Oproep Tot Integer Handelen
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Oproep tot integer handelen Scriptie: Johan Borgman College Naam Student: Joyce Jacobsz Klas: H08 Leergang: juni 2012 Fragment uit het boek van schrijver Paulo Coelho: “VERONIKA BESLUIT TE STERVEN”. “Een machtige tovenaar wilde eens een koninkrijk vernietigen, hij goot een toverdrank in de bron waaruit alle inwoners dronken. Wie dat water dronk zou gek worden. De volgende ochtend had de hele bevolking ervan gedronken en iedereen werd gek, behalve de koning die voor zichzelf en zijn familie een eigen bron had waar de tovenaar niet bij kon. Bezorgd probeerde de koning de bevolking onder controle te krijgen, hij vaardigde een hele serie decreten uit over veiligheid en gezondheid; maar politie en inspectie hadden vergiftigd water gedronken en vonden de Koninklijke besluiten absurd. Ze besloten ze volledig te negeren. Toen de inwoners van dat koninkrijk hoorden van de decreten, concludeerden ze dat hun heerser gek geworden was en nonsens schreef. Joelend trokken ze op naar het kasteel en eisten dat hij af zou treden . Wanhopig verklaarde de koning zich bereid af te treden, maar de koningin hield hem tegen en zei:”We gaan naar hun bron en drinken hun water. Dan worden wij hetzelfde als zij”. En zo gebeurde het: koning en koningin dronken het water van de waanzin en begonnen onmiddellijk nonsens uit te kramen. Hun onderdanen kregen meteen spijt: de koning toonde nu zoveel wijsheid, waarom hem niet verder laten regeren? Het land leefde vredig voort, ofschoon de inwoners zich heel anders gedroegen dan hun buren. En de koning mocht regeren tot aan het einde van zijn dagen”. 2 Inhoudsopgave Pagina Voorwoord 5 Samenvatting 6 Inleiding 7 Hoofdstuk 1 De begrippen Regulier, Alternatief, 9 Complementair Inleiding 1.1. Filosofie 9 1.2. Geschiedenis 10 1.3. Terminologie 12 Hoofdstuk 2 Evidence Based Medicine (EBM), Evidence 13 Based Practice (EBP), Practice Based Evidence (PBE). Inleiding 2.1. Definities 13 2.1.1. Evidence Based Practice (EBP) 13 2.1.2. Evidence Based Medicine (EBM) 13 2.1.3. Practice Based Evidence (PBE) 13 2.1.4. Dubbelblind Gerandomiseerd Onderzoek 13 (RCT Randomised Controlled Trial) 2.2. Kritiek rondom Evidence Based Medicine (EBM) 14 Inleiding 2.2.1. Evidence Based Medicine wordt gelijkgesteld aan “wetenschappelijk 14 bewijs of wetenschappelijk effect.” 2.2.2. Professionele blindheid 14 2.2.3. Kritische aandachtspunten 14 2.2.4. Meten met twee maten 14 Hoofdstuk 3. Regulier, Alternatief, Complementair 16 Tegenover of met elkaar? Inleiding 3.1. Stichting voor Innovatief Onderzoek en Onderwijs naar Complementaire 16 behandelwijzen (IOCOB). 3.2. Vereniging tegen de kwakzalverij 16 3.3. Medisch Contact 16 3.4. ZonMw 17 3.5. Wat hebben deze organisaties met elkaar gemeen? 17 3.6. Waarin verschillen deze organisaties? 17 3.7. Hoe is de routing bij de instellingen en organisaties die zich met de (geestelijke) gezondheidszorg bezig houden geregeld? Wat zijn de uitgangspunten van deze organisaties ten aanzien van de alternatieve- en complementaire geneeskunde? 