De Geest Van Waraku

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De Geest Van Waraku De geest van Waraku Kritieken over Surinaamse literatuur Michiel van Kempen bron Michiel van Kempen, De geest van Waraku. Kritieken over Surinaamse literatuur. Uitgeverij Zuid, Haarlem/Brussel 1993 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/kemp009gees01_01/colofon.htm © 2008 dbnl / Michiel van Kempen 8 Inleiding Waarom Përëpërëwa eerst niet en later wel met Waraku in de hangmat wilde ‘Kom ik wil met je naar bed’, zei Përëpërëwa. ‘Meen je dat? Nou, mij best hoor,’ vond Waraku. [] Ze gaf Akarima de opdracht de zon weg te brengen. En dat gebeurde. Akarima duwde de zon - die tot dat ogenblik altijd stilgestaan had - van zijn plaats. Hij duwde, duwde, duwde... de zon kwam steeds lager te hangen... Precies zoals wij het nu dagelijks meemaken, ging de zon langzaam verdwijnen. Maar Përëpërëwa vond het helemaal niet leuk. ‘Wat gebeurt er nu met de zon?’ vroeg hij benauwd. ‘O, niks aan de hand hoor. Hij gaat gewoon onder.’ ‘Ja, maar, waar is dat goed voor? Waarom laat je de zon ondergaan?’ vroeg Përëpërëwa ongerust. ‘Waarom laat je hem helemaal weggaan?’ Kurun... weg was de zon! En nu was Përëpërëwa pas goed van streek. Hij barstte in tranen uit. ‘Ach man, doe niet zo kinderachtig, ga niet liggen janken. Kom op, je wilde toch met me naar bed? Nou dan, dat hoor je toch niet op klaarlichte dag te doen!’ ‘Nee, nu wil ik niet meer,’ zei Përëpërëwa en je begrijpt dat het toen de beurt van Waraku was om er de smoor in te hebben! Dit is een klein stukje uit de dertien pagina's lange vertelling van Tëmeta Wetaru1, en ik vind het een fascinerend stukje. Deze Tëmeta Wetaru is een Trio die te Tepoe, ver in het Surinaamse binnenland, aan de Boven-Tapanahony woont. Hij is een sjamaan en een van de grootste vertellers van de Trio's. Veel van zijn verhalen 1 Verschenen in de verhalencollecties Hoor die tori! (In de Knipscheer, Amsterdam 1990) en Sirito (Kennedy-Stichting, Paramaribo 1993). Michiel van Kempen, De geest van Waraku 9 werden vastgelegd en vertaald door Cees Koelewijn en daarvan is ‘Përëpërëwa iwehtoponpë/Het verhaal van Përëpërëwa’ misschien wel de mooiste. Telkens als ik dit verhaal opnieuw lees, geniet ik er meer van, moet ik er weer om lachen, ontdek ik nieuwe dingen. Want het is een bijzonder rijk verhaal, lichtvoetig verteld, maar met veel diepgang. De man en vrouw gaan op een volslagen onbevangen manier met seksualiteit om, Sigmund Freud zou ter plekke levenslang werkloos zijn geworden. De twee spreken elkaar toe als kinderen die popki patu aan het spelen zijn en wandelen rond als Adam en Eva in het Aards Paradijs. En die associatie is niet toevallig: de vertelling is een echt Genesis-verhaal, een verhaal over het ontstaan van de aarde, de dingen en de mensen. En alles wordt in dat typisch inheemse kader geplaatst: de mensen zijn kinderen van de kaaiman of de pad, en en passant zien we veel van de inheemse zeden en gewoonten, zoals dat je niet bij daglicht met elkaar naar bed gaat. Het vreemdste van alles vind ik nog wel die uitdrukking: naar bed gaan. Ik ken geen woord Trio, dus ik kan niet beoordelen in hoeverre de vertaler verantwoordelijk is voor die woordkeuze. Maar feit is wel dat als de twee besluiten ‘het’ te doen, als Përëpërëwa zijn angst voor het ondergaan en het opkomen van de zon overwonnen heeft, de twee de nacht doorbrengen in een hangmat. Ja, en nu heb ik het toch weer over literatuur, terwijl ik juist de vraag aan de orde had willen brengen wat de zin is van al het geschrijf over schrijvers en hun boeken. En dáárvoor had ik me weer gerealiseerd dat ik dan zou schrijven over het schrijven over literatuur, het begin van een oneindige reeks dus, zoals wanneer men twee spiegels tegenover elkaar opstelt en dan weer in de ene spiegel de volgende spiegel ziet en