Master Thesis

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Master Thesis Master thesis Internationale Betrekkingen in Historisch Perspectief De Europese Integratie tot 1957, de Amerikaanse overheid en de Bilderberg Groep. De Europese Integratie tot 1957, de Amerikaanse overheid en de Bilderberg Groep. De rol van de Amerikaanse overheid in het Europese integratieproces tot 1957, onder andere door middel van de Bilderberg conferenties. Auteur Renske den Hartog Studentnummer 3126323 Master Internationale Betrekkingen in Historisch Persepctief Universiteit Utrecht Faculteit Geesteswetenschappen Docent begeleider Dr. M.L.L. Segers. Datum augustus 2012 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Hoofdstuk 1: De Europese eenwording: een Europees initiatief 7 - De eerste naoorlogse jaren 7 - Het Marshall Plan en de Franse angst 9 - Het Monnet Plan, het Schuman Plan en de Duitse kans 11 - De Europese Gemeenschap van Kolen en Staal 17 - De Europese Defensie Gemeenschap 19 - De Europese Defensie Gemeenschap en de Europese Politieke Gemeenschap falen 21 - De Europese Economische Gemeenschap en Euratom 23 Hoofdstuk 2: De Amerikaanse betrokkenheid bij de Europese integratie, 1945-1957 28 - De Amerikaanse betrokkenheid na de Tweede Wereldoorlog 29 - Het ontstaan van de Europese Gemeenschap van Kolen en Staal 34 - De Europese Defensie Gemeenschap 37 - Euratom en de Europese Economische Gemeenschap 44 Hoofdstuk 3: Het ontstaan van de Bilderberg Groep 54 - Het initiatief 54 - De oorzaken van frictie tussen de Europeanen en Amerikanen 58 - Op naar de eerste conferentie 68 Hoofdstuk 4: De Bilderberg conferenties, de Europese integratie en De Amerikaanse overheidsrol 71 - Het probleem van de ratificering van het EDG-Verdrag 72 - Economische problemen, beleid en integratie 80 - Atoomenergie 88 Conclusie 102 Literatuurlijst 105 Bijlage 114 - Bijlage 1a 114 - Bijlage 1b 119 2 Inleiding Na de Tweede Wereldoorlog moesten de Europese regeringen voor het eerst in de historie een voorbeeld nemen aan de Verenigde Staten als gevolg van haar nieuwe leidende positie in het Westen. Het was een moeilijke tijd voor Europa, waarin het Europees politieke toneel de komende vijftig jaar zou worden beheerst door de politiek van de Koude Oorlog. En dat niet alleen. De oude vijand Duitsland moest in de toekomst in toom worden gehouden en de Europese landen moesten de draad weer oppakken op politieke en economisch gebied. De wederopbouw bleef niet beperkt tot de nationale staat. Europa werd ook weer opgebouwd, maar deze keer in een geheel nieuwe vorm. Europeanen en Amerikanen werkten zij aan zij om het “nieuwe” Europa te bereiken. Naar mijn inziens was het Europees integratie proces in de kern een Europees initiatief, die zeker de nationale belangen van de staten dienden. Echter gezien de machtspositie van de Verenigde Staten en de afhankelijkheid van Europa aan de Verenigde Staten voor haar veiligheid en economische opbouw, kon Europa alleen integreren met de zegen van de Amerikaanse regering. Vooraanstaande Eurocraten en overige Europeanen gebruikte hun persoonlijke contacten met name via informele wegen om deze persoonlijke en invloedrijke contacten achter hun plannen te krijgen en op deze wijze steun van de Amerikaanse regering te verkrijgen. Zowel Jean Monnet als Jozef Retinger hadden een invloedrijke contacten in de Verenigde Staten. Deze contacten waren vaak ontstaan in de Tweede Wereldoorlog en werden tussen de Amerikanen en Europeanen na de oorlog aangehouden, waardoor er een trans-Atlantische groep vrienden en contacten ontstond van invloedrijk heren, een trans-Atlantische elite. Een uiting van organisatie van deze elite vinden wij in de Bilderberg Groep, die in 1952 werd opgericht, met als de doel de verbetering en het onderhouden van de trans- Atlantische relatie en dit doel tot vandaag de dag nastreeft. Het is interessant om na te gaan in hoeverre de beslissingen omtrent het Europese integratie proces tot het Verdrag van Rome in 1957 werden beïnvloed door een dusdanige