet van dit onderzoek. Overeenstemming is bereikt over flexibel • De gemeente Almere is begonnen peilbeheer en over onderlinge kavelruil met de bouw van de nieuwe stadswijk waardoor grotere, van elkaar gescheiden, Lepelaar, direct grenzend aan de bufferzone clusters landbouwgrond en natuur ontstaan. De Natte Graslanden. Veel vogels van de In 2004 moet een heel nieuw inrichtingsplan Lepelaarplassen en Oostvaardersplassen gereed zijn. Staatsbosbeheer zal de keuze gebruiken deze graslanden om voedsel te tussen weidevogelbeheer of moerasvogels zoeken, zoals lepelaar, grote zilverreiger en maken als het breed overleg met zijn plan- verschillende soorten ganzen. Door inten- nen komt. Landschap Noord-Holland blijft siever recreatief gebruik zal deze functie voornamelijk inzetten op weidevogelbeheer. afnemen. Op kleine clusters is er ook ruimte voor • Tegelijkertijd wil de gemeente de moerasvogels; daarvoor zullen enkele bosjes aanpalende Noorderplassen geschikt maken worden gekapt en omgezet in rietmoeras. voor grootschalige recreatie. Hierbinnen Als er tenminste financiële middelen kunnen past de uitbreiding van waterrecreatie worden vrijgemaakt. 145 bij het gemaal Blocq van Kuffeler. Deze • In 2002 heeft Vogelbescherming locatie is nu juist van groot belang als ver- Nederland samen met Landschap Noord-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 145 07-10-2004 09:23:14 Holland een herstelplan voor moerasvo- • Bij de midwintertelling 2003/2004 gels gemaakt. Het grootste deel van de werden maar liefst 30.000 smienten geteld. Eilandspolder bestaat uit extensief tot matig • Om de recreatie te bevorderen wor- intensief beheerd grasland, met daarnaast den op initiatief van het Platform Toerisme (deels overjarig) rietland en lokaal stukken Graft-De Rijp alle vaarroutes van nieuwe broekbos. Met name in de overjarige rietlan- bewegwijzering voorzien en komt er een den komen soorten als roerdomp, porselein- nieuwe vaarkaart. Diverse horeca-onderne- hoen, bruine kiekendief en blauwborst voor. mers verhuren inmiddels fluisterbootjes; zij Het, in het plan voorgestelde, te behandelen bevorderen daarmee een vorm van exten- terrein bestaat uit soortenarm, geëutrofiëerd sieve en natuurvriendelijke recreatie. en verruigd wilgen-struweel en elzenbroek- bos. Het betreft vier percelen met een totaal Negatieve ontwikkelingen oppervlak van 3,06 hectare. Op de drie • Steeds meer recreatievormen leiden tot verboste percelen wordt bosopslag afgezet. verstoring, zoals snelvaren en de populair Vervolgens zal het bovenste pakket orga- geworden hondenuitlaatservice. Honden nisch materiaal worden verwijderd, waarbij worden vaak los uitgelaten en verstoren dan waterdieptes tussen 10 en 40 centimeter de weidevogels. Snelvaren veroorzaakt een worden gecreëerd (85% van het oppervlak). golfslag die nesten van water- en rietvogels In de centrale delen zullen diepere stukken wegspoelt. Handhaving van de regels is van gegraven worden (1 - 1,3 m). Het herstel- belang. beheer richt zich vooral op de ontwikkeling • Ten behoeve van het agrarisch gebruik van in water staand rietland (roerdomp, por- van het gebied worden bruggen gemaakt seleinhoen, waterral, rugstreeppad) en over- zodat boeren grotere oppervlaktes kunnen jarig rietland op drogere delen (baardman, beweiden en efficiënter kunnen werken. Het snor, rietzanger, noordse woelmuis). Het gebied wordt zo echter ook beter bereikbaar project zal worden uitgevoerd en begeleid voor overig verkeer. vanuit Landschap Noord-Holland. De finan- • Door passief beheer van ciële bijdrage van VBN is afkomstig van de Staatsbosbeheer neemt de verruiging toe. fondsenwerving roerdomp. Met inzet van Het aantal weidevogels neemt daarom af en Vrijwillig Landschapsbeheer is Landschap het aantal moerasvogels toe. Staatsbosbeheer Noord-Holland in 2003 begonnen met het is ook bezig zijn eigen beheerboerderij af verwijderen van opgaande begroeiing. te stoten en zet helemaal in op beheer door • Na bezwaren van Milieucontact boeren. Eilandspolder is de bouw van enkele schu- • Het waterpeil is de afgelopen tien tot ren aan de rand van het gebied niet doorge- twaalf jaar niet meegegaan met de bodem- gaan. daling. Voor de pachtende agrariërs is dat • De WetlandWacht is in een procedure een probleem, maar zolang er beheer blijft tegen een aanlegvergunning voor het egali- plaatsvinden profiteren de weidevogels er seren van weiland en het dempen van sloten wel van. Het aantal boeren dat interesse opgetreden als getuige-deskundige. De rech- heeft in het beheren van het veenweide- ter kwam tot de uitspraak dat de gemeente gebied neemt echter af. Bij vertrek van de geen goed onderzoek had gedaan naar het boeren verruigen weidepercelen waardoor effect op de natuurwaarden. weidevogels in de verdrukking komen. • Landschap Noord-Holland heeft in Vanwege de tegengestelde belangen van 146 2003 kans gezien acht hectare weidegebied boeren, natuurbeheerders en overheden bij te verwerven. Dit stuk ligt in het centrale het waterpeil zal een nieuw peilbesluit nog deel van het beheersgebied. wel enkele jaren op zich laten wachten.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 146 07-10-2004 09:23:14 • Sinds 2003 heeft de vos zich met weidevogels afgestemd. Daardoor zijn de enkele paartjes gevestigd in het gebied. De trends hier nog steeds positief. predatie op grondbroeders is aanzienlijk. • De Oosterkoog wordt ingericht voor Mogelijk dat de aanleg van bruggen dit pro- moerasvogels. Het is, net als een aantal ces van vestiging heeft versneld. andere kogen (buitendijks gelegen gebieden) ook zeer waardevol voor weidevogels. • De aantallen smienten in het 57 ZEEVANG Zeevanggebied zijn enorm, vaak meer dan Positieve ontwikkelingen 25.000 exemplaren in de winter. Het aantal • De verwachting is dat in de komende overwinterende kleine zwanen komt regel- jaren de Zeevang eindelijk aangewezen zal matig boven de 1% norm uit. Het aantal worden onder de Europese Vogelrichtlijn. pleisterende grutto’s loopt soms op tot onge- Het open polderlandschap met zijn histo- veer 3.500. risch slotenpatroon en de aanwezigheid van mals grasland op de veenweiden is zeer Negatieve ontwikkelingen aantrekkelijk voor vogels als smient, kol- • De aanwezigheid van het vele water is gans, kleine zwaan en goudplevier. In het het sterke punt van Zeevang, waterhuishou- Alterrarapport ‘Vogelkundige waarden van ding krijgt dan ook terecht veel aandacht. de polder Zeevang, 1996-2001’ wordt aan- Maar nu al is er druk op de weidevogels getoond dat het gebied op grond van de aan- omdat er te vroeg en massaal gemaaid wezige aantallen vogels in aanmerking komt wordt, er onderbemaling plaatsvindt en de voor aanwijzing onder de Vogelrichtlijn. veebezetting te hoog is. De minister van LNV heeft in de Tweede • Door de onderbemalingen doen plas- Kamer op grond van de gegevens uit het dras situaties zich niet meer voor, terwijl rapport beloofd de aanwijzing in procedure dit zo aantrekkelijk is voor weidevogels en te brengen. wintergasten. • De provincie Noord-Holland hield • Er is in 2002 door de in het ontheffingenbeleid op grond van de Landinrichtingscommissie Zeevang de Flora- en Faunawet al rekening met het keuze gemaakt om te komen tot het “Eén- gebied en gaf daarom geen toestemming om peil-model +”. Dit betekent dat via een mogelijke schade door ganzen en smienten ingewikkeld waterhuishoudkundig systeem te bestrijden met het geweer. de polder één peil krijgt, maar dat diverse • Door de WetlandWacht is veel tijd agrarische blokken worden onderbemalen. besteed aan het informeren over de natuur- Later bleek toch dat het Eén-peil-model niet waarden van leden van de Landinrichtings- uitvoerbaar was. Het Plan Waterbeheersing commissie. Deze commissie, waarin boeren Zeevang, opgemaakt door Oranjewoud, laat een grote invloed hebben, moet in 2004 met zien dat de waterbeheersing negatief uitvalt een plan komen. Door boeren wordt druk voor de natuurwaarden in een groot deel uitgeoefend om het waterpeil te verlagen; dit van Zeevang. In een aantal delen van het zou een verslechtering betekenen voor wei- poldergebied worden ten behoeve van de devogels. De gegevens van de maandelijkse landbouw peilverlagingen doorgevoerd tot tellingen, die door de WetlandWacht samen tachtig centimeter onder het maaiveld. Door met de KNNV vogelwerkgroep worden ver- bodemdaling zal uiteindelijk een droogleg- richt, zijn van groot belang om de argumen- ging van zestig centimeter worden aange- ten voor bescherming te onderbouwen. houden. De oppervlakte natuurgebied wordt 147 • Staatsbosbeheer heeft in het weidevo- evenwel vergroot. In dat deel, gescheiden gelreservaat Warder het beheer volledig op van het agrarisch watersysteem, kan een

wetlandrap_2001-2003-def.indd 147 07-10-2004 09:23:15 natuurlijk waterbeheer worden gevoerd; in daarmee het voedselaanbod te verhogen. de winter hoog en in de zomer laag. De werkzaamheden zijn in opdracht van • In het ontwerp-streekplan is als Natuurmonumenten in 2003 gestart en eind hoofdfunctie voor Zeevang landbouw aan- van dat jaar afgerond. Het water is nu weer gegeven. Dit doet de internationale natuur- glashelder en de zwarte stern kwam in 2004 waarden van het gebied ernstig tekort. Het weer tot broeden. Streekplan is nog niet definitief. • Begin 2002 wees Provinciale Staten • In 2002 was er onder de boeren grote van Noord-Holland het plan af om 100 hec- ontevredenheid over het niet uitkeren van tare bedrijventerrein in de Wijde Wormer in beheersvergoedingen die samenhangen met te richten. De Wijde Wormer is een belang- weidevogelbescherming. Het draagvlak voor rijke buffer voor het gebied en een ver- de natuur nam daardoor flink af. Zelfs een bindingszone met het Waterland. Hopelijk jaar later waren de vergoedingen nog niet wordt het gebied nu verder met rust gelaten. goed geregeld. • Er zijn vergaande plannen om het gebied uit te baggeren. De waterkwaliteit zal daardoor zeker verbeteren. Een deel is in 58 WORMER- EN JISPERVELD 2002 en 2003 al uitgebaggerd. Positieve ontwikkelingen • Het aantal roerdompen neemt nog • De veestapel van Natuurmonumenten steeds toe; het aantal broedparen in 2003 is weer gegroeid waardoor het nu mogelijk was 13 tot 15 paar. is om het gebied te bemesten, te beweiden • De WetlandWacht heeft in 2003 een en te maaien op een manier die gunstig is omvangrijk verslag over het Wormer- en voor de weidevogels. Er is opnieuw een Jisperveld gemaakt. Behalve broedvogel- evenwicht ontstaan tussen agrarisch gebruik onderzoek zijn ook het beheer, roerdom- en natuur zoals dat vroeger ook was. Na penonderzoek, een inventarisatie van oud twaalf jaar is er weer voldoende stalmest en gemaaid riet, baggerwerkzaamheden, voor bemesting en wordt de maaidatum vol- vegetatiekartering, doorzichtmetingen van ledig afgestemd op de aanwezige broedvo- het water en resultaten van wintertellingen gels. Juli is weer hooimaand. beschreven. • In 2003 hebben nog slechts 5 paar • Enkele feiten uit het broedvogelover- zwarte sterns gebroed. Bureau Waardenburg zicht (niet het gehele gebied wordt geteld, heeft in opdracht van Vogelbescherming in het inventarisatieplot is ongeveer 1/8 deel 2001 onderzoek gedaan naar het broedsuc- van de totale 2.200 hectare): het aantal broe- ces en de voedselecologie van de zwarte dende krakeenden is toegenomen van nul, stern. In het rapport ‘Vissen in troebel eind jaren zeventig, tot 44 in 2003; grutto water’ werden verschillende aanbevelingen in 2003 118 broedparen; tureluur verdrie- gedaan, zoals het uitstellen van maaiwerk- voudigde bijna tussen 1976 en 2003 van 20 zaamheden in de buurt van kolonies en het naar 57. De ‘kwalificerende’ soorten doen uitbreiden en herstellen van helder water in het over het algemeen goed in het gebied. de omgeving door baggeren en graven van Er kwamen in 2001 nog zes kemphanen tot poelen. De bevindingen van dit rapport zijn broeden en er waren in dat jaar op zeker in samenspraak met terreineigenaren en de moment tussen de 3.000 en 5.000 grutto’s op Agrarische Natuurvereniging Waterland de slaapplaatsen. In het winterseizoen wer- verwerkt in een plan ter verbetering van den meer dan 15.000 smienten geteld. 148 de broedbiotoop: ‘Helder viswater voor de • Bijzonder in het rapport van de Zwarte Stern’. Doel is om de waterkwaliteit WetlandWacht is de constatering dat de rond de bestaande kolonie te verbeteren en recreatie pas echt op gang komt als de

wetlandrap_2001-2003-def.indd 148 07-10-2004 09:23:16 temperatuur boven de 17ºC komt. Het aantal Europese Vogelrichtlijn. De noordelijke motorboten, afgezet tegen de temperatuur randzone en de oostelijke punt (Neckerhoek) geeft dat inzicht. In 2003 was een groot deel zijn niet in de begrenzing opgenomen. van het broedseizoen al voorbij voordat die Deze delen vormen landschapsecologisch grens van 17ºC werd bereikt. een onlosmakelijk deel van het gebied en • Het beheer van het gebied wordt in het worden door smienten, wulpen en grut- kader van Programma Beheer om de drie to’s gebruikt om te foerageren. Over dit jaar gemonitord. Dan wordt de totale opper- bezwaarschrift was augustus 2004 nog niet vlakte, inclusief de Schaalsmeer, op broed- beslist. vogels geïnventariseerd. De WetlandWacht • Omdat steeds meer boeren stoppen met is daar nauw bij betrokken. hun bedrijf worden sommige delen, die niet • Het bezit van Natuurmonumenten in het bezit zijn van Natuurmonumenten, wordt vrijwel ieder jaar iets uitgebreid, in niet meer agrarisch gebruikt en verruigen als 2002 met enkele hectaren en in 2003 kon gevolg daarvan. De weidevogelstand loopt een klein recreatieperceeltje worden verwor- op die percelen terug. Ook tijdens de vogel- ven. trek zijn dit soort percelen voor smienten en grutto’s niet erg in trek. Negatieve ontwikkelingen • Op sommige door particulieren • Vogelbescherming Nederland heeft gekochte percelen is in het verleden beplan- in 2002 bij het ministerie van LNV een ting aangebracht. Hierin komen nu steeds bezwaarschrift ingediend tegen een onjuiste vaker roofvogels, zoals buizerd, havik en begrenzing bij de aanwijzing onder de sperwer, tot broeden. Het aantal broedende

149

tureluur

wetlandrap_2001-2003-def.indd 149 07-10-2004 09:23:16 weidevogels rondom deze bosjes is sterk roerdomp in Nederlandse moerasgebieden. afgenomen. Waar mogelijk worden bosper- Veel informatie voor dat rapport is verkre- celen weer gekapt. gen in het Twiske en het Ilperveld. • Onderhoudswerkzaamheden worden • Er gaat een cyclisch beheer van de riet- soms in het broedseizoen uitgevoerd. In oeverlanden plaatsvinden, zodat het moeras 2003 werd eind april nog aan dammen en niet verder achteruit gaat. beschoeiing gewerkt. • In het totale gebied neemt de grutto de Negatieve ontwikkelingen laatste 25 jaar af, in 2001 broedden er 550 • De recreatiedruk neemt toe, vooral paar. door mountainbikers. Die gebruiken alle • De toename van ‘soepganzen’ en exo- voetpaden en gaan soms dwars door het ten, zoals brandgans en Canadese gans, gaat terrein. Maatregelen, zoals het plaatsen van zó snel dat er waarschijnlijk hier en daar hekjes, werken niet altijd. Dit probleem weidevogels worden verdrongen. speelt met name in het noordelijke, tot nu toe rustige deel van het gebied. Daardoor raakt ook de recreatieve zonering (intensief 59 ZAANSTREEK/WATERLAND in het zuiden en extensief in het noorden) uit balans. Op zondagen worden overwinteren- Twiske de vogels als smient, nonnetje en krakeend Positieve ontwikkelingen steeds meer door zeilers verstoord. • In het Twiske wordt vanaf 2000 staps- • Er zijn plannen om de recreatieve gewijs op beperkte schaal moerasherstel mogelijkheden in het Twiske, en dus ook de uitgevoerd. Het is vooral bedoeld voor inkomsten daaruit, te vergroten. Zo wordt verbetering van de broedbiotoop van de gedacht aan een camping en toegang voor roerdomp. In 2002 werd al weer een foera- vaartuigen van buiten het gebied. Mocht die gerende roerdomp waargenomen en twee doorgang gerealiseerd worden dan zal water paar waterrallen. In hetzelfde kader is in van slechtere kwaliteit het gebied instromen. 2003 in De Belt gemaaid, de bovenlaag • Het beheer is nog weinig gericht op de afgegraven en zijn sloten gegraven. Het aanwezige natuurwaarden. Op één locatie is waterpeil is zoveel mogelijk verhoogd en er uit bezuinigingsoverwegingen hooilandbe- wordt een natuurlijk peilbeheer ingevoerd. heer omgezet naar weilandbeheer. Periodiek Waterriet is weer tot ontwikkeling geko- geïnundeerd hooiland, zeggenmoeras en men en er is nu een afwisseling van sloten, rietmoeras is verloren gegaan. Elders wordt, poelen, slikveldjes en riet. Er wordt nog op minder kansrijke plaatsen, weer nat hooi- gewerkt aan een plan voor verdere verbete- land gecreëerd. ring. De WetlandWacht heeft in dit proces • Op een andere plaats is een moeras- een belangrijke rol gespeeld. Hij heeft een strook gedraineerd om de voet- en fiets- presentatie gegeven voor het bestuur van het paden droog te houden. Nat rietmoeras en recreatieschap over de verdroging, verrui- moerasbos hebben daar plaats gemaakt voor ging en de verbossing van de rietlanden en ruigte. vervolgens samen met de beheerder een plan opgesteld voor herstel van nat rietmoeras. • De blauwe reiger heeft in 2003 een Oostzanerveld en Ilperveld kolonie gevestigd. Positieve ontwikkelingen 150 • In opdracht van Vogelbescherming • In het Oostzanerveld zijn petgaten Nederland heeft Bureau Waardenburg onder- uitgegraven en op enkele locaties is de zoek gedaan naar de terreinkeuze van de strooisellaag afgeplagd. Dit maakt moe-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 150 07-10-2004 09:23:19 rasontwikkeling weer mogelijk. Ook in vrijwel ontbreken. Vrijwilligers voeren wel Varkensland zijn petgaten hersteld. onderhoud uit op enkele percelen, verwijde- • In het Ilperveld is bos gekapt en is ren houtopslag en maaien riet. meer gegreppeld waardoor meer plas-dras- • In Varkensland is het waterpeil te laag bermen zijn ontstaan. Dit heeft als eerste door onderbemaling, dit is erg nadelig voor resultaat een betere waterkwaliteit opgele- de weidevogels. verd. • Hoewel er nog steeds meer dan twintig • De roerdomp is de laatste jaren toege- broedparen van de watersnip in het Ilperveld nomen, mede door uitbreiding van rietperce- geteld worden, is dit slechts een kwart van len: van een of twee exemplaren in 1995 tot de populatie van acht jaar geleden. tien in 2002. • Vogelbescherming Nederland heeft • Er zijn plannen om in het Ilperveld in 2002 bezwaar gemaakt tegen het niet vervuild slib en kleine stortplaatsen op te aanwijzen van het noordelijk deel van ruimen. Noord-Holland wil in 2010 een het Oostzanerveld onder de Europese schoon natuurgebied met een unieke, inter- Vogelrichtlijn. Het gaat om een onlosmake- nationaal waardevolle flora en fauna hebben. lijk deel van de Speciale Beschermingszone De water- en natuurkwaliteit zullen dan aan- omdat de natte weilanden dienst doen als zienlijk verbeterd zijn, waardoor vegetatie, foerageergebied voor de overwinterende vissen en vogels ruimschoots de kans krij- smienten in het Twiske. Hier is nog geen gen. De provincie, betrokken waterschappen uitspraak over gedaan. en gemeenten en Landschap Noord-Holland gaan de komende jaren de sanering van het natuurgebied Ilperveld aanpakken. 60 OOSTELIJKE VECHTPLASSEN • Op de Stootersplas kunnen in strenge Positieve ontwikkelingen winterperiodes tot 30.000 smienten aanwe- • Gemeentewaterleidingen Amsterdam zig zijn. heeft besloten om het beheer in de Waterleidingplas te richten op verbetering Negatieve ontwikkelingen van de waterkwaliteit en het scheppen van • Verstoring van in de oever broedende broedbiotoop voor riet- en moerasvogels vogels door snelle boten met hun grote golf- (purperreiger, grote karekiet). De waterkwa- slag komt in het Oostzanerveld steeds vaker liteit wordt verbeterd door een meer natuur- voor. Ook wordt daardoor meer oeverafslag lijk peil, wegvangen van brasem en het veroorzaakt. bevorderen van waterriet. De WetlandWacht • Vossen hebben zich de laatste jaren en de betreffende vogelwerkgroep zijn hier- gevestigd, de weidevogels hebben nu zwaar bij betrokken en zij zullen de ontwikkelin- te lijden van predatie. gen volgen door broedvogelmonitoringen uit • In het Oostzanerveld leidt verminderde te voeren. beheersinspanning tot verrieting en verrui- • Vogelbescherming Nederland heeft in ging van weidepercelen. Dit is erg nadelig 2002 de provincie en Gemeentewater- voor de weidevogels, zoals slobeend, water- leidingen Amsterdam er in een brief op snip, grutto en tureluur. Daarnaast wordt gewezen dat bij werkzaamheden rekening er uit bezuinigingsoverwegingen niet meer moet worden gehouden met het broedsei- structureel gebaggerd waardoor de natuur- zoen en de effecten op de soorten waarvoor waarden achteruitgaan. De verruiging neemt het gebied is aangewezen: de broedvogels nog toe waar gemaaid riet blijft liggen. Bijna roerdomp, woudaapje, purperreiger, por- 151 al het rietland is droog en ruig, waardoor seleinhoen, zwarte stern, ijsvogel, snor, snor, waterral, porseleinhoen en baardman rietzanger en grote karekiet en de niet broe-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 151 07-10-2004 09:23:20 dende grauwe gans, smient, krakeend, slob- Ankeveense Plassen tot broeden gekomen. eend, tafeleend, nonnetje en wulp. In 2001 werden acht broedparen geteld. • Bij het ministerie van LNV heeft Vogelbescherming Nederland al in 2000 Negatieve ontwikkelingen aangedrongen op het gebruik van de juiste • Er is een toename van recreatieve begrenzing bij de aanwijzing onder de activiteiten in allerlei vormen: roeien, Vogelrichtlijn. In 2004 heeft de minister kanoën, motorboot- en luchtballonvaren en een nieuwe begrenzing vastgesteld, reke- sportvliegen. De verwachting is dat door ning houdend met de opmerkingen over de bouw van grote aantallen woningen de de Tweede, Derde, Vierde en Vijfde Plas, recreatieve druk in de nabije toekomst nog de Spiegelplas, oeverzone westzijde van toe zal nemen. de Loosdrechtse Plassen en Ankeveensche • De zwarte stern heeft het moeilijk en Polder. Deze delen zijn nu ook binnen de gaat nog steeds in aantal achteruit. In het begrenzing opgenomen. Jachthavens, bebou- rapport ‘Kansen voor de zwarte stern in wing, bedrijven en een caravanpark zijn het Groene Hart’ van Bureau Waardenburg tegelijkertijd buiten de begrenzing gebracht. wordt er op aangedrongen met hoge priori- • De Oostelijke Vechtplassen is één van teit beschermende maatregelen te nemen. de belangrijkste gebieden voor de snor in Nederland. • Uit tellingen van de Vogelwacht 61 NAARDERMEER Utrecht blijkt dat de Oostelijke Vechtplassen Positieve ontwikkelingen van groot belang is voor pleisterende dwerg- • Sinds 1997 is Natuurmonumenten meeuwen. In de Wijde Blik werd er op 18 bezig om de weilanden in de Hilversumse april 1999 zelfs een maximum van 1.100 Bovenmeent en de Nieuwe Keverdijkse vastgesteld. Regelmatig zijn er honderden Polder als buffer in te richten. Er zijn enkele aanwezig, die langere tijd aanwezig blijven, ondiepe plassen gegraven en het waterpeil soms één tot twee weken. is verhoogd. Zo ontstond een flink plas-dras • Door de nieuwe bufferzone bij het gebied met onder meer dodaars, geoorde Naardermeer is de purperreiger ook in de fuut, porseleinhoen, kwartelkoning, kleinst

