DE :KROMO F RECHT?

Door:JaapJell e Feenstra Se Paul Vertegaal

UitgaverNederlandseJeugdbon d voorNatuurstudie , Natuurbeschermingskommissie Jeugdbonden voorNatuurstudie .

Utrecht,november1976 .

(E)Vanweg e veolvoorkomendmLsbrui k van natuurwetenschappelijke inventarisatiegegevens vannatuuramateur s door beleidsinstan- ties en commerciële planbureaus,is gehele en/of gedeeltelijke overname vannatuurwetenschappelijk e gegevens en/of figuren uit dit rapport pas mogelijkn a verkregen toestemming van de uitgevers en deauteurs . INHOUD

Voorplaat Titelblad Inhoud bJ.z. I Deel l:Hetwer k enhe t gehied . 1 Hoofdstuk 1.Voorwoord 1 Hoofdstuk 2.Verantwoordinge nDankzeggin g 2 Hoofdstuk 3.Topografiee n limant 3 1.Ligginge ngroott e 3 -2.Klimr.pt 3 De.slI I - 5 Hoofdstuk l.Dewordingsgeschiedeni svn nhet landscha p 5 1.Inleiding 5 2.Degeologisch e geschiedenis 5 3.De eerytemense n 7 4-.Deagrarisch e révoluti 3 8 5.Vanverrijkin gto tver 'rrain g 11 Deal III:beschrijvingva nd ehuidig e landschapsekologischetoestan d 14 Hoofdstuk l.IIethuidig e Twentse landschap 14 1.Inleidin g 14 2.Beschrijvingde rlandvschapstype s 14 3.Hetlandscha p vanhs_ -Boven-Dinkelda li nhet byzonde r 16 Hoofdstuk 2.Geomorfologiei nhe tDinkelda l 17 Hoofdstuk 3.Devegetati e 20 l.De vegetatiesi ne no she tDinkelda l 20 2.Devegetati eaa nd eRüenbergerbee k 22 Hoofdstuk 4.hoopkeverse nKortschildkever s aand eDinkelstrandje s2 3 Hoofdstuk 5.Debetekeni sva nee nlaag!andbee k 24 1.Inleiding 24 2.La?glnndbeek envariati e 24 3.Verstoringi nd eDinke l 25 /.Kanalisatie-gevolgen. 26 Hoofdstul-:6.He tDinkelsystee m er;haa r beekfauna;eigen onderzoek2 7 1.Inleidinge ndoelstellin g 27 2,Literatuurgegevens 28 3.Hetveldonderzoe k ' 29 4.Deresult ste n 32 l.De monsterpunten 32 2.Depresontictabe l 32 5.Discussie 36 A.De tabel 36 A.Variatie tussen beken onderling 36 13.Variatiesi nd ebeke n zélf 37 B.j'aunistischeinforr.ati eui td eresultate n 38 C.De verschillendewstere n 42 l.De Dinkel 42 2.De Clanerbeck 43 3.Do Slsbeck , 44 4.De ^üenbergerbe"k 45 5.De f.noeyin'sbeok 4-8 6.Vergel'jken van beeklevensgeme-nschappen...waarderen? 49 1. Indicatoren :s-. orten of ge".oenschr-r,pnn? 49 2.T.ilieuvaRrdoring in de Twentse beken 51 3.scnenvottend 53 4.1,'at ko-;it er nor lücer b!; waarderen k'jkon? 53 5.Verantwoording vf" de bewerking van onze eigen gegevens55 -II-

7.Conclusies enaanbevelinge n 56 1.Faunistische resultaten 56 2.Kan;'l:seringsproblcinatiö k 5!1 3.Vervuilingsondcrzoo k 5ó Hoofdstuk 7:Devermoedelijk egevolge nva n het Dinkel-convenant ryJ> -Inleiding 5^ -Toelichting: 58 l.Deeerst eopschoningsactiviteite n 53 2.Deaar d vand eopschoningsactiviteite n 59 3»Defrequenti eva nd e opschoningsactiviteiten 60 4»De-Kramerwatergan g omd e Groene Staart 60 5.Dekanalisati eDuits e grens-Zoekerbrug 60 6,Relatieme td ewatervervuilin g 61 7.Noodzakelijkbehee ri nd eDuits e bovenlopen 61 Hoofdstuk 8:Literatuur/Bronnen 63 DeelIV.D e Dinkelwaterstaatkundi g enagrarisc hbezie n 65 Hoofdstuk l.De geschiedenisva nd e Twentsewaterwege n 65 1.Algemeen 65 2.Debeke n 67 3.DeDinke l 70 Hoofdstuk 2.Overstromingeni nhe tDinkelda l 74 Hoofdstuk 3»Dewaterstaatkundig e aspectenva nd e Dinkel 75 l.De situatiei n Duitsland 75 2.Reaktie opd eduits enormalisatieplanne n 75 3.Waterstaatkundigegevolge nva nd e Dinkelnomalisatie 76 4.Deafvlakkingstheori e 77 5»Nieuwewaterstaatkundig e ingrepen 78 6.Alternatieven.a.Kanalisatiee nnormalisati e 79 b.ConclusieKanalisati e ennormalisati e 80 DeelV:Beleidsvoorstclle n 82 HoofdstulfUL .Inleiding ' 82 2.Hetconvenan te nhe tbestemmingspla n 83 Hoofdstuk 2.Voorstel 85 1.Inleiding °5 2.Stichting Beheer Landbouwgronden #5" 3.Duitsland #6 4.Waterzuivering/Waterkwaliteit S6 5.Conclusie o„ Hoofdstuk 3»Literatuur/Bronnen §L

bijldfr :?KKntietebßt kff TJL,é. £0 t V• DeelI:he twer k enhe t gebied.

Hoofdstuk 1

VOORWOORD Omdat tijdensd e zomerkampen van deNJ N en deNatuurbescher ­ mingskommissie van de jeugdbonden voornatuurstudie(NJN&CKJN)i n Zuidoost-,in de zomer van 1975,veelaandach t isbestee d aan deproblematie k van dewateroverlas t in het Dinkeldale n demoge ­ lijkegevolge n van devoorgesteld e waterstaatkundige encultuur ­ technischeJ'aanpassingen n,was lietoo knie t meer danlogisc h dat de ervaringen van de vier kampen op schrift zoudenkomen . Was eraanvankelij k sprake van om eenhee l"Twenteboek"t epubiceren , gezien de aparte status van het Dinkelprobleem en de actualiteit daarvan»hebbenw e besloten tot eenversneld e uitgave van dit »Dinkelboek". ¥it literatuurstudie en eigen iaydrobiologische-e nbotanisc honder ­ zoek zijnee n aantalconclusie s enaanbevelinge n geformuleerd,om de kwaliteit vanhe t natuurlijkmilie uvoo rmens,plaa t endie r tekunne n garanderen.In de tweede helftva n dit Dinkelboek schenkenw e alle aandacht aan dero lva n demen shierin:i nverleden,heden,e ni n de vorm vanbeleidsvoordtelle n worden suggesties voor de toekomst ge­ daan.Wehebbe n zo goed mogelijk getracht onze bliknie t tebeperke n tot êén enkelbelang.W e probeerden zoweld eagrarische,sociaaleco - nomische,waterstaatkundige,plct.ologischeal sekologisch e aspecten onder ogen tehoude n en zelfs enigermate tecombineren . Omdat daarom ditboe k dan ook als êén geheelmoe t worden beschouwd, waarin diverse belangen innatuu r en samenleving met elkaar in wisselwerking treden,vragenw e deleze r danoo knadrukkelij k ditboe k als geheel tebezien,e n zichnie t tebeperke n tot enkele paragraven. We willen dat eeniede r zietho ewi jto t onze conclusies zijngeko ­ men,en dat ook deaanbevelingen,di emee r in de tekstverweve nzijn , worden opgemerkt.

Moge ditboe k eenro lkunne n spelen in de zonoodzakelijk einpas ­ singva n deniet-materiel e belangen in onze samenleving. Daarvoor zijnveranderinge n gewenst in dehuidig e landbouwpolitiek, in den u gehanteerde ,nogsteed s enigzins eenzijdige benadering van planologie enwater - encultuurtechnisch e beleid!

deschrijvers : A A OAJû AL.jzMi Hoofdstuk 2

VERANTWOORDING EN DANKZEGGING

Detaakverdelin gvoo r;i et -•• •t,.--;trin d1'-~ia in ^va ndi. tDinkolboe k ss alsvolgt :

DeelI ,1.Voorwoord:Jaap -Jell eFeenstr a& Pau lVertegas..!. , 2,Topografiee nKlimaat:Pau lVertegaal , DeelI I,all ehoofdstukken:Pau lVertegaal , DeelIII,alle-hoofdst,ukken:Pau lVertegaal;hoofdstu k1 i.s.m .Srül eKimman , DeelI V,all ehoofdstukken:Jaa pJell eFeenstra , DeelV ,allehoofdstukken:Jaap -Jell eFeenstra,i.s.m .Pau lVertsgaal .

Deverantvoordin gvoo rd eteks tkom tgehee lto eaa nbovengenoemd eauteurs .

Voorplaate noriginel efiguren:Marj ad eVries .

Veeldan kbovendie naan : Marionva nVoorst,Michie lSchreye re nJopi eKLings,di smede-t^peslsa f speelden,enaa nall ekampdeelnemer sva nd ezomerkampe nva nKJ Ne nNBK , Twente1 t/ m4,me tnam eaa nd eexcursieleider sAlinu sKool,Michie l Schre'jer,DikBol ,Kok ked eBoer,Marte nSchmitz,Bar tLensin ke nd emilieu ­ medewerkersJoland evan-Voorst,II ati n/.bm ae nAlinu sKool .

Correspondentieadressende rschrijvers :

JaapJell eFeensta , VanDordtstraa t32 , Zutphen,

PaulVertegaal , Kon.Wilhelminastraat3 , Bunnik.

Hoofdstuk 3

TOPOGRAFIE h,UKLIMAA T 1.-biggi ng en grootte. uemeente: (eie v-.-or k L*en; Top.krt.: kaartblad ?SC, ' >A(1:2;3.000) bleezijee) Eet 81 kilometer lange riviertje de Dinkol,dat in de /estfelense Baurnbergen bijKoltwic k in .ouiïelan d ont igt,kont bij Glene,benede n He Duitse stad Gronau,o ns lan d bleuen,vanwa )tnoordwaart s vereer langs Twente's oostgrens stroomt.o. e';doorstr o >ri t ier'eaeente n Losser en Deno- kamp,neemt links o.a. deui th - *amsveen komende Glanerbee-ke n v „Ti de stuwwal komende allsbeekjSnoeyinksbeek,Dloenbee k en Bethlehense ëeek op;rechts clevanui t hetGildehguse rVen n komende Suënberger Beek en later deGel e Beek/Raramelbeek enPuntbeek.Bi j Brklenkamp,ten westen van Lattrop, verlaat de rivierNederlan d weer,stroomt opDuits e bodem voorbijLag e en valt beneden Neuenhaus in deOverijssels e Vecht,Van de 81 kilometer lange loop worden opNederland s grondgebied zo'n 36kilomete r afgelegde. Cp Duitse bodem zijn zowel derivie r zélf(boven énbenede n ons land) alsook deRuënberge r Beek gekanaliseerd;in Twente zelf volgen deze nog hun natuurlijke loop.DeGlanerbee k is ook inNederlan d gedeeltelijk reent­ getrokken,bijGlanerbru g meandert zij echter nog zeer hevig.Benedenstrooms van de Beverborgce brug is in het gebied van het voormalige waterschap "Beneden Dinkel" een omleidingskanaal gegraven enwerde n o.a. Funtbeek, Rammelbeek enGel e Beek gekanaliseerd.

2.Klimas Gelegen aan de oostrand venNederland,ken tCos t -Twente voor Ho l begrippen eenvri j extreem klimaat,net enkele contin entale trekjes, De gemiddelde jaartemperatuur van 8,5-9°C Gag dani e tsonde r hot land elijk gemiddelde liggen,het gemiddeld aantal zomerse dagen is juist extrah cog: 25to t 30.Een landklimaat.eigen,zij n daarentegen het aantalvorstdage ' van dehoogst e kategorie in dit deel van onsland:ra e er dan oO. me De gemiddelde windsnelheid is relatief laag:3«5-^ ter per seconde;d e be­ middelde jaarlijkse neerslag,waarvan de top in juli valt,ishó6g,nl. 7 so­ BOO mm. per jaar. in Oost -Twente voorkomende zeldzame planten als Zevenster(Trien t:;lik ­ europaea )e nKranssalomonszegel(Polygonatu m verticill aturn)zijnaa n dit voor Nederland zeldzame»extremeklimaa t gebonden. (Hoewel eraanwijz iginge n zijn,datd eKranssalomomszege l is aangeplant).

UranssalowanSî ajel. ?.&>önste r Eönfeheün.

nieaiapj?

AHA AU: i: 100.000 haak A\ \ DEELI I

Hoofdstuk1 ;D EWOIIDINGSGLSCHIEDEP'Ï SVA NHE TLANDSCHAP . (enho ed ea-on sh irui nee nro lmeespeelde ) l.Irlelding Indi thoofdstu kword tee noverzich tgegeve nva nd elandschapvormend e processen (geologische ,geomorfologische ,vegetatiekundig ee narcheolo ­ gische), zoal sdi ezic hvana fd evroegst etijde nto tn uto eontwikkelde . Watw yn ui nhe tlandscha pwaarnemen ,i she tresultaa tva nmiljoene njare n samenspelva nbodem ,klimaat ,planten ,diere ne nd emens . Alhetgen eda tw eaa nhe tuiterlij kva ndi tsamenspe lkunne nwaarnemen , zoalsheuvels ,dalen ,bo3sen ,hellingen ,meren ,houtwallen ,dorpe ned.(z.g . landschapselementen)vatte nw esame nonde rd enoemer :landschap .Doo rd e aardva ndi elandschapselemente n onderscheidtee nlandscha pzic hva nee n anderlandschap ,maa roo kdoo rd egroott ee nverdelin gva ndi eelemente n (b.v.d ekavelvorm ,kavelgrootèe ,uitgestrektheid ,hoogt e etc). Deverschillend emogelyk ecombin atit .&• va nzulk eelementen ,hu ngroott e enverdeling ,make nhe tmogely klanc.schapstype st eonderscheiden . Overhe tuiteindelijk egevormde ,n uaanwezig elandscha pi nZuidoostTwente , enin (e n vanuit!)he tDinkelda lir .he tbijzonder ,zulle nw ehe thebbe n in hoodstuk1 va ndee lIII . Numoe td egeschiedeni sva nd elandschapvormend eprocessen ,di eimmer s debasi sva nhe thuidig elandscha pheef tbepaald ,e ndu soo kd euiteinde ­ lijkesamenstellin ge naar dva nd enatuu ri ne nbuite nhe twater ,d erev u passeren.Bovendie nprobere nw edaari nt evojgen ,ho ed emen szic hi nd e loopde rtyde ni nhe tlandscha phtaef tgedragen ,ho eh yhe tva nnatuurland ­ schapto tcultuurlandscha pmaakte .W ezulle nlate ri npar .3 t/ m5 zie n hoehe tmilie uproblee mi nd eDinkelvalle iontston d enzulle nd eoorzaa k zienva nd emoeilykhede ndi ed eDinke lbi jd ehuidig ebewoner s (boere ne n stedelingenva nGrona u) veroorzaakt .Pa sda nkunne nw enaa rd emees t geschikteoplossin gzoeken ,zoal swy 'di evoorstelle naa nhe tslo tva ndi t boek.

2.Degeologisch egeschiedeni s Den uvolgend einformati ekom tgehee le na lui tverschillend elitera ­ tuurbronnen ,di ei noud ee nrecent etijde nove rOos tTwent everschenen . Ermoe tvoora lme tnadru ko pworde ngewezen ,da tdez enagenoe gallee nove r < noord-oostTwentçgaan ,ee nvanouds(? )vee ldichte rbevolk tgebied ,da tmed e doorz' nvee lrijker ebodem se nstatige rbosse ne nlandgoedere ni nhe t brandpuntva nd ebelangstellin gheef tgestaan .Vee lva ndeze -toc hno g vrijalgetne-informati e- za lechte rgoe do phe tbovenstrooms edee lva nhe t Dinkeldaltoepasbaa rzijn . Daarentegenvertelle non sd epublicatie sva nGonggrijp(1975,1976)e nVa nde r Hammenc.s.(1971 )vee lbelangrijk sove rjuis toc khe tda lva nd eBoven - .Dinkel .

Boringene nwaterstaatkundig everke nh ebe non sgeleerd,da td eoudst e lageni nd eOost—Twents eaardkorst,di evoo rhe thuidig elandscha pva nbelan g zijn,zijnafgeze ti nd eKrijtperiode,te ntijd eva nhe tOnder-Krijt;d ezg . "Wealden"-afzettingen.(Welkeo phu nbeur twee rruste no pd etientalle nmeter s diepee nca .30 ümete rdikk elage nBontzandstee nui the touder eTrias).I nla ­ gunes,poele ne nplasse ndi ehe ttoenmalig ekustgebie daa nd enoordelijke rge ­ legenKrijtze e sierden,werdenzanden,kleie ne nmergel safgezet,bi jterurbrekke n vand eze ea fe nto eonderbroke ndoo rst enkoolvormin gui traoeraswouden. BijGlanerbrug,i nd eoeve rva nd eGlanerbeek,i see nberoemd eontsluitin gva n Wealden-mergel.Naar..e tschijn th ef td espoorlijnaanle gnaa rBenthei mbi jd e Lutteoo kkrijtlage nblootgelegd.W eschrijve n zo'n12 0miljoe njaa rgeleden. . Dedikk ekalklage nui the bBoven-Krijt,di ew ei nZuid-Limbur gz omoo ikunne n zien,ontbrekenhier.Misschie ndoo rerosi everdwenen ? Tentijd eva nhe tTertiair,ee nperiode,beginnend eca .6 0miljoe njaa rgeleden , heeftd etoenmalig eondiep eze ekleie nachtergelaten,di ei nhe tOligocee n diktesva n3 0mete rbereikten.Doorda td ekustlij nzic hva nBenthei mnaa rhe t noordwestenverplaatste,worde ndez eoudst etertiär ekleilage ni nhe tooste n nietmee rdoo rjonger ebedekt.Bi jd eLutt evinde nw eda nee n7 0mete rdikk e kleilaagui the tOligoceen,terwij ldaa rlate rbi jOotmarsu mno gee npakke t uithe tMiocee ni sopgebracht.Dez ekleie nwerde ni nonz eeeu wlate ri ngroe ­ venal s"leem "ontgonnen . Indez etij dzo uvolgen sBernink(l926 )d ebasi sgevorm d zijnvoo rd ehuidi ­ geheuvelrug,di ewestelij khe tDinkelda lbegrenst,doorda td edikk elaa gOli ­ gocènekle ito tzo' n10 0mete rbove nhe tomringend elan d zouzij nopgeheven . DeHeuvelru gv n Benthei me nGildehau swer da li nhe tEocee ngevormd,zoda t daarn uonder-Krij tafzettinge nal sBentheimer -e nGildehause rzandstee nte n bateva nvee lmonumental egebouwe nkunne nworde nontgonnen.He tDinkelda l wasgevorm de ne rzo ua lee n"oer-Dihkel "doo rhebbe ngestroomd . Infeit ehebbe nlat etijde naa ndeze"basis "va nhe tlandscha pslecht s relatiefkleine(maa rlokar lzee ringrijpende!)wijziginge naangebracht:e ri s nogwa tafgeslepen,opgeleg de nbi jgewerkt,maa rzoiet sal sbodemvruchtbaar ­ heide nwaterhuishoudin gword ta ldani gdoo rdez eTertiair elage ngeregeld » Iniede rgeva lo pd ehellinge nva n destuwwal,waa rz edagzomen.I nhe tDin ­ keldalzel fligge nz etoc hno g4 0à 6 0mete rdiep . Rivierenvanui the toosten(Rijn,Vech te nEms)e nmogelij ksmeltwaterstro ­ menui tkoude,Onder-Pleistocee nperioden,hebbe nTertiair elage ndeel suitge - slepene ndeel swa tPleistocee nzan de ngrin dafgeze3»To td eeerst ee neni ­ geijstij ddi eon slan dme tlandij sdee dbedekken,me tz' ngletscher som ­ streeks200.00 0jaa rgelede nnaa rhe tzuide na fkwa mzakken.Dez eRisstijd(o f Saalien)heef td eheuvelru gva nEnsched eto tOotmarsu mee n4. 0mete rgroo t kopjekleine rgemaakt(al sw ed eoud eBernin kmoge ngeloven),e ri niede rge - vanno gwa taa n (op-)geduwde ngestuwd.D edikk ei jslabbe nverpulverde ne n schuurdenee nmengse lva n-skandinavisch ekeie ne nTwents-Tertiai rmateriaa l totkeileem,da tn ual see nlaa go pd eTertiair esedimente nligt,e nn ueve n alsd eTertiair ekleie nal swaterscheidin gdiens tdoe te nhe tbestaa nva n lateremere ne nvenne nmogelij kmaakt . Hahe tafsmelte nva nhe tlandij sraakte nd ela-er eterreingedeelte n grotendeelsonde rfluvioglacia '1 dekzan dbedolven.N ubegin tee nwarmer e periode,eenzg .interglaciaal,i ndi tgeva lhe tEemien,waa rlangzaamaa nwee r uitgebreidevegetatie s 'slandsoppervla ki nbesla gnemen(aanvankelij kden - ne-e nberkebossen,to tbosse nme teik,hazelaar,es,linde,haagbeuk,el se n spari nd ewarmer eperiode )e nvinde nw ei nd eDinkelvalle irivierafzettin ­ genva nvevn,lee me nzanden.Ee nzelfd esedimentai ezett edoo ra -n he tbegi n vand elaatst eijstijd,he tWeichselien(o fTubantien,naa rd eformatie sva n Twente=Tubantiaui tdez etijd;ja,Twent ei swereldberoemd!),di e zo'n70.00 0 jaargelede nee naanvan gnam.Tijden sd evroeger eperiod eva ndez eWurmijs - tijd(zoalsdi eoo kwe lword tgenoemd),he tzg.vroegglaciaal,wisselde ntwe e korte struiktoendraperiodesa fme ttwe ewarmere,gematigd eklimaten.Pa s 58.000jaa rgelede nbego ndi eIfàrmijstij dhe thie rpa sgoe dkou dt emake n enmaakt eva nonz estreke nee narctisc hwoestijnklimaat,nagenoe gzonde rbe ­ groeiinge nme tgemiddeld ejulite:r.perature nron dd é5°C.Vana fn uspreke n weva nhe techte,he tpleni-glaciaalHe tlandij sbereikt eon slan dn une t niet.Indez everiod eword taanvankelijk,vanweg ehe tontbreke nva nplanten ­ groeigee nvee nmee rafgezet,wê ld egrov ee nlemig edekzande nva nd ezg . Dinkelafzettingenui tdi tvroeg-pleniglaciaa lva nd eTwente-formatie.He t ietsminde rextrem ee nvochtige rklimaa tui the tlater emidden-plenigla - ciaalgeef ta fe nto e tussend ekriskrasgelaagd erivierzandbeddinge nwee r enigeveenvormin gva nmosse nt ezien:ee ntoendraklimaat.D eto pva ndez e "iMekkelhorst-afzettingen"bereik ttegenwoordi gi nhe tDinkeldr. 1ee ndiept e van2-4--meter.Daaro pvolg twéé ree nnó gkouder eperiode,d eallerkoudst e uithe tWeichselien(to tJulitemperature nva n2-3°C!),he tboven-pleniglaciaal , waarind ezg .Lutterzandafzettin;je nwerde ngevormd.Omda te rn uni .va nplan ­ tengroeinauwelijk smee rsprak eis,d eondergron dnagenoe gpermanen ti sbe - 7

vroren (permafrost)e nhe tklimaa too kwa tdroger,hebbe nwinde nvri jspe l opd eouder ezandafzettingen,e nbestuive nhe tDinkelda lme toud edekzanden . Dezedekzandperiode(va n28.00 0to t12.00 0jaa rgeleden )word thalverweg e onderbrokendoo ree ngrindbe de nfossiel ebodem sme tvo^twerkingenCkryotur - baat)thetkomple xva nBeuningen . Twaalfduizend jaargelede nvon dee nfluctuerend eopwarmin gplaat se n hetlaatglaciaa ldoo kop,me ttwe ewarmtepieken:he tB/rfllimg -e nhe tAller/fcl - interstadiaal.Dooree nwijzigin gi nhe trivierregim eraakte nd eoostelijk e rivierdaleni nonbruik,deel sdoorda tz eme tstuifzandrugge ngeblokkeer de n omzoomdwerden;d eriviere nkwame nmee rwestw ;ard st eligge ne no pd eplaat s vand everlate nbeddinge nkwame nn uvel emere ne nplassen,z oomstreek sd e huidigenoordoost -e noostgren sva nTwent eme tDuitsland.Ee nwee ropkomen d vegetatiedeklegd ed edaarvoo rno gstu gstuivend ebode mvas te nslecht see n dunnelemig ezandbeddin gwer ddoo rd erivieren(w.o .d eDinkel)afgezet .

O 2S050Ù 7bO tX» 1250 mir». M00RD00ST-TWENTE leqendfc:

^^ setotirf ara Jerira&o* met dennen.

pö§ J»»tEerksiioj.afviMekiHiae t fodej»

f 1 Keren.

PALEOVEGETATIEKAART ALLEÏ#D Uit:Vande rHammen,1971 ,

3.Deeerst emensen . Nugebeur ter,i nhe tAller/rf dinterstadiaal,iets,da twi jmense nmaa ra l tegraa gal swereldschokkend egebeurteni skarakteriserend eeerst emense n bewonenhe tDinkeldal.Zo» n11.00 0jaa rgelede nnadie nd ejager sui td evroege , middensteentijd hunkampeerplaatse nhierjz ebehoorde nto the tzg."Tjongervolk" . Zeleefden,i ndez eAller/dperiode,i nee nkoudgematig dklimaa tme tjuliterape - raturenva nomstreek s15°C.Buite nd emere no pd eoost -e nnoordoos tDinkel - dalrand,warenhe tDinkelda le nhaa rvochtige rstuwwalhellinge n toenbegroei d metberkenbos,waari nope nze;.:ï;evelden(me tveenmo se nwaterdrieblad )o pd e 7a.

-— Tl °eu;on*rs van Twente in de prae-historische tijd. De grens van Twente is op bovenstaand kaartje door een streep-liin "«. (Tekening:J. Polder). . 8

natte,enalsemi,Artemisia )o pd edroger eplaatsen.D ehoge rgelegen,droger e enamer edekzande ndroege ndennewoude nme tkraaiheide-ondergroei.D enieuw e geologischeafzettinge nbestonden,to tvandaa gtoe,slecht sui t"beekbezin - king",eenkomple xgehee lva ngro fe nfij nzan dme tveen -e nkleilenzenjafge ­ zeti nee nDinkeldal,da ttoe na lvoo rhe teers tzij nhuidig evor mkreeg . ~O pdi tlandscha phadde nd eTjongermense nno ggee nnoei&swaardig einvloed , jagendenomade nal sz ewaren.Waarschijnlij kverdwene nz ewee rme td ealler ­ laatste,kortekoudegolf . Toenaa nhe tbegi nva nhe tHoloceen,,ca,10.00 0jaa rgeleden,d elaatst e ijstijddefinitie fvoorbi jwa se ntemperature nva nhe twarmgematigd ekli - - maat(zoalsw eda tn ukennen)wee rwer deribereikt ,wa she tvegetatiede kaanvan ­ kelijkwee rongevee r zoalsd eTjongermense nda tkenden.Da tduurd ez ohe t gehelePreboreaal,va n8200-640 0v.Chr.I nhe tBoAi. 1(64.00-530 0v.Chr. )leid ­ dehe twarmer ee ndroger eklimaa tto td evervangin gva nd eberkebosse ndoo r bossenme teik,hazelaar,iep,e se nlinde,D emere ni nhe tooste ne nnoordoos ­ ten,uitB/llin ge nAller^d,ontwikkelde nzic ha lsne lto tklein emesotrof e venen.Zoe rüberhaup tmenselijk ebewoner swaren,no gwa shu ninvloe do phe t landschapnihil,vanweg ehu ntoe n"milieuvriendelijke"jaag-,verzamel -e n visgedrag. Inhe tAtlanticum(5800-250 0v.Chr.)beston dee nwarm-vochti gklimaat,da t degroe iva neikebossen,zoal swi jdi en uongevee rkenne nmogelij kmaakte , hoewellind ee nie ptoe nee nbelangrijke rplaat sinnamen.Misschie nware ne r zelfsafzonderlijk elindebossen.ü pd edrog erivierduine nverschene nd eeer ­ steheideveldje si nd egeschiedeni sva nd eDinkelvallei.Ui the tbegi nva n dezeperiod ezij ngee nzeker ereste nva nmensenbewonin gbekend.Misschie nda t dei nd enaast eomgevin gwê laanwezig eLeijen-Wartena-mense nd ezandrichel s aand ebeke ne nmere n£ewoonden,maa rda nzee rdu ngezaaid.Oo kdi tware nno g jagers,verzamelaarse nvissers .

4..Deagrarisch erevolutie . Rond350 0v.Chr .echter,toc hno gduizen djaa rlate rda ni nZuid-Lim - burg,verschijnend eeerst e-landbouwer sva nd eBandkeramiekcultuur.Zi jver ­ tegenwoordigend e "agrarischerevolutie",waarme ed eniéuw estesntijd(he t neolithicum)hierzij nintred edoet.Hie rbegin td einvloe dva nd enen so pd e vegetatie(deeerst eruderaalplante n- weegbre e- duike nop),maa ri sno g zeersporadisch . Halverwegehe tSubboreaa l (2500-200v.Chr.)doe td ebeu kzij nintrede . Waarschijnlijkdoo rmenselij ktranspor tva nd ezaden.O pd earm ee ndrog edek ­ zandentreffe nw eeiken -e neikenberkenbosse narn,me to piet svochtige r plaatsen(dedekzande no pd eheuvelrughellingen )eiken-beukenbo sme tHulst . Dei nhe tBoraa lbeginnend evene nva nd elaatglacial emeren,ontwikkele nzic h totwar eSphagnumhoogvenen,me tlokal emesotrof egrondwaterinvloed.D evochti ­ gevalleie n vanDinke le nzi jbeke nrake n begroeidme tbosse nve nhe tEls - Vogelkersverbond:rijke,vochtigeloofbosse nme trijk eondergroei,di ew en u ~ nogi nbv .he iSmoddebo sbi jLosse rvinden . Opd evo'gtig eplaatse nvinde n wewilgenbroekbos .W ekunne nstelle nda tdi td euitgangsvegetati eis , vooron shuidig ecultuurlandschap .D einvloe dva nee neveneen sgroeiend e mensenpopulatieneem tn ulangzamerhan dtoe .He tDinkelgebie draak tvana f 2800v .Chr .bewoon ddoo rd etrechterbeke r- e nlate rklokbekerkultuur . Voordez emense nwa sd eDinkelvalle ime thaa rhelde fdrinkwate re n afwisselingva ndrog e (landbouw ,wone n) e nnatt e (veeteelt)gronde nee n aantrekkelijkwoonoord .Hu ngereedscha pwa sno gnie ti nstaa tzwar egronde n tebewerken ,e nzodoend evind td eeerst e belangrijke 'landbouwo plicht e zandgrondenplaats.Hu nroofbouwkultuu r ,waarb yope nplaatse nwerde ngekre* * eerddoo rafbranding ,e ndoo rnalatin gva nbemestingjslecht senkel ejare n kondenworde nbebouwd ,leid tto tkleinschalig eontbossing ,da the tontstaa n -va nd eeerst eheide se nstuifzande nnab yhe tLutterzan dto tgevol gheeft « gehad«I nd ebronsty dze tdez ecultuu rzic hvoor te ngroei tlangzaam . Erzij naanwijzinge nda tomstreek s50 0v .Chr .voo rhe teers the tbekend e bemestingssystee mme tplagge nplaat svindt .Definitiev enederzettinge n zijndu sn umogelyk oN uzitte nw ei nd eijzertijd ,vana f70 0v Chr .waa r debevolkin gno gverde rtoeneem te nd elandbou wsteed sintensiever e vormenaanneemt .E rword tmee re nmee rontbost ,wa tdoo rlangzam eherste l mogeiykhedeno pd edekzande nto theid evormin gleidt . Aand eonevenredi g dikke80-10 0c m Dinkelsedimentenui tdez etyd ,val tt ekonstatere nda t inhe tbove nDinkelda ld eontbossin gzelf sto tsterk eerosi eva nd e hellingenleidde .Bovendie ntrade nn uvoo rhe teers ti nmense nheugeni s waarschynlykwinterinundatie sop ,omda td ebosse nhe tregenwate rnie t meervasthielden .D ewaterhuishoudin gwa svana fn uontregeld . Vanaf10 0n.Chr .word tn uflin kaa nd eopbou wva nesse ngewerkt ,aanvanke ­ lijkdoo rbemestin g mei plaggenui td ebeekvalleien .Vana fhe tjaa r110 0 hanteerdeme nd emethod eva nd eschapemes tme theideplagge nvermengt . Debevolkin ggroeid e ,d eeese nwerde ntalryke re nsteed shoge r (ee n golvendlandscha pontstond) ,d eontbossin gna mgestaa gtoe .$ pd edrog e grondengroeid edaaro mhe theid eoppervla k sterk,wa ti nd emiddeleeuwe n dooroverbeweidin ge ntevee lplaggen ,ee nuitbreidin gva nhe tlutterzan d enander estuifzandgebiede nto tgevol ghad ,me tall eprobleme nva ndie n { ookverstuivin gva nlandschapsgronden) .

DelaatrHolocen eve^etatier .i nNoordoost-Tventerbasi f vanhe tlandschap ; Uit:Vande rHamme nc.s.,1971) . 9*

% TWENTE

(Tekening: J. Polder, Almelo). 10

Deontginnin gva nnieuw egronde ne nd eaanle ge nopbou wva nd eessen , deexploitati eva nd emate n, he tbehee rva nhe tgeriefhou te nd ezor g omd ebedreigend everstuivinge ngeschiedd ei ngemmeenschappelij kverband ; deboere nware nverenig din"marken ", hoewe lveela lhu nboerderije n geisoleerdjinhe tlandscha plagen .I n79 7word tvoo rhe teers tove rdez e markengeschreve ne nwe lwa tbetref tnoordoost-Twente ,D ebinne nd e markengelege ngronde nwerde ngemeenschappelij kbezi tva nd eoudst e"erven" ; deweide ,heide, ,veen ,broekgrond ,houtgewa se nvruchte nwerde n onderhe n verdeeld,Hetjnifcrkerech tschree fee niede rd egroott eva nzij naandee lvoor . Bijd eaanwa sva nd ebevolkin gmoeste nd emarke noo kaa n" nieuwelinge nplaat s bieden.Z ehadde nminde rrechte ne nwerde nbrink -o fbyzitter sgenoemd . Hetmarkesystee mheef tongetwijfel dhe thuidig elandscha p sterkbeinvloed : geensmaile ,klein epercelen ,maa r "afgeronde",relatie fgrot eesse ne n maten.D 0ord eopkoms tva nhe tprivaatbezi tsind sKare ld eGrote ,word tdi t essenlandschapafgewissel dme td ei npriv éeigendomme nverdeeld ehoevenland - schap. Totaa nhe tein dva nd evorig eeeu wheef td etwents eboe ro pdez ewyz e doorgewerkt,gehee lvolgen sd etraditi eva ndez esaksisch ecultuur ,spra k deSaksisch etaal ,bouwd ed e"loss ehoesen" ,werkt einmarfceverban do pd e essene nmaten ,kleedd ezic he nfeestt evolgen sd eTwens efolklor ee n leefdee nhandeld evolgen sd ebekend e typischetwents ekaraktereigenschap ­ pen.Di talle sleidd eto the tkarakteristiek elandschap ,me thog eesse n opd edrog egronden ,omheind eweilande ni nd evlakk ebeekdale ne no p'd e zwakhellend ekeileemgebiede naa nd éran dva nd eheuvelru g (d e "maten"). Vooralo pd eheuvelru gblee fno gvee lbos,o fwer domgebouw dto tzwaa r parkbos (oo kva nd elater etextie lbaronne nui tEnschede )o fi nproduktie - naaldbos.Grot eheidevelde nlage nvoora li näe toostelyk eDinkeldal ,waa r zichoo kzandverstuivinge nbevonden . Debove nbeschreve nveranderinge nware nuiteraar dzee rdrastisc hvoo r hetlaat-holocen enatuurlandscha p , datsteed smee rppe nplekke nkreeg , ma.'r daarn awer dhe tverkrege ncultuurlandscha p tochsteed svolgen sd e tradities,o pee neeuwenlan gidentiek ewyz ebehandele .Hierdoo rheef t deTwents eboe rzeke rbygedrage naa nd eontwikkelin gva nmee rsubmilieu - typeni nhe tlandschap ,da too ksteed smee rplaat sboo daa nsteed s anderediere ne nplanten .Vee lecologe nspreke nva nee n"verrijkende " invloedva nd etraditionel elandbou wo phe tmilieu .Inderdaa dna mdaardoo r desoortsdiversitei ti nee nklei ngebie dtoe ,maa rdi tstreve nnaa r diversiteit,ken too kgrenze n :alsdoo ree nopslitse ni nvee lmeer ,maa r kleinereekosystemen ,ee nekosystee mz oklei nwordt , dathe t nietmee ri nstan dka nblyven ,o fal sdaarme ehe tareaa lva nee nbepaal d ekosysteem zoklei nwordt ,da tdaari nvoortkomend esoorte nuitsterven , moetenw eernsti g twijfelenaa nd e "gunstigheid"va nee ngrot ediversiteit . Hoehe too kzy :He tDinkelda le nd eaangrenzend eheuvelrughellinge nwerde n tothe tbegi nva ndez eeeu wgekenmerk tdoo ree ngrot eafwisselin gva n veelverschillend elandschapselementen ,me tvee lverschillend eekosystemen , waarinvee lverschillend eplante ne ndieren ,waaronde rrelatie fzeldzam e enzee r zeldzame.Di twa she t résulta;t va nde'kleinschalig e"verrijkende " invloedva nd etraditionel etwents emarkeboer ,steunen do pd ebasi sva n eenzee rgevarieerd egeologi ee ngeomorfologie ,i nhe tDinkelda lrecen t ondersteunddoo rd ecreërend ewerkin gva nlaaglandbekensystee mva nd e Dinkel. M

