lieden uit de lokale bevolking, bouwden daarom in rap tempo de ene PAPIER- EN KOPERINDUSTRIE molen na de andere.

Een belangrijk deel van de Veluwse papier- en kopermolens Aan het einde van de Tachtigjarige Oorlog in 1648 kreeg niet alleen de concentreerde zich in Vaassen. In totaal waren er veertien molens, economie in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een sterke waarvan sommige een dubbele functie hadden. Op de Griftsemolen impuls, maar ook het culturele leven. In grote oplagen verschenen tal zwaaide de uit Drenthe afkomstige familie Van Steenbergen de scepter. van schitterende boeken en prenten. Daarvoor was papier nodig: veel Op hun kopermolen werden wapens voor de zeventiende-eeuwse en goed papier. De boekdrukkers uit het westen bestelden dat vooral en oorlogsindustrie vervaardigd. Ook op de Geelmolen en de Amsterdamse graag bij de papiermakers op de , waar schoon water in Kopermolen werd koper verwerkt. De meeste molens produceerden overvloed was en dus wit papier kon worden gemaakt. Geen wonder dat papier en een molen volde voor de linnenproductie. Ook in Emst en Epe in die tijd tal van nieuwe papiermolens werden gebouwd. Zo telde Epe zouden enkele molens worden omgebouwd of gesticht. Het aantal ooit zes papiermolens, Emst eveneens zes en Vaassen maar liefst molens bedroeg daar respectievelijk vier en zes, deels dubbel in negentien. De eerste papiermakers die zich vestigden op de Veluwe gebruik. Nu was de papierindustrie geen grote werkgever, want op de kwamen vooral uit het buitenland en beheersten de kennis van het molens werkte, behalve de meester, slechts een enkele knecht. Wel papierscheppen al. Lieden, zoals Marten Orges en Johan van Aelst, zagen droegen zij op de in totaal 150 Veluwse papiermolens in de loop van de de mogelijkheden die het Veluwse landschap bood (zuiver water en zeventiende eeuw voor een derde bij aan de totale Nederlandse hoogteverschillen). Door het aangraven van watervoorraden in de productie. Amsterdam werd papierhoofdstad van de toenmalige wereld. heuvels kon via gegraven sprengen waterkracht op een bepaald punt worden gebundeld, die sterk genoeg was een waterrad in beweging te De kracht van de industrie voor de lokale economie lag echter in de zetten. Deze natuurlijke energiebron was voldoende om de aan het rad neveneffecten. Want wat kwam er allemaal bij kijken om de papier- en gekoppelde watermolen te laten draaien. Zo werd een nieuwe koperindustrie te vestigen en te handhaven? Allereerst moesten er industriële ontwikkeling op de Veluwe in gang gezet. sprengen gegraven en onderhouden worden. Dat betekende werk voor de allerarmsten, de dagloners. Om papier te maken en koper te pletten Al eerder hadden de Veluwenaren waterkracht ontdekt door op de en weer af te voeren waren vervoerders nodig. In eerste instantie werd weinig aanwezige natuurlijke beken graan te malen via dit systeem. daarvoor de Grift gebruikt. Later ging het meer over land en ontstond de Omstreeks het begin van de zestiende eeuw zouden enkele van deze 'gespecialiseerde' vervoerder: de karman. Voor de bouwen reparaties molens tevens dienst gaan doen als kopermolen. Dit alles won sterk aan van de molens waren timmerlieden en smeden nodig en ontstond de betekenis toen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een gespecialiseerde radmaker. Een enkeling werd factor, de voorloper van enorme economische groei doormaakte en een -, toonaangevende de huidige vertegenwoordiger. Hij verhandelde in Amsterdam en handelsnatie werd. De nieuwe ondernemers, weldra gevolgd door andere steden het papier. Er was dan ook sprake van stijgende welvaart In de gemeente Epe herinneren vooral de namen van deze papiermolens op de plaatsen waar watermolens geconcentreerd waren. ons nog aan de hoogtijdagen van de papierindustrie, bijvoorbeeld in de straatnamen Achterste Molenweg in Wissel, Hofsemolenweg in Vaassen In Vaassen zou de papiermakerij een eigen koers gaan varen en en de Kopermolenweg in Epe. afwijken van de Veluwse trends, waar meestal een familie eigenaar èn exploitant was van een molen. In Vaassen liet de familie Van Isendoorn à Blois, eigenaar van waterrechten, een aantal molens bouwen of kocht ze op, om deze vervolgens te verpachten en te profiteren van de economische groei. Zo ontstond de eerste (adellijke) multinational op de Veluwe in het achttiende eeuwse Vaassen. De verfraaiingen aan hun huis, De Cannenburch, werden dan ook deels betaald met de opbrengsten van de molenpachten.

Door overproductie waren de Amsterdamse pakhuizen tot de nok toe gevuld; door de internationale concurrentie nam ook de vraag naar het Veluws papier af. Nadat in de negentiende eeuw de industrialisering haar intrede deed en papier machinaal kon worden gemaakt in plaats van met de hand velletje voor velletje geschept, werden veel papiermolens omgebouwd tot koren-, olie- of kopermolens. Nog later vond een ombouw plaats tot wasserijen en blekerijen, die eerst nog door waterkracht en later door stoommachines werden aangedreven. Het beekwater speelde uiteraard ook hier een belangrijke rol in het proces.

Gelderland telde in 1650 49 papiermolens; op het hoogtepunt van de papier- en koperindustrie in 1740 waren er 160 papiermolens en in 1900 nog slechts 20. In het schoutambt Epe stond een dertigtal watermolens. Nog voordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak was er geen enkele papiermolen meer over in onze regio. De kopermolen van Zuuk is de enige die nog in redelijke staat is. De kopermolen Zuuk

MOLEN BIJ DE OOSTERHOF MOLEN BIJ DE HAFKAMP

ALGEMEEN ALGEMEEN Naam Oosterhof Naam Molen bij de Hafkamp Kadaster 1811-1832 Vaassen sectie H 316 Kadaster ? Beek Hartense molenbeek Ligging onbekend Plaats Vaassen Beek Wittebeek Gemeente Epe Plaats Vaassen Bouwjaar 1542 < Bouwjaar 1568 Verdwenen 1700 ca. Verdwenen 1600 of eerder Type Onbekend Type Onbekend Aandrijving Watermolen Aandrijving Watermolen Categorie verdwenen Categorie verdwenen Functie Korenmolen Functie Onbekend