152

Naardermeer

wetlandrap_2001-2003-def.indd 152 07-10-2004 09:23:21 waterhoen, lepelaar, purperreiger en grote Toenmalig minister Netelenbos heeft in zilverreiger. Rietzanger en blauwborst heb- 2001 toegezegd dat de tunnel niet kan wor- ben zich hier ook gevestigd en broeden er in den aangelegd als dat negatieve gevolgen groot aantal. heeft voor de waterhuishouding van het • Het Naardermeer is uitgebreid Naardermeer. Hier zal dus eerst gedegen met onder meer delen van de Nieuwe onderzoek naar moeten worden gedaan. Keverdijkse Polder en de Hilversumse In 2003 hebben natuurorganisaties, VNO- Bovenmeent. Deze uitbreidingen zijn inge- NCW, gemeenten en provincies een alterna- richt als hydrologische bufferzone voor het tief plan opgesteld. Naardermeer. Vogelbescherming Nederland • Nog steeds vliegen vogels zich dood heeft er daarom bij het ministerie van LNV tegen de bovengrondse hoogspanningsdra- op aangedrongen deze nieuwe delen ook den. onder de Habitatrichtlijn te brengen. De • Geluidsoverlast wordt ervaren van de minister heeft hiermee ingestemd. opstijgende vliegtuigen van Schiphol en het • De purperreiger weet zich met 30 tot drukke treinverkeer dwars door het gebied. 45 broedparen aardig te handhaven. Het • De hybride broedpopulatie grauwe Naardermeer behoort nog steeds tot één van gans x boerengans is sterk toegenomen, de belangrijkste broedgebieden van de snor waardoor de begrazingsdruk op het water- in Nederland. rietland sterk is toegenomen. Het riet neemt hierdoor af in kwantiteit en kwaliteit, Negatieve ontwikkelingen en dat heeft weer een negatief effect op • Het aantal broedende aalscholvers, is enkele moerasvogels zoals grote karekiet. tussen 1998 en 2002 achteruit gegaan van Recentelijk hebben ook brandganzen en 2.600 naar 1.600 broedparen. De ‘vermiste’ Canadese ganzen zich gevestigd. Beide vogels hebben zich vermoedelijk verplaatst soorten horen hier niet van nature thuis. naar kolonies langs het IJsselmeer en het Markermeer, zoals De Ven bij Enkhuizen. Ook de zwarte stern is in deze periode ach- 62 ARKEMHEEN teruit gegaan van 30 naar 21 broedparen. De Positieve ontwikkelingen grote karekiet schommelt rond een erg laag • Het peilbesluit van het waterschap aantal. Vallei en Eem, waarin voor een aantal • De afgelopen jaren is het gebied veel gebiedsdelen een verlaging van het grond- in het nieuws geweest vanwege de plan- waterpeil werd voorgesteld, is door de recht- nen om de snelwegen A6 en A9 met elkaar bank in Arnhem verworpen; strijdig met de te verbinden. Deze verbinding zou moeten Europese Vogelrichtlijn en met het algemeen plaatsvinden door een tunnel vlak langs het belang. Volgens het provinciale waterhuis- Naardermeer. De tunnelmond zal veel ver- houdingsplan ligt het primaat voor delen van keerslawaai veroorzaken en om de honderd de polder immers bij natuur. Staatsbosbeheer meter moet er een lucht- of vluchtschacht en de Gelderse Milieufederatie hadden tegen komen. Het belangrijkste bezwaar is ech- het besluit bezwaar gemaakt. ter de onzekerheid over de hydrologische • De weidevogelbescherming is in de effecten op het Naardermeer. Het gebied hele polder gecontinueerd en geïntensiveerd. wordt gevoed door kwelwater, maar die De samenwerkende partijen, GLTO, Vanellus kwelstromen worden mogelijk onderbroken vanellus, IVN, en WBE Bontepoort hebben door de tunnelconstructie. Tijdens de aanleg hiervoor gezorgd. Deze organisaties heb- 153 zal zeker veel water weggepompt worden ben samen de Stichting Biotoopverbetering met als gevolg peilverlaging en verdroging. Agrarisch Overleg opgericht.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 153 07-10-2004 09:23:23 • Staatsbosbeheer krijgt steeds meer verlies van foerageergebied zal optreden. percelen in bezit waarop vervolgens weide- Tegelijk constateert SOVON dat uitwijkmo- vogelbeheer met late maaidatum wordt inge- gelijkheden voor de kleine zwaan beperkt voerd. Weidevogels kunnen dus ongestoord aanwezig zijn, vooral door vele plannen hun broedsels grootbrengen. in verschillende omliggende gemeenten. • In de polder wordt onderzoek gedaan Suggesties worden gedaan om de nieuw- naar de predatie van weidevogelkuikens. bouwwijk te omgeven met een nat en open, Het is een meerjarig landelijk onderzoek min of meer natuurlijk terrein met een hoog van SOVON, Alterra en Landschapsbeheer waterpeil. In strijd met deze suggesties is de Nederland. Vogelbescherming is medefi- bufferzone ten noorden van Vathorst, in het nancier. Het onderzoek moet vooral inzicht Streekplan opgenomen om de recreatieve geven in de mate van predatie en de invloed druk op te vangen, ingetekend als park. van de verschillende predatoren op de Bovendien heeft de buffer in het Streekplan broedresultaten. een rode contour. Dat betekent dat bebou- • In de polder worden vanaf 2001 wing in de toekomst niet uitgesloten is. ’s winters ganzen gevangen voor onderzoek • Het recreatiegebied Hulckestein-west naar de ruimtelijke verspreiding en over- is in 2003 opgeknapt; bosschages zijn weg- levingskansen van ganzen. De uitvoering gehaald, velden met orchideeën en grote is in handen van onderzoekers van Alterra ratelaar gingen op de schop en er zijn stuk- in Wageningen en van de Universiteit ken zandstrand aangelegd. Dit recreatiege- van Osnabrück. Er zijn Bunschoter gan- bied ligt pal tussen de polder Arkemheen zenvangers ingeschakeld, die het vak van en het wetland Nijkerkernauw en is nu ganzenflapper van vader op zoon hebben beter geschikt voor dagrecreatie, waardoor geleerd. Van de gevangen ganzen worden ook het verkeer in en de recreatiedruk op biometrische gegevens vastgelegd; na het Arkemheen toeneemt. Er zijn plannen om ringen worden ze weer in vrijheid gesteld. ook Hulckestein-oost op deze wijze te ont- Meldingen van geschoten, dood gevonden, wikkelen. teruggevangen of afgelezen geringde ganzen • Er wordt steeds meer verstoring door hebben al inzicht gegeven in de herkomst en recreatie ervaren, onder meer door toene- verspreiding van de in Nederland overwinte- mende watersport, laagvliegende luchtbal- rende ganzen en de routes die zij tijdens hun lonnen en sportvliegtuigjes. trek volgen. • Vogelbescherming heeft bij de pro- vincie Utrecht bedenkingen ingediend Negatieve ontwikkelingen tegen de plannen om windmolens te bou- • De bouw van de Vinexlocatie Vathorst wen ten noorden van de A1, zuidelijk van van de gemeente Amersfoort vordert Bunschoten. Deze locatie ligt op de trek- gestaag. Deze wijk zal uiteindelijk 40.000 route van veel water- en weidevogels. Er is bewoners krijgen die ook willen recreëren een alternatieve locatie aangedragen. en hun honden uitlaten. De druk op het • Vogelbescherming heeft in juli 2001 nabijgelegen Arkemheen zal hierdoor toe- bij de provincie Gelderland bedenkingen nemen. ingediend tegen het Landinrichtingsplan • SOVON heeft in 2003 in opdracht van Nijkerk-Putten vanwege de mogelijkheid de gemeente Amersfoort gekeken naar de om agrarische bedrijven van de oostkant van mogelijke effecten van de bouw van de wijk Nijkerk naar Arkemheen over te plaatsen. 154 Vathorst op het voorkomen van de kleine Merkwaardig genoeg had de provincie in zwaan. Conclusie was dat door verlies van haar commentaar op het bestemmingsplan grasland op de bouwlocatie zelf beperkt Buitengebied Nijkerk de bezwaren gehono-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 154 07-10-2004 09:23:24 wel met een licht dalende trend. Bureau Waardenburg heeft in 2001, in opdracht van Vogelbescherming Nederland, het rapport ‘Voedselgebieden van de purperreiger in Nederland’ uitgebracht. Uit dit rapport blijkt dat de foerageergebieden van de purperrei- gers van de Nieuwkoopse Plassen vooral in de oude slotenrijke laagveengraslanden ten zuiden en ten oosten van het gebied liggen. Diepe droogmakerijen en kleipolders wor- den amper gebruikt. • Er wordt al enkele jaren gewerkt aan een betere waterkwaliteit. Er komt nu alleen nog gezuiverd water uit de Oude Rijn bin- nen. Ook werd er in 1999, 2000 en 2001 Arkemheensepolder gebaggerd. Door deze maatregelen is het water de laatste jaren helderder geworden. reerd, maar verwierp ze dezelfde bezwaren • In 2004 heeft Natuurmonumenten de op grond van minder strenge regels bij ‘Natuurvisie Nieuwkoopse Plassen 2003 landinrichtingsplannen. De verplaatsing van - 2020’ uitgebracht. In die visie wordt als twee boerderijen naar het gebied is dus nog belangrijkste opdracht geformuleerd dat niet van de baan. het natuurherstel de komende twintig jaar • Door alle ingrepen dreigt de polder een krachtig moet worden voortgezet. De afge- ingesloten postzegel van grasland in een ver- lopen paar jaar is al ongeveer twintig hectare der volledig verstedelijkt gebied te worden. rietland geplagd en is de verdroogde en ver- • De afgesloten wegen door de polder zuurde bovenlaag afgevoerd. worden toch steeds meer gebruikt door • Een stuk polder tussen Nieuwkoop en sluipverkeer, met name in de spits. Noorden is aangekocht voor moerasont- wikkeling. Natuurmonumenten probeert binnen het gebied ook een deel van de 63 NIEUWKOOPSE PLASSEN Meijegraslanden te verwerven. Positieve ontwikkelingen • Het gebied is in 2002 en 2003 niet Negatieve ontwikkelingen integraal geïnventariseerd op broedvogels • De oppervlakte aan jonge rietlandvege- maar wel in representatieve blokken. Het taties, bloemrijke rietlanden en bloemrijke aantal blauwborsten neemt toe, ook worden ruigten is kleiner geworden. De oppervlakte de laatste jaren meer bruine kiekendieven aan minder waardevol pijpenstrootjes- waargenomen. In 2002 was er een broed- rietland is sterk toegenomen. Het gebied geval van de woudaap en in 2003 van twee verruigt enigszins, waarvan de blauwborst ijsvogels. Zowel de visdief (van 78 in 2002 profiteert, want deze soort neemt in aantal naar 119 in 2003) als de zwarte stern (van 40 toe. naar 49) namen toe. Zwarte sterns zijn nog • Door het verouderen van het rietland, redelijk aanwezig, vooral dankzij het uitleg- het verdwijnen van riet en lisdodde in het gen van nestvlotjes. water en het gebrek aan meerjarig niet- • Het gebied is erg belangrijk voor broe- gesneden riet gaat het slecht met moerasvo- 155 dende purperreigers. Er broeden de laatste gels als roerdomp, grote karekiet en snor. jaren nog steeds meer dan 100 paar, maar Vergelijkingen van de aantallen broedvogels

wetlandrap_2001-2003-def.indd 155 07-10-2004 09:23:24 in 1974 en nu vallen voor de meeste moeras- stern dat jonge sterns van schrik het water vogels negatief uit. ingaan en soms doodgaan. Verstoring van • De verwachting is dat de recreatie de zwarte sterns in de jongenfase kan lokaal komende jaren zal toenemen. Er zijn ook veel invloed hebben op het broedsucces. Of plannen om een wandelpad dwars door de omgeving van de kolonies moet in die het gebied te maken. Natuurmonumenten periode worden afgesloten voor recreatie- heeft in 2003 een visie op de toekomst van vaart of de vlotjes moeten buiten de routes de recreatie in De Venen (Nieuwkoopse voor de recreatie worden gelegd. Plassen, Botshol en Vinkeveense Plassen) • Al vele jaren is er discussie over het uitgebracht: ‘Gras voor de voeten’. In branden van riet in het broedseizoen. Al die visie wordt voorgesteld om in de in 1985 stuurde Vogelbescherming een Vinkenveense Plassen plaats te bieden aan bezwaarbrief aan de gemeente Nieuwkoop intensieve recreatie en om de Nieuwkoopse tegen het branden van riet na 1 april. Deze plassen rustig te houden. Hier zou plaats discussie heeft zich tegenwoordig verplaatst zijn voor kleine motorboten, kanoën en naar de eigenaar, Natuurmonumenten, en zeilen. Mogelijk dat de recreatie zo in de rietpachters. Natuurmonumenten heeft goede banen kan worden geleid, maar per al in haar oude beheersplan aangegeven dat gebied zal er dan nog nauwkeurig naar de noodzakelijk geacht branden vóór 15 maart (on)mogelijkheden moeten worden gekeken. moet gebeuren en rietsnijden vóór 1 april. • Omdat vossen het gebied zijn bin- Vanwege de moeizame verhoudingen met de nengedrongen zijn purperreigers elders rietsnijders blijft Natuurmonumenten echter (op eilandjes) en hoger gaan broeden. De gedogen dat er later riet gebrand wordt. Voor kolonie Koeiensloot is geheel verdwenen, de broedvogels zou 1 april de uiterste ter- vermoedelijk door predatie. Van bijna vlieg- mijn voor werkzaamheden in het riet moeten vlugge jongen is dat bewezen, maar niet zijn. Niet maaien is geen oplossing want dan gekwantificeerd. De indruk is dat predatie veranderd het rietland in bos. een relatief groot effect heeft op de purper- reigers in de Nieuwkoopse Plassen. Als preventieve maatregelen wordt gekozen 64 REEUWIJKSE PLASSEN voor het graven van brede (bagger)sloten, Positieve ontwikkelingen eventueel verdichten van struikgewas, ver- • Het winnen van zand uit de wijderen van planken en dammen en vossen Broekvelden/Vettenbroek is medio 2003 uitdrijven vóór uitvoering van de voorgestel- gestopt. Dit komt ten goede aan de rust in de maatregelen. In tweede instantie kunnen het gebied. rasters geplaatst worden, in laatste instantie • Voor het project Grote Karekiet en kiest men voor afschot. Vogelbescherming Waterriet zijn door de gemeente Reeuwijk Nederland is betrokken geweest bij deze subsidies verworven. Er is in 2004 gestart voorstellen om de broedplaatsen te bescher- met de uitvoering. Het project heeft een men tegen binnendringende vossen. Er is tweeledige doelstelling: verbetering van overeenstemming over het uitvoeren en het riet en herstel van een aantal rietkragen. evalueren van inrichtingsmaatregelen op één Tegelijk zal de waterkwaliteit verbeterd locatie. worden. Het project is dringend nodig; het • Hoewel fluisterboten natuurlijk een aantal broedende grote karekieten is gezakt flinke verbetering zijn, dient er wel toezicht van 35-40 in de jaren 1990-1996 tot 15 in 156 te worden gehouden op het gedrag van 2002 en 12 in 2003. recreanten. Sommige fluisterboten varen zo dicht langs broedkolonies van de zwarte

