Report Rapport Treinbotsing Amsterdam Westerpark

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Report Rapport Treinbotsing Amsterdam Westerpark Bezoekadres Anna van Saksenlaan 50 2593 HT Den Haag T 070 333 70 00 F 070 333 70 77 Postadres ONDERZOEKSRAAD Postbus 95404 ONDERZOEKSRAAD VOOR VEILIGHEID 2509 CK Den Haag VOOR VEILIGHEID www.onderzoeksraad.nl Treinbotsing Amsterdam Westerpark Amsterdam Treinbotsing Treinbotsing Amsterdam Westerpark Treinbotsing Amsterdam Westerpark Den Haag, december 2012 De rapporten van de Onderzoeksraad voor Veiligheid zijn openbaar. Alle rapporten zijn boven dien beschik baar via de website van de Onderzoeksraad www.onderzoeksraad.nl De Onderzoeksraad voor Veiligheid In Nederland wordt er naar gestreefd het gevaar van ongevallen en incidenten zoveel mogelijk te beperken. Wanneer het toch (bijna) misgaat, kan herhaling voor komen worden door, los van de schuldvraag, goed onderzoek te doen naar de oorzaak. Het is dan van belang dat het onderzoek onafhankelijk van de betrok ken partijen plaatsvindt. De Onderzoeksraad voor Veiligheid kiest daar om zelf zijn onder zoeken en houdt daar bij rekening met de afhankelijkheidspositie van burgers ten opzichte van overheden en bedrijven. De Onderzoeksraad is in een aantal gevallen wettelijk verplicht onderzoek te doen. Onderzoeksraad Voorzitter: mr. T.H.J. Joustra mr. Annie Brouwer-Korf prof. dr. ing. F.J.H. Mertens prof. mr. dr. E.R. Muller dr. ir. J.P. Visser Algemeen secretaris: mr. M. Visser Bezoekadres: Anna van Saksenlaan 50 Postadres: Postbus 95404 2593 HT Den Haag 2509 CK Den Haag Telefoon: +31 (0)70 333 7000 Telefax: +31 (0)70 333 7077 Internet: www.onderzoeksraad.nl - 2 - INHOUD Samenvatting ............................................................................................................ 5 Beschouwing .............................................................................................................. 9 Aanbevelingen ..........................................................................................................13 Lijst van afkortingen .................................................................................................15 1. Inleiding ...............................................................................................................17 1.1 Aanleiding ............................................................................................................ 17 1.2 Onderzoeksvraag ................................................................................................. 17 1.3 Andere onder zoeken ............................................................................................ 18 1.4 Beoordelingskader ............................................................................................... 19 1.5 Belangrijkste partijen en hun ver ant woordelijk heden.......................................... 19 2. Toedracht ............................................................................................................ 22 2.1 Inleiding ................................................................................................................ 22 2.2 De ongevalslocatie ............................................................................................... 22 2.3 De verkeersleiding ............................................................................................... 23 2.4 De intercity ........................................................................................................... 24 2.5 De sprinter ............................................................................................................ 26 2.6 Gevolgen van de botsing ������������������������������������������������������������������������������������� 28 3. Het ontstaan van de botsing .............................................................................. 38 3.1 Inleiding ................................................................................................................ 38 3.2 Taakuitvoering machinist ...................................................................................... 38 3.3 Auto matische Trein beïn vloeding �������������������������������������������������������������������������� 44 3.4 Taakuitvoering trein dienst leider na de rood sein passage .................................... 46 3.5 De totstandkoming en uitvoering van de dienst regeling .................................... 49 3.6 Veilig heids management van de spoor partijen .................................................... 62 3.7 Conclusies ............................................................................................................ 65 4. Beheersing letselrisico .........................................................................................69 4.1 Inleiding ................................................................................................................ 69 4.2 Het beheersen van letselrisico bij treinbotsingen ������������������������������������������������ 69 4.3 De primaire botsing en het effect op het ontstaan van letsel ..............................74 4.4 De secundaire botsing en het effect op het ontstaan van letsel ������������������������� 80 4.5 Veiligheidsbeleid vervoerder ............................................................................... 91 4.6 De botsing van 21 april 2012 in breder perspectief............................................. 94 4.7 Conclusies .......................................................................................................... 100 - 3 - 5. Conclusies ..........................................................................................................103 5.1 Waar door ontstond de botsing? ........................................................................ 