Vechtkroniek 46 , , , NIEUWERSLUIS EN EEN UITGAVE VAN DEHISTORISCHE KRING VAN AANDE Vechtkroniek November 2016nr. 46 2 Vechtkroniek november 2016

De Historische Kring VAN EEN BAKKERSFAMILIE, voor de kernen EEN ONVERBETERLIJKE WEDUWE , Loenersloot, EN OVERLEDEN POSTBESTELLERS Nigtevecht, Nieuwersluis en Vreeland in de gemeente Uren, dagen, ja wel maanden archiefonderzoek is in dit . exemplaar van de Vechtkroniek in verschillende artikelen tot leven gebracht. Twee prachtige verhalen over de bakkers- VECHTKRONIEK familie Harwijne uit Loenersloot komen voort uit een volle verschijnt twee maal map foto’s en archiefgegevens van Willem Mooij, verzameld per jaar gedurende vele jaren onderzoek. Zoals ieder nummer draagt de heer Mooij’s archiefonderzoek ook bij aan andere mooie REDACTIEADRES: verhalen: Wim van Schaik verhaalt over de trekhondenkeu- Vechtoever 1 ring in Loenen en Mieke Kennis schreef over de perikelen 3633 XP Vreeland rond twee overleden postbestellers in Loenen. Mieke schrijft Tel. 0294-232695 in dit nummer nog een schitterend verhaal: over het woelige [email protected] leven van de Vreelandse Willempje van der Doozen in de eerste helft van de 19de eeuw. Hilde de Haan en Riek Arink REDACTIE: interviewden de heer en mevrouw Flink, wat een mooi Prof. dr. S. Griff oen artikel vol bijzondere en grappige informatie en anekdotes Drs. J.J.M.A.M. Jonker- opleverde. Tot slot verwerkte Sander Griffi oen zijn lezing van Duynstee W. Mooij vorig jaar over het leven in Loenen in de 19de eeuw tot een Mr. drs. H.W.G. van Schaik interessant en lezenswaardig artikel. Stuk voor stuk zbie- S. Verster den deze artikele weer en nieuw zicht op het leven in onze A. Smid gemeente in vroeger tijden. Veel leesplezier!

SECRETARIAAT HKGL: Namens de redactie, Juliette Jonker-Duynstee Prof. dr. S. Griffi oen Rijksstraatweg 77 3632 AA Loenen Tel. 0294-231201 INHOUDSOPGAVE Harwijne, meesterbroodbakker te Loenersloot WEBSITE: - Stanny Verster 3 Foto omslag: www.hkloenen.nl Twee fl inke bakkersvrouwen: Magdalena Visser Voor de oven van en Matje Leeman - Juliette Jonker-Duynstee 8 BANKRELATIE: bakkerij Harwijne Postkantoor Loenen verliest twee medewerkers Rabo-Bank Loenen (zonder datum): - Mieke Kennis en Willem Mooij 11 NL53RABO 0310654017 v.l.n.r.: Piet Harwijne Trekhondenkeuring in Loenen (zoon van Jan, 1895- VORMGEVING: - Willem Mooij en Wim van Schaik 15 1947), bakkersknecht Hans Stuart De onverbeterlijke weduwe uit Vreeland - Mieke Kennis 19 Dirk Leefl ang (1895- Interview met de heer en mevrouw Flink 1963, hij zou later een DRUK: - H. de Haan en R. Arink 28 eigen bakkerij beginnen Dunnebier Print BV Loenens dorpsleven in de 19de eeuw - Sander Griffi oen 35 aan de Lindengracht in Nederhorst den Berg ‘Rigtige bezorging der post zonder eenige klagten’ Vreeland), Jan Harwijne - Mieke Kennnis 43 (1865-1921). ISSN: 1568-4164 Achterpagina - Klassenfoto 48 Vechtkroniek november 2016 3 Harwijne MEESTERBROODBAKKER TE LOENERSLOON

Stanny Verster en Willem Mooij

Jarenlang deed Willem Mooij onderzoek percelen ‘aanvaarden en in bezit nemen’, naar bakkerij Harwijne in Loenersloot. maar hij moest wel accepteren dat een Zijn map vol foto’s, advertenties en raads- gedeelte van ‘het Zwaantje’ in bedrijf was stukken is door Stanny Verster verwerkt als winkel, die was verhuurd aan de familie tot dit artikel. Bokkinga voor één gulden en tien cents per week. De twee belendende wonin- In 1897 kocht meesterbakker Jan Har- gen waren ook verhuurd, de ene aan de wijne (1865-1921)1 uit Loenersloot eene weduwe Van Gorkum voor een gulden per huizinge, ingericht tot broodbakkerij, week, de andere aan Marinus Kooy voor vanouds genaamd ‘het Zwaantje’, alsmede een gulden en tien cents per week. Verder een daarnevenstaand huis ingericht tot mocht Harwijne geen handel drijven in twee woningen en pakhuis. Mitsgaders granen, fourages en mestingsartikelen in een schuurtje en verder getimmerten met de gekochte percelen. Bij overtreding kon erven, grond en tuin en de daarvoor gelegen hij rekenen op een fi kse boete. weg of het Jaagpad, staande en gelegen te Loenersloot aan den Ankster, strekkende Over het reilen en zeilen van bakkerij voor uit den Ankster, oostwaarts op tot Harwijne uit die begintijd was mij niets achter de eigendom van Jan Buts, belend bekend. Voor mij, als huidige inwoonster aan de noordzijde gedeeltelijk de eigendom van Loenersloot, is het moeilijk om de van de Heer van Reenen van Lexmond en situatie van destijds in beeld te krijgen. gedeeltelijk dien van Jan Buts en aan de De bakkerij stond aan de tegenwoordige zuidzijde het weiland van genoemde Heer Binnenweg. Maar waar precies? ‘Aan de van Reenen, ter halve sloot, bij het Kadaster Ankster’ staat er in de kadastrale gegevens. gemeente Loenersloot bekend in Sectie A, Ankster..? Ja, met die naam werd door nummers 167, 169, 171, 172, 186 en 188.2 Loenersloters van toen de Angstel aan- geduid. Aan de hand van de door Willem Verkoper was Willem Frederik Keunen, Mooij verzamelde archiefgegevens kon ik winkelier-koopman uit Loenen.3 een reconstructie van de geschiedenis en Jan Harwijne mocht zijn gekochte de locaties van de bakkerij maken. Loenersloot halverwege de 19de eeuw. De pijl geeft aan waar de bakkerij van Harwijne stond.

Loenersloot nu. Te zien is dat waar het huis stond nu het fi etstunneltje onder de N201 ligt. 4 Vechtkroniek november 2016

Rijnkanaal) moest, in verband met de toe rit naar de nieuwe brug een aantal huizen worden gesloopt, waar onder ook bakkerij Harwijne. Maar daar had Jan in 1897 nog geen weet van.

Start bakkerij Toen Jan Harwijne in 1897 zijn bakkerij startte, was er dus in Loenersloot al het nodige veranderd, in Jans persoonlijke leven overigens ook. Hij was in 1891 getrouwd met Magdalena Visser (zie De bakkerij gelegen Loenersloot eind 19de eeuw hierover p. 00) en hij werd in de loop van aan de splitsing van de Hoe zag het gebied rond Loenersloot er de volgende jaren vader van vijf kinde- weg langs de Angstel eigenlijk uit in die tijd, eind 19de eeuw? De ren: Lammert, Keetje, Pieter (Piet), Jan en en de Binnenweg in spoorlijn lag er al, die was in 1843 aange- Anton. 1907. We kijken vanaf legd. Tussen de Slotlaan en de Binnenweg Voor de geschiedenis van de bakkerij is Baambrugge richting lag het station Loenen-Vreeland, vandaar zijn zoon Piet (1895- 1947) belangrijk. Loenen. was vervoer naar Hilversum mogelijk per Piet ging eerst bij zijn vader Jan in de leer rijtuig. Het Merwedekanaal, dat in 1892 in en nam later de bakkerij over. En dat was gebruik werd genomen, kon op regelma- niet ‘het Zwaantje’, maar een gloednieuwe tige afstanden alleen via draaibruggen en bakkerij, die vader Jan niet ver van de plek Het ontwerp voor de later met een pontveer worden overge- van zijn eerste bakkerij liet bouwen. nieuwe bakkerij met stoken. De huidige Slotlaan en de huidige woonhuis en winkel Spoorlaan in Vreeland vormden samen de Op 15 mei 1902 richtte Jan zich tot het in 1902. Vreelandsche Laan tot die werd doorsne- gemeentebestuur van Loenen met het den door spoor en kanaal. Oorspronkelijk verzoek om hem vergunning te verlenen maakte de 2,3 km lange Laan deel uit van voor de bouw van een nieuwe bakkerij de belangrijkste verbindingsweg tussen met woon- en winkelhuis op een perceel de Utrechtse gemeenten Loenersloot en aan de Rijksstraatweg, later kadastraal Vreeland en de Gooise gemeenten Neder- bekend onder de vermelding ‘Gemeente horst den Berg, Kortenhoef, ’s Graveland Loenersloot sectie A nr. 65.’ en Hilversum.4 De provinciale weg N201, Op 28 juni van hetzelfde jaar ontving hij die nu de A2 en de Rijksstraatweg kruist, de gevraagde vergunning voor ‘het stich- was er toen nog niet. Met de aanleg van ten van een gebouw tot brood, koek en de A2 werd in de jaren dertig begonnen, beschuitbakkerij.’ In de omschrijving staat maar de werkzaamheden werden in 1942 dat het gebouw zou bevatten: een bakkerij, gestaakt. In 1950 werd de bouw aan de A2 een winkel, een woonkamer, een slaapka- tussen Amsterdam en hervat en in 1954 volgde de openstelling. De in 1820 verharde Rijksweg Amsterdam-Utrecht, die nu Rijksstraatweg heet, vormde destijds de interlokale verbinding tussen Loenersloot en Loenen, en de huidige Het ontwerp voor de Binnenweg maakte daar deel van uit. Toen nieuwe bakkerij met in 1937 werd begonnen met de aanleg woonhuis en winkel van de N 201 met een nieuwe vaste brug in 1902. over het Merwedekanaal (nu: Amsterdam- Vechtkroniek november 2016 5

alleen in Loenersloot, maar ook in dorpen in de omgeving. Ook ventte hij brood Het brood werd over het water: hij voer een stukje de bezorgd in een Geuzensloot op om in Oukoop zijn brood bakkerskar, die werd aan de man te brengen. Het meel betrok getrokken door een Harwijne van de meelfabriek aan de trekhond. Op de foto Dorpstraat 12 in Nieuwer ter Aa. staat rechts Piet Harwijne. Prijswinnend brood en beschuit Uit hetgeen erover bekend is, blijkt dat het goed ging met de nieuwe bakkerij. mer, een keuken, een kelder onder de keu- Er waren verscheidene bakkersknechten ken, een privaat, een gang, een dwarsgang. werkzaam bij bakkerij Harwijne, en als er De buitenmuren zouden worden opge- tijdens controlebezoeken door ambtena- trokken ‘van het eerste soort boerengrauw ren steekproeven werden genomen betref- in basterd cement ter zwaarte van 1 steen fende kwaliteit en gewicht van de broden of 22 cm.’ In de bakkerij zou ‘een heeten was het bij Harwijne altijd prima in orde! lucht oven’ of een gewone oven worden Af en toe viel Harwijne ook in de prijzen, geplaatst, geheel naar de ‘eisch des tijds zoals op een bakkerij-tentoonstelling Oorkonde voor het ingericht, voorts een werktafel, baktrog- in Amsterdam waar hij in 1894 voor de behalen van de eerste gen en hetgeen tot een volledige bakkerij tweede keer de zilveren medaille behaalde prijs voor de inzending behoort.’ De vloer van de bakkerij zou voor zijn beschuit.6 tarwebrood bij de bestaan uit een platte klinkerlaag op een Piet Harwijne, die het vak leerde van Bakkerij tentoonstelling onderlaag van rode steen in sterke specie. zijn vader en de bakkerij overnam toen H.E.T.O.B. te Harderwijk. Er werd ook een regenput aangelegd met een inhoud van ongeveer 2750. Het document bevatte twee bepalingen: ‘Geen ander werkkracht zal worden aangewend dan handenarbeid en de bakkerij moet voor 1 november 1902 klaar zijn en ‘in werking genomen’.5 Het pand ’t Zwaantje met de voormalige bakkerij bleef in bezit van Jan Harwijne totdat hij het in 1916 voor 3000 gulden verkocht aan Pieter Nicolaas Kruiswijk, veehouder te Loe- nen. Deze zou het pand slopen en er een nieuwe boerderij bouwen.

De ovens van de bakkers werden toen- tertijd gestookt met takkenbossen: een tot bundel samengebonden takhout dat geschikt was voor brandhout. Bij Harwijne werden de takkenbossen aangevoerd via de Angstel en aan de achterzijde van de bakkerij op elkaar gestapeld. Het brood van Harwijne werd in karren, die getrok- ken werden door honden, bij de mensen thuis bezorgd. Klanten woonden niet 6 Vechtkroniek november 2016

en nam op zijn beurt de bakkerij weer van zijn vader over. Maar dat werd niet de bakkerij die zijn opa Jan had laten bouwen.

In het jaar 1935 werd de bakkerij van Piet Harwijne inclusief huis en erf onteigend in verband met de aanleg van de N 201 en daarin geplande toeritten voor een vaste brug over het Amsterdam-Rijnkanaal. (Volgens overlevering zijn bouwmateria- len van de sloop gebruikt bij de bouw van twee woningen aan de Lindengracht 2 en Bakkerij Harwijne aan vader Jan in 1921 overleed, was ook een 4 te Vreeland). En zo gebeurde het dat de de Binnenweg, gezien bekwame bakker. Tijdens de Nationale bakkerij van Harwijne opnieuw werd ver- in de richting van Vakwedstrijden, die werden gehouden in plaatst, deze keer naar zijn huidige locatie: Baambrugge. Almelo in 1926, kreeg Piet een diploma Rijksstraatweg 230-231 (pal tegenover met eervolle vermelding voor zijn inzen- kasteel Loenersloot). De eerste steen voor ding ‘wittebrood’, op de bakkerijtentoon- de nieuw te bouwen bakkerij winkel en stelling in Harderwijk in 1927 won hij de woonhuis werd gelegd in 1937 door de eerste prijs voor zijn inzending ‘tarwe- toen achtjarige Jan. Na het overlijden van brood’. En in een door de fi rma Greidanus zijn vader Piet in 1947, zette hij samen met en Co georganiseerde wedstrijd sleepte zijn moeder de zaak voort, moeder in de hij een zilveren medaille in de wacht in de winkel, Jan in de bezorging. Aanvankelijk afdeling ‘krentenbrood.’7 bezorgde hij zijn broden per transportfi ets, maar vanaf 1962 deed hij dat per auto. Piet Harwijne trouwde in 1923 met Matje In 1964 besloten Jan en zijn moeder om Leeman (1895-1985). Ze kregen een zoon, het brood van elders te betrekken, van de die werd vernoemd naar zijn opa. Jan zogenaamde ‘kouwe’ bakker. In 1977 zette Harwijne jr. (1928-1998) bleef enig kind Jan om gezondheidsredenen, defi nitief een

Eerste steenlegging van de nieuwe bakkerij aan de Rijksstraatweg 230- 231 te Loenersloot op 9 februari 1937 door Jan Harwijne, 8 jaar oud. Op de foto zijn verder nog te zien: architect H. Boers (uiterst rechts), naast hem Jan Leeman (opa van Jantje). Op de voorgrond met alpinopet Jan Otten en Keetje (Cor) Harwijne. Vechtkroniek november 2016 7

punt achter zijn carrière als bakker. Met zijn overlijden in 1998 kwam er een einde aan drie generaties ‘meesterbroodbakker te Loenersloot’ en kreeg het pand aan de Rijksstraatweg een andere bestemming. 3 Het pand van Keunen stond op de hoek Brugstraat- Staande voor de in NOTEN: Dorpsstraat, waar nu makelaardij Paul is gevestigd. 1937 gebouwde 1 Jan Harwijne was de zoon van Lammert Harwijne en 4 Een ‘Nieuwe weg’ tussen Loenersloot en Vreeland, uit bakkerij: Jan Har- Antje Kruij uit Westzaan. Hij kwam op 24 februari 1891, Vechtkroniek nr. 9 (1998). wijne jr, zijn vader Piet enkele maanden voor zijn huwelijk, van Zaandam naar 5 Hinderwetvergunning nr. 932 archief Loenersloot. Harwijne, onbekend, Loenersloot 6 Utrechts Nieuwsblad, 16-08-1894. moeder Matje 2 Koopcontract met Hypotheek, uit het Kadaster Gemeente 7 Utrechts Nieuwsblad, 17-10-1930. Harwijne-Leeman. Loenersloot , deel 98, vak 7. Dit pand lag, met enkele andere huisjes, op de locatie waar nu de boerderij van Het nieuwe winkel- Kruiswijk staat, Binnenweg 93. woonhuis in 1937. Jan Harwijne jr. loopt voor het pand.

