energieverkenning ijsselmeergebied Inhoud

1. inleiding Opgave 5 Opzet studie 5 Proces 7 Vervolg 8

2. thema’s IJSSELMEERGEBIED Energie 12 Cultuurhistorie en Ruimtelijke kwaliteit 16 Gebruik 18 Watersysteem 20 Ecologie 22

3. INTEGRALE Bouwstenen Bouwsteen wind 30 Bouwsteen zon 34 Bouwsteen wind + zon 40 Thermische energie uit oppervlaktewater 42 Innovaties 45

4. Ruimtelijke principes Ruimtelijke principes wind 48 Ruimtelijke principes zon 54

5. Gebiedsgerichte combinaties Grillige kust (oud land) 60 Strakke kusten (nieuw land) 64 Grote waterwerken, knooppunten land en water 68 Flevolandse kust 70 Icoon: Zonne-eiland Trintelhaven 72 Onderzoek: Grote windclusters 74

6. energiemogelijkheden ijsselmeergebied Energiemogelijkheden in kaart 84 Beperkingen 86 Energiepotentie binnen regels agenda IJsselmeergebied 2050 88 Bijdrage aan energie-opgave 89

7. Conclusies en aanbevelingen 92

bijlagen 4 januari 2019 Bijlage Onderzoeksvragen energieverkenning IJsselmeer 96 Bijlage TEO 98 Bijlage Energiemix 100 4 energieverkenning ijsselmeergebied INLEIDING 5

1. Inleiding

Onlangs is de Agenda IJsselmeergebied 2050 opgesteld en ondertekend door 60 partijen. In deze agenda zijn de grote opgaven voor het IJsselmeergebied in onderlinge samenhang bekeken, vanuit het perspectief van het IJsselmeergebied. Deze integrale benadering zorgt ervoor dat ruimtelijke kwaliteit een belangrijk uitgangspunt kan zijn bij de uitwerking van de verschillende opgaven en dat mogelijk meerwaarde kan worden bereikt voor het gebied als geheel.

opgave impact inzichtelijk te krijgen, maar ook om de Eén van deze grote opgaven is de energietran- mogelijk- heden en kansen voor meekoppeling sitie. De Agenda IJsselmeergebied 2050 stelt dat van andere opgaven te ontdekken. Ook betekent het IJsselmeergebied een significante bijdrage het dat niet (alleen) gekeken wordt vanuit de wil leveren aan de komende energietransitie provinciale invalshoek, maar vooral ook vanuit Waar in het IJsselmeergebied is plaats voor duurzame in Nederland. Duurzame energiewinning met het IJsselmeergebied als geheel. Een landschap- vormen van energie-opwekking, energieopslag en respect voor de kernkwaliteiten. De IJsselmeer- pelijke eenheid, die in samenhang beschouwd bijbehorende energie-infrastructuur, rekening houdend provincies , Fryslân, - en moet worden. Juist de wisselwerking tussen de met de gebruiksfuncties en kwaliteiten van het gebied Overijssel hebben opdracht gegeven om dit uit verschillende invals- hoeken levert de meeste en, wat zijn op hoofdlijnen de gevolgen voor deze te werken. De hoofdvraag in deze verkenning is inzichten op. De integrale houding biedt de beste kwaliteiten en gebruiksfuncties? waar in het IJsselmeergebied plaats is voor duur- basis tot het behouden en versterken van de zame vormen van energieopwekking, -opslag ruimtelijke kwaliteit in het IJsselmeergebied. en -infrastructuur. Rekening houdend met de gebruiksfuncties en kwaliteiten van het gebied wordt inzichtelijk gemaakt welke vormen van opzet studie energieopwekking,-opslag en -infrastructuur In 2017 is door POSAD en Ecofys al een eerste mogelijk zijn, in welke omvang en met welke verkenning gedaan naar bovenstaand vraagstuk. gevolgen. De vraag was om drie scenario’s uit In deze studie is veel voorwerk verricht en zijn te werken waarbij de 10 Gouden Regels voor drie denkrichtingen opgesteld, waarbinnen een ruimtelijke kwaliteit, die zijn opgenomen in de aantal kansrijke bouwstenen zijn gedestilleerd. Agenda IJsselmeergebied, als ontwikkelings- In voorliggende studie wordt dankbaar gebruik gerichte leidraad dienen. Het IJsselmeergebied gemaakt van dit voorwerk en is de basisinforma- omvat in deze beschouwing IJsselmeer, Marker- tie slechts geactualiseerd waar nodig. In voor- meer, IJ-meer en de randmeren alsook de aan- liggende verkenning is de ruimtelijke kwaliteit grenzende gebieden op land. echter expliciet meegenomen als leidraad. Bo- vendien heeft er op een aantal thema’s verdere De Agenda IJsselmeergebied hanteert een in- verdieping plaatsgevonden. tegrale aanpak en richt zich allereerst op ge- biedsbrede opgaven die uitstijgen boven het In deze studie zijn een aantal afgebakende stap- schaalniveau van afzonderlijke deelgebieden. De pen doorlopen. Allereerst is begonnen met een aanpak is drieledig: het leggen van koppelingen verdiepende analyse, opgenomen in hoofdstuk 2. tussen verschillende sectorale beleidsvelden, het Enerzijds een analyse naar de hoofdthema’s van over provinciegrenzen heen kijken en gebieds- het IJsselmeer op schaalniveau van het IJssel- partijen bij elkaar brengen. meergebied als geheel; energie, cultuurhistorie en ruimtelijke kwaliteit, gebruik, watersysteem Voor de energieverkenning betekent de in- en ecologie. Dit heeft geleid tot thematische tegrale aanpak dat het energievraagstuk in kaarten met de belangrijkste uitgangspunten en verband wordt gebracht met andere thema’s, opgaven per thema. Vooral op de thema’s ruim- zoals re- creatie en ecologie. Om de effecten en telijke kwaliteit en ecologie heeft verdere ver- 6 energieverkenning ijsselmeergebied inleiding 7

dieping plaatsgevonden. Parallel aan de analyse 4. Ter illustratie van de mogelijkheden zijn deze proces zijn in hoofdstuk 3 de bouwstenen voor energie- ruimtelijke principes in hoofdstuk 5 doorvertaald De energieverkenning is tot stand gekomen in In twee bijeenkomsten met de klankbordgroep opwekking in het IJsselmeergebied opgesteld, naar mogelijkheden voor specifieke gebieden, een overlegtraject met verschillende groepen. is gewerkt en meegedacht aan respectievelijk waarbij vooral de bouwstenen zon, wind en ther- de zogenaamde ‘gebiedsgerichte combinaties’. Begeleiding van de studie heeft plaatsgevonden de kansen(kaarten) en de conceptresultaten mische energie uit oppervlaktewater (TEO) zijn Om inzicht te krijgen in de mogelijke energie- door regelmatig contact met de ambtelijke werk- van de energieverkenning, gevolgd door pre- uitgewerkt. In een tweede stap zijn beide sporen opbrengst van het IJsselmeergebied zijn tot slot groep, bestaande uit de vier betrokken provin- sentaties aan de Stuurgroep. met elkaar in verband gebracht om zodoende in hoofdtsuk 6 de ‘gebiedsgerichte combinaties’ cies en het Rijk. Zowel ROIJ (Regionaal Overle- de (meekoppel)kansen van deze opgave goed op een samenhangende manier ingetekend op gorgaan IJsselmeergebied) als BPIJ (Bestuurlijk in beeld te krijgen. Niet alleen zijn de Gouden schaalniveau van het IJsselmeergebied als ge- Platform IJsselmeergebied) zijn meegenomen in Regels hierbij steeds het uitgangspunt geweest, heel en doorgerekend. Dit geeft een eerste in- het proces door terugkoppeling van (tussentijd- ze zijn in deze fase van het proces ook verder schatting wat het IJsselmeergebied zou kunnen se) resultaten aan begin en einde van de studie. uitgewerkt tot ontwerpregels (ruimtelijke prin- bijdragen aan de nationale opgave. De energie- cipes) voor energie in het IJsselmeergebied. De verkenning wordt besloten met Conclusies en ruimtelijke principes zijn te vinden in hoofdtsuk Aanbevelingen voor het vervolg in hoofdstuk 7.

stappen

1. thema analyse en bouwstenen

ROIJ, BPIJ

2. ruimtelijke principes en gebiedsgerichte combinaties

Klankbordgroep, Stuurgroep

3. energiemogelijkheden (in lagen) en -opbrengst

Klankbordgroep

4. conclusies

Stuurgroep, ROIJ

Schema proces Schema opzet studie 6060 PJ PJ 71 PJ 62 PJ

Verkenning POSAD, 3 denkrichtingen,POSAD SPATIAL STRATEGIES aansluiten / ECOFYS op karakteristiek, optimaal meekoppelen en economisch duurzaam Resultaten KBG, 28 augustus 2018, Thema’s Ecologie, Recreatie en Economie 23 POSAD SPATIAL STRATEGIES / ECOFYS 31 POSAD SPATIAL STRATEGIES / ECOFYS 27 POSAD SPATIAL STRATEGIES / ECOFYS 23 8 energieverkenning ijsselmeergebied inleiding 9

V E R V O L G Deze verkenning geeft inzicht op welke wijze het IJsselmeergebied een bijdrage kan leveren aan de nationale energie-opgave. Hierbij is niet getoetst aan bestaande beleidsuitgangspunten. Deze verkenning gaat een bouwsteen vormen voor de regionale energiestrategieën (RES’en), die komend jaar worden opgesteld als uitwerking van het Klimaatakkoord. Via de RES processen zullen de IJsselmeerregio’s aangeven op welke wijze zij de energieopgave willen invullen en zullen zij het benutten van het IJsselmeerge- bied afstemmen. Deze verkenning is daarbij een leidraad.

Regio’s waarvoor een regionale energiestrategie wordt opgesteld 10 energieverkenning ijsselmeergebied hoofdstuktitel 11

2.thema’s ijsselmeergebied 12 energieverkenning ijsselmeergebied thema’s ijsselmeergebied 13

2. Thema’s ijsselmeergebied maatwerk voor de netbeheerder. Hoe groter het in het IJsselmeergebied staan op de kaart. Een zonnepark, hoe grotere de afstand die overbrugt groot deel hiervan zal bestaan uit (industriële) In dit hoofdstuk worden de voor het IJsselmeergebied relevante thema’s één voor één kan worden naar de netaansluiting. Het realise- bedrijven die in de toekomst bedrijfsprocessen onder de loep genomen en geanalyseerd: energie, cultuurhistorie en ruimtelijke kwaliteit, ren van een nieuw onderstation kan al snel 5 tot mogelijk gaan elektrificeren. Het is een opgave gebruik, watersysteem en ecologie. De huidige situatie, knelpunten en beperkingen en 7 jaar duren. om deze toekomstige elektriciteitsverbruikers voorgenomen plannen worden per thema in beeld gebracht en vormen de uitgangspunten De ontwikkeling van windturbines en zonnepar- te koppelen aan lokaal beschikbare duurzame voor het vervolg van de studie. Ook de belangrijkste thematische opgaven en kansen, die ken zal boven de capaciteit van het landelijke bronnen. Het is efficiënt om vraag en aanbod op aanknopingspunten en inspiratie kunnen bieden voor de integrale energiebouwstenen, elektriciteitsnetwerk stijgen. Het opslaan van deze wijze op elkaar af te stemmen. komen in dit hoofdstuk aan de orde. energie is cruciaal om het netwerk betaalbaar te 1 Energieverkenning IJsselmeergebied (2017) Posad houden. Hierover meer in hoofdstuk 3. 2 RWS, persoonlijke communicatie (2018) Energie turbines zijn vaak vele malen groter dan ver- 3 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (2017) Informa- De energieopgave is op te delen in vier catego- ouderde turbines en leveren dus ook meer op. tiebulletin hoogtebeperkingen luchthavens rieën; wind, zon, water en warmte. Hierbij heb- Grotere afstanden zijn nodig tussen de palen Mogelijk elektrificeren grote energieverbrui- ben wind en zon de grootste ruimtelijke impact. en de bestaande netaansluitingen zijn mogelijk kers Een aantal bestaande initiatieven op het gebied ontoereikend. Wel zijn de turbines op bestaan- Op het IJsselmeer zelf is nauwelijks energiever- van energie zijn aangeduid in de kaart op pag.12. de locaties vaak al geaccepteerd of geïnitieerd bruik. De energie wordt met name langs de ran- 1,2 Vooralsnog kent het Besluit algemene regels door de omgeving. Daardoor is er deels bestaand den van het IJsselmeer gebruikt. In deze ener- ruimtelijke ordening (Barro) geen beleidsmatige draagvlak. Ook is horizonvervuiling mogelijk gieverkenning wordt het potentiële aanbod van ruimte toe aan zon op water in het IJsselmeerge- minder aan de orde, omdat nieuwe turbines duurzame energie op het IJsselmeer onderzocht. bied. Dit in tegenstelling tot de uitzondering die meerdere oude turbines vervangen. Het is van belang om deze altijd te koppelen wordt gemaakt voor windenergieprojecten van aan de vraag naar duurzame energie. De afstand nationaal belang. Investeringen netwerk en stations tussen beiden legt een claim op de infrastructuur Er zijn veel aspecten waarmee rekening moet De elektrificatie van het energiesysteem in Ne- die nodig is. De belangrijkste energieverbruikers worden gehouden als het gaat om energie op het derland brengt een grote uitdaging met zich mee IJsselmeer, zoals de gebruiksfuncties recreatie, voor het elektriciteitsnetwerk. Op dit moment watersport, visserij en scheepvaart. Relevant is de beschikbaarheid van een netaansluiting en zijn ook de restricties in de omgeving van vlieg- voldoende capaciteit daarop van cruciaal belang veld en het militaire oefenterrein bij de om een zonnepark of windpark te ontwikkelen. (zie pag. 12). Het militaire terrein kan Netbeheerders hebben de wettelijke taak om de in overleg aangepast worden. Hierbij is het wel netaansluitingen te verzorgen. Dit kan leiden van belang of een initiatief zich aan de rand of in tot grote maatschappelijke kosten als men niet het midden van dit terrein bevindt. De vliegzone kritisch naar de afstand tot het net kijkt. Het bij Lelystad zorgt voor een hoogtebeperking voor realiseren van een nieuwe netaansluiting neemt opstellingen vanaf 150m. Voor windturbines in ook steeds meer tijd in beslag door oplopende deze zone zal een ‘aeronautical study’ gedaan capaciteitsproblemen bij netbeheerders. moeten worden om te onderzoeken of de turbi- nes geen gevolgen hebben voor de veiligheid en De grootte van een project is allesbepalend voor continuïteit van de vliegoperaties. de netaansluiting. Zonneparken tot circa 2 hec- tare zijn bij voldoende capaciteit aan te sluiten Vervanging oude windturbines op het 10 kV net dat in alle woonwijken ligt, mits Er is een grote diversiteit aan bestaande wind- deze dichtbij ligt. Grotere zonneparken tot circa turbines in het IJsselmeergebied. Veel bestaande 12 hectare worden aangesloten op een ondersta- turbines zijn verouderd en zullen deels wor- tion die vaak 50 tot 150 kV vermogen hebben. den vervangen. Voor de wordt een Er geldt een maximale afstand tussen een zon- herin- richtingsplan gemaakt waarin nagedacht nepark en onderstation van circa 5 kilo- meter wordt over de verwijdering en vervanging van voor een gezonde businesscase. Een zonnepark de turbines met zorgvuldige landschappelijke heeft een vermogen van circa 0,9 MW per hec- inpassing. Het is een complexe opgave. Nieuwe tare. Zonneparken groter dan 12 hectare zijn Vervanging van oude windturbines Investeren in netwerk en stations Mogelijk elektrificeren grote energieverbruikers 14 energieverkenning ijsselmeergebied thema’s ijsselmeergebied 15

