Problematische Personen in Amsterdam
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Dienst Bedrijfsinformatie Regiopolitie Amsterdam-Amstelland James Wattstraat 84 Postbus 2287 Bureau Managementinformatie en Onderzoek 1000 CG Amsterdam Problematische Personen in Amsterdam Regiopolitie Amsterdam-Amstelland 2006 Bureau Managementinformatie en Onderzoek Willem van Es Januari 2007 Onderzoek Problematische Personen 2006 1 Onderzoek Problematische Personen 2006 Inhoud Inleiding Casus ........................................................................................................................... 4 1. Onderzoeksopzet .................................................................................................................... 6 2. Problematische Personen........................................................................................................ 8 2.1 Wat is overlast? Spanningsveld tussen ‘problematisch’ en ‘overlast’........................ 9 2.2 Dak- en thuislozen.................................................................................................... 12 2.3 Politionele creativiteit............................................................................................... 14 2.4 Hulpverleners in de regio.......................................................................................... 16 3. Wet- en regelgeving ............................................................................................................. 18 3.1 Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO).......................................................... 19 3.2 Eigen verantwoordelijkheid omgeving ...................................................................... 20 4. Beeld..................................................................................................................................... 24 4.1 Buurtkenmerken....................................................................................................... 28 4.2 Samenvattend beeld .................................................................................................. 30 4.3 Groepen..................................................................................................................... 31 4.3.1 Schizofrenie............................................................................................................. 31 4.3.2 Drugsgebruikers...................................................................................................... 33 4.3.3 Waarom komen ‘zij’ in aanraking met de Politie ................................................... 34 4.3.4 Politiecontacten Problematische Personen.............................................................. 34 5. Conclusie van dit rapport ..................................................................................................... 40 6. Bijlagen................................................................................................................................ 42 2 Onderzoek Problematische Personen 2006 3 Onderzoek Problematische Personen 2006 Inleiding Casus Uit cijfers van het Regioproject Problematische Personen blijkt dat er een stijging is te constateren van het aantal meldingen waarbij verwarde en / of overspannen personen zijn betrokken. Deze stijging zou zich vooral in District 5 voortdoen. Het programma management constateert dat District 5 veruit de meeste incidenten kent, waarbij verwarde en overspannen personen zijn betrokken (2005: 27%). De eerste zes maanden van 2006 laten een verdere stijging zien (naar 29%). Het Programmamanagement heeft hierop aan Bureau managementinformatie en Onderzoek gevraagd onderzoek te doen naar deze waargenomen stijging. Bij het programmamanagement leven de volgende vragen: · Is er een daadwerkelijke stijging van het aantal problematische mensen in de verschillende districten van de regio? · Steekt District 5 uit boven het regionale gemiddelde? · Hoe is deze stijging te verklaren? · Is er, naar de toekomst toe, een toename van het aantal incidenten met problematische mensen, te verwachten? De resultaten van dit onderzoek zullen gerapporteerd aan de Regionaal Programmamanager Prioritaire Doelgroepen, de Cp. F. van de Streek. 4 Onderzoek Problematische Personen 2006 5 Onderzoek Problematische Personen 2006 1. Onderzoeksopzet Het onderzoek is gevraagd door de Commissaris van Politie F. van de Streek. Het onderzoek is uitgevoerd door de Onderzoeker W.K. van Es, werkzaam bij bureau Managementinformatie en Onderzoek. Voor dit onderzoek is samengewerkt met de regionaal projectcoördinator Problematische Personen Jelle van Veen en Peter Kraaijeveld. Het onderzoek zal beschrijvend van karakter zijn. (1) Het onderzoek bestaat uit het analyseren van door het programma Prioritaire Doelgroepen verzamelde gegevens. Deze gegevens zijn vergeleken met ander verzameld cijfermateriaal bijvoorbeeld uit Xpol. (2) Locaties waar veel overlast is geconstateerd zijn bezocht. (3) Er is een literatuuronderzoek gedaan. (4) Bovendien zijn er gesprekken gevoerd met sleutelpersonen binnen de sector die zich bezig houdt met de signalering en opvang van problematische personen. (5) In Xpol zal gezocht worden naar cases. Vanuit deze cases zullen kenmerkende gegevens worden overgenomen in het rapport (dossieronderzoek/-verkenning). 