Aelbert Jansz 7An Der Schoo

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Aelbert Jansz 7An Der Schoo Aelbert Jansz 7an der Schoo Een Utrechts schilder en zijn werk P. van den Brink In 1995 ontvingen M.J. Bok en P. van den Brink de Oud-Utrechtprijs voor hun gezamenlijke publicatie over de Utrechtse schilder Aelbert van der Schoor. Hun artikel was gepubliceerd in het tijdschrift Oud Holland. Een bijgewerkte versie van het aandeel van Van den Brink van _ . , „ . , , ,, . , , , ... dit prijswinnende artikel geeft de Peter van den Brink (1956) studeerde kunstgeschiede- r ' b nis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Na Cum Laude actuele stand van zaken weer rond te zijn afgestudeerd was hij onder meer werkzaam in r. , .... .. , „ . , ,. _ lr. ,.. , het onderzoek naar het oeuvre van Stedelijk Museum Het Prinsenhor m Delft. Zijn proef­ schrift, getiteld Ondertekening en andere technische jg weinig bekende 17de eeuwse aspecten van de Antwerpse maniëristen 1505-1525, schilder Aelbert van der Schoor, komt volgend jaar uit. Hij heeft regelmatig gepubli­ werkzaam in Utrecht. Veel van zijn ceerd over de Zuid- en Noordnederlandse schilder­ kunst van de zestiende eeuw, maar vooral over werken hebben onder andere schil­ Hollandse zeventiende-eeuwse schilderkunst. Sinds 1 ders te boek gestaan, zoals Abraham januari 1997 is hij werkzaam in het Bonnefantenmuseum in Maastricht, vanaf 1 januari Bloemaert, Theodoor Rombouts en 1999 als hoofdconservator Oude Kunst. Dirck van Baburen. Op grond van uitgebreid onderzoek naar scholing en werkwijze kunnen ruim dertig schilderijen aan Van der Schoor worden toegeschreven. Zij volgen in een aparte oeuvre-catalogus, die als een bijlage aan het artikel is toege­ voegd. PETER VAS DES BRISK AFI.BERT JANSZ VAN DER SCHOOR, EEN UTRECHTS SCHILDER EN ZIJN WERK Inleiding In 1975 werd in Neurenberg een schilderij geveild, voorstellend een herder en een her- derin met twee schapen. Het werk werd in de veilingcatalogus toegeschreven aan Abraham Bloemaert. Hoewel Bloemaert meermalen dergelijke pastorale voorstellingen Afb. ;. Aelbert van der Schoor, Pastorale scène. Duitsland, Particuliere collectie (cat. nr. 25). heeft geschilderd (afb. 2) ', is dit werk zeker niet van zijn hand. Het draagt echter wel een Utrechts karakter en naar mijn mening moet het worden toegeschreven aan Aelbert Jansz van der Schoor. De toeschrijving aan Van der Schoor is gebaseerd op een vergelijking met een aantal gesigneerde schilderijen van zijn hand, waaronder een doek, voorstellend De Emmaüsgangers (afb. 3), dat in 1987 in Londen werd geveild, en dat zich nu in het Musée Municipal te Saint Amand-les-Eaux bevindt. Hoewel er zeer weinig tot niets bekend is over zijn jeugd en opleiding, werd Van der Schoor zonder twijfel in Utrecht tot schilder gevormd, mogelijk onder de hoede van Abraham Bloemaert. Zijn vroegste schilderijen dateren uit het begin van de jaren veer­ tig van de zeventiende eeuw. Dit waren hoofdzakelijk portretten, maar tevens enkele interieurstukken. Als genre- en historieschilder lijkt Van der Schoor vooral te zijn beïn­ vloed door Jan van Bijlert, en in mindere mate door Gerard van Honthorst en Bloemaert. Dergelijke schilderijen, vooral musicerende groepen maar ook af en toe een rF.TFR VAN Dr.N BRINK AELBERT JANSZ VAN DER SCHOOR. EEN UTRECHTS SCHILDER FN 7IJN WERK IILA Oud-Utrecht tliilisliïM*! .