PIETER POST DOOR A. W. WEISSMAN. It Is Dit Jaar Drie

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

PIETER POST DOOR A. W. WEISSMAN. It Is Dit Jaar Drie PIETER POST DOOR A. W. WEISSMAN. iT is dit jaar drie eeuwen geleden, dat PIETER POST het levenslicht aanschouwde. Dit heeft den heer C. H. PETERS aanleiding gegeven, in "die Haghe" omtrent deze eigen- aardige figuur onder onze ye eeuwsche kunstenaars mededeelingen te doen, die aanvullen, wat KRAMM en VAN DER WILLIGFN reeds vroeger hebben aan het licht gebracht, en die mij in staat stellen, met wat ik zelf vond, het levensbeeld van PIETER POST nauwkeuriger dan ik vroeger vermocht, te schetsen. De Haarlemsche archieven leeren, dat in het begin der eeuw JAN JANSZOON POST, een glasschilder uit Leiden, naar de Spaarnestad kwam en daar met HENDRIJKJE WILLEM trouwde. Uit dit huwelijk werd eene dochter geboren, die 6 Januari 1602 in de Groote Kerk is gedoopt. Kort daarna moet HENDRIJKJE gestorven zijn, want JAN JANSZOON POST hertrouwde met FRANCIJNTJE PIETERS, wonende in de Smedestraat. Zij werden 29 Juli 1604 in ondertrouw opgenomen. JAN JANSZOON POST is 14 November I6I4 in de Groote Kerk te Haarlem begraven. Zijn vrouw overleefde hem tot 1656, toen zij 12 October in dezelfde kerk als haar echtgenoot ten grave werd gedragen. 34 Blijkens het doopboek der Groote Kerk werd uit dit huwelijk geboren een zoon, genaamd PIETER, waarschijnlijk naar den grootvader van moederszijde. Hij is i Mei 608 gedoopt. VAN DER WILLIGEN zegt, dat deze PIETER POST, onze bouwmeester, in 1623 in het Haarlemsche St. Lucasgild werd ingeschreven, doch voegt daarbij, dat dit wel een vergissing zal zijn en dat men 1633 voor het jaartal zal moeten lezen, omdat. een 15-jarige jongen voor zulk een inschrijving nog niet in aan- merking kwam. Maar wanneer wij bedenken, dat THOMAS HENDRIKSZ DE KEV sER, de vermaarde schilder, in 1616 op 18jarigen leeftijd als leerling in het Amster- damsche Metselaarsgild werd ingeschreven, dan komt het ons zoo vreemd niet voor, dat PIETER POST toen hij 15 jaar was reeds leerling werd. VAN MANDER noemt als den leeftijd, waarop PIETER AERTSEN in het St. Lucasgild trad, dien van 14 jaar. Intusschen, wat hier van zij, dat het jaartal in geen geval 1633 kan zijn, meenen wij daaruit te mogen afleiden, dat POST in dat jaar reeds voor JACOB VAN CAMPEN in den Haag werkte. VAN CAMPEN werd in t6tq.? dus als 19-jarig jongeling bij het St. Lucas- gild te Haarlem ingeschreven, naar VAN DER WILLIGEN zegt. Men mag het er voor houden, dat dit als leerling was en dat de meester, na volbrachten leertijd, zijn bekende reis naar Itali6 heeft ondernomen. In I62I I noemt AMPZING VAN CAMPEN reeds onder de vermaarde schilders van Haarlem. Dezelfde schrijver vermeldt in 1628 VAN CAMPEN als te Haarlem woonachtig. Wij weten, zoo uit de archieven als door de getuigenis van HUYGENS, dat POST heeft: "Gevroevrout door sijn penn' hetgeen dat uyt den sinn, Den reden-rijcken sinn VAN CAMPENwierd geboren". Over deze medewerking zullen wij later meer uitvoerig spreken. Het groote vertrouwen, door VAN CAMPEN in PIETER POST gesteld wijst er wel op, dat de betrekking tusschen beiden reeds ontstond voor 1633, toen de twee bouwmeesters nog in hun geboorteplaats woonden. Dat POST, als leerling van VAN CAMPEN, door dezen in den Palladiaanschen stijl I is ingewijd, ligt zeer voor de hand. GALLAND maakt POST tot leerling van LIEVEN DE KEY, wat eveneens wel waar- schijnlijk is, daar VAN CAMPEN's onderwijs al.leen theoretisch kan geweest zijn, en POST zich reeds vroeg tot een ervaren practicus ontwikkelde, gelijk ook DE KEY dat was. Het is zeker geen gewaagde gissing, wanneer men de na den dood van DE KEY tusschen 1627 en 1630 in Palladiaanschen trant uitgevoerde verbouwing 35 van het Stadhuis te Haarlem als het gemeenschappelijk werk van JACOB, VAN ' CAMPEN en PIETER POST beschouwt. In 1633 vinden wij POST in den Haag, waar hij de uitvoering leidt