103 5.2 Waar door ontstond letsel? ................................................................................. 103 5.3 Hoofdconclusies ................................................................................................. 104 6. Aanbevelingen ...................................................................................................109 Bijlage 1: Onderzoeks verantwoording .................................................................111 Bijlage 2: Reacties op conceptrapport .................................................................121 Bijlage 3: Beoordelingskader ................................................................................122 Bijlage 4: Wet- en regelgeving .............................................................................125 Bijlage 5: Betrokken partijen en hun ver ant woordelijk heden .............................137 Bijlage 6: Hypothesen rood sein passage...............................................................142 Bijlage 7: Letselschalen .........................................................................................148 Bijlage 8: Letsel, letseloorzaak en positie in de trein ..........................................151 Bijlage 10: Geraadpleegde literatuur ...................................................................161 - 4 - SAMENVattiNG Op 21 april 2012 vond een treinbotsing plaats in Amsterdam, nabij het Westerpark. Een sprinter en een intercity botsten frontaal tegen elkaar. Bij dit ongeval raakten ten minste 190 van de minimaal 425 inzittenden1 gewond, van wie zeker 24 ernstig. Eén van de ernstig gewonde reizigers is de dag na het ongeval aan de opgelopen ver wondingen overleden. De treinen na de botsing. Foto: ANP - Jerry Lampen Oorzaken botsing De botsing kon gebeuren doordat de sprinter voorbij een rood sein is gereden. De machinist van de sprinter vergiste zich in de waarneming van het rode sein, en dacht dat het sein geel was. De machinist merkte vervolgens ook niet op dat hij het rode sein passeerde omdat hij was afgeleid. Dit was volgens de Onderzoeksraad niet de enige oorzaak van de botsing. Ook andere omstandig heden speelden hierbij een rol. Er vonden die dag werk zaam heden plaats aan het spoor. 1 De Onderzoeksraad heeft geen informatie over het exacte aantal inzittenden, omdat gegevens over het aantal inzittenden in een trein niet geregistreerd worden. - 5 - Daardoor was de dienst regeling voor die dag aangepast en moesten beide treinen van hetzelfde spoor gebruik maken. Bovendien reed rond dit tijdstip een goederen trein afwijkend van de dienst regeling, waar door de tegemoetkomende intercity niet tijdig het spoor kon vrijmaken voor de sprinter. De sprinter moest daar om voor een rood sein wachten tot de intercity was gepasseerd. Niet alleen de machinist zelf, maar ook de verkeersleiding en de beveiligingstechniek merkten niet dat de trein door rood was gereden. De machinist kreeg daardoor geen waarschuwing dat hij het rode sein gepasseerd was, en ook werd de trein niet automatisch tot stilstand gebracht. De oorzaken van de treinbotsing Amsterdam Westerpark zijn niet uniek. Het onderzoek laat zien dat niemand bewust afwijkend heeft gehandeld van de gebruikelijke werkwijze. Ook de aanwezige technische systemen waren op de plaats en het moment van de botsing niet anders dan op veel andere plaatsen op het spoorwegnet. Dat betekent dat er maat regelen nodig zijn die zoveel mogelijk voor komen dat aan gepaste dienst- regelingen, vertragingen en menselijke vergissingen uiteindelijk leiden tot een botsing. De Onderzoeksraad heeft onderzocht op welke wijze betrok ken partijen de kans op een dergelijke botsing beheersen. Ook heeft de Onderzoeksraad onderzocht wat partijen hebben gedaan om het letselrisico onder reizigers en personeel bij een eventuele botsing zo veel mogelijk te beperken. Deze samenvatting bevat de voor naamste conclusies van het onderzoek. NS
Recommended publications
  • Nederlandsche Spoorwegen INHOUD
    Nederlandsche DOOR: NATHAN FRAANJE Spoorwegen Alles over de Nederlandsche Spoorwegen INHOUD 1. De geschiedenis van de Nederlandse Spoorwegen ........................................................................................ 2 2. De spoorwegen nu .......................................................................................................................................... 2 2.1. De OV-chipkaart .................................................................................................................................... 2 2.2. De verschillende vervoerders ................................................................................................................ 2 2.2.1. Arriva ................................................................................................................................................. 2 2.2.2. Breng ................................................................................................................................................. 2 2.2.3. R-net .................................................................................................................................................. 2 2.2.4. Blauwnet ........................................................................................................................................... 2 3. Materieel ......................................................................................................................................................... 3 3.1. De Sprinter ............................................................................................................................................
