Hofwijck. Deel 3. Commentaar

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Hofwijck. Deel 3. Commentaar Hofwijck. Deel 3. Commentaar Constantijn Huygens Editie Ton van Strien en Willemien B. de Vries bron Constantijn Huygens, Hofwijck. Deel 3. Commentaar (eds. Ton van Strien en Willemien B. de Vries). KNAW Press, Amsterdam 2008 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/huyg001hofw02_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. 2 afb. 17: detail uit de beroemde atlas van Delfland door N.S. Cruquius (1712). Hofwijck ligt rechtsonder vlakbij Voorburg, aan weerszijden van de ‘Voor Weg’ (door Huygens ‘Heerweg’ genoemd). De plattegrond van de boomgaard vertoont een ander padenpatroon dan de ‘officiële’ plaat van Hofwijck. Constantijn Huygens, Hofwijck. Deel 3. Commentaar 4 afb. 18: De vier aankoopfasen van Hofwijck, ingetekend in de grote tekening in de gravure. Tekening door Kees van der Leer Constantijn Huygens, Hofwijck. Deel 3. Commentaar 5 Inleiding door Willemien B. de Vries 1 Huygens en het buitengoed Hofwijck1 1.1 Aankoop, aanleg en onderhoud In december 1639 kocht Huygens een stuk land bij Voorburg waar hij een huis liet bouwen en een tuin aanleggen. In 1640 en 1642 vergrootte hij zijn bezit door nieuwe landaankopen, waarbij hij wel de symmetrie van de overtuin doorbrak doordat de nieuwe stukken grond zich alleen ter linkerzijde van de al gekochte grond bevonden2 (zie afb. 18). Op 12 februari 1642 vond in klein gezelschap de feestelijke inwijding van het huis plaats, waarbij de naam van het buitengoed onthuld werd (De Vries 1993b, Van Strien en Van der Leer 2002, p. 77). Zoals bekend geldt Huygens samen met Jacob van Campen als inspirator van het Hollands classicisme. Hij had in verband met de bouw van zijn Haagse huis al studie gemaakt van de invloedrijke architectuuropvattingen van Vitruvius (1e eeuw v.Chr.) en van de contemporaine tractaten van bijvoorbeeld Alberti en Scamozzi (Ottenheym 1999, p. 94-95). Hofwijck is het tweede grote bouwproject dat hij samen met Van Campen en Pieter Post heeft uitgevoerd. Huygens koos voor een plan waarbij huis en tuin één geheel zouden vormen dat gebaseerd was op de vormgevingsprincipes van Vitruvius en op de aan Pythagoras toegeschreven harmonische tonenreeks3. Harmonie in een bouwwerk wordt volgens Vitruvius bewerkt door toepassing van de symmetria, dat wil zeggen de harmonische verhoudingen van de onderdelen tot elkaar en van elk onderdeel tot het geheel. Essentieel daarbij is de toepassing van rationele maatverhoudingen - de proportio - op grond van een modulus, de basismaat. Huygens vertelt zelf in zijn gedicht dat het menselijk lichaam zijn uitgangspunt is geweest bij de aanleg. Dit is dan volgens de op Vitruvius gebaseerde mathematische berekening van de maten en vormen van dit lichaam. Zo is de aanleg bepaald door een samenstel van grote en kleine vierkanten, symmetrisch gegroepeerd rondom een lange hoofdas en een korte dwarsas (zie de afbeelding van de kaart). De maatverhoudingen zijn harmonisch gebaseerd 1 Gedeelten uit mijn proefschrift uit 1998 Wandeling en Verhandeling. De ontwikkeling van het Nederlandse hofdicht in de zeventiende eeuw (1613-1710), vormen de basis van deze inleiding. 2 Een uitvoerig overzicht van de geschiedenis van het huis Hofwijck en zijn bewoners biedt Kees van der Leer in Van Strien en Van der Leer 2002, p. 73-156. 