'Indisch Is Een Gevoel' : De Tweede En Derde Generatie Indische Nederlanders

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

'Indisch Is Een Gevoel' : De Tweede En Derde Generatie Indische Nederlanders Solidariteit en Identiteit Solidariteit Solidariteit en Identiteit Solidariteit Marlene de Vries Dr. Marlene de Vries is socioloog en als senior-onderzoeker verbonden aan het Instituut voor Migratie- en Etnische Studies (IMES) van de Universiteit van Amsterdam. Zij publiceerde eerder over onder andere Solidariteit en Identiteit Solidariteit Turkse jonge vrouwen en over Joden in Nederland. ‘Indisch is een gevoel’ ‘Indisch Indische Nederlanders zijn de grootste immigrantengroep die zich ooit in Nederland heeft gevestigd. Zij kwamen zo’n halve eeuw geleden vanuit Indië of Indonesië naar Nederland. Er is niet zo veel over hen bekend, en al helemaal niet over hun nazaten. Voelen die zich eigenlijk nog Indisch? In ‘Indisch is een gevoel’ vertellen de kinderen en klein- kinderen van de Indische immigranten, de tweede en derde generatie, uitvoerig over wat ze van huis uit aan Indische bagage hebben meege- kregen en wat Indisch-zijn voor hen betekent. Voor de tweede genera- tie bevatte de Indische erfenis elementen waarmee ze niet goed uit de voeten kon in het postkoloniale Nederland. Voor de derde generatie was Indisch-zijn van meet af aan minder met ambivalente gevoelens omgeven: vaker alleen maar positief én meer vrijblijvend. Inmiddels is de assimilatie ver voortgeschreden. Assimilatie en verbondenheid met de Indische achtergrond blijken bij beide generaties goed te kunnen samengaan, op veel verschillende manieren. de vries ‘Indisch is een gevoel’ ISBN 978 90 8964 125 0 De tweede en derde generatie Indische Nederlanders www.aup.nl A U P A U P aup_devries_def.indd 1 16-04-2009 09:40:17 ‘Indisch is een gevoel’ SOLIDARITEIT EN IDENTITEIT Recente sociale, culturele en economische ontwikkelingen in wes- terse en niet-westerse samenlevingen liggen aan de basis van een toenemende culturele en etnische diversiteit in onze eigen samen- leving. De sociale en culturele identiteit van mensen wordt meer en meer gevarieerd. Wat zijn de gevolgen van deze ontwikkelin- gen voor sociale banden en solidariteit? Het doel van de serie Soli- dariteit en Identiteit is antwoorden op deze vraag te vinden. serieredactie Prof. dr. J.P.L. Burgers, Faculteit Sociale Wetenschappen, Erasmus Uni- versiteit Rotterdam Prof. dr. J.C. Rath, Instituut voor Migratie en Etnische Studies, Univer- siteit van Amsterdam ‘Indisch is een gevoel’ De tweede en derde generatie Indische Nederlanders Marlene de Vries Omslagafbeelding Drie generaties Indische Nederlanders bijeen: de eerste, tweede en derde. De vrouw met de gebloemde bloes maakt deel uit van de tweede generatie. Aan weerszijden haar dochters en uiterst rechts haar moeder. Omslagafbeelding en foto’s binnenwerk: © Fanny van der Lin- den, Amstelveen Omslagontwerp: Neon, ontwerp & communicatie | Sabine Mannel Vormgeving binnenwerk: japes, Amsterdam isbn 978 90 8964 125 0 e-isbn 978 90 4850 044 3 nur 741 / 758 © Marlene de Vries / Amsterdam University Press, Amsterdam 2009 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestem- ming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 