"Een Slaafsch En Ongezond Bedrijf"

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

"Een slaafsch en ongezond bedrijf" Op 23 juni 2005 ben ik gepromoveerd op mijn onderzoek naar de geschiedenis van het oudste openbaar vervoer in Waterland. De handelseditie van het proefschrift wordt uitgegeven door Verloren in Hilversum en telt zo'n 500 bladzijden. Ik heb van het eerste hoofdstuk een bewerking gemaakt, die een aardig beeld van mijn onderzoek geeft. Misschien is het een aanzet om daarna de hele studie nog eens tot u te nemen. Bewerking eerste hoofdstuk: Reizigersvervoer per trekschuit Waarschijnlijk is de trekschuit uit noodzaak geboren. Een schipper die niet wilde wachten tot de wind zou draaien naar een gunstige hoek, spande een paard voor zijn schuit; hijzelf nam het roer, zijn zoon mende het paard. Er is natuurlijk een nog eenvoudiger variant denkbaar. De schipper die zich geen paard kon veroorloven, nam zelf het roer en liet het trekken over aan zijn knecht. Er is iets voor te zeggen om de trekschuit een unieke uitvinding te noemen, maar - zoals bij zoveel belangrijke uitvindingen - was er vooral sprake van een slimme combinatie van een aantal elementen die los van elkaar, in een ander verband, reeds hun waarde bewezen hadden. In al zijn simpelheid is de trekschuit, met de tulp, de windmolen, de Goudse pijp en de kaas, een symbool geworden van de Hollandse natie. In zijn hoogtijdagen tot ver over onze grenzen geprezen om zijn comfort en betrouwbaarheid, een tijdlang vereerd met een klein plaatsje in ons paspoort en een paar jaar geleden ook op een Nederlandse postzegel afgebeeld. Die postzegel legt een verband met een zeer belangrijke functie van de trekschuit in de Republiek: het vervoeren van post. Toen ik vele jaren geleden aan een onderzoek begon naar de geschiedenis van het Waterlandse postwezen, ontdekte ik de trekschuit en raakte ik verzeild in een wondere wereld van kaarsrechte vaarten, stappende paarden, schippers en knechten. Een wereld waarin zeven kilometer per uur de maximale snelheid was, waarin strikte regels en wetten golden en die er over het algemeen uiterst geordend uitzag, de wereld van het oudste openbaar vervoer in Waterland. In 1660 sloten afgevaardigden van de stadsbesturen van Amsterdam, Hoorn, Edam, Monnickendam en Purmerend een akkoord om voor gezamenlijke rekening trekvaarten, jaag- en wagenwegen aan te leggen ten gerieve van het personenvervoer tussen hun steden. Enerzijds paste deze overeenkomst in de geest des tijds. Op verschillende plaatsen in de Republiek werden in de zeventiende eeuw trekschuitverbindingen aangelegd. In het derde kwart van die eeuw was een heel netwerk van wegen en vaarten gegroeid, dat de belangrijkste steden met elkaar verbond. Anderzijds was de gesloten overeenkomst uniek. Niet alleen door het feit dat de vijf steden überhaupt tot samenwerking kwamen, maar ook door de grootschaligheid van de hele onderneming. Het samenwerkingsverband dat de vijf steden aangingen om het reizigersvervoer tussen hun steden te verbeteren door het opzetten van een trekschuitenveer, staat in mijn onderzoek centraal. De titel van mijn studie verwijst naar een verzuchting van de schippers die het eigenlijke werk moesten doen. Zij mochten in de eerste decennia van het samenwerkingsverband grote aantallen reizigers in hun schuiten begroeten, maar daarna lopen de zorgen om hun inkomsten als een rode draad door het verhaal. In de Franse tijd bereikte het verval zijn dieptepunt, in de jaren daarna bleef het gehoopte herstel uit. Halverwege de negentiende eeuw gooiden de schippers de handdoek in de ring. Een pakje, een enkele passagier, dat was het waarmee ze de zware kosten moesten bestrijden "van een duur gekocht veer", van het onderhoud van de paarden, hun schuiten, de landelijke en stedelijke