    [Show full text]
  • Vervoerplan NS 2006
    Vervoerplan NS 2006 (Vertrouwelijk) 31 oktober 2005 Directie Nederlandse Spoorwegen Bedrijfsgeheim 31-10-05 Vervoerplan 2006 Vertrouwelijk/3.0 - 1 Bedrijfsgeheim 31-10-05 Vervoerplan 2006 Vertrouwelijk/3.0 - 2 Inhoudsopgave Samenvatting 5 Inleiding 15 Outputsturing 17 Hoofdstuk 1: Het zorgaspect, het aangeboden vervoer 21 De zorgplicht 21 De vraag van de markt (instemming) 21 Het proces van vervoervraag tot vervoeraanbod 24 Wijziging van de dienstregeling ten opzichte van 2005 (instemming) 26 Het aangeboden vervoer en reizigersgroei 27 Hoofdstuk 2: Het zorgaspect op tijd rijden 32 De zorgplicht 32 De prestatie-indicatoren (instemming) 33 Onderbouwing gemaakte keuzes (instemming) 35 Maatregelen (instemming) 38 Specificatie meetsysteem (instemming) 40 Hoofdstuk 3: Het zorgaspect Informatie verstrekken 42 De zorgplicht 42 De prestatie-indicatoren (instemming) 43 Onderbouwing gemaakte keuzes (instemming) 45 Maatregelen (instemming) 50 Specificatie meetsysteem (instemming)Bedrijfsgeheim 51 Hoofdstuk 4: Het zorgaspect Serviceverlening: reinheid 53 De zorgplicht 53 De prestatie-indicatoren (instemming) 54 Onderbouwing gemaakte keuzes (instemming) 55 31-10-05 Vervoerplan 2006 Vertrouwelijk/3.0 - 3 Maatregelen (instemming) 57 Specificatie meetsysteem (instemming) 57 Hoofdstuk 5: Het zorgaspect Sociale veiligheid 58 De zorgplicht 58 De prestatie-indicatoren (instemming) 58 Onderbouwing gemaakte keuzes (instemming) 61 Maatregelen (instemming) 62 Specificatie meetsysteem 64 Hoofdstuk 6: Het zorgaspect Toegankelijkheid 65 De invulling van de zorgplicht
    [Show full text]
  • Lijst Van Verkortingen Spoorwegen 3E Druk P. Gutter
    Lijst van Verkortingen Spoorwegen Peter Gutter September 2018 Sinds 2002 is deze spoorse verkortingenlijst als privé-project bijgehouden. De eerste versies van de lijst telden slechts enkele bladzijden en werden op informele wijze verspreid onder collega’s van onder meer ProRail, NS Reizigers, NedTrain, Strukton en Railion, die er dankbaar gebruik van maakten. Al gauw kreeg ik vele aanvullingen toegestuurd. De lijst groeide daardoor snel en dit is alweer de 20e bijgewerkte en herziene versie, die hierbij als 3e druk in (elektronische) boekvorm verschijnt. Boven de bladzijden heb ik echter wel de vermelding 20e versie laten staan, omdat er al zoveel exemplaren van vorige versies in omloop zijn. 1e druk, april 2012 2e uitgebreide en herziene druk, april 2015 3e uitgebreide en herziene druk, september 2018 CIP-GEGEVENS ISBN 978-90-818932-4-4 NUR 464 Uitgegeven via de website www.nvbs.com van de Postbus 1384, 3800 BJ Amersfoort © Peter Gutter 2018 Deze uitgave is met de meeste zorg samengesteld. Indien deze toch onjuistheden blijkt te bevatten, kunnen uitgever en auteur daarvoor geen aansprakelijkheid aanvaarden. Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. Overname van gegevens uit deze uitgave is toegestaan mits de bron wordt vermeld. Inleiding Het Nederlandse spoorbedrijf hangt letterlijk aan elkaar van de afkortingen (ofwel verkortingen, zoals ze bij het spoor genoemd worden). Dat stamt nog uit de tijd dat gegevens bij de spoorwegen telegrafisch werden overgeseind. De verkorting Asdm bijvoorbeeld, is nu eenmaal sneller over te seinen dan de volledige benaming Amsterdam Muiderpoort. Lange tijd werden de verkortingen door de NS bijgehouden in een officiële lijst, genaamd LV ofwel de Lijst van Verkortingen C 0405.