jº het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals ge- wijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp). Voor het over- nemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden. Inhoudsopgave Dankwoord 11 1 Inleiding 13 1.1 Indische Nederlanders en de diverse generaties 16 1.2 Indisch na Indië 19 1.3 Afkomst, erfenis en identificatie 22 1.3.1 De Indische erfenis 23 De koloniale erfenis 23 De Aziatische erfenis 28 De erfenis van de oorlog en de naoorlogse periode 30 1.3.2 Etnische identificatie 32 1.4 Het onderzoek 34 1.4.1 De onderzoekspopulatie 35 1.4.2 De interviews en opzet van dit boek 37 TWEEDE GENERATIE 2 Indo of Nederlander met een sausje? De diversiteit van de tweede generatie 43 2.1 ‘Ik ben en blijf een Indo’ 43 Achtergrond 43 Opvoeding en jeugd 47 Identificatie 53 Contacten 57 Indonesië en Indonesiërs 58 Opvoeding van de eigen kinderen en toekomstbeeld 61 2.2 ‘Ik ben Nederlander met een sausje’ 63 Achtergrond 63 Opvoeding en jeugd 66 Identificatie en contacten 71 Opvoeding van de eigen kinderen en toekomstbeeld 76 2.3 De twee portretten met elkaar vergeleken 77 5 3 Jeugd 81 3.1 ‘Je moet dóen als de Nederlanders, maar niet zíjn zoals zij’. Gezin en familie; overdracht en opvoeding 81 Achtergrond 81 Aanpassing 84 Indische afkomst en cultuur 88 ‘Jongens, wat gezellig, we zien elkaar weer!’ Familie- bijeenkomsten 91 3.2 Contacten met Indo’s en autochtone Nederlanders 96 Achtergrond 96 Anders-zijn en school 99 Vriendschap met Nederlandse en met Indische kinderen 105 3.3 ‘Een in tweeën gehakt leven’. De erfenis van de oorlog en de naoorlogse periode 111 4 Volwassenheid 117 4.1 Ontworsteling en herwaardering. De bewustwording van de volwassen tweede generatie 118 4.2 ‘Géén Indo!’ Partnervoorkeur en -keuze 127 4.3 ‘Geen programma, maar ongemerkt is het Indische er wel ingeslepen’. De kinderen: overdracht en opvoeding 139 4.4 Contacten met Indo’s en autochtone Nederlanders 144 4.4.1 Contacten met Indo’s 144 Senang versus status. Vrienden en andere Indo’s 144 Deelname aan het geïnstitutionaliseerde Indische leven 151 4.4.2 Contacten met autochtone Nederlanders 157 Vrienden en andere Nederlanders 157 Onaangename bejegening 160 4.5 ‘Indo’s zijn niet assertief’. Indisch-zijn en werk 163 Gebrek aan assertiviteit 163 ‘Gebrek aan antennes’ bij collega’s en discriminatie 169 Meer begrip voor niet-Nederlanders: de Indo als intermediair 171 Goede samenwerking met Indo’s en Aziaten 172 4.6 De Indonesische afkomst, Indonesiërs en Indonesië 175 De Indonesische afkomst 175 Indonesiërs en hun onafhankelijkheidsstrijd 177 Reizen naar Indonesië 180 5 Indisch-zijn en je Indisch voelen 185 5.1 De Indische erfenis 185 De koloniale erfenis 185 6 De Aziatische erfenis 188 De erfenis van de oorlog en de naoorlogse periode 190 5.2 De etnische identificatie 191 Verschuivingen 191 Zich Indisch, Nederlands en ‘anders’ voelen 194 Wat betekent ‘zich Indisch voelen’? 201 5.3 Erfenis, identificatie en de gevolgen 205 Toekomstvisie 207 DERDE GENERATIE 6 ‘Niet helemaal’ of ‘ontzettend’ Nederlands? De diversiteit van de derde generatie 213 6.1 ‘Je voelt toch wel dat je niet helemaal Nederlands bent’ 213 Achtergrond 213 Opvoeding en jeugd 215 Identificatie 220 Contacten 227 Opvoeding van de eigen kinderen en toekomstbeeld 228 6.2 ‘Ik ben ontzettend Nederlands, ik zie er alleen iets anders uit. En ik hou van lekker multicultureel!’ 