Musealisering Van Restauratie Presentatie En Dynamiek in Nederland En België, 1975-2017

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Musealisering Van Restauratie Presentatie En Dynamiek in Nederland En België, 1975-2017 Musealisering van restauratie Presentatie en dynamiek in Nederland en België, 1975-2017 Nicole Vieveen Musealisering van restauratie Presentatie en dynamiek in Nederland en België, 1975-2017 Nicole Vieveen Masterscriptie Museumstudies Faculteit der Geesteswetenschappen Universiteit van Amsterdam Onder begeleiding van prof. dr. Bram Kempers Met als tweede lezer: dr. Mirjam Hoijtink 22 januari 2017 Foto omslag: Detail tentoonstelling Het Lam Gods Ont(k)leed! Geschiedenis en onderzoek in Provinciaal Cultuurcentrum Caermensklooster in Gent, 2 oktober 2012 tot 31 december 2017. Foto: Provinciaal Cultuurcentrum Caermensklooster, via: <www.caermersklooster.be/nl/lam-gods-ontkleed> Inhoud Inleiding 3 1.! Het Rijksmuseum 7 De restauratie van de Nachtwacht in 1975: “Een wonderlijk stilleventje” 7 Het Nieuwe Rijksmuseum: renovatie 10 Het Ateliergebouw 12 Technical Art History 14 2.! Stedelijk Museum Amsterdam: restauratie Newman in opspraak 17 3.! Het Frans Hals Museum 20 Collectiebehoud 20 Een nieuwe en meer zichtbare koers 22 Werk in uitvoering 24 Adopteer een oude meester: restauratie en crowdfunding 26 4.! Rijksmuseum Twenthe: de kunst van het bewaren 28 5.! Het Mauritshuis 31 De zorg voor het Koninklijk Kabinet van Schilderijen 31 De restauratie van ‘le plus beau tableau du monde’ 33 Rembrandt onder het mes: De anatomische les en Saul en David 37 Depotgeheimen en de achterkant van schilderijen 40 Het Mauritshuis en Shell: Partners in Science 41 6.! De Lakenhal: 2010, het jaar van museale zelfreflectie 44 7.! Museum Boijmans Van Beuningen 46 De collectie 46 Restauratie op zaal: Dalí, Bosch en Picabia 48 ARTtube. Publieksbereik via video’s 50 Het Collectiegebouw, een open depot 51 Binnenste Buiten: op bezoek bij de Kunsthal 52 8.! Het Allard Pierson Museum: Doe-het-zelf in het ArcheoLab 54 9.! Het Lam Gods in Gent 57 De geschiedenis en behoud van het retabel 57 ‘L’Agneau mystique était malade’ 59 Kunst en citymarketing 61 Slotbeschouwing 64 Bibliografie 70 Afbeeldingen 83 2 Inleiding ‘Museum Boijmans is deze zomer het toneel van een muisstil spektakel’ kondigde het Algemeen Dagblad op 29 juli 2010 aan.1 Twee maanden lang was de restauratie van het drieluik Landschap met touwtjespringend meisje, geschilderd door Salvador Dalí in 1936, op de voet te volgen in een van de museumzalen; een primeur voor het Rotterdamse museum. In het Rijksmuseum vond al in 1975 een restauratie op zaal plaats. Dat was noodgedwongen, want het verplaatsen van de zwaar beschadigde Nachtwacht naar een restauratieatelier was onmogelijk. Het Mauritshuis restaureerde in 1994 het Meisje met de parel en Gezicht op Delft, dat voorbijgangers door een venster in het voorplein konden aanschouwen. De belangstelling was groot en restauratie en onderzoek zijn sindsdien terugkerende thema’s binnen de publieksprogrammering van het Mauritshuis. Naast deze ‘liveoptredens’ staat het werk van conservatoren en restauratoren soms ook centraal in tentoonstellingen. In 2010 organiseerde de Lakenhal in Leiden de tentoonstelling Werk in Uitvoering. Duizenden objecten uit het depot kwamen op een lopende band voorbij terwijl medewerkers van het museum de objecten beschreven, fotografeerden en schoonmaakten. Het Mauritshuis schonk in 2015 aandacht aan kunst-technisch onderzoek met de tentoonstelling Rembrandt? De zaak Saul en David. Gepresenteerd als een ware ‘Crime Scene Investigation’ werd het publiek geïnformeerd over de verschillende technieken – XRF, infraroodreflectografie, pigmentanalyse – die gebruikt zijn om de zaak (‘is dit schilderij een echte Rembrandt?’) op te