Stichting voor Bodemkartering

Bennekom, 7 juli 1961 No. 26I9.

VERSLAG VAND E STICHTING VOOR BODEMKARTERING OVER HET JAAR 1960 INHOUD

biz.

1. Het Bestuur 1 2. Directiee nAfdelinge n 2

3. Vergaderingenva nhe tAlgemee nBestuur , 5 hetDagelijk sBestuu re nDienstvergaderinge n

4. Vergaderingenva nd eDirectie ,extern e Com- 8 missiese nSecretariate n

5. InterneCommissie s 15

6. Personeelsvereniging en-commissie s 17

7. Organisatie enMutatie s 18 8. Publikatiesva nd eStichtin gvoo rBodem - 19 kartering

9« Dekarteringe nva nNederlan d 24 10. Samenwerking 26 11. RegionaalBodemkundi gOnderzoe k 28

12. SpecialistischOnderzoe k 38

13» Deopdrachtkarteringe n 48

14« Bezoekenaa nhe tbuitenlan d enbuitenlands e 57 bezoekers 1.HE TBESTUUR . UltimoI96 0wa she tAlgemee nBestuu ral svolg t samengesteld:

) Ir.S .Herweye r Dir.Cultuurtechnische (Voorzitter) Dienst, Maliebaan2 1

•)Ir .H.T .Tjallem a Dir.Akker-e n 'ss-Gravenhag- e Weidebouw, Iev.d .Boschstraa t4

•)Dr.Ir .G .d eBakke r Afd.Tuinbouw , 's-Gravenhage Min.L .e nV. , Iev.d .Boschstraa t4

')Ir .H.A.M.C .Dibbit s Hoofding.Dir. 1s-Gravenhag e Rijkswaterstaat, vanHogenhoucklaa n6 0

')Mr .N.M .Zij p Secr.CommissieGrond ­ 1s-Gravenhage gebruikva nhe t Landbouwschap, Raamweg2 6

Ir.Th .Quen é RijksdienstNational e 's-Gravenhag e Plan, LangeVoorhou t1 9

Ir.H.J.A .Hendrik x President-Directeur Arnhem Ned.HeideMij. , Sickeszplein1

Ir. J.J. V/esterhof Directie DeBil t N.V.Grontmij . Utrechtseweg17 0

Ir. L.M. Bouten DirecteurR.K.Mid ­ Venlo delbareTuinbouw ­ school, Maagdenberg3

Ir.H.V .Schenkenber g Staatsbosbeheer, Utrecht vanMiero p Museumlaan2

')Teven she tDagelijk s Bestuurvormend . 2.DIRECTI EE MAFDELINGE N Directeur: Dr.Ir.F.W.G .Pijl s Adjunct-Directeur: Ir.R.P.H.P .va nde rSchan s Adviseurva nd eDirectie : Prof.Dr.Ir.C.H .Edelma n Hoofdafdeling RegionaalBodemkundi gOnderzoe ke nKarteringen : Ir.R.P.H.P .va nde rSchan s

Hoofdafdeling SpecialistischOnderzoek : Dr.Ir.J .Schellin g

AfdelingRedactie ,Bibliothee ke nProgrammerin g enPlanning : Ir.F.C .va nLoene n

AfdelingReproduktie : J.P.Heerem a AfdelingAlgemen eZaken : J.G.va nHal l

Kantooradres: Stichtingvoo rBodemkarterin g Bovenweg7 (Postbus10 )Benneko m Telefoon:0837 9- 204 1 t/m204 4 Telegramadres:Stibok a Bank:Twentsch eBank ,Wageninge n

RegionaalBodemkundi gOnderzoe ke nKarteringe n Opdrachtkarteringen: Ir.G.J.W .Westervel d Bovenweg7 >Benneko m (08379- 204 1 t/m 2044) Groningen: Ir.L.A.H ,d eSme t Blijham ste rstraa t19 ?V/inschote n (0597O- 2101 )

Friesland: Ir.J .Cnosse n Stationsplein 28,Heerenvee n (0513O- 2131 ) Drente: Ir.B .va nHeuvel n Emmalaan 11,Emme n (059IO- 1129 ) Overijsel: Ir.M .Knibb e Vande rLaenstraa t 75>Zwoll e (052OO- 12918 ) 3-

Gelderlande nUtrecht : Ir.J.C .Pap e Ir.J.N.B .Poelma n Wildekamp 32,Benneko m (08379- 2550 ) Noordholland,Zuid-Hollan d tennoorde nva nd erivieren : Dr.Ir.L.J .Pon s Dalweg16 ,Hilversu m (O295O- 13096 )

Ir.P .d uBurc k Hoteld eLandbouw ,Schage n (0224O- 582 ) Zuid-Holland tenzuide nva nd erivieren s Ir.J .va nde rLind e Dorpsstraat 84,Zuid-Beierlan d (01866- 208 ) Ir.C .va nWallenbur g Groenmarkt 51»Dordrech t (01850- 7881 )

Zeelands Ir.P .va nde rSluy s Westsingel 58,Goe s (01100- 6440 )

Noordbrabant: Dr.Ir.D .va nDiepe n Molenpad8 ,Boxte l (04IO6- 2758/2759 ,2262/2312 ) Ir.M.F .va nOoste n Zwaantjesweg1 ,Galde r (Breda) (OI6O4- 510 ) Limburgs Ir.J.M.M ,va nde nBroe k Walramstraat 80a,Sittar d (04490- 3998 ) SpecialistischOnderzoe k Bodemclassificaties Dr.Ir.J .Schellin g Bovenweg7 »Benneko m (08379- 204 1 t/m2044 ) Kaartcoördinatie: Ir.G.G.L .Steu r Bovenweg7 ,Benneko m (08379- 204 1 t/m 2044)

Hydrologies Dr.Ir.J.C.F.M .Haan s Bovenweg7 » Benneko m (08379- 204 1 t/m2044 ) Mineralogies Dr.R.D .Crorameli n Duivendaal 6,Wageninge n (08370- 2416 )

Geologie enPaleobotanie s Dr.G.C .Maarlevel d Kerkweg 56,Ed e (08380- 9713 ) Micropedologie enMicromorfologie ; Dr.Ir.A .Jongeriu s Bovenweg7 ?Benneko m (08379- 204 1 t/m2044 ) Fysische enChemisch eBodemkund es Dr.Ir.H.W .va nde rMare l PrinsHendriklaa n 5- 7 >Ed e (08380- 8970 ) Vegetatiekunde; Dr.Ir.I.S .Zonnevel d Bovenweg 7J Bennekom (08379- 204 1 t/m 2044) Vlietstraat 7>Sleeuwij k (01833- 281 ) HistorischeGeografie : Mevr.Dr.A.W .Edelman-Vla m Bovenweg7 >Benneko m (08379- 204 1t/ m2044 ) Diatomeeënonderzoeks Drs.A .va nde rWerf f Stationsstraat 60,Abcoud e (02946- 294 ) Landclassificaties Ir.E.J .va nZuile n Bovenweg7 jBenneko m (08379- 204 1t/ m 2044) Tuinbouw; Ir.J.G.C ,va nDa m Bovenweg7 s Benneko m (08379- 204 1 t/m 2044) Boskarteringe nBosbedrijfskartering : Ir.K.R .Baro nva nLynde n Bovenweg7 s Benneko m (08379- 204 1 t/m2044 ) - 5-

3.VERGADERINGE NVA NHE TALGEMEE NBESTUUR ,HE TDAGELIJK SBESTUU R ENDIENSTVERGADERINGEN . Vergaderingenva nhe tAlgemee nBestuur s 16e n1 7jun i- Udde l (Hotel "DeSolsch eBerg" ) Devergaderin gwa sgewij daa nd ebesprekin g engoed ­ keuringva nhe tFinanciee lVersla g1959 ?he tVersla g vand eProjectenadministrati e195 9e nhe tJaarversla g 1959.Tijden sd evergaderin gwer d Ir.R.P.H.P .va nde r Schans"benoem dto tAdjunct-Directeu rva nd eStichtin g voorBodemkartering .Voort swa sonderwer pva ndiscus ­ sie:d esystematisch e bodemkarteringva nNederlan do p schaal 1:50.000,D eexcursi ewer d ingeleid enston d onderleidin gva nIr .K.R .Baro nva nLynden .Zi jvoer ­ denaa rd ekarteringsobjecte nva nd eAfdelin gBosbou w opd eVeluw e enha dte ndoe lee nindru kt egeve nva n hetbodemkundi gwer kva nd eStichtin gvoo rBodemkarte ­ ringte nbehoev eva nd eBosbouw .

26oktobe r -Benneko m (Stichtingvoo rBodemkartering ) Besprokenwerd :d estan dva nd efinancië npe r1 okto ­ berI960 ,d estan dva nd eopdrachtkarteringe npe r 1 oktoberI96 0e nd efinancierin gva nd eröntgenappa ­ ratuur,Ee nexcursi e ind eomgevin gva nEd ee nBenne ­ komston donde rleidin gva nIr .J.C .Pape .D eexcursi e hadte ndoe lee ninzich t tegeve ni nhe twer kbi jd e landelijkekarterin go pschaa l 1:50.000.

Vergaderingenva nhe tDagelijk sBestuur : 4maar t -Benneko m (Stichtingvoo rBodemkartering ) Devoornaamst e onderwerpenva nbesprekin gvormden :d e begroting1961 ,d ekaartbladenkarterin g 1:50.000,d e nieuwbouw,personeelsovergan gnaa rparticulier emaat ­ schappijen.

6me i- Benneko m (Stichtingvoo rBodemkartering ) Devoornaamst e onderwerpenwaren :d ebegrotin gi96 0e n 1961,gespecificeer dnaa rgroepe ne nwerkzaamheden , hetVoorlopi gFinanciee lVersla g1959 » VerslagProjec ­ tenadministratie 1959?he t Jaarverslag1959 »perso - neelsvoorstellen 1961,stan dva nd eopdrachtkarterin ­ gen,d ebodemkundig e overzichtskarteringNederland s Nieuw-Guinea.

Dienstvergaderingen: 18e n1 9januar i -Benneko m ("'t Kerkheerr-O (m) Dedienstvergaderin gwa sgewij daa nd ebehandelin gva n dewijziginge ni nhe t schemava nbodemclassificatie . Tevenswer dtijden sdez evergaderin gd egrondwater - trappenindelingvoo rd e1 :50.000-kaar tbesproken . 1e n2 maar t -Benneko m ("'t Kerkheem")(112 ) Naafloo pva nhe thuishoudelij kgedeelt eva ndez ever ­ gaderingdee dDr.Ir .P.K.J .va nde rVoord emededelin g vanzij nwer ki nNyassalan d enVenezuela .D etweed e dagwer d een"bezoe kgebrach t aand eNederlands eHeide ­ maatschappijt eArnhem .N akort euiteenzettinge nom ­ trentd etaa ke norganisati eva ndez emaatschappi je n vanhaa rbodemkundig eafdelin gvolgde nlezinge nbe ­ treffended ebodemkundig e problemeni nd egrondverbe ­ tering,i nd ewaterbeheersin g enbi jd eaanle gva n sportvelden.Ee nrondleidin gi nd eafdelin gvoo rme ­ chanische administratie besloot ditbezoek . 7e n8 apri l- Benneko m ("'t Kerkheem")(1 13 ) Hetalgemee ngedeelt eva ndez evergaderin gwa sgewij d aanuiteenzettinge nva nd ehee rH .d eBakke rbetref ­ fendebodemclassificati e end egebruikt e terminologie inWest-Duitslan d enva nIr .J.C .Pap eove rd estuden - tenexcursienaa rda tland . Detweed eda gwer d eenbezoe kgebrach t aand elabora ­ toriavoo rfysisch-chemisch ebodemkund e (Dr.Ir.H.W . vande rMarel )t eEd ee nvoo rMicropedologi e (Dr.Ir.A .Jongerius )t eBennekom .Voort swer dee n vindplaatsva ndiatomeeënaard ebi jQuadenoor dbezoch t (Drs.A .va nde rWerff) . 19e n2 0me i- Bred a (Hotel "DeDruif" )(114 ) Deexcursi e end einleidin gdaarto ehadde nbetrekkin g opbodemkundig e engeologisch e aspecteni nd eomgevin g vanBreda .D eleidin gwa si nhande nva nIr .M.F .va n Oosten. 29e nJ Ojun i- Roosendaa l (Hotel"Keizershof" )(115 ) Naafloo pva nhe thuishoudelij kgedeelt eva nd edienst - vergadering,dee dIr .J.J .Reinder smededelin gva nhe t bodemkundigwer ki nNieuw-Guinea . Dr.Ir.I.S .Zonnevel d hieldee ninleidin gbetreffend e hetbodemkundi ge nvegetatiekundi g onderzoekva nhe t militaire oefenterreinbi jOssendrecht .Di tkarterings - objectwer dd etweed eda gbezocht . 8 en9 septembe r- St.Nicolaasg a ("De Oorsprong")(116 ) Deexcursi enaa rhe tkarteringsgebie d Gaasterland stond onderleidin gva nIr .J .Cnosse ne nDr .G.C . Maarleveld.Dez eexcursi ewer d tevensdoo rhe ninge ­ leid. 20e n2 1oktobe r- Ed e (Hotel"D eWitt eHinde" )(11? ) Dedienstvergaderin gwa sgewij d aanee nuiteenzettin g vanDr.Ir .J.C.F.M .Haan sbetreffend e debeoordelin g vand evochthuishoudin gva nd egron ddoo rd eschoo l Mückenhausen.Dr .G.C .Maarlevel d deedmededelin gva n zijnrei snaa rMarokko .

1e n2 decembe r- Ed e (Hotel "DeWitt eHinde" )(118 ) Technischemededelingen i Ir.M .Knibbe :Grondwater - standsopnameni nTwente ;Ir .J.G.C ,va nDa me n Ir.J.N.B .Poelman ?Grondwaterstandsopname n ind eri - vierklei;Dr.Ir .D .va nDiepen s Gloeiresultatenbi j lakfilms.Voort swerde nmededelinge ngedaa ndoo r Drs.A .va nde rWerf fove rzij nrei slang sd eDona u endoo rDr.Ir .D .va nDiepe nbetreffend e deresulta ­ tenva nhe thumusonderzoe k opzandgronden . -8 - 4.VERGADERINGE NVA ND EDIRECTIE ,EXTERN ECOMMISSIE SE NSECRE ­ TARIATEN. Vergaderingenva nd eDirectie ; Vergaderingenva nDirecteure nva nInstitute ne nProef ­ stations (Akker-e nWeidebouw ) Vergaderingenva nDirecteure nva nInstitute ne nProef ­ stations (Tuinbouw) Vergaderingenva nDirecteure nva nInstellinge nvoo r LandbouwkundigOnderzoe k Vergaderingenva n T.N.O.-Directeuren Vergaderingenva nInstituut-Directeure n enRijksland - bouwconsulenten Vergaderingenva nRijkstuinbouwconsulente n Vergaderingenva nHoofdingenieurs-Directeure n vand e CultuurtechnischeDiens t

ExterneCommissies ; Directie Adviescommissie voord eTuinbou wi nhe tDeltagebie d Voorzitter;Ir .F.W .Honi g (ini96 0overleden ) Dr.Ir.G .d eBakke r Secretaris:Ir .J.M .Jacob s

CommissieHydrologisc hOnderzoe kT.N.O .(Huis ­ houdelijkevergadering ) Voorzitter:Prof .W.P.J.M .Kru l Secretaris;Mej .M.B .va nLenne p

Commissie OnderzoekLandaanwinnin gT.N.O . Voorzitter;Dr.Ir .S .Smedin g Secretaris;Mej .M.B .va nLenne p

AdviescommissieTuinbouwvestigingspla n Voorzitter;Ir .F.W .Honi g (inI96 0overleden ) Dr.Ir.G .d eBakke r Secretaris;Ir .N.C .Hofma n

Commissie OnderzoekKomgronde n Voorzitter;Ir .P.A . denEngels e Secretaris;Ir .J.P.A .va nde nBa n

WerkgroepOnderzoe kKomgronde n Voorzitter;Prof.Ir .M.L . 'tHar t Secretaris;Ir .J.P.A .va nde nBa n

Landelijke Adviescommissie voorGrond -e n Gewasonderzoek Voorzitter;Prof.Dr .A.C .Schuffele n Secretaris;Ir .J.M.A .Pender s Commissie tot Bestudering der Zoetwaterbehoefte van de Gelderse Landbouwgronden

Subcommissie Bodemkunde van de Stichting "Veten- schappelijke Atlas"

Commissie Waterbeheersing Noordbrabant Werkcontact Bodemopname Voorzitters Ir.W.C .Visse r Secretaris? Ir.J.L.Th . Siepman

Contactcommissie voor de Herziening van deGeologi ­ sche kaart van Nederland Voorzitters Dr.A.A . Thiadens Secretariss Dr. J.D. de Jong

Commissie Landclassificatie t.b.v.d e Tuinbouw Voorzitters Dr.Ir. G. de Bakker Secretariss Ir.L.J.J .va n der Kloes

Bijzondere Commissie van Overleg voor het Ministerie vanLandbou w en Visserij Voorzitters Lr. J.H. Patijn Secretariss Mr.D.J . Broer

Stichting "Compost" Voorzitters Mr.Dr. R.H. Baron deVo s vanSteenwij k Secretaris; G. Jansen

Landbouwcommissie Stichting Compost Voorzitters Prof.Lr. A.C.Schuffele n Secretariss Ir.B . Teensma

Stichting voor Agrarisch Onderzoek t.b.v. Nederlands Nieuw-Guinea Voorzitters B. Krijger Secretariss Prof.Dr.Ir. C. Coolhaas

Contactcommissie vanhe t Bosbouwproefstation Voorzitters Dr.H .va nVlote n Secretariss Ir. J. van Soest

Adviserend lid van de Commissie van Advies voorhe t Grond- enPachtprijspei l Voorzitters Prof.Dr. J. Pen Secretaris; Drs.A . Verhagen 10

Commissie opleidinglandbouwkundi g personeelAkker ­ enWeidebou w Voorzitters Ir.J.M.À .Pender s Secretaris;Dr.Ir .L.J .va nDij k

CommissieNieuwbou wBodemkundi ge nCultuurtechnisc h Centrum

Ir.J.M.M ,va nde nBroe k (Limburg) SectieNaamkund eva nd eCulturel e RaadLimbur g Voorzitters Dr.Win .Rouken s Secretaris;M .Smeets ,Drs .P .Tummer s WerkzaamhedensWetenschappelijk ebestuderin gva n namenva nvelden ,wegen ,kastelen ,etc . Speciaal werdee nonderzoe k ingesteldnaa rd ename no p-rod e en-rad ei nLimburg ? detoponymi eva nVenra ye n Wijnandsrade.Advieze nworde nuitgebrach t omtrent namene nnaamgeving ,waarbi jveela lte rplaats eo f inarchieve nd esituati eword tonderzocht .