229 Achtergrond 229 Opvoeding en jeugd 230 Indonesië 234 Identificatie 235 Contacten 238 6.3 De twee portretten met elkaar vergeleken 239 7 Jeugd 243 7.1 ‘Mijn Indische familie is wél anders dan mijn Nederlandse’. Gezin en familie; overdracht en opvoeding 243 Achtergrond 243 Hoe Indisch was de opvoeding? 245 De Indische en de Nederlandse familie 252 De koloniale erfenis 255 7.2 Contacten met Indo’s, autochtone Nederlanders en niet-autochtonen 259 7.3 Een (heel) verre echo. De erfenis van de oorlog en de naoorlogse periode 263 7 8 Volwassenheid 269 8.1 ‘Je bent niet zozeer op zoek naar iemand met een bepaalde afkomst’. Partnervoorkeur en -keuze 269 8.2 ‘Niet bewust Indisch’ en ‘zelfbewuste wereldburgertjes’. De kinderen: overdracht en opvoeding 280 8.3 Contacten met Indo’s, niet-autochtonen en autochtone Nederlanders 289 8.3.1 Contacten met Indo’s en niet-autochtonen 289 ‘Het is gevoelsmatig’: contact met Indo’s 289 ‘On-Hollandse eigenschappen’: contact met niet-autochtonen 292 Deelname aan het geïnstitutionaliseerde Indische leven 294 8.3.2 Contacten met autochtone Nederlanders 301 8.4 Werk: voltooide assimilatie? 302 8.5 De Indonesische afkomst en Indonesië 306 De Indonesische afkomst 306 Reizen naar Indonesië 312 9 Verwatering en variatie 317 9.1 De Indische erfenis 317 De koloniale erfenis 318 De Aziatische erfenis 319 De erfenis van de oorlog en de naoorlogse periode 321 9.2 De etnische identificatie 321 Zich Indisch, Nederlands en ‘anders’ voelen 323 9.3 Zal er nog een vierde of vijfde Indische generatie zijn? De Indische toekomst in de ogen van de derde generatie 337 10 Tot slot 343 10.1 Indisch-zijn: veranderende context en betekenis 344 10.2 Indisch-zijn nu 349 Afnemende invloed en grote diversiteit 349 Nogmaals Captain versus Deetman 354 Een ruimere identificatie 357 10.3 Indisch en de toekomst 358 Bijlagen 1. Enige statistische toelichting 367 2. De onderzoekspopulatie naar diverse kenmerken 371 3. De familiale samenhang tussen de ondervraagden 375 4. Topiclijst 377 8 Verklarende woordenlijst 383 Noten 387 Literatuur 405 Register 411 9 Dankwoord Dit boek gaat over twee generaties Indische Nederlanders die in Nederland zijn geboren of er in ieder geval zijn opgegroeid: de kinderen en kleinkinderen van de Indische immigranten die zo’n halve eeuw geleden vanuit Indië of Indonesië naar Nederland kwamen. Centraal staat de vraag wat hun Indische achtergrond voor hen betekent. Het hart van het onderzoek vormen de uitge- breide interviews met de 42 respondenten, mannen en vrouwen van de tweede en derde generatie Indische Nederlanders. Zij ver- telden mij, vaak met ontroerende openheid, hun levensverhaal in veelal urenlange gesprekken. Ze gingen uitgebreid in op de bete- kenis die Indisch-zijn voor hen heeft – een onderwerp dat soms moeilijk te verwoorden bleek, maar dat wel voor iedereen leefde. Ik wil alle respondenten hartelijk danken voor hun gastvrijheid en vertrouwen. Ook ben ik dank verschuldigd aan zo’n twintig sleu- telinformanten, deskundigen op het terrein van Indische Neder- landers, die mij te woord stonden en lieten delen in hun kennis.