3 Ik baseer dit gedeelte vooral op de cultuurhistorische verantwoording van het projectplan om de tuin van Hofwijck zoveel mogelijk in de historische staat terug te brengen (Leerintveld 2003, p. 3-7). Zie verder Van Pelt 1981, p. 118, Bregman 2000, p. 10-12, Bakker 2003, p. 238. Constantijn Huygens, Hofwijck. Deel 3. Commentaar 6 op de verhouding 1:2:4. In deze opzet vormt het huis het hoofd, de boventuin is het bovenlichaam met de oprijlanen als armen, de Heerweg die de scheiding tussen boven- en overtuin vormt is het middel en de overtuin het onderlichaam met de benen: Wie die verdeeling laeckt, veracht voor eerst sijn selven, En 't schoonste dat God schiep. (r. 977-78) Het huis Hofwijck behoort tot het bescheiden paviljoenstype in de vorm van een kubus op een sokkel met een pyramidaal dak. Huygens is de eerste Haagse ambtenaar die, net als rijke kooplieden en regenten, een buitenhuis laat bouwen, en zijn maatschappelijke positie brengt mee dat hij het sociale decorum in het oog moet houden (Blom 2003a, p. 318). Bovendien heeft hij ook morele bezwaren tegen een te groot vertoon van luxe, zoals hij in zijn gedicht uitvoerig laat merken (deze inleiding, par. 5.6). Bregman geeft hiernaast een Vitruviaans antwoord op de vraag waarom het huis zo bescheiden van omvang is. Hij laat zien dat Huygens op grond van zijn theoretische uitgangspunten, waarbij een modulus, de vastgestelde lengtemaat de evenwichtige verhoudingen in het ontwerp garanderen moest, gevoegd bij de feitelijke afmetingen van zijn nieuw verworven grond, keuzes moest maken. Het huis heeft de lengtemaat van 30 Rijnlandse voet (9.42 meter), die door het hele ontwerp terugkomt. Wanneer hij voor een groter huis gekozen zou hebben zou volgens deze theorie op basis van de verhouding 1:2:4 ook voor de brug en het voorplein een grotere omvang nodig zijn geweest om het juiste evenwicht in de proporties te bewaken. De omstandigheden lieten geen vergroting van de vijver toe, met als gevolg dat het grotere huis niet meer in het midden van de vijver gelegen zou hebben, waardoor de harmonie verstoord zou zijn. Zo moest Huygens zich ter wille van de Vitruviaanse zuiverheid van bouwen tevreden stellen met een betrekkelijk klein huis (Bregman 2000, p. 10-12). Deze keuze op grond van sociale, ethische en classicistische argumenten had bovendien het voordeel dat hij paste in de traditie van het landleven zoals die in de West-Europese literatuur verwoord was. Sinds de Romeinse scriptores rei rusticae gold de eis dat een huis op het land niet te groot en te weelderig mocht zijn (bijvoorbeeld Varro, De agricultura xiii, 6, 7). In de buitenlevenliteratuur is deze opvatting tot een topos geworden. Zowel Cats als Westerbaen benadrukken dat zij een klein, laag huis bewonen. Huygens' Engelse tijdgenoot Abraham Cowley spreekt de wens uit: ‘that I might be Master at last of a small House and large Garden’ (Cowley 1967, p. 326). Dit is precies wat Huygens bereikt heeft. Het huis mag klein geweest zijn, het is niet zonder enige luxe uitgevoerd. Het heeft een leien dak en een slotbrug die versierd is met beelden die de vier jaargetijden voorstellen. In de gevelnissen zijn - uniek voor ons land - grisailles aangebracht, schilderingen die vanuit de verte gezien een driedimensionaal effect bieden (Roosendaal 1987, p. 211-12). Constantijn Huygens, Hofwijck. Deel 3. Commentaar 7 Op een tekening van F. de Moucheron uit ca. 1675 is te zien dat in het festoen van één van de gevelnissen van het souterrain het woord otium is aangebracht. De landheer geeft hier in positieve zin de functie van zijn buitenverblijf aan, die hij in de naam van zijn huis negatief geformuleerd heeft. De tuin valt vooral op door een overwicht aan bomen. De enige bloemen die in het gedicht Hofwijck genoemd worden, zijn rozen. Anders dan bij Cats en Westerbaen ontbreken bloemperken. Huygens heeft een belangrijke rol gespeeld als adviseur van Frederik Hendrik bij de aanleg van de stadhouderlijke tuinen. Daar ging het zowel om een veel complexere tuinaanleg als om versiering met veel beelden die ook een programmatische functie hadden (Bezemer Sellers 2001, passim, i.h.b. p. 227-230). Zijn eigen tuin is bepaald geen replica in het klein van de stadhouderlijke tuinen. Erik de Jong typeert het geheel terecht als ‘eigenlijk meer bos dan tuin’ (De Jong 1984, p. 53). Het is duidelijk een tuin die veroverd is op de ongecultiveerde