Presentatie Bor Waal Merwede

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Presentatie Bor Waal Merwede Bouwsteen Beeld op de Rivieren 24 november 2020 – Bouwdag Rijn 1 Ontwikkelperspectief Waal Merwede 24 november 2020 – Bouwdag Rijn 1 Ontwikkelperspectief Waal Merwede Trajecten Waal Merwede • Midden-Waal (Nijmegen - Tiel) • Beneden-Waal (Tiel - Woudrichem) • Boven-Merwede (Woudrichem – Werkendam) Wat bespreken we? • Oogst gezamenlijke werksessies • Richtinggevend perspectief gebruiksfuncties rivierengebied • Lange termijn (2050 en verder) • Strategische keuzen Hoe lees je de kaart? • Bekijk de kaart via de GIS viewer • Toekomstige gebruiksfuncties zijn met kleur aangegeven • Kansen en opgaven met * aangeduid, verbindingen met een pijl • Keuzes en dilemma’s weergegeven met icoontje Synthese Rijn Waterbeschikbaarheid • Belangrijkste strategische keuze: waterverdeling splitsingspunt. • Meer water via IJssel naar IJsselmeer in tijden van hoogwater (aanvullen buffer IJsselmeer) • Verplaatsen innamepunten Lek voor zoetwater wenselijk i.v.m. verzilting • Afbouwen drainage in buitendijkse gebieden i.v.m. langer vasthouden van water. Creëren van waterbuffers in bovenstroomse deel van het Nederlandse Rijnsysteem. (balans • droge/natte periodes). Natuur • Noodzakelijk om robuuste natuureenheden te realiseren • Splitsingspunt is belangrijke ecologische knooppunt. • Uiterwaarden Waal geschikt voor dynamische grootschalige natuur. Landbouw • Nederrijn + IJssel: mengvorm van landbouw en natuur mogelijk. Waterveiligheid • Tot 2050 zijn dijkversterkingen afdoende -> daarna meer richten op rivierverruiming. Meer water via IJssel betekent vergroten waterveiligheidsopgave -> dijkverleggingen • noodzakelijk. • Cultuurhistorische waarden landschap van groot belang bij ingrepen t.b.v. waterveiligheid. • Waal: afgraving in combinatie met zomerbedverhoging biedt uitkomst. • Lek: zeer beperkte mogelijkheden voor buitendijkse ingrepen. Rivier ontzien met hoog water. • Nederrijn: combinatie van vergravingen, dijkversterkingen en dijkterugleggingen. Scheepvaart • Technische ingrepen nodig om bevaarbaarheid te garanderen Kleinere schepen (verminderde diepgang tijdens laag water) -> meer bewegingen -> meer • overnachtingsplekken. Delfstoffen Voldoende mogelijkheden langs Waal, Nederrijn en in Splitsingspuntengebied. Langs Lek en • IJssel zeer beperkte mogelijkheden. Verstedelijking. • Uitbereiding stedelijk gebied naar hogere gronden • Stad + uiterwaarden: geschikt als uitloopgebied voor de steden. • Meer recreatie vraagt om duidelijke zondering. wordt een scheiding gerealiseerd tussen de drukke Natuur en landbouw vaarverbinding en de riviernatuur. • Potentie voor een levende rivier. Door de Waal in te richten als • Sint Andries als stapsteen. Bij Sint Andries is een kans voor een levende rivier met een kralensnoer van nevengeulen en (betere) ecologische Maas-Waal verbinding, mits de Maas geen langsdammen tussen de Biesbosch en Gelderse Poort wordt de substantiële hoeveelheden extra water te verwerken krijgt. ecologische betekenis van de rivier vergroot. • Natuur waar kan, landbouw waar mogelijk. Vanwege dynamiek • Scheiding scheepvaart en riviernatuur. Dankzij de langsdammen op de Waal landbouw alleen in beherende rol en waar passend. Delfstoffenwinning. Delfstoffenwinning helpt de aanleg van Waterveiligheid en delfstoffenwinning • nevengeulen en de ontwikkeling van