Tiecelijn 27 Digitale Tekst 1-126.Pdf

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Tiecelijn 27 Digitale Tekst 1-126.Pdf Jaarboek 7 van het Reynaertgenootschap $) õòõìõô Dïëéëòïðô $)2ççøèõëñ ) üçôîëú ëÿôçëøúíëôõõúùéîçö Verantwoordelijke uitgever Marcel Ryssen, voorzitter vzw Reynaertgenootschap, Driegaaienhoek 11, bus 2.5, B-9100 Sint-Niklaas Zetel vereniging Nijverheidsstraat 32, 9100 Sint-Niklaas Redactieadres en abonnementenadministratie België: Nijverheidsstraat 32, B-9100 Sint-Niklaas – 03 777 90 15 Nederland: Vendelierstraat 13, NL-5241 TT Rosmalen E-mail: [email protected] Web: www.reynaertgenootschap.be Rekeningnummer IBAN: BE91 6455 1166 9476 t.a.v. Reynaertgenootschap Sint-Niklaas BIC: JVBABE 22 Voor Nederland: IBAN: NL34INGB0002994574 t.a.v. E. Verzandvoort, Vendelierstraat 13, 5241 TT Rosmalen BIC: INGBNL2A Hoofd- en eindredacteur Rik van Daele Redactie Yvan de Maesschalck, Willy Devreese, Peter Everaers, Willy Feliers, Mark Nieuwenhuis, Hilde Reyniers, Hans Rijns, Marcel Ryssen, Rik van Daele, Erwin Verzandvoort en Paul Wackers Andere medewerkers Wim Heirman, Sander van Daele, Els Wauters, Gert-Jan van Dijk e.a. Vormgeving en omslagillustratie Lies van Gasse Druk bvba Drukkerij Room, Sint-Niklaas Prijs 20 euro – 25 euro (steunend lid) Met dank aan Toerisme Waasland, Gemeentebestuur Stekene, Provincie Oost-Vlaanderen, Vlaamse ge- meenschap, Vlaams Fonds voor de Letteren, Cultuurraad Sint-Niklaas, stad Sint-Niklaas, Erfgoedcel Waasland NUR 621 D/2014/6653/1 © vzw Reynaertgenootschap en de auteurs Niets uit Tiecelijn mag openbaar gemaakt worden zonder voorafgaande schriftelijke toestem- ming van de uitgever. De uitgever streeft ernaar om de rechten betreffende de illustraties te rege- len volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Jaarboek 7 van het Reynaertgenootschap $) üĀý ëÿôçëøúíëôõõúùéîçö D$,#& ôîõûê Dïëéëòïðô $) Ten geleide 7 Rik van Daele Metamorfosen van een gemene vos #ema: Metaformosen van een gemene vos 11 Jozef Janssens Liefde en lust in het graafschap Vlaanderen van de dertiende eeuw: Floris ende Blancefloer en Van den vos Reynaerde 22 Adelheid Ceulemans ‘Prima la musica, poi le parole?’ Over de opera Reinaert de Vos (1909) 51 Yves T’Sjoen ‘Walschap is Uilenspiegel, don Quichotte is en Els van Damme Jonckheere en Reinaart ben ik.’ Richard Minne als biograaf van Reineke/Heineke Vos 61 Kris Humbeeck Van satire naar zelfportret: Louis Paul Boon bewerkt de Reynaert (1946-1955) 127 Lisanne Vroomen Een oude vos is kwaad te vangen. Een analyse van de stripbewerking Reynaert de vos van Broens en Legendre 150 Rik van Daele Van Van den vos Reynaerde tot Van den vos . Over de Reynaertbewerking van FC Bergman Artikel 181 Jan de Putter ‘Want dit nes niet Madox droem, noch Reinards, noch Arturs boerden.’ De functie van het woord ‘vijte’ in de proloog van Van den vos Reynaerde 217 Hans Rijns De wolf en de vos in de Dialogus creaturarum, dat is t wispraec der creaturen (Leeu 1481) 230 Paul Wackers Kinderboeken en Reynaerts historie in de eenentwintigste eeuw: een ongemakkelijke relatie 238 Bjorn Schrijen ‘Ghi singet in lanc so bet.’ Muzikale Reynaertbewerkingen van 1900 tot nu 255 Michaël Brijs Jean Rays Malpertuis : een occulte Reynaert 266 Yvan de Maesschalck Over de picareske strapatsen van Vata nen in Haas (1975) van Arto Paasilinna Vertaling 283 Mark Nieuwenhuis Dierentestamenten 295 Bob de Nijs Ramon Llull, Dierenepos . Vertaald en ingeleid $) Iconografie 343 Christl van den Broucke Drie keer Free Foxes van Caroline Coolen 352 Jack van Peer Met Oldrich Jelen op het ex-libris- en Reynaertpad Recensies 360 Gert-Jan van Dijk Reinardus , volume 24 365 Yvan de Maesschalck Lyriek van episch formaat. Het boek Hauser van Annemarie Estor & Lies van Gasse 370 Yvan De Maesschalck ‘Want een maan is een spiegel en dus geschikt voor bespiegelingen.’ Over Inmiddels op aarde van Paul Verhuyck – Lunaire reflecties Verslag 384 Steven van Impe Twee Reynaertcollecties versmelten: de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience neemt de verzameling van Wim Gielen over 393 Marcel Ryssen Pol Goossen leest Van den vos Reynaerde en Rik van Daele 397 Rik van Daele Reynaertkroniek 2013 In memoriam 405 Rik van Daele Ernest van Huffel (1941-2013) Bibliografie 412 Willy Devreese De bibliografie van de Nederlandstalige Reynaertbewerkingen sinds 1800. Aanvulling 2004-2014 435 Auteurs Tiecelijn 27 439 Steunabonnees 2014 ëôíëòëïêë D ïëéëòïðô $) Op 24 april 2014 vond in de statige Nottebohmzaal van de Antwerpse Erf- goedbibliotheek Hendrik Conscience een studiedag plaats over Reynaerts lange leven doorheen een geschiedenis van vele eeuwen. De organisatie was in handen van het Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Neder- landen (UAntwerpen), het Liberaal Archief, het Koninklijk Conservatorium Antwerpen (Artesis Plantijn Hogeschool), de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience (EHC) en het Reynaertgenootschap. Motor van het colloqui- um was de jonge doctor Adelheid Ceulemans. Zij schotelde de ruim negen- tig aanwezigen, waarbij vele jonge studenten uit Vlaanderen en Nederland een bijzonder goed georganiseerde dag met een afwisselend en boeiend pro- gramma voor. Het accent lag op diverse twintigste- en eenentwintigste-eeuwse Reynaertbewerkingen. In dit zevende jaarboek van het Reynaertgenootschap, Tiecelijn 27 , worden alle bijdragen van dit colloquium gepubliceerd. De begelei- dende tekst voor de studiedag klinkt de lezers van Tiecelijn bekend in de oren en geldt bijna als een soort geloofsbelijdenis: ‘Ook anno 2014 blijft het Reinaert- personage tot de verbeelding spreken. Hij is een vrijbuiter die met zijn vossen- streken constant de grenzen van wet en fatsoen aftast. Maar met zijn leugens en listen ontmaskert hij tegelijk de schone schijn van de wereld rondom hem. Het Reinaertverhaal houdt de menselijke samenleving een spiegel voor. Dieren handelen als mensen. Van den vos Reynaerde uit kritiek op de schijnheiligheid van mens en maatschappij. Dat het verhaal vandaag nog steeds populair is, bewijst dat deze kritiek van alle tijden is.’ De redactie van Tiecelijn is bijzonder blij dat ze de acta van deze studiedag kan publiceren. Het geeft meteen de organisatoren en auteurs een snelle en directe toegang tot een brede groep van kenners en geïnteresseerden. Het Reynaertgenootschap hoopt de goede banden met de diverse initiatiefnemers te onderhouden zodat Metamorfosen van een gemene vos geen single shot was, maar een basis voor toekomstige projecten. Terwijl het Reynaertcongres in Antwerpen plaats vond had ook in Gent een interessante reynaerdiaanse ma- nifestatie plaats. Het Liberaal Archief organiseerde er een tentoonstelling met ) $) een ruime selectie uit de fraaie Reynaertcollectie van verzamelaar Philippe Proost (van 24 april tot 11 juli 2014). De tweede afdeling van dit jaarboek biedt een keur aan artikels, waarvan sommige wonderwel aansluiten bij de colloquiumbijdragen, bijvoorbeeld de bijdragen van Paul Wackers en Bjorn Schrijen. Het stuk over Jan Ray’s Mal- pertuis vormt een interessant tweeluik met dat over over Ray’s (Gentse) stads- en tijdsgenoot Richard Minne. Van Minne naar Boon is evenmin een grote stap. Het ‘picareske’ verbindt de bijdragen van T’Sjoen/Van Damme en Yvan de Maesschalck. De bijdrage van Steven van Impe, stafmedewerker van de erf- goedbibliotheek blikt terug op de verwerking en inventarisatie van de collectie Wim Gielen. In dezelfde Nottebohmzaal werd op 17 november 2011 in aan- wezigheid van rector Alain Verschoren, schepen van Cultuur Philip Heylen en directeur van de EHC An Renard de