Ter Apel Blad 2 $ Nieuw- Schoonebeek
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Blad i Winschoten Blad 18 Ter Apel Blad 2 $ Nieuw- Schoonebeek Bodemkaart van Schaal i:jo ooo Nederland Uitgave 1980 Stichting voor Bodemkartering De minister van Landbouw en Visserij heeft de Stichting voor Bodem- kartering opgedragen een bodemkaart van Nederland te vervaardigen op de schaal l : 50 000. Deze kaart wordt uitgegeven in bladen, genum- merd volgens onderstaande indeling van de Topografische Kaart. Bij de kaartbladen behoort een toelichting, die vaak voor enkele bladen is gecombineerd. Kaart en toelichting vormen één geheel en vullen elkaar aan. Men moet dus beide bronnen raadplegen, als men geïnformeerd wil zijn over de bodemgesteldheid van een bepaald gebied. De uitgave is verkrijgbaar bij de boekhandel en bij PUDOC, Postbus 4, Wageningen. De kaart is ook los verkrijgbaar (gevouwen en ongevouwen) bij de Stichting voor Bodemkartering, Staringgebouw, Marijkeweg 11, post- bus 98, Wageningen (tel. 08370-1 91 00). Bovendien worden werk- bladen uitgegeven. Daarop zijn alle onderscheidingen van de bodem- kaart aangegeven, maar de kaartvlakken zijn niet gekleurd. Deze werk- bladen zijn o.a. bestemd voor gebruikers die de kaarteenheden voor een speciaal doel zouden willen samenvatten, of die bepaalde facetten van de bodemgesteldheid willen bestuderen. De Stichting voor Bodemkartering is steeds bereid nadere inlichtingen en adviezen hierover te geven. Bladindeling van de BODEMKAART van NEDERLAND schaal 1:50000 Bodemkaart van Nederland Schaal i: / o o o o Toelichting bij de kaartbladen Winschoten en 18 Ter Apel - 23 Nieuw-Schoonebeek Wageningen 1980 Stichting voor Bodemkartering Druk: Van der Wiel-Luyben B. V., Arnhem Presentatie: Pudoc, Wageningen Copyright: Stichting voor Bodemkartering, Wageningen, 1980 ISBN 90 327 0065 O Inhoud 1 Inleiding 9 1.1 Het gekarteerde gebied 9 1 .2 Opname en gebruikte gegevens 9 1.3 Bodem, bodemvorming en bodemkartering 11 1.4 De bodemkaart en haar onderscheidingen 12 1.4.1 Enkelvoudige legenda-eenheden 13 1.4.2 Samengestelde legenda-eenheden 14 1.4.3 Toevoegingen en overige onderscheidingen 14 1.4.4 Grondwatertrappen 15 2 Algemeen gebruikte indelingen en hun benamingen 16 2.1 Textuurindeling 16 2.1.1 Indeling naar het lutumgehalte 16 2.1.2 Indeling naar het leemgehalte 17 2.1.3 Indeling naar de mediaan van de ^andfractie 18 2.1.4 Benaming van de legenda-eenheden naar de textuur 19 2.2 Indeling naar het gehalte aan organische stof 19 2.3 Indeling naar het profielverloop 19 2.3.1 Omschrijving van de profielverlopen 19 2.3.2 Benaming en codering van de profielverlopen 21 2.4 Indeling naar het koolzure-kalkgehalte 21 2.4.1 Kalkverloop en kalkverloopklassen 21 2.5 Indeling naar grondwatertrappen 22 2.6 Het bodemprofiel en zijn horizonten 25 2.6.1 Hori^ontbenamingen 25 2.6.2 Kleurbeschrijving van horizonten 26 3 Codering en benaming van de eenheden 27 3.1 Codering van de enkelvoudige legenda-eenheden 27 3.1.1 Codering bij de veengronden, V 27 3.1.2 Codering bij de moerige gronden, W 28 3.1.3 Codering bij de moderpod^plgronden, Y 28 3.1.4 Codering