MER Herinrichting Buiksloterham/Overhoeks Te Amsterdam
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
MER Herinrichting Buiksloterham/Overhoeks te Amsterdam I382.2005 mei 2005 MER Herinrichting Buiksloterham/Overhoeks mei 2005 MER Herinrichting Buiksloterham/Overhoeks mei 2005 Samenvatting 1.1 Algemeen Het Stadsdeel Amsterdam Noord is in samenwerking met de centrale stad Amsterdam voornemens de Buiksloterham, een bedrijventerrein langs het IJ tegenover het Centraal Station, te herontwikkelen van verouderd extensief gebruikt bedrijventerrein tot een hoogwaardige woon-, werk- en leefomgeving. Amsterdam heeft een woningbouwopgave waar vooral in de stad zelf ruimte voor gevonden moet worden. Herontwikkeling van de Buiksloterham geeft ruimte voor een deel van het woningbouwprogramma. Daarnaast draagt herontwikkeling van de Buik- sloterham bij aan de verwezenlijking van beleidsdoelstellingen van de gemeente en het stadsdeel op het gebied van economie, milieu en leefbaarheid. Het geeft mogelijk- heden de economische structuur op het bedrijventerrein te verbeteren, de bodem- en grondwaterproblematiek aan te pakken, de ecologische kwaliteiten van het IJ te ver- beteren en de hinderproblematiek op de omliggende woonwijken te verminderen. De voorgenomen herontwikkeling van de Buiksloterham is vastgelegd in het Structuur- plan Amsterdam. Voor de herontwikkeling van Overhoeks (eerder aangeduid als Overhoeks) is reeds een projectbesluit genomen, voor de rest van de Buiksloterham inmiddels ook. De herontwikkeling van Overhoeks en de rest van de Buiksloterham is m.e.r.-plichtig conform het Besluit m.e.r. 1994 gewijzigd 1999 [VROM, 1999]. De bedoeling is dat in het gebied ruimschoots meer dan 4.000 woningen gebouwd gaan worden. De heront- wikkeling van de deelgebieden Overhoeks en Buiksloterham zijn ook afzonderlijk m.e.r.-plichtig omdat ze nog steeds onderdeel zijn van de ontwikkeling van een groter, aaneengesloten woningbouwprogramma dat functioneel en ruimtelijk sterk samen- hangend is. De m.e.r.-procedure is gekoppeld aan het artikel 19 WRO besluit voor de ontwikkeling van (de eerste fase van) de woningbouw op Overhoeks, het eerste ruimtelijk besluit dat woningbouw op dit deelgebied mogelijk maakt. Het ontwikkelen van de hele Buiksloterham tot stedelijk milieu past in het geldend beleid, zowel op provinciaal (streekplan), gemeentelijk (structuurplan) als stadsdeelniveau. Op basis van de vigerende bestemmingsplannen is de beoogde ontwikkeling echter niet mogelijk. Daarom wordt na 2005 een nieuw bestemmingplan opgesteld dat woningbouw in de rest van de Buiksloterham mogelijk maakt. Het betekent dat de status van het MER-deel over de Buiksloterham anders is dan de status van het MER-deel over Overhoeks. In het MER zijn daarom Overhoeks (deel B) en de rest van de Buiksloterham (deel C) apart onderzocht. De planvorming voor Overhoeks is al vergevorderd en kan concreet op effecten worden onderzocht en beoordeeld. De planvorming voor Buiksloterham is veel minder vergevorderd. Er bestaat nog geen uitgewerkt idee over de uiteindelijke inrichting. Voor de Buiksloterham ligt het accent in dit MER dan ook op de randvoorwaarden voor de ontwikkeling en het krijgen van inzicht in de mogelijkheden en onmogelijkheden bij de inrichting. MER Herinrichting Buiksloterham/Overhoeks mei 2005 Stedelijk wonen en werken Buiksloterham Overhoeks Bedrijven terrein kerngebied plangebied plattegrond luchtfoto Structuurplankaart MER Herinrichting Buiksloterham/Overhoeks mei 2005 1.2 Deel B Overhoeks Doel, uitgangspunten en randvoorwaarden Doel van de ontwikkeling van Overhoeks is om het huidige bedrijventerrein, na ver- plaatsing van de Shellactiviteiten naar het nieuw te bouwen New Technology Centre (NTC), te herontwikkelen als een hoardig stedelijk woon-, werk en verblijfgebied. De belangrijkste opgaven bij de herontwikkeling van Overhoeks zijn: • het verplaatsen en concentreren van de huidige Shellactiviteiten; • terugbrengen van geluidzone Johan van Hasseltkanaal-west; • aanpak van bodem- en grondwaterverontreiniging; • aanpak van de grondwaterproblematiek • ontsluiting van Overhoeks voor autoverkeer, langzaam verkeer en openbaar vervoer; • creëren van een sociaal leefbare woon-, werk- en verblijfomgeving; • benutten en versterken van de ecologische potenties en cultuurhistorische waarden. De belangrijkste uitgangspunten hierbij zijn: • herontwikkeling volgens één samenhangend stedenbouwkundig plan; • verdeling wonen / werken en voorzieningen van 70% - 30%; • een hoge tot zeer hoge bebouwingsdichtheid; • gemiddeld 30 m boven maaiveld, hoogteaccenten aan zuidzijde 60-110 m; • hoog ambitieniveau ten aanzien van duurzaamheid. Voorgenomen activiteit en alternatieven Het plangebied kent in grote lijnen een vierdeling met een variërend programma: • New Technology Centre (NTC, nieuwbouw Shell); • Strip Overhoeks: een hoogbouwstrip met ruimte voor kantoren, woningen en stedelijke voorzieningen; • Campus: woonomgeving; • Groene openbare ruimte: oeverpark en scheg. campus NTC oeverpark strip Overhoeks scheg 7 MER Herinrichting Buiksloterham/Overhoeks mei 2005 onderdeel Programma Overhoeks wonen Werken (m2 bvo) openbare functies parkeren strip Overhoeks ca. 42.000 gezondheidscentrum ca. 450 plaatsen onder detailhandel gebouwen en openbare sport en gezondheid ruimte, 100 op maaiveld ca. 2.200 cultuur, horeca Campus appartementen ca. 27.000 school ca. 2.500 plaatsen onder openbaar groen gebouwen en openbare detailhandel ruimte, 200 langs straten Scheg en geen geen openbaar groen ca. 1.800 plaatsen, 2- oeverpark ( filmmuseum) laags onder maaiveld NTC geen ca. 85.000 geen ca 500 plaatsen bron: Projectbesluit en Stedenbouwkundig Plan Shell bvo=bedrijfsvloeroppervlak New Technology Centre (NTC) Het NTC complex bestaat uit vijf vleugels van zes bouwlagen hoog (ca. 26 m) verbonden door een atrium van vijf bouwlagen hoog. De hoofdentree ligt aan de Grasweg, waar een halgebouw van twee lagen wordt gerealiseerd. Parkeren (ca. 500 plaatsen) vindt verdiept onder de hal plaats. Strip Overhoeks De strook Overhoeks vormt een intensief bebouwde strook. De bebouwing bestaat uit vijf nieuwe torens met onderbouw, variërend in hoogte van 75 tot 110 m. Deze hoogbouwstrip biedt voornamelijk ruimte aan kantoren en stedelijke voorzieningen. Campus De Campus bestaat uit forse gebouwen (tot 9 lagen) in een open en groene, maar compacte verkaveling. De gebouwen hebben in hoofdzaak een woonfunctie, enkele een kantoorbestemming. De parkeervoorzieningen worden geïntegreerd in de gebouwen. Het toekomstige maaiveld van de Campus ligt met NAP + 3,2 m aanzienlijk hoger dan het huidige maaiveld (ca. NAP + 1m). Hiermee wordt de noodzaak tot afgraven en afvoer van verontreinigde grond beperkt. Daarnaast bestaat de wens om de benodigde parkeerruimte in het plangebied zo veel mogelijk uit het zicht, maar zo min mogelijk in de bodem en het grondwater te situeren. Scheg en oeverpark De Scheg is de driehoekige, groene openbare ruimte tussen strook Overhoeks en de Campus. Onder het park wordt een parkeergarage aangelegd met 1.900 plaatsen in twee lagen. De Scheg loopt over in het oeverpark. Ten behoeve van het oeverpark wordt een strook met een oppervlak van ca. 4,5 ha langs het IJ aangeplempt. Het oeverpark krijgt een openbare parkfunctie, een natuurfunctie en biedt ruimte aan recreatieve routes. Geen alternatieven De plannen voor de herontwikkeling van Overhoeks zijn reeds in een vergevorderd stadium. Er is een Projectbesluit en Uitvoeringsbesluit genomen en er ligt een steden- bouwkundig plan. De huidige milieuwaarden van het gebied zijn klein, zodat geen meer- waarde voor het milieu wordt verwacht bij een andere stedenbouwkundige opzet. In het MER is wel het stedenbouwkundig ontwerp (verder) geoptimaliseerd tot een Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA, zie verder). 8 MER Herinrichting Buiksloterham/Overhoeks mei 2005 Effecten Ontwikkeling van Overhoeks leidt tot een aanvulling en verbetering van het woon- en werkklimaat in Amsterdam-Noord. Daarnaast vormt het de belangrijke eerste impuls voor realisatie van het programma voor de Buiksloterham. Ontwikkeling van Overhoeks leidt tot een nieuwe hoogwaardige en duurzame ruimtelijke en functionele invulling van het voormalige geïsoleerd gelegen en extensief gebruikte bedrijventerrein. Het ruimtegebruik wordt geïntensiveerd en krijgt een hogere kwalitatieve waarde: ‘er wordt meer uit het gebied gehaald’. Hierbij worden de karakteristieke ruimtelijke elementen, structuren en contrasten versterkt en wordt een relatie gelegd met het IJ. Het huidige extensieve buitenstedelijke gebruik maakt plaats voor een intensieve binnenstedelijke woonomgeving. De milieueffecten van realisatie van het NTC en herontwikkeling van Overhoeks zijn grotendeels gerelateerd aan de veranderende ruimtelijke en functionele structuur, de toe- name in verkeersbewegingen en de daaraan gerelateerde hindereffecten en de tijdelijke effecten tijdens de aanlegfase. De effecten van de voorgenomen activiteit worden gemeten in vergelijking met de referentiesituatie; de ontwikkeling van het gebied op basis van vastgesteld beleid en bekende ontwikkelingen. Geluid algemeen Het plangebied ligt in een omgeving waar geluid afkomstig van verschillende soorten bronnen een rol speelt. Naast lawaai afkomstig van bedrijven (industrielawaai) gaat het om lawaai van wegverkeer, rail (vanaf de zuidelijke IJ-oever met het Centraal Station), scheepvaart op het IJ en luchtvaart. De effecten van de verschillende soorten geluid zijn apart in beeld gebracht, omdat ook de wettelijke toetsing van geluidhinder plaatsvindt per geluidsoort. Om een beeld te geven van de totale geluidhinder in het plangebied is tevens de totale