collectie Wim Gielen door Wims wedu- we, Trude Gielen, overgedragen aan de EHC (voor de Reynaertboeken) en de UA (voor de collectie fabelboeken). Momenteel is de hele collectie geïnventari- seerd en is de EHC voor de reynaerdianen een waar vossenparadijs geworden (http://www.consciencebibliotheek.be/Museum_Erfgoedbibliotheek_NL/ ErfgoedbibliotheekNL/ErfgoedbibliotheekNL-Collectie/Collectie-Bijzonde- re-collecties/Herkomst-collecties/Wim-Gielen-(1935-2010).html). In dit jaarboek zijn opnieuw opvallend veel jonge auteurs aan de slag gegaan (Ceulemans, Van Damme, Vroomen, Schrijen en Brijs), die voor het eerst in dit jaarboek publiceren. Ook gerenommeerde hoogleraren en specialisten blij- ven verder hun geduldige en diepgaande onderzoek in dit jaarboek vastleggen. Janssens, T’Sjoen en Humbeeck (wij kijken al lang uit naar een nieuwe stan- daardbijdrage over Boons Wapenbroeders , de voorbode van een nieuw deel van het Verzameld werk dat door De Arbeiderspers wordt uitgegeven) spraken op het colloquium. Wackers bekijkt de moeilijke relatie die moderne bewerkers met de tweede Reynaert hebben. Mark Nieuwenhuis en Hans Rijns verdiepen zich verder in door hen ontgonnen vakgebieden (de eerste vertalingen van mid- deleeuwse, Latijnse dierenteksten, de tweede fabeldrukken). Yvan de Maes- schalck serveert ‘picareske haas’ in een boeiende bijdrage over het werk van de moderne Finse auteur Arto Paasilinna (1942) en recenseert twee bijdragen aan de moderne Nederlandse literatuur van Tiecelijnmedewerkers (met name Lies van Gasse en Paul Verhuyck), waarmee Tiecelijn verder blijft kijken dan alleen de Reynaertliteratuur. De Reynaertschotel die Tiecelijn de lezer serveert bevat ook dit jaar een recensie van het laatste nummer van Reinardus (door * ïëéëòïðô $) Gert-Jan van Dijk) en opent het blikveld op nieuwe Reynaerticonografie – in dit nummer een rijk geïllustreerde bijdrage over het krachtige vossenwerk van de Vlaamse kunstenaar Caroline Coolen door Christl van den Broucke en een korte hommage aan de in 2013 overleden Ernest van Huffel.
Recommended publications
  • Wilfried Martens
    Wilfried Martens „WITHOUT THE CDU THE EPP WOULD NOT BE WHAT THE PARTY IS TODAy” Wilfried Martens, geboren am 19. April 1936 im belgischen Sleidinge, Studium der Rechtswissenschaften an der Katholischen Universität Leuven, 1960 Promotion zum Dr. jur., Mitglied und später Präsident der Katholiek Vlaams Hoogstudenten Verbond, 1960–1965 praktizierender Rechtsanwalt, 1965 Berater des belgischen Premierministers Pierre Harmel,552 1966 Berater von Premierminister Paul Vanden Boeynants,553 1968 Sonderbeauftragter für Gemeinschaftsangelegenheiten unter Premierminister Leo Tindemans, 1974–1991 Mitglied der belgischen Abgeordnetenkammer, 1979–1981 und 1981–1992 Premierminister Belgiens, seit 1990 Präsident der EVP, 1991–1994 Senator, 1993–1996 Präsident der EUCD, 1994–1999 Mitglied des EP, Faktionsvorsitzender der EVP. Das Interview fand am 31. Mai 2012 in Brüssel statt und wurde geführt von Marcus Gonschor und Hinnerk Meyer. Mr President, you were born in Sleidinge in 1936. Could you please tell us something about your origins, your parental home and your time in school? I was born on a very small farm in the outskirts of the local community or local commune in Sleidinge. I was born in 1936. I remember the beginning of the war in 1940. I was on a bicycle with a young girl trans- 552 | Pierre Harmel (1911–2009), belgischer Politiker der PSC, 1965/66 Premierminister, 1966–1972 Außenminister seines Landes. 553 | Paul Vanden Boeynants (1919–2001), belgischer Politiker der PSC, 1966–1968 und 1978/79 Premierminister seines Landes. 622 porting me to the kindergarten. She said to me: ”Look in the sky! There are planes.” That was the beginning of the war. I have this memory still vivid.