Recommended publications
  • 'De Rekkelijkheid Van De Herinnering'
    ‘De rekkelijkheid van de herinnering’ De classificatie van de tweede generatie Indische auteurs Christiaan Boesenach MA Universiteit van Amsterdam Masterscriptie Redacteur/editor Amsterdam, 28 augustus 2016 Begeleider: Dr. N.T.J. Laan Inhoudsopgave ‘De rekkelijkheid van de herinnering’ 5 Probleemstelling, opbouw en methode 8 1. Canonisering en classificatie 10 1.1 Biografische gegevens 11 1.2 Classificatie en canonisering van Indische literatuur 12 Kritiek op de ‘status aparte’ 13 1.3 Classificatie en canonisering in internationaal perspectief 15 Postkolonialisme als merk 17 1.4 De effecten van literaire classificaties 18 2. Symbolische productie en beeldvorming 19 2.1 De auteur 20 2.2 De kritiek 21 2.3 De uitgeverij 22 Hella Haasse en postkolonialisme als merk 23 2.4 Symbolische productie door auteur, kritiek en uitgeverij 24 3. Posture en paratekst 25 3.1 De auteurspresentatie van de tweede generatie Indische auteurs 25 Marion Bloem 25 Alfred Birney 26 Adriaan van Dis 27 3.2 Paratekst, materiële productie en beeldvorming 30 Marion Bloem 31 Alfred Birney 31 Adriaan van Dis 32 3.3 Indische posture en paratekst 34 4. Mentions-analyse 35 4.1 De tweede generatie Indische auteurs 36 4.2 Birney, Bloem en Van Dis 39 4.3 Een Indische of een Nederlandse literatuur? 44 5. Conclusie 46 Discussie 47 Reflectie 47 6. Bibliografie 49 ‘De rekkelijkheid van de herinnering’ De classificatie van de tweede generatie Indische auteurs Misschien is dat voor mij de kern van het Indische: verhalen vertellen. De rekkelijkheid van de herinnering. Herinneringen aan een verleden waar ik geen toegang tot had. Een Indië dat ik zelf heb verzonnen.1 Het bovenstaande vertelt Adriaan van Dis in een persoonlijk verhaal dat hij schreef voor het boek Indisch leven in Nederland (2006).
    [Show full text]
  • PDF Van Tekst
    Indische Letteren. Jaargang 18 bron Indische Letteren. Jaargang 18. Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, Alphen aan den Rijn 2003 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_ind004200301_01/colofon.php © 2013 dbnl i.s.m. 1 [Nummer 1] Redactioneel In deze aflevering vraagt Esther ten Dolle aandacht voor een verschijnsel dat een belangrijk ingrediënt vormt van de bellettrie over Indië, maar dat tot dusver in ons periodiek nog geen bijzondere nadruk heeft gekregen. Dat gebeurt nu dus wel, in haar artikel ‘Tropenkolder in de Indische letteren’. Aan Tjalie Robinson is binnen onze kring uiteraard veel meer aandacht besteed. Toch weet Alexander Nieuwenhuis de relatie tussen Vincent Mahieu en Tjalie Robinson nog wat scherper onder woorden te brengen in zijn bijdrage: ‘De Januskop van Jan Boon’. Binnen onze toenemende belangstelling voor Indische gedichten past ook het overzicht dat René B. Karels geeft van de Indische poëzie van Leo Vroman en diens echtgenote Georgine Sanders (bij Vroman-lezers ook bekend als ‘Tineke’). De eerstvolgende lezingenmiddag vindt plaats op vrijdag 30 mei 2003. Gerard Termorshuizen zal dan zijn licht laten schijnen over de Indische journalist l'Ange Huet. ‘Visies op de Indische “oermoeder”; het beeld van de njai in de Indisch-Nederlandse literatuur’ is de veelbelovende titel van een lezing door Reggie Baay. Het tweede deel van de middag bestaat uit een gesprek met Adriaan van Dis. Peter van Zonneveld zal de auteur vooral aan de tand voelen over diens roman Familieziek. Nadere informatie over deze bijeenkomst vindt u achter in deze aflevering. Ten slotte willen we u alvast mededelen dat ons symposium ditmaal gewijd zal zijn aan een onderwerp dat al jaren op de agenda stond, maar dat nu in het najaar dan echt aan bod zal komen: Het KNIL in de Indische letteren.
