De toeristische kracht van de Duin- en Bollenstreek

Onderzoek naar de economische positie v an de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek

23 maart 2011

Voorwoord Voor u ligt het resultaat van het onderzoek naar de toeristische kracht van de Duin- en Bollenstreek. Het onderzoek is een initiatief van Stichting Beleef de Bol- lenstreek. Deze stichting heeft als doelstelling het toeristisch-recreatieve product van de Duin- en Bollenstreek beter op de kaart te zetten. Om dit op een effectie- ve wijze te doen was het zaak om eerst de economische positie en de aard van de regionale vrijetijdssector in kaart te brengen en om te beoordelen waar de kansen liggen om de sector sterker de positioneren. De Rabobanken in de Duin- en Bol- lenstreek en de Kamer van Koophandel Den Haag hebben voor deze studie als op- drachtgevers opgetreden.

De studie is mede tot stand gekomen met de input van stakeholders uit hun re- gio. Zij hebben door middel van interviews en workshops hun visie op het gebied kunnen geven en de kansen om de regio sterker op de toeristische kaart te zet- ten. De studie biedt concrete handvatten om hier vanaf nu gericht mee aan de slag te gaan en biedt daarmee een belangrijke basis voor één gezamenlijke re- giomarketing waarin de kracht van het regionale bedrijfsleven en de gemeenten in de toekomst kan worden gebundeld.

Namens Rabobank en Namens Kamer van Koophandel Rabobank Bollenstreek, Den Haag,

Jan Driessen Peter Meijer Accountmanager Zakelijke Relaties Directeur Kantoor

1

Inhoudsopgave 1 INLEIDING ...... 5

1.1 AANLEIDING ...... 5 1.2 ONDERZOEKSOPZET ...... 5 1.3 AFBAKENING ONDERZOEK ...... 5 1.4 LEESWIJZER ...... 6 2 TOERISME IN DE DUIN- EN BOLLENSTREEK ...... 7

2.1 HET TOERISTISCH PRODUCT VAN DE DUIN - EN BOLLENSTREEK ...... 7 2.2 RUIMTEGEBRUIK ...... 10 2.3 TOERISME ALS BELEIDSTHEMA ...... 11 2.4 PLANNEN EN ONTWIKKELINGEN IN DE REGIO ...... 18 3 ONTWIKKELINGEN IN DE SECTOR ...... 20

3.1 INLEIDING ...... 20 3.2 DE NEDERLANDSE VRIJETIJDSSECTOR ...... 20 3.3 TRENDS EN ONTWIKKELINGEN ...... 22 4 ECONOMISCHE POSITIE VRIJETIJDSSECTOR DUIN- EN BOLLENSTREEK...... 25

4.1 INLEIDING ...... 25 4.2 SECTORSTRUCTUUR ...... 25 4.3 OMZET VRIJETIJDSSECTOR ...... 27 4.4 HERKOMST BESTEDINGEN VRIJETIJDSSECTOR ...... 28 4.5 SECUNDAIR BELANG ...... 33 5 KANSEN VOOR DE VRIJETIJDSSECTOR ...... 34 6 VERVOLGSTAPPEN ...... 38

6.1 WORKSHOP I: DE VRIJETIJDSSECTOR IN REGIONAAL PERSPECTIEF ...... 38 6.2 WORKSHOP II: VERVOLGSTAPPEN ...... 40 6.3 SLOTBESCHOUWING ...... 40 BIJLAGE I DEELNEMERS WORKSHOPS EN INTERVIEWS ...... 41 BIJLAGE II VRIJETIJDSVOORZIENINGEN DUIN- EN BOLLENSTREEK ...... 44 BIJLAGE III CONCLUSIES KANSENKAART ...... 50 COLOFON ...... 53

3

1 Inleiding

1.1 Aanleiding Stichting Beleef de Bollenstreek is een privaat initiatief van waaruit wordt samen- gewerkt met city marketeers van de zes gemeenten in de Duin- en Bollenstreek (Katwijk, , , Noordwijkerhout, Lisse en ) en partners zoals de Keukenhof en de Rabobanken in de Duin- en Bollenstreek. Op lange ter- mijn wil de Stichting naar één regiomarketing voor de gehele Duin- en Bollen- streek waarin de kracht van de diverse plaatsen wordt gebundeld en waarin wordt samengewerkt aan een toeristisch attractieve regio.

Om dit doel verder uit te kunnen werken hebben Rabobank Katwijk, Rabobank Bollenstreek en Kamer van Koophandel Den Haag (kantoor Lisse) een onderzoek laten uitvoeren naar de economische kracht van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek. De opdrachtgevers bieden de studie aan aan Stichting Beleef de Bol- lenstreek zodat zij het als basis kan gebruiken voor het strategisch marketingplan dat voor de regio zal worden opgesteld. Dit marketingplan zal vervolgens input moeten genereren om regiomarketing professioneel en structureel op te zetten.

1.2 Onderzoeksopzet Bij de studie stond het volgende doel centraal:

Het bieden van concrete handvatten om de economische positie van de vrije- tijdssector in de Duin- en Bollenstreek te versterken.

Om dit doel te realiseren zijn de volgende vier onderzoeksvragen beantwoord: 1. Wat zijn de kwantitatieve en kwalitatieve kenmerken van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek? 2. Wat is de huidige economische positie van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek? 3. Welke trends en ontwikkelingen (landelijk en regionaal) zijn relevant voor de verdere ontwikkeling van deze sector in de Duin- en Bollenstreek? 4. Waar liggen de kansen voor de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek en wat kan de regio doen om deze te benutten?

Parallel aan dit onderzoek heeft het Zuid-Hollands Bureau voor Toerisme (ZHBT) een “Kansenkaart” ontwikkeld voor de Duin- en Bollenstreek. De inhoud van de Kansenkaart is gebaseerd op zestien interviews die het ZHBT met de verschillende stakeholders in de regio heeft gehouden. Met de Kansenkaart wordt inzicht gebo- den in de productinhoudelijke, strategische en organisatorische kansen voor toe- ristisch-recreatieve ontwikkeling van de Duin- en Bollenstreek vanuit een succes- volle regionale samenwerking. De conclusies van de Kansenkaart zijn als bijlage opgenomen in deze rapportage.

1.3 Afbakening onderzoek

Regionaal Het onderzoek richt zich op de Duin- en Bollenstreek, bestaande uit de vol- gende 6 gemeenten: Noordwijk, Noordwijkerhout, Hillegom, Lisse, Teijlingen

5

en Katwijk. De regio staat weergegeven in onderstaande kaart. Daarnaast wordt zijdelings aandacht besteed aan het toeristische aanbod in de nabij gelegen steden en .

Sectoraal Wat betreft de afbakening van de vrijetijdssector wordt in alle analyses de- zelfde definitie gehanteerd als door het CBS, gebaseerd op de SBI’08- codering. De sector bestaat uit de branches logies, maaltijd- en drankver- strekking, sport en cultuur & overige recreatie. Hierbij moet benadrukt wor- den dat het in dit onderzoek gaat om de aanbodzijde van de markt waarbij het functioneren van de totale sector in beschouwing wordt genomen en dus geen onderscheid wordt gemaakt naar het motief van de vraag (al dan niet toeristisch).

1.4 Leeswijzer Hoofdstuk twee van het rapport geeft een schets van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek. Hierbij besteden we aandacht aan de aanwezige vrijetijds- voorzieningen, het huidige beleid en de visie van verschillende regionale organisa- ties ten aanzien van de vrijetijdssector en de plannen en ontwikkelingen die er op dit moment spelen rondom het vrijetijdsaanbod. Hoofdstuk drie biedt een over- zicht van trends en ontwikkelingen in de sector, waarna hoofdstuk vier ingaat op de economische positie van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek. Daar- bij kijken we naar de werkgelegenheid, bestedingen, de herkomst van de beste- dingen en de mate waarin andere sectoren in de regio belang hebben bij de vrije- tijdssector. Hoofdstuk vijf laat zien welke kansen er zijn om de vrijetijdssector van de Duin- en Bollenstreek te versterken. Hoofdstuk zes geeft ten slotte de conclusies waarbij wordt ingegaan op de concrete vervolgstappen om de kansen te benutten.

6

2 Toerisme in de Duin- en Bollenstreek

2.1 Het toeristisch product van de Duin- en Bollenstreek Het toeristisch product van de Duin- en Bollenstreek heeft vele facetten. De be- langrijkste bouwstenen van de Duin- en Bollenstreek als toeristische regio zijn: 1. Het voorjaarstoerisme naar de bollenvelden 2. Strand en duinen 3. Waterrecreatie

Deze bouwstenen worden ondersteund door de diverse toeristische attracties en evenementen die in het gebied aanwezig zijn (4) en een breed scala aan horeca- en verblijfsvoorzieningen (5) waarvan de bezoeker gebruik kan maken. In dit hoofdstuk geven we een beschrijving van de drie genoemde bouwstenen en de ondersteunende faciliteiten. Bovendien is in bijlage II een overzicht van toeristi- sche voorzieningen in de Duin- en Bollenstreek opgenomen.

Behalve vrijetijdstoerisme speelt voor de regio het congrestoerisme een belangrij- ke rol. Hoewel deze sector niet tot de hoofddoelstelling van deze studie behoort, komt het belang ervan wel zijdelings aan de orde.

Voorjaarstoerisme naar de bollenvelden Wie denkt aan de Bollenstreek, denkt vrijwel direct aan de Keukenhof in Lisse: een park met miljoenen bloeiende bloembollen. De Keukenhof heeft naast deze bloeiende bloembollen een bloemenshow, de grootste beeldentuin van Nederland en het is de meest gefotografeerde plek ter wereld. Daarnaast is er het jaarlijkse Bloemencorso Bollenstreek van Noordwijk naar Haarlem en het Rijnsburgs Bloe- mencorso. In 2007 werd het Bloemencorso Bollenstreek voor de zestigste keer gehouden.

Stand en duinen Noordwijk en Katwijk zijn karakteristieke badplaatsen met elk een eigen geschie- denis en identiteit en een hoge recreatiewaarde, mede door de ligging te midden van fraaie duingebieden. De gezellige boulevard van Katwijk, het mondaine Noordwijk en de duinen als ruggengraat bepalen hier het beeld. In Noordwijk zorgt het hoogwaardige aanbod aan (congres)hotels voor een mondaine en zake- lijke uitstraling van de badplaats. Aan de andere kant functioneert de badplaats 1 als een ‘gemiddelde’ toeristische dag- en verblijfsbestemming. Katwijk heeft als toeristische plaats veel te bieden voor gezinnen die de rust zoeken. Een echte fa- miliebadplaats waar de zondagrust nog in ere wordt gehouden.

Waterrecreatie Een deel van de Duin- en Bollenstreek (de gemeente Teylingen om precies te zijn) bevindt zich in het Hollands Plassengebied. Dit gebied bestaat uit een aaneen- schakeling van gevarieerde plassen te midden van de oer-Hollandse polders. De plassen zijn zeer geliefd bij de inwoners van de Randstad, maar zijn ook bijzonder in trek bij de toerist als afwisseling voor het verblijf aan zee of in één van de ste- den. De plassen bieden veel watersportmogelijkheden zoals zeilen, kanoën, roei- en, waterskiën en vissen of een rondvaart door dit Hollands Plassengebied. Er be- vinden zich in het gebied dan ook diverse verhuurbedrijven en jachthavens (zoals in , en Kaag). Ook de badplaatsen Noordwijk en Katwijk be- schikken over een jachthaven.

______1 Bron: Sociaal-economische visie Noordwijk aan Zee. Marktplan, 2006.

7

Toeristische attracties

Musea De regio telt diverse musea en exposities (14 in totaal). Voorbeelden zijn Pano- rama Tulipland in (waar op een groot canvasdoek de bloeiende bollen- velden geschilderd zijn), Space Expo in Noordwijk (waar vanalles over ruimtevaart is te zien en te beleven), Museum de Zwarte Tulp in Lisse (waar de bezoeker in een oude bollenschuur alles te weten komt over het ontstaan en de ontwikkeling van de bollencultuur), het Den Hartogh Ford Museum in Hillegom (dat beschikt over de grootste collectie Ford-automobielen ter wereld) en het Katwijk’s museum met schilderijen en streekgebonden bezienswaardigheden.

Cultuurhistorie De Duin- en Bollenstreek heeft uniek cultuurlandschap. Elementen uit de geschie- denis van de streek zijn nog overal terug te vinden in het landschap en de be- bouwing. Ruïnes, kastelen en buitenplaatsen, monumentale villa's en woonhuizen in de dorpskernen, industrieel erfgoed en agrarisch erfgoed, zoals boerderijen en bollenschuren. Behalve het unieke landschap vinden we in de Duin- en Bollen- streek een groot aantal cultuurhistorische nederzettingen zoals Het Hof van Hille- gom, ’t Sant in Katwijk, in Lisse ’t Huys Dever, Kasteel Keukenhof, Wassergeest en Ter Specke, Huize Offem en Calorama in Noordwijk en Leeuwenhorst, Oud- Leeuwenhorst en Dijkenburg in Noordwijkerhout. Daarnaast hebben Leiden en Haarlem de bezoeker aan de Duin- en Bollenstreek het nodige te bieden op het gebied van cultuurhistorie.

Theaters en bioscopen Ook theaters en bioscopen spelen een rol in het toeristisch verblijfsklimaat van een regio. Hierin heeft de Duin- en Bollenstreek de bezoeker niet veel te bieden. De regio heeft één theater (De Muze in Noordwijk), een klein filmtheater in Lisse (het Filmhuis) en een klein theater in Sassenheim (’t Onderdak). Katwijk beschikt wel over een cultureel centrum (Tripodia). Hoewel De Muze in Noordwijk in de zomermaanden en december als bioscoop opereert heeft de regio geen volwaardi- ge bioscoop. Voor deze voorzieningen is de bezoeker aan de Duin- en Bollenstreek aangewezen op Haarlem en Leiden die hierin wel het nodige te bieden hebben. Bioscopen, theaters en musea zijn voor toeristische regio’s belangrijk als slecht- weervoorziening. In dit opzicht hebben Leiden en Haarlem dus een complementai- re functie voor de Duin- en Bollenstreek.

Sport De regio juist wel goed voorzien van recreatieve sportvoorzieningen (zie figuur 2.1). Vooral het grote aantal maneges en golfbanen valt hierbij op. Daarnaast be- schikt de regio over twee kunstskibanen, drie bowling- of kegelbanen en zes zwembaden (in iedere gemeente één).

Naast de in de grafiek getoonde voorzieningen beschikt de regio over een aantal wellness- en beautycentra zoals Hotels van Oranje en Azzurro in Noordwijk. En tot slot bevindt zich net buiten de regio (in Wassenaar) attractiepark Duinrel.

8

Figuur 2.1: Recreatieve sportvoorzieningen (2007)

Leiden

Haarlem

Duin-en Bollenstreek Teylingen

Noordwijkerhout

Noordwijk

Lisse

Katwijk

Hillegom

0 2 4 6 8 10 12 Maneges Kunstskibanen Golfcourses Bowling-en kegelbanen Zwembaden

Bron: BSvL - Nederlandse Sport Almanak (NSA)

Horeca en verblijfsaccommodatie Het horeca-aanbod in de Duin- en Bollenstreek concentreert zich langs de kust. De regio biedt met 59 hotels en bijna 5.500 bedden veel overnachtingsmogelijk- heden. De Duin- en Bollenstreek telt hiermee zelfs twee keer zoveel hotels als Haarlem en Leiden samen. De hotels zijn sterk geconcentreerd in Noordwijk waar zich tweederde van de hotels in de Duin- en Bollenstreek bevindt. Een groot deel hiervan richt zich op de congressector en dus niet zozeer op de recreatieve be- zoeker. Eet- en drinkgelegenheden bevinden zich meer verspreid over de regio met Noordwijk en Katwijk als belangrijkste kernen. In de badplaatsen spelen de strandpaviljoens een belangrijke rol. In Noordwijk mag een beperkt aantal strandpaviljoens tegenwoordig hun deuren het hele jaar open houden. Ook in Katwijk mag vanaf 2011 een aantal exploitanten het hele jaar hun paviljoen laten staan.

