Nummer Toegang: 3.20.09

Inventaris van het archief van de familie Cousebant ca. 1400-1800

Versie: 15-11-2019

H. Douma

Nationaal Archief, Den Haag 1965

This finding aid is written in Dutch. 3.20.09 Cousebant 3

INHOUDSOPGAVE Beschrijving van het archief...... 13 Aanwijzingen voor de gebruiker...... 15 Openbaarheidsbeperkingen...... 15 Beperkingen aan het gebruik...... 15 Materiële beperkingen...... 15 Aanvraaginstructie...... 15 Citeerinstructie...... 15 Archiefvorming...... 16 Geschiedenis van de archiefvormer...... 16 Geschiedenis van het archiefbeheer...... 16 De verwerving van het archief...... 18 Inhoud en structuur van het archief...... 19 Verantwoording van de bewerking...... 19 Ordening van het archief...... 20 Verwant materiaal...... 21 Beschikbaarheid van kopieën...... 21 Publicaties...... 21 Literatuur- en bronnenlijst...... 21 Beschrijving van de series en archiefbestanddelen...... 23 Eerste Hoofdafdeling. Persoonlijke stukken...... 23 I Persoonlijke stukken van de familie Cousebant en aanverwante geslachten...... 23 A Eerste Generatie...... 23 1 Wigger Claesz. Cousebant, Janne Pietersdr. en Margriete Pietersdr...... 23 B Tweede Generatie...... 23 1 Barent Wiggersz. Cousebant en Magdalena Adriaensdr. Kies...... 23 C Derde Generatie...... 24 1 Frederik Barentsz. Cousebant en Aefgen Garrebrantsdr...... 24 2 Johanna Barentsdr. Cousebant...... 24 3 Frans Barentsz. Cousebant, Wyve van Ryck Cornelisdr. en Adriana Gerritsdr. van der Hulft....24 D Vierde Generatie...... 26 1 Barent Fransz. Cousebant en Raeijnelda Vernim Cornelisdr...... 26 2 Frederik Cousebant en Thecla Laeckemans...... 26 3 Nicolaas Cousebant...... 27 4 Joseph Cousebant...... 27 5 Gerardus Cousebant en Magdalena Grauwers...... 28 6 Johanna Maria Cousebant...... 28 7 Judocus Cousebant en Adriana Maria Crucius...... 29 E Vijfde Generatie...... 29 1 Geertruyd Cousebant en Jacob Bosschaert...... 29 2 Maria Anna Cousebant en Nicolaas Bosschaert...... 29 3 Adrianus Francois Cousebant en Maria Catharina Emonds...... 29 F Zesde Generatie...... 30 1 Maria Teresia Cousebant en Matthias Henricus van Wijck...... 30 2 Franciscus Bernardus Cousebant en Maria Christina Genoveva van Alckemade...... 30 G Zevende Generatie...... 32 1 Florentius Justus Franciscus Cousebant en Elisabeth Jacoba Julia van Wassenaer...... 32 H Achtste Generatie...... 33 1 Franciscus Bernardus Silvester Cousebant...... 33 2 Theresia Agatha Alexandrina Cousebant...... 33 3-4 Jacobus Cousebant en Franciscus Bernardus Cousebant...... 34 J Diverse Generaties...... 34 II Stukken van het geslacht (De) Kies (Van Wissen)...... 34 1 Johan de Kies en Agatha van Raephorst...... 34 2 Johan de Kies en Maria van Veen...... 34 4 Cousebant 3.20.09

III Stukken van het geslacht Nobel en aanverwante geslachten...... 35 A Stukken van het geslacht Nobel met takken Blom en Van der Hulft...... 35 1 Cornelis Roelofsz. (Nobel) en Anna Willemsdr. Blomme...... 35 2a Willem Cornelisz. Nobel alias Blom en Machtelt Willem Goertsdr...... 35 3a Beerte Blom...... 35 2b Styntgen Cornelisdr. en Claes Dircxsz. (Verwer)...... 35 2c Jacob Cornelisz. Nobel en Griete Gerritsdr. (Hulft)...... 35 3b Mary Jacobsdr. en Ysbrant Jacobsz. (Dobbius)...... 36 3c Cornelis Jacobsz. Nobel...... 36 4a Jacob Cornelisz. Nobel alias Hulft, en Adriana van Nesse...... 36 4b Margrietgen van der Hulft...... 38 4c Duyfgen (Columba) van der Hulft en Pieter van Zell...... 38 4d Willem (Guilielmus) van der Hulft...... 38 4e en 4f Maria en Hester van der Hulft...... 39 4g Elisabeth van der Hulft...... 39 B Stukken van het geslacht Verwer...... 39 1a Claes Dircxsz. en Styntgen Cornelisdr...... 39 1b Dirk en Claes Verwer...... 39 2 Anthonis Claesz. en Gheert Jansdr...... 39 C Stukken van het geslacht Hulft...... 40 1 Jan Gerytsz. Holft...... 40 D Stukken van het geslacht Dobbius...... 40 1 Ysbrant Jacobsz. en Mary Jacobsdr...... 40 E Stukken van de geslachten Lakemans en Ban...... 40 1 Pieter Meynertsz. Lakemans en Thiet Jacobsdr...... 40 2 Reynu Pieter Lakemansdr. en Frans Teyng Mathysz. (Ban)...... 41 F Stukken van het geslacht Van Zell...... 41 1 Pieter van Zell en Duyfgen (Columba) van der Hulft...... 41 G Stukken van het geslacht Van Foreest...... 41 1a Jan van Foreest...... 41 1b Pieter van Foreest en Margriete Willemsdr...... 41 2a-e Maritgen, Guertgen, Adriana, Cornelia en Guertgen Pietersdr. van Foreest...... 42 2f Dirk van Foreest en Elisabeth Jansdr...... 43 3a Pieter van Foreest en Judith Nicolaasdr. van Dijck...... 43 2g Willem van Foreest en Maritgen Cornelisdr...... 44 3b Haesgen van Foreest als erfgename van haar vader Willem van Foreest...... 45 H Stukken van de schoonfamilie van mr. Pieter van Forreest...... 45 1 Willem Dircxsz. en Hase Jansdr...... 45 2a Katrijn Willemsdr. en Jan Conincxsz...... 45 2b Adriaen Willemsdr. en Nicolaas van Hoorne...... 45 J Stukken van het geslacht Van Puersen...... 46 1 Costen van Puersen en Adriaen Heynricxdr. (Hant)...... 46 K Stukken van het geslacht Conincxsz...... 46 1 Jan Conincxsz. en Ermgaert Willem Jacobsdr...... 46 2a Janna Jan Conincxsz. en Claes Vranckensz...... 46 2b Jan Conincsxz. en Katrijn Willemsdr...... 46 3 Johan Conincxsz...... 46 L Stukken van diverse verwanten van het geslacht Conincxsz...... 47 1 Janna Jan Conincxsdr. en Claes Vranckensz...... 47 2a-b Katrijn Jansdr. en Belie Jansdr...... 47 M Stukken van het geslacht Van Hoorne...... 47 1 Nicolaas van Hoorne en Adriaen Willemsdr...... 47 2 Pieter Nicolaasz. van Hoorne en Machtelt Cornelis Jan Ghysbrechtsdr...... 47 IV Stukken van het geslacht Crucius en aanverwante geslachten...... 48 A Stukken van het geslacht Wittecruys Alias Crucius...... 48 1a Joachim Dircxsz. Wittecruys en Regnera Pieter Olysdr...... 48 2a Elisabeth Crucius, Johan van Teylingen en Johan van Schoten...... 48 2b Switbertus Crucius en Syberich Gerritsdr...... 48 2c Adriaen Crucius en Maria Keyser...... 49 3.20.09 Cousebant 5

3 Adriana Maria Crucius en Arent van Gouthoeven...... 49 B Stukken van het geslacht Keyser...... 49 1 Dignum Cornelisz. Keyser en Baefgen Willemsdr...... 49 2 Dirck Dignumsz. Keyser en Jannetgen Willemsdr. Cortoires...... 49 3a Erven Keyser...... 49 3b Cornelia Keyser...... 50 C Stukken van het geslacht Van Teylingen...... 50 1 Augustijn van Teylingen Florisz...... 50 2 Jacob van Teylingen...... 50 3 Augustijn van Teylingen Jacobsz. en Maritgen Cornelisdr...... 50 4a Johan van Teylingen en Elisabeth Crucius...... 51 5a Augustijn van Teylingen...... 52 4b Jacob van Teylingen...... 52 4c Cornelis van Teylingen en Alydt Deteringhs...... 53 5b Maria Cornelisdr. van Teylingen...... 53 4d Agneta van Teylingen en Adriaen Jansz. Visscher...... 54 4e Elisabeth van Teylingen en Jacob Pietersz. Bour...... 54 D Stukken van het geslacht Bout alias Cosgen...... 54 1 Cornelis Jansz. en Agniese Pietersdr...... 54 2a Jan Cornelisz. (Johannes Cornelii)...... 54 2b Pieter Cornelisz. Cosgen en Neeltgen Adriaensdr...... 55 E Stukken van het geslacht Visscher...... 55 1 Adriaen Jansz. Visscher, weduwnaar van Agneta van Teylingen...... 55 F Stukken van het geslacht Bour alias Bouman...... 55 1 Jacob Pietersz. Bour en Elisabeth van Teylingen...... 55 2 Pieter Bouman en Catharina Kinnemans...... 55 G Stukken van het geslacht Van Schoten...... 56 1a Johan van Schoten en Elisabeth Crucius...... 56 1b Wilhelmina van Schoten...... 56 H Stukken van het geslacht Van Gouthoeven...... 57 1 Arent van Gouthoeven en Adriana Crucius...... 57 V Stukken van het geslacht Bosschaert...... 57 1a Jacob Bosschaert en Geertruyd Cousebant...... 57 1b Nicolaas Bosschaert en Maria Anna Cousebant...... 57 VI Stukken van de geslachten Emonds, Van Beeck en De Bruyn...... 57 A Stukken van het geslacht Emonds...... 58 1 Pieter Emonds en Adriana Dimpna van Beeck...... 58 B Stukken van het geslacht Van Beeck...... 59 1 Peter van Beeck...... 59 C Stukken van het geslacht de Bruyn...... 59 1 Johan de Bruyn...... 59 VIII Stukken van het geslacht Van Alckemade en aanverwante geslachten...... 60 A Stukken van het geslacht Van Alckemade...... 60 1 Floris van Alckemade Maertensz. en Elisabeth Jacobsdr. van Hoeff...... 60 2a Jacob van Alckemade en Marie Cornelisdr. Bam...... 60 2b Johan van Alckemade, Griete Jacobsdr. en Agatha van Berckenrode...... 61 3a Sybrand van Alckemade, Beatrix Duyst van Voorhout en Clementia Schoutens...... 61 4a Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel...... 63 5a Floris van Alckemade, Juliana van Berum en Maria Henrietta van Scheltinga...... 63 6a Maria Margaretha van Alckemade...... 64 6b Floris Ignatius van Alckemade, Maria Theresia van der Goes en Susanna Regina van Blockland...... 65 7a Henrietta Cornelia Veronica van Alckemade en Gerrit Ferdinand van Cammingha...... 67 7b Agatha Margaretha Francisca van Alckemade...... 67 5b Walraven Dominicus van Alckemade en Cosina Kockmans...... 68 5c Maria Theresia van Alckemade...... 68 5d Hendrik van Alckemade...... 68 5e Sybrand Johannes van Alckemade...... 68 5f Johan Theodoor van Alckemade en Elisabeth van Hellemijs van Welle...... 69 6 Cousebant 3.20.09

5g Jacob Francois van Alckemade en Anna van Berum...... 69 5h Franciscus van Alckemade...... 70 5j Anna Maria van Alckemade...... 70 3b Floris van Alckemade en Goedela van Haarlem van Berckenrode...... 70 4b Hendrik van Alckemade van Berckenrode...... 70 B Stukken van het geslacht Van Berckenrode...... 71 1a Sybrand van Berckenrode en Machtelt Andriesdr. van Hoorn alias van Heussen...... 71 2a Margriet van Berckenrode en Reijnier van der Horst...... 72 1b Adriaen van Berckenrode en Christina van Blanckeroort...... 72 2b Hendrik van Berckenrode...... 72 2c Catharina van Berckenrode en Franciscus van Torenvliet...... 72 1c Catharina van Berckenrode en Reyer Willemsz. de Jonge...... 72 1d Jacoba van Berckenrode en Dirck van Heussen...... 72 C Stukken van het geslacht Van Hoorn...... 72 1 Gerrit Andriesz...... 72 2 Andries Gerritsz. en Aechte van Heussen...... 72 D Stukken van het geslacht Van Heussen...... 73 1 Claes van Heussen...... 73 2a Dirck van Heussen en Jacoba van Berckenrode...... 73 3a Meinert van Heussen...... 73 2b Margaretha van Heussen en Marcus Martensz...... 74 3b Johan Marcusz...... 74 E Stukken van het geslacht Van der Horst...... 74 1 Reijnier van der Horst en Margriet van Berckenrode...... 74 F Stukken van het geslacht Van Torenvliet...... 74 1 Franciscus van Torenvliet en Catharina van Berckenrode...... 74 2 Cornelis van Torenvliet en Catharina van Rijn...... 74 3 Weijnina van Torenvliet...... 74 G Stukken van het geslacht Duyst van Voorhout...... 74 1a Hendrik Duyst...... 74 2a Dirck Duyst van Voorhout en Adriana van der Wiele...... 75 2b Erckenraet Duyst en Adriaen Cool...... 75 1b Cornelis Duyst van Voorhout en Catharina de Jonge...... 75 H Stukken van het geslacht Cool...... 76 1 Adriaen Cool en Erckenraet Duyst...... 76 J Stukken van het geslacht Van Arckel...... 76 1 Walraven van Arckel en Maria Ruysch...... 76 2 Walraven van Arckel de jonge en verdere erven Van Arckel...... 76 K Stukken van het geslacht Van Scheltinga...... 77 1 Tierck van Scheltinga en Margaretha Bernharts...... 77 2 Goslijck (Godefridus) van Scheltinga en Maria Francoise Crabeels...... 77 3a Theodorus Xaverius van Scheltinga en Margaretha Maria van der Burch...... 78 3b Florentius Ignatius van Scheltinga...... 78 L Stukken van het geslacht Van der Burch...... 78 1 Thieleman van der Burch en Margaretha Grijph van Valckesteyn...... 78 2 Justus van der Burch en Lidewina van Rijn...... 79 M Stukken van het geslacht Van der Goes...... 79 1 Adriaen Aerntsz. van der Goes en Anna Lourens Pietersdr. (van Spangen)...... 79 2 Christiaen van der Goes en Anna van Renoy...... 79 3a Adriaen Christiaensz. van der Goes en Maria van Cromstrijen...... 80 4a-c Martinus, Willem en Adriaen van der Goes...... 81 4d Agatha van der Goes en Simon Graswinckel...... 82 3b Anna van der Goes Christiaensdr...... 82 3c Cornelius van der Goes en Cornelia van Eversdijck...... 82 4e Christiaen van der Goes en Jacoba de Jonge...... 83 5 Cornelis Adriaensz. van der Goes en Maria Agatha Graswinckel...... 84 6a Christina Genoveva van der Goes en Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum...... 85 6b Agatha Maria van der Goes en Frederik Jacobus Heereman van Zuydtwijck...... 85 N Stukken van het geslacht Van Spangen...... 85 3.20.09 Cousebant 7

1 Lourens Pietersz. en Maria Christiaen Goutsdr...... 85 O Stukken van het geslacht Van Renoy...... 85 1 Gerrit van Renoy en Anna de Potis...... 85 2 De kinderen van Gerrit van Renoy en Anna de Potis...... 86 P Stukken van het geslacht Van Cromstrijen...... 86 1 Marten van Cromstrijen en Anna de Stoppelaer...... 86 2 Philips van Cromstrijen...... 86 Q Stukken van het geslacht De Stoppelaer...... 87 1 Philips de Stoppelaer en Bartha van de Werve...... 87 R Stukken van het geslacht Van Borselen...... 88 1 Wolfaert van Borselen en Maria van de Werve...... 88 S Stukken van het geslacht Van Eversdijck...... 88 1 Marcellus van Eversdijck en Jacopmyncken Roosenburch...... 88 2a Pieter van Eversdijck...... 89 2b Maria van Eversdijck...... 89 2c Elisabeth van Eversdijck...... 89 T Stukken van het geslacht De Jonge...... 89 1 Jacob Andriesz...... 89 2 Andries Jacobsz. de Jonge...... 90 U Stukken van het geslacht Graswinckel...... 90 1a Cornelia Graswinckel...... 90 1b Simon Graswinckel en Agatha van der Goes...... 90 2 Adriaen Graswinckel...... 91 W Stukken van het geslacht Van Emingha...... 91 1 Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum en Christina Genoveva van der Goes...... 91 Y Stukken van het geslacht Heereman van Zuydtwijck...... 92 1 Frederik Jacobus Heereman van Zuydtwijck en Agatha Maria van der Goes...... 92 2 Silvester Andries Heereman van Zuydtwijck...... 92 Z Stukken van het geslacht Van Cammingha...... 92 1 Gerrit Ferdinand van Cammingha en Henrietta Cornelia Veronica van Alckemade...... 92 AA Stukken van het geslacht Helmich alias Van Hellemijs van Welle...... 93 1a Adriaen Jansz. Helmich en Ghisbertgen Jan Ghisbertsz. Lachmontsdr...... 93 2a Splinter Helmich en Herberta Splijtloff...... 94 3 Adriaen van Hellemijs van Welle en Elisabeth de Coninck...... 94 4a Herman van Hellemijs van Welle en Maria van den Wolde...... 96 5 Adriaen van Hellemijs van Welle...... 96 1b Cornelia Jan Helmichdr. en Clement Alartsz. Verborch...... 97 1c Adriana Jan Helmichdr. en Gysbert Splintersz. van Nijenrode...... 97 2b Wernerus Helmichius...... 97 4b Gijsberta van Hellemijs van Welle en Johan van den Wolde...... 98 BB Stukken van het geslacht Splijtloff...... 98 1 Helmich Splijtloff...... 98 2 Johanna Splijtloff en Godert de Coninck...... 98 CC Stukken van het geslacht De Coninck...... 99 1 Godert de Coninck en Johanna Gijsbertsdr. van Nijenrode...... 99 2 Saris de Coninck...... 99 3a Godert de Coninck en Johanna Splijtloff...... 99 3b Godefrida Saris de Coninck en Frederik van Zuylen van Nyevelt...... 99 3c Cornelia Saris de Coninck en Dirk Cuebel...... 99 DD Stukken van het geslacht van Zuylen van Nyevelt...... 100 1 Frederik van Zuylen van Nyevelt en Godefrida Saris de Coninck...... 100 EE Stukken van het geslacht Cuebel...... 100 1 Dirk Cuebel en Cornelia Saris de Coninck...... 100 FF Stukken van het geslacht Van den Wolde...... 100 1 Johan van den Wolde en Gijsberta van Hellemijs van Welle...... 100 GG Stukken uit het geslacht Verborch...... 100 1 Clement Alartsz. Verborch en Cornelia Jan Helmichdr...... 100 HH Stukken van het geslacht Van Nijenrode...... 100 1 Splinter van Nijenrode en Johanna van Beieren...... 101 8 Cousebant 3.20.09

2a Johan van Nijenrode en Geertruyd van Oye...... 101 3a Splinter van Nijenrode en Anna Engbertsdr. van Zuylen van Natewisch...... 101 4a Egbert van Nijenrode en Mabelia van Rodenburg...... 101 4b Gijsbert van Nijenrode en Adriana Jan Helmichdr...... 101 2b Gijsbert van Nijenrode, Beatrix van Zuylen van Nyevelt en Geertruyd Taets van Amerongen...... 101 3b Eernst van Nijenrode en Margaretha van Renesse van Wulven...... 101 4c Geertruyd van Nijenrode en Goert van Reede...... 102 JJ Stukken van het geslacht Van Voerde...... 102 1 Godert de Coninck van Voerde en Baten van Anxster...... 102 KK Stukken van het geslacht Van Sasse...... 102 1 Gijsbert van Sasse en Jacoba N.N...... 102 LL Stukken van het geslacht Van Ratingen...... 102 1 Gerrit van Ratingen en Theodorica van Rodenburg...... 102 MM Stukken van het geslacht Van Renesse van Wulven...... 102 1 Jan van Renesse van Wulven en Alijt Freys van Kuinre...... 102 NN Stukken van het geslacht Van Reede...... 103 1 Goert van Reede en Geertruyd van Nijenrode...... 103 VIII Stukken van het geslacht Van Wijk en aanverwante geslachten...... 103 A Stukken van het geslacht Van Wijk...... 103 1 Hendrik van Wijk en Apolonia de Graeff...... 103 2 Matthias van Wijk en Maria Theresia Cousebant...... 103 3 Hendrik van Wijk...... 104 B Stukken van het geslacht De Graeff...... 104 1a-1b Jan de Graeff, diens echtgenote Agneta ter Laak en diens broeder Pieter de Graeff...... 104 C Stukken van het geslacht Van Dashorst...... 105 1 Johannes van Dashorst de jonge en Johanna Barbera Cameij...... 105 Tweede Hoofdafdeling. Goederenbezit...... 106 I Stukken betreffende goederenbezit in het algemeen...... 106 A Blaffaards van het geslacht Cousebant...... 106 B Blaffaards van het geslacht Emonds...... 106 C Blaffaards van het geslacht Van Alckemade...... 106 D Blaffaards van het geslacht Van Wijk...... 107 E Rekeningen en andere stukken...... 107 1 Betreffende goederen in Holland tot 1788...... 107 2 Betreffende goederen in Zeeland tot 1788...... 109 3 Betreffende goederen in Holland en Zeeland sedert 1788...... 109 4 Betreffende goederen in de Baronie van Breda...... 110 5 Betreffende goederen in Friesland...... 110 6 Betreffende goederen in diverse provincies...... 110 II Stukken betreffende adellijke huizen en heerlijkheden...... 110 A Het huis Oud-Alckemade cum annexis te Warmond...... 111 B Het Huis Boekenburg te Voorhout...... 111 C De ambachtsheerlijkheid Grijsoord en de hoge heerlijkheid Klinkerland...... 112 1 Aankomsttitels en bijbehorende stukken...... 112 2 Stukken betreffende het beheer...... 112 D De ambachtsheerlijkheid Cromstrijen anders genoemd Numansgorzen...... 113 1 Aankomsttitels met bijbehorende stukken...... 113 2 Stukken betreffende het bestuur van de ambachtsheerlijkheid...... 116 3 Stukken betreffende het beheer van particuliere belangen...... 118 E De heerlijkheid Maneghem...... 119 F Het Huis en de hoge en lage heerlijkheid van het Nedereinde van Spijk...... 119 1 Aankomsttitels...... 119 2 Stukken betreffende het beheer...... 120 G De heerlijkheid Warmond...... 120 H De ambachtsheerlijkheden Groot Waspik, Elf en een halve hoeve moers en Hendrik Luyten ambacht alias Vijf hoeven moers...... 120 III Stukken betreffende afzonderlijke goederen in verschillende plaatsen...... 121 A Betreffende goederen in Holland...... 121 3.20.09 Cousebant 9

1 Aagtdorp...... 121 2 Aalbertsberg...... 123 3 Abbenbroek...... 123 4 Alkmaar...... 123 5 Almkerk...... 124 6 Amsterdam...... 124 7 Asperen...... 124 8 Assendelft...... 124 9 Assum...... 125 10 Bergen...... 125 11 Beverwijk...... 125 12 Bodegraven...... 125 Den Bommel...... 125 13 Charlois...... 125 14 Delft...... 125 15 Dijkshoorn...... 126 16 Dirksland...... 126 17 Dubbeldam...... 126 18 's-Gravenhage...... 126 Groet...... 126 19 Haarlem...... 126 20 Haarlemmerliede...... 128 21 Heemskerk...... 129 22 Heemstede...... 129 23 Heilo...... 129 24 Hillegom...... 129 25 Hogewoerd...... 129 26 Kedichem en Reierscop...... 130 27 Krommenie...... 130 28 Leiden...... 130 29 Leiderdorp...... 130 30 Lisse...... 131 31 Maasland...... 131 32 Melissant...... 131 33 Ooltgensplaat en Den Bommel...... 131 a Algemeen...... 131 b Den Bommel...... 132 c De Galathee...... 134 d De Noordpolder...... 134 e De Nieuwe Blokpolder...... 134 f Het Rietveld...... 134 g De Mariapolder...... 135 34 Overveen...... 135 35 Pijnacker...... 135 Reierscop...... 135 36 Sassenheim...... 135 37 Schalkwijk...... 136 38 Schellinkhout...... 136 39 Schoorl en Groet...... 136 40 Schoten...... 136 41 Spijkenisse...... 137 42 Tetrode...... 137 43 Uitgeest...... 137 44 Veenhuizen...... 138 45 Velsen...... 139 46 Vogelenzang...... 139 47 Warmond...... 139 48 De Wieringerwaard...... 140 49 Zevenbergen...... 140 10 Cousebant 3.20.09

50 De Zilk...... 140 51 Zoeterwoude...... 141 52 Zuidland...... 141 Zwaluwe...... 141 B Borsselen...... 141 1 Buttinge...... 141 Domburg...... 141 2 Grijpskerke...... 141 3 Koudekerke...... 141 Sint Laurens...... 141 4 Melis- en Mariekerke...... 142 5 Middelburg...... 142 6 Nieuwerkerk (bij Arnemuiden)...... 143 7 Noordwelle...... 143 8 Oost- en West-Souburg...... 143 9 Popkensburg of Sint Laurens...... 144 10 Schellach...... 144 11 Stavenisse...... 145 Welsinge...... 145 12 Westkapelle...... 145 C Betreffende goederen in de Baronie van Breda...... 145 1 Breda...... 145 2 Etten...... 145 a Attelaken of de Doorne...... 145 b De Branden...... 146 c De Bremberg...... 146 De Doorne...... 147 d Zwartenberg...... 147 3 Princenhage...... 148 a Buurstede...... 148 b Schoot...... 148 D Betreffende goederen in Friesland...... 148 1 Bolsward...... 148 2 Huizum...... 148 3 Leeuwarden...... 148 4 Lions...... 150 5 Wijns...... 150 6 Wouterswoude...... 150 E Betreffende goederen in Gelderland...... 150 1 Wichmond...... 150 F Betreffende goederen in Overijssel...... 150 1 Assendorp...... 150 G Betreffende goederen in ...... 151 1 ...... 151 2 Ankeveen...... 151 3 Het Gooi...... 151 4 Hoenkoop...... 151 5 De Meern...... 151 6 Vechten...... 152 7 Vleuten...... 152 Werkhoven...... 152 8 Zuilen en Zwesereng...... 152 H Betreffende goederen in Vlaanderen...... 152 1 Brugge...... 152 IV Stukken betreffende kerkelijke en liefdadigheidsinstellingen te Haarlem...... 153 1 De Roomse schuilkerk aan de Bakenessegracht bij het Begijnhof en belendende huizen...... 153 2 Het Hofje van Alckemade, anders genoemd De Twaalf Apostelen in de Barrevoetsteeg...... 153 V Stukken betreffende grafsteden...... 154 A Betreffende grafsteden in het algemeen...... 154 3.20.09 Cousebant 11

B Betreffende grafsteden in verschillende plaatsen afzonderlijk...... 154 1 Alkmaar...... 154 2 Amsterdam...... 154 3 Enkhuizen...... 154 4 's-Gravenhage...... 155 5 Haarlem...... 155 6 Utrecht...... 155 Derde Hoofdafdeling. Niet-verwante geslachten...... 156 I Stukken van de geslachten Van Assendelft, Van Renesse en hun verwanten...... 156 A Stukken van het geslacht Van Assendelft...... 156 1 Gerrit van Assendelft...... 156 2 Claes van Assendelft en Alyd van Kijfhoek...... 156 3 Floris van Assendelft en Henrica van Arckel en Heuckelom...... 156 4 Otto van Assendelft en Geertruyd, bastaarddochter van Bergen...... 156 5 Cornelis van Assendelft en Margaretha van Abcoude van Meerten...... 156 6 Anna van Assendelft en Gerrit van Renesse van der Aa...... 157 B Stukken van het geslacht Van Renesse...... 157 1 Gerrit van Renesse van der Aa en Anna van Assendelft...... 157 2a Nicolaas van Renesse van Elderen en Agnes van Renesse van der Aa...... 157 2b Willem van Renesse van Elderen en Margaretha van Renesse van der Aa...... 157 C Stukken van het geslacht Van Egmond...... 157 1 Dirk van Egmond en Henrica van Liesvelt...... 157 D Stukken van het geslacht Van der Woert...... 158 1 Gerrit van der Woert...... 158 E Stukken betreffende Assendelft en andere heerlijkheden...... 158 F Stukken betreffende goederen in onderscheidene plaatsen...... 158 G Stukken betreffend vicarieën...... 159 II Stukken van de geslachten Van Deventer en Smets...... 159 Vierde Hoofdafdeling. Diverse stukken, waarvan het verband met het archief niet vastgesteld kon worden...... 161 I Persoonlijke stukken...... 161 II Stukken betreffende onroerende goederen...... 164 A Betreffende goederen in Holland...... 164 1 Algemeen...... 164 Akersloot...... 165 2 Asperen...... 165 3 Bergen...... 165 4 Beverwijk...... 165 5 Haarlem...... 165 6 Heemskerk...... 166 7 Hogewoerd...... 166 8 Koudekerk...... 166 9 Oudorp...... 167 10 Overboeicop...... 167 11 Scholaartsdijk en Spijkenisse...... 167 12 Stad aan het Haringvliet...... 167 13 Velsen...... 167 14 De Zijpe...... 167 B Betreffende goederen in Zeeland...... 168 1 Domburg...... 168 2 Vrouwenpolder...... 168 C Betreffende goederen in Utrecht...... 168 1 Abcoude...... 168 2 Bunnik...... 168 3 Kamerik...... 168 4 Lopik...... 168 5 Maarssen...... 169 Starkenburg...... 169 6 Wijk bij Duurstede...... 169 12 Cousebant 3.20.09

Vijfde Hoofdafdeling. Verzamelde stukken...... 170 I Genealogieën en stukken van familiebelang...... 170 A Het geslacht Van Abcoude...... 170 B Het geslacht Albout...... 170 C Het geslacht Van Alckemade...... 170 D Het geslacht Van Arckel...... 172 E Het geslacht Van Berckenrode...... 172 F Het geslacht Van Brederode...... 172 G Het geslacht Van Broekhuysen...... 172 H Het geslacht Van Duivenvoorde, later Van Wassenaer...... 172 J Het geslacht Van Egmond...... 173 K Het geslacht Van Foreest...... 173 L Het geslacht Gael...... 173 M Het geslacht Van der Goes...... 173 N Het geslacht Van der Haer...... 174 O Het geslacht Van Hellemijs van Welle...... 174 P Het geslacht Van Heussen...... 174 Q Het geslacht De Coninck...... 174 R Het geslacht Van Cromstrijen...... 174 S Het geslacht Lachmont...... 174 T Het geslacht Nobel...... 175 U Het geslacht Occo...... 175 W Het geslacht Van Renesse...... 175 Y Het geslacht Splijtloff...... 175 Z Het geslacht Van Teylingen...... 175 AA Het geslacht Wassenaar...... 176 BB Geslachten onder patronymicum...... 176 II Historische documenten, stukken van staatkundig en kerkelijk belang...... 176 A Holland en Zeeland...... 176 1 Stukken afkomstig van mr. Christiaen van der Goes als schout van Delft...... 176 2 Stukken afkomstig van Johan van Alckemade, oud-burgemeester van Amsterdam, of van diens broeder Jacob van Alckemade...... 177 3 Stukken afkomstig van diverse personen...... 178 B Friesland...... 180 C Gelderland...... 181 D Overijssel...... 181 E Utrecht...... 181 F Zuidelijke Nederlanden...... 182 G Diverse landen in en buiten Europa...... 182 III Kaarten...... 182 IV Handschrift over Astronomie...... 187 Bijlagen...... 189 Regesten...... 189 3.20.09 Cousebant 13

Beschrijving van het archief BESCHRIJVING VAN HET ARCHIEF

Naam archiefblok: Familie Cousebant

Archiefbloknummer: 35009

Omvang: 1304 inventarisnummer(s); 7,60 meter

Taal van het archiefmateriaal: Het merendeel der stukken is in het Nederlands.

Soort archiefmateriaal: Normale geschreven en gedrukte teksten. De Nederlandstalige stukken van vóór ca. 1700 zijn geschreven in het gotische cursiefschrift, met name in de oud-Hollandse klerkencursief.

Archiefbewaarplaats: Nationaal Archief, Den Haag

Archiefvormers: Cousebant Nobel Van Foreest Crucius Bosschaert Emonds Van Beeck De Bruyn Van Alckemade Van Wijk Cousebant, Wigger Claesz Cousebant, Janne Pietersdr. Cousebant, Margriete Pietersdr. Cousebant, Barent Wiggersz. (?-16xx) Cousebant, Frederik Barentsz. Cousebant, Johanna Barentsdr. Cousebant, Frans Barentsz. (?-1667) Cousebant, Barent Fransz. (?-1664) Cousebant, Frederik (1626-1707) Cousebant, Nicolaas (?-1653) Cousebant, Joseph (1633-1695) Cousebant, Gerardus (?-1682) Cousebant, Johanna Maria (?-1710) Cousebant, Judocus (?-1709) Cousebant, Geertruyd Cousebant, Maria Anna Cousebant, Adrianus François (1682-ca., , 1736) Cousebant, Maria Teresia Cousebant, Franciscus Bernardus (1709-1759) Cousebant, Florentius Justus Franciscus (1735-1799) Cousebant, Franciscus Bernardus Silvester (1765-1765) 14 Cousebant 3.20.09

Cousebant, Theresia Agatha Alexandrina (ca., , 1766-1789) Cousebant, Jacobus (ca., , 1772-1814) Cousebant, Franciscus Bernardus (1775-1843)

Samenvatting van de inhoud van het archief: Het archief van de van oorsprong Haarlemse familie Cousebant en aanverwante families beslaat ruim vier eeuwen vanaf ca. 1400 en omvat diverse stukken van zowel persoonlijke als zakelijke aard. Te vinden zijn onder meer huwelijkscontracten, testamenten, boedelrekeningen, doctorsbullen, kwitanties en rentebrieven. Daarnaast bevat het archief staten van inkomsten en uitgaven, akten van overdracht, leenregisters en enkele kaarten in verband met het bezit van land, huizen en heerlijkheden in Holland (Oud Alckemade, Groot Waspik, Cromstrijen). 3.20.09 Cousebant 15

Aanwijzingen voor de gebruiker

Aanwijzingen voor de gebruiker Openbaarheidsbeperkingen

OPENBAARHEIDSBEPERKINGEN Volledig openbaar.

Beperkingen aan het gebruik

BEPERKINGEN AAN HET GEBRUIK Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.

Materiële beperkingen

MATERIËLE BEPERKINGEN Het archief kent beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.

Aanvraaginstructie

AANVRAAGINSTRUCTIE Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen: 1. Creëer een account of log in . 2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk. 3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.

Citeerinstructie

CITEERINSTRUCTIE Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.

VOLLEDIG: Nationaal Archief, Den Haag, Familie Cousebant, nummer toegang 3.20.09, inventarisnummer ...

VERKORT: NL-HaNA, Cousebant, 3.20.09, inv.nr. ... 16 Cousebant 3.20.09

Archiefvorming

Archiefvorming Geschiedenis van de archiefvormer

GESCHIEDENIS VAN DE ARCHIEFVORMER Zie voor biografische gegevens over de afzonderlijke familieleden de kopnoten in de inventaris en de genealogische tabellen hieronder.

Zie voor het volledige overzicht de genealogische tabellen als .pdf .

Geschiedenis van het archiefbeheer

GESCHIEDENIS VAN HET ARCHIEFBEHEER Ondanks verwoede pogingen is het niet geheel duidelijk geworden, hoe de bescheiden van het familie-archief Cousebant terecht zijn gekomen in het archief van het Hofje van Hoogelande, voorheen in de Boekhorststraat en thans gevestigd in de Jacob Camphuysstraat te Den Haag. Wel bestaat er een sterk vermoeden. Op het eind der 18e eeuw nl. volgde Johan Anthony Schiefbaan zijn schoonvader Johan Michael de Graaf op als rentmeester van Floris Cousebant. In 1799 erfde diens zoon Franciscus Bernardus Cousebant van Alckemade een groot gedeelte van zijn bezittingen, onder meer het Huis Oud-Alckemade onder Warmond. Waarschijnlijk vanwege de ongunst der Franse tijd sloeg Franciscus nagenoeg bankroet. Zijn boedel werd in 1807 onder curatele gesteld. Eén der curators was zijn rentmeester Johan Anthony Schiefbaan. Het Huis Oud- Alckemade ging over op zijn broeder Jacobus Cousebant, heer van Groot-Waspik. In 1820 volgde een nadere overdracht op de familie Bijleveld. Met de archiefbescheiden schijnt men nogal nonchalant te zijn omgesprongen. Een gedeelte bleef op het Huis Oud-Alckemade en werd door één der latere eigenaars van de hofstede Oud-Alckemade in 1933 overgedragen aan het Algemeen 3.20.09 Cousebant 17

Rijksarchief. Het merendeel, tevens het oudste deel, moet op een of andere manier zijn achtergebleven bij de rentmeester Schiefbaan. Francois Cousebant overleed in 1843 te Oudshoorn, zijn echtgenote Helena Wilhelmina Elisabeth Ravens in 1853 te Doornik. Wellicht heeft zij na de dood van haar man geen belang gesteld in het familie-archief. Haar kinderen geraakten geparenteerd met geslachten van de Belgische adel. Slechts één zoon werd de drager van de naam Cousebant d'Alkemade, namelijk Alexandre. De overige kinderen waren dochters of stierven jong. Alexandre was in 1898 nog in leven. Uit zijn huwelijk met Valerie de Cambry de Baudimont in 1866 kwamen zes dochters voort, zodat hij de laatste telg was van het geslacht Cousebant van Alckemade. In het Annuaire de la Noblesse de Belgique van 1898 treffen we een volledige genealogie aan van het geslacht Cousebant. Voor de 17e en 18e eeuw is deze stamboom echter niet foutloos. Anderzijds worden familiegegevens vermeld, die onmogelijk afkomstig kunnen zijn uit onze stukken. De samensteller moet dus over stukken hebben beschikt, die voor schrijver dezes onbekend zijn. Vandaar, dat de mogelijkheid niet uitgesloten is, dat in Belgie her en der bij nazaten nog bescheiden rondzwerven.

De stukken van het familiearchief van vóór 1800 berustten intussen bij rentmeester Schiefbaan. De veronderstelling van mej. dr. Korvezee, uiteengezet in het Nederlands Archievenblad van 1939- 1940, en inhoudende dat voornoemde rentmeester de stukken vermoedelijk gevoegd heeft bij die van het Hofje, lijkt wel juist. Zij oppert ook nog de mogelijkheid, dat dit alles bij het archief van het Hofje terecht is gekomen door middel van Maria Catharina Cousebant, weduwe van Joseph Nicolaes Diert van Leefdael, kinderloos overleden te Den Haag in 1840. Haar zwager Jacobus Petrus Yvo Diert van Melissant was regent van het Hofje.

Door een toeval vernam de heer Van den Bergh, archivaris van het Rijk, in 1868 van de heer Schiefbaan, rentmeester en zoon van Johan Anthony Schiefbaan, het bestaan van een kostbare kaartenverzameling in het archief van het Hofje. Hij wist gedaan te krijgen, dat deze met vijf handschriften werd afgestaan aan het Rijk. De aanwinst voor het Algemeen Rijksarchief bestond uit 27 kaarten, vooral slaande op Holland en Zeeland. De kaarten werden opgenomen in de verzameling Hingman. Bijzondere vermelding verdient een portulaan van het Middellandse zeegebied van 1533, beschreven door mr. B.J. van 't Hoff. Van de vijf handschriften werden er drie geplaatst bij de handschriftenafdeling van de Derde Afdeling. Thans zijn ze overgebracht naar het familiearchief Cousebant, en beschreven in de vijfde hoofdafdeling. Het betreffen een Kroniek van de Heren van Brederode door Johannis à Leydis, een compendium van afschriften van stukken van diverse aard uit de tweede helft der 16e eeuw, voornamelijk betrekking hebbende op Kennemerland en Haarlem, en een 17e eeuwse verhandeling over ridderhofsteden in Utrecht. De beide andere handschriften, te weten een leenregister en een blaffaard uit de tweede helft der 16e eeuw, zijn eveneens in hun logisch verband geplaatst in dit familiearchief.

In 1940 stonden regenten van het Hofje nog drie handschriften af aan de Koninklijke Bibliotheek. Enig verband met ons familiearchief Cousebant kon echter niet worden aangetoond.

Bij het ordenen bleek, dat ruim de helft der stukken betrekking had op aanverwante geslachten. Veelal door huwelijken zijn deze bescheiden overgegaan op leden van het geslacht Cousebant. Het is niet nodig in deze inleiding alle toevoerkanalen van stukken te vermelden. Speciale aandacht verdient wel het huwelijk van Franchois Bernard Cousebant met Maria Christina Genoveva van Alckemade in het jaar 1734. Zij was een dochter van Florentius Ignatius van Alckemade en Maria Theresia van der Goes, gehuwd in 1713. Hierdoor kwam een toevloed van archivalia aan Franchois Bernard Cousebant van de geslachten Van Alckemade, Van Heussen, Van Berckenrode, Duyst van Voorhout, Van Arckel, Van Hellemijs van Welle, Splijtloff, De Coninck, Van Scheltinga, Van der Goes, Van Renoy, Van Cromstrijen, Van de Werve, Van Eversdijck, De Jonge en Graswinckel.

In deze reeks weer is mr. Adriaen van Hellemijs van Welle een kernfiguur, daar door zijn rentmeesterschap over de goederen van de Vrouwe van Assendelft vele bescheiden van de geslachten Van Renesse van Elderen, Van Egmond, Van der Leck, Albout, Van Assendelft, Van 18 Cousebant 3.20.09

Nijenrode, Van Reede, Van Rodenburg, Van Tyel en Van Scadick omstreeks 1635 te zijnen huize zijn achtergebleven. Wel betreft het hier kleinere fragmenten, daar de erven van mr. Adriaen de meeste stukken teruggegeven hebben aan hun rechtmatige eigenaars. Vanwege hun eigen aard zijn ze beschreven in een afzonderlijke derde hoofdafdeling.

Naast de overvloed van overgekomen bescheiden via de relaties Van Alckemade/Van der Goes treffen we nog enige min of meer krachtige zijrivieren van minder volume aan. Reeds in de 16e eeuw was het geslacht Cousebant geparenteerd aan het geslacht De Kies, zich later noemend De Kies van Wissen. Hiervan resten ons slechts enige stukken van zakelijke aard. Een erfenis van 1648 voegde hier nog enkele stukken aan toe. Belangrijker echter was het huwelijk van Frans Barentsz. Cousebant met Adriana van der Hulft in het jaar 1623. Hierdoor geraakte een belangrijke groep stukken van de geslachten Nobel, zich naar hun grootmoeder noemende Van der Hulft, met de aanverwante geslachten Verwer, Dobbius, Lakemans, Van Foreest, Van Hoorne en Conincxsz. in handen van Frans Barentsz. Cousebant. Verder erfde in 1687 Adrianus Cousebant van zijn oud- tante Elisabeth Crucius vele stukken van de geslachten Crucius, Van Teylingen, Cosgen of Basgen, Van Schoten en Van Gouthoven. Ook het huwelijk van Adrianus Francois Cousebant met Maria Catharina Emonds in 1707 bracht enkele stukken van het geslacht Emonds aan. Hierbij bevonden zich zelfs nog enige stukken van de kaartenmaker Jacob van Deventer en zijn boedel. Verrassingen zijn bij een familiearchief nooit uitgesloten. Tenslotte zijn in 1779 door een erfenis van Hendrik van Wijk een groep bescheiden in handen geraakt van Florentius Justus Franciscus Cousebant.

De verwerving van het archief

DE VERWERVING VAN HET ARCHIEF Het archief is door schenking verworven.

De stukken werden in 1940 door het Gemeentearchief 's Gravenhage aangetroffen in het archief van het Hofje van Hoogelande en overgedragen naar het Algemeen Rijksarchief. 3.20.09 Cousebant 19

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud en structuur van het archief Verantwoording van de bewerking

VERANTWOORDING VAN DE BEWERKING Toen men in 1940 op het gemeente-archief te 's-Gravenhage aanstalten maakte om een voorlopige inventaris te vervaardigen van de bescheiden van het gedeponeerde archief van het Hofje van Hoogelande, bleek het merendeel hiervan geen enkel verband te houden met voornoemde instelling. Na overleg met de bewindvoerders van het Hofje werd overeengekomen het grootste gedeelte van het archief voorlopig over te dragen aan het Algemeen Rijksarchief, daar de stukken voor het merendeel niets met Den Haag te maken hadden.

Momenteel berusten dan ook deze stukken bij de Derde Afdeling van het Algemeen Rijksarchief, waar ze het best op hun plaats zijn. Naast de Hollandse vormen immers de stukken betreffende Utrecht, Friesland, Zeeland, Noord-Brabant en Gelderland een minderheid. In september 1962 werd ondergetekende belast met het ordenen en beschrijven van de overgedragen bescheiden, die het familie-archief Cousebant bleken te vormen. Leiding gevend waren hierbij de adviezen van drs. J. Fox, thans rijksarchivaris van de Derde Afdeling van het Algemeen Rijksarchief.

Daar oude inventarissen niet voorhanden zijn, is het moeilijk te bepalen hoeveel in de loop der jaren verloren is gegaan. Laten we ons verheugen over wat bewaard is gebleven. De materiele toestand van het merendeel der stukken is goed. Wel zijn er bedenkelijke uitzonderingen. Een paar stukken waren zozeer aangetast door vocht, dat een exacte omschrijving niet mogelijk was. Merkwaardigerwijs zijn dit dikwijls 18e eeuwse stukken van het geslacht Cousebant zelf. Gelukkig betreft het vaak afschriften, waarvan het oorspronkelijk aanwezig is. Wel moet er veel met de stukken gesold zijn, daar het aantal gave exemplaren bij de zegels gering is.

Bij het samenstellen van de regestenlijst is nogal uitvoerig tewerk gegaan. Zo zijn ook uitspraken of vonnissen van gerechtelijke hoven, rekesten, akten in dorso en kwitanties opgenomen. Vooral bij de stukken betreffende de Friese abdij Mariengaarde is praktisch ieder stuk in regestvorm verwerkt. Reden hiervoor was de uitermate slechte toestand der stukken. Ook afschriften van akten van belening zijn opgenomen, daar altijd lang niet zeker was, of het eigenlijke leenregister nog bestond. Een probleem vormde de grens van de regestenlijst. Meestal wordt deze gelegd bij een ingrijpende gebeurtenis. Voor het geslacht Cousebant zou de alteratie te Haarlem in 1578 het meest voor de hand hebben gelegen. Dit geslacht bekleedde echter spaarzaam magistraatsfuncties, en de tegenstelling tussen Gereformeerden en Katholieken was in de Spaarnestad bij de gegoede burgerij niet zo groot als menige geschiedschrijver ons doet geloven. Wel zou bij het geslacht Van Alckemade de uitzetting der Katholieke burgemeesters uit Amsterdam in 1578 juist zijn gekozen. Ook bij het geslacht van der Goes zou de officiele afzetting van mr. Christiaen van der Goes als schout van Delft in 1578 de aangewezen plaats zijn. Voor andere geslachten, bijvoorbeeld Van Hellemijs van Welle, kwam deze caesuur tamelijk ongelegen. Hetzelfde kan worden gezegd van de stukken inzake de abdij Mariengaarde. Tenslotte is de grens gelegd bij het jaar 1580, zodat de rumoerige aanvangsjaren der tachtig-jarige oorlog geheel verwerkt zijn.

De index is verdeeld naar personen en plaatsen. Samenvoeging van deze beide rubrieken leek ongewenst. Ook is een index gemaakt op de voorkomende zegels tot en met 1580.

Tenslotte is grote dank verschuldigd aan drs. J. Fox. In het bijzonder bij een systematische en logische indeling van de inventaris is zijn hulp tot grote steun geweest. Ook menig inventarisnummer is kritisch door hem beoordeeld. De regesten daarentegen komen met hun gebreken volledig op naam van ondergetekende. Dat dit werk, mede door zijn vele genealogische gegevens, zijn nut voor de gebruiker mag bewijzen. 20 Cousebant 3.20.09

Ordening van het archief

ORDENING VAN HET ARCHIEF Toen werd aangevangen met een voorlopige beschrijving der stukken, viel er van een oude orde nauwelijks iets te bespeuren. Meer dan twintig dozen met charters en perkamenten stukken, ongeveer tachtig portefeuilles en twintig delen en banden besloegen een lengte van circa acht strekkende meter. Meestal was een eventueel aanwezige oude nummering vrij willekeurig. Mede door het grasduinen van voorlopige onderzoekers was in de dozen weinig orde te bespeuren. Bij de portefeuilles lag de zaak iets gunstiger. Over het geheel genomen echter verkeerde het archief in de grootst mogelijke wanorde.

De stukken zijn onderscheiden in die van persoonlijke en van zakelijke aard. Vaak moest hierbij de knoop worden doorgehakt. Een andere mogelijkheid was soms niet uitgesloten. Aldus is bij de stukken van persoonlijke aard nogal rechtlijnig tewerk gegaan. Vooral bij afschriften, waarbij niet bleek door of ten behoeve van wie deze waren vervaardigd, is het meest logische herkomstbeginsel toegepast. Misschien lijken sommige oplossingen aanvechtbaar. Bij een familiearchief echter blijven altijd vreemde eenden ronddobberen, die zich niet gemakkelijk laten schikken. Zo is de hoofdafdeling betreffende stukken van persoonlijke aard vrij ruim genomen . Boedelstukken bijvoorbeeld zijn geplaatst op naam van de overleden persoon, ook als van deze zelf geen stukken aanwezig zijn. Om het geheel niet te verstoren, zijn hier in een paar gevallen eveneens stukken met een meer zakelijke bijsmaak ondergebracht. Evens zijn rentebrieven en andere bescheiden van financiele aard geplaatst volgens persoon, tenzij deze uitdrukkelijk betrekking hadden op goederen, en dus onder de stukken van zakelijke aard vielen. Bijna altijd immers heeft een rentebrief een onroerend goed tot onderpand. Daar dit bij de omschrijving in het inventarisnummer niet tot uiting komt, is de nadruk gelegd op de persoon, door wie de akte uitgegeven is. 3.20.09 Cousebant 21

Verwant materiaal

Verwant materiaal Beschikbaarheid van kopieën

BESCHIKBAARHEID VAN KOPIEËN Inventarisnummers van dit archief zijn in kopievorm beschikbaar

Publicaties

PUBLICATIES Literatuur- en bronnenlijst

LITERATUUR- EN BRONNENLIJST Op volledigheid kan geen aanspraak worden gemaakt. R.D. Baart de la Faille, Inventaris der Roeperpapieren. (V.R.O.A. XLIV (1921), II blz. 162. Roeper.Van den Bergh, Oorkondenboek van Holland en Zeeland.Biografisch Woordenboek voor Protestantsche Godgeleerden in Nederland, III blz. 646. Wernerus Helmichius.B.J.M. de Bont, Het Geslacht Occo en het Gebouw van Barmhartigheid te Amsterdam, Amsterdam 1893. Occo. De Coninck.B.J.M. de Bont, Cornelis Jacobsz. Brouwer, genaamd Bam. Amsterdamsch Jaarboekje 1890, blz. 139-164. Bam.B.J.M. de Bont, Cornelis Jacobsz. Brouwer, gen. Bam. De Navorscher 1891 (41), blz. 439-446. Bam.B.J.M. de Bont, Het Katholieke Amsterdamse patriciaat. De Katholiek CXVI, blz. 43-60. Bam.B.J.M. de Bont, De uitzetting der Katholieken te Amsterdam. De Katholiek CXI, blz. 69-86. Van Alckemade.B.J.M. de Bont, Genealogische en biographische mededelingen over de voorouders en afstammelingen van Joost Buyck Sybrantsz, schepen, raad en burgemeester van Amsterdam van 1532-1578. Amsterdam, 1902. Occo. Bam.M.P. van Buytenen, St. Vitus van Oldehove. Episoden uit de strijd om Leeuwardens kerk, 1146-1580. Utrecht, 1950. Mariengaarde.A.W.E. Dek, Genealogie der heren en graven Van Egmond. 's-Gravenhage, 1958, Blz. 12, 13 en 83.Drossaers, Nassause Domeinraad.J.E. Elias, De vroedschap van Amsterdam, 1578-1795. Haarlem 1903-1905. 2 dln. Vooral I blz. 103 e.v. Van Teylingen, I blz. 252-253 De Kies van Wissen, I blz. 534 Hulft en I blz. 536 noot 17 Nobel. (hiervan oorspr. in G.A. Amsterdam geraadpleegd)P. Ernsting, De voorgeschiedenis van Cromstrijen. Zuid-Hollandse Studien, IX (1961).J.A. Feith, Huisarchief Lulema. V.R.O.A. XXX (1907). Van Berum-Van Alckemade.A. Ferwerda, Adelijk en Aanzienlijk Wapenboek enz, 1781. Deel II 2. Van der Goes.H.A. van Foreest, Het oude geslacht Van Foreest, 1250-1570. Assen, 1950. Van Foreest.S.J. Fockema Andreae, Kastelen, ridderhofsteden en buitenplaatsen in Rijnland. Van Alckemade.S.J. Fockema Andreae en B. van 't Hoff, Geschiedenis der Kartografie van Nederland.R. Fruin, Journaal van Splinter Helmich, soldaat en later hopman in dienst van den lande, van 1572-1589. Kroniek Hist. Gen. 1875, blz. 159. Helmich.R. Fruin, Verspreide Geschriften VII, blz. 238. Helmich.C.J. Gonnet, De Jesuiten-Statie "Het Springende Paard" te Haarlem. Bijdr. Bisdom Haarlem 1918 (38) blz.1.D.P.M. Graswinckel, Graswinckel, geschiedenis van een Delfts brouwers- en regentengeslacht. 's-Gravenhage, 1956. Graswinckel.M. de Haan Hettema en A. van Halmael Jr, Stamboek van den Frieschen vroegeren en laterer adel. Leeuwarden, 1846. blz. 325 en 326 Van Scheltinga. Verder Van Eminga.Habets, De archieven van de Abdij Thorn. Van Beeck. De Bruyn.'t Hart, Oud-archief van Den Haag.Hingman, Inventaris der verzameling kaarten berustende in het Rijksarchief, tweede gedeelte, 1871.D. Hoek, Het geslacht Duyst van Voorhout in de 16e eeuw. Jaarboek Centraal Bureau voor de Genealogie XII, (1958). Duyst van Voorhout.B. van 't Hoff, Een portulaan van Jacobus Russen uit Messina in het bezit van Jan van Duvenvoorde. Oud Holland 75 (1960), blz. 100-107.W. Jappe Alberts en C.A. Rutgers, Cronica illustrium dom norum de Brederueden. Fontes Minores Medii Aevi, 1957.W.J.F. Juten, Genealogische Kwartierstaten van Nederlandsche Katholieken uit vroeger en later tijd. Tweede Serie. Bergen op Zoom, 1910. No. 22. Cousebant.F.A. Holleman, Dirk van Assendelft, schout van Breda, en de zijnen. Zutfen, 1953. Vooral blz. 380-381. Van Assendelft. Van Renesse.J. Kok, Vaderlandsch Woordenboek. Amsterdam, 1785-1799. 35 delen. Van der Goes. Van Renesse.E.H. Korvezee, Merkwaardige handschriften in het archief van een Hofje te 's-Gravenhage. ed. Archievenblad 1939-1940, 47e jg. blz. 114-118.Kurtz, Haarlemse Hofjes. Van Alckemade.S. van Leeuwen, Batavia Illustrata, 's-Gravenhage, 1685. o.a. Van der Goes.A. van Lommel, Stamboom Van Alckemade. Bijdragen Bisdom Haarlem I 380. (onbetrouwbaar). Van Alckemade.A. van Lommel, Fragment eener genealogie der Van Alckemades. De Navorscher 1873 (23) blz. 312-314. (onbetrouwbaar). Van Alckemade.Mo., Aantekeningen betreffende het geslacht Albout en Van Assendelft. De Navorscher 1893 (43) blz. 85-91. Albout. Van Assendelft.P.A. Meylink, Inventaris van de abdij Egmond.F. van Mieris, Charterboek van Holland en Zeeland.E.W. Moes en K. 22 Cousebant 3.20.09

Sluyterman, Nederlandsche Kastelen en hun historie. Deel III, Amsterdam, 1915. Van Assendelft. Van Renesse. Van Nijenrode.A.W.J. Mulder en D.F. Slothouwer, Het kasteel Amerongen en zijn bewoners, Maastricht 1949. Van Reede.Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Deel II blz. 1422. Augustijn van Teylingen Florisz.Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Deel II blz. 1423. Augustijn van Teylingen Jacobsz.Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Deel III blz. Joseph Cousebant.Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Deel.III blz. 562. Splinter Helmich.Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Deel III blz. 563. Johannes Helmichius.Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Deel III blz. 564. Wernerus Helmichius.Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Deel VII blz. 1260. Wigerius (Claes Wiggers Cousebant).Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Deel VIII blz. 616-618. Martinus, Willem en Adriaen van der Goes.H.G.A. Obreen, Geschiedenis van het geslacht Van Wassenaer, Leiden 1903. vooral blz. 172.Van Overvoorde, Het archief der secretarie van de stad Leiden 1253-1575.B.d.R.v.Z, De heerlijkheid Waspik. Brab. Leeuw, 1960 blz. 168-169. Cousebant.Van Sasse van Ysselt, Het geslacht van Sasse van Ysselt. Van Sasse.A.F.O. van Sasse van Ysselt, Beschrijving van het H. Kerstmisgilde te Haarlem, 's-Gravenhage, 1905. Cousebant. De Kies. Van Berckenrode. Van Heussen. Van Paenderen.G.A. Six, Aantekeningen betreffende het geslacht De Coninck. De Navorscher 1874 (24) blz. 184-190.I. de Stein d'Altenstein, Genealogie van het geslacht Cousebent-Van Alckemade. Annuaire de la Noblesse de Belgique, 1898, blz. 56-69. Cousebant.Idem?, Annuaire de la Noblesse de Belgique 1869, blz. 34-58. Van Beeck.Sypesteyn?, Inventaris van het oud- archief der gemeente Haarlem.Texeira de Mattos, Waterstaatkundige gescheidenis van Goeree- Overflakkee.M. Thierry de Bye Dolleman, Het Geslacht Van Berckenrode. Jaarboek Centr. Bur. Genealogie XII, 1958, blz. 81-133. Van Berckenrode.Idem?, Jaarboek Centr. Bur. Genealogie IX, 1955. Van Teylingen.Vaissier, Inventaris van de Hofstede Oud-Alckemade.P.M. Verhoofstad, Inventaris der archieven van kerken, kloosters en staties, berustend in het archiefdepot van het Bisdom Haarlem. Haarlem, 1959.Verslag archief gemeente 's-Gravenhage, 1940.Verslagen 's Rijks Oude Archieven over 1868, blz. 2-3.Verslagen 's Rijks Oude Archieven. Tweede Serie XIII, 1940, blz. 13 en 26.W. Tsj. Vleer, De Friese Wassenaars, blz. 149.P.D. de Vos, De Vroedschap van Zierikzee van de tweede helft der 16e eeuw tot 1795. Middelburg, 1931. Van Cromstrijen.Van de Waal, Geschiedenis van Overflakkee.Welcker, Geschiedenis van Cromstrijen.E. van Wintershoven, Staat van het vorstelijk Hof en van het land van Thorn (1600-1800). Maastricht, 1904. Van Beeck. De Bruyn.E.B.F.F. Witters van Hoogland, De Van Reede's van Amerongen, Graven van Athlone. Gen. en Herald. Bl. VII, 1912, blz. 136. Van Reede.E.B.F.F. Witters van Hoogland, Bijdragen tot de Geschiedenis der Utrechtsche Ridderhofsteden en Heerlijkheden. Gen. en Herald. Bl. II, 1907, blz. 409 Van Nijenrode. IV, 1909, blz. 253. De Coninck. VIII, 1913, blz. 197. Van Nijenrode. blz. 237/238. Renesse van der Aa, Renesse van Elderen. Van Assendelft. blz. 292/293. De ConinckE.B.F.F. Witters van Hoogland, Geschiedenis van het geslacht Wittert, z.j. blz. 1182. De Kies van Wissen.D.J.M. Wüstenhoff. en C.W. Bruinvis, De Alkmaarse familie Van Teylingen. Gen. en Herald. Bl. VII, 1912, blz. 167. (onbetrouwbaar).Wolterbeek Muller, Inventaris van archivalia betreffende de heerlijkheid Sint-Adolfsland, genaamd Ooltgensplaat en Den Bommel.De Nederlandsche Leeuw, 1911, 29e jrg. blz. 414. Van den Wolde.Thoe Schwartzenberg van Hohenlandsber, Charterboek van Friesland. 3.20.09 Cousebant 23

Beschrijving van de series en archiefbestanddelen BESCHRIJVING VAN DE SERIES EN ARCHIEFBESTANDDELEN

Eerste Hoofdafdeling. Persoonlijke stukken

EERSTE HOOFDAFDELING. PERSOONLIJKE STUKKEN I Persoonlijke stukken van de familie Cousebant en aanverwante geslachten.

I PERSOONLIJKE STUKKEN VAN DE FAMILIE COUSEBANT EN AANVERWANTE GESLACHTEN. A Eerste Generatie.

A EERSTE GENERATIE. 1 Wigger Claesz. Cousebant, Janne Pietersdr. en Margriete Pietersdr.

1 WIGGER CLAESZ. COUSEBANT, JANNE PIETERSDR. EN MARGRIETE PIETERSDR. Wigger Claesz. Cousebant, zoon van Kerstyne Wiggersdr., brouwer te Haarlem, huwde in 1549 Janne Pietersdr. en in 1574 Margriete Pietersdr. Hij overleed tussen 1586 en 1596

1 Huwelijkscontract van Wigger Claesz. met Janne Pietersdr. In duplo. 1549 2 stukken Niet raadpleegbaar Reg. no. 303 Eén van de stukken is zwaar beschadigd

2 Huwelijkscontract van Wigger Claesz., brouwer, met Margriete Pietersdr., gesloten te Haarlem. 1574 1 stuk Reg. no. 458

3 Testament van Wigger Claesz., brouwer, en diens echtgenote Margriete Pietersdr., opgemaakt te Haarlem. 1576 1 stuk Reg. no. 476 B Tweede Generatie.

B TWEEDE GENERATIE. 1 Barent Wiggersz. Cousebant en Magdalena Adriaensdr. Kies.

1 BARENT WIGGERSZ. COUSEBANT EN MAGDALENA ADRIAENSDR. KIES. Barent Wiggersz. Cousebant, zoon van Wigger Claesz. Cousebant, brouwer "in 't Springende Peerdt" te Haarlem, huwde in 1579 Magdalena Adriaensdr. Kies, dochter van Adriaen Jansz. Kies en Marytgen Claesdr. Beiden overleden in 1603 aan de pest

4 Huwelijkscontract van Barent Wiggersz.met Magdalena Adriaensdr., gesloten te Haarlem. 1579 1 charter Reg. no. 573

5 Testament van Barent Wiggersz. Cousebant, brouwer "in 't Springende Peerdt" te Haarlem en diens echtgenote Magdalena Adriaensdr., opgemaakt te Haarlem. 1603 1 stuk

6 Testament van Magdalena Adriaensdr., weduwe van Barent Wiggersz. Cousebant, brouwer, opgemaakt te Haarlem. 1603 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd Zie voor een afschrift van 1629 onder inv. no. 92 24 Cousebant 3.20.09

7 Akte van volmacht tot uitvoering van het testament van Barent Wiggersz. Cousebant en diens echtgenote Magdalena Adriaensdr. Kies door weesmeesters van Haarlem voor Frans Adriaensz. Kies en mr. Jan Kies als ooms en voogden van hun nagelaten kinderen. 1604 1 stuk

8 Stukken betreffende een vordering van de kinderen van Barent Wiggersz. Cousebant op Arent Jacobsz. Bengel en Claes Wyloffe te Niedorp (?) als borg. 1609 en z.j. 2 stukken C Derde Generatie.

C DERDE GENERATIE. 1 Frederik Barentsz. Cousebant en Aefgen Garrebrantsdr.

1 FREDERIK BARENTSZ. COUSEBANT EN AEFGEN GARREBRANTSDR. Frederik Barentsz. Cousebant, zoon van Barent Wiggersz. Cousebant en Magdalena Adriaensdr. Kies, brouwer "in de Passer" te Haarlem, huwde vóór 1614 Aefgen Garrebrantsdr. Hij overleed vóór 1662, zijn echtgenote in 1662

9 Testament van Frederik Barentsz., brouwer "in de Passer" te Haarlem, en diens echtgenote Aefgen Garrebrantsdr., opgemaakte te Haarlem, 1616. Notarieel afschrift van: 1617 1 stuk 2 Johanna Barentsdr. Cousebant.

2 JOHANNA BARENTSDR. COUSEBANT. Johanna Barentsdr. Cousebant, dochter van Barent Wiggersz. Cousebant en Magdalena Adriaensdr. Kies, was Annuntiale zuster te Leuven

10 Testament van Johanna Barentsdr. Cousebant te Haarlem vanwege haar intrede in het klooster van de Annuntiale zusters te Leuven. Met bijbehorende akte. 1617 2 stukken Niet raadpleegbaar Zwaar beschadigd 3 Frans Barentsz. Cousebant, Wyve van Ryck Cornelisdr. en Adriana Gerritsdr. van der Hulft.

3 FRANS BARENTSZ. COUSEBANT, WYVE VAN RYCK CORNELISDR. EN ADRIANA GERRITSDR. VAN DER HULFT. Frans Barentsz. Cousebant, zoon van Barent Wiggersz. Cousebant en Magdalena Adriaensdr. Kies, huwde in 1613 Wyve van Ryck Cornelisdr., dochter van Cornelis Claesz., brouwer "in de Olyfant" op het Spaarne te Haarlem en Agatha Pietersdr. Bal, en in 1623 Adriana Gerritsdr. van der Hulft, dochter van Gerrit Jacobsz. Hulft en Haesgen Willemsdr. van Foreest. Hij overleed in 1667, zijn echtgenoten vóór 1623 en in 1679

11.1-11.2 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 1200 carolus gulden door Jan Michielsz., linnenwever te Haarlem, voor Frans Kies en mr. Jan Kies als ooms en voogden van Frans Barentsz. Cousebant, zoon van wijlen Barent Wiggersz. Cousebant en wijlen Magdalena Adriaensdr. Met bijbehorende akte, 1596. 1610 2 charters 11.1 1610 11.2 1596

12 Huwelijkscontract van Frans Barentsz. Cousebant met Wyve van Ryck Cornelisdr., gesloten te Haarlem. 1613 1 stuk

13 Huwelijkscontract van Frans Barentsz. Cousebant, weduwnaar, met Adriana Gerritsdr. van der Hulft, gesloten te Haarlem. In duplo. 1623 2 stukken 3.20.09 Cousebant 25

Een afschrift van 1681 heeft als bijlage een specificatie van aangebrachte huwelijksgoederen. Zie inv.no. 92

14 Holografisch testament van Frans Barentsz. Cousebant en diens echtgenote Adriana van der Hulft, opgemaakt te Haarlem, 1639. Met codicil betreffende een legaat voor diens voorzoon Barent Cousebant, 1649, aangevuld in 1660. Met bijlage. 1639 2 stukken Afschriften van de jaren 1681 en 1711 van de akte van 1639 bevatten tevens een afschrift van een codicil van 1664 Zie inv. no. 92

15 Kwitantie van de rentmeester van de erfgenamen van jkvr. van der Duijn voor Frans Barentsz. Cousebant wegens aflossing van een rentebrief met een hoofdsom van 450 gulden. 1633 1 stuk

16 Rentebrief ten bedrage van 62 carolus gulden en 10 stuiver per jaar door Burger Barentsz., brouwersknecht in het "Springende Peerdt" te Haarlem, verschuldigd aan Frans Barentsz. Cousebant, te lossen met een hoofdsom van 1000 carolus gulden. 1660 1 charter De akte is gedateerd 9 september 1660, terwijl blijkens aant. in dorso de hoofdsom op 29 mei 1660 verminderd is tot 600 carolus gulden (?)

17 Stukken betreffende boedelscheiding van de nagelaten goederen van Frans Barentsz. Cousebant door diens weduwe Adriana van der Hulft enerzijds en hun kinderen mr. Frederik, mr. Joseph, Gerardus, Johanna en mr. Judocus Cousebant, alsmede Cornelis en Vivina Cousebant, kinderen van de overleden voorzoon Barent Cousebant, anderzijds. 1667-1669 2 stukken

18 Rentebrief ten bedrage van 40 carolus gulden per jaar door Jan Aerjansz. Jonghmansz., buurman te Heemskerk, verschuldigd aan Adriana van der Hulft, weduwe van Frans Cousebant te Haarlem, te lossen met een hoofdsom van 800 carolus gulden, gepasseerd voor schout en schepenen van Uitgeest. 1670 1 charter

19 Obligaties voor Adriana van der Hulft, weduwe van Frans Barentsz. Cousebant. 1670-1679 1 omslag

20 Testament van Adriana van der Hulft, weduwe van Frans Barentsz. Cousebant, opgemaakt te Haarlem. 1676 1 stuk Voor een afschrift van een testament van 1670 zie inv. no. 92

21 Conceptakte van boedelscheiding met inventaris van de nagelaten goederen van Adriana van der Hulft, opgemaakt door haar kinderen Frederik, Joseph, Gerardus, Judocus en Johanna Cousebant, waarsch. 1679 1 stuk Zie voor een afschrift inv. no. 92 26 Cousebant 3.20.09

D Vierde Generatie.

D VIERDE GENERATIE. 1 Barent Fransz. Cousebant en Raeijnelda Vernim Cornelisdr.

1 BARENT FRANSZ. COUSEBANT EN RAEIJNELDA VERNIM CORNELISDR. Barent Fransz. Cousebant, zoon van Frans Barentsz. Cousebant en Wyve van Ryck Cornelisdr., huwde in 1641 Raeijnelde Vernim Cornelisdr. van Enkhuizen, dochter van Cornelis Jansz. Vernim. Hij overleed waarschijnlijk in 1664, zijn echtgenote in of vóór 1654

22 Specificatie van goederen, aangebracht door wederzijdse voogden ter gelegenheid van het huwelijk van Barent Fransz. Cousebant met Raeijnelda Vernim Cornelisdr. 1641 1 stuk

23 Conceptakte van volmacht tot het verkrijgen van een afschrift van zijn testament door Barent Fransz. Cousebant te Haarlem. 1650 1 stuk De naam van de gevolmachtigde is niet ingevuld 2 Frederik Cousebant en Thecla Laeckemans.

2 FREDERIK COUSEBANT EN THECLA LAECKEMANS. Frederik Cousebant, zoon van Frans Barentsz. Cousebant en Adriana van der Hulft, geboren in 1626, studeerde rechten te Orleans en werd na een verblijf te Rome advocaat bij het Hof van Holland in 1653. Hij huwde in 1660 Thecla Laeckemans, dochter van Maerten Diricxsz. Laeckemans en Geertruyd Dircksdr., geboren in 1634. Hij was ridder in de Orde van Sint Michael en stierf waarschijnlijk in 1707, zijn echtgenote in 1701

24 Bul tot doctor in de beide rechten door rector en assesoren van de universiteit van Orleans verleend aan Fredericus Cousebant uit Haarlem. 1647 1 charter Met aant. in dorso verklaring omtrent het afleggen van de eed van trouw als advocaat van het Hof van Holland, 1653

25 Akte van vergunning tot het lezen van verboden boeken in "Flandria" door de generale inquisiteurs van de Heilige Stoel te Rome voor Fredericus Cousebant. 1652 1 charter Uitgezonderd waren de werken van Molineus, Macchiavelli en die over astrologie

26 Bewijs van de Conservatoren der Camera te Rome voor Fredericus Cousebant, dat hij vrij is van pest. 1657? 1 stuk

27 Testament van mr. Frederik Cousebant en diens echtgenote Thecla Laeckemans, opgemaakt te Haarlem. 1663 1 stuk

28 Akte van volmacht om voor schepenen van Haarlem te procederen tegen Pieter van Zel door Odilia van Wassenaer, douarière van Joost van Amstel heer van Londersloot, als erfgename van Helena van Duivenvoorde, weduwe van mr. Adriaen van Zel, voor Frederik Cousebant, ridder, gegeven te Haarlem. Met bijlage, 1666. 1667 2 stukken

29 Akte van volmacht om twee renten over te dragen ten bedrage van 10 gulden per jaar, losbaar met een hoofdsom van 650 gulden, verschuldigd aan mr. Balthasar van der Veen te Amsterdam, door Maria van der Hooch en Cornelis Dobbius als medeerfgenamen van hun tante Hester Dobbius voor Frederik Cousebant, ridder, gegeven te Haarlem. Met bijlage, z.j.. 1677 2 stukken 3.20.09 Cousebant 27

30 Brief van de heer des Buissons d'Autvallez te Utrecht aan diens "neef" Frederik Cousebant, ridder te Haarlem, betreffende het overlijden van diens nicht Margareta van der Hulft. 1682 1 stuk

31 Rentebrief ten bedrage van 175 gulden per jaar door Jacobus Kouteij, confiturier te Amsterdam, verschuldigd aan mr. Frederik Cousebant, te lossen met een hoofdsom van 3500 gulden. 1681 1 charter Met aant. in dorso betr. de aflossing van 1800 gulden in 1685 en van 1000 gulden in 1686

32 Akte van volmacht om zekere rentebrief van 1681 uit de desolate boedel van Jacobus S (?) te Amsterdam te vorderen door Frederik Cousebant, ridder te Haarlem, aan Joris Hoogvelt te Amsterdam. 1701 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

33 Specificatie van de nagelaten goederen van mr. Frederik Cousebant met als erfgenamen diens kinderen Willem, Maria Anna, Geertruyd en Franciscus Cousebant. ca. 1722 1 deel Niet raadpleegbaar Met in dorso de aant: Staat --- van --- oom de ridder. Zeer zwaar beschadigd 3 Nicolaas Cousebant.

3 NICOLAAS COUSEBANT. Nicolaas Cousebant was een zoon van Frans Barentsz. Cousebant en Adriana Gerritsdr. van der Hulft. Hij overleed in het jaar 1653

34 Bul tot doctor in de beide rechten door Marius Sforza, graaf van Sancta Flora enz. verleend aan Nicolaas Cousebant uit Haarlem. 1652 1 charter

35 Stukken betreffende uitgaven voor de uitvaart van Nicolaas Cousebant te Leuven. 1653 4 stukken 4 Joseph Cousebant.

4 JOSEPH COUSEBANT. Joseph Cousebant, zoon van Frans Barentsz. Cousebant en Adriana Gerritsdr. van der Hulft, geboren in 1633, studeerde wijsbegeerte en theologie te Parijs en werd in 1662 pastoor van het Begijnhof te Haarlem. Hij overleed aldaar in 1695 Zie verder: Nieuw Ned. Biogr. Woordenboek III

36 Tractaat over het Jansenisme in antwoord op opwerpingen van Joseph Cousebant. Frans. ca. 1660 1 katern Samensteller onbekend

37 Thesen, door godgeleerden verdedigd aan de Sorbonne en van commentaar voorzien door Joseph Cousebant. Latijn. 1661 1 omslag

38 Stukken betreffende financiële regelingen voortkomende uit de nalatenschappen van Anthonis van Burgh, heer van Adrichem, en diens zoon Francois van Burgh alias van Oudewerve, heer van Adrichem, tussen Adriana van der Hulft, Aefgen Florisdr. 28 Cousebant 3.20.09

Block en Josef Cousebant. Met akten van schuldbekentenis van A. van Burgh, 1636- 1646>. 1676-1677 1 omslag Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

39 Codicil van Joseph Cousebant op diens testament van 1677, opgemaakt te Haarlem. 1680 1 stuk Met latere aant. van een boedelbeheerder (?)

40 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Joseph Cousebant tussen diens erven Frederik, Judocus en Johanna Cousebant, aangevuld met een afschrift van een akte van 1695. 1696 1 stuk In het afschrift wordt Cornelis Cousebant mede als erfgenaam genoemd 5 Gerardus Cousebant en Magdalena Grauwers.

5 GERARDUS COUSEBANT EN MAGDALENA GRAUWERS. Gerardus Cousebant, zoon van Frans Barentsz. Cousebant en Adriana Gerritsdr. van der Hulft, huwde in 1676 Magdalena Grauwers uit Enkhuizen. Hij overleed in 1682

41 Akte van verkoop van een lijfrente van 100 carolus gulden per jaar na ontvangst van een kapitaal van 1000 carolus gulden door de magistraat van Haarlem aan Frans Barentsz. Cousebant op diens zoon Gerardus Cousebant. 1638 1 charter

42 Akte van verkoop van een lijfrente van 50 pond per jaar door de Staten van Holland aan Frans Barentsz. Cousebant te Haarlem op diens zoon Gerardus Cousebant. 1640 1 charter

43 Akte van verkoop van een lijfrente van 25 pond per jaar door de Staten van Holland aan Elisabeth van der Hulft op haar neef Gerardus Cousebant. 1641 1 charter

44 Testament van Magdalena Grauwers, weduwe van Gerardus Cousebant, opgemaakt te Enkhuizen ten huize van Cornelis Cousebant. 1682 1 stuk Voor een afschrift van hun beider testament van 1681 zie inv. no. 92

45 Stukken betreffende boedelscheiding van de nagelaten goederen van Gerardus Cousebant tussen diens weduwe Magdalena Grauwers enerzijds en diens erfgenamen Joseph, Frederik, Judocus en Johanna Cousebant anderzijds. 1682 3 stukken 6 Johanna Maria Cousebant.

6 JOHANNA MARIA COUSEBANT. Johanna Maria Cousebant, dochter van Frans Barentsz. Cousebant en Adriana Gerritsdr. van der Hulft, werd in 1662 geestelijke dochter te Haarlem en overleed in 1710

46 Dagvaarding tot inventarisatie en schatting van de nagelaten goederen van Floris Aelberts van Belegh en Ariaentge Claes Bleecker te Haarlem door de deurwaarder van de Hoge Raad van Holland voor Johanna Cousebant. 1679 1 stuk

47 Testamenten van Johanna Maria Cousebant, geestelijke dochter te Haarlem, gesloten te Beverwijk en te Leiden. 1692 en 1700 2 stukken Niet raadpleegbaar 3.20.09 Cousebant 29

Zeer zwaar beschadigd

48 Stukken betreffende boedelscheiding van de nagelaten goederen van Johanna Maria Cousebant, geestelijke dochter te Haarlem, tussen haar erfgenamen Adrianus Francois Cousebant enerzijds en nakomelingen van mr. Frederik Cousebant, ridder, alsmede van Barent Cousebant anderzijds. 1711, 1720 en 1722 3 stukken Niet raadpleegbaar Het stuk van 1722 is aangetast door vocht 7 Judocus Cousebant en Adriana Maria Crucius.

7 JUDOCUS COUSEBANT EN ADRIANA MARIA CRUCIUS. Judocus Cousebant, zoon van Frans Barentsz. Cousebant en Adriana Gerritsdr. van der Hulft, huwde in 1676 Adriana Crucius, weduwe van Arent van Gouthoven, dochter van Adriaen Crucius, lakenkoper te Haarlem, en Maria Keyser. Hij overleed in 1709, zijn echtgenote in 1682

49 Huwelijkscontract van mr. Judocus Cousebant met Adriana Crucius, weduwe van Arent van Gouthoven, gesloten te Haarlem. Met bijlagen betr. wederzijds aangebrachte goederen. 1676 3 stukken Niet raadpleegbaar Eén der bijlagen is zeer zwaar beschadigd

50 Obligaties voor Judocus Cousebant te Haarlem. Met bijlagen. 1686-1707 1 omslag

51 Inventaris van nagelaten bescheiden van Judocus Cousebant, opgemaakt door diens zoon Adrianus Francois Cousebant. Met bijlage. ca. 1710 2 stukken E Vijfde Generatie.

E VIJFDE GENERATIE. 1 Geertruyd Cousebant en Jacob Bosschaert.

1 GEERTRUYD COUSEBANT EN JACOB BOSSCHAERT. Zie onder het geslacht Bosschaert 2 Maria Anna Cousebant en Nicolaas Bosschaert.

2 MARIA ANNA COUSEBANT EN NICOLAAS BOSSCHAERT. Zie onder het geslacht Bosschaert 3 Adrianus Francois Cousebant en Maria Catharina Emonds.

3 ADRIANUS FRANCOIS COUSEBANT EN MARIA CATHARINA EMONDS. Adrianus Francois Cousebant, zoon van Judocus Cousebant en Maria Adriana Crucius, geboren in 1682, huwde in 1707 te 's-Gravenhage Maria Catharina Emonds, dochter van mr. Pieter Emonds en Adriana Dimpna van Beeck, geboren in 1688. Misschien werd in 1724 een scheiding tussen hun uitgesproken. (Zie het testament van Pieter Emonds, inv. no. 261). In 1732 werd Maria Catharina Emonds door koop Vrouwe van de heerlijkheden Groot Waspik, Hendrik Luyten Ambacht en Elf en een halve Hoeve. Adrianus overleed ca. 1736 , zijn echtgenote in 1757

52 Bewijs van lidmaatschap van het St. Jacobsgilde te Haarlem door deken en vinders verleend aan "broeder" Adrianus Cousebant. 1706 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

53 Staat houdende opgave van goederen, door Adrianus Francois Cousebant aangebracht ter gelegenheid van diens huwelijk met Maria Catharina Emonds, opgemaakt door zijn vader Judocus Cousebant. 1707 1 stuk Niet raadpleegbaar 30 Cousebant 3.20.09

Zwaar beschadigd Voor zwaar beschadigde afschriften van het huwelijkscontract van 1707 zie inv. no. 92

54 Conceptakte van aanstelling tot boekhoudende vinder van het H. Kerstmisgilde te Haarlem voor Adrianus Cousebant. 1708 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

55 Testament van Adrianus Francois Cousebant te Haarlem, opgemaakt te Beverwijk. 1719 1 stuk Niet raadpleegbaar Met nadere aant. van testator van 1721. Beschadigd

56 Akte van vrijgeleide voor de route Parijs-Rotterdam van de regent de hertog van Orleans voor Adriaan Francois Cousebant. Met verklaring van de "Prévost des Marchands et Echevins" van Parijs. 1722 2 stukken

57 Kwitantie vanwege het lezen van 4 jaargetijden door de moederoverste van het klooster der Annunciaten te Leuven voor Adrianus Cousebant. 1710 1 stuk

58 Staat houdende opgave van misstipendia voor leden van het geslacht Cousebant, opgemaakt door Adrianus Francois Cousebant. ca. 1730 1 stuk

59 Rekening van de goederen van Adrianus Francois Cousebant door diens echtgenote Maria Catharina Emonds voor haar meerderjarig geworden zoon Francois Bernard Cousebant, 1731, overgeleverd. Afschrift. 1736 1 stuk Niet raadpleegbaar Dit afschrift was vermoedelijk bestemd voor Maria Catharina Emonds Zeer zwaar beschadigd

60 Rentebrieven van 1542 en 1561 in afschrift van 1732 met desbetreffende calculaties voor mevrouw Cousebant. ca. 1732 4 stukken Reg. no. 293 no. 281 en no. 362

61 Obligatie ten bedrage van 1000 gulden ten laste van Pieter van der Plas en diens echtgenote Grietje van der Klucht te 's-Gravenhage voor Maria Catharina Emonds. 1732 1 stuk F Zesde Generatie.

F ZESDE GENERATIE. 1 Maria Teresia Cousebant en Matthias Henricus van Wijck.

1 MARIA TERESIA COUSEBANT EN MATTHIAS HENRICUS VAN WIJCK. Zie onder het geslacht Van Wijck 2 Franciscus Bernardus Cousebant en Maria Christina Genoveva van Alckemade.

2 FRANCISCUS BERNARDUS COUSEBANT EN MARIA CHRISTINA GENOVEVA VAN ALCKEMADE. Franciscus Bernardus Cousebant, zoon van Adrianus Francois Cousebant en Maria Catharina Emonds, geboren in 1709, huwde in 1734 Maria Christina Genoveva van Alckemade, dochter van Florentius Ignatius van Alckemade en Maria Theresia van der Goes, geboren in 1715 (?). Van zijn moeder verkreeg hij de heerlijkheden Groot Waspik, Hendrik Luyten Ambacht en Elf en een halve Hoeve. Hij overleed in 1759, zijn echtgenote in 1749 3.20.09 Cousebant 31

62 Stukken betreffende het huwelijk van Franciscus Bernardus Cousebant met Maria Christina Genoveva Florentia van Alckemade, gesloten op het Huis Oud-Alckemade. 1734-1735 1 omslag

63 Octrooi tot vrije beschikking over haar leengoederen door de Staten van Holland voor Maria Christina Genoveva van Alckemade, minderjarige dochter van Floris van Alckemde. 1727 1 charter

64 Testament van Maria Christina Genoveva van Alckemade, opgemaakt te Haarlem. 1728 1 stuk Zeer zwaar beschadigd. Voor een 18e eeuws afschrift zie inv. no. 92

65 Akte van venia aetatis door de Staten van Holland voor Maria Christina van Alckemade. 1734 1 charter Niet raadpleegbaar

66 Akte van overdracht van rentebrieven door de pastoor van Osdorp als lasthebber van Adrianus Franciscus Cousebant aan diens zoon Francois Bernard Cousebant ingevolge een accoord met diens moeder Maria Catharina Emonds, gesloten te Haarlem. 1736 1 stuk Niet raadpleegbaar Zee zwaar beschadigd

67 Obligatie ten bedrage van 200 gulden ten laste van Claes Bol, wonende achter Crommenierdijk, voor Franciscus Bernardus Cousebant. Met bijbehorende stukken, 1737 en z.j. 1736 3 stukken Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

68 Kwitantie voor een obligatie ten bedrage van 3000 gulden met verschuldigde rente door Floris van Alckemade als vruchtgebruiker van de goederen van zijn dochter Agatha van Alckemade voor Franciscus Bernardus Cousebant. 1745 1 stuk

69 Holografisch testament van Francois Bernard Cousebant en diens echtgenote Maria Christina van Alckemade, met bijlage. Tevens met akte van opening, 1749. 1744 3 stukken

70-70.1 Octrooi van de Staten van Holland voor Francois Bernard Cousebant om vrij te beschikken over de nagelaten goederen van Elisabeth Crucius, bestaande uit de helft van de hofstede Schilpen te Velsen, percelen land onder Haarlemmerliede en huizen te Haarlem. Met bijbehorend stuk. 1753 1 charter en 1 stuk Zie voor de hofstede Schilpen inv. no. 828-830 70 Octrooi 70.1 Bijlage

71 Attestatie omtrent het overlijden van Maria Catharina Emonds in het jaar 1757 door secretaris en schepenen van Warmond voor haar zoon Francois Bernard Cousebant. 1758 1 stuk 32 Cousebant 3.20.09

G Zevende Generatie.

G ZEVENDE GENERATIE. 1 Florentius Justus Franciscus Cousebant en Elisabeth Jacoba Julia van Wassenaer.

1 FLORENTIUS JUSTUS FRANCISCUS COUSEBANT EN ELISABETH JACOBA JULIA VAN WASSENAER. Florentius Justus Franciscus Cousebant, heer van Groot Waspik, Hendrik Luyten Ambacht en Elf en een halve Hoeve, zoon van Franciscus Bernardus Cousebant en Maria Christina Genoveva van Alckemade, geboren in 1735, huwde in 1763 te Oud Gastel Elisabeth Jacoba Julia van Wassenaer, dochter van Jacob Albert baron van Wassenaer, heer van Warmond, en Marie Alexandrine Jacqueline de Cannart d'Hamale, geboren in 1744. Beiden overleden in 1799

72 Aandeel van twee aktiën ten bedrage van ieder 5000 gulden in de Compagnie van Assurantie te Rotterdam voor Frans Barentsz. Cousebant, dienende als tontinaire lijfrente voor diens zoon Floris Cousebant. 1737 1 stuk

73 Attestatien omtrent de geboorte van Florentius Justus Franciscus Cousebant in het jaar 1735 en van diens moeder Maria Christina Genoveva van Alckemade in het jaar 1715 door de pastoor van Sassenheim. 1750 2 stukken Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

74 Akte van venia aetatis door de Staten van Holland voor Florentius Justus Franciscus Cousebant. 1759 1 charter

75 Aantekeningen betreffende leden van het geslacht Cousebant, waarschijnlijk opgemaakt door Florentius Cousebant als universeel erfgenaam. ca. 1760 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

76 Rentebrieven ten bedrage van 3 1/2 gulden en 4 gulden per honderd door Jan Willem van Zwieten en Cornelis van Gent te Warmond voor Albert van Lutsenburgh, te lossen met hoofdsommen van ieder 2000 gulden. 1760 en 1761 2 charters Met aant. in dorso betr. rentebetaling, 1761 (1762)-1772 Geroyeerd in 1792. Gecasseerd Bovendien: de Heer Waspick

77 Stukken betreffende het huwelijk van Floris Cousebant, heer van Waspik, te Warmond met Elisabeth Jacoba Julia baronesse van Wassenaer te Oud Gastel. 1763 3 stukken

78 Kwitansies betreffende de 100e penning van een rente te Aegum voor Floris Cousebant als erfgenaam van Maria Henrietta van Scheltinga. 1776-1775 en 1797 1 omslag

79 Kwitanties betreffende de 100e penning van een rente te Huins voor Floris Cousebant. 1765-1776 1 omslag

80 Akte van wederzijdse toekenning van voogdijschap over hun kinderen door Floris Cousebant en diens echtgenote Elisabeth Jacoba Julia baronesse van Wassenaer, gepasseerd voor secretaris en schepenen van Warmond. 1771 1 stuk 3.20.09 Cousebant 33

81 Holografisch testament van de baron van Wassenaer, proost van St. Servaes te Maastricht, 1770. Geextraheerd afschrift van 1772 1 stuk Waarschijnlijk betreft het hier het testament van Petrus Reinier baron van Wassenaer. Vgl. Obreen blz.170 en De Maasgouw 1889 blz. 151. Het extract zal bestemd zijn geweest voor diens nicht Elisabeth Jacoba Julia van Wassenaer, echtgenote van Florentius Justus Franciscus Cousebant

82 Stukken betreffende het honorair lidmaatschap en donateurschap van de schutterij te Warmond voor Floris Cousebant en diens echtgenote Elisabeth van Wassenaer. 1787 4 stukken

83 Akte van overname van een schuldbekentenis ten bedrage van 1500 gulden ten laste van Dominicus van Heynsbergen te Warmond door Adolph Wolters van Floris Cousebant. 1791 1 stuk

84 Kwitansies betreffende gemene lasten, verrichte diensten en geleverde goederen voor Floris Cousebant, heer van Waspik, en diens erfgenamen. 1780-1801 1 pak Eén der liassen van dit pak (oud no. O. 13) bevat een obligatie ten bedrage van 1200 gulden voor de Roomse Armen te Sassenheim, 1795, alsmede een obligatie ten bedrage van 2000 gulden voor Anna Julia Maria Douglas geboren van Salontha te Leiden, 1798

85 Kwitanties betreffende het verblijf van Jacques en Francois Cousebant te Brussel voor Floris Justus Cousebant. 1788-1789 1 omslag

86 Kwitanties betreffende een vermogensbelasting van 4% door de ontvanger van de gemene landsmiddelen over Leiden en Rijnland. 1788-1789 en 1796-1798 1 omslag

87 Kwitanties betreffende de 80e penning. In duplo. 1798 2 stukken

88 Akten van schuldbekentenis door Floris Cousebant te Leiden. Met kwitanties betreffende de aflossing, 1799-1800. 1797-1798 1 omslag H Achtste Generatie.

H ACHTSTE GENERATIE. 1 Franciscus Bernardus Silvester Cousebant.

1 FRANCISCUS BERNARDUS SILVESTER COUSEBANT. Hij was een zoon van Florentius Justus Franciscus Cousebant en Elisabeth Jacoba Julia van Wassenaer. Hij werd geboren in 1765 en overleed eveneens in dit jaar

89 Akte van aangifte van het lijk van Franciscus Bernardus Silvester Cousebant door Willem Dijker bij de secretaris van Warmond. 1765 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd 2 Theresia Agatha Alexandrina Cousebant.

2 THERESIA AGATHA ALEXANDRINA COUSEBANT. Zij was een dochter van Florentius Justus Franciscus Cousebant en Elisabeth Jacoba Julia van Wassenaer. Zij werd ca. 1766 geboren en overleed in 1789

90 Akte van aangifte van het lijk van Theresia Agatha Alexandrina Cousebant door S. 34 Cousebant 3.20.09

van de Snoeck bij het gerecht van Sassenheim. 1789 1 stuk 3-4 Jacobus Cousebant en Franciscus Bernardus Cousebant.

3-4 JACOBUS COUSEBANT EN FRANCISCUS BERNARDUS COUSEBANT. Beiden waren zonen van Florentius Justus Franciscus Cousebant en Elisabeth Jacoba Julia van Wassenaer. Jacobus werd geboren ca. 1772, was Heer van Groot Waspik, huwde Marie Regine Josephine Ghislaine barones van Reynegom d'Eetvelde en overleed in 1814 te Brussel. Franciscus Bernardus werd geboren in 1775, huwde in1800 Helena Wilhelmina Elisabeth Ravens en overleed in 1843

91 Kwitanties betreffende contributie voor de gewapende burgermacht door de thesaurier van de krijgsraad te Warmond voor Jacobus en Franciscus Cousebant. 1795-1796 1 omslag J Diverse Generaties.

J DIVERSE GENERATIES.

92 Stukken betreffende diverse personen van het geslacht Cousebant. Notariële en andere afschriften, 17e en 18e eeuw. 1549-1736 1 pak Niet raadpleegbaar Reg. no. 303 De bedoeling, waarvoor deze afschriften opgemaakt zijn is niet duidelijk Vele stukken zijn zwaar beschadigd

93 Rekest van de erfgenamen van Frans Barentsz. Cousebant aan de magistraat van Haarlem om bij de omslag van de 100e penning de desolate boedel van wijlen Cornelis Cousebant te Enkhuizen te royeren. Met bijlage, 1710. 1710 2 stukken Onduidelijk, tot wie deze bescheiden behoord hebben II Stukken van het geslacht (De) Kies (Van Wissen).

II STUKKEN VAN HET GESLACHT (DE) KIES (VAN WISSEN). Deze stukken zijn door het huwelijk van Magdalena Adriaensdr. Kies met Barent Wiggersz. Cousebant aan het geslacht Cousebant gekomen 1 Johan de Kies en Agatha van Raephorst.

1 JOHAN DE KIES EN AGATHA VAN RAEPHORST. Johan de Kies, waarschijnlijk een zoon van Adriaen Jansz. Kies en Marytgen Claesdr. Soutman, huwde Agatha van Raephorst. Hij overleed in 1636 te Alkmaar, zij waarschijnlijk in 1648. Een zuster van hem was Magdalena Adriaensdr. de Kies, echtgenote van Barent Wiggersz. Cousebant

94 Stukken betreffende een voorlopige boedelscheiding van de nagelaten goederen van Johan de Kies tussen diens echtgenote Agatha van Raephorst enerzijds en diens erfgenamen mr. Adriaen de Kies, Frans de Kies, Pieter Buijck, Adriaen Kies (of Buyck?) Frans Cousebant en Johan van Nes met als echtgenote Margaretha Buyck. 1636-1637 5 stukken

95 Stukken betreffende de nagelaten goederen van Johan de Kies, opgemaakt in verband met een definitieve boedelscheiding tussen zijn erfgenamen na het overlijden van zijn echtgenote Agatha van Raephorst. Gelijktijdige afschriften. ca. 1650 1 omslag 2 Johan de Kies en Maria van Veen.

2 JOHAN DE KIES EN MARIA VAN VEEN. Johan de Kies, zoon van mr. Johan de Kies en Agatha van Raephorst, huwde in 1627 te 's-Gravenhage Maria van Veen, dochter van mr. Pieter van Veen, advocaat en pensionaris te 's-Gravenhage, en Jacobmina van Ruyven Jacobsdr.

96 Huwelijkscontract van Johan de Kies met Maria van Veen, gesloten te 's- Gravenhage. 3.20.09 Cousebant 35

1627 1 stuk III Stukken van het geslacht Nobel en aanverwante geslachten.

III STUKKEN VAN HET GESLACHT NOBEL EN AANVERWANTE GESLACHTEN. Deze stukken zijn door het huwelijk van Adriana van der Hulft met Frans Barentsz. Cousebant aan het geslacht Cousebant gekomen. Haar vader stamt uit de geslacht Nobel, haar moeder was Haesgen Willemsdr. van Foreest A Stukken van het geslacht Nobel met takken Blom en Van der Hulft.

A STUKKEN VAN HET GESLACHT NOBEL MET TAKKEN BLOM EN VAN DER HULFT. Bij de takken Blom en Van der Hulft is de geslachtsnaam van moeders zijde ontleend 1 Cornelis Roelofsz. (Nobel) en Anna Willemsdr. Blomme.

1 CORNELIS ROELOFSZ. (NOBEL) EN ANNA WILLEMSDR. BLOMME. Cornelis Roelofsz. huwde omstreeks 1510 Anna Willemsdr. Blomme. Hij stierf vóór, zij na september 1551

97 Testament van Anna Willemsdr., weduwe van Cornelis Roelofsz., opgemaakt te Amsterdam. 1551 1 stuk Reg. no. 311 2a Willem Cornelisz. Nobel alias Blom en Machtelt Willem Goertsdr.

2A WILLEM CORNELISZ. NOBEL ALIAS BLOM EN MACHTELT WILLEM GOERTSDR. Willem Cornelisz., zoon van Cornelis Roelofsz. en Anna Willemsdr. Blomme, huwde in 1536 Machtelt Willem Goertsdr., dochter van Willem Goertsz. Hij overleed vóór september 1551

98-98.1 Huwelijkscontract van Willem Cornelisz. met Machtelt Willem Goertsdr. Met bijlage, 1537. 1536 1 charter en 1 stuk Reg. no. 250 en no.252 98 Charter 98.1 Stuk 3a Beerte Blom.

3A BEERTE BLOM. Beerte was een dochter van Willem Cornelis Nobel alias Blom en Machtelt Willem Goertsdr. In juni 1555 was zij weeskind

99 Attestatie van de magistraat van Utrecht inzake de voogdij over Beerte Blom. 1555 1 charter Reg. no. 323

100 Akte van overdracht van een rentebrief ten bedrage van 100 carolus gulden per jaar voor Beerte Blom, weeskind te Amsterdam. Gelijktijdig afschrift. 1555 1 stuk Reg. no. 322 Met als aant. in dorso: Cornelis Jansz. Bloeme 2b Styntgen Cornelisdr. en Claes Dircxsz. (Verwer).

2B STYNTGEN CORNELISDR. EN CLAES DIRCXSZ. (VERWER). Zie onder het geslacht Verwer 2c Jacob Cornelisz. Nobel en Griete Gerritsdr. (Hulft).

2C JACOB CORNELISZ. NOBEL EN GRIETE GERRITSDR. (HULFT). Jacob Cornelisz. Nobel, zoon van Cornelis Roelofsz. en Anna Willemsdr. Blomme, huwde vóór oktober 1566 Griete Gerritsdr. (Hulft), dochter van Gerrit Jacobsz. Hulft en Haesgen Willemsdr. van Foreest. Hij overleed misschien in 1573. Zijn echtgenote overleed na 1599. Hij was o.a. schepen en raad van Amsterdam in 1562 en burgemeester in 1570

101 Testament van Jacob Cornelisz. en diens echtgenote Griete Gerritsdr., opgemaakt te Amsterdam. 1566 1 stuk Reg. no. 383 36 Cousebant 3.20.09

102 Testamenten van Griete Gerritsdr., weduwe van Jacob Cornelisz., opgemaakt te Amsterdam en Haarlem. 1574, 1580 en 1599 3 stukken Niet raadpleegbaar Reg. no. 450 en no. 592 [1 stuk rode stip 2 stukken zijn goed] Het stuk van 1599 is aangetast door vocht

103-103.1 Bewijs van ontvangst voor overgedragen rentebrieven door Ysbrant Jacobsz. (Dobbius) te Amsterdam voor zijn schoonmoeder Griete Gerritsdr. Met bijlage, 1594. 1575 1 charter en 1 stuk Reg. no. 464 103 Charter 103.1 Bijlage 3b Mary Jacobsdr. en Ysbrant Jacobsz. (Dobbius).

3B MARY JACOBSDR. EN YSBRANT JACOBSZ. (DOBBIUS). Zie onder het geslacht Dobbius 3c Cornelis Jacobsz. Nobel.

3C CORNELIS JACOBSZ. NOBEL. Van hem zijn geen stukken in het archief aanwezig 4a Jacob Cornelisz. Nobel alias Hulft, en Adriana van Nesse.

4A JACOB CORNELISZ. NOBEL ALIAS HULFT, EN ADRIANA VAN NESSE. Jacob Cornelisz. Nobel alias Hulft, zoon van Cornelis Jacobsz. Nobel, huwde in 1609 te Alkmaar Adriana van Nesse, dochter van mr. Gysbrecht van Nesse, oud-burgemeester van Haarlem, en Anna Harckendr.

104 Testament van Jacob Cornelisz. Nobel te Haarlem vanwege zijn vertrek naar Frankrijk 1607 maart 27 1 charter

105 Akte van huwelijkse voorwaarden tussen Jacob Cornelisz. Nobel en Adriana van Nesse 1609 september 9 1 charter

106 Testament van Gerrit Jacobsz Hulft en Haesgen van Fooreest uit Haarlem 1603 oktober 9 1 charter Niet raadpleegbaar

107 Kopie-testament van Gerrit Jacobsz Hulft en Haesgen van Fooreest Willemsdochter, echtelieden, uit Haarlem 1603 oktober 9 1 stuk

108 Brief van Gerret Janss Olij aan Gerrit Jacobsz. Hulft ? maart 26 1 stuk

109 Akte waarbij Philips IV, koning van Spanje etc., aan Jacob van der Hulft toestemming geeft om te gaan wonen in Roosendaal, waar hij vrijer zijn katholieke geloof kan uitoefenen 1629 mei 1 1 charter Ontbreekt In het Frans.

