Besluit in Zaak 6802
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Openbare versie Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 6802 / 43 Betreft zaak: 6802/ Jumbo - Super de Boer MELDING 1. Op 22 oktober 2009 heeft de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Jumbo Groep Holding B.V. voornemens is uitsluitende zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, eerste lid, onder b, van de Mededingingswet, over Super de Boer N.V. Van de melding is mededeling gedaan in Staatscourant 16285 van 27 oktober 2009. Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. Ambtshalve zijn vragen gesteld aan verschillende marktpartijen. II. PARTIJEN 2. Jumbo Groep Holding B.V. (hierna: Jumbo) is een besloten vennootschap naar Nederlands recht. Jumbo is actief op het gebied van de detailhandel in levensmiddelen. Zij exploiteert 94 (eigen) supermarktfilialen in Nederland. Daarnaast exploiteert Jumbo een supermarktwinkelformule en levert zij goederen en diensten aan 34 zelfstandige franchiseondernemers in Nederland. Ten slotte exploiteert Jumbo drie golfspeciaalzaken onder de naam ‘Golfwereld’. 3. Super de Boer N.V. (hierna: Super de Boer) is een naamloze vennootschap naar Nederlands recht. Super de Boer is actief op het gebied van de detailhandel in levensmiddelen. Zij exploiteert 131 (eigen) supermarktfilialen in Nederland. Daarnaast exploiteert Super de Boer een supermarktwinkelformule en levert zij goederen en diensten aan 169 zelfstandige franchiseondernemers in Nederland. III. DE GEMELDE OPERATIE 4. Jumbo en Super de Boer hebben op 18 oktober 2009 een ‘Agreement for the sale and purchase of the business of Super de Boer N.V.’ gesloten. De voorgenomen transactie houdt in dat Jumbo middels een activa/passiva transactie uitsluitende zeggenschap verwerft over Super de Boer. Bij deze transactie verkrijgt Jumbo onder meer de aandelen van Super de Boer in haar dochterondernemingen Super de Boer Supermarkten B.V. en Laurus International B.V. 1 Openbare versie Openbare versie 5. In de melding wordt door partijen opgemerkt dat Jumbo de intentie heeft om 80 winkels van Super de Boer kort na de overname door te verkopen aan CVC Capital Partners Nederland (CVC) en Schuitema B.V. (C1000). Voor de doorverkoop is ingevolge de EG- Concentratieverordening1 goedkeuring vereist van de Europese Commissie. Partijen hebben een lijst overgelegd waarop staat aangegeven welke winkels mogelijk worden doorverkocht aan CVC en Schuitema B.V. 6. Voor de beoordeling van deze concentratie is van belang dat de verwerving door Jumbo van Super de Boer en de daaropvolgende doorverkoop aan Schuitema B.V. en CVC niet van elkaar afhankelijk zijn en dat het niet zeker is dat de betreffende winkels ook daadwerkelijk kunnen overgaan, […].∗ Vanwege deze onzekere omstandigheden zal de concentratie worden beoordeeld zonder daarbij rekening te houden met de eventuele doorverkoop van winkels. 7. Teneinde tegemoet te komen aan eventuele mededingingsrechtelijke bezwaren op het gebied van de verkoop van dagelijkse consumptiegoederen via supermarkten hebben partijen in de melding aangegeven als onderdeel van de concentratie afstand te zullen doen van de winkel van Super de Boer in Bunde. Na overleg met de NMa hebben partijen op 27 november 2009 een definitieve wijziging van de melding overgelegd. IV. TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT 8. De gemelde operatie is een concentratie in de zin van artikel 27, eerste lid, onder b, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 4, omschreven transactie leidt er toe dat Jumbo uitsluitende zeggenschap verkrijgt over Super de Boer. 9. Betrokken ondernemingen zijn Jumbo en Super de Boer. 10. Uit de bij de melding ter beschikking gestelde omzetgegevens blijkt dat de gemelde concentratie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt. V. BEOORDELING A. RELEVANTE MARKTEN Rel evant e pr oduct mar kt en 1 Verordening (EG) nr. 139/ 2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PbEG 2004, L 24/ 1). ∗ Bedrijfsvertrouwelijke gegevens zijn verwijderd uit de openbare versie van dit besluit. Marktaandelen van partijen worden in bandbreedten weergegeven. 