    [Show full text]
  • Vervoerplan NS 2006
    Vervoerplan NS 2006 30 januari 2006 Directie Nederlandse Spoorwegen 30-01-2006Vervoerplan 2006 versie -4.4- 1 30-01-2006Vervoerplan 2006 versie -4.4- 2 Inhoudsopgave Samenvatting 5 Inleiding 15 Outputsturing 17 Hoofdstuk 1: Het zorgaspect, het aangeboden vervoer 21 De zorgplicht 21 De vraag van de markt (instemming) 23 Het proces van vervoervraag tot vervoeraanbod (instemming) 24 Wijziging van de dienstregeling ten opzichte van 2005 (instemming) 26 Het aangeboden vervoer en reizigersgroei 28 Hoofdstuk 2: Het zorgaspect op tijd rijden 31 De zorgplicht 31 De prestatie-indicatoren (instemming) 33 Onderbouwing gemaakte keuzes (instemming) 35 Maatregelen (instemming) 39 Specificatie meetsysteem (instemming) 41 Hoofdstuk 3: Het zorgaspect Informatie verstrekken 43 De zorgplicht 43 De prestatie-indicatoren (instemming) 45 Onderbouwing gemaakte keuzes (instemming) 47 Maatregelen (instemming) 52 Specificatie meetsysteem (instemming) 54 Hoofdstuk 4: Het zorgaspect Serviceverlening: reinheid 55 De zorgplicht 55 De prestatie-indicatoren (instemming) 56 Onderbouwing gemaakte keuzes (instemming) 58 30-01-2006Vervoerplan 2006 versie -4.4- 3 Maatregelen (instemming) 59 Specificatie meetsysteem (instemming) 59 Hoofdstuk 5: Het zorgaspect Sociale veiligheid 61 De zorgplicht 61 De prestatie-indicatoren (instemming) 62 Onderbouwing gemaakte keuzes (instemming) 64 Maatregelen (instemming) 66 Specificatie meetsysteem 68 Hoofdstuk 6: Het zorgaspect Toegankelijkheid 70 De invulling van de zorgplicht 70 Toegankelijkheid in 2006 70 Toegankelijkheid in de toekomst
    [Show full text]
  • Besluitwob-Verzoekm-B-T-Nieuwmaterieelns
    Ministerie van Financiën > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Ofrectie Bestuurlljke en Juridische Zaken Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag wwwrijksoverhed ni Ons kenmerk 2016-0000152860 Datum 1 Uwbrief (kenmerk) Betreft Besluit op uw Wob-verzoek m.b.t. nieuw materieel NS Geachte heer/mevrouw Op 17 mei 2016 ontving de minister van Infrastructuur en Milieu (hierna: I&M) uw brief van 13 mei, waarin u met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) informatie vraagt over de Nederlandse Spoorwegen N.V. (hierna: NS), Prorail, Nedtrain en 0V loket in de periode 2012-2016. De minister van I&M heeft uw Wob-verzoek op 13 juni 2016 naar mij doorgezonden voor het gedeelte van uw verzoek dat betrekking heeft op de aanschaf van nieuw materieel door de NS, Deze brief heeft dan ook betrekking op documenten over de aanschaf van nieuw materieel waarover ik beschik. Ik heb de NS gelegenheid gegeven om een zienswijze in te dienen ten aanzien van de voorgenomen openbaarmaking van informatie over de NS of afkomstig van de NS betreffende uw verzoek. De NS heeft een uitgebreide zienswijze ingediend waarin zij bezwaar maakt tegen openbaarmaking van bepaalde informatie. De zienswijze van de NS heb ik meegewogen bij dit besluit. In de documenten in de bijlage zijn passages onleesbaar gemaakt, omdat deze bedrijfsgegevens bevatten. Op grond van artikel 10, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wob ben ik verplicht om bedrijfs- en fabricagegegevens die vertrouwelijk aan mij zijn verstrekt, geheim te houden. Het gaat hier om gegevens betreffende de financiële situatie of commerciële bedrijfsvoering van de NS.