    [Show full text]
  • The Belgian Federal Parliament
    The Belgian Federal Parliament Welcome to the Palace of the Nation PUBLISHED BY The Belgian House of Representatives and Senate EDITED BY The House Department of Public Relations The Senate Department of Protocol, Reception & Communications PICTURES Guy Goossens, Kevin Oeyen, Kurt Van den Bossche and Inge Verhelst, KIK-IRPA LAYOUT AND PRINTING The central printing offi ce of the House of Representatives July 2019 The Federal Parliament The Belgian House of Representatives and Senate PUBLISHED BY The Belgian House of Representatives and Senate EDITED BY The House Department of Public Relations The Senate Department of Protocol, Reception & Communications PICTURES This guide contains a concise description of the workings Guy Goossens, Kevin Oeyen, Kurt Van den Bossche and Inge Verhelst, KIK-IRPA of the House of Representatives and the Senate, LAYOUT AND PRINTING and the rooms that you will be visiting. The central printing offi ce of the House of Representatives The numbers shown in the margins refer to points of interest July 2019 that you will see on the tour. INTRODUCTION The Palace of the Nation is the seat of the federal parliament. It is composed of two chambers: the House of Representatives and the Senate. The House and the Senate differ in terms of their composition and competences. 150 representatives elected by direct universal suffrage sit in the House of Representatives. The Senate has 60 members. 50 senators are appointed by the regional and community parliaments, and 10 senators are co-opted. The House of Representatives and the Senate are above all legislators. They make laws. The House is competent for laws of every kind.
    [Show full text]
  • Social Reform in Times of Transition Reflections on Martin Conway’S the Sorrows of Belgium
    bmgn - Low Countries Historical Review | Volume 129-4 (2014) | pp. 40-49 Social Reform in Times of Transition Reflections on Martin Conway’s The Sorrows of Belgium nico wouters In his book The Sorrows of Belgium Martin Conway uses the Belgian case to look at the restoration of liberal parliamentary states in Europe between 1945 and 1947. Nico Wouters’ contribution focuses on three elements brought to the fore by Conway: 1) the essential yet ambivalent role played by local government (cities and municipalities), 2) the inability to institutionalise Belgian patriotism as binder for the nation-state and finally, 3) the rift between shifts in class relations and political- institutional renewal. His contribution comments on each of these elements, by means of superficial comparisons with the Netherlands. As Conway shows, Belgium’s larger cities were laboratories for new political currents that in the end strengthened centrifugal, regionalist tendencies. On the other hand, the local level as an institutional part of state organisation had a reverse effect in the shorter term. The restoration after the liberation can only be understood when one takes into account how ‘local states’ imposed a compelling framework that limited the opportunities for political renewal. As such, Wouters hypothesises that these local states help to explain in part the institutional conservatism of Belgian elites, a core-element in Conway’s book. On this point Wouters sees mostly similarities with the Netherlands. A Belgian-Dutch difference on the other hand, is that the Dutch did succeed in seamlessly combining an equally conservative post-war restoration with restarting a revitalised collective national identity.