„«fr m 2. Abraham Bloemaert, Pastorale scène (1627). Hannover, Niedersächsisches Landesmuseum. Foto Niedersächsisches Landesmuseum, Landesgalerie Hannover. historiestuk, zoals twee voorstellingen van De Emmaüsgangers (afb. 3 en 26), zijn her­ kenbaar aan hun bonte en levendige coloriet, maartevens aan de steeds weer opnieuw terugkerende figuurtypen. Daarentegen doen Van der Schoors portretten sober, zelfs ouderwets aan. Ook hier werd hij door beter bekende stadgenoten, zoals Van Bijlert en vooral Hendrick Bloe­ maert beïnvloed. Er is nauwelijks sprake van enige ontwikkeling in zijn portretschilder­ kunst, maar de tijdspanne waarin hij actief was als 'conterfeiter' was dan ook kort. Na 1651 heeft hij, voor zover bekend, geen portretten meer geschilderd. In de tweede helft van zijn carrière schilderde hij naast figuurstukken uitsluitend vis- en vanitasstillevens. Ook als schilder van visstillevens zocht hij zijn inspiratie bij Utrechtse kunstenaars, vooral Jan de Bont en Willem Ormea lijken voor hem van belang te zijn geweest. Zijn vanitasvoorstellingen zijn daarentegen opvallend oorspronkelijk. Een belangrijk hoog­ tepunt is de Vanitas in het Rijksmuseum (afb. 6), waarop een schedel vanuit zes ver­ schillende invalshoeken is geschilderd. Ruim dertig schilderijen worden in de catalogus aan Aelbert van der Schoortoegeschre- ven, maar zijn produktie zal zonder twijfel omvangrijker zijn geweest. Het feit dat een aantal schilderijen voorheen op naam van schilders als Theodoor Rombouts, Dirck van Baburen, Abraham Bloemaert of Jan Gerritsz van Bronchorst stond, doet vermoeden dat in de toekomst nog meer schilderijen van hem onder een andere naam zullen PETER VAN DE,\! BRINK AELBERT JANSZ VAN DER SCHOOR. EEN UTRECHTS SCHILDER EN ZI|N WERK A/fa. 3. Aelbert van der Schoor, De Emmaüsgangers. Saint Amand-les-Eaux, Musée Municipal Foto Cooper ionden (cat. nr. 20). opduiken. Ditzelfde geldt in nog sterkere mate voor zijn tekeningen. Tot nu toe werd slechts één tekening aan hem toegeschreven, een blad met verschillende voorbereiden­ de studies, bedoeld voor de reeds vermelde Pastorale. Dit studieblad toont aan dat bij de totstandkoming van dit zeer vroege werk, Van der Schoor gebruik maakte van een methode die vooral bekend is van de Nestor van de Utrechtse schilderkunst, Abraham Bloemaert. Ook om die reden zou het niet verbazen indien zou blijken dat Van der Schoor juist van hem zijn opleiding kreeg. De schilder Over Aelbert Jansz van der Schoor, een tot op heden vrijwel onbekende schilder, is elders in dit jaarboek een biografie opgenomen van de hand van Marten Jan Bok. Het aantal vroegere publikaties over Van der Schoor is uiterst gering. In 1973 wijdde Rudi Ek- kart een kort artikel aan een Enkhuizer portret van zijn hand •'. Hij maakte duidelijk dat de schilder niet, zoals tot dan toe in de literatuur was aangenomen ', Abraham heette, maar Aelbert en dat hij niet in Amsterdam maar in Utrecht werkzaam was '. Ekkart baseerde zich hierbij op archief-aantekeningen van Abraham Bredius, welke op het RKD worden bewaard. De enige andere publikatie over Van der Schoor dateert van ig28'. De kwaliteit van zijn werk rechtvaardigt echter hernieuwde aandacht. PETER VAN DEN BR/.