natuur. Naast een meekoppelkans op een aantal locaties nog op grotere schaal mogelijk. • Nevengeulen als waterveiligheidsopgave. Rivierverruiming, bijvoorbeeld door de aanleg van nevengeulen beperken de • Cultuurhistorie. Behoud of ontwikkeling van dijkversterkingsopgaven. De nevengeul bij Varik-Heeselt cultuurhistorische waarden (Linie van Maurits, oude wordt als noodzakelijk gezien. dijktrajecten) staat voorop. Scheepvaart bedrijfsvoering mogelijk. • Overnachtingsmogelijkheden. Door meer Duurzaam transport. De scheepvaart op Waal en Merwede overnachtingsmogelijkheden te realiseren is het mogelijk om het • neemt toe om te voorzien in de behoefte aan duurzaam aantal schepen en vaarbewegingen te vergroten, wat resulteert in transport. De scheepvaart stapt over op schonere een meer flexibele bedrijfsvoering. energiebronnen. • Nevengeulen. Nieuwe geulen zorgen niet voor te veel aanzanding Adaptief vermogen scheepvaart. Een gevarieerde diepteligging in vaargeul. • van de vloot maakt een meer continue en flexibele ontwikkeling, maar vraagt om goede zonering. Verstedelijking en recreatie Dijk als verbindende lint. De dijken zijn veilige recreatieve Uiterwaarden als uitloopgebied. Nieuwe uitloopgebieden • (fiets)routes. Zo ontstaat een doorgaande route van • voorzien in de toenemende vraag naar uitloop en recreatie nabij steden. Zwemplassen en natuur verminderen het Rotterdam tot de grens met Duitsland, waarbij cultuurhistorische objecten en structuren de warmte eiland effect. Ook elders zijn (natuurlijke) aantrekkelijkheid en bedrijvigheid versterken. uiterwaarden belangrijk voor de recreatief-toeristische afstemming tussen Waal, Amsterdam Rijnkanaal en Waterbeschikbaarheid Noordzeekanaal. Deltaprogramma Zoetwatervoorziening. Water van de Waal Vasthouden van water. Langs de rivier wordt water langer • is cruciaal voor de zoetwatervoorziening van West- • Nederland. Samen met het Deltaprogramma vastgehouden. Dit is noodzakelijk voor bestrijding van de droogte; voor natuur, drinkwatervoorziening en landbouw. Zoetwatervoorziening zijn strategische besluiten genomen Zowel binnen- als buitendijks. over verdeling van het rivierwater, in het bijzonder over de combinatie met duurzame energiebronnen biedt de scheepvaart Strategische keuzen en dilemma’s klimaat adaptieve groeimogelijkheden. Meer overnachtingshavens zijn • Dynamische natuur versus waterveiligheid. Ontwikkeling van ooibos nodig i.v.m. toename kleinere schepen (minder diepgang). zorgt voor een opstuwend effect tijdens hoogwater. Strategische keuze: Richtinggevende beleidsbeslissingen noodzakelijk. Op rijksniveau is het Ontwikkeling van de uiterwaarden is gericht op dynamische • noodzakelijk om duidelijke afspraken te maken tussen wateraanvoer, riviernatuur. waterverdeling en watergebruik. • Meer claims dan ruimte. De benedenloop van de Waal is relatief smal Sluis Nieuwe Waterweg. Een sluis in de Nieuwe Waterweg zou en kent veel ruimtelijke wensen. • zoutindringing fors verminderen. Dit heeft echter grote implicaties voor • Klimaat adaptief transport. Een variatie in scheepsgrootte in de scheepvaart. Discussie Beeld op de Rivieren • Worden de juiste accenten gezet in dilemma’s en keuzes? • Op trajectniveau/deelgebied/systeemniveau • Wordt het beeld bij het ontwikkelperspectief herkend? • Zijn de thema’s goed geadresseerd? • Bevat het nog onjuistheden? • Is het volledig, welke verrijking is er door te voeren?.