Figuur 2.2: Horecavestigingen per gemeente (2009)

Teylingen

Noordwijkerhout

Noordwijk

Lisse

Katwijk

Hillegom

0 10 20 30 40 50 60 70 Hotels e.d. Vakantiehuisjes, appartementen e.d. Kampeerterreinen Restaurants, cafetaria’s e.d. Cafés

Bron: LISA, Bedrijfschap Horeca, bewerking Rabobank

Behalve hotels bevinden zich in de regio diverse andere overnachtingsmogelijkhe- den. Zo zijn er verschillende campings en vakantieparken. Ook deze zijn sterk ge- concentreerd in Noordwijk. Maar ook de gemeeente Teylingen (Warmond) heeft

9

met acht campings het nodige te bieden aan de kampeerder. Voor een volledig overzicht van de verblijfsvoorzieningen in de regio verwijzen we naar bijlage II.

Congrestoerisme In de regio vinden jaarlijks vele (internationale) congressen en bijeenkomsten plaats. Noordwijk is na Amsterdam de grootste congresplaats van Nederland. Met locaties als de Leeuwenhorst, Huis ter Duin en de Hotels van Oranje is de con- gresmarkt van groot belang voor de regio. Hoewel aan het congrestoerisme een zakelijk bezoekmotief ten grondslag ligt zullen bepaalde vrijetijdsvoorzieningen in de regio (zoals horecavoorzieningen, golfbanen en de Keukenhof) wel profiteren van deze bezoekers.

2.2 Ruimtegebruik In de Duin- en Bollenstreek is 6 procent van de grond in gebruik voor recreatie- doeleinden. Het gaat hier om parken en plantsoenen, sportterreinen, volkstuinen, terrein voor dagrecreatie en voor verblijfsrecreatie. In de Duin- en Bollenstreek is een relatief groot deel (bijna een kwart) van deze recreatiegrond in gebruik voor 2 dagrecreatie. De Duin- en Bollenstreek is hiermee binnen Nederland de regio met het grootste aandeel ruimte voor dagrecreatie! Met name Noordwijkerhout en Lis- se (met de Keukenhof) positioneren zich in dit opzicht sterk. De regio staat op de derde plaats als het gaat om ruimtegebruik voor verblijfsrecreatie. Bovendien be- schikt de Duin- en Bollenstreek over een groot areaal bos en natuur. Het gaat hier om 16 procent van de totale oppervlakte. Zeker binnen de provincie Zuid-Holland – waar slechts 6 procent van de grond uit bos en natuur bestaat – is dit fors en vervult de regio dus een belangrijke functie.

Figuur 2.3: Ruimtegebruik (2009) Figuur 2.4: Ruimtegebruik recreatie (2009)

Zuid-Holland Zuid-Holland

Nederland Nederland

Duin -en Bollenstreek Duin-en Bollenstreek

Teylingen Teylingen

Noordwijkerhout Noordwijkerhout

Noordwijk Noordwijk

Lisse Lisse

Katwijk Katwijk

Hillegom Hillegom

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0% 20% 40% 60% 80% 100% recreatie landbouw bos en natuur binnenwater park en plantsoen sportterrein volkstuin buitenwater verkeer bebouwd semi-bebouwd dagrecreatief terrein verblijfsrecreatie

Bron: CBS Bodemstatistiek

______2 Bestaande uit 53 BWS-regio’s

10

2.3 Toerisme als beleidsthema

Provincie Zuid-Holland

Recreatiebeleid In de periode tot 2018 komt er in de provincie Zuid-Holland vijftienduizend hecta- re nieuwe groengebieden bij. Tienduizend met het accent op natuur en vijfduizend met het accent op recreatie. Dit zijn gebieden die volledig zijn opengesteld en vrij en gratis toegankelijk zijn. In deze gebieden kan men onder andere fietsen, wan- delen en varen. De provincie streeft ernaar wandelpaden, fietspaden, waterrecre- atie, transferia, (inter)nationale topattracties, lokale bezienswaardigheden en re- creatieondernemingen onder te brengen in een samenhangende structuur. Zo wordt een recreatief netwerk van fiets- en wandelpaden en vaarwegen gereali- seerd.

Vrijetijdsbeleid Kinderdijk, Keukenhof, Wierickerschans en Brouwersdam zijn belangrijke toeristi- sche attracties in Zuid-Holland. De provincie heeft deze vier gebieden gekozen als speerpunten voor het vrijetijdsbeleid. De provincie wil deze toeristische trekpleis- ters ontwikkelen in samenhang met het omliggende gebied en haar karakteristie- ken en heeft daartoe het Uitvoeringsprogramma Vrijetijd 2011 opgesteld. Naast de ontwikkeling van Kinderdijk, Keukenhof, Wierickerschans en Brouwersdam sti- muleert de provincie de ontwikkeling van netwerken voor recreatie en toerisme. Daarvoor brengt de provincie diverse partijen uit de toeristisch-recreatieve sector met elkaar in contact. Zo kunnen diverse organisaties met elkaar hun belangen behartigen, regionale initiatieven realiseren en zorgen voor een samenhangend vrijetijdsaanbod. Om de doelen Uitvoeringsprogramma Vrijetijd 2011 te bereiken stelt de provincie subsidie beschikbaar.

Het tij gekeerd Op dit moment loopt bij de provincie Zuid-Holland het project “Het tij gekeerd”. Hiermee daagt de provincie ondernemers, maatschappelijke partners en burgers uit om Zuid-Holland aantrekkelijker te maken voor inwoners, bezoekers en (kennis)werkers uit binnen- en buitenland. De provincie zet als gebiedsregis- seur in op een gedeeld beeld over de kansen die echt gegrepen moeten worden in vier onderscheiden gebieden: het Stedelijk Mozaïek, het Groene Hart (Veen), de Delta en de Kust. Met water – het DNA van Zuid-Holland - als verbindende factor. De provincie organiseert sectoroverstijgende ontmoetingen tussen ondernemers, overheden, maatschappelijke organisaties en burgers. Deze bijeenkomsten dienen om in uitdagende samenwerkingsverbanden te bouwen aan nieuwe productmarkt- 3 combinaties.

Toeristisch beleid Holland Rijnland De Duin- en Bollenstreek maakt deel uit van Holland Rijnland. Holland Rijnland is een samenwerkingsverband van en voor vijftien gemeenten in het hart van de Randstad. Deze gemeenten werken vanuit een gezamenlijke strategische visie op de verdere ontwikkeling van de regio om de kwaliteit van wonen, werken, onder- nemen en recreëren van burgers, bedrijven en instellingen in het gebied te be- vorderen. Recreatie en toerisme is een van de vijf opgaven die aan de orde komt in de Economische Agenda van Holland Rijnland.

______3 Bron: Provincie Zuid-Holland

11

De ambitie van Holland Rijnland is om in te zetten op de groei van hoogwaardige werkgelegenheid. Dit betekent onder andere een inzet op de sector recreatie en de kwalitatieve ontwikkeling daarvan. Bij de ontwikkelingen voor de komende ja- ren gaat de Economische Agenda Holland Rijnland niet uit van grootschalige uit- breiding van verblijfsvoorzieningen in het lagere segment, maar van betere ver- bindingen in het recreatienetwerk, ontsluiting van vaarwegen en het stimuleren van het innovatieve en hoogwaardige congressegment. Voor de uitvoering van het toeristisch beleid uit de Economische Agenda van Holland Rijnland is het Uitvoe- ringsprogramma Toerisme van Holland Rijnland opgesteld. Dit programma sluit aan bij bestaande visies en projecten in de regio zoals de herstructurering van de Greenport, de structuurvisie van Noordwijk, het project Stad Kaag Braassem en 4 het toeristisch uitvoeringsprogramma Hollandse Plassen.

Het Uitvoeringsprogramma Toerisme van Holland Rijnland is opgesteld door de ambtenaren van de verschillende gemeenten maar is uiteindelijk op bestuurlijk niveau gesneuveld. Het programma is dus niet tot uitvoering gebracht. Deson- danks besteden we in deze rapportage aandacht aan het uitvoeringsprogramma aangezien het naar ons idee zeer interessante aanknopingspunten biedt om de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek verder te ontwikkelen.

Thema’s De Uitvoeringsagenda Toerisme is thematisch ingestoken. In de uitvoeringsagen- da wordt per thema de visie van Holland Rijnland uitgewerkt. Het gaat om de vol- gende thema’s: 1. Kust 2. Water (plassen en vaarwegen) 3. Agro 4. Bollen 5. Kunst & cultuur 6. Zakelijk- en congresbezoek 7. Combinatiebezoek

Kusttoerisme speelt zich af in Noordwijk en Katwijk. De gemeente Noordwijk heeft de ambitie een kwaliteitsimpuls te geven aan de badplaatsfunctie en het toeris- tisch volume te laten toenemen. Hiervoor wil de gemeente nieuwe doelgroepen aantrekken en meer spreiding door de week en het jaar realiseren. Aanleiding is de afname van het verblijfstoerisme. Katwijk profileert zich meer als rustige bad- plaats met kleinschalige accommodatie. Het toerisme in Katwijk kan een impuls krijgen door het organiseren van evenementen die aansluiten bij het profiel van de badplaats.

Watertoerisme in Holland Rijnland speelt zich af in het Hollandse Plassengebied en Leiden. De gemeente Leiden voert een actief watertoeristisch beleid. Tevens vindt afstemming op subregionaal niveau plaats. Binnen het project Stad Kaag Braas- sem hebben de gemeenten Leiden, , Teylingen en Jacobswoude zich verenigd om meer recreatie en toerisme in het Plassengebied mogelijk te maken. Het Plassengebied is echter nog relatief onbekend en de bezoekers komen vooral uit de directe omgeving. Hoe ver de mogelijkheden strekken, hangt ook af van de mogelijkheden en ontwikkelingen in de provincie Zuid-Holland. De provincie wil meer investeren in het watertoerisme en wil dit doen op basis van plannen uit de ______4 Bron: Economische Agenda Holland Rijnland

12 regio/subregio. Alle partijen zijn ervan overtuigd dat op een hoger schaalniveau dan Stad Kaag Braassem samengewerkt moet worden. Het hele Plassengebied zal betrokken worden en de oriëntaties naar buiten versterkt.

Agrotoerisme heeft in het Uitvoeringsprogramma betrekking op het veenweidege- bied (gemeenten Zoeterwoude, Alkemade en Teylingen). Meerdere partijen in de regio zijn in meer of mindere mate bezig met het stimuleren van agrotoerisme. Dit gebeurt echter niet in samenhang en op verschillende schaalniveaus. De ver- onderstelling is dat er meerwaarde zit in meer samenwerking op het schaalniveau van de drie gemeenten, mogelijk met aansluiting van het Groene Hart. Daarvoor is het nodig om beter inzicht te hebben in het aanbod van agrotoeristische activi- teiten en partijen die zich daarmee bezighouden en hun ambitie. Voor Holland Rijnland betekent dit dat het nodig is om proceswerk te verrichten voordat tot een uitgewerkt Uitvoeringsprogramma gekomen kan worden op dit thema.

Het anker voor de ontwikkeling van het bollentoerisme is de Keukenhof. Maar de Bollenstreek heeft meer toeristische potenties in handen zoals de drie kastelen (Dever, Teylingen en Keukenhof) en de bollenschuren. Het regionale bollenschu- renbeleid behelst het beschermen en herbestemmen van de bollenschuren. Er wordt bezien welke overnachtingsmogelijkheden en horeca te realiseren zijn. Om het bollentoerisme te ontwikkelen is verdere promotie nodig. De promotie dient gericht te zijn op specifieke doelgroepen waarbij in eerste instantie wordt gedacht aan de Nederlandse senioren- en gezinsmarkt.

Voor de ontwikkeling van het bollentoerisme is ook de ontwikkeling aan de kust van belang. Zowel in de combinatie ‘bollen- & congrestoerisme’ en ‘bollen- & kusttoerisme’ liggen volgens het uitvoeringsprogramma kansen. Bij verdere ont- wikkeling van het congrestoerisme, zoals Noordwijk en Leiden dat voorstaan, kan spin-off plaatsvinden naar de Bollenstreek. Hetzelfde geldt voor de ontwikkeling van het dag- en verblijfstoerisme aan de kust. In de combinatie Kunst & Cultuur en bollentoerisme liggen eveneens kansen. De genoemde projecten betekenen bovendien een aanvulling op de Greenportagenda (zie verderop in deze para- graaf).

In het Uitvoeringsprogramma wordt naar Kunst & Cultuur gekeken vanuit een toe- ristische (economische) invalshoek. De focus ligt op het aantrekken van meer be- zoekers. Holland Rijnland heeft een diversiteit aan kunst en cultuur, inclusief een rijke cultuurhistorie. Voorbeelden hiervan zijn landgoederen, binnenstad Leiden, de kern Warmond, kastelen, bollenlandschap, het veenweidelandschap met haar boerderijlinten, buitenplaatsen en molens, musea, de Limes (de grens van het Romeinse Rijk) en de keramische industrie en de pottenbakkerijen van Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest. Dit cultuurhistorisch bezit biedt kansen mits de ele- menten in samenhang worden gebracht. Uit de SWOT-analyse die op dit thema is uitgevoerd blijkt dat er meerdere ingrediënten zijn maar dat er niet op alle vlak- ken een (compleet) product is. Zo hangt kunst en cultuur sterk samen met de thema’s bollentoerisme en watertoerisme en kan het deze twee thema’s verster- ken. Bovendien kan door meer marketing en promotie op de kansen worden inge- speeld.

Het zakelijk toerisme in de regio concentreert zich in Noordwijk, Noordwijkerhout en Leiden. Noordwijk en Noordwijkerhout zijn na Amsterdam de tweede 'congres- stad' van Nederland voor internationale congressen. De gemeente Noordwijk am- bieert een groei van het zakelijk toerisme. Hiervoor is een op de markt afgestemd

13 aanbod van congres- en vergaderaccommodaties van belang, een goede bereik- baarheid, de mogelijkheid om een aantrekkelijk programma aan te bieden buiten het congresprogramma (bijv. culturele voorzieningen, partnerprogramma’s) en een goede promotie- en acquisitie. De provincie, het ZHBT en de gemeenten Lei- den, Noordwijk, Den Haag en Rotterdam voeren een driejarige pilot uit om Zuid- Holland als bestemming van het zakelijk toerisme te promoten. Elke stad heeft daarbij een eigen profiel. Leiden is gericht op wetenshap. Noordwijk heeft als as- set de kust en is gericht op ruimtevaart.

Kansrijke combinaties Bovendien is in de Uitvoeringsagenda Toerisme een overzicht opgenomen van verwachte kansrijke combinaties. Schematisch ziet met de volgens combinaties als kansrijk.

Kust Water (Plassen Agro Bollen Kunst & Congres & & Verbindingen) Cultuur Vergader Kust + + + Water (Plas- + + sen & Verbin- dingen) Agro + + Bollen Kunst & Cul- + tuur Congres & Vergader

Het Uitvoeringsprogramma geeft de volgende toelichting op de voorgestelde com- binaties:

Kust – Water Ondernemers in het Plassengebied verwachten een forse impuls aan het watertoe- risme in het Hollands Plassengebied als er een zeejachthaven aan de kust bij Noordwijk of Katwijk wordt gerealiseerd. Door meer promotie kan de relatie tus- sen het kustgebied en het Hollands Plassengebied worden versterkt. De Oude Rijn als verbindend element dien hierbij een duidelijke plek te krijgen.