daarin weer de volgende enzovoorts enzovoorts. Ter zake: waarom schrijft iemand over literatuur? Welnu, bijvoorbeeld vanwege zo'n vertelling als die van Tëmeta Wetaru: je leest zoiets en wil je enthousiasme graag overbrengen. Mensen, lees Michiel van Kempen, De geest van Waraku 10 dit toch, kijk toch wat hier gebeurt, het is deel van jullie, het is deel van ons allemaal. Laat ik dit de reclame-kant van de zaak noemen: de criticus brengt informatie naar de lezer, hij wil onder de aandacht brengen wat er is verschenen (vooral van belang bij de Surinaamse literatuur die vaak moeilijk bereikbaar is en die door weinigen wordt gerecenseerd), hij wil vanuit zijn leeservaring laten zien dat er misschien nog net iets meer is dan een verhaaltje van enkele personen en hun sores. Vooral ook wil hij laten zien hoe literatuur over het hele leven gaat, dat het geen vrijblijvend spelletje is (soms wel, en dan kan de criticus - afhankelijk van zijn eigen opvattingen en van de pretenties waarmee een boek geschreven is - al of niet knorrig worden). Juist de grote omwentelingen in de wereld van het laatste decennium reiken van deze werking van het literaire boek een prachtig voorbeeld aan. Als kegels op een bowlingbaan werden in Oost-Europa de dictators omvergestoten. En de beerput die zijn onaangename reuk losliet, is nauwelijks te beschrijven. Sommige dictators leefden op een wijze die in de meest karikaturale voorstelling niet had kunnen worden uitgebeeld. De Roemeense dictator Ceaucescu bijvoorbeeld droeg uit vrees voor vergiftiging zijn kleren altijd maar één keer. Voor hem werden het hele jaar door 365 volledige stellen kleren in verzegelde zakken gereed gehouden waaruit hij kon kiezen. En als hij op berejacht ging, werden de beren vooraf verdoofd, zodat Ceaucescu maar zeker de schande bespaard zou worden dat hij zou mis schieten. Zo ken ik ook een Zuidamerikaans land (en u bent er hoogstwaarschijnlijk ook wel eens geweest) waarvan de legerleider een niet onverdienstelijk hardloper is, die in een verkiezingstijd een hardlooprace won, dankzij het feit dat een ver voorop liggende hardloper zich, hiertoe van hogerhand gesommeerd, plotseling liet terugvallen... En dan nu: wat heeft dit alles met literatuur te maken? Al deze absurd klinkende feiten uit pakweg de afgelopen tien jaar, werden al beschreven in De herfst van de Michiel van Kempen, De geest van Waraku 11 patriarch van Gabriel García Márquez dat verscheen in 1975! De literatuur is dus niet een beschrijving van de werkelijkheid, nee, het fascinerende is dat de werkelijkheid zich is gaan gedragen zoals het in de literatuur beschreven werd... Maar een criticus is niet voor alles enthousiast te krijgen. Het vreemde is zelfs dat het beeld van wat en wie een criticus is bepaald niet positief is: hij is een mislukt schrijver, een betweterige frik, iemand die er eigenlijk niet bijhoort maar met zijn brede rug vóór het kunstwerk gaat staan, een gefrustreerde negativist. Vooral dat laatste beeld van iemand ‘die alles afkraakt’ leeft onuitroeibaar voort. Tien recensies achter elkaar over boeken die de moeite van het lezen waard zijn, over goede boeken: je hoort geen doks. Maar één stuk waarin eens een stevige noot gekraakt wordt en het menselijke doksenhok produceert een gekakel van jewelste. Zoals de recensent ook nooit eens iets mag schrijven dat buiten het recensentendomein valt of dat een andere toon dan de recensententoon aanslaat. Nooit heb ik zoveel reacties op een stuk gekregen als toen ik van een (verder onbeduidende) persoon opmerkte dat zijn glitterpak hem te ruim zat. Ik was mijn boekje te buiten gegaan. Ik was unfair geweest. Wat doet het uiterlijk ertoe? Het klinkt allemaal als heel redelijke kritiek op de criticus en ik wil me er dan ook niet van afdoen met de flauwe opmerking dat 't mij voorkomt dat voor bosjes mensen het enige