Ir.P .d uBurc k (Noordholland) WerkcommissieGrootsla g

Ir.J .Cnosse n(Priesland ) LânskipGenetys kWurkforbâ nva nd eFrysk eAkadem y Voorzitters Secretaris;W .Dijkstr a Doel;D ebestuderin gva nhe tontstaa ne nd eontgin - nings-e nbewoningsgeschiedeni s vanFriesland .

CommissieWatervoorzienin g provincieFrieslan d Voorzitters H.M.Gerbrand y Secretariss Ir .W .d eLang e

Dr.R.D .Crommeli n (Bennekom) Associationinternational e deSédimentologi e

Ir.J.G.C ,va nDa m (Bennekom) Adviescommissie voord eTuinbou wi nhe tDeltagebie d Voorzitter;Ir .F.W .Honi g (ini96 0overleden )

AdviescommissieTuinbouwvestigingspla n Voorzitters Ir.F.W .Honi g (ini96 0overleden ) Dr.Ir.G .d eBakke r Secretaris;Ir .N.C .Hofma n

ContactgroepBodembehandelin g ind eFruitteel t Voorzitters Ir.L.J.J .va nde rKloe s Secretaris;N.M .d eVo s -1 1

Dr.Ir. D. vanDiepe n (Noordbrabant) Stichting Maaskants Welvaren (technische adviescom­ missie) Voorzitters Burgemeester Deelen van Oss Secretariss J. Peters Doels Sociaal-economisch e en agrarische sanering vanhe t Maaskantgebied

WerkcommissieWaterbeheersin g Boven-Dommelgebied Voorzitters Secretariss Ir.Laan s Techn.Hoofdambtenaar van hetWaterscha p de Dommel Doels Advie s bijuitvoerin g van irrigatieplan voor 6.000h a cultuurland Boven-Dommel

Werkcommissie Waterbeheersing Brabantse Peel

Provinciale Werkcommissie Waterbeheersingïïoord- brabant

Heemkundige Commissie van de Prov. Noordbrabant (adviserend) Sectie van Brabants Heem Voorzitters Pastoor Bink te Alphen Secretariss G. Beex te Hilvarenbeek

Mevr.Dr. A.W. Edelman-Vlam (Bennekom) Subcommissiesvoo r Historische Geografie enNeder ­ zettingen van de Stichting "Wetenschappelijke Atlas'

Commissie voor Naamkunde van de Koninklijke Neder­ landse Akademie van Wetenschappen

ToponymischeWerkgroe p van de Studiekring voor de

Historische Commissie van het Drents Genootschap

Historische Archeologische Commissie van de Stich­ ting Bevolkingsonderzoek in de drooggelegde Zuider- zeepolders

Ir. B.va n Heuveln (Drente) Historische Commissie van het Drents Genootschap -1 2

WerkgroepVeenaard e enSubgroe pZwartvee n Voorzitters Ir.L.J.J .va nde rKloe s Secretaris;Ir .H .Egbert s

J.J.Jantze n Subcommissie Bodemkundeva nd eStichtin g"Wetenschap ­ pelijkeAtlas "

Dr.Ir.A .Jongeriu s (Bennekom) CommissieBiologisch e Bodemverbetering Voorzitter;Ir .L.J.J .va nde rKloe s Secretaris;G .Minderma n

Biologische BodemcommissieT.N.0 .

WerkgroepVeenaard e (zieoo kbi jIr .B .va nHeuveln )

Subwerkgroep Zwartveen (zieoo kbi jIr .B .va nHeuveln )

Dr.G.C .Maarlevel d (Bennekom) Commissiond eGéomorphologi e Périglaciaired e 1'UnionGéografiqu eInternational e (corresponderend lid)

SubcommissieGeomorfologi eva nd eStichtin g"Weten ­ schappelijkeAtlas "

Legendacommissie Geologische StichtingHaarle m

Adviseurbi jd eGeologisch e Stichtingvoo rd eopnam e vanhe tgestuw d preglaciaal end efluvioglacial eaf ­ zettingenva nMidden-Nederlan d

Dr.Ir.H.W .va nde rMare l (Bennekom) Adviseuri nchemisch e enmineralogisch e zakenbi j hetLaboratoriu mvoo rGrondmechanic a (Delft)

Ir.J.C .Pap e () Studiekringvoo rd eVeluw e Voorzitter;Jhr .M.J.L .d eJong eva nEllemee t Secretaris;Ir .J.C .Pap e Doel;Studi ee nbevorderin gva nd enatuurlijk ee n culturele rijkdomva nd eVeluwe . 13

Dr.Ir.L.J .Pon s (Noordholland) Subcommissie 38avoo rd enormalisati e inNederlan d

SubcommissieGeomorfologi e vand eStichtin g"Weten ­ schappelijkeAtlas "

CommissieBiologisch e Bodemverbetering (zieoo kbi j Dr.Ir.A .Jongerius )

Ir.R.P.H.P .va nde rSchan s (Bennekom) Commissievoo ropleidin gto the texame ni nBodem ­ kundevoo rassistente nva nd eDirecti eva nd eLand ­ bouw Voorzitters Ir.J.M.A .Pender s Secretaris;Dr.Ir .S.F .Kuiper s Doels Organisere nva ncursusse ne nexamen si nVeld - bodemkunde,Bemestingsleer ,Grondverbeterin g enWa ­ terhuishouding

Ir.P .va nde rSluy s (Zeeland) WerkgroepLandbouwkundig eVerbeterin gva nPlaat - gronden Voorzitter;Ir .J.A.H .Haene n Secretaris;Ir .H .Bo s

Werkgroepva nd eCommissi eWaterbeheersin g enOnt - zilting

Ir.L.A.H ,d eSme t WerkgroepGrondbewerkin g Voorzitter;Ir .H .Kuiper s Secretaris;Ir ,C .Ouwerker k

WerkgroepLauwersze e Voorzitter;Ir .P.G .Meyer s Secretaris;Ir .J .Dieperin k

Werkgroep sedimentologisch-ecologisch onderzoek Dollard-Eemsestuarium Voorzitter;Prof .Ph.H .Kuene n Secretaris;Dr .J.H .va nVoorthuyse n

AardappelenquêtecommissieVeenkolonië n Voorzitter;J.S .d eVries ,Nederlands eKal i ImportMij . Doel;Onderzoe knaa rd eprobleme nva nd eaardap - pelcultuuri nd eveenkolonië n H

Ir.E.J .va nZuile n (Bennekom) ContactcommissieBodemgeschiktheidsclassificati e Voorzitter;Dr.Ir .L.J .va nDij k Secretaris;Ir .E.J .va nZuile n

WerkgroepBodemgeschiktheidsclassifieati e Rapporteur;Ir .E.J .va nZuile n

Dr.Ir.I.S .Zonnevel d (Bennekom) DeNatuurwetenschappelijk eCommissi eva nd eVoorlo ­ pige Natuurbeschermingsraad Voorzitter;Prof.Dr .G.J .va nOor d Secretaris:Dr .J .Wilck e Doel;Advisere nomtren the tnatuurwetenschappelij k "belangva nterreine n

Deltagroepva nd eContactcommissi e voorNatuur -e n Landschapsbescherming Voorzitter;Ir .W.G .va nde rKloe t Secretaris;Mej .G .va nde rBaa r Doel;Advie sove rd elandschapsverzorgin g enhe t scheppene nbehoude nva nnatuurterreine ni nhe t Deltagebied

Werkgroep Slibtransport Voorzitter:Prof.Dr .D.J .Doegla s Secretaris:Dr .C .Postm a

Secretariaat: DeNederlands e BodemkundigeVerenigin g Secretaris:Dr.Ir .J.C.F.M .Haan s 15

5.INTERN ECOMMISSIES .

Bodemclassifieatiecommissies Dr.Ir.J .Schelling ,voorzitte r (Dr.Ir.L.J . Pons), Ir.J.C .Pap e Ir. C.va nWallenbur g Ir. J.M.M,va nde nBroe k

CommissieLegend a50«000-kaart : Dr.Ir.J .Schelling ,voorzitte r Ir. G.G.L.Steu r (Dr.Ir.L.J . Pons), Ir.J.C .Pap e Ir. C.va nV/allenbur g

Landclassificatiecommissie: Dr.Ir.D .va nDiepe n Ir. J.va nde rLind e Ir.L.A.H ,d eSme t Ir.E.J .va nZuilen ,rapporteu r

Tuinbouwcommissies Dr.Ir.P.W.G .Pijls ,voorzitte r Ir. J.G.C,va nDa m Ir. P.d uBurc k Ir. J.va nde rLind e Dr.Ir.A .Jongeriu s (ir.L.J.J .va nde rKloes )

Hydrologische Commissie; Dr.Ir.J.C.P.M .Haans ,voorzitte r Ir. J.Cnosse n Ir. G.G.L.Steu r Ir. P.va nde rSluy s Ir. J.C.Pap e

ChemischeCommissie : Ir. J.M.M,va nde nBroek ,voorzitte r Dr.Ir.H.W .va nde rMare l Ir.M .Knibb e Ir. J.C.Pap e

Nebo-commissies Dr.Ir.L.J . Pons,voorzitte r Dr.Ir.J.C.F.M .Haan s

CommissieBestuderin gva nd eRelati eBodemtype-Grondbewerking : Ir. J.M.M,va nde nBroe k Ir. J.G.C,va nDa m Dr.Ir.A .Jongeriu s Ir. L.A.H,d eSme t - 1l

CommissieMiddelbaa rPersoneel : Ir.R.P.H.P .va nde rSchans ,voorzitte r Dr.Ir.J.C.F.M .Haan s Dr.Ir.I.S .Zonnevel d

Terminologiecommissie: Ir.F.C .va nLoenen ,voorzitte r Ir.G.G.L .Steu r Ir.J.C .Pap e J.J. Jantzen

TechnischeCommissie : Ir.L.A.H ,d eSmet ,voorzitte r Ir.B .va nHeuvel n Ir.M .Knibh e J.J. Jantzen

Archiefcommissie (inI96 0gedechargeerd ) Dr.Ir.J .Schelling ,voorzitte r Dr.R.D .Crommeli n Ir.E.J .va nZuile n Dr.Ir.J.C.F.M .Haan s Ir.J.M.M ,va nde nBroe k

InterneBouwcommissie : Dr.Ir.J .Schellin g Dr.Ir.A .Jongeriu s J.P.Heerem a J.G.va nHal l 17

6. PERSONEELSVERENIGING EN -COMMISSIES.

Personeelsvereniging: Ir. E.J. van Zuilen,voorzitte r Mej. A.D.M. Veldhorst, secretaresse H.Th.M. vanWijk , penningmeester O.P. van der Spek Mej. Th.F.C.M. Simonis

Contact-Commissie Binnendienst: G.J. Langedijk Mej. A.C. Remijnsen Mevr. L.H. Hendriksen-Verwey

Contact-Commissie Buitendiensts H. de Bakker W. van der Knaap Chr.J.M. Kraanen

Redactie Boorblad: H.G.M. Breteler, redacteur (Th.J.M. Bekking) 18

7.ORGANISATI EE MMUTATIES . Vanweged eomvan gva nd edirectietake nwer dmedi oI96 0 Ir.R.P.H.P .va nde rSchans ,reed swerkzaa mti jd eStichtin gvoo r Bodemkarteringal shoof dva nd ehoofdafdelin gRegionaa lBodemkun - digOnderzoe ke nKarteringen ,benoem d totAdjunct-Directeur . Op2 9januar iwer dhe tInstituu tdie pgetroffe ndoo rhe t plotselinge overlijdenva nzij nmedewerker ,redactie-secretari s enhoof dva nd eafdelin gProgrammerin g enPlanning ,Dr.Ir .W.N . Myers.D eStichtin gvoo rBodemkarterin gverloo ri nhe mee nuiter ­ mate"bekwaa me ntoegewij dredacteur ,ee nhartelijk e enopgewekt e collegatevens ,di ealgemee ngeach te ngelief dwas .Voo rvele n "betekendezij nheengaa nhe tverlie sva nee npersoonlijk evriend . Dr.Myer stra dbi jd eStichtin gvoo rBodemkarterin g indiens ti n 1955« Daarvoorwa shi jvana f195 0to the tuitbreke nva nd eoorlo g werkzaam inNederlands-Indi ëbi jd eDiens tva nhe tBoswezen .N a deoorlo gwa shi jo.a .werkzaa mbi jd eLandinrichtin g opJav ae n bijhe tBosweze ni nNederland sNieuw-Guinea- . Per1 septembe rwer dhi jopgevolg d doorIr .P.C .va n Loenen.Dez ewa sal sbodemkundig e achtereenvolgenswerkzaa mbi j hetBodemkundi g Instituut teBuitenzor ge nbi jd eafdelin gMakas ­ sarva nhe tAlgemee nProefstatio nvoo rd eLandbouw .I nNederland s Nieuw-Guineawa shi joprichte rva nhe tBodemkundi gBureau ,da t tothe tAgrarisc hProefstatio nuitgroeide .Hi jbeëindigd ezij n loopbaanaldaa ral sDirecteu rva nd eDiens tva nLandbou we nVis ­ serij.Daarn awa sIr .va nLoene nleraa ri nd eexact evakke naa n deschoo lvoo rd eGrafisch eVakke nt eUtrecht . Per1 februar iverlie tDr.Ir .A.P.A .Vink ,hoof dva nd e afdelingLandclassificati evoo rAkker -e nWeidebou wd edienst . Door2ij nnieuw ewerkkrin gbi jhe t International TrainingCentr e teDelf t ishe tcontac t echternie tgehee le na lverbroken . Zijnopvolge rwer d Ir.E.J .va nZuilen ,di evoordie n reedso pd eafdelin gLandclassificati evoo rAkker -e nWeidebou w werkzaamwas . Per1 oktobe rverlie tDr.Ir .P.K.J .va nde rVoorde , hoofdva nd eafdelin gUtrecht ,d eStichtin gvoo rBodemkartering . Hijtra d indiens tva nd eNederlands eHexdemaatschappij . Hetkarteringsgebie d Utrechtwer dhiero pbi jda tva n Gelderlandgevoegd .

UltimoI96 0wa sd eStichtin gvoo rBodemkarterin ggeorganiseerd , zoalso pbijgaan d schemai sweergegeven . 19-

8.PUBLIKATIE SVA ND ESTICHTIN GVOO RBODEMKARTERING .

Kuipers,S.F . Eenbijdrag e totd ekenni sva nd e"bode m vanSchouwen-Duivelan d enThole nnaa rd e toestandvoo r1953 »Wageninge nV.L.O . 65•7•Mededelinge nva nd eStichtin gvoo r Bodemkartering.D eBodemkarterin gva n NederlandXIX .Diss .Wageningen . Zonneveld,I.S . DeBrabants eBiesbosch .Ee nstudi eva n bodeme nvegetati e inee nzoetwatergetij - dendelta.Wageninge nV.L.O .65i20 .Mede ­ delingenva nd eStichtin gvoo rBodemkar ­ tering.Bodemkundig e Studies4 «Diss . Wageningen.