EIGENAREN/PACHTERS < 1660 Holthuijsen

molens af. Op 3 april het jaar daarop kregen Jannes de Goije en zijn vrouw Joanna, alsmede Willem Croon en zijn vrouw Jennetien Gerrits NIEUWE MOLEN OF NIJMOLEN ten Holte de pacht van water en grond "tot nochtoe door haer pagters gebruijkt geweest bij twee papier molens soo onlangs seer ongelukkig en (HEGGE) schijlick in brant geraekt en geruineert geworden sijn....". Ze mochten de molens op eigen kosten herbouwen en behoefden de ALGEMEEN eerste drie jaren elk slechts ƒ100.-, de volgende elk ƒ120.- jaarlijks pacht Naam Nieuwe molen I en II te betalen. Kadaster Epe/Oene sectie M (blad 3) nrs. 1138+1141 De molen van Willem Croon werd in 1751 door zijn weduwe en de Beek Smallertse beek kinderen voor f 2600.- aan de Cannenburgh verkocht, te weten: "een Plaats Vaassen Huijs, papiermolen, twee schuren en verder opstal. Gemeente Epe Bouwjaar 1660 - 1680 - 1691 Bij de veiling in 1871/72 kwamen de molens in handen van Gerrit Palm. Verdwenen I 1871 gesloopt, II 1882 Zijn weduwe Petertje Kamphorst verhuurde de molen op 10 mei 1880 Type Onbekend voor drie jaren aan C.J.B. Couturier, koopman te Den Haag. Twee jaren Aandrijving Watermolen later echter verkocht ze de molen aan kolonel L.R.J.A. Roosmale Nepveu Categorie verdwenen voor f 10.200,-. Bij de veiling van 13 augustus 1884 kocht A.M. van Functie Papiermolen Velsen Coster, weduwe van H.A. Doyer, de Nieuwe Molen, 'thans fabriek van Houtbewerking'. Een van de voorwaarden luidde: "Het vroegere GESCHIEDENIS molenhoofd, hetwelk door het maken der turbine is verlaagd, mag, In 1691 verpachtte Johan Hendrik van Isendoorn "de gront en et waater wanneer de fabriek weer in vroegeren toestand mocht worden gebracht coemende van wijer Lamberts moele aan de hegge.... soo en ak het dus tot op de vroegere hoogte gemaakt worden; zullende alsdan evenwel de lange van pagters is gebruikt" voor 16 jaren aan de gebroeders Lambert waterleiding, welke is smaller gemaakt, weder tot op de vroegere breedte en Aart Sijmons. Er zou een molen tegenover mogen worden gebouwd gebracht moeten worden". Samen met Julius Doyer verkocht zij de molen onder voorwaarde, dat de eerste "geen waater genogh hadde tot vier op 23 april 1891 voor f 8000,- aan Joost Vlasveld. De omschrijving backen dat van dese voorschreven moolen een bak sal moogen afgenomen luidde: "eene fabriek met turbine en kleine daaraan verbonden drijfas....". worden tot gerif van de andre moole...". De uitdrukking "soo en als het dus Verder werd gesteld: "Het is den kooper, zijn erven of rechtverkrijgenden lange van pagters is gebruikt" kan er op duiden, dat zij de molen vanaf ....verboden om op of in het voorschreven onroerend goed hetzelfde bedrijf de stichting (na 1660?) in pacht hadden. In 1845 brandden beide uit te oefenen of wel dezelfde artikelen te fabriceren welke thans door den eersten comparant aldaar worden vervaardigd, bestaande onder ander in 1801 Aart Labots - pachter en papiermaker. plantenkassen, bloem- en plantenkuipen, etiketten en verdere 1826 Johannes de Goeyen - eigenaar van de opstal, papiermaker. tuinbenoodigdheden". Vlasveld richtte er een brikettenfabriek in, in 1865 Franciscus Johannes Hallo - eigenaar. 1897 een houtwol-fabriek en in 1906 een wasserij en katoenververij, 1871 J. Ch. Heering - eigenaar opstal, molen gesloopt. welke hij in laatstgenoemd jaar verpachtte aan Hendrik Herman Blijdenstein (1866-1920), zoon van de Enschedese textielfabrikant Herman Gijsbert Blijdenstein. Sinds 1909 heette het bedrijf NV DE NIEUWE MOLEN II Utermöhlens Verbandwattenfabriek waar aanvankelijk H.H. Blijdenstein mede aan het hoofd stond. Deze werd echter in 1910 ontslagen. EIGENAREN/PACHTERS 1691 Aart Simons - eigenaar, pachter en papiermaker. In 1937 werd het rad van de Hofse molen verwijderd en weer 1717 Willem Aerts Kroon - eigenaar, pachter en papiermaker. aangebracht aan de Nieuwe molen ofwel de Wattenfabriek. In de 1745 afgebrand en herbouwd. oorlogsjaren gebruikte de Koninklijke Utermöhlen NV waterkracht. 1751 Baron van Isendoorn à Blois - eigenaar. 1751 Aert Kroon - pachter en papiermaker. 1754 Lambertje Kroon en Derk van Laar - pachters en papiermakers. DE NIEUWE MOLEN I 1782 Aart Jonker - pachter en papiermaker. 1790 Peter Herkert (Hackert) - pachter en papiermaker. EIGENAREN/PACHTER 1812 Abraham Willems Jonker - eigenaar. 1660 - 1680 - molen gelegd. 1813 stilstand van de molen. 1680 Lambert en Aart Sijmons - papiermolen in gebruik. 1840 (circa) Elbert Herkert - pachter en papiermaker. 1691 Lambert en Aart Sijmons - eigenaar van de opstal, pachters van 1865 Gerrit Palm - pachter en papiermaker. (1871 eigenaar) grond en water. 1865 Franciscus Johannes Hallo - eigenaar. 1700 Lambert Simons (Kroon) - papiermaker. 1882 Louis Reinier Jan Anthony Roosmale Nepveu – eigenaar 1712 Johannes Ledeboer - deels eigenaar en papiermaker. (houtbewerkingsbedrijf) 1719 Simon Lamberts Kroon - eigenaar. 1721 Simon Kroon - papiermaker. 1725 Jannes de Goeyen -eigenaar, pachter en papiermaker. 1735 Willem Emaus - papiermakersknecht. 1745 afgebrand en herbouwd. (vanaf dan de naam nieuwe molen) 1776 Janna Gerrits en Jan de Goeyen - papiermakers.

HET CLUNDERMOLENTJE

ALGEMEEN Database Nr. Naam Clundermolen Kadaster Vaassen sectie .. Beek Hartense molenbeek Plaats Vaassen Gemeente Epe Bouwjaar < 1672 Verdwenen < 1750 Type Onbekend Aandrijving Watermolen Categorie verdwenen Functie EIGENAREN/PACHTERS Ten-Bruggencatenummer 11378 voor 1672 Anna Coerts - eigenaresse. 1672 Fijtje Maurits - eigenaresse. GESCHIEDENIS 1689 Gerrit Evers - pachter en papiermaker. Deze molen stond al voor 1672 in Niersen. Het water en de grond 1690 Berend Abrahams (Broekhuysen) - eigenaar. behoorden aan de bezitters van kasteel de Cannenburgh. Het molentje is 1691 Cornelis Harms (Herms) - pachter en papiermaker. allang verdwenen. Omstreeks 1937 wees een gemetseld stuwtje met 1719 Jan Laurents Montesaan - eigenaar. (annuleert later de koop) miniatuurwatervalletjes nog op de plek waar het ooit had gestaan. Nu is 1721 Douairière van Isendoorn - eigenaresse. deze plek moeilijk meer te vinden. 1726 Jan Laurents Montesaen - pachter en papiermaker. 1749 Weduwe Jan Kers - daghuurster-bewoonster, molen buiten gebruik. 1758 herstelwerkzaamheden aan het dak uitgevoerd.