De in 1937 gebouwde bakkerij en woonhuis aan de Rijksstraatweg 230-231. ( Foto uit 2009) 8 Vechtkroniek november 2016

TWEE FLINKE BAKKERSVROUWEN: Magdalena Visser en Matje Leeman

Juliette Jonker-Duynstee en Willem Mooij

Elders in deze Vechtkroniek leest u het huidige Kerkstraat 8. Haar moeder was het interessante verhaal van bakkerij Keetje Oostenrijk. Het pand waar de fami- Harwijne. Vader Jan en zoon Pieter -die lie woonde en waar de klompenmakerij later de zaak overnam- waren getrouwd was gevestigd, is in 1935 verbouwd naar met fl inke vrouwen die hun mannetje de huidige staat. Op zon- en feestdagen stonden in de winkel. Alle reden om deze was Pieter orgeltreder in de Hervormde twee vrouwen nader te onderzoeken. kerk te Loenen. Het archiefonderzoek van Willem Mooij leverde meer dan genoeg boeiende infor- Magdalena werkte tot haar huwelijk als matie en prachtige foto’s op! dienstmeisje. Eerst bij Benjamin Kruse- man aan de Dorpsstraat 10, daarna bij Magdalena Visser de familie Doude van Troostwijk op de Bakker Jan Harwijne trouwde op buitenplaats Rupelmonde. Drie dagen 8 mei 1891 met de toen 25-jarige voor haar huwelijk vertrok zij hiervan- Magdalena Visser (1866-1936). daan naar Loenersloot. Getuigen bij het De burgemeester van Loe- huwelijk waren Wouter van Koeverden, nersloot berichtte op 8 mei 1891 smid, Jan Strijland, metselaar, Jan van der aan de commandant van het Sluijs, winkelier en Jacobus van der Sluijs, 7de regiment Infanterie dat ‘de timmerman. Deze vier middenstanders en verlofganger Jan Harwijne heden ambachtslieden kwamen ook uit Loenen. is gehuwd’. Zoals te lezen was op p…. zou het echtpaar vijf kinderen krij- Magdalena zou, zoals een goede bak- De bakkerij annex win- gen: Lammert (1892), Keetje (1893), Pieter kersvrouw betaamde, het door haar man kel en woonhuis gezien (1895), Jan (1901) en Anton (1907). gebakken brood in de winkel verkopen. vanaf Baambrugge in Eerst in ’t Zwaantje, vanaf 1903 in de 1907 met de kinderen Magdalena Visser kwam uit Loenen, waar nieuw gebouwde bakkerij aan de Rijks- Harwijne voor de deur. haar vader Pieter klompenmaker was in straatweg, sectie A nummer 65. Op 5 juli 1921 overleed haar echtgenoot Jan en zoon Pieter nam de bakkerij over. Twee jaar later liet Magdalena een woning bouwen aan de Molendijk, het huidige Vechtkroniek november 2016 9

De kinderen van Jan Harwijne en Magdalena Visser. V.l.n.r. Keetje (Cor, huwde in 1893 met de slager E.C. Otten), Jan (is naar Canada geëmi- greerd), Piet (volgde zijn vader op als bakker), Lammert (Bertus, is kok geworden) en Anton (is timmerman-aannemer geworden in Ede). nummer 7, te Loenen. De lokale aanne- Zij zou nog 13 jaar in haar huis wonen, mer C.J. Elema voerde de bouw uit. Haar tot haar overlijden op 70-jarige leeft ijd, jongste zoon Jan legde de eerste steen, op op 25 november 1936. In het jaar voor 6 augustus 1923. Toen het huis klaar was, haar dood zou zij nog meemaken dat haar poseerde de hele familie voor de fonkel- oude huis onteigend en gesloopt werd nieuwe gevel. Op bijgaande schitterende voor de bouw van een vaste brug over het familiefoto zit Magdalena als Mater Fami- Merwedekanaal. lias tussen haar familieleden en kinderen.

ğ ğ De eerste steenleg- ging van het huis aan de Molendijk 7 op 6 augustus 1923.

ğ De familie Harwijne voor de nieuwe woning aan de Molendijk 7 te Loenen. 10 Vechtkroniek november 2016

Matje Leeman de bezorging voor zijn rekening. Aan haar Matje Leeman (1895) was de werkzaamheden kwam een eind toen Jan tweede dochter van veehou- in 1977 stopte met de bakkerij. dersknecht Jan Leeman en Trijntje van de Geer. Zij huwde op 20 juni 1923 met Pieter Harwijne. Pieter’s vader Jan was twee jaar daarvoor overle- den en Pieter had toen de bak- kerij overgenomen. Zijn moe- der Magdalena Visser woonde nog in het winkel-woonhuis. Nu Matje als kersverse echtge- note van Piet hier ook kwam wonen, was Afb. 4: De eerste steen- het kennelijk tijd voor Magdalena het huis legging van het huis te verlaten, want twee maanden na het hu- aan de Molendijk 7 op welijk van Pieter en Matje startte zij –zoals 6 augustus 1923. hierboven vermeld- met de bouw van een nieuw huis aan de Molendijk. Afb. 5: De familie In de winkel werd niet alleen brood ver- Harwijne voor de kocht, maar ook chocola, getuige het grote nieuwe woning aan de uithangbord aan de gevel: ‘Halt!! Wielrij- Molendijk 7 te Loenen. ders Alhier Grootes Chocolade’. Afb. 6 De zusjes Matje Vijf jaar na hun huwelijk werd het echt- (rechts, 1895) en Ma- paar verblijd met een zoon, die vernoemd ria Leeman (1891). werd naar zijn grootvader: Jan. Jan jr. (1928-1998) zou –als enigst kind- op zijn Afb. 7 Jan Leeman beurt in 1947 zijn vader na diens overlij- (1863-1952), vader den opvolgen als bakker. Matje hielp haar van Matje. zoon: zij stond in de winkel en Jan nam Afb. 8: Trijntje van der Geer (1868-1952), moeder van Matje.

Afb. 9 Het vooraanzicht van de bakkerswinkel. V.l.n.r.: Matje Leeman, Mar Horstman, Trijntje Leeman-van der Geer, onbekend (broertje Anton Harwijne?), Piet Harwijne, Jan Harwijne. Vechtkroniek november 2016 11

1887 WERD JAAR MET EEN ZWART RANDJE Postkantoor Loenen verliest twee medewerkers Mieke Kennis en Willem Mooij

In deze digitale tijd denken we vaak dat Loenersloot mensen elkaar vroeger niet snel een bood- Het begon in mei met de dood van brie- schap konden sturen. Toch viel dat wel vengaarder1 Grevenstuk, die in de buurt mee. In de stad waren er meerdere postbe- van kasteel Loenersloot in de Angstel stellingen per dag. Zo kon je dezelfde dag verdronk, vermoedelijk bij een poging een nog een antwoord op je brief ontvangen. oudere vrouw uit het water te redden. Di- Met een telegram ging het nog vlugger. recteur van Kantoor Loenen was destijds Een aparte besteller zorgde dat het snel G. van Diermen. Hij schreef2 op 20 mei bezorgd werd. 1887: “Aan den Heer Inspecteur den Pos- Ook voor het post- en telegraafk antoor in terijen te Amsterdam. Ik heb de eer UEG Loenen waren in de 19e eeuw bestellers op (= Uwe EdelGestrenge) het overlijden te weg met post of telegrammen, ook naar de berichten van den Brievengaarder A. C. M. De Bredestraaat in meest afgelegen adressen. Door het plot- Grevenstuk te Baambrugge. Gisterenavond Loenen met links het selinge overlijden van twee medewerkers van Loenersloot huiswaarts keerende is hij postkantoor, gezien kreeg het jaar 1887 voor Kantoor Loenen vermoedelijk door de duisternis misleid in vanuit het oosten, circa een zwart randje. het water geraakt en verdronken. Heden 1910. (Coll. W. Mooij) 12 Vechtkroniek november 2015

‘Gisterenavond omstreeks elf uur is de brievengaarder van Baambrug, door de duisternis misleid, in de nabijheid van het slot Loenersloot, in den Angstel gevallen en verdronken.’ En in dagblad De Tijd van 25 mei 1887 stond: ‘Tegelijk met den heer Grevenstuk, brievengaarder van Baambrug, is een te Loenersloot wonende bejaarde juff rouw nabij laatstgenoemde plaats te water geraakt en verdronken. Het vermoe- den ligt voor de hand, dat die juff rouw eerst in het water is gevallen, en de heer G. het slachtoff er is geworden van zijn pogingen tot redding.’

Aangift e van het overlijden van Greven- stuk werd op 19 mei 1887 in Loenersloot gedaan door zijn vader. De verdronken brievengaarder was Antoine Charles Marie Grevenstuk, oud 28 jaar (geb. 8 mei 1859, Amsterdam), ongehuwd. Zijn vader was Antoine Grevenstuk, zijn moeder Hendrica Jousma. De onfortuinlijke vrouw die verdronk was Petronella Kok. Haar overlijden werd aangegeven door Th ierry Emanuel Grevenstuk, broer van de brievengaarder. Petronella was 53 jaar, ongehuwd, van beroep naaister, wonend te Loenersloot. Haar ouders waren Jacobus Kok en Cornelia van Soerland. Het postkantoor gezien heb ik mij naar zijn Kantoor begeven en vanuit de kant van de zijne administratie geheel bijgehouden en Petronella Kok was geboren te Loenersloot Rijksstraatweg, circa volkomen in orde bevonden. Zijn broe- op 13 januari 1834. Haar broers en zwager 1925. (Coll. W. Mooij) der, die hem zoo nodig in de uitoefening waren in Amsterdam werkman, timmer- van zijn dienst bijstond, is niet genoeg op man, melkslijter en suikerbakker. Vader de hoogte om den administratie van het Jacobus Kok was stalknecht. Hij werd in Hoofdkantoor voor zijne verantwoording 1802 geboren in Abcoude/Baambrugge te nemen, waarom ik voorstel daarvoor en woonde vanaf 1831 in Loenersloot. voorloopig mijn geaquireerden klerk F. J. Petronella’s zus Maria, getrouwd met de C. Voorthuis te belasten, totdat daarin op melkslijter, was van beroep ‘dienstbaar’. andere wijze zal worden voorzien.” Zusje Elizabeth, vrouw van de timmer- man, was dienstbode.3 Kranten Uit het uitgebreide archief van Wim Over de familie van de verdronken Timmer te Abcoude kwam interes- brievengaarder wist Wim Timmer het vol- sante aanvullende informatie. In het gende te vertellen: “De ongelukkige was een Algemeen Handelsblad van 21 mei 1887 loot van de bekende Baambrugse calligra- stond een stukje in de rubriek ‘Allerlei’: fen-familie Grevenstuk. De familie woonde Vechtkroniek november 2015 13 in Overdorp, het huidige Rijksstraatweg 75. steunen.” In het jaarboekje 1981 van Nift arlake heeft Dedalo Carasso een artikel geschreven: De Fredrik Wilhelm Bosson overleed op 20 schrijfk unst van drie generaties Greven- oktober 1887 op 32-jarige leeft ijd. Hij was stuk, 1858 - 1950. In juni 1983 werd in in Utrecht geboren als zoon van Korne- het Amsterdams Historisch Museum4 een lis Bosson en Evertje Monrooi. Fredrik tentoonstelling aan deze familie gewijd.” Bij Wilhelm Bosson was niet alleen telegram- deze tentoonstelling werd het artikel van besteller, in het bevolkingsregister van Carasso als overdruk opnieuw uitgebracht. Loenen staat hij vermeld als schoenmaker. Het gezin woonde op het adres A 113b5. Aanbeveling Dit was een van de kleine huisjes in de Op 23 oktober 1887 moest directeur Van Bredestraat, achter het huidige Dorps- Diermen weer een overlijden melden, straat 33. Zijn vrouw was Jannetje Spijker. nu ‘aan den Heer Inspecteur’ te Utrecht: Jannetje is overleden in 1931, op 79-jarige “Ik heb de eer UEG te rapporteren dat de leeft ijd. telegrambesteller F. Bosson, alhier, aan wien Volgens datzelfde bevolkingsregister de bestelling tegen betaling per telegram woonde postdirecteur Geurt van Diermen was opgedragen, overleden is, eene weduwe in huis A 118a, boven het postkantoor, het met drie jonge kinderen achterlatende. huidige Bredestraat 5-7.6 Zijne weduwe heeft verzocht voortaan de telegrammen te mogen bestellen op dezelfde Tasje voorwaarden waarop dit door haar man De ambtelijke beslissing over de opvolging geschiedde. Zij is als strijkster steeds in van de telegrambesteller werd prompt hare woning, kan vlug loopen, alsmede genomen. Op 25 oktober 1887 kwam de goed lezen en schrijven, en verdient in alle reactie van de inspecteur al. “In antwoord opzichten aanbeveling. Waarom ik niet heb op uw schrijven No 456 van 23 dezer heb ik geaarzeld haar verzoek bij UEG te onder- de eer U te machtigen overeenkomstig Uw

Huis Overdorp in Baambrugge waar Grevenstuk woonde, getekend door een andere Grevenstuk. (Coll. Het Utrechts archief) 14 Vechtkroniek november 2015

voorstel de telegrambestelling voorloopig op NOTEN: dezelfden voet op te dragen aan de weduwe 1 Een brievengaarder was als beheerder van een hulp- van F. Bosson. Gij zult haar zoo noodig wel postkantoor (vaak aan huis) verantwoordelijk voor de onder het oog brengen dat zij steeds zinde- inzameling en eerste distributie van brieven en andere lijk en ordelijk gekleed moet zijn. Mocht ten poststukken. De afl evering van de stukken werd gedaan uwent alleen een telegramtasch voorhanden door de briefbesteller en postbode. zijn, dan kunt gij, ten haren behoeve bij het 2 Utrechts Archief 316, inventaris nummer 22 Ingekomen Rekenplichtig beheer een taschje van verlakt stukken bij de directeur van het post- en telegraafkantoor leder (enveloppe) aanvragen, dat voor vrou- te Loenen, 1850-1887. welijke bestellers meer geschikt is.” 3 Bron: www.Pondes.nl 4 Amsterdam Museum, tot en met 2010 bekend als het Amsterdams Historisch Museum, is gevestigd in het gebouwencomplex tussen de Kalverstraat en de Nieuwezijds Voorburgwal. In de middeleeuwen was daar het Sint-Luciënklooster. In 1579 trok het Amsterdams Burgerweeshuis er in en bleef daar tot 1960. 5 Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen, gemeente Loenen, 1811-1943, bevolkingsregistratie Loenen, deel 3, bevolkingsregister, 1880-1890. Pag 131. 6 Idem, pag 136.

