Schippers, Schepen En Gilden
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
6/21/2006 Omslag: Gezicht op Gouda vanaf de IJssel (1684), Christoffel Pierson (1631-1714) Museum Gouda 1 Inhoudsopgave Inleiding .................................................................................................................................................................. 3 Hoofdstuk 1: Handhaving en Vernieuwing............................................................................................................. 7 §1.1 De gecostumeerde vaart voor 1572............................................................................................................. 7 §1.2 De Opstand................................................................................................................................................ 12 §1.3 De beurt- en trekvaart................................................................................................................................ 17 §1.4 Conclusie................................................................................................................................................... 21 Hoofdstuk 2: De omvang van de binnenvaart ....................................................................................................... 22 §2.1 Uiteenlopende schattingen ........................................................................................................................ 22 §2.2 Sluisgelden................................................................................................................................................ 23 §2.3 Tolgelden .................................................................................................................................................. 30 §2.4 Consentgelden........................................................................................................................................... 35 §2.5 Conclusie................................................................................................................................................... 37 Hoofdstuk 3: Schippers, schepen en gilden........................................................................................................... 38 §3.1 De binnenvaart als bron van werkgelegenheid.......................................................................................... 38 §3.2 Regels en conflicten .................................................................................................................................. 43 §3.3 De maatschappelijke positie van de schipper............................................................................................ 47 §3.4 Conclusie................................................................................................................................................... 51 Hoofdstuk 4: De Binnenvaart in een bredere economische context...................................................................... 52 §4.1 De VOC en de binnenvaart ....................................................................................................................... 53 §4.2 Turf, bier, hout en de rest .......................................................................................................................... 56 §4.3 Amsterdam en het Hollandse binnenvaartsysteem.................................................................................... 60 §4.4 Conclusie................................................................................................................................................... 65 Conclusie............................................................................................................................................................... 67 Bijlage 1: Tol- en sluisgelden ............................................................................................................................... 69 Bijlage 2: "Lijste van des Graffelijckheyts Toll binnen Gouda"........................................................................... 72 Literatuurlijst......................................................................................................................................................... 73 Archivalia.............................................................................................................................................................. 