5»Va nverrijkin gto tverarmin g Infeit ewa sd ezogenaamd e "verrijkende"invloe dva nd eprehistorisch e tot1 9 eeuwsenie tallee nee ncreërende(scheppin gva nnieuw elandschaps ­ elementen),maa rtegelijkertij doo kee ndestructieve .D e "verrykingen"me t heides,stuifzande nware ninfeit everstoringe nva nee nbestaand esituatie . Ditblyk too kui the tfei tda td estuifzande nech t" o mzic hhee nvraten" , totgroo tongenoege nva nd elaa tmiddeleeuws emark ed eLutt e (d egrootst e marke),gezie nd eHoltinkresoluti eva n2 3septembe r1691 :" Aangaand ed e sandstuyveni nd eLutte ,i svoo rhe texpedienst egevonden ,d'hee rdros t teversoecke ndat(... )als ohe twer kva nd esandstuyv eme terns tdoo rd e gecommitteerde-mac hworde nvoortgese te nall edoenlijck emiddele ndaarto e byd eïfen tgenomen(,. )to tsuppor tva ndi earm emenschen ,doo rhe tsan d beschadigt,t esupplieeren ."Doo roverbeweidin ge nklandestie nhakke n enplaggen ,wa shie rhe tee ne nande rui td eklau wgelopen . Vanaf182 0wis tme ndoo ropdele nva nd emark ei nparticulier eeigendomme n byd eboere nzo' nverantwoordelijkheidsbese ft ekweken ,da tdoo rbebossin g metgrov edenne nhe tstuiven dzan dn uzo' nbeetj ei svastgelegd . Ookd ewaterhuishoudin gwer da lvroe g "gestoord" :a lte ntyd eva nd e trechterbekercultuurverdwene nd ehellingbosse ni nhe tbovendinkeldal , zodat watere ngron dnie tmee rdoo ree nvegetatiede k werdenvastgehoude ne n stevigeerosi ee nwinterwateroverlas the tgevcf cwaren . Maard eindustriël erevoluti eheef tvee lbygedrage naa ndez eafbraa kva n hetlandschap .Bevolkin ge nindustrieë nname ngestadi gtoe ,d elucht ­ vervuilingheef tva nTwent eee nzg .epiphytenwoestij ngemaakt ,doo rd e zeergevoelig ekorstmosse nui tt eroeien .D eDinke lzel fwer dgruwelij k verkrachtdoo rernstig ewatervervuilin g (zi epag .JfiL ). Delandbou wwa sgedoem dmoderne rmethode sto et epasse ne nhar. rareaa l uitt ebreiden ,e ni nd ecrisisjare nmoeste nvel ewerkeloze naa nwer k geholpenworde ndoo rontginningswerkzaamheden .Hiervoo ri sdestijd s hetaor pOverdinke lgesticht .D evene ne nheide sva nZuidoost-Twent e werdenomgeze ti nweiland en o fakkers .Hierdoo rwer dhe thuidig eland ­ schapongetwijfel d sterkbeïnvloed ; Erverdwene nnie tallee ndez e landschapsbepalendeinternationaa l zoberoemd ee nuniek emilieu's , enstierve nnie tallee nvel eplante ne ndiersoorte ndaardoo rbijn a geheeluit ,d egevolge ngrepe nverder ! Delater egrootschalig elandbouw , die -volgen sbestaand etheorië n- nudoo r eeneenvormige rlandscha p kwetsbaarder gewordenvoo rplagen ,maakt ehe tgebrui kva nverde r vernietigende bestrijdingsmethodènnoodzakelijk . Juisti nd eoostelijk e provincieswa sd egifram ponde rd eknaagdieren ,insekte ne nroofvogel s ind ezestige rjaren ,doo rondoordach tgebrui kva nbestrijdingsmiddele n heternstigst .N uDDT ,Dieldri ne nKwikverbindinge ni nd elangbou wzij n verboden,trek tdi twee rwa tbij ! Eenande rgevol gwa sd everdwijnin g vand eregulerend ewerkin gde rhoogveengebiede no pd ewaterhuishouding ; doorontwaterin ge nafgravin gginge ndez ereuzensponze nverlore ne nd e watervoeringva nDinke le nveenbeke nwer donregelmatige re ne nga faan ­ leidingto toverstromingen ,zelf s 'szomers . Ertra dee ngroeispiraa li nwerkin gme tall enegatiev egevolge nva ndien ; Degroeiend ewateroverlas tmaak the tnoodzakelijk.voo rlandbou we nneder ­ zettingenmiddele nt everzinne no mhieraa nee nein dt emaken .D epro ­ vinciega fd eluitenant sStarin ge nStieltje sd eopdrach tto tee nstudi e eni n187 2verschee nhe t "Verslagva nd etegenwoordige ntoestan dde r afwateringi nTwenthe" .Vanweg ed esomber econclusie sdaari nstelde n GedeputeerdeState no p2 0januar i 1884voo rMidden-Twent ehe tWaterscha p "D eReg,'e "in .No gi nd enegentiend eeeu wwerde nd eReggebeke nzodani g aangepast,da td ezoraeroverstrominge nachterweg ebleven ,maa rd eWinter - inundaties (nog)niet ,daa rdez etijden sd eimproductiev eperiod ed ewei ­ landenme tvruchtbaa rbeeksli bbemestten .Echte rwer doo kdi tlaatst e verschijnsel sindsd ekoms tva nd ekunstmes tal snadeli gervare n (d e grondblee ft elan gt enat )e nkonde ntijden sd ecrisisjaren ,tusse n192 5 en194. 0d e "Re^gewerken"worde nuitgevoerd . "Wati ndi ejare nan n natuur-e nlandschapss c ooni svernietig di raets gee npe nt ebeschrijven! " schrijftRodin g {lj/5) treurig. M Waarschijnlijk doord eliggin.- ;aa nd euiterst eran dva nNederland ,blee f deDinke lno gonaangeroerd ,maa ronz eDuits ebure nkombineerde nd ebe ­ strijdingva nwerkelooshei d enwateroverlas teveneen se nginge nove rto t groteontginninge ne n "Flurbereinigungen"bi je ni nd ebeid e (bovene n beneden)Duits eDinke ldelen .Dit^erergerd eo pzij nbeur twee rd esituati e ind eNederlands eDinkel ;sne lafgevoer dDuit sDinkelwate rkree gbi jd e grensee nopstoppe rdoo rd enatuurlijk eloop ,e nveroorzaakt eno gmee r zomer-e nwinterinundaties !Da nmaa ri n194. 2he tWaterscha p"Beneden-Dinkel " opgericht,da tn ai96 0i nhe tkade rva nd eruilverkavelin g "Denekaiaperveld " opdrachtga fhe toraleidingskanaa lt egraven ,vel ebeke nt ekanalisere ne n moerassendroo gte_leggen .Ee nernstig eaantastin gva nnatuu re nlandschap , hoeweldi twaterscha pi ndi etij dgunsti gafsta ktege ndi ei nd eres tva n Nederland.D èaanze twa sgegeve nto twa tMr .Gorte ri n194- 6a lvreesde ; "heti sonnodi gt ezeggen ,da tdi talle sto tee nwar erevoluti ei nhe tland ­ schapka nleiden ,zoal she tverlede nno gnooi th,eef tgekend .D ehoutwalle n zullengrotendeel sverdwijnen ,nieuw erecht ewege nzulle nworde naangeleg d moerassene nbroeklande nzulle nworde nontwater de nva nhee ld eveelzijdig e schoonheidva nhe toud eTwents elandscha p zalvrijwe lniet soverblijven... " Toenpe r1 januar i197 0d ewaterschappe n"Regge"e n"Beneden-Dinkel "werde n verenigd,wer di nhe tnieuw ewaterscha p "Heggee nDinkel "oo keindelij k deBoven-Dinke lopgenomen .Da tme ntoe noo kaa nd eBoven-Dinke lmoes tgaa n sleutelen (hie rwa simmer sno gsteed sernstig ewateroverlast! )i sd eleze r bekend.Analoo gaa nd eBeneden-Dinkel ,wild eme nnie taa nvolledig ekanalisati e denken,e ntoe nd ekoste nvoo ree nomleidingskanaa le nbergingsvijver st e hoogopliepen ,tra dd euitzichtloz esituati ein ,di eme nn ume the t "Dinkel- convenant'" trachtt edoorbreken . Ziedaarvoo rverde rhoofdstu kY / Z • Nietallee nee nverstoord ewaterhuishoudin gi sdee lui tgaa nmake nva nhe t twintigsteeeuws erampenpakke taangaand ed eTwents ebeken ,oo khadde ntoe ­ nemende bevolkinge nindustri eee nernstig ewatervervuilin gto tgevolg . Debeke ne nriviere nhadde nhe tgering evuilaEnbo dlang et±jde naangekund . Ali n19O Okwa md eeerst eblunde raa nhe tlich ti nd ekwesti eOelerbeek . DitEnschedee sope nrioo lverspreidd etoe nzo' nstank ,da td etoenmalig e eigenaarva nhe tlandgoe dTwieke lee nproce stege nd egemeent eaanspande . Ondanksd everoordelin gi n1911 ,va nd egemeent eto tƒ 50, —dwangso mpe r dagda td etoestan dvoortduurde ,wa sd estan kpa si n194- 9verdwenen !(Mi j isnie tbeken do fd etotal edwangso mva n3 8x ƒ 1825, — werkelijkdoo rd e gemeentebetaal dis . )• Watd eDinke lbetreft ;Volgen sBernin ki n192 6e nvolgen sDingeldei nto t hetbegi nde rdertige rjare nno g "glinsterend "resp ."helde ral skristal" . Zoko nBernin ke rno gd eallan gverdwene nBronmos ,Vederkrui d enFontein ­ kruideni nhe twate rzie ngroeien ;vervuiling sgevoelig eplanten . Dingeldein (194-8)schuif td eschul dva nd e groeiendevervuilin gvoornamelij ki nd e schoenenva nd eDuits estede nGrona ue nEpe , methu ngroeiend eindustrie ,waaronde rverve ­ rijen enbevolking ;w ewete nn u (ziepag.^s ) datGlanerbrug ,Losse re nEnsched ee roo kwa t vankunnen/konden . Ind ejare nvoo rd etweed e wereldoorlogkend eme ntijden ,da td e"Dinke l eenstinken dwate rwa sgeworden ,waari nnagenoe g alleorganisc hleve nwa sgedood ,waari ngee n vismee rko nleven ,waari nhe tnie tmee rmogelij k wast ebade no ft ezwemme ne nwaarui tgee nko emee r n-u^-e^o kondrinken!« ,aldu sDingeldein .Doo rd eprodukti e stakingde rfabrieke ni nd eoorlo g tradee nverbeterin. ;op , maari nhe tvoor ­ jaarva n194- 8bego nd eellend ewee ropnieuw .

^)E n vooral ook de sterke groei van de industriestad Gronau;daardoor nam het verhard,zeer snel afwaterend oppervlak zeer snel in omvang toe enversmald e het dinkelbed ter plaatse,wat sneller tot piekvor- ming ind e waterafvoer leidde. 13

Hetgrenstraktaa tva n8 apri lI96 0verboo dDuitslan dvervuil d Dinkelwater onzegrenze nt edoe noverschrijde ne nLosse rkree gi n197 2ee nzuiverings - instaltie,di e volgensonz eeige nwaarneminge ninderdaa di nd ezome rva n 1975er ghelde rwate rafvoerde . Desondanksi sui the thydrobiologisc hversla go pt emake nda the tno g lang'gee nkoe ke ne ii sme td eDinkel .Da tword tdaari nnade ruitgelegd .

Wijzij ni non s historischoverzich tbi jd eda gva nvandaa ggearriveerd . Wehebbe nhierme ed eoorzake nwille naantonen ,va nd eongewoo ngrot evariati e inhe thuidig elandscha p (ziehoofdstu k1 ,dee lIII )e nro lva nd emen s hierin,zowe lzij nverrijkende ,alswe ld emanie rwaaro pd eindustiël e menszichzel fsteed sverde ri nd emisèr ehiel p (wa too ka lhe tgeva lwa s Ind elandbou wwa tbetref td esocial epositi eva nd eboer )doo ree nkort ­ zichtigesymptoo mbestrijding .W ehope ni nd elo op va ndi tboe kno g meerargumente naa nt edrage no mdar rn u eensme eo pt ehouden !

14 DEEL III «.BESCHRIJVING VHN DE "HUIDIGE LANDSCIIAPSEKOLOGISCH E TOESTAND

Hoofdstuk 1 HET HUIDIGE TWENTSE LANDSCHAP

1«Inleiding. Het voorgaande verslagdeel heeft ons de ontstaanswijzeva n het zuid- oosttwentse landschap geleerd.Wehebbe n gezien dat 'nrelatie f grootaan ­ talwisselend e factoren tezamen aan deze opbouw hebben gewerkt.Kort samen- gevrt behelsen dit devolgend e fenomenen: -de bijzondere geologische afwisseling, -reliëf en erosiedalen, -werking van het water door beken, -bodem enklimaat . Globaal was deze basisva n abiotische factoren inhe tSubatlanticum,z o om­ streeks de romeinse tijd,alweini g anders dan datn uno g is.De bodems zijn nu misschien wat verder ontwikkeld,enigenatuurlijk e erosie zalo p deheu ­ velruggen zijn opgetreden en de beken en de Dinkel hebben het Dinkeldalno g wat opgehoogd en door de sterke meandering met geomorfologische elementen verrijkt.T6chwa s het landschap toenhee l anders dannu:he twa snagenoe gge ­ heelbebost(we l met deno g huidige bostypes,zie kaartje bladzijde9)»E r heeft echterno g een vijfde belangrijke faktor aan het landschap gesleuteld: -de mens. Hoe deze isgaa nwonen,ontbossen,lr>ndbouwe n enlate r is gaanverstore n en vervuilen,hebbenw e eveneens inhe t voorafgaande deelI I aangetoond. Desondanks is,vergelekenme t vele andere delen van onsland,Oost-Tv;ent eee n nog nog redelijk onbeschadigd cultuurlrndschap.De discriminatie van deze "uithoek"(vanuit Den haag gezien)en de twentse liefde voor het landschap,zijn hieraan niet vreemd. Inhe t kort willen we _he t uiteindelijk nog aanwezige cultuurlandschap bespreken ,met de verschillende 1;ndschapstype s en deelemente n

^•Beschrijving der landschapstypes. Afhankelijk van de genoemde "natuurlijke"basis en dewijz e van land- bouwen (inmarkeverbrn d of privé)onderscheidenw e in Twentenaas t hethoe - venlrndschap ook nog het essenlrndschap enhe t beeklandschap,dienaas t en door elkaar voorkomen. Karakteristieken 1.Hoeveniandschrp:word t gekenmerkt door zijn (dicht)r~ndwegennetme t fraaiê~ëikên"bëpïantingen,de weiden omzomende hakhoutwallen end e verspreid liggende bosjes enboerderije n met hun erfbeplantingen. H et is een zeer gevarieerd landschap dat men voorali nnoordoos t Twente en in de omgeving vanV/interswij kkent . 2.Essenlandschag:isee n soort tegenhanger van het bovengenoemde door zijn openhêï37ïn~tëgënstelling tot de bosrijkheid enkleinschalighei d vm hethoe - venlandschp vindt men slechts aan de randen van de essen dichte beplanting n in devor m van laanbepl-ntingen,bosje s ofhakhoutwallen.Di t typevinde n we veel op de stuwwal westelijk vn he t Dinkeldal. 3.Beeklandschap:eigenlijk is dit de hoofdvorm van het landschap zoals dit in~Twënti~vöarkomt.Het karakter wordt natuurlijk in de eerste plaats bepaald door de beken.Vroegerwa s dit beter te zien dan thans,want de cul­ tuur heeft weinig van het ooBspronkelijke bekenstelsel overgelaten,hoewel gezegd moet v/orden,dathe t systeem van de Dinkelhieri n momenteel nog een zeer gunstige uitzondering opvormt . Geschematiseerd zag het beeklandschap er vroeger alsvolg tuit : De beken ontspringen in het Twentse heuvelland of in dehoogvenen.I n hun loopwerde n ze begeleid door stroken groenland,afgewisseld metmoeras ­ bos.Deze stroken waren onbewoond;zijdiende n alshooilan d enleverde nge - riefhout aan deboer . 1f Door de periodieke overstromingen bleven de stroken vruchtbaar.voorzover het groenland 'szomersmi n ofmee r droog lag,werd het aangeduid als"ma ­ ten" of "meden",terwijl demoerassig e delen "broeken"o f "vlieren"ge ­ noemd werden. Debeke n en de voortdurende afwisselingv.-- nhoo g enlaa g vormenme t elkaar een groot aantal verschillende milieus,dat nogalunie kis . Vanhe t oorspronkelijke bekenstelsel,zoals dat in Twente voorkwam,is zoals gezegd weinig over gebleven.Slechts de bovenloop von de Dinkel ene - nige van haar zijbeken resten nog. Menka n verschillende typesbeke n onderscheiden,teweten : -rietebeek, -houtwallenbeek, -heidebeek. Rietebeek.üen "riet"o f "riete"i s een erosiedal met steile randen in het hëidëâchtîge heuvelgebied.Rietebeken zijn inhe t r.lgemeenmaa r dwerg­ stroompjes.Voorbeelden vrn eenrietebee k zijn de Springendalse Beek,de Mos­ beek,d eHazelbee k en deKlein e Hazelbeek;allen gelegen aan de Beneden-Dinkel. Soms alvó6r,maa r meestal in de riete,ontspringen derietebeke n met eenbron . Stroomafwaarts verandert het karakter in dat van een houtwalbeek.Het dalletje van derietebee k ismeesta l slechts enkele meters breed.&enmoo i voorbeeld is de Springendalse Beekbi jOotmarsum.D e bron van deze beek isi n de grond- morene en deloo p van de beekword t vervolgd inhe t dekzand. De bron manifesteert zichi n een smalle kom in een enkele meters diepdalle ­ tjeme t steile oevers,welke met jeneverbes,berk enwil gbegroei d zijn.Deko m is eenheldergroe n tapijt van moskussens enpolle n sappige planten,v/aartus­ sen water opwelt,talva n miniatuurstroompjes vormend,die al gauw llnbeekj e worden.De temperatuur van het v/ateri s in het bronmilieu erg gelijkmatig ('szomersrelatie f koud dus,'swintersrelatie fwarm)>Spoedi gword t deriete - beek danbegelei d doorhe t karakteristieke russenhooiland,meestal een smalle zoom langs deoevers . Vroeger werden ze jaarlijks gemaaid voor de potstalstrooisel.Rietebeken zijn vaak alleen in de bovenloop rietebeken env/orde n dan stroomafwaarts houtwalbe­ ken. l.Houtwalbeek.Evenals deWinterswijks e beken zijn demeest e Twentse be­ ken houtwaïbekerïT Houtwalbeken stromen inhe t algemeen door oud cultuurland,het Saksischehoe - venlandschap,waarin buitessen,groengronden enboerenbedrijfsbosje s elkaar afwisselen. De beek ismeesta l vrijbree d en diep enwerp t meestal zelf aan beide zijden oeverwallen op.Demen s verhoogde zea n onderhield ze om de beek in toornt e kunnen houden.De wallen zijnbegroei d met eikenberkenbos,voorzover het de hooggelegen,arme gronden betrof en opd eWa t rijkeregronde n met eiken- haagbeukenbos,d e doornige randstruwelen daarvan of zelfstandige doornhagen. Ruilverkavelingen hebben ook hier niet veel van overgelaten.Eenmodelvoor ­ beeld zoals hetwas,i s de 31oeraenbeek.'''Ta):.d e bronnetjes in het heuvelland van deLutte,doo r het nieuwhoevige landschap der fluvioglocialeheide-ont ­ ginningen,waar de keileem ophoudt en de beek zich diep in lietzan d snijdt (vanaf hier is de beek geworden tot een heidebeek)on zichvervolgen s bijAus t in de.Dinkel te storten. Ook deElsbee k boven Losser behoort tot dit type. Heidebeek.Van eonbeokda l is bij een heidebeek eigenlijk nauwelijks sprakêTf)ë~bêök graaft zich diep inhe t zand.i n en treedt slechts zeldenuit . Een voorbeeld hiervan was de Puntbeekjdi^èrfkele jaren helaas isgekanali ­ seerd,een doodzonde aan deze prachtige vertegenwoordiger v?m ditbeektype . H ierbijwa s ook heel fraai de werking van dokrach t von stromend water te zien:Cveral waar de stroomdraad deo r eenklein e oorzaak (wat die dan ook is) van het midden afwijkt en bij deoeve r komt,start een uithollingsproces van de (buiten)bocht. Met een eenparig versnelde beweging wordt deze bocht holler enholle r ente ­ vens dieper en dieper. Dit proces zet zichvoor t totdat er bijvoorbeeld een boom ontworteld wordt enhe t geheel verstoord wordt.Een enorme randmassa vult dnn de buitenbocht op en de stroomdraad keert zich tegen de binnenbocht,waar inmiddels een zandbank v/asontstaan.He t gebeuren herhaalt zich. Treedt deheidebee k weinig buiten zijn oevers,het gebeurt tochvaa k ge­ noeg om het zand er rijker en vruchtbaarder temake n dan in denaast e omge­ ving.. In het tsoven-Dinkeldalkende n we de beroemde Ruënbergerbeekal s eenverte ­ genwoordiger van dit type.

3•Het landschap van het Boven-Dinkeldali n het bijzonder. Want daarom-gaat het uiteindelijk,in dit boek.Dat we desondanks eenkor ­ tebeschrijvin g gaven vanhe t omringende Oost-Twentse landschap,isomda tv/i j ervan overtuigd zijn,d~t in de loop der tijden de Dinkel,haar zijbeken end e stuwwallen zo'n hecht geheel hebben gevormd,drt dezenie t losva n elkaarmo ­ gen worden gezien;het oosttv/entse landschap isméé r dan de somva n haarafzon ­ derlijke elementen,waarvan het Dinkeldal er één is!Elke bezoeker aan ditland ­ schap die enigzins oogheef t hiervoor,kan ditbeamen:laa t hij ter hoogte van "Snoeyinkneens aan de Dinkel gaan staan:het wijde Dinkeldal met dedijkjes , oeverwallen,oude armen en essen ligt vóór haar of hem,kilometersve rnog;e n in het westen ligt deOldenzaals e heuvelrug,waarop deuitgestrekt e bossen van Boerskotten,de maten enhage n in de dalen van de önoeyinksbeek en Bethlehemse Beek.Ofme n leze de lyrische beschrijvingen van Bernink enDingeldei n over hun Dinkeltochten. Het recente Dinkeldal,ongeveer begrenst door de uiterste invloed van de v/interinundaties,heeft zichuiteraar d enigzins inhe t omringende lrndsch.-p ingesleten,wat zichui t in glooiende of stijle,soms enkele meters hogewan ­ den..Voo rhe t merendeel wordt dit dali n gebruik genomen door weilanden,van­ ouds alal s zodanig ,va nv/ eg e devroege r nog gewaardeerde bemestende werking van de winterse overstrorningen(de welvarendste,althans grootste boerderijen komen al sinds die tijd juist in dit Dinkeldal voor!).Op debreder e oever- wallen en de aangrenzende 'dekzanden echter,vinden v/ekleiner e of groterebos - komplexen,zov/el dearm enaaldbosse n in Duitsland terhoogt e van deLosser - brug en opLutterzan d enLutterveld,al s de vochtige,zeldzame eikenhaagbeuken- bosjes bij de monding v.--nd eElsbeek,bi j Kraesgenber; enverde rverspreider e kleinere stukjes langs de Dinkeloevers.Vooral tussen Losser en de Poppevin ­ den v/eee n lange reeks oude essen a'and ewestzoo m van de rivier.Ter hoogte V:-nhe t Lutterzand treffen we tot 12-Jmete r hoge stuifduinen van deveelge ­ roemde enwereldberoemd e Groene Staart aan,boven een lange,stijle beekwand aan de buitenbocht.Het Dinkeldal zelf is slechts bijGl-n ev/a tdichte rbe ­ woond,verder staan er slechts enkele boerderijen. De visuele landscha;osgewaarworùing is aan het begin van deze paragraaf ale - nigzins benadrukt eni s door het subjectieve karakter van dit soortwaarde ­ ringen niet anders te omschrijven dan dat ernie t anders dan zeer positief door veel verschillende mensen alsschrijvers,wetenschappers,boere n enrecre ­ anten over wordt geroemd.De grote variatie in geornorfologische elementen (zie aldaar,hoofdstuk 2,deelIIl)za lhierto e zeker bijdragen.De schrijver de­ zeswee t zichno g teherinneren,da t hij de bebouwing vanLosse r en de enkele grote wegen met bijbehorende bruggen,met name bijLosse r end ePoppe,wa t minder kon waarderen. 17

Hoofdstuk 2 Geomorfolo;;iei n het dinkeld-1

Met name gedurende het Pleistoceen enuolocee n is ernie t alleen nog veel gebeurdin geologische zin in het Twentse landschap;landij s stormen,smeltwater ,beke n enriviere n hebben op de tertiaire ondergrond ook aan devor m van landschap geschoven,geblazen,geschuur d en gekneed.I n het groot resulteerde dat in een hoogteverschil van hoog in het zuidoosten enlaa g inhet noordwesten( zo zijnd e Dinkel en de Kegge dan ook gericht;he t verval inhe t Dinkeldal is van45 m + NAP bovenstrooms vanJipe (Dtsl),;;vi a 35m + riA Pbi jd egrensover ­ schrijdingbi jGlane ,to t ca 30ra + NA P bijgeverbor g en tenslotte 20m + NA P bijd e tweede grensoverschrijding bijLatrop ,waa r hiji nd e buurt in deOverijssels eVech t uitmondt).Ee n veel ingrijpender hoogteverschil,da t in het landschap zeer sterk domineert,i s echter deaanwezighei d van de vier hoge,e nhe t aantal lagere,mi n of meer evenwijdige stuwwalen,di enoord-zui d lopen.D e heuvelrug tussen Enschede enOldenzaa lbereik t tussen de laatst genoemde en de Lutte maximale hoogte van 85(Tankenberg),8 0 (.Faaschberg),6 0 (Hakenberg) en5 3raeter (Austiberg) •Hie rnaderf ed e heuvelrug het recente uinkeldalhe t dichtst; deAustiber g heeft haar topO p 2k m van het riviertje.Landschappelij k is deze beboste kam van groot belang. Opkleiner e schaal vindenw e in denabij ­ heid van het recente Dinkeldal geomor- fologische enhydrologisch e fenomenen als vennen ,bosmeren ,bronnen(o pd e keileem), smeltwatervalleien, waarvan door enkelen beken stromen endelfczand - ruggen,m»a r ook enkele klei-e n zand­ groeven,westelij k van de oever en stuifduinen,dekzande n envenne n a*nd e oostoever.O p de geomorfologische kkart is zeer duidelijk te zienho e de sterke oost-west hoogteverschillen in de vallei van-d e Bovendinkel,he t beeld doenafwijke n van de vlakkere enbreder e benedenDinkel - ö.al. Verdiepen we onsn u in de gedetailleerde geomorfologische kaart,di eGonggrijp(1976 ) vanhe t recente dinkeldal maakte,da n valt daarin de zeer grote en dichte afwisseling van elementen op,di e door de meanderende werking v.".nd e Dinkel in de laatste eeuwen zijngevormd .Gonggrij p onderscheidt wel 13natuurlijke-e n 2hal fnatuurlijk e elementen: hoogtekaart l.ïiivèére nz^jbeek ,me t z'n intensieve vanOost-Twente . meanders; slechts op drie piatse n vertoont derivie r over 500mete r of mea rnauwelijk skronkelingen ,wa t misschien door vroege kanalisatiekomt . 2.Cude loep,no g met water;o p zo'n 30plaatsen ,voornamenlij k tussen de"Snoeyink en de Bevenborgse brug. 3.0ude loop ,verland ; opbr'jn a 30plaatsen ;n u ook goed in de bovenste Dinkelhelft en ook meor aan de buitendteranden . '•f.Idem,v ag begrensd; op zo'n 20plaatsen;zee r mooi en complex bijd e meanders van DeGroen e L :;t;ar t en bij Teusink". 18- 5« Idem door cultuurtechniek beinvlcoed; bijna2 0plaatse n vooral inhe t meest bovenstrooms gelegen deel bijLosser . 6.Ceverwallen ,moeilij k te onderscheiden, Ze beinvloeden het 7. Dijkjes, reliëf langs de gehele Boven-Dinkel. 8.Evenwijdig e zandruggetjes,duidelijk;voornamelijk tegenover Groene 9. Idem,onduidelijk;algemener,vooral GroeneStaart,Zandbergen , Staart. lO.ZKom metwater;ca .1 0keer.Mooi e exemplaren bijD e Poppe»Teusink en monding Ruënbergerbeek. 11« Idem,droog;laagtes dus.Eenklein e tien ex.GroeneStaart,Koeken - berg/Teusink enmondin g Kuënberger «eek. 1?..,Steilrandjesjd e zg. beekwanden vansosm s enkele metershoog . Spectaculair voor dewandelaar.Gevol gva n erosieve werking in bui­ tenbochten envoora l ook daar,ook in oude lopen,sosm enkelekilo ­ meters lang. 13»^Begrenzing dalbodem met steilrandjes;begrenst gehele recenteDin ­ keldal . De halfnatuurlijke elementen bestaan uit essen enbebouwing,die , mits in het laatste gevalnie t te onharmonieus,af en toe de menselij­ ke "landschapsverrijking;"representeren . Gonggrijp(1976)wijs t op de zeer buitengewone zeldzaamheid,represen­ tativiteit engaafhei d van deze dichte opeenhoping van geomorfologi- sche fenomenen,die zo'nbelangrijk e bijdrage leveren aan het land­ schap,d e grondslag vormen voor devariati e in flora en fauna.Boven­ dien maakt deze situatie (a)verschillend e "natutirlijk e ontsluitin­ gen en(.b ) eenvrijwe l complete weergave van de geologische geschie­ denism n het Pleistoceen enl.Holocee nmogelijk(zi e aldaar,deelII , hoofdstuk 1),zodat dewaard e van het Dinkeldal voor de wetenschap enhe t onderwijs als zeerhoo gword t aangetekend.Gonggrijpwijs t op delang e lijst met buitenlandse wetenschappers,die hier exkursies hadden. InhoofdstuklMJvolg t een aanvullende eigen interpretatie van deze gro­ te geonorfologische variatie in he:Dinkeldal . Gonggrijp wijst in zijn rapportend975,1976)o p de bedreigingen van deze elemententnivellerende landbouwkundige pra.ktijken,maarvoora l ook op het gevaar van de inhe t Dinkelconvenant opgenomen opscho- ningsplannen,pleit voor zoveel mogelijk handwerk en zov/eini gmoge ­ lijk gevaarlijke mechanische arbeid.Bovendien spreekt hij de terech­ tevree s uit,dat een intensief '"onderhoud" de scheppende kracht van derivie r beteugelt en dehuidig e situatie van een levend geheelde - g radeert tot een lamgelegd fossielsysteem. De kanalisering tot de joekerbrug isnatuurlij k helemaal afschuwlijk, omdat hiermee eeuwenlange scheppende kracht met enkele dragline-acti­ viteiten in een bruut geweld volledig zalworde n vernield,waameeweer ­ om het areaal natuurlijke resten in onslan d wordt gedecimeerd! tf Geomorfologische kaart van het noordelijk Boven-Dinkeldal

Fic. 87 — Geomorpliolngical map of ihe Dinkel valley, slieel 29b

H |l|l| |||||| Inland-dunes, max. hciphl Mween 1 !{•-. 1 ni 16 [ Overflow valley, brook valley

12 p::$:jjP—I Ooversand ridjie (hiel. plappen-soiI), max. height )7 I- - -- Hiver [ilain tii;i:iiiii"i-i;iiiiil l.rlwern 1^-5 m L^L^ .,, Pï^^xoxl Oiver«and ridge (inel. snowmeltwaier di-jiosils ami ^^mm River, channel, width 12^-30 111 *"'•'•'»'••"• ! pluggen soil), max. height l>etween '/•*"1 ','« »> r

Mal coversund region (incl. snnwmcliwuter deposit«) Hiver, channel, width ,r)-12'/j m

Brook, width < .r> m If» I I Dinkel valley will) ; -int Lars

. I" I Sjaslfcv*fceri&Uei

Uit:Hammen,T,van der-0-T.A.Uijmntra,1971.The upper quaternary of the Dinkel Valley.Kedod.Rnks Geel.Dienst , N.3 . NoI?. 2 ; pp.5 5-213 . zo Hoofdstuk 3 4.Devegetati ei ne no mhe tDinkelda l

Hierinkunne nwi jslecht szee rglobaa lzijn .I nd eeerst eplaat si se rdoo r onszelfslecht ssporadich sonderzoe k gedaannaa rdi taspek tva nhe tland -( ^ schap,e ni nd etweed epleat si sd everschene nliteratuu rove rjuis the t Boven-Dinkellandscha pzee rschaar se ni sno gvoo rhe tgrootst edee lopge ­ sloteni nd estoffig earchieve nvn no.a .he tNatuurmuseu mi nEnschede . OverNoordoost-Twent eda -r e ntege ni srelatie fzee rvee lbeken d enge ­ publiceerd.Wi ehe tpopulair e "WildePlrmten "dee lII Ileest ,krijg tee n zeergoed eindruk -va nd eongelofelijk evariati ei nhe tve^etatiedek ,zoal s weda taa ne no md eBeneden-Dinke lkennen . Diegrot evariati ee nhe tvoorkome nva ngrot ezeldzaamhede nvinde nw e echter ooki nhe tdoo ron shie rbeschreve nZuidoost-Twente .Alwee rligge nd eoor ­ zakeni nd eophopin gva nzee rvee lverschille ni ngeologie ,geomorfologie , hydrologie,bode me nklimaat .D everrijkend einvloe dva nd ebeke ne nvoora l vand eDinke lzelf ,mog eblijke nui ttoenemend esoortenrijkdo mva nplante n ind edoo rCare lva nSchai k (1974,1976 )bestudeerd ekilometerhokke ni nhe t Dinkeldal,te rhoogt eva nBoerskotte n.

Tabel.

Dinkel welbee k geenbee k totaal aantalhokke nTwent e 9 8 21 Gem.aanta lsoorte n inTwent e 242 200 172

Omdathe ti ndi tDinkelboe k'aangaa td ekwalitei tva nhe tDinkelda l aant e geven,e nda-rui td egevolge nva nd eDinkel-convenan tmaatregele nprobere n tevoorspellen ,obeperke nw eon si ndez eparagraa fto the teigenlijk eDinkel ­ dale nvolstaa nd eleze rt everwijze nnaa rgenoemd eWild ePlante ndee lIII , . •RW.15-boekj eva nNJ NDA ,d epublikatie sde rKNN Vove rTwente , omee nindru kva nd efenomenal ebotanisch ekwaliteite nva nd e umgrenzende stuwwallene nhe tgebie dva nN. O. -Twent eo pt edoen .He ti szee rbelangrij k diti nhe toc gt ehouden ,daa ro.a .ui the t hoofdstuk overlandschap s vormingui tdi tboe kblijke nmag ,da tDinkel ,zijbeke ne nstuwwalle nonver ­ brekelijkme telkaa rzij nverbonde ne nsame nhe ti nz' n geheelharmonieuz e Oost-Twentsehoeven- ,essen -e nbeekda llandscha pvormen . Eenwetenschappelij k bewijsvoo rdez eonverbrekelijkheid ,vinde nw ei nd e "Waarderings-Trias"va nd eN/CKJN ,1976 ; daarinword tui td evegetatie - war.rdering ,florischtiseh ewaarderin ge nsoortenaantal ,zoal sz eove rd e kilometerhokkenva nhe tBoerskottenlandscha p (datzowe lstuwwa lal sDinkelda l beslaat)zij nverdeeld , geconcludeerd; "Deverdelin gva nwaarde ni snl . veelregelmatige rda nelder si nhe tland ,waa rzee rgoed ehokke nbinne n eengebie dblijke na ft ewissele nme tzee ralechte .Di ti sbehalv e eenKarak ­ teristiekvn nhe tTwents elandscha p (onderstrepingva nmij ,P.V. )i.h.a .oo k eenrechtvaardigin go mhe tonderzocht egebie dal see ngehee lt ebeschouwen. " (Carelva nSchai k1976) . Elkeingree pi nhe tDinkeldal ,za lz odu sdirek t z'nafbreu kdoe naa nhe t alsgehee lz ogewa -rdeerd eTwents elandschap . Hetgrot ebotanisch ebelan gva nhe tDinkeld '1 word tvertegenwoordig ddoo r deophopin gva nd evolgend evegetatiecomplexen :

(± Ziebijlag enr .1 ,o pblz .2.2 .) 1\ Vochtigeloofbossen ,va nhe teiken-haagbeuktype .D ezwar eloofbosse n kennenee nmoo ivoorjasrsaspek tva nbosaneraoon ,gel edovenete le.d . Inhe tzijda lva nd eGlanerbee kkome nhie rno gwa tsuper-zeldzaamhede n bijal skranssalo^onzegel .Onde rhe tstruikgewas ,neem tna -s tMeidoor n dezeldzam eMispe lee nbelangrijk eplaat sin . Kleinekompleksje sva ndi ttyp ekome nver ­ spreidi nhe thel eBoven-Dinkelda lvoor . •BenoordenTeusin ker gfraai ,me tbovendie n Elzenzegre ,bosgierstgras .

b.Restante nva nnatt ebroekbosse nkome nvoo ri nd eoud ebeekbeddinge n, metal sondergroe iplaatselij k Elzenze^gee nd ebred ehorste nva n Pluimzegge. c.Drog edennenbosse ne neiken-berkeeleiaente no pd earm edekzandruggen , versnipperdaa nd egehel edalrand ;grot ekomplexe no phe tLutterzand . '-Heiderestanten ,bi jLutterzand ,Losser ,Overdinkel ;o pvochtig eplaatse n somsno gklokje sgentiaan . d.Rivie rbegeleidend eDinkelweiden .Voo rTwent ei sdi ttyp ezee rbyzonder , omdatdi tee nva nd eweinig eplaatse ni swaa rd evoo ronz elag elande n zokarakteristiek euiterwaarden-vegetatie soptreden .O pd edroger e plaatsenmooi ekleurrijk elag evegetatie sme troo d zwenkgras,akkerhoorn - bloem,sputrie ,ech twalstro ,grasklokje ,agrimonie^e nd eprachtig e Zwolseanje» .Wa tvochtige rstaa nklein ebevernel ,poelrui te nd enie t algemeneparasie tgroo twarkrui d end ezee r zeldzamelangbladig eereprijs .Di ttyp e •vegetatiei sabsoluu tgebonde naa nd e richeltjese noeverwallen ,di ez okarakteris ­ tiek zijnvoo rd eDin};el ,e nzij ndaaro m hetkwetsbaars tvoo rnivellerend elandbouw ­ kundigee nwaterstaatkundig emaatregelen . %uoo\seauje r *>bedoel d wordt de zeldzame welriekende agrimonie! e.Vloedmerk /strandvegetaties :He tbyzonder ebreukkrui di so penkel e strandjes,di ebi jopschonen ^zeke rzulle nverdwijnen ,gesignaleer d. f.Hagen ;Kome nveelvuldi gal sperceelscheidin go fal shoutwa llang see n zijbee kvoor ,landschappelijk ,botanisc he nfaunistisc hzij nz ezee r fraai. g.Akkers :Bi jTeusin kkome nenkel efraai eakker svoor ,waa rd erijk eon ­ kruidvegetati eo pee nno gvri jherbicidelco sbehee rwijst ;d ezeld ­ zamekorensl agroei thie rveel . h.Watervegetatie ;Doo rDinkelvervuilin gn unie tbyzonder .Vroege rechte r wel (o.a.Bernink ,1926 )Doo rtijdgebre k zijnd egegeven sva nCare lva n Schaiknie texacte rt ebewerken . Inhe talgemee nkunne nw ezeke rd evree suitspreke nda td eopschoning s maatregelentenminst eindirek t (doo rove rhe tlnn drijdend emachines) , maaroo kzee rdirek t (afgrave nva nstrandjes )vi averstorin ge nnivel ­ leringvr ;nd euitzonderlijk egeomorfologisch ehydrologisch evariatie ,d e veelvormigheidva nhe tvegetati epatroo nnadeli gzulle nbeïnvloeden,zeld ­ zamesoorte nkunne nverdwijnen .I nt.tekanalisere ndee lza ld eram p natuurlijkhelemaa ler; 'zijn ,NJ ND/ ;heef ttijden see nfloristisch e inventarisatie-per-kilometerhoki nda tdaldee lzee rbyzonder eplr.nte n ontdekt,di etenminst egedeeltelij k zullenverdwijnen . 11 2.Deflor aaa nd eRuenberrerbeek .

Ophe tNJ Nzomerkam pTwente- 2197 5i see nlang esoortenlijs tsamenge ­ steldva nd ebeekbegeleidend eplanten .Z ei so pt evatte nal see nnader e specifikatieva nhetgee nhiervoo rglobaa lvoo rd eDinke li sgezegd ,vee l soortenzullen ,gezie nd eovereenkomste ni nmilie uoo kdaa rvoorkome n end elijs tgeef tbovendie naan ,wa ttegenwoordi gno g "mogelijk"is ,i n dezemilieu's . Eenjuis t beheerza ldez ekwalitei tkunne ndoe nhandhaven ,o fzelf so p plaatsenaa nDinke le nRuenbereerbee kkunnen.verbeteren .

Deauteu rva ndez elijst ,Alinu sKool ,resumeer ti nzij nekskursieverslag ; "Gezèènd eklein eoppervlakt eva nhe tgebie di sdez esoorte nrijkdo mer g groot,wa the tgebie dmetee na lwaardevo lmaakt .Verde renkel e "goede" soortenzoal sGroo twarkruid ,Zwols eanj,eB ,Stinkend eBallote ,Klein e Valeriaan,Vogelmel k enno genkele .He tgebie ddien thie rara-zij mgrot e landschappelijkee nhydrobiologisch ewaard ezeke rbehoude nt eblijven . Hetlijk tm eee nva nd esnels tstromend ee nheftigs tmeanderend e bekenva nNederland" .

Bijlage1 .

Soortenlijst. Excursieverslag.

Opgenomen;0908197 5 Alleplante n Belangrijkeplante n werdenbloeien d zijnonderstreept . Pinkelbi jLosse r aangetroffen.

Heideanje r Leverkruid SintJanskrui d Akkerkers Paarsedovenete l Steenrakët Vogelwikke Vlasleeuwebekje Moeraskers Boerenwormkruid Gewonejraket Bijvoet Echtwa lstr o~ " Hennepnetel Wederik Blauwglidkrui d Grotewaterweegbre e Grasmuur Grootwarkrui do pGrot ebrandnete l Pi^lkruid Zode_ver£"etmi^nietje Bitterzoet Waterpeper Wildebertra m Perzikkruid Groteegelskop _ Egelboterbloe m Zilverschoon Echtevaleriaa n Moerasspirea

schapezuring 23 Hoofdstuk4 .

LüuPKEVEES EN KUKToCIIILDi\EV^KS .u\N u^ DINKELSTKANDJEo

Langs de Dinkel en deRuënbergerbeek,d e twee sterkst meanderende waterlopen in het gebied,komen opvel e plaatsen karakteristieke strand­ jesvoor.- He t belang hiervan voor geomorfologie,visueellandscha pe n vegetatie ishierv66 r aluiteengezet.Al swoonoor d voor een zeer bij- zondere gemeenschap van beekoeverbewonende landkevers,is ditmilie u nagenoeg uniek voor ons land.In het"Jaarboek Twente 1975"va t Peter Venema de tot dan toe beschikbare informatie hierover leesbaar samen, en spreekt daarin ov-erzo' n 25 typische oeverbewoners,waaronder en­ kele zeer zeldzame soorten,waarvan enkele slechts tot de Dinkel(!ge ­ perkt zijn. Tengevolge van de ernstige watervervuiling is deze zeer bijzondere kevergemeenschap sterk achteruit gegaan.Gelukkig schijnt dat weer te verbeteren. In ieder geval ishe t duidelijk,dat als opschonings-e nkanaliserings - maatregelen het bestaan van deze strandjes verder onmogelijk maken, deze bijzondere insektengemeenschap voorgoed de dasword t omgedaan. Zelfs reductie ve.n het strandjesareaal kan al ernstige gevolgen heb­ ben. Sigenwaarneminge n gedurende deN JTI-kcmpen 1975ihe,Doe*1beweze n dat de Euënbergerbeek,welke deel uitmaakt van het Boven-Dinkelsysteera,een even belangrijk milieu voor dezeuiters t zeldzame kevers biedt.Door het kristalheldere water is hun bestaan hierminde r ernstig bedreigd. Hopelijk zal deversneld e waterafvoer uitGronau,n a de beruchte kanalisatie tot de Zoekerbrug,echter geen langdurige bevleoiing van deze strandjes veroorzaken in de zomer,daar ditv/e leen s fataalko n v/orden! Hoofdstuk5 «

JJr,BETEKENI SVA N EEN L.-VAGLAN DBEE K

1»Inleiding Hieraan wordt eenapar t hoofdstuk gewijd,omdat gedurende het hele verslag verbanden worden gelegd tussen de speciale geomorfologische enhydrologisch e aspecten v:n eenla a:landbeek(hie r dus de Dinkel en zijbeken) en devoorkomend e fauna. Enkele begrippen moeten hier bijeen worden gezet,zodat deleze r deze in ders t van het verslag kan herkennen.