Legenda

Energie IJsselmeergebied 16 energieverkenning ijsselmeergebied thema’s ijsselmeergebied 17

cultuurhistorie en voor het nabij gelegen metropolitaanse land- ruimtelijke kwaliteit schap. In de dwarsrichting van de meren is de Op de kaart van het IJsselmeer en tegenoverliggende horizon vaak nog net te ont- zijn de lagen van de geschiedenis en cultuur waren. In de lengterichting van het open water duidelijk zichtbaar. De oude, grillige kusten met valt de horizon weg achter de bolling van de aar- daarachter de kleinschalige , de strakke de: daar heerst echte eindeloosheid. De Gouden kusten van de moderne polders met hun effi- Regel nummer 5 uit de Gebiedsagenda roept op

ciënte landbouwgronden op de bodem van de om de grootste open maten te verdedigen en met koester het verdedig de voormalige en de steden zoals Enk- name de lengteassen open te houden. verschil tussen grootste open strak en grillig maten huizen, Makkum, Marken met hun havens en waterfronten aan het IJsselmeer en Markermeer. Steden langs de kusten De snijdt dwars door de voormalige Steden rondom de binnenmeren kennen een Zuiderzee als symbool van een vervlogen am- lange ontstaans- en bewoningsgeschiedenis. bitie om nieuwe landbouwgrond aan te winnen. Het IJsselmeer was voor Amsterdam de snelste De grote open ruimtes van het Markermeer en verbinding met de zee. Steden langs de binnen- het IJsselmeer. Deze ruimtes zijn de grootste in meren profiteerden van deze strategische positie Nederland, kenmerkend voor het Lage Land aan aan de route. De visserij en handel floreerden de zee en daarom alleen al van grote waarde. wat zichtbaar werd in de steden en hun havens Rond de meren zijn een aantal kernkwaliteiten te die op gunstige plekken langs het IJsselmeer herkennen. Inpassen van duurzame vormen van liggen. energieopwekking zou deze kwaliteiten moeten Met de afsluiting van de Zuiderzee door de Af- koesteren of ondersteunen. Zodoende dat de sluitdijk zijn de Zuiderzeesteden hun directe toe- culturele en ruimtelijke karakteristieken behou- gang tot de Noordzee kwijtgeraakt. De Zuiderzee den blijven. werd een groot binnenmeer wat meer veiligheid opleverde voor het agrarische achterland. Strakke en grillige kusten Bij de ruimtelijke inpassing van duurzame ener- De IJsselmeerdijken langs de oudere polders zijn gieopwekking moet rekening gehouden worden door de eeuwen heen ontstaan. Grillige kusten met de rijke historie van de Zuiderzee steden. met veel verspringingen, bochten geven deze Aanleiding om de vista’s vanuit en richting de kusten een kleine korrel. Daartegenover staan de steden open te houden. Dit is functioneel van- strakkere kusten van moderne polders. De Wie- wege de scheepvaart, maar ook om het water- ringermeer, en Flevoland met front van de steden zichtbaar te houden . kilometerslange rechte kusten. Nieuwe polders met grootschalige, efficiënte landbouw resul- Landschappelijke oevers teerde in een schaalvergroting naar een onmeet- Rond het IJsselmeer en Markermeer liggen baar geometrisch landschap. enkele belangrijke natuurgebieden. Gebieden De combinatie van deze 2 karakteristieken is een die binnendijks vernat zijn zoals de Oostvaar- in het oog springend kenmerk van het IJssel- ders- plassen, gebieden die buitendijks zachte meer en Markermeer. De Gouden Regel nummer oevers hebben zoals de voorlanden bij Makkum 4 uit de Gebiedsagenda IJsselmeergebied roept en Workum, of de natuurlijke stuwwallen en op om dit contrast zoveel mogelijk te respecte- keileembulten (kliffen) van Gaasterland langs de ren. Friese kust. Natuurbescherming, en met name de vogeltrek, maakt het plaatsen van windturbi- De grote open ruimte, de horizon nes in deze zones niet wenselijk. Inpassing van Het IJsselmeergebied heeft het historische ka- vormen van duurzame energie moet rekening rakter van een binnenzee met grote openruimtes houden met deze meer fragiele kusten die voor en kleine karakteriserende stadjes langs de kus- natuur- en landschapsbeleving rond de meren ten. De grote open ruimte is een verademing belangrijke plekken zijn. Cultuurhistorie IJsselmeergebied 18 energieverkenning ijsselmeergebied thema’s ijsselmeergebied 19

gebruik Noord-Hollandse kust is de provincie een Am- De maat van het IJssel- en Markermeer en hun bitieprogramma Ruimtelijke Kwaliteit Kustzone gevarieerde kusten maakt veel verschillende Hoorn-Amsterdam gestart. Rekening houdend menselijke activiteiten mogelijk. De kaart op de met deze opgave is het belangrijk om te kijken volgende pagina laat het ruimtegebruik van de hoe zonnepanelen en/of windmolens bijdragen verschillende soorten functies zien. aan of ‘niet afdoen aan’ de toeristische ontwik- Het IJsselmeer is een spil in het vaarwegennet kelingen aan de kusten.3 van Noord-Europa en is van groot belang voor Een andere kans is het maaien van vaarroutes. de maritieme economie. Het (goederen-)vervoer Deze veroorzaken overlast bij varende recrean- groeit en daar moet de huidige infrastructuur ten. Lange planten kunnen in de schroef komen van vaarwegen, sluizen en havens op worden of aan de kiel of roer blijven hangen. Het maaisel afgestemd.1 Rijkswaterstaat is verantwoordelijk dat overblijft bij het maaien van de vaargeulen voor het op diepte houden van de vaargeulen2. kan gebruikt worden voor biomassa. Ook heeft het IJsselmeergebied een belangrijke De visserij is eveneens een gebruiksfunctie op functie voor de watersport. Op de rakkenkaart, het IJsselmeer, waar rekening mee gehouden die is opgenomen op de kaart op pag.17, is te moet worden, o.a. door benodigde ruimte voor zien dat het water intensief gebruikt wordt voor staand want, fuiken en open water. Het IJssel- de zeilsport, o.a. voor de 24 Uurs Zeilrace. Bij meer heeft daarnaast een functie voor de drink- het situeren van mogelijk toekomstige zon- en waterwinning. windopstellingen moet rekening gehouden De gele gebieden in de kaart geven de locaties worden met de vaarroutes en het voorkomen van aan waar momenteel zandwinning plaatsvindt. radarverstoring. Dit zijn onder andere de vaargeulen en zandwin- Recreatieve schepen zijn kleiner en behoeven locaties voor de Markerwadden. Het zand of slib geen grote vaargeulen. Wel groeit de vraag naar dat wordt gewonnen kan gebruikt worden voor recreatiemogelijkheden, met name in de Metro- het creëren van vooroevers en ondiepe zones in poolregio Amsterdam (MRA). Er moet gekeken het IJsselmeer. Hiermee kunnen nieuwe, ecolo- worden waar aanknopingspunten liggen voor het gisch interessante vooroevers worden aangelegd. uitbreiden en spreiden van voorzieningen voor Deze vooroevers kunnen helpen bij de inpassing recreanten. Verschillende ontwikkelingen, zo- van zonne-energie aan de kusten van het IJssel- als de nieuwe riviercruise-terminal, uitbreiding meer.

van Batavia Stad en ontwikkeling van Nationaal 1 Rakkenkaart 2015

Park Nieuwland zijn belangrijke motoren voor 2 https://www.rijkswaterstaat.nl/water/waterbeheer/wa-

toerisme aan de kust van Flevoland. Voor de terkwaliteit/waterplanten.aspx

3 Provincie Noord-Holland, provincie Flevoland, gemeente

Amsterdam (2017) MRA-verkenning Markermeer IJmeer

Baggeren en maaien van vaarroutes Toekomstige zandwinning Spreiden recreatiedruk - biomassa - kabels - nieuwe bestemmingen - stabiliteit windmolens - nieuwe vaarroutes Gebruik IJsselmeergebied 20 energieverkenning ijsselmeergebied thema’s ijsselmeergebied 21

watersysteem de dijk die de golfwerking dempen. Een Het watersysteem van het IJsselmeergebied andere opgave is het op peil houden van de is onderverdeeld in drie compartimenten; zoetwatervoorraad en de waterkwaliteit. het IJsselmeer, het Markermeer en de Veluwe Dankzij de regelgeving omtrent eutrofiering Randmeren.1 Elke compartiment heeft een is de aanvoer van nutriënten naar het eigen streefpeil (van de Randmeren alleen IJsselmeergebied afgenomen. Dit is positief de Veluwerandmeren). In 2018 is een flexibel voor de waterkwaliteit, maar heeft zijn peilbeheer ingevoerd. Dit is belangrijk om weerslag op bepaalde doelsoorten in het de zoetwatervoorziening (t.b.v. landbouw, gebied. De voedsel beschikbaarheid (algen) drinkwater en industrie) te kunnen voor vis en mosselen is verslechterd. Een garanderen en goed in te kunnen spelen op de kans hier is om vooroevers en luwtestructuren klimaatveranderingen.2 Waterafvoer richting te creëren die plantgroei stimuleren, daar het IJsselmeergebied gaat vooral via de IJssel, de waar het niet botst met vaarrecreatie. Dit Overijsselse , de Veluwse beken en de Eem, zou in samenhang kunnen met duurzame maar ook via de Vecht en de boezemgemalen. energieontwikkeling. Door klimaatverandering Het IJsselmeergebied speelt op zijn beurt weer stijgt de zeespiegel en komen meer pieken in een belangrijke rol in het doorspoelen van de waterafvoer voor. Het onder vrij verval lozen polders. van IJsselmeerwater wordt beperkter, waardoor Een opgave rond het IJsselmeergebied is de regelmatiger gepompt moet gaan worden. dijkversterking.3 Hierbij is het belangrijk om te Dit gaat steeds meer energie kosten. Er kan kijken naar innovatieve oplossingen passend bij energie teruggewonnen worden in de vorm van het gebied en eventuele meekoppelkansen.4 Er getijstroom. Dit gebeurt al bij de Afsluitdijk. zou onderzocht kunnen worden of zonnepanelen Kansen liggen ook bij het onderzoeken naar positief kunnen bijdragen aan de opgave van nieuwe vormen van energieopwekking zoals dijkversterking. Bijvoorbeeld door het bekleden osmose (Blue Energy). 5 van de dijk met zonnepanelen of drijvende 1 Handreiking ruimtelijke kwaliteit: Buitendijks Bouwen IJsselmeergebied (2011) constructies plaatsen of luwten creëren voor 2 Rijkswaterstaat (2017) Nieuw peilbesluit IJsselmeergebied 3 Projectenboek ‘19 ‘Slimmer, Beter, Sterker’ (2018) 4 Hoogwaterbeschermingsprogramma (2016) Projectenboek 2018 Men- senwerk

5 Deltares (2017) Als de zeespiegel verder stijgt…

Dijkversterking Zoetwatervoorraad en waterkwaliteit Stijgende zeespiegel en vergroting afvoer rivierwater - nieuwe inrichting dijkzone - duurzaam peilbeheer (pompen en - duurzamer peilbeheer spuien) - nieuwe inrichting havens, vaargeulen en - vooroevers: nutienten natuurgebieden Watersysteem IJsselmeergebied 22 energieverkenning ijsselmeergebied thema’s ijsselmeergebied 23

ecologie verder dan de aangrenzende kusten. Er is voor Het IJsselmeergebied is van een unieke, inter- deze verkenning onderzocht of de onderstaan- nationale waarde voor trekvogels als overwin- de opgaves meegekoppeld kunnen worden met teringsgebied, ruigebied en tussenstop. Het duurzame energie. herbergt verschillende habitattypes voor vogels om te rusten, te foerageren en te broeden. Het 1. Ondiepe zones met waterplanten zijn cruci- natuurlijke systeem van het IJsselmeer is de aal voor de levenscyclus van vissen en vogels. afgelopen eeuw sterk veranderd. Dit is mede In het Markermeer is er minder dan 1% areaal veroorzaakt door ingrepen als de Afsluitdijk, de ondieptes aanwezig. Er moet gestreefd wor- Houtribdijk en inpoldering, maar ook de aanwe- den naar 5 tot 10%. Waterplanten in deze zone zigheid van veel verschillende functies. Er wordt nemen nutriënten op uit het water en maken gestreefd naar ecologische ontwikkeling in sa- deze beschikbaar voor diersoorten. Het creëren menhang met de andere activiteiten. Dit blijkt van ondieptes zou samen kunnen gaan met het uit de documenten Preverkenning ecologische inpassen van zonnepanelen. kwaliteit IJsselmeergebied1 en het Natura 2000 2. Er is een tekort aan (geleidelijke) overgangen ontwerp-beheerplan IJsselmeergebied 2016- tussen verschillende habitattypes in het Mar- 20212. Op lokale schaal worden al maatregelen kermeer, maar ook met de Waddenzee en het verkend, deze staan bijvoorbeeld vermeld in achterland. Openingen of vispassages in een dijk ‘Verkenning Ecologische Maatregelen Marker- of sluis bevorderen de uitwisseling van nutriën- meer’3. ten, zout, slib, algen en andere diersoorten. De Het IJsselmeer herbergt verschillende habitat- waterstromen kunnen relatief beperkt gebruikt types met functies die belangrijk zijn voor de worden voor bijvoorbeeld osmose-energie of aanwezige soorten. Hierin speelt waterkwaliteit; getijstroom. Wel moeten de turbines aan harde voldoende dekking, eten en rust; groot, open en criteria voldoen om vissterfte te voorkomen. diep water en verbindingen tussen verschillende 3. Verbeteren van het sedimentmanagement is habitattypes een rol. De kaart op de volgende nodig om de negatieve invloed van het slib op bladzijde laat de ecologische maatregelen die het watersysteem te verminderen. Slib heeft een momenteel worden getroffen in en rond het negatieve invloed op de beschikbaarheid van al- IJsselmeer zien. gen voor watervlooien (voedsel voor vis) en drie- Het broed-, rust- en foerageergebied reikt hoeksmosselen. Dit is het gevolg van vlokvor-

Vergroten areaal ondieptes Verbeteren gradienten Verbeteren sediment management - biomassa - waterkracht - duurzaam management - combinatie wind en zon - osmose - kan zon en wind een rol spelen? Ecologie IJsselmeergebied 24 energieverkenning ijsselmeergebied thema’s ijsselmeergebied 25

ming van algen en slibdeeltjes, waardoor algen 1 Rijkswaterstaat en Rijksdienst voor ondernemend Nederland Verstoringsgevoelige gebieden waterkabels. Dit kan invloed hebben op gedrag, sneller bezinken en minder goed beschikbaar (2017) Preverkenning IJsselmeergebied: Achtergronddocument Alle vogels hebben naast voedsel behoefte aan voortplanting en locatie van verschil- lende zijn.4 Achter luwte structuren kunnen heldere Preverkenning ecologische kwaliteit IJsselmeergebied voldoende rust. Met name in het broedseizoen diersoorten zoals vleermuizen, vogels, zeehon- milieus ontstaan omdat het slib kan bezinken. 2 Rijkswaterstaat (2017) Natura 2000 Beheerplan IJsselmeer¬- zijn vogels erg gevoelig voor verstoring. Ver- den en driehoeksmosselen. Na realisatie kunnen Ook moet er meer onderzoek worden gedaan of gebied 2017 - 2023 storing kan optreden door predatoren (vossen), vogels gewond raken of sterven door de rotor, baggeren en het creëren van slibvangputten en 3 SWECO (2017) Verkenning ecologische maatregelen Marker- menselijke activiteiten, stormen en onvoldoen- mast of het zog van de windturbine. Bij het eilanden een positief effect heeft op de slibstro- meer. de beschutting. Geschikte broedgebieden gaan Windpark Fryslân wordt uitgegaan van ongeveer men in het Markermeer. 4 Deltares (2014) Wetenschappelijk eindadvies ANT-IJssel- gepaard met voldoende voedselbeschikbaarheid. 25 aanvaringslachtoffers met turbines per jaar. meergebied. In onderstaande kaarten zijn gebieden aangege- Na realisatie kan ook verstoring optreden door ven waar vogels en andere diersoorten negatieve onderhoud aan zonnepanelen of windmolens. Er gevolgen ondervinden van verstoring. wordt verwacht dat (trek)vissen geen last onder- vinden van het elektromagnetisch en elektrisch Bij het bepalen van de locatie van zonnepa- veld om de kabels. nelen en windmolens op het IJsselmeer moet voorzichtig te werk worden gegaan. De mate Zonnepanelen hebben hoogstwaarschijnlijk van impact van windmolens op het ecosysteem invloed op de fysische en ecologische samen- is onderzocht in de MER studie van Windpark stelling in het water. Deze lokale en regionale Fryslân. In de MER studie van Windpark Fryslân impact in het IJsselmeer zal nog verder onder- worden de effecten op de ecologie in verschil- zocht moeten worden. Tijdens de aanleg moet lende fases van de levenscyclus van het wind- rekening worden gehouden met de verkeersdy- park beschreven. Verstorende effecten tijdens de namiek, onderwaterkabels en constructiewerk- aanlegfase kunnen zijn geluid, verlichting, sla- zaamheden. Werkzaamheden moeten in de aan- genergie, slibopwerveling en stikstofemmissies gegeven gebieden in de kaarten met bijhorende door bijvoorbeeld de verkeersdynamiek (scheep- periodes worden vermeden. vaart), constructiewerkzaamheden en onder- Behoud van rust en ruimte Behoud van rust en ruimte In de gebieden Warder, Hemmeland en MuiderbergIn de liggengebieden belangrijke Warder, rui-, rust-, Hemmeland en foerageergebieden en Muiderberg liggen belangrijke rui-, rust-, en foerageergebieden voor de brilduiker, kuifeend, meerkoet en nonnetjevoor de(figuur brilduiker, 3.3). In deze kuifeend, gebieden is ermeerkoet momenteel en nonnetje (figuur 3.3). In deze gebieden4. is er Instandhoudingsmomenteel - onvoldoende rust, waardoor de gebieden van onvoldoende kwaliteit zijn. 4. Instandhoudings - De gebieden Gouwzee, kustzone van Muidenonvoldoende en Pampushaven Noord rust, zijn waardoor eveneens van de belang gebieden als van onvoldoende kwaliteit zijn. rustgebieden voor vogels. Momenteel is in dezeDe gebieden gebieden is nog Gouwzee, voldoende rust kustzone aanwezig, maarvan alsMuiden gevolg en Pampushaven Noord zijn eveneens van belang als van verwachte autonome ontwikkelingen kan deze rust niet voor de gehele eerste beheerplanperiode rustgebieden voor vogels. Momenteel is in deze gebieden is nog voldoende rust aanwezig, maar als gevolg worden geborgd. maatregelen van verwachte autonome ontwikkelingen kan deze rust niet voor de gehele eerste beheerplanperiode Figuur 3.3 Verstoringsgevoelige gebieden worden geborgd. maatregelen Figuur 3.3 Verstoringsgevoelige gebieden

Instandhoudingsmaatregelen zijn nodig om de instandhoudingsdoelstellingen te behalen en tussentijdse verslechtering van de kwaliteit van habitattypen en significante verstoring van soorten te voorkomen. In het Markermeer & IJmeer zijn er knelpunten met betrekking tot voedselbeschikbaarheid voor watervogels, aanwezigheid van geschikte broedgebieden en de aanwezigheid van rust en ruimte.