Kust – Bollen Het bollenseizoen en het kustseizoen lopen niet parallel. Deze zo op het oog kans- rijke combinatie moet daarom wellicht met een zeker getemperd verwachtingspa- troon worden bezien. Bekend is echter ook dat de relatie tussen de kust en de bollen enkele jaren geleden intensiever was dan nu. Door promotie (vooral rich- ting de doelgroep senioren) kan het voorjaarstoerisme worden vergroot. Dan is het nodig dat er voldoende aantrekkelijke recreatieve routes en verbindingen zijn, met de nodige horeca. Ook de spreiding van verblijfsaccommodaties in de kust- streek en het bollengebied is een onderwerp dat uitwerking verdient. Het verblijf vindt nu vooral plaats in de kuststreek, terwijl voor de beleving van het Hollands Landschap en het langer vasthouden van de toerist in de Bollenstreek het van be- lang is om afdoende karakteristieke overnachtingsmogelijkheden te hebben (kleinschalig). Dit onderwerp wordt uitgewerkt in het kader van het bollentoeris- me. Om deze thema’s in combinatie goed tot hun recht te laten komen, is overleg nodig.

14

Kust – Kunst & Cultuur Om de stad Leiden en kust ‘dichter bij elkaar te brengen’ is het belangrijk om de bekendheid van Leiden bij de Kusttoerist te promoten. Het kan een aantrekkelijke optie zijn als ‘slecht-weer-activiteit’. De Museumgroep Leiden en Duinrell hebben onlangs een partnership afgesloten waarbij de musea in Leiden worden gepromoot bij gasten van Duinrell. Mogelijk dat dergelijke promotie ook bij andere grotere hotels uitgevoerd kan worden. Daarnaast kan Leiden kusttoeristen trekken door in het voorjaar en de zomermaanden evenementen te organiseren. (opvolging Rem- brandtjaar). De kustbezoeker kan ook verleid worden bezoeken te brengen aan het veenweidgebied met haar brede cultuurhistorische aanbod. Op deze wijze kunnen aantrekkelijke meerdaagse kustarrangementen worden aangeboden.

Agrotoerisme & Kunst & Cultuur Er zijn tal van koppelingen tussen Agrotoerisme en Kunst & Cultuur te bedenken. Bijvoorbeeld tentoonstellingen van de Leidse landschapsschilders (Leidse School) in combinatie met excursies of workshops bij de boer.

Water – Bollen Alleen kleinere boten kunnen varen in de bollenstreek. In het rapport ‘Fysieke verbindingen’ worden enkele concrete suggesties gedaan voor kanoroutes.

Water - Kunst & Cultuur Dit thema is al vrij goed ontwikkeld. De stad Leiden krijgt veel bezoek (vooral in het weekend bij goed weer) vanuit het Hollandse Plassengebied. Het beleid van de gemeente Leiden is gericht op het Watertoerisme en de historische binnenstad trekt van zichzelf. Om Kunst & Cultuur meer te beleven vanuit het water kunnen cultuurhistorische elementen beter bereikbaar worden gemaakt vanuit het water. Tevens kan gedacht worden aan informeren van watertoeristen over cultuurhisto- rie. Hier zal onderzoek voor nodig zijn.

Water-Agrotoerisme Het Hollandse Plassengebied ligt tegen/in het veenweidegebied. Dit biedt tal van mogelijkheden om met de boot het gebied in te trekken en op bezoek te gaan bij de boer.

Bollen - Kunst & Cultuur De Hortus in Leiden en de Keukenhof hebben een inhoudelijke relatie met elkaar. Zeker ook gezien de tulpencultuur die in Leiden is ontstaan. Welke relaties er zijn tussen beide attracties en of deze versterkt kunnen worden, dient te worden be- zien. Daarnaast wordt verwacht dat promotie van de bollenstreek/Keukenhof in samenhang met de Kunst & Cultuur van stad Leiden kansrijk is op de groepen- markt.

Congres & Vergaderen - Kunst & Cultuur, Agrotoerisme en Bollentoerisme. De regio heeft er belang bij dat congresgangers de regio zo goed mogelijk leren kennen. Met als achterland de bollenstreek en de Kunst & Cultuur in vooral Leiden heeft de regio ook echt iets te bieden. Ook zijn goede combinaties te maken met het Agrotoerisme van het Veenweidegebied Door een goede informatievoorzienin- gen en het ontwikkelen van partnerprogramma’s kan dit worden bewerkstelligd. 5 Dit is ook positief voor terugkombezoek.

______5 Bron: Uitvoeringsagenda Toerisme 2006-2011. Holland Rijnland.

15

Gemeentelijk beleid Voor de gemeente Katwijk is in 2009 door ZKA Consultatens een toeristisch actie- plan opgesteld. Het doel van het actieplan is om het toerisme in Katwijk te be- houden en kwalitatief te versterken. Hierin ligt een rol voor zowel de gemeentelij- ke organisatie (beleid) als voor City marketing Katwijk (communicatie, promotie en organisatie). Om ervoor te zorgen dat Katwijk op korte én langere termijn kan blijven profiteren van het toerisme is volgens het rapport een duidelijke positione- ring gewenst. Daarbij moet het toerisme niet worden geïsoleerd, maar juist in verbinding worden gebracht met bijvoorbeeld de sierteelt, dat zowel economisch als toeristisch interessant kan zijn. Hiervoor is gericht en integraal beleid nodig om op passende locaties nieuwe ontwikkelingen te stimuleren. Dit is ook in het belang van de groeiende thuismarkt. Goede voorzieningen zorgen ervoor dat Kat- wijk een aangenaam en afwisselend woon- en verblijfsgebied blijft. Het actieplan is door de gemeente niet vertaald naar toeristisch beleid.

De gemeente Noordwijk heeft haar toeristisch beleid in een aantal documenten vastgelegd: De sociaal-economische visie Noordwijk aan Zee Nota (concept, 2007), Toeristisch Evenementenbeleid Noordwijk, Strandnota Noordwijk en de No- ta hotelbeleid gemeente Noordwijk 2010 – 2015. Op dit moment is in de gemeen- te Noordwijk nog geen sprake van integraal toeristisch beleid. Noordwijk geeft in haar strandnota aan geen tweede of Scheveningen te willen worden. Noordwijk wil een onderscheidende uitstraling die past bij haar karakter zowel in kwaliteit als in leefbaarheid. Noordwijk wil haar concurrentiepositie ten opzichte van andere badplaatsen verstevigen, zodat de (toeristische) bezoeker in de toe- komst nog bewuster kiest voor een bezoek aan Noordwijk.

De gemeente Noordwijkerhout heeft in 2007 de beleidsnota toerisme en recreatie vastgesteld. In deze beleidsnota geeft de gemeente haar visie op de sector en worden bijbehorende acties geformuleerd. De nota geeft onder andere aan dat de gemeente zich richt op 55-plussers, jonge gezinnen en rustzoekers. De gemeente geeft aan zich - in samenwerking met de regiogemeenten - te willen versterken met nieuwe wandelroutes in de Bollenstreek. De gemeente wil de promotie van toeristische voorzieningen verbeteren. Voor de samenwerking met het bedrijfsle- ven neemt de gemeente het initiatief om tot een platform te komen.

De gemeente Lisse heeft in 2003 het economische beleidsplan Lisse Vitaal vastge- steld. Het beleidsplan stelt vier strategische beleidsopgaven centraal. Een daarvan betreft het bieden van meer toegevoegde waarde van bollen- en kusttoerisme. De gemeente geeft in het beleidsplan aan het economisch toeristisch potentieel opti- maal te willen benutten door versterking van het toeristisch product en het fysiek clusteren en verbreden van toeristische activiteiten, gelieerd aan het bollen- cluster. Wat de status van dit beleidsplan anno 2010 is, is niet bekend.

De gemeente Hillegom heeft in 2008 met het rapport “Hillegom, meer dan bollen” de mogelijkheden voor dagtoerisme in de gemeente laten onderzoeken (door de Hogeschool InHolland). Volgens het onderzoek zijn er mogelijkheden om het dag- toerisme in de gemeente verder te ontwikkelen. Hiervoor zou door de gemeente aandacht moeten worden besteed aan bewegwijzering, communicatie en nieuwe toeristische producten en activiteiten. Daarnaast wijst het rapport op het belang van samenwerking met de gemeenten Lisse en Noordwijkerhout. In hoeverre de conclusies uit deze studie zijn vertaald naar gemeentelijk beleid is niet bekend.

16

De gemeente Teylingen heeft in 2007 een Visie op Recreatie en Toerisme in de gemeente vastgesteld. In de visie groeit het Kagerplassengebied de komende tien jaar uit tot een kwalitatief hoogwaardig en veelzijdig watersportgebied met eigen- tijdse voorzieningen. De aanwezige culturele attracties (De Ruïne van Teylingen en Panorama Tulipland) wil de gemeente ondersteunen bij het verder ontwikke- len. Daarnaast is het de bedoeling de bestaande evenementen naar een hoger ni- veau te tillen, ze beter op elkaar af te stemmen en nieuwe evenementen te initië- ren. Ook stimulatie van het bruisende culturele leven en meer aandacht voor het cultuurhistorische erfgoed horen hierbij. De gemeente wil gecombineerde arran- gementen met toeristische trekpleisters in de omliggende regio stimuleren. Om de recreatieve en toeristische mogelijkheden van Teylingen bekend te maken, gaat de gemeente meer aan promotie doen. Daarbij is de aandacht in eerste instantie gevestigd op het verbeteren van de naamsbekendheid.

De gemeenten Noordwijk, Katwijk en Lisse besteden extra aandacht aan hun toe- ristische promotie met behulp van een city marketeer/manager.

Greenport De Greenport Duin- en Bollenstreek is net als de andere vier Greenports in Neder- land door het Kabinet aangewezen om de economische kracht van de Nederlandse tuinbouw verder te vergroten. De Greenport Duin- en Bollenstreek onderscheidt zich van andere Greenports door de unieke combinatie van bloembollen, bloemen en planten en toerisme. De Greenport Duin- en Bollenstreek bestaat uit vijf economische clusters, die nauw met elkaar zijn verbonden en die elkaar versterken: - Bloemen, bollen, vaste planten - Handel en export - Veilingen - Toerisme en recreatie - Overig bedrijfsleven

De Stichting Bedrijfsleven Greenport Duin- en Bollenstreek is het aanspreekpunt vanuit de private sector voor de verschillende overheden. De activiteiten van de stichting zijn primair gericht op het waarborgen van een vitale economie in een vitaal landschap, rekening houdend met landschappelijke en cultuurhistorische waarden. Een vitale economie in een vitaal landschap, dat is de ambitie van Greenport Duin- en Bollenstreek.

Het landschap met de bloembollenvelden maakt de Greenport Duin- en Bollen- streek niet alleen tot een economisch rendabel productiegebied, maar ook tot een kleurrijk toeristisch gebied. Midden in de Randstad, met Schiphol, Leiden en Haar- lem binnen handbereik en toch genoeg rust en ruimte. Strand en duinen, bloemen en bollen, bossen en water met bovendien een karakteristiek en afwisselend land- schap van cultuurhistorische waarde. De Greenport Duin- en Bollenstreek ziet de volgende kansen om toerisme en re- creatie in de regio te versterken: - Ontwikkeling van kortverblijfs- en jaarrond toerisme; - Behoud van congrestoerisme; - Ontwikkeling van een toeristisch centrum bij de Keukenhof; - Behoud en versterking van het karakteristieke bollenlandschap; - Ontwikkeling van een aantrekkelijk open landschap door het verwijderen en uitplaatsen van ontsierende elementen uit het landschap (kassen, leegstaande loodsen);

17

- Herstel van karakteristieke landschapselementen; - Uitbreiding van het recreatief routenetwerk voor fietsen, wandelen en varen; - Uitbreiding van agrotoerisme, excursies naar bollenbedrijven, alternatieve lo- 6 giesvormen.

Greenport Ontwikkelingsmaatschappij (GOM) De Duin- en Bollenstreek staat voor een omvangrijke economische en landschap- pelijke vitaliseringsopgave. Om deze opgave voortvarend ter hand te nemen, hebben de greenportgemeenten de Greenport Ontwikkelingsmaatschappij (GOM) opgericht. Vanwege het belang van een wettelijk bindend planologisch kader waar binnen de GOM kan opereren, is een Intergemeentelijke Structuurvisie Greenport (ISG) opgesteld voor de Duin- en Bollenstreek. De ISG kan worden gezien als een deeluitwerking van de Regionale StructuurVisie (RSV), die het intergemeentelijke samenwerkingsverband Holland Rijnland begin 2009 vaststelde.

2.4 Plannen en ontwikkelingen in de regio Een van de projecten die het toerisme in de regio meer op de kaart moet zetten is het project Blueport . Het idee van Blueport is dat Zuid-Holland van de Kagerplas- sen tot de Nieuwkoopse plassen een 'Blueport' moet worden, naar het voorbeeld van de Greenports voor de tuinbouw. Er is al veel bedrijvigheid in de waterrecrea- tie zoals jachthavens, botenbouwers en restaurants aan het water. Door het ver- sterken van dat cluster kan de economie een flinke steun in de rug krijgen.

Daarnaast zijn er plannen voor een zeejachthaven in Katwijk. Volgens de werk- groep Zeehaven Katwijk kan de komst van een zeehaven het toerisme in Katwijk en de regio positief ondersteunen. De regio heeft een sterke band met water. De Oude Rijn loopt als een as door het landschap van Katwijk naar Bodegraven, met verbindingen naar onder meer De Kaag, Braassemermeer en Westeinderplassen. Watersport is een economische drijver van regionaal belang en daar kan Katwijk volgens de werkgroep van profiteren. Er liggen kansen voor de horeca en de wa- tersport maar ook voor de duurzame visserij. Activiteiten die gewaardeerd worden door toeristen. Het is de kunst om de zeehaven zo te ontwikkelen dat het een lo- gisch onderdeel is van Katwijk en het landschap. Een zeehaven zal voor een be- 7 drijvigheid zorgen die past bij Katwijk.

In november 2010 is in Noordwijkerhout Golfbaan Tespelduyn geopend. Het Tespelduyn Training Centre en de vier par 3 holes in de Parktuin zijn in gebruik genomen. In het voorjaar van 2011 wordt de 9-holes golfbaan geopend. Deze Bloembollenbaan is een uitdagende NGF B-statusbaan in het hart van de Bollen- streek met een totale baanlengte van 1825 meter. Deze Bloembollenbaan biedt uitzicht over een groot deel van de Bollenstreek. Die speciale uitstraling van Golf- baan Tespelduyn wordt versterkt door de samensmelting met de ecologische ver- bindingszone tussen de duinen en Keukenhof. Daarnaast wordt begin 2011 in Noordwijkerhout een grote indoorspeeltuin geopend KidsZoo genaamd.

De watertoren in Hillegom-Lisse krijgt een nieuwe bestemming. Op de bestaande watertoren wordt een panoramische opbouw geplaatst waardoor er totaal 14 eta- ges ontstaan. De toren krijgt zowel extern als intern een industriële look. De be- gane grond en entresol zullen dienst gaan doen als bezoekerscentrum voor de Bollenstreek. De ‘steel’ zal dienst gaan doen als kantoorlocatie en als multifuncti-

______6 Bron: greenportduinenbollenstreek.nl 7 Bron: Werkgroep Zeehaven Katwijk (www.havenloos.nu)

18

onele vergader- en congresruimte. De vergaderruimte zal ook ter beschikking staan voor regionaal actieve ondernemingen, verenigingen en andere organisa- ties. Drie lagen ‘in de bak en in de kop’ komen beschikbaar voor horeca- activiteiten. Op de twee bovenste lagen komen ruimten met panoramisch uit- 8 zicht.

Ten slotte is er enige tijd sprake geweest van de bouw van een 55 meter hoog reuzenrad bij de Keukenhof. In oktober 2010 is echter een streep gezet door deze plannen. De draaiende uitkijkpost over de bloeiende bollenvelden is daarmee de- finitief van de baan.