\K AELBERT JANSZ VAN DER SCHOOR. EEN UTRECHTS SCHILDER EN ZIJN WERK UjU Oud-Utrecht Afb. 4. Aelbert van der Schoor, Vanitasstilleven (1662). Huidige verblijfplaats onbekend (cat. nr. 33J. Aelbert van der Schoor heeft vermoedelijk het grootste deel van zijn leven in Utrecht gewoond en geschilderd; in ieder geval komt hij daar vanaf 1648 regelmatig in archiefstukken voor. Hij is vermoedelijk in of voor 1603 geboren, aangezien hij in 1621 mondig wordt genoemd, zoals blijkt uit het archiefonderzoek van Marten Jan Bok. Over zijn jonge jaren en zijn opleiding tot kunstschilder is helaas niets bekend. Hij wordt pas in 1641 opnieuw in Utrecht ver­ meld, zodat het heel goed mogelijk is, dat hij tussen 1621 en 1641 elders heeft gewerkt''. Wellicht is hij in die periode in Italië geweest, waar in die tijd wel een Alberto Fiamingho wordt vermeld, maar het is geenszins zeker, dat hiermee onze Aelbert van der Schoor wordt bedoeld. Ook is het mogelijk, dat hij in de tussenliggende tijd elders in Noord-Nederland heeft gewerkt, misschien in Amsterdam '. Zijn vroegst bekende werk, een vrouwenportret, draagt behalve een signatuur de datum 1642 (cat. nr. 1). Een Vanitasstilleven (afb. 4) stamt uit 1662 en is zijn laatst gedateerde schilderij. Veel langer zal zijn carrière vermoedelijk niet hebben geduurd8. Stillevens Van der Schoor schilderde portretten, historiestukken en genretaferelen, vooral musi­ cerende gezelschappen, en vis- en vanitasstillevens. Het is opvallend dat juist in Utrecht, dat niet aan open water ligt, het visstilleven in de zeventiende eeuw een inten­ sief beoefend genre was. Het merendeel van de schilders van visstil levens in de noorde­ lijke Nederlanden, onder wie de belangrijk­ ste specialisten, was of werkzaam in Utrecht óf in Den Haag. Opvallend is daar­ bij, dat ook in Utrecht - zeker aanvankelijk - overwegend zeevis werd geschilderd. Ook Aelbert van der Schoor schilderde enkele visstillevens, waarvan er drie uitsluitend uit oude vermeldingen bekend zijn (cat. nrs. 30, 32 en 35); een stuk met vissen en vogels (cat. nr. 37) is al sinds 1770 spoor- Afb. 5. Aelbert van der Schoor, Visstilleven met jongen (1657). Huidige verblijfplaats onbekend (cat. nr. 2g). E PETER VAN DEN BRINK AELBERT JAN S 2 VAN DER SCHOOR, F. EN UTRECHTS SCHILDER E N ZIJN WERK Afb. 8. Aelbert van der Schoor, Stilleven met vissen en schelpen (1658). Amsterdam, particuliere collectie (cat. nr. 31). loos. Nog onlangs werd ten onrechte een zesde visstuk op naam van Van der Schoor gesteld '. De twee schilderijen met vissen die we nu kennen, dateren beide uit de tweede helft van de jaren 1650. Ze passen goed in de Utrechtse traditie en ook onze schilder kiest zeevissen als onderwerp. Het eerste, een Visstilleven met jongen (afb. 5) herinnert enigszins aan dergelijk werk van Jan de Bont '". Dat het nadrukkelijk gebarende en ietwat spottend glimlachende knaapje geheel zonder bijbedoelingen bij deze vissen is geplaatst, lijkt slecht denkbaar. Zijn boodschap is aan de huidige beschouwer echter niet duidelijk ". Het tweede visstil­ leven, een fragment van een grotere compositie (afb. 8), lijkt vooral te zijn geïnspireerd
Recommended publications
  • Sztuki Piękne)