natuur. Ter wille van Hofwijck is weiland omgeploegd, een vijver uitgegraven en een heuvel opgeworpen van afgegraven zandgrond. Erik de Jong wijst erop, dat in deze mathematisch bepaalde tuinarchitectuur soms het contrast tussen gecultiveerde en ongecultiveerde natuur bewust uitgebuit werd. Als voorbeeld noemt hij onder meer Huygens die zijn overtuin ‘Een tamme wildernis van woeste schik'lickheden’ noemde (r. 145), een combinatie van wild en tam, van geometrische ordening en vrij uitgroeiende bomen (De Jong 1993, p. 47, zie ook Bakker 2003, p. 240). De tuin kent ook enige tuinsieraden. De kunstmatig opgeworpen berg werd eerst bekroond door een obelisk, die later door een stormbestendiger uitkijktoren vervangen werd. Een heuvel in de tuin was een modern element (Terwen en Ottenheym 1993, p. 71) en ook een obelisk was iets bijzonders, zij het niet geheel nieuw. Johan Maurits van Nassau, Huygens' buurman in Den Haag, had al eerder in zijn tuin een berggrot met uitkijkpost laten bouwen die met twee obelisken werd versierd (Diedenhofen 1990, p. 51). Verder zijn als tuinsieraden nog vier houten tuinhuisjes te noemen en in r. 359 is sprake van een zodenbank. In de boventuin bevinden zich vier ‘percken’ met vruchtbomen. Tuinhistorici interpreteren de boomgaard, die een vast onderdeel van de Nederlandse tuin in deze periode vormt, veelal als een teken van een humanistisch-calvinistische hang naar nut en soberheid. Zo zegt John Dixon Hunt: Klassiek humanisme en Calvinistische denkbeelden spoorden beide tot de aanleg van goed-geordende boomgaarden aan als product en symbool van de goedbeheerde ziel: vandaar die vele gezichten in vogelvlucht van boomgaarden in onberispelijke rijen, [...] (Hunt 1988, p. 46. zie ook Hopper 1983, p. 112, Bezemer Sellers 1990, p. 103). Ik betwijfel of het verband tussen een bepaalde godsdienstige mentaliteit en de fruitteelt zo rechtlijnig te markeren valt. Zo hebben bijvoorbeeld de Fransman Nicolas Rapin en Snouckaert, de heer van de Binckhorst, die beiden rooms-katholiek waren, een boomgaard op hun terrein, en ook zij dichten met instemming over de blozende appels die deze voortbrengt (Rapin 1982, p. 122, Snouckaert 1605, p. 4). Constantijn Huygens, Hofwijck.
Recommended publications
  • Huygens' Summer House Hofwijck Was Set in a Geometric
    Figure 1: Huygens’ summer house Hofwijck was set in a geometric garden plan. The planting beds, however, were planted like in an Italian bosco, leading to picturesque scenery, as discovered by Constantijn Jr.; drawing c.1660 by Constantijn Huygens Jr. from: Ton van Strien en Willemien B. de Vries: Huygens’ Hofwijck band 2, deel 3, Amsterdam 2008, p. 238. 278 Wybe Kuitert Context & Praxis: Japan and Designing Gardens in West Introduction Garden making is an applied art with a praxis that highly depends ings, the soil, the possibilities for planting or water, and other physical upon its context. Speaking about Japanese gardens in the West we get things. This is referred to below as dispositions of nature, as it was inevitably into a confused and complex arena, as we are talking about called by William Temple. The other end of the context is human: established ways of doing things in the West as well as in Japan, not to it is cultural, social, financial, or whatever else humans can think of, mention well-developed and differing contexts on both sides. None- below discussed under the heading fancy or contrivance, again bor- theless – and already for centuries – it is not possible to see the West rowing words from Temple. Within these two ends, that at times may as something completely separated from Japan, as exchange of infor- seem extremes, the garden comes about, designed and made by other mation is influencing contexts mutually, in addition influencing each humans, again with their contexts. The mind of a designer is chaotic, other’s praxis, or ways of gardening.