der paleizen, die JOAN MAURITS van Nassau en CONSTANTIJN HUYGENS naar ont- werpen van JACOB VAN CAMPEN laten bouwen, Sinds PIETER VAN DER AA, die in het bezit kwam van de door POST nagelaten teekeningen, ze in 1715 in prent als ontwerpen van den meester uitgaf, wordt het Mauritshuis in den Haag als een schepping van POST aangezien. Maar POST zelf, die reeds bij zijn leven zijn voornaamste werken in prent uitgaf, heeft het Mauritshuis daaronder niet opgenomen, omdat hij niet met de vederen van JACOB VAN CAMPEN wilde pronken. En van het door HUYGENS gebouwde huis leeren wij door den dichter zelf, dat VAN CAMPEN de ontwerper was. In 1637 vertrok JOAN MAURITS van Nassau als gouverneur naar Br azilie . Sommige schrijvers zeggen, dat PIETER POST als architect en zijn broeder FRANS POST als schilder in dienst van JOAN MAURITS de reis hebben medegemaakt. Omtrent FRANS POST en zijn werkzaamheid in Brazilie geeft ons de door CASPAR VAN BAERLE in 1647 bij BLAEU uitgegeven beschrijving der reis voldoende zekerheid, daar dit werk door prenten van FRANS verlucht is, die blijkbaar naar de natuur zijn geteekend. - Maar dat PIETER POST plannen voor de steden Fernambuco en Olinda maakte, bewijst nog niet, dat hij den Prins vergezelde. VAN DER WILLIGEN meende dan ook, dat de gegevens, voor deze plannen noodig, POST uit Brazilie naar Holland konden zijn overgezonden. De heer PETERS zegt, dat POST in 1636 mede naar Brazilie is gegaan, en in 1637 is teruggekeerd, doch geeft geen bron aan, waaruit dit is gebleken. In ieder geval was POST in 1637 hier te lande, want in het Register van het Nassausche Domein-Archief staat vermeld, onder dagteekening van 30 April 1640: "Sijne Hoocht ordonneert hiermede synen Thesaurier-generael THYMAN "VAN VOLBERGHEN te betalen aen Pr. POST, architect, de somme van twee hondert "derthien gld. 10 sch., over verscheyde teeckeninghen, vacation, reys- ende teer- ,,costen bij hem gedaen ten dienste van Sijne Hoocht in de jaeren 1637, i 639- I 640". Waar en wanneer PIETER POST met RACIIEL RIDDERS getrouwd is, blijkt niet. Maar daar 2 Juli 1639 een zoon, JAN genaamd, die uit dit huwelijk was gesproten, in de Groote Kerk te Haarlem werd gedoopt, moet het voor dien datum, wellicht in 1638, hebben plaats gevonden. De doopboeken dezer kerk maken nog van meer kinderen melding, als: CATHARINA, 28 Augustus 1640; ELIZABETH, 25 Augustus 1641 ; MARIA, Augustus 1643; JOSIJNTJE, September 36 1644; en eindelijk MAURITS, gedoopt 12 December 1645, met JOAN MAURITS van Nassau als doopgetuige. Gedurende dezen tijd was POST voor FREDERIK HENDRIK als architect werkzaam, daar hem, blijkens het ordonnantie-boek, 13 Februari 1645 werd uit- betaald ,iooo Car. gulden, die Sijne Hooch. hem voor een extraordinaris is "vereerende ende schenckende, mits de goede diensten en debvoiren bij hem nu "eenige jaeren herwaerts aan S. H. gedaen." Welke die diensten geweest zijn, blijkt niet. Doch de heer PETERS ver- onderstelt terecht, dat POST JACOB VAN CAMPEN zal hebben bijgestaan bij de uitvoering van het Huis Honselaarsdijk, daar verscheiden teekeningen, door POST voor dit gebouw in 1644 vervaardigd, tusschen de stukken van het Nassausch Domein-Archief bewaard bleven. In 1642 belastte de regeering van Haarlem PIETER POST en HENDRICK SYMONSZOON DUYNDAM met het maken van een ontwerp voor de uitbreiding der stad naar het noorden. Dit ontwerp, in kleuren geteekend, van 2 1 Maart 1643, berust op het archief te Haarlem. POST verkreeg datzelfde jaar vergunning, om aan allen die dit wenschten copien van dit ontwcrp te leveren. Omtrent het aandeel, dat PIETER POST had in het bouwen der Nieuwe Kerk te Haarlem heb ik in ??Oud-Holland" 1902, tweede aflevering, uitvoerige mededeelingen gedaan. Hem werd in 1645 door de regeering van Haarlem be- taald f 195 voor ,,hem afteyckenen ende maecken van het houten model van een "Kerck, mitsgaeders van eenige kleynicheden". Dat POST, als gewoonlijk, naar