2 Openbare versie Openbare versie 11. De activiteiten van partijen overlappen op de volgende drie gebieden: (i) de verkoop van dagelijkse consumptiegoederen via supermarkten, (ii) de inkoop van dagelijkse consumptiegoederen voor afzet via de detailhandel en (iii) het aanbieden van franchisediensten op het gebied van supermarkten. (i) Verkoop van dagelijkse consumptiegoederen via supermarkten 12. Evenals in eerdere besluiten van de NMa2 en in beschikkingen van de Europese Commissie3 zal in deze zaak worden uitgegaan van een afzonderlijke markt voor de verkoop van dagelijkse consumptiegoederen via supermarkten waarbij geen nader onderscheid is gemaakt tussen supermarkten, hypermarkten en discounters. Bij de berekening van de (gezamenlijke) marktaandelen van partijen en hun concurrenten, is uitgegaan van de grootte van het verkoopvloeroppervlak (vvo) en waar mogelijk omzetgegevens. (ii) Inkoop van dagelijkse consumptiegoederen voor afzet via de detailhandel 13. Evenals in eerdere besluiten4 zal in deze zaak worden uitgegaan van een aparte markt voor de inkoop van dagelijkse consumptiegoederen voor de afzet via de detailhandel, waarbij rekening wordt gehouden met de verschillen tussen productgroepen. In deze zaak kan echter in het midden worden gelaten of een eventuele nadere onderverdeling van de markt in productgroepen dient te worden gemaakt omdat de uiteindelijke beoordeling van de zaak hierdoor niet wordt beïnvloed. (iii) Markt voor franchisediensten op het gebied van supermarkten 14. In eerdere zaken is een aparte markt voor franchisediensten op het gebied van supermarkten in Nederland onderscheiden.5 2 Zie bijvoorbeeld het besluit van 24 september 2007 in zaak 6145/Sperwer - Sligro - Spar - Meermarkt - Attent, punt 22 en het besluit van 26 oktober 2006 in zaak 5586/ Ahold - Konmar, punt 14. 3 Zie de beschikking van de Europese Commissie van 20 november 1996 in zaak IV/M.784 – Kesko/Tuko, de beschikking van 27 augustus 1996 in zaak IV/M.803 – Rewe/Billa, de beschikking van 15 januari 1998 in zaak IV/M.1071 – Spar/ Pro, de beschikking van 3 februari 1999 in zaak IV/M.1221 – Rewe/Meinl, en de beschikking van 25 januari 2000 in zaak IV/M.1684 – Carrefour/ Promodes. 4 Zie bijvoorbeeld de besluiten in zaak 6145/ Sperwer - Sligro - Spar - Meermarkt - Attent, reeds aangehaald, punt 23, en in zaak 5586/ Ahold - Konmar, reeds aangehaald, punt 17. 5 Zie onder meer de besluiten in zaak 6145/ Sperwer - Sligro - Spar - Meermarkt - Attent, reeds aangehaald, punten 24 en 25, en in zaak 5586/ Ahold - Konmar, reeds aangehaald, punt 18. 3 Openbare versie Openbare versie 15. Omdat de gezamenlijke positie van Jumbo en Super de Boer op het gebied van franchisediensten in Nederland beperkt is, zal in het hiernavolgende niet apart worden ingegaan op de markt voor franchisediensten voor supermarkten. Rel evant e geogr af isch e mar kt en (i) Verkoop van dagelijkse consumptiegoederen via supermarkten 16. Evenals in eerdere besluiten6 kan in deze zaak in het midden worden gelaten of de markt voor de verkoop van dagelijkse consumptiegoederen via supermarkten een nationale of een lokale dimensie heeft aangezien dit voor de beoordeling van de concentratie geen verschil maakt. Voor de beoordeling van de gevolgen van de concentratie zijn hieronder zowel de effecten van de concentratie op de mogelijke landelijke markt als de effecten op de mogelijke regionale/lokale markten in kaart gebracht. 17. Voor de afbakening van mogelijke lokale markten is in deze zaak als vertrekpunt gekozen het gebied dat binnen een straal van 15 minuten reistijd per auto rond een winkel van Jumbo of Super de Boer ligt.7 Net als in zaak 5586/Ahold - Konmar is dit gebied vervolgens ingeperkt tot de betrokken plaats waar de over te nemen winkel is gevestigd. Dit vanwege het feit dat de concurrentie binnen de woonplaats als het meest relevant moet worden beschouwd omdat de consument over het algemeen niet geneigd is om zijn dagelijkse boodschappen te doen in een andere plaats dan zijn woonplaats. Op dit uitgangspunt kan echter een uitzondering worden gemaakt als een woonplaats in feite is vastgegroeid aan een grotere plaats/ stad of als de meldende partijen duidelijke bewijzen aandragen dat consumenten ook bereid zijn om supermarkten in (een) andere nabijgelegen plaats(en) bezoeken, ongeacht de vraag of deze plaats groter of kleiner is dan de eigen woonplaats. (ii) Inkoop van dagelijkse consumptiegoederen voor afzet via de detailhandel 18. In deze zaak zal er, evenals in eerdere zaken, van worden uitgegaan dat de markt voor inkoop van dagelijkse consumptiegoederen voor afzet via de detailhandel, mogelijk nader onderverdeeld in productgroepen, een nationale omvang heeft.8 B. GEVOLGEN VAN DE CONCENTRATIE 6 Zie onder meer het besluit in zaak 5586/ Ahold - Konmar, reeds aangehaald, punt 21, het besluit in zaak 2838/Sperwer - Spar, reeds aangehaald, punten 28 e.v., en het besluit van 4 februari 2002 in zaak 2198/ Schuitema - Sperwer, punten 78 e.v. 7 Dit komt overeen met de benadering die bij de afbakening van de (mogelijke) geografische markt is gekozen in het besluit in zaak