lossen, een vraag die normaliter voornamelijk achter de schermen wordt gesteld, onderzocht en beantwoord. Het tonen van werkzaamheden die zich aanvankelijk achter gesloten deuren afspeelden, is de laatste decennia steeds populairder geworden. Zo schieten ‘open depots’ als paddenstoelen uit de grond: het Huis van Hilde in Castricum, het Kijkdepot van het MAS in Antwerpen en de Schatkamer in Museum Gouda. In 2018 staat de opening van het Collectiegebouw van Museum Boijmans Van Beuningen gepland: een publiek toegankelijk gebouw dat de gehele collectie van Boijmans zal ontsluiten. Tevens wordt er volop gegraven in de museale schatkamers en het tonen van zogenaamde winkeldochters is in.2 De ogenschijnlijke invloed van het publiek, al dan niet BN’er, in het selecteren van objecten doet de autoriteit van het instituut vervagen. Het museum wordt steeds meer transparant: de 1 Yvonne Keunen, ‘Stil spektakel in Boijmans’, in: Algemeen Dagblad, 29 juli 2010, p. 2. 2 Bijvoorbeeld het DWDD Pop-Up Museum in het Allard Pierson Museum in 2015 en 2016, waarvoor tien vaste gasten van het televisieprogramma De Wereld Draait Door objecten uit de depots van Nederlandse musea selecteerden, en: het publieksparticipatieproject Mix Match Museum in 2014, waarbij museumbezoekers op een website hun eigen tentoonstelling konden samenstellen aan de hand van driehonderd objecten die door zes musea aangewezen waren. De meest inspirerende tentoonstellingen werden in de deelnemende musea gerealiseerd. Het Mauritshuis toonde in 2016 de buitenbeentjes van de collectie in de tentoonstelling Hoogte- en dieptepunten uit het depot. 3 bezoeker krijgt niet meer een kant-en-klare tentoonstelling voorgeschoteld, maar ook een kijkje in de keuken. Het van achter naar voor de schermen brengen, oftewel het musealiseren van restauratie- en conserveringswerkzaamheden is het thema van deze scriptie. De term musealisering, geïntroduceerd in 1963 door de Duitse filosoof Joachim Ritter en uitgewerkt door zijn leerling Hermann Lübbe, duidt het proces aan waarbij objecten van hun oorspronkelijke context worden ontdaan en in een museale setting worden gepresenteerd.3 Of, zoals het ICOM International Committee for Musealogy het begrip definieert: “(…) musealisation is the operation of trying to extract, physically or conceptually, something from its natural or cultural environment and giving it a museal status, transforming it into a musealium or ‘museum object’, that is to say, bringing it into the museal field.”4 De contextverandering veroorzaakt een andere verhouding tussen de bezoeker en het object, en daarmee een betekenisverschuiving. Het proces van musealisering beperkt zich niet alleen tot voorwerpen, maar kan ook van toepassing zijn op gebouwen – zoals kerken, molens en fabrieken – landschappen, culturen en gebeurtenissen.5 In dit onderzoek heeft de term musealisering betrekking op een handeling of activiteit: de praktijk van restaureren en conserveren. Niet een statisch object, maar de interactie tussen de restaurator en het voorwerp staat centraal. Onontkoombaar zijn de vragen die de nieuwe context met zich meebrengt, zoals: hoe kunnen complexe onderwerpen aan een breed publiek uitgelegd worden? Bij de uitvoering van restauraties en het onderzoek dat daaraan vooraf gaat, gebruiken restauratoren tegenwoordig de meest moderne en geavanceerde technieken en materialen. Maar het vak zelf is niet nieuw. Als sinds de tijd dat kunstwerken gemaakt werden, is er ook voor gezorgd. Zo bevatten oude schildershandleidingen vaak een sectie met aanwijzingen voor het schoonmaken en herstellen van schilderijen.6 Authenticiteit speelde daarbij nog geen rol; het doel van het schoonmaken en herstellen was het schilderij weer als nieuw te doen 3 De term musealisering introduceerde Ritter in zijn essay ‘Musealisierung