belastingen, "alvoorens eenige belooning te vinden voor hun slaafsch en ongezond bedrijf". Mijn studie sluit aan op het onderzoek waarop Jan de Vries in 1989 promoveerde, Barges and Capitalism. Na twaalf soms duizelingwekkende hoofdstukken herinnert hij de lezer aan de reiziger die hij in zijn eerste hoofdstuk introduceerde. Die reiziger kon halverwege de zeventiende eeuw gebruik maken van de unieke vervoersmogelijkheden in de Republiek. De Vries is die reiziger - zo geeft hij zelf in zijn "Overview" toe - in de loop van zijn studie al lang vergeten, want het ging hem niet in de eerste plaats om het geven van inzicht in de "living institution" van het trekschuitwezen. Hij was uit op een ander inzicht: in de voor-industriële economie van de Republiek en hield daarvoor, waarschijnlijk met pijn in het hart, die levende wereld van de trekschuiten op het tweede plan: de wereld van de schippers en hun knechten, de vaartengravers en staljongens. Die wereld staat centraal in mijn onderzoek; tabellen, grafieken en modellen spelen een bescheiden rol, er treden andere spelers naar voren. Centraal staan de stedelijke magistraten, de "Heren Commissarissen", die bijna vanuit het niets het Waterlandse personenvervoer vorm gaven, en de schippers, die met hun knechten in dat systeem hun dagelijks brood probeerden te verdienen. Met mijn onderzoek wil ik antwoord geven op de vraag hoe het oudste openbaar vervoer in Waterland ontstond en hoe het meer dan twee eeuwen lang functioneerde. De archiefstukken van de stedelijke gecommitteerden, de rekeningboeken, correspondentie, de notulen van de vergaderingen van burgemeesters en vroedschap vormen het fundament van het onderzoek. Waar mogelijk is getracht het onderzoekswerk van anderen daarmee te verbinden. De centrale vraag zal beantwoord worden vanuit een dubbel perspectief: dat van de stedelijke bestuurders en dat van de schippers. In het tweede hoofdstuk verken ik de Waterlandse infrastructuur. Het is een schets van de vervoersmogelijkheden in de zestiende en het begin van de zeventiende eeuw. Daarbij komt ook de vraag aan de orde wat er aan de kwaliteit daarvan mankeerde, waardoor de steden besloten tot een zo ingrijpend samenwerkingsproject. Het gaat daarbij om vervoersactiviteiten die onder toezicht van de stedelijke bestuurders verricht werden: wagendiensten en beurtveren passeren de revue. Het zal duidelijk worden dat met name bij de steden Purmerend en Hoorn de behoefte aan een verbetering van vervoersmogelijkheden over weg en water groot was. De verbinding van Hoorn met Amsterdam liep over de Zuiderzee en dat was een route die niet altijd zonder problemen bevaren kon worden. De weg van Purmerend richting Amsterdam was niet meer dan een gammel pad, dat absoluut ongeschikt was voor vrachtvervoer. Vrachtvervoer vanuit Purmerend ging over de "wagenweg" die Edam en Monnickendam in de jaren dertig van de zeventiende eeuw hadden aangelegd. In diezelfde periode was tussen Broek in Waterland en Monnickendam al een trekvaart in gebruik gekomen die het mogelijk maakte beurtschepen ook bij tegenwind een goede verbinding met Amsterdam te geven. De initiatieven voor het verbeteren van de infrastructuur lagen vooral bij Purmerend en Hoorn, de tegenwerking kwam van Edam en Monnickendam. De resultante was een duur compromis, waarbij de drie binnensteden door een trekvaartverbinding met Hoorn en Amsterdam verbonden werden. Wie nu door Waterland rijdt, loopt of fietst komt op verschillende plekken de herinneringen aan deze infrastructuur tegen. In het derde hoofdstuk ligt het perspectief bij de stedelijke bestuurders. Zij waren de initiatiefnemers en vormgevers van het project. Hoe kwamen de steden tot hun samenwerkingsproject, welke motieven en belangen speelden daarbij een rol? Hoe gaven zij daarna gezamenlijk vorm aan hun onderneming