99 Epiloog Kunst in een postautonome samenleving

Kees Vuyk Wie de bijdragen van de politieke partijen aan dit nummer van Boekman leest, kan zich niet onttrekken aan de conclusie dat de consensus waarop het kunstbeleid in de afgelopen decennia berustte, voorbij is. Links streeft naar meer politieke invloed op de kunst; rechts wil juist de overheidssubsidies beperken en de financiering van kunstuitingen meer overlaten aan de vrije markt. Toch zijn er naast alle verschillen belangrijke overeen- komsten.

Toen na de Tweede Wereldoorlog de Neder- In dit kader werd de Raad voor de Kunst landse overheid besloot om de subsidiepolitiek opgericht, die later is opgegaan in de Raad van de Duitse bezetter tijdens de oorlog over voor Cultuur. Deze raad kreeg de rol toebedeeld te nemen en gelden beschikbaar te stellen om de kwaliteitoordelen te vellen die ten voor het produceren van kunst, gebeurde dat grondslag moesten liggen aan het verstrekken met brede politieke instemming. Voorwaarde van overheidssubsidie. Niet de overheid, maar was wel dat de overheid zich niet zou bemoeien de kunstwereld zelf zou op basis van eigen met de inhoud van de kunst. Zo wilde men zich criteria gaan bepalen welke kunstuitingen onderscheiden van het beleid van zowel de oude waardevol genoeg zijn om voor financiering vijand, de fascistische bezetter, als de nieuwe door de overheid in aanmerking te komen. vijand, het oprukkende communistische blok. Voor de politieke legitimatie van dit stelsel Beide autoritaire regimes kenmerkten zich werd een uitspraak van Thorbecke uit de immers door het onbeschaamd gebruiken van archieven opgediept: ‘De overheid is geen kunst voor de eigen ideologische doeleinden. oordelaar inzake kunst (en wetenschap).’ Dat In het naoorlogse Nederland zou de kunst zich Thorbecke zelf met deze uitspraak bedoelde dat vrij van dergelijke bemoeienissen moeten de overheid zich ook financieel ver moest houden kunnen ontwikkelen. Voorondersteld werd van de kunst, werd daarbij vergeten. Thorbecke daarbij dat juist deze ideologievrije kunst een deed zijn uitspraak natuurlijk ook in een heel bijdrage zou leveren aan de politieke weder- andere context. In zijn tijd waren overal in opbouw van Nederland tot een moderne Europa staten bezig zich om te vormen tot democratische samenleving. naties op basis van een ideologie van volk en 100 Boekman 81 Kunst en politiek

Stem!

Nicolien van Vroonhoven (CDA) (PvdA) Hans van Leeuwen (SP) Foto’s: Merel Maissan

taal. In alle hoofdsteden ver- en de Stadsschouwburg, en in vele andere rezen Nationale Bibliotheken, Alle steden verrezen vergelijkbare instellingen. Nationale Musea, Nationale Vanwege deze bloei van het kunstleven wordt Theaters, Nationale Opera’s. partijen deze periode wel een tweede Gouden Eeuw Bij al deze instituties hadden genoemd. overheden het voor het zeggen. denken Thorbecke werd gedreven door een liberale Thorbecke verzette zich tegen ideologie. Hij wilde de samenleving bevrijden deze beweging. De progres- dat van de dominantie van de overheid. Vóór de sieve liberaal vond dat de Franse Revolutie waren overheden opper- burgers vrij moesten zijn hun wat zij machtig op elk terrein van de samenleving. eigen kunstleven vorm te Nadat die revolutie was uitgewoed, wilden geven. Dat was in zijn tijd zeer voorstaan restaura tieve krachten die oppermacht modern. Het was ook zeker graag herstellen. Thorbeckes uitspraak moeten niet slecht voor de kunst. Aan het beste we verstaan als verzet daartegen. Hem stond het eind van de negentiende een andere samenleving voor ogen, waarin eeuw namen particulieren tal is voor levens domeinen als kunst en wetenschap zich van initiatieven die het kunst- zelfstandig konden ontwikkelen. leven in Nederland nieuw elan de kunst Wie Thorbecke in onze tijd trouw wil blijven, gaven. Zo ontstonden in zal de vraag moeten beantwoorden wat vandaag Amsterdam het Concert- de dominante macht is die de verscheidenheid gebouw, het Rijksmuseum van de samenleving bedreigt. Is het nog altijd 101 Epiloog

Stem!