de schetsen van JACOB VAN CAMPEN heeft gewerkt, blijkt niet slechts daaruit, dat in 1649 JACOB VAN CAMPEN gehonoreerd werd voor "'t ordonneren van de "nieuw gemaeckte kerck", maar ook uit een teekening van PIETER SAENREDAM, 8 Juli 1650 van de kerk gemaakt, en waarop hij schreef: "Van dese kerck is ,Monsr. JACOB VAN CAMPEN architect geweest". Wanneer de heer PETERS dus zegt "de uitwendige behandeling dezer kerk "is van dien aard, dat VAN CAMPEN noch POST daaraan bezwaarlijk eenig aandeel "kunnen gehad hebben", dan is dit met de feiten in strijd. In 1645 heeft POST het Huis Swanenburch voltooid, dat het Hoogheem- raadschap Rijnland aan den nieuwen weg tusschen Amsterdam en Haarlem deed oprichten. Pas veel later heeft POST dit gebouw in prent uitgegeven, daar op de afbeeldingen ook de sluis tusschen de Haarlemmermeer en het Y voorkomt, en, volgens het bijschrift, naar des meesters ontwerp "onder het bestier van CLAES ,,CORNELIS VAN ASSENDELFT de nodige en loffelijcke vernieuwing aen alle drie ,,sluysen in de jaeren 1652,-53 ende 1654 gedaen is". 37 Hieruit volgt, dat het plaatwerk niet v66r 1654 kan zijn verschenen. Maar in de onderschriften wordt naar het tweede octrooi aan POST in 1664 verleend, verwezen, zoodat de uitgave niet voor dat jaar kan zijn geschied. Van dit eens zoo prachtig gebouw is, sinds het na de droogmaking der Haarlemmermeer als beetwortelsuikerfabriek werd ingericht, slechts een deel van den voorgevel over, die, met zijn Jonische ordonnantie en fronton aan JACOB VAN CAMPENS Mauritshuis, doet denken. Maar POST heeft in afwijking der regelen van SCAMOZZI, de pilasters veel slanker gemaakt dan VAN CAMPEN ge- daan had. Niet alleen hieruit blijkt, dat het Huis Swanenburch een zelfstandij \Verk van POST is. Ook de achtkante toren, die, toen het gebouw nog in welstand was, uit zijn midden oprees, is een motief, dat JACOB VAN CAMPEN nimmer zou hebben gebruikt. POST toont door dien toren zijn zin voor de schilderachtigheid, die den bouwmeesters van het begin der i 7e eeuw zoo lief «ras.
Recommended publications
  • 2000 Jaargang 99
    Robert Hook Hollandd ean : Dutch influenc architecturs hi n eo e Alison Stoesser-Johnston The use of these publications by English architects and arti- Introductie)!! sans and the design of Wollaton Hall were not based on any Dutch classicism was a recent arrival in England when first-hand personal impressio f classicisno Italymn i . Thid ha s Robert Hooke made his first architectural designs in the late emergence th waio t r fo t f Inigeo o Jone s architectsa visis Hi . t 1660s. 'e constructioPrioth o t r f Hugo n h May's Eltham to Italy in 1613-'14 in the entourage of Thomas Howard, 2nd Lodg 1663-'64n i e e firsth , t exampl f Dutceo h classicisn mi Earl of Arundel, his close interest in Roman antiquities and England, classical elements straight from Italy and via Flan- intimate knowledge of Palladio's drawings are most ders had been used in English architecture for nearly a hund- dramatically exemplifie Banquetins hi n di g Hous f 1619-22eo . red years. Initially these had been mainly of a decorative na- Not only, however, has Jones here used Palladian "vocabulary" ture but vvith the construction of Inigo Jones' Banqueting 7 but hè has combined it with the application of Scamozzian House (1619-'21) there was a dramatic change in the way orders, the Composite being superimposed on the lonic. This classicism was adapted to English architecture. Jones drew combination of Palladian elements with Scamozzian also on the examples of Palladio and Scamozzi in his architecture influence beginninge th d f Dutcso h classicism.8 Jones' design using both Palladio's treatise, / quattro libri, personal know- was not only a major innovation in England but it also inspired ledge of his architecture and, in the case of Scamozzi, per- Jaco n Campe s va bfirs hi tn i narchitectura l commission i n sonal contact e applieH .