2..baaglandbeek envariati e uit het voorafgaande verslagdeel is duidelijk geworden dat de geomorfologische variatie vn het Dinkeldal zeer groot is.Uit is een algemeen karakterkenmerk van eenlaaglandbeek.Welk e betekenis heeft ditY Deze geomorfologischevariatie is zelf weer het gevolg vrn dehydrolo ­ gische^,waterloopkundige )eigenschappe n vrn deDinke l als laaglandbeek. Door dei n vergelijking met bergbeken geringe stroomsnelheid(20-^+0c m per ߧ6.)(die opzic hwee r wordt veroorzaakt door een geringerverval ; oorzaak de geomorfologische makro-toestand vanhe t gebied)kan de beek a.h.w.nauwkeurige r de laagste gedeelten in het terrein opzoeken:hij Heeft er "de tijd"voor.He t resultaat is een sterk meanderende(kronke- 1 nde)loop.I n dezemeander s vindt het belangrijkste laaglandbekenfe- nomeen plaats:opbouw en afbraak vanhe t terrein;in buitenbochèen is de stroomsnelheid relatief groot envind t eenvoortdurend e erosieplaats . In de binnenbochten echter komt het water totrus t enka n sedimentatie van elders afgeslepen materiaal plaatsvinden.Z o schuift de bocht steedsverde r naar buiten op,totdat er zich eenlu s heeft gevormd in debeekloop,di e z6 scherp kan zijn,dat zijdoo r de beek op eengege ­ venmomen t kanworde n afgesneden.Dingeldein(19^8)wee t zeerovertui ­ gend de dynamische geschiedenis van zo'nbochtafsnijding(va. n I9OO- 1925)t ebeschrijven !Vel e oude,eventueela lverlande,dod e beeklopen zijn hiervan ook inhe t Dinkeldal fossielen.(zie ookhoofdstu k 2,geo- morfologie).Afhankelijkva n de stroomsnelheid in die binnenbochten se- dimenteert zwaar(gind,zand)of licht(klei,humus)materiaal.Dit gebeurt eventueel in devor m van zand-o fmodderbanken,waarnaas tw e meer die­ pere "troMen" vinden« Door het inderdaad voorkomen vsnvel e stroomsnelheden kent eenlaag ­ landbeek dan ook een grote variatie in deaar d van het beddingmateri- aal.Bovendienworde n van tijd tot tijd hele bomen of struiken ontwor­ teld,die ophu n beurt weer een complicatie aan destroomsnelhei d leve­ ren (langzaame stroming - stuwing,met somsoverstromin g als gevolg - b6ven en een stroomversnelling beneden het obstakel),maar dient tevens als schuilplaats voor vele beekorganismen» Door de sterke meandering stroomt het water inall e windrichtingen, hoewel het uiteindelijk in gevalv- n de Dinkel zuid-noord stroomt. Hierdoor kan ook een variatie optreden inbeschackiwin ge n windinvloed ophe t water.De snelle stroming kent waterwervelingen en-kolken,di e zowel van de dieren speciale aanpassingen vereisen,alswel een zuur­ stofverrijking door luchtinmenging veroorzaken. Al met al kent een laaglandbeek een ontzettende veelvorminheid in het abiotisch milieu.Nagenoegall e combinaties kunnen voorkomenvan : snelle stroom-langzame stroom,veel zuurstof-weinig zuurstof,binnenbocht- buitenbocht,ve.;l zon-schaduu,grind-,zand-,klei-,modder-,o fhurausbed - ding,geen -nianten^roei-sterke plantengroei,z.-ind-o fmodderbanken-vlakk e boelen,steile oeverwand-flauw hellende oever,stransjes-geen strandjes, warm water-koud water,obstakels-geen obstakels en ga zono g ev«ndoor . 2r

Deekologi eleer ton snu,da telk emilieuomstandigheid(d ezg . "niche")iJngespecialise.rd eorganisme nkent.Gezie nd eDinke l eenadembenemend evariati ei nverschillend eorganisme nvoorko ­ men .Inderdaadblijie ne ri nlaaglandbeke nzowe lstroomminnend e (rheofiele)alsstroommijdende(léiifcsche)soorten(resp.bergbeek - soortene nslootdieren)voo r tekomen.Diere ndi ed e"gemiddelde " situatieprefereren,noeme nw e nsubrheofiel;'e nzij nda noo kspe ­ cifiekto tdez elaaglandbeke nbeperkt . üri séé nbeperking,di eaa nall elaaglandbeekbewonened eorganis ­ menword tgesteldri nd etij dé nruimt egezien,moete nz ebestan d zijntege neej igrot edynamiek:i nzo' nbee kverander tvee le nsnel . Voord eDinke lkom tdaarbij,da td ewateraanvoe rster kka nwisse ­ lendoorda the tee nverergerd eregenbee kis;vroege rhadde nd e hoogvenen- doo rhu nwerkin gal s"reuzenspons "- hiero pechte r eenregulerend e werking.(zieoo kdee lII,hoofdstu k1,par.5) . Soortendi ezic h(a )doo rsmall eekologisch eamplitudie,o f (b) doorgering emobilitei to f(c )doo rlangdurig evoortplantings - cyclusnie taa ndi everanderend eomstandighede nkunne naanpas ­ sen,komenda noo kzelde ni nla.tglandbeke nvoor . Daarstaa ttegenover,da tdoorda te rsteed s "vers"wate rdoo rd e beekstroomt,bv .vee lminde rsterk efluctuatie svoorkome ni n zuurstofgehalte,temperatuure.d.,i nd etij dgezien.Iet sda ti n onzestilstaande,ondiep ewatere nwé lster kfluktueert»Hiervoo r gevoeligesoorten(me t eenhiervoo rsmall eekologisch eamplitudo ) zijni nee nlaaglandbee k dusi nhe tvoordeel . Eengrot evariati edu s.Zowe labiotisc hals(daardoor )biotisch . Dealgemen eekologi eleer tons,da tsoortenrijk eekosysteme nin ­ tern zeerstabie lbetekent,exter nechte rzee rkwetsbaa rzijn . (Div.aut.).Voo rd eDinkel:i nd eoorspronkelijk esituatie,waa r ookd ewateraanvoe rno gstabie lwas,zo uel kjaa ro mdezelfd e tijdd egemiddeld esoortssamenstellin g ongeveerconstan tmoete n zijn.Bovendienkan(kon!)he t doord egrot egevoelighei dvoo rex ­ ternestoringe nzee rzorgvuldi greagere nal s"milieuindicator" , alsalarmsysteem,bv .inzak ewatervervuiling . 3«Verstoringi nd ePinke l Welnu,dieindicatorfuncti eheef t deDinke longetwijfel da l vaakuitgeoefen d dezeeeuw.I ndee lII,hoofdstu k1 i st elezen , datzowe ld ewateraanvoe ri sontregeld(doo rhoogveenontginning ) end ewatervervuilin g derivie ra lsind svel edecenni ateistert . Onsonderzoe kka nuitwijze ni nhoevere edi tinderdaa dverstorin ­ genzij nva nhe tbiologisc hevenwicht . Eenverstoor devenwich ti snie tallee nee naansla go pd eon som ­ ringendemedenatuur,waarvoo rwi jal smense nmedeverantwoordelij k zijn,maarheef tbovendie nsom sernstig egevolge nvoo ronz emen ­ senmaatschappij,dieimmer sno gsteed safhankelij ki sva nhe tna ­ tuurlijkmilieu.Da tgebeur tnie tallee nve rva non shuis,i nd e oahara,waarroofbou wi nd evroeger elandbouwtechnieke nontbossin g enaansluiten d derampzalig everdrogin gto tgevol ghad(I nd ehui ­ digeSahelzôn ebreid td ewoestij nzic hno gsteed suit!),of»dichte r bijhuis,i nd erandsta dHolland,waa rmilieurampe nva ntij dto t tijdmen se nnatuu rteisteren,maa rheef too ki ne no mhe tDinkel - daltoegeslagen . Zé

Deontregeld ewatertoevoe rdoo rhocgv eenontwaterin gi smedeoorzaa kva nd e droogterampeni nonz ezomer se nnoodza ;k ta eTwents eboere nto tdur ein - vesteriningeni nberegeningsinstallaties.He t drinkwaterprobleemword tsteed s nijpenderdoo ree nzakkend egrondwaterspiege li nd ezomers.D ea llan gbe ­ staande(e nno gstêêdslzi edi trapport)watervervuilin gva nd eDinke lmaak t vissene nzwemme na llan gonmogelijk.Oo ki sd egroeiend eoneetbaarhei dvoo r hetve eva nhe tgra sui td eDinkelweiden(zi e Grondjournaal,1976)ee ngevol g hiervan.

4.«Kanal isatiegevolgen . Bekendegevolge nva nd et everwachte nksnaliseringsmaatregele nzij n behoorlijkdesastreuze.Doo rhe tdgradere nva nbovengenoemd,zee rgevarieer d systeemi nee nmonotoo nkanaal,da tgee nvariatie sbuite nrecht,strak,vlak , glad,eenvormigmee rkent,verlies the tnagenoe gd emeest e(sub)rheofiel e diersoortene ni nhe tgunstigst egeva lka ne ree naardig esloo tva nworde n gemaakt.Onderzoekingenva nHynes(196l)i nWales,toonde nee nzee rsterk ever ­ armingi nd esoortssamenstellin g aandoo rkanalisatie . Doorkanalisati eworde n "obstakels"al szandruggen,bomen,scherp ebochten ,\ e.d.verwijderd,zoda ti nzome re nwinte rhe trate rzee rsne lword tafge - voerd:datbeteken ti nd ewinte re nhe tvoorja -r ee nsne lstromend egol f water,ind ezome rdaarente gn ee nvrijwe ldrog ebedding:he twate rword t nietmee ropgespaard.Nie tt etelle nware nd edrooggevalle n '*beken"dezezo ­ meri nd eGelders eVallei,Brabant,maa roo ki nTwente.He ti sgemakkely kvoo r testellen,ds to pdez emanie rall eleve nonmogely kword tgemaak ti nee n beekdi e 'szomersdroogval te n 'swintersall esporadisch elevensvorme naf ­ rukte nwegspoelt . Regulatieva nd ewaterstan dme tstuwe nkom tdi tbezwaa renigzin stegemoe t (althansvoo rd ekleine,plotseling efluktuaties;nie tvoo rhe tzomer/vinter - verschil)maarvee lmêê rda nee ninstabie lslootkarakte rlever tda tnie top . Bovendienblijf the tee nlandschappelijk edo;r ai nhe toog !

de DmlceLb yd eGroen e£

HETDINKELSYSTEE ME NHAA RBEEKFAUNA;eige nonderzoek . l.Inleidinge ndoelstelling . Bijd evoorbereidin gva nd evie rNJN-zomerkampe ni nZuidoost-Twent ei n 1975'wer da lsne lduidelij kda td eproblematie kva nd eDinke lcentraa lzo u staan.Voorgenomen(enuitgevoerd)werde ne n natuurhistorischeinventarisati e enee ninventarisati eva nd ebelange ni nhe tgebie de nva nd ebelèidspoli - tiekesituatie(zi evoo rdi tlaats eDee lIV).O pbiologisc hterrei nmoes t Zuidoost-Twentehe tme thee lwa tminde rstudie sdoe nda nhe tvoora li nd e jaren »4-0-'50overdadi gbedeeld eNoordoost-Twente(zi ebv."Wild ePlante nIII , deKNNV-uitgave sno' s32,37,4.3,49,56,68).O phydrobiologisch.gebie dwa sdi t gebiedhelemaa lmisdeeld(zi eparagraa f2).He to phydrobiologi ee nentomolo ­ giegespecialiseerd ezomerkam pTwent eI '75ha dda noo kee nvrywe lbraak ­ liggendterrei nal swerkveld .

Hethydrobiologisc honderzoe kgin gva nstar tme td evolgend edoelstel ­ lingen: l.Hetbydrage naa nee nfaunistisch einventarisati eva nd eBoven-Dinke l enhaa rzijbeken.Di tzowe lte nbat eva nee naanvullin gi nhe tinzich t vand egeografisch everspreidin gva nd ezoetwatermakrofaun ai nNeder - land,alsooko meni ginzich tt everkrijge ni nd ebetekeni sva nhe t Dinkelsysteemi nhydrobiologisc hopzicht . 2.Inhe tkade rva nd evoorgenome nwaterstaatkundig eingrepe nwilde nw e doorgerich tonderzoe kprobere nvoorspellinge nt edoe nove rd egevol ­ genhierva no pd ezoetwaterekologisch e situatie.Wedachte naa nee n vergelykingtusse na lgekanaliseerd ee nno gongekanaliseerd ebeek ­ monsters. 3.Hetonderzoeke nva nd eaar de nd eerns tva nd ewatervervuilin gi nhe t Dinkeldalsysteem end egevolge nhierva nvoo rd ebeekfauna . Vooralnaa raanleidin gva nd edoelstellinge n1 e n3 bleke nw ester kgecon ­ fronteerdt eworde nme td emoeilijkhede nva nevaluati eva nd everkrege nonder ­ zoeksresultaten.Tijden she tuitwerke nva nd egegeven si ndi tverslagdee li s danoo kee napar tsubhoofdstu, ;aa ndez e"milieuwaarderingsproblematiek "i n deTwents elaaglandbeke ng ewijd .Daari nword tteven sonz everwerkingsmethod e verdedigd. Uiteindelijki she tonderzoe kdienstbaa rgewees tvoor : l.Debeleidsvormin ginzak ed ewaterstaatkundig ebehandelin gva nd e Dinkel,diesind she tzg.Dinkelconvenant(zi edee lIV)zee ractuee li s geworden. 2.Detheorievorming(bi jtenminst eonszelf...)omtren the tanalysere nva n watervervuilingmiddel szg .saprobi.esystemen(zi ebladz^)e nomtren t hetevaluere nva ngebiede nt.b.v .d ezg .milieuwaardering . 3.Deeducatie,kaderin gva nd edeelnenend ee ngeïnteresseerd ejeugdbonders . Indi tversla gza l-gezie nd eactualiteit -d enadru kworde ngeleg do pd e. •- . eerstgenoemdetoepassing,welk eechte rmoe tworde nondersteun ddoo rd etwee ­ deen dediscussi eove rd etoekoms tva nhe; ,Dinkelda lkunnne nw enie to md e principesva nmilieuwaarderin g heen,omdatdi tn ueen:aa ltegenwoordi gdâ t aspekti sva nd ebeschrijvend eveldekologie,da tword ttoegepast^gebruikt,maa r ookmisbruikt!)i nhe tplanologisc hbelei dva nonz eoverheden ! 28 2.Literatuurgegevens. Vooralva nvóó rd ejare n '70zy nd egegeven sove rd emacrofauna(s owi e soove rflor ae nfauna )er gscha;:rs:Mej.D eVos(l930 )e nRedeke(194-8 )zegge n ergweini gdaarove rvoo rdi tgebied.Pa si n195 8bekijk tLeentvaa rhe tplan ­ ktonva nd eDinkel.I n197 0wer ddoo rhe tRijksinstituu tvoo rNatuurbeheer(RIN ) weervoo rhe teers tnaa rmacrofaun agekeken,gevolg ddoo ree ntweed eexcursi e in1972.(Werkgroe p Beken,RIN,1972).BertMaes(l973 )bekyk tvervolgen si n'7 2 debotanisch easpecte nva nd eDinke le nhaa rzybeken,al sbijdrag eaa nd e kennisva nplantenenindicatorsoorte nvoo rwatervervuiling.Venema(1975 )heef t inhe tJaarboe k Twente197 5ee noverzich tgegeven sva nd ecollecti eaqua - tieleinsecten ^ui the tNatuurmuseu mt eEnschede,aangaand ed eTwents ebeken , gecompleteerdme tliteratuurreferentieé,waari nd eRIN-publicatie(l972 )ech ­ terontbreekt . Alme ta lwa sove rd ehydrobiologi eva nd eDinke le nhaa rzybeke nto tno g toemaa ree nschame lbeetj ebekend . Watd eDinke lzel fbetreft,d edroev egeschiedeni sove rhaa rwaterkwali ­ teiti shiervoo ra lui td edoeke ngedaan . Uitd e "goede"tijd(lyrisc hbeschreve ndoo rBernink,1926 )noeme nD eVos(l930 ) enRedeke(194-8)enkel evoo rlaaglandbeke nkarakteristiek e subrneofielesoor ­ tenal sd elarve nva nd ehafte nBaëti s wallengreniBgtn. TEphemerellatorrentiu m Bgtn.,tweesoorte ndi ebuite nd eZuid - limburgsebeke neigenly kallee nmaa rui t deDinke lbeken dwaren,e nd ekokerjuffe r Hydropsycheangustipennis(Curt.) . «"' s* k^. oolwassenRaëtw . InGyssels(1966 )word tno gmeldin ggemaak tspeciaa lva nee nenkel e"Dinkelse " haftelarve,nl.Heptageni aflava.O pee nexcursi ei n196 3doo rL.W.G.Higle r wordengegeven sverzameld,di ewijze no pee nsterk everontreinigin gva nGrona u totaa nd ePoppe(Chironomidae.Chironomu splumosus).Pa sbi jd eGroen eStaar t duikenda nmee rsoorte nop,di eoverigen sno gernstig estorin gkunne nverdra - gen(TiendoornigeStekelbaars.Zeelt.Libellelarven.Corixidae.Lisdodde.Liesgras) , totda tb ySingrave nAncylu sfluviatilu swijs to pvroege rbeter etgden,maa r datoptimism eword tdoo rander esoorte nnie tondersteund(Planorbis.Nep arubra . Asellus,Sphaeriumcorneus) . DeRIN-excursi eui t197 2vind tCf.Leste sviridis.Aeshn aspec.(Odonata.Libellen) ; Cloëondipterum.Baëtida e (Ephemeroptera)e nee nbend eChironomidae(1 2soorten ) metSiali sspec ,e nPhryganea aspec ,e nd elarv eva nhe tkriebelmugj eSimiliu m erythrocephalumal sinsectenlarven.D ebloedzuige rHerpobdell astagnalis.d e waterpissebedAsellu saquaticu s,ee nplatworm(spec.).Tubifex.waterkevers(sp . sp.)e nd ebeid eStekelbaarsje swerde naangetroffen,evenal sCorixida esp . Metdi egegeven smoete nw ehe tdoen,wb .d ehoofdstroom,d eDinkel.E r valtnie tmee rva nt ezegge nda nda te rvóó r193- 4no gkarakteristiek elaag - landbeeksoortenwerde naangetroffen,di ebovendie naangeve nda tz etoe nno g invri jschoo nwate rrondzwommen ,e nda tn a197 0maa rweini gmee rva nd ebij ­ zonderhedenvoorkomen .D ewatervervuilin glijk tt ehebbe ntoegeslagen . Vand ezybeke ni sdoo rhe tRIN-verslag(1972)no ghee lwa tbekend.D e Ruënbergerbeekkrijg tee nzee rhog ewaardering,zowe lwb .d ewaterkwalitei t alsd egaafhei dva nd ebeektypisch elevensgemeenschappen,E rwerde nnl .aan ­ getroffeno.a.:vel e zeldzamehaftelarven(Ephemera.'Centroptilu mluteolum . Procloëonpeudorufulum.Heptageni sflava.Baëti se nParaleptophlebia),d ebeek - jufferGaloptery xvirgo,enkel ekokerjuffers(Cf.Halesus.Anaboli anervosa.Lep - toceridae),dekever sPiatambus.Deronectes.Orectochilus.Dryop se nvel eChiro ­ nomidae.w.o .d ehie rvoo rhe teers ti non slan daangetroffe nEpoicocladiu s ephemerae. MetNemur acineria.Baëti se nCen-t£ptilu mblijk td eSnoeyinksbeek,ondank sd e geringewatervoering(bijn adroog )no gveelbelovend . Dati shet.Allee na le:; ninventarisati evr nd esoorten(kwalitatief )i s indi tgebie ddu sa lee nhel eaanvulling.Achtera fblee kparale laa non son ­ derzoekd eWagenin:/s eVakgroe pNatuurbehee ree ndergelyk einventaris ;ti ei n geheelTwent et edoen.Bi jd ebesprekin gva nbeke ne nmonsterpunte ni npar . 5C zullenw ehieraa nd enodig eaandach tbesteden . 3»Hetveldonderzoek . (Allereerstwi li kd elezer swijze no pd ebi jon s (NJN)levend eopvattin g vanhe twoor d "onderzoek":gezienon samateuristisch ekarakter,gebre kaa nma ­ teriaal,tyd,geld,mankrachta nsom aopleiding,noodzaak the to mi njeugdbonds - publcaties"onderzoen "al seufemism et ezien! ) Omaa nd ei nparagraa f1 genoemd edoelstellinge nt evoldoen,trachtte n weee nveelhei d aangegeven st everzamelen,O mdi erede nwer doo kafgesproke n demonste rkwantitatie ft everzamelen,dwz .steed sva nee nnauwkeuri gbepaal d oppervlakall ediere nt etellen.Da nzo ulate rnie tallee no pverschi li n soortssamenstelling,maaroo kno go pverschi li nalgemeenhei dva nelk esoor t tussend edivers e.monsterpunte nkunne nworde ngelet,wa twee rextr ainforma ­ tiegeeft,Streven dnaa ree nkarakteristie k beeldva nd ebee ko pda tmoster - punt(KP),isda nwe lvoorwaard edat : l.Alle"submilieus"binne nda tM Pvallen , 2,DeMP-groott enie tkleine ri sda nhe t"minimumareaal",(ee nminimuma - reaali sd eminimal egroott eva nee nnagenoe ghomogee nmilieutype,waari nna ­ genoegall ei nda tmilieutyp evoorkomend e soortengevange nworden, ) Datblee ki nd epraktij kflin ktege nt evallen!Voora ld ezijbeken,maa roo kd e Dinkelzél fbleke nzo' ngrot eruimtelijk evariati et ehebben,da tmeesta li n eenmonste rlang szo' ntie nmete roever,nó gnie tall emilieutype svoorkwamen , laarstaa ni nee nevenredig everhoudin gme td ewerkeiyk esituati eo pdi e hoogte,Eenvergrotin gva nhe tMP-oppervla kleidd et êvaa kto tzulk eenorm e aantallendieren,da tw ei.p.v .1 uur,da ttóc ha lgau waa nee nM Pbestee dwas , halveo feelef dage nbezi gzoude nmoete nz\j nme tuitzoeken,te rplaatse,Ee n kleinschaliger onderzoeki nbv .slecht sêê nklein ebeek,zo uno gwe lcorrec t kunnenworde nuitgevoerd,wannee rd ekleinst ehomogen emilieueenheden(voorzo ­ verwaarneembaar)apar tkunne nworde nbemonsterd,Di twa svoo ron sonderzoe k inhe tzuidelij kDinkelstroomgebie dechte ronmogelyk . Wezij nd aro mi nprincip egaa nmontere nvolgen see ncompromi stusse nenerzijd s êêngroo te nanderzijd svel eklein emonsterareale npe rbeekstukjdaa rd esub ­ milieus,geenbeekoevers,stene ne nklein egate nzijnde,ove rd elengt eversprei d liggen,warenw ehe tvolgend eva nplan : Opee nca.lo omete rlan gbeckstu ki sd ewaterkwalitei tongevee rhetzelfde . Zo'nstu knoeme nvr eee n"monster".Daari nneme nwi jzovee lMP' sal ssubailieus . Inêê nmonste rbetrekke nw eda nd esubrailieus : Inklein ebeken ;(I ) Ingrot ebekenj(H )

samen , , enbodem&vegetati e -linker-,resp.rechteroevere nbodem&veg . ,«. -recheteroever ö +4. ' • -^_ 10o , ... . .,, -vegetatiei nmidde m -vgetatiem midden •^X^BT -bodemi nmidde n -bodem,ca.inmidde n 3 ex. -stenen -stenen -gxgm^ -strooisel -strooisel (afwezigheidva nee no fande rsubnilieutyp evermelden )

Dekeuz etusse n1 e nI Ihang ta fvan:oeverbegroeiing(schadu wetc.),breedt e vand ebeek,noord-zui de noost-wes tverloop,boch ti nd ebee ketc . Vanall eander esubmilieu sal skolken,bochten,obstakel eetc,zo usteed see n nieuwmonsterpun tmoete nworde ngenomen . Helaasi si nd eloo pve nhe tonderzoe knie tconsequen taar .di twerkschem a vastgehoudene noo kdi ti sdu snislukt , Ind everwarrèn gdi ehierdoo rn aenkel edage nloskwam,doo rd ehaas t waarmeesoms"no gnèf'ee nple kwer dbemonsterd,doo rd enie ta lt egrot eer ­ varingva nd ekampdeelnemers,bleke nd emonster saa nhe tein dva nhe tkam p tochwe lhee ler guitee nt elopen,o mno gmaa rnie ttespreke nva nd eMP's , waarbijel kgegeven nove rafmetinge nlate rblee kt eontbreken!Later,bi jd ede - termaties,werdenb yklein eaantalle nvaa koo kgee ngedetailleerd eaantalle n genoemd. Alsgevol ghierva ndiene nd everkrege naantalle nva nd esoorte ni nel kmon ­ sterda noo k:ae te n flinkeklom p zoutgenome nt eworden . 30

Allemonster s werden genomen met een schepnet.Steellengte ca.1.80m., grootste 0 (dwars opd e steel)vand e opening:ca.4.0cm.,kleinste ca.25cm. Niet-doorbulgend betonijzer-frame.Zak vannylonvitraoge(wit)me tmaasopenin g van lxlcm^.Diepteva nd e zak 60-70 cm. Tijdenshe tmonstere n werd hetne t zomogelij k schoksgewysdoo rd e aanwezige water- ef overhangende oevervegetatie gehaald.Indienoo k bodemmonsters werden genomenwer d het net zomogelij kdoo r een zekere lengte bodem(vaa k1 m.)over eendiept e«a n 2-4 cm.gehaal d enuitgespeoeld.Indie naanwezi g wedr gemiddeld -j^-1m .lengt edetritus(bladafva le.d.)bemonsterd.Va nd e aanwezige stenenwer ­ den er3- 5 flinke geheel afgezocht.Demoster s werden in eenwitt e bak ter plaatseuitgezocht , Inhe t veld werden inprincip e devolgend e bepalingen enwaarneminge nge ­ daan: ^ -Chloridegehalte(AgNOo-titratieme t tweezijdigefou tva n0.3 5 mg.l"~ , -Ammoniakgehalte(metNesslers-reagens-druppelmethodejmoes tdoo rinfe ­ rioriteitva nd emethod e worden opgegeven), -pH-bepalingme tMerc kvloeibar euniverseelindicator(to t0. 2 nauwkeurig), -Temperatuur op cft.10cm .diept e bijoever , -Waterdiepte, -Beekbreedte, -Stroomsnelheid(mbv.horlogee ndrijven d voorwerp;bv.boomblad), -Alda nnie t gekanaliseerd, -Bodemkonditie enbeekbedding , -Monsteroppervlak, -Vegetatie,zowelo p de oeveral si nhe twater , -Zon/schaduw, -Helderheid/kleur/geur, -Exacteplaats:topografisch e coördinaten, -Tijdva nd edag . Chloride enammonia k werden bepaald alsmogelyk e chemische indicatorenvoo r de organische verontreiniging. Hetaanta lMP' sda t bedeeld isme t eennauwkeurig euitvoerin gva nall e bovengenoemde metingen/waarnemingen isschaars ! Dedeterminatie swerde ndeel s inhe tvel d uitgevoerd(alshe tgemakke ­ lijkherkenbar e soortenbetrof )e nvoo rhe t grootstedee li nhe tkam p ofthui s met een binocula:rmicroscoop(stereo,10-4- 0x).Ee n enkelekee ri smateriaa l zoek geraakt ofverward,maa rnooi tmee rda n eenklei n gedeelteva n eenmonster,da t tochmeesta la l nietrepresentatie f was.Demonster s zijnbewaar d op spiritus. Devolgend e literatuur isvoo r hetdeterminere n gebruikt: (gehanteerde nomenclatuur volgensd eme t 'aangegeven werken). Platwormen(Tricladida) : ^HARTOG,C.DEN,1962.De Nederlandseplatwormen.Wet.Meded.KNN Vnr.4-2 . Bloedzuigers(Hirudinea): X>DRESSCHER,Th.G.N.&H.ENGEL,I960.De Nederlandse bloedzuigers.Wet.Med.KNNV39. Mollusken(Mollusca): *'JANSSEN,A.W.&F.DEVOGEL,1965.Zoetwatermolluske nva n Nederland.NJN. WaterpisGebedden(Asellus): Aanwijzingi nM0LLE RPILL0T,H.K,M.,197l(zi eliUl'jst,pp .63e.v. ) Haftenlarven(Ephemeroptera) : *JGIJSSELS,Rik,1966.Haftenlarventabel.BJN. MACAN,T.T.,1970.A key toth eNymph s of theBritis h species of Ephe- meroptera.F.B.A.Sc.Publ.nr.20,Ambleside. SCH0SNEMUND,E.,1930.Eintagsfliegenode r Ephemeroptera.Tierwelt Dtsl.19. Libellelarven(Odonata): *)DUTMER,Gerard & Frans DUYM,1974-,Libellen,tabelle nvoo rd enederlands e imago's enlarven.Jeugdbonsuitgever y NJN/CKJN.A'dam. VELTHUIS,Hajo,1960.Libellelarventabel.NJN. 51

Water- en oppervlaktewantsen(Heteroptera): IjNIESER,Nico ,1968.D e Nederlandse water- en oppervlf.iktewantsen.NJN en KNNV Wet.Med.nr.77. Koker.iu fe rs(Tr icho pter a) : *)GEIJSKES,D.C. & F.C.J.FISCHËR,1971.Een nieuwe na;miys t van de Neder­ landse Trichoptera met een faunistische literatuurlijstvana f 1934» Ent.Ber.,Dl.31.1.XII.1971.pp.235-244. HICKIN,N.,1967.Caddis Larvae.Hutchinson& Co.,London. ULMER,Georg,1909»Trichoptera.Die Susswasserfauna Deutschlands,Hft. 5&6,Fischer,Jena, Waterkevers(Coleoptera aquatica): EVERTS,E.,1898.Coleoptera Neerlandica.III.'sGravenhage. *'FREUDE,Heinz c.s.,1971.Adephaga & Palpicornia in:Kä*ferMitteleuropas , Bnd.3.Goecke& Evers Verlag,Krefeld. LAEIJENDECKER,George,1966.Waterkevertabel.NJN. REITTER,E.,1909.Coleoptera.Susswasserfauna Deutschlands,3&4.Fischer. Prikken en Vissen(Cyclostomata.Pisces): MUÜSjB.J.^.DAHLSTR^j^óS.Zoetwatervissengids.ElzevierjA'damjBrussel, ^RUTINGjJosjigSS.Welke vis is dat?Thieme.Zutphen. Algemeen; ENGELHARDTjW.,1964.Theyoun g specialist looks at:Pond-Life.(Vert.door J.& C.FISHER)Burke,London. CLEGG,John,1973.Pond and Stream Life.Yssel Press,Deventer.

Kontrôledeterminaties werden verricht door dhr.Higler(RIN) te Bilt- hoven(Trichoptera en Ephemeroptera) en door Erik van Nieuwkerken te Leiden (Coleoptera).

PUtambus 32

£,Deresultaten . Deuiteindelijk eresultate nzy nverva ti nd etabel,bylag e2 b ydi thoofd ­ stukfecftfertn),Voor ee nbeschryvin gva nd emonsterpunten,zi e pg.ypS-

l.Demonsterpunte n(zi ekaar tpg«33 en tabeli nbijlag el,pg«35'» ) .T n5 ëMP-tabê lzij nd e-ondank sonzorgvuldig enotities -mees tconse ­ quentgenoteerd egegeven sopgenomen . Detabe lbehoef tenig etoelichting : ±)e.l.=excursieleider;m,s.=michielschreyer,dieme n b.l.=bartlensink,arasterda m MP=monsterpunt — p.v.=paulvertegaal,utrech t BE)stroomsnelheid,uitgedrukti nc mpe rseconde . *ö)Chlorid e(Cl" )gehalte ,i nm gCl~pe rlite rwater . Waaree nkategori evoo ree nmonste rnie ti singevuld,i she tbetreffend ege ­ gevennie tverzameld/genoteerd;helaas.. !

2.D epresenti etabe l(zi ebijlag e2,ôcTi£l'4j ) Detabe li sgemaakt,vanui td evolgend edoelstellingen : (a)devolledig eopsommin gva nd egevange nsoorten , (b)eenzodanig erangschikkin gva nd esoorte ne nander esystematisch eeenhe - den(taxa),dat soortsgroepen,gemeenschappelyki nverschillend e (verwante) MP's,inbeel dkos»en , (c)wenzodanig erangschikkin gva nMP's,da tee ngradiën tvan:vuil-schoon,soor - tenryk-soortenarm,zeldzamesoorten-algemen e soorten,veelvariatie-weini gvari - < atie,inbeel dkomt . Dezedoelstellinge nzy nvóó rêê ntabe lgedeeltelij ki ntegenspraa kme telkaar : voord edoelstellinge nc enb ishe tmeesta lwa tverwarren dal se ri nd eta ­ belsoorte nzy nopgenomen,di ei nminde rdan,late nw ezegge n10 %va nd eMP' s voorkomen.Omwilleva ndoelstellin ga isdi ttoc hgedaan.D everlangd esoorts - groepenvolgen sdoelstellin gb enC,zïj ntoc her gduidelyk,doorda tz ezij nom ­ kaderd. Overigensmoe td ebegrenzin gva nd esoortsgroepe nnie ta lt escher pomgrens t wordenopgevat.D eonduidelijkhei dhierva nword tmed everoorzaak tdoo rd erela ­ tieft egrot emat eva nonnauwkeurighei dva nd emonstername.T eklein eMP's , diet eweini gvariaties(submilieus)omvatten,misse ngewoo nee naanta lsoorte n diei nwerkelijkheid.-wè lo pda tpun tvoorkomen.D einformati eui tdi eMP' si s tebeperkt.Bovendie ni she tno ggeenszin szeker,o fhe tb ybeekmacrofaun atï - berhauptwe lmôgely ki sd esoorte ni nscher pomgrensd esoortsgroepe ni nt e delen.Iniede rgeva li sd eovergan gtusse ndi ekunstmatig egroepe nvee lge ­ leidelijkeri nd ewer ke lijkheid ,da nhie ro ppapie rword tgesuggereerd . Ditalle sbetekent,da td eMP-volgord ee nsoortsvolgord evoo ree ndee l intuïtiefi sgebeurd.Ee njammerlijk esituatie,di em.i .oo ki nvel epresen - tietabellenva nplantenopname sva nvegetatiekundige nvoorkomt.Di tbeteken t iniede rgeval,da tdi tsoor twetenscha pnie t "onfeilbaar"e n"objectief " kanzijn,gestel dda tda ti nd ewetenschap,di eimmer sd ebes tmogelyk ebena ­ deringva nd ewerkelijkhei dis,überhaup tka nvoorkomen!Nade rdergelij kon ­ derzoek(Vakgroe pNatuurbehee rWageningen? )za lmoete nuitmake nhoeve rbezij ­ dend ewaarhei dd etabe lva non sis.Zél fhechte nw etlegely kw ard eeraan , maarbeseffen,da tdi enie tabsoluu tis ! DEMONSTERPUNTE N

hsuU mim.

niejika^

-.IAA, .A -

Tabel:DeMonsterpunten . â cd -^ stroom MP- kleur MPnr«top.coörd .datu m e.l.h0 snelh. Ol pHtem pdiept ebree d»opp .bode mhelder ? 270.0/463.8 0207 ms + 140 8.4 23 10-15 3 10 31Â 21 2 270.O/463.8.020 7 ms + 200 9.018 Ï20-6 0 7-8 •35A 75 3 270.0/463.8020 7 ms ? +++ 35A 75 4 2Ó8.O/464.7020 7 ms + 210 8.718 i4 5 3 15 35A 75 5 267.2/467.1^006 ms + +++ 175 7.81 9 20 ?5A t 75 6266.9/471.33006m s + 210 7.6 15 geribd J5A. .71 -21 zand 7 265.6/472.8300 6 ms — 180 7.51 8 35 6 slib&dtritus 35A 75 opzan d 8 266.4/474.5040 7 pv 30 160 8.11 9 20-90 3.5-41 ? bruinzwart 35A 75 " bodemon ­ zichtbaar 9 266.4/474.6040 7 pv — 2 0.4 slik gelig 35A 75 10 266.4/474.7040 7 pv - 0 210 8.11 9 45 3.5 slik stinkend 35A 75 griis 11 266.4/4-74.7040 7 pv — 30 210 8.11 9 45 3.5 stinkend 35A 75 crus 12 266.4/476.2040 7 pv — 140 7.82 1 29C 75 13 266.8/477.8040 7 ms — 7.52 0 20-65 6-7 29C 75 14 266.9/4Ö0.1040 7 ms - 7.52 0 10-20 6-7 10 29C 75 15 266.7/481.5040 7 ms — 7.51 9 40-50 8-10 10 29C 75 16 266.7/481.5040 7 ms - 0 detritus& 29C 75 bladafval 17 266.8/484.9060 7 ms - I40 7.719 i10-15 0 8 20 29C 75 18 266.6/475.7290 6 ms 20 105 7.01 4 0-10 3 2 geribdzeerhei - 35A 75 pv zand,F e der stenen 19 268.0/474.?290 6 ms - 20 177 7.11 4 5 2 2 alsM I 'zee r 35A 75 PV 18 helder 20 269.1/473.0290 6 ms + 125 7.51 4 5 3 2 zand& helder 35A 75 pv 1) slib 21A 265.7/473.8010 7 pv 40 7.61 5 10-15 0.40 0.4 dikke zeer 35A 75 kabbel bladl£: helde r 21B 265.7/473.8010 7 pv - 20? 7.61 5 10-40 1 1 zand& zeer 35A 75 kuilerL helde r 22 26^.2/473.8010 7 pv - ca.0 140 7.71 3 200 2.2 ca. detritus 35A 75 2 &zand 23A 264.2/477.8?0607 ms - 0 5-10 1 1 35A 75 23B 266.5/478.6??0 8 bl 0 35A 75 2* 263.6/470.6??0 8 bl — 75 l):me thoute nbeschfeiin g 2):metbetonne nbeschoeiin g 35" BIJLAGE1 -vervolg

Tabel:Demonsterpunte n -vervolg

I&m ligging jœea JÉEnr, Dinkel wetelijke tak van tweesprong,5k m ve ïgetatie afwezig t.z.v. Rpfi(Duit.rj'lnnd) Dinkel oostelijke tak van tweessprong, vegetatie afwezig 5 km t.z.v. Epe(Dtsl) Dinkel oostelijke tak id.,voor samen- vegetatie afwezig vloiing.5km tzv.Bpe(D) stroomversnelling Dinkel 3km .t.z.v .Epe(D ) oevervegetatie:Phragmitesaustralis , Artemisia vuig«.Irispseudacorm s Dinkel ietst.n.v*Epe(D ),bi jbrug , Veel draadalgen en Elodea. stroomversnelling Alles van 3stene nâ 2x2x2 àm? Dinkel juist beneden Gronau. Volledig gekanaliseerd met betonnen zyranden.Duidelij kstadsrioo l1 Dinkel Nederlands-duitse grens breedtevariabel.Mier.al g endraadal g Oever:Irisoseudacoru s Dinkel t.h.v.De Zoeke,Losser overh.oeverveg:Liesgras;tussengemon ­ westoever,zoninstr,oliesliert sterd.Arm e zandoever:Galium verum, opblderde k Rumexacetosella.Fo apratensis.vuil . Dinkel t.h.v.De Zoeke,Loseer,bijnieuw -Binnenbocht.vegetai e afwezig. bouwwijk(droogst.rioolpij p!) vervuild. Dinkel t.h.v.D e Zoeke,Losser.poel,doorVla k voorbinnenbocht.Onde rGlyceri a 10

zandbank&Liesgrasafgesloten . maxima bemonsterdf Dinkel alsM P 10 Bemonsterd tegenbuitenkan t zandbankje1 1 onder Glvceria.snelle stroom.buitenb. Dinkel Bossinkbrug,Losser;net boven Met overigens inferieure methode hier 12 uitlaatrmoolzuivering . meer NH3da n elders gemeten. Dinkel ByKraesgenberg, lkm.t.n.v . Waterveg:Sparganium erctum(submers), 13 Losser Lemnaminor fCallitriche spec. Dinkel BijTeusink, 3km .t.n.v.Losse r bijzonderheden ontbreken 14 In sterk meanderend deel. Dinkel ByPoppebrug,we g - Lemnaminor , 15 Bentheim. Phalaris arundinacea Dinkel Dode zijarm ind e buurt van bijzonderheden ontbreken. 16 MP 15 Dinkel Beverborgse brug.100m.bovenom ­ oeverveg:Scirpus syvatieus,Glyceria 17 leidingskanaal. fluitans(overhangend) Rüenber-b ymondin g inDinkel.vri jonöe - Oeverveg:weinig overhangend gras,waar-I B gerbeek schaduwd,recht stuk. onder veel bladaanspoelsel endetritu s

Rüenber-Nabi jOverdinkel.beschaduw d monster onder overh.Solanum dulcamare,1 9 gerbeek stukfgwarehoutwal . v.o-.a,an,spoelsel.lQlever=mQddp,rbarikr. Rüenber- Tussen grens&spoorbrug,recht, langs overh.oeverveg.(Liesgras)monster 20 gerbeek gekanaliseerd.hout beschoeid stenen onderd e brug. Elsbeek smalle"uitlaat"inDinkel;groo t Cornus sanguinea,Urticadioica,Rubu s 21A verval.3m.hogewande n op wand;onderste 1-foi.kaal.gro f zand. Elsbeek vlak boven MP 21A.open zandbed, geen waterveg."losse flodder"-MP 21B paar kuilen tot 30-A0 cm. (hier is Dinke], vies en trnshsl) Elsbeek In zwaar loofbos Deppenbroek.ergDiepe put buitenb.monsteroverh.oeve r 22 mooi endie p meanderend. tussenwortels.Marohantia,Hedera,M i1iu m Snoeyink Zwaar beschaduwd eeuwenoude bo-Opgedroog d totpaa r stilst.plassen. 23A -sbeek men Saoddebos.BosT.180(28°huiten) 15min.lan g hemnnsterd Snoeyink Onder bruggetje Denekamperdijk. Eveneens geïsoleerdplasje . 23B -ßbfrek, Glaner- Voor het dämmetj e bij nieuw- bijzonderheden ontbreken,helaas. 24 beek bouwwijk Glanerbrur--. 36

5.Discussie.