Recommended publications
  • Kansen Voor Achteroevers Inhoud
    Kansen voor Achteroevers Inhoud Een oever achter de dijk om water beter te benuten 3 Wenkend perspectief 4 Achteroever Koopmanspolder – Proefuin voor innovatief waterbeheer en natuurontwikkeling 5 Achteroever Wieringermeer – Combinatie waterbeheer met economische bedrijvigheid 7 Samenwerking 11 “Herstel de natuurlijke dynamiek in het IJsselmeergebied waar het kan” 12 Het achteroeverconcept en de toekomst van het IJsselmeergebied 14 Naar een living lab IJsselmeergebied? 15 Het IJsselmeergebied Achteroever Wieringermeer Achteroever Koopmanspolder Een oever achter de dijk om water beter te benuten Anders omgaan met ons schaarse zoete water Het klimaat verandert en dat heef grote gevolgen voor het waterbeheer in Nederland. We zullen moeten leren omgaan met grotere hoeveelheden water (zeespiegelstijging, grotere rivierafvoeren, extremere hoeveelheden neerslag), maar ook met grotere perioden van droogte. De zomer van 2018 staat wat dat betref nog vers in het geheugen. Beschikbaar zoet water is schaars op wereldschaal. Het meeste water op aarde is zout, en veel van het zoete water zit in gletsjers, of in de ondergrond. Slechts een klein deel is beschikbaar in meren en rivieren. Het IJsselmeer – inclusief Markermeer en Randmeren – is een grote regenton met kost- baar zoet water van prima kwaliteit voor een groot deel van Nederland. Het watersysteem functioneert nog goed, maar loopt wel op tegen de grenzen vanwege klimaatverandering. Door innovatie wegen naar de toekomst verkennen Het is verstandig om ons op die verandering voor te bereiden. Rijkswaterstaat verkent daarom samen met partners nu al mogelijke oplossingsrichtingen die ons in de toekomst kunnen helpen. Dat doen we door te innoveren en te zoeken naar vernieuwende manieren om met het water om te gaan.
    [Show full text]
  • 1 the DUTCH DELTA MODEL for POLICY ANALYSIS on FLOOD RISK MANAGEMENT in the NETHERLANDS R.M. Slomp1, J.P. De Waal2, E.F.W. Ruijg
    THE DUTCH DELTA MODEL FOR POLICY ANALYSIS ON FLOOD RISK MANAGEMENT IN THE NETHERLANDS R.M. Slomp1, J.P. de Waal2, E.F.W. Ruijgh2, T. Kroon1, E. Snippen2, J.S.L.J. van Alphen3 1. Ministry of Infrastructure and Environment / Rijkswaterstaat 2. Deltares 3. Staff Delta Programme Commissioner ABSTRACT The Netherlands is located in a delta where the rivers Rhine, Meuse, Scheldt and Eems drain into the North Sea. Over the centuries floods have been caused by high river discharges, storms, and ice dams. In view of the changing climate the probability of flooding is expected to increase. Moreover, as the socio- economic developments in the Netherlands lead to further growth of private and public property, the possible damage as a result of flooding is likely to increase even more. The increasing flood risk has led the government to act, even though the Netherlands has not had a major flood since 1953. An integrated policy analysis study has been launched by the government called the Dutch Delta Programme. The Delta model is the integrated and consistent set of models to support long-term analyses of the various decisions in the Delta Programme. The programme covers the Netherlands, and includes flood risk analysis and water supply studies. This means the Delta model includes models for flood risk management as well as fresh water supply. In this paper we will discuss the models for flood risk management. The issues tackled were: consistent climate change scenarios for all water systems, consistent measures over the water systems, choice of the same proxies to evaluate flood probabilities and the reduction of computation and analysis time.