wetlandrap_2001-2003-def.indd 156 07-10-2004 09:23:27 Negatieve ontwikkelingen 65 ZOUWEBOEZEM • Er treedt een verschuiving op in het Positieve ontwikkelingen foerageergebied van de kleine zwaan. De • De Zouweboezem is slechts 130 hec- aantallen in de polder Stein-Noord nemen tare groot, maar is tegenwoordig voor de af, mogelijk door het extensief grasland- purperreiger het belangrijkste broedgebied beheer van SBB. Tegenwoordig zitten de van Nederland. In 1990 ging het om vijf kleine zwanen meer naar het oosten in de paar, sinds 2001 worden er meer dan 100 polders Westeinde, Ruigeweide en Papekop paar vastgesteld. In 2003 leverden die 150 in de buurt van de plaats Driebruggen. jongen op. Inrichting van het gebied, een • Enkele waardevolle eilanden in de plas hoger waterpeil en gewijzigd rietbeheer heb- Ravensburg dreigen door afslag te verdwij- ben aan die toename bijgedragen. nen. SBB heeft onvoldoende gelden gere- • Bureau Waardenburg heeft in opdracht serveerd in de begroting voor deze eilanden. van Vogelbescherming Nederland in Door het verdwijnen gaan broedplaatsen van 2002 een onderzoek uitgevoerd naar het krooneenden verloren. Eerder zijn al wel voedselgedrag van de purperreigers in het enkele andere eilandjes in de plas Elfhoeven gebied. Veel vogels bleken te foerageren verstevigd en veilig gesteld. in De Boezem. Het natuurontwikkelings- • Eén vissersbootje in de winter kan de gebied De Boezem - in 1994 afgegraven smienten massaal op de vlucht drijven. Met en ingericht als moerasgebied – ligt naast de gemeente voert de WetlandWacht overleg de Zouweboezem en heeft zich ontwik- over een verbod voor vissen vanuit boten in keld tot het belangrijkste voedselgebied. de winterperiode. De grote modderkruiper komt hier massaal • Door oprukkende groei van beren- voor en vormt het stapelvoedsel (75%) klauw, met name op de kade tussen de van de purperreigers. In De Boezem wordt plassen Broekvelden/Vettenbroek en De een natuurlijk peil gehandhaafd: er is veel Sloenen, wordt het riet verdrongen en daar- plas-dras en ondiep open water in de winter mee dreigt de broedbiotoop van de rietzan- en in de zomermaanden ondiepe sloten en ger verloren te gaan. Daarom is besloten tot plassen en uitgedroogde oppervlaktes. Dat is bestrijding van deze woekerende plant. het ideale leefgebied voor een pionierssoort • Net als in andere gebieden is ook hier als de grote modderkruiper. Daarnaast eten de recreatie een probleem, zoals het betre- purperreigers kleine zoogdieren, amfibieën den van afgesloten gebieden en het los laten en vissen. lopen van honden. Een goed zoneringsplan • In de Zouweboezem broeden meestal is dringend gewenst. 1 tot 3 roerdompen. In 2003 waren het • Uit onderzoek is gebleken dat wind- zeker 2 paren. In dat jaar broedden ook 30 molens op het industrieterrein ten zuiden paar zwarte stern, 16 paar waterral, 32 paar van Bodegraven slecht uitpakken voor de blauwborst en 1 paar baardmannetje. smienten. Veel smienten vliegen vanaf de • De Zouweboezem is al in 1994 Reeuwijkse Plassen in noordelijke richting aangewezen onder de Vogelrichtlijn van- naar de foerageergebieden; aanvaringen zijn wege de broedende purperreigers. Het dan te verwachten. Nu zijn er weer plannen gebied is in 2003 ook aangemeld onder de om ten zuid-westen van Bodegraven een Habtitatrichtlijn vanwege de aanwezigheid locatie voor windmolens te ontwikkelen. van de grote modderkruiper, die elders in Een tijdige risicoanalyse voor deze plek is Nederland zeldzaam is. noodzakelijk. • In het kader van de ruilverkaveling 157 kreeg het Zuid-Hollands Landschap de Polder Achthoven in beheer. Deze polder

wetlandrap_2001-2003-def.indd 157 07-10-2004 09:23:28 ligt tegen De Boezem aan. Hij wordt nu 66 DONKSE LAAGTEN beheerd als schraal bloemrijk grasland en Positieve ontwikkelingen een gedeelte als ruig grasland. Het is een • Het afplaggen van tien hectare in welkome aanvulling voor de purperreiger en polder Kortenbroek lijkt definitief van andere broedvogels van de Zouweboezem. de baan en daarmee de omschakeling naar botanisch beheer. De rust blijft nu Negatieve ontwikkelingen gehandhaafd. Afplaggen kan tijdelijk een • Het Hoogheemraadschap laat soms in gunstig effect hebben op de steltlopers, de zomer gebiedsvreemd water binnen in De maar het is nog maar de vraag of andere Boezem; dat water is voedselrijker. De inlaat (weide)vogelsoorten van deze maatregel van gebiedsvreemd water is negatief voor – op korte of langere termijn – profite- modderkruipers en daarmee negatief voor ren. Botanisch beheer betekent immers: de purperreiger. Juist de totale isolatie van geen bemesting, waardoor op termijn het andere gebieden maakt de Zouweboezem bodemleven achteruit gaat. De weidevogel- uniek. Bovendien is de pioniersoort grote doelstelling, met lichte beweiding en lichte modderkruiper gebaat bij peilfluctuaties; bemesting biedt mogelijk op langere termijn deze vissoort kan tegen sterke opwarming betere garanties voor de (weide)vogels. en indroging in ondiep water in de zomer. Zeker nu de beheerder wat kritischer naar Er zijn weinig soorten die dit soort omstan- zijn eigen weidevogelbeheer kijkt. digheden kunnen hebben en er is dus weinig • In 1998 zijn 68 gruttoparen geteld, in concurrentie. Onder dergelijke condities kan 1999 49 gruttoparen, in 2000 en 2001 53 de grote modderkruiper dan ook in grote gruttoparen en in 2003 tenslotte 58 gruttopa- aantallen voorkomen. ren. Er is dus sprake van een licht herstel in het aantal gruttoparen. • In de polder Langenbroek is een perceel onder water gezet. Daar komen

158

polderlandschap

wetlandrap_2001-2003-def.indd 158 14-10-2004 13:51:12 veel pleisterende steltlopers, rallen, eend- dit gevolgen heeft voor de omringende achtigen en wat knobbelzwanen op af om (landbouw)gronden. Eind 2003 is een er te foerageren, te poetsen of te rusten. driejarige proef gestart met een verhoogd Plasdras-percelen vormen een aantrekke- grondwaterpeil. Het waterschap heeft meer lijke biotoop voor een aantal vogelsoorten, dan €120.000,- geïnvesteerd in de verschil- zeker voor steltlopers, waarvan een aantal lende maatregelen, andere partijen waar- vogels zich in de nabijheid als broedvogel onder Het Zeeuwse Landschap hebben nog zullen vestigen. Dat is tenminste de inschat- eens €40.000,- bijgedragen. Er gaan diverse ting en de ervaring zoals die elders in de monitoringsonderzoeken naar de effecten Alblasserwaard werd opgedaan. van het project lopen, onder meer op vegeta- tie en kwelwater. Negatieve ontwikkelingen • In de Kapelse Moer is het eerder ver- • Grootschalig maaien is ongunstig voor hoogde peil na klachten van aangrenzende late broeders als kwartel en kwartelkoning. boeren in 2002 weer verlaagd, maar door Maar het is ook funest voor de late weide- kwel verandert er op korte termijn niet vogels welke dan nog met hun pullen in het zoveel. Wel schieten er nu op kale plekken lange gras aanwezig zijn. Te denken valt aan veel meer distels op, die dan weer in het de grutto -de pullen van deze soort lopen broedseizoen mechanisch bestreden moeten graag in lang gras- en in mindere mate de worden. Op langere termijn kan de verlaging tureluur (de pullen van de tureluurs lopen van het peil wel negatieve gevolgen hebben vaak in greppels of in slootkanten). voor de zilte graslandvegetatie. Daarom is • De openstelling van het wandelpad op het waterschap Zeeuwse Eilanden aan het de zuidelijke kade van de Achterwaterschap onderzoeken of er mogelijkheden zijn om in heeft tot een lichte toename van verstoring 2004 met wat extra maatregelen toch weer geleid voor overwinterende ganzen. Tot het tot verhoging over te gaan. gebied zelf is geen toegang. De nog geen • Er zijn maatregelen genomen op de 200 hectaren zijn vanaf de omliggende westelijke kanaaldijk langs de Kapelse Moer kades goed te overzien. om het illegaal gebruik door motorcrossers, ATB-ers, trimmers en eigenaren van los- lopende honden tegen te gaan. Honden die 68 YERSEKE EN KAPELSE MOER worden uitgelaten op enkele doodlopende Positieve ontwikkelingen wegen in het gebied leveren nog wel versto- • Natuurbeschermers en boeren lagen ring op. in 2002 in de clinch over een proef met • De Kapelse Moer wordt voorlopig niet verhoging van het waterpeil in natuurgebied opengesteld voor publiek. Yerseke Moer. De peilverhoging is nodig, omdat het laatste echte stuk Zeeuws oudland Negatieve ontwikkelingen van enige omvang aan het verdrogen is. • Midden in de Yerseke Moer ligt een Daardoor worden de natuur- en cultuurhis- perceel waar de modelvliegtuigclub gebruik torische waarden van dit kostbare erfgoed van maakt. Het gebruik levert in het broed- ernstig aangetast. De stichting Het Zeeuwse seizoen verstoring op voor de weidevogels Landschap, beheerder van de Yerseke Moer, en in het voor- en najaar voor de ganzen. en het waterschap Zeeuwse Eilanden lieten • Er treedt verstoring op door oefen- onderzoeken hoe de verdroging het beste vluchten van op Woensdrecht gestationeerde kan worden aangepakt. Verhoging van militaire vliegtuigen. Ook overvliegende 159 het waterpeil in de Moer blijkt de beste helikopters verstoren de vogels in het oplossing. Stuwen moeten voorkomen dat gebied.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 159 07-10-2004 09:23:31 69 FOCHTELOERVEEN • Al een aantal jaren lang koopt Positieve ontwikkelingen Natuurmonumenten aan de rand van het • Door de aanleg van kaden is het gebied bestaande gebied gronden aan om een buffer een stuk natter geworden; dodaars (1 territo- rond het gebied te kunnen vormen. Helaas rium in 1994 naar 9 in 2002), porseleinhoen treedt er vervolgens weer versnippering op (1/1994 naar 24/2002) en roerdomp (0/1994 door de aanleg van nieuwe paden. Ook afge- naar 2/2002) hebben daarvan geprofiteerd. lopen jaren zijn er nog enkele honderden Tussen 1994 en 2002 zijn maar liefst 25 hectares aan de rand van het gebied aange- Rode-Lijstsoorten als broedvogel vastgesteld, kocht. Er worden voorstellen gedaan om de in 2002 broedden er 13 Rode Lijstsoorten. recreatie nu in betere banen te leiden. Door De werkzaamheden aan de kaden zijn zoals deze buffer is het mogelijk geworden om verwacht in 2001 afgerond en nu is de rust het waterpeil in het Fochteloërveen hoger te weergekeerd. De vernatting heeft vooral na zetten. 2000 geleid tot meer open water. • De nieuwe uitkijktoren bij Ravens- • Ook wintergasten profiteren van de woud, bedoeld om bezoekers zicht te geven vernatting; wintertalingen komen in grote op het gebied zonder verstoring te veroorza- aantallen voor en in 2002 werden tot wel ken, trok alleen al in 2001 tussen de 30.000 15.600 toendrarietganzen geteld. Deze gan- en 40.000 bezoekers. In 2000 heeft de bouw zen blijken vooral uit het oostelijk deel van van deze toren mogelijk de kraanvogels West-Siberië te komen. Daarnaast komen ook verstoord. taigarietganzen voor, maar in kleiner aantal. • In 2001 is de gebiedsvisie voor de • Het aantal kol- en rietganzen neemt nog landinrichting Fochteloërveen gepresen- steeds toe, in januari 2003 werden maximaal teerd. In die visie worden maatregelen opge- 20.000 toendrarietganzen en 11.600 kolgan- somd voor behoud, herstel en ontwikkeling zen geteld. van de natuurwaarden in het hoogveenge- • Na zo’n 300 jaar broedt de kraan- bied. Eén van de voorgestelde maatregelen vogel weer in Nederland en wel in het is een natte randzone langs het gebied. Fochteloërveen. In de kwetsbare periode en op kwetsbare plekken worden de broedende Negatieve ontwikkelingen kraanvogels door de WetlandWacht extra • De laatste jaren is er een grote toe- gevolgd en bewaakt. In 2001 werd het eerste name van recreatie, vooral doordat er nest gevonden, de ouders brachten één jong nieuwe wandel- en fietspaden zijn gekomen. groot. Een ander paar wist in 2002 eveneens Deze ontwikkeling is slecht voor de rust één jong groot te brengen. In 2003 waren van de kraanvogels. In de zuidwesthoek er twee broedparen die samen drie jongen bijvoorbeeld loopt een wandelpad van grootbrachten. De kraanvogels kiezen om Natuurmonumenten vlak langs een geschikt te broeden de meest rustige plekken en de broedgebied en ook Staatsbosbeheer heeft nestplaatsen zijn steeds ver verwijderd van plannen met het Bankenbosch. Met al vier in gebruik zijnde wegen en paden. Als de jaar kraanvogels en slangenarenden in het jongen ongeveer drie maanden oud zijn wor- broedseizoen is het belangrijk om de kern den graan- en maisakkers in de omgeving rustig te houden! De toenemende recreatie gebruikt om te foerageren. Vogelbescherming zal veel beter gezoneerd moeten worden. Nederland ondersteunt de werkzaamheden • Daarnaast groeit de verstoring door van de WetlandWacht ten behoeve van de andere activiteiten, zoals luchtballonnen, bescherming van de kraanvogels met een sportvliegtuigjes en vakantievluchten vanaf 161 kleine financiële vergoeding. Eelde die laag over het Fochteloërveen komen.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 161 07-10-2004 09:23:38 • Laagvliegende helikopters en straalja- gekapt worden om vernatting van slenken in gers van defensie leveren op onregelmatig het bosgebied te bevorderen en om de bos- momenten nogal wat verstoring op. sen natuurlijker te maken. • Door oprukkende bebouwing vanuit • In een deel van het Noordenveld wordt Assen wordt het foerageergebied van de teelaarde afgegraven en een voormalige rietganzen en kraanvogels verkleind. Het slenk ontgraven. Dit was mogelijk nadat is zaak een bufferzone tussen Assen en het Natuurmonumenten weer zes hectare heeft natuurgebied te plannen om de recreatiedruk kunnen aankopen. Helaas is in dit cruciale op te vangen buiten het kerngebied. gebied nog steeds een aantal hectares in agrarisch gebruik. • In het Koelevaartsveen is bos gekapt, 70 DWINGELDERVELD de verrijkte bovengrond van bos en weiland Positieve ontwikkelingen afgegraven en een slenk vrijgemaakt. Hier is • De laatste tien jaar is de waterstand in zo een voedselarme laagte gemaakt, waarin het gebied zoveel mogelijk omhoog gebracht water zal blijven staan. Op de lange termijn en zijn enkele slenken weer open gegraven. moet er boshoogveen ontstaan. Of dit wer- Daardoor zijn van een aantal broedvogels kelijk zal gebeuren is afwachten; mogelijk is de aantallen toegenomen: dodaars, geoorde de ondoorlatende laag beschadigd en wordt fuut, kleine plevier en rietgors. Fuut, rood- het water niet vastgehouden. Het Holtveen is halsfuut en roerdomp hebben zich (opnieuw) op dezelfde manier hersteld. gevestigd als broedvogel. Ook een toene- • Tijdens de grondwerkzaamheden zijn mend aantal wintergasten profiteert van de er regelmatig tijdelijke gronddepots; de nattere omstandigheden, zoals toendrariet- oeverzwaluw weet deze feilloos te vinden. gans (max. 7.000), kolgans (max. 600) en • Vanaf de jaren zestig zijn er gegevens kleine zwaan (>100). over broedvogels bekend. De WetlandWacht • Op sommige plaatsen wordt bos gekapt is al vele jaren bij die inventarisaties betrok- en daar profiteert de boomleeuwerik van. De ken. In 2003 heeft hij een uitgebreid verslag komende tien jaar zal nog 150 hectare bos over vogels, zoogdieren, amfibieën,

162

kraanvogels

wetlandrap_2001-2003-def.indd 162 07-10-2004 09:23:42 • Ondanks het natter worden van delen van het gebied neemt toch een aantal soorten af, zoals bergeend, wintertaling, slobeend, waterral, kievit, scholekster, grutto en wulp. Mogelijk spelen recreatieve ontwikkelingen hierin mede een rol. • De broedvogelstand van alle roofvo- gels (havik, buizerd, torenvalk, boomvalk en sperwer) neemt af. Bruine en blauwe kie- kendief zijn verdwenen als broedvogel. • De laatste jaren is er een toename van verstoring door luchtballonnen, die soms erg laag overkomen of zelfs in het gebied landen. Natuurmonumenten heeft enkele grauwe klauwier ballonvaarders hierop al aangesproken. • Het jaar 2003 was geen goed jaar voor reptielen, libellen en dagvlinders, uitge- de broedvogels, mogelijk vanwege de droge bracht. Dat verslag maakt een aantal trends winter en de hoge temperaturen waardoor duidelijk over de vogelstand gedurende de het waterpeil snel daalde. afgelopen veertig jaar. Zoals overal zijn er winnaars en verliezers. Verliezers zijn onder meer korhoen, patrijs, kievit, wulp, 71 BARGERVEEN grutto, paapje en tapuit. Winnaars zijn, naast Positieve ontwikkelingen sommige watervogels, met name geelgors, • In 2003 is er een plan gemaakt voor kwartelkoning, boomleeuwerik, sprink- herstel van dammen aan de noordkant, vol- haanzanger, putter en roodborsttapuit. De gend jaar komt ook de oostkant aan de beurt. WetlandWacht gebruikt de gegevens in het Deze werkzaamheden zijn gericht op vernat- overleg over beheer met Staatsbosbeheer en ting en daardoor regeneratie van het hoog- Natuurmonumenten. veen op de resterende veenlaag. Vanaf de • Het ouder en gevarieerder worden jaren tachtig zijn er voorzichtig maatregelen van de bossen is positief voor onder andere genomen om het waterbeheer meer te rich- houtsnip, bosuil, kleine bonte specht, boom- ten op herstel van de natuur. Nu is men toe klever en appelvink. aan de afronding. Ten noorden van het veen • Aan de west- en zuidrand van het wordt op voormalige landbouwpercelen een gebied zijn door Natuurmonumenten gron- retentiebekken van ongeveer zestig hectare den in eigendom gekregen om een buffer gerealiseerd. De opzet is drieledig; afvoer rond het gebied te creëren. van overtollig water uit het Bargerveen zon- der overlast in de omgeving, mogelijkheid Negatieve ontwikkelingen scheppen voor gebruik van dit overtollige • Het Dwingelderveld is het drukst water in een tuinbouwgebied en tegendruk bezocht nationaal park met zo’n 1,5 in het Bargerveen zelf. tot 2 miljoen bezoekers per jaar. De • Het aantal geoorde futen is toegeno- WetlandWacht heeft bij de beheerders men, de laatste jaren tot al meer dan 100 - Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer - paar (2002: 101 en 2003: 108), de visdief aangedrongen op een zoneringsplan voor de neemt langzaam toe (10 in 2002 en 19 in 163 recreatie. Aan zo’n plan wordt inmiddels, 2003). Ook de nachtzwaluw doet het goed: met inbreng van de WetlandWacht, ook de laatste jaren meer dan 20 broedparen (28 gewerkt. in 2002 en 23 in 2003).