A.DE=TABEL. Demilieufactoren,di ed e soortssamenstellingva n demacrofaun a ind ebe ­ kenbepalen,zij nt e scheiden in zg. "interspecifiek"-variërendefactoren(fac ­ torendi e tussen beken onderling varieren;A)en"intraspecifiek-Uvarierend e factoren(factorendi e binnenêé n beek kunnen variëren;B). k'.Variatie tussen beken onderling; 1.Variatie in oogsprong.Deoorspron g vand e beek,die immersd e herkomst vân~Eëï~watër~bepâaït,kan eenbepalend e factorvoo r dewa^erconditi e zyn.Bronbekenbv .worde ndicht byd e bron gekenmerkt door eenvri jcon ­ stantewatertemperatuu r(z o tussen 8e n 14-°C),terwij lafwateringsbeken , dieui taa n weer enwin d blootgestelde oppervlaktewateren en -watertjes ontspringen,deluchttemperatuu r veel sterkervolgen(variatie stusse n 0 en 25°C). Zo kan ookd e chemische samenstellingyerschillen(doo r bv, kunstmestgebruiki nweilande n waarafwateringsbeke n ontspringen,ijzer-e f zinkhoudend(Geul) grondwater van bronbeken etc.Dus:bronbekenleide nmin ­ der aanveranderinge n ind e tyd(storing,dynamiek)danafwateringsbeken , (een stabiliteit,dieno gversterkt wordt,alsd ebee k door een dynamiek- arm,intern stabielmilieu,al s een bos,loopt). (eenregelmati gterugkerend e"storingjal s seizoensdynamiek,is op-zich juistwee r een stabiele factor,doopz'nregelmaat! ) , 2.Variatiei n stroomsnelheid.Snelstromende. .(mee rda n 20 cm.sec.")e n Tâmgzaain~sïromendëXmînderda n 20 cm.sec." )beken zijngekenmerk t door he tbezi t van eengehee l verschillende faunasamenstelling,Snelstromen­ de bekenbevatte nvee l "rheophiele"soorten,die a)aa n snelle stroming zijnaangepas t(platt e torpedovorm vanhe t licharjn,krachtigepoten ,onde r enachte r stenenleven d e,d.)en b) sterk zuurstofbehoeftigzijn(doo r kolking enwatervalle n e.d. bevat zo'nbergbee k meer zuurstof).Vaak zyndez e beken ook smaller,steniger,kouder,zodatoo k ditwee rbepaal ­ de dierena l dannie- tee n extrakan s geeft doorhu naanpassingen.Daar ­ entegen bevtten langzaamstromende beke n "subrheophiele"e n "lâxe&L- sche" soorten,dieaangepas t zijnaa ndoo rlangzaa m stromend water,resp. zelfs stilstaand water,veroorzaaktemilieufactoren(minde r zuurstof,ster­ kerefluctuaties,zowe li n zuurstofgehalte alstemperatuur,zand - en slik- bodem,meer bochten e.d.). 3,Variatiei n natuurlijkechemisch e eigenschappen,Dezekunne n oorsprong vTncfënin~3ë~geôTôgxsche~âfzëtIîng~wa^ r zê~c[ö~rstromen:zoi smenig e Limburgse bronbeek erg kalkrijk,de Geul(als internationale zeldzaam­ heid)zinkryk ,zij ni nvene n ontspringen bekenvri jzuu r enmineraalarm , zyni nneutral e totbasisch e bossen of cultuurland ontspringendebe ­ ken ongeveer neutra;1 vanp H envoedselrijk . Variatie in opgeloste gassenhangt samenme td evariati e in stroom­ snelheid(zi e boven). 4..Menselnkeinvloedrvariati ei nverontreiniging.Ee n overmatige belasting van~ëënBeek -inet-mensêIyIfë-in~dïerI§kë~afvaIproductenleg t een enorm beslag op zuurstofgehalte enhelderhei d van eenbeek.Vertroebeling,zou - tentoevoer(o.a.fosfaten:eutrofiëring!),ammoniaktoevoer:allemaa lni ­ vellerende factoren,died efaun a enflor a nie'tte n goedekomen,D e "indicatorsoorten"ui t de saprobietheoriën(Bv.MollerPillot,1971 )voo r schoonwate r moeten hetvel d ruimenvoo r dievui l water.Naast chemische enfysisch e goedemate n voorvrschi l inwaterkwalitei t tussen beken onderling. 5,Menselijkeinvloed:variatie_in_kanalisatie,Inhoofdstuk 5va ndee lIII,pg.2 4 ïsaï _üTtëënge"zetEö ekanalisati e aFbreuk kandoe na.*;. nd eintraspe - cifieke vr.riatiee nd e dynamiek zpl(o.a.doo r grote zomer-e nwinter ­ verschillen)d emat e van "zware storing"hebben.Gekanaliseerd e bekenbe ­ vattendoorga\n sweini g soorten ennauwelijk sto t geen zeldzame soorten. 37

B•Variatiesi n de beken zélf. 1.Bovengenoemdevariatie s (deintêrspecifieke)kunne ni nprincip e ookpe r Eëek opîre3ên,mââr"3ân""zynd everschille n tus:e nd e betreffebdebeekde ­ lenveela l veel kleiner.Dit omdathet stromende wacervel e verschillen weer "gelijktrekt".Alleenbepaald e gradiënten inveela l lange bekenzij n waarneembaar(Bv.stroomafwaartse zelfreiniging na een vuillozing). 2.Veelplaatselijke rvariërend e factoren opd e oever eb ind e bedding alg: beschaduwing,beddingsoort(zand,grind,stenen,modder,bladeren),waterwe- getatie,stroomsnelheid(verschildoo r binnen- enbuitenbocht,small e en brede,diepe en ondiepe stukken),noord- en zuidoevers(ivm.lichtinvale n warmte),style en glooiende oevers etc,etc. zijnzee r bepalend voord e ter plaatse voorkomende (macro)fauna.Hoe rykerdez evariati e ind eruimte , hoe groter ookd evariati e infaunasamenstelling(=grot ediversiteit ) en hoe groter deinwendig e stabiliteit,maarho ekleine r deuitwendig e sta­ biliteit(dwz. :ho e gasterd e kwetsbaarheid). Welnu,by onderlinge vergelijkingtusse nd e verschillende monsterpunten,varie­ reze rt.o.v .elkaa r zoveelmilieufactoern,da t jea.d.h ,va n detabel(ô^jlectej ) niet zondermee r kunt zeggen:nou,dat is typisch eengradiën tva n snelstromennd na-rlangzaamstromen d o.i.d.Dat desondanks devolgord e vand eMP' sva n schoon (ünks)naar vuil(rechts) eruit tehale n is,komtomdat...di e erme t voorbedach­ terad e doormy(P.V.)z o in isarngebrachtlDi tdee d ik,om eenhouvas t tehebbe n aand e te creërenMP-volgorde.Da thouvas t kon ikalèee n z6verkrijgen,omda tdoo r de slechtemonsternam ed e geyktevergelykingsaethodes(al s bv.d everwantschaps ­ formule,zi eNJN/CKJ N "inveniarisatiehandleiding",pg.55)gee nuitkoms t boden. Datdez e saprobiegradiënt niet zo erg onverantwoord alshouvas t gebruikt werd, verklaar ik alsvolgt : (a)vervuilingal s "storende factor"degradeer t heelvee l intraspecifiekemi ­ lieuvariaties tot niet-ter-zake-doendeverschillen,zoda tdi evariatie s het beeld invervuild e wateren ind e tabel niet ergmee r zullenvertroebelen . (wanneer nl. het levenbepaald e organismendoo r vervuiling onmogelijkwordt , kand e aanwezigheid van een geschikt fysischmilieu(bv.stenen )daa r niets meer aanveranderen.Som sgaa tdi tniet op;een snelle stroom kan vervuiling door zuurstofinmengingminde rdesastreu s maken.). (b)vervuiling heeftvoora l effect als intêrspecifiekverschillend e factor: verschillen tussen beken onderling zullenmee r op devoorgron d tredenda nd e intraspecifiekeverschille n in eenbeek.Omda ti n zo'ntabe l de grotever ­ schillen tussen beken onderling belangrijker zijnda nverschille n ind e beek zatd evolgord e tussend e beken,mede o.i.v.argumen t (a),vr y reëelzijn . (de soortsgroepen zullenveela l totêê nbeek(soort ) beperkt zijn). (c)devolgord e tussen depunte n binnen êênbeeksoort(di t komt overeenme td e vervuilingsgraad) konwê l bepaald worden door na?.rgemeenscha p elijke soorten tekijken.(Da td evervuilingsgradiën t overheerst overander e milieufactoren, blijktwel,doorda td evolgen s (c)bepanld eMP-volgord ebinne n een beekvrijwe l overeenkomt met de saprobiegradiënt indi e beek-zi e vooral de bespreking van de Dinkel,paragraaf 5C,pg.42.) . (d)Een op grond vand e saprobiegradiënt gekozenMP-volgorde,wer d gecontro­ leerd door na-rd e soortsovereenkomsten tekijken(e nna .r aanleidin g daarvan dan ook somsgewijzigd )•

Omdatd e intêrspecifiekevariati e tussen Dinkel,Glanerbeek,Ruënberger- beekjElsbeek en Snoeyinksbeek niet groot is(bijnaalle n ongekanaliseerde laag­ landbeken) op een gemiddeld lagere stroomsnelheid vand e Dinkel en ietsba ­ sischer waterva n de Glanerbeek na,zullend emeest e intêrspecifieke soorts- samenstellingsverschillen tussend e bekenverban d houdenme t eenverschi l in saprobiegraad,Misschiendat enkelekokerjuffersoorte n ook in een schone Dinkel niet zoudenvoorkomen . Om echtermet zekerheid hieroveruitsprake n tedoen,i she t onderzoek naar de ekologie van d emacrofaun a in Nederlandse be-:enno g nietve r genoeg gevorderd. 3$

Opgron dvr. nbovensta 'nd ema gdesondank sworde narngenomen,da td egekoze nsa - probiegradiënt-volgorde opgron dv. 'n abiotisch eindruk; ,e n(geur ,kleu rva nhe t water,Cletc.)weerspiegel di si nd esoortssamenstelling.Dus:bovenaa nd e"schone " soorten,onderaand e "vieBe".Ditword ti nd esaprobieliteratuur(Bv.Molie rPillot , 1971)bevestigd. Deverschille ntu sse nMP' s1 8t/ m 20e n2 1t/ m 23,wor de nwaarschijnlij kwé leer ­ der'veroorzaaktdoo ree nfysisc hmilieuverschil,eerde rda ndoo rwaterkwali - tietsverschillen.DeRuënbergerbeek,ee nhoogveenbeeK,di ee r "schoner"uitkomt , doorhe tvoorkome nva nee ngrote raanta loligosafprob ekensoorten,loop tee n groterdee lva nhaa rloo pdoo rcultuurlan d enlang sbebouwing,da nd eElsbeek , enzo uo pgron ddaarva neerde rvieze rda nschone rda nd eElsbeek,moete nzijn . DeRuenbergerbee kheof techte ree nwa tgroter evariati ei nsubmilieu se nmeef t groterereservepèientiee li nhaa rvee lgroter ebovenloop,zoda tvee l"oligosa - probe"soorte nhie rte nonrecht eee nsaprobieverschi lme td eElsbee ksuggere ­ ren.Metnam edi tpun ti sonderdee lva nmij nkritie ko phe tklakkeloo shantere n vansaprobie-indicatorl\jsten.(zi eparagraa f6 ,pg. enverder).O mzekerhei d hierèvert ekrijge ni snade r chemischonderzoe kvereist.(î sd eElsbee kn uvie ­ zerda nd eRuenbergerbee kß fniet?).M|] nbewerin gword tmisschie ngesteun d doorhe tfei tda tsoortsblo k2(zi etabel),da twê li nd eRuenbergerbee ke nnie t ind eElsbee kvoorkomt,vee lvolgen sd eliteratuu raa nstene ngebonde nsoorte n bevat(Similium,;:ydropsyche,Habropïilebia).DeElsbeek-monster sbevatte ngeen,di e ind eRuenbergerbee kwè lstenen !

Ome^. ndiscussi eove rfaun istisch eaanvullinge nvoo rdi tgebied(Zuid - OostTwente )t evergemakkelyken,i see nsystematisc hoverzich ti n d evor mva n eengerangschikt esoortenlijs topgenomen ,(bijlag e3,pgA?) . Bühe toverzicht ; Sommigesoorte nzy nvooraie nva nee nonderstreping(34 -spec).Da tbete ­ kentda td esoor tvolgen sd elièeratuu rsubrheofie lo frheofie lis.Omda td e scheidingtusse nsubrheofie le nrheofie lnoga lvaa gi s(cf .onderschei dberg ­ beken-laaglandbeken),zij nz éonde rêê nnoeme rgegooid.W ezulle ndi tvoortaa n als"(sub)rheofiel "schrijven ,(va nd esoorte nnr.' s4-6,4.7,8 2-zi ed enummer s vóórd ename ni nd elijsten -i sbeken dda tech trheofie lzijn;me tzekerheid) . Hetz overkrege noverzich ti svergeleke nme tbeschikbar egegeven sva n macrofaunawaarnemingeni nOost-Twente.Di tzyn:Kleingeld&Nieser(1966),RI N (1972),Redeke(1948),Venema(1975)e nVakgroe pNatuurbehee rWageningen(1976 - concept). Vand etotaa l12 5doo ron swaargenome ntaxa,ware n2 6soorte nnaa rmij nwete n nognie tva nOost-Twent ebekend.Wannee rw eon sbeperke nto tZuidoost-Twente , zynda t4 7soorten.Indie nd enie tgehee lzeker edeterminaties("cf "i nd eta ­ bellen)juis tbleke nt ezijn,moete ndaaraa nno gworde ntoegevoeg d1 1soorte n voorOos t-Twent ee n1 2voo rZuidoost-Twente.Zi evoo ree nexact eaanduidin g vand egeneoemd ediersoorte nd etabe lva n"nieuw esoorte nvoo r(Zuid)Oost - Twente" ,bijlag e4,pg.3 9. Natuurlijkware nvel ealgemen e soorten (Bv.nr.' s113>H0,11,40,36,34,1 ) vasta lbeken dbi jindividuel ewaarnemer s(veelal,net,al swi jda tzijn ,amateurs) , maarz ezulle nd egeschrifte nna. -r mij nwete nnie thebbe ngehaald.D elang elijs t "nieuwesoorten "geef teerde raa nho egroo the tgebre kaa ninventarisatie - gegevensi nTwent eis!Dez eomstandighei dleid te rdaaro m toe,dathe tb ybe ­ ken,waarva ngee n "goedesoorten "beken d zyn,inhog emat eonverantwoor dis , hieraandiepgaand econclusie st everbinden!(Ee nwaarschuwin gvoo rd edame s enhere nplannenmaker s!! ) Innationaa lverban dvri jto tzee rzeldzam esoorte n(afgezie nva nd e zeldzaamheidva nbeken;bedoel dword tdus:zeldzaa mi nonz ebeken! )zij nbv . desoorten/tax anr.' s12,23(5 ened .waarneming!),14,15,16,17,18,19,23,25 , 26,45,46,50,57,58,59,72,74,82,93,114,117,124.(aangegevenme t i ind esyste ­ matischelijst,bylag e3»pg.4 0 ).Geziend ezeldzaamhei dva nhe tmilieu , bovendienall eander e (sub)rheofielesoorten . 3? Hoti si ndi tstadiu mnie tmogely ko movereenkomste no fspecifiek ever ­ schillentusse nd emacrofaun ava nverschillend elaaglandbeeksysteme n inNe ­ derland tekwantificeren.Poginge no md eto tno gto ebekend eOost-Tvent emacro ­ fauna (uitbovengenoemd eliteratuu re neige nwaarnemingen )me tdi eva nhe t Dommelsysteemi nNoord-Braban tt evergelyken,stokte no pgebre kaa ngegevens : ind eDomme lzy nnl .sommig egroepe nbete re ndiepgaande rbestudeerd/gede ­ termineerdda nw\ jda tdeden(Bv.Chirononiidae).Daarentege n ise ro pd etwe e RIN-excursiesrelatie fzee rintensie fnaa rGhironomide ne nander eDipter a gekeken (RIN,1972),maarda nno gi svergelijke ntusse ndez etwe eonderzoeke n (RINversu sMolle rPillot,1971 )riskant,omda the tDonmelonderzoe kva nMolle r Pillotzic huitstrekt eove rd ejare n1962-1968,me tzee rintensiev ebemonste - ring.Allegegevens-ui tOost-Twent ezy nslecht s-nog -resultaa tva nee nklei n aantalexcursies!(n apublicati eva nhe trappor tva nhe tonderzoe ki nTwent e doord eVakgroe pNatuurbehee rWageningen,moe tdi talle swa tbete rmogely k zyn). Klakkeloostoepasse nva nhe tbiologisc hbeoordelingssystee mva nMolle rPillot , dati sgebaseer d opNoordbrabants ebeken,i sdaaro m-nog -onverantwoordd . (zieoo kparagraa f6 pg.4 9e.V.) .

BULAGE A Nieuwewaarneminge nvoo rZyidoosttwents ebeken(bovendie nnieu wvoo rOost-Twente:! )

1. Debdrocoelumlacteu m 86.Helophoru sguttulu ss.l.(! ) 13.Brachycercu sharrisellus(ï ) 87.Helophoru sguttulu s 14.Caeni smacrura(! ) brevipalpis(!) 17.Ephemerell aignita(! ) 88.Helophoru scf .asperatus(! ) 23.Baëti sniger(! ) 89.Helophoru scf .griseus(! ) 27.Pyrrhosom anymphula(!)ï ) 90.Hydrobiu sfuscipe ss.1 . 28.Ceriagrio ntenellum(! ) 91.Hydrobiu sfuscipe sfuscipes(! ) 30.Coenagrio nspec.(!)ï ) 92.Anacaen aglobulu s 34-•Gerri sthor ac ieu s 93.Laccobiu sstriatulu ssinuatus(ï ) 35.Gerri sgibbife r 94*Laccobiu sminutus/albipe s 36.Nep arubr a 95»Helocharu sobscurus(! ) 38.Notonect aglauc a lOó.Bithyniatentaculat a 4.0.Hesperocorix a sahlbergi 107.Physafontinali s 41»Callicorix apraeust a 109.Lymneaperegr a 4.5»S igar ac f,longipalis (! ) HO.Planorhisvorte x 50.Goer apilosa(! ) lllPlanorbisalbu s 54.Limnophilu slunatus(! ) 112.Segnentinacomplanata(! ) 58.Halesu stesselatus(! ) 113.Planorbariuscorneu s 60.Bereode sminutus(! ) 114.Ancylusfluviatilis(! ) 63.Haliplu slineatocollis(! ) 117.Lanpetraplaneri(! ) 64..Haliplu simnaculatus(l ) 119.Cf.Gobiogobio(! ) 65,Haliplu scf.ruficollis(! ) 120.Leuciscusidus{! ) 66.Haliplu scf.fluviatilis(ï ) 121.Nemachilusbarbatulus(! ) 68.Hygrotu sinaequali s 124.Cottusgobio(! ) 70.Hydroporu stristi s 71.Hydropotu smennonius(! ) 73.Laccophilu shyalinu s 76.Agabu sbipustulatu s 77.Agabu ssturm i 78.Agabu spaludosu s 79«Ilybiu sfuliginosus(ï ) 81.Gyrinu smarinu s 83.Helophoru scf.micans(! ) 84..Helophoru sgrandis(! ) 85.Helophoru scf .aquaticus(! )

udt&jjtffer BIJLAGE3 Ao

Systematischoverzich tva nd ewaargenome nbenkfaun a

Onderstrepingengeve naa nda t (sub)rheofielevoorkeu rva nd esoor tbeken dis fresp, verondersteldwordt . ï betekent:(vry)zeldzaa mvoo rNederlands ebegrippen .

Tricladida/Platwonnen Hetero ptera/Wantsen-vervol g 1. Dendrocoelumlacteum(Müller ) 36,Nep arubr aL , 37,Notonect aspec , Oligochaeta/Borstelwormen 38,Notonect aglauc aL , 2. Oligochaetaspec , 39,Corix aspec . 3. Cf.Tubificidae 40, Hesperocorixa sahlbergii(Fieb.) 41, Callicorixa praeusta (Fieb.) Hirudinea/Bloedzuigers 42, Sigara spec, 4. Glossiphonia coraplanata(L») 43,Sigar astriata(L. ) 5. Herpobdella octoculata(L.) 44» Sigarafalleni(Fieb, ) I45 ,Sigar acf,longipalis(Shlb. ) Ostracoda/Mosselkreeft. 1e s 6. Ostracodaspec . Trichoptera/Kokerjuffer s ï46.Plectrocnemi aconspersa(Curtis ) Isopoda/Pissebedden 47,Hydropsych ecf,angustipennis(Curt. ) 7. Asellusaquaticus(L. ) 48,Leptoceru scinereu sCurti s 8. Asellusmeôedianu sRacovitz a 49,Mystacide slongicornis(L, ) I 50,Sil onigricornis(Pict, ) Amphipoda/Vlokreeften 51,Limnophilu srhombicu sL , 9. Amphipodaspec . 54,Limnophilu slunatus(Curt. ) 10.Gammaru scf.pulex(L. ) 56,Anaboli anervosa(Curtis ) I 57.Halesu sspec .Stephen s Plecoptera/Steenvliegen 3E53 ,Halesu stesselatu s(Ramber ) 11.Plecopter aspec . I 59,Stenophyla xrotundipenni sBrau , 60,Beraeode sminutus(L. ) Ephemeroptara/Haften ï 12,Ephemer acf,vulgata(L. ) Megaloptera/Sllikvliegen I 13.Brachycercu sharrisellus(Curt. ) 61,Siali sspec , 1 14..Caeni smacrur aStephen s i15 .Heptageni aflava(Curt. ) Coleoptera/Kevers i 16.Habrophlebi afusca(Curt. ) 62,Coleopter aspec , I 17.Ephemerell aignita(Poda ) 63,Haliplu slineatocolli sMarsha m I 18.Centroptilu mluteolum(Müller ) 64,Haliplu simmaculatu sGerhard t 3E19 .Procloëo npseudorufulu mKimmin s 65,Haliplu scf ,ruficolli sDegee r 20,Cloëo ndipterum(L. ) 66,Haliplu sfluviatili sAub ê 21,Cloëo nspec , 67,Dytiscida espec , 22,Baëti sspec , 68,Hygrotu sinaequalis(F. ) I 23.Baëti snigerd. ) 69,Hydroporu sClairvill espec , 24.»Baëti spumillus(Burmeister ) 70,Hydroporu stristis(Payk. ) 71,Hydroporu smemnoniu sNicol , Odonata/Libellen I 72,Potamonectu sdepressus(F« ) I 25,Caloptery xvirg oL , 73,Laccophilu shyalinus(Deg. ) I 26,Caloptery xsplenden sHarr , ï74 «Platambu smaculatus(L. ) 27.Pyrrhosomanymphul aSulz , 75,Agabu sLeach/Platambu sThoms.spec , 28,Ceriagrio ntenellu mD eVill , 76,Agabu sbipustulatus(L. ) 29,Ishnur aelegan sVanderl , 77,Agabu ssturmi(Gyll. ) 30,Coenagrio n(Fabr.)spec . 78,Agabu spaludosus(F, ) 31,Aeshn acyane aMüll , 79,Ilybiu sfuliginosus(F. ) 80,Gyrinida espec , Hetero ptera/Wan tse n 81,Gyrinu smarinu sGyllenha l 32,Veli acapra iTarn , ï 82,Orectochilu svillosu sMüll , 33,Gerri sspec . 83.Helophoru scf.mican sFald . 34,Gerri sthoracicu sSchm , 84.Helophoru sgrandi s111 . 35,Gerri sgibbife rSchm , 85.Helophoru scf .aquaticus(L. ) BIJLAGE 3 -vervolg M

86,Helophoru sguttulu sMotsch . 109.Lymneastagnalis(L. ) 37.Helophoru sguttulu sbrevipalpi s Bed,llO.Planorbi svortex(L. ) 88.Helophoruscf.asperatu sRe y lll.Planorbisalbus(Müller ) 89.Helophoru scf .griseu sHerbs t 112.Segmentinacomplanata(L. ) 90.Hydrobiu sfuscipe ss.l.(L. ) 113.Planorbariuscorneus(L. ) 91.Hydrobiu sfuscipe ss.str.(L. ) illA-.Ancylu sfluviatilis(Muller ) 92.Ahacaen aglobulus(Payk. ) 93.Laccobiu sstriatulus(F.) / Bivalvia/Tweekleppigen sinuatusMotsch . 115•Sphaeriumspec . 94-.Laccobiu sminutus(L.) / lló.Pisidiunspec . albipasKuver t 95.Helochare sobscurus(Müll ) Cyclostoaata/Rondbekken.Prikken 96.Staphilonida espec . ï117.Lampetr aplaneri(Bloch )

Diptera/Tëefrleugeligen Pisces/Vissen 97.Dipter aspec . 118.Piscesspec . 98.Cf.Tipulida espec . 99.Cf.Dicranot aspec . 119.Cf.Gobio fcobio L. 100.Culexcf .pipien sL . 120.Cf.Leuciscus idus(L.) lOl.Culicidae spec./Chironomidaespec . I 121.Nemachilus barbatula(L.) 102.Chironomidaesp.sp . 122.Gasterosteus aculeatus L. 103.Similiunspec . 123,Pungitius pungitius L. IO4..Tabanidaespec . i. 124.Cottus rrobio L. Aanvulling: Gastropoda/Slakken 105.Valvatapiscinalis(Muller ) lOó.Bithyniatentaculata(L. ) Ephemeroptera/Haften.Eendagsvliege n 107.Physafontinalis(L. ) 12$.Ephemeropteraspec . 108.Lymneaperegra(Muller )

PWor^s Ml C.DUlgSCHI^LINDïi .WATEREN . l.De Dinkel. Voor literatuurgegevens zijverweze n naarparagraa f2,pg.28va n dithoofd ­ stuk overd ehydrobiologie.üanrdoo r ishet d e lezerinmiddel sbeken d geworden dat-de3^ >middelst e nederlandse kilometers vanhet riviertje nogongekanali ­ seerd z\jn,terwijld e resterende4. 5kilomete r van de Dinkel inDuitslan d ,zowel bovenstroomsal s benedenstrooms vanNederlan d driftig zynrechtgetrokken.He t ontbrekenva n een grootaanta l visse-,hafte-, enkokerjuffersoorte n (diewê l ind e zijbekenvoorkomen)i ndez eduits e bovenloop(ten zuidenva n Gronau=MP 1 t/m 5,ziepreseatietabel,bijlag el,$$feeœ),me tnam e dieui t de soortsgroepen 1 en2,teven sd e kever Platambusmaculatu s ,zouwe l eensaa ndi e kanalisatie kunnen liggen.(Hoewel onze gebrekkige gegevensva nd e chemie op een iets slechterewaterkwalitei t dan indi e zijbekenduiden;fysisch e waarnemingenbe ­ vestigendi e echterniet;bete r onderzoek nodig!).Het optreden van rheofiele haftelarvenalhier(soortsgroe p 5),evenalsd eme tM P 18 t/m 23gemeenschappelij ­ ke Baëtispumillus(soortsgroe p4-),wijze ninderdaa d nog op een redelijkewater ­ kwaliteit.Heti s bekend datdez ediere n zelfs op betonkunne nvoorkomen,al s hetwate rmaa r schoon genoeg is(eigenwrn.)Da t de dieren uit soortsgroep 5 niet inM P 18 t/m 23voorkomen,wij ti k aand e grotere stroomsnelheid inM P 3 t/m 5. De zeer zeldzame haftelarf Brachycercus harisellus werd naarmij nwete n voor de tweedekee r ind e DinkBlverzameld.I n (hetnabijgelegen)Nederlan d isdit on ­ geveerd evijfd ewaarneming,al sw edez e vangst,nogne to p Duitsebodem,daa rb y mogen teilen.De Vakgroep Natuurbeheer(VGNB)ving de soorti n Noordoost-Twente. Nadatd e stad Gronauz' nheldere ,"gezuiverde" ,maa r blijkbaartoog steed s smerige afvalwater opd erivie r gestort heeft,ise rjuis t achterdez e stad absoluut geenleven d wezen vanmacrofaunaformaa t meer in het beekwater tebe ­ speuren.(M P6).Secundair eeutrofiëring,nie tverwijderd eafvalstoffen :z ehebbe n hunwer k goed en grondig gedaan! Zo'nkilomete r stroomafwaarts is erwe l sprake van enig1even, ma r hetvalt opda thet,o p Ceriagrion.Asellusanuaticus.Chironomide n en Tubifexna,allemaa l imagines vanoverigen songevoelig e keversoorten zynrhetkwetsbar e larvensta- diumi snie tvertegenwoordigd;voortplante ni ndi twate r zoudez ekever sda n ook duur komen te staan!Devie r overige taxa zijnindicatore n vanvr' jvui l (Nepa.Asellus)tot zeervui l (Chironömuse n Tubifex)water.D eindicatorwaar ­ de van Cerisgrioni nonbekend.D evoorlopig e gegevhsva nd e Vakgroep Natuur­ beheer(VGNB )sluite n hierbijaan . Ondanks toevoer van schoon Elfcsbeekwater(weinig), maar weer dankzijtoevoe rva n hetvrijwe ldod ewa ­ terva n de Glanerbeek(meer),(e noo kdankzi jhe t geflatteerde beeld door hetklein e MPoppervlak!), geeftM P 8helemaa l eendroev e situatie te zien: êênkeve^tje(imagoï )e ngrot e aantallen venweinig , vuilindicerende soortenjhieri sno gduidelij ksprak e van een zeer ernstige storing. Datd e invloed vand e Glanerbeek grootmoot zijn , kanmisschie n blijkenui t het feit,dathe ti n MP 8 plots flink basisch is (pH=8.1)te n opzichte van hetdaarbove nwa t zuurdere water (pH=7.5)De Glaner­ beek stroomt nl. door eendagzomend elaa g Wealden- mergel. Het slechte beeldlîjk t in de nabijgelegenMP' s 9 t/m 12 ietsbeter,doo r hetvoorkome n vanmêê r soor­ ten,maardi t zijnalle n vuilindicatoren(soortsgroep 9)e n bovendien zijnd eMP' s 8 t/m 12 teklei n voor eenrepresentatie f beeld. Al

Vanafd eSnoeyinksbeek,di egee n"verdunnende "werkin gko nlevere n (nagenoeg droog)blijk tenig ezelfreinigin gui td eMP' s1 3t/ m17.0 pd ehél e"schone " soorten(oligosaprooie-indicatoren)ui tblo k5 na(presentietabel!),word tle ­ venvoo ree ndee lva nd ebeek-karakteristiek e soortenwee rmogelijk:blo k6 en7.Noemenswaardi ghierva nzy nd ewee roptredend evissen:zowe lhe ttien - dooornige-al she tdriedoornig eStekelba, -rsj ezwem thie rwee rron d(i nklei ­ nereaantallen! ).D evangs tva ntwe eCaloptery xsplenden3lbeekjuffer)larve n inM P1 7getuig tervan,da the twate rlangzaam ,wee rbete rwordt.Opvallen dsi , date ree nblo k7 bestaat,waari nsoorte nui t boven-e nbenedenloop(di etoc h infactore nal sstroomsnelheid,helderheid,beddingsoor tetc .no gflin kver ­ schillen)va nd eDinke lwe lvoorkomen,e ndi enie tzij nvertegenwoordig d in dezijbeken,di eechte rschone rda nd eDinke lbleke nt ezijn .

2.CHanerbeek. Toenw eo p30-6-7 5ee nbezoe kbrachte naa nd eGlanerbeek,o mdez et e bemonsteren,schrokkenw ez óva nd estan ke nhe tzwart ewater,da tw ebeslo ­ tenonz enette nhieraa nnie tt ebevuilen.Tóc hhebbe nron d1 0augustu s'7 5 enkeledappere nzic hhieraa ngewaagd,e nhaalde ne rzowaa rno gwa tdiere n uitlVanabsoluu tdoo dwate rka nbi j langen anie tworde ngesproken,daarvoo r zwommene rno ggenoe gstekelbaarsje srond.Di tmonste rlig techte rno gwe l tenzuide nva nhe trioo lva nGlanerbrug ! DeVGN Blaa ton szie nda the tdichte rb yd euitmondin gi nd eDinke l(Top . coörd.:264.8/472.7)ee ndroevige rbedoenin gis:stinkend,zwar twater,ee n zwartaangeslage nhard ezandbodem,brandnetel so pd eoever:vee lbeloof t datniet.Inderdaa dblee kee nvangs tva nca .3-4 -m zo'n60 0Chironomus - larvene n35 0Tubifexworme no pt eleveremd eafschrikwetlend eindicator ­ soortenva nzwaar,organisc hverontreing dwater«(He tRIN(1972)noem tdezelf ­ deindicatore ne nzwar everontreinigin gvoo rd eGlanerbeek)»I nd echemi ­ schebeoordelin gdoo rhe twaterscha pRegge&Dinke lkom td eGlanerbee ke ri n debuur tva ndi tM Pergen si n197 4slech taf,vergeleke nme tander ebeken . (Bv.43%zuurstofverzadiging,BZ Vva n8 mg,8, 6m gNH/-stiksto fpe rliter ) (Jaarverslag1974-,Waterscha pHegg e& Dinkel) . Date rwa tme td ewaterkwalitei tve nd eGlanerbeo kmoe tgebeuren,za l duidelijkz^n.Da tee noverigen szo' nprachtig ebee k(landschappelijk ,geologisch , geomorfologisch,botanische nornithologisc h zeerwaardevol;zi eo.a .he tar ­ chiefva nhe tNatuurmuseu m teEnschede)doo rGlanerbru gno gal sope nrioo l wordtgebruik ti sonbegrijpelij ke ngetuig tva ngroo tgemi saa nverantwoorde ­ lijkheidsgevoel.Hetcitaa tui the tversla gav nde"werkgroe pbeken"va nhe t RIN:nbijd einspecti eva ndez ebee ko p25-8-197 2blee kons,da thaa rwater ­ voeringz ogerin gwa se nda tzi jbovendie nfaunistisc h zoar mbleek,da tui t hydrobiologischoogpun tee nwaterverrijkin gme the tvri jheldere,iet sbrui n getinte,veen-e nlandbouwvate rallee nte ngunst eka nwerken,mit sdi tland - bouwwaternie tt ezwaa rbelas tword tme tmeststoffe no fspuitmiddelen." , verdientdaaro menkel ekritisch ekanttekeningen:afgezie nva nhe tbetreurens ­ waardigeffei tda thie ree ndiepingrijpen dadvie so pgron dva nêê nenkel ewaar ­ nemingword tgegevn(wi j'Äffe nbv .vee lmee rwate ri nd ebee kaan),za lzo' n advieszee rbevestigen dwerke no pd evervuilin gva nd ebee kdoo rGlanerbrug . Deverontreinigin gdoo rGlanerbru gword tdoo rhe tRI Nblijkbaa rgeaccepteerd , zijplei ti nhe trappor tnergens-voo recn,.a :np? kbj jd ebron,Glanerbrug,maa r geeft slechtsantwoor d opd e vraag of "doorspoeling"me t landbouwwater een alternatief kan zijnvoo r het veenwater,dat om uitdrogingsgevaar niet langer uit het Aamsveen zoumoge n worden afgevoerd.Dit advies draagt daarom niet bijaa n deaanpa k van zowel de vervuiling vand e Glanerbeek zélf,alsva n de door haarwate r beïnvloedde Dinkel! Een deel vanhe t stroomdal van een zijbeekva n deGlanerbeek,wa stij ­ dens onsbezoe k omgebouwd tot bouwterrein,waarop zware rupsbandsporen; het geheelwa s bijnatotaa l onder het zand bedolven!! Ak 3.D eKLsbeek . Overdez eprachtig ebee ki si nd egeschrifte nwerkelij khaas tniet s tevinden.Da td ehydrobiologisch ewaard eto tvoo rkofc tonbeken dwas,i st e begrypen,gezienhe tfei tda tgoed egegeven sove rd emacrofaun ai nd e Twentsebeke nove rhe talgemee ner gzeldzaa m zijn.Maarda td elandschappe ­ lijkee nbotanisch ebekorin gva nd eKLsbee kd egeschrifte nno gnie theef t gehaald,isenigzin sverbazingwekkend.Misschie nwe lomda tz eno gword to - vertroffendoo rd ebeke nui tNoord-Oos tTwente(To tvoo rkort...) . Debee kontspring to pd eoosthellin gva nd eto tca .6 0mete rhog e topva nd estuwwa lEnschede-Oldenzaal,enkel ekm .te nnoorde nva nMschede , alsKloosterhuizenbeek,01denzaals e Beeke nVeenbeek.Juis to pd egemeente ­ grensEnschede-Losse rvormen,dez einmiddel ssamengevloeid ebeekjes,same n mettwe ekort eander eloopjes,d eELsbeek.Da ti ste rhoogt eva nd eHog e Boekelbrug(Top.coord.263.5/474.3).Vana fda tpun tkronkel tz everde rdoo r oude,indrukwekkendehoutwalle ne ndoo rzee rzwar eloofbospercelen,alwaa r zezee rfraai emeander sme thog eoeverwalle ne nzandstrandje si nhaa rbed ­ dingmaakt.Ee nlyricu sal sDingeldei nzo uharte nlosmake nvoo rdeze,z o vergeten,nieta lt elang ebeek.I nd earchieve nva nhe tNatuurmuseu mt e Enschedei st eleze nda td egehel eloo pva nd eElsbeek(e ndu soo khaa r gesplitstebovenlopen)botanisc hzee rbelangwekken d is,gezienhe tvoorkome n vanTrientali seuropae aL.,Lamiu m galeobdolon(L.),Listeraovata(L.) , Primulae nChrysopleniu mL.(resp.zevenster.gel edovenetel.grot ekeveror - chis.sleutelbloeme ngoudveil).„Voo rnormaliserin gi nenigerle ivor mmoete n wijwaken,",z owaarschuw ton sa lee nou dexcursievorsla gui t19^3.Verde r zoudene rron dd eHog eBoeke i (aand eKLsbeek? )vee lboomkikker s(Hyl a arborea)voorkomen(1953)!! ! Onzewaarneminge nzy nallee nmaa r eenaanvullin go pdi eschoonheid.Voor ­ datw ed epresentietabe lerbi jpakken , moetenno genig e"loss eflodders "wor ­ denopgesomd,di etijden see nexcursi e langsd ebee ko p01-07-197 5werde nge ­ schoten: 3 ex.Halesu sinterpunctatus / radiatusZett . 1 ex.Halesu scf .tesselatu s(Ramt; ) 4 ex.Anaboli anervosa(Curt ) 1 ex.Limnophilu slunatus(Curt ) (4soorte nkokerjuffers/Trich. ) 1 ex.Ilybiu sfuliginosus(F. ) veel Piatambusmaculatu s(L. ) (2soorte nwaterkevers/Col. ) veel Veliacapra iTam . «AeukalU (1soor toppervlaktewants ) Heti szeke rda td ekokerjuffer senkel evertegenwoordiger sui tee nzee rtal - rykeTrichopterenpopulati ezijn . Allebovengenoemd ediere n zijntusse nblootgespoeld ewordtel si nbeschaduw ­ debeektrajekte ngevangen.Da tdez ediere nnie ti nd emonster sva nd etabe l voorkomen,illustreertho egerin ghe trepresentatie fkarakte rva nd eo ponz e maniergenone nmonster sis!He ten emonste rva nd eVGN Bi nd eKLsbee kb yd e HogeBoekelbrug(dd.18-06-75 )i sne tz ogebrekkig:slecht sd etaxa,nr' s32 , 10,99e nmisschie n7 9hadde nz eme tonz ewaarneminge ngemeen.Slecht sd etax a nr's102, 5e nDytiscus(Geelgerand eWaterkever )vonde nw\ jniet,zi jwel . Verderwerde ni nd ebeo kb yd eHog eBoekelbru gdoo ron sno gincidentee lver ­ zameld(Top.coörd.263.4/454..1);Asellu smeredianu sRacovitza.Gyrinu smarinu s Gyll.e nAnaboli anervos a (Curt.). 45"

Tezamenme t grote aantallen Baëtisp um i1.l us e n andere soorten(zi epresentie - tabel) zijndi talle saanwijzinge nvoo r een bijzonder zuiver waterme t ongestoor­ de beekeige::schappen.Datd e variatie aanmacrofaun a kleiner isda n zalblijke n ind eiïuënbergerbeek za ldeel sdoo r gebrekkige bemonstering(zi ebovenjzij n geflatteerd,deels een oorzaak hebben in netkleiner e achterland(zie ookpara ­ graaf 5A,pg,36)(gevolg:kleinerpotentiël e reserve aandiersoorten)e nmisschie n ind e geringe watervoering,diewaarschynlij ki n de zomersvóó r197 4 totdroog - stand heeft geleid(?). Deabiotisch e gegevensva n deMP' s 21t/ m 22 staven onze beweringen over grote variatie,met cyfers(zie tabel,bijlage4,jBtf.3 4) . Tevreze nvalt,dat b y kanalisatie van debovenst e3 nederlands e kilometrs Dinkel,waarind e Elsbeekuitnondt,bi jstijgen dwate rmakkelyke r eengrote r deel vand e Elsbeek door binnenkomend vuil Dinkelwater kanworde nverstoord,zoal s ditbv .oo k is gebeurd byd e noordbrabantse Esperloop door beïnvloeding door de SnelleLoop,di edoo rkanalisati e nu enkelekilometer s diep de schoneEsper ­ loop indringt,met vuilwater.(NJN,HLWG,1975) .