110 Testament van Gerrit Hacobsz Hulft uit Haarlem 1630 1 charter 3.20.09 Cousebant 37

Ontbreekt

111 Lijst van "lijkcedullen" (lijsten van genodigden) van de uitvaarten van Haesgen van Foreest, Maritgen Corneliszdr., Machtelt Cornelissen en Pieter Nicolaesz. van Hooren en een afschrift van de fundatie van de kapel te Velsen, opgesteld door Gerrit Jacobsz. Hulft zonder datum 1 stuk

112 Aantekeningen betreffende de kapelanie te Velsen. ca. 1625 en na 1634 2 stukken Blijkens handschrift opgemaakt door Gerrit Jacobsz. Hulft

113 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 414 carolus gulden door Tryn Willemsdr., weduwe van Jacob Claesz. van Haringkarspel, te Amsterdam voor Haesgen Willemsdr. van Foreest. Afschrift ca 1593. 1587 1 stuk Deels voldaan aan Gerrit Jacobsz. Hulft in 1593

114 Stukken betreffende een proces voor het gerecht van Castricum wegens achterstallige jaarlijkse renten tussen Gerrit Jacobsz. Hulft te Haarlem, eiser, en Borrit Dircxz., gedaagde. 1605 3 stukken

115 Rentebrief ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar door Benjamin Caerlsz., horlogemaker te Haarlem, verschuldigd aan Gerrit Jacobsz. Hulft, te lossen met een hoofdsom van 400 carolus gulden. 1620 1 charter Met als aant. op de akte: Exhibitum opten preferentie den XIen September 1627

116-116.2 Rentebrieven ten bedragen van 43 carolus gulden en 15 stuiver alsmede van 28 carolus gulden en 2 1/2 stuiver per jaar door Michiel Laers te Haarlem, verschuldigd aan Gerrit Jacobsz. Hulft, te lossen met hoofdsommen van 700 en 450 carolus gulden. Met bijlage, (ca. 1625). 1620 en 1621 2 charters en 1 stuk Met in dorso van de akte van 1621 aantekening betreffende vrijverklaring van het onderpand, 1623 116.1 1620 september 116.2 1621 116 Overige stuk(ken)

117.1-117.2 Rentebrieven ten bedrage van 31 carolus gulden en 5 stuiver alsmede van 25 carolus gulden per jaar door Jan Aelbertsz. te Haarlem, verschuldigd aan Gerrit Jacobsz. Hulft, te lossen met hoofdsommen van 500 en 400 carolus gulden. 1622 2 charters 117.1 1622 maart 4 117.2 1622 augustus 9

118 Rentebrief ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar door Jacob Jacobsz. van Neck te Haarlem, verschuldigd aan Gerrit Jacobsz. Hulft, te lossen met een hoofdsom van 400 carolus gulden. 1622 1 charter

119 Verzoek tot kwitering van zijn deel van een uitgekochte erfrente, staande op hun erfhuis buiten de Janspoort te Haarlem, door de erfgenamen van Dirc Willems Belien aan Gerrit Jacobsz. Hulft. Gelijktijdig afschrift. 1623 1 stuk 38 Cousebant 3.20.09

120-120.1 Rentebrief ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar door Jan Barentsz., timmerman te Haarlem, verschuldigd aan Gerrit Jacobsz. Hulft, te lossen met een hoofdsom van 400 carolus gulden, met bijlagen, 1633 en z.j. 1625 1 charter en 2 stukken Met als aant. op de akte: Exhibitum opten preferentie 21 juli 1633 Met in dorso van de akte aant. betr. gedeeltelijke betaling door de curator van de boedel van Jan Barentsz. 1640 120 Rentebrief 120.1 Bijlagen

121 Rentebrief ten bedrage van 12 carolus gulden per jaar door Lourens Cornelisz. te Crommenierdijk, verschuldigd aan Gerrit Jacobsz. Hulft, te Haarlem, te lossen met een hoofdsom van 200 carolus gulden. Met bijlage. 1636 1 charter en 1 stuk De akte is gecasseerd

122 Briefje aan Gerrit Jacobsz. betreffende de afwikkeling van zekere niet nader aangeduide boedel. eerste helft 17e eeuw 1 stuk 4b Margrietgen van der Hulft.

4B MARGRIETGEN VAN DER HULFT. Magrietgen van der Hulft was een dochter van Gerrit Jacobsz. Nobel alias Hulft en Haesgen Willemsdr. van Foreest. Zij overleed in 1681

123.1-123.2 Akten van verkoop van lijfrenten ten bedrage van 32 gulden en van 25 gulden per jaar door de magistraat van Schiedam aan Gerrit Jacobsz. Hulft te Haarlem en aan Maritgen Cornelisdr., weduwe van Willem van Foreest, te Haarlem op hun dochter en kleindochter Margrietgen Gerritsdr. 1613 2 charters 123.1 1613 mei 8, 32 gulden 123.2 1613 mei 8, 25 gulden

124.1-124.3 Akten van verkoop van lijfrenten ten bedrage van 25 pond, 20 pond en 16 pond per jaar ter aflossing van de pandsteden Den Briel, Vlissingen en Rammekens door de Staten van Holland aan Maritgen Cornelisdr., weduwe van Willem van Foreest, en aan Gerrit Jacobsz. Hulft op hun kleindochter en dochter Margrietgen Gerritsdr. 1616 3 charters 124.1 1616, 20 pond 124.2 1616, 16 pond 124.3 1616, 25 pond 4c Duyfgen (Columba) van der Hulft en Pieter van Zell.

4C DUYFGEN (COLUMBA) VAN DER HULFT EN PIETER VAN ZELL. Zie onder het geslacht Van Zell 4d Willem (Guilielmus) van der Hulft.

4D WILLEM (GUILIELMUS) VAN DER HULFT. Willem van der Hulft was een zoon van Gerrit Jacobsz. Hulft en Haesgen Willemsdr. van Foreest

125 Bul tot baccelaureus in de beide rechten door de "Bedellus" en "notarius juratus" van de universiteit van Leuven verleend aan Guilielmus van der Hulft uit Haarlem. 1620 1 charter

126.1-126.2 Bullen tot licenciatus in het canoniek en civiel recht door rector en cancellarius van de universiteit van Orleans verleend aan Guilielmus van der Hulft uit Haarlem. 1621 2 charters 126.1 Canoniek recht 3.20.09 Cousebant 39

126.2 Civiel recht

127 Akte van immatriculatie door procurator, quaestor, assessor en bibliothecarissen van de Germaanse natie aan de universiteit van Orleans voor Guilielmus van der Hulft. 1621 1 charter 4e en 4f Maria en Hester van der Hulft.

4E EN 4F MARIA EN HESTER VAN DER HULFT. Maria van der Hulft was een dochter van Gerrit Jacobsz. Hulft en Haesgen Willemsdr. van Foreest. Zij stierf in 1667

128 Kwitantie ten bedrage van 500 gulden wegens een uitkering uit de erfenis van haar zuster Hester van der Hulft door Frans Barentsz. Cousebant voor Maria van der Hulft. 1640 1 stuk 4g Elisabeth van der Hulft.

4G ELISABETH VAN DER HULFT. Elisabeth van der Hulft was een dochter van Gerrit Jacobsz. Hulft en Haesgen Willemsdr. van Foreest. Zij overleed na 1641

129 Rentebrief ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar door Heijndrick Arentsz. Backer te Haarlem, verschuldigd aan Elisabeth van der Hulft, te lossen met een hoofdsom van 400 carolus gulden. 1639 1 charter Met op de akte aant. betr. de "gerepudieerde" boedel van de weduwe van Hendrick Arentsz. den Heulken, bakker, voor Frans Barentsz. Cousebant, 1658

130 Testament van Lysbeth van der Hulft, opgemaakt te Haarlem. In duplo. 1642 2 stukken Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht B Stukken van het geslacht Verwer.

B STUKKEN VAN HET GESLACHT VERWER. 1a Claes Dircxsz. en Styntgen Cornelisdr.

1A CLAES DIRCXSZ. EN STYNTGEN CORNELISDR. Claes Dircxsz. (Verwer), zoon van Dirck Barentsz. en Maritgen Jansdr., huwde in 1533 te Amsterdam Styntgen Cornelisdr., dochter van Cornelis Roelofsz. (Nobel) en Anna Willemsdr. Blomme

131 Huwelijkscontract van Claes Dircxsz. met Styntgen Cornelisdr., gesloten te Amsterdam. 1533 1 charter Reg. no. 234 1b Dirk en Claes Verwer.

1B DIRK EN CLAES VERWER. Misschien is Claes dezelfde als de onder 1a genoemde, misschien ook waren Claes en Dirk priesterbroeders van hem

132 Akte van erflating ten bedrage van 300 carolus gulden door Pieter Willemsdr. te Haarlem, echtgenote van Maarten Wolfertsz., voor de gebroeders Dirk en Claes Verwer, priesters te Alkmaar. Met in dorso kwitantie van 1551. 1533 1 charter Reg. no. 235 en no. 312 2 Anthonis Claesz. en Gheert Jansdr.

2 ANTHONIS CLAESZ. EN GHEERT JANSDR. Anthonis Claesz. (Verwer), zoon van Claes Dircxsz. en Styntgen Cornelisdr., huwde in 1568 te Amsterdam Gheert Jansdr. 40 Cousebant 3.20.09

133 Huwelijkscontract van Anthonis Claesz. met Gheert Jansdr., gesloten te Amsterdam. 1568 1 charter Reg.. no. 393 C Stukken van het geslacht Hulft.

C STUKKEN VAN HET GESLACHT HULFT. 1 Jan Gerytsz. Holft.

1 JAN GERYTSZ. HOLFT. Mr. Jan Gerytsz. Holft was een zoon van Gerrit Ildsen en Tiet Jansdr. Hulft. Hij werd tot priester gewijd in 1552, was rector van het St. Pietersgasthuis te Amsterdam en overleed in 1566. (Zie Elias I blz. 534)

134 Akte van schuldbekentenis van een rente ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar, ingegaan in het jaar 1539, door Jan Peerboom te Amsterdam, voor mr. Jan Gerytsz. Holft, priester. 1561 1 charter Reg. no. 359 Met in dorso aant. betr. de aflossing in het jaar 1586 aan zijn zuster Griete Gerritsdr., weduwe van Jacob Cornelisz. D Stukken van het geslacht Dobbius.

D STUKKEN VAN HET GESLACHT DOBBIUS. 1 Ysbrant Jacobsz. en Mary Jacobsdr.

1 YSBRANT JACOBSZ. EN MARY JACOBSDR. Ysbrant Jacobsz. (Dobbius) huwde in 1575 Mary Jacobsdr., dochter van Jacob Cornelisz. Nobel en Griete Gerritsdr. Hulft

135 Huwelijkscontract van Ysbrant Jacobsz. met Mary Jacobsdr., gesloten te Amsterdam. 1575 1 charter Reg. no. 463 E Stukken van de geslachten Lakemans en Ban.

E STUKKEN VAN DE GESLACHTEN LAKEMANS EN BAN. 1 Pieter Meynertsz. Lakemans en Thiet Jacobsdr.

1 PIETER MEYNERTSZ. LAKEMANS EN THIET JACOBSDR. Pieter Meynertsz. Lakemans uit Bovenkarspel huwde in 1578 Thiet Jacobsdr., dochter van Jacob Cornelisz. Nobel en Griete Gerritsdr. Hulft. Hij overleed tussen 1618 en 1621

136 Huwelijkscontract van Pieter Meynertsz. Lakemans met Thiet Jacobsdr. (Nobel), gesloten te Amsterdam. 1578 1 charter Reg. no. 536

137 Rentebrief ten bedrage van 6 gulden en 5 stuiver per 100 carolus gulden per jaar door Bruyn Aeriansz. te Spanbroek, verschuldigd aan Pieter Meijnertsz. Lakemans te Bovenkarspel, te lossen met een hoofdsom van 200 carolus gulden. 1611 1 charter

138 Rentebrief ten bedrage van 24 carolus gulden per jaar door Sybe Alertsz. te Enkhuizen, verschuldigd aan Thiet Jacobsdr., weduwe van Pieter Meynertsz. Lakeman, te lossen met een hoofdsom van 400 gulden. 1621 1 charter

139 Rentebrief ten bedrage van 87 carolus gulden en 10 stuiver per jaar door Heyn Freecxz., waard te Enkhuizen, verschuldigd aan Thiet Jacobsdr., weduwe van Pieter Meynertsz. Lakeman, te lossen met een hoofdsom van 1400 carolus gulden. 1624 1 charter 3.20.09 Cousebant 41

2 Reynu Pieter Lakemansdr. en Frans Teyng Mathysz. (Ban).

2 REYNU PIETER LAKEMANSDR. EN FRANS TEYNG MATHYSZ. (BAN). Reynu Pieter Lakemansdr., dochter van Pieter Meynertsz. Lakemans en Thiet Jacobsdr., huwde in 1604 Frans Teyng Mathysz. (Ban)

140 Huwelijkscontract van Frans Teyng Mathysz. met Reynu Pieter Lakemansdr., gesloten te Haarlem. 1604 1 charter F Stukken van het geslacht Van Zell.

F STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN ZELL. 1 Pieter van Zell en Duyfgen (Columba) van der Hulft.

1 PIETER VAN ZELL EN DUYFGEN (COLUMBA) VAN DER HULFT. Pieter van Zell, zoon van Maria van Zell, huwde in 1637 Duyfgen van der Hulft, dochter van Gerrit Jacobsz. Hulft en Haesgen Willemsdr. van Foreest. Zij overleed in of kort vóór het jaar 1654

141 Akte van bevrijding van een contraborgtocht ten behoeve van Melis Claesz. de Jonge als borg door Jan Boelisz. te Amsterdam voor Pieter van Zell. 1643 1 stuk

142 Akte van ontheffing van de borgtocht, die Pieter van Zell op zich genomen had voor Rem Anthonisz. als koper van een huis in de "tuinen" te Amsterdam tegenover Catherijne Boele, echtgenote van Nicolaes Pathuys, door Dirck en Nicolaes van Baren, stiefzoons van laatstgenoemde, opgemaakt te Haarlem. 1646 1 stuk

143 Stukken betreffende boedelscheiding van de nagelaten goederen van Duyfgen (Columba) van der Hulft tussen haar echtgenoot Pieter van Zell en haar erfgenamen. 1653-1654 1 omslag G Stukken van het geslacht Van Foreest.

G STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN FOREEST. 1a Jan van Foreest.

1A JAN VAN FOREEST. Jan van Foreest, geboren in 1498 als zoon van Cornelis van Foreest en Agatha Potter van der Loo, huwde Maria van Heuckesloot. Hij overleed in 1557

144-144.1 Testamenten van Jan van Foreest, opgemaakt te Haarlem. 1544 en 1547 2 charters Reg. no. 284 en no. 296 144 1544 144.1 1547

145 Testament van Jan van Foreest, opgemaakt te Beverwijk, 1556. Afschrift. (ca. 1557) 1 stuk Reg. no. 329 Waarschijnlijk behoorde dit stuk tot de bescheiden van Jan van Foreest of is het vervaardigd bij de boedelscheiding van zijn nagelaten goederen 1b Pieter van Foreest en Margriete Willemsdr.

1B PIETER VAN FOREEST EN MARGRIETE WILLEMSDR. Mr. Pieter van Foreest, bastaardzoon van Cornelis van Foreest en Geertruyd Jansdr., huwde in 1535 Margriete Willemsdr., dochter van Willem Dircxsz. en Hase Jansdr. te Haarlem. Hij overleed vóór 1566 en was burgemeester van Haarlem

146 Huwelijkscontract van Pieter van Foreest met Margriete Willemsdr. 1535 1 stuk Reg. no. 242 42 Cousebant 3.20.09

147 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Geertruyd Jansdr. tussen Jacob Pietersz. en Pieter Cornelisz. van Foreest. 1541 1 charter Reg. no. 268 Waarschijnlijk is deze akte ten deel gevallen aan Pieter van Foreest

148 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van mr. Pieter van Foreest en Margriete Willemsdr. door hun kinderen Dirk en Willem enerzijds en oude Geertruyd, Cornelia, Adriana en jonge Geertruyd anderzijds. In duplo. 1577 2 stukken Reg. no. 496 2a-e Maritgen, Guertgen, Adriana, Cornelia en Guertgen Pietersdr. van Foreest.

2A-E MARITGEN, GUERTGEN, ADRIANA, CORNELIA EN GUERTGEN PIETERSDR. VAN FOREEST. Zij allen waren begijnen te Haarlem en docthers van mr. Pieter van Forreest. Hun volgorde staat niet vast

149 Testament van Maritgen en Guertgen Pietersdr. van Foreest, gezusters en begijnen, opgemaakt te Haarlem. 1569 1 stuk Reg. no. 405

150 Testament van Guertgen, Adriana, Cornelia en Guertgen Pietersdr. van Foreest, gezusters en begijnen, opgemaakt te Haarlem. 1577 1 stuk Reg. no. 507

151 Testament van Adriana en Guertgen Pietersdr. van Foreest, gezusters en begijnen, opgemaakt te Haarlem. 1583 1 stuk

152 Extracten uit het testament van 1552 en het codicil van 1554 van Floris van Adrichem Willemsz. te Haarlem betreffende legaten aan Jan van Foreest, Pieter van Foreest en diens dochter Guertgen, vervaardigd in. 1588 1 stuk

153 Testament van Adriana Pietersdr. van Foreest, begijn, opgemaakt te Haarlem. 1594 1 stuk

154 Stukken betreffende boedelscheiding van de nagelaten goederen van Adriana van Foreest Pietersdr. tussen Claes Hals Claesz. van Delft, Gerrit Jacobsz. Hulft voor zijn echtgenote Hase van Foreest en Pieter van Foreest met als voogd zijn neef Johan Conincxsz. 1595-1599 1 omslag

155-155.1 Stukken betreffende boedelscheiding van de nagelaten goederen van Adriana van Foreest, berustende in de desolate boedel van haar neef en vruchtgebruiker Pieter van Foreest tussen Gerrit Jacobsz. Hulft als erfgenaam onder beneficie van inventaris en de curatoren van de boedel van Claes Hals Claesz. 1602-1603 1 charter met aangehechte bijlage en 1 omslag Hierbij een zwaar beschadigd afschrift van het testament van Claes Hals van 1576 Reg. no. 478 155.1 Charter, 1602 155.2 Bijlage,1602, getransfigeerd 155 Testament, 1576 3.20.09 Cousebant 43

2f Dirk van Foreest en Elisabeth Jansdr.

2F DIRK VAN FOREEST EN ELISABETH JANSDR. Dirk van Foreest, zoon van mr. Pieter van Foreest en Margriete Willemsdr., huwde in 1566 te Haarlem Elisabeth Jansdr., natuurlijke dochter van Jan Louw Adriaensz., zoon van Pieter Nannincxdr. Het echtpaar woonde te Ooltgensplaat en Haarlem. Hij overleed na 1580, zijn echtgenote vóór 1584

156 Huwelijkscontract van Dirk van Foreest met Elisabeth Jansdr., gesloten te Haarlem. 1566 1 charter Reg. no. 385

157 Akte van overdracht van een losrente ten bedrage van 200 carolus gulden door Pieter Nannincxdr. aan haar kleindochter Lijsbeth Jansdr. 1564 1 stuk Reg. no. 367

158 Testament van Dirk van Foreest en diens echtgenote Elisabeth Jansdr., opgemaakt te Haarlem. 1571 1 stuk Reg. no. 436 3a Pieter van Foreest en Judith Nicolaasdr. van Dijck.

3A PIETER VAN FOREEST EN JUDITH NICOLAASDR. VAN DIJCK. Pieter van Foreest, zoon van Dirk van Foreest en Elisabeth Jansdr., werd in 1596 wegens wangedrag onder curatele gesteld. In 1599 huwde hij te Tiel Judith Nicolaasdr. van Dijck. Hij overleed als vaandrig te Breda in 1602

159 Vonnis van het Hof van Holland betreffende de arrestatie van 100 Bergse daalders in het jaar 1584 als biljoen door wijlen Dirk van Foreest gekocht van Bartholomees Menartsz., snijder te Ooltgensplaat, ten gunste van Jan Conincxsz., voogd van het weeskind van koper, als eiser tegen Pieter Jacopsz., stadhouder van de "Plaete", gedaagde. 1588 1 charter Met het weeskind word Pieter van Foreest bedoeld

160 Rekening van de goederen van Pieter van Foreest door zijn neef en voogd Johan Conincxsz. als rendant aan medevoogden over 1590, afgehoord 27 juli 1591. Met bijlage, 1588. 1591 2 stukken

161 Akte van curatele over Pieter van Foreest door het Hof van Holland voor Hendrik Jansz. Cursor op verzoek van Gerrit Jacobsz. Hulft, Pieter Claesz. van Hoorne en Jan Conincxsz. Met bijlage. 1596 2 stukken

162.1 Deurwaardersexploot aan het Hof van Holland uitgebracht inzake de eis van Hendrik Jansz. Cursor te Haarlem als curator van Pieter van Foreest ten laste van mr. Johan de Groot secretaris van Delft tot betaling van een schuld van 1275 gulden. Met bijlage. 1597 1 charter met aangehecht stuk 162.1 Charter,1597 162.2 Bijlage,1597

163 Huwelijkscontract van Pieter van Foreest met Judith Nicolaesdr. van Dijck, gesloten te Tiel. 1599 1 charter

164 Kwitanties betreffende de uitvaart van Judith Claesdr. te Haarlem, echtgenote van 44 Cousebant 3.20.09

Pieter van Foreest. 1601 3 stukken

165 Stukken betreffende het beheer over de nagelaten boedel van Pieter van Foreest en uitkeringen aan verwanten van wijlen diens weduwe Judith Nicolaasdr. van Dijck door Gerrit Jacobsz. Hulft en curatoren van de boedel van Claes Hals Claesz., 1602- 1603. Met retroacta, 1596-1598, in afschrift van 1602-1603. 1602-1603 1 omslag Zie voor nagelaten goederen van Adriana van Foreest, die in vruchtgebruik waren bij Pieter van Foreest, inv. no. 155 2g Willem van Foreest en Maritgen Cornelisdr.

2G WILLEM VAN FOREEST EN MARITGEN CORNELISDR. Willem van Foreest, zoon van mr. Pieter van Foreest en Margriete Willemsdr., huwde in 1569 te Haarlem Maritgen Cornelisdr., dochter van Cornelis Thijmansz. en Duve Jansdr. Hij overleed waarschijnlijk in 1582 te Amsterdam, zijn echtgenote na 1618

166 Mandaat van de officiaal van de aartsdiaken van het bisdom Utrecht om Willem van Foreest in het bezit te stellen van een vicarie in de parochiekerk van Haarlem. 1548 1 charter Reg. no. 300 Met in dorso verklaring van inbezitstelling, 1548 Reg no. 301

167 Huwelijkscontract van Willem van Foreest met Maritgen Cornelisdr., gesloten te Haarlem. 1569 1 charter Reg. no. 409

168-168.1 Akten van poorterschap door de magistraat van Brugge voor Willem van Foreest uit Haarlem. 1576 en 1578 1 charter en 1 stuk Reg. no. 483 en no. 562 168.1 1576 168 1578

169 Testament van Willem van Foreest met als enig erfgenaam zijn dochter Haesgen onder voogdij van haar oom Dirk van Foreest, opgemaakt te Amsterdam. 1582 1 stuk

170 Staat houdende opgave van inkomsten uit goederen van Claes Halsz., opgemaakt door zijn echtgenote Jacobmina van Foreest te Delft, merendeels ten behoeve van haar zoon Claes Hals, lopende van 1557 tot 1574, alsmede staat van haar goederen. Gelijktijdig afschrift. (ca. 1575) 1 stuk Waarschijnlijk heeft dit afschrift behoord aan Willem van Foreest, getuige de aant. in dorso: Copie van Jacop suster goet ende Claes Halsz. goet. In feite waren Willem en Jacobmina van Foresst halve broer en zuster

171 Testament van Maritgen Cornelisdr., weduwe van Willem van Foreest, opgemaakt te Haarlem. 1617 1 stuk

172 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 900 carolus gulden door Maritgen Cornelisdr., weduwe van Willem van Foreest, voor de kinderen van wijlen haar broeder Thijmen Cornelisz. Gecasseerd. 1591 1 stuk 3.20.09 Cousebant 45

173 Rentebrief ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar door Jacob Jacobsz. Evengroen te Haarlem, verschuldigd aan Maritgen Cornelisdr., weduwe van Willem van Foreest, te lossen met een hoofdsom van 400 carolus gulden. 1618 1 charter 3b Haesgen van Foreest als erfgename van haar vader Willem van Foreest.

3B HAESGEN VAN FOREEST ALS ERFGENAME VAN HAAR VADER WILLEM VAN FOREEST. Haesgen van Foreest, enig kind van Willem van Foreest en Maritgen Cornelisdr., erfde in 1582 de goederen van haar vader. Tot haar huwelijk in 1591 met Gerrit Jacobsz. Hulft werden deze beheerd door haar voogden

174 Stukken betreffende de goederen van Willem van Foreest, nagelaten aan diens dochter Haesgen van Foreest. Oorspronkelijken en afschriften. 1582-1583 4 stukken

175 Rekeningen van de goederen van Willem van Foreest, nagelaten aan diens dochter Haesgen van Foreest, door Ghysbrecht Born curator aan medevoogden. Deels afschriften. 1583-1587 4 stukken

176 Rekeningen van de goederen van Willem van Foreest, nagelaten aan diens dochter Haesgen van Foreest, door Pieter Nicolaasz. van Hoorne curator aan medevoogden. Deels afschriften. Met bijlage. 1587-1591 5 stukken H Stukken van de schoonfamilie van mr. Pieter van Forreest.

H STUKKEN VAN DE SCHOONFAMILIE VAN MR. PIETER VAN FORREEST. 1 Willem Dircxsz. en Hase Jansdr.

1 WILLEM DIRCXSZ. EN HASE JANSDR. Willem Dircxsz. huwde in 1507 te Haarlem Hase Jansdr. Zij waren de schoonouders van mr. Pieter van Foreest. Willem Dircxsz. overleed vóór 1560. Hase Jansdr. had een tante Adriaen Heynricxdr., gehuwd met Costen van Puersen. Zie onder het geslacht Van Puersen

177-177.1 Huwelijkscontract van Willem Dircxsz. met Hase Jansdr., gesloten te Haarlem. Met afschrift, (ca. 1525). 1507 1 charter en 1 stuk Reg. no. 190 177 Charter 177.1 Afschrift

178 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Willem Dircxsz. en Hase Jansdr. door hun kleinkinderen Geertruyd en Adriana van Foreest, Pieter van Hoorne en Jan Conincxsz. Met nadere akte van boedelscheiding tussen Geertruyd en Adriana van Foreest enerzijds en jonge Jan Conincxsz. anderzijds. Met als bijlage afschrift van een testament van Hase Jansdr., weduwe van Willem Dircxsz. van 1560, opgemaakt te Haarlem, (ca. 1580). 1589 2 stukken Reg. no. 583 en no. 354 2a Katrijn Willemsdr. en Jan Conincxsz.

2A KATRIJN WILLEMSDR. EN JAN CONINCXSZ. Zie onder het geslacht Conincxsz. 2b Adriaen Willemsdr. en Nicolaas van Hoorne.

2B ADRIAEN WILLEMSDR. EN NICOLAAS VAN HOORNE. Zie onder het geslacht Van Hoorne 46 Cousebant 3.20.09

J Stukken van het geslacht Van Puersen.

J STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN PUERSEN. 1 Costen van Puersen en Adriaen Heynricxdr. (Hant).

1 COSTEN VAN PUERSEN EN ADRIAEN HEYNRICXDR. (HANT). Hun huwelijk vond plaats te Haarlem in 1498

179 Huwelijkscontract van Costen van Puersen met Adriaen Heynricxdr., gesloten te Haarlem. 1498 1 charter Reg. no. 171 K Stukken van het geslacht Conincxsz.

K STUKKEN VAN HET GESLACHT CONINCXSZ. 1 Jan Conincxsz. en Ermgaert Willem Jacobsdr.

1 JAN CONINCXSZ. EN ERMGAERT WILLEM JACOBSDR. Jan Conincxsz. was gehuwd met Ermgaert Willem Jacobsdr. Zij was een dochter van Willem Jacobsz. en Lysbeth N.N. en overleed kinderloos vóór 1490 Later hertrouwde Jan Conincxsz. met Ermgaert Claesdr. Zij leefde nog in 1523. Hij overleed in 1505 of kort daarvoor. (A.R.A. Leenkamer Holland inv. no. 229 folio 989)

180 Akte van kwijtschelding inzake de nagelaten goederen van Ermgaert Willem Jacobsdr. door haar moeder Lysbeth ten behoeve van haar schoonzoon Jan Conincxsz., verleend te Leiden. 1490 1 charter Reg. no. 164 2a Janna Jan Conincxsz. en Claes Vranckensz.

2A JANNA JAN CONINCXSZ. EN CLAES VRANCKENSZ. Zie onder diverse verwanten van het geslacht Conincxsz. 2b Jan Conincsxz. en Katrijn Willemsdr.

2B JAN CONINCSXZ. EN KATRIJN WILLEMSDR. Jan Conincxsz., en Ermgaert Claesdr., huwde in 1546 te Haarlem Katrijn Willemsdr., dochter van Willem Dircxsz. en Hase Jansdr. In 1554 was hij burgemeester van Haarlem. Hij overleed ca. 1560

181 Huwelijkscontracten van Jan Conincxsz. met Katrijn Willemsdr., gesloten te Haarlem. 1546 1 stuk en 1 charter Reg. no. 294 en no. 295

182 Testament van Jan Conincxsz. en diens echtgenote Katrijn Willemsdr., opgemaakt te Haarlem. 1554 1 charter Reg. no. 317

183 Testament van Jan Conincxsz. 1557 1 charter Reg. no. 335 3 Johan Conincxsz.

3 JOHAN CONINCXSZ. Johan Conincxsz. (de jonge) was een zoon van Jan Conincxsz. en Katrijn Willemsdr. Hij was gehuwd met Alidt Harmensdr. en had een natuurlijke dochter Catharina Jansz. Hij overleed ca. 1627

184 Testament van Johan Conincxsz., opgemaakt te Haarlem. 1627 1 stuk 3.20.09 Cousebant 47

L Stukken van diverse verwanten van het geslacht Conincxsz.

L STUKKEN VAN DIVERSE VERWANTEN VAN HET GESLACHT CONINCXSZ. 1 Janna Jan Conincxsdr. en Claes Vranckensz.

1 JANNA JAN CONINCXSDR. EN CLAES VRANCKENSZ. Janna Jan Conincxdr., dochter van Jan Conincxsz. en Ermgaert Claesdr., huwde in 1523 te Leiderdorp Claes Vranckensz., zoon van Vranck Bruynensz. en Elisabeth N.N.

185 Huwelijkscontract van Claes Vranckensz. met Janna Jan Conincxdr., gesloten te Leiderdorp. 1523 1 charter Reg. no. 212 2a-b Katrijn Jansdr. en Belie Jansdr.

2A-B KATRIJN JANSDR. EN BELIE JANSDR. Waarschijnlijk waren Katrijn en Belie Jansdr. dochters van Jan Conincxsz. de oude

186.1-186.2 Testamenten van Katrijn Jansdr. en Belie Jansdr., begijnen, opgemaakt te Haarlem. 1503 en 1526 2 charters 186.1 1503 Reg. no. 182. 186.2 1526 Reg. no. 222

187 Testamenten van Belie Jansdr., begijn, opgemaakt te Haarlem. 1542 en 1547 2 stukken Reg. no. 274 en 297

188 Verklaring van Katrijn Gerrits en haar medezusters in het convent van Sint Agnes te Leiden alsmede van Margriete Jansdr. om het testament van Belie Jansdr., begijn te Haarlem, van 28 januari 1556 te eerbiedigen. 1557 1 charter Reg. no. 333 M Stukken van het geslacht Van Hoorne.

M STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN HOORNE. 1 Nicolaas van Hoorne en Adriaen Willemsdr.

1 NICOLAAS VAN HOORNE EN ADRIAEN WILLEMSDR. Nicolaas van Hoorne, zoon van Pieter Claesz. van Hoorne en Aeff van der Laen, huwde in 1542 te Haarlem Adriaen Willemsdr

189 Akte van aanstelling van Nicolaas van Hoorne tot pauselijk notaris. 1533 1 charter Reg. no. 236

190 Huwelijkscontract van Nicolaas van Hoorne met Adriaen Willemsdr., gesloten te Haarlem. 1542 1 charter Reg. no.275 2 Pieter Nicolaasz. van Hoorne en Machtelt Cornelis Jan Ghysbrechtsdr.

2 PIETER NICOLAASZ. VAN HOORNE EN MACHTELT CORNELIS JAN GHYSBRECHTSDR. Pieter Nicolaasz. van Hoorne, zoon van Nicolaas van Hoorne en Adriaen Willemsdr., huwde in 1575 te Haarlem Machtelt Cornelis Jan Ghysbrechtsdr. Hij was schepen en weesmeester van Haarlem en overleed in 1615, zijn echtgenote na 1611

191 Huwelijkscontract van Pieter Nicolaesz. van Hoorne met Machtelt Cornelisdr., gesloten te Haarlem. 1575 1 charter Reg. no. 472 48 Cousebant 3.20.09

192 Testamenten van Pieter Nicolaesz. van Hoorne en diens echtgenote Machtelt Cornelis Jan Ghysbrechtsdr., opgemaakt te Haarlem. 1586, 1594, 1595, 1600, 1601, 1602 en 1611 1 omslag

193 Inventaris van de nagelaten goederen van Pieter Nicolaesz. van Hoorne, opgemaakt te Haarlem door J. Conincxsz. en andere verwanten. Gelijktijdig afschrift. Met bijlage. 1615 2 stukken IV Stukken van het geslacht Crucius en aanverwante geslachten.

IV STUKKEN VAN HET GESLACHT CRUCIUS EN AANVERWANTE GESLACHTEN. Deze stukken zijn door het huwelijk van Maria Crucius met Judocus Cousebant aan het geslacht Cousebant gekomen. Zij was eerder gehuwd met Arent van Gouthoven. Haar moeder stamt uit het geslacht Keyser A Stukken van het geslacht Wittecruys Alias Crucius.

A STUKKEN VAN HET GESLACHT WITTECRUYS ALIAS CRUCIUS. 1a Joachim Dircxsz. Wittecruys en Regnera Pieter Olysdr.

1A JOACHIM DIRCXSZ. WITTECRUYS EN REGNERA PIETER OLYSDR.

194 Testament van Joachim Dircxsz. Wittecruys, schilder te Haarlem, en diens echtgenote Regnera Pieter Olysdr., opgemaakt te Haarlem. 1621 1 stuk In dorso is Wittecruys geschreven als Crucius

195 Rekening en inventaris van de nagelaten goederen van mr. Wilhelm van Assendelft, kanunnik te Haarlem, door Jacob Saffius domproost, mr. Pieter van der Hooch heer van Sprang, Nicolaus Crabbemors en Joachim Dircxsz. Witte, bestemd voor de enige erfgename Regnera Pieter Olysdr., echtgenote van Joachim voornoemd. 1615 1 stuk

196-196.1 Rentebrief ten bedrage van 12 carolus gulden en 10 stuiver per jaar door Wessel Barentsz., steenhouwer te Haarlem, verschuldigd aan Joachim Dircxsz., te lossen met een hoofdsom van 200 carolus gulden. Met bijlage. 1617 1 charter en 1 stuk Met in dorso van het charter de aant.: Dese renthen is van mr. Wilhelm ons oom besproke tot onderhout der arme huisgens in de Achtercamp 196 Rentebrief 196.1 Bijlage 2a Elisabeth Crucius, Johan van Teylingen en Johan van Schoten.

2A ELISABETH CRUCIUS, JOHAN VAN TEYLINGEN EN JOHAN VAN SCHOTEN. Zie onder de geslachten Van Teylingen en Van Schoten 2b Switbertus Crucius en Syberich Gerritsdr.

2B SWITBERTUS CRUCIUS EN SYBERICH GERRITSDR. Switbertus Crucius, vermoedelijk een zoon van Joachim Dircxsz. en Regnera Pieter Olysdr., was gehuwd met Syberich Gerritsdr. en overleed in het jaar 1683

197 Rentebrief ten bedrage van 5 carolus gulden per jaar door Cornelis, Louris en Jannetjen Pietersz. van der Sloot te Haarlem, verschuldigd aan Switbertus Crucius, te lossen met een hoofdsom van 100 carolus gulden. 1661 1 charter Met als aant.in dorso: nu Cornelis Tonissen

198 Obligatie ten bedrage van 40 carolus gulden ten laste van Josua Sanderus voor Switbertus Crucius te Haarlem. 3.20.09 Cousebant 49

1681 1 stuk

199 Rekening van de nagelaten goederen van Switbertus Crucius, opgemaakt door Johan van Schoten en Judocus Cousebant, afgehoord 28 april 1687. In duplo. Met als bijlage inventaris van goederen, 1683, in afschrift van 1687. 1683-1687 3 stukken 2c Adriaen Crucius en Maria Keyser.

2C ADRIAEN CRUCIUS EN MARIA KEYSER. Adriaen Crucius, vermoedelijk een zoon van Joachim Dircxsz. en Regnera Pieter Olysdr., was gehuwd met Maria Keyser, dochter van Dignum Cornelis Keyser en Baefgen Willemsdr. Hij was lakenkoper te Haarlem en overleed omstreeks 1650, zijn echtgenote na 1680

200 Testamenten van Adriaen Crucius en diens echtgenote Maria Keyser, opgemaakt te Haarlem. 1648 en 1649 2 stukken 3 Adriana Maria Crucius en Arent van Gouthoeven.

3 ADRIANA MARIA CRUCIUS EN ARENT VAN GOUTHOEVEN. Zie onder het geslacht Van Gouthoeven B Stukken van het geslacht Keyser.

B STUKKEN VAN HET GESLACHT KEYSER. 1 Dignum Cornelisz. Keyser en Baefgen Willemsdr.

1 DIGNUM CORNELISZ. KEYSER EN BAEFGEN WILLEMSDR. Dignum Cornelisz. Keyser overleed vóór 1615, waarschijnlijk te Limmen. Zijn echtgenote Baefgen Willemsdr. leefde nog in 1622

201 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Dignum Cornelisz. Keyser tussen diens weduwe Baefgen Willemsdr., diens zoon Dirck Dignumsz. Keyser en diens schoonzoon Nanning Aelbrechtsz. van Schilperoort, weduwnaar van Neeltgen Dignumsdr. Gelijktijdig afschrift. 1615 1 stuk Zie voor een afschrift van het testament van Baefgen Willemsdr. van 1622 inv no. 204 2 Dirck Dignumsz. Keyser en Jannetgen Willemsdr. Cortoires.

2 DIRCK DIGNUMSZ. KEYSER EN JANNETGEN WILLEMSDR. CORTOIRES. Dirck Dignumsz. Keyser, zoon van Dignum Cornelis Keyser te Limmen en Baefgen Willemsdr., huwde n 1614 te Haarlem Jannetgen Willemsdr. Cortoires, dochter van wijlen Willem Adriaensz. Cortoires en Marytgen Gerritsdr. Zij overleed als weduwe in 1664

202 Huwelijkscontract van Dirck Dignumsz. Keyser te Alkmaar met Jannetgen Willemsdr., gesloten te Haarlem. 1614 1 stuk

203 Akte van overeenkomst in verband met nagelaten goederen van Jannetgen Cortoires, weduwe van Dignum Keyser, tussen Willem Keyser de oude en diens zuster Maria Keyser, weduwe van Adriaen Crucius, gesloten te Haarlem. 1664 1 stuk Zie voor een afschrift van het testament van Jannetgen Cortoires inv. no. 205 3a Erven Keyser.

3A ERVEN KEYSER.

204 Testament van Baef Willemsdr., weduwe van Dignum Cornelisz. van Limmen, opgemaakt te Alkmaar. Afschrift, 1678. 1662 1 stuk Niet bekend voor wie dit afschrift is bestemd

205 Testament van Jannetgen Cortoires, weduwe van Dirck Dignumsz. Keyser, 50 Cousebant 3.20.09

opgemaakt te Haarlem, 1683. Afschrift. z.j. 1 stuk Men zal het jaar 1683 moeten lezen als 1663 Vgl. inv. no. 203 Niet bekend voor wie dit afschrift is bestemd 3b Cornelia Keyser.

3B CORNELIA KEYSER. Cornelia Keyser was een dochter van Dirck Dignumsz. Keyser en Jannetgen Willemsdr. Cortoires. Zij leefde nog in 1686

206 Testamenten en uiterste wilsbeschikkingen van Cornelia Keyser, opgemaakt te Haarlem. 1674, 1683 en 1686 4 stukken

207 Aantekeningen betreffende de aflossing van een schuld van 225 gulden door Soetje en Antje Commers aan Cornelia Keyser. 1683-1685 1 stuk C Stukken van het geslacht Van Teylingen.

C STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN TEYLINGEN. 1 Augustijn van Teylingen Florisz.

1 AUGUSTIJN VAN TEYLINGEN FLORISZ. Augustijn van Teylingen, zoon van Floris, geboren te Quesnoy in Henegouwen ca. 1475, huwde in 1503 te Alkmaar Josina van Egmond van der Nijenburch, dochter van Johan Gerritsz., kastelein van de Nijenburch en schout en burgemeester van Alkmaar, en van Judith Heerman. Hij was ontvanger in het kwartier van West-Friesland, burgemeester van Alkmaar enz. Hij overleed in 1533, zijn echtgenote leefde van 1484-1556. Zie verder Nieuw Ned. Biogr. Wb., II blz. 1422

208 Akte van volmacht tot inning van een bede in West-Friesland en Kennemergevolg door Jacob Goudt als gecommitteerde van stadhouder en Hof van Holland voor de ontvanger Augustijn van Teylingen. 1506 1 charter Reg. no. 188

209.1-209.2 Akte van verkoop van goederen en renten in Holland door Peeter en Geerburch Engberts, gezusters en nonnen in het klooster der Clarissen te Hoogstraten, aan Augustijn van Teylingen te Alkmaar. Met akte van schuldbekentenis door Augustijn van Teylingen. 1517 2 charters 209.1 Akte van verkoop, 1517 mei Reg. no. 202. 209.2 Akte van schuldbekentenis,1517 juni Reg.no. 203. In dorso aantekening betreffende de aflossing 2 Jacob van Teylingen.

2 JACOB VAN TEYLINGEN. Van hem zijn geen stukken in het archief aanwezig 3 Augustijn van Teylingen Jacobsz. en Maritgen Cornelisdr.

3 AUGUSTIJN VAN TEYLINGEN JACOBSZ. EN MARITGEN CORNELISDR. Augustijn van Teylingen, zoon van Jacob van Teylingen en Maria Jansdr. van Assendelft, geboren te Alkmaar in 1549, huwde in 1579 Maritgen Cornelisdr., dochter van Cornelis Jansz. Bout alias Cosgen en Agniese Pietersdr. Hij was doctor in de medicijnen en overleed in of vóór 1626. Zijn echtgenote leefde nog in 1627. Zie verder Nieuw Ned. Biogr. Wb., II blz. 1423

210 Huwelijkscontract van Augustijn van Teylingen met Maritgen Cornelisdr. 1579 1 stuk Reg. no. 576 3.20.09 Cousebant 51

211 Huwelijkscontract van mr. Jan van Teylingen met Marye Lucas Meynertsdr., gesloten te Amsterdam, 1576. Afschrift. 1581 1 stuk Reg. no. 479 Waarschijnlijk heeft het stuk tot de bescheiden van Augustijn van Teylingen behoord

212 Rentebrief ten bedrage van 125 carolus gulden per jaar door Maritgen Jansdr., weduwe van Pieter Adriaensz., houtkoper te Haarlem,, verschuldigd aan dr. Augustijn van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 2000 carolus gulden. 1617 1 charter Met aant. in dorso betr. aflossing in termijnen van 200 gulden, 1617

213 Rentebrief ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar door Aris Claesz., timmerman te Haarlem, verschuldigd aan Maritgen Cornelisdr., weduwe van dr. Augustijn van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 400 carolus gulden. 1626 1 charter Met aant.: Exhibitum op de preferentie, 1634

214 Testament van Maritgen Cornelisdr., weduwe van dr. Augustijn van Teylingen, opgemaakt te Haarlem. 1627 1 stuk

215 Conceptakte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Augustijn van Teylingen en Maritgen Cornelis Boutendr. tussen hun kinderen Johan, Jacob, Cornelis, Agneta en de echtgenoot van wijlen Elisabeth van Teylingen, (ca. 1635). Met bijlage betreffende het aan Elisabeth toegewezen deel. z.j. 2 stukken 4a Johan van Teylingen en Elisabeth Crucius.

4A JOHAN VAN TEYLINGEN EN ELISABETH CRUCIUS. Johan van Teylingen, zoon van dr. Augustijn van Teylingen en Maritgen Cornelisdr., huwde in 1647 Elisabeth Crucius. Hij overleed in 1657, zijn echtgenote hertrouwde in 1658 met Johan van Schoten en overleed in 1687

216 Testament van Johan van Teylingen en diens echtgenote Elisabeth Crucius, opgemaakt te Haarlem. 1653 1 stuk

217 Rentebrief ten bedrage van 5 carolus gulden per jaar door Guijrtge Pietersdr., weduwe van Gerrit Willemsz., kuiper te Haarlem, verschuldigd aan Johan van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 100 carolus gulden. 1638 1 charter Met aant. in dorso: nu Casper Veltman

218.1 Rentebrief ten bedrage van 45 carolus gulden per jaar door Cornelis Adriaen Gael te Haarlem verschuldigd aan Jan van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 1000 carolus gulden. Met aangehechte bijlage, 1659. 1641 1 charter en 1 aangehecht stuk Met aant. in margine: Geexhibeert in juditio opte preferentie van den boedel ende goederen van Cornelis Adriaensz. Gael, 1658 218.1 Charter, 1641 218.2 Bijlage, 1659 Aangehecht aan inv.nr. 218.1

219.1-219.2 Rentebrieven ten bedrage van 3 carolus gulden per jaar door Leendert Jansz., metselaar te Haarlem, verschuldigd aan Jan van Teylingen, te lossen met een 52 Cousebant 3.20.09

hoofdsom van 50 carolus gulden. 1644 2 charters Met aant. in margine: Geexhibeert op de preferentie van Jilles van Hulle, 1671 219.1 1644 219.2 1644

220 Rentebrief ten bedrage van 7 carolus gulden per jaar door Aeltgen van de Casteele te Haarlem verschuldigd aan Johan van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 150 carolus gulden. 1645 1 charter Met aant. in margine: geexhibeert in judicio opte preferentie van 't huijs van Aeltien van de Castele in de Grote Hoffstraet, 1658 Met aant. in dorso betr. ged. aflossing in 1660

221 Rentebrief ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar door Isbrandt Valcken, vleeshouwer te Beverwijk, verschuldigd aan Johan van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 500 carolus gulden. 1654 1 charter Met aant. in margine: Geexhibeert in judicio voor schepenen der stede Beverwijck, 1657

222 Rentebrief ten bedrage van 22 carolus gulden per jaar door Jan Janssen Stoel te Haarlem verschuldigd aan Johan van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 520 carolus gulden. 1656 1 charter

223 Inventaris van de gemeenschappelijke goederen van wijlen Jan van Teylingen en zijn weduwe Elisabeth Crucius, opgemaakt met het oog op de erfrechten van hun zoon Augustijn van Teylingen. Met bijlagen. 1657-1658 3 stukken 5a Augustijn van Teylingen.

5A AUGUSTIJN VAN TEYLINGEN. Augustijn van Teylingen, enige zoon van Johan van Teylingen en Elisabeth Crucius, overleed ongehuwd in 1670

224 Inventaris van de nagelaten goederen van Johan van Teylingen en diens weduwe Elisabeth Crucius, opgemaakt ten behoeve van hun zoon Augustijn van Teylingen. 1658 1 stuk

225 Aantekeningen betreffende de nalatenschappen van Johan van Teylingen, Jacob van Teylingen, Ida Visscher, mr. Pieter Bouman en diens echtgenote Catharina Kinnemans en van Maria Bouman en haar echtgenoot Johan Kies van Wissen. ca. 1665 1 omslag

226 Specificatie van de goederen van Augustijn van Teylingen, nagelaten door zijn moeder Elisabeth Crucius. 1670 1 stuk 4b Jacob van Teylingen.

4B JACOB VAN TEYLINGEN. Jacob van Teylingen, zoon van dr. Augustijn van Teylingen en Maritgen Cornelisdr., overleed in of vóór 1645. Waarschijnlijk was hij ongehuwd

227.1 Rentebrief ten bedrage van 21 carolus gulden, 17 stuiver en 8 penning per jaar door Heyndrick Jansz. van Brugge verschuldigd aan Heyndrick Sijmonsz. Duyndam te Haarlem, te lossen met een hoofdsom van 350 carolus gulden. Met akte van overdracht aan Jacob van Teylingen, 1640. 3.20.09 Cousebant 53

1635 2 charters (getransfigeerd) Met aant. in margine van beide akten: Geexhibeert in juditio opte preferentie van den boedel van Michiel Udemans ofte Maycken Thomas, 1660 227.1 Charter, 1640 227.2 1635, getransfigeerd

228.1 Rentebrief ten bedrage van 21 carolus gulden per jaar door Josyas van Houte verschuldigd aan Adriaen Theunisz., distillateur te Haarlem, te lossen met een hoofdsom van 400 carolus gulden. Met akte van overdracht aan Jacob van Teylingen, 1642. 1641 2 charters (getransfigeerd) 228.1 Charter, 1642 228.2 1641, getransfigeerd

229 Conceptakte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Jacob van Teylingen tussen diens broeders Johan en Cornelis alsmede de kinderen van wijlen diens zusters Agneta en Elisabeth van Teylingen. 1645 1 stuk 4c Cornelis van Teylingen en Alydt Deteringhs.

4C CORNELIS VAN TEYLINGEN EN ALYDT DETERINGHS. Cornelis van Teylingen, zoon van dr. Augustijn van Teylingen en Maritgen Cornelisdr., had een onwettige verbintenis met Alydt Deteringhs. Hij leefde nog in 1656.

230 Testamenten van Cornelis van Teylingen, opgemaakt te Haarlem. 1655-1656 4 stukken Eén van de testamenten van 1655 in afschrift van 1657

231 Rentebrief ten bedrage van 15 carolus gulden per jaar door Denijs Gillisz. te Haarlem verschuldigd aan Cornelis van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 250 carolus gulden. 1640 1 charter Met aant. in dorso betr. ged. aflossing in 1644

232 Rentebrief ten bedrage van 5 carolus gulden per jaar door Aert Huijbertsz., sleper te Haarlem, verschuldigd aan Cornelis van Teylingen, te lossen met een hoofdsom van 100 carolus gulden. 1648 1 charter

233 Specificatie van goederen, ten deel gevallen aan Cornelis van Teylingen, na beheer door diens broeder Johan van Teylingen. 1650 1 stuk 5b Maria Cornelisdr. van Teylingen.

5B MARIA CORNELISDR. VAN TEYLINGEN. Maria van Teylingen, onechte dochter van Cornelis van Teylingen en Alydt Deteringhs, was ongehuwd en overleed in 1664

234 Testament van Maria van Teylingen, opgemaakt te Haarlem. Met gelijktijdig afschrift. 1664 2 stukken Met als aant. kwitanties door de kinderen en erfgenamen van Grietje Deterinchs betreffende een legaat van 3000 gulden, 1673-1686

235 Stukken betreffende goederen van Maria van Teylingen, nagelaten aan haar neef Augustijn van Teylingen. 1664-1665 4 stukken 54 Cousebant 3.20.09

236 Specificatie van goederen van Maria Teylingen, nagelaten aan Maria van Schoten. z.j. 1 stuk Het recht van de collaterale successie is in 1667 ter secretaris van Haarlem voldaan door Johan van Schoten 4d Agneta van Teylingen en Adriaen Jansz. Visscher.

4D AGNETA VAN TEYLINGEN EN ADRIAEN JANSZ. VISSCHER. Zie onder het geslacht Visscher 4e Elisabeth van Teylingen en Jacob Pietersz. Bour.

4E ELISABETH VAN TEYLINGEN EN JACOB PIETERSZ. BOUR. Zie onder het geslacht Bour alias Bouman D Stukken van het geslacht Bout alias Cosgen.

D STUKKEN VAN HET GESLACHT BOUT ALIAS COSGEN. 1 Cornelis Jansz. en Agniese Pietersdr.

1 CORNELIS JANSZ. EN AGNIESE PIETERSDR. Cornelis Jansz., ook genoemd Cornelis Boot of Bout Jansz. gezegd Cosijns, huwde in of vóór 1538 Agniese Pietersdr. Hij was weduwnaar in 1590

237 Akte van absolutie van provisor en deken van Amstelland voor de echtelieden Cornelius Johannis en Niesgen Petri ter zake van hun clandestien gesloten huwelijk onder voorbehoud dat dit alsnog in een openbare kerkelijke plechtigheid zal worden bevestigd. 1538 1 stuk Reg. no. 255

238 Kwitantie ten bedrage van 120 carolus gulden door Hendrik Joesten voor Cornelis Jansen. ca. 1570 1 stuk Reg. no. 416

239-239.3 Akten van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Cornelis Jansz. te Amsterdam tussen diens kinderen Pieter Cornelisz., Arent Thonisz. als echtgenoot van Nies Cornelisdr. en Augustijn van Teylingen als echtgenoot van Maritgen Cornelisdr., opgemaakte te Haarlem. Met als bijlage het testament van Cornelis Jansz. van 1590 in afschrift van 1595. 1595 3 charters en 1 stuk 239.1 Testament, 1595 september 14 239.2 Akte van boedelscheiding, 1595 september 6 239.3 Akte van boedelscheiding, 1595 september 6 239 Overige stuk(ken) 2a Jan Cornelisz. (Johannes Cornelii).

2A JAN CORNELISZ. (JOHANNES CORNELII). Jan Cornelisz. was een zoon van Cornelis Jansz. In 1568 word hij toegelaten tot de Heilige Wijdingen en in 1570 volgde zijn aanstelling tot pastoor van Amstelveen. Naar alle waarschijnlijkheid is hij identiek met Jan Cornelis Paep, grootschipper, die in 1582 als overleden voorkomt en wiens weduwe Symontgen Jacobsdr. in 1587 testeert

240-240.1 Akten van de magistraat van Amsterdam en de bisschop van Haarlem betreffende de voorbereiding van Johannes Cornelii tot het priesterschap. 1568 4 charters, waarvan 2 getransfigeerd Reg. no. 398 no. 399 no. 400 en no. 401 240 1568, 1 charter 240.1 Overige stuk(ken), 1 charter en 2 getransfigeerde charters

241.1-241.3 Akten inzake de voordracht en aanstelling van Johannes Cornelii tot pastoor van Amstelveen resp. door burgemeesters van Amsterdam en de officiaal van het 3.20.09 Cousebant 55

aartsbisdom Utrecht. 1570 3 charters 241.1 1570 mei 29 Reg. no. 420. 241.2 1570 juli 1 Reg. no. 423. 241.3 1570 juli 21 Reg. no. 424.

242 Attestatie de vita van Ernst van Beieren, bisschop van Luik, voor mr. Jacob Jan Cornelisz. en voor Simenkens, weduwe van Jan Cornelisz., burger van Amsterdam. 1582 1 stuk

243 Testament van Symontgen Jacobsdr., weduwe van Jan Cornelisz. Paep, grootschipper, opgemaakt te Amsterdam. 1587 1 charter 2b Pieter Cornelisz. Cosgen en Neeltgen Adriaensdr.

2B PIETER CORNELISZ. COSGEN EN NEELTGEN ADRIAENSDR. In 1611 waren beiden overleden

244 Akten van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Pieter Cornelisz. Cosgen en diens echtgenote Neeltgen Adriaensdr. te Amsterdam tussen Nies Cornelisdr., weduwe van Arent Thonisz., Maritgen Cornelisdr. met als echtgenoot Augustijn van Teylingen en verwanten van Neeltgen Adriaensdr. 1611 2 stukken E Stukken van het geslacht Visscher.

E STUKKEN VAN HET GESLACHT VISSCHER. 1 Adriaen Jansz. Visscher, weduwnaar van Agneta van Teylingen.

1 ADRIAEN JANSZ. VISSCHER, WEDUWNAAR VAN AGNETA VAN TEYLINGEN. Adriaen Jansz. Visscher was gehuwd met Agneta van Teylingen, dochter van dr. Augustijn van Teylingen en Maritgen Cornelisdr. Na haar overlijden in 1612 te Alkmaar hertrouwde hij Guertgen van Schoten. In 1664 was laatstgenoemde weduwe

245-245.1 Rentebrief ten bedrage van 27 carolus gulden per jaar door Cornelis Adriaensz. Gael te Haarlem verschuldigd aan Adriaen Jansz. Visscher, te lossen met een hoofdsom van 600 carolus gulden. Met bijlage, 1664. 1646 1 charter en 1 stuk Met aant. in margine van het charter: Geexhibeert in judicio opte preferentie van den boedel ende goederen van Cornelis Adriaensz. Gael, 1658 245 Rentebrief 245.1 Bijlage F Stukken van het geslacht Bour alias Bouman.

F STUKKEN VAN HET GESLACHT BOUR ALIAS BOUMAN. 1 Jacob Pietersz. Bour en Elisabeth van Teylingen.

1 JACOB PIETERSZ. BOUR EN ELISABETH VAN TEYLINGEN. Jacob Pietersz. Bour, zoon van Pieter Jacobsz. te Amsterdam, huwde in 1619 Elisabeth van Teylingen, dochter van dr. Augustijn van Teylingen en Maritgen Cornelisdr. te Haarlem. Zij overleed vóór 1645

246 Huwelijkscontract van Jacob Pietersz. Bour uit Amsterdam met Elisabeth van Teylingen uit Haarlem. 1619 1 stuk 2 Pieter Bouman en Catharina Kinnemans.

2 PIETER BOUMAN EN CATHARINA KINNEMANS. Pieter Bouman, zoon van Jacob Pietersz. Bour en Elisabeth van Teylingen, huwde in 1654 Catharina Kinnemans. Hij overleed omstreeks 1660 56 Cousebant 3.20.09

247 Conceptakte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van mr. Pieter Bouman tussen diens echtgenote Catharina Kinnemans en zijn zuster Maria Boumans. ca. 1660 1 stuk G Stukken van het geslacht Van Schoten.

G STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN SCHOTEN. 1a Johan van Schoten en Elisabeth Crucius.

1A JOHAN VAN SCHOTEN EN ELISABETH CRUCIUS. Johan Florisz. van Schoten huwde in 1658 Elisabeth Crucius, weduwe van Johan van Teylingen. Hij was eerder gehuwd met Ida Visscher en overleed in 1690, Elisabeth in 1687

248 Huwelijksakte van Johan van Schoten met Elisabeth Crucius, gepasseerd voor schepenen van Haarlem. 1658 1 stuk

249 Testamenten van Johan van Schoten en diens echtgenote Elisabeth Crucius, opgemaakt te Haarlem. 1662 en 1669 2 stukken

250 Testamenten van Elisabeth Crucius, echtgenote van Johan van Schoten, opgemaakt te Haarlem. 1679 en 1687 2 stukken Met aant. op het eerste testament van 1679 een akte van voogdijstelling van Elisabeth Crucius over haar neefje Adrianus Cousebant, 1687, en in margine van het tweede testament kwitanties inzake ontvangen legaten

251 Obligaties voor Johan van Schoten te Haarlem, 1683-1685. Met bijlage, 1685. 1683-1685 5 stukken

252 Akte van verkoop van een obligatie ten bedrage van 900 gulden ten laste van Louries Jacobsz. alias jonge Lourus te Heemskerk door de erfgenamen van Maria Michiels te Haarlem aan Johan van Schoten. Met bijlage, 1669. 1685 2 stukken

253 Akten van boedelscheiding en andere stukken betreffende de nagelaten goederen van Elisabeth Crucius tussen haar weduwnaar Johan van Schoten en Judocus Cousebant als vader en voogd van haar erfgenaam Adrianus Cousebant. 1687-1754 2 omslag Niet raadpleegbaar De goederen waren bezwaard met fideicommis; vandaar de lange afwikkeling

254 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Johan van Schoten tussen zijn zuster Wilhelmina van Schoten als enig erfgename en Judocus Cousebant als vader en voogd van Adrianus Cousebant, enige erfgenaam van Elisabeth Crucius. In duplo. 1691 2 stukken 1b Wilhelmina van Schoten.

1B WILHELMINA VAN SCHOTEN. Wilhelmina van Schoten was een zuster van Johan van Schoten. Zij overleed in 1691 te Haarlem

255 Akte van boedelscheiding en rekening van de nagelaten goederen van Wilhelmina van Schoten. Met bijlagen, 1709 en z.j. 1691-1706 1 deel en 2 stukken 3.20.09 Cousebant 57

Hierbij trad Judocus Cousebant op als executeur. Zijn zoon Adrianus Cousebant verwierf een half huis te Velsen, vermoedelijk is dit het Huis Schilpen Zie inv. no. 70 en 828-830 H Stukken van het geslacht Van Gouthoeven.

H STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN GOUTHOEVEN. 1 Arent van Gouthoeven en Adriana Crucius.

1 ARENT VAN GOUTHOEVEN EN ADRIANA CRUCIUS. Arent van Gouthoeven Wouterszoon huwde in 1671 te Haarlem Adriana Crucius, dochter van Adriaen Crucius en Maria Keyser. Hij overleed in 1673. Zijn weduwe hertrouwde in 1676 met Judocus Cousebant

256 Huwelijkscontract van Arent van Gouthoeven met Adriana Crucius, gesloten te Haarlem. Met bijlage. 1671 2 stukken

257 Specificaties van nagelaten goederen van Arent van Gouthoeven, overgedragen aan diens weduwe Adriana Crucius. 1673 2 stukken V Stukken van het geslacht Bosschaert.

V STUKKEN VAN HET GESLACHT BOSSCHAERT. Deze stukken zijn door de huwelijken van Geertruyd Cousebant met Jacob Bosschaert en van Maria Anna Cousebant met Nicolaes Bosschaert aan het geslacht Cousebant gekomen 1a Jacob Bosschaert en Geertruyd Cousebant.

1A JACOB BOSSCHAERT EN GEERTRUYD COUSEBANT. Jacob Bosschaert, zoon van Jan Bosschaert en Duyffie Backers, geboren in 1661 te Bovenkarspel, huwde in 1708 te Haarlem Geertruyd Cousebant, dochter van mr. Frederik Cousebant en Thecla Laeckemans. Hij overleed in 1711, zijn echtgenote in 1718. Hun huwelijk was kinderloos

258 Huwelijkscontract van Jacob Bosschaert met Geertruyd Cousebant, gesloten te Haarlem, benevens hun huwelijksakte gepasseerd voor schepenen van Haarlem. 1708 2 stukken Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd. Voor een zeer zwaar beschadigd afschrift van 1728 van eerstgenoemde akte zie inv. no. 92 1b Nicolaas Bosschaert en Maria Anna Cousebant.

1B NICOLAAS BOSSCHAERT EN MARIA ANNA COUSEBANT. Nicolaas Bosschaert, zoon van Willem Bosschaert, huwde in 1709 Maria Anna Cousebant, dochter van mr. Frederik Cousebant en Thecla Lakemans. Vermoedelijk was hij een neef van van Jacob Bosschaert. Hij overleed in of vóór 1728, zijn echtgenote in 1725

259 Huwelijkscontract van Nicolaas Bosschaert met Maria Anna Cousebant, gesloten te Beverwijk. 1709 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd. Voor een zeer zwaar beschadigd gelijktijdig afschrift zie inv. no. 92

260 Testament van Maria Anna Cousebant, echtgenote van Nicolaas Bosschaert, opgemaakt te Leiden. 1718 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd VI Stukken van de geslachten Emonds, Van Beeck en De Bruyn.

VI STUKKEN VAN DE GESLACHTEN EMONDS, VAN BEECK EN DE BRUYN. Deze stukken zijn door het huwelijk van Adrianus Francois Cousebant met Maria Catharina Emonds aan het geslacht Cousebant gekomen 58 Cousebant 3.20.09

A Stukken van het geslacht Emonds.

A STUKKEN VAN HET GESLACHT EMONDS. 1 Pieter Emonds en Adriana Dimpna van Beeck.

1 PIETER EMONDS EN ADRIANA DIMPNA VAN BEECK. Mr. Pieter Emonds, advocaat te 's-Gravenhage, was gehuwd met Adriana Dimpna van Beeck, dochter van Peter van Beeck en Cornelia de Bruyn te Breda. Hij overleed in 1730, zijn echtgenote in 1728

261 Testament van Pieter Emonds en diens echtgenote Adriana Dimpna van Beeck, opgemaakt te 's-Gravenhage. 1724 1 stuk Niet raadpleegbaar Hierin wordt Maria Catharina Emonds genoemd als gesepareerde echtgenote van Adrianus Francois Cousebant. Zeer zwaar beschadigd

262 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 500 gulden door Jacob Jacobsen Buys de oude voor Pieter van Beeck ten behoeve van diens dochter Adriana Dimpna van Beeck met als onderpand onder meer 5 gemeten land op de Bremberg te Etten. Gelijktijdig afschrift. 1683 1 stuk Zie voor het percelen land op de Bremberg inv. no. 888-896 Met aant. in dorso: "is dit voor bancroet gerekent" Met verdere aant. betr. aflossing van voornoemd perceel land door Pieter Jansz. de Vroom in 1685 en 1687 Blijkens aant. in margine is het land in 1689 door Adriana Dimpna van Beeck als creditrice uit het verband ontslagen

263 Akte van verkoop van een erfrente ten bedrage van 300 gulden per jaar, uitgegeven door het markizaat van Bergen op Zoom op 4 december 1561 voor Francois de Fallaix, heer van Nijeuwerve enz., door Florens Carel van Beijeren van Schagen, heer van Schagen, graaf van Warfuzé enz., aan mr. Pieter Emonds, advocaat te 's- Gravenhage. Met bijlagen. 1690 3 stukken Niet raadpleegbaar

264 Akte van verkoop van een erfrente ten bedrage van 150 carolus gulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 2100 gulden, uitgegeven door Jan, markies van Bergen op Zoom, op 17 april 1562 voor Gerard Grammaeij, heer van 's-Gravenwesel, onder verband van een hofstede met 60 gemeten land in de heerlijkheid Vrouwe Jacobsland genoemd de Fijnaart, door Cornelia van der Hoeff, weduwe van mr. Gijsbert van Berensteijn, raad en schepen van Delft, aan mr. Pieter Emonds, advocaat te 's-Gravenhage. Met bijlagen, 1695-1696. 1696 1 omslag Niet raadpleegbaar

265 Akte van overdracht van een obligatie ten bedrage van 3000 gulden ten laste van de prins van Auvergne, markies van Bergen op Zoom, door de erfgenamen van Peter Noijes aan mr. Pieter Emonds, advocaat te 's-Gravenhage, gesloten te Antwerpen. Met brieven en ander bijbehorende stukken, 1700-1705. 1704 1 omslag Niet raadpleegbaar

266 Akte van overdracht van een obligatie ten bedrage van 900 gulden, uitgegeven door Bernard, graaf van Sain en Witgenstein, en diens echtgenote Wilhelmina Juliana, gravin van den Bergh, markiezin van Bergen op Zoom, in het jaar 1670 voor Johannes Roels, koopman te 's-Gravenhage, door diens zoon Willem van Roels, 3.20.09 Cousebant 59

commies voor de Staten van Zeeland ter griffie der Staten-Generaal, aan mr. Pieter Emonds, advocaat te 's-Gravenhage. 1707 1 stuk

267-267.1 Akte van overdracht van schuldbekentenis ten bedragen van 12000 gulden en van twee tezamen van 8000 gulden, uitgegeven door de prinses van Zollern, gravin van den Bergh, markiezin van Bergen op Zoom, in 1651 voor Josina van der Hoogh, weduwe van Floris van Bam, en in 1656 en 1667 voor Emerentiana van Bam, vrouwe van Baardwijk, onder verband van de heerlijkheid Fijnaart, door Jean de Cottereau, baron van Velp, en diens echtgenote Cornelia Joanna, baronesse van Leeffdael, aan mr. Pieter Emonds, advocaat te 's-Gravenhage. Met bijlagen, 1656, 1685 en 1709. 1713 1 charter en 3 stukken De bijlage van 1656 is een rentebrief ten bedrage van 500 gulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 8000 gulden. Pieter Emonds werd in 1713 slechts gerechtigd tot de helft 267 Charter 267.1 Overige stuk(ken)

268 Akte van overdracht van een rentebrief ad 5 ten honderd, te lossen met een hoofdsom van 2000 carolus gulden, onder verband van de heerlijkheid Fijnaart door Marie Anne, hertogin van Aremberg en Aerschot, douarière van Franchois Egon d'Auvergne enz., aan mr. Pieter Emonds. Met bijlage 1714. 1713 2 stukken B Stukken van het geslacht Van Beeck.

B STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN BEECK. 1 Peter van Beeck.

1 PETER VAN BEECK. Hij was rentmeester van de abdis van Thorn, gehuwd met Cornelia de Bruyn en overleed in 1685 te Breda

269 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Peter van Beeck, rentmeester van de abdis van Thorn, tussen diens kinderen Gerard, Johan, Josina Maria met als echtgenoot Francois Stickers en Adriana Dimpna met als echtgenoot Pieter Emonds. Met bijlage, z.j. 1686 2 stukken Niet raadpleegbaar Beschadigd C Stukken van het geslacht de Bruyn.

C STUKKEN VAN HET GESLACHT DE BRUYN. 1 Johan de Bruyn.

1 JOHAN DE BRUYN. Johan de Bruyn, meier, rentmeester en stadhouder van de lenen van de abdis van Thorn, was gehuwd met Beatrix van Torgen. Hij overleed in 1676, zijn echtgenote in 1665. Hun enige dochter Cornelia huwde Peter van Beeck. Brab. Leeuw VI, (1957), 154

270 Attestatie van de heer Cools, advocaat, voor de erfgenamen van rentmeester De Bruyn te Breda betreffende hun aandeel in twee obligaties van 1675 ten laste van het gemene land van Holland en West-Friesland. 1677 1 stuk Oude titel: "Recipisse--" Met aant. in dorso: "Sijn dese vercocht en heeft mijn. Cools het capitael betaelt 60 Cousebant 3.20.09

VIII Stukken van het geslacht Van Alckemade en aanverwante geslachten.

VIII STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN ALCKEMADE EN AANVERWANTE GESLACHTEN. Deze stukken zijn door het huwelijk van Maria Christina Genoveva van Alckemade met Franciscus Bernardus Cousebant aan het geslacht Cousebant gekomen. Door de huwelijken van Maria Theresia van der Goes met Florentius Ignatius van Alckemade en van Elisabeth van Hellemijs van Welle met Johan Theodoor van Alckemade kwamen vele stukken van aanverwante geslachten aan het geslacht Van Alckemade A Stukken van het geslacht Van Alckemade.

A STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN ALCKEMADE. 1 Floris van Alckemade Maertensz. en Elisabeth Jacobsdr. van Hoeff.

1 FLORIS VAN ALCKEMADE MAERTENSZ. EN ELISABETH JACOBSDR. VAN HOEFF. Floris van Alckemade, zoon van Maerten Florisz. van Alckemade en Agnes Bassens Claesdr., was gehuwd met Elisabeth Jacobsdr. van Hoeff. Hij was onder meer in 1544 schepen, in 1546 raad en in 1568 burgemeester van Amsterdam. In dit laatste ambt werd hij met de overige Katholieke leden van het stadsbestuur in 1578 de stad uitgezet. Vermoedelijk overleed hij in 1580 als weduwnaar

271-271.2 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Floris van Alckemade en diens echtgenote Elisabeth Jacobsdr. van Hoeff tussen hun kinderen Jacob, Jan, Nicolaes, Willem en Agnes van Alckemade. In duplo. Met bijlagen, 1580 en 1590. 1580 2 charters en 4 stukken 271.1 1580 juni 7 Reg. no. 589. 271.2 1580 juni 8 Reg. no. 590. 271 Overige stuk(ken) 2a Jacob van Alckemade en Marie Cornelisdr. Bam.

2A JACOB VAN ALCKEMADE EN MARIE CORNELISDR. BAM. Jacob van Alckemade, zoon van Floris van Alckemade en Elisabeth Jacobsdr. van Hoeff, huwde in 1563 te Amsterdam Marie Cornelisdr., dochter van Cornelis Jacobsz., brouwer, en Neel Wesselsdr. Hij overleed in 1620 in Vogelenzang

272 Huwelijkscontract van Jacob Florisz. met Marie Cornelisdr., gesloten te Amsterdam. 1563 1 charter Reg. no. 364

273-273.2 Attestatie van religieusen uit het voormalige klooster van Poel buiten Leiden over de verwantschap van Gerritgen van Rietwijck, eertijds mater van het convent, met Agatha van Alckemade, ten verzoeke van Jacob van Alckemade. Met bijbehorende stukken, 1602 en z.j. 1589 3 charters en 1 stuk De charters zijn resp. verbleekt en zeer zwaar beschadigd 273.1 1602 273.2 zonder datum 273 Overige stuk(ken)

274.1 Testament van Jacob van Alckemade en diens echtgenote Marie Cornelisdr. in Vogelenzang, opgemaakt te Leiden, 1607. Met bijlagen, 1617 en z.j. 1607 1 charter met 2 aangehechte stukken De bijlage van 1617 vermeldt enige legaten voor Rooms-Katholieke doeleinden in Amsterdam 274.1 Charter, 1607 274.2 1607, aangehecht stuk 274.3 1617, aangehecht stuk

275 Stukken betreffende de nagelaten goederen van Jacob van Alckemade met als beheerder diens neef Floris van Alckemade. 1620-1623 5 stukken 3.20.09 Cousebant 61

2b Johan van Alckemade, Griete Jacobsdr. en Agatha van Berckenrode.

2B JOHAN VAN ALCKEMADE, GRIETE JACOBSDR. EN AGATHA VAN BERCKENRODE. Johan van Alckemade, in 1548 geboren als zoon van Floris van Alckemade en Elisabeth Jacobsdr. van Hoeff, was eerst gehuwd met Griete Jacobsdr. Zij was in 1573 overleden. In 1581 hertrouwde hij Agatha van Berckenrode, dochter van Sybrand van Berckenrode en Machtelt Andriesdr. van Heussen. Hij overleed in 1585, zijn tweede echtgenote in 1624

276 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Griete Jacobsdr., echtgenote van Jan Floris Martszoons zoon te Amsterdam, tussen haar weduwnaar enerzijds en Wessel Jacobsz. en ander verwanten anderzijds. 1573 1 charter Reg. no. 444

277 Staat houdende opgave van goederen, aangebracht ter gelegenheid van het huwelijk van Johan van Alckemade met Agatha van Berckenrode. 1581 1 stuk Niet raadpleegbaar Beschadigd

278 Codicil van Johan van Alckemade bevattende legaten aan kerkelijke instellingen te Haarlem en Amsterdam. Met akten inzake de uitvoering, 1600-1605. 1585 2 stukken

279 Stukken betreffende het beheer over de nagelaten goederen van Johan van Alckemade voor diens kinderen Sybrand en Floris van Alckemade alsmede geschillen tussen diens weduwe Agatha van Berckenrode en Nicolaes en Agnes van Alckemade. 1586-1592 1 omslag

280 Rekeningen van de goederen van Johan van Alckemade, nagelaten aan diens zonen Sybrand en Floris van Alckemade, door hun oom Nicolaes van Alckemade. 1586-1606 3 stukken

281 Akte van verkoop van een rentebrief ten bedrage van 9 pond Vlaams per jaar door Harmen Simonsz. te Sijbekarspel aan Agatha van Berckenrode, weduwe van Johan van Alckemade, te lossen met een hoofdsom van 150 pond Vlaams, gepasseerd voor schout en schepenen van Hoogwoud. 1612 1 charter

282 Inventaris van de nagelaten goederen van Agatha van Berckenrode, opgemaakt door Sybrand en Floris van Alckemade. 1625 1 stuk Niet raadpleegbaar Met als omslag een charter betr. verkoop van land onder Sloten en Osdorp d.d. 7 april 1499 Reg. no. 174 3a Sybrand van Alckemade, Beatrix Duyst van Voorhout en Clementia Schoutens.

3A SYBRAND VAN ALCKEMADE, BEATRIX DUYST VAN VOORHOUT EN CLEMENTIA SCHOUTENS. Sybrand van Alckemade, zoon van Johan van Alckemade en Agatha van Berckenrode, huwde na zijn studie te Orleans in 1608 te Delft Beatrix Duyst van Voorhout, dochter van Dirk Duyst van Voorhout en Adriana van der Wielle. Hij was advocaat te Haarlem. Na het overlijden van zijn echtgenote in 1615 hertrouwde hij in 1629 te Leiden met Clementia Schoutens. Hij overleed in 1644

283 Bul tot doctor in de beide rechten door rector en antecessores van de universiteit van Orleans verleend aan Sybrand van Alckemade uit Haarlem. 1606 1 charter 62 Cousebant 3.20.09

Met in dorso aant. betr. de aflegging van de eed als advocaat voor het Hof van Holland, 1606

284 Huwelijkscontract van Sybrand van Alckemade met Beatrix Duyst van Voorhout, gesloten te Delft. Met bijlagen, 1608-1623. 1608 5 stukken

285 Testament van Gerard van Berckenrode, oud-baljuw van Kennemerland en weesmeester van Haarlem, echtgenoot van Geertruyd van Abcoude van Meerten, opgemaakt te Haarlem. Met bijgeschreven codicil, 1597. Afschrift van 1598 in afschrift van 1608. 1596 1 stuk Vermoedelijk afgeschreven voor Sybrand van Alckemade ter gelegenheid van diens huwelijk met Beatrix Duyst van Voorhout in 1608

286 Holografisch testament van Sybrand van Alckemade en diens echtgenote Beatrix Duyst van Voorhout te Den Haag, opgemaakt te Amsterdam. 1612 1 stuk

287 Attestatie betreffende de geldigheid van het holografische testament van wijlen Beatrix Duyst van Voorhout, echtgenote van Sybrand van Alckemade, gegeven te Antwerpen door haar moeder Adriana van der Wiele en haar broeders Hendrik en Cornelis Duyst van Voorhout. 1615 1 stuk

288 Stukken betreffende de verdeling van de nagelaten roerende goederen van Beatrix Duyst van Voorhout te Zevenbergen tussen haar echtgenoot Sybrand van Alckemade en haar verwanten. Met retroactum van 1608. 1616 1 omslag

289 Brief van C. Schilperoort aan Sybrand van Alckemade betreffende een schouw met hoogheemraden van Rijnland naar de Middelveldse polder te Sloten in verband met de aanleg van een kadijk. 1629 1 stuk

290 Huwelijkscontract van Sybrand van Alckemade met Clementia Schoutens, wonende te Leiden. Hierbij een inventaris van roerende goederen van een woning op de Oude Rijn te Leiden en van het Huis Oud-Alckemade, opgemaakt door Sybrand van Alckemade. 1629 2 stukken

291 Holografisch testament van Sybrand van Alckemade, opgemaakt te Leiden. 1630 1 stuk Hierin wordt zijn zoon Johan van Alckemade vanwege diens huwelijk met Christina van Arckel gedeeltelijk onterfd

292 Rentebrief ten bedrage van 5 pond Vlaams per jaar door Thomas Jacobsz. Verloot in de Gnephoek bij Oudshoorn verschuldigd aan Johan van Duivenvoorde en Woude, heer van Warmond enz., te lossen met een hoofdsom van 500 carolus gulden. Met akte van overdracht aan de kerk van Jacobswoude, 1596. 1591 2 charters (getransfigeerd) Blijkens aant. in dorso van het transfix hebben de kerkmeesters van Jacobswoude de hoofdsom met de rente in 1641 ontvangen van Sybrand van Alckemade 3.20.09 Cousebant 63

4a Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel.

4A JOHAN VAN ALCKEMADE EN MARIA CHRISTINA VAN ARCKEL. Johan van Alckemade, geboren in 1609 als enige zoon van Sybrand van Alckemade en Beatrix Duyst van Voorhout, huwde in 1630 Maria Christina van Arckel, dochter van Walraven van Arckel en Maria Ruijsch. Hij overleed in 1653, zijn echtgenote in 1662

293-293A Huwelijkscontract van Johan van Alckemade met Christina van Arckel. Met akte van kwijtschelding van de bruidegom voor zijn oom en voogd Hendrik Duyst van Voorhout inzake het door deze gevoerden beheer, 1630. 1630 1 charter en 1 stuk 293 Huwelijkscontract. 293A Akte van kwijtschelding.

294.1-294.2 Akten van verkoop van lijfrenten ten bedrage van 100 carolus gulden per jaar door de Staten van Utrecht en Walraven van Arckel, schout te Amersfoort, op diens dochter Christina voor een gezamenlijk bedrag van 1600 carolus gulden voor de landsverdediging bestemd. 1628-1629 2 charters 294.1 1628 294.2 1629

295 Brief van Otto van Arckel te Utrecht aan diens neef Johan van Alckemade te Warmond betreffende het gedrag van de heer en mevrouw Van Manegom. 1643 1 stuk Niet raadpleegbaar Zwaar beschadigd

296 Stukken betreffende boedelscheiding van de deels onder de ban van fideicommis vallende nagelaten goederen van Johan van Alckemade tussen diens weduwe Maria Christina van Arckel, hun kinderen en kleinkind en Hendrik van Alckemade van Berckenrode. 1653-1661 1 pak

297 Financiële stukken betreffende onkosten door Maria Christina van Arckel, weduwe van Johan van Alckemade, gedaan voor de inkleding van haar dochter Maria Theresia van Alckemade vanwege haar intrede in het klooster der ongeschoeide Carmelitessen te Mechelen alsmede voor de opvoeding van haar kinderen Agatha, Hendrik en Sybrand. 1653-1656 1 omslag

298 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 7380 carolus gulden door Johan van Arckel voor de erfgenamen van zijn zwager Johan van Alckemade. 1658 1 stuk

299 Testament van Maria Christina van Arckel, weduwe van Johan van Alckemade, opgemaakt te Utrecht. Hierbij haar huwelijkscontract van 1630 in afschrift van 1662. 1662 2 stukken Niet raadpleegbaar Het afschrift is zeer zwaar beschadigd 5a Floris van Alckemade, Juliana van Berum en Maria Henrietta van Scheltinga.

5A FLORIS VAN ALCKEMADE, JULIANA VAN BERUM EN MARIA HENRIETTA VAN SCHELTINGA. Floris van Alckemade, geboren in 1631 als oudste zoon van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, huwde in 1660 Juliana van Berum, dochter van Willem van Berum en Frouke Jarges te Groningen. Hun huwelijk was kinderloos. In 1664 werd Floris heer van Manegom als opvolger van Jacob Kerremans, weduwnaar van zijn zuster Beatrix van Alckemade. Na de dood van Juliana in 1679 64 Cousebant 3.20.09

hertrouwde hij in 1682 op het Huis Berckenrode met Maria Henrietta van Scheltinga, dochter van Tierck van Scheltinga en Margarita Bernharts te Leeuwarden. Hij overleed in 1704, zijn tweede echtgenote in 1716

300 Attestatie van de secretaris van de vrije heerlijkheid Warmond, dat de drie huwelijksproclamatien voor Floris van Alckemade en Juliana van Berum aldaar zijn geschied. Met bijlagen. 1660 3 stukken

301 Brief van P.O. Bade te Regensburg aan Floris van Alckemade betreffende Frans van Alckemade. Frans. 1664 1 stuk Niet raadpleegbaar Beschadigd

302-302.2 Huwelijkscontract van Floris van Alckemade met Maria Henrietta van Scheltinga, gesloten op het Huis Berckenrode. In duplo. Met concept. 1682 2 charters en 1 stuk 302.1 Charter 302.2 Charter 302 Overige stuk(ken)

303 Huwelijksakte van Floris van Alckemade met Maria Henrietta van Scheltinga, gepasseerd voor schout en schepenen van de heerlijkheid Berckenrode op het Huis Berckenrode. 1682 1 stuk

304 Holografisch testament van Floris van Alckemade en diens echtgenote Maria Henrietta van Scheltinga, opgemaakt te Leiden. Met bijbehorende stukken inzake de uitvoering, 1704. 1694 4 stukken

305 Aantekeningen betreffende de vererving van goederen uit de geslachten Van Heussen en Van Berckenrode op het geslacht Van Alckemade van Sybrand van Alckemade op diens zoon Johan van Alckemade en diens kleinkinderen, opgemaakt door Floris van Alckemade. 1700-1701 en z.j. 2 stukken

306 Holografische codicillen van Maria Henrietta van Scheltinga, weduwe van Floris van Alckemade. 1704-1708 2 stukken

307 Akten van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Floris van Alckemade en diens echtgenote Maria Henrietta van Scheltinga tussen hun kinderen Floris Ignatius van Alckemade en Maria Margaretha van Alckemade. 1716 2 stukken 6a Maria Margaretha van Alckemade.

6A MARIA MARGARETHA VAN ALCKEMADE. Maria Margaretha van Alckemade, dochter van Floris van Alckemade en Maria Henrietta van Scheltinga, was religieuse in de adellijke abdij van Fürstenberg. Vermoedelijk was zij ouder dan haar broeder Floris

308 Holografisch testament van Maria Margaretha van Alckemade, opgemaakt te Leiden. 1704 1 stuk Niet raadpleegbaar 3.20.09 Cousebant 65

6b Floris Ignatius van Alckemade, Maria Theresia van der Goes en Susanna Regina van Blockland.

6B FLORIS IGNATIUS VAN ALCKEMADE, MARIA THERESIA VAN DER GOES EN SUSANNA REGINA VAN BLOCKLAND. Floris Ignatius van Alckemade, zoon van Floris van Alckemade en Maria Henrietta van Scheltinga, huwde in 1713 te Warmond Maria Theresia van der Goes, geboren in 1685 als dochter van Cornelis van der Goes en Maria Graswinckel. Na haar overlijden in 1726 hertrouwde hij met Susanna Regina van Blockland uit Utrecht

309 Oktrooi tot vrije beschikking over leengoederen door de Staten van Holland voor Floris van Alckemade. 1704 1 charter

310 Holografisch testament van Floris Ignatius van Alckemade, opgemaakt te Leiden. Met codicil. 1704 2 stukken Niet raadpleegbaar Het testament is beschadigd

311 Akten van schuldbekentenis door Floris van Alckemade voor diverse schuldeisers. 1717-1731 1 omslag Niet raadpleegbaar Met aant. over rentebetaling en aflossing, 1718-1744, en een aangehechte kwitantie van 1728

312 Inventaris van stukken, door Florentius Ignatius van Alckemade als gegijzelde overgeleverd aan meesterknapen van Holland en West-Friesland naar aanleiding van diens proces tegen Adam Adriaan van der Duijn, houtvester van Holland en West-Friesland enz., eiser, en bijbehorende stukken betreffende de vrije uitoefening van het jachtregaal door leden van het geslacht Van Alckemade. Met retroacta, 1624-1704. 1732-1734 1 omslag Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

313 Huwelijkscontract van Floris Ignatius van Alckemade met Maria Theresia van der Goes, gesloten op het Huis Dever te Lisse, 1713. Met gelijktijdig afschrift en afschrift van 1717. 1713 3 stukken

314 Kwitanties inzake de voldoening van de impost op het trouwen door de secretaris van de vrije heerlijkheid Warmond en de secretaris van Lisse voor Floris Ignatius van Alckemade en Maria Theresia van der Goes. 1713 2 stukken

315 Staten inhoudende opgave van goederen van Maria Theresia van der Goes, gebezigd door haar vader Cornelis van der Goes bij een boedelscheiding van de nagelaten goederen van haar zuster Christina Genoveva van der Goes, echtgenote van Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum. Met staat inhoudende opgave van de laatste scheiding van goederen tussen haar en haar neef Silvester Heereman van Zuydtwijck. ca. 1710-1713 1 omslag Niet raadpleegbaar

316 Akten inzake voogdijstelling over de kinderen van Floris van Alckemade en diens echtgenote Maria Theresia van der Goes. Oorspronkelijke ex. en afschriften. 1714-1734 4 stukken 66 Cousebant 3.20.09

317 Staat inhouende uitgaven voor de begrafenis van Maria Theresia van der Goes door haar weduwnaar Floris van Alckemade. Met lijkceduul, (1726). 1726 2 stukken

318-320 Inventaris van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes, echtgenote van Floris van Alckemade, met als erfgenamen hun kinderen Maria Christina Genoveva, Henrietta Cornelia Veronica en Agatha Margaretha Francisca van Alckemade, opgemaakt te Leiden. Afschriften, 1735 en z.j. 1726 3 delen 318 Diverse stukken. 319 Diverse stukken. 320 Diverse stukken.

321 Stukken betreffende taxatie en verkoop van roerende goederen en zilveren voorwerpen uit de nalatenschap van Maria Theresia van der Goes en haar echtgenoot Floris van Alckemade en hun drie dochters. 1724-1726 en z.j. 1 omslag

322 Staat inhoudende lopende schulden rustende op de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes, opgemaakt door haar echtgenoot en voogden van hun drie dochters. Met balans tussen haar echtgenoot en de voogden van hun kinderen. 1726 2 stukken

323 Zes rekeningen van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes door mr. Jan Jacob van Dijckslooth, baljuw van Hazerswoude, ten behoeve van haar drie dochters, afgehoord door diens medevoogden Floris van Alckemade als vader en Diderik Frans als lasthebber van diens vader Diderik Willem van der Bruggen. Oorspronkelijke exemplaren. 1728-1734 1 omslag Niet raadpleegbaar De zesde rekening is zwaar beschadigd

324 Zes rekeningen van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes door mr. Jan Jacob van Dijckslooth, baljuw van Hazerswoude, ten behoeve van haar drie dochters, afgehoord door diens medevoogden Floris van Alckemade als vader en Diderik Frans als lasthebber van diens vader Diderik Willem van der Bruggen. Afschriften van mr. Dijckslooth. 1729-1734 1 omslag De eerste rekening ontbreekt, de laatste is mede ondertekend door Floris van Alckemade

325 Zes rekeningen van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes door mr. Jan Jacob van Dijckslooth, baljuw van Hazerswoude, ten behoeve van haar drie dochters, afgehoord door diens medevoogden Floris van Alckemade als vader en Diderik Frans als lasthebber van diens vader Diderik Willem van der Bruggen. Afschriften van Hendrik Wilmers, notaris te Leiden. 1735 1 omslag Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

326 Concepten van de zevende of conclusieve rekening door Floris van Alckemade en mr. Dijckslooth voor Francois Bernard Cousebant, echtgenoot van Maria Christina van Alckemade. Met borderellen. z.j. 1 omslag 3.20.09 Cousebant 67

327-328 Generale rekening van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes door haar echtgenoot Floris van Alckemade, en mr. Dijckslooth als voogden over haar drie dochters voor Francois Bernard Cousebant, echtenoot van Maria Christina Genoveva van Alckemade en medevoogden met getuigen. Gelijktijdige afschriften. 1737 2 delen In no. 327 een borderel. Dit deel is aangetast door vocht 327 Diverse stukken. Niet raadpleegbaar 328 Diverse stukken.

329 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes door Floris van Alckemade en mr. Dijckslooth als voogden over haar ongehuwde dochters benevens Francois Bernard Cousebant met diens echtgenote Maria Christina Genoveva van Alckemade ten overstaan van Theodorus Xaverius van Scheltinga, heer van Sandelingh, en Floris Ignatius van Scheltinga. Gelijktijdig afschrift met bijlagen alsmede een extract van 1741. 1737 5 stukken Eén der bijlagen betreft een testament van Maria Theresia van der Goes, 1717, in afschrift van 1735

330 Akten betreffende afrekeningen tussen Floris van Alckemade en mr. Dijckslooth als voogden van de drie nagelaten dochters van Maria Theresia van der Goes. 1729-1737 4 stukken

331 Rekening van mr. Dijckslooth als medevoogd van Henrietta en Agatha van Alckemade voor hun vader en medevoogd Floris van Alckemade. 1739 1 stuk

332 Huwelijkscontract van Floris van Alckemade, weduwnaar van Maria Theresia van der Goes, met Susanna Regina van Blockland, gesloten te Utrecht. Met verschillende andere stukken betreffende hun huwelijk. 1729 1 omslag

333 Testamenten van Floris van Alckemade en diens echtgenote Susanna Regina van Blockland. Met bijbehorende akten. 1733-1746 1 omslag

334 Inventaris van de nagelaten goederen van Floris van Alckemade met akten inzake de afwikkeling van de boedel tussen Francois Bernard Cousebant met als echtgenote Maria Christina van Alckemade enerzijds en Henrietta van Alckemade anderzijds. 1746 5 stukken 7a Henrietta Cornelia Veronica van Alckemade en Gerrit Ferdinand van Cammingha.

7A HENRIETTA CORNELIA VERONICA VAN ALCKEMADE EN GERRIT FERDINAND VAN CAMMINGHA. Zie onder het geslacht Van Cammingha 7b Agatha Margaretha Francisca van Alckemade.

7B AGATHA MARGARETHA FRANCISCA VAN ALCKEMADE. Zij was een dochter van Floris Ignatius van Alckemade en Maria Theresia van der Goes en werd in 1741 Ursulin te Roermond

335 Stukken betreffende de financien van Agatha van Alckemade, inzonderheid gedaan voor haar intrede in het klooster der Ursulinen te Roermond. 1739-1741 en z.j. 1 omslag

336 Testament van Agatha Margaretha Francisca van Alckemade, novice in het klooster 68 Cousebant 3.20.09

der Ursulinen te Roermond, opgemaakt te Roermond. 1741 1 stuk

337 Rekening van de nagelaten goederen van Agatha Margaretha Francisca van Alckemade door haar voogden Floris van Alckemade en mr. Jan Jacob van Dijckslooth voor haar erfgenamen Maria Christina van Alckemade, echtgenote van Franciscus Bernardus Cousebant, en Henrietta Cornelia van Alckemade. Met gelijktijdig afschrift. 1744 2 stukken Niet raadpleegbaar Het afschrift is beschadigd 5b Walraven Dominicus van Alckemade en Cosina Kockmans.

5B WALRAVEN DOMINICUS VAN ALCKEMADE EN COSINA KOCKMANS. Walraven Dominicus van Alckemade, geboren in 1634 als zoon van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, huwde in 1655 te Zwolle Cosina Kockmans, dochter van Johan Kockmans en Cecilia van Holte. Hun huwelijk was kinderloos. Hij overleed in 1679 in diens der V.O.C. Zie omtrent zijn nalatenschap inv. no. 345

338 Huwelijkscontract van Walraven Dominicus van Alckemade met Cosina Kockmans te Zwolle. 1655 1 charter 5c Maria Theresia van Alckemade.

5C MARIA THERESIA VAN ALCKEMADE. Maria Theresia van Alckemade, geboren omstreeks 1636 als dochter van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, trad in het jaar 1653 in bij de Ongeschoeide Carmelitessen te Mechelen. Ze noemde zich voortaan Theresa de la mère de Dieu

339 Testament van Maria Theresia van Alckemade, novice in het klooster van de Ongeschoeide Carmelitessen te Mechelen, opgemaakt te Mechelen. 1654 1 stuk Zie ook inv. no. 297 5d Hendrik van Alckemade.

5D HENDRIK VAN ALCKEMADE. Hendrik van Alckemade, geboren in 1640 als zoon van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, is vermoedelijk ongehuwd overleden

340 Testament van Hendrik van Alckemade, opgemaakt te Utrecht. 1662 1 stuk Niet raadpleegbaar Beschadigd 5e Sybrand Johannes van Alckemade.

5E SYBRAND JOHANNES VAN ALCKEMADE. Sybrand Johannes van Alckemade, geboren in 1645 als zoon van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, was novice te Mechelen. Hij overleed in 1664

341 Holografische codicillen van Sybrand Johannes van Alckemade, opgemaakt te Mechelen en op het Huis Oud-Alckemade. 1664 2 stukken

342 Stukken betreffende de afwikkeling van de nalatenschap van Sybrand van Alckemade. Met retroacta, 1663. 1664-1665 en 1680 1 omslag De legaten aan kerkelijke instellingen te Mechelen en elders werden door de erfgenamen betwist 3.20.09 Cousebant 69

5f Johan Theodoor van Alckemade en Elisabeth van Hellemijs van Welle.

5F JOHAN THEODOOR VAN ALCKEMADE EN ELISABETH VAN HELLEMIJS VAN WELLE. Johan Theodoor van Alckemade, geboren in 1647 als zoon van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, was eerst novice bij de Dominicanen te Antwerpen. Later huwde hij Johanna van Vechten en in 1677 Elisabeth van Hellemijs van Welle, dochter van Herman van Hellemijs van Welle en Maria van den Wolde. Hij leefde nog in 1708

343 Attestatie betreffende het noviciaat van Johannes van Alckemade door provinciaal, prior en novicenmeester van het Predikherenklooster van St. Paulus te Antwerpen. 1668 1 stuk

344 Huwelijkscontract van Johan Theodoor van Alckemade, weduwnaar van Johanna van Vechten, met Elisabeth van Hellemijs van Welle, gesloten te Utrecht. Notariele grosse, 1678. 1677 1 stuk

345 Brief van Floris van Alckemade aan Johan Theodoor van Alckemade te Utrecht, vermeldende de dood van hun broeder Walraven Dominicus van Alckemade, en andere stukken betreffende diens tegoeden bij de Oost-Indische Compagnie te Amsterdam. 1681-1683 3 stukken

346 Akte van relief van de Staten van Holland voor Johan Theodoor van Alckemade met betrekking tot zekere lenen, afkomstig van Hendrik van Alckemade van Berckenrode, die de leenvolger verzuimde tijdig te verheffen. Gelijktijdig afschrift. 1699 1 stuk

347 Akten van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Johan van Alckemade en diens echtgenote Maria Christina van Arckel. Afschriften, 1672. 1661 en 1664 2 stukken Blijkens aant. in dorso hebben deze stukken aan Johan Theodoor van Alckemade toebehoord

348 Aantekeningen betreffende de onder de ban van fideicommis vallende nagelaten goederen van Sybrand van Alckemade en diens zoon Johan van Alckemade, opgesteld door hun zoon en kleinzoon Johan Thedoor van Alckemade. Met bijlagen, 1672-1704. ca.1705 1 omslag Niet raadpleegbaar Beschadigd

349 Akte van aanzegging namens Johan Theodoor van Alckemade te Utrecht aan Maria Henrietta van Scheltinga, weduwe van Floris van Alckemade, inzake zijn aanspraken op de onder de ban van fideicommis vallende nagelaten goederen van zijn grootvader Sybrand van Alckemade. 1708 1 stuk Niet raadpleegbaar Beschadigd 5g Jacob Francois van Alckemade en Anna van Berum.

5G JACOB FRANCOIS VAN ALCKEMADE EN ANNA VAN BERUM. Jacob Francois van Alckemade, geboren in 1649 als zoon van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, huwde in 1676 Anna Maria van Berum, dochter van Willem van Berum en Frouke Jarges te Groningen. Hun huwelijk was kinderloos. Hij overleed in 1697 te Groningen, zij in 1700

350 Akte van volmacht van Jacob van Alckemade en Anna van Berum, die in ondertrouw zijn gegaan, voor Johannes Kieftenborgh, doctor in de medicijnen te Leiden, om 70 Cousebant 3.20.09

voor de proclamatie ten stadhuize van Leiden zorg te dragen, gegeven te Groningen. 1676 1 stuk Zie voor hun huwelijkscontract V.R.O.A. XXX (1907), blz. 595 Aursa Culema

351 Stukken betreffende een proces omtrent de nagelaten goederen van Jacob Francois van Alckemade tussen Floris van Alckemade en medeerfgenamen enerzijds en Anna van Berum en haar erfgenamen anderzijds. 1698-1699 en z.j. 1 omslag Niet raadpleegbaar Beschadigd Zie ook inv. no. 838 5h Franciscus van Alckemade.

5H FRANCISCUS VAN ALCKEMADE. Franciscus van Alckemade, geboren in 1650 als zoon van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, overleed in 1676 als frater van de Onze Lieve Vrouwe Broeders te Antwerpen

352 Attestatie van de sacrista en de secretarius van het klooster van de Carmelieten te Antwerpen omtrent het overlijden van broeder Franciscus van Alckemade in het jaar 1676. z.j. 1 stuk

353 Stukken betreffende de afstand van de goederen van Franciscus van Alckemade ten behoeve van zijn broeders Floris en Jacob van Alckemade, door zijn broeder Johan Theodoor van Alckemade betwist. 1680-1708 en z.j. 1 omslag Niet raadpleegbaar Beschadigd 5j Anna Maria van Alckemade.

5J ANNA MARIA VAN ALCKEMADE. Anna Maria van Alckemade, geboren in 1652 als dochter van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel, werd religieuse in het klooster der Annonciaten te Antwerpen

354 Stukken betreffende de afstand van de goederen van Anna Maria van Alckemade ten behoeve van haar broeders Floris en Jacob van Alckemade, door haar broeder Johan Theodoor van Alckemade betwist. 1675-1699 en z.j. 5 stukken Niet raadpleegbaar Deels beschadigd 3b Floris van Alckemade en Goedela van Haarlem van Berckenrode.

3B FLORIS VAN ALCKEMADE EN GOEDELA VAN HAARLEM VAN BERCKENRODE. Floris van Alckemade, geboren in 1583 als zoon van Johan van Alckemade en Agatha van Berckenrode, huwde in 1617 op het Huis Berckenrode Goedela van Haarlem van Berckenrode, dochter van Hendrik van Haarlem van Berckenrode, heer van Schoten, Vlieland enz., en Maria van Persijn. Zijn echtgenote overleed als weduwe in1648

355-355.1 Huwelijkscontract van Floris van Alckemade met Goedela van Haarlem van Berckenrode, gesloten op het Huis Berckenrode, 1617. Met bijlagen, 1617-1618. 1617 1 charter en 2 stukken 355 Huwelijkscontract 355.1 Bijlagen 4b Hendrik van Alckemade van Berckenrode.

4B HENDRIK VAN ALCKEMADE VAN BERCKENRODE. Hendrik van Alckemade Van Berckenrode, zoon van Floris van Alckemade en Goedela van Haarlem van Berckenrode, was gehuwd met Cornelia Bam, dochter van Floris Bam en Johanna Verhoogh. Hij woonde op het Huis Berckenrode en overleed in 1690, zijn echtgenote in 1680 3.20.09 Cousebant 71

356-357 Rekening van de nagelaten goederen van Hendrik van Alckemade van Berckenrode en de Grote Linden enz., door mr. Pieter de Bije en Jacob van Ravensteijn voor Johan Theodoor van Alckemade, Elisabeth Francisca van Cuyck van Mierop en Maria Christina van Cuyck van Mierop. Gelijktijdige afschriften. 1692 2 delen Met als omslag bij no. 356 een charter van 1584 betr. een huwelijkscontract van Splinter Helmich met Herberta Splijtloff. Zie inv. no. 497 356 Diversen. 357 Diversen.

358 Borderel bij voornoemde rekening, opgemaakt door de beide executeurs, en verdere aantekeningen over de boedel van Hendrik van Alckemade van Berckenrode. 1692 1 band Met als omslag een charter van ca. 1540, deels afgeknipt Reg. no. 265 en no. 266. Zie inv. no. 610 en no. 266

359 Tweede rekening van de nagelaten goederen van Hendrik van Alckemade van Berckenrode door diens beide executeurs, alsmede door Johan Theodoor van Alckemade en Sybrand van Cuyck van Mierop, 1692-1699, afgehoord door de beide executeurs, J. Jacoba Kermans en Johan Theodoor van Alckemade. 1699 1 deel

360 Diverse stukken betreffende boedelscheiding van de nagelaten fideicommisaire goederen van Hendrik van Alckemade van Berckenrode tussen kinderen en kleinkinderen van Johan van Alckemade en Maria Christina van Arckel als erfgenamen en leden en aanverwanten van het geslacht Bam als legetarissen. Met retroacta, 1655, 1656, 1674 en 1688. 1690-1711 1 pak Niet raadpleegbaar Een afschrift van het testament van Hendrik van Alckemade van Berckenrode van 1686 heeft als omslag een charter van 1570 Reg. no. 427 Zie inv. no. 551 Overigens bevinden zich hierbij ook testamentaire beschikkingen van Hendrik's moeder Goedela van Haarlem van Berckenrode, weduwe van Floris van Alckemade, van 1647 en 1648 in afschrift B Stukken van het geslacht Van Berckenrode.

B STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN BERCKENRODE. 1a Sybrand van Berckenrode en Machtelt Andriesdr. van Hoorn alias van Heussen.

1A SYBRAND VAN BERCKENRODE EN MACHTELT ANDRIESDR. VAN HOORN ALIAS VAN HEUSSEN. Sybrand van Berckenrode, geboren in 1532 als zoon van Hendrik van Berckenrode en Erckenraet van Bekesteyn, huwde Machtelt Andriesdr. van Hoorn alias van Heussen, dochter van Andries Gerritsz. van Hoorn en Aechte van Heussen. Hij was schepen van Haarlem in 1572 en overleed in 1579. Zijn echtgenote overleed in 1584

361 Akte van schuldbekentenis van Cornelis en Adriaen van Berckenrode voor hun broeder Sybrand van Berckenrode, opgemaakt te Haarlem. 1567 1 stuk Reg. no. 387

362 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 400 carolus gulden van Jan Maertensz. te Haarlem voor Machtelt Andries Gerritsdr. 1557 1 stuk 72 Cousebant 3.20.09

Reg. no. 338 Zie voor een akte van schuldbekentenis van Anna Willemsdr. van Paenderen voor Sybrand van Berckenrode als echtgenoot van Machtelt Andries Gerritsdr. van 1578 inv. no. 366

363 Stukken betreffende het beheer en de verdeling van de nagelaten goederen van Sybrand van Berckenrode en diens echtgenote Machtelt van Heussen tussen hun kinderen Hendrik, Margriet en Agatha van Berckenrode. 1584-1596 en z.j. 1 trousse 2a Margriet van Berckenrode en Reijnier van der Horst.

2A MARGRIET VAN BERCKENRODE EN REIJNIER VAN DER HORST. Zie onder het geslacht Van der Horst 1b Adriaen van Berckenrode en Christina van Blanckeroort.

1B ADRIAEN VAN BERCKENRODE EN CHRISTINA VAN BLANCKEROORT. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 2b Hendrik van Berckenrode.

2B HENDRIK VAN BERCKENRODE. Hendrik van Berckenrode, geboren in 1565 als zoon van Adriaen van Berckenrode en Christina van Blanckeroort, overleed ongehuwd in of na 1634. Hij had een natuurlijke zoon Adriaen

364 Codicil van Hendrik van Berckenrode Adriaensz., oud-burgemeester van Haarlem, weesmeester van Haarlem en hoogheemraad van Rijnland, opgemaakt te Haarlem, 1634. Afschriften (ca. 1650). 1634 2 stukken Op het ene afschrift is ook de aanhef van zijn voorafgaand testament van 1634 gecopiëerd 2c Catharina van Berckenrode en Franciscus van Torenvliet.

2C CATHARINA VAN BERCKENRODE EN FRANCISCUS VAN TORENVLIET. Zie onder het geslacht Van Torenvliet 1c Catharina van Berckenrode en Reyer Willemsz. de Jonge.

1C CATHARINA VAN BERCKENRODE EN REYER WILLEMSZ. DE JONGE. Zie voor hun dochter Catharina de Jonge, echtgenote van mr. Cornelis Duyst van Voorhout, onder laatstgenoemd geslacht 1d Jacoba van Berckenrode en Dirck van Heussen.

1D JACOBA VAN BERCKENRODE EN DIRCK VAN HEUSSEN. Zie onder het geslacht Van Heussen C Stukken van het geslacht Van Hoorn.

C STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN HOORN. 1 Gerrit Andriesz.

1 GERRIT ANDRIESZ. Hij was in 1530 burgemeester van Amsterdam en overleed in of vóór 1539 te Haarlem. Blijkens Elias I blz. 118 heeft hij de achternaam Van Hoorn gevoerd

365-365.1 Rentebrief ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar door Roelant van Heemstede verschuldigd aan Gerrit Andriesz., burgemeester van Amsterdam, te lossen met een hoofdsom van 450 carolus gulden. Met bijlagen, 1539 en 1540. 1537 2 charters en 1 stuk Reg. no. 253 no. 257 no. 261 no 341 no 342 Met aant. in dorso van de rentebrief betr. uitbetaling van een bedrag van ruim 280 pond aan Sybrand van Berckenrode, gehuwd met Machtelt Andriesdr., enige erfgename van haar vader Andries Gerritsz., 1559. Reg. no. 341 en no. 342. Tevens een attestatie van Sybrand van Berckenrode d.d. 3 oktober 1567, dat de helft van de betrokken rentebrief toekomt aan Balich van Paenderen 365.1 Charter, 1537 365 Charter 1539 en stuk, 1540 2 Andries Gerritsz. en Aechte van Heussen.

2 ANDRIES GERRITSZ. EN AECHTE VAN HEUSSEN. Andries Gerritsz., zoon van Gerrit Andriesz., was gehuwd met Aechte van Heussen, dochter van Claes van Heussen en Machtildis van Paenderen en Margaretha van Bekesteyn. Hij overleed in of vóór 1578 3.20.09 Cousebant 73

366.1 Rentebrief ten bedrage van 24 carolus gulden per jaar door Sijmon Marten Dirksz. te Amsterdam verschuldigd aan diens neef Andries Gerritsz., met een nadere akte van Anna Willemsdr. van Paenderen, weduwe van de schuldenaar, voor Sybrand van Berckenrode als schoonzoon van de schuldeiser 1547, 1578 2 charters (getransfigeerd) 366.1 1578, getransfigeerd Reg. no. 542 366.2 1547 Reg. no. 298 D Stukken van het geslacht Van Heussen.

D STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN HEUSSEN. Hierbij ook stukken van Johan Marcusz., die Margaretha van Heussen tot moeder had 1 Claes van Heussen.

1 CLAES VAN HEUSSEN. Claes van Heussen, zoon van Meynert van Heussen en Alyt van Paenderen, was achtereenvolgens gehuwd met Machtildis van Paenderen en Margaretha van Bekesteyn. Hij overleed te Haarlem in 1552

367 Akten betreffende het zaakwaarnemerschap van Claes van Heussen voor de kinderen van Willem van Paenderen alsmede voor de kinderen van Jan van Leeuwen met betrekking tot de nalatenschap van magister Pieter Wiggersz., deken van St. Pancras te Leiden, en de uitvoering van het testament van Agnes van Paenderen. 1530-1540 1 omslag Reg. no. 229 no. 247 no. 248 no. 249 no. 251 no. 256 en no. 264

368 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Claes van Heussen tussen diens kinderen en kleinkinderen, gepasseerd voor weesmeesters van Haarlem. 1552 1 stuk Reg. no. 314 2a Dirck van Heussen en Jacoba van Berckenrode.

2A DIRCK VAN HEUSSEN EN JACOBA VAN BERCKENRODE. Dirck van Heussen, zoon van Claes van Heussen en Machtildis van Paenderen, huwde in 1548 te Haarlem Jacoba van Berckenrode, dochter van Hendrik van Berckenrode en Erckenraet van Bekesteyn. Hij overleed in 1574, zijn echtgenote na 1578

369 Testament van Dirck van Heussen, opgemaakt te Alkmaar. Notariële grosse, 1575. Gecasseerd. 1574 1 stuk Reg. no. 454 3a Meinert van Heussen.

3A MEINERT VAN HEUSSEN. Meinert van Heussen, zoon van Dirck van Heussen en Jacoba van Berckenrode, gehuwd met Katryn Florisdr., was heiliggeestmeester te Haarlem en overleed aldaar vóór 1 augustus 1618

370 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 2900 carolus gulden van Meynert van Heussen te Haarlem voor Garbrant Cornelisz. Borst, brouwer in de Passer te Haarlem. 1590 1 charter Met in dorso aant. betr. de aflossing

371 Kwitanties verband houdende met de nalatenschap van Meinert van Heussen voor Agatha van Berckenrode, weduwe van Johan van Alckemade. 1618-1619 1 omslag Niet raadpleegbaar 74 Cousebant 3.20.09

2b Margaretha van Heussen en Marcus Martensz.

2B MARGARETHA VAN HEUSSEN EN MARCUS MARTENSZ. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 3b Johan Marcusz.

3B JOHAN MARCUSZ. Johan Marcusz., zoon van Marcus Martensz. en Margaretha van Heussen, was raad in de vroedschap te Haarlem en overleed aldaar in 1609

372-372.1 Stukken betreffende de afwikkeling van de nalatenschap van Johan Marcusz. te Haarlem. 1609-1613 1 charter en 1 omslag Agatha van Berckenrode, weduwe van Johan van Alckemade was enig erfgename. 372 Charter 372.1 Overige stuk(ken) E Stukken van het geslacht Van der Horst.

E STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN DER HORST. 1 Reijnier van der Horst en Margriet van Berckenrode.

1 REIJNIER VAN DER HORST EN MARGRIET VAN BERCKENRODE. Reijnier Lambertsz. van der Horst was gehuwd met Margriet van Berckenrode, dochter van Sybrand van Berckenrode en Machtelt Andriesdr. van Heussen. Hun huwelijk was kinderloos. Zij overleed in 1607

373 Testament van Reijnier van der Horst en diens echtgenote Margriet van Berckenrode te Haarlem, opgemaakt te Amsterdam. Notariële afschriften, 1607. 1607 2 stukken F Stukken van het geslacht Van Torenvliet.

F STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN TORENVLIET. 1 Franciscus van Torenvliet en Catharina van Berckenrode.

1 FRANCISCUS VAN TORENVLIET EN CATHARINA VAN BERCKENRODE. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 2 Cornelis van Torenvliet en Catharina van Rijn.

2 CORNELIS VAN TORENVLIET EN CATHARINA VAN RIJN. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 3 Weijnina van Torenvliet.

3 WEIJNINA VAN TORENVLIET. Weijnina van Torenvliet was een dochter van Cornelis van Torenvliet en Catharina van Rijn. Zij overleed in of vóór 1653

374 Rekening van de nagelaten goederen van Weijnina van Torenvliet, opgemaakt door haar neef Hendrik van Alckemade van Berckenrode, voor de nakomelingen van Johan van Alckemade, 1653-1673, door vier hunner voorwaardelijk afgetekend 1679, door twee hunner definitief voor accoord getekend, 1683. Met bijlage, 1683. [1679, 1683] 2 stukken In dorso van de rekening een aant. van Floris van Alckemade, dat de laatste ondertekening onder dreigementen is geschied G Stukken van het geslacht Duyst van Voorhout.

G STUKKEN VAN HET GESLACHT DUYST VAN VOORHOUT. De stukken onder 2a en 2b zijn vererfd op het geslacht Van Alckemade door het huwelijk van Sybrand van Alckemade met Beatrix Duyst van Voorhout, die onder 1b via het geslacht Van Berckenrode aan het geslacht Van Alckemade 1a Hendrik Duyst.

1A HENDRIK DUYST. Van hem zijn geen stukken in het archief aanwezig 3.20.09 Cousebant 75

2a Dirck Duyst van Voorhout en Adriana van der Wiele.

2A DIRCK DUYST VAN VOORHOUT EN ADRIANA VAN DER WIELE. Dirck Duyst van Voorhout, zoon van Hendrik Duyst en Beatrix van Souburg, was gehuwd met Adriana Stalpart van der Wiele, dochter van Cornelis Stalpart van der Wiele en Josina de Jonge. Hij was drossaard van Zevenbergen. Hij overleed ca. 1625, zijn echtgenote vermoedelijk in 1623

375 Rekening van de nagelaten goederen van Adriana van der Wiele door Cornelis Duyst van Voorhout voor haar zoon mr. Hendrik Duyst van Voorhout en voor Johan van Alckemade, zoon van haar vooroverleden dochter Beatrix Duyst van Voorhout, met als voogd Johan van der Wiele, ambachtsheer in Grijsoord. Afgehoord 1625. In duplo. 1624 2 stukken Niet raadpleegbaar

376 Staat van sieraden uit de boedel van Adriana van der Wiele, weduwe van Dirck Duyst van Voorhout, toekomende aan haar kleinzoon Johan van Alckemade, opgemaakt en getaxeerd door Theodorus Laeckemans, goudsmid te Den Haag op verzoek van Hendrik Duyst van Voorhout en Jacob van der Wiele van der Werve. 1627 1 stuk 2b Erckenraet Duyst en Adriaen Cool.

2B ERCKENRAET DUYST EN ADRIAEN COOL. Zie onder het geslacht Cool 1b Cornelis Duyst van Voorhout en Catharina de Jonge.

1B CORNELIS DUYST VAN VOORHOUT EN CATHARINA DE JONGE. Mr. Cornelis Duyst van Voorhout, zoon van Dirk Duyst Hendriksz. en Erkenraad van Houtuyn, was gehuwd met Catharina de Jonge, dochter van Reyer Willemsz. de Jonge en Catharina van Berckenrode te Dordrecht. Hij was graanhandelaar te Delft en leefde nog in 1614. Zijn weduwe overleed omstreeks 1620. Hun huwelijk was kinderloos

377.1 Rentebrief ten bedrage van 10 pond ten laste van de plaats Den Haag, 1499. Met bijbehorende akten, die onder meer de overdracht van gedeelten van de onderhavige rente betreffen aan Yde van Dongen, weduwe van Willem Reyersz. de Jonge, en aan mr. Cornelis Duyst van Voorhout, echtgenoot van haar kleindochter Catharina de Jonge. 1510-1568 5 charters (getransfigeerd) Reg. no. 176 no. 192 no. 263 no. 283 en no. 404 377.3 1499 377.2 1510 377.4 1540 377.5 1544 377.1 1568

378 Testament van Catharina de Jonge, weduwe van mr. Cornelis Duyst, opgemaakt te Den Haag. Notariëel afschrift, opgemaakt te Haarlem, 1620. 1616 1 stuk

379 Akte van boedelscheiding van de helft van de nagelaten goederen van Catharina de Jonge, weduwe van mr. Cornelis Duyst van Voorhout, door leden van het geslacht Van Berckenrode en andere erfgenamen van moederszijde. Met bijbehorende financiële stukken (ca. 1625) en 1627. 1621 3 stukken 76 Cousebant 3.20.09

H Stukken van het geslacht Cool.

H STUKKEN VAN HET GESLACHT COOL. 1 Adriaen Cool en Erckenraet Duyst.

1 ADRIAEN COOL EN ERCKENRAET DUYST. Mr. Adriaen Cool zoon van Adriaan Cool en Maria Geenen uit Dordrecht was gehuwd met Erckenraet Duyst, dochter van Hendrik Duyst en Machtelt Buytewech. Na het overlijden van haar echtenoot in 1604 te Gouda trad Erckenraet Duyst in bij de Annonciaten te Nijvel

380 Deurwaardersexploot aan het Hof van Holland uitgebracht inzake de eis van Erckenraet Duyst, weduwe van mr. Adriaen Cool, ten laste van de kinderen en erfgenamen van Wilhelmina van der Meulen, weduwe van mr. Pieter van Vrines te Schoonhoven, tot betaling van een rente van 75 gulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 1200 carolus gulden. Met bijlage. 1613 1 charter met aangehecht stuk

381 Mandament van het Hof van Holland aan de eerste gezworen deurwaarder om ten verzoeke van Erckenraet Duyst, weduwe van mr. Adriaen Cool te Utrecht, Willem graaf van Gomenyes, vrij baanderheer van Hamal en Monceaux, te dagvaarden ter zake van het niet betalen van een rente van 375 pond per jaar, rustende op het Huis Alckemade met bijbehorend land. 1614 1 charter J Stukken van het geslacht Van Arckel.

J STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN ARCKEL. 1 Walraven van Arckel en Maria Ruysch.

1 WALRAVEN VAN ARCKEL EN MARIA RUYSCH. Walraven van Arckel, zoon van Roelof van Arckel en Christina van Hulsen van Voorst, was gehuwd met Maria Ruysch, dochter van Jan Ruysch en Margaretha van Loo. Hij was schout van Amersfoort van 1625-1642

382 Akte van Otto van Arckel, vrijheer van Ammerzooien en Wel, als hoofd van het Huis Arckel ter bekrachtiging van de wettiging van wijlen zijn oom Johan van Arckel door de Staten van Holland en erkenning van diens kinderen en nakomelingen als wettige leden van het geslacht, gegeven te Gorkum. Gelijktijdig afschrift van de secretaris van Amersfoort. 1636 1 stuk 2 Walraven van Arckel de jonge en verdere erven Van Arckel.

2 WALRAVEN VAN ARCKEL DE JONGE EN VERDERE ERVEN VAN ARCKEL. Walraven van Arckel de jonge was een zoon van Walraven van Arckel en Maria Ruysch

383 Vidimus van de magistraat van Amersfoort van een attestatie van een zestal edelen, dat Walraven van Arckel de jonge een wettige telg is van zijn geslacht. 1641 1 stuk Niet raadpleegbaar Oude titel: "Akte van nobiliteijt". Met aant. in dorso: "(Dese) verclaringe is versoght omdat Walraven van Arckel wilde gaen -- naer Denemarcken bij sijn zuster Maria van Arckel ons moeders tweede suster, die daer getrout waer tot Coppenhage, aen heer -- wolt Croesen, kamerheer (van) sijn coonincklijcke maiesteyt van Denemercken" Zeer zwaar beschadigd; zie inv. no. 385

384 Akte van wettiging van Johan van Arckel, zoon van Walraven van Arckel, heer van Waardenburg, en Cornelia de Wijcxdr. door de Staten van Holland. Notariëel afschrift, opgemaakt te Utrecht, 1657. 1591 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd 3.20.09 Cousebant 77

385 Vidimus van de magistraat van Amersfoort van een attestatie van een zestal edelen, dat Walraven van Arckel de jonge een wettige telg is van zijn geslacht. Afschrift van de secretaris van Amersfoort, 1680. 1641 1 stuk Niet raadpleegbaar K Stukken van het geslacht Van Scheltinga.

K STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN SCHELTINGA. 1 Tierck van Scheltinga en Margaretha Bernharts.

1 TIERCK VAN SCHELTINGA EN MARGARETHA BERNHARTS. Tierck van Scheltinga, zoon van Goslijck Pietersz. van Scheltinga en Tethje Tjercksdr. van Teetlum, huwde Anna Salverda en vervolgens te Leeuwarden Margaretha Bernharts uit Vollenhove. Hij overleed in 1680, zijn tweede echtgenote in 1675

386 Akten van verkoop en overdracht van een rente ten bedrage van 6 goudgulden per jaar met een hoofdsom van 170 goudgulden, rustende op Rolla-Zathe te Aegum, door Eelkien Feikesdr., weduwe van de bouwmeester Jacob Lentz. te Leeuwarden. Met retroacte, 1631 en 1632. 1641 en 1642 2 stukken

387 Financiële aantekeningen, inzonderheid betrekking hebbende op belastingen aan de Lande van Friesland verschuldigd. 1672-1674 en z.j. 1 omslag

388 Testament van Tierck van Scheltinga, weduwnaar van Margaretha Bernharts, opgemaakt te Leeuwarden. Met codicillen en ander bijlagen, 1676 en z.j. 1676 1 omslag

389 Akten van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Tierck van Scheltinga en Margaretha Bernharts tussen Maria Henrietta van Scheltinga met als echtgenoot Floris van Alckemade en andere erven. Met bijbehorende stukken, z.j. 1680, 1686, 1688 en 1693 1 omslag Onder de boedelscheiding waren mede begrepen de nagelaten goederen van Henrietta Bernharts, zuster van Margaretha Bernharts 2 Goslijck (Godefridus) van Scheltinga en Maria Francoise Crabeels.

2 GOSLIJCK (GODEFRIDUS) VAN SCHELTINGA EN MARIA FRANCOISE CRABEELS. Goslijck van Scheltinga, zoon van Tierck van Scheltinga en Margaretha Bernharts, was gehuwd met Maria Francoise Crabeels. Hij overleed in 1687 of 1688 te Dantumawoude, zijn echtgenote in 1698, vermoedelijk te Leuven

390 Testament van Goslijck van Scheltinga, opgemaakt op Donia-State te Dantumawoude. 1687 1 stuk

391 Inventaris van de nagelaten goederen van Godefridus van Scheltinga, opgemaakt door diens weduwe Maria Francoise Crabeels. Met afschrift, 1688, en bijlagen, z.j. 1688 4 stukken

392 Testament van Maria Francoise Crabeels, weduwe van Godefridus van Scheltinga, opgemaakt te Leuven. 1698 1 stuk 78 Cousebant 3.20.09

3a Theodorus Xaverius van Scheltinga en Margaretha Maria van der Burch.

3A THEODORUS XAVERIUS VAN SCHELTINGA EN MARGARETHA MARIA VAN DER BURCH. Theodorus Franciscus Xaverius Godefridus van Scheltinga, zoon van Goslijck van Scheltinga en Maria Francoise Crabeels, huwde in 1712 Margaretha Maria van der Burch, vrouwe van Sandelingenambacht, dochter van Justus van der Burch en Lidewina van Rijn. Zij overleed in 1742, hij enige jaren later

393 Kwitantie ten bedrage van 500 gulden tot het lezen van zielemissen door prior, priorin en conventuelen van het klooster Mariënbloem van de orde van St. Birgitta te Kalkar voor de heer van Scheltinga en diens echtgenote Margaretha Maria van der Burch. 1739 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

394 Inventaris van de nagelaten goederen van Margaretha van der Burch, vrouwe van Sandelingenambacht, opgemaakt door haar echtgenoot Theodorus Xaverius Godefridus van Scheltinga. Met als bijlage een brief van J. Meerman aan diens neef F.X. van Scheltinga te Utrecht, 1742. 1742 2 stukken De inventaris bevat tevens afschriften van hun huwelijkscontract van 1712 en hun testament van 1740 3b Florentius Ignatius van Scheltinga.

3B FLORENTIUS IGNATIUS VAN SCHELTINGA. Florentius Ignatius van Scheltinga, zoon van Goslijck van Scheltinga en Maria Francoise Crabeels, was kanunnik te Xanten en overleed aldaar in 1758

395 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Florentius Ignatius van Scheltinga, kanunnik te Xanten, tussen Floris Cousebant enerzijds en baron Van Presle, gehuwd met gravin Maria Francisca Ferretti, anderzijds. Met bijbehorende stukken. 1763 5 stukken

396 Rekeningen van het beheer over de nagelaten Friese goederen van Florentius van Scheltinga door Felix Tinga en diens erven te Leeuwarden als rendanten voor Floris Cousebant, Gerrit van Cammingha als vruchtgebruiker van de nagelanten goederen van zijn echtgenote Henrietta van Alckemade en ander erfgenamen. 1760-1777 1 omslag Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht L Stukken van het geslacht Van der Burch.

L STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN DER BURCH. 1 Thieleman van der Burch en Margaretha Grijph van Valckesteyn.

1 THIELEMAN VAN DER BURCH EN MARGARETHA GRIJPH VAN VALCKESTEYN. Thieleman van der Burch huwde vermoedelijk in 1636 te Utrecht Margaretha Grijph van Valckesteyn, dochter van Joost Grijph van Valckesteyn te Poortugaal, generaal van de munt de Dordrecht, en Agnes Barthouts van de Sandeling. Hij overleed vóór 28 mei 1675, zij vóór 1679

397 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Margaretha Grijph van Valckesteyn, vrouwe van Sandeling, tussen Anna Christina van der Burch met als echtgenoot Willem van Wijnbergen, heer van Oucoop, Luchtenburg enz., enerzijds en Justus van der Burch, heer van Sandeling, anderzijds, opgemaakt te Utrecht. 1679 1 stuk 3.20.09 Cousebant 79

2 Justus van der Burch en Lidewina van Rijn.

2 JUSTUS VAN DER BURCH EN LIDEWINA VAN RIJN. Justus van der Burch, zoon van Thieleman van der Burch en Margaretha Grijph van Valckesteyn, was gehuwd met Lidewina van Rijn. Hij was heer van Sandelingenambacht en woonde te Dordrecht. Hij overleed in 1708, zijn echtgenote daarna

398 Brief van J. Hanneman te Den Haag aan Justus van der Burch, heer van Sandelingenambacht, te Utrecht met staten van nagelaten goederen van Willem van Nobelaer, heer van Kerkwerve, Uitwijk, Grijsoord enz., gehuwd met Wilhelmina Snoeckert. 1689 2 stukken

399 Inventaris van de nagelaten goederen van Justus van der Burch, heer van Sandelingenambacht, opgemaakt door diens echtgenote Lidewina van Rijn en diens dochter Margaretha Maria van der Burch. Met bijlagen, z.j. 1709 4 stukken M Stukken van het geslacht Van der Goes.

M STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN DER GOES. 1 Adriaen Aerntsz. van der Goes en Anna Lourens Pietersdr. (van Spangen).

1 ADRIAEN AERNTSZ. VAN DER GOES EN ANNA LOURENS PIETERSDR. (VAN SPANGEN). Adriaen van der Goes, zoon van Aernt van der Goes, landsadvocaat van Holland en West-Friesland, en Margaretha van Binchem, huwde in 1530 Anna Lourens Pietersdr., dochter van Lourens Pietersz. van Spangen, kaaskoper te Delft, en Maria Christiaens Goutsdr. In 1543 volgde hij zijn vader op als landsadvocaat, welk ambt hij bekleedde tot zijn dood in 1560. Zijn echtgenote overleed in 1548

400 Concept van het huwelijkscontract van mr. Adriaen van der Goes met Anna Lourens Pietersdr. 1530 1 stuk Reg. no. 230 2 Christiaen van der Goes en Anna van Renoy.

2 CHRISTIAEN VAN DER GOES EN ANNA VAN RENOY. Christiaen van der Goes, geboren in 1540 als zoon van Adriaen van der Goes en Anna Lourens Pietersdr. van Spangen, huwde in 1557 of 1558 Anna van Renoy, dochter van Gerard van Renoy en Anna de Potis. Hij was schout van Delft van 1559 tot 1578. Door zijn huwelijk werd hij heer van Spijk (het Nedereinde). Hij overleed in 1600, zijn echtgenote in 1608

401 Akte van afstand van het schoutambt van Delft door Vranck Bartholomeusz. van Diemen ten behoeve van mr. Christiaen van der Goes. In duplo. Met akte van aanstelling van eerstgenoemde, 1552, in afschrift. 1559 3 stukken Niet raadpleegbaar Reg. no. 313 en no. 346 Aangetast door vocht

402-402.3 Akten van aanstelling van mr. Christiaen van de Goes tot schout van Delft door koning Philips II. Met minuut-rekest als bijlage, (1559). 1559, 1564 en 1570 3 charters en 1 stuk Reg. no. 348 no. 349 no. 370 en no. 426 Het stuk is aangetast door vocht 402 Minuut Niet raadpleegbaar 402.1 1559 402.2 1564 402.3 1564

403 Akte van eedsaflegging door mr. Christiaen van der Goes als schout van Delft. Gelijktijdig authentiek afschrift. 80 Cousebant 3.20.09

1571 1 stuk Niet raadpleegbaar Reg. no. 428 Aangetast door vocht

404 Akte van de notarissen H. van Meerhout en W. van Wyck inzake de bezwaren van mr. Christiaen van der Goes om het schoutambt van Delft langer te bekleden. Met onvolledig afschrift, z.j. augustus 1572 2 stukken Niet raadpleegbaar Reg. no. 439 Aangetast door vocht

405 Stukken betreffende de bekleding van het ambt van schout van Delft door mr. Christiaen van der Goes over de jaren 1559-1578 afgeschreven door de stadssecretaris A. van der Meer en deels geverifieerd door Pieter van der Borch, notaris te Delft, in 1581. ca.1580 1 omslag Niet raadpleegbaar Reg. no. 426 no. 434 no. 435 no. 441 no. 445 no. 446 no. 518 en no. 543 Deels aangetast door vocht

406 Inventaris en akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van mr. Christiaen van der Goes en diens echtgenote Anna van Renoy tussen hun kinderen en kleinkind. Met bijbehorende stukken, 1602 en z.j. 1609 en 1610 1 omslag Niet raadpleegbaar Merendeels zwaar beschadigd

407 Brieven van Adriaen van der Goes te Den Haag en Vranck van Uutenbrouck, notaris te Delft, aan mr. Cornelis van der Goes te Middelburg broeder van eerstgenoemde betreffende het beheer over het ongescheiden deel van de goederen van hun ouders mr. Christiaen van der Goes en Anna van Renoy. Met bijlagen, z.j. 1610-1618 1 omslag Niet raadpleegbaar Zwaar beschadigd 3a Adriaen Christiaensz. van der Goes en Maria van Cromstrijen.

3A ADRIAEN CHRISTIAENSZ. VAN DER GOES EN MARIA VAN CROMSTRIJEN. Mr. Adriaen van der Goes, geboren in 1561 als oudste zoon van mr. Christiaen van der Goes en Anna van Renoy, huwde in 1590 Petronella de Stoppelaer Lievensdr. van Gent en na haar overlijden in 1604 Maria van Comstrijen, dochter van mr. Martyn van Cromstrijen en Anna de Stoppelaer. Hij was raad- ordinaris van Maurits en Frederik Hendrik en advocaat voor het Hof van Holland. Hij overleed in 1632, zijn tweede echtgenote vóór 1650

408 Akte van volmacht tot het aangaan van een overeenkomst met Anthonis Ottersz. en Neeltgen Daemen, echtelieden te Dordrecht, betreffende een aan de kerkmeestes van Spijk verschuldigde erfrente van 12 stuiver per jaar door mr. Christiaen van der Goes voor diens zoon mr. Adriaen van der Goes. 1594 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

409-409.1 Sententie van het Hof van Holland ten voordele van mr. Adriaen van der Goes als eiser in een geschil met Nicolaes van Mechelen als gedaagde betreffende het voldoen van een rente van 50 gulden per jaar, rustende op een huis op het Spui te Den Haag, genoemd de Bonte Osch. Met bijlagen, 1622 en z.j. 1621 1 charter met aangehecht charter en een los stuk 3.20.09 Cousebant 81

409.1 1621 409.2 1622 409 Overige stuk(ken)

410 Inventaris en akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van mr. Adriaen van der Goes en diens tweede echtgenote Maria van Cromstrijen alsmede van mr. Philips van Cromstrijen en Levinus van der Goes door kinderen en kleinkinderen van het eerstgenoemde echtpaar. In duplo. Met bijbehorend stuk. 1673 3 stukken 4a-c Martinus, Willem en Adriaen van der Goes.

4A-C MARTINUS, WILLEM EN ADRIAEN VAN DER GOES. Martinus van der Goes, geboren in 1609 te Den Haag als zoon van mr. Adriaen van der Goes en Maria van Cromstrijen, was advocaat voor het Hof van Holland en overleed ongehuwd in 1687 te Den Haag. Zijn broeder Willem, geboren in 1613 te Den Haag, verbleef lange tijd te Wenen en overleed ongehuwd in 1686 te Den Haag. Zijn broeder Adriaen, geboren in 1619 te Den Haag, huwde in 1665 Margaretha van Hogendorp, dochter van Gijsbert van Hogendorp en Anna Duyst van Santen te Delft, was advocaat voor het Hof van Holland en overleed in 1686 te Den Haag, zijn echtgenote in 1694. Zie verder: Nieuw Ned. Wb. VIII, blz. 616-618

411.1-411.2 Bullen tot licenciatus in het canoniek en civiel recht door de cancellarius van de universiteit van Orleans verleend aan Martinus van der Goes uit Den Haag. 1629 2 charters Met in dorso van de bul van het civiel recht aant. betr. de aflegging van de eed als advocaat voor het Hof van Holland en de Hoge Raad, 1630 411.1 Canoniek recht 411.2 Civiel recht

412 Concept-testament van Adriaen van Goes. 1635 1 stuk

413 Brief van A.H. van Spangen te Middelburg aan diens neef Martinus van der Goes te 's-Gravenhage betreffende het overlijden van zijn echtgenote Maria Gabriele van der Goes. 1675 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

414 Extract uit het verbaal betreffende het overlijden van Amalia, prinses-douarière van Oranje, gravin van Solms enz., op 8 september 1675, opening van haar testamenten alsmede staat en inventaris van haar nagelaten goederen, opgemaakt door Arnoult van Beaumont, rekenmeester enz. van de prinses van Oranje, Elias Helt, mede rekenmeester, en mr. Martinus van der Goes als executeurs, lopende van 1675-1680. ca. 1680 1 deel Zwaar beschadigd

415 Stukken betreffende de restitutie van obligaties door mr. Martinus van der Goes aan B. Havius. 1684 1 omslag Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

416 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van mr. Martinus van der Goes en diens broeders Willem en Adriaen van der Goes door hun neven Adriaen en Pieter de Bije, Adriaen Graswinckel en Cornelis van der Goes. Met bijbehorende stukken, 1687-1688 en z.j. 1687 1 omslag 82 Cousebant 3.20.09

Niet raadpleegbaar Hierbij een testament van mr. Martinus van der Goes, opgemaakt te 's-Gravenhage, 1651, in authentiek afschrift van 1687, opgemaakt te Delft

417 Akten van boedelscheiding van de nagelaten goederen van mr. Martinus van der Goes door Christina Genoveva van der Goes met als echtgenoot Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum, Frederik Heereman van Zuydtwijck voor diens zoon Silvester en Maria Theresia van der Goes met als echtgenoot Floris van Alckemade. Met bijbehorende stukken, 1696-1721 en z.j. 1713 1 omslag 4d Agatha van der Goes en Simon Graswinckel.

4D AGATHA VAN DER GOES EN SIMON GRASWINCKEL. Zie onder het geslacht Graswinckel 3b Anna van der Goes Christiaensdr.

3B ANNA VAN DER GOES CHRISTIAENSDR. Anna van der Goes was een dochter van mr. Christiaen van der Goes en Anna van Renoy. Zij woonde te Delft en overleed vermoedelijk in 1627

418-418.1 Rentebrief ten bedrage van 25 gulden per jaar door Noij Evertsz., opperbrouwer te Delft, veschuldigd aan Anna van der Goes, te lossen met een hoofdsom van 400 gulden. Met afschrift, z.j. 1616 1 charter en 1 stuk Met in dorso van het charter aant. betr. de latere houder mr. Jan Hennewech, schoolmeester in het weeshuis te Delft 418 Rentebrief. 418.1 Afschrift.

419 Holografisch codicil van Anna van der Goes Christiaensdr. Met haar testament, opgemaakt te 's-Gravenhage in 1627, in afschrift. 1627 2 stukken 3c Cornelius van der Goes en Cornelia van Eversdijck.

3C CORNELIUS VAN DER GOES EN CORNELIA VAN EVERSDIJCK. Cornelis van der Goes, zoon van mr. Christiaen van der Goes en Anna van Renoy, huwde vóór 1612 Cornelia van Eversdijck, dochter van mr. Marcullus van Eversdijck en Jacopmyncken Willem Pietersz. Roosenburchdr. te Middelburg. Hij was advocaat en overleed te Middelburg in 1627, zijn echtgenote in 1639

420 Brief van Maria van Cromstrijen te Den Haag aan haar zwager mr. Cornelis van der Goes te Middelburg betreffende de toezending van twee tonnetjes boter. 1618 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

421 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 64 pond Vlaams per jaar door Adriaan Adriaansz. Poppe, wonende in de Haeijman onder Middelburg, verschuldigd aan Cornelia van Eversdijck, weduwe van mr. Cornelis van der Goes. 1637 1 charter

422 Inventaris van de nagelaten goederen van Cornelia van Eversdijck, weduwe van mr. Cornelis van der Goes, tevens bevattende nagelaten goederen van haar zuster Elisabeth van Eversdijck, opgemaakt door mr. Christiaen van der Goes, mede voor diens broeders en zuster, voor weesmeesters van Middelburg. Met afschrift en bijlagen, z.j. 1648 1 omslag Niet raadpleegbaar Het afschrift is zeer zwaar beschadigd 3.20.09 Cousebant 83

423-424 Rekening van de nagelaten goederen van Cornelia van Eversdijck, weduwe van mr. Cornelis van der Goes, tevens bevattende nagelaten goederen van haar zuster Elisabeth van Eversdijck, opgemaakt door mr. Christaen van der Goes, mede voor diens broeders en zuster, lopende van 1637-1647, afgehoord door weesmeesters van Middelburg ten overstaan van de rendant en diens broeder mr. Adriaen van der Goes. Met gelijktijdig afschrift. 1648 2 delen Zeer zwaar beschadigd 423 Diverse stukken. Niet raadpleegbaar 424 Diverse stukken.

425 Rekening van de nagelaten gemeenschappelijke goederen van mr. Cornelis van der Goes en diens echtgenote Cornelia van Eversdijck, opgemaakt door mr. Christaen van der Goes, mede voor diens broeders en zuster, lopende van 1646-1647, afgehoord door weesmeesters van Middelburg ten overstaan van de rendant en diens broeder mr. Adriaen van der Goes. Met gelijktijdig afschrift. 1648 2 stukken

426 Akte van overdracht van verschillende rentebrieven door Agatha van Cromstrijen, dochter van Jan van Cromstrijen en Paulina van Eversdijck, mede voor haar zuster Adriana van Cromstrijen, aan de nagelaten kinderen van mr. Cornelis van der Goes en Cornelia van Eversdijck, komende van hun tantes Elisabeth en Maria van Eversdijck en andere verwanten, gepasseerd voor schepenen van Middelburg. 1645 1 charter 4e Christiaen van der Goes en Jacoba de Jonge.

4E CHRISTIAEN VAN DER GOES EN JACOBA DE JONGE. Mr. Christaen van der Goes, zoon van Cornelis van der Goes en Cornelia van Eversdijck, huwde in 1641 te Middelburg Jacoba de Jonge van Oosterland, dochter van Andries Jacobsz. de Jonge en Catharina Sonnius. Hij was advocaat voor het Hof van Holland en het Hof van Vlaanderen en overleed in 1652

427 Bul tot licenciatus in het civiel recht door de cancellarius van de universiteit van Orleans verleend aan Christiaen van der Goes uit Middelburg. 1633 1 charter Met in dorso aant. betr. de aflegging van eden als advocaat voor het Hof van Holland en het Hof van Vlaanderen in 1635 en 1647

428 Huwelijkscontract van mr. Christiaen van der Goes met Jacoba de Jonge, gesloten te Middelburg. 1641 1 stuk

429-429.1 Rentebrief ten bedrage van 37 pond en 20 schelling per jaar ten laste van Karel V als graaf van Zeeland voor Anthuenis Heindricxz. te Westkapelle onder verband van de tol te Iersekeroord en andere Zeeuwse domeinen, te lossen met de penning 16. Met bijlagen, die onder meer de overdracht betreffen aan Jacoba de Jonge, weduwe van mr. Christiaen van der Goes te Middelburg, 1555-1654. 1554 3 charters (getransfigeerd), 5 aangehechte stukken en een zesde stuk Reg. no. 320 en no. 324 429.1 Onderste, 1554 429.2 Breed, 1554, getransfigeerd 429.3 Links, 1594, getransfigeerd 429.4 Rechts, 1554, getransfigeerd 429.5 Papieren stuk aaneengehecht 429.6 Papieren stuk aaneengehecht 429.7 Papieren stuk aaneengehecht 429.8 Papieren stuk aaneengehecht 84 Cousebant 3.20.09

429.9 Papieren stuk aaneengehecht 429 Overige stuk(ken)

430 Rekening van de nagelaten goederen van mr. Christiaen van der Goes door Petrus Wielens, lopende van 1660-1664, afgehoord door diens weduwe Jacoba de Jonge. 1665 1 stuk Niet raadpleegbaar 5 Cornelis Adriaensz. van der Goes en Maria Agatha Graswinckel.

5 CORNELIS ADRIAENSZ. VAN DER GOES EN MARIA AGATHA GRASWINCKEL. Cornelis van der Goes, geboren in 1649 als zoon van mr. Christiaen van der Goes en Jacoba de Jonge, huwde in 1672 te Den Haag Maria Agatha Graswinckel, geboren in 1649 als dochter van Simon Graswinckel en Agatha van der Goes. Hij was heer in Grijsoord enz. en vertoefde na de dood van zijn echtgenote in 1710 beurtelings te Leiden en bij zijn dochter Maria Theresia van der Goes op het Huis Oud-Alckemade en overleed in 1724

431 Akte ter zake van de ontvangst van vier obligatien door Maria Theresia van der Goes en Frederik Heereman van Zuydtwijck, echtgenoot van Agatha Maria van der Goes, bestemd voor hun ouders Cornelis van der Goes en Maria Graswinckel. 1697 1 stuk Niet raadpleegbaar

432 Akte ter zake van de ontvangst van diverse obligatien door Christina Genoveva van der Goes en haar echtgenoot Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum, bestemd voor haar ouders Cornelis van der Goes en Maria Graswinckel. 1707 1 stuk

433 Akte van overeenkomst tot regeling van de huishoudelijke staat op het Huis Oud- Alckemade tussen Cornelis van der Goes enerzijds en diens dochter Maria Theresia van der Goes en haar echtgenoot Florentius van Alckemade anderzijds. 1718 1 stuk

434 Rekeningen van voorgeschoten sommen door Florentius Ignatius van Alckemade en diens echtgenote Maria Theresia van der Goes voor Cornelis van der Goes. Met bijlalgen, 1714, 1716 en z.j. 1714-1719 1 omslag

435 Akte ter zake van de ontvangst van een afgeloste obligatie ten bedrage van 17000 gulden met interest ten laste van het Huis Warmond door de erfgenamen van Maurits van Heyningen voor Cornelis van der Goes. 1719 1 stuk

436 Inventarissen van de nagelaten roerende en onroerende goederen van Cornelis van der Goes. 1724 2 stukken De executeurs-testamentair waren Frederik Heereman van Zuydtwijck en mr. Jan Jacob van Dijckslooth

437 Stukken betreffende het beheer over de nagelaten fideicommissaire goederen van Cornelis van der Goes door diens executeurs voor zijn dochter Maria Theresia van der Goes, gehuwd met Floris van Alckemade, en naar haar overlijden voor haar erven, waaronder Francois Bernard Cousebant, gehuwd met haar dochter Maria Christina Genoveva van Alckemade, en haar kleinzonen Floris Cousebant enerzijds en Silvester Heereman van Zuydtwijck, zoon van haar dochter Agatha Maria van der Goes, anderzijds. 1724-1771 1 pak Niet raadpleegbaar 3.20.09 Cousebant 85

Zie voor de aan Silvester Heereman van Zuydtwijck ten deel gevallen fideicommissaire goederen ook inv. no. 484

438 Retroacta en andere stukken, gediend hebbende bij het beheer over de nagelaten fideicommissaire goederen van Cornelis van der Goes en diens dochter Maria Theresia van der Goes. Afschriften van Hendrik Wilmers, notaris te Leiden, 1724 en 1736. 1687-1728 1 omslag Niet raadpleegbaar 6a Christina Genoveva van der Goes en Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum.

6A CHRISTINA GENOVEVA VAN DER GOES EN TIBERIUS PIPINUS VAN EMINGHA TOT GOUTUM. Zie onder het geslacht Van Emingha 6b Agatha Maria van der Goes en Frederik Jacobus Heereman van Zuydtwijck.

6B AGATHA MARIA VAN DER GOES EN FREDERIK JACOBUS HEEREMAN VAN ZUYDTWIJCK. Zie onder het geslacht Heereman van Zuydtwijck N Stukken van het geslacht Van Spangen.

N STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN SPANGEN. 1 Lourens Pietersz. en Maria Christiaen Goutsdr.

1 LOURENS PIETERSZ. EN MARIA CHRISTIAEN GOUTSDR. Lourens Pietersz. van Spangen, kaaskoper te Delft, was gehuwd met Maria Christiaen Goutsdr. Hij overleed vóór 1557, zijn echtgenote omstreeks 1580 De stukken hebben uitsluitend betrekking op de afwikkeling van hun nalatenschap

439-439.2 Rentebrief ten bedrage van 32 pond, 13 schelling en 4 groot per jaar door Maritgen Christiaen Goutsdr. verschuldigd aan Anthonis Jacobsz. Verhouff te Amsterdam. Met bijlagen, die onder meer de aflossing betreffen, 1564 en 1591. 1563 2 charters en 2 stukken Reg. no. 363 en no. 369 439.1 1563 439.2 1564 439 Overige stuk(ken)

440 Rentebrief ten bedrage van 18 carolus gulden en 15 stuiver per jaar door Adriaen Fyck en diens grootmoeder Maria Christiaen Goutsdr. te Delft, verschuldigd aan Melis van Haeften, te lossen met een hoofdsom van 300 carolus gulden. Gecasseerd in 1591. 1564 1 charter Reg. no. 368 Blijkens de akte in dorso stond de rentebrief in 1591 ten laste van Adriaen van der Goes Arentsz. O Stukken van het geslacht Van Renoy.

O STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN RENOY. 1 Gerrit van Renoy en Anna de Potis.

1 GERRIT VAN RENOY EN ANNA DE POTIS. Gerrit van Renoy, heer van Spijk en rekenmeester van Holland, was gehuwd met Anna de Potis, dochter van Collaart, raad en rentmeester-generaal van het Land van Mechelen. Hij overleed vóór 22 augustus 1567, zijn echtgenote enige maanden daarna te Den Haag

441 Testament van Gerrit van Renoy en diens echtgenote Anna de Potis, opgemaakt te Den Haag. Afschrift, (ca. 1567). 1550 1 stuk Reg. no. 308

442 Akte van boedelscheiding van de nagelaten roerende goederen van Anna de Potis, weduwe van mr. Gerrit van Renoy te Den Haag, tussen hun kinderen. 86 Cousebant 3.20.09

1568 1 stuk Reg. no. 391 no. 394 no. 395 no. 396 en no. 397

443 Kwitantie van Adam Pietersz., timmerman te Den Haag, voor mr. Christiaen van der Goes te Delft wegens het dichtspijkeren van het huis van wijlen Gerrit van Renoy op het Spui te Den Haag. 1575 1 stuk Reg. no. 468

444 Vonnis van het Hof van Holland in het proces over de betaling van renten, rustende op de nagelaten goederen van mr. Gerrit van Renoy, ten voordele van mr. Christiaen van der Goes als echtgenote van Anna van Renoy, eiser, tegen Gerard van Renoy de jonge, heer van Spijk, en andere familieleden, gedaagden. 1590 1 charter 2 De kinderen van Gerrit van Renoy en Anna de Potis.

2 DE KINDEREN VAN GERRIT VAN RENOY EN ANNA DE POTIS.

445 Conceptakten van boedelscheiding van nagelaten onroerende goederen van Johan van Renoy en diens zuster Agneta tussen hun zuster Anna van Renoy, weduwe van mr. Christiaen van der Goes, en verschillende neven en nichten. 1605 1 stuk Niet raadpleegbaar Beschadigd

446 Adelsbrief van keizer Karel V voor Gerrit van Renoy. Afschrift, 1607. 1524 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht P Stukken van het geslacht Van Cromstrijen.

P STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN CROMSTRIJEN. 1 Marten van Cromstrijen en Anna de Stoppelaer.

1 MARTEN VAN CROMSTRIJEN EN ANNA DE STOPPELAER. Mr. Marten van Cromstrijen, geboren in 1542 te 's-Gravenhage als zoon van Willem Simonsz., ambachtsheer van Stavenisse en Cromstrijen, huwde in 1588 te Delft Anna Stoppelaer als tweede echtgenote. Zij was een dochter van Philips de Stoppelaer, heer van Schoonbroek, schepen van Gent, en diens tweede echtgenote Bartha van de Werve. Mr. Marten van Cromstrijen, heer in Cromstrijen, was secretaris van Zierikzee en advocaat te 's-Gravenhage. Hij overleed vóór 1613, zijn echtgenote in 1632 te 's-Gravenhage

447 Huwelijkscontract van mr. Marten Willem Simonsz. met Anna de Stoppelaer, gesloten de Delft. 1588 1 stuk

448 Mandement van het Hof van Holland aan de eerste gezworen deurwaarder om ten verzoeke van Anna de Stoppelaer, weduwe van mr. Maerten van Cromstrijen, Adriaan Jacobsz. Binck wonende in de polder Batttenoord te dagvaarden ter zake van achterstallige renten, verschuldigd krachtens aankoop van zekere percelen land. 1613 1 charter 2 Philips van Cromstrijen.

2 PHILIPS VAN CROMSTRIJEN. Mr. Philips van Cromstrijen, zoon van mr. Marten van Cromstrijen en Anna de Stoppelaer, was advocaat te Steenbergen en ambachtsheer in Cromstrijen. Hij overleed ongehuwd te 's-Gravenhage op 18 mei 1657

449 Attestatie van A. van Naeltwijck en G. Rattaller Doublet over de verwantschap van 3.20.09 Cousebant 87

mr. Philips van Cromstrijen met Jacob van Thienen op grond van hun gemeenschappelijke voorvader Dirck Sonck. Met bijlage. 1639 2 stukken Niet raadpleegbaar

450 Testamenten van mr. Philips van Cromstrijen, opgemaakt te 's-Gravenhage, 1645, aangevuld in 1651, en 1657. Met bijlage z.j. [1645, 1651, 1657] 1 omslag

451 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van mr. Philips van Cromstrijen door diens neef Jan Oorts van der Lisse en diens zwager mr. Adriaen van der Goes. Met bijbehorende stukken, 1658-1659. 1658 1 omslag

452-452.1 Vonnis van de Hoge Raad betreffende de toewijzing van bezittingen in Cromstrijen van wijlen mr. Philips van Cromstrijen aan mr. Adriaen van der Goes, eiser, ten nadele van Johan Oorts van der Lisse en diens overige erfgenamen, gedaagden. Met bijlage, z.j. 1665 1 katern en 1 stuk 452.1 Katern 452 Stuk

453 Rekeningen van de nagelaten goederen van mr. Philips van Cromstrijen, opgemaakt door diens executeurs Johan Oorts van der Lisse en mr. Adriaen van der Goes. Met duplicaten en afschriften. 1657-1666 1 pak Niet raadpleegbaar Deze rekeningen zijn afgehoord door de erfgenamen Jacoba van Cromstrijen, Agatha van Cromstrijen, Agent van Veecken, Johan Brandijn, Zeger de Cocq van Nereijnen, Anthonij van Roon, Johan Oorts van der Lisse, Cornelis van der Dussen, Adriaen van der Goes, H. Nicolai van Etten, Gerard van der Vluijn, M. Capueel en M. Reyns

454 Kwitantie ten bedrage van 25 pond Vlaams voor het lezen van jaargetijden ten behoeve van wijlen mr. Philips van Cromstrijen en door moeder-overste, vicaresse en zusters van het klooster der Annunciaten te Gent. In duplo. 1657 2 stukken Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

455 Rekest van de kinderen van wijlen Maria van Cromstrijen en mr. Adriaen van der Goes aan Gecommitteerde Raden van Holland om als erven van hun oom Philips van Cromstrijen slechts voor hun deel aangeslagen te worden voor successierechten, met appointement. Gelijktijdig afschrift. 1665 1 stuk Q Stukken van het geslacht De Stoppelaer.

Q STUKKEN VAN HET GESLACHT DE STOPPELAER. 1 Philips de Stoppelaer en Bartha van de Werve.

1 PHILIPS DE STOPPELAER EN BARTHA VAN DE WERVE. Philips de Stoppelaer, geboren in 1511 als zoon van Philips de Stoppelaer en Margaretha van Sompele te Gent, huwde als tweede echtgenote Bartha van de Werve, geboren in 1524 als dochter van Francois van de Werve, heer van Giesen-Oudekerk en baljuw van Voorne, en Machtelt van Bronckhorst. Hij was heer van Schoonbroeck, schepen van Gent in 1551 en 1559 en overleed in 1578 te Warsbeke, zijn echtgenote overleed vermoedelijk in 1586

456 Akte van verkoop van een lijfrente ten bedrage van 20 schelling per jaar door de magistraat van Den Briel en Maerlant aan Francois van de Werve en diens 88 Cousebant 3.20.09

echtgenote Machtelt van Bronckhorst op hun dochter Bartha. 1526 1 charter Reg. no. 220 In de akte wordt tevens melding gemaakt van een lijfrente voor een ander R Stukken van het geslacht Van Borselen.

R STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN BORSELEN. 1 Wolfaert van Borselen en Maria van de Werve.

1 WOLFAERT VAN BORSELEN EN MARIA VAN DE WERVE. Wolfaert van Borselen, zoon van Wolfaert van Borselen en Martina van Borselen van der Hooge, had als tweede echtgenote Maria van de Werve, dochter van Francois van de Werve en Machtelt van Bronckhorst. Hij was baljuw van Goes. Hun huwelijk was kinderloos

457 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Maria van de Werve, weduwe van Wolfaert van Borselen, tussen haar broeder Joost van de Werve en haar zwager Philips de Stoppelaer, echtgenoot van Bartha van de Werve. 1570 1 stuk Reg. no. 421 S Stukken van het geslacht Van Eversdijck.

S STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN EVERSDIJCK. 1 Marcellus van Eversdijck en Jacopmyncken Roosenburch.

1 MARCELLUS VAN EVERSDIJCK EN JACOPMYNCKEN ROOSENBURCH. Mr. Marcellus van Eversdijck, zoon van Cornelis Jansz. van Eversdijck en Elisabeth Marcelissen te Middelburg, huwde in 1579 te Middelburg Jacopmyncken Roosenburch, dochter van Willem Pietersz. Roosenburch en Maycken Jacobsdr. Magnus te Middelburg. Hij was schepen van Middelburg en als opvolger van zijn schoonvader heer van Hogelande. Hij overleed als weduwnaar in 1622

458-458.1 Huwelijkscontract van mr. Marcellus van Eversdijck met Jacopmyncken Rooseburch, gesloten te Middelburg. Met bijlagen, 1579, 1580 en z.j. 1579 1 charter met 2 aangehechte stukken alsmede een derde stuk Reg. no. 578 Het derde stuk betreft een staat van goederen aan Maycken Jacobsdr. Magnus, moeder van de bruid, haar ten deel gevallen uit de nagelaten goederen van haar moeder 458.1 Charter, 1579 458.2 Aaneengehecht stuk 458.3 Aaneengehecht stuk 458 Overige stuk(ken)

459.1 Rentebrief ten bedrage van 30 schelling Vlaams per jaar door mr. Adam Aertsz. te Arnemuiden voor Gheyle Symonsdr. te Middelburg. Met akte van overdracht aan Cornelis Jan Lambrechtsz. te Middelburg, 1550. 1534 2 charters (getransfigeerd) Reg. no. 237 en no. 309. Met in dorso van de akte van 1534 aant. betr. een ged. aflossing en het aangaan van een nieuwe hypotheek door Claes Walnis te Arnemuiden bij mr. Marcellus van Eversdijck, 1579 459.2 Charter, 1534 459.1 Charter, 1550

460 Rentebrief ten bedrage van 2 pond, 15 schelling en 5 groot Vlaams per jaar door Hillebrant Wynckens Backerdr. te Middelburg verschuldigd aan de kinderen van mr. Marcellus van Eversdijck en diens overleden echtgenote Jacopmyncken Willemsdr., te lossen met de penning 16. 1599 1 charter Met aant. in dorso betr. gedeeltelijke aflossingen in 1602 en 1609

461 Testament van mr. Marcellus van Eversdijck, opgemaakt te Antwerpen. Met akte betr. een testament van januari 1621, opgemaakt na de dood van de testator in 1622. 3.20.09 Cousebant 89

juni 1621 2 stukken

462 Kwitantie ten bedrage van 800 gulden door Adriana van Cromstrijen voor Jan Jacobsen Schuijlwerve als executeur-testamentair van haar grootvader mr. Marcellus van Eversdijck te Middelburg. 1638 1 stuk 2a Pieter van Eversdijck.

2A PIETER VAN EVERSDIJCK. Pieter van Eversdijck was een zoon van mr. Marcellus van Eversdijck en Jacopmyncken Roosenburch. Hij overleed in of vóór 1612 en werd begraven in de kerk der Predikheren te Antwerpen

463 Akte van toewijzing van een deel van de nagelaten goederen van Pieter van Eversdijck door weesmeesters van Middelburg aan diens zuster Cornelia van Eversdijck, echtgenote van mr. Cornelis van der Goes. 1612 1 stuk 2b Maria van Eversdijck.

2B MARIA VAN EVERSDIJCK. Maria van Eversdijck, oudste dochter van mr. Marcellus van Eversdijck en Jacopmyncken Roosenburch, was zuster in de Onze Lieve Vrouwekamer bij Brussel

464 Testament van Maria van Eversdijck, zuster in het klooster van "Onzen Liever Vrouwen Camere" buiten Brussel. Afschrift, z.j. 1632 1 stuk

465 Kwitanties van Andries Jansz. en diens echtgenote Symonken Sijmons voor hun neef Jan Jacobsz. als ontvanger van Maria van Eversdijck inzake de koop en gedeeltelijke aflossing van een rente. 1633 1 stuk 2c Elisabeth van Eversdijck.

2C ELISABETH VAN EVERSDIJCK. Elisabeth van Eversdijck was een dochter van mr. Marcellus van Eversdijck en Jacobmyncken Roosenburch. Zij overleed vóór 1639

466 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Elisabeth van Eversdijck tussen de kinderen van Jan van Cromstrijen en Paulina van Eversdijck, Anthonia Canis weduwe van Jan van Eversdijck en de nagelaten zonen van mr. Cornelis van der Goes en Cornelia van Eversdijck, opgemaakt te Antwerpen. 1642 1 charter Zeer zwaar beschadigd Zie ook inv. no. 422, 423, 424 en 426 T Stukken van het geslacht De Jonge.

T STUKKEN VAN HET GESLACHT DE JONGE. 1 Jacob Andriesz.

1 JACOB ANDRIESZ. Jacob Andriesz. was in de 2e helft der 16e eeuw kuiper te Middelburg

467-467.1 Akte inzake de verplichting van Dingne, weduwe van Jan Danckertsz., om haar dochters Neelken, Susanneken en Catherynken te onderhouden en aan ieder een bruidschat ten bedrage van 100 carolus gulden toe te kennen, gepasseerd voor schepenen van Zierikzee. Met bijbehorende kwitanties van twee schoonzoons, 1589 en 1591. 1586 1 charter en 2 stukken De kwitantie van 1589 is ten behoeve van Jacob Andriesz. te Middelburg, gewezen wedervoogd van Neelken Jansdr. 467.1 Charter 90 Cousebant 3.20.09

467 Overige stuk(ken) 2 Andries Jacobsz. de Jonge.

2 ANDRIES JACOBSZ. DE JONGE. Andries de Jonge, zoon van Jacob Andriesz. te Middelburg, was gehuwd met Catharina Sonnius. Hij was koopman te Middelburg

468.1-468.3 Akte van overdracht van vier rentebrieven ten laste van de grote steden van Holland, de stad Middelburg en Jaques Becu te Grijpskerke door Anna Piers, weduwe en boedelhoudster van wijlen Johan Sonnius te Arnemuiden, aan Andries Jacobsz. de Jonge te Middelburg. Met bijlagen 1621 en 1625. 1625 1 charter en 2 (oorspronkelijk aangehechte) stukken De bijlage van 1625 betreft een 468.1 Charter, 1625 468.2 Akte van overdracht, 1621 468.3 Afschrift van een akte van boedelscheiding ui6 1612 van renten van Catharina Hagaertsdr. tussen haar weduwnaar Adolph Pietersz. en ander erfgenamen, 1625

469 Akte van schadeloosstelling voor een rente ten bedrage van 4 pond, 12 schelling en 6 groot per jaar, te lossen met de penning 16, door Anna van der Stringhe, weduwe van Arnoud van Ceters te Middelburg, ten behoeve van Andries Jacobsz. de Jonge te Middelburg. 1638 1 charter U Stukken van het geslacht Graswinckel.

U STUKKEN VAN HET GESLACHT GRASWINCKEL. 1a Cornelia Graswinckel.

1A CORNELIA GRASWINCKEL. Cornelia Graswinckel was een dochter van Jacob Graswinckel en Maria van der Dussen. Ze overleed ongehuwd te Delft, in 1670

470 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Cornelia Graswinckel tussen haar broeder mr. Simon Graswinckel en de kinderen van haar zuster Maria Graswinckel, echtgenote van Franco van der Meer, magistraat en koopman te Delft. 1670 1 stuk Met aant. van mr. Simon Graswinckel en andere erfgenamen inzake nadere afwikkeling in 1671 en 1672 1b Simon Graswinckel en Agatha van der Goes.

1B SIMON GRASWINCKEL EN AGATHA VAN DER GOES. Mr. Simon Graswinckel, zoon van Jacob Graswinckel en Maria van der Dussen te Delft, huwde in 1641 Agatha van der Goes, dochter van mr. Adriaen van der Goes en Maria van Cromstrijen. Hij overleed in 1671, zijn echtgenote in 1660

471 Staat houdende opgave van goederen, aangebracht door mr. Simon Graswinckel ter gelegenheid van diens huwelijk met Agatha van der Goes. 1641 1 stuk

472 Testament van Agatha van der Goes te Delft, echtgenote van mr. Simon Graswinckel, opgemaakt te Leiden. 1660 1 stuk

473 Rekening van baten en lasten behorende tot de nagelaten goederen van Agatha van der Goes door haar echtgenoot mr. Simon Graswinckel en haar broeder Adriaen van der Goes met als getuige Cornelis van der Meer. Met bijbehorende stukken, z.j. 1662 4 stukken 3.20.09 Cousebant 91

474 Testament van mr. Simon Graswinckel te Delft, opgemaakt te Amsterdam. Met codicil, opgemaakt te Delft, 1664. 1663 2 stukken Met aant. in margine van het testament: "Exhibitum ter weescamere binnen Delft den 21 July 1671 -- "

475 Holografisch testament van Maria Graswinckel te Delft, weduwe van Franco van der Meer. Notariëel afschrift, 1665. 1665 1 stuk Met aant. in dorso: omme de heer Simon Graswinckel

476 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van mr. Simon Graswinckel tussen zijn kinderen Adriaen en Maria Graswinckel met als getuige hun oom mr. Adriaen van der Goes. In triplo. Met bijlagen, 1662 en 1672. 1672 5 stukken 2 Adriaen Graswinckel.

2 ADRIAEN GRASWINCKEL. Mr. Adriaen Graswinckel, zoon van Simon Graswinckel en Agatha van der Goes, leefde van 1645- 1702. Hij was ongehuwd

477 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 4000 gulden door mr. Marten van Winde en diens echtgenote Joanna Hanneman voor mr. Adriaen Graswinckel. 1700 1 stuk In margine een aant. betr. een gedeeltelijke aflossing in 1708

478 Akte van overdracht van een akte van schuldbekentenis ten bedrage van 1403 gulden, uitgegeven in 1696 ten laste van Willem van Nobelaer, heer in Grijsoord enz., door de gevolmachtigde van diens crediteuren aan Adriaen Graswinckel ten overstaan van plaatsvervangend baljuw en schepenen van Sommelsdijk. Met bijlagen, 1701 en z.j. 1702 3 stukken

479 Akte van aangifte van het lijk van Adriaen Graswinckel bij de secretaris van Voorburg. 1702 1 stuk

480 Stukken betreffende de afwikkeling van de nalatenschap van mr. Adriaen Graswinckel. Met retroacte, 1698. 1705, 1707 en z.j. 1 omslag W Stukken van het geslacht Van Emingha.

W STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN EMINGHA. 1 Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum en Christina Genoveva van der Goes.

1 TIBERIUS PIPINUS VAN EMINGHA TOT GOUTUM EN CHRISTINA GENOVEVA VAN DER GOES. Tiberius of Tjepcke van Emingha tot Goutum, zoon van Sicke van Emingha en Frouck Tjepckesdr. Poppema Gerbranda van Aylva, huwde in 1705 als tweede echtgenote Christina Genoveva van der Goes, dochter van Cornelis van der Goes en Maria Graswinckel. Hun huwelijk was kinderloos. Hij overleed in 1733, zij in 1713 te Goutum

481 Akte van overeenkomst in verband met de nagelaten goederen van Christina Genoveva van der Goes tussen haar echtgenoot Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum enerzijds en haar vader Cornelis van der Goes en andere verwanten anderzijds, gesloten op de ridderhofstad Dever te Lisse. Met bijbehorende stukken, 1713 en 1714. 92 Cousebant 3.20.09

1713 3 stukken Y Stukken van het geslacht Heereman van Zuydtwijck.

Y STUKKEN VAN HET GESLACHT HEEREMAN VAN ZUYDTWIJCK. 1 Frederik Jacobus Heereman van Zuydtwijck en Agatha Maria van der Goes.

1 FREDERIK JACOBUS HEEREMAN VAN ZUYDTWIJCK EN AGATHA MARIA VAN DER GOES. Frederik Jacobus Heereman van Zuydtwijck, geboren in 1664 als zoon van Dirk Heereman van Zuydtwijck en Anna Ramp, huwde in 1697 Agatha Maria van der Goes, dochter van Cornelis van der Goes en Maria Graswinckel. Hij was heer van Zuydtwijck, Dever en Lisse en overleed in 1745. Zijn echtgenote overleed in of vóór 1702

482 Inventaris van goederen, door Frederik Jacob Heereman van Zuydtwijck aangebracht ter gelegenheid van zijn huwelijk met Agatha Maria van der Goes, opgemaakt op het Huis Meerenborgh. 1697 1 stuk

483 Inventaris van roerende goederen, aangekocht door Frederik Heereman van Zuydtwijck tijdens zijn huwelijk met Agatha Maria van der Goes en door hem opgemaakt voor zijn schoonvader Cornelis van der Goes in verband met de afwikkeling van haar nalatenschap. 1702 1 stuk 2 Silvester Andries Heereman van Zuydtwijck.

2 SILVESTER ANDRIES HEEREMAN VAN ZUYDTWIJCK. Silvester Andries Heereman van Zuydtwijck was een zoon van Frederik Heereman van Zuydtwijck en Agatha Maria van der Goes. Hij overleed ongehuwd te Utrecht in 1766

484 Stukken betreffende het beheer over de fideicommissaire goederen afkomstig van Cornelis van der Goes in de nalatenschap van Silvester Andries Heereman van Zuydtwijck, heer van Hagestein. 1766-1778 en z.j. 1 omslag Deze goederen vielen na zijn dood ten deel aan Floris Cousebant Z Stukken van het geslacht Van Cammingha.

Z STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN CAMMINGHA. 1 Gerrit Ferdinand van Cammingha en Henrietta Cornelia Veronica van Alckemade.

1 GERRIT FERDINAND VAN CAMMINGHA EN HENRIETTA CORNELIA VERONICA VAN ALCKEMADE. Gerrit Ferdinand van Cammingha, zoon van Valerius of Watze van Cammingha en Petronella Jacoba van Bueren, huwde in 1752 te Utrecht Henrietta Cornelia Veronica van Alckemade, geboren in 1716 als dochter van Florens Ignatius van Alckemade en Maria Theresia van der Goes. Zij overleed in 1753 te Mechelen; haar echtgenoot, die hertrouwde, pas in 1770

485 Attestatie omtrent de geboorte van Henrietta Cornelia Veronica van Alckemade in het jaar 1716 door de pastoor van Sassenheim. 1750 1 stuk Niet raadpleegbaar

486 Rekening van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes door haar echtgenoot Floris van Alckemade en mr. Jan Jacob van Dijckslooth als voogden ten behoeven van haar dochter Henrietta Cornelia van Alckemade. Afschrift. Met bijlagen, z.j. 1744 4 stukken Niet raadpleegbaar

487 Bewijs van aankoop van twee actien in de Franse Compagnie door Le Couteulx en Comp. te Parijs voor Henrietta van Alckemade te Utrecht. ca. 1750 1 stuk Niet raadpleegbaar 3.20.09 Cousebant 93

Aangetast door vocht

488 Testament van Henrietta van Alckemade te Utrecht, verleden voor de secretaris en twee schepenen van de vrije heerlijkheid Warmond. Met bijlage. 1751 2 stukken Niet raadpleegbaar

489 Huwelijkscontract van Gerrit van Cammingha met Henrietta van Alckemade, gesloten te Utrecht. Afschrift, 1753. 1752 1 stuk Zeer zwaar beschadigd, zie voor een afschrift inv. no. 490

490 Stukken betreffende de beheer over de fideicommissaire goederen afkomstig van Cornelis van der Goes in de nalatenschap van Henrietta van Alckemade met als vruchtgebruiker haar echtgenoot Gerrit van Cammingha. 1754-1792 1 omslag Deze goederen vielen na de dood van Gerrit van Cammingha in 1770 ten deel aan Floris Cousebant Deels zeer zwaar beschadigd

491 Attestatie omtrent de geboorte van Gerrit Ferdinand van Cammingha in het jaar 1715 te Bunnik door diens vader Valerius Vitus van Cammingha te Leeuwarden. 1755 1 stuk Vermoedelijk opgemaakt in verband met de rechten van Gerrit van Cammingha als vruchtgebruiker van de goederen van zijn echtgenote

492 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 6000 gulden door Floris van Alckemade en mr. Jan Jacob van Dijckslooth als voogden van Henrietta Cornelia Veronica van Alckemade en Agatha Margaretha van Alckemade voor mr. Jan Jacob van Westrenen en diens zoon mr. Jan André van Westrenen te Utrecht. Met bijgeschreven kwitanties betr. de aflossing, 1744 en 1763, en afzonderlijke kladaantekeningen, z.j. 1741 2 stukken AA Stukken van het geslacht Helmich alias Van Hellemijs van Welle.

AA STUKKEN VAN HET GESLACHT HELMICH ALIAS VAN HELLEMIJS VAN WELLE. 1a Adriaen Jansz. Helmich en Ghisbertgen Jan Ghisbertsz. Lachmontsdr.

1A ADRIAEN JANSZ. HELMICH EN GHISBERTGEN JAN GHISBERTSZ. LACHMONTSDR. Adriaen Jansz. Helmich, zoon van Jan Jansen Hellemijch van Oldenseel en Marichgen van Wijck, was gehuwd met Ghisbertgen Jan Ghisbertsz. Lachmontsdr, alias van Parijs, dochter van mr. Jan Gysbertsz. van Lachmont. Hij was schepen en raad van Utrecht en overleed in 1574, zijn echtgenote vóór 1560

493 Brieven van Johannes Adriani Helmichius alias Corythius, student te Leuven, aan diens vader Adrianus Helmichius te Utrecht betreffende zijn studie. 1556 2 stukken Reg. no. 326 en no. 328 Zie voor Johannes Helmichius Nieuw Ned. Biogr. Wb. III blz. 563

494 Akte van afstand van rechten op de nagelaten goederen van hun moeder Ghisbertgen Jan Ghisbertsz. Lachmontsdr. door Hendrik Jansz. Cock en diens echtgenote Susanna Adriaen Jansz. Helmichsdr. te Utrecht ten behoeve van hun vader Adriaen Jansz. Helmich. 1560 1 charter Reg. no. 353

495 Akte van afstand van rechten op de nagelaten goederen van Adriaen Jansz. Helmich door diens dochter Susanna ten behoeve van haar broeders en zusters, opgemaakt 94 Cousebant 3.20.09

te Utrecht. 1575 1 charter Reg. no. 469 2a Splinter Helmich en Herberta Splijtloff.

2A SPLINTER HELMICH EN HERBERTA SPLIJTLOFF. Splinter Helmich, geboren in 1545 als zoon van Adriaen Jansz. Helmich en Ghisbertgen Jan Ghisbertsz. Lachmontsdr., huwde in 1584 te Utrecht Herberta Splijtloff, geboren in 1560 als dochter van Helmich Splijtloff en Maria Adriana van Renesse van Wulven en Wylp. Hij was als hopman en kapitein in dienst der opstandelingen en overleed in 1589. Zijn weduwe hertrouwde in 1592 Geerlich Doys, burgemeester van Deventer, en overleed in 1626 Zie verder: R. Fruin: Journaal van Splinter Helmich, soldaat en later hopman in dienst van den lande, van 1572- 1589. Kroniek Hist. Gen. 1875, blz. 159 e.v. Idem: Verspr. Geschr. VII, blz. 238 Nieuw Ned. Biogr. Wb. III, blz. 562

496 Memorie van hopman Splinter Helmich mede namens zijn overste vrijheer thoe Hohensax en de overige hoplieden van het regiment aan de Landraad Beoosten Maze te Arnhem betreffende bezoldiging en fouragering van de troepen in Opper Gelre, met appointementen van de Landraad. 1583 1 stuk

497 Huwelijkscontract van Splinter Helmich met Herberta Splijtloff, gesloten te Utrecht. In duplo. 1584 2 charters Eén der charters dient als omslag voor een rekening van de nagelaten goederen van Hendrik van Alckemade van Berckenrode van 1692, zie inv. no. 356. De randen hiervan zijn afgeknipt In dorso van beide charters een kwitantie van Herberta Splijtloff betreffende een morgengave, 1584

498 Akte van aanstelling van Splinter Helmich tot commissaris-ordinaris van de monstering van het krijgsvolk der Verenigde Nederlanden met als standplaats Arnhem door Robert graaf van Leycester. 1587 1 charter

499 Akte van aanstelling van Claes van Tellicht tot vaandrig over drie compagnieën door kapitein Splinter Helmich, opgemaakt te Utrecht. 1589 1 stuk Dit stuk is vermoedelijk onder de bescheiden van Splinter Helmich blijven berusten

500 Oktrooi van het Hof van Utrecht voor Herberta Splijtloff, weduwe van Geerlich Doys, burgemeester van Deventer, en eerder van Splinter Helmich van Welle, kapitein over een compagnie voetknechten, om vrij te beschikken over haar leen- en eigen goederen. 1625 1 charter

501 Akte van protest aangaande de slepende scheiding van de nagelaten goederen van hun ouders door dr. Adriaen van Hellemijs van Welle te Utrecht, gericht tot diens halfbroeders Diderich en Geerlich Doys. 1626 1 stuk Beschadigd 3 Adriaen van Hellemijs van Welle en Elisabeth de Coninck.

3 ADRIAEN VAN HELLEMIJS VAN WELLE EN ELISABETH DE CONINCK. Mr. Adriaen van Hellemijs van Welle, zoon van Splinter Helmich en Herberta Splijtloff, huwde in 1618 te Utrecht Elisabeth de Coninck, dochter van Godert de Coninck en Johanna Splijtloff de oude. Hij was schepen van de stad Utrecht en raad in het Hof van Utrecht. Beide overleden in 1636 aan de pest Daar mr. Adriaen stadhouder was van de leengoederen van Anna, vrouwe van Assendelft enz., en 3.20.09 Cousebant 95

mede familieaangelegenheden behartigde van de geslachten De Coninck, Van Renesse van Van Reede zijn vermoedelijk enige archiefbescheiden in zijn sterfhuis achtergebleven van andere al dan niet verwante geslachten. Zie inv.no. 510 en 511

502-502.1 Bul tot licenciatus in beide rechten door de protonotarius en cancellarius van de universiteit van Angers verleend aan Hadrianus Splinter de Helmich uit Gelderland. Met afschrift, z.j. 1609 1 charter en 1 stuk Het charter is zwaar beschadigd 502 Bul 502.1 Afschrift.

503-503.1 Huwelijkscontract van Adriaen van Hellemijs van Welle met Elisabeth de Coninck, gesloten te Utrecht. Met bijlagen, (1618). 1618 1 charter en 3 stukken De bijlagen zijn zeer zwaar beschadigd 503 Charter 503.1 Overige stuk(ken)

504 Akte van begeving van een plaats en prebende in het convent van St. Servaes te Utrecht door edelen en ridderschap van Utrecht aan Elisabeth de Coninck. 1607 1 stuk

505 Akte van aanstelling van Adriaen van Hellemijs van Welle tot stadhouder over haar leengoederen door Anna, vrouwe van Assendelft enz., weduwe van Gerrit van Renesse van der Aa. 1617 1 charter

506-506.1 Octrooi van Anna, vrouwe van Assendelft enz., weduwe van de heer Van der Aa enz., voor Adriaen van Hellemijs van Welle om vrij te beschikken over zijn leengoederen, behorende tot de huizen en heerlijkheden van Assendelft, Haarlem en Van der Aa. Met afschrift van 1644. 1618 1 charter en 1 stuk 506 Octrooi 506.1 Afschrift.

507 Brief van Cornelis van Abcoude van Meerten te Amersfoort aan diens neef Adriaen van Hellemijs van Welle, schepen van Utrecht, betreffende de bekleding van een magistraatspost. 1624 1 stuk

508 Akte van aanstelling van mr. Adriaen van Hellemijs van Welle, schepen te Utrecht, tot beheerder over haar geestelijke goederen door Anna, vrouwe van Assendelft enz., weduwe van de heer van Renesse van der Aa. 1625 1 stuk

509 Akte van volmacht tot het doen van leenhulde ten overstaan van de Leenhof van Utrecht door Nicolaas van Renesse van Elderen voor mr. Adriaen van Hellemijs van Welle ten behoeve van de kinderen van eerstgenoemde, nagelaten bij wijlen Agnes van Renesse van der Aa. 1634 1 stuk

510 Brief van Adriaen van Winssen aan de raadsheer Van Hellemijs van Welle te Utrecht betreffende het terugzenden van bescheiden van de geslachten Van Reede, Van Nijenrode en De Coninck. 96 Cousebant 3.20.09

1634 1 stuk

511 Ontvangstbewijs van bescheiden door de gevolmachtigde van Nicolaas van Renesse, heer van Assendelft enz., gelicht ten sterfhuize van Adriaen van Hellemijs van Welle uit handen van Johan de Coninck als voogd van diens onmondige kinderen. 1637 1 stuk 4a Herman van Hellemijs van Welle en Maria van den Wolde.

4A HERMAN VAN HELLEMIJS VAN WELLE EN MARIA VAN DEN WOLDE. Herman of Harman van Hellemijs van Welle, zoon van mr. Adriaen van Hellemijs van Welle en Elisabeth de Coninck, huwde in 1641 te Utrecht Maria van den Wolde, geboren in 1618 als dochter van Johan van den Wolde, schepen de Dordrecht, en Hester Flenshoorn. Hij was kapitein van een Fries regiment

512-512.1 Akte van begeving van de vicarie op het altaar van St. Catharina in de St. Pieterskerk te Leiden door Anna, vrouwe van Assendelft enz., weduwe van de heer Van der Aa enz., als collatrix aan mr. Adriaen van Hellemijs van Welle, schepen te Utrecht, ten behoeve van diens oudste onmondige zoon Herman. Met afschrift, z.j. 1625 1 charter en 1 stuk 512 Akte van begeving 512.1 Afschrift.

513 Huwelijkscontract van Herman van Hellemijs van Welle met Maria van den Wolde, gesloten te Utrecht. Notarieel afschrift, 1641. 1641 1 charter Met het uithangend zegel van de notaris

514 Oktrooi van het Hof van Utrecht voor Herman van Hellemijs van Welle en diens echtgenote Maria van den Wolde om vrij te beschikken over hun leengoederen. 1647 1 charter

515 Akte van aanstelling van Harmen van Hellemijs van Welle tot kapitein over een compagnie ter repartitie van de Staten van Friesland door de Staten-Generaal. 1672 1 charter Met aant. in dorso betr. de aflegging van de eed voor de Raad van State, 1672 5 Adriaen van Hellemijs van Welle.

5 ADRIAEN VAN HELLEMIJS VAN WELLE. Adriaen van Hellemijs van Welle was een zoon van Herman van Hellemijs van Welle en Maria van den Wolde. Hij was ritmeester over een compagnie cavelerie ter repartitie van de Staten van Friesland en overleed vermoedelijk ongehuwd omstreeks 1680

516 Akte van begeving van de vicarie op het altaar van St. Thomas in de kapittelkerk van St. Jan Baptist te Wijk bij Duurstede door Peter Ernst van Abcoude van Meerten als collator aan Herman van Hellemijs van Welle ten behoeve van diens onmondige zoon Adriaen. Met retroacte van 1650 en bijbehorende stukken van 1659. 1659 1 omslag

517.1-517.2 Akten van aanstelling van Adriaen van Hellemijs van Welle tot ritmeester over een compagnie cavelerie ter repartitie van de Staten van Friesland door stadhouder en gedeputeerden van de Staten van Friesland alsmede door de Staten-Generaal. 1673 2 charters Met in dorso van beide charters aant. betr. de aflegging van de eed voor de Staten van Friesland en de Raad van State, 1673 517.1 Akte Staten van Friesland 517.2 Akte Staten-Generaal 3.20.09 Cousebant 97

518 Testament van Adriaen van Hellemijs van Welle, kapitein van een regiment onder de stadhouder van Friesland, opgemaakt te Brugge. 1680 1 stuk 1b Cornelia Jan Helmichdr. en Clement Alartsz. Verborch.

1B CORNELIA JAN HELMICHDR. EN CLEMENT ALARTSZ. VERBORCH. Zie onder het geslacht Verborch 1c Adriana Jan Helmichdr. en Gysbert Splintersz. van Nijenrode.

1C ADRIANA JAN HELMICHDR. EN GYSBERT SPLINTERSZ. VAN NIJENRODE. Zie onder het geslacht Van Nijenrode 2b Wernerus Helmichius.

2B WERNERUS HELMICHIUS. Werner Helmich, geboren in 1551 te Utrecht als zoon van Adriaen Jansz. Helmich en Ghisbertgen Jan Ghisbertsz. Lachmontsdr., werd na een studie te Geneve onder Beza predikant te Frankfort, Utrecht, Leiden, Delft en Amsterdam. In laatstgenoemde plaats was hij tevens hoogleraar in de theologie. Hij huwde in 1580 Elisabeth van Zuylen van der Haer, dochter van Adriaen van Zuylen, deken van St. Jan te Utrecht, en Cornelia de Wijs. In 1588 vervulde hij met de predikant Sopingius een gezantschapsreis naar koningin Elisabeth van Engeland in verband met vredesonderhandelingen met Spanje. Hij overleed in 1608, zijn echtgenote in 1626 Zie verder Biogr. Wb. voor Prot. Godgeleerden in Ned. III blz. 646 en Nieuwe Ned. Biogr. Wb. III blz. 564

519 Attestatie van Joannes Crispinus en Theodorus Beza betreffende de studie van Wernerus Helmichius te Geneve. 1571 1 stuk Reg. no. 429

520 Missive houdende beroep van de Gereformeerde kerk van Brussel op Wernerus Helmichius, predikant te Frankfort. 1578 1 stuk Reg. no. 529

521 Brief van Petrus Dathenus te Antwerpen aan de broeders in den lande met verzoek om Wernerus Helmichius tijdens diens visitatiereis welwillend te ontvangen. 1578 1 stuk Reg. no. 531

522 Missiven van ouderlingen, diakenen en het consistorie van de Gereformeerde kerk van Utrecht alsmede van de magistraat van de stad Utrecht aan Wernerus Helmichius, predikant te Frankfort, en aan ouderlingen, diakenen en de kerkeraad van de Gereformeerde kerk van Frankfort betreffende een beroep naar eerstgenoemde stad. 1578-1579 5 stukken Reg. no. 532 no. 534 no. 545 no. 547 en no. 574

523 Attestatie van predikant en ouderlingen van de Gereformeerde kerk van Frankfort betreffende het predikantschap van Wernerus Helmichius te Frankfort. 1579 1 stuk Reg. no. 577

524 Missive houdende beroep van de Gereformeerde kerk van Leiden op Wernerus Helmichius, predikant te Utrecht. 1581 1 stuk

525 Akten van volmacht van de magistraat van de stad Utrecht alsmede van predikanten en ouderlingen van de Gereformeerde kerk van Utrecht voor Wernerus 98 Cousebant 3.20.09

Helmichius om in Friesland of elders een rector voor de Latijnse of St. Hieronymusschool te Utrecht aan te werven. 1586 2 stukken

526 Minuut van een vertoog van de predikanten Wernerus Helmichius en Johannes Uutenbogaert namens de kerkeraad van Utrecht aan de magistraat der stad Utrecht over een verordening van het stadsbestuur inzake het houden van kerkelijke vergaderingen. 1588 1 stuk

527 Minuut-verbaal omtrent de legatie van Wernerus Helmichius en Nicolaus Sopingius, predikanten te Utrecht en gedeputeerden van de Gereformeerde kerken van Gelderland, Utrecht, Friesland en Overijssel, benevens van Daniel Dedien, gedeputeerde van de Gereformeerde kerken van Zeeland, naar koningin Elisabeth van Engeland te Richmond om in het belang der Gereformeerde religie vredesonderhandelingen met Spanje te ontraden. Met minuut-rekest van de gedeputeerden der kerken aan koningin Elisabeth alsmede met een ontwerp- instructie van de predikanten van Gelderland voor de gedeputeerden, z.j. 1588 3 stukken

528 Attestatien van predikanten en ouderlingen van de classis Delft en Delfland, van predikanten, ouderlingen en diakenen van de Gereformeerde kerk van Delft alsmede van de magistraat van Delft betreffende het predikantschap van Wernerus Helmichius in hun stad gedurende twaalf jaar, afgegeven vanwege zijn beroep naar Amsterdam. 1602 3 stukken

529 Staat houdende opbrengst van te Leiden geveilde boeken van wijlen Wernerus Helmichius. 1609 1 stuk 4b Gijsberta van Hellemijs van Welle en Johan van den Wolde.

4B GIJSBERTA VAN HELLEMIJS VAN WELLE EN JOHAN VAN DEN WOLDE. Zie onder het geslacht Van den Wolde BB Stukken van het geslacht Splijtloff.

BB STUKKEN VAN HET GESLACHT SPLIJTLOFF. 1 Helmich Splijtloff.

1 HELMICH SPLIJTLOFF. Dr. Helmich Splijtloff, zoon van Herbert Splijtloff Johansz. en Machtelt Closson, huwde in 1558 Maria Adriaen van Renesse van Wulven en Wylp en vervolgens Anna van Abcoude van Meerten van Essesteyn. Hij was burgemeester van Zwolle en overleed in 1575

530 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van dr. Helmich Splijtloff, leenroerig aan de abdis van Essen en liggende te Assendorp, Spoolde en de Luire, tussen diens dochters Herberta, weduwe van Splinter Helmich, Marie, Anna, Elisabeth, Swaene, Johanna de oude en Johanna de jonge enerzijds en Alijd Buis, weduwe van Johan Geertsen, en haar kinderen anderzijds. 1592 1 charter 2 Johanna Splijtloff en Godert de Coninck.

2 JOHANNA SPLIJTLOFF EN GODERT DE CONINCK. Zie onder het geslacht De Coninck 3.20.09 Cousebant 99

CC Stukken van het geslacht De Coninck.

CC STUKKEN VAN HET GESLACHT DE CONINCK. 1 Godert de Coninck en Johanna Gijsbertsdr. van Nijenrode.

1 GODERT DE CONINCK EN JOHANNA GIJSBERTSDR. VAN NIJENRODE. Godert de Coninck, zoon van Jan de Coninck en Johanna van Drakenburch, huwde eerst Mechtelt Jansdr. Uytenham en vervolgens Johanna van Nijenrode Gijsbertsdr., dochter van Gijsbert van Nijenrode en Geertruyd Taets van Amerongen. Zijn tweede huwelijk was kinderloos. Hij was in 1494 schepen en in 1525 burgemeester van Utrecht. In 1528 werd hij onthoofd

531 Akte van toewijzing van een lijfrente uit de opbrengsten van zijn leengoed Langenoorde door Godert de Coninck aan diens echtgenote Johanna Gijsbertsdr. van Nijenrode. 1526 1 charter Reg. no. 221 2 Saris de Coninck.

2 SARIS DE CONINCK. Saris of Alexander de Coninck, zoon van Godert de Conink en Mechtelt Jansdr. Uytenham, huwde in 1529 Beatrix van Wijck, weduwe van Gijsbert van Coeverden, en vervolgens in 1541 Anna Pompejusdr. van Occo, weduwe van Hayo Hompen. Hij was in 1545 burgemeester van Utrecht en overleed in 1575

532 Akte van verkoop van een erfrente ten bedrage van ruim 8 carolus gulden per jaar door Saris de Coninck aan Jan van Swoll, te lossen met een hoofdsom van 148 1/2 carolus gulden. 1540 1 charter Reg. no. 262 Vermoedelijk is deze akte blijven berusten onder de bescheiden van Saris de Coninck 3a Godert de Coninck en Johanna Splijtloff.

3A GODERT DE CONINCK EN JOHANNA SPLIJTLOFF. Godert Alexandersz. de Coninck, zoon van Saris de Coninck, huwde in 1566 Harmanna van Zuylen en vervolgens in 1602 Johanna Splijtloff de oude, dochter van dr. Helmich Splijtloff en Maria Adriaen van Renesse van Wulven en Wylp. In 1603 was hij schepen der stad Utrecht en raad bij de admiraliteit te Rotterdam. Hij overleed in 1625, zijn tweede echtgenote in 1637

533 Rekest van Bernt de Coninck en zijn broeder Alphart de Coninck aan de Staten van Utrecht om hun neef Godert de Coninck tot lid der Staten aan te wijzen. 1593 1 stuk Blijkens aant. in dorso is Godert in 1593 "raed t'Utrecht" geworden

534 Minuut-rekesten van Godert de Coninck aan het Hof van Utrecht om zijn zuster Godefrida te manen de overdracht van goederen aan Jacob van Coeverden te niet te doen en hem de goederen behorende tot zijn erfdeel van zijn zuster Cornelia over te dragen. ca. 1610 1 stuk

535 Testament van Godert de Coninck, echtgenoot van Johanna Splijtloff. Met bijgeschreven akten, 1623 en 1625. Notarieel afschrift, z.j. 1620 1 stuk 3b Godefrida Saris de Coninck en Frederik van Zuylen van Nyevelt.

3B GODEFRIDA SARIS DE CONINCK EN FREDERIK VAN ZUYLEN VAN NYEVELT. Zie onder het geslacht Van Zuylen van Nyevelt 3c Cornelia Saris de Coninck en Dirk Cuebel.

3C CORNELIA SARIS DE CONINCK EN DIRK CUEBEL. Zie onder het geslacht Cuebel 100 Cousebant 3.20.09

DD Stukken van het geslacht van Zuylen van Nyevelt.

DD STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN ZUYLEN VAN NYEVELT. 1 Frederik van Zuylen van Nyevelt en Godefrida Saris de Coninck.

1 FREDERIK VAN ZUYLEN VAN NYEVELT EN GODEFRIDA SARIS DE CONINCK. Frederik van Zuylen van Nyevelt was gehuwd met Godefrida de Coninck, dochter van Saris de Coninck en Beatrix van Wijck. Hij overleed in 1597

536 Testament van Frederik van Zuylen van Nyevelt en diens echtgenote Godefrida de Coninck, opgemaakt te Utrecht. Notarieel afschrift, 1598. 1584 1 stuk Vermoedelijk is het stuk afgeschreven ter gelegenheid van de boedelscheiding van hun nagelaten goederen EE Stukken van het geslacht Cuebel.

EE STUKKEN VAN HET GESLACHT CUEBEL. 1 Dirk Cuebel en Cornelia Saris de Coninck.

1 DIRK CUEBEL EN CORNELIA SARIS DE CONINCK. Dirk Cuebel was gehuwd met Cornelia de Coninck, dochter van Saris de Coninck en Beatrix van Wijck. Hij was baljuw van 's-Gravenhage. Zijn echtgenote overleed als weduwe omstreeks 1603, vermoedelijk te Rotterdam

537 Testament van Cornelia Saris de Coninck, weduwe van Dirk Cuebel, opgemaakt te Rotterdam. 1603 1 stuk FF Stukken van het geslacht Van den Wolde.

FF STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN DEN WOLDE. 1 Johan van den Wolde en Gijsberta van Hellemijs van Welle.

1 JOHAN VAN DEN WOLDE EN GIJSBERTA VAN HELLEMIJS VAN WELLE. Johan van den Wolde, geboren in 1621 als zoon van Johan van den Wolde, schepen te Dordrecht, en Hester Flenshorn, huwde in 1640 te Utrecht Gijsberta van Hellemijs van Welle, dochter van Adriaen van Hellemijs van Welle en Elisabeth de Coninck. Beiden overleden in 1645 te Utrecht

538 Bul tot licenciatus in de beide rechten door de consularius van de universiteit van Angers verleend aan Johan van den Wolde uit Dordrecht. 1636 1 charter Met in dorso aant. betr. de aflegging van de eed als advocaat voor het Hof van Holland, 1636

539 Huwelijkscontract van mr. Johan van den Wolde met Gijsberta van Hellemijs van Welle, gesloten te Utrecht. 1640 1 stuk GG Stukken uit het geslacht Verborch.

GG STUKKEN UIT HET GESLACHT VERBORCH. 1 Clement Alartsz. Verborch en Cornelia Jan Helmichdr.

1 CLEMENT ALARTSZ. VERBORCH EN CORNELIA JAN HELMICHDR. Clement Alartsz. Verborch huwde in 1561 Cornelia Jan Helmichdr. Vermoedelijk was zij een dochter van Jan Jansen Hellemijch van Oldenseel en Marichen van Wijck

540 Concept-huwelijkscontract van Clement Alartsz. Verborch met Cornelia Jan Helmichdr. opgesteld door z.g. maaksmannen of huwelijksluiden. 1561 1 stuk Reg. no. 360 HH Stukken van het geslacht Van Nijenrode.

HH STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN NIJENRODE. Het is aannemelijk dat Gijsbert Splintersz. van Nijenrode een zoon was van Splinter van Nijenrode en Anna Engbertsdr. van Natewisch en dat door zijn huwelijk met Adriana Jan Helmichdr. de stukken van het geslacht Van Nijenrode en de aanverwante geslachten Van Voerde, Van Sasse, Van Ratingen, Van Renesse van Wulven en Van Reede aan het geslacht Van Hellemijs van Welle zijn gekomen 3.20.09 Cousebant 101

1 Splinter van Nijenrode en Johanna van Beieren.

1 SPLINTER VAN NIJENRODE EN JOHANNA VAN BEIEREN. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 2a Johan van Nijenrode en Geertruyd van Oye.

2A JOHAN VAN NIJENRODE EN GEERTRUYD VAN OYE. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 3a Splinter van Nijenrode en Anna Engbertsdr. van Zuylen van Natewisch.

3A SPLINTER VAN NIJENRODE EN ANNA ENGBERTSDR. VAN ZUYLEN VAN NATEWISCH. Splinter van Nijenrode, zoon van Johan van Nijenrode en Geertruyd van Oye, huwde Anna Engbertsdr. van Zuylen van Natewisch, dochter van Engelbert van Zuylen van Natewisch en Margriet Engbertsdr. Swaning. Hij overleed in 1531, zijn echtgenote in 1557

541 Akte van verzoening tussen Splinter van Nijenrode en diens echtgenote Anna Engbertsdr. van Zuylen, opgemaakt door verwanten. 1517 1 charter Reg. no. 206 4a Egbert van Nijenrode en Mabelia van Rodenburg.

4A EGBERT VAN NIJENRODE EN MABELIA VAN RODENBURG. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig Zie voor verwanten van Mabelia van Rodenburg onder de geslachten Van Voerde, Van Sasse en Van Ratigen 4b Gijsbert van Nijenrode en Adriana Jan Helmichdr.

4B GIJSBERT VAN NIJENRODE EN ADRIANA JAN HELMICHDR. Gijsbert van Nijenrode, zoon van Splinter van Nijenrode en Anna Engbertsdr. van Natewisch, huwde Adriana Jan Helmichdr., dochter van Jan Jansen Hellemijch van Oldenseel en Marichen van Wijck

542 Akte van voogdijschap over Gerrit Eernstensz. door Gijsbert Splintersz. van Nijenrode en diens echtgenote Adriana Jan Helmichdr. voor mr. Cornelis Cornelisz., opgemaakt te Utrecht. Gecasseerd. 1565 1 charter Reg. no. 371 Met aant. in dorso: Mr. Cornelis Cornelisz. organist

543 Conceptakte van schout en schepenen van Vreeswijk, anders genoemd "Die Vaert", betreffende een erfpacht van 37 1/2 carolus gulden per jaar met een hoofdsom van 600 carolus gulden, rustende op de helft van 5 morgen land "in 't cleyn Vuylcoop" gelegen tussen de Schalkwijker wetering en de "Hoon", door Gijsbert van Nijenrode en diens echtgenote Adriana Jan Helmichdr. voor Jan Willemsz. "opte Heemstede". 1569 1 stuk 2b Gijsbert van Nijenrode, Beatrix van Zuylen van Nyevelt en Geertruyd Taets van Amerongen.

2B GIJSBERT VAN NIJENRODE, BEATRIX VAN ZUYLEN VAN NYEVELT EN GEERTRUYD TAETS VAN AMERONGEN. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 3b Eernst van Nijenrode en Margaretha van Renesse van Wulven.

3B EERNST VAN NIJENRODE EN MARGARETHA VAN RENESSE VAN WULVEN. Eernst van Nijenrode, zoon van Gijsbert van Nijenrode en Beatrix van Zuylen van Nyevelt of Geertruyd Taets van Amerongen, huwde omstreeks 1525 Margaretha van Renesse van Wulven, dochter van Jan van Renesse van Wulven en Alijt Freys van Kuinre. In 1548 was hij burgemeester van Utrecht en in 1549 heer van Zuylensteyn. Hij overleed in 1558

544 Akte van volmacht van Eernst van Nijenrode voor Aert Roelofsz. van Volpen te Utrecht tot het doen van leenhulde ten overstaan van het leenhof van Gelre en Zutfen. 1556 1 charter Vermoedelijk is de akte door Aert Roelofsz. aan Eernst van Nijenrode teruggegeven 102 Cousebant 3.20.09

4c Geertruyd van Nijenrode en Goert van Reede.

4C GEERTRUYD VAN NIJENRODE EN GOERT VAN REEDE. Zie onder het geslacht Van Reede JJ Stukken van het geslacht Van Voerde.

JJ STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN VOERDE. 1 Godert de Coninck van Voerde en Baten van Anxster.

1 GODERT DE CONINCK VAN VOERDE EN BATEN VAN ANXSTER. Godert de Coninck van Voerde, zoon van Frederik van Voerde en Geertruyd de Coninck, huwde in 1434 Baten of Beatrix van Anxster, dochter van Heinric van Anxster. Het echtpaar woonde vermoedelijk te Utrecht

545 Huwelijkscontract van Godert de Coninck van Voerde met Baten van Anxster, opgesteld door z.g. maaksmannen of huwelijksluiden. 1434 1 charter Reg. no. 86 Hun dochter Mabelia was gehuwd met Alferd van Rodenburg Johansz. KK Stukken van het geslacht Van Sasse.

KK STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN SASSE. 1 Gijsbert van Sasse en Jacoba N.N.

1 GIJSBERT VAN SASSE EN JACOBA N.N. Gijsbert van Sasse, zoon van Gerrit van Sasse, huwde zekere Jacoba. Hij was houtkoper te Utrecht en in 1478 en volgende jaren magistraat der stad. Hij overleed in 1509, zijn echtgenote in 1515

546 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Gijsbert van Sasse en diens echtgenote Jacoba door de weduwe van Lambrecht Snoey enerzijds en hun kleinkinderen Frederik, Gijsbert en Belie van Rodenburg, gehuwd met Egbert van Nijenrode, anderzijds. 1546 1 charter Reg. no. 291 De boedelscheiding betreft mede de nagelaten goederen van Digna van Sasse Gijsbertsdr. LL Stukken van het geslacht Van Ratingen.

LL STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN RATINGEN. 1 Gerrit van Ratingen en Theodorica van Rodenburg.

1 GERRIT VAN RATINGEN EN THEODORICA VAN RODENBURG. Gerrit van Ratingen huwde in 1565 Theodorica van Rodenburg, dochter van Gijsbert van Rodenburg en Petronella Corffs

547 Huwelijkscontract van Gerrit van Ratingen met Theodorica van Rodenburg, opgesteld door z.g. maaksmannen of huwelijksluiden. Afschrift z.j. 1565 1 stuk Reg. no. 372

548 Minuut van een rechtskundig vertoog ten behoeve van de familie Van Rodenburg als gedaagden in hun proces tegen de familie Van Hoen als eisers over de nagelaten goederen van Theodorica van Rodenburg. na 12 oktober 1603 1 stuk MM Stukken van het geslacht Van Renesse van Wulven.

MM STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN RENESSE VAN WULVEN. 1 Jan van Renesse van Wulven en Alijt Freys van Kuinre.

1 JAN VAN RENESSE VAN WULVEN EN ALIJT FREYS VAN KUINRE. Jan van Renesse van Wulven, geboren in 1470, huwde in 1497 Alijt Freys van Kuinre, vrouwe van Wylp. Hij overleed in 1535, zijn echtgenote in 1530. Zij waren de schoonouders van Eernst van Nijenrode

549 Akte van volmacht tot verheffing van leengoederen in Zeeland door Jan van Renesse en diens broeders aan Jan Block, opgemaakt te Utrecht. 3.20.09 Cousebant 103

1497 1 charter Reg. no. 170 Vermoedelijk is deze akte door Jan Block aan Jan van Renesse teruggegeven NN Stukken van het geslacht Van Reede.

NN STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN REEDE. 1 Goert van Reede en Geertruyd van Nijenrode.

1 GOERT VAN REEDE EN GEERTRUYD VAN NIJENRODE. Goert van Reede, geboren in 1516 als zoon van Adriaen van Reede en Lucie van Goer te Oldenzaal, huwde in 1544 Geertruyd van Nijenrode, geboren in 1525 als dochter van Eernst van Nijenrode en Margaretha van Renesse van Wulven. Hij was heer van Saesfelt, Amerongen, Zuylensteyn enz. Hij overleed in 1585, zijn echtgenote in 1605. Beiden werden begraven te Amerongen

550 Huwelijkscontract van Goert van Reede met Geertruyd van Nijenrode. 1544 1 charter Reg. no. 278

551 Akte van belening voor koning Philips II van Goert van Reede met goederen in Twente. 1570 1 charter Reg. no. 427 Het charter is gebruikt als omslag voor een afschrift van het testament van 1686 van Hendrik van Alckemade van Berckenrode van 1690. De rechterhelft is afgeknipt. Zie inv. no. 360

552.1-552.2 Akten van overeenkomst tussen Adriaen van Reede en Frederik van Reede alsmede tussen Adriaen van Reede en Gerrit van Reede betreffende een nadere verdeling van de goederen van hun ouders wijlen Goert van Reede en Geertruyd van Nijenrode. 1590 2 charters 552.1 1590 mei 1 552.2 1590 mei 7 VIII Stukken van het geslacht Van Wijk en aanverwante geslachten.

VIII STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN WIJK EN AANVERWANTE GESLACHTEN. Daar Floris Cousebant enig erfgenaam was van zijn verre achterneef Hendrik van Wijk, zijn deze stukken aan het geslacht Cousebant gekomen A Stukken van het geslacht Van Wijk.

A STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN WIJK. 1 Hendrik van Wijk en Apolonia de Graeff.

1 HENDRIK VAN WIJK EN APOLONIA DE GRAEFF.

553 Akte van afstand van rechten op hun aandeel in de nalatenschap van Pieter de Graeff door mr. Johan de Graeff enerzijds en Gerrit van Egmond van der Nienburgh, burgemeester van Alkmaar, en Cornelis van Egmond van der Nienburgh, heer van Vleuten, zonen van wijlen Catharina de Graeff, anderzijds ten behoeve van Apolonia de Graeff, weduwe van Hendrik van Wijk, opgemaakt te Alkmaar. 1692 1 stuk 2 Matthias van Wijk en Maria Theresia Cousebant.

