Middeleeuwen- De Noordkop Op Zijn
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
16 Duinen en mensen Noordkop en Zwanenwater historie middeleeuwen: de noordkop op zijn kop 17 Middeleeuwen: de Noordkop op zijn kop In het begin van de 9e eeuw – toen de Vikingen net waren vertrok- De ontwikkeling ging door: de venen tussen Noord-Holland en zich al snel met het Vlie meten als ken en het gebied in bezit kwam van de Graven van Holland en Friesland werden verder opengebroken, waardoor het binnenmeer vaarweg naar de Noordzee. In 1411 1609 1619 West-Friesland – nam het ontginnen van de natte hoogveengebie- Almere steeds beter via het Vlie kon afwateren naar de Noordzee. De droeg de Hanzestad Kampen de zorg den hand over hand toe, net als elders in Nederland. Eeuwen eerder zee kreeg meer invloed, en het zoetwatermeer Almere werd een voor de aanwezigheid van tonnen in al was men begonnen vanaf de strandwallen greppels te graven, die zoute Zuiderzee met getijdenwerking. Op den duur daalde het veen- zowel het Marsdiep als het Vlie. Het het water uit de bovenlaag van het moeras afvoerden. Die boven- gebied zo sterk dat het zeewater steeds gemakkelijker vanuit de Zijpe en het Heersdiep werden nooit laag droogde op en werd daardoor bruikbaar als weiland of bouw- Waddenzee de Noordkop kon binnendringen. Het veengebied werd belangrijk als zeegat, ze verzandden land. Ontwatering leidde echter tot inklinking en afbraak van de steeds kwetsbaarder. waarschijnlijk respectievelijk in de veenbodem, waardoor die sterk daalde. Op zulke plekken was geen De Noordkop kreeg het, vooral door een serie stormvloeden in de 13e en 14e eeuw. Ze vormden echter akkerbouw meer mogelijk, benutting als weiland nog wel. Ook een 12e eeuw, zwaar te verduren. Aangenomen wordt dat bewoners het wel een risico bij stormvloeden. Zo drogere klimaatperiode droeg bij aan de bodemdaling. land probeerden te redden door de aanleg van dijkjes van klei en stroomde in 1248 het zeewater via Verdere ontginning in de vroege middeleeuwen leidde tot verdere wier (vaak zeegras) van hooguit 1 à 2 m hoog met brede stroken het Zijpe en de bedding van de Re- bodemdaling. Door de daling van het land stagneerde de afvoer van buitendijks land ervoor. Resten daarvan zijn aangetroffen ten zui- kere tot Alkmaar. Bij Schagen brak de binnenwater en bovendien nam de kwetsbaarheid van het veenge- den van Wieringen, met name in de Wieringerwaard. Waar men er Westfriese Omringdijk door waar- bied voor stormvloedenklei buitendijks toe. De (laag) kwelders / getijdegebied en lage strandwallen bo- zuidelijker in slaagde een lange omringdijk aan te leggen die het door de Grote Waard (later: Heer- den slechts tot opklei zekere buitendijks hoogte (hoog) bescherming tegen de zee, daar- land beschermde (zo ontstond West-Friesland), was alle moeite in hugowaard) ontstond. naast nam de dreigingklei binnendijks vanuit de Waddenzee toe. Over bewoning in de Noordkop tevergeefs. “Veel steden en dorpen bij Wieringen laghen / Die al Hoewel de zeegaten verzandden was zand (laag) deze periode zijnzand weinig (hoog) gegevens te vinden. Rond het jaar 800 was metten water moesten versmooren’” rijmde de 16e-eeuwse rederijker de Noordkop het zorgenkind van de duinkust tussenveen Petten en Huisduinen nog gesloten al zullen er Dirck Adriaensz Valcoogh in zijn Chronijck van de Sijpe (1599). vele landeigenaren. Oude kaarten afwateringsgeulenhoogveen