Hervergunning RWZI Achel Achel
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Vlaamse Overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8, 1000 BRUSSEL Tel (02)553 80 79 – Fax (02)553 80 75 Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing Project: Hervergunning RWZI Achel Achel Initiatiefnemer: AQUAFIN NV Dijkstraat 8 2630 Aartselaar 28 augustus 2012 OHPR0490 Projectbeschrijving en mer-procedure De ontheffingsaanvraag werd opgesteld in het kader van de hernieuwingsaanvraag van de milieuvergunning van de bestaande rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) Achel. De huidige milieuvergunning voor de exploitatie verloopt op 2 december 2013. De installatie bevindt zich op het grondgebied van de stad Hamont-Achel. De RWZI Achel maakt deel uit van het gelijknamige zuiveringsgebied en heeft een agglomeratiegrootte van 10 900 IE (à 60 O2/ IE dag). De RWZI werd in 1996 gebouwd en heeft een capaciteit van 12 600 IE (à 60 O2/ IE dag). Het zuiveringsgebied Achel heeft een zuiveringsgraad van circa 88% en een rioleringsgraad van circa 91%. Het afvalwater dat op de RWZI Achel behandeld wordt, is afkomstig uit de deelgemeenten Achel, Sint- Huibrechts-Lille en een gedeelte van Neerpelt. Eén gravitaire collector en één persleiding voeren het afvalwater naar de installatie. De RWZI Achel situeert zich tevens op de grens met Nederland. Het effluent wordt geloosd in de Prinsenloop, een onbevaarbare waterloop van 2de categorie met VHAG 10 046. Deze waterloop heeft als kwaliteitsdoelstelling basiskwaliteit en is volgens de nieuwe typologie voorlopig niet ingedeeld en wordt bijgevolg per afspraak binnen het type “kleine beek” ingedeeld. De Prinsenloop stroomt noordwaarts Nederland in en vloeit daar samen met de Warmbeek, een onbevaarbare waterloop van 1ste categorie met VHAG 9508. Deze is ingekleurd als ecologisch kwetsbare waterloop (kwaliteitsdoelstelling viswater). Het ontheffingsdossier is opgesteld in toepassing van artikel 4.3.3 §3 2° van het Decreet van 18 december 2002 tot aanvulling van het Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid met een titel betreffende de milieueffect- en veiligheidsrapportage (BS 13/02/2003) en het Besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage (BS 17/02/2005). Het project is onderworpen aan de mer-plicht en valt onder de categorie 11 Andere projecten in bijlage II van het Besluit m. n. “Rioolwaterzuiveringsinstallaties en kleinschalige waterzuiveringsinstallaties (KWZI) met een capaciteit van 500 inwonersequivalenten (IE) of meer, gelegen in een bijzonder beschermd gebied” (categorie 11c). De RWZI heeft een capaciteit van 12 600 IE (à 60 O2/ IE dag) en ligt binnen de afbakening van het Vogelrichtlijngebied „Hamonterheide, Hageven, Buitenheide, Stamprooierbroek en Mariahof‟ (BE2221314) en grenst aan het Habitatrichtlijngebied „Hageven met Dommelvallei, Beverbeekse heide, Warmbeek en Wateringen‟ (BE2200032) en VEN nr. 406 „De Warmbeekvallei‟1. Bijgevolg kan de initiatiefnemer een verzoek tot ontheffing indienen. Tevens is in de ontheffingsaanvraag de noodzakelijke (cf. Art. 36 ter van het Natuurdecreet) Passende Beoordeling geïntegreerd. Deze ontheffingsaanvraag is door de dienst Mer van de Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid ontvangen op 17 februari 2012. Op vraag van de Dienst Mer werd, gezien de aard en de ligging van het project, advies verleend door de stad Hamont-Achel (4 april 2012), de Vlaamse Milieumaatschappij – Afdeling Ecologisch Toezicht (17 april 2012) en het Agentschap voor Natuur en Bos Limburg (2 mei 2012). De ontheffingsaanvraag geeft aan dat het voorgenomen project grenst aan Nederland en dat er mogelijk grensoverschrijdende effecten te verwachten zijn. Daarom informeerden wij tevens, gelet op de bepalingen van artikel 4.3.3. §5 van het decreet en de internationale afspraken volgens het Verdrag van Espoo en de geldende afspraken tussen Nederland en Vlaanderen, de Provincie Noord- Brabant en de gemeente Valkenswaard. We bezorgden de provincie Noord-Brabant en de gemeente Valkenswaard een afschrift van het ontheffingsdossier voor advies. Tevens informeerden we het Ministerie van Infrastructuur en Milieu – Directoraten-generaal Ruimte en Milieu. Er werd advies verleend door de provincie Noord-Brabant (16 april 2012) en het Waterschap De Dommel2 (13 april 2012 – op vraag van de gemeente Valkenswaard en de Provincie Noord-Brabant). 1 Op Nederlands grondgebied ligt het Habitatrichtlijngebied ‘Groote Heide & De Plateau’ en het Vogelrichtlijngebied ‘Leenderbos en Groote Heide’. 