Altijd over de liefde Amaryllis Dieltiens - sopraan Brisk Recorder Quartet Amsterdam: Marjan Banis, Susanna Borsch, Bert Honig en Alide Verheij - blokfluiten

Liefde als leidraad Jean Japart (eind 15e eeuw) J’ay pris amours a ma devise Johannes Ghiselin (fl. 1491-1507) J’ay pris amours a ma devise Bartolomeo Tromboncino (1470-1535) Ostinato vo seguire

Verlangen & Geluk (c.1510-1586) Io mi son giovinetta (1553/54-1599) Mi fa lasso languire John Bennet (c.1570-na 1614) Venus’ birds Richard Nicholson (c.1570-1639) Joan, quoth John (1538-1623) Galiard Max Knigge (1984) Ochtendbede

Aardse liefde Clemens non Papa (c.1510-155) Entre vous filles Andrea Gabrieli (c.1510-1586) Canzon Francesa deta Frais & Gaillard Hans Koolmees (1959) Love Song - Tierelantijntje

Pauze

Hemelse liefde Roland de Lassus (1532-1594) Tota pulchra es amica mea Hans Koolmees Love Song-Visioen

Verdriet Claudin de Sermisy (1490-1562) Dont vient cela Tielman Susato (c.1500-1561/64) Basse dance Dont vient cela Hans Leo Hassler (1564-1612) Ach, weh des Leiden

Vergankelijkheid & Afscheid Thomas Simpson (1582-c.1630) Bonny sweet Robin Cecyl Sharp (1859-1924) O waly, waly en Benjamin Britten (1913-1976) Walter Stuhlmacher (1961) Abschied

Met dank aan Stichting Pianissimo, de Kattendijke/Drucker Stichting en de P.W. Janssen’s Friesche Stichting Toelichting

Liefde als leidraad Het programma begint met twee instrumentale versies van een zeer populair lied uit de , J’ay pris amours a ma devise. “Ik heb de liefde tot mijn devies gekozen” is het openingsmotto. Er bestaan talloze versies van dit lied. Die van Japart is bijzonder omdat in de baspartij het lied achterstevoren klinkt. Ghiselin en Japart werkten beiden rond 1500 in aan het hof van de Estes. Bartolomeo Tromboncino schreef veel liederen op verzoek van diezelfde Estes. Zijn Ostinato vo seguire beschrijft het avontuur van de liefde: “Resoluut zal ik mijn nobele onderneming vervolgen. Mijn liefste, doe met me wat je wilt, zelfs als dat mijn dood betekent.”

Verlangen & Geluk Io mi son giovinetta van Domenico Ferrabosco is gebaseerd op een tekst van Bocaccio over een zingend jong meisje dat uitbundig verliefd is. De Venetiaanse componist Andrea Gabrieli maakte een rijk versierde instrumentale versie van dit lied. Mi fa lasso languire van Luca Marenzio beschrijft het smachtend verlangen op heel beeldende wijze: de eerste lettergrepen van de woorden uit de titel zijn de noten van het eerste thema: mi fa la sol la mi re. Engelse consort songs zijn laat 16e- en vroeg 17 e-eeuwse liederen voor solostem met begeleidende instrumenten. De vogels van Venus zingen voor het onrustige hart in een lied van John Bennet, en in Joan, quoth John van Richard Nicholson biedt een boerenjongen zijn koe en kalf, en zelfs zijn land aan om zijn bruid het hof te maken. Na deze twee liederen klinkt een stralende Galiard van William Byrd uit het Fitzwilliam Virginal Book. Ochtendbede van Max Knigge is de zetting van een sonnet uit de Mathilde-cyclus van Jacques Perk. Max Knigge schreef dit stuk voor BRISK in 2017 en voegt er nu een vocale inleiding aan toe. Perk droeg meer dan 100 sonnetten aan zijn onbereikbare geliefde Mathilde op.

Aardse liefde Clemens non Papa was zeer bedreven in het schrijven van kunstige schunnige liedjes. Entre vous filles over meisjes van 15 die zo gevaarlijk aantrekkelijk zijn dat ze beter niet bij de fontein kunnen rondhangen, en Frais et gaillard over een man die de kamer van een meisje binnengaat “pour accomplir les oeuvres de nature” zijn prachtige voorbeelden van liederen die zo populair waren dat de melodieën zelfs als basis voor diverse missen werden gebruikt. Andrea Gabrieli maakte van dat laatste lied een omspeelde versie: Canzon Francesa deta Frais & Gaillard. “Tierelantijntje zocht zich een zwijntje dat zijn zoensnuit diep in haar rokken wou”, schrijft de Vlaamse dichteres Eva Cox in het gedicht dat Hans Koolmees gebruikt voor zijn Love Song. Schunnig en fijnzinnig.