    [Show full text]
  • Een Kijk Op Het Belgische Gerecht in De Twintigste Eeuw
    WALTER GANSHOF VAN DER MEERSCH, EEN TOPMAGISTRAAT IN ZIJN PROFESSIONELE EN MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT Een kijk op het Belgische gerecht in de twintigste eeuw EVA SCHANDEVYL * GEBOREN TIJDENS DE VORIGE EEUWWISSELING, HEEFT PROCUREUR-GENERAAL WALTER JEAN GANSHOF VAN DER MEERSCH (BRUGGE, 18 MEI 1900 - TINTANGE, 12 SEPTEMBER 1993) DE CRUCIALE GEBEURTENISSEN VAN DE TWINTIGSTE EEUW VAN DICHTBIJ GEVOLGD. EIGENLIJK DEED HIJ MEER DAN ZE ENKEL VOLGEN : HIJ WAS ER VAAK OOK ÉÉN VAN DE HOOFDACTOREN IN. HIJ WAS PERSOONLIJK ZEER AANWEZIG IN TALRIJKE HOOFDSTUKKEN UIT DE GESCHIEDENIS VAN BELGIË. ZIJN NAAM IS VERBONDEN AAN DE ECONOMISCHE CRISIS VAN DE JAREN 1933-1939, DE TWEEDE WERELDOORLOG, DE REGERING IN LONDEN, DE NAOORLOGSE REPRESSIE EN EPURATIE, DE KONINGSKWESTIE, DE ONAFHANKELIJKHEID VAN CONGO, DE HERZIENING VAN DE GRONDWET EN DE FEDERALISERING VAN BELGIË. HET VOLGEN VAN HET PROFESSIONEEL EN MAATSCHAPPELIJK PARCOURS VAN DEZE TOPMAGISTRAAT, HOOGLERAAR EN REGERINGSCOMMISSARIS VERSCHAFT INZICHT IN DE RELATIE TUSSEN DE MAGISTRATUUR EN DE POLITIEKE WERELD EN IN DE WERKING VAN HET BELGISCHE GERECHT IN DE TWINTIGSTE EEUW. GANSHOF WAS LIBERAAL, KATHOLIEK OPGEVOED, MAAR GING OVER TOT HET PROTESTANTISME. DEZE KLEINZOON VAN DUITSE MIGRANTEN, PERFECT TWEETALIG, MAAR AFKOMSTIG UIT DE BRUGSE FRANSTALIGE BOURGEOISIE, WAS NAAR EIGEN ZEGGEN DE VLAAMSE BewegING WELGEZIND. NOCHTANS WAS HIJ IN DE ‘DE VLAAMSE OPINIE’ WEINIG GELIEFD. OOK WAS HIJ KUNSTLIEFHEBBER EN EEN AMBITIEUS EN UITMUNTEND SPORTMAN. I. Inleiding De Belgische magistratuur onderging vanaf de jaren dertig, na de Tweede Wereldoorlog opnieuw en vooral gedurende de laatste dertig jaar, belangrijke veranderingen. Haar sociale samenstelling wijzigde onder invloed van achtereenvolgens de wet van 1935 op het taalgebruik in gerechtszaken, de toegang van vrouwen tot de magistratuur vanaf 1948 en opeenvolgende hervormingen inzake gerechtelijke organisatie vanaf het einde van de jaren zestig.
    [Show full text]
  • Report on 50 Years of Mobility Policy in Bruges
    MOBILITEIT REPORT ON 50 YEARS OF MOBILITY POLICY IN BRUGES 4 50 years of mobility policy in Bruges TABLE OF CONTENTS Introduction by Burgomaster Dirk De fauw 7 Reading guide 8 Lexicon 9 Research design: preparing for the future, learning from the past 10 1. Once upon a time there was … Bruges 10 2. Once upon a time there was … the (im)mobile city 12 3. Once upon a time there was … a research question 13 1 A city-wide reflection on mobility planning 14 1.1 Early 1970s, to make a virtue of necessity (?) 14 1.2 The Structure Plan (1972), a milestone in both word and deed 16 1.3 Limits to the “transitional scheme” (?) (late 1980s) 18 1.4 Traffic Liveability Plan (1990) 19 1.5 Action plan ‘Hart van Brugge’ (1992) 20 1.6 Mobility planning (1996 – present) 21 1.7 Interim conclusion: a shift away from the car (?) 22 2 A thematic evaluation - the ABC of the Bruges mobility policy 26 5 2.1 Cars 27 2.2 Buses 29 2.3 Circulation 34 2.4 Heritage 37 2.5 Bicycles 38 2.6 Canals and bridges 43 2.7 Participation / Information 45 2.8 Organisation 54 2.9 Parking 57 2.10 Ring road(s) around Bruges 62 2.11 Spatial planning 68 2.12 Streets and squares 71 2.13 Tourism 75 2.14 Trains 77 2.15 Road safety 79 2.16 Legislation – speed 83 2.17 The Zand 86 3 A city-wide evaluation 88 3.1 On a human scale (objective) 81 3.2 On a city scale (starting point) 90 3.3 On a street scale (means) 91 3.4 Mobility policy as a means (not an objective) 93 3.5 Structure planning (as an instrument) 95 3.6 Synthesis: the concept of ‘city-friendly mobility’ 98 3.7 A procedural interlude: triggers for a transition 99 Archives and collections 106 Publications 106 Websites 108 Acknowledgements 108 6 50 years of mobility policy in Bruges DEAR READER, Books and articles about Bruges can fill entire libraries.