als Kompensation’ uit 1963, zie: Joachim Ritter, ‘Die Aufgaben der Geisteswissenschaften in der modernen Gesellschaft’, in: Joachim Ritter, Subjektivität. Sechs Aufsätze, Frankfurt am Main: Suhrkamp, 1974, pp. 105-140. Lübbe werkte dat verder uit in: Hermann Lübbe, Der Fortschritt und das Museum: über den Grund unseres Vergnügens an historischen Gegenständen, Londen: Institute of Germanic Studies, 1982. In Nederland paste Jan Vaessen het begrip als eerste toe, zie: J. A. M. F. Vaessen, Musea in een museale cultuur: de problematische legitimering van het kunstmuseum, proefschrift Universiteit van Tilburg, 1986. Zie ook: Sharon Macdonald, Memorylands. Heritage and Identity in Europe Today, New York: Routledge, 2013, p. 138. 4 André Desvallées, François Mairesse (eds.), Key Concepts of Musealogy, Parijs: Armand Colin, 2010, pp. 50-52. 5 Een greep uit de studies naar musealisering: A. A. M. de Jong, De dirigenten van de herinnering. Musealisering en nationalisering van de volkscultuur in Nederland 1815-1940, proefschrift Radboud Universiteit Nijmegen, 2001; Gerard Rooijakkers, ‘De musealisering van het dagelijks leven. Cultureel erfgoed tussen bewaren en vergeten’, in: Rob van der Laarse (red.), Bezeten van vroeger. Erfgoed, identiteit en musealisering, Amsterdam: Het Spinhuis, 2005, pp. 207-217; Yaël Koeleman, Musealisering van herinnering. Holocausterfgoed in het Anne Frank Huis, het Rijksmuseum, Kamp Westerbork en het Nationaal Holocaust Museum, masterscriptie Universiteit van Amsterdam, 2016. 6 Van veel schilders, waaronder Jan van Scorel en Frans Hals, is bekend dat zij het werk van andere schilders ‘restaureerden’. 4 verschijnen. De meest drastische middelen werden ingezet, zoals bijtende zuren.7 Ideeën over restauratie zijn door de eeuwen heen veranderd en inmiddels wordt van restauratoren verwacht dat zij zich houden aan ethische codes, waarbij het principe van reversibiliteit voorop staat.8 Desalniettemin werd het beroep lange tijd gekenmerkt door een mysterieus imago: “(…) het schijnt wel een traditie van schilderij-herstellers, hun bedrijf met een waas van geheimzinnigheid te omhullen”, aldus de restauratoren H. H. Mertens en A. van Schendel in hun artikel uit
Recommended publications
  • Van Gogh Museum Journal 1995
    Van Gogh Museum Journal 1995 bron Van Gogh Museum Journal 1995. Waanders, Zwolle 1995 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_van012199501_01/colofon.php © 2012 dbnl / Rijksmuseum Vincent Van Gogh 6 Director's Foreword The Van Gogh Museum shortly after its opening in 1973 For those of us who experienced the foundation of the Van Gogh Museum at first hand, it may come as a shock to discover that over 20 years have passed since Her Majesty Queen Juliana officially opened the Museum on 2 June 1973. For a younger generation, it is perhaps surprising to discover that the institution is in fact so young. Indeed, it is remarkable that in such a short period of time the Museum has been able to create its own specific niche in both the Dutch and international art worlds. This first issue of the Van Gogh Museum Journal marks the passage of the Rijksmuseum (National Museum) Vincent van Gogh to its new status as Stichting Van Gogh Museum (Foundation Van Gogh Museum). The publication is designed to both report on the Museum's activities and, more particularly, to be a motor and repository for the scholarship on the work of Van Gogh and aspects of the permanent collection in broader context. Besides articles on individual works or groups of objects from both the Van Gogh Museum's collection and the collection of the Museum Mesdag, the Journal will publish the acquisitions of the previous year. Scholars not only from the Museum but from all over the world are and will be invited to submit their contributions.