bij de humuspod^plgronden, H ' 28 3.1.5 Codering bij de dikke eerdgronden (%and), EZ 28 3.1.6 Codering bij de kalklo^e zandgronden, Z 29 3.1.7 Codering bij de ^eekleigronden, M 29 3.1.8 Codering bij de oude kleigronden, K 30 3.2 Codering van de samengestelde legenda-eenheden 30 3.3 Codering van de toevoegingen 30 3.4 Codering van de grondwatertrappen 30 3.5 Benaming van de legenda-eenheden 30 4 Fysiografie 33 4.1 Geologie 33 4.1.1 Het Tertiair 33 4.1.2 Het Pleistoceen 33 4.1.3 ' Afzettingen uit bet Holoceen 40 4.2 Hoogteligging 45 4.3 Klimaat 46 5 Landschap en bodemgesteldheid 47 5.1 Bewoningsgeschiedenis 47 5.2 Het Dollardkleigebied 52 5.2.1 De Dollardpolders 54 5.2.2 Het Dollardrandgebied 54 5.3 Het zand- en beekdalgebied van Westerwolde 55 5.3.1 Het complex van de essen en het dal van de Ruiten A.a\ Westenvoldsche Aa 56 5.3.2 De beekdalen van de Mussel Aa, het Pagediep, 58 het bovenstrooms gedeelte van de Ruiten Aa\ Runde en het Schoonerbeeker diep 5.3.3 Het ^and( ontginnings) gebied 59 5.4 Het keileemgebied 60 5.5 Het hoogveengebied 61 5.5.1 Het hoogveengebied, al dan niet in afgraving 61 5.5.2 Het hoogveengebied als cultuur land 63 5.6 Het veenkoloniale gebied 63 5.6.1 Ontginningsgeschiedenis 65 5.6.2 De randveenonteinninseno o 66 5.6.3 De veenkoloniale ontginningen 68 5.7 De veenkoloniale landbouw 73 6 Moedermateriaal en bodemvormende processen 78 6.1 Eigenschappen van het moedermateriaal 78 6.1.1 Veensoorten 78 6.1.2 De pH-KCl en het C\N-quotiè'nt van enkele veensoorten 80 6.1.3 Karakteristiek van de onderscheiden minerale sedimenten 81 6.2 Bodemvorming in veen 81 6.3 Bodemvorming in zand 82 6.3.1 Vorming van de humushoudende bovengrond (A 1-horizont) 82 6.3.2 Verplaatsing van materiaal; pod^plering 83 6.3.3 Hydromorfe kenmerken van zandgronden 84 6.4 Bodemvorming in kleisedimenten 84 6.4.1 Vorming van een A1-horizont 84 6.4.2 Rijping 84 6.4.3 Homogenisatie en hydromorfe kenmerken 85 6.4.4 Kool^j-ire-kalkgehalte en ontkalking ' 86 6.5 Bodemvormende processen in veenkoloniale gronden 86 7 Veengronden 88 7.1 Indelingscriteria 88 7.7.7 Aard van de humiishoudende bovengrond 88 7.7.2 Veensoort • " 88 7.1.3 Minerale ondergrond 88 7.1.4 Het veenkoloniale dek 89 7.2 De eenheden van de eerdveengronden 89 7.3 De eenheden van de rauwveengronden 93 7.4 De eenheden van de veengronden met een veenkoloniaal dek 102 8 Hoerige gronden 111 8.1 De eenheden van de moerige podzolgronden 111 8.2 De eenheden van de moerige eerdgronden 117 9 Podzolgronden 121 9.1 Indelingscriteria 121 9.1.1 De duidelijke pod^pl-B 121 9.1.2 De aard van de duidelijke pod^pl-B 121 9.1.3 De dikte van de humushoiidende bovengrond - 122 9.2 De eenheden van de moderpodzolgronden 122 9.3 De eenheden van de humuspodzolgronden 124 10 Dikke eerdgronden 136 11 Kalkloze zandgronden 137 11.1 De eenheden van de eerdgronden 137 11.2 De eenheden van de vaaggronden 141 12 De zeekleigronden 142 12.1 Indelingscriteria 142 12.1.1 De A1-horizont 142 12.1.2 De rijping 142 12.1.3 Homogenisatie; hydromorfe kenmerken 143 12.1.4 Ontkalking en indeling naar kalkverloop 143 12.1.5 Indeling naar bouwvoor^jvaarte en het