Het Romeins Martelaarsboek
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
1 HET ROMEINS MARTELAARSBOEK In het jaar 1927 vertaald door P. Romualdus van Delft. Later herzien en aangevuld door P. Paulinus van Gemert. Opnieuw herzien volgens de Vaticaanse uitgave in 1948 door P. Adrianus van Bergen op Zoom. 1952 Uitgave: L. J. Geeris-Roxs N.V. Kanaaldijk 1-4 HELMOND Het gedeelte wat betreft de MARTELAREN uitgegeven door: STICHTING DE GIHONBRON MIDDELBURG 2009 2 VOORWOORD Het oorspronkelijk Romeins Martelaarsboek geeft een overzicht van de namen van Martelaars, Belijders en Maagden. De martelaren die beschreven worden zijn voor het grootste deel personen die geleefd hebben in de eerste 4 eeuwen van onze jaartelling. Een martelaar naar Protestantse begrippen, zoals die gehanteerd worden bij vertrouwde schrijvers, is iemand die om de eer en de leer van Jezus Christus zijn leven moet verliezen. Deze zijn in deze digitale uitgave opgenomen. De vermelding H. (Heilige) is echter weggelaten in navolging van de Reformatoren, die daar bezwaar tegen hadden omdat men hen gebruikte als tussenpersonen in het gebed tot God. Andere martelaren, die na ca. 500 hebben geleefd, werden bijna allen weggelaten, omdat de oorzaak van hun martelaarschap niet altijd was vanwege het Evangelie van Jezus Christus. Een groot aantal namen in het Romeins Martelaarsboek komen ook voor, met uitvoeriger verslagen in de Martelaarsboeken van Adriaan van Haamstede, Fox, Rabus en anderen. Dat is vanzelfsprekend. Men heeft uit het Romeins Martelaarsboek geput, of uit dezelfde bronnen waar het Martelaarsboek zijn informatie uit genomen heeft. In het oorspronkelijk Romeins Martelaarsboek komen ook een groot aantal namen voor van Belijders en Maagden. Onder Belijders worden onder andere ook verstaan, voorname Kerkvaders, godvruchtige bisschoppen en anderen die een spoor van heilig leven hebben nagelaten en/of voor de Leer der Waarheid geleden en gestreden hebben. Deze zijn allen weggelaten, omdat het doel is allen degenen te vermelden, die gedood zijn om het Woord Gods en de getuigenis van Jezus Christus. Eveneens is weggelaten de indeling in het Romeins Martelaarsboek die betrekking heeft op het lezen naar datum en maanstand. In het voorwoord van het oorspronkelijk Romeins Martelaarsboek, wordt de opmerking geplaatst: “Dagelijks kan men een les uit het Romeins Martelaarsboek lezen.” Deze nuttige les geldt vanzelf ook ten volle voor Protestantse lezers. Het begrip Martelaar wordt echter weleens te eng geïnterpreteerd. De van God- geleerde Dr. H. F. Kohlbrugge schrijft in Schriftverklaringen deel 2, over Johannes 21:23: En Jezus had tot hem niet gezegd, dat hij niet sterven zou, maar: indien Ik wil, dat hij blijft, totdat Ik kom, wat gaat het u aan? En nu was het nog de vraag, wie van deze twee het meest lijden zou; Petrus, tot wie de Heere gesproken had: waar Ik heen ga, kunt gij Mij nu niet volgen, maar gij zult Mij namaals volgen, maar die de marteldood stervende, spoedig van alle lijden en tranen was ontheven … óf Johannes, die nog hier in dit jammerdal is moeten blijven tot na de verwoesting van Jeruzalem, en nog in de ruimste mate heeft moeten beleven wat Samuel en Jesaja, wat Jeremia, wat Daniël en Mozes beleefd en ondervonden hebben. Ach, hij heeft met zijn ogen afval op afval moeten aanschouwen en daarover smart op smart gevoeld, zodat hij in waarheid de kelk, die de Heere uitgedronken