wetlandrap_2001-2003-def.indd 163 07-10-2004 09:23:50 • In het gebied zijn meer dan 9000 riet- Duits adviesbureau dat het geen schade voor ganzen als maximum geteld. de vogels zou veroorzaken, maar de rust is nu soms ver te zoeken. Negatieve ontwikkelingen • Het Bargerveen is voor de grauwe klauwier het belangrijkste broedgebied van 72 ENGBERTSDIJKSVENEN Nederland. Vanaf 1987, toen 12 broedparen Positieve ontwikkelingen werden vastgesteld, nam het aantal spectacu- • Toendrarietganzen overwinteren in toe- lair toe. Dat was juist in de periode dat voor- nemende aantallen in het gebied; ongeveer zichtig werd gewerkt aan herstel van een 5.500 in de winter 2002/2003 en ongeveer hoger waterpeil. De toename van de grauwe 9.000 in de winter 2003/2004 klauwier had ook te maken met immigratie • De motorcrossbaan langs de noord- vanuit de nabijgelegen Duitse hoogveenres- westrand is in 2003 gesloten. tanten. Door de vernatting nam het voedsel • In 2003 is, mede dankzij een financiële voor de grauwe klauwier fors toe: libellen, bijdrage van Vogelbescherming Nederland, kevers, hommels, bijen, sprinkhanen en het rapport ‘Rietganzen en kraanvogels in de levendbarende hagedissen. Het aantal klau- Engbertsdijkvenen’ uitgekomen. Dit rapport, wieren loopt nu echter steeds meer terug: waarin de WetlandWacht een groot aandeel tegen de eeuwwisseling waren er nog zo’n had, doet verslag van een onderzoek naar 145 broedparen, in 2003 nog slechts 39. de relaties tussen slaapplaatsen en foera- Mogelijke oorzaken zijn predatie en vernat- geergebieden van rietganzen en kraanvogels ting van het gebied. in de omgeving van de Engbertsdijkvenen. • Het aantal paapjes is gehalveerd: eind Hiervoor zijn gegevens vanaf 1970 gebruikt. jaren negentig nog meer dan 20 broedparen, • Datzelfde rapport is gebruikt om plan- in 2002 nog maar 11 en in 2003 een licht nen van de gemeente Hardenberg voor het herstel naar 14 paren. plaatsen van windturbines in een belangrijk • Het porseleinhoen had in 2002 een foerageergebied voor kraanvogels en riet- minder goed jaar; slechts 7 broedparen tegen ganzen tegen te houden. In mei 2004 heeft anders meer dan 10. In 2003 werden zelfs de gemeente, naar aanleiding van een brief maar 3 paren geteld. van Vogelbescherming Nederland en op • Aan de zuidoost kant, 250 meter van basis van die gegevens, afgezien van het de Nederlandse grens op Duits grondgebied, plan om op deze plek windturbines te plaat- bestaat het plan om 22 windmolens te bou- sen. wen. Uit een onderzoek zou blijken dat er • De telgroep Engbertsdijksvenen heeft geen schade voor de vogels is te verwachten, in de winters van 2000 - 2004 nader onder- maar Staatsbosbeheer heeft toch bezwaar zoek gedaan naar slaap- en foerageergebie- gemaakt. den van rietganzen. Vanaf 2002 zijn ook de • Staatsbosbeheer stelt het gebied meer vloeivelden van De Krim geteld. Met finan- en meer open en daardoor neemt de recre- ciële steun van het Bettie Wiegmanfonds atiedruk toe. Enkele jaren terug is er een komt eind 2004 een rapport uit over dit fietspad dwars door het gebied aangelegd. onderzoek. En in 2002 realiseerde de gemeente Emmen • Jaarlijks worden de schaarse broedvo- een fietspad aan de oostkant, bij de grens gels geïnventariseerd. In 2003 is een uitge- met Duitsland. Oorspronkelijk was het een breide broedvogelinventarisatie uitgevoerd, 164 rustig zandpad, maar nu er een verharding is tegelijk met een inventarisatie van dagvlin- aangebracht is het op mooie dagen heel erg ders, libellen, amfibieën, reptielen, sprink- druk. Bij de MER-procedure beweerde een hanen en krekels. Een dergelijke uitgebreide

wetlandrap_2001-2003-def.indd 164 07-10-2004 09:23:57 inventarisatie gebeurt één keer in de vijf graafmachines en vrachtwagens bezig zijn jaar. De rapportage vindt begin 2005 plaats. om zanddammen aan te leggen. De start is Daarin worden vergelijkingen gemaakt met gepland in 2005. De WetlandWacht heeft het broedvogelonderzoek in 1998. Uit het geadviseerd bij het opstellen van het werk- onderzoek van 1998 is een aantal beheersad- protocol. viezen voortgekomen. • Aan de noordoostzijde van het • Het gebied wordt ieder jaar door een reservaat, in het foerageergebied van de flink aantal blauwe kiekendieven gebruikt kraanvogels en rietganzen, worden moge- als slaapplaats. lijkheden voor zandwinning onderzocht. De • In het ontwerp-natuurgebiedsplan WetlandWacht heeft samen met Arcadis het van 2000 is de mogelijkheid opgenomen terrein bezocht en hij heeft gewezen op het om gronden aan te kopen in de omgeving belang als foerageergebied. van het gebied. Sindsdien zijn in de buf- • In het najaar van 2003 is het gedeelte ferzone verschillende percelen aangekocht. van het bos gekapt waar in dat jaar het Interessant is dat het landbouwdeel oostelijk enige paartje grauwe klauwier succesvol van het veen richting Bruinehaar, zo’n 250 broedde. Overleg tussen de WetlandWacht hectare, in het ontwerpplan ook als natuur- en Staatsbosbeheer heeft niets opgeleverd. gebied is aangewezen. Wel is afgesproken om voortaan ieder jaar • In 2003 werd na lang aandringen van overleg te voeren, waarbij de broedvogelge- lokale natuurbeschermers, en met finan- gevens kunnen dienen als uitgangspunt voor ciële steun van de provincie, het gebied de werkzaamheden in het volgende jaar. ‘Vloeivelden van de Krim’ aangekocht. Het • Aan de oostkant van het reservaat ligt gaat om voormalige bassins van de aardap- een stuk landbouwgrond waar paragliders pelzetmeelfabriek Avebe. Dit terrein stond omhoog worden getrokken. Dit gebied is een aantal jaren te koop en heeft zich in die foerageergebied voor rietganzen, en door het tijd ontwikkelt tot een interessant wetland. gebruik voor deze recreatievorm daarvoor Veel watervogels zoals kleine zwanen, wul- niet meer geschikt. De paragliders zeilen pen en grutto’s maken tijdens de winter en soms lang boven de vennen in het reservaat, gedurende de trek dankbaar gebruik van het waardoor verstoring optreedt. Ondanks aan- gebied. Staatsbosbeheer zal het beheer gaan drang bij de gemeente Hardenberg om dit voeren. te verbieden is het probleem nog steeds niet • In 2003 is het project ‘Damherstel opgelost. Hoogveen’ door Staatsbosbeheer goedge- keurd. 73 MARIAPEEL EN DEURNESE PEEL Negatieve ontwikkelingen (VERHEVEN PEEL) • In de winter van 1998/1999 is een dam, Positieve ontwikkelingen die was aangelegd rond de hoogveenkern, • In de landbouwenclave tussen de doorgebroken waarbij veel gebiedseigen Mariapeel en de Deurnese Peel vindt water is weggestroomd. Deze hoogveenkern, een sanering plaats van de landbouw en die als prioritair habitat is aangemeld onder (glas)tuinbouw, waardoor de waterhuishou- de Habitatrichtlijn, heeft hierdoor ernstig ding verbeterd kan worden en het reservaat te lijden gehad van verdroging. Voor her- uitgebreid. Deze sanering werd voorge- stel van de dam door Staatsbosbeheer, zijn steld in het plan Verheven Peel (1993) van ingrijpende maatregelen nodig met nega- Werkgroep Behoud de Peel (WBdP). In dit 165 tieve effecten voor andere natuurwaarden in plan wil men de twee gebieden aan elkaar het gebied. Er zullen over een lange periode koppelen. De afgelopen jaren zijn verschil-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 165 07-10-2004 09:23:58 lende glastuinbouwbedrijven opgekocht en Negatieve onwtikkelingen gesaneerd. De eveneens beoogde uitkoop en • In het kader van het landinrichtings- sloop van woningen is onmogelijk gebleken project Peelvenen worden er plannen ont- omdat die zijn aangewezen als beschermd wikkeld voor een betere ontsluiting van de dorpsgezicht. De twee gebieden kunnen dus gebieden voor recreatie. Werkgroep Behoud niet volledig aan elkaar gekoppeld worden, de Peel (WBdP) heeft bezwaar gemaakt. Het zodat er geen hydrologische eenheid kan nu ontoegankelijke wildernisgebied dreigt te ontstaan. worden ontsloten door de aanleg van paden • Door de verbeterde waterhuishouding waardoor de verstoring zonder meer zal toe- wordt er meer gebiedseigen water vastge- nemen. Terwijl er toch diverse wandelroutes houden. Hierdoor bleef, ondanks de droge zijn, waarbij alle aspecten van het gebied zomer in 2003, meer water in de vennen kunnen worden bewonderd. Bovendien heeft staan. Misschien kwam daarom de roerdomp WBdP aangegeven dat zij wel een nieuwe - voor het eerst sinds 1991 - in 2001 en wandelroute wil in het natuurontwikkelings- 2002 én 2003 weer tot broeden? gebied, aan de rand van het huidige wilder- • Zowel in de Mariapeel als de Deurnese nisgebied. Peel heeft Staatsbosbeheer, ondanks de • Er vindt verdergaande wateronttrek- aankoopstop, enkele graslanden kunnen king plaats in het agrarisch gebied, vooral verwerven. aan de Limburgse kant. Dit is in strijd met • In het landinrichtingsplan Peelvenen het besluit van het ministerie van LNV dat is opgenomen dat de plaats Griendtsveen nog in 2001 de hydrologische bufferzone niet meer gaat ontwateren op de Mariapeel rondom de Mariapeel en het Grauwveen maar op de Helenavaart. Dit is gunstig voor vaststelde op één kilometer. In die buffer- zowel de waterkwaliteit als -kwantiteit in de zone zou een herstelbeleid ingezet moeten Mariapeel. worden. De provincie heeft echter tientallen • In de Ecologische Hoofd Structuur is vergunningen verleend op grond van de 1500 hectare landbouwgrond aangewezen Grondwaterwet. Dit druist in tegen het eigen als te verwerven en om te zetten in natuur. beleid van de provincie om grondwateront- Landinrichting moet de op dit moment nog trekkingen in en nabij verdrogingsgevoelige niet verworven gronden in en om de twee gebieden af te bouwen. WBdP heeft jaren- gebieden aankopen. Omdat verkopen op lang gepoogd om via gesprekken tot een vrijwillige basis plaatsvinden is nog onbe- convenant te komen. WBdP ziet zich nu kend wanneer alle gronden verworven zul- gedwongen om bezwaren in te dienen. Juist len zijn. nu de interne waterhuishouding verbeterd • In (delen van) de twee gebieden is, dreigt door maatregelen in de omgeving vinden verschillende onderzoeken plaats; weer een verslechtering op te treden. zoals meetvlak broedvogels, ganzentel- • De Peelgebieden zijn belangrijk voor lingen, onderzoek naar het voorkomen van de toendrarietgans. Nu de regering besloten het veenhooibeestje, libellenonderzoek en heeft om per 1 oktober 2004 verstoring met onderzoek aan gladde slangen. mogelijk afschot van kolganzen weer toe te • Na lang wachten is de aalscholver in staan dreigen er problemen voor de rietgan- 2001 in de Mariapeel tot broeden gekomen. zen; de verschillende soorten ganzen houden De kolonie vestigde zich in een berkenbos zich vaak in gemengde groepen op. dat door het verhogen van de waterstand is • In januari 2003 is door het waterschap 166 verdronken. De eerste broedresultaten waren een experiment uitgevoerd om de invloed erg hoog. van het opgezette peil in de nabijgelegen woningen te meten. Het peil in het mid-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 166 07-10-2004 09:23:59 denstuk van de Mariapeel werd hiertoe 74 GROOTE PEEL sterk verlaagd. Omdat er daarna heel weinig Positieve ontwikkelingen neerslag viel is het waterpeil onvoldoende • Ondanks de grote droogte in 2003 hersteld. Het waterschap deed de proef om vielen de negatieve effecten mee als gevolg te achterhalen of er een relatie bestaat tussen van maatregelen die de afgelopen jaren de vochtproblemen in de woningen en het zijn genomen. Het waterpeil bleef gunstig opzetten van water in het natuurgebied. Dit dankzij de verbeterde interne huishouding is van belang, maar het mag niet zo zijn dat en een aantal voorafgaande natte winters. De dit leidt tot verdroging van het natuurgebied. geoorde fuut kwam als gevolg daarvan tot Als er problemen zijn in de woningen dan het recordaantal van 43 broedparen en ook moeten die met technische middelen (dam- de dodaars nam toe. De roerdomp had in wandjes, poldertjes) worden opgelost. 2001 vier territoria en in 2003 twee of drie. • In de verschillende Peelgebieden is de De boomleeuwerik betaalt de tol en neemt verstoring door luchtballonnen toegenomen. de laatste jaren sterk af. Staatsbosbeheer heeft drie incidenten met • Staatsbosbeheer heeft, ondanks de laagvliegende militaire vleigtuigen gemeld aankoopstop van het ministerie van LNV, bij de provincie Noord-Brabant. in 2003 nog enkele kleine stukjes grasland kunnen verwerven . • In 2001 en 2003 zijn naaldbossen gekapt om de openheid te herstellen en de verdamping te verminderen. Binnen het reservaat zijn nu vrijwel alle naaldbossen opgeruimd. • In (delen van) het gebied wordt onder- zoek verricht naar broedvogels, libellen, ganzen, vlinders en gladde slangen. • Het bezoekerscentrum is verplaatst naar een locatie buiten het reservaat. Hierdoor blijven auto’s van bezoekers buiten het gebied. Bijkomend voordeel is dat voor de bouw van het nieuwe bezoekerscentrum twee intensieve landbouwbedrijven zijn opgeheven. • In het weidevogelreservaat is de maai- datum uitgesteld tot 15 augustus vanwege de aanwezigheid van kwartels. • In 2002 pleisterden er maar liefst 600 kraanvogels. In 2003 slechts enkele.

Negatieve ontwikkelinggen • Het is nog niet duidelijk hoe de aan- voer van voedsel- en kalkrijk Maaswater in de omliggende landbouwgebieden uit zal pakken voor de Groote Peel, waar juist zuur water voorkomt. Door de aanvoer is er in de 167 zomer een hoog peil rondom het reservaat en ballonvaart bestaat het gevaar dat dit voedselrijke water

wetlandrap_2001-2003-def.indd 167 07-10-2004 09:23:59 van de Maas het natuurgebied inzijgt. In de • Een deel van het gebied wordt winter wordt het peil in de omgeving laag begraasd door vee van boeren uit de omge- gehouden en dan dreigt het gebiedseigen ving. Dit vee wordt behandeld met ontwor- water juist uit de Groote Peel weg te zijgen. mingsmiddelen waardoor er veel minder De WetlandWacht en de Werkgroep Behoud insecten, vooral mestkevers in de mest zit- de Peel (WBdP) volgen de ontwikkelingen ten. Klapekster en grauwe klauwier zijn erg nauwgezet. De WBdP heeft in een proce- afhankelijk van dergelijke grote insecten. dure, aangespannen tegen het aanvoerplan, slechts gedeeltelijk gelijk gekregen. De eis om de Eeuwelse Loop te dempen - en daar- 75 STRABRECHTSE HEIDE mee een omleiding van de aanvoer van het Positieve ontwikkelingen Maaswater buiten het reservaat om te cre- • De afgelopen jaren heeft eren - is niet gehonoreerd. Het waterschap Staatsbosbeheer de heide weer meer open moet wel over een aantal punten een nieuw gemaakt. In de jaren 2001 en 2002 is daar- besluit nemen. Afhankelijk van de uitkomst voor ongeveer negen hectare bos gekapt. Bij volgen er mogelijk nieuwe procedures. de kap houdt men wel rekening met zang- • Diverse grote boerderijen in de omge- posten van boomleeuwerik en geelgors. ving zijn gesloopt, maar desondanks neemt • De gemeente Someren is overgegaan de beregening nog toe. In de hydrologische tot geïntegreerd bosbeheer waardoor meer bufferzone heeft de provincie Limburg een variatie ontstaat, natuurlijke verjonging ongekend aantal vergunningen verleend plaatsvindt en een verschuiving optreedt van voor beregening uit grondwater. De hiervoor naaldhout naar gemengd bos. Dit gebeurt vereiste NB-wet vergunningen zijn niet eens ten zuiden en zuidoosten van het Beuven. aangevraagd. De WBdP heeft hiertegen 35 Het beheer van de bossen van Someren bezwaarschriften ingediend. zal overgenomen worden door Bosgroep • De depositie van ammoniak op het Zuid. Daarvoor is op dit moment een nieuw reservaat blijft nog steeds veel te hoog, beheersplan in de maak. ondanks de saneringen in de landbouw. De • In 2003 zijn door de gemeente versoepeling van de Ammoniakwet in 2003 Someren in het kader van vernatting water- maakt het omlaag brengen van de depositie gangen langs de provinciale weg gedeelte- aanzienlijk moeilijker. lijk gedempt. • De Groote Peel is belangrijk voor • Ongeveer één hectare van het Witven is onder meer kol-, taiga- en toendrarietgans. ontdaan van vegetatie. Deze soorten zitten vaak in groepen bij • Het gebied blijft wat betreft vogels elkaar. Omdat schade aan landbouw nu weer verrassen. In het droge jaar 2003 waren er tot vergunning kan leiden voor afschot van liefst tien territoria van de dodaars, waarvan kolganzen, dreigt er verstoring voor meer- vijf op het Starven. De roerdomp was zowel dere soorten. De foerageergebieden van de in 2002 als 2003 met vier territoria goed ganzen zouden aangewezen moeten worden aanwezig in het Beuven. Na het opschonen als opvanggebied. van het Beuven is van 1989 t/m 1999 steeds • In het broedseizoen is sinds 2003 een slechts één territorium vastgesteld. Zowel in groter deel toegankelijk voor recreanten. 2002 als in 2003 broeden er 2 woudaapjes. • Luchtballonnen die laag boven het Het porseleinhoen en het klein waterhoen gebied vliegen veroorzaken ieder jaar meer kwamen voor het eerst tot broeden met 168 overlast, evenals de laagvliegoefeningen van respectievelijk 2 en 1 legsels. En dan de de luchtmacht met Apache helikopters. waterral: van 17 naar 27, het hoogste aantal sinds 1988!

wetlandrap_2001-2003-def.indd 168 07-10-2004 09:24:02 Strabrechtse Heide

Negatieve ontwikkelingen • In 2003 is de zuurgraad (pH) van het • Al jarenlang worden er plannen water gemeten en vanwege de te hoge uit- gemaakt om de ernstige verdroging van het slag heeft SBB een bekalkingsprogramma gebied aan te pakken. Het waterschap wil gestart. water inlaten, maar Staatsbosbeheer vindt de • In het telgebied De Wilck (groter dan kwaliteit van dat water onvoldoende. Er is het Vogelrichtlijngebied) was er tussen 1995 daardoor een impasse ontstaan in de aanpak en 2001 een toename van zowel broedende van de verdroging. kieviten, grutto’s, tureluurs als scholeksters. • De afgelopen tien jaar is de recrea- In 2002 is een afname geconstateerd van het tiedruk, als op zoveel plaatsen, fors toe- aantal grutto’s en zelfs een halvering van het genomen. De openstelling is veel ruimer aantal scholeksters. De getallen voor kievi- geworden en mountainbikers maken daar ten en tureluurs bleven vrijwel gelijk. volop gebruik van. • Regelmatig is er overlast van luchtbal- Negatieve ontwikkelingen lonnen. • Kleine zwaan en smient worden ver- stoord als wandelaars afwijken van een offi- cieel bewegwijzerd wandelpad in het open 101 De Wilck gebied en als fietsers ook gebruik maken van Positieve ontwikkelingen dit pad. Geconstateerde verstoringen worden • Kleine zwanen weten in toenemende door de vogelwerkgroep in het halfjaarlijks mate het in 2000 aangelegde plasje in het overleg met SBB besproken. noordoostelijk deel te vinden. Begin februari • Het beheer van SBB is gericht op ver- 2004 werden er 215 geteld. schralen van het gebied; daarmee neemt de • Het hogere winterpeil wordt door het voedselrijkdom voor kleine zwaan af. Kleine waterschap Wilck en Wiericke met een zwanen worden steeds meer in de omlig- maand, tot begin juni, verlengd. gende polders waargenomen. • De vogelwerkgroep heeft halfjaarlijks • Pachters verlagen soms het waterpeil overleg met Staatsbosbeheer en daar worden door illegaal dammen weg te halen. 169 zaken met betrekking tot beheer en waterpeil • De provincie dringt voortdurend aan op besproken. ontsluiting van stad en land door aanleg van fietspaden.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 169 07-10-2004 09:24:02 • De aanleg van een weg naar een Vogelbescherming overgenomen. Deze pro- vluchtschacht van de HSL (De Bent), op cedure om tot een nieuw bestemmingsplan ongeveer 400 meter afstand van het gebied, te komen loopt in 2004 nog door. is op weinig verstorende wijze aangelegd. Dit in overleg met de plaatselijke vogel- werkgroep. De aanleg van de schacht zelf 103 OUDE LAND VAN STRIJEN die nu bovengronds is, heeft in 2003 wel Positieve ontwikkelingen verstoring veroorzaakt. • De landinrichting Hoeksche Waard- • Zowel de vogelwerkgroep als Oost, waaraan de WetlandWacht als com- Vogelbescherming Nederland hebben in missielid heeft deelgenomen, is afgerond. 2002 opmerkingen gemaakt bij het voor- De natuurvriendelijke oevers langs de Keen ontwerp Bestemmingsplan Buitengebied zijn ingericht. De peilverhoging in het Rijnwoude. Vogelbescherming heeft onder reservaatsgebied, samen met het opheffen meer gewezen op de externe werking van de van onderbemaling in het grootste deel, Vogelrichtlijn en tevens op de noodzaak van heeft positieve effecten op weidevogels. Het aanwijzing van aanlegvergunningsplichtige beheersgebied is 325 hectare groot, waarvan activiteiten en werken. Een ander bezwaar veertig onderbemalen. Het opheffen van was de onjuiste aanduiding op de kaart van de onderbemaling kost veel geld, waarvoor de grenzen van het vogelrichtlijngebied. nog geen dekking is gevonden. Wel is in het Verder is gevraagd om de aanleg van fiets- kader van de landinrichting een kassencom- en wandelpaden en kleinschalige dagrecre- plex gesaneerd. atieve voorzieningen in De Wilck niet toe • Sinds een aantal jaren overwintert in te staan vanwege de verstoring die dat tot dit gebied een grote groep dwergganzen. gevolg zal hebben. De vogelwerkgroep heeft er, naast de eerder genoemde bezwaren, op Negatieve ontwikkelingen gewezen dat het gebied ook voor de smient • Er is veel verstoring van broedende belangrijk is en dat De Wilck tevens stil- vogels en overwinterende ganzen door laag- tegebied is en als zodanig ook op de kaart vliegende helikopters van de Luchtmacht. In aangeduid dient te worden. De gemeente 2003 heeft Vogelbescherming Nederland een heeft voor een deel de opmerkingen van brief aan de minister van Defensie gestuurd