en wat waren de financiële consequenties ervan? Op welke problemen stuitten zij en hoe hebben zij die trachten te overwinnen? Aan de hand van de bewaard gebleven rekeningoverzichten is een schatting te maken van de kosten van het hele project. Daaruit wordt duidelijk dat de inkomsten geleidelijkaan de uitgaven niet meer dekten. De samenwerking tussen de steden, toch al gebaseerd op een fundament van eigenbelang en wantrouwen, werd daardoor meer dan eens ernstig beproefd. De financiële zorgen kregen een extra dimensie door de economische achteruitgang in het gebied ten noorden van het IJ. Die achteruitgang werd al gevoeld in de jaren dat de steden tot hun samenwerkingsverband besloten. Vanaf de eerste decennia van de achttiende eeuw werd zij steeds zorgwekkender, om in de Franse tijd een dieptepunt te bereiken. De stedelijke bestuurders waren behoorlijk autonoom in hun beslissingsbevoegdheid, in principe hadden zij alleen met elkaar te maken. Vanaf de Franse tijd kwam daar verandering in en werden de bestuurders steeds vaker geconfronteerd met boven hen geplaatste autoriteiten: hun beslissingen werden getoetst aan de wetten en regels van de eenheidsstaat in wording. Die veranderingen, ze resulteerden uiteindelijk in een beëindiging van het samenwerkingsverband, vormen de afsluiting van het derde hoofdstuk. In feite was de hele organisatie gericht op de creatie van een openbaar vervoerssysteem ten dienste van "de reizende man". In het vierde hoofdstuk staat het trekschuitenveer centraal, waarbij de nadruk ligt op de schippers en hun toezichthouders. Eerst wordt onderzocht hoe in de betrokken steden het trekschuitbedrijf werd opgezet. Vanuit welke ‘filosofische’ en pragmatische uitgangspunten ging men daarbij te werk? Daarna wordt gekeken hoe het trekschuitbedrijf van de schippers er bedrijfsmatig en financieel uitzag en komen de problemen ter sprake waarmee zij geconfronteerd werden. Aan het eind van dit hoofdstuk wordt gezocht naar een antwoord op de vraag hoe de reizigers deze vorm van vervoer waardeerden. Het zal duidelijk worden
Recommended publications
  • The Rise of Commercial Empires England and the Netherlands in the Age of Mercantilism, 1650–1770
    The Rise of Commercial Empires England and the Netherlands in the Age of Mercantilism, 1650–1770 David Ormrod Universityof Kent at Canterbury The Pitt Building, Trumpington Street, Cambridge CB2 1RP, United Kingdom The Edinburgh Building, Cambridge, CB2 2RU, UK 40 West 20th Street, New York, NY 10011-4211, USA 477 Williamstown Road, Port Melbourne, VIC 3207, Australia Ruiz de Alarc´on 13, 28014 Madrid, Spain Dock House, The Waterfront, Cape Town 8001, South Africa http://www.cambridge.org C David Ormrod 2003 This book is in copyright. Subject to statutory exception and to the provisions of relevant collective licensing agreements, no reproduction of any part may take place without the written permission of Cambridge University Press. First published 2003 Printed in the United Kingdom at the University Press, Cambridge Typeface Plantin 10/12 pt System LATEX2ε [] A catalogue record for this book is available from the British Library ISBN 0 521 81926 1 hardback Contents List of maps and illustrations page ix List of figures x List of tables xi Preface and acknowledgements xiii List of abbreviations xvi 1 National economies and the history of the market 1 Leading cities and their hinterlands 9 Cities, states and mercantilist policy 15 Part I England, Holland and the commercial revolution 2 Dutch trade hegemony and English competition, 1650–1700 31 Anglo-Dutch rivalry, national monopoly and deregulation 33 The 1690s: internal ‘free trade’ and external protection 43 3 English commercial expansion and the Dutch staplemarket, 1700–1770
    [Show full text]
  • Making Lifelines from Frontlines; 1