    [Show full text]
  • Country House in a Park Informal, Almost Wilderness Garden in This Painting Contains Architectural Elements Characteristic of C
    different work because the Washington painting was sold by ile, 3rd Baron Savile [b. 1919], Rufford Abbey, Notting­ the Baron de Beurnonville only in 1881. hamshire; (sale, Christie, Manson & Woods, London, 18 2. The provenance given in Strohmer's 1943 catalogue of November 1938, no. 123); Rupert L. Joseph (d. 1959), New the Liechtenstein Collection and in the 1948 Lucerne exhibi­ York.1 tion catalogue contains misinformation. 3. See The Hague 1981, 34, and also Kuznetsov 1973, Exhibited: Jacob van Ruisdael, Mauritshuis, The Hague; Fogg 31-41. Art Museum, Harvard University, Cambridge, Massachu­ 4. Wright 1984, cat. 7. setts, 1981-1982, no. 54. 5. Landscape with a Footbridge (inv. no. 49.1.156) and Land­ scape with Bridge, Cattle, and Figures (inv. no. 29). DEPICTIONS of elegant country houses came into References vogue in the latter half of the seventeenth century as 1896 Bode: 99. 1903 Suida: 116. increasing numbers of wealthy Dutch merchants 1907- 1927 HdG, 4 (1912): 94, no. 295 129,no.407. built homes along the river Vecht and in other pic­ 1908 Hoss: 58, I.14, repro. turesque locations in the Netherlands. Artists who 1911 Preyer: 247-248. specialized in architectural painting, among them 1927 Kronfeld: 184-185, no. 911. Jan van der Heyden (q.v.), depicted the houses and 1928 Rosenberg: 87, no. 252. gardens in great detail. Surprisingly, however, not '943 Strohmer: 101, pi. 69. 1948 Lucerne: no. 175. all of these seemingly accurate representations por­ 1965 NGA: 119, no. 1637. tray actual structures; sometimes the scenes were 1968 NGA: 106, no. 1637. purely imaginary, intended to project an ideal of "975 NGA: 316-317, repro.
    [Show full text]
  • POWER of the PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia Van Solms in the Dutch Republic
    POWER OF THE PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia van Solms In the Dutch Republic by Saskia Beranek B.A., Pennsylvania State University, 2001 M.A., Duke University, 2003 Submitted to the Graduate Faculty of The Kenneth P. Dietrich School of Arts and Sciences in partial fulfillment of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy University of Pittsburgh 2013 UNIVERSITY OF PITTSBURGH Kenneth P. Dietrich School of Arts and Sciences This dissertation was presented by Saskia Beranek It was defended on March 29, 2013 and approved by Jennifer Waldron, Associate Professor, English Joshua Ellenbogen, Associate Professor, History of Art and Architecture Stephanie Dickey, Bader Chair in Northern Baroque Art, Queen's University, Art Co-Advisor: C. Drew Armstrong, Associate Professor and Director of Architectural Studies Dissertation Advisor: Ann Sutherland Harris, Professor Emerita, History of Art and Architecture ii Copyright © by Saskia Beranek 2013 iii POWER OF THE PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia van Solms in the Dutch Republic Saskia Beranek, PhD University of Pittsburgh, 2013 Portraits of Amalia van Solms, wife of Frederik Hendrik of Orange-Nassau and one of the most significant women in the Dutch Republic, were widely circulated and displayed during her lifetime (1602-1675). This study focuses on cases where specific audiences and sites of display can be isolated. When portraits can be viewed in their original context, they speak not only to those elements intrinsic to the image such as symbolism or fashion, but also to issues extrinsic to the image: social practices, cultural ideals, and individual identities.