2 Het Waterschap De Dommel heeft in hun advies bijkomende vragen gesteld rond te verwachten effecten van de RWZI Achel verder stroomafwaarts van de Prinsenloop (die na ca 300 m op Nederlands grondgebied uitmondt in de Tongelreep/Warmbeek). Naar aanleiding hiervan kreeg de dienst Mer van de initiatiefnemer voldoende nieuwe info, die een antwoord bood op de gestelde vragen door het Waterschap De Dommel. Dienst Milieueffectrapportage ontheffingsdossier OHPR0490 2 Er is geen advies ontvangen van de Vlaamse Milieumaatschappij – Afdeling Operationeel Waterbeheer en het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie – Afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu en Gezondheid – Dienst Hinder en Risicobeheer. De adviezen werden verwerkt in dit verslag en hiermee wordt rekening gehouden in de ontheffingsbeslissing. Beschrijving ontheffingsaanvraag De nota welke deel uitmaakt van het verzoek voor ontheffing van het opstellen van een MER werd opgesteld door de initiatiefnemer zonder de medewerking van een erkend mer-deskundige. De ontheffingsaanvraag is naar presentatie een verzorgd document geworden waarin de nodige cartografische informatie aanwezig is. De projectbeschrijving en de juridische en beleidsmatige randvoorwaarden, a.d.h.v. een matrix met bespreking van de relevantie, zijn voldoende duidelijk besproken. Alle relevante disciplines ‘oppervlaktewater’, ‘bodem en grondwater’, ‘geluid’, ‘lucht’, ‘antropogeen milieu’, ‘fauna en flora’ en ‘landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie’ die mogelijks effecten kunnen ondervinden ten gevolge van de hervergunning van de RWZI Achel, worden behandeld. Het ontheffingsverzoek geeft voor deze een bespreking van de referentietoestand en een beschrijving en beoordeling van de effecten. Er kan geconcludeerd worden aan de hand van de aangeleverde info dat de verdere exploitatie van de RWZI Achel geen aanzienlijke negatieve gevolgen zal hebben voor het milieu en haar omgeving – mits het uitvoeren van de voorgestelde projectgeïntegreerde maatregelen en dat een project-MER geen nieuwe of bijkomende gegevens over zulke effecten zal opleveren. De Vlaamse Milieumaatschappij Afdeling Ecologisch toezicht verleent een positief advies. De stad Hamont-Achel geeft een positief advies. De provincie Noord-Brabant stelt dat een voortzetting van de exploitatie van de RWZI geen extra negatieve effecten op de oppervlaktewaterkwaliteit veroorzaken. Bij een correcte werking van de inrichting en het volledig voorkomen van overstorten zal er geen extra beïnvloeding van de oppervlaktewaterkwaliteit op Nederlands grondgebied optreden. Het geloosde effluent wordt afgevoerd met het oppervlaktewater vanuit de Prinsenloop via de Warmbeek/Tongelreep (Nederland). Op Nederlands grondgebied zijn echter waardevolle gebieden gelegen. Dit betreffen beschermde gebieden waterhuishouding, attentiegebieden, Natte Natuurparels en het Natura2000 gebied Leenderbos, Groote Heide & De Plateau. Een verslechtering van de waterkwaliteit kan zware gevolgen hebben voor de bij deze gebieden behorende doelstellingen. Daarom dient voldoende aandacht te gaan naar een sluitende monitoring van de oppervlaktewaterkwaliteit/effluent nabij de RWZI. Bijgevolg zijn er geen bezwaren om aan het verzoek tot ontheffing van de mer-plicht tegemoet te komen mits de milieurelevante aspecten die bij de hervergunning aan de orde zijn in afdoende mate in de op te stellen milieuvergunningsaanvraag voor hervergunning aan de orde komen. In de aanvraag dient gemotiveerd te worden ingegaan op de te treffen effectreducerende maatregelen. Het Waterschap De Dommel stelde in hun advies om het dossier op een aantal punten te vervolledigen. Men stelt vast dat stroomafwaarts de lozing (op de Prinsenloop, die na 300 m op Nederlands grondgebied uitmondt in de Tongelreep/Warmbeek) er verhoogde fosforgehalten gemeten worden, en dit hoogstwaarschijnlijk afkomstig van de RWZI Achel. Dit leidt tot een algemeen fysische/chemische toestand die ontoereikend is voor de genoemde waterlichamen, die aan hogere ecologische doelstellingen moeten voldoen (volgens Kaderrichtlijn Water) dan de Prinsenloop (basiskwaliteit). Tevens is er een vraag naar het „hoe en waarom‟ van de versoepeling van de zuiveringsrendementen tot de periode 02-12-2013 en wat erna. Het advies werd overgemaakt aan Aquafin nv, waarna aan de dienst Mer bijkomende info werd verleend met o.a. een suggestie om de fosforconcentratie voldoende te doen afnemen en waarin de modaliteiten rond de versoepeling van de effluentnormen werden verduidelijkt. Daarnaast werd ook een overzicht van de knelpunten rond de RWZI Achel bezorgd en het daarmee gepaarde herstelprogramma. In het advies wordt gevraagd om in het vervolgtraject (bij de vergunningsaanvraag) het Waterschap De Dommel verder te betrekken. Dienst Milieueffectrapportage ontheffingsdossier OHPR0490 3 Het Agentschap voor Natuur en Bos Limburg deelt mee dat de belangrijkste effecten van de exploitatie van de RWZI zich situeren op de natuurwaarden op het vlak