    Sebastian Borowicz Rozdział VII W stronę realizmu – wiek XVII (sztuki piękne) „Nikt bardziej nie upodabnia się do szaleńca niż pijany”1079. „Mistrzami malarstwa są ci, którzy najbardziej zbliżają się do życia”1080. Wizualna sekcja starości Wiek XVII to czas rozkwitu nowej, realistycznej sztuki, opartej już nie tyle na perspektywie albertiańskiej, ile kepleriańskiej1081; to również okres malarskiej „sekcji” starości. Nigdy wcześniej i nigdy później w historii europejskiego malarstwa, wyobrażenia starych kobiet nie były tak liczne i tak różnicowane: od portretu realistycznego1082 1079 „NIL. SIMILIVS. INSANO. QVAM. EBRIVS” – inskrypcja umieszczona na kartuszu, w górnej części obrazu Jacoba Jordaensa Król pije, Kunsthistorisches Museum, Wiedeń. 1080 Gerbrand Bredero (1585–1618), poeta niderlandzki. Cyt. za: W. Łysiak, Malarstwo białego człowieka, t. 4, Warszawa 2010, s. 353 (tłum. nieco zmienione). 1081 S. Alpers, The Art of Describing – Dutch Art in the Seventeenth Century, Chicago 1993; J. Friday, Photography and the Representation of Vision, „The Journal of Aesthetics and Art Criticism” 59:4 (2001), s. 351–362. 1082 Np. barokowy portret trumienny. Zob. także: Rembrandt, Modląca się staruszka lub Matka malarza (1630), Residenzgalerie, Salzburg; Abraham Bloemaert, Głowa starej kobiety (1632), kolekcja prywatna; Michiel Sweerts, Głowa starej kobiety (1654), J. Paul Getty Museum, Los Angeles; Monogramista IS, Stara kobieta (1651), Kunsthistorisches Museum, Wiedeń. 314 Sebastian Borowicz po wyobrażenia alegoryczne1083, postacie biblijne1084, mitologiczne1085 czy sceny rodzajowe1086; od obrazów o charakterze historyczno­dokumentacyjnym po wyobrażenia należące do sfery historii idei1087, wpisujące się zarówno w pozy­ tywne1088, jak i negatywne klisze kulturowe; począwszy od Prorokini Anny Rembrandta, przez portrety ubogich staruszek1089, nobliwe portrety zamoż­ nych, starych kobiet1090, obrazy kobiet zanurzonych w lekturze filozoficznej1091 1083 Bernardo Strozzi, Stara kobieta przed lustrem lub Stara zalotnica (1615), Музей изобразительных искусств им.
    [Show full text]
  • ART 486 / 586 Baroque Art Fall 2018
    ART 486 / 586 Baroque Art fall 2018 Instructor: Jill Carrington [email protected] tel. 468-4351; Office 117 Office hours: MWF 11:00 - 11:30, MW 4:00 – 5:00; TR after class until noon, TR 4:00 – 5:00 other times by appt. Class meets TR 9:30 – 10:45 in the Art History Room 106 in the Art Annex Building. Course description: European art from 1600 to 1750. Prerequisites: 6 hours in art including ART 281, 282 or the equivalent in history. Program Learning Outcomes (for art history majors, of which there are none in the class) 1. Foundation Skills 2. Interpretative Skills 3. Research Skills Undergraduate students will conduct art historical research involving logical and insightful analysis of secondary literature. Category: Embedded course assignment (research paper) Text: Ann Sutherland Harris, Seventeenth Century Art and Architecture. Upper Saddle River, NJ: Pearson, Prentice Hall, 2e, 2008 or 1e, 2005. One copy of the 1e is on four-hour reserve in Steen Library. Used copies of the both 1e and 2e are available online; for example, on Aug. 22 there were 3 used copies of the 1st ed in acceptable condition for less than $7.19 or 7.23 and one good for $11.98 on bookfinder.com. I don’t require you to buy the book; however, you may want your own copy or share one at exam times. Work schedule: A. 2 non-comprehensive quizzes identifying works and terms, collectively worth 20% if higher than other work, 10% if lower. The extra 5% will count toward other work with the highest grade.