heeft, tot op de bodem toe heeft moeten ledigen. Dat was nog een geheel ander, een oneindig zwaarder lijden, dan wat Petrus moest ondergaan. Er is alzo geen oorzaak om hen te benijden, die de Heere van andere mensen onderscheidt, want zulken zijn meer dan anderen geplaagd en geslagen. Wij kunnen hieruit leren, dat de oprechte gelovigen hun lijdende Zaligmaker gelijkvormig mogen worden in dit leven en hierna hun verheerlijkt Hoofd in de hemel. Indien God voor ons is, wie zal dan tegen ons zijn? Is er groter voorrecht op aarde te krijgen? Romeinen 8. De Heere zegene daartoe deze uitgave, om Zijn Verbonds wil. Redactie Gihonbron 3 Het Romeins Martelaarsboek volgens de nieuwe Kalenderregeling over alle dagen des jaars verdeeld JANUARI 1 Januari Te Rome het lijden van Maagd en Martelares Martina. Onder keizer Alexander werd zij door velerlei folteringen gepijnigd en ten laatste heeft zij door het zwaard de mar- telaarspalm verworven. Te Cesarëe in Cappadócië, de begrafenis van Basilius, bijgenaamd „de Grote", Bisschop, Belijder en Kerkleraar. Beroemd om zijn leer en wijsheid en met alle deugden versierd, scheen hij ten tijde van keizer Valens wonderbaar uit en verdedigde met onwrikbare standvastigheid de Kerk tegen de Arianen en Macedonianen. Zijn feest wordt echter vooral gevierd op de veertiende Juni, de dag van zijn Bisschopswijding. Te Rome Martelaar Almáchius. Omdat hij zeide: „Het is heden het Octaaf 1 van de dag des Heeren; houdt op met de bijgelovigheden der afgoden en met de bezoedelde offeranden", werd hij op bevel van de stadsprefect Alipius door zwaardvechters gedood. Eveneens te Rome aan de Via Appia de bekroning van dertig Krijgslieden, Martelaars onder keizer Diocletiánus. Bij Spoléto Priester Concórdius, Martelaar ten tijde van keizer Antoninus. Eerst werd hij met stokken geslagen, vervolgens op de pijnbank uitgerekt en daarna in de kerker uitgemergeld. Daar door engelenbezoek gesterkt, heeft hij ten laatste zijn leven door het zwaard geëindigd. Ook op deze dag Martelaar Magnus. In Afrika Fulgéntius, Bisschop der kerk van Ruspe. Tijdens de vervolging der Wandalen had hij om het katholiek geloof en zijn voortreffelijke wetenschap veel van de Arianen te verduren en werd naar Sardinië verbannen. Eindelijk mocht hij weer naar zijn kerk terugkeren en is er beroemd om zijn leven en zijn prediking, een heilige dood gestorven. 2 Januari. Te Rome de herdenking van zeer vele Martelaren, die het bevel van keizer Diocletiánus verachtten, om de heilige boeken uit te leveren, en die liever aan de beulen hun lichaam aven dan het heilige aan de honden. Te Antiochië het martelaarschap van Bisschop Isidórus. Te Tomi in Pontus de Broeders Argéus, Narcissus de knaap Marcellinus. Toen deze laatste, onder keizer Licinius, bij de rekruten werd ingelijfd, en niet als soldaat wilde dienen, werd hij halfdood geslagen en lange tijd in de kerker uitgemergeld. Eindelijk in de zee verdronken, heeft hij zijn martelaarschap voltooid. Zijn broeders echter zijn door het zwaard omgebracht. Te Milaan Bisschop Martiniánus. In Opper-Egypte Abt en Priester Macárius van Alexandrië. († 395) 1 Dat is de achtste dag 4 3 januari. Te Rome aan de Via Appia de geboortedag van Anthérus, Paus en Martelaar, die onder Julius Maximinus geleden heeft en op de begraafplaats van Callistus werd begraven. Te Vienne in Frankrijk Bisschop Floréntius. Ten tijde van keizer Galliénus werd hij in ballingschap