elite of dat juist de belangen van de nationale overheden uiteindelijk van meeste invloed waren. Aangezien de Verenigde Staten de nieuwe leider was in de naoorlogse Westerse wereld rijst het idee of zij haar stempel heeft kunnen drukken, mogelijk door middel van deze elite, op het Europese integratie proces tot aan het Verdrag van Rome in 1957. De vraag die centraal staat in deze thesis is; “ Was er sprake van invloed van de Amerikaanse regering op het proces van de Europese integratie na de Tweede Wereldoorlog tot aan het Verdrag van Rome in 1957, onder andere door middel van een Trans-Atlantische organisatie als de Bilderberg groep? 3 Invloed heeft betreffende dit vraagstuk te maken met macht in de internationale relatie tussen staten. Ik sluit mij in deze thesis aan bij de definitie van macht, zoals de Harvard professor Joseph S. Nye jr. deze omschrijft en zijn concept van “soft power”1. Macht is het vermogen om andere te beïnvloeden om de uitkomst te verkrijgen die jij wilt2. Het gedrag van de ander kan op drie manieren worden beïnvloed. Door middel van dreiging en dwang (“sticks”), door middel van het betalen van de ander of overtuigen, een beweegreden te geven (“carrots”) of door middel van aantrekkingskracht, waardoor de ander wilt wat jij wilt3. Soft power omvat volgens Nye deze laatste manier4. Het is de manier om te zorgen dat anderen de uitkomsten die jij wilt ook willen5. Niet door dwang, dreiging of het overtuigen van de ander. De andere landen doen dit omdat zij willen volgen naar het voorbeeld van het desbetreffende land, de waarden van dat land bewonderen en willen bereiken wat het desbetreffende land heeft bereikt. Macht is invloed. Ik denk dat het in de jaren ’50 om deze soort invloed ging. Ook Geir Lundestad onderschrijft dat het op een dusdanige macht gaat van de Verenigde Staten. Het Amerikaans streven naar controle en domineren gebeurden op basis van Amerikaanse waarden6. Deze Amerikaanse waarden lieten de ruimte aan de Europese staten om zichzelf te organiseren. Binnen het begrip van deze soort macht maak ik onderscheid tussen directe invloed en indirecte invloed. Carl Friedrich schreef over het uitoefenen van invloed het volgende: “Influence often works most effectively by creating a certain ambiance for decisions through its effect on attitudes, beliefs and values unrelated to immediate decisions”7. De vraag is natuurlijk of de Amerikaanse regering in staat is geweest om een dusdanige atmosfeer te creëren. Als directe invloed wordt in deze thesis beschouwt als de aantrekkingskracht en de indirecte invloed zal worden beschouwd als de atmosfeer waarin bepaalde beslissingen binnen het Europese integratie proces werden gemaakt. 1 Joseph S. Nye, Jr., Bound to Lead: The Changing Nature of American Power (New York: Basic Books, 1990). 2 Joseph S. Nye en Wang Jisi, Power and Restrain: A Shared Vision for the U.S.-China Relationship, ( New York, 2009), 23. 3 Joseph S. Nye en Wang Jisi, Power and Restrain: A Shared Vision for the U.S.-China Relationship, ( New York, 2009), 24. 4 Joseph S. Nye, Jr., Soft Power: The Means to Success in World Politics (New York: Public Affairs, 2004), 6. 5 Joseph S. Nye, Jr., Soft Power: The Means to Success in World Politics (New York, 2004), 5. 6 Geir Lundestad, “Empire”by integration. The Unisted states and European integration, 1945-1997, ( Oxford 1998), . 7 Carl J. Friedrich, Man and his Goverment, ( New York, 1963), 199. 