    [Show full text]
  • Ijssel Bridge (Netherlands)
    mageba – Project information Ijssel Bridge (Netherlands) Project description 100 % mageba-owned subsidiary mageba- Highlights & facts The new Ijssel bridge was designed with Shanghai. Design requirements demanded bearings which should be able to take ver- the goal of replacing the old Hutch-Deck mageba products: tical loads up to approx. 62’000 kN, hori- bridge located in Zwolle, the Netherlands. Type: 36 RESTON®SPHERICAL With a longitude of more than 1‘000 m zontal loads of 20’000 kN and movements type KA and KE the new railway bridge shall improve the of 1‘050 mm. The largest bearing weighted Features: max. v-load 62‘000 kN connectivity of the railroad system of the approx. 5’000 kg. Design of bearings were max. h-load 20‘000 kN north-east axis. Design of superstructure carried out for each bearing independent- max. mov. 1‘050 mm is based on 18 independent segments. 18 ly in order to better suit client’s require- Installed: 2009 ments. Superstructure is supported by 19 axis equipped with spherical bearings ty- Structure: piers. On one axis adjacent to the river, the pes KA and KE support the complete su- City: Zwolle Bridge superstructure is fixed to the pier perstructure. The main bridge span, with Country: Netherlands through a monolithic connection. On all a length of approx. 150 m, allow the conti- Built: 2008–2010 other axis piers are equipped with respec- nues ship traffic improving the past traffic Type: Truss bridge tively one KA and one KE bearing allowing conditions. Length: 926 m bridge’s dilatation along both abutments Delivered products at each end of the bridge.
    [Show full text]
  • Vergeten Rivieren
    This page was exported from - Watericonen Export date: Thu Sep 23 18:19:27 2021 / +0000 GMT Vergeten rivieren De drie bekende rivieren bij Dordrecht zijn de Beneden-Merwede, de Noord en de Oude Maas. Het kanaal, nummer vier, de Nieuwe Merwede wordt daarbij nog wel eens vergeten. Er zijn in de omgeving echter nog meer ?vergeten' rivieren. Weliswaar soms al eeuwen afgedamd, ze horen in het landschap van de polders en de waarden. Vooral de Alblasserwaard telt nog een aantal oude rivieren. Natuurlijk de Alblas die in het oosten als rivier de Graafstroom begint. Vroeger was de Alblas een druk bevaren rivier met voornamelijk schuiten die veevoer (zoals pulp) transporteerden. Vandaag de dag wordt de rivier alleen bevaren door plezierschippers. Op zomerse dagen kan het op het water enorm druk zijn. Er zijn plannen om de oude, niet meer functionerende, schutsluis in Alblasserdam te restaureren, waardoor de Alblas en de Noord weer verbinding met elkaar krijgen. Ook in de Alblasserwaard, maar meer naar het zuidoosten gelegen is de Giessen. Het is een veenriviertje dat zijn oorsprong heeft in twee kleine veenriviertjes, de Noordeloos en de Kromme Giessen. De Giessen mondt uit in de Beneden-Merwede. De Giessen is net als de Alblas en Graafstroom een schilderachtige parel in het polderlandschap. De landschappelijke waarde werd zo groot gedacht dat de goederenspoorlijn Betuwelijn er met een tunnel onderdoor gaat. Voor wie het weet zijn op het Eiland van Dordrecht nog twee rivieren aan te wijzen. De Thuredriht bijvoorbeeld, de rivier waaraan Dordrecht zijn naam dankt. Het deel van de Voorstraatshaven tussen de Visbrug en Boombrug is het restant van de rivier.
    [Show full text]
  • Mass Mortality of Invasive Zebra and Quagga Mussels by Desiccation During Severe Winter Conditions
    Aquatic Invasions (2014) Volume 9, Issue 3: 243–252 doi: http://dx.doi.org/10.3391/ai.2014.9.3.02 Open Access © 2014 The Author(s). Journal compilation © 2014 REABIC Proceedings of the 18th International Conference on Aquatic Invasive Species (April 21–25, 2013, Niagara Falls, Canada) Research Article Mass mortality of invasive zebra and quagga mussels by desiccation during severe winter conditions Rob S.E.W. Leuven1*, Frank P.L. Collas1, K. Remon Koopman1, Jon Matthews1 and Gerard van der Velde2,3 1Radboud University Nijmegen, Institute for Water and Wetland Research, Department of Environmental Science, P.O. Box 9010, 6500 GL Nijmegen, The Netherlands 2Radboud University Nijmegen, Institute for Water and Wetland Research, Department of Animal Ecology and Ecophysiology, P.O. Box 9010, 6500 GL Nijmegen, The Netherlands 3Naturalis Biodiversity Center, P.O. Box 9517, 2300 RA Leiden, The Netherlands E-mail: [email protected] (RSEWL), [email protected] (FPLC), [email protected] (KRK), [email protected] (JM), [email protected] (GvdV) *Corresponding author Received: 28 February 2014 / Accepted: 21 July 2014 / Published online: 2 August 2014 Handling editor: Vadim Panov Abstract Within impounded sections of the rivers Rhine and Meuse, epibenthic macroinvertebrate communities are impoverished and dominated by non-native invasive species such as the zebra mussel (Dreissena polymorpha) and quagga mussel (Dreissena rostriformis bugensis). In the winter of 2012 management of the water-level resulted in a low-water event in the River Nederrijn, but not in the River Meuse. Low-water levels persisted for five days with average daily air temperatures ranging from -3.6 to -7.2˚C.
