Huelgas Ensemble 20.00 Concertzaal 19.15 Inleiding Door De Rore
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
zondag 29.03.2015 Huelgas Ensemble 20.00 Concertzaal 19.15 Inleiding door De Rore. Missa Praeter rerum seriem Simon Van Damme Biografieën Uitvoerders en programma In 2011 blies het Huelgas Ensemble (BE) Als dirigent en bezieler van het Huelgas Huelgas Ensemble: vocaal ensemble Cipriano de Rore (1515-1565) 40 kaarsjes uit. Meer dan ooit geldt dit Ensemble gaat Paul Van Nevel (BE) Paul Van Nevel: dirigent muzikale geesteskind van Paul Van Nevel als onvermoeibaar op zoek naar onbekende Proloog: de Vlaamse afkomst referentie voor de uitvoering van polyfonie werken, waaronder de vergeten sopraan Ave Regina caelorum, motet a7 uit de middeleeuwen en de renaissance. Het schatten van de Vlaamse polyfonie. Hij Dorothea Jacob ensemble breekt een lans voor de grondige benadert elk repertoire vanuit een grote Axelle Bernage L'inventif Ciprian (dixit Mégnier) studie van de ontstaans- en gebruikscontext nieuwsgierigheid naar de originele bronnen, Michaela Riener Schiet’ arbuscel, madrigaal a4 van de muziek, de bronnen en de historische de ontstaanscontext en de uitvoeringspraktijk, Witte Weber Da le belle contrade d’oriente, madrigaal a5 uitvoeringspraktijk. Bovendien is de heldere, onder meer op het vlak van uitspraak, Mia benigna fortuna, madrigaal a4 spontane en dynamische sonoriteit van temperament, tempo en retoriek. Naast tenor het gezelschap uitermate herkenbaar in zijn activiteiten met het Huelgas Ensemble Terry Wey Missa Praeter rerum seriem a7 het muzieklandschap van vandaag. Deze publiceerde Paul Van Nevel een monografie Bernd Oliver Fröhlich - Kyrie kwaliteiten stralen het publiek niet alleen over Johannes Ciconia, een werk over Nicolas Stefan Berghammer - Gloria van op het podium tegemoet, maar zijn Gombert en het boek Dertig jaar verslaafd Tom Phillips - Credo ook treffend gevat op de vele opnames van aan Lissabon. Bij Bärenreiter gaf Van Nevel Matthew Vine het Huelgas Ensemble. Van Nevel en zijn transcripties van renaissancemuziek uit. Hij Olivier Coiffet — pauze — ensemble slagen er bij elk repertoire in een is gastdocent aan de Musikhochschule van flinterdun laagje van breekbaar kristal over de Hannover en dirigeert nu en dan ook andere bas - Sanctus partituur te leggen: schitterend, fijn, kostbaar, ensembles, zoals het Nederlands Kamerkoor Tim Scott Whiteley - Agnus Dei maar bovenal ontroerend mooi. en het Deens Kamerkoor. Guillaume Olry Frederik Sjollema Il primo Rinovatore (dixit Monteverdi) Tiago Daniel Mota Calami sonum ferentes, madrigaal a4 voce pari Se ben il duol, madrigaal a5 — Epiloog: Cipriano als humanist Dissimulare etiam sperasti, motet a5, 6 & 7 (tekst: Vergilius) De redding van Cipriano de Rore / Lecture-performance door Paul Van Nevel zo 29.03.15 / 16.00 / Concertzaal Enkele uren voor de voorstelling kan u zich al even verdiepen in de wereld van de Rore tijdens de lecture-performance door Paul Van Nevel. Zo beroemd als Cipriano de Rore in zijn tijd was, zo onbekend is de 500-jarige Ronsenaar nu. Aan de kwaliteit van zijn muziek ligt het niet en meesterverteller Paul Van Nevel gaat u precies vertellen waarom. De monumentale Missa Met Nederlandse boventiteling Praeter rerum seriem wordt live op scène ontrafeld, zodat u ’s avonds nog intenser van de VOCAAL muziek kunt genieten. Uw applaus krijgt kleur dankzij de bloemen van Bloemblad. Complexe verwevenheid In vergelijking met vele andere niet voort uit een gebrek aan inspiratie bij de die vervolgens overgaan in vrij gecomponeerd Josquin overneemt, verwijzen immers niet renaissancecomponisten liet Cypriaan miscomponist of een schending van iets als materiaal. Deze manier van verwerken wordt enkel ‘achteruit’ naar het gregoriaans, maar (Cipriano) de Rore (Ronse, 1515/16 – Parma, copyright. Het past in de retorische traditie de parafrasetechniek genoemd. Wanneer tevens ‘vooruit’ naar de Hercules-melodie 1565) een eerder beperkt aantal missen na. van ‘imitatio et emulatio’: de navolging van Cipriano nu het contrapuntische weefsel van die de zevende stem pas later introduceert. Slechts vijf composities zijn overgeleverd, grote voorbeelden en de betrachting om Josquin importeert in zijn mis, dan neemt hij Het geheel krijgt daardoor een verregaande drie daarvan enkel via handschriften die in die te overtreffen. Zo neemt Cipriano in de daarbij ook de reeds aanwezige reminiscenties structurele integratie en geldt onmiskenbaar München worden bewaard. De muziek is Missa Praeter rerum seriem dus de melodieën aan het gregoriaans over. Zo krijgt de mis een als een meesterlijk antwoord op een bijzonder destijds aan de aartshertog van München en de contrapuntische structuren van het soort driedubbele bodem, waarbij Josquin complexe compositorische uitdaging. Het geschonken vanuit het Italiaanse hof van motet