Naast maatregelen om deze knelpunten op te lossen, zijn eventuele aanpassingen van activiteiten in het Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) gebied nodig. Deze worden in het volgende hoofdstuk beschreven. Het totale pakket instandhoudingsmaat- regelen voor het Markermeer & IJmeer is een combinatie van maatregelen uit reeds vastgesteld beleid en In het kader van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) zijn door de Dienst Landelijk Gebied aanvullende Natura 2000 maatregelen. (DLG) knelpunten als gevolg van stikstofdepositie onderzocht en zo nodig herstelstrategieën uitgewerkt voor Natura 2000 gebieden met stikstofgevoelige habitattypen of met stikstofgevoelige Instandhoudingsmaatregelen zijn nodig om de instandhoudingsdoelstellingen te behalen en tussentijdse leefgebieden voor soorten. In Markermeer & IJmeer is dat gedaan voor de soort visdief (er zijn 4.1 verslechtering van de kwaliteit van habitattypen en significante verstoring van soorten te voorkomen. In het geen stikstofgevoelige habitattypen voor dit gebied aangewezen). Op grond daarvan is voor dit Maatregelen uit reeds vastgesteld beleid gebied geconcludeerd dat er geen sprake is van een knelpunt als gevolg van (externe) stikstof- Markermeer & IJmeer zijn er knelpunten met betrekking tot voedselbeschikbaarheid voor watervogels, depositie en dat er dus geen herstelstrategieën nodig zijn (referentie 10). aanwezigheid van geschikte broedgebieden en de aanwezigheid van rust en ruimte. Instandhoudingsmaatregelen uit reeds vastgesteld beleid betreffen in het Markermeer & IJmeer met name Verstoringsgevoelige gebieden. Bron: Rijkswaterstaat (2016) Natura 2000 ontwerpbeheerplan IJsselmeergebiedde Kaderrichtlijn 2016 - Water2021 (KRW) maatregelen die bijdragen aan Natura 2000 doelstellingen. Naast maatregelen om deze knelpunten op te lossen, zijn eventuele aanpassingen van activiteiten in het KRW-maatregelen die bijdragen aan Natura 2000 doelstellingen Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) Voor de Kaderrichtlijn Water (KRW) worden in de periode 2010-2021 maatregelen genomen die bijdragen gebied nodig. Deze worden in het volgende hoofdstuk beschreven. Het totale pakket instandhoudingsmaat- aan het realiseren van de Natura 2000 doelen. In het Markermeer & IJmeer gaat het om: regelen voor het Markermeer & IJmeer is een combinatie van maatregelen uit reeds vastgesteld beleid en In het kader van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) zijn door de Dienst Landelijk• Vistrekbevorderende Gebied maatregelen tussen IJsselmeer en Markermeer en tussen Markermeer en regionale wateren. aanvullende Natura 2000 maatregelen. (DLG) knelpunten als gevolg van stikstofdepositie onderzocht en zo nodig herstelstrategieën• Inzetten op duurzame visserij. uitgewerkt voor Natura 2000 gebieden met stikstofgevoelige habitattypen of met stikstofgevoelige De maatregelen voor de verbetering van de visintrek en de inzet op duurzame visserij dragen bij aan het leefgebieden voor soorten. In Markermeer & IJmeer is dat gedaan voor de soort visdiefbereiken (er van zijnde Natura 2000 doelen, omdat dit de voedselbeschikbaarheid voor visetende vogels licht vergroot 4.1 geen stikstofgevoelige habitattypen voor dit gebied aangewezen). Op grond daarvanen de bijvangstenis voor ditaan duikende vogels reduceert. Voor trekvissen zijn in het Markermeer & IJmeer geen Natura gebied geconcludeerd dat er geen sprake is van een knelpunt als gevolg van (externe)2000 doelenstikstof- geformuleerd. Voor de grote rivieren echter wel. Daaraan wordt op deze manier een bijdrage Maatregelen uit reeds vastgesteld beleid

26 | Rijkswaterstaat depositie en dat er dus geen herstelstrategieën nodig zijn (referentie 10). Natura 2000 Ontwerpbeheerplan IJsselmeergebied 2016-2021 - Markermeer & IJmeer | 27 Instandhoudingsmaatregelen uit reeds vastgesteld beleid betreffen in het Markermeer & IJmeer met name de Kaderrichtlijn Water (KRW) maatregelen die bijdragen aan Natura 2000 doelstellingen.

KRW-maatregelen die bijdragen aan Natura 2000 doelstellingen Voor de Kaderrichtlijn Water (KRW) worden in de periode 2010-2021 maatregelen genomen die bijdragen aan het realiseren van de Natura 2000 doelen. In het Markermeer & IJmeer gaat het om: • Vistrekbevorderende maatregelen tussen IJsselmeer en Markermeer en tussen Markermeer en regionale wateren. • Inzetten op duurzame visserij.

De maatregelen voor de verbetering van de visintrek en de inzet op duurzame visserij dragen bij aan het bereiken van de Natura 2000 doelen, omdat dit de voedselbeschikbaarheid voor visetende vogels licht vergroot en de bijvangsten aan duikende vogels reduceert. Voor trekvissen zijn in het Markermeer & IJmeer geen Natura 2000 doelen geformuleerd. Voor de grote rivieren echter wel. Daaraan wordt op deze manier een bijdrage

26 | Rijkswaterstaat Natura 2000 Ontwerpbeheerplan IJsselmeergebied 2016-2021 - Markermeer & IJmeer | 27 26 energieverkenning ijsselmeergebied thema’s ijsselmeergebied 27

gebieden meekoppelen ecologisch eerst op kleine schaal getest moeten worden om nelen op het ‘ondergelopen grasland’ gedeelte. potentieel inzicht te krijgen in de gevolgen voor verschil- Dit biedt tevens veilige en rustige zones voor Een kernvraag in dit rapport is of duurzame lende (ecologische) functies in het IJsselmeer. broedende vissen. Belangrijk om te onderzoe- energie een bijdrage kan leveren aan het ver- ken is of het beheer en de aanleg van kabels en beteren van het ecosysteem. Gezien de onze- Vooroevers zijn belangrijke schuilplaatsen en leidingen niet te veel onrust veroorzaakt. Een kerheid over de impact op de ecologie, is een foerageergebieden voor vis. Om vooroevers tweede voorbeeld van het meekoppelen van zekere afstand tot gevoelige gebieden belangrijk. te creëren zijn er meer ondieptes nodig in het ecologie met energieopwekking zijn de funda- Maar er zijn ook kansen. Er zit een kans in het IJsselmeer en Markermeer. Deze ondieptes zou- menten van windturbines. Deze fundamenten economisch haalbaar maken van het toevoegen den gemaakt kunnen worden door het verdie- kunnen interessant zijn voor onderwaterdieren van ondieptes en luwten d.m.v. duurzame ener- pen en verwijderen van slib uit de vaargeulen. en -planten als er een substraat wordt toege- gie. Ook kan het toevoegen van hard substraat Een goede vooroever bestaat uit verschillende, voegd voor erosiebescherming. Bij verwijderen (fundering windmolens) beschutting bieden en aaneengesloten zones die in verschillende jaar- van de turbines (einde levensduur) zouden fun- een aantrekkelijk leefgebied vormen voor bij- getijden gebruikt kunnen worden door bijna alle damenten gespaard kunnen worden. Meerdere voorbeeld mosselen. In de afbeelding hieronder vissoorten1. Met name de zone van waterriet is windturbines bij elkaar kunnen een refugium wordt weergegeven hoe luwte structuren en erg schaars op het moment. vormen. Een refugium is een geïsoleerde locatie ondieptes gekoppeld kunnen worden aan zon- De vooroever combineren met energieopwekking die in dit geval zorgt voor een veilig en voedsel- nepanelen. De voorgestelde bouwstenen zouden zou kunnen door het toevoegen van zonnepa- rijk foerageergebied2.

1 Verslag werksessie natuurcombinaties WOZ (2014) 2 RWS, persoonlijke communicatie (2018)

Zonnepanelen

Beschermen waardevolle natuur: refugium Vooroevers i.c.m. zonnepanelen bron: (2014) VERSLAG WERKSESSIE NATUURCOMBINATIES WIND OP ZEE 28 energieverkenning ijsselmeergebied hoofdstuktitel 29

3. integrale bouwstenen 30 energieverkenning ijsselmeergebied Integrale bouwstenen 31

3. integrale bouwstenen Visuele ruis en onrust dient men te allen tijde te De makkelijkst toepasbare groepering is de voorkomen; zeker in de context van bewoonde opstelling in lijnen. Het menselijk oog is erop In dit hoofdstuk zijn voor de verschillende energie-opwekkingsvormen integrale gebieden en waardevolle landschappen. Ook getraind om grote hoeveelheden objecten waar bouwstenen ontwikkeld. Dit zijn energiebouwstenen, waarin de meekoppelkansen, moet men rekening houden met de onrust die te nemen volgens patronen van lijnen. In een inpassingsprincipes, locatie-eisen en -waar mogelijk- schaalgrootte zijn meegenomen. windturbines voorzaken door de wieken en het lijnopstelling is de onderlinge afstand tussen de De bouwstenen zijn nog schematisch en soms abstract geformuleerd. Verder onderzoek is nachtlicht. Als laatste is het van belang dat er windturbines minimaal 550 meter, waarbij de nodig, vooral op ecologisch en (energie-)technisch gebied, voordat ze verder uitgewerkt binnen een groep windturbines te allen tijde afstand naar de naastliggende rij groter is. Twee en gerealiseerd kunnen worden. De nadruk ligt op voor het IJsselmeer kansrijke hetzelfde model en hoogte wordt aangehouden. rijen is hierbij het maximum. Vanaf drie rijen energie(opslag)vormen, die op korte termijn toepasbaar zijn, zoals zon, wind en worden de rijen onderling minder goed leesbaar; thermische energie uit oppervlakte water (TEO). Groeperingen (lijnen, rasters, clus- windmolens worden dominant in het beeld, er ters) ontstaat onrust en ruis. Bouwsteen wind Windturbines die worden voorgesteld in deze Naast lijnopstellingen kunnen opstellingen De ruimtelijke impact van windturbines is groot. Plaatsing van windturbines heeft dus effect over verkenning hebben een tiphoogte van 200 me- voorkomen in leesbare rasters. Een leesbaar Windturbines hebben een hoogte van minimaal de gehele landschappelijke ruimte van het IJs- ter en een masthoogte van 135 meter. Vanwege raster heeft een beperkte omvang van ongeveer 100 meter waardoor ze niet alleen 2 dimensi- selmeergebied met zijn ruimte van 20 tot 50 km energie-efficiëntie en rust in het beeld worden 16 windmolens. De regelmaat van de onderlinge onaal plek innemen (rekening houdend met tussen de oevers. windmolens altijd geplaatst in herkenbare, soms afstanden en de gelijkheid van de molens (hoog- werpafstand van wieken), maar ook vanuit 3 Naast de impact op de grotere landschappelijke telbare, groepen. Dit voorkomt de ruis en rom- te, type) maakt ze als groep herkenbaar. Bij een dimensionaal-perspectief grote impact op het schaal heeft de plaatsing van grote objecten als meligheid van schijnbaar willekeurig geplaatste, hoger aantal gaat het overzicht verloren, en is landschap hebben. Technologische ontwikke- windmolens impact op het direct onderliggende individuele windmolens in het landschap. sprake van ‘grote clusters’. lingen gedurende de afgelopen decennia hebben landschap. Een groot object in een kleinschalig ervoor gezorgd dat moderne windturbines een landschap leidt snel tot miniaturisering van de tiphoogte van ca. 200 meter hebben. Hierdoor omgeving en wordt daarom als overheersend en zijn windturbines in het vlakke landschap van verstorend ervaren; terwijl een groot object in IJsselmeer en Markermeer al zichtbaar vanaf 20 een grootschalig landschap juist de monumenta- tot 30 kilometer. liteit daarvan kan versterken.

Meekoppeling ecologie

-Creëren van habitat aan de voet van de turbine.

minimaal 550 meter Minimale afstand tussen windturbines

b b

a a a > b a = b

Opstelling in rijen Opstelling in raster 32 energieverkenning ijsselmeergebied Integrale bouwstenen 33

Grote clusters hebben uit energetisch oogpunt gezichtshoek van 120 graden niet meer dan 50% het voordeel dat de molens in grote aantallen van de horizon door windmolens in beslag geno- dicht bij elkaar optimaal gebruik van infrastruc- men moeten worden. tuur maken en een goede business-case verge- Bij wind op land is de toepassing van grote clus- makkelijken. In ruimtelijk opzicht vormen de ters (tientallen tot honderden molens) zeer pro- grote clusters een ‘wereld op zich’, als een bos, blematisch. Het strakke patroon op grote schaal geheel gedomineerd door de zee van molens. is niet of nauwelijks te combineren met een Er heerst ruis: de windmolens zetten zich in relatief kleinschalig ingedeeld landschap. De al- alle richtingen voort, op gelijke onderlinge af- omtegenwoordige ruis en overdonderende schaal standen, met allemaal bewegende wieken en (’s maakt het onaantrekkelijk om er te wonen. avonds) knipperende lichten. Het IJsselmeergebied ligt daar tussenin. IJssel- Bij wind op zee is dat geen probleem. Daar wordt meer en Markermeer vormen samen een bin- het principe van grote clusters zonder veel pro- nenzee, ingesnoerd door kusten en dammen. blemen toegepast. De ondergrond is de grote Een grote cluster met windmolens zal per defi- egale ‘leegte’ van de zee, daar treedt geen con- nitie vanaf verschillende kusten tegelijkertijd flict mee op. Vanaf meer dan 30 kilometer zijn ze zichtbaar zijn, en een relatief groot deel van het nauwelijks meer zichtbaar of vallen ze weg ach- oppervlak innemen. Het windpark Fryslan laat ter de kromming van de aarde. zien welke impact het heeft om een grootschali- Op het moment dat de grote clusters zichtbaar ge cluster toe te passen op een binnenzee. Ver- zijn vanaf de kust komt de ruimtelijke kwaliteit derop in deze studie (hoofdstuk 5) wordt onder- in het geding. Dan geldt het criterium van “do- zocht of dit principe ook op een andere plek in minantie”: vanaf kenmerkende gezichtspunten het IJsselmeergebied nog een keer toegepast kan (badplaatsen, strandopgangen) zou binnen een worden.

Uitgangspunten locatie windmolens • Uitgangspunten locatie windmolens • Toepassen aan de strakke kusten. Voorkom ruis • Minimaal 550 meter afstand houden tussen de windturbines met een masthoogte van ca 135m.. • Windturbines kunnen worden gecombineerd met zonne-energie (zie bouwsteen wind + zon). • Voorkeur voor lijnopstellingen, minimaal 400 meter van de kust, maximaal 3 kilometer uit de kust. • De windmolens moeten buiten de kernzone van de dijk worden geplaatst, de waterkerende werking, 120 o het dijklichaam wordt hiermee niet negatief beïnvloed (MER Noordoost ). • Een groep windturbines bestaat altijd uit een zelfde type en hoogte. • Toepasbaarheid van rasters of grote clusters moet per gebied nader worden onderzocht.