£.DeRuenbereerbeek . Slechtsd elaatst e Ukllometeisva ndez ebee k wordeno p nederlands grond­ gebied afgelegd.Daarvóór stroomt ze,voornameiij kal s Goorbach,zo'n 15 km.doo r hetnaburig e Duitsland.De oorsprong ligti nd e heuvelsbi jScheppingen,waa r ookvel e zybeekjesva nd e (later,by ons,Overijsselse »'echt)ontspringen. Deze zytakken ind e bovenloop vand e Goorbach banefazic h eenwe gdoo r hetzg . "Strönfeld",tussenHee k enKetelen,o m terhoogt eva nEp e sament e stromentot Goorbach.Onderd e weg Enschede-Ochtrup vormtd e Goorbach tezamenme t eenande r beekstelseluiteindely k een beek,diedoo r het Ruenberger Venn(behorendbi j het befaamde Gildehauser Venn) stroomt,envana f ditpun t Ruenbergerbeekheet , enal s zodanig*d e nederlands-duitse grenspasseert.Ho ehaa rloo p enaar d in Duitsland is,ismi jnie tbekend.He tvermoedelij k relatiefkalkrijke,voeciselry - kewater,wordt in ieder geval napassag e doorhe t Ruenberger Vennwee r zuur- der:metdoo r ons gemeten pH-waarden van 7.0 tot 7.5 bevat zehe t zuurste,door onsi n het Dinkelsysteem bemonsterde water,maar belangryk isdit verschi lniet . Vanwege haaruitgebreid e bovenloop in Duitse bossen encultuurland,heef the t veenwater nauwelyks verarmende invloed.Hd^relw e zelfd e door onsverkrege n chemischewaarde nme t eenflink ekorre l zoutnemen,blijf the tfei tdaar,da ti n deze beek hetlaagst e chloridegehalte isgemeten:ee nmogelij k signaal ind e richting van eengering eorganisch e watervervuiling.îîetingenva nhe t zuurstof­ gehalte(9 .5 mg.l" " ;ca.83%verzadiging)e nbiologisc h zuurstofverbruik(BZV=2mg . perliter)doo rhet Waterschap Regge&Dinkel(1974.)sluite nhierb yaan . Doorhaa r relatief korte loop,toevoerva n (temperatuur-)gebufferd veeawater, misschien veel beschaduwing inDuitsland,i sd e temperatuur een stuk lager ên constanter dan ind e Dinkel:opall e dried eMP' s H°C. Overal bestaatd e beddingui t schoon,gelig,geribd zand,metplaatselij kneer ­ slagva n yzerverbindingen(ferri;oranje-bruin).Opdez e basisbeddinggesteldheid zijnlokaa l velevariaties:d e variatie in "niches"i sgroot,ee nongekanali ­ seerde,meanderendelaaglandbee k eigen.Zo'nvariatie(stenen,blootgespoeld ewor - teléi n buitenbochten,slib- enbladerenbankje si nbinnenbochte n en achter boomstammetjes e.d.,plaatselijkgrindbankjes)moe twe lplaat s bieden aan een gedifferentieerde beokfauna.Plaatselykebeschaduwin g door boscomplexjes werkt hieraan ook mee.Hetwate r isprachti g helder,zelfsi nhe t-helaas - gekanaliseerde stukje,netove r de grens,in Duitsland. In contrastme t de differentiatie ind e bek zelf,isd e relatieve eentonig­ heid inhe t landschap,direkt omd e beek.(De sterkmeanderend e loop door het loofbosperceel omM P1 9i s hier eenva nd e zeer fraaieuitzonderinge n op, hoewel ookdi t totd e beekbed-Jin g zélf gerekend kan worden).Ontginninge n in het eind vand e19 e enbegi nva ndez e eeuwdoo r de "pioniers"«a n Overdinkel (een10 0 jaar jonge nederzetting van Gronause textielarbeiders) hebbend e heide omgetoverd inee n schraalweidelandschap.Direk taa nd e beekoever is nog een laatste restant van de gevarieerdeflor a opd e steeds verschuivende prensva nvochtig e envoedselrijk ebeekoeve r enarme,drog e heide(zi ehoofd ­ stuk 3 ,pg.2o) . Hoe zijnn u onze bevindingenme t de beekfauna vand e Rüenbergerbeek?De drie genomenmonsters(M P 18,19,20) hebben ónsvoo r grote verrassingen geplaatst, 46

,oezij nn u onze bevindingen met de beekfauna van de Rüenbergerbeek? De drie genomenmonsters(M P 18,19,20)hebbe n ons voor grote verrassingenge ­ plaatst. Ind epAentietabe l(bijlag e2,festal«)i st e ziendat 25va n de in totaal 125 waargenomen soortenuit het Boven-Dinkelsysteem zichuitsluiten d beperken totd e Rüenbergerbeek.Deze 25 taxa zijnvoornamelij k rheofiele insectenlarven: haftenlarven enkokerjuffers(Ephemeropter a enTrichoptera),waaronde rvel e zeldzame,veelal bijnauitgeroeid e soorten.Enkeledaarva n verdienen de eerme t name te worden genoemd:vand e haftelarven isEphemer a in onslan d beperkt totrusti g stromende binnenbochtenme t zandige bedding van laaglandbeken, dwz. enekele auidlimburgse(Geul),noordbrabantse enVeluwe(Hierdens e Beek)- beken.Habroflebia isvry "zeldzaa m in snelstromende(rheofiel!)beke nmet ster­ keb egroeiing ,va n welkvoorkeursmilie u de Rüenbergerbeek duidelijkafwijkt . Trichopteren zijni nd eRüenbergerbee kvee l sterkervertegenwoordigd:2- 3 Limnophilussoorten.Halesus,Stenophylaxe nG oer a zijnsoorte n die zeer hoge eisen(vooral Goera enHalesus )aa nd e waterkwaliteit stellen,endaardoo r zeldzaam zyni n ons land.VanAnaboli a nervosa.die eendergelijk evoorkeu r heeft,is buitenM P 18 en1 9allee nmaa r eenlee ghuisj ei nM P1 7aangetrof ­ fen(Dinkel) .D e vrijzelzam ekevertje sPotamonectu s dpressus.Platambusmacula - tuskome n buiten de Rüenbergerbeek inande r schoonwate r ookvoor,terwij l Qrectochilusvillosus(ee n behaard schryvertje)alieenhier(M P 20)i saange ­ troffen ind e oeverbegroeiing.Enuiteraar d verdienend evisse nvee laandacht : Rivierdonderpad(Cottusgobio).Beekprik(Lampetr aplaneri ) enBermp je(Meaachi - lusbarbatula)stelle nzee rhog e eisenaa n zuiverheid en zuurstofgehalte van hunomgevihg;Cottu se nNemachilu s behoeven bovendien stenen en/of boomstam­ mene.d .va nweg ehu nlichtschuw e gedrag,terwijlvoo rd e beekpriklarve ge­ schikt zand aanwezigmoe t zyn,om zich gedurende hetjare nduren d larvesta­ dium in te graven,(Gezie nd e toevalstreffer,doord everborge nlevenswijz e vand e Lampetra-larven,isdif cvermoedelij k lang niethet enige exemplaar!). Bovendien zynd e eierenva n aldez ediere nnô g zuurstofbehoeftigerda nd e adulte dieren,zodatd evóortplantingseise nhelemaa l extreem hoogliggen ! Dater,naas tgrot e hoeveelheden adulte dieren ook juveniele ex. zynaangetroffen,di ebewijze nva n voortplantingsmogelijkhedenhie r vormen,is eenontzaglij kcompli ­ mentvoo r debeek.H enege n Berm- pjes en evenzovele Rivierdonder- padden indez e tweeklein eMP' s toonden welaan,dat dez evissen - r'iüieraoAderpad . populaties behoorlijk grootzijn . Het tweede bewijsdaarto ewer d ge- verd op 16-07-75,doorKee s Haakmanc,s.:o p een trajekt van 60meter,stroom ­ opwaartsva nd e brug ind e weg Glane-Overdinkel,wasd evangst : 4-9Rivierdènderpadde n en-padjes,2 0Bermpje se n zeervee l drie- en tien- doornige Stekelbaarsjes.waaronder „kuitrijpewyfjes,vuurrod emannetje se n grote scholen jongen",aldushet excursieverslag,Delengteverdelin g ind epo ­ pulaties wasal svolg t(e n levertdaarme e eenbewij svoo rvoortplanting) :

Cbbbus ^obio feerapie 'Rivier<}o&elej'»p&cL Nemachiluskôrbafeuhi s il' n . io- 5 « 8- 6 «—' 7- -19 4

rTTTTT 7 S 9 i0 '-H1 1 '1'3'A 5 6 7 8 9 10 M H lengtei n cm. lengteto. cm. 47

Hetverschi ltusse nM P18&1 9me tM P2 0i sm.i .deel st ewijte naa nd egakana - liseerdebeddin gva nM P20.Doo rgebre kaa nstzcmings -e nbodemverschillen,i s erby .gee nkan svoo rEphemera.Halesu se nLampetr a.Voo rGottu se nNemachilu s wasi nM P2 0gee nbeschutting.(O p àe brugme tstene nna) . Detax aui tsoortsgroe p2,e nbovendie nPlecopter aspec. fAncyluse nGoera . welkelaatst edri euitsluiten d totM P2 0zy nbeperkt,wy ti kaa nd eaanwezig ­ heidva n (meer)stene ni nM P20,voo rd ezelzam eCaloptery xvirgo(beekjuffer ) zaldi td eaanwezighei dva nbegroeiin gi nhe tvee lzonnige rgelege nM P2 0zijn . Eenmogelijk everklarin gvoo rhe tfrappant everschi ltusse nElsbeokfaun ae n dieva nd eRüenbergerbee ki si nd evori gsubparagraa f3,ove rd eElsbee kt ele ­ zen. Onzeconclusie~,da td eRüenbergerbee kno gzee rongerep ti se nee nzee r bijzonderkarakte rdraag tdoo rd egrot evariati ee ngoed ewaterkwaliteit,e n daaromal songelofely kwaardevo lvanui tekologisch,faunistisc h enmilieuhy ­ gienischoogpun tmoe tworde ngezien,word tkennely kgedeel ddoo rd eW GBeke n vanhe tRIN : „DeRüenbergerbee k isd eenig elaaglandbee ki nTwente,di eno gee nzuive rbeel d geeftva nhe ttype,zoal she tdaa rvroege ralgemee nvoorkwam.Ee ndee lva nd e igcngetroffendiersoorte ni si non slan duiters tschanrs,va nenkel esoorte nzij n geenander erecent evindplaatse ni nNederlan dbekend.".Da td eRüenbergerbee k alsenig ei nTwent eno gda t"zuiver ebeeld"etc .geeft,wille nw enie tbi jvoor ­ baatonderstrepen.Onz ewaarneminge ni nd eE lsbee kwijze ntoc hwe li nee nder ­ gelijkerichting,a li sz emisschie nva nnatur eee nbeetj earmer.D econclusi e vanhe tRI Ni sgetrokke no pgron dva nhe tvoorkome nva nvel esoorten,di eoo k wijvonden(Bv .d enr.' s8,10,ll,12,15,19,22,25,56,74,82,104)e nbovendie nenke ­ lezee rbijzonder emuggenlarven,w.o .d eo pEphemer alevend eEpoicocladiu s ephemerae.dieno gnie teerde ri nNederlan dwa saangetroffen!(RIN,1972) . DeVGN Btro fvee ldoo ron swaargenome n soortennie taan(Bv.121,124,58,49,117 , 25e.a.),waa rda nmaa rwee raa nt ezie nis,ho ebetrekkelij ké edoo rêe no fen ­ kele(t ekleine )monster sverkrege nindru kva nd efaun ais ! Hetzo uzinvo lzijn,o md e.bee keen sintensie fo pDuit sgrondgebie dt egaa n bekijken.Misschienzitte ndaa *d edoo rDhr.Roding(Natuurmuseu mEnschede)uitge - zetteRivierkreeften(Astacu sastacu sL.)da noo kno gwel ! Datd eRüenbergerbee knie to pd egeringst ew^z ema gworde nverstoord,nie t inNederland,noc ho pDuits ebodem,za lnieman dwille nontkennen.Desondank si s hetd evraa ginhoeverr ed eDinrelplannen(volgen she tconvenant)no gdirekt e ofindirekt einvloe do pd eHiïenberge rBee kgaa nhebben.Oo ko pkleiner eschaa l (bv.inzak eklein ecultuurtechnisch e ingrepen,kunstmest-e npesticidengebruik , ingrepeni nhe tRüenberge rVen netc.)za ldez euniek ebe' kmoete nworde nveili g gesteld.Benoemingto tnatuurreservaat ?

beeUp*UUampeVa ptaneïO. 48

5.Snoeyinksbeek. ' Dezesmalle,ui td eheuvel sva nOldenzaa lontspringend ebeek,di eland ­ schappelijkoverigen sbijzonde rmoo iis,ston dgedurend ed emonsterperiod e nagenoeggehee ldroog.Allee ni nee ndiep epoe li nd ebeddin g inhe tSmodde - bose ndit obi jhaa rmondin gi nd eDinkel ,ston dno gv ater .Vandaa rd esoortssa - cienstellingal sd etabe londe rhe t (samensgestelde)MP2 3laa t zien:op Piatambuse nIlybiu sfuliginosu sna,werde ngeen(sub)rheofiel ediere naange ­ troffen.Deeerst esoort(nr.74 )heef tvolgen sMolle rPillot(l971 )gee nvlieg - vermogen,enza ldu sui tbetere,waterrijker etijde nmoete nstammen;d etweede(79 ) kanvolgen sdezelfd eauteu rechte rzee rgoe dvliegen,e ni sal sindicatorsoor t dusmoeilij kt egebruiken.Overigen szij nd eander eaangetroffe nsoorten ,o pd e Stekelbaars.ie se nShaeriu mna,alle nimagine sva nkever se nwantsen,di evliegen d ind epoe lkunne nzy ngekomen,en/o flenitisch(karakteristie kvoo rstilstaan d water)zijn,Hydroporusmemnoniu si szelf skarakteristie kvoo rzee rschaduwryke , koele,stilstaandebospoelen . Opmerkelijkwa sd econcentrati eva nAgabu sbipustulatus(2 5 ex,)indi een e m2i nhe tSmoddebos . HS

6.Vergelijke nva nbeeklevensftemefmschappen.. .waar deren ?

\ Indicatoren:soorteno fgemeenschappen ? Omd eekologi ewa nd ei nbeken(maa rdi tgeld too ki nhe talgemee n voorvel eplante ne ndiere ni nvel emilieus)voorkomend ediersoorte nwa t betert elere nkennen,i she tnie tvoldoend eallee nvee lwaarneminge nva n diesoorte ni nrelati eme thu nmilie ut everzamelen,maa rzulle na ldi e verschillendewaarneminge n ookvergeleke nmoete nworden.Overeenkomste n tussenmonsterpunten,waa rda noo kgenomen,zulle nvaa k samenhangenme to - vereenkomsteni nd emilieus(zowe lbiotisc hal sabiotisch)i ndi emonsteBs . Somsbiyk tdi tb yvergelijkin ga lhee lgauw,vake ri sdi emilieufactor"ver - stopt"achte randere,mee ro pd evoorgron d tredende,maaroo kvaa ksecun ­ dairemilieueigenschappen.I niede rgeva lka nzo' nMP-vergelijkin gda nhee l goededienste nbewijze nal saanloo pvoo ree ngedetailleerde ronderzoek . Zo'nvergelijkin gblijk ti nee ntabel,al si ndi tversla gogtópgu i ,redel$c goedt ekunnen.Perfect emonsterin ge nvolledig enotitie szij nda nechte r welvoorwaarden . Geziend eversnipperin ge nveelzijdig ea r dva nto tn uto everzameld egege ­ vens,zo uee nstandaardiserin ge ncentraliserin gva ndi tsoor tgegeven see n onderlingevergelijkin ghierva nte ngoed ekomen,e nka nz oto tbeginnen din ­ zichti nd eekologi eva n-i non sgeval -beekbewonend emacrofaun aleiden , endaarme eoo kee nverantwoorde rgebrui kva nsoorten,di eee nbepaald e milieueigenschap "indiceren". Hiermeekome nw eo pee nhee lande rterrein,nl .da tva n demileuwaar - dering.Alsonderdee lhierva ni she tgebrui kva ndez eindicatorsoorte nvoo r dewaterbeoordelin g ergi nzwang . Ind eeerst ehelf tva ndes eeeu wzij nd eeerst elijste nmetfeaprobieindicato - ren"(indicatorsoortenvoo rorganisch everontreiniging )geproduceer ddoo r Kolkwitz.Liebmanne nSladêce kvolgde nal stwe eander e"groten",e nspeciaa l voord eNoordbrabants elaaglandbeke ni see ndergelij konderzoe kgedaa n doorMolle rPillot(l971) . Omd evoorkeu re ntoleranti eva nmacrofaunasoorte nvoo rorganisc hveront ­ reinigdwate rt ebepalen(lees:schatten! ),i shs tnoodzakelij ko mvee le n frequenthydrobiologisch emonster st enemen,di ezee rintensie fvergezel d gaanva nchemisch -e nphysisc hvervuilingsonderzoek.(Den k aanzuurstofge ­ halte,biologisc hzuustofverbruik(BZV),chloride,aramoniai,fosfaat,helderhei d etc.).Opd eal sbove nbeschreve nmanie rva nonderlin gvergeleke nde rmon ­ sters,heeftMolle rPillot,n ajarenlan gonderzoek,ee nsystee mo pkunne n stellenva nindicatorsoorte nvoo rorganisch everontreiniging.Di eïys tzie t erz ouit :(zi evolgend ebladzijde ).I ndez e1'js tzij nd ebovenst esoorte n indicatorenvoo rernsti gverontreinigd("polysaproob")beekwater,di eonder ­ aand elijs tvoo ronverontreini-]d("oligosaproob")water.He twa sd ebedoeling , dat,doormacrofaunistisch ewaarneminge ni nhe tsystee mtrachte nt eplaat ­ sen,aand ehan dva nhe tvoorkome nva nzulk eindicatorsoorte n eenbetrouw ­ baarderschattin gva nd ewaterkwalitei tka nworde nverkregen,da nda tka n opgron dva nee nenkel ezuurstofmetin go.i.d.Wan td esamenstellin gva nd e levensgemeenschapzeg tméé rove rd e "gemiddelde"waterkwaliteit,da nee n enkelewaarnemin gv ;n d ez oster kwisselend echemisch eeigenschappen .

Relatiesoortsgroepe nme td e verontreinigingsgraad volgens MollerPillot(l97l ) Hristalisgrocp Chirononius-groep Hirudinea-groep afnemende verontreiniging Gammarus-groep Calopteryx-groep so

Systeem voor de Noordeling van organische verontreiniging in laaglandheken in de provincie Noord-Hrahant jaargetijde** zie p. Rristalis(Diptera , Syrphidae) Fristslis- z 212 Culicidac s.s. (Diplera) z 180 groep Spercheus einargiiiatiis ? (Coleoptera) z 174 Cf. Tuhificidae (Oligochaeta) Chironoimis z h 91 Chironoimis (Diptera, (hironomidae) z h 182 groep Psectrotanypus varius(Diptera , (hironomidae) / 198

•~ Volwassen Irpohdclla octoculata (llirudinea) IUI Asellus aciuaticus(Isopoda) z h 105 Helohdella stagnalis(llirudinea) z h 99 Hirudinca- Glossiphonia: 2 spec, (llirudinea) v z h 96 groep Juveniele lirpohdella octoculata (llirudinea) z h 101 Cf. Lumhriculus variegatus (Oligochaeta) 7 94 Macropelopia nehulosa (Diptera, ('hironomidae) z w 195 Conchapelopia melanops(Diptera, ('hironomidae v z 203 Prodiamesa olivacea (Diptera, ('hironomidae) w 192 Asellus meridianus (Isopoda) z h 105 Gammarus pulex (Amphipoda) z h 111 , Corixidac-larven (lleteroptera) z 134 Dicranota (Diptera, Limnobiidae) 178 Nemoura cinerea (l'lecoptera) V w 116 Odonata ? , behalve ('alopteryx 5 32 Clocon (Iiphemeroptera) z h 124 Baëtis (Hphemeroptera) z 119 Gammanis- Anabolia nervosa (Trichoptera) v z 147 groep Limnephilus ? rhombicus (Trichoptera) h 143 Phryganea ? (Trichoptera) 143 Athripsodes ? (Trichoptera) 155

t Polycentropodidae (Trichoptera) 159 Volwassen Hydracarina ? 116 Laccophilus* ? (Coleoptera) V Z 168 Gyrinus-larven (Coleoptera) z 172 Gobio gobio ? (Pisces) 226 Nemacheilus barbatulus (Pisces) 227 Procloëon pseudorufulum (Iphemeroptera) z 128 Cottus gobio ? (Pisces) 229 Deronectes* (Coleoptera) 170 Helmidae* (Coleoptera) 175 Orectochilus* (Coleoptera) 173 Calopteryx (Odonata) 132 Calopteryx- Ileptagcnia ?

* volwassen dieren kunnen in zeer afwijkend milieu voorkomen. *• v = voor aar, t. = zomer, h = herfst, w = wintei. Vermelding van een jaargetijde betekent, dat een taxon vooral in dat jaargetijde verzameld wordt; vet gedrukt: (vTijwel) uitsluitend in dat jaargetijde.

üit:Moller Pillot,1971.Faunistische beoordeling van de verontrei- niging in laaglandbeken.Tilburg. *

Erz\j nvel e beperkingenaa n dit systeem,waarvan eenhee l belangrijke doorMolle rPillo t ook zelfwordt genoemd:„Zoalsa lwer d opgemerkt(..) is eendergelijk elijs tnie t exact samen te stellen enmoe tme n er geent e absolute betekenisaa n toekennen,daard eplaats,di e een soortinneemt , afhankelijk is vanhe t beektype enhet typeva nverontreiniging.Oo k binnen de onderzochte beken bestaanverschillen !"(eind e citaat,pg.80),zoal swi j overigens ook in onze eigen,Twentsewa-rnezainge nheabe ngezien,bv.ELsbeek - Rüenbergerbeek end eversch.MP' sbinne n êenbeek.E nverder(pg.83):„Zowe l de chemicus alsd e bioloog,die nietallee n wilregistreren,maa r ookd e verontreinigingstoestand wil beoordelen,moet enigide e hebbenva nd ever ­ schillen tussen de beektypen en van deverschynselen,di e zichi n eên beek voordoen.Velemaatstave n blijkennie talgemee n toepasbaar tezijn. " 5i

MollerPillo tgeef too ktoe,da tlt (..)allerleiander efactore nee neve n grotero lspele nal sd everontreiniging"(pg.81) .

Datbeteken tdus,da te rdiersoorte nzijn ,di só fi nvel everschillend e milieusvoorkomen,e ni na ldi emilieu sweo rb yander everontreinigings ­ graadkunne nvoorkomen(bv.rheofiel esoorten,di ei £bergbeke nmee rver ­ vuilingkunne nverdrage nda ni nloaglandbeken,omda ti nd eeerste norga ­ nischvui lzic hnergen sophoop te nzuurstofinmengin g groteris),o fallee n inbepaald emilieu svoorkomen,daarbinne nda nwe lal sindicato rkunne n. wordengebruikt,maa rdaarbuite n zegthu nafwezighei dda nvolstrek tniet s overd ewaterkwaliteit . Dathe tsystee m-va nMolle rPillo tdesondank st&c hzulk esoorte nbevat,i s heelwaarschynlyk(vel einsectenlarve nzy nbv .gebonde naa nstenen,sommig e vissenaa nbeschuttin ge.d.,wa tnie ti nelk ebee kovera lt evinde nis),e n datgeef thy,gezie nbovenstaand ecitaten,oo ktoe,zie tzelf sd egevolge n daarvanin .

Danvraa gi km yaf,o fhe tno glange rverdedig dka nworden,da tzulk esys ­ temenvoo rmeerder emilieutype nworde ngebruikt.Vee lwenselijke rlyk thet , omkleinschalige rt ewerken,e nvoo relk e"macrofaunagemeenschap",di enaa r analogieva nplantengemeenschappe nword tomgrensd(zi ebv .Westhoff&De n Held,1969),deveranderinge nt.g.v .watervervuilin go pt esporen.Da nzo u eensystee mkunne nworde nontworpen,bestaand eui tvel etype n macrofauna- gemeenschappen,waari ni nfeit eel kmonster(da tbove nee nminimumgroott e reikt)ka nworde ngeplaats te nwatervervuilin goo kee n (danmi no fmee r "aft elezen")facto ris,evenal svel eander enatuurlijk ee nonnatuurlijk e milieueigenschappen.Veelzee rgerich tonderzoe ki nd enederlands ewatere n zaldarrvoo ree nabsolut enoodzaa kzijn . (Vooree ndergely ksystee mzij ni neuropee ssamenwerkingsverban da lplannen , o.a.o md einvloe dva nmilieucalamiteite nmakkelij ko pt esporen.He tgeef t vanweged eveelhei daa ntegelij kwerkend efactore nallee nee nindicati e voorverde ronderzoek) . " jg.Milieuwaarderin gi nd eTwents ebeken . Inhe tiade rva nhe t "StreekplanTwent e1978 "heef td eVakgroe pNa ­ tuurbeheerWageningen(VGNB),zoal sa leerde rgezegd,eveneen si nTwent ed e bekenbekeken,o.a .oo ki n onswerkgebied.D ewgz ewaaro pi sgewerkt,e n waaropd egegeven szij ngeëvalueer d heeft»ee lme tbovenstaand eproble ­ matiekt edoen.Voo ron szel fla gee nevaluati ei nd egees tva nee nbe ­ oordelingvolgen she tsystee mva nMolle rPillo teveneen svoo rd ehand,daa r ditmomentee lee nde rweinig eduidelij komschreve ne nconcree tt ehantere n evaluatie(lees:beoordelingssysteme ni svoo ron sland.I sdez emethod en u wêlo fnie tzinvo lvoo rbeid eonderzoekinge ni nhe tTwents ebekenland - schap? Gesteldda td ebemonsterin gzôdan ig i suitgevoerd,da tdaarme eee nbe ­ trouwbaarrepresentatie fbeel dva nd ete rpla-its evoorkomend efaun ai s verkregen,enda tee no fmeerder emonster swee rrepresentatie fvoo rd e beakal sgehee lzijn(evt.beekdeêl) ,(zi ehiervoo rpg.29va nhoofdstu kIII-6 » paragraaf3)»da nka nd etweed evraa gworde ngesteld:„i she tgebrui kva n hetsystee mva nMolle rPillo tverantwoor d toet epassen?"He tantwoor d hieropi stweeledig : l)Debove naangehaald ebezware ntege nalgemee ngebrui kva nhe tsystee m (zieonder an vorige,e nbovena' ndez epg. )blijve ngelden,E rmoe tpe r beektypee nmilieutyp eafzonderlij kworde ngekeke nnaa rm acrofauna levens ­ gemeenschappen,o ftenminst eme tcombinati eva nchemische -e nfysisch e gegevens. 2)Hetsystee mva nMolle rPillo ti sontworpe ni ne nvoo rd eNoordbra ­ bantsebeken,e nda nallee nno gdi eva nhe tstroomgebie dva nd eDommel . Heti sd evraa gof : a)deTwents ebeken,qu astroomsnelheid,watersamenstelling,flora,abio - tischevariati eetc.,me td eBrabants et evergely'ke nzy n(o mver ­ schilleni nfaunasamenstellin go pt esporen)e n 51

b)deverspreidin gva nd egebruikt esoorte nzodani gis,da tall esoor ­ tenui the tBrabants esystee m ooki nd eTwents ebeke nongevee r evenalgemee nvoorkomen,e nz oja,o fz edaa ree nverge ly kba ?; rmilie u preferen/tolereren. Vergelijkingva nd eto tn uto ebekend egegeven sva nd eOosttwents e bekenme tdi eva nhe tDommelsysteem,wys tuit,da tdi eron dd e 50% liggen.Veelintensieve ronderzoe ki snodi go mhiervoo rzekerhei dt e krygen(ziepg^par.5B) . Vergelijkingva nonz emonster sme tdi eva nd eVGN Bi ndezelfd ebeke n enbeeidele nleer ton sda td eovereenkomste nrelatie fgerin gzijn . Vanenig erepresentativitei tva nd eMP' ska ndu snauwelyk sworde nge ­ sproken.Alme tal,no gvoldoend eonzekerhei do mee nwarrderin gvolgen s hetsystee m è.l aMolle rPillo tverantwoor dto et epassen.Integendeel !

Desondanksword tdez emethod etoc hnoga leen stoegepast.E nda tda no pd e volgendemanier . Omdate ri nee nbeo kaltij dsoorte nui tmee rda nêê nindicatorgroe pva n KollerPillo tvoorkomen,von dme nhe tnodig,o mhe tvoorkome nva nbepaal ­ deindicatore nt equantificeren,zoda tby "optellin gee n"saprobiteitsindex " wordtverkregen.Hierto ekryge nall esoorte nui tMolle rPillot' sEristalis - groephe tcjjfe rl,di eui td eChironomusgroe p een2,enz.,to tdi eui td e Calopteryxgroep een5 krygen.He ttotaa laanta ldieren(indicatorsoortsindi - viduen)i nee nmonste rword tda no p100 %gesteld.He tdoo ree nbetreffend e soortingenome n%-ag eword tda nne tz' nindex( lt/ m5 )vermenigvuldigd , ena ldi eproducte nva nd eafzonderlijk esoorte nworde nopgeteld,e nda t levertda nee ngeta lo ptusse nd e10 0e n500(behalv ebi jtotal edood:0) . Degroott eva nda tgeta lzo uda nomgekeer d evenredigme td eorganisch ebe ­ lastingva nhe twate rzyn . Afgezienva nd ea leerde ropgevoerd ebezware ntege nhe tgebrui kva nhe t MollerPillot-systeera,he bi ktege ndez ecyfermatig ebewerkin gd evolgend e bezwaren: Latenw ytwe efictiev emonster stegenoverelkaa rplaatsen : A.SOORT AANTAL%-AG EINDE X %xl Cloëon 5 3.8 4 15.2 Herpobdellaoctoculat a 3 2.3 3 6.9 Caloptryx 2 1.5 5 7.5 Anabolia 1 0.8 4 3.2 Gammarus 10 7.6 A 30. A Chironomus 10 7.6 2 15.2 Asellusaquaticu s 100 75.6 3 226.8 Asellusmeredianu s 1 0.8 4 3.2 Ennatuurly kmeerdere , nieti nhe tsystee mt e plaatsensoorten . TOTAAL 132 100 308.4

B.SOORT AANTAL %-AGE INDEX %xl Asellusaquaticu s 16 16 3 48 Glossiphonia 5 5 3 15• Herpobdella 5 5 3 15 Chironomus H H 2 23 Ganmarus 60 60 A 240 meerderespec . TOTAAL 100 100 346

Inhoeverrehe tfictiev eva ndez evoorbeelde nirrealitei tis,moe tcritisc h veldekologischonderzoe kuitwijzen.I non svoorbeeld,theoretisch,naa rmis ­ schieni naanmerkin gkomen dvoo rd ewerkelijkheid,krijg tMF Ad escor e306,4. , MPBhoger,nl .346.I nMP Bkom têe nsoor ter gtalry kvoor(Gairjnarus)e nbehaal t daardooree ner ghog escore.I nA kome nvel e "gevoelige"soorte nvoor,maa r dragenweini gbi jto the ttotaa laantal.Hoewe ld ehydrobioloo g"intuïtief " MPA hoge raanslaat,rcoe thi jzic hneerlegge nbi jd etechnisch everwerking , dieander sbeslist . £3

Hetindicatorkarakte rword tz oflin ki nw ard evertrapt:Calopteryx -e n Anabólialarven,diei nhe tmilie uva nmonste rB nie tzoude ngedijen,ko ­ meno md eee no fander erede nmaa rsporadisc hvoo ri nM PA . Infeit emoe tmisschie nd egevoeligst esoor th§ tcriteriu mzyn:wa she t watervuiler,da nzo ui nM PA Caloptery xverdwij nen ,maa rd etotaalscor e misschiennauwelijk sdalen,misschie nzelf sstagen,omda tvoo rGammaru see n optimalermilie uzo uontstaa ne nz oi naanta lzo utoenemen.Ee nande r voorbeeldrdepredato rva nGammaru se nNemura,d eBeekforel,komt,vanweg ez' n groottee npositi eaa nd eto pva nd evoedselpyramide,misschie nslecht s getweëenvoo ri nee nmonste rva n20m2.0 pz' nhoogst.'ü evee lminde rgevoe ­ ligeprooidiere nkome no pzo' noppervla kz ómassaa lvoor,da td escore , died efore lhaalt,o phe ttotaa li nhe tnie tvalt.Desondank si se rvoo r meerdereforelle ngee nplaats,hoewe ld ewaterkwalitei tgoe dgenoe gis . Soortendi ei nd evoedselkete nó pverschillend eniveau sstaan(du sherbi ­ vooro fcarnivoor)moete ni nd eindexformul eander sworde nbehandeld,van ­ wegehu naantalsverschillen . Metwa tpuzzele ne nonderzoeken,i she tmisschie nnie tonmogelyk,toc h nogee nbeter ecijfermatig eaanpa kt econstrueren(l kden khierb yaa nre ­ gel,waarbi jme nmonste rs,waarby 'êé no fmee rvertegenwoordiger sui tbv .d e Calopteryxgroepvoorkomen,me tee ntotaalscor eva n4-0 0t elate nbeginnen . Deliggin gva nd escor erusse nd e4-0 0e n500,zo uda no pd ebeschreve n indexmethoedekunne ngeschieden ).Fei tbly'ft,da td eMole rPilïot-method e inprincip eno gonverantwoor dis.Allee nverde ronderzoe kka nhiervoo ruit ­ sluitselgeven .

Samenvattend! Wy~Kêb"Bene rva nafgezie no mone emonster so pee ndusdanig emanie r teverwerken,e nz ez ova nschynobjectivitei tt evoorzien.He tzo udaaro m onverantwoord zijngeweest : lste)D emonstemam ewa sverr eva nperfect , 2de)he tsystee mva nMolle rPillo ti so pzichzel fgenome nongeschikt , 3de)gestel dda the tsystee mva nMolle rPillo twê lgeschik tzo uzijn , dani sno gnie tduidelyk,ho ez ei nd eTwents ewatere ntoepas ­ baaris , 4-de)d emethod eo mhe tsystee mva nMolle rPillo tt ekwantificeren , heefttheoretisch ebezwaren;i nhoeverr edez ei nd epracty k gelden,moetno gblijke nn averde ronderzoek .

V/atkom tno gmee rbi jwaardere nkijken ? 5ôvënstâan3ê~han3ëIï~over~wâ~rorêringva nbeke no pgron dva nhu n watervervuilingmetorganisch estoffen.E ri see nontwikkelin ggaand ebi j beleidsinstantiesdergelijk ebeoordelinge nt ega? ngebruike ni nd eafve ­ gingva nnatuurbeschermingsbelange ntege nander emaatschappelijk ebelangen . Deauteu rheef ti nbovenstaand eaangetoond,da te rbinne nd eNJN,e ni nie ­ dergeva lb yd eautemr sva ndi tverslag,rede ni so mt etwyfele naa nd e juistheidva ndi tsoor twaarderingen.I nonderstaande,ee ndee lva nzij nar ­ tikeli nhe t "milieuwaarderingstheinanuraEer"va nTria snr .3,1976,plei t hy'voo ree nander ehoudin gi ndeze.Va nJeugdbonders,TOaa roo kva nweten ­ schappers. Indez eparagraa fi sto tn uto egesproke nove ree nvor mva nzg ."actuele " waarderingva nd ebeken,e nda nallee nno g av.-r voo rzove rhe td eorgani ­ schevervuilin gbetreft . HetTriasartike lgaa tal svolg tverder : Ï4

Laten we desondanks dan voorlopig aannemen dat je inderdaad kunt werken met een systeem, waarme je op wetenschappelijk correcte wijze kunt zeggen hoe ernstig de organische vervuiling van een beek is. Wat betekent dan die beoordeling7 Dat betekent niet meer. dan dat we iets weten over de oiganische veronireining van de beek. Maar... zijn er niet nog vee> meer (actoren die iets te maken hebben met de actuele waarde van de beek? Bijvoorbeeld, naast de organische, ook de anorganisch-chemische verontrei niging? De zeldzaamheid van soorten en van het beektvpe.-de soortenrijkdom, de mate van natuurlijk­ heid, de visueel landschappelijke waarde, de "rijp heid" van het watereeosvsteem etc? (Zie hiervoor het "waarderingsnummet uit de biologische kader reeks. no. 5). En... wat zegt deze vervuilingswaa.' dering nu eigenlijk voor planologen (dus hei -•«••> plan o.a.). als een "slechte" » vuile bfv veer "goed" ^ schoon kan worden door stoppen van de vervuiling? De kwaliteitsbeoordeling mag nóóit worden gezien als vrijbrief voor planologen, maar moet gezien wor den als een leidraad voor verbetering. Daarom kan Deze opvattingen zijn in theorie en vaak in de prak­ Slotwoord een waterkwaliteitsbeoordeling ook nó<-.: gebruikt tijk tegengesteld: een heemtuin zou volgens (1) een worden als instrument in de ruimtelijkf ordening in lage. volgens (2) een zeer hoge waardering krijgen. Aqfuele beekwaardering heeft dus hoogstens zin als de zin V8n 'trekt u die beek maai recht, da s tóch Opvatting (1) duldt immers geen enkele menselijke beheersinstrument: vóór welke beek(delen) is (zijn) niks meer", maar alleen als instrument voor een ingreep' Elke grove ngreep. waarbij de tnngfopen in anti vervuilingsmaatregelen nodig. Zo kun je de gericht water er. natuurbeheer, dat op herstel is de natuur worder geforceerd (bijv. watervervuiling), waardering (beter is kartering) werkelijk gaan gebrui gericht. de "milieuverwoesting', is volgens béide opvattingen ken als een middel om je jeugdbondsvisie (verant uit den boze. woordelijkheid voor de rest van de natuur) kracht bij * beoordeling van de huidige situatie Nu zou je voor die potentiële waardering van de te zetten. Een offensief natuurbeschermingsnuddel Twentse beken moeten kiezen tussen opvattingen dus. i.p.v. defensief ('redden wat er te redden valt" (1) en (2). Ik zal hieronder aantonen dat dat «r ons en zo de "slechtste" gebieden opofferend!) Wordt zo Het gebruik van de potentiële waarde geval niet hoeft en ze in feite een identiek effect ons natuurhistorisch werk niet veel zinvoller' Je kunt in een onderzoek óók aangeven, "wal er nog hebben. Kijk maar: Wetenschappers, die opdrachten knjgen dit we^fc te van een beek te maken valt", ook al zou do ^;:iuete aoen (zoals bij het R.I.N. en VGNBl moeten in de natuurlijke ^— waarde erg gering zijn. In principe is dit beprip wel eerste plaats hun werkwijze zo wetenschappelijk en in de ruimtelijke ordeningsvraagstrukken (als (1 ) ongekanaksend (dus: grote abiotische variatie. dus grote variatie in flora & fauna «=• divers) eerlijk mogelijk inrichten. Karteren als offensief na bestemmingsplannen) te hanteren, indien er ten tuurbeschermingsmiddel. zoals ik dat betooy. Dat minste een langs eerlijke en democratische weg (2)onvervuikl (geen verstoring voedsteKcetens: elke kan door het eindrapport (zoals dat \n ne VGNB verkregen politieke keuze aan vooraf is gegaan (bijv. soort behoudt eigen plaats in ecosysteem, dus: over hun Twente '78 onderzoek) te dootspekken met wel of niet bouwen of weg aanleggen, want wel of divers) beleidende tekst, die de kaarten aanvult en relati niet overbodig/gewenst). Ook moet vaststaan dat de (3)constante watervoering Isoorten krijgen kans zich veert en door het achterwege laten van een eind te nemen maatregel, die dan een beek aantasten zal. te ontwikkelen: divers) kaart, zodat alle aspecten van het gebito nog tnt hun aan een reële behoeft voldoet (bijv. woningnood). Zo onnatuurlijke I recht komen. ja. dan kan - in principe - potentiële waarde een (11gekanaliseerd (geringe abiotische variatie - alles criterium zijn voor dp plaats van die maatregel. De daarin gedane adviezen om de slechte gebieden beton, recht even diep etc. - weinig soorten •> Wat zijn nu de criteria? voor die potentiële waarde? weer beter te maken (zoals VGN6 zich voorneemt) soortenarm) Je zou daarvoor het voorkomen van stroomminnende konden echter wef eens averechts gebruikt worden i2)vervuild (voedselkringlopen verstund, zuurstctge- soorten (bijv. vele kokerjuffers, rivierdonderpad) als door bestuurders, die daarop zullen antwc;->•.:« dat maat kunnen nemen. Dit vanuit de mening dat geka­ biek etc dus: soortenarm} de slechtste gebieden misschien wel he: hardstt; naliseerde beken weinig stroomminnende soorten (3)ongeregelde watervoering (s zomers droog, s hulp nodig hebben, maar dat daardoor die huip ook bevatten en dat er van zulke beken "weinig meer te winters enorme stroomsnelheden: soorten krijgen de kostbaarste zal zijn. Dan zullen tóch weer de maken va"' en dus de potentiële waarde gering is. geen kans. dus soortenarm). slechtste gebieden bouwrijp worden verklaard. Te Volgens mij is dit een te fragmentarische benadering. gen bestuurders met verantwoordelijkheidsgebiek Het is nog geenszins duidelijk of die stroommin­ De - te verdedigen - haken & ogen die deze rede­ zal een begeleidende tekst ir, het eindrapport wel nende soorten ook niet heel zuurstofbehoeftig zijn. nering toch nog met zich meebrengt worden m het wét kunnen helpen, maar dit gevaar kan pas het Dan zul je in verontreinigde beken, w ar door de Twenteboek behandeld. effectiefst worden bestreden als diezelfde we afbraak van het afval het zuurstofgehalte sterk af­ We kunnen dus stellen, dat waardevol =• natuurlijk, tenschappers hun visie en kennis via de aktie ken­ neemt, heel veel van die stroomminnende soorten en tegelijk divers. Eenbee k met een grote potentiële baar willen maken. En dat móeten ze. vandaag de niet aantreffen, ook al is er nog heel wat van die waarde moet daarom een grote abiotische diversiteit dag! beek te maken' Op zon manier beïnvloedt een lage hebben, dat is:z o ongekanaliseerd mogelijk. Hiermee Mocht een bepaalde bes»vernietigende activiteit oiiucie wuoiue uii.: vim water) oe potentiële waarde hebben we het criterium voor potentiële waarde inderdaad heel nodig en nuttig blijken voor het negatief. De zo verkregen 'potentiële marde" is gevonden: abiotische diversiteit. voortbestaan van de mens (dit zal een politiek" eerder een afspiegeling van de actuele! En das de We gaan de volgende vraag stellen: "Is er van een beslissing zijn'), dàn kan evt. potentiële waardering bedoeling niet' Geen stroomminnende soonen dus gekanaliseerde, onnatuurlijke, soortenarme beek dan op-korte-termijn worden toegepast, maar wat mij als criterium, het moet anders: niet meer een natuurlijke, soortenrijke beek te ma­ betreft met bloedend hart. Daarom stel ik ook voor, Alternatieve potentiële waardering ken?' In principe best wel: zelfs betonnen zijwanden ons daar als jeugdbonders niet aan te wagen, als In de vegetatiekunde en de landschapsecologie wor­ kunnen op langere termijn verweren, of nog sneller, andere instanties (bijv. VGNB. RIN) dat doen. We den al lang andere methones voor potentnl-le waar­ worden afgebroken. Dan is een enkel obstakeltje in hebben een veel nuttiger positie in te nemen als dering gehanteerd. Daar wordt uitgegaan van de de beekbedding al genoeg om weer lekker als van­ critici van die instanties. Zoals ik hier heb gedaan overtuiging, dat de niet direct zichtbare abiotische ouds te gaan meanderen Vele kronkelende (dus eigenschappen van bodem en klimaat de mogelijkhe­ t.o.v. de op dit moment levende onderzoeksopvat (a)biotisch diverse! Veluwebeken .".|ii ontstaan uit tinqon en D V- van de NJN dat leeft gedaan to. den (de potenties) voor een bepaald vegeutietype of door de mens gegraven réchte waterlopen! Veriti Kuiper Compagnons B.V. (zie elders in deze Trias). ecosysteem aangeven. Een waardering van de bo­ ring is op langere termijn niet zo onomkeerbaar als Jeugdbonden hoeven niet de "objectieve afwegers" demgesteldheid en geologische structuur (geomorfo- we wel denken. Voor sommige beten (ook Twentse) te spelen! Wanneer we ons al zouden wagen aen logie) in een landschap wordt dan gebruikt voor die zal alleen het verdwijnen van vroegere hoogvenen afweging van economische tegenover natuur en potentiële waarde. nog negatief nawerken: door het wegnemen'van die milieubelangen, erkennen we die economise N: be butterende "reuzensponzen" zat de watervoering al­ langen en zijn we maatschappijbevestigend bezig, als Het is inderdaad duidelijk dat je van een «vel ver tijd wat ongeregeld blijven. nu de milieuwaardeerders doen. En we willen toch vuilde. maar nog ongekanaliseerde beek véél meer een rechtvaardiger maatschappij, waarin ook recht "kunt maken" (door de vervuiling op te heffen) dan De conclusie van dit verhaal is de volgende: vaardigheid voor de positie van de zwijgende meer van een schonere, gekanaliseerde beek. Voor de potentiële waarde-op korte-termijn \ .v. .-sn derheid: onze mede natuur??! Laten we die visie dan Maar waaróp moeten we dan die geomortologie en beek zal de actuele abiotische variatie criterium »in. ook vérkondigen, i.p.v hem te verstoppen achter bodem waarderen? Welke criteria moeten we hante­ Voor do potentiële waarde-op-langere termijn is ech milieuwaardenngen en kleurenkaarten'! ren? Dat hangt helemaal al van wal voor iemand de ter ook die actuele abiotische diversiteit niet meer hoogst bereikbare potentiële waarde s: moet zon van belang, en zal alleen de situatie van het "ach­ gebied zo natuurlijk mogelijk zijn (1 ).o f zosoortenrij k terland" (bijv. hoogvenen) bepalend zijn. Paul Vertegaal mogelijk (divers) (2)? Beide opvattingen Wet je mo­ Jammer voor de planologen, maar beken zijn bijna Wilhelminastraat 3 menteel aan Vooral over die diversiteit (opvatting 2) altijd nog te redden en een 'slechte' beek is dan ook Bunnik kun je veel lezen in het "waarderingsnummer". nóóit een vrijbrief voor het definitief verpestenI (uit :toiljeavraoivJeri»? i »UmJUa d- leOreb.'Itóag tgfZ-s/jiud :p$ 1»- 5T