______8 Bron: www.watertorenhillegom-lisse.nl

19

3 Ontwikkelingen in de sector

3.1 Inleiding Om de positie van de toeristische sector in de Duin- en Bollenstreek te versterken is het van belang inzicht te hebben in de trends en ontwikkelingen waarmee de sector te maken heeft. Het gaat hierbij zowel om economische en maatschappelij- ke ontwikkelingen als om algemene trends op het gebied van toeristische voorzie- ningen en vakantiegedrag. Daar waar relevant wordt in dit hoofdstuk onderscheid gemaakt naar binnenlands toerisme (vakantie van Nederlanders in eigen land) en inkomend toerisme (vakantie van buitenlanders in Nederland).

3.2 De Nederlandse vrijetijdssector In totaal waren er in 2009 492.000 personen werkzaam in de vrijetijdssector. Dit 9 is ruim 6 procent van de totale Nederlandse werkgelegenheid. In deze paragraaf laten we zien hoe het staat met de Nederlandse vrijetijdssector en de ontwikke- lingen die zich hier voordoen.

Vakantiegedrag Op vakantie gaan is een eerste levensbehoefte geworden waaraan meer geld wordt uitgegeven dan vroeger. Vier op de vijf Nederlanders gaat minimaal één keer per jaar op een korte vakantie en 60 procent onderneemt minimaal één keer per jaar een lange vakantie. Reisorganisatie Oad heeft het boekingsgedrag van Nederlandse vakantiegangers geanalyseerd en concludeerde dat er nauwelijks een relatie bestaat tussen de economische situatie en het vakantiegedrag. In tijden van economische recessie wordt er door Nederlanders nauwelijks op recreatie en toerisme bezuinigd. Recreatie en toerisme blijven populair en worden steeds meer gezien als een basisbehoefte. De consument let wel meer op prijs van de vakantie als het economisch slechter gaat. Verder blijkt een kwart van het Nederlandse huishoudbudget te worden uitgegeven aan vrijetijdsbesteding. Ook zijn de uitga- ven aan recreatiegoederen harder gestegen dan de totale uitgaven aan consump- tieve goederen. De toename van de uitgaven aan vrije tijd komt deels doordat 10 consumenten meer willen betalen voor een belevenis.

Binnenlands toerisme Uit cijfers van het ContinuVakantieOnderzoek blijkt dat in 2009 in totaal zo’n 18 miljoen vakanties door Nederlanders in eigen land zijn doorgebracht. Ten opzichte van 2008 betekent dit een stijging van 500.000 vakanties (+3 procent). De mees- te verblijfsectoren (hotels, bungalows en kamperen) lieten een groei zien. De economische recessie, die er toe leidde dat Nederlanders wat dichterbij huis ble- ven, vormt de belangrijkste verklaring voor de groei van het aantal binnenlandse vakanties. Maar ook het mooie voorjaars– en zomerweer en de extra promo- tie/publiciteit voor Nederland als vakantieland hebben aan de groei bijgedragen. De Noordzeebadplaatsen en de Veluwe en Veluwerand zijn evenals andere jaren het meest bezocht. De recessie heeft tot gevolg gehad dat men later boekt, dich- 11 ter bij huis blijft, korter op vakantie gaat en minder besteed op de bestemming.

______9 Bron: LISA. 10 Bron: De toekomst van toerisme, recreatie en vrije tijd. Kenniscentrum Recreatie, 2008. 11 Bron: TNS NIPO, november 2009.

20

Dagrecreatie De vrijetijdsbesteding van Nederlanders wordt gemonitord met twee grote onder- zoeken: het ContinuVrijeTijdsOnderzoek (CVTO) en het CBS Onderzoek Dagrecre- 12 atie. In deze paragraaf vermelden we de resultaten uit het CVTO. De meeste re- cente cijfers hebben betrekking op de periode 2006/2007. Uit het ContinuVrije- TijdsOnderzoek blijkt dat Nederlanders van april 2006 tot en met maart 2007 ruim 4 miljard vrijetijdsactiviteiten buiten de eigen woning hebben ondernomen. De participatie aan vrijetijdsactiviteiten was zelfs 99,3 procent. Kinderen (6-12 jaar) blijken verhoudingsgewijs veel vrijetijdsactiviteiten te ondernemen terwijl de 25-44 jarigen het minst actief zijn. De 65-74 jarigen zijn juist wel heel actief vanwege de grote hoeveelheid vrije tijd zij beschikbaar hebben.

Buitenrecreatie, zoals wandelen en fietsen, is met 980 miljoen activiteiten en een participatie van 88 procent de belangrijkste vrijetijdsactiviteit, gevolgd door re- creatief winkelen (710 miljoen activiteiten en een participatie van 91 procent). Van de vrijetijdsactiviteiten vindt 42 procent plaats binnen de eigen gemeente. In Zuid-Holland worden de meeste vrijetijdsactiviteiten ondernomen (20 procent), gevolgd door Noord-Holland (16 procent) en Noord-Brabant (15 procent). Volgens het CVTO wordt het meeste geld uitgegeven tijden het recreatief winkelen, ge- volgd door wellness, uitgaan en het bezoeken van evenementen. Bij actief sporten en recreëren zijn de kosten gemiddeld genomen laag.

Inkomend toerisme Volgens het NBTC bezochten in 2009 zo’n 9,9 miljoen buitenlandse toeristen ons land voor een vakantie of een zakelijk verblijf. Deze internationale verblijfsgasten hebben gezamenlijk 2,6 miljard euro uitgegeven in Nederland. Naast deze ver- blijfstoeristen komen nog eens enkele tientallen miljoenen buitenlanders (veelal Duitsers en Belgen) voor een dagtocht naar Nederland. Ruim 80% van de buiten- 13 landse toeristen, die Nederland bezoeken, komt uit Europa.

Op basis van analyses en doorrekeningen verwacht het NBTC dat het inkomend toerisme de komende jaren blijft groeien. Mede door de iets zwakkere economi- sche omstandigheden van de komende jaren gebeurt dit eerst nog met beperkte groeicijfers, maar vanaf 2012 mag door de aantrekkende wereldeconomie een ho- ger groeiniveau worden verwacht. In het kielzog van deze ontwikkeling zal het aantal buitenlandse verblijfsgasten dat Nederland bezoekt jaarlijks met 2 procent stijgen tot ruim 14 miljoen in 2020 (een totale groei van bijna 30 procent ten op- 14 zichte van 2007). Het NBTC verwacht dat de toeristische bestedingen van bui- 15 tenlanders in Nederland tot 2020 met ruim de helft zullen stijgen.

Zakelijke toerisme Buitenlanders bezoeken ons land niet alleen voor een stedentrip of vakantie, maar ook met een zakelijke reden. Van de 9,9 miljoen buitenlandse gasten die in 2009 in Nederland verbleven, overnachtte ruim 25 procent met een zakelijk motief in Nederland. In 2009 zijn dus 2,5 miljoen buitenlandse zakenreizigers in Nederland

______12 Bij beide onderzoeken blijven het bezoek aan familie, vrienden, kennissen en activiteiten onder- nomen tijdens vakantie buiten beschouwing. De belangrijkste verschillen tussen de twee onderzoeken zitten in de enquêtemethode en de vraagstelling, de onderzoeksperiode en de tijdsduur van de activi- teiten buiten de eigen woning: een ondergrens van minimaal 1 uur versus minimaal 2 uur. 13 Bron: De buitenlandse tourist uitgelicht. Onderzoek Inkomend Toerisme 2009. NBTC, 2010. 14 Bron: Destinatie Holland. NBTC, 2010. 15 Bron: Destinatie Holland. NBTC, 2010.

21

verbleven. In 2006 lag dit percentage nog op 31 procent. Door het feit dat de za- kelijke reismarkt, en meer in het bijzonder de vergadermarkt, nog harder is ge- troffen door de economische recessie dan de toeristische reismarkt, is het aandeel 16 zakelijke verblijfsgasten vergeleken met drie jaar geleden behoorlijk gekrompen.

3.3 Trends en ontwikkelingen In deze paragraaf we een overzicht van maatschappelijke trends en ontwikkelin- gen die relevant zijn voor het functioneren en de mogelijkheden van de vrijetijds- sector.

Vergrijzing De Nederlandse bevolking groeit naar maximaal 17 miljoen inwoners in 2035, volgens de laatste CBS-prognoses. De sterkste groei vindt plaats in de Randstad; daar waar de druk op de recreatievoorzieningen nu al het grootst is. Het CBS verwacht dat de bevolking vanaf 2035 gaat afnemen in grootte. Maar ook op dit moment zijn er al verschillende regio’s in Nederland die te maken hebben met be- volkingskrimp. In 2002 was de provincie Limburg als eerste aan de beurt. Naast Limburg doet de bevolkingsafname zich voor in Groningen, Friesland en Zuid Hol- land. In de gebieden met de sterkste krimp zal het aantal inwoners over twintig jaar gedaald zijn met 10 procent en over veertig jaar met 20 procent of zelfs 25 procent.

Verder zal in 2040 bijna een kwart van de Nederlandse bevolking ouder zijn dan 65 jaar. Ouderen vormen daardoor een steeds grotere doelgroep voor recreatie. Deze doelgroep heeft relatief veel tijd en geld ter beschikking en ze dragen nu al flink bij (35 procent) aan de totale binnenlandse vakantiebestedingen. Senioren zijn daarnaast steeds langer gezond. Op jaarbasis geven zij 700 miljoen euro uit aan vakanties in eigen land. Ook zal door de vergrijzing sprake zijn van meer 17 spreiding van recreatieactiviteiten over de week en van vakanties over het jaar.

Ook internationaal speelt deze ontwikkeling. In 2020 zijn er naar verwachting we- reldwijd 1,8 miljard 50-plussers. Vanwege de snelle toename wordt deze groep vi- tale, kapitaalkrachtige ouderen een steeds belangrijkere doelgroep voor de toeris- tische industrie. De tijd en het geld die deze vijftigplussers beschikbaar hebben, zijn niet alleen van invloed op het aantal reizen dat zij maken, maar ook op de in- vulling ervan. Zo zijn aspecten als gezondheid, comfort, gemak en veiligheid be- 18 langrijke voorwaarden voor de te ondernemen reis.

Groei allochtonen Het aantal allochtonen in Nederland neemt de komende jaren verder toe. Ver- wacht wordt dat in 2030 een kwart van de bevolking van allochtone herkomst is, nu is dat 19 procent. In de grote steden zal dit in 2010 voor meer dan de helft het geval zijn. Voor recreatie zijn de allochtonen dan ook een steeds belangrijkere doelgroep. De tweede generatie verschilt minder in het recreatiegedrag van de autochtone Nederlander dan de eerste generatie, maar er blijven wel verschillen. Parkbezoek is bijvoorbeeld erg populair onder allochtonen, bosbezoek juist niet. Allochtonen wandelen over het algemeen veel in de eigen woonomgeving, maar

______16 Bron: M&C Scan 2010. NederlandsBureau voorToerisme & Congressen, 2010. 17 Bron: De toekomst van toerisme, recreatie en vrije tijd. Kenniscentrum Recreatie, november 2008. 18 Bron: Destinatie Holland. NBTC, 2010.

22

fietsen doen ze weinig. Hoe het toekomstig recreatiegedrag van allochtonen eruit 19 zal zien, is lastig te voorspellen.

Versnelling van het vrijetijdsgedrag De recreant is de laatste decennia kritischer en veeleisender geworden. Ook is de recreatievraag diverser geworden. De behoefte aan comfort en luxe neemt toe maar dat geldt ook voor de behoefte aan eenvoud. De ene recreant zoekt het avontuur, de ander juist de rust. Kortom: de ene consument is de andere niet. Het landschap ontwikkelt zich hierdoor tot een recreatielandschap dat de grond- slag is van vele interpretaties door vele soorten recreanten die allemaal hun eigen verhaal hebben of willen hebben over dat landschap. Kwaliteit, variatie, recreatie op maat en vernieuwing zullen steeds belangrijker worden.

Ook is het aantal vrijetijdsactiviteiten waarin de gemiddelde Nederlander partici- peert de afgelopen decennia gestegen terwijl de gemiddeld bestede tijd per vrije- tijdsactiviteit daalt. Recreanten zappen van de ene beleving naar de andere. De ene hype is nog niet uitgewerkt of de volgende dient zich al aan. Ook in het va- kantiegedrag is deze versnelling zichtbaar. Nederlanders gaan vaker per jaar op vakantie. Het zomerseizoen is niet de enige vakantieperiode in het jaar meer. De extra vakanties door de rest van het jaar worden spontaan en impulsief en niet 20 lang van te voren geregeld.

Duurzaam toerisme Wereldwijd veroorzaakt toerisme 9 procent van de uitstoot van kooldioxide (CO2). Ook veroorzaakt de sector problemen over de hele wereld met afval, water, ener- gie, natuur, landrecht en arbeidsomstandigheden. De overheid roept Nederlandse vakantiegangers op om ook op vakantie rekening te houden met het milieu, de natuur en sociale omstandigheden. Daarnaast is de toeristische sector zelf ver- antwoordelijk om haar aanbod te vernieuwen en duurzamer te maken. De Rijks- overheid ondersteunt hiervoor een aantal initiatieven van de sector zoals de Eden Awards (een prijs voor de duurzaamste toeristische bestemming van Nederland), Duurzame hotels (waarbij hotels zich kunnen aansluiten bij het milieukeurmerk Green Key) en Bewust op Reis (waarbij de reissector, gesteund door het ministe- rie van EZ, een consumentenlabel ontwikkelt voor milieuvriendelijk vervoer, ver- 21 blijf en vermaak in toerisme).

Specifiek ten aanzien van plattelandsrecreatie besteedt de rijksoverheid aandacht aan duurzaam toerisme in de Agenda Vitaal Platteland. De hoofdlijnen voor het Nederlandse plattelandsbeleid staan in deze AVP. Deze agenda is in 2004 in sa- menhang met de Nota Ruimte opgesteld. In de Agenda voor een Vitaal Platteland wordt gesteld dat recreatieve toegankelijkheid van het platteland, ook vanuit de stad, bijdraagt aan het toeristisch-recreatief product van Nederland. Ook draagt het bij aan de gezondheid en sportmogelijkheden. Dit schept kansen voor toeris- 22 tisch-recreatieve ondernemers.

Opkomende economieën De internationale reismarkt – en daarmee het inkomend toerisme van Nederland – staat niet op zich, maar wordt beïnvloed door een groot aantal factoren. Er be-

______19 Bron: De toekomst van toerisme, recreatie en vrije tijd. Kenniscentrum Recreatie, november 2008. 20 Bron: De toekomst van toerisme, recreatie en vrije tijd. Kenniscentrum Recreatie, november 2008. 21 Bron: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/toerisme/duurzaam-toerisme 22 Bron: www.rijksoverheid.nl

23

staat een sterk verband tussen welvaart en internationaal reisgedrag. De stijgen- de welvaart maakt reizen bereikbaar voor grote groepen van de wereldbevolking. In de afgelopen decennia zijn de economische groei en daarmee de toename van het toerisme voornamelijk mogelijk gemaakt door de gunstige ontwikkeling van de Europese en Amerikaanse economie. De laatste jaren is sprake van een aantal nieuwe opkomende markten als delen van Azië en Latijns-Amerika en Rusland. Vooral voor China en India wordt voor de komende jaren een sterk groeiende va- kantieparticipatie verwacht. In de meer ontwikkelde reismarkten in Europa en Amerika neemt de vakantieparticipatie niet of nauwelijks meer toe en uit de groei van de economie zich vooral in een toename van het aantal reizen, vooral korte trips, per reiziger.