    [Show full text]
  • Rijks Museum Jaarverslag 2016 Jaarverslag 2016
    JaaRveRSlag 2016 rijks mUSEUm JaaRveRSlag 2016 Rijks muSeum JaaRveRSlag 2016 Taco Dibbits, per 15 juli 2016 de nieuwe hoofddirecteur van het Rijksmuseum, in de Nachtwachtzaal bij de portretten van Marten Soolmans en Oopjen Coppit pp. 2/3 In 1634 werden Marten Soolmans en Oopjen Coppit door Rembrandt ten voeten uit geportretteerd, een jaar na hun huwelijk. In 2016 verwierven Nederland en Frankrijk de beide portretten die afwisse- lend in het Rijksmuseum en het Louvre zullen worden getoond. Rembrandt van Rijn, Portret van Marten Soolmans (1631–1641) en Portret van Oopjen Coppit (1611–1689), gezamenlijke aankoop van de Staat der Nederlanden en de Republiek Frankrijk, collectie Rijksmuseum/collectie Musée du Louvre Inhoud BegunStIgeRS 7 PatRonen 14 SchenKeRS en legatoRen 21 VeRSlag van de dIRectIe 26 BeRIcht van de Raad van ToezIcht 46 PublIeK en medIa 56 TentoonStellIngen en pReSentatIeS 58 BRuIKlenen 60 AanwInSten 64 ConSeRveRen en ReStauReRen 92 PublIcatIeS 108 PublIcatIeS van medeweRKeRS 112 PReSentatIeS en lezIngen dooR medeweRKeRS 119 ExteRne actIvIteIten van medeweRKeRS 132 oRganogRam 141 PeRSoneel 142 FInancIeel veRSlag 150 5 Opening van de beeldententoonstelling gewijd aan Giuseppe Penone – de Summer Garden Party, 10 juni 2016. De tentoonstelling werd mede mogelijk gemaakt door de deelnemers van de BankGiro Loterij en de Rijksclub 6 BEGUNSTIGERS Holland America Line, sponsor • Algemene bijdrage • Rijksmuseum at Sea Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ING Bank, hoofdsponsor Royal Philips Electronics, founder • Partner
    [Show full text]
  • A Concise Financial History of Europe
    A Concise Financial History of Europe Financial History A Concise A Concise Financial History of Europe www.robeco.com Cover frontpage: Cover back page: The city hall of Amsterdam from 1655, today’s Royal Palace, Detail of The Money Changer and His Wife, on Dam Square, where the Bank of Amsterdam was located. 1514, Quentin Matsys. A Concise Financial History of Europe Learning from the innovations of the early bankers, traders and fund managers by taking a historical journey through Europe’s main financial centers. Jan Sytze Mosselaar © 2018 Robeco, Rotterdam AMSTERDAM 10 11 12 13 21 23 BRUGGE 7 LONDON 14 19 DUTCH REPUBLIC 15 8 ANTWERP 16 18 20 17 PARIS 22 24 25 9 VENICE GENOA 2 5 PIsa 1 3 FLORENCE 4 SIENA 6 25 DEFINING MOMENts IN EUROPeaN FINANCIAL HIstOry Year City Chapter 1 1202 Publication of Liber Abaci Pisa 1 2 1214 Issuance of first transferable government debt Genoa 1 3 1340 The “Great Crash of 1340” Florence 2 4 1397 Foundation of the Medici Bank Florence 2 5 1408 Opening of Banco di San Giorgio Genoa 1 6 1472 Foundation of the Monte di Paschi di Siena Siena 1 7 1495 First mention of ‘de Beurs’ in Brugge Brugge 3 8 1531 New Exchange opens in Antwerp Antwerp 3 9 1587 Foundation of Banco di Rialto Venice 1 10 1602 First stock market IPO Amsterdam 5 11 1609 First short squeeze and stock market regulation Amsterdam 5 12 1609 Foundation of Bank of Amsterdam Amsterdam 4 13 1688 First book on stock markets published Amsterdam 5 14 1688 Glorious & Financial Revolution London 6 15 1694 Foundation of Bank of England London 6 16 1696 London’s