1765 Frans Jan Haack - koopt grond en water van gewezen molentje.

door Bartus Ter Wel en deze achtereenvolgens door Pannekoek (1840) OUDE EN NIEUWE HATTEMSE en Sanders. MOLEN Één molen heeft dienst gedaan als korenmolen de ander als papiermolen en later als olie- en korenmolen

ALGEMEEN In 1864 werd J.A. Mentink pachter van de "zevenbaks Naam Oude en Nieuwe Hattemse molen waterpapiermolen met vrijfbak” de Hattemsche molen genaamd met Kadaster Vaassen sectie F (blad 1) nr. 25 twee woonhuizen, droog- en bouwschuur en zaadberg". In 1871 werd Beek Hartense molenbeek hij eigenaar. Plaats Vaassen Gemeente Epe Er werkten 6 mannen en een vrouw. De molen doet dienst als wasserij. Bouwjaar 1681 < / 1699 in 1900 vroegen Gerrit Gelderman en Cornelis Bagerman vergunning Verdwenen 1885 > voor oprichting van een wasch- en bleekerij op Hattem. In 1908/'09 Type Onbekend werd er een stoommachine geplaatst. Aandrijving Watermolen In 1928 werden de molengebouwen afgebroken en vervangen door een Categorie verdwenen landhuis, genaamd “Het Hattem”. Alleen de waterval bleef bestaan. Functie Papiermolen, wasserij

DE HATTEMSE MOLENS Deze molens werden gebouwd aan de Hartense Molenbeek na 1660, het jaar waarin alle waterrechten om Vaassen aan de Cannenburgh kwamen. Pachter was B.A. Broekhuysen. Het was een enkele molen. In 1693 bouwde hij nog een molen. In 1732 kregen Johannes Gerrits en Aertien Lubbers de pacht van de molen.

Na het midden van de 18e eeuw lijkt nog sprake te zijn van één molen. Wel geeft de kaan van 1762 nog twee gebouwen aan maar reeds de verpachting van 1734 wijst op één (werkende) molen. Het 19e-eeuwse pachtboek vermeldt vanaf 1808 als pachter Aart Jonker, in 1833 gevolgd

OUDE HATTEMSE MOLEN NIEUWE HATTEMSE MOLEN

EIGENAREN/PACHTERS EIGENAREN/PACHTERS 1681 Berend Abrahamse Ambrosius (Broekhuysen) - eigenaar, 1699 Berend Abrahamse Broekhuysen - molen gelegd. papiermaker. 1709 Jan Laurents Montesaan - papiermakersknecht. 1685 Aert Jacobs - papiermakersknecht. 1719 Johannes (Jannes) Kluppel - pachter en papiermaker. 1701 Michael Peters - papiermakersknecht. 1732 Johannes (Jan) Gerrits - pachter en papiermaker. 1707 Jan de Goeje - pachter en papiermaker.(eigenaar molen) 1734 Derck Poll - pachter en papiermaker (ƒ450 per jaar). 1710 Derk Freriks van Marle - pachter en papiermaker. 1770 Henrikus Poll - pachter en papiermaker. 1717 Engeltien Berends Broekhuysen - eigenaresse. 1774 Wolter Pol - pachter en papiermaker. 1721 Douairière van Isendoorn - eigenaresse. 1779 Johannes (Jannes) Pol - pachter en papiermaker. 1732 Johannes (Jan) Gerrits - pachter en papiermaker.(pacht ook de 1790 Aert Jonker - pachter en papiermaker. Nieuwe molen waarna de twee molens een bedrijf werden,zie 1810 Bartus Terwel - pachter en papiermaker. Nieuwe Hattemse molen) 1841 Johannes van Pannekoek - pachter en papiermaker. ?? Willem Sanders - pachter en papiermaker. 1864 Johannes Antonius Mentink - pachter en papiermaker. 1867 Franciscus Johannes Hallo - eigenaar. 1872 J.A. Mentink – eigenaar 1885 verbouwd tot wasserij 1928 sloop

GESCHIEDENIS Maarten van Rossum, die in 1542 de Cannenburgh met molen en beken DE MOLENS OP DE ROLLEKOOT. had gekocht, wilde nog een molen bouwen. Het werd hem door Hertog Willem van Gelre toegestaan. Hij wilde er ook een stuwvijver (wier) bij ALGEMEEN hebben. Aanvankelijk hadden de omwonenden geen bezwaar, maar toen Naam Molen op de Rollerkoot I en II bleek dat er twee molens zouden komen (een koren- en een oliemolen) Kadaster Vaassen sectie G (blad 1) nrs. 226 & 227 met grotere stuwwerken, vreesden de omwonenden dat hun land onder Beek Hartense molenbeek water kwam te staan. Ondanks tegenwerking ging Van Rossum zijn Plaats Vaassen gang. De oliemolen heeft blijkbaar maar kort dienst gedaan, want tot Gemeente Epe eind 17e eeuw is steeds sprake van slechts een molen. Bouwjaar 1542 / 1681 < Ervert Janssen wordt als eerste korenmolenaar genoemd (1557 tot Verdwenen 1896 > ? 1566). In 1640 gaf pachter Poull Peelen er een andere bestemming aan. Type Onbekend Het werd een volmolen. De te vollen lakens werden aangevoerd vanuit Aandrijving Watermolen geheel het land. Categorie verdwenen Functie Papiermolen, wasserij Op het eind van de 17e eeuw is de molen tot papiermolen omgebouwd. In de verkoopcatalogus van de Cannenburgher goederen (1872) staat de molen vermeld als papierfabriek De Rolle-koot, thans gedeeltelijk ingericht als zagerij. Hendrik Pannekoek kocht de molen ter veiling voor 3400 gulden. In 1896 verkocht de weduwe Pannekoek de wasserij/blekerij aan Evert van Delden. Hij kwam van de Dorpermolens en was getrouw met Hendriks dochter Jantje Pannekoek. In 1905 verkocht Van Delden de molens.

MOLEN OP DE ROLLEKOOT I MOLEN OP DE ROLLEKOOT II

EIGENAREN/PACHTERS EIGENAREN/PACHTERS 1542 Maarten van Rossum - molen gelegd. 1681 Jacob Jacobsen - papiermaker. 1577 Ervet Janssen – korenmolenaar 1700 Geurt Willems Pannekoek - papiermaker. 1640 Poull Peelen – pachter volmolen 1739 Abram Bloemert (Blommert) - mede-eigenaar en papiermaker. 1680 Hendrik Jansen de Goeye (Goeien) - papiermaker. 1739 Baron van Isendoorn - mede-eigenaar. 1697 Jan Jansen de Goeye - pachter. 1752 Heymen Frederix Kamphuys - pachter en papiermaker. 1707 Jan Jansz. de Goeye - papiermaker. 1761 molen gaat samen met Rollekoot I. 1724 Willem Reinder Pannekoek - papiermaker. Heymen Frederix Kamphuys - pachter en papiermaker. 1725 Giliam en Maas de Goeye - mede-eigenaren en papiermakers. 1800 Carel Kamphuis - pachter en papiermaker. 1729 Reinder Luitjes - pachter, mede-eigenaar en papiermaker. 1835 Derkje Dries Vis - pachtster. 1736 Baron van Isendoorn - eigenaar. 1840 Heimen Kamphuis - papiermaker. 1736 Marten Goossens Pol - pachter en papiermaker. 1872 Hendrik Jansz. Pannekoek - eigenaar. 1746 stilstand molen. 1896 Evert van Delden - eigenaar, molen is dan al wasserij en blekerij. 1752 Jannes Hendriks Bosch - pachter en papiermaker. < 2003 Rentex Interlin (wasserij/stomerij) 1761 molen gaat samen met de Rollekoot II. (zie Rollekoot II) heden CleanLeaseFortex.