    The Rhine and European Security in the Long Nineteenth Century Throughout history rivers have always been a source of life and of conflict. This book investigates the Central Commission for the Navigation of the Rhine’s (CCNR) efforts to secure the principle of freedom of navigation on Europe’s prime river. The book explores how the most fundamental change in the history of international river governance arose from European security concerns. It examines how the CCNR functioned as an ongoing experiment in reconciling national and common interests that contributed to the emergence of Eur- opean prosperity in the course of the long nineteenth century. In so doing, it shows that modern conceptions and practices of security cannot be under- stood without accounting for prosperity considerations and prosperity poli- cies. Incorporating research from archives in Great Britain, Germany, and the Netherlands, as well as the recently opened CCNR archives in France, this study operationalises a truly transnational perspective that effectively opens the black box of the oldest and still existing international organisation in the world in its first centenary. In showing how security-prosperity considerations were a driving force in the unfolding of Europe’s prime river in the nineteenth century, it is of interest to scholars of politics and history, including the history of international rela- tions, European history, transnational history and the history of security, as well as those with an interest in current themes and debates about transboundary water governance. Joep Schenk is lecturer at the History of International Relations section at Utrecht University, Netherlands. He worked as a post-doctoral fellow within an ERC-funded project on the making of a security culture in Europe in the nineteenth century and is currently researching international environmental cooperation and competition in historical perspective.
    [Show full text]
  • The States General and the Strategic Regulation of the Dutch River Trade, 1621-1636*
    The States General and the Strategic Regulation of the Dutch River Trade, 1621-1636* JONATHAN I. ISRAËL Few aspects of the Dutch economic miracle of the seventeenth century were more fundamental to Dutch prosperity or more distinctive to the country than the Republic's flourishing river trade both internally and with the neighbouring Spanish Netherlands and north-west Germany. The Dutch Republic, Europe's leading entrepot for foodstuffs, notably Baltic grain, fish and herring, salt, wines, sugar, spices and dairy products, possessed a major market for these and other provisions in the densely populated, relatively highly urbanised and industrial belt of territory girdling the United Provinces to the south and south- east. So substantial indeed was this transfer of foodstuffs along the inland waterways of the Low Countries and Westphalia, that from an early stage in the Dutch revolt against Spain, the binnenstromen came to be seen as a formidable strategic instrument. During the years 1621-1636, the States General repeatedly closed the waterways for limited periods, in most cases, but not all, only to the passage of foodstuffs and certain materials beyond Dutch territory. The purpose of engaging in such action was in the main strategic, particularly that of inconveniencing as far as possible one or more Spanish or Imperial armies in the field. Due to the complex, decentralised character of the Dutch political system, however, it often proved difficult to implement these temporary blockades in a consistent manner. Especially revealing about Dutch political life at the time is the way conflicting economic interests within the Republic were able at different times to influence both the form and duration of these blockades.