    [Show full text]
  • Uva-DARE (Digital Academic Repository)
    UvA-DARE (Digital Academic Repository) 'Het karakter onzer Hollandsche school'. De Koninklijke Akademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam, 1817-1870 Reynaerts, J.A.H. Publication date 2000 Link to publication Citation for published version (APA): Reynaerts, J. A. H. (2000). 'Het karakter onzer Hollandsche school'. De Koninklijke Akademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam, 1817-1870. in eigen beheer. General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl) Download date:01 Oct 2021 Illl 'Van batterei veranderd' Koerswijzigingenn omstreeks 1840 1.. Emancipatie van kunstenaars Opp 9 september 1839 werd in Amsterdam het nieuwe gebouw van de één jaar oude dierentuinn Natura Artis Magistra feestelijk geopend. Onder de genodigden bevonden zich driee nieuwe directeuren van de Koninklijke Akademie van Beeldende Kunsten, Jan Adam Kruseman,, de directeur bouwkunst Martinus Tetar van Elven en de graveur André Taurel.
    [Show full text]
  • In Het Voetspoor Van Generaal David Baron Chassé (1765-1849) Op Weg Naar Het Koninkrijk Der Nederlanden
    2. David Hendrik Chassé door J.A. Kruseman,1833. (Bron: Historische Verzameling KMA, Breda) Jaarboek ‘de Oranjeboom’ 65 (2012) 31 Inhetvoetspoorvan generaalDavidbaronChassé(1765-1849) opwegnaarhetKoninkrijkderNederlanden door Jan Schulten | Van Republiek naar Koninkrijk Toen David Hendrik Chassé op 2 mei 1849 in Breda overleed, had hij een indrukwekkende militaire loopbaan achter de rug en was hij een nationale Nederlandse held geworden.1 In Breda herinneren de Chassésingel, het Chasséveld, het Chassépark en het Chassétheater aan deze vechtersbaas, die op vele slagvelden in Europa acte de présence heeft gegeven. Daarbij streed hij onder de vlag van de Republiek der Verenigde Nederlanden, de Franse Republiek, de Bataafse Republiek, het Koninkrijk Holland, keizer Napoleon en last-but-not-least het Koninkrijk der Nederlanden. Chassé werd, zoals hij dat gewild had, op 5 mei 1849 zonder veel uiterlijk vertoon op het kerkhof van de hervormde kerk in Ginneken ter aarde besteld. Er waren slechts enkele vrienden en vertrouwelingen uit zijn militaire loopbaan aanwezig. Tijdens de begrafenis werden toespraken gehouden door zijn huisvriend Adriaan Clarion, die in Spanje onder bevel van Chassé had gediend, en zijn Bredase buurman ds. Cornelis van de Broek. Clarion zei hierbij onder meer: Wij, zijn vrienden! betreuren zijn verlies; het Vaderland verliest in hem een van zijn getrouwste en dapperste verdedigers; en, overal waar zijn eervolle loopbaan hem riep, volbracht hij zijn plicht en streed hij met onverschrokken moed; zo getuigen de velden van Würzburg, Spanje, Waterloo en laatstelijk de citadel van Antwerpen. Zijn naam worde vereeuwigd met die der helden door de geschiedenis! 2 Ds. Van de Broek prees in zijn grafrede het karakter van Chassé in de volgende bewoordingen: Stil en nederig, voor zijn hoge rang en aanzienlijke stand, was hem de avond zijns levens; waarbij hij de hoogachting genoot van allen die hem kenden in zijn rechtschapen hoedanigheden en in zijn weldadigheid, die, wars van alle ijdele vertoning, liefst in het verborgene werkte.