2 MATTHIAS VAN WIJK EN MARIA THERESIA COUSEBANT. Matthias van Wijk, enige zoon van Hendrik van Wijk en Apolonia de Graeff te Alkmaar, huwde in 1701 Maria Theresia Cousebant, dochter van Cornelis Cousebant en Geertruyd Baanhuys te Enkhuizen

554 Kwitantie ten bedrage van 2000 gulden ten behoeve van een student in de filosofie of theologie door provisoren van het college van de "Schoone Lie Vrou" te Leuven voor Matthias van Wijk. 1689 1 stuk

555 Bul tot doctor in de beide rechten door rector en professoren van de universiteit 104 Cousebant 3.20.09

van Utrecht verleend aan Matthias Henricus van Wijk uit Beverwijk. 1689 1 charter Met in dorso aant. betr. de aflegging van de eed als advocaat voor de raad en het leenhof van Brabant en de Landen van Overmaze, 1689

556 Huwelijkscontract van Matthias van Wijk te Alkmaar met Maria Theresia Cousebant te Enkhuizen. Met bijbehorende akte. 1701 2 stukken

557 Memorie betreffende het betalen van successierechten op de nagelaten goederen van Sara Caspers, bejaarde dochter te Beverwijk, door haar enig erfgenaam Hendrik van Wijk bij de secretaris van Beverwijk. Afschrift, 1734. 1663 1 stuk Niet raadpleegbaar Afgeschreven uit het register van de 20e penning der stad Beverwijk, vermoedelijk ten behoeve van Matthias van Wijk Zeer zwaar beschadigd

558 Stukken betreffende de uitvaart van Maria Theresia Cousebant, echtgenote van Matthias van Wijk te Alkmaar. 1751 3 stukken Niet raadpleegbaar 3 Hendrik van Wijk.

3 HENDRIK VAN WIJK. Hendrik van Wijk, enige zoon van Matthias van Wijk en Maria Theresia Cousebant, overleed ongehuwd in 1778. Zijn enig erfgenaam was Floris Cousebant

559 Akte van verkoop van drie obligatien ten bedrage van 2100, 1000 en nogmaals 1000 gulden door Daniel Carel de Dieu, gevolmachtigde van zijn echtgenote Maria Eva van Foreest, aan Hendrik van Wijk te Alkmaar. Met bijbehorende stukken, 1775. 1776 4 stukken

560 Testamenten van Hendrik van Wijk, opgemaakt te Alkmaar. 1770 en 1778 2 stukken Met op de akte van 1778 de aant.: Exhibitum ter weeskamer der stad Alkmaar den 7 augustus 1778

561 Kwitantie van de secretaris van Alkmaar voor Floris Cousebant en de overige executeurs van het testament van Hendrik van Wijk inzake ontvangen successierechten op diens nagelaten goederen. 1779 1 stuk

562 Rekening van de nagelaten goederen van Hendrik van Wijk door Jan Pieter Goudsblom voor Johan Michael de Graaf, rentmeester van Floris Cousebant, afgehoord ten overstaan van Cornelis van Oostveen, notaris te Alkmaar. 1785 1 deel B Stukken van het geslacht De Graeff.

B STUKKEN VAN HET GESLACHT DE GRAEFF. 1a-1b Jan de Graeff, diens echtgenote Agneta ter Laak en diens broeder Pieter de Graeff.

1A-1B JAN DE GRAEFF, DIENS ECHTGENOTE AGNETA TER LAAK EN DIENS BROEDER PIETER DE GRAEFF. Jan de Graeff overleed in 1751, zijn broeder Pieter de Graeff in 1760 of kort daarvoor. Beiden waren vermoedelijk zonen van Pieter de Graeff.. Agneta ter Laak overleed als weduwe van eerstgenoemde omstreeks 1765. Allen woonden te Alkmaar

563 Testament van Jan de Graeff en diens echtgenote Agneta ter Laak, opgemaakt te 3.20.09 Cousebant 105

Alkmaar. 1751 1 stuk Niet raadpleegbaar

564 Testament van Pieter de Graeff en diens schoonzuster Agneta ter Laak, weduwe van Jan de Graeff, opgemaakt te Alkmaar. 1751 1 stuk Hierin is Hendrik van Wijk onder meer erfgenaam van een gedeelte van de Noorder- en Zuider duinen onder Schoorl

565 Kwitantie van de secretaris van Alkmaar voor Agneta ter Laak, weduwe van Jan de Graeff, inzake ontvangen successierechten op de nagelaten goederen van haar zwager Pieter de Graeff. 1760 1 stuk

566 Kwitantie van de secretaris van Alkmaar voor de executeurs van Agneta ter Laak, weduwe van Jan de Graeff, inzake ontvangen successierechten op haar nagelaten goederen. 1766 1 stuk Niet raadpleegbaar C Stukken van het geslacht Van Dashorst.

C STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN DASHORST. 1 Johannes van Dashorst de jonge en Johanna Barbera Cameij.

1 JOHANNES VAN DASHORST DE JONGE EN JOHANNA BARBERA CAMEIJ.

567 Testament van Johanna Barbera Cameij, weduwe van Johannes van Dashorst de jonge, opgemaakt te Enkhuizen. 1721 1 stuk Niet raadpleegbaar Haar enig erfgenaam was haar nicht Maria Theresia Cousebant, echtgenote van mr. Matthias van Wijk 106 Cousebant 3.20.09

Tweede Hoofdafdeling. Goederenbezit

TWEEDE HOOFDAFDELING. GOEDERENBEZIT Deze hoofdafdeling betreft stukken betreffende adellijke huizen, heerlijkheden, stichtingen en verdere goederen van de familie Cousebant en aanverwante geslachten. De stukken betreffende boedelscheiding zijn geplaatst in de eerste hoofdafdeling, ook als hierbij onroerende goederen zijn I Stukken betreffende goederenbezit in het algemeen.

I STUKKEN BETREFFENDE GOEDERENBEZIT IN HET ALGEMEEN. A Blaffaards van het geslacht Cousebant.

A BLAFFAARDS VAN HET GESLACHT COUSEBANT.

568 "Capitaelboeck van Frederick Cousebant beginnende Anno 1663": blaffaard van onroerende goederen gelegen in de omgeving van Haarlem; met inkomsten uit renten en obligaties, opgemaakt door Frederik Cousebant en diens erfgenamen. 1663-1718 1 deel Achterin aant. betr. a) geboorte, huwelijk en overlijden van diverse familieleden, lopende van 1660-1725 b) aankoop van een stoel in het H. Kerstmisgilde te Haarlem, 1669 c) grafsteden in de Grote Kerk te Haarlem en in de kerk te Bovenkarspel d) de prijs van kaas over de jaren 1663-1683

569 Blaffaard van onroerende goederen gelegen in Holland en Friesland; met inkomsten uit renten en obligaties, opgemaakt door Francois Bernard Cousebant. 1734-1759 1 deel Met enkele los inliggende bijlagen

570 Blaffaard van onroerende goederen gelegen in Holland en de Baronie van Breda; met inkomsten uit renten en obligaties, vermoedelijk opgemaakt door Francois Bernard Cousebant. 1757-1760 1 deel Niet raadpleegbaar

571 "Livre de Compte": blaffaard van onroerende goederen gelegen in Holland, Zeeland, de Baronie van Breda en Friesland; met inkomsten uit renten en obligaties, opgemaakt door Florentius Justus Franciscus Cousebant. 1759-1785 1 deel Voorin aant. betr. het Huis Oud-Alckemade Achterin aant. betr. geboorte, huwelijk en overlijden van enkele naaste familieleden, lopende van 1709-1735 B Blaffaards van het geslacht Emonds.

B BLAFFAARDS VAN HET GESLACHT EMONDS.

572 "Staetboeck ofte Memoriael --": blaffaard van onroerende goederen gelegen te 's- Gravenhage, in de Langstraat en de Baronie van Breda; met inkomsten uit kapitaal, opgemaakt door Pieter Emonds en diens dochter Maria Catharina Emonds. 1721-1734 1 deel De folio's, die de goederen bevatten, welke ten deel zijn gevallen aan Cornelia Josina Emonds en haar echtgenoot mr. Jacob Versoijde van Varick, zijn dichtgenaaid. Bovendien zijn vele foliobladen uitgesneden C Blaffaards van het geslacht Van Alckemade.

C BLAFFAARDS VAN HET GESLACHT VAN ALCKEMADE.

573 Blaffaards van onroerende goederen gelegen te Bergen in Noord-holland, Amsterdam en elders; met inkomsten uit renten, opgemaakt door Johan van Alckemade, 1581-1584, aangevuld door zijn weduwe Agatha van Berckenrode, 1585. [1581-1585] 1 deel 3.20.09 Cousebant 107

574 Blaffaard van onroerende goederen gelegen in Holland, opgemaakt door Agatha van Berckenrode, weduwe van Johan van Alckemade. 1609-1625 1 deel Niet raadpleegbaar Met enkele los inliggende bijlagen In de rug zeer zwaar beschadigd. De tekst is vrijwel ongeschonden

575 Blaffaard van onroerende goederen gelegen in Holland, opgemaakt door Sybrand van Alckemade. 1626-1644 1 deel Met enkele los inliggende bijlagen. Voorin aant. betr. geboorte, huwelijk en overlijden van naaste familieleden, lopende van 1608-1618

576 Blaffaard van onroerende goederen gelegen in Holland; met inkomsten uit een lijfrente, opgemaakt door Floris van Alckemade. 1661-1697 1 deel

577 Blaffaard van onroerende goederen gelegen in Friesland, Vollenhove en Warmond; met inkomsten uit obligaties, opgemaakt door Maria Henrietta van Scheltinga, echtgenote van Floris van Alckemade, en haar erfgenamen. 1686-1717 1 deel

578 Blaffaard van onroerende goederen gelegen op Overflakkee, in Cromstrijen, op Tholen en elders; met inkomsten uit renten en obligaties, opgemaakt door mr. Jan Jacob van Dijkslooth als executeur-testamentair van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes, echtgenote van Johan van Alckemade, haar ten deel gevallen uit de nalatenschap van haar vader Cornelis van der Goes. 1723-1732 1 deel Niet raadpleegbaar

579 Blaffaard van onroerende goederen gelegen op Overflakkee, in Cromstrijen en elders; met inkomsten uit renten en obligaties, opgemaakt door mr. Jan Jacob van Dijkslooth als executeur-testamentair van de nagelaten goederen van Maria Theresia van der Goes, echtgenote van Johan van Alckemade. 1726-1735 1 deel Met los inliggende brief van H. van Burmania van Emingha, derde echtgenote van wijlen Tiberius Pipinus van Emingha tot Goutum, aan de executeur Dijkslooth te Warmond, 1734 D Blaffaards van het geslacht Van Wijk.

D BLAFFAARDS VAN HET GESLACHT VAN WIJK.

580 Blaffaard van onroerende goederen gelegen te Amsterdam en in het Noorderkwartier van Holland; met inkomsten uit renten en obligaties, opgemaakt door Hendrik van Wijk en diens erfgenaam Floris Cousebant. 1764-1784 1 deel

581 "Capitaal-Boeck van aengekogten Obligatien": blaffaard van obligaties, opgemaakt door Hendrik van Wijk en diens erfgenaam Floris Cousebant. 1767-1784 1 deel E Rekeningen en andere stukken.

E REKENINGEN EN ANDERE STUKKEN. 1 Betreffende goederen in Holland tot 1788.

1 BETREFFENDE GOEDEREN IN HOLLAND TOT 1788. Zie ook inv. no. 209 108 Cousebant 3.20.09

582 Staat houdende opgave van percelen land gelegen op Overflakkee, komende uit de nagelaten goederen van mr. Philips van Cromstrijen, vermoedelijk opgemaakt door één zijner erfgenamen vanwege nog uitstaande pachten.Twee gelijktijdige afschriften. Met bijlage, 1658. (1658) 3 stukken

583 Akte van volmacht tot het doen van leenhulde voor de Leenkamer van Holland inzake 3 percelen land, gelegen onder Grijsoord, Ooltgensplaat en in de polder van Galanthee, door Maria Theresia van der Goes voor haar echtgenoot Floris van Alckemade. Met kwitantie betreffende het voldoen van leenrechten. 1725 2 stukken

584 3e rekening van goederen gelegen op Overflakkee door Cornelia de Ruyter, rentmeesteres, voor Floris van Alckemade en diens echtgenote Maria Theresia van der Goes. 1727 1 stuk Niet raadpleegbaar

585 Rekeningen van goederen onder Ooltgensplaat en Den Bommel door Godefridus van der Eijden, rentmeester, voor Floris van Alckemade en mr. Jan Jacob van Dijckslooth, voogden van de erfgenamen van Maria Theresia van der Goes. Met bijlagen. 1730-1735 1 omslag Niet raadpleegbaar

586 Staat houdende opgave van schulden van wijlen Godefridus van der Eijden, rentmeester, aan de erfgenamen van Maria Theresia van der Goes. ca. 1740 1 stuk

587 Stukken betreffende taxatie van verschillende onroerende goederen van Francois Bernard Cousebant en diens zoon Floris Justus Cousebant, opgemaakt vanwege het betalen van de 50e penning. 1747, 1779 en z.j. 1 omslag

588 Stukken betreffende het verheffen van leenrechten voor het Huis Oud-Alckemade en percelen land in Grijsoord, te Waspik en Elfhoeven op Florentius Cousebant wegens het overlijden van diens vader Francois Bernhard Cousebant. ca. 1759 en 1773 2 stukken

589 18e en laatste rekening van goederen en tuingronden gelegen in en rondom Haarlem door Willem Baart, rendant, voor Floris Cousebant, afgehoord in1762. 1757-1761 1 deel Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

590 Brieven van N.N. te Haarlem aan de secretaris van Assendelft betreffende de verkoop van 5 percelen land te Assendelft door Floris Cousebant. Met bijlagen. 1770 4 stukken Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd, daardoor onduidelijk

591 Kwitanties en andere stukken betreffende gemene lasten op goederen gelegen te Schoterbos, Hogewoerd en Assendelft voor Floris en Frederik Cousebant. 1770-1771 1 lias 3.20.09 Cousebant 109

592 Aanplakbiljet inzake verkoop van goederen gelegen in de Heerhugowaard, te Castricum, Bakkum en Bergen door makelaars te Alkmaar. 1778 1 stuk Het stuk is gedrukt en bevat tevens geschreven aantekeningen

593 Akte van volmacht van Floris Cousebant als erfgenaam van Hendrik van Wijk voor I.B. Goudsblom te Alkmaar betreffende het beheer van goederen gelegen in het Noorderkwartier van Holland. 1784 1 stuk 2 Betreffende goederen in Zeeland tot 1788.

2 BETREFFENDE GOEDEREN IN ZEELAND TOT 1788.

594 Rekening van goederen gelegen op Walcheren en elders door Petrus Wielen, rendant, voor Jacoba de Jonge, weduwe van mr. Christiaen van der Goes, afgehoord in 1669. 1664-1667 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

595 Staat houdende opgave van goederen gelegen op Walcheren. 1757 1 stuk

596 10e tot en met 26e rekening van goederen gelegen in Zeeland door Bastiaen Nebben, rentmeester, voor Floris Cousebant. Met bijlagen. 1770-1786 1 pak Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd 3 Betreffende goederen in Holland en Zeeland sedert 1788.

3 BETREFFENDE GOEDEREN IN HOLLAND EN ZEELAND SEDERT 1788.

597 Rekeningen van goederen en renten gelegen in Holland en Zeeland door mr. Johan Anthoni Schiefbaan, rentmeester, voor Floris Cousebant en diens erfgenamen, afgehoord in 1800 en 1801. (ca. 1788-1801) 5 stukken

598 Kwitanties betreffende gemene lasten en verrichte diensten inzake goederen te Hofambacht, Velsen, Schoten en Heemstede voor Floris Cousebant. 1789-1794 5 liassen

599 Kwitanties betreffende gemene lasten en verrichte diensten inzake goederen op Walcheren, in de Wieringerwaard, te De Zilk en Hillegom voor Floris Cousebant. 1793-1795 2 liassen

600 Kwitanties betreffende gemene lasten en verrichte diensten inzake goederen op Walcheren en in de Wieringerwaard voor Floris Cousebant. 1793-1799 2 liassen

601 Kwitanties betreffende gemene lasten en verrichte diensten inzake goederen te Hofambacht, Velsen, Schoten, De Zilk en Hillegom voor Floris Cousebant. 1797-1799 2 liassen

602 18e tot en met 20e rekening van goederen gelegen op Overflakkee, te Charlois, Willemstad en Stavenisse door Johannes Cornelis Smolders, rentmeester, voor Floris Justus Cousebant. Met borderellen en kwitanties, benevens een staat van 110 Cousebant 3.20.09

batige saldi betreffende de tienden en gorzen in de ambachts Leenvrijheden Grijsoord en St. Adolfsland, gesloten in 178[....]. 1789-1791 1 omslag

603 1e tot en met 3e rekening van goederen gelegen op Overflakkee, te Charlois, Willemstad en Stavenisse door Johan Anthoni Schiefbaan, rentmeester, voor Floris Justus Cousebant en diens erfgenamen, afgehoord in 1800 en 1801. Met bijlagen, 1793-1800. 1791-1800 1 omslag 4 Betreffende goederen in de Baronie van Breda.

4 BETREFFENDE GOEDEREN IN DE BARONIE VAN BREDA.

604 Stukken betreffende de nagelaten onroerende goederen van mr. Pieter Emonds, gelegen in de Baronie van Breda, opgemaakt door één zijner kinderen. 1730 5 stukken Hieronder bevinden zich schetskaarten van percelen land op Attelaken en de Bremberg te Etten

605 Staat houdende opgave van bescheiden, overgedragen aan Cornelis Reyns in verband met diens aanstelling tot rentmeester over goederen gelegen in de Baronie van Breda voor Maria Catharina Emonds, echtgenote van Adrianus Francois Cousebant. ca. 1750 1 stuk

606 Rekening van goederen gelegen in de Baronie van Breda door Cornelis Reyns, rentmeester, voor Maria Catharina Emonds, echtgenote van Adrianus Francois Cousebant. Met bijlagen, 1757 en z.j. 1756-1757 1 omslag

607 8e afrekening van goederen gelegen in de Baronie van Breda door Andreas Cornelissen, rendant, voor Floris Cousebant. 1797 1 stuk 5 Betreffende goederen in Friesland.

5 BETREFFENDE GOEDEREN IN FRIESLAND.

608 Rekeningen van goederen gelegen in Friesland door A.B. Wartna, rendant te Leeuwarden, voor Floris Cousebant. 1782 en 1797 2 stukken

609 Stukken betreffende het beheer van goederen in Friesland. 1736, 1737, 1742, 1766, 1779, 1786, 1788 en z.j. 1 omslag 6 Betreffende goederen in diverse provincies.

6 BETREFFENDE GOEDEREN IN DIVERSE PROVINCIES.

610 Vidimus van een eigendomsbewijs voor Eernst van Nijenrode van percelen land te De Lier, Kamerik en Breukelen door Cornelis van Amstel van Mijnden en van Ruweel. ca. 1540 1 charter Reg. no.265 en no. 266 Het charter is gebruikt als omslag voor een borderel van een rekening van de nagelaten goederen van Hendrik van Alckemade van Berckenrode. (inv. no. 358). Hierbij zijn het rechter derdedeel alsmede het onderste gedeelte afgeknipt II Stukken betreffende adellijke huizen en heerlijkheden.

II STUKKEN BETREFFENDE ADELLIJKE HUIZEN EN HEERLIJKHEDEN. Hierbij ook de goederen onder de betrokken heerlijkheden gelegen 3.20.09 Cousebant 111

A Het huis Oud-Alckemade cum annexis te Warmond.

A HET HUIS OUD-ALCKEMADE CUM ANNEXIS TE WARMOND. Het geslacht Cousebant bleef tot 1820 in het bezit van het Huis Oud-Alckemade. Nadat het Huis in 1824 afgebroken was, verwierf de weduwe van mr. J. Bijleveld de grond met het koetshuis in 1825 door aankoop. Bij de overdracht van archief bescheiden schijnt men niet al te nauwkeurig te werk te zijn gegaan. Enkele stukken zijn in het archief van de familie Cousebant achtergebleven. Een schoonzoon van de laatste eigenaar van de hofstede Oud-Alckemade droeg in 1933 de bescheiden hiervan met toebehoren over aan het Algemeen Rijksarchief. Zie voor de geschiedenis van het Huis Oud-Alckemade: S.J. Fockema Andreae e.a.: Kastelen, ridderhofsteden en buitenplaatsen in Rijnland

611 Leenregister van het Huis Oud-Alckemade. 1553-1614 1 deel Blijkens aant. in margine ging aan dit register vooraf een register van Willem van Alckemade. (fol. 68 op los blad: "eens te soeken in't register van heer Willem no. 2") Hieraan vooraf ging een register van Floris van Alckemade. (fol. XL, LI, LVII en LXII: "naar 't boeck heer Floris van Alckemade geheeten 't swaert boeck, in't zwaerte register, enz."). Het beschreven deel draagt als oud nummer: no. 3. De folio's XIX, XXII en 64 ontbreken. Het bevat leenakten van Johan van Culenborch, diens weduwe Agatha van Alckemade en hun dochter Margaretha van Culenborch. Later is achterin een katern gevoegd, bevattende leenakten van Wilhelm, vrijbaanderheer van Hamal en Monceaux, zoon van voornoemde Margaretha. Voorin staan eden vermeld, af te leggen resp.voor Agatha van Alckemade en Margaretha van Culenborch. Achterin bevinden zich een formulier voor het opstellen van leenakten van Sybrand van Alckemade, vermoedelijk van 1614, alsmede aantekeningen over het omrekenen van munten en het berekenen van hofrechten In het archief van de hofstede Oud-Alckemade bevindt zig een leenregister van 1686-1793, gemerkt no. 5, zie aldaar inv. no. 65. Zie voor een verkorte registerlijst tot 1581 Bijlage I

612 Uitspraak van het Hof van Holland voor Floris van Alckemade, eiser, tegen Jan van Leeuwen en Gerrit Vlaenderen, gedaagden, betreffende vrijstelling van de steekbelasting voor het Huis Oud-Alckemade. Afschrift, z.j. 1679 1 stuk Niet raadpleegbaar Vergelijk het archief van de hofstede Oud-Alckemade, inv. no. 78, alsmede van deze inventaris no. 1040

613 Legger van verkoop van houtgewas bij het Huis Oud-Alckemade door Francois Cousebant en diens zoon Florentius Cousebant. 1741-1794 1 deel

614 Stukken betreffende de verkoop van houtgewas bij het Huis Oud-Alckemade door Florentius Cousebant. 1764-1789 en z.j. 1 omslag Niet raadpleegbaar

615 Kwitanties betreffende verrichte diensten en geleverde goederen voor het Huis Oud-Alckemade cum annexis voor Floris Justus Cousebant. 1771-1798 1 pak

616 Memorie inzake het voorbijgaan van het Huis Oud-Alckemade bij een opgave voor het vervaardigen van een kaart door de heer van Warmond in opdracht van het Hoogheemraadschap Rijnland. ca. 1700 1 stuk Niet raadpleegbaar B Het Huis Boekenburg te Voorhout.

B HET HUIS BOEKENBURG TE VOORHOUT.

617 Akte van belening door de Staten van Holland van Josina Kerremans met het Huis 112 Cousebant 3.20.09

Boekenburg te Voorhout. 1663 1 charter Zij was een dochter van Jacob Kerremans, heer van Maneghem, en Beatrix van Alckemade C De ambachtsheerlijkheid Grijsoord en de hoge heerlijkheid Klinkerland.

C DE AMBACHTSHEERLIJKHEID GRIJSOORD EN DE HOGE HEERLIJKHEID KLINKERLAND. Mr. Adriaen Graswinckel werd in 1696 beleend met een vierde part van een derde part van een gerecht derde deel, alias een negende part van de ambachtsheerlijkheid Grijsoord, De Tonge, Huygenvliet, Bremsgat en Battenoord met de daaraan verbonden heerlijke rechten na opdracht door de crediteuren van Willem de Nobelaer. Na zijn overlijden werden achtereenvolgens zijn zuster Maria Graswinckel, haar echtgenoot Cornelis van der Goes, diens dochter Maria Theresia van der Goes, haar dochter Maria Christina Genoveva van Alckemade en haar zoon Floris Cousebant met genoemde portie beleend. Volgens het Aardrijkskundig Woordenboek van Van der Aa behoorde in 1843 nog een deel van voornoemde heerlijkheid aan Maria Christine Jeanne Cousebant van Waspik, douarière van Jean Louis Leon de Fontaine de Logères, en haar nakomelingen, wonende te Argentières en Nîmes. Het is niet uitgesloten, dat bij hen nog bescheiden betreffende Grijsoord berusten. De in het familiearchief Cousebant aanwezige stukken zijn kennelijk onvolledig 1 Aankomsttitels en bijbehorende stukken.

1 AANKOMSTTITELS EN BIJBEHORENDE STUKKEN.

618 Akte van belening door de Staten van Holland van Willem de Nobelaer, heer van Kerckwerve, met een derdepart van 1/3 deel van de ambachtsheerlijkheid Grijsoord, bestaande uit het Land van Grijsoord, De Tonge, Huygenvliet, Bremsgat en Battenoord met toebehoren en gevolg, alsmede met de helft van 1/6 deel van de gorzen en slikken van voornoemde ambachtsheerlijkheid, bestaande uit het Land van Grijsoord, De Tonge, Duijvenwaerde, Huygenvliet, Hollebremsgat en Battenoord met het recht van moeren en verder gevolg.. Authenthiek afschrift, 1696. 1683 1 stuk

619 Kwitantie voor de betaling van 1/9 deel van de ambachtsheerlijkheid Grijsoord en van 1/7 deel van de hoge heerlijkheid Klinkerland door de procurator van de crediteuren van Willem de Nobelaer, heer van Kerckwerve, voor mr. Adriaen Graswinckel. 1698 1 stuk

620 Akte van overdracht van 47 gemeten land in Battenoord door Gillis Cornelisz. en anderen aan Andries Willemsz. van Bronkhorst. 1529 1 charter Reg. no. 228

621 Akte van overdracht van 3 gemeten land in Battenoord door Commer Cornelis Wittesdr. aan Francois van den Werve. 1531 1 charter Reg. no. 231 2 Stukken betreffende het beheer.

2 STUKKEN BETREFFENDE HET BEHEER.

622 Borderellen op de 17e tot en met 25e likwidatie der rantsoenen der ambachtsheerlijkheid Grijsoord door Johannes Cornelis Smolders, rentmeester, voor Floris Justus Cousebant. 1787-1795 1 omslag

623 18e, 19e, 20e, 23e, en 25e rekening van 1/9 deel in de dijk- en gorsettingen van de ambachtsheerlijkheid Grijsoord door Johannes Cornelius Smolders, rentmeester, voor Floris Justus Cousebant, afgehoord in 1789-1791, 1795 en 1797. Met 3.20.09 Cousebant 113

borderellen. 1787-1788, 1792 en 1794 1 omslag De rekeningen van 1792 en 1794 bevatten resp. de aant. in dorso: "behoort tot de 10e en 2e rekening" De borderel bij de rekening van 1792 ontbreekt

624 18e, 19e, 20e, en 23e rekening van 1/9 deel in de tienden van de ambachtsheerlijkheid Grijsoord door Johannes Cornelius Smolders, rentmeester, voor Floris Justus Cousebant, afgehoord in 1789-1791 en 1795. Met borderel bij de rekening van 1793. 1788-1790 en 1793 1 omslag De rekening van 1793 bevat de aant. in dorso: "behoort tot de 10e rekening"

625 Staat houdende opgave van uitgekeerd presentiegeld aan de ambachtsheren van Grijsoord bij de verpachting der tienden. 1788 1 stuk

626 Voorwaarden tot verkoop van tienden in Grijsoord door de vrije halsheren van Klinkerland, heren van Grijsoord. 1789-1795 8 katernen De katern van 1791 is in duplo aanwezig

627 1e tot en met 4e rekening van een hofstede te Oude Tonge door Johan Anthonij Schiefbaan, rentmeester, opvolger van zijn schoonvader wijlen Johan Michael de Graaf, voor Floris Cousebant en diens erfgenamen, afgehoord in 1800. Met aangehechte borderellen alsmede verdere bijlagen. 1792-1799 4 stukken en 1 lias

628.1-628.2 Pachtcontracten van 34 gemeten land in de polder Battenoord door Machtelt van Bronkhorst, weduwe van Francois van den Werve, voor Lenaart Jacobsz. te Nieuwe Tonge. 1553 en 1559 2 charters Reg. no. 315 en no. 347 628.1 1553 628.2 1559 D De ambachtsheerlijkheid Cromstrijen anders genoemd Numansgorzen.

D DE AMBACHTSHEERLIJKHEID CROMSTRIJEN ANDERS GENOEMD NUMANSGORZEN. In 1538 kocht Willem Simonsz., regent te Zierikzee, van Vincent Cornelisse, gecommitteerde van de financien, 1/8 van de gorzen en aanwassen van de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen. (Zie De Vos, De Vroedschap van Zierikzee, blz. 11). Zijn zoon Martyn van Cromstrijen was evenals zijn vader heer in Cromstrijen. Blijkens Welker, Gesch. van Cromstrijen blz. 46, behoorden tot de geinteresseerden in de ambachtsheerlijkheid in het jaar 1614 zijn zoon mr. Willem van Cromstrijen en zijn schoonzoon mr. Adriaen van der Goes. Een jongere zoon mr. Philips van Cromstrijen bekleedde belangrijke functies als gevolmachtigde van de ambachtsheren. Volgens Welker blz. 50 was hij in 1625 heemraad van de polder Groot Cromstrijen. Bovendien breidden zowel mr. Philips van Cromstrijen als zijn zwager mr. Adriaen van der Goes hun invloed voortdurend uit door aankoop vanverschillende aandelen en percelen land. Sedert 1644 bestond de ambachtsheerlijkheid uit een vast aantal aandelen. Welker vermeldt in een bijlage betreffende de gecommitteerde ambachtsheren van Cromstrijen sinds 1644 onder meer mr. Philips van Cromstrijen in 1644, Willem van der Goes in 1645, mr. Adriaen van der Goes in 1657, Cornelis van der Goes in 1688, Floris van Alckemade in 1718 en Frans Bernard Cousebant in 1742. Door vererving van de families Van Cromstrijen, Van der Goes en Van Alckemade zijn de bescheiden tot de familie Cousebant gekomen 1 Aankomsttitels met bijbehorende stukken.

1 AANKOMSTTITELS MET BIJBEHORENDE STUKKEN.

629 Akte van verkoop van de helft van 1/7 part in 1/8 deel van de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen, anders genoemd Numansgorzen, mét toebehoren en gevolg, door 114 Cousebant 3.20.09

Bonifacius de Jonge, pensionaris van de Staten van Zeeland als vader en voogd van mr. Cornelis en Agatha de Jonge, kinderen van zijn eerste echtgenote wijlen Magdalena Cornelis Willemsdr., aan mr. Adriaen van der Goes en mr. Philips van Cromstrijen, advocaten voor het Hof van Holland. Met bijbehorende stukken, 1617- 1618. 1616 1 omslag

630.1-630.2 Akte van overdracht van 1/384 deel van de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen met toebehoren en gevolg door Hendrik Jansz. Duyvesteyn, wonende buiten Delft, aan mr. Philips van Cromstrijen, en akte betreffende uitvoering daarvan. Met bijlagen, 1636-1637. 1637 2 charters met aangehecht charter en stuk De akte van overdracht is foutief gedateerd 1627. 630.1 1627/1637 630.2 1636 september 19 630.3 1636 november 18, getransfigeerd 630.4 1637 maart 20, getransfigeerd

631-631.1 Akte van overdracht van 1/7 part van ruim 1/39 deel van de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen, anders genoemd Numansgorzen, met toebehoren en gevolg, beslaande ruim 26 morgen land, door Pieter Jansz. Breeborst als lasthebber van Cornelis Oortsz. te Zierikzee, voogd van diens echtgenote Maria van Cromstrijen, aan mr. Philips van Cromstrijen. Met bijlage. 1647 1 charter en 1 stuk 631 Akte van overdracht 631.1 Bijlage

632 Akte van overdracht van een portie van 1 morgen en 310 roeden land in de Numanspolder in de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen met toebehoren en gevolg door Johan van Beaumont te Philippine, luitenant over een compagnie voetknechten ter repartitie van de Staten van Zeeland, als voogd van zijn echtgenote Cornelia Peckius aan de erfgenamen van Maria van Cromstrijen, weduwe van mr. Adriaen van der Goes. Met bijlage. 1651 2 aaneengehechte stukken

633 Akte van verkoop van een portie van 7 morgen en 485 roeden land in de vijfde kavel van de Numanspolder in de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen met toebehoren en gevolg alsmede van 2 morgen en 283 roeden uit een portie van 13 morgen en 26 roeden in voornoemde ambachtsheerlijkheid door Albrecht Snouckaert van Schaumburg, heer van Doorenstadt, aan Adriaen van der Goes en andere erfgenamen van Maria van Cromstrijen. Met bijlage. 1661 2 stukken

634 Akte van overdracht van een portie van 14 morgen en 158 roeden land in de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen met toebehoren en gevolg door de erfgenamen van Jacob, Elisabeth, Matthias, Diederik en Willem Havius aan Floris van Alckemade en diens echtgenote Maria Theresia van der Goes. 1724 1 charter

635 Akte van verkoop van een portie van 30 morgen land in de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen met toebehoren en gevolg door Johan Frederik baron van Friesheim aan Maria Catharina Emonds, 1736, met ondergeschreven kwitantie. Met bijlagen, 1736. 1737 3 stukken 3.20.09 Cousebant 115

636 Akten van belening met de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen, anders genoemd Numansgorzen, met toebehoren en gevolg. Afschriften (ca. 1750). 1506-1713 4 stukken Reg. no. 187

637 Akte van overdracht van een zesde part van ruim 36 morgen land in de polder Oud Cromstrijen door de gevolmachtigde van Adriaan Cornelis Willemsz., baljuw van Zierikzee, aan de gevolmachtigde van Adriaen van der Goes. 1609 1 charter

638 Akte van verkoop van 11 hont land in het Westmazer Nieuwland in de polder Oud Cromstrijen door Willem Adriaensz. Lem aan mr. Adriaen van der Goes. Met bijbehorende stukken, z.j. 1621 3 stukken

639 Akte van overdracht van ongeveer 3 morgen land in het Westmazer Nieuwland in de polder Oud Cromstrijen door Heyltgen Joppendr., weduwe van Willem Adriaensz. Lem, aan mr. Adriaen van der Goes. 1626 1 charter Met aant. in dorso betr. de aflossing van een hypotheek, 1629

640-640.1 Akte van verkaveling van ruim 28 morgen land in Oud Cromstrijen en tussen Silvester Heereman van Zuydtwijck te Utrecht en de schout en rentmeester van de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen. Authentiek afschrift, z.j. 1763 1 stuk Zeer zwaar beschadigd 640.1 Akte van verkaveling Niet raadpleegbaar 640 Afschrift.

641-641.1 Akte van overdracht van 4 morgen en 263 roeden land in de zevende kavel van de polder Nieuw Cromstrijen door de erfgenamen van Willem Claesz. Cromstrijen de jonge aan mr. Adriaen van der Goes. Met bijlagen. 1623 1 charter en 4 stukken 641 Akte van overdracht 641.1 Overige stuk(ken)

642 Akte van overdracht van twee percelen land in de zevende hoofdkavel van de polder Nieuw Cromstrijen door de gevolmachtigden van Lieven Peckius en diens echtgenote Cornelia Marinus Ockersdr. te Delft alsmede van Willem Nicolaesz. van Cromstrijen te Zierikzee aan mr. Adriaen van der Goes. 1627 1 charter

643 Stukken betreffende de verkoop van de helft van de tweede kavel van de polder Nieuw Cromstrijen, beslaande 18 morgen en 392 roeden land, door Pieter Suys, heer van Laer, Grijsoord enz., aan mr. Adriaen van der Goes. Met retroacte, 1621. 1631-1632 en z.j. 1 omslag

644 Akte inzake de huur van buitendijkse restanten van de Willemshil en de Roeijthil, voorheen genoemd de Oostersche Biesacker, door Cornelis Martensz. Notarieel extract uit de "Generale verhuijeringcedullen van de Ambachsheerlijcheijt van Cromstrijen ende Numansgorssen", 1618. 1618 1 stuk 116 Cousebant 3.20.09

645 Staat houdende berekening van het aandeel van Philips van Cromstrijen en diens beide zusters Catharina en Helena van Cromstrijen in ruim 39 morgen land in het hoofdland en volgerland van de nieuwe polder Groot Cromstrijen. Met bijlage. 1625 3 stukken

646 Akte van overdracht van 5 morgen en 2 hont land in de polder Groot Cromstrijen door de gevolmachtigde van Lieven Peckius en diens echtgenote Cornelia Marinus Ockersdr. aan mr. Adriaen van der Goes. 1627 1 charter

647-647.1 Akte van overdracht van ruim 12 morgen land in de polder Groot Cromstrijen door de gevolmachtigde van Maria van der Aa, weduwe van Jacob Visch te Rotterdam, aan de erfgenamen van Maria van Cromstrijen, weduwe van mr. Adriaen van der Goes. Met bijbehorende stukken, 1645-1650. 1650 1 charter en 1 omslag 647 Akte van overdracht 647.1 Overige stuk(ken) 2 Stukken betreffende het bestuur van de ambachtsheerlijkheid.

2 STUKKEN BETREFFENDE HET BESTUUR VAN DE AMBACHTSHEERLIJKHEID.

648 Staat houdende opgave van de ambachtsheren van Cromstrijen met hun landerijen. ca. 1670 1 stuk

649 Circulaires en andere gedrukte stukken betreffende onderscheidene aangelegenheden van de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen. 1670-1777 1 omslag

650 Reglement voor de jacht in de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen. Afschrift, (ca. 1750). 1665 1 stuk

651 Akte van overeenkomst tussen de ingelanden van de polders Nieuw-, Klein- en Groot Cromstrijen alsmede van Numansdorp enerzijds en de ambachtsheren van Cromstrijen anderzijds betreffende het verbeteren van de afwatering. Afschrift, (ca. 1700). 1643 1 stuk

652 Staat houdende opgave van bescheiden betreffende de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen, overgedragen door Adriaen van der Goes aan de raadsheer Arnoud van Beaumont ter deponering in de kist der ambachtsheren. ca. 1650 1 stuk

653 Stukken betreffende de bedijking en verkaveling van de Numanspolder. 1641-1642 3 stukken

654 Memorie betreffende een onjuiste afrekening bij omslagen door mr. Philips van Cromstrijen voor de penningmeester in de dijkage van de Numanspolder. ca. 1650 1 stuk

655 Begroting voor de verlenging van de rijsdam aan de westzijde van de haven van vermoedelijk Numansdorp met peiling van de diepte tussen het vasteland en de plaat van het Geestrack. Met bijlage, 1657. 1658 2 stukken 3.20.09 Cousebant 117

656 Stukken betreffende de vervulling van het ambt van schout en rentmeester over de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen wegens het overlijden van Hendrik van den Santheuvel Anthonisz. 1742 1 omslag

657 Stukken betreffende de vervulling van het ambt van penningmeester van Numansdorp wegens het overlijden van Andries Koomans. 1745 2 stuk

658 Stukken betreffende een proces tussen de schout en het gerecht van Numansdorp en Klaaswaal als eisers en de ontvanger der gemene landsmiddelen over de stad en het kwartier van Dordrecht als gedaagde betreffende de invordering van de 20e en 40e penning alsmede van de impost op het trouwen en begraven. Gelijktijdige afschriften. Met bijlage, z.j. 1731 5 stukken

659 Memorie van commissarissen betreffende de verlenging van de vergunning tot inning van de 8e penning ten behoeve van de armmeesters van de Heilige Geest in Cromstrijen. ca. 1750 1 stuk

660 Rekeningen van de goederen van de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen. 1734-1793 1 omslag Niet raadpleegbaar De jaren 1736, 1743, 1764, 1765 en 1776 ontbreken Tot de gecommitteerden behoorden achtereenvolgens Floris van Alckemade, Frans Bernard Cousebant en Floris Cousebant Aangetast door vocht

661 Staat houdende opgave van verdeling der uitgaven in de rekening van de uitwaterende polders in Cromstrijen over Nieuw-, Klein- en Groot Cromstrijen en de Numanspolder. Met borderel. 1775 2 stukken

662 Resolutiën van de ambachtsheren van Cromstrijen, genomen bij de audities der ambachtsrekeningen. Afschriften. 1738, 1757, 1759, 1763-1764, 1773-1776 en 1789-1793 1 omslag

663 Resolutiën van de ingelanden van Cromstrijen, genomen bij de audities der polderrekeningen te Numansdorp. Afschriften. 1773-1776 4 stukken

664 Borderellen op de rekeningen van de polder Nieuw Cromstrijen. 1774, 1787-1790 en 1792 1 omslag

665 Borderellen op de rekeningen van de polder Klein Cromstrijen. 1774, 1787-1790 en 1792 4 stukken

666 Borderellen op de rekeningen van de polder Groot Cromstrijen. 1774, 1787 en 1789-1791 5 stukken

667 Borderellen op de rekeningen van Numanspolder. 1753-1757, 1774-1775, 1781-1782, 1785, 1787 en 1789-1792 1 omslag 118 Cousebant 3.20.09

668 Staat houdende opgave van de opbrengst der tienden in de polders Oud-, Nieuw-, Klein- en Groot Cromstrijen en in Numanspolder, 1664-1673. ca. 1673 1 stuk

669 Rekesten van Willem Zegersz. Kenniphaas, pachter van het Hoge Zand, aan de ambachtsheren van Cromstrijen tot vrijstelling van pacht wegens veesterfte en schade door overstroming. 1745 en 1750 2 stukken

670 Staten houdende opgave van de verpachting van heerlijke rechten en goederen in de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen, bestaande uit de visserij binnen- en buitendijks, de rietsnijding, de hoge gorzen, de dijken, de Molenpolder, de Nieuwe Westerse Zomerpolder, de Nieuwe Oosterse Zomerpolder, het Hoge Zand, de Oosterse Zomerpolder en de gangpaden. 1762-1789 1 omslag 3 Stukken betreffende het beheer van particuliere belangen.

3 STUKKEN BETREFFENDE HET BEHEER VAN PARTICULIERE BELANGEN.

671 Kwitanties betreffende dijkpenningen, verschuldigd over ruim 39 morgen land in de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen, voor Philips van Cromstrijen en andere nagelaten kinderen van mr. Maarten van Cromstrijen en diens echtgenote Anna de Stoppelaer. 1625 1 stuk

672 Pachtcontract van de zevende hoofdkavel van de polder Nieuw Cromstrijen, beslaande 37 morgen en ruim 70 roeden land, tussen de erfgenamen van Willem Symonsz. enerzijds en de vader en schoonvader van Ool Jansen, tevens gemachtigden voor laatstgenoemde, anderzijds, 1602, met nadere akten van 1603 en 1608. Notarieel afschrift van 1625 van een notarieel afschrift van 1614. [1602-1625] 1 stuk

673 Pachtcontracten van de tweede kavel van de polder Nieuw Cromstrijen, beslaande 37 morgen en ruim 185 roeden land, tussen de rentmeester van de weduwe en erfgenamen van Adriaen de Quarre en van Maria van Cromstrijen, weduwe van mr Adriaen van der Goes, enerzijds en resp. Jan Arentsz. Pons en Pieter Jacobsz. Meijnaert anderzijds. 1633, 1641 en 1648 1 stuk

674 Pachtcontract van 4 morgen land onder de nieuwe dijk in de polder Groot Cromstrijen tussen Willem van der Goes en Jan Pietersz. Sleewijk. 1646 1 stuk

675 Voorwaarden tot cultivering van 20 morgen land in de polder Groot Cromstrijen voor Jan Pietersz. Breborst. ca. 1650 1 stuk

676 Reglement voor het beheer van het landbouwbedrijf van de heren Van der Goes in de Numanspolder door Digman Claesz. Scheuijer. 1654 1 stuk

677 Voorwaarden tot verkoop van 40 iepen en essen staande aan de dijk van Groot Cromstrijen, genoemd de Baan, door Francois Bernard Cousebant. 1758 1 stuk 3.20.09 Cousebant 119

Met in margine aant. betr. de opbrengst, 1759

678 Kwitanties betreffende gemene lasten op percelen land in de Numanspolder voor Floris Cousebant. 1779 2 stukken

679 Kwitanties betreffende gemene lasten en onderhoudskosten voor de woningen van Pieter Maasdam en Cornelis Kouwenberg, later G. van Oijen, meiers in de Numanspolder, voor Floris Cousebant als fideicommissair erfgenaam van Cornelis van der Goes. 1789-1799 1 omslag

680 Stukken betreffende inkomsten uit de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen voor Floris Cousebant. 1794-1795 en 1797-1799 1 omslag E De heerlijkheid Maneghem.

E DE HEERLIJKHEID MANEGHEM. De heerlijkheid Maneghem, gelegen in de parochie van Meulebeke en Pittem in West-Vlaanderen, werd in 1665 door de erfgenamen van Jacob Kerremans opgedragen aan zijn zwager Floris van Alckemade. Diens zoon Floris Ignatius van Alckemade noemde zich nog in 1734 onder meer heer van Maneghem. Het verdere verloop van de heerlijkheid blijkt niet uit de bescheiden van het familiearchief Cousebant

681 Akte van belening door baljuw, leenmannen en griffier van het leenhof van Tielt in de kasselrij van Kortrijk van Floris, heer in Bergerswael, met de heerlijkheid Maneghem. 1665 1 stuk Blijkens aant. in dorso moet onder Floris heer in Bergerswael verstaan worden Floris van Alckemade en is Bergerswael "een stuck leen in Noort Holland" F Het Huis en de hoge en lage heerlijkheid van het Nedereinde van Spijk.

F HET HUIS EN DE HOGE EN LAGE HEERLIJKHEID VAN HET NEDEREINDE VAN SPIJK. Mr. Gerard van Renoy, raad en rekenmeester van Holland, werd in 1542 door Karel V na aankoop beleend met de hoge en lage heerlijkheid van het Nedereinde van Spijk met het slot met tien hont land genoemd "de Cloot", alsmede met de tienden van geheel Spijk, zowel van het Over- als van het Nedereinde met uitzondering van die van de papelijke prouve. Nadat het leen in 1567 krachtens zijn testament was overgegaan op zijn dochter Anna van Renoy, gehuwd met mr. Christiaen van der Goes, en vervolgens in 1590 op haar oudste broeder Gerard van Renoy, verkocht laatstgenoemde de heerlijkheid in 1611 aan Cornelis van Aerssen, griffier der Staten-Generaal. Vgl. "Archivalia betreffende de heerlijkheid en de tienden van Spijk, zomede het slot genaamd "de Cloot", 1408-1765" berustende bij de Derde Afdeling van het Algemeen Rijksarchief. De in het familiearchief Cousebant voorkomende bescheiden zijn afkomstig van de voornoemde Annavoornoemde Anna van Renoy en mr. Christiaen van der Goes 1 Aankomsttitels.

1 AANKOMSTTITELS.

682 Akte van belening door Philips II van Anna van Renoy met de hoge en lage heerlijkheid van Spijk met toebehoren. 1567 1 charter Reg. no. 388

683-683.1 Vonnis van de Grote Raad te Mechelen in het proces over het Huis en de heerlijkheid Spijk ten voordele van mr. Christiaen van der Goes, gedaagde, tegen zijn zwager Gerard van Renoy en de zijnen, eisers. Met bijlagen 1571 en z.j. 1572 2 charters met aangehechte stukken en een los stuk Reg. no. 430 no. 432 no. 433 en no. 437 683 Vonnis. 120 Cousebant 3.20.09

683.1 Bijlagen.

684 Akte van borgstelling voor 18 morgen land te Vuren door de baljuw van Zuid- Holland ten behoeve van Walraven van Dalen, heer van Spijk, opgemaakt te Den Haag. 1534 1 charter Reg. no. 438 2 Stukken betreffende het beheer.

2 STUKKEN BETREFFENDE HET BEHEER.

685 Akten betreffende een huis en bijbehorend erf in het Nedereinde van Spijk en een tijns van 12 stuiver per jaar door kerkmeesters van Spijk opgeeist van Thonis Ottensen als opvolger van mr. Christiaen van der Goes, in afschrift van Gerard van Renoy, heer van Spijk. 1594 1 stuk Niet raadpleegbaar Reg. no. 336 no. 339 en no. 355 Gerard van Renoy zal dit stuk hebben toegezonden aan zijn zwager mr. Christiaen van der Goes ter opheldering Beschadigd

686 Koopcontract van verschillende percelen land gelegen in het Nedereinde van Spijk tussen mr. Christiaen van der Goes en Jan van den Ruvere te Den Haag. Met bijlagen. 1596 1 omslag Niet raadpleegbaar

687 Brief van Jan van Renoy te Spijk aan diens tante Agneta van Renoy wonende op het Begijnhof te Delft ten huize van mr. Christiaen van der Goes betreffende het verpachten van verschillende percelen land te Spijk. 1597 1 stuk G De heerlijkheid Warmond.

G DE HEERLIJKHEID WARMOND.

688 Rekening van de heerlijkheid Warmond door Floris Cousebant voor zijn schoonmoeder Maria Alexandrina Jacoba van Cannard d'Hamale, weduwe van Jacob Albrecht van Wassenaer, vrijheer van Warmond, afgehoord in 1776. Rendantsexemplaar met aantekeningen over de afwikkeling van wederzijdse pretenties. 1773-1774 1 stuk H De ambachtsheerlijkheden Groot Waspik, Elf en een halve hoeve moers en Hendrik Luyten ambacht alias Vijf hoeven moers.

H DE AMBACHTSHEERLIJKHEDEN GROOT WASPIK, ELF EN EEN HALVE HOEVE MOERS EN HENDRIK LUYTEN AMBACHT ALIAS VIJF HOEVEN MOERS. Op 16 augustus 1752 verwierf Maria Catharina Emonds de ambachtsheerlijkheden Groot Waspik, Elf en een halve hoeve en Hendrik Luyten ambacht. Bij donatio inter vivos van 8 september 1741 schonk zij bovengenoemde ambachtsheerlijkheden aan haar zoon Francois Bernard Cousebant. De ambachtsheerlijkheden bleven in het bezit van de familie Cousebant tot in de 19e eeuw

689 Minuut-advertissement door de advocaat mr. C. de Ville en de procureur P. Hoyer van Brakel ingediend bij het Hof van Holland namens Francois Bernard Cousebant als ambachtsheer van Groot Waspik, Elf en een halve hoeve en Hendrik Luyten ambacht, impetrant van mandement van rau actie en verweerder in reconventie, tegen Simon van Son als ambachtsheer van Raamsdonk, gedaagde en eiser in reconventie, betreffende de jurisdictie in de ambachtsheerlijkheden Elf en een halve hoeve en Hendrik Luyten ambacht vanwege de niet nauwkeurige afbakening der grensscheiding. Met bijbehorende marginalia. 3.20.09 Cousebant 121

1746 1 pak Zie voor de desbetreffende stukken van de advocaat De Ville onder aanwinsten van het Algemeen Rijksarchief 1814-II, geplaatst als aanhangsel bij het archief van het Hof van Holland, inv. no. 6172- 6175

690 Minuten van de processtukken door de advocaat mr. C. de Ville en de procureur P. Hoyer van Brakel ingediend bij het Hof van Holland namens Francois Bernard Cousebant in bovengenoemd proces. 1746 1 pak Reg. no. 3 no. 4 no. 14, no. 19 no. 30 no. 61 no. 79 no. 82 no. 91 no. 106 no. 109 no. 120 no. 122 en no. 191. De stukken dragen de letters A. tot en met AAA, met dien verstande dat onder elke letter of lettercombinatie soms verscheidene nummers horen. Enkele stukken ontbreken. Hieronder retroacta van 1317 af in afschrift. Alleen van de afschriften en extracten van vóór 1500 zijn regesten gemaakt

691 Processtukken door de advocaat mr. H.S. van Son en de procureur mr. H. van Son namens Simon van Son, ambachtsheer van Raamsdonk, overgeleverd aan het Hof van Holland in bovengenoemd proces. Duplicaten voor de tegenpartij bestemd. 1746 1 pak Reg. no. 22 no. 124 no. 125 no. 132 no. 134 no. 135 no. 146 no. 178 no 179 no, 180 no. 181 no. 258 en no. 319 De stukken dragen de letters A. tot en met BB, met dien verstande dat onder elke letter of lettercombinatie soms verscheidene nummers horen. Enkele stukken ontbreken. Hieronder retroacta van 1393 af in afschrift. Alleen van de afschriften en extracten van vóór 1500 zijn regesten gemaakt

692 Minuut-inventaris van processtukken door de advocaat mr. C.P. Hoynck van Papendrecht en de procureur P. Hoyer van Brakel ingediend bij de Hoge Raad namens Floris Cousebant als ambachtsheer van Groot Waspik, Elf en een halve hoeve en Hendrik Luyten ambacht, gedaagde in appel, tegen Leonard de Jong, heer van Hedikhuysen, gehuwd met Anna Elisabeth Geertruyd van Son, ambachtsvrouwe van Raamsdonk, impetrant in appel, ter voortzetting van het proces hunner ouders inzake de grensscheiding tussen hun ambachtsheerlijkheden. 1773 1 stuk De inventaris is gemerkt A., verdere stukken ontbreken III Stukken betreffende afzonderlijke goederen in verschillende plaatsen.

III STUKKEN BETREFFENDE AFZONDERLIJKE GOEDEREN IN VERSCHILLENDE PLAATSEN. A Betreffende goederen in Holland.

A BETREFFENDE GOEDEREN IN HOLLAND. Onder Holland moet worden verstaan het grondgebied van het voormalige graafschap en gewest Holland, omvattende de tegenwoordige provincies Noordholland, Zuid-Holland en het noord- westen van Noord-Brabant 1 Aagtdorp.

1 AAGTDORP. Al deze stukken zijn afkomstig uit de nalatenschap van Hendrik van Wijk

693.1-693.4 Akte van overdracht van een hofstede met toebehoren te Aagtdorp door de erfgenamen van Dirk Jansz. Korfmaker te Alkmaar aan Dirk Hendriksz. Groen te Alkmaar. Met retroacta van 1600, 1611 en 1614. 1614 4 charters (deels getransfigeerd) 693.1 1614 januari 13 693.2 1611, getransfigeerd 693.3 1614 januari 9 693.4 1600

694 Akte van overdracht van een boomgaard te Aagtdorp door Jan Claesz. te Aagtdorp 122 Cousebant 3.20.09

aan Dirk Hendriksz. Groen te Alkmaar. 1616 1 charter

695.1 Akte van overdracht van een perceel geestland te Aagtdorp, voorheen een boomgaard, door Pieter Cornelis Willemsz., buurman te Aagtdorp, aan Dirk Hendriksz. Groen te Alkmaar. Met retroacta van 1596 en 1599. 1616 3 charters (getransfigeerd) 695.1 1616 695.2 1599, getransfigeerd 695.3 1596, getransfigeerd

696 Akte van overdracht van een perceel elzenhakhout te Aagtdrop, gelegen in "craenhals bosch", door Gerrit Reyersz., secretaris van Schoorl, aan Dirk Hendriksz. Groen te Alkmaar. 1619 1 charter

697.1 Akte van overdracht van een perceel weiland te Aagtdorp, genoemd het "guertebaerts bosch", door Jan Adriaansz. Bakker, buurman te Bergen, aan Dirk Hendriksz. Groen te Alkmaar. Met retroacte van 1593. 1631 2 charters (getransfigeerd) 697.1 1631 697.2 1593, getransfigeerd

698.1 Akte van overdracht van de helft van drie enterijen te Aagtdorp, waarvan een genoemd het Landdrosthoekje, door de voogden van de nagelaten kinderen van Wouter Bartolomeusz. Winkel en Elisabeth Harmensdr. aan Dirk Hendriksz. Groen, schepen van De Zijpe. Met retroacta van 1630 en 1631. 1638 3 charters (getransfigeerd) 698.1 1638 698.2 1631 januari, getransfigeerd 698.3 1630 december, getransfigeerd

699 Akte van overdracht van de helft van een enterij te Aagtdorp door Pieter Adriaansz., buurman te Aagtdorp, aan Dirk Hendriksz. Groen te Alkmaar. 1639 1 charter Met aant. in dorso: "de helft van't Lantdrosthoeckjen"

700 Stukken betreffende een geschil tussen Dirk Hendriksz. Groen te Alkmaar, eiser, en Pieter Adriaansz., buurman te Aagtdorp, gedaagde, inzake het beheer van een enterij te Aagtdorp, genoemd het Landdrosthoekje. 1638-1643 1 omslag

701 Akte van overdracht van enige percelen land te Aagtdorp, waarvan een genoemd Loutgis land, door Dirk Jansz. Wieringen, buurman te Aagtdorp, aan mr. Maarten Coutenburch te Alkmaar. 1657 1 charter

702 Akte van overdracht van een perceel bosland te Aagtdorp door Cornelis van Teylingen, burgemeester van Alkmaar, aan mr. Jacob Coutenburch te Alkmaar. 1659 1 charter

703 Akte van overdracht van een perceel weiland te Aagtdorp door Jan Jansz. van Leeuwen aan Hendrik Witkamp. 1716 1 charter 3.20.09 Cousebant 123

704 Akte van overdracht van een hofstede met toebehoren te Aagtdorp door de gevolmachtigde van mr. Pieter Groen, advocaat te Haarlem, aan Cornelis Verlet te Alkmaar. Met akte van schuldbekentenis ten laste van koper, 1722. 1722 2 charters

705 Akte van overdracht van een perceel bosland te Aagtdorp door de gevolmachtigde van mr. Pieter Groen, advocaat te Haarlem, aan Maria van Ring, weduwe van Jan de Graeff. 1722 1 charter

706 Akte van overdracht van een hofstede met toebehoren te Aagtdorp door Maria Verhagen, weduwe van Abraham Klein, aan Jacob de Graeff te Alkmaar. 1731 1 charter

707 Staat houdende opgave van goederen gelegen te Aagtdorp, opgemaakt vanwege een verkoping, toebehorende aan Hendrik van Wijk met als eerdere eigenaars Jacob en Jan de Graeff. 1766 1 stuk 2 Aalbertsberg.

2 AALBERTSBERG.

708 Deurwaardersexploot aan het Hof van Holland uitgebracht inzake de eis van Sybrand van Alckemade, eigenaar van een blekerij te Aalbertsberg onder de jurisdictie van Brederode, ten laste van resp. de rentmeester en de substituut- baljuw van Brederode, wonende op het Huis Ter Cleeff te Haarlem, tot afbakening van zijn terrein door een hekwerk. Met bijlage. 1636 1 charter met aangehecht stuk 3 Abbenbroek.

3 ABBENBROEK.

709 Akte van belening door Francois Terestein van Halewijn, heer van Abbenbroek, van Maria Graswinckel met 3 gemeten en 77 roeden land gelegen in de "Oude Cade" van Abbenbroek. 1703 1 charter 4 Alkmaar.

4 ALKMAAR.

710 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van ruim 7609 carolus gulden door mr. Johan Kies als voogd van de nagelaten kinderen van Barent Wiggersz. Cousebant voor Adriaan Martensz. Coutenburch, burgemeester van Alkmaar, vanwege de aankoop van twee percelen land in de polder van Over D. onder Alkmaar. 1606 1 charter Met in dorso aant. betr. de aflossing, 1606 en 1607

711 Akte van ontslag uit de ban van fideicommis van verschillende percelen land onder Alkmaar, waarvan een genoemd de "Hoffweijt", alsmede van een huis te Alkmaar en van een graf in de Grote Kerk door de Staten van Holland voor de kleinkinderen en achterkleinkinderen van Baaf Willemsdr., weduwe van Dignum Cornelisz. te Limmen. 1680 1 charter Onder de kleinkinderen bevindt zich Maria Keyser, weduwe van Adriaan Crucius 124 Cousebant 3.20.09

5 Almkerk.

5 ALMKERK.

712 Akte van belening door de Staten van Holland van mr. Adriaen van der Goes met een uiterwaard buiten de zeedijk te Almkerk, genoemd de "Hooge Weijde". 1601 1 charter 6 Amsterdam.

6 AMSTERDAM.

713 Uitspraak van het gerecht van Amsterdam over het gebruik van een pad naar de Wetering ten voordele van Heeze Willemsz., eiser, tegen Adriaen Gerritsz., gedaagde. 1565 1 stuk Reg. no. 373 Dit is Adriaen Gerritsz. van Hoorn

714 Repliek van Jan de Jonge, procureur van Nicolaes van Alckemade, in zeker proces houdende toestemming van laatstgenoemde aan de erfgenamen van zijn broeder, Jacob van Alckemade tot verkoop van de helft van het ouderlijk huis aan de Nieuwezijds Voorburgwal te Amsterdam. ca. 1620 1 stuk

715 Brief van Cornelis de Magistris te Amsterdam aan diens neef Frederik Cousebant, ridder te Haarlem, betreffende de aankoop van zeker onroerend goed te Amsterdam. 1680 1 stuk

716 Concept-akte van overdracht van drie huizen aan de Kloveniersburgwal op de hoek van de Watersteeg en van twee huizen in de Watersteeg te Amsterdam door Hendrik van Wijk te Alkmaar aan Gerrit Braamkamp. 1753 1 stuk De grootvader van Hendrik van Wijk had deze huizen geerfd van Sara en Neeltje Caspers krachtens hun testament van 1646

717 Stukken betreffende het beheer van huizen op de Singel, het Water, in de Armsteeg en de Warmoesstraat te Amsterdam door Albert Brinkman, rentmeester, voor Floris Justus Cousebant, erfgenaam van Hendrik van Wijk. 1792-1796 1 omslag 7 Asperen.

7 ASPEREN.

718 Akte van belening door Philips II van Aernt van Renoy met verschillende goederen in het Land van Asperen. 1569 1 charter Reg. no. 415

719 Afrekening tussen Jan van Renoy en de erfgenamen van Anna van Renoy van pachtsommen en kooppenningen rustende op percelen land te Asperen. Afschrift, (ca. 1625). 1613 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht 8 Assendelft.

8 ASSENDELFT. Zie ook onder Uitgeest, (inv. no.828) 3.20.09 Cousebant 125

720 Aantekeningen betreffende inkomsten en uitgaven van percelen land te Assendelft toebehorende aan de erfgenamen van Josef Cousebant en de kinderen van Frans Barentsz. Cousebant. ca. 1760 en 1790 2 stukken 9 Assum.

9 ASSUM.

721 Akte van overdracht van een huis met erf te Assum uit de desolate boedel van wijlen Albert Pietersz. en Dieuwer Jansz. door schout en schepenen van Uitgeest aan Frans Barentsz. Cousebant te Haarlem. 1656 1 charter 10 Bergen.

10 BERGEN.

722 Akte van overdracht van een perceel land in de Berger meer alsmede van een perceel land in Bergerswael, leenroerig aan de grafelijkheid van Egmond, door Gerard van Berckenrode, baljuw van Kennemerland, aan diens neef Johan van Alckemade. 1583 1 charter Vgl. het Archief van de Hofstede Oud-Alckemade, inv. no. 50 en no. 140 11 Beverwijk.

11 BEVERWIJK.

723.1-723.2 Akte van belening door Anna, vrouwe van Assendelft enz., weduwe van Gerrit van Renesse van der Aa, van Adriaen van Hellemijs van Welle met een erf en opstal te Beverwijk. Met nadere akte omtrent de aard van het leen en de rechten van de leenman. 1618 2 charters 723.1 1618 mei 723.2 1618 augustus 12 Bodegraven.

12 BODEGRAVEN.

724 Akte van ontheffing uit de ban van fideicommis van een perceel land van wijlen Jacob van Alckemade door diens broeder Johan Theodoor van Alckemade te Utrecht voor Jan Schrieck, pannebakker te Woerden. Gelijktijdig afschrift. 1701 1 stuk Niet raadpleegbaar Den Bommel.

DEN BOMMEL. Zie onder Ooltgensplaat 13 Charlois.

13 CHARLOIS.

725 Brief van Jacob Clivoy, rentmeester te Oude Tonge, aan Frans Barentsz. Cousebant betreffende zekere erfpacht te Charlois. 1749 1 stuk 14 Delft.

14 DELFT.

726 Rentebrief ten bedrage van ruim 37 carolus gulden per jaar door Willem van Foreest te Delft, verschuldigd aan mr. Cornelis de Coninck en Jan Jansz. Graswinckel vanwege de aankoop van een huis op de Korenmarkt te Delft. 126 Cousebant 3.20.09

1577 1 charter Reg. no. 498 Met in dorso aant. betr. de aflossing in 1581 15 Dijkshoorn.

15 DIJKSHOORN.

727 Stukken betreffende een proces voor het leenhof van Holland over een deel van 44 morgen land gelegen te Dijkshoorn op de Harnas onder Delft, eerst gevoerd door mr. Anthuenis Herweyer en Floris van Oye, eisers, tegen Lourys Pietersz. en Aem Heinrycxsz., gedaagden, en later voortgezet door hun respectieve leenvolgers Cornelis Herweyer tegen mr. Christiaen van der Goes en Heynryck Aemsz. ca. 1569 1 omslag Reg. no. 384 en no. 402 16 Dirksland.

16 DIRKSLAND.

728 Deurwaardersexploot aan het Hof van Holland uitgebracht inzake de eis van mr. Philips van Cromstrijen ten laste van Crijn Thysz. te Dirksland tot het in beslag nomen van de vruchten van 3 1/2 gemet land vanwege diens achterstallige pacht. Met bijlagen. 1638 1 charter met 2 aangehechte stukken 17 Dubbeldam.

17 DUBBELDAM.

729 Stukken betreffende vergoeding door de kinderen van Johan van Alckemade betaald in verband met de verkoop van zekere percelen land onder Dubbeldam door hun grootvader Walraven van Arckel, waarvoor hun vader Johan van Alckemade borg was gebleven. 1675-1681 1 omslag Niet raadpleegbaar Ten einde de vergoeding te kunnen betalen kreeg Johan Theodoor van Alckemade van de Staten van Holland gedaan, dat zij zeker land in de Moerdijk in de Ketel onder de Zwaluwe uit de ban van fideicommis ontsloegen, terwijl ook de huur van zekere percelen land te Zevenbergen voor de schadevergoeding werd gebruikt 18 's-Gravenhage.

18 'S-GRAVENHAGE.

730 Rekening inzake het beheer van een huis aan de westzijde van het Noordeinde te 's- Gravenhage door de weduwe van Anthonis van der Hout voor Floris Cousebant, afgehoord in 1776. 1772-1776 1 stuk

731 Diverse stukken van financiële aard betreffende het voornoemde huis. 1772-1794 5 liassen De beide liassen over 1780-1787 bevatten tevens enkele stukken betreffende percelen land onder Sassenheim alsmede betreffende lesgelden voor Pieter Cousebant Groet.

GROET. Zie onder Schoorl 19 Haarlem.

19 HAARLEM.

732 Pachtboekje van een niet nader genoemd lid van het geslacht Van Foreest betreffende huizen en erven te Haarlem. ca. 1500 1 katern 3.20.09 Cousebant 127

733 Pachtboekje van Jan van Foreest betreffende huizen en erven te Haarlem. 1516-(1518) 1 katern Met een oorkonde van Otto van Egmond als omslag, (ca. 1430). Reg. no. 75. Zie inv. no. 1060

734 Pachtboekje van Pieter Cornelisz. van Foreest en diens erfgenamen betreffende huizen en erven te Haarlem. 1532-1594 2 katernen

735 Pachtboekje van de dochters van mr. Pieter Cornelisz. van Foreest betreffende huizen en erven te Haarlem. 1587-1591 1 katern

736 Pachtboekje van Pieter van Foreest betreffende huizen en erven te Haarlem. 1595-1600 1 katern

737 Akte van overdracht van een huis met erf in de Achterkamp te Haarlem door de weduwe van Jacob Meynaertsz. aan Jacob van Assendelft. 1570 1 charter Reg. no. 419 Vermoedelijk is dit huis later overgedragen aan Pieter Jansz. de Kies en heeft deze akte hierbij gediend als retroacte, vgl. inv. no. 738

738 Akte van overdracht van een erf in de Achterkamp te Haarlem door Geleyn Rochusz. als erfgenaam van zijn vader voor de ene helft en de echtgenoot van Marytgen Claesdr. als haar voogd voor de andere helft aan Pieter Jansz. 1577 1 charter Reg. no. 497 Onder Pieter Jansz. moet worden verstaan Pieter Jansz. de Kies. Het perceel werd aan de ene zijde begrensd door een perceel van de weduwe van Jacob van Assendelft, vgl. inv. no. 737

739 Akte van overdracht van een erf in de Achterkamp te Haarlem door Jacob Adamsz., schipper, aan Wigger Claesz. Cousebant. 1582 1 charter Het huis was "by den troublen ommegehaelt"

740 Akte van overdracht van een huis met erf in de Achterstraat te Haarlem door Jan van de Giuste voor de ene helft en Adriaen Cornelisz., echtgenoot van Susanneken Jansdr. van den Giuste, schipper, voor de andere helft aan dr. Augustijn van Teylingen. 1619 1 charter

741 Akte van overdracht van een huis met erf in de Gierstraat te Haarlem, genoemd de Blauwe Druif, door Michiel Willemsz. van Adrichem aan Barent Wiggersz. Cousebant. 1595 1 charter Met aant. in dorso omtrent zekere toebetaling aan Frans Adriaansz. Kies als oom en voogd van de nagelaten kinderen van Barent Wiggersz. Cousebant, 1604

742 Akte van overdracht van een huis in de Kleine Houtstraat te Haarlem door Jan Thomasz. aan Sybrand van Berckenrode. 1577 1 charter Reg. no. 514

743 Akte van overdracht van een huis met erf op het Klein Heilig Land te Haarlem door 128 Cousebant 3.20.09

Jan Volkertsz., rietdekker, aan Wigger Claesz. Cousebant. 1586 1 charter Met in dorso akte van ontslag van de waarborg, die de verkoper had gegeven, door Barent Wiggersz., brouwer, en de overige kinderen van Wigger Claesz. Cousebant, 1596

744 Akte van overdracht van een huis met erf aan de Kraaienhorster gracht te Haarlem uit de nagelaten goederen van Guerte Wenyffuen door schepenen van Haarlem aan de gevolmachtigde van Pieter Jansz. Kies en van Machtelt van Heussen, weduwe van Sybrand van Berckenrode. 1581 1 charter

745 Akte van overdracht van een erf in de Kruisstraat te Haarlem door burgemeesters, raad en regeerders van Haarlem aan Wigger Claesz. Cousebant. 1582 1 charter

746 Akte van overeenkomst van de gevolmachtigde van mr. Adriaan de Kies met de zijnen enerzijds en de gevolmachtigde van Switbertus Crucius en diens echtgenote Syberich Gerritsdr. met de hunnen anderzijds, allen erfgenamen van Heyltgen Jansdr., weduwe van Hendrik Theunisz., met Pieter Hendriksz. van Dijk, huurder van een tot haar boedel behorend huis met erf in de Nieuwe steeg te Haarlem omtrent financiële afwikkelingen. Met bijbehorende stukken, 1649 en 1650. 1651 3 stukken

747 Akte van overdracht van een huis in de Smedestraat te Haarlem door Jan Martynsz. aan Sybrand van Berckenrode als voogd van diens echtgenote Machtelt van Heussen. 1569 1 charter Reg. no. 417 Met aant. in dorso betr. nadere bepaling van de koopsom

748 Repliek uit een proces voor het gerecht van Haarlem omtrent de verkoop van een niet nader omschreven huis door Jacob Jacobsz. de Jonge, gedaagde, aan Frans Barentsz. Cousebant, eiser. na 1613 1 stuk

749 Akte van overdracht van een molen buiten Zijlpoort te Haarlem door Goossen Gerritsz. van Harderwijk aan Sybrand van Berckenrode en zijn drie compagnons. 1576 1 charter Reg. no. 474

750 Arbitrale uitspraak tot betaling van een dubbele erfhuur van 7 gulden voor 1 1/2 morgen land onder Haarlem aan Guertgen Pietersdr. van Foreest als eiseres door Dirk, Gerrit en Jacob, kinderen van Willem Dirksz. en Guertge Willemsdr. Met bijlage. 1591 2 stukken 20 Haarlemmerliede.

20 HAARLEMMERLIEDE.

751 Akte van aanvaarding onder beneficie van inventaris en tevens van verhuring van een vervallen huis met zes percelen land te Haarlemmerliede, afkomstig uit de boedel van Pieter van Foreest, door Gerrit Jacobsz. Hulft namens zijn echtgenote Haesgen Willemsdr. van Foreest en de curators van de boedel van Claes Hals Claesz. 1602 1 stuk 3.20.09 Cousebant 129

21 Heemskerk.

21 HEEMSKERK.

752 Rentebrief ten bedrage van 27 gulden per jaar door Sijmon Lauris, buurman te Heemskerk, verschuldigd aan Brechtlant Cornelisdr. van der Nun, weduwe van Pieter Cornelis Leijenaer te Haarlem, met als onderpand een perceel land te Heemskerk, genoemd "Dirck Wouters croft", met bijlage, en kwitantie voor Judocus Cousebant inzake aflossing van de hoofdsom van 600 gulden bij aankoop door hem van het genoemde land, 1682. 1656 3 aaneengehechte stukken 22 Heemstede.

22 HEEMSTEDE.

753.1-753.2 Akte van verkoop van een perceel veenland van 5 morgen te Heemstede door Coen van Oesterwyc aan Jan van Foreest. Met retroacte, 1398. 1398 2 charters Reg. no. 27 en no. 28 In dorso van beide akten de aant.: "in Berckenroede hoefstede" 753.2 1398 januari 25 753.1 1398 januari 30 23 Heilo.

23 HEILO.

754 Akte van verkoop van twee percelen land te Heilo door Albrecht Ysbrantsz., prior van het Regulierenklooster te Heilo, aan Augustijn van Teylingen. 1525 1 charter Reg. no. 219 24 Hillegom.

24 HILLEGOM.

755 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 1200 gulden door Frans Barentsz. Cousebant voor Maritgen Willemsdr., weduwe van Pieter Cornelis van Sijp, vanwege de aankoop van een perceel land te Hillegom. 1658 1 charter Met in dorso aant. betr. de aflossing, 1673-1677

756 Akte van volmacht van Frans Barentsz. Cousebant aan diens zoon Frederik Cousebant, ridder te Haarlem, om voor het Hof van Holland te procederen tegen mr. Adriaen van Dorp over het recht van uitweg over percelen land te Hillegom. Met attestatie van schepenen van Hillegom. 1660 2 stukken Niet raadpleegbaar

757 Kwitanties betreffende gemene lasten inzake een perceel land te Hillegom voor de erfgenamen van juffrouw Cousebant. 1777-1783 1 omslag Vermoedelijk moet onder juffrouw Cousebant worden verstaan Maria Christina Genoveva van Alckemade 25 Hogewoerd.

25 HOGEWOERD. Zie ook onder Schoten

758 Akte van overdracht van een huis met hooiberg en erf op de Hogewoerd buiten Haarlem uit de gerepudieerde boedel van Harman Symonsz. door schout en schepenen in de ban van Hogewoerd buiten Haarlem aan Floris van Alckemade ten 130 Cousebant 3.20.09

behoeve van diens moeder Agatha van Berckenrode. 1614 1 charter 26 Kedichem en Reierscop.

26 KEDICHEM EN REIERSCOP.

759 Aantekeningen betreffende percelen land onder Kedichem en Reierscop, komende uit de nagelaten goederen van Johan van Persijn, door de erfgenamen van Johan van Alckemade opgesteld vanwege vermeende aanspraken. 1685-1731 1 omslag Jan van Persijn was een verwant van Jacob van der Wiele, die een oom was van Beatrix Duyst van Voorhout, gehuwd met Sybrand van Alckemade 27 Krommenie.

27 KROMMENIE.

760 Akte van overdract van 1/3 deel van 50 roeden land te Krommenie door Tryn Pietersdr., weduwe van Garbrant Cornelisz., houtkoopster te Assendelft, aan Frans Cousebant te Haarlem. 1655 1 charter 28 Leiden.

28 LEIDEN.

761 Kwitanties betreffende gemene lasten en de huur van een huis aan de Steenschuur te Leiden voor Floris Cousebant. 1785-1798 1 omslag 29 Leiderdorp.

29 LEIDERDORP.

762.1-762.2 Akte van belening door Walraven van Brederode van Jan Conincxsz. met een hofstede te Leiderdorp. Met akte van ontslag uit het leenverband, 1487. 1485 2 charters Reg. no. 158 en no. 162 762.1 1485 762.2 1487

763-763.1 Akten van overdracht van verschillende delen van de hofstede Vergou te Leiderdorp door Gielis Jansz., Claes Jansz. en de voogd van Anna Jansz. aan hun halfbroeder Jan Conincxsz. 1539 en 1541 3 charters Reg. no. 259 no. 271 en no. 272 763.1 Verkopen Gielis Jansz,1539, 1541 763 Verkoop Claes Jansz, 1541

764 Akte van overdracht van de helft van 2 morgen land te Leiderdorp door Wouter Jansz. en Claes Roelofsz. aan Jan Conincxsz. 1485 1 charter Reg. no. 159

765 Akte van overdracht van de helft van acht percelen land te Leiderdorp door de gebroeders Costyn, Jan en Lodewyck van der Does aan Jan Conincxsz. 1485 1 charter Reg. no. 160

766 Akte van overdracht van twee percelen land te Leiderdorp door Claes Aelwyn Claesz. aan Katrijn Willemsdr., weduwe van Jan Conincxsz. 1561 1 charter 3.20.09 Cousebant 131

Reg. no. 357

767 Kwitanties betreffende de aankoop van 2 percelen teelland in de Boterhuispolder onder Leiderdorp voor Floris Justus Cousebant. 1775 en 1776 2 stukken

768 Concept-pachtcontract van een woning met toebehoren in de Boterhuispolder onder Leiderdorp door Floris Cousebant voor Hendrik Rustman. 1798 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd 30 Lisse.

30 LISSE.

769 Akte van overeenkomst tussen Cornelis Ascanius van Sypesteyn, domheer te Utrecht, en Frans Barentsz. Cousebant te Haarlem over het recht van eerstgenoemde om met een zandschuit door het bos van laatstgenoemde te Lisse te varen op zekere voorwaarden, met akten betreffende een conflict hierover ontstaan voor het Hof van Holland gebracht. 1658-1659 3 stukken Niet raadpleegbaar Eén der akten is zwaar beschadigd

770 Akte van overdracht van een perceel land in de Westgeest te Lisse en van twee percelen land te Warmond door de gevolmachtigde van Anna Maria van Alckemade te Antwerpen aan Floris van Alckemade onder voorwaarde tot uitkering van een jaarlijks pensioen ten bedrage van 50 gulden aan eerstgenoemde. 1692 1 charter 31 Maasland.

31 MAASLAND.

771 Pachtcontract van een perceel land te Maasland door de Rekenkamer te Den Haag voor Lourens Pietersz. te Delft. 1545 1 stuk Reg. no. 286 32 Melissant.

32 MELISSANT.

772 Akte van overeenkomst tussen mr. Philips van Cromstrijen, Marinus Marinusz. Breeman en Anthonis van Mijerop tot exploitatie van de Kraaiersplaat of Melissantse plaat. Met bijgeschreven akte van toetreding van de heren van Duivenvoorde, van Warmond en van Wimmenum, 1642. In duplo. 1641 2 stukken Op de ene akte ontbreekt de handtekening van de heer van Warmond 33 Ooltgensplaat en Den Bommel.

33 OOLTGENSPLAAT EN DEN BOMMEL. Ooltgensplaat en Den Bommel vormden tezamen de heerlijkheid van Sint Adolphsland a Algemeen.

a Algemeen.

773 Register van akten van uitgifte van percelen land onder Sint Adolphsland, anders genoemd Ooltgensplaat, met de polders de Galathee, de Noordpolder en Den Bommel, lopende van 1477-1527, afgeschreven in 1605. [1477-1527] 1 deel Niet raadpleegbaar 132 Cousebant 3.20.09

Reg. no. 138 no. 150 no. 151 no. 152 no. 155 no. 156 no. 208 no. 209 no. 215 en no. 224

774 Akte van uitgifte van de gorzen genoemd Den Bommel, Kijkuit, Zwartenhoek en de Molenpolder door Philips van Kleef aan Adolph Harding en Victor van den Sickele ter bedijking. Afschrift, (ca. 1660). 1522 1 stuk Reg. no. 211

775 Akte van belening door de Staten van Holland van Cornelia Simonsdr., weduwe van Willem Adriaensz. Berckel, met twee gedeelten van twee zesdeparten van de gorzen genoemd de Galathee, Ooltgensplaat en Den Bommel tot aan Grijsoord. 1631 1 charter

776 Akte van belening door de Staten van Holland van Simon Graswinckel met twee gedeelten van twee zesdeparten van de gorzen genoemd de Galathee, Ooltgensplaat en Den Bommel tot aan Grijsoord. 1638 1 charter Simon Graswinckel verwierf dit leen van zijn tante van moeders zijde Cornelia Simonsdr.

777-777.1 Akte van belening door de Staten van Holland van Adriaen Graswinckel met twee gedeelten van twee zesdeparten van de gorzen genoemd de Galathee, Ooltgensplaat en Den Bommel tot aan Grijsoord. Met bijlage. 1672 1 charter en 1 stuk Adriaen Graswinckel verwierf dit leen van zijn vader Simon Graswinckel 777 Akte van belening. 777.1 Bijlage.

778 Oktrooi van de Staten van Holland voor de ingelanden van de polder het Oude Land van Ooltgensplaat en dijkgraaf, gezworenen en ingelanden van de polder de Galathee tot vrijstelling van verschillende gemene lasten voor een aantal jaren ingevolge drooglegging en bedijking van de geinundeerde landen. Gedrukt. 1718 1 stuk

779 13e, 14e, 15e en 18e rekening van een portie in de tienden, dijk- en gorsettingen van de ambachtsheerlijkheid Sint Adolphsland door Johannes Cornelius Smolders, rentmeester te Oude Tonge, voor Floris Justus Cousebant. Met borderellen en kwitanties. 1787-1789 1 omslag De 18e rekening is eerst afgehoord in 1795

780 1e tot en met 6e rekening van een portie in de tienden, dijk- en gorsettingen van de ambachtsheerlijkheid Sint Adolphsland door mr. Johan Anthonij Schiefbaan, rentmeester als opvolger van zijn schoonvader Johan Michael de Graaff, voor Floris Justus Cousebant en diens erfgenamen als fideicommissaire erfgenamen van de goederen van Cornelis van der Goes, afgehoord in 1800 en 1801. Met borderellen en kwitanties. 1793-1799 1 omslag b Den Bommel.

b Den Bommel.

781-781.2 Akte van overdracht van ruim 16 gemeten land met gorzen in de polder Den Bommel door de gevolmachtigde van de procureurs van de goederen van Maximiliaan van Bourgondië aan Marinus Willemsz. te Zierikzee. Met bijbehorende stukken, 1545-1546. 1545 2 charters en 2 stukken 3.20.09 Cousebant 133

Reg. no. 285 no. 287 no. 288 no. 289 en no. 293 781 Overige stuk(ken) 781.1 1545 781.2 1546

782.1-782.2 Akte van overdracht van omtrent 8 gemeten land in de polder Den Bommel door Phillip Yemansz. aan Marinus Willemsz. te Zierikzee. Met nadere akte van 1566. 1563 2 charters 782.1 26 augustus 1563 Reg. no. 365 782.2 4 september 1566 Reg. no. 382

783 Akte van overdracht van ongeveer 25 gemeten land in de polder Den Bommel door Nicolaes Rutsaers, voogd over de nagelaten kinderen van zijn broeder alsmede lasthebber van Nicolaes Willem Symontsz., voogd over de nagelaten kinderen van Cornelis Willem Symontsz., aan mr. Maarten Willem Symontsz. 1582 1 charter Onder mr. Maarten Willem Symontsz. moet verstaan worden mr. Maarten van Cromstrijen

784 Akte van protest door mr. Philips van Cromstrijen als naaster van een hofstede met 23 gemeten land in de polder Den Bommel, door Jacob van Thienen te Utrecht aan Jacob Baltensen van der Werff te Middelharnis verkocht. Met bijbehorend stuk, 1640. 1642 2 stukken Niet raadpleegbaar Het stuk van 1640 is zeer zwaar beschadigd

785 Akten van schatting en meting van een hofstede, genoemd de Hoge Werf, alsmede van twee percelen land in de polder Den Bommel, verricht op verzoek van de gevolmachtigde van mr. Philips van Cromstrijen. 1644 1 stuk Niet raadpleegbaar

786 Deurwaardersexploot aan het Hof van Holland uitgebracht inzake de eis van Jacob Hendriksz. Langerhaer als borg van de weduwe van Helle Rommers, pachtster van mr. Philips van Cromstrijen, om beslag te leggen op het veldgewas van 10 gemeten bouwland van de hofstede de Hoge Werf in de polder. Den Bommel. Met bijlage. 1656 1 charter met aangehecht stuk

787 Stukken betreffende een proces voor het Hof van Holland tussen dijkgraaf en gezworenen van de polder Den Bommel als gedaagden en Cornelis van Aerssen, heer van Sommelsdijk enz., als eiser omtrent het bijdragen in de kosten voor dijkherstel en drooglegging door eigenaars van vroonlanden en tienden naar aanleiding van de overstromingen van de jaren 1673 en 1682, met enkele retroacta. 1673-1682 1 pak

788 Staat houdende opgave van profijten voor de eigenaars van percelen land in de polder Den Bommel wegens vrijstelling van verponding voor de jaren 1669-1676. Afschrift. 1685 1 stuk Niet raadpleegbaar

789 Rekeningen van rentevorderingen ten laste van de pachter Hugo Zantboer door Balthasar Branderhouve, rentmeester, voor Floris van Alckemade en mr. Jan Jacob van Dijckslooth, voogden van de erfgenamen van Maria Theresia van der Goes. 134 Cousebant 3.20.09

1742-1743 2 stukken c De Galathee.

c De Galathee.

790 Stukken betreffende een geschil tussen mr. Philips van Cromstrijen, eigenaar voor de ene helft, en Thomas Abrahamsz. Lelyenburch, anders genoemd Cromveur, alsmede mr. Servaes van Panhuys, raad en pensionaris van Schoonhoven, eigenaars voor de andere helft, over de limietscheiding ingevolge het verkavelen van een hoeve land van ruim 36 gemeten in de polder de Galathee. Met retroacte, 1641. 1648-(ca. 1653) 1 omslag Niet raadpleegbaar

791 Stukken betreffende het innen van achterstallige pacht door mr. Philips van Cromstrijen van Isaac Abrahamsz. en Jacob Gerritsz. Drijver van 22 gemeten land in de polder de Galathee. 1651-1652 en z.j. 3 stukken Niet raadpleegbaar

792 Aantekening omtrent het meten van 20 gemeten en 222 roeden land in de Galathee, in huur bij Cornelis Cornelisz. Thomasz., ten behoeve van de erfgenamen van mr. Philips van Cromstrijen. ca. 1660 1 stuk

793 Stukken betreffende de verkoop van een derde deel van 14 gemeten land in de polder de Galathee door de erfgenamen van mr. Simon Graswinckel. 1671 2 stukken Niet raadpleegbaar d De Noordpolder.

d De Noordpolder.

794-794.2 Stukken betreffende het beheer over een hofstede met toebehoren van Dirk van Foreest in de Noordpolder. Met afrekening tussen Jan Conincxsz. als curator van de nagelaten goederen van Dirk van Foreest en Adriaen Cornelisz., nazaat van Dirk Ottesz., omtrent de pacht van tien jaar van 19 1/2 gemeten land in de Noordpolder, 1594. 1577-1580 3 charters en 1 omslag Reg no. 522 no. 523 no. 575 no. 580 no. 584 no. 585 no. 587 en no. 588 794.1 1579 794.3 1580 mei 13 , getransfigeerd 794.2 1580 mei 18 794 Overige stuk(ken) Niet raadpleegbaar e De Nieuwe Blokpolder.

e De Nieuwe Blokpolder.

795 Akte van verkaveling van de Nieuwe Kleine Blokpolder door de gevolmachtigden van de bedijkers. Gelijktijdig afschrift. 1648 1 stuk Niet raadpleegbaar Tot de bedijkers behoorde mr. Simon Graswinckel f Het Rietveld.

f Het Rietveld.

796 Akte van verkaveling van het Rietveld tussen de gezamenlijke eigenaren. Afschrift, (ca. 1675). 3.20.09 Cousebant 135

1664 1 stuk Niet raadpleegbaar Tot de eigenaren behoorde mr. Simon Graswinckel Zwaar beschadigd g De Mariapolder.

g De Mariapolder.

797 Oktrooi van de Staten van Holland voor Francois van Aerssen, heer van Sommelsdijk enz., eigenaar voor ruim 2/3 deel van een schor bij de polder Alteklein en tevens gemachtigde van de overige eigenaren, tot bedijking onder vrijstelling van gemene lasten voor een aantal jaren. Gelijktijdige afschriften. 1717 2 stukken

798 Akte van overeenkomst tussen Francois van Aerssen, heer van Sommelsdijk enz., en de overige eigenaren tot bedijking van de gorzen van de Galathee en de Kruispolder, te noemen de Mariapolder. Gelijktijdig afschrift. 1731 1 stuk Niet raadpleegbaar 34 Overveen.

34 OVERVEEN.

799 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 300 carolus gulden door Lambert Jansz., warmoezeniet te Overveen, voor Frans Barentsz. Cousebant te Haarlem vanwege achterstallige pacht. Met bijlage, (ca. 1660). 1653 2 stukken Met in dorso van de akte: "Deese is gequiteert" 35 Pijnacker.

35 PIJNACKER.

800 Akte van overdracht van 3 1/2 morgen land te Pijnacker door Jacob Claesz., buurman te Pijnacker, aan Sybrand van Alckemade. 1614 1 charter

801 Akte van overdracht van 3 morgen en 3 hont land te Pijnacker door Clazina Hogeveen te Schiedam aan Floris Cousebant. 1767 1 charter

802 Akte van overdracht van 3 morgen en 3 hont land te Pijnacker door A. van Schaak, koopman te Schiedam, aan Floris Cousebant. 1767 1 charter Reierscop.

REIERSCOP. Zie onder Kedichem 36 Sassenheim.

36 SASSENHEIM. Zie ook inv. no. 731 Vgl. eveneens het Archief van de Hofstede Oud-Alckemade, inv. no. 128

803 Kwitanties van de rentmeester van de universiteit te Leiden voor jvr. Henrietta van Alkemade wegens betaalde jaarrenten op een stuk land onder Sassenheim 1794 2 stukken

804 Kwitanties voor F. Kouseband van Waspick voor betaalde belastingen wegens het bezit van een huis en land in Sassenheim 1799 3 stukken 136 Cousebant 3.20.09

805 Pachtcontracten van een perceel land te Sassenheim door de commissaris van de goederen van de abdijen Rijnsburg en Leeuwenhorst voor Floris Cousebant. Met bijlagen, 1799. 1796, 1798 en 1799 5 stukken Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd 37 Schalkwijk.

37 SCHALKWIJK.

806 Attestatie van Anna Jansdr., weduwe van Jan Gerritsz., betreffende de verkoop van een hofstede te Schalkwijk aan Wigger Claesz. Cousebant te Haarlem. 1577 1 stuk Niet raadpleegbaar Reg. no. 520 Zeer zwaar beschadigd 38 Schellinkhout.

38 SCHELLINKHOUT.

807-807.2 Akten van belening door Karel V van Claes Willemsz. te Hoorn en Willem Dirksz. te Amsterdam met een hofstede en 5 morgen land te Schellinkhout. Met bijlage, 1527. 1528 en 1548 3 charters Reg. no. 225 no. 226 en no. 302 Het transfix is van het charter losgeraakt 807.1 1527 807 1528 807.2 1528

808.1-808.2 Akten van belening door Philips II van Pieter Meynertsz. Lakemans te Bovenkarspel met tweemaal de helft van een hofstede en 5 morgen land te Schellinkhout, genoemd de Clincke. Met bijlage. 1577 3 charters (deels getransfigeerd) Reg. no. 504 no. 505 en no. 506 808.2 Charter 808.1 Charter 808.3 Charter, getransfigeerd 39 Schoorl en Groet.

39 SCHOORL EN GROET.

809 Concept-akte van verkoop van de achterduinen van Schoorl en Groet door Hendrik van Wijk aan Aldert Telman, bezwaard met een erfpacht van 40 carolus gulden per jaar voor de grafelijkheid van Holland. Met bijlagen, 1767 en z.j. 1767 3 stukken 40 Schoten.

40 SCHOTEN. Zie ook onder Hogewoerd

810 Akte van overdracht van een weg langs de Zandsloot te Schoten onder Haarlem door Willem Cornelisz. aan Dirk van Heussen. 1559 1 charter Reg. no. 343

811-811.1 Sententie van het Hof van Holland betreffende eigendom en onderhoud van de Zandvaart, anders genoemd Heussens vaart of de Grote Beek, met de er bij behorende blekerijen, gelegen tussen de Delft en het Spaarne onder Haarlem ten voordele van de schout van de Hogewoerd te Schoten, Sybrand van Alckemade en 3.20.09 Cousebant 137

de weduwe van Jan Claesz., gedaagden, in een geschil met Weijnina van Torenvliet en mr. Joris van de Velde, echtgenoot van Elisabeth Crabbemors, ter voortzetting van het proces van haar vader Nicolaas Crabbemors, eisers. Met bijlage, z.j. 1639 1 charter en 1 stuk 811 Sententie 811.1 Bijlage 41 Spijkenisse.

41 SPIJKENISSE.

812 Akte van overdracht van twee percelen weiland in de Brabantse polder te Spijkenisse door Menno Frans van Burmania en diens echtgenote Anna Lucia Andrieta van Camstra op Tjaerda-State te Rinsumageest aan Maria Theresia van der Goes, echtgenote van Floris van Alckemade. 1720 1 stuk 42 Tetrode.

42 TETRODE.

813 Akte van overdracht van een hofstede te Tetrode onder Haarlem door Lourens Jansz. Bitter, mede voor zijn echtgenote Pieternelle Pouwelsdr., en door de voogd van Dieuwer Claesdr., weduwe van Cornelis Ysbrantsz., aan Claes van Heussen. 1544 1 charter Reg. no. 282 Met in dorso aant. betr. de aflossing van een erfpacht door Floris van Alckemade aan Philips van Dam, 1672 43 Uitgeest.

43 UITGEEST.

814 Akte van overdracht van een vierde deel van een perceel land in het Uitgeester broek bij de Nieuwe Dam door Aagte Pietersdr., weduwe van Cornelis Claesz. van Rijken te Haarlem, aan de gevolmachtigde van Gerrit Jacobsz. Hulft te Haarlem. 1636 1 charter

815 Pachtcontracten inzake een vierde deel van een perceel land in het Uitgeester broek, genoemd het "Verdeijn", tussen de gevolmachtigde van de nagelaten kinderen van Gerrit Jacobsz. Hulft te Haarlem en Willem Barentsz., buurman op de Nieuwe Dam onder Assendelft. 1637 2 stukken Vermoedelijk het land in inv. no. 814 bedoeld

816 Akte van overdracht van een vierde deel van een perceel land in het Uitgeester broek, genoemd het "Kerckhoff", uit de boedel van Cornelis Baertsz., buurman op de Nieuwe Dam onder Assendelft, door schout en schepenen van Uitgeest aan de erfgenamen van Gerrit Jacobsz. Hulft. 1640 1 charter

817 Akte van overdracht van de helft van een perceel land in het Uitgeester broek, genoemd het "Kerckhoff", door Gysbert Jacobsz., buurman te Uitgeest, aan de nagelaten kinderen van Gerrit Jacobsz. Hulft. 1653 1 charter

818.1-818.2 Akte van overdracht van een vierde deel van twee percelen land in het Uitgeester broek, genoemd het "Kerckhoff" en het "Verdeijn", door de gevolmachtigde van Huygh Jansz. Slooth, schuitvoerder te Amsterdam, aan Frans Barentsz. Cousebant te Haarlem. Met nadere akte van overdracht door schout en schepenen van Uitgeest, 1657. 138 Cousebant 3.20.09

1654 2 charters 818.1 1654 818.2 1657

819 Akte van overdracht van een perceel land in het Uitgeester broek, genoemd het "Schaervelt", door Pieter en Jan Garbrantsz., mede voor hun zuster Sieu, aan Frans Barentsz. Cousebant te Haarlem. 1666 1 charter

820 Akte van overdracht van de helft van een perceel land in het Uitgeester broek bij de Nieuwe Dam, genoemd het "Verdeijn", alsmede van een perceel land buiten de Sint Aagtendijk, genoemd de "Uytterdyck van het Kerkhoff", door Willem Bastiaensz., buurman te Assendelft, aan Adriana van der Hulft, weduwe van Frans Cousebant te Haarlem, onder meer in ruil voor een perceel land te Assendelft, genoemd het "Roelevenven". 1669 1 charter

821 Akte van overdracht van een perceel land buiten de Sint Aagtendijk te Uitgeest, genoemd de "Kelder" of het "Verdeijn", door de erfgenamen van Jan Dirk Evertsz.op Den Dam aan Judocus Cousebant te Haarlem. 1686 1 charter

822 Akte van overdracht van een perceel land te Uitgeest, genoemd het "Kerversven", door de beheerders van de boedel van Sijmon Poulusz. en de voogden van de kinderen van Cornelis Lauwe, alsmede van een perceel buitendijks land te Uitgeest door Lourens Dirksz. te Krommenierdijk, mede gemachtigde voor diens zwager Jan Poulus, aan Frederik Cousebant te Haarlem. 1697 1 charter

823 Akte van overdracht van vier percelen land in het Uitgeester broek, genoemd "Eggeweer", "Moij Aegtenventje", "Baertscamp" en "In Dijcksven", door Marij Remme, weduwe van Dirk Jansz. Speer te Krommenierdijk, aan Frederik Cousebant, ridder te Haarlem. 1699 1 charter Deze percelen werden door Franciscus Bernardus Cousebant in 1737 verkocht aan Claes Bol, vgl. inv. no. 67

824 Akte van overdracht van twee akkers in de Wouden te Uitgeest, genoemd "Scheteweer" en de "Uuyterdyck", uit de desolate boedel van Maarten Dirksz. Lakeman te Krommenierdijk door schepenen van Krommenie en Krommenierdijk aan Frans Barentsz. Cousebant te Haarlem. 1655 1 charter

825 Akte van overdracht van vijf percelen land in de Wouderpolder te Uitgeest, genoemd "In Pieter Duyvenven", "Riemaeckersven", "Lambertsven", "Pieter Claeshorn" en "Clotenweijt", door de nagelaten kinderen van Pieter Willemsz., viskoper te Krommenierdijk, aan Frederik Cousebant, ridder te Haarlem. 1691 1 charter 44 Veenhuizen.

44 VEENHUIZEN.

826 Akte van toestemming tot vrije beschikking over zekere percelen land te Veenhuizen door de erfgenamen van mr. Johan de Kies voor hun neef Frans Barentsz. Cousebant. 3.20.09 Cousebant 139

1648 1 stuk 45 Velsen.

45 VELSEN. Zie voor de hofstede Schilpen ook inv. no. 255 en no. 70

827.1 Akte van overdracht van een perceel weiland bij de Santpoorter laan in het Velser broek door Huych Fransz., buurman te Velsen, aan Wigger Claesz. Cousebant. Met retroacte. 1584 2 charters (getransfigeerd) Blijkens aant. in dorso is dit land door Barent Cousebant verkocht aan Jacop Vrouteken 827.1 Akte van overdracht 827.2 Retroacte, getransfigeerd

828 Stukken betreffende de hofstede Schilpen te Velsen, afkomstig van Johan en Cornelis van Teylingen. 1644-1656 3 stukken

829 Akte van overeenkomst tussen Johan de Kies van Wissen en Maria Boumans enerzijds en Johan van Schoten anderzijds inzake 1/12 deel van de hofstede Schilpen en enig land te Velsen. ca. 1675 1 stuk

830 Akte van afstand van rechten op de helft van de hofstede Schilpen te Velsen, komende uit de nagelaten goederen van Johan van Schoten, door diens zuster Wilhelmina van Schoten vanwege overdracht aan Judocus Cousebant als vader en voogd van diens zoon Adrianus Cousebant, enig erfgenaam van Elisabeth Crucius. Met bijbehorend stuk, 1691. 1690 3 stukken 46 Vogelenzang.

46 VOGELENZANG. Vgl. het Archief van de Hofstede Oud-Alckemade, inv. no. 134

831 Deurwaardersexploot aan het Hof van Holland uitgebracht inzake de eis van Jacob van Alckemade in Vogelenzang ten laste van Stijn Claesdr., weduwe van Jan Sijmonsz. Ruyven, tot het niet gebruiken van een melkpad over diens land. Met bijlage, 1598. 1598 1 charter met aangehecht stuk

832 Deurwaardersexploot aan het Hof van Holland uitgebracht inzake de eis van Jacob van Alckemade in Vogelenzang ten laste van Warner van Batenburch te Haarlem, baljuw van Brederode, ter zake van een buurweg over zijn land, bezwaard met een erfpacht voor de Heer van Brederode. Met bijlage, 1606 en bijbehorende stukken. 1590, 1606 en z.j. 1 charter met aangehecht stuk en 1 omslag Reg. no. 533 en no. 579

833 Deurwaardersexploot aan het Hof van Holland uitgebracht inzake de eis van Jacob van Alckemade in Vogelenzang ten laste van Niclaes Backer te Haarlem, rentmeester van de Heer van Brederode, ter zake van voornoemde buurweg. Met bijlage, 1610. 1610 1 charter met aangehecht stuk 47 Warmond.

47 WARMOND. Zie ook onder Lisse, inv. no. 770

834 Notariele aanzegging op verzoek van Jan Maarten Collen gedaan aan Cornelis 140 Cousebant 3.20.09

Crijnsz. ter zake van het trekken van klei met een vletschuit van het land van Agatha van Berckenrode aan de lage dijk in de Overhemmen te Warmond. 1619 1 stuk

835 Aantekening van Johan van Alckemade betreffende zekere percelen land in de Hennemeer te Warmond. ca. 1670 1 stuk

836 Kwitanties en andere stukken van financiële aard betreffende gemene lasten op zekere percelen land te Warmond voor Floris Cousebant. 1769-1783 1 omslag 48 De Wieringerwaard.

48 DE WIERINGERWAARD.

837 Rekeningen van goederen in de Wieringerwaard door J.B. Goudsblom, rentmeester, voor Floris Cousebant als erfgenaam van Hendrik van Wijk. Met bijlagen. 1785-1790 1 omslag 49 Zevenbergen.

49 ZEVENBERGEN. Zie ook onder Dubbeldam, inv. no. 729

838 Stukken betreffende beheer en verdeling van gedeelten van een hoeve te Zevenbergen, afkomstig van Sybrand van Alckemade krachtens diens testament van 1664, ten behoeve van de kinderen en kleinkinderen van Johan van Alckemade alsmede Titus en Balthasar van Ewsum als gevolmachtigden van de erfgenamen van Anna Maria van Berum van de Leecke, weduwe van Jacob Frans van Alckemade. 1664-1756 1 omslag Zie ook inv. no. 351 50 De Zilk.