18 Inleiding 3.7.1. Lentis, Centrum Integrale Psychiatrie 18 3 3.7.2. Universitair Medisch Centrum Utrecht: Stemmenpoli UMC. 19 3.7.3. Zorglijn Acute Stoornissen is onderdeel van Academisch Centrum 20 Amsterdam afdeling Psychiatrie 3.7.4. GGZ Leiden en omstreken 21 3.7.5. CCGT Centrum Cognitieve Gedragstherapie 21 3.8. Hoe ervaren professionals, belangenbehartigers en de cliënten van de 22 (geestelijke) gezondheidszorg zèlf de houding van de (geestelijke) gezondheidszorg ten opzichte van de alternatieve-, complementaire ( geestelijke) gezondheidszorg? Hoe beïnvloedt dit de professional in eigen functioneren en het in behandeling nemen van mensen met een hulpvraag in de (geestelijke) gezondheidszorg? Inleiding 3.8.1. M. is Psychiatrisch Verpleegkundige. 22 3.8.2. E. ex-deelnemer in (afkick traject). 22 3.8.3. M. Cliënte komt al jong in aanraking met de psycholoog, psychiater, 23 psychotherapeut. 3.8.4. H. Cliënte in Wet Werk en Bijstand traject. 23 3.8.5. P. in de WAO terecht gekomen vanwege late diagnose ADHD. 24 3.8.6. ISP Stichting Informatie Steun Punt in de 1e lijn GGZ. 24 3.8.7. Erik Kasteleyn docent Parapsychologie aan het Johan Borgman 25 College. 3.8.8. Mirjam Rentema preventiewerker van Prezens onderdeel van 26 GGZ InGeest. 3.8.9. Petra Gilhuis van Mens in de Praktijk, Psychotherapeut en 26 GZ- psycholoog 3.9. Wat zijn alternatieven? Wat bieden patiënten platforms? 27 Inleiding 3.9.1. Psychose Anders een Geestelijke benadering. 27 3.9.2 Kees Aaldijk Psycholoog en Transpersoonlijke Coach 28 Hoofdstuk 4. Conclusies en Aanbevelingen 29 Inleiding 29 4.1. Conclusies en Aanbevelingen op macroniveau. 29 4.1.1. Conclusies op macroniveau. 29 4.1.2. Aanbevelingen op macroniveau 30 4.2. Conclusies en Aanbevelingen op meso niveau. 31 4.2.1. Conclusies op meso niveau. 31 4.2.2. Aanbevelingen op meso niveau. 32 4.3. Conclusies en Aanbevelingen op microniveau. 32 Nawoord 33 Bijlagen Bijlage 1 Artikel: “Voorzitter antikwakkers snapt weinig van kwakzalverij” 35 Bijlage 2 Artikel Medisch Contact Kwakzalverij Henk Maassen 39 “ Zelfkritiek ontbreekt in alternatief circuit” Bijlage 3 Artikel Medisch Contact over kwakzalverij van Henk Maassen. 43 Bijlage 4 Evidence Based Medicine (EBM) mythe achterhaald? 52 Bijlage 5a. Uit een werkstuk van een scholier op de site van stichting IOCOB 54 Regulier versus alternatieve geneeskunde Bijlage 5b. Standpunt Globaal: “Allochtonen en geestelijke gezondheidszorg- een taboe?” Bijlage 6 Berichtgeving in de media 55 4 Voorwoord Met dank aan de lessen Parapsychologie van Erik Kasteleyn. In deze lessen werd de mogelijkheid genoemd dat, mensen die als cliënt in de psychiatrie terecht komen Paranormaal begaafd kunnen zijn en de problemen waar deze mensen tegen aan lopen verband kunnen houden met het feit dat zij zich niet ( goed genoeg) kunnen aarden. Het artikel in het vakblad Spiegelbeeld “Paranormaal of Psychisch Gestoord? Wat te doen als er problemen zijn?” van Kees Aaldijk heeft deze interesse nog extra aangewakkerd. In de lessen van Erik Kasteleyn wordt veel aandacht aan Goed en het Kwaad besteed. Dat het Goed en het Kwaad bestaan, staat haaks op de opvatting, die in één van de eerste praktijklessen op het Estercollege, met ons werd gedeeld. Daar werd gesteld: “Wij, paranormaal therapeuten, houden ons alleen bezig met (het Rijk van de ) levenden en er is geen aanleiding om bang te zijn voor bezoek ( uit