    [Show full text]
  • Mens En Kosmos in Huygens' Hofwijck*
    Robert-Jan van Pelt Mens en kosmos in Huygens' Hofwijck* Inleiding Constantijn Huygens was een van de opmerkelijkste Nederlanders van de zeventiende eeuw. Als secretaris van stadhouder Frederik Hendrik gaf hij mede vorm aan de politiek van Holland in de Gouden Eeuw, als dichter leverde hij een belangrijke bijdrage aan de Nederlandse literatuur, als edelman virtuoso vervulde Huygens, heer van Zuylichem, een sleutelrol in de culturele contacten tussen Holland, Engeland en Frankrijk, en als vader bracht hij een zoon groot die door intellect en opvoeding was voorbeschikt een van de grootste geleerden van zijn tijd te worden. In dit essay zal een ander 'kind' van Huygens onder de loep worden genomen. Dit 'kind' is de tuin van Huygens' buitenhuis Hofwijck, dat is gelegen in de buurt van Voorburg (Zuid-Holland). Huidige plattegrond van Hofwijck Hofwijck zal worden besproken als een evenbeeld van Huygens: met hem ouder wordend en, hoewel door onbegrip verminkt, tot in onze tijd voortlevend. Dit artikel verscheen eerder in Art History, 4 (juni 1981), Er is wel eens gezegd dat de tuin een van de vergankelijkste en nr. 2, pp. 150-174. 1 wonderbaarlijkste prestaties was van de renaissance-cultuur. Hofwijck 1 was, zoals we zullen zien, zonder twijfel wonderbaarlijk, maar in tegen- Roy Strong, The Renaissance Garden in England, Londen, stelling tot de meeste andere renaissance-tuinen van Noord-Europa is 1979, p. 223. het deels van de ondergang gered. Een derde van de oorspronkelijke aanleg kan met het bescheiden, door een gracht omgeven huis vandaag de dag nog steeds in min of meer originele staat worden bewonderd.
    [Show full text]
  • 2000 Jaargang 99
    Robert Hook Hollandd ean : Dutch influenc architecturs hi n eo e Alison Stoesser-Johnston The use of these publications by English architects and arti- Introductie)!! sans and the design of Wollaton Hall were not based on any Dutch classicism was a recent arrival in England when first-hand personal impressio f classicisno Italymn i . Thid ha s Robert Hooke made his first architectural designs in the late emergence th waio t r fo t f Inigeo o Jone s architectsa visis Hi . t 1660s. 'e constructioPrioth o t r f Hugo n h May's Eltham to Italy in 1613-'14 in the entourage of Thomas Howard, 2nd Lodg 1663-'64n i e e firsth , t exampl f Dutceo h classicisn mi Earl of Arundel, his close interest in Roman antiquities and England, classical elements straight from Italy and via Flan- intimate knowledge of Palladio's drawings are most ders had been used in English architecture for nearly a hund- dramatically exemplifie Banquetins hi n di g Hous f 1619-22eo . red years. Initially these had been mainly of a decorative na- Not only, however, has Jones here used Palladian "vocabulary" ture but vvith the construction of Inigo Jones' Banqueting 7 but hè has combined it with the application of Scamozzian House (1619-'21) there was a dramatic change in the way orders, the Composite being superimposed on the lonic. This classicism was adapted to English architecture. Jones drew combination of Palladian elements with Scamozzian also on the examples of Palladio and Scamozzi in his architecture influence beginninge th d f Dutcso h classicism.8 Jones' design using both Palladio's treatise, / quattro libri, personal know- was not only a major innovation in England but it also inspired ledge of his architecture and, in the case of Scamozzi, per- Jaco n Campe s va bfirs hi tn i narchitectura l commission i n sonal contact e applieH .
    [Show full text]
  • Country House in a Park Informal, Almost Wilderness Garden in This Painting Contains Architectural Elements Characteristic of C
    different work because the Washington painting was sold by ile, 3rd Baron Savile [b. 1919], Rufford Abbey, Notting­ the Baron de Beurnonville only in 1881. hamshire; (sale, Christie, Manson & Woods, London, 18 2. The provenance given in Strohmer's 1943 catalogue of November 1938, no. 123); Rupert L. Joseph (d. 1959), New the Liechtenstein Collection and in the 1948 Lucerne exhibi­ York.1 tion catalogue contains misinformation. 3. See The Hague 1981, 34, and also Kuznetsov 1973, Exhibited: Jacob van Ruisdael, Mauritshuis, The Hague; Fogg 31-41. Art Museum, Harvard University, Cambridge, Massachu­ 4. Wright 1984, cat. 7. setts, 1981-1982, no. 54. 5. Landscape with a Footbridge (inv. no. 49.1.156) and Land­ scape with Bridge, Cattle, and Figures (inv. no. 29). DEPICTIONS of elegant country houses came into References vogue in the latter half of the seventeenth century as 1896 Bode: 99. 1903 Suida: 116. increasing numbers of wealthy Dutch merchants 1907- 1927 HdG, 4 (1912): 94, no. 295 129,no.407. built homes along the river Vecht and in other pic­ 1908 Hoss: 58, I.14, repro. turesque locations in the Netherlands. Artists who 1911 Preyer: 247-248. specialized in architectural painting, among them 1927 Kronfeld: 184-185, no. 911. Jan van der Heyden (q.v.), depicted the houses and 1928 Rosenberg: 87, no. 252. gardens in great detail. Surprisingly, however, not '943 Strohmer: 101, pi. 69. 1948 Lucerne: no. 175. all of these seemingly accurate representations por­ 1965 NGA: 119, no. 1637. tray actual structures; sometimes the scenes were 1968 NGA: 106, no. 1637. purely imaginary, intended to project an ideal of "975 NGA: 316-317, repro.