    [Show full text]
  • The Rijksmuseum Bulletin
    the rijksmuseum bulletin 196 the rijks pieneman, history painting and the exhibitionsmuseum of the battle of waterloo bulletin ‘A Very Naive and Completely New Manner’: Pieneman, History Painting and the Exhibitions of the Battle of Waterloo • michael putter • n the spring of 1815 the Northern Detail of fig. 17 An artist with the right connections, I and Southern Netherlands, rough - who could capture the national mood, ly the present-day Netherlands and would find it easy to get a commission Belgium, were united in a single for a large history painting. Taking kingdom under the rule of Willem i shrewd advantage of the opportunities of Orange-Nassau. It was the dawn the situation presented, Jan Willem of an optimistic period for artists. Pieneman established himself as the In the Northern Netherlands there leading Dutch artist of his day. With was a general sense, which had been two enormous paintings he was able growing since the eighteenth century, to achieve both national and inter- that the arts had fallen into decline national standing, picturing the Battle after the glory years of the seventeenth of Waterloo – the most important century.1 Government committees event in the earliest years of the United appointed during the reign of King Kingdom of the Netherlands (fig. 1). Louis Bonaparte (1806-10) confirmed this image, and various measures aimed The Battle of Waterloo at raising the arts in the Netherlands to Emperor Napoleon (1769-1821) returned a higher, international standard were from exile in the spring of 1815. Within introduced.2 Most of these measures weeks he had assembled a large army were adopted or implemented by and marched north to drive a wedge Willem i (1772-1843) after 1815.
    [Show full text]
  • Raden Saleh (1811-1880), Dutch Indies Now Indonesia
    1 The Asian Modern © John Clark, 2013 Raden Saleh (1811-1880), Dutch Indies now Indonesia Apart from other writings, the principal understanding of Raden Saleh has been accomplished by Werner Kraus working chiefly on Indonesian and German sources, and Marie-Odette Scalliet, working on Indonesia and French sources as well as archival documents in Dutch from the court and other government archives in Den Haag. These include the secret briefing reports to the King. Modern knowledge about Raden Saleh, rather than hearsay commentary on handed down rumours, is almost entirely due to their efforts, and much of what follows would have been impossible without their work and the directions for inquiry indicated by it. Precursor discourses domestic 1778 VOC founds the Bataviaasch Genootshcap voor Kunsten en Wettens Chappen Terms related to painting in classical Javanese: Ranggâjiwa painter or decorator Citrakara maker of citra, image that is a painter Citraleka image or painting Prabangkara painter Contemporary Javanese works for painter Penyungging, juru sungging, juru gambar (SY (Sanento Yuliman Hardiwardoyo), 1981, 13-14) Citation from Ma Huan in Yingyai Shenglan, 1416 apparently a description of a wayang-bèbèr or wayang-karèbèt There is a sort of men who paint on paper men, birds, animals. Insects and so on: the paper is like a scroll and is fixed between two wooden rollers three feet high; at one side these rollers are level with the edge of the paper whilst they protrude on the other side. The man squats down on the ground and places the picture
    [Show full text]
  • Jan Willem Pieneman
    32846 Jan Willem Pieneman De slag bij Waterloo op 18 juni 1815, 1824 gedateerd Amsterdam, Rijksmuseum, inv./cat.nr. A 1115 Afbeeldingsnummer 1001660125 Afmetingen: 650x430 pixels Afbeeldingsnummer 0000335237 Afmetingen: 650x416 pixels Afbeeldingsnummer 0000213086 Afmetingen: 4523x2346 pixels Afbeeldingsnummer 0000065892 Afmetingen: 650x568 pixels Verder zoeken in RKDimages Naam kunstenaar Pieneman, Jan Willem Afgekorte literatuur Van Thiel et al. 1976 Afgekorte literatuur Paarlberg/Slechte 2013 Afgekorte literatuur Schimmelpenninck van der Oije 2014 Afgekorte literatuur Biemans 2016 Collectieplaats Den Haag Collectieplaats Amsterdam Collectie William I (King of the Netherlands) Collectie Rijksmuseum Onderwerpstrefwoorden vaderlandse