Hemelse liefde De liefde tussen man en vrouw in het bijbelse Hooglied wordt vaak gelezen als een metafoor voor de liefde tussen God en zijn volk, of Christus en de Kerk. Tota pulchra es amica mea (je bent zo mooi vriendin van me) van Roland de Lassus, op een tekst uit het Hooglied, wordt hier instrumentaal uitgevoerd. Een tekst van de 13e-eeuwse dichteres en mystica Hadewijch is de basis van de tweede Love song van Hans Koolmees. In haar vurige liefde voor God wil zij de ware bruid van de Grote Bruidegom zijn.

Verdriet Maar nu gaat het bergafwaarts. Het gedicht Dont vient cela van de Fransman Clément Marot beschrijft verdriet en verwarring van een afgewezen minnaar. Van het dat Claudin de Sermisy op deze tekst schreef, werden talrijke versies gemaakt. Het duikt zelfs op in een instrumentale versie in het Derde musyck boexken met Danserye (1551) van de Antwerpse musicus en muziekuitgever Susato, een bundel met dansen die vaak gebaseerd zijn op populaire liederen uit het internationale repertoire. De Duitse componist Hans Leo Hassler was in Venetië in de leer bij Andrea Gabrieli. Zijn Ach, weh des Leiden is een aangrijpende verklanking van intens verdriet : “Muss ich dich dann aufgeben, so kost’s mir mein Leben”.

Vergankelijkheid & Afscheid “For bonny sweet Robin is all my joy”, zegt Ophelia in Shakespeare’s Hamlet terwijl ze spreekt over de dood van haar vader. De melodie My Robin is to the Greenwood gone is de basis van het instrumentale ricercare Bonny sweet Robin van Thomas Simpson. “Love is handsome, love is kind”, maar liefde kan verdampen als de ochtenddauw – dat beschrijft O waly, waly van Benjamin Britten. Zijn muziek wordt gecombineerd met een zetting van Cecyl Sharp, die aan de wieg stond van de folk song revival in Engeland aan het begin van de 20e eeuw. Deze zetting was Britten’s inspiratiebron. Abschied van Walter Stuhlmacher is een geneuried lied zonder woorden, een weemoedig afscheid.

Teksten

Ostinato vo’ seguire

Ostinato vo’ seguire Resoluut zal ik La magnanima mia impresa mijn nobele onderneming vervolgen Fa mi amor qual voi offesa mijn liefste, doe met me wat je wilt, S’io dovessi ben morire zelfs als dat mijn dood betekent.

Fame, ciel, fame fortuna Hemel, of het lot dat u mij zendt Bene o mal como a te piace naar uw wil goed of kwaad zal zijn, Né piacer né ingiuria alcuna plezier en beledigingen zullen mij niet raken Per avilirmi o far più audace en zullen mij niet verlagen of versterken Ché de l’un non so capace want tot het een ben ik niet in staat L’altro più non po fugire en aan het ander kan ik niet ontsnappen.

Vinca o perda io non attendo Winst of verlies, De mia impresa altro che honore. mijn onderneming kan me alleen eer brengen Sopra il ciel beato ascendo de hemel wacht mij S’io ne resto vincitore als ik winnaar zal zijn S’io la perdo alfin gran core en als ik verlies, toont een nobel hart Mostrarà l’alto desire hoe verheven zijn verlangen was.

Mi fa lasso languire

Mi fa lasso languire De liefde die mij altijd ellende toewenst Amore ch’el mio mal sempre desia Laat mij, ongelukkige, smachten. Ne’l fiero caso o l’impia sorte mia De onbarmhartige fortuin of mijn wrede lot Potra giamai finire Zal pas tot een einde kunnen komen Fin ch’ella di pieta non scaldi il core Als haar hart uit medelijden ontvlamt O ch’io misero moia di dolore Of ik jammerlijk sterf van smart.