    [Show full text]
  • Annual Report 2015
    Annual Report 2015 See ns.nl/jaarverslag for the online version (in Dutch) AGGRESSION OV-FIETS TECHNICAL CENTRE 642 reports of aggression and Over 1.9 million trips New Technical Centre openend (up by 25%) threats led to additional measures in The Hague NEW COLLECTIVE against aggression on the railways LABOUR AGREEMENT (774 in 2014) 2015-2017 A SINGLE CUSTOMER ACCESSIBILITY SERVICE UNIT Notication time down BICYCLE STORAGE FACILITIES from 3 hours to 1 Available 24 hours a day New setup: one day’s free storage, from now on, 7 days a week digital signage to available spaces, able to pay by OV-chipkaart INTERNATIONAL CONNECTIONS ABELLIO’S GREEN TRAINS RESULT Intercity Brussels: 16 times a day (up by 4) Thalys: 14 times on working days (up by 2) 16g per 51% of our trains run on renewable €49 million Intercity direct: 4 times an hour (up by 2) passenger-km wind energy. This will be 100% by 2018. (28g in 2014) Improvement in the impact on the environment for 2014-2015 of €100 million per annum. OV-CHIPKAART OV-CHIPKAART RUNNING ON TIME FEWER SPADS Satisfaction with using the public Passengers arrived on time 45 signals passed transport smartcard for travel: slightly less often and missed a at danger in 2015 79% gave a 7 out of 10 or higher. connecting train more often than in 2014. (54 in 2014) (72% in 2014) (Punctuality for passengers 91.0% as opposed to 92.3% in 2014) CLEAN TRAINS PROFITSINVESTMENTS REVENUE 51% gave a score CUSTOMER SATISFACTION of 7 out of 10 €118 million €536 million €4,973 million ARNHEM CENTRAAL 75% of passengers gave a score or higher of 7 out of 10 or higher (51% in 2014) STATION OPENED (76% in 2014) Also new stations in Delft and Alkmaar € CROWDING The customer satisfaction gure for seating capacity was higher STAFF in 2015 than in 2014.