Artikelenva nmedewerker sva nd eStichtin gvoo rBodemkartering . Tijdschriftartikelen. Booy,A.H . Landbouwe nd etoekoms t ofd etoekoms te n delandbouw .On sJong ePlattelan d2_3 _ (196O)3 (mrt. )78-7 9e n106 . Broek,J.M.M ,va nde n Bodenkundeun dArchäologi emi tbesondere r Bezugnahme aufdi eAusgrabunge ni mNeo ­ lithikumvo nSittar dun dGeleen .Palae - historia6- 7 (1958-1959)7-18 . Burck,P .d u Oudheidkundigevondste ne nwaarneminge n tijdensee nbodemkarterin g enhu nbeteke ­ nisvoo rd ebewonings -e nontginningsge ­ schiedenis ind eKo pva nNoord-Holland . Westerheem 8 (i960)90-103 . Crommelin,R.D . Acontributio nt oth e sedimentarypetro ­ logyo fth eDollar t ascompare dwit had ­ joiningareas .Verhand.Kon.Ned.Geol.Mijn - bouwk.Gen. ,Geol .Serie ,dl .1_2 ,I960 . I35-I45. Diepen,D .va n Debodemgesteldhei d end elandbouwkundig e indelingva nhe t Boven-Langstraatgebied. InsAgrarisch ereconstructi eva nd eOos ­ telijke Langstraat enBovenlan dva nHeus - den (ruilverkavelingHeusden-Vlijmen) . Nieuwkuyk,1959 .19-29 . Edelman,C.H .e nA.W .Edelman-Vlam .Ee nbijdrag e totd eontgin ­ ningsgeschiedenisva nd ezuidelijk ezand ­ gronden.In ;Kultuurhistorisch eVerken ­ ningeni nd eKempen .I .29-50 .Oisterwyk , I960. Edelman,C.H.an dA.W .Edelman-Vlam . Studiesconcernin gth emor ­ phogenesiso fsom eol drura lsettlement s inth esand yarea so fth eNetherlands . Tijdschr.Kon .Ned .Aardrijksk .Gen . 22. (i960)312-318 . -2 0- Kroodsma,H . Deinvloe dva nhe tberijde no pd estruc ­ tuurva nd egrond ;ee nliteratuurover ­ zicht.Landbouwdocumentati e_1_ 6(i960 ) 787-795- Maarleveld,G.C .e nJ.C .Pape .Geologi e enBodemkund eva nhe t Nationale Park"D eHog e"Veluwe" . Maarleveld,G.C . Ueberdi epleistozäne nAblagerunge ni m südlichenAfrika .Erdkund e 1j£(i960 ) 55-46. Maarleveld,G.C . Glacialdeposit si nth eNetherland s transformedunde rperiglacia lconditions ; a review.Biulety nPeryglacjaln y£ 3(i960 ) 13-20. Maarleveld,G.C . Winddirection san dcove rsand si nth e .Biulety nPeryglacjaln y8 (I960)49-58 . Maarleveld,G.C . Lesphénomène spériglaciaire sa uPlei ­ stoceneancie ne tmoye na uPays-Bas . BiuletynPeryglacjaln y£ (i960)I35-I4I . Maarleveld,G.C . Glacialan dperiglacia l landscapeform s inth ecentra lan dnorther nNetherlands . Tijdschr.Kon .Ned .Aardrijksk .Gen . JJ_ (i960)298-304 . Marel,H.W .va nde r Verband tussenhe tuiterlij kva nd eklei - deeltjese nd egrondmechanica.LGM-Medede - lingen4 (i960)3 (jan. )1-28 . Marel,H.W .va nde r Determinationo fP statu so fHeve aBra - siliensisb ybar kanalysis .Plan tan d Soil 12,(i960 )5-1 6 Marel,H.V .va nde r Quantitative analysiso fkaolinite . RevueSilicate sIndustriel s (i960)1 e n 2.1 9biz . Pons,L.J . Derelatiev egeschikthei d vangronde n voorgraslan d envoo rbouwland .Landbouw ­ kundigTijdschrif t 72(i960 )683-686 . Pons,L.J . enA.J .Wiggers .D eholocen ewordingsgeschiedeni sva n Noordholland enhe tZuiderzeegebied .Dee l 2.Tijdschr .Kon .Ned .Aardrijksk .Gen . 22 (i960)3-57 - Smet,L.A.H ,d e Dieholozän eEntwicklun gde sniederlän ­ dischenRandgebiete sde sDollart sun dde r Ems.Verhand .Kon .Ned .Geol.-Mijnbouwk . Gen., Geol .Serie ,dl .J_£ ,I960 .15-23 . Smet,L.A.H ,d ean dA.J .Viggers .Einig eBemerkunge nübe rdi e Herkunftun ddi eSedimentationsgeschwin ­ digkeit derDollartablagerungen .Verhand . Kon.Ned .Geol.-Mijnbouwk .Gen. ,Geol . Serie,dl ._12 ,i960 .129-133 » Steur,G.G.L .e nI .Ovaa .Afzettinge nui td ePre-Romeins etrans ­ gressieperiode enhu nverban dme td e loopva nd eScheld e inMidden-Zeeland . Geologie enMijnbou w2 2(i960 )671-678 . - 21

Verff, A. van der Die Diatomeen des Dollart-Emsgebietes. Verhand.Kon. Ned.Geol.-Mijnbouwk.Gen. , Geol. Serie,dl .19 , I960.153-201 .

VoorlopigeVetenschappelijk e Mededelingen (voor intern gebruik). Burck, P. du Enige beschouwingen over het ontstaan (V.V.M. 10) van de oudere zeeklei-afzettingen enhe t oppervlakteveen inhe t noordelijk deel van Noordholland. Cnossen, J. en C.va nVallenburg . Basenbezettingen enbasenver - / (V.V.M. 11) houdingen van rivier- en zeekleigronden A in Nederland. Vink, A.P.A., D. vanDiepen ,L.A.H , de Smet, J. van derLinde . (V.V.M. 12) Toelichting op de beoordelingsschalen landclassificatie voor de kaartbladenkar- tering, schaal 1s50.000. Pons, L.J. Het voorkomen en de vorming van pyriet in (V.V.M. 13) diverse mariene afzettingen in Nederland en eenverklarin g voor het ontstaan van het knipverschijnsel. Vink, A.P.A. Opmerkingen over de betekenis van debo ­ (V.V.M. 14) demverschillen voor de groei end epro - duktie van landbouwgewassen en over de bij dit onderzoek toegepaste methoden. Diepen, D. van Resultaten van humusonderzoek op zand­ V (V.V.M. 15) gronden. Rapporten. Zie hiervoor de opdrachtkarteringen: hoofdstuk 13, pag.4 8

Publikaties in voorbereiding. Dj!_Bojlejnkar_te_ring_va nNederland_ . Smet, L.A.H,d e Het Dollardgebied. Bodemkundige en land­ bouwkundige onderzoekingen inhe t kader van de bodemkartering. V.L.0. Mededelin­ genva n de Stichting voor Bodemkartering. De Bodemkartering van Nederland XX. Ente, P.J. Een bodemkartering vanhe t tuinbouwcen- trum "De Streek".Mededelinge n vand e Stichting voor Bodemkartering. De Bodem­ kartering van NederlandXXI . Pons, L.J. Een bodemkartering vanhe t Land van Maas enVaa l en een gedeelte vanhe t Rijk van Nijmegen.Mededelinge n van de Stichting voor Bodemkartering. De Bodemkartering van Nederland XXII. Breteler,H.G.M . De bodemgesteldheid van het tuinbouwge- bied oostelijk ennoordoostelij k van Venlo. Mededelingen van de Stichting voor Bodemkartering. De Bodemkartering van Nederland XXIII. - 22-

Bodemkundige_S;tudies>:_ Schelling, J. De Hoge Bosgronden van Midden-Nederland. Wageningen V.L.0. 66.9- Mededelingen van de Stichting voor Bodemkartering. Bodem- kundige Studies 5« (Verschijnt in 196l). Vink, A.P.A. e.a. Enkele onderzoekingen over de bodemge- schiktheidsclassificatie voor akker- en weidebouw. V.L.0. Mededelingen vand e Stichting voor Bodemkartering. Bodemkun- dige Studies 6. (Ter perse). Havinga,A.J . Een palynologisch onderzoek van indek - zand ontwikkelde bodemprofielen.Medede ­ lingenva n de Stichting voor Bodemkarte­ ring. Bodemkundige Studies 7« (invoor ­ bereiding). Schelling, J. e.a. Een systeem van bodemclassificatie in Nederland. Mededelingen van de Stich­ ting voor Bodemkartering. Bodemkundige Studies 8. (invoorbereiding) .

Boor_enJ3pade_ . Boor en Spade XI Bodemkundige artikelen uit het buiten­ land (Nieuw-Guinea (3)j Zuid-Afrika; Congo; Oost Pakistan)va n vroegere mede­ werkers, ind e Engelse taal met eensa ­ menvatting inhe t Nederlands. Voorts werden opgenomen? Task and orga­ nization of the Netherlands Soil Survey Institute (ook inNederlands ,Fran s en Duits); Methods of Soil surveying inus e at the Netherlands Soil Survey Institute en Properties of rocks in civil and rural engineering. Reeds verschenen. Boor en Spade XII Bodemkundige artikelen uit het buitenland (Nieuw-Guinea, Indonesië,Suriname , Groenland, Verenigde Staten, Irak,Vene ­ zuela)va n vroegere medewerkers,i nd e Engelse taal met een samenvatting inhe t Nederlands. Voorts werden opgenomen; Preparation of coloured maps; soilgene ­ sis in organic,soils ;organi c B in low moor peat and low moor peat reclamation soils; calcium-magnesium and potassium- magnesium relations in loess soils of Limburg and morphological and chemical characteristics ofvariou s soil types in the province of Limburg. Boor en Spade XIII Dit nummer zalwee r verschijnen inhe t Nederlands met een samenvatting inhe t Engels, zoals voorheen gebruikelijkv/as . Onder meer zullen artikelen wordenopge ­ nomen betreffendes bospodzolen enheide - podzolen (Prof.Dr. C.H. Edelman). Glaci­ ale verschijnselen in de stuwwal vanOot - marsum (ir.M . Knibbe); studies van bodem 23-

envegetati eva nd eKalmthouts eheid e (Dr.Ir.I.S .Zonneveld )e nd eWassenaar - seduine n (Dr.Boerboom) 5 debouwvoo r vand edalgronde n (A.H.Booy) ;d ein ­ vloedva nhe tklimaa t opd eperiodici ­ teitva nd etrans -e nregressiefase n (ir.K.J .Hoeksema) ;he tverslempings - beeld (ir.A .Jans ee nDr.Ir .P.R .Koe - nigs);d einvloe dva nd emechanisati eo p destructuu rva nd egron d (ïï.Kroodsma )5 bijdrage totd eontginningsgeschiede ­ nisva nagrarisch enederzettinge no p zandgronden (Prof.Dr.Ir.C.H .Edelma ne n Mevr.Dr.A.W .Edelman-Vlam) .

Overig££ublikati_e_s . Boer,Th.A .d ee nL.J . Pons.Bode me ngraslan d ind eVijfheeren - landen.Wageningen .V.L.0 .66.6 .Reed s verschenen. Bennema,J .e nD .va nde rWoerdt .D eveldbodemkundig eoorzake nva n deverdroging 0,verbreidin ge neigenschap ­ penva nd everdroogd e gronden,dee lII . V.L.0.66.23 . Voord epublikatie sbi jd ekarterin gva nNederlan d opschaa l 1°.200.000(Nebo )zi ehoofdstu k 9>D ekarteringe nva nNederland , pag.24 . Voord ebijdrage nva nmedewerker sva nd eStichtin gvoo rBodemkar - teringvoo rhe t zevendeInternational eBodemkundig eCongre st e Madison (U.S.A.)zi ehoofdstu k 14»pag .57 « -2 4-

9.D EKARTERINGE NVA NNEDERLAND .

1.O pschaa l 1Ï200.000 (Nebo-kartering)

Dezekaar tkwa mi n196 1gehee lgereed .Zi jbestaa tui t 9blade ne ntwe elegendabladen ,waarva néé ni nhe tEngels .Ee n beschrijvingva nd ebodemgesteldhei dva non slan dza lende rd etite l "DeBode mva nNederland "dez ekaar tvergezellen .Dez ebeschrij ­ vingza li nI96 Ivoo rd edru kgeree dkonen ,zoda td epublikati e ind eloo pva n196 2ka nworde ntegemoe tgezien . Naastdez ebeschrijvin go plandelij knivea uza loo kpe r provincieee nbeschrijvin gva nd ebode mworde nuitgegeven .I nde ­ zeprovincial ebeschrijvinge nza lbehalv e ophe tdetai lmee rd e nadrukkunne nworde ngeleg do pverschijnsele ne nbijzonderheden , dieregionaa lva nbetekeni szijn .Verschillend eva ndez eprovin ­ cialebeschrijvinge nkwame ni nI96 0i nconcep tgereed . Opbasi sva ndez ekaar to pschaa l1 s200.00 0za lvoort s eenlandelijk elandbouwkundig egeschiktheidsbeoordelin gworde n gepubliceerd.Ontwerpe nva nkaar te nteks thierto e zijngereed . Betreffended einterpretati e enredacti eva ntekstgedeelte nword t metenig einstellinge nnade roverlegd .Omtren the ttijdsti pva n verschijnenka no pdi tmomen tweini gconcreet sworde nmedegedeeld .

2.O pschaa l1;50.00 0(Kaartbladenkartering )

Delegend ava ndez ekaar twerd ,afgezie nva nd ekalk - rijkezeezandgronden ,waaromtren t overlegme td eDirecti eWierin - germeerplaatsvindt ,i ni96 0grotendeel sdefinitief .Enkel edele n vandez elegend azulle nno gee ngeringe ,hoewe lnie tprincipiële , revisiemoete nondergaan .Getrach twer dd esamengesteld elegenda - eenheden (associaties)enigszin st esystematiseren .D everschil ­ lendebegrippen ,di ei ndez elegend aworde ngebruikt ,werde nge ­ definieerd.D edefinitie swerde ni nee nalfabetisc hglossariu m bijeengezet. Betreffended eindelin gva nd egrondwatertrappen ,waar ­ omtrentdez ekaar t zalinformeren ,wer dovereenstemmin gbereikt . Dezeindelin gi sthan sdefinitie fe nword ttoegepast .Di ti see n schema,waarbi jd egronde nworde ningedeel dnaa rd eliggin g t.o.v.he tgrondwater .D eklasse nva nho t schema,d egrondwater - trappen,zij nhoofdzakelij kgedefinieer d doord egemiddel dlaag ­ ste,eventuee ldoo rd egemiddel dhoogst egrondwaterstand .Dez e typischegrondwaterstande nmoete ni nhe tterrei nworde ngescha t o.a.ui td eprofielkenmerken .Aa nd eopsporin gva nhe tverban d grondwaterstand -profielkenmer kwer dgedurend ei96 0vee laan ­ dachtgeschonken .Da tdez erelati eva ngebie dto tgebie dnoga l kanvariëre nmog eo.m .blijke nui thoofdstu k 11,waari nd ewerk ­ zaamhedene nresultate nva nd eregional eafdelinge nworde nver ­ meld. Inall eprovincie si sd eopnam eva nd ekaar to pschaa l 1S50.000di tjaa rbegonnen .Voo renig ekaartblade ni she tveld ­ werkreed si nee nmi no fmee rgevorder d stadium.Me tnam egeld t ditvoo rd eblade n5 2West ,4 3West ,3 2Oost ,3 2Wes te n1 5Oos t (uitgezonderdd eN.O.P.) .He ti sd ebedoelin gbla d4 3Wes tal s eerstekaartbla dbegi n196 3't edoe nverschijnen .Voo rd ebegelei ­ dendeteks twer dee nconcept-schem aopgesteld . 25

Aangezien de basis van de bestaande 1:50*000top.kaar t voor een te vervaardigen kaart met + 300kleure n te drukis , werd in overleg met de Geologische Stichting naar vereenvoudiging gestreefd. De werkwijze is zo,da t op de fotografische negatieven van de Topografische Dienst de overbodige namen met inkt worden afgedekt. Als richtlijn voor de generalisering wordt hierbijd e recente 1:100.000 chromo-topografische kaart gebruikt. 26

10. SAMENWERKING,

Voorafgaande aan de feitelijke verslaggeving van uit­ komsten en activiteiten lijkt het nuttig nog eens de aandacht te vestigen ophe t feit,da t de hier opgesomde resultaten meestal niet alleen de vrucht zijn van het onderzoek van de a.fdeling on­ derwelke rhoof d zijwerde n vermeld. Bekend is immers,da t zonder teamwork en samenwerking nog slechts weinig tot stand komt.O p vele gebieden bestaat dan ook, zowel intern tussen de diverse af­ delingen van de Stichting voor Bodemkartering, als extern metme ­ dewerkers van verschillende andere diensten en instanties in den lande, eenmi n ofmee r regelmatig contact.Dez e relaties en deze vormen van samenwerking zijn echter zo talrijk en gevarieerd, dat het ondoenlijk is deze alle ind e verslaggeving te betrekken.He t ontbreken vanvermeldin g ervan betekent dus niet,da t er geen contacten zouden hebben bestaan. Enige vormen van samenwerking, die inhe t kader van een verslag van werkzaamheden en resultaten minder goed tot uitdruk­ king konden worden gebracht, dienen niettemin te worden gememo­ reerd. Met name betreft dit die samenwerking, waarbij buiten het gewone patroon om in zekere zin officieel aan taak of onderzoek­ programma van andere instellingen wordt medegewerkt. Zo maakt Dr.G.C .Maarlevel d ten behoeve van deGeologi ­ sche Kaart van Nederland deel uit van de Legendacommissie van de Geologische Stichting. Zijn bijdrage indez e commissie heeft vooral betrekking op de problematiek van het pleistocene land­ schap. Van andere aard was de medewerking, die Dr.Ir. J. Schel­ ling verleende aan de Landbouwhogeschool, waar hij inhe t kader van het vak Regionale Bodemkunde een twintigtal colleges verzorg­ de over bodemclassificatie. Vermeldenswaard isvoort s de samenwerking tussenBos - bouwproefstation, Staatsbosbeheer en Stichting voor Bodemkarte­ ring betreffende het onderzoek naar de relatie tussen bodem en groei van de Douglas.Bi j dit collectieve onderzoek zijn dewerk ­ zaamheden zoverdeeld , dat het houtmeetkundige enbodemchemisch e onderzoek verricht wordt doorhe t Bosbouwproefstation, het selec- tiewerk door proefstation en Staatsbosbeheer beide,terwij l de Stichting voor Bodemkartering de bodemkundige aspectenbehandel.t . De samenwerking met het Instituut voor Bodemvruchtbaar­ heid, die voorheen tussen medewerkers van beide instituten op particulier niveau incidenteel plaatshad, groeide uit tot een vorm van "georganiseerd" overleg. Op 23me i werd hiertoe een bij­ eenkomst te Bennekom gehouden,waarbi j omtrent het gezamenlijk te verrichten onderzoek van gedachten werd gewisseld. Ten aanzien van het bewortelingsonderzoek werd besloten de schattingsmethodiek ook op andere gewassen dan gras engranen , o.a. bieten, toe te passen. Ook bijhe t proefplekkenonderzoek in stooktomaten zullenwortelschattinge n worden verricht.Beworte - lingsbeelden op gronden van uiteenlopende profielbouw zullenwor ­ den geïnventariseerd. Behalve aan eenuniform e beschrijving zal aandacht worden geschonken aan de beworteling van landbouwgewas­ sen opverschillend e ongeroerde monsters van structuurtypen. Met betrekking tot het molybdeengebrek werd besloten de verbreiding van dit probleem na te gaan. Ook een aantal over- gangstypen tussen karakteristieke rodoorns en ijzerrijke gley- Ifrk gronden zullen inhe t onderzoek worden betrokken. Inhe t kader :,t>jO