50% Windpark Fryslan Gezichtshoek

Criterium “dominantie” bij windclusters op zee Windpark Fryslan als grootschalige cluster 34 energieverkenning ijsselmeergebied Integrale bouwstenen 35

Bouwsteen zon De ruimtelijke impact van zonnepanelen is veelal in de schaduw; bovendien is er vaak afra- minder dan die van de grote windturbines, met stering door hekwerken nodig. De inpassing hun enorme driedimensionale effect. Zonnepa- en afzoming van de randen van de velden (met nelen zijn vooral zichtbaar in het platte vlak; het riet, hagen, palenreeksen, steigerwerken e.d.) Zonneenergie beïnvloedt het landschap zoals wisselend gewas, moet van begin af aan goed worden doordacht Zonnezandbank of lage kassen dat doen (zoals mais in plaats van en ontworpen. Hetzelfde geldt voor de schaal en grasland, korenvelden in plaats van asperge- omvang van de zonnevelden, de onderbrekingen, teelt). Het glasoppervlak weerkaatst licht, het de ritmering en de doorzichten. De zonnevelden is verwant aan water. De kleur en de textuur moeten als het ware worden opgenomen en in- zijn echter minder levendig, de uitstraling is gebed in een logische en aantrekkelijke vorm en harder en industriëler (denk aan glastuinbouw). geleding van het waterlandschap. Daarbij moet Van dichterbij en vanaf een laag standpunt is worden ingespeeld op de verschillende vormen bovendien het zijaanzicht van de zonnepanelen van het kustlandschap, zoals (o.a.) in de Gouden van groot belang: de zijkant ziet er technisch Regels uit de Gebiedsagenda is aanbevolen.” uit, je kunt eronder kijken, de onderkant ligt

Bouwsteen zon: Zonnezandbank Het ontwikkelen van zonne-zandbank aan de een stelsel van geulen voor recreatievaart die grillige kust levert drie extra voordelen op: door voldoende dieptevrij blijft van waterplan- 1. de luwte tussen de zonnezandbank en de ten. kust nodigt kleine pleziervaart uit (MRA) Geconcentreerd kan ruimte worden geboden op 2. meer waterveiligheid voor het achterland de zonnezandbanken voor recreatie, met bij- door vermindering van golfslag op de kust voorbeeld een aanlegsteiger, wandelpad en uit- 3. de ondiepe oevermilieu’s bieden mogelijk- kijkplaats. Zoneren van het gebruik is belangrijk heden als leef-, paai-, foerageer- en rust- voor het tegengaan van de verstorende werking gebied voor vissen en vogels. van bepaald gebruik op de natuurwaarde. Het ondiepe oevermilieu biedt kansen voor wa- De schrale grond onder de zonne- panelen, ter- en moerasplanten, deze bieden structuur en zouden kunnen fungeren als schuil- en broed- Uitgangspunten locatie zonnezandbank: maken in de bodem vastgelegde stoffen beschik- plekken voor bijvoorbeeld visdiefjes en schoo- • Uitgangspunten locatie zonnezandbank: baar voor de voedsel kringloop. leksters. • Toepassen van zonne-zandbanken in ondiepe delen (< 3m) aan grillige kusten Het onderwater landschap wordt verrijkt door • Geen zonne-zandbanken in Natura-2000 gebieden met habitatrichtlijn of beschermd natuurgebied • Het baggeren en opspuiten van zand wordt idealiter binnen een straal van 4 km uitgevoerd • Rekening houden met van zichtlijnen vanuit baaien, havens, steden en dorpen aan de kust Meekoppeling ecologie • De zonnezandbanken worden niet gecombineerd met windmolens -Zuivering, verheldering water. • Het maximaal aantal hectare zon op een zonnezandbank is 100 hectare. -Nutrienten

-Creëren van habitat rietzone rond zonnepanelen Zonnezandbank Meekoppeling recreatie

-Aanlegmogelijkheid voor recreatievaart 36 energieverkenning ijsselmeergebied integrale bouwstenen 37

Bouwsteen zon: Zonne-eiland Een zonne-eiland bestaat uit drijvende zonnepa- nelen die zijn geclusterd tot een drijvend eiland in het IJsselmeergebied. De oppervlakte van het eiland is opgedeeld in kleinere eenheden, waar- door de grote schaal van het cluster terug ge- bracht wordt tot de maat van het paneel of groep van panelen. Voor het onderwaterleven is zon- licht dat door het water heen schijnt een belang- rijke levensvoorwaarde. Tussen de velden met panelen is voldoende open ruimte, zodat licht onder water door kan dringen. Op- deling laat ook toe dat onderhoud gedaan kan worden aan de panelen. Zonne-eilanden worden op een natuurlijke manier afgeschermd van het omliggende wateroppervlak. Dat kan gebeuren door kleine dijken met natuurlijke oevers, of door middel van houten palen die het gebied met zonnepanelen op een duidelijke manier afschermen. Door de grootte van zonne-eilan- Uitgangspunten locatie zonne-eiland: den van vele hectares worden deze iconisch, een • Toepassen van zonne-eilanden in diepere delen (>3m) van het IJsselmeer om invloed op ecologisch weerspiegeling van het polderland in het water kwetsbare oeverzones te voorkomen van het IJsselmeergebied. • Geen zonnepanelen in Natura-2000 gebieden met habitatrichtlijn of beschermd natuurgebied • Rekening houden met recreatie-, watersport- en beroepsvaarroutes • De zonne-eilanden worden binnen een straal van 6 km (maat controleren) van de kust (of ) geplaatst. • De zonne-eilanden liggen minimaal 500 meter van de kust. Meekoppeling ecologie • Zonne-eilanden die niet worden gecombineerd met wind-opstellingen zijn tussen de 250 – 500 Ecologisch vriendelijke oever voor het zonne-eiland hectare maar worden niet vaker dan 2 x toegepast op de schaal van het IJsselmeer, zijn recreatief -Creëren van habitat toegankelijk en hebben iconisch karakter. • De zonnepanelen van het eiland zijn drijvende PV-systemen die gebruik maken van materiaal die zo Meekoppeling recreatie min mogelijk ruimtelijke impact hebben op de omgeving. Beleving van grootschalige zonnevlakte in • Het eiland reikt tot maximaal 6 kilometer buiten de kust. Ter bescherming krijgt het drijvende delta natuur. eiland, waar nodig, een dijk. Deze dijk krijgt naast een beschermende functie ook een recreatieve, of -Wandelroute over het eiland ecologische functie. -Uitzichtpunt over het zonne-eiland • De invloed van de zonnepanelen (lichtdoorlating, temperatuur)op het onderwaterleven wordt zo veel -Aanlegplaats voor recreatie mogelijk beperkt.

zonnestraling tussen panelen • Meekoppelkansen op het gebied van ecologie, recreatie en kustbescherming moeten lokaal worden afgewogen en in balans ontwikkeld. 38 energieverkenning ijsselmeergebied integrale bouwstenen 39

Bouwsteen zon: refugium Een refugium is een drijvend zonne-eiland wat zijn recreatie-, beroepsvaart en visserij automatisch enkele kilometers voor een ondiepe of kwetsbare uitgesloten. De zonnepanelen moeten slim gezoneerd kust in het IJsselmeer drijft. Een refugium legt worden op lokale en regionale schaal, zodat (nabij de oever van het meer in de luwte en biedt een liggende) kwetsbare habitats profiteren. Ook moet rustige plek voor het onderwaterleven door het het effect op de fysische en ecologische omstandig- ontbreken van watersportactiviteiten. Positieve heden in het water verder worden onderzocht, zo- effecten van dergelijke constructies zijn onder- dat bepaald kan worden wat de minimale afstand zocht, maar zullen verder moeten worden on- tussen de zonnepanelen zou moeten zijn.’ derzocht zoals blijkt uit onderstaande citaten: Een refugium is opgebouwd uit drijvende zonne- ‘Mogelijk hebben windparken verschillende positie- panelen die tussen de zonnepanelen voldoende ve effecten op het onderwater-leven. Aan het harde ruimte laat voor zonlicht om onder het waterop- substraat kunnen specifieke soorten zich vestigen zo- pervlak door te dringen. als mossels, die een sleutelsoort is voor bijvoorbeeld In de schets is het refugium opgebouwd uit ron- vogels. Ook bieden deze verschuilings-gelegenheid.1 de schijven met zonnepanelen van ca. 3 hectare. In windparken zijn visserij, schepen >24 meter en Tussen de schijven is ruimte voor de doorlating andere bodem beroerde activiteiten verboden.2 In van zonlicht en onderhoud. De schijven kunnen theorie zouden de windparken kunnen fungeren als meedraaien met de zon om een hogere ener- refugia en opgroeigebied voor vis, die weer vogels gieopbrengst te halen. Het refugium heeft een aantrekt. Zo zou een gebied kunnen ontstaan waar natuurlijke afbakening van houten palen die het makkelijk voedsel te vinden is voor verschillende park afschermt van de rest van het IJsselmeer. diersoorten. Onderzocht moet worden of zonnepane-

len op water eenzelfde functie kunnen hebben voor 1. Bailey, H.; Brooks, K.; and Thompson, M. (2014) Assessing

het ecosysteem. In de gebieden met zonnepanelen environmental impact of offshore wind farms: lessons learned

and recommendations for the future.

2. Rijkswaterstaat en Ministerie van Infrastrcutuur en milieu

(2016) planMER Uitgangspunten locatie refugia: Meekoppeling ecologie • Toepassen van zonne-eilanden in diepere delen (>3m) van het IJsselmeer om negatieve effecten op -Rustplek voor ecologie tussen vaargeulen ecologisch kwetsbare oeverzones te voorkomen -Houdt natuurlijke oevers vrij van zonnepanelen • Rekening houden met recreatie-, watersport- en beroepsvaarroutes zonnestraling tussen panelen • De zonne-eilanden worden binnen een straal van 6 km (afstand controleren) van de kust geplaatst o.a. om het centrale deel van het IJsselmeer open te houden. Daar waar het IJsselmeer/Markermeer visueel het meest open is - in het midden en met name in de lengteassen moet het ook voor • zeilers vrij doorkruisbaar zijn: de openheid en de vrijheid om onbelemmerd van de ruimte te kunnen genieten horen bij elkaar. Daarom eilanden/clusters met zonnepanelen (‘bij voorkeur’) niet op grote afstand van de kust midden in het open water leggen. Bovendien zijn zonnepanelen ver van de kust onvoordelig vanwege de benodigde lengte aan leidingen. • Er dient rekening gehouden te worden met zichtlijnen vanuit steden, uitkijkpunten, stranden en andere recreatieve plekken door middel van het creëren van doorzichten (minimaal 750 m breed) of op afstand plaatsen (minimaal 400 m) van de zonnepanelen.

Immense maat van het zonne-eiland terugbrengen naar een menselijke maat: maximale maat van zonneveld is 3 hectare. 40 energieverkenning ijsselmeergebied integrale bouwstenen 41

Bouwsteen wind + zon Clusters van windmolens kunnen worden aan- sen de windturbines geplaatst. De windturbines gevuld met velden drijvende zonnepanelen zodat staan minimaal 550 meter uit elkaar. Om te de ruimtelijke compositie één geheel wordt. De voorkomen dat er vanaf de kust geen vergezicht maat en locatie van de zonnevelden moet zich meer mogelijk is, moeten er ruimtes tussen verhouden tot de plaatsing en de maat van de de windturbines open blijven voor zicht op het windturbines. water. Koppeling van zon- en windenergie brengt prak- Zonnevelden liggen bij voorkeur niet direct te- tische voordelen met zich mee. De benodigde gen de kust aan, om het zicht op het water vanaf infrastructuur kan voor beide worden gebruikt. het land niet te belemmeren. Zonnevelden worden gecombineerd met wind- Delen in de zonnevlaktes kunnen plaats ma- molens die dicht langs de kust staan. Om de ho- ken voor aquacultuur. Daarnaast kan er worden rizon tussen de windmolens niet te laten dichts- nagedacht over een roulerend systeem van aqua- libben met zonnepanelen moet bij plaatsing het cultuur-velden en zonnevelden. Hierdoor zal uitzicht vanaf de dijk betrokken worden. het onderwaterleven nooit permanent bedekt In het voorbeeld worden de zonnevlaktes tus- zijn met drijvende PV-systemen.

Meekoppeling ecologie

- Creëren van habitat aan de voet van de turbine.

Meekoppeling Aquacultuur

- Delen van de zonnevlaktes gebruiken als ponts voor aquacultuur

Uitgangspunten locatie wind + zon: • Afstand tussen windmolen en kust is minimaal 400 m en maximaal 4 km. • Zonne-eilanden worden gecombineerd met wind-opstellingen. • De afstand van tussen de zonnevelden is minimaal 2x de breedte van het zonneveld. • De grootte van de zonne-eilanden is afhankelijk van de wind-opstelling en maximaal 50 ha aaneengesloten. • De windmolens moeten buiten de kernzone van de dijk worden geplaatst, de waterkerende werking van het dijklichaam wordt hiermee niet negatief beïnvloed (MER Noordoost Polder). • Meekoppelkansen op het gebied van ecologie, recreatie en kustbescherming moeten lokaal worden afgewogen en in balans ontwikkeld. • De zonne-eilanden bestaan uit drjvende PV-systemen. Er wordt voor een constructie gekozen die zo min mogelijk afbreuk doet aan de ruimtelijke kwaliteit vanaf verschillende perspectieven. Het type constructie wordt op alle plekken toegepast.. • Eventueel zijn ook vaste systemen denkbaar, mits aan dezelfde ruimtelijke kwaliteitseisen als bovenstaand wordt voldaan (o.a. hoogte) en als onderzoek heeft uitgewezen dat er geen verstorend effect is op onderwater- en bodemleven.

Zicht op horizon/ oneindigheid behouden Aan de strakke kusten wind combineren met zon in geo- metrische patronen 42 energieverkenning ijsselmeergebied integrale bouwstenen 43

thermische energie uit elektriciteitsnet voorkomen. Dit warme water oppervlaktewater van 70 graden Celsius wordt opgeslagen in goed Het toepassen van TEO is een unieke kans voor geïsoleerde ondergrondse buffers die gekoppeld het IJsselmeergebied. Het IJsselmeer is een grote zijn aan een warmtenet. In de koude maanden bak met water dat in de warme maanden opge- gebruiken woningen en bedrijven deze opge- warmd wordt. De temperatuur van het IJssel- slagen warmtebuffer. De verwachting is dat het meer is op veel plekken aan het einde van de zo- efficiënter is om met centrale warmtepompen mer 20 graden Celsius en in de koude maanden te werken, zodat onnodig ruimtegebruik in wo- gemiddeld 2 tot 3 graden Celsius. Het toepassen ningen wordt voorkomen en rendementen hoger van TEO is interessant omdat het al vanaf circa zijn. Het voordeel is dat dit opslagmedium voor 200 woningen kansrijk is. de elektriciteitspiek op warme en winderige da- Warmte wordt onttrokken met behulp van gen continu beschikbaar is. een geïsoleerde waterleiding tot een afstand Deze bouwsteen heeft nauwelijks zichtbare van maximaal 5 kilometer tot de woningen. ruimtelijke impact doordat de onderdelen van Dit water komt terecht bij een grote industrië- dit systeem onder de grond geplaatst kunnen le warmtepomp waarmee de temperatuur met worden. De grote warmtepomp heeft een om- elektriciteit verhoogd kan worden tot gewenst vang van een kleine zeecontainer. Op basis van niveau, waarschijnlijk in veel gevallen 70 graden de analyse is de potentie van TEO circa 850 tot Celsius. Deze combinatie van warmte en elek- 6.900 TJ, afhankelijk van de afstand tot wonin- triciteit is waardevol omdat daarmee de pieken gen respectievelijk 400 meter en 5.000 meter. van windturbines en zonnevelden direct bij het Wel zal onderzocht moeten worden wat het ef- IJsselmeer omgezet kunnen worden in warm fect is van deze vorm van warmtewinning op de water. Hiermee wordt deels verzwaring van het waterkwaliteit en ecologische kwaliteit van het IJsselmeergebied en de gevolgen daarvan voor de gebruikers.