van Josquin over, weliswaar met de in zijn motet het gregoriaans parafraseert en meerstemmige resultaat kent onvermijdelijk Ferrara, waar de Vlaming kapelmeester was nodige aanpassingen om het geheel muzikaal Cipriano op zijn beurt het motet parodieert. een grote densiteit door de combinatie van van ongeveer 1546 tot 1559. Bij deMissa geschikt te maken voor de gezongen teksten zeven partijen, maar toch doet Cipriano Vivat felix Hercules huldigt de titel openlijk van de verschillende misdelen. De ‘emulatio’ De opeenstapeling van parafrase en parodie de nodige ingrepen om zijn compositie Ercole II d’Este, hertog van Ferrara van 1534 blijkt verder uit extra elementen die Cipriano alleen al maakt van de Missa Praeter rerum inzichtelijk te houden. Zo reduceert hij het tot 1559. Gedurende de hele compositie inbouwt in de polyfonie. Zo begint het seriem een ware krachttoer. Cipriano aantal stemmen in sommige delen tot vier, weerklinkt een thema als cantus firmus (‘vast oorspronkelijke motet enkel met de twee gaat echter nog een stap verder door de drie of slechts twee (zoals bijPleni sunt coeli). gezang’) op de tekst ‘vivat felix Hercules bassen, terwijl het begin van de mis daar zesstemmigheid van het originele motet te De toegevoegde zevende stem is dus ook secundus dux Ferrariae’ (leve de gelukkige meteen een altstem aan toevoegt. Ondanks upgraden tot een zevenstemmig geheel. De niet constant aanwezig en zet meestal pas Ercole II, hertog van Ferrara), terwijl de andere de grotere densiteit van Cipriano’s polyfonie extra stem bevindt zich pal in het midden van in wanneer Cipriano zijn versie van Josquins stemmen de gebruikelijke Latijnse misteksten blijft de relatie tussen mis en motet zeker bij de textuur (tussen de alt en de tenor) en komt contrapunt op kruissnelheid heeft gebracht. zingen (Kyrie, Gloria, Credo, Sanctus en Agnus het begin van ieder deel hoorbaar overeind, niet voort uit het origineel van Josquin maar Enkel in het Agnus Dei start de Hercules- Dei). De noten van dit thema (‘soggetto’) zijn zodat een geïnformeerde luisteraar de voegt (zoals in de Missa Vivat felix Hercules) melodie samen met de zes andere stemmen. zelfs afgeleid van de klinkers van de tekst verwijzing meteen kon thuisbrengen zonder opnieuw de techniek van de cantus firmus Verder krijgen de afzonderlijke delen ook (‘cavato dalle vocali’: een ‘e’ geeft een re, dat de tekst ‘praeter rerum seriem’ ook maar toe: brede notenwaarden die op gezette meer structuur door de afwisseling van een ‘i’ een mi, enzovoort). Daarmee knipoogt ergens gezongen wordt. Tegelijkertijd ontstaat tijdstippen boven het zesstemmige contrapunt maatsoorten, waarbij een snellere tactus in Cipriano duidelijk naar Josquin Desprez, die in er tussen de verschillende misdelen een uit klinken. En ook hier is er een aparte tekst drie vaak wordt opgespaard als een soort het begin van de 16e eeuw eveneens werkte onderlinge verwantschap, doordat ze allemaal als eerbetoon aan de hertog: ‘Hercules finale (bijvoorbeeld in hetOsanna ). Die voor de hertogen van Ferrara en volgens variëren op hetzelfde muzikale materiaal. secundus, dux Ferrariae quartus, vivit et vivet’ wisselingen werken ook door op de inbedding hetzelfde procedé een Missa Hercules dux (Ercole II, vierde hertog van Ferrara, dat hij van de Hercules-melodie, die eerst heel breed Ferrariae componeerde. De terugkoppeling van Cipriano’s mis leefde en moge leven’). De noten waarop wordt uitgezongen maar vervolgens een meer naar Josquins motet is slechts één link in deze hulde wordt gezongen zijn nu echter stuwend karakter krijgt om de verschillende Enig inzicht in het opzet van de Missa Vivat het gelaagde netwerk waarbinnen deze niet afgeleid van de klinkers maar grijpen delen tot hun einde te voeren. felix Hercules helpt om te begrijpen hoe zich positioneren. De tekst ‘praeter rerum rechtstreeks terug naar het gregoriaans: Cipriano ook in de Missa Praeter rerum seriem seriem’ (een poëtische omschrijving van de eenstemmige melodie van de originele Simon Van Damme een dubbele hommage brengt: aan zijn het kerstwonder) waarop Josquin zijn sequens waarop Josquin reeds zijn motet broodheer Ercole II en aan zijn voorganger motet componeerde, is immers die van baseerde. In het netwerk van intermuzikale Josquin. Cipriano neemt deze keer immers een gregoriaanse sequentia, met een referenties komt er dus nog een dubbele een volledige compositie van Josquin als typisch rijmschema en metrische structuur. bodem bij. model: het zesstemmige motet Praeter Zoals wel vaker gebruikte Josquin bij het rerum seriem. Net zoals het gebruik van schrijven van een meerstemmig motet de De ingenieuze combinatie van parafrase, een cantus firmus is het verwerken van een originele eenstemmige melodie als muzikaal parodie én cantus firmus leidt ook tot nieuwe bestaande compositie een courant gegeven uitgangspunt.