Deze molen werd in 1942 in steen en als turbinemolen herbouwd na te CANNENBURGHER MOLEN zijn uitgebrand. Misschien niet zo spectaculair als een molen met een rad, maar er is zeer lang mee gewerkt: tot 1978 werd de waterkracht ALGEMEEN gebruikt. Naam Cannenburgher Molen (tot 1940) Tegenwoordig draait de turbine dagelijks maar de capaciteit van de Kadaster Vaassen sectie G 81 molenbeek is inmiddels te gering geworden. De vier machinelijnen Beek Hartense molenbeek worden elektrisch aangedreven. Zij zijn in gebruik voor het malen van Plaats Vaassen gedroogde groenten, kruiden, specerijen en boekweit. Gemeente Epe Bouwjaar 1387 / 1942 In2010 heeft een ingrijpende restauratie plaatsgevonden: de turbine is Verdwenen 1940 door brand verwoest, 1941 gereviseerd en daarnaast is een bovenslagrad aangebracht. herbouwd Type Turbine en bovenslagwaterrad Aandrijving Watermolen Categorie verdwenen Functie korenmolen/volmolen/specerijmolen

GESCHIEDENIS De molen is vernoemd naar kasteel Cannenburgh; de heren van Cannenburgh hadden deze molen (en vele andere) lang in eigendom.

Op deze plaats stond al in 1387 een watermolen. De eigenaren van kasteel De Cannenburgh verpachtten de waterrechten van maar liefst 20 molens; de meeste in de directe omgeving. De nog bestaande molen is de oudste en was ook in hun bezit.

Vanaf 1728 werd de molen gepacht door de familie Koekkoek. In 1872 kocht Gerrit 'Gait' te Riele de molen tijdens een veiling. Inmiddels maalt de vijfde generatie Te Riele op de molen. organiseerden een veiling om alle bezittingen van de familie Isendoor a HET KRAAIENNEST Blois te verkopen. Gerrit Te Riele kocht ‘t Kraaiennest. Hij verkocht de molen in 1904 aan M. Mentink, die er een wasbedrijf van maakte, (HALLEMOLEN OF DE HOLSTE MOLEN) waarbij gebruik werd gemaakt van waterkracht middels een middenslagmolen. ALGEMEEN In 1916 werd in de 'NV Stoom- en Chemische Wasscherij 'Vaassen' v/h Naam Het Kraaiennest Mentink' een stoommachine geplaatst. Hierna raakte het rad buiten Kadaster 1811-1832 Vaassen sectie G (blad 1) nr. 131 gebruik en in verval. In 1934 werd een nieuw rad aangebracht voor Beek Nieuwe beek opwekking van elektriciteit. Het heeft tot 1955 dienst gedaan. In de Plaats Vaassen jaren '70 raakte het geheel in verval om tenslotte te verdwijnen. Sinds Gemeente Epe 1971 is ook het wasserijbedrijf stilgelegd. In 1974 zijn de machines Bouwjaar 1700 verwijderd. Het gebouw is in 1987 afgebroken en heeft plaats gemaakt Verdwenen 1955, 1987 restant afgebroken voor een woonhuis. Het verval van de beek geeft nu de plek nog aan Type Onderslag Watermolen waar de molen heeft gestaan. Aandrijving Watermolen Categorie verdwenen EIGENAREN/PACHTERS Functie Papiermolen, wasserij 1700 Jan Cornelissen - eigenaar en papiermaker. 1705 Jan (Joannes) Willemsz. Pannekoek - eigenaar en papiermaker. GESCHIEDENIS 1719 Willem Reynders (of Reinder) Pannekoek - papiermaker. In 1700 begon Jan Cornelissen er een papiermolen. In 1705 verkocht hij 1724 Vrouwe van Cannenburg - eigenaresse. de molen aan Jannes Willems Pannekoek. Grond en water waren in 1724 Gerrit Kroon - pachter en papiermaker. pacht uitgegeven door Margaretha van Reede, weduwe van Jan Hendrik 1761 Maas Kroon - pachter en papiermaker. van Isendoorn a Blois. In 1723 werd de erfgenamen van Pannekoek de 1762 Derk Hendriks de Graaf - pachter en papiermaker. pacht opgezegd. In 1724 werden de opstallen na taxatie verkocht aan 1784 Hermannus Mulder (Muller) - papiermakersknecht. Frederik Isendoorn a Blois en pachtte Gerrit Kroon water, grond en 1800 Janna Jans - pachtster. molen. In 1762 ging de pacht over aan Derk Hendriks de Graaf en 1812 tot 1814 stilstand molen. Hermina Herms. ?? Geerlich de Graaf - papiermaker. Toen de laatste Isendoorn a Blois overleed kwamen vele bezittingen van 1832 Carel de Graaf - papiermaker. de Isendoorns via de erfgenamen in handen van Cohen en Wolff. Zij 1872 Gerrit te Riele - eigenaar. 1899 molen gesloopt.

BLOEMKOLKSMOLEN

(Welgelegen)

ALGEMEEN Naam Bloemkolksmolen EIGENAREN/PACHTERS Kadaster 1811-1832 Vaassen sectie H (blad 1) nrs. 316 1697 Frederik Gerritsen - molen gelegd, eigenaar en papiermaker. Beek Nieuwe beek (pachter grond en water) Plaats Vaassen 1710 Lucas Jansen Bonhoff - papiermaker. Gemeente Epe 1715 Vrouwe van Cannenburg - eigenaresse. Bouwjaar 1697 1715 Jurrien Blomkolk - pachter en papiermaker. Verdwenen 1871 > 1738 Jacob Blo(e)mkolk - pachter en papiermaker. Type Onbekend 1749 Peter Wolberts Hafkamp - pachter en papiermaker. Aandrijving Watermolen 1750 Jan Wolberts Hafkamp - pachter en papiermaker. Categorie verdwenen 1781 Heymen Hafkamp - pachter en papiermaker. Functie Papiermolen, cichoreifabriekje 1788 Henricus van Kalkenstein - pachter en papiermaker. 1808 Paul Jonker - pachter en papiermaker. GESCHIEDENIS 1813 tot 1814 stilstand van de molen. De molen werd in 1697 gelegd door Frederik Gerritsen, eigenaar en ?? Peter Bonhof - papiermaker. papiermaker, en pachter van grond en water op de onderbeek van het 1825 Hendrik Jonker - papiermaker. Kraaiennest. 1832 L. Aarnink - pachter. 1839 Weduwe Jannes Aarnink - pachtster. In 1715 komt deze molen in het bezit van de Cannenburgh. Uit de 1871 Martinus Mentink -eigenaar. (begint een cichoreifabriekje) nalatenschap van de van Isendoorns koopt M. Mentink ook deze molen en begint er in 1871 een cichoreifabriekje. Naderhand vinden we op die plaats de wasserij “Welgelegen” van de fa. J.W. Bos en Zn.

De wasserij is afgebroken en nu staat er de kerk “Woord en Daad”.

DE AMSTERDAMSE MOLEN

ALGEMEEN EIGENAREN/PACHTERS Naam De Amsterdamse Kopermolen/ Wasserij 1701 Dirck Sliggers (of Slichert) en Willem Elen – van Delden/ Molen bij de Oosterhof pachters, kopermolen. Ligging Deventerstraat 104 <1754 Crans Kadaster 1811-1832 Vaassen sectie C (blad 1) nr. 537 <1826 de weduwe van wijlen Jan Crombos Beek Hartense molenbeek haar zoon Rembert Crombos. Plaats Vaassen 1808 Zacharias Kemper – pachter. Gemeente Epe zijn zoon Jan Rudolff Kemper-pachter. Bouwjaar 1701 < 1850 Jules Henri Tutein Nolthenius Verdwenen 1908 > ? 1867 Teunis van Lohuizen - eigenaar. Type Bovenslag Watermolen 1869 Bauer - ijzergieterij. Aandrijving Watermolen 1871 J.R. Kemper - eigenaar. Categorie restant 1871 Marten van Delden - pachter, molen ingericht tot papiermolen. Functie Kopermolen, later papiermolen, wasserij (later eigenaar) 1896 gecombineerd bedrijf van papiermakerij en wasserij. GESCHIEDENIS (Evert van Delden) In 1701 werd deze kopermolen gebouwd op de Oosterhof. De molen 1908 gestopt met papier maken. werd gevoed door water uit de wijerd. In 1869 werd de molen een 1933 waterrad buiten gebruik ijzergieterij. 1966 waterrad verwijderd heden V.O.F. Gelderse Stoomwasserij van Delden. Nog later is wasserij van Delden er gekomen. Tot 1933 maakte dit bedrijf gebruik van waterkracht. Omstreeks 1966 heeft men het waterrad verwijderd.