wat er toe doet het uiterlijk is. Maar ik wil er wel even op wijzen op dat a) het een simpele (vooruit maar: empirische) constatering was dat dat glitterpak wel degelijk te groot was en b) dat er een uitdrukking in de Nederlandse taal bestaat die wil aangeven dat iemand iets doet waaraan hij (nog) niet helemaal toe is en die uitdrukking luidt: ‘dat pak zit hem te ruim’. Wie die uitdrukking niet kende, heeft dus ook toen niet begrepen wat ik in die recensie wilde zeggen. Uit het feit dat mensen zich werkelijk vreselijk druk kunnen maken over wat een criticus schrijft, valt af te leiden dat hem heel wat Michiel van Kempen, De geest van Waraku 12 invloed wordt toegedicht. Het is een idee die al uit de Middeleeuwen stamt: wat gedrukt is, is heilig, moet wel waar zijn. Maar omdat je de lezers van tegenwoordig ook geen knollen voor citroenen kunt verkopen, willen die lezers iets doen tegen dat stukje ‘heilig’ drukwerk. Een ingezonden brief schrijven, de persoon-in-kwestie persoonlijk bestraffend toespreken, de criticus (plus naaste familie) midden in de nacht belagen met anonieme telefoontjes. U zult begrijpen dat ik niet met elke vorm van reactie even gelukkig ben, maar het achterliggende principe is goed: het debat is geopend (en eindigt bij voormelde telefoontjes altijd stereotiep met ‘tuut, tuut, tuut’...). Dat is een wezenlijke functie van de recensent en zijn stukjes: het zwijgen over literatuur doorbreken, kunst tot onderwerp van discussie maken. In die discussie heeft de criticus maar één stem. Hij kan kletsen wat hij wil, hij kan met nog zoveel vuur en argumenten betogen dat een boek niet deugt, als de lezer dat boek mooi vindt, dan is het mooi. Dat is de enorme beperking van het oordeel van de persoon die over literatuur schrijft: het is voor niemand bindend. Hoe jammer ik het ook zou vinden, als u zegt ‘dat stukje van die Trio kan me gestolen worden’, ik kan daar niets aan doen, ik kan praten als Brugman, me de keel schor schreeuwen, ik kan afdalen tot het diepst van mijn harde computerschijf, er is geen kruid tegen gewassen: u vindt het niks.
Recommended publications
  • Olifanten in Suriname
    IVN-Krant | Nr. 3 | mei 2007 |12e jaargang | www.ivnnl.com IVN-krant Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Inhoud 2 Olifanten in Suriname, Jaap Grave 8 Overpeinzingen uit Leuven (07), Joop van der Horst 9 Taalvaardigheid op ’t web (8) Johanna Roodzant en Arthur Verbiest 11 Nieuws van het certificaat Nederlands als vreemde taal 12 Tentoonstellingenagenda 14 Congressen, colloquia, symposia 15 Van de IVN 15 Van de voorzitter 15 Naamswijziging Neerlandica extra muros 16 Concept-missietekst 16 Berichten van buiten de muren 18 Berichten van binnen de muren 20 Bericht uit Woubrugge en Leiden 21 Colofon IVN-Krant | Nr. 3 | mei 2007 |12e jaargang | www.ivnnl.com Ga naar www.ivnnl.com voor actuele vacatures in Brno, Munster, Oldenburg en Poznan. Olifanten in Suriname Jaap Grave (Berlijn) Als we de rotonde naderen vraag ik Aniel Gangadin, onze gids naar Fort Nieuw Amsterdam en de plantage Peperpot, of het klopt dat veel mensen meteen nadat die voor het verkeer werd vrijgegeven in hun auto zijn gestapt om voor het eerst van hun leven over een rotonde te rijden. ‘Ik ook’, geeft hij meteen toe, ‘ik heb dat ook gedaan.’ ‘Kunnen we dan misschien...’, begin ik, maar ik hoef mijn vraag niet af te maken. De buschauffeur heeft meegeluisterd en zet in voor een extra rondje. Breed grijnzend kijkt hij vervolgens om naar een bus vol studenten. Een luid applaus is zijn deel. We zijn in Suriname. beschikking. Nu de zotte inval moest worden uitgevoerd, bleken er tussen papier en praktijk werelden te liggen. Het echte werk begon. Ulrike Vogl gaf in Berlijn en Leipzig colleges over Suriname en Bert Paasman en Michiel van Kempen gaven gehoor aan de uitnodiging om gastcolleges te geven.