    [Show full text]
  • Jaarverslag 1996 Concept 8
    VERENIGING HOFWIJCK Beleidsplan HUYGENS’ HOFWIJCK Beleidsplan 2016-2020 Vereniging Hofwijck Huygens’ Hofwijck februari 2016 Vereniging beleidsplan Hofwijck Huygens’ De buitenplaats van Constantijn en Christiaan Huygens in Voorburg In het beleidsplan 2016-2020 schetst de directie van Huygens’ Hofwijck hun visie op de komende periode. In 2015 is, met de opening van het nieuwe entreegebouw, een einde gekomen aan de omvorming van Huygens’ Hofwijck. Dat betekent niet dat we de komende periode stil kunnen zitten. De huidige tijd, waarin we zien dat de overheid zich steeds meer terugtrekt en het concurrerende aanbod van andere instellingen groeit, vraagt om een proactief beleid. Huygens’ Hofwijck is ambitieus. Zo willen we op het gebied van educatie de trend zetten. Ook op het gebied van samenwerking zetten we forse stappen. De samenwerking met Museum Swaensteyn in Voorburg, die de VVV herbergt, wordt geïntensiveerd, net als de samenwerking met de partners in het Erfgoedpodium en het Huygenskwartier. Het is prachtig als Huygens’ Hofwijck het startpunt vormt voor een (cultureel) dagje uit in Leidschendam-Voorburg of binnen de regio Haaglanden. Musea kennen inmiddels een grote schare fans. 1,2 miljoen Nederlanders bezitten een Museumkaart. Musea leveren de samenleving veel op. De maatschappelijke waarde van een museum is niet in bezoekaantallen of efficiency alleen uit te drukken. Musea hebben naast collectiewaarde, educatieve waarde en belevingswaarde ook economi- sche en verbindende waarde. Op Huygens’ Hofwijck werken zestig vrijwilligers, me- rendeels uit de gemeente Leidschendam-Voorburg. Zij draaien kassadiensten, werken in de tuin en in de winkel, geven rondleidingen en verzorgen high tea’s en arrange- menten. In ruil daarvoor organiseert Hofwijck bijeenkomsten voor de vrijwilligers en voor wie dat wil zijn er cursussen en scholing.
    [Show full text]
  • Japanese Robes, Sharawadgi, and the Landscape Discourse of Sir William Temple and Constantijn Huygens
    Wybe Kuitert (2013) Japanese robes, sharawadgi, and the landscape discourse of Sir William Temple and Constantijn Huygens Garden History 41 (2): 157-176, Plates II-VI Garden History (ISSN 0307-1243) is published by the Garden History Society (UK). w y b e k u i t e r t japanese robes, s h a r awa d G i , a n d t h e landscape discourse of sir william temple and constantijn huygens dutch state secretary, diplomat and poet Constantijn huygens (1596–1687) saw his garden hofwijck as the embodiment of a comprehensive philosophy. it departed from Vitruvius as a classic, geometric foundation that framed the irregularities he observed in human life as well as in free natural growth. in his poem on the garden he illustrated these ideas by pointing to the irregularity of design within the symmetrically cut Japanese robe. English statesman and essayist sir william Temple (1628–99), of the generation of huygens’s son, Christiaan, was a regular visitor to hofwijck and elevated the appreciation of irregularity in the garden to a personal judgement, a taste for which he introduced an aesthetic term ‘sharawadgi’, again of Japanese origin. This paper introduces their discourse in relation to the dutch fashion for the Japanese robe, and demonstrates how observations of nature and incoming arts from the Far East played a role in the seventeenth-century departure from the fixed frames ofr enaissance classicism towards a more enlightened understanding, including the birth of a picturesque taste in landscape art. at the origin of a voluminous discourse on nature and landscape in eighteenth-century england stands an essay by sir william temple (1628–99) in which he defined a taste for irregularity in landscape design under the ‘chinese’ concept of sharawadgi.1 the true nature of this idea can only be understood from its context, which was the practice of landscape design as an applied art with a complex discourse in wider europe, including a growing understanding of the far east.