    [Show full text]
  • Fvanderziel Master Thesis ... Ep2009.Pdf
    Appendix Master thesis: Movable water barrier for the 21st century Technical University Delft Section: Hydraulic Structures F. van der Ziel BSc September 15, 2009 TABLE OF CONTENTS A. Literature Study (conclusions only) ...................................................................................... 2 B. Inland Water Navigations..................................................................................................... 3 B.1 CEMT-classes ............................................................................................................... 3 B.2 Current Navigation ....................................................................................................... 5 B.3 Future Navigation ........................................................................................................ 6 C. Locations Descriptions and Selections .................................................................................. 9 C.1 Criteria ......................................................................................................................... 9 C.2 Spui ............................................................................................................................ 11 C.3 Dordtsche Kil .............................................................................................................. 16 C.4 Beneden Merwede ..................................................................................................... 20 C.5 Lek ............................................................................................................................
    [Show full text]
  • Ontgonnen Verleden
    Dit gedeelte bevat alleen het hoofdstuk Maas en Waal. Het volledige document is verkrijgbaar via Directie Kennis (zie onderaan deze bladzijde) Dit gedeelte is met toestemming van Directie Kennis gepubliceerd. Ontgonnen verleden Regiobeschrijvingen provincie Gelderland Adriaan Haartsen Directie Kennis, juni 2009 © 2009 Directie Kennis, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Rapport DK nr. 2009/dk116-F Ede, 2009 Teksten mogen alleen worden overgenomen met bronvermelding. Deze uitgave kan schriftelijk of per e-mail worden besteld bij de directie Kennis onder vermelding van code 2009/dk116-F en het aantal exemplaren. Oplage 50 exemplaren Auteur Bureau Lantschap Samenstelling Eduard van Beuseko, Janny Beumer, Bart Looise, Annette Gravendeel, Ontwerp omslag Cor Kruft Druk Ministerie van LNV, directie IFZ/Bedrijfsuitgeverij Productie Directie Kennis Bedrijfsvoering/Publicatiezakien Bezoekadres: Horapark, Bennekomseweg 41 Postadres: Postbus 482, 6710 BL Ede Telefoon: 0318 822500 Fax: 0318 822550 E-mail: [email protected] Ontgonnen verleden Directie Kennis | 1 10 Regio 40: Land van Maas en Waal Waalbandijk bij Weurt 10.1 Ligging Het Land van Maas en Waal wordt aan de noordzijde begrensd door de rivier de Waal, in het oosten door het Maas- en Waalkanaal, in het zuiden door de rivier de Maas en in het westen door het Kanaal van Sint Andries. 10.2 Karakteristiek Het 'Land van Maas en Waal' is een kenmerkend onderdeel van het Gelderse rivierengebied. Overal is de vormende hand van de grote rivieren merkbaar: niet alleen in het reliëf en de bodemgesteldheid, maar bijvoorbeeld ook in de manier waarop de mens het gebied heeft ingericht om er te wonen en te werken. De bodem bestaat voor het grootste deel uit zavel en klei die door de rivieren is afgezet.