1712 Willem Oculi (Oculy) - papiermaker. DE HOLTSE MOLENS (Het Hol) 1735 Baron van Isendoorn - eigenaar. 1735 Jannes (Johannes) Poll - pachter en papiermaker. ALGEMEEN 1741 Derck Poll - pachter en papiermaker. Naam Holtse Molen 1742 Johannes (Jan) Ledeboer - pachter en papiermaker. Kadaster 1811-1832 Vaassen sectie F (blad 1) nr. 91 / 6 1751 Warner Ritbroek - pachter en papiermaker. Beek Geelmolense beek 1756 Gerrit van Beek - pachter en papiermaker. Plaats Vaassen 1768 Johan Joost Herkert - pachter en papiermaker. Gemeente Epe 1782 Derk Dobbenberg - pachter en papiermaker. Bouwjaar 1651 1808 Frederik Roskam - pachter en papiermaker. Verdwenen 1904 1831 Gerrit Roskam - pachter en papiermaker. Type Onbekend 1865 einde papiermakerij. Aandrijving Watermolen OOSTELIJKE HOLTSE MOLEN Categorie verdwenen 1675 Roelof Aerssen - eigenaar opstal, pachter grond en water Functie papiermolen <1710 Jochem Roelofs Hulshof - papiermaker. GESCHIEDENIS 1720 Gerrit Brouwer - pachter en papiermaker. (1728 eigenaar) 1738 Hendrik, Willem, Fennetje en Gerritje Brouwer - medeeigenaren. In 1679 is aan de Geelmolense Beek een papiermolen gebouwd. De 1738 Willem Brouwer - pachter van water en grond en papiermaker. molens zijn nu geheel verdwenen. Alleen een gemetselde waterval duidt 1754 Teunis Wouters Buytenhuys - pachter en papiermaker. nog op het verval. Nu bevindt zich aan de Elspeterweg, de 1762 Derk Bomhoff - pachter en papiermaker. forellenkwekerij “het Hol” 1801 Jannes (Johannes) Aarnink - pachter en papiermaker. 1810 Wed. Aarnink – pachtster, 1812 stilstand van de molen. EIGENAREN/PACHTERS 1839 Hendrik Roes - pachter en papiermaker. WESTELIJKE HOLTSE MOLEN ?? Lambert Mulder - pachter en papiermaker. 1651 Jan Driesen - papiermaker. 1860 Geert Mulder - pachter en papiermaker. 1670 Gerrit Jansen - papiermaker. 1866 Geert Palm - pachter en papiermaker. ?? Jan Dries Veenhuijsen - papiermaker. 1871 Geert Palm – eigenaar papierfabriek “Het Hol’ 1699 Hendrik Roelofs (Hulshof) - papiermaker. 1894 gestopt met papier maken. 1705 Lucas Coldeweij - eigenaar heden forellenkwekerij “Het Hol”. met een hondert pont stockvisch en negen ponden suykers, alles vant DE GEELMOLENS beste". Met toestemming van de heer van de Cannenburch werd de pacht van ALGEMEEN het water alsmede de opstallen door Heymeriks overgedragen aan zijn Naam Geelmolen I en II zonen Guillaume en Isaak. De pacht werd verhoogd met de jaarlijkse Ligging Elspeterweg 42 levering van “twelff ponden pollvers van 't beste". Kadaster 1811-1832 Vaassen sectie F (blad 1) nrs. 54 & 62 In 1634 verpachtte de toenmalige heer van de Cannenburch, Elbert van Beek Geelmolense beek/ Dorpse beek Isendoorn a Blois “syn Weled. water en papiermeule in Vassen gelegen Plaats Vaassen met 't broek ofte lege weyde daerbij" voor de tijd van 25 jaar aan Gemeente Epe Abraham Heymeriks, een andere zoon van de eerste pachter. Met grote Bouwjaar 1616 / 1912 waarschijnlijkheid kan worden aangenomen, dat de benaming Verdwenen 1980 onttakeld Geelmolen dateert uit deze periode . Type Bovenslag Watermolen Aandrijving Watermolen In de loop van de 17e eeuw moet de eigendom van de molen zijn Categorie restant gesplitst. Gijsbert Pelgrums van Heerde, gehuwd met Anna Maria Functie Papiermolen Heymeriks, verkocht in 1691 aan Derk van Gerven (ook genoemd Gervinck) echtgenoot van Janneken Peters “die helffte van onse GESCHIEDENIS getimmer van onse pampiermoelen d'Geelmolen genaamt bestaende in In 1616 verpachtte Marten van Isendoorn a Blois, heer van de twee raeden ende neegen backen, te weeten die helfte van molenhuys, die Cannenburch, voor een periode van 24 jaar “syn bovenste waeter" aan helfte van woonhuys ende die helfte van d'bergh, alle aen die suytsijde van Jacques Heymeriks. De pachter kreeg vergunning de beek te vergraven die molenbeecke gelegen in den ampte van Epe kerspel Vaesen gehorende, ten behoeve van zijn te bouwen kruitmolen. In de pachtovereenkomst alles soo als het bij kopers gebruyckt wort liggende op die gront van werd o.m. bepaald, dat “pachter sal mogen leggen twee raderen tot d'kercke tot Vaesen ende het waeter die heer van Kannenbergh polvermeulens, ofte daar 't hem toe dienen sal, uytgesondert deese vier toebehorende ende dat voor een somma van tweduisent Carolus meulens, als coornmeule, copermeule, olymeule en pappiermeule". De guldens..." opstallen kwamen geheel voor rekening van de pachter. Bij eventuele beëindiging van de pacht zouden hij of zijn erven een vergoeding van Het transport vond eerst in 1694 plaats. De grond waarop de molen 300 daalders voor deze gebouwen van de verpachter ontvangen. De stond, behoorde aan de kerk te Vaassen en niet meer tot de goederen jaarlijkse pacht werd gevormd door een bedrag van 100 daalders en onder de Cannenburch. Een veertig jaar later zou de vraag aan wie dit “een half vat van den besten winterheerink, opten Cannenburch te leveren, toebehoorde inzet worden van een lang en ingewikkeld proces. In 1697 werden water en grond van de Geelmolen met een aantal Inmiddels had de heer van de Cannenburch de bezitter van de andere andere percelen als een complex in leen opgedragen aan de Staten van helft van de molen Teunis Coldewey, zoon van wijlen Lucas Coldewey, . De Geelmolen blijkt in 1731 voor de helft in bezit te zijn van met ingang van mei 1752 de pacht van grond en water opgezegd. Jenneke Peters, na de dood van Derck van Gerven hertrouwd met Jacob Bovendien moesten de opstallen worden afgebroken of na taxatie Hagedoorn. Haar tweede man stierf vóór 1735- Een dochter uit worden overgedaan. De molenaar verzette zich tegen de opzegging Jennekes eerste huwelijk, Willemtje, weduwe van Lucas Wolbrink, was waarna het geschil aan het oordeel van het Hof werd onderworpen. In medebezitster. De andere helft van de molen behoorde toe aan Lucas deze zaak werden vrijwel dezelfde argumenten pro en contra gebruikt Coldewey. als in de jaren 1737-1740. Deze maal werd Van Isendoorn wel ontvankelijk verklaard. Bij sententie van 20 juli 1754 werd Coldewey De toenmalige bezitter van de Cannenburch, Frederik Johan van veroordeeld grond en water niet meer te gebruiken en de opstallen af te Isendoorn a Blois, zegde op 23 september de weduwe en haar dochter breken behoudens verkoop na taxatie. Op 13 november 1754 droeg hij de pacht op met ingang van mei 1736, de “ordinaire vervaarteid der de “papiermolen en verderen opstal gelegen op Veluwen in den Ampte van papiermaakers". Hij bood daarbij aan de opstallen tegen de Epe carspel Vaessen onder 't Westericker rot, genaamt de Gelemolen, taxatiewaarde over te nemen.. De heer van de Cannenburch werd bestaande in een woonhuys, moolenhuys, moolenwerck, twee en een halve onaangenaam verrast door de reactie van Jenneke en haar dochter. Deze schuur..." over tegen een bedrag van 1325 gulden. In 1871 werd het beweerden nl. dat de grond waarop de molen stond toebehoorde aan de molencomplex uit de nalatenschap van de in 1865 kinderloos gestorven kerk te Vaassen, gelijk bij verkoop en transport in 1694 nog was F. C. Th. baron van Isendoorn a Blois verkocht aan Martinus Mentink en vermeld. Sindsdien was jaarlijks een erfpacht van f 5,-- aan de kerk Gerrit Roes. De koopsom bedroeg f 10.800,--. betaald welk bedrag ook steeds in de kerkberekeningen was verantwoord. In het begin van deze eeuw bevond zich in het gebouw een wasserijbedrijf. De huidige gebouwen zijn met enkele woningen in 1912 Het Hof vond de in grote getale aangevoerde bewijsstukken van de heer gesticht door mr. A. R. P. Mees. Het Pensioenfonds van de Koninklijke van den Cannenburch niet voldoende en verklaarde hem bij sententie Nederlandsche Heidemaatschappij werd in 1952 door koop eigenaar van 20 juli 1740 niet ontvankelijk in zijn eis. In 1751 slaagde Van van het complex. Thans is het in eigendom van de familie Weilhuizen. Isendoorn er echter in met Willemtje van Gerven (wier moeder inmiddels was overleden) en haar kinderen tot overeenstemming te komen. De molen werd, “met d'annexe huysinge nevens de hanck-schuur en halve koeyschuur, hooyschuur en backoven, in den ampte van Epe, carspell Vaessen in 't Westericker rott gelegen, benaasten de papiermolen van wijlen Lucas Koldewey..." op 8 juli 1752 overgedragen. DE GEELMOLEN I DE GEELMOLEN II