    [Show full text]
  • Final Program 13 9
    CELEBRATING THE GUYANAS 3G NETWORK Ecotones Conference The Pan-Guyanese Highway Cayenne Georgetown Paramaribo Amsterdam, 1-3 October 2015 Venue: Doelenzaal, University Library of Amsterdam, Singel 425, 1012 WP Amsterdam full program on https://www.coastal.edu/history/ecotones/ Program Thursday 1 October 2015 18.00-21.30 18.00-19.00 Welcome & Registration 19.00-19.15 Official welcome by the organizers, K. Andringa, K. Gyssels, M. van Kempen; Presentation of Ecotones by J. Misrahi-Barak) 19.15-20.00 Gert Oostindie (Leiden University / KITLV) – Keynote conference: The Guianas: South American or Caribbean? 20.00-21.30 Reception Friday 2 October 2015 9.15-17.00 9.15-10.45 Session 1 INTER-GUYANESE MIGRATION – chair: Gert Oostindie (Leiden University / KITLV) Simona Vezzoli (International Migration Institute) - Migration in the three Guianas Rosemarijn Hoefte (Royal Netherlands Institute of Southeast Asian and Caribbean Studies, Leiden), Matthew L. Bishop (Institute for International Relations, Trinidad & Tobago) and Peter Clegg (University of the West of England, Bristol) - Hemispheric Reconfigurations and the Three Guianas Patricia Noxolo (University of Birmingham) - The 3 Guyanas: ‘Community as other than the Animism of Fate’ 10.45-11.00 Coffee break 11.00-12.30 Session 2 MAROON CULTURE – chair: Peter Clegg (University of the West of England, Bristol) Stéphanie Guyon (Université de Picardie Jules Verne) – Amerindian and Marron Associational Participation and Transborder Circulation in Lower Marowijne Cathérine Benoit (Connecticut College)
    [Show full text]
  • Surinaamse Schrijvers En Dichters
    Surinaamse schrijvers en dichters Michiel van Kempen bron Michiel van Kempen, Surinaamse schrijvers en dichters. De Arbeiderspers, Amsterdam 1989 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/kemp009suri02_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. 7 Ter inleiding Of zij bestaat, de Surinaamse literatuur? Natuurlijk bestaat ze! Maar je moet haar wel weten te ontdekken en dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan. Want die literatuur waarvan het 't meest voor de hand ligt om ze Surinaams te noemen - de literatuur die in Suriname wordt geproduceerd - is bij het grote publiek het minst bekend. Dit geldt voor Nederland en in iets minder sterke mate ook voor Suriname: schrijvers die in Suriname wonen zijn in Nederland praktisch totaal onbekend, terwijl de in Suriname meest gelezen romanschrijvers auteurs zijn die zich buiten Suriname ontplooiden: Albert Helman, Bea Vianen, Edgar Cairo, Astrid Roemer. Over de relatie tussen de literatuur in Suriname en die van de emigranten zeg ik een en ander in het eerste hoofdstuk van dit boek. Uitgangspunt voor het hele boek is voor mij geweest de situatie in Suriname. Ik hoop hiermee het vertekende beeld van wat de Surinaamse literatuur omvat, enigszins te corrigeren. Omdat die vertekening ook bepaald is door de gerichtheid op schriftelijk vastgelegde literatuur met veronachtzaming van de oude tradities van het orale vertellen, ben ik in hoofdstuk 2 stil blijven staan bij de vraag waar de Surinaamse literatuur haar aanvang neemt en in de hoofdstukken 3 tot en met 6 bij de mondeling overgeleverde literatuur van inheemsen, creolen, hindostanen en Javanen.