De langjarige verwachting van de World Tourism Organization (UNWTO) gaat uit van een groei van 3,1 procent per jaar in Europa tot 2020. De analyses en door- rekeningen laten zien dat de groei van het internationale toerisme naar Neder- land, vergeleken met concurrerende landen in Noordwest-Europa, lager uitvalt. Oorzaken hiervan zijn de minder gunstige economische verwachtingen in landen waar Nederland relatief sterk van afhankelijk is, de krapte op de Amsterdamse 23 hotelmarkt en de relatief hoge kosten om op Schiphol te vliegen.

Zakelijk toerisme Het NBTC verwacht dat de globalisering, het ontstaan van nieuwe handelsrelaties en de toenemende mobiliteit van doelgroepen zal leiden tot verdere interessante ontwikkelingen voor de internationale congres- en vergadermarkt. Het NBTC ver- wacht dat het aantal internationale congressen dat wereldwijd georganiseerd wordt voorlopig door zal blijven groeien doordat, naast de van oudsher grote en brede congressen, meer kleinere, regionale en/of gespecialiseerde congressen ontstaan. Bovendien geven ze aan dat waar een terugtredende (nationale) over- heid ruimte laat vallen, er plaats is voor verenigingen die voor hun ledenbelangen opkomen. Direct en persoonlijk overleg is en blijft dus essentieel. Bovendien is er behoefte aan congresbestemmingen die inspelen op de wensen en behoeften van pan-Europese associaties. Nederland is van oudsher een ‘verenigingsmarkt’, op zowel wetenschappelijk als branchetechnisch gebied. Dit biedt kansen.

Voor de vergadermarkt verwacht het NBTC dat Nederland een sterk merk zal blij- ven, ook als vestigingsplaats voor internationale ondernemingen. Deskundige fa- cilitaire ondersteuning door de Nederlandse meetingbranche blijft onmisbaar voor deze doelgroep. Speciaal voor duurzaam gastheerschap zijn er kansen met be- 24 trekking tot bijvoorbeeld klimaatneutraal vergaderen. NH Leeuwenhorst is hier een voorbeeld van en past “duurzaam ondernemen” in de hele bedrijfsvoering toe.

______23 Bron: Destinatie Holland. NBTC, 2010. 24 Bron: M&C Scan 2009. NederlandsBureau voorToerisme & Congressen, Augustus 2009.

24

4 Economische positie vrijetijdssector Duin- en Bollenstreek

4.1 Inleiding In dit hoofdstuk laten we zien wat het economisch belang is van de vrijetijdssec- tor in de Duin- en Bollenstreek. Dit doen we langs drie peilers: vestigingen en werkgelegenheid (sectorstructuur), consumentenbestedingen en secundaire eco- nomische effecten (zakelijke bestedingen). Langs deze peilers kunnen in de toe- komst de effecten van vernieuwd beleid, het strategisch marketingplan of concre- te vervolgacties, worden gemonitord. We moeten hierbij opmerken dat het eco- nomisch belang van de vrijetijdssector deels voortkomt uit congresbezoek. Welk aandeel de congressector heeft in de totale vrijetijdssector is niet bekend.

4.2 Sectorstructuur Deze paragraaf brengt de sectorstructuur van de Duin- en Bollenstreek op basis van aantal vestigingen en werkgelegenheid in beeld. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt welke positie de vrijetijdssector in dit opzicht heeft, zowel ten opzichte van andere sectoren in de Duin- en Bollenstreek als ten opzichte van de vrijetijds- sector in de rest van Nederland. Naast de huidige stand van het aantal vestigin- gen en de werkgelegenheid wordt ook gekeken naar de ontwikkelingen van de af- gelopen jaren.

Vestigingen en werkgelegenheid In de Duin- en Bollenstreek zijn bijna 4.400 personen werkzaam in de vrijetijds- sector. Bijna de helft hiervan is werkzaam bij eet- en drinkgelegenheden en een derde bij logiesaccommodaties. Noordwijk is de belangrijkste werkverschaffer in deze sector: 40 procent van de banen in de vrijetijdssector bevindt zich in deze gemeente.

Figuur 4.1: Banen vrijetijdssector per gemeen- Figuur 4.2: Ontwikkeling werkgelegenheid vrije- te (2009) tijdssector Duin- en Bollenstreek, Zuid-Holland en Nederland (2000=100)

Leiden 120

Haarlem 115

110

DBS 105 Teylingen 100 Noordwijkerhout 95 Noordwijk

Katwijk 90

Lisse 85

Hillegom 80

0 500 1000 1500 2000 2500 3000 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 Logies Maaltiijd - en drankverstrekking Cultuur & overige recreatie Sport Duin- en Bollenstreek Zuid-Holland Nederland

Bron: LISA Bron: LISA

Tussen 2000 en 2009 is de werkgelegenheid in de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek per saldo stabiel gebleven. In Nederland als geheel is de werkgele- genheid in deze sector de afgelopen 10 jaar juist met bijna 20 procent gestegen. In de provincie Zuid-Holland groeide de werkgelegenheid in de vrijetijdssector in deze periode met 12 procent. De ontwikkeling van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek is dus achter gebleven bij de landelijke ontwikkeling.

25

De belangrijkste branches binnen de vrijetijdssector zijn de ‘logies’ en ‘maaltijd- en drankverstrekking‘. De werkgelegenheid bij de maaltijd- en drankverstrekkers daalde in de eerst helft van het decennium met 12 procent maar heeft sindsdien weer een forse groei doorgemaakt. Per saldo groeide de werkgelegenheid in deze branche de afgelopen 10 jaar met 10 procent.

In de logiessector is de werkgelegenheid tussen 2001 en 2006 fors onderuit ge- gaan. In deze periode is ruim een op de vijf banen in deze sector verloren ge- gaan. De daling van de werkgelegenheid in de logiessector vindt zijn oorzaak vol- ledig in de logiehotspots van de Duin- en Bollenstreek namelijk Noordwijk en Noordwijkerhout. Nagenoeg alle banen die in deze branche verloren zijn gegaan, bevonden zich in deze twee gemeenten. En het herstel verloopt moeizaam. De af- gelopen drie jaar is de werkgelegenheid met nog geen procent per jaar gegroeid.

Verblijfsaccommodatie Oost-Europese arbeiders In de Duin- en Bollenstreek zijn ruim 10.000 arbeiders uit Oost-Europa werkzaam. Deze arbeiders wonen veelal in verblijfsaccommodaties die voorheen een toeristische bestemming hadden. Met de huisvesting van deze arbeiders is de toeristische functie van deze accommodaties verloren gegaan en is de logiescapaciteit van de regio behoorlijk beperkt. Dit zou mogelijk een verklaring kunnen zijn voor de afgenomen werkgelegenheid in deze sector.

Ook de sociaal-economische visie van de gemeente Noordwijk (2007) geeft aan dat Noordwijk al vijf jaar marktaandeel verliest in vakanties aan de Noordzeekust. Het aantal overnachtingen daalde in Noordwijk met 20% terwijl het aantal over- nachtingen aan de Noordzeekust als geheel in dezelfde periode met 8% steeg! Hierdoor halveerde het marktaandeel van Noordwijk in de overnachtingen aan de Noordzeekust.

Positie Duin- en Bollenstreek in toeristisch Nederland We kunnen de positie van de Duin- en Bollenstreek als toeristische regio vergelij- ken met andere Nederlandse regio’s door te kijken naar het aandeel van de vrije- tijdssector in de totale werkgelegenheid. De regio bevindt zich dan in de midden- moot. Van het totale aantal banen in de Duin- en Bollenstreek bevindt 6,7 procent zich in de vrijetijdssector. Dit is iets meer dan het landelijke aandeel dat op 6,1 procent ligt. Regio’s met een vergelijkbaar toeristisch werkgelegenheidsaandeel zijn de Kop van Noord-Holland, Zuidoost-Drenthe en het Gooi.

Wat opvalt, is dat het werkgelegenheidsaandeel van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek de afgelopen 10 jaar is gedaald (van 7,1 naar 6,7 procent). Terwijl het belang van de sector in de totale Nederlandse werkgelegenheid in deze periode juist groeide (van 5,7 naar 6,1 procent). Het belang van de vrijetijdssec- tor in de regio verliest dus terrein.

Figuur 4.3 laat het werkgelegenheidsbelang van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek en andere toeristische regio’s in Nederland zien. In de stedelijke ge- bieden is de vrijetijdssector vaak het sterkst vertegenwoordigd. Maar ook regio’s als Zuid-Limburg en Zuidwest-Friesland (de Friese meren) hebben een relatief grote vrijetijdssector.

Figuur 4.3: Aandeel banen vrijetijdssector binnen totale werkgelegenheid (2009)

26

Nederland

Duin- en Bollenstreek

Twente

Achterhoek

Veluwe

Het Gooi en Vechtstreek

Zuid-Limburg

Zuidwest-Friesland

Agglomeratie Haarlem

Groot-Amsterdam

4,0% 5,0% 6,0% 7,0% 8,0% 9,0% 10,0%

Bron: LISA

Waarin de Duin- en Bollenstreek zich duidelijk onderscheidt van andere toeristi- sche regio’s is het belang van de horeca in de totale werkgelegenheid in de vrije- tijdssector. Van de totale werkgelegenheid in de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek bevindt ruim 80 procent zich in de horeca (logies en maaltijd- en drankverstrekkers). Alleen in de Zeeuwsche regio’s is het belang van de horeca binnen de totale werkgelegenheid in de vrijetijdssector groter.

4.3 Omzet vrijetijdssector Op basis van het cijfermateriaal uit verschillende bronnen kan een indicatie gege- ven worden van de omzet van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek. In 25 2009 bedroeg deze ruim € 261 miljoen . Hiervan komt een derde bij de hotels en andere logiesaccommodaties in de Duin- en Bollenstreek terecht. Een deel hiervan is te danken zijn aan het congresbezoek. Noordwijk is dan ook de motor van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek. Bijna de helft van de totale omzet komt in deze gemeente terecht.

______25 FTE per branche ingeschat op basis van FTE Horeca (Economische Thermometer) en aantal banen per branche (LISA). FTE per branche vermenigvuldigd met arbeidsproductiviteit per branche (BIR).

27

Figuur 4.4: Aandeel omzet vrijetijdssector per branche (2009)

Sport

Cultuur & overige recreatie

Maaltiijd-en drankverstrekking

Logies

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Duin-en Bollenstreek Nederland

Bron: Rabobank

Figuur 4.5: Aandeel omzet vrijetijdssector per gemeente (2009)

7% 4% 7%

9% Hillegom 24% Lisse Katwijk Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen

47%

Bron: Rabobank

4.4 Herkomst bestedingen vrijetijdssector Deze paragraaf laat zien waar het Nederlandse deel van de vrijetijdsbestedingen in de Duin- en Bollenstreek vandaan komt. Dit is gedaan met behulp van de Ra- bobank KoopstromenMonitor. Dit is een nieuw instrument waarbij met behulp van betaaltransacties de koopstromen van Nederlandse consumenten in beeld worden gebracht. De bestedingen van buitenlanders (buitenlandse bezoekers of in de Duin- en Bollenstreek woonachtige buitenlanders met een buitenlandse betaalre- kening) worden hier dus buiten beschouwing gelaten.

Concurrentiepositie Duin- en Bollenstreek Van de totale bestedingen in de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek is 56 procent van de eigen inwoners afkomstig en komt 44 procent van buiten de eigen regio (toevloeiing). Deze toevloeiing zal veelal voortkomen vanuit een recreatief (of zakelijk) motief. Om het belang van deze bestedingen in de Duin- en Bollen- streek in perspectief te plaatsen hebben we deze toevloeiing vergeleken met die

28 van andere toeristische regio’s. Het resultaat staat weergegeven in onderstaande grafiek. Hieruit blijkt dat de trekkracht die de Duin- en Bollenstreek heeft op Ne- derlandse bezoekers van buiten de eigen regio rond hetzelfde niveau ligt als die van de Veluwe. Alleen de toevloeiing in Zuidwest-Friesland (de Friese meren) is groter dan die in de Duin- en Bollenstreek.

Figuur 4.6: Toevloeiing Duin- en Bollenstreek en andere toe- ristische regio’s

Duin- en Bollenstreek

Twente

Veluwe

Het Gooi - en Vechtstreek

Zuidwest -Friesland

Groot -Amsterdam

Agglomeratie Haarlem

Achterhoek

Zuid -Limburg

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70%

Bron: Rabobank

Herkomst recreatieve bestedingen (toevloeiing) Maar waar komen deze toevloeiende bestedingen precies vandaan? Zijn ze vooral afkomstig van bezoekers uit de nabije omgeving? Of heeft de Duin- en Bollen- streek juist een grote trekkracht op bezoekers uit de rest van Nederland?

Regionale bestedingen In figuur 4.7 staat de herkomst van de bestedingen per corop-regio weergegeven. Het gaat hier om de verdeling van de bestedingen voor zover ze niet uit de eigen regio afkomstig zijn. Uit de figuur blijkt dat een groot deel van de toevloeiing uit de omliggende regio afkomstig is. In totaal komt ruim 45 procent van de toevloei- ing uit de rest van Zuid-Holland. Hierin hebben de regio Den Haag (met 20 pro- cent) en de regio Leiden (met 15 procent) een groot belang. Daarnaast is een groot deel van de toevloeiing (11 procent) afkomstig uit de regio Groot- Amsterdam. Voor de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek speelt de omlig- gende regio dus een zeer belangrijke rol. De bestedingen van deze bezoekers zul- len veel voortkomen uit dagrecreatie. Het belang hiervan mag niet worden onder- schat.

29

26 Figuur 4.7: Herkomst toevloeiing naar corop

Bron: Rabobank

De opdrachtgevers hebben aangegeven ook geïnteresseerd te zijn in een aantal specifieke gemeenten rondom de Duin- en Bollenstreek en de mate waarin zij ge- oriënteerd zijn op de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek. Figuur 4.8 geeft aan welk deel van de toevloeiing in de Duin- en Bollenstreek afkomstig is uit deze gemeenten. Ook hier gaat het om de omzet exclusief de bestedingen door de in- woners van de Duin- en Bollenstreek zelf. In dit gebied zijn Leiden en Amsterdam, gevolgd door Wassenaar, de belangrijkste herkomstgemeenten voor de vrijetijds- sector in de Duin- en Bollenstreek.

______26 Exclusief bestedingen door inwoners Duin- en Bollenstreek

30

27 Figuur 4.8: Herkomst toevloeiing Duin- en Bollenstreek

Wassenaar Leiderdorp Leiden Heemstede Haarlemmermeer Haarlem Amsterdam Amstelveen Alphen aan den Rijn

0% 1% 2% 3% 4% 5% 6% 7% 8% 9%

Bron: Rabobank

Landelijke bestedingen Buiten de Randstad heeft de Duin- en Bollenstreek de grootste trekkracht op be- zoekers uit de regio’s ten oosten van de Duin- en Bollenstreek. In volgorde van belang heeft de Duin- en Bollenstreek de grootste trekkracht op inwoners uit de regio’s Arnhem/Nijmegen, de Veluwe, Flevoland, Noord-Overijssel en Twente.

De indruk bestaat dat bij het bezoek van een kustregio een keuze wordt gemaakt op basis van nabijheid. Dat zien we ook terug in tabel 4.1 waarin de herkomst van de toevloeiing per provincie staat weergegeven. Buiten de Randstad is Gelderland veruit de belangrijkste herkomstprovincie (8,4 procent) gevolgd door Noord- Brabant (4,3 procent) en Overijssel (4 procent). Daarentegen trekt de Duin- en Bollenstreek nauwelijks bezoekers aan uit Groningen, Friesland en Zeeland. De inwoners van de Noordelijke provincies zullen meer op de Wadden, het Friese me- rengebied en de Duitse kust georiënteerd zijn en de Zeeuwen op hun eigen bad- plaatsen.

