PDF Van Tekst
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
De Gulden Passer. Jaargang 30 bron De Gulden Passer. Jaargang 30. De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen 1952 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_gul005195201_01/colofon.php © 2015 dbnl i.s.m. 1 [De Gulden Passer 1952] [Jan van Krimpen 1892-1952] IN het Nederland dat buiten zijn grenzen puilt van de mensen, waar wij het dorre brood des morgens met de zalf, bereid uit walvistraan en synthetische vitaminen, moeten besmeren om de straks drie millioen ouden van dagen die door de hoogte van het hygiënische peil niet sterven kunnen, van dezelfde ingewandsvulling te kunnen voorzien; in het Nederland waar industrieën worden opgebouwd om straks te kunnen exporteren naar landen, die industrieën opbouwen om te exporteren naar andere landen, die industrieën opbouwen; in het Nederland waar de grote dichters niet meer slotvoogden zijn, maar waar zij klerkenbaantjes krijgen opdat zij niet van honger sterven, waar de aristocratie zich alleen met sport bezighoudt en het maecenaat zich uit in het toekennen van kunstprijzen, waarvoor men, met enig overleg, een colbertjasje van onverschillige kwaliteit kan kopen; waar de slavernij is afgeschaft door de slaven te amuseren met tienderangs blikmuziek en laffe variété's, waar het grootste kunstbezit de kruising tussen een mestkever en een opgeblazen vulhaard is, die men een ‘Amerikaanse wagen’ noemt; waar die enige kunst die nog betaald wordt, de kunst van het kletsen over kunst is; waar de beeldende kunstenaars slechts de houtjes van hun penselen hebben om op te bijten; - in dit land, waar het leven ondanks alles toch misschien beter is dan in de meeste andere landen, beklijven op sommige gebieden nog een traditie en vakmanschap die binnen en buiten de grenzen een zekere invloed hebben en bewondering wekken. Tegenwoordig wordt ons de macht van het atoom en deszelfs kern op beangstigende wijze onder de neus gewreven door wetenschap en techniek. Er is in en buiten ons land een stelsel van atomen en kernen die door splitsing en aantrekking verheugender verschijnselen doen ontstaan. Eén dezer explosies is de opbloei van de typografie en daarmede verbonden kunsten. Ongeveer sinds de eeuwwisseling is uit Engeland een ontwikkeling van de boekdrukkunst op het continent overgewaaid die pas sinds kort De Gulden Passer. Jaargang 30 2 zijn volledige bloei heeft bereikt. Voor de lezers van dit opstel is de voorgeschiedenis door een artikel van Dr Ovink in een vroegere jaargang niet onbekend. De rol van S.H. de Roos kan in dit ernstige spel der letteren moeilijk overschat worden. Hij is het die de idealen van William Morris heeft verwezenlijkt, het boek weer van artefact tot fraai gebruiksvoorwerp heeft gemaakt. Het is natuurlijk en gelukkig, dat deze ontwikkeling zich heeft voortgezet en vernieuwd. De jongeren zijn doorgegaan. Eén dezer jongeren, die thans de eerste stap heeft gedaan om een ouderling te worden, is de zestig jaar oude Jan van Krimpen. Het verschil in leeftijd met De Roos is minder dan vijftien jaren. Verschil in omstandigheden heeft een totaal ander stempel gedrukt op het werk van deze twee typografen. Het is daardoor en ook door de krachtige persoonlijkheid van beider werk, dat vergelijkingen niet mogelijk zijn. Maar één ding moet de beschouwer van het typografische oeuvre van de twee meesters nooit uit het oog verliezen, namelijk dat het werk van De Roos onder de zware druk van commerciële restricties heeft gestaan. De normallinie, een van die verrukkelijke Teutoonse vindingen, waarbij de letter op een Procrustesbed gelegd wordt, en de onmogelijkheid om een overhangende f te maken, hebben de letters van De Roos een gedeelte van de aesthetische mogelijkheden onthouden. Van Krimpen heeft onder geen van deze beperkingen te lijden gehad. De kennis en tradities van het oude huis Enschedé waar hij voor werkt en de bijzondere mogelijkheden van de zetmachine waarop zijn letters hun zegetocht zijn begonnen, maakten het mogelijk dat slechts de beperkingen die hij zichzelf heeft opgelegd, invloed op zijn geestesproducten hebben gehad. Het kunstwerk wekt altijd een zekere geprikkeldheid bij de beschouwer en die prikkeling werkt heftiger naarmate de beschouwer in tijd dichter bij het kunstwerk staat. Zo men de typografie onder de kunsten wil rangschikken, dient men wel in het oog te houden dat een letter nooit als taak kan hebben op zichzelf emotie of reactie te verwekken. Immers de letter dient slechts om het woord van de auteur aan de lezer over te brengen. De letter is, om het zo te zeggen, de drinkbeker van de wijn des woords. Niemand die de wijn kent zal de waarde van het goede glas ontkennen, maar slechts de aestheet of verzamelaar zal het wijnglas om het glas beminnen, terwijl hij een waterdrinker is. Deze dienende functie is door Van Krimpen niet slechts begrepen, maar gepropageerd. Zijn boekletters zijn gemaakt met de bedoeling om alleen maar goede vehikels te zijn voor des dichters of denkers gedachten. In hoeverre hij daarin geslaagd is kan