“Hij Was Toch Maar Een Artiest..”
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Masterscriptie Taal- en Letterkunde Master in de Nederlandse Taal- en Letterkunde “Hij was toch maar een artiest..” Een onderzoek naar de invloed van Henry David Thoreau op de Vlaamse literatuur voor 1940 Marlou de Bont Promotor: Kevin Absillis Assessor: Filip De Ceuster Universiteit Antwerpen Academiejaar 2013-2014 Plagiaatsverklaring Ondergetekende, [Marlou de Bont], studente Taal- en Letterkunde [Nederlands], verklaart dat deze scriptie volledig oorspronkelijk is en uitsluitend door haarzelf geschreven is. Bij alle informatie en ideeën ontleend aan andere bronnen, heeft ondergetekende expliciet en in detail verwezen naar de vindplaatsen. Ondergetekende is zich ervan bewust dat deze scriptie gecontroleerd zal worden op de eventuele aanwezigheid van plagiaat. Plaats en datum Handtekening 2 Dankwoord “I have lived some thirty years on this planet, and I have yet to hear the first syllable of valuable or even earnest advice from my seniors. [..] If I have any experience which I think valuable, I am sure to reflect that this my Mentors said nothing about.” (Thoreau 1995, 5) Gelukkig heb ik bij het schrijven van deze scriptie een betere mentor gehad dan Henry David Thoreau gedurende zijn leven, te oordelen naar dit citaat. Ik wil dan ook minder koppig en rebels zijn dan de man aan wie een groot deel van deze scriptie is gewijd en mijn grote dank betuigen aan mijn promotor, professor Absillis. Niet alleen voor het vertrouwen en de vrijheid die hij me heeft geschonken bij het bepalen van mijn onderwerp en onderzoekstraject, maar ook voor zijn aanstekelijke bevlogenheid en de interessante commentaren en gedachten die hij heeft geformuleerd bij mijn werk. Ook wil ik de medewerkers van het AMVC-Letterenhuis, de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience en de bibliotheek van de Universiteit Antwerpen bedanken voor het vele opzoekwerk dat ze voor mij hebben verricht en de vriendelijkheid waarmee ze mij al die maanden te woord hebben gestaan. Ik wil bij deze ook de heer Timmermans bedanken voor zijn vriendelijke toestemming om het archief van zijn vader in het AMVC-Letterenhuis te mogen inzien. Mijn speciale dank gaat ook uit naar Nina Fontijne voor haar vriendschap en kritische oog, waarmee ze vrijwel alle bladzijden van deze lijvige scriptie geduldig heeft doorgelezen en voorzien van nuttig commentaar. Het schrijven van een scriptie kan een eenzame bedoening zijn, die het een student soms iets te gemakkelijk maakt om zich te identificeren met Thoreaus geïsoleerde leven aan Walden Pond. Dat ik het afgelopen jaar niet verzeild ben geraakt in een gelijkaardig kluizenaarschap, is te danken aan mijn vrienden en geliefde, die het afgelopen jaar altijd voor me klaarstonden en voor de broodnodige afleiding zorgden. De mensen die ik als laatste bedank verdienen misschien wel de grootste lof. Zonder de onvoorwaardelijke steun en liefde van mijn ouders, door wie ik mij gesterkt voel bij alles wat ik doe, zouden mijn opleiding en dit eindwerk immers niet mogelijk zijn geweest. Mijn dank aan hen is dan ook moeilijk in woorden uit te drukken. 3 Inhoudsopgave Inleiding 7 Methodologie 10 Opzet 12 1. De vele gedaanten van Henry David Thoreau 13 1.1 “Where I lived, and what I lived for”: leven en werk 13 Kennismaking met het transcendentalisme 14 Walden 16 Een mislukte entree in de literatuur 17 My thoughts are murder to the state: van passief naar actief verzet 19 De wetenschapper in Thoreau 21 1.2 Van eendagsvlieg naar profeet: de internationale receptie van Thoreau 22 Thoreau in Groot-Brittannië: apostel van socialisme en eenvoud 22 Thoreau in Duitsland: een onamerikaanse Amerikaan met Kantiaanse trekjes 25 Thoreau in Rusland: inspirator van Tolstoj 26 Thoreau in Frankrijk: discipel van Rousseau 27 Van ‘Ne’er-do-well’ tot ‘environmentalist saint’ 28 1.3 In Nederland ‘heerscht een sterke Thoreaustemming’ 28 Schipperen tussen Thoreau en Oppenheimer 29 De kunstenaar als sociaal hervormer 32 Walden in een breder perspectief 34 4 ’t Beloofde land lag verder dan ik dacht 34 2 Op zoek naar het Walden-motief 37 2.1 Walden als pastorale kritiek 37 Een Amerikaanse pastorale 43 Een moderne idylle 46 2.2 Walden als utopische ruimte 51 2.3 Het Walden-motief ontcijferd 59 3. “Toch maar een artiest?” Thoreau in Vlaanderen 61 3.1 Ziener of dilettant: Thoreau volgens Van Eeden en Vermeylen 61 3.2 August Vermeylen en de balans tussen individu en gemeenschap 65 De verlokkingen van het anarchisme 65 Van anarchist tot socialist 70 3.3 Frederik van Eeden in Vlaanderen 72 De Kapel: een anarchistische kerk in Antwerpen 74 “De Hollandsche Tolstoj” 76 Van Eeden als flamingant 78 3.4 Thoreau in de Vlaamse media vóór 1940: een receptieonderzoek 79 Thoreau in anarchistische en avant-gardistische kringen 79 Thoreau in de Vlaamse literaire tijdschriften 86 Thoreau in de Vlaamse en Brusselse dagbladen vóór 1940 87 Thoreau in Vlaanderen: toch maar een artiest? 