Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2004 Het Democratisch Ideaal
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
I i I Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2004 Het democratisch ideaal Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2004 Het democratisch ideaal Redactie: C.C. van Baaien W. Breedveld P.G.T.W. van Griensven P.B. van der Heiden J.J.M. Ramakers W.R Secker Centrum voor Parlementaire Geschiedenis, Nijmegen Sdu Uitgevers, Den Haag Foto omslag: Roel Rozenburg, Den Haag Vormgeving omslag: Wim Zaat, Moerkapelle Zetwerk: Wil van Dam, Utrecht Druk en afwerking: A-D Druk BV, Zeist Meer informatie over deze en andere uitgaven kunt u verkrijgen bij: Sdu Klantenservice Postbus 20014 2500 EA Den Haag tel.: (070) 378 98 80 fax: (070) 378 97 83 www.sdu.nl © 2004, Centrum voor Parlementaire Geschiedenis, Nijmegen Alle rechten voorbehouden. Alle auteursrechten en databankrechten ten aanzien van deze uitgave worden uitdruk kelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij de auteurs. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet 1912 gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden ver veelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorzover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16 h Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, wvw.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich te wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro). Voor het overnemen van een gedeelte van deze uitgave ten behoeve van commerciële doeleinden dient men zich te wenden tot de uitgever. All rights reserved. No part of this publication mav be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, without the publisher’s prior consent. is b n 90 12 09975 7 is s n 1566-5054 NUR 697 4 Inhoud Ten geleide 7 Artikelen 11 James Kennedy, De democratie als bestuurskundig probleem. Vernieuwingsstreven in de Nederlandse politiek sinds 1918 12 Anne Bos en Jasper Loots, Kop van Jut: zesentachtig jaar kritiek op de evenredige ver tegenwoordiging 24 Willem Breedveld en Wijnand van Zanten, De waakhond zaait verwarring. Hoe de media de democratie onder druk zetten 34 M.D. Bogaarts, Achter gesloten deuren. Het comité-generaal van de beide Kamers der Staten-Generaal en de strijd om informatie en medezeggenschap inzake defen sie en buitenlandse politiek 1914-1918 44 Henk Termeer, Erop of eronder! Beschouwing over de vertegenwoordiging van het Nederlandse volk en het voortbestaan van zijn nationale staat vóór, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog 55 J.Th.J. van den Berg en B. van den Braak, Kamerleden als passanten in de Haagse politiek. De maatschappelijke herkomst van Tweede-Kamerleden 1970-2004 69 Thijs Wöltgens, Allah of Grondwet? Twee concepten van het primaat van de politiek 82 Jan Pronk, Paarse passie 90 Uit de notulen van de ministerraad 95 Peter Bootsma en Peter van Griensven, Scrupules rond de bede. Hoe God de troon rede van 1978 niet haalde 96 Egodocument 105 Willem Breedveld, Inleiding bij het egodocument 106 Jan Willem Brouwer, ‘Ik heb Uwe Majesteit gedurende vier jaren naar mijn beste weten gediend.’ Minister Beyen tussen twee vuren in de Hofmansaffaire 108 Interview 121 Carla van Baaien en Willem Breedveld, Het Nederlandse parlement op het erepo dium. Interview met Frans Weisglas over democratische idealen 122 Herinneringen/necrologie 131 Jan Willem Brouwer, Kolonel én sociaal-democraat: Wiebe Wierda (1908-2003) 132 Hans Wiegel, Gedachten aan Leendert Ginjaar (1928-2003) 138 5 Willem Aantjes, Krachtige bestuurder, innemende persoonlijkheid. In memoriam loop Bakker (1921-2003) 141 Parlementaire kroniek 145 Peter van Griensven en Marij Leenders, Het parlementaire jaar 2003-2004 146 Recensies 161 F.H.M. Grapperhaus> De invoering van de inkomstenbelasting 162 Joane Bolk, Limburgse politici in Den Haag: vreemde een den in de bijt 163 G.A.M. Beekelaar, Sociale politiek in Nederland 165 Ineke Secker, Politieke vertegenwoordiging in theorie en praktijk 167 H. Daalder, Colijn, schipper naast God 170 D. Hillenius, Tendeloo en D’Ancona: de ene feministe is de andere niet 172 Rien Fraanje, Het einde van het Drees-tijdperk 174 Gerben de Vries, Voorwerk voor de Mammoetwet 176 Marco Schikhof, Een gematigde PvdA dankzij d s ’70? 