Herinnering Aan Holland

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Herinnering Aan Holland Armand de Gramont, comte de Guiche HERINNERING AAN HOLLAND Vertaling en inleiding Ad van der Zee 1 Herinnering aan Holland 2 3 Herinnering aan Holland De Mémoires van Armand de Gramont, graaf van Guiche, 1665-1666 Vertaald en ingeleid door Ad van der Zee 4 Afbeelding omslag: Koning Lodewijk XIV trekt aan het hoofd van zijn leger over de Rijn bij Lobith in 1672. Schilderij door Adam François van der Meulen, 1674. (Rijksmuseum) © Ad van der Zee, 2013 Creative Commons Bepaling copyright: Herinnering aan Holland van Ad van der Zee is in licentie gegeven volgens een Creative Commons Naamsvermelding - NietCommercieel - GelijkDelen 3.0 Unported licentie 5 Inhoud A Inleiding 1. Panache 8 2. De heren van Bidache 19 3. Armand de Gramont 25 4. Bij de vertaling 33 5. Literatuur 34 B De Mémoires (vertaalde tekst) Boek 1 (1665) 38 Boek 2 (1666) 116 Het familiewapen van De Gramont 6 ‘De droom van elke historicus is de ontdekking van een vergeten handschrift’ (Roelof van Gelder, Naporra’s Omweg) 7 Panache Guy-Armand de Gramont, graaf van Guiche (1637-1673) was een man met lef. Hij bezat in hoge mate wat de Fransen panache plegen te noemen, een vorm van wereldwijze branie en zwierige bravoure die als doel heeft andere mensen te imponeren met verhalen over de eigen belevenissen. Dat daarbij de waarheid misschien wel eens wat wordt aangedikt om een verhaal smeuïger te maken of de eigen rol wat aan te zetten, is daarbij geoorloofd, zolang men maar niet op aperte leugens wordt betrapt, wat de panache zou ontkrachten. Armand de Gramont stamde uit een oud Gascons geslacht, dat van de heren van Gramont en Bidache. Gascogne, de streek in het zuidwesten van Frankrijk grofweg tussen Bordeaux, Toulouse en de Pyreneeën, gold als vanouds als een gebied waarvan de inwoners in hoge mate behept waren met bravoure. ´Gascogne et Panache´ is dan ook een gevleugelde uitdrukking. De stad Termes in het departement Gers bezit zelfs een ´Museum van de Gasconse panache´. Men is trots op deze eigenschap en uiteraard nog trotser op personen die hem bezitten. De misschien wel beroemdste Gasconse ´lefgozer´ was Charles de Batz-Castelmore (1611-1673), beter bekend als graaf D’Artagnan. Deze vechtjas stond model voor de vierde musketier in de 19de-eeuwse romans van Alexandre Dumas. De historische D’Artagnan voerde tijdens het bewind van kardinaal Mazarin talrijke geheime operaties uit, diende als kapitein van de musketiers onder koning Lodewijk XIV en sneuvelde uiteindelijk tijdens het beleg van Maastricht in 1673 tijdens de Frans-Hollandse oorlog. Er zijn verschillende overeenkomsten tussen deze historische D’Artagnan en de graaf van Guiche. Zij waren tijdgenoten, afkomstig uit Gascogne en bekleedden beiden hoge officiersrangen in het leger van koning Lodewijk XIV. Beiden waren geziene gasten aan het Franse hof en in de salons zoals die van Madame de Sévigné, waar ze de dames in verrukking brachten met sterke verhalen over hun heroïsche avonturen. Beiden namen ook deel aan de grote veldtocht naar Holland in 1672, die Guiche nog wel, maar D’Artagnan niet meer zou kunnen navertellen. Een belangrijk verschil tussen beiden is dat D’Artagnan zijn eigen leven niet heeft beschreven. Zijn zogenaamde mémoires werden in 1700 te boek gesteld door de schrijver 8 Gatien de Courtilz de Sandras (1644 –1712). Het betreft hier een geromantiseerd, met veel panache doorspekt relaas in de ik-vorm dat op zijn beurt de basis vormde voor Dumas’ beroemde roman ‘De Drie Musketiers’ uit 1844. De graaf van Guiche heeft wel zijn eigen avonturen beschreven, al werden die pas lang na zijn dood gepubliceerd. Het grootste deel van zijn mémoires is gewijd aan de jaren 1665 en 1666. Hij verbleef in die periode in Holland, nam deel aan de militaire campagne tegen de bisschop van Munster in 1665 en was een jaar later op de