Met De Voeten in Het Water - Archeologisch Onderzoek Aan Oostzijde Van Castellum Matilo Te Leiden
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
met de voeten in het water - archeologisch onderzoek aan de oostzijde van castellum matilo te leiden met de voeten in het water archeologisch onderzoek aan de oostzijde van castellum matilo te leiden c.r. brandenburgh j. de bruin In het zuidoosten van Leiden, ingeklemd tussen woonwijken en de A4, ligt een gebied waar de tijd stil lijkt te hebben gestaan. Vanaf 2009 werkte de gemeente hier met een groot aantal maatschappelijke partners aan de realisatie van een archeologisch park. In het park is het Romeinse verleden van deze plek bovengronds zichtbaar gemaakt. Hoge aarden wallen en wachttorens markeren de plaats waar vroeger het Romeinse castellum Matilo lag. In 2013 is dit bijzondere park geopend. Voorafgaand aan de herinrichting vond archeologisch onderzoek plaats om de exacte ligging van het castellum te bepalen. De resultaten van dit onderzoek worden in deze publicatie beschreven. erfgoed leiden en omstreken met de voeten in het water archeologisch onderzoek aan de oostzijde van castellum matilo te leiden c.r. brandenburgh j. de bruin colofon met de voeten in het water archeologisch onderzoek aan de oostzijde van castellum matilo te leiden © 2016 Gemeente Leiden Erfgoed Leiden en Omstreken Postbus 16113 2301 GC Leiden 071 - 516 53 55 [email protected] www.erfgoedleiden