geschiedenis Onderwerpstrefwoorden militaire scène Onderwerpstrefwoorden leger Onderwerpstrefwoorden paard Onderwerpstrefwoorden veldslag Onderwerpstrefwoorden soldaat Onderwerpstrefwoorden generaal Onderwerpstrefwoorden ruiter Onderwerpstrefwoorden hoed in de hand Onderwerpstrefwoorden volbloed paard Onderwerpstrefwoorden stap (van paarden) Onderwerpstrefwoorden topografie Afgebeelde plaats Waterloo (België) Object gegevens Objectcategorie schilderij Drager/materiaal doek, olieverf Vorm/maten liggende rechthoek 576 x 836 cm Signatuur/opschrift Informatie over de signatuur, datering, opschrift of merk op de voor- of achterzijde van het kunstwerk gesigneerd en gedateerd rechtsonder: J.W. Pieneman 1824 Huidige toeschrijving Jan Willem Pieneman Datering Exacte of globale datering van het kunstwerk; de zoekmarges
    [Show full text]
  • De Historieschilder, De Hertog En De Held
    Roelant van der Steen De historieschilder, de hertog en de held De totstandkoming van De Slag bij Waterloo van Jan Willem Pieneman BA Eindwerkstuk Kunstgeschiedenis: Kunst en architectuur voor 1850 De historieschilder, de hertog en de held De totstandkoming van De Slag bij Waterloo van Jan Willem Pieneman door Roelant van der Steen Studentnummer: 6602282 Onder begeleiding van Dr. Sarah Moran Faculteit Geesteswetenschappen Universiteit Utrecht 8 juni 2021 Inhoud Samenvatting ........................................................................................................................................ 1 Inleiding ................................................................................................................................................. 3 Het ‘hoogste genre’ .............................................................................................................................. 8 De Nederlandse kunstmarkt ......................................................................................................... 8 Historieschilderkunst in de Nederlanden ................................................................................ 10 Netwerken voor status .................................................................................................................. 12 De Slag bij Quatre Bras ................................................................................................................. 14 Tentoonstellingen ........................................................................................................................
    [Show full text]
  • Catalogus Van Het Rijks-Museum Van Schilderijen
    BARTHOLOMEUS VAN DERJHELST. [Schutters maaltijd. (La baiiquet de la garde civique (en 1648). Fragment. CATALOGUS VAN HET RIJKS-MUSEUM VAN SCHILDERIJEN DOOR ABR. BREDIUS Derde geheel omgewerkte druk AMSTERDAM Tj. YAN HOLKEMA 1887 R1JKS-MUSEUM VAN SCHILDER IJ EN Directeur: Fr. D. 0. OBREEN, sedert 1883. Commissie van Toezicht: C. SCHÖFFER 1883. J. H. MASCHHAUPT . 1884. Mr. J. A. SILLEM . 1884. J. ANKEESMIT Jr. 1884. Jhr. Dr. J. SIX 1884. THE G6ÏÏS CENTER U8RARY ; : ; INLEIDING. Het „K oninklijk Museu m”, waarin behalve schilderijen ook teekeningen, werken van beeldhouwkunst en snijwerk, gesne- den steenen, oudheden, kunstvoorwerpen en zeldzaamheden zouden opgenomen worden, werd bij decreet van 21 April 1808 door koning L o d e w ij k gesticht. Tot de vorming daarvan strekten a. een gedeelte der hier te lande gebleven schilderijen van den Stadhouder prins Willem Y- Deze hadden eerst een deel uitgemaakt van het „Nationaal Museum” te ’s-Gra- venhage, en werden nu — 96 stuks schilderijen en on- geveer 98 Nos. rariteiten — naar Amsterdam overgebracht b. 57 schilderstukken, 6 Juni 1808 voor ongeveer f 100,000 op de verkooping Gr. van der Pot van Groeneveld te Rotterdam aangekocht c. acht schilderijen, oude kunst, in Augustus 1808 uit Den Haag gezonden, en zeven dergelijke stukken, door de stad Amster- dam tijdelijk afgestaan; deze maken echter nu nog een deel ; VI INLEIDING. der verzameling uit, en vormen er den grootsten schat van; daaronder toch bevinden zich de Nachtwacht, de Staalmees- ters en de Schuttersmaaltijd; d. zes schilderijen en een marmeren beeldje, door baron Yan Spaen van Biljoen geschonken, en nog enkele geschenken; e.