    [Show full text]
  • The Shared Mission of Herbert Hoover and Harry S. Truman to Alleviate Global Hunger in a Postwar World
    Portland State University PDXScholar Dissertations and Theses Dissertations and Theses Spring 7-9-2018 A Mutual Charge: the Shared Mission of Herbert Hoover and Harry S. Truman to Alleviate Global Hunger in a Postwar World Brian Douglas Reese Portland State University Follow this and additional works at: https://pdxscholar.library.pdx.edu/open_access_etds Part of the Political History Commons, and the United States History Commons Let us know how access to this document benefits ou.y Recommended Citation Reese, Brian Douglas, "A Mutual Charge: the Shared Mission of Herbert Hoover and Harry S. Truman to Alleviate Global Hunger in a Postwar World" (2018). Dissertations and Theses. Paper 4478. https://doi.org/10.15760/etd.6362 This Thesis is brought to you for free and open access. It has been accepted for inclusion in Dissertations and Theses by an authorized administrator of PDXScholar. Please contact us if we can make this document more accessible: [email protected]. A Mutual Charge: The Shared Mission of Herbert Hoover and Harry S. Truman To Alleviate Global Hunger in a Postwar World by Brian Douglas Reese A thesis submitted in partial fulfillment of the requirements for the degree of Master of Arts in History Thesis Committee: David A. Horowitz, Chair Joseph Bohling Chia Yin Hsu Gerald Sussman Portland State University 2018 © 2018 Brian Douglas Reese Abstract Famine and destitution stemming from the Second World War had spread across the European continent and parts of Asia by mid-1945. Recognizing the need for recovery and survival in those regions, President Harry S. Truman at the recommendation of several Cabinet members, summoned ex-President Herbert Hoover for advice on how the United States should proceed in offering aid beyond the earlier efforts of the United Nations Rehabilitation and Relief Administration and other relief sources.
    [Show full text]
  • Archief Van De Federale Overheidsdienst Kanselarij Van De Eerste Minister
    ALGEMEEN RIJKSARCHIEF EN RIJKSARCHIEF IN DE PROVINCIËN ARCHIVES GENERALES DU ROYAUME ET ARCHIVES DE L’ETAT DANS LES PROVINCES ARCHIEFBEHEERSPLANNEN EN SELECTIELIJSTEN TABLEAUX DE GESTION ET TABLEAUX DE TRI 21 ARCHIEF VAN DE FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER VOORBEREIDEND STUDIEDOSSIER VAN DE ARCHIEFSELECTIELIJST 2008 door Guy COPPIETERS Brussel 2008 ARCHIEF VAN DE FOD KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER VOORBEREIDEND STUDIEDOSSIER VAN DE ARCHIEFSELECTIELIJST 2008 door Guy COPPIETERS Brussel 2008 4 WOORD VOORAF Bij het opstellen van deze archiefselectielijst kon ik rekenen op de hulp en de medewerking van tal van personen die ik hier graag wil bedanken. Mijn dank gaat in de eerste plaats uit naar de heer Karel Velle, Algemeen Rijksarchivaris, en naar mevrouw Rolande Depoortere, hoofd van de afdeling Toezicht, advisering en coördinatie van verwerving en selectie van het Algemeen Rijksarchief. Zij vertrouwden mij deze opdracht toe, ver- leenden mij de nodige begeleiding en ondersteuning en stonden tenslotte ook in voor de evaluatie van de archiefselectielijst. Ik wil eveneens een oprecht woord van dank richten aan alle in het kader van dit initiatief gecon- tacteerde diensthoofden en personeelsleden van de FOD Kanselarij van de Eerste Minister. Ondanks hun drukke agenda verleenden zij op een constructieve wijze hun medewerking aan de opmaak van de archiefselectielijst. Tijdens mijn talrijke bezoeken gaven ze toelichting bij de archiefvorming, de archiefreeksen en de gehanteerde ordeningsmethodes en adviseerden ze me bij de beslissingen inzake de definitieve bestemming van de archiefbescheiden. Guy Coppieters April 2008 5 INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF 5 INHOUDSTAFEL 7 LIJST VAN BRONNEN EN WERKEN 11 LIJST VAN AFKORTINGEN 23 INLEIDING 25 I.