51Verantvoordein nva nd ebeweskin gva nonz ehydrobiologisch egegevens :

Omdatw ewê lvonde nda td egegeven so pd ee ; no fander emanie rmoe ­ tenworde nverwerkt ,o:. it ekunne nworde nbegrepe ndoo rniet-ingewijden , maaroo ko mnie thelemaa lafhankelij kt ezy nva nd eeventuel esubjecti ­ viteitva nbiologen,wer dd ebehoeft egevoel d tochmêê ra ft elevere n dan'enkel esoortenlijsten . Welnu,metd econstructi eva nd epresentietabel(di emee rwaard ezo uheb ­ benal sd emoster sbete rware ngenome ne nnotitie sbete rgemaakt) tis hiertoc hgeprobeer d eenbijdrag et elevere naa nhe tdoo ron sgewens tge ­ achte "macrofaunalevensgemeenschappenonderzoek".Voord einetrpretati e vand egegevens,i nterme nva nvui lo fschoon,hebbe nw eon snie tgewaag d aanslecht see nenke lsysteem,al sda tva nMolle rPillot,vanweg ed egenoem ­ deonzeker efactore nhierin , met hardeuitsprake nals:„d eHuppel - depupbeekhkef tee nzus-en-z okwalitei twantrGamraarusgroep,Calopterjrxgroe p" ofzo,ofno gerger?d eHuppeldepupbee kbehaal tee nindexscor eva n41 2e ni s daarmeeenz,".0,i .i sdi tee nt everwerpe nschynexactheid . Daaromi se rd evoorkeu raangegeve no mo pgron dva nverspreid eliteratuu r gegevnsove rd ewaargenome nfauna(waari nhe twer kva nMolle rPillot(1971 ) overigenswe lee nbelangryk eplaat sinnam )een"intuïtieve",althan snie t numerieke nstatistisc hgetoetst eindru kove rzuiverheid,diversiteit , zeldzaamheid e.d.pe rbee kt egeven.Di ti sda nd e"ouderwetse "methode , dieechte rron dvoo rz' n subjectiviteituitkomt,e nd eleze re nzichzel f nietbedrieg tme thaa rschijnexactheid . Depresentietabe li see nbelangrij khulpmidde l ,omdatd egegeven shie ro p eenzodanig ewijz e,z ovolledi ge nopenlij kmogelyk,zij n&e ntoo ngesteld , end econclusie sva nd eauteur(s )altij dme tfeitenmateriaa lgesteund,resp . bestredenkunne nworde ne nd e "leek"nie tvolledi gafhankely ki sva nd e persoonlijke,subjectieveopvattinge nva nd eauteur(s) . Ind ediscussi epe rbeek(zi edi tverslag,paragraa f5C)heobe nw egeprobeer d onzeinventarisati et elate ndiene nal suitgangspun tvoo ree njuist,ge ­ richtbeheer.Di tword tsamengeva ti nd evolgend eparagraaf,waa rbovendie n wordtgeprobeer daa nt egeven,i nhoeverr ed emaatregelen,volgend eui the t Dinkelconvenant,verkeerdbeheer,du sdestructie,va nhe tbeekekosystee mbe ­ tekent.

/K» 56 7.Conclusies en aanbevelingen.

Latenw e terugkeren naarparagraa fl,waa rw ehe b hebben over hetdoe l van het onderzoek: 1.inventarisatieva nd e beekfauna(faunistisch) 2.vergelijken donderzoe k tussen gekanaliseerde ennie t gekanaliseerde beken. 3.vervuilingsonderzoek. Eentoepassin g vandez e drie onderzoekrsonderdelenwer d nodig geachtop : 1. de ruimtelijkeordenin g enhet waterbeheer van zuidoosttwentse Dinkelbeken,ivm.kanaliseringsplannen. 2.theorievormingron d saprobiesystemen,technieken enmilieuwaardering. 3.eenkaderin g vankampdeelnemer ste rplaats e ind ekenni s overhydro - biologie end e relatie hydrobiologie/milieubehoud.

l.Faunistische resultaten. Het onderzoek heeft in eenleemt eva n inventarisatiegegevns eenbelan ­ grijkebijdrag e geleverd.Metd e teverwachte n publicatie vand e Vakgroep Natuurbeheer te Wageningen,end e reedsbekend e gegevensva nvoora lhet RIN(l972)isda n tochwe l redelijkvra tbeken d vanhet nederland s zuid­ oost Dinkelgebied.De faunistische lijstendemonstrere n alleen al doorhe t voorkomenva n zoveel zeldzame soorten,waarbijnieuw e waarnemingenvoo r Nederland,delimnologisch ewaarde nva nd e Boven-Dinkel enhaa rzijbeken . Ook inbrede r verband ishet hee l belangrijk,z oee nnieuw ebijdrag eaa n de kennis vanmacrofaunasoorte n tehebbe n geleverd:elk bijzonderonder ­ zoekverhelder t dealgemen e kennisweer.Me tnam ehe tvraagstu k over de toepasbaarheid vanhe tvoo r Brabantse laaglandbeken ontworpen saprobie- systeem in een ander deelva n het land kan numisschie n iets eerder worden opgelost. Verder isfaunistisc h onderzoek êênva nd e belangrijkste stimulansen voor beginnende geïnteresseerden inhydrobiologie:d ehierdoo rverzamel ­ de taxonomischekenni s isbovendie nvoo rmee r inzicht enverder e studie onmisbaar.

2.Kanaliseringsproblematiek . Hoewel er sporadisch elders onderzoekingen zijngedaa nnaa r hetver ­ armende effect vankanaliserin g vanlaaglandbelten(Hynes,I960),Haddering h &Hulshßf-Poll,1971)behoeft een objectievere staving vandez e overtuiging een grootaanta l hierop gerichte onderzoeken,met eventueel later nogt e bewerken zo exactmogelijk e envolledi g mogelijkegegevens.Dez e objectieve staving omwille vand e eerlijkheid,geloofvaardigheid aan anderen,maaroo k omwille van een exacte analyse vand eprecies e gevolgen vankanaliserings - maatregelen op de beckfauna. Onzebydrag ehieri nwa sniet erg groot:slechtsze smonster sva n de2 5 zyn in gekanaliseerdebeekdele n genomen en zehebbe n aand e onnauwkeurig­ heid vanhe tmonstere n te leiden gehad.Meerda nvermoeden sheef t dit niet opgeleverd,hoewel deze echteral suitgangspun t ofmedeonéersteu - ning vanverde r onderzoek nog eenfuncti ekunne nvervullen . Met name ind e bespreking von Dinkel enRiïenbergerbeo ki st e lezen,wât dan dievermoeden s welzijn . Wél isgebleken,ds td e ongekcinaliseerdebeken,inclusie fd eDinke l zélf, als laaglandbeek nog nagenoeg oorspronkelijk functioneren.De variatie in geologisch,geomorfologisch,landschappelijk enhydrologisc h opzicht is zó groot,datd e faunasamenstelling daardoor ook zeergevarieer d is, envel e zeldzame tot zeer :eldzame soortenkent,di e totdi t zeldzaam ga­ ve laaglandbekentype zijnbeperkt.Voo rd e diepere betekenisva n deze hoge qualité!tva nd e Dinkelbekcn,inzake indicatorfunctie voor de mi- lieuqualiteit,inzakeverantwoordelijkhei d voor de ons omringende natuur, enz.,word tme t kienverveze nnaa r deparagraa f 1 t/m 4-va nhoof dstu k,5 C Deel III.pg.42ev.). Met zekerheid is te stellen,dati ndez e gevallen een enorme verarming zou ontsta? n1 indez e kwaliteiten endat,voora l ::eziend e extreme zeld­ zaamheid die dergeljk gnve beien met.d e genoemde variaties in onslan d 5? tegenwoordig bezitten,ksr»al'g;-,tjk . \-ai ae^w koste wat hetkost moe t word-nvo^' k.•.ifu.D egevolge nva n kanalisatie enopschonin g worden in eenapart e subparagraaf verderop uiteengezet.

3.Vervuilingsonderzoek. Vooral ookd euitnemend e kwaliteitva n het wateri n Rüenberger- en KLsbeek is gestaafd met hetvoorkoke nva nvele,veela l (zeer) zeld­ zame schoonwaterminnendee n-eisend e insectenlarven envissen.Nieuw e argumenten wordenaangedrage n ind e bescherming van dezebeken . Demiserabel e toestand waarin hetwate r vand e Glanerbeskverkeert,i s eveneens totuitdrukkin g gekomen ind emacrofauna.Het moe t zolangza ­ merhand maar eensduidelij kworde n datmishandelin g nan eenbee k op zo'n doordringende manier,flinkaa nd ekaa kmoe t worden gesteld.Devervuilin g moetaa nd e bron,bijGlanerbrug,worde naangepakt,temee rdaa rd e geomorfo- logische enlandschappelijk e kwaliteitenva nd e beekno g zeer grootzij n enby'stoppe nva nd e vervuiling eenuniek elevensgemeenscha p inuitste ­ kend waterwee rmogely kmaken.D ebee kdoorspoele nme t landbouwwater lyktnie tafdoend e en in ieder gevalverhinder t zo'nlapmidde l eenuit ­ eindelijkeoplossing . Vergelekenme tvroeger e gegevens,lyktd ewaterkwalitei tva nd eDinkel , vooral t.h.v.D eLutt e ennoordelijke rtot d e Beverborgse brug,inderdaad te zijnverbeterd.He t Duitse Dinkelwater inhe t bovenstroomse,duitse Dinkeldal isrelatie fva nee n goedekwaliteit me t enkelebijzonder edier ­ soorten.De invloed van de stad Gronau end e Glanerbeek isechte rno g tenhemelschreiend:d ebou wva n zuiveringsinstallaties magda n wathebbe n geholpen,nietverwijderd evergifte n en secundaire eutrofiëring zijnno g steedsi n staatbijn aall elevensspore n in eendee lva n deDinke lui t te wissen.Onzewaarneminge n vand e dodelijkeinvloe d van Gronau zijnnagenoe g niet verschillend vandi eui t I960 (Natuurmuseum Enschede),toen erno g geenrioolzuiveringsinstallati e was.Alleen eenverraderlijk e "helderheid" van het overigensvergiftigd e water ishet resultaat . De ELsbeek enRiïenbergerbee k zynvermoedelij kvoorwaarde nvoo r eenaan ­ voerva nnieu wleve n ind e "zelfgereinigde"(maar gemrlïofieerde)Dinkel - trajecten.De constatering van tochno g ernstige secundaire eutrofiëring in de Beneden-Dinkel(RIN'72)hebbe nw enie tkunne n controleren,enmoe t dientengevolge,voorzichtigheidshalveno g alswaarschynlij kworde nbe ­ schouwd. Voor de zokwetsbar e Dinkel enhaa r evenkwetsbare(doo rgeringe r water­ volume nogkwetsba :rder!)zijbeken,blijke nrioolzuiveringsinstallatie s geen soelaas tebieden.Dez elapmiddele nwerke n byd e bevolkingallee nmaa r eenvals e hoop ind ehand,e nwerke n systeembevestigend,met slechtsvoo r de vervuilende industriën enrioolzuiveringsmateriaalproducente nplezie ­ rige gevolgen opkort e termijn,Eenalgemee nbelang,aangaand e gezonheid, ontspanning,natuur,landschap enmilieu,moe thiervoo rwijken . De belangrijkstealternatieve n vcor een oplossing "vanhe tvervuilingspro ­ bleemmoete n dan ook worden gezocht inhet sparenva nkoste nnoe nmoeit e de vervuilingby de bron teverminderen,doo r schonere productieprocessen ind e Gronauseindustrie,he t eventueelvervange nva nvuile,arbeidsexten - sievedoo r schone,arbeidsintensieveindustrie,he t.ontwikkele nva nre - cyclingprocessen,voor zowelindustriële,al shuishoudelyk e afvalproducten. (Opd e onvruchtbare dekzanden zoumenselijkïhce lgoe d alsmeststo f kunnen dienen,zoalsn u nog gebeurt inander e delenva nd e wereld,envroege r ook in onze streken gebeurde.3E:vu lin:afval.)Z o ditnie tmogelij kmocht zyn, om welke redenda nook,da n zal toch tenminste rnoetenworde n gedacht san derde trap installaties bijd e zuivering vanmendely k rioolafval,om de eutofiërende fosfaten teverwijderen,e ndehitrificatie,o neutrofiërèn d nitraat en giftigammonia k teverwijderen . Een schone Dinkel kan bimnenkort e tyd weer kansen biedena -n deuniek e laaglandbekenfauna en eengezon d milieu envisseri j(i nd e ontspannende sector)wecr mogelyk maken. Het op8 apri l i960 gesloten grenstractaatme t Duitsland isno g steeds nietnagel e fd:het Dinkelwater passeert nog steedsvervuil d onzegrens! ! SS Hooßbbuk.7 . Devermoedelijk egevolge nva nhe tDinkel-convenant .

Hoeweli nhe tDinke lconvenan tva nalle si s"beklonken",blijve nw eno g zittenme téé ngrot evraag:Wa tzfj nda nprecie sd emaatregele nwaarme e hetopschone nmoe tworde nbereikt?Bi jhe tt ekanalisere nzuidelij kBoven - Dinkeldali sda tvri jduidelykrdaa rword teenvoudigwe gdri ekilomete r Dinkelverwoest.Voo rhe toverig etrajec tto td eBeverborgsebru gi sge ­ kozenvoo r "voorzichtiger","milieuvriendelijker"ingrepen/onderhoud . Maarjuis ti ndâ tgeva li she tva nbelan gt ewete nho eoe nprecie sda t Dinkeldalbeheordenk tui tt evoeren:hie rkunne nw eno gkieze ntussen : zorgvuldigbehee re ngehel edestructie . Ondanksail emogelijk emoeit edi ev ehebbe ngedaan,konde nw energen é zwart-op-witachterhalen,ho eWaterscha pe nCultuurtechnisch e Dienstva n planz^j ndi tbehee rjriL tt evoeren.All estukke nworde nvoo rbuitenstaan ­ dersgehei mgehouden!Z od eaa non smondelin gtoegespeeld einformati ein ­ derdaadjuis tzo uzyn,da ni she ttSc hno gd evraa gi nhoevere ei nd e naasteo fverr etoekoms thierva nword tafgeweken:he tconvenan theef ti n feitehe tWaterscha pvri jgelate nho et ehandelen,al sz ed erivie raan ­ stondsmaa rto td evoorgeschreve nlegge rwee tt ebewerken! !! Maarvoo ree nzorgvuldi gnatuurbehee rzulle ntoc hno gwe leve nenkel e vragenmoete nworde ngesteld,als : Voord etwe ekanalisaties : -wordtd eKramerwatergan gi nhe tvervol gd ehoofdstroo mva nd eDinkel , ofblijf the twate ri nprincip edoo rd emeander sva nd eGroen eSpaar t lopen? -hoeword td eafwerkin gva nd eKramerwatergang?Word tzi jme tstevig e taludsonherroepelij kvastgelegd,o fkrijg td erivie rd ekan shierva n eenenigzin spseudo/semi-natuurlijk eloo pt eontwikkelen,di ed ena ­ tuurlijkehydrofaun adaa rno genigzin slevenskanse ngeeft ? -dezelfdevraa gvoo rd ekanalisati eduits egrens-zoekerbrug . -watzulle nd econsequentie sz'j nva nd ekanalisati ebi jd eduits e grenso pd ewaterhuishoudin gi nd ezijbeken,me tnam eGlanerbeek , Elsbeck,Rüenbergerbeek?Rndi e ind elagergelege nDinkeltrajecten ?

Voord eopschoning : -hoevaa kvind topschonin gplaat s? -hoesne le nintensie fvind topschonin gplaats ? -hoerigoreu svind topschonin gplaats?Mechanisc ho fme td ehand ?

Voord egehel eDinkel :

-hoei sd erelati ewaterstaattechnisch e ingrepen/watervervuiling?

Wezulle ndez evrage ntoelichten :

1«Deeerst eopschoningsactiviteioen . Hoéd eopschonin goo kgas tplact svinden,zeke ri sda tz eza ldiene n omhe tprofie lva nd eDinke la -nt epasse naa nd elegger,zoal sdi et e vindeni so pee nreek sprofieltekeninge nva nhe twaterschap.Omda td e Dinkelza lnoete nworde narngepas taa nee nbeddingbreedt eva nca .6m . bijd eZoekerbru ge nca .9m .b' jhe tverd elwerk,zulle nzeke renkel e Dinkelstukkenmoete nworde n"aangepast".Ke tnam ebi jd eknelpunte ni nd e buurtva nhe tLutterzand,waa ri nsterk emeandercomplexe nd ebee kvaa k eenvee lsmalle rzomerbe dhe-ft.Di tbeteken teo nverwijderin gva ngeo - morfologischee nlandschappelijk eelemente nal srivierduintje se.d. , waarmeed evariati e am verschillendeuniek edeelmilieutje svoo rplan ­ ten,vogelse nkleiner ediere nword tverklein de nd eapart eeleiaente ni n areaalgrootteworde nteruggebracht.Doo rafgrave nvn nd eoever szulle n bepaaldesiyiwande nvoorlopi gnie tmee ri naanmerkin gkome nvoo rbewo ­ ningdoo rinsecte ne nvogel s(al sijsvoge ler .oeverzwiluw).D erustversto - ring,died eingree pn ueenmaa lis,za lindirec tschad ean no.a .d evogel ­ enzoogdierenstan d brengen.Opveel,z o dotall eplatse n zullend e 3?

typischeDinkelstrandje sworde nvernield,wa tee naansla gzo ubetekene n opd euniek ekeverfaun aaldaa re nd etyperend eoevervegetaties,waa ro.a . Breukkruid eenzeldzam edeelneme raa nis . Hoeweld enatuurbeschermingsconsulen tva nStaatsbosbehee rto ther ,ui ­ tersteheef tgeprobeer dhoutwalle ne nbome nt espate nvoo rrou iing,e n dedwarsprofiele ninderdaa dvee lmooi shierva nzulle nsnaren,doo r' plaatselijkva nd evoorgeschreve nlegge ra ft ewijke nen/o fdoo ree nstij ­ lereoever(l:l;ipv.l:4.)he tzomerda lsmalle rt ekurne nhoude nbi jee nre ­ latieftoc hbred ebedding,ko nme ntoc hniet"ontkomen "aa nopofferin g vanenkel ehoutopstanden,wa-rme ehe tlandscha pe nleefmilie uvoo rvee l dierene nplante nwee rverde rword taangetast.D estijle rlopend eoever s (1:1)i nhe tgeva lda tdaarme ehoutwalle nkunne nworde ngespaard,zulle n sterkere nsnelle raa nafkalvin ge noeververzakkin gt elijde nhebbe n, waardoord ebewust ehoutopstan dbinne nafzienbar ety dtoc hza lworde n gesloopt,nudoo rd erivie rzelf.Natuurly ki sda to pzic hee nteke nda t deDinke lno gleef te nmeander te nbeddinge nverlegt,e ndaari nza ld e Dinkeloo knooi tmoge nworde nbeperk tto tee ndoo dbeekfossiel,maa rd e bovenbeschreve nmenselijk eingree pka nee nversneld eafbraa kva nhout ­ opstandeni nd ehan dwerken,di eander sno ghadde nblyve nstaan,Da nza l dedynamie kontaarde ni nee nverstoring,di esneller everanderinge nindu ­ ceert,waaraand enatuu rslech ti saangepast . Voord ebeekfaun aza lvoora li nhe tdee lbenoorde nLosse rmoete nworde n gevreesd:naganoegd egehel ebeddin gword tuitgediept,wa td emees tle - vensbevattendebovenst ebodealar gva nca .5 cm .die pza lvernietigen . Juisti ndez elaa gspele nd emeest elimnologisch ee nbiologisch epro ­ cessenzic haf,.Hie rzi tee ngroo tdee lva nd e"zelfreinigend ekracht " vand erivier:microb*rganismen,muggelarven,insectenlarven,platwormen , borstelwornene nbloedzuigers,di ehe torganisc hafva lverwerken!Nie t alleendez edieren,waaronde renkel ebijzonder ei nhe tbenedenstrooms e deel,wordenverwijderd,maa rz oword tdu soo kee ngroo tdee lva nhe tbuf ­ ferend systeemgepakt,zoda tvoo r-althan skortstondige -veremstigin g vand evervuilin gmoe tworde nrekenin ggehouden.Wa tjuis ti nd ea lz o vervuilde,maartóc hzelfreinigend eDinke lee nkwetsbaa rpun tis . Hetverwyderd ebe ddingmateriaa lzal,med e doord erein igend ewerkin g vanjuis tdez elan g-zowe ldoo rbiologische,al sdoo rchemisch-absorp - tieveprocessen -juis the tvuilst ee ngiftigst emateriaa lui td eDinke l zyn.Heti szee rd evrao go fdi twe lzonde rgevaa rvoo rd elandbou wi nhe t Dinkeldal,althanszond er extr akosten,ka nworde nweggewerkt . Uitoogpun tva nmilieuverbeterin gbi jee neventuee lschone- ,Dinkel,za lde ­ zemenselijk everwijderin gva nvastgeleg dvui lnie tnodi gz\jn:d ekrach t vand ewinèervloede nza lhierto ewaarschijnlij kzel fi nstaa tbl'jken .

2.Deaar dva nd eopschoningsactiviteiten . Afhankelijkva nd eintensiteit,rigoreusitei te nsnelhei dwaarme ed e opschoningza lgeschieden,za loo kbeve nbeschreve nverstorin gernsti g totminde rernsti gzijn.W ezij nechte rnie ti nstaa thierover -enig evoor ­ spellinghar dt einaken.Hoogsten skunne nw estellen,dat,ho eplotselinge r engrote rd eingr ep wordt,ho eminde rtij dhe tsystee mheef tzic hwee r aant epasse ne nho egrote roo kd eschad eaa nfaun ae nwaterkwalitei t zalzyn . Indiend eopschonin gz ogeleidelij kmogely kgaat,zic hove ree nlanger e ty"duitstrek te nme tz okleinschali gmogelij kwerken dmateriaal(wa tbo ­ vendienarbeidsintensieve ris)geschiedt,bovendie nva nbeneden -naa r bovenstroomsjdani sd ekan so pherste lva nd e"behandelde"stukke ndoo r aanvoerva n "nieuwleven "va nbovenstroom snaa rwee rdoo rd erivie rge ­ vormdeniuw emilieus(strandje se.d.)i nhe topgeschoond estuk,groter . Eenvolledi gherste li sechte rallee ndâ nmogelyk,al sd emees tgevari ­ eerdesituati ewee rka nworde nverkregen.Di eken td erivie rechte rreed s nû,dusdaarvoo ri see ningree pzinloos,j azelf sallee nmaa rschadelijk , zyndeee nstorend efactor.Wan tzelf sd evoo rd eafstromin gz overv elend e ontworteldebomen,drage nzee rpositie fb' jaa nd ehuisvestin gva nbeek ­ organismen. 6o

Gezien hot otocrigensbetwijfeld emaatschappelij knut(zi e daarvoor deelBT. paragraaf3.5,pg.^é )moeten wed e zinva n de opschoning ten zeerste ontkennen.

3.Defrequenti e van_de opschoningsactiviteiten. Aangezien het Waterschap end e Cultuurtechnische üienst sprekenva n het op "normaal onderhoudsniveau"brenge n van de Dinkel,tussen Zoeker- brug enBeverborg,moge nw eaanneme ndat d e opschoning niet tot eenenke ­ le,eerst e keer zalblijve nbeperkt . Gesteld dat de opschoning zoplaat s ga-t vinden,da t de schade aanlevens ­ gemeenschappen tot eenminimu m wordt beperkt(waarhe t nunie t oplykt! ) en er inprincip e eenreoccupati e doord e oorspronkelijkebeekbewonend e flora enfaun a kanplaatsvinden,da nmoet 66kd e garantie bestaan dat dit herstelproces nietvoortijdi gdoo r nieuwem a tregelen wordt onderbroken. Naar onze informatie isno gnie t bekend hoe sneldi t herstelproces zal verlopen,enhet verontrust onsda n ook zeerda td e gemeente Losser in de wijzigingva n hetb esèemmingspla n rustig durft te spreken dat nader onderzoek naar de ekologie vanhe t Dinkellandschap nietmee r nodig wordt geacht.Wijspreke n bijdez e de overtuiging uit,datgeenszin s is getracht doord e beleidsbepalende instanties,deââr d end e frequentieva nd eop - schoningsingrepen op de capaciteiten van de ekosystemen in en omd e Dinkela f te stemmenjwatvoo r een gemeente,die dit gebied aanvan­ kelijkal snatuurgebie d bestemde,eendit oprovinci e en eenwaterschap , dat landelijke faam geniet omdat zijontvankelij k is geblekenvoo r demi ­ lieutechnische kant van waterstaatkundige ingrepen,nietka npleiten . Bl'jftbovendie n het feit,dat,hoe langzaam en ^elijdelijkd emaatregele n ook zullen worden toegepast,onvervangbare zakenal s geologische-e n geomorfologischefenomenen,e n bepaalde successiestadiava n ekosystemen, die voor het bereiken vandat stadiumvel e eeuwennodi g hebben gehad, pas kunnenworde n behouden bijalgehee l afwezig blijvenva ndez e ingrepen.

4«De Kramerwatergang om de Groene Starrt« Afgezien vand e schadedi ehe t graven vandit omleidingskan'a l alleen al ongetwijfeld zalaanrichte naa n hetDinkelda l (ali s deze zoveelmoge ­ lijkbeperkt,zoal she t bestemmingsplan beweert,inhet natuurgebied Dinkel­ dal bestaan géénwaardeloz e stukken,er zal altijd schade optreden!),moet aandacht wordenbestee d acnd ew'^a ewaaro p de watergang zalworde n uit­ gevoerd en zalfunctioneren,Allereers t zal ze zogoe d mogelijkmoete n worden ingepast inhet landschap:he t enigewaari n zema gafwijke n (enoo k datma gniet!)va nd e Dinkelloop zélf,is het achterwege houdenva n stroom- remmende elementen.Alsrecht e watergang zal ze echter verder onbeschoeid, noch doorpalen,la ;t staandoo r betonmoete n blijven,o m buiten haara fwa ­ terfunctie zonatuurlij kmogelij kt e zijn.Zwakkemeanderin g moet hierbinnen o.i.no gmogelij k zijn.Ditbeteken t ook dat zevoortduren d water moet voe­ ren,echter zodanig,datnoc h devatergang,noc hd e oude Dinkelloop bijd e Groene otar.-rtt eweini g water gaan voeren,naar-doo ri n eende r tweetak ­ kend ewaterlevensgemeenschappe n ernstig kuikenworde n geschaad.Dewater ­ staatkundige inventarisatie van hethe t Dinkeldal(Zwolle,1969)noemt1 0 EK per seconde hetminimal edebie t indi t verband. Kaar noma?'ls:dit zouden slechts symptoomsverbeteringen zijnva n een ove­ rigensdoodziek emaatregel !

5«Dekanalisati e duits egrens-Zoekerbrug.(zi e ook aanvulling pg« 62) TndeelE",par«33,pg«7 ^»worde n alargumente n a.ingevoer d om ernstig tevreze n voor eenverslechterin g ven de waterhuishoudkundige situatie en verergering van de wateroverlast in he-1r.edcrland n Bovcn-Dinkeldal, indien de 3 kn,lang e kanalisatiedoorgan g vindt.Latenwi jhie r -ten overvloede-d e gevolgen van de kanalisatie op de ekologie in het Dinkeldal beschouwen. Gt Allereerst zal met deze verlenging vanhe t gekanaliseerde Boven-Dinkel deelme t3 km. het instabiele afvoerkarakter worden versterkt. Daardoor zal de storing hiervan op het benedenstroomsedeel,wéé r groter worden,waardoor ekosystemennie t tothu n climax ind e successie kunnen komen en zo instabiel blijven. Uiteraard zal demeanderende,gavarieerd e loop vand e Dinkel op het te kanaliseren traject geheel worden vernield endegenerere n tot een een­ vormig,min de r gevarieerd eninstabiele r kanaal.Nog ongepubiceerde gege­ vens van NJN,district4,totne non sda tdi t Dinkelgedeelte zeerbijzon ­ dere vegetaties kent,waaronder bv. en soortui t het zeldzame geslacht Gagea,degeeister ! Voorlopig zal-het gakanaliseerde Dinkel- deel bovendien nog een open rioolblijven . Door vergemakkelijking vand e waterafvoer uit de stad Gronau,zullen zeker ookb y stortbuien plotseling de stadsriolen "schoonspoelen",enzonde r aanpassingen van Duitse zijde,deverstorend e invloed verergeren door de aanvoer vanmee r vuil. By*voortdurend e vervuiling van de Dinkel,moet ind e gekanaliseerde situatie eveneens worden gevreesd datdoo r een even­ tueel verlengde inundatieduur,de mondingen van de ongelofelijk gevarieerde enmoo i ontwikkelde Elsbeek en Rüenbergerbeek zul- I. eelsh&r lenworde n beïnvloed door ditvuil e Din- «3 ° keiwater.Indiend e Glanerbeek ooit nog schoon zalworden,za ldez e beek hiervan hetmeest e last kunnen krygen,

6.Relatieme t de_watervervuiling. Indi t boek is s.-ngetoond,da t de Dinkel en Glanerbeek nog steeds ern­ stigvervuil d zijn.Juistdâ nmoe t alle aandacht v/ordenbestee d aan het vergroten,ipv.afbreke n van de biologische zelfreiniging,bestaandeui t de huidige waterlevensgemeenschappen. Bovendien moetall emogelijk emoeit eworde n gedaan een definitief halt toe teroepe n aand e vervuiling van deze Twentsewateren,e ndaa rme e rekening houdend,zullend e abiotische eigenschappen vand e rivier zóge ­ varieerd moeten blijven,datlater,bi jee n schone Dinkel enGlanerbeek,di t nog steeds een geschiktmilie u blijftvoo r eenhoogwaardi g ekosysteem.De zg.potentiël ewaard e hiervoor isn ûno g zeerhoog,m a rkanalisati e en opschoning kunnen deze voorvel e eeuwen doen kelderen. > 7.Noodzakelijkbehee r ind e Duitse bovenlopen. Inhe t boek "Wildeplanten",dee l III,schrijftProf.Dr.V.Westhof f al: „Het in goede staat houden van e°zn be kdalreservaat vormt nu eenmaal een van de lastigste opgaven van hetnatuurbeheeE.iïigeiïly kma ghierb y eerst dan succes wordenverwach t wanneerme n ook de bovonloop en omringende hogere gronden onder controle heeft". Inhe t geval van de Dinkel en zijbelen,isdi t indi t boek wel heel goed gebleken:door grootscheepse kanalisaties in het duitse,bovenstroomse Dinkelgebiedjdeversneld e afwatering door ontbossing envervenin g daar én in eigen land,de'uitbreidin g van het zeer snelafvaterend,verhar d oppervlak door stedenbouw enwegenaanleg,i suiteindely kd e oorzaak van de wateroverlastellende in Oost-Twente.Bijd e watervervuiling van de Dinkel ligt het alne t zo:hoevel we in eigen lahd eroo kwa t van kunnen (Glanerbeek!)moetd e voornarmst e oorzaak van de Dinkelvervuil.ïngbi j Gronau worden gezocht.Aan de eutrofiëring ven de Beneden-Dinkel zal ook Losser een belangrijk aandeel leveren. 6z

Wehebbe nbovendie ngezien,da td en uvoorgesteld eoplos'ingen(vwo rhe t wateroverlastprobleemalthans;ove rvervuilin grep tme nva noverheidswe ­ gegee nwoor dmeor,me ndenk tzeke rda the tme tzuiveringsinstallatie s nu "welgoe d zit"!?)he tproblee m slechtsverplaatse nva nGrona unaa r Oost-Twente,waard eprobleme nn ugrote rworden,O mme tWesthof ft espre - kenrhetproblee mka npa sworde nopgelos tal sd emaatregele nworde ngeno ­ meni nd ebovenloop.E ndi elig ti nDuitsland . Voord ewatervervuilingsbestrijdin cmoe tDuitslan dno gsteed svi ahe t grenstractaatva nI96 0verplich tworde ngesteld,I nee nnieu wtractaa t moetdez eéi seventuee lworde nverscherpt.Desnood svi ahe tinternatio ­ nalerech t(EEG,internationaa lger*chtsho f? ), Onzewateroverlas tzo ukunne nworde nbestreden,doo rd ebestemmin gna ­ tuurgebiedvoo rhe tDinkelda lui tt ebreide nto the tgehel eDinkeldal , inclusiefafwateringsgebiede ne nzijbeken.I nhe tkade rva nee ninterna ­ tionaallandschapspar k zoudenherbebossingsprogrammds,"vernatuurlyking " vanhe tduits eDinkelbekenstelsel(herste lva nd epotentiël ee nlate r daardoorva nd eactuel ewaarde)e.d .d equalitei tva nhe tDinkeldal,zowe l alsekosysteemcomple xal slandbouw -e nwoongebie dkunne nworde nverbe ­ terd.Zélf sd eonoplosbar ewateroverlas ti nGrona uzo uwe leen sz okun ­ nenworde nopgelost,eventuee lme tno genig eaanpassinge naa nrioolstel ­ sele nwoonvorme ni ndi estad . Doorverbeterin gva nd ewaterhuishoudin ghierdoor,zoude nd enederlands e Dinkelboerenrendabele rkunne nboeren;di ei nDuitslan d zullenwaarschijn ­ lijkwate ri nd ewij nmoete ndoen(?nie tonderzocht!?)Omda td elandbouwpo ­ litieki nd eEE Gno gnie ti saangepas taa nee nminde rverspillende,min ­ der "rationele"(watee nongelukki gwoor dvoo r"mechanische")landbouw , zalee novergangsperiod emoete nworde ngecree*eré,waa rEEG-bydrage mal s dea lvee lgenoemd ebergboerenregeling,eventuee laangevul dme tbydrage n uitNederlan d enDuitslan d zelf,hierinmoete nvoorzien.Voo rmee rdetail s overonz ebeleidsvoorstelle ni npolitiek ee nsociaaleconomisch ezin,zi e pg.82e nverder) . Wedringe nbi jdez ezee rnadrukkely kaa no pee nstudi e vanbovenstaan d voorstel,doorprovincial ee n(inter)national eoverhede nui tbeid elrii - den.ProvincialeState nva nOverijsse lkunne nhieri nee nstimulerend ero l spelen!