Staatse vloot aanwezig bij de Vierdaagse Zeeslag in het gezelschap van Michiel de Ruyter. Een 17de-eeuwse Franse edelman die een reisverslag heeft geschreven over Nederland in een meer dan dynamische periode en ooggetuige is geweest van belangrijke politieke en militaire gebeurtenissen, waar we het vandaag de dag nog steeds over hebben. Dat is uit de aard der zaak een interessant gegeven. In 1744 verscheen bij een Londense uitgeverij het boek ‘Mémoires du Comte de Guiche, concernant les Provinces-Unies des Pais Bas’. In het voorwoord van de uitgever, Philippe Changuion “boekhandelaar aan de Strand, te London”, wordt vermeld dat dit boek de editie is van een manuscript dat rond 1670 was geschreven door Armand de Gramont, graaf van Guiche. Het manuscript had naar verluid vele jaren in een kast gelegen op het Franse ministerie van buitenlandse zaken, waarna het in 1740 was geveild en in het bezit was gekomen van de uitgever, die het nu, vanwege de vele belangwekkende zaken die erin beschreven staan, openbaar heeft gemaakt voor een ontwikkeld en verlicht publiek. Alhoewel deze geschetste gang van zaken wellicht wat romantische trekjes vertoont en men zelfs op het idee zou kunnen komen dat het hier om een mystificatie zou gaan in de traditie van Courtilz de Sandras, is er op voorhand geen reden om aan de echtheid van dit verhaal te twijfelen. De uitgave was door de uitgever nog verrijkt met een inleiding, bestaande uit een beknopte geschiedenis van de Nederlandse Republiek van 1568 tot 1672. Al in 1747 verscheen bij de Groningse drukker en boekverkoper Jacobus Sipkes een Nederlandse vertaling van de Mémoires, met de titel ‘Nederlands Gedenkboek inhoudende de merkwaerdigste gevallen van de jaaren 1665 tot 1672 incluis, zo ter zee 9 als te lande, door de Grave van Guiche, zijnde door hem zelf bijgewoont en opgetekent’. Ook deze uitgave was voorzien van een historische inleiding. Bovendien was er een uitgebreid notenapparaat aan toegevoegd, naar zeggen van de uitgever om de typisch Franse uitleg van Nederlandse gewoontes wat te nuanceren. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat dit notenapparaat nauwelijks verheldering biedt, maar daarentegen juist verwarring schept door een veelal foutieve interpretatie van de tekst. De Franse editie van 1744 moet tamelijk populair zijn geweest, gezien het aantal exemplaren dat zich alleen al in Nederlandse bibliotheken bevindt. In 1749 verscheen een ongewijzigde herdruk bij dezelfde uitgever. Een moderne rondgang op internet laat zien dat er antiquarisch in Nederland en daarbuiten nog ruimschoots exemplaren van de Mémoires in de handel zijn, met name van de eerste druk uit 1744. De Nederlandse vertaling uit 1747 moet een veel geringere verspreiding hebben gehad. Weliswaar bezitten enkele universiteitsbibliotheken in ons land een exemplaar, toch kunnen we ons niet aan de indruk onttrekken dat dit een zeldzaam boek moet zijn geweest.1 Zowel de Franse als de Nederlandse editie zijn goeddeels in vergetelheid geraakt. Er zijn verder geen herdrukken bekend en in latere historische literatuur wordt slechts af en toe verwezen naar de Mémoires van de graaf van Guiche, meestal met de aantekening dat deze niet altijd even betrouwbaar overkomen en in hoge mate gebukt gaan onder zijn gekleurde visie van de feiten. Alleen Johanna K. Oudendijk lijkt in haar boek uit 1944 over Johan de Witt wel oog gehad te hebben voor de bijzondere kwaliteiten van de Mémoires.2 De meest recente onderzoeken naar Guiche zijn van de hand van de Franse historicus Denis Labau, die met name oog heeft voor de familiegeschiedenis van de familie Gramont en hun bestuurlijke rol in de streek. De doelstelling van de Mémoires was niet in de eerste plaats om de moderne historicus van betrouwbaar feitenmateriaal te voorzien, maar om de rol van de schrijver, Armand de 1 De editie uit 1744 is tevens beschikbaar via Google Books: http://books.google.nl/books? hl=nl&id=MS5EAAAAcAAJ&dq=Mémoires+du+Comte+de+Guiche%2C+concernant+les+Provinces- Unies+des+Pais+Bas&ots=Hi2wRNABmQ&jtp=10 2 Johanna K. Oudendijk, Johan de Witt en de Zeemacht, p. 125: “Vooral Armand de Gramont, graaf van Guiche, een Fransch edelman, die wegens een hofintrigue als banneling in de Nederlanden leefde en die De Witt niet mocht lijden, wijdde in zijn Mémoires onbarmhartig over diens zelfingenomenheid en waanwijsheid in oorlogszaken uit” 10 Gramont, in het licht van diverse historische gebeurtenissen te benadrukken. We moeten de Mémoires van de graaf van Guiche dan ook vooral beschouwen als een interessant egodocument en daarna pas als bron voor de historische gebeurtenissen die in het boek aan bod komen. Dat neemt niet weg dat veel van wat Guiche beschrijft ook inderdaad zo gebeurd kan zijn. Hij had dan wel veel panache, dat betekent nog niet dat hij onwaarheid schreef. Waar gaan de Mémoires over? Blijkens de ondertitel die waarschijnlijk door de uitgever is toegevoegd, zijn de Mémoires van Guiche een aanvulling op die van D’Estrades en D’Aubéry3. Beiden waren jarenlang Frans ambassadeur ‘bij de Heren Staten-Generaal’ en hebben eveneens herinneringen geschreven over hun ambtsperiode. De Mémoires van Guiche staan daarmee in een traditie van diplomatieke geschiedschrijving, zoals die ook heden ten dage nog populair is, met veel aandacht voor informatie en anekdotes van achter de schermen, (on-)hebbelijk- heden van belangrijke politieke personages en een persoonlijk gekleurde analyse van de grote politieke lijn. Guiche voegt daar in zijn boek nog een flinke dosis ‘what-if’- geschiedenis aan toe. ‘Wat zou er gebeurd zijn als die-en-die voorwaarden wel waren vervuld en als de gang van zaken anders zou zijn gelopen’ is een kwestie die bij hem veelvuldig aan de orde komt. In principe is elk buitenlands verslag over gebeurtenissen in onze geschiedenis als belangwekkend aan te merken. Buitenstaanders wijzen ons in het algemeen op zaken die voor de inheemse tijdgenoot te vanzelfsprekend waren of onopgemerkt bleven. Na lezing van de Mémoires van de graaf van Guiche raakt men er van doordrongen hoezeer de jaren ’60 van de 17de eeuw een tijd van grote dynamiek en internationale spanningen 3 Benjamin Aubéry du Maurier (1566-1636) was van 1613 tot 1624 ambassadeur van de Franse koning Lodewijk XIII in Den Haag.
Recommended publications
  • 0714685003.Pdf
    CONTENTS Foreword xi Acknowledgements xiv Acronyms xviii Introduction 1 1 A terrorist attack in Italy 3 2 A scandal shocks Western Europe 15 3 The silence of NATO, CIA and MI6 25 4 The secret war in Great Britain 38 5 The secret war in the United States 51 6 The secret war in Italy 63 7 The secret war in France 84 8 The secret war in Spain 103 9 The secret war in Portugal 114 10 The secret war in Belgium 125 11 The secret war in the Netherlands 148 12 The secret war in Luxemburg 165 ix 13 The secret war in Denmark 168 14 The secret war in Norway 176 15 The secret war in Germany 189 16 The secret war in Greece 212 17 The secret war in Turkey 224 Conclusion 245 Chronology 250 Notes 259 Select bibliography 301 Index 303 x FOREWORD At the height of the Cold War there was effectively a front line in Europe. Winston Churchill once called it the Iron Curtain and said it ran from Szczecin on the Baltic Sea to Trieste on the Adriatic Sea. Both sides deployed military power along this line in the expectation of a major combat. The Western European powers created the North Atlantic Treaty Organization (NATO) precisely to fight that expected war but the strength they could marshal remained limited. The Soviet Union, and after the mid-1950s the Soviet Bloc, consistently had greater numbers of troops, tanks, planes, guns, and other equipment. This is not the place to pull apart analyses of the military balance, to dissect issues of quantitative versus qualitative, or rigid versus flexible tactics.