27 -

van de fosfaatreactie op zeeklei-. Loess-, rivierklei- en ri- vierleemgronden("veroudering" ) zullen P-citroen,P-A l enP-to ­ /" taalcijfersva nrivierleemgronde nworde nverzamel d enbestudeerd . Beslotenwer d tevensd einterprovincial efosfaatproefvelde nbo - demkundigo pt enemen .Ee nnauw e samenwerkingbestaa t ookme td e NederlandseHeidemaatschappi jinzak eopleidin gva npersoneel . Gedurendeverslagjaa rwa see nzeventa lmedewerker sva ndez emaat ­ schappijbi jd eafdelin gOpdrachte nva nd eStichtin gvoo rBodem - karteringwerkzaam . 28

11. REGIONAAL BODEMKUNDIG ONDERZOEK.

Groningen. C14-bepalingenva n gliedelagen uit veendobben (Gronin­ gerVeenkoloniën ) toonden aan, dat deze lagen niet als een orga- nische-B kunnen worden opgevat.Di t onderzoek zal wordenvoort ­ gezet met ouderdomsbepalingenva n gliedelagen die niet in dobben voorkomen. Grondwaterstandsmetingen op een 140-tal proefplekken in de Oude Veenkoloniën in 1958 (aardappelonderzoek) en enkeleme ­ tingen in andere jarenhebbe n geleerd, dat ervrijwe l geenver ­ band bestaat tussen bepaalde profielkenmerken en de onderscheiden grondwatertrappen voor de 1:50.000-kaartbladenkartering .D evroe ­ ger onderscheiden vochttrappen van het gebied hangen echter dui­ delijk samen met de gemiddelde laagste grondwaterstand van het groeiseizoen. De dikte van het humushoudende dek bleek verantwoorde­ lijk voor het optreden van de groeiverschillen, die inhe t droge jaar 1959 op deWesterwolds e essen werden opgemerkt. Ind e z.g. "geulen", die onder het esdek aanwezig zijn, is de dikte van dit dek veelal tweemaal zo groot.Gewasse n zullen indez e "geulen" derhalve minder sterk vanverdrogin g te lijden hebben danerbui ­ ten. Bekalking van kalkarme klei- en zavelgronden geschiedt inGroninge n inhoofdzaa k met schuimaarde,waarmed e de beste re­ sultaten worden bereikt.D e ervaring leert, dat het uitvoeren van eenbekalkin g op zware kleigronden in tegenstelling tot zandgron­ dennie t wordt bepaald door de pH, De uitvoering van eenbekal ­ king opkleigronde n blijkt samen te hangen met de meer ofminde r gemakkelijke oplosbaarheid van de nog aanwezige vrije koolzure kalk.Dez e iswee rbepalen d voor de structuur en de meer ofmin ­ der gemakkelijke bewerkbaarheid van de grond. In de Oude Veenkoloniën werd bijhe t bodemgeschiktheids- onderzoek eengewijzigd e rangordemethode toegepast. Evenals de rangordemethode berust ook deze methode op de volgordebepalingen van de onderscheiden eenheden naar de geschiktheid van de grond voor de teelt van de diverse gewassen, enz..D e verzamelde gege­ vensvolgen s de gewijzigde methode zijn echter,behalv e vanaf ­ zonderlijke bedrijven, ook afkomstig van resultaten van proef- veldonderzoek (waaronder een proefplekkenonderzoek met fabrieks­ aardappelen in 1956 en1958) » Bijd e verwerking van de gegevens vanhe t proefplekken­ onderzoek met fabrieksaardappelen in 1956 en 1958 ind e Oude Veenkoloniën en in 1958 in Slochteren e.o.ko nworde nvastge ­ steld, dat in de Veenkoloniën het zetmeelgehalte inhog e matebe ­ paald wordt door het vochthoudend vermogen en de hoogteligging van het profiel ten opzichte van het grondwater. De netto-op­ brengst (opbasi s van 400gr. )i she t hoogst bij de middelhoge gronden. Bij de veengronden in Slochteren e.o.neem t het zet­ meelgehalte duidelijk toe met stijgend slibgehalte van deboven - grond. Dit laatste zou echter in tegenspraak zijnme t het feit, dat venige klei- enkleiig e veengronden Kfixeren . - 29-

Op zware kleigronden blijkt de bouwvoordikte van weinig invloed te zijn op de opbrengst van graangewassen (onderzoek Dollardgebied). De minder goede kwaliteit van vezelvlas,geteel d op Û\L fQ\ zware kleigrond, blijkt een vocht- en structuurkwestie te zijn, fô® waardoor het gewas niet op tijd afrijpt (onderzoekDollardgebied) . Friesland. Om de inzichten te verdiepen wat betreft de grondwater­ standsfluctuaties werd uitgegaan van langjaarlijkse (meer dan5 jaar)grondwaterstandsopname n behorende bij C.O.L.N.-stambuizen afkomstig uit het Archief voor Grondwaterstanden T.N.O. te Den Haag. Van deze langjaarlijkse gegevens werden de gemiddelden uitgerekend enwer d de gemiddelde grondwaterstandscurve bepaald. Het veldonderzoek bij een groot aantal grondwaterstandsbuizen was gericht op het vinden vanmorfometrisch e profielkenmerken, die gecorreleerd zijnme t de gemiddelde hoogste en -laagst e grondwaterstand. De resultaten van het onderzoek waren behalve bevredigend ook verrassend. Naar voren kwam, dat verschillende gronden als natter geclassificeerd moesten worden. Het onderzoek b.v. wees uit dat in de dunne knip-op-veengronden de gemiddelde laagste grondwaterstand ondieper dan 60 cm blijft. In samenwer­ kingme t de CD. werd enig oriënterend onderzoek verricht naar de doorlatendheid van verschillende bodemtypen. In overleg met de afdeling Geologie en Paleobotanie wer­ den inhe t Gaasterland monsters voor pollenonderzoek genomen.D e studies gaven als resultaat, dat de kliffen geen eindmorenes zijn maar inhe t algemeen als drumlins moetenworde n opgevat.Voort s bleek, dat verschillende gedeelten van het Gaasterland in recente tijd door pakketten (eolisch) stuifzand en (fluviatiel) spoelzand bedekt zijn geraakt.Va n meerdere profielen o.a. van een fossiele Red Yellow Podzolic werd de pédologie bestudeerd. In de Haskerveenpolder werden in een diepe ontsluiting monsters verzameld voor pollen- en C14-onderzoek. Beide daterin­ gen gaven inhe t onderste materiaal een aanwijzing voor deaan ­ wezigheid van eenWürminterstadiaa l ouder dan Billing.Me t Drs. Terwee (Geologische Dienst) enDr .G.C . Maarleveld (Afdeling Geologie enPaleobotanie )wer d nadien een ander profiel bestu­ deerd enbemonsterd . De bedoeling is deze pollenanalytische en C14-dateringen tezamen met andere geologische gegevens,verkrege n bij de opname voor de Geologische Kaart 1i50.000 tot één publi- katie te verwerken. Terbestuderin g van de rijping, zowel fysisch als che­ misch werd in samenwerking met Ir.d eGloppe r (Rijkswaterstaat- Landaanwinningswerken) een onderzoekprogramma opgesteld. In een raai loodrecht op de kust met als uitersten enerzijds het rauwe (jonge) slik in eenbezinkveld , anderzijds een profiel in een polder die rond 1500wer d ingedijkt,werde n van vergelijkbare profielen grondmonsters genomen. Het karakteriseren van de knip- enknippig e gronden via chemische karakteristieken werd voortgezet. Om dit probleem nog dichter te benaderen werd in samenwerking met de afdelingMicro - pedologie ook begonnen met het bepalen van fysische grootheden. - 30-

• // Tenbehoev e van het onderzoek van sporenelement (koper) "/.J** van Ir.Hartman s (i.B.S.)ko n een globale bodemkundige indeling / /"" gegeven worden. Opmerkelijk was de correlatie tussen bepaalde ^^ bodemkundige landschappen enhe t voorkomen van kopergebrek. In de omgeving van Franeker werd voor een onderzoek van Ir. Schippers (i.B.V.L.)naa r opbrengst, smaak, etc.va n aardap­ pelen een 150-tal aardappelproefveldjes gekarteerd.

Drente. Uit een kartering van de nachtvorstschade in aardappelen op dalgronden bleek dat de invloed van dewijke n inhe t veenkolo­ niale gebied voor het optreden van nachtvorst wordt overspeeld door de invloed van debodem . De resultaten van dit onderzoek werden gepubliceerd in Landbouwvoorlichting I960no . 1. Uit oogstmetingen van suikerbieten op dalgronden isge ­ bleken dat de suikeropbrengst afneemt bij toenemende afstand tot dewijken .D e voornaamste oorzaak is de afnemende dikte van de bouwvoor vanaf dewijk . De resultaten van het onderzoek zijn in bewerking voor publikatie. Voor de Drentse essen inhe t algemeen is aangetoond dat debodemvoorraa d aanvoch t inhe t esdek gemiddeld voldoende is om het klimatologisch vochttekort inhe t groeiseizoen op tevangen . Het hoge humusgehalte van de Drentse essen en de grotehoeveel ­ heid neerslag inhe t groeiseizoen betekenen blijkbaar een compen­ satie voor de geringe dikte van het esdek inverhoudin g tot dat in andere provincies. Bijd e oogstbemonsteringenwer d medewerking verkregen van de Rijkslandbouwvoorlichtingsdienst voor Oost-Drente.Mede ­ werking werd verleend bij debodemkundig e beoordeling vanproef ­ veldenva n de Rijkslandbouwvoorlichtingsdienst Drente enva n het Provinciaal Onderzoekcentrum Drente.

Overijsel. Het nog niet afgesloten onderzoek naar het verband tus­ senprofielkenmerke n en de grondwaterstanden, zoals die afgeleid werden uit door de CO.L.N. gedane waarnemingen, leverdebevredi ­ gende relaties,d.w.z .ui t landschappelijke en profielkenmerken kunnen de grondwaterstandsschommelingen goed worden geschat.D e grondwatertrappenindeling, die door de Stichting ontwikkeld werd, vond toepassing in de kartering Hardenberg-Oost. Bijhe t onderzoek naar de grondwaterachommelingen ind e lemenva n Twente met behulp van series grondwaterstandsbuizen met filters opvariërend e diepte (1 -4 m )blee k dat de fluctuatie van het grondwater in deze gronden zeer groot is5 dat het gedrag van het grondwater binnen één serie inhe t algemeen gelijk is (hoewel inverschillend e gevallen sprake isva n een fasevertra­ ging)e n dat de stijging van het grondwater veel sneller verloopt dan de daling. De onderzoekingen van Ir. J. Cnossen (keileem Friesland)e n Ir. Stol (i.C.V.)werde n door deze resultaten bevestigd. - 31-

Vand eui t zandene ngrinde nopgebouwd e stuwwalleni n westelijkOverijse l enGelderlan d isd eingewikkeld e structuur vand ebodemkaar t (dagzomenva nlage nva ndivers etextuu re n oorsprongo pzee rkort eafstand )bekend .Va nd eui t zandene n tertiaire lemenopgebouwd e stuwwali noostelij kOverijse lko ni n eenklei ngebie dbi jVass e ookee ndergelijk e structuurworde n aangetoond.

Gelderland» Morfologische npalynologisc honderzoe kwer dgedaa naa n eenbodemprofie li nd eomgevin gva nD eKlomp .He t zwarteoud e bouwlanddeki svermoedelij k ontstaandoo rgebrui kva nturfstrooi - sel.Ee npodzo li nd eondergron dwer do pmorfologisch egronde n beschouwd tezij nontstaa nonde rbos .Di tword tdoo rd epalynolo - gischegegeven sondersteund . Deontginnin gte rplaats e isnie t ouderda nmiddeleeuw s (Afd.Geologi e enPaleobotanie) . Inhe talgemee nzij nd eoud ebouwlanddekke n zeerpollen - rijk,di ti ntegenstellin gto td everwachtingen . Deveronderstellin g datzwart e oudebouwlande nontstonde ndoo r gebruikva nheideplaggen ,bruin e oudebouwlande ndoo rgebrui kva n bosstrooisel ofgrasplagge nword tdoo rhe tpalynologisc honder ­ zoekvoorlopi gnie tbevestig d (Afd.Geologi e enPaleobotanie) . Eengedeelt eva nd egronde ntusse nd eOostelijk eVeluw e stuwwale nhe trecent eIJselkleigebie d moetworde nbeschouw d alsfluviatiel e pleistocene afzettingen.D eIJse lmoe tvee lver ­ derwestelij khebbe ngestroom d dann uhe tgeva li s (Afd.Geologi e enPaleobotanie) . MetDr .G.C .Maarlevel dwer dee nboekj egeschreve n"Geo ­ logiee nBodemkund eva nhe tNational e Parkd eHog eVeluwe" ,al s toelichtingbi jee ndoo rDr .G.C .Maarlevel d enDr.Ir .J .Schel ­ lingvervaardigd e geomorfologisch-bodemkundigeoverzichtskaart . Voorhe tInstituu tvoo rBodemvruchtbaarhei d werdenpro ­ fielbeschrijvingengemaak tva nplaatsen ,waa rdoo rdi tinstituu t grondwa sverzamel d tenbehoev eva npotproeven ,voo rhe t geven vanee nfosfaatbemestingsadvie s (rivierklei).Tusse nonz ebeoor ­ [f delinge nd eadviserin gbeston d goede overeenkomst.Gronde nme t \fl bodemvorming zoudengeadviseer d moetenworde novereenkomsti ghe t adviesvoo rloessgrond .Gronde nzonde rbodemvormin gdaarentege n zoudenmoete nworde nbemes tal szeekleigronden . / Bijee nonderzoe knaa rkalifixati e oprivierkleigronde n I bleekduidelijk ,da the tmoedermateriaa l reedszee rkaliar m(i n iweze nkalifixerend )moe t zijnafgezet .He ti smogelijk ,da ti n hetongerijpt e stadiumee ndee lva nd eplaatse ni nhe tmineraal - ; rooster,waa rander she tK-io ngefixeer dwordt ,beze tword tdoo r ! ammonium-ionen.Di tword t thansverde ronderzocht . Bijhe tonderzoe kfruitteel t opkomgron dwerde ngeregel d grondwaterstanden gemeten.D eaanwezighei d enbetekeni sva n Vi' schijnspiegelsbleke nzee rduidelijk . Voord ekaartbladenkarterin g kwamhe tveldwer kvoo rd e bladen39 Ee n39 Ggereed . -3 2

Utrecht. Inhe tEemgebie dwerde nme td eafdelin gOpdrachte nenig e raaienva nBlaricu mnaa rBunschote ne nee nraa ihi jEemdij kgewa ­ terpast.Me tbehul pva ndiephoringe nwer d debou wva nhe tgebie d bestudeerd. Inhe tKromm eRijngebie dwer d eenonderzoe kingestel d naard ebodemontwikkelin g opstroomgronde nva nverschillend e leeftijd.Enig eprofiele nwerde nhierto ebemonster d enee narti ­ kelwer dvoorbereid . Voord e1 8gekarteerd e L.E.I.-bedrijvenva nhe trivier - kleigebied ind eprovinci ewer d eenlegend aopgesteld .Pe rbe ­ drijfwer dd ebodemgesteldhei d gedetailleerdbeschreven .Dez ege ­ gevenswerde ndoo rd eafdelin gLandclassificati eaa nhe tL.E.I . enaa nd ebetrokke nlandbouwer stoegezonden .Al sonderdee lva n typegebied 2 (GelderseVallei )werde nee ntweeta lL.E.I.-bedrij ­ vengekarteer d ind eomgevin gva nHoogland . Metd eafdelin gTuinbou wwerde no pee ndrieta lfruit - teeltbedrijveno pzwar erivierkleigron d profielbeschrijvingenge ­ maakte ngrondmonster sgenomen .D etoelichtin g opschaa l 15200.000va nd eprovinci eUtrech t (Nebo)kwa mgereed .Voo rd e karteringva nkaartbla d J2Wes t ()va nd elandelijk e karteringo pschaa l1 s 50.00 0werde nd eblade n32 Ce n32 Dafge ­ werkt.Me td eopnam eva nd eblade n 32Ae n32 Bwer dbegonnen .

Noordholland enZuid-Hollan d tennoorde nva nd egrot erivieren . Deresultate nva nhe tonderzoe knaa rhe tvoorkome ne nd e vormingva npyrie ti ndivers emarien e afzettingeni nNederlan de n eenverklarin gvoo rhe tontstaa nva nhe tknipverschijnse lwerde n inee nVoorlopig eWetenschappelijk eMededelin g (V.W.M.13 )vast ­ gelegd. Voord ebodemkaar tva nhe tgebie dAnn aPaulownapolder - Koegraswer dd elegend agetoets tdoe ri nhe tvel d opee naanta l plaatsend egenes ee nd estratigrafi e opnieuwkritisc ht ebezien . Eindi96 0konde nd ebodemgrenze nvrijwe lgehee l opcalque sworde n ingetekend.I nhe trappor tworde nvoor? l onderwerpenbehandel d diebetrekkin ghebbe nop sbodemvormin g bijkle ie nveen ,aangege ­ vendoo rmidde lva nrijping ,poriënvolume ,C/N-verhoudin g (bij kleigronden)e nhumusvormen ,bepaal d aand ehan dva nslijpplaat - jes (bijveen) .Voo rzeezandgronde nwer dverban d gezochttusse n humusgehaltenva nd ebovengron d end egebruiksduu ral sbouw -e n grasland.Ee nlandklassenkaar t kwamgereed .Vee laandach twer d besteed aand eL.E.I.-gegeven s betreffende bloembollen,di ti n verbandme td ewaarderin gva nzandgronde nvoo rdi tgewas .Voort s wordenbehandel d degenes eva nd ejong ezeekle io pbasi sva n paleontologische gegevense naa nd ehan dva nC.O.L.N.-gegeven s enigehydrologisch-bodemkundig e aspecten. Inhe tkarteringsgebie d deZijp ewer dnader eaandach t besteed aand ebodemvormin gi nzeezan d (diei nnauw erelati e staatme thydrologisch e toestanden). Verderwerde nd egenese ,stratigrafi e end eeigenschappe nva n zeezandgronden,oo ki nruime rverban d o.a.doo ree naanta l waarnemingenelder s (PolderEierland) ,onderzocht . - 33-

Eenaanvan gwer dgemaak tme td ekarterin g opschaa l 1:10.000va nd eVie rNoorde rKogge ngelege n inmidden-Westfries - land.D ewerkzaamhede nbestonde nui tee nverkennin g enee ngeolo ­ gische enstratigrafisch evoorstudi eva nhe t oostelijkdee lva n hetgebied .Bi jhe tonderzoe kword tbijzonder e aandachtbestee d aand egeschikthei d vand egronde nvoo rtuinbouwgewassen . Hetonderzoe knaa rd egenes e ensedimentatievorme nva n dejong e zeeklei,te ndel e ookva nhe t oppervlakteveene nd e oudere zeeklei,wer dvoortgezet ,voornamelij k doormidde lva n raaiboringen. Conclusieskonde nworde ngetrokke nbetreffend ed e wordingva nhe tnoordelij k deelva nNoordhollan d end etoestan d vand ekus t invroege rtijden .Ove rhe t ontstaanva nd eoud e zeekleiafzettingene nhe t oppervlakteveenwerde nmededelinge nge ­ daani nV.W.M .10 . Tenbehoev eva nee nva nhe tprovinciaa lbestuu rt ever ­ wachtenopdrach tvoo ree nbodemkaar t 1s 50.00 0va nhe tnoordelij k deelva nd eprovinci ewerde nui td e1 ;10.000-kaarte nd enodig e kaartgegevensafgeleid .