    [Show full text]
  • Depressed Eyes
    D E P R E S S E D E Y E S ‘ Allegory of Winter’ painted by Caesar van Everdingen, c a 1 6 5 0 Nelly Moerman Final paper for UvA Master’s module ‘Looking at Dutch Seventeenth - Century Paintings’ 2010 D EPRESSED EYES || Nelly Moerman - 2 CONTENTS page 1. Introduction 3 2. ‘Allegory o f Winter’ by Caesar van Everdingen, c. 1650 3 3. ‘Principael’ or copy 5 4. Caesar van Everdingen (1616/17 - 1678), his life and work 7 5. Allegorical representations of winter 10 6. What is the meaning of the painting? 11 7. ‘Covering’ in a psychological se nse 12 8. Look - alike of Lady Winter 12 9. Arguments for the grief and sorrow theory 14 10. The Venus and Adonis paintings 15 11. Chronological order 16 12. Conclusion 17 13. Summary 17 Appendix I Bibliography 18 Appendix II List of illustrations 20 A ppen dix III Illustrations 22 Note: With thanks to the photographic services of the Rijksmuseum in Amsterdam for supplying a digital reproduction. Professional translation assistance was given by Janey Tucker (Diesse, CH). ISBN/EAN: 978 - 90 - 805290 - 6 - 9 © Copyright N. Moerman 2010 Information: Nelly Moerman Doude van Troostwijkstraat 54 1391 ET Abcoude The Netherlands E - mail: [email protected] D EPRESSED EYES || Nelly Moerman - 3 1. Introduction When visiting the Rijksmuseum, it seems that all that tourists w ant to see is Rembrandt’s ‘ Night W atch ’. However, before arriving at the right spot, they pass a painting which makes nearly everybody stop and look. What attracts their attention is a beautiful but mysterious lady with her eyes cast down.
    [Show full text]
  • Light and Sight in Ter Brugghen's Man Writing by Candlelight
    Volume 9, Issue 1 (Winter 2017) Light and Sight in ter Brugghen’s Man Writing by Candlelight Susan Donahue Kuretsky [email protected] Recommended Citation: Susan Donahue Kuretsky, “Light and Sight in ter Brugghen’s Man Writing by Candlelight,” JHNA 9:1 (Winter 2017) DOI: 10.5092/jhna.2017.9.1.4 Available at https://jhna.org/articles/light-sight-ter-brugghens-man-writing-by-candlelight/ Published by Historians of Netherlandish Art: https://hnanews.org/ Republication Guidelines: https://jhna.org/republication-guidelines/ Notes: This PDF is provided for reference purposes only and may not contain all the functionality or features of the original, online publication. This PDF provides paragraph numbers as well as page numbers for citation purposes. ISSN: 1949-9833 JHNA 7:2 (Summer 2015) 1 LIGHT AND SIGHT IN TER BRUGGHEN’S MAN WRITING BY CANDLELIGHT Susan Donahue Kuretsky Ter Brugghen’s Man Writing by Candlelight is commonly seen as a vanitas tronie of an old man with a flickering candle. Reconsideration of the figure’s age and activity raises another possibility, for the image’s pointed connection between light and sight and the fact that the figure has just signed the artist’s signature and is now completing the date suggests that ter Brugghen—like others who elevated the role of the artist in his period—was more interested in conveying the enduring aliveness of the artistic process and its outcome than in reminding the viewer about the transience of life. DOI:10.5092/jhna.2017.9.1.4 Fig. 1 Hendrick ter Brugghen, Man Writing by Candlelight, ca.