Overdracht van het bezorgen van telegrammen aan de weduwe van F. Bosson. VechtkroniekVVechhtkkroonin eek nnonovemberovev mbm ere 2201501015 1515 Trekhondenkeuring in Loenen

Willem Mooij en Wim van Schaik

‘Iedere cent drie keer omdraaien voordat Overigens waren het niet alleen de ‘armen’ je hem uitgeeft ’, dat was tot ver in de 20ste die de trekkracht van de hond gebruikten, eeuw in de meeste gezinnen de dage- ook de P.T.T. gebruikte tot 1922 honden- lijkse praktijk. De lonen waren laag en de karren voor de bezorging van brieven en sociale zekerheid stelde, vergeleken met kleine pakketten en in het Nederlandse de tegenwoordige regels, nog niet veel leger dienden tijdens de eerste wereldoor- voor. Zuinig leven was dus niet alleen een log meer dan 1200 honden. deugd maar ook bittere noodzaak. Vooral buiten de bebouwde kom zag je achter de Dat ook de gemeente deze vorm van ver- huizen vaak een stal met daarin een geit, voer inschakelde blijkt uit de mededeling of beter nog: twee geiten. Dan was er een dat in 1912 aan gemeentearbeider Appel die melk gaf en een, die zwanger was, voor door de gemeente Loenen een bedrag van de melkvoorziening van het volgend jaar. vier gulden werd betaald voor ‘het gebruik Zoals de geit op die manier ‘de koe van van zijn trekhond ten dienste der gemeen- de armen’ was, fungeerde de trekhond te voor het ophalen van asch en vuilnis’. als het paard van de armen. Melkboeren, De trekhonden van het leger en de P.T.T. petroleumventers, bakkers en vele andere zullen wel behoorlijk behandeld zijn en kleine ondernemers gebruikten de hond ook gemeentearbeider Appel zal voor die als trekdier om hun waren te vervoeren. vier gulden zijn hond wel behoorlijk heb-

Oproep tot keuring van trekhonden, 20 februari 1928. 16 Vechtkroniek november 2015

Trekhondenkeuring ben kunnen verzorgen, maar vaak was dat beperken op plaatsen waar en gedurende in 1928 achter Rijks- anders. Ondanks het feit dat ze voor hun tijden dat dat voor de veiligheid nodig was straatweg 106, waarin inkomen deels afh ankelijk waren van hun en er kwam een gemeentelijk registratie- nu Eterij de Gekroonde hond, betekende dat niet dat de eigenaren systeem waar alle eigenaren hun dieren Laarsjes is gevestigd. ze ook goed verzorgden. Onkunde en moesten laten registreren en daarvoor Op de foto v.l.n.r. geldgebrek leidden tot hartverscheurende aan een aantal regels moesten voldoen. gemeenteveldwachter situaties. Er was dan ook veel weerstand Als eisen werden onder andere genoemd Lammert de Jong tegen het gebruik van trekhonden. Opval- dat er geen kreupele, schurft ige, gewonde, (1889-1969), met lend is in dit verband dat al in december zichtbaar drachtige of zogende honden ge- bolhoed veearts Hart- 1852 zowel in de gemeenteraad van bruikt mochten worden. Een verbod was mann (1859-1933) en Loenersloot als in die van Loenen een ver- er ook voor honden die te jong of te klein enkele trekhondenbe- ordening werd vastgesteld, die het rijden waren en er moest een drinkbak aanwezig zitters. Rechts naast de van wagens of voertuigen bespannen met zijn. Voorts was het verboden dat meer bolhoed van de veearts honden in die gemeenten verbood. Hoe- dan twee(!) mensen op de hondenkar is het hoofd te zien van wel als reden voor het verbod de algemene plaatsnamen. Mogelijk gaf dit een verlich- Benjamin (Ben) Stoker veiligheid werd genoemd mag, uit het feit ting van het lot van de trekhonden, maar (1899-1966), toenter- dat het verbod kennelijk dag en nacht van het bleef een ‘hondenleven’. De weerstand tijd petroleumventer kracht was op alle publieke en buurtwegen tegen deze praktijk bleef dan ook groot. voor Maatschappij in de gemeenten, worden afgeleid dat er De Automaat. ook andere redenen waren. De Dierenbescherming had een regeling, (coll. W. Mooij) waarbij de gemeenten de afgekeurde hon- Doordat het beleid per gemeente verschil- den bij hen konden aanmelden zodat ze de, achtte de Rijksoverheid het in 1910 behoorlijk konden worden verzorgd, ofwel nodig om de zaak wettelijk voor het hele pijnloos worden afgemaakt. Daarnaast was land te regelen door middel van de Trek- er een voortdurende actie, die gericht was hondenwet. Gemeenten mochten voort- op verandering van de regels. Een groot aan alleen het gebruik van trekhonden aantal plaatselijke verenigingen werkte Vechtkroniek november 2015 17 daartoe samen in De Federatie van Ver- eenigingen inzake het Gebruik van den Hond als Trekdier in Nederland, die onder andere actie voerde door de gemeentebe- sturen met haar standpunten te benade- ren. Dat leidde in 1927 uiteindelijk tot een aanpassing van de Trekhondenwet. Een belangrijke verbetering was dat de honden in het vervolg eerst goedgekeurd moesten worden voor het gebruik als trekhond, voordat de gemeente het nummerbewijs (de registratie) afgaf. Ook het meerijden van twee mensen op de kar was niet langer toegestaan. Voortaan kon de burgemeester, op verzoek, een speciale vergunning geven waarmee er tijdens de rit één persoon op de kar mocht zitten. De minister gaf de gemeenten als aanbeveling om de keuring jaarlijks te laten plaatsvinden, bij voorkeur door ambtenaren van de politie omdat die het beste op de hoogte waren van de gestelde eisen. Dat verliep niet probleem- loos; de regels kenden de politiemensen wel maar van honden hadden ze waar- schijnlijk minder verstand. Hoewel er in de formulieren, die bij de keuring werden gebruikt, precies was aangegeven waarop aan de gemeenten. In Loenen had het Aanschrijving Federatie gelet moest worden, werden er in de ene gemeentebestuur zich deze problemen van Vereenigingen plaats veel meer honden afgekeurd dan in bespaard door de keuring te laten plaats- inzake het gebruik van de andere plaats. Dat leidde dan weer tot vinden door de plaatselijke veearts. Op den hond als trekdier beroepszaken van de eigenaren van die maandag 27 februari 1928 werden de hon- in Nederland, 20 mei honden bij Gedeputeerde Staten, gevolgd denbezitters daarvoor uitgenodigd zich 1920. door een aanschrijving van de minister te melden op het toen nog braakliggend

Tekeningen uit een rapport van een hondenkeuring. 18 Vechtkroniek november 2015

Trekhondenkeuring terrein achter het café, dat tegenwoordig RHC Vecht en Venen: in 1928 achter Rijks- bekend is als restaurant De Drie Laarsjes. archief gemeente straatweg 106, waarin De grote verlossing kwam voor veel archief gemeente Loenen nu Eterij de Gekroonde trekhonden toen in 1937 de bakfi ets zijn archief gemeente Loenersloot Laarsjes is gevestigd. intrede deed in ons land; hun aantal liep V.l.n.r.: Veearts Hart- toen al snel terug van 80.000 omstreeks E. Fleurke en B. Verdonk, De Handkar, het vervoermiddel van mann (1859-1933), 1900 tot ongeveer 11.000 aan het eind van de kleine man, Zutphen 2013. gemeenteveldwachter de jaren dertig. Toch bleef de trekhond Nederlandse Staatswetten, Editie Schuurman en Jordens, nr. Lammert de Jong nog jarenlang een bekende verschijning 74, Trekhondenwet, Zwolle 1926. (1889-1969) en enkele in het dorp; oudere inwoners van Loenen trekhondenbezitters die hebben nog meegemaakt dat gemeente- hun hond ter keuring werkman Van Tricht het vuilnis met de kwamen brengen. hondenkar ophaalde. (coll. W. Mooij) Hoewel bij de invoering van de nieuwe Wet op de Dierenbescherming in 1962 het houden van trekhonden werd verboden, bestaan er toch nog een paar. Die worden gebruikt voor de beoefening van de sle- desport, waarvoor een bijzondere vergun- ning wordt verleend.

BRONNEN: VechtkroniekVeVechchtktkroroninieke nonnovemberovevembberer 220150115 199

WILLEMPJE VERPANDE ZELFS HAAR MEISJESBRIEVEN De onverbeterlijke weduwe uit Vreeland Mieke Kennis

Wie staat na 200 jaar in het middelpunt opvang van de wezen. In ieder gesticht van de belangstelling? Niet de notabelen, konden 1200 kinderen wonen. Maar om- maar een eenvoudige Vreelandse weduwe. dat er niet genoeg kinderen kwamen, werd In 1824 werd Willempje Scholbroek–van een gebouw gebruikt voor de opvang van der Doozen als behoeft ige pauper met bedelaars en zwervers. Zij werden te werk haar kinderen ‘opgezonden’. Ze gingen gesteld op de hoeves van de kolonisten. In naar de Koloniën, het ontginningsgebied de Ommerschans werd een strafk olonie in Noord-Oost Nederland, dat nu kan- opgericht. Hier werden landlopers en didaat is voor de Wereld Erfgoedlijst van bedelaars opgesloten, maar ook kolonisten Unesco. Het leven van Willempje krijgt konden hier terechtkomen. bijzondere aandacht van de musea, die De kolonisten werkten op het land en zich bezig houden met die Koloniën. Ook in de ‘fabriek’ waar onder andere linnen4 in publicaties over de Maatschappij van werd geproduceerd. Het ontginnen van Weldadigheid2 komt de ‘lustige witwe uit de onvruchtbare zandgronden en het Het Duitse geboortebe- Vreeland’ regelmatig voor.3 militaire regime viel de mensen zwaar. wijs van Johan Berhard De Maatschappij van Weldadigheid werd Niet voor niets kregen de koloniën later de Scholbrock. (Coll. RHC in 1818 opgericht om paupers een kans bijnaam “Hollandsch Siberië”. Vecht en Venen) te geven zich te ontworstelen aan een arm bestaan. Nederland was in het begin van de negentiende eeuw, na de Franse overheersing, sterk verarmd. Initiatief- nemer was generaal Johannes van den Bosch. Hij kocht in Drenthe woeste grond aan zodat de armen deze konden ontgin- nen. De maatschappij bouwde kolonies, bestaande uit hoeves, kleine koloniehuisjes met een beetje grond. Die huisjes stonden op regelmatige afstand van elkaar langs kaarsrechte wegen. De kolonies werden later omgevormd tot de dorpen Frede- riksoord, Wilhelminaoord, Boschoord en Willemsoord. De Maatschappij van Weldadigheid sloot in 1823 een contract met de Nederlandse regering om 4.000 wezen, 1500 bedelaars en landlopers en 500 gezinnen op te nemen. In Veenhuizen liet Van den Bosch drie grote gebouwen neerzetten voor de 20 Vechtkroniek november 2015

Wilpie Willempje van der Doozen behoorde met haar vier dochtertjes tot de behoeft ige gezinnen, die per beurtschip5 ’s nachts van Amsterdam over de Zuiderzee naar Blokzijl werden getransporteerd. Daarna gingen zij met de trekschuit naar Steen- wijk en over zand- of modderpaden de laatste kilometers naar Frederiksoord. De tocht duurde drie dagen. Willempjes leven was hoopvol begonnen. Zij werd in 1788 geboren in Vreeland. De patriotten waren toen actief met hun ideeën van vrijheid, gelijkheid en broeder- schap, maar daar heeft ze in haar leven weinig aan gehad. Volwassen geworden kreeg Willempje werk als naaister en op 18 juni 1814 trouwde zij 26 jaar oud met de uit Duitsland afk omstige kleermaker Johannes Bernardus Scholbroek of Schol- brock, die 40 jaar was. Onder de huwe- lijksakte tekende de bruid met hanepoten: “Wilpie” van der Dooze’. Om te kunnen trouwen moest de bruide- gom aktes uit zijn geboorteplaats Olfen Handtekeningen Wie kon aantonen, dat hij van de op- laten komen. Dat nam heel veel tijd in van Johan Berhard brengst van zijn land en vee voldoende beslag en het eerste kind Catharina werd Scholbrok en Wilpie kon bestaan, kon bevorderd worden tot twee maanden voor de bruiloft geboren van der Dooze onder vrijboer. Dat was niet voor velen weg- in ‘huis nr. 104 te Vreeland in den Bosch’. hun huwelijksakte. De gelegd, want de kolonisten moesten ook Dat zal de tegenwoordige Boslaan6 zijn. In huwelijksakte tekent hun schuld terugbetalen. Die liep steeds de geboorteakte staat dat Scholbroek het hij zelf met Scholbrok, verder op door de kosten van het eten en kind zelf heeft aangegeven, “Bekennende maar Willempje staat de verplichte blauwe koloniekleding. de vader van het kind te zijn en hetzelve te later overal geregis- Uiteindelijk leed het project van generaal hebben gehad van Willemtje van der Doo- treerd als de weduwe Van den Bosch schipbreuk, omdat hij van- zen”. Het echtpaar kreeg vier dochters. De Scholbroek, of ook wel wege de tegenvallende opbrengsten steeds jongsten werden geboren in Vreeland op Scholsbroek RHC Vecht weer geld moest lenen om de kolonies in 11 februari 1821 en dat was een tweeling, en Venen. stand te kunnen houden. Zelf weet hij het Elisabeth Geertruij en Geertruij Elisabeth. mislukken echter vooral aan ‘de verkwis- Drie jaar later, in 1824 blijkt Willempje in tende aard van de kolonistenvrouwen’. Amsterdam te wonen en weduwe te zijn. Alle mogelijke archieven heb ik nagezocht Er gingen ook mensen met betere vooruit- om de overlijdensdatum van haar man zichten naar de koloniën. Jan Frederiks uit te vinden. Niets in Amsterdam, niets in Nigtevecht kreeg in 1826 een betrekking Vreeland en ook niet op de begraafplaats als onderdirecteur bij het bedelaarsge- in Loenen. Dit overkomt mensen die ge- sticht De Ommerschans. Zijn echtgenote nealogisch onderzoek doen wel vaker en Johanna Elisabeth Durr kwam ook uit je hoort dan de verzuchting: “Ik krijg hem Nigtevecht. maar niet dood.” Vechtkroniek november 2015 21

In mei 2016 kwam een belangrijk stuk over de Zuiderzee als ‘de weduwe Schol- boven water.7 De dochters van Willempje broek’ met vier dochtertjes op hoeve 14 in hadden voor hun huwelijk papieren nodig Willemsoord is komen wonen. Elk gezin waarin het overlijden van hun vader werd in de kolonie moest beschikken over vastgesteld (dit heet een doodcedul). Dit voldoende mannelijke arbeidskracht om stuk is bewaard in de huwelijkse bijlagen het land te bewerken en daarom werd van het huwelijk van Anthonie van der een 24-jarige jongeman toegevoegd ‘ter Sluis met Elizabeth Geertruij Scholbroek volmaking van het huisgezin’. Dat laatste op 3 juli 1845 in Weststellingwerf. Het do- hebben Willempje en deze Antoni Leen- cument dateert uit 1841 en was oorspron- ders letterlijk opgevat. Na verloop van tijd kelijk in Amsterdam opgemaakt voor het was ze zwanger van hem en moest ze voor huwelijk van haar zus Kuinera, die toen de Raad van Politie en Tucht verschijnen in de Suikerbakkersteeg in Amsterdam wegens ontuchtig levensgedrag en het ver- woonde. panden van goederen: een ‘baaijen8 roode’ Hierin staat dat de vader in 1823 “uit rok, een nieuw kolonielaken, twee nieuwe hoofde van groote ongesteldheid” in het vrouwenhemden en twee meisjesbrieven Buiten Gasthuis in Amsterdam is opgeno- van haar eigen. men en “in een zeer korststondigen tijd na Wat die ‘meisjesbrieven’ precies waren is zijn aankomst is overleden”. Dat Kuinera tot nu toe niet duidelijk. Het woord ‘brief’ zich voor haar huwelijk tot de directie van kan gebruikt zijn als benaming voor een dat gesticht heeft gewend en daar hoorde opgevouwen pakketje. In de 19e eeuw dat haar vaders naam niet in de registers hadden brieven nog geen envelop. Dat voorkwam. Het was dus niet mogelijk een (lappen-?)pakketje van Willempje kan dan schrift elijke verklaring af te geven dat haar uitwasbaar maandverband zijn geweest. vader was overleden. Het gevonden docu- Ze had dat immers de komende tijd niet ment moest het doodcedul vervangen. nodig. Ook is de suggestie gedaan dat het om condooms zou gaan. Die werden Ter volmaking en worden wel ‘French letters’ genoemd, Of opname en overlijden werkelijk zo Franse brieven9. hebben plaatsgevonden blijft een vraag, Willempje werd voor onbepaalde tijd maar zeker is dat Willempje na de reis verbannen naar de strafk olonie bij de Om-

- Geboorteakte oudste dochter Catharina. (Coll. RHC Vecht en Venen) 22 Vechtkroniek november 2015

heid. Zowel van generaal Van den Bosch als van de eerbiedwaardige secretaris van de Maatschappij, de voormalig predikant Willem Anthony Ockerse, is bekend dat hij een (dienst)meisje zwanger heeft gemaakt.