    [Show full text]
  • Romantik 07 2018
    van Gerven, Journal for the Study of Romanticisms (2018), Volume 07, DOI 10.14220/jsor.2018.7.1.17 Timvan Gerven (University of Amsterdam) WhoseTordenskjold?The Fluctuating Identities of an Eighteenth-Century Naval Hero in Nineteenth-Century Cultural Nationalisms Abstract The naval hero Peter Wessel Tordenskjold (1690–1720) wasone of the most celebrated historical figures in both nineteenth-century Norway and Denmark. This double national cultivation gavecause for an ongoing feud between Danish and Norwegian historians concerninghis true fatherland.Atthe same time, the uncertaintysurrounding his exact nationality offered awealth of material for narratives of Dano-Norwegian, and even pan- Scandinavian rapprochement. This article explores Tordenskjold’strack record as afigure of nationalcultivation by treating him as adynamic and transnationalmemory site (lieu de mémoire).Itwill be demonstrated that the contestation surrounding the ownership of his memory formed an importantmotivation for the rich artistic cultivation of this national hero, while the symbolic meaning attributedtohim wassubjected to the ideological needs of the individuals and groupsappropriatinghim. As such, Tordenskjold came to be alternately ingrained in Danish, Norwegian, Dano-Norwegian,and Scandinavian frameworks ac- cording to the relevant political and social circumstances. Keywords Peter Wessel Tordenskjold, Cultural memory, Cultivation of culture, National heroes, Lieu de mémoire Introduction Peter Wessel Tordenskjold (1690–1720) belongs to the most beloved and most cultivated national heroes in nineteenth-century Denmark and Norway. The list of songs, poems, stories, plays, novels, and biographies featuring the vice admiral in the leading role is aparticularly long one and includes works by such prominent authors as Adam Oehlenschläger, B. S. Ingemann, and Henrik Hertz.
    [Show full text]
  • Éphéméride De L'année 1660
    Éphéméride année 1660 Chronologie moliéresque : les « Éphémérides » de François Rey (1658-1669) François Rey a établi ces « éphémérides » lorsqu'il préparait son livre intitulé Molière et le roi. L’affaire Tartuffe (avec Jean Lacouture) paru aux éditions Fayard en 2006), ce qui explique qu'il les ait interrompus à la fin de l’année qui a vu la création publique de Tartuffe après presque cinq années d'interdiction. Il a eu la générosité de mettre à notre disposition cet inestimable instrument de travail, nous autorisant en même temps à le diffuser plus largement selon le moyen qui nous paraîtrait le mieux approprié. Nous le publions donc sur le site MOLIÈRE 21, après avoir simplement adapté la mise en pages (passée du mode « paysage » au mode « portrait ») et supprimé, comme il nous l'avait demandé, ceux de ses commentaires personnels qui constituaient des jalons d’attente pour une recherche plus approfondie (« à développer », « à confirmer », etc.). Nous le remercions une fois de plus infiniment. GF et CB Jeu 1 janvier 1660 • Scévole et Les Précieuses ridicules. R : 500 l. ÷ Le jeudi n’est pas un jour ordinaire de représentation. ÷ Scévole est une tragédie en cinq actes et en vers, comprenant trois rôles féminins et cinq masculins. La troupe l’a déjà jouée deux fois depuis Pâques 1659 : le 7 juin [R : 95 l] et le 15 juillet [R : 78 l]. Elle ne la reprendra plus jusqu’à la mort de Molière. Ven 2 janvier 1660 • Dom Bertran de Cigarral et Les Précieuses ridicules. R : 440 l. • Le même jour, les comédiens de l’Hôtel de Bourgogne créent Stratonice, tragédie de Philippe Quinault.