    [Show full text]
  • De Verandering Van Kleur in Het Oeuvre Van Abraham Bloemaert
    De verandering van kleur in het oeuvre van Abraham Bloemaert Noëlle Schoonderwoerd Masterscriptie Kunstgeschiedenis Universiteit van Amsterdam Dr. E. Kolfin Contents Inleiding ........................................................................................................................................................ 2 1. De verandering van het kleurenpalet van de zestiende naar de zeventiende eeuw. ................................ 4 De dood van Niobe’s kinderen (1591) .................................................................................................... 5 Mercurius, Argos en Io (1592) ................................................................................................................. 6 Judith toont het hoofd van Holofernes aan het volk (1593) .................................................................. 6 Mozes slaat water uit de rots (1596) ......................................................................................................... 7 Jozef en zijn broers (1595-1600) ............................................................................................................... 8 De aanbidding van de herders (1612) ..................................................................................................... 9 Maria Magdalena (1619) ........................................................................................................................ 10 De Emmaüsgangers (1622) ...................................................................................................................
    [Show full text]
  • ARTS 5306 Crosslisted with 4306 Baroque Art History Fall 2020
    ARTS 5306 crosslisted with 4306 Baroque Art HIstory fall 2020 Instructor: Jill Carrington [email protected] tel. 468-4351; Office 117 Office hours: MWF 11:00 - 11:30, MW 4:00 – 5:00; TR 11:00 – 12:00, 4:00 – 5:00 other times by appt. Class meets TR 2:00 – 3:15 in the Art History Room 106 in the Art Annex and remotely. Course description: European art from 1600 to 1750. Prerequisites: 6 hours in art including ART 1303 and 1304 (Art History I and II) or the equivalent in history. Text: Not required. The artists and most artworks come from Ann Sutherland Harris, Seventeenth Century Art and Architecture. Upper Saddle River, NJ: Pearson, Prentice Hall, 2e, 2008 or 1e, 2005. One copy of the 1e is on four-hour reserve in Steen Library. Used copies of the both 1e and 2e are available online; for I don’t require you to buy the book; however, you may want your own copy or share one. Objectives: .1a Broaden your interest in Baroque art in Europe by examining artworks by artists we studied in Art History II and artists perhaps new to you. .1b Understand the social, political and religious context of the art. .2 Identify major and typical works by leading artists, title and country of artist’s origin and terms (id quizzes). .3 Short essays on artists & works of art (midterm and end-term essay exams) .4 Evidence, analysis and argument: read an article and discuss the author’s thesis, main points and evidence with a small group of classmates.
    [Show full text]
  • Leiden Gallery Site
    How To Cite Ilona van Tuinen, "Lot and His Daughters", (AB-100), in The Leiden Collection Catalogue, Arthur K. Wheelock Jr., Ed., New York, 2017 http://www.theleidencollection.com/archive/ This page is available on the site's Archive. PDF of every version of this page is available on the Archive, and the Archive is managed by a permanent URL. Archival copies will never be deleted. New versions are added only when a substantive change to the narrative occurs. The prospect of human extinction can drive people to desperate measures. The morally charged story of Lot and his daughters, recounted in Genesis 19, demonstrates just how far people will go to ensure the continuance of their lineage. The old, righteous Lot, one of Abraham’s nephews, lived in the doomed city of Sodom among its immoral citizenry. As a reward for his virtue, God spared Lot, along with his wife and two daughters, from Sodom’s destruction. During their flight, however, Lot’s wife defied God’s Fig 1. Lucas van Leyden,Lot and His Daughters, 1530, command and looked back. As punishment, she was turned into a pillar of engraving, 18.9 x 24.6 cm, Rijksprentenkabinet, salt. Lot eventually settled inside a cave with his daughters. The elder Rijksmuseum, Amsterdam, inv. RP-P-OB-1587 © 2017 Leiden Gallery Lot and His Daughters Page 2 of 10 sister, convinced that there was “no man left on the earth” (Gen. 19:31), devised a scheme to intoxicate Lot, enabling the two women to sleep with the old man on consecutive nights in order to “preserve the seed of their father” (Gen.
