Op Zoek Naar Authenticiteit Een Kwalitatieve Studie Naar Authenticering in Het Discours Van Muzikanten
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
OP ZOEK NAAR AUTHENTICITEIT EEN KWALITATIEVE STUDIE NAAR AUTHENTICERING IN HET DISCOURS VAN MUZIKANTEN Wetenschappelijke verhandeling Aantal woorden, exclusief bijlage: 23.648 Dries Hiroux Stamnummer: 011703130 Promotor: Prof. dr. Henk Roose Masterproef voorgelegd voor het behalen van de graad master in de richting Sociologie Academiejaar: 2017-2018 Abstract (238 woorden) Authenticiteit is een veel omvattend en constant veranderend begrip. Daarom dient de sociologie zich eerder te richten op processen van authenticering, de manier en argumenten waarmee naar authenticiteit wordt verwezen. Hoewel vormen van authenticering in beperkte mate theoretisch al besproken zijn, blijft empirische en analytische ondersteuning nagenoeg uit. De literatuurstudie in deze masterproef beschrijft hoe de postmoderne wending voor een authenticiteitsethos in de huidige samenleving zorgde en biedt een kort overzicht van de wetenschappelijke literatuur omtrent muziek en authenticiteit. Het empirische doel van deze studie bestaat erin inzicht te krijgen in processen van authenticering in een domein waar authenticiteit als algemene evaluatiecode geldt, namelijk in het domein van muzikanten en muzikale productie. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een kwalitatieve inhoudsanalyse van 52 persinterviews uit Focus Knack, Humo en Oor gepubliceerd tussen september 2017 en januari 2018. Uit de resultaten blijkt dat er 9 categorieën kunnen worden opgesteld in de verwijzing naar authenticiteit: ‘inspiratiebron: persoonlijke ervaring vs. maatschappelijk’, ‘betekenis en relevantie muziek’, ‘eigen ding doen vs. ‘sell out’’, ‘progressie en vernieuwing’, ‘het authentieke productieproces’, ‘het experiment vs. ‘sell out’, ‘samenwerken’, ‘grensvervaging en syncretisme’ en ‘de authentieke performance’’. Deze categorieën kunnen fungeren als een theoretisch en vergelijkend kader voor verder onderzoek omtrent authenticering, hetzij bij persinterviews in een andere tijdsperiode of uit andere magazines, hetzij in andere domeinen van cultuurproductie of daarbuiten en sluiten aan bij andere thema’s in de cultuursociologie zoals omnivoriteit en de sociale wending in de beeldende kunst. 1 Inhoudstafel Abstract 1 Inhoudstafel 3 Voorwoord 7 Inleiding 9 1. Authenticiteit onder de loep 11 1.1. De drie kenmerken van het postmoderniteitsdiscours 11 1.2. Het authenticiteitsethos 13 1.3. Authenticiteit en muziek 14 1.3.1. Publiek 15 1.3.2. Artiest 16 1.3.3. Pers 18 1.4. Authenticering: naar een typologie? 19 1.4.1 De drie kenmerken van het postmoderniteitsdiscours 19 1.4.2. ‘Personal, ‘artist’ en ‘indexical authenticity’ 20 1.4.3. ‘Representational’ en ‘iconic authenticity’ 21 1.4.4. ‘Cultural authenticity’ 21 1.4.5. Samenvattende typologie 22 2. Probleemstelling 23 3. Onderzoeksprocedure en -design 25 3.1. Keuze persinterviews 25 3.2. Keuze mediavehikels 27 3.3. Methoden 29 4. Resultaten 31 3 4.1. Inspiratiebron: persoonlijke ervaring vs. maatschappelijk 32 4.1.1. Persoonlijke ervaring 32 4.1.2. Maatschappelijk? 34 4.1.3. Andere locatie 35 4.1.4. Bespreking 36 4.2. Betekenis en relevantie muziek 34 4.2.1. Een maatschappelijk pleidooi? 37 4.2.2. Eigen betekenisinvulling 40 4.2.3. Bespreking 41 4.3. Eigen ding doen vs. ‘sell-out’ 41 4.3.1. Eigen ding doen 41 4.3.2. Anti-commercialiteit 42 4.3.3. Bespreking 44 4.4. Progressie en vernieuwing 44 4.4.1. Progressie 45 4.4.2. Hard werken en volhouden 46 4.4.3. Bespreking 47 4.5. Het authentiek productieproces 47 4.5.1. Anti-programmeerbaarheid en menselijkheid 47 4.5.2. Instrumentenkeuze 49 4.5.3. Do-it-yourself 50 4.5.4. Bespreking 51 4.6. Het experiment vs. ‘sell-out’ 51 4.6.1. Het grensverleggend experiment 52 4.6.2. Anti-commercialiteit 53 4 4.6.3. Bespreking 54 4.7. Samenwerking 54 4.7.1. Bands 55 4.7.2. Soloartiesten 56 4.7.3. Emotionele relatie 58 4.7.4. Bespreking 59 4.8. Cross-genre en syncretisme 59 4.8.1. Genres 60 4.8.2. Syncretisme 62 4.8.3. Lage vs. hoge cultuur 62 4.8.4. Omnivoriteit en generatie 63 4.8.5. Bespreking 64 4.9. De authentieke performance 64 4.9.1. Doel en betekenis 64 4.9.2. Arena vs. clubs 66 4.9.3. Bespreking 66 4.10. Samenvatting en conclusie 67 5. Besluit 68 5.1. Conclusie 68 5.2. Discussie 69 5.3. Beperkingen 70 Primaire bronnen 73 Referenties 77 Bijlage 1. Autonomie van de muziekpers. 