    [Show full text]
  • Cyrano De Bergerac
    Cyrano de Bergerac by Edmond Rostand All new material ©2010 Enotes.com Inc. or its Licensors. All Rights Reserved. No portion may be reproduced without permission in writing from the publisher. For complete copyright information please see the online version of this text at http://www.enotes.com/cyrano-de-text Table of Contents Notes.....................................................................................................................................................................1 Reading Pointers for Sharper Insights.............................................................................................................2 Dedication............................................................................................................................................................5 Dramatis Personae..............................................................................................................................................6 Act I......................................................................................................................................................................7 A Performance at the Hotel de Bourgogne..............................................................................................7 Scene I......................................................................................................................................................7 Scene II..................................................................................................................................................11
    [Show full text]
  • Fonds Gramont (Xiiie-Xxe Siècle)
    Fonds Gramont (XIIIe-XXe siècle) Inventaire analytique de la sous-série 101AP (63Mi) Par Yvonne Lanhers, Olivier Poncet et Raphaël Baumard Archives nationales (France) Pierrefitte-sur-Seine 1953-2014 1 https://www.siv.archives-nationales.culture.gouv.fr/siv/IR/FRAN_IR_004276 Cet instrument de recherche a été encodé en 2012 par l'entreprise diadeis dans le cadre du chantier de dématérialisation des instruments de recherche des Archives nationales sur la base d'une DTD conforme à la DTD EAD (encoded archival description) et créée par le service de dématérialisation des instruments de recherche des Archives nationales. Il a par la suite été complètement repris et retravaillé par le département des archives privées des Archives nationales. 2 Archives nationales (France) INTRODUCTION Référence 101AP/A/1-101AP/J/5 Niveau de description fonds Intitulé Fonds Gramont Date(s) extrême(s) XIIIe-XXe siècle Nom du producteur • Gramont (famille de) • Greffulhe, Élisabeth (1860-1952) Localisation physique Pierrefitte Conditions d'utilisation Le fonds est communicable uniquement sur autorisation du déposant. La consultation se fera sous forme de microfilms (quand ils existent) afin de préserver les originaux. Pour faciliter les demandes des chercheurs, les cotes des microfilms (63Mi) ont donc été systématiquement mentionnées au fil de l'inventaire : seules ces cotes peuvent être commandées via la Salle des inventaires virtuelle. Pour les quelques articles non microfilmés, seule la cote 101AP est précisée dans l'inventaire, et - dans ces cas-là uniquement - on commandera les pièces originales. A l'inverse certains documents existent uniquement sous forme microfilmée (les Archives nationales ne conservent pas les originaux) : ces quelques cas sont répérables à l'absence de cote 101AP.
    [Show full text]
  • Memorial Library of Music Collection
    http://oac.cdlib.org/findaid/ark:/13030/kt6r29p0pm No online items Partial Guide to the Memorial Library of Music Collection Special Collections staff Department of Special Collections Green Library Stanford University Libraries Stanford, CA 94305-6004 Phone: (650) 725-1022 Email: [email protected] URL: http://library.stanford.edu/spc/ © 2006 The Board of Trustees of Stanford University. All rights reserved. Partial Guide to the Memorial MLM 1 Library of Music Collection Partial Guide to the Memorial Library of Music Collection Collection number: MLM Department of Special Collections and University Archives Stanford University Libraries Stanford, California Processed by: Special Collections staff Date Completed: 2003 Encoded by: Bill O'Hanlon © 2006 The Board of Trustees of Stanford University. All rights reserved. Descriptive Summary Title: Memorial Library of Music collection Collection number: MLM Collector: Keating, George T. Collection Size: ca. 27 linear ft. Repository: Stanford University. Libraries. Dept. of Special Collections and University Archives. Abstract: This library is a collection of musical manuscripts and of printed and engraved scores inscribed by great composers, and constitutes a unique addition to Stanford's educational and cultural resources. Languages: Languages represented in the collection: English Access Collection is open for research; materials must be requested at least 24 hours in advance of intended use. Publication Rights Property rights reside with the repository. Literary rights reside with the creators of the documents or their heirs. To obtain permission to publish or reproduce, please contact the Public Services Librarian of the Dept. of Special Collections. Preferred Citation Memorial Library of Music Collection, MLM. Dept. of Special Collections, Stanford University Libraries, Stanford, Calif.