    [Show full text]
  • Indisch Anders 2012
    IndIsch boekenkrant bij het tong tong festival issn 1875-5585. Redactie: siem Boon. e [email protected]. voRmgeving: sABrinA luthjens Bno & mArcel v An den Berg. UITGEVER: stichting TONG TONG, Bezuidenhoutseweg 331, 2594 Ar den Haag. e [email protected], Anders w www.tongtong.nl. gratis 6e jrg. ~ Nº 01 ~ mei 2012 4 F. spRingeR yvOnne & nieuw- keuls guinea 6: interview met stille 4 TROm 5 6 7 vOORlOpeR vOOR vincent HAAR 8 mahieu geneRaTie: ayu Ramdas’ badal 9 7 utami door edy seriese ‘ik ben niet Het succes van 12-13 diedeRik dickens besmeT’ van vleuTen in de TROpen column peter van zonneveld 11 alFRed 11 birney Kristine Groenhart Het is 1925. Vol verwachtingen gaan twee jonge mensen 15 20 scheep op het stoomschip delezen Slamat. Het kersverse echtpaar over reist naar het Molukse eiland Ambon waar Ernst de Vreede predikant wordt voor de Indische Kerk. Daar worden ze door het noodlot getroffen: zij overlijdt.’45–’49 Er wordt gefluisterd dat indiscH dit tjelaka is, wraak van het eeuwenoude Ambonese geloof. Zeven turbulente en eenzame jaren brengt Ernst als weduwnaar op het eiland Timor en in Holland door. Na een verbroken verloving leert hij op Celebes zijn tweede vrouw kennen. Ze krijgen drie kinderen. Ernst werkt in Batavia en Mangalaan 27 later op Sumatra. Het gezin gaat wonen op Mangalaan 27 in Medan, waar het geluk hun lijkt toe te lachen. Maar de 17 mei t/m 28 mei oorlog komt, en deze Hollandse levens in Indië zullen den opnieuw een dramatische wending nemen. manga- malieveld Schrijfster Mischa de Vreede (Batavia 1936) stelde een dossier over haar ouders samen.
    [Show full text]
  • GERT OOSTINDIE Postcolonial Netherlands
    amsterdam university press GERT OOSTINDIE Postcolonial Netherlands Sixty-five years of forgetting, commemorating, silencing Postcolonial Netherlands GERT OOSTINDIE Postcolonial Netherlands Sixty-five years of forgetting, commemorating, silencing amsterdam university press The publication of this book is made possible by a grant from Netherlands Organisation for Scientific Research nwo( ). Original title: Postkoloniaal Nederland. Vijfenzestig jaar vergeten, herdenken, verdringen, Uitgeverij Bert Bakker, 2010 Translation: Annabel Howland Cover illustration: Netherlands East Indies Memorial, Amstelveen; photograph Eveline Kooijman Design: Suzan Beijer, Amersfoort isbn 978 90 8964 353 7 e-isbn 978 90 4851 402 1 nur 697 Creative Commons License CC BY NC (http://creativecommons.org/licenses/by-nc/3.0) G.J. Oostindie / Amsterdam University Press, Amsterdam 2011 Some rights reversed. Without limiting the rights under copyright reserved above, any part of this book may be reproduced, stored in or introduced into a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means (electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise). Every effort has been made to obtain permission to use all copyrighted illustrations reproduced in this book. Nonetheless, whosoever believes to have rights to this material is advised to contact the publisher. TABLE OF CONTENTS Introduction 7 1 Decolonization, migration and the postcolonial bonus 23 From the Indies/Indonesia 26 From Suriname 33 From the Antilles 36 Migration and integration in the Netherlands
    [Show full text]
  • Verre Van Thuis
    VERRE VAN THUIS COLLECTIEVE IDENTITEIT IN ROMANS VAN DRIE GROEPEN REPATRIANTEN UIT NEDERLANDS-INDIË Master scriptie geschiedenis Specialisatie: Cities, Migration and Global Interdependence Eva van der Spek, s0859060 Begeleider: Mevr. Prof. Dr. M.L.J.C. Schrover Universiteit Leiden, 5 januari 2018 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding ................................................................................................................................ 4 1.1 Theoretisch kader .................................................................................................................... 6 1.1.1 Koloniale literatuur ..................................................................................................................................................................... 7 1.1.2 Postkoloniale literatuur ............................................................................................................................................................ 8 1.1.3 De repatrianten ............................................................................................................................................................................. 8 1.2 Historiografie ......................................................................................................................... 11 1.3 Materiaal & methode ............................................................................................................ 13 1.3.1 Materiaal .......................................................................................................................................................................................