170

smient

wetlandrap_2001-2003-def.indd 170 07-10-2004 09:24:04 met het verzoek de status van Speciale gen om een meer natuurlijk peilverloop na Beschermingszone voor Het Oude Land van te streven om de aangroei van riet en herstel Strijen te respecteren. In het antwoord geeft van gorzen te bevorderen. De Hoge Boezem de staatssecretaris van Defensie aan dat er Overwaard zou losgekoppeld moeten wor- op meer plaatsen incidenten zijn geweest. den en er dienen nieuwe retentiegebieden Vooralsnog zal Defensie echter vasthouden gevonden te worden om het overtollige aan het uitgangspunt dat bestaand gebruik water op te vangen. Zo’n retentiegebied voortgezet mag worden. kan tegelijk als nieuw foerageergebied voor • In de weekends vliegen soms boven het de purperreigers functioneren. Bovendien gebied langdurig particuliere sportvliegtuig- pleit Vogelbescherming voor een beheer jes met verstoring als gevolg. dat meerdere alternatieve broedplaatsen • Sinds 1965 ligt midden in het gebied voor purperreigers creëert. Daartoe moeten een kartbaan. De effecten ervan zijn niet grotere oppervlaktes riet ongemaaid blij- goed bekend, maar de baan trekt in ieder ven dan nu het geval is. In feite moet het geval verkeer aan dat zeker in de winter ver- natuurbelang bepalend zijn voor het beheer storing geeft. De milieuwerkgroep van het en zouden rietoogst en wateropvang hieraan Hoeksche Waards Landschap en omwonen- ondergeschikt moeten zijn. den zijn in actie gekomen bij de procedure voor een nieuwe milieuvergunning. De inzet Negatieve ontwikkelingen is om het karten naar buiten het gebied te • In de huidige situatie beperkt de riet- verplaatsen. oogst in de Nederwaard de potentie die het gebied heeft voor moerasvogels. Als er meer 105 BOEZEMS KINDERDIJK riet blijft overstaan kunnen soorten als de Positieve ontwikkelingen roerdomp zich weer in grotere aantallen • In 2002 zijn vanuit de lucht tussen de vestigen. Door een natuurlijker waterpeil te 47 en 51 nesten van purperreigers geteld. voeren is rietsnijden vanuit beheersoogpunt Bij deze, en ook bij eerdere tellingen, bleken ook minder noodzakelijk. de purperreigers niet verstoord te worden • Het huidige waterbeheer heeft, van- door het vliegtuig. In totaal, grond- en vlieg- wege de extreme (en tegennatuurlijke) peil- tuigtelling samen, zijn er 59 broedparen schommelingen, een negatieve invloed op de genoteerd. instandhouding van de overjarige rietlanden. • De afgelopen jaren was de roerdomp Door verruiging en afkalving kunnen ze met één broedpaar vertegenwoordigd, de minder geschikt worden als broedlocatie zwarte stern met ongeveer vijftien paar. voor purperreiger. • Begin 2004 heeft Vogelbescherming Nederland uitgebreid gereageerd op het ontwerp-beheersplan van het Hoogheemraadschap van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. Vogelbescherming meent dat het rietbeheer in de Nederwaard sterker geëxtensiveerd moet worden, omdat intensieve rietteelt weinig ruimte laat aan moerasvogels. Bovendien zouden (kleine) aanpassingen in het rietbeheer plaats moeten vinden: verbreden van overstaande randen 171 en het graven van enkele poelen of doodlo- pende sloten. Verder wordt erop aangedron-

wetlandrap_2001-2003-def.indd 171 07-10-2004 09:24:08 SUMMARY

Introduction provided by SOVON (the Dutch Centre for Dutch wetlands are of great importance Field Ornithology). SOVON administrates to many bird species: more than 70 differ- the numbers of birds that are recorded in ent bird species depend to a greater extent several nation-wide bird monitoring pro- on the Dutch wetlands as breeding, feeding grammes, leading to - amongst other data and wintering sites, or as stopovers during - trends in bird populations (breeding, migration. Therefore, the has migrating and wintering). These data and an international responsibility in safeguard- trends form the basis for Vogelbescherming ing these wetlands, of which many qualify Nederland’s site and species conservation as Important Bird Areas (IBA’s). The Dutch work. In apendix 3 you can find trends of IBA’s, including many wetlands, are well breeding en non-breeding birds in the Dutch protected under national and international wetlands. legislation nowadays. However, in a densely populated country like the Netherlands, Formal protection human pressure on such sites is large, In the past five years, the Netherlands causing numerous threats to these areas. has made tremendous progress with the Therefore, VBN runs a special Wetlands designation of areas under the EU Birds Project. Directive as Special Protection Areas (SPA’s). Together with sites designated for The Wetlands Project other biodiversity under the EU Habitats The Wetlands Project of Vogelbescher- Directive, these areas form the European ming Nederland, the BirdLife Partner in ecological network Natura 2000. The Netherlands, is focussing on conserva- After 49 areas had been designated tion of the Dutch Wetland IBA’s as suitable under the Birds Directive in 2000 (making a habitat for birds. This is done with help total of 79), the announcement of 141 sites of an extensive voluntary IBA-caretakers designated under the Habitats Directive network. Approximately 80 IBA caretakers followed in May 2003. Since then, no (“WetlandWachten”) regularly follow the new designations have been made, but the developments in and around the Wetland boundaries of a number of areas have been IBA’s. They monitor threats and develop- changed: mostly extended, but sometimes ments in the IBA (’s) they are responsible reduced. With legal protection a fact, a new for, they keep in contact with local authori- phase in the conservation of the wetlands ties, managers and other users, and if needed commenced in mid-2003. Under the guid- they undertake conservation actions. ance of the Ministry of Agriculture, Nature The underlying report gives an over- and Food Quality, a comprehensive project view of the caretakers’ general findings was launched, aimed at formulating conser- and reported important developments in vation objectives for each Birds Directive and around the Dutch Wetland IBA’s from (SPA) and Habitats Directive site, making 2001-2003. It also reports on the actions and preparations for a “new generation” of activities that were undertaken by the care- conservation measures and frameworks for takers and Vogelbescherming Nederland to management plans. The conservation objec- protect the IBA Wetlands in those years. It is tives are determined at both the national and the seventh report in its kind. site level. The national targets are a trans- lation of European obligations, while the 174 Birds in Wetlands targets at the site level give more tangible The chapter ‘Monitoring van vogels’ form to the contribution separate sites make (‘Bird monitoring’) in this report has been towards fulfilling these obligations. What

wetlandrap_2001-2003-def.indd 174 07-10-2004 09:24:20 the European obligation basically boils lost during the last century as a result of down to is that the habitat type and spe- drainage and land reclamation for agricul- cies must be maintained in, or restored to, a tural purposes. Today too, farming still has “favourable conservation status”. The objec- a lot of influence on the quality of wetlands. tives therefore not only cover the ecological First of all, the agricultural sector often features which must be protected, but also decides on the height of the water level. quantitative and qualitative target values. It is to its advantage if the water is at a structurally low and unnatural level: low in Almost all wetlands are officially winter, a little higher in summer. This low protected, both by law and in spatial plan- and unnatural water level allows no room ning policies. Does this also mean that all for natural dynamics. That is disastrous for wetlands are actually protected against the marshland vegetations in particular. The sec- increasing pressures? Here follows a sum- ond objection is that the agricultural sector marised overview of the state of Dutch is partly responsible for the acidification and wetlands. over-fertilisation of wildlife areas. The annu- ally recurring algal bloom in the Volkerak- Threat to Dutch Wetlands Zoommeer for example, as a result of which Spatial developments some 5,000 water birds die every year, is Large-scale spatial developments lead caused by the water supply rich in nutrients to further fragmentation and deterioration from streams in Brabant. in the quality of the Dutch wetlands. For example, new housing estates are regularly Fishing industry built or planned in or bordering wetlands. On the IJsselmeer and Markermeer, fish- In the IJsselmeer area, for instance, several ing for perch and pike perch is intensive. local authorities have plans to build homes This has led to a change in the composition at the water’s edge or actually in it. This will of the fish population in the lake. There require extra impoldering and land reclama- are now more relatively young fish, so that tion, which will be detrimental to the habitat the numbers of some bird species, such of water birds. as the great cormorant, have increased. Industry is also responsible for decline in Commercial fishermen using gill nets on the wetlands. The construction of the industrial IJsselmeer and Markermeer have, however, zone the Second Maasvlakte in the Special had another unintended side effect. Diving Protection Area Voordelta will perhaps block water birds can become entangled in the the sediment supply to the Waddenzee. nets when searching for food under water, Further deepening of the Westerschelde and drown. Research has shown that around means that the tidal flats and salt marshes 12,000 water birds a year drown in the nets. will become submerged and that the qual- The species most affected are the great ity of the coastal habitat will deteriorate crested grebe, tufted duck, greater scaup, considerably. The compartmentalisation of smew, goosander, red-breasted merganser the Delta waters has made things safer for and common goldeneye. humans. Some lakes have changed, how- The shellfish fisheries form the great- ever, from a dynamic salt – brackish inter- est threat to bird populations dependent on tidal area to a freshwater lake. shellfish, such as the oystercatcher and the common eider. These birds have less prey Intensive farming to feed on as a result of the fishing industry. 175 Another major threat is posed by inten- During the winters of 1999-2000 and 2000- sive farming. Many Dutch wetlands were 2001, many common eiders died as a conse- quence of fishing operations.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 175 07-10-2004 09:24:21 Extractive industry Management Current policy regarding sand extraction Management of the wetlands is often is geared mainly towards extracting sand geared insufficiently towards the desired from the North Sea and IJsselmeer area. ecological features, there are inadequate The problem with this sand extraction is financial resources or there is not enough that the available food stocks are shrinking. capacity for the task. One of the main results Major effects can be expected in the very is often scrub encroachment. For common shallow peripheral lakes in the IJsselmeer terns, this means that they stop nesting on area, where the surface area for foraging is small islands created specially for this pur- relatively smaller. pose, because the originally bare sandy soil At the same time, the extraction of is covered with half a metre of rough vegeta- minerals has also led to the creation of a tion. Conversely, in other areas, there is too few important man-made wetlands such as early and/or too intensive grazing. the Maasplassen in Limburg, where a lot of Reed management forms also a major water birds now winter. problem. Every year more or less all reed Natural gas is being extracted from growth in the Netherlands is cut, making below various Dutch wetlands, such as perennial reeds scarce. Many reed birds do, Ameland and the Waddenzee. The extrac- however, benefit from perennial water reeds, tion of natural gas could pose a threat to where the populations of prey are many the ecology of SPA’s particularly below the times higher. Furthermore, reed birds can Waddenzee. The risks associated with the find a nesting place much more easily and subsidence, in combination with the rise in breeding is more successful. the sea level and the possibility of a more restricted supply of sediments (due to the Disturbance construction of the Second Maasvlakte), Modern forms of recreation, practised could mean that parts of the Wadden will no by a small minority, cause the most distur- longer be above water at low tide. bance: racing with speedboats, kite surfing and beach driving. Windturbines It is extremely important to reduce the The erection of windturbines in or pressure on the really vulnerable parts of along the shores of wetlands leads to a wetlands, such as breeding colonies, high- loss of habitat for birds. Windturbines can tide roosts and nocturnal roosts. This can claim direct victims among birds if they are be achieved by zoning various forms of positioned on migratory routes or between recreation, in terms of both space and time. foraging areas and roosts. Much more Planning by local authorities and leisure often, windturbines appear to cause indirect groups results in newbuild or expansion of damage because many species apparently recreational facilities such as marinas, camp- fly around them, thereby expending extra ing parks, bungalows, catering facilities, energy. Or have disturbing impacts on feed- jetties, cycle paths, et cetera. This leads to a ing and resting birds in the areas around decline in the total area and in the quality of the windturbines. As a result, the general wetlands. condition of the birds deteriorates. At the Not only visitors disturb birds. Road moment, several plans are in the pipeline to traffic, aeroplanes, industrial noise, forestry erect large numbers of windturbines particu- work, reed cultivation, etc are all ways in 176 larly in the IJsselmeer area. The erection of which birds can be disturbed. Many com- windturbines at open sea causes fewer prob- plaints are received about disruptions caused lems for birds. by Ministry of Defence activities, especially in vulnerable areas such as the Waddenzee

wetlandrap_2001-2003-def.indd 176 07-10-2004 09:24:21 and in places where large groups of water part of the Geldersche Poort. Local parties birds gather, such as Oudeland van Strijen have also been involved at an early stage of and Lauwersmeer. the decision making, for example in reach- ing a joint decision on future cycle and Preservation, recovery walking routes, such as in the Oosterschelde and development and the Voorne (Haringvliet) circuit. Fortunately, many initiatives have been One of the major successes for nature taken to reverse the threats posed to the in the Netherlands is the decision, taken quality of wetlands, and work is going into in 2004 by the Cabinet, to ban mechani- the recovery and development of wetlands. cal cockle dredging from 2005 onwards. It would be going too far to list all of these A success into which nature organisations efforts here. This section will therefore such as Vogelbescherming Nederland (the provide a summary of the preservation, Netherlands Society for the Protection of recovery and development of the ecological Birds, and the Dutch BirdLife Partner) and features of Dutch wetlands. the Dutch Society for the Preservation of the Waddenzee put a great deal of effort. Preservation The opening of new visitor and informa- Recovery tion centres, the organisation of excursions, A theme for the coming years is the res- the creation of bird hides, the publication toration of gradual fresh-salt gradients. The of books on special wetlands: these all con- existing constructions of dykes and dams tribute towards an increased awareness on make the division between fresh and salt nature in the Netherlands. But more visitors water abrupt. Various projects are in prepa- can disturb vulnerable wildlife areas. That ration to restore the gradual transition from is why zoning is being introduced more fresh to salt water, for example between and more, whereby vulnerable sections of the IJsselmeer and Waddenzee (originally a wildlife areas are spared, for example in the study to increase the drainage capacity), at Nieuwkoopse Plassen, the Maasplassen and the Haringvliet locks, at the Zandkreek dam the Fochteloërveen. in the Veerse Meer and on a smaller scale Although many large-scale infrastructure on the Wadden Islands and in the polder projects pose a threat to wetlands, the inter- Breebaart in the Dollard. The quality of the ests of nature are being taken into account water in Dutch rivers has now improved more in the decision making (or enforced enormously in comparison with 20-30 years via procedures). In the area Arkemheen, the ago. However, this quality is not yet suf- courts rejected an ordinance relating to the ficient for many Dutch wetlands which are water level, according to which the water dependent on river water. In several areas, level in parts of the area were to be low- work is therefore going into improving the ered, as it contravened the Birds Directive. quality of the water. In the Deelen, clean At various locations, plans for the erection seepage water is brought in, whilst water of windturbines have been blocked, for from the surrounding agricultural area is example by the Afsluitdijk and near to the kept out via the construction of small dykes. Engbertsdijksvenen. The Hanze Line (rail- In the Oostelijke Vechtplassen, bream have way line) is to be built with a tunnel under been caught and removed, as a result of the Drontermeer, the HSL will disappear which the water becomes less murky and underground when it reaches the area De water plants have a better chance of devel- 177 Wilck in the Green Heart and the Betuwe oping. Contaminated sludge seriously threat- Line is to dip under the Pannerdensch canal, ens the quality of the water. In several areas,

wetlandrap_2001-2003-def.indd 177 07-10-2004 09:24:22 such as the Ilperveld and the Wormer and by common cranes since the last few hun- Jisperveld, the contaminated silt is removed. dreds of years. In the Wormer and Jisperveld, the sludge In the past few years, several new man- reduced visibility to a minimum, so that agement plans have been completed, which black terns were no longer able to find food. concern the recovery and development of wetlands. New management plans have been Another major problem in Dutch wet- completed for (parts of) the following areas, lands is the absence of natural dynamics, among others: the Friesian and Groningen often imposed by the surrounding farming Wadden coast, Friesian IJsselmeer coast, areas. At the moment, they are looking into Wieden, Markiezaat and Nieuwkoopse the possibility of applying a more natural Plassen. water level in the IJsselmeer area. In the Wieden, a high-water zone has been cre- Development ated, with the aim of protecting the actual In addition to conservation and reco- wildlife area from running dry This high- very, a lot of attention is also paid to water zone proved to be very popular among expanding and improving the quality of wet- rare breeding birds. In most moorland lands. Wildlife areas have been extended, for areas, such as Bargerveen, Fochteloërveen, example in or close to the Friesian Wadden Dwingelderveld, Groote Peel and Deurnese coast, Fochteloërveen, Rottige Meenthe, Peel, work has been carried out to raise the Arkemheen, Biesbosch, Eilandspolder, water level. In the Fochteloerveen, this has Naardermeer, Zouweboezem and Deurnese led to the first successful breeding attempts Peel.

De Groote Peel

178

wetlandrap_2001-2003-def.indd 178 07-10-2004 09:24:22 Examples of large-scale projects in There are also projects geared towards which considerable areas are arranged as a single species or group of species. The wildlife area are the Tureluur Plan and the protection plan for marshland birds is an Deltanatuurplan in the Zeeland and South example of this. The IJsselcrex project has Holland delta. The Prunjepolder near resulted in better protection for corn crakes Zierikzee, part of the Tureluur Plan, proves in the forelands of the major rivers. On the that nature development can be very suc- Wadden Sea islands, the Working party cessful in the short term. on beach-breeding birds has implemented In the IJsselmeer area too, Public Works protective measures to protect the breeding is putting a lot of effort into nature devel- areas of the little tern, kentish plover and opment projects, such as the construction common ringed plover. In the Reeuwijkse of small islands and sheltered bank/shore Plassen, the great reed warbler project for zones. The biggest project in this area water reed has been launched. involves the development of the IJssel estu- ary. The aim of this project is to create a The project Space for the River could marshland delta with small islands, just produce real benefits for nature in the com- above the surface of the water. The project ing years. A lot is already being done along ‘Integral Design for Veluwe Peripheral the rivers when it comes to nature develop- Lakes (IIVR)’ is under way in the periph- ment, such as Fort Andries, the Amerongse eral lakes. In this project, the development Bovenpolder and the Millingerwaard. The of ecological features is combined with an plans for water storage could also be good expansion of the recreational opportunities. for nature. In the areas Leekstermeer and Zuidlaardermeer, they are already a long way towards integrating water storage with improving ecological features.

179

wetlandrap_2001-2003-def.indd 179 07-10-2004 09:24:26 BIJLAGE 1 OPPERVLAKTE BESCHERMD GEBIED

Tweede kolom (IBA opp): De oppervlakte van het Belangrijk Vogelgebied, volgens de begrenzingen die Vogelbescherming Nederland hanteert. Derde kolom (SBZ): De oppervlakte van het Belangrijk Vogelgebied dat is aangewezen als Speciale Beschermingszone onder de Europese Vogelrichtlijn. Vierde kolom (%SBZ): Percentage van het Belangrijk Vogelgebied dat is aangewezen als Speciale Beschermingszone. Vijfde kolom (RAM): De oppervlakte van het Belangrijk Vogelgebied dat is aangewezen onder de Wetlands- ofwel Ramsar-Conventie. Zesde kolom (%RAM): Percentage van het Belangrijk Vogelgebied dat is aangewezen onder de Wetlands-Conventie. Zevende kolom (% Nbwet): Percentage van het Belangrijk Vogelgebied dat is aangewezen onder de Natuurbeschermingswet.