profielverloop 143 12.1.6 De structuur van de ^eekleigronden 143 12.2 De eenheden van de zeekleigronden 144 13 Oude kleigronden 149 14 De samengestelde legenda-eenheden 150 14.1 Associaties van twee enkelvoudige legenda-eenheden 150 14.2 Associaties van vele enkelvoudige legenda-eenheden 152 15 Toevoegingen en overige onderscheidingen 157 15.1 Toevoegingen 157 15.2 Overige onderscheidingen 159 16 Bodemgeschiktheid 161 16.1 Inleiding 161 16.2 Beoordelingsfactoren en hun gradaties 162 16.3 De geschiktheid van de gronden voor weidebouw 167 16.3.1 Inleiding 167 16.3.2 De geschiktheidsklassen voor weidebouw 168 16.3.3 Toelichting bij de geschiktheidsklassen 168 16.4 De geschiktheid van de gronden voor akkerbouw 169 16.4.1 Inleiding 169 16.4.2 De geschiktheidsklassen voor akkerbouw 170 16.4.3 Toelichting bij de geschiktheidsklassen 170 16.5 De geschiktheid van de gronden voor bosbouw 171 16.5.1 Inleiding 171 16.5.2 De geschiktheidsklassen voor bosbouw 172 Literatuur 173 Aanhangsel 1 Alfabetische lijst van kaarteenheden en hun 178 oppervlakte Aanhangsel 2 Analyse-uitslagen van grondmonsters 182 Aanhangsel 3 De belangrijkste kenmerken van de bodem- 192 kundige landschappen Aanhangsel 4 Globale geschiktheidsbeoordeling voor 194 akkerbouw, weidebouw en bosbouw Aanhangsels De kaarteenheden gerangschikt naar hun 202 geschiktheid Excursieroute 206 Foto: Rijksvoorlichtingsdienst VEENKOLONIE Donkere wolken boven 'n broene haide, A.in onof^ainbaor dood en donker veld. A.in grode roemte waor de duvel waaide, en de widde wieven woonden, %p weur dr verteld. Maor dr kwamen kerels, de kop vol plannen, D ai slagen in dai roegughaid gewin. Ze bedachten %ok nait maor %ai speiden %uk in d'bannen, En do, do gong de schobbe dr in. Zai gruiven de splittens, 'f daip, de wieken, Zai vochten mit 't veen, onver^eddelk en tooi. De duvel, as 'e dr nog was, luit 'e dat nait blieken. Hai was bange veur dai ^waiterige kerels in heur hemden van rood hooi. Nou is 't veen vergraoven, de törf verbraand. Dat allemaal deur dai kerels van staol. Zai namen 't veen, maor ons luiten %e 't laand. Dat rieke laand tussen Hondsrog en Knaol. B. Dubbelboer i Inleiding 1.1 Het gekarteerde gebied Dit rapport geeft een toelichting bij de bladen 13, 18 en 23. Het gekar- teerde gebied omvat een groot deel van de Gronings-Drentse veen- koloniën en het in het zuiden hierbij aansluitende hoogveengebied. Een klein gedeelte van het Dollardgebied, Westerwolde, het zuidelijkste deel van de Hondsrug en het stroomdal van het Schoonebeeker diep behoren eveneens tot het gekarteerde gebied. Op deze kaartbladen komen de volgende gemeenten of delen daarvan voor (afb. 1): In de provincie Groningen: Scheemda (1), Winschoten (2), Beerta (3), Bellingwedde (4), Oude Pekela (5), Meeden (6), Veendam (7), Nieuwe Pekela (8), Stadskanaal (9) en Vlagtwedde (10). In de provincie Drenthe: Borger (11), Odoorn (12), Emmen (13) en Schoonebeek (14). Uitgestrekte bebouwde kommen, industrieterreinen en andere terreinen voor burgerlijk gebruik zijn niet gekarteerd. 1.2 Opname en gebruikte gegevens Het veldwerk werd in de jaren 1968 t/m 1972 uitgevoerd door A.