    [Show full text]
  • Indische Letteren. Jaargang 1
    Indische Letteren. Jaargang 1 bron Indische Letteren. Jaargang 1. Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, Oude Wetering 1986 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_ind004198601_01/colofon.php © 2012 dbnl i.s.m. 1 [Nummer 1] Redactioneel Voor u ligt het eerste nummer van het tijdschrift Indische Letteren, het documentatieblad van de in september 1985 opgerichte Werkgroep Indisch-Nederlandse letterkunde. De doelstelling van deze werkgroep is: de studie te bevorderen van ‘wat Nederlandse schrijvers en dichters over Indonesië hebben geschreven, vanaf de eerste jaren der Compagnie tot op heden’, zoals de ondertitel luidt van de Oost-Indische Spiegel van Rob Nieuwenhuys. Hierbij wordt gedacht aan het stimuleren van onderzoek, het organiseren van lezingen en symposia en het opzetten van een documentatiesysteem. Het begrip literatuur dient ruim te worden opgevat: het gaat niet alleen om poëzie en fictioneel proza, maar ook om kinderliteratuur, triviale literatuur, brieven, dagboeken, memoires, reisverhalen, sommige wetenschappelijke werken, en alles wat verder nog van belang kan zijn. Onderzoek op het terrein van de Indisch-Nederlandse letterkunde wordt door ons niet gezien als een uitsluitend letterkundige aangelegenheid. Gezien haar vaak documentaire karakter blijkt de ‘koloniale literatuur’ immers keer op keer te kunnen fungeren als een belangrijke bron van kennis voor onder andere historici, sociologen en antropologen. De werkgroep wil als platform fungeren voor allen die onderzoek verrichten - of hebben verricht - op het gebied van de Indisch-Nederlandse letterkunde. Het tijdschrift Indisch Letteren speelt daarbij een belangrijke rol. De redactie streeft ernaar artikelen op te nemen, waarin op een voor alle belangstellenden leesbare wijze verslag wordt gedaan van nieuw onderzoek.
    [Show full text]
  • Cultural Memory and Indo-Dutch Identity Formations Pattynama, P
    UvA-DARE (Digital Academic Repository) Cultural memory and Indo-Dutch identity formations Pattynama, P. Published in: Post-colonial immigrants and identity formations in the Netherlands Link to publication Citation for published version (APA): Pattynama, P. (2012). Cultural memory and Indo-Dutch identity formations. In U. Bosma (Ed.), Post-colonial immigrants and identity formations in the Netherlands (pp. 175-192). (IMISCOE research). Amsterdam: Amsterdam University Press. General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: http://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (http://dare.uva.nl) Download date: 06 Jan 2019 Post-Colonial Immigrants and Identity Formations in the Netherlands edited by Ulbe Bosma IMISCOE Research Cover design: Studio Jan de Boer BNO, Amsterdam Layout: The DocWorkers, Almere ISBN 978 90 8964 454 1 e-ISBN 978 90 4851 731 2 (pdf) e-ISBN 978 90 4851 732 9 (ePub) NUR 741 / 763 © Ulbe Bosma / Amsterdam University Press, Amsterdam 2012 All rights reserved.
    [Show full text]
  • (On)Mogelijkheid Van Indische Identiteit in Postkoloniale Romans
    Werkwinkel 11(1), 2016, pp. 41-71 © Department of Dutch and South African Studies Faculty of English, Adam Mickiewicz University, Poznań, Poland DOI: 10.1515/werk-2016-0003 Een enorme strook mestizo in het midden? De (on)mogelijkheid van Indische identiteit in postkoloniale romans PETRA R. BOUDEWIJN University of Groningen Moderne Nederlandse Letterkunde Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen PO Box 716 9700 AS Groningen, Netherlands [email protected] An Enormous Interstitial Mestizo? The (Im)possibility of Eurasian Identity in Dutch Postcolonial Novels Abstract: This article examines the (im)possibility of Eurasian identity in Dutch postco- lonial novels by second-generation authors such as Marion Bloem and Adriaan van Dis. As a result of Indonesia’s decolonisation 300.000 Dutch nationals came from the former Dutch East Indies to the Netherlands. Among them was a large group of Eurasians, people of mixed Dutch and Indonesian descent. Many of whom had never set foot on the so-called motherland. Although Eurasians had belonged to the European commu- nity in the tropics, they were perceived as immigrants by the Dutch government and were subjected to an aggressive, far-reaching assimilation policy – fearing they would otherwise become a major social problem. Their offspring, the so-called second genera- tion, is often assumed to struggle with their identity while growing up in a postcolonial society that did not tolerate cultural differences at the time. What constitutes a Eurasian identity, and can such identities exist after the enforced assimilation of Eurasians in the Netherlands? How do second-generation authors look upon their Eurasian background and how do they portray these assumed identity struggles in postcolonial literature? The texts in question are discussed in relation to theories of hybridity.