Venus’ birds

Venus’ birds, whose mournful tunes Vogels van Venus, jullie droevige wijsjes Sing lullaby to my unrest, zijn een slaaplied voor mijn onrust. For so partaking of my wrongs, Bouw, om zo te delen in mijn leed, In my bosom build your nest. in mijn borst jullie nest. Lullaby, Lullaby, Love live loyal or I die Liefde, leef trouw, anders sterf ik.

Joan, quoth John

"Joan", quoth John, "when will that be? “Joan” zei John, “wanneer zal het zijn? Tell me, when wilt thou marry me? Zeg me, wanneer ga je met me trouwen? My cow and eke my calf and rent, Mijn koe, en ook mijn kalf en huur My land and all my tenement. mijn land en al mijn bezit Say, Joan, say, Joan, what wilt thou do? Zeg Joan wat wil je nou? I cannot come every day to woo. Ik kan niet elke dag om je hand vragen.”

"John", quoth Joan, "`is there such haste? “John” zei Joan, “waarom zo’n haast? Look ere you leap, lest you make waste. Kijk uit wat je doet, verlies er niet op. If haste you have with me to wed, als je zo snel met mij wilt trouwen more belongs to a bride`s bed. hoort er wel meer bij een bruidsbed. Wherefore thus must you do: Daarvoor moet je dit doen: Day and night come every hour to woo. Elk uur dag en nacht mijn hand vragen.

"John, if you will needs me have, “John, als je me zo graag wilt hebben this is that which I do crave: dan verlang ik dit van jou: To let me have my will in all, dat ik in alles mijn zin krijg, And then with thee I`ll never brawl. dan zal ik nooit met je op de vuist gaan. Say, John, shall this be so? Zeg John, ben je daartoe bereid? Then you need not come every hour to woo. Dan hoef je niet elk uur m’n hand te vragen.”

Jacques Perk - Ochtendbede

De Nacht week in het woud; en bij haar vluchten, Heeft ze op struweel en bloem een dauwkristal Geweend, dat glinstert in de zon; en zuchten Luwt ze uit het woud langs berg en beemd en dal.

En daar op ’t smalle pad in hooger luchten, Ontwaar ik haar, die wuift, mijn ziel, mijn al: Doch uit mijn hart rijst naar die hooger luchten De klacht: ,,hoe klein, hoe klein is mijn heelal!”

Maar neen! haar lokken zijn van zonnegoud, En ’s hemels blauw is ’t blauw dier droomende oogen, Haar boezem is de berg en ’t golvend woud;

O, zomer, zonneschijn en hemelbogen, Waarin haar aangezicht mijn liefde aanschouwt, Heelal, waarvoor ik biddend lig gebogen!

Entre vous filles

Entre vous filles de XV ans meisjes van vijftien ne venes plus a la fontaine kom niet meer bij de bron car trop aves les yeulx frians want jullie ogen zijn te innemend tetin poignant jullie borstjes te brutaal bouche riant jullie monden te lacherig connin mouflant jullie poesjes te zacht le cueur plus gay qu'une mistaine jullie harten vrolijker dan een droom entre vous filles de XV ans meisjes van vijftien ne venes plus a la fontaine kom niet meer bij de bron

Eva Cox – Tierelantijntje Tierelantijntje zocht zich een zwijntje dat zijn zoensnuit diep in haar rokken wou zij brak zich het breintje waar zij dat zwijntje vinden en zich vangen zou tot op een zomerdag den hemel hijgend boven het landschap hing en Tierelantijne met heur wieltjes doorkliefde een wulps landschap van akkergroen en weidewalm daar lag plots met wangen als varkenshammen hangend aan een korenhalm tuitend de week vlezen lippen nippend de trillende tepel der hitte hij die zij zich hebben wou en haar parelende dij ontsmolt haar rokken haar klieven stokte en hij duwde zich uit die matras van gras omhoog en schoof zijn blik als honingtongen om haar heen en langs haar been haar rokken in en Tierelantijne zij neigde het hoofd en stulpte de buik en de tulp harer lippen brak open en stuwde haar lach door het gras naar hem toe onderweg kelkjes aandrijvend als velgjes, dansend op zachtmetalen stengels en zie nu hoe zij hengelt haar hand aan het stuur en wolkt met haar heupen haar rokken reeds spant zij de wolfsklem van haar wimpers en maakt dorstig de pijl van zijn tong in de trillende boog van zijn mond onder de borst van de zon wordt zijn lichaam van damp hij stoomt op uit het gras en stroomt naar haar toe en tilt haar en draagt haar en triltraag ontbloest hij haar buik uit haar rokken wellen benen en zijn vinger volgt haar aders als blauwe nerven van een bloem Hadewijch - Visioen XII […] toen zei de arend die mij had aangesproken: ‘Doorzie nu het gezicht en word de ware bruid van de grote bruidegom en zie jezelf ook zo.’ En meteen zag ik mezelf opgenomen worden door degene die in de draaikolk zat op die tollende schijf, en daar werd ik een met hem en ik besefte onze eenheid. En toen ik eenmaal in die eenheid opgenomen was, zei de arend: ‘Nu merk je, jij almachtige, die ik hiervoor liefste noemde, dat je niet wist waarlangs je zou komen en wat je hoogste weg zou zijn en wat voor groot rijk je als bruid van je bruidegom zou ontvangen. Eerder, toen je neerviel voor het gezicht, zag je het als ongenaakbaar voor een nederige ziel. Toen je opstond en erdoorheen keek, zag je jezelf zoals wij je zien: als de ware bruid, getooid met het zegel van de liefde. Je hebt, almachtige, diep in jezelf het verborgen woord opgevangen dat Job verstaan heeft: Porro dictum est.’