______27 Exclusief bestedingen door inwoners Duin- en Bollenstreek

31

28 Tabel 4.9: Herkomst toevloeiing naar provincie

Zuid -Holland (excl. D&BS) 46% Zeeland 1% Utrecht 5% Overijssel 4% Noord -Holland 22% Noord -Brabant 4% Limburg 3% Groningen 2% Gelderland 8% Friesland 1% Flevoland 2% Drenthe 2%

0% 10% 20% 30% 40% 50%

Bron: Rabobank

Regionale functie individuele gemeenten Om te beoordelen welke rol de individuele gemeenten vervullen als toeristische trekpleister hebben we de toevloeiing per gemeente weergegeven in figuur 10. In deze figuur zien we per gemeente welk deel van de totale bestedingen in de vrije- tijdssector in die gemeente van buiten de eigen gemeente afkomstig is (totale toevloeiing) en welk deel daarvan uit (een andere gemeenten in) de Duin- en Bol- lenstreek komt.

Noordwijk heeft – met een toevloeiing van 86 procent - de grootste trekkracht op bestedingen van buiten de eigen gemeente. De vrijetijdssector van Noordwijk heeft dus de grootste grensoverschrijdende functie. In Hillegom is deze functie juist het kleinst (met een toevloeiing van 28 procent).

Van de zes gemeenten heeft Lisse het meeste baat bij bestedingen van inwoners die elders in de Duin- en Bollenstreek wonen. Meer dan een kwart van de beste- dingen in de vrijetijdssector in Lisse is afkomstig van de inwoners van een van de andere vijf gemeenten in de Duin- en Bollenstreek. Lisse heeft dus de grootste regionale functie. Katwijk heeft juist de kleinste regionale functie en trekt nauwe- lijks bestedingen vanuit de eigen regio aan (6 procent).

Hierbij merken we nogmaals op dat het alleen gaat om de toevloeiing van Neder- landse consumenten. Toevloeiing afkomstig van buitenlanders zijn dus niet in de- ze cijfers opgenomen.

______28 Exclusief bestedingen door inwoners Duin- en Bollenstreek

32

Figuur 4.10: Toevloeiing vrijetijdssector per gemeente

Gemiddeld

Teylingen

Noordwijkerhout

Noordwijk

Lisse

Katwijk

Hillegom

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Toevloeiing totaal Waarvan toevloeiing uit D&BS

Bron: Rabobank

Overigens blijft gemiddeld 48 procent van de vrijetijdsbestedingen van de inwo- ners van de Duin- en Bollenstreek in de eigen gemeente. Dit komt exact overeen met de gemiddelde gemeentelijke binding in deze sector in Nederland.

4.5 Secundair belang Behalve de bestedingen die bij de vrijetijdssector zelf terecht komen, hebben ook andere bedrijven in de Duin- en Bollenstreek belang bij een goed functionerende vrijetijdssector. Dit belang zien we terug in de inkooprelaties die er tussen de verschillende sectoren binnen de regio bestaan. Dit secundair economisch effect kunnen we in beeld brengen op basis van analyse van financiële transacties tus- sen bedrijven in de Duin- en Bollenstreek. Uit deze analyse blijkt dat 64 procent van de zakelijke transacties door de vrijetijdssector plaatsvindt de eigen regio. Dit is iets meer dan de regionale inkoop van het totale bedrijfsleven in de Duin- en Bollenstreek waarvan 62 procent in de regio zelf wordt besteed. De bijdrage van de vrijetijdssector aan de zakelijke bestedingen in de regio is dus relatief groot. Sectoren in de Duin- en Bollenstreek die veel profijt hebben van de vrijetijdssec- tor zijn de landbouw (76 procent), de bouw (73 procent) en het onderwijs (75 procent). Een groot deel van de zakelijke bestedingen die de vrijetijdssector in deze sectoren doet, komt dus bij het bedrijfsleven in de eigen regio terecht. De vrijetijdsbedrijven die binnen hun eigen sector inkopen, doen die ook meestal in hun eigen regio (92 procent).

33

5 Kansen voor de vrijetijdssector In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de kansen om de economische posi- tie van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek (zoals geschetst in hoofd- stuk vier) te versterken. De geformuleerde kansen komen voort uit de informatie die tijdens het onderzoek is verzameld. Hierbij gaat het deels om harde informatie (zoals kwantitatieve analyses, trends & ontwikkelingen en beleidsstukken) maar ook de visie en mening van personen die actief zijn in deze sector is hierin ver- werkt. Voor een overzicht van de personen die hebben deelgenomen aan een in- terview verwijzen we naar bijlage I.

De elementen zijn er We hebben geconstateerd dat de verschillende partijen in de regio het over het algemeen eens zijn over het feit dat de Duin- en Bollenstreek als toeristische re- gio sterker gepositioneerd kan worden. Alle betrokkenen laten weten dat de ele- menten voor een sterk toeristisch product er zijn. De uitdaging zit vooral in het verbinden van de verschillende elementen (zowel inhoudelijk als regionaal) en dit als een geheel te presenteren en positioneren.

Het doel: meer omzet en meer werkgelegenheid Uit het onderzoek blijkt dat de werkgelegenheid in de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek zich de afgelopen jaren niet gunstig heeft ontwikkeld. Andere re- gio’s in Nederland hebben daarentegen niet stil gezeten. Hoewel het belang van de vrijetijdssector in de regionale werkgelegenheid nog steeds iets groter is dan gemiddeld in Nederland, verliest de sector wel terrein. Het belang van de vrije- tijdssector in de Duin- en Bollenstreek is de afgelopen jaren afgenomen terwijl het in andere regio’s juist is gegroeid. Het doel zou daarom moeten zijn om de eco- nomische positie van deze sector in het gebied te versterken. Dat wil zeggen: meer omzet en meer werkgelegenheid.

Focus op de doelgroep Om dit te realiseren zal de regio een visie moeten ontwikkelen op de toekomst van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek. In een dergelijke visie moeten de ambities worden vastgesteld en keuzes worden gemaakt voor de wijze waarop de regio deze wil realiseren. Zo is het raadzaam een keuze te maken voor een specifieke doelgroep. Vanuit de regio wordt vooral de potentie van gezinnen en senioren uit eigen land gezien. Deze keuze sluit goed aan bij de belangrijkste bouwstenen van het huidige vrije- tijdsproduct van de regio en het reeds aanwezige aanbod van vrijetijdsvoorzienin- gen (zoals de vele maneges en golfbanen). Bovendien zal de seniorenmarkt in de toekomst alleen maar verder groeien. Ouderen ondernemen jaarlijks meerdere, 29 vaak korte, vakanties in eigen land . Bovendien gaan ze niet alleen met hun partner op vakantie maar ook met kinderen en/of kleinkinderen. Een focus op se- nioren en gezinnen sluit daardoor goed op elkaar aan. De potentie die deze markt biedt, wordt nog niet optimaal benut door de Nederlandse consumentenbranches. Veel organisaties geven de voorkeur aan een ‘jong en hip imago’ terwijl het juist de seniorenmarkt is die groeit. Deze kans zou de Duin- en Bollenstreek niet onbe- nut moeten laten. Belangrijk is dat ook het bedrijfsleven handelt naar de doel- groepkeuze. Dit uit zich bijvoorbeeld in de kwaliteit van het toeristisch product en de dienstverlening die de bedrijven bieden.

______29 38% van de binnenlandse vakanties wordt door deze groep ondernomen (Bron: NBTC, 2010)

34

Behalve de focus op een bepaald type bezoeker is het raadzaam in eerste instan- tie op een bepaalde regio of landsdeel in te zetten (bijvoorbeeld in marketing en/of communicatie). Daarbij is het raadzaam in de eerste plaats te gaan voor die regio’s die op dit moment ook al een bepaalde oriëntatie op de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek hebben. Het gaat dan vooral om de omliggende regio (De Randstad) en de rest van Midden Nederland (Overijssel, Gelderland). Vanuit deze regio’s is er op dit moment een relatief grote belangstelling voor de Duin- en Bollenstreek. In deze regio’s zal de naamsbekendheid van de Duin- en Bollen- streek moeten worden vergroot en zal de Duin- en Bollenstreek zich dus goed moeten profileren.

Een sterke profilering De ambitie zou gericht moeten zijn op het verlengen van de verblijfsduur van be- staande bezoekers en het aantrekken van nieuwe bezoekers. Voor het verlengen van de verblijfsduur zal er verbinding moeten worden gelegd tussen de drie be- langrijkste bouwstenen van de regio (bollen, strand & duinen en waterrecreatie). Voor het aantrekken van nieuwe bezoekers zal de regio haar blik meer naar bui- ten moeten richten. Dit kan door meer aansluiting zoeken bij bestaande toeristi- sche hotspots buiten de regio (zoals Amsterdam, Haarlem en Leiden). Maar de re- gio kan ook zelfstandig “de toeristische kracht van de Duin- en Bollenstreek” ac- tief (bij de doelgroep) onder de aandacht brengen. In Nederland zijn verschillende voorbeelden van regio’s die zich de afgelopen jaren sterk op de kaart hebben ge- zet. Denk bijvoorbeeld aan Twente of de provincie Drenthe. In deze regio’s is sprake van een duidelijke profilering waarvoor een gerichte doelgroep- of seg- mentkeuze is gemaakt. Zolang andere toeristische regio’s in Nederland zich wel blijven ontwikkelen en daarmee hun marktpositie versterken zal dit ten koste gaan van de Duin- en Bollenstreek. Het onderzoek toont aan dat de economische positie van de vrijetijdssector in de regio het afgelopen decennium is verzwakt. Als de regio niets doet zal deze negatieve tendens zich voortzetten ten gunste van concurrerende regio’s. Als de regio zich wel duidelijk profileert en positioneert is de regio in staat marktaandeel terug te winnen.

Breng verbinding tot stand Ongeacht de strategische keuzes die worden gemaakt is het van belang de ver- binding tussen de belangrijkste toeristische bouwstenen van de streek te vergro- ten. De regio heeft immers alle ingrediënten voor een sterke toeristische regio: een mooi en volledig vrijetijdsproduct, veel fysieke ruimte om te recreëren, een strategische ligging en bovendien heeft de regio de beschikking over alle onder- steunende faciliteiten. Daarnaast zorgt de congressector jaarlijks voor veel be- zoekers waar de vrijetijdssector in de hele regio zijn voordeel mee kan doen. Op dit moment functioneren de badplaatsen, de Bollenstreek en het plassengebied echter voor een groot deel los van elkaar. Het beleid van de zes gemeenten is hoofdzakelijk gericht op het versterken van de eigen vrijetijdssector zonder daar- bij aan te haken op de kansen die de regio als geheel biedt. De gemeenten zullen zich moeten realiseren dat bij een sterke positionering van de Duin- en Bollen- streek het geheel groter kan zijn dan de som der delen. De zes gemeenten in de regio (en de bijbehorende bouwstenen) kunnen veel meer van elkaar profiteren dan dat op dit moment het geval is.

Zo trekt Lisse met de Keukenhof jaarlijks bijna een miljoen bezoekers. Deze be- zoekers zouden verleid moeten worden om meer van de regio te zien. Hetzelfde geldt voor de strandtoeristen die zomers Noordwijk of Katwijk bezoeken en de watersporters die het Plassengebied bezoeken. Daarnaast kan de regio meer pro-

35 fiteren van de omliggende historische steden. Vooral Leiden biedt hierin kansen. Bovendien is ook vanuit Leiden zelf belangstelling voor een grotere aansluiting bij de Duin- en Bollenstreek. De meeste bezoekers van Leiden zullen hier waarschijn- lijk geen dagen hoeven door te brengen. Een combinatiebezoek met de Duin- en Bollenstreek (met veel natuur als aanvulling op de stedelijke cultuur) ligt dan voor de hand. Bovendien draagt dit bij aan de mogelijkheden om het seizoen in de Duin- en Bollenstreek te verlengen. In de Duin- en Bollenstreek ligt op dit moment immers nog sterk de nadruk op het voorjaar (Bollenstreek) en de zomer (strand & duinen en waterrecreatie) terwijl steden ook ’s winters in trek zijn. De Duin- en Bollenstreek zal zelf dan ook voor een passend aanbod buiten het hoog- seizoen moeten zorgen. Dit kan door de openstelling van de strandpaviljoens en aandacht voor de attracties in de regio die een belangrijke rol vervullen als slechtweervoorziening (zoals musea, wellness, KidsZoo et cetera).

Bij het stimuleren van combinatiebezoek zul je altijd je doelgroep scherp voor ogen moeten houden. De combinatiemogelijkheden die je onder de aandacht brengt moeten aansluiten bij de specifieke behoeften van je doelgroep. Het Uit- voeringsprogramma Toerisme van Holland Rijnland doet een aantal zeer interes- sante voorstellen om tot verbinding van toeristisch product in de Duin- en Bollen- streek te komen. Hoewel dit programma niet is uitgevoerd biedt het wel goede aanknopingspunten om vanuit de Duin- en Bollenstreek op voort te borduren. Een en ander zou moeten worden vastgelegd in een regionaal vrijetijdsbeleid voor de Duin- en Bollenstreek.

Naar een regionaal vrijetijdsbeleid Op dit moment hebben alle gemeenten hun eigen toeristisch beleid of toeristische actiepunten geformuleerd. Uit deze beleidsstukken blijkt dat ze allemaal hun ei- gen kernpunten hebben. Deze kernpunten blijken sterk complementair aan elkaar te zijn. Natuurlijk hebben alle gemeenten horeca- en verblijfsvoorzieningen die ze willen laten floreren. Maar daarnaast hebben ze juist ook alle zes iets unieks te bieden. Deze unieke kernpunten zouden beoordeeld moeten worden op hun rele- vantie voor de regionale doelgroep om hier vervolgens regionaal beleid op te ont- wikkelen. In het regionaal vrijetijdsbeleid is het van belang de eigen - aan elkaar complementaire - kernpunten te benoemen en te behouden. Het regionaal vrije- tijdsbeleid is gericht op onderdelen van het vrijetijdsaanbod van de zes gemeen- ten waarmee je de kernwaarden verbindt en uiteindelijk de economische positie van de totale sector in de regio versterkt.

Om tot een regionaal vrijetijdsbeleid te komen zal een aantal partijen met elkaar moeten gaan samenwerken. Het gaat dan in de eerste plaats om de zes gemeen- ten in de Duin- en Bollenstreek. Daarnaast spelen Holland Rijnland, de Greenport, de provincie, de VVV’s en Stichting Beleef de Bollenstreek een rol. Om een con- structieve samenwerking tot stand te brengen is het belangrijk dat één partij hier- in het voortouw neemt. Dit begint met het nemen van de eerste initiatieven tot overleg om vervolgens te komen tot concrete afspraken en uitvoering daarvan. De ‘spin in het web’ zal moeten toezien op de voortgang en ervoor moeten zorgen dat de samenwerking structureel en op een professionele en constructieve wijze plaatsvindt. Het is cruciaal dat alle betrokkenen het belang van samenwerking in- zien en commitment tonen aan een gezamenlijke strategische visie. Er zal één duidelijke lijn moeten worden uitgezet waaraan alle betrokken partijen zich com- mitteren. Bovendien zal bij de uitwerking de vrijetijdssector zelf (het bedrijfsle- ven) actief betrokken moeten worden.