Aanvulling bijparagraa f 5,pg.60/6l; Bijhe t ter perse gaan van dit verslag werd deuitvoerin g van de kanalisatie bekend,Ernstige bezwaren uit natuurbeschermingskringen hebben nog kunnen leiden tot een"landschapsplan"voor deherinrich ­ ting van het èvt,gekanaliseerd e dinkeldaltrajekt tuséen duitse grens enzoekerbrug.Va n de twee geheelafgesnede n Dinkelarmen zal dear m t.z.v.d eWeerâsbrug(ca .20 0m . lang)als open,oudeDinkel ­ arm in takt blijven.Denader e wordt gedempt.Voor deres t wordt het zomerbed aldaar uitgediept tot eenbodembreedt e van 10,5meter , 1:2 taluds enaa nbeid e zijdenee n3 meterbree d schouwpad. Bovendien wordt er (ter compensatie?)aa n derande n vanhe twinter ­ dalaangeplan t met ter plaatse thuishoreild ebome n enstruiken . Vanhe t oude zomerbed blijft dus inderdaad nietsover:êê nmeande r blijftme t stilstaand water open,maatza luiteraar d nooit meer de typische beekfauna kennen.Aardig dat menno gbo s wilaanplanten , maar daarmee krijgtme n geenmeanderend e Dinkel terug....!! 63

Hoofdstu k8 LITERATUUR/BRONNEN

(Involgord eva nvoorkomen(althan seerst evoorkomen)i nhe tvoor ­ gaandeverslsgdeel,Cijfer sverweze nnaa rdee le nhoofdstuk,waari n vangenoemd eliteratuu r gebruik isgemaakt )

WINKLER-PRINS,ElseviersEncyclopedie(I,2 ) BOS&NIERMEYER,1967.Atlasde rgehel eaarde.Wolters,Groningen(^2 ) NATUURMUSEUM.Archief,Enschede.(I,2;III,6.7) FREEVE,A.J.,J96?,DeLandbouwwa te rhuishoudin gva n0verijssel,C0LN.(I,2 ) DINGELDEIN,W.H.,19^8.Hetlan dva nd eDinkel.Roelof sva nGeerîMeppel . (I,2;III,5) ANWB.Toeristenkaartva nTwenthe,Salland,Achterkoek(I,2 ) VISSCHERjDr.H.A.,197^«HetNederlands eLandschap.Aula-paperback tnr.6. HetSpectrum.(II,1;III,1; ) VISSCHER,Dr.H.A.,1975«DeNederlands eLandschappen.Dee l1.Aula-paper - back,nr.32,He tSpectrum,Utrechfr.(II,1;III,1 ) HAMHEN^ÜYta.dtr.o.fWI.TheUppe rQuaternar yo fth eDinke lValley . (Twente»EasternOverijssel,Th eNetherlands ).Meded.Rijk sGeol . Dienst,N.S.22,pp.55-214.(11,1;III,2) GONGGRIJPtG.P.,1975.DeGroen eStaart.Rijksinstituu tvoo rNatuurbe ­ heer,afd .geografie,Leersum .(II ,1;III,2 ;III,5 ) GONGGRIJP,G.P.,1976.HetDinkeldal.Rijksinstituu tvoo rNatuurbeheer , afd.Geografie,Leersum.(II,1;III,2;III,5 ) ZONNEVELD,Dr.J.I.S.,197^.Tussend eberge ne nd ezee.Oosthoek.Utrecht . (11,1) BERNINK,J.B.,1926.OnsDinkelland.Natur aDocet,Denekamp.(II,1{111,1; ) WESTHOFF,Prof.Dr.V.c.s.,1975.WildePlanten.DeelIII.Natuurmonumenten . Amsterdam.(II,1;III,1;III,3;IH,6) BRINKMAN,A.G.&C.VANSCHAIK,197*f.Natuurhistorisch eInventarisati e TracéRW-1 5i nTwente.NJN.Enschede.(ïI,1;III,3 ) BEETSjJeroen&AlinusKOOL,1975.Aannamekonv oTwent ezomerkampen.NJN . (11,1) RODING,G.M.,1975.Omd elaatst ebeke nva nTwente.Jaarboe kTwente , (II,1;III,5) GEOLOGISCHEDIENST.Geologisch ekaar tva nNederland.1:50.00 0e n 1:200.000.(11,1) TOPOGRAFISCHEDIENST.Topografisch ekaart.1:25.000.(11,1 ) WESTHOFF,Dr.V.EnigeTwents elandschappe ne nhu nflora.Twent eNatuur ­ historischV,Wet.Med.nr.56,KNNV.(III,l;lII,3 ) SCHAIK,Carelvan,1976.Alternatieve nvoo rjeugdbonders.Waardeeings - Trias,nr.3,juni1976,pp.12-15.(111,3 ) KOOL,Alinus,1975.ExcursieverslagRuenbergerbeek.dll,3 ) VENEMA,Peter,1975.Deinsectenfaun ava nd eTwents ebeken.Jaarboe k Twente.(III,4;III,5); MOLLERPILLOT,H.K.M.,1971.Faunistisch ebeoordelin gva nd everont ­ reinigingi nlaaglandbeken.Tilburg.(III,5;IH»6 ) ALGEMEENEKOLOGISCH ELITERATUUR,Bv .: (III,5;IH,6 ) ODUM,p.,1963.Ecology.Holt»London. KREBS,C.J.,1972.Ecology.HarperInternational . Rïïfi,L.,19??,Ekologie.Aula,HetSpectrum,Utrecht . ALGEMENEMILIEULITERATUUR,Bv.:(111,5 ) WARD,B.e.a.,1972.Niet meerda nee naarde.Contact.A'dam . GRONDJOURNAAL,1976.Bergboerenregelingvoo rDinkeldal.nr.3,Pp6-9 ( IHi5) HADDERINGH,R.W.&HULSHOF FPOL,1971.Onderzoe knaa rd emacrofaun ae n visfaunava nd ewatere nva nd eGelders eVallei»RIN,Leersum . HIGLH|',L.W.G.,1974.Inleidin gto td ekenni sva nd eongewerveld ezoet - waterdierene nhu nmilieu.KNNV,Wet.Med .nr.103.(III,5;III» O 64

KNNV.Twent eNatuurhistorisch,Wet.Med .nr.' s32,37,43,49,56,68.Hoogwoud.(ill,6 ) VOS,A.P.C.DE,1930.lieberdi eVerbreitun gde raquatile nInsektenlarve n inde nNiederlanden.IRtern,Verh.Hydrob.Hydrogr.24,5/6,pp.485-506 . Geciteerdi nf&DBKE(l?48).(lII,6 ) REDEKE,H.C.,1948.Hydrobiolog.iev/ mNederland.(III.6 )(Facsimil e1975.Back - huis&Meesters,A'dan) LEENTVAAR,P.,1956 .Excursierappor t:I-:icro8rganismen.RIN .(111,6 ) GEYSKES,D.C.e tal.,1972.He tstroomgebie dva nd eDinkel.Rappor tva nd e WerkgroepBeken.RIN,Leersum.(111,6 ) DIJK,ErikVA N& Ber tMAES,1973.Overzich tva ni n197 1e n197 2gedan ebota ­ nischewaarneminge nva nTwents ebeken;botanisch eindicatie se n behesrsadviezen.(111,6) GIJSSELS,Rik,1966.Haftenlarventabel.Belg.Jeugdb.Nat.Studie.(111,6) HIGLERjL.W.G.,1963.Excursieverslag.0ngepubiceerd.(III,6) BARKMAN,P.,1974.Collegediktaat.Utrecht(HI,6).Vegetatiekunde. DETERMINATIELITERATUUR:ziepg .30,3 1Dinkelboek.(111,6 ) HELDjJ.J.DE N& A.J .DE NHELD ,1973.Beknopt ehandleidin gvoo rvegetatie - kundigonderzoek.KNNV.Wet.Med.nr.97.Hoogvoud.(111,6 ) INVENTARISATIK4iLNDLEIDING.Biol.kaderreeks,NJN,KJN,CJN.(111,6 ) EKOLOGIENUMKSR.Biol.kaderreeks,NJN,KJN,CJN. MERCK,E.,19??.Thetestin go fwater.Merck,Darmstadt . SCHW0ER3EL,J.,1970.Methodso fHydrobiology.Pergamon,0xford.(lII,6 ) SCHROEVERS,P.,div.jaren.Handleidingvoo rd ebeoordelin gva nwate rvolgen s biologischemaatstave netc,EIN,Leersum.(111,6 ) VERTEGAAL,Paul,1974.0verhe tvoorkome nva nhe tBermpj ei nd eVeldbeek . TeVelde,Itaersfoort.(111,6 ) KLEINGELD,Reneâ Nic oNIESER,1966.Hydrobiologi einrAgelerbroekameoba , Amaoeba42,no.3,pp.49-66 . VAKGROEPNATUURBEHEER,1975.Voorlopig einventsrisatieresultate nmacro ­ faunaTwents ebeken.Ongepubliceerd.(III,6 ) WATERSCHAPREGG EE NDINKEL,1974.Jaarverslag.(III,6 ) NATUURMUSEUM,velejaren.Archieven.Enschede(III,6 ) VERTEGAAL,Paul,1976.Milieuwaardering inLaaglandbeken."Waarderingstrias" , Triasnr.3/l976.pp.16-19.(III,6 ) WAARDERINGSTRIAS,1976.Trias1976,nr.3,juni.NJN/CKJN.(III,6 ) NATUURE NLANDSCHAP,1976.U?.arderingsnuinmer .(III,6 ) WESTHOFF,Dr.V.& Ä.J .DE NHELD;1969.Plantengemeenschappe nva nNederland . BibliotheekKNN Vno.l6.Thieme,Zutphen.(111,6 ) LSEUWANG,1976.Mondelingeinformati eoatren tindicatorgemeenschappe nvoo r toxicologischwateronderzoek.(111,6 ) V3RTEGilAL,Paul,1976.Watervervuiling.Kikkervisl,nr.l,maar t1976.pp.9-22 . Herpet.Limnol.Werkgr.NJN.(111,6) PROVINCIE0VSRIJS3EL,1976.Dinkelconvenant.Utrecht.(111,7 ) CULTUURTECHNISCHEDIEïIST,1976.Mondeling einformatie.(111,7 ) PEENSTRA,J.J.,1956.Dinkelboek,deelI Ve nV.NJN/NBK.Zi ealdar rvoo rmee r literatuur.(111,7) ZIELMAN,Rudl,1976.Monidelingeinformati eomtren tonderzoe kNJN/distric t4 inhe tDinkeldal.(111,7 ) -*5- Jbeellï" . DE PINKEL,

Dit hoofdstuk isbedoel d om een schets te geven van deproblematie k rondom de Dinkel.Daaro m zal er eerst eenoverzich t gegeven worden van de geschiedenis van deTwents e Beken,gevolg d door een beschrij­ ving van de geografische enwaterstaatkundig e aspecten van deDinkel . Hierna zal er een opsomming van de problemen end e voorgestelde op­ lossingen volgen.Di t hoofdstuk zalworde n afgesloten met een evalu­ erende afweging. Hoofdstuk1 . i.Degeschiedeni s van deTwents e waterwegen.

Het landschap~da td e eerste bewoners vanTwent e ongeveer 3000 jaar voorChristu s aantroffen,wa sgevorm d in deRiss-ijstijd .He tlandjj s bestond uit eenaanta l lobben die aanweerszijde n de grond opstuwden. Deze gronden werden bij het smelten van het landijsopgehoog d met zand engrind , dat zichvanui t desmeltwaterbeekje s afzette.He t kaartje op deze bladzij geeft de vier stuwwallen aan die op dezewijz e gevormd zijn.Tusse n deheuvel s vonden debeke n hun loop.Doo r de eeuwen heen hebben debeke n het land opgehoogd enhierdoo r hun eigenbeddin g bepaald. Zodoende kwam er een ^=landjjs vruchtbare strook beekdal :•'•=terraswanrie n ,-=rivierdale n vrij, die uitermate ge­ schikt was om alsland ­ bouwgrond voor de eerste Twentenaren te dienen. Behalve het aanleggen van grachten om zijnbezi t veilig te stellen enhe t aanbrengen van stuwenom . watermolens in beweging tebrengen ,oefende n de bewoners geen invloed uit op dewaterwegen . Dekatastrofal e invloed die men uitoefende op de waterhuishouding isiin «\nieuw eafwateringsriöhtln g deel11.1.^+ 5beschreven ; men verkreeg landbouwgrond het landijs tijdens het Ries-glaciaal doorbo s tekappen ,di t eenaanta l jaren tebe ­ (naar: Faber) bouwen en daarna te laten liggen.D e boden,di e door dewortel s van debome nwer d vastgehouden, werd weggespoeld. Hierdoor verloor het gebied haar bufferende spons- werking en traden na regenval grote overstromingen op.D e menselijke invloed op de waterwegen werd pas duidelijk merkbaar nadat descheep ­ vaart eenbelangrijk e transport-funktie gingvervullen . Onder invloed van de concurrentie-druk vanuit Zutphen enZwoll e washe t deHanzesta d Deventer die in de 15e eeuw door het aanleggen van kanalen via de IJssel en deBuurserbee k eenwaterverbindin g met Duitsland wist temaken . CarelGeorge ,graa f vanWassenaa r Obdam ondervond in de jaren 1771/1772 nogalwa t tegenwerking bij zijn privê-onderneming om Zwolle,vi a Vecht enRegg e met het oostelijk gedeelte vanTwent e te verbinden.Hi j slaagde hierin door deTwickels e Vaart aan te leggen die Delden metEnte r ver­ bond. -&-

>*>*!» 'fC -67-

In 18^6ga f de provincie aan artillerie-luitenante Willem Staring en T.J.Stieltjesd e opdracht een onderzoek in testelle n naar de toestand van de "Overijsselsche Wateren" en gemaakte ontwerpen tebestuderen . Naar aanleiding vanhu n in 18^7gepubliceerd e rapport:"De scheepvaart in Salland en^Twente",na m deprovinci e in juli van datzelfde jaar het volgende besluit: "De daarstelling van zoodanige kanalen door Darmsholte en inTwent e enhe t zoodanig bevaarbaar maken der Schipbeek, Regge enAlmelosch e Aa,da t door dit een en ander eenebe ­ hoorlijke communicatie tewate r ontsta van Zwolle enDevente r naar Almelo,Denekamp, enHaaksberge n enme t toevoe­ ging van eenen zijtak,loopend e door demarke n vanVriezen - veen, denHam ,Reen e ,Sibculo,Bergentheim,Bruch t ,e n defa e gemeente Stadt Hardenberg, indien namelijk de zijtak kan worden daargesteld zonder dat daartoe geldelijke opofferingen van deErovinci e vereischt worden" In 18^9wer d door partikulieren de "Overijsselsche Kanalisatiemaat­ schappij" opgericht die zichbezi g hield met het laten graven van hetOverijsselsc h Kanaal datn u wel dewestelijk e stedenZwolle , Coevorden enDevente r met Almelo verbond.Echter ,ee nkontak t met het Duitsewaterne t wasno g niet voltooid, ietswa s duidelijk alswense ­ lijkwer d ervaren door de in ontwikkeling zijnde nijverheid.Daaro m werd er in 1883begonne n met het graven vanhe tAlmelo-Nordhorn - kanaal,dat ,hoewe l het in 188A-a l voor schepen werd opengesteld, pas in 190^verbindin g met Duitsland mogelijk maakte. De opkomst van de industrie inTwent e maakte een goede waterverbinding met deRij n noodzakelijk/wenselijk.Ee n Staatskommissie boog zichi n 191^ove r dit probleem enbrach t drie jaar.late r een rapport uit dat debasi svormd e voor grootscheepse graafaktiviteiten die in 1919va n start gingen. Erwer d eenkanaa l aangelegd dat van Lobith,vi aZevenaar,Doetinchem , Vorden,Almen,Lochem-Goor enDelde n tot Enschede liep.He t plan omvatte verder nog een~aantalzijtakke n die Almelo,Hengelo,Born e enOldenzaa l enerzijds enAlme n anderzijds,me t het hoofdkanaal inverbindin gkon ­ den brengen.Echter ,d e verslechterende ekonomische situatie stond het uitvoeren van plannen van een dergelijke omvang in deweg , zodati n 1936allee n een verbinding vanEefd e aan deIJsse lme t Enschede tot stand werd gebracht.Da t ervanui t Enschede nog steedsrekenin g wordt gehouden met de mogelijkheid dat het Twentekanaal in de richting van Duitsland zalworde n doorgetrokken blijkt uit de voor de zuidelijke wijken geldende plannen. * 2,D ebeken . DeDinke l isal s huidige regenbeek karakteristiek voor deTwents e beken. Ze komt bijGlan e onslan d binnen en de bodem ligt bij deNederlands - Duitse grens op ongeveer NAP+31,90m . Bijd eLosserbru g ligt de bodem op NAP+28,50 hetgeen op deze afstand van 9km .lang s het zomerbed gemeten een gemiddeld verhang met zichmeebreng t van ca.0,3 8 cm/km.Di t wil zeggen dat de bodem van de beek per kilometer lengte gemiddeld 38cm . lagerkom t te liggen.Ee n gevolg van dit grote verhang is,da t debee k relatief snel stroomt.Di t veroorzaakt een grote slijtageaa n debeek ­ bedding,erosi e. -Ô8-

Het materiaal dat de beek door haar schurende werking meeneemt wordt verderop in de meer vlak gelegen gedeelten van debeddin g afgezet. Een gevolg hiervan is dat debee k nog steeds haar waterafvoerende funktie van bovengelegen gebieden optimaal blijft vervullen,maa r dat deafwaterin g van zijdelingsaangrenzen d land bemoeilijkt wordt. Daarnaast komen ook vele,slech t waterdoorlatende enhoo g gelegen leemgronden voor die een geringe buffer-funktie voor regenwater hebben en dushe t water snelafvoeren ,hetgee n tot overlast in lager gelegen gebieden kan leiden. Hetwaterscha p zagzic h voor het probleem geplaatst de Regge zó aan te passen aan de eisen van delandbou w dat dezomerinundatie snie t en dewinterinundatie sjuis t wel optraden.Di t laatste waswenselij k om­ dat de inhe t winterbed langzamer stromende beek het met de stroom meegevoerde materiaal ging afzetten.Toe n in 1913dez e werkzaamheden waren afgesloten bleken de in dewinte r optredende hoge waterstanden juist ongunstig te zijn in verband met het gebruik vankunstmes t zodat het vruchtbare effekt van het slib overbodig werd.Temee r daar deor de langewènterinundatie s de vochtige bodem langer koud bleef en depro - duktie-periode verkort werd.Di t leidde tot een achterstand in decon ­ currentiepositie van de Dinkel-boer ten opzichte van de gemiddelde Nederlandse boer.Rede n genoeg om het waterschap te verzoeken nieuwe plannen op te stellen. Dehierui t voortvloeiende werkzaamheden werden opgeschort,totda t het rapport van de staatskommissie over het meest wenselijke tracé vanhe t Twente-kanaal gereed was gekomen.Daarn akree g ir.Vin k van Provinciale Waterstaat de opdracht om een plan voor de ontwatering van het stroom­ gebied van de Regge op testellen . DezeReggewerke n werden in deperiod e 1935-194-0uitgevoerd .D e schade diei n deze periode van grotewerkelooshei d aan natuur en landschap is toegebracht is onbeschrijflijk.Oo k inDuitslan d vormde de werkeloosheid eenaanleidin g om grote ontginningen en "Flurbereiïii'ggngen "aa n te vatten, die leidden tot een snellere en grotere waterafvoer naar het lager gelegen Nederlandse gebied. De hierdoor ondervonden wateroverlast maakte het oprichten van het waterschap "Beneden-Dinkel"i n 194-2nood ­ zakelijk. Dat waterschap ging er in i960to e over om deDinke l bij Groot Beverborg van een omleidingskanaal tevoorzie n inhe t kader van de ruilverkaveling Denekamperveld.Verde r werden er talva nbeke nge ­ kanaliseerd enmoerasse n drooggelegd. Hoewel deze problemen zich altijd al hebben voorgedaan,hebbe n zenie t tot overlast bijd e vroege bewoners geleid,omda t er toen in deze streken nog veelwoest e gronden voorkwamen.I k denk hierbijda n vooral aan de venen die door hun "sponswerking" in staat waren de piekaanvoer aft e vlakken. Het hele stelsel vanwaterstaatkundi g evenwicht werd pas verstoord toen demen s er toe overging om dewoest e gronden te ontginnen end e venen af te graven.Di t was ekonomisch wenselijk om het landbouwareaal uit tebreiden ,waardoo r debevolkin g kon toenemen en om aan debeno ­ digde brandstof voor debevolkin g tekomen .D emen é besloot voorts om voor het ontsluiten van zijn industrieterreinen waterwegen aan te leggen en stuwen enomleidingskanale n voor dewatermolen s temake n om energie op te wekken.Doo r de verdeling van demarkegronde n bleef de provinciale overheid over als instantie die de verbeteringsplannen kon laten uitvoeren.Di t leidde allereerst tot het instellen van een onder­ zoek naar debestaand e situatie;he t al eerder vermelde onderzoek van Staring-Stieltjes 1848.D e gemeentebesturen van VrieKenveen,Rijssene n Enter richtten zichi n 1846 tot de provincie om een eind temake n aan de onhoudbare toestand rondom Almelo.D e in i860geree d gekomenOver ­ ijsselsekanale n gaven wel een lichte verbetering van de situatie,maa r tochnie t voldoende,zoda t de provincie er toe overging om na het rap­ port "Verslag van de tegenwoordigen toestand der afwatering van Twenthe" van Stieltjes 18?2,waterschappe n te installeren. Zo ontstond op 20 januari 1884he t waterschap deRegge . -6,-

loosc^iersV

3.DeDinkel .

Het stroomgebied vand eDinke li si ntotaa l ongeveer 61.000ha .groot . Hiervan ligt 38.000h ao pDuit s en23.00 0ha .o pNederland s grondgebied. Onderstaande tabel geeft hier' eenoverzich tWnlietïoïeii-DÏBialdceJ : XMxm m*>M4*«st> &MUIPOP suwettee*. OH» HA. FLORMCJf CA- 1S00 718S-

- STOLLWEKKGjRAßEW 175"

mfBtLAUHSB SflLBHajebmii JOVBUMUKBL CA. 3 60S IOTUE 5nwo«^ßiKD WWMHKBL £>ij\iWie5iuefiK 40375

DIMKEL beUB&NST*ßOM& wrtJ QLAMBWtK 24740

Hoewel eri n18^7,1872,1910,192 0e n196 0verbeteringsplanne n vooree n groter ofkleine r gedeelte vand eDinke l zijnopgesteld , zijndez e plannen nooit,va nenig e omvang althans,uitgevoerd . De Dinkel isi n190 ^ee nrijksrivie r geworden eni nbehee r gekomen bijd e Dienst derDomeinen .He tonderhou d valt onder arrondisement Almelova n Rijkswaterstaat. "' > ••:•-••••

Deze geomorfologische gegevens (Gonggrijp 1976)bewijze nhe tdynamisch e karakter vand e Dinkel.&*-bijl-p) -7<-

Om een globale indruk te krijgen van de wijzigingen die zich ind t loop van de tijd in het rivierpatroon van de Dinkel hebben voorgedaan, zijn de topografische kaarten met schaal 1 :23.00 0va n de jaren V)Q), 1920/1922, 1935, 1955 en 1966 met elkaar vergeleken (bijlage1) . In grote lijnen heeft de Dinkelloo p indez e geologiach gezien korte periode nauwelijks veranderingen ondergaan. Bij nadere bestudering vallen echter kleine verschillen op. Het patroon op de kaart van 1920/1922 wijkt niet af van dat op de kaart van 1903.Mogelij k is het rivierpatroon op deze nieuw« uitgave niet herzien. De loop van de Dinkel op de kaart van 1935vertoon t echter veel detailverschillen met die op de kaarten van 1903 en 1920/1922. Inee n aantal gevallen betreft het afgesneden bochten. Op andere plaatsen zijn bochten verder uitgesleten. De kaartbeelden van 1935 en 1955 vertonen wederom geen verschillen. Volgens de uitgave van 1966 heeft de Dinkelloopwee r enkele geringe veranderingen ondergaan. Vergelijking van de kaarten (schaal 1 t 50.000) van 1902 (verkend in 1848 en herzien In 1901)e n van 1966e n van de kaarte net schaal 1 :25.00 0 toont de volgende duidelijke veranderingen aan: Kribbenbrug

Op de kaarten van 1903 en 1920/1922 bevindt zich ten noorden van de brug een kleine, afgesneden meander.O p de kaart van 1933 ishe t afge­ sneden deel door een weg gescheiden van de Dinkel.

Groene Staart

Aan de noordzijde iso p de kaart van 1933 een kleine meander afgesneden. Aan de zuidzijde heeft de Dinkel enkel« kleine meanders gevormd. In 1966 behoren deze meanders niet meer tot de Dinkelloop. De*« veranderingen zijn op de luchtfoto's geconstateerd.

VrUkotte

Ten oosten van de boerderij Vrijkotte is in de periode van voor 1903 to' "<-i • «-'T!duidelijk e meander gevormd terwijl ten zuiden hiervan een -Jl~

andere meander minder uitgesproken is geworden. Deze veranderingen komen echter op de luchtfoto's als gevolg van de begroeiing weinig naar voien.

Koekenberg-Teusink

De loop van de Dinkel tussen beide boerderijen blijkt bij vergelijking van de kaarten uit 1902 en 1966 (schaal 1 :50.000 )e n 1920/1922, 1935 en 1966 (schaal lt 25.000)duidelij k te zijn gewijzigd. Delen van de oude lopen zijn op de luchtfoto's herkend.

Teusink » m m* •

Snoe^ink

Ten noordoosten van deboerderi j Snoeyink heeft deDinkelloo p enkele kleinewijziginge n in zijn loop ondergaan,waarvoo r ook op de lucht­ foto's aanwijzingen zijn.De vegetatie belemmert hier echter het zicht.

Kr*esg«nberg

Direct tenooste n van Kraesgenberg isee nmeander ,vermel d op de kaart uit 1920/1922,grote r geworden (vergelijk met kaart van 1935). Dewijzi ­ ging is op de luchtfoto's herkenbaar aan een point bar-systeenpje. Hier­ uit volgt dat het een tamelijk geleidelijke verandering betreft.

Horskamg

Zeer ingrijpende veranderingen hebben ten oosten van de boerderij Hors- kamp plaatsgevonden. De oude lopen, die op de kaart van 1935vermel d staan, zijn op de luchtfoto's teruggevonden. De kleinere meander en de oude loop op de kaart van 1935 zijn Inverban d met de dichte begroeiing niet zichtbaar op de luchtfoto's.

Zandbergen

Ten westen van hel stuifzandgebied de Zandbergen ligt een grote meander. Deze meander is ind e loop van de tijd groter geworden en heeft een andere vorm gekregen. Ook hier hebben zich point bars ontwikkeld.

Boiainküütu^

Ten zuiden van de Bossinksbrug liggen twee tamelijk grote meanders, die ind e loop van de tijd geleidelijke vormveranderingen hebben ondergaan, zoals ook blijkt uit het op de luchtfoto's gesignaleerde point bar-systeem. ^r 7 rér 'W

Y

-Q>.

O tiT» PO

>

/:\\\ / v .-::^r: iA .74- Hoofdstuk Z. Overstromingen in het Dinkeldal.

Inhe t kader van deruilverkavelinge n "Beneden-Dinkel" en"Denekaraps e Veld" werd besloten om een 11km . lang omleidingskanaal aan teleggen . Dit projekt kwam in 1965 gereed enkostt e 10miljoe n gulden.He t om­ leidingskanaal betekent dat deDinke l zijnnatuurlijk e loopka n behouden en dat 2000h a landbouwgebied van overstroming gevrijwaard blijft.Hoewe l in eerste instantie overwogen werd het begin van het omleidingskanaal tenzuide n van deGroen e Staart aan te leggen werd dat door deBoven - dinkel-boeren afgewezen.Dez e boeren waren toendertijd nog niet bijhe t waterschap aangesloten. De Dinkel enhe t omleidingskanaal staan via een verdeelwerk met elkaar inverbinding .Het~~verdeelwer k heeft de funktie om die hoeveelheid water die in de Dinkel teveel is,ove r de drempel inhe t kanaal af tevoeren . Hetkanaa l heeft eenkapacitei t van 55m /sek . en deDinke lma g ter plaatse niet meer dan 15 nr/sek.bevatten .Voo r haarhel e tracé geldt een inundatie-waarde die ligt Overstroming van de Dinkel JIJ Tilligte. (Foto: A. Wevers Jr.). tussen de 12e n de 18m /seit . In het totaalka n de Dinkel dus ter hoogte van het verdeelwerk een afvoer zon­ der inundaties garanderen van 70m /sek .Dez e waarde is slechts eenmaal bereikt enwe l tijdensd e dooi- periode van januari 1968, Problematisch is echter dat gedeelte van de Dinkel dat tussen de Duitse grens enhe t verdeelwerk gelegen is.Aangezie n ter hoogte van de Ruenbergerbeek de afvoer..eenwaard e van 25f1 m/sek .ka n bereiken zal dit zowel in de zomer als in dewinte r inundaties tot gevolg hebben.D ebee k zal zichbi jinundatie s over eenbrede r winterbed uitstrekken.Di t heeft tot gevolg dat door inundatie debergingskapacitei t sterk toeneemt.Z o zalbi jee n afvoer van 30m /sek .bi jGlan e en k-3m /sek.bi jhe t verdeelwerk het water een hoogte van 70cm .i nhe t winterbed hebben bereikt.Indie n de afvoer nog verder toeneemt tot 50m /sek «bi jGlane ,di t isvergelijkbaa rme t de Duitse 52m/sek.-norm , en 70m /se k bijhe t verdeelwerk, dan zald e waterstand nog ongeveer 25cm .hoge r zijn. -. We hebben hier dus die extreme situatie geschetst van -5 2m /sek .bi j de grens en 70m /sek .bi jhe t verdeelwerk. Het water zal dan 95cm . boven hetwinterbe d staan.Dez e situatie komt 1maa l in de 10à 20 jaar voor. Het winterbed neemt pasbi jee n waterdiepte van enkele decimeters deel aan de afstroming van het Dinkelwater.Di t is het gevolg van het grote aantal obstakels die zichi nhe t winterbed bevinden.Hierbi jword tge ­ dacht aan de soms loodrecht op de stroomrichting staande oeverwallen. en andere beplantingen,terreinoneffenhede n enbruggen .I k citeer een suggestie uit deWaterstaatkundig e inventarisatie gebied Bovendinkel. Zwolle 1969. -75*-

"Uit een terreinverkenning is gebleken dat vooral de in de ophoging door het winterbed aangelegde wegen grote obstakels vormen,voora l ook omdat op teweini g plaatsen doorstroom- openingen zijn,aangebracht.He t verdient aanbeveling om in de toekomst na te gaan of het plaatselijk verbeteren van dedoor ­ stroming door het winterbed economisch verantwoord is,e n zo ja,o f hier devereist e goedkeuring inhe tkade r van het natuurbehoud voor verkregen kanworden. " Verder dient er rekening mee gehouden teworde n dat deBovendinke l als nattuurlijkvegetatiebekke n voor het omleidingskanaal naast deBeheden - dinkel fungeert en dat geheel of gedeeltelijk aantasten van dezeregu - latiefunktie tot gevolg heeft dat het omleidingskanaal verruimd behoort te worden. ~~ Huö£dStak3. DeWaterstaatkundig e Aspecten van dePinkel .

•f.DeSituati e in Duitsland

Voor het beschrijven van dewaterstaatkundig e problematiek van de Dinkel bemerkenw e ons tot de direkte historie.I nhe t vorige hoofdstuk zijnd e resultaten van menselijk ingrijpeno p het waterstelsel ind e vorige eeuwen alweergegeven . Volgens waarnemingen in Duitsland zijne r erg grote Dinkel-afvoeren ge­ weest in de jaren 1928,19^ 6 en I960.Dez e grote afvoeren komen dus voor,d ekort e meettijd-interval in aanmerking genomen,me t een frequen­ tie van circa 1maa l in de 10â~20 jaar.D e afvoer bedroeg respektievelijk:

in 1928:50-5 2m^/sek . in 19^6: 60 m^/sek. in I960: 5O-52nr/sek .

Hierbijdien t teworde n aangetekend dat in 19^+6wate r vanbuite n het stroomgebied van de Dinkel isafgevoer d ten gevolge van maatregelen uit de bezettingstijd. In 1935i s deBovendinke l teGrona u en het gedeelte tussen de stad en de rijksgrensaangepas t opbasi s van een top-afvoerva n 52m /sek . Bovenstrooms van Gronau zijnbi jNienbor g enHee k een tweetalregulerings - bekkens aangelegd enhe t is debedoelin g om tussenEp e en Gronau een derde te projekteren.He t doel van dereguleringsbekken s is de opvang van overtollig Dinkelwater zodat de stad Gronau niet meer dan een afvoer van 52m /sek .behoef t te verwerken.D e huidige situatie is echter nog dusdanig dat de situatie inGrona u albijn akritie k wordt als de stad 30m /sek .aangevoer d krijgt. (Januari 1968) , Het isnie t mogelijk de afvoercapaciteit van 50naa r 52m /sek .doo r het verrichten vanwerkzaamhede n in de stad Gronau zelf te bewerkstelligen. De bebouwing rond de dinkelbedding enda n vooral de 375mete r lange overkluizing vormen een groot obstakel.D e topafvoer-capaciteit valt alleen te realiseren door dewaterstan d benedenstrooms teverlagen , hetgeen door het groter wordende verval een snellerewaterafvoe r garan­ deert.Tegenwoordi g zorgt het niet gekanaliseerde Nederlandse zomerbed voor de opstuwing van dewaterstande n inGronau »

2.Reaktie op de Duitse normaliseringsplannen. We hebben hier dus temake n met eennie t voorzien gevolg van menselijk ingrijpen,zoal s in het voorgaande ook al werd aangetoond. Duitsland meende zijnagrarisch e gebieden van waterovlast tekunne n vrijwaren door de Dinkel tekanalisere n boven- zowel als benedenstrooms vanGronau . Deze maatregelen zouden bijd eruilverkavelingswerkzaamhede n genomen kunnen worden.Hierdoo r wordt de lengte van de stroom sterk ingekort en het bufferend karakter van het zomerbed aangetast,hetgee n bijsterk e regenval tot het opvoeren van het voorkomen van top-waterhoogtes leidt.. Tel hier nog bijo p het optimaliseren van de stadsriolering die voor een snelle afvoer van regenwater in debee k zorgen anhe t wegvallen van de sponswerking van woeste gronden en venen,da n zalhe t duidelijk zijn -je-

dat dezewerkzaamhede n voor het direkt-betrokken gebied een oplossing schijnt te vormen,doc hwateroverlas t problemen van benedenstroomse gebieden verergeren. Voor het tot stand brengen van de verlaging van dewaterstan d beneden­ strooms om de stad Gronau de afvoer-capaciteit van 52m /eek .t e geven is gedacht aan het normaliseren van deDinke l opNederland s grondgebied. Deze normalisatie zalbeginne n met het reeds verdiepte deel over een lengte van 900mete r op Duits gebied,d enormalisati e van 3000mete r Dinkel tot *f00mete r benedenstrooms van deZoekerbru g vermeerderd met een overganszone van enkele honderdenmeters .

.?.Waterstaatkundig e.^gevolge nva n deDinkelnormalisatie . De Stad Gronau heeft dusbelan g bijee nwaterstaatkundig e oplossing die kan bewerkstelligen dat de stad eenafvoe r van 52m /sek .ka n verwerken en geenwateroverlas t ondervindt van de geringe bergingskapaciteit van hetNederlands e zomerbed,hetgee n een terugstuwing van water inDuits ­ land tot gevolg heeft.Voo r het eerstekriteriu m is deafmetin g van de overkluizing in Gronau zelf de limiterende faktor.Zi jvervul t de funktie van trechter opening.D e normalisatie heeft geen invloed ophe t water- regime vanGronau ,zoda t de stad wateroverlast blijft ondervinden bij eenafvoe r vanmee r dan 52m3/sek , Aan het tweedekriteriu m zoumoete nworde n voldaan door over tegaa n tot normalisatie van een gedeelte van de opNederland s grondgebied ge­ legen Dinkel,zoal s inhe t vorige deeluitee n isgezet . Indien ik mijzuive r beperk tot dewaterstaatkundig e aspekten,wa tzij n dan de gevolgen van deze normalisatie? Voor de gevolgen van deze normalisatie op faunistisch,floristisc h en landschappelijk vlak kan ik verwijzennaa r de hoofdstukken II enIII ,d e sociaal-ekonomische gevolgen worden verderop nog toegelicht. Allereerst kunnen we vaststellen dat denormalisati e niet van invloed is op de in ho u d van dehoogwatergolf ,omda t daarvoor dewaarde n van het afwateringsgebied en deafvoerfaktore n van belang zijn.Eveneen s zal door de sterke helling van de zijbekend ewaterstan d daarinnie tbeïn ­ vloed worden,me t uitzondering van die gedeeltes van de zijbekendi e direkt aan de Dinkel grenzen.

Va*tajBL_

Gronau, volgens een oude tekening. -77- VoorNederlan d en dan vooral voor de Dinkelboeren zijnd e volgende aspekten vanbelang : 4.D«afvlakkingstheor ie; D e afvlakkingstheorie vermeldt dat een afvoer- golf tijdenszij nloo p door een afvoerkanaal afvlakt.W ekunne n dit als volgt aanschouwelijk maken.

flTVLflVCKIHg DINKEL(joo l flFVQERCjOLT,

Een hoge afvoergolf verlaat Gronau en zakt onderweg naarNederlan d een beetje in elkaar.Bi jd eNederlands e grens is de hoogte van de golf al afgenomen, de inhoud echter niet.Gaa n wen u de Dinkelgoot doornorma ­ lisatie,verlenge n tot Losser,da n zal de golf de gelegenheid hebben nog ietsmee r af tevlakken .He t gevolg hiervan zal zijnda t er inNederlan d minder inundaties ten gevolge van hoge afvoergolven plaats zullenvinden . Toch wordt dewaarhei d schade aangedaan indien hieruit zouworde nopge ­ maakt dat door normalisatie-werkzaamheden de hoogwaterlijn dusdanig zou afvlakken dat inundaties tot het verleden zouden gaan behoren.I k citeer deWaterstaatkundig e Inventarisatie-gebied Bovendinkel-Zwolle maart 1969«

•' "De verlaging van demaatgevend e hoogwaterlijn opNederland s gebied isnie t zodanig groot datHierdoo r geen inundaties vanhë twinter ­ bed meer zullen optreden (blz. 8)

Het enige dat enigermate zal veranderen zijnd e frequenties van voorkomen van de verschillende waterdiepten met bijbehorende stroomsnelheden per jaar.Oo k zal dehbogwatergol f in eenkort e tijdhe t genormaliseerde gedeelte passeren.(blz.9 )

Rekening moet worden gehouden met het veelvuldig optreden van de inundaties niet alleen in dewinte r doch ook in de zomertenge ­ volge van de verdere verbeteringen van deafwaterin g opDuit s en Nederlands gebied.He t afvlakken van deafvoertoppe n op Duits gebied zal tot gevolg hebben dat de afvoertoppen niet groter zullen worden,doc h de duur van de inundaties zal daardoor ver­ lengd worden.(blz.11 )

Als de maatgevende afvoer door Gronau samenvalt met groteaf ­ voeren van de Bovendinkel opNederland s gebied,welk e laatste door de uitvoering van verbeteringswerken in het Nederlands stroomgebied nog belangrijk kunnen toenemen,da nkunne nbi j Losser zeerwe lwaterstande n voorkomen die enige tientallen centimeters hoger zijnda n de tot op heden aldaar voorgekomen hoogste waterstanden.(blz. 16) -Te- Door denormalisati e wordt geen wijziginggebrach t in de grootte van de afvoeren en de daarbijbehorend e waterstanden op deDinke l benedenstrooms.Allee n ishe t mogelijk dat de frequentie van het optreden van de verschillende inundatiediepten in het winterbed zich iets wijzigti n die zin,da t ondiepe inundaties iets vaker en inundaties met grote waterdieptes ietsminde r vaak zullen voorkomen, (blz.20-21) "

5.Nieuw e waterstaatkundige ingrepen De inundaties begonnen in het Dinkeldal op te treden nadat in deboven ­ loop veranderingen inhe twaterregim e waren aangebracht.I k denkhierbi j aan de ontginning van woeste gronden envenen ,d e "Flur—bereinungen", dekanalisati e van deFlörbac h en deRuenbergerbee k en het optimaliseren van de drainage van zowel agrarische als stedelijkegebieden .

"Overplanne n tot verbetering van deRavenhorsterbee k isoverle g met de betreffende grenscommissie gaande.Doo r de verbetering van de ontwateringen in de stroomgebieden van debeid e eerstgenoemde beken (Flörbach enRuenbergerbeek)i s de frequentie van optreden * jjanwateroverlas t in deze beekdalen toegenomen (blz.5)

In het agrarische gebied bijGlanerbru g isi n debovenloo p van de Huetinkbeek op initiatief van de plaatselijke boeren door deKon « Ned.Heideraaatschappi jee nverbeteringspla n uitgevoerd.Bi jdi t plan is geen aandacht geschonken aan de invloed van dezeverbete ­ ring op de ontwatering benedenstrooms, (blz.6 )

Voordat zalworde n besloten tot een ingrijpende vernieuwing van de Glanerbeek dient te worden nagegaan of het verantwoord ist e kunnen volstaan met het maken van een reguleringsbekken boven- strooms van Glanerbrug. (blz.6 )

Bovendien moet niet wórden vergeten dat inhe t stroomgebied van de Dinkel in Duitsland ongetwijfeld nog allerlei werken zullen worden uitgevoerd,waardoo r ookklein e wijzigingen in het regime vanhe t riviertje kunnen worden verwacht;weliswaa r zalvoo r werken met belangrijke invloed opNederland s gebied ingevolge het Nederlands-Duitse grensverdrag'vooraf overeenstemming metNeder ­ land moeten zijnverkregen ,maa r dat kan moeilijk geëist worden voor iedere kleine verbetering van de afwatering op Duits gebied, diei n theorie ook enige invloed zalhebbe n op dehoogwatergolf . Inhe t kader van deverbeterin g van de Puntbeek is onlangso m een verruiming van deze beek inhe t natuurreservaat te Punthuizen opNederland s gebied tevermijden ,med e opverzoe k van hetStaats ­ bosbeheer en in overleg met de Duitse organen besloten om een deel van het (Duitse)bovenstroomsgebie d van deze beek af te leiden naar de Ravenhorsterbeek, diebenede n Losser in de Dinkeluitmondt . Ook een verbetering van de zijbekeno pNederland s gebied zal van invloed zijno phe t afvoerregime .O m al deze redenen kan men onmoge­ lijkd e Dinkel beneden Losser als een geheel statisch systeem be­ schouwen,waarva n het onmogelijk zou zijnieder e kleine wijzigingi n de vorm en de frequentie van de optredende hoogwatergolven te voorkomen(blz.9) " fr.Alternatieven .

Naar aanleiding van de conclusie uit het vorige deelhoofdstuk ten aanzien van de toekomstige inundatiefrequentie in hetBovendinkel - gebied zali n het onderstaande een opsomming enafwegin g plaatsvinden vanbeleidsvoorstelle n die voor hetmogelij koplosse n van de problemen in dit gebied zijngedaan .

».Kanalisatiese nnormalisaties . In i960heef t deKon .Ned .Heidemaatschappi jee n zeer globaal planopge ­ steld om de gehele Bovendinkel te normaliseren.Hiero p zouden eentwee ­ taluitzonderinge n worden gemaakt tenaanzie n van de gedeeltesbi jLosse r enhe t Lutterzand.Ee n omleiding van het Dinkelbed zouhe t oorspronkelijke dalonaangetas t moeten laten,gele t ophaa rhog e natuurwetenschappelijke waarde.D enormalisati e zou eenbodembreedt e van 6m.,ee n diepte van 3,5 à 4mete r en eenbovenbreedt e van 30à 35mete r betekenen.Verde r zou de stroomsnelheid door een aantal stuwen moeten wordenbeperkt . Dezenormalisati e zou eenafvoer,va n4 0nr/sek .bi jd e grens inhouden, die zoukunne n toenemen tot 70nr/sek .bi jhe t verdeelwerk.