    [Show full text]
  • P. Hulme Making Sense of the Native Caribbean Critique of Recent Attempts to Make Sense of the History and Anthropology of the Native Caribbean
    P. Hulme Making sense of the native Caribbean Critique of recent attempts to make sense of the history and anthropology of the native Caribbean. These works are based on the writings of Columbus and his companions and assume that there were 2 tribes: the Arawaks and Caribs. Author argues however that much work is needed to untangle the complex imbrication of native Caribbean and European colonial history. In: New West Indian Guide/ Nieuwe West-Indische Gids 67 (1993), no: 3/4, Leiden, 189-220 This PDF-file was downloaded from http://www.kitlv-journals.nl PETER HULME MAKING SENSE OF THE NATIVE CARIBBEAN The quincentenary of the discovery by Caribbean islanders of a Genoese sailor in the service of Spain who thought he was off the coast of China has served to refocus attention on a part of the world whose native history has been little studied. Christopher Columbus eventually made some sense of the Caribbean, at least to his own satisfaction: one of his most lasting, if least recognized, achievements was to divide the native population of the Carib- bean into two quite separate peoples, a division that has marked percep- tions of the area now for five hundred years. This essay focuses on some recent attempts to make sense of the history and anthropology of the native Caribbean, and argues that much work is yet needed to untangle their com- plex imbrication with European colonial history.1 THE NOVEL An outline of the pre-Columbian history of the Caribbean occupies the first chapter of James Michener's block-busting 672-page historical novel, Caribbean, published in 1989, a useful source of popular conceptions about the native populations of the area.
    [Show full text]
  • PDF Hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
    View metadata, citation and similar papers at core.ac.uk brought to you by CORE provided by Radboud Repository PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/134750 Please be advised that this information was generated on 2017-12-05 and may be subject to change. Systematisch onderzoek naar Nederlandse contactvariëteiten Nicoline van der Sijs TET 66 (2): 117–142 DOI: 10.1557/TET2014.2.SIJS Abstract Systematic research into contact varieties of Dutch The purpose of this article is to show that the compilation of a corpus of Dutch contact varieties, CoVaCo, will offer new and interesting possibilities for research. Paragraph 2 gives an overview of Dutch contact varieties and the texts available in these varieties, digitally or in printed form. This proves that building CoVaCo is feasible. Paragraph 3 presents a number of limited case studies to show the research potential of CoVaCo. Finally, in paragraph 4, I ask researchers for practical support in building CoVaCo. Keywords: Dutch ethnolect, contact variety, language contact, sociolinguistics, corpora 1 Inleiding1 Taalcontact wordt algemeen gezien als een van de drijvende krachten achter taalverandering (Thomason & Kaufman 1988; Hickey (red.) 2013). De laatste decennia is steeds meer bekend geworden over de algemene mechanismen die een rol spelen bij taalcontact. Van Coetsem (1988) heeft het theoretische onderscheid tussen ontlening en impositie geïntrodu- ceerd: bij ontlening is sprake van een actieve rol van de spreker van de ontvangende taal (recipient language agentivity), bij impositie is die actieve rol weggelegd voor de spreker van de donortaal (source language agent- ivity).