36

Communicatie als middel (en niet als doel) Bij Stichting Beleef de Bollenstreek leven veel ideeën omtrent de communicatie van de regio als toeristische entiteit. Het logo van de stichting wil men in de toe- komst zo breed mogelijk inzetten. De stichting heeft hierover veel ideeën. Zo hoopt men dat ze in de toekomst kunnen rekenen op meer stakeholders die zich willen verbinden aan de stichting en in hun communicatie-uitingen ook het logo van de stichting zullen gebruiken. Daarnaast pleit de stichting voor een toegangs- bord “Welkom in de Duin- en Bollenstreek” op de plaatsen waar bezoekers de re- gio in komen. Verder ziet men veel mogelijkheden om de activiteiten in de streek gezamenlijk onder de aandacht te brengen zoals met een communicatiekalender en een kaart waarop te zien is wat er allemaal in de streek te doen is voor toeris- ten. Hierbij speelt de bestaande website van de stichting een grote rol. De websi- te zou volgens de stichting uiteindelijk een totaaloverzicht moeten bieden van het toeristisch aanbod in de Duin- en Bollenstreek. Dergelijke communicatie-uitingen kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het vergroten van de naamsbekendheid van de regio. Wel is het belangrijk je te realiseren dat communicatie geen doel op zich moet zijn maar een middel om een doel te realiseren. Als het doel is ‘vergroten’ van de naamsbekendheid kunnen de- ze ideeën volstaan. Maar als de regio een groter (economisch) doel wil bereiken is daarvoor meer nodig. Zoals gezegd zal de regio moeten werken vanuit een stra- tegische visie en hiervoor gezamenlijk gericht beleid moeten ontwikkelen. Promo- tie en communicatie zal bij dit doel moeten aansluiten.

37

6 Vervolgstappen Om de resultaten van het onderzoek en de geconstateerde kansen voor de vrije- tijdssector in de Duin- en Bollenstreek te toetsen bij de deskundigen rondom de vrijetijdssector in de regio en een aanzet te geven voor vervolgstappen, is een tweetal workshopsessies georganiseerd. De eerste sessie vond plaats op 26 januari 2011. Hierbij zijn drie in het onderzoek geconstateerde kansen voorgelegd aan de stakeholders uit de regio. Zij hebben hierover op basis van een aantal stellingen en vragen gediscussieerd. De resulta- ten van deze workshopsessie zijn beschreven in paragraaf 6.1. Nadat de eerste workshopsessie de visie van de deskundigen uit de Duin- en Bollenstreek inzichte- lijk heeft gemaakt, is aansluitend op 16 februari 2011 een tweede workshopsessie georganiseerd. Hierbij is aan de deelnemers gevraagd drie concrete ideeën te be- noemen die dit jaar nog door de regio gerealiseerd zouden moeten worden. Daar- naast is gevraagd wie deze actie op zou kunnen pakken. Het resultaat van deze workshopsessie is beschreven in paragraaf 6.2. Voor een overzicht van de deel- nemers aan beide workshops verwijzen we naar bijlage I. Paragraaf 6.3 geeft een afsluitende beschouwing.

6.1 Workshop I: de vrijetijdssector in regionaal perspectief Bij de eerste workshopsessie stonden de volgende drie thema’s (kansen) centraal: 1. Maak een doelgroepkeuze 2. Verbind de drie bouwstenen van de regio (strand en duinen, bollen & plassen) 3. Van citymarketing naar regiomarketing

Het kader op de volgende pagina geeft de stellingen en vragen die vanuit deze kansen ter discussie zijn gesteld.

Uit de workshop kwam naar voren dat men in de regio liever niet bij voorbaat een doelgroepkeuze maakt. Voordat men een keuze maakt voor een doelgroep zal eerst een aantal vragen beantwoord moeten worden: - Wat verbindt ons? - Wat zijn onze Unique Selling Points (USP’s)? - Wie willen we zijn? - Wat hebben we gezamenlijk te bieden? - Waar willen we gezamenlijk voor gaan?

Op basis van de antwoorden kunnen gerichte keuzes worden gemaakt. Een en an- der zal moeten worden vastgelegd in een regionaal marketingplan dat met behulp van professionals wordt opgesteld. Het uiteindelijke doel van het marketingplan is dat het geheel groter wordt dan de som der delen waarbij het uitgangspunt is dat de individuele dorpen en gemeenten hun eigen karakter kunnen behouden. Re- giomarketing hoeft dan niet ten koste te gaan van citymarketing.

Vanuit deze visie en werkwijze is het mogelijk dat de gemeenten en dorpen elkaar juist versterken omdat er sprake is van een gezamenlijk belang en er gewerkt wordt vanuit een gemeenschappelijk doel.

In de uitvoering zullen de overkoepelende thema’s versterkt moeten worden. Ver- bindingen kunnen worden gelegd door middel van thematische arrangementen waarin het bedrijfsleven een belangrijke rol speelt.

38

Aanvullend op de drie kansen die centraal stonden bij de workshops, is gediscus- sieerd over de keuze om aansluiting te zoeken met Leiden en/of Haarlem ten be- hoeve van de ontwikkeling van een regionaal marketingplan. De een vindt het van groot belang (vanwege het cultuuraanbod in de steden), de ander geeft aan dat de regiogrens in dit verhaal niet relevant is (“waar ligt de grens van de Veluwe?”) Ook over de naam van de regio is men het niet eens. De een pleit voor Bollen- streek maar de ander vindt dat dit te weinig met de kust en de plassen associ- eert.

Om overeenstemming te bereiken over deze en andere vragen en discussiepun- ten, zullen de verschillende partijen met elkaar aan tafel moeten om een geza- menlijke visie te ontwikkelen. Daarnaast is er behoefte aan één motor die het ge- heel draaiende houdt.

Kader: Stellingen en discussiepunten workshopsessie I

1. Maak een doelgroepkeuze Stelling: De doelgroep waarop de Duin- en Bollenstreek zich moet richten zijn senioren en ge- zinnen.

Vragen: - Voldoet het huidige product aan de eisen van deze doelgroep? Waar liggen nog kansen? - Hoe kunnen we deze doelgroep bereiken? Hoe brengen we onze regio bij hen onder de aandacht? - Welke rol speelt het bedrijfsleven in het faciliteren van deze doelgroep? - Op welke regio’s richting we ons: dichtbij huis, overig Nederland, buurlanden of nog verder?

2. Verbind de drie bouwstenen van de regio (strand en duinen, bollen & plassen) Stelling: Iedere bezoeker van de Duin- en Bollenstreek moet bij vertrek minimaal twee van de drie bouwstenen hebben bezocht.

Vragen: - Tussen welke producten en voorzieningen moet verbinding worden gelegd? - Hoe kan deze verbinding gestalte worden gegeven? (beleid, communicatie, arrangementen, dienstverlening etc.) - Hoe zorg ik dat mijn doelgroep zich voldoende herkent in het aanbod? - Wat zijn de belemmeringen in het verbinden van de bouwstenen en hoe gaan we hiermee om? - Welke rol speelt het bedrijfsleven bij het leggen van verbinding binnen de regio?

3. Van citymarketing naar regiomarketing Stelling: Er moet een regionaal vrijetijdsbeleid ontwikkeld worden.

Vragen: - Welke partijen moeten samenwerken voor de ontwikkeling van regionaal vrijetijdsbeleid? - Welke rol speelt het bedrijfsleven in de ontwikkeling het uitvoering van het vrijetijdsbeleid? - In hoeverre gaat regiomarketing ten koste van citymarketing of regionaal beleid ten koste van gemeentelijk beleid? Zitten ze elkaar in de weg? - Wat staat regionale samenwerking op dit moment in de weg? - Wat moet gedaan worden om samenwerking wel tot stand te brengen?

39

6.2 Workshop II: vervolgstappen Bij de tweede workshopsessie hebben alle aanwezigen het woord gehad en aan- gegeven wat er volgens hen dit jaar nog moet gebeuren om de vrijetijdssector in Duin- en Bollenstreek verder te ontwikkelingen. Bovendien is gevraagd wie hierin het voortouw kan en wil nemen. Deze sessie heeft tot twee concrete afspraken voor vervolgacties geleid: 1. Strategie, visie en identiteit ontwikkelen Zoals in de vorige paragraaf bleek, staat of valt het uiteindelijke resultaat met een goed regionaal marketingplan. Om dit te realiseren zal Stichting Beleef de Bollenstreek een subsidieaanvraag indienen bij de provincie Zuid-Holland en dit gezamenlijk met externe partijen verder invullen.

2. Laaghangend fruit plukken

Gelijktijdig zal men de kansen die nu al “voor het oprapen liggen” moeten pak- ken. Hiervoor ligt een taak weggelegd voor zowel overheid als bedrijfsleven.

Belangrijk is dat de zes gemeenten hiervoor hun handen ineen slaan. Na het ont- vlechten van de regionale VVV is er een afspraak gemaakt dat de zes gemeenten elkaar zouden opzoeken als daar behoefte aan is. Dat is nu aan de orde! Wethou- der Brekelmans van de gemeente Lisse gaat zorgen dat dit in het portefeuillehou- dersoverleg op de agenda wordt gezet.

Zowel inhoudelijk als financieel ligt er - behalve voor de overheid - een rol voor het bedrijfsleven weggelegd. Om ook het bedrijfsleven initiatieven te laten ont- plooien zal de Kamer van Koophandel (kantoor Lisse) met ondersteuning van de Rabobank het bedrijfsleven mobiliseren zodat ook zij hierin hun verantwoordelijk zullen nemen.

6.3 Slotbeschouwing Behalve alle feitelijke inzichten die het eerste deel van het onderzoek heeft ge- bracht, is met de workshops een duidelijk beeld ontstaan van de visie van de sta- keholders op de situatie en de ontwikkelingskansen van de vrijetijdssector in de Duin- en Bollenstreek. Hoewel de meningen uiteen lopen is men eensgezind over het feit dat er nú wat moet gebeuren. Men ziet wat de regio te bieden heeft, men ziet de kansen en men ziet dat een regionale aanpak hiervoor noodzakelijk is. Het is nu aan de stakeholders zelf om de geconstateerde kansen te benutten en deze regionale aanpak handen en voeten te geven. De noodzaak is met het onderzoek aangetoond, de mogelijkheden voor verbetering zijn in beeld gebracht en de toe- zegging om hier concreet mee aan de slag te gaan, is gedaan. Hiermee zijn alle ingrediënten aanwezig om de vrijetijdssector van de Duin- en Bollenstreek de ko- mende jaren sterker op de kaart te zetten en de potentie van deze sector te be- nutten!

40

Bijlage I Deelnemers workshops en interviews

Interviews Organisatie Naam Stichting Beleef de Bollenstreek Carla Kieft Stichting Beleef de Bollenstreek Jan van Vliet Platform Toerisme Frans Jansen

30 Workshop I Organisatie Naam Bloemencorso Bollenstreek L. van der Zon Bloemencorso Bollenstreek L. van de Polder Gemeente Hillegom W. van Aken Gemeente Hillegom I. de Haan Citymarketing Katwijk W. van Lent-Hagebeuk Gemeente Katwijk D. Binnendijk Gemeente Lisse I. Bodt Gemeente Noordwijk S. van Leeuwen Gemeente Noordwijkerhout M. Waterreus Gemeente Noordwijkerhout J.C.F. Knapp Huis ter Duin S.J.A.B. Stokkermans InitiatiefRijk Hillegom K. Slootweg InitiatiefRijk Hillegom D. van Zuijlen NH Conference Center Leeuwenhorst E. van der Waal Provincie Zuid-Holland N. van den Heuvel Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland R. Fekken Space Expo R.A. van den Berg Stichting Beleef de Bollenstreek S. Balk Stichting Bloemententoonstelling Keukenhof P. de Vries Stichting Hillegom Promotie S. de Wit-Hartmann Stichting Hillegom Promotie W.M. Koops Kasteel Keukenhof C. Lemmens Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland F. Jansen Zuid-Hollands Bureau voor Toerisme W. Assenberg van Eijsden Stichting Beleef de Bollenstreek C. Kieft Rabobank Katwijk P.J. Mathot Rabobank Bollenstreek J. Driessen Rabobank Bollenstreek I. Dofferhoff-Schrier Rabobank Katwijk A.J. van der Meij Rabobank Regionaal Onderzoek A. Smeltink-Mensen Kamer van Koophandel P. Meijer Stichting Beleef de Bollenstreek H. Westerhof

______30 Bron: bij beide workshops worden de organisaties en personen genoemd die zich voor de workshop hebben aange- meld.

41

Workshop II Organisatie Naam Gemeente Katwijk D. Binnendijk Citymanager Lisse H. Duivenvoorden NH Conference Center Leeuwenhorst E. van der Waal Noordwijk Marketing L. Flinkerbusch Gemeente Hillegom I. de Haan Gemeente Lisse I. Bodt Gemeente Hillegom W. van Aken Platform Toerisme F. Jansen InitiatiefRijk Hillegom K. Slootweg Stichting Beleef de Bollenstreek C. Kieft Kasteel Keukenhof C. Lemmens Bloemencorso Bollenstreek L. van de Polder Bloemencorso Bollenstreek L. van der Zon Stichting Hillegom Promotie W.M. Koops Gemeente Noordwijkerhout M. Waterreus Provincie Zuid-Holland N. van den Heuvel Stichting Bloemententoonstelling Keukenhof P. de Vries Cultuurhistorisch Genootschap Duin- & Bol- lenstreek P. J. van Vree Samenwerkingsorgaan Holl. Rijnland R. Fekken Space Expo R.A. van den Berg Gemeente Noordwijk S. van Leeuwen Stichting Beleef de Bollenstreek S. Balk InitiatiefRijk Hillegom D. van Zuijlen Zuid-Hollands Bureau voor Toerisme W. Assenberg van Eijsden Citymarketing Katwijk W. van Lent-Hagebeuk Stichting Bloemententoonstelling Keukenhof W. van Meerveld Kamer van Koophandel P. Meijer Rabobank Bollenstreek J. Driessen Rabobank Bollenstreek I. Dofferhoff-Schrier Rabobank Bollenstreek J. Ram Rabobank Katwijk A.J. van der Meij Rabobank Regionaal Onderzoek A. Smeltink-Mensen

42

43

Bijlage II Vrijetijdsvoorzieningen Duin- en Bollenstreek 31

Hotels Flora Hillegom Horst Katwijk Van der Perk Katwijk Hotel Zee en Duin Katwijk Hotel Noordzee Katwijk het Anker Katwijk Hotel Savoy Katwijk Hotel Seahorse Katwijk Hotel Van Beelen Katwijk Nicolette Appartementen Katwijk Pension Mol Katwijk Beachhostel Holland Katwijk Bed and Breakfast De Schaape Wei Katwijk B+B aan de Katwijkse Kust Katwijk B & B aan Zee Katwijk Hofje aan Zee Katwijk Hotel, Restaurant & Event Centre De Nachtegaal Lisse Hotel De Duif Lisse Pension de Zonnester Noordwijk Pension Duwel Noordwijk 't Ankertje Noordwijk Antoinette Noordwijk Hotel penison Mitchbi Noordwijk Hotel Clarenwijck Noordwijk Golden Tulip Noordwijk Beach Noordwijk Hotels van Oranje Noordwijk Hotel Restaurant Edelman Noordwijk Grand Hotel Huis ter Duin Noordwijk Strandhotel Noordwijk Noordwijk Aan Zee Noordwijk Fletcher Badhotel Noordwijk Noordwijk De Baak Seaside Noordwijk Familiehotel Duinlust Noordwijk Hotel Royal Noordwijk Golfzicht Noordwijk Weltevreden Noordwijk Hotel Pirombo/ Emax Noordwijk Alexander Hotel Noordwijk Hotel Conferentiecentrum Zonne Noordwijk Hotel Astoria Noordwijk Résidence le Mistral Noordwijk Lekker Noordwijk De Poort van Kleef Noordwijk Zeemotel Zeezicht Noordwijk Residence aan de Kust Noordwijk De Koningshof Noordwijk ______31 Bron: ZHBT, 2010. De weergegeven jachthavens zijn afkomstig uit het LISA Vestigingenregister (2009)