    [Show full text]
  • Rembrandt: the Denial of Peter
    http://www.amatterofmind.us/ PIERRE BEAUDRY’S GALACTIC PARKING LOT REMBRANDT: THE DENIAL OF PETER How an artistic composition reveals the essence of an axiomatic moment of truth By Pierre Beaudry, 9/23/16 Figure 1 Rembrandt (1606-1669), The Denial of Peter, (1660) Rijksmuseum, Amsterdam. Page 1 of 14 http://www.amatterofmind.us/ PIERRE BEAUDRY’S GALACTIC PARKING LOT INTRODUCTION: A PRAYER ON CANVAS All four Gospels of Matthew, Mark, Luke and John have reported on the prediction that Jesus made during the Last Supper, stating that Peter would disown him three times before the night was over, and all four mentioned the event of that denial in one form or another. If ever there was a religious subject that was made popular for painters in the Netherlands during the first half of the seventeenth century, it was the denial of Peter. More than twenty European artists of that period, most of them were Dutch, chose to depict the famous biblical scene, but none of them touched on the subject in the profound axiomatic manner that Rembrandt did. Rembrandt chose to go against the public opinion view of Peter’s denial and addressed the fundamental issue of the axiomatic change that takes place in the mind of an individual at the moment when he is confronted with the truth of having to risk his own life for the benefit of another. This report has three sections: 1. THE STORY OF THE NIGHT WHEN PETER’S LIFE WAS CHANGED 2. THE TURBULENT SENSUAL NOISE BEHIND THE DIFFERENT POPULAR PAINTINGS OF PETER’S DENIAL 3.
    [Show full text]
  • Technical Art History Colloquium
    TECHNICAL ART HISTORY COLLOQUIUM ‘The Calling of St. Matthew’ (1621) by Hendrick ter Brugghen. Centraal Museum, Utrecht The Technical Art History Colloquium is organised by Sven Dupré (Utrecht University and University of Amsterdam, PI ERC ARTECHNE), Arjan de Koomen (University of Amsterdam, Coordinator MA Technical Art History) and Abbie Vandivere (Paintings conservator, Mauritshuis, The Hague & Vice-Program Director MA Technical Art History). Monthly meetings take place on Thursdays, alternately in Utrecht and Amsterdam. The fifth edition of the Technical Art History Colloquium will be held at the Centraal Museum Utrecht, in connection with the upcoming exhibition Caravaggio, Utrecht and Europe. Liesbeth M. Helmus (Curator of old masters, Centraal Museum Utrecht) will present preliminary results of technical research on paintings by Dirck van Baburen and Hendrick ter Brugghen. Marco Cardinali (Technical art historian at Emmebi Diagnostica Artistica, Rome and visiting professor at the Stockholm University and UNAM-Mexico City) will present — as co-editor and curator of the scientific research — the recently published Caravaggio. Works in Rome. Technique and Style (2016). The result of an ambitious project launched in 2009 and funded by the National Committee for the Celebrations of the Fourth Centenary of the Death of Caravaggio, this book sheds light on Caravaggio’s pictorial methods through technical research on twenty- two unquestionably original works in Rome. Date: September 22, 2016 Time: 14:00 – 16:00 (presentations) — 16:00 – 17:00 (possibility to visit the museum) Location: Centraal Museum, Agnietenstraat 1, Utrecht — Aula Admission free Caravaggio’s Painting Technique and the Art Critique. A Technical Art History Marco Cardinali The recently published book Caravaggio.
