Deelstudie Landschap En Cultuurhistorie
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Deelstudie Landschap en Cultuurhistorie voor de Herontwikkeling van het olieveld Schoonebeek: inbreng voor de Milieu Effect Rapportage Eindrapport Deelstudie Landschap en Cultuurhistorie voor de Herontwikkeling van het olieveld Schoonebeek: inbreng voor de Milieu Effect Rapportage Eindrapport Assen, november 2005 Opdrachtgever Opdrachtnemer Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. Dienst Landelijk Gebied Schepersmaat 2 Trompsingel 17 9405 TA Assen 9724 CZ Groningen Colofon: Auteurs en landschappelijke vormgeving: Erna Van der Stappen Jannes de Vries Tekstredactie: Wendy Kartoidjojo Lay-out, cartografie en illustraties: Anke van der Helm Martin van der Horst Jan Waal Inhoud 4 1 Inleiding 6 2 Technische ingrepen 10 3 Ontstaansgeschiedenis 10 3.1 Gebiedsbeschrijving 10 3.1.1 Geomorfologie 10 3.1.2 Reliëf 12 3.1.3 Bodem 12 3.1.4 Water 12 3.2 Het natuurlijke landschap in de Middeleeuwen 14 3.3 Historische ontwikkeling van het landschap vanaf de late Middeleeuwen 14 3.3.1 Late Middeleeuwen tot circa 1800 17 3.3.2 Circa 1800 - 1850 17 3.3.3 Jonge ontginningen na 1850 19 3.3.4 Ontwikkelingen in het ruimtegebruik na 1943 22 4 Huidig landschap 22 4.1 Visueel ruimtelijke opbouw van het landschap 24 4.2 Landschappelijke eenheden 28 4.3 Landschappelijke kwaliteit 28 4.4 Cultuurhistorische kwaliteit 30 5 Beleidsachtergronden 32 6 Visie en randvoorwaarden 32 6.1 Landschappelijke aandachtspunten 33 6.2 Visie herinrichting Schoonebeek 35 6.3 Visie oliewinningsinfrastructuur 38 6.4 Minimale randvoorwaarden 40 7 Toetsing en alternatieven 40 7.1 Toetsing ontwerp NAM 46 7.2 Optimalisatievoorstel 48 7.3 Vergelijking en conclusie 50 Geraadpleegde literatuur 51 Kaarten N.B.: De conceptrichtlijnen van de MER-commissie, die pas per 20 augustus 2004 bekend werden, zijn niet meegenomen in deze versie van het rapport. Inleiding Aanleiding 1 De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) Gezien de visuele invloed van de installaties in wil opnieuw olie winnen in de omgeving van Duitsland en de inrichting van het beekdal Schoonebeek. Daarvoor worden installaties aldaar, omvat de plankaart een gedeelte van geplaatst voor winning, verwerking en trans- het Duitse grondgebied. port van olie en voor de productie van de beno- digde energie voor winning. Voor deze installa- Opbouw / leeswijzer ties moet een Milieu Effect Rapportage (MER) Allereerst wordt er beschrijving gegeven van de worden opgesteld. Een van de onderdelen van technische ingrepen in het betreffende gebied de MER is het beschrijven van de effecten voor (hoofdstuk 2). Het is een weergave van de toe- landschap en cultuurhistorie en van het aange- komstige situatie na de ingreep van de NAM in ven van maatregelen om die effecten te vermin- het gebied. Vervolgens komen in de analyse de deren. De NAM heeft Dienst Landelijk Gebied ontwikkelingsgeschiedenis (hoofdstuk 3) en het (DLG) gevraagd om dit onderdeel voor haar huidige landschap (hoofdstuk 4) aan bod, om rekening te nemen. de landschappelijke en cultuurhistorische kwa- liteiten te kunnen begrijpen (paragrafen 4.3 en Doel 4.4). Hoofdstuk 5 stipt de belangrijkste beleids- Het doel van deze onderbouwing is het kunnen achtergronden aan en in hoofdstuk 6 komen de beoordelen van de locatiekeuze van de NAM op landschappelijke aandachtspunten aan bod die basis van de landschappelijke en de cultuurhis- aanleiding zijn voor de algehele visie die de torische kwaliteit van Schoonebeek en haar afgelopen jaren voor het Schoonebeeker gebied omgeving. Daarnaast geeft DLG advies over de ontwikkeld is. Daaruit voortvloeiend ontstaat inplaatsing van de installaties en leidingen voor de visie voor de inplaatsing van de technische de oliewinning en over de landschappelijke installaties en de minimale randvoorwaarden inpassing ervan. waaraan deze inplaatsing moet voldoen (para- grafen 6.3 en 6.4). In hoofdstuk 7 worden de Plangebied concrete plannen daaraan getoetst en alterna- Het gedeelte waar de ingrepen zullen gaan tieven uitgewerkt. plaats vinden, is de ruime omgeving van het dorp Schoonebeek. Het betreft het gebied in de meest zuidoostelijke hoek van de provincie Drenthe en valt binnen de gemeenten Coevor- den en Emmen. De voormalige gemeente Schoonebeek valt hieronder. De installaties worden in ruime zin geplaatst in het gebied tussen Weijerswold en Oosterse Bos, met als zuidgrens het Schoonebeekerdiep en het indu- striegebied bij Zandpol als noordgrens. 