75 2 Inleiding Op het eerste gezicht valt er weinig aan te zien. Kijkend in de diepte van de vervallen Donkere Sluis in het centrum van Gouda, is de grote historische waarde van deze plek maar moeilijk voor te stellen. De doorgang is nog geen vijf meter breed. Na de sluis volgt een scherpe, overkluisde bocht. Er moet heel wat stuurmanskunst aan te pas zijn gekomen om een schip veilig van de ene zijde van de stad naar de andere te varen. Toch is dit ogenschijnlijk onbelangrijke sluisje ooit één van de belangrijkste verkeersknooppunten van ons land geweest. In een tijd dat het wegvervoer nog in haar kinderschoenen stond en de opkomst van de spoorwegen nog eeuwen op zich zou laten wachten, vond het overgrote deel van het personen- en vrachtvervoer over water plaats. Binnenwater om precies te zijn. Het verhaal van de Nederlandse scheepvaart is al vaak verteld. Enig nationalisme is ook historici daarbij niet vreemd. Of het nu gaat om de machtige Oost-Indiëvaarders van de VOC, of het onvolprezen trekvaartsysteem, de onlosmakelijke band tussen dat nuchtere volk aan de Noordzeekust en het water dat haar zowel helpt als bedreigt, brengt nog steeds gevoelens van trots naar boven. Wanneer men terugkijkt op de glorietijd van de Republiek der Verenigde Provinciën, ontstaat vanzelf het beeld van immense drijvende forten die met specerijen uit Indië terugkeren, stoere schippers en matrozen die met gevaar voor eigen leven de Nederlandse belangen overzee behartigen en het bruisende Amsterdam als centrum van de wereldhandel. Al eeuwenlang spreekt dit aspect van de Gouden Eeuw zo tot de verbeelding, dat het kleine broertje van de zeevaart, de binnenvaart, over het hoofd wordt gezien. "De binnenlandse handel is een verwaarloosd onderwerp waarvan de geschiedenis nog geschreven moet worden", schrijven De Vries en Van der Woude in hun vuistdikke standaardwerk: Nederland 1500-1815.1 In een bijdrage aan The Dutch economy in the Golden Age schrijft Lesger: "domestic trade and transport have received little attention in the Dutch economic historiography of the early modern period."2 De binnenlandse handel van de Republiek "has never quite been justice to", aldus Lesger. Deze en nog vele andere opmerkingen van dezelfde strekking geven kort maar helder aan hoe het is gesteld met het historisch onderzoek naar een oer-Hollands onderwerp als de binnenvaart. In de afgelopen decennia is het blikveld van economische historici weliswaar verschoven, de binnenlandse handel en scheepvaart moet nog steeds als het ondergeschoven kindje worden beschouwd. Meer en meer komt in de geschiedschrijving de nadruk te liggen op de achterliggende oorzaken van de grote bloei van de handel in de Gouden Eeuw. Was het de turf, of toch de landbouw? Hebben we de Amsterdamse grachten te danken aan de graanhandel met het Oostzeegebied, of had het vervoer van massagoederen, zoals Israel in zijn Dutch primacy in world trade beweert, er niets mee te maken en valt de opkomst van de Republiek toe te schrijven aan de steeds weer vernieuwende industrie en de grote betrokkenheid van de overheid.3 Welke achterliggende oorzaken ook de voorkeur mogen hebben, opvallend is het consequent ontbreken van de binnenvaart in dit soort lijstjes. Toch is het idee van de binnenvaart als basis van de Gouden Eeuw niet nieuw. In de jaren '30 van de twintigste eeuw schreef Nederlands bekendste historicus Johan Huizinga het volgende in één van zijn essays: "Men kan zelfs twijfelen of niet in het algemeen voor de opkomst van ons land de binnenwateren een nog gewichtiger functie hebben gehad dan de zee." Maar waarom is dit idee nooit verder uitgewerkt? Hoe komt het dat na zeventig jaar nog 1 Jan de Vries en Ad van der Woude, Nederland 1500-1815: de eerste ronde van moderne economische groei (Amsterdam 1995) 230. 2 Clé Lesger, 'Intraregional trade and the portsystem in Holland 1400-1700', in: Karel Davids en Leo Noordegraaf, The Dutch economy in the Golden Age (Amsterdam 1993) 185-219, aldaar 185. 3 Jonathan I. Israel, Dutch primacy in world trade, 1585- 1740 (Oxford 1989) 411. 3 steeds niet duidelijk is hoe groot de rol van de binnenvaart in de opkomst van de Republiek was? Voor een antwoord op die vraag keren wij weer terug naar het in de eerste alinea genoemde sluisje in het hart van Gouda. Belangrijke scheepvaartsluizen als deze vormen samen met de vele tolhuizen die ons land in de vroegmoderne tijd rijk was, de sleutel voor een beter begrip van de binnenvaart. Schepen passeerden namelijk niet zonder het verschuldigde sluis-, of tolgeld te betalen. Bewaard gebleven tol- en sluisregisters kunnen hedendaagse historici een schat aan informatie bieden over het reilen en zeilen van de binnenlandse handel. De reden waarom dit tot op heden nog niet heeft geleid tot publicatie van één of meerdere diepgaande studies naar de binnenvaart gedurende de zeventiende eeuw, kan ondermeer worden geweten aan de ontoegankelijkheid van deze archieven en de afschrikwekkende werking die daarvan uitgaat. Door het gedecentraliseerde karakter van de Republiek zijn van staatswege weinig tot geen overkoepelende bronnen overgeleverd, waardoor we voor kwantitatieve gegevens aangewezen zijn op de, soms summiere, archieven van lokale tol- en sluisgelden.