slechts door de tijdgenoot vermoed worden. Maar zijn De Gulden Passer. Jaargang 30 3 beste letters hebben het karakter van tijdloosheid en de onopvallende elegantie die het meesterschap kenmerken. Dit neemt niet weg dat Van Krimpens grote calligrafische praktijk aanleiding is geweest tot het maken van uit de schrijfkunst voortgekomen vormen, die door hun speelse versiering het letterbeeld verfraaien. Deze versierde begin- en eindletters zijn, door hem gebruikt, in veilige handen maar voor de aesthetisch minder geschoolde drukker een gevaar. Een gevaar ook voor het lettertype waar de versierde letters bij horen. Immers de irritatie waar hierboven van werd gewaagd wordt gemakkelijk overgebracht op het letterbeeld zelf. De reactie op al deze subtiele, maar voor de typografie zo belangrijke stromen en tegenstromen vormt het - door Stanley Morrison en de zijnen geestelijk voorbereide - experiment van de Hellende of Schuine Romein bij de Romulus. Duidelijker dan bij deze letter kan moeilijk worden aangetoond, hoe weinig het letterbeeld een afwijken van de traditie gedoogt. Hoe kundig ook door Van Krimpen is gewerkt en hoe fraai de vorm van sommige letters ook zijn moge, het geheel maakt een vreemde en men zou willen zeggen haast vijandige indruk. Hier is geen sprake van het ongemerkt lezen, van ‘de letter die onzichtbaar moet zijn’, hier stoot men voortdurend op de logica en de consequenties, die, zoals bekend, vaak tot de duivel leiden. Misschien is als bewuste tegenpool in de Romulus-familie de Cancelleresca Bastarda gemaakt. Deze is de perfecte antidote tegen de kille eigenschappen van de Hellende Romein. Hier is alle plezier van des schrijvers ganzepen gekristalliseerd tot de meest elegante drukletter die men zich kan voorstellen. Op zichzelf is in de vorige zin al de hoogste lof besloten. Immers, zo lang er drukletters zijn gemaakt heeft men zich tot taak gesteld de geschreven letter te imiteren. De drukkunst zelf is een poging tot imitatie. Zo goed als de etskunst is voortgekomen uit de imitatie van de burijngravure. Maar evenals de ets een kunstvorm heeft gevonden die nauwelijks iets meer te maken heeft met de gravure, evenzeer heeft de drukletter maar heel in de verte, verder dan de meesten denken, met de pen van doen. In de laatste eeuw zijn talloze handschriften in staal gesneden. Al de pogingen om op deze wijze tot een drukletter te komen hebben gefaald. Zij zijn altijd gebleven beneden het peil van een goede drukletter van onverschillig aesthetisch gehalte. Dit op het eerste gezicht geheimzinnige verval is door veel letterkenners en zelfs ontwerpers niet begrepen. Die ontwerpers wijzen altijd op het feit dat de eerste drukletters toch ook zo nauwkeurig mogelijke imitaties zijn geweest van een of ander handschrift. Dit nu is De Gulden Passer. Jaargang 30 4 maar zeer gedeeltelijk waar. Men zou even goed de stelling kunnen verdedigen dat een afgietsel van het menselijk lichaam even mooi of beter zou moeten zijn dan een Praxiteles of Bourdelle. Hoewel iedereen de dwaasheid van deze stelling onmiddellijk schijnt te begrijpen, beseffen maar weinigen, dat, hoewel op een ander gebied, de verhouding handschrift-drukletter bijna dezelfde is als natuur-kunstwerk. Het volkomen incidentele karakter van de geschreven letter en de stylering van de goede drukletter zijn door gereedschap, materiaal en doel bepaald. De stempelsnijder heeft bij de vroege drukletters al kleine maar zeer belangrijke wijzigingen aangebracht die, hoewel voor het ongeoefende oog nauwelijks zichtbaar, van het grootste belang zijn voor het gehele uiterlijk van de drukletter. De vrij primitieve wijze van ininkten en van drukken maakten, om maar een voorbeeld te noemen, een bepaalde vorm van lettersoort of schreef noodzakelijk. De schreefvorm heeft een enorme invloed op het uiterlijk van de letter. Bij de letters van Bodoni krijgt men de indruk dat de maker meer beziggehouden werd door de technische problemen van het snijden en het doen schitteren van zijn kunde, dan met de leesbaarheid van zijn product. Hoewel een ieder onder de indruk zal komen van de distinctie en pracht van de monumentale boeken van Bodoni, zal men toch moeilijk de letters van deze meester als ideale leesletters kunnen zien. Een van de grote verdiensten van Van Krimpen is dat hij nooit heeft toegegeven aan de neiging van vele ontwerpers om te épateren. Zijn Nederlandse degelijkheid en gevoel voor orde, en een grote kennis van de giet- en druktechnieken hebben hem letters doen maken die bruikbaarheid paren aan een fraaie vorm. De invloed van de grote Italianen is, hoewel duidelijk, geheel geworden tot een product van deze tijd zonder een zweem van modieusheid. De Romulus en de Romanée, de laatste thans met eigen cursief, zullen, zover men daar thans reeds een oordeel over kan vellen, de critiek van de tijd doorstaan. De belangrijkheid van Van Krimpen als figuur in de typografie gaat echter verder dan de letterontwerper. Zijn letters zijn de stenen, waarmede op het fundament van een strenge logica, het gebouw van zijn eigen stijl is opgetrokken.