EIGENAREN/PACHTERS EIGENAREN/PACHTERS 1616 Jacques Heeijmeriks (Emmerik, Hemericx) - pachter van water. 1634 Abraham Hemmerik (Emmerick) – 1628 Isaak en Guillaume Hemerickx - eigenaren en papiermakers. eigenaar, pachter en papiermaker. 1628 Christiaan Geres Gerrits - papiermakersknecht. 1675 Jacobus Emmerik - eigenaar en papiermaker. 1632 Hendrik Arendsz. - pachter en papiermaker. 1690 Lucas Arentsen Coldewey - eigenaar en papiermaker. 1634 Abraham Heeijmeriks (Emmerick) – 1745 Teunis en Gerritje Coldewey en Gerritje Brouwer – eigenaar, pachter en papiermaker. eigenaren en papiermaker. 1645 papiermolen en een kopermolen. op de kopermolen werd 1754 Baron van Isendoorn à Blois - eigenaar. geelkoper vervaardigd, vandaar de naam Geelmolen) 1754 Ernst van der Ham - pachter en papiermaker. 1654 (circa) koperverwerking gestopt, alleen nog papier. 1758 Jacob Wolbrink - pachter en papiermaker. 1653 Gerrit Jansz. - papiermakersknecht. 1761 Abraham Bloemert - pachter en papiermaker. 1656 Jan Gerrits van - papierschepper. 1763 (An)teunis Hendriks - pachter en papiermaker. 1675 Anna Maria Emmerick - eigenarsse. 1780 Jan Roes - pachter en papiermaker. 1671 Gijsbert Pelgrims ( Pelgrom) - eigenaar en papiermaker. 1809 Geertje Brouwer en Hendrik Roes - pachters en papiermakers. 1691 Derk Warners van Gerrevink - eigenaar en papiermaker. 1871 Gerrit Roes - eigenaar en papiermaker. 1698 (circa) Jacob Hagedoorn - papiermaker. 1884 Berend Zwerus - eigenaar. (wasserij) 1734 Jannetje Peters, Willempje van Gerrevink en Dirk Wolbrink – eigenaren van de opstal, papiermakers. 1742 Dirk en Jacob Wolbrink - papiermakers. KRUITMOLEN (VERDWENEN) 1752 Abraham Bloemert - pachter en papiermaker. Ligging /Type/Aandrijving onbekend 1769 Jannes Mentink - pachter en papiermaker. Plaats Vaassen 1791 Hendrik Mentink - pachter en papiermaker. Bouwjaar 1616 ca. 1813 stilstand van de molen. 1840 Jan Mentink - pachter en papiermaker. GESCHIEDENIS 1871 Martinus Mentink - eigenaar en papiermaker. JACQUES HEYMERIKS (EMMERIK, HEMERICX), DIE IN 1616 PACHTER WAS VAN HET 1895 Berend Zwerus - eigenaar. (wasserij) WATER VAN EEN VAN DE GEELMOLENS, BOUWDE OOK EEN KRUITMOLEN IN

VAASSEN. Begin 19e eeuw komt als pachter voor Marinus Smits (1837-1867). Na DE BRINKER MOLENS hem was E. Uyt den Bogaard pachter, die in 1782 plaats moest maken voor Jan van Delden, die toen beide Brinkermolens had gekocht. LGEMEEN A Het linker molengebouw was in 1689, 1697, 1702 en omliggende jaren Naam Brinkermolens oost en west in bezit van Warner Janssen en Anneken Holtius. Later was Wolter Kadaster 1811-1832 Vaassen sectie G (blad 1) nrs. 183 & 197 Muller er pachter, aan wie in 1740 Jannes en Willem van Laer elk hun Beek Geelmolense beek/ Dorpse beek aandeel ad f 365.- verkochten. Wolter en zijn vrouw Elisabeth Jans Plaats Vaassen Luytjes verkochten in 1751 hun aandeel aan de heer van de Gemeente Epe Cannenburgh; dit aandeel bedroeg 7/10de, andere Van Laers: Bouwjaar 1674 < / 1668 < Gerhardus, Arnoldus en Lubberta hadden elk ééntiende. In 1872 kocht Verdwenen 1980 stilgelegd Jan van Delden van beide molens tijdens de grote veiling. Jan van Delden Type Onbekend werd de stichter van de Bordpapierfabriek die zijn naam als firmanaam Aandrijving Watermolen zou blijven voeren. Vooral na 1903 is het bedrijf uitgegroeid tot een Categorie verdwenen waar fabriekscomplex, toen stoom de productie geweldig opvoerde. Het Functie Papiermolen linker gebouw werd geheel modern opgetrokken, het rechter, de aloude papiermolen van Jan Aerts, bleef zijn oude gedaante tot het laatst toe GESCHIEDENIS behouden, al geraakte het van lieverlede ingekapseld tussen moderne Ook deze molens moeten na 1660 zijn gebouwd. In 1689 verkocht Jan bouwsels. Naast stoomkracht bleef het waterrad dienst doen in de jaren Hendriks van Ysendoorn,"de drie huijsen en drie molens”. 1940-1945 en ook daarna tot ongeveer 1956, voor opwekking van Het rechter molengebouw behoorde in 1689 aan Jan Aerts en Geertken elektriciteit, die omwonenden licht verschafte. Jans, in 1702 aan Jannis Werners Veenhuijsen. In 1715 wordt Jochum Roelofs Hulshoff, papiermaker op één van de Holtse molens, genoemd In 1958 stortte het rad in elkaar en de resten van goot en rad werden als eigenaar. In Juni 1715 verpachtte de vrouwe van de Cannenburgh aan hun lot overgelaten en bleven liggen, tot het einde toe. In 1980 water en grond van deze molen 'gelegen bij de Groote Vijver' aan Jan staakte bordpapierfabriek J. van Delden zijn werkzaamheden en in 1989 Berghorst en Aeltje Gerrits voor 30 jaren. Toch werd weer in 1721 werden alle gebouwen gesloopt. hetzelfde verpacht en wel voor zes jaren en weer aan Jan en Aeltje. In 1740 kregen Warner Veenhuysen en Jannetie Wolbrinck de pacht tegen f 240.- per jaar. Vier jaren later volgde Hymerick (Heymerinck) van de Brink.