    [Show full text]
  • Anton De Kom's Wij Slaven Van Suriname
    This is a repository copy of ‘Someone willing to listen to me’ : Anton de Kom’s Wij Slaven van Suriname (1934) and the ‘We’ of Dutch post-colonial literature in African American literary context. White Rose Research Online URL for this paper: https://eprints.whiterose.ac.uk/156177/ Version: Accepted Version Article: Van Oostrum, D. orcid.org/0000-0002-3360-5992 (2020) ‘Someone willing to listen to me’ : Anton de Kom’s Wij Slaven van Suriname (1934) and the ‘We’ of Dutch post-colonial literature in African American literary context. Dutch Crossing. ISSN 0309-6564 https://doi.org/10.1080/03096564.2020.1717193 This is an Accepted Manuscript of an article published by Taylor & Francis in Dutch Crossing on 24th January 2020, available online: http://www.tandfonline.com/10.1080/03096564.2020.1717193 Reuse Items deposited in White Rose Research Online are protected by copyright, with all rights reserved unless indicated otherwise. They may be downloaded and/or printed for private study, or other acts as permitted by national copyright laws. The publisher or other rights holders may allow further reproduction and re-use of the full text version. This is indicated by the licence information on the White Rose Research Online record for the item. Takedown If you consider content in White Rose Research Online to be in breach of UK law, please notify us by emailing [email protected] including the URL of the record and the reason for the withdrawal request. [email protected] https://eprints.whiterose.ac.uk/ Duco van Oostrum University of Sheffield November 2019 “Someone willing to listen to me”: Anton de Kom’s Wij Slaven van Suriname (1934) and the “We” of Dutch Post-Colonial Literature in African American literary context On board the ship the Rensselaer in 1933 to visit his seriously ill mother and to give speeches on social injustice, Anton de Kom travels the Dutch Atlantic journey in between the family homes of Suriname and the Netherlands.
    [Show full text]
  • Bookshelf 2010 Our Greatest Frustration, As Longtime Book Review Editors, Is Silence
    New West Indian Guide Vol. 85, no. 1-2 (2011), pp. 85-98 URL: http://www.kitlv-journals.nl/index.php/nwig/index URN:NBN:NL:UI:10-1-101383 Copyright: content is licensed under a Creative Commons Attribution 3.0 License ISSN: 1382-2373 RICHARD PRICE & SAllY PRICE BOOKSHELF 2010 Our greatest frustration, as longtime book review editors, is silence – lack of any sort of reply when we ask a colleague to consider reviewing a book. Our favorite response, of course, is an acceptance (sometimes beautifully phrased, as in “It would be an honor once again to review a book in the NWIG”). Our next favorite is a polite demurral accompanied by a suggestion or two for who else to ask (including contact information). But silence, fol- lowed some weeks later when we repeat the request by further silence, really slows up the process of getting information about books to NWIG readers. Fortunately, once people agree to review a book, almost all do a terrific job and turn in their reviews more or less on time. (Each year, we receive letters asking for a several-week extension from a review’s due date – that’s some- thing we’re always happy to grant.) To all these cooperative, even enthusias- tic reviewers, we offer our heartfelt thanks. But there are always a few people who agree to write a review and then, despite multiple reminders, cannot seem to get the job done. Therefore, it is once again our solemn duty to induct this select group of scholars into the Caribbeanist Hall of Shame.
    [Show full text]
  • Shifting the Compass
    Shifting the Compass Shifting the Compass: Pluricontinental Connections in Dutch Colonial and Postcolonial Literature Edited by Jeroen Dewulf, Olf Praamstra and Michiel van Kempen Shifting the Compass: Pluricontinental Connections in Dutch Colonial and Postcolonial Literature, Edited by Jeroen Dewulf, Olf Praamstra and Michiel van Kempen This book first published 2013 Cambridge Scholars Publishing 12 Back Chapman Street, Newcastle upon Tyne, NE6 2XX, UK British Library Cataloguing in Publication Data A catalogue record for this book is available from the British Library Copyright © 2013 by Jeroen Dewulf, Olf Praamstra and Michiel van Kempen and contributors All rights for this book reserved. No part of this book may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, without the prior permission of the copyright owner. ISBN (10): 1-4438-4228-1, ISBN (13): 978-1-4438-4228-0 TABLE OF CONTENTS Acknowledgments .................................................................................... viii Introduction ................................................................................................. 