Zwarigheid In de strafk olonie werd Willempjes zoon Arnoldus van der Doze10 op 7 maart 1826 geboren. Hij overleed al na 18 dagen. Op 23 juni nam de vader de benen, maar Willempje zou twaalf jaar in de strafk o- lonie zitten. Dat komt mede omdat ze op de Ommerschans nog een keer zwanger werd. Willempje was indertijd opgezonden via de subcommissie Amsterdam van de Maatschappij van Weldadigheid, maar pas ná overleg met Vreeland. Als iemand niet in staat was voor zichzelf te zorgen en geen beroep kon doen op familie en vrienden, lag de morele plicht tot het verlenen van hulp bij de kerken en de Document van opzen- merschans, waar ook het bedelaarsgesticht bijzondere instellingen van liefdadigheid ding door Vreeland was. Tijdens de Kolonistendag 2009 werd in de geboorteplaats. Vandaar dat Am- RHC Vecht en Venen, door Toneelvereniging Erica uit Wilhelmi- sterdam meteen Vreeland, als ‘domicilie met de aantekening naoord een stuk opgevoerd dat gebaseerd van onderstand ‘ benaderde omtrent de van Schout Ruys. was op het boek van Wil Schackmann en weduwe Scholbroek en haar kinderen. Archief gemeente voor een groot gedeelte draaide om de Vreeland koos als oplossing haar op te Vreeland, RHC Vecht rechtszaak van Willempje van der Doozen. laten zenden naar de Koloniën en schout en Venen. Het stuk wordt nog steeds gespeeld tijdens H. Ruys gaf als opmerking mee: “Vrij de Koloniedag in Frederiksoord en bij de goed van gedrag en wordt met de kinderen Landlopersdag in Veenhuizen. bedeeld te Vreeland.” De Maatschappij van Weldadigheid wilde In 1829 werd Vreeland echter weer gecon- haar kolonisten verheff en en onderdeel fronteerd met Willempje. De Maatschappij daarvan was de bestrijding van ‘onkuisch van Weldadigheid wilde haar ontslaan en gedrag’. Dat werd streng aangepakt. Kwam ruilen voor een geschikter gezin, want van je er bij een diefstalletje of een uiting van de weduwe Scholbroek werd geen verbe- dronkenschap of een belediging van de tering verwacht. Dan moest nog wel even onderdirecteur meestal af met een paar haar schuld van zo’n 100 gulden worden dagen opsluiting in de strafk amer op voldaan. De kolonisten-gezinnen moesten de kolonie, bij onzedelijk gedrag volgde namelijk alles wat hen verstrekt werd, van altijd een verbanning naar de strafk olonie brood tot beddengoed, terugverdienen Ommerschans. Dat gold natuurlijk alleen met werk in de fabriek of op het land. voor de kolonisten want de negentiende Alleenstaand, met vier kleine meisjes, was eeuw was niet alleen een bolwerk van de schuld van Willempje natuurlijk steeds zedelijkheid, maar ook van schijnheilig- verder opgelopen. Vechtkroniek november 2015 23

In 1829 had Vreeland ongeveer 600 in- Schutterij woners. Het gemeentebestuur meldde dat Het leven in de strafk olonie verschilde niet jaar aan de provincie: “In de belangen der veel van het leven in een van de andere armen wordt alhier zeer goed voorzien. Het koloniën. Arbeid was het leidend beginsel, getal der bedeelde personen is 26.” Per jaar of op het land of in de fabriek, waar de ko- werd ongeveer 1000 gulden door de Dia- lonisten moesten spinnen, weven, naaien conie aan armenzorg uitgegeven. Dit werd of breien. Van direct na de ochtendmaal- geheel gedekt door donaties en collectes. tijd tot de bel voor het warme middag- Er was geen bijdrage van het gemeentebe- maal en daarna weer tot de avondmaaltijd. stuur nodig. Door de 100 gulden van Wil- De kleinere kinderen gingen overdag naar lempje zouden ze lelijk in de rode cijfers school, de oudere ’s avonds na het werk. komen en Vreeland liet weten “zwarigheid Toch komt er een happy end in zicht. Eerst in dat ontslag te zien en liefst te willen dat probeert Willempje nog tevergeefs met zij in de kolonie bleef.” haar gezin van de schans weg te lopen: ‘5 De correspondentie over de voorgestelde augustus 1829 gedeserteerd, 10 augustus ruil is bewaard gebleven, maar daarbij zit 1829 weer terug’. Vermoedelijk vreesde helaas niet meer de originele brief met de ze de straf voor haar nieuwe ongehuwde afwijzing van Vreeland. De strekking was zwangerschap. De vader is een van de be- echter duidelijk. delaars, Christiaan Willem Harbregt. Hij is niformen van de schut- op 21 december 1826 vanuit Rotterdam in terij in 1831. De sjako Zelf vroeg Willempje ook of ze mocht het bedelaarsgesticht opgenomen, waar hij (het hoofddeksel) was vertrekken. In het verslag van haar ver- door zijn goed gedrag veldwachter wordt. van bordpapier, over- hoor staat “Dezelve heeft vier kinderen, Dergelijke bedelaar-veldwachters kregen trokken met wasdoek. waarvan de beide oudsten meisjes zijn van een geringe vergoeding, waarbij opgeteld Zij werden gemaakt in 16 en 14 jaren oud, voor welke meisjes zij kon worden een premie voor elke bedelaar Utrecht door de fi rma zegt, dadelijk na haar ontslag, diensten te die ze ‘buiten de limieten’ oppakten en af- J.Leenarts en kregen kunnen bekomen, bij of door de hulp van getrokken een geldstraf voor elke bedelaar de bijnaam: Hoedje hare zeven, gelijk zij opgeeft , welgestelde die weg wist te komen. van papier. Aquarel zusters en broeders. Het zijn inderdaad Christiaan Willem is negen jaar jonger van J. Hoynck van oppassende meisjes, en de oudste is in dan Willempje. Volgens het bij zijn bin- Papendrecht uit het dienst bij den boekhouder Stokmeijer. De nenkomst in de Ommerschans opge- boek: De uniformen twee overige kinderen zijn tweelingen van maakte signalement heeft hij een smal van de Nederlandsche 9 jaren oud, welke een broeder van haren ‘aangezigt’, een bleke gelaatskleur, rond zee- en landmacht, overledenen man, die kinderloos is, gaarne voorhoofd, een grote neus, een ordinaire hier te lande en in de bij zich zoude willen nemen. Zij zelve is een (=gewone) mond en kin, bruin haar, koloniën. bekwame naaister, waarmede zij in haar eigen onderhoud en misschien ook, des noodig, in dat van de beide jongste kinderen zoude kunnen voorzien.” Het verzoek werd afgewezen omdat de openstaande schuld niet betaald kon worden. Haar voorstelling van de welstand van haar familie was nogal rooskleurig. In de door de Diaconie van Vreeland be- taalde rekeningen staat in 1829 regelmatig haar broer, de schildersknecht Gerrit van der Dooze vermeld, voor medicijnen bij- voorbeeld, of kousen voor de kinderen. 24 Vechtkroniek november 2015

blauwe ogen en is hij 5 voet en 5 duim, dus Vrijwillig het bedelaarsgesticht in kwam 1.55 m. lang. Maar een man met een groot vaak voor. In de meeste gevallen uit pure hart, zal blijken. armoede. Het bedelaarsgesticht was de Het kind, genaamd Willem, wordt geboren enige plek in ons land waar je gegaran- op 12 december 1830 en bij de burgerlijke deerd elke dag een warme prak kreeg. Net stand ingeschreven als Willem van Doze. als verwarming en medische verzorging. Een half jaar later vertrekt Christiaan Na een jaar schrijft Harbregt een verzoek- Willem Harbregt. Het is de tijd van de schrift aan de permanente commissie, het Belgische opstand. De ‘zuidelijke Neder- dagelijks bestuur van de Maatschappij van landen’ hebben zich in oktober 1830 los- Weldadigheid. De 38-jarige Christiaan gemaakt van het koninkrijk der verenigde Willem kan namelijk niet trouwen zonder Nederlanden. Koning Willem I heeft een toestemming van de Maatschappij. ‘algemeene wapening’ uitgeroepen. Bij Wat Willempje betreft , schrijft hij: ‘Hunne sommigen in de hogere standen is de be- wederzijdsche bedoelingen dezelfde blijven- reidheid niet zo groot. Om te voorkomen de, zich beschouwende als onafscheidbaar, dat hun zonen in dienst moeten, betalen geene andere wenschen overig hebbende ze fl ink geld voor ‘remplaçanten’, die hun dan door een wettig huwelijk te zamen te plaats innemen. Christiaan worden vereenigd, om zoo doende geluk en Willem Harbregt treedt op 1 Mei 1831 als tegenspoed, zoet en zuur met elkander te plaatsvervanger in dienst bij de schutterij. deelen, en elkanders lot op aarde te helpen Niet omdat hij weg wil, maar om met het torschen en dragen.’ geld bij te dragen in het onderhoud van Bloemrijk taalgebruik, maar niet van de het gezin. bruidegom in spé. Harbregt heeft voor Willempje zit intussen nog steeds in de het verzoekschrift iemand ingehuurd strafk olonie Ommerschans, met het leven- en zelf tekent hij met een kruisje: ‘Dit is dig bewijs van haar ontuchtig gedrag, de het handmerk van C.W. Harbregt, niet kleine Willem, aan haar rokken. kunnende schrijven’, Dat had hij gemeen In de jaren erna vliegen twee van de met de grote meerderheid van de kolo- dochters uit. Oudste dochter Catharina niebewoners. Tenzij ze nog jong zijn. Het vertrekt juli 1833, Kuinera een jaar later. onderwijs in de koloniën was extreem Als groot geworden kinderen van de kolo- goed. Er was vanaf het begin in 1818 leer- nie vertrekken, wordt altijd genoteerd dat plicht voor kinderen vanaf zes jaar. En het zij zijn ‘gaan dienen’, want in de standen- analfabetisme werd daar in één generatie maatschappij die Nederland is staan alleen uitgeroeid. In de rest van het land werd de functies als dienstbode of dienstknecht leerplicht pas in 1903 ingevoerd. voor jongeren uit deze stand open. Ook Willempje was afh ankelijk van ambtenaren, die iets moesten noteren. Kruisje Ze kon zelf moeizaam haar naam onder Als zijn diensttijd er op zit, wil Harbregt documenten schrijven. De naam Van der absoluut ‘zijne betrekkingen met de Doozen komt daardoor op allerlei manie- weduwe Scholbroek volgen’, en daarom ren voor. Met s of z, een of twee oo’s, met meldt hij zich vrijwillig aan voor de Om- en zonder n en zelfs een keer als Van der merschans. En hij is welkom, zowel bij Doven. Ook Scholbro(e)(c)k komt in vele de directie - ‘eenige tijd na zijn aankomst variaties voor in de registers. is hij weder in zijne vroegere betrekking Pas na twee jaar krijgen ze toestemming. van veldwachter opnieuw geplaatst’- als Op 25 april 1838 trouwen Willempje bij Willempje van der Doozen, weduwe van der Doozen, dan 49 jaar oud, beroep Scholbroek. koloniste, en de 40-jarige Christiaan Vechtkroniek november 2015 25

Willem Harbrecht, beroep veldwachter, te Ommen. Met de aantekening ‘1 kind gewettigd’.

Bevordering Kort daarop, 5 mei 1838, trekken ze vanaf de Ommerschans naar Veenhuizen, want ze zijn bevorderd tot arbeidershuisgezin. Arbeidershuisgezinnen hebben geen eigen landje, maar werken ‘als arbeiders in het loon’ op het veld en in de spinnerij. Zo’n woning is 4.20 bij 4.70 meter, heeft een schuifraam en een deur waarvan het bovenste gedeelte uit ruitjes bestaat, een wonende familie. Bij gebrek aan wettelijke ingebouwde bedstee en een open stook- armenzorg is familie in de negentiende Een plaggenhut, half plaats. In woning nummer 63 trekken eeuw ontzettend belangrijk. Dat is het ingegraven in de grond Christiaan Willem Harbregt, Willempje enige waar je op terug kunt vallen als het en opgebouwd met met de tweeling Geertrui Elisabeth en slecht gaat. planken en plaggen. Elisabeth Geertrui, plus zoon Willem, Deze jaren zijn voor de koloniën en de die ondanks de wettiging nog steeds kolonisten niet makkelijk, want vanaf met de achternaam Van der Dooze 1845 heerst in heel Europa de aardappel- staat ingeschreven. In 1843, na vijf jaar ziekte. De tweeling Geertrui Elisabeth en als arbeidershuisgezin in Veenhuizen, Elisabeth Geertrui verlaat in deze periode mogen Christiaan Willem, Willempje het ouderlijk huis. en de kinderen hoeve nummer 123 in In 1853 trouwt de dan 23-jarige zoon Aanzicht en plat- Frederiksoord betrekken. Na een paar jaar Willem van der Doze. Zijn bruid is de tegrond van een verhuizen ze naar Wilhelminaoord, hoeve even oude Cornelia Zandwijk, dochter kolonistenwoning. nummer 41 aan de Oostvierdeparten, een van een kolonist uit Oudewater. Met de Uit: Een steen in de noordoostelijke uithoek van de kolonie. Maatschappij en de subcommissie van vijver, L. Lam- weldadigheid Amsterdam wordt geregeld bregts,1985. Plaggenhutten De oudste dochters wonen inmiddels weer dichtbij, in een ‘huttendorp’. Een koloniaal gezin mag een uit de kolonie vertrokken familielid niet weer in huis nemen zonder schrift elijke toestemming en daarom wonen veel van die familieleden in de na- bijheid van de koloniën. Als iemand op het veen een hut bouwt en hij slaagt er in om voor de eerstvolgende zonsopgang ‘rook en vuur’ in die hut te hebben, dan mag hij volgens oud gebruik daar blijven wonen. Zo ontstaan diverse nederzettingen met zelf gebouwde plaggenhutten. De leefomstandigheden zijn stukken slechter, maar als de directie de andere kant opkijkt, krijgen de hutbewoners vaak iets toegestopt van hun op de kolonie 26 Vechtkroniek november 2015

Lijstje van de door dat het jonge paar de hoeve als kolonis- Kleinkinderen Willempje verpande tenechtpaar overneemt. Willems ouders In 1861 gebeurt er een heleboel met de fa- goederen, archief blijven er wonen. milie. Het lijkt eindelijk tot Willem van der Maatschappij van Zoals ooit Antoni Leenders ‘ingedeelde’ Doozen doorgedrongen dat hij in 1838 bij Weldadigheid, Assen was bij de weduwe Scholbroek, zo zijn nu het huwelijk van zijn ouders gewettigd is. Willempje (65 jaar) en Christiaan Willem Zijn achternaam wordt doorgehaald en Harbregt (56 jaar) ingedeelden bij hun voortaan gaat hij door het leven als Wil- zoon Willem. Zo hoort het ook, volgens lem Harbrecht. Bovendien wordt dat jaar de Maatschappij, die hoeves alleen aan de bevolking van de koloniën opgedeeld kinderen geeft als zij beloven hun ouders in twee groepen: vrijboeren en arbeiders. de rest van hun leven ‘naar kinderpligt met Willem gaat behoren tot de vrijboeren. liefde te verzorgen’. Dat wil niet zeggen dat Op 18 januari komen de oudste doch- Christiaan Willem en Willempje niet meer ter Catharina en haar echtgenoot op de hoeven te werken, want oudedagsvoorzie- kolonie wonen in Wilhelminaoord. Op ningen bestaan ook nog niet. 26 februari arriveert een van de tweeling,

De kolonisten droegen uniforme kleding, die in de eigen werkplaats werd gemaakt.

Mannelijke kolonist in de verplichte blauwe kleding.