6 Onderzoek Problematische Personen 2006 7 Onderzoek Problematische Personen 2006 2. Problematische Personen Sinds november 2003 is een Spoedeisende Psychiatrische Onderzoeksruimte is gebruik genomen. In deze ruimte kunnen mensen worden gepresenteerd die psychisch hulpbehoevend zijn. Het gaat dan om mensen in acute nood, die bijvoorbeeld de openbare orde verstoren en een gevaar voor zichzelf en anderen is en waarbij het niet gewenst is te wachten op psychiatrische hulp ter plaatse. De procedure is beschreven op het intranet op de pagina: http://intranet02.amsterdam.politie.nl/Regioprojecten/Problematische_Personen/Procedures_en_Processen/A cute%20psychiatrie/Stappenoverzicht%20SPOR.htm In de afgelopen periode is er een duidelijk stijgende trend waarneembaar van het aantal die door de politie zijn overgebracht naar de Spoedeisende Psychiatrische Onderzoeksruimte (SPOR). Overgebrachte personen naar de SPOR 180 160 140 120 2003 100 2004 2005 80 2006 60 40 20 0 Figuur 1: Overgebrachte personen naar de SPOR. Bron: managementrapportage procesmanagers politie, GGD en spoedeisende psychiatrie 2006. De jaren vergelijkend kan worden waargenomen dat de eerste helft van elk jaar een toenemend aantal personen worden gepresenteerd bij de Onderzoeksruimte. Hoogtepunt is juli (zie Figuur 1: Overgebrachte personen naar de SPOR. Bron: managementrapportage procesmanagers politie, GGD en spoedeisende psychiatrie 2006. ). Na juli is het beeld wisselend waar het naar de maand december weer de ‘neiging’ heeft te stijgen. In 2006 zet de daling zich in december ook door. De personen in figuur 1 zijn echter de personen die om het platvloers uit te drukken zijn doorgedraaid. Veel mensen maken het niet zo bond maar veroorzaken wel veel overlast voor de eigen (woon)omgeving. 8 Onderzoek Problematische Personen 2006 2.1 Wat is overlast? Spanningsveld tussen ‘problematisch’ en ‘overlast’. Overlast is het hebben van hinder van anderen. Overlast is een rekbaar begrip. Van Dale gaat er vanuit dat het een vorm van hinder is die schade veroorzaakt. Is het zien van een zwerver op straat een vorm van overlast? Voor een winkelier in een winkelstraat kan het een vorm van overlast zijn wanneer hierdoor de inkomsten dalen. Een dominee uit Rotterdam zal hier zien als een vorm van verrijking van het straatbeeld, het toont immers de onderkant van de samenleving die een aantal mensen (politiek of zakelijk) niet welgevallig is. Is harde muziek overlast? Ook hier is de context belangrijk. Voor een Hiphopper zal het Prinsengrachtconcert als geluidsoverlast overkomen, terwijl het voor de liefhebber van klassiek als engelenzang klinkt. Zo zijn er vele zintuiglijke prikkels te bedenken die kunnen leiden het ‘beleven’ van overlast. Om duidelijkheid te scheppen is de term overlastgevende personen vervangen door ‘Problematische Personen’. Onder problematische personen kunnen worden verstaan: · Dak- en thuislozen; · Psychiatrische patiënten; · Drugs- en/of alcoholverslaafden en · Zorgmijders. Personen uit deze groepen hoeven echter geen problemen te geven. Een heldere definitie van wanneer een persoon ‘problematisch’ is niet gegeven door het programmamanagement. Ook hier geldt dat er door de politie en de psychiatrie pas kan worden ‘opgetreden’ wanneer deze groep van mensen overlast veroorzaakt. Vergaande maatregelen zelfs pas wanneer er gevaar voor zichzelf of anderen ontstaat. Naast deze vormen van ‘overlast’ zijn er ook vormen zoals beschreven in het onderstaande kader. Mensen die door dat ze ‘onaangepast’ zijn overlast veroorzaken. In het verleden werden deze mensen in afzonderlijke wijken geplaatst met een streng regime. In Amsterdam valt te denken aan Asterdorp (Dercksen and Verplanke 1999). Amsterdam zet probleemgezin in container Het stadsdeel Amsterdam-Noord overweegt containerwoningen te bouwen voor asociale gezinnen die extreme stank- en geluidsoverlast veroorzaken. Volgens de deelraad is de spanning in een aantal wijken zo ver opgelopen dat er sprake is van een onleefbare situatie. De gezinnen intimideren buurtbewoners en zijn al vaker verplaatst door het stadsdeel. Vaak is een alcohol- of drugsverslaving in het spel. De woningen worden extra beveiligd tegen vernieling. Amsterdam-Noord heeft een project in Kampen als voorbeeld genomen. Daar werden notoire probleemgezinnen begin jaren negentig in vergelijkbare containerwoningen ondergebracht.