1 Jeroen Dewulf Chapter One............................................................................................... 20 Squeezed between Rice and Potato: Personal Reflections on a Dutch (Post)Colonial Youth Adriaan van Dis Chapter Two.............................................................................................. 38 Beneath
    [Show full text]
  • Integrale Tekst Jit Narain Lezing 2018
    Herinneren, verbeelden, begrenzen 150 jaar Hindostanen hier en daar Prof. dr. Michiel van Kempen Eerste Jit Narain Lezing Curatorium Jit Narain Lezing en Jit Narain Cultuurprijs NIEUWE KERK – DEN HAAG Vrijdag 31 augustus 2018 Inhoudsopgave Woord vooraf 7 Lezing prof. dr. Michiel van Kempen 9 Dankwoord en co-referaat Jit Narain 39 Biografieën 47 Colofon 58 5 6 Woord vooraf Bijna anderhalve eeuw aanwezigheid van Hindustanen in Suriname, en ruim een halve eeuw in Nederland, brengt ons op de vraag wat de cultuur en geschiedenis van deze kleine bevolkingsgroep in twee landen teweeg heeft gebracht. Wat is de bijdrage van Hindustanen op het terrein van taal, cultuur, politiek en geschiedenis van deze twee landen? En hoe ziet de toekomst uit van de Hindustanen in beide landen? Hoe komt het dat de zogenaamde Sarnámi cultuur onzichtbaar blijft voor andere grotere groepen in de samenleving? Betekent dit dat de Sarnámi cultuur niets voorstelt? Allemaal vragen die niet makkelijk te beantwoorden zijn, omdat het beeld dat met de vragen opgeroepen wordt wel degelijk genuanceerd ligt. Vandaar dat enkele exponenten van de Sarnámibeweging (die van 1977 tot 1984 in Nederland actief was) een uniek initiatief zijn gestart om de Sarnámi cultuur onder de aandacht te brengen van een breed publiek. Dat willen zij doen met de organisatie van deze jaarlijkse Jit Narain Lezing. We hebben bewust deze lezing vernoemd naar de Sarnámi dichter Jit Narain, als eerbetoon aan deze voorvechter van de Sarnámi identiteit in zowel Nederland als in Suriname. Hij is ook iemand met een indrukwekkend literair oeuvre dat steeds probeert het verleden met het heden te verbinden.
    [Show full text]
  • 'Wat Verwaait Er Op De Passaat? Of: Hoe De Geest Van Multatuli De
    ‘Wat verwaait er op de passaat? Of: Hoe de geest van Multatuli de krabben in de Surinaamse ton weerstond’ Michiel van Kempen bron Michiel van Kempen, ‘Wat verwaait er op de passaat? Of: Hoe de geest van Multatuli de krabben in de Surinaamse ton weerstond’, in: Theo D'haen en Gerard Termorshuizen (red.), De geest van Multatuli. Proteststemmen in vroegere Europese koloniën. Vakgroep Talen en Culturen van Zuidoost-Azië en Oceanië, Rijksuniversiteit Leiden, Leiden 1998, (Semaian 17), p. 184-213. Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/kemp009watv01_01/colofon.htm © 2008 dbnl / Michiel van Kempen 184 12 Wat verwaait er op de passaat? Of: Hoe de geest van Multatuli de krabben in de Surinaamse ton weerstond Michiel van Kempen In 1864, dus vier jaar na de verschijning van de Max Havelaar en een jaar na de afschaffing van de slavernij in Suriname, verschijnt bij P.M. van der Made te Amsterdam een bordeauxrood boekje, goud op snee en met gekleurde platen, onder de titel Vertellingen van een Surinaamschen vogel. De schrijfster ervan, Christina van Gogh, heeft zich eerder met vertellingen beziggehouden toen zij nog ‘op den vaderlandschen bodem ademde’. Nu richt zij zich aldus tot de ‘jeugdige landgenooten’: Lieve jeugd! Gij hebt zeker wel eens een papegaai gezien of gehoord hoe aardig deze vogels kunnen praten? (Van Gogh 1864:9) Na beschrijvingen van de vogels, de rivieren, het klimaat en nog zo het een en ander, komt zij te spreken over een groene papegaai die zij ontmoette en die haar aldus toesprak: Geloof mij, als ik u verzeker, dat gij hier vele goede en brave inboorlingen zult aantreffen, edele menschen, vol van hulpvaardigheid en opofferende liefde.
