PREMIUM Het elftal van 1983. Met naast trainer . Bovenste rij, vlnr; Ton de Kruyk, Jan van de Akker, Jan-Willem van Ede, Jan Stroomberg, Gerard van der Lem en . Middelste rij, vlnr: Gerard van der Bildt (masseur/verzorger), Rob de Wit, Herman Verrips, , Gerard Tervoort en Herman Ockhuysen. Onderste rij, vlnr , Koos van Tamelen, Wim Flight, Barry Hughes (trainer), Gert Kruys, en . © ANP Hoe Gert Kruys de onvoorwaardelijke liefde voor het voetbal erfde van zijn vader

Journalist en antropoloog Hugo Verkley (34) schreef het jubileumboek 50 jaar FC Utrecht, 50 verhalen uit het hart. Een voorpublicatie.

Ard Schouten 25-07-20, 15:00

De opgestoken duim van zijn vader bij de lift. Het is een beeld dat Gert Kruys nooit zal vergeten. Op 7 november in 1991 nam Kruys (1961) afscheid van zijn vader in het verpleeghuis Albert van Koningsbruggen, naast park Transwijk. Vader Kruys zou drie dagen later 64 worden, maar zover kwam het niet. In de auto onderweg naar huis werd zoon Gert gebeld. Zijn vader was overleden.

Vader was fan van DOS en bij een zeldzame overwinning van de geel-zwarten aten ze bij het avondeten gele vla met zwarte pruimen Het was zijn vader die Kruys de liefde voor het voetbal meegaf. Hij was fan van DOS en bij een zeldzame overwinning van de geel-zwarten aten ze bij het avondeten gele vla met zwarte pruimen. Daarbovenop een toefje slagroom. Vanaf zijn 5de werd Kruys door zijn vader meegenomen naar het stadion. Voor de wedstrijd kwamen de vrienden van zijn vader bij hen thuis langs in de Utrechtse wijk Pijlsweerd. De mannen dronken een borreltje, legden een kaartje, stapten in de auto en reden naar het stadion.

Jongensdroom Kruys raakte erdoor betoverd en droomde sindsdien van maar één ding: profvoetballer worden. Na het ontstaan van FC Utrecht in 1970 werd dat de club van de familie Kruys. Als kleine Gert niet in het stadion te vinden was, speelde hij met zijn vrienden in het Noordse park. Uren rende hij achter de bal aan met jongens als Ben Rietveld en Ton de Kruijk, later spelers van de hoofdmacht van FC Utrecht.

Kruys groeide uit tot een van de sterren van het park. Een frivole en behendige middenvelder. Ook bij voetbalclub Utrechtse Boys imponeerde hij. Op zijn 15de stond hij er in het eerste elftal. Een jaar later viel er een brief op de deurmat. Kruys werd uitgenodigd om een testwedstrijd te komen spelen bij FC Utrecht. Hij kon zijn geluk niet op. Voor de eerste keer mocht hij het tenue van de club aantrekken en in 1977 aansluiten bij het tweede elftal. Het werd een succes, want met de aanstormende talenten werd het kampioenschap behaald. In huize Kruys werd de titel gevierd. De pick-up stond aan, moeder zorgde voor hapjes. Net als zijn vader stond ook zij iedere dag voor Gert klaar. Als haar zoon uit school kwam, zorgde zij ervoor dat hij voor de training een warme maaltijd kon nuttigen. Daarna kookte ze opnieuw, nu voor haar man en dochter, vier jaar ouder dan Gert.

Gert Kruys werkt als ambassadeur voor de club waar hij nooit trainer werd, maar wel zijn jongensdroom zag uitkomen om prof te worden. © Foto Ruud Voest Altijd positief blijven Jan Wouters werd opgeroepen voor het Nederlands elftal, Kruys zou de volgende moeten zijn. Totdat hij in december 1984 tijdens een training zwaar gebles- seerd raakte. De droom van Kruys kwam uit: begin jaren tachtig groeide hij uit tot basisspeler van de hoofdmacht van FC Utrecht. Samen met Jan Wouters en Frans Adelaar vormde Kruys het misschien wel meest talentvolle middenveld dat FC Utrecht ooit heeft gehad. Een mooie carrière lag in het verschiet. Wouters werd opgeroepen voor het Nederlands elftal, Kruys zou de volgende moeten zijn. Totdat hij in december 1984 tijdens een training zwaar geblesseerd raakte. Na een duel met Adelaar bleef zijn been staan op het stroeve kunstgras waarop ze trainden. Kruys brak zijn scheenbeen, kuit en enkel op drie plaatsen. Hij keerde terug op het veld, maar zijn oude niveau haalde hij nooit meer. Uiteindelijk liet hij zich afkeuren, amper 27 jaar oud.