    [Show full text]
  • De Zwolse Beurtvaart
    De Zwolse Zwols Historisch Tijdschrift beurtvaart 26e jaargang 2009 nummer 2 - 7,50 euro ZHT2 2009.indd 1 01-07-2009 12:07:15 46 zwols historisch tijdschrift Wim Huijsmans Suikerhistorie Stork Werkspoor Diesel Omdat dit nummer in het teken staat van schip- pers en schepen is gekozen voor een suikerzakje met afbeeldingen van schepen. Stork Werkspoor Diesel (SWD) is in 1947 in Zwolle opgericht. De directie van de NV Machinefa- briek Stork & Co te Hengelo besloot toen om in een gedeelte van de Centrale Werkplaats van de Neder- landse Spoorwegen een afdeling van haar bedrijf over te brengen voor het vervaardigen van dieselmo- toren. Het bood in dat jaar werk aan zes personen. In 1962 kreeg Zwolle een eigen directie. De fabriek ontwikkelde zich in rap tempo en het aantal werkne- mers eveneens. Er werden steeds grotere en zwaarde- re dieselmotoren ontwikkeld, gebouwd en verkocht (Collectie ZHT) voor ondermeer schepen en Leopard tanks. In de jaren tachtig maakte het bedrijf een gewel- dige ontwikkeling door. Dat zorgde ervoor dat de gemeente Zwolle investeerde in de verbreding van het Zwolle-IJsselkanaal, de uitbreiding van de Kat- wolderhaven en het verbreden van de weg naar die haven voor zwaar transport. In 1989 ging SWD samenwerken met het Finse scheepsbouwconcern Wärtsilä, het werd toen Stork Wärtsilä Diesel. De naam Stork is in 1997 definitief uit de bedrijfsnaam verdwenen. De oude gebouwen in Hanzeland werden afgebroken. Er verrees een opvallend nieuw gebouw met een golvend glazen dak. In 2002 kregen enkele honderden medewerkers ontslag aangezegd omdat de productie van motoren naar Italië verhuisde.
    [Show full text]
  • Water Wizards: Reshaping Wet Nature and Society Erik Van Der Vleuten and Cornelis Disco
    History and Technology Vol. 20, No. 3, September 2004, pp. 291–309 Water Wizards: Reshaping Wet Nature and Society Erik van der Vleuten and Cornelis Disco TheTaylorGHAT041018.sgm10.1080/0734151042000287014History0000-0000Original20042030000002004Erikvane.b.a.v.d.vleuten@tm.tue.nl and& and derArticle Francis (print)/0000-0000Francis TechnologyVleuten Ltd Ltd article (online) investigates how humans ‘networked’ wet nature and how this affected the shaping of Dutch society. First, it takes a grand view of Dutch history and describes how wet network building intertwined with the shaping of the Dutch landscape, its economy and its polity. Second, it investigates the specific challenges of wet network building— integrating potentially conflicting uses of water into one design—for the case of the national fresh water supply network (1940–1971). Finally, it discusses ecological damage, emerging new risks and cultural patterns related to wet network building. Keywords: Water Management; Large Technical Systems; Network Society The Netherlands is structured by water. To the West and the North the country is bordered by the North Sea. Large European rivers like the Meuse, Rhine and Scheldt meander their way through the country that is in fact their common delta. A large inner sea (currently dammed and partly reclaimed) and large former estuaries in the South- west part of the country are prominent geographical features. Zooming in, one sees water-related infrastructure all over the landscape. In the absence of adequate water management, two thirds of the country would be regularly flooded. Michel Mollat du Jourdin sees the ‘mutual penetration of land and water’ as one of the most striking features of Europe from a birds-eye view.
    [Show full text]
  • King Willem I
    1: Introduce myself 2: Three periods for the Dutch in the Central Commission • The period of King Willem I and his rivalry with Prussia • Most authoritarian period in Dutch history • Until 1830: Rivalry with Prussia • Period of Prussian dominancy in the Central Commission • Dutch opposition • Fear of Prussia • Tried to oppose the Prussian policy within the CCNR, but too weak • Late 19th Century until 1914: • Prussian policy from earlier periods now positive for: • The development of Rhine transport and the Port of Rotterdam • The fact that Prussia used the supranational organization to liberalized Rhine transport completely, now advantageous • In 1914 Rhine navigation and the Act of Mannheim one of the reasons for Germany to keep the Dutch out of war 3: King Willem I After collapse of Napoleon: banks of the Rhine split up again Congress of Vienna (1814‐ 1815) should prevent that: Should be free from where the river became navigable to the sea Central Commission for the Navigation of the Rhine (CCNR): . Non‐discrimination principle . No staple rights, compulsory transshipment, or monopolies . Low duties on navigation . focusing point. Trade interests should come first: Implementing these decisions of the Vienna King Willem I: Most authoritarian regime the Netherlands ever had o Thought of himself as a King by the Grace of God: Prussian Prince o King because of the popular rebellion against the French in 1813 More important: London: North sea ports not in hands of major power o William Pitt the Younger (1759‐1806): in 1805 a memo to Czar Alexander I about a Dutch restoration . Should include Antwerp .