    [Show full text]
  • A History of French Literature from Chanson De Geste to Cinema
    A History of French Literature From Chanson de geste to Cinema DAVID COWARD HH A History of French Literature For Olive A History of French Literature From Chanson de geste to Cinema DAVID COWARD © 2002, 2004 by David Coward 350 Main Street, Malden, MA 02148-5020, USA 108 Cowley Road, Oxford OX4 1JF, UK 550 Swanston Street, Carlton, Victoria 3053, Australia The right of David Coward to be identified as the Author of this Work has been asserted in accordance with the UK Copyright, Designs and Patents Act 1988. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, except as permitted by the UK Copyright, Designs, and Patents Act 1988, without the prior permission of the publisher. First published 2002 First published in paperback 2004 by Blackwell Publishing Ltd Library of Congress Cataloging-in-Publication Data Coward, David. A history of French literature / David Coward. p. cm. Includes bibliographical references and index. ISBN 0–631–16758–7 (hardback); ISBN 1–4051–1736–2 (paperback) 1. French literature—History and criticism. I. Title. PQ103.C67 2002 840.9—dc21 2001004353 A catalogue record for this title is available from the British Library. 1 Set in 10/13 /2pt Meridian by Graphicraft Ltd, Hong Kong Printed and bound in the United Kingdom by TJ International Ltd, Padstow, Cornwall For further information on Blackwell Publishing, visit our website: http://www.blackwellpublishing.com Contents
    [Show full text]
  • University Microfilms, Inc., Ann Arbor, Michigan the ELEMENT of TOTALITY in THE
    THE ELEMENT OF TOTALITY IN THE THEATER OF GASTON BATY Item Type text; Dissertation-Reproduction (electronic) Authors Delaney, Joseph Dennis Publisher The University of Arizona. Rights Copyright © is held by the author. Digital access to this material is made possible by the University Libraries, University of Arizona. Further transmission, reproduction or presentation (such as public display or performance) of protected items is prohibited except with permission of the author. Download date 10/10/2021 02:21:51 Link to Item http://hdl.handle.net/10150/284946 This dissertation has been microfilmed exactly as received 68-8314 DELANEY, Joseph Dennis, 1939- THE ELEMENT OF TOTALITY IN THE THEATER OF GASTON BATY. University of Arizona, Ph.D., 1968 Language and Literature, modern University Microfilms, Inc., Ann Arbor, Michigan THE ELEMENT OF TOTALITY IN THE THEATER OF GASTON BATY by Joseph Dennis Delaney A Dissertation Submitted to the Faculty of the DEPARTMENT OF ROMANCE LANGUAGES In Partial Fulfillment of the Requirements For the Degree of DOCTOR OF PHILOSOPHY In the Graduate College THE UNIVERSITY OF ARIZONA 196 8 THE UNIVERSITY OF ARIZONA GRADUATE COLLEGE I hereby recommend that this dissertation prepared under my direction by Joseph Dennis Delaney entitled The Element of Totality In the Theater of Gaston Baty be accepted as fulfilling the dissertation requirement of the degree of Doctor of Philosophy j f\4AA C Dissertation Director 3v~ Date jf ' After inspection of the dissertation, the following members of the Final Examination Committee concur in its approval and recommend its acceptance:* iyfl '<4<\ ihJTt f *This approval and acceptance is contingent on the candidate's adequate performance and defense of this dissertation at the final oral examination.