Han ten Broeke (VVD) (PVV) (GroenLinks)

de overheid? In Thorbeckes tijd waren de discussie en evenmin de zorg van de overheid progressieven die mening toegedaan; nu is dit om de best mogelijke condities te scheppen het standpunt van de conservatieve partijen voor de bloei van de kunsten. Alle partijen geworden. Voor links heeft echter de markt de verdedigen hun standpunt met het argument plaats van de overheid ingenomen en dient dat wat zij voorstaan, het beste is voor de overheidsbeleid om tegengas te geven tegen die kunst. Ze verschillen vooral ten aanzien van nieuwe dominantie. Voor zover ze beide echter hoe ze de kunst willen dienen. nog staan voor een samenleving waarin plek is Partijen die de subsidie willen verminderen, voor verscheidenheid, blijven ze trouw aan de als de PVV, TON, de VVD en de SGP, betogen dat erfenis van Thorbecke. Partijen die de samen- de subsidierelatie de kunsten beknelt, zelfs al leving vanuit één enkel standpunt bezien en de is die band vrij van elke inhoudelijke bemoeienis macht van de overheid willen gebruiken om dat zoals dat nu feitelijk het geval is. Niet alleen standpunt aan de samenleving op te leggen, brengt deze relatie veel bureaucratie met zich treden buiten diens universum en keren in feite mee, die wezensvreemd is aan de kunst, ook terug naar een voormodern staatsmodel. sluit deze relatie de kunsten op in een reservaat, dat steeds meer buiten de samenleving als Kloof tussen kunst en samenleving geheel komt te staan. De wijze waarop de Bij alle politieke tegenstellingen blijft er subsidie wordt verdeeld, heeft tot gevolg dat toch een aantal opvallende punten van overeen- kunstenaars zich vooral verhouden tot de stemming tussen de partijen. Het belang van kunstwereld, hun eigen collega’s en enkele de kunsten voor de samenleving staat niet ter anderen die het reservaat mede bewonen, critici 102 Boekman 81 Kunst en politiek

Stem!

Ed Anker (CU) (D66) (PvdD) Foto’s: Merel Maissan

en managers van kunstinstellingen, die immers een verwijdering tussen kunst en samenleving binnen de raden en commissies van de kunst- kan voortbrengen en om die reden bijgestuurd wereld het inhoudelijk oordeel vellen of hun moet worden door de overheid. werk subsidiewaardig is. Het is dus de vraag of het debat wel op de Precies hetzelfde argument gebruiken echter juiste termen gevoerd wordt. Op het eerste de partijen die ervoor pleiten dat de politiek gezicht lijkt er onenigheid te bestaan over meer zeggenschap krijgt over de besteding van het nut van de overheidssubsidies en over de de subsidiegelden voor kunst – de PvdA voorop, mate waarin de overheid betrokken moet zijn maar ook het CDA en de CU neigen in deze bij de besteding ervan. Bij nader inzien is dat richting. De subsidie zelf staat bij hen niet ter toch eerder een afgeleid thema. Kern van de discussie, maar wel maken zij zich zorgen over zaak is een breed gedeeld gevoel van onbehagen het subsidiestelsel dat een wig slaat tussen over de positie die de kunsten in onze samen- kunst en samenleving. Door de overheid meer leving innemen. Zou het dan niet beter zijn invloed te geven op de verdeling van de subsidies daarover de discussie aan te gaan, in plaats willen ze het openbare debat over het belang van over de mate van invloed die de overheid van kunst bevorderen, en zodoende de kunsten past in het kunstbeleid? Het gebeurt vaak behoeden voor een isolement en ze een plek in de politiek dat de normatieve vragen geven in het midden van de samenleving. ontweken worden en vervangen door manage- Zelfs bij partijen die het huidige stelsel vol- mentproblemen. Toch zijn juist de normatieve uit verdedigen, zoals D66 en GroenLinks, klinkt vragen bij uitstek politieke vragen. Zij dienen de zorg door dat dit stelsel als onbedoeld effect eerst beantwoord te worden voordat het zinvol 103 Epiloog

Stem!

Bas van der Vlies (SGP) (Fractie Verdonk)