    [Show full text]
  • Uitgaven Historisch Voorburg November 2019
    Uitgaven Historisch Voorburg November 2019 Jaar Jaargang- Titel prijs nummer 2019 25 - 1 Een dorp dat geen gelijck en kent – Voorburg in De Gouden eeuw € 25,00 2018 24 -1/2 De Vliet langs Leidschendam en Voorburg – van de Vlietlanden tot de € 35,00 Hoornbrug € 5,00 Losse index 2017 23-1/2 Troublente tijden € 20,00 2016 22-1/2 Damsigt, een wijk apart uitverkocht 2015 21-1/2 70 Jaar vrede en vrijheid € 25,00 2014 20-2 Voorburgs Jong Erfgoed € 10,00 2014 20-1 Voorburgse verscheidenheden € 8,00 2013 19-1/2 Hoeven aan de Broeksloot € 25,00 2012 18-2 Hier zat de bakker en daar de kruidenier... 75 jaar middenstand in Voorburg- uitverkocht Noord 2012 18-1 Een speelse straat in West 100 jaar Vrijburgstraat € 15,00 2011 17-2 Zicht op de Oude Kerk 100 jaar Laan van Heldenburg € 15,00 2011 17-1 De verdwenen middenstand in de vergeten driehoek in Voorburg-West uitverkocht 2010 16-2 Wonen, werken en wandelen in Voorburg € 10,00 2010 16-1 Prinses Marianne, kunstenaars, dominees en een pelgrimage € 15,00 2010 15-2 Archeologisch onderzoek in Leidschendam-Voorburg. Enkele hoogtepunten € 15,00 1985-2010 2009 15-1 De Canon van Leidschendam-Voorburg, besproken in 20 tijdsperioden uitverkocht 2008 14-2 100 jaar Laan van Oostenburg, van landelijk zandpad tot statige laan € 15,00 2008 14-1 Watermanagement door de eeuwen heen, met voorbeelden uit West- € 10.00 Nederland en Voorburg 2007 13-2 Christiaan Huygens in Voorburg. Een geniale geleerde en de naar hem € 10.00 genoemde prijs 2007 13-1 Van Dorps Voorburg.
    [Show full text]
  • Exploitatie & Investeringen Begrotingen
    Museum Swaensteyn naar Huize Swaensteyn Geef het museum vleugels ! Waarom ? Hoe ? Voorburg en Leidschendam zijn rijk aan verhalen van kunst, cultuur en geschiedenis. Van vroeger en van vandaag. Die verhalen Een verhuizing van Museum Swaensteyn naar Huize Swaensteyn betekent meer dan alleen een verhuizing naar een groter, vormen de basis van een aantrekkelijke en toegankelijke museale presentatie. Voor de eigen inwoners, voor de regio en ook voor de aantrekkelijker en geschikter pand. Het is meer dan een wisseling van bakstenen. Museum Swaensteyn krijgt ook een nieuw concept cultuurtoerist. en een duidelijker, aangescherpte positionering. Kunst en cultuur zijn een toeristische asset. En vertegenwoordigen daarmee een economische waarde voor het gebied waarin ze Een nieuwe, aangescherpte positionering worden aangeboden, in dit geval het Huygenskwartier Voorburg en de gemeente Leidschendam-Voorburg. Die potentiele De belangrijkste historische, culturele en artistieke troeven van Leidschendam-Voorburg worden de pijlers onder de nieuwe economische waarde is aanwezig, en moet optimaal worden benut. positionering van Museum Swaensteyn. Romeinen aan de Vliet Het Nederlandse museumlandschap is rijk aan verrassende musea. Om daarin op te vallen, een eigen plek te verwerven én publiek Denkers van de Gouden Eeuw* te trekken, zijn een sterk concept en een heldere positionering onontbeerlijk. Om het anders te zeggen: de Nederlandse Drie eeuwen Oranje in Voorburg* museumbezoeker komt bij voorkeur naar musea met een ‘smoel’. Beeldende kunst *) In samenwerking met Huygens’ Hofwijck Huygens’ Hofwijck heeft sinds de recente omvorming zo’n heldere positionering, een smoel. De buitenplaats heeft een sterke, herkenbare en eenduidige uitstraling. Dat werpt zijn vruchten af. Romeinen aan de Vliet / Forum Hadriani & het Kanaal van Corbulo Museum Swaensteyn ontbeert nu een duidelijke positionering, en daarmee aantrekkingskracht.