    [Show full text]
  • Fra Krig Og Fred Dansk Militærhistorisk Kommissions Tidsskrift Nummer 2014/1
    Fra Krig og Fred Dansk Militærhistorisk Kommissions Tidsskrift Nummer 2014/1 Artikel: Flådens udlandsmobilisering: Rekruttering af skandinaviske søfolk i Amsterdam under Skånske Krig Forfatter: Asger Nørlund Christensen © Syddansk universitet Søgeord: Professionelle søfolk; Internationalt arbejdsmarked; Arbejdsmigration; Strategisk ressource Resumé: Ved hjælp af hidtil upublicerede lønningslister fra Skånske Krig dokumenteres den danske flådes omfattende rekruttering af professionelle skandinaviske søfolk i Amsterdam med henblik på krigen. Eksistensen af denne erhvervsgruppe og dens bagland peger på, at skandinaviske søfolk var en del af et internationalt arbejdsmarked, og at de udgjorde en vigtig brik i den danske konges strategi for at opnå herredømmet i Østersøen. Asger Nørlund Christensen Flådens udlandsmobilisering. Rekruttering af skandinaviske søfolk i Amsterdam under Skånske Krig Næsten hver generation af historikere har beskæftiget sig med den danske søhelt Niels Iuel og med hans overbevisende sejr den 1. juli 1677 i Køge Bugt. En hur- tig søgning på bibliotek.dk gav 21 monografier startende med hans mindetale i 1697 og sluttende med omtale i Danmarks største søhelte fra 2010.1 Vi ved i dag altså meget om søhelten selv, skibene der deltog i slaget og selve slaget, men til gengæld har der hidtil ikke været særlig fokus på de mænd, der bemandede de danske orlogsskibe under Skånske Krig. På de 27 orlogsskibe og fregatter, der deltog på dansk side i slaget, var der hen ved 10.000 mand,2 men vi ved meget lidt om, hvem de var, hvorfra de kom og hvilke kvalifikationer de havde. I Niels Juels flåde3 nævner Jørgen Barfod, at man i januar 1676 ville skaffe mere mandskab til flåden og i den forbindelse håbede at hverve og udskrive 3400 mand i Holland og 1600 mand fra Slesvig, Holsten, Ribe, Sild, Før, Glückstad, Ham- burg, Wismar, Rostock og Lübeck.
    [Show full text]
  • A More Greenlandic Greenland
    As of 2008 Museum Tusculanum Press has taken over the series Monographs on Greenland | Meddelelser om Grønland. Manuscripts should be sent to: Museum Tusculanum Press University of Copenhagen 126 Njalsgade, DK-2300 Copenhagen S DENMARK [email protected] | www.mtp.dk Tel. +45 353 29109 | Fax +45 353 29113 VAT no.: 8876 8418 Guidelines for authors can be found at www.mtp.dk/MoG Orders Books can be purchased online at www.mtp.dk, via [email protected], through any of MTP’s distributors in the US, UK, and France or via online retailers and major booksellers. Museum Tusculanum Press bank details: Amagerbanken, DK-2300 Copenhagen S :: BIC: AMBK DK KK :: IBAN: DK10 5202 0001 5151 08 More information at www.mtp.dk/MoG About the series Monographs on Greenland | Meddelelser om Grønland (ISSN 0025 6676) has published scientific results from all fields of research on Greenland since 1878. The series numbers more than 345 volumes comprising more than 1250 titles. In 1979 Monographs on Greenland | Meddelelser om Grønland was developed into a tripartite series consisting of Bioscience (ISSN 0106-1054) Man & Society (ISSN 0106-1062) Geoscience (ISSN 0106-1046) Hence Monographs on Greenland | Meddelelser om Grønland was renumbered in 1979 ending with volume no. 206 and continued with volume no. 1 for each subseries. As of 2008 the original Monographs on Greenland | Meddelelser om Grønland numbering will be continued in addition to the subseries numbering. Further information about the series, including addresses of the scientific editors of the subseries can be found at www.mtp.dk/MoG Denmark-Greenland in the twentieth Century Denmark-Greenland in the twentieth Century Axel Kjær Sørensen Meddelelser om Grønland · Man & Society 34 Axel Kjær Sørensen: Denmark – Greenland in the twentieth Century.