    [Show full text]
  • Caesar-Van-Everdingen
    CAESAR VAN EVERDINGEN CAESAR VAN fiEverdingen Caesar van Caesar SCHILDER MET EEN VLEIEND PENSEEL Caesar van Everdingen (1616/1617-1678) is de belangrijkste schilder die Alkmaar in de Gouden Eeuw voortbracht. Hij behoorde tot de selecte groep kunstenaars die in 1648-1652 een bijdrage mocht leveren aan het decoratieprogramma voor de Oranjezaal in Huis ten Bosch. Van Everdingen wordt beschouwd als een van de grote meesters van het Hollands classicisme – een stroming die teruggreep op de kunst van de klassieke oudheid en de Italiaanse renaissance. Hij schilderde indrukwekkende historiestukken en portretten in een verfijnde, gladde stijl en heldere kleuren. (1616/1617-1678) Kunstenaarsbiograaf Arnold Houbraken roemde hem aan het begin van de achttiende eeuw met recht om zijn ‘vleiend penseel’. www.uitgeverijwaanders.nl www.stedelijkmuseumalkmaar.nl fiInhoud 6 Woord vooraf 63 3 Lidewij de Koekkoek CAESAR VAN EVERDINGEN ALS PORTRETTIST 8 Dankbetuigingen Rudi Ekkart Christi M. Klinkert 76 UITGELICHT 4 13 1 Mutsen, hoeden en strikken in het werk CAESAR VAN EVERDINGEN, van Caesar van Everdingen DE CLASSICIST UIT ALKMAAR Sabine Craft-Giepmans Christi M. Klinkert 81 4 34 UITGELICHT 1 MATERIALEN EN TECHNIEKEN Allart van Everdingen (1621-1675), VAN EEN EIGENZINNIGE eerste schilder van het Scandinavische ‘NETTE’ SCHILDER landschap Caroline van der Elst Christi M. Klinkert 98 UITGELICHT 5 38 UITGELICHT 2 De Alkmaarse schutters poseren Caesar van Everdingen en in de Waag Jacob van Campen Caroline van der Elst Quentin Buvelot 104 UITGELICHT 6 43 2 Een unieke
    [Show full text]
  • Pieter De Hooch a Woman Preparing Bread and Butter for a Boy
    PIETER DE HOOCH A WOMAN PREPARING BREAD AND BUTTER FOR A BOY PIETER DE HOOCH A WOMAN PREPARING BREAD AND BUTTER FOR A BOY WAY NE FRANITS THE J. PAUL GETTY MUSEUM D LOS ANGELES This book is affectionately dedicated to Linnea and Aidan, who prove the maxim that life can indeed imitate art. © 2006 J. Paul Getty Trust Library of Congress Cataloging-in-Publication Data Getty Publications Franits, Wayne E. 1200 Getty Center Drive, Suite 500 Pieter de Hooch : A woman preparing bread and butter for a boy / Los Angeles, California 90049-1682 Wayne Franits. www.getty.edu p. cm. Includes bibliographical references and index. Mark Greenberg, Editor in Chief ISBN-13: 978-0-89236-844-0 (pbk.) iSBN-io: 0-89236-844-6 (pbk.) Mollie Holtman, Series Editor i. Hooch, Pieter de. Woman preparing bread and butter for a boy. Cynthia Newman Bohn, Copy Editor 2. Hooch, Pieter de —Criticism and interpretation. 3. J. Paul Getty Catherine Lorenz, Designer Museum. I. Hooch, Pieter de. II. Title. ReBecca Bogner and Stacy Miyagawa, ND653.H75A73 2006 Production Coordinators 759.9492-dc22 Lou Meluso, Charles Passela, Jack Ross, Photographers 2006010091 Typography by Diane Franco All photographs are copyrighted by the issuing institutions or their owners, unless Printed and bound in China otherwise indicated. Cover: Pieter de Hooch (Dutch, 1629-1684), A Woman Preparing Bread and Butter for a Boy, circa 1661-63 (detail). Oil on canvas, 68.3 x 53 cm (26% x 20% in.). Los Angeles, J. Paul Getty Museum, 84^.47. Frontispiece: Detail of windows from A Woman Preparing Bread and Butter for a Boy.