WESTELIJKE BRINKER MOLEN OOSTELIJKE BRINKER MOLEN

EIGENAREN/PACHTERS EIGENAREN/PACHTERS ?? Jan Hendrik van Isendoorn - eigenaar. ?? Jan Hendrik van Isendoorn - eigenaar. 1674 Jan Aerts - pachter en papiermaker. (1689 eigenaar) 1668 Warner Jansen (Veenhuijsen) - pachter en papiermaker. 1690 Albert Jochems - papiermaker. 1689 Warner Jansen-eigenaar) 1695 Jannis (Joannes) Warners Veenhuysen - pachter en 1710 Joachim Roelofs Hulshoff - eigenaar, papiermaker. pachter van grond en water, papiermaker. 1710 Jannes van Laar - pachter en papiermaker. 1715 Baronesse van Isendoorn - eigenaresse. 1717 Wolter Jansen Muller - pachter en papiermaker. 1715 Jan Berghorst - pachter en papiermaker. 1723 Wouter (Wolter) Muller - pachter en papiermaker. 1725 Warner Jansen Veenhuizen - pachter en papiermaker. 1751 Egbert Dijkhuysen - pachter en papiermaker. 1744 Heymerink van den Brink - pachter en papiermaker. 1754 Derk Frederiks Kamphuis - pachter en papiermaker. 1761 Hendrik en Lubbert Jansen van Beek – 1766 Jan Aerts Jonker - pachter en papiermaker. pachters en papiermakers. 1790 Paul Jonker - pachter en papiermaker. 1767 Lubbert van Beek - pachter en papiermaker. 1807 Willem Lubberts van Tongeren - pachter en papiermaker. 1772 Jan Roes en Jochem Scherrenberg - pachters en papiermakers. 1819 Geertruy Hering - pachtster. 1780 Aart Jonker - pachter en papiermaker. 1819 Jan Riks - papiermaker. 1782 Johan Joost Herkert - pachter en papiermaker. 1837 Paul van Tongeren - pachter en papiermaker. 1790 Jan Aerts Jonker - pachter en papiermaker. 1872 Jan van Delden - eigenaar. 1808 Jan Christoffel Herink (Heering) - pachter en papiermaker. (vervolg zie Oostelijke Brinker molen) 1819 Hermen Everts Westhof - pachter en papiermaker. 1822 Hendrik Reuvekamp - pachter en papiermaker. 1828 Marinus Smit - pachter en papiermaker. 1871 Evert uyt den Bogaard - pachter en papiermaker.

1872 Jan van Delden - eigenaar. 1903 "Papierfabriek Westerenk" 1915 Hendrik van Delden - eigenaar. 1980 fabriek stilgelegd.

DE CITADELSEMOLEN

ALGEMEEN EIGENAREN/PACHTERS Naam Citadelsemolen 1674 Marten Geurtsen - pachter en papiermaker. (1689 eigenaar) Kadaster 1811-1832 Vaassen sectie G (blad 1) nr. 178 1690 Hendrik Keyenberg - pachter van water en grond, eigenaar en papiermaker. Beek Geelmolense beek/ Dorpse beek 1710 Lucas Egberts Wolbrink - pachter en papiermaker. Plaats Vaassen 1729 (circa) Maria (Marritje) Jans Veenhuysen - eigenaresse. Gemeente Epe Bouwjaar 1660 1735 Baron van Isendoorn - eigenaar. Verdwenen 1893 afgebroken 1736 Berend de Man en Aart Groen - pachters en papiermakers. 1740 Jan Willems - pachter en papiermaker. Type Onbekend 1749 Jacob Wolbrink - pachter en papiermaker. Aandrijving Watermolen Categorie verdwenen 1758 Jan(nes) Hendriks Bosch - pachter en papiermaker. Functie Papiermolen 1763 Teunis Hendriks - pachter en papiermaker. 1783 Hendrik Wolven - pachter en papiermaker. GESCHIEDENIS 1803 Trijntje Steenbergen en Gerrit Jan Wolven – In 1674 was Marten Geurtsen de pachter en papiermaker. pachters en papiermaker. In 1893 liet Jan van Delden de molen afbreken. 1832 (circa) Derk Smit - pachter en papiermaker. 1866 Jan Christoffel Mulder - pachter en papiermaker. 1872 Lammert Aarnink - eigenaar. 1893 Jan van Delden - eigenaar. (molen afgebroken)