83 5 Voorwoord Muziek maakt een groot deel uit van mijn leven, zowel in het begeren, recenseren als produceren ervan. Ik apprecieer de muziek van David Bowie en The Beatles, net zoals ik de songs van Marco Borsato en One Direction waardeer. Door mijn eclectische muzieksmaak heb ik dan ook nooit begrepen dat sommige muziek ‘beter’ of ‘echter’ zou zijn dan andere. Tijdens mijn propedeusejaar in de Culturele Antropologie aan de Universiteit van Leiden kwam ik in aanraking met het fenomeen van authenticiteit. Ook tijdens de bacheloropleiding in de sociologie aan de KULeuven groeide mijn belangstelling voor het authenticiteitsconcept, zowel in de vakken van professor Dick Houtman als tijdens de interessante colleges van het vak muzieksociologie, gedoceerd door professor Camilla Bork. Na de exploratie van enkele andere onderzoeksthema’s in het najaar van 2017, kwam ik met de hulp van professor Henk Roose tot de mogelijke onderzoekspiste ‘authenticering bij artiesten’. Hier zag ik twee interesses, muziek en authenticiteit, mooi samenvloeien. Ik heb voor deze masterproef vele uren doorgebracht voor mijn computerscherm en met mijn neus tussen de literatuur, zowel thuis, op kot als in de Gentse universiteitsbibliotheken. Dit werk had echter niet tot stand kunnen komen zonder de steun van mijn familie, met in het bijzonder mijn ouders en mijn zus. Ook wil ik professor Henk Roose, de promotor van deze masterproef bedanken. Zijn positieve ingesteldheid en opbouwende feedback zorgde ervoor dat ik ook in momenten van stress met goed humeur en veel plezier aan het werk ging. Tenslotte ook bedankt aan de muziek zelf, voor haar bestaan. 7 Inleiding ‘There may not be a clear definition of authenticity, but an audience member could reasonably claim to ‘know it when they see it’’, Zo concludeert Duncan (2016) na zijn poging om de vele definities van het begrip ‘authenticiteit’ te verzamelen in een algemene definitie (p. 33). Hoewel het begrip praktisch ongedefinieerd blijft, is authenticiteit een belangrijk evaluatiecriterium, ook bij muzikanten. Zo werd Karen Damen hevig bekritiseerd omwille van het commerciële programma dat de productie van haar eerste soloplaat omringde en omdat ze het schrijfproces van haar plaat consequent uitbesteedde aan anderen (Droeven, 2018). Ook roots- en blueszanger Seasick Steve kreeg hevig kritiek te verwerken nadat aan het licht kwam dat hij voordien helemaal geen zwerversbestaan leidde, maar dat zijn biografie van ellende grotendeels was verzonnen. Deze kritiek was gericht op het feit dat hij geen legitiem artiest meer zou zijn, niet zozeer op het liegen zelf (Stanley, 2018). Authenticiteit is een belangrijk evaluatiecriterium in zowat alle domeinen van de postmoderne samenleving en wordt actief gereproduceerd en gecreëerd voor commerciële doeleinden (Aupers, Houtman & O’Neill, 2014; Duncan, 2016). Zo krijgen artiesten een authentiek imago opgespeld en dragen ze zelf bij aan het authenticiteitsethos, de zoektocht naar authenticiteit die onze samenleving kenmerkt. Wat authentiek is en wat niet, is constant in verandering en hangt af van persoonlijke en contextuele invullingen. Het zoeken naar een gepaste definitie van authenticiteit is dan ook weinig zinvol. Deze masterproef is daarom gericht op verwijzingen naar authenticiteit, het authenticeringsproces. De onderzoeksvraag luidt: welke argumenten worden aangedragen in de verwijzing naar authenticiteit bij artiesten? Of met andere woorden: wat precies maakt, volgens muzikanten, een muzikant tot een authentiek muzikant? In een literatuurstudie wordt ingegaan op hoe de postmoderne wending de opkomst van authenticiteitsethos mogelijk maakte. Er wordt een kort overzicht gegeven van het huidige onderzoek naar authenticiteit en muziek dat zich vertaalt in drie groepen: de artiest, het publiek en de muziekpers. Dit overzicht resulteert in een schematisch overzicht van mogelijke typen van authenticering. Naast het bieden van theoretische omkadering, heeft deze masterproef als doel om het 9 authenticeringsproces bij artiesten in beeld te brengen. Hiervoor wordt een kwalitatieve inhoudsanalyse uitgevoerd op 52 persinterviews met artiesten uit de magazines Focus Knack, Humo en Oor. Na de literatuurstudie en de bespreking van het onderzoeksdesign wordt in een resultatensectie 9 categorieën beschreven waarmee muzikanten verwijzen naar authenticiteit en dus invulling geven aan het authenticeringsproces. In het besluit worden in een conclusie de voornaamste bevindingen samengevat. In het discussieluik wordt teruggekoppeld naar de probleemstelling, onderzoeksvraag en de relevantie van de onderzoeksbevindingen. De voornaamste limieten en beperkingen van dit onderzoek worden aan het einde van het besluit besproken. 10 1. Authenticiteit onder de loep Authenticiteit is een veelbesproken thema en vond zijn intrede in de sociologie onder andere door het discours van Theodore Adorno, die zich in zijn kritische theorie tegen de standaardisatie van de cultuurindustrie verzette. Hij stelde dat populaire muziek zich door sociale verwijzingen gewillig ten prooi gooide aan de gelijkvormigheid van de cultuurindustrie. Adorno ondernam geen poging om authenticiteit specifiek te definiëren. Toch gebruikte hij het authenticiteitsbegrip, op basis van kenmerken van standaardisatie, als classificeringsgrond