    [Show full text]
  • THE EXOTIC GIFT and the ART of the SEVENTEENTH-CENTURY DUTCH REPUBLIC By
    THE EXOTIC GIFT AND THE ART OF THE SEVENTEENTH-CENTURY DUTCH REPUBLIC By ©2013 ELLEN O’NEIL RIFE Submitted to the graduate degree program in Art History and the Graduate Faculty of the University of Kansas in partial fulfillment of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy. ________________________________ Chairperson Linda Stone-Ferrier, Ph.D. ________________________________ Sally J. Cornelison, Ph.D. ________________________________ Stephen H. Goddard, Ph.D. ________________________________ Amy McNair, Ph.D. ________________________________ William D. Keel, Ph.D. Date Defended: 4/9/2013 The Dissertation Committee for Ellen O’Neil Rife certifies that this is the approved version of the following dissertation: THE EXOTIC GIFT AND THE ART OF THE SEVENTEENTH-CENTURY DUTCH REPUBLIC ________________________________ Chairperson Linda Stone-Ferrier, Ph.D. Date approved: 4/9/2013 ii Abstract This dissertation examines the intersection between art and the gifting of exotic objects in the seventeenth-century United Provinces, directing attention to a special class of imagery visualizing the remarkable extent to which Europe’s first consumer culture became intertwined with foreign goods and influences. Its four chapters present representative case studies encompassing a range of media, including prints and paintings, and artistic genres, such as still life, portraiture, landscape, and allegory, from the mid- through the late- seventeenth century. These episodes of exotic gift exchange and their manifestation in art belonged to public and private spheres, the gifting of men and women, and multiple classes of society. In analyzing these images, my methodology draws on close readings; socioeconomic, historical, pictorial, and cultural contexts; gender; and issues in gift theory, including reciprocity, identity, personalization, and commodity/gift status, to explore the pictures’ meanings or functions for their audiences.
    [Show full text]
  • Ontdek Architect, Prentkunstenaar, Schilder Pieter Post
    64427 Pieter Post man / Noord-Nederlands architect, prentkunstenaar, schilder, tekenaar, decoratieschilder (van interieurs), hofarchitect, hofschilder Naamvarianten In dit veld worden niet-voorkeursnamen zoals die in bronnen zijn aangetroffen, vastgelegd en toegankelijk gemaakt. Dit zijn bijvoorbeeld andere schrijfwijzen, bijnamen of namen van getrouwde vrouwen met of juist zonder de achternaam van een echtgenoot. Post, Pieter Jansz. mostly signed 'P. Post' Kwalificaties architect, prentkunstenaar, schilder, tekenaar, decoratieschilder (van interieurs), hofarchitect, hofschilder Nationaliteit/school Noord-Nederlands Geboren Haarlem 1608-04/1608-05-01 baptized on 1 May 1608 Overleden Den Haag 1669-05/1669-05-08 buried on 8 May 1669 Familierelaties in dit veld wordt een familierelatie met één of meer andere kunstenaars vermeld. son of Jan Jansz. Post, brother of Frans Post and father of Johan and Maurits Post, grandfather of Rachel Ruysch Zie ook in dit veld vindt u verwijzingen naar een groepsnaam of naar de kunstenaars die deel uitma(a)k(t)en van de groep. Ook kunt u verwijzingen naar andere kunstenaars aantreffen als het gaat om samenwerking zonder dat er sprake is van een groep(snaam). Dit is bijvoorbeeld het geval bij kunstenaars die gedeelten in werken van een andere kunstenaar voor hun rekening hebben genomen (zoals bij P.P. Rubens en J. Brueghel I). Lois, Jacob (ca. 1620-1676) Balckeneynde, Claes Dircksz. van Deze persoon/entiteit in andere databases 23 treffers in RKDimages als kunstenaar 15 treffers in RKDlibrary als onderwerp
    [Show full text]
  • Caesar Van Everdingen, Jacob Van Campen En 'Hollands Classicisme'
    Caesar van Everdingen, Jacob van Campen en ‘Hollands classicisme’ Eric Jan Sluijter 28 november 2016 [email protected] www.ericjansluijter.nl 1 Caesar van Everdingen niet genoemd door: Cornelis de Bie Joachim von Sandrart Samuel van Hoogstraten André Felibien Roger de Piles Filippo Baldinucci Lijst Jan Sysmus Lijst Houbraken 60 befaamde schilders uit bloeitijd 2 Caesar van Everdingen, Syrinx en Pan, paneel 40,5 x 37 cm. Caesar van Everdingen, Vertumnus en Amsterdam, Rijksmuseum Pomona, paneel 47, 9 x 38,9 cm. (wellicht in eigen inventaris 3 Madrid, Fundación Thyssen-Bornemisza vermeld als‘een Amasona’) Salomon de Braij (1587-1664) 4 Jacob van Campen (1596-1657) Pieter Soutman (ca. 1593/1601-1657) Pieter de Grebber (ca. 1600 – vóór 1653) Honselaarsdijk, reconstructie trappenhuis en zalen (naar oosten) Paulus Bor (1601-1669) Jan