Zuid-Holland tenzuide nva nd egrot erivieren . Opduinzandgronde n engeestgronde nva nVoorn ewer dd e voorkleigronde nbetrouwbaa rgebleke n schattingsmethode voord e gemiddeldehoogst e engemiddeld e laagstegrondwaterstan dgetoetst . Uitdi tonderzoe kbleek ,da td egemiddeld e hoogstegrondwater ­ standme tbehul pva nprofielkenmerke nbetrouwbaa rgescha tka n worden,alsoo kda td egemiddeld e laagstegrondwaterstan d ongeveer 10à 2 0c mhoge r isda nd ediepte ,waaro pd etotal ereducti e voorkomt. In+ 3 0grondwaterstandsbuize n opbouw -e ngraslan dwer ­ dengeregel d destande nopgenomen .D eresultate nva ndez eopnam e lti*-i gevend eindruk ,da td evochtonttrekkin gva nd everschillend eak ­ W''1 fM kerbouwgewassen enva ngraslan dvee lmee rbepalen d isvoo rd ege ­ I *7i—»'" ' middelde zomergrondwaterstanden,da nd ehoogt eva nd eslootwater - standen.Bi jnaas t elkaarvoorkomend e akkerbouwgewassenwerde n groteverschille ngevonde ni nd egemiddeld e zomergrondwaterstan­ den,hetgee nzo ukunne nwijze no pee ngerin ghorizontaa lvocht - transport. Optwe ebodemtype nnl . eenschorgron dme tee nbouwvoor - zwaarteva n 18-25?^lutu me nee nschorgron dme tee nbouwvoorzwaar - teva n25-35/ ^lutu mwerde no p2 8proefplekke nd eopbrengste nva n suikerbietenbepaald .D e+ 4 ton/h ahoger e opbrengstva nd e schorgrondme tee nbouwvoorzwaart eva n18-25 $lutu mi sallee nbi j 90$betrouwbaarheidsgebie d betrouwbaargenoe go mva nee nverschi l inopbrengs t tussend etwe ebodemtype nt ekunne n spreken.He tge ­ middelde suikergehalte end espreidin gi nsuikergehalte n isvoo r beidebodemtype nvrijwe lgelijk . Op1 3proefplekke no puiteenlopend e grondenwerde nuit ­ gebreide rooimethodiekproevenuitgevoerd .Daarbi jwer duitgegaa n vand erooimethod etoegepas tbi jhe tP.N.O.-onderzoe k vanhe t voormalige C.I.L.O.e nva nervaringen ,di ei nvoorgaand e jaren werdenopgedaa nbi jsoortgelijk e oogstmethodiekproeven inbieten . Devoorlopig ebewerkinge nva nhe tverkrege ncijfermateriaa lge ­ vend eindruk ,da tee nvoldoend ebetrouwbar e ensnell eoogstme - thode zalworde nverkregen ,di ei nd ekomend e jarenza lkunne n wordengebruikt . 34-

Andere onderwerpen in"bewerkin gzijn s Consistentie_-on- derzoek; kali- en fosfaathuishouding; doorlatendheidsonderzoek en gewassenopnamë~7 Hieromtrent zijn thans nog geen resultaten beschikbaar. De voorlopige resultaten van het onderzoek naar deba - senbezattingen enbasenverhoudinge n van rivier- en zeekleigron- den inNederlan d (uitgevoerd in samenwerking met de afdeling Friesland)werde n neergelegd in eenVoorlopig e Wetenschappelijke Mededeling (V.W.M. 11 en11a) .

Zeeland. Van een aantal standaardplekken (onderzoek bodemvorming onder bouwland engrasland )word t sedert het najaar 1958twee ­ maal per maand de grondwaterstand opgenomen. Op korte afstand blijken langdurige verschillen inhe t niveau van het grondwater te kunnen optreden. Bijvroege r inbouwlan d gelegen grasland is zelfs na een gras­ landexploitatie van enige tientallen jaren de bovengrond nog meerverdich t danbi j oud grasland. Tussen sedimentatiemilieu (bepaald m.b.v. diatomeeën) enveldkenmerke n werd nog geenverban d gevonden (onderzoek zoute, brakke en zoete afzettingen). Bijverschillend e afzettingen in Zeeland werden relatief hoge K-fixaties en percentages open illiet gevonden. Nagegaan wordt \JÙ/ • thans of dit verband houdt met het sedimentatiemilieu end eher ­ komst van het sediment.Voo r dit doel werd zowel langs de Schel­ de -Vesterscheld e als langs het Hollands Diep - Oosterschelde een reeks slibmonsters genomen. In een deelva nhe t dekzandgebied van oostelijk Zeeuws- ii Vlaanderen werden polygenetische profielen aangetroffen.Ver ­ schillende gegevens wijzen er op,da t het bovenste dek eerst in de middeleeuwen kan zijn ontstaan. Niettemin is doorhumustrans - port (waarop het bodemgebruik van invloed schijnt te zijn), reeds een uitgesproken bodemvorming geconstateerd. In samenwer­ kingme t de afdeling Micropedologie wordt naar een verklaring gezocht. De afdeling Mineralogie verleent medewerking aan een onderzoek naar dewijz e van ontstaan van het verjongingsdek. Met de afdeling studiedienst van de Rijkswaterstaat Directie Waterhuishouding enWaterbewegin g te Vlissingenword t onderzocht inhoeverr e er verband bestaat tussen bodemgesteldheid enplaat s van dijkdoorbraak.Vee l dijkdoorbrakenbleke n te hebben plaatsgehad op punten,waa r voormalige kreken het dijktracé krui­ sen. Het rapport VochthuishoudingWilhelminapolde r kwamge ­ reed. Eennau w verband blijkt te bestaan tussen het lutumgehalte enhe t volumepercentage vocht zowel bijveldcapacitei t (pF 2,3) alsbi jverwelkingspun t (pF 4,2). Goede grondwaterstanden ver­ minderen de verschillen in de bodemseries: schor-, onderbroken schor- en plaatgronden sterk.E r werd weinig verschil gevonden tussen de poriënvolumina van de zand- enva n de kleilagen.On ­ danks dat dringen de plantenwortels veelal niet in de lutumarme lagen. 35

Noord,brabant . De onderzoekingen naar de relatie tussen de hydromorfo- logische kenmerken van de verschillende zandgronden enhu nwater ­ huishouding werden voortgezet. Het verband tussen bepaalde voch- tigheidskenmerken van de gronden (crypto-gley)e n de gemiddeld laagste grondwaterstand dat reeds eerder voor sommige grondenge ­ vonden werd, kon voor andere profieltypen worden uitgebreid. In West-Brabant waren dit de sterk lemige dekzanden, in Oost-Brabant de grintzanden van het hoogterras. Van het voohtonderzoek in de sterk lemige zandgronden werden de eerste gegevens, n.1. uit het droge jaar 1959verwerkt . Hieruit bleek dat de gunstige eigenschappen van deze gronden, vergeleken met zwak ofnie t lemige zandgronden,voora l te wijten zijn aan het grote vochthoudend vermogen van deze gronden. Eind juni 1959> d.u sn a een reeds aanzienlijke droge periode,wa s op deze gronden geen spoor van verdroging zichtbaar,noc h ind e graangewassen, noch opd e weilanden. De in de bodem aanwezige hoeveelheid vocht bleek dan ook nog aanzienlijk bovenverwel - kingspunt te liggen in tegenstelling tot de zwak ennie t lemige gronden.Voorlopi g kanworde n geconcludeerd dat de sterk lemige zandgronden een "normale"droogteperiod e zonder bezwaar kunnen doorstaan. De nubijn a 3 jaren durende waarnemingen van een reeks buizen op het landgoed "DeWildert "bi j Etten (grondwaterhuis­ houding op gronden met IIo lemen in de ondergrond)hebbe nvoor ­ lopig onze veronderstellingen bevestigd, dat deze gronden een zeer sterke fluctuatie in grondwaterspiegel vertonen, althans op plaatsen waar de IIo lemen niet te diep voorkomen. De winter- standen zijn zeerhoo g voor deze inhe t landschap relatief vaak vrijhoo g gelegen gronden. Grondwaterstander boven 40 cm zijn geen uitzondering. De gronden blijven ook langna t inhe t voor­ jaar. Is de grondwaterstand gezakt tot de leem, danword t ind e leemlaag geen vrijwate r meer gevonden. Pas onder de leemlaag wordt dan weer grondwater gemeten, hetgeen vaak pas op 2o f3 meter of zelfs meer het geval is. Bijhe t Liesbos (Breda)wer d een veenlaag tussen twee loesslagen bemonsterd en door de afdeling Geologie en Paleobota- nie onderzocht. Het pakket afzettingen blijkt twee loesslagen uit twee koude perioden van hetWur m tebevatten ,me t daartussen eenwarme r interstadiaal. Ook het veen valt ind e onderste koude periode,maa r hieronder wordt weer eenwarme r interstadiaal aan­ getroffen. Zou deze opeenvolging van vier perioden inderdaad be­ vestigd worden dan zouhe t profiel tot eenva n de zeer belang­ rijke plaatsen in ons land ter bestudering van deWürm-ijstij d behoren. Onderzoekingen aangaande de chemische samenstelling vanverschillend e profieltypen op zandgronden gaven aanleiding verschillende aspecten van de fosfaathuishouding van deze gron- ffi denn a te gaan. Tussen het totaal fosiaatgehalte (Pt)va n de '\j$/ I verschillende profiellagen enhe t gehalte aan oplosbaar fosfaat I (P-al)blee k verband te bestaan.Di t verband was bij de meeste profielen rechtevenredig: bij sommige profielen omgekeerd even- l redig. Deze uitkomsten kondennTë t herTëïï~v7ürden"to tverschi l- 1"Tend e profieltypen. Bij de gronden met een rechtevenredig ver­ band iftlësenbeid e grootheden konden grote verschillen infosfaat - 36 oplosbaarheid bij eenzelfde fosfaatgehalte, berekend ophe t gehal­ te aan organische bestanddelen, gecorreleerd worden met ijzerloze humuspodzolen en ijzerrijke zwak humeuze bospcdzolen. Enige resul­ tatenwerde n neergelegd inee nVoorlopig e WetenschappelijkeMede ­ deling (V.W.M.15) . Het gloei-onderzoek van zandgronden werd in i960toege ­ past op lakprofielen. Het gloeien van profielstrokenwaarbi jd e oorsprontelijke samenhang van het bodemmateriaal zoveel mogelijk bewaard blijft levert nieuwe mogelijkhedenva n profielstudie.In ­ zichten in de ophoping enhe t in oplossing gaan van het ijzer doorbodemvormend e processen,kunne n op deze manier wordenver ­ ruimd. Ook kan het aandeel,da t de wortelstelsels op de verdeling van het ijzer ind e gronden leveren onder bepaalde omstandigheden uitvoeriger worden bestudeerd. Een onderzoek waarvoor nog slechts voorbereidend werk werd gedaan betreft het regeneratie-verschijnsel in zandgronden. In zijn totaliteit omvat dit regeneratieverschijnsel verschillen­ de aspecten. Het betreft o.m.d e oplossing van humeuze prcfielde- lendoo r een jongere vegetatie,d e stilstand inbepaald e degrada­ tie-processen onder verdwijning van de karakteristieke pedogeneti- sche kenmerken van deze degradatie en demicro-morfologisch ever ­ anderingen ind e samenstelling van de humusn a migratieprocessen. Voor de leden van de Stichting "MaaskantsWelvaren "wer d de globale tuinbouwgeschiktheidskaart voorhe t rivierkleigebied vanmidden-Nederlan d toegelicht.Medewerkin g werd verleend bij het onderzoek van Prof.Dr. C.H. Edelman naar de bodemkundige land­ schapsontwikkeling ind e gemeente Haren enbi j de opgravingswerk- zaamheden te Esch (Romeins) en Haps.

Limburg. In samenwerking met Cultuurtechnische Dienst enProvin ­ cialeWaterstaa t Limburg werd van het Lollebeekgebied eenvocht - kaart samengesteld, waarin kwantitatief de hoeveelheid vocht is vastgesteld, die in de verschillende gronden aanwezig is (afhanke­ lijkva n de hoeveelheid beschikbaar vocht in de bewortelde laag end e leverantie uit het grondwater in de verschillende stadia van het groeiseizoen). Het is op deze wijze mogelijk gebleken eenbe ­ vredigende uitdrukking te krijgen van de totale vochthoeveelheid van de gronden.Aa nhe t resultaat van deze kaart ligt deverwer ­ kingva n eenuitgebrei d cijfermateriaal van pF-gegevens,grondwa - terstandsmetingen en intensief bewortelingsonderzoek ten grond­ slag. Het ligt in de bedoeling deze kaart ind e loop van 1961me t beschrijving voor publikatie gereed tehebben . Inhe t gezamenlijk onderzoek met het Geologisch Bureau te Heerlen richtte zich de studie vooral op; 1.He t voorkomen end e aard van de fossiele bodems ind e pre-kwar- taire formaties. 2. De samenstelling van tectoniek enbodemgesteldheid . Hierbijko ­ menui t debodemkaarte n zeer frappante resultaten naarvoren . Inhe t onderzoek van de fossiele profielen echter is tot nu toe slechts zeerweini g resultaat verkregen. Het blijkt een zeeringe ­ wikkeld en complex probleem te zijn,waarvoo r een speciale studie- opzet nodigis . 37

Erosie inhe t Zuidlimburgse heuvelland treedt van tijd tot tijd in sterkere mate op,aoal s bijd e zware regens inhe t voorjaar van i960n a de voorafgaande zeer droge tijden.Naas t de kwalitatieve schatting van de erosiegevoeligheid zoals die ind e karteringen van Ransdalerveld enMunstergeleen-Schinvel d zijnop ­ genomen voor de loessleemgronden,is getracht eenmee r kwantita­ tieve indruk te krijgen omtrent de gevolgen van de erosie.He t directe effect van de erosie ishe t geheel of gedeeltelijk ver­ dwijnen van de humeuze bovenlaag met de plantenvoedingsstoffen van de hellinggronden en de afzetting daarvan ind e colluviale laagten. In onderstaande tabel met gemiddelde analysegegevensva n een zeer groot aantal percelen, isweergegeven , dat de erosie vooral van invloed is ophe t gehalte aanhumu s enP-citroen . De geringe beweeglijkheid van het fosfaat,da t in de bovenste bodem- laag opgeslagen blijft en daarmee door erosie kan verdwijnen, blijkt uit dit overzicht c/ohumu s K-geh.0,001$ P-citr.0,001$

Plateaugronden 2,0 16 21

Eroderende hellinggronden 2,0 16 19

Colluviale dalgronden 2,2 16 25

Kali daarentegen ismee r beweeglijk en spoelt zeer snel uit naar de ondergrond, zodat in alle gronden snel het evenwichts­ punt bereikt is.Stikstofgehalte nblijke n vooral in de colluviale "1 grondenhoo g te zijn.Ondank s het achterwege blijvenva n stik­ stofbemestingen komt op deze gronden regelmatig legering vand e granen voor, speciaal waar accumulatie van erosiemateriaal heeft plaatsgevonden. 12. SPECIALISTISCH ONDERZOEK.

Bodemclassificatie. Na toetsingwerde n er inhe t schemavoo r Bodemclassifi­ catie enige wijzigingen aangebracht.Di t systeem van classifica­ tie,waarva n inhe t bodemclassificatienummerva n het Landbouwkun­ dig Tijdschrift 71 (1959)» dec. (737-743)? reeds melding gemaakt werd,word t thans tot een omvattender enmee r gedocumenteerde pu- blikatie bewerkt. Deze zalwellich t in de loopva n 1962kunne n verschij­ nen. Belangrijk is deze classificatie niet alleen vanwege dege ­ boden inventarisatie enindelin g van deNederlands e gronden, doch vooral door dewijz e waarop (volgensmorfometrisch e kenmerken) wordt ingedeeld. Toegepast wordt deze indeling reeds bij dekar ­ tering van Nederland op schaal 1s 50.00 0(Kaartbladenkartering) . Voor de legenda van deze kaart vormt deze classificatie de grond­ slag.

Kaartcoördinatie en legenda(50.000-kartering) . Zie hiervoor hoofdstuk 9« De karteringen van Nederland.