    [Show full text]
  • Trekschuit Als Intercity 3
    Monopolieof vrijemarkt in vier eeuwen openbaar vervoer 15 december 2010 Ov-netwerkdag 2 15 december 2010 Inhoud 1. Van vrije schippers naar monopolistische beurtvaart 2. De trekschuit als intercity 3. Postkoets en diligence for the happy few 4. Stoombootdiensten in concurrentie 5. Het proces naar één nationaal spoorwegbedrijf 6. Het concentratieproces in de bus-sector 7. Wp2000: concurrentie om de weg Conclusie Ov-netwerkdag 3 15 december 2010 1. Van vrije schippers naar beurtvaart Ov-netwerkdag 4 15 december 2010 Omgeving Amsterdam circa 1550 Vreemde schippers mogen in Amsterdam alleen vracht laden voor hun thuishaven (m.u.v. Haarlemse schippers) Ov-netwerkdag 5 15 december 2010 In stappen naar openbaar vervoer 1. Vaste schippers en schepen per veer: Amsterdam-Spaarndam (1510; geen monopolie) 2. Vast tarief: Amsterdam-Haarlem (1520; uitg. slecht weer) 3. Om de beurt afvaren: Amsterdam-Hoorn (1529) 4. Vaste afvaartdagen en tijden: Enkhuizen-Amsterdam (1555; eenmaal daags, geen vast tarief en geen exploitatieplicht) 5. Exclusiviteit in ruil voor exploitatieplicht: Den Haag-Amsterdam (1594; vier schippers) 6. Alle elementen OV in veer Amsterdam-Rotterdam (1597) Ov-netwerkdag 6 15 december 2010 Kenmerken van beurtvaart − Georganiseerd door steden − Geregeld in ordonnanties − Rechtstreeks; geen haltes onderweg − Monopolies voor het leven op lijnniveau − Voor een vaste groep van schippers − Die zich in gildes organiseerden − Schippers vertrokken op vaste beurt − Goederen en passagiers − Inkomsten werden gelijkelijk verdeeld Ov-netwerkdag 7 15 december 2010 Beurtveer-netwerk van Amsterdam (1765) 800 afvaarten per week, 85 verschillende bestemmingen Ov-netwerkdag 8 15 december 2010 Voorbeeld: Amsterdam – Leiden (10 x daags) Veerkaag getekend door Jan Porcellis in 1627 Ov-netwerkdag 9 15 december 2010 Voorbeeld: veer Amsterdam – Lemmer (3x p/w) De ‘Lemster beurtman’ door Dirk Piebes Sjollema (ca.
    [Show full text]
  • THE INTEGRATION of EUROPEAN WATERWAYS Working Paper
    Strategies to Promote Inland Navigation COMPETITIVE AND SUSTAINABLE GROWTH (GROWTH) PROGRAMME THE INTEGRATION OF EUROPEAN WATERWAYS Working Paper Project number: GTC2-2000-33036 Project acronym: SPIN – TN Project full title: European Strategies to Promote Inland Navigation Work Package/ Working Group: WG3 Intermodality & Interoperability Document version: 1.0 Date: 10th September 2004 SPIN-TN Strategies to Promote Inland Navigation Disclaimer – The thematic network SPIN-TN has been funded by the Directorate General on Energy and Transport of the European Commission under the 5th Framework Programme for Research and Technological Development. The views expressed in the working papers and reports are those of the partners and members of the network. These views have not been adopted or approved by the Commission and should not be relied upon as a statement of the Commission's or its services' views. The European Commission does not guarantee the accuracy of the data included in the working papers and reports, nor does it accept responsibility for any use made thereof. PREFACE 1. More than 30.000 km. of rivers and canals, connecting hundreds of important cities and industrial areas, traverse Europe (1). However, only part of this waterway network is used intensively for fluvial transport, that despite all the environmental benefits of it, represents but a minor share of the total national inland transport of goods within the European Union (2). In Western Europe fluvial transport is mainly concentrated in 7 countries: Austria, Belgium, France, Germany, Luxemburg, the Netherlands and Switzerland. In other West European countries fluvial transport, as far as it already exists (e.g.
