Mededelingen Van Het Cyriel Buysse Genootschap 23
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap 23 bron Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap 23. Cyriel Buysse Genootschap, Gent 2007 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_med006200701_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. 5 Inleiding Het jaar 2007 is een goed Buyssejaar geweest: het stond volledig in het teken van het verschijnen van de langverwachte monumentale biografie van de hand van Joris van Parys. Het leven, niets dan het leven. Cyriel Buysse en zijn tijd werd officieel aan de pers voorgesteld door prof. em. Herman Balthazar op 9 oktober 2007 in de Nottebohmzaal van de Stadsbibliotheek Antwerpen en het boek begint nu hopelijk aan een lange en succesrijke carrière. We openen deze aflevering XXIII van de Mededelingen dan ook graag en gepast met een uitgebreide voorstelling van Van Parys' biografie door Elke van Nieuwenhuyze, die wijst op de rijkdom van het tijdsbeeld dat wordt opgehangen en de vele vernieuwende inzichten voor de Buyssestudie. In 2007 is het 75 jaar geleden dat Cyriel Buysse zelf is overleden en bovendien zijn we dit jaar ook nog in het vijfentwintigste werkingsjaar van het Cyriel Buysse Genootschap. Alles samen redenen te over dus om van een jubileumjaar te spreken. We sluiten dit jubileumjaar dan ook af op 19 december met een colloquium dat iets grotere proporties aanneemt dan we tot nu toe gewoon zijn geweest: deze keer wordt het een volledige studiedag, met sprekers uit Nederland en Vlaanderen. Het resultaat daarvan zal natuurlijk terug te vinden zijn in de Mededelingen XXIV van volgend jaar. Deze drieëntwintigste aflevering van de Mededelingen heeft nog meer verrassingen te bieden. Blikvanger is de volledige tekst van de toneelbewerking die de Gentse volkstoneelschrijver Henri van Daele, samen met Cyriel Buysse, heeft gemaakt van de roman Levensleer, geschreven door Cyriel Buysse en zijn tante Virginie Loveling. De details van deze opmerkelijke vormen van samenwerking worden samengevat in een korte inleiding bij dit staaltje Gents volkstoneel, maar in een volgende aflevering van de Mededelingen zal nog meer aandacht worden besteed aan de roman en zijn bewerkingen. Joris van Parys heeft uit de overvloed van het materiaal dat hij bij elkaar sprokkelde voor zijn biografie nog enkele documenten aangeboden en kort ingeleid: een huldestukje van Henri Borel naar aanleiding van de zeventigste verjaardag van Buysse en twee brieven van Buysse zelf, waarin de schrijver belangrijke biografische informatie prijsgeeft. Deze brieven waren al langer bekend in de Buyssestudie, maar Joris van Parys Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap 23 6 maakt hier aannemelijk dat ze geadresseerd zijn aan Buysses bibliograaf Rob. Roemans, en niet aan P. Wijnants zoals tot dusver werd aangenomen. We hebben dit jaar ook twee uitgebreide studies over Buysses werk, van de hand van essayisten die eerder al fijnzinnige en boeiende bijdragen hebben geleverd aan onze Mededelingen. Romain John van de Maele brengt een nieuw stuk mentaliteitsgeschiedenis rond de ‘hybridische’ (romantische én naturalistische) roman Sursum corda!, die hier wordt ingebed in een breed-Europees comparatistisch kader, met vooral aandacht voor de Scandinavische landen. Yvan de Maesschalck trekt een andere brede waaier open: die rond het voorkomen van vrouwelijke trio's bij Buysse (Tantes!) en mogelijke sporen of navolgingen daarvan bij vele andere auteurs, onder wie Maurice Gilliams, Erwin Mortier, Eric de Kuyper en Tom Lanoye. Een boeiende wandeling door de literatuur van de twintigste eeuw met Buysse als uitgangspunt. In deze Mededelingen wordt opnieuw een uitgebreide afdeling vrijgemaakt voor Buysses tante Virginie Loveling. Zij krijgt niet alleen een nieuwe brieveneditie, met een (weliswaar beperkt) aantal brieven die ze kreeg van enkele van haar Nederlandse uitgevers - waarin interessant materiaal is te vinden voor de geschiedenis van de uitgeverij en de verspreiding van het boek - maar ook een diepgravende, sterk innoverende bijdrage van Liselotte Vandenbussche, die in een teamverband onderzoek heeft gedaan naar de doorwerking van de evolutietheorie van Darwin en tal van sporen hiervan kon aanwijzen in het proza van Virginie Loveling. Ook in haar proefschrift, Het veld der verbeelding. Het aandeel en de receptie van niet-confessionele publicistes in Vlaamse, literaire en algemeen-culturele tijdschriften, 1870-1914, dat begin 2008 zal gepubliceerd worden door de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde te Gent, komt Virginie Loveling uitvoerig aan bod. We sluiten deze aflevering van de Mededelingen af met de gebruikelijke Kroniek en nodigen onze lezers uit om een kijkje te nemen op de vernieuwde website: www.cyrielbuysse.be: ook daar wordt de biografie van Buysse voorgesteld. DE REDACTIE Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap 23 7 Joris van Parys en zijn Het leven van Cyriel Buysse door Elke van Nieuwenhuyze 10 jaar geleden en 65 jaar na de dood van Cyriel Buysse begon Joris van Parys, die eerder al naam maakte met zijn bekroonde biografie van de beeldend kunstenaar Frans Masereel, aan de research voor een levensbeschrijving van deze ‘vrijzinnig en onafhankelijk liberaal met socialistische sympathieën’, zoals Van Parys Buysse genuanceerd typeert. Het is een monumentale biografie geworden die, na talrijke voorpublicaties in de Mededelingen (vanaf nummer XIII, 1997), in oktober is verschenen bij de uitgeverij Houtekiet, in coproductie met Atlas. Net zoals het Cyriel Buysse Genootschap met de Mededelingen er altijd veel belang aan hechtte dat Buysses werk en biografie tegen een historische achtergrond worden geplaatst, beoogt ook Van Parys met Het leven, niets dan het leven zeer duidelijk een interessante maar vooral indrukwekkende mix van biografie en historiografie. In juni 1906 schreef Emmanuel de Bom in Vlaanderen naar aanleiding van de publicatie van Buysses Het leven van Rozeke van Dalen (1905) het volgende: ‘Cyriel Buysse is en blijft toch maar een der belangrijkste verschijningen der letterkunde in Vlaanderen sedert de “wedergeboorte”. [...] Boek op boek, niet bij te houden haast, heeft hij, een reeks van jaren al achter elkaar, “de wereld in” gestuurd. [...] En het talent van Buysse, dit is 't bijzondere, evenaart zijn vruchtbaarheid’. Dit mooie citaat kan niet alleen gelden om Buysse als getalenteerde veelschrijver te typeren, het is eveneens van toepassing op Van Parys als biograaf. Aanvankelijk was het Van Parys' bedoeling om een biografie van Buysse te schrijven op basis van het geheel van de bewaarde correspondentie. De veelschrijver in Van Parys zette hem er echter toe aan de plannen voor dit brievenboek uit te breiden tot een biografie gebaseerd op ál het materiaal, Buysses werk incluis. Gedurende zijn hele leven voerde Buysse een rijke briefwisseling met tientallen mensen, onder wie familieleden als Arthur en Alice Buysse en Virginie Loveling, vele prominenten uit het artistieke en Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap 23 8 literaire leven in Vlaanderen en Nederland als Maurice Maeterlinck, Emmanuel de Bom, August Vermeylen, Marcellus Emants en Louis Couperus en professionele contacten als zijn Nederlandse uitgevers Van Dishoeck, Funke en Becht. Deze omvangrijke correspondentie, een aanzienlijk deel onuitgegeven, vormt de hoofdmoot van het materiaal voor een levensverhaal gekenmerkt door detaillering en nuancering. Enigszins teleurgesteld vermeldt Van Parys dat Buysses laatste verblijf in het Haagse huis van zijn echtgenote niet exact te dateren valt omdat Buysse toen, omstreeks april 1932, geen brieven of kaarten meer schreef. Hieruit blijkt het grote belang van de correspondentie voor de chronologische biografie van Van Parys, die compleetheid en precisie nastreeft. De gedetailleerdheid is ook te danken aan het talrijke andere bronnenmateriaal dat Van Parys aanboort: op basis van archiefmateriaal en andere, vaak ongepubliceerde en onaangeroerde bronnen uit Belgische en buitenlandse, openbare en privé-collecties levert de biograaf een systematisch en uitstekend gedocumenteerd portret af van de individuele persoonlijkheid van Buysse, van het netwerk van contacten én van de historische context die het geheel draagt. Dankzij de meeslepende stijl en de vlotte, associatieve overgangen tussen de delen van de biografie laat de lezer zich bereidwillig meevoeren door de talrijke anekdotes en petites histoires die Buysse in de betreffende situaties levendig evoceren: van een jonge Cyriel die gestraft wordt op school en thuis van zijn vader ook nog eens de volle laag krijgt, van Buysse die als een beste vriend en zielsverwant de gevoelens en indrukken van de schilder Emile Claus intens aanvoelt, van de gevoelige Buysse van wie het hart gebroken is na het zien van de verwoestingen die de Eerste Wereldoorlog zijn geliefde Vlaanderen heeft aangedaan, van de vrijgevige ‘menier Cyriel’ die tijdens een dorpsfeest in Deurle trakteert op een borrel, over Buysse en zijn interesse in eerder banale dingen als dromen, naar zijn scherpe zin voor observatie, die vandaag trouwens verrassend actueel blijkt te zijn, wanneer hij op reis in Marokko ‘de onzichtbare muur tussen Arabieren en Europeanen, de kloof tussen Europeanen en Amerikanen, de nog diepere kloof tussen Arabieren en Amerikanen’ ontwaart. Een biografie van Buysse, die als schrijver betrokken was bij de gebeurtenissen van zijn tijd en die niet naliet in zijn brieven te reflecteren over literaire en politieke ontwikkelingen, betekent voor iemand met zoveel