    [Show full text]
  • Rembrandt's 1654 Life of Christ Prints
    REMBRANDT’S 1654 LIFE OF CHRIST PRINTS: GRAPHIC CHIAROSCURO, THE NORTHERN PRINT TRADITION, AND THE QUESTION OF SERIES by CATHERINE BAILEY WATKINS Submitted in partial fulfillment of the requirements For the degree of Doctor of Philosophy Dissertation Adviser: Dr. Catherine B. Scallen Department of Art History CASE WESTERN RESERVE UNIVERSITY May, 2011 ii This dissertation is dedicated with love to my children, Peter and Beatrice. iii Table of Contents List of Images v Acknowledgements xii Abstract xv Introduction 1 Chapter 1: Historiography 13 Chapter 2: Rembrandt’s Graphic Chiaroscuro and the Northern Print Tradition 65 Chapter 3: Rembrandt’s Graphic Chiaroscuro and Seventeenth-Century Dutch Interest in Tone 92 Chapter 4: The Presentation in the Temple, Descent from the Cross by Torchlight, Entombment, and Christ at Emmaus and Rembrandt’s Techniques for Producing Chiaroscuro 115 Chapter 5: Technique and Meaning in the Presentation in the Temple, Descent from the Cross by Torchlight, Entombment, and Christ at Emmaus 140 Chapter 6: The Question of Series 155 Conclusion 170 Appendix: Images 177 Bibliography 288 iv List of Images Figure 1 Rembrandt, The Presentation in the Temple, c. 1654 178 Chicago, The Art Institute of Chicago, 1950.1508 Figure 2 Rembrandt, Descent from the Cross by Torchlight, 1654 179 Boston, Museum of Fine Arts, P474 Figure 3 Rembrandt, Entombment, c. 1654 180 The Cleveland Museum of Art, 1992.5 Figure 4 Rembrandt, Christ at Emmaus, 1654 181 The Cleveland Museum of Art, 1922.280 Figure 5 Rembrandt, Entombment, c. 1654 182 The Cleveland Museum of Art, 1992.4 Figure 6 Rembrandt, Christ at Emmaus, 1654 183 London, The British Museum, 1973,U.1088 Figure 7 Albrecht Dürer, St.
    [Show full text]
  • Uva-DARE (Digital Academic Repository)
    UvA-DARE (Digital Academic Repository) ‘Proeft de kost en kauwtse met uw’ oogen’. Beeldtraditie, betekenis en functie van het Noord-Nederlandse keukentafereel (ca. 1590-1650) Kwak, Z.Sz.M. Publication date 2014 Link to publication Citation for published version (APA): Kwak, Z. S. M. (2014). ‘Proeft de kost en kauwtse met uw’ oogen’. Beeldtraditie, betekenis en functie van het Noord-Nederlandse keukentafereel (ca. 1590-1650). General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl) Download date:26 Sep 2021 425 EINDNOTEN 1 Daarnaast worden Noord-Nederlandse keukenstukken uit de 17de eeuw summier besproken in ondermeer: Martin 1935-1936, dl. I, pp. 282-287; Bol 1969, pp. 3-12 (Martin en Bol hebben een louter stilistische, esthetische benadering); Gent 1986-87, i.h.b.
    [Show full text]
  • 2020 Archived Version
    Lot and His Daughters 1624 oil on canvas Abraham Bloemaert 167 x 232.4 cm (Gorinchem 1566 – 1651 Utrecht) signed and dated in dark paint, lower right corner: “A. Bloemaert fe. 1624” AB-100 © 2020 The Leiden Collection Lot and His Daughters Page 2 of 11 How to cite Van Tuinen, Ilona. “Lot and His Daughters” (2017). In The Leiden Collection Catalogue, 2nd ed. Edited by Arthur K. Wheelock Jr. New York, 2017–20. https://theleidencollection.com/artwork/lot-and-his-daughters/ (archived May 2020). A PDF of every version of this entry is available in this Online Catalogue's Archive, and the Archive is managed by a permanent URL. New versions are added only when a substantive change to the narrative occurs. The prospect of human extinction can drive people to desperate measures. Comparative Figures The morally charged story of Lot and his daughters, recounted in Genesis 19, demonstrates just how far people will go to ensure the continuance of their lineage. The old, righteous Lot, one of Abraham’s nephews, lived in the doomed city of Sodom among its immoral citizenry. As a reward for his virtue, God spared Lot, along with his wife and two daughters, from Sodom’s destruction. During their flight, however, Lot’s wife defied God’s command and looked back. As punishment, she was turned into a pillar of salt. Lot Fig 1. Lucas van Leyden, Lot and His Daughters, 1530, engraving, eventually settled inside a cave with his daughters. The elder sister, 18.9 x 24.6 cm, convinced that there was “no man left on the earth” (Gen.
    [Show full text]