    [Show full text]
  • PDF Van Tekst
    Vooys. Jaargang 34 bron Vooys. Jaargang 34. Stichting Tijdschrift Vooys, Utrecht 2016 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_voo013201601_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. i.s.m. 3 [Nummer 1/2] Redactioneel Lokaal, nationaal, globaal, transnationaal, planetair. Deze termen vliegen u in deze steeds sterker geglobaliseerde wereld ongetwijfeld vaak om de oren. Maar wat betekenen ze nu eigenlijk voor de literatuur? Welke inzichten kan een transnationale benadering opleveren in ons onderzoeksveld? Dat zijn vragen die de redactie van Vooys ook bezighouden, en die wij graag beantwoord wilden zien in ons themanummer ‘Transnationalisme en Wereldliteratuur’. We hebben daarom een groot scala kenners ingevlogen. Allereerst komt literatuurwetenschapper Birgit Mara Kaiser aan het woord, die in haar introductie schrijft over belangen, uitdagingen en benaderingen van de vergelijkende literatuurwetenschap in de 21e eeuw. Zij stelt de vraag hoe we teksten uit uiteenlopende culturele, talige en historische contexten kunnen vergelijken - is dit niet onmogelijk? Als uitdagend antwoord noemt Kaiser het door Gayatri Chakravorty Spivak geponeerde planetair denken. De bevestiging van lezen als ‘wereld-maken’ vormt volgens haar de cruciale voorwaarde voor de literatuurwetenschap van deze tijd. Hierna leest u een bijzonder gesprek tussen hoogleraar wereldliteratuur Elleke Boehmer en promovendus cultureel erfgoed Wim Manuhutu. An Prudon tekende het gesprek op voor Vooys, en geheel in stijl van dit themanummer deed zij dat in het Engels. Hoogleraar Raphaël Ingelbien beschouwt in zijn artikel de grote literatoren die Ierland heeft voortgebracht. Juist door de vaak problematische relatie met hun vaderland konden zij belangrijk zijn bij de vorming van een internationaal georiënteerde literatuur.
    [Show full text]
  • Una Breve Historia De La Literatura Surinamesa Cuadernos De Literatura, Núm
    Cuadernos de Literatura ISSN: 0122-8102 [email protected] Pontificia Universidad Javeriana Colombia Van Kempen, Michiel Una breve historia de la literatura surinamesa Cuadernos de Literatura, núm. 30, julio-diciembre, 2011, pp. 329-350 Pontificia Universidad Javeriana Bogotá, Colombia Disponible en: http://www.redalyc.org/articulo.oa?id=439843076017 Cómo citar el artículo Número completo Sistema de Información Científica Más información del artículo Red de Revistas Científicas de América Latina, el Caribe, España y Portugal Página de la revista en redalyc.org Proyecto académico sin fines de lucro, desarrollado bajo la iniciativa de acceso abierto Una breve historia de la literatura surinamesa A Brief History of Surinamese Literature Breve história da literatura surinamesa Michiel van Kempen UNIVERsItY oF AmstERDAm Profesor por nombramiento especial, de literatura antiilana, University of Amsterdam. Escribió una historia extensa de la literatura de Surinam (2003). Es el editor de numerosas antologías de literatura surinamesa y de las Antillas holandesas, y co-editor de varias colecciones de trabajos surinam académicos. Escribió dos novelas, tres colecciones de cuentos y un libro sobre la India. Recibió la mención belga-holandesa ANV-Visser Neerlandiaprijs en el 2004, y fue nombrado caballero tanto en Surinam como en los Países Bajos. Actualmente escribe una biografía de Albert Helman, el primer escritor migrante del Caribe holandés, para el Royal Netherlands Institute of Southeast Asian and Caribbean Studies en Leiden. Su último libro, Cityscapes + birdmen (Voetnoo, 2010), ha recibido ya dos premios en Estados Unidos. Correo electrónico: [email protected] Versión al español de Sebastián Roncancio, egresado del programa de Estudios literarios en la Pontificia Universidad Javeriana.
    [Show full text]