Warmte opslag in oppervlaktewater TEO kaart 44 energieverkenning ijsselmeergebied integrale bouwstenen 45

(ultra)diepe geothermie Biomassa innovaties Warmte op een diepte van 3 tot 6 kilometer in Biomassa is er in vele vormen. Van het land zijn Opslag Getijdenenergie/ Waterkracht de bodem is naar verwachting in de toekomst met name mest en hout interessant voor ver- Bij de bouwsteen TEO is slechts één vorm van Water heeft grote kracht en kan veel energie te gebruiken voor verwarming van woningen en gis- ting tot biogas of verbranding in biomassa- opslag beschreven; met behulp van warmwa- opwekken. Het is een eeuwenoude en bewezen gebouwen. Water op die diepte kan 100 graden centrales of pellet-ketels. Voor het IJsselmeer terbuffers in combinatie met warmtepompen. methode. In Schotland is een drijvende installa- Celsius zijn. Voor het IJsselmeergebied is het op is dit niet relevant. Biomassa die wel veel in het Er zijn ook andere vormen van opslag. Naast tie van 6 MW actief. Een succesvolle toepassing dit moment niet als bouwsteen meegenomen. IJssel- meer voor komt is fonteinkruid. Dit wordt de opslag van elektriciteit in de bekende vorm van een vaste water- krachtcentrale is te zien bij Er is op dit moment veel onzeker rondom geo- echter als hinderlijk ervaren voor scheepvaart van accu’s, zijn er ook vormen van opslag van La Rance in Frank- rijk. Hier wordt 184 miljoen thermie. Er zijn enkele projecten gerealiseerd doordat het in de motoren verstrikt raak. Het hoogwaardige warmte. Met Phase Change Mate- m3 water verplaatst met een hoogteverschil van en landelijk lopen veel onderzoeken om meer verder rials (PCM) wordt warmte opgeslagen door fase 8 meter. Dit levert met de tientallen turbines ervaring op te bouwen. Door deze onzekerheid laten groeien van fonteinkruid is mogelijk, maar veranderingen. Dit kan waarschijnlijk al 3 tot 4 die daar liggen ruim 2 PJ per jaar op. Er is dus is op dit moment onduidelijk op welke schaal dan wel onder controlerende condities. Ook het maal compacter dan water. Deze techniek is op een praktische toe- passing mogelijk, in ieder geothermie toepasbaar is. Ook is onderzoek kweken van zeewier is in de toekomst wellicht dit moment marktrijp. Ook is thermochemische geval bij vaste waterkracht centrales. Drijvende nodig naar de ondergrondse effecten van het mogelijk voor de voedselproductie of energie- opslag mogelijk, denk aan zouthydraten. Hier- installaties voor getijden en golfenergie zijn nog onttrekken van warmte. Bij het IJsselmeergebied voorziening. Op dit moment levert de huidige mee kan warmte 5 tot 10 maal compacter opge- sterk in ontwikkeling. Het is wel sterk locatie speelt het mogelijke gevaar voor extra vebrak- techniek van biomassa echter geen significante slagen worden dan in water. Deze ontwikkeling afhankelijk. Het IJsselmeer heeft als meer niet king bij het doorbreken van de bodemlagen een bijdrage aan de energievoorziening. Daarom is heeft naar verwachting nog 5 tot 10 jaar nodig direct te maken met getijden van zoutwater. Het rol. Landelijk is een Green Deal ultradiepe geo- het geen losse bouwsteen in deze energiever- tot markt betreding. Ook waterstof is geschikt is juist een zoetwater buffer met de uitmonding thermie actief om de meest kansrijke locaties in kenning. als opslag- medium. Op dit moment gaat bij de van rivieren een cruciale rol heeft. Wel is er Nederland te onderzoeken. omzetting nog circa 40% energie verloren. De een maximale fluctuatie van de waterstand van Het uitgangspunt in deze verkenning is dat verwachting is dat dit in de toekomst minder 70 centimeter. Dit is geen continue stroom van (ultra)diepe geothermie in eerste instantie op wordt. water. Ook vanwege het beperkte hoogteverschil land onderzocht en ontwikkeld wordt. Als dat lijkt dit niet kansrijk voor het IJsselmeer. Dit kan kansrijk is of als er aanleiding voor is kan op Osmose (Blue Energy) nader onderzocht worden. termijn het IJsselmeer benut worden. Het ligt Bij de Afsluitdijk is sinds 2014 een pilotlocatie technisch voor de hand om op land te beginnen voor osmose energie van de Universiteit Twente Opslag met valmeren en de nabijheid bij warmtevragers is daarbij actief. Bij osmose komt warmte vrij doordat zoet Al sinds de jaren 70 wordt gesproken over het cruciaal. Aan het IJsselmeer liggen relatief wei- en zout water wordt gemengd en er ladings- opslaan van energie door water omhoog te pom- nig hoog-stedelijke concentraties die nodig zijn verschil ontstaat. Uit eerder onderzoek leken 2 pen en daarna via waterkrachtturbines weer te voor de toepassing van geothermie. Ook hangt locaties in Nederland kansrijk voor osmose; de laten afstromen. Zogeheten valmeren zijn echter het gebruik van geothermie samen met de ont- Afsluitdijk en uitmonding van de Rijn bij Kat- nooit grootschalig in de praktijk toegepast. Ook wikkeling van hoge temperatuur warmtenetten wijk. Op dit moment wordt er nog relatief weinig lijkt het niet heel relevant voor de energietran- waar geothermie een bron kan zijn. Deze bron energie uit osmose processen gehaald. Dat heeft sitie omdat de pieken van windturbines en zon- kan aangesloten worden nadat een warmtenet te maken met benodigde innovaties rondom de neparken beter ingezet kunnen worden voor de gerealiseerd is en gebouwen transitie gereed membranen die toegepast worden. Het is onze- productie en opslag van warmte. Dit kan zoals zijn. De kust van het IJsselmeer is ook geen har- ker wanneer dit gaat gebeuren. De verwachting beschreven bij de bouwsteen TEO of door de de grens, want warmte vloeit op die diepte door is dat we de komende 5 tot 10 jaar geen opscha- productie van waterstof die vervolgens in hoog- de bodem. Onder een smalle geothermie boring ling gaan meemaken. Wellicht komt de techniek waardige toepassingen wordt gebruikt. wordt op grote diepte kilometers breed warmte daarna tot een doorbraak. IJsselmeer/Waddenzee onttrok- ken en dat kan dus ook van onder het lijkt op basis van de pilot niet de meest geschikte IJsselmeer komen. locatie voor Blue Energy. 46 energieverkenning ijsselmeergebied hoofdstuktitel 47

4. ruimtelijke principes 48 energieverkenning ijsselmeergebied ruimtelijke principes 49

4. Ruimtelijke principes 3. concentratie bij grote waterwerken Naast de bouwstenen, die op verschillende plekken in het IJsselmeergebied gesitueerd Koppel de windmolens bij voorkeur aan grote kunnen worden, is er behoefte om spelregels op te stellen voor het IJsselmeergebied waterwerken (schut- en uitwateringssluizen, als geheel. Vooral voor de opstelling van windturbines, die grote impact hebben op de bruggen), die toch al de menselijke ingrepen in beleving van de ruimte in het IJsselmeergebied, is het belangrijk dit in samenhang te de waterwereld illustreren. bekijken. Dit heeft geleid tot een aantal ruimtelijke principes, ontwerpregels op schaal van het IJsselmeergebied, die gebaseerd zijn op de Gouden Regels, maar bezien vanuit het energievraagstuk. Integrale bouwstenen en ruimtelijke principes bieden tezamen het kader voor behoud en versterking van de ruimtelijke kwaliteit.

ruimtelijke principes wind

1. Strakke en grillige kusten Plaats bij voorkeur windmolens/parken aan of in de grootschalige geometrische landschappen met de strakke kusten. Plaats geen windmolens/parken aan of in de kleinschalige historische landschappen met grillige kusten.

4. Doorstroming benadrukken Accentueer met de windmolens de lijnen en stroompatronen van het onderliggende del- talandschap, in plaats van de lijnen van afslui- ting en opdeling.

2. Houdt de lengte-assen open Houdt de lengte-assen van het Markermeer en het IJsselmeer open; Plaats geen windmolens in de dwarsrichting zoals langs de Afsluitdijk of de Houtribdijk. 50 energieverkenning ijsselmeergebied ruimtelijke principes 51

5. voorkom interferentie 7. a-symmetrische opstelling Voorkom zoveel mogelijk interferentie van de Plaats windmolens langs het water bij voorkeur verschillende grootschalige groepen of lijnen. in een asymmetrische opstelling; plaats geen Zorg voor grote afstanden tussen verschillende windmolens op direct tegenover elkaar liggen- clusters. de oevers (vanwege schaalverkleining van het watervlak).

6. voorkom gesloten vormen 8. Substantiële hoeveelheden Voorkom ‘gesloten vormen’ of ingesloten gebie- Windmolens moeten worden geplaatst in sub- den (hek of omheinings-effect). stantiële hoeveelheden. Kleine groepen hebben Maak lijnopstellingen liefst recht en met open navenant veel ruimtelijke impact in vergelijking einde, vermijdt knikken of kronkels. met de hoeveelheid energie opwekking. Bij voor- Minimaal 6 keur een concentratie van minimaal 6 windtur- bines, in plaats van een willekeurige versprei- ding van individuele molens door het landschap. 52 energieverkenning ijsselmeergebied ruimtelijke principes 53

9. leesbare opstellingen 10. CLUSTERS: LOS, OP AFSTAND, MAAT- Plaats windmolens in leesbare, herkenbare WERK groepen, bij voorkeur in enkelvoudige lijnopstel- Opstellingen in rasters of clusters moeten be- lingen, gerelateerd aan andere lijnen en grote perkt van omvang blijven, en duidelijk alzijdig maten in het landschap. Bij dubbele lijnopstel- los in de ruimte liggen, om dominantie, onrust lingen moeten de lijnen ruime afstand van elkaar en ruis te vermijden. Opstelling in rijen houden. Drievoudige lijnopstellingen moeten Grote clusters, vergelijkbaar met windpark Frys- worden vermeden, ze creëren teveel visuele lan zijn alleen toepasbaar op groot open water; afstand onrust en ruis. ze zijn niet goed toepasbaar in de context van cluster bewoonde en/of aantrekkelijke landschappen. Eventuele toepassing moet worden getoetst aan Afstand tot kust de ruimtelijke principes: a. Houdt voldoende afstand tot de dichtstbij- Opstelling in raster zijnde kust b. Ze mogen vanuit de kust niet het zicht op de complete horizon domineren (crite rium ‘dominantie’) c. Ze moeten de openheid in het midden 50% (rondom de lengte-assen) respecteren d. Bij voorkeur a-symmetrische ligging, niet ‘plompverloren in het midden’ (dan wor- 120 o den alle omringende maten ‘even klein’). Voorkom ruis Bovendien moet rekening worden gehouden met

het effect op het IJsselmeergebied als geheel. Beperkte dominantie Voorkomen moet worden dat alle delen (IJs- selmeer, Markermeer, oude en nieuwe kusten) ‘teveel op elkaar gaan lijken’. Maatwerk is dus nodig. Zie hiervoor ook hoofdstuk 5.6.

Niet zo

Alle wateren even “klein”

Maar zo

Verschil klein/groot Respecteer de lengte-as

A-symmetrie en openheid 54 energieverkenning ijsselmeergebied ruimtelijke principes 55

ruimtelijke principes zon 2. Strakke kusten 1. Grillige kusten Zonnevlaktes leveren een nieuw element op Verschijning van zonnevlaktes gaan op in het in het landschap. Ze zijn architecturaal in hun landschap. Gelegen aan de grillige kusten in verschijning en hebben interferentie met de ondiep water. De zonnevlaktes hebben interfe- windturbines. Ze zijn gelegen in diepere wateren rentie met het grillige en kleinschalige karakter langs de strakke kusten. van de kusten.

Grillige kust - Noord-Holland Strakke kust - Noordoostpolder 56 energieverkenning ijsselmeergebied ruimtelijke principes 57

3. baaien Houd bij situering van zonnevlaktes rekening

met de opeenvolging van baaien en kapen. kapen

baaien

kapen

baaien

4. zichtlijnen achterland Houd rekening met de zichtlijnen naar het ach- terland en vice versa. 58 energieverkenning ijsselmeergebied hoofdstuktitel 59

5. gebiedsgerichte combinaties 60 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 61

5. gebiedsgerichte combinaties

Om een illustratie te geven hoe de integrale bouwstenen toegepast kunnen worden in het IJsselmeergebied als rekening wordt gehouden met de ruimtelijke principes, zijn de ‘gebiedsgerichte combinaties’ ontwikkeld. Deze ‘voorbeelduitwerkingen’ laten zien waar en hoe de bouwstenen kunnen ‘landen’ en welke kwaliteit dit voor het IJsselmeer kan opleveren. De gebiedsgerichte combinaties zijn bedoeld ter illustratie en zouden ook toegepast kunnen worden op andere locaties met dezelfde omgevingskenmerken en -kwaliteiten.

1. grillige kust (oude land) Een groot deel van de kusten aan het IJsselmeer Langs deze relatief kleinschalige kusten en Markermeer bestaat uit ontgonnen wordt voorgesteld geen grote windmolens veengebieden. Mensen zijn omstreeks de 8e of windmolenparken te plaatsen. De eeuw begonnen het veen te draineren met energietransitie richt zich hier op de toepassing sloten, waardoor het mogelijk was er te boeren van zonne-energie, die in het horizontale vlak en te wonen. Dit is terug te zien aan de lange en goed inpasbaar is in het kleinschalige landschap. smalle strokenverkaveling. Wel begon hierdoor het veen te dalen, zo ontstonden er steeds ZONNEZANDBANKEN meer problemen het water buiten te houden. In de Noord-Hollande kust en de randmeren Daarom werden er dijken aangelegd. Dat dit niet bevinden zich ondiepe delen. Hier kan altijd succesvol was bleek uit de hoeveelheid een gevarieerder onderwaterlandschap dijkdoorbraken, die te herkennen zijn aan direct profijt leveren voor de ecologie en de ‘wielen’. Hierdoor ontstond een grillige recreatie. Zoals op p.34 beschreven levert de Principe schets vooroever met zonnezandbank kust, waar de dijk meerdere keren verlegd is. zonnezandbank voordelen op voor recreatieve Vandaag worden de kusten gekarakteriseerd routes, waterveiligheid en paai, foerageer en door middeleeuwse steden, strandjes en rustgebieden voor vogels en vissen. Er moet goed havens waardoor het zich goed leent voor de onderzocht worden hoe deze functies in balans pleziervaart. ontwikkeld kunnen worden. Om een illustratie te geven hoe de integrale bouwstenen toegepast kunnen worden in het IJsselmeergebied als rekening wordt gehouden met de ruimtelijke principes, zijn de ‘gebiedsgerichte combinaties’ ontwikkeld. Deze ‘voorbeelduitwerkingen’ laten zien waar en hoe de bouwstenen kunnen ‘landen’ en welke kwaliteit dit voor het IJsselmeer kan opleveren. De gebiedsgerichte combinaties zijn bedoeld ter illustratie en zouden ook toegepast kunnen worden op andere locaties met dezelfde omgevingskenmerken en-kwaliteiten.

Voorbeelduitwerking: Noord-Hollandse kust Principe doorsnede zonnezandbank 62 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 63

Refugia Voorbeelduitwerking: Friese kust De Makkumerwaard, Workummerwaard en danig dat vaarroutes en belangrijke zichtlijnen zichtlijnen vanaf en Workum stoenckherne zijn unieke en dynamische na- worden gerespecteerd. Het zicht vanaf of op Recreatieve routes tussen de rustgebieden door tuurgebieden aan de Friese kust. Deze buiten- bestaande steden en dorpen wordt gevrijwaard. toename natuurwaarde (Rustgebieden) dijkse natuurgebieden fungeren als vooroever en De zonne-eilanden hebben afmetingen van +/-500 HA zonnepanelen leveren een bijdrage aan de bescherming van de maximaal 200 ha. Op de plekken waar de refu- Friese kust. De natuurgebieden herbergen unie- gia liggen kunnen geen boten varen. Hierdoor ke soorten vogels en vissen. ontstaat een betrekkelijke rust die een gunstig Voor kwetsbare kusten als deze met diepe wa- effect kan hebben op de onderwaterwereld. Er teren kunnen zonne-eilanden zorgen voor luwte is nog weinig onderzoek gedaan over mogelijke en hierdoor de kust extra beschermen. Een zon- impact op ecosystemen door zonnepanelen op ne-eiland bestaat uit drijvende zonnepanelen die water. Er moet nader onderzocht worden hoe op een natuurlijke wijze worden afgeschermd rekening te houden met lichtinval, temperatuur van het open water, bijvoorbeeld door houten van het water, beheer en andere activiteiten om palen. De positionering van de eilanden is dus- verstoring te beperken. 64 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 65

2. strakke kusten (nieuw Voorbeelduitwerking: Noordoostpolder land) Noordoostpolder Bestaand windmolenpark Na de grote overstroming van 1916 is besloten Langs de westelijke randen van de Zonnevlaktes aan toevoegen de Zuiderzee af te sluiten en gedeelten in te Noordoostpolder zijn reeds grote opstellingen polderen. Zo ontstond de Afsluitdijk (1927), de van windturbines gerealiseerd. Deze verhouden Wieringermeerpolder (1927), de Noordoostpolder zich in principe goed tot de grootschaligheid (1937), Oostelijk Flevoland (1950) en de van het landschap. Deze windturbines kunnen Flevopolder (1959). De Houtribdijk (1976) worden gecombineerd met grootschalige werd aangelegd om het Markermeer ook in te drijvende zonnepanelen. Groot voordeel is dat polderen, maar dit is nooit gebeurd. de infrastructuur voor transport eerder rendabel Deze kusten karakteriseren zich door strakke is om aan te leggen. Wind en zonne-energie dijken met aan de ene kant diep water en aan de hebben daarnaast een zekere complementariteit landzijde grote blok-kavels voor akkerbouw. Op die gunstig is voor een meer constante het nieuwe land zijn langs de kusten de steden stroom aan energie.Ruimtelijk moeten de en Lelystad gebouwd en is ruimte gelaten aan te leggen zonnevelden aansluiten bij de voor natuurgebied de Oostvaardersplasssen. opstelling van windmolens en waar nodig, bij Langs deze kusten met diep water is op de molens langs de kust, zichten op de horizon zorgvuldig gekozen plaatsen ruimte voor enigszins openhouden. De impact van drijvende windturbines. zonneparken moet hiervoor nader worden bekeken.