gezonden en stierf daar als Martelaar. Bij de stad Aulon in Palestina het lijden van Petrus, die de kruisdood heeft ondergaan. Aan de Hellespont de Martelaren Cyrilius, Primus en Theógenes. Te Cesarëe in Cappadócië de marteldood van Honderdman 2 Górdius, Martelaar. Er bestaat een zeer schone lofrede, welke Basilius de Grote, op zijn feest heeft gehouden. In Cilicië de Martelaren Zósimus en Athanásius, een opzichter bij het gevangeniswezen. Ook nog Theopémptus en Theónas, die tijdens de vervolging van Diocletiánus een roemvolle martelood ondergingen. Te Padua Martelaar Dániel. 4 januari. Op Creta de geboortedag van Titus, die door de Apostel Paulus tot Bisschop van de Cretenzen werd gewijd. Na een zeer trouwe vervulling van het predikambt, heeft hij het zalig einde verkregen en is begraven in de kerk, waar hij door de gelukzalige Apostel als een waardig bedienaar was aangesteld. Te Rome de Martelaren Priscus, een Priester, Priscilliánus, een geestelijke en Benedicta, een godvruchtige vrouw, die ten tijde van de goddeloze Juliánus door het zwaard hun marteldood voltooiden. Eveneens te Rome Dafrósa, echtgenote van Martelaar Flaviánus en moeder van de Maagden- Martelaressen Bibiána en Demétria. Na de marteldood van haar man werd zij eerst in ballingschap gezonden en daarna onder voormelde keizer onthoofd. Te Bologna de Martelaren Hermes, Aggéus en Cajus, die onder keizer Maximiánus geleden hebben, Te Adruméte, in Afrika, de gedachtenis van Martelaar Mávilus. In de vervolging van keizer Sevérus, door de wrede landvoogd Scápulas veroordeeld, om door de wilde dieren verscheurd te worden, ontving hij de martelaarskroon. Nog in Afrika de zeer roemrijke Martelaren Aquilinus, Eugénius, Marciánus, Quinctus, Theódotus en Tryphon. 5 januari. Te Rome Bisschop en Martelaar Telesphorus, die onder Antoninus Pius na veel wederwaardigheden, om het Christengeloof, een roemvolle marteldood onderging. In Egypte de herdenking van zeer vele Martelaren, die in Opper-Egypte tijdens de vervolging van Diocletiánus door velerlei folteringen zijn omgebracht. Te Rome de Maagd Emiliána, een tante van Bisschop Gregórius. Op uitnodiging van haar zuster Tharsilla, die vóór haar naar God was opgegaan, heeft zij zich op deze dag tot haar Heere begeven. Te Alexandrië de Maagd Synclética, wier roemvolle daden Athanásius in zijn geschriften heeft vermeld. 6 januari. 2 Latijn: centurio, leider van een groep van ca 100 soldaten 5 In Afrika de herdenking van zeer vele Martelaren, die in de vervolging van Sevérus aan een paal gebonden en verbrand zijn. In de streek van Reims het lijden van Maagd Macra. Toen zij tijdens de vervolging van Diocletiánus, op bevel van de landvoogd Rictiovárus, in het vuur geworpen werd, doch ongedeerd bleef, heeft men haar de borsten afgesneden en in een vunzige kerker geworpen. Vervolgens rolde men haar over zeer scherpe scherven en gloeiende kolen, waarna zij al biddend tot de Heere opging. 7 januari. Te Nicodemië de geboortedag van de Martelaar Luciánus, een priester der kerk van Antiochië. Vermaard om zijn kennis en welsprekendheid heeft hij tijdens de vervolging van Calérius Maximiánus, om het christengeloof, de marteldood ondergaan en is te Helenópolis in Bithynie begraven. Joannes Chrysóstomus heeft zijn lof verkondigd. Te Antiochië Diaken Clerus. Omdat hij zo roemvol zijn geloof beleed, werd hij tot zevenmaal toe gefolterd en lange tijd in de gevangenis uitgemergeld.