    [Show full text]
  • POWER of the PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia Van Solms in the Dutch Republic
    POWER OF THE PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia van Solms In the Dutch Republic by Saskia Beranek B.A., Pennsylvania State University, 2001 M.A., Duke University, 2003 Submitted to the Graduate Faculty of The Kenneth P. Dietrich School of Arts and Sciences in partial fulfillment of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy University of Pittsburgh 2013 UNIVERSITY OF PITTSBURGH Kenneth P. Dietrich School of Arts and Sciences This dissertation was presented by Saskia Beranek It was defended on March 29, 2013 and approved by Jennifer Waldron, Associate Professor, English Joshua Ellenbogen, Associate Professor, History of Art and Architecture Stephanie Dickey, Bader Chair in Northern Baroque Art, Queen's University, Art Co-Advisor: C. Drew Armstrong, Associate Professor and Director of Architectural Studies Dissertation Advisor: Ann Sutherland Harris, Professor Emerita, History of Art and Architecture ii Copyright © by Saskia Beranek 2013 iii POWER OF THE PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia van Solms in the Dutch Republic Saskia Beranek, PhD University of Pittsburgh, 2013 Portraits of Amalia van Solms, wife of Frederik Hendrik of Orange-Nassau and one of the most significant women in the Dutch Republic, were widely circulated and displayed during her lifetime (1602-1675). This study focuses on cases where specific audiences and sites of display can be isolated. When portraits can be viewed in their original context, they speak not only to those elements intrinsic to the image such as symbolism or fashion, but also to issues extrinsic to the image: social practices, cultural ideals, and individual identities.
    [Show full text]
  • Leidschendam-Voorburg
    Wandelen langs buiten- plaatsen in Zuid-Holland Leidschendam-Voorburg Langs deze wandelroute liggen veertien buitenplaatsen. Van enkele zijn de parken openbaar toegankelijk. De route leidt deels over de strandwal en deels langs de Vliet. De strandwal, de historische zandrug die parallel aan de kustlijn loopt, was vanwege de hoge ligging ideaal voor bewoning. In de middeleeuwen werd hierop het centrum van Voorburg gesticht. Vanaf de 17e eeuw werden op de flanken van de strand- wal tal van buitenverblijven aangelegd door rijke stedelingen. De strandwal bood niet alleen een prachtige, groene omgeving, maar was ook goed bereikbaar via de Vliet, die evenwijdig aan de strandwal loopt. Buitenplaats Hoekenburg Ooster- n begraafplaats a Rodelaan Voorburg la rd Spinozalaan ’t Loo a Vliettunnel h Sint Martinus- n er B BEZIENSWAARDIGHEDEN s rin Den Haag Nicolaas Beetslaan laan P Park Laan van Het Sytwende 1. Vreugd en Rust Bruijnings IngenhoeslaanLoo Oosteinde NOI Rodelaan 2. Middendorp 14 N14 MonseigneurPr. Beatrixlaan van Steelaan Laan v. Leeuwensteyn Laan van Nieuw Oosteinde Rembrandtlaan Koningin Julianalaan Oosteinde 3. In de Wereldt is veel Gevaer Spinozalaan Leidschendam- Voorburg 4. Hofwijck Parkweg Prins Bernhardlaan 13 Vlietweg van de 5. Middenburg Rembrandt- Wateringelaan 12 Vliege- Prinses Margrietlaan Potgieter-laan molen laan 11 6. Dorrepaal van Vlietweg Arembergelaan VOORBURG Schellinglaan Wijker- 7. Arentsburgh/Hoekenburg Parkweg laan Laan van Nieuw Oosteinde 8. Zeerust Rozenboomlaan Koningin Wilhelminalaan 10 9. Rusthof 9 Zuidvliet S108 Prins Bernhardlaan Recreatiepark 10. Noordervliet Rijn-Schie 1 A4 Regulusweg 11. Schoonoord A12 Westvlietweg St. Barbara Parkweg Vlietzoom- 12. Vliet en Burgh Oost Zonweg 2 Voorburg 13. Eemwijk 3 Sportpark Westvliet Donau 14.