Hydrologie. De grondwatertrappenindeling voor de 1s50.000-kaar t (gt-indeling)wer d vastgesteld. Het is een indelingsschema voor de classificatie van de grond naar de ligging van het grondwater­ peil t.o.v.he t maaiveld. De klassen van het indelingsschema, grondwatertrappen ofGt's ,zij n gedefinieerd door bepaalde typi­ sche grondwaterstanden, hoofdzakelijk de gemiddelde laagste grondwaterstand, met daarnaast de gemiddelde hoogste grondwater­ stand. Tot eenbepaald e grondwatertrap worden al die grondenge ­ rekend waarvan de gemiddelde laagste grondwaterstand (plusdaar ­ naast eventueel de gemiddelde hoogste grondwaterstand) ligt tus­ senbepaald e voor die grondwatertrap vastgestelde xraarden. De typische grondwaterstanden (gemiddelde laagste en hoogste grondwaterstand) moeten bij de kartering geschat worden aan dehan d van profielkenmerken, die iets omtrent de grondwater­ standen zeggen.E r is daarom veel onderzoekwerk verricht naar het verband tussen profielkenmerken engrondwaterstande n (zie ook hfdst. 10Regionaa l Bodemkundig Onderzoek). Afhankelijk van de aard van de grond enva n het grondwaterregime kunnen deze ver­ banden van gebied tot gebied variëren. Zoveel mogelijk zal op de 1s50'000-kaar t van elkkaart - vlakje of onderdeel ervan,d e grondwatertrap worden aangegeven. Het doel ervan is dat een indruk gegeven wordt van de diepte be­ neden maaiveld,waaro p zich de grondwaterbeweging afspeelt. Uiteraard kan dit slechts een zeer globale indruk zijn.

Mineralogie. Het onderzoek naar de mineralogische karakterisering van de Nederlandse dekzanden werd voortgezet enuitgebrei d met analy­ sesva nmonster s vnl. van Noord- enMidden-Nederland . De resulta­ tenbevestigde n de reeds eerder verkregen indruk dat deverschil ­ len tussen jong en oud dekzand doorgaans klein zijn.Groter e ver­ schillen worden gevonden indien men dekzanden vergelijkt vanver - 39 schillende gebieden (ongeacht oud of jong dekzand). Vermoedelijk houdt de mineralogische samenstelling van dekzand nauw verband met de ondergrond. De dekzanden hebben dusnie t het Noordzeebek­ ken als gemeenschappelijk oorsprongsgebied gehad. Om het al dannie t essentieel zijn van de verschillen tussen jongt.o.v . oud dekzand te toetsenwer d een profiel bij Garderen gedetailleerd bemonsterd (5lage n in 10-voudigeherha ­ ling per laag)e ngeanalyseerd . De resultaten wezen indi t geval ind e richting "niet-essentieel" en zullenno g nader statistisch wordenverwerkt . Een dekzandprobleemui t de Gelderse Vallei (Afd.Geolo ­ gie enPaleobotanie )wer d apart van het algemene onderzoek behan­ deld. De vraag was of lokale dekzanden afkomstig van de Utrechtse Heuvelrug onderscheiden konden worden van de regionale dekzanden uit het centrale en oostelijke deel van deGelders e Vallei.He t resultaat was dat het gevonden verschil tussen beide groepenver ­ klaard konworde n uit verschillen ingranulair e samenstelling en inhe t gehalte aan zware fractie, zodat verschillend oorsprongs­ gebied alsverklarin g niet waarschijnlijkis . Monsters Oude Zeeklei werden onderzocht op sulfiden (Afd.Noordholland ) met als resultaat dat in alle monsters pyriet (PeS2)wer d geconstateerd, terwijl in sommige monsters het mono­ sulfide (PeS)gevonde nwer d inwisselend e hoeveelheden.Morfolo ­ gisch te onderscheiden pyrietmodificaties werde^microscopisc h niet vastgesteld. De waargenomen deeltjes waren alle ongeveer bolvormig. Voor Ir. J.C. Pape werd onderzocht inhoeverr e eenmine ­ ralogische steun konworde n verleend aan de geologische interpre­ tatie van eengedetailleer d opgenomen lengteprofiel bij Brummen- Voorst. Zowel zware als lichte mineralen-onderzoek leidde tot de uitspraak dat slechts een deel van de veronderstellingen van Dr. G.C. Maarleveld konworde n gesteund. De interpretatie "ri­ vierzand" werd volledig doorhe t mineralogisch onderzoekbeves ­ tigd. Andere onderscheidingen echter waren onderling mineralo­ gisch niet te scheiden (te kleine steekproeven), waren als geheel genomen niettemin duidelijk verschillend van rivierzand. In samenwerking met Dr.G.C . Maarleveld (Afd. Geologie en Paleobotanie) enDr.Ir . P.K.J.va n derVoord e (Afd. Utrecht) werd een onderzoek ingesteld naarvoorkome n en ontstaanswijze van door kalk verkitte zanden inhe t Preglaciaal. Het bleek dat deze afzettingen 30-4-0$e nmee r carbonaat bevatten. Hoewel op sommige plaatsen een duidelijke correlatie bestaat tussen carbonaatgehal- te engehalt e aan zware mineralen is dit inhe t algemeen niet het geval, zodat over de ouderdom van de kalkafzettingno g nietsde ­ finitiefs valt te zeggen,D e indruk isvoort s dat het carbonaat slechts gedeeltelijk CaC03 is en dat daarnaast nog andere carbo- naten voorkomen, naar de samenstelling waarvan nog gezocht wordt daarhe t eenbijdrag e kan betekenen tot het algemene probleem van de gedragingen, soorten, enz.va n carbonaten in de bodem. Een sinds langwaargenome n dochvri j zeldzaam voorkomend mineraal Viridin (mangaan andalusiet) in pleistocene zanden werd in samenwerking met Dr.va n der Plas (Laboratorium voor Regionale Bodemkunde,Mineralogi e enGeologi e van de Landbouwhogeschool) 40 naderonderzocht .He tblee kee ni nNederlands e afzettingenno g nieteerde rbeschreve nmineraa lt ezijn ,waarva nhe tvoorkome ni n sedimentenva nbelan gka nblijke nt ezij nvoo rd ebepalin gva n hetoorsprongsgebied .Me tDr .va nde rPla swer d eenartike lhier ­ overgeschreve nvoo rGeologi e enMijnbouw .

Geologie enPaleobotanie . Voormineralogisc h onderzoekwer dwedero mee naanta lty ­ pischjong ee noud edekzande nverzameld .Ui tonderzoe kva nd e grovecomponente nva nd ezande nbleek ,da tvee ldekzande nvoo r tenminst e eenbelangrij k deelui t zandengevorm d zijndi eslecht s overkort eafstan dverplaats t zijn.Z obevatte ni nnoordelij kNe ­ derlandd edekzande nvee lcomponente ndi eaa nglacial eafzettin ­ genontleen d zijn (zieoo kAfd .Mineralogie) . Opverschillend e plekkenko nworde naangetoon d datd eo m deheuvel svoorkomend evri jhog edekzandgorde lno gi nd eJong e Dryastijd gevormdwerd .D elage rgelege ndekzande nware ni ndi e tijddoo rd evri jvochtig e omstandighedenreed svoo ree ngroo t deeldoo rplante nvastgelegd . Uitmetinge nva nzandlaagjes ,dekzandruggen ,etc .blijk t t.a.v.d ewindrichtin gda td ewin d died ezande nafgeze theef t vanafeind ePleniglaciaa lB (+12.00 0v.Chr. )va nnoordelijk e richtingove rnoordwest-wes tXOud eDryastij d +11.30 0- 10.40 0 v.Chr. )naa rzuidwestelijk erichtin g (vanafMidden-Aller$/ d +9»30 0v.Chr. )gekrompe nis . Nagegaanwer d ofhe t ontstaanva nlag eparaboolduine n gebondeni saa nee nzee rkou dklimaa t ofslecht saa nspaarzam e vegetatie.Ui t onderzoek inMarokk oblee kda t spaarzameplanten ­ groeibepalen d isvoo rdez evormen . Deverbreidin gva nkalkplate ni nd egestuwd epreglacial e afzettingenwer dverde rnagegaa ne nhe tblijk tda tdi tverschijn ­ selvee lminde r zeldzaami sda naanvankelij k gedachtwerd .I n één gevalko nworde naangetoon d datd eafzettin gwaari nd ekalkplate n voorkomenva nRiss-ouderdo mis . Terreinonderzoek inGaasterlan d hadto tresultaa tda t aangenomenmoe tworde nda tme nhie rnie tme t eindmorenest emake n heeft,zoal snoga leen si nd egeologisch e literatuurvermel d staat.D eheuvel sva nGaasterlan d ennaast e omgeving zijnslecht s bekleedme tkeileem ,terwij ld eker nui ta lda nnie tduidelij k gestuwdpremorenaa lzan dbestaat .Vee lgeïsoleer d liggendeheu ­ velshebbe nd evor mva nee ndrumlin . Tijdenslezinge nwer dd eide enaa rvore ngebrach tda t hetlandij sMidden-Nederlan d vanuitd eNoordze evi ahe ttoenmali ­ geRijn -e nVechtda lbereik theeft .Hiervoo rplei t o.m.he thoge - gereaanta lNoorweegs e zwerfsteneni nd ekeilee mva nMidden-Neder ­ landda ni ndi eva nNoord-Nederland .He tnoordooste nva nNeder ­ land zoueers tlate rdoo rhe tlandij sbereik t zijn.Noord-Neder ­ landmoe tvolgen sdez etheori e eentijdlan gee nijsvri jgebie d geweest zijnomring ddoo rlandij sva nd eNoordzee ,Noordholland , hetVechtda l end elandijsmass ava nNoordwest-Duitsland .Mogelij k zijnhe tGaasterlan d end eander eterreinverheffinge nnoordelij k vanhe tOer-Vechtdal ,doo rd eui td eNoordze e komende ijslobal s zwakke stuwwal (glaciale storingszone)gevormd .He tGaasterlan d zoudu snie tvanui the tnoorde ndoc hui t zuidelijke richtingge ­ vormdzijn . -4 1-

Demethode no md evor me nafrondingsgraa dva ngrin de n zandt ebepale nwerde nbestudeerd .He tblijk tda to md eafron ­ dingsgraad tebepale nhe t snelstme tee nvisuel e indelingi n4 groepengewerk tka nworden .D evor mka nbepaal dworde ndoo rhe t metenva nd ea -e nb-as .

Micropedologie. 1.Relati estructuur-bodembiologie . Opslibbevattend e Zeeuwse slikkenblijke nbi je bvee l stabiele excrementen (vermoedelijkvoora ldoo rwormachtig edieren ) teworde ngevormd ;n ad evloe dtref tme ndez eexcrementje sal ­ thansi nzee rgrot ehoeveelhede nvolkome ngaa fo pd elaagwater - lijnaan .Oo kbleek ,da tdoo rd eactivitei tva ndi ediere nee n grootdee lva nhe tgangenstelse l datme ni nd eondergronde nva n deingedijkt egronde naantreft ,reed sbuitendijk sword tgevormd . Bijee nstructuuronderzoe k opd erivierleemgronde ni n Z.-Limburg bleek,da td estructuu rva nB-horizonte nva nhog ebrui ­ nerivierleemgronde nvolkome nka nworde n "opgelost"doo rd eacti ­ viteitva nbodemdieren .Vermoedelij kkunne nallerle ikleiner edie ­ ren,zoal smiljoenpoten ,mijte ne nspringstaarte nvanui twormgan ­ gene nscheure nd egron dperforere no fopene nwaardoo rto t+ 1 m diepteee nzee rporeuz e structuurka nontstaan . Dankzi jee nZ.W.0.-subsidi ewa she tmogelij kt ebegin ­ nenme td eclassificati eva nexcrementvor mva nbodemdiere ne nme t proevenove rd emorfologisch everanderinge naa ndi eexcremente n onderverschillend emilieu-omstandigheden .Ee neerst erappor t overd eresultate nwer daa nhe tZ.W.0 .uitgebracht . 2.Micropedologisch e onderzoekingent.b.v .d etuinbouw . Erwerde naanwijzinge nverkrege nda td ebewortelin gva n hetaardbeira sJucund ao pzandgronde nnau wsamenhang tme tstruc ­ tuurverschillen enmogelij khumusvormen .Daa rhe tonderzoe kno g Ç langnie tvoltooi d is,ka ne rmomentee lniet sverde rove rworde n medegedeeld. Uithe tmorfologisc h structuuronderzoek ophe tproefvel d "Plantklaarmake nva nd egrond " (StichtseFruittuin ,Werkhoven ) bleeko.m .da to pdez e stroomgrondd eplantgatenboo r eeninten ­ sievemengin ge nverfijnin gva nd egron dveroorzaak t enee nzee r heterogeenporiënstelse ldoe t ontstaan.D ehydraulisch egrijpe r daarentegenpers td egron d ingrot ekluiten . Inhe tkade rva nhe t zwartveenonderzoek werdenvel e proefvelden onderzocht.D evoorlopig e conclusie isda ttoevoegin g vanzwartvee no ftuintur fd eporositei t vand egron dduidelij k verhoogt,voora ld eniet-capillair eporositeit .D estructuurstabi - liteit isdoorgaan senigszin sverhoogd .He tzwartvee nspeel tver ­ moedelijk eenzuive rmechanisch e rolbi jd e structuurverbetering; hetword tnie t ind ebodemmass a opgenomen,doc hblijf t inscheure n ft' enrondo m structuurelementjesal sfijn e stukjeszichtbaar . 3«Slijp -e nmeettechniek . Inhe tverslagjaa rwerde ngrot evorderinge ngemaak tme t deimpregnatie -e nslijptechniek .Me the timpregnan sVestopal- H (onverzadigde polyester)zij nw en ui nstaa t slijpplatenva n 15x 8 c me ngemiddel d 15m udikt et evervaardigen .Voo rdi tpro ­ cédéda tno gunie ki si nd ewereld ,moes tee nnieuw e zaag-e n slijpapparatuuri ngebrui kworde ngenomen . 42

Als gevolg van deze ontwikkeling zijnw e begonnen met de kwantificering van slijpplaten (micromorfometrie). Bijvolumeme - tingen aan slijpplaten met het Zeiss-integratieoculairbleke ndi ­ verse factoren van invloed op de betrouwbaarheid van de metingen, t.w.s dikte van het preparaat,heterogeniteit , krimp (met name van organische stof), gebruikte vergroting enhe t aantalherhalin ­ genva n demetingen . Het isd e bedoeling in 1961 veel aandacht aan de micromorfometrie tebesteden . Bijhe t onderzoek van de relatie beworteling/structuur bij de aardbei werd medewerking verkregen van het R.T.C,voo rBo - demaangelegenheden bij debewortelingsopnamen , terwijl Dr.Sein- horst vanhe t I.P.O.aaltjesanalyse svoo r dit onderzoek verricht. Bijhe t onderzoek van zwartveenproefvelden inNoordhollan d werd 1 nauw samengewerkt met Ir.Knoppien . Bijhe t Z.V.0.-onderzoekverkrege n we medewerking van Dr. v.d. Drift c.s. (i.T.B.O.N.)e n de heer Joekel (Entomologi­ sche Afdeling van het Zoölogisch Museum te Amsterdam).

Fysische en chemische bodemkunde. Met behulp van de extractiemethode met 25$HC l werden voor verschillende bodemeenheden ind e provincie Limburg Si0?, Fe?0, en AL?0-,-gehaltenbepaald . De bodemtypenwerde n ingedeeld naar de morfologische karakteristieken van de bodemprofielen, waarin aard vanmoedermateriaa l en profielontwikkelin g debe ­ langrijkste factoren zijn (volgens Riecken en Smith, 1949)« Op dezewijz e werden eveneens verschillende andere bekende bodemty­ pen geanalyseerd, alsmede een drietal profielen (podzol,terr a fusca engleygronden )me t sterk uitgesproken verschillen ind e opeenvolging der lagen.