Waar hij droomde van een lange carrière en een heldenafscheid op de schouders in een vol stadion, kreeg hij ergens achteraf een bosje bloemen en twee cadeaubonnen van 25 gulden. Kruys was klaar met de voetbalwereld en wilde er even niets meer mee te maken hebben. Hij had het er moeilijk mee dat hij niet meer kon doen wat hij het mooiste vond. Via zijn zwager werd hij taxichauffeur. Hij reed heel Utrecht rond, genoot van het contact met de passagiers, maar was soms ook somber. Toch bleef hij niet lang terneergeslagen. Van huis uit kreeg hij mee altijd positief te blijven. ‘Het is nooit zo donker of het wordt weer licht’, zeiden ze thuis. De duim van zijn vader.

Cirkel is rond In 2013 overleed ook zijn moeder. Nu is Kruys opa van drie kleinkinderen, die ook fan zijn van FC Utrecht. Hij is trots op hen, net als hij dat is op zijn zoon en dochter. Zoon Rick (1985) speelde ook in het eerste van FC Utrecht en is er nu assistent- trainer. Kruys werd nooit trainer van ‘zijn’ club, in tegenstelling tot Adelaar en Wouters. Wel is hij momenteel 35 uur per week werkzaam voor de club, als ambassadeur. Daarnaast is hij voor RTV Utrecht analyticus en co-commentator rond de wedstrijden van het eerste, runt een eigen voetbalschool en is in het seizoen 2020/2021 trainer van de Utrechtse amateurs van DHSC. Die club ontstond in 2007 na een fusie van de amateurs van DOS, Holland en Stichtse Boys. Voor die laatste club speelde vader Kruys ooit een blauwe maandag. De cirkel is rond, vindt Kruys. Het liefst zou hij het willen delen met zijn ouders, aan wie hij nog iedere dag denkt. Hij hoopt dat ze trots op hem zijn.

Journalist Hugo Verkley. © Foto Ruud Voest ‘Iedereen heeft constant iets te zeuren, maar kom niet aan hun cluppie’ Journalist en antropoloog Hugo Verkley (34), woonachtig in Utrecht, schreef 50 jaar FC Utrecht, 50 verhalen uit het hart. Het jubileumboek, 320 pagina’s, verschijnt in een oplage van 2020 exemplaren. Bijzonder is dat het boek aanvoelt als een voetbalshirt.

Vijftig verhalen. Wat gaan we lezen? ,,De geschiedenis van een halve eeuw FC Utrecht aan de hand van vijftig verhalen. Van Leo van Veen en Jean-Paul de Jong tot aan wasvrouw Jans uit Sterrenwijk, een steward die al járen bij de club zit en de oud-spitsen Joop van Maurik en Michael Mols. Maar ook mensen op de achtergrond die er al jaren werken. Zij horen meer bij de club dan een rechtsback die twee jaar in stadion Galgenwaard voetbalde. Voor de echte diehards staan er veel statistieken in, en unieke foto’s.’’

Waarom heb je voor deze vorm gekozen? ,,Ik wilde geen ‘kopie plus tien jaar extra’ maken van het boek dat is gemaakt toen FC Utrecht veertig jaar bestond. Ik hou ervan om naar verhalen van mensen te luisteren en die op te tekenen. Dat heb ik ook gedaan met 29 portretten van daklozen van het Catharijnehuis, en in Los 33, portretten van overlevenden van de mijnramp in Chili in 2010. Sommige mensen, zoals Marianne Werdler en Gert Kruys, zijn al zo lang aan de club verbonden dat zij het DNA van de club vormen.’’

Het jubileumboek voelt aan als een shirt. © Hugo Verkley Zeg het maar, wie is Mister FC Utrecht: Jean-Paul de Jong of Leo van Veen? ,,Ehhhh… allebei? Of misschien wel Mark van der Maarel. Of of Koos van Tamelen. Er lopen zoveel mensen rond die veel voor de FC hebben betekend.’’

Wiens verhaal maakte de meeste indruk? ,,Toch wel Mihai Nesu. Hij vertelde dat hij voor zijn dwarslaesie een fit lichaam had en zijn geest moe was, en dat het nu andersom is.’’

Heb je hét FC Utrecht-gevoel kunnen ontrafelen? ,,Warmte. Ambities. De lat soms te hoog leggen. Iedereen heeft constant iets te zeuren, is recht voor zijn raap, maar kom niet aan hun cluppie.’’

* Het jubileumboek is nu al te bestellen via de webshop van FC Utrecht en vanaf 8 september fysiek in de fanshop in stadion Galgenwaard.