    [Show full text]
  • New Canalization of the Nederrijn and Lek Main
    NEW CANALIZATION OF THE NEDERRIJN AND LEK MAIN REPORT Design of a weir equipped with fibre reinforced polymer gates which is designed using a structured design methodology based on Systems Engineering 25 January 2013 : Henry Tuin New canalization of the Nederrijn and Lek Main report Colophon Title: New canalization of the Nederrijn and Lek – Design of a weir with fibre reinforced polymer gates which is made using a structured design methodology based on Systems Engineering Reference: Tuin H. G., 2013. New canalization of the Nederrijn and Lek – Design of a weir with fibre reinforced polymer gates which is designed using a structured design methodology based on Systems Engineering (Master Thesis), Delft: Technical University of Delft. Key words: Hydraulic structures, weir design, dam regime design, Systems Engineering, canalization of rivers, fibre reinforced polymer hydraulic gates, Nederrijn, Lek, corridor approach, river engineering. Author: Name: ing. H.G. Tuin Study number: 1354493 Address: Meulmansweg 25-C 3441 AT Woerden Mobile phone number: +31 (0) 641 177 158 E-mail address: [email protected] Study: Civil Engineering; Technical University of Delft Graduation field: Hydraulic Structures Study: Technical University of Delft Faculty of Civil Engineering and Geosciences Section of Hydraulic Engineering Specialisation Hydraulic Structures CIE 5060-09 Master Thesis Graduation committee: Prof. drs. ir. J.K. Vrijling TU Delft, Hydraulic Engineering, chairman Dr. ir. H.G. Voortman ARCADIS, Principal Consultant Water Division, daily supervisor Ir. A. van der Toorn TU Delft, Hydraulic Engineering, daily supervisor Dr. M.H. Kolstein TU Delft, Structural Engineering, supervisor for fibre reinforced polymers : ARCADIS & TUDelft i New canalization of the Nederrijn and Lek Main report Preface & acknowledgements This thesis is the result of the master Hydraulic Engineering specialization Hydraulic Structures of the faculty of Civil Engineering and Geosciences of the Delft University of Technology.
    [Show full text]
  • Armies and Ecosystems in Premodern Europe: the Meuse Region, 1250–1850
    WCP ARMIES AND ECOSYSTEMS IN PREMODERN EUROPE THE MEUSE REGION, 1250–1850 Using the ecosystem concept as his starting point, the author examines the complex relationship between premodern armed forces and their environ- and Conflict in War ment at three levels: landscapes, living beings, and diseases. The study focuses Societies Premodern on Europe’s Meuse Region, well-known among historians of war as a battle- ground between France and Germany. By analyzing soldiers’ long-term inter- actions with nature, this book engages with current debates about the eco- ARMIES AND ECOSYSTEMS IN PREMODERN EUROPE IN PREMODERN logical impact of the military, and provides new impetus for contemporary armed forces to make greater effort to reduce their environmental footprint. “This is an impressive interdisciplinary study, contributing to environmental history, the history of war and historical geography. The book advances an original and intriguing argument that armed forces have had a vested interest in preserving the environments and habitats in which they operate, and have thus contributed to envi- ronmental conservation long before this became a popular cause of wider humanity. The work will provide a template for how this topic can be researched for other parts of the world or for other time periods.” Peter H. Wilson, Chichele Professor of the History of War, University of Oxford War and Confl ict in Premodern Societies is a pioneering series that moves away from strategies, battles, and chronicle histories in order to provide a home for work that places warfare in broader contexts, and contributes new insights ARMIES AND ECOSYSTEMS on everyday experiences of confl ict and violence.