Vrouwelijke koloniste met kind, in de ver- plichte blauwe kleding. Vechtkroniek november 2015 27

Geertrui Elisabeth. Zij is buiten de kolonie getrouwd met een zoon van de Amster- “Een bijzonder mens” damse kolonist Schnoor en die heeft in Dit artikel is gebaseerd op publicaties van Wil Schackmann1. Zijn Wilhelminaoord een koloniehoeve toege- eerste boek over de Koloniën van de Maatschappij van Weldadig- wezen gekregen. Daar komen dan ook vijf heid was De Proefkolonie. Hierin staan veel sappige details over kleinkinderen van Willempje te wonen. dit unieke 19de-eeuwse project. Dit kon dankzij een grote groep Het duurt vijf jaar tot ook de andere helft vrijwilligers, die al jaren bezig is om de 400 strekkende meter archief van de tweeling met zes kleinkinderen bij in Assen door te spitten en alle handgeschreven stukken digitaal Willempje in de buurt komt wonen. Dan leesbaar te maken. Brieven vormen de ruggengraat van het archief. bezetten Willempje en haar kinderen vier Over alle zaken die binnen de Koloniën aan de orde kwamen werd hoeves in Wilhelminaoord. Met de zes gecorrespondeerd. Ze geven een schat aan informatie over per- van zoon Willem bij wie ze in huis woont, soonlijk leven en persoonlijk leed van gewone mensen, die normaal brengt dat het totaal aan kleinkinderen op gesproken niet in archieven voorkomen. Ze laten een indringend zeventien. Ze kan er niet lang meer van beeld zien van een maatschappij waarin de bovenklasse – geheel in genieten. Op 23 oktober 1867 overlijdt lijn met het verlichtingsidee – de onderklasse wilde opvoeden. Willempje van der Doozen. Ze is dan bijna Voor zijn tweede boek, De Bedelaarskolonie, vroeg Wil mij in 79 jaar oud. Christiaan Willem Harbregt 2010 of ik bij RHC Vecht en Venen informatie kon vinden over de volgt elf jaar later, 81 jaar oud. Willempjes Vreelandse Willempje van der Doozen. Er kwamen mooie stukken te kinderen zullen altijd op de kolonie voorschijn zoals de huwelijksakte met handtekening van ‘Wilpie’ en blijven en daar ook overlijden. Als laatste documenten uit Duitsland. Dit voorjaar benaderde hij mij opnieuw, Willem, maar dan is het al 1916. omdat een belangrijke brief uit Vreeland niet in de archieven in As- sen te vinden was. Het origineel van die brief is nog niet gevonden, NOTEN: maar er kwam wel een ander belangrijk document boven water. 1 In november 2011 hield Wil Schackmann voor de Collega-vrijwilliger Piet van Dorssen ontdekte via internet razend- HKGL in het Dorpshuis van Vreeland een lezing over de snel het document over het overlijden van Scholbroek, de man van Maatschappij van Weldadigheid. Willempje. Daardoor kreeg ik de smaak weer te pakken. Willempje 2 Zie ook het artikel over de Loenense vondeling Keetje had al te lang bij mij in de la gelegen en verdiende een plekje in de Uithok, in Vechtkroniek nr 31, november 2009. Vechtkroniek. Niet voor niets constateerde Wil Schackmann dat zij 3 Op 5 juli 2012 ondertekenden veertien partners uit Ne- ‘een bijzonder mens’ moet zijn geweest. In september 2016 is het derland en België in Merksplas (België) een handvest om derde boek van Wil Schackmann verschenen, De Kinderkolonie. de Koloniën van Weldadigheid in 2018 op de UNESCO Hierin komt ook Keetje Uithok voor, de vondeling uit Loenen die Werelderfgoedlijst te krijgen. 13 jaar in het weeshuis in Veenhuizen zat. Het leven van Keetje is De musea zijn: De Koloniehof in Frederiksoord, het uitgebreid beschreven in de Vechtkroniek van november 2009. Gevangenismuseum in Veenhuizen, en het Gevange- nismuseum Merksplas in België. Van den Bosch begon namelijk ook een project in België, dat toen nog bij Slotzicht waren. Nederland hoorde. In het kader van het UNESCO Wereld 7 Archiefonderzoek Piet van Dorssen. Erfgoedtraject komt er een bezoekerscentrum in de 8 Geruwde wollen stof. voormalige hoeve No 4 bij de Ommerschans en wordt in 9 Condooms van varkensdarm, die al in de 18de eeuw Willemsoord een nieuw project opgezet. werden gebruikt, leken namelijk in droge staat op per- 4 De kwaliteit van dit linnen was slecht zodat het vrijwel kament. ‘French’ is in de Engelse taal een veel gebruikte onverkoopbaar was. toevoeging voor alles wat met de liefde verband houdt. 5 Dit vrachtschip was een zeiltjalk, want de stoomboot Ewoud Sanders deed in zijn taal-rubriek in de NRC een voer pas rond 1875 regelmatig naar Blokzijl. oproep omtrent de term ‘meisjesbrieven’ en kreeg deze 6 Het terrein van Slotzicht strekte zich uit vanaf het verklaring van een lezer. ‘Meisjesbrieven’ zijn echter tot nu hoofdgebouw aan de Vecht tot de plas er achter met toe nergens anders gevonden, noch in de betekenis van meerdere stukken plaisierbos, hakbosch en boombosch condoom , noch als damesverband. tot vermaak. Bij de Vecht en bij het Sluisje stonden enkele 10 Drents Archief, toegang 0186, inv.nr. 1442 (strafkolonie- arbeiderswoningen, die eigendom van de bewoners van register 1822-1827). 28 Vechtkroniek november 2015 Interview met Evert Flink en Elbertha Flink-Bunschoten

Riek Arink en Hilde de Haan1

Leven en werk van een loodgieter/elek- Kan je ons iets over je ouders/voorouders tricien in Loenen aan de Vecht tussen vertellen? Waren dat ook loodgieters? 1940 en 1978. Interview met Evert Flink Volgens mijn vader bestond de Firma en mevrouw E. Flink-Bunschoten. Flink al 150 jaar. Zijn voorouders kwamen uit IJsselstein. Het begon met leidek- De heer Flink steekt van wal: kers en koperslagers. De eerste Flink die Ik ben Evert Flink, geboren 26 maart 1928 dit ambacht uitoefende werd in 1799 te Loenen. Mijn ouders waren Antoni genoemd. In 1832 was er al sprake van Stephanus Flink, geboren 22 februari 1898, een voorouder die het loodgieters vak in en Marretje van Voorthuijsen, geboren Loenen en omstreken uitoefende. 10 maart 1902. Ik heb een oudere en een Mijn grootouders hadden een loodgieters- jongere zus. bedrijfj e in de Dorpsstraat 33. Het was niet Ik ben gehuwd met Elbertha Bunschoten, wat je noemt een winkel, maar eerder een geboren 10 december 1929. Ik ontmoette werkplaats voor werkmateriaal. Er werd haar in augustus 1945 op de nieuwe brug veel gewerkt aan huizen, vooral lekkages bij ons in het dorp. Zij stond daar met van daken en goten. Riolering was er vriendinnen, terwijl ik met vrienden op niet; dus alles liep uit op de Vecht. Er was vakantie met een oude praam naar Kor- vooral veel onderhoud aan de buitenplaat- tenhoef, waar we op een legakker kam- sen. Zij hadden soms vier loodgieters in de De heer E. Flink t peerden. Ik vroeg: “We komen over twee kost waarvan er soms één fulltime bij een en tijde van het eerste weken terug, ben je er dan?” En………ze buitenplaats werkte voor dakbedekking interview. stond er! Zo is het gekomen. (leien), goten enz.

Ook hebben mijn grootvader en vader het Koloniaal Museum in Amsterdam (het huidige Instituut voor de Tropen) van leien moeten voorzien. Zij gingen dan met de handkar met spullen lopend naar Amsterdam. Ook repareerden zij olielam- pen waarvan het glas, de stenen pot en soms de draaipit stuk waren. Toen in mijn vaders tijd er elektriciteit kwam werden de olielampen stuk gegooid. Heel jammer! Mijn ouderlijk huis was eerst Grutterstraat 13. Daar had mijn moeder een groente- winkeltje. Mijn vader werkte er samen met zijn broer. Dit verliep helaas niet naar wens en in 1940 is mijn vader voor zich- zelf begonnen. Vechtkroniek november 2015 29

Hij had net voor de oorlog een nieuw huis neer laten zetten aan de Rijksstraatweg 108, dus hij ging met veel schuld van start. Hij ging naar de rommelmarkt op het Waterlooplein in Amsterdam om gereed- schap te kopen. Hij werd ook wel fi nanci- eel geholpen. Ik weet niet door wie. Hij deed zijn werk met veel ambitie dus had hij al snel een grote klantenkring. Maar ja, het was een zeer moeilijke tijd. Later hielp een broer van mijn moeder hem in de zaak. Mijn moeder werkte ook hard, had kostgangers, voor wie ze ook moest wassen. Dat gebeurde met de hand. Het viel niet mee om de was droog te krijgen! altijd te kijken. Na de oorlog kwam ik in Mevrouw Flink tijdens Hoe ben je tot dit beroep gekomen? Via een soort vacuüm. Je wilde wat, keek naar het eerste interview. een vakopleiding? advertenties en toen heb ik getekend voor Het begon met de Openbare Lagere school de Koninklijke Marine voor zes jaar. Ik in Loenen, die bekend stond als ’de school volgde de opleiding voor elektromonteur van Meester Bulten’. In 1940 was ik 12 in Voorschoten, en in Loosdrecht (nu de jaar. Aan het einde van de bezetting ben ik Korporaal van Oudheusden Kazerne; nog even ondergedoken. Ondanks dat het tegenwoordig Hilversum). Ik kwam op een verschrikkelijke tijd was, was het ook in Valkenburg en werd geselecteerd voor gezellig met vrienden onder elkaar. We West-Indië (Curaçao). hadden geen spullen, maar alles maakte Op Curaçao hadden de Amerikanen hun veel indruk. Een spannende tijd. Maar het posten verlaten. Het was een vrijgevochten gevaar drong niet altijd goed tot ons door bende. Wapens en ander materiaal lagen en er werd thuis weinig over gesproken. nog in de magazijnen. Wij kregen alles in De ouders In de oorlog ging ik naar de Ambachts- onderhoud: materiaal en schepen. Werk van E. Flink. school in Utrecht. Eerst met de fi ets naar Nieuwersluis dan op de trein. Soms was er twee maal luchtalarm, dan moesten we de trein weer uit en in. In Utrecht moest ik lopend door de binnenstad heen naar de Schoolstraat. In het tweede jaar reed er geen trein meer. Dus op de fi ets met massieve banden naar school, 40 km per dag, met weinig eten in je lichaam! Mijn examen ging met hindernissen. Viermaal luchtalarm dus weer in de kelder. Maar ik heb het gehaald met een mooie cijferlijst.

Ook had ik wel interesse in auto’s. Die werden in de oorlog door de Duitsers gevorderd en dan werden ze bij garage Brouwer omgebouwd. Daar stond ik ook 30 Vechtkroniek november 2015

kennis van zaken. Van hem hoorde ik niets en kreeg ook nooit een schouderklopje en daar heb je op die leeft ijd behoeft e aan. Misschien was hij bang dat ik dan naast mijn schoenen ging lopen, maar zo zit ik niet in elkaar. Verder was mijn vader een beste kerel, nooit ruzie, wel verschil van mening vooral over het vele werk. Het gebeurde dat ik met een klant om acht uur afsprak en dat hij intussen aan een andere klant beloofde dat ik om die tijd zou ko- men.. Ja wat dan? Mijn vrouw hoorde dat wel eens aan en schrok; mijn moeder zei Broer Eef en was er meer dan genoeg. Maar het was een dan: “Let maar op, zo vertrekken ze samen zus An Flink. leuke tijd. Je deed veel indrukken op in die alsof er niets aan de hand is.” aparte wereld. Ik heb veel geleerd, en ben We werkten van acht uur ’s morgen tot zeer zelfstandig en weerbaar geworden. negen uur ’s avonds. Vader deed meer het Ik zou het zo weer overdoen. Ik heb nog loodgieters-werk en ik de elektra. Later altijd contact met een vriend uit die tijd en kreeg ik ook meer loodgieters ervaring. bezoek regelmatig een reünie. Na zes en Nog weer later kreeg ik vergunningen van half jaar kwam ik met de Karel Doorman de toenmalige DNWU (Drinkwaterleiding terug. Ik had voor zes jaar getekend, maar Noordwest Utrecht) en PUEM (Provinci- als de minister anders beschikte werd die ale Utrechtse Elektriciteitsmaatschappij) termijn verkort of verlengd. voor aanleg van gas en kachels.

Waren je ouders trots op je? Werkten jullie ook voor aannemers en Achteraf heb ik dat van buitenstaanders woningbouwverenigingen? wel begrepen; tegen mij werd het niet Voor 95% was dat met de particuliere uitgesproken. Ze hadden voor alles wel woningbouw van de aannemers C.J. Elema toestemming gegeven maar hoe ze werke- en Henk van Schaik, en ook wel met de lijk dachten wist ik niet. woningbouwvereniging en de Gemeente. Wat ik zo fi jn vond was dat alles in goed Had je nooit heimwee? vertrouwen ging, Er werd wel gewerkt met Nee, de eerste keer belde ik pas een globale raming van de kosten, maar na zes weken op en verder had je altijd zonder aannemingssom. Dat ver- g e e n t i j d o m d a a r o v e r t e d e n k e n . trouwen heb ik tot het laatst toe gehouden en daar ben ik best een beetje trots op. Ben je toen bij je vader in de zaak geko- men? Als personeel hadden we heel lang Nico Ja, ik heb nog even gedacht aan emigreren, Klein en mijn neef Eef Bosch. Toen zij na maar ik had intussen verkering met Bep vele jaren van baan veranderden, werkten gekregen (zij had al die tijd op me ge- mijn vader en ik weer samen en nog later wacht) en zij voelde er niet voor. Toen ben ik alleen. Dat was achteraf roofb ouw op bij mijn vader gaan werken, die er erg blij mijn lichaam. mee was, want er was plenty werk. En daar heb je het weer: van derden hoorde ik dat Werkte je al die jaren vanuit het pand van hij zo blij met me was en dat mensen spe- je vader? ciaal naar mij vroegen, want ik had zoveel Jawel. Nadat we op 14 februari 1956 Vechtkroniek november 2015 31 trouwden, woonden we negen jaar in de moeten ze het zelf vragen.’ Ik respecteerde Torenstraat 5, daarna in de Beatrixweg 6. hun standpunt dus bleef alles zo tot vader We kregen geen kinderen. stierf. Het bedrijf bleef aan de Straatweg. Vroeger hadden we veel te weinig ruimte maar Hadden jullie ooit vakantie? Of was het mijn vader zorgde voor een grote werk- druk? plaats. Hij zei tegen burgemeester Doude Vroeger nooit, later gingen we om en van Troostwijk (ze kenden elkaar heel om op vakantie en nog later gingen we goed): “Willem, als ik hier in een nacht gewoon dicht anders was je nooit vrij. Dan een werkplaats neerzet, merkt niemand moeten ze maar naar onze enige concur- daar iets van.” Zo gezegd, zo gedaan. rent. Toen mijn vader 25 jaar bij de brandweer was en een feestje gaf op de werf zag de Over de drukte: we installeerden ook voor burgemeester de werkplaats voor het eerst. de PUEM en later kregen zij een vertegen- Hij zei: ‘Wat een ruimte heb je niet, Toon!’ woordiger die bijvoorbeeld kook-installa- Eef Flink als matroos Zo verging het velen want niemand ties enz. verkocht, terwijl de mensen nog bij de Koninklijke h a d o o i t e r i e t s v a n g e z i e n o f g e m e r k t . geen elektra hadden. Dus moesten wij dat Marine. aanleggen. Ik herinner me nog een boer- Waaruit bestonden jullie materialen? derij in Oukoop die we volledig moesten Zink, rollen lood, bladlood, loden en installeren, en waar de schors nog op de koperen pijpen, draad, schakelaars enz. We balken zat. Dus dat was zwoegen en im- hadden veel in voorraad van onder andere proviseren. We kregen een pluim van de de Fa. Stokvis en de Technische Unie. Die PUEM. Nog later komen dan de specifi eke vertegenwoordigers kwamen altijd onder fabrieken zoals Miele, AEG enz. het eten want dan troff en ze ons thuis. Mijn moeder vond dat maar zo, zo, maar Hoe was het met de veiligheid van je vader zei dan: “Ze moeten toch ook de beroep gesteld? kost verdienen!” Th uis maakten we de Ik was nooit bang, maar ik ben eenmaal goten, verder gebeurde alles op de bouw. van een ladder gevallen die uitgeleend Hoe vervoerden jullie de materialen? was geweest. Een tree gebroken en Vader deed dat eerst per transportfi ets. Ik niets gezegd. Enfi n, het is goed ge- weet nog dat hij met zwaar materiaal er op naar Oukoop fi etste om daar in een boer- derij alles aan te leggen. Hij stond dan om vier uur op. Na de oorlog kochten we een tweedehands busje. ‘Wat zullen de mensen ervan zeggen?’, vroeg je je af. Nog weer later kwam de grote Volkswagen bus.

Is je vader ooit met pensioen gegaan? Een paar jaar voor hij stierf kreeg hij een licht herseninfarct en daardoor minder kracht. Hij deed dus kleine klusjes in de werkplaats en de boekhouding. Hij deed de zaak niet aan mij over want we waren al een fi rma. Sommigen zeiden: ‘Waarom ruilen jullie niet van huis?’ ‘Nee’, zei ik, ‘ik zet ze niet onder druk. Als ze dat willen, 32 Vechtkroniek november 2015

er twee uur om. Ook zijn we elkaar eens kwijtgeraakt en kwamen we elkaar op een dijk tegen! Het gebeurde ook dat iemand zijn gebitsprothese had laten liggen en de ober die aan mij meegaf. De vraag was: van wie? Ik reed met het gebit in de hand langs alle auto’s en later meldde zich dan wel iemand.