Dont vient cela

Dont vient cela, belle, je vous supply, Hoe komt het, mijn schone, ik smeek u, Que plus a moy ne vous recommandez. dat u mij niet langer hoog acht? Toujours seray de tristesse remply, Ik zal altijd van droefheid vervuld blijven Jusques a tant qu’au vray me le mandez; tot u mij de waarheid erover gezegd hebt; Je croy que plus d’amy ne demandez, is het zo dat u geen vriend meer zoekt, Ou maulvais bruyt de moy on vous revelle, of dat men slechte dingen over mij zegt, Ou votre coeur a fait amour nouvelle. of dat uw hart een nieuwe liefde vond?

Si vous laissez d’amour le train joly, Als u niet meedoet aan vrolijk liefdesgewoel, Vostre beauté prisonnière rendez: houdt u uw schoonheid gevangen voor uzelf: Si pour autruy m’avez mis en oubly, als u mij vergeten hebt vanwege een ander Dieu vous y doint le bien qu’y pretendez; laat God u dan alle goeds brengen; Mais si de mal en rien m’apprehendez, Maar, als u niets van mij te duchten heeft, Je veulx qu’autant que vous me semblez belle, dan is uw wreedheid even groot D’autant ou plus vous me soyez cruelle als alle schoonheid die ik in u zie.

Ach, weh des Leiden

Ach weh des Leiden, Wee mij, wat een smart muss es dann sein gescheiden? moeten wij dan scheiden? Ach weh mir Armen, Ach arme ik wen sollt's doch nicht erbarmen? wie zal dan geen medelijden met me hebben? Ach weh der Schmerzen, Wee mij, wat een pijn so ich empfind im Herzen. voel ik in mijn hart. Muss ich dich dann aufgeben, Als ik u moet opgeven so kost's mir mein Leben. kost het mij mijn leven.

O waly, waly

The water is wide, I cannot get o’er Het water is breed, ik kan er niet overheen And neither have I wings to fly, en ik heb ook geen vleugels om te vliegen O go and get me some little boat O geef me toch een bootje To carry o’er, my true love and I Om ons over te roeien, mijn lief en mij

A ship there is and she sails the sea Er is een schip dat zeilt over zee She's loaded deep as deep can be dieper kan het niet geladen zijn But not so deep as the love I'm in maar niet zo diep als de liefde die mij omvat I know not if I sink or swim ik weet niet of ik zink of zwemmen kan

I leaned my back against an oak Ik zat met mijn rug tegen een eik geleund Thinking it was a trusty tree ik dacht dat ik die boom kon vertrouwen But first it bent and then it broke maar eerst boog hij voorover en toen brak hij af So did my love prove false to me zo heeft mijn liefde mij verraden

Must I go bound while you go free Moet ik gevangen zijn terwijl jij vrij bent Must I love a man who doesn't love me moet ik van een man houden die niet van mij houdt Must I be born with so little art heb ik dan zelf zo weinig inzicht As to love a man who'll break my heart dat ik houd van een man die mijn hart zal breken

O love is handsome and love is kind, O liefde kan aantrekkelijk zijn en vriendelijk Bright as a jewel when first it's new als ze nieuw is, vrolijk glanzend als een juweel But love grows old and waxes cold, maar de liefde wordt oud en bekoelt And fades away like the morning dew en vervliegt als de ochtenddauw