50 DE ZILK.

839 Akte van verkoop van een hofstede met 17 morgen land te De Zilk door Pieter Nicolaesz. van Hoorne aan de curator van Haesgen van Foreest. Met bijgeschreven kwitanties. Gecasseerd. 1584 1 stuk

840 Pachtcontracten inzake de hofstede Breeland te De Zilk tussen Floris Cousebant en Lauris Pieterse van der Fits. 1765 en 1788 2 stukken

841 Kwitanties betreffende onderhoudskosten van de hofstede Breeland te De Zilk voor Floris Cousebant. 1778-1784 1 omslag

842 Akte van verkoop van een partij hakhout bij de hofstede Breeland te De Zilk door de gevolmachtigde van Floris Justus Cousebant. 1788 1 stuk

843 Kwitanties betreffende gemene lasten inzake een huis en percelen land te De Zilk voor de erfgenamen van Maria Cousebant. 1777-1783 1 omslag Waarschijnlijk is bedoeld Maria Christina Genoveva van Alckemade, echtgenote van Francois Bernard Cousebant 3.20.09 Cousebant 141

51 Zoeterwoude.

51 ZOETERWOUDE.

844 Akte van verkoop van twee percelen land te Zoeterwoude door Jan Marcusz. te Haarlem aan Agatha van Berckenrode, weduwe van Johan van Alckemade. 1598 1 stuk 52 Zuidland.

52 ZUIDLAND.

845 Kwitanties betreffende gemene lasten op een perceel land in de polder Zuidland voor Floris Cousebant als fideicommissair erfgenaam van Cornelis van der Goes. 1759-1764 1 omslag Zwaluwe.

ZWALUWE. Zie onder Dubbeldam B Borsselen.

B BORSSELEN. Zie onder Middelburg. inv. no. 860 1 Buttinge.

1 BUTTINGE.

846 Pachtcontracten van ruim 3 gemeten weiland te Buttinge tussen rentmeesters van Floris Cousebant enerzijds en Jacob Kleijn en Abraham Adamse anderzijds. 1781 en 1788 2 stukken Domburg.

DOMBURG. Zie onder Melis- en Mariekerke, inv. no. 853 2 Grijpskerke.

2 GRIJPSKERKE.

847 Akte van overdracht van twee percelen land te Grijpskerke door gezworenen van de vijf ambachten aan Jacob Andriesz. 1575 1 charter Reg. no. 462 3 Koudekerke.

3 KOUDEKERKE. Zie ook onder Oost- en West-Souburg, inv. no. 867

848.1 Akte van overdracht van een perceel land te Koudekerke in "Schuilwervenblock" door Adriaen Pijppe, steenbakker, en Tanneken Cabelliaus, weduwe van Anthonij Pijppe te Middelburg, aan Jan Jacobsen Schuilwerve, koopman te Middelburg. Met retroacte, 1624. 1626 2 charters (getransfigeerd) 848.1 1626 848.2 1624, getransfigeerd

849 Pachtcontracten van 1 gemet en 245 roeden weiland te Koudekerke tussen rentmeesters van Floris Cousebant en Pieter Daene. 1782 en 1789 2 stukken Met in dorso van de akte van 1789: Abraham Adamse Sint Laurens.

SINT LAURENS. Zie onder Popkensburg 142 Cousebant 3.20.09

4 Melis- en Mariekerke.

4 MELIS- EN MARIEKERKE.

850.1 Akte van overdracht van een perceel land te Mariekerke door Gillis Hendriksz. te Middelburg aan Jacob Andriesz. Met retroacte. 1574 2 charters (getransfigeerd) Reg. no. 456 en no. 459 De akte van 1574 vermeldt abusievelijk het jaar 1572, en in dorso van het transfix is aangetekend: "Het landt ies ghecomen van Jan Jopsse brouwer" 850.1 Akte van overdracht 850.2 Retroacte, getransfigeerd

851 Akte van overdracht van een perceel land te Meliskerke door gezworenen van de vijf ambachten aan Jacob Andriesz. 1574 1 charter Reg. no. 460

852 Akte van overdracht van zekere percelen land te Meliskerke en Mariekerke uit de desolate boedel van Tanne Huysmans door schepenen van Meliskerke aan Jacop Andriesz. 1574 1 charter Reg. no. 461

853 Akte van overdracht van drie percelen land te Mariekerke, waarvan één genoemd "Pastoorsblock", en van een perceel land te Domburg door Maerten Pietersz., schoenmaker, echtgenoot van Aechtken Laureysdr., en Geertken Hendriksdr., weduwe van Laureys Jan Symonsz., beide te Middelburg, aan Jacob Andriesz., kuiper te Middelburg. 1583 1 charter Met aant. in dorso: "Paschinlien Jacobs de Jonge"

854 Akte van overdracht van een perceel land te Mariekerke uit de goederen van de weduwe en de erfgenamen van Jacop Andriesz. op verzoek van de benadeelde borgen van Remeens Jans Paucke door keurschepenen van Melis- en Mariekerke aan Jan Jacobsz. te Middelburg. 1608 1 charter 5 Middelburg.

5 MIDDELBURG. Hieronder vallen tevens Bredamme en de Haeyman

855 Akte van overdracht van een huis aan de Lange Delft te Middelburg genoemd "De Watermuele", uit de goederen van Bouwen Cornelisz. door drie schepenen van Middelburg aan Jonge Jan van den Hooge. 1554 1 charter Reg. no. 321 Oude titel: "Anschattinge"

856 Akte van overdracht van vijf kwarten land in "Hoochspaertblock" uit de geabandonneerde goederen van Cornelis Dirksz. door keurschepenen van de stad Middelburg en de heerlijkheid Bredamme aan Cornelis Jansz. van Eversdijck. 1581 1 charter

857 Akte van overdracht van een perceel weiland in de Oostwateringe in Bredamme in het "Molenblock" door de erfgenamen van Catharina Claes, weduwe van Willem Pietersz. Roosenburch, aan Andries Jacobsz. de Jonge te Middelburg. 1635 1 charter 3.20.09 Cousebant 143

858 Akte van overdracht van een perceel zaailand in de Zuidwateringe in de Haeyman in de "Krieckhouckblock" door Adriaen Lampsius, koopman te Middelburg, aan Jacoba de Jonge, weduwe van mr. Christiaen van der Goes. 1656 1 charter

859 Akte van overdracht van twee percelen land in de Haeyman in "Mejonckersblocq" en van twee percelen land aldaar in "Tonneblocq" door de gevolmachtigde van Johanna Cornelia Verbrugge, weduwe van mr. Marnus Smallegange te 's- Gravenhage, aan Cornelis van der Goes, wonende op de ridderhofstad Dever te Lisse. 1708 1 charter

860 Brief van mr. Jan Jacob van Dijkslooth te Leiden aan N.N. betreffende herstellingswerkzaamheden aan de hofstede het Torentje onder Middelburg en een hofstede te Borselen. Minuut. 1726 1 stuk

861 Pachtcontracten van een hofstede met ruim 88 gemeten land in de Haeyman, genoemd het Torentje, tussen rentmeesters van Floris Cousebant enerzijds en Adam Adamse en Abraham Adamse anderzijds. 1784 en 1787 2 stukken

862 Pachtcontract van een deel van het plantsoen van de Torenhof tussen de rentmeester van Floris Cousebant en W. Schuppens. Extract. 1786 1 stuk 6 Nieuwerkerk (bij Arnemuiden).

6 NIEUWERKERK (BIJ ARNEMUIDEN).

863 Pachtcontracten van 1 gemet zaailand te Nieuwerkerk tussen rentmeesters van Floris Cousebant en Jacobmintje Caljouw, weduwe van Salomon Andriessen. 1782 en 1789 2 stukken

864 Pachtcontracten van 4 gemeten en 244 roeden weiland te Nieuwerkerk tussen rentmeesters van Floris Cousebant en Jan Beekman. 1783 en 1790 2 stukken

865 Akte van vergunning tot het leggen van een dam naar een perceel weiland te Nieuwerkerk door dijkgraaf en gezworenen van de Oostwateringe voor Jan Beekman, pachter van Floris Cousebant. 1788 1 stuk 7 Noordwelle.

7 NOORDWELLE.

866 Akte van belening door de proost van Sint Marie te Utrecht van Marcellus van Eversdijk met zekere percelen land te Noordwelle. Latijn. 1633 1 charter 8 Oost- en West-Souburg.

8 OOST- EN WEST-SOUBURG.

867 Akte van overdracht van elf percelen land te West-Souburg, Oost-Souburg, Koudekerke en Schellach door Guillame Paffenroede en diens echtgenote Tanneken Maerten Marcelisdr. aan Cornelis Jan Lambrechtsz. te Middelburg. 1554 1 charter 144 Cousebant 3.20.09

Reg. no.318 Vermoedelijk moet onder Cornelis Jan Lambrechtsz. verstaan worden Cornelis Jansz. van Eversdijck

868.1 Akte van overdracht van een perceel land te Oost-Souburg door Anthuenis Mathysz. aan Willem Pietersz. Roosenburch te Middelburg. Met retroacte, 1570. 1575 2 charters (getransfigeerd) Reg. no. 418 en no. 465 868.1 Akte van overdracht, 1575 868.2 Retroacte, 1570

869 Akte van overdracht van drie percelen land te West-Souburg in "Maye Jan Joris blok" en in "Weyvliet" uit de desolate boedel van Bastiaen Arentsz. Haegaert door burgemeesters, schepenen en raden van Middelburg aan Bouwen Cornelisz., lakensnijder te Middelburg. 1582 1 charter Oude titel: "Anschattingbrief"

870 Akte van overdracht van een perceel land te Oost-Souburg in "Jan Hugenszblok" door Philips Speeck en diens echtgenote Elisabeth Hendriksz. Ramdoncksdr. te Brugge aan mr. Marcellus van Eversdijck te Middelburg. 1584 1 charter Met aant. in dorso: "-- gecommen van mr. Jacop van Grijpskerke" 9 Popkensburg of Sint Laurens.

9 POPKENSBURG OF SINT LAURENS.

871 Akte van overdracht van een perceel land te Popkensburg door armmeesters van Middelburg aan Mattheus Maurisz. 1568 1 charter Reg. no. 392 Met in dorso aant. van Mattheus Maurisz., dat voornoemd perceel Nelken Mattheus toebehoort, 1568

872 Akte van overdracht van een perceel weiland te Popkensburg of Sint Laurens door Cornelis Adriaensz. en diens echtgenote Maayken Marinus Huijse te Krommenhoeke aan Jan Jacobsz. Schuilwerve te Middelburg. 1630 1 charter 10 Schellach.

10 SCHELLACH. Zie ook onder Oost- en West-Souburg, inv. no. 867

873 Akte van overdracht van een perceel weiland te Schellach door de erfgenamen van Bouwen Cornelisz. te Middelburg aan mr. Marcellus van Eversdijck. 1594 1 charter

874.1 Akte van overdracht van drie percelen land te Schellach en één perceel land te Welsinge door Pieter van Reijnegem te Utrecht krachtens oktrooi van de Staten van Zeeland aan de erfgenamen van mr. Cornelis van der Goes te Middelburg. Met bijlage. 1641 1 charter met aangehecht stuk 874.1 Charter 874.2 Bijlage

875 Pachtcontracten van ruim 3 gemeten weiland te Schellach tussen rentmeesters van Floris Cousebant en Leyn Franque. 1781 en 1798 2 stukken 3.20.09 Cousebant 145

11 Stavenisse.

11 STAVENISSE.

876 Pachtcontracten en andere stukken betreffende Kempens Hofstede te Stavenisse, toebehorende aan Willem van der Goes en diens erfgenamen. (ca. 1660)-1686 1 omslag Niet raadpleegbaar

877 Rekeningen van Kempens Hofstede te Stavenisse door rentmeesters voor Willem van der Goes, mr. Adriaen van der Goes alsmede Cornelis van der Goes en Adriaen Graswinckel als erfgenamen van Willem van der Goes. 1674, 1677, 1687, 1689 en z.j. 1 omslag

878 6e, 7e en 15e rekening van Oud Kempens Hofstede te Stavenisse door de weduwe van Abraham Dirk van Casteel, rendante, voor Floris Cousebant en diens erfgenamen. Met borderellen en kwitanties, 1781-1788. 1787, 1788 en 1801 1 omslag Welsinge.

WELSINGE. Zie onder Schellach, inv. no. 874 12 Westkapelle.

12 WESTKAPELLE.

879 Aantekeningen betreffende het meten van een hofstede met percelen land te Westkapelle in "Adriaen Willem Pieter Lamsblock", toebehorende aan mr. Christiaen van der Goes. Geextraheerd uit het Register van de Vierschaar van dijkgraaf en gezworenen van de vijf ambachten in 1656. 1655 1 stuk C Betreffende goederen in de Baronie van Breda.

C BETREFFENDE GOEDEREN IN DE BARONIE VAN BREDA. Johan de Bruyn, meier en rentmeester van de abdis van Thorn in de Baronie van Breda, was de schoonvader van Pieter van Beeck. Laatstgenoemde was de schoonvader van mr. Pieter Emonds 1 Breda.

1 BREDA.

880 Akte van verkoop van de huizen "De dry Hamerkens" en "De cleynen Esel" in de Lange Brugstraat te Breda door Torreken Cristens aan Johan de Bruyn. Met bijbehorende stukken, 1648-1652 en z.j. 1648 1 omslag De bijbehorende stukken betreffen onder meer een proces met de huurder Jeroen Fonteijn 2 Etten.

2 ETTEN. a Attelaken of de Doorne.

a Attelaken of de Doorne.

881 Akte van overdracht van 700 roeden land in de Doorne te Etten door Adriaen Goris Sips te Princenhage aan de voogd van Elisabeth Hendrik Wijtens. 1659 1 charter Met aant. in dorso: "van de stadhouders acker"

882-882.1 Akte van overdracht van 582 roeden land in de Doorne te Etten door de gevolmachtigde van verschillende leden van de familie Sips aan Pieter van Beeck. Met bijbehorende stukken, 1667-1680. 1666 1 charter en 4 stukken 146 Cousebant 3.20.09

Met in dorso van het charter de aant.: "Deese 582 roeden is nu met den stathouders acker gecomen van Corn. Demetler, daeven een perceel gemaeckt" 882 Akte van overdracht 882.1 Overige stuk(ken) Niet raadpleegbaar

883-883.1 Akte van overdracht van 714 roeden land in de Doorne op Attelaken te Etten door verschillende leden van de families De Bruyn en Doorens als erfgenamen van Cornelis Denissen Aberdaen aan Pieter van Beeck te Breda . Met bijbehorende stukken, 1675-1676 en z.j. 1675 1 charter en 4 stukken De stukken zijn aangetast door vocht 883 Akte van overdracht 883.1 Overige stuk(ken) Niet raadpleegbaar

884 Kwitanties betreffend gemene lasten en onderhoudskosten voor de hoeven op Attelaken en de Bremberg te Etten voor Floris Cousebant. 1785-1798 6 liassen Deze kwitanties behoorden als bijlagen bij de 12e rekening van Matthias Joan Ghysen van 1785 en bij de 1e, 2e, 3e, 8e en 9e rekening van A. Cornelissen van 1788-1790, 1796 en 1798 b De Branden.

b De Branden.

885 Akte van overdracht van een weiland in de Branden te Etten door Adriaen Domus Adriaensz. aan Jan Cornelisz. de Bruyn. 1559 1 charter Reg. no. 344

886 Akte van overdracht van een half bunder weiland in de Branden te Etten door Willem Steven Hendrik Joosten aan Joost Jansen de Bruyn. 1592 1 charter

887 Akte van overdracht van vier gemeten weiland in de Branden te Etten door de gevolmachtigde van de boedel van Johanna van Asten, weduwe van Fr. Adriaen Berck aan de gevolmachtigde van Maria Catharina Emonds. Met retroacta en andere bijlagen, 1745, 1757 en z.j. 1757 1 omslag Aangetast door vocht c De Bremberg.

c De Bremberg. Zie ook onder Attelaken, inv.. no. 262 én onder inv. no. 884

888 Akte van overdracht van een weiland op de Bremberg te Etten door Adriaen Cornelis Adriaen Deetsz. aan Jan Cornelis de Bruyn. 1564 1 charter Reg. no. 366

889 Akte van overdracht van een hofstede met 10 gemeten en 198 roeden land op de Bremberg te Etten door de kinderen van wijlen Cornelis Gerrit Jacob Coevoet aan Johan de Bruyn, rentmeester van de abdis van Thorn. 1670 1 charter

890 Akte van overdracht van een hofstede met 200 roeden land op de Bremberg te Etten door Neeltje Cornelis Gerrit Coevoet, weduwe van Goort Cornelis Bus voor de ene helft en de voogden van haar kinderen voor de andere helft aan Johan de 3.20.09 Cousebant 147

Bruyn, rentmeester van de abdis van Thorn. 1671 1 charter Met in dorso aant. betr. het aflossen van een roggepacht in 1674 en een pacht voor de armen in 1675

891 Akte van overdracht van 2 gemeten land op de Bremberg te Etten door Jan Cornelis Gerritsz. aan Johan de Bruyn. 1674 1 charter

892 Akte van de landmeter D. Clopper inzake de meting van vier percelen land op de Bremberg voor Johan de Bruyn. Met retroacte, 1670. 1671 2 stukken Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

893-893.1 Akten van verkoop en overdracht van een huis met 495 roeden land op de Bremberg te Etten door Nicasius Jansen van den Dries, procureur te Leur, aan Pieter van Beeck ten behoeve van diens zoon Johannes van Beeck. 1682 1 charter en 1 stuk 893 Charter 893.1 Overige stuk(ken) Niet raadpleegbaar

894 Akte van overdracht van 4 gemeten en 65 roeden land op de Bremberg te Etten, genoemd "Geerden stedeke met het Dreefken", door Pieter Wijns en diens echtgenote Cornelia Adriaan Resemans, wonende in de Hoeven, aan mr. Pieter Emonds, advocaat te 's-Gravenhage. Met bijlagen. 1697 1 omslag

895 Akte van overdracht van 1 bunder en 142 roeden, 3 1/2 gemet land, genoemd de "Molenacker", twee percelen van 4 gemeten en 66 roeden met bos genoemd de "Haverveldekens of Kleijnen Teerlingh" en van een huis met 2 gemeten land op de Bremberg te Etten alsmede van een bunder beemd in de polder van Zwartenberg te Etten door de gevolmachtigde van Johan van Beeck aan mr. Pieter Emonds, advocaat te 's-Gravenhage. 1707 1 stuk

896 Akte van overdracht van 2 1/2 gemet land op de Bremberg te Etten door Adriaan Cornelissen van Reyen aan mr. Pieter Emonds. Authentiek afschrift, 1727. Met retroacte en bijbehorende stukken, 1697, 1726 en 1727. 1726 1 omslag De Doorne.

De Doorne. Zie onder Attelaken d Zwartenberg.

d Zwartenberg. Zie ook onder de Bremberg, inv. no. 895

897 Akte van overdracht van een beemd van 1000 roeden in de polder van Zwartenberg te Etten door Hendrik Sips de oude aan Johan de Bruyn, meier en rentmeester van de abdis van Thorn. 1641 1 charter

898 Akte van overdracht van 3 1/2 gemet beemd in de polder van Zwartenberg te Etten door Marinus Adriaansz. van Elsen en diens echtgenote Janneken Pieter Vrintsdr. aan Johan de Bruyn, meier en rentmeester van de abdis van Thorn. 148 Cousebant 3.20.09

1651 1 charter

899 Akte van overdracht van 1 bunder beemd in de polder van Zwartenberg te Etten door Laureijs Cornelissen van Riel en diens echtgenote Syken Marijnus Dorens aan Johan de Bruyn, meier en rentmeester van de abdis van Thorn. 1665 1 charter 3 Princenhage.

3 PRINCENHAGE. a Buurstede.

a Buurstede.

900-900.1 Akte van overdracht van 4 gemeten zaailand onder Buurstede te Princenhage door de nagelaten kinderen van Peter Adriaan Lodders aan Johan de Bruyn, meier en rentmeester van de abdis van Thorn. Met retroacte en andere bijlagen, 1631 en 1675. 1675 1 charter (getransfigeerd) en 2 losse stukken 900.1 1675 900.2 1631, getransfigeerd 900 Overige stuk(ken) b Schoot.

b Schoot.

901 Akte van overdracht van 2 bunder land en bos onder Schoot te Princenhage door Dingna Adriaen Ghijben, echtgenote van Mathijs Peter Dijckers, aan Johan de Bruyn, meier en rentmeester van de abdis van Thorn, 1656, alsmede stukken betreffende de aflossing van een rente van 21 stuiver per jaar ten behoeve van Catharina Beens, waarmede het land was bezwaard, 1656-1659/'64. [1656-1659/1664] 1 charter en 1 omslag De aflossing van de rente in 1659 is aangetekend in dorso van het charter D Betreffende goederen in Friesland.

D BETREFFENDE GOEDEREN IN FRIESLAND. 1 Bolsward.

1 BOLSWARD.

902 Kwitanties betreffende de 100e penning en herstellingswerkzaamheden van een zathe te Bolsward voor Floris Cousebant. 1771-1774 en 1794-1799 1 omslag 2 Huizum.

2 HUIZUM.

903 Stukken betreffende gelden door Tierck van Scheltinga en diens echtgenote Margaretha Bernharts verschuldigd en betaald aan Haeijo Rinia in verband met de aankoop van drie percelen land van ruim 12 pondematen op de Hemrik te Huizum voor een bedrag van ruim 828 goudgelden. 1660 en z.j. 4 stukken 3 Leeuwarden.

3 LEEUWARDEN.

904-904.1 Akten van verkoop en overdracht van een zathe te Schilkampen, genoemd Hennewier, door Barbera van Wartingha, echtgenote van dr. Elco Heijmans te Leeuwarden, aan Goslijck Pietersz. van Scheltinga te Leeuwarden. Met bijlagen, 1636-1637. 1636 1 charter met aangehecht stuk en 2 losse stukken 904.1 Charter 3.20.09 Cousebant 149

904.2 Aangehecht stuk 904 Overige stuk(ken)

905 Kwitantie van Aeltgen Sweers te Amsterdam, grootmoeder van Marie Heymerix, voor Hendrikje Baniers en Pietie Teetlum te Leeuwarden als kopers van ruim 8 pondematen nieuwland onder Leeuwarden. Met bijbehorende stukken, 1629-1640. ca 1650 4 stukken Niet raadpleegbaar Tierck van Scheltinga trad bij deze transactie als bemiddelaar op. Zeer zwaar beschadigd

906 Akte van meting van een zathe onder Wijlaarder buren, genoemd Hennewier, voor Tierck van Scheltinga. Notarieel afschrift, 1663. 1660 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

907 Oktrooi van burgemeesters, schepenen en raden van Leeuwarden voor Godefridus van Scheltinga, mede voor diens zuster Maria Henrietta van Scheltinga, tot het aanleggen van een dam langs de trekweg ten behoeve van gebruikers van de stadslanden ter vrijwaring van overlast van een perceel nieuwland buiten de Vrouwenpoort. 1681 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

908 Relaas van J. Reinalda, bode van het Hof van Friesland, inzake de eis van Maria van Scheltinga ten laste van Johannes Jansz. tot verwijdering van dammen uit een waterlozing onder de klokslag van Leeuwarden. 1692 1 stuk

909 Kwitanties betreffende de 100e penning, gemene lasten en herstellingswerkzaamheden van een beneden- en bovenhuis op de Korenmarkt te Leeuwarden voor Floris van Alckemade, Gerrit van Cammingha als vruchtgebruiker en Floris Cousebant als erfgenaam van Maria Henrietta van Scheltinga. 1736-1737 en 1765-1776 1 omslag

910 Kwitanties betreffende de 100e penning van een erfpacht te Leeuwarden voor Floris van Alckemade, Gerrit van Cammingha als vruchtgebruiker en Floris Cousebant als erfgenaam van Maria Henrietta van Scheltinga. 1736 en 1765-1774 1 omslag Vermoedelijk betreft dit een huis in de Peperstraat

911 Kwitantie betreffende een rente ten bedrage van 12 stuiver per jaar, rustende op Andringa-Zathe bij Camminghaburg ten profijte van het geestelijk kantoor te Leeuwarden voor Floris van Alckemade en Floris Cousebant. 1735, 1736 en 1798 3 stukken

912 Kwitanties betreffende de 100e penning en herstellingswerkzaamheden van een zathe achter Cambuur voor Floris van Alckemade en Floris Cousebant als erfgenaam van Maria Henrietta van Scheltinga. 1736-1738, 1764-1776 en 1795-1799 1 omslag

913 Kwitanties betreffende de 100e penning en herstellingswerkzaamheden van een zathe te Schilkampen voor Floris Cousebant als erfgenaam van Maria Henrietta van Scheltinga. 150 Cousebant 3.20.09

1765-1771, 1773-1776, 1794-1796 en 1799 1 omslag Zie ook inv. no. 904 en 906

914 Kwitanties betreffende de 100e penning van een erfpacht te Leeuwarden voor Gerrit van Cammingha als vruchtgebruiker en Floris Cousebant als erfgenaam van Maria Henrietta van Scheltinga. 1765-1767 en 1770-1776 1 omslag Vermoedelijk betreft dit een houtschuur op het Vliet 4 Lions.

4 LIONS.

915 Kwitanties betreffende de 100e penning van een zathe te Lions voor Floris van Alckemade en Floris Cousebant als erfgenaam van Maria Henrietta van Scheltinga. 1735, 1737, 1771, 1773-1776 en 1795-1799 1 omslag 5 Wijns.

5 WIJNS.

916 Kwitanties betreffende de 100e penning van een zathe te Wijns voor Floris van Alckemade en Floris Cousebant als erfgenaam van Maria Henrietta van Scheltinga. Met kwitantie betreffende het slatten van de Murk, 1776. 1736, 1765-1767, 1769-1776, 1795-1797 en 1799 1 omslag 6 Wouterswoude.

6 WOUTERSWOUDE.

917 Akte van toezegging van schadeloosstelling door Georg Wolfgang, vrijheer thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg, grietman van Dantumadeel, aan Maria Constantina van Alckemade in verband met 2/3 deel van een zathe te Wouterswoude door hem van Floris van Alckemade gekocht. 1719 1 stuk E Betreffende goederen in Gelderland.

E BETREFFENDE GOEDEREN IN GELDERLAND. 1 Wichmond.

1 WICHMOND.

918 Stukken betreffende de afkoop van een tijns van twee loot zilver alsmede van een erfpacht van drie schepel winterrogge en zes schepel gerst per jaar, rustende op het goed Hasewolde aan de IJsseloever te Wichmond ten voordele van deken en kapittelheren van Sint Pieter te Utrecht door mr. Adriaen van Hellemijs van Welle als gevolmachtigde van de voogden van de weduwe en kinderen van Bernt Meyerinck, zoon van Adolf Meyerinck en Johanna Splijtloff. 1630-1632 1 omslag Twee akten betreffen erfpachten elders in de vorm van afschriften van mr. Adriaen van Hellemijs van Welle en hebben vermoedelijk als voorbeeld gediend F Betreffende goederen in Overijssel.

F BETREFFENDE GOEDEREN IN OVERIJSSEL. 1 Assendorp.

1 ASSENDORP.

919.1 Akten inzake "Nelszgoet" te Assendorp bij Zwolle door de abdis van het stift Essen of haar ambtman in Salland successievelijk in pacht of in leen gegeven aan Herman van Assendorp, Wolf van Ittersum de Oude, Herman van Assendorp, Herbert Splijtloff, Helmich Splijtloff, Helmich Splijtloff de jonge en Herberta Splijtloff. 1473-1582 8 aaneengehechte charters Reg. no. 23 no. 131 no. 133 no. 136 no. 269 no. 290 no. 351 en no. 475 3.20.09 Cousebant 151

919.1 1582 919.8 1473 juli 18, getransfigeerd 919.6 1473 oktober 5, getransfigeerd 919.7 1474, getransfigeerd 919.5 1541, getransfigeerd 919.4 1546, getransfigeerd 919.3 1559, getransfigeerd 919.2 1576, getransfigeerd

920 Akte van goedkeuring door de ambtman van de abdis van het stift Essen in Salland voor Herbert Splijtloff van een magescheid met diens echtgenote ten behoeve van hun kinderen, voor zover betreft leengoederen van de abdij te Assendorp bij Zwolle. 1549 1 charter Reg. no. 304 G Betreffende goederen in Utrecht.

G BETREFFENDE GOEDEREN IN UTRECHT. Tot het grondgebied van de provincie Utrecht voor 1795 behoorde ook de plaats Ankeveen. In 1818 is deze bij Noordholland gevoegd 1 Amersfoort.

1 AMERSFOORT.

921 Akte van belening door Karel V van Saris de Coninck als gevolmachtigde van Francisca Willemsdr. van der Aa met twee percelen land te Amersfoort. 1546 1 charter Reg. no. 292 2 Ankeveen.

2 ANKEVEEN.

922 Pachtcontracten van 18 morgen land te Ankeveen tussen Eernst van Nijenrode en Gijsbert Hueskensz. 1557 1 charter Reg. no. 331 en no. 332 3 Het Gooi.

3 HET GOOI.

923.1-923.2 Akte van erfpacht van deken en kapittel van Sint Marie te Utrecht voor Goert van Reede ten behoeve van diens echtgenote Geertruyd van Nijenrode met betrekking tot de 19 morgen land in het Gooi onder Houten. Met retroacte, 1547. 1559 2 charters Reg. no. 299 en no. 345 923.1 1559 923.2 1547 4 Hoenkoop.

4 HOENKOOP.

924 Akte van overdracht van 8 morgen land te Hoenkoop door de gevolmachtigde van Franciscus van Alckemade aan diens broeders Floris en Jacob van Alckemade. Authentiek afschrift, 1680. 1675 1 stuk Niet raadpleegbaar 5 De Meern.

5 DE MEERN.

925 Akte van afstand van 21 morgen land te De Meern door Godefrida Saris de Coninck, weduwe van Frederik van Zuylen van Nyevelt, ten behoeve van haar broeder 152 Cousebant 3.20.09

Godert de Coninck in ruil voor een lijfrente ten bedrage van 88 gulden per jaar, gepasseerd voor Johan Wanroy Uyten Ham, knaap, leenheer van de ridderhofstad en heerlijkheid van het Huis Den Ham, en diens leenmannen. 1598 1 charter 6 Vechten.

6 VECHTEN.

926 Akte van volmacht tot het doen van leenhulde voor de hofstede "Ter Weyde" te Vechten en een perceel land "op Suijdermaet" te Werkhoven door Johan van Renesse van Wijlp voor zijn neef mr. Adriaen van Hellemijs van Welle, verleend op het Huis Van der Meer te Maarssen. 1626 1 stuk 7 Vleuten.

7 VLEUTEN.

927 Sententie van het Hof van Utrecht inzake een geschil tussen Bernt de Coninck en Jan van Zuylen, eisers, en Adriaen van Zuylen met de zijnen, gedaagden, omtrent de verkoop van het Huis te Vleuten met toebehoren. Gelijktijdig afschrift. 1581 1 stuk Werkhoven.

WERKHOVEN. Zie onder Vochten 8 Zuilen en Zwesereng.

8 ZUILEN EN ZWESERENG.

928 Akte van belening door Willem Torck van Eernst van Nijenrode met 1/3 deel van vier blokken tienden in de Zwesereng. 1525 1 charter Reg. no. 216 H Betreffende goederen in Vlaanderen.

H BETREFFENDE GOEDEREN IN VLAANDEREN. 1 Brugge.

1 BRUGGE.

929-929.2 Akten van overdracht van een huis aan de Reije te Brugge, genoemd "Den Rynck" door Jan Busscop en diens echtgenote Anthonijne Massue aan Willem van Foreest en diens echtgenote Maritgen Cornelisdr. Met bijbehorende stukken, 1576 en z.j. 1576 2 charters en 2 stukken Reg. no. 466 no. 477 no. 480 en no. 481 Blijkens aant. in dorso van een der charters is de koopsom betaald in 1577-1579. Het huis is in 1582 weer verkocht, tegelijk met een kleiner aangrenzend huis, vgl. inv. no. 932 929 Overige stuk(ken) 929.1 Charter 1 929.2 Charter 2

930 Akte van overdracht van een huis aan de Reije te Brugge door Jacop van de Voorde aan Pieter van Hoye. 1577 1 charter Reg. no. 519. Dit huis lag naast "Den Rynck" Zeer zwaar beschadigd

931-931.1 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van ruim 54 pond door Willem van Foreest voor Gerard van Hoye, rustende op een huis aan de Reije te Brugge. Met bijbehorende stukken. 3.20.09 Cousebant 153

1580 1 charter en 2 stukken Reg. no. 582 en 591 Betreft het huis naast "Den Rynck" In dorso van het charter aant. betr. de aflossing van de "weddinghe" in 1580 931 Charter 931.1 Overige stuk(ken)

932 Aantekeningen betreffende de verkoop van het huis "Den Rynck" en een aangrenzend kleiner huis aan de Reije te Brugge door Willem van Foreest resp. aan Adam die Meijer en Gillis de Cupere. 1582 2 stukken IV Stukken betreffende kerkelijke en liefdadigheidsinstellingen te Haarlem.

IV STUKKEN BETREFFENDE KERKELIJKE EN LIEFDADIGHEIDSINSTELLINGEN TE HAARLEM. 1 De Roomse schuilkerk aan de Bakenessegracht bij het Begijnhof en belendende huizen.

1 DE ROOMSE SCHUILKERK AAN DE BAKENESSEGRACHT BIJ HET BEGIJNHOF EN BELENDENDE HUIZEN.

933 Akte van aankoop van een huis aan de Bakenessegracht op de hoek van de Lange Poort te Haarlem door Josef Cousebant, pastoor van het Groot Begijnhof, geassisteerd met meesteressen en oudste raadsvrouwen, van diens voorganger mr. Cornelius Catzius. 1662 1 stuk Met aant. betr. de financiering

934 Attestatie van Johannes van Neercassel, apostolisch vicaris, betreffende de aankoop van vijf huizen op het Groot Begijnhof te Haarlem door Josef Cousebant, pastoor. 1672 1 stuk Eén van deze huizen is aangekocht van Frans Barentsz. Cousebant

935 Stukken betreffende de aankoop van het huis, genoemd "Het Cabeliautie" of "De Drie Konijnen", in de Lange Poort met een aangrenzend pand in de Jochem Balten Poort bij het Groot Begijnhof te Haarlem door Judocus Cousebant ten behoeve van diens broeder Josef Cousebant. 1684-1698 1 omslag 2 Het Hofje van Alckemade, anders genoemd De Twaalf Apostelen in de Barrevoetsteeg.

2 HET HOFJE VAN ALCKEMADE, ANDERS GENOEMD DE TWAALF APOSTELEN IN DE BARREVOETSTEEG.

936 Notarieel extract uit het testament van Floris van Alckemade te Haarlem van 1638 betreffende het toekennen van twee renten ten bedrage van 58 gulden en 10 stuiver en van 18 gulden per jaar, rustende op ruim 8 morgen land te Schalkwijk, aan het Hofje van zijn broeder in de Barrevoetsteeg te Haarlem. 1638 1 stuk

937 Kwitantie wegens verrichte arbeid op het Hofje door Soutman voor Johan van Alckemade. 1650 1 stuk

938 Akte van overdracht van twee percelen land in de Wouden te Nieuwerkerk door Cornelis Cornelisz. Noomen aan Sybrand van Alckemade, onder meer bezwaard met een bedrag van 26 gulden per jaar ten profijte van het Hofje in de Barrevoetsteeg te Haarlem. Afschrift, (ca. 1665). 1634 1 stuk 154 Cousebant 3.20.09

939 Vertoog van Johan van Alckemade betreffende renten, door zijn vader Sybrand van Alckemade nagelaten aan het Hofje in de Barrevoetsteeg te Haarlem. Afschrift, (ca. 1665). Met aantekening van zijn zoon Floris van Alckemade, (ca. 1675). 1645 1 stuk

940 Kwitanties betreffende gemene lasten, herstellingswerkzaamheden en geleverde goederen voor regentessen van het Hofje van Oud-Alckemade in de Barrevoetsteeg te Haarlem, genoemd de Twaalf Apostelen. 1794-1795 1 lias

941 Rekening van het Hofje van Oud-Alckemade in de Barrevoetsteeg te Haarlem door I.M. van Tetrode als regentes, lopende over 1796, afgehoord in 1797. Met bijlagen. [1796] 1 stuk en 1 lias V Stukken betreffende grafsteden.

V STUKKEN BETREFFENDE GRAFSTEDEN. A Betreffende grafsteden in het algemeen.

A BETREFFENDE GRAFSTEDEN IN HET ALGEMEEN.

942 Aantekeningen omtrent grafsteden in de Sint Nicolaaskerk te Utrecht, de kerk te Vleuten, de Grote kerk en de Sint Janskerk te Haarlem, de kerk te Franeker, de Westerkerk te Enkhuizen, de Grote kerk te Alkmaar, de kerk te Sassenheim, de kerk te Egmond en de Onze Lieve Vrouwekerk te Antwerpen, lopende van 1509-1761, vermoedelijk opgemaakt door of ten behoeve van de erfgenamen van Floris Cousebant in. 1801 1 stuk B Betreffende grafsteden in verschillende plaatsen afzonderlijk.

B BETREFFENDE GRAFSTEDEN IN VERSCHILLENDE PLAATSEN AFZONDERLIJK. 1 Alkmaar.

1 ALKMAAR. Zie ook inv. no. 711

943 Stukken betreffende grafsteden in de Grote kerk te Alkmaar ten name van Floris van Alckemade, Francois Bernard Cousebant, Hendrik van Wijk en diens erfgenamen. 1712, 1745, 1751, 1767, 1775, 1782 en 1801 1 omslag Zie ook genealogieën van het geslacht Nobel, waarop men tevens aantekeningen vindt betreffende deze graven, inv. no. 1073 2 Amsterdam.

2 AMSTERDAM.

944 Financiële aantekeningen betreffende de verkoop van een dubbele grafstede in het koor van de Nieuwe kerk te Amsterdam, die in 1539 op naam stond van dr. Haijo Hompen en diens echtgenote Anna Popius Occo, door mr. Adriaen van Hellemijs van Welle namens diverse familieleden aan Isaac Soolmans. 1635 1 stuk Met bijgeschreven kwitanties betreffende uitkeringen onder meer aan leden van het geslacht De Coninck, 1635 3 Enkhuizen.

3 ENKHUIZEN.

945 Stukken betreffende grafsteden in de Westerkerk te Enkhuizen ten name van Maria Theresia Cousebant. 1734 en 1801 1 omslag 3.20.09 Cousebant 155

Niet raadpleegbaar 4 's-Gravenhage.

4 'S-GRAVENHAGE.

946 Akte van afstand van rechten op een grafstede in de kloosterkerk te 's-Gravenhage, aangekocht door Anna de Stoppelaer, door Gerard Houckgeest, echtgenoot van Helena van Cromstrijen, met kwitantie voor mr. Adriaen van der Goes. Met bijbehorend stuk, 1629. 1661 2 stukken 5 Haarlem.

5 HAARLEM.

947 Stukken betreffende grafsteden in de Grote kerk en de Sint Janskerk te Haarlem ten name van Adriaan Cousebant, Floris Justus Cousebant en diens erfgenamen. 1719, 1759, 1766 en 1801 1 omslag 6 Utrecht.

6 UTRECHT.

948 Akte van schenking van een grafkapel in de Regulierenkerk te Utrecht door de prior en het convent van de Regulieren aan de gebroeders Frederik en Godert de Coninck. Authentiek afschrift, (ca. 1620). 1523 1 stuk Reg. no. 213

949 Akte van overdracht van drie grafsteden door kerkmeesters van de Sint Nicolaaskerk te Utrecht aan mr. Adriaen van Hellemijs van Welle tot het maken van een grafkelder. Met retroacta, 1543 en 1556. 1620 3 charters met 2 transfixen (getransfigeerd) Reg. no.276 en no. 325

950.1 Akte van overdracht van een grafstede in de Sint Nicolaaskerk te Utrecht door de erfgenamen van Gerrit Woutersz. Vermeij aan mr. Adriaen van Hellemijs van Welle. Met retroacte, 1561. 1635 2 charters (getransfigeerd) Reg. no. 358 950.1 1635 950.2 1561

951 Stukken betreffende grafsteden en een grafkelder in de zuiderbeuk van de Sint Nicolaaskerk te Utrecht ten name van verschillende leden van het geslacht Van Hellemijs van Welle. 1602-1683 en 1801 1 omslag Reg. no. 276 no. 325 no. 352 no. 356 en no. 361 Een "Memorie van de grafsteden", die zich hierbij bevindt, bevat een genealogische tabel van het geslacht Van Hellemijs van Welle in de 16e eeuw 156 Cousebant 3.20.09

Derde Hoofdafdeling. Niet-verwante geslachten

DERDE HOOFDAFDELING. NIET-VERWANTE GESLACHTEN Deze hoofdafdeling betreft persoonlijke en zakelijke stukken en diverse geslachten, die niet door aantoonbare verwantschap in het archief zijn gekomen. I Stukken van de geslachten Van Assendelft, Van Renesse en hun verwanten.

I STUKKEN VAN DE GESLACHTEN VAN ASSENDELFT, VAN RENESSE EN HUN VERWANTEN. De aanwezigheid dezer stukken is te verklaren uit het rentmeesterschap van mr. Adriaen van Hellemijs van Welle bij Anna, vrouwe van Assendelft, en haar dochter Agnes van Renesse van der Aa. Vermoedelijk zijn bij zijn overlijden in 1636 een aantal stukken in het sterfhuis te Utrecht achtergebleven Vgl. inv. no. 511 A Stukken van het geslacht Van Assendelft.

A STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN ASSENDELFT. 1 Gerrit van Assendelft.

1 GERRIT VAN ASSENDELFT. Gerrit van Assendelft, zoon van Dirk van Assendelft en Christina van Kralingen, was gehuwd met Beatrix van Dalem (of van Dongen), dochter van Jan van Dalem (of van Dongen) en Catharina van Besoyen. Hij overleed in 1486, zijn echtgenote in 1492

952 Kwitantie betreffende een geleend bedrag aan de graaf van Winchester als koper van de heerlijkheid Haamstede door diens vertegenwoordiger Dammas Sisman voor Gerrit van Assendelft en de zijnen. 1479 1 stuk Reg. no. 147

953 Kwitantie betreffende zekere renten in het Land van Heusden door Jan van Westkapelle, abt van Middelburg, voor Gerrit van Assendelft. 1487 1 stuk Reg. no. 161 2 Claes van Assendelft en Alyd van Kijfhoek.

2 CLAES VAN ASSENDELFT EN ALYD VAN KIJFHOEK. Claes van Assendelft, zoon van Gerrit van Assendelft en Beatrix van Dalem (of van Dongen), huwde omstreeks 1490 Alyd van Kijfhoek, dochter van Floris van Kijfhoek en Jelis (of Gillisje) van der Leck. Hij overleed in 1501, zijn echtgenote in 1530

954 Arbitrale uitspraak van Jacob van Almonde, raad in den Hove van Holland, in een geschil betreffende een achterstallige rente over zes jaar uit goederen in Schieland tussen Gerrit Albout en de weduwe van Claes van Assendelft, 1505. Met bijbehorende sententie van het Hof van Holland van 1490 in afschrift. 1505 2 stukken Reg. no. 166 en 184 3 Floris van Assendelft en Henrica van Arckel en Heuckelom.

3 FLORIS VAN ASSENDELFT EN HENRICA VAN ARCKEL EN HEUCKELOM. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 4 Otto van Assendelft en Geertruyd, bastaarddochter van Bergen.

4 OTTO VAN ASSENDELFT EN GEERTRUYD, BASTAARDDOCHTER VAN BERGEN. Van hen zijn geen stukken in het archief aanwezig 5 Cornelis van Assendelft en Margaretha van Abcoude van Meerten.

5 CORNELIS VAN ASSENDELFT EN MARGARETHA VAN ABCOUDE VAN MEERTEN. Cornelis van Assendelft, geboren omstreeks 1540 als zoon van Otto van Assendelft en Geertruyd, bastaarddochter van Bergen, was gehuwd met Margaretha van Abcoude van Meerten. Hij overleed in 1600 op het Huis Assumburg

955 Akte van overeenkomst tussen Cornelis van Assendelft en de erfgenamen van Claes Florisz. betreffende de vroonschuld over Westzaan. 1590 1 stuk 3.20.09 Cousebant 157

6 Anna van Assendelft en Gerrit van Renesse van der Aa.

6 ANNA VAN ASSENDELFT EN GERRIT VAN RENESSE VAN DER AA. Zie onder het geslacht Van Renesse B Stukken van het geslacht Van Renesse.

B STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN RENESSE. 1 Gerrit van Renesse van der Aa en Anna van Assendelft.

1 GERRIT VAN RENESSE VAN DER AA EN ANNA VAN ASSENDELFT. Gerrit van Renesse van der Aa, zoon van Adriaen van Renesse van der Aa en Agnes van Renesse van Wulven, huwde in 1594 Anna van Assendelft, dochter van Cornelis van Assendelft en Margaretha van Abcoude van Meerten. Hij was burgemeester van Utrecht en overleed in 1609. Zijn echtgenote werd in 1617 vrouwe van Assendelft en overleed omstreeks 1626 op het Huis Assumburg. Als rentmeester had zij mr. Adriaen van Hellemijs van Welle

956 Testament van Adriaen van Renesse van der Aa, opgemaakt te Utrecht. Authentiek extract, 1586. 1575 1 stuk Reg. no. 471 Vermoedelijk heeft dit stuk behoord tot de bescheiden van Gerrit van Renesse van der Aa 2a Nicolaas van Renesse van Elderen en Agnes van Renesse van der Aa.

2A NICOLAAS VAN RENESSE VAN ELDEREN EN AGNES VAN RENESSE VAN DER AA. Nicolaas van Renesse van Elderen, heer van Vosmeer enz., geboren te Beesd als zoon van Frederik van Renesse van Elderen en Helena Torck, huwde in 1619 Agnes van Renesse van der Aa, vrouwe van Assendelft enz., geboren in 1597 als dochter van Gerrit van Renesse van der Aa en Anna van Assendelft. Zij overleed in 1634 op het Huis Assumburg

957 Staat houdende opgave van goederen, aangebracht door Nicolaas van Renesse van Elderen ter gelegenheid van zijn huwelijk met Agnes van Renesse van der Aa. 1619 1 stuk Zeer zwaar beschadigd

958 Testament van Nicolaas van Renesse van Elderen en diens echtgenote Agnes van Renesse van der Aa, opgemaakt op het Huis Assumburg. 1634 1 stuk 2b Willem van Renesse van Elderen en Margaretha van Renesse van der Aa.

2B WILLEM VAN RENESSE VAN ELDEREN EN MARGARETHA VAN RENESSE VAN DER AA. Willem van Renesse van Elderen, heer van Heesbeen, Malle enz., geboren te Beesd als zoon van Frederik van Renesse van Elderen en Helena Torck, huwde in 1622 Margaretha van Renesse van der Aa, dochter van Gerrit van Renesse van der Aa en Anna van Assendelft. Hij overleed in 1630 op het Huis te Heesbeen

959 Huwelijkscontract van Willem van Renesse van Elderen met Margaretha van Renesse van der Aa. Met bijlagen. 1622 3 stukken Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd Aan het huwelijkscontract zit een afschrift van de doctorsbul van Hadrianus Splinter Helmich Geldropolitanus gekleefd, (ca. 1620). Zie voor de oorspronkelijke akte van 1609 inv. no. 502 C Stukken van het geslacht Van Egmond.

C STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN EGMOND. 1 Dirk van Egmond en Henrica van Liesvelt.

1 DIRK VAN EGMOND EN HENRICA VAN LIESVELT. Dirk van Egmond, zoon van Gerrit van Egmond en Johanna van Raephorst, huwde vermoedelijk in 1408 Henrica van Liesvelt, dochter van Gerrit van der Woert, heer van Liesvelt, en Sophia van Hoekelum. In 1408 werd hij beleend met de hofstede de Doortoghe te Monster. Beiden overleden kort na 1430. Hun achterkleindochter Alyd van Kijfhoek huwde Claes van Assendelft

960.1-960.2 Lijfrentebrieven van Dirk van Egmond voor diens echtgenote Henrica van Liesvelt. 158 Cousebant 3.20.09

1408 2 charters Reg. no. 32 en no. 34 De lijfrenten waren onder meer verzekerd op leengoederen van Dirk van Egmond. Zie inv. no. 966 960.1 1408 maart 13 960.2 1408 september 25 D Stukken van het geslacht Van der Woert.

D STUKKEN VAN HET GESLACHT VAN DER WOERT. 1 Gerrit van der Woert.

1 GERRIT VAN DER WOERT. Gerrit van der Woert was de vader van Henrica van Liesvelt

961 Staat houdende opgave van Herbaren's leenmannen met hun leengoederen, gelegen in de omgeving van Schoonhoven, alsmede van leenmannen van Gerrit van der Woert. ca. 1400 1 stuk E Stukken betreffende Assendelft en andere heerlijkheden.

E STUKKEN BETREFFENDE ASSENDELFT EN ANDERE HEERLIJKHEDEN.

962 Aantekeningen betreffende de verpachting van de heerlijke ambten, behorende tot de Heer van Assendelft, over de jaren 1446-1548. ca. 1630 1 stuk Vermoedelijk opgemaakt door mr. Adriaen van Hellemijs van Welle

963 Akte van aanstelling van Floris Pietersz. tot schout van Heemskerk door Jan van Naaldwijk. 1482 1 charter Reg. no. 153 Jan van Naaldwijk was de stiefvader van Alyd van Kijfhoek, gehuwd met Claes van Assendelft F Stukken betreffende goederen in onderscheidene plaatsen.

F STUKKEN BETREFFENDE GOEDEREN IN ONDERSCHEIDENE PLAATSEN.

964 Akte van verkoop van verschillende percelen land in de ambachten van Den Haag, Rijswijk en Alphen en van een tiende te Naaldwijk door hertog Willem van Beieren aan Gerrit van Egmond. 1355 1 charter Reg. no. 10

965 Akte van belening door Arent van Leyenberg van Seger Florensz. van Kijfhoek met tienden te Monsterkerke. 1394 1 charter Reg. no. 24

966 Akte van belening door Arent, heer van Egmond en IJsselstein, van diens neef Dirk van Egmond met de hofstede de Doortoghe te Monster en met percelen land te Nieuwe Niedorp. 1408 1 charter Reg. no. 33

967 Akte van belening door Jan, heer van Egmond, van Jelis van der Leck Jansdr. met de goederen afkomstig van wijlen haar broeder Adriaen van der Leck. 1482 1 charter Reg. no.154

968 Akte van afstand van rechten op drie percelen land te Heukelum door Gerrit van Arckel, heer van Heukelum, ten behoeve van zijn zuster Hendrica van Arckel, 3.20.09 Cousebant 159

echtgenote van Floris van Assendelft, onder verband van een schuldbekentenis. 1517 1 charter Reg. no. 205 In deze akte erkent Gerrit van Arckel tevens 600 pond aan zijn zuster schuldig te zijn G Stukken betreffend vicarieën.

G STUKKEN BETREFFEND VICARIEËN.

969 Akte van begeving van een vicarie op het Sint Jorisaltaar in de Grote kerk te Den Haag, overgeplaatst naar de kapel van de Heren van Assendelft, door Walraven van Brederode als echtgenoot van Wilhelmina van Haeften, douarière van Assendelft en eigenares van het Huis Kronenburg te Castricum, ten behoeve van Philips van Wauron. Met gelijktijdige staat houdende opgave van renten. 1606 1 stuk

970 Staat houdende opgave van verschillende percelen land en renten, toebehorende aan de vicarie op het H. Kruisaltaar in de Grote kerk te Alkmaar, waarvan Nicolaas van Renesse van Elderen van Assendelft als bewoner van het Huis Kronenburg te Castricum het recht van collatie bezat. ca 1630 1 stuk Vermoedelijk opgemaakt door mr. Adriaen van Hellemijs van Welle II Stukken van de geslachten Van Deventer en Smets.

II STUKKEN VAN DE GESLACHTEN VAN DEVENTER EN SMETS. Vermoedelijk zijn deze stukken in het bezit geraakt van mr. Pieter Emonds als gevolg van financiële transacties

971-971.1 Bevelschrift van burgemeesters, schepenen en raden van Antwerpen aan Jacques de Petra Viva tot betaling van 670 carolus gulden aan Jacob Roelants van Deventer. Met bijlagen, 1564 en z.j. 1565 1 charter en twee losse stukken Reg. no. 374, no. 273 en no. 281 Met in dorso van het charter en de losse stukken: G. Smets Bovendien in dorso van het charter de oude titel: "Den ouden brief van Bergen op den Zoom" 971 Charter 971.1 Overige stuk(ken)

972 Akte van commissarissen, aangesteld door Zijne Majesteit tot reductie van renten ten laste van de stad Antwerpen, betreffende de uitbetaling van vier achterstallige renten ten name van Gabriel Scendlin. 1576 1 stuk Niet raadpleegbaar Met aant. in dorso: "Restanten voir d'erfgenamen wijlen mr. Jacob van Deventer oirer rentebrieven op de Stadt van Antwerpen" Bovendien: G: Smets

973 Akte van volmacht van Barbera Smets te Antwerpen voor haar neef Jacquese Smets tot verdeling van de nagelaten goederen van haar echtgenoot mr. Jacob van Deventer. Met bijlage. 1578 2 stukken Reg. no. 566 en no. 567 Met aant. in dorso: G. Smets

974 Akte van overdracht van een erfrente ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar, uitgegeven in het jaar 1613 onder verband van het dorp en de heerlijkheid Wouw en het markizaat van Bergen op Zoom, door Guillamme van den Houte, sergeant- majoor te Mechelen, en diens echtgenote Catharine Pansus, eerder weduwe van 160 Cousebant 3.20.09

Jacques Mathijs, aan Anna Lancelot, weduwe van Sebastiaen Smets, wegens inkleding van Catharina Mathijs in een klooster te Roosendaal. Met bijlage, 1644. 1650 2 stukken Met aant. in dorso van de akte: G. Smets

975 Testament van Rombout Smets, onderhoofd van het gilde van de Oude Kruisboog te Mechelen, weduwnaar van Charlotte Felix, opgemaakt te Mechelen, 1673, met bijgeschreven attestatie van communemeesters, schepenen en raad van Mechelen, 1689. Met bijlagen, 1689. [1673, 1689] 3 stukken Eén der bijlagen is een codicil van 1684 in afschrift van 1689 3.20.09 Cousebant 161

Vierde Hoofdafdeling. Diverse stukken, waarvan het verband met het archief niet vastgesteld kon worden

VIERDE HOOFDAFDELING. DIVERSE STUKKEN, WAARVAN HET VERBAND MET HET ARCHIEF NIET VASTGESTELD KON WORDEN Naar hun aard archiefstukken, maar hun juiste plaats in het archief is niet meer te bepalen I Persoonlijke stukken.

I PERSOONLIJKE STUKKEN.

976 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 150 Hollandse schilden door Jan van Egmond voor Doeve Hughen, schout te Akersloot. 1419 1 charter Reg. no.58 Jan II "met de Bellen", heer van Egmond, geboren omstreeks 1385 als zoon van Arend, heer van Egmond en IJsselstein, en Jolanda, gravin van Leiningen, huwde in 1409 Maria van Arckel, dochter van Jan V, laatste heer van Arckel, en Johanna van Gulik. Hij overleed in 1451, zijn echtgenote vermoedelijk in 1415

977 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 300 pond door Machtelt van Kralingen, vrouwe van Vianen, voor Meyn van Heemskerk, vrouwe van Noordeloos en Oosthuizen. 1455 1 charter Reg. no. 113

978 Akte van afstand van Evert van Scadick en diens echtgenote Korstijn voor hun moeder Jutte Goesens inzake rechten op de goederen van hun vader Goesen van Scadick. 1465 1 charter Reg. no. 126

979 Akte van verbanning van Willem en Cornelis Meynertsz. uit het baljuwschap Brederode en het graafschap Holland door de baljuw van Brederode wegens doodslag op Ysbrant Gerritsz. 1470 1 charter Reg. no. 127

980 Kwitantie betreffende een rente van 25 Rijnse gulden door de priorin en het convent van Jerusalem te Utrecht voor de executeur-testamentair van de nagelaten goederen van Mechtelt van Tyel. 1499 1 charter Reg. no. 173

981 Huwelijkscontract van Jacob Joestensz. met Geertruyd Simon Tedinksdr., gesloten te Amsterdam. 1500 1 charter Reg. no. 177

982 Akte van schuldbekentenis ten bedrage van 10 goudgulden door Claes Outgers voor Simon Tedink. 1503 1 charter Reg. no. 183

983.1-983.2 Akte van boedelscheiding van de nagelaten goederen van Elisabeth van Tyel tussen haar echtgenoot Goert van Voorde Hendriksz. enerzijds en haar nichten Margriet en Anna van der Marck anderzijds. Met akte van minnelijke schikking over voornoemde nalatenschap tussen Margriet en Anna van Zuylen enerzijds en Alyd van Tyel anderzijds, 1536. 1536 2 charters 162 Cousebant 3.20.09

Reg. no. 243 no. 244 en no. 246 Margriet en Anna van der Marck, dochters van Jacob van der Marck en Janna van Zuylen, komen ook voor met de geslachtsnaam van hun moeder 983.1 1536 mei 19 983.2 1536 juli 24

984 Sententie van het Hof van Holland voor Daniel Suys, gedaagde, tot inventarisering en scheiding van de nagelaten goederen van Aechte Suys ten behoeve van Adriana Hermansdr. en haar dochter Claerken van Adrichem, eiseressen. 1541 1 charter Reg. no. 270

985 Testament van Guyrte Dirksdr., weduwe van Cornelis Basgen, opgemaakt te Haarlem. 1556 1 charter Reg. no. 327 Misschien was Cornelis Basgen een oom of andere verwant van Cornelis Jansz. uit het geslacht Bout alias Cosgen

986 Huwelijkscontract van Simon Jacobsz. met Catharina Florisdr., gesloten te Haarlem. 1558 1 stuk Reg. no. 340

987 Testament van Niese Jacob Jansdr., begijn, opgemaakt te Amsterdam. Met bijlage. 1566 2 stukken Reg. no. 377 en no. 378 Met in dorso van het testament de aant.: "Petemoij-- ". Vermoedelijk behoorde Niese Jacob Jansdr. tot het geslacht Van Hoeff of Bam, verwant aan het geslacht Van Alckemade

988 Akten van verkoop en overdracht van een rentebrief ten bedrage van 5 goudgulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 145 goudgulden, onder verband van een zahte te Huins genoemd het Heilige Land, door Wijbe Pietersz. Ens te Franeker aan diens zuster Hille Pietersdr. 1569 1 stuk Reg. no. 411 en no. 413

989 Testament van Willem Gerritsz. en diens echtgenote Bely Jansdr., opgemaakt te Haarlem. 1578 1 stuk Niet raadpleegbaar Reg. no. 526

990 Concept van een huwelijkscontract van Gerrit Adriaensz. met Lysbeth Pietersdr. van Paenderen, vermoedelijk opgemaakt te Haarlem. 1580 1 stuk Reg. no. 586 Mogelijk was Gerrit Adriaensz. een zoon van Andries Gerritsz. (van Hoorn) en Aechte van Heussen. In dit geval was Machtelt Andriesdr. van Heussen, anders genoemd van Hoorn, en gehuwd met Sybrand van Berckenrode, een zuster van hem

991.1 Akte van overdracht van een rentebrief ten bedrage van 7 pond en 6 schelling Vlaams per jaar, deel uitmakende van een rentebrief van 17 pond Vlaams per jaar, te lossen met de penning 16 ten laste van de Staten van Holland, door mr. Jan van Bekercke burgemeester van Middelburg en koopman, aan Jan Bueckelaer, koopman te Middelburg, eerder toebehorende aan Beatrix Blocx, echtgenote van Gonzael Ghybels, alsmede van een rentebrief ten bedrage van 3 pond, 9 schelling, 1 groot en 18 miet, ten laste van de Staten van Holland, door Beatrix Blocx aan Jan Buekelaer. 3.20.09 Cousebant 163

Met retroacte. 1582 2 charters (getransfigeerd) In dorso van de akte de oude titel: "Opdracht van VII £ g. 'tsjaers op den vyf steden van Hollant ghedaen by Gonsale" 991.1 1582 oktober 31 991.2 1582 maart 32, getransfigeerd

992 Akte van overdracht van een rentebrief ten bedrage van 14 schelling en 3 miet Vlaams per jaar, deel uitmakende van een rentebrief van 7 pond, 12 schelling en 3 1/2 groot Vlaams per jaar, te lossen met de penning 16 ten laste van de Staten van Holland, door Cornelis Lenaertsz. Harinckman en diens echtgenote Margriete van Migrode aan Hans Bueckelaere te Middelburg, gepasseerd voor schepenen van Vere. 1585 1 charter

993 Rentebrief ten bedrage van 80 carolus gulden per jaar door Lieven de Bucq en Hans de Bucq te Amsterdam verschuldigd aan Lysbeth Pietersdr., weduwe van Hilbrant Bouwer, te lossen met de penning 18. 1590 1 charter

994 Attestatie van burgers van Bristol over het goed gedrag van Claes Cornelius, als "marchant stranger" gevangen genomen uit hoofde van een delict, gepasseerd voor Mayor en Aldermannen van de stad Bristol. Engels. 1592 1 charter

995.1 Akte van overdracht van een rentebrief ten bedrage van 20 schelling Vlaams per jaar door Donaes Jansen te Middelburg aan de voogden van de weeskinderen van Pieter van der Eycken en Sara Eickenbout. Met retroacta, 1567 en 1601. 1605 3 charters (getransfigeerd) Reg. 390 995.1 1582 oktober 31 995.2 1582 maart 23 995.3 1567 oktober 15

996 Akte van verkoop van een cijns ten bedrage van 48 carolus gulden per jaar voor een hoofdsom van 800 carolus gulden door Wouter Jansz. van Wel, brouwer in de "Gulde Broucuype" te 's-Hertogenbosch, aan Mathys van Hees, prior van het Predikherenklooster, die genoemd geldbedrag als godvruchtige gift van Femmetken Mertensdr. te Haarlem had ontvangen onder het beding van zielemissen. 1611 1 charter

997 Rentebrief ten bedrage van 81 carolus gulden en 5 stuiver per jaar door Jan Claesz. Loo, moutmaker te Haarlem, verschuldigd aan Oetgen Jans, te lossen met een hoofdsom van 1300 carolus gulden. 1616 1 charter In dorso aant. betr. het aflossen van 600 gulden in 1628. Bovendien: "nu Jan Gerritge Opstaen". Mogelijk behoorde Oetgen Jans tot het geslacht De Kies

998 Testament van Barthout van der Nijenburg, oud-burgemeester van Haarlem, opgemaakt te Haarlem. Met enkele kwitanties, onder meer betrekking hebbend op zijn nalatenschap, 1609-1627. 1623 1 omslag Niet raadpleegbaar 164 Cousebant 3.20.09

Erfgenamen voor de ene helft waren Sophia Jans, dochter van zijn broeder Jan van der Nijenburg en gehuwd met Jan Cramer, en voor de andere helft Nicolaes van Abbenbroek, zoon van Maria van Nijenburg

999 Akte van approbatie door Claes en Alyt de Vriese te Haarlem van de verbondenheid van zeker huis in de Damstraat voor een schuld van wijlen hun vader Gerrit Dirksz. de Vriese tegenover Dirk Steffens Rijcken. 1624 1 stuk Met in dorso de aant.: Dirck Steffensz. Laeckeman

1000 Testament van Dieuwer Dirksdr., weduwe van Ysbrant Pietersz., schipper, te Alkmaar. Afschrift, (ca. 1650). 1600 1 stuk

1001 Testament van Andries van Albada te Mechelen, opgemaakt te Leeuwarden. Afschrift, 1656. 1618 1 stuk Niet raadpleegbaar Zwaar beschadigd

1002 Staat houdende opgave van obligaties, nagelaten door Willem van Gageldonck, baljuw van Middelharnis, opgemaakt in verband met de impost op de collaterale successie. Met bijlagen, 1678 en z.j. ca. 1680 3 stukken Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

1003 Testament van Willem Cornelisz. Krook en diens echtgenote Kniertje Arisse Stadhouder te Leimuiden, opgemaakt te Leiden. Extract, opgemaakt te Rijnzaterswoude, 1737. 1719 1 stuk

1004 Brief van N.N. aan Pieter Schagen Clementsz. in het vergrote Proveniershuis te Haarlem betreffende verkoop van land. ca. 1800 1 stuk Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd II Stukken betreffende onroerende goederen.

II STUKKEN BETREFFENDE ONROERENDE GOEDEREN. A Betreffende goederen in Holland.

A BETREFFENDE GOEDEREN IN HOLLAND. Onder Holland moet worden verstaan het grondgebied van het voormalige graafschap en gewest Holland, omvattende de tegenwoordige provincies Noordholland, Zuid-Holland en het noordwesten van Noord-Brabant 1 Algemeen.

1 ALGEMEEN.

1005 Akte van verkoop door Gerrit van Heemskerk, baljuw van Zuid-Holland, namens de graaf van Holland van zekere goederen, afkomstig van Jan van Besoyen's overleden vader, aan Alyd Wouter Louwekijnsdr. en haar zoon Willem. 1397 1 charter Reg. no. 25

1006 Cartularium van Hendrik Hendriksz., inhoudende akten van overdracht van goederen en renten te Aarlanderveen, Alphen aan de Rijn, Bodegraven, Boschhuizen, Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude en in de Zevenhuizer 3.20.09 Cousebant 165

polder bij Leiden, lopende van 1409-1440, (afgeschreven ca. 1450). [1409-1440] 1 deel Reg. no. 35 no. 36 no. 38 no. 39 no. 40 no. 41 no. 42 no. 43 no. 44 no. 45 no. 46 no. 47 no. 48 no. 49 no. 50 no. 51 no. 52 no. 53 no. 54 no. 55 no. 56 no. 57 no. 62 no. 63 no. 65 no. 66 no. 67 no. 68 no. 69 no. 70 no. 71 no. 72 no. 73 no. 74 no.. 76 no. 77 no. 78 no. 80 no. 83 no. 85 no. 87 no. 88 no. 90 no. 92 no. 94 no. 95 no. 96 no. 97 no. 98 no. 99 no. 100 no. 101 no. 102 no. 103 en no. 104 Akersloot.

AKERSLOOT. Zie onder Haarlem, inv. no. 1012 2 Asperen.

2 ASPEREN.

1007 Akte van overdracht van een perceel land te Asperen door Ghijsbert Brants aan de gezusters Margriet en Anna Boxs. 1527 1 charter Reg. no. 223 3 Bergen.

3 BERGEN.

1008.1 Akte van overdracht van een gedeelte van een perceel land te Bergen, genoemd de "Brethael", door Albert Gerritsz. van Coedyck aan mr. Hieronymus Jansz., priester. Met retroacte, 1534. 1534 2 charters (getransfigeerd) Reg. no. 239 en no. 241 1008.1 1534 juli 28 1008.2 1534, getransfigeerd 4 Beverwijk.

4 BEVERWIJK.

1009.1 Akte van afstand van verschillende percelen land te Beverwijk door Albrecht van Egmond aan diens neef Albrecht van der Bercmeer. Met akte van confirmatie van de abt van Egmond als leenheer, 1390. 1382 2 charters (getransfigeerd) Reg. no. 15 en no. 20 1009.1 1390 1009.2 1382, getransfigeerd

1010 Akten van abten van Egmond voor Albrecht van de Bercmeer, Gerbrant Dirksz. van Buyten, Willem van Buyten als voogd van Katryn Gerrit Bercmersdr., Garbrant Dirksz. van Buyten en Dirk van Buyten Garbrantsz. inzake verschillende percelen leenland te Beverwijk. Afschriften, (ca. 1550). 1382-1532 2 stukken Reg. 15 no. 20 no. 117 no. 130 no. 140 no. 149 en no. 233 Zie voor de oorspr. akten van 1382 en 1390 inv. no. 1009 5 Haarlem.

5 HAARLEM.

1011 Pachtcontract van een perceel land in de vrijheid van Haarlem tussen Broeder Andriesz. en Jacob Gerritsz., pachter. Gelijktijdig afschrift. 1434 1 stuk Reg. no. 89

1012.1-1012.4 Akten van overdracht van verschillende delen van een boomgaard buiten de Kruispoort te Haarlem alsmede van een gedeelte van een perceel land te Akersloot door leden van het geslacht Roepers aan diverse familieleden. 166 Cousebant 3.20.09

1453-1478 5 charters Reg. no. 108 no. 111 no. 112 no. 114 en no. 142 Vgl. R.D. Baart de la Faille: Inventaris der Roeperpapieren (V.R.O.A. XLIV (1921), II blz. 162) 1012.1 1453 1012.2 1455 januari 1012.3 1455 december 1012.4 1478

1013 Akte van overdracht van een huis met erf aan de Bakenessegracht te Haarlem door Thielman Allairtsz. als voogd van zijn dochtertje aan Jan Mathysz. 1520 1 charter Reg. no. 207 Misschien behoorde Jan Mathysz. tot het geslacht Bam of Ban

1014 Kwitantie door gasthuismeesters te Haarlem voor Jacob Pietersz. vanwege het aflossen van een erfpacht op diens huis. 1538 1 stuk Reg. no. 254 6 Heemskerk.

6 HEEMSKERK.

1015 Akte van overdracht van geerzen land in de Grote Ven en op de Akermade te Heemskerk door Ysebrant Borchgaertsz. aan Jan van Zaenden. 1375 1 charter Reg. no. 12

1016 Akte van overdracht van zekere percelen land in de Grote Ven te Heemskerk door Jacop Bake aan diens broeder Willem van Adrichem. 1384 1 charter Reg. no. 17

1017 Akte van verkoop van geerzen land op de Akermade te Heemskerk door Philips van Kralingen aan diens zwager Willem van Adrichem. 1388 1 charter Reg. no. 18

1018 Akte van overdracht van gedeelten van twee percelen land te Heemskerk door Jan van Foreest aan Willem Pietersz. ten behoeve van diens echtgenote Geertruyd Florisdr. van Adrichem. 1522 1 charter Reg. no. 210 7 Hogewoerd.

7 HOGEWOERD.

1019 Akte van overdracht van een perceel weiland van omstreeks 1000 roeden in de ban van Hogewoerd door Claes Jacobsz. en diens echtgenote Grietje Dirksdr. voor de ene helft en Annetje Claes voor de andere helft aan Trejoen Jans ten behoeve van haar kinderen Magdaleentie, Jacob, Jan, Abraham en Annetje. 1681 1 charter 8 Koudekerk.

8 KOUDEKERK.

1020 Akte van belening door Johan van Duivenvoorde, heer van Warmond, van Aart Dirksz. met een perceel land te Koudekerk aan de Rijn. Gecasseerd. 3.20.09 Cousebant 167

1577 1 charter Reg. no. 521 9 Oudorp.

9 OUDORP.

1021.1 Akte van overdracht van een perceel land te Oudorp, genoemd de "Drystal" of "'s- Graeven Sluys", door Cornelis Pietersz., voerman te Hoorn, echtgenoot van Maritgen Ysbrantsdr., aan Magdalena Basges te Haarlem. Met bijbehorende akten, 1575 en 1589. 1595 1 charter en een aangehecht stuk Reg. no. 470 Het aangehecht stuk van 1589 betreft het vaststellen van een erfpacht, rustende op de "Galchdyk", door de ingelanden van Oudorp 1021.1 1575 1021.2 1595, getransfigeerd 1021.3 1589, aangehecht stuk 10 Overboeicop.

10 OVERBOEICOP.

1022 Akte van belening door Philips Willem van Nassau als graaf van Leerdam van Loef van der Haer met 2 morgen land te Overboeicop. 1571 1 charter Reg. no. 431 11 Scholaartsdijk en Spijkenisse.

11 SCHOLAARTSDIJK EN SPIJKENISSE.

1023 Akte van belening door Karel de Stoute van Lysbeth Willemsdr. Uytenhage met de helft van verschillende percelen land te Tollaarsdijk en Spijkenisse. 1470 1 charter Reg. no. 129 12 Stad aan het Haringvliet.

12 STAD AAN HET HARINGVLIET.

1024 Akte van overdracht van drie percelen land in de polder van Oudestad door Cornelis Spierinck te Rotterdam aan Cornelis Adriaensz. Berckel. 1582 1 charter Vermoedelijk was Cornelis Adriaensz. Berckel een broeder van Willem Adriaensz. Berckel, gehuwd met Cornelia Simonsdr., die een oom was van Simon Graswinckel. Vgl. inv. no. 775 13 Velsen.

13 VELSEN.

1025 Akte van verkoop van een perceel land te Velsen door de prior en andere leden van het convent der Predikheren te Haarlem aan Jeroen Simonsz. en Joost Jeroensz. 1510 1 charter Reg. no. 193 14 De Zijpe.

14 DE ZIJPE.

1026.1 Akte van overdracht van een perceel land onder de letter H. in De Zijpe door de gevolmachtigde van Iman Cau, griffier van de Hoge Raad, aan Jan Bartholomeusz. en door deze aan mr. Johan Coetenburch. Met retroacta, 1639 en 1656. 1658 3 charters (getransfigeerd) 1026.1 1658, getransfigeerd 1026.2 1656, getransfigeerd 1026.3 1639, getransfigeerd 168 Cousebant 3.20.09

B Betreffende goederen in Zeeland.

B BETREFFENDE GOEDEREN IN ZEELAND. 1 Domburg.

1 DOMBURG.

1027 Oktrooi van Gecommitteerde Raden van Zeeland voor Gergori Bogaert en Nicolaes Bogaert tot vererving van leengoederen te Domburg op dochters, broeders of zusters bij ontstentenis van een mannelijk oir. 1640 1 charter 2 Vrouwenpolder.

2 VROUWENPOLDER.

1028 Akte van overdracht van 1/4 deel van verschillende percelen land, schorren, dijk- en gorsettingen te Vrouwenpolder door Adriaen van Campen aan Bruninck van den Wijngaerde. 1568 1 charter Reg. no. 408 C Betreffende goederen in Utrecht.

C BETREFFENDE GOEDEREN IN UTRECHT. 1 Abcoude.

1 ABCOUDE.

1029 Akte van schout en asingen van Abcoude tot bekrachtiging van een overdracht van 1 1/2 hoeve land door de gevolmachtigde van Jacob, heer van Gaesbeeck enz., aan Hendrik, deken van Loenersloot. 1457 1 charter Reg. no.115 en no. 116 2 Bunnik.

2 BUNNIK.

1030 Akte van David van Bourgondië, bisschop van Utrecht, inzake de verpanding van drie percelen land te Bunnik en één perceel land te Starkenburg door Gijsbert van de Haer aan Johan Deel te Den Haag. 1494 1 charter Reg. no. 168 3 Kamerik.

3 KAMERIK.

1031-1031.2 Akten inzake de pacht van 21 morgen land te Kamerik, toebehorende aan Gijsbert van der Haer en later aan diens dochter Helwich van der Haer, weduwe van Jacob van Snellenberg. 1490, 1541 en 1559 3 charters Reg. no. 165 no. 267 en no. 350 1031 1490 1031.1 1541 1031.2 1559 4 Lopik.

4 LOPIK.

1032 Akte van belening door de proost van Sint Marie te Utrecht van Katharina Gijsbert Hendrik Brantsdr. met een gedeelte van een hofstede te Lopik, genoemd de "Vrij Hove". 1497 1 charter 3.20.09 Cousebant 169

Reg. no. 169 Met in dorso akten van belening van 1525 en 1534 ten behoeve van haar zoon Hubert Hendriksz. Reg. no. 217 en no. 240 5 Maarssen.

5 MAARSSEN.

1033 Akte van belening door Herbaren van IJsselstein van Johan van der Haer met twee percelen land te Maarssen. 1405 1 charter Reg. no. 31 Starkenburg.

STARKENBURG. Zie onder Bunnik 6 Wijk bij Duurstede.

6 WIJK BIJ DUURSTEDE.

1034 Akte van afstand van een perceel leenland te Wijk bij Duurstede door Willem van Driebergen aan zijn leenheer Jacob, heer van Gaesbeeck enz. 1441 1 charter Reg. no. 105 170 Cousebant 3.20.09

Vijfde Hoofdafdeling. Verzamelde stukken.

VIJFDE HOOFDAFDELING. VERZAMELDE STUKKEN. I Genealogieën en stukken van familiebelang.

I GENEALOGIEËN EN STUKKEN VAN FAMILIEBELANG. Zie voor een genealogie van het geslacht Cousebant inv. no. 75 A Het geslacht Van Abcoude.

A HET GESLACHT VAN ABCOUDE.

1035 Genealogische aantekeningen betreffende het geslacht Van Abcoude. 1340-ca. 1550 1 stuk Vermoedelijk opgemaakt in verband met het huwelijk van Gerrit van Berckenrode met Geertruyd van Abcoude van Meerten, in 1577 gesloten te Delft B Het geslacht Albout.

B HET GESLACHT ALBOUT.

1036 Verbond van Frederik van Blankenheim, bisschop van Utrecht, en andere personen alsmede van de steden Utrecht, Leiden en Amersfoort tegen de Heer van Egmond, heer Gerrit van Heemskerk en verdere uitgewekenen uit Leiden. Met akte van toetreding van onder meer zes leden van het geslacht Albout, 1420. Afschrift. (ca. 1620) 1 stuk Reg. no. 59 en no. 60 Vgl. het Archief der Secretarie van de stad Leiden 1253-1575, inv. no. 316

1037 Akte van belening door Alyd van Kijfhoek, weduwe van Claes van Assendelft, van de vier kinderen van Gerrit Albout en wijlen Janne van der Leck met een vierdepart voor een ieder van een hofstede met toebehoren te Niedorp. Afschrift, 1618. 1505 1 stuk Reg. no. 185 Blijkens het handschrift heeft mr. Adriaen van Hellemijs van Welle het stuk afgeschreven

1038 Attestatie van Joost van der Hoeve en Jacob van Egmond over de schildboortigheid van de nakomelingen van Gerrit Albout. Afschrift, (ca. 1620). 1507 1 stuk Reg. no. 189 C Het geslacht Van Alckemade.

C HET GESLACHT VAN ALCKEMADE.

1039 Aantekeningen en genealogieën betreffende het geslacht Van Alckemade. ca. 1250-1700 1 omslag Niet raadpleegbaar Enkele stukken zijn waarschijnlijk vervaardigd door Jacob van Alckemade, daar in 1620 in diens sterfhuis een staat in duplo werd opgesteld van tot zijn bescheiden behorende genealogieën van het geslacht Van Alckemade, ondertekend door Jacob van Alckemade nomine patris, Nicolaes Heynens, Jacob Bam, F. Bam, La. van der Horst, Cornelis van der Hooch, S(ybrand) van Alckemade en F(loris) van Alckemade

1040 Staat houdende opgave van bescheiden betreffende het geslacht Van Alckemade van 1143-1679, met memorie inzake vrijstelling tot het betalen van dorpsomslag door de Heer van Oud-Alckemade aan de Heer van Warmond. 1679 1 stuk Vgl. voor de memorie inv. no. 612

1041 Kroniek van het geslacht Van Alckemade, wonende te Oegstgeest en te Warmond. ca. 1320-1550 1 stuk

1042 Aantekening betreffende Hendrik van Alckemade, dertiende commandeur van de 3.20.09 Cousebant 171

Balie van Utrecht van de Duitse Orde in 1371 en vervolgens Karthuizer monnik. ca. 1550 1 stuk Niet raadpleegbaar

1043 Akte van belening door Arent, heer van Egmond en IJsselstein, van Floris van Alckemade met de Lage Bercmeer te Veenhuizen, het land, genoemd "De Rekel" bij Barchsweert, en gedeelten van stukken land, behorende aan die van Tuttingehorn en Enigenburg. Afschrift, 1604. 1392 1 stuk Niet raadpleegbaar Reg. no. 21 Zeer zwaar beschadigd

1044 Akte van belening door Johan, heer van Egmond, van Almer Jan Ydinxsz. met een perceel land te Langendijk. Afschriften, 1590 en 1618. 1433 2 stukken Reg. no. 81 Als leenman van de Heer van Egmond fungeerde Floris van Alckemade Het afschrift van 1590 heeft als aant. in dorso: "Deese Floris van Alckemade in de verleijbrief vermelt als getuijge, is deselve daer onse annotitien van ons voorouders af vermelden: Zijn vader Gerrit raeckte tot armoede door den inbrueck van 't soute land buijten Dordrecht, en begaf hem metterwoon tot Egmondt bij sijn neef, en deese Floris was toen out 10 jaer" Het afschrift van 1618 heeft onder meer als aant. in dorso: "Dit soude nader naegesien konnen worden op de grieffije van de leenkamer, geregistreert met de letter D., folio 79 verso" Bovendien: "Nota: hier is nogh nader brief afgekomen, deese Floris waer met sijn vertigte van goederen door de inbrueck bij Dordrecht anno 1421: tot Egmont wooninge gehouden"

1045 Akten van fundatie van een vicarie ter ere van Sint Silvester op het Driekoningenaltaar in de Sint Pieterskerk te Leiden door Ysebrandus van Alckemade en diens broeder Gerardus van Oegstgeest. Afschrift, (ca. 1610). 1460 1 stuk Niet raadpleegbaar (Reg. no. 118 en no. 119) Zwaar beschadigd

1046 Akte van verificatie van schout, burgemeesters, schepenen en regeerders van Leiden van een attestatie van religieusen uit het voormalige klooster van Poel buiten Leiden van 1589 over de verwantschap van Gerritgen van Rietwijck, eertijds mater van het convent, met Agatha van Alckemade, ten verzoeke van Jacob van Alckemade. Afschrift, 1679. 1602 1 stuk Zie voor de akte van 1589 inv. no. 273

1047 Aantekeningen van Johan Theodoor van Alckemade betreffende het kasteel Alckemade te Warmond, met afschrift van een akte van belening van 1284 door graaf Floris V van diens knaap Janne van Haarlem "vooren Aleijden sone" met een perceel land in de Haarlemmerhout, genoemd de Berckenrode. ca. 1675 1 stuk Reg. no. 2

1048 Wapenafbeeldingen van het geslacht Van Alckemade en aanverwante geslachten. ca. 1665 1 omslag Betreft onder meer de geslachten Van Arckel, Van Egmond, De Glustelle en Van der Sare 172 Cousebant 3.20.09

D Het geslacht Van Arckel.

D HET GESLACHT VAN ARCKEL.

1049 Genealogische aantekeningen betreffende het geslacht Van Arckel. ca. 1700 2 stukken Niet raadpleegbaar Eén der stukken is zwaar beschadigd E Het geslacht Van Berckenrode.

E HET GESLACHT VAN BERCKENRODE.

1050 Aantekeningen omtrent Sybrand van Berckenrode en diens kinderen. ca. 1625 1 stuk Zie ook inv. no. 1069 F Het geslacht Van Brederode.

F HET GESLACHT VAN BREDERODE.

1051 Kroniek van de Heren van Brederode door Johannes à Leydis, vanaf de schepping der mensheid tot ca. 1460, later voortgezet tot 1557. Met genealogieën van de Heren van Vianen, Egmond en Culemborch. (ca. 1560) 1 deel Het deel is in 1868 in bruikleen gegeven aan het Algemeen Rijksarchief, en berustte onder de Derde Afdeling, handschrift no. 26 Zie voor nadere bijzonderheden het artikel van mej. E.H. Korvezee in het Ned. Archievenblad van 1939/1940 Vgl. eveneens de uitgave van de Cronica illustrium dominorum de Brederueden in de Fontes Minores Medii Aevi door W. Jappe Alberts en C.A. Rutgers van 1957

1052 Huwelijkscontract van Louise Christine, gravin van Solms, met Johan Wolphert, heer van Brederode. Afschrift, (ca. 1660). 1637 1 stuk

1053 Holografisch testament van Johan Wolphert, heer van Brederode. Afschrift, (ca. 1660). (1655) 1 stuk De testator overleed 3 september 1655

1054 Holografisch testament van graaf Hendrik, heer van Brederode, oudste zoon van Johan Wolphert, heer van Brederode, en Louise Christine, gravin van Solms, opgemaakt te 's-Gravenhage. Afschrift, (ca. 1660). 1657 1 stuk G Het geslacht Van Broekhuysen.

G HET GESLACHT VAN BROEKHUYSEN.

1055 Akten en genealogische aantekeningen betreffende het geslacht Van Broekhuysen. Afschriften, (ca. 1620). 1356-1553 3 stukken Reg. no. 11 en no. 26 Twee stukken zijn blijkens handschrift afgeschreven door mr. Adriaen van Hellemijs van Welle H Het geslacht Van Duivenvoorde, later Van Wassenaer.

H HET GESLACHT VAN DUIVENVOORDE, LATER VAN WASSENAER.

1056 Rekest van Gijsbrecht van Duivenvoorde, heer van Obdam, aan Willem van Oranje om hem gratie te verlenen en uit zijn gevangenschap te ontslaan, met appointementen. Hierbij een rekest van zijn vader Jacob van Duivenvoorde en anderen ter ondersteuning van het eerste, (ca. 1573). 1573 2 stukken 3.20.09 Cousebant 173

Reg. no. 447 en no. 448 Gijsbrecht van Duivenvoorde had zich in 1573 bij Willem van Oranje gecompromitteerd vanwege zijn aandeel in de moord op de Delftse pastoor Cornelis Musius, vgl. Obreen blz. 126 en 127

1057 Wapenboek van Johan Duivenvoorde. ca. 1580 1 deel Johan van Duivenvoorde, heer van Warmond enz., geboren in 1547 als zoon van Jacob van Duivenvoorde en Henrica van Egmond van Merensteyn, huwde in 1590 Odilia van Valckenaer. Hij overleed omstreeks 1610 en staat bekend als de admiraal van Warmond

1058 Album amicorum van Johan van Duivenvoorde. 1588-1595 1 deel Het album bevat onder meer de handtekeningen van prins Maurits, stadhouder Willem Lodewijk, de graaf van Leicester en onderscheidene landsheren en edelen uit Holstein. Dit laatste is te verklaren uit het feit dat Johan van Duivenvoorde als ambassadeur van de Republiek gezantschapsreizen maakte naar Denemarken in de jaren 1588 en 1594

1059 Ontwerp van een kwartierstaat, waarop slechts de kwartieren van Elisabeth Wassenaer, gehuwd met Floris Cousebant, zijn uitgewerkt. ca. 1800 1 stuk Aannemelijk is, dat inv. no. 1056, 1057 en 1058 door haar huwelijk in het jaar 1763 aan het geslacht Cousebant zijn gekomen J Het geslacht Van Egmond.

J HET GESLACHT VAN EGMOND.

1060 Huwelijkscontract van Otto van Egmond van Merenstein met Mechtelt Albout, gesloten te Haarlem. ca. 1430 1 charter Reg. no. 75 Gebruikt als omslag van een pachtboekje van Jan van Foreest, inv. no. 733. Door afsnijding is de datum verloren gegaan. Zie nader A.W.E. Dek: Genealogie der heren en graven van Egmond, blz. 83 K Het geslacht Van Foreest.

K HET GESLACHT VAN FOREEST.

1061 Akte van keizer Lodewijk van Beieren door Mapheus Bergomensis van Foreest tot het aanstellen van notarissen met bijbehorende voorrechten. Extract, (ca. 1550). Latijn. 1330 1 stuk L Het geslacht Gael.

L HET GESLACHT GAEL.

1062 Genealogie van het geslacht Gael, 1574-1662. ca. 1750 1 stuk Hieruit blijkt dat Aefge Gerbrants, echtgenote van Frederik Cousebant, hertrouwde met Nicolaes Gael Jacobsz. Aangetast door vocht M Het geslacht Van der Goes.

M HET GESLACHT VAN DER GOES.

1063 Stukken dienende tot bewijs voor de adellijke afstamming en het patriciaat van het geslacht Van der Goes. Afschriften, (ca. 1550-1675). 1453-1647 1 omslag Niet raadpleegbaar Reg. no. 110 no. 121 no. 123 no. 128 no. 137 no. 141 no. 143 no. 144 no. 145 no. 148 no. 163 no. 218 no. 245 no. 277 no. 279 no. 307 no. 316 no. 338 no. 349 en no. 581 Onbekend met welk doel en bij welke gelegenheid vervaardigd of bijeengebracht. Misschien heeft mr. Martinus van der Goes deze stukken verzameld 174 Cousebant 3.20.09

1064 Certificaat van twee notarissen te Gent betreffende de wapenafbeeldingen op de grafzerk en het rouwbord van Gerard van Renoy van der Goes in de Sint Maartenskerk te Ackerghem binnen Gent. 1653 1 stuk N Het geslacht Van der Haer.

N HET GESLACHT VAN DER HAER.

1065 Kwartierstaten van Johan van der Haer, heer van Petten, en diens echtgenote Maria van Renesse van Baer. ca. 1630 1 stuk

1066 Staat houdende opgave van necrologieën van diverse familieleden, 1624-1667, opgemaakt door Louis van der Haer, heer van Schalkwijk. ca. 1670 1 stuk De betrokken familieleden behoren onder meer tot het geslacht Van Renesse O Het geslacht Van Hellemijs van Welle.

O HET GESLACHT VAN HELLEMIJS VAN WELLE.

1067 Aantekeningen betreffende het geslacht Helmich, 1307-1623. ca. 1630 1 stuk Zie voor een genealogie van dit geslacht inv. no. 951

1068 Rondschrijven van richter en gerichtslieden van Herwen en Aerdt om een losprijs bijeen te krijgen voor hun predikant Henricus Helmichius naar aanleiding van zijn gevangenneming door de vijand. Met aantekeningen inzake bijdragen van de steden Middelburg, Vlissingen, Vere, Gouda, de kerkeraden van Schiedam en Alkmaar en van de stad Haarlem, 1586-1587. 1586 1 stuk Vermoedelijk was Henricus Helmichius een broeder of ander familielid van de predikant Wernerus Helmichius P Het geslacht Van Heussen.

P HET GESLACHT VAN HEUSSEN.

1069 Aantekeningen betreffende het geslacht Van Heussen en aanverwante families. ca. 1625 4 stukken Betreft ook de geslachten Van Berckenrode en Lodensteyn Q Het geslacht De Coninck.

Q HET GESLACHT DE CONINCK.

1070 Aantekeningen betreffende de kinderen van Godert de Coninck en diens echtgenote Harmanna van Zuylen, aangevuld (ca. 1640). (ca. 1600) 1 stuk R Het geslacht Van Cromstrijen.

R HET GESLACHT VAN CROMSTRIJEN.

1071 Afbeelding van de met wapens versierde grafzerken van mr. Philips van Cromstrijen en diens moeder Anna de Stoppelaer, weduwe van mr. Marten van Cromstrijen. ca. 1660 1 stuk Niet raadpleegbaar Philips van Cromstrijen overleed 18 mei 1657 S Het geslacht Lachmont.

S HET GESLACHT LACHMONT.

1072 Aantekeningen betreffende de geboorte van kinderen van mr. Jan Ghisbertsz. 3.20.09 Cousebant 175

Lachmont en diens echtgenoten Cornelia en Zwaengen. 1493-1510 1 stuk T Het geslacht Nobel.

T HET GESLACHT NOBEL.

1073 Genealogieën van het geslacht Nobel. ca. 1725 2 stukken Vgl. inv. no. 943 Eén der stukken is zwaar beschadigd U Het geslacht Occo.

U HET GESLACHT OCCO.

1074 Wapenafbeelding van het geslacht Occo. ca. 1600 1 stuk Met aant in dorso: "Adolphi Occonis nomen habuere 3 Midici Augusta vel urbis de quibus ----- in Biblioth. -----" Door het huwelijk van Anna Pompejusdr. van Occo met Saris de Coninck was dit geslacht verwant aan het geslacht De Coninck W Het geslacht Van Renesse.

W HET GESLACHT VAN RENESSE.

1075 Staat houdende opgave van overlijdensdata van diverse familieleden, opgemaakt door Jacob Frederik van Renesse, (ca. 1650). 1578-1642 1 stuk Zie ook inv. no. 1065 en 1066 Y Het geslacht Splijtloff.

Y HET GESLACHT SPLIJTLOFF.

1076 Genealogieën van het Sallandse geslacht Splijtloff en het geslacht Van der Zedde, waar dit in vrouwelijke lijn uit gesproten is. ca. 1640 1 stuk Z Het geslacht Van Teylingen.

Z HET GESLACHT VAN TEYLINGEN.

1077 Aantekeningen betreffende het geslacht Van Teylingen, (ca. 1000-1550). opgemaakt: (ca. 1590) 1 stuk De gegevens zijn voor het merendeel ontleend aan: Pontus Heuterus: Rerum Burgundicarum libri sex, in quibus describuntur res gestae regum, ducum, comitumque utriusque Burgundiae. Antwerpen 1583. (Deel VI folio 71)

1078 Wapenafbeeldingen en aantekeningen betreffende het geslacht Van Teylingen, opgemaakt in verband met gemaakte kosten in een proces in 1584 tot handhaving van zekere rechten. ca. 1590 1 stuk

1079 Akte van overdracht van een gedeelte van een hofstede te Oude Niedorp door Joost Dirksz. aan Jacob Simonsz. te Amsterdam. 1513 1 charter Reg. no. 198 Met aant. in dorso: "Brief daer Augustijn van Tylingen als leenman staet" 176 Cousebant 3.20.09

AA Het geslacht Wassenaar.

AA HET GESLACHT WASSENAAR. Bedoeld is het Friese boerengeslacht Wassenaar. Zie voor het adellijke geslacht Van Wassenaer onder het geslacht Van Duivenvoorde

1080 Aantekeningen betreffende de verwantschap van Steven Huygens en Huych Jacobs, wonende op Het Bidt. ca. 1675-1725 2 stukken Eén der stukken draagt de aant: "Hieruijt komdt Dirck Claesse van Wassenaer schipper van Harlinge, als descendent in de vijfde graet" De gegevens zijn voor het merendeel aan een akte van 8 juni 1566, gepasseerd voor schout en schepenen van Sassenheim, ontleend Zie ook W.Tsj. Vleer: De Friese Wassenaars, blz. 149 BB Geslachten onder patronymicum.

BB GESLACHTEN ONDER PATRONYMICUM.

1081 Aantekeningen betreffende afstammelingen van Lauw de lijndraaier te Den Briel en van Lijn Aelbertsz., brouwer te Delft. ca. 1480 3 stukken Verwantschap met andere geslachten kon niet worden aangetoond

1082 Aantekeningen betreffende de vererving van goederen van Theunis Arentsz., zoon van Arent Thonisz. en Nies Cornelisdr., op Belitge Jansdr. en haar echtgenoot Pieter Kock. ca. 1670 1 stuk Nies Cornelisdr. behoorde tot het geslacht Bout alias Cosgen II Historische documenten, stukken van staatkundig en kerkelijk belang.

II HISTORISCHE DOCUMENTEN, STUKKEN VAN STAATKUNDIG EN KERKELIJK BELANG. Het valt niet altijd uit te maken, of de leden van de familie Cousebant en aanverwante geslachten deze stukken verzameld hebben uit historische belangstelling of met een praktisch doel. Oorspronkelijke stukken, afkomstig uit ambtelijke archieven, zijn gemerkt met een x A Holland en Zeeland.

A HOLLAND EN ZEELAND. 1 Stukken afkomstig van mr. Christiaen van der Goes als schout van Delft.

1 STUKKEN AFKOMSTIG VAN MR. CHRISTIAEN VAN DER GOES ALS SCHOUT VAN DELFT.

1083 Eerste rekening van het schoutambt van Delft door Vranck Bartholomeusz. van Diemen. Rendantsexemplaar, niet geheel voltooid en niet afgehoord. 1553-1554 1 deel Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht

1084 Besluit van de Staten van Holland om het schoutambt van Delft tijdelijk te doen waarnemen door één der burgemeesters naar aanleiding van het voornemen van mr. Christiaen van der Goes om af te treden. Authentiek extract uit de notulen der Staten en gelijktijdig afschrift daarvan. 1572 2 stukken Niet raadpleegbaar Reg. no. 438 Het authentiek extract is afgegeven door Paulus Buys

1085 Rekest van burgemeesters en regeerders van Delft aan de Prins van Oranje om Sasbout Beuckelsz. tijdelijk aan te stellen tot schout vanwege het aftreden van mr. Christiaen van der Goes, met appointement. 1572 1 stuk Niet raadpleegbaar 3.20.09 Cousebant 177

Reg. no. 440 Eigenhandig getekend door "Guillaume de Naszau"

1086 Minuut-verslag van de vergaderingen van 5 en 6 september 1572, gehouden door de schout mr. Christiaen van der Goes, burgemeesters en vroedschap op het stadhuis te Delft, waarin het verzoek van Jan Boickel Quirynsz. om tot schout te worden aangesteld krachtens een commissie van de graaf Van der Marck in plaats van mr. Christiaen van der Goes voornoemd van de hand wordt gewezen. 1572 1 stuk

1087 Brief van C. de Rechtere, secretaris van de Staten van Holland, aan de schout van Delft betreffende de toenemende aktiviteit van de Papisten, huweljkssluiting voor de wereldlijke overheid en het aanstellen van schoolmeesters die door de classis zijn geexamineerd. 1581 1 stuk

1088 Brief van de Rekenkamer te Den Haag aan mr. Christiaen van der Goes, schout van Delft, betreffende het verlenen van "landwinninge" in verband met de moord op mr. Adriaen Adriaensz., chirurgijn, door Jeroen Cornelisz., scheepstimmerman te Delfshaven. 1581 1 stuk Niet raadpleegbaar Aangetast door vocht 2 Stukken afkomstig van Johan van Alckemade, oud-burgemeester van Amsterdam, of van diens broeder Jacob van Alckemade.

2 STUKKEN AFKOMSTIG VAN JOHAN VAN ALCKEMADE, OUD-BURGEMEESTER VAN AMSTERDAM, OF VAN DIENS BROEDER JACOB VAN ALCKEMADE.

1089 Verslag van bezwering van de privilegien van de stad Haarlem door Philips II en huldiging van die prins namens de stad. Afschrift, (ca. 1570). 1549 1 stuk Reg. no. 305 en no. 306

1090 Treurzang op de dood van de graaf van Egmond. Franse en Nederlandse tekst. ca. 1570 1 stuk

1091 Stukken betreffende voorbereiding tot het aangaan van een pacificatie tussen de Staten-Generaal en de Staten van Holland en Zeeland tot verdrijving van de Spaanse troepen. Gelijktijdige afschriften. 1576 3 stukken Niet raadpleegbaar Reg. no. 482 no. 484 en no. 485

1092 Eedsformulier, af te leggen door uitgewekenen bij hun terugkeer in Holland ingevolge de Pacificatie van Gent. Gelijktijdig afschrift. 1576 1 stuk

1093 Stukken betreffende de naleving van de Pacificatie van Gent en het Eeuwig Edict van Brussel door Don Jan van Oostenrijk, de Staten-Generaal en de Prins van Oranje met de Staten van Holland en Zeeland. Gelijktijdige afschriften. 1577 1 omslag Reg. no. 491 no. 493 no. 494 no. 495 no. 499 no. 500 no. 501 no. 511 no. 512 no. 515 no. 516 en no. 517 Deze stukken zijn voor het merendeel in het Frans gesteld

1094 Stukken betreffende onderhandelingen van burgemeesters van Amsterdam met de Prins van Oranje en de Staten van Holland en Zeeland omtrent het aangaan van een satisfactie op grond van de Pacificatie van Gent met als bemiddelaars Don Jan van 178 Cousebant 3.20.09

Oostenrijk en de Staten-Generaal te Brussel. Gelijktijdige afschriften. 1577 1 omslag Reg. no. 492 no. 502 no. 403 en no. 508

1095 Verslag van troebelen te Amsterdam tussen Katholieken en Gereformeerden naar aanleiding van het heimelijk in dienst nemen van soldaten door het stadsbestuur onder leiding van de burgemeester Joost Buyck. 1577 1 stuk Opgesteld door een Gereformeerd-gezinde Te dateren tussen de terugkeer van gedeputeerden uit Brussel en de mislukte aanslag van november 1577 3 Stukken afkomstig van diverse personen.