    [Show full text]
  • Catalogus Trekvaart Belevingsroute
    Deze publicatie is tot stand gekomen in het kader van het project ’Trekvaart Belevingsroute’ binnen de Erfgoedlijn Trekvaarten en is mede mogelijk gemaakt door de Provincie-Zuid-Holland. Tekst en redactie: Bastiaan Bot, Coerd de Heer (Op Koers! adviesWERK bv), Ad van der Zee (Erfgoedhuis Zuid-Holland) copyright: Stichting Cultuur en Recreatie Zuid-Holland | Postbus 4003 | 3130 KA Vlaardingen | www.scrzh.nl 2 TREKVAART BELEVINGSROUTE Trekvaarten zijn een bijzonder fenomeen in Binnen de beleidsvisie Cultureel erfgoed Inleiding Nederland. De bijdrage van trekvaarten aan de 2013 – 2016 van de Provincie Zuid-Holland is er Nederlandse welvaart is niet te onderschatten. speciale aandacht voor de trekvaarten Schie, Vliet Dankzij de trekschuit werd vanaf begin van de en de Haarlemmertrekvaart. Deze vormen samen 17e eeuw comfortabel reizen mogelijk tussen de de erfgoedlijn Trekvaarten die in het kort gezegd Hollandse steden. Er werden veel trekvaarten de door de mens gegraven waterverbinding omvat gegraven om reizen en handel mogelijk te maken. tussen de opkomende Hollandse steden in de Evenwijdig eraan werden jaagpaden aangelegd Gouden Eeuw. Het is het verhaal van het massa- en ontstond een netwerk van reguliere verbindin- personenvervoer over water voor de komst van de gen. Het reizen per trek- of jaagschuit werd trein, maar tegelijk ook van het goederenvervoer enorm populair. Het was de eerste vorm van over water. De trekvaartstructuur heeft vanaf de comfortabel en regelmatig openbaar vervoer, dat 17e eeuw tot eind 19e eeuw een belangrijke rol naar de maatstaven van die tijd zo goed functio- gespeeld in de economie van Nederland. De neerde, dat het tot diep in de 19e eeuw heeft trekschuitdienst was de eerste vorm van georgani- kunnen voortbestaan.
    [Show full text]
  • Water Wizards : Reshaping Wet Nature and Society
    Water wizards : reshaping wet nature and society Citation for published version (APA): Vleuten, van der, E. B. A., & Disco, C. (2004). Water wizards : reshaping wet nature and society. History and Technology, 20(3), 291-309. https://doi.org/10.1080/0734151042000287014, https://doi.org/10.2307/2504559 Document license: TAVERNE DOI: 10.1080/0734151042000287014 10.2307/2504559 Document status and date: Published: 01/01/2004 Document Version: Publisher’s PDF, also known as Version of Record (includes final page, issue and volume numbers) Please check the document version of this publication: • A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be important differences between the submitted version and the official published version of record. People interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the DOI to the publisher's website. • The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review. • The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page numbers. Link to publication General rights Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain • You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.