    [Show full text]
  • Indisch Anders 2008
    INDISCH BOEKENKRANT BIJ HET TONG TONG FESTIVAL ISSN 1875-5585. REDACTIE: SIEM BOON, E [email protected] TEKSTBIJDRAGEN: JESSICA BARO, VORMGEVIng: WWW.MAKINGWAVES.NL & MARCEL VAN DEN BERG, UITGEVER: STICHTING TONG TONG, BEZUIDENHOUTSEWEG 331, 2594 AR ANDERS DEN HaaG, E [email protected] , W WWW.TONGTONG.NL gratis 3e jrg. ~ Nº 01 ~ april 2008 3 DE NJAI 6 7 BIJZONDERE EXPOSITIE 5 INDISCHE DENKREVOLUTIE SCHOOL DANKZIJ VOC HAASSE & FAMILIE ROOS KoUSBROEK INTIEME GESPREKKEN IN BRIEVEN 11 12 10 9 INDOCHINA HERLEZEN: SMELTKROES BATAVia GESChiEDENIS VAN RECENSIE: VER VAN DE PASAR ROGIER BOON, FAmiLIE FILM MALAM BESAR INDISCH ONTWERPER VAN MaRION BLOEM DooR MARioN 13 14 BLOEM MAX DE BRUIJN: ALLES HEEFT ZiJN TiJD 15 16 17 ATTimA SNIJDEN EXPOSITIE & OPERA & STIKKEN VER VAN FAmiLIE 19 RECENSIE DooR PAMELA 21TONG ME TONGI T/M PATTYNAMA 20 1 JUNI 2008 Over Indisch Anders Indisch Anders, boekenkrant bij het Tong medewerkers Reggie Baay (1955) studeerde Nederlandse Marion Bloem (1952) brak bij een groot Tong Festival, richt zich op lezers met taal- en letterkunde. Hij publiceert regel- publiek door met haar roman Geen gewoon een belangstelling voor (post)koloniale matig over koloniale geschiedenis en lite- Indisch meisje (1983). In 1983 verscheen letteren. Indisch Anders verschijnt onre- ratuur. In 2006 debuteerde hij als roman- ook haar documentaire Het land van mijn gelmatig in een oplage van 40.000. De cier met De Ogen van Solo, waarvan in ouders die wekenlang volle zalen trok in boekenkrant is gratis verkrijgbaar bij de december 2007 de derde druk verscheen. Nederlandse filmhuizen, en die door de boekhandel. In mei van dit jaar komt van Reggie Baay IKON werd uitgezonden.
    [Show full text]
  • Over Multatuli. Jaargang 32. Delen 64-65
    Over Multatuli. Jaargang 32. Delen 64-65 bron Over Multatuli. Jaargang 32. Delen 64-65. Bas Lubberhuizen, Amsterdam 2010 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_ove006201001_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. i.s.m. 3 [Nummer 64] Ten geleide De vorm is vreemd. Doch dit zal te meer belangstelling wekken. (W.J.C. van Hasselt aan Multatuli, 16 mei 1860) De meest uiteenlopende karakteriseringen zijn in de loop van de afgelopen 150 jaar voor Max Havelaar gebruikt: beroemdste boek uit de Nederlandse letterkunde, the book that killed colonialism, persoonlijk appèl, politiek statement dat de gezapigheid van de negentiende-eeuwse romanschrijverij voorgoed verstoorde, puntjesuitgave, the greatest mess possible, fureur der verachting, het boek... om er een paar te noemen. De Max is dan ook vanaf 1860 van allerlei kanten bezien: vanuit de romantiek, de literatuurhistorie, de koloniale geschiedenis, de rechtspraktijk, de editiewetenschap, de vertaalwetenschap, de nationale en internationale neerlandistiek, het feminisme en vele, vele andere. Ondanks vele synthesewerken over Max Havelaar bleven de afgelopen decennia ook de analyses van deelfacetten van het boek verschijnen. Deze speciale jubileumeditie van Over Multatuli, die uitkomt naar aanleiding van het Multatuli-jaar 2010, presenteert de nieuwste visies op diverse aspecten van de Havelaar. Het werk is vanaf 2006 geijkt als canonicaal boek, dat mogelijk in een niet te verre toekomst opgenomen zal zijn in de UNESCO-Werelderfgoedlijst. We hopen dat het gebodene de analytici en synthetisten in spe tot tegenspraak mag prikkelen en zal aanzetten tot vervolgdebatten over de woordelijke neerslag van de strijd die meer dan 150 jaar geleden werd gevoerd door Eduard Douwes Dekker, in zijn tijd en in zijn Nachleben waar wijzelf en vele anderen na ons deel van uitmaken.