Bep, ook aan jou wat vragen. Op welke manier was jij betrokken bij de zaak? Ik was het wel gewend want wij hadden thuis in een delicatessenzaak. Dat betekende ook onregelmatigheid, bijvoor- Trouwfoto van de komen. Ook ben ik een keer erg ver- beeld omdat er vaak bestellingen moesten heer en mevrouw brand bij de waterleidingmaatschappij worden weggebracht. Het was dus voor Flink in 1956. met mastieken. Ik zag er vreselijk uit mij heel normaal dat we ’s middags warm m a a r i k h e b h e t o o k w e e r o v e r l e e f d . aten en ’s avonds brood, want dan kon Eef thuiskomen wanneer het hem schikte. Ik Was je betrokken bij het verenigingsle- deed de boekhouding, rekeningen schrij- ven? ven en rondbrengen, boodschappen aan- Jazeker, bij de brandweer (ook com- nemen en mensen die bestellingen hadden mandant geweest) en ik stelde mij altijd te woord staan. Ik deed het met plezier. beschikbaar voor het verlichtingswerk met Sint Nicolaas/Kerstmis en voor de Toen kwam de zwarte periode in ons Oranjevereniging. Met het 1000-jarig leven. Eef werd ziek en moest een long feest van Loenen in 1953 was ook het missen. Het was heel kritiek, we zijn bei- hele dorp verlicht en ook de brug, alle den door een diep dal gegaan. Na thuis- straten, erepoorten enz. We liepen in oude komst heeft Eef nog wel eens geprobeerd klederdrachten, optochten voor groot en te werken maar het ging niet meer dus klein. Het duurde een week en het werd hebben wij de zaak af laten lopen,. Eef was afgesloten bij de waterleiding-molen toen 49 jaar maar we zijn nu (ten tijde van in Oud-Over met een groot vuurwerk. het interview) twintig jaar verder en we Natuurlijk werden principes gerespecteerd hebben elkaar nog. dus de laatste knaller ging om 23.55 uur de lucht in. Maar daarna deed onze ‘lieve Kunnen jullie wel zeggen dat het alles Heer’ het nog eens dunnetjes over want er met elkaar een goede tijd is geweest? brak een enorm onweer los waarvan de Eef: Jazeker, het was heel hard werken honden geen brood lustten. maar ook erg prettig, met veel arbeids- vreugde. In die 26 jaar heb ik ook met Ook herinner ik me de bejaarden tochten, eerbied naar andermans werk gekeken. Je die gingen vroeger met auto’s, eerst waren hield rekening met elkaar; onder collega’s het er een dertig, later wel zeventig. Ik reed was het: “wanneer ga jij, dan ga ik er voor dan op de motor voorop en achteraan een of er na.” Tegenwoordig werkt ieder voor collega of andersom. Onderweg moest er zich, en je moet het maar zelf uitzoeken. ‘opgestoken’ worden en voordat dan ieder- Dat begon al in mijn laatste werkzame een uitgestapt, gedronken en iets gegeten periode. had en ook weer was ingestapt, waren Vechtkroniek november 2015 33

Nu, dan willen we jullie namens de Histo- Ook had ik de R.K. school aan de rische Kring Loenen hartelijk danken voor Kerklaan. De heer Maaijenburg was toen dit gesprek. koster van de kerk en verzorgde tegelijk het onderhoud van de school. Hij was Anekdotes helaas erg doof. Ik kom in de school waar Nu volgen er nog wat ‘leuke dorps-verha- hij aan het stofzuigen was, dus hoorde hij len’ die we niet willen vergeten, gevolgd me niet. Ik trok de stekker eruit maar …. door een zestal bijlagen over opleiding en hij stofzuigde maar door. Ik tikte hem op vergunningen. de schouder en hij deed onmiddellijk de Kerkenwerk : stofzuiger-knop uit en stond me te woord. Wij hadden de N.H. kerk, de Gerefor- Bij het weggaan deed hij de knop weer aan meerde en de R.K. kerk ‘in de zorg’. en begon te zuigen. Ik lachte in mezelf en Mijn vader was bezig op het dak van de deed de stekker er weer in. Jammer dat je N.H. kerk en toen hij later de dominee dit alleen moet verwerken. sprak vroeg deze: “Flink, ik zie je nooit in Ook is het leuk als je na een karwei de de kerk.” Waarop mijn vader antwoordde: volgende dag de eigenaar spreekt en hij “Ik ben er altijd als u er niet bent en verder j e v r a a g t o m e e n p a a r s t o p - c o n t r a c t e n ! is het zo dat ik nog in de grondverf sta en nog niet weet of het een N.H., Gere- En dan moet er bij de familie B. een formeerde of R.K. kleur zal worden. Dus badkamer worden gemaakt. Als bijna al- afwachten maar!” les klaar is, zegt de tegelzetter tegen mijn Ik heb in de N.H. kerk zelf meegemaakt vader: “Waar komt de handgreep in het dat het orgel dat het hele jaar goed kon bad?” Mijn vader zegt hem dat hij aan me- worden bespeeld, op Kerstmorgen tot vrouw zal vragen om even in bad te gaan tweemaal toe weigerde. Dat gebeurde twee zitten om het af te meten. “Dat durf je jaar achter elkaar. Wie had daar de hand niet?” “Wedden om een doos sigaren van in? Zo kwam ook ik Kerstmorgen in de 10 stuks, merk ’t Uiltje?” “Akkoord!” Mijn kerk! vader vroeg dit aan mevrouw en ….. ze Het orgel was elektrisch gemaakt, maar deed het. Ze had haar jas aangehouden en vroeger moest bijv. Visser (de huisschil- haar hoed nog op. Mijn vader hielp haar der) op de blaasbalg lopen, zodat de weer keurig uit bad. De tegelzetter en met- organist kon spelen. Zwaar werk! selaar hadden stiekem om de hoek staan luisteren, en de weddenschap verloren. E. Flink als brand- In de R.K. kerk in de Kerklaan maakte weercommandant. ik mee dat op Kerstavond door kortslui- ting iedereen in het donker zat. Ik werd gebeld, ging direct en in de sacristie was wel licht en daar trof ik de pastoor. Hij zou mij voorgaan naar de meterkast maar daarvoor moesten wij aan de andere kant van de kerk zijn. De kerk zat natuurlijk mudvol en allen in het donker. De pastoor ging mij voor … maar ik wist niet dat hij voor het altaar zou knielen. Dat deed hij, dus viel ik met mijn gereedschapstas en al over de pastoor. Hilariteit! Alles is in orde gekomen maar thuisgekomen had ik Bep wat ‘op te biechten’ . 34 Vechtkroniek november 2014

een meter maar de agent nam daar geen genoegen mee en we kregen een bekeu- ring van ….. f. 30,-. “We spelen quitte, pa!”, zei ik. Vader voerde wat in zijn schild, dat was merkbaar. Hij belde de overbuurman die veel dennenbomen had staan en vroeg wat takken. Natuurlijk was dat goed en vader sloeg met spijkers vele takken aan die stam van een meter hoog. De volgende morgen ging hij achter de voordeur staan waar gelukkig een klein raampje in zat. Hij wachtte en daar kwam het raadslid weer aan, die zeer verbaasd omkeek. Mijn vader riep glorieus uit het raampje “Goed gegroeid, hè!” Het raadslid kleurde!

Nu een anekdote van Hilde: Het dak van ‘de Hooge Stoep’ (wijkgebouw van het ‘Zusterwerk’ later Kruisvereniging) was reuze slecht, er waren regelmatig lek- kages. Het moest volgens Eef vernieuwd worden, maar er was geen geld. Hij dronk Vestigingsvergun- Nog een verhaal over mijn ouderlijk huis na de reparatie bij ons koffi e en zei: “Een ning uit 1975 voor aan de Straatweg. volgende keer mag je wel bellen om koffi e, ‘Loodgieters- en Wij hadden een blauwspar voor de deur maar niet voor dat waardeloze dak.” De waterfi ttersbedrijf E. staan die veel te hoog was geworden. volgende keer belde ik voor koffi e waarop Flink’ aan de Prinses Dakgoot-hoogte, dus donker in de kamer. hij zei: “Zeker weer lekkage?” Ik lachte en Beatrixweg 6. We hadden geen trek in een rooi-vergun- zei alleen maar: “Welkom!” ning dus stelde ik mijn vader voor het met Grim (tuinder) op te nemen. Deze was NOTEN bereid om de takken te snoeien (leuk voor 1 Eerste bezoek op 26 oktober 1998. de kerstverkoop) en hij gaf ons f. 30,-. Een Het interview werd in 2014 vrijgegeven. raadslid, die iedere dag voorbijkwam naar Daarna volgde een tweede bezoek op 25 de bushalte zag iets vreemds, kwam niet maart 2015 waarbij foto’s en documentatie naar mijn vader of naar mij, maar stuurde ter hand werden gesteld, en dat overigens de politie. Er stond nog een stammetje van niet tot wijzigingen in de tekst leidde.

Briefhoofd van de fi rma Flink. VechtkroniekVeV chhtkkror niiekk nonnovemberovevembmberer 2201400114 3535 Loenens dorpsleven IN DE 19DE EEUW Mieke Kennis en Willem Mooij

Andere tijden Dit artikel gaat samen met een artikel van Wim van Schaik Bij het overkoepelende thema ‘Levend dat in het volgende nummer van dit blad zal verschijnen, Loenen in de 19de eeuw’ dat de Historische terug op lezingen over ‘Levend Loenen in de 19de eeuw’ die Kring Loenen vorig jaar koos roept de voor de Historische Kring Loenen werden gehouden op 26 term ‘levend’ onmiddellijk associaties op november 2015. De opzet van de lezing bleef hier behou- met de levendigheid van het dorp zoals den, en zo ook de wat speelse stijl. de oudere generatie die zich nog goed De vraag waardoor ik me laat leiden is wat we van de herinnert. Overal waren in het Loenen algemene trekken van die eeuw in ons dorp terugvinden. De van voor- en kort na de oorlog winkeltjes blik is dus niet gericht op wat Loenen onderscheidde van de waar voor de jeugd altijd wat te zien viel, rest van de wereld, maar omgekeerd hoe wat zich elders ook en werden er in het openbaar ambachten voordeed hier uitwerkte. beoefend waarop je als kind niet uitgeke- ken raakte, zoals een smid die een paard Als invalshoek kies ik het voortbestaan van ongelijktijdighe- besloeg, de slagerij waar een koe werd af- den in een eeuw die op het eerste gezicht zich juist door geleverd, de groenteboer (Manus van den toenemende gelijktijdigheid van processen kenmerkte. Met Bosch) die zijn paard ophaalde. Met wat ‘gelijktijdigheid’ bedoel ik dat ontwikkelingen op verschil- geluk kon je ook nog een hondenkar zien lende terreinen van het leven op elkaar afgestemd raakten, of misschien zelfs een bokkenwagen. waardoor er een samenleving ontstond. Vormde in de eeuw Al fantaserend denk je vanzelf dat dit alles ervoor, de 18de eeuw dus, ons land nog een lappendeken in de 19de eeuw alleen maar in ruimere van gemeenschappen die elk eigen bewegingswetten ge- mate aanwezig was. Verdiep je je in deze hoorzaamden en door de Nederlandse Staat bijeen moesten materie dan wordt duidelijk dat je niet op worden gehouden, in de negentiende zie je een brede eigen geheugen kunt afgaan. Stel dat we maatschappelijke integratie optreden. Diverse voorbeelden met een tijdmachine even terug konden, zullen de revue passeren. zouden we veel niet of hoogstens met Tegen de achtergrond van het Eendere ga ik op zoek naar moeite herkennen. het Andere: voortbestaande en deels zich versterkende ongelijktijdigheden. Eerst letten we op de standen met hun Bij het raadplegen van je horloge, diende verschillende levensritmen; vervolgens op verschillen in mo- je direct al attent te zijn op een eerste biliteit die daarmee samenhingen, alsmede op verschillen vorm van ongelijktijdigheid, want pas in in de houding ten opzichte van de eigen leefomgeving. In 1909 werd een nationale tijd ingevoerd. het onderdeel over ‘de buitenlui’ stuiten we op nog weer een Weliswaar werden in 1866 overal de andere vorm van ongelijktijdigheid: godsdienstige minder- stationsklokken gelijk gezet, maar (zo valt heden die op boerderijen betrekkelijk ongestoord hun gang in het boek Luchtwachtpost van Kees de konden gaan. Kruijter en Willem Mooij te lezen) niet Het is al met al een bonte rij van gestalten die voorbij trekt. alle gemeentes volgden dit voorbeeld.2 Twee fi guren worden extra belicht: de dorpsjongen Gerrit Je moest ook hopen dat de tijdmachine van Arkel die het tot een gevierd architect bracht, en Ds. Le- overdag arriveerde, want met het inval- deboer die tijdens een dienst op de boerderij van Nieuwer- len van de duisternis werd het stil in het hoek instortte en enkele weken aldaar verpleegd werd. 1 36 Vechtkroniek november 2014

nijders, en mogelijk ook kleivletters die klei afgroeven of opbaggerden voor eigen gebruik dan wel ten behoeve van de pan- en steenfabrieken. Richting de plassen gaand zouden de vele sporen opvallen van de grootschalige turfwinning die lang Fragment van een gezichtsbepalend was voor de streek ten tekening van P.J. oosten van de Vecht.5 Lutgers van rond 1860 met de toen nog De betere standen nieuwe straatverlich- Wat ons zeker niet zou ontgaan, zijn de ting ter hoogte van de standsverschillen. De rangen en standen huizen Leeuwendijk waren onderscheiden in kledij, gedrag en en Welgelegen in de levensritme. Loenense Dorpsstraat, De voornamen op hun landhuizen kreeg uit: Petrus Josephus men toch in het dorp niet veel te zien. Zij Lutgens/Lutgers, Ge- hielden zich afzijdig van het dorpsleven, zigten aan de rivier de en brachten hier meestal alleen de zomer Vecht (heruitgegeven door. Pas tegen het einde van de eeuw Alphen aan den Rijn, worden sommige huizen het jaar door 2001), plaat 18. bewoond.6 Een trede lager op de maatschappelijke dorp. Willem Mooij en Wim van Schaik ladder bevonden zich de gezeten burgers volgden in een artikel over straatverlich- die door naam of beroep aanzien geno- ting de notaris die naar een zekere Jan ten. Zij waren nu juist wel zichtbaar. Tot Dolman geroepen werd en zich op de deze kring behoorden de burgemeester, avond van de 9e januari 1842 door de toen de vrederechter, de dokter/apotheker, de nog onverlichte Dorpsstraat en langs een predikant van de Hervormde gemeente, Mijndensedijk vol kuilen en plassen naar het hoofd van de school en de hogere het huis van Dolman spoedde.3 beambten. Deze burgers kenden een druk sociaal Bedrijvigheid in en buiten het dorp leven, dat zich ook tot ver buiten het dorp Wat wel herkenning zou oproepen, was de uitstrekte. Daarom kwam het ook dat hun dagelijkse drukte bij de winkels en op de volwassen kinderen juist weer minder vele plekken waar allerlei ambachten voor zichtbaar waren: om te kunnen huwen, iedereen zichtbaar werden beoefend. Aan moesten die een goede betrekking in het Wim van Schaik danken we een overzicht vooruitzicht hebben, en betrekkingen van de ‘patentplichtigen’: een opsomming van enig prestige waren in het dorp nu van een kleine vijft ig verschillende soorten eenmaal schaars. Dankzij het netwerk van activiteiten waarvoor een patent verplicht de ouders vonden ze relatief gemakkelijk was.4 Hij legt weliswaar uit dat er vele de weg naar elders. combinaties voorkwamen, maar er blijft De trek weg uit hun geboortedorp van evengoed een indruk van grote bedrijvig- jongelui uit de burgerstand, is dan ook heid. een voorname reden waarom we veel In het buitengebied viel er ook veel te namen van de gezeten burgerij niet meer beleven: je kon boerenknechten zien die in het huidige dorp vinden: de kinderen de mest met de praam tot achter in het trokken weg, en de ouders volgden later land brachten, bij de Vechtoevers riets- hun kinderen. Zo verdwenen namen als Vechtkroniek november 2014 37