3 STUKKEN AFKOMSTIG VAN DIVERSE PERSONEN.

1096 Akte van overdracht van Naardingerland door de abdis van Elten aan graaf Floris V. Afschrift (ca. 1700). 1280 1 stuk Reg. no. / Hendrik van Alckemade van Berckenrode was onder meer beleend met de schutterij van Naarden en de "steden" van het Gooi. Misschien staat bovengenoemd afschrift hiermede in verband. Vgl. inv. no. 346

1097 Akte van verkoop van de heerlijkheid van de Lek met toebehoren door graaf Willem III aan Jan van Polanen. Afschrift, (ca. 1620). 1342 1 stuk Reg. no. 6 Met aant. betr. de verheffing van alle heerlijkheden, huizen enz. van Jan van Polanen in het graafschap Holland tot onsterfelijk leen door Margaretha, keizerin van Rome, in het jaar 1346. Blijkens handschrift is het stuk afgeschreven door mr. Adriaen van Hellemijs van Welle, vermoedelijk in diens functie van rentmeester van Anna, vrouwe van Assendelft. Zij voerde onder meer de titel van Vrouwe van der Lek

1098 Privilegiën, tractaten, plakkaten, sententien, schimpdichten, historische gegevens enz. betreffende Holland en in het bijzonder de stad Haarlem, Kennemerland en West-Friesland, meest betrekking hebbende op de eerste decennia van de 80-jarige oorlog, lopende van 400-1595, opgemaakt: ca. 1585-1601 1 band Reg. no. 7 no. 8 no. 9 no. 29 no. 30a no. 84 no. 107 no. 139 no. 157 no. 167 no. 186 no. 199 no. 227 no. 232 en no. 280 Misschien heeft Gerrit van Berckenrode de stukken verzameld en afgeschreven. Hij was priester en werd na zijn overgang tot het Protestantisme baljuw van Kennemerland. In dienst van de Prins van Oranje woonde hij het beleg van Haarlem bij. In 1577 huwde hij te Delft Geertruyd van Abcoude van Meerten, afkomstig uit Utrecht. Hierdoor zouden afschriften van enkele stukken betreffende het Sticht kunnen worden verklaard. Hij overleed in 1598. Enkele afschriften met andere hand dateren nog van 1601 Aparte vermelding verdient een afschrift van de "Croniek van Leeuwenhorn voortijds omtrent den Zijpen gelegen enz. --", lopende tot 1586 De band is in 1868 in bruikleen gegeven aan het Algemeen Rijksarchief en berustte onder de Derde Afdeling, handschrift no. 27 Zie voor nadere bijzonderheden het artikel van mej. E.H. Korvezee in het Ned. Archievenblad van 1939/1940 en voor een gedetailleerde inhoudsopgave Bijlage no. II

1099 Akte van overeenkomst tussen de abt van Egmond en de huurders van het vroonland van Limmen en Oesdom inzake de rechten en plichten van laatstgenoemden. Afschrift, (ca. 1400). 1381 1 stuk Reg. no. 13

1100 Memorie omtrent de stichting van het godshuis van de Bakenesse Cameren in de 3.20.09 Cousebant 179

Wijde Appelaarsteeg te Haarlem in het jaar 1395. ca. 1710 1 stuk Niet raadpleegbaar Vermoedelijk afgeschreven voor Adrianus Cousebant Zwaar beschadigd

1101 Oktrooi van Karel V aan de grote Hollandse steden om de rente van twee jaar van een lening van 22 400 pond Vlaams te korten op de bede van 100 000 pond. 1517 1 charter Reg. no. 204

1102 Staat houdende opgave van verleende bijdragen door rechtstreeks onder de paus staande geestelijke instellingen in Holland en Zeeland ter bekostiging van de afvaardiging van commissarissen uit de Nederlanden naar het concilie van Trente. ca. 1555 1 stuk

1103 Stukken betreffende het proces voor het Hof van Holland van de colleges van schout en schepenen van de dorpen van Kennemerland en verdere belanghebbenden tegen dijkgraaf en heemraden van de Uitwaterende Sluizen van Kennemerland en West-Friesland omtrent het recht van keur en schouw over de Sint Aagtendijk in verband met dijkversterkingen ter voorkoming van het gebruik van de binnenmeren als boezem. 1569 1 omslag Reg. no. 389 no. 406 no. 407 no. 468 no. 410 en no. 412 Tot de belanghebbenden behoorde Sybrand van Alckemade

1104 Akte tot nadere vaststelling van de bijdrage in de kosten voor de gemene watermolen te Castricum door gedeputeerden van de burgemeesters van Haarlem en van Alkmaar als bemiddelaars in een geschil tussen de ingelanden van de buitendijkse landen en de gemene buren van de binnendijkse landen. 1578 1 stuk Reg. no. 528

1105 Attestatie van inwoners van Spanbroek zich te zullen onthouden van pauselijke ceremoniën en de hun opgelegde boete alsmede de onkosten, gemaakt door de soldaten van Dirk Sonoy, te zullen voldoen. Gelijktijdig afschrift. 1583 1 stuk

1106 Vertoog uit een proces voor het Hof van Holland tussen de Landsheer als eiser en de Heer van de ambachten van der Mijle en Dubbeldam als gedaagde betreffende aanspraken van de grafelijkheid op het tijdens de vloed van 1421 verdronken land van de Zuidhollandse Waard met het recht van aanwas en bedijking ingevolge verjaring van particuliere pretenties. ca. 1590 1 stuk Blijkens art. LXXVI te dateren na 19 mei 1584

1107 Akte van W(alraven), heer van Bredrode, namens Sabine van Egmond, waarbij deze de gemene ingelanden en eigenaars van de oude landen "in 't maelwaeter" in de bedijkte Egmonder meer de nieuwe landen in de Egmonder meer ten behoeve van de waterlozing in erfpacht geeft. 1590 1 stuk

1108 Akte van belening door de Staten van Holland van prins Frederik Hendrik met de ambachtsheerlijkheden Almonde, Dubbelmonde, Twintighoeven en Standhazen. Afschrift, 1684. 1601 1 stuk 180 Cousebant 3.20.09

Niet raadpleegbaar Zeer zwaar beschadigd

1109 Minuut-akte van schepenen in Cromstrijen inzake ratificatie van de verkoop van 6 morgen land in het Mazer Nieuwland in 1616 door Ariaantje Cornelisdr., weduwe van Isaak Joosten de Neve, aan de weduwe en erfgenamen van Jan Cornelisz. van Driel. 1645 1 stuk

1110 Oktrooi van de Staten van Holland voor hoofdingelanden, dijkgraaf en heemraden van de polder Het Velser broek, houdende onder meer in de goedkeuring van het polderreglement. Gedrukt, 1750. 1746 1 katern Blijkens aant. was dit exemplaar bestemd voor de heer F.B. Cousebant

1111 Predikatie van M.H. Witbols, pastoor te Rijnsaterswoude, ter gelegenheid van de inwijding van de kerk te Aarlanderveen. Gedrukt. 1778 1 katern B Friesland.

B FRIESLAND.

1112-1112.1 Akten van begeving van een prebende in de kerk van Oldelamer door Philips II ten behoeve van Arnoldus ab Haula Eelconis filius. Met bijbehorende stukken van 1511 in afschrift van1566. 1566 2 charters en 3 stukken Reg. no. 196 no. 197 no. 379 no. 380 no. 381 en no. 386 Zeer zwaar beschadigd 1112 Akte. 1112.1 Overige stuk(ken) Niet raadpleegbaar

1113 Stukken betreffende een geschil tussen de aartsdiaken en kannunniken van het kapittel van Sint Vitus te Leeuwarden enerzijds en de Staten, het Hof en de graaf van Rennenberg als stadhouder van Friesland anderzijds inzake het eigendom van de geconfisceerde kapittelgoederen van de voormalige abdij Mariengaarde te Hallum; met retroacta vanaf 1498. Oorspronkelijke stukken en afschriften. 1578-1579 1 pak Reg. no. 172 no. 200 no. 201 no. 414 no. 422 no. 425 no. 442 no. 443 no. 449 no. 451 no. 452 no. 453 no. 455, no. 457 no. 467 no. 473 no. 486 no. 487 no. 488 no. 489 no. 490 no. 509 no. 510 no. 513 no. 524 no. 525 no. 527 no. 530 no. 535 no. 537 no. 538 no. 539 no. 540 no. 541 no. 544 no. 546 no. 548 no. 549 no. 550 no. 551 no. 552 no. 553 no. 554 no. 555 no. 556 no. 557 no. 558 no. 559 no. 560 no. 561 no. 563 no. 564 no. 565 no. 568 no. 569 no. 570 no. 571 en no. 572 Deze stukken zijn klaarblijkelijk afkomstig van Mathijs Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden Vgl. M.P. van Buytenen: Sint Vitus van Oldehove. (Arch. voor de Gesch. van het A.B. Utrecht, deel 68 (1650), vooral blz. 119 en 120)

1114 Ordonnantie van het Zoete Naam Jesus Gilde of het Ritske Boelema Gasthuis te Leeuwarden, met lijst van gildebroeders. Gelijktijdig afschrift. ca. 1650 1 stuk Blijkens handschrift is het stuk afgeschreven door Tierck van Scheltinga

1115 Advies van advocaten bij het Hof van Friesland betreffende het aanvaarden van een nieuw gebouwd huis door een voordochter uit de erfenis van haar ouders Titus en Sempronica. Met bijlage. 1667 2 stukken Dit betreft een juridisch vertoog over een bestaande rechtzaak onder gefingeerde namen 3.20.09 Cousebant 181

C Gelderland.

C GELDERLAND.

1116 Chronologische aantekeningen betreffende de geschiedenis van Gelre, 1131-1377. Met bijlage betreffende het jaar 1409. ca. 1660 1 stuk De gegevens zijn voor het merendeel ontleend aan het werk van Van Slichtenhorst, hetwelk verscheen in de jaren 1653-1654 Het deel heeft als omslag een fragment van een beschrijving van de houtvesterij van Noordholland, (ca. 1500) D Overijssel.

D OVERIJSSEL.

1117 Akte van Floris van Blankenheim, bisschop van Utrecht, voor de bewoners van Giethoorn inzake vrijstelling van heerplicht te paard en bepaalde voorrechten bij voorleiding voor zijn gerecht in geval van het begaan van doodslag of het toebrengen van lichamelijk letsel. 1383 1 charter Reg. no. 16

1118 Brief van burgemeesters, schepenen en raad van Deventer aan Frederik van Baden, bisschop van Utrecht, betreffende het versterken van het kasteel Arkenstein. 1499 1 stuk Reg. no. 175

1119 Akten betreffende het heffen van schatting door Georg Schenck van Tautenburg, drost van Vollenhove, voor het aanwerven van soldaten vanwege de oorlog met Gelre. Gelijktijdige afschriften. 1511 2 stukken Reg. no. 194 en no. 195

1120 Voorstel van Georg Schenck van Tautenburg aan N.N. om accoord te gaan met de aanstelling van twee scheidsrechters in processen betreffende renten te Oldemarkt en Zwolle. Gelijktijdig afschrift. 1540 1 stuk E Utrecht.

E UTRECHT.

1121 Verhandeling over diverse ridderhofsteden in het Nedersticht met opgaven van maarschalken en ander hoogwaardigheidsbekleders enz., 733-1642. ca. 1645 1 deel Het deel is in 1868 in bruikleen gegeven aan het Algemeen Rijksarchief en berustte onder de Derde Afdeling, handschrift no. 28

1122 Akte van belening door de abt van het klooster Oostbroek van mr. Jan van Scherpenesse met het goed Luchtensteijn te De Bilt. Afschrift, 1614. 1557 1 stuk Reg. no. 334 Blijkens handschrift afgeschreven door mr. Adriaen van Hellemijs van Welle

1123 Resolutie van Gedeputeerde Staten van Utrecht inzake de begiftiging van de vicarie op het Sint Thomasaltaar in de kapittelkerk van Sint Jan Baptist te Wijk bij Duurstede aan Anthonij Stochius. Gelijktijdig afschrift. 1683 1 stuk 182 Cousebant 3.20.09

F Zuidelijke Nederlanden.

F ZUIDELIJKE NEDERLANDEN.

1124 Brief van Philips II aan Philibert de Bruxelles, lid van de Geheime Raad, en aan Gilles Clerhaghe en Pierre Butkens, leden van de Rekenkamer van Brabant, met last om de zaak te bespoedigen in het geschil tussen Jehanne Naturel, weduwe van Henry de l'Espinee, en de hertog van Aerschot. Met bijlage. Frans. 1565 2 stukken Reg. no. 375 en no. 376 G Diverse landen in en buiten Europa.

G DIVERSE LANDEN IN EN BUITEN EUROPA.

1125 Beschrijving van Jesus Christus door Publicus Lentulus, stadhouder van Judea, gezonden aan de Senaat te Rome. Extract, (ca. 1750). z.j. 1 stuk Het stuk is geextraheerd uit een brief van Mamuth te Parijs aan de superieur der monnikken van het klooster te "Cognie in Natoliën" van 1642 Lentulus was de voorganger van Pontius Pilatus. Historisch zijn deze gegevens geheel onbetrouwbaar Bovengenoemde brief is ontstaan in de 13e eeuw en genoot in de Middeleeuwen veel gezag

1126 Herderlijke brief van Joannes de Palasor en Mendoca, bisschop van Los Angeles en aartsbisschop van Mexico en Nieuw-Spanje Afschrift, (ca. 1650). Latijn. z.j. 1 stuk Met aant. in dorso: Charta pastoralis Latinitate quam ex Hispanico donavit Theodorus Graswinckel

1127 Thesen ter verdediging van de genadeleer van Sint Augustinus door godgeleerden aangeboden aan paus Innocentius X. Frans. Gedrukt. 1653 1 katern

1128 Beschrijving van de stad Elbing door A. Booth. ca. 1650 1 stuk Niet raadpleegbaar Vermoedelijk van 1653 of van 1659-1660 Oude titel: "A. Booth in sijn journael van de legatie (van) de Gecom(mitteerden) van de Generaliteyt op den vredehandel tussen Polen en Sweden enz. Zwaar beschadigd III Kaarten.

III KAARTEN. De meeste kaarten zijn in het jaar 1868 in bruikleen afgestaan aan het Algemeen Rijksarchief en berusten thans in de verzameling "Hingman". Kaartenafdeling ARA Voor slechts enkele exemplaren kon de relatie tot het archief met zekerheid worden vastgesteld

1129 Kaart van "de Banscheijdingen van Ackemade ende Jacobswoude voornoemd ende Hogemade...", A. de Bruijn, in opdracht van Johan van Duivenvoorde, heer van Warmond, Alkemade, Jacobswoude enz. MSP. Gekleurd. 1604 1 stuk Afm: 62 - 66 cm. Berustend in het archief

1130 "Beemsterlants Caerte". Uitg: z.j. (1611/1612), Hessel Gerritsz., wonende in de "Pascaert" te Amsterdam. Wapen van de Beemster. Gedrukt op perkament. z.j. (c.1610) 1 stuk Afm: 17 - 22.5 cm. Schaal: 26 mm - 360 RR WNW boven. Berustend in het archief 3.20.09 Cousebant 183

--- "Provisioneel concept ontwerp ende voorslach dienende tot de bedyckinge vande groote Water meeren. Nieuwe caerte Verthonende hoe, ende in wat Maniere, De Haerlemmer, Leydse, ende Spieringh Meer, alle hare vaste ende afgespoelde Leymten, op de beste, seeckerste, ende profytelyckste Royinge, ende voeten Bedyckt soude moghen werden...", Jacob Bartelsz. Veris. Sculps: Willem van der Laech. Wapen van Holland. In duplo. 1644 2 stukken Afm: 47 -70 cm. Schaal: 134 mm - 2.000 RR. WNW boven. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2610 Met het gedicht "Boerenclacht over de waterwolf" van de maker

--- "Caerte ende voorbereydinghe tot het bedijcken vande Haerlemmer-meer Alhier provisioneel ghestelt, ende in Cavelinghen ghebracht..." z. j. (c.1660), J.A.L.W. van de Rijp. Schulps: Geraerd Coeck. 1 stuk Afm. 17 - 37.5 cm. Schaal: 65 mm - 2.000 RR. NNW boven. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2614

--- Kaart van de Haarlemmermeer met een ontwerp voor verkaveling. MS. Gekleurd. z.j. (c. 1700) 1 stuk Afm: 120 - 65 cm. Schaal: 110 mm - 600 RR. NO boven. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2611

--- Kaart van een "...stuck lants leggende inden Ambachte van Hazerswoude...", A. de Bruijn in opdracht van Nicolaas van Mathenesse, heer van Hazerswoude enz. MSP. Gekleurd. 1602 1 stuk Afm: 28 - 65 cm. Schaal: 75 mm - 25 R. O boven. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2262

--- Kaart van "een seecker stuck hoylants gelegen inden ambacht van Jacobswoude...", Jan Pietersz. Dou onder meer in opdracht van de rentmeester van Nicolaas van Mathenesse, heer van Hazerswoude enz. Gekleurd. 1600 1 stuk Afm: 25 - 44 cm. Schaal: 85 mm - 25 R. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2272 Met in dorso aant. betr. op het perceel rustende "aelmissen"

--- "Caerte vant Lant toebehoorend Jacob van Duivenvoorde leggende inden Ambachte van Catwijck inde Laeck...", 1584. Sijmon Fransz. van Merwen, vervaardigd in verband met de gegraven caart van Katwijk naar de Noordzee. Copie. Gekleurd. z.j. (c. 1610) 1 stuk Afm: 42 - 32 cm. Schaal: 85 mm - 30 R. WNW boven. MS Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2276

--- "Kaart en Metinge...van zeker stuk Landt gelegen in Nieuw-Cromstrijen..." aan de Huytersweg en de dijk van Oud Cromstrijen, A. Hoeksewegh. Copie, (1737). 1737 1 stuk Afm: 33 - 71 cm. Schaal: 125 mm - 50 Putse R. W boven. MSP. 184 Cousebant 3.20.09

Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2152

--- Kaart van enige percelen land gelegen in de ambachtsheerlijkheid Cromstrijen aan de Oost Biesakkersweg, tussen de dijk van Groot Cromstrijen en de dijk van Nieuw Cromstrijen. M. de Vries. 1741 1 stuk Afm: 26.5 - 116 cm. W boven. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2153 Tot de landeigenaars behoorde onder meer Silvester Heereman van Zuydtwijck

--- Kaart van "...eenige slooten comende vande Poelweteringe tot aent Pesthuijs tot verversinge vant watter dienende, 1644, Stevin van Broeckhuijsen. Gekleurd. met bijbehorende aangehechte stukke in afschrift, 1645. 3 stukken Afm: 30 - 80 cm. Schaal: 149 mm - 20 R. WZW boven. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2279 De kaart dient als bijlage van een afschrift van een rekest van regenten van het Arme Pesthuis gelegen buiten de Morspoort te Leiden aan de Ridderschap van Holland tot het graven van een sloot voor het verversen van het water rondom het pesthuis, met appointement van inwilliging door Jacob van Wassenaer in diens functie van rentmeester-generaal van de goederen van de voormalige abdij Rijnsburg, met bijbehorend stuk, 1644. Afschriften, 1645

--- Kaart van enige percelen land, gelegen aan de Heerweg tussen Lisse en Hillegom en aan de Santvaert. (Jan Pietersz. Dou ? Gekleurd. 1639 1 stuk Afm: 58 - 83 cm. Schaal: 94 mm - 25 R. NO boven. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2284 De tekst is zwaar beschadigd

--- Kaart in vogelvlucht van het dorp Rijnsburg. z.j. (c. 1650) NO boven. Wapen van Rijnsburg ? opgeplakt. Gekleurd. 1 stuk Afm: 75 - 109 cm. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2309

--- Kaart van "...des Graeffelickheyts huijse genomt Teijlingen met sijne grachten Cingelen ende landen daer aen ende omme gelegen...", Simon Aernts van Bruningen. ZW boven. Wapen van de opdrachtgever Johan van Duivenvoorde en Woude, heer van Warmond enz., admiraal en houtvester van Holland enz., aangebracht in 1597. Gekleurd. 1596 1 stuk Afm: 72 - 87 cm. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2317 Bijkaartje: Kaart van "...een stuck vander graeffelickheyts foosterlant gheleghen ande west ofte noortwest zyde vande Keuckenduijn...", 1603, Floris Jacobsz. Schaal: 90 mm - 50 kleine voet. ZW boven. Afm: 27 - 24 cm

--- Kaart van "...Gaestlanden gelegen in Voorhout...", Jan Pietersz. Dou. Gekleurd. 1632 1 stuk Afm: 42 - 65 cm. Schaal: 115 mm - 60 R. NW boven. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2313

--- Kaart van "...vijftien partjen van Landen, soo weij als teelant...sijn geleggen inde 3.20.09 Cousebant 185

Jurisdicsie van Voorhout ende sijn gemeeten tot aende Heerwech ende Leijtwech...", Stevijn van Broeckhuijsen in opdracht van Jacob van Wassenaer, heer van Warmond enz. Gekleurd. 1653 1 stuk Afm: 40 - 101 cm. Schaal: 147 mm - 80 R. NW boven. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2314

--- "Chaerte vande Veldtse Polder gelegen in Voorschooten...", Johannes Dou. Gekleurd (verbleekt). 1676 1 stuk Afm: 51 - 72 cm. Schaal: 107 mm - 80 R. ZO boven. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2315 Daar onder meer "Jonk. Hoogelande sijn erfgenamen" tot de ingelanden behoorden, bestaat de mogelijkheid dat voornoemde kaart afkomstig is uit het archief van het Hofje van Hoogelande

--- Kaart van de Hoogmadese Polder, Pieter Bruijnsz. Gekleurd. 1591 1 stuk Afm: 45 - 58 cm. NW boven. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2316

--- "Chaerte...van seekere Landen leggende Inden Ambachte van Warmont...daer het Huijs te Lochorst op staet soe boomgaerden singelen graften hooff weylant soe het aenmalcander leijt...", Jacob van Banchem in opdracht van Nicolaas van Mathenesse. Gekleurd. 1595 1 stuk Afm: 77 - 112 cm. Schaal: 187 mm - 50 R. NO boven. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2318

--- "Dit lant legghende in Warmondt bij en om thuijs te Lochorst...daer thuijs te Lochorst op staet soe boomgaerden sijngelen graften hooff weylant soe het aenmalcander leyt..." , Jacob van Banchem. Gekleurd. z.j. (c. 1600) 1 stuk Afm: 29 - 83 cm. Schaal: 101 - 80 R. NO boven. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2323

--- "Dit Lant leggende bij veen Meer aen weeder syden vande Stinck sloot...", onder Warmond, Jacob van Banchem. Gekleurd. z.j. (c 1600) 1 stuk Afm: 29 - 40 cm. NO boven. MSP. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2324

--- "Metinge en Gront-teykeninge vant huys ofte slot te Lochorst anders genaemt Out Teylingen...", Jan Pietersz. Dou. Gekleurd. 1631 1 stuk Afm: 93 - 75 cm. Schaal: 98 mm - 10 RR. ZO boven. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2320

--- "Metinge ende Grontteijckeninge vant huys ofte slot tot Warmont...". Jan Pietersz. Dou. Gekleurd. 1631 1 stuk Afm: 95 - 75 cm. 186 Cousebant 3.20.09

Schaal: 97 mm - 10 RR OZO boven. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2319

--- Kaart van "...Eenige landen gelegen inde Heerlyckheyt van Warmondt inde Butterhuys Polder...", Johan Dou in opdracht van de rentmeester Johan Hanneman. Gekleurd. 1665 1 stuk Afm: 49 - 76 cm. Schaal: 137 mm - 50 RR. NO boven. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2322

--- Schetskaarten van landen gelegen onder Warmond. Eén blad gedateerd 1669. z.j., 1669 8 stukken Verschillende afm, gemiddeld 52 - 75 cm. Op één blad een schaal: 80 mm - 8 (RR ?). NW boven. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2325 Op één der kaarten een afbeelding van een adellijk huis, vermoedelijk het Huis Warmond of het Huis Oud-Alckemade

--- "'t Hooghe Heymraedtschap vande Landen van Woerden", Justus en David Vingboons. Gedr. en sculp: Justus en Davidt Vingboons. Wapens van het Hoogheemraadschap, de dijkgraaf en de hoogheemraden. 1670 9 stukken Afm: 41 - 51cm per stuk. Schaal: 176 mm - 800 RR. NNW boven. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2426

--- "Caert van de wooning en landen in de Zilk genaemt Breelant", Andries van der Walle. Gekleurd. 1659 1 stuk Afm: 49 - 71 cm. Schaal: 95 mm - 50 R. NO boven. MS. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2336

1156 Plattegrond van een adellijk huis, E. den Otter. Gekleurd. 1651 1 stuk Afm: 23.5 - 40 cm. Schaal: 295 mm - 120 R. voeten. MS. Berustend in het archief Daar gebruik gemaakt is van Rijnlandse roeden is het huis waarschijnlijk in de provincie Holland gelegen

1157 Omslag van een kaartboek, bevat hebbende negen kaarten, vermoedelijk van Rijnland, vervaardigd tussen 1594 en 1599 door Jacob van Banchem in opdracht van Nicolaas van Mathenesse, heer van Hazerswoude, Sliedrecht enz. Wapens van Mathenesse en Sliedrecht. MSP. Gekleurd. [1594-1599] 1 stuk Berustend in het archief

--- "'T Eylandt Walcheren is groot 43243 Gemeten 128 1/2 Roeden". Bloyse R. Uitg: Nic. Visscher. Gekleurd. z.j. (c. 1655) 1 stuk Afm: 46 - 53 cm. Schaal: 87 mm - 1.000 Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 2861 Nicolaas Visscher en Zacharias Roman hebben in 1655 een kaart van Zeeland uitgegeven, getiteld: "Zelandiae comitatus Novissima Tabula delineata per Nicolaum J. Visscherum et Zachariam Roman, anno. 1655". Deze kaart is een afdruk van de koperplaat betreffende Walcheren, waarbij de titel is 3.20.09 Cousebant 187

vervangen door een schip Litt: Mr. S.J. Fockema Andreae en Mr. B. van 't Hoff: Geschiedenis der Kartografie van Nederland, blz. 54 en 55

1159 Plattegronden van het kasteel "Rosauw" , Frans van Seenhem. Copieën. Gekleurd. z.j. (c. 1660) 2 stukken Afm: 42.5 - 54 cm en 40.5 - 60 cm. Schaal: 192 mm - 16 R. en 157 mm - 7 R. MSP. Berustend in het archief. Frans van Seenhem was een Kleefse landmeter. In het Amt Hetter bij Bienen, Kreis Rees, ligt een Huis Rosau Ook bestaat de mogelijkheid, dat de plattegronden vervaardigd zijn in opdracht van Arent van Wassenaer, heer van Duivenvoorde, in verband met diens belening van het kasteel Rosande onder Oosterbeek in het jaar 1661

--- Kaart van het Middellandse zeegebied met omringende landen, Jacobus Russus. W boven. MSP. Gekleurd. 1533 1 stuk Afm: 97 - 67 cm. Opgenomen in Hingman. Aan te vragen via nummer toegang 4.VTH, inv.nr. 3803. De kaart heeft als opschrift: "Jacobus Russus me fecit Inlla nobili civitate messane anno domini 1533. amen" Litt: Mr. B. van 't Hoff: Een Portulaan van Jacobus Russus uit Messina in het bezit van Jan van Duvenvoorde, in Oud Holland, jg. 75, (1960), blz. 100-107 IV Handschrift over Astronomie.

IV HANDSCHRIFT OVER ASTRONOMIE.

1161 Verhandeling over astronomie en chronologie. 1629 1 deel Niet raadpleegbaar Misschien vervaardigd door een lid van het geslacht Van der Goes Aangetast door vocht 3.20.09 Cousebant 189

Bijlagen BIJLAGEN

Regesten REGESTEN 1. 1280 mei 13. Florentius, graaf van Holland, oorkondt, dat hij als een erfleen ontvangen heeft van Godelensis, abdis van Elten, het Nerdijnclandt met al zijn toebehoren voor een bedrag van 25 Utrechtse penningen per jaar onder bevestiging van Joannes, elect van Utrecht. in die beati Servatii -- apud Vredelant. Afschrift van ca. 1700 ( Inv. no. 1096 ). Gedrukt: o.a. Van den Bergh, Oorkondenboek, no. 2. 1284 december 5. Florens, graaf van Holland, oorkondt, dat hij zijn knape Janne van Haerlem vooren Aleijden sone beleend heeft met een perceel land, genoemd de Berckenrode, gelegen bij de gasthuizen in de Hout te Haarlem en komende van Willem Terninc Bedolve. in Sct Niclaes avont. Afschrift van ca. 1675 ( Inv. no. 1047 ). Gedrukt: o.a. Van den Bergh, Oorkondenboek, no. 529 3. 1317 januari 25. Wilhem, graaf van Henegouwen enz., oorkondt, dat hij als een erfleen verkocht heeft aan Claas Gerritsz. van Wieldregt het ambacht van Raamsdonc. Dordregt in Sint Pauwelsdage in den Winter. Afschrift van 12 september 1740 door A. Roels, notaris te Den Haag, uit een boek ter secretarie van Raamsdonk, afschrift uit het leenregister van Holland, gemerkt E.E. (Inv. no.). Gedrukt: Van Mieris, Charterboeken, II, blz. 167. Zie ook: Drossaers, Nassause Domeinraad I 2, Reg. no. 132. 4. 1324 mei 19. Willem, graaf van Henegouwen enz., oorkondt, dat hij zijn knape Boudewijn van den Poele beleend heeft met 4 hoeven moer "op den wildert", gelegen ten zuid-oosten van Raamsdonke, met het daarbij behorende ambacht. des Saturdaghes naa half Meije. Afschrift van 17 november 1745 door J. Verlinden, notaris te Den Haag, van een afschrift van 19 maart 1742 door de griffier van de lenen uit het register E.L. 24 folio 31 (Inv. no.). Zie ook: Drossaers, Nassause Domeinraad I 2, Reg. no. 163. 5. 1342 januari 18. Willem, graaf van Henegouwen enz., oorkondt, dat hij als een erfleen verkocht heeft aan Gielis van Wendelsnise 11 ½ hoeve moer en wildernis, gelegen boven het gerecht van Groot-Waspik, met nadere bepalingen omtrent de afwatering en de rechten en plichten van toekomstige bewoners. des donredags na Sinte Pociaensdach -- tot Sinte Geertruydenberge. Gevidimeerd in het afschrift van de oorkonde van 1 juni 1389 (Reg. no. 19). 6. 1342 april 27. Willem, graaf van Henegauwe enz., oorkondt, dat hij als een erfleen verkocht heeft aan heer Jan van Pelaenen, zoon van heer Jan van Polanen, de heerlijkheid van de Leeke, laatst in het bezit van heer Heijnrick, heer van der Lecke, met de daartoe behorende heerlijkheden van Riederkercke, Leckercke, Crimpen op d'IJsell, Crimpen op de Merwede, Ouderkercke, Zubbroech, Strevelant, Brantwijck, Ghibelant en Bleskensgrave, met vererving op zijn broeders Phillips of Dirck van Poelanen zonder nalating van mannelijk oir, voor een bedrag van 2400 pond zwarte Tornoois. Gegeven te Condeijt t'zaterdaechs nae Sinte Markusdach. Afschrift van ca. 1620 ( Inv. no. 1097 ). Gedrukt: Van Mieris, Charterboek II, blz. 655. Aldaar als datum 29 april en het bedrag van 12400 pond. 7. 1342 december 9. Willem, graaf van Henegouwen enz., oorkondt, dat hij opdracht geeft aan zijn baljuwen in Rijnlant, het Land van Worden, Delflant, Kermerlant, Vrieslant, Aemsterlant en Waterlant, en zijn schouten 190 Cousebant 3.20.09

benoorden de Mase de inwoners van de stad Aemstelredamme met hun goederen vrij te laten passeren. gegeven in Den Hage des manendaechs nae Sincte Nicolausdach in de Winter. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 18. 8. 1342 december 9. Willem, graaf van Henegouwen enz., oorkondt, dat hij opdracht geeft aan zijn rentmeesters en tollenaars van Hollant, Zelant en Vrieslandt de inwoners van de stad Aemstelredamme met hun goederen vrij te laten passeren. ghegeven in Den Haghe des maenendaechs nae Sincte Nicolausdach in den Winter. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 18. 9. 1350 januari 5. Jan, heer van Egmondt, en Gherijt, heer van Heeraskerc, ridders, oorkonden, dat de poorters van Aemstelredamme in hun geschil met Jan van Parsijn, heer van Waterlant, diens gebied vrij mogen passeren. op derthienenavent. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 18v. 10. 1355 mei 13. Willem, hertog van Beyeren enz., oorkondt, dat hij verkocht heeft aan heer Gheride van Egmonde, ridder, de voormalige goederen van Dirc Baertout, die Willem van Outshoerne eertijds in leen had, te weten 16 morgen land in het Haghe ambacht, 10 morgen land in het Rijswicker ambacht, 18 morgen land in het ambacht van Alfen en een tiende te Naeldwijc, voor het bedrag van 500 oude gouden schilden. Ghegeheven in den Haghe. Oorspr. ( Inv. no. 964 ) met het geschonden zegel van de oorkonder. 11. 1356 februari 16. Johan van Arkel, bisschop van Utrecht, oorkondt ten overstaan van Ghisebrecht, heer van Abcoude en van Gaesbeke, Sweder, burggraaf van Montfoerde, Ghisebrecht van Starkenberch, Johan van Bloemensteijne, Jacob van Lichtenberch, ridders, en andere goede lieden, dat hij toegewezen heeft aan Henric van Broechusen het goed te Ghinckel, hetwelk deze gekocht had van vrouwe Heilwijch van Vijanen en haar echtgenoot heer Willam van Duvenvoerde, ten nadele van aanspraken van Zweder van Vijanen, onder voorbehoud van oudere rechten van Zweder. des dinxdaghes nae Sinte Valentijnsdach -- t'Utrecht. Afschrift van ca. 1620 ( Inv. no. 1055 ). 12. 1375 februari 14. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Ysebrant Borchgaertssoen overgedragen heeft aan Jan van Zaenden 3 geerzen land in de Grote Venne en 1 geers land op de Akermade in de ban van Heemskerc, alsmede dat Jan op zijn kamer en erf in Simon Bollensoens steghe heeft een bedrag van 12 gouden schelling per jaar. op Sinte Valentijnsdach. Oorspr. ( Inv. no. 1015 ) met de zegels van de beide schepenen. Eén. zegel is geschonden. 13. 1381 september 14. Jan, abt van Egmont, oorkondt, dat hij een overeenkomst gesloten heeft met de gemene huurders van het Vroenlant van Lymmen en van Oesdom inzake hun rechten en plichten. op des Heylighen Cruusdach exaltacio. Afschrift van ca. 1400 ( Inv. no. 1099 ). 14. 1382 mei 14. (Albrecht, hertog van Beieren enz.,) oorkondt ten overstaan van mannen van leen, dat hij: Lude Hendrikssoen van Wendelsnesse beleend heeft met 5 hoeven moer en wildernis, gelegen tegen het ambacht van Neder-Waspik tussen de Buermoer en Ludenambacht, en komende van Pieter Weerts (of Waarts). gedaan in den Hage. Afschrift van 15 november 1745 door J. Verlinden, notaris te Den Haag, van een afschrift van 23 3.20.09 Cousebant 191

november 1742 door de griffier van de lenen uit het register Liber 4 folio 196 (Inv. no.). Onder het oorspr. stond de aant.: "Dit heeft Heijnric Ludesoen quijte geschouden minen Heer. Dirc van der Marwede heeftet weder ontfangen, ut patet in Registre 13 die Aprilis Anno 1429". 15. 1382 juni 18. Aelbrecht van Egmonde heer Janszoen oorkondt, dat hij met goedvinden van zijn broeder Ghijsbrecht van Egmonde ten overstaan van leenmannen van de abdij van Egmond afstand gedaan heeft van zijn leengoederen, gelegen in Sente Aechtenprochie van der Wijc en bestaande uit Den Aec, 3 percelen land bij heer Florens weghe, 2 akkers aan de Kercwech en 9 geerzen land in Midbroec, ten behoeve van zijn neef Aelbrecht van der Bercmeer, welke percelen abt Florens van Egmonde in leen had gegeven aan zijn overoudevader Florens heren Wouterszoen en vervolgens waren overgegaan op zijn oudevader Aelbrecht Florenszoen en zijn vader heer Jan van Egmonde. des woensdaghes nae Sente Odulfesdach. Oorspr. ( Inv. no. 1009 ) met de zegels van de oorkonder, Jacob van der Burch, rentmeester van de abdij en bezegelaar voor Ghijsbrecht van Egmonde, alsmede van de leenmannen Reyner Doevenzoen, Reyner Janszoen en Jan van Scoerl. (Voor een afschrift van ca. 1550 zie Inv. no. 2 . 1010. Met een transfix van 26 augustus 1390. (Reg. no. 20). 16. 1383 juli 24. Floris, bisschop van Utrecht, oorkondt, dat hij de inwoners van het dorp en kerspel van Gheetshorne in hun rechten bevestigt betreffende de vrijstelling van heerplicht te paard, hen verleend door bisschop Johan van Arkel, en dat hij hen verder het recht verleent om hun onschuld te betuigen voor het gerecht van de bisschop, indien zij ten onrechte volgens een verklaring van de schout van Vollenho beticht worden van doodslag of het toebrengen van verminkingen, of ten gevolge hiervan vogelvrij worden verklaard, terwijl de eigenlijke misdadigers nog voortvluchtig zijn. Gegeven op onsen huyse toe Vollenhove -- op Sente Jacobsavonde apostels. Oorspr. ( Inv. no. 1117 ). Het zegel in rode was van de oorkonder is verloren. 17. 1384 januari 30. De schout van Heemskerke oorkondt, dat Jacop Bake overgedragen heeft aan zijn broeder Willem van Adrikem zekere percelen land gelegen in de Grote Venne te Heemskerke. des saterdaghes na Sinte Pouwelsdach convercio. Oorspr. ( Inv. no. 1016 ) met het zegel van de oorkonder. 18. 1388 november 14. Phillips van Cralingen oorkondt, dat hij verkocht heeft aan zijn zwager Willaem van Adrichem Florens Bakensoen 5 oude geerzen en 1 ½ vierendeel van een geers land in de Akermade te Heemskerke, aan hem vererfd door toedoen van zijn echtgenote Haesciaen van Jan van Zaenden Willaem Janssoens soen van Zaenden. t'saterdaechs nae Sente Maertijnsdach in den Winter. Oorspr. ( Inv. no. 1017 ) met de zegels van de oorkonder en van Willaem van der Boechorst uit naam van zijn nicht Haesciaens. 19. 1389 juni 1. Broeder Bonden, prior van de Santroosen bij Sinte Geertruydenberge, oorkondt, dat hij vidimus geeft van de oorkonde van 18 januari 1341 (Reg. no. 5). opten dinsdage nae Ascensendag. Afschrift van 15 november 1745 door J. Verlinden, notaris te Den Haag, van een afschrift van 1741 uit een register van overdrachten van het dorp Groot-Waspik (Inv. no.). 20. 1390 augustus 26. Jan die Weent, abt van Egmond, bevestigt ten overstaan van Reyner Janszoon, Reyner Doevez. en Jan van Scoerle, leenmannen van de abdij, dat Aelbrecht van Egmonde heer Janszoin afstand gedaan heeft van zijn leengoederen ten behoeve van zijn neef Aelbrecht van der Bercmaer. Oorspr. ( Inv. no. 1009 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. Getransfigeerd door de oorkonde van 18 juni 1382 (Reg. no. 15). Voor een afschrift van ca. 1550 zie Inv. no. 1010 . Vgl. Meylink: Inv. van de abdij Egmond, Reg. no. 594 en 595. 21. 1392 oktober 18. 192 Cousebant 3.20.09

Arent, heer van Egmont en van IJselsteijn, oorkondt ten overstaan van zijn mannen jonkheer Willem Gijsbertsz., Heijndrickxs en Arent van Mijnden, dat hij zijn neef Floris van Alckemade Heijndrikxsz. vanwege diens trouwe dienst beleend heeft met de Lage Bercmeer bij Veenhuijsen, komende van neef Claes heer Willemszoon van Naeltwijck, het land gelegen op de Suijderweert bezijden Barchsweert dat men Rekel en honderden heet en behoorde aan die van Wermenhuijsen, 7 honderden die behoorden aan die van Tutingehorn, alsmede met 9 honderden die behoorden aan die van Eenigenburch, gezamenlijk grenzende aan Heijnricx erfgenamen van Heemskerck, de buer van Outkarspel, de kerk van Suycscerwoude en andere vele goede knapen. 's vrijdaeges -- Lucasdach. Afschrift van 3 mei 1604 door Boudewijn van Rietwijk, griffier van de lenen, uit het leenregister van de graaf van Egmond, genoemd B, folio XXXI ( Inv. no. 1043 ). Met aant. betr. een nieuwe belening op 14 februari 1410 (Sinte Valentijnsdach). Nog met de aant.: "Raeckende Floris van Alckemade als getuijge staende oover een leen van de grave van Egmont, 1433". 22. 1393 april 9. Aelbrecht enz. oorkondt ten overstaan van zijn raad en mannen, dat hij Jan van Bueren beleend heeft met twee delen van het ambacht van Waspyc, alsmede met het gehele ambacht in de Hoec van de Zudewinde, komende van wijlen diens oom Willem van Wendelnesse. tot Zerixee. Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Liber V folio 77 (Inv. no.). 23. 1393 april 15. Elyzabeth, abdis, en de nonnen van de wereldlijke kerk van Essen in het sticht Coelne oorkonden, dat zij op advies van Gerbrant ten Busche, hun ambtman in het sticht Utrecht, erfelijk verpacht hebben aan Herman van Oestenderpe het volschuldige heilige Neelsguedt, behorende tot hun hof toe Nete en gelegen in de buurtschap Oestenderpe in Zallandt in het kerspel van Swolle, met uitzondering van het Mastebroick. des dynxdages nae belaken Paschen. Gevidimeerd in de oorkonde van 18 juli 1473 (Reg. no. 131). 24. 1394 december 20. Aernt van Leyenberch, ridder, zoon van Aernt van Hoekelem, oorkondt, dat hij in erfleen gegeven heeft aan Segher Florenssone van Kyfhoeke de tienden in het ambacht van Munsterkercke in Voernzaterweert, genoemd de Nesse tiende en het wederdeel van de Kanonc tiende van Den Briele met hun smalle tienden en komende van de gebroeders Godevaert en Hessel van Dronghelen met afstand van rechten van Lisebet Ghijsbrechtsdochter van Welle Hesselssone en haar echtgenoot Jan van Boeninghen. op Sente Thomaesavont des apostels. Oorspr. ( Inv. no. 965 ) met het zegel van de oorkonder. 25. 1397 juli 24. Gherijt van Heemskerc, ridder, heer van Liesvelt en baljuw van Zuuthollant, oorkondt, dat hij uit naam van de graaf verkocht heeft aan Aliden Wouter Louwekijnszoens dochter en haar zoon Willam zekere goederen afkomstig van Jan van Bysoeijen's overleden vader. des daghes voer Sente Jacobsdach. Oorspr. ( Inv. no. 1005 ) met het zegel van de oorkonder. 26. 1397 -- Johan van Broeckhuijsen Florenssoon, knape, leenman van de domproost van Utrecht, oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen Gerrit Vinck en Jacob Smit tot Derthuijsen en andere goede lieden, dat hij Dirck Wijnant beleend heeft met het goed te Derthuijsen, genoemd Out Broeckhuijsen en gelegen in het kerspel van Doorn, met Schevickhoven en Valckeneng met de daartoe behorende rechten en goederen, komende van zijn dochter Nelle van Broeckhuijsen met als voogd haar echtgenoot Steven van der Weijde, en eerder toebehorende aan Dirck van Broeckhuijsen als een rechte broederscheiding. des swoensdaechs. Afschrift van ca. 1620 ( Inv. no. 1055 ). 27. 1398 januari 25. 3.20.09 Cousebant 193

Aelbrecht, hertog van Beieren enz., oorkondt, dat hij verkocht heeft aan Coen Cusz. van Oisterwyc, ridder, 5 morgen veen te Heemstede met het recht van wederverkoop, onder korting van de koopsom op een schuld van de hertog bij koper vanwege verbouwing van het Huis te Teylingen. Gegeven in den Hage op Sinte Pouwelsdach conversio. Oorspr. ( Inv. no. 753.2 ) met het zegel van de oorkonder. 28. 1398 januari 30. Coen van Oesterwijc Willems Custersz., ridder, oorkondt, dat hij verkocht heeft aan Jan van Foreest 5 morgen veen te Heemstede, komende van de graaf van Holland. des woensdaghes na Sinte Pouwelsdach conversio. Oorspr. ( Inv. no. 753.1 ) met het zegel van de oorkonder in bruine was. Zie ook Reg. no. 27. 29. 1401 juni 26. Aelbrecht, paltsgraaf op den Rijn enz., oorkondt, dat hij de stad Aemstelredamme het recht verleend heeft haar poorters, bij het begaan van misdrijven in plaatsen van het graafschap Holland benoorden de Maze gevangen gezet, terecht te laten staan voor eigen schepenen behoudens in het geval van vechtpartijen en diefstal van goederen. gegeven in Den Hage. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 18-18v. 30. 1404 februari 22. Aelbrecht enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Willem van Wendelnesse beleend heeft met het ambacht van Groot-Waspijck, komende van Herman Haec Jacobssoon. 1403 in den Haage op Sijnte Pietersdach Cathedram -- naa den lope van onsen Hove. Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het register T.T.C. folio 47 (Inv. no.). 31. 1405 april 4. Herbaren van Yselsteyn, ridder, oorkondt, dat hij Johan van der Hare Loefssoen erfelijk beleend heeft met 2 ½ morgen land alsmede met ½ morgen land, gelegen in de Mate te Maersen en vallend onder het Zutpheenschen recht, welke percelen bij versterf zullen overgaan op zijn oom Ghiselbrecht. Oorspr. ( Inv. no. 1033 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 32. 1408 maart 13. Dirc van Egmonde, ridder, oorkondt, dat hij beloofd heeft aan zijn echtgenote Henric Dirc van Liesvelt, vrouwe van der Doirtoge, een lijfrente ten bedrage van 200 Gelres gulden per jaar, voortkomende uit de helft van zijn goederen van de Doirtoge in het ambacht van Monster, de helft van zijn goederen in het ambacht van Nye Nydorp en uit 2 morgen land gelegen langs de Gantel. Oorspr. ( Inv. no. 960.1 ) met het zegel van de oorkonder. Het zegel van diens neef Gherrit van Egmonde, ridder, is verloren. 33. 1408 september 25. Aernt, heer van Egmond en van Yselstein, oorkondt, dat hij zijn neef Dirc van Egmond beleend heeft met de hofstede ter Dourtoeghe te Monster, 5 ½ morgen land aldaar en met ongeveer 67 geerzen land te Nuwe Nyedorp, komende van zijn vader Gherijt van Egmond. des dinghesdaghes na Sante Mathijsdach apostel. Oorspr. ( Inv. no. 966 ) met het zegel van de oorkonder. Vgl. Dek: Genealogie der heren en graven van Egmond blz. 12. 34. 1408 september 25. Aernt, heer van Egmond en van Yselstein, oorkondt ten overstaan van Florens van Alcmaed en andere leenmannen, dat zijn neef Dirc van Egmond beloofd heeft aan zijn echtgenote Heynric Dirc van Liesvelt, vrouwe van der Dourtoeghe, een lijfrente, voortkomende uit de kleinste helft van zijn goederen te Duertoeghe in het ambacht van Monster en uit de kleinste helft van 67 geerzen land in de ban van Nuwe Nyendorp. des dinghesdaghes na Sinte Mathijsdach apostel. Oorspr. ( Inv. no. 960.2 ) met het zegel van de oorkonder. 35. 1409 juli 2. 194 Cousebant 3.20.09

Schepenen van Leiden oorkonden, dat Dirc van Alckmade Heynricszoen verkocht heeft aan Margrieten Hughe Claessoens weduwe 17 hont, 12 gaarden en 9 ½ voet land te Oestgheest. op onser Vrouwenavont visitacio. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 16v. De oorspr. oorkonde met een transfix van 13 april 1412 (Reg. no. 40). 36. 1410 januari 25. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Ysbrant Strevelant Jans Vossoen verkocht heeft aan Heynric Heynrixz. een huis en erf op de Nuwen Ryn. op Sinte Pouwelsdach conversio. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 23v. Zie ook de oorkonde van 2 mei 1416 (Reg. no. 43). 37. (ca. 1410) Willem, paltsgraaf op de Rijn enz., oorkondt, dat hij vrije doorvaart verleent aan de kooplieden die met hun goederen door het Marsdiep en Vlije van en naar Aemstelredamme varen. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 19. 38. 1412 februari 8. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Gheryt Simon Vrerixsoen verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen een rente ten bedrage van 4 Engelse nobel per jaar, rustende op 8 hont land met huis en boomgaard op de Mersk te Oestgheest. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 16. 39. 1412 april 10. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Govaert Ghysbrechtssoen verkocht heeft aan Heynric Heynricssoen 5 hont en 9 ½ gaarde land te Oestgheest. upten Beloken Paeschdach. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 17v. In margine de aant.: "Mersch". 40. 1412 april 13. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Willem Wissenzoen verkocht heeft aan Heynric Heynrixz. een schepenbrief van 2 juli 1409 (Reg. no. 35). 's woensdaghes na Beloken Paeschen. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 . fol. 17. 41. 1412 november 27. De schout in het ambacht van Oestgeest oorkondt, dat godshuismeesters van de kerk van Oestgheest, verkocht hebben aan Heynric Heynrixsoen 1 hont land. 'ts manendaghes na Sinte Kathrinendach. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 18. In margine de aant.: "op die Mersche". 42. 1413 oktober 14. De schout van Leiderdorp oorkondt, dat Pieter Janssoen verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen de helft van 2 ½ morgen land, genoemd de Venne. des saterdages na Sinte Vechtersdach. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 20. 43. 1416 mei 2. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Willem Simon Vrerixsoen verkocht heeft aan Heynric Heynrixz. een rente ten bedrage van 2 schelling per jaar, rustende op een huis op de Nuwen Rijn. opten anderenden dach in mey. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 24. Met het opschrift: "Enen brief dair die renten van den voirsc. huse mede ofgecoft syn". Zie de oorkonde van 25 januari 1410 (Reg. no. 36). 44. 1416 september 5. Schepenen van Leiden oorkonden, dat meester Colairt Jacopssoen verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen 11 hont land te Zoeterwoude, genoemd de Loet. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 20v. 3.20.09 Cousebant 195

45. 1417 maart 9. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Pieter Josephssoen, Joseph Pieterssoen en Heynric de Bruun verkocht hebben aan Heynric Heynrixsoen 10 hont, 4 hont en nogmaals 4 hont land te Oestgheest. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 18v. In margine de aant.: "Mersche". 46. 1417 juli 17. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Jan Dirc Gheritsoensz. verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen een rente ten bedrage van 3 "Comans grote" per jaar, rustende op een huis aan de Bredestraet. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 4v. In margine de aant.: "Dese brief heeft die stede gelossent". 47. 1417 juli 19. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Jan Heynrixz. verkocht heeft aan Heynric Heynrixz. een rente ten bedrage van 10 schelling Hollands per jaar, rustende op een huis en erf in Maerndorp. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 7. 48. 1417 november 9. Schepenen van Leiden oorkonden, dat heer Simon Martynssoen, priester, verkocht heeft aan Heynric Heynricssoen 10 ½ hont en 20 gaarden min 3 voet land te Oestgeest. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 19. In margine de aant.: "op die Mersche". 49. 1418 februari 1. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Wouter Kerstantsz. en Mateus heren Romboutsz. verkocht hebben aan Heynric Heynrixsoen een rente ten bedrage van 2 gouden Wilhelmus Hollandde schild, rustende op een huis en erf op Sevenhuysen. op onser Vrouwenavondt purificatio. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 7v. In margine de aant.: "Die huysetien hebben II W.us scilt gelosset naest den hoec". 50. 1418 maart 9. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Jan Heynrixsoen verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen een rente ten bedrage van 10 schelling Hollands per jaar, rustende op een huis en erf in Maerndorp. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 7. 51. 1418 april 4. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Pieter Wit verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen 6 jaarlijke renten, rustende onder meer op huizen op de Ryn. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 5. 52. 1418 juni 1. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Aechte Kerstant Gherytsz. die barbiers weduwe en haar zoon Jan Herstantssoen verkocht hebben aan Heynric Heynrixsoen een rente ten bedrage van 2 Franse gouden kroon per jaar, rustende op een huis aan de Bredestraet. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 4. 53. 1418 juni 20. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Gherijt Jan Pieterssoensz. verkocht heeft aan Heynric Heynrix een rente ten bedrage van 34 schelling Hollands per jaar, rustende op een huis en erf in de Donckersteghe. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 6v. Gecasseerd. 54. 1418 juni 22. De prior en het gemene convent van het klooster t'Onser Vrouwen ter Engelendale te Leiderdorp oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Heynric Heynricssoen 7 morgen land te Alphenre Hoorn, "in ghemengeder vuer" met het gasthuis te Leiden, Heynric Aerntssoens kinderen en Doendoys kinderen, Hughe Phillipssoen en Aernt Pouwelsz. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 21. 55. 1419 februari 4. 196 Cousebant 3.20.09

Schepenen van Leiden oorkonden, dat Coen Ysac verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen een rente ten bedrage van 3 gouden Engelse nobel per jaar, rustende op 11 ½ hont land te Zoeterwoude. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 21v. 56. 1419 april 1. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Femeynse Ysbrantsdochter verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen ½ morgen land van 10 hont op de Mersch te Oestgheest, "in ghemengeder vuer" met Jacob Wit, Hughe Fillipssoen en Pieter Gherijtssoen van Hoec. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no.1006, fol. 19v. 57. 1419 mei 6. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Heynric van der Does, Jacob Vranckensoen, Coen Vranckensoen, Luutgairt Dirx weduwe van Alcmade, Alyt Dirxdochter van Alcmade en Jan van Thetrode verkocht hebben aan Heynric Heynrixz. 3 ½ morgen, 77 gaarden en 9 voet land te Soeterwoude, "in ghemengeder vuer" met Katryn Aernt Jacobssoens weduwe. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 22. 58. 1419 mei 6. Johan, heer van Egmond en van Yselsteyne, baljuw van Kenemerlant en van Vreslant, oorkondt, dat hij schuldig is aan Doeve Hughensoon het bedrag van 150 Hollandse schilden volgens de koers van 1397, voortkomende uit het schoutambacht van Akersloet, onder de belofte hem niet uit zijn ambt te ontzetten eer de schuld is afgelost. Oorspr. ( Inv. no. 976 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 59. 1420 april 15. Fredrick van Blanckenhem, bisschop van Utrecht, Johan, burggraaf van Montfoorde, Philips, heer van Wasseneer, burggraaf van Leyden, Willam van Bredenroede, heer van Genepe, Steyn en ter Merweden, en burgemeesters, schepenen en gemene raad van Utrecht, Leyden en Amersfoert oorkonden, dat zij een verbond hebben aangegaan voor de duur van 5 jaar, dat zij de heer van Egmont, heer Geryt van Heemskercke en de verdere uitgewekenen uit Leyden tot vijand hebben verklaard en dat zij alleen gezamenlijk vrede zullen sluiten. Afschrift van ca. 1620 ( Inv. no. 1036 ). Gedrukt: Van Mieris, Charterboek IV, blz. 542. Oorspr. in het Archief der Secretarie van de stad Leiden, Reg. no. 368. 60. 1420 april 30. Dirck van Zanthorst, Geryt van Bennenbroeck, Willam van Poelgeest, Jan van Poelgeest, Aernt van Hodenpijl, Egbrecht van der Spangen, Jan van den Weerde, Willam van den Weerde, Jan Dever van Minen, Gerijt Dever, Vranc van Zaenden, Geryt Albout, Claes Albout, Peter Albout, Heynrick Albout, Huge Albout, Dirck Albout, Willam Bloet, Gherijt van Poellenberch, Jan van der Mije en Jan Hughe Starcken enz. oorkonden, dat zij zich hebben aangesloten bij het verbond van 15 april 1420 (Zie Reg. no. 59). opten meijen avont. Afschrift van ca. 1620 ( Inv. no. 1036 ). Gedrukt: Van Mieris, Charterboek IV, blz. 544. Het oorspr. was gestoken door de oorkonde van 15 april 1420. 61. 1420 december 30. Johan (van Beieren) oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Willem van Wendelsnesse erfelijk beleend heeft met het ambacht van Groot-Waspijc en het ambacht van Elf hoeven moers. in den Hage. Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het register In Beijeren 9, fol. 210. ( Inv. no. 690 , D3). 62. 1421 februari 1. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Pieter Pieter Rotemeestersz. verkocht heeft aan Heynric Heynrixsoen 16 morgen land te Ardelreveen, "in ghemengeder vuer" met Pieter Ghibenz. en de "nuwencoop van den veen". Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 23. 3.20.09 Cousebant 197

63. 1421 september 24. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Heynric Willemszoen verkocht heeft aan Heynric Heynricssoen een rente ten bedrage van 1 pond Hollands per jaar, rustende op een huis aan de Maern, een rente ten bedrage van 16 schelling en 4 penning Hollands per jaar, rustende op een erf aan de Maern, alsmede een rente ten bedrage van 10 schelling en 8 penning Hollands per jaar, rustende op 2 huizen en erven aan de Maern. des woensdage na Sinte Mathysdach. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 5v. 64. 1422 februari 13. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Claes Willemsz, koopman, verschuldigd is aan Heynricus Jacopsz. een rente ten bedrage van 4 gouden Wilhelmus schild per jaar, rustende op een huis aan Sinte Joefsgraft. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 3v. In margine de aant.: "Des brief heeft die stede afgelossent". De akte is gecasseerd. Hendrik Hendriksz. heeft de akte ontvangen van zijn vader Heynricus Jacopsz. 65. 1423 juni 26. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Jan Aernt Touwenzoen verkocht heeft aan Heynric Heynriczoen een rente ten bedrage van 6 schelling per jaar, rustende op een huis in de Diefsteeg, alsmede een rente ten bedrage van 10 ½ penning en 2 kapoenen. 'tsaterdages na Sinte, Jansdach nativitatis. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 12. 66. 1424 augustus 14. Schepenen van Leiden oorkonden, dat kerkmeesters van de Sint Pieterskerk verkocht hebben aan Heynric Heynricz. de helft van 2 morgen, 2 hont en 61 ½ gaard land te Soeterwoude. op onser Vrouwenavont assumpsio. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 26v. Opschrift met latere hand: "gelegen achter die raemen". 67. 1424 september 12. Schepenen van Leiden oorkonden, dat kerkmeesters van de Sint Pieterskerk verkocht hebben aan Heynric Heynricz. de helft van 5 morgen land te Zoterwoude. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 26. Opschrift met latere hand: "gelegen achter die raemen". 68. 1426 april 10. Schepenen van Leiden oorkonden, dat kerkmeesters van de Sint Pieterskerk verkocht hebben aan Heynricus Heynricxz. 4 ½ morgen en 50 roeden land te Zoeterwoude, in pacht bij Gheryt Emmen. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 10v. 69. 1428 mei 31. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Aelbrecht Gerytz. verkocht heeft aan Heynricus Heynricusz. een rente ten bedrage van een gouden Engelse nobel per jaar, rustende op een huis en erf aan het Rapenburch. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 12. 70. 1428 december 17. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Jacop Jan Willemsz. verkocht heeft aan Heynric Heynricxzoon ongeveer 20 morgen land onder Leiden, genoemd Oude Boschusen. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 24v. 71. 1429 december 22. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Geryt Pieter Gobburghenz. verkocht heeft aan Heynric Heynriczoen 2 morgen, 5 hont en 66 gaarden land te Oestgeest op die Merst. 'tsdonredages na Sinte Thomasdach. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 24v. 72. 1430 februari 18. 198 Cousebant 3.20.09

Schepenen van Leiden oorkonden, dat gasthuismeesters van het Sinte Katherinengasthuis verkocht hebben aan Heynr. Heynricz. 2 hont land te Oestgeest, alsmede 3 hont land op de Mersch aldaar, "gemengender vuer" met Claes Jansz. weduwe. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 30. 73. 1430 april 7. Schepenen (van Leiden) oorkonden, dat Danel Pieter Butewechzoen verkocht heeft aan Heynric Heynriczoen 4 morgen, 2 hont en 25 gaarden land te Zoeterwoude, "in gemenghender vuer" met Andries van der Burch en het Sinte Kathrinengasthuis te Leiden, alsmede ? deel van 2 morgen land in de vrijheid van Leiden. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 25. 74. 1430 juni 26. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Claes Wit, houtkoper, verkocht heeft aan Heynric Heynrixz. de helft van 2 morgen land op Rapenburch binnen de Nuwe Vest. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 25v. 75. (ca. 1430). Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Otte van Egmonde heren Aelbrechtsoen enerzijds en Mechtelt Gherit Alboutsdochter, geassisteerd met haar vader Gherit Albouts, anderzijds, huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 733 /1060). Gebruikt als omslag voor een pachtboek van Jan van Foreest. Door gedeeltelijke afsnijding is de datum verloren gegaan. Zie verder omtrent Otto van Egmond, zoon van Aelbrecht van Egmond van Merenstein en Agnes van Beesde bij Dek: Genealogie der heren en graven van Egmond, blz. 83. 76. 1431 september 26. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Phillips Hugenz. en Andries Hugenz. verkocht hebben aan Heynric Heynricxz. 4 morgen land te Alphen in den Hoern. 'tswoensdages na Sinte Matheusdach. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 13v. 77. 1432 maart 13. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Willem Claesz., smid, en Jacop Willemsz. verkocht hebben aan Heynric Heynricxz. 2 ½ morgen land in een perceel van 5 morgen land, gemeen met Gheryt Ryswyc Pietersz. te Zoeterwoude. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 31. 78. 1432 augustus 23. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Lysbet Dirc Willemsz. weduwe, appelkoopster, en Dirc Ghysbrecht meester Rutgersz. weduwe verkocht hebben aan Florys Ghysbrechtsz., koopman, een rente ten bedrage van 1 gouden Wilhelmus schild per jaar, rustende op een huis aan de Volresgraft. op Sinte Bertelmeusavont. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 1. De oorspr. oorkonde met een transfix van 8 april 1434 (Reg. no. 85). 79. 1432 november 16. Philips enz. oorkondt ten overstaan van zijn raad en leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Dieric van der Merwede beleend heeft met de hoge heerlijkheid van 's-Gravenmoer en 5 hoeven land en moer, komende van Lueden Hendrikxzoon. in den Hage. Afschrift van 15 november 1745 door J. Verlinden, notaris te Den Haag, van een afschrift van 19 maart 1742 door de griffier van de lenen uit het register Beijeren IX, fol. 226 (Inv. no.). 80. 1433 april 26. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Katheryn Jacop Moers, weduwe, en haar zoon Jan van Grieken Claes verkocht hebben aan Heynric Heynricxz. een rente ten bedrage van 2 gouden Wilhelmus schild per jaar, rustende op een huis aan het Rapenburch, alsmede 8 hont land te Valkenburch, genoemd de Cakelairscamp. 'tsonnendages na Sinte Jorysdach. 3.20.09 Cousebant 199

Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 1v. 81. 1433 mei 19 of 29. Johan, heer van Egmond enz., oorkondt ten overstaan van Florens van Alcmade en andere leenmannen, dat hij Almer Jan Ydinxsone beleend heeft met een perceel land in de ban van Langedyck, genoemd Sasscheroirt. Afschrift van 1590, alsmede een afschrift hiervan van 1618 ( Inv. no. 1044 ). Het eerste afschrift heeft als datum 10 mei en het tweede 29 mei. 82. 1433 (tussen september 20 en oktober 5). Philips enz. oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, dat hij Goidschalcx Ooms erfelijk beleend heeft met het ambacht van Groot-Waspijk alsmede met het ambacht van Elf hoeven en een halve hoeve moer, gelegen boven het gerecht van Groot-Waspijk en komende van Gillis van Wendelsnesse, met als naaste erfopvolger diens zoon Thielman Oom. Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Philippus A, fol. 2v. (Inv. no.). 83. 1434 februari 6. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Pieter Jacopsz. verkocht heeft aan Heynric Heynricxz. een rente ten bedrage van 2 ½ Rijnse goudgulden per jaar, rustende op een hofstede met 3 morgen land te Oestgheest. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 12v. 84. 1434 februari 28. Rodolphus van Diepholt, bisschop van Utrecht, oorkondt, dat hij een overeenkomst heeft aangegaan met Philips, van Burgongen enz., inzake de uitoefening van de geestelijke jurisdictie in Hollant, Zelant en Vrieslandt door provisoren en dekens van zijn bisdom, nader bepaald in 13 artikelen. op den laetsten februarij -- nae scrijven Coerts van Utrecht. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 13-15. Met de nadere aant. : "Geextraheert ter camere ende uyten registere voorsz. staende aldaer geregistreert fol. LXVI, LXVII ende LXVIII ende naer collatie gedaen es daermede accorderende bevonden opten XXVen Junij Ao 1601 bij mij L. van der Goes. 85. 1434 april 8. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Florys Ghysbrechtsz., koopman, verkocht heeft aan Heynricus Heynricxz. een schepenbrief van 23 augustus 1432 (Reg. no. 78). Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 1. 86. 1434 mei 15. Godert de Coninc en Gheryt Jan Gherytsoenssoen enerzijds en Ghysbert Scade en Willam van Linscoten anderzijds oorkonden als "maecxmanne en hilixlude", dat Godert de Coninc van Voerde, geassisteerd met zijn vader Vrederic van Voerde, en Baten, geassisteerd met haar vader Heinric van Anxster, huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. opten Pynsteravont. Oorspr. ( Inv. no. 545 ) met het zwaar geschonden zegel van Willam van Linscoten. De zegels van de andere oorkonders zijn verloren. 87. 1434 juni 16. Schepenen van Leiden oorkonden, dat gasthuismeesters van het Sint Katherinengasthuis verkocht hebben aan Heynric Heynricxz. 4 morgen land te Ootsoon, ¼ deel van 7 morgen land te Bodegraven en een rente ten bedrage van 4 schelling en 9 penning per jaar, rustende op een erf bij de Noortpoort op de Ryn. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 30. 88. 1434 november 4. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Danel Pieter Butewechsz. verkocht heeft aan Heynric Heynricxz. ? deel van 2 morgen land in de vrijheid van Leiden bij de Nuwe poort. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 26v. 89. 1434 november 11. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Jacob Gherytsz., anders genoemd Jacob uten Koel, in erfhuur 200 Cousebant 3.20.09

gepacht heeft van Broeder Andriessoen een perceel land van 1 ½ morgen, gelegen in de stadsvrijheid. op Sinte Martijnsdach in den winter. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 1011 ). 90. 1435 november 10. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Gheryt Louwenz. en Clement Jacopsz. bij Heinric Heynricxz. en Feutgen Jacopsz., anders genoemd Feytgen of Poeytien, een hypotheek genomen hebben op 1/7 deel en ? deel van een "noterdyc" met een molenwerf en een huiswerf te Soeterwoude in Oude Boschuysen, bezwaard met een rente ten bedrage van 1 gouden Engelse nobel en 2 oude Vlaamse botdrager per jaar. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 13. 91. 1435 december 25. Philips enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van Holland, dat hij Godschalc Oem, heer van Wijngaarden, raad, beleend heeft met het ambacht van Raamsdonck met molen, visserijen, veren en verder toebehoren, komende van Margareta van den Poel van Spienoet met als voogd haar echtgenoot Raessen van Linteren. binnen onsen steede van Brussel. Afschrift van een afschrift van 26 april 1735 door de griffier van de lenen uit het register Philips A, fol. 38v (Inv. no.). 92. 1436 maart 5. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Ysbrant van der Laen, Fye van der Laen en Machtelt Segers weduwe verkocht hebben aan Heynric Heynricxz. 1 ½ hont land binnen de Nuwe Vest bij de Nuwe poort. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 27. 93. 1436 maart 3. Schepenen van Leiden oorkonden, dat jonge Willem Aerntsz. en zijn echtgenote Lysbet Herman Boelnixdochter verkocht hebben aan Heynric Heynricxz. 1 ½ hont land binnen de Nuwe Vest bij de Nuwe poort. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 27v. 94. 1436 juli 29. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Dirc Poytgen Jacopsz. verkocht heeft aan Heynric Heynricxz. 3 morgen land te Zoeterwoude in een weer van 24 morgen met een "noterdyc" en molenwerf, genoemd Oude Boschuysen. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 29. 95. 1436 oktober 23, Schepenen van Leiden oorkonden, dat Claes van Boschuysen, Phillips Hugensz., Andries Hugensz., Jan van Ryn, Wermbout Gheryts, alsmede Huge en Jacop, zonen van Jacop Hugensz., allen erfgenamen van Ermgaert Huge Phillipsz., verkocht hebben aan Heynric Heynricxz. 2 morgen land te Alphen in die Hoorn in Aernt Heynenz. weer. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 14. 96. 1437 juli 5. De schout van Boegraven oorkondt, dat Alyt Dirc Willemsz. weduwe met als voogd haar zoon Dirc Willemsz. verkocht heeft aan Heinric Heynricxz. ? deel van 7 morgen land te Bodegraven aan de noordzijde van de Ryn. des vridages na Sinte Martynsdach translatione in die somer. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 29v. 97. 1437 september 10. Schepenen van Leiden oorkonden, dat kerkmeesters van de Sint Pieterskerk verkocht hebben aan Heynricus Heynricxz. 14 jaarlijkse renten, rustende op huizen en erven aan de Vliet, in de Molenstege, aan de Oude Vest en aan de Stienscuer. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol 9. 98. 1438 november 6. Schepenen van Leiden oorkonden, dat gasthuismeesters van het Sinte Katherinengasthuis verkocht 3.20.09 Cousebant 201

hebben aan Dirc van der Does Heynricxz. 5 morgen en 4 hont land te Alphyn in die Hoern, "in ghemengeder vuer" met Dirc van der Does, Heynric Heynricxz., Willem Dircxz. en Andries Nannen, alsmede 2 ½ morgen, 1 ½ hont en 38 ½ gaarde land aldaar, "in gemengenden voer" met Gheryt Aerntsz., Claes Post, Pieter Poes, het kapittel van Sinte Pancras, Heynric Reynersz., Willem Dircxz., Florys Claessoon en Adriaen. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 14v. Eén der gasthuismeester is genaamd Heynric Heynricxz. 99. 1438 november 8. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Gheryt Aerntsz. verkocht heeft aan Heynric Heynricxz. een rente ten bedrage van 6 gouden Wilhelmus schild per jaar, rustende op 5 morgen land te Alphenre Hoorn, "in ghemengender vuer" met Heynric Heynricxz., Pieter Poes, het kapittel van Sint Pancras, Claes Post, Heynric Reynersz., Willem Dircxz. en Florys Claesz. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 15v en 2 100. 1438 december 29. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Vranck meester Pietersz. verkocht heeft aan Henricus Heynricxz. 10 jaarlijkse renten, rustende op huizen aan het Levendael. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 2. 101. 1439 januari 19. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Louwerys Jacopsz. verkocht heeft aan Heynricus Henricxz. een rente ten bedrage van 20 "comans" groot per jaar, rustende op een huis aan het Levendael. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 3. 102. 1439 april 4. Schepenen van Leiden oorkonden, dat heilige geestmeesters verkocht hebben aan Heynric Heynricxz. 11 hont land te Oestgheest op de Mersch. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 28v. 103. 1440 januari 20. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Pieter Dirc Poesz. verkocht heeft aan Heynric Heynricxz. 5 morgen, 5 hont en 25 gaarden land te Alphen in die Hoorn, "mit gemengender voer" met Heynric voornoemd, het kapittel van den Hogelande, Claes Post, Willem Dirc, Danelsz., Florys Claesz. en Heynric Reynersz. op Sinte Agnietenavont. Afschrift van ca. 1450 in Inv. no. 1006 , fol. 15. 104. 1440 november 7. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Huge Heynricusz., Dirc Heynricusz., Simon Jacobsz. en Geryt Jansz. verkocht hebben aan Heynricus Heynricusz. een rente ten bedrage van 8 gouden Wilhelmus schild per jaar, rustende op 3 morgen land te Zoeterwoude. op Sinte Willebrortsdach. Afschrift van ca.1450 in Inv. no. 1006 , fol. 11v. Het perceel land was gelegen "by die hoffstede van Alcmade ende is geheten Ghiesselengeer". 105. 1441 november 10. Jacob, heer van Gaesbeec, Apcoude, Putten en Strijen, oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, dat Willem van Drijbergen Jansz. aan hem als leenheer overgedragen heeft het Clein Weertgen, gelegen in het gericht van Wijc buiten de Luetertoern en komende van wijlen zijn vader Jan. op Sinte Meertijnsavont. Oorspr. ( Inv. no. 1034 ). Het zegel in rode was van de oorkonder is verloren. 106. 1442 oktober 27. Burgemeesters, schepenen en raad van Dordrecht oorkonden, dat ze onder nader genoemde voorwaarden besloten hebben tot de aanleg van eenweg op de moer, strekkende tot het ambacht van Besoijen, met het doen van een schouw en het aanstellen van heemraden overeenkomstig het besluit van hun gedeputeerden, de burgers van Sinte Geertruydenberg, heer Dirk van der Merwen, ridder, heer van Ethen enz., en andere personen. op Sinte Sijmon en Judaeavont apostel. 202 Cousebant 3.20.09

Afschrift van 1 november 1741 door de secretaris van Waspik van een afschrift van 11 december 1720. 107. 1452 juni 11. Philippus, hertog van Burgongen enz., oorkondt, dat hij geen brieven en mandamenen meer zal verlenen in strijd met 's lands privilegiën en die van de steden van Holland. gegeven in onser stede van Denremonde. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 19v. 108. 1453 juni 9. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat meester Dirc Roeper verkocht heeft aan zijn broeder meester Jan Roeper, priester, 1/9 deel van 2 boomgaarden, gelegen buiten de Cruuspoirte aan Matkgen Coels laan, komende uit de boedel van hun tante Machtelt Roepers en haar echtgenoot Pieter van Saenden, alsmede 1/9 deel van een perceelland te Akersloot, met accoordverklaring van de boedelscheiding door koper. des zaterdags na Sinte Bonifaesdach. Oorspr. ( Inv. no. 1012.1 ) met de zegels van de beide schepenen. Met in dorso de aant.: "Dese affghescreven negendelen heb ic weder vercoft meester Dirc Roeper minen broeder onder een scepenbrief". Zie Reg. no. 114. 109. 1453 oktober 18. Philips enz. oorkondt ten overstaan van zijn raad en leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Odelijen, dochter van wijlen heer Dirck van der Marwede, met als voogd Aarent van Wijk van Honsoirde, beleend heeft met de heerlijkheden van Eten, het slot en de dorpen Medewen en Babilonienbroek; met de lage heerlijkheid van Drongelen; met een rente ten bedrage van 100 pond per jaar, rustende op het slot te Medewen; met de hoge en lage heerlijkheid van 's-Gravenmoer met de ambachtsheerlijkheden van de Zijdwinde, Monsterkerk aan beide zijden van de Dussen en verder toebehoren; met ¼ deel van de helft van de wildernis van de Groten Wairt van Zuijd Hollant boven Sinte Geerdenberge; met hoeven moer met de ambachtsheerlijkheid in de Ham uit 's-Gravenmoer alsmede met stukken moer en wildernis gelegen naast het ambacht van Waspijk tussen de Buijeren moer. Afschrift van 18 februari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Principium capitulo Altena, fol. 4v (Inv. no.). 110. 1454 maart 30. Philips, hertog van Bourgongien enz., oorkondt, dat zijn raadsman Jan Ruijchrock als leengoed bezit een hofstede van 14 morgen, gelegen onder Rijswijck bij den Hage en genoemd de Werffue, alsmede 13 morgen land, gelegen op de Harnaase in 't Woud en door hem gekocht van Jan Pietersz. van der Goes. 1453 --- naer den loop van onsen Hove. Extract van ca. 1650 uit het register Primo Libro Pricipium Caput Noorthollandt, fol. XLIIII ( Inv. no. 1063 ). Tevens nog twee extracten in voornoemd Inv. no. 1063 . 111. 1455 januari 13. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat meester Jan Roeper, priester, meester Dirc Roeper, priester, Garbrant (Roeper) en Willem Egbrechtsz. ieder voor 1/9 deel en Jacop Huyge Roepersz., mede voor zijn zuster Katryne Huyge Roepersdochter, ieder voor 2/9 deel verkocht hebben van eenboomgaard, gelegen buiten de Cruyspoirte aan Matte Kools laan, aan Florens Willemsz. op Sinte Ponciaensavond. Oorspr. ( Inv. no. 1012.2 ) met de zegels van de beide schepenen. 113. 1455 september 11. Machtelt van Cralingen, jonkvrouwe van Vyanen, oorkondt met als voogd Willem Dammisz., dat zij toestemming verleent aan haar nicht Meyn van Heemskerc, vrouwe van Noirdeloes en Oesthuysen, om het bedrag van 300 pond, hetwelk haar ter gelegenheid van haar huwelijk ter leen gegeven was door haar zuster, vrouwe van Heemskerc en moeder van voormelde nicht, bij haar overlijden te innen uit erfpachten en renten, rustende op goederen binnen het ambacht van Zuuydwick onder Wassenair alsmede uit andere na te laten goederen. Oorspr. ( Inv. no. 977 ) met het zegel in rode was van de oorkondster, in bruine was van heer Jan Dirxz, pastoor van Wassnair, van Claes Jansz., baljuw van Wassenair, en in bruine was van Aernt 3.20.09 Cousebant 203

van Tetroed, schout van Suuydwick. 114. 1455 december 27. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat meester Jan Roeper, priester, verkocht heeft aan zijn broeder meester Dirck Roeper, priester, 1/9 deel van 2 boomgaarden, gelegen buiten de Cruyspoirte aan Matte Kools laan, komende uit de boedel van hun tante Machtelt Roepers, alsmede 1/9 deel van een perceel land te Akersloot. op Sinte Jansdach ewangeliste. Oorspr. ( Inv. no. 1012.3 ) met de zegels van de beide eerste schepenen. Het zegel van de derde schepen is verloren. 115. 1457 maart 16. Jacob, heer van Gaesbeeck, Apcoude, Putten en Stryen, oorkondt, dat hij verkocht heeft aan Henric, deken van Loenresloet, een hoeve land, eertijds door hem gekocht van het klooster te Oudwick in het kerspel van Apcoude en vallende onder het aesdom van het proostdijgerecht van Sint Peter te Utrecht, alsmede ½ hoeve land, aldaar gelegen in de Wynckel, waarbij hij aan zijn zwager Eerst van Amerongen, kastelein, baljuw en rentmeester van Apcoude, machtiging verleent tot de rechtshandeling van overdracht. Geinsereerd in de oorkonde van 21 augustus 1457 (Reg. no. 116). 116. 1457 augustus 21. Schout en asigen van Apcoude in de proosdij van het herengerecht van Sint Peter te Utrecht oorkonden, dat Eerst van Amerongen, baljuw van Apcoude, als gemachtigde van Jacob, heer van Gaesbeeck enz., overgedragen heeft aan Henric, deken van Loenresloet, 1 ½ hoeve land. (Zie Reg. no. 115). op Sinte Bertelmeeusavont. Oorspr. ( Inv. no. 1029 ). Het zegel van de schout is verloren. 117. 1459 mei 30. Jacob van Poelgeest, abt van Egmond, oorkondt ten overstaan van leenmannen van de abdij, dat hij Gerbrant Dircxz. van Buyten, met als voogd Dirck van Duvoirde, beleend heeft met verschillende percelen land te Beverwijk, komende van zijn vader Dirc van Buyten. Afschrift van ca. 1550 ( Inv. no. 1010 ). Zie ook Reg. no. 15. 118. 1460 april 5. Henricus, filius Hugonis Nicolai, clericus Traiectensis diocesis, instrumenteert, dat Ysebrandus de Alcmade en zijn broeder Gerardus de Oestgeest, zonen van Wilhelmus de Alcmade, een eeuwige vicarie gefundeerd hebben op het Driekoningenaltaar in de zuiderbeuk van de Sint Pieterskerk te Leiden ter ere van paus Sint Silvester met als dos 3 percelen land te Oegstgeest, waarvan één genoemd de Voervenne, ten behoeve van candidaten voor het priesterschap met als eerste possessor Wilhelmus de Rytwyck, zoon van voornoemde Ysbrandus. Afschriftvan ca. 1610 door notaris Van Galenvan een afschrift door notaris Adam Boon ( Inv. no. 1045 ). 119. 1460 april 5. Ysbrandus de Alkmade, filius Wilhelmi, oorkondt, dat de bisschop van Utrecht de fundatievan een vicarie in de Sint Pieterskerk te Leiden (Reg. no. 118) bekrachtigd heeft en dat de possessor een bedrag van 12 gouden Franse kronen per jaar uit zijn 11 jugera land te Oegstgeest zal ontvangen onder voorbehoud dat zijn tante Elisabeth de Alckemade mede hiervan het vruchtgebruik zal genieten. Afschrift van ca. 1610 door notaris Van Galen van een afschrift door notaris Adam Boon ( Inv. no. 1045 ). 120. 1461 november 30. Philipis enz. oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder en leenmannen van Holland, dat hij Thielman Oom van Wingaerden beleend heeft met de heerlijkheid van 5 hoeven moer en wildernis, gelegen naast het ambacht van Waspijck en genoemd Henrik Ludenszoons ambacht, komende van Oedelije van der Marweede heeren Dirkxdochter. Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Et Finis capitulo Zuyd- Holland, fol. 4v (Inv. no.). Zie ook Reg. no. 109. 204 Cousebant 3.20.09

121. 1462 januari 16. Philips enz. oorkondt ten overstaan van zijn raad en leenmannen van Holland en Zeeland, dat hij Pieter van der Goes Henricxsoon van der Goes beleend heeft met een tiende, gelegen bij de stad Goes in het ambacht van Cloetinge op Suijt-Bevelant, komende van wijlen zijn vader Henricx van der Goes als een Zeeuws leen. 1461 na den lope van onsen Hove. Afschrift van ca. 1650 uit het register Et Finis capitulo Zeelandt, fol. 4 (Inv. no.). Met extracten van leenakten van 1495, 1562 en 1564 voor de nakomelingen van Pieter van der Goes. 122. 1462 april 13. Philips enz. oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen van Holland, dat hij Bertelmeus Pertant, rentmeester van Noortholland, beleend heeft met de hoge en de ambachtsheerlijkheid van 's- Gravenmoer, komende van Odelije heren Dircks geechte dochter van der Marweede met als voogd Janne die Voogt Claassoon. 1461 na den loope van onsen Hove. Afschrift van ca. 1745 van een afschrift van 3 juli 1742 door de griffier van de lenen uit het register A. Et Finis capitulo Zuijdhollandt, fol. 6v. (Inv. no.). Zie ook Reg. no. 109. 123. 1462 september 29. Philips, hertog van Bourgonien enz., oorkondt, dat hij na advies van onder meer zijn rentmeester- generaal in Holland, Zeeland en Friesland, zijn stadhouder en het raadslid heer Pieter van der Goux, ridder, in erfpacht gegeven heeft aan de stad Tholen en het ambacht van Schakerloo het Botkensveer voor het bedrag van 13 pond Vlaams per jaar, alsmede de overige veren en veersteden in het Land van Tholen en het ambacht van Schakerloo voor het bedrag van 12 pond Vlaams per jaar ter begunstiging van de Tholense weekmarkt onder opheffing van het door hem ingestelde domaniale damgeld op de door de heer van Bergen aangelegde dijk door de Halsterse Weel, gelegen tussen het Land van Bergen en het eiland 's Heer Boudijnspolder. binnen onse stadt Brussel. Afschrift van ca. 1625 uit het Geluwe Register P., fol. CLXXIv. en CLXXII ( Inv. no. 1063 ). De oorkonde is overgezet uit de "France taele". Pieter van der Goes wordt hierin genoemd: "sieur Piere de Goux, chavallier". 124. 1463 april 20. Philips enz. oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Thielman Oom van Wijngaerden beleend heeft met het ambacht van Groot Waspyck, alsmede met het ambacht van Elffhoeven en een halve hoeve moer, gelegen boven het gerecht van Groot Waspijck en komende van zijn vader Goodschalcx Oom van Wingaerden (Zie Reg. no. 82). Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Et Finis capitulo Zuydholland, fol. XIIv (Inv. no.). 125. 1463 april 20. Philips enz. oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen van Holland, dat hij Jan Oom van Wijgaarden beleend heeft met het ambacht van Raamsdonck met toebehoren, komende van wijlen zijn vader Goidschalcx Oom van Wingaarden. (Zie Reg. no. 91). Afschrift van ca. 1745 van een afschrift van 26 april 1735 door de griffier van de lenen uit het register Et Finis capitulo Zuijdhollandt, fol. 13 (Inv. no.). 126. 1465 augustus 11. Schout en schepenen van Yselsteyn oorkonden, dat Evert van Scadick en diens echtgenote Korstijn afstand gedaan hebben van hun recht op de nagelaten goederen van hun vader en schoonvader Goessen van Scadick ten behoeve van hun moeder en schoonmoeder Jutte Goessens, weduwe van Scadick. des sonnendages na Sinte Louwerendach. Oorspr. ( Inv. no. 978 ) met de zegels van de schout en de drie schepenen. 127. 1470 maart 14. De baljuw en rentmeester van Brederode oorkondt ten overstaan van leenmannen van de heer van Brederode, dat Willem en Cornelis Meynertsz. gebannen zijn uit het baljuwschap van Brederode en het 3.20.09 Cousebant 205

graafschap Holland, Zeeland en Friesland vanwege doodslag op Yssbrant Gerytz. op aanklacht van Jan van Sloten, mijns heren bode, voor de vierschaar in de ban van Schoten. Oorspr. ( Inv. no. 979 ). De zegels van de baljuw en de zeven leenmannen zijn verloren. 128. 1470 december 6. Carel, hertog van Boergoendien enz., oorkondt ten overstaan van zijn raad, Pieter van der Goes en andere leenmannen van Zeeland, dat hij Floris van Borselen, ridder, natuurlijke zoon van wijlen Vranck, heer van Borselen en graaf van Oistervant, beleend heeft met de goederen van zijn vader, bestaande uit de stad, de heerlijkheid en het ambacht van Cortkene alsmede uit lage ambachtsheerlijkheden gelegen op Noort Bevelandt in de parochie van Welle, in Coninchem, in Harldijck, in de parochie van Emelisse, in 's Heer Wittenkercke, in het ambacht van Ekinge, in Hanerstede, in Noortambocht en in Catsambocht bewesten Waels. Afschrift van ca. 1625 ( Inv. no. 1063 ). 129. 1470 december 20. Karel, hertog van Bourgondien enz., oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder-generaal, raad en leenmannen van Holland, dat hij Lysbeth Willemsdochter Uuytenhage, echtgenote van Jan van den Woude, beleend heeft met goederen van de heerlijkheid van Put, bestaande uit de helft van 3 lijnen land te Scollaertsdyck en de helft van 3 lijnen land van de Westthiende te Spikenis, komende van wijlen Lysbeth Jan Pape Moudnisdochter onder verklaring van afstand van rechten van Jan Pieterszoon van Berwairde, priester en zoon van laatstgenoemde, met als voogd Ewout Pieterszoons; alsmede met hetzelfde deel, komende van wijlen Clais Pieterszoons, broeder van voornoemde Jan, onder voorwaarde dat deze goederen bij haar overlijden overgaan op haar één na oudste zoon of dochter als erfgenaam van haar ouders Hillegonts Bruynincx Spruytsdochter en wijlen Floris van Bosschuysen. Oorspr. ( Inv. no. 1023 ) met het geschonden zegel in rode was van de oorkonder. 130. 1473 juli 3. Gherit van Poelgeest, abt van Egmond, oorkondt ten overstaan van leenmannen van de abdij, dat hij Willen van Buyten als voogd over Katryn Gerit Bercmersdochter beleend heeft met goederen te Beverwijk, bestaande uit 4 hofsteden, een rente ten bedrage van 2 pond per jaar, een hofstede met 2 percelen en een blok land en een perceel land; alsmede met een perceel land te Midbroeck. Afschrift van ca. 1550 ( Inv. no. 1010 ). Zie ook Reg. no. 117. 131. 1473 juli 18. Burgemeesters, schepenen en raad van Zwolle oorkonden, dat zij vidimus geven van de oorkonde van 15 april 1393 (Reg. no. 23). op Sante Arnulfusdage. Oorspr. ( Inv. no. 919.8 ) met het secreet zegel van de stad Zwolle. Met in dorso de aant.: "Lenbreff van den drey waeren toe Assendorp". 132. 1473 oktober 1. Karel enz. oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder-generaal en leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Philips van der Spaenge beleend heeft met de heerlijkheid van 5 hoeven moer en wildernis, genoemd Hendrick Ludensoons ambacht, gelegen naast het ambacht van Waspijck en komende van Tielman Oom van Wyngaerden, raadsman. (Zie Reg. no. 120). Afschrift van 18 februari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Karolus A capitulo Zuydholland, fol. 19v. (Inv. no.). 133. 1473 oktober 5. Johan van den Rutenberge, ambtman in het sticht Utrecht vanwege de abdis en het kapittel van de wereldlijke kerk van Essende in het sticht Coelen, oorkondt ten overstaan van gestichtsmannen van Essene, dat hij Wolff van Itterssum den Oelden beleend heeft met ? deel van Neelsguedt, gelegen in de mark van Swolle in de buurtschappen Assendorp en Middelwyck, ter grootte van 3 waren, met de perceelsnamen het Roelveer, de Lamaedt, de Goermaedt, de Asse, de Krucke en het hoge land op de Enge en op de Luere, en komende van Bertolt ten Tye en Katherijne, weduwe van Hilbrant ten Tye, met als voogd Herman van Assendorp. des dynxdages nae Sante Remigiusdage des Heiligen Confessoers. Oorspr. ( Inv. no. 919.6 ) met het zegel van de oorkonder. 206 Cousebant 3.20.09

134. 1474 september 10. Karel enz. oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder-generaal en leenmannen van Holland, dat hij Philips van der Spange beleend heeft met het ambacht van Raamsdonck, komende van Jan Oom van Wijngaerden. (Zie Reg. no. 125). Afschrift van ca. 1745 van een afschrift van 24 april 1735 door de griffier van de lenen uit het register Karolus A capitulo Zuyd Hollandt, fol. 24 (Inv. no.). 135. 1474 september 11. Karel enz. oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder-generaal en leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Philips van der Spaenge beleend heeft met het ambacht van Groot Waspyc alsmede met het ambacht van Elffhoeven en een halve hoeve moer, komende van Tielman Oom van Wyngaerden, raadsman. (Zie Reg. no. 124). Afschrift van 28 februari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Karolus A, fol. 23v. ( Inv. no. 691 , H2). 136. 1474 september 18. Sophia van Glychen, abdis van de wereldlijke kerk van Essende in het sticht Coelen, oorkondt ten overstaan van haar leenmannen, dat zij de belening bekrachtigt van haar voormalige ambtman Jacob ten Water voor Herman toe Assenderpe inzake het Nyelsguet, gelegen te Assendorp in de vrijheid van Swolle. des sonnendagesnae Sante Lambertsdage des heiligen bisscops. Oorspr. ( Inv. no. 919.7 ) met het zegel in rode was van de oorkondster. 137. 1476 juli 6. Carel enz. oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder-generaal en leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Pieter van der Goes Henricxz. na overdracht zijnerzijds erfelijk beleend heeft met 4 hont land, gelegen ten oosten van de kerk van Rijswijck. Afschrift van ca. 1650 uit het Liber Carolus A Capitulo Noorthollant, fol. 58 ( Inv. no. 1063 ). 138. 1477 februari 17. Maria, hertogin van Bourgoingnen enz., oorkondt, dat zij als vrouwe van Putte in erfpacht gegeven heeft aan haar nicht Anne van Bourgoingnen, vrouwe van Ravenstain enz., de gorzen, aanwassen en aanworpen, genoemd Galenthee en Oelkensplate, met de gorzen van Den Bommel tot Grysoerde toe om deze te moeren of te bedijken onder schenking van de ambachtsheerlijkheid en de daaruit voortvloeiende rechten en tienden. Gegeven in onse stede van Gendt --- 1476. Afschrift van 1605 in ( Inv. no. 773 , fol. 1v. Geinsereerd in de oorkonde van 8 november 1481 (Reg. no. 151). Zie voor de oorspronkelijke oorkonde: Mej. Wolterbeek-Muller: Inventaris van archivalia betreffende de heerlijkheid Sint-Adolfsland, genaamd Ooltgensplaat en Den Bommel. (Handschrift Algemeen Rijksarchief, Reg. no. 1). 139. 1477 maart 14. Maria, hertogin van Burgongen enz., oorkondt ten overstaan van haar neef Jan, hertog van Cleve enz., haar oom Loduwijck van Burbon, bisschop van Ludic enz., en haar neef en stadhouder-generaal Adolphus van Cleve, dat zij aan de gecommiteerden van Hollandt, Zelandt en Vrieslant een Groot Privilegie verleend heeft. ghegeven in onsen stede van Ghent --- 1476 --- nae den lope van onsen Hove. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 2-12v. Gedrukt: Groot Placcaatboek II, 657. 140. 1477 juni 16. Claes van Adrigen, abt van Egmond, oorkondt ten overstaan van de prior, een kapelaan, een broeder en een leenman van de abdij, dat hij de belening bekrachtigt van 30 mei 1459 (Reg. no. 117) voor Garbrant Dircxz. van Buyten inzake goederen te Beverwijk. Afschrift van ca. 1550 ( Inv. no. 1010 ). Zie ook Reg. no. 15. 141. 1477 juli 31. Maria, hertogin van Bourgondien enz., oorkondt ten overstaan van haar stadhouder-generaal, Pieter 3.20.09 Cousebant 207

van der Goes en andere leenmannen, dat zij de douairie bevestigt, door Aelbrecht, heer van Schagen, ridder, verleend aan zijn echtgenote Adriane Gijsbrechtsdr. van Nienrode, bestaande uit zijn huis te Schagen met toebeveren en een bedrag van 50 pond per jaar, uit de heerlijkheid van komende Schagen en de visserij van Schagercogge en Nieudorpercogge. Afschrift van 11 november 1654 door de griffier van de lenen uit het register Maxi. Marie cap. Vrieslandt, fol. II ( Inv. no. 1063 ). Tevens nog drie afschriften van ca. 1650 in voornoemd Inv. no. 1063 . Zie verder V.R.O.A. XXV (1902), blz.173: Archief van de Heeren en de Heerlijkheid van Schagen, Reg. no. 18. Ber. Hist. Gen. 5e deel, 1e stuk, blz. 213: J.J. de Geer: Nalezingen op de Proeve eener geschiedenis van het geslacht Nyenrode. 142. 1478 mei 26. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat meester Jan Rouper, priester, en Willem Egbrechtz. verkocht hebben aan Baertraet Roepers, weduwe van Florus Willemszoen, tweemaal ? deel van een boomgaard, gelegen buiten de Cruyspoirt. Oorspr. ( Inv. no. 1012.4 ) met de zegels van de beide schepenen. 143. 1478 juli 3 Maximiliaen en Marie enz., oorkonden ten overstaan van Pieter van der Goes en andere leenmannen van Holland, dat zij Ermegairt, dochter van meester Philips Codden, met als voogd haar echtgenoot Jan van Sonnevelt, beleend hebben met een droge dijk, gelegen in het land van Putte in de polder van Geervliet en van Biervliet met Hoenrehoeck, komende van wijlen haar broeder Jacob Codde. Afschrift van ca. 1650 uit het register Maximiliaen en Marie cap. Put en Strijen, fol. 2 ( Inv. no. 1063 ). 144. 1478 november 29. Maximiliaen en Marie enz., oorkonden ten overstaan van hun stadhouder-generaal, Pieter van der Goes en andere leenmannen van Holland, dat zij Phillips van Ranst beleend hebben met de hoge en lage heerlijkheid van Ethen, Meduwen en Babilonienbroeck met het slot te Meduwen, een rente van 100 pond per jaar en ander toebehoren, alsmede met de ambachtsheerlijkheid van Drongelen met de uitlanden buitendijks over de Maze, komende van Adriaen van Drongelen. Afschrift van ca. 1650 uit het register Maximiliaen en Marie cap. Suijthollandt, fol. 10v en 11 ( Inv. no. 1063 ). 145. 1479 april 6. Maximiliaen en Marije, hertog en hertogin van Oostenrijck enz., oorkonden ten overstaan van hun stadhouder-generaal, Pieter van der Goes en andere leenmannen van Holland en Zeeland, dat zij het Karthuizer klooster bij Antwerpen en het Cistercienzer klooster van Sint Salvator te Antwerpen ieder voor zich beleend hebben met ? deel van de heerlijkheid van Middelhernisse, gelegen in de heerlijkheid van Putte, idem met ? deel van ¼ deel, alsmede met ? deel van het bedijkte of nog te bedijken vroonland, waarvoor Pieter Jansz. van IJlpendam leenhulde gedaan heeft vanwege het overlijden van hun voogd Jacob van Santvoort. Afschrift van 1 oktober 1671 van een afschrift van 9 oktober 1588 uit het register van Marg. de la Torre, fol. 118v., 119 en 119v. van het oorspronkelijk ( Inv. no. 1063 ). Tevens nog een afschrift en eenextract van ca. 1650 in voornoemd Inv. no. 1063 . Indien de Jaarstijl is gebruikt, moet gelezen worden 1478. 146. 1479 augustus 1. Maximiliaen en Marie enz. oorkonden ten overstaan van hun stadhouder-generaal en leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat zij Cornelis van Bruhese beleend hebben met de hoge heerlijkheid en de ambachtsheerlijkheid van 's-Gravenmoer, alsmede met het ambacht van Groot Waspijck en het ambacht van Elffhoeven en een halve hoeve moer, gelegen boven het gerecht van Groot Waspyck en komende van Philips van der Spaenge (Zie Reg. no. 135). Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Maria Maximiliaen cap. Zuydholland, fol. 12 en 13 (Inv. no.). 147. 1479 december 5. Dammas Sisman, burgemeester van Delft, oorkondt mede namens zijn ambtgenoot Pieter Claes., dat hij kwijtschelding verleent aan Gerrit, heer van Assendelft, Jan van Assendelft, rentmeester van 208 Cousebant 3.20.09

Noirthollant, en Dirck van Zweeten voor een geleend bedrag als vertegenwoordiger van de graaf van Wynchester, heer van den Gruithusen, koper van de heerlijkheid van Haamstede, met als geldschieter Willem Dabton, Engels koopman. Oorspr. ( Inv. no. 952 ). Het opgedrukt zegel van de oorkonder is verloren. 148. 1480 augustus 6. Maximiliaen enz. oorkondt ten overstaan van Pieter van der Goes en andere leenmannen van Holland, dat hij Jan Bouwensz. beleend heeft met een kamer en een boomgaard te Heemstede, gelegen naast de kapel, alsmede met 5 morgen land te Bennenbroeck, komende van wijlen zijn neef Jan Boudijn Jansz. Afschrift van ca. 1650 uit het register Maximiliaen en Maria cap. Kennemerlant, fol. 7 ( Inv. no. 1063 ). 149. 1480 augustus 28. Claes van Adrichen, abt van Egmont, oorkondt ten overstaan van leenmannen van de abdij, dat hij Gerbrant van Buyten beleend heeft met bepaalde goederen te Beverwijck en Midbroeck, komende van Katryn Geryt Berckmersdochter met als voogd Wouter van Beekesteyn (Zie Reg. no. 130). Afschrift van ca. 1550 ( Inv. no. 1010 ). 150. 1481 september 17. Maximiliaen en Maria, hertog en hertogin van Oostenryck enz., oorkonden, dat zij wederom onder nader overeengekomen voorwaarden in erfpacht gegeven hebben aan Anna van Bourgoingnen, vrouwe van Ravestain enz., de gorzen, aanwassen en aanworpen, genoemd de Galenthee, Oelkensplate, Vloyhil, en Den Bommel, die Marie, hertogin van Bourgoingnen enz., haar reeds bij oorkonde van 17 februari 1477 in erfpacht had gegeven (Reg. no. 138). Gegeven in onsen huyse in den Hage in Hollant. Afschrift van 1605 in Inv. no. 773 , fol. 1. Geinsereerd in de oorkonde van 8 november 1481 (Reg. No. 151.) Zie Wolterbeek-Muller: Reg. no. 2. 151. 1481 november 8. Anna van Bourgoingnen, vrouwe van Ravestain, Wynendale, Duvelandt, Sommelsdyck enz., oorkondt, dat zij in erfpacht gegeven heeft aan Pieter Lanchals, raadsman en hofmeester van de hertog van Oostenrijk, 1/6 deel van de gorzen, aanwassen en aanworpen, genoemd de Galenthee, Oelkensplate, Vloyhil en Den Bommel, bestaande onder meer uit pachten, tienden, vronen en ettingen van de droge dijken, onder voorbehoud van de rechten van de ambachtsheerlijkheid. (Zie Reg. no. 138 en Reg. no. 150). Gegeven in ons casteel van Zoubborigh in Zeelant. Afschrift van 1605 in Inv. no. 773 , fol. 1. Zie Wolterbeek-Muller: Reg. no. 5. 152. 1482 maart 13. Anna van Bourgoingnen, vrouwe van Ravestein enz., oorkondt, dat zij ter bedijking uitgegeven heeft aan Jacob van Borsselle, ridder, Geeraet van Abenbroucke, Cornelis Gillisz. en hun deelgenoten tweemaal L/4 deel, en aan Dirck Jansz., mr. Claes van den Nesse en hun deelgenoten éénmaal ¼ deel van de gorzen, genoemd Oelkensplate, Vloyhil, Galenthee en Den Bommel, onder voorwaarde dat haar eigen ¼ deel mede wordt bedijkt, dat zij in het nieuwe land, te noemen Sinct Adolphslandt, tienden, jaarschoten en de ettingen van de droge dijken zal mogen heffen, de naasting van verkochte goederen zal hebben en op elke 5 gemeten 1 gemet vrije vroon zal krijgen. Gegeven te Bruysel --- 1481 naer 't schryven van den Hove van Camerycke. Afschrift van 1605 in Inv. no.773, fol. 11. Gevidimeerd in de oorkonde van 10 oktober 1483 (Reg. no. 156). Zie Wolterbeek-Muller: Reg. no. 9. 153. 1482 mei 20. Jan van Naeldwijc oorkondt, dat hij Florijs Pieters aangesteld heeft tot schout over het ambacht van Heemskerck vanwege een lening door wijlen zijn vader Pieter Florijsz. ten bedrage van 200 gouden Wilhelmus gulden aan heer Dirc van der Leck, grootvader van de echtgenote van oorkonder. Oorspr. ( Inv. no. 963 ) met het zegel in rode was van de oorkonder. 154. 1482 augustus 20. 3.20.09 Cousebant 209

Johan, jonge heer van Egmond, Baer enz., oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, dat hij Jelijs van der Lecke Jansdochter met als voogd haar echtgenoot Johan van Naeldwick Adriaenszoen beleend heeft met de goederen van de heerlijkheid van Egmond, komende van wijlen haar broeder Adriaen van der Lecke. Oorspr. ( Inv. no. 967 ). Het zegel in rode was van de oorkonder is verloren. 155. 1483 juni 2. Pieter Lanchals, hofmeester, en Jan Oudaert, raadsman van de hertog van Oostenrijk enz., oorkonden, dat zij in erfpacht gegeven hebben aan meester Jacob Croesinck, raadsman van de hertog en meester in de Camere van zijn Reeckeningh in Hollandt, 1/10 deel van hun ? deel van de gorzen van Oelkensplate en Vloyhil, alsmede 1/6 deel van de onbedijkte gorzen van de Galenthee, Oelkensplate, Vloyhil en Den Bommel. Afschrift van 1605 in Inv. no. 773 , fol. 17. Zie voor de oorspronkelijke oorkonde: Wolterbeek-Muller: Reg. no. 11. 156. 1483 september 8. Burgemeesters, schepenen en raad van Geervliet oorkonden, dat zij vidimus geven van de oorkonde van 13 maart 1482 (Reg. no. 152). Afschrift van 1605 in Inv. no. 773 , fol. 11. Zie voor de oorspronkelijke oorkonde: Wolterbeek-Muller: Reg. no. 13. Aldaar gedateerd 10 oktober 1483. 157. 1485 juli 7. Wouter van Egmondt, heer van Scaghen en Scagercogge, oorkondt als man en voogd van Joest Aelbrechtsdochter van Scaghen, erfvrouwe van Scaghen, met als bezegelaar zijn zwager Adriaen van Zweeten, heer van Opmeer en schout van Leiden, dat hij voor de inwoners van Scaghen en Scaghercogge bevestiging verleend heeft van de privilegien, die zijn schoonvader Aelbrecht van Scaghen, ridder, en diens vader Willem, bastaard van Holland, hadden verleend, terwijl hij hieraan nog enige keuren toevoegt. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no.1098, fol. 37-37v. 158. 1485 november 7. Walraven, heer van Brederode en Vianen, burggraaf van Utrecht en heer van Ameide, oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, leenmannen van de grafelijkheid van Hollanden andere goede lieden, dat hij Jan Conincxzoon beleend heeft met een hofstede te Leyderdorp, komende van Kostyn van der Does Dirckxzoon. Oorspr. ( Inv. no. 762.1 ) met het iets geschonden kleinzegel in rode was van de oorkonder. 159. 1485 november 18. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Wouter Jansz. en Claes Roelofsz. verkocht hebben aan Jan Conincxz. de helft van 2 morgen land, gelegen in het ambacht van Leyderdorp. Oorspr. ( Inv. no. 764 ) met het zegel van de eerste schepen. Het zegel van de tweedeschepen is verloren. 160. 1485 november 18. Schepenen van Leiden oorkonden, dat de gebroeders Costyn van der Does, Jan van der Does en Lodewyck van der Does, priester, verkocht hebben aan Jan Conincxz. de helft van 8 percelen land te Leyderdorp, waarvan de andere helft "gemeen ende gemengeder vuer ende gemengeder aerde" behoort aan de kinderen van Philips van Almonde te Delft, en waarvan 4 percelen genoemd zijn Den Huyck, Den Vinckel, Den Amercamp en het land "daer dat Duijfhuijs in staet". Oorspr. (Inv.no. 765) met het geschonden zegel van de eerste schepen. Het zegel van de tweede schepen is verloren. 161. 1487 februari 6. Jan van Westcappel, abt van het Onse Lieve Vrouwencloester te Middelburg, oorkondt, dat hij kwijtschelding verleent aan Geryt, heer van Assendelft, van renten, rustende op kloostersgoederen in het Land van Heusden, gedurende de termijn van augustus 1485 tot Bamisse 1486. 1486 na den loip 's Hoofs van Hollandt. Oorspr. ( Inv. no. 953 ). 162. 1487 maart 18. 210 Cousebant 3.20.09