    [Show full text]
  • Colonial Memory
    Colonial Memory Colonial Memory Contemporary Women’s Travel Writing in Britain and the Netherlands Sarah De Mul Amsterdam University Press The publication of this book is made possible by a grant from the Research Foun- dation Flaunders Cover illustration: Jens Pée Cover design: Kok Korpershoek, Amsterdam Lay-out: Japes: JAPES, Amsterdam isbn 978 90 8964 293 6 e-isbn 978 90 4851 385 7 nur 617 © Sarah De Mul /Amsterdam University Press, 2011 All rights reserved. Without limiting the rights under copyright reserved above, no part of this book may be reproduced, stored in or introduced into a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means (electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise) without the written permission of both the copyright owner and the author of the book. Contents Acknowledgements 7 Introduction 9 ‘Yesterday does not go by’ Chapter 1 17 A Trip Down Memory Lane. Colonial Memory in Women’s Travel Writing Chapter 2 33 Women’s Memory of Rhodesia, the Dutch East Indies and British and Dutch Cultures of Colonial Remembrance Chapter 3 55 Nostalgic Memory in Aya Zikken’s Terug naar de atlasvlinder Chapter 4 81 Indo Postmemory in Marion Bloem’s Muggen, mensen olifanten Chapter 5 103 Everday Memory in Doris Lessing’s African Laughter Conclusion 123 Notes 131 Works Cited 159 Index 177 5 Acknowledgements I have been so fortunate to share the intellectual journey of this book with a range of people to whom I am particularly grateful. I thank Vivian Liska and Isabel Hov- ing, who led me on the research path when I was a student of Germanic litera- tures at the University of Antwerp, and who still are now, important examples in this profession.
    [Show full text]
  • Memoirs of an Indo Woman (1993) and Anne-Gine Goemans’ Honolulu King (2015)
    Junctions volume 3 issue 1 59 Identifying as "Indo" Descriptions of Food in Marguerite Schenkhuizen’s Memoirs of an Indo Woman (1993) and Anne-Gine Goemans’ Honolulu King (2015) Gwen Kerkhof Mogot ABSTRACT By analyzing Marguerite Schenkhuizen’s colonial Memoirs of an Indo Woman (1993) and Anne-Gine Goemans’ postcolonial novel Honolulu King (2015), the author argues that embracing and rejecting indigenous Indonesian food demonstrates protagonists’ identification as Indo-European (Eurasian, or Indo). In colonial times, the distinction between European and indigenous food in the Dutch Indies, with the inherent judgments of value and status, was determined by colonial boundaries. In her memoir, Schenkhuizen describes how she moves between these boundaries. Although Schenkhuizen was raised as European, the descriptions of indigenous Indonesian food in her memoir demonstrate Schenkhuizen’s identification and re-appropriation as Indo. In postcolonial times, the preparation and consumption of such food is a way of identification with the Indo culture, drawing upon colonial traditions, as the contemporary novel Honolulu King shows. Hardy, the protagonist of Honolulu King, recounts his youth in the Dutch Indies while preparing and consuming Indonesian food. Honolulu King presents food as a vehicle that triggers memories, using food as way to access the colonial past in a postcolonial presence. As such, Indonesian food becomes a part of the cultural memory of the Dutch Indies drawing upon nostalgia for tempo doeloe. However, the preparation and consumption of Indonesian food also allow Hardy to affirm his ethnic identity. This affirmation is similar to Schenkhuizen’s position in Memoirs of an Indo Woman. KEYWORDS Memory, Identity, Food, Nostalgia, Colonial, Postcolonial.
    [Show full text]