Sanderson, Teljer, en heel wat andere. Bleef de familie in Loenen wonen dan kon een vorm van involutie optreden: de jon- gens trouwden laat en de meisjes soms in het geheel niet. Een interessant voorbeeld geeft het artikel van Stanny Verster over de familie Valkenhoff die twee generaties lang op Bijdorp woonde. De twee ongetrouwde dochters waren bekende verschijningen. Een nichtje schreef half in ernst, half in scherts, ‘dat er meer was dan “appelen plukken met klompen aan en papa verzor- gen”’. 7 Deze ‘gezeten burgers’ hadden ironisch Onze dorpsgenoot werd op 3 april 1858 Prentbriefkaart van genoeg nauwelijks tijd om te zitten. geboren in het kinderrijke gezin van Nieuwersluis. (Coll. Het leven was druk: was het niet met werk Adrianus van Arkel en Maria Elisabeth Aleid Smid) dan wel met correspondentie en het bren- Rijken. De ouders woonden in gen van visites. Een aardige illustratie geeft en kochten [in] vlak voor Gerrits geboorte de hier afgedrukte kaart met de afb eelding een bakkerij in de huidige Grutterstraat van Nieuwersluis uit het begin van de 20ste (nr. 11). Naast de lagere school doorliep hij eeuw. Naar de gewoonte van de tijd is de alhier ook nog de deft igere Franse school. postkaart aan de voorkant beschreven. We Daarna volgde hij lessen bij de welbe- lezen dat de moeder haar dochter opwekt kende Lutgers, en leerde het timmervak tot het verzenden van een carte en ook op bij baas Fluijt, die zijn werkplaats naast Portret van Gerrit van een visite zinspeelt. Het verzorgde hand- de bakkerij had.10 Vervolgens toog hij via Arkel, voorzien van schrift , de term ‘carte’ (voor carte postale) een tussenstop in Baarn naar Amsterdam, het volgende onder- en de uitdrukking ‘visites maken’ (die je waar hij een plaatsje verwierf op het bu- schrift: ‘De heer van veelvuldig bij Couperus vindt) verraden reau van architect G.B. Salm. Hier mocht Arkel is een man van eveneens het milieu waartoe zij behoorde. hij o.m. werken aan een ontwerp van het middelbaren leeftijd, aquarium van Artis (voltooid in 1877). kort en vrij fl ink Eerste intermezzo: Het duurde niet lang of hij behoorde tot gebouwd met een Gerrit van Arkel (1858-1918) de artistieke elite van die stad. knap, prettig gelaat. Bij deze burgers voegde zich in de loop Hij draagt grijsachtig van de eeuw een kopgroep van ambachts- De kroon op zijn werk vormde het krullend haar, en een lieden en middenstanders. Een sprekend ontwerp voor de Diamantbeurs aan het breede baard en ferme voorbeeld is de meester metselaar Frans Amsterdamse Weesperplein - nu domicilie snor. Verder herkent van Veeren, afk omstig uit Nederhorst van de Milieudienst Amsterdam. Hier op men den artist in den Berg, die op latere leeft ijd heel wat een prentkaart uit 1918. zijn grooten slappen vastgoed verwierf, waaronder ergens in hoed en zijn losse de tachtiger jaren de grote overtuin van doorgaans blauwe, Nieuwerhoek - het terrein waarop nu de artistiek geknoopte buitenplaats Ruygenhof is gevestigd.8 dassen’ (Nieuwsblad We volgen nu voor korte tijd een Loe- van Nederland, 1904, nenaar die een nog hogere sport van de geciteerd uit M. maatschappelijke ladder bereikte: Gerrit Kruidenier, De Beurs van Arkel die uit een eenvoudig milieu van Van Arkel, Mili- afk omstig9, in Amsterdam carrière maakte eudienst Amsterdam, als bouwmeester. 2001, p. 16). 38 Vechtkroniek november 2014

Kleine burgerij Op de gezeten burgers volgde de ‘kleine burgerij’. Hiertoe behoorden degenen die een handwerk of eenvoudig beroep uitoe- fenden, de lagere beambten, de meester- knechten, enz.. De netwerken waren van beperktere omvang, en de mobiliteit was evenredig kleiner. Het leger en de koloniën boden mogelijkheden om vooruit te ko- men. Was je schrander en ijverig, en waren De Diamantbeurs aan Eenmaal in aanzien volgde zijn leven het je ouders opoff eringsgezind, dan deden het Weesperplein, bekende patroon van de gezeten burgerij. zich, zoals bij Gerrit van Arkel, dichter bij ontwerp van de Hoe druk hij was merkten de leden van de huis ook mogelijkheden voor. Loenense architect Maatschappij der Nederlandse letterkunde De meesten in deze kring traden evenwel Van Arkel. die de gevierde bouwmeester graag in hun in de voetsporen van hun ouders. Wel midden hadden, en hem het lidmaatschap werden tegen het einde van de eeuw de van de Maatschappij aanboden, maar bij middelen ruimer, en gingen uitstapjes zijn overlijden constateerden dat hij nim- en korte vakanties tot de mogelijkheden mer hun vergaderingen had bezocht. 11 behoren. Kortom, hier werden de eerste In zijn laatste jaren trok hij zich terug ‘dagjesmensen’ geboren (die nog enige in Abcoude. Hier vond hij tijd voor zijn decennia op hun touringcars moesten liefde voor de kunst van de Renaissance. wachten) En dan komen als vanzelf de Samen met twee medestanders richtte hij prentkaarten met kortere boodschappen – het oudheidkundige genootschap Nif- zoals op dit exemplaar uit de collectie van tarlake op. Hij overleed aldaar op 11 juli het Vechtstreekmuseum: 1918 en werd begraven te Baambrugge, de geboorteplaats van zijn moeder. Tot op Volksklasse heden wordt de plaats gemarkeerd door Nog een stap lager op de maatschappelijke een bijzonder grafmonument, gesierd met ladder vinden we de vertegenwoordigers de afb eelding van het gereedschap van een van wat toen de ‘volksklasse’ heette. Tot bouwmeester. aan het einde van de eeuw bestond die In ons dorp is er slechts één object dat aan grotendeels uit bijna-armen. De term Prentbriefkaart met hem herinnert: de noordvleugel van huize ‘bijna-armen’ ontleen ik aan een artikel korte tekst: ‘Dag Kalorama, Oud Over, waarvoor hij op van Stanny Verster, ‘Loenen rond de Aart, dag Berta’. (Coll. verzoek van J. Kappeyne van de Coppello eeuwwisseling’. 12 De patronen verschillen Vechtstreekmuseum) het voorontwerp maakte. sterk van die der beter bedeelden: minder relaties buiten het dorp waarop men kon terugvallen, en dus ook minder mogelijk- heden voor jongeren om een betrekking buiten het dorp te vinden. Ook werd er vroeger gehuwd – wat o.a. te maken had met hogere sterft e in dit milieu, waardoor kinderen vroeger de rol van ouders over- namen.13 Omdat er eerder gehuwd werd, waren de gezinnen groter. Het is de meest stabiele groep. Veel nazaten wonen hier nog altijd. De bijna-armen waren relatief het talrijkst Vechtkroniek november 2014 39 in Oud Over. Het leven werd er van ouds sterk bepaald door de verveningen. Zoals eerder aangegeven eindigde in de tweede helft van de eeuw de grootschalige turf- winning, en stonden de inkomsten vanzelf nog meer onder druk. Hoe men zich toch op allerlei wijzen wist te behelpen, komt prachtig naar voren in het in 2010 gepu- bliceerde interview met Ton Niekerk14, en eveneens in het voorjaarsnummer van 2015 van Vechtkroniek over de betekenis Niekerk op zijn van het fanfarecorps voor dit buurtschap.15 praatstoel (eerder gepubliceerd in De buitenlui Vechtkroniek 32 (mei Een aparte groep vormden de ‘buitenlui’ 2010). die vanwege hun beroep in de regel buiten het dorp woonden: watermolenaars, bin- Tweede intermezzo: Ds. Lambertus nenvissers, en niet te vergeten de veehou- Ledeboer (1808-1863) in Loenen ders. Aanvullenderwijs op wat Historische Lambertus Ledeboer stamde uit een Kringen in oze regio is geschreven – ik milieu van Rotterdamse patriciers, maar denk aan het door de Historische Kring ging een eigen weg die hem van zijn Maarssen uitgebrachte boek over verdwe- familie vervreemdde.19 In confl ict geraakt nen en bestaande boerderijen in Maarssen met de overheid en de staatskerk, werd en Oud-Zuilen van de hand van Henk hij van 1843 tot 1845 gevangen gezet in Blaauw (2013) - vraag ik aandacht voor het Gravesteen te Leiden. Daarna stichtte de betekenis van het buitengebied voor hij overal door het land gemeenten. De godsdienstige minderheden. Zij konden er meeste van deze verenigden zich een betrekkelijk ongestoord hun overtuiging honderd jaar geleden met de Gerefor- volgen. meerde Gemeenten. Om een lang verhaal We hadden in Vechtkroniek al een een kort te maken, op zondag 9 augustus 1863 mooi artikel over de Rooms-katholieken: ging ds. Ledeboer voor in twee diensten hoe hun bijeenkomsten aanvankelijk ten huize van de familie Hendrik van den plaatsvonden in een boerderij bij de Bosch20, op de boerderij die stond waar nu ‘Paapse Bocht’, aan het einde van het Hon- zich de boerderij bevindt aan het machin- dertsche Laantje – nu Nieuwer Ter Aa, elaantje in het verlengde van de Bloklaan. toen het Hollandse deel van Loenersloot, In de middagdienst zei hij op eens ‘de en hoe zich vervolgens rond de kerk aan dood staat achter één van ons allen, en de Slootdijk een gemeenschapje vormde.16 het kan wel achter mij zijn.’ En jawel, even Ook heeft Jaap Berghoef geschreven over later kreeg hij een bloeding. Hij zou op de boerderij van Barend Karsemeijer te 21 oktober van dat jaar sterven, na bijna Oukoop (toen gemeente Loenersloot) vier weken bij de familie Van den Bosch waar na 1834 de eerste ‘Afgescheidenen’ verpleegd te zijn. 21 vergaderden.17 Zelf stuitte ik op de rol die Zowaar, voor de ‘kleine kerkgeschiedenis’ de boerderij van de buitenplaats Nieuwer- een belangrijk gegeven, maar overigens hoek vervulde voor nog weer een andere in ons dorp vermoedelijk onopgemerkt groep, de ‘Ledeboerianen’, een groep die gebleven.22 Me dunkt, een mooi voorbeeld onder invloed stond van de charismati- van een ongelijktijdigheid: een groepering sche ds. Ledeboer.18 die in die eeuw nog een eigen ontwik- 40 Vechtkroniek november 2014

keling kon volgen, nauwelijk opgemerkt veroozaakten. Waar geen spoorverbindin- door de omgeving. De boerderij behoorde gen waren, was het reizen nog even tijdro- bij Nieuwerhoek. Zal de heer van Nieu- vend als voorheen, en waren uiteraard de werhoek bevroed hebben dat zich een contrasten scherper dan ooit tevoren. stukje kerkgeschiedenis op zijn boerderij In 1863 had Loenersloot allang zijn sta- voltrok?23 tion, het station Loenen-Vreeland. Maar Ofschoon Ds. Ledeboer ‘een uitstekende de reiziger die van hieruit westwaarts of oppassing bij Van den Bosch genoot’24, oostwaarts wilde, was aangewezen op ver- verlangde hij zo sterk terug naar zijn voer per rijtuig over wegen vol kuilen en gemeente in Benthuizen (ten westen van plassen. Pas in 1874 kreeg Hilversum een Boskoop), dat men een rijtuig met bed verbinding met Amsterdam. Tot aan die klaarmaakte. Vanuit Loenen had men zes tijd nam de reiziger van Amsterdam naar uur nodig om Benthuizen te bereiken, ter- Hilversum de trein naar Utrecht en stapte wijl de Arend, de locomotief die de eerste uit bij station Loenen-Vreeland, alwaar de passagierstrein trok, in 1839 de afstand Bussumse stalhouder Buwalda klaarstond Amsterdam-Haarlem in een half uur met een tentwagen om de passagier naar afl egde. Dit brengt me op nog weer een het Gooi te vervoeren. Comfort was ver andere categorie van ongelijktijdigheden. te zoeken en het silhouet van Loenen ter rechterzijde met zijn molen en toren Op reis en het hoog opschietende geboomte Ik zinspeelde aan het begin op de onzeker- langs de Vechtoever, vermocht zelfs een heid dat bij het verlaten van de tijdcapsule zozeer poëtisch ingestelde reiziger als de het niet aanstonds duidelijk was onder literator-koopman Alberdingk Th ijm niet welk tijdregime het dorp Loenen viel. We te bekoren.25 hoorden vervolgens dat het vooral aan de Trouwens, Loenen had geen baat bij die spoorwegen te danken was dat op de duur nieuwe verbinding met het Gooi. Toen er de klokken overal gelijk werden gezet. Nu ook nog een stoomtram bijkwam, verwierf moeten we onder ogen zien dat diezelfde het Gooi een ongekende populariteit De forens. spoorwegen zelf weer sterke contrasten onder de wat meer welgestelde Amster- dammers. Immers, je kon heerlijk buiten wonen, en met een half uurtje treinen op je werk in Amsterdam zijn. Hier ontwik- kelt zich een nieuw soort mens, die op het station Loenen-Vreeland een zeldzame verschijning zou blijven: de forens!

Tot ver in de 20ste eeuw bleef onze verbin- ding naar het oosten toe slecht, waarvan vooral de drie buurtschappen Oud Over, Bloklaan en de last ondervonden omdat zij tot 1952 bij Loosdrecht behoor- den. In het eerdergenoemde interview, vertelt Niekerk smakelijk wat er voor nodig was over de onverharde Bloklaan een geboorte aan te geven op het tien kilometer verder gelegen gemeentehuis. Het gebeurde eens dat ouders een boer die toch naar Loosdrecht moest, vroegen hun Vechtkroniek november 2014 41 kind aan te geven op het Loosdrechtse ook voordelen. In Loenen kon men nog gemeentehuis. De boer had kennelijk zijn een eigen weg volgen, zoals de Ledeboeri- hoofd bij andere dingen (en had mogelijk aanse gemeente deed. En omdat de grote onderweg een borrel genomen): eenmaal ontwikkelingen van spoorweg en(later) ter plekke gaf hij de jongen aan voor een kanaal zich achter de horizon voltrokken, meisje.26 begonnen de Loenenaren tegen het einde Ook waar spoorverbindingen waren, bleef van de eeuw te merken dat ze in een mooi tot in de vroege twintigste eeuw het goe- dorp woonden. Men ziet het ook aan de derentransport op traditionele middelen postkaarten, die nu minder of geheel niet aangewezen: de beurtschipper, paard en aan de voorzijde beschreven werden – een wagen of …. de handkar! In Loenen kon teken dat de afb eelding op de voorkant men op bepaalde maandagochtenden va- een statement op zich werd, zoals op de der en zoon Flink (loodgieter-leidekkers) kaart van de ‘Beurs van Van Arkel’ op p. . met karren zien vertrekken richting een karwei in Amsterdam, en op zaterdagmid- Hiermee is onze rondgang door het Loe- dag weer zien terugkeren; het materiaal en nen van de 19de eeuw beëindigd. het grote gereedschap werden per schip Wat de tocht mij persoonlijk leerde is die vervoerd.27 eeuw op zichzelf te beschouwen, in plaats van louter als aanloop op de twintigste Uit verlies winst eeuw. Het was een eeuw van armoede en De levendigheid van Loenen in de 19de ongelijkheid, maar ook van een verschei- eeuw was dus op de keper beschouwd denheid die we naar ik meen weer op wat minder dan we meenden toen we uit waarde moeten leren schatten. de tijdcapsule stapten. Dat had evenwel

NOTEN: 8 Juliette J.M.A.M. Jonker-Duynstee en E. Munnig Schmidt, 1 Bepaalde elementen van dit artikel werden gebruikt voor ‘Ruygenhof en de geschiedenis van de fruitschuur’, in: een verwante bijdrage in het oktober-nummer van het Jaarboekje 2015, “Niftarlake”, p. 64-65. Tijdschrift van de Historische kring Breukelen, getiteld: 9 In de Breukelse variant ga ik dieper in op het waarom van de ‘Plaatsgebonden in de Eeuw van Vooruitgang. Een bijdrage Franse school. tot de negentiende-eeuwse sociale geschiedenis van 10 Mededeling van Willem Mooij, die me ook hielp aan de Breukelen en omgeving.’ Deze Breukelse variant gaat nog gegevens over de koop van de bakkerij. een spa dieper, en trekt ook de lijnen door naar het heden. 11 ‘Voor zooveel ik weet heeft hij nimmer een vergadering 2 Kees de Kruijter en Willem Mooij, Luchtwachtpost in het bijgewoond. Zijn drukke werkkring als welbeklant bouw- dorp Loenen aan de Vecht 1921-1940, HKGL, 2008, p. 36. meester te Amsterdam liet hem geen tijd daarvoor.’, uit: 3 Willem Mooij en Wim van Schaik, ‘Licht in het duister. ‘Levensbericht G. van Arkel’, Handelingen en levensberich- De komst van straatverlichting in 19de-eeuws Loenen’, ten van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Vechtkroniek 36 (november 2011) 8. Leiden, over het jaar 1918-1919. Leiden: Brill, 1919. 4 Zie zijn bijdrage in het volgende nummer van Vechtkroniek. 12 Stanny Verster, ‘Loenen rond de eeuwwisseling’, Vechtkro- 5 Ik ga er even van uit dat de wandelaar na 1860 arriveerde, niek 12, p. 8-10. Volgens de schrijfster telde ons dorp 1386 toen de commerciële turfwinning hier afl opend was, en inwoners, waarvan de ‘grootste groep hoorde toch tot de alleen voor lokale behoefte hier en daar werd voortgezet. bijna-armen, die met allerlei nevenhandeltjes het hoofd 6 In de genoemde Breukelse variant vertel ik meer hierover. boven water probeerden te houden…’ (p. 8). 7 Stanny Verster, ‘Herinneringen aan een voorbije tijd. De 13 ‘In het westen van de provincie met zijn grote groepen familie Valkenhoff op Bijdorp’, Vechtkroniek 5 (december veen- en landarbeiders, was de huwelijksfrequentie, het 1996)13. Het ‘papa’ mag ons niet ontgaan: ‘papa’ en percentage gehuwden per leeftijdsgroep, aanmerkelijk ‘mama(n)’ waren vooral in gebruik bij de betere kringen hoger en de huwelijksleeftijd lager dan in het oosten van gebruikt en dan wel op z’n Frans uitgesproken. de provincie, waar de bevolking vooral uit zelfstandige 42 Vechtkroniek november 2014