uit het veen zijn geweest. Ten tijde van graaf Dirk Rond 1300 was de oude Noordkop waarschijnlijk voor ongeveer 70% tonen vele doorbraken en zeegaten, I (10e eeuw) was hetlaagveen land deels grafelijk bezit. Er lagen bij het toen- weggeslagen. Waddenzee en Zuiderzee kregen min of meer hun zoals het Oogmergat (dwars door duin malige Callantsoog 28 hoeven land (ca 560 ha) in de veenontginnin- huidige omvang. ‘Ganga’, een benoorden Wieringen gelegen eiland Callantsoog, ontstaan in 1570), het stuwwallen / keileem gen. Daarnaast deeddekzand men, net als in later eeuwen, aan zeevisserij. verdween, evenals de venen van het gebied dat we nu als Balgzand Cleygat (waarvan het huidige Botgat Het Marsdiep bestond in deze tijd nog niet. Een mogelijke voorlo- kennen. De Noordzee had contact met de Zuiderzee en zette grote resteert), het Buijzegat en het Span- per, genoemd in kerkdorpkronieken van het Duitse klooster te Fulda dat hier hoeveelheden zand af. De doorbraken en zeearmen waren niet jaartsgat. bezittingen had, dijkis de ‘Fluvius Maresdeop’, maar dat stroompje stabiel. Het waren grote of kleine gaten die zich verplaatsten, sloten Op vele plekken werd zand uit zee en enkele vondsten IJzertijd Noordkop waterde af richting het oosten naar de oude Vliestroom, die tussen en zich opnieuw vormden. kustduin afgezet. Diep landinwaarts Vlieland en Terschelling uitwaterde. Van de oude, aaneengesloten strandwalkust bleven drie grotere vormde de wind lage duintjes, waar- Na het jaar 1000 ontstond een ander beeld: nog steeds strandwal- eilanden over, te weten Callantsoog, Huisduinen en Texel. Daartus- van sommige tot op heden als ‘nol- len, maar met een aantal gaten erin. Direct daarachter lagen nu sen lagen zeegaten: het Zijpe tussen Petten en Callantsoog, het len’ herkenbaar zijn, bij Callantsoog kwelders en wadplaten. Zuidelijk van Wieringen strekte het overge- Heersdiep tussen Callantsoog en Huisduinen en het Marsdiep tus- en Den Helder. Tot voor kort waren De kaart van A. Antonisz uit 1609 schetst de situatie van na 1570, de kaart van A. Metius uit 1619 toont bleven hoogveen zich uit over de oostelijke kant van het huidige sen Huisduinen en Texel. Landinwaarts ontstond een grotendeels ook verspreid over de Zijperpolder de in 1610 aangelegde Zanddijk tussen Callantsoog en Huisduinen. Op beide kaarten enkele andere Noord-Holland. Aan de noordkant van Wieringen lagen kwelders, zandige wadvlakte met hier en daar een eilandje (vergelijkbaar met vele lage duintjes te vinden, deels eilandjes, waaronder ‘Coegras’. slechts bij Den Oever was open water: die naam is er niet voor niets. Rottumerplaat), onderdeel van de Waddenzee. Het Marsdiep kon afkomstig van de legendarische Ke- telduinen (zie pag. 52). Sommige voormalige nollen zijn nog her- 1381. Hij moest van Den Burg naar Schoonhoven voor overleg met kenbaar omdat ze na 1600 als locaties voor oude buitenplaatsen de Heer van Texel over een moordzaak. Het kostte hem een dag om werden uitgekozen, zoals het Wildrijk . L in Petten te komen. Eerst met paard en wagen naar Den Hoorn, per Den Burg Texel kaart Callantsoog e.o. ca 1350 volgens Henk Schoorl, 1973, bewerkt naar Frans Diederik boot het Marsdiep over, met paard en wagen langs het Noorder- ca 720 - 1000 Den Hoorn ca 1350 I. Marsdiep Leven in de zeedorpen strand van Huisduinen naar het Heersdiep, per boot naar Callants- Marsdiep II. Heersdiep klei buitendijks (laag) / getijdegebied III.Zijpe klei buitendijksIn de vroege (laag) middeleeuwen / getijdegebied lagen de dorpen Petten, Callantsoog en oog en van daar naar Petten. Na een overnachting in Petten zette hij klei buitendijks (hoog) klei buitendijks (hoog) A. Texel Huisduinen verder naar het westen. De huidige dorpen zijn van veel zijn reis naar Schoonhoven voort. B. Huisduinen Huisduinen klei binnendijks klei binnendijksrecentere datum. Alle drie de dorpen lagen aan de brede zandige Het leven in en nabij de zeedorpen vereiste eeuwenlang een grote C. Oog Husidina D. Toeper gebiedzand met Toep (laag) zand (laag)kuststrook die zich uitstrekte van Cap Gris Nez in Frankrijk tot het flexibiliteit. Het waren kleine, armoedige dorpen. Aan het eind van E. Callantsoog met achterliggend kweldergebied Torp zand (hoog) zand (hoog)noordelijkste puntje van Jutland in Denemarken. Langs de gehele de middeleeuwen bestonden Callantsoog en Huisduinen uit een Oog I. Den Hoorn 2. Polder Den Aalveen (1378) veen kust, die in die tijd tot 5 km verder naar het westen lag, liep een duinreep, een dorp met een paar honderd woningen en een kerk, Heersdiep 3. Kromme Sloot zandige weg. Iedereen gebruikte deze weg, van handelaren tot daarachter lagen kleine poldertjes waarin men landbouw bedreef. 4. Papenesserdijkhoogveen hoogveen 5. Keizersbult laagveen zwervend volk, op zoek naar een luwe plek om te wonen. Langs De zee was voor de bewoners van de kustdorpen een bron van in- 6. Butterrug laagveen ‘t Oge 7. De Bollen deze ‘Heereweg’, die misschien wel tot Texel liep, waren op gere- komsten. Men deed aan kustvisserij op haring, schol, schelvis en Callinghem duin duin 8. Butterhoek gelde afstanden stopplaatsen, waar mensen woonden die voedsel kabeljauw, of werkte als loods. In de 16e eeuw ontstond ook ha- 9. Landsdiep van stuwwallen Huisduinen. / keileem stuwwallen / keileem 10. Oogsloot en onderdak konden leveren aan de reizigers. Zo zijn Petten, Cal- ringvisserij op de Noordzee (in Noord-Holland vanuit Enkhuizen). Zijpe 11. Kromme Gieldekzand dekzand 12. Zuidelijke getijgeul van het Heersdiep lantsoog en Huisduinen waarschijnlijk ontstaan. In Kennemerland Later voer men op de grote vaart: de koopvaardij (vanuit bijvoor- 13. Helmdijk Petten bij de Zijpe liggen de Heerewegen er nog steeds en zijn ze zeer goed te volgen. beeld Amsterdam) en vanaf het eerste kwart van de 17e eeuw de 14. Oudst bekendekerkdorp Callantsoger dijk in 1960 blootgespoeld kerkdorp(Zie Duinen en mensen Kennemerland: pag. 52). Benoorden Cam- walvisvaart. In de 17e eeuw hadden Den Helder en Huisduinen eni- Pethem 15. 'Landsdiep' van Callantsoog. Westfriese Omringdijk dijk Petten aan het Hondsbos 16. Verbinding Zijpe - Lotsmeer (later dijk Schoorlse zeedijk perduin zijn ze verzwolgen. ge welvaart van de schepen die soms lange tijd op de ree lagen. Ouddieper Zwin of Oude Veer) 17. De Keins enkele Navondsten de stormen IJzertijd van deNoordkop 12e eeuw was contact met de rest van de be- Voor de verdere ontwikkeling van de eilanden Callantsoog en Huis- 18. Westfriese omringdijk woonde wereld moeilijk. Sommige reizen zijn gedocumenteerd, duinen, met name na 1700, zie pag. 100 en 126. 19. Schoorlse dijk Reconstructie ca 900 (Uit Roos, 2009) Reconstructie ca 1350 ( naar H.Schoorl, 1973) 20. Rekerdam bijvoorbeeld die van baljuw Jan van Poelgeest van Texel op 18 april 21. Petten aan het Hondsbos 22. Petten bij de Zijpe 23.