    [Show full text]
  • Rijtijdspeling in Treindienstregelingen: Energiezuinig Rijden Versus Robuustheid
    Rijtijdspeling in treindienstregelingen: EZR vs. robuustheid MSc thesis Civiele Techniek Rijtijdspeling in treindienstregelingen: energiezuinig rijden versus robuustheid Onderzoek naar het ontwikkelen van een model dat de energieoptimale rijstrategie van een trein bepaalt G.M. Scheepmaker, BSc (4102061) i Rijtijdspeling in treindienstregelingen: EZR vs. robuustheid ii Rijtijdspeling in treindienstregelingen: EZR vs. robuustheid MSc thesis Civiele Techniek Rijtijdspeling in treindienstregelingen: energiezuinig rijden versus robuustheid Onderzoek naar het ontwikkelen van een model dat de energieoptimale rijstrategie van een trein bepaalt G.M. Scheepmaker, BSc (4102061) Nederlandse Spoorwegen (NS) Reizigers, afdeling Materieel & Energie Utrecht, 24-1-2013 Afstudeercommissie: Prof. Dr. Ir. B. van Arem (TU Delft afdeling Transport & Planning) Em. Prof. Dr.-Ing. I.A. Hansen (TU Delft afdeling Transport & Planning) Dr. R.M.P. Goverde (TU Delft afdeling Transport & Planning) Ir. P.B.L. Wiggenraad (TU Delft afdeling Transport & Planning) Ir. R.S. Luijt (NS Reizigers afdeling Materieel & Energie) Dr. R.R.P. van Nooyen (TU Delft afdeling Watermanagement) iii Rijtijdspeling in treindienstregelingen: EZR vs. robuustheid (Adkins & Davidson, 2009; T. Albrecht, 2008; ATOC, 2008; Bai, Mao, Zhou, Ding, & Dong, 2009; Coleman, Howlett, Pudney, Vu, & Yee, 2010; Davies, Hinton, Thorley, & Buse, 2007; Desprez, 2011; Howard, 2007; Howlett, Pudney, & Vu, 2009; Kent, 2009; Lukaszewicz & Andersson, 2009; Lüthi, 2009; Mathews & Fink, 2004; McClave, Benson, & Sincich,
    [Show full text]
  • Vervoerplan NS 2021 Inhoud
    Vervoerplan NS 2021 Inhoud 1 Inleiding en context 3 1.1 Context en ontwikkelingen 3 1.2 Koers en keuzes NS 7 1.3 Prestatieafspraken in de vervoerconcessie 8 1.4 Indeling van het vervoerplan 9 2 Beleidsprioriteiten 2021 10 2.1 Nederland bereikbaar in coronatijd 10 2.2 Drempelloos reizen 12 3 Een aantrekkelijke reis 17 3.1 Algemeen klantoordeel 17 3.2 Reizigerspunctualiteit 18 3.3 Zitplaatskans 20 3.4 Reisinformatie 22 3.5 Gastvrijheid 23 3.6 Reinheid 24 3.7 Contactbeleving 25 3.8 Stations van wereldklasse 26 3.9 Tijdsbesteding 27 4 Randvoorwaarden 29 4.1 Samenwerking 29 4.2 Samenwerking bij werkzaamheden 30 4.3 Veiligheid 31 4.4 Toegankelijkheid 32 4.5 Duurzaam Ondernemen 33 4.6 Innovatie 34 4.7 Benchmark 35 5 Risicoanalyse 36 6 Bijlagen 40 6.1 Elke Tien Minuten Een Trein Rotterdam Schiphol Arnhem (ETMET RoSA) 40 6.2 STS-verbeterprogramma 41 6.3 Verbeterprogramma HSL-Zuid 42 6.4 Programma Cybersecurity 43 6.5 Reactie adviezen 43 6.6 Beleidsprioriteitenbrief van het ministerie van IenW 44 6.7 Prestatie- en informatie-indicatoren 2021 50 Vervoerplan NS 2021 2 1 Inleiding en context In 2019 zette NS goede prestaties neer voor de reiziger. 89% van de reizigers gaf NS een 7 of hoger voor de dienstverlening op het hoofdrailnet (hierna: HRN). Dat is maar liefst 14 procent- punt hoger dan in 2015, het eerste jaar van de vervoerconcessie van het HRN (hierna: vervoer- concessie). De betere operationele prestaties en de klantoordelen voor de reinheid van de trein, de beleving van stations en het drempelloos reizen hebben in belangrijke mate bijgedragen aan het hoge klantoordeel.