Over de musici

BRISK Recorder Quartet Amsterdam Marjan Banis, Susanna Borsch, Bert Honig en Alide Verheij - blokfluiten BRISK Recorder Quartet Amsterdam bestaat uit de blokfluitisten Marjan Banis, Susanna Borsch, Bert Honig en Alide Verheij. BRISK betekent levendig en wakker, en dat is ook precies wat BRISK Recorder Quartet Amsterdam al meer dan 30 jaar is: een energiek, inventief en vernieuwend ensemble. “De genadeklap voor het imago van braafheid van de blokfluit”, schreef een recensent ooit over hen. De pers prees het spelplezier, de prachtige hechte klank en de virtuositeit van het kwartet. Het ensemble gaf talloze concerten bij podia en festivals van naam in veel Europese landen, Canada en Noord- en Zuid-Amerika. BRISK is op meer dan tien zeer goed ontvangen cd’s te beluisteren. Alle mogelijkheden van het blokfluitkwartet worden voortdurend verkend en uitgebreid. BRISK werkt vaak samen met collega-musici en met kunstenaars uit andere disciplines zoals acteurs, regisseurs, tekstschrijvers en filmers. Het aanbod van BRISK is opmerkelijk divers. Oude en nieuwe muziek wisselen elkaar voortdurend af. BRISK maakte naam met levendige vertolkingen van oude muziek, de zoektocht naar onbekend repertoire en de vele bewerkingen die het ensemble maakte in de traditie van het instrument. Het kwartet werkte onder meer samen met Michael Chance, Marcel Beekman, Johannette Zomer, Maarten Koningsberger, het Egidius Kwartet, het Gesualdo Consort, Bernard Winsemius, Leo van Doeselaar, Rainer Zipperling, Mike Fentross en Camerata Trajectina. BRISK geeft regelmatig concerten met specialisten in de hedendaagse muziek zoals pianiste Tomoko Mukaiyama, componist en improvisator Guus Janssen en zangeres Greetje Bijma. Tot de lange lijst van componisten die voor het kwartet schreven, horen Martijn Padding, Mayke Nas, Hans Koolmees, Calliope Tsoupaki, Bart Visman, Klaas de Vries, Kate Moore, Roderik de Man en vele anderen.

Amaryllis Dieltiens - sopraan Amaryllis Dieltiens studeerde aan het Lemmensinstituut Leuven bij Lieve Vanhaverbeke, en aan het Conservatorium van Amsterdam. Ze specialiseerde zich verder in opera aan De Nederlandse Opera Academie waar zij in 2006 cum laude afstudeerde. Haar vocale coaches zijn Margreet Honig en Rosemary Joshua. Zij vertolkte operarollen zoals Belinda en second woman (Dido & Aeneas – Purcell), Zaïde (Mozart), Venus (Venus & Adonis – Blow), Diana (Siren Song – Dove). In 2009 debuteerde zij aan de Nationale Reisopera in Hippolyte & Aricie (J. Ph. Rameau) als Prêtresse & Chasseresse. In 2011 zong zij de rol van Angelica in Orlando (Händel) o.l.v. Jan Willem de Vriend en later was zij te horen als Barbarina in Le Nozze di Figaro (Mozart) met het orkest van de 18e eeuw o.l.v. Kenneth Montgomery. Ze werkte met orkesten als Bergen Philharmonic Orchestra, Residentie Orkest, Nederlands Philharmonisch Orkest, De Nederlandse Bachvereniging, Musica Ad Rhenum, B’ Rock, Noord Nederlands Orkest, Amsterdam Baroque Orchestra, Prima la Musica en met ensembles als Combattimento Consort, Musica Amphion, Apollo Ensemble en BachPlus. Haar repertoire reikt van de vroege barok tot en met de 20ste eeuw. Dit bracht haar op grote festivals en in concertzalen zoals Festival Van Vlaanderen, Festival Oude Muziek, Grachtenfestival, Concertgebouw Amsterdam & Brugge, BOZAR, De Doelen, Theater Bonn, Theaterhaus Gesnerallee Zürich en Festival de Otono Madrid. In 2007 richtte ze met haar man Bart Naessens het ensemble Capriola Di Gioia op. Ze delen een passie voor het 17e-eeuwse tot het klassieke repertoire. Amaryllis werkte mee aan vele cd- opnames en er staan weer nieuwe opnameprojecten op stapel.