    [Show full text]
  • Crisis of a Nation-State?
    Belgium's Mid-Twentieth Century Crisis: Crisis of a Nation-State? MARTIN CONWAY ______________ Fellow and Tutor in Modern History, Balliol College – University of Oxford When was Belgium? Nations, as historians are rightly at pains to emphasise, are not eternal entities but communities bounded by time as well as space.1 The temporal boundaries of the Belgian nation have been the subject of de- bate since at least the time of Pirenne, but that debate has acquired a new prominence in recent years as older and newer generations of historians have focused their attention on the origins, contours and eventual crises of the Bel- gian nation-state (Morelli, 1995; Wils, 1995; Deprez & Vos, 1998; Stengers, 2000; Stengers & Gubin, 2002). The reasons for this renewed interest are not difficult to discern. The profound, and probably incomplete, transformation of Belgium into a federal or confederal entity since the end of the 1960s has for the first time made the Belgian nation-state a finite and therefore em- phatically historical subject. Though political scientists rightly continue to investigate the manifold complexities (and future prospects) of the contempo- rary Belgian polity (e.g. Delwit, 2003), it seems undeniable that the project that was the Belgian nation-state now possesses not only a beginning and a heyday but also an end. For historians of post-1830 Belgium, this should be regarded as a liberation. Instead of being called upon to provide their expert testimony at the interminable trials of the late twentieth-century Belgian state, they are free to investigate the dynamics that gave rise to that state and which sustained it over the more than one hundred years of its existence.
    [Show full text]
  • Belgian Socialism at the Liberation 1944 - 1950*
    Belgian socialism at the liberation 1944 - 1950* by Steven Philip KRAMER, Assistant Professor at the University of New Mexico. * The general trend of social-democratic parties in many countries of Western Europe since World War I has been towards increasing integration within the politica! system ( 1). To be sure, this tendency has been matched by a corresponding evolution of politica!, economie, and social structures in such a way as to accomodate the interests of the working class. The evolution of social-democracy and of society have thus been reciprocal. This phenomenon has certainly occurred in Belgium. During and after World War I socialists participated in governments ; between 1935-1939 they played an important role leading or participating in several govern­ ments. Hendrik de Man developed a theoretica! justification for « govern­ mental socialism ». But the experiments of the 1930's proved abortive; Belgium could not escape from the outside world, and De Man's efforts were poisoned in part by his declining faith in politica! democracy. Out of the occupation carne a new impetus towards socialist integration into the politica! system. The pacte de solidarité sociale, made in 1944 under the occupation, marked the beginning of a consensus on the welfare state ; in a sense, the socialist program on social policy became • The author would like to thank Professors Herman Balthazar of the University of Ghent and Charles McClelland of the University of New Mexico for their comments on the first draft of this manuscript. Dr. Denise de Weerdt provided valuable assistance concerning bibliography, as did Jules Gérard-Libois. Dr. Jef Rens provided invaluable background material.
    [Show full text]
  • Nitpicking Online Knowledge Representations of Governmental Leadership
    Vol. 30, (2020) 1–41 | e-ISSN: 2213-056X Nitpicking Online Knowledge Representations of Governmental Leadership The Case of Belgian Prime Ministers in Wikipedia and Wikidata Tom Willaert Artificial Intelligence Lab, Vrije Universiteit Brussel, Belgium [email protected], orcid.org/0000-0002-3879-6767 Guido Roumans Faculty of Arts, KU Leuven, Belgium [email protected], orcid.org/0000-0002-1423-0312 Abstract A key pitfall for knowledge-seekers, particularly in the political arena, is informed complacency, or an over-reliance on search engines at the cost of epistemic curiosity. Recent scholarship has documented significant prob- lems with those sources of knowledge that the public relies on the most, including instances of ideological and algorithmic bias in Wikipedia and Google. Such observations raise the question of how deep one would actu- ally need to dig into these platforms’ representations of factual (historical and biographical) knowledge before encountering similar epistemological issues. The present article addresses this question by ‘nitpicking’ knowledge representations of governments and governmental leadership in Wikipedia and Wikidata. Situated within the emerging framework of ‘data studies’, our micro-level analysis of the representations of Belgian prime ministers and their governments thereby reveals problems of classification, naming and linking of biographical items that go well beyond the affordances of This work is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License Uopen Journals | http://liberquarterly.eu/ | DOI: 10.18352/lq.10362 Liber Quarterly Volume 30 2020 1 Nitpicking Online Knowledge Representations of Governmental Leadership the platforms under discussion. This article thus makes an evidence-based contribution to the study of the fundamental challenges that mark the for- malisation of knowledge in the humanities.