    [Show full text]
  • Free Full Text ( Final Version , 8Mb )
    2 Samenwerking met meerwaarde in het openbaar vervoer van de Zuidvleugel Erasmus Universiteit Rotterdam Faculteit der Sociale Wetenschappen Masterscriptie parttime programma Bestuurskunde Begeleider: Prof. dr. ing. G.R. Teisman Tweede lezer: nader te bepalen Concept versie: 11 mei 2009 (gereed voor 2e lezing) David C. van Keulen +31 (0)6 15 02 24 78 [email protected] Studentnummer: 305287 Anneke van Mispelaar +31 (0)624884636 [email protected] Studentnummer: 307878 3 Samenwerking met meerwaarde in het openbaar vervoer van de Zuidvleugel Herinnering aan Randstad Holland Denkend aan Randstad Holland zie ik vele bestuurders zittend aan lange vergadertafels druk met hun eigen belang rijen onaantastbare dienstauto’s als parate gevechtsvoertuigen bij vergaderzalen staan; en in de razende ruimte verzonken de ambtenaren verspreid door de Randstad, stadhuizen, provinciehuizen, ministeries bedrijventerreinen, woningbouw, openbaar vervoer in een ongeordend verband. de lucht hangt er laag en de zon wordt er langzaam door lange, eentonige files in benzinedampen gesmoord, en in alle stadsgewesten en op het Binnenhof wordt de vorming van een Randstad OV-autoriteit met zijn grote macht gevreesd en gehoord. Geïnspireerd op het gedicht ‘Herinnering aan Holland’ geschreven door Hendrik Marsman. Bewerking door David van Keulen, Den Haag 4 januari 2009 4 Samenwerking met meerwaarde in het openbaar vervoer van de Zuidvleugel Voorwoord Dit onderzoek vond plaats in de periode mei 2008 – mei 2009, in het kader van onze studie Bestuurskunde aan de Eramus Universiteit Rotterdam. Het object van onderzoek is de veronderstelde samenhang in het openbaarvervoersysteem van de Zuidvleugel van Randstad Holland. Wij vonden elkaar in een gedeelde passie voor stedenbouw, ruimte, natuur en openbaar vervoer in de context van de Randstad.
    [Show full text]
  • High-Speed Rail Integration to Corridor 24 Final Report
    High-Speed Rail Integration to Corridor 24 Final Report CODE24 Action 17 team August 2015 2 Final Report Final Report 3 Preface Many parts of the European railway network are facing difficulties in coordinating the increasing number of passenger (high-speed, long-distance and regional) and freight services, especially in high-density urban areas that share tracks. The Rhine-Alpine Corridor linking Rotterdam with Genoa is particularly concerned. Tremendous pressure because of fairly tight public budgets and limited land resources makes separation of rail traffic and the underlying development of infrastructures difficult. However, an international integrated timed transfer has the potential to guarantee regional accessibility and to overcome spatial disparities which may be underpinned with the development of pure high-speed rail focusing too much on connecting metropolises. The work is part of a specific action named as “Increasing Network Accessibility by Including High Speed Rail (HSR)” which was part of the five year EU-project CODE24 (Corridor 24 Development Rotterdam – Genoa). The report will show that (potential) demand is generated by several stations and their hinterland along this densely populated and linked corridor and not predominantly by a few metropolises. This is in line with the literature review and the fact that 60 % of German long-distance demand arises from outside those metropolises. The report will also visualise a cross-border perspective and is therefore valuable to make a contribution for fulfilling the EU common goals and the 60 % reduction target for CO2-emissions as set in the EU White Paper on transport published in 2011. The results of this study will help the partners of the newly founded follow-up organization “Interregional Alliance for the Rhine-Alpine Corridor EGTC” to refine a strategy established for the development of this corridor.