    [Show full text]
  • In Vertrouwen Aangeboden Chris Stolwijk
    In vertrouwen aangeboden Chris Stolwijk Nederlandse kunst in internationale context 1800-1940 In vertrouwen aangeboden. Nederlandse kunst in internationale context, 1800-1940 Migratie van mensen en middelen is van alle tijden, en beeldvorming over het ‘eigene’ en het ‘andere’ flexibel. Kennis van de beeldende kunst uit de lange 19e eeuw draagt bij aan een beter begrip van de betekenis hiervan in de vorming en de perceptie van nationale staten enerzijds, en van de grens- en cultuur-overschrijdende effecten in beeldtaal en opvattingen van kunst anderzijds. Deze zijn mede bepalend voor de wijze waarop kunstwerken worden gepercipieerd en gewaardeerd en al dan niet een toekomst hebben die grenzen overstijgt. De kunstgeschiedschrijving van dit tijdvak is lang sterk nationaal gericht geweest, voor wat betreft Nederland zoekend naar kunstenaars als representanten van een beschaving, die wij aan de 17e eeuw danken. Tot voor kort bestond het beeld dat de 19e-eeuwse, Nederlandse kunst een geïsoleerd bestaan leidde. Die kunst zou pas na 1900 werkelijk aan internationale betekenis hebben gewonnen, mede door het streven en de verspreiding van het werk van Van Gogh, Toorop, Sluyters, Van Dongen en Mondriaan. Na 1870 werd de Nederlandse kunstwereld onderdeel van een uitdijende internationale markt. Kunstenaars kwamen terecht in de strijd tussen volken, naties en ‘moderniteit’. Deze concentreerde zich rond concepten als de betekenis van een nationale versus een universele kunst, de verhouding tussen een nationale traditie versus internationale moderniteit, en realistische kunstopvattingen, geworteld in persoonlijke observatie en ervaring van de natuur en de eigen tijd, versus een meer symbolistische opvatting. Een figuratieve, realistische beeldtaal bepaalde, ondanks grote verschillen in opvatting en uitwerking, tot na de Eerste Wereldoorlog de openbaring van ‘Hollands heerlijkheid’ en het zoeken naar aansluiting bij een nationale traditie.
    [Show full text]
  • Perpustakaan.Uns.Ac.Id Digilib.Uns.Ac.Id Commit to User
    perpustakaan.uns.ac.id digilib.uns.ac.id CHAPTER IV ANALYSES A. The 19th century Pangeran Diponegoro Villain and Hero 1. The 19th century in Indonesia The powerful Dutch East India Company (Dutch - Vereenigde Oost-Indische Compagnie - VOC Indonesian land from beginning of 17th century. For two centuries these mighty, the first multinational company controlled and used different parts of Indonesian Archipelago and seized power of local rulers. Due to corruption and debt, the company declared bankruptcy and it was nationalised by Dutch republic as the Dutch East Indies. The exact date of nationalisation of this company was January 1st 1800, so Indonesia entered into the 19th century with an old new ruler. (Brown, 2003) Between 1811 and 1816 some parts of the Dutch East Indies came under a short period of British control due to some insurgencies in Europe. After that the Dutch fought several wars to establish their full control over Archipelago. In West Sumatra between 1803 and 1827 there was the first civil war between two Muslim groups, and with the intervention of the Dutch this war was over. Now it is called the Minangkabau (ethnics of west Sumatra) or Padri War (that was the name of the faction that won). Between 1859 and 1863 there was also war in southeast Kalimantan. The result was the defeat of the Banjarmasin sultan. Areas of Bali and Aceh were also rebellious and conflict there started at the end of the 19th century and finished at the beginning of the 20th century with the Dutch state becoming absolute ruler of all present areas of Indonesia.
    [Show full text]