Bekijk Online
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN ‘De natie hoopt’ Een kritische discoursanalyse van de reproductie van nationale identiteit in sportverslaggeving Wetenschappelijke verhandeling aantal woorden: 24537 Jannick Lanckriet MASTERPROEF COMMUNICATIEWETENSCHAPPEN afstudeerrichting JOURNALISTIEK PROMOTOR: PROF. DR. Annelore Deprez COMMISSARIS: Sander De Ridder ACADEMIEJAAR 2013 – 2014 2 3 4 Abstract De toenemende globalisering op zowel politiek als economisch vlak heeft er volgens sommigen voor gezorgd dat de rol van de natiestaat vandaag uitgespeeld is (Bishop & Jaworski, 2003). In België heerst bovendien nog een sterk Vlaams subnationalisme waardoor de natie met een dubbele dreiging af te rekenen krijgt. We merken echter dat de natie nog steeds continu gereproduceerd wordt, ook in de media. De subtiliteit waarmee dat gebeurt toont aan dat nationalisme tegenwoordig eerder banaal is (Billig, 1995). Er is echter een sectie waar de natie opvallender aanwezig is: sportverslaggeving. Nationalisme en nationale identificatie in sportverslaggeving is regelmatig het onderwerp van academisch onderzoek (Blain, Boyle & O’Donnell, 1993; Maguire, Poulton & Possamai, 1999; Bishop & Jaworski, 2003; Stankovic, 2004; Lechner, 2007). Omdat de Belgische situatie tot nog toe onbelicht bleef, besloten we in deze masterproef na te gaan in hoeverre identificatie met de Belgische natie bevorderd wordt in de Vlaamse pers. We deden dat aan de hand van een kritische discoursanalyse (Fairclough, 1995; Barker & Galasiński, 2001) van de verslaggeving in Het Laatste Nieuws en Het Nieuwsblad over de laatste vier kwalificatiewedstrijden van de Belgische nationale voetbalploeg voor het Europees Kampioenschap 2012. We ontwaarden in onze analyse zeker de aanwezigheid van een Belgisch nationalistisch discours. Nationale identificatie werd bevorderd door het onproblematische gebruik van ‘wij’. De Rode Duivels worden neergezet als een symbool van nationale eenheid, hoewel die nationale eenheid heel soms doorbroken wordt. Die eenheid is echter noodzakelijk in de oorlog waarmee voetbalwedstrijden regelmatig vergeleken worden, vooral wanneer Duitsland betrokken is. De vele verwijzingen naar vooral het verleden zorgen ervoor dat de natie bijna een natuurlijk fenomeen wordt. Stereotypes worden gehanteerd om Belgen en hun tegenstanders te definiëren. Belgen worden geportretteerd als nederig, sober en hardwerkend, terwijl de negatieve kanten bij de tegenstanders vooral benadrukt worden. 5 Inhoudsopgave Abstract .......................................................................................................................... 5 Inleiding ......................................................................................................................... 7 Deel I: Theoretisch luik ................................................................................................. 8 1 De natie als ‘imagined community’ ............................................................................ 8 2 Nationale identiteit: bouwstenen van de natie .......................................................... 10 2.1 De relatie tussen naties en nationale identiteiten ................................................... 10 2.2 De betekenis van een nationale identiteit en stereotypering .................................. 11 3.1 De rol van de media ............................................................................................... 16 3.2 De natie onder druk? .............................................................................................. 17 3.3 Nationalisme gebanaliseerd ................................................................................... 18 4 Nationalisme en sport ............................................................................................... 21 5 De manifestaties van sportnationalisme in de media ................................................ 26 5.1 Het belang van sport voor de media en vice versa ................................................. 26 5.2 Sport als barometer van de natie ............................................................................ 27 5.3 Stereotypering in sportverslaggeving .................................................................... 28 5.4 Andere kenmerken van een nationalistisch discours in sportverslaggeving .......... 30 Deel II: Methodologie .................................................................................................. 33 1 Opzet ......................................................................................................................... 33 2 “As much theory as method”: CDA.......................................................................... 33 3 Onderzoeksmateriaal................................................................................................. 