    [Show full text]
  • Caesar-Van-Everdingen
    CAESAR VAN EVERDINGEN CAESAR VAN fiEverdingen Caesar van Caesar SCHILDER MET EEN VLEIEND PENSEEL Caesar van Everdingen (1616/1617-1678) is de belangrijkste schilder die Alkmaar in de Gouden Eeuw voortbracht. Hij behoorde tot de selecte groep kunstenaars die in 1648-1652 een bijdrage mocht leveren aan het decoratieprogramma voor de Oranjezaal in Huis ten Bosch. Van Everdingen wordt beschouwd als een van de grote meesters van het Hollands classicisme – een stroming die teruggreep op de kunst van de klassieke oudheid en de Italiaanse renaissance. Hij schilderde indrukwekkende historiestukken en portretten in een verfijnde, gladde stijl en heldere kleuren. (1616/1617-1678) Kunstenaarsbiograaf Arnold Houbraken roemde hem aan het begin van de achttiende eeuw met recht om zijn ‘vleiend penseel’. www.uitgeverijwaanders.nl www.stedelijkmuseumalkmaar.nl fiInhoud 6 Woord vooraf 63 3 Lidewij de Koekkoek CAESAR VAN EVERDINGEN ALS PORTRETTIST 8 Dankbetuigingen Rudi Ekkart Christi M. Klinkert 76 UITGELICHT 4 13 1 Mutsen, hoeden en strikken in het werk CAESAR VAN EVERDINGEN, van Caesar van Everdingen DE CLASSICIST UIT ALKMAAR Sabine Craft-Giepmans Christi M. Klinkert 81 4 34 UITGELICHT 1 MATERIALEN EN TECHNIEKEN Allart van Everdingen (1621-1675), VAN EEN EIGENZINNIGE eerste schilder van het Scandinavische ‘NETTE’ SCHILDER landschap Caroline van der Elst Christi M. Klinkert 98 UITGELICHT 5 38 UITGELICHT 2 De Alkmaarse schutters poseren Caesar van Everdingen en in de Waag Jacob van Campen Caroline van der Elst Quentin Buvelot 104 UITGELICHT 6 43 2 Een unieke
    [Show full text]
  • Constantijn Huygens Hofwijck
    MONUMENTA LITERARIA NEERLANDICA XV,3 Constantijn Huygens Hofwijck BAND 2 Deel 3 / Commentaar MONUMENTA LITERARIA NEERLANDICA XV,3 Constantijn Huygens Hofwijck BAND 2 Deel 3 / Commentaar CONSTANTIJN HUYGENS HOFWIJCK afb. 17:7 detail uitde beroemde atlas van De an door N. Cruquius(1q1712). Ho i'c ligtg rechtsonderer ^ vlakbij ooi' Voorburg, u, aanaa weerszijden van de 'Voorr Weg' e (door Huygensr H ns H'Heerweg'eerwe genoemd).oe De plattegrond .. vanboomgaardvadevertoont ver oon een n an er pa enpplaat atroo n dan'officiële' deaat van HoHofwijck.Jc KONINKLIJKE NEDERLANDSE AKADEMIE VAN WETENSCHAPPEN Constantijn Huygens Hofwijck Historisch-kritische uitgave met commentaar door Ton van Strien Met een studie over de literair- en ideeënhistorische context van het gedicht door Willemien B. de Vries BAND 2 Deel 3 / Commentaar Koninklijke Nederlandse KNAW Press Akademie van Wetenschappen Amsterdam zoo8 . 18: De vier aankoopfasen van HoJg i c^ ingetekendin e rote te enin ing g de gravure. Tekeningg door Kees van der Leer Inleiding door Willemien B. de Vries I HUYGENS EN HET BUITENGOED HOFWIJCKI I.I Aankoop, aanleg en onderhoud In december 1639 kocht Huygens een stuk land bij Voorburg waar hij een huis liet bouwen en een tuin aanleggen. In 1640 en 1642 vergrootte hij zijn bezit door nieuwe landaankopen, waarbij hij wel de symmetrie van de overtuin doorbrak doordat de nieuwe stukken grond zich alleen ter linkerzijde van de al gekochte grond bevondene (zie afb. 18). Op 12 februari 1642 vond in klein gezelschap de feestelijke inwijding van het huis plaats, waarbij de naam van het buitengoed onthuld werd (De Vries 1993b, Van Strien en Van der Leer 2002, p.
    [Show full text]