178 Gerard Visscher, Journalistieke herinneringen aan linkse idealen en mislukkingen 180 Signalementen 183 Jan Ramakers, Gesignaleerd 184 Over de auteurs en de redactie 187 6 Ten geleide Het Jaarboek Parlementaire Geschiedenis is een uitgave van het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis, verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Het Jaarboek wil in zo breed mogelijke kring belangstelling wekken voor de Nederlandse parlementaire geschiede nis. Het probeert dit te bereiken door naast wetenschappelijke ook opiniërende artikelen op te nemen, alsmede boekbesprekingen, een kroniek van het afgelopen parlementaire jaar, ego documenten en herinneringen aan onlangs overleden prominente politici. Vaak liggen actu ele thema’s of gebeurtenissen ten grondslag aan de onderwerpskeuze van de historische arti kelen. In het Jaarboek komen niet alleen wetenschappers aan het woord, maar ook journalisten en (oud-)politici. In alle bijdragen is het Nederlandse parlement in een nabij of ver verleden uitgangspunt van beschouwing; zijn positie en handelen sinds de opkomst van het parlementaire stelsel in 1848 staat steeds centraal. Het thema van het Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2004 is ‘Het democratisch ideaal’ Hoewel democratie vanzelfsprekend lijkt, staat het democratisch ideaal in de Nederlandse geschiedenis voortdurend en op verschillende niveaus ter discussie. Periodiek vindt er een heroriëntatie op dat democratisch ideaal plaats en soms, daaruit voortvloeiend, een herdefi niëring ervan. Telkens weer wordt de vraag gesteld: functioneert onze democratie nog opti maal, of is het wellicht tijd voor een ‘periodiek onderhoud’ of moeten er zelfs nieuwe vor men voor worden gevonden? Ergens in de negentiende eeuw is het (liberale) democratische ideaal ontstaan. Nu laat zich dat lastig definiëren, maar het wezenskenmerk was (en is nog steeds) dat de overheidsmacht in het algemeen en die van de Koning in het bijzonder dien de te worden beperkt. Langs twee wegen werd dit bereikt. Ten eerste diende de vrijheid van de individuele burgers tegenover de overheid op een aantal terreinen te worden gewaar borgd. Ten tweede dienden de burgers invloed te krijgen op het overheidsbeleid door mid del van een in vrijheid gekozen vertegenwoordigend orgaan: het parlement.1 De laatste jaren werd in Nederland de vraag naar het functioneren van de democratie nogal eens opgeworpen door nieuwkomers in de politiek, bijvoorbeeld in hun protest tegen de ‘achterkamertjespolitiek’, hun kritiek op het technocratische karakter van de politiek en het weglopen voor de ‘echte’ problemen waar het volk mee worstelt (zie het Jaarboek 2002). Een emotionelere benadering van het politieke bedrijf was het gevolg, maar ook deze lokte op haar beurt de nodige discussie uit (zie het Jaarboek 2003). Gelet op het voortdurende getob 1 P.P.T. Bovend’ Eert en H .R.B.M . Kummeling, Van Raalte's Het Nederlandse parlement (8' tc druk; Deventer 1995) P- 2.-3- 7 JAARBOEK PARLEMENTAIRE GESCHIEDENIS met het democratisch ideaal is het haast een wonder dat het nog steeds fier standhoudt. Waarom? Uit verschillende bijdragen aan deze aflevering van het Jaarboek Parlementaire Geschiede- nis blijkt dat kritiek op het democratisch systeem nogal eens wordt vertaald in kritiek op het verschijnsel ‘partijpolitiek’, dat dan wordt geassocieerd met het najagen van het particulier belang ten koste van het algemeen belang, en dat terwijl de politieke partij een onmisbaar onderdeel uitmaakt van het instrumentarium van de Nederlandse parlementaire democra tie. Kritiek op de partijpolitiek lijkt dan ook nogal eens te verzanden in in de regel margina le en krachteloze pogingen tot wijziging van het kiesstelsel. In een overzichtsartikel bespreekt de historicus James Kennedy de kritiek vanuit democratische kring op de parlementaire democratie in het interbellum en in de naoorlogse periode. Kennedy beschouwt de veelal technocratische kritiek op het democratische systeem als vruchteloos en pleit daartegenover voor het herontdekken van de democratische tradities in de vorm van frisse politieke ideo logieën en krachtige politieke partijen. Jasper Loots en Anne Bos werken in hun bijdrage één aspect van de door Kennedy besproken democratiekritiek nader uit, namelijk de kritiek op het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. Zij laten zien dat de pogingen om te sleutelen aan het kiesstelsel inderdaad niet meer dan futiele resultaten hebben opgeleverd en zij plaat sen daarmee de actuele discussie over de wijziging van het kiesrecht in een relativerend dag licht. Behalve het kiesstelsel is ook het functioneren van regering en parlement in hun onder linge verhouding en de rol van de media in het democratisch proces voortdurend aan kritiek onderhevig. Willem Breedveld en Wijnand van Zanten laten zien hoe de moderne media hun invloed uitoefenen op het democratisch functioneren.