Walraven, heer van Brederode en Vyanen, burggraaf van Utrecht en heer van Ameyden, oorkondt, dat hij ten behoeve van Johan Connincx uit het leenverband ontslagen heeft een hofstede met percelen land te Leyderdorp, komende van Dircx kinderen van der Does. Oorspr. ( Inv. no. 762.2 ) met het zwaar geschonden zegel in rode was van Gelante van Lalaing, weduwe van de heer van Brederode en moeder van oorkonder. Zie ook Reg. no. 158. 163. 1488 februari 5. Maximiliaen en Philips enz. oorkonden ten overstaan van hun stadhouder-generaal, Pieter van der Goes en andere leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat zij Adriaens Pieterssoon beleend hebben met de visserij van West-Barendrecht, terwijl de vorige leenman Jacob Jacobssoon van Minnebeke het recht behoudt gedurende een termijn van 12 jaar dit leen af te lossen met een bedrag van 60 pond Vlaams ineens. 1487 secundum cursum Curiae Afschrift van ca. 1670 uit het register Maximiliaen ende Philips caput Zuijthollandt, fol. 16v. ( Inv. no. 1063 ). 164. 1490 februari 3. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Lysbet, weduwe van Willem Jacopsz., in de hoedanigheid van erfgename van haar dochter Ermgaert Willem Jacobszdr. ten overstaan van haar testators Aelbrecht van Baeron, heer van de Duitse Orde te Utrecht en commandeur van de Sint Pieterskerk te Leiden, Ghysbrecht Baroen, priester en kanunnik van de Sint Pancraeskerk te Leiden en Dirck Willemsz. van Slooten, lekenminderbroeder in het regulierenklooster te Leiderdorp, kwijtschelding verleent aan haar schoonzoon Jan Conincx inzake de nagelaten goederen van diens echtegenote. Oorspr. ( Inv. no. 180 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 165. 1490 maart 31. Wyllem Clais Zailensoen oorkondt, dat hij in pacht ontvangen heeft van Gijsbert van der Hair 21 morgen land onder Cameriken voor de termijn van 10 jaar. Oorspr. ( Inv. no. 1031 ). Het zegel van Simon Ghereitsz., bezegelaar voor de oorkonder, is verloren. 166. 1490 oktober 27. Het Hof van Holland oorkondt, dat het bij vonnis toegewezen heeft aan Geryt Albout Aelbrechtz., voogd over zijn echtgenote Janne, natuurlijke dochter van wijlen Adriaen van der Lecke, een rente ten bedrage van 10 Rijnse gulden per jaar met een achterstal van 6 jaar, voortkomende uitgoederen in Scielant, ten nadele van Jan van Naeltwijck, voogd over diens echtgenote Belhem, in de functie van beheerder van de goederen van het geslacht Van der Leek met als rentmeester Claes van Assendelft. Afschrift van ca. 1500 ( Inv. no. 954 ). 167. 1492 mei 25. Aelbrecht, hertog van Sacxen, landgraaf in Duernigen, markgraaf in Meijssen, stadhouder-generaal van de roomskoning en diens zoon aartshertog Philips, oorkondt ten overstaan van Adolff, graaf van Nassouwe en stadhouder van Gelre, graaf (Jan) van Egmonde, stadhouder-generaal van Hollant, Zeelant en Vrieslant, Philips, graaf van Nassouwe, de graaf van Rimecken, de heer van Borsselen, de proost van Tricht, de deken van Missen en andere leden van zijn raad, dat hij vergiffenis schenkt aan de ingezetenen van Kermerlant en Kermergevolge vanwege de opstand bij het Kasenbroetspel onder het opleggen van zware en vernederende voorwaarden. Gegeven in de stede van Haerlem. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 40v-42v. 168. 1494 oktober 31. David van Bourgoendien, bisschop van Utrecht, oorkondt ten overstaan van zijn mannen, dienstmannen en gerichtsluiden, dat Gysbert van der Hair in pand gegeven heeft aan Johan Deell, wonende in den Haghe, respectievelijk 14 ½, 10 en 7 morgen land, gelegen in het gerecht van Bunnick, alsmede 2 morgen land, gelegen in het gerecht van Starkenborch. Gegeven op unsen slot tot Duerstede upten lesten dach in Octobri. Oorspr. ( Inv. no. 1030 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 169. 1497 september 27. De proost van de kerk van Sinte Marien te Utrecht oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, dat hij 3.20.09 Cousebant 211

Katherinen Gysbert Henrick Brantzdr. met als voogd haar echtgenoot Henrick Hubertz. beleend heeft met de helft van 10 morgen land van een hofstede te Lopick, genoemd de Vrij Hove, komende van haar vader Gisbert Henrick Brantz. Oorspr. ( Inv. no. 1032 ). Het zegel in rode was van de oorkonder is verloren. In dorso van deze oorkonde akten van belening van 15 mei 1525 (Reg. no. 217) en van 24 juli 1534 (Reg. no. 240). 170. 1497oktober 27. Burgemeesters, schepenen en raad van Utrecht oorkonden, dat Jan van Renesse van Wulven, mede als voogd over zijn broeder jonge Geryt van Renesse, en zijn broeder jonge Jan van Renesse Janszoenen volmacht verleend hebben aan Jan Block, priester, om de Zeeuwse leengoederen, die wijlen hun broeder oude Geryt van Renesse bezat, op hen te verheffen. Oorspr. (Inv, no. 549). Het signet in rode was van de stad Utrecht is verloren. 171. 1498 februari 17. Schepenen van Haarlem oorkonden ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat Costen van Puersen enerzijds en Adriaen Heynricxdochter, geassisteerd met haar broeder en voogd Jacob Heynricxzoons Hant, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. 1497 na costume des scrivens der voorsz. stede van Haerlem. Oorspr. ( Inv. no. 179 ). De zegels van de beide schepenen en van de beide leenmannen zijn verloren. 172. 1498 april 30. Albrecht, hertog van Sassen, landgraaf in Duringen en markgraaf van Myssen, oorkondt, dat hij de bewoners van Westergoe in bescherming neemt onder handhaving van hun oude voorrechten. Extract van 1579 uit het Landboek van Friesland ( Inv. no. 1113 ). Gedrukt: Thee Schwartzenberg en Hohenlandsberg, Groot Placaat en Charterboek van Vriesland, I, blz. 782. 173. 1499 februari 24. De priorin en het convent van Jherusaleem van de regularissen te Utrecht oorkonden, dat zij kwijtschelding verleend hebben aan Berent van Tyel, deken van Suncte Marien te Utrecht en executeur- testamentair van de nagelaten goederen van zijn zuster Mechtelt van Tyel, van een rente ten bedrage van 25 Rijnse gulden, uitstaande als een memorie op Derick Jans goed, onder bemiddeling van diens nicht Marghareten van Levenberch, echtgenote van Henrick van Levenberch. op Suncte Mathiasdach apostel. Oorspr. ( Inv. no. 980 ). Met het zegel van het convent. 174. 1499 april 7. De schout van Sloeten en van Ostrup oorkondt, dat Anna Jan Wouterszoensdochter uit Den Briele met als voogd haar echtgenoot Aedriaen Willemszoons Hant verkocht heeft aan Gerijt van Alcmaer te Amsterdam 1/6 deel van een perceel land "in gemeender graese" te Sloetenderdyck bij het Santtroysensklooster, genoemd Claes Jan Wouterszoens zaet, alsmede dat voornoemde Anna met haar voogd en Eewout Gylijsz. uit Den Briele als man en voogd van Belye Clementsdochter overgedragen hebben aan Gerijt van Alcmaer tweemaal ? deel van een perceel land te Sloterdyck, genoemd de Driestalle. beloken Paesdach. Oorspr. ( Inv. no. 282 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. Gebruikt als omslag voor een inventaris van de goederen van Agatha van Berckenrode van 1625. 175. 1499 mei 9. Burgemeesters, schepenen en raad van Deventer verzoeken aan Frederik, markgraaf van Baden, bisschop van Utrecht, om op de voorburcht van het kasteel Arkensteijn een sterkte te bouwen, dienende tot verblijf voor de drost en ambtman van Zallandt en zijn ruiters vanwege de toenemende onveiligheid der wegen en stromen, in het bijzonder door de onlangs plaats gehad hebbende overval van die van Gronloe binnen Holten op een transport wijn en kruiderijen, behorende aan burgers van Deventer. op ons Heren Hemmelvairtzdage. Oorspr. ( Inv. no. 1118 ). De brief was gesloten met het nog voorhanden zijnde signet van de stad Deventer. 212 Cousebant 3.20.09

176. 1499 november 16. Baljuw, schout en gemene schepenen van Den Haag oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Clais Deym een erfrente ten bedrage van 10 pond Vlaams per jaar, te lossen met de penning 15. Oorspr. ( Inv. no. 377.3 ). Het gemeen schepenzegel van Den Haag is verloren. Vgl. het Oud-Archief van Den Haag, Reg. no. 83. 177. 1500 januari 13. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Jacob Joestensoen enerzijds en Geertruyt Sijmon Tedincxdochter, geassisteerd met haar vader Sijmon Tedinck, anderzijds, huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 981 ). Het zegel van de eerste schepen is verloren en dat van de tweede schepen geschonden. 178. 1502 december 24. Schepenen van Oosterhout oorkonden, dat Cornelis Bruheze overgedragen heeft aan zijn zoon Hendrick de heerlijkheid van 's-Gravenmoer, aan zijn zoon Anthonis de ambachtsheerlijkheden van Raamsdonck, Groot Waspijck, Henrick Ludens ambacht en Elve en een halve hoeve moer en aan zijn zoon Otto een hofstede met 7 morgen land, gelegen inde ban van Doveren in het Land van Heusden (Zie Reg. no. 146). op den Heyligen Kersavont. Afschrift van 28 februari 1742 door de griffier van de lenen uit het register A.P. Archidux cap. Zuijt Holland, fol. 34 (Inv. no.). 179. 1502 december 26. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden ten overstaan van schepenen van Oosterhout, dat Cornelis van Bruheze overgedragen heeft aan zijn zoon Henrick de heerlijkheid van 's- Gravenmoer, aan zijn zoon Anthonis de ambachtsheerlijkheden van Raamsdonck, Groot Waspiek, Henrick Luijdens ambacht en Elve en een halve hoeve moer en aan zijn zoon Otto een hofstede met 7 morgen land, gelegen in de ban van Doeveren in het Land van Heusden (Zie Reg. no. 178). t' Oosterhout. Afschrift van 28 februari 1742 door de griffier van de lenen uit het register A.P. Archidux capitulo Zuyd-Holland, fol. 34 (Inv. no.). 180. 1503 april 26. Philips enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Antheunis van Bruheze heleend heeft met de ambachten van Groot Waspyck en Elfe en een halve hoeve moer, alsmede met het amabcht van Raemsdonck, komende van zijn vader Cornelis van Bruheze (Zie Reg. no. 146, 178 en 179). Afschrift van 28 februari 1742 door de griffier van de lenen uit het register A.P. Archidux cap. Zuyt- Holland, fol. 34v. (Inv. no.). 181. 1503 mei 4. Philips enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Hendric van Bruheze Corneliszoone beleend heeft met de hoge en ambachtsheerlijkheid van 's-Gravenmoer, de ambachten van Groot Waspyck en Elff hoeven en een halve hoeve moer en met het ambacht van Raemsdonck, komende van wijlen zijn vader (Zie Reg. no. 146, 178 en 179). Afschrift van 28 februari 1742 door de griffier van de lenen uit het register A.P. Archidux cap. Zuyd- Holland, fol. 33v. (Inv. no.). 182. 1503 december 10. Katrijn Jansdochter en Belij Jansdochter, gezusters en begijnenvan het Grote Begijnhof te Haarlem, oorkonden ten overstaan van meester Jan Bouwensz., pastoor der begijnen, en onder getuigenis van Aelbert Aelbertsz. en Pieter Gerijtsz., priesters te Haarlem, dat zij hun goederen aan elkaar hebben vermaakt. Oorspr. ( Inv. no. 186.1 ) met het zegel van de pastoor. 183. 1503 (z.d.) Claes Outghers verklaart, dat hij schuldig is aan Symon Teync te Amsterdam het bedrag van 10 enkele goudgulden. Oorspr. ( Inv. no. 982 ). 3.20.09 Cousebant 213

184. 1505 februari 18. Jacob van Almonde, raad in den Hove van Holland, oorkondt, dat hij een arbitrale uitspraak gedaan heeft in een geschil tussen Geryt Albout, kastelein van Hoirne, en Pieter Hanneman, gevolmachtigde van de weduwe van Clais van Assendelft, ridder, betreffende een achterstallige rente over zesjaar, voortkomende uit goederen in Scielant (Zie Reg. no. 166). 1504 na den loep t 'sHoefts van Hollant. Oorspr. ( Inv. no. 954 ). 185. 1505 juli 7. Alijdt van Kijffhouck, vrouwe van Assendelft en Gaudreaen, weduwe van de heer van Assendelft, oorkondt ten overstaan van een leenman van de grafelijkheid van Holland en van haar leenmannen, dat zij Joost Albout, Adriaen Albout, Aelbrecht Albout en Janne Albout, kinderen van wijlen Janne, natuurlijke dochter van Adriaen van der Leck, en Gherijt Albout, ieder voor zich beleend heeft met ¼ deel van een hofstede met 20 morgen land te Nijendorp, komende van hun voornoemde moeder en grootvader. Afschrift van 1618 door Lodewyck de Knibberch, notaris te Den Haag, uit het Registrum feudarum castri de Heemskerck nuncupati de Harlem, fol. 143v. ( Inv. no. 1037 ). 186. 1505 december 3. Philips enz. oorkondt, dat hij Walraven, heer van Brederode en Vianen, burggraaf van Utrecht enz., ridder, raad en kamerling, beleend heeft met een stuk duin en wildernis, begrensd door de Haerlemerwech of de Zeilwech, het Zwarte Velt, de zee, het noordeinde van Zandvoort, de Stockwech en het Kijtduijn, bezwaard met een erfpacht van 325 pond Hollands per jaar. Gegeven in onsen stadt van Ghent. Afschrift van 1595 uit het Bonte Ruijge Register, fol. XXXIIIv., in Inv. no. 1098 , fol. 90-92v. 187. 1506 juli 2. Karel enz. oorkondt ten overstaan van diens oom en voogd Jan van Outhuesden en andere getuigen, dat hij Jan Numan beleend heeft met de ambachtsheerlijkheid van Strijen met toebehorende rechten en de nieuwe aanwassen, gorzen, slikken en rietvelden, gelegen tussen de Westmaze en het diep van Strijemonde langs de Group, met Cromstrijen ten westen, Wijnekeen ten zuiden en het nieuwe land van Essche ten oosten, komende van zijn vader meester Gherijt Numan met toestemming van zijn broeder meester Pieter Numan. Afschrift van ca. 1750 ( Inv. no. 636 ). 188. 1506 november 16. Jacob Goudt, raadsman van de aartshertog van Oostenrijk enz., gecommitteerde van de stadhouder- generaal en raad van Hollant, Zeelandt en Vrieslant enz., oorkondt, dat hij volmacht verleent aan Augustin van Teylingen, ontvanger van Hollant en Vrieslant, om een bede te innen in het kwartier van Vrieslant met Kennemergevolch, bestemd voor de verdediging van het land en de inname van de blokhuizen voor Proyen. Oorspr. ( Inv. no. 208 ) met het zegel in rode was van de oorkonder. 189. 1507 april 1. Joost van der Hoeve en Jacob van Egmont oorkonden, dat de nakomelingen van Gerijt Albout, zoon van Pieter Steenwerper, ridder, jongste zoon van Goeije en diens echtgenote Pieternella, dochter van Eedevaert van Diemen, ridder, "goede suldtboertige luyden" zijn. Afschrift van ca. 1620 ( Inv. no. 1038 ). 190. 1507 juli 3. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Willem Dircxz. enerzijds en Haze Jansdochter, geassisteerd met haar oom en voogd Jacob Heinricxz. Hant, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 177 ) met het zegel van de eerste schepen. Dat van de tweede schepen is verloren. Tevens nog een afschrift van ca. 1525 in Inv. no. 177.1 . 191. 1509 februari 20. Jacob Oom, ridder, heer van Wyngaerden en van Rubryk, baljuw van Zuythollant, oorkondt, dat hij in de hoge vierschaar te Dordrecht ten overstaan van zijn welgeboren mannen aan Andries Jans handbetoon verleend heeft van de aan de heer verschuldigde bedragen bij een sterfhuis met mondige 214 Cousebant 3.20.09

en onmondige kinderen en aan de schout bij een erfhuis van het goed voor de weeskinderen als pondgeld. 1508 na loop 's Hoefs van Hollant. Afschrift van 31 augustus 1745 door de secretaris van Groot Waspik van een afschrift van 1568 door de secretaris van Elf en een halve hoeve moer en Groot Waspik uit het register van het ambacht van 's-Grevelsduyn te Waspik (Inv. no.) 192. 1510 oktober 10. Baljuw, schout en gemene schepenen in het ambacht van Den Haag oorkonden, dat zij de losrenten verhogen van de penning 15 tot de penning 16 en dat Claes Deym zijn rentebrief van 10 pond Vlaams heeft ingeleverd en de rente heeft laten verhogen (Zie Reg. no. 176). Oorspr. ( Inv. no. 377.2 ) met het gemeen schepenzegel van Den Haag. Zie ook: Oud Archief Den Haag, Reg. no. 119. 193. 1510 december 13. Joest Jansz., prior, Jan Olislagher, meester en doctot in de godgeleerdheid, Jan van Ghiethoern, supprior, Claes van Amsterdam, broeder, en Roloff van Almelo, procurator van het Predikherenconvent te Haarlem, oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Jeroen Zymonsz. en Joest Jeroensz. een perceel land te Velsen, genoemd "opten Zant" en komende uit de erfenis van broeder Engel Jacopsz. op Sinte-Luciendach maecht ende martelaer. Oorspr. ( Inv. no. 1025 ) met het zwaar geschonden zegel van het convent. 194. 1511 maart 5. Burgemeesters, schepenen en raden van Deventer, Campen en Swolle beloven Joriaen Schenck, vrijheer toe Tautenbergk, drost en ambtman van het land van Vullenhoe, volledige medewerking bij de volgende heffing van schatting na de meimaand, nadat hij ter betaling van zijn knechten reeds het bedrag van 1267 goudgulden en 1 stuiver had opgebracht. Afschrift van ca. 1511 ( Inv. no. 1119 ). 195. 1511 maart 19. Henrick Hagen, Herman van Yselmuden, Johan Sloet, Sweder van der Eze, Gerit van Oisterwolde, Wyllem Sloet en Henrick Persyn oorkonden, dat zij geen schatting of belasting in het land en ambt van Vullenhoe zullen toestaan aleer Joriaen Schenck, vrijheer van Tautenbergh, drost van Vullenhoe, en diens erfgenamen vergoeding hebben ontvangen voor gemaakte kosten vanwege de aanwerving en het onderhoud van knechten ter verdediging van het land tegen de hertog van Gelre. op wonsdach nae Sancte Gertrudendach. Afschrift van ca. 1511 ( Inv. no. 1119 ). 196. 1511 juni 12. Galienus Galeke, pastoor, Sybert Hans en Pier Hilcke, voogden, Anna Wytiens, stelling, Egbert Gerloffs, Hanna Claes, Dirck Loen, Tiebba Hermes, Henrick Gerloffs en Erven Uupcke, oldermannen van de kerk en het kerspel van Oldelemmeren, oorkonden, dat zij een overeenkomst aangegaan hebben omtrent de benoeming van officianten van de prebenden, verbonden aan de altaren van Sint Lenart en Sint Niclaes met Sint Anthonis, onder nadere regeling van de inkomsten van de geestelijken van de parochiekerk. op Sinte Odulphus des hilligen confessoers dach. Afschrift van 1566 door Eemskerck ( Inv. no. 1112.1 ). 197. 1511 juli 28. Fredericus, markgraaf van Baeden, bisschop van Utrecht, oorkondt, dat hij de overeenkomst, aangegaan tussen pastoor, voogden, stelling en oldermannen van de kerk en het kerspel van Oudelammere, bekrachtigt (Zie Reg. no. 196). Afschrift van 1566 ( Inv. no. 1112.1 ). De oorspr. oorkonde met een transfix van 28 juli 1511 (Reg. no. 197). 198. 1513 november 22. Augustyn van Teylingen Florisz. en Cornelis Gerytsz. oorkonden in de hoedanigheid van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat Joest Dircxsz., poorter van Alcmer, verkocht heeft aan Jacop Simonsz., poorter van Amsterdamme, ? deel en 1/16 deel van een gemene zathe land, gelegen in de ban en vrijheid van Oudenijdorp. Oorspr. ( Inv. no. 1079 ). Het zegel van de eerste oorkonder is verloren en dat van de tweede 3.20.09 Cousebant 215

oorkonder geschonden. 199. 1515 januari 22 Karel, prins van Spangen enz., oorkondt, dat de pachters en gebruikers van gronden, gelegen in Hollandt, Zelandt en Vrieslandt, zich te houden hebben aan de aangegane pachtcontracten. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 64-65. Indien de Paasstijl is gebruikt, moet gelezen worden 1516. 200. 1515 juli 1. Florys van Egmondt, heer van Ysselsteyn, Sinte Martensdyck enz., stadhouder-generaal van Holland, Zeeland en Friesland, oorkondt, dat hij uit naam van heer Karel Friesland naar recht en wet zal besturen naar het voorbeeld van Georg van Sassen. Extract van 1579 uit het Landboek van Friesland ( Inv. no. 1113 ). Gedrukt: Thoe Schwartzenberg enz.. Charterboek, II, blz. 314. 201. 1515 augustus 10. Kaerle, prins van Spaenguen enz., oorkondt, dat de bewoners van Friesland de eed van trouw afgelegd hebben aan zijn stadhouder-generaal Florys van Egmont, jongeheer van Isselsteyn, onder nader omschreven voorwaarden. in onser stadt van Bruessele. Afschrift van 1579 uit het Landboek van Friesland ( Inv. no. 1113 ). Gedrukt: Thoe Schwartzenberg enz., Charterboek, II, blz. 320. Vgl. Reg. no. 200. 202. 1517 mei 28. Leenmannen van Kaerle, koning van Castille enz., en schepenen in de vrijheid van Hoochstraten oorkonden, dat de gezusters Peeter Engberts en Geerburch Engberts verkocht hebben aan Augustyn van Teylingen Floryszone te Alkmaar, rentmeester, hun goederen in Holland, bestaande uit 2 renten uitstaande te Amsterdam, een perceel land te Limmen alsmede uit een rente ten bedrage van 50 Rijnse gulden per jaar, rustende op een huis te Haarlem. Oorspr. ( Inv. no. 209.1 ) met het geschonden zegel in rode was van de eerste leenman en de zegels van de tweede leenman en de beide schepenen. 203. 1517 juni 6. Augustin van Teylingen Florysz. te Alkmaar oorkondt ten overstaan van leenmannen van Holland, dat hij verschuldigd is aan het Clarenclooster van de tweede regel te Hoichstraeten een losrente ten bedrage van 51 Rijnse gulden per jaar alsmede een bedrag van 150 Rijnse gulden per jaar, te voldoen in vier termijnen, vanwege het feit, dat Pieter Engbertsdochter en Geerbruch Engbertsdochter, monialen, hun goederen aan hem hebben verkocht (Zie Reg. no. 202). Oorspr. ( Inv. no. 209.2 ) met het geschonden zegel in rode was van de oorkonder. Het zegel in rode was van de eerste leenman is verloren en dat in rode was van de tweede leenman zwaar geschonden. 204. 1517 augustus 7. Karel enz. oorkondt, dat hij vergunning verleent aan de steden Dordrecht, Haarlem, Delft, Leiden en Gouda om een bedrag van 2800 pond, zijnde de rente over de jaren 1518 en 1519 van een lening ten bedrage van 22 400 pond Vlaams, te lossen met de penning 16 en gesloten in het jaar 1515, wegens onvermogen tot betaling door de oorlog in Friesland en de inname van Medemblik, Alkmaar en Asperen, te korten op de bede van 100 000 pond, goedgekeurd door de Staten van Holland. te Midelborch. Oorspr. ( Inv. no. 1101 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 205. 1517 december 19. President en raadslieden van het Hof van Holland oorkonden, dat Gert van Erkel, heer van Huekelum, afstand van rechten gedaan heeft op 3 percelen land te Huecklum, genoemd "die cromme camp", "de camp gelegen up Loenen" en Meyskenshoevel, ten behoeve van zijn zuster Heynricx van Arkel, echtgenote van Floris van Assendelft, heer van Goudriaen, komende van Ot van Arkel, heer van Huekelum, en Walraven van Waerdenburch, onder verband van een schuldbekentenis ten bedrage van 600 pond Vlaams aan zijn voornoemde zuster en zwager. Oorspr. ( Inv. no. 968 ). Het signet van het Hof van Holland is verloren. 216 Cousebant 3.20.09

206. 1517 (z.d.) Gherijt Sukeroede, kanunnik van Oudmunster en officiaal van de proost van Oudmunster te Utrecht, Joest van Zweten, Johan van Renesse van Wulven en Johan van Doeyenborch oorkonden, dat zij een verzoening tot stand hebben gebracht tussen Splinter van Nijewenroede en zijn echtgenote Anna Engbertsdochter van Zuylen met als moeder Margriet Engberts weduwe van Sulen onder nadere omschrijving van de wederzijds aangebrachte goederen. Oorspr. ( Inv. no. 541 ) met fragmenten van het zegel in rode was van Gherijt, het zwaar geschonden zegel van Joest, het zwaar geschonden zegel van Johan van Doeyenborch en het zwaar geschonden zegel van Splinter. Het zegel van Johan van Renesse is verloren. De akte is mede ondertekend door Margriet. 207. 1520 december 31. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Thielman Allairtsz. ten behoeve van zijn dochter Joest, weeskind, verkocht heeft aan Jan Mathysz. een huis en erf, gelegen aan de Bakenessergraft met bezijden een "brouutouwe" en steeg en achterwaats strekkende tot de Biggesteeg. Oorspr. ( Inv. no. 1013 ) met de zegels van de beide schepenen. Eén der zegels is losgeraakt. 208. 1521 augustus 1. Philips van Cleve en van de Marcque, heer van Ravestain enz., oorkondt, dat hij ter bedijking uitgegeven heeft aan Adolph Rardinck, rentmeester van Seelant Bewesterschelt, zijn ? deel van het gors de Galenthee bij Sint Adolphslandt, onder voorwaarde dat hij in het nieuwe land tienden, jaarschoten en de ettingen van de droge dijken zal mogen heffen en op elke 6 gemeten 1 gemet vrije vroon zal krijgen, alsmede dat tevens de bedijkers gevrijwaard worden van aanspraken van de kinderen van wijlen Boudewijn de bastaard en andere personen. Afschrift van 1605 in Inv. no. 773 , fol. 21. Zie Wolterbeek-Muller: Reg. no. 26. 209. 1521 augustus.1. Adolph Hardinck, rentmeester van Seelant Bewesterschelt, oorkondt, dat hij onder nadere voorwaarden ter bedijking aangenomen heeft van Philips van Cleve en van der Marcke. heer van Ravesteyn enz., het gors de Galenthee bij Sint Adolphslandt (Zie Reg. no. 208). Afschrift van 1605 in Inv. no. 773 , fol. 26v. Zie voor de oorspronkelijke oorkonde: Wolterbeek-Muller: Reg. no. 27. 210. 1522 maart 20. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden, dat Jan van Foreest verkocht heeft aan Willem Pietersz. ten behoeve van diens echtgenote Gertruyt Florisdochter van Adrichem de helft van 6 morgen land, genoemd die Mersche, alsmede ¼ deel van de Cleyne Evertscamp, beide gelegen in de ban van Heemskerck. Oorspr. ( Inv. no. 1018 ) met de zegels in bruine was van de beide leenmannen. 211. 1522 april 9. Philips van Cleve en van der Marcke, heer van Ravesteijn, Edinge, Wijnendaer, Dreijscher en St. Adolphslant, oorkondt, dat hij ter bedijking uitgegeven heeft aan Adolph Harding (alias Herdinck), rentmeester van Zeeland Bewesterschelde, alsmede aan Victor van den Sickele, baljuw van Vlissingen, het gors Den Bommel, Kijckuijt en Swartenhouck en de schor de Molenpolder, gelegen in het land van Putte naast Sint Adolphslant, tot het maken van korenland onder nader overeengekomen voorwaarden. 1521 vóór Paesschen. Afschrift van ca. 1660 ( Inv. no. 774 ). 212. 1523 augustus 1. De schout van het ambacht van Leiderdorp oorkondt, dat Claes Vranckenz., geassisteerd met zijn moeder Elizabeth Vranck Bruynensz. weduwe en met zijn broeder Bruyn Vranckenz., enerzijds en Janna Jan Conincxzdochter, geassisteerd met haar moeder Ermgart Claesdochter en met haar broeder Jan Conincx, anderzijds onder getuigenis van Jan Aelbrechtz., vicecureyt te Leiderdorp, huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( inv. no. 185 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 3.20.09 Cousebant 217

213. 1523 oktober 18. De prior en het gemeen convent van de Regulieren te Utrecht oorkonden, dat zij geschonken hebben aan de gebroeders Frederic de Coninck en Goijert de Coninc en hun erfgenamen vanwege de weldaden van hun vader Jan de Coninc en van wijlen Mechtelt Jansdochter uten Hamme, echtgenote van voornoemde Goijert, de oude sacristie aan de zuidzijde van het koor van de kloosterkerk om te dienen als hun familie- en grafkapel onder het behoud van zekere rechten van het klooster. Luce evangeliste. Afschrift van ca. 1620 ( Inv. no. 948 ). 214. 1524 mei 24. Carolus quintus oorkondt, dat hij zijn secretaris Gerardus Renoij en diens nakomelingen tot de adelstand heeft verheven onder vaststelling van zijn heraldisch wapen. in civitate Burgen. Afschrift van 1607 door G. Muijs, secretaris van Schiedam ( Inv. no. 446 ). 215. 1524 november 28. Philips van Cleven en van Marcke, heer van Ravestain enz., oorkondt, dat hij ter bedijking uitgegeven heeft aan Willem Simonsz. en Witte Jacobsz. zijn ? deel van de gorzen van de Noortpolder bij Sinct Adolphslant, onder voorwaarde dat hij in het nieuwe land tienden, jaarschoten en de ettingen van de droge dijken zal mogen heffen en op elke 6 gemeten 1 gemet vrije vroon zal krijgen, alsmede dat de bedijkers gevrijwaard worden van aanspraken van de kinderen van wijlen Boudewijn de bastaard en andere personen. Afschrift van 1605 in Inv. no. 773 , fol. 32. Zie Wolterbeek-Muller: Reg. no. 28. 216. 1525 mei 8. Wilhem Turck, heer van Nyenroede, oorkondt ten overstaan van leenmannen van de heer van Utrecht, dat hij Eerst van Nyenroede beleend heeft met ? deel van 4 blokken tienden, gelegen op Zweveronge, komende van wijlen Gysbert van Nyenroede en bestemd als lijfrente voor zijn echtgenote Margriet heer Jansdochter van Renes. Oorspr, ( Inv. no. 928 ) met het zegel van de oorkonder. 217. 1525 mei 15. Johannes van Amerongen, notaris, instrumenteert, dat Hubert Henricxsz., zoon van Kathryn Ghybert Henrick Brantszdochter, ten overstaan van leenmannen van de proostdij leenhulde gedaan heeft voor de officiaal van de proost en aartsdiaken van Sinte Marien te Utrecht inzake een hofstede te Lopik (Zie Reg. no. 169). Oorspr. ( Inv. no. 1032 ). Geschreven in dorso van de oorkonde van 27 september 1497 (Reg. no. 169). 218. 1525 mei 16. De Staten van Holland en Friesland oorkonden, dat zij tot advocaat aangesteld hebben mr. Arent van der Goes, licenciaat in de rechten. Afschrift van ca. 1650 uit het derde en laatste memoriaalboek van de griffier Sandelijn, fol. 89 ( Inv. no. 1063 ). Tevens nog een afschrift van ca. 1650 in voornoemd Inv. no. 1063 . 219. 1525 mei 16. Albrecht Ysbrantsz., prior van het regulierenklooster Syon te Heyloo, oorkondt, dat hij verkocht heeft aan Augustin van Teylingen een perceel weiland en een perceel hooiland, gelegen in de "gemeene maede" in de ban van Heyloo. Oorspr. ( Inv. no. 754 ) met het zegel van het convent. Het zegel van de overste van het klooster is verloren. 220. 1526 januari 6. Burgemeesters, schepenen, raad, oud- en nieuw gerecht en de goede lieden van Den Brielle en Maerlant oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Marikin Willemsdr. op haar dochter Thoonkin Jan Cornelisz. Houtercopsdr., alsmede aan Franchoys van de Werve, baljuw van de stad, en zijn echtgenote Machtelt van Bronckhorst op hun dochter Berta van de Werve een lijfrente ten bedrage van 20 schelling Vlaams ter verbetering van de verdedigingswerken van de stad bij de Maerlantse haven. 218 Cousebant 3.20.09

Oorspr. ( Inv. no. 456 ) met het signet van de stad Den Briel. 221. 1526 juli 8. Matheus van Goch, abt van Sunte Pouwels te Utrecht, oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen en andere goede lieden, dat Goedert die Coeninck de inkomsten uit zijn leengoed Langenoirde bestemd heeft als lijfrente voor zijn echtgenote Johanna Gysbertsdochter van Nyenroede. Oorspr. ( Inv. no. 531 ) met het zwaar geschonden zegel in rode was van de oorkonder. 222. 1526 oktober 3. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden, dat de gezusters Katherijn Jansdochter en Belij Jansdochter, begijnen op de Grote Begijnhof te Haarlem, met als voogd Jan Jan Conincszoen, hun testament van 10 december 1503 (Zie Reg. no. 182) bekrachtigd hebben met als enig erfgename hun nicht Cristijn Jacopsdochter, dochter van hun zuster Margriet, onder uitsluiting van haar vader Jacop. Oorspr. ( Inv. no. 186.2 ) met het zwaar geschonden zegel in rode was van de eerste leenman. Het zegel van de tweede leenman is verloren. 223. 1527 februari 14. Schepenen van Asperen oorkonden, dat Ghijsbert Brants overgedragen heeft aan Margriet en Anna, dochter van Herman Boxs, een perceel land, gelegen in Liefmans Hueff over de tiendweg. op Sunte Valentijns martelaersdach. Oorspr. ( Inv. no. 1007 ) met de zegels van de beide schepenen. 224. 1527 april 9. Philips van Cleve en van de Marcke, heer van Ravestain enz., oorkondt, dat hij ter bedijking uitgegeven heeft aan Adolph Hardinck, rentmeester van Zeelandt Bewesterscheldt, en Victor van der Sickele, baljuw van Vlissingen, zijn ? deel van ongeveer 1200 gemet van het gors, genoemd Den Bommel, Kyctuuyt Swartenhouck, en van het schor, genoemd de Meulenpolder, vast verbonden aan Sinct Adolphslandt, binnen de termijnen van 6 en 9 jaar, onder voorwaarde dat hij in het nieuwe land tienden, jaarschoten en de ettingen van de droge dijken zal mogen heffen en op elke 6 gemeten 1 gemet vrije vroon zal krijgen. 1526 voor Paessen. Afschrift van 1605 in Inv. no. 773 , fol. 36. Zie Wolterbeek-Muller: Reg. no. 29. 225. 1527 november 25. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden, dat zij aan Frans van der Delle toestemming hebben verleend tot overdracht van zijn leengoed, bestaande uit een huis, erf en 5 morgen land te Schellinchout, aan Claes Willemsz. te Hoorn. Oorspr. ( Inv. no. 807.1 ) met de zegels van de drie leenmannen. Met een transfix van 7 februari 1528 (Reg. no. 226). 226. 1528 februari 7. Kaerle enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van Holland, dat hij Claes Willemsz. te Hoorn beleend heeft met een huis, erf en 5 morgen land te Scellinchout, komende van Frans Verdel. 1527 naer 't scriven ons Hoofs van Hollant. Oorspr. ( Inv. no. 807 ) met resten van het zegel in rode was van de Leenkamer van Holland. Getransfigeerd door de oorkonde van 25 november 1527 (Reg. no. 225). De akten zijn echter van elkaar losgeraakt. 227. 1529 mei 10. Karel enz. bericht aan zijn stadhouder en raadsmannen in Hollandt, dat onroerende goederen alleen voor de rechters, onder wiens rechtbank zij ressorteren, mogen worden verkocht, vervreemd, verhypotheceerd of bezwaard. gegeven in onser stadt van Bruessel. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 15v-16. 228. 1529 juni 28. Schepenen van Nieuwerkercken in Grijssoert oorkonden, dat Gillis Cornelisz., schepen in de Ouwe Tonge, Yman Cornelisz., baljuw in de Ouwe Tonge, en Jan Willemsz. verkocht hebben aan Andries Willemsz. van Bronchorst, raadsheer, 47 gemeten land, gelegen in de ban van Battenoert. up Sinte Pieter ende Pouwelsavendt. 3.20.09 Cousebant 219

Oorspr. ( Inv. no. 620 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 229. 1530 januari 2. Lambertus, filius Jacob, notaris te Haarlem, instrumenteert, dat Wilhelmus de Paendren als vader en voogd van Gherardus, Franciscus en Margareths de Paendren, alsmede zijn kinderen Wiggerus de Paendren, Theodricus de Paendren, Geertruydis de Paendren met als echtgenoot Nicolaus Velserman alsmede Anne de Paendren met als echtgenote Simon Martini, allen erfgenamen van magister Petrus Wiggerus, deken van Sint Pancratius te Leiden, aangesteld hebben tot hun gevolmachtigde en zaakwaarnemer Nicolaus de Huessen, echtgenoot van Machtildis de Paendren. Oorspr. ( Inv. no. 367 ). 230. 1530 oktober 29. Mr. Adriaen Aerntsz. van der Goes, geassisteerd met zijn vader mr. Airt van der Goes, advocaat bij het Hof van Holland, enerzijds en Anna Louwerens Pieterszoensdochter, geassisteerd met haar vader Louwerens Pietersz. en haar oom Willem Goudt, anderzijds, oorkonden, dat zij huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Concept ( Inv. no. 400 ). 231. 1531 augustus 7. Schepenen (van Grijsoord) oorkonden, dat Commer Cornelis Wittezdochter verkocht heeft aan Franssoys van de Werve, baljuw van Voorne, 3 gemet land, gelegen in de ban van Battenoort. Oorspr. ( Inv. no. 621 ) met de zegels van de drie schepenen. 232. 1531 oktober 16. Kaerle enz. oorkondt, dat hij de geestelijkheid van Hollant, Zelant en Vrieslandt verbiedt renten, erfenissen en andere wereldlijke roerende en onroerende goederen te verwerven, behalve die tot hun onderhoud strekken. te Bruessel. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol. 16v-17v. 233. 1532 april 5. Willem van der Goes, abt van Egmont, oorkondt ten overstaan van een leenman van de heer van Egmont en van andere goede lieden, dat hij Dirck van Buyten Gerbrantszoone beleend heeft met bepaalde goederen te Beverwyck en Midbroeck, anders genoemd Wyckerbrouck, komende van zijn vader Gerbrant van Buyten (Zie Reg. no. 149). Afschrift van ca. 1550 ( Inv. no. 1010 ). Het perceel De Aeck wordt hier niet meer vermeld. 234. 1533 februari 19. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Claes Dircxzoon, geassisteerd met zijn vader Dirck Baerntszoon en zijn moeder Marytgen Jansdochter, enerzijds en Styntgen Cornelisdochter, geassisteerd met haar vader Cornelis Roelofszoon, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 131 ) met de zegels in gele was van de beide schepenen. 235. 1533 april 21. Johannes de Enchuysz, notaris, instrumenteert ten overstaan van Barthout Pietersz., vicaris van de parochiekerk van Alkmaar, en Rolant Jansz., priester van het bisdom Utrecht, dat Pieter Wilhemsdochter uit Haarlem, echtgenote van Maerten Wolfertsz., gelegateerd heeft aan de gebroeders Dirck en Claes Verwer, priesters te Alkmaar, een bedrag van 300 carolus gulden. Oorspr. ( Inv. no. 132 ) met notarismerk. 236. 1533 november 6. Joannes, miles, scriptor, protonotarius Sacri Palatii et Aule Lateranensis etc., instrumenteert ten overstaan van Petrus Censiet, notaris uit het bisdom Beaune, dat hij Nicolaus Petri Hornensis uit het bisdom Utrecht namens paus Clemens VII aanstelt tot notaris. Datum et actum Massilie. Oorspr. ( Inv. no. 189 ) met het zegel in rode was van de oorkonder. 237. 1534 februari 23. Schepenen van Middelburg oorkonden, dat mr. Adam Aertsz., surgien t'Armuden, zich borg stelt voor de betaling van een rente ten bedrage van 30 schelling Vlaams per jaar, te lossen in twee termijnen 220 Cousebant 3.20.09

met ? deel en ? deel met de penning 16, ten behoeve van Gheyle Symonsdochter. 1533 --- nair Hollant. Oorspr. ( Inv. no. 459.2 ) met de iets geschonden zegels van de drie schepenen. Met een transfix van 17 december 1550 (Reg. no. 309). 238. 1534 maart 2. Schepenen van Den Haag oorkonden, dat Pieter Schoeck, baljuw van Zuythollant, zich borg heeft gesteld voor 18 morgen land te Vueren ten behoeve van Walraven van Dalen, heer van Spyck, in de plaats van zijn borgstelling voor 18 morgen land ten behoeve van Jacob van der Wyel Adriaensz., met een losrente ten bedrage van 10 pond per jaar. nae 't scriven 's bisdoms van Utrecht. Oorspr. ( Inv. no. 684 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. Met in dorso de aant.: "XVIII morgen landt genoempt Bouwwech in Spych". 239. 1534 juni 30. Schout en schepenen van Bergen oorkonden, dat Roelant van Heemstede, heer van Liesvelt, uit naam van zijn broeder Engelbrecht van Heemstede met als borg Andries van Bronchorst, heer van Abbenbroeck, verkocht heeft aan Aelbert Geruytsz. van Coedyck drie maal 1/4 deel van een perceel land, genomd de Breethael. Oorspr. ( Inv. no. 1008 ) met het zegel in rode was van de schout. Met een transfix van 28 juli 1534 (Reg. no. 241). 240. 1534 juli 24. Johannes van Amerongen, notaris, instrumenteert, dat Hubert Henricx., zoon van Kathryn Ghysbert Henrick Brantszdochter, ten overstaan van leenmannen van de proostdij leenhulde gedaan heeft voor de officiaal van de proost en aartsdiaken van Sinte Marien te Utrecht inzake een hofstede te Lopik (Zie Reg. no. 169 en Reg. no. 217). Oorspr. ( Inv. no. 1032 ). Geschreven in dorso van de oorkonde van 27 september 1497 (Reg. no. 169). 241. 1534 juli 28. De schout van Bergen oorkondt, dat Aelbert Gerytsz. van Coedyck overgedragen heeft aan meester Jheronimus Jansz., priester, drie delen van een perceel land, genoemd de Brethael (Zie Reg. no. 239). Oorspr. ( Inv. no. 1008 ) met het zegel in rode was van de oorkonder. Getransfigeerd door de oorkonde van 30 juni 1534 (Reg. no. 239). 242. 1535 juni 14. Pieter van Foreest Cornelisz. enerzijds en Margriet Willemsdochter, geassisteerd met haar vader en voogd Willem Diericxz., anderzijds oorkonden, dat zij huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 146 ). 243. 1536 maart 9. Jacobus de Medenblick, clericus en notaris te Utrecht, instrumenteert ten overstaan van broeder Marten van Thienen, subprior van het Carmelietenklooster te Utrecht, Dirck Jansz. en Mathijs Jansz. van Zwoll, dat Alydt van Tyell, weduwe van Goessen van Voerdt, enerzijds, en de gezusters Margriet van Zuylen en Anna van Zuylen, dochters van Jacob van Marck, anderzijds beloven zich te zullen houden aan de uitspraak van Jan van Bommel, prior van de Carmelieten te Utrecht, en Goessen van Schayck enerzijds, en Henrick Wilgersz. van Morendaell en Ariaen van Helsdingen anderzijds, met als "overman" voor beide partijen Goerdt van Voerdt Henricksz. inzake hun geschil over het testament van Elisabeth, zuster van voornoemde Alydt van Tyell. Geinsereerd in de oorkonde van 19 mei 1536 (Reg. no. 244). 244. 1536 mei 19. Jacobus de Medenblick, clericus en notaris te Utrecht, instrumenteert ten overstaan van Johan van Bommel, prior van de Carmelieten te Utrecht, en Goesen van Schayck, beide uit naam van Alydt van Tyell, weduwe van Goessen van Voerdt, enerzijds, en Henrick Wilgersz. van Morendeel en Adriaen van Helsdinghen, beide uit naam van de gezusters Margriet van Zuylen en Anna van Zuylen, dochters van Jacob Marcx, anderzijds, dat Alydt van Tyell enerzijds en Margriet van Zuylen en Anna van Zuylen anderzijds een schikking hebben aangegaan inzake de uitvoering van het testament van hun zuster en tante Elisabeth van Tyell, echtgenote van Goerdt van Voerdt Henricxz., waarin deze haar voorneemde 3.20.09 Cousebant 221

zuster had onterfd ten voordele van haar beide nichten, krachtens de overeenkomst van 9 maart 1536 (Reg. no. 243), met als "overman" voor beide partijen Goerdt van Voerdt Henricxz. Oorspr. ( Inv. no. 983 ) met notarismerk. Met de zegels van Goerdt van Voerdt Henricxz., de Sint Nicolaaskerk te Utrecht, Johan van Bommel, prior van de Carmelieten en pastoor van de Sint Nicolaaskerk, Goesen van Schayck (fragment) en Adriaen van Helsdinghen (fragment). Het zegel van Henrick Wilgersz. is verloren. 245. 1536 juli 14. Willem van der Goes, abt van Egmont, oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, Heijndrick van der Goes en andere godshuismannen van de abdij, dat hij Cornelis Pieterszoon van Delft beleend heeft met de helft van 25 morgen land onder Ruven, komende van wijlen zijn vader Pieter Cornelis. gegeven in den ambocht van de Ketel. Afschrift van ca. 1550 ( Inv. no. 1063 ). Tevens nog een afschrift van ca. 1650 in voornoemd Inv. no. 1063 . 246. 1536 juli 24. Johan Zoudenbalch, heer van Urck en Emmeloort enz., en Adriaen van Rijn van Jutfaes enerzijds, en Johan van Zuylen, reguliere broeder en prior in de Birckt bij Amersfoort, alsmede Goessen van Schawyck anderzijds oorkonden, dat zij een magescheid hebben uitgesproken over de nagelaten goederen van Elijsabeth Johansdochter van Tiell tussen haar echtgenoot Goeijert van Voird Heynricxsz. enerzijds en haar nichten Margriet en Anna, dochters van Jacob van der Marck en Janna van Zuylen, met als voogden over Anna Heynrick Wilgerssoen van Moerendaell en Adriaen van Helsdingen, aangesteld vanwege de stad Utrecht, anderzijds. op Sinte Jacobsavont apostelen. Oorspr. ( Inv. no. 983 ) met het geschonden zegel in rode was van Johan Zoudenbalch, het zegel van broeder Johan en het zwaar geschonden zegel van Goessen. Het zegel van Adriaen is verloren. 247. 1536 oktober 11. Thomas Laurentius, notaris te Haarlem, instrumenteert, dat Claes van Leeuwen en zijn broeder Dyrck van Leeuwen tot hun gevolmachtigde hebben aangesteld Claes van Heussen ter verdediging van hun rechten op de nalatenschap van meester Pieter Wigghers, deken van Sinte Pancraes te Leyden in het bijzonder tegen hun oom meester Claes van Berckel. Oorspr. ( Inv. no. 367 ) met notarismerk. 248. 1536 oktober 30. Thomas Laurencyus, notaris, instrumenteert, dat Wigger van Paenderen, mede voor zijn broeders Gherryt van Paenderen en Frans van Paenderen, Dyrck van Paenderen en Claes Fransz. als echtgenoot en voogd van Ghuert van Paenderen volmacht verlenen aan Claes van Heussen als procurator met betrekking tot hun rechten op de nagelaten goederen van hun oom meester Pieter Wyggers, deken van Sint Pancras te Leiden, tegenover hun heeroom meester Claes van Berckel, alsmede met betrekking tot de nagelaten goederen van hun tante Agnes van Paenderen. Oorspr. ( Inv. no. 367 ). Deze akte vindt zijn vervolg op 2 november 1536 (Reg. no. 249). 249. 1536 november 2. Thomas Laurencius, notaris, instrumenteert ter voortzetting van de akte van 30 oktober 1536 (Zie Reg. no. 248), dat Symon Martynszoon, poorter van Amsterdam, als echtgenoot en voogd van Anna van Paenderen, een dergelijke volmacht verleent als wigger en Dyrck van Paenderen en Claes Fransz. hebben gegeven. Oorspr. ( Inv. no. 367 ) met notarismerk. 250. 1536 november 4 Jan van Voerd en Jan van der Haer enerzijds en Peter van Merenborch en Wauter van Wede anderzijds oorkonden, dat zij als "maecxmannen ende hylicxluyden" kennis geven van de huwelijksvoorwaarden tussen Willem Cornelissz., geassisteerd met zijn vader Cornelis Roeloffz. te Amsterdam, enerzijds, en Mechtelt Willem Goertszdochter, geassisteerd met haar vader Willem Goertsz., anderzijds. Oorspr. ( Inv. no. 98 ) met het geschonden zegel van Jan van Voerd en de zegels van Jan van der Haer en Wauter van Wede. Het zegel van Peter van Merenborch is verloren. 222 Cousebant 3.20.09

251. 1537 januari 6. Petrus Heye, notaris te Leiden, instrumenteert, dat Aernt Geryt Ewouts, mede voor zijn echtgenote Duyfgen van Leeuwen Jansdochter en voor zijn zwager Geryt van Leeuwen Jansz., alsmede Anne Jansdochter en haar broeder Dirck van Leeuwen tot procurator aangesteld hebben Claes van Heussen ter verdediging van hun rechten op de nagelaten goederen van meester Pieter Wigghers, deken van Sinte Pancraes te Leyden, in het bijzonder tegen hun heeroom meester Claes van Berckel. Oorspr. ( Inv. no. 367 ) met notarismerk 252. 1537 april 19. Wyllem Cornelisz. oorkondt, dat hij ontvangen heeft van zijn vader Cornelis Roelofsz. het bedrag van 1000 carolus gulden ingevolge het aangaan van een huwelijk. Oorspr. ( Inv. no. 98.1 ). Zie ook Reg. no. 250. 253. 1537 juli 11. Schout en schepenen van Heemstede oorkonden, dat Roelant van Heemstede, heer van Arleveen, ontvangen heeft van Geryt Andriessen, burgemeester van Amsterdam, een bedrag van 450 carolus gulden, te lossen met de hoofdsom en een rente van 25 carolus gulden per jaar, onder borgstelling van de oorkonder Dirick Jacobsz., schout te Heemstede. Oorspr. ( Inv. no. 365.1 ) met het geschonden zegel van de schout. De transfix van 15 april 1539 (Reg. no. 257) is losgeraakt 254. 1538 februari 16. Gasthuismeesters van Haarlem oorkonden, dat Jacop Pietersz. afgelost heeft een pacht van 4 ½ stuiver per jaar, rustende op zijn huis. nae gemeen scryven. Oorspr. ( Inv. no. 1014 ). 255. 1538 (z.d.). Provisor en deken van Amstelland oorkonden, dat zij Cornelius Jonannis en Niesgen Petri absolutie verleend hebben ter zake van hun clandestien gesloten huwelijk, onder voorbehoud dat dit alsnog in een openbare kerkelijke plechtigheid zal worden bevestigd. Oorspr. ( Inv. no. 137 ). Ondertekend door Henricus Pauli decanus idem et commissarius domini provisoris alsmede door notaris N.N. de mandato dominorum. 256. 1539 januari 30. Alyt Claesdochter, weduwe van Willem Diricxzoon van Paenderen, met als voogd haar zoon Wigger van Paenderen, oorkondt, dat zij haar zwager Claes van Huessen schadeloos zal houden voor bewezen diensten in het proces over de nagelaten goederen van meester Pieter Wiggersz. tussen haar kinderen en de kinderen van Leeuwen van haar zuster Margriete, alsmede voor de arbitrage inzake het testament van Agniese van Paenderen. Oorspr. ( Inv. no. 367 ). 257. 1539 april 15. Schepenen en raad van Gent oorkonden, dat Kathelyne uuter Zwane toestemming verleent voor de verkoop van de goederen van haar echtgenoot Heindric van der Doest, die gelegen zijn in Holland en Zeeland. in Lauwe. Oorspr. ( Inv. no. 365.1 ) Het zegel van zaken van de stad Gent is verloren. Was getransfigeerd door de oorkonde van 11 juli 1537 (Reg. no. 253), maar is losgeraakt 258. 1539 april 17. Kaerle enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van Holland, dat hij Willem van Gent Corneliszoon beleend heeft met het ambacht van Groot Waspyck en met het ambacht van Elfhoeven en een halve hoeve moer, komende van wijlen zijn grootvader Heyndrick van Bruheze, met het afleggen van de leenhulde door zijn vader mr. Cornelis van Gent wegens minderjarigheid van de beleende (Zie Reg. no. 181). naar Paeschen. Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het Nieuwe Register cap. 3.20.09 Cousebant 223

Zuydholland, fol. XVI (Inv. no.). 259. 1539 oktober 21. De schout in het ambacht van Leyderdorp oorkondt, dat Gielis Jansz. verkocht heeft aan zijn halfbroeder Jan Connincxz. 1/16 deel van de hofstede Vergou te Leyderdorp als zijn erfdeel van zijn moeder Ermtgen Claesz. Oorspr. ( Inv. no. 763.1 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 260. 1540 januari 29. Georgen Schenck, vrijheer van Tautenborch, stadhouder van Overijssel enz., stelt aan N.N. voor om accoord te gaan met de aanstelling van twee scheidsrechters in processen tussen Gerardus Kost, schout te Steenwijk, en mr. Heyman Brant betreffende renten te Ooldemarckt en Zwolle. toe Vollenhoe. Afschrift van ca. 1540 ( Inv. no. 1120 ). 261. 1540 februari 3. J. de Jongen oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Heynrick van der Does een bedrag van 14 pond en 4 schelling vanwege een proces voor het Hof van Holland over de verkoop van goederen en renten aan Claes van Huessen te Haarlem (Zie Reg. no. 257). 1539 stilo curiae Hollandiae. Oorspr. ( Inv. no. 365 ). 262. 1540 maart 27. Saris die Coninck oorkondt, dat hij verkocht heeft aan Jan van Swoll en zijn echtgenote Janneghen een erfrente ten bedrage van 8 gouden carolus gulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 148 carolus gulden en 10 stuiver. opten Paeschavont. Oorspr. ( Inv. no. 532 ) met het zegel in rode was van de oorkonder. 263. 1540 mei 1. Schepenen van Dordrecht oorkonden, dat Willem Deyn Claesz. uit Den Haag als enig erfgenaam van zijn vader Claes Deyn verkocht heeft aan Yde van Dongen, weduwe van Willem d'Jonge Reynersz., een rente ten bedrage van 4 pond groten Vlaams per jaar, te lossen met de penning 16 en komende uit een rente van 10 pond Vlaams per jaar (Zie Reg. no. 176). Oorspr. ( Inv. no. 377.4 ) met de zegels van de drie schepenen. Het derde zegel is zwaar geschonden. 264. 1540 december 10. Alyt van Paenderen Claesdochter, weduwe van Willem Diricxszoon van Paenderen, oorkondt met als voogd haar oudste zoon Wigger van Paenderen alsmede met haar kinderen Dirick van Paenderen, Geryt van Paenderen, Claes Franszoon Velserman als man en voogd van Geertruyt van Paenderen en Symon Maertynsz. als man en voogd van Anna van Paenderen, allen mede namens Frans van Paenderen verblijvende te Leuven, dat zij volmacht verleent aan haar zwager Claes van Huessen vanwege verleende en nog te verlenen bijstand inzake hun rechten op de nagelaten goederen van mr. Pieter Wiggersz. tegen de kinderen van Leeuwen alsmede inzake de nagelaten goederen van hun nicht Agniese van Paenderen om zijn gemaakte onkosten te verhalen op percelen land gelegen buiten de Schalcwijcer poort, losrenten uitstaande op de "presse" van de Haarlemse lakens of op andere familiegoederen. Oorspr. ( Inv. no. 367 ). 265. 1540 (z.d.). Burgemeesters, schepenen en raad van Haarlem oorkonden ten overstaan van Jan Conincxzoen en Peter van Foreest, leenmannen van de grafelijkheid van Holland, en met als getuigen en gevolmachtigden mr. Jan Philipsz., Jan Ysbrantsz. Focx, Frans die Haes, Robbrecht Reyersz., Joest Geritsz. en Ysbrant Ghysbrechtsz., allen te Utrecht, dat Josyne van Schagen, weduwe van Joest van Borsselen, ridder, met als voogd haar neef Johan van Schagen, heer van Burchorn, overgedragen heeft aan haar neef Eernst van Nyenroede, met toestemming van zijn broeder Frans van Nyenroede, zekere percelen land in het kerspel van Liere, gelegen aan de Poeldyck en met als leenheer de proost van Oudemunster te Utrecht, alsmede zekere percelen land onder Camerick en Bruekel, komende van haar 224 Cousebant 3.20.09

moeder Adriaene van Nijenroede, Geinsereerd in de oorkonde van ca. 1540 (Reg. no. 266). De tekst is gedeeltelijk verloren gegaan. 266. (ca. 1540). Cornelis van Aemstel van Mynden en van Ruweel, knape, oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen en met als bezegelaar Goedschalck van Winsen, dat hij vidimus geeft van de oorkonde van 1540 z.d. (Reg. no. 265). Oorspr. ( Inv. no. 358 en no. 610). Het zegel van de bezegelaar is verloren. Het charter is gebruikt als omslag voor een borderel van een rekening van de nagelaten goederen van Hendrik van Alckemade van Berckenrode van 1692 ( Inv. no. 358 ). Hierbij zijn het rechter derdedeel en het laatste gedeelte verloren gegaan. 267. 1541 februari 6. Lubbrant Symonssoen oorkondt, dat bij in pacht ontvangen heeft van Heylwich Gysbertsdochter van der Hair Jacobs weduwe van Snellerberch 21 morgen land, gelegen in de Haeck in het gerecht van Camerick, voor de termijn van 8 jaar. Oorspr. ( Inv. no. 1031.1 ) met het zegel van Willem Claes Bergersz. als bezegelaar voor de oorkonder. 268. 1541 april 27. Jacob Pietersz. en zijn schoonzoon Pieter Cornelisz. van Foreest oorkonden ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat zij een boedelscheiding hebben aangegaan omtrent de nagelaten goederen van Geertruyt Jansdochter. Oorspr. ( Inv. no. 147 ) met de zegels van de beide leenmannen. 269. 1541 juni 17. Thomas Knoppert, Stheven Brant en Henrick van Thyll oorkonden als arbiters tussen Herbert Splytloff en diens echtgenote Mechtelt enerzijds en hun beide oudste zonen Johan Splytloff en Joachim Splytloff anderzijds, dat pater Ludolphi Nicolai, president te Bruyssel, in zijn hoedanigheid van oom van zijn beide neven een verdeling heeft tot stand gebracht van de goederen van hun ouders, waarbij het goed te Spoelde, gelegen in de vrijheid van Zwolle en leenroerig aan Wilhelm van Bochorst, het halve goed te Langenholte, gelegen in het kerspel van Zwoll en leenroerig aan de keizer alsmede het goed te Assendorp, gelegen in de vrijheid van Zwoll en leenroerig aan de abdis van Essende, na hun dood gelijkelijk zullen worden verdeeld onder hun kinderen met een geldelijke restitutie aan hun oudste zoon Johan. altera die venerabilis Sacramenti ---. Gedaen te Bruyssel. Oorspr. ( Inv. no. 919.5 ). De zegels van pater Ludolphi, Johan Splytloff, Joachim Splytloff en de drie arbiters gezamenderhand zijn verloren. 270. 1541 juli 30. Het Hof van Holland oorkondt, dat Daniel Suys met als gemachtigde zijn zwager mr. Lievin Anthonis Blocxz, voogd over zijn echtgenote Willemyne van Adrichem en over haar zuster Cornelia van Adrichem, als gedaagde veroordeeld is in weerwil van het recht van aesdom tot inventarisering en scheiding van de nagelaten goederen van zijn zuster Aechte Suys te Wyck up Zee ten behoeve van Adriane Hermansdochter, weduwe van Pieter van Adrichum, en hun dochter Claerken van Adrichum, met als voogd Willem van Dam, secretaris. Oorspr. ( Inv. no. 984 ) met het geschonden zegel in rode was van het Hof van Holland. 271. 1541 oktober 17. De schout in het ambacht van Leyderdorp oorkondt, dat Gelis Jansz. verkocht heeft aan zijn halfbroeder Jan Conincxz. de helft van ¼ deel van de hofstede Vergou, gelegen tegenover het regulierenklooster te Leyderdorp, als zijn erfdeel van zijn vader Jan oom Gelis. Oorspr. ( Inv. no. 763.1 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 272. 1541 oktober 17. De schout in het ambacht van Leyderdorp oorkondt, dat Claes Jansz. verkocht heeft aan zijn halfbroeder Jan Conincxz. 1/16 deel van de hofstede Vergou, gelegen tegenover het regulierenklooster te Leyderdorp, als zijn erfdeel van zijn moeder Ermgaert Claes; alsmede dat Claes Jansz. en Jan Brunesz. als voogd over zijn echtgenote Anna Jansdr. verkocht hebben aan hun halfbroeder Jan Conincxz. de 3.20.09 Cousebant 225

helft van ¼ deel van voornoemde hofstede als hun erfdeel van hun vader Jan oom Gelis. Oorspr. ( Inv. no. 763 ) met het zegel van de oorkonder. 273. 1542 januari 13. Kaerle, roomskeizer, oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder en leenmannen van Brabant, dat Willem van de Werve, ridder, schout van Antwerpen en markgraaf van Rijen, als gevolmachtigde van Maximiliaen van Bourgoigne, heer van Beveren enz. verkocht heeft aan Jacop Peeter Vive, wijlen Dominicussone, ten behoeve van diens buitenlands vertoevende broeder Dominicus Peter Vive een erfrente ten bedrage van 666 gouden carolus gulden, 13 stuiver en 1 plak Brabants per jaar, te lossen met de penning 18, uitstaande op het markgraafschap van Bergen opten Zoom, uitgegeven door wijlen Anthonijs, ridder, raad en kamerling, markgraaf van Bergen opten Zoom, graaf van Wailhem enz., en diens zuster van Bourgoinge, ridder, raad en kamerling, op 16 juni 1540 en overgedragen aan hun zoon Maximiliaen van Bourgoinge op 23 mei 1541. 1541 naer costume van scrijvene ons Hooffs van Brabant --- te Brussele. Afschrift van ca. 1565 (Inv. no.). Tevens nog een afschrift van 1732 door Cornelis Roels, notaris ( Inv. no. 60 .). Geinsereerd in de oorkonde van 1 maart 1544 (Reg. no. 281). 274. 1542 maart 15. Theodricus de Schoerl, notaris, instrumenteert ten overstaan van mr. Anthonis Ymantsz., pater van Sinte Katerinenconvent te Haarlem en provisor van Kennemerland, haar neef mr. Jacob en haar nicht Glaer van der Delle, begijn, als testators en onder het getuigenis van Jaspar filius Johannis en Johannis Vlyeger, pictor, beide poorters van Haarlem, dat Bely Jansdochter, begijn op de Grote Hof te Haarlem, haar testament heeft gemaakt, waarbij zij tot haar erven heeft aangesteld Katryn Gerytsdochter en Jacob Gerytsz., kinderen van wijlen haar nicht Christijn, echtgenote van Jacob Tuynincks, alsmede haar zuster Margriet. Oorspr. ( Inv. no. 187 ) met notarismerk. 275. 1542 september 23. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Nicolaes van Hoorn, geassisteerd met zijn ouders Pieter Claeszoon van Hoorn en Aeff van der Laen, enerzijds, en Adriaen Willemsdochter, geassisteerd met haar moeder Haese Jansdochter en haar zwager en voogd meester Pieter van Poreest, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 190 ) met de zwaar geschonden zegels van de beide schepenen. 276. 1543 november 15. Kerkmeesters van Sunter Niclaeskerck te Utrecht oorkonden, dat zij overgedragen hebben aan Marrichgen, weduwe van Jan Jansz. van Oldezeel, een grafstede gelegen bij het altaar van de Heilige Drievuldigheid. Oorspr. ( Inv. no. 949 ). Het zegel van de bezegelende kerkmeester is verloren. Met een transfix van 8 januari 1556 (Reg. no. 325) en een transfix van 1620. Tevens nog een afschrift van 11 februari 1620 (oude stijl) door Nicolaas van Lostadt, notaris te Utrecht. ( Inv. no. 951 ). In dorso hiervan de aant.: "Graffsteede Maria van Wijck, wed. Johans van Helmijs Jansz. genaemt van Oldenseell". 277. 1543 november 23. Kaerel, roomskeizer enz., oorkondt, dat hij na advies van zijn zuster de koningin-douarière van Hongarije enz. en andere raadgevers verkoopt aan mr. Airnt van der Goes, advocaat van de Staten van Holland, een rente ten bedrage van 20 carolus gulden per jaar, te lossen met de penning 16, met het recht om zijn domeingoederen de vroonlanden bij Alkmaar met een totaal bedrag van 2000 gouden carolus gulden te gelde te maken of te verhypothekeren ter leniging van de achterstallige soldij voor de ruiters en knechten, die gedurende de oorlog met Guilicx, Cleve en Ghelre in de grensgebieden hebben gediend. in onser stadt van Brussele. Extract van 2 februari 1646 door J. Havelaer, notaris te Den Haag ( Inv. no. 1063 ). 278. 1544 Januari 25. Goerdt van Reede, zoon van wijlen Adriaen van Reede en Lucie van Goer, geassisteerd met Frederick 226 Cousebant 3.20.09

van Twickle, ridder, Johan van Raesfeldt, heer te Raesfeldt, en Wenemer van Heyden, enerzijds, en Geertruydt van Nyenroide, dochter van Eernst van Nyenroide en Margareta van Renesse, geassisteerd met Adriaen van Renesse, domscholaster te Utrecht, Johan van Renesse, heer te Wilp, en Frans van Nyenrode, anderzijde oorkonden, dat zij huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 550 ) met de zegels van Goerdt van Reede, in rode was van Eernst van Nyenroide, Frederick van Twickle, Johan van Raesfeldt, Wenemer van Heyden, in rode was van Adriaen van Renesse, in rode was van Johan van. Renesse en in rode was van Frans van Nyenrode. 279. 1544 januari 30. De Staten van Hollandt oorkonden, dat zij tot advocaat aangesteld hebben mr. Adriaen van der Goes, licenciaat in de rechten, op gelijke voorwaarden als zijn vader mr. Aerent van der Goes. Zie Reg. no. 218. 1543 nae den loop 's Hooffs van Hollandt in den Hage. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1063 ). 280. 1544 februari 1. Karel enz. oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder-generaal en raden van Hollant, Zelant en Vrieslant, dat hij een verbod uitvaardigt inzake de voorkoop van boter, kaas, koren, greijn, hoenderen, ganzen of andere vogels en eetbare waar. 1543 nae stile van onsen Hove van Hollant --- gegeven in onsen huse van den Haghe. Afschrift van ca. 1590 in Inv. no. 1098 , fol 22v. 281. 1544 maart 1. Burgemeesters, schepenen en raden van Antwerpen oorkonden, dat zij vidimus geven van de oorkonde van 13 januari 1541 (Reg. no. 273). 1543 naer stiel van scrijvene 't Hoefs van Brabant. Afschrift van ca. 1565 (Inv. no,) Tevens nog een afschrift van 1723 door Cornelis Roels, notaris ( Inv. no. 60 ). 282. 1544 maart 18. De schout in de ban van Tetrode en Aelbrechtsberghe oorkondt, dat Lourens Jansz. Bitter, mede als voogd voor zijn echtgenote Pieternelle Pouwelsdochter, alsmede Dieuwer Claesdochter, weduwe van Cornelis Ysbrantszoon, met als vóogd meester Lambrecht Jacobsz., verkocht hebben aan Claes van Huessen een hofstede in de ban van Tetrode bij Grietenbrugge. Oorspr. ( Inv. no. 813 ) met het geschonden zegel van de oorkonder. 283. 1544 april 22. Schepenen van Den Haag oorkonden, dat Willem de Jonge, secretaris van het Hof van Holland, zoon van wijlen Yda van Dongen en wijlen Willem de Jonge Reyersz. te Dordrecht, akte verleent aan Willem Deym Claes voor een losrente, die deze op 1 mei 1540 aan zijn moeder verkocht (Zie Reg. no. 263). Oorspr. ( Inv. no. 377.5 ) met de zegels van de beide schepenen. 284. 1544 oktober 10. Lambertus filius Jacobi, notaris te Haarlem, instrumenteert ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat Jan van Foreest zijn testament gemaakt heeft, waarbij hij de goederen van zijn vader Cornelis van Foreest bij vooroverlijden van zijn kinderen nalaat aan zijn broeder mr. Pieter van Foreest. Oorspr. ( Inv. no. 144 ). De zegels van de beide leenmannen zijn verloren. 285. 1545 augustus 2. Maximiliaen van Bourgoingnen, heer van Gend, van der Vere enz., admiraal van der zee, oorkondt, dat hij volmacht verleent aan Anthonis Hosius, deken van de kapel van Sandenburch, Wolffaert van Borssele, heer van Scellacht, mr. Sebastiaen Spaignaert en Inghel Diericxsone, baljuw van Brouwershaven, tot verkoop van zijn goederen in Duvelandt, Brauwershaven, in de Agger, in de Cruenincxpolder ter Nissen, in de Galenthee, Bommel en elders gelegen in verband met schulden, aangegaan na de dood van zijn vader Adolph van Bourgoignen. Gedaen up onsen Sloten van Sandenburch ter Vere desen anderen dagh van Augst. Geinsereerd in de oorkonde van 16 oktober 1545 (Reg. no. 287) 286. 1545 oktober 14. 3.20.09 Cousebant 227

Leden van de Rekenkamer in Den Haag oorkonden, dat zij in pacht gegeven hebben aan Laurens Pietersz. te Delft 11 ½ morgen land, gelegen in het ambacht van Maeslandt, voor de termijn van 10 jaar. Oorspr. ( Inv. no. 771 ). 287. 1545 oktober 16. Anthuenis Jacobsz. Hoessaert van Wemelden, deken te Zandenburch, en Ingel Derixz., baljuw van Brouwershaven, oorkonden, dat zij als gevolmachtigden van Maximiliaen van Bourgondien verkocht hebben aan Marinus Willemsz. 16 gemeten en 238 roeden land in Den Bommel, in pacht bij Baert Jan Lenaertsz. (Zie Reg. no. 285). Oorspr. ( Inv. no. 781 ). 288. 1545 oktober 16. Gecommitteerden van de heer van Beveren oorkonden, dat zij toestemming verlenen aan Marinus Willemsz. zijn brieven van garand terug te geven wegens het betalen van de koopsom voor 16 gemeten en 238 roeden land. Afschrift van 1546 door de gezworen klerk van Zierixie. ( Inv. no. 781 ). Zie ook Reg. no. 287. 289. 1545 oktober 28. Schepenen van Sinct Adolphs, genoemd Oelkinsplate, oorkonden, dat Adriaen Jansz., rentmeester van de ambachtsheer en gevolmachtigde van Anthonius Hosius, mr. Sebastiaen Spaignaert en van Inghel Diericxz., procuratoren van de goederen van Maximiliaan van Bourgondië, verkocht heeft aan Marinus Willemsz. te Ziericqzee 16 gemeten en 238 roeden land met gorzen in de polder van Bommel. Oorspr. ( Inv. no. 781.1 ) met de zegels van de drie schepenen. Zie ook Reg. no. 285, 287 en 288. 290. 1546 juni 6. Sibilla, abdis van het keizerlijke en wereldlijke sticht Essenn, geboren gravin van Montfort en Retenfelss, oorkondt, dat zij Herbert Splitloff beleend heeft met 1 ½ waar van Neilsgude, gelegen in de vrijheid van Swolle in de buurtschappen Assendorp en Middelwick. Oorspr. ( Inv. no. 919.4 ) met het zegel in rode was van de oorkondster. 291. 1546 september 23. Emerentiana Pauwen, weduwe van Lambrecht Snoeyen, met als voogd Frederick uut den Ham, mede uit naam van haar zoons Joost Snoeyen en Dirck Snoeyen, enerzijds, en Frederick van Rodenborch, Gijsbert van Rodenborch en Engbert van Nijenrode als man en voogd van Belie van Rodenborch anderzijds, oorkonden, dat zij een magescheid hebben aangegaan van de nagelaten goederen van hun grootouders Gijsbert Zass en Jacobgen en van hun tante Digna Zass. Oorspr. ( Inv. no. 546 ) met het geschonden zegel van Frederick van Rodenborch, het geschonden zegel van Frederick uuten Ham en het zegel van Beernt Proeys, zwager van Engbert van Nijenrode. Het zegel van Gijsbert van Rodenborch is verloren. 292. 1546 oktober 15. Kairle enz. oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen en andere goede lieden, dat hij Sarys de Coeninc, gevolmachtigde van Francisca Wilhemsdochter van der Ae, beleend heeft met twee percelen land, genoemd de Schaersmate en Arrogonder hoeve, gelegen buiten de koegrave van de stadsmeent van Amersfoort en komende van wijlen haar vader Wilhem van der Ae. Gegeven in oneer stadt Utrecht. Oorspr. ( Inv. no. 921 ) met het zwaar geschonden zegel in rode was van de Leenhof van Utrecht. 293. 1546 oktober 19. Schepenen van Zierikzee oorkonden, dat zij vidimus geven van de oorkonde van 28 oktober 1545 (Reg. no. 289). Oorspr. ( Inv. no. 781.2 ) met de zegels van de drie schepenen. 294. 1546 oktober 31. Jan Conincxz., geassisteerd met zijn broeder Claes Jansz. en Jacob van Duvenvoorde, enerzijds, en Katryn Willemsdr., geassisteerd met haar moeder Haes Jansdr. en haar zwager en voogd mr. Pieter van Foreest, anderzijds oorkonden, dat zij huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 181 ). 228 Cousebant 3.20.09

295. 1546 november 1. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Jan Conincxz. enerzijds en Katryn Willemsdr., geassisteerd met haar moeder Haes Jansdr. en haar zwager meester Pieter van Foreest, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 181 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 296. 1547 maart 4. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden, dat zij het testament bekrachtigen van Jan van Foreest, waarbij hij de goederen, aangekomen van zijn oom Andries van Foreest, bij vooroverlijden van zijn kinderen nalaat aan zijn broeder mr. Pieter van Foreest. Oorspr. ( Inv. no. 144.1 ) met de zegels van de beide leenmannen. Het eerste zegel is zwaar geschonden. Zie ook Reg. no. 284. 297. 1547 april 5. Theodricus de Schoerle, notaris, instrumenteert ten overstaan van haar neef Jan Conincxz. en haar nicht Claer Verdelle als testators en onder het getuigenis van Willem Cornelisz. Gael en Claes Diricxz. van Egmondt, beide poorters van Haarlem, dat Belye Jansdr., begijn op de Grote Hof, haar testament heeft gemaakt, waarbij zij tot haar enig erfgename heeft aangesteld haar zuster Gryet Jansdr., echtgenote van Jacob Tuynings te Leiden. Oorspr. ( Inv. no. 187 ) met notarismerk. Zie ook Reg. no. 274. 298. 1547 mei 24. Sijmon Marten Dijricxzzoene oorkondt onder het getuigenis van zijn echtgenote Anna Willemsdochter van Paenderen, dat hij verschuldigd is aan zijn neef Andries Geritzoene een rente ten bedrage van 24 carolus gulden per jaar, te lossen met de penning 18. in Aemstelredam. Oorspr. ( Inv. no. 366.2 ) met het opgedrukte zegel van de oorkonder. Het zegel is losgeraakt. 299. 1547 juni 7. Deken en kapittel van Sinte Marien te Utrecht oorkonden, dat zij in erfpacht hebben gegeven aan Ernst van Nyenrode 19 morgen land gelegen bij de hofstede Ten Ghoye, genoemd het Dweerlandt en het Cortelandt en komende van Johanna Johansdochter van Amerongen met als voogd haar echtgenoot Melis uuten Engh. Oorspr. ( Inv. no. 923.2 ) met het iets geschonden secreet zegel van het kapittel. Zie ook Reg. no. 345. 300. 1548 november 14. De officiaal van de aartsdiaken van het bisdom Utrecht oorkondt, dat hij zijn mandaat verleent om Wilhelmus a Foreest in het bezit te stellen van een eeuwige vicarie of kapelanie, gevestigd op het altaar van Sint Jacobus de Meerdere in de parochiekerk te Haarlem, na afstand van Nicolaus Alberti Raet, clericus, en eerder komende van magister Henricus Alberti, met als collator Gerardus a Sperwou, armigerus. feria quarta post festum Martinij. Oorspr. ( Inv. no. 166 ) met het zwaar geschonden zegel van de oorkonder. Ondertekend door Lamzweerde, notaris. Zie ook Reg. no. 301. 301. 1548 december 1. Thomas Laurentius, notaris te Haarlem, oorkondt ten overstaan van magister Johannes, filius Henrici Scatterus, presbiter, en Adamus, filius Gerardi, dat hij op verzoek van magister Petrus a Foreest, consul van Haarlem, Wilhelmus a Foreest in het bezit heeft gesteld van een eeuwige vicarie te Haarlem (Zie Reg. no. 300). Oorspr. ( Inv. no. 166 ) in dorso van de oorkonde van 14 november 1548. 302. 1548 december 2. Karel enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Willem Dirxz., schout van Amsterdam, beleend heeft met een huis en 5 morgen land te Scelllinchout, komende 3.20.09 Cousebant 229

van wijlen meester Cornelis Jansz. van Hoerne. Oorspr. ( Inv. no. 807.2 ) met het geschonden zegel in rode was van de Leenkamer van Holland. 303. 1549 mei 10. Wigger Claeszoon, geassisteerd met zijn moeder Kerstyne Wiggersdochter en zijn broeder Cornelis Claeszoon, enerzijds, en Janne Pietersdochter, geassisteerd met haar broeder en voogd Havick Pieterszoon en haar oom Bertholomees Jacopszoon, anderzijds, oorkonden, dat zij huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 1 ). In duplo. Tevens nog een afschrift van ca. 1750 in Inv. no. 92 . De moeder van Wigger wordt hier genoemd Kerstyn Bakenesse Jansdochter. 304. 1549 september 18. Seyno van Welvelde, stadhouder en ambtman van het keizerlijk en vrijwereldlijk stift Essende, oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, dat hij uit naam van Sybille, abdis, gravin van Montfort en Rottenfelts enz., zijn goedkeuring verleent aan de magescheid van de goederen van Herberth Splyteloeff en zijn echtgenote ten behoeve van hun kinderen, waarbij aan Goert Splyteloeffs en Helmich Splyteloeffs als leen ten deel gevallen is het goed te Assendorp. Oorspr. ( Inv. no. 920 ) met het zegel van de oorkonder. 305. 1549 oktober 1. Phillips, prins van Spaengien enz., oorkondt ten overstaan van de magistraat van Haarlem, dat hij als toekomstige graaf van Holland de privilegien zal onderhouden. Afschrift van ca. 1570 ( Inv. no. 1089 ). 306. 1549 oktober 1. Burgemeesters, schepenen, raad, burgers en ingezetenen van Haarlem oorkonden, dat zij na het overlijden van de keizer zijn zoon Philips, prins van Spaengien enz., als graaf van Holland zullen erkennen. Afschrift van ca. 1570 ( Inv. no. 1089 ). 307. 1550 oktober 1. Willem enz. oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, dat hij Barbare van der Goes met als voogd haar echtgenoot mr. Claes de Sille beleend heeft met 7 morgen land te Uutwijck in het Land van Altenae, genoemd de Donre Schuyeren en komende van wijlen haar vader mr. . Afschrift van ca. 1625 uit het register van der Lecke K.K., fol. 12v. ( Inv. no. 1063 ). 308. 1550 november 26. Jan Govertsz., notaris, instrumenteert onder het getuigenis van mr. Adriaen Numan, auditeur van de Rekenkamer in Holland, en Jacques Addiers, dat mr. Gerard Renoy, heer van Spyck en rekenmeester van Holland, en zijn echtgenote Anna Potis te Den Haege hun testament hebben gemaakt, waarbij zij aan hun oudste zoon Gerrit het Huis en de heerlijkheid van Spyck toekennen. Afschrift van een afschrift van ca. 1567 door Harman Proost, notaris. ( Inv. no. 441 ). 309. 1550 december 17. Schepenen van Middelburg oorkonden, dat Bouwen Lambrechtsz. te Cappelle in Zuyt Bevelandt overgedragen heeft aan Cornelis Jan Lambrechtsz. een rentebrief ten bedrage van 30 schelling Vlaams per jaar. Oorspr. ( Inv. no. 459.1 ) met de iets geschonden zegels van de beide schepenen. Getransfigeerd door de oorkonde van 23 februari 1534 (Reg. no. 237). 310. 1551 juli 6. Wilhelm, graaf van Nassau enz., als vader van de bruidegom, geassisteerd met Adolphus, aartsbisschop van Keulen enz., enerzijds, en Margareta de Berges en Franchoise van Lannoy als grootmoeder en moeder van de bruid, geassisteerd met George van Egmont, bisschop van Utrecht, Jan van Ligne, graaf van Arenberg enz., en Johan de Boussut, anderzijds oorkonden, dat Wilhem, prins van Orangien, en Anne van Egmont huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. op 't Huys tho Bueren. Afschrift van ca. 1625 ( Inv. no. 1063 ). Gedrukt: Bijdr. van het Hist. Gen. deel XIV (1893) blz. 69. 230 Cousebant 3.20.09

Kleine afwijkingen in de tekst. 311. 1551 september 25. Theodoricus filius Walteri, notaris te Amsterdam, instrumenteert, dat Anna Willemsdochter, weduwe van Cornelis Roelofszoon, hun beider testament van 16 januari 1537, gepasseerd voor Frans van Delf, notaris, bekrachtigt met nadere legatering aan haar kleindochter Bairt, dochter van wijlen haar zoon Willem Cornelisz. en Machtelt Willemsdr. Oorspr. ( Inv. no. 97 ) met notarismerk. 312. 1551 november 12. Jan van Zuyeren, gevolmachtigde van mr. Dirck Verwer, priester te Alkmaar, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Cornelis Simonsz. en de erfgenamen van Pieter Willemsdr. een bedrag van 300 carolus gulden. Oorspr. ( Inv. no. 132 ) in dorso van de oorkonde van 21 april 1533 (Reg. no. 235). 313. 1552 maart 3. Kaerle enz. oorkondt, dat hij tot schout van Delft heeft aangesteld Vranck van Dyemen alias Bartholomeusz. voor de termijn van 6 jaar. Gegeven in onser stadt van Bruessele. Afschrift van ca. 1580 uit het Zwarte Ruyge Register van de grafelijkheid, berustende in de Rekenkamer, fol. CDXIII ( Inv. no. 401 ). 314. 1552 juli 12. Weesmeesters van Haarlem oorkonden, dat Dirick van Huessen, Marcus Maertens uit naam van zijn zoon Jan Marcus met als moeder wijlen Margriete van Huessen, alsmede Andries Gerryts uit naam van zijn dochter Machtelt met als moeder Aechte van Huessen een boedelscheiding hebben aangegaan van de nagelaten goederen van hun vader en grootvader Claes van Huessen. Oorspr. ( Inv. no. 368 ). 315. 1553 januari 7. Leenmannen van het Land van Voorne oorkonden, dat Lenaert Jacobsz. uit Nyeuwe Tonge in pacht ontvangen heeft van Machtelt van Bronchorst, weduwe van Franchois van den Werve, 34 gemeten land, gelegen in Battenoert, voor de termijn van 7 jaar. a circoncisione. Oorspr. ( Inv. no. 628.1 ) met de zegels in rode was van de beide leenmannen. Zie ook Reg. no. 347. 316. 1553 maart 12. Everardt Nicolaij, lid van de Secrete Raad, oorkondt onder het getuigenis van de griffier van Antwerpen, dat hij verkocht heeft aan Willem Jansz. Schoutten, klerk van de Rekenkamer in Holland, een rente ten bedrage van 20 pond Vlaams per jaar, te lossen met een hoofdsom van 320 pond of de penning 16, rustende op de domaniale vronen bij Alkmaar en komende van wijlen zijn echtgenote Genevefa van der Goes, dochter van mr. Aerdt en Margriete. naer gemeijn scrijven. Extract van 2 februari 1646 door J. Havelaer, notaris te Den Haag ( Inv. no. 1063 ). Zie ook Reg. no. 277. 317. 1554 januari 30. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Jan Conincxzoon, burgemeenster, en zijn echtgenote Kathryn Willemsdochter hun testament hebben gemaakt. Oorspr. ( Inv. no. 182 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 318. 1554 februari 15. Schepenen van Middelburg oorkonden, dat Guillame Paffenroede en zijn echtgenote Tanneken Maerten Marcelisdochter te Antwerpen zich borg stellen voor Cornelis Jan Lambrechtsz. vanwege diens aankoop van 11 percelen land, gelegen te Wester Zoubburch, Ooster Zoubburch, Coudekercke en Schellacht en komende van wijlen Linken Marcelisdochter, moeder van voornoemde Tanneken. 1553 styl 's Hoofs van Hollant. Oorspr. ( Inv. no. 867 ) met de zegels van de drie schepenen. 319. 1554 februari 20. 3.20.09 Cousebant 231

Karel enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Robrecht van Gendt beleend heeft met het ambacht van Groot Waspyck en het ambacht van Elfhoeven en een halve hoeve moer, komende van wijlen zijn broeder Willem van Gendt, (Zie Reg. no. 258). 1553 naar schryven ons Hoofs van Hollandt. Afschrift van 29 januari 1742 door de griffier van de lenen uit het register Confoederatio cap. Zuyd-Holland, fol. II (Inv. no.). 320. 1554 mei 1. Kaerle enz. oorkondt als graaf van Zeeland, dat hij verkocht heeft aan Anthuenis Heindricxz. te Westcapple een erfrente ten bedrage van 37 pond en 20 schelling Vlaams per jaar, te lossen met de penning 16 en rustende op de tol te Yersikeroort en andere Zeeuwse domeingoederen, vanwege het niet aflossen van een lening ten bedrage van 600 carolus gulden voor de tijd van een jaar aangegaan in 1552 ter bekostiging van de oorlog met Frankrijk. te Bruessele. Oorspr. ( Inv. no. 429 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. Zie ook Reg. no. 324. 321. 1554 juli 24. Burgemeesters, schepenen en raden van Middelburg oorkonden, dat Jonge Jan van den Hooge gekocht heeft uit de goederen van Bouwen Cornelis een huis aan de Lange Delft, genoemd de Watermuele. Oorspr. ( Inv. no. 855 ) met het zegel der stad. 322. 1555 juni 21. Weesmeesters van Amsterdam oorkonden, dat Ysbrant Willemsz. en Jan Bloem te Utrecht als voogden overgedragen hebben aan Baertgen Willem Corneliszoonsdochter met als moeder Mechtelt Willemsdr. en met als ooms Roelof Cornelisz. en Claes Cornelisz. een rentebrief ten bedrage van 100 carolus gulden per jaar, te lossen met de penning 18, uitgegeven door Cornelis Cornelisz. en haar grootmoeder Anna Willemsdr. Gelijktijdig afschrift uit het weesboek van Amsterdam ( Inv. no. 100 ). 323. 1555 juni 26. Schout, burgemeesters en schepenen van Utrecht oorkonden, dat Jan Blom Jansz. en Ysbrant Willemsz., wantsnyder, in het jaar 1543 aangesteld zijn tot voogden over Beerte, minderjarige dochter van wijlen Willem Blom Cornelisz. van Amsterdam en Mechtelt Willem Goirtszdochter. Oorspr. ( Inv. no. 99 ) met het geschonden kleinzegel in rode was van de stad Utrecht. 324. 1555 oktober 24. Robert de Bouloingue, kanselier en ontvanger-generaal van de keizerlijke financiën, oorkondt, dat hij heeft ontvangen van Anthonis Hendricxz. te Westcapple het bedrag van 600 pond Vlaams met een rente van 37 pond en 20 schelling per jaar, rustende op de tol van Yersickeroort en andere Zeeuwse domeingoederen. Oorspr. ( Inv. no. 429.2 ). Zie ook Reg. no. 320. 325. 1556 januari 8. Kerkmeesters van Sinter Nijclaeskerck te Utrecht oorkonden, dat zij overgedragen hebben aan Ariaen Jansen Helmich en zijn erfgenamen een grafstede bij het Kassenaersaltaar en het Sint Antonisaltaar. Oorspr. ( Inv. no. 949 ). De zegels van de beide kerkmeesters zijn verloren. Getransfigeerd door de oorkonde van 15 november 1543 (Reg. no. 276) en met een transfix van 1620. Tevens nog een afschrift van 11 februari 1620 (oude stijl) door Nicolaas van Lostadt, notaris te Utrecht. ( Inv. no. 951 ). 326. 1556 maart 13. Iohannes Adriani Helmichius bericht aan zijn vader Adrianus Helmichius, wonende aan de Tollesteechpoorte te Utrecht, over zijn vorderingen in de studie der wijsbegeerte en het civiel recht aan de universiteit te Leuven. ex aedibus nostris Hieronymianis. Oorspr. ( Inv. no. 493 ). 327. 1556 april 13. 232 Cousebant 3.20.09

Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Guyrte Dircksdr., weduwe van Cornelis Basgen, haar testament heeft gemaakt, waarbij zij tot haar enig erfgename heeft aangesteld haar dochter Magdaleen Cornelisdr. Oorspr. ( Inv. no. 985 ) met het zegel van de eerste schepen. Het zegel van de tweede schepen is verloren. 328. 1556 mei 29. Iohannes Corythius Ultraiectinus bericht aan zijn vader Adrianus Corythius, wonende aan de Tollesteechpoorte te Utrecht, over zijn studie aan de universiteit te Leuven en verschillende familieaangelegenheden. quarto calendas Junias --- Lovanii ex aedibus Hieronymianis. Oorspr. ( Inv. no. 493 ). 329. 1556 juli 8. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden, dat Jan van Foreest zijn testament heeft gemaakt, waarbij zijn dochters Magdalena van Foreest, echtgenote van Jan van Ruyven, en Cornelie van Foreest het merendeel van zijn goederen mogen verdelen, terwijl hij zijn vroegere beschikkingen ten aanzien van zijn natuurlijke broeder Pieter van Foreest of diens kinderen intrekt. op de hoffstede van Foreest buyten de Bevewyck. Afschrift van ca. 1557 ( Inv. no. 145 ). 330. 1556 juli 27. Schout, burgemeesters en schepenen van Utrecht oorkonden, dat Eernst van Nyenrode, ridder enz., volmacht verleend heeft aan Aert Roeloffsz. van Volpen om ten overstaan van de stadhouder van de lenen van Gelre en zijn leenmannen hulde, eed en manschap af te leggen. Oorspr. ( Inv. no. 544 ) met het signet in rode was van de stad Utrecht. 331. 1557 januari 15. Eernst van Nyenrode, heer van Zulensteyn enz., ridder, oorkondt, dat hij in pacht gegeven heeft aan Gijsbert Hueskensz. 18 morgen land te Anckeveen voor de termijn van 5 jaar. nae 't scryven 's Hooffs van Utrecht. Geinsereerd in de oorkonde van 15 januari 1557 (Reg. no. 332). 332. 1557 januari 15. Gijsbert Hueskensz. te Anckeveen oorkondt, dat hij in pacht ontvangen heeft van Eernst van Nyenrode, heer van Zulensteyn enz., ridder, 18 morgen land te Anckeveen voor de termijn van 5 jaar. Oorspr. ( Inv. no. 922 ) met het geschonden zegel van Jan Janssoen, scrijver. 333. 1557 juni 11. Schepenen van Leiden oorkonden, dat Katherine Pietersdr., priorin, Machtelt Pietersdr., subpriorin, en Oedetgen Jacobsdr., Alytgen Pietersdr. van der Goude, Kathryn Gherrytsdr. en Marytgen Cornelisdr., senioren en capitulaire zusters van het convent van Sinte Agnijeten ten behoeve van hun medezuster Katrine Gherytsdochter en Margriete Jansdr., weduwe van Jacob Jacobsz. Thuijnincx, met hun beider voogd Maerten Symonsz. Dou, tevens voogd van zijn echtgenote Marytgen Florysdr. en Jacob Gherytsz., ongeprofeste broeder in het Karthuizer klooster buiten Utrecht, verklaren niets te zullen ondernemen tegen het testament van Belie Jansdr., begijn op de Grote Hof te Haarlem, van het jaar 1556 ten profijte van haar neef Jan Conincxz, poorter van Haarlem, op pene van 300 gouden realen. Oorspr. ( Inv. no. 188 ) met de zegels van de beide schepenen. 334. 1557 juli 19. Abt, prior en het gemeen convent van Oistbroick buiten Utrecht oorkonden ten overstaan van een leenman der abdij en een leenman van het sticht Utrecht, dat zij mr. Jan van Scherpenesse en bij zijn versterven zijn echtgenote Adriana Jan Hellemijchendochter van Aldenseell beleend hebben met het goed Luchtensteijn, eertijds genoemd de hoeve Aldenbrandenborch, gelegen te De Bilt en komende van Clais de Ridder. stilo curiae Traiectensis. Afschrift van 24 augustus 1614 ( Inv. no. 1122 ). 335. 1557 september 13. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden, dat Jan Conincxz. zijn testament heeft 3.20.09 Cousebant 233

genaakt, waarbij hij tot zijn enige erfgenamen heeft aangesteld zijn kinderen en bij hun versterven de kinderen van zijn zuster Janna, terwijl zijn echtgenote Katryn Willemsdochter recht op het vruchtgebruik zal hebben. Oorspr. ( Inv. no. 183 ). De zegels van de beide leenmannen en van de testator zijn verloren. 336. 1557 september 30. Schepenen van Spyck oorkonden, dat Joris Vinck Anthonissen overgedragen heeft aan Elyzabeth Querin Cornelisz. weduwe een huis en hofstede, gelegen op het Nedereind van Spyc. Afschrift van 28 januari 1594 door J. G. de Renoij uit het leenregister van de heerlijkheid van Spyck ( Inv. no. 685 ). 337. 1557 oktober 16. Jan Maertenss., medicyn te Haarlem, oorkondt, dat hij schuldig is aan Machtelt Andrijes Gerijtszdochter het bedrag van 400 carolus gulden. Oorspr. ( Inv. no. 362 ). 338. 1558 februari 1. Mr. Adriaen van der Goes, landsadvocaat van Holland, als vader van de bruidegom, mr. Cornelis Bartholtszoon, griffier van de lenen in Holland, Maria Cristiaens Gouts, weduwe van Laurens Spangen, als grootmoeder van de bruidegom, en Pieter van der Goes enerzijds en mr. Gherardt van Renoij, eerste rekenmeester van Holland, als vader van de bruid, en mr. Adriaen Numan, rekenmeester van Holland, anderzijds, oorkonden, dat zij huwelijksvoorwaarden hebben opgesteld voor Cristiaen van der Goes, advocaat voor het Hof van Holland, en Anna Renoij. 1557 naer stijle van den Hove van Hollant. Afschrift van 1655 door P. van Medenblick, notaris ( Inv. no. 1063 ). 339. 1558 mei 14. Schepenen van Spyc oorkonden, dat Ambrosius Quirenensz. en Jan Janssen als voogd van zijn echtgenote Anthonia Quyrenensdochter overgedragen hebben aan Cornelis Symonsen een hofstede te Spyc (Zie Reg. no. 336). Afschrift van 28 januari 1594 door J. G. de Renoij uit het leenregister van de heerlijkheid van Spyck ( Inv. no. 685 ). 340. 1558 december 22. Albertus filius Nicolai Raet instrumenteert, dat Symon Jacopszoen, geassisteerd met zijn vader Jacob Simonszoen in den Engel en zijn zwagers Jacob Anthonisz. en Cornelis Thomasz., enerzijds, en Catryne Florisdr., geassisteerd met haar vader Jan Mathysz., schepen van Haarlem, anderzijds, huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 986 ). 341. (1559) januari 3. Zybrant van Berckenroede, met als echtgenote Machtelt Aertsdochter, enig erfgename van haar vader Aris Gerytsz. te Haarlem, oorkondt ten overstaan van schepenen van Den Haag, dat hij ontvangen heeft van Jan van Dam, rekenmeester van Holland en oud-griffier van het Hof van Holland, alsmede van mr. Geryt Heynricxsz., curator bij de Grote Raad te Mechelen, het bedrag van 280 pond, 6 schelling en 1 penning, voortkomende uit de goederen van Roelant van Heemstede. Oorspr. ( Inv. no. 365.1 ). Geschreven in dorso van de oorkonde van 11 juli 1537 (Reg. no. 253). 342. 1559 januari 28. Jan van Dam oorkondt, dat de heer van Berckenroede niet meer zal ontvangen van de rente van 11 juli 1537 (Reg. no. 253), dan bij sententie is bepaald. 1558 na stile van den Hove van Hollant. Oorspr. ( Inv. no. 365.1 ). Geschreven in dorso van de oorkonde van 11 juli 1537 (Reg. no. 253). 343. 1559 maart 1. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden, dat Willem Cornelisz., buurman te Schooten, verkocht heeft aan Dirck van Huessen Claessoon te Haarlem een vrije weg en overgang over zijn land, gelegen langs de Zandsloot te Schooten op de Woert. Oorspr. ( Inv. no. 810 ) met de iets geschonden zegels in rode was van de beide leenmannen. 234 Cousebant 3.20.09

344. 1559 maart 16. Schepenen van Etten oorkonden, dat Adriaen Domus Adriaensz-zoon verkocht heeft aan Jan Corneliszone de Bruyn een weiland van 1 gemet, gelegen in de Branden en bezwaard met een halve viertel rogge per jaar ten behoeve van de weduwe of erfgenamen van Harman de Cuyper alsmede met een rente ten bedrage van een braspenning per jaar. Oorspr. ( Inv. no. 885 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 345. 1559 mei 31. Deken van kapittel van Sincte Marien te Utrecht oorkonden, dat zij in erfpacht hebben gegeven aan Goyert van Rheede, heer van Saesvelt enz., ten behoeve van zijn echtgenote Geertruydt van Nyenroede, erfdochter van wijlen Ernst van Nyenroede, 19 morgen land, gelegen bij de hofstede Then Ghoye en genoemd het Dweerlant en het Cortelandt. Oorspr. ( Inv. no. 923.1 ) met het secreet zegel van het kapittel. Zie ook Reg. no. 299. 346. 1559 juni 13. Vranck Bartolmeeusz. van Diemen, schout van Delft, oorkondt ten overstaan van de secretaris der stad, dat hij afstand doet van zijn ambt ten behoeve van mr. Cristiaen van der Goes, advocaat voor het Hof van Holland. Oorspr. ( Inv. no. 401 ). In duplo. De secretaris wordt slechts in één der oorkonden vermeld. 347. 1559 juni 16. Schepenen van Nieuwerkercken in Grysoort oorkonden, dat Lenert Jacopsz. uit Nyeuwe Tonge in pacht ontvangen heeft van Machtelt van Bronckorst, weduwe van Franchoeys van der Werve, wonende te Den Briel, 34 gemeten land, gelegen in Battenoort, voor de termijn van 7 jaar. Oorspr. ( Inv. no. 628.2 ) met de zegels van de beide schepenen. Zie ook Reg. no. 315. 348. (vóór 1559 juli 12). Cristiaen van der Goes, advocaat voor het Hof van Holland, verzoekt aan de koning hem aan te stellen tot schout van Delft als opvolger van Vranck Bartholomeeusz. van Diemen. Minuut ( Inv. no. 402 ). 349. 1559 juli 12. Philips enz. oorkondt, dat hij Christiaen van der Goes Adriaensz. aangesteld heeft tot schout van Delft als opvolger van Vranck Bartholomeeusz. van Diemen. te Ghendt. Oorspr. ( Inv. no. 402.1 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. Tevens nog een extract van 1 december 1654 ( Inv. no. 1063 ). 350. 1559 augustus 9. Cornelis Mathysz. oorkondt, dat hij in pacht ontvangen heeft van Heylwich van der Haer Jacobs weduwe van Snellenberch 21 morgen land, gelegen in den Haeck in het gerecht van Camerick, voor de termijn van 9 jaar. Oorspr. ( Inv. no. 1031.2 ) met het zegel van Jan Jansz., scryver. 351. 1559 september 17. Herman van Welvelde, ambtman in het sticht Utrecht voor de abdis en het kapittel van de wereldlijke kerk van Essende in het bisdom Coelen, oorkondt ten overstaan van gestichtsmannen van Essende, dat hij Helmich Splytloff, doctor in de beide rechten, beleend heeft met 1 ½ waar, genoemd Nielsguidt, gelegen in de vrijheid van Zwolle in de buurtschappen Assendorp en Middelwijck en komende van wijlen zijn vader Herbert Splytloff. Oorspr. ( Inv. no. 919.3 ) met het zegel van de oorkonder 352. 1559 december 28. Kerkmeesters van Sinter Nijcolaeskercke te Utrecht oorkonden, dat zij overgedragen hebben aan Jan Huijgensz. van Scherpenisse en zijn erfgenamen een grafstede voor het koor aan de noordzijde der kerk. Afschrift van 4 februari 1620 (oude stijl) door Nicolaas van Lostadt, notaris te Utrecht ( Inv. no. 951 ). 3.20.09 Cousebant 235