90 4. Een Vlaamse Thoreau 92 5 4.1 “Aangedaan tot in het klokhuis van zijn ziel”: de transcendentalist Timmermans 95 4.2 Pallieter; or, Life in the Valley 98 De ecocentrische natuurbeleving van Pallieter 100 Een moderne idylle, deel 2 106 Een maatschappijkritiek met een utopisch randje 113 4.3 Een milieubewuste, maatschappijkritische transcendentalist 115 5. De Apostels van het Nieuwe Rijk 117 5.1 Paul Kenis, anarchistische dandy 117 5.2 Een document van de anarchistische beweging 121 Paul Kenis en Thoreau 126 5.3 De Apostels van het Nieuwe Rijk door een utopische en pastorale bril 130 Een anarchistisch Utopia 130 Een pastoraal eiland te midden van ‘vijandiggezinden’ 131 “There is no odor so bad as that which arises from goodness tainted” 134 5.4 Het Walden-motief in De Apostels van het Nieuwe Rijk 138 Conclusie 140 Aanbevelingen 144 Bibliografie 147 6 Inleiding “Our life is frittered away by detail. [..] Simplify, simplify.” (Thoreau 1995, 59-60) Voor een moderne 21ste-eeuwse lezer klinken verzuchtingen als deze opvallend actueel. Ze doen zelfs enigszins denken aan de sfeer rond recente zelfhulpinitiatieven als de School of Life van filosoof Alain de Botton of de Tiny House Movement, een sociale beweging die een simpele levensstijl in kleine ruimtes propagandeert en die sinds de economische crisis in Amerika aan een opmars bezig is. En toch zijn de bovenstaande woorden afkomstig van een man die bijna twee eeuwen geleden leefde: de Amerikaanse auteur en naturalist Henry David Thoreau (1817-1862). Om zijn leven te vereenvoudigen ondernam hij een actie die hem na zijn dood tot een prominent boegbeeld van de Amerikaanse cultuur en het bijbehorende onafhankelijkheidsideaal maakte. Op 4 juli 1845, toevallig genoeg op Independence Day, besloot de toen 28-jarige Thoreau namelijk om zijn ouderlijk huis in Concord, Massachusetts, te verruilen voor een zelfgebouwde hut aan het meer van Walden, op twee mijl van zijn geboortedorp. Hij zou er twee jaar, twee maanden en twee dagen proberen om zo zelfvoorzienend en onafhankelijk mogelijk te leven. Met zijn experiment in de bossen van Concord wilde hij aantonen dat er een alternatief bestond voor de “lives of quiet desperation” (Thoreau 1995, 4) van zijn dorpsgenoten, die volgens Thoreau zo in beslag werden genomen door hun werk en de vermeerdering van hun bezit, dat ze vergaten wat het was om daadwerkelijk te leven.1 Dat wilde hij vermijden: “I went to the woods because I wished to live deliberately, to front only the essential facts of life, and see if I could not learn what it had to teach, and not, when I came to die, discover that I had not lived” (59). Het echte leven bestond voor de Amerikaanse auteur uit een sober leven in harmonie met de natuur: alleen op die manier kon de mens volkomen vrij zijn en weer tot zichzelf komen. Van die nieuwe levenswijze bracht hij verslag uit in zijn beroemde werk Walden; or, Life in the Woods (1854). Hoewel Thoreau in zijn eigen tijd nauwelijks gewaardeerd werd door zijn landgenoten, die hem vooral zagen als een “ne’er-do-well who wasted his time and Harvard education by living in a “hut” in the woods” (Harding 1995, 2), groeide hij na zijn dood uit tot een van de emblemen van de Amerikaanse literatuur. Met zijn essay ‘Civil Disobedience’ (1849), waarin 1 Ik heb voor mijn bespreking van Walden gebruikgemaakt van de volgende editie: Henry David Thoreau, Walden; or, Life in the Woods. New York, Dover Publications, 1995. Alle citaten van Thoreau komen uit deze editie. 7 hij het recht op passief verzet tegen de staat verdedigt, inspireerde hij uiteenlopende figuren als Mahatma Gandhi en Martin Luther King. Zijn aanmoediging tot een simpelere en meer natuurlijke levenswijze in Walden vond dan weer gretig gehoor bij de hippie- en milieubeweging in de jaren zestig en zeventig. Die brede respons op zijn werk maakt van Thoreau een van de weinige Amerikaanse schrijvers die zowel in de hoge als in de populaire cultuur gecanoniseerd is (Buell 1995, 24). De replica van zijn hut aan Walden Pond is vandaag de dag uitgegroeid tot een van de grootste toeristische attracties van de omgeving en rond de figuur van Thoreau is een ware merchandisemachine ontstaan. De ‘Walden utopia candles’, ‘Disobey’-t-shirts en Walden-instagramfilters staan in schril contrast met Thoreaus oorspronkelijke oproep tot een beperking van de materiële behoeften en een onafhankelijkheid van het kapitalistische systeem. Juist die oproep is vandaag de dag, in de nasleep van de financiële crisis van 2008, bijzonder actueel. Zo haalt filosoof Roman Krznaric Thoreau in zijn recente boek The Wonderbox: Curious Histories of How to Live (2012) aan als een van de voornaamste voorbeelden voor een simpelere levenswijze gericht op empathisch genoegen in plaats van kapitalistisch succes. In Vlaanderen schreef Walter van den Broeck als reactie op de kredietcrisis Terug naar Walden (2009), een roman waarin het hoofdpersonage Ruler Marsh, de rijkste man op aarde, de wereld in een financiële crisis stort als wraak voor het lot van zijn ouders die aan de economische malaise in de jaren dertig ten onder zijn gegaan.