44

Marie Rose Hotel Noordwijk Het Zonnedak Noordwijk De Ossewa Noordwijk Belvedere Noordwijk Prominent Inn Hotel Noordwijk De Admiraal Noordwijk De Branding Noordwijk Hightop Hotel Noordwijk The Flying Pig Beach Hostel Noordwijk Hotel Waikiki Noordwijk Beach Hotel Noordwijk Palace Hotel Noordwijk aan Zee Noordwijk Restaurant Hotel Villa de Duinen Noordwijk Pension Pimpernel Noordwijk Pension Maaike Noordwijk Zorn Hotel Duinlust Noordwijk Pension 't Hofje Noordwijk Kristina Noordwijk De Driesprong Noordwijk Herstelhotel DE KIM Noordwijk Hotel Grand Café Heeren van Noortwyck Noordwijk Hotel-Restaurant De Witte Raaf Noordwijk Hogerhuys Noordwijk d' Soete Inval Noordwijkerhout NH Conference Centre Leeuwenhorst Noordwijkerhout Het Wapen van Noordwijkerhout Noordwijkerhout De Raetskamer Noordwijkerhout Hotel Sassenheim Sassenheim Hotel Café Restaurant Boerhaave Voorhout

Campings Recreatiecentrum De Noordduinen Katwijk Recreatiecentrum De Zuidduinen Katwijk Caravanpark The Relaxing Crow Noordwijk Parc du Soleil Noordwijk De Carlton Noordwijk Le Parage Noordwijk Camping de Wulp Noordwijk De Duinpan Noordwijk Natuurkampeerterrein De Ruigenhoek Noordwijk Camping Op Hoop van Zegen Noordwijkerhout Sollasi Noordwijkerhout Recreatiecentrum Koningshof Rijnsburg De Horizon Warmond De Wasbeek Warmond De Dinsdagse Wetering Warmond Camping Warmond Warmond Camping Zonnekamp Warmond Camping Vergeer Warmond

Vakantiewoningen Nicolette Appartementen Katwijk Van Beelen Katwijk Zeemotel Zeezicht Noordwijk

45

Bungalowpark Tulp & Zee Noordwijk Bungalowpark De Gouden Spar Noordwijk Duinpark De Witte Raaf Noordwijk Badmotel Noordwijk Bungalowpark Puik en Duin Noordwijk Residence Le Mistral Noordwijk Recreatiepark Noordwijkse Duinen Noordwijk Strandhuis Appartementen Noordwijk Take 2 beach&bungalows Noordwijk Vakantiepark Duinrust Noordwijk Bungalowpark Sollasi Noordwijkerhout Bungalow- en Caravanpark De Wijde Blick Noordwijkerhout Landal Dunimar Noordwijkerhout

Groepsaccommodaties Stayokay Noordwijk Noordwijk De Schulp Noordwijk

Congres- en vergaderaccommodaties Huys te Britten Katwijk Fletcher hotel De Witte Raaf Noordwijk Hotels van Oranje Noordwijk Grand Hotel Huis ter Duin Noordwijk Palace Hotel Noordwijk aan Zee Noordwijk Zonne Hotel en Conferentiecentrum Noordwijk Prominent Inn Hotel Noordwijk Alexander Hotel Noordwijk Hotel Clarenwijck Noordwijk Hotel Astoria Noordwijk Space Expo Noordwijk NH Conference Centre Leeuwenhorst Noordwijkerhout Dekker Warmond Sport, Party & Conferentiecentrum Warmond

Jachthavens Jachthaven Meerzicht Kaag en Braassem Jachthaven Kaageiland Kaag en Braassem Jachthaven de Koppoel Kaag en Braassem Jachthaven Kaagdorp Kaag en Braassem Jachthaven de Noord AA Kaag en Braassem Jachthaven Zoetemelk & Zonen Kaag en Braassem Jachthaven Jacobswoude Kaag en Braassem Jachtservice Zierikzee Kaag en Braassem Kempers Princessepaviljoen Kaag en Braassem Jachthaven en Camping Oudendijk Kaag en Braassem Jachthaven Camping de Meerkant Kaag en Braassem Jachthaven Katwijk Katwijk Jachtwerf Rijnsburg Katwijk De Poel Jachthaven Watersportbedrijf Lisse Jachthaven Noordwijk Noordwijk Fort Marina Teylingen De Kaag Kon. Watersportvereniging Teylingen

46

Bootverhuur Zeilbootverhuur van Schie Warmond Olympia Charters Warmond Zuivelboerderij Pennings Warmond

Kust en strand Katwijk aan Zee Katwijk Noordwijk - Duindamseslag Noordwijk Langevelderslag Noordwijk Noordwijk, beide boulevards Noordwijk

Musea Den Hartogh Ford Museum Hillegom Museum Katwijk Museum De Zwarte Tulp Tentoonstelling Rembrandttulpen Lisse Museumboerderij Oud-Noordwijk Noordwijk Space Expo Noordwijk Museum Atlantik Wall Noordwijk Jan Verwey Natuurcentrum Noordwijk Streekmuseum Veldzicht Noordwijk Museum Oud-Rijnsburg Rijnsburg Het Spinozahuis Rijnsburg Sikkens Schildersmuseum Sassenheim Nationaal Smalspoormuseum Valkenburg Ruïne van Teylingen Voorhout

Attracties Keukenhof Lisse Space Expo Noordwijk Panorama Tulip Land Voorhout Kinderboerderij De Kloosterhof Warmond

Bedrijf te bezoeken Noordwijks Kruidenwinkeltje Noordwijk Dahliakwekerij Lindhout Ornata Noordwijk Lidrusgaarde Noordwijk Streekmuseum Veldzicht Noordwijk

Bouwwerken Katwijks Museum Katwijk Vuurbaak Katwijk Andreaskerk Katwijk 't Huys Dever Lisse Kasteel Keukenhof Lisse Kasteel Keukenhof Lisse Leede Sassenheim Ruïne van Teylingen Voorhout Vroenhof Warmond Huys te Warmont Warmond Landgoed Oostergeest Warmond

47

Sport Manege Hillegom The Pocket Katwijk Jonker Katwijk El Thoro Events Katwijk Rolly Golf Noordwijk Bowling & Partycentrum Noordwijk Aqua & Sauna Oranje Noordwijk Langeveld Noordwijk Stayokay Noordwijk Noordwijk Tangosalon- La milonga de Noordwijk Noordwijk Smit Noordwijkerhout Bakker Noordwijkerhout Oostdam Noordwijkerhout Surfclub Como Noordwijkerhout Oude Tol Sassenheim

Golbanen Golf Centrum Noordwijk Noordwijk Noordwijkse Golfclub Noordwijk Dekker Warmond Golfclub Kagerzoom Warmond Boerengolf van der Geest Warmond

Beautycentra Aqua en Sauna Oranje Noordwijk Palace Wellnes Center Noordwijk Beautycentre Grand Hotel Huis ter Duin Noordwijk Sauna Warmond Warmond

Excursies Rederij Triton Katwijk VVV/ANWB Katwijk Katwijk Rederij van Hulst Lisse Albatros Rondvaart Noordwijk Rederij van Hulst Noordwijk Stoomtrein Valkenburgse Meer Valkenburg Er op uit in't Groen?...Doen!! Valkenburg Rederij Van Hulst Warmond

Fietsverhuur Martijn's Fietsshop Katwijk Nico's Fietsplus Katwijk Galen Katwijk Fietsverhuur van der Zon Lisse Have Fun Events Lisse Tweewielercentrum Mooijekind Noordwijk Ha Ha Noordwijk Theo's Tweewielersshop Noordwijk Kees' Fietsshop Noordwijk Jan van Dam 'De Fietsspecialist' Noordwijkerhout Henk Zwaan Tweewielers Noordwijkerhout Rent-a-bike-service Kees van Dam Noordwijkerhout

48

Dagrecreatieterrein 't Panbos Katwijk Hollands Duin Noordwijk Oosterduinsemeer Noordwijkerhout Recreatie-eiland Koudenhoorn Warmond De Strengen en Tengnagel Warmond

Molens Geregtigheid Katwijk Lisserpoelmolen Lisse Keukenhofmolen Lisse Zemelmolen Lisse Hogeveensemolen Noordwijkerhout Hoop doet Leven Voorhout Zwanburgermolen Warmond Broekdijkmolen Warmond Boterhuismolen Warmond Kok Warmond Zweilandermolen Warmond Nieuwe Hofmolen Warmond De Faljerilmolen Warmond 't Poeltje Warmond De Laakmolen Warmond De Nieuwe Hofmolen Warmond De Zweilandermolen Warmond

49

Bijlage III Conclusies Kansenkaart

Op basis van de interviews met stakeholders in de Bollenstreek is in de voorgaande hoofdstukken een beeld geschetst van de Bollenstreek als een veelzijdige toeristi- sche bestemming met een unieke historie en een aantrekkelijk toeristisch aanbod. De Bollenstreek kent een groot aantal zeer betrokken partijen die de streek graag zouden zien opbloeien tot een samenhangend en aantrekkelijk gebied waar lokale inwoners en (intern)nationale bezoekers graag hun vrijetijd doorbrengen. Naar aanleiding van de eerder omschreven doelstelling van dit rapport ‘Het geven van inzicht in de productinhoudelijke, strategische en organisatorische kansen voor toeristisch-recreatieve ontwikkeling van de Bollenstreek, vanuit een succesvolle re- gionale samenwerking’ kan worden geconcludeerd dat de Bollenstreek op dit gebied een veelheid aan kansen biedt. Onderstaand worden deze kansen kort samengevat. Eén voorwaarde lijkt sterk bepalend voor de mate waarin de geïdentificeerde kansen kunnen worden omgezet in succesvolle regionale marketing voor de Bollenstreek; dit is de manier waarop het samenwerkingsproces wordt vormgegeven. Toeristisch, recreatief en economisch succes voor de Bollenstreek zal gerealiseerd moeten worden op basis van een gezamenlijk uitgezette koers, een koers die wordt vastgelegd in het beleid van de verschillende partners en een koers die door alle partijen gevaren wordt. Alleen op basis van een gezamenlijk vormgegeven en breed gedragen (toeristische) visie op het gebied kan het verhaal van de Bollenstreek be- leefbaar worden gemaakt. Onderstaand overzicht geeft globaal weer waar de kansen liggen voor regionale samenwerking en toeristisch-recreatieve ontwikkeling van de Bollenstreek. De uitwerking van deze kansen in een specifieke vorm van samenwer- king is afhankelijk van de gezamenlijke voorkeuren van de stakeholders. 1. Creëren van een toeristisch samenwerkingsplatform Om te komen tot een toeristische visie voor de Bollenstreek die breed gedragen wordt, is een meer structurele vorm van samenwerking nodig dan dat de huidige samenwerkingsplatforms kunnen bieden. Gezamenlijk dient gekeken te worden hoe de toekomstige samenwerking vormgegeven moet worden. Het platform biedt: - Gelegenheid tot ontmoeting, ideeën uitwisselen - Structurele vorm van samenwerking (minder persoonsgebonden, meer be- leidsmatig ondersteund) - Gelegenheid tot concretiseren gezamenlijk gedragen ambities - Gelegenheid tot creëren van commitment en bestuurlijk draagvlak - Gelegenheid tot ontwikkeling van gezamenlijke gebiedsvisie 2. Gezamenlijk ontwikkelen van een (toeristische) gebiedsvisie Deze gezamenlijke gebiedsvisie vormt de basis voor toekomstige gezamenlijke initiatieven op het gebeid van productontwikkeling, bundeling, bereikbaarheid en regiomarketing- en communicatie. De belangrijkste voorwaarden voor deze be- leidsvisie zijn een breed draagvlak en een integrale verwevenheid met de ver- schillende lokale beleidsspeerpunten. 3. Aanstellen van een trekker Voorwaarde voor succesvolle benutting van deze kans is dat er voldoende com- mitment is bij de betrokken partijen (niet alleen mondeling, maar ook met de in- tentie om dit in uitvoering, door middel van financiering en ureninzet van ambte- naren, te ondersteunen).

50

De persoon of partij die als „trekker‟ fungeert voor de regionale samenwerking heeft o.a. een functie op het gebied van: - Actieve verbreding van het draagvlak voor regionale toeristische samenwer- king (door actief betrokken houden van partijen en het proactief realiseren van quick-wins) - Bottom-up ontwikkelen van gezamenlijke toeristische visie en uitvoeringspro- gramma - Versterking van het netwerk in de regio, waardoor partijen beter op de hoogte zijn van elkaars activiteiten en actieve vormen van samenwerking en onder- nemerschap worden gestimuleerd - Centraal aanspreek/informatiepunt voor overheidspartijen en ondernemers - Stimulering van betrokkenheid en initiatieven bij ondernemers, stichtingen, verenigingen, horeca en andere bedrijfsvormen die niet direct toeris- tisch/bollengerelateerd zijn. - Samenwerkingspartner voor regionale samenwerkingsorganen op andere be- leidsgebieden (o.a. ruimtelijk/infrastructureel/economisch) - Identificatie, ondersteuning en opzet van kansrijke projecten om het Bollen- streekproduct te versterken (o.a. productontwikkeling, bereikbaarheid, ver- binding, promotie) - Gezamenlijk met de partners vormgeven van een sterke financiële basis voor uitbouw regionale samenwerking en uitvoer projecten - Bewaking besluitvormingsprocessen (niet te „stroperig‟) 4. Bottom-up ontwikkelen van het Bollenstreekmerk en bijbehorend strate- gisch marketingplan Aandachtspunten hierbij bestaan o.a. uit: - Ontwikkeling vanuit een gezamenlijke gebiedsvisie - Gezamenlijk gedragen, maar gerichte keuzes maken (o.a. doelgroep, begren- zing, positionering etc.) - Vaststellen van de kernwaarden van het product. (incl. knelpunten) - Vaststellen van SMART doelstellingen (korte én lange termijn) - Profiteer van bestaande sterke merken en netwerken - Inzet op seizoensverlenging/ verknoping van bestaande seizoenen 5. Vergroten van de beleefbaarheid van de Bollenstreek Te denken valt aan: - Uitbouwen van bollenbeleving door stimulering toeristische activiteiten in to- tale bedrijfskolom - Bundelen en verbinden van bestaand toeristisch aanbod (routenetwerken, re- creatieknooppunten, waterverbindingen, kortingspas etc.) - Doorontwikkelen bestaande attracties, evenementen etc. - Ontwikkeling/aantrekking nieuwe attracties, evenementen etc. - Uitbreiding en kwaliteitsverbetering van verblijfsmogelijkheden - Informatievoorziening in het landschap (bebording etc.) 6. Uitbouwen, ondersteunen en actief communiceren van het Bollenstreek- merk door o.a. gezamenlijke productontwikkeling, informatievoorziening en communicatie etc. Gedacht kan worden aan: - Ontwikkeling huisstijl - Centrale regie op communicatie Bollenstreek - Inzet op versterking lokale trots

51

- Regionale ontsluiting toeristische informatie d.m.v. data-bundeling - Verbetering herkenbaarheid in het landschap - Verbeteren van ruimtelijke samenhang tussen verschillende elementen van het gebied - Versterking regionaal routenetwerk - Realiseren van recreatieknooppunten - Verbetering voorwaarden voor waterrecreatie (doorvaarbaarheid, aanlegmo- gelijkheden, jachthavens etc.) - Ontwikkeling karakteristieke verblijfsmogelijkheden - Ontwikkelen en uitbouwen evenementen 32 - Arrangement-/package-ontwikkeling

______32 Bron: Zuid-Hollands Bureau voor Toerisme, 4 januari 2011.

52

Colofon

Titel De toeristische kracht van de Duin- en Bollenstreek

Auteur Anouk Smeltink-Mensen (Rabobank Nederland)

Eindredactie Rogier Aalders (Rabobank Nederland)

Publicatiedatum: Maart 2011

In opdracht van: Rabobank Katwijk Rabobank Bollenstreek Kamer van Koophandel Den Haag (kantoor Lisse)

Contactadres: Rabobank Bollenstreek Wilhelminalaan 3 2182 CA Hillegom

© Rabobank Nederland, 2011 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke andere wijze dan daaronder mede begrepen gehele of ge- deeltelijke bewerking van het werk, zonder voorafgaande toestemming van Rabobank Ne- derland. No part of this publication may be reproduced in any form by print, photo print, microfilm or any other means without written permission by Rabobank Nederland.

53