Voorbeelduitwerking: Noord-Oost Polder

Meekoppeling aquacultuur 66 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 67

Wieringermeerpolder Net als de kust van de Noordoostpolder, leent Onderzocht is in hoeverre ook het Ketelmeer de strakke opzet van de kust van de Wieringer- geschikt voor de opwekking van duurzame ener- meerpolder zich voor de opstelling van wind- gie. Naar alle waarschijnlijkheid is, vanwege het molens. Deze moet goed worden afgestemd op UNESCO-erfgoed Schokland, plaatsing van tur- de windmolens die op het land al gerealiseerd bines voor de noordkust van het Ketelmeer niet of voorzien zijn, om ruis door interferentie en te mogelijk. De enige reële optie die dan overblijft kleine afstand te vermijden. Windmolens langs is de zuidkust. de rand van de polder kunnen ook hier met drij- Een rij windmolens langs de zuidkust van het vende zonne-eilanden worden gecombineerd, Ketelmeer is mogelijk richting de Ketelbrug. De volgens de zelfde principes (afstand, doorzicht drie reeds gerealiseerde en voorziene windmo- etc.) als bij de Noordoostpolder. lenparken langs de kusten van Flevoland en de Noordoostpolder staan hier op voldoende af- stand van elkaar zodat geen interferentie plaats vindt. Vanuit de Noordoostpolder blijft tussen en langs de windmolenparken voldoende afstand om het effect van visuele opsluiting te voorkomen. Grootschalige opwekking van zonne-energie op het relatief smalle Ketelmeer is moeilijk inpas- baar. Grootschalige zonne-eilanden midden op het Ketelmeer deelt dit in tweeën, waardoor twee geulen overblijven. Wel is het slibdepot van het IJsseloog als potentiële pilotlocatie genoemd voor zon op water.

Voorbeelduitwerking: Ketelmeer 68 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 69

3. grote waterwerken, Houtribsluizen, knooppunten land en water Bij de Houtribsluizen en bij de - en uitwate- Het huidige IJsselmeergebied is het gevolg van ringssluizen bij Den Oever is er de mogelijkheid een paar enorme kunstmatige ingrepen in het dergelijke lijnopstellingen ‘met de stroom mee’ watersysteem. De Afsluitdijk en de Houtribdijk in te passen. zijn hiervan de meest zichtbare uiting. Daarbij Bij de Houtribdijk zou dit in de toekomst een horen grote waterwerken, zoals de uitwate- interessant ruimtelijk ensemble op kunnen ringsgemalen, spui- en schutsluizen, bij Lely- leveren met een eventuele kortsluiting (brug of stad (Houtribsluizen), , Den Oever tunnel?) van de N302 (de weg over de Houtrib- en . Zij vormen als het ware de dijk) naar de A6 en N307 (de verbinding Enkhui- kruispunten tussen het land- en watersysteem. zen-Lelystad-Zwolle). Als brandpunten van het menselijk ingrijpen, en Bij Den Oever is een goede afstemming met de door hun grootschalige en ‘technische’ opzet, windmolens langs de kust en op het land van de vormen ze een aannemelijke context voor maat- Wieringermeerpolder noodzakelijk, om visuele regelen voor de energietransitie, inclusief de ruis en interferentie te voorkomen. plaatsing van windturbines. De deltawerken in Zuidwest Nederland bieden daar aansprekende Kornwerderzand, Enkhuizen voorbeelden van. Bij Kornwerderzand zou een opstelling van De windturbines, wederom bij voorkeur in over- windmolens door de korte onderlinge afstand zichtelijke lijnopstellingen geplaatst, dienen teveel interfereren met het enorme windpark daarbij de doorstroom beweging van het water Fryslân westelijk naast de Afsluitdijk, en de en de scheepvaart te begeleiden, en niet de af- geplande nieuwe turbines bij Zurich. Daarom sluitende beweging van de dammen. Ze moeten zijn extra windmolens hier niet gewenst. Bij als het ware meebewegen met de uit/instroom. Enkhuizen geldt iets vergelijkbaars: er staan al Ze moeten niet in de lengte langs de dijk staan, een aantal flinke windmolens bij de zuidelij- om- dat ze daarmee als een ‘hekwerk’ de open ke aanvaarroute naar het aquaduct en de sluis. leng- te-assen van het IJsselmeer/Markermeer Extra windmolens zouden hier een ernstige zouden onderbreken. inbreuk vormen op het verfijnde stadssilhouet van Enkhuizen, een cultuurhistorische parel van de voormalige Zuiderzee.

Voorbeelduitwerking: Lelystad 70 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 71

4. FLEVOLANDSE KUST

OOSTVAARDERSPLASSEN Langs de noordwestkust van Flevoland loopt ook een strakke kust. Hier moeten, in afwijking van de Noordoostpolder en de Wieringermeerpolder, geen windmolens worden geplaatst. Zij zouden een ernstige inbreuk vormen op het karakter van de naastgelegen Oostvaardersplassen, met hun uitstraling van grootse en ongebonden natuur. Ze zouden de ecologisch gewenste relatie tussen de binnendijkse Oostvaardersplassen en het buitendijkse Markermeer – en de net gerealiseerde Marker Wadden – belemmeren. Toepassing van zonne-energie aan de buitenzijde van de dijk is wel denkbaar, eventueel in tijdelijke vorm en mits goed ingepast. De Oostvaardersplassen zijn ontstaan toen het gebied dat was bestemd voor industrie uitbleef. Er ontstond een aantrekkelijke biotoop voor vogelsoorten met moerasvegetatie. Er zijn plannen om inlaten te maken in de dijk, zodat er een uitruil van nutriënten en Voorbeelduitwerking: Oostvaardersplassen Principe doorsnede van zonne-eiland naar vooroever vismigratie plaats kan vinden tussen de Oostvaardersplassen en het Markermeer. kustzone interessanter en recreatief bereikbaar. RANDMEREN Op de lange termijn is het project Dergelijke maatregelen kunnen wellicht Bij het komen de grillige kust van Oostvaardersoevers beoogd, waarin Markermeer, enige luwte creëren en helpen een proces van Noord-Holland en strakke kust van Flevoland de Oostvaardersplassen en Lepelaarsplassen geleidelijke verlanding op gang te brengen. dicht bij elkaar. De overstaande kust is vanaf de verbonden worden tot een toekomstbestendig dijk goed te zien en daarmee is er maar weinig zoetwater ecosysteem. De energie-opgave is ruimte voor grote ingrepen. Wel kan het contrast geen onderdeel van dit project en het voorstel versterkt worden door te kiezen voor een zonne- in deze verkenning om buitendijks (tijdelijk) eiland aan de Flevolandse kust, daar waar de zonne-energie toe te passen, loopt daarmee dijken uit elkaar bewegen. Bij het Kromsloot vooruit op het project Oostvaardersoevers. park kan de koppeling met natuur aan de ene Mogelijk is dit voorstel te implementeren in het kant, en zonne-energie aan de andere kant van proces Oostvaardersoevers, dat zich momenteel 2019: zonnevelden de dijk worden gemaakt. in de voorverkenningsfase bevindt. Momenteel loopt het dijktalud vanaf de Oostvaardersdijk steil het Markermeer in, waar een gemiddelde diepte van 4m is. Het creëren van zonne-zandbanken wordt daarom niet als realistisch gezien op de korte termijn. Drijvende zonne-eilanden zouden het gebied kunnen aanduiden dat in de toekomst als vooroever is beoogd. De eilanden i.c.m. smalle steigers vormen een geometrisch patroon; het maakt de

Toekomst: vooroever Voorbeelduitwerking: Randmeren 72 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 73

5. icoon: zonne-eiland haven wordt een natuurlijke dijk aangelegd die trintelhaven een groot zonne-eiland in de luwte legt. Velden In het geografische midden van het IJsselmeer- zonne-energie vormen een patroon dat vanaf de gebied ligt aan de Houtribdijk de Trintelhaven, dijk zichtbaar is. van oorsprong het werkeiland voor de bouw van Het zonne-eiland is een attractie die met een de dijk en nu een schuilhaven annex pleister- strand en groene oever zowel voor recreatie als plaats. Aan de noordzijde hiervan wordt een ecologie een meekoppelkans biedt. De Hout- icoon voor duurzame energie voorgesteld: een ribdijk stelt op deze wijze straks alle aspecten zonne-eiland van ongeveer 500 ha. De Trintel- van het eigentijdse Hollandse waterlandschap haven markeert het punt waar de Houtribdijk ten toon: cultuurhistorie bij Enkhuizen, nieuw van het ondiepere water van het Enkhuizerzand land bij Lelystad, windenergie bij de rand van over gaat in dieper water. Deze locatie is aan de Flevoland, nieuwe natuur en ecologie rondom de noordzijde geschikt voor een nieuw landmark Markerwadden, en zonne-energie bij de Trintel- van een voorname omvang. Vanuit de Trintel haven.

Icoon wind Natuurlijke oever

Trintelhaven Voorbeelduitwerking: Trintelhaven

Strand

Icoon zon

Icoon zonne-eiland midden in IJsselmeergebied 74 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 75

6. ONDERZOEK: GROTE CLUSTERS Testcase Gaasterland Onderzocht is of er in het IJsselmeergebied ook de Noordoostpolder en in de Wieringermeerpol- Als test is een windpark van vergelijkbare groot- Het plaatsen van een grote cluster van grote ruimte is voor grootschalige energieclusters, der, vanuit het overgrote deel van het IJsselmeer te onderzocht ten zuiden van en ten windmolens zal deze ruimtelijke kwaliteit ern- zoals windpark Fryslân. Hierbij worden windtur- aan één of meerdere horizonnen grote aantallen westen van de Noordoostpolder. Om de openheid stig aantasten, en moet om die reden ernstig bines altijd gecombineerd met zonne-eilanden. windmolens zichtbaar zullen zijn. op de lengte-assen te sparen, is het windpark in worden ontraden. Gezocht is naar locaties, die op enige afstand van de richting van Gaasterland geschoven. de kust liggen, maar ook het grote open water - De afstand tot de kust van Gaasterland zoveel mogelijk vermijden. bedraagt 2 km kilometer. Het windpark Fryslan dient als referentieproject; - Het beslag op de horizon vanaf bijvoor de impact ervan wordt kort beschreven, als ver- beeld Oudemirdumerklif bedraagt 68 %. gelijkingsmateriaal voor de andere locaties. Als - De windmolens zullen op locaties ver andere locaties zijn onderzocht: landinwaarts zeer dominant aanwezig 1. zuidkust Friesland (Gaasterland) zijn. 2. bij (tussen NOP en Flevoland) - De al gerealiseerde windmolens langs 3. zuidkust van West-Friesland (bij Wijde- de kust van de Noordoostpolder nes, Oosterleek). liggen op 7 km. afstand. Deze zijn van uit Gaasterland nu al duidelijk zichtbaar. Referentie Windpark Fryslân Er zal interferentie optreden, met ruis en Windpark Fryslan bestaat uit een compacte maar onrust als gevolg. zeer omvangrijke cluster van 98 molens in een Gaasterland is vrijwel de enige plek waar, van- driehoekopstelling, van 6,8 kilometer door- uit het heuvelachtige land, een open zicht op snede, op 6 km. uit de Friese kust en 14 km. uit het water mogelijk is. Het beeld van het land de kust van Noord-Holland. Het raakt aan de en water lopen in elkaar over en zijn niet door Afsluitdijk op op ca. 1/3e van de lengte (vanuit dijken van elkaar gescheiden. Het is binnen het Friesland gezien), en neemt ca 25 % van de leng- IJsselmeergebied een unieke ruimtelijke kwali- te in beslag. teit. Gaasterland heeft daardoor van oudsher een Het legt een relatief groot beslag op de beschik sterke recreatieve en toeristische functie, het is bare, door kusten en dammen ingesnoerde bin- de kurk voor de regionale economie. nenzee van het noordelijke IJsselmeer. Visueel heeft het een enorme impact: bij helder weer is het zichtbaar vanaf alle omringende kusten, van tot Harlingen en van Texel tot Stavo- ren. Vanaf Makkum zal het het criterium/grens- waarde van “dominantie” benaderen. Het effect/de impact wordt enigszins getemperd doordat het niet plompverloren in het geografi- sche midden van het IJsselmeer is gelegd, maar a-symmetrisch naar het noordoosten is gescho- ven. Daardoor blijft “de grootste open maat in de lengterichting van het (noordelijke) IJsselmeer” (zie Gouden Regels Gebiedsagenda IJsselmeerge- bied) aan de westzijde relatief onbelemmerd. De combinatie met de Afsluitdijk geeft het mo- gelijkerwijs een ‘iconische’ waarde: een duidelijk herkenbare blikvanger, die symbool staat voor de energietransitie in Nederland. Het windpark Fryslan maakt dat in combinatie met de reeds gerealiseerde molens langs en in 76 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 77

Testcase Urk/Flevoland Testcase West Friesland Als volgende test is een locatie onderzocht op teit als vissershaven, en heeft als toeristisch-re- Als laatste test is een locatie onderzocht in het de aanliggende Randstad/MRA, in recreatief, open water, bij de strakke kusten bij Urk en Fle- creatieve bestemming ook een economische Markermeer. Waterland en Oostvaardersplas- toeristisch en economisch opzicht. voland. Ook hier is, om de openheid op de leng- waarde. Ook hier is een unieke ruimtelijke kwa- sen vallen af vanwege natuur- en landschaps- In dit deel van het IJsselmeergebied is een grote te-assen te sparen, het windpark in de richting liteit in het geding. waarden. Om de openheid op de lengte-assen windcluster nog problematischer dan elders. van het land geschoven. te sparen, is het windpark in de richting van - De afstand tot de kusten van Flevoland West-Friesland geschoven, buiten het zicht van en Noordoostpolder bedragen de Hoornse Hop (baai) en van Enkhuizen (kaap). respectievelijk 2 en 2,5km kilometer. - De afstand tot de kust bedraagt 1 kilo - Het beslag op de horizon vanaf Urk be meter. draagt 70 %. - Het beslag op de horizon vanaf de dijk bij - Ook hier zullen de windmolens landin Oosterleek bedraagt 90 %. waarts dominant aanwezig zijn – maar - De dorpen liggen achter de dijk, maar minder verstorend dan in Gaasterland. hier zullen de windmolens landinwaarts - Met de al gerealiseerde windmolens ten dominant aanwezig zijn. oosten van Urk en de geplande nieuwe - Vanaf de Markerwadden bedraagt de af molens langs de Flevokust bij de A6 zal stand tot deze ‘testcase’ 7 km. sterke interferentie optreden, met ruis Ter illustratie: de huidige molens en onrust als gevolg. De molens langs de ten noorden van Urk zijn A6 zijn eigenlijk niet combineerbaar met vanaf de Marker Wadden soms al deze ‘testcase’. heel duidelijk zichtbaar. - Vanaf de Markerwadden bedraagt de af Het Markermeer is ongeveer twee keer kleiner stand tot deze ‘testcase’ 11 km. dan het IJsselmeer. De binnenzee is hier nog Ter illustratie: de huidige molens sterker ingesnoerd. De impact van een windpark ten noorden van Urk zijn met een omvang vergelijkbaar met windpark vanaf de Marker Wadden soms al Fryslân is hier navenant groter. Alle kusten heb- heel duidelijk zichtbaar. ben belangrijke natuurlijke, landschappelijke, - Er is mogelijk een conflict met de be ecologische en cultuur-historische waarden. Het staande scheepvaartroutes. Markermeer is daarmee van grote waarde voor Urk had als historisch eiland altijd een open relatie met het water. Het ondersteunt de identi-