    [Show full text]
  • Cyrano De Bergerac, De Edmond Rostand
    AVISO AO USUÁRIO A digitalização e submissão deste trabalho monográfico ao DUCERE: Repositório Institucional da Universidade Federal de Uberlândia foi realizada no âmbito do Projeto Historiografia e pesquisa discente: as monografias dos graduandos em História da UFU, referente ao EDITAL Nº 001/2016 PROGRAD/DIREN/UFU (https://monografiashistoriaufu.wordpress.com). O projeto visa à digitalização, catalogação e disponibilização online das monografias dos discentes do Curso de História da UFU que fazem parte do acervo do Centro de Documentação e Pesquisa em História do Instituto de História da Universidade Federal de Uberlândia (CDHIS/INHIS/UFU). O conteúdo das obras é de responsabilidade exclusiva dos seus autores, a quem pertencem os direitos autorais. Reserva-se ao autor (ou detentor dos direitos), a prerrogativa de solicitar, a qualquer tempo, a retirada de seu trabalho monográfico do DUCERE: Repositório Institucional da Universidade Federal de Uberlândia. Para tanto, o autor deverá entrar em contato com o responsável pelo repositório através do e-mail [email protected]. UNIVERSIDADE FEDERAL DE UBERLÂNDIA História e Poesia na França do Século XIX: um estudo sobre Cyrano de Bergerac, de Edmond Rostand ANDRÉ LUIS BERTELLI DUARTE UBERLÂNDIA 2008 ANDRÉ LUIS BERTELLI DUARTE História e Poesia na França do Século XIX: um estudo sobre Cyrano de Bergerac de Edmond Rostand Monografia de graduação apresentada ao Instituto de História da Universidade Federal de Uberlândia, como exigência parcial para obtenção do título de Bacharel em História. Orientação: Profª. Drª. Rosangela Patriota Ramos. Uberlândia/MG 2008 Duarte, André Luis Bertelli. (1986) História e Poesia na França do Século XIX: um estudo sobre Cyrano de Bergerac, de Edmond Rostand.
    [Show full text]
  • Cyrano De Bergerac
    La Compagnie de l’Archipel PROJET 2017 CYRANO DE BERGERAC TEXTE D’EDMOND ROSTAND Adaptation et mise en scène de Dominique JEAN Avant propos Donner Cyrano, c’est offrir au public calédonien l’un des plus beaux textes de la langue française. Edmond Rostand a dit «J’écrivais Cyrano dans le but de lutter contre les tendances du temps» Et de nos jours troublés, nous comprenons encore plus ce message qui traverse toutes les époques. Dans Cyrano, il y a toutes les formes de théâtre : l’épique croise le romantique et l’héroïque, la comédie se mêle à la tragédie dans un jaillissement de mots et d’intelligence qui donne au théâtre et à l’acteur tout le sens de sa mission. Si nous souhaitons proposer Cyrano, c’est aussi pour rappeler à chacun qu’être soi-même et l’affirmer comme le fait Cyrano, c’est prendre le risque de faire de sa vie une lutte permanente, pour des valeurs nobles et honnêtes. Et dire et redire encore et toujours, qu’il est humain de penser à l’autre, comme à soi-même … Dominique jean «Cyrano c’est un idéal : un idéal de la littérature et de l'imagination, une supériorité de la poésie, de la musique et de l'imaginaire, une sublimation du sentiment amoureux plus que de l'amour lui-même....» (DUCOVIL) Note d’intention : « Si vouloir être moi c'est ne pas craindre d'être - L'ennem i de la Chance et l'ami du Danger - Q u i, n ia n t u n e v ie o ù to u t p e u t s 'a rra n g e r, C ro it à la v ie o ù rie n s a n s effort ne peut naître… » Cyrano De Molière à Feydeau, puis à Cyrano, comme une évidence Après les expériences de théâtre, folles et intenses de ces trois dernières années : notre cycle Molière en 2014 (Les Précieuses Ridicules et l’Impromptu de Versailles), le cycle Feydeau en 2015 (Le Dindon et le Fil à la patte) nos créations collectives en 2016, sur l’univers du Cabaret et sur l’Histoire du théâtre, j’ai pour projet de proposer, en 2017, Cyrano de Bergerac d’Edmond Rostand.
    [Show full text]