In 1567 verpachtte Hendrick van Isendoorn voor 13 jaren aan Steenbergen een goed met toebehoren. Dit goed lag bij de kopermolen, die bij deze verpachting als onderpand werd gesteld. Steenbergen kocht DE DORPER MOLENS in 1569 de Griftse molens, waarvan er ook één werd ingericht tot kopermolen. Zo had hij er nu twee, waarin hij in de Vaassense molen (DORPSCHE PAPIERMOLENS) werd opgevolgd door zijn zoon Jan (1580), kleinzoon Jan (1631) en achterkleinzoon Jan (plm. 1650). ALGEMEEN Naam Noordelijke / zuidelijke Dorpermolen Bij de vergroting van het leengoed De Cannenburgh door Johan Hendrik Kadaster 1811-1832 Vaassen, sectie C (blad 1) nr. 87 / van Isendoorn in 1697 bevond zich ook " 't water en gront van een sectie D (blad 2) nr. 222 kopermolen, waervan pagter is Gerrit Groen en N. Hebbinx, egteluyden". Beek Geelmolense beek/ Dorpse beek Jan (IV) had twee dochters, Aleida erfde uiteindelijk de kopermolen uit Plaats Vaassen haar vaders boedel. Aleida had in 1709 haar huis bij de kopermolen Gemeente Epe laten herbouwen en later huis en toebehoren nagelaten aan Hendrik Bouwjaar 1774 < / 1559 Backer en zijn vrouw Maria Anna Weultjes te Zutphen. In 1751 Verdwenen 1880 ? / 1871 > verkochten dezen het huis aan hun dochter Catharina Elisabeth, die Type Onbekend getrouwd was met Frans Jan Haack, eigenaar van de Kopermolen in de Aandrijving Watermolen Zuuk. Naar hem kreeg het huis de naam 'Haackshuis'. In 1751 en in Categorie verdwenen 1756 werden de kopermolen en verdere opstallen aan het echtpaar Functie Papiermolen / Haack-Backer verpacht. Kopermolen, papiermolen, ijzergieterij Haacks erfgenamen verkochten het huis in 1815 aan Jannes Mulder, papiermaker op de Dorper Molens en zijn vrouw Magteld Terwel. In GESCHIEDENIS 1833 werd Jannes opgevolgd door Lammert, deze later door Jan, die tot Deze lagen aan de Dorperbeek, nu Dorpse Beek, een voortzetting van de 1866 pachter was. Toen verhuurde de heer van de Cannenburgh de Geelmolense Beek. De molens bevonden zich op de plek waar nu molen aan Hendrik Pannekoek Janszoon. Dit was het rechter Vaassen Flexible Packiging staat. (zuidelijke) molengebouw; het linker gebouw (de noordelijke In 1559 pachtte Mr. J. Steinberch (Steenbergen) den Olden, een papiermolen) was in pacht bij M. Mentink. 'copermoele' onder Vaassen. Het bedrijf werd ingericht in of op de plaats Blijkens het kondschap van 1726 en de kaart van 1762 was steeds de van de zogenoemde kleine pletmolen. Dorper Molen één enkele molen. Eerst in 1772 -de voormalige kopermolen stond al sinds de verkoop aan Haack ongebruikt- is er een 1774 Lubbertus van Gerrevink - pachter en papiermaker. dubbele molen gebouwd. Deze komt pas in de verpachtingen vanaf 1808 Lambert van Gerrevink - pachter en papiermaker. 1830 voor. In 1866 pachtte Hendrik Pannekoek Jzn. deze molen voor 12 1813 stilstand van de molen. jaren en nam daarmee de pacht over van Jan Christoffel Mulder. 1814 Willem Anthoon - pachter en papiermaker. 1842 Evert van Delden - pachter en papiermaker. In 1871 kocht Teunis van Lohuizen, van de ijzergieterij op de 1847 Hendrik Mentink - pachter en papiermaker. Amsterdamse Kopermolen, beide papiermolens de Dorpermolens. Van 1871 Teunis van Lohuizen - eigenaar. Lohuizen verklaarde in 1880, de papiermakerij te willen beëindigen en 1880 einde van de papiermakerij. (samengevoeging met de zuidelijke een fabriek van tinblad (staniol) te beginnen. In het rechter Dorpermolen) molengebouw bevond zich al sinds 1872 de ijzergieterij, overgebracht van de Amsterdamse Kopermolen; hier kwam de staniolproductie nu bij DE ZUIDELIJKE DORPERMOLEN (DORPSCHE PAPIERMOLEN) in. Tot 1892 maakte het bedrijf gebruik van waterkracht, daarna van de stoommachine. EIGENAREN/BEHEERDERS Hendrik van Isendoorn - eigenaar In 1899 pachtte H.A. Mentink, die zijn papiermakerij op de Geelmolen 1559 Mr. J. Steinberch (Steenbergen) - pachter (eigenaar) had gestaakt, het linker gebouw van de Dorper molens en begon er een 1726 Aleida van Steenbergen - eigenaresse kopermolen. wasserij. Daar bleef het waterrad tot het eind toe in gebruik en diende 1735 Hendrik Backer - eigenaar kopermolen. voor het doen draaien van de 'Volldampf wasmachine”; een oude 1735 Frans Jan Haack - pachter. papierpers die werd gebruikt voor het droogpersen van wasgoed. 1751 Baron van Isendoorn - eigenaar. In 1915 werd door de directeur van 'de IJzergieterij en Staniolfabriek 1751 Lambert Jans Muller - pachter. 'Industrie' (voorheen van Lohuizen en Co.) een hypotheek op het gehele ?? Berend Wolven - pachter. bedrijfscomplex opgenomen. 1772 molen verbouwd tot papiermolen. 1790 Jannes Muller - pachter/papiermaker. In 1928 kwam een einde aan het gebruik van waterkracht. De pacht 1813 stilstand van de molen. werd opgezegd en het wasserijbedrijf werd verplaatst naar een nieuw 1833 Lammert Mulder - pachter/papiermaker. bedrijf aan de Veenweg, waar het tot 1957 bleef. tot 1866 Jan Christoffel Mulder - pachter en papiermaker. 1866 Hendrik Jansz. Pannekoek - pachter en papiermaker. DE NOORDELIJKE DORPERMOLEN 1871 Teunis van Lohuizen - eigenaar. (begint hier een IJzergieterij)

EIGENAREN/BEHEERDERS bezit zou hebben en hij of zijn erfgenamen deze wilden verkopen, de DE GRIFTSE MOLENS bezitters van de Cannenburgh het recht van voorkoop zouden hebben. In hetzelfde jaar kocht hij 3/4 aandeel in de molens van Johan Henderik ALGEMEEN van Lindeveld en in 1716 de resterende 1/4 van de vrouwe van de Naam Griftsche Eekmolen/ Griftsche Cannenburgh, die dit zojuist van de weduwe van Dibbolt Meijer had Korenmolen gekocht. Rudolph overleed iin 1747 kinderloos. Zijn weduwe verkocht Ligging bij Sluis Nr. 3 de molens in 1753 aan de Cannenburgh. Kadaster 1811-1832 Vaassen H (2) 394 & B (1) nr. 111 Waarschijnlijk is na de verkoop van 1753 een einde gekomen aan het Beek Grift koperbedrijf en is het gebouw, dat op de westelijke oever lag, Plaats Vaassen afgebroken. Gemeente Epe In het pachtboek van 1808-1868: Bouwjaar 1412 / 1816 De provinciale opgave van bedrijven in Gelderland in 1816 vermeldt Verdwenen 1938 ontmanteld, 1941 onttakeld onder Vaassen, dat de oliemolen aldaar- dat moet de Griftse molen zijn - Type Onderslag Watermolen kort voor 1816 is gebouwd. Het gebrek aan voldoende en regelmatige Aandrijving Watermolen watertoevoer vormde een ernstige belemmering voor deze molen. Van Categorie verdwenen 1815 tot 1829 was Derk Oortwijn hier de molenaar, tegen 1/3 van de Functie Kopermolen / korenmolen, oliemolen inkomsten van de olieslagerij.

GESCHIEDENIS EIGENAREN/PACHTERS In 1412 was deze molen een Geldershertogelijke koren- en oliemolen, <1871 Isendoorn a Blois – eigenaar gelegen bij het huis Rade of Raay en verpand aan Steven van Rade. In 1871 G. R. Wagenaar-eigenaar, koren- en oliemolen 1432 droegen Herman van Mekeren Gijsbertszoon en Jonkvrouw 1919 W.A. Salm - eigenaar. Mechteld de koren- en oliemolen van Rade over aan Johan van Boecholt, 1930 Dirk Labberton en Dries van Vemde, eigenaren prior van het convent Sint Mariënborn. In de 16e eeuw duikt de naam waterrecht gemeenten Apeldoorn en Epe Steenbergen in de omgeving op. Reeds in 1559 had Meister Johan 1938 het rad en de as verwijderd. Styenborch de olde een molen onder Vaassen in pacht van de heren van 1941 onttakeld. de Cannenburgh en daar een koperbedrijf gevestigd. In 1569 kocht hij De koren- en oliemolen lag, blijkens de kaart van 1727,rechts van de het molencomplex aan de Grift en stichtte op de linkeroever een Grift. De kopermolen links. kopermolen. In 1706 verklaarde Rudolphus Knuijse dat als hij de gehele molen in