4 Het algemene beeld dat is ontstaan over de Amerikaanse regering na de Tweede Wereldoorlog is dat haar invloed groot was en dat de Europese staten niet alleen de bevrijding, maar ook haar snelle herleving van de samenlevingen voor een groot deel aan de Verenigde Staten te danken hebben. De Amerikaanse overheid veranderde resoluut van koers en zou voortaan in haar beleid zich actief bemoeien met Europa. Als gevolg stuurde zij duizenden Amerikaanse soldaten en ambtenaren naar Europa. Over de Bilderberg Groep wordt veel beweerd en er doen zich allerlei spookverhalen te ronde, die haar macht van enorme proporties aanmeten. De Bilderberg Groep zou een geheime wereldregering zijn waar alle belangrijke zaken worden besloten. Dit soort aannames berust veelal op onwaarheden. Toch is het interessant om de invloed van de Amerikaanse regering op het Europese integratie proces aan de hand van een dusdanig organisatie te onderzoeken, omdat dit nog niet eerder is onderzocht. Voor een benadering van het vraagstuk zal allereerst worden nagegaan welke rol de Amerikaanse regering in het algemeen speelden in het Europese integratie proces en of zij van directe invloed is geweest op het proces of dat de uiteindelijke beslissing voor de koers van het proces toch werd bepaald door de Europeanen. Daarna zal er nader worden ingegeaan op de Bilderberg Groep. Winand schrijft in haar boek “Kennedy, and the United States of Europe” over een netwerk dat bestond onder vooraanstaande Europeanen en Amerikanen na de Tweede Wereldoorlog. Volgens haar zorgde deze samenwerking en dit netwerk voor een informele uitwisseling van meningen tussen de Amerikanen en de Europeanen, die de Europese integratie een warm hart toedroegen. Deze uitwisseling ging vaak voorbij aan de officiële overheidskanalen om informatie uit te wisselen. Aan de Amerikaanse kant waren deze informele contacten te vinden in de hoogste kringen en bereiken zelfs de president en waren de gesprekken tussen de leden van deze elite vaak nuttiger dan een staatsbezoek van een nationaal leider8. Daarbij onderstreept zij dat figuren als Jean Monnet wel degelijk van invloed zijn geweest op het Amerikaanse beleid. Winand wil niet zeggen dat Monnet of andere Europeanen het beleid van de Amerikaanse regering bepaalde, maar ook niet dat de Amerikaanse regering de initiatieven voor Europese integratie oplegde aan Europa. Er was sprake van een kruisbestuiving tussen ideeën en visies van een Europese- Amerikaanse intellectuelen, die Europese eenwording nastreefde9. Veel historici zijn gaan aannemen dat er een verband bestaat tussen de Europese integratie en de Amerikaanse steun. Volgens deze zogenaamde traditionalisten was de Amerikaanse steun en beleid 8 P. Winand, Eisenhower, Kennedy, and the United States of Europe, ( New York, 1993), XIV. 9 P. Winand, Eisenhower, Kennedy, and the United States of Europe, ( New York, 1993), XV.
Recommended publications
  • Grote Gedachten, Kleine Correcties
    Bachelorscriptie Jeroen Brinkman (s4354001) Begeleider: Lennert Savenije Inleverdatum: 15 juni 2016 Grote gedachten, kleine correcties Over de impact van de Nederlandse annexatie van 1949 – 1963 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Achtergrond van de Duits-Nederlandse betrekkingen 8 3. Annexatieplannen: 1944-1949 3.1.Brochures 12 3.2.Nederlandse overheid 15 3.3.Receptie in de BRD en Nederland 17 4. Voortzetting van het beleid: 1949-1957 4.1.West-Duitse receptie 21 4.2.Nederlandse receptie 22 4.3.Duitse acties 23 5. Teruggave: 1957-1963 5.1.Onderhandelingsproces 25 5.2.Nederlandse en Duitse receptie 27 6. Conclusie 29 Bibliografie 31 1 1. Inleiding Sinds lange tijd weet ik waar Elten ligt. Met mijn vader kwam ik er vaak in de buurt en tegenwoordig maak ik regelmatig een fietstocht door het grensgebied, waarbij het kerktorentje van Hoch-Elten lange tijd het uitzicht bepaalt. Vaak waren voor mij de verschillen met Nederland duidelijker zichtbaar dan de overeenkomsten. Ik beschouwde het als een typisch Duits dorp, een ander stukje wereld aan de Duitse kant van de grens. Toch kwam ik er onlangs achter dat het stukje Duitsland niet altijd zo Duits is geweest als ik dacht. Elten heeft na de Tweede Wereldoorlog bij Nederland gehoord, een feit dat voor mij niet direct aannemelijk was. Nederland was vijf jaar door Duitsland bezet, dat wist ik. Maar een Nederlands Elten, dat vond ik merkwaardig. Het Duitse dorpje was kennelijk toch niet helemaal buitenlands. In mei 1945 werd Nederland bevrijd door de geallieerden. Nederlanders waren blij dat zij werden bevrijd, maar hadden direct plannen voor de annexatie van Duits grondgebied.