Vegetatiekunde. De inrichting van een randgatenponskaartensysteem vroeg vrijvee l tijd. Verwacht wordt dat het echter ind e toekomst een efficiënter gebruik van de basisgegevens mogelijk zalmaken .Be ­ halve de plantesoorte n werden ookmilieufactoren , zoals gegevens overbode m enhydrologie , een grove indeling inhe t klimaat,ge ­ gevens over de wijze vanbodemgebrui k gecodeerd. Voorts werd ap­ paratuur ontworpen voor het vereenvoudigen vanhe t makenva nvege ­ tatie (enandere )tabellen .Hierto e werd met de Landbouw-fysisch- technische Dienst contact opgenomen. Hoewel wat duur blijkt uit­ voering wel mogelijk. De te besparen kosten kunnen echter enorm zijn.Me t andere instellingen, die tabellen maken, zal overleg worden gepleegd. Gerapporteerd werd over de bodem- en vegetatiekartering vanhe t Militaire oefenterrein Ossendrecht,overhe t onderzoek in de grove dennenaanplantingen ophe t Kootwijkse Zand enbetreffen ­ de het onderzoek ophe t landgoed "De Stippelberg (Rips). De laat­ ste twee studies,alsmed e die van de minder ver afgewerkte objec­ ten Chaam,Er p enHeez e werden uitgevoerd in samenwerking met de Afdeling Bosbouw van de Stichting voor Bodemkartering. Deze studies tonen duidelijk aan,da t de vegetatie,be ­ halve buiten de grond gelegen factoren, eigenschappen van de bodem indiceren kan, die van groot belang zijnbi j de groeiplaatsbonite- ring.Me t name blijkt opd e gronden,di e vooral door debodemkar ­ tering en deels ook door de vegetatiekartering als vochtig worden 43 gekarakteriseerd, een aanzienlijk verschil inboomhoogt e (bonit eit ) voor te komen. Binnen deze vochtige gronden blijkt de boomhoogte vrijnau w te correleren met de vegetatie, ingedeeld opgron d van indicatoren van "mineraal-rijkdom". Naar aanleiding van deze resultaten zal getracht worden deze mineraal-iijkdom ook door chemische analyse aan te tonen.Te ­ zamen met het hoofd van de afdeling Bosbouw werd betreffende dit onderzoek end e voorlopige resultaten daarvanbegi n 1961 aand e dienstvergadering van de Stichting voor Bodemkartering verslag uitgebracht. Aan de kartering en afwerking van boscomplexen op deVe - luwe en in de Achterhoek werd voortgewerkt. De bewerking vanhe t Speulderbos isve r gevorderd. Begonnen werd aan het Mastbos bij Breda, eenvegetatiekaar t kwam in concept gereed. In samenwerking met de heer E.Hennipma n te Leiden werd een verzameling van opd e bodem groeiende korstmossen aangelegd, die nog geleidelijk zal worden uitgebreid. Dit jaarwer d weer medewerking verleend aanhe t werk van de Afdeling Landclassificatie inNoord-Limburg . Rapporten over het vegetatiewerk in 1958 en 1959 kwamen gereed. Met behulp van frequentie van correlatie met vegetatietypen bleek het mogelijk de bodemtypen vegetatiekundig te typeren.D e verschillen in kli­ maat tussen 1958 en 1959 kwamen duidelijk tot uiting ind eresul ­ taten. Hakvruchten engraanvruchtgemeenschappe nkonde n wordenge - paralle llis eerd . Enige correlatie was aantoonbaar tussen opbrengsten bin­ nen éénbodemtyp e en omgekeerd met verschillende vegetatietypen. De hoeveelheid gegevens is echter voor dergelijke conclusies voorlopig te klein,gezie n de enorme spreiding ind e opbrengstge- gevens. In zuidoost-Drente werd een proef genomen met het maken van eenvochttrappenkaar t met behulp van kenmerken, ontleend aan de akkeronkruidvegetatie enhe t reliëf opveenkolonial e gronden. Dit geschiedde opverzoe k van de plaatselijke karteringsleider opgron d van de overweging, dat inhe t bodemprofiel geen bruikbare vochttrap-kenmerken kunnen worden gevonden. De resultaten worden uitgewerkt en schijnen naar omstandigheden redelijk tevoldoen . Voorts zijvermel d de medewerking,verleen d aan de S(tichting) O(nderzoek)L(evensgemeenschappen ) bij een onderzoek aan het venva n de "Goudberg"bi j Strijbeek; aanhe t R.I.V.O.N. bijhe t onderzoek opElspeets e enGinkels e Heide,he t aanleggen van enkele nieuwe permanente proefplekken ind e Biesbosch insa ­ menwerking met Staatsbosbeheer. Een initiatief werd genomen tot het aanpakken van het probleem van het ontstaan van CaCOJ in sedimenten met behulp van C14-onderzoek; twee oriënterende monstersrivierkle i werden in­ middels onderzocht.Vermoedelij k ca. QOfova n de Cui t het carbo- naat bleek ouder dan 25-000 jaar. Het onderzoek wordt voortgezet. Tezamen met Dr.Ir. L.J. Pons (Afd.Noordholland ).wer d een artikel in concept gereedgemaakt betreffende rijping enbo ­ demclassificatie. -4 4-

Het hoofd van de afdeling promoveerde op 12 februari I960aa n de Landbouwhogeschool teWageninge n ophe t proefschrift, getitelds "De Brabantse Biesbosch. Een studie van bodem envege ­ tatie van een zoetwatergetijdendelta".D e toekenning vand e graad "doctor in de landbouwkunde" geschiedde met lof.Dez e dis­ sertatie verscheen tevens alsV.L.O .no . 65.20 en in de reeks Mededelingen van de Stichting voor Bodemkartering, Bodemkundige Studies4 »

Historische Geografie. De inDrente ,Gelderlan d enBraban t verzamelde gegevens over de nederzettingsgeschiedenis van de zanddorpen werdengedeel ­ telijk verwerkt in een artikel over demorfogenes e van de zanddor­ penvoo r het congresnummer van het Tijdschrift van het Koninklijk Nederlands AardrijkskundigGenootschap . Veel gegevens,di e hierin wegens de ruimtelimiet niet kondenworde n benut, zullenworde nge ­ publiceerd in een studie over de essenva n het Kerspel Rolde. Het ophe t Archief enKadaste r van 's-Hertogenboschver ­ zamelde materiaal over Esch en Haaren,beneven s onderzoek ter plaatse, gaf eenbevestigin g van onze opvatting, dat de oorspron­ kelijke nederzettingen zeer klein zijn geweest en in een groot aantal.Voo r zover de natuurlijke toestand zulks toeliet,kwame n zijo pbetrekkelij k korte afstand van elkaar voor.D e uitbreiding van de kerkdorpen,waa r zichvel e middenstanders tussen de boeren vestigden,ko n reeds worden geconstateerd in de 17e eeuw.D e grootste concentratie vond echter plaats na de Franse tijd en vooral in de 20e eeuw.

Diatomeeënonderzoek. Uitgebracht werden de rapporten 36 tot enme t 43» Dit betreft; Onderzoek kalkgyttjaNoordholland , milieubepaling (36) Milieubepalingen kleien Noordholland (37> 38) Milieubepalingen ZW-Nederland (39) Milieubepalingen inverban d met K enMg-bezettin g (40) Milieubepalingen laklagen in de Tieler- enBommeler ­ waard (41) Milieubepalingen Noordpolder Berkel (42) Milieubepalingen van diverse plaatsen inverban d met pyrietgehalte (43)

Landclassificatie voor Akker- enWeidebouw . Het ontwerp van de globale bodemgeschiktheidskaart voor akker- enweidebou w opbasi s van de bodemkaart van Nederland 1s200.000 en de bijbehorende,begi n i960geree d gekomen concept­ tekst werden behandeld intwe e vergaderingen door een z.g. Toet­ singscommissie,benoem d door het Bestuur.D e besprekingen richt­ ten zichuiteindelij k vooral op de wijze van presentatie van het materiaal en de wijze van publikatie. Naar aanleiding van de discussies werd de tekst gedeel­ telijk herzien.Herzieninge n van de concept-geschiktheidskaart waren nodig als gevolg vanveranderinge n ind ebodemkaart . 45

De concepties van de "beoordelingsschalenvoo r akker- en weidebouw, die toegepast zullen worden bijd e landclassificatie voor de kaartbladenkartering 1;5O.00O,werde n nader besproken en getoetst,med e aan de hand van de toepassing bij enige proefkar- teringen. Zij zullen binnenkort,voorzie n van voorbeelden, defi­ nitief vastgesteld kunnenworden . Inverban d met het ontwerpen van een methode voor in­ schatten van gronden inhe t landelijk landclassificatieraam werd door deWerkgroe p Bodemgeschiktheidsclassificatie de Duitse "Bo­ denschätzung" kritisch besproken enwerde n tezamen met tweeDuit ­ se deskundigen diverse Nederlandse gronden bezocht. De Werkgroep meent op den duur tot eenhanteerbare , doch theoretisch beterge ­ fundeerde schattingstabel voor de Nederlandse gronden te kunnen komen. Eenvoorlopi g idee van deze tabellen, gesplitst naar ak­ ker- enweidebouw , opgesteld inverslagjaar , wordt thans verder ontwikkeld. Verslagjaar ishe t laatste van de eerste 5-Jarige onder- zoekperiode van deWerkgroep . Inverban d hiermede werd het maken vanvoorlopig e proefbegrotingen gestaakt^ het voorlopig overzicht voorhe t te maken landelijk classif'icatieraam omvatte toen 29 landklassen uit 7typegebieden . De aandacht richtte zich daarna vooral op de wijze van samenstellen van het eindrapport end e daarbijbehorend e definitieve proefbegrotingen over de eerste 5- jarige periode.Me t name door het L.E.I.wer d veel aandacht be­ steed aan de opstelling van de tabel van economische constanten, die voor de definitieve proefbegrotingen gebruikt worden. Gepoogd wordt het genoemde eindrapport met een samenvatting van alle over 5 jaarverzameld e gegevens in 1961 af te ronden.Ultim o verslag­ jaarware n van vrijwel alle L.E.I.-bedrijven de karteringenge ­ reed enwa s het L.E.I.geree d met de verslaggeving van detechni ­ sche gegevens van de L.E.I.-bedrijven over oogstjaar 1959« Overlegd werd gepleegd over de keuze van en devoorberei ­ dingen voor het onderzoek in een aantal nieuwe typegebieden ind e tweede 5-jarige periode (l96l-'65). De bovengenoemde onderwerpen werden ten dele ookbehan ­ deld en door deWerkgroe p toegelicht in eenvergaderin g van de Contactcommissie Bodemgeschiktheidsclassificatie. De resultaten van de opbrengstbepalingen d.m.v. taxaties enproefoogsten , die In 1959 in zomertarwe inhe t Land vanMaa s enV/aa l (rivierklei)werde n verricht, tonen een duidelijk hogere produktie op de kalkrijke dan op de vergelijkbare kalkarme gron­ den. In 1958wer d terzake geen verschil gevonden. Bij de opbrengsttaxaties en proefoogsten opverschillen ­ de bodemtypen in i960werde n vrij ernstige moeilijkheden onder­ vonden van de slechte weersomstandigheden tijdens de oogsttijd. Het programma was ind e Drentse Veenkoloniënbeperk t tot suiker­ bieten (laatste jaar; Afd . Drente), werd ind e rivierklei (Land vanMaa s enV/aal )uitgebrei d met haver en suikerbieten (in 1958 en 1959 alleen zomertarwe) enbetro f op de rivierleem- en stuif- zandgronden van N.-Limburg v/eerrogge ,wintertarwe , suiker- en voederbieten (vijfde en laatste jaar). Voorts werden op de Zuidhollandse Eilanden voor de eerste maal opbrengstbepalingen in suikerbieten (Afd.Zuid-Hol ­ land)e n ook eenuitgebreid e serie rooimethodiekproeven in aard­ appelen opuiteenlopend e gronden uitgevoerd. De eerste indruk isda t uit de gegevens van de rooimethodiekproeven wel een vol­ doende betrouwbare en tegelijk vrij snelle oogstmethode naar voren zal komen. 46

Op de zwaardere rivierleemgronden inN.-Limbur gware n in I960d e gemiddelde opbrengsten het hoogst van alle onderzoekbaren. Waarschijnlijk als gevolg van de ruilverkaveling lijkt de produk- tiecapaciteit van de zware,grijz e rivierleemgronden indi tge ­ bied ind e afgelopen jaren te zijn gestegen.Voort s tonen de cij­ fers over 5 jaar dat,hoewe l de gemiddelde opbrengsten van jaar tot jaarvariëren , de opbrengstverhoudingen tussen de diverse bo- demtypen onderling ingrot e lijnen blijven bestaan. De graslandvegetatieopnamen, die in 1959 op de struc- tuur-vochtproefplekken ind e Tielerwaard werden verricht,werde n uitgewerkt en invoorlopig e vorm vastgelegd. Dit onderzoek werd ini96 0nie t voortgezet. Naar de bepaling van de geschiktheid voor grasland zal in de komende jaren echter grote aandacht uit­ gaan. Eenuitgebreid e overzichtsstudie, mede aan de hand van de literatuur, over de ervaringen enmethodieke n bijd ebodemge - schiktheidsclassificatie kwam gereed (V.W.M. 14).

Tuinbouw. i^ Het aantal fruitteeltproefplekken opd e zware rivierklei- gronden is inhe t afgelopen jaarme t 11uitgebrei d tot totaal 43« m^ Bij deverwerkin g van de grondwaterstandsgegevens bleek dat op een aantal proefplekken ondanks drainage periodiek schijnspiegels optraden.He t optreden der schijnspiegels had meestal eenongun ­ stige invloed op de ontwikkeling dervruchtbomen . In I960wer d door de Stichting voor Bodemkartering en het Proefstation voor de groente- en fruitteelt onder glas insa ­ menwerking met de Rijkstuinbouwvoorlichtingsdienst een proefplek- kenonderzoek bij de vroege stooktomaten gedaan.Doo r tellen van het aantal gezette enhe t aantal geoogste vruchten op enige data werd een indruk verkregen over produktiviteit envroegheid . De indruk werd verkregen dat de hoogte van de grondwaterstand een belangrijke invloed op de vroegheid kanhebben . Inhe t afgelopen jaarwer d de globale bodemgeschiktheids- en tuinbouwkaart van Zeeland met rapport gedrukt. De globale bodemgeschiktheids- en tuinbouwkaart end e globale bodemgeschiktheidskaart voor de teelt van asperges van Limburg met bijbehorend rapport kwamen voor druk gereed, terwijl een begin werd gemaakt met de vervaardiging van de globale bodem­ geschiktheids- en tuinbouwkaart van Groningen. Bijhe t samenstellen van de globale bodemgeschiktheids­ kaart voor de teelt van asperges werd medewerking verleend door Ir. A.A. Pranken, onderzoeker bijhe t Proefstation voor de groen­ teteelt in devoll e grond, gedetacheerd bij de proeftuin te Venlo. Het groenteteeltonderzoek onder glas wordt gedaan met het Proefstation voor de groenteteelt en fruitteelt onder glas in samenwerking met de Rijkstuinbouwvoorlichtingsdienst.

Bosbouw. Het reeds jaren lopende onderzoek naarhe t verband tus­ senbode m engroe i van de grove den inNoordbraban t werd voortge­ zet. Het leekwaarschijnlijk , dat binnen de groep van dehumus - podzolen inbepaald e gebieden de grondwaterstand een belangrijke groeibepalende factor is.Waarschijnlij k speelt hiernaast ook de -4 7- chemischevruchtbaarheid ,voorlopi ggekarakteriseer d doord evege ­ tatie,voora lo pd evochtig egronde nee nbelangrijk e rol (zieoo k vegetatiekunde). Opgron dva ndez ee nander eproefresultate nko nee nle ­ gendaworde nopgesteld ,di enaa ronz eervarin gbi jd ekarterin g vanhe tMastbo s (Breda)redelij kvoldee d aankarteertechnische , bodemkundige enbosbouwkundig eeisen . Degedurend e drie jaarlopend etwee-maandelijks eopnam e vand ewaterstan d tenbehoev eva nd ebosbouwkundig ebeoordelin g vand ez.g .natt e stuifzandenwer dbeëindigd .Bi jee nvoorlopig e bewerkingva nd egegeven sblee khe tverban d tussenboomgroe ie n waterhuishouding allerminstduidelijk . -4 8- 13.D EOPDRACHTKARTERINGEN .

Deseder t 1959opgetrede n sterke stijgingva. nhe taan ­ taluitgevoerd e opdrachtene nnieuw eaanvrage ni si nI96 0t.o.v . het jaar195 9nie t indi emat edoorgegaa n (zietabe l 1).We lwa s detotaa lgekarteerd e oppervlaktewee renkel e duizendenhectare n groter. Geziend eongunstig eweersgesteldhei d inI96 0i sd estij ­ gingva nd egekarteerd e oppervlaktevergeleke nme t195 9zee rbe ­ vredigend.Doo ree nverder evereenvoudigin g enuniformitei t ind e opzetva nd eveld -e nkaartlegenda's ,alsmed eva nd everwerkin g dergegevens ,konde nopnam e enverwerkin g inI96 0snelle rplaats ­ vinden. Eenbelangrijk e tijdsbesparingza lbovendie nd ei nI96 0 begonnenvermenigvuldigin gva nkaarte ndoo rmidde lva nkleurenfo ­ tografiegeven . Gezienhe truilverkavelingsprogramm a vand eCultuurtech ­ nischeDiens tva n+ 40.00 0h ape rjaar ,moe ti nd ekomend ejare n aanCD.-opdrachte nminsten s opdi taanta lhectare nworde ngere ­ kend.D eoverig e opdrachtenvariëre n sterki noppervlakt e enaan ­ tal,maa rbedrage ntoc hmeesta l 5à 10.00 0h ape rjaar .I ntotaa l magderhalv evoo rd ekomend e jarenee nopdrachtenportefeuill eva n 48à 50.00 0h ape rjaa rworde nverwacht . Omto thaa rdoe lt ekome nwerkt e deafdelin gOpdrachte n binnend eStichtin gvoo rBodemkarterin gsame nme td eafdelin gHy ­ drologie (plaatsingwaterstandsbuizen ,opname nva ne nprofielbe ­ schrijvingenbi jd ebuizen ,verwerkin gwaterstandsgegevens) ,me t deafdelinge nvoo rBodemclassificati ee nKaartcoördinati e("brui ­ negronden "e n"gebroke ngronden" ,opstellin gva nrichtlijne nte r verwerkingva ngegeven sui topdrachtkarteringe nto tkaartbladen) , metd eafdelin gLandclassificati evoo rAkker -e nWeidebou w (opzet nieuwlandclassificatieschema ,geschiktheidskaarte n vandivers e gebieden),me td eafdelin gTuinbou w (geschiktheidvoo rtuinbou w enaanle gva nsportvelden) ,me td eafdelin gGeologi e enPaleobo - tanie (besprekinggeologisch ehoofdstukke nui td erapporten ,geo ­ logischonderzoe kGaasterland )e nme td eregional eafdelinge n (veldwerke nindelin gde rgronden) .Oo kme tander edienste ne n instantiesvon d overlegplaats .Di tbetro fbehalv e deopdrachtge ­ verszelv ed eLand -e nTuinbouwvoorlichtingsdienste n (degeschikt ­ heidva nd egron dvoo rland -e ntuinbouwkundig e doeleinden),d e cultuurmaatschappijN.V .Grontmij . (cultuurtechnische aspecten vand esportveldenaanle g ind eGroenstroo k Amsterdam),Domeine n (resultatene nuitkomste nva nd ekarteringe nva nee naanta lstan - daardbedrijveni nd eWieringermeer )e nd eGeologisch e Stichting (kleiwinplaatsenvoo ree nkleiverwerkend e industrie).