    [Show full text]
  • Beurtvaarders, Trekschuiten En Overzetveren Beurtvaarders, Trekschuiten En Overzetveren
    Beurtvaarders, trekschuiten en overzetveren Beurtvaarders, trekschuiten en overzetveren en hun wisselende aanlegplaatsen in Amsterdam 1 Beurtvaarders, trekschuiten en overzetveren wee eeuwen geleden nog dacht een Nederlander niet aan Waar we in het landwegen als hij zich wilde verplaatsen, maar ging bij volgende stuk naar T voorkeur varen. Verkeer over land was minder betrouw- gaan kijken zijn baar dan over water, ondanks de negatieve invloeden van weer en de aanlegplaatsen wind. Landwegen waren tot begin negentiende eeuw zelden of nooit voor al dat wa- bestraat; Napoleon had Europa voorgedaan hoe je een landweg het tertransport, voor hele jaar door bruikbaar houdt en koning Willem I begon met zijn zover ze een vaste beperkte middelen onmiddellijk met de aanleg van de eerste rijks- aanlegplaats had- straatwegen, snoerstrak van de ene plaats naar de andere en verhard den. Die vaste met straatklinkers. Tot die tijd nam je beter de boot en dat was in plaatsen werden een waterstad als Amsterdam goed te merken. Wie zei ook alweer: belangrijk toen eind zestiende eeuw een geordend netwerk van vaar- Het grimmelt daar van alderley kleyn vaartuygh. verbindingen verscheen met zoiets als een reisschema, van waar en wanneer er passagiers- en marktveren vertrokken. Die berichtge- ving verscheen op losse velletjes papier en vermeldde, behalve pri- mitief geïllustreerde tabellen met dagen en tijden van de veren, ook feestdagen, kermissen, marktdagen, schijngestalten van de maan en de tekens van de dierenriem. Zo tegen het jaar 1600 verscheen deze informatie jaarlijks in de Enkhuizer Almanak, die in tegenstel- ling tot wat de naam doet denken een Amsterdams initiatief is en tot 1992 zelfs nooit in Enkhuizen gedrukt of zelfs maar uitgegeven werd.
    [Show full text]
  • Medialijst Reizende Collectie: Trekvaart
    Medialijst Reizende Collectie: Trekvaart TREKVAARTEN EN TREKSCHUITEN Brochures • Trekvaarten: De intercity van de Gouden Eeuw Educatieve schoolplaat uitgegeven door het Erfgoedhuis Zuid-Holland met op de achterkant beknopte informatie. • Trekvaarten in Zuid-Holland : Monumentaal netwerk tussen steden Thematische kaart van het Erfgoedhuis Zuid-Holland met cultuurhistorische informatie over de trekvaarten in Zuid-Holland. Gratis te bestellen bij het Erfgoedhuis Zuid-Holland Filmpjes • Geschiedenis van Zuid-Holland: Tijdreis met de trekschuit Korte film over het belang van de trekvaarten en trekschuiten in de geschiedenis van Zuid-Holland. • Vaarweg achter de duinen De geschiedenis van de waterverbindingen van de Nieuwe Maas tot Leiden, vanaf de Romeinse tijd. Websites • Geschiedenis van Zuid-Holland : Trekvaarten in Zuid-Holland Startpagina Erfgoedlijn Trekvaarten van het Erfgoedhuis Zuid-Holland. • Geschiedenis van Zuid-Holland : Varen net als toen Educatief project voor het basisonderwijs met docentenhandleiding, werkbladen en afbeeldingen voor het digibord. Een vaartocht maakt deel uit van het project. • Historiek: De Trekschuit: Een historisch vervoersmiddel De betekenis van de trekschuit voor de ontwikkeling van de economie. • Hollands Welvaren: De intercity van de Gouden Eeuw Uitgebreide website over de historische trekvaarten in Zuid-Holland. Bestanden • Trekvaarten in Zuid-Holland: Monumentaal netwerk tussen steden Digitale versie van de thematische kaart van het Erfgoedhuis Zuid-Holland met cultuurhistorische informatie over de trekvaarten in Zuid-Holland. Sociale media • Pinterest: Trekvaarten in Zuid-Holland (Erfgoedhuis) Pinterest-pagina van het Erfgoedhuis Zuid-Holland. • Trekvaarten Zuid-Holland Facebook-pagina van het Erfgoedhuis Zuid-Holland. DE TREKSCHUIT Medialijst Reizende Collectie: Trekvaart Filmpjes • Geschiedenis van de infrastructuur in Nederland (Schooltv) Heel beknopt overzicht, waarbij de trekvaarten het begin vormen van ons (water)wegennetwerk.
    [Show full text]