4 Deelstudie landschap en cultuurhistorie: Herontwikkeling olieveld Schoonebeek Deelstudie landschap en cultuurhistorie: Herontwikkeling olieveld Schoonebeek 5 Technische Proces 2 Het project "Herontwikkeling olieveld Schoone- tevens elektriciteit geproduceerd wordt. Dit beek" heeft een doorstart van de winning van gebeurt door warmtekrachtkoppeling. aardolie in de regio Schoonebeek tot doel. Gedurende de winningfase, die tenminste 20 Waterinjectie jaar zal gaan duren, is het project onder te ver- Bij het winnings- en behandelingsproces van delen in vijf hoofdactiviteiten: olie komt water mee. Dit water moet op een • Oliewinning verantwoorde wijze afgevoerd worden. Voor- • Stoomgeneratie nemen is om het totaal van de waterstromen te • Waterinjectie (her)injecteren in de diepe ondergrond. Hier- • Afvoer van olie voor zal een aantal bestaande uitgeproduceer- • Wateraanvoer de gasvelden worden geselecteerd. De installa- ties van deze uitgeproduceerde gasvelden Oliewinning worden aangepast, zodat deze geschikt worden De winning van de olie zal zich in eerste instan- voor waterinjectie. tie concentreren op het westelijk deel van het olieveld Schoonebeek, de zogeheten "Solution Afvoer van olie Gas Drive Area (SGDA)", op een diepte van 670 De afvoer van de ruwe olie zal plaatsvinden tot 900 meter. Het is geschikt voor het toepas- middels een pijpleiding naar de BP raffinaderij sen van de voorgenomen stoominjectietech- in het Duitse Lingen. De bedoeling is om dit te niek. In het verleden werd in hetzelfde gebied bewerkstelligen via een ondergrondse pijplei- via vele putten van een groot aantal locaties ding naar EMPG Rühlermoor en vervolgens aan olie gewonnen. Het voornemen is nu om met te sluiten op een bestaande pijpleiding naar circa 60 oliewinning- en stoominjectieputten op Lingen. circa 20 locaties olie te winnen. Er is een cen- trale behandelingsinstallatie nodig voor de Wateraanvoer olie- en waterscheidingbehandeling (OBI). De WKC heeft een aanzienlijke hoeveelheid Daarnaast komen er pijpleidingen voor het water van goede kwaliteit nodig om voldoende transport van het olie-watermengsel, stoom en stoom te kunnen opwekken. Op het terrein van voor gas. de RWZI (rioolwaterzuiveringsinstallatie) in Emmen wordt hiervoor een waterfabriek Stoomgeneratie gebouwd, die water van de gewenste kwaliteit Bij de hernieuwde oliewinning uit het olieveld produceert. De transportleiding tussen de zal stoom onder lage druk in de oliehoudende waterfabriek en de WKC wordt ondergronds laag worden geïnjecteerd om de stroperige olie aangelegd. vloeibaar te maken. Door middel van een warmtekrachtcentrale (WKC) wordt de beno- Installaties digde hoeveelheid stoom opgewekt, waarbij Concreet hebben deze activiteiten de plaatsing 6 Deelstudie landschap en cultuurhistorie: Herontwikkeling olieveld Schoonebeek van de volgende installaties in het landschap een ondergrondse pomp met een groot pomp- tot gevolg: vermogen. De hefinrichtingen zijn op rails • Fabrieken (OBI en WKC, gecombineerd) gemonteerd, zodat ze verrijdbaar zijn. De stoo- • Winninglocaties minjectieputten met afsluiter zien er simpel • Leidingen verwoord uit als ca. 2 meter hoge staalzuilen • Ontsluitingswegen met diverse bedieningshendels- en wielen. Fabrieken Leidingen Vanwege de effectiviteit worden het WKC en de De pijpleidingen die de beide vorige installaties OBI gekoppeld op één plaats gebouwd, bij met elkaar moeten verbinden, bestaan uit bun- voorkeur op het voormalig NAM emplacement dels van telkens drie leidingen. De twee groot- op de kruising van Kanaal A en de Beekweg. ste vervoeren stoom en het olie-watermengsel. Een alternatief is de voormalige behande- Ze zijn geïsoleerd, omdat de stoom en het olie- lingslocatie aan de Kanaalweg (het voormalig watermengsel heet zijn (stoom circa 300 ˚C en EVI-ROV terrein). olie/water circa 200 ˚C). Technisch gezien moe- ten ze zo horizontaal mogelijk liggen en ze Het precieze uiterlijk van de beide fabrieken is moeten droog blijven, in die zin dat ze niet in nog onbekend, maar er kan uitgegaan worden (grond)water mogen liggen. Nabij de WKC/OBI van fabrieken met het uiterlijk van technische heeft de stoomleiding, exclusief isolatie, een installaties met een hoogte van maximaal ca. diameter van circa 0.60m. Verder van de WKC 40 meter. Voorts komen er een aantal vaten en af neemt de diameter van de pijpleiding af tanks van om en nabij de 15 meter hoogte. omdat al diverse aftakkingen naar de stoomin- jectieputten hebben plaatsgevonden waardoor Winningslocaties aan het einde van het tracé minder stoom door De winning- en injectielocaties, 22 stuks liggen de pijpleiding getransporteerd hoeft te worden. schijnbaar willekeurig in het landschap. De Vanwege de inwendig opgebouwde druk moe- grootste concentratie is nabij het Schoonebee- ten ze op regelmatige afstand van expansie- kerdiep en bij de buurtschappen Vlieghuis, Pad- loops voorzien worden. Dit zijn rechthoekige huis en Westerse Bos zijn er ook enkele uitstulpingen in de leiding, waarvan de grootte gepland. Rekening houdend met de Inrichtings- afhankelijk is van de overbrugde afstand. visie Schoonebeekerdiep, liggen locaties op ten Gemiddeld is dit 5% van de tussenafstand, dit minste 25m