34 Deel III: Empirisch luik ............................................................................................... 36 1 Inleiding .................................................................................................................... 36 2 Het gebruik van persoonlijke voornaamwoorden en lidwoorden ............................. 37 3 De Rode Duivels als vertegenwoordigers van België ............................................... 40 4 De toon van de verslaggeving ................................................................................... 45 5 Stereotypering ........................................................................................................... 57 5.1 België ..................................................................................................................... 57 5.2 De tegenstanders van België .................................................................................. 68 Conclusie en discussie ................................................................................................. 79 Bibliografie .................................................................................................................. 84 6 Inleiding Het Europa van vandaag is op het eerste zicht een continent van interessante tegenstellingen. Terwijl besluitvorming meer en meer op het Europese niveau lijkt te gebeuren, zien we in de verschillende Europese staten dat partijen die een populistisch, nationalistisch en in sommige gevallen anti-Europees discours hanteren, in verkiezingen de laatste jaren successen behalen. Hierbij denken we bijvoorbeeld aan de PVV van Geert Wilders in Nederland en de Britse Conservatieve partij. Ondanks de toenemende globalisering en de afnemende macht van de natiestaat is nationalisme in Europa dus zeker niet ver weg. De Belgische staat wordt echter dubbel bedreigd. Sinds de federale verkiezingen van 2010 is de grootste partij van Vlaanderen, en van België, de Nieuw-Vlaamse Alliantie (N-VA), een partij die naar eigen zeggen streeft naar “een Vlaanderen dat als onafhankelijke [eigen nadruk] lidstaat van de Europese Unie zijn verantwoordelijkheid opneemt in de internationale samenwerking en solidariteit” (N-VA, 2013, De N-VA streeft naar). Dat betekent dat België niet alleen krijgt af te rekenen met de groeiende macht van Europa, maar ook met een sterk Vlaams subnationalisme. In deze context lijkt er dus weinig plaats te zijn voor een Belgisch nationalisme. Toch zien we de laatste tijd dat het Belgisch nationalisme op bepaalde momenten springlevend is. Groen-politicus Kristof Calvo zei daarover onlangs: “We durven ons weer Belg te voelen. Dat is niet de verdienste van Di Rupo, maar van Kompany en Stromae.” (Dujardin, 2013, p. 19). Opvallend is dat Calvo meteen de naam noemt van Vincent Kompany, aanvoerder van de Rode Duivels, de Belgische nationale voetbalploeg. Het wordt zo meteen duidelijk dat de Rode Duivels een belangrijke katalysator van dit Belgisch gevoel zijn. Sport, en zeker voetbal, bereikt een groot publiek en internationale sportevenementen, waarin naties tegen elkaar uitgespeeld worden, zijn een ideaal toneel voor de opbouw van een nationale identiteit, o.a. door het stereotyperen van de eigen natie maar ook andere naties (O’Donnell, 1994). Ook de media spelen hierin een belangrijke rol. Daarom willen we in deze masterproef onderzoeken hoe de Vlaamse kranten nationale identificatie bevorderen in hun verslaggeving van de laatste vier kwalificatiewedstrijden van de Rode Duivels voor het Europees Kampioenschap 2012. Kunnen we stellen dat er een nationalistisch discours gehanteerd wordt? Uit welke elementen bestaat dat discours en welke van die elementen zijn het prominentst aanwezig? Welke stereotypes worden gebruikt om België en zijn tegenstanders te beschrijven? Deze vragen proberen we in deze masterproef aan de hand van een literatuurstudie en een discoursanalyse van Het Laatste Nieuws (HLN) en Het Nieuwsblad (HNB) te beantwoorden. Nationale identificatie en nationalistische discours in sportverslaggeving zijn al in verschillende landen onderzocht (zie o.a. Blain, Boyle & O’Donnell, 1993; Maguire, Poulton & Possamai, 1999; Bishop & Jaworski, 2003; Stankovic, 7 2004; Lechner, 2007) , maar hoe de Belgische media dit doen is vrijwel onontgonnen terrein. Daarom zal dit onderzoek vooral exploratief van aard zijn. In het eerste, theoretische deel zullen we een invulling geven aan een aantal concepten, namelijk ‘natie’, ‘nationale identiteit’ en ‘nationalisme’, die in deze masterproef een grote rol zullen spelen. Daarbij zal ook de rol van de media in het verbeelden van de natie en het onderhouden van nationalisme duidelijk worden. De theorieën over ‘imagined communities’