Wetland IBA nrIBA opp SBZ % SBZWET % WET % Nb Wetland IBA nr IBA opp SPA % SPA WET % WET % Nb in ha. in ha. in ha. wet in ha. in ha. in ha. wet

Waddenzee 001-00 272100 (1) 100% (1) 86% 85% Neder-Rijn 038-00 4000 3257 81% 0 0% 0% Texel 002-00 5450 (1; 2) 94% (1; 2) 94% 32% Waal 039-00 7000 5605 80% 0 0% 0% Vlieland 003-00 2740 (1; 2) 100% (1; 2) 100% 7% Biesbosch 040-00 9050 8850 98% 1700 19% 0% Griend 004-00 100 (1) 100% (1) 100% 100% Leekstermeergebied 041-00 1550 1550 100% 1450 100% 0% Terschelling 005-00 8720 (1; 2) 100% (1; 2) 100% 50% Zuidlaardermeergebied 042-00 2100 2100 100% 2100 100% 4% Ameland: Duinen-Oerd 006-00 3150 (1; 2) 89% (1; 2) 89% 8% Groote Wielen 043-00 600 600 100% 0 0% 0% Engelsmanplaat 007-00 720 (1) 100% (1) 100% 100% Oude Venen 044-00 2500 2500 100% 2500 100% 0% Schiermonnikoog 008-00 2800 (1; 2) 86% (1; 2) 86% 54% De Deelen 045-00 1260 520 41% 520 41% 0% Rottum 009-00 1093 (1) 100% (1) 100% 100% Van Oordt's Mersken e.o. 046-00 860 860 100% 0 0% 0% Balgzand 010-00 6000 (1) 100% (1) 100% 100% Sneekermeer e.o. 047-00 2440 2300 94% 2300 94% 0% Friese waddenkust 011-00 9310 (1) 100% (1) 90% 91% Witte en Zwarte Brekken 048-00 460 430 93% 0 0% 0% Lauwersmeer 012-00 7820 5800 74% 5800 74% 73% Oudegaasterbrekken e.o. 049-00 1760 850 48% 850 48% 0% Groningse waddenkust 013-00 4600 (1) 100% (1) 100% 100% Fluessen/Vogelhoek/Morra 050-00 2160 2100 97% 2100 97% 0% Dollard 014-00 6400 (1) 99% (1) 99% 99% Rottige Meenthe 051-00 1920 0 0% 1130 59% 0% Noordzee benoorden de Wadden 015-00 187000 (2) 66% (2) 66% 0% De Weerribben 052-00 3470 3400 98% 3400 98% 100% Zwanenwater 016-00 600 600 100% 600 100% 0% De Wieden 053-00 9400 9400 100% 9400 100% 63% Voordelta 017-01 107350 (3) 84% 90000 84% 0% Oostvaardersplassen 054-00 5600 5600 100% 5600 100% 0% Voornes Duin 017-03 1500 160 10% 1500 100% 32% Lepelaarplassen 055-00 510 350 69% 0 0% 0% Kwade Hoek 017-04 430 (4) 100% 0 0% 8% Eilandspolder 056-00 2040 1450 71% 0 0% 0% Haringvliet 018-00 10900 10800 99% 10800 99% 54% Zeevang 057-00 1250 (10) 0% 0 0% 12% Hollands Diep 019-00 4300 3980 92% 4050 94% 0% Wormer- en Jisperveld 058-00 1940 1300 67% 0 0% 1% Volkerakmeer 020-00 6450 6450 100% 6450 100% 65% Ilperveld e.o. en Oostzanerveld 059-00 2710 1800 66% 0 0% 0% Grevelingen 021-00 13900 13900 100% 13900 100% 24% Oostelijke Vechtplassen 060-00 7040 6900 98% 4500 64% 0% Oosterschelde 022-00 36880 (5) 98% (5) 98% 92% Naardermeer 061-00 1120 750 67% 752 67% 3% Zoommeer 023-00 1175 1050 89% 1175 100% 0% Arkemheen 062-00 1460 1440 99% 0 0% 0% Markiezaat 024-00 2030 (5) 91% (5) 91% 11% Nieuwkoopse Plassen 063-00 2000 2000 100% 0 0% 0% Veerse Meer 025-00 3010 2575 86% 2575 86% 0% Reeuwijkse Plassen 064-00 1650 700 42% 700 42% 0% Westerschelde 026-01 47300 16000 34% 16000 34% 4% Zouweboezem 065-00 140 140 100% 0 0% 45% Saeftinghe 026-02 3500 3500 100% 3500 100% <1% Donkse Laagten 066-00 200 200 100% 0 0% 0% Het Zwin 027-00 128 128 100% 0 0% 0% Yerseke en Kapelse Moer 068-00 490 480 98% 0 0% 0% IJsselmeer 028-00 109000 (6) 99% 108000 99% 85% Fochteloerveen 069-00 3830 2500 65% 0 0% 0% Friese IJsselmeerkust 028-04 7330 (7) 66% 0 0% 38% Dwingelderveld 070-00 3800 3690 97% 0 0% 3% IJmeer 029-02 8700 (8) 86% 7400 85% 0% Bargerveen 071-00 2200 2100 95% 2100 95% 95% Markermeer 029-03 61000 61000 100% 61000 100% 0% Engbertsdijksvenen 072-00 1030 975 95% 975 95% 88% Ketelmeer 030-00 3900 3900 100% 3900 100% 42% Mariapeel en Deurnesepeel 073-00 2560 2510 98% 1450 57% 99% Zwarte Meer 031-00 2180 2050 94% 2050 94% 14% Groote Peel 074-00 1350 1320 98% 1320 98% 23% Drontermeer 032-00 640 600 94% 600 94% 1% Strabrechtse Heide en Beuven 075-00 1630 (10) 0% 0 0% 0% Veluwemeer 033-00 3390 3150 93% 3150 93% 0% De Wilck 101-00 770 115 15% 0 0% 17% Wolderwijd 034-00 2750 2600 95% 2600 95% <1% Zwarte Water 102-00 1480 1425 96% 0 0% 0% Gooimeer 035-01 2670 (9) 18% 0 0% 0% Oudeland van Strijen 103-00 1600 1600 100% 0 0% 0% Eemmeer 035-02 1340 (9) 90% 0 0% 0% Boezems Kinderdijk 105-00 340 340 100% 0 0% 0% IJssel 036-00 9700 9285 95% 0 0% 0% Maasplassen 106-00 3000 0 0% 0 0% 0% Gelderse Poort 037-00 6700 6700 100% 0 0% 0%

1 betreft deel SBZ Waddenzee (272100 ha) en deel Wetland Waddenzee (271000 ha) 2 betreft deel SBZ en deel Wetland Waddeneilanden, Noordzeekustzone, Breebaart (135000 ha) 3 betreft SBZ Voordelta (90000 ha) en deel SBZ Kwade Hoek (825 ha) 4 betreft deel SBZ Kwade Hoek (825 ha) 5 betreft deel SBZ en Wetland Oosterschelde (38000 ha) 6 betreft SBZ IJsselmeer (108000 ha) en deel SBZ Friese IJsselmeerkust (5130 ha) 7 betreft deel SBZ Friese IJsselmeerkkust (5130 ha) 8 betreft SBZ IJmeer (7400 ha) en deel SBZ Eemmeer, Gooimeer en IJmeer (1800 ha) 180 9 betreft deel SBZ Eemmeer, Gooimeer, IJmeer (1800 ha) 10 aanwijzing aangekondigd

wetlandrap_2001-2003-def.indd 180 07-10-2004 09:24:28 BIJLAGE 2A BROEDVOGELS PER GEBIED

Deze tabel geeft een overzicht van broedvogels in Nederlandse wetlands waarvan de aantallen per soort in de jaren 1993-1997 kwalificeren voor de Vogelrichtlijn (k) of een rol hebben gespeeld in de begrenzing van een gebied bij de aanwijzing onder de Vogelrichtlijn (b) (>1 % landelijke broedpopulatie). Gebieden kwalificeren voor de Vogelrichtlijn indien zij voldoen aan het 1%-criterium (geregeld verblijf van >1 % van de biogeografische populatie in een gebied) of indien dat gebied tot de vijf belangrijkste gebieden voor die soort in Nederland behoort (voor soorten die zijn opgenomen in bijlage 1 van de Vogelrichtlijn). Dit overzicht is gebaseerd op het rapport ‘Belangrijke vogelgebieden in Nederland’, gepubliceerd door SOVON Vogelonderzoek Nederland, in opdracht van de Directie Natuurbeheer van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Dit rapport diende als basis voor de 49 aanwijzingsbesluiten van maart 2000.

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Waddenzee Schorren en Zeeburg Texel: Duinen en De Hors Vlieland Griend Terschelling: De Boschplaat Terschelling: duinen Ameland: Duinen-Oerd Engelsmanplaat Schiermonnikoog Rottumerplaat Rottumeroog Balgzand Friese waddenkust Lauwersmeer Groningse waddenkust Dollard Noordzee benoorden de Wadden Zwanenwater Voordelta

Soort 001-00 002-01 002-02 003-00 004-00 005-01 005-02 006-00 007-00 008-00 009-01 009-02 010-00 011-00 012-00 013-00 014-00 015-00 016-00 017-01

Dodaars b Geoorde Fuut Aalscholver b b Roerdomp b Woudaapje Grote Zilverreiger Purperreiger Lepelaar k k k k k Eidereend b b b b Bruine Kiekendief b b k k b k b Blauwe Kiekendief k b b k k k Grauwe Kiekendief k Porseleinhoen b b Kwartelkoning Kluut k k b k k Bontbekplevier b Strandplevier b b b Kemphaan k Watersnip Zwartkopmeeuw Kleine Mantelmeeuw k b k b b b Grote Stern k k Visdief k b k k b Noordse Stern k k b k b k Dwergstern b k k Zwarte Stern Velduil k b k k b Nachtzwaluw IJsvogel Zwarte Specht Boomleeuwerik Oeverzwaluw b Blauwborst b Paapje b b Roodborsttapuit b Tapuit b b b b Snor 181 Rietzanger b b b Grote Karekiet Grauwe Klauwier k

wetlandrap_2001-2003-def.indd 181 07-10-2004 09:24:29 BIJLAGE2A BROEDVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Voornes Duin Kwade Hoek Haringvliet Hollands Diep Volkerakmeer Grevelingen Oosterschelde Zoommeer Markiezaat Veerse Meer Westerschelde Saeftinghe Zwin, Het IJsselmeer incl. Friese IJsselmeerkust IJmeer Markermeer Ketelmeer Zwarte Meer Drontermeer Veluwemeer

Soort 017-03 017-04 018-00 019-00 020-00 021-00 022-00 023-00 024-00 025-00 026-01 026-02 027-00 028-00 029-02 029-03 030-00 031-00 032-00 033-00

Dodaars Geoorde Fuut b Aalscholver k b b b Roerdomp b b b b Woudaapje Grote Zilverreiger Purperreiger b Lepelaar k Eidereend Bruine Kiekendief b b b b b b Blauwe Kiekendief Grauwe Kiekendief Porseleinhoen b k b b Kwartelkoning Kluut b k k k k b b Bontbekplevier b b b b Strandplevier b b b b Kemphaan b Watersnip Zwartkopmeeuw b k b k b b Kleine Mantelmeeuw b b b b Grote Stern k k Visdief k b b b b k b k k Noordse Stern Dwergstern b k b k k Zwarte Stern Velduil Nachtzwaluw IJsvogel Zwarte Specht Boomleeuwerik Oeverzwaluw Blauwborst k b Paapje Roodborsttapuit Tapuit Snor b Rietzanger b b Grote Karekiet b b b Grauwe Klauwier

182

wetlandrap_2001-2003-def.indd 182 07-10-2004 09:24:29 BIJLAGE 2A BROEDVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Wolderwijd Gooimeer Eemmeer IJssel Gelderse Poort Neder-Rijn Waal Biesbosch Leekstermeergebied Zuidlaardermeergebied Groote Wielen Oude Venen Deelen, De Oordt's Mersken e.o., Van Sneekermeer e.o. Witte en Zwarte Brekken Oudegaasterbrekken e.o. Fluessen/Vogelhoek/Morra Rottige Meenthe Weerribben, De

Soort 034-00 035-01 035-02 036-00 037-00 038-00 039-00 040-00 041-00 042-00 043-00 044-00 045-00 046-00 047-00 048-00 049-00 050-00 051-00 052-00

Dodaars b Geoorde Fuut Aalscholver b b b k b Roerdomp k b b b k Woudaapje Grote Zilverreiger Purperreiger b b Lepelaar Eidereend Bruine Kiekendief k b b Blauwe Kiekendief Grauwe Kiekendief Porseleinhoen b b b b b b b b k b b b k Kwartelkoning k k k k b b Kluut Bontbekplevier Strandplevier Kemphaan b b k Watersnip Zwartkopmeeuw Kleine Mantelmeeuw Grote Stern Visdief b b Noordse Stern Dwergstern Zwarte Stern b k b b b b Velduil Nachtzwaluw IJsvogel k k b k Zwarte Specht Boomleeuwerik Oeverzwaluw b b Blauwborst b k Paapje b Roodborsttapuit Tapuit Snor b Rietzanger b b b Grote Karekiet b Grauwe Klauwier

183

wetlandrap_2001-2003-def.indd 183 07-10-2004 09:24:29 BIJLAGE 2A BROEDVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Wieden, De Oostvaardersplassen Lepelaarplassen Eilandspolder Zeevang Wormer- en Jisperveld Ilperveld e.o. Oostzanerveld Vechtplassen, Oostelijke Naardermeer Arkemheen Nieuwkoopse Plassen Reeuwijkse Plassen Zouweboezem Donkse Laagten Yerseke en Kapelse Moer Fochteloerveen Dwingelderveld Bargerveen Engbertsdijksvenen

Soort 053-00 054-00 055-00 056-00 057-00 058-00 059-01 059-02 060-00 061-00 062-00 063-00 064-00 065-00 066-00 068-00 069-00 070-00 071-00 072-00

Dodaars Geoorde Fuut Aalscholver k k k k Roerdomp k k b k b b Woudaapje k Grote Zilverreiger k Purperreiger b k k k k Lepelaar k k Eidereend Bruine Kiekendief b k b Blauwe Kiekendief k b Grauwe Kiekendief Porseleinhoen b k b b b b Kwartelkoning Kluut Bontbekplevier Strandplevier Kemphaan k b b Watersnip b b Zwartkopmeeuw k Kleine Mantelmeeuw Grote Stern Visdief b Noordse Stern Dwergstern Zwarte Stern k k b k b Velduil b Nachtzwaluw b IJsvogel k Zwarte Specht b Boomleeuwerik b Oeverzwaluw Blauwborst k b Paapje b Roodborsttapuit Tapuit Snor b b b Rietzanger b b b b b Grote Karekiet b b Grauwe Klauwier k

184

wetlandrap_2001-2003-def.indd 184 07-10-2004 09:24:30 BIJLAGE 2A BROEDVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Mariapeel en Deurnesepeel Groote Peel Strabrechtse Heide en Beuven Wilck, De Zwarte Water Oudeland van Strijen Boezems Kinderdijk Maasplassen

Soort 073-00 074-00 075-00 101-00 102-00 103-00 105-00 106-00

Dodaars Geoorde Fuut Aalscholver Roerdomp b Woudaapje Grote Zilverreiger Purperreiger k Lepelaar Eidereend Bruine Kiekendief Blauwe Kiekendief Grauwe Kiekendief Porseleinhoen b b b Kwartelkoning b Kluut Bontbekplevier Strandplevier Kemphaan Watersnip Zwartkopmeeuw Kleine Mantelmeeuw Grote Stern Visdief Noordse Stern Dwergstern Zwarte Stern b Velduil Nachtzwaluw b IJsvogel Zwarte Specht Boomleeuwerik Oeverzwaluw Blauwborst k k Paapje Roodborsttapuit Tapuit Snor b Rietzanger Grote Karekiet b Grauwe Klauwier

185

wetlandrap_2001-2003-def.indd 185 07-10-2004 09:24:30 BIJLAGE 2B WATERVOGELS PER GEBIED

Deze tabel geeft een overzicht van niet-broedvogels in Nederlandse wetlands waarvan de aantallen per soort in de jaren 1993-1997 kwalificeren voor de Vogelrichtlijn (k) of een rol hebben gespeeld in de begrenzing van een gebied bij de aanwijzing onder de Vogelrichtlijn (b) (> 0,1 % biogeografische populatie). Gebieden kwalificeren voor de Vogelrichtlijn indien zij voldoen aan het 1%-criterium (geregeld verblijf van >1 % van de biogeografische populatie in een gebied) of indien dat gebied tot de vijf belangrijkste gebieden voor die soort in Nederland behoort (voor soorten die zijn opgenomen in bijlage 1 van de Vogelrichtlijn). Dit overzicht is gebaseerd op het rapport ‘Belangrijke vogelgebieden in Nederland’, gepubliceerd door SOVON Vogelonderzoek Nederland, in opdracht van de Directie Natuurbeheer van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Dit rapport diende als basis voor de 49 aanwijzingsbesluiten van maart 2000.

186

wetlandrap_2001-2003-def.indd 186 07-10-2004 09:24:30 BIJLAGE 2B WATERVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Waddenzee * Schorren en Zeeburg Texel: Duinen en De Hors Vlieland Griend Terschelling: De Boschplaat Terschelling: duinen Ameland: Duinen-Oerd Engelsmanplaat Schiermonnikoog Rottumerplaat Rottumeroog Balgzand Friese waddenkust Lauwersmeer Groningse waddenkust Dollard Noordzee benoorden de Wadden Zwanenwater Voordelta

Soort 001-00 002-01 002-02 003-00 004-00 005-01 005-02 006-00 007-00 008-00 009-01 009-02 010-00 011-00 012-00 013-00 014-00 015-00 016-00 017-01

Roodkeelduiker k k Parelduiker k Dodaars Fuut b b Kuifduiker k Geoorde Fuut Aalscholver k b b b b b b b b b b Kleine Zilverreiger b b Grote Zilverreiger b Lepelaar k k k k b k b k b b b k Kleine Zwaan k k k k b Wilde Zwaan b Taigarietgans Toendrarietgans Kleine Rietgans Kolgans b b Grauwe Gans k b b b k k k b Brandgans k b b k k k k Rotgans k b b k b b b b k b k Bergeend k b k k b b b k k b k b b b Smient k b b k b b k b b Krakeend k b k b Wintertaling k b b b k k b Wilde Eend k b Pijlstaart k b b k b k k k k k b b Slobeend k b k b k b b b Krooneend Tafeleend b Kuifeend b Toppereend k k Eidereend k b b b b b b k b Zwarte Zee-eend k b Brilduiker b b Nonnetje b b Middelste Zaagbek b b b Grote Zaagbek b Zeearend Visarend b Slechtvalk b k b b b Meerkoet b Kraanvogel Scholekster k b k k b k b k k k b b Kluut k b b b k b b b k k b k k b b Bontbekplevier k b b b b b b b Bontbekplevier (winter) k b b b b b b b b b Strandplevier Goudplevier k b b k b b b Zilverplevier k b k k k k k k k b k k k k Kievit Kanoetstrandloper (canutus) k k b b k b b k Kanoetstrandloper (islandica) k k k k b k b k k k Drieteenstrandloper k b b k k b k b Krombekstrandloper k b Bonte Strandloper k k k k k k k k k k k b Kemphaan Grutto b b b Rosse Grutto (apr-okt) k b k b b b b k k k k b Rosse Grutto (nov-mrt) k k k b b b k k b b k b Wulp k b b k k k k k k k b k b b b Zwarte Ruiter k k b b k Tureluur (totanus) k b b b b b k k k k k Tureluur (robusta) k b b b k b b k k k b b Steenloper (winter Europa) k b b b b b b b b Steenloper (winter Afrika) k b b b k b b b b b b Dwergmeeuw b b Reuzenstern k Zwarte Stern k 187 * inschatting van overschrijdingen 1%-drempel

wetlandrap_2001-2003-def.indd 187 07-10-2004 09:24:31 BIJLAGE 2B WATERVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Voornes Duin Kwade Hoek Haringvliet Hollands Diep Volkerakmeer Grevelingen Oosterschelde Zoommeer Markiezaat Veerse Meer Westerschelde Saeftinghe Zwin, Het IJsselmeer incl. Friese IJsselmeerkust IJmeer Markermeer Ketelmeer Zwarte Meer Drontermeer Veluwemeer

Soort 017-03 017-04 018-00 019-00 020-00 021-00 022-00 023-00 024-00 025-00 026-01 026-02 027-00 028-00 029-02 029-03 030-00 031-00 032-00 033-00