Windpark NO-polder is zichtbaar vanaf de Markerwadden. 78 energieverkenning ijsselmeergebied gebiedsgerichte combinaties 79

Conclusie testcases De conclusie is dat het IJsselmeergebied als bin- Als we deze grootschalige clusters beoordelen op nenzee te klein is om naast het windpark Fryslân basis van de opgestelde ruimtelijke principes, nog eens ruimte te bieden aan een grote cluster dan moeten we concluderen dat in het IJssel- windmolens, zoals die op open zee probleemloos meergebied, naast windpark Fryslân, geen ruim- kunnen worden toegepast. te is voor nog extra geclusterde opstellingen van deze schaal. - Ze conflicteren met het principe om de grote lengteassen open te houden, het gaat ten koste van de grote open ruimte en het gevoel van weidsheid. - Er zal onvermijdelijk interferentie op treden met de al gerealiseerde windop- windopstellingen, o.a. bij de geprojec- teerde cluster tussen N.O.P. en Flevo- land. - Een belangrijk principe is dat bij windopstellingen rekening worden gehouden met de overzienbaarheid van een cluster. Bij de schaal van dit type clusters is dit per definitie niet het geval. De beperkte mogelijke afstanden tot het land en de onvermijdelijke ‘dominantie’ verergeren dit nog. - De clusters Gaasterland en West-Fries- land zijn geprojecteerd voor de grillige, oude kusten, terwijl windopstellingen beter aansluiten bij strakke, nieuwe kusten. - Unieke ruimtelijke kwaliteiten dreigen te worden aangetast: het heuvelachtige open Gaasterland, het open havenfront van Urk - In het geval van de testcase West-Fries land gaat het hele IJselemeergebied ‘op elkaar lijken’: net als in het (noordelijke) IJsselmeer, zullen vanaf het Markermeer altijd en overal grote cluster windmolens zichtbaar zijn. - (De mogelijke ‘iconische waarde’ van een grote clusters windmolens wordt hiermee ondermijnd: een icoon veron- derstelt opvallendheid en uniciteit, de ‘kers op de taart’, en geen alom-aanwe zigheid) Alle testcases leiden tot situaties die qua ruim- telijke kwaliteit slechter zijn dan het windpark Fryslân. 80 energieverkenning ijsselmeergebied hoofdstuktitel 81

6. energie mogelijkheden 82 energieverkenning ijsselmeergebied energie mogelijkheden ijsselmeer 83

6. energie mogelijkheden ijsselmeer

Dit hoofdstuk geeft inzicht in de mogelijke energieopbrengst van het IJsselmeergebied door de gebiedsgerichte combinaties op een samenhangende manier in te tekenen op schaalniveau van het IJsselmeer als geheel. Evenals de gebiedsgerichte combinaties is deze oefening een voorbeelduitwerking van een mogelijke manier waarop de energiebouwstenen in samenhang kunnen worden toegepast. Deze voorbeelduitwerking geeft een inschatting van de toekomstige energieopbrengst van het IJsselmeergebied, waarmee duidelijk wordt in welke mate het IJsselmeergebied kan bijdragen aan de nationale opgave.

Aanvankelijk was de vraag de verkenning uit te nodig (zie bijlage op pagina 96), moet beleid werken in drie scenario’s: ‘maximaal innoveren aangepast worden of zijn innovaties gewenst. en meekoppelen’, ‘provinciale energieopgave Van belang is dat vervolgonderzoek snel wordt organiseren binnen provinciegrens’ en ‘0+-va- gestart, bij voorkeur gekoppeld aan pilotprojec- riant’. Door het werken met integrale energie- ten in het IJsselmeergebied, en dat benodigde bouwstenen (incl. meekoppelkansen) en ruim- aanpassing van het beleid wordt geagendeerd. telijke principes was het een logische volgende stap om een samenhangend beeld voor het IJsselmeergebeid als geheel te schetsen in plaats van het ontwikkelen van verschillende scena- rio’s met een grote bandbreedte. Niet alleen levert dit meer concrete handvatten voor behoud en versterking van de ruimtelijke kwaliteit, ook levert het resultaat duidelijkere input voor de regionale energiestrategieën. Binnen de uiterste ruimtelijke modellen ‘sprei- den’ en ‘clusteren’ is een optimum ontwikkeld waarin is ingezet op thematisch en gebiedsge- richt combineren van de integrale bouwstenen met de ruimtelijke principes als leidraad. Een oefening met grootschalige energieclusters waarin wind en zon worden gecombineerd -ver- gelijkbaar met windpark Fryslân- is onderzocht in het vorige hoofdstuk, maar blijkt niet haal- baar omdat de ruimtelijke kwaliteit niet gewaar- borgd kan worden. Om toch inzicht te krijgen in de energie-opbrengst van grote clusters is dit opgenomen in een aparte tabel op pagina 88. In het geschetste ruimtelijk beeld met energie- mogelijkheden voor het IJsselmeergebied kan onderscheid gemaakt worden tussen maatrege- len die op korte termijn uitgevoerd zouden kun- nen worden en maatregelen die meer tijd nodig hebben. Voor veel voorstellen is meer onderzoek Kaart IJsselmeergebied 84 energieverkenning ijsselmeergebied energie mogelijkheden ijsselmeer 85

Energie mogelijkheden in kaart

Windturbines Windturbines icm zonne-eilanden

Windturbines bij waterwerken zonne-eilanden langs flevolandse kust

Trintelhaven

rietzone

dijk

haven

Strand Stevige omranding / drijvers per module zonnezandbanken langs nWisselendeoord- afstand tussen modules, minimaal 10 zom nne-eilanden bij trintelhaven hollandse kust

detail module

Combinatie ecologie - landschap - haven - zonnenergie

refugia bij de friese kust Windturbines langs het ketelmeer

Bouwstenen toegepast langs de verschillende kusten Kaart IJsselmeergebied: energie mogelijkheden met de verschillende bouwstenen 86 energieverkenning ijsselmeergebied energie mogelijkheden ijsselmeer 87

BEPERKINGEN Op de kaart hiernaast is in rood aangegeven dat de ingetekende configuratie niet overal past binnen het huidige beleid en de restricties. Windopstellingen bij de kust van de Wierin- germeer en de Flevopolder en op de waterwer- ken vallen (deels) binnen de vliegbeperkingen rondom vliegveld Lelystad en het militaire oe- fenterrein bij de Afsluitdijk. Aanpassing van de contouren is eventueel mogelijk, maar daarvoor is eerst onderzoek nodig. Ook is op de kaart te zien dat zonne-eilanden, zoals nu ingetekend, mogelijk overlappen met vaarroutes. Bij verdere uitwerking kan dit aangescherpt worden, ofwel door aanpassing van de zonne-eilanden ofwel door te onderzoeken of het mogelijk is de vaar- route op te schuiven. De belangrijkste beperking wordt momenteel gevormd doordat het IJssel- meergebied voor het overgrote deel valt onder Natura-2000 wetgeving. Niet alleen is daarom in deze verkenning gezocht naar manieren waar- op de ecologische impact geminimaliseerd kan worden, maar vooral hoe meerwaarde voor het natuurlijke systeem van het IJsselmeergebied kan worden bereikt.

Beperkingenkaart IJsselmeergebied 88 energieverkenning ijsselmeergebied energie mogelijkheden ijsselmeer 89

energiepotentie binnen re- Bijdrage aan energie opgave Elektriciteit projecten (TJ) Waarvan elektriciteit 2050 gels Agenda ijsselmeerge- brengst van grote clusters, die geen onderdeel Alle projecten bij elkaar zonder de energie- (TWh) bied 2050 uitmaken van de voorbeeelduitwerking, is een clusters leveren 33.560 TJ of 9,2 TWh duurza- Noord-Holland 7.557 9% Overijssel - 0% De opbrengst van alle indicatieve projecten uit paarte tabel toegevoegd. In de berekening is uit- me energie. Hiervan is 29.685 TJ of 8,1 TWh Friesland 8.923 62% deze verkenning zijn in onderstaande tabel be- gegaan van de volgende eenheden: 1 TWh = 3.600 duurzame elektriciteit van zonneparken en Flevoland 13.205 126% TOTAAL 29.685 22% rekend. Om inzicht te geven in de energieop- TJ = 3,6PJ. windturbines en 3.875 TJ of 1,1 TWh ther- mische energie uit oppervlaktewater (TEO). BOUWSTEEN OMVANG (MW) OMVANG (HA) OPBRENGST OPBRENGST Voor TEO is het gemiddelde tussen het mini- Vanuit het landelijke Klimaatakkoord is de opga- (TJ) (TWH) mum en maximum als uitgangspunt gekozen. ve voor duurzaam op te wekken elektriciteit in Met het Energie Transitie Model van Quintel 2030 als volgt opgebouwd: Bestaand en geplande windparken 931 11.736 3,3 is berekend hoe de CO2 vrije energievoor- 84 TWh Totaal duurzame elektriciteit ziening van de vier provincies er mogelijk uit - Waarvan 49 TWh Wind op zee Windparken 5.075 1,4 403 kan zien in 2050. Uit dit model volgt het hui- - Waarvan 35 TWh Wind en zon op land/ Turbines bij waterwerken dige totale energieverbruik van de provincies IJsselmeer 228 2.873 0,8 inclusief mobiliteit uit 2016 en het verwachte Zonnezandbanken duurzame energieverbruik in 2050. Zie bijlage Deze opgave geldt voor 2030 en dus nog niet Noord-Holland 720 1.915 0,5 voor de indicatieve volledige energiemix per voor het eindbeeld waarin alle regio’s en provin- Zonne-eilanden Friesland 752 2.000 0,6 provincie. Deze bijlagen zijn een moment- cies van Nederland overgestapt zijn op duurzame Zonne-eilanden Windpar- opname van een interactief online model. In energie. De landelijke doelstelling is 49% CO2 ken 1.178 3.133 0,9 de energiemix van Noord-Holland is de in- reductie in 2030 waar duurzame elektriciteit een dustrie nog niet verduurzaamd, waardoor er bijdrage aan levert. De projecten uit deze ener- Zonne-eilanden Flevoland 660 1.756 0,4 geen extra vraag is naar duurzame elektriciteit gieverkenning bedragen gezamenlijk 9,2 TWh. Zonne-eiland Trintelhaven 450 1.197 0,3 en/of waterstof. Dit is een opgave op zichzelf Dat is dus 26% van de totale opgave opwekking waarbij maatwerk nodig is. Een aantal belang- duurzame elektriciteit op land in 2030 volgend Totaal zon & wind 1.562 3.760 29.685 8,1 rijke getallen inclusief het aandeel duurzame uit het Klimaatakkoord. elektriciteit in de energiemix staan in onder- staande tabellen. Een versie in TJ’s en een versie in TWh. TEO 3.875 1,1 Energieverbruik Energieverbruik Waarvan elektrici- 2016 (TJ) 2050 (TJ) teit 2050 (TJ) Noord-Holland 308.000 196.000 84.000 Totale energieopwekking Overijssel 114.000 62.000 28.000 33.560 9,2 Friesland 64.389 36.143 14.406 Flevoland 36.460 22.598 10.467 TOTAAL 522.849 316.741 136.873

EXTRA CLUSTERS OMVANG OMVANG OPBRENGST OP- Panelen Energieverbruik Energieverbruik Waarvan elektrici- (MW) (HA) (TJ) BRENGST 2016 (TWh) 2050 (TWh) teit 2050 (TWh) (TWH) Noord-Holland 86 54 23 Overijssel 32 17 8 Windpark Gaasterland 320 1,1 Friesland 18 10 4 4.037 Flevoland 10 6 3 TOTAAL 145 88 38 Windpark Gaasterland 1.650 4.389 1,2 4.496.250

De projecten uit deze energieverkenning be- Windpark West-Friesland 320 4.037 1,1 dragen 6% van het huidige energieverbruik van Windpark West-Friesland 1.150 3.059 0,8 3.133.750 de vier provincies en 11% van het verwachte energieverbruik in 2050 na besparing en tran- Windpark Urk/Flevoland 320 4.037 1,1 sitie. Onderstaande tabel toont welke bijdrage de projecten binnen het grondgebied van iedere Windpark Urk/Flevoland 1.729 0,5 1.771.250 650 provincie leveren aan het aandeel duurzame elektriciteit in 2050. Totaal 961 3.450 21.288 5,9 9.401.250 90 energieverkenning ijsselmeergebied hoofdstuktitel 91

7. conclusies en aanbevelingen 92 energieverkenning ijsselmeergebied conclusies en aanbevelingen 93

7. conclusies en aanbevelingen

conclusies aanbevelingen ■■ ■ Het IJsselmeergebied kan een signifcante bijdrage leveren aan de nationale energie-opgave ■■ ■ Gebruik de opgestelde bouwstenen en ruimtelijke principes voor het IJsselmeer als input en tool- binnen geformuleerde ruimtelijke kwaliteiten. Voornamelijk d.m.v. TEO, zonne-energie en -op box voor de op te stellen RES’en. enkele plaatsen- windenergie. ■■ ■ Richt je primair op energie-ontwikkelingen in het IJsselmeer die meerwaarde creëren en aanslui- ■■ ■ Energieopwekking kan meerwaarde creëren die aansluit bij andere relevante IJsselmeer opgaven, ten bij andere relevante IJsselmeer-opgaven, m.n. ecologie. zoals natuurontwikkeling, recreatie en visserij. ■■ ■ Een vervolgproces tijdens en volgend op de RES’en is nodig om de ruimtelijke, recreatieve, ecolo- ■■ ■ Geformuleerde bouwstenen zijn niet allemaal geschikt voor realisatie op korte termijn (bijv. gische en andere gevolgen in samenhang te bekijken en zo nodig bij de sturen op schaalniveau van onderzoek nodig, strijdig met huidig beleid). Er zal daarom onderscheid gemaakt moeten worden het IJsselmeergebied als geheel. Onderlinge afstemming tussen de 5 RES’en is nodig. tussen maatregelen op korte, middellange en lange termijn. ■■ ■ Start benodigd vervolgonderzoek t.b.v. uitwerking en realisatie bouwstenen zo snel mogelijk op ■■ ■ De bouwstenen zijn indicatief geformuleerd. Voor een aantal bouwstenen is meer onderzoek nodig en koppel dit, waar mogelijk, aan pilotprojecten. (m.n. technisch, ecologisch en relatie met gebruik) voordat ze verder uitgewerkt en gerealiseerd ■■ ■ Lever per project maatwerk om het bestaand gebruik in te passen en waar mogelijk te versterken. kunnen worden. ■■ ■ ■Opslag is een cruciaal onderdeel van het toekomstige energiesysteem. Voor het IJsselmeer lijkt hoog temperatuur warmteopslag in combinatie met collectieve warmtenetten met laag tempera- tuur bronnen een logische keuze. Hierbij kan tijdelijke overproductie elektriciteit uit wind en zon goed benut worden voor de aansturing van warmtepompen in de opslagvaten. Deze overproductie kan ook benut worden voor de productie van waterstof. ■■ ■ Deze energieverkenning gaat uit van bekende technieken (wind, zon, TEO), die op korte termijn toepasbaar zijn. Meer innovatieve energievormen (zoals osmose, getijden- en vervalenergie) lijken in het IJsselmeergebied op korte termijn geen significante bijdrage aan de energietransitie te kun- nen gaan leveren. ■■ ■ Geothermie eerst benutten op land, vanwege onzekerheid over beschikbaarheid en effecten van (ultra)diepe geothermie. ■■ ■ Grootschalige windclusters (zoals windpark Fryslân) zijn onderzocht in deze verkenning, maar zijn strijdig met een aantal ruimtelijke principes, zoals ‘houd de lengteassen open’, ‘voorkom interferentie’ en ‘maak overzienbare clusters’. 94 energieverkenning ijsselmeergebied hoofdstuktitel 95