het Rijk van de doden), van overledenen.” Ook de opmerking: ”Wij behandelen geen mensen met een psychose,” van een docent in de Cliënt Praktijk Lessen op het Johan Borgman College is aanleiding geweest om mij meer in de reguliere (geestelijke) gezondheidszorg te verdiepen. Met deze scriptie beoog ik, vanuit meer inzicht in de reguliere (geestelijke) gezondheidszorg, een brug te slaan tussen de alternatieve -, complementaire zorg, waar de paranormaal therapeut toe wordt gerekend, en de reguliere (geestelijke) gezondheidszorg. Deze scriptie is een appèl op hulpverleners om, ongeacht tot welke categorie de hulpverlener wordt gerekend, zich te concentreren op de hulpvraag van de cliënt en de cliënt te blijven zien als MENS. Slechts dan is het mogelijk de cliënt de zorg te leveren die nodig is om weer verder te kunnen als een geHEELd MENS. Want wat is regulier? Wat is alternatief? Wat is complementair? Wie bepaalt dat? Wat is paranormaal? Wat is psychisch gestoord? Wat is normaal? De mens IS. Een goddelijk wezen. Een uitnodiging tot integer handelen. Met dank aan alle goddelijke wezens. 5 Samenvatting Deze scriptie “Doe effe normaal!” Maar wat is normaal? heeft tot doel een brug te slaan tussen de reguliere (geestelijke) gezondheidszorg en de alternatieve- en complementaire (geestelijke) gezondheidszorg. In hoofdstuk 1 en hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de ontstaansgeschiedenis van de begrippen regulier, alternatief en complementair. In deze hoofdstukken wordt aandacht besteed aan de begrippen, definities, factoren en terminologieën waarmee rekening gehouden moet worden om inzicht te krijgen in het begrip regulier, alternatief en complementair. In hoofdstuk 3 wordt inzicht gegeven in de manier waarop de politiek, organisaties, instellingen, beroepsorganisaties, beroepsbeoefenaren, individuen met de begrippen regulier, alternatief en complementair omgaan. Er wordt inzicht gegeven hoe de kloof tussen deze begrippen in stand wordt gehouden en/of wordt vergroot. Er wordt ook inzicht gegeven hoe de begrippen regulier, alternatief en complementair nader tot elkaar kunnen komen. In hoofdstuk 4 staan de conclusies. De aanbevelingen zijn gericht op het verkleinen van de kloof tussen regulier, alternatief en complementair. De aanbevelingen hebben de intentie een brug te slaan, een verbinding te leggen tussen deze begrippen. Uiteindelijk zal duidelijk worden dat deze begrippen inwisselbaar gebruikt kunnen worden. Dat is mogelijk als de hulpverlener de intentie heeft om “de mens te willen helpen weer heel en één te worden met zichzelf”. De intentie geeft deze begrippen inhoud. De intentie waarmee deze begrippen ingezet worden brengt de mens verder of dichter bij dat doel. Om tot dat besef te komen is een leerproces nodig. Tot dat besef komen IS het leerproces. 6 Inleiding “Doe effe normaal.” Maar wat is normaal? De titel verwijst naar de ontstane commotie nadat mensen in de Tweede Kamer, mensen in de politiek met een voorbeeldfunctie, elkaar op een bepaalde manier hebben bejegend. In een bepaalde context, op een bepaald niveau wordt verwacht dat mensen zich op een bepaalde manier gedragen. Dat geldt in alle contexten. Werk, onderwijs, gezin, relatie, familie, gezondheidszorg.