Gerritsz. van Bronckhorst (1603-1661) Christiaen van Couwenbergh (1604-1667) Caesar van Everdingen (1617/1618-1678) Huis ten Bosch, Oranjezaal 5 Jacob van Campen Paulus Bor Jan Gerritsz van Bronckhorst Caesar van Everdingen Paulus Bor, Ariadne (detail), Paulus Bor, Cydippe (detail), Jacob van Campen, detail uit triomfstoet ca. 1630-35, Poznán, Muzeum ca. 1640, Amsterdam, in Oranjezaal, Narodowe Rijksmuseum Paulus Bor, ‘Het Spaens Heydinnetje’, 1641, doek 123,8 x 147,5 cm. Utrecht, Centraal Museum Jacob van Campen, Mercurius en Argus, ca. 1640, doek 204 x 193 cm. Den Haag, Mauritshuis 6 Jan Gerritsz van Bronckhorst, Jan Gerritz. van Bronckhorst, Slapende nimf, 1645-50, Musicerende figuren (detail), doek 85 x 116 cm. 1653, doek 132,5 x 144 cm. Braunschweig, Herzog Anton Ulrich-Museum. part. verz. 7 Jan Gerritsz van Bronckhorst, naar ontwerp van Jacob van Campen, Scènes uit het leven van David, 1655.
    [Show full text]
  • “Architecture According to Proportions and Rules of the Antique.” Architectural Design Systems in Dutch Seventeenth-Century Classicism
    Jean-Philippe Garric, Frédérique Lemerle et Yves Pauwels (dir.) Architecture et théorie. L’héritage de la Renaissance Actes de colloque Publications de l’Institut national d’histoire de l’art “Architecture according to proportions and rules of the Antique.” Architectural design systems in Dutch seventeenth-century classicism Konrad Ottenheym DOI : 10.4000/books.inha.3402 Éditeur : Publications de l’Institut national d’histoire de l’art Lieu d'édition : Publications de l’Institut national d’histoire de l’art Année d'édition : 2012 Date de mise en ligne : 5 décembre 2017 Collection : Actes de colloques ISBN électronique : 9782917902653 http://books.openedition.org Référence électronique OTTENHEYM, Konrad. “Architecture according to proportions and rules of the Antique.” : Architectural design systems in Dutch seventeenth-century classicism In : Architecture et théorie. L’héritage de la Renaissance : Actes de colloque [en ligne]. Paris : Publications de l’Institut national d’histoire de l’art, 2012 (généré le 18 décembre 2020). Disponible sur Internet : <http://books.openedition.org/inha/ 3402>. ISBN : 9782917902653. DOI : https://doi.org/10.4000/books.inha.3402. Ce document a été généré automatiquement le 18 décembre 2020. “Architecture according to proportions and rules of the Antique.” 1 “Architecture according to proportions and rules of the Antique.” Architectural design systems in Dutch seventeenth-century classicism* Konrad Ottenheym 1 In 1648 the Amsterdam architect Philips Vingboons (1607–1678) published his first book with engravings of his own designs from the past decade1. In the introduction he wrote a brief history of architecture, from its biblical and antique origins up to his own time, including finally his own work.
    [Show full text]
  • The Mediaeval Prestige of Dutch Cities
    chapter 16 The Mediaeval Prestige of Dutch Cities Konrad Ottenheym In the Dutch Republic the mediaeval past was important not only to the nobil- ity but also to the cities, particularly in the Province of Holland.1 Many of the cities in the former County of Holland had obtained their formal city rights in the thirteenth and fourteenth centuries, and the sealed charters attesting to these privileges were the city council’s most treasured possession. In the sev- enteenth century these city charters took on an added significance in the regu- lar politics of the Provincial States of Holland. Following the 1581 repudiation of the authority of their Habsburg ruler, Philip II, the Count of Holland was for a while a vacant title.2 After a few years, the Provincial States of Holland resolved that they would appropriate the sovereign rights of the county to themselves. The States had originally been set up as an advisory panel for the Count, composed in those days of representatives of the peerage and the prov- ince’s six oldest cities. Now, the political assembly took on the Count’s own authority and extended the number of cities represented in it to eighteen. In the seventeenth century, the States of Holland was made up of representatives of each of these eighteen cities, plus one representative of the nobility. These cities thus formed part of the sovereign government and each had (in theory) equal vote. Differently than in many other European countries of the period, local government in the cities of Holland did not represent the central power but rather vice versa.3 This made the cities effective city-states with a great deal of autonomy, and above all with a pronounced sense of their individual worth and city pride.