    [Show full text]
  • Beste Bijgevoegd Tref Je, Ten Behoeve Van Het Kennismakingsgesprek
    3 BSK Van: _I.._.L__. Verzonden: __••__J_%__ .4 n 13 9:39 Aan: ‘- BSK CC: Onderwerp: storyline treinen Bijlagen: 13 1011 concept Storyline Volle treinen 2013 VERSIE 4.pdf; 13 1011 overzicht verlengingen nav meldingen.pdf Beste Bijgevoegd tref je, ten behoeve van het kennismakingsgesprek morgen, de concept storyline volle treinen. Ik verzoek je hiermee vertrouwelijk om te gaan. Met vriendelijke groet en tot morgen, NS Reizigers Bedrijfs- en Productontwikkeling Hoofdkantoor TF•- Laan van Puntenburg 100 Postbus 2025 www.ns.nl 3500 HA Utrecht 1 16 -BSK Van: (NSC) Verzonden: donderdag 5december 2013 17:13 Aan: - DGB; - DGB Onderwerp: brief Rover Bijlagen: 05-12-2013 Brief aan Rover inz. meldingen dit jaar.pdf.pdf Hierbij de brief die naar Rover is verstuurd ter agendering voor 0-overleg Met vriendelijke groet, NS Reizigers Bedrijfs- en Productontwikkeling Hoofdkantoor T •- Laan van Puntenburg 100 F Postbus 2025 www.nsnl 3500 HA Utrecht 1 NS Reizigers Postbus 2025, 3500 HA Utrecht Laan van Puntenburg 100 De heer A. Kruyt, Postbus 2025 Reizigersvereniging Rover 3500 HA Utrecht www.ns.nI Postbus 2132 3800 CC Amersfoort Datum 5december2013 Telefoon Ons kenmerk EvS 37 Telefax Onderwerp Meldingen dit najaar E-mail Geachte heer Kruyt, Beste Arriën, Via onze eigen kanalen en ook via het door ons gebruikte meldpunt Volle Treinen van Rover zagen wij de afgelopen maanden helaas veel meldingen over (over)volle treinen. Omdat wij reizigers altijd een zo goed mogelijk product willen aanbieden heeft dit vanzelfsprekend onze volledige aandacht. Met deze brief wil ik u dan ook kort een reactie geven op de bij Rover binnengekomen meldingen, zoals door u aan ons doorgegeven over onder meer september en oktober.
    [Show full text]
  • Proyecto 1-2009.Qxp
    Boletín de Documentación Ferroviaria nº 1 - Año 2009 BOLETÍN DE DOCUMENTACIÓN FERROVIARIA Nº 1 - AÑO 2009 FUNDACIÓN DE LOS FERROCARRILES ESPAÑOLES DIRECCIÓN DE DOCUMENTACIÓN Y ARCHIVO HISTÓRICO FERROVIARIO Área de Patrimonio Documental C/Santa Isabel, 44 28012-MADRID 1 Boletín de Documentación Ferroviaria nº 1 - Año 2009 Edita: Área de Patrimonio Documental Dirección de Documentación y Archivo Histórico Ferroviario Fundación de los Ferrocarriles Españoles http://www.docutren.com Coordinación: Lola Alonso Redondo Lourdes Orozco Torres Maquetación: Lola Alonso Redondo Novedades Bibliográficas: Ana Cabanes Martín D.L. ISSN: 1988-8260 2 Boletín de Documentación Ferroviaria nº 1 - Año 2009 PRESENTACIÓN Este Boletín de Documentación Ferroviaria, publicado por el Área de Patrimonio Documental de la Fundación de los Ferrocarriles Españoles, está dedicado al transporte en general y al modo ferroviario en particular. Su finalidad es difundir las referencias bibliográficas mas interesantes de los artículos publicados en las numerosas revistas periódicas especializadas en este campo que se publican en diver- sos países y se reciben en la Hemeroteca de la Fundación. El Boletín tiene una periodicidad bimestral y comprende cuatro secciones principales. En primer lugar, 150 extractos de artículos, organizados según categorías temáticas, que se han ela- borado tras la selección y análisis documental de una serie de revistas nacionales y extranjeras, edita- das en alemán, español, francés, inglés e italiano. A cada resumen se le asigna un número de referen- cia, que debe indicarse necesariamente para cualquier consulta o petición de los lectores. A continua- ción, un Índice de revistas ordenadas alfabéticamente, facilita al lector información sobre las revistas y artículos que se han extractado en cada número El Boletín incluye también una Lista de Traducciones realizadas en la Fundación, correspondientes en su mayor parte a artículos de las revistas de la Hemeroteca.
    [Show full text]