353. 1560 januari 18. Schout en schepenen van Utrecht oorkonden, dat Henryck Janzzoen Cock en zijn echtgenote Susanna Adriaen Janszoen Helmichsdochter afstand hebben gedaan van hun rechten op de nagelaten goederen van hun moeder Ghisbertgen Jan Ghisbertszoen Lachmontsdochter ten behoeve van hun vader Adriaen Janszzoen Helmichs. Oorspr. ( Inv. no. 494 ). Het grootzegel van de stad Utrecht is verloren. 354. 1560 februari 11. Lambertus filius Jacobi, notaris te Haarlem, oorkondt, dat Haes Jansdochter, weduwe van Willem Dircxszoon, haar testament gemaakt heeft, waarbij zij haar meeste goederen nalaat aan haar dochter Hargriet Willemsdochter. Afschrift van ca. 1580 door J. Raet, notaris. 355. 1560 april 21. Schepenen van Spyc oorkonden, dat Cornelis Symonsen overgedragen heeft aan mr. Geerit van Renoy, heer van Spyc 't Nedereynt, een hofstede te Spyc (Zie Reg. no. 336 en no. 339). stilo communi. Afschrift van 28 januari 1594 door J.G. de Renoij uit het leenregister van de heerlijkheid van Spyck ( Inv. no. 685 ). 356. 1560 december 23. Kerkmeesters van de kerk van Sinte Nicolaes te Utrecht oorkonden, dat zij overgedragen hebben aan Dirck van Rossem en zijn erfgenamen een grafstede bij de kerkdeur aan de zuidzijde der kerk. Afschrift van 4 februari 1620 (oude stijl) door Nicolaas van Lostadt, notaris te Utrecht ( Inv. no. 951 ). 357. 1561 maart 15. De schout van Leyderdorp oorkondt, dat Claes Aelwyn Claesz. te Leiden verkocht heeft aan Katheryn Willemsdr., weduwe van Jan Conincssz. te Haarlem, 2 percelen land te Leyderdorp, waaronder het Avercampgen, komende van haar voornoemde echtgenoot. Oorspr. ( Inv. no. 766 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 358. 1561 maart 30. Kerkmeesters van Sinter Nicolaes te Utrecht oorkonden, dat zij overgedragen hebben aan Gerit Wouterssen Vermeij en zijn erfgenamen een grafstede bij het altaar van de Heilige Drievuldigheid. Oorspr. ( Inv. no. 950.2 ) met het zwaar geschonden zegel van de eerste kerkmeester. Het zegel van de tweede kerkmeester is verloren. Met een transfix van 1635. 359. 1561 april 11. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Jan Peerboom, kramer, verschuldigd is aan mr. Jan Gerytsz. Holft, priester, een rente ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar, ingegaan in het jaar 1539 en te lossen met de penning 18. Oorspr. ( inv. no. 134 ) met de zegels in bruine was van de beide schepenen. 360. 1561 oktober 24. Claes Claessoen van Coelen en Ghysbert Splinterssoen van Nyenroede oorkonden, dat zij als "maecxmannen ende hylicxluyden" kennis geven van de huwelijksvoorwaarden tussen Clement Alartssoen Verborch en Cornelia Jan Helmichdochter. Concept ( Inv. no. 540 ). 361. 1561 november 23. Kerkmeesters van de kerk van Sunter Niclaes te utrecht oorkonden, dat zij overgedragen hebben aan Aernt Jansz. Lachmondt en zijn erfgenamen een grafstede tussen het altaar van de Heilige Drievuldigheid en het altaar van Sint Antonius. Afschrift van 11 februari 1620 (oude stijl) door Nicolaas van Lostadt, notaris te Utrecht ( Inv. no. 951 ). 362. 1561 december 4. Philips enz. oorkondt ten overstaan van zijn stadhouder en leenmannen van Brabant, dat Jan, markgraaf van Berghe opten Soom, ridder en kamerling, zes jaar geleden verkocht heeft aan Francois 236 Cousebant 3.20.09

van Falais, heer van Nieuwerve enz., een erfrente ten bedrage van 300 gouden carolus gulden per jaar. Brussele. Afschrift van 1732 door Cornelis Roels, notaris, ( Inv. no. 60 ). 363. 1563 februari 27. Schout en gezworenen van Woutharnis, Groenevelt en Sint Aegtenrecht alsmede landgifter en gezworenen van het Hof van Delft oorkonden, dat Maritgen Corstiaen Goudtsdochter, weduwe van Louris Pietersz., kaaskoper, met als voogd Adriaen Fyck, verkocht heeft aan Anthonis Jacopsz. Verhouff, koopman te Amsterdam, een rente ten bedrage van 32 pond, 13 schelling en 4 groot Vlaams per jaar, te lossen met de penning 16. Oorspr. ( Inv. no. 439.1 ) met de zegels in rode was van de schout en de landgifter. 364. 1563 juli 19. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Jacob Floriszoon, geassisteerd met zijn ouders Floris Martszoon en Lysbeth Jacobsdochter, enerzijds en Marie Cornelisdochter, geassisteerd met haar ouders Cornelis Jacobsz, brouwer, en Neel Wesselsdochter, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 272 ) met de zegels in bruine was van de beide schepenen. 365. 1563 augustus 26. Schepenen van Sint Adolphslant, anders genoemd Oeltgesplate, oorkonden, dat Phillip Yemansz., nazaat van wijlen Quiryn Hugez., verkocht heeft aan Marinus Willemsz. te Ziericxzee omtrent 8 gemeten land, gelegen in de polder van Den Bommel. Oorspr. ( Inv. no. 782 ) met de zegels in bruine was van de beide schepenen. 366. 1564 januari 25. Schepenen van Etten oorkonden, dat Adriaen Cornelis Adriaen Deetsz. verkocht heeft aan Jan Cornelisz. de Bruyn een weiland van 1 gemet, gelegen op de Bremberch en bezwaard met een erfrente ten bedrage van 2 ½ oortstuiver per jaar ten behoeve van Hubrecht van Grunsvenne, kleermaker te Breda, alsmede met 's heren tijns. Oorspr. ( Inv. no. 888 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 367. 1564 februari 24. Pietergen Nannincxdr. oorkondt ten overstaan van mr. Jaspar Jansz. en Claes Pietersz., kapelaans van de parochie van Haarlem, dat zij overgedragen heeft aan Lijsbeth Janszdr., dochter van haar zoon Jan Aerianzoon, een losrente met een hoofdsom van 200 carolus gulden, uitstaande op Maria van Scooten. stijlo communi. Oorspr. ( Inv. no. 157 ). 368. 1564 februari 27. Landgifter en gezworenen van het Hof van Delft oorkonden, dat Adriaen Fyck en Maria Cristiaen Goudtsdochter, weduwe van Louris Pietersz. en grootmoeder van voornoemde Adriaen's echtgenote, met als voogd Pieter van der Goes, verkocht hebben aan Melis van Haeften, advocaat, een rente ten bedrage van 18 carolus gulden en 15 stuiver per jaar, te lossen met een hoofdsom van 300 carolus gulden en uitstaande op de helft van 16 morgen land, gelegen in Popsou onder het Hof van Delft. Oorspr. ( Inv. no. 440 ) met het doorsneden zegel in rode was van de landgifter. 369. 1564 juli 11. Adriaen Fyck Jacobsz., voogd van zijn echtgenote Geertgen Annendochter, Bartholomeus Bartholomeusz., brouwer, voogd van zijn echtgenote. Aeltgen Annendochter, alsmede mr. Aernt van der Goes, Pieter van der Goes, Andries van der Goes en Philips van der Goes oorkonden, dat zij hun goedkeuring verlenen aan het betalen van een lijfrente ten bedrage van 32 pond, 13 schelling en 4 groot per jaar, door hun grootmoeder Maritgen Corstiaen Goudtsdochter, weduwe van Louris Pietersz., kaaskoper, verkocht aan Anthonis Jacobsz. Verhouf, koopman te Amsterdam (Zie Reg. no. 363). Oorspr. ( Inv. no. 439.2 ) met het zegel in rode was van Pieter van der Goes. 370. 1564 juli 21. Philips enz. oorkondt, dat hij Christiaen van der Goes aangesteld heeft tot schout van Delft voor de termijn van 6 jaar en voor een pachtsom van 400 pond per jaar. te Bruessele. 3.20.09 Cousebant 237

Oorspr. ( Inv. no. 402 ) met het zegel in rode was van de oorkonder. 371. 1565 januari 10. Schout en schepenen van Utrecht oorkonden, dat Ghysbert Splinterssoen van Nyenrode en zijn echtgenote Adriana Jan Helmichsdochter meester Cornelis Cornelissoen, organist, aangesteld hebben tot voogd over Gerrit Eernstensoen, zoon van wijlen Eernst Corneliszoen en wijlen Elysabeth Thomas Gerritssoensdochter, in verband met een op zijn ouders rustende rente ten bedrage van 24 carolus gulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 400 carolus gulden. Oorspr. ( Inv. no. 542 ). Het grootzegel van de stad Utrecht is verloren. 372. 1565 februari 11. Anthoenys van Aemstell van Mynden, heer van Cronenborch, en Gysbert van Lantscroon enerzijds, en Frederick van Rodenborch en Joost Snoey (of Snue) anderzijds, oorkonden als "maecxmannen en hylicxluyden", dat Gheridt van Ratynghen, raadsman bij het Hof van Utrecht, en Theodorica van Rodenborch huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. stilo Traiectensis. Afschrift van ca. 1560 ( Inv. no. 547 ). Ondertekend door de zes bovenvermelde personen, alsmede door "yck Derick van Rodenborch". 373. 1565 april 26. Het gerecht van Amsterdam oorkondt, dat aan Heeze Willemsz., eiser, toestemming wordt verleend tot het gebruik van een pad, lopend naar de wetering, ten nadele van Adriaen Gerritsz., gedaagde. Oorspr. ( Inv. no. 713 ). 374. 1565 mei 22. Burgemeesters, schepenen en raad van Antwerpen oorkonden, dat zij Jacques de Petra Viva gelasten aan Jacob Roelants "die men heet van Deventer" het verschuldigde bedrag van 670 carolus gulden uit te betalen krachtens hun uitspraak van 12 september 1564. Oorspr. ( Inv. no. 971 ). Het zegel van de stad Antwerpen is verloren. 375. (1565 vóór oktober 1). Jehanne Naturel, weduwe van Henry de l'Espinee, ontvanger van het graafschap Namur, verzoekt aan koning Philips om Philibert de Bruxelles, lid van de Geheime Raad, alsmede Gilles de Clerhage en Pierre Butkens, leden van de Rekenkamer van Brabant, in hun hoedanigheid van plaatsvervangende commissarissen voor Simon Renard en Roland Longin, te gelasten de meeste spoed te betrachten in het reeds 17 jaar durende geschil tussen haar en de hertog van Arschot. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 1124 ). 376. 1565 oktober 1. Philips enz. gelast aan Philibert de Bruxxelles, lid van de Geheime Raad, alsmede Gilles Clerhaghe en Pierre Butkens, leden van de Rekenkamer van Brabant, om naar aanleiding van het rekest van Jehenne Naturel, weduwe van Henry de l'Espinee, haar geschil met de hertog van Arschot snel in behandeling te nemen. (Zie Reg. no. 375). du bois de Segovia. Oorspr. ( Inv. no. 1124 ). Recepta le XVde novembre l'an 1565. Eigenhandig getekend door de koning. 377. 1566 januari 28. Franciscus filius de Delff, notaris te Amsterdam, instrumenteert ten overstaan van mr. Marten Jansz, "doctoir in medicinen", en mr. Jacob van Loeven, "cirurchyn", dat Niese Jacob Janszoonsdochter, begijn op de Hof te Amsterdam, haar testament heeft gemaakt, waarbij onder meer tot haar erven aanstelt haar zusters Baerte, Lysbeth, Alydt en Anna. Oorspr. ( Inv. no. 987 ) met notarismerk. 378. 1566 februari 10. Martin Jansz., medicijn te Amsterdam, oorkondt, dat hij aanvulling geeft op het testament van Nies Jacobsdochter, begijn op de Hof, van 28 januari 1566 (Zie Reg. no. 377). Oorspr. ( Inv. no. 987 ). 379. 1566 juli --. 238 Cousebant 3.20.09

Philips enz. oorkondt, dat de vrije prebende van Sint Nicolaas in Antiqua Lemmaria toegekend moet worden aan de iuvenis Arnoldus ab Haula Eelconis filius, komende van wijlen Johannis Harmanni. in oppido (nostro Leuwaer) diensi. Oorspr. ( Inv. no. 1112 ) met het zeer zwaar geschonden zegel in rode was van de oorkonder. 380. 1566 juli 29. Philips enz. oorkondt, dat hij de vrije prebende van Sint Nicolaas in Antiqua Lemmaria toegekend heeft aan de iuvenis Arnoldus ab Haula Eelconis filius, clericus, komende van wijlen Johannis Harmanni. in oppido nostro Leuwaerdiensi. Oorspr. ( Inv. no. 1112.1 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 381. (1566) augustus 2(?). Maximilianus Morillionus, proost en aartsdiaken van Sint Marie te Utrecht, oorkondt, dat de prebende in de kerk van Oldelemmer, vallende onder de jurisdictie van Stellingwerff Westeynde en vacerende vanwege het overlijden van Johannes Hermannus, toegekend moet worden aan Arnoldus ab Haula, clericus van het bisdom Utrecht. --- vigesima mensis augusti. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 1112.1 ). 382. 1566 september 4. Schepenen van Sinct Adolphslant, anders genoemd Oeltgesplate, oorkonden, dat de erfgenamen van Quiryn Hugez. hun goedkeuring hechten aan de verkoop van omtrent 8 gemeten land, gelegen in de polder van Den Bommel, door Phillip Yemansz. aan Marinus Willemsz. te Zierikzee (Zie Reg. no. 365). Oorspr. ( Inv. no. 782.2 ) met de zegels van de beide schepenen. 383. 1566 oktober 29. Theodoricus filius Walteri, notaris te Amsterdam, instrumenteert, dat Jacob Corneliszoon, raad van de stad Aemstelredamme, en zijn echtgenote Griete Gerytsdochter hun testament hebben gemaakt. Oorspr. ( Inv. no. 101 ) met notarismerk. 384. 1566 november 29. Philips, koning van Castillien enz., gelast mr. Christiaen van der Goes te Delft en Heynrick Aemen om ter dagvaart te verschijnen voor stadhouder en leenmannen van de grafelijkheid van Holland ter voortzetting van het proces tussen hen als opvolgers van wijlen Louris Pieters en wijlen Aem Heyndrycxz. met als medeprocesgenoot wijlen Adriaen Jacobs als gedaagden enerzijds en Cornelis Herweyer, koopman te Delft, als opvolger van wijlen zijn vader Anthonis Herweyer, en Floris van Oije als eisers anderzijds, inzake de verdeling van zekere leengoederen van de grafelijkheid van Holland. in onser stadt van Mechelen. Afschrift van een afschrift van ca. 1569 ( Inv. no. 727 ). 385. 1566 december 9. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Dirick van Foreest, geassisteerd met zijn moeder Margriete Willemsdochter, weduwe van mr. Pieter van Foreest, met als voogd Jacob van Heussen, enerzijds, en Elijzabeth Jansdochter, geassisteerd met haar natuurlijke vader en voogd Jan Louw Adriaenszoon, neef van mr. Rieuwaert Tapper te Enkhuizen, anderzijds, huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 156 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 386. (1566). Het Hof van Friesland oorkondt, dat het vonnis heeft gewezen in de zaak tussen meester Eelko van der Haule als vader van Arent, klerk van het bisdom Utrecht, eiser en gedaagde enerzijds, en Peter Hanne Lobbes en Marten Tyarcxz. als gevolmachtigden van de bewoners van Oldelemmer anderzijds, betreffende het recht van collatie voor het Sint Nicolaes en Anthonisleen in de kerk van Oldelemmer. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 1112.1 ). 387. 1567 april 17. Dirick Volckharts Coornhert, notaris te Haarlem, oorkondt ten overstaan van een schepen en de tresorier van Haarlem, dat Cornelis van Berckenrode en Adriaen van Berckenrode voor een ieder schuldig zijn aan hun broeder Zybrant van Berckenrode het bedrag van 1666 gulden, 13 stuiver en 5 penning alsmede het bedrag van 90 gulden. Oorspr. ( Inv. no. 361 ). 3.20.09 Cousebant 239

388. 1567 september 4. Philips, koning van Castillien enz., oorkondt ten overstaan van leenmannen van Holland, dat hij Anna van Renoy, met als voogd haar echtgenoot mr. Christiaen van der Goes, schout van Delft, beleend heeft met het huis en 10 hont land, genoemd de Cloot, alsmede met de hoge en lage heerlijkheid van Spyck krachtens het testament van haar vader mr. Gerryt van Renoy, heer van Spyck en eerste rekenmeester van Holland van 2 januari 1567 (1566 stilo Delphico). Gegheven in den Haeghe. Oorspr. ( Inv. no. 682 ) met het zegel in rode was van de Leenkamer van Holland. 389. 1567 september 9. (Philips enz.) oorkondt, dat de Grote Raad uitspraak heeft gedaan in verschillende processen, lopende tussen de gemene ingelanden van Kennemerland en West-Friesland enerzijds en de magistraat van Edam en de ingelanden van verscheidene plaatsen in de Zaanstreek, Waterland, Kennemerland, West- Friesland en Drechterland anderzijds, betreffende de aanleg van een sluis in de haven van Edam en andere waterwerken krachtens oktrooi van 17 december 1544 met commissie van 21 juli 1565 ter verbetering van de waterhuishouding. te Bruessele. Afschrift van een afschrift van ca. 1569 ( Inv. no. 1103 ). In dorso de aant.: Nopende dat de sluisen tot Eedam, Nieuwendam ende Assendelft nyt meer in maer alleen uuytwateren en zullen. 390. 1567 oktober 15. Schepenen van Middelburg oorkonden, dat Ingel Meertsz., parochiaan in Westmonster, zich borg stelt voor de betaling van een rente ten bedrage van 20 schelling Vlaams per jaar, te lossen met de penning 16, ten behoeve van Merten Cornelisz., vleeshouwer. Oorspr. ( Inv. no. 995.3 ) met de zegels van de drie schepenen. Met een transfix van 1601 en een transfix van 1605. 391. 1568 januari 10. Aelbrecht van Loo, raad en gecommitteerde van de keizerlijke domeinen en financien, oorkondt, dat hij als medetestator van mr. Gerardt van Renoy en zijn echtgenote Anna de Potis volmacht verleent aan Gerardt Doedez., procurator voor het Hof van Holland, en mr. Adriaen Numan, eerste rekenmeester van Holland. 1567 stilo curiae Hollandiae --. Gedaen binnen Brussel. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 442 ). 392. 1568 februari 14. Schepenen van Middelburg oorkonden, dat Pieter Jansz. Bonte te Noortmonster, Luevis (of Luenis) Pietersz. te Westmonster en Simon Jacobsz. van het klooster Galissien als gevolmachtigden van de gemene armen van Middelburg zich borg stellen voor Mattheeus Maureysz. te Westmonster vanwege diens aankoop van 1 gemet en 50 roeden land onder Popkensburch. 1567 naer Hollandt. Oorspr. ( Inv. no. 871 ) met de iets geschonden zegels van de drie schepenen. 393. 1568 februari 16. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Anthonis Claesz., geassisteerd met zijn oom en voogd Jacob Cornelisz., enerzijds, en Gheert Jansdr., geassisteerd met haar ouders Jan oom Jansz. en Haes Claesdochter, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 133 ) met de zegels in bruine was van de beide schepenen. Het zegel van de eerste schepen is zwaar geschonden. 394. 1568 februari 18. Herman Proost, notaris, gelast op verzoek van mr. Adriaen Numan, eerste rekenmeester van Holland, tevens gevolmachtigde van Aelbrecht van Loo, commies van de financien te Brussel, beide testators van Anna de Potis, aan mr. Christiaen van der Goes, schout van Delft, naar Den Haag te komen vanwege de verdeling van haar roerende goederen in zijn hoedanigheid van medeerfgenaam en medevoogd. stilocommuni --- te Delft. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 442 ). 395. 1568 februari 19. 240 Cousebant 3.20.09

Herman Proost, notaris, instrumenteert, dat hij ten overstaan van schepenen van Den Haag op verzoek van testators van Anna van Renoy geinspecteerd heeft de roerende goederen van wijlen haar echtgenoot mr. Gerardt van Renoy, heer van Spyck, aan wezig in een huis aan de Spoyestraete, met het oog op een verdeling bij blinde lotinge. stilo communi. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 442 ). 396. 1568 februari 19. Herman Proost, notaris, gelast op verzoek van testators van Anna de Potis aan Gerardt van Renoy, heer van Spyck, mr. Willem Muys en Margrete van Renoy, weduwe van Pasquyer Denlis, naar Den Haag te komen vanwege de verdeling van haar roerende goederen in hun hoedanigheid van medeerfgenamen. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 442 ). 397. 1568 februari 19. Herman Proost, notaris, gelast op verzoek van testators van Anna de Potis aan mr. Johan van Delfhout, advocaat, naar Den Haag te komen vanwege de verdeling van haar roerende goederen in zijn hoedanigheid van medevoogd. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 442 ). 398. 1568 juni 9. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Cornelis Janszoen, olieslager, overgedragen heeft aan zijn zoon meester Jan ten behoeve van zijn opleiding tot het priesterschap een rente ten bedrage van 25 carolus gulden per jaar, uitstaande op Cornelis Hillebrantsz., houtkoper. Oorspr. ( Inv. no. 240 ) met de zegels van de beide schepenen. Het zegel van de tweede schepen is geschonden. 399. 1568 juni 12. Nicolaus, bisschop van Haarlem, oorkondt, dat magister Johannes Cornelii uit Amsterdam toegelaten kan worden tot de Heilige Wijdingen op grond van zijn inkomen van 25 carolus gulden per jaar. Oorspr. ( Inv. no. 240.1 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 400. 1568 juni 12. Nicolaus, bisschop van Haarlem, oorkondt, dat hij magister Johannes Cornelii uit Amsterdam de kruinschering heeft toegediend. Oorspr. ( Inv. no. 240.1 ) met het zwaar geschonden zegel in rode was van de oorkonder. 401. 1568 juni 12. Nicolaus, bisschop van Haarlem, oorkondt, dat het inkomen van magister Johannes Cornelii nimmer van hem kan worden vervreemd. Oorspr. ( Inv. no. 240.1 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 402. 1568 oktober 4. Philips enz. oorkondt, dat het Leenhof van Holland het proces zal voortzetten tussen Coornelis Herweyer, koopman te Delft, opvolger van wijlen zijn vader mr. Anthoenis Herweyer, en Florys van Oye te Leiden als eisers enerzijds en mr. Christiaen van der Goes, schout van Delft, als opvolger van wijlen Laurys Pietersz., en Heynryck Aemsz. als opvolger van Aem Heynrycxsz. als gedaagden anderzijds. In den Haghe. Afschrift van 16 juli 1569 ( Inv. no. 727 ). 403. 1568 oktober 14. Schepenen van de parochie en heerlijkheid van Onze Lieve Vrouwenpoldre benoorden der Vere oorkonden, dat Adriaen van Campen te Middelburg overgedragen heeft aan Bruninck van den Wijngaerde ¼ deel van verschillende landen, schorren, dijk- en gorsettingen. Oorspr. ( Inv. no. 1028 ). De zegels van de drie schepenen zijn verloren. 404. 1568 december 27. Schepenen van Den Haag oorkonden, dat Pieter Jansz. Updam, bode, voor zijn echtgenote Machtelt Gerytdochter, Willem Cornelisz. voor zijn echtgenote Dignum Gerritsdochter, Jacob Deijm, voogd van het weeskind Willem Cornelisz. te Dordrecht, Philips Gerytsz., Geryt Geritsz. en Gysbrecht Quirijnsz. voor zijn echtgenote Gerritgen Gerritsdochter te Delft, allen erfgenamen van Margriete Willem 3.20.09 Cousebant 241

Deymendochter, overgedragen hebben aan meester Cornelis Duyst een losrente ten bedrage van 19 carolus gulden en 4 stuiver per jaar, deel uitmakende van een losrente ten bedrage van 60 carolus gulden per jaar. Oorspr. ( Inv. no. 377.1 ) met de zegels, van de beide schepenen. 405. 1569 januari 7. Jacobus Wij Nicolai, pastoor en "cureijt personaer" van de Grote Begijnhof te Haarlem, oorkondt ten overstaan van Jan Jacobz. en mr. Willem Cornelisz Ban, anders genoemd Dominus Johannes Jacobi, presbyter, en Magister Guilielmus Ban, presbyter, beide kapelaans, dat de gezusters Maritgen Pietersdochter van Foreest en Guertgen Pietersdochter van Foreest, begijnen, hun testament hebben gemaakt. Oorspr. ( Inv. no. 149 ). Het opgedrukt zegel van de pastoor is verloren. 406. 1569 februari 1. Schout en schepenen van Limmen oorkonden, dat Willem Jacopsz., Claes Willemsz. en Arian Woutersz., inwoners van Limmen, op verzoek van de hoofdluiden van Sint Aechtendijck verklaard hebben, dat het schouwen van hun deel van de dijk steeds is geschied door schout en schepenen van Limmen in hun hoedanigheid van dijkgraaf en heemraden. Oorspr. ( Inv. no. 1103 ) met het opgedrukt zegel van de schout. 407. 1569 februari 3. Burgemeesters, schepenen en raad van Beverwijk oorkonden, dat Ghijsbrecht Jansz., Willem Jansz., Gerit Outgersz., poorters en oud-heemraden van Sinte Aechtendijk, alsmede Cornelis Claesz., poorter en oud-ingelande van Wijcbroick onder Sinte Aechtendijck, onder ede hebben verklaard, dat de schout van Wijck op 't Zee altijd dijkgraaf van Sinte Aechtendijck is geweest. naer 't gemeen scrijfven. Oorspr. ( Inv. no. 1103 ). Het opgedrukt zegel van de stad Beverwijk is verloren. 408. 1569 vóór februari 8. De schout van Wijckerduyn met de heemraden van Wyck binnen, schout en schepenen van Eemskerck, van Uuytgeest, van Castricum, van Limmen en van Baccum, Nicolaes, heer van Assendelft, als heer van Eemskerck en Castricum, de abt van Egmondt, de gravin van Arenberge en de voornoemde heer van Assendelft als grootste ingelande alsmede de overige gemene ingelanden en onderhoudsplichtigen van de Sint Aechtendyck verzoeken aan het Hof van Holland de keur van 27 november 1568, die volmacht verleende aan Sebastiaen Craenhals, dijkgraaf, en aan de heemraden en waterschappen van de Uytwaterende Sluisen van Kennemerlandt en West Vrieslandt hen te verplichten de dijk binnen vier maanden te verzwaren of van achterdijken en kaden te voorzien ter voorkoming van een doorbraak en het afvloeien van water op de binnenmeren, alsmede tot het doen uitvoeren van andere maatregelen, voorlopig buiten werking te stellen als zijnde in strijd met het privilegie van 12 maart 1455, door Philips de Goede verleend aan de gemene onderzaten van Kennemerlandt en Kennemervolch, hetwelk het recht van keur en schouw voorbehield aan rekestranten. 1568 stilo curiae. Oorspr. ( Inv. no. 1103 ). 409. 1569 februari 12. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Willem van Foreest Pieterszoon, geassisteerd met zijn moeder Margriete Willemsdochter, weduwe van mr. Pieter van Foreest, burgemeester van Haarlem, met als voogd haar zoon Dirick van Foreest, en met zijn zwager Pieter Sasbout, oud-burgemeester van Delft, enerzijds, en Maritgen Cornelisdochter, geassisteerd met haar moeder Duve Jansdochter, weduwe van Cornelis Thijmanszoon, raad te Haarlem, en met haar broeder en voogd Thijman Corneliszoon, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. 1568 naer 't scrijven deser voorsz. stede. Oorspr. ( Inv. no. 167 ) met de zegels van de beide schepenen. 410. 1569 februari 17. Heemraden van de Uitwaterende Sluizen van Kennemerland en West-Friesland oorkonden, dat zij Sebastiaen Craenhals, dijkgraaf, en mr. Gerardt van der Nyenburch, rentmeester, gelast hebben voor het Hof van Holland van antwoord te dienen op het rekest van de inwoners van Westsaenen, de heer 242 Cousebant 3.20.09

van Assendelft en schout en schepenen van Heemskerk als onderhoudsplichtigen van de Sint Aechtendijck. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 1103 ). 411. 1569 maart 9. Wijbe Pietersz. Ens te Franeker oorkondt ten overstaan van Andries Winsum, notaris, dat hij verkocht heeft aan zijn zuster Hille Pietersdochter een rente ten bedrage van 5 goudgulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 145 goudgulden en rustende op een zathe te Huijns, genoemd het Heijlige Land. Oorspr. ( Inv. no. 988 ). Deze rente was bij akte van 26 juli 1548 door Sijbrant en Georgen van Roorda verkocht aan hun ouders Pieter Ghijsbertz. Ens en Jeske Sijverdtsdochter. 412. (1569) maart 16. Sybrant van Berkenroe bericht aan mr. Jan van der Goude de jonge, advocaat te Den Haag, over de presentatie van zijn partij in de zaak tussen ingelanden en gedaagden betreffende het onderhoud van de Sint Aechtendyecke. Oorspr. ( Inv. no. 1103 ). In dorso de aant.: Upten VIIIen --- hebbe ick Treslonge, advocaet, deese missive geleent ende voorgelesen, daer --- mede dunct --- te wesen deese praesentie te doen. 413. 1569 juli 11. De grietman van Baerderadeell oorkondt, dat hij zijn goedkeuring verleent aan de verkoop van een rente ten bedrage van 5 goudgulden per jaar (Zie Reg. no. 411). Oorspr. ( Inv. no. 988 ). 414. 1569 juli 17. Reynerus Asperen, abt, Godefridus Silvius, oude prelaat, Joannes Knuppel, prior, Harmannus Hasselt en Anthonis Traiectensis, senioren en kapittelheren van de ubaly Mariengaerde, oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Wibbe Lubbertsdr., weduwe van Jan van Steenwyck, burgemeester van Doccem, een rente ten bedrage van 28 goudgulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 400 goudgulden na een termijn van 5 jaar en rustende op een zathe te Hijum. Afschrift van 1578 door Harges ( Inv. no. 1113 ). 415. 1569 september 24. Philips, koning van Castillien enz., oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen als graaf van Holland en heer van Asperen, dat hij Aernt van Renoy, baljuw van Schiedam, beleend heeft met de goederen van zijn ouders mr. Geraerdt van Renoy, heer van Spyck en eerste rekenmeester, en Anna de Potis. Oorspr. ( Inv. no. 718 ) met het zwaar geschonden zegel in rode was van de Leenkamer van Holland. 416. (1569 na oktober 13). Henderick Joesten, echtgenoot van Dieuer Calen, docter, verklaart, dat hij ontvangen heeft van Cornelis Janssen het bedrag van 120 carolus gulden. Oorspr. ( Inv. no. 238 ). 417. 1569 november 3. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Jan Martynszoon, doctor in de medicijnen, overgedragen heeft aan Sybrant van Berckenroede als man en voogd van Macktelt van Huessen een huis met erf in de Smeedestrate bezwaard met een hypotheek ten bedrage van 435 carolus gulden ten name van Jan Thaemsz., drapenyerder. Oorspr. ( Inv. no. 747 ) met de zegels van de beide schepenen. 418. 1570 februari 25. Schepenen van Middelburg oorkonden, dat de erfgenamen van Jasper Lievensz. van Hogelande, de erfgenamen van Jaspar Eeuwoutsz. van Hoogelande en de erfgenamen van Marie van Hogelande Lievensdochter, allen tevens erfgenamen van mr. Balthasar Lievens van Hoogelande, enerzijds en Cornelis van Zoutelande en de overige erfgenamen van Marie Plumerus, dochter van mr. Baltazar, anderzijds zich borg stellen voor Anthuenes Mathys vanwege diens aankoop van 2 gemeten en 37 roeden land te Oosterzouburch. 1569 stilo curiae. Oorspr. ( Inv. no. 868.2 ) met de zegels van de drie schepenen. 3.20.09 Cousebant 243

Met een transfix van 26 april 1575 (Reg. no. 465). 419. 1570 april 20. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Kathryn Claesdochter, weduwe van Jacob Meynaertsz., houtzager, met als voogd haar zoon Claes Jacobsz., metselaar, overgedragen heeft aan Jacob van Assendelft een huis met erf in de Achtercamp. Oorspr. ( Inv. no. 737 ) met de zegels van de beide schepenen. Het zegel van de eerste schepen is geschonden. 420. 1570 mei 29. Franciscus filius Nicolai de Delff, notaris en secretaris van Amsterdam, instrumenteert, dat Florentius Martini (van Alckemade), Jodocus Zybrandi Buyck en Jacobus filius Cornelii (Hulft), burgemeesters van Aemstelredam, als collators van de parochiekerk van Aemstelreveen ten overstaan van Symon filius Martini en onder het getuigenis van Johannes Parsyn, priester en curator van de kerk van Sloten, en Ambrosius Johannis, stadsroedendrager, tot pastoor voorgedragen hebben magister Johannes filius Cornelii, priester te Amsterdam, vanwege de vacature ontstaan door het overlijden van magister Henricus filius Michaelis, priester. Oorspr. ( Inv. no. 241.1 ) met notarismerk. 421. 1570 juni 5. Joost van de Werve, baljuw van Den Briel en het Land van Voorne, enerzijds, en Philips de Stoppelare ten behoeve van zijn echtgenote Barte van de Werve anderzijds, oorkonden ten overstaan van Huych Jans van Lichtenburch, schout van de Nijeuwenhoorn, Lenert Cornelisz., baljuw en bode van Voorne, en Jan de Langue, klerk van de secretaris van Den Briel, dat zij een boedelscheiding hebben aangegaan van de nagelaten goederen van hun zuster Marie van de Werve, echtgenote van Wolfaert van Borssele. Oorspr. ( Inv. no. 457 ). 422. 1570 juni 9. Cunerus Petri, bisschop van Leeuwarden, Gerbrandus Leovardiensis, Johannes de Witte, Regnerus Asperen, Johannes Knuppel, Hermannus Hasselt, Anthonius Traiectensis, Lambertus Grollis en Thomas Groningensis, kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden, oorkonden, dat zij het bedrag van 1679 goudgulden en 14 stuiver, verschuldigd aan Ryoert Obbe en zijn kinderen te Leeuwarden in verband met de verkoop van een rente in het jaar 1558 ten bedrage van 108 ½ goudgulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 1571 goudgulden na een termijn van 5 jaar, zullen voldoen op Jacobi 1570 en 1571. Afschrift van 1578 door Harges ( Inv. no. 1113 ). 423. 1570 juli 1. De officiaal van het aartsbisdom Utrecht oorkondt, dat hij op voordracht van Florentius Martini (van Alckemade), Jodocus Zibrandi Buyck en Jacobus filius Cornelii (Hulft), burgemeesters van Amsterdam, zal benoemen tot pastoor van Amstelreveen Joannes filius Cornelii, priester, vanwege het overlijden van magister Henricus filius Michaelis, en dat een ieder zijn bezwaren mag kenbaar maken. Oorspr. ( Inv. no. 241.2 ) met het zegel van de oorkonder. 424. 1570 juli 21. De officiaal van het aartsbisdom Utrecht oorkondt, dat hij op voordracht van Florentius Martini (van Alckemade), Jodocus Zibrandi Buyck en Jacobus filius Cornelii (Hulft), burgemeesters van Amsterdam, aangesteld heeft tot pastoor van Amstelreveen Joannes filius Cornelii vanwege het overlijden van magister Henricus filius Michael. feria sexta ante festum beate Marie Magdalene. Oorspr. ( Inv. no. 241.3 ). Het zegel van de oorkonder is verloren. 425. 1570 december 4. P. Brecker, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij als verschuldigde pacht ontvangen heeft van Wilcke te Balckeynde het bedrag van 25 goudgulden en 1 daalder. Afschrift van 23 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 426. 1570 december 17. Philips enz. oorkondt, dat hij de aanstelling van Christiaen van der Goes tot schout van Delft heeft 244 Cousebant 3.20.09

verlengd. te Antwerpen. Oorspr. ( Inv. no. 402.3 ) met het zegel in rode was van de oorkonder. Tevens nog een afschrift van een afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 405 ). 427. 1570 (z.d.) Philips, koning van Castillien enz., oorkondt ten overstaan van leenmannen van Overijssel, dat hij Goert van Reede beleend heeft met verscheidene met name genoemde goederen in Twente, komende van Adriaen van Reede. Oorspr. ( Inv. no. 360 en no. 551). Eventuele zegels zijn verloren gegaan. 428. 1571 april 9. Christiaen van der Goes Adriaens oorkondt onder borgstelling van mr. Pieter van der Meere, advocaat voor het Hof van Holland, en Philips van der Goes, dat hij zijn ambt van schout van Delft getrouw zal waarnemen overeenkomstig zijn commissie van 7 december 1570. stilo curiae Hollandiae vóór Paesschen --- 1570. Authentiek afschrift van 1571 ( Inv. no. 403 ). 429. 1571 mei 27. Joannes Crispinus en Theodorus Beza verklaren, dat Wernerus Helmichius te Geneven heeft gestudeerd. Oorspr. ( Inv. no. 519 ). 430. 1571 juni 2. Het Hof van Holland oorkondt, dat de aanklacht van mr. Christiaen van der Goes, schout van Delft, eiser namens zijn echtgenote Anna van Renoy, dochter van wijlen Geryt van Renoy, eerste rekenmeester van Holland en heer van Spyck, alsmede namens de uitvoerders van het testament van zijn schoonvader, tegen Gerrit Renoy, heer van Spyck, gedaagde, niet ontvankelijk is verklaard. Oorspr. ( Inv. no. 683.1 ). Gehecht aan verzoekschrift. 431. 1571 juni 25. Philips Willem van Nassau, graaf van Bueren, Leerdam enz., oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, dat hij Loef van der Haer erfelijk beleend heeft met 2 morgen land te Overboycop, gelegen in de 15e weer. in onser stede Leerdam. Oorspr. ( Inv. no. 1022 ) met het zwaar geschonden zegel in rode was van de oorkonder. 432. (1551 tussen juni 2 en juli 7). Christiaen van der Goes, schout van Delft, verzoekt namens zijn echtgenote Anna van Renoy als erfgename van haar vader mr. Geraert van Renoy, heer van Spyck enz., aan de Grote Raad te Mechelen om herziening van de uitspraak van het Hof van Holland van 2 juni 1571, waarbij ingevolge het testament van haar vader het Huis en de heerlijkheid van Spijk werden toegewezen aan zijn zwager Gerrit Renoy (Zie Reg. no. 430). Oorspr. ( inv. no. 683.1 ). 433. 1571 juli 7. Philips enz. oorkondt, dat hij op verzoek van Christiaen van der Goes het Hof van Holland alsmede Gerrit van Renoy heeft gedagvaard voor de Grote Raad te Mechelen om de uitspraak van 2 juni 1571 te herzien (Zie Reg. no. 430). Gegeven in onser stede van Mechelen. Oorspr. ( Inv. no. 683.1 ). aangehecht charter 434. 1571 oktober 18. De secretaris van Delft oorkondt, dat mr. Cristiaen van der Goes, schout en officier, ingevolge een beschikking van burgemeesters zal ontvangen het bedrag van vijf maal 60 pond Vlaams vanwege de zorg voor de veiligheid in de stad gedurende de periode van kerstmis 1566 tot kerstmis 1571. Afschrift van ca. 1580 door de stadssecretaris Van der Meer ( Inv. no. 405 ). Tevens nog een afschrift van 9 mei 1581 door P. van der Borch, notaris ( Inv. no. 405 ). 435. 1571 november 18. De secretaris van Delft oorkondt, dat mr. Cristiaen van der Goes, officier, ingevolgde een beschikking 3.20.09 Cousebant 245

van burgemeesters zal ontvangen het bedrag van 100 pond Vlaams per jaar met de opdracht op gedurende drie jaar met zijn dienaars bij dag vagebonden en bedelaars uit de stad te houden en 's nachts toezicht uit te oefenen op de logementen en de wacht waar te nemen. Afschrift van ca. 1580 door de stadssecretaris Van der Meer ( Inv. no. 405 ). Tevens nog een afschrift van 9 mei 1581 door P. van der Borch, notaris ( Inv. no. 405 ). 436. 1571 december 29. Hadrianus Steinvordus, notaris te Haarlem, instrumenteert, dat Dirick van Poreest en zijn echtgenote Elysabeth Jansdochter, poorters van Haarlem en wonende te Ooltgensplaat, hun testament hebben gemaakt. Oorspr. ( Inv. no. 158 ) met notarismerk. 437. 1572 maart 29. Philips enz. oorkondt, dat hij het beroep van Geraert van Renoy en mr. Willem Muys voor zijn echtgenote Margriete Denlis op de Grote Raad vanwege een uitspraak van het Hof van Holland tot hun nadeel in een proces tegen mr. Xristiaen van der Goes, schout van Delft, als heer van Spyck voor zijn echtgenote Anna van Renoy en als voogd van de nagelaten kinderen van zijn schoonvader mr. Gerrit van Renoy, eerste rekenmeester van Holland en heer van Spyck, inzake de uitvoering van diens testament en zijn echtgenote Anna de Potis niet ontvankelijk verklaart (Zie Reg. no. 430 en no. 432). 1571 vóór Paesschen --- te Mechelen. Oorspr. ( Inv. no. 683 ) met het zegel in rode was van de oorkonder. 438. (1572) augustus 20. Authentiek extract uit de notulen der Staten (Inv. no. 1084). De Staten van Holland, vergaderende te Haarlem, besluiten het schoutambt van Delft tot de volgende zitting te doen waarnemen door één der burgemeesters naar aanleiding van het voornemen van mr. Christiaen van der Goes om af te treden. Tevens nog een gelijktijdig afschrift hiervan ( Inv. no. 1084 ). 439. (1572 na augustus 20). Henrick Antonissz. van Meerhout en Wouter van Wyck, notarissen, geven akte van de bezwaren van mr. Christiaen van der Goes om het schoutambt van Delft te bekleden gedurende het tijdvak van 5 tot en met 20 augustus 1572. Oorspr. ( Inv. no. 404 ). Tevens nog een onvolledig afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 404 ). 440. (1572 augustus 25). Burgemeesters en regeerders van Delft verzoeken aan de Prins van Orangien enz., stadhouder van Holland, Zeeland Friesland en Utrecht, om Sasbout Beuckelsz. tijdelijk aan te stellen tot schout vanwege het aftreden van mr. Christiaen van der Goes. Oorspr. ( Inv. no. 1085 ). Met appointement van 25 augustus 1572, eigenhandig getekend door Guillaume de Naszau. 441. 1572 augustus 30. Burgemeesters en regeerders van Delft verzoeken aan mr. Christiaen van der Goes het schoutambt van Delft te blijven waarnemen tot mei 1573 onder het genot van een geldelijke tegemoetkoming. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 405 ). Tevens nog een afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 405 ); een afschrift van ca. 1580 door de stadssecretaris Van der Meer ( Inv. no. 405 ) en een afschrift van 9 mei 1581 door P. van der Bruch, notaris ( Inv. no. 405 ). 442. 1572 september 26. Cunerus Petri, eerste bisschop van Leeuwarden, alsmede kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden oorkonden, dat zij verpacht hebben aan Hendrick Hendrickz. en zijn echtgenote Ydts Popckedr., wonende op de Olde Leije, een zathe te Balckende onder Finckum voor de termijn van 5 jaar. Afschrift van 1579 door Harges van een afschrift door D. Mostart, secretaris van Rennenberg. ( Inv. no. 1113 ). 443. 1573 maart 30. Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden oorkonden, dat zij verpacht hebben aan Pieter Jansz. en zijn echtgenote Trijn Jacobsdr., wonende op der Leije, zekere percelen land, na 246 Cousebant 3.20.09

overdracht van de akte van 26 september 1572 door de vorige pachter en zijn echtgenote (Zie Reg. no. 442). Afschrift van 1579 door Harges van een afschrift door D. Mostart, secretaris van Rennenberg ( Inv. no. 1113 ) 444. 1573 juni 1. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Jan Floris Martszoonszoon enerzijds en Wessel Jacobszoon, mede als voogd voor meester Dirck Jacobszoon, priester, Yen Ghijsbertszoon als voogd voor zijn echtgenote Ael Jacobsdochter, Geryt Burchertsz. als voogd voor zijn echtgenote Gerburch Jacobsdochter alsmede voor Mary Jacobsdochter, begijn op de Ronde Hoff, anderzijds, allen erfgenamen van Griete Jacobsdochter, weduwe van Jan Floriszoon, een boedelscheiding hebben aangegaan van haar nagelaten goederen. Oorspr. ( Inv. no. 276 ) met de zegels in bruine was van de beide schepenen. 445. 1573 juli 15. Burgemeesters en regeerders van Delft besluiten de aanstelling tot schout voor mr. Christiaen van der Goes te verlengen met een wederzijdse termijn van opzegging van een maand. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 405 ). Tevens nog een afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 405 ) en een afschrift van 9 mei 1581 door P. van der Bruch, notaris ( Inv. no. 405 ). 446. (verm. 1573) september 30. Burgemeesters en regeerders van Delft verzoeken aan de heer van der Goes het schoutambt te blijven waarnemen tot een nadere overeenkomst. Afschrift van ca. 1580 door secretaris Van der Meer ( Inv. no. 405 ). 447. (1573). Ghysbrecht van Duvenvoorde, heer van Opdam, verzoekt aan de Prins van Oranje het banvonnis onder verbeurdverklaring van zijn goederen niet uit te spreken en hem uit zijn gevangenschap te ontslaan. Oorspr. ( Inv. no. 1056 ). Met appointementen van 2 en 3 november 1573. Deze vergunnen hem zich in een huis in Delft te vestigen 448. (1573). Jacob van Duvenvoerden, heer van Waermondt, Jacob, heer van Wingaerden, Aerent, heer van Duvenvoerde, Jan van der Does, heer van Noirtwyck, Adriaen van Mathenes, Adriaen van Swieten, Adriaen van der Does, Ghysbrecht van Wingaerden, Cornelis van Wingaerden, Jaspaer van Poelgeest en Daniel van den Boetzelaer, heer van Meruwen, verzoeken aan de Prins van Oranje om Ghysbrecht van Duvenvoerde, heer van Opdam, gratie te verlenen en uit zijn gevangenschap te ontslaan. Oorspr. ( Inv. no. 1056 ). 449. 1574 januari 7. Cunerus Petri, eerste bisschop van Leeuwarden, alsmede kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden enerzijds en Wilcke Meinnez. en zijn echtgenote Rints Taeckedr. anderzijds oorkonden, dat zij een pachtovereenkomst hebben aangegaan inzake zekere percelen kapittelland voor de termijn van 5 jaar. Afschrift van 1578 door Harges ( Inv. no. 1113 ). 450. 1574 januari 19. Wilhelmus Petri, notaris te Amsterdam, instrumenteert, dat Griete Gerytsdr., weduwe van Jacob Cornelisz., burgemeester van Amsterdam, haar testament gemaakt heeft, waarbij bepaald wordt, dat haar boedel niet mag vervallen aan de weesmeesters ingevolge het testament van 20 (dit is 29) oktober 1566 (Zie Reg. no. 383) en waarbij haar oudste zoon Cornelis Jacobsz., haar dochter Mary Jacobsdr. en een weesmeester worden aangesteld tot voogden en testators, mede voor haar onmondige kinderen Tiete, Anna en Geryt. Oorspr. ( Inv. no. 102 ) met notarismerk. 451. 1574 februari 15. Cunerus Petri, bisschop van Leeuwarden, alsmede senioren en kapittelheren van de kathedrale kerk van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden oorkonden, dat zij Matthys Heymans hebben aangesteld tot rentmeester over de kapittelgoederen op een borgsom van 1600 goudgulden en een 3.20.09 Cousebant 247

wedde van 200 Philipsgulden per jaar. Afschrift van ca. 1578 door Eemskerk ( Inv. no. 1113 ). Tevens nog een afschrift van ca. 1578 ( Inv. no. 1113 ). 452. 1574 juli 29. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Pieter Jansz. en zijn echtgenote Tryn te Fynckum het bedrag van 37 goudgulden en 17 ½ stuiver als halve pacht. Actum Leeuwerden. Afschrift van 21 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 453. 1574 augustus 6. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Wilcke Minnesz. het bedrag van 6 goudgulden, nog verschuldigd aan pacht door Evert Evertsz., en de bedragen van 3 en 25 goudgulden als pacht, Actum Leeuwaerden. Afschrift van 23 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 454. 1574 augustus 12. Adrianus filius Cornelii de Texel instrumenteert, dat Dirck van Heussen uit Haarlem, wonende te Alkmaar, zijn testament heeft gemaakt, waarbij hij een bedrag van 5000 carolus gulden legateert aan zijn neef Gerryt van Berckenroede, baljuw van Kennemerland. Oorspr. ( Inv. no. 369 ). 455. 1574 augustus 28. Cunerus Petri, eerste bisschop van Leeuwarden, senioren en kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden oorkonden, dat de termijn van lossing van een rentebrief van 17 juli 1569 (Zie Reg. no. 414) met 5 jaar is verlengd. Afschrift van 1578 door Harges ( Inv. no. 1113 ). 456. 1574 september 2. Gezworenen van de vijf ambachten oorkonden, dat zij op verzoek van de waterklerk of ontvanger uit naam van de dijkgraaf verkocht hebben aan Gillis Heyndricxsz. te Middelburg een perceel land te St. Mariekerke, komende van Andries Piersz. vanwege diens achterstallige waterpenningen over 1571 en 1572. Oorspr. ( Inv. no. 850 ) met de zegels van de vier gezworenen. Met een transfix van 12 november 1574 (Reg. no. 459). 457. 1574 september 11. M. Heymans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Wilcke Minnesz. het bedrag van 25 goudgulden, 26 stuiver en 1 oort als restant van halve pacht. Actum Leeuwarden. Afschrift van 23 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 458. 1574 oktober 16. Joannes Theodori Stekelwerf, notaris te Haarlem, instrumenteert, dat Wigger Claesz., brouwer, enerzijds en Margriete Pietersdr., geassisteerd met haar broeder en voogd Jan Pietersz. Deijman, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 2 ) met notarismerk. 459. 1574 november 12.(1572). Schepenen van Middelburg oorkonden, dat Gillis Heyndrixz., timmerman, overgedragen heeft aan Jacob Andries, kuiper, een perceel land te St. Mariekerke. Oorspr. ( Inv. no. 850 ) met de zegels van de drie schepenen. Getransfigeerd door de oorkonde van 2 september 1574 (Reg. no. 456). 460. 1574 december 10. Gezworenen van de vijf ambachten oorkonden, dat zij op verzoek van de waterklerk of ontvanger uit naam van de dijkgraaf verkocht hebben aan Jacob Andriesz., kuiper te Middelburg, een perceel land te Meliskerke, komende van de weduwe van Jan Pancraesz. vanwege diens achterstallige waterpenningen 248 Cousebant 3.20.09

over 1574 en voorgaande jaren. Oorspr. ( Inv. no. 851 ) met de zegels van de vier gezworenen. 461. 1574 december 25. Schepenen van Meliskerke oorkonden, dat Jacop Andriesz., kuiper, aangekocht heeft uit de desolate boedel van wijlen Tanne Huysmans zekere percelen land te Meliskercke en Mariekercke onder afstand van rechten van haar zoon Marynus Symonsz. te Vlissingen. Oorspr. ( Inv. no. 852 ) met de zegels van de drie schepenen. 462. 1575 januari 27. Gezworenen van de vijf ambachten oorkonden, dat zij op verzoek van de waterklerk of ontvanger uit naam van de dijkgraaf verkocht hebben aan Jacob Andries, kuiper, 2 percelen land te Grijpskerke, komende van Heyn Lauwereysz. en Huuge Mauwerys vanwege hun achterstallige waterpenningen over 1572. 1574 naer Hollandts. Oorspr. ( Inv. no. 847 ) met de zegels van de vier schepenen. 463. 1575 februari 5. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Ysbrant Jacobszoon, geassisteerd met Jan Vechterszoon, burgemeester van Amsterdam, enerzijds en Mary Jacobsdochter, geassisteerd met haar moeder Griete Gerytsdochter en haar broeder Cornelis Jacobuszoon als haar voogden, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 135 ) met de zegels van de beide schepenen. 464. 1575 februari 14. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat Ysbrant Jacobszoon ontvangen heeft van zijn schoonmoeder Griete Gerritsdochter zekere rentebrieven ter gelegenheid van zijn huwelijk met haar dochter Mary Jacobs. (Zie Reg. no. 463). Oorspr. ( Inv. no. 103 ) met de zegels van de beide schepenen. 465. 1575 april 26. Schepenen van Middelburg oorkonden, dat Anthuenis Mathysz., parochiaan in Noortmonster, overgedragen heeft aan Willem Pietersz. in Roosenburch 2 gemeten en 37 roeden land te Oosterzouburch onder akte van borgstelling. Oorspr. ( Inv. no. 868.1 ) met de zegels van de drie schepenen. Getransfigeerd door de oorkonde van 25 februari 1570 (Reg. no. 418). 466. 1575 juli 15. Schepenen van Brugge oorkonden, dat de erfgenamen van Ghyzebrecht de Sainct Hilaire overgedragen hebben aan Jan Busscop een huis aan de zuidzijde van de Reye tussen Sinct Jansbrugghe en 's Connincxbrugghe. hoymaendt. Afschrift van 11 mei 1576 ( Inv. no. 929 ). 467. 1575 (verm. juli). (Philips enz.) stelt aan de president en leden van de Raad van Friesland voor om het regulierenklooster van Onze Lieve Vrouw in Hascha op te heffen en de goederen en bescheiden beschikbaar te stellen aan de rentmeester van de kapittelheren van de dom te Leeuwarden. Afschrift van ca. 1578 door Eemskerk ( Inv. no. 1113 ). 468. 1575 augustus 25. Adam Pietersz., timmerman te Den Haag, oorkondt, dat Hij ontvangen heeft van mr. Christiaen van der Goes, schout van Delft, het bedrag van 18 stuiver voor het halen van elzen uit het Haegen Bosch ter afsluiting van het huis van de erfgenamen van mr. Gerrit Renoij, heer van Spyck, op het Spoye. Oorspr. ( Inv. no. 443 ). 469. 1575 september 10. Schout en schepenen van Utrecht oorkonden, dat Swaentgen Adriaen Janszoen Helmichsdochter, weduwe van Henrick die Cocken, afstand van rechten heeft gedaan op de nagelaten goederen van haar vader Adriaen Janssz. Helmich ten behoeve van haar broeders en zusters Splinter, Wermer, Willem Janszoen als echtgenoot van Jacobgen, en Annagen. 3.20.09 Cousebant 249

Oorspr. ( Inv. no. 495 ). Het grootzegel van de stad Utrecht is verloren. 470. 1575 september 11. Schepenen van Alkmaar oorkonden, dat Maritgen Dircxdr., weduwe van Adrian Ripprantsz., met als haar voogd Matheeus Gerrytsz., kwijtschelding verleent aan Ysbrant Louwisz. Wildeman voor de overdracht van een perceel land te Outdorp, genoemd de Drystal of 's Graeven Sluys. Oorspr. ( Inv. no. 1021 ) met de geschonden zegels van de beide schepenen. Met een transfix van 1595. 471. 1575 oktober 16. Bernt Coop, notaris bij het Hof van Utrecht, instrumenteert, dat Aeriaen van Renesse, heer van der Aa, ten overstaan van Willem van Rysenborch en Nicolaes van Renesse, leenmannen van de koning in Utrecht, zijn testament gemaakt heeft, waarbij hij aan zijn rechte leenvolger nalaat de huizen en heerlijkheden van der Aa en Aasteijn met de daartoe behorende goederen en rechten. Authentiek afschrift van 1586 ( Inv. no. 956 ). 472. 1575 november 23. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Pieter Claesz. van Hoorn, geassisteerd met zijn oom Aeriaen Pieterszoon van Hoorn, enerzijds en Machtelt Cornelisdochter, geassisteerd met haar zuster Marie Cornelisdochter, haar tante Engeltgen Symonsdochter, weduwe van Pieter Jan Ghysbrechtsz., en haar neven Willem Pouwelszoon, Pieter van Sonnevelt en mr. Frans van Nesse, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 191 ) met de zegels van de beide schepenen. Het eerste zegel is zwaar geschonden. 473. 1576 januari 2. Cunerus, eerste bisschop van Leeuwarden, alsmede kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden enerzijds en Gielis Cornelisz. en Aertgen Lenaertsdr. uit Onse Lieffrouwenprochie op der Bilt anderzijds oorkonden, dat zij een pachtovereenkomst hebben aangegaan voor ruim 597 penningen Billant en ruim 49 pondemaat Oudland, gelegen bij de nieuwe molen aan de Oude Dyck, voor de termijn van 5 jaar. Afschrift van 1578 door Harges ( Inv. no. 1113 ). 474. 1576 maart 5. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Goossen Gerritsz. van Harderwyck overgedragen heeft aan Sybrant van Berckenroede, Jacob Jacobsz., molenaar, Willem Cornelisz., molenmaker, en Lenert Zybrantsz., korenkoper, een molenwerf met het recht van de wind, erf en opstallen, gelegen buiten de Zylpoorte. Oorspr. ( Inv. no. 749 ) met het zwaar geschonden zegel van de eerste schepen. Het zegel van de tweede schepen is verloren. 475. 1576 maart 31. Everhardt van Tongeren, ambtman in het Sticht Utrecht voor de abdis en het kapittel van het wereldlijk sticht Essende, oorkondt ten overstaan van leenmannen van Essende, dat hij Helmich Splijtloff, minderjarige zoon van doctor Helmich Splijtloff, met als voogd Goerdt Splijtloff, beleend heeft met 1 ½ waar, genoemd Nielsguidt, gelegen in de vrijheid van Zwolle in de buurtschappen Assendorp en Middelwijck en komende van wijlen zijn voornoemde vader. Oorspr. ( Inv. no. 919.2 ) met het zegel van de oorkonder. 476. 1576 april 1. Joannes Theodori Stekelwerf, notaris te Haarlem, instrumenteert, dat Wigger Claesz., brouwer, en zijn echtgenote Margriete Pieters ten overstaan van meester Pieter Jansz. Codde, kapelaan, en heer Adriaen Gherritz. van Schorel, priester van de kathedraal, hun testament hebben gemaakt, waarbij zij hun huwelijksvoorwaarden van 16 oktober 1574 herroepen (Zie Reg. no. 458). Oorspr. ( Inv. no. 3 ) met notarismerk. 477. 1576 mei 10. Guillame van Hende oorkondt, dat hij uit naam van Jan Busscop verkocht heeft aan Willem van de Forreeste een huis aan de zuidzijde van de Speghelreye te Brugge. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 929 ). 250 Cousebant 3.20.09

478. 1576 mei 18. N.N., notaris te Den Haag, instrumenteert onder meer ten overstaan van Johan van Treslongh, dat Claes Hals, geboren te Haarlem, zijn testament heeft gemaakt, waarbij hij onder meer tot zijn erfgenaam aanstelt zijn moeder Jacopmine van Foreest. Afschrift van ca. 1585 ( Inv. no. 155 ). De tekst is deels vergaan door vocht. 479. 1576 mei 28. Schepenen van Amsterdam oorkonden, dat meester Jan van Teylingen, doctor in de medicijnen, enerzijds en Marye, nagelaten dochter van Lucas Meynertszoon, geassisteerd met haar voogd Gijsbert van Schadyck, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Afschrift van 4 februari 1581 door Bruyningh, notaris te Amsterdam ( Inv. no. 211 ). 480. 1576 augustus 25. Schepenen van Brugge oorkonden, dat Jan Busscop verkocht heeft aan Willem van de Forreeste en zijn echtgenote Marie Cornelisdochter een huis aan de zuidzijde van de Reye tussen Sinct Jansbrugge en 's Conincxbrugge, genoemd Den Rynck. Oorspr. ( Inv. no. 929.1 ) met de zwaar geschonden zegels in bruine was van de beide schepenen. 481. 1576 augustus 25. Schepenen van Brugge oorkonden, dat Jan Busscop en zijn echtgenote Anthonijne Massue overgedragen hebben aan Willem van de Forreeste een huis aan de zuidzijde van de Reije tussen Sint Jansbrugge en 's Koningsbrugge, genoemd Den Rynck. Oorspr. ( Inv. no. 929.2 ). De zegels in bruine was van de beide schepenen zijn nagenoeg verloren. 482. 1576 september 1. De Staten van Holland en Zeeland berichten aan de Staten-Generaal, dat zij een overeenkomst ter verdrijving van de Spanjaarden toejuichen, maar dat men op zijn hoede moet zijn voor het latente gevaar van de Spaanse tyrannie. tot Middelburch. Afschrift van ca. 1580 (Inv. 1091). 483. 1576 september 6. (De magistraat van Brugge) oorkondt, dat Willem van den Foreest filius Pieters, geboren te Aerlem, poorter der stad is geworden. Oorspr. ( Inv. no. 168.1 ). 484. 1576 september 8. De Staten-Generaal geven te kennen, dat zij een samenkomst wensen met de gouverneurs ter handhaving van de rust en eenheid in de Landen van Harwarsovere. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1091 ). 485. 1576 september 16. De vier leden van Vlaanderen en Roeulx, graaf van Vlaanderen, stellen voor om tot een accoord te geraken tussen Vlaanderen, Brabant en Henegouwen enerzijds en Holland en Zeeland anderzijds voor het aangaan van een pacificatie onder gehoorzaamheid des konings met handhaving van de Katholieke eredienst. binnen Gendt. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1091 ). 486. 1576 november 19. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Pieter Jansz. de bedragen van 37 goudgulden en 17 ½ stuiver en van 26 goudgulden en 24 stuiver als pacht en aflossing. Afschrift van 21 december 1578 door D. Nijenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 487. 1576 december 1. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Gielis Cornelisz. het bedrag van 4 goudgulden als restant en het bedrag van 30 goudgulden als halve pacht. Actum Leeuwaerden. 3.20.09 Cousebant 251

Afschrift van 22 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 488. 1577 januari 12. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Gielis Cornelisz. te Finckum het bedrag van 30 goudgulden en 14 stuiver als pacht. Actum Leeuwarden. Afschrift van 22 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 489. 1577 februari 9. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Tryn Jacobsdr., echtgenote van Pieter Jansz., het bedrag van 10 goudgulden als pacht en aflossing. Afschrift van 21 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 490. 1577 februari 9. Cunerus Petri, bisschop van Leewarden, alsmede Gerberandus Leovardiensis, Johannes Cluppel, Petrus de Coene, Harmannus Hasseltig, Antonius Traiectensis, Lambertus a Grollis, Joannes Noems en Reynerus Asperen, kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Margareta Merckdr. van Schoeten te Leeuwarden met als voogd doctor Gerryt Tretlum, advocaat bij het Hof van Friesland, een rente ten bedrage van 28 goudgulden per jaar, te lossen met een hoofdsom van 400 gulden na een termijn van 5 jaar, en rustende op een zathe te Jelsum met als meier Auck Oeges. Afschrift van 1578 door Harges ( Inv. no. 1113 ). Tevens nog een afschrift van ca. 1578 door C. Joupen ( Inv. no. 1113 ). 491. 1577 februari 18. De Prins van Oranje en de Staten van Holland en Zeeland brengen advies uit over de bepalingen van het Eeuwig Edict, gesloten tussen de Staten van de Landen van Herwaertsover en Don Johan van Oostenrijk. Middelburch. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). Vertaald uit het Frans. 492. 1577 april 1. Guillem van Nassau, prins van Oraingen enz., gelast de stadhouder en gedeputeerden van Noorthollant om de burgers van Amsterdam vanwege de satisfactie niet te hinderen in hun "commertie ende traffijcque". te Dordrecht. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1094 ). 493. 1577 april 5. Escovedo, secretaris, bericht aan de koning dat deze vertrouwen moet hebben in de aanstelling van Don Jehan tot landvoogd; en verder onder anderen dat de Prins van Oranges door het versterken van Sparendam de handel belemmert van Amsterdam. d'Anvers. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). 494. 1577 april 7. Don Jehan bericht aan Antonio Peres, secretaris, over de gang van zaken in de Nederlanden. de Louvain. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). 495. 1577 april 8. Escovedo bericht aan de koning, dat de verdachtmaking toeneemt, en dat de Prins d'Oranges een aanslag op de stad beraamt. l'Anvers. Afschrift van ca. 1580 (Inv. 1093). 496. 1577 april 15. Dirck van Foreest Pietersz. en Willem van Foreest Pietersz. enerzijds en oude Geertruyt van Foreest, 252 Cousebant 3.20.09

mede als testatrice van haar zuster Maria van Foreest, en Cornelia van Foreest met als gevolmachtigde voor hen beiden Jacobmina Pietersdr. van Foreest, alsmede Adriana van Foreest en jonge Geertruyt van Foreest anderzijds oorkonden ten overstaan van Wouter van Wijck, notaris te Delft, dat zij een boedelscheiding hebben aangegaan van de nagelaten goederen van hun ouders mr. Pieter van Foreest en Margrite Willemsdochter, waarbij de beide broeders afstand hebben gedaan van hun rechten ten behoeve van hun zusters. binnen der stede van Delfft. Oorspr. ( Inv. no. 148 ). In duplo. 497. 1577 april 16. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Geleyn Rochusz., korendrager, voor de ene helft en Lieven Jansz., kleermaker en voogd van zijn dochter met als moeder Marytgen Claesdr., voor de andere helft overgedragen hebben aan Pieter Jansz., stoeldraaier, een ledig erf in de Achtercamp te Haarlem. Oorspr. ( Inv. no. 738 ) met de zegels van de beide schepenen. Het zegel van de tweede schepen is beschadigd. 498. 1577 april 20. Schepenen van Delft oorkonden, dat Willem Pietersz. van Foreest verkocht heeft aan mr. Cornelis de Coninck en Jan Jansz. Graswinckel de jonge een rente ten bedrage van 37 carolus gulden en 10 stuiver per jaar, te lossen met de penning 16, vanwege de aankoop van een huis aan de Corenmarct, genoemd het Wapen van Dansick. Oorspr. ( Inv. no. 726 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 499. 1577 (april). Don Jehan bericht aan Antonio Peres, secretaris, omtrent het leger van Rodrigo de la Coucha. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). 500. 1577 mei 23. De hertog van Aerschot, baron van Hijrgies, de heer van Willerval en Adolff van Meetkerck bieden als gedeputeerden van de Staten-Generaal uit naam van Don Jan van Oostenrijk aan de Prins van Orangien en de gedeputeerden van de Staten van Holland en Zeeland genoegdoening aan, onder voorwaarde dat het Eeuwig Edict wordt afgekondigd. St. Getruijdenberge. Afschrift van ca. 1580 door Jehan van Alckemade ( Inv. no. 1093 ). 501. 1577 (na mei 23). De Prins van Oranje en de gedeputeerden van de Staten van Holland en Zeeland antwoorden aan de gedeputeerden van de Staten-Generaal, dat voor het wegnemen van het wantrouwen de Pacificatie beter moet worden nageleefd. --- St. Geertruidenberg. Afschrift van ca. 1580 door Jehan van Alckemade ( Inv. no. 1093 ). 502. (1577 verm. juni). De Prins van Orangien en de Staten van Holland en Zeeland antwoorden aan de gedeputeerden van Amsterdam, dat zij de onderhandelingen over de Pacificatie willen voortzetten ondanks de positie van rechteloosheid van de Gereformeerden in de stad. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1094 ). 503. (1577 verm. juni). Burgers van Amsterdam verlenen aan N.N. volmacht om bij de Staten-Generaal krachtens artikel 7 van de Pacificatie van Gent een satisfactie te verzoeken. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1094 ). 504. 1577 juli 2. Leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden, dat Dieuwer Dircxdr. overgedragen heeft aan Pieter Meynersz. Lakeman te Boekerspel de helft van een huis en 5 morgen land te Schellinchout. Oorspr. ( Inv. no. 808.2 ) met de zegels in rode was van de beide leenmannen. Het tweede zegel is zwaar geschonden. Met een transfix van 7 juli 1577 (Reg. no. 506). 3.20.09 Cousebant 253

505. 1577 juli 2. Philips enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Pieter Mey-nersz. Lakeman beleend heeft met de helft van een huis en 5 morgen land te Schellinkhout, genoemd de Clincke en komende van Anthoenis Willemsz. Sonck. Oorspr. ( Inv. no. 808.1 ) met het geschonden zegel in rode was van de Leenkamer van Holland. 506. 1577 juli 7. Philips enz. oorkondt ten overstaan van leenmannen van de grafelijkheid van Holland, dat hij Pieter Meynersz. Lakeman beleend heeft met de helft van een huis en 5 morgen land te Schellinchout, komende van Dieuwer Dircxdr. Oorspr. ( Inv. no. 808.3 ) met het zwaar geschonden zegel in rode was van de Leenkamer van Holland. Getransfigeerd door de oorkonde van 2 juli 1577 (Reg. no. 504). 507. 1577 juli 25. Johannes Reyneri (anders Jan Rayersz.), notaris, instrumenteert, ten overstaan van mr. Jacop Claesz. Wij, pastoor, en mr. Willem Cornelisz. Ban (anders Bannius), kapelaan van het Groot Begijnhof te Haarlem, dat de gezusters Guertgen Pietersdochter van Foreest, Adryaena Pietersdochter van Foreest, Cornelyae Pietersdochter van Foreest en Guertgen Pietersdochter van Foreest, allen begijnen te Haarlem, hun testament hebben gemaakt. Oorspr. ( Inv. no. 150 ). 508. (1577 juli). Don Jan van Oostenrijk geeft aan burgemeesters, schepenen en inwoners van Amsterdam naar aanleiding van hun rekest het advies geen moeite te sparen om tot overeenstemming te geraken met de Prins d'Orange en de Staten van Holland en Zeeland voor het aangaan van een satisfactie. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1094 ). 509. 1577 augustus 6. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Wilck Minnesz. het bedrag van 34 goudgulden en 1 ½ stuiver als pacht. Actum Leeuwarden. Afschrift van 23 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 510. 1577 augustus 6. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Pieter Jansz. te Fynckum het bedrag van 21 ½ stuiver alsmede van 25 goudgulden als pacht en aflossing. Afschrift van 21 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 511. 1577 augustus 14. Don Jan van Oostenrijk bericht aan de koningin over de kritieke toestand in de Nederlanden, die geheel voor Zijne Majesteit dreigen verloren te gaan. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). "Traduicte d'Espaignol en Francois". 512. 1577 augustus 17. Don Jehan d'Austrice zendt aan de president en leden van de Grote Raad te Malines een waarheidsgetrouw verslag van de ontstane onrust in het land door het in omloop zijn van valse geruchten. du chasteau a Namur. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). Ontvangen 19 augustus en gelezen in de Raad 20 augustus. 513. 1577 augustus 17. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Tryn Jacobsdr., echtgenote van Pieter Jansz. te Fijnckum, het bedrag van 12 goudgulden en 17 ½ stuiver als pacht. Actum Leeuwarden. Afschrift van 21 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 254 Cousebant 3.20.09

514. 1577 augustus 19. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Jan Thomasz., schipper, overgedragen heeft aan Sybrant van Berckenrode een huis in de Cleyne Houtstrate. Oorspr. ( Inv. no. 742 ) met de zwaar beschadigde zegels van de beide schepenen. 515. (1577 verm. augustus). Grobbendonck geeft uit naam van Don Jan van Oostenrijk een uiteenzetting aan de Staten-Generaal te Bruxelles over zijn landvoogdij en het handhaven van de Pacificatie krachtens zijn geloofsbrieven van 24 augustus. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). Met antwoord van de Staten-Generaal door toedoen van de bisschoppen van Ypre en Arras. 516. 1577 september 5. Jehan van Oostenrijk bericht aan de Staten-Generaal te Bruxelles, dat hij geen bezwaar heeft tegen de aanstelling van een andere landvoogd. du chasteau a Namur. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). "Recepta eodem die nocte". 517. 1577 september 6. De la Flûte beveelt zich aan bij Wellemans, griffier van de Staten-Generaal, met de mededeling, dat Zijne Majesteit geen oorlog wenst en dat Escovedo door hem slecht is ontvangen. de Namur. Afschrift van ca. 1580 ( Inv. no. 1093 ). 518. 1577 september 30. Burgemeesters en schepenen van Delft verzoeken aan mr. Christiaen van der Goes om ondanks hun aanzegging tot ontslag ingaande Bamisse (1 okt.) en zijn afgewezen rekest aan de Staten hiertegen het schoutambt tot nader overleg te blijven waarnemen. Afschrift van 9 mei 1581 door Pieter van der Borch, notaris ( Inv. no. 405 ). 519. 1577 september 30. Schepenen van Brugge oorkonden, dat Jacop van de Voorde filius Maertins den Fustemier en zijn echtgenote Neelkin, dochter van Fransois de Smit, verkocht hebben aan Pieter van Hoye, foillieslager, een huis aan de zuidzijde van de Reye tussen Sint Jansbrugghen en 's Cuenincxbrugghen. Oorspr. ( Inv. no. 930 ). Het zegel van de stad is verloren. 520. 1577 oktober 3. Michiel Jansz. van Woerden, notaris te Haarlem, instrumenteert, dat Anna Jansdochter, weduwe van Jan Gerritsz. op verzoek van Wigger Claesz. Koussebant verklaard heeft, dat zij omtrent twee jaar geleden als makelaarster van de erfgenamen van Thys Balgen aan hem heeft overgedragen een hofstede met 18 maden land te Schalcwyck. Oorspr. ( Inv. no. 806 ). 521. 1577 oktober 7. Johan van Duvenvoorde, heer van Warmond en leenheer van het Huis te Warmond, oorkondt ten overstaan van zijn leenmannen, dat hij Aert Dirxsz. beleend heeft met de helft van een morgen land in het ambacht van Coudekerck, achtereenvolgens komende van Aert Dammasz., Ghijsbrecht Aertsz., diens broeder Dammas Aertsz. en Appolonia Arentsdochter. Oorspr. ( Inv. no. 1020 ). 522. 1577 november 5. Schepenen van Sint Adolphslandt, anders genoemd Oelkensplate, oorkonden, dat Marnus Mogge volmacht verleend heeft aan Jan Marnusz., penningmeester, tot het overdragen van 5 gemeten land met ? deel van een huis aan Hains Chybertsz. Extract uit "'s clercx register" van ca. 1580 ( Inv. no. 794 ). In dorso de aant: "Dien procurasien dien Marijnesz. Muggen van Zijerixsen Jan Marijnesz. Koeser verlyet ---". 523. 1577 november 14. Schepenen van Sint Adolphslandt, anders genoemd Oelkensplate, oorkonden, dat Hans Chybertsz. 3.20.09 Cousebant 255

overgedragen heeft aan Dierck van Foreest Pietersz. 5 gemeten land met ? deel van een huis. Afschrift uit "'s clercx register" van ca. 1580 ( Inv. no. 794 ). 524. 1577 november 16. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Tryn Jacobsdr., echtgenote van Pieter Jansz. op ter Leye, het bedrag van 30 goudgulden als pacht. Actum Leeuwaerden. Afschrift van 21 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 525. 1578 januari 30. Marten Boutsma en zijn echtgenote Margareta Marcksdr. van Scheeten oorkonden, dat zij ontvangen hebben van Mathijs Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, een rente ten bedrage van 28 goudgulden per jaar. Afschrift van 1578 door Harses ( Inv. no. 1113 ). 526. 1578 februari 13. Joannes Theodori Stekelwerf, notaris te Haarlem, instrumenteert ten overstaan van Cornelis Gherritz., goudsmid, en Henrick Hubertz., kleermaker, dat Willem Gherritz., schipper, en zijn echtgenote Belij Jansdr. hun testament hebben gemaakt. Oorspr. ( Inv. no. 989 ) met notarismerk. 527. 1578 februari 15. M. Heymans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat bij ontvangen heeft van Gielis Cornelisz. te Fynckum het bedrag van 40 goudgulden als pacht. Actum Leeuwaerden. Afschrift van 22 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 528. 1578 februari 26. Adriaen Gerritsz. Gou uit Haarlem en Willem Michielsz., schout van Heemstede, als gedeputeerden van de burgemeesters van Haarlem, alsmede Jan Cornelisz. Comans, koopman, en Jan Dircxsz. van over de Geest als gedeputeerden van de burgemeesters van Alkmaar oorkonden als bemiddelaars, dat voor het jaar 1577 de ingelanden van de buitendijkse landen voor 3/5 en de gemene buren van de binnendijkse landen voor 2/5 moeten bijdragen in de kosten voor de gemene watermolen te Castricum, en dat in het vervolg de omslag gelijk zal worden verdeeld met vrijstelling voor de langs de duinen gelegen percelen land vanwege "den overvalle van de duijnen". Oorspr. ( Inv. no. 1104 ). 529. 1578 april 28. Ouderlingen en diakenen van de Gereformeerde Kerk van Brussel berichten aan Wernerus Helmichius, dienaar des Goddelijken Woords in de Gereformeerde Nederduitse Gemeente te Frankfort, dat zij een beroep op hem uitbrengen. Oorspr. ( Inv. no. 520 ). Ontvangen 26 mei 1578. 530. 1578 mei 10. M. Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkondt, dat hij ontvangen heeft van Gielis Cornelisz. te Fynckum het bedrag van 18 goudgulden en 10 stuiver alsmede van 2 goudgulden en 18 stuiver als pacht. Afschrift van 22 december 1578 door D. Nyenhuys, notaris te Leeuwarden ( Inv. no. 1113 ). 531. 1578 juni 2. Petrus Dathenus verzoekt de broeders om Wernerus Helmichius, dienaar des Goddelijken Woords in de Christelijke Nederlandse Gemeente te Franckfort, bij zijn visitatie welwillend te ontvangen. tot Antwerpen. Oorspr. ( Inv. no. 521 ). 532. 1578 juni 8. Broeders van de Gereformeerde Kerk te Utrecht berichten aan Wernerus Helmichius Ultraiecticus, dienaar des Goddelijken Woords te Franckfort en tijdelijk verblijvende te Antwerpen, dat zij door het zenden van hun diaken Jan Lambertsz. een beroep op hem uitbrengen. 256 Cousebant 3.20.09

Oorspr. ( Inv. no. 522 ). 533. 1578 juni 12. De baljuw, houtvester en rentmeester van Brederode oorkondt, dat hij uit naam van Amelia, paltsgravin, hertogin van Beieren enz., douarière van Brederode enz., in erfpacht gegeven heeft aan Merten Bitter 5 morgen, 3 hont, 4 roeden en 3 voet wildernis in de Vogelensangh. Afschrift van 1590 door M. van Woerden, notaris te Haarlem ( Inv. no. 832 ). Tevens nog een afschrift van 1606 door F.E. van Banchem, notaris te Amsterdam ( Inv. no. 832 ). 534. 1578 juli 4. Ouderlingen en diakenen van de "nyeuwe geboude kercke" van Utrecht berichten aan de broeders en de kerkeraad van de gemeente van de Nederlandse Gereformeerden te Franckfoert, dat zij gaarne hun dienaar Wernerus Helmichius als predikant te Utrecht willen hebben. Oorspr. ( Inv. no. 522 ). 535. 1578 (begin juli). Dominicus Benedixius, aartsdiaken, en Reijnerus Asperen, Gerbrandus Leoverdiensis, Petrus de Coene, Hermannus Hasselt, Antonius Traiectensis, Larabertus Grollis, Thomas Alberti Groningiensis en Joannes Noems, kanunniken van de kathedrale kerk van Sint Vitus te Leeuwarden, verzoeken aan Georg van Lalaing, graaf van Renneburg enz., om Popcke Roorda, aangesteld tot beheerder van de geestelijke goederen van de bisschop, te gelasten de in beslag genomen archiefbescheiden terug te geven aan hun rentmeester Matthys Heymans en hen verder in het ongestoorde bezit te laten van de goederen van de abdij Mariengaarde. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). Met afwijzend appointement van Rennerberg van 14 juli 1578. 536. 1578 augustus 19. Joannes Coecq, notaris te Amsterdam, instrumenteert, dat Pieter Meynertsz. Lakeman uit Boeckarspell enerzijds en Thiet Jacobsdr., geassisteerd met haar moeder Griete Gerritsdr., weduwe van Jacob Cornelisz., en haar broeder en voogd Cornelis Jacobsz., allen poorters van Amsterdam, huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 136 ) met notarismerk. 537. 1578 september 3. Aartshertog Matthias bericht aan de graaf zu Reinebergh enz., dat hij Popko Roorda volmacht verleent om goederen van kloosters en proostdijen te beheren. uuyt Antwerpen. Afschrift van 1579 door Harges van een afschrift door D. Mostart, secretaris van de graaf van Renneburch ( Inv. no. 1113 ). 538. (1578 begin september). Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden verzoeken aan Matthias om Popcke Roorda te gelasten hen de archiefbescheiden van de abdij Mariengaarde terug te geven en hen te herstellen in het beheer over hun goederen. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). In dorso de aant.: "Gelijcke doch langer requeste als dese is bij den capitule Zijne Hoecheyt gepresenteert." (Zie Reg. no. 539). 539. (1578 begin september). Kapittelheren van de kathedrale kerk van Sint Vitus uit Mariengaerde te Leeuwarden verzoeken aan Matthias om Popcke Roorda te gelasten hen de archiefbescheiden van de abdij Mariengaarde terug te geven en hen te herstellen in het beheer over hun goederen. Afschrift van ca. 1579 door Harges ( Inv. No. 1113 ) Met appointement van inwilliging door N. Sille van 9 september 1578. 540. 1578 september 9. Aartshertog Matthias verzoekt aan de graaf van Renneberg enz. om advies uit te brengen op een rekest van kapittelheren van de kathedraal van Leeuwarden betreffende het beheer over de goederen van de abdij Mariengaarde. d'Anvers. Afschrift van 1579 door Harges van een afschrift door D. Mostart, secretaris ( Inv. no. 1113 ). 3.20.09 Cousebant 257

541. (1578 midden september). Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden dienen Matthias van repliek inzake hun rechten op de goederen van de abdij Mariengaarde. Minuut. ( Inv. no. 1113 ). Tevens nog een afschrift van 1579 door Harges ( Inv. no. 1113 ). 542. 1578 september 24. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Anna van Paenderen Willemsdochter, weduwe van Symon Marten Diricx, poorter van Amsterdam, met als voogd Adriaen Gerytsz. Gaeuw, bekrachtigd heeft een rentebrief van 24 mei 1547 (Zie Reg. no. 298) ten bedrage van 24 carolus gulden per jaar ten behoeve van Sybrant van Berckenroede, echtgenoot van Machtelt, dochter van Andries Gerytszoon. Oorspr. ( Inv. no. 366.1 ) met het iets geschonden zegel van de eerste schepen. Het zegel van de tweede schepen is verloren gegaan. Getransfigeerd door de oorkonde van 24 mei 1547 (Reg. no. 298). 543. 1578 september 27. Burgemeesters van Delft oorkonden, dat zij de overeenkomst met mr. Christiaen van der Goes inzake de uitoefening van het schoutambt wensen te beeindigen, en dat hij zich moet richten naar de resolutie der Staten. Afschrift van ca. 1580 door de stadssecretaris Van der Meer ( Inv. no. 405 ). Tevens nog een afschrift van 9 mei 1581 door P. van der Borch, notaris ( Inv. no. 405 ). 544. (1578 na september 27). Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden verzoeken aan de gevolmachtigde van de Staten van Friesland om hun rekest van 27 september van een appointement te voorzien en hen te herstellen in het beheer over hun goederen door Popcke Roorda te ontslaan. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). 545. 1578 oktober 14. Schout, burgemeesters en schepenen van Utrecht verzoeken aan ouderlingen, diakenen en de gemeente van de Gereformeerde Kerk te Franckefoort om de predikant Warnier Helmich naar Utrecht te doen komen op grond van zijn burgerschap der stad. Oorspr. ( Inv. no. 522 ). Ontvangen 18 november 1578. 546. 1578 oktober 27. Gedeputeerden van Friesland adviseren aan Georg van Lalaing, graaf van Renneberch enz., om de kapittelheren van Sint Vijt te Leeuwarden naar aanleiding van hun rekest van 22 september 1578 niet te herstellen in het beheer over de goederen van de abdij Mariengaarde op grond van hun gepleegd wanbeheer. Afschrift van ca. 1579 ( Inv. no. 1113 ). Tevens nog een extract van ca. 1579 door Joupen van een afschrift door D. Mostart, secretaris van Rennenberg ( Inv. no. 1113 ). Gedrukt: Arch. Aartsbisdom Utrecht, deel 68: M.P. van Buytenen, St. Vitus van Oldehove. Bijlage XV. 547. 1578 oktober 28. Ouderlingen en diakenen van de "Kercke Christi" te Utrecht verzoeken aan ouderlingen en diakenen van de Gereformeerde Kerk te Franckvoert om broeder Wernerus Helmichius te doen terugkeren. uuijt Utrecht. Oorspr. ( Inv. no. 522 ). Ontvangen 18 november 1578. 548. (1578 oktober/november). Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden verzoeken aan Georgh van Lalaingh, graaf van Renneberch enz., om hen in het bezit van hun goederen te handhaven tegen de aanspraken van Popcke Roorda, rentmeester van de goederen van de bisschop. Minuut ( Inv. no. 1113 ). 549. (1578 november 15). Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden verzoeken aan Georg van Lalaing, graaf 258 Cousebant 3.20.09

van Rennenburch enz., om Popcke Roorda te gelasten aan een ieder van hen 100 goudgulden met een gezamenlijk bedrag van 1000 goudgulden te doen uitbetalen alsmede aan hen een wintervoorraad brandstof en voedsel te verstrekken. Afschrift van ca. 1579 door Hilb. ter Cuolen, notaris ( Inv. no. 1113 ). Met appointement van inwilliging door de graaf van Rennenberch van 15 november 1578, verleend in het leger voor Deventer. Tevens nog een afschrift van ca. 1579 door Joupen ( Inv. no. 1113 ). 550. 1578 november 16. Anthonius Traiectensis en Thomas Alberti Groningiensis, kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkonden, dat zij volmacht verlenen aan Matthys Heyman, rentmeester, om voor een ieder van hen van Popcke Roorda het bodrag van 100 goudgulden in ontvangst te nemen. Afschrift van 1579 door Joupen ( Inv. no. 1113 ). 551. 1573 november 17. Georg van Dalaing, graaf van Renneberch enz., bericht aan de heer Van Burmania, ontvanger van Friesland, aangaande het uitbetalen van 500 gulden aan Popcke Roorda om deze te verstrekken aan de kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden in verband met hun bijdrage in het betalen van de Waalse soldaten. in 't leger voor Deventer. Afschrift van 1578 door Harges ( Inv. no. 1113 ). Het oorspr. was ontvangen 9 december 1578. 552. (1578 tussen november 16 en november 2l). Popcke Roorda, rentmeester van de abdij Mariengaarde, verzoekt aan het Hof van Friesland om de kapittelheren te gelasten hem de ordonnantie van 16 november met de commissie ter hand te stellen. Afschrift van 1578 door Wygher Mockema, deurwaarder bij het Hof van Friesland ( Inv. no. 1113 ). Met appointement van inwilliging door het Hof van 21 november 1578. Met nader appointement door W. Mockema van 22 november 1578. Met in dorso exploot door W. Mockema aan de kapittelheren van 23 november 1578. Met nader exploot door W. Mockema aan de kapittelheren Douwe Benedictius, Regnerus Asperen, Gerbrandus Leoverdiensis en Hermannus Haselius van 25 november 1578. 553. 1578 november 22. Bendixius, aartsdiaken, en Reynerus Asperen, Gerbrandus Leoverdiensis, Petrus de Coene, Harmannus Hasseltius en Lambertus Grollis, kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkonden, dat zij volmacht verlenen aan Matthys Heymans, rentmeester, om voor een ieder van hen van Popcke Roorda het bedrag van 100 goudgulden in ontvangst te nemen. binnen Leeuwarden. Afschrift van ca. 1579 door Joupen ( Inv. no. 1113 ). 554. 1578 november 25. De graaf van Renneburch adviseert aan aartshertog Matthias om de goederen van de abdij Mariengaarde, toebehorend aan de kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, ten gemenen nutte aan te wenden onder uitkering van een bedrag van 200 gulden per jaar voor kapittelheer geworden monniken en van 100 gulden per jaar voor vreemde kapittelheren. Deventer. Afschrift van 1578 door Harges ( Inv. no. 1113 ). In dorso van het oorspr. een apostille van 10 december 1578 door N. Sille. 555. 1578 november 26. Douwe Nyenhuijs, notaris te Leeuwarden, oorkondt, dat hij op verzoek van Mathijs Heymans, gevolmachtigde van de kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, Popcke Roorda in kennis heeft gesteld van het rekest van 15 november 1578 (Zie Reg. no. 549) betreffende de uitbetaling van 1000 gulden aan voornoemde kapittelheren. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). Tevens nog een afschrift van ca. 1579 door Joupen ( Inv. no. 1113 ). 556. 1578 november 26. Cunerus, bisschop van Leeuwarden, en Joannes Noems, kapittelheer van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkonden, dat zij volmacht verlenen aan Matthys Heymans, rentmeester, om voor elk 3.20.09 Cousebant 259

van hen beiden van Popcke Roorda het bedrag van 100 goudgulden in ontvangst te nemen. Afschrift van ca. 1579 door Joupen ( Inv. no. 1113 ). 557. 1578 (november 27 of kort daarvoor). Popcke Roorda verzoekt aan het Hof van Friesland om zijn aanstelling als ontvanger van de goederen van de abdij Mariengaarde in te trekken. Afschrift van ca. 1579 door W. Mockema ( Inv. no. 1113 ). Met appointement door het Hof van 27 november 1578. 558. (1578 november 27). Antonius Traiectensis, kapittelheer van Sint Vitus te Leeuwarden, bericht aan zijn huisvrouw Griet onder meer over zijn reis naar Brabant. --- te Deventer. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). 559. 1578 november 27. Antonius Traiectensis, kapittelheer van Sint Vitus te Leeuwarden, bericht aan Mathijs Heijmans, rentmeester, onder meer over het betalen van hoofdgeld en het afschrijven van stukken door Caerl Roorda. Met postscriptum over de verdere reis via Utrecht naar Antwerpen in de "3 Hoeffizsers op den Hoendermarckt an den Domkerckhoff". Gescreven metter haest uijt Deventer. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). Ontvangen 8 december 1578. 560. 1578 november 28. Wygher Mockema, deurwaarder bij het Hof van Friesland, oorkondt, dat hij de kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden in kennis heeft gesteld van het rekest van Popcke Roorda (Zie Reg. no. 557). Afschrift van ca. 1579 door oorkonder ( Inv. no. 1113 ). 561. 1578 november 28. Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden verzoeken aan het Hof van Friesland om Popcke Roorda te gelasten aan een ieder van hen 100 goudgulden ten bedrage van 1000 goudgulden uit te betalen. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). 562. 1578 november 28. Burgemeesters, schepenen en raad van Brugghe oorkonden, dat Willem van de Forreeste, koopman, poorter der stad is. Oorspr. ( Inv. no. 168 ) met restanten van het zegel van zaken der stad in bruine was. 563. (1578 eind november / begin december). Antonius Traiectensis en Thomas Alberti Groningensis berichten aan Mahia over hun briefwisseling met de graaf van Rennenberg inzake het beheer over de goederen van de abdij Mariengaarde. --- Antwerpie. Minuut (Inv no. 1113). Mahia is Matthias. 564. 1578 (verm. begin december). Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden verzoeken aan het Hof van Friesland om hun meiers te mogen dagvaarden ter betaling van pacht. Afschrift van ca. 1579 door Polman en Aernsma ( Inv. no. 1113 ). Met de aant. dat het rekest "niet ten effecte gecoemen" is. 565. 1578 december 3. Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengade te Leeuwarden verzoeken aan het Hof van Friesland om de eerste deurwaarder opdracht te geven 1000 goudgulden van Popcke Roorda te innen. Afschrift van ca. 1579 door S. Polman en Aernsma ( Inv. no. 1113 ). Met appointoment van 9 december 1578. 566. 1578 december 5. Jan Rogge, notaris te Antwerpen, instrumenteert, dat Barbara Smits, weduwe van mr. Jacop van 260 Cousebant 3.20.09

Deventer, legateert aan haar neef Jacques Smets een rente ten bedrage van 45 carolus gulden per jaar, rustende op het markiezaat, de stad en het land van Berghen op den Zoom. Oorspr. ( Inv. no. 973 ). 567. 1578 december 5. Jan Rogge, notaris te Antwerpen, instrumenteert, dat Barbara Smits volmacht verleent aan haar neef Jacques Smits voor de verdeling van de nagelaten goederen van haar echtgenoot mr. Jacob van Deventer. Oorspr. ( Inv. no. 973 ). 568. 1578 (vóór december 9). Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden verzoeken aan het Hof van Friesland om hun vorig rekest van een appointement te voorzien vanwege de onwilligheid van Popcke Roorda tot uitbetaling van 1000 gulden. Afschrift van ca. 1579 door S. Polman en Aernsma ( Inv. no. 1113 ). Met appointement van 9 december 1578. 569. 1578 (december 10 of kort daarvoor). Kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden verzoeken aan de hoplieden en bevelhebbers van Leeuwarden om voor het betalen van het wachtgeld van 5 stuiver per week geduld te hebben en het bedrag te verminderen, totdat aartshertog Matthijs van Oostenrijck een beslissing zal hebben genomen over het beheer van hun goederen. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). Met appointement van 10 december 1578 betreffende de verlaging van het wachtgeld met een braspenning. Tevens nog een minuut. 570. 1578 december 10. Matthijs Heijmans, rentmeester, bericht aan Anthonis Jansz. en Thomas Albert, kapittelheren van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden en verblijvende in de 3 Hoeffijsers op de Hoendermerckt te Antwerpen, over het gescheiden zijn van de goederen van de bisschop en die van het kapittel. raptum Leovardiae. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). 571. 1578 december 18. Bendixius, aartsdiaken, en Gerbrandus Leoverdiensis, Petrus de Coene, Harmannus Hasselten en Joannes Noems, kapittelberen van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, oorkonden, dat zij volmacht verlenen aan hun medekapittelheer Regnerus Asperen om ten profijte van het kapittel pacht te innen totdat aartshertog Matthys van Oostenryck hun rechten zal hebben erkend. binnen Leeuwarden. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ) met het door een ruit overdekt opgedrukt zegel van het kapittel, voorstellende Maria en Johannes onder het Kruis. 572. 1579 januari 10. Jacop van Marssum te Leeuwarden oorkondt mede voor zijn broeder Jan van Marsum te Dockum, dat hij zal terugbetalen aan Matthijs Heijmans, rentmeester van het kapittel van Sint Vitus uit Mariengaarde te Leeuwarden, het bedrag van 20 gulden als rente van een hypotheek van 600 gulden. Oorspr. ( Inv. no. 1113 ). 573. 1579 februari 10. Schepenen van Haarlem oorkonden, dat Baernt Wiggersz., geassisteerd met zijn vader Wigger Claesz. Koussebant en zijn tante Antonia Claesdr., weduwe van Dirick Gerrytsz., enerzijds en Magdalena Adriaensdochter, geassisteerd met haar moeder Marytgen Claesdr., weduwe van Adriaen Jansz. Kies, haar broeder Frans Adriaensz. Kies en haar tante Sophia Jansdr., weduwe van Frans Claesz. Soutman, anderzijds huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Oorspr. ( Inv. no. 4 ). De zegels van de beide schepenen zijn verloren. 574. 1579 maart 22. Adriaen van Meerlandt bericht uit naam van het consistorie te Utrecht aan Wernerdt Helmich, dienaar des Goddelijken Woords in de Nederlandse Gemeente te Franckefordt, het overmaken van een bedrag van 44 ½ zilveren koningsdaalders met het verzoek om naar Utrecht over te komen. 3.20.09 Cousebant 261

Oorspr. ( Inv. no. 522 ). Ontvangen 12 april 1579. 575. 1579 mei 10. Schepenen van Sincte Adolphslandt, anders genoemd Oelkensplate, oorkonden, dat Jan Marnusz. de Jonge, gevolmachtigde van Marnus Mogge, verkocht heeft aan Hans Chybertsz. 5 gemeten land met ? deel van een huis in de Noortpolder. Oorspr. ( Inv. no. 794 ). Het zegel van de eerste schepen is verloren en dat van de tweede schepen zwaar geschonden. 576. 1579 augustus 27. Jacob van Teylingen, geassisteerd met zijn zoon doctor Jan van Teylingen en zijn zwager Bartholomeeus Lourisz., enerzijds en Cornelis Jansz., geassisteerd met zijn zoon Pieter Cornelisz. en zijn oom Cornelis Thoenisz., anderzijds oorkonden, dat zij huwelijksvoorwaarden hebben opgesteld voor Augustyn van Teylingen en Marytgen Cornelisdochter. Oorspr. ( Inv. no. 210 ). 577. 1579 oktober 25. Martinus Lydius, predikant, en Hector Schelkens, Mathis de Meerre, Jan Matruyt en Pieter de Bisschop, ouderlingen van de Nederlandse Gemeente te Franckfoord, verklaren, dat Wernerus Helmichius gedurende twee jaar bij hen minister en leraar is geweest. Actum Franckfoord. Oorspr. ( Inv. no. 525 ). 578. 1579 december 29. Schepenen van Middelburg oorkonden, dat meester Marcellus van Eversdijck en Jacopmijncken Willem Pieters Roosenburchdochter huwelijksvoorwaarden hebben aangedaan. Oorspr. ( Inv. no. 458.1 ) met de zegels van de drie schepenen. 579. 1580 januari 6. De baljuw, houtvester en rentmeester van Brederode enz., oorkondt ten overstaan van leenmannen en knapen van Brederode, dat hij in erfpacht heeft gegeven aan mr. Merten Bitter te Haarlem 6 ½ morgen wildernis in de Vogelensangh om deze te ontginnen. stilo communi. Afschrift van 1590 door M. van Woerden, notaris te Haarlem ( Inv. no. 832 ). Tevens nog een afschrift van 1606 door F.E. van Banchem, notaris te Amsterdam ( Inv. no. 832 ). 580. 1580 januari 18. Arbiters oorkonden, dat Dierick Claesz. Pietersz. uit naam van Jan Cornelisz. Boye een overeenkomst heeft aangegaan met Dierick van Foreest te Oelkensplaete inzake de verkoop van 10 gemeten land als ¼ deel van een hofstede in de Noortzijdepolder onder Oelkensplaete. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 794 ). 581. 1580 januari 25. Philips; koning van Castillien enz., oorkondt ten overstaan van Pieter van der Goes, Cornelis van der Goes en andere leenmannen van Holland, dat hij Gillis van Wolffwinckel beleend heeft met de helft van 1/24 deel, 1/36 deel, 1/48 deel, een vierde van 1/12 deel, drievierde van 1/12 deel en 1/24 deel van de heerlijkheid en tienden van het land van Vosmaer, met 1 kwartier in de tienden van de Dalemse polder het Nieuwelandt in het land van Schakerloo, alsmede met een derde van ? deel van de heerlijkheid en tienden van het land van Vosmaer met het ambachtsrecht, komende van Johan van Withem, markies van Bergen opten Zoom enz., en zijn echtgenote Marguerite van Merode. in den Hage. Extract van 12 november 1648 door de griffier van de lenen uit het register I, fol. XL. ( Inv. no. 1063 ). 582. 1580 maart 24. Schepenen van Brugge oorkonden, dat Willem van Forreest en zijn echtgenote Marie Cornelisdochtere beloofd hebben aan Gheeraert van Hoye met als stokhouder Jooris de Meyere een bedrag van 54 pond en 16 schelling uit te betalen onder hypotheek van een huis aan de zuidzijde van de Reije tussen St. Jansbrugghe en 's Conyncxbrugghe. Oorspr. ( Inv. no. 931 ). De zegels bruine was van de beide schepenen zijn nagenoeg verloren. 262 Cousebant 3.20.09

583. 1580 maart 28. Geertruyt Pietersdochter van Foreest en Adriana Pietersdochter van Foreest, gezusters, Pieter Claesz. van Hoorne en jonge Jan Conincxz, allen erfgenamen van hun grootouders Willem Diricxz. en Hase Jansdochter, oorkonden ten overstaan van Michiel Jansz. de Woerden, secretaris van Haarlem, dat zij een boedelscheiding hebben aangegaan van de hen ten deel gevallen goederen. Oorspr. ( Inv. no. 178 ). 584. 1580 april 7. Weesmeesters van Zierikzee oorkonden, dat zij volmacht hebben verleend aan Jan Cornelisz. Boeye om uit naam van zijn weeskinderen over te dragen aan Dierick van Foreest 5 gemeten land in de Noortpolder van Oolkensplate. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 794 ). 585. 1580 april 15. Jan Coernelisz. Boyen verkondt, dat hij ontvangen heeft van Dierck van Foereest het bedrag van 37 pond en 10 schelling Vlaams vanwege de overdracht van 10 gemeten land te Ooltgensplaat. Gelijktijdig afschrift ( Inv. no. 794 ). 586. 1580 april 19. Jan Pietersz. Deyman, Arendt Pietersz. en Frederick Adriaensz. enerzijds en Jan Duijnentz. en Willem van Foreest anderzijds oorkonden, dat Gerret Adriaensz. en Lijsbet Pietersdr. van Paendren huwelijksvoorwaarden hebben aangegaan. Concept ( Inv. no. 990 ). 587. 1580 mei 13. Schepenen van Sinct Adolphslant, anders genoemd Oelkensplaet, oorkonden, dat Dierck van Foreest Pietersz, medeschepen, schuldig is aan Jan Cornelisz. Boye en zijn weeskinderen het bedrag van 37 pond en 10 schelling Vlaams vanwege zijn aankoop van 10 gemeten land met ¼ deel van een huis in de Noortpolder. Oorspr. ( Inv. no. 794.3 ) met het zegel van de tweede schepen. Het zegel van de eerste schepen is verloren. 588. 1580 mei 18. Burgemeesters en schepenen van Zierikzee oorkonden, dat Jan Cornelisz. Boeye overgedragen heeft aan zijn beide weeskinderen met als moeder Magdalena Lenaert Houtmansdr. de helft van 37 pond en 10 schelling Vlaams (Zie ook Reg. no. 585 en no. 587). Oorspr. ( Inv. no. 794.2 ) met het zegel van de tweede schepen. De zegels van de burgemeester en de eerste schepen zijn verloren. 589. 1580 juni 7. De schout van Nyedorpercogge en schepenen van de stad Nyedorp oorkonden, dat Jacob van Alkemade, Jan van Alkemade, Claes van Alkemade, Willem van Alkemade en Angniesen van Alke made met als hun voogd Claes Claesz. een boedelscheiding hebben aangegaan van de nagelaten goederen van hun ouders Floris van Alkemade Maertensz. en Elysabet Jacobsdr. Oorspr. ( Inv. no. 271.1 ). In duplo. Het zegel van de schout is bij beide akten verloren. 590. 1580 juni 8. Agnies van Alckemade, Jacob van Alckemade, Johan van Alckemade, Nicolaes van Alckemade en Willem van Alckemade oorkonden, dat zij onder zekere voorwaarden een boedelscheiding hebben aangegaan van de nagelaten goederen van hun ouders Floris van Alckemade Martensz. en Elysabetha Jacobsdochter ten Hoef. Oorspr. ( Inv. no. 271.2 ). In duplo. 591. 1580 juni 25. Joorys de Meyere oorkondt, dat hij als stokhouder van zijn vader Adam de Meyere ontvangen heeft ten behoeve van Willem van Foorest het bedrag van 64 pond Vlaams vanwege de verkoop van een huis aan de zuidzijde van de Speghelreije te Brugge. wedemaent. Oorspr. ( Inv. no. 931.1 ). 592. 1580 december 23. 3.20.09 Cousebant 263

Joannes Pylorius, Joannis filius, notaris te Amsterdam, instrumenteert, dat Griete Gerytszdr., weduwe van Jacob Cornelisz., burgemeester van Amsterdam, haar testament heeft gemaakt met ongeldigheidsverklaring van de legateringen in haar testament van 19 januari 1547 (Zie Reg. no. 450). Oorspr. ( Inv. no. 102 ) met notarismerk.