    [Show full text]
  • ARTIST Is in Caps and Min of 6 Spaces from the Top to Fit in Before Heading
    PIETER JANSZ. POST (Haarlem 1608 – 1669 The Hague) A Panoramic View of the Dunes near Haarlem Oil on canvas, 29½ x 39¼ ins. (75 x 99.5 cm) Provenance: With Kleinberger, Paris, circa 1900 (as Joris van der Haagen) Gifted to Professor Wilhelm Martin (1876-1954) by a group of Dutch art dealers to mark his silver jubilee at the Mauritshuis on 2 January 1926 Thence by descent to his son Dr. Rudolf Martin (d. 1972), by whom taken to Calgary, Canada in 1967 Thence by descent to the previous owner, until 2013 Literature: S. J. Gudlaugsson, “Aanvullingen omtrent Pieter Post’s werkzaamheid als schilder”, in Oud Holland, 69, 1954, pp. 59-71, illustrated J. J. Terwen, K. Ottenheym, Pieter Post (1608-1669): architect, Zutphen, 1993, p. 246 (addendum IV, under attributions) Q. Buvelot, A Choice Collection: Seventeenth-century Dutch paintings from the Fritz Lugt Collection, exh. cat., Royal Cabinet of Paintings Mauritshuis, The Hague, 2002, pp. 139, 140, 214, fig. 24d. VP4648 This superbly atmospheric painting depicts a broad sweep of countryside in the vicinity of Haarlem. The view, taken from slightly raised ground, looks down over undulating dunes that give way to a flat coastal plain, with hedgerows and verdant pastures dotted with grazing animals and farm buildings. In the distance, screens of trees and a solitary beacon delineate the hazy coastline of one of Holland’s vast inland seas. In the foreground, a boy in yellow walks with his dogs on a sandy track that meets the viewer head-on. On the right, lying in deep shade by the side of the road are two recumbent figures, while moving along a track lower down are two horseback riders and a horse-drawn wagon, which is partially obscured by the lie of the land.
    [Show full text]
  • Nog Een Ontwerp Van Pieter Post in Gouda
    Nog een ontwerp van Pieter Post in Gouda Bianca uan den Berg 140 st ö N., Gouda mag zich gelukkig prijzen met een 00 werk van een van Nederlands beroemdste C: "O architecten, namelijk het waaggebouw van ·i= Pieter Post uit 1668. 1 Hij is ook de ontwer­ per van de waag in Leiden, het Schieland­ huis in Rotterdam. Met Jacob van Campen - de bouwmeester van onder andere het Paleis op de Dam in Amsterdam - is hij de belangrijkste vertegenwoordiger van de stijl ~ .. ; die wordt aangeduid als het H ollands Clas­ .. ....A.'f,e~ • • ~ -.:;; sicisme. Bij het Mauritshuis in Den Haag - -~~ ~ - ~~ ~ 2 hebben beiden samengewerkt. - !'J-1-tdt ilil!P.i■E :: ~~ .'-ki /ron! van de Vnn Br.vmiinghknpd (foto r-?ijbditnst 1100, hef Het werk van Post kenmerkt zich door symmetrîe en een Cui:,m·d Erfgord) geometrische ordening gecombineerd met weelderig beeldhouwwerk van festoenen, krullende acanthusran• op de indrukwekkende staat van dienst van Van Bevern­ ken, trofeeën en putti. Veel van deze kenmerken zien we ingh en zij 11 status in de Republiek der Nederlanden in dan ook ook terug in ons waaggebouw op de Markt . Gou• de cweede helft van de zevencie 11de eeuw. In dit artikel da blijkt echter nog een werk van Pieter Post rijk te zijn wordt ingegaan op de grote kunsthistorische waarde van en misschien zelfs nog i,ve l een derde. lNic de Sint•Jans­ de kapel die tussen 1668 en 16 74 101 stand is gekomen. kerk binnengaat voor een bezoek doet dat tegenwoordig Tijdens het onderzoek naar de totstandkoming van meestal vi a 'het winkeltje'.
    [Show full text]