Voorlichting. Voorlichtingbetreffend ehe twer kva nd eafdelin gwer d gegevenaa nd evergaderin gva ningenieur sbi jd eLancYbouwvoorlich - tingsdienst (bodemkarteringen inruilverkavelingsgebieden) . Voord egezamenlijk e pachtersi nd eWieringermee rwer d eenvoorlichtingsavon d gehouden,waarbi jd etotstandkomin gva n eenbodemkaar te nd eresultate nva nhe t onderzoek opd estandaard - bedrijveni ndez epolde rwerde ntoegelicht .Teven swer ddeelge ­ nomenaa nee nforu monde rleidin gva nd eLandbouwconsulent . Inverban dme the tgehoude n studentenpracticumonde r leidingva nProf.Dr .C.H .Edelma ni nd eopdrachtkarterin gEssch e Stroomwerde ni nda tgebie d enkeleexcursie sme td estudente n bijgewoond.. Opverzoe kva nd eopdrachtgeve r (DirectieWieringermeer ) werd ind ekarterin gRandgebie d Zuid-Flevolandee ntweeta lexcur ­ siesgehoude nvoo rbelangstellende n (consulenten,directeure nva n Landbouwscholen, etc). Naastd etwe eno ggedetacheerd emedewerker sui t195 9va n deNed .Heid eMij .wer di ndi tverslagjaa raa nzeve nmedewerker s vand eMaatschappi jvoo rkorter e oflanger etij dee nopleidin g gegeven.Dez eopleidingsperiod e werdafgeslote nme tee ndriedaag ­ secursu s+ excursi e overd everschillend e aspectenva nhe twer k vand eStichtin gvoo rBodemkartering . Detotal ebezettin gva nd eafdelin gpe r3 1decembe rI96 0 bedroeg22-J- ,waarbi jinbegrepe nee ntweeta lmedewerker sgedeta ­ cheerddoo rd eregional e afdelingene nvij fmedewerker s inoplei ­ dingva nd eNederlands eHeidemaatschappij . Detabelle n 1,2 ,3 e n4 geve noverzichte ne nverdelin ­ gennaa rd edoeleinden ,waarto e dekarteringe ndiende no fzulle n moetendienen .Daarui tblijk t inhe talgemee nda tvoorgenome n ruilverkavelings-e nwaterbeheersingsplannen ,alsoo khe taantrek ­ kenva ntuinbou wdoo rdivers egemeenten ,ontwikkelingsplanne ne n streekverbeteringsplannen,voorafgaand e bodemkarteringeno fin ­ ventarisatiesnoodzakelij kmake no frechtvaardigen . - 50-

Tabel1 .Algemee noverzich tva nd e opdrachtkarteringenove r 1959e nI960 .

Omschrijving Aantal Oppervlaktei nh a

1959 I960 1959 i960

Opdrachteni nuitvoe ­ 48 54 157.014,50 158.159,50 ring waarvan Bosb edrij fskarteringe n 1 4 3.000,— 4.600,— Totaaluitgevoer d 22 29 48.382,50 50.522,— veldwerk waarvan Bosbedryfskarteringen + 1.500," 1.600,—

Afgeleverdeopdrachte n 23 24 57-579,- 46.929,50 Verstrektenieuw eop ­ 24 30 73.313,50 69.185,50 drachten waarvan Bosbedryfskarteringen 3 2 1.600,— I.4OO,-- Aanvragenvoo r (nog) nietverstrekt eop ­ 34 25 +213.000,— +229.500,— drachten 51

Tabel2 .Opdrachten ,i n196 0i nuitvoering ,naa rdoel .

Aardva nd eopdrachte n Aan­ Totaleopper ­ Veldwerki n (doel,opdrachtgever ,etc. ) tal vlakte inh a I960i nh a

Ruilverkaveling 15 86.376,— 35.850,— (Cultuurtechnische Dienst)

Dijkverzwaring 2 4.46O,— 2.315,— (Cultuurtechnische Dienst)

Waterbeheersing,Verdroging,etc . 3 23.821,— I.53O,— (Ged.Statenva nGelderland , Directieva nd eWieringermeer ) Tuinbouwgeschiktheid 8 6.O56,— 5.566,— (Diversegemeenten )

Stadsuitbreiding 33,50 33,50 (Nw.Schans,Bennebroek )

Pachtgeschillen 1 1.574,— 1.574,- (Standorganisaties)

Onderwijsdoeleinden 1 (14stuks ) (14stuks ) (Geconserveerdebodemprofielen )

Zand-e nGrindwinnin g 2 70,— 70," (Prov.Waterstaat,Particulier ) Kleiverwerkende Industrie a.Ned.Baksteenindustri e 7 29.135,— b.Particuliere n 2 Adviese n Adviese n boringen boringen

Bosbedrijfskarteringen 4 4.6OO," 1.600, — (Staatsbosbeheer)

Adviezen (Begroting

Aanlegva nsportvelde n 1 1.984," 1.984,— (Gem.Amsterdam )

Totaal 54 158.159,50 50.522,50 Tabel 3« Gespecificeerd overzicht van de opdrachten die inI96 0 bij de Stichtingvoo r Bodemkartering inuitvoerin gwaren .

No. Object Opdrachtgever Opper­ Kaart- Vanbegrotin g vlakte schaal verwerkt in % in ha 1: voor in I960 1960

Rui1verkave1in g B26 Gaasterland C.D. ') 10.200 10.000 60 40 D16 Smilde CD. 5.9OO 10.000 60 30 D18 Drijber C.D. 2.100 10.000 __ 60 D20 Dalen C.D. 7.150 10.000 -- 60 E16 Hardenberg C.D. 8.33O 10.000 -- 60 M51 Arkemheen C.D. 3.OIO 10.000 80 20 N25 Leygraaf C.D. 4.791 I5.OOO 60 40 N27 Dorp en Eind C.D. 2.555 10.000 50 50 N28 Middelbeers C.D. 2.I3O 10.000 -- 60 N29 Bergeijk- C.D. 8.96O 25.000 —— 60 Luyksgestel N31 Astense Aa C.D. 9.235 10.000 60 40 N32 Milheeze C.D. 1.15 0 10.000 60 40 N33 Boekei C.D. 3.45O 25.000 -- 90 G13 Waterland C.D. 9.6OO 16.667 90 10 P19 Midden-Limburg C.D. 3.850 10.000 30 "

Dijkverzwaring K25 Krabbendijke C.D. 1.24 0 10.000 60 40 K27 Diverse polders C.D. 3.22O 10.000 60 in Z.-Beveland

Waterbeheersing-^verdroging ,etc . M54 Brammen-Voorst Ged.Staten 8.291 10.000 60 35 M55 Oude Rijngebied Prov.Waterstaat 3.5OO 10.000 —— 100 inGelderlan d NL730 Randgebied Zui­ Dir.Wieringer- I3.35O 10.000 30 50 delijk Flevoland meer

Tuinbouwgeschikt ' leid A15 Tuinbouwgebieden N.Groningen; A15a Leens B.enV/.t eLeen s 12 2.500 60 40 Al5 b Idem - Zeerijp E.J .K eij er-Zee rij p 7 2.500 60 40 A15c Idem - Eenrum B.en W.-Eenrum 18 2.500 -- 100 B27 Leeuwarden Gemeentebestuur 534 10.000 70 30 Leeuwarden B28 Barradeel Gemeentebestuur 1.12 0 10.000 70 Barradeel

) Cultuurtechnische Dienst 53 Vervolg tabel J.

No. Object Opdrachtgever Opper­ Kaart- Van begroting vlakte schaal verwerkt in fo inh a 1s vóór in I960 1960

D21 Elim-Hollandse Gemeentebestuur 20 60 Veld Hoogeveen G28 Boekelermeer Gemeentebestuur 355 10.000 70 Hei l00-Akersloo t G29 PolderHeerhugo - R.T.C. -Hoor n 4.010 10.000 60 waard

Stadsuitbreiding AH Diepb. Nieuwe Gemeente Nieuwe __ Aantal 80 20 Schans Schans diepb. G24 Bennebroek GemeenteBenne ­ Aantal 100 broek diepb.

Pachtgeschillen G26 Vieringermeer Landbouworgani­ 1.574 5.OOO — 100 satiesVierin ­ germeer

Onderwijsdoeleinele n ÏÏL7ôf Lakprofielen Diverse Aantal — — — Serie 6O/6I opdrachtgevers prof.

Zand- engrindwi i ming M56 Zandafgraving S.J.BakkerJr. , 70 Aantal 100 Hoenderlo Ede diepb. P21 Aanmaak Maas- Prov.Vaterstaat Lit. — 50 grinderijen Maastricht ond.

Kleiverwerkende: mdustrie a.Baksteenindus l ;rie NL915 Over-BetuweI-I I Ned .Bak steenind . NL917 Lekuiterwaarden NL918 Driedorpenpolder NL919 Rest Over-Betuwe NL920 Oooypolder 29.185 10.000 9 — NL921 Stuwput Amerongen II NL922 Vijkbi jDuurste - ii de-Cothen 54 -

Vervolg tabel 3,

No. Object Opdrachtgever Opper­ Kaart- Van beg roting vlakte schaal verwerkt in % inh a 1 2 voor in I960 I960

b. Particulieren Advies NL734 Kleiverwerkende Inst.voorMarkt ­ Advies —~* —— 70 Industrie enBedrijfson - derz.Amsterdam KL735 Percelen inMaas ­ Mej.M.C.A.Cor- Aantal 2.5OO 100 bommel enO ss stiaansen, diepb. Heemstede

Bosbedri.jfskarter-inge n NL82 Ugchelen- Staatsbosbeheer +2.93O 5.OOO ïïoenderlo NL84 Sprielderbos 11 800 5.OOO NL85 Mastbos 11 5OO 5.OOO NL86 Eelerberg n 370 5.OOO

Adviezen NL760b Grondsoorten Imexporter- Grond­ 100 Leiden soorten NL760c Verwerkinggege ­ R.T.C.-Kesteren -- 10.000 —— 100 vensGem.Ewij k NL760d Advies de Kroon Particulier Advies -- -- 100 NL760e IjsbaanDrieber ­ IJsclubDrie ­ Advies -- -— 100 gen bergen NL760f N.V.Bouwkas , Bouwkas te Den Advies -- —— 100 's-Gravenhage Haag NL760g Gem.Beuningen Gem.Beuningen Advies 100

Aanlegva n sportv elden G25a Groenstrook Gemeente A'dam 1.98 4 10.000 90 Amsterdam 55

Tabel 4« Gespecificeerd overzicht van de gedurende i960bi jd e Stichting voor Bodemkartering ontvangen aanvragen voor karteringen enadviezen , die in i960 (nog)nie t tot een definitieve opdracht hebben geleid.

No. Object Aangevraagd door Opper­ Kaart- vlakte schaal inh a 1s

Ruilverkaveling A16 Delt-Oudeweer C.D. 4.620 10.000 D23 Peizermade CD. 4.2OO 10.000 D24 Sleenerstroom C.D. 8.63O 10.000 El? Luttenberg e.o. C.D. 6.150 10.000 M58 Rekken C.D. 3.9OO 10.000 H38 Hoeksewaard-noord C.D. 6.000 10.000 N26 Oirschot-Best ') C.D. 7.IOO 10.000 N34 De Zaligheden C.D. II.5OO 25.OOO N35 Zuiderafwaterings­ C.D. 3.9OO 10.000 kanaal

Waterbeheersing-verdro ging,etc . Proefgebied Oost- Commissie Waterbe­ 7.45O 10.000 Brabant heersing inNoord - brabant

Tuinbouwgeschiktheidsb eoordeling Tuinbouw provincie P.P.D. inDrent e I00.000 50.000 Drente Tuinbouw provincie Ged.Staten in Limburg ? 50.000 Limburg D22 Gemeente Schoonebeek Gemeente Schoonebeek 2.200 50.000 Veenkartering Älstätte Ver.Turfstrooisel 40 5.000 Ind. N.V. Pijnacker Gemeente Voorst Gemeente Voorst 1.10 0 10.000 Gemeente Heumen ') 4OO 10.000

Landbouwgeschiktheidsb eoordeling Vlasverwerkende Indus­ Concern Ned. 400.000 trie Bedrijf Maarssen v.Tweel-Maarssen ? 5.000

Planologie Noordholland-noord P.P.D. inNoordhollan d 63.OOO 50.000 56

Vervolgtabe l4 '

No. Object Aangevraagd door Opper­ Kaart- vlakte schaal inh a 1;

Zand-e ngrindwinnin g Aanmaak zand-e n Zand-e ngrindhande l Literatuur­ grindgaten onderzoek

Adviezen Millingerwaard Particulier ) Particulier ) Beltrum Adviezen Bemmel Gemeente ) PolderDrieba n Organisaties ) Valburg B.enW.t eValbur g Aantal diepb.

')Aanvrage ndi eno gdoorlope nvana f1959 » -5 7

14- BEZOEKENAA IHE TBUITENLAN DE NBUITENLANDS EBEZOEKERS .

Dr.Ir.F.¥.G .Pijls , U.S.A. 7thInternationa l Dr.Ir.J .Schelling , Congresso fSoi l Dr.Ir.L.J .Pon s Science Devoordrachten ,di eva nd ezijd eva nd eStichtin gvoo rBo - demkarteringtijden sdi tcongre swerde ngehoude nwaren ; A.Jongerius ,B .va nHeuvel ne nL.J .Pons 2 Soilformatio ni n organicsoils . L.J.Pons s Soilgenesi san dclassificatio n ofreclaime dpea t soilsi nconnectio nwit hinitia l soilformation . J.Schelling ? Newaspect so fsoi lclassificatio nwit hpartic ­ ular reference toreclaime dhydromorphi csoils . A.Jongeriu se nJ .Schelling ;Micromorpholog yo forgani c matterforme dunde rth einflu ­ enceo fsoi lorganism s especially soilfauna . Dr.Ir.J .Schelling , W.-Duitsland Colloquiumkaart - Ir.J.M.M ,va nde nBroek , bladenkartering Ir.C .va n¥allenburg , enBodemclassifi ­ Ir.G.G.L .Steur , catiet eKrefeld . Marokko Besprekingene n Dr.G.C .Maarleveld , bodemk.excursie. W.-Duitsland Tagungde rAr ­ Ir.L.A.H ,d eSmet , beitsgemeinschaft Nordwestdeutscher Geologen. Dr.Ir.H.W .va nde rMarel,Denemarken , Bezoekkleicon - Noorwegen gresKopenhage n enafdelin gGrond ­ mechanicat eOslo . Dr.Ir.H.W .va nde rMarel,Zuid-Slavië , ExcursieL.H.S . Frankrijk Zagrebe nbespre ­ kingIr .d ePlai ­ sancei nDole . Dr.Ir.H.W .va nde rMarel,W.-Duitsland « Besprekingme t Dr.Beutelspacher (Braunschweig). Ir.L.A.H ,d eSmet , ¥.-Duitsland Excursieknip - Ir.J .Cnossen , gronden. Ir.P .d uBurck , Ir.C .va nWallenburg , Ir.P .va nde rSluys , Ir.G.G.L .Steur , J.P.Heerema , ¥.-Duitsland, PhotokinaKeulen . M.C.Nater , Dr.Ir.J-.C.F.M .Haans , ¥.-Duitsland, Bodemkundigeex ­ Ir.J .Cnossen , cursie inWest - J.Domho f falen. 58

J.J.Jantzen , ¥.-Duitsland. InternationaalRe - prografischCon ­ grest eMünchen . Dr.Ir.A .Jongerius , W.-Duitsland, Mieropedologisehe A.Reymerink , besprekingent e Reinbek (Prof.Kubiëna )

Buitenlandsebezoekers . AbdelAzi sMohame dGait h DirecteurAfd . o.a.Gelderland . (Egypte) Bodemkartering Min.vanLandbou w OrmanGiz a Cairo Ir.M.I .Fahm i Waswerkzaa mbi j (Egypte) deafdelin gMicro - pedologievoo r zijnproefschrif t nazij ningeni ­ eursstudiei n Wageningen. Mr.J.B.E .Patterso n RegionalSoi l Landclassificatie. (Engeland) Chemist (Easternregion , Cambridge) Mr.G.D .Ashle ye n SoilSurve y of Zeeland,Frieslan d Mr.Heafiel d England andWale s (knip-e nknippig e (Engeland) Newcastleupo n gronden). Tyne M.H.Brissan d S.O.G.R.E.A.H. Hydrologie,Tuin ­ enG.0 .d eCoc k Grenoble bouw. (Frankrijk) Dr.Kariu s (India) BehariLa iDa s Afforestation Bosbouw, (India) Schemes (Soil Conservation) Prof.Dr.Fernand oVenial e Universitad i Fysische enchemi ­ Dr.Soggett ie n Pavia schebodemkunde , Dr.Stucch i Institutod i Mineralogie (Italië) Mineralogia èPetrografi a Dr. Jugo,Dr .Kurtagi c ZavodZ a Fysische enche ­ Dr.Pusi é Agroekologya mischebodemkund e (Joegoslavië) Zagreb Micropedologie. SydneyM .Feillaf é SugarResearc h Hydrologie. (Mauritius) Institute 59

Prof.Bireck i KatedraOgolne j (Polen) Uprawy,Sikol y Glównej,Gospo - darstwa Wiejskiego Warszawa. Dr.Okrosk o Landelassifieatie. (Polen) Mr.Van eVincen t ChiefPlannin g o.a.Afd.Tuinbouw . (Rhodesia) andTrainin g Officer, FederalDept.o f Conservationan d Extension, Salisbury. Dr.Luca s Michigan Drente (VerenigdeStaten ) (veengronden). Dr.ÏÏ. Herzo ge n Bodenschätzung Landclassificatie Dr.V .Taschenmache r Bundesfinanz­ endiv.reg.afde ­ (West-Duitsiand) ministerium lingen. Bonn Dr.Oberbec k Geografisches Vegetatiekunde. (West-Duitsland) InstitutTechn . Hochschule Hannover Ir.J.L .Unge r Gesellschaft für Groningen. (Vest-Duitsland) LandeskulturGmb H Bremen H.va nde rMerw e Pretoria o.a.Gelderland . (Zuid-Afrika) Dr.A.D.P .Both a SentraleTabakna -Landclassificatie . (Zuid-Afrika) vorsingstasie Rustenburg, Transvaal Prof.B .Bagdasarjanz , TechnischeHoch ­ Bosbouw Prof.Dr.H .Leibundgut , schule,Abt . Prof.Dr.H .Tromp , Forstwirtschaf t Dr.F .Richard , Dr.E .Badoux , Dr.E .Marcet , Dr.E .Surber , Hch.Taunes ,V .Bauer , Dr.W .Kuhn ,0 .Schoch , Dr.Kowalinsk i+ studenten (Zwitserland).