Roodkeelduiker Parelduiker Dodaars b b Fuut b b k k b b b b b k b b b b b Kuifduiker k k k Geoorde Fuut k b Aalscholver b b k b b b b b k b k k b b b Kleine Zilverreiger k k b k b b b b b k k b b Grote Zilverreiger b Lepelaar b k k b k k k b b b b k k b b b b b Kleine Zwaan b b b b b b k b k b k k Wilde Zwaan Taigarietgans Toendrarietgans Kleine Rietgans k Kolgans b b b b b k b k Grauwe Gans b k k k b k b b k k k b b k Brandgans b k b k k k b b k k b Rotgans b k k b b b Bergeend b b b b k b b k k b Smient k b b b k b b k b k k b k b b b Krakeend k b k b b k k b b b k b k b b b Wintertaling b b b b b b b b b b b Wilde Eend b b b b b b Pijlstaart k b k b k b b b b k b b b k Slobeend b b k b k k k b b b k b b b b Krooneend b Tafeleend b k k k b k b k Kuifeend b b k b b k k k k b b Toppereend b k b k Eidereend Zwarte Zee-eend Brilduiker k k k b b b b Nonnetje b k k k b b b Middelste Zaagbek b k b k b Grote Zaagbek k b b b Zeearend Visarend b b b Slechtvalk b b k k b b b k b Meerkoet b k b b b b k b b k b b k Kraanvogel Scholekster b b k b k b Kluut b b k b b b b b k b b Bontbekplevier b b b k b b b Bontbekplevier (winter) b b b b k b Strandplevier b b b Goudplevier b b b b b Zilverplevier b b k b k b Kievit b Kanoetstrandloper (canutus) b b Kanoetstrandloper (islandica) k b k Drieteenstrandloper b b k Krombekstrandloper Bonte Strandloper b b k b k b Kemphaan k Grutto b b k b Rosse Grutto (apr-okt) b k b b Rosse Grutto (nov-mrt) b b k k Wulp b b b k k b k Zwarte Ruiter k b b b Tureluur (totanus) b b b k k b Tureluur (robusta) b b k b b Steenloper (winter Europa) k b Steenloper (winter Afrika) b b k b b Dwergmeeuw b b b Reuzenstern k k Zwarte Stern k b k k 188

wetlandrap_2001-2003-def.indd 188 07-10-2004 09:24:31 BIJLAGE 2B WATERVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Wolderwijd Gooimeer Eemmeer IJssel Gelderse Poort Neder-Rijn Waal Biesbosch Leekstermeergebied Zuidlaardermeergebied Groote Wielen Oude Venen Deelen, De Oordt's Mersken e.o., Van Sneekermeer e.o. Witte en Zwarte Brekken Oudegaasterbrekken e.o. Fluessen/Vogelhoek/Morra Rottige Meenthe Weerribben, De

Soort 034-00 035-01 035-02 036-00 037-00 038-00 039-00 040-00 041-00 042-00 043-00 044-00 045-00 046-00 047-00 048-00 049-00 050-00 051-00 052-00

Roodkeelduiker Parelduiker Dodaars Fuut b b b b b b b b Kuifduiker Geoorde Fuut Aalscholver b b b b b b b b b b b Kleine Zilverreiger b b Grote Zilverreiger b Lepelaar b k b Kleine Zwaan k b b k b k k k k b Wilde Zwaan k b Taigarietgans b Toendrarietgans b Kleine Rietgans b k k Kolgans k k k k k k k k k k k b b b b Grauwe Gans b b b k b k k b b b Brandgans b b k b k b k k b k k b Rotgans Bergeend Smient b b b k b b k k b k k k b b k b b Krakeend b b b b b k k b b Wintertaling b b b b b b Wilde Eend b b Pijlstaart b b b b b b b Slobeend b k k b b b k b k Krooneend Tafeleend k k b b b b b b b Kuifeend b b b b b b b b b Toppereend Eidereend Zwarte Zee-eend Brilduiker Nonnetje b b b b b b b b b b b b b Middelste Zaagbek Grote Zaagbek b b Zeearend Visarend b b b b b b Slechtvalk b b b b b Meerkoet b k b b b b b Kraanvogel Scholekster b Kluut Bontbekplevier Bontbekplevier (winter) Strandplevier Goudplevier b Zilverplevier Kievit b b b b b Kanoetstrandloper (canutus) Kanoetstrandloper (islandica) Drieteenstrandloper Krombekstrandloper Bonte Strandloper Kemphaan b k k k b b Grutto k b b b b b b b b b Rosse Grutto (apr-okt) Rosse Grutto (nov-mrt) Wulp b b b b b b b Zwarte Ruiter Tureluur (totanus) b Tureluur (robusta) Steenloper (winter Europa) Steenloper (winter Afrika) Dwergmeeuw Reuzenstern k Zwarte Stern 189

wetlandrap_2001-2003-def.indd 189 07-10-2004 09:24:31 BIJLAGE 2B WATERVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Wieden, De Oostvaardersplassen Lepelaarplassen Eilandspolder Zeevang Wormer- en Jisperveld Ilperveld e.o. Oostzanerveld Vechtplassen, Oostelijke Naardermeer Arkemheen Nieuwkoopse Plassen Reeuwijkse Plassen Zouweboezem Donkse Laagten Yerseke en Kapelse Moer Fochteloerveen Dwingelderveld Bargerveen Engbertsdijksvenen

Soort 053-00 054-00 055-00 056-00 057-00 058-00 059-01 059-02 060-00 061-00 062-00 063-00 064-00 065-00 066-00 068-00 069-00 070-00 071-00 072-00

Roodkeelduiker Parelduiker Dodaars Fuut b Kuifduiker Geoorde Fuut Aalscholver b k k Kleine Zilverreiger b Grote Zilverreiger k b Lepelaar k k k k Kleine Zwaan k b b k b k b b b Wilde Zwaan k b Taigarietgans b b b b Toendrarietgans k b b Kleine Rietgans b Kolgans k b b b b k k b Grauwe Gans k k b b b b Brandgans k Rotgans b Bergeend b Smient b b k b k k b b b k b Krakeend b k k k b b b b b b Wintertaling k b b b b Wilde Eend Pijlstaart b k b Slobeend k k b b b b b b b Krooneend Tafeleend b k b Kuifeend b k b Toppereend Eidereend Zwarte Zee-eend Brilduiker Nonnetje k b b Middelste Zaagbek Grote Zaagbek b Zeearend b Visarend Slechtvalk b Meerkoet b b b Kraanvogel k Scholekster Kluut k b Bontbekplevier Bontbekplevier (winter) Strandplevier Goudplevier b b Zilverplevier Kievit b b Kanoetstrandloper (canutus) Kanoetstrandloper (islandica) Drieteenstrandloper Krombekstrandloper Bonte Strandloper Kemphaan b Grutto b b b b k k b Rosse Grutto (apr-okt) Rosse Grutto (nov-mrt) Wulp b b b b Zwarte Ruiter Tureluur (totanus) Tureluur (robusta) Steenloper (winter Europa) Steenloper (winter Afrika) Dwergmeeuw Reuzenstern Zwarte Stern b 190

wetlandrap_2001-2003-def.indd 190 07-10-2004 09:24:32 BIJLAGE 2B WATERVOGELS PER GEBIED (VERVOLG)

k = kwalificerende soort b = begrenzingssoort Mariapeel en Deurnesepeel Groote Peel Strabrechtse Heide en Beuven Wilck, De Zwarte Water Oudeland van Strijen Boezems Kinderdijk Maasplassen

Soort 073-00 074-00 075-00 101-00 102-00 103-00 105-00 106-00

Roodkeelduiker Parelduiker Dodaars Fuut Kuifduiker Geoorde Fuut Aalscholver Kleine Zilverreiger Grote Zilverreiger Lepelaar Kleine Zwaan k k k Wilde Zwaan Taigarietgans b Toendrarietgans b b Kleine Rietgans Kolgans b k k Grauwe Gans k Brandgans k Rotgans Bergeend Smient b b b b Krakeend b Wintertaling Wilde Eend Pijlstaart b Slobeend b b Krooneend Tafeleend k Kuifeend Toppereend Eidereend Zwarte Zee-eend Brilduiker Nonnetje Middelste Zaagbek Grote Zaagbek Zeearend Visarend b Slechtvalk b Meerkoet b Kraanvogel k Scholekster Kluut Bontbekplevier Bontbekplevier (winter) Strandplevier Goudplevier Zilverplevier Kievit Kanoetstrandloper (canutus) Kanoetstrandloper (islandica) Drieteenstrandloper Krombekstrandloper Bonte Strandloper Kemphaan Grutto b Rosse Grutto (apr-okt) Rosse Grutto (nov-mrt) Wulp Zwarte Ruiter Tureluur (totanus) Tureluur (robusta) Steenloper (winter Europa) Steenloper (winter Afrika) Dwergmeeuw Reuzenstern Zwarte Stern 191

wetlandrap_2001-2003-def.indd 191 07-10-2004 09:24:32 BIJLAGE 3 TRENDS

Krakeend Gebied 97/98 98/99 99/00 00/01 01/02 gem trend Tabel 1 Seizoensmaxima in 1997-2002 in de belangrijkste overwinterings- Haringvliet 1.980 2.651 7.640 3.102 1.683 3.411 0 gebieden van de krakeend. De kolom gem geeft het gemiddeld Lauwersmeer 1.524 3.274 5.364 1.995 5.176 3.467 ++ maximum weer over de periode 1997-2002. De trend betreft de Oostvaardersplassen 3.720 3.338 1.520 1.190 4.845 2.923 (f) Biesbosch 963 1.195 1.911 3.186 4.271 2.305 ++ periode 1992-2002. Volkerakmeer 1.258 1.632 1.268 630 367 1.031 0

Meerkoet Gebied 97/9898/99 99/00 00/01 01/02 gem trend Tabel 2 Seizoensmaxima in 1997-2002 in de belangrijkste overwinterings- Veluwemeer 27.000 30.205 28.750 24.400 23.025 26.676 ++ gebieden van de meerkoet. De kolom gem geeft het gemiddeld Markermeer 33.082 22.763 31.594 11.390 23.670 24.500 (f) maximum weer over de periode 1997-2002. De trend betreft de Veerse Meer 14.722 10.091 18.789 16.167 15.482 15.050 0 IJsselmeer 23.650 10.390 7.676 15.433 6.903 12.810 0 periode 1992-2002. IJssel 5.880 6.338 13.127 10.568 12.687 9.720 --

Roerdomp Gebied98 99 00 01 02 gem trend Tabel 3 Aantal broedparen in 1998-2002 in de belangrijkste broedgebieden Oostvaardersplassen 29 28 43 ? 40 36 (f) van de roerdomp. De kolom gem geeft het gemiddelde aantal Wieden 19 19 22 23 23 21 ++ broedparen in 1998-2002. De trend betreft de periode 1990-2002. Ilperveld, Varkensland, Twiske 12 >6 13 11 10 12 (f) Lauwersmeer 3 12 9 8 13 9 ++ Gelderse Poort 9 9 9 >5 8 9 --

Kluut Gebied98 99 00 01 02 gem trend Tabel 4. Aantal broedparen in 1998-2002 in de belangrijkste broedgebieden Friese Waddenkust 1559 1994 1466 1351 1212 1516 - van de kluut. De kolom gem geeft het gemiddelde aantal broedparen Groninger Waddenkust 1031 1416 1160 747 850 1041 (-) in 1998-2002. De trend betreft de periode 1990-2002. Dollard 212 727 1317 537 1094 777 ++ Balgzand 111 252 132 300 479 255 (f) kust Wieringen 150 295 242 120 154 192 (f)

Velduil Gebied98 99 00 01 02 gem trend Tabel 5 Aantal broedparen in 1998-2002 in de belangrijkste broedgebieden

Texel, duinen 14 12 7 7 8 310 (f) van de velduil. De kolom gem geeft het gemiddelde aantal Ameland, duinen 13 7 5 3 2 6 -- broedparen in 1998-2002. De trend betreft de periode 1990-2002. Terschelling, duinen 2 0 8 5 3 4 (f) Terschelling, Boschplaat 2 3 4 2 4 3 (f) Groninger Waddenkust 2 2 1 ? 0 1 x

192

wetlandrap_2001-2003-def.indd 192 07-10-2004 09:24:32 BIJLAGE 3A TRENDS BROEDVOGELS

Gebied Aalscholver Blauwe Kiekendief Bontbekplevier Bruine Kiekendief Dwergstern Eider Geoorde Fuut Grauwe Kiekendief Grauwe Klauwier Grote Karekiet Grote Stern Grote Zilverreiger IJsvogel Kemphaan Kleine Mantelmeeuw Kluut Kwartelkoning Lepelaar

116 kust Wieringen (f) 201 Texel-De Schorren 0 202 Texel-duinen 0 0 ++ + ++ ++ 308 Vlieland-duinen ++ (f) + x ++ ++ 309 Vlieland-wadden 400 Griend 0 501 Terschelling-De Boschplaat (f) 0 ++ 502 Terschelling-duinen - (f) 0 608 Ameland-duinen -- (+) -- -- 609 Ameland-wadden (f) 808 Schiermonnikoog-duinen + x x 809 Schiermonnikoog-wadden (f) (f) ++ ++ 901 Rottumerplaat ++ (f) ++ 902 Rottumeroog (f) ++ 1000 Balgzand (f) 1100 Friese Waddenkust - 1200 Lauwersmeer -- (f) -- (f) 1300 Groninger Waddenkust (-) 1400 Dollard 0 ++ 1600 Zwanenwater ++ (f) ++ 1703 Voornes Duin x (f) ++ 1800 Haringvliet (f) 0 ++ ++ 2000 Volkerakmeer 0 -- ++ 0 2100 Grevelingen - + (f) (f) 0 2200 Oosterschelde 0 (f) ++ + 2300 Zoommeer (incl. kanaal) -- -- 2400 Markiezaat -- 2500 Veerse Meer ++ ++ 2608 Westerschelde (excl. Saeftinge) (f) (f) ++ ++ 0 2609 Verdronken Land van Saeftinghe (f) 2800 IJsselmeer (incl. Friese IJsselmeerkust) ++ 0 0 -- 2900 Markermeer (excl. IJmeer) 3000 Ketelmeer & Vossemeer 0 3100 Zwarte Meer 3200 Drontermeer 0 3300 Veluwemeer -- 3500 Gooimeer (oude landzijde) & Eemmeer 3600 IJssel (f) (f) ++ 3700 Gelderse Poort 0 -- ++ ++ 3800 Nederrijn: Heteren - Wijk bij Duurstede (f) ++ 3900 Waal: Nijmegen - Waardenburg ++ 4000 Biesbosch + - (f) 4100 Leekstermeergebied (f) 4200 Zuidlaardermeergebied 4300 Groote Wielen -- 4400 Oude Venen (+) 0 (f) 4500 De Deelen -- 4600 Van Oordt's Mersken 4700 Sneekermeer e.o. x -- 5000 Fluessen, Vogelhoek en Morra 5200 Weerribben 5300 Wieden 0 ++ x 5400 Oostvaardersplassen - -- 0 ++ (f) 5500 Lepelaarplassen -- ++ 5800 Wormer- en Jisperveld (f) 5901 Ilperveld, Varkensland & Twiske 0 -- 6000 Oostelijke Vechtplassen 0 (f) 6100 Naardermeer - 6300 Nieuwkoopse Plassen 6500 Zouweboezem 6900 Fochtelooerveen 7100 Bargerveen (f) 0 7300 Mariapeel & Deurnese Peel 193 7400 Groote Peel 10200 Zwarte Water x ++ 10500 Boezems van Kinderdijk Totaal 0 -- (f) (f) + (f) ++ (f) (f) -- + (f) ++ -- ++ - ++ +

++ sterke toename (-) geringe afname + matige toename - matige afname (+) geringe toename -- sterke afname 0 stabiel (f) fluctuerend x steekproef te klein

wetlandrap_2001-2003-def.indd 193 07-10-2004 09:24:33 BIJLAGE 3A TRENDS BROEDVOGELS (VERVOLG)

Gebied Nachtzwaluw Noordse Stern Oeverzwaluw Paapje Porseleinhoen Purperreiger Roerdomp Strandplevier Tapuit Velduil Visdief Woudaapje Zwarte Stern Zwartkopmeeuw

116 kust Wieringen (f) 201 Texel-De Schorren 202 Texel-duinen x (f) 308 Vlieland-duinen (f) x 309 Vlieland-wadden ++ 400 Griend (f) 0 501 Terschelling-De Boschplaat (f) 502 Terschelling-duinen x (f) x (f) 608 Ameland-duinen ++ x -- 609 Ameland-wadden (f) 808 Schiermonnikoog-duinen (f) -- 809 Schiermonnikoog-wadden (f) (f) ++ 901 Rottumerplaat (f) (f) 902 Rottumeroog (f) 1000 Balgzand (f) 1100 Friese Waddenkust (f) -- 1200 Lauwersmeer -- (f) (f) ++ 1300 Groninger Waddenkust ++ 0 1400 Dollard 1600 Zwanenwater (f) 1703 Voornes Duin 1800 Haringvliet ++ ++ ++ 2000 Volkerakmeer -- (f) 2100 Grevelingen 0 0 (f) 2200 Oosterschelde + 2300 Zoommeer (incl. kanaal) (f) -- (f) 2400 Markiezaat 2500 Veerse Meer 2608 Westerschelde (excl. Saeftinge) 0 + ++ 2609 Verdronken Land van Saeftinghe -- (f) (f) 2800 IJsselmeer (incl. Friese IJsselmeerkust) (f) x 2900 Markermeer (excl. IJmeer) (f) 3000 Ketelmeer & Vossemeer x (f) 3100 Zwarte Meer (f) -- - 3200 Drontermeer 0 3300 Veluwemeer 3500 Gooimeer (oude landzijde) & Eemmeer - 3600 IJssel x ++ 3700 Gelderse Poort (+) (f) -- 0 3800 Nederrijn: Heteren - Wijk bij Duurstede x (f) 3900 Waal: Nijmegen - Waardenburg x 4000 Biesbosch ++ 4100 Leekstermeergebied x 4200 Zuidlaardermeergebied (f) (f) 4300 Groote Wielen x 4400 Oude Venen x (f) (f) (f) 4500 De Deelen (f) 4600 Van Oordt's Mersken (f) 4700 Sneekermeer e.o. x 5000 Fluessen, Vogelhoek en Morra x 5200 Weerribben -- (f) -- (f) 5300 Wieden x ++ ++ ++ 0 5400 Oostvaardersplassen (f) (f) 5500 Lepelaarplassen 5800 Wormer- en Jisperveld ++ 5901 Ilperveld, Varkensland & Twiske (f) -- 6000 Oostelijke Vechtplassen x (f) x (f) - 6100 Naardermeer 0 ++ 6300 Nieuwkoopse Plassen 0 -- (f) (f) 6500 Zouweboezem ++ ++ + 6900 Fochtelooerveen (f) 7100 Bargerveen ++ (f) (f) 194 7300 Mariapeel & Deurnese Peel (f) 7400 Groote Peel (f) 10200 Zwarte Water x x (f) 10500 Boezems van Kinderdijk 0 ++ Totaal + + + - + + + ------+ (f) 0 ++

++ sterke toename (-) geringe afname + matige toename - matige afname (+) geringe toename -- sterke afname 0 stabiel (f) fluctuerend x steekproef te klein

wetlandrap_2001-2003-def.indd 194 07-10-2004 09:24:34 BIJLAGE 3B TRENDS NIET-BROEDVOGELS

Gebied Dodaars Fuut Aalscholver Bergeend Smient Krakeend Wintertaling Wilde Eend Pijlstaart Slobeend Tafeleend Kuifeend Topper Eider Brilduiker Nonnetje Middelste Zaagbek Grote Zaagbek

1 Waddenzee + 0 0 x + f f f 0 - 3 Grevelingen f f - + f f 0 f f f 0 4 Oosterschelde + 0 + + + f + f f 5 Veerse Meer f f - f f f f f f 6 Westerschelde f + + f + f f f 7 Voordelta f 0 0 f f f + - f f 8 Gelderse Poort 0 0 0 f 0 f 0 f - 9 IJssel 0 0 + + f 0 + 0 f f f f 10 Zwarte Water f f f 12 Nederrijn: Heteren - Wijk bij Duurstede f 0 0 f f 0 f 0 f 16 Waal: Nijmegen - Waardenburg f f 0 + f 0 - f - 23 IJsselmeer 0 f f f f f f f f - 0 - f f f 24 Markermeer - f f f f - 0 - f f f 25 Zwarte Meer f 0 f f f f - - f 26 Ketelmeer en Vossemeer 0 0 + f f - f f f 27 Drontermeer f f f f f 28 Veluwemeer 0 f f + f f + + + - 29 Wolderwijd en Nuldernauw 0 f f + f - + + f 31 Eemmeer f f f f - f + f 32 Gooimeer - f - f f - - f 34 Hollands Diep f 0 - - 35 Haringvliet 0 0 + + 0 + 0 x x 0 x 36 Volkerakmeer f - 0 0 0 0 - - f f - - 37 Zoommeer 0 x x 0 + f x + - 38 Markiezaat x f 0 x 0 f f + 39 Lauwersmeer 0 0 0 f + + 0 f + - f f f 40 Zuidlaardermeergebied x 41 Leekstermeergebied - 42 Sneekermeer e.o. x - x x f x 43 Zwarte- en Witte Brekken x - x x x x 48 Fluessen/Vogelhoek/Morra x f 49 Oudegaasterbrekken - f 51 Groote Wielen - 52 Oude Venen f - x 0 f - 0 - 53 De Deelen x - 55 De Wieden f f f x f f - f 56 Oostvaardersplassen f f f f f f + f f f 57 Lepelaarplassen x + x x f x 58 Oostelijke Vechtplassen f x x f f 59 Wormer- en Jisperveld 0 f 60 Reeuwijkse Plassen f f f 61 Biesbosch - - 0 + f f f - 0 f - 62 Van Oordt's Mersken x 65 Eilandspolder 0 x 66 Ilperveld, Varkensland en Twiske 0 + f 68 De Wilck + 72 Oude Land van Strijen + 74 Fochteloërveen x x 75 Dwingelderveld x x 195 totaal f - + + 0 + + 0 f + - 0 - 0 0 f 0 f