keuterboeren bestond. De mate van proletarisering of 21 Ter gedachtenis aan het leven, den arbeid, de ziekte, het loonafhankelijkheid zou een verklaring kunnen zijn voor sterven van den weleerwaarden heer L.G.C. Ledeboer in de regionale verschillen in het huwelijksgedrag. Daarnaast leven Gereformeerd leeraar te Benthuizen. Uitgegeven door speelde de relatief hoge sterfte in het westen een rol. een lid der Gereformeerde Gemeente te Benthuizen, Leiden: Doordat ouders vroeger stierven, hoefden verloofden niet J.J. Groen, 1930, 37-38. Over zijn verblijf in Loenen: J.H.R. lang te wachten voor zij het bedrijf konden overnemen.’ Verboom, Rondom de Kansel van Benthuizen, Utrecht: De (Geschiedenis van de Provincie Utrecht, deel 3, Utrecht; Het Banier 1962, 209-213. Spectrum, 1997, p. 302) 22 Ook in de landelijke pers verscheen niet meer dan een 14 ‘In gesprek met A.W. Niekerk. Kruidenier in Loenen’, ‘Eenige kenniggeving’: ‘21 oktober. Overleden te Bent- Vechtkroniek 32 (mei 2010) 33. huizen, in den ouderdom van 55 jaren, de WelEerwaarde 15 Zie in Vechtkroniek 43 (mei 2015) de beide bijdragen van Heer L.G.C. LEDEBOER’ (Rotterdamsche Courant 23 oktober Stanny Verster n.a.v. 100-jaar Loenens fanfarecorps Oud 1893, en identiek in Nieuwe Rotterdamsche Courant van 23 Over, 3-11, 38-43; verder: Riek Arink en Aleid Smid, ‘Een oktober 1863). eeuw geschiedenis van de horecafamilie Vriens’, 18-24; en 23 E. Munnig Schmidt, die nu de buitenplaats bewoont, gaat Willem Mooij, ‘Fanfarecorps Oud Over in 1919’, 44. ervan uit dat de toenmalige bewoners wel degelijk weet 16 Gertjan Verhage en Kees de Kruijter, ‘Vervolging van de hadden van godsdienstige bijeenkomsten op hun boerderij. rooms-katholieke bevolking’, Vechtkroniek 14 (mei 2001) 24 Aldus de in noot 18 genoemde Verboom, p. 211. Hoe zeer 3-9. hij op Van den Bosch bijzonder gesteld was, blijkt wel uit 17 Jaap Berghoef, ‘Burgemeester Sanderson en de Afscheiding een versje met het opschrift: ‘Op het ontmoeten van Van den in Loenersloot’, Vechtkroniek 16 (mei 2002) 16-22. Na Bosch’: ‘Een vreemdling hem soms ontmoet/ En geeft hem aanvankelijke repressie, werden deze Afgescheidenen met eenen broeder groet,/ Of spreekt hem moet in ‘t hart/ En het aantreden van koning Willem II, in 1840, voortaan met zegt: De God van Israël,/ die maakt het met zich zelve wel,/ rust gelaten. Meer hierover in Breukelse variant, aldaar in sa- En geeft hem vreugd na smart.’. Uit: Verzamelde geschriften menhang met de gemeente die zich in vormde. van Ds. L.G.C. Ledeboer, deel 2, Utrecht: Den Hertog, 1977, 18 Tijdens het werk aan dit artikel merkte ik dat Harmen 229. Hoogenhout (Baambrugge) ook al het spoor naar Hendrik 25 Zie Harry Prick, Het leven van Lodewijk van Deyssel, deel I, van den Bosch had gevonden. Hij zoekt nog naar een 1997; over de regelmatige reis van de koopman-litterator nadere aanwijzing dat de boerderij in kwestie inderdaad die J.A. Alberdingk Thijm (soms vergezeld door zijn jongste van Nieuwerhoek was. zoon Karel – later bekend als Lodewijk van Deyssel) van 19 Een achternichtje, Keetje Hooijer-Bruins (1817-1886), Amsterdam via station Loenersloot/Vreeland naar Hilver- beschreef hem als ‘een akelige bleeke jonge man, klier- sum, p. 47. Zie over deze reis ook Michel van der Plas, Vader Voorbeeld van een achtig, bijziende, en in een hoogsten graad dweepachtig Thijm, Lannoo, 1995, p. 289. hekboot, zoals het godsdienstig’ (Mijne levensgeschiedenis verteld aan mijn 26 ‘In gesprek met A.W. Niekerk. Kruidenier in Loenen’, VOC schip Vreeland kinderen. Eerste oplage van 12 exemplaren, in eigen beheer Vechtkroniek 32 (mei 2010) 33. eruit heeft gezien. uitgegeven, p.87, door mij geraadpleegd op de Koninklijke 27 Het was de kleinzoon/zoon Eef Flink die me dit een jaar Detail van een ets Bibliotheek). Wat dezelfde persoon voor zijn vrienden en of vijftien geleden vertelde. Blijkens het in dit nummer door Adolf van der volgelingen betekend heeft, valt niet in een paar zinnen uit afgedrukte interview met hem waren zij op weg om het Laan (vervaardigd te drukken. Koloniaal Museum (het huidige Instituut voor de Tropen) tussen 1716-1742). 20 Deze Hendrik van den Bosch (geboren in 1805) staat met van leien te voorzien. Bron: ‘Geschiedenis zijn echtgenote Elisabeth Klein, op de ledenlijst van de van de Friese scheep- afgescheiden gemeente te Kockengen, met de aantekening: vaart & Sneker ‘naar Ds. Ledeboer’ (C. Smits, De afscheiding van 1834. Oudheidkamer van Vierde deel: Provincie Utrecht, Dordrecht: Van den Tol, 1980, het Fries Scheepvaart p. 321); ‘van den Bosch geschreven als ‘Van den Bos’). Museum’, via: Hieruit valt af te leiden dat zij evenals de zojuist genoemde Geheugenvanneder- Karsemeijer tot de Afgescheidenen behoorden, en vermoe- land.nl. delijk zich samen met hem in Kockengen aansloten toen begin jaren ’40 de diensten op Oukoop beëindigd werden. Vechtkroniek november 2014 43

BURGEMEESTER VINKEVEEN TERUGGEFLOTEN ‘Rigtige bezorging der post zonder eenige klagten’ Mieke Kennis & Willem Mooij

De eerste helft van de 19de eeuw vond gen en sorteren. De bodes zorgden voor de distributie van de post voor Loenen het bezorgen van de post. en omgeving plaats vanuit Roserust in de Dorpsstraat. Van rust was zeker geen Dat sorteren was in Loenen geen dagtaak sprake in dit pand. We lazen al over de en men had er andere werkzaamheden verwikkelingen in 1827 rond de plaatsing naast. De eerst bekende distributeur in van een brievenbus.1 De weduwe die in Loenen was J.S. Stroek. Hij werd in 1816 1848 de scepter zwaaide in Roserust, nam opgevolgd door koopman Jan Hendrik het zelfs op tegen een burgemeester. Deze Hoogbruijn. Deze kreeg net als Stroek ‘een Cornelia Vink had vijf kinderen uit haar stuiver voor elke aankomende en een halve huwelijk met Dirk van Os, was ‘distri- stuiver voor elke afgaande brief onverschil- butrice der Posterijen’ in Loenen en dreef lig hoe zwaar dezelve is.’ En hij moest zich bovendien een slijterij.2 ‘zonder eenige bezoldiging belasten met de bezorging der brieven welke vrijdom Sinds Napoleon was de Franse Postwet3 de van porto genieten’, Dat waren de brieven basis voor onze posterijen. Alles was strak van de overheid. De distributeur betaalde geregeld in de Algemeene Instructie van van het distributieloon op zijn beurt de 400 pagina’s. De Post had het monopolie bodes. voor brieven en pakketten tot 1 kilo. De In 1838 kocht schipper Dirk van Os het taak van de distributeur was het ontvan- huis Roserust voor fl . 9.005,- van Hoog-

De Dorpsstraat gezien naar het zuiden, met aan het einde Roserust. Prentbriefkaart uit circa 1910. (Coll. Lisman) 44 Vechtkroniek november 2014

Beslissing van de directeur van het Post- kantoor Utrecht: “Dat het niet meer dan bil- lijk is dat deze persoon de werkzaamheden blijft waarnemen.” (Het Utrechts Archief, toegang 79, inv.nr. 5964/3) bruijn en volgde hem op als distribu- andermaal of desnoods gelastende’ de teur. Cornelia van Os-Vink werd na het brieven en pakken voor particulieren en overlijden van haar man ‘distributrice der de gemeente aan Johannes Paulus Brands Posterijen’. Zij regelde ook het plaatsen van af te geven. Blijkbaar weigert Cornelia dat advertenties in landelijke dagbladen. Het en geeft ze de post nog steeds aan Hannes postdistrict omvatte niet alleen Loenen, Rijnhout. De burgemeester is ontstemd maar liep van Kortenhoef tot Mijdrecht en dat zij ‘het heeft durven ondernemen’ deze van Abcoude tot Maarssen. brieven aan een onbevoegd persoon af te geven. Als dat zo doorgaat, zal de burge- Desnoods gelastende meester zich genoodzaakt zien haar ‘te Alles verliep prima, tot Cornelia een korte verklagen daar en waar het behoord’. en bondige brief ontving van J. Wesselsz4 burgemeester van Vinkeveen en Waver- Cornelia liet zich niet intimideren en in veen, gedateerd 1 januari 1848.5 haar antwoord herinnerde ze hem er aan dat ze als distributrice in moet staan voor De burgemeester laat weten dat ‘de wedu- de brieven. Ze kan die laten bezorgen door we Rijnhout of zoon op heden is ontslagen iemand die ze daarvoor bekwaam vindt. als voet of loop Boode van hier op Loenen Cornelia weet niets aan te merken op visa versa’. In zijn plaats is benoemd Johannes Rijnhout. Hij doet de bezorging Johannes Paulus Brands. De distributrice al lang en is door de gemeente (=Loenen) wordt verzocht de brieven voor gemeente aangesteld. ‘Ik weet niet wat voor onbe- en particulieren in Vinkeveen en Waver- voegdheid in zijn persoon is aan te merken, veen in het vervolg aan hem mee te geven. ’ aldus Cornelia. Zij voegt daar aan toe dat ze ook niets op Paulus Johannes Brands Dit bevel had weinig eff ect op Cornelia, aan te merken heeft . Maar ze kent hem want op 17 april schreef de burgemeester toch niet zo goed als Rijnhout. dreigend een herinnering. Hij ‘verzoekt Vechtkroniek november 2014 45

De burgemeester wil dat Brands ook geadresseerd.’ En de Staatsraad Gouverneur particuliere brieven mee krijgt, met name wees de klacht vervolgens terug naar F.W. voor de heren Van der Heiden, Oostrum Selle7, de directeur van het Postkantoor in en Van Os. Cornelia laat weten dat zij zich Utrecht. Die deed grondig onderzoek en niet verplicht voelt dit te doen zonder reageerde na enkele weken. schrift elijke toestemming van deze heren. ‘En dit verwacht ik ook voortaan van ieder Op 17 mei 1848 rapporteerde hij, dat hij die zulks verlangt.’ Anders gaan de brieven van mening was dat ‘gemelde distributrice mee met voetbode Rijnhout. Zij besluit: ‘In voor de rigtige bezorging des correspon- afwachting van dit mijn verlangen heb ik de dentiën verantwoordelijk is’. Zij heeft eer mij te teekenen UEd Dienstv. Dienaresse vertrouwen in bode J. Rijnhout, die dit al de wed D. van Os.’ lang heeft gedaan zonder dat er ‘eenige klagten ten zijnen opzigten’ zijn ingeko- Hogerop men. Bovendien heeft Selle getuigenissen Burgemeester Wesselsz zocht het direct zo van ontvangers te Vinkeveen, Wilnis en hoog mogelijk hogerop. Het volgende cor- Mijdrecht, die hem ook vertrouwen. Selle respondentie stuk, gedateerd 29 april 1848, vindt het daarom niet meer dan billijk, dat is gericht aan Z.E.Den Heer Staatsraad Rijnhout die werkzaamheden blijft doen, Gouverneur der Provincie Utrecht.6 De ‘zonder dat het Gemeente Bestuur hiertoe burgemeester stuurde drie afschrift en van willekeurig een ander persoon zou kunnen de briefwisseling mee. In 1848 betekende aanwijzen.’ dat, dat elke brief door een klerk met de hand was overgeschreven. Vijf dagen later liet de Heer Staatsraad Gouverneur aan de burgemeester van De burgemeester ‘vond zich verplicht Vinkeveen en Waverveen weten dat hij dit de weduwe Van Os te moeten verklagen’ advies volgt en dat Rijnhout de bezorging omdat ze blijft weigeren het merendeel der zal blijven doen. Dus 1-0 voor Cornelia particuliere brieven en pakken aan voet Vink. of loop bode Paulus Johannes Brands af te geven. Benoeming Een jaar later trouwde Cornelia met de Hij vraagt ‘tussenkomst’ van de gouver- weduwnaar Teljer en ging bij hem wonen neur, maar in de kantlijn van deze brief in Dorpsstraat 70. Teljer had zijn apotheek staat met hanepoten een aantekening: ‘B. in Dorpsstraat 72, waar nu Bram van den De wed. Van Os-Vink heeft zich dunkt mij verkeerdelijk aan mij Berg woont, voorheen de slagerij.8 Ze was niet alleen distributrice van de post, zij regelde ook ad- vertenties. Volgens deze kwitantie ontving zij in december 1847 drie gulden het Bestuur van de Gemeente Loenen voor het plaatsen van een advertentie in de Utrechtsche Courant betreff ende de Hard- draverij. (Coll. RHC Vecht en Venen) 46 Vechtkroniek november 2014

Loenen. Hoewel zij als distributrice haar sporen verdiend had, werd niet Cornelia benoemd, maar haar echtgenoot, de apo- theker A.J. Teljer.

NOTEN: 1 Zie Vechtkroniek 43, mei 2015, pag. 25. 2 Zie Vechtkroniek 41, mei 2014, vanaf pag. 12. 3 Per 1 april 1811 ingevoerd. 4 Jan Wessels burgemeester gemeente Vinkeveen en Waverveen 1841 – 1852. 5 In het Utrechts Archief is de betreff ende correspondentie bewaard gebleven. Toegang 79, inv 5964/3, archiefon- derzoek W.Timmer, Abcoude. 6 Mr. Frederik van de Poll, 1780 -1853. Portret en gege- vens zie Vechtkroniek 36, nov, 2011, pag 4. 7 Friedrich Wilhelm Selle. bleven, met hulp van Cornelia’s volwas- 8 Zie Vechtkroniek 35 mei 2011. sen kinderen, het postkantoor in Roserust runnen.

Al snel kregen ze te maken met grote veranderingen. Bij de invoering van de nieuwe Postwet in 1850 kwam een lande- lijke postzegel in omloop en er werd een Directeur aangesteld voor het Postkantoor Vechtkroniek november 2014 47 4448 Vechtkroniek Vechtkroniek november april 2015 2015

Klassefoto

Willem Mooij

Op deze aandoenlijke klassenfoto zien we Griffi oen, Gerritje Timmerman, Krijn de eerste klas van de christelijke school Prattenburg, Elbert van Schaik, Arie in Loenen. De foto dateert uit circa Versloot en Maarten Mooij. Tweede 1909, wat betekent dat de school toen rij: Meester Postumus, Juf Roebers, nog gehuisvest was in de gereformeerde Bé van Wijngaarden, Marie de Jong, kerk aan Oud Over. Deze kerk, gelegen Anna Versloot, …. Prattenburg, Kaatje aan de vaart naar de Loenderveense Timmerman, Akke de Jong, Clasien plas, fungeerde op zondag als kerk, Versloot, To Schippers en het hoofd van door de week werden de stoelen aan de de school, B.J. van Maare. kant geschoven en diende het gebouw Derde rij: Bep Schippers, … Prattenburg, als school. De christelijke school in de Bep de Jong, Annie Schippers, Clasien Dorpsstraat zou pas in 1923 gebouwd Griffi oen, Hanna de Jong, Pietje worden. Timmerman. Een paar jongetjes hebben een Bovenste rij: Adriaan Dolman, Co Blok, kaalgeschoren koppie, een teken dat er Wim Schippers, Rijk Griffi oen, Frank van hoofdluis heerste! Schaik en Maas Timmerman. Voorste rij (zittend) van links naar rechts: Wim Blok, Frank Mooij, Jo Foto: Coll. W. Mooij.