is om je af te vragen hoe de gestelde doelen eigen waarden en normen, leggen verantwoor- bereikt kunnen worden. ding af van hun werk in eigen kring. Modern Laten we het probleem eens nader noemen we deze ontwikkeling omdat zij zich beschouwen. De kunstsector is te veel in afkeert van de oude corporatistische of zichzelf gekeerd. De uitwisseling met andere totalitaire samenlevings vormen, waarin alles sectoren van de samenleving is gering. Dit met alles samenhing en een kleine bovenlaag probleem is niet nieuw. Het is ook niet typisch alle touwtjes in handen had. In deze zin noemde Nederlands. Het is zelfs niet exclusief voor de ik eerder Thorbecke een modern staatsman. kunst. Het streven naar autonomie is volgens De staat vormde voor hem een eigen sector in sociologen een kenmerk van de modernisering. de samenleving met specifieke taken. Zij Hetzelfde streven zien we in de wetenschap, diende zich niet bezig te houden met wat er de gezondheidszorg, de godsdienst, het recht gebeurde in andere sectoren. De herkomst van en zeker ook de politiek. Het probleem van de het autonomie streven verklaart ook de heftige kunst in onze samenleving is zelfs in hoge mate reacties van sommigen op de voorstellen van vergelijkbaar met het probleem dat tegen- Carolien Gehrels. Zij zien, met in woordig aangeduid wordt met de kloof tussen de rol van een nieuwe Thorbecke, onmiddellijk politiek en publiek. Modernisering houdt in dat de staat als allesregelaar opdoemen. Ten sectoren van de samenleving zich professiona - onrechte ik. De terugkeer van het liseren. Zij organiseren zich in beroepsgroepen corporatis tische staatsmodel is niet het grootste die zich steeds meer op zichzelf oriënteren: zij gevaar dat onze samenleving bedreigt. Het is creëren eigen opleidingstrajecten, ontwikkelen eerder een te ver doorgevoerde autonomie. 104 Boekman 81 Kunst en politiek

Kees Vuyk is filosoof en universitair hoofd - docent aan de masteropleiding Kunstbeleid en -management van de Universiteit Utrecht

Een postautonome moderniteit en op verrassende wijze zaken samenleving De samenpakken die binnen die traditie strikt De moderniteit heeft zijn gescheiden bleven. tijd gehad. Het streven naar kunst De vraag is dus niet, zoals in veel bijdragen autonomie was lange tijd aan dit nummer van Boekman gesteld, of het nuttig. Nu hebben we nieuwe moet geoorloofd is dat de kunst de invloed ondergaat idealen nodig. Ik pleit voor een van andere sectoren in de samenleving zoals postautonome samenleving. haar politiek, economie, welzijn, godsdienst. De Een samenleving waar respect vraag moet zijn hoe de kunst vat kan krijgen bestaat voor de eigenheid van tentakels op deze sectoren zodat de verbeeldingskracht de sectoren waarin zij uit- ook daar vrij spel krijgt. Ik hoop dat juist eenvalt, maar waar ook een door de politici die ervoor pleiten om de banden met gezonde dosis bemoeizucht de kunst te verbreken, door de verbeelding van ervoor zorgt dat de scheids- samen - de kunst worden aangeraakt. (En ik maak me lijnen geen kloven slaan en sterk dat sommigen dat vrezen!) een levendig grensverkeer leving Om dit doel te bereiken, zijn naar mijn mogelijk blijft. De kunst mening alle middelen geoorloofd die in dit speelt daarbij een bijzondere vlechten nummer de revue passeren om de kunst meer rol. Ze is een van de sectoren, bij de samenleving te betrekken. Wat nodig is, naast de wetenschap en de is pluriformiteit. Juist die ontbreekt in het media, waarin deze bemoei- huidige sectoraal georganiseerde kunstbeleid. zucht als het ware is Wie nu als kunstenaar op zoek gaat naar geïnstitutio naliseerd. Maar financiering voor zijn projecten, merkt al gauw terwijl deze bemoeizucht in dat er maar weinig wegen openstaan. Het geld de wetenschap met zijn kale moet vooral komen van overheidssubsidies, feiten en de media met hun en slechts enkele deuren geven toegang tot die eindeloze faits divers niet subsidies. Bij al die deuren staan bovendien alleen grenzen slecht, maar dezelfde gatekeepers, die zodoende een hegemonie ook bijdraagt aan de versnip- van de smaak vestigen. pering van de ervaring en het Ik acht dit een ongezonde situatie. Daarom gevoel van ontheemdheid in pleit ik voor zowel opdrachtgeverschap als de huidige samenleving, wijst subsidies, voor markt en mecenaat, voor de bemoeizucht van de kunst sponsoring en projectgelden uit welzijn en op de vleugels van de verbeel- economie. Het is zaak dat de kunst haar ding de weg naar nieuwe tentakels op allerlei manieren door de samen- samenhangen en grens- leving vlecht. Dit betekent voor mij niet overschrijdende verbanden. noodzakelijkerwijs meer kunst. Niet alle kunst Dat is precies wat de post- is goede kunst. Veelvuldige selectie, waarbij autonome samenleving nodig kaf en koren gescheiden worden, hoort bij heeft: harmonieën, visies, de kunst. Die selectie moet echter wel in het verhalen, ensceneringen, die openbaar gebeuren en op basis van een veelheid voorbijgaan aan de indelingen van criteria. Dan zal niet alleen de kunst, maar die horen bij de traditie van de ook de samenleving bloeien.