    [Show full text]
  • Corpus Et Lexiques Socio-Politiques
    Textométrie Analyse statistique du lexique politique Jean-Claude Deroubaix GRAID-ULB SYLED Paris 3 Méthode quantitative et méthode qualitative Faut-il vraiment distinguer ? Les méthodes « quantitatives » d’analyse lexicale impliquent comme pour toutes méthode statistique un indispensable « retour aux données ». Cela signifie : 1 que la « production » des données initiales doit être de qualité, contrôlée et critiquée ; 2 qu’on doit retrouver dans les données d’origine les conclusions de l’analyse, d’une manière ou d’une autre. S’il est impossible ou difficile d’interpréter un résultat quantifié, il faut s’interroger et sur les données et sur la méthode. En réalité, les méthodes quantitatives dans la recherche en sciences humaines doivent avoir pour but de permettre une « autre lecture » des données que la lecture naïve. Des méthodes qualitatives ont d’ailleurs le même objectif. Méthode quantitative et méthode qualitative dans l’analyse de discours Histoire Dans l’analyse lexicométriqueil y a une grande intégration des approches statistiques et de remaniement lexical. Ce qui permet de vérifier pas à pas la qualité du travail statistique et de mettre l’accent sur son aspect heuristique. La méthode est celle qui a été développé au Laboratoire de lexicologie de l’école normale supérieure de Saint-Cloud à partir de 1970 sous la direction de Maurice Tournier. De nombreux travaux ont été réalisés dans ce laboratoire sur les discours politiques et syndicaux dont une œuvre inaugurale, encore tâtonnante sur le choix des méthodes, « Des tracts en Mai 68 ». Les méthodes (statistiques et informatiques) ont été mises au point essentiellement par Pierre Lafon et André Salem.
    [Show full text]
  • AA 2113 Evrard RASKIN Archives De Recherche Princesse LILIAN
    CEGES / Centre d’Études et de Documentation “Guerre et Sociétés contemporaines” AA 2113 Evrard RASKIN Archives de recherche Princesse LILIAN (La femme qui fit tomber Léopold III) par M. MOMBEEK (janvier 2009) Table des Matières Prolégomènes a. 1. caractéristique des pièces 2. notice biographique 3. présentation du livre b. les archives Inventaire des archives Notice technique L’inventaire Prolégomènes a. Caractéristique des documents AA 167 1 a.1 biographie de Lilian BAELS : "Princesse Lilian, la femme qui fit tomber Léopold III" L'auteur, Evrard RASKIN , est historien. Membre du barreau, magistrat, il fut pendant 11 ans membre de la Chambre des Représentants. Il est également l'auteur d'autres ouvrages et de nombreux articles pour revues. En 1980, il publia ses mémoires politiques a.2 Lilian BAELS , portant le titre de Princesse de Réthy, était une figure très remarquée - aussi très controversée - depuis son mariage avec Léopold III, en 1941, alors que le pays était occupé par les troupes nazies. L'auteur montre combien la jeune Lilian, femme exceptionnellement belle, intelligente, dynamique et ambitieuse exerça son influence sur le roi Léopold III. Ils s'étaient rencontrés avant le second conflit mondial qui entraîna l'armée belge dans une brève campagne. Celle-ci se termina par la défaite de nos armes (18 mai 1940). Les militaires furent envoyés vers les camps de prisonniers de guerre en Allemagne. Le roi, accompagné de Lilian Baels et de ses enfants, fut maintenu en résidence surveillée au château de Laeken. En 1944, tous furent emmenés en captivité en Allemagne, en Autriche ensuite où ils furent délivrés par les armées américaines.
    [Show full text]