bijlagen 96 energieverkenning ijsselmeergebied bijlagen 97

bijlage Vervolgonderzoek energieverkenning Ijsselmeer • Onder welke condities kunnen hard substraat en scourprotection (bescherming zeebodem tegen erosie e.d.) een bijdrage leveren aan het huidige ecosysteem onder water? (materiaal, locatie, Algemeen vorm, …) • Hoe kunnen functiecombinaties / meekoppelkansen “gewicht” bieden in de kostendiscussie? • Hoe kan de verstoring voor de bodem worden beperkt? (denk aan: aanleg en kabels en leidin- • Hoe kan tijdelijkheid (door innovaties of functieverandering) worden vastgelegd en opgenomen gen, trillingen) in het ruimtelijke kader? • Hoe kan de potentie van innovaties worden afgewogen bij toekomstperspectieven? (zoals wind- Thermische energie uit oppervlaktewater (TEO) molens zonder wieken en energieboei) • Wat zijn de effecten van TEO op de ecologische situatie van het water (denk aan waterkwaliteit, • Hoe kunnen energie-pilots (metingen, experimenten en monitoren) het beste ingericht wor- temperatuur, maar ook verstoring door aanleg etc.) den om zoveel mogelijk informatie te bieden voor verschillende thema’s (ecologie, ruimtelijke kwaliteit, stabiliteit etc.)? Gebruik (economie en recreatie) • Hoe kunnen kleine energie initiatieven bijdragen aan de in deze verkenning genoemde uit- • Hoe kunnen positieve effecten van energie-opstellingen (wind en zon) voor recreatie worden gangspunten voor ruimtelijke kwaliteit en meekoppelkansen? benut in verschillende type wateren en landschapstypes? (denk aan: aanlegsteigers, uitkijkpun- • Hoe kunnen betrokken overheden met elkaar samenwerken om op voorhand te komen tot een ten, interessantere vaarroutes, kijkhutten etc.) optimale beheersituatie van zonnepanelen, grondverzet, natuur en andere aandachtspunten? • Waar en hoe kunnen zonne- en aquacultuurvelden gecombineerd worden? • In hoeverre kan het IJsselmeergebied als pilotlocatie dienen voor innovatieve vormen van op- • Welk type windturbine kan geplaatst worden in (militaire) vliegzones / aanvliegroutes? slag zoals warmte buffervaten, fase verandering opslag en chemische opslag? • Waar en hoe kunnen windmolens een bijdrage leveren voor aquacultuur? • Onderzoek hoe het totaal aan te zijner tijd beoogde energiemaatregelen past binnen het • Wat is de minimale afstand van windmolens tot zandwingebieden? N2000-beleid. • Wat is de optimale ruimtelijke inrichting van duurzame energie projecten in het IJsselmeer Cultuurhistorie en ruimtelijke kwaliteit gezien de kosten en baten die samenhangen met de distributie en aan te leggen of te verzwaren • Wat is het effect van windmolens en zonnepanelen op archeologie tijdens aanleg en na realisa- energie infrastructuur? tie? • Hoe kan in de toekomst eenvoud en eenduidigheid gewaarborgd worden in type windmolens, Ecologie zonnepaneel-constructies, transformatiehuisjes en andere beeldbepalende elementen? Zon • Hoe kunnen zonnepanelen worden opgesteld (situering, oriëntatie, constructie) en ingepast om • Wat zijn de effecten van zonnepanelen op de ecologische situatie van het water tijdens de aan- de invloed op ruimtelijke kwaliteit vanaf verschillende standpunten te beperken? legfase en na realisatie? (denk aan: beheer, bekabeling, watertemperatuur, lichtinval voor sleu- telsoorten zoals algen) Water-systeem • Hoe kunnen de negatieve effecten van zonnepanelen op de ecologische gesteldheid worden • Wat zijn de effecten van (fundering van) windmolens op de waterkeringen? beperkt? (denk aan: oriëntatie, diep of ondiep water, hoeveelheid ruimte tussen de panelen, • Wat zijn de effecten van zonnepanelen, windmolens en TEO op de fysische en chemische verschillende doelsoorten) situatie van het water tijdens de aanlegfase en na realisatie? (denk aan: plastics, bekabeling, • Hoe kan energie-winning in de verschillende type wateren van het IJsselmeergebied optimaal watertemperatuur, lichtinval) worden ingepast, zodat positieve effecten voor ecologie te verwachten zijn (denk aan: lagere • Wat zijn de effecten van zonnepanelen en windmolens op oppervlakkige en diepe waterstromen watertemperatuur, zonering, inpassing met natuurvriendelijke oeverzones etc.) en sedimentstromen? • Welke maatregelen moeten worden getroffen om zonne-eilanden als refugium te laten functio- • Hoe kunnen windmolens en zonnepanelen een rol spelen in de dijkversterkingsopgave? (denk neren en daarmee het ecosysteem te verbeteren? aan: afstand tot de kust, constructie, oppervlakte) • (Hoe) kunnen zonnepanelen erosie van kwetsbare natuurgebieden verminderen? (denk aan: afstand tot de kust, constructie, oppervlakte) • Wat is de ruimtelijke impact van zonnevelden op de openheid van het IJsselmeer en Marker- meer? • Zijn vaste systemen of drijvende systemen voor zonnepanelen het beste toepasbaar op het IJsselmeer?

Wind • Waar liggen belangrijke vliegroutes van verschillende vogelsoorten en zijn er gebieden die met het oog daarop uitgesloten moeten worden van windmolens (i.v.m. aanvaringsslachtoffers)? • Welke maatregelen moeten worden getroffen om windmolenparken als refugium te laten func- tioneren en daarmee het ecosysteem te verbeteren? 98 energieverkenning ijsselmeergebied bijlagen 99

Bijlage TEO Voor de analyse is de verwachte toekomstige warmtevraag van alle woningen en gebouwen in het IJsselmeergebied ingeschat. Daaruit volgt het aantal woningen en gebouwen dat kansrijk is om aan te sluiten op een warmtenet. Deze analyse is gebaseerd op een aantal parameters, o.a.;

■■ Laagste maatschappelijke kosten; ■■ Concentratie warmtevraag per gebied; ■■ Energie labels; ■■ Mogelijke isolatiegraad gebouwen; ■■ Type gebouwen; ■■ Leeftijd gebouwen;

Het is nog onzeker tot welke afstanden TEO toegepast kan worden. Oftewel, tot welke afstand van gebouwen en een warmtenet water opgepompt kan worden uit het IJsselmeer. In deze analyse is de bandbreedte van 400 meter tot 5.000 meter gebruikt. Bij 400 meter lijken ongeveer 72.000 woninge- quivalenten kansrijk voor de techniek, bij 5.000 meter zijn dat er 422.000. Dit levert respectievelijk 850 TJ of 5.800 TJ op.

Eventueel kunnen buurten met bestaande warmtenetten toegevoegd worden, zoals bijvoorbeeld Almere. Als op deze locaties op termijn TEO gebruikt wordt als extra bron dan stijgt de realistische potentie naar 6.900 TJ. 100 energieverkenning ijsselmeergebied Bijlagen 101

Bijlage Energie mix

Inwoners: 2.784.854 Woningen: 1.300.093 Energiemix Noord-Holland Energiegebruik gebouwde omgeving: 34% 17-12-2018

1. Energievraag eindgebruik Besparing -36% 3. Opgave per thema 2050 112 PJ

300 PJ Wind Zon

2016 2050 51 PJ 38 PJ 250 PJ Benzine / diesel / LPG 121 41 12.530.000 PV-panelen op daken 14 PJ 200 PJ Gas overige (o.a. industrie) 31 19 7.577 ha zonneveld Gas gebouwde omgeving 72 0 20 PJ 150 PJ 10.885 MW vermogen PV panelen Biomassa en -brandstof 4 11 2.450 windturbines op land (3 MW) 1.344.000 zonnecollectoren 100 PJ Collectieve warmte 13 37 0 windturbines op zee (10 MW) / 4 PJ innovatie 1.387 MW 50 PJ Individuele zonthermie 0 4

Elektriciteit 67 84 0 PJ Collectieve Individuele Warmte 2016 2050 308 PJ 196 PJ Warmte 71 PJ 37 PJ 2. Energiebronnen 2050 6% Vermogen bronnen: 1.348 MW 300 PJ 1.164.000 woningequivalenten Fossiel (overig) 106 1% Biobrandstof 11 Geothermie (19%) 250 PJ Restwarmte (32%) Aardgas 30 Warmtepompen (48%) Warmtepompen 53% Biogas 3 200 PJ Overig (1%) Overig 41%

Waterstof import 0 150 PJ Individuele zonthermie 4 (Hernieuwbaar) Gas Biomassa Houtsoortige biomassa 1 100 PJ Omgevingswarmte 43 46 PJ 11 PJ

Restwarmte en diepe geothermie 19 Bijstook biomassa 1 PJ 50 PJ Aardgas (66%) Zonnepanelen 34 Transport 11 PJ Windturbines 51 Biogas (7%) 0 PJ Totaal 302 PJ Waterstof (27%) Overig 0 PJ

Deze factsheet is gegenereerd door het Energietransitiemodel voor het volgende scenario: pro.energytransitionmodel.com/scenarios/392071

Concept ter indicatie, online aanpasbaar via onderstaande URL 102 energieverkenning ijsselmeergebied Bijlagen 103

Inwoners: 404.068 Woningen: 162.918 Energiemix Flevoland Energiegebruik gebouwde omgeving: 36% 3-1-2019

1. Energievraag eindgebruik Besparing -38% 3. Opgave per thema 2050 13.862 TJ 40.000 TJ Wind Zon

2016 2050 9.795 TJ 5.347 TJ

30.000 TJ Benzine / diesel / LPG 15.102 0 2.891.000 PV-panelen op daken 3.158 TJ Gas overige (o.a. industrie) 3.120 3.100 700 ha zonneveld 1.874 TJ 20.000 TJ Gas gebouwde omgeving 6.019 136 1.612 MW vermogen PV panelen Biomassa en -brandstof 964 2.219 215 windturbines op land (3 MW) 158.000 zonnecollectoren Collectieve warmte 3.367 6.361 27 windturbines op zee (10 MW) / 315 TJ 10.000 TJ innovatie 110 MW Individuele zonthermie 25 315

Elektriciteit 7.863 10.467 0 TJ Collectieve Individuele Warmte 2016 2050 36.460 TJ 22.598 TJ Warmte 6.279 TJ 6.361 TJ 2. Energiebronnen 2050 5% Vermogen bronnen: 492 MW 199.000 woningequivalenten Fossiel (overig) 0 10% 25.000 TJ Biobrandstof 1.482 Geothermie (76%) Restwarmte (0%) Aardgas 383 Warmtepompen (13%) Warmtepompen 77% 20.000 TJ Biogas 1.148 Overig (12%) Overig 9% Waterstof import 0 15.000 TJ Individuele zonthermie 315 (Hernieuwbaar) Gas Biomassa Houtsoortige biomassa 737 10.000 TJ Omgevingswarmte 4.672 4.081 TJ 2.219 TJ

Restwarmte en diepe geothermie 4.826 Bijstook biomassa 737 TJ 5.000 TJ Aardgas (9%) Zonnepanelen 5.032 Transport 1.482 TJ Windturbines 9.795 Biogas (28%) 0 TJ Totaal 28.389 TJ Waterstof (62%) Overig 0 TJ

Deze factsheet is gegenereerd door het Energietransitiemodel voor het volgende scenario: pro.energytransitionmodel.com/scenarios/394093

Concept ter indicatie, online aanpasbaar via onderstaande URL 104 energieverkenning ijsselmeergebied Bijlagen 105

Inwoners: 646.040 Woningen: 295.540 Energiemix Friesland Energiegebruik gebouwde omgeving: 43% 3-1-2019

1. Energievraag eindgebruik Besparing -44% 3. Opgave per thema 2050 28.246 TJ Wind Zon

60.000 TJ 2016 2050 11.603 TJ 11.101 TJ

Benzine / diesel / LPG 21.067 1 7.033.000 PV-panelen op daken 7.683 TJ Gas overige (o.a. industrie) 8.679 10.330 801 ha zonneveld 40.000 TJ Gas gebouwde omgeving 19.910 288 2.144 TJ 3.149 MW vermogen PV panelen Biomassa en -brandstof 2.669 2.379 186 windturbines op land (3 MW) 638.000 zonnecollectoren 20.000 TJ Collectieve warmte 839 7.465 45 windturbines op zee (10 MW) / 1.274 TJ innovatie 447 MW Individuele zonthermie 45 1.274

Elektriciteit 11.180 14.406 0 TJ Collectieve Individuele Warmte 2016 2050 64.389 TJ 36.143 TJ Warmte 17.508 TJ 7.465 TJ 2. Energiebronnen 2050 7% Vermogen bronnen: 674 MW 50.000 TJ 233.000 woningequivalenten Fossiel (overig) 1 4% Biobrandstof 1.435 Geothermie (55%) 40.000 TJ Restwarmte (0%) Aardgas 1.395 Warmtepompen (10%) Warmtepompen 65% Biogas 7.904 Overig (35%) Overig 24% 30.000 TJ Waterstof import 0

Individuele zonthermie 1.274 (Hernieuwbaar) Gas Biomassa 20.000 TJ Houtsoortige biomassa 945 Omgevingswarmte 9.831 13.580 TJ 2.379 TJ

Restwarmte en diepe geothermie 4.098 935 TJ 10.000 TJ Aardgas (10%) Bijstook biomassa Zonnepanelen 9.828 Transport 1.435 TJ Windturbines 11.603 Biogas (58%) 0 TJ Totaal 48.312 TJ Waterstof (32%) Overig 10 TJ

Deze factsheet is gegenereerd door het Energietransitiemodel voor het volgende scenario: pro.energytransitionmodel.com/scenarios/394095

Concept ter indicatie, online aanpasbaar via onderstaande URL 106 energieverkenning ijsselmeergebied BIJLAGEN 107

Inwoners: 1.144.280 Woningen: 493.759 Energiemix Overijssel Energiegebruik gebouwde omgeving: 29% 3-1-2019

1. Energievraag eindgebruik Besparing -46% 3. Opgave per thema 2050 52 PJ 120 PJ Wind Zon 21 PJ 18 PJ 100 PJ 2016 2050

Benzine / diesel / LPG 41 0 10.443.000 PV-panelen op daken 80 PJ 11 PJ Gas overige (o.a. industrie) 15 15 2.000 ha zonneveld 5 PJ 60 PJ Gas gebouwde omgeving 31 0 5.371 MW vermogen PV panelen Biomassa en -brandstof 3 2 580 windturbines op land (3 MW) 818.000 zonnecollectoren 40 PJ Collectieve warmte 1 14 63 windturbines op zee (10 MW) / 2 PJ innovatie 573 MW 20 PJ Individuele zonthermie 0 2

Elektriciteit 22 28 0 PJ Collectieve Individuele Warmte 2016 2050 114 PJ 62 PJ Warmte 31 PJ 14 PJ 2. Energiebronnen 2050 5% Vermogen bronnen: 984 MW 438.000 woningequivalenten Fossiel (overig) 0 5% 80 PJ Biobrandstof 1 Geothermie (25%) Restwarmte (0%) Aardgas 2 Warmtepompen (51%) Warmtepompen 69% Biogas 11 60 PJ Overig (23%) Overig 21% Waterstof import 0

40 PJ Individuele zonthermie 2 (Hernieuwbaar) Gas Biomassa Houtsoortige biomassa 2 Omgevingswarmte 23 19 PJ 3 PJ

20 PJ Restwarmte en diepe geothermie 4 2 PJ Aardgas (11%) Bijstook biomassa Zonnepanelen 17 Transport 1 PJ Windturbines 21 Biogas (58%) 0 PJ Totaal 83 PJ Waterstof (31%) Overig 0 PJ

Deze factsheet is gegenereerd door het Energietransitiemodel voor het volgende scenario: pro.energytransitionmodel.com/scenarios/394094

Concept ter indicatie, online aanpasbaar via onderstaande URL 108 energieverkenning ijsselmeergebied 109

Colofon

De energieverkenning IJsselmeergebied is uitgevoerd door H+N+S Landschapsarchitecten i.s.m. Palmbout Urban Landscapes en Over Morgen (Duurzame leefomgeving) in opdracht van de IJssel- meerprovincies Fryslân, Noord-Holland, Flevoland en Overijssel.

Projectteam Nikol Dietz (H+N+S Landschapsarchitecten) Josje Hoefsloot (H+N+S Landschapsarchitecten) Jandirk Hoekstra (H+N+S Landschapsarchitecten) Pim Kupers (H+N+S Landschapsarchitecten) Danielle van Meijeren (H+N+S Landschapsarchitecten)

Frit Palmboom (Palmbout Urban Landscapes) Marcel van der Meijs (Palmbout Urban Landscapes) Luuk van Zwam (Palmbout Urban Landscapes)

Rijk van Voskuilen (Over Morgen) Coen Bernoster (Over Morgen) Olaf Herfst (Over Morgen)

Begeleidingsgroep Jack van der Wal (provincie Fryslân) Charles van Schaik ( provincie Noord Holland) Lize Beekman (provincie Flevoland) Willemijn Moes (provincie Overijssel) Ad Huikeshoven (Ministerie van Infrastructuur en Milieu)

Eindredactie H+N+S Landschapsarchitecten

Foto’s en afbeeldingen Zoveel mogelijk is geprobeerd de bronnen van afbeeldingen, die niet door H+N+S Landschapsarchi- tecten, Palmbout Urban Landscapes en Over Morgen zijn gemaakt, te achterhalen en te vermelden.

Projectnummer 2380

Amersfoort, 4 januari 2019

© H+N+S Landschapsarchitecten / Palmbout Urban Landscapes / Over Morgen (2019) Alles uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en / of

openbaar gemaakt mits de bron wordt vermeld.