    [Show full text]
  • Tussen Rijn En Lek 1981 3
    Tussen Rijn en Lek 1981 3. - Dl.15 3 - 3 - In waterstaatkundig opzicht had hij geen enkel belang noch bij hetbestaan noch bij het verdwijnen van de dam en het is de vraag of ookde graaf van Gelre zoveel baat zou hebben gehad bij een eventuele ver-wijdering, laat staan de graaf van Kleef. Het is niet onmogelijk, dat degraaf van Holland de graven van Gelre en Kleef er bij betrokken heeftom het geschil bewust te laten eskaleren. De enige, die er belang bijhad, dat de dam bij Wijk in stand bleef, was de bisschop van Utrecht.De graaf van Holland hoopte ongetwijfeld dat de bisschop toegeeflij-ker zou worden ten aanzien van het bestaan van de Zwammerdam,wanneer hij zelf het risico zou lopen, dat de afdamming van de Krom-me Rijn ongedaan zou moeten worden gemaakt op grond van dezelfdeargumenten als die, welke hij aanvoerde tegen de Zwammerdam.Te stellen dat de bisschop belang had bij de dam in de Kromme Rijn iseen voorbarig antwoord op de vraag naar het waarom van de afdam-ming. Een antwoord, dat overigens al door de oorkonde van 1165wordt gesuggereerd, waar als reden wordt opgegeven: bevrijding vanwateroverlast. Omdat dit antwoord gemakkelijker te preciseren valt alswij over meer gegevens van chronologische aard beschikken, is hetdienstig het leggen van de dam eerst wat nader in de tijd te situeren. Hetenige chronologische gegeven, dat de oorkonde van 1165 biedt, is datde dam antiquitus facta est. Hij lag er in 1165 vanouds, sinds mensen-heugenis; de toen levende generatie wist niet anders. Voorlopig kunnenwij het leggen van de dam dus dateren ten laatste in het eerste kwart vande 12e eeuw.
    [Show full text]
  • Water Governance Unie Van Waterschappen Water Governance
    Unie van Waterschappen Koningskade 40 2596 AA The Hague PO Box 93218 2509 AE The Hague Telephone: +3170 351 97 51 E-mail: [email protected] www.uvw.nl Water governance Unie van Waterschappen Water governance The Dutch waterschap model Colofon Edition © Unie van Waterschappen, 2008 P.O. Box 93128 2509 AE The Hague The Netherlands Internet: www.uvw.nl E-mail: [email protected] Authors Herman Havekes Fon Koemans Rafaël Lazaroms Rob Uijterlinde Printing Opmeer drukkerij bv Edition 500 copies ISBN 9789069041230 Water governance Water 2 Preface Society makes demands on the administrative organisation. And rightly, too. Authorities, from municipal to European level, are endeavouring to respond. The oldest level of government in the Netherlands, that of the waterschappen, is also moving with the times in providing customised service for today’s society. This sets requirements on the tasks and the way in which they are carried out. But above all, it sets requirements on the way in which society is involved in water governance. We have produced this booklet for the interested outsider and for those who are roughly familiar with water management. It provides an understanding of what waterschappen are and do, but primarily how waterschappen work as government institutions. Special attention is paid to organisation, management and financing. These aspects are frequently raised in contacts with foreign representatives. The way we arrange matters in the Netherlands commands respect all over the world. The waterschap model is an inspiring example for the administrative organisations of other countries whose aims are also to keep people safe from flooding and manage water resources.
    [Show full text]
  • Silt in the Markermeer/Ijmeer
    Silt in the Markermeer/IJmeer A study on the effectivity and efficiency of proposed approaches concerning the deterioration of the lake and its surroundings Student: Iris van Gogh (3220052) Environmental biology Ecology and Natural Resources Management Supervisor: Dr. J.N.M. Dekker Energy and Resources Copernicus Institute of Sustainable Development Faculty of Geosciences, Utrecht University December, 2012 Preface Since I was born in Lelystad, the capital of the county Flevoland in the Middle of the Netherlands, I lived near the Markermeer for about 18 years of my life. I still remember the time being on an airplane and my dad showing me the Markermeer and IJsselmeer below us. The difference in color (blue for the IJsselmeer, while green/brown for the Markermeer) was enormous, and I know now, this is mainly caused by the high amount of silt in the Markermeer. A couple of years later I was, again due to my father, at an information day about water, distributing ‘dropjes’, a typical Dutch candy, wearing a suit looking like a water drop, named ‘Droppie Water’. I think it were those two moments that raised my interest for water and even though I was not aware of it at that time, I never got rid of it. Thanks to the Master track ‘Ecology and Natural Resources Management’ which I started in 2011, my interest for water was raised once, or actually thrice, again. After my first internship, which was about seed dispersal via lowland streams and arranging my second internship about heavily modified water bodies in Sweden (which I planned for the period between half of December 2012 and the end of July 2013) I wanted to specialize this master track in the direction of water.
    [Show full text]