Het eerste bezwaar tegen dit plan isva n financiëleaard .D ekoste n die in i960o p3i 5miljoe n werden geraamd zouden volgens decijfer sui t 1969 al 10miljoe n bedragen en te hoog zijnvoo r de grootte van 420ha .welk e hierbijbelan gheeft .Te n tweede valt een dergelijkpla nnie t terijme n met de bestemming dienagenoe g het gehele Dinkeldal inhe t streekplan Twente is toegekend,namelij k die vannatuurmonument .D enatuurlijk e en landschappelijke waardeiva nhe t natuurmonument bestaanbi jd e gratie van eenkronkelende ,zic hsteed s verleggende,inunderend e en tussen steile orversdoorlopend e beek.D e Dinkel zouzij nwaard e verliezen indien de omleidingskanalen ervoor zouden zorgen dat ze slechts 10m /sek .zo u krijgent everwerken .He t derde bezwaar is van zuiver technische aard. Ik refereer meaa n deconclusi e van.,he t onderzoek dat de studiedienst van deKon .Ned .Heidemaatschappij ,i n opdracht van de gemeenteLosser , heeft samengevat in eenbrie f van 20dec .1965 *

" Uit de afvoergegevens blijktda t het niet reelza l zijnmaatre ­ gelen te treffen,waarbi jafvoere n vanbijvoorbeel d 66m /sek . (bijd e "Poppenbrug)( 1maa l 100jaar )worde n gereduceerd tot l8m/sek . Hiertoe zou opbasi sva n deverkrege n gegevensnabi jd eEotermans - brug een reservoir zijnbenodig d voor liefst 3miljoe n m effektieve inhoud,hetgee n eennie t te realiseren ingreep binnen het betrok­ ken gebied zoubetekenen . Een omleidingskanaal biedt mogelijkheden,doc h een dergelijk groot kanaalbovenstroom s vanhe t reeds gegraven omleidingskanaal zal uit beleidsoverwegingen weinig kansen hebben.He t enige waartoe men zoukunne n besluiten is eenreducti e van demaximal e afvoer 1 maal per 10 jaar,du sva n 48m /sek. ,to t de jaarlijksvoorkomend e maximale afvoer,waarbi jd ebetrekkelijk e geringe inundaties (natuur­ bescherming)mi n ofmee r gehandhaafd blijvene nd e 1maa lpe r 100 jaar optredende inundaties nog enigermate wordenbeperkt . Voor reductie van 48m /sek .to t 33nr/sek .i s echter eenreductie ­ reservoir met een effectieve inhoud van rond 1,2 miljoen m .vereist . Dit reservoir dat in de omgeving van Losser zoumoete n wordenge - projekteerd, vereist inverban d met eenmaximaa l stuwpeilva n de Dinkel en de hydrologische entopografisch e gesteldheid vanhe t gebied,ove r 100ha .ee n grondverzet datminsten s gelijkza lzij n aanbovengenoemd e effectieve berging (1,2milgoe nm .) Gezien het beoogde resultaat lijktaanle g van het reductiereservoir ook in dit geval een te omvangrijke ingreep enza l eenomleidings ­ kanaal (cap.1 5nr/sek. )onze s inziens een re'èlereoplossin g kunnen bieden" -ft)- Allereerst wilde ik ingaan ophe t reservoir dat een capaciteit van 3 miljoenm zou moeten hebben,hetgee n overigens overeenkomt met de inhoud van het huidige winterbed van de Dinkel van ca. k20 ha.bi jee n waterdiepte van 70 cm. Zowel op grond van ervaringen met het bergingsreservoir van hetwater ­ schapVollenhov e als op grond van gegevens omtrent de inhoud van de hoogwatergolven blijkt dat " de berekende reservoirinhoudenwaarschijn ­ lijkt eklei n zijnberekend " (Waterstaat 1969)Di t laatste geldt inver ­ sterkte mate voor het reservoir van 1,2 miljoen m .Hierbi jdien t verder teworde n opgemerkt dat het opofferen van 100ha .gron d voor deber ­ gingsvijver onrendabel lijktte n opzichte van de42 0ha .waarva n het aan­ tal inundaties wel zalworde n verminderd, doch zekernie t kanworde n op­ geheven. __ Als alternatief voor debergingsvijve r stelt deHeidemi jhe t aanleggen van een omleidingskanaal met een afvoer van 15ra /«ek .voor .Voo r dit 16km .lang ekanaa l zal,bi jee nwaterdiept e van 2m . een bodembreedte van 11meter ,ee n Talud van 1.2 en een stroomsnelheid van 0,5 m/sek . een oppervlakte van omstreeks 70ha .zij ngemoei d bijee n grondverzet van 8OO.OOOm •Gaa nw eui t van de Duitse gegevens omtrent de frequentie van grote afvoeren en de afvoer/waterstandsgrafiek van de studiedienst van Rijkswaterstaat danblijk tmèt :ee nkanaa l niet een afvoer van 15m /sek . maar van 30m /sek .nodi g te zijn.Echte r de afvlakking in het kanaal zalvee l geringer zijnda n de grote afvlakkende werking van hetwinter ­ bed.He t effekt van eenverminderd e afvlakking kan ophaa r beurt worden gekompenseerd door dekapacitei t vanhe t omleidingskanaal langsd e Benedendinkel met 5J3% °P *e voeren of de capaciteit van het zomerbed van debovendinke l tussen Losser enhe t verdeelwerk op te voeren tot 30m /sek .Dez e verruiming van het zomerbed zouwee r eenafvlakkings - vergroting met zichme ebrenge n van eenkwar t hetgeen op de baggerwerk- zaamhedenaa n het omleidingskanaal eenbesparin g vanƒ 500.000,--o p een totaalbedra g vanƒ 3*500.000,— zou betekenen. Hierbijdien t men erme t nadruk op te worden gewezen dat al dezewerk ­ zaamheden enonkoste n slecht-te n doelhebbe n het aantal zomerinundaties tebeperken .

E.Conclusi e Kanalisaties ennormalisaties . Samenvattend kunnen we de volgendekostentabe l opstellen aan dehan d van het cijfermateriaal uit 1969: Normalisatie grens totLosse r _ƒ 2^000.000,-- OmleidingskanaalLosser-verdeelwer k 15m ƒ 6.500.000,— Verruiming zomerbed Losser-verdeelwerk naar 30 vP. , ƒ 3.500.000,« Omleidingskanaal grens-verdeelwerk 30nT ƒ12.000.000,— Reguleringsbekken 1,2 miljoen m • ƒ 7*000.000,~ Normalisatie Dinkel i960. ƒ10.000.000,—

De jaarlijksweerkerend e onderhoudskosten per projekt zijnnie t opgenomen.

Zoals aangetoond ishe t effekt van denormalisati eja n de grensto t Losser volstrekt ontoereikend tenoemen .Di twer k vanƒ 2.000.000,— zou dusminsten s moeten worden uitgebreid met of een omleidingskanaal,o f een zomerbed-verruiming.Di tbreng t dekoste n op 8,5 respectievelijk op5« 5miljoe n gulden. Tegenwoordig wordt een richtprijsva n ƒ1000,— per ha.va n een gebied voor verbeteringswerken aan het hoofdafwateringsstelsel gehanteerd.I n het Dinkeldal stroomt regelmatig circa 360ha .cultuurgron d onder.Hier ­ uit volgt dat men voor verbetering aan deze situatie slechts ƒ 36O.OOO,— zoumoge n uittrekken. -81- Aangezien deze werken geen afdoende verbetering-inhouden, zouden ze minder dan het richtbedrag vanƒ 36O.OOO,— mogen vergen. Het zal duidelijk zijn,da t het uitvoeren van de voorgestelde werken, vooral ten gevolge van Duitse belangen enmed e ten bate van agrarische belangen, economisch volstrekt onverantwoord zijn. Men dient er zich rekenschap van te geven dat het uitvoeren vanboven ­ genoemde werken niet slechts vanwege economische^uïtgesloten moet worden; zowel debestemmin g Natuurmonument als de waterstaatkundige wenselijkheid om de lage gronden in het Dinkeldal als winterbed te laten funktioneren onderstrepen dit op formele gronden.Daarnaas t dient in de overweging te worden betrokken welke waarde het dinkeldal op lokaal, regionaal en internationaal niveau heeft,wa t betreft haar faunistische,-floristische,landschappelijke ,cultuurhistorisch e en rekreatieve aspekten, zoals dat gepoogd isui t te drukken in haar planologische bestemming (zie:Gongrij p 1976.D eGroen e Staart blz.20 . RIN.afdelin g Geografie)

Miljoen gulden voor rivierverbetering NAGEKOMEN BERICHT „GLANERBEEK. ENSCHEDE— Voo ree nbedra gva n ruim een miljoen guldenza ld eGla - -ttcrbeek bij Enschede Ingrijpend worden verbeterd op basis van een Bijhe t ter perse gaan vanhe t Dinkelboek vernamen plan van Heidemij Nederland. Het algemeen bestuur van het wa­ wij dathe t waterschap Regge enDinke l opbasi sva n terschap Regge en Dinkel heeft dit een plan van deHeidemi j er toe zalovergaa n om de gisteren besloten. Het doel is een Glanerbeek "ingrijpend" teverbeteren .Oo k deze akti- etadt emake n aanveelvuldig eover ­ stromingen in een deel van het viteieten worden vanuit depur e praktijk zonder Twentse grensgebied. De capaciteit rekening tehoude n met delanger e termijn perspektieven van de Glanerbeek is nu te gering. ondernomen.Immers,d e argumenten die zijn gebruikt om In verband methu ngrot enatuurwe ­ tenschappelijke waarde blijven en­ tothe t opstellen van het Dinkelconvenant tekome n kele delenva nd eviereneenhalv eki ­ worden ook jier opgevoerd en ze zijn inhe t Dinkelboek lometer lange beek in hun huidige duidelijk ondergaaven. staat gehandhaafd. In totaal betreft dit 1300meter .N ajare n vanoverle g Allereerst vindt de besluitvorming weer plaats buiten te met natuurbescherming een de bevolking om,d e boeren hebben geen zekerheid compromis bereikt.Ee naanta linge ­ over de omvang van de beheersvergoedingen mochten deze landenza lhierdoo rnie tkunne npro ­ fiteren van de verbeteringswerken. tot stand komen,d ekoste n zijn in vergelijking met Voor henza lee n beheersvergoeding derichtprij s voor het onderhavige gebied weer veel te worden gevraagd. Het waterschap ontvangtvoo rdi tprojec tzowe lDuit ­ hoog (F I.O6O.OOO,-) ,he t proces van verzeldzaming se als Nederlandse financiële steun. van natuurlijke gebiedenword t onverminderd voortgezet Deverbeteringe nzulle nno gdi tjaa r ondanks de "groene"uitsprake n gedaan in hetDinkel ­ beginnen. THOÜW 11.2.77. , convenant en deproblematie k van de Dinkel zelf zal wederom verslechteren^ hetwate r zalwee r sneller in grotere hoeveelheden in deDinke l terecht komen en daar zeker de frequentie van het aantal inunda tiesnie t doen afnemen.He t plan is o.a. bedoeld om het aantal omvangrijk e (!! )inundatie s tevermindere n en denieuwbou w van Glanerbrug een goede afwatering te geven.Me t uitzondering van een enkel gedeelte wordt de gehele beek "berbeterd" en opgeschoond. Nu dekanalisatie-kw e stie zichuitbfceid tva n de Dinkel naar deGlanerbeek ,vra t voor de andere twents e beken tevrezen . De auteurs hopen dat men, ten tijde vanhe t ontwikkelen van perspektieven voor de langere termi jn, den u opgestelde plannen inheroverwegin g wilneme n en in afwachting van een besluit hieromtrent dewerkzaamhede n wil opschorten. Het zal de betrokken bestuurders duidelijk zijn dat een dergelijke stuitende wijze van besluitvorming,hoewe lwellich t formeel juist,buite n de demokratische beginselen om en zonder inach t nemeingva n de nationale betekenis van het onderhavigefcebied nie t langer gedoogd kanworden!!!! ! -82-

DEELI V BELEIDSVOORSTEL.

Hoofdstak1. 1.Inhe teerst edee lva ndi tboe kzij nd enatuur-historisch e aspektenva n hetDinkelgebie dbelicht;ui tliteratuurstudi e eneige nonderzoe ki s geconcludeerd datd eeko-systeme ni nhe tdinkelda lee nweliswaa rreed s aangetaste dochno gsteed songeken dgrot evariati eaa nlandschappelijk- , floristische-e nfaunistisch eelemente nbezitten .E ri sgetrach tvoor ­ spellingen tedoe nove rd egevolge nva nd evoorgenome ncultuur-technisch e enwaterstaatkundig eingrepeno pdez eekosystemen .Bovendie nwerde npe r beekno gverder eaanbevelinge ngedaan• (Zi edee lIII.) . Inhe ttweed edee lkwame nd ewaterstaatkundig easpekte nva nd eDinkel - problematiekaa nbod .Allereers tzij nw eingegaa no pd egeschiedeni s vand eTwents ewaterwegen .Ui tdi tgedeelt ekunne nw ekonkludere nda t veranderingeni nhe teconomisc hklimaa tinvloe dhebbe no pd evor mva n hetlandschap .Di twer dzichtbaa rdoo rhe taanlegge nva nnieuw ewater ­ wegene nhe tverbetere nva nd ebestaande ,te ngevolg eva nd everanderinge n ind eindustriël esektor.Verde rdien thierbi jgedach tt eworde naa nd e invloedendi edirek te nindirek tt emake nhadde nme tander ed eökonomisch e omstandighedenzoal sHanzestede n (blz. 6s),markegronde n(blz .1 0)« nd e industriëlerevoluti e (blz*6s)* Deinvloedsveranderinge no phe tlandscha pdi evi ad elandbou wplaat shebbe n gevonden,zijnverlope n doorLandna m (blz.8,^5),markegronden(blz.1 0) , kunstmest (blz*6 9) e nd eschaalvergrotin g (blz*-t t )• Aandez ehe tlandscha pbepalende ,veranderinge ni nd eproduktieverhoudinge n liggend etechnisch everworvenhede nte ngrondslag .Di tleidd ei neerst e instantie totontgrondingen(l^,éff),daarn ato tontginnin gva nd ewoest e gronden(ß,68),he tdrooglegge nva nd evene ne nmoerassen,kanalisatie se n normalisaties(fc s- 6~j )to td ehuidig edrainag eva nd eagrarisch ee n stedelijkegebieden . Doorhe twegvalle nva na ldez ereuze-sponze nna md ebu fArend ewerkin gva n hetDinkelregim eaf ,temee rdaa rhe tbeekda ldoo rd enormalisatiewerk - zaamhedenwer dverkort . -, Aangeziend eoverkluizin gi nd esta dGrona unie tmee rda n5 2m /sec .ka n latenpasseren ,i sd eDinke lbenedenstroom sto td egren saangepas taa n dezeafvoer.Dez e waardeza leen si nd e1 0a 2 0jaa rbereik tkunne nworden * Desituati ei nGrona uword tn ua lkritie kbi jee nafvoe rva n3 0m /sec . Ditkom t doordathe tregenwate r doord enormalisatie se nrioleringe n ent esne li nee nt ekor ttijdsbeste ke ni nt egrot ehoeveelhede ni nd e Dinkelgootterech tkom t end eda nz ogevormd ewatergol fbi jhe tbereike n vanhe tnie tgenormaliseerde ,nederlands edee lva nd eDinke lee nterug ­ stuwingveroorzaakt . Omd ekan so pwateroverlas ti nGrona ut e verminderenword tvoorgestel di nhe t convenantd eDinke lto tLosse rt ekana ­ liseren.Ditheef techte rto tgevol gda t hetaanta linundatie so pnederland sge ­ biedza ltoe*nemen(zi eblz.f^) » Ditpla ndien tafgeweze n teworde nomd * deagrarisch ebelange ngeschaa dzulle n worden(zieblz."f^),d eekologisch ewaar ­ denva ndi tnatuurmonumen t ernstigzul ­ lenworde naangetast(zi edee lIII),be ­ nevensd eonverantwoor dhog ekoste ndi e gemoeidzulle nzij nme tdez ewerken(blz.Ä )) , dieeerde ree nverslechterin gda nee n verbeteringva nd ewaterstaatkundig esi ­ tuatiezulle nbetekenen . -83-

2.Hetconvenan t enhe t bestemmingsplan. Het convenant dat de bovengenoemde normalisatie regelt is afgesloten op 27 januari 1976 teUtrecht.Daarbi jware n betrokken: de vertegenwoordigers van delandbouworganisatie s in het gebied van deBoven-Dinkel ; -het ministerie van cultuur,recreatie enmaatschappelij k werk (DirectieNatuurbehou d enopenluchtrecreatie ); -het ministerie van financiën(dienst der domeinen); -Het ministerie van landbouw envisserij(cultuurtechnisch edienst , -directie beheer landbouwgronden,staatsbosbeheer); -hetministeri e vanverkee r enwaterstaatïrijkswaterstaat ); -gedeputeerde staten van de provincieOverijssel ; -het dagelijksbestuu r vanhe t waterschapRegg e enDinkel ; -het college van burgemeester enwethouder s van degemeent eLosser . Het convenant hpudt in dat de Stichting BeheerLandbouwgrènde n (SBL)ca.*fO Oha .i nhe t Dinkeldal tussen Zoekerbrug en verdeelwerk aankoopt onder de overeengekomen voorwaarden van de zg.vertrouwens ­ commissie enaa n de boeren verpacht.Verder zalonderzoch t dienen te worden ofo p de gronden die gehandicapt worden doorwateroverlas t de EEG-bergboerenregeling enverder e beheersregelingen uit deRelatie ­ nota van toepassing kunnenzijn . Het toepassen van de bergboerenregeling end ebeheersregelinge n uit de relatienota ispa s danmogelijk,indie nd eRijksplanologisch eCommis ­ sie het Dinkeldalgebied aanwijstal s gebied waarop derelatienot abi j voorrang van toepassing zal zijn.Hieroverzij nno g geen formele toe­ zeggingen gedaan,hoewelhe t bestemmingsplan van de gemeente Losser reedsii udi e richtingwijst . Alle bovengenoemde betrokken partijengaa n erachte r welva nuit,da t die regelingen zullen worden toegepast,geleto p de positieveopstel ­ lingzoal s dat blijktui t hetvoorlopi g verslagva n debijzonder e kamercommissie enomda t debegrotin g van hetministeri e van landbouw envisserij,waari nee n post hiervoor was opgenomen,is aanvaard. Verder heeft denatuurbeschermingsconsulen t van staatsbosbeheer van een "verklaring van geenbezwaar "a fgegeven,i nhe tkade r van denatuurbeschermingsbeschikkin g van 19^0,tenaanzie nva n dedoof c het waterschap uit tevoere n plannen voor deBoven-Dinkel . Dit behelst eengrot e opschoningsbeurt voorhe t gedeelte van de Zoekerbrug tot het verdeelwerk bijd eBewborgsebrug,waarbi jd eBoven - Dinkel zal worden gebracht op deliggerafmetinge n van 6 tot1 0mete r in derichtin g van het verdeelwerk. Voortskrijg the t waterschap Regge en Dinkel een jaarlijksevergoedin g vanƒ 1,25 (prijspeil1975 )pe rmete r profiellengte voor de meerkosten van het onderhoud van denatuurwetenschappelijk e en landschappelijke belangrijke Dinkel.Dezemeerkoste n zijni.v.m ."milieubewustere",duur ­ dere onderhoudstechnieken. Ik citeer nu het convenant(blz.4): „3.1«Voor het gedeelte van de Bovendinkel tussen Zoekerbrug enhe t verdeelwerk(ca.19 km.)zal een door het waterschap opgesteld planworde n uitgevoerd overeenkomstig de situatietekeningen, delengteprofiele n en de dwarsprofielen,zoals deze door dena ­ tuurbeschermingsconsulent vanhe t Staatsbosbeheer in de pro­ vincie Overijssel zijnaccoor d bevonden.( ...) 3.k.Gedeputeerde Staten vanOverijsse lza l teroplo s singva n de Bovendinkelproblematiek bevorderen,dat,alseenmalig ebijdrag» , ƒ A-00.000aa n het Waterschap Regge enDinke lword t betaalé door de provincieOverijsse l ophe t moment dat het feitelijke onderhoud wordt overgedragen. 3.5.Rijkswaterstaat zal ter oplossing van de Bovendinkelproblematiek, als eenmalige bijdrage,/^00.00 0aa n hetWaterscha pRegg e en Dinkel betalen ophe t moment dat het feitelijke onderhoud wordt overgedragen. -84-

3«6»De Dienst der Domeinen betaalt -eveneens zodra het onderhoud volledig door hetWaterscha pRegg e enDinke li s overgenomen - ƒ 100.000aa n hetWaterscha p naast debijdrag eaa n deCultuur ­ technische Dienst bedoeld in 3«1«(«*«) **.Devoorgaand e regelingen gelden slechts onder het voorbehoud, dat debelemmeringe n worden weggenomen,die deverbeterin gva n de Bovendinkel tussen deDuits e grense nZoekerbru g in dewe g staan,daartoezal : ^•1»Gedeputeerde Statenva nOverijsse lbevorderen,da t deze verbete­ ring,onder directie van Provinciale Waterstaat,wordt uitgevoerd *f.2.HetCjolleg eva n Burgemeesters enWethouder sva n de gemeente Losser bevorderen dathe t beroepsschriftbi jd eKroo nword t in­ getrokken,hetwelk debedoeld e kanalisatie in dewe g staat en dat debenodigd e planologische maatregelenworde n genomen* DitColleg e zal eveneenshaa r medewerking verlenenaa n het onder 3»1» bedoelde plan."(einde citaat). Voorts citeer ik deagend a van de Provinciale Statenva nOverijsse l (Nr.62.13apri l 1976): i "Wijhechte n grotewaard e aan deharmonierin g van de verschillende bijd e problematiek van het Bovendinkelgebiedbetrokke n belangen^ (waaronder met name belangen van landbouw,natuurbescherminge n waterhuishouding)• ¥it dienhoofd e juichenwi jhe t dan ook toe,dat thansme t medewerking vanall ebetrokkene n op dehierv66 r omschrevenbasi see n integrale oplossing voor deBovendinkelproblematie k tot standko nkomen . Gezien het grote belang van het bereikteakkoor d achtenwi jhe t in dit bijzondere gevalverantwoord,oo kva n provinciewege eeneen ­ malige financiëlebijdrag ei n de oplossingva n deBovendinkelproble ­ matiek beschikbaar testellen . Wijmerke n daarbijno g op,dat eenafdoend e regelingva nhe t toekom­ stige onderhoud vàn deBovendinke l zowelui t eehioogpuntvan:water ­ huishouding alsva nnatuurbeschermin g van groot belangis . HetWaterscha pRegg e enDinke lneem t door deovernam eva nhe tonder ­ houdva n de Bovendinkel financiëleverplichtinge n op zich,welke in ditgeva l gezien debetrokke n belangen redelijkerwijzenie tuitslui ­ tend tenlast e van de betreffende ingelanden dienen tekomen.Oo k uit dit oogpuntbezien,i she tverlene n van een financiëlebijdrag e aanhe tWaterscha p inhe t onderhavige gevalon sinzien so p zijn plaats."(einde citaat).

Het behoeft verder weiniguitle g dathe t plotselingvrijkome n van deze grote sommen geldsvanui t de EEG-bergboerenregeling,de beheersregelingen uit derelatienota,va n deCultuurtechnisch e Dienst die dekoste nva n deuitvoerin g voor 100%draagt,va nCRM,di eƒ 1.25 permete r profiellengte betaalt,de h tonva nGS,d e k tonva nRijks ­ waterstaat en de ene tonva n de Dienst der Domeinennie t alleen bedoeld zijnvoo r de "harmoniering"va n deverschillend e bijd e pro­ blematiek betrokken belangenwaaronde r m#tnam elandbouw,natuurbe ­ scherming enwaterhuishouding . We weten immers dat deze werken geen daadwerkelijke oplossing van dewateroverlas t betekenen(blz.yf) Het convenant is eenmidde l voor planologische besluitvorming dat geen inspraak,laat staan medezeggenschap toelaat.Heti sbedoel d voorkwesties,waari n democratie als "procedure-vertragend" en "hin­ derlijk"word t ervaren,door overheden,dien u zélf een "oplossing"for- ceren.Zo worden zelfsbelangengroepe n in debevolking(boeren,milieu ­ groepen)volledi g buiten spel gezetlHethoef tverde r geenbetoog,da t het Dinkelconvenant in strijdi sme t de demokratische beginselen van onze samenleving,enoo kui t dienhoofd e ishe t in het convenantbesloten e ten zeerste tebetreurenl ! -85- Hoofdstuk 2.

VOORSTKL 1.Inleiding. Het isverheugen d te kunnen constateren dat er zichmomentee l een verschuiving voordoetbi jd ebeleidsvoerend e instanties t.a.v.denatuur . Dat blijktui t deuitsprake n van deprovincie,he twaterschap,e nhe t RIK tenaanzie n vand ehog e natuurwetenschappelijkewaard e vanhe t Dinkelge- bied.Nietlange r wordt denatuu r ind eplanologisch e besluitvorming gezien als een ondergeschikt element tegenover economische,waterstaat­ kundige,verkeerstechnische,agrarische,industriël e belangen,maar als een wezenlijk onderdeelva n eenmaatschappelij k welzyn. Aangezien we in Nederland nog slechts 5%va n onsoppervla k aan "natuur­ lek terrein"ove rhebben,dien tdi t element zeer zwaar tewegen . Deb y het convenant betrokkenpartye nhebbe ndi t ookingezien.O m het Dinkeldal zovee lmogely k onaangetast telaten,confor m haarplanolo ­ gische bestemming,isbeslote n op grote schaal financiële bronnenhiefcjto e aan te spreken. Het gevolg is echter: -Eenaanzienlij k gedeelteva n het Dinkeldal wordt zodanigaangepakt , dattoc hd e gevolgenvoo rnatmu re nlandscha p desastreus genoemd kunnen worden, -Dezewerkzaamhede n betekenen geenwaterhuishoudkundig e oplossing, doch opnederland s gebied eerder eenverslechterin g door een toe­ nemend aantalinundaties . -Deboere n blijvengehandicap t doorwateroverlas t en zienhu n tocha l zwakke concurrentiepositie totd e gemiddelde nederlandse boerno g verder aangetast. -Dezewerke n zijnbedoel d om ekologische endu splanologisch e fouten op Duits grondgebied te corrigeren. -Deze werken betekenen slechts eenverkleinin g van dekan s opx,ra.ter - overlast inGronau .

2.Stichting Beheer Landbouwgronden(SBL). Heti slogisc h dat er eenoverlegsituati e moetworde n geschapen,waar­ inall emeespelend e belangen,metnam edi e aand en atuur ,landbou w en waterhuishouding inharmoni e kunnenworde n gecombineerd. Opkopenva n de landbouwgronden enverpachte n aand e boerendoo r SBLlijk t daarvoor aanvankelijk een goede stap.Hetkos t-b y nadere beschouwing- de gemeenschap echter handenvo l geld enhe tdreig td e boeren in eenon - dergeschiktere positie teduwen.Terech tmake n zijzic h 2orgen overhun:. : zeggenschap indeze . Wehebbe n sterkd e indruk datd e opkoping door SRLd e aandacht vand e lobbyvoo r de diverse financiële coapensatieregelingen(alsdaa r z'jnd e bergboerenregeleing end e regeli ngeni nhe tkade rva nd e relatienota) inhe tvergeetboe k kandrukken,e nhet strevenva n overheidsmacht over de Dinkelboerenhierme e totuitdrukkin g komt. Er dient o.i. eengelijkw ardige r overlegorgaan teworde n ingesteld,waar­ ind erelati e tunsenall edirec t betragenen enindirec t belanghebbenden in het Dinkeldal -bedoeld worden agrarische belangen(boeren,3RL),water­ staatkundige enbestuurlijk ebelange n end emaatschappelijk ebel. --ngen(na ­ tuurbeschermingsorganisaties,zowe lbestuurlijke(GB3,RIN)al soppositione - le(Milieufederatie,Natuur'-Kilieu etc.)- dermate democratisch dient te zijm,datd e aandez e belangengroeperingen verbonden ontwikkelingen in gezamelijkoverle g dievrijhei d garanderen,diehe tonderhavig e gebied als gemeenschappelijk belang(e nbi jaankoo p door SBL zelfs reize nschappel'jk bezit!)verdient. Dit Dinkeloverlegorgaan behoort eengoed e coördinatiereet haa r eveneens in te stellen duitse tegenhanger tebewerkstellige n or.e :.totaa l beheer van het waterregitnet ekunne n garanderen. -86-

Behalve (o.i.nie tn a te streven)SBL-pachtregelingenmoe td e grootéte haast worden nagestreefd by het verkrijgenva nd e status,die toepassing vand e ïEG-bergboerenregeling enrelatienota-regelinge n mogelyk maaït, om eenredelijk e compensatie televere nvoo r dedoo r de boeren geleden inkomstenderving ten gevolgeva n de ondervonden wateroverlast. Deze compensatie kan naast een redelijkpachtcontrac t eenbestaansgaran - tie voor langere termen en eenvergelijkbaa rinkome nme td e rest vand e nederlandse bevolking(dat zeervee lmee r isda nander e wereldbewoners datkennen!!)voo rd e boeren betekenen. Deze voorhe t onderhavige,420ha .gret eDinkelda l bedoelde regelingvrij ­ waart de.agrarisch e belangenva n aantasting.

Aangezien devoorgesteld e Dinkelnormalisatiewat betrefthe t oplossen van deproblematie k op waterhuishoudkundig vlak zeker geenafdoend emaat ­ regelma g worden genoemd,stellenw yvoo rhaa rda n ook nietui t tevoeren . Zodoendeword t eennie t onaanzienlijkdee lva nhet natuurmonument d e Dinkel voord edaa r nu eni nd e toekomstlevend e organismen,maar ook voord e natuurminnendemens,bewaard . Tevensbespaart demaatschappi jzic henkel emilioene ngulden s diedez e destructieven enonvolledig e werkzaamheden zoudenvergen .

3.Duitsland. daarnaast dient Duitsland demogelykhede nt eonderzoeke n om deTDin - kelgoot tot eenmee rnatuurlijk eelemen t om tevormen,doo rhe t verrichten van cultuurtechnische werken,die debee k hetwee rmogelij kmake n weer eenmeanderend e loop aan tenemen,di e een groterebufferend e werking zal vertonen tenaanzie nva nd e topafvoeren.Paralel hieraanmoet doorherbe - bossingsprogrammase nverminderin g vand e extreme waterafvoer endrainag e dewa^erbufferend ewerkin g vanhe t Dinkelachterland wordenvergroot . Dit zou goed inhet kade r van een internationaallandschapspar k kunnen, waarin wordt geëxperimenteerd metmens - enmilieuvriendelijke r landbouw- enwaterstaatkundig e methodes,zodatdez e ooit,in een bijgestelde landbouw- enproductiepolitie k tot ekonomisch rendabele factoren kunnen zijngeëvo ­ lueerd. Als overgangsmaatregel dient teworde n overwogenhe tmake n van enkele aanpassingen inhet centrum van Gronau,ind e bovenloop vand e Dinkel en ten aanzienva n dedrainag e- en rioleringsnetwerken.

A.Waterzuivering/Waterkwaliteit. Deprovincial e enlokal e overheden dienen eenkrachti g beleid te ontwikkelen omd evervuilin g van de Difckeltege n te gaan,Ditka n ener­ zijdsgebeure n doorlozinge nva nanorganisc h materiaal tevoorkome n en tot eenabsoluu tminimu m tebeperken,e n anderzijdsdi t ookvoo r organische lozingsproducten tebepleifeè no fwaterzuiveringsinstallatie s teprojec - teren,resp.t eperfectioneren . Door het stringent toepasse nva n e~nd e rgel'jkbelei d kand e Dinkel zich weer tot een levende,natu ;irl'jk ebee kherstelle n eni sd e schadedoo r inundaties aan landbouwgronden doorvervuilin g geminimaliseerd. Ditmaak td e steedsweerkerend e opschoningsmaatregelenôô k om deze reden overbodig,omdat eenlevend erivie r zich zelf tot op beperkte hoogte kan reinigen.Aan hetnut va n herhaalde opschonèngsactiviteitenword t sterk getwijfeldomdot eenbee k veer snel zal overgarm tothe tafzette nva n nieuw zand en slib.(Op de Cultuurtechnische Dienst konr^e non shet tegendeel niet bewijzenrondeazoek was ernooit naa r gedaan!).Deopschoningswerk - zaamheden zullen eerder destructiefwerke n doorhet .aantaste n vand ebeek - reinigende organismen. Voorme e -noodzakelijke!! -detail s wordtme t kien terugverwezen .-^aarDee l III,hoofdstuk 7. -8f- 5«Conclusie. A.Kortetermijn-langg^termjjn ; "Uemënen~hiërT3i jnog~£ ëmoete n aantekenen dat bovengenoemde voorstellen gezienmoete n worden alskortè-tenay n oplossingen. Immersee ngedeeltelij kdoo r regelingen in stand gehouden landbouw biedt oplanger e termyngee n soulaas zónderda t de EEG-landbouwpolitiek wordt aangepakt.Dezelandbouwpolitie k werkt selectief door schaalvergroting hetgeeni nd e laatste 20jaa r de boerenstand gehalveerd heeft.Dezeschaal ­ vergroting brengt ook andere ongewenste aspectenme t zichmee,zoal ska ­ pitaals- en energieintensivering en-verspilling,mechanisering,vervuiling , landschapsaantasting en eenverstorin g van deplattelandsgemeenschappen . Hierinka npas~veranderin gkome nindie nd e waardering voord e agrarische producten binnen onzemaatschappi jzy nweersla g vindt ind edaarvoo rbe ­ taaldeprezen.D ehieri n opgetredenachterstan d wordtverduidelijk ti nd e onderstaande tabel en geldt eveneensvoo r anderelandbouwproducte n dan dehieronde r tenvoorbeel d staandemelk :

Achtergeblevenpry'ze n landbouwproducten:

jaar koopkracht van gemmelkprij sontvange n gedefleerde degulde n doormelkveehouder s melkprijs 1951 74 ƒ17,5 0 1) 12,95 1952 73 20,00 1) 14,60 '53 74 20.00 1) 14,80 '54 70 21,46 2) 15,02 '55 69 22,59 15,60 '56 66 23,00 15,18 '57 63 28,42 17.79 '58 61 28,46 17,36 '59 60 28,14 16,88 '60 58 27,50 15,95 '61 57 27,05 15,42 '62 55 26,40 14,52 '63 53 28,46 15,08 '64 49 33,19 16,26 '65 46 33.91 15.59 '66 44 35,25 15,51 '67 42 34,96 14,68 '68 41 35,40 14,51 '69 38 35,56 13,51 '70 35 35,56 12,45 1)garantieprijze n voor hetgehel emelkprijsjaar . 2)melkprij spe r10 0kg . metgem .vetgehalte . bron: landbouwcijfers.

Verder dient delandbou w zichdi eprocesee nwee r eigen temake n diehaa r tot een ekologisch verantwoord,grondgebondenbedryfsta kmalien . Ietsdergelijk sgeld t ookvoo r devra.terzuiveringstechnieken.D egebruikt e installatie s verlengen deloo p van eenrivie r kunstmatig eni s zoi n staatm.b.v .natuurlijk eafbraakprocesse n op bacteriologische wyze een gedeelte van het organisch afvr-1a f tebreke nè nmeesta l gaatd edaarb y •wygekomenenrgi ehelaa sverloren.D eanorganisch e stoffenworde ngewoon ­ lijkonafgebroke nwee r opd e beek geloosd,tenzijd e installatie isuitge ­ rustme t een derde trap(dieallee n deanorganisch a zouten-foéfate n en nitraten e.d.- alsafbraakproducte n verwijdert,aarrd e industriële,veelal gifftgestoffe n als zwaremetale n e.d. laat "glippen"). Al dezekapita. -Is » en energievergendeprocesse n zouden overbodigzij n indienw e het organisch materiaal ofniet.loze n ofvi a eenapar ttrans ­ portsysteem laten omzetten tot eenwee rbruikbar e vorava n energieo f meststof,Hetanorganisch(zowe lafbraakzoute nal s chemische stoffen)ma ­ teriaal behoort zo niet ind e natuur terecht tekomen,maa r zoveelmogelij k -88- weeri nhe tproductieproce st eworde nopgenomen . Ditza ldestemee rnoodzakelij kworde nal see nrecycling-economi eove r enkeledecenni anoodzakelij kwordt,zoal senkel e"onheilsprofeten "e n"eko - pessimisten"on sa ltyde nwille ndèe ngeloven .

B.Samenvattend: ~"~~Ëënargumentati eva nee nvolledig eafwyzin gva nd ei nhe tconvenan t ento tn uto evoorgesteld ewaterstaatkundig ee ncultuurtechnisch eplan ­ nengenoemd emaatregele ni si nhe tvoorgaand egegeven . Hettoepasse nva nonz ealternatiev evoorstelle nbiede nkort etermy n oplossingenvoo rd eDinkelproblematie ko pagrarischjmacro-economisc he n ekologischgebied.Z ekunne nal sresultaa thebbe nee nnatuurlyke,lebend e Dinkelo pnederlands-,e nee nherstellend eDinke lo pDuit sgebied .

MORAAL ;He t geld dat stom is, maakt recht watkro m is.

ZUTPHEN APBIL 1977,

f Hoofdstuk3 .

LITERATUURBRONNEN

DINKELCONVENANT,Utrecht,januar i197 6 FREEVEjIr.J.DeLandbouwwaterhuishoudin gi nd ePrvinci eOveryssel.COLN - •TN0,195 8 GEMEENTEL0SSER,1976.0ntwerpwyzigin gBestemmingspla nLosser . GONGGRIJP,G.P.,1975.Rapportd eGroen eStaart.Rin,afd.Geografie,Leersum . GONGGRIJP,G.P.,1976.HetDinkeldal.RIN,afd.Geografie,Leersum . GR0NDJ0URNAAL,1976.Bergboer enregelingvoo rDinkeldal.2 2maar t1976 . PROVINCIE0VE8IJSSEL,1976.Agend anr .62.1976.Provincial eStaten.Zwolle , R0DING,G.M.,1975.0md elaatst ebeke nva nTwente.Jaarboe kTwente . STROINK,L.A.Stade nlan dva nTwente . WERKGROEP,1969.Waterstaatkundigeinventarisati egebie dBovendinkel . Presentletabel y< Srt nr. SOORT/TAXON 18 19 20 21A21 B2 2 23 1 5;i 13 H 15 16 17 6 10 11 12 24 12 Ephemera cf.vulgata 97 Diptera spec. 1 Dendrocoelum lacteum 51 Limnophilus rhombicus 40 Hesperocorixa sahlberghi 27 Pyrrhosoma nymphula-ad. 46 Pleetrocnenia conspersa ß 121 Nemacheilus barbatula 2* 7 124 Cottusgobi o 2 7 58 Halesus tesselatus ? 2 22 Baë'tis spec, + 49 Mystacidus longtcomis 2 117 Lampetra planeri-larve 57 Halesus spec. 2 \ 4 ß> 59 Stenophylax rotundipennis 11 1 47 Hydropgyche cf.angustipennis 1 1 25 Caloptry* virgo + 10 16 Habrophlebia fusca + 4 103 SLmiliura spec." 6 + 35 Gerris gibbifer 82 Orectochilus villosus 11 Plecoptera indet. 114 Ancylus fluviatilus 50 Silo nigricomis-pop 104 Tabanidae spec. 78 Agabus paludosus 74 Platambusraaculatus «IR V- 88 Helophorus cf.asperatus 9 Amphipoda spec. 98 Cf.Tipulidae 96 Staphilonidae spec. 99 Cf.Dicranota spec. 92 Anacaena globulus 120 Cf.Leuciscus idus 119 Cf.Gobio gobio 118 Pisces spec.-larvae 2 81 Gyrinus marinus 1 118 Pisces spec.-juv. 1 60 Beraeodes minutus 2 32 Velia caprai-ad. 30 32 Velia caprai-larvae 1 71 Hydroporus mennonius 38 Notonecta glauca 77 Agabus sturmi 31 Aeshna cyanea 54. Limnophilus lunatus 24 Baëtis pumillus + 14 11 67 Dytiscidae spec.-larvae 93 Laccobius striatulus/sinuatus 95 Helocharus obscurus 106 Bithynia tentaculata 10 113 Planorbarius corneus 10 110 Planorbis vortex 94 Laccobius minutus/albipes 37 Notonecta spec.-larva 19 Procloëonpeeudorufuluj n 17 Ephemerella ignita 23 Baëtis niger 125 Ephemeroptera indet, 69 Hydroporus spec-larvae 14 Caenis macrura 13 Brachycercus harrisellus' 15 Heptagenia flava 56 Anabolia nervosa 20 Cloé'ondipterum/spec.I ) 5« + + 4 J6> Glossiphonia complanata ] + + + 72 Potamonectus depressua + + + + 122 Gasterosteus aculeatus 1 2o 7 10 3 16 + 5 3 13 Herpobdella octoculata 1 + + + + 1 2 123 Pungitius pungitius 3 f, 10 + + + 1 5 79 Ilybius fuliginosus 1 + 1 1 M) 34 Gerris thoracicus 1 + + 73 Laccophilus hyalinus + 12 ; + 26 Calopteryx splendens lad 2 18 Centroptilum luteoluin 1 + 109 Lynnea stagnalis/gekield X) 1« 1 42 Sigara spec.-larvae + 29 61 Sialis spec, + :+ 44/45 Sigara falleni I)/longipalis lo + 33 Gerris spec,-larvae 3 3 107 Physa fontinalis + ; + + + + 43 Sigara striata -f + + + + + 30 Coenagrion spec.-larva Jo + 64 Haliplus immaculatus 108 Lymnea peregra - 65 Haliplus cf. ruficollis - 84 Helophorus grandis 68 Hygrotus inaequalis 39 Corixa spec.-larvae 112 Segmentina complanata 115 Sphaeriun spec. -75 Agabus/Platambus-larvae 89 Helophorus cf.griseua 66 Haliplus fluviatilus 6 Ostracoda spec. -86/87 Helophorus guttulus/brevipalisl) 116 Pisidium spec. + 48 Leptocerus cinereus •63 Kaliplus lineatocollis •7 0 Hydroporus tristis 83 Helophorus cf.micans 28 Ceriagrion tenellum 3 Tubifex spec. • 36 Nepa rubra-larva 80 Gyrinidae spec.-ad. 29 Ishnura elegans 62 Coleoptera spec. 2 Oligochaeta spec. 100 Culex spec.-pupae 100 Culex spec.-larvae 27 Pyrrhosoma nymphula • 101 Muggelarven spec. 105 Valvata piscinalis 10 Gammarus spec. 102 Chironomidae spec. 7 Asellus aquatdeus 8 Asellus meredianus 85 Helophorus cf.aquaticus 90 Hydrobius fuscipes/fuscipesl) Agabus bipustulatus 2 Callicorixa praeusta +