++ sterke toename (-) geringe afname + matige toename - matige afname (+) geringe toename -- sterke afname 0 stabiel (f) fluctuerend x steekproef te klein

wetlandrap_2001-2003-def.indd 195 07-10-2004 09:24:34 BIJLAGE 3B TRENDS NIET-BROEDVOGELS(VERVOLG)

Gebied Meerkoet Scholekster Kluut Bontbekplevier Goudplevier Zilverplevier Kievit Kanoet Drieteenstrandloper Bonte Strandloper Grutto Rosse Grutto Wulp Zwarte Ruiter Tureluur Steenloper

1 Waddenzee - 0 f f 0 - + + x + 0 0 0 f 3 Grevelingen f 0 0 f f f f f + 0 f 4 Oosterschelde f - + 0 + 0 + + 0 0 + 0 0 0 5 Veerse Meer 0 f + 6 Westerschelde 0 0 0 + - f + 0 + 0 0 + 0 7 Voordelta 0 0 f 0 + f 0 + 0 0 8 Gelderse Poort 0 - f f 9 IJssel - 0 - f + + 10 Zwarte Water - f 12 Nederrijn: Heteren - Wijk bij Duurstede - - f f 16 Waal: Nijmegen - Waardenburg - - f f 23 IJsselmeer 0 f f f + 24 Markermeer f 25 Zwarte Meer f 26 Ketelmeer en Vossemeer f f 27 Drontermeer 28 Veluwemeer + 29 Wolderwijd en Nuldernauw + 31 Eemmeer f 32 Gooimeer f 34 Hollands Diep 35 Haringvliet x f f f f f 36 Volkerakmeer - 0 f f 0 f 37 Zoommeer x x - f f 38 Markiezaat - 0 x x x 0 39 Lauwersmeer 0 f + f f f f f 40 Zuidlaardermeergebied 41 Leekstermeergebied 42 Sneekermeer e.o. f x x x x 43 Zwarte- en Witte Brekken x 48 Fluessen/Vogelhoek/Morra 49 Oudegaasterbrekken x 51 Groote Wielen x 52 Oude Venen x - 53 De Deelen 55 De Wieden 56 Oostvaardersplassen f - 57 Lepelaarplassen x x 58 Oostelijke Vechtplassen x 59 Wormer- en Jisperveld + f 60 Reeuwijkse Plassen 61 Biesbosch f - 62 Van Oordt's Mersken 65 Eilandspolder 0 x x 66 Ilperveld, Varkensland en Twiske - x f 68 De Wilck 72 Oude Land van Strijen 74 Fochteloërveen 196 75 Dwingelderveld totaal 0 - 0 0 + 0 0 - + + 0 + 0 0 0 0

++ sterke toename (-) geringe afname + matige toename - matige afname (+) geringe toename -- sterke afname 0 stabiel (f) fluctuerend x steekproef te klein

wetlandrap_2001-2003-def.indd 196 07-10-2004 09:24:34 BIJLAGE 4 WETLANDWACHTEN

Het netwerk van WetlandWachten bestaat in het jaar 2003 uit 80 vrijwilligers. De meeste van hen zijn ook actief bin- nen een lokale of regionale vogelwerkgroep. Van de 79 wetlands zijn dertien gebieden niet onder de hoede van een WetlandWacht. Sommige gebieden zijn zo groot dat meerder WetlandWachten nodig zijn om het gebied te kunnen dekken (o.a. Westerschelde, IJsselmeer, Waal). Hieronder – in alfabetische volgorde – staat een overzicht van de WetlandWachten die voor Vogelbescherming Nederland actief zijn. Achter hun naam zijn het betreffende wetland (nummer) en de naam van de (vogel) werkgroep waarbij ze actief zijn toegevoegd.

Oscar Alexander; Oudegaasterbrekken (49); Fryske Feriening foar Fjildbiology Jan Andeweg; Donkse Laagten (66); Natuur- en Vogelwacht Alblasserwaard Hans van Berkel; Bargerveen (71) Jan Beverwijk en Yvonne Rabe; Ketelmeer (30) en Vossemeer en Zwarte Meer (31); VWG van de vereniging voor natuurstudie en bescherming IJsseldelta. Hans de Boer; de Waal noordoever (39) Paul Boeren; Voordelta (Westplaat/Oostvoornse Meer) (17); KNNV-VWG Voorne-Putten Louis Boersma; Zaanstreek/Waterland, Varkensland en Ilperveld (59); IVN Waterland Anton Bun; Westerschelde, westelijk deel (Zwin Breskens) (26) en Het Zwin (27); VWG ‘t Duumpje Bart Jan Prak & André Boven; Dollard (14); Avifauna Groningen VWG IVN Oldambt Roland-Jan Buijs; Zoommeer (23) en Markiezaat (24); VWG Bergen op Zoom Truus van der Chijs; Zwanenwater (16); ‘Tringa’ VWG Schagen e.o. Ton Eggenhuizen; Oostvaardersplassen (54); Stichting Vogel- en Natuurwacht Zuid-Flevoland Herman Feenstra; Fochteloërveen en Esmeer (69); Vogelwerkgroep Ravenswoud e.o / Fryske Feriening foar Fjildbiology. Edie Folkersma; Westerschelde, kust tussen Breskens en Terneuzen (26) Albert Fopma; IJssel, Arnhem-Deventer (36) Gerrit Gerritsen; IJssel, Deventer-Ketelmeer (36); VWG KNNV Zwolle Rob Haan; Dordtse Biesbosch (40); Natuur- en Vogelwacht Dordrecht Trinus Haitjema; IJsselmeer, Steile Bank (28); Fryske Feriening foar Fjildbiology Piet van Happen; Strabrechtse Heide en Beuven (75); VWG De Kempen Herman Hazelhorst; Engbertsdijksvenen (72) Adrie van der Heiden; Haringvliet, noordwestelijk deel tussen Haringvlietsluizen en Spui (18); KNNV-VWG Voorne-Putten Jan Hendriksma; Witte en Zwarte Brekken (48); Fryske Feriening foar Fjildbiology Antoon van den Heuvel; Waal: Ewijk-Waardenburg (39) Paul van Hoek; Nieuwkoopse Plassen (63); VWG IVN Nieuwkoop/Noorden Gerrit Hof; Rottige Meenthe en Brandemeer (51); Vogelwerkgroep Brandemeer/ Fryske Feriening foar Fjildbiology Peter Hoppenbrouwers; de Waal oost (39); VWG Rijk van Nijmegen e.o. Ep van Hijum; IJsselmeer, Mokkebank/Bocht van Molkwar (28); Fryske Feriening foar Fjildbiology Ron van der Hut; Zaanstreek/Waterland, Oostzanerveld en Twiske (59); Vogelbeschermingswacht “Zaanstreek” Jan de Jong; Ameland (6); Vogelwacht Nes/Buren Jelle de Jong; Arkemheen (62); IVN Vogelwerkgroep Nijkerk Jan Jonker; Van Oordt’s Mersken (46); Vereniging voor Natuurbescherming Gorredijk e.o. Dick Jonkers; Gooimeer en Eemmeer, Gooise zijde (35); VWG Gooi e.o. Giny Kasemir en Date Lutterop; Rottumeroog en Rottumerplaat (9); VWG KNNV Groningen Romke Kleefstra; De Deelen (45); Fryske Feriening faoar Fjildbiology 197 Joop Kleine; Dwingelderveld (70); Werkgroep Avifauna Drenthe Rob Kraayeveld; De Wilck (101); VWG Koudekerk/Hazerswoude e.o.

wetlandrap_2001-2003-def.indd 197 07-10-2004 09:24:34 Gerrit Krottje; Groote Wielen (43); Wielenwerkgroep Robert Kuipers; Friese Waddenkust (11); Wadvogelwerkgroep van Fryske Feriening foar Fjildbiology Yde Kuipers; Fluessen, Vogelhoek en Morra (50); Fryske Feriening foar Fjildbiology Aart Lagerwerf; Rijn: Heteren-Amerongen (38); KNNV Vogelwerkgroep Wageningen e.o. Mardik Leopold; Noordzee benoorden de Wadden (15) Jean Maebe en Walter van Kerkhove; Verdronken Land van Saeftinghe (26); VWG De Stelkluut Frank Majoor; Oude Rijnstrangen (Gelderse Poort) (37); VWG Arnhem e.o. Tjeerd van der Meer; de Wieden (53); VWG van de Natuurvereniging “de Noordwesthoek” e.o. Steenwijkerland. afd KNNV Cees Mesker; Oudeland van Strijen (103); VWG Hoekse Waard Gé Meijnen; Oosterschelde (kust Tholen) (22); Natuurvereniging Tholen Michiel Muller; Vlieland (3); Vogeltelgroep Vlieland Boena van Noorden; Mariapeel en Deurnese Peel (73) en Groote Peel (74); VWG De Peel/Werkgroep Behoud de Peel Huub Oome; Biesbosch, Brabantse Biesbosch (40); Werkgroep Behoud de Biesbosch Gerard Ouweneel; Haringvliet, noordoostelijk deel: Spui tot Hollandsch Diep (18) en Hollandsch Diep, noordelijk deel (19) Wim Penning; Schiermonnikoog (8) Henk Plat; De Weerribben (52); werkgroep Weerribben Jelle Postma; Groningse Waddenkust, westelijk deel (13); Avifauna Groningen Ben Pronk; Polder de Zeevang (57); VWG KNNV Hoorn Nicole Reneerkens; Maasplassen (106); Vogelstudiegroep van het Natuurhistorisch Genootschap Limburg en Vogelwacht Limburg Rob Rieder; Sneekermeergebied, Sneekermeer en Goingarijpsterpoelen (47) Julius Röntgen; Voordelta, Voornes Duin (17); KNNV-VWG Voorne-Putten Peter Paul Schets; Reeuwijkse Plassen (64); IVN IJssel en Gouwe Jaap Schröder; Drontermeer, veluwezijde (32) en Veluwemeer, veluwezijde (33) en Wolderwijd, Nuldernauw en Nijkerkernauw, veluwezijde (34); Vogelbeschermingswacht Noord-Veluwe Niels de Schipper; Yerseke en Kapelse Moer (68); KNNV-VWG De Bevelanden Herman Sips; Leekstermeer (41); Avifauna Drenthe Petra Sloof; Oosterschelde incl. Inlagen, kust Noord-Beveland incl. inlagen (22); KNNV-VWG De Bevelanden Harry Smit; Engelsmanplaat (7); Telgroep Engelsmanplaat Piet Spoorenberg; Oostelijke Vechtplassen (60); VWG Gooi- en Omstreken Ilse Steinhäuser; Lepelaarplassen (55); Stichting Vogel- en Natuurwacht Zuid-Flevoland Krijn Tanis; Voordelta (Kwade Hoek) (17); VWG van Ver. voor Natuur- en Landschapsbescherming Goeree-Overflakkee Wim Tijsen; Balgzand, inclusief Waddenkust Wieringen (10); VWG Wierhaven en Stichting Landschapszorg Wieringen Dick Veenendaal; Groningse Waddenkust, oostelijk deel (13); Avifauna Groningen Nico Vens; Wormer- en Jisperveld (58); Vogelbeschermingswacht Zaanstreek Michiel Versluys; IJsselmeer, Makkumer- en Kooiwaard (28) en Workumerwaard (28); Fryske Feriening foar Fjildbiology Wim de Wilde; Westerschelde, noordelijk deel tussen het Sloegebied en grens België (26); KNNV-VWG De Bevelanden Frank Willems; Ooijpolder (Gelderse Poort) (37); VWG Rijk van Nijmegen e.o. Wim Wisse; Westerschelde, kust Oost Zeeuws Vlaanderen (26); VWG De Steltkluut Theo de Wit; Eilandspolder (56); IVN Waterland Giel Witte; Texel (2); VWG Texel Piet Zumkehr; Terschelling (5); Natuurvereniging Terschelling

198

wetlandrap_2001-2003-def.indd 198 07-10-2004 09:24:36 Colofon Fotografie Foto Natura: (pag 23, lepelaar), C. Casteleins Uitgave (pag 167, Strabrechtse Heide), Jan Castricum (pag 14, Vogelbescherming Nederland, 2004 wadlopen), Frits van Daalen (achterzijde omslag, grote stern; pag 15, oeverloper; pag 36, bonte strandlopers), Tekst Do van Dijck (pag 6, zwarte ruiter), Danny Ellinger Vogelbescherming Nederland: Floris van (pag 44, zwarte stern; pag 53, scholeksters; pag 170, Kuijk (hoofdstuk 1 en 2), Eduard Osieck (hoofd- smient), Philip Friskorn (pag 75, rotganzen; pag 139, stuk 3), Bernd de Bruijn (hoofdstuk 4), SOVON De Weerribben), Fred Hazelhof (pag 129, brandganzen; Vogelonderzoek Nederland: Fred Hustings (hoofdstuk pag 155, Arkemheen; pag 158, polderlandschap), Wim 5), WetlandWachten, Floris van Kuijk, Toon Voets Hendriks (pag 21, jetski), Roel Hoeve (pag 101, wind- (hoofdstuk 6) molens), Gerard de Hoog (pag 77, slechtvalk; pag 123, blauwborst), Wim Klomp (pag 41, roerdomp; pag 48, Redactie vogeltellers), J. van der Knokke (pag 142, kanovaren), Pien Eekhout, Floris van Kuijk, Toon Voets Franz Kovacs (pag 163, grauwe klauwier), Mike Lane (pag 59, kleine zilverreiger), Rene van der Meer (pag Eindredactie 103, IJsselmeer; pag 178, Groote Peel), Wil Meinderts René de Vos (pag 127, grutto; pag 132, rietganzen), Bert Muller (pag 43, rietcultuur; pag 71, wandelaars; pag 125, surfen), Vormgeving Piet Munsterman (pag 105, toppereenden), Klaus Nigge Edwin van de Laar Grafisch Ontwerpburo (pag 162, kraanvogels), Dietmar Nill (voorzijde omslag, geoorde fuut), Flip de Nooyer (voorzijde omslag, Illustraties Dwingelderveld; pag 20, schelpdiervisserij; pag 65, Elwin van der Kolk Vlieland; pag 160, Bargerveen; pag 200, scholeksters), Andrew Sanders (pag 167, ballonvaart), Hans Schouten Druk (pag 51, velduil; pag 89, bergeenden), Ben Schrieken Koninklijke Drukkerij C.C. Callenbach BV (pag 80, schelpdiervisserij), Huub Smeding (pag 12, Waal; pag 28, Waal; pag 121, Waal), Karel Tomei Papier (pag 18, nieuwbouw), Peter Verwoerd (pag 84, Kwade Reviva Mega Mat Hoek), Wim Weenink (pag 99, grote zaagbek), Hugo Willocx (pag 31, noordse woelmuis), Roger Wilmshurst Oplage (pag 113, ijsvogel; pag 173, bonte strandloper), W. 1500 Wisniewski (pag 114, wilde zwaan), Theo de Witte (pag 135, Sneekermeer), Martin Woike (pag 144, baardman), Dit rapport kan als volgt worden geciteerd: Gertjan de Zoete (pag 86, Goeree-Overflakke) Van Kuijk, F.V.C. & A.G.M. Voets (red.) 2004. Foto KINA: Paul van Gaalen (pag 149, ture- Nederlandse Wetlands: Vogel- en natuurbescherming luur), Hans Galder (pag 117, Gelderse Poort), B. 2001-2003. Vogelbescherming Nederland, Zeist Klazenga (pag 25, natuurontwikkeling; pag 91, wulp; pag 95, grauwe gans), Natuurmonumenten (pag 152, © 2004 Vogelbescherming Nederland, Zeist Naardermeer), Stoelwinder (pag 107, jachthaven; pag Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd 119, landbouw), Henk Wijnja (pag 97, Verdronken Land en/of vermenigvuldigd door middel van druk, fotokopie, van Saeftinghe) microfilm of welke andere wijze ook, zonder voorafgaan- F. van Kuijk (pag 68, De Boschplaat) de schriftelijke toestemming van de uitgever. 201 ISSN 1568-7538

wetlandrap_2001-2003-def.indd 201 14-10-2004 13:07:17 Proceskleur Cyaan Proceskleur Magenta Proceskleur Geel Proceskleur Zwart PANTONE Process Black CV PANTONE 300 CV 9 15 8 6 7 5 12 13 11 14 3 43 4 41 1 44 42 46 2 47 45 49 69 10 50 48 51 16 70 28 52 53 71 31 56 30 57 58 29 59 54 32 102 72 55 33 36 35 61 34 60 62 101 63 64 65 38 105 66 39 37

1721 18 103 40 19 22 20 25 68 23 24 73 26 75 27 74

106

Ligging wetlands

Kust Meren, moerassen en graslanden 1 Waddenzee 41 Leekstermeer 2 Texel 42 Zuidlaardermeergebied 3 Vlieland 43 Groote Wielen 4 Griend 44 Oude Venen 5 Terschelling 45 De Deelen 6 Ameland 46 Van Oordt’s Mersken 7 Engelsmanplaat 47 Sneekermeer / Terkaplesterpoelen 8 Schiermonnikoog 48 Witte en Zwarte Brekken / Oudhof 9 Rottumeroog en Rottumerplaat 49 Oudegaasterbrekken 10 Balgzand 50 Fluessen, Vogelhoek en Morra 11 Friese Waddenkust 51 Rottige Meenthe en Brandemeer 12 Lauwersmeer 52 De Weerribben 13 Groningse Waddenkust 53 De Wieden 14 Dollard 54 Oostvaardersplassen 15 Noordzee benoorden de Wadden 55 Lepelaarplassen 16 Zwanenwater 56 Eilandspolder 17 Voordelta / Voornes Duin 57 Zeevang 18 Haringvliet 58 Wormer- en Jisperveld 19 Hollands Diep 59 Zaanstreek / Waterland 20 Volkerakmeer 60 Oostelijke Vechtplassen 21 Grevelingen 61 Naardermeer 22 Oosterschelde, inclusief inlagen 62 Arkemheen 23 Zoommeer 63 Nieuwkoopse Plassen 24 Markiezaat 64 Reeuwijkse Plassen 25 Veerse Meer 65 Zouweboezem 26 Westerschelde en Saeftinghe 66 Donkse Laagten 27 Het Zwin 68 Yerseke en Kapelse Moer 101 De Wilck IJsselmeergebied 103 Oudeland van Strijen 28 IJsselmeer 105 Boezems Kinderdijk 29 Markermeer 30 Ketelmeer Venen en vennen 31 Zwarte Meer 69 Fochteloërveen en Esmeer 32 Drontermeer 70 Dwingelderveld 33 Veluwemeer 71 Bargerveen 34 Wolderwijd en Nuldernauw 72 Engbertsdijksvenen 35 Gooimeer en Eemmeer 73 Mariapeel en Deurnese Peel 74 Groote Peel Rivierengebied 75 Strabrechtse Heide en Beuven 36 IJssel: Deventer-Ketelmeer 37 Gelderse Poort 38 Rijn: Heteren-Amerongen 39 Waal: Ewijk-Waardenburg 40 Biesbosch 102 Zwarte Water 106 Maasplassen

omslag_wetlands_2001-2003.indd 1 07-10-2004 00:07:59 9 8 6 7 5

3 4 1 2

Vogelbescherming Nederland zet zich in voor vogels en hun leefgebieden. Vogels zijn een goede graadmeter voor de kwaliteit van natuur en milieu. Handhaving van hun soortenrijkdom onder natuurlijke leefomstandig- heden is een essentiële voorwaarde voor het behoud van de biodiversiteit op aarde. Samenwerking is de sleutel tot succesvolle bescherming. Op regionaal, Postbus 925 nationaal en internationaal niveau werkt Vogelbescherming Nederland 3700 AX Zeist samen met collega-organisaties, overheden en vele vrijwilligers. tel 030 693 77 00 Vogelbescherming Nederland is Partner van BirdLife International, fax 030 691 88 44 wereldwijd actief voor vogels en natuur. www.vogelbescherming.nl [email protected]

omslag_wetlands_2001-2003.indd 1 07-10-2004 00:07:59