    [Show full text]
  • Verloren Vertrouwen
    ANNE BOs Verloren vertrouwen Afgetreden ministers en staatssecretarissen 1967-2002 Boom – Amsterdam Verloren vertrouwen Afgetreden ministers en staatssecretarissen 1967-2002 Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Radboud Universiteit Nijmegen op gezag van de rector magnificus prof. dr. J.H.J.M. van Krieken, volgens het besluit van het college van decanen in het openbaar te verdedigen op woensdag 28 maart 2018 om 14.30 uur precies door Anne Sarah Bos geboren op 25 februari 1977 te Gouda INHOUD INLEIdINg 13 Vraagstelling en benadering 14 Periodisering en afbakening 20 Bronnen 22 Opbouw 23 dEEL I gEïsOLEERd gERAAkT. AftredEN vanwegE EEN cONfLIcT IN hET kABINET 27 hOOfdsTUk 1 dE val van mINIsTER dE Block, ‘hET mEEsT gEgEsELdE werkpAARd’ VAN hET kABINET-dE JONg (1970) 29 ‘Koop prijsbewust, betaal niet klakkeloos te veel’ 32 ‘Prijzenminister’ De Block op het rooster van de oppositie 34 Ondanks prijsstop een motie van wantrouwen 37 ‘Voelt u zich een zwak minister?’ 41 De kwestie-Verolme: een zinkend scheepsbouwconcern 43 De fusie-motie: De Block ‘zwaar gegriefd’ 45 De Loonwet en de cao-grootmetaal 48 Tot slot. ‘Ik was geen “grote” figuur in de ministerraad’ 53 hOOfdsTUk 2 hET AftredEN van ‘IJzEREN AdRIAAN’ van Es, staatssEcretaris van dEfENsIE (1972) 57 De indeling van de krijgsmacht. Horizontaal of verticaal? 58 Minister De Koster en de commissie-Van Rijckevorsel 59 Van Es stapt op 62 Tot slot. Een rechtlijnige militair tegenover een flexibele zakenman 67 hOOfdsTUk 3 sTAATssEcretaris JAN GlasTRA van LOON EN dE VUILE was Op JUsTITIE (1975) 69 Met Mulder, de ‘ijzeren kanselier’, op Justitie 71 ‘Ik knap de vuile was op van anderen’ 73 Gepolariseerde reacties 79 In vergelijkbare gevallen gelijk behandelen? Vredeling en Glastra van Loon 82 Tot slot.
    [Show full text]
  • M.A. in Political Science Sem-II. Paper VII Dr. Sarita Kumari, Associate
    M.A. in Political Science Sem-II. Paper VII Dr. Sarita Kumari, Associate Professor RLSY College Bakhtiyarpur, Patliputra University CONTEMPORARY ISSUES IN INTERNATIONAL POLITICS EUROPEAN UNION (EU) The European Union (EU) is a unique political and economic partnership that currently consists of 27 member states. Built through a series of binding treaties, the Union is the latest stage in a process of integration that began after World War II to promote peace and economic recovery in Europe. These countries came together to make things better, easier, and safer for people. They agreed to work together and help each other. Currently, there are 27 members of the EU. These are Austria, Belgium, Bulgaria, Croatia, Cyprus, the Czech Republic, Denmark, Estonia, Finland, France, Germany, Greece, Hungary, Ireland, Italy, Latvia, Lithuania, Luxembourg, Malta, the Netherlands, Poland, Portugal, Romania, Slovakia, Slovenia, Spain, and Sweden. In June 2016, the United Kingdom decided to stop being part f the EU. So, from 31sat January 2020 the UK is no longer part f the European Union. History of the European Union The European Union started its journey over half a century ago. Visionary leaders came together to create economic and political stability to ensure long term peace in Europe. From then on, many others have followed in their footsteps, striving to build on this vision through successive treaties. Some aspiring leaders and pioneers were Konrad Adenauer, Joseph Bech, Johan Beyen, Winston Churchill, Alcide De Gasperi, Nicole Fontaine, Walter Hallstein and there were many greats. 1945 - 1959. A Peaceful Europe – The Beginnings Of Cooperation Around 1950, the European Coal and Steel Community begins to unite European countries economically and politically to secure lasting peace.
    [Show full text]
  • The Legal Constitution of the European Union2
    European Scientific Journal August 2018 /SPECIAL/ edition ISSN: 1857 – 7881 (Print) e - ISSN 1857- 7431 2 The Legal Constitution of the European Union Academic Director Dr. iur. Dr. phil. Franz-Rudolf Herber Frederic-Alexander University Erlangen-Nuremberg, Germany Doi: 10.19044/esj.2018.c4p9 URL:http://dx.doi.org/10.19044/esj.2018.c4p9 Abstract World War II (1939 – 1945) was a catastrophe for the whole world and for Europe in particular. It is one of the great miracles of the 20th century that the West European war parties did draw a line and founded an economic alliance for coal and steel production. This economical alliance is based on common values and on the rule of law. A main problem of the European Union is to give a democratic legitimation to the European institutions. It is good that e.g. the European Parliament is elected directly, it is bad that e.g. the President of the European Commission is not elected directly. In some Member States of the European Union common values and common interests are only partim shared. The people of Great Britain did decide in 2016 to leave the European Union; according to the legal constitution of the European Union a leave is allowed. The main achievement of the European Union is the abolition of inter-European taxes and thus the promotion of economical relationships between the Member States of the European Union. The Euro that is the currency of (only) some Member States has become a global player. Keywords: European Union, Member States of the European Union, Treaties of the European Union, common values, common market, separation of powers, European Commission, European Parliament, President of the European Council, High Representative of the Union for Foreign Affairs and Security Policy, European Central Bank Introduction One should be aware of the fact what kind of brutal military violence the greatest war criminal of human history – Adolf Hitler (1883 – 1945) and his crazy followers – had brought to the former Czechoslovakia (CSSR)3.
    [Show full text]
  • European Democracy: What Can the Church Contribute Today?
    1 European Democracy: what can the Church contribute today? Dr. Ian Linden The origins of the European Union are not to be found in a Catholic conspiracy led by Schumann, de Gaspari and Adenauer driven by the arch-federalist, Jean Monnet and the Dutch Foreign Minister, Johan Beyen. Nor in a Catholic-Socialist plot with Paul Henri- Spaak and Sicco Mansholt. But as a response to the experience of total war, the Nazi occupation of Europe, and the rise of Stalinist communism. A Nunca mas - never again – lay behind an emergent consensus around democracy and cooperation involving some pooling of sovereignty, as an ethical and political imperative for post-war Europe. Earlier, the European resistance movements, Czech and Polish notably, in exile in London during the war years, had developed similar thinking and motivations. Nonetheless, some of the intellectual roots that nourished the European project drew on the “sap” of Christian tradition expressed most clearly in the thinking of Jacques Maritain, a Catholic layman, Catholic enough for Pope Paul VI later to want to make him a cardinal. Maritain sought to reach across the secular divide through the concept of integral humanism, and to refect what Weber might have called the “elective afnity” (a little less than a causal link) between Christianity and Democracy. Most importantly Maritain tried to integrate Aquinas, with his positive, socially constructive scafolding of law, with realist accounts of the actual practice of politics that acknowledged, in an Augustinian understanding, the sinfulness of the human condition. “I do not share the romantic optimism which ascribes to the people a judgement which is always just and instincts which are always upright”, he wrote in Christianity and Democracy.
    [Show full text]
  • Mit Und Gegen Deutschland
    Mit und gegen Deutschland Das „deutsche Problem“ als Motiv der westeuropäischen Einigungsdiskussion 1945–1954 Dissertation zur Erlangung des Grades des Doktors der Philosophie an der Fakultät Geisteswissenschaften der Universität Hamburg im Promotionsfach Mittlere und Neuere Geschichte vorgelegt von Mathias Schütz Hamburg, 2017 Erstgutachterin: Prof. Dr. Gabriele Clemens (Universität Hamburg) Zweitgutachter: Prof. Dr. Wolf D. Gruner (Universität Rostock) Tag der mündlichen Prüfung: 5. September 2016 Inhaltsverzeichnis „Deutsche Frage“? „Deutsches Problem“! Begriffliche Vorbemerkungen 4 1 Das „deutsche Problem“ als europäische Erfahrung 15 1.1 Thema und Untersuchungsgegenstand 15 Von Henry Morgenthau zu Jean Monnet 15 Foren der europäischen Einigungsdiskussion 20 1.2 Theoretische Überlegungen und Vorgehensweise 26 Deutsche Vergangenheit, europäische Zukunft: Perzeption und Integration 26 Quellen und Aufbau der Darstellung 31 2 Transnationale Erfahrung – europäisches Gedächtnis? 37 Kriegserfahrung und Problemstellung 38 Westeuropäisches (Un-)Bewusstsein 45 3 Das „deutsche Problem“ als Ausgangspunkt der Einigungsdiskussion 1945–1949 54 3.1 Die Deutschlandkommission der Union Européenne des Fédéralistes 56 Föderalistische Motive gegenüber Deutschland 56 Erziehung der Erzieher 61 3.2 Die Deutschlandkonferenz der Nouvelles Equipes Internationales 67 Katholische Selbstvergewisserung 67 Über Deutschland nach Europa 72 3.3 Heilsames Vergessen? Das Mouvement Européen 80 Winston Churchill und die europäische Bewegung 80 Der Haager Kongress und die
    [Show full text]
  • Moeizame Overgang Van Dekolonisatie Naar Buitenlands Beleid
    Uitgave van Koninklijke Van Gorcum BV (Assen) namens het Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen ‘Clingendael’ (Postbus 93080, 2509 AB Den Haag), dat inhoud November 2006 samenwerkt met het Koninklijk Instituut voor Internationale Betrekkingen te Brussel. Verschijnt maandelijks en wordt uitgegeven op de grondslag van een redactiestatuut. Redactiebureau Ten geleide Rik Coolsaet Instituut ‘Clingendael’ Jaap W. de Zwaan Eb en vloed in Nederlands- Redactie Internationale Spectator Bij een jubileum 545 Belgische betrekkingen 585 Postbus 93080, 2509 AB Den Haag tel. 070-3245384; fax. 070-3746669 E-mail: [email protected] of ARTiKelen Bart Tromp [email protected] www. internationalespectator.nl Bernard Bot Van afscheid van de neutraliteit Met overtuiging en berekening: tot postmoderne Kernredactie Jaap W. de Zwaan (hoofdredacteur) van zuiver naar realistisch identiteitscrisis? 590 Peter A. Schregardus (eindredacteur) multilateralisme 547 Gerard J. Telkamp (eindredacteur) BOeKBeSPReKINGEN Algemene redactie Nico Schrijver Alfred Pijpers over C.J.M. Arts, E. Bakker, Y. Vanden Berghe, Nederland in de wijde wereld: Tempo doeloe op S. Biscop, P. van Ham, P. Hoebink, W. Hout, M. van Keulen, J.C. Mulder, C.W.A.M. van Paridon, multilateralisme als verheven Buitenlandse Zaken 595 H. Renner, J.Q.Th. Rood, S. Vanhoonacker, ideaal in eigen belang 552 R. de Wijk. Jan Werts over Abonnementen-administratie Cees Flinterman Een standbeeld voor Sicco Koninklijke Van Gorcum BV Nederland en de Rechten Mansholt 596 Administratie Internationale Spectator Postbus 43, 9400 AA Assen van de Mens: tel. 0592-379555; fax. 0592-379552 een toegepast ideaal 556 Jan Willem Brouwer over E.mail:[email protected] www.vangorcum.nl De vele ongerijmdheden in de E.P.
    [Show full text]
  • On Cores and Coalitions in the European Unio. the Position Of
    On Cores and Coalitions in the European Union The Position of Some Smaller Member States Alfred Pijpers (ed.) December 2000 Desk top publishing: Kitty l’Ami, Birgit Leiteritz Netherlands Institute of International Relations ‘Clingendael’ Clingendael 7 2597 VH The Hague Telephone: xx-31-70-3245384 Telefax: xx-31-70-3746667 P.O. Box 93080 2509 AB The Hague E-mail: [email protected] Website: http://www.clingendael.nl © Netherlands Institute of International Relations Clingendael. All rights reserved. No part of this book may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording, or otherwise, without the prior written permission of the copyrightholders. Clingendael Institute, P.O. Box 93080, 2509 AB The Hague, The Netherlands © Clingendael Institute 3 Contents 1 Editor’s Introduction 5 Part I Inner and Outer Circles 2 Berlin-Paris-London, Steven Everts 15 3 The case for a ‘Directorate’ in the CESDP, Stephan Keukeleire 33 4 Core and Periphery in European Security, Paul Luif 59 5 Inner and Outer Circles in Economic and Monetary Cooperation, 75 Iain Begg and Dermot Hodson Part II The Position of Some Smaller States 6 New Allies for Spain?, Felipe Basabe Lloréns 99 7 Inside and Outside Nordic Cooperatio, Gunilla Herolf 121 8 The Special Case of Denmark, Niels-Jørgen Nehring 141 9 Relaunch of the Benelux?, Danielle Bossaert and Sophie 157 Vanhoonacker 10 Afterthought and Perspective, Alfred Pijpers 171 Contributors 181 4 © Clingendael Institute © Clingendael Institute 5 1 Editor’s Introduction With the opening of the Intergovernmental Conference (IGC) on 14 February 2000 in Brussels, the thinking on the institutional future of the European Union’s reform again gained momentum, not only in the proper framework of the IGC, but also, and perhaps more importantly, in the media and capitals of Europe.
    [Show full text]
  • 1 BEYEN, Johan Willem (Known As Wim), Dutch Banker and Politician
    1 BEYEN, Johan Willem (known as Wim), Dutch banker and politician and third President of the Bank for International Settlements 1937-1939, was born 2 May 1897 in Utrecht and passed away 29 April 1976 in The Hague, The Netherlands. He was the son of Karel Hendrik Beijen, secretary of the Dutch railway company, and Louisa Maria Coenen, musician. On 28 March 1922 he married Petronella Jeanne Geertruida Hijmans van Anrooij, with whom he had one daughter and two sons. They divorced on 9 October 1945. On 14 November 1945 he married Margaretha Antonia Lubinka. His official surname is Beijen, but for international use he spelled it as Beyen. Source: www.uu.nl/en/events/annual-johan-willem-beyen-lecture Beyen and his two brothers grew up in a well-to-do family, where their father promoted modernity, which aligned with his job at the Dutch railroad company, and their mother imparted a passion for music. Beyen was a cellist his entire life. He attended grammar school in Utrecht and during the First World War he studied law at Utrecht University. He was a brilliant student who learned easily. In November 1918 he was hired by the General Treasury of the Ministry of Finance, where he rose to the rank of Deputy Treasurer General in October 1923 when Treasurer General Leonard Trip, who would influence Beyen’s later career several times, travelled to the Dutch East Indies. Beyen, who had married in 1922, worked for the Board of the Philips light bulb factory in Eindhoven from January 1924 to April 1925.
    [Show full text]
  • Democracias Robotizadas (Completo).Pdf
    F098 democracias 22X14/ (4).indd 1 25/04/18 13:49 LUIS MORENO Profesor de Investigación del Consejo Superior de Investigaciones Científicas (CSIC) en el Instituto de Políticas y Bienes Públicos. Entre otras publicaciones, es autor de los libros Escocia, nación y razón (1995), La federalización de España (1997), Ciudadanos precarios (2000), La Europa asocial (2012), Europa sin estados (2014), Trienio de mudanzas (2016) y Sociedades azarosas (2017) (https://es.wikipedia.org/wiki/Luis_ Moreno_Fern%C3%A1ndez). RAÚL JIMÉNEZ Es cosmólogo y astrofísico teórico. Actualmente es profesor ICREA de Investigación en el Instituto de Ciencias del Cosmos de la Universidad de Barcelona y profesor visitante distinguido en el Imperial College de Londres. Obtuvo su licenciatura y tesina en física teórica en la Universidad Autónoma de Madrid y su doctorado (PhD) en el Niels Bohr Institute de la Universidad de Copenhague. Ha sido investigador en el Royal Observatory de la Universidad de Edinburgo y profesor en los departamentos de Física y Astronomía de la Universidad de Rutgers y la Universidad de Pennsylvania. Su inves- tigación se centra en el origen y la evolución del universo. Es un experto en el desarro- llo de métodos estadísticos avanzados para el análisis de datos y ha contribuido al desarrollo original de técnicas para el análisis de datos cosmológicos. Recientemente ha sido radcliffe fellow en el Instituto de Estudios Avanzados de Harvard. F098 democracias 22X14/ (4).indd 2 25/04/18 13:49 Luis Moreno y Raúl Jiménez Democracias robotizadas ESCENARIOS FUTUROS EN ESTADOS UNIDOS Y LA UNIÓN EUROPEA F098 democracias 22X14/ (4).indd 3 25/04/18 13:49 COLECCIÓN INVESTIGACIÓN Y DEBATE DISEÑO DE CUBIERTA: MARTA RODRÍGUEZ PANIZO © LUIS MORENO Y RAÚL JIMÉNEZ, 2018 © LOS LIBROS DE LA CATARATA, 2018 FUENCARRAL, 70 28004 MADRID TEL.
    [Show full text]
  • Download Full Text
    www.ssoar.info A revival of the Benelux? Vanhoonacker, Sophie Veröffentlichungsversion / Published Version Zeitschriftenartikel / journal article Empfohlene Zitierung / Suggested Citation: Vanhoonacker, S. (2003). A revival of the Benelux? Österreichische Zeitschrift für Politikwissenschaft, 32(1), 7-18. https://nbn-resolving.org/urn:nbn:de:0168-ssoar-60116 Nutzungsbedingungen: Terms of use: Dieser Text wird unter einer CC BY-NC Lizenz (Namensnennung- This document is made available under a CC BY-NC Licence Nicht-kommerziell) zur Verfügung gestellt. Nähere Auskünfte zu (Attribution-NonCommercial). For more Information see: den CC-Lizenzen finden Sie hier: https://creativecommons.org/licenses/by-nc/4.0 https://creativecommons.org/licenses/by-nc/4.0/deed.de Sophie Vanhoonacker (Maastricht) A Revival of the Benelux? Seit Mitte der 1990er Jahre scheint die Benelux neuen Auftrieb erhalten zu haben, nicht als internationale Organisation, aber in Form einer engeren Zusammenarbeit ihrer Mitglieder im Rahmen der EU. Durch eine Reihe von Memoranda betreffend die zukünftige Entwicklung der EU und spezifische Themen, wie Justiz- und Innenpolitik, waren sie bemüht, den Prozess der europäischen Integration in Richtung einer Vertiefung voranzutreiben. Durch ihren Zusammenschluss versuchen sie, größeren Einfluss auszuüben und die Interessen kleinerer Staaten besser zu vertreten. Gute persönliche Beziehungen auf höchster politischer Ebene haben bei der Herstellung der Verbindungen eine große Rolle gespielt. Die engeren Beziehungen bedeuten allerdings nicht den Beginn einer ‘ménage à trois’. Die Kooperation findet in erster Linie auf höchster Ebene (zwischen den MinisterpräsidentInnen) statt und ist in sehr flexibler und pragmatischer Weise organisiert. Die Kooperation ist keineswegs allumfassend, und es bestehen weiterhin wichtige ökonomische, kulturelle und politische Unterschiede zwischen den drei Ländern.
    [Show full text]
  • Copyright by Mark Spencer Stephens 2004
    Copyright by Mark Spencer Stephens 2004 The Dissertation Committee for Mark Spencer Stephens Certifies that this is the approved version of the following dissertation: A Supranational Elite Theory of Neofunctionalist European Integration Committee: John Higley, Supervisor Zoltan Barany Cynthia Buckley Gary Freeman H.W. Perry A Supranational Elite Theory of Neofunctionalist European Integration by Mark Spencer Stephens, B.A. Dissertation Presented to the Faculty of the Graduate School of The University of Texas at Austin in Partial Fulfillment of the Requirements for the Degree of Doctor of Philosophy The University of Texas at Austin May, 2004 For my parents, Robert and Sandra Stephens Better folks than anyone deserves Acknowledgements I sincerely thank all who assisted me in this project. Your patience and support were critical to this venture’s completion. In particular, Professor Higley must be thanked for taking the time out of his immensely busy schedule to edit my drafts so helpfully. I apologize for any hand cramps he may have suffered. My good friends, Cathy, MaryJane, and the Schwengs, have helped to maintain my determination to finish. The odysseys of JW and AD have also inspired me to persevere. I also thank the Department of French and Italian for allowing me to audit some courses. Above all, my parents must receive special thanks. Without their generous assistance, this project would have been impossible. v A Supranational Elite Theory of Neofunctionalist European Integration Publication No._____________ Mark Spencer Stephens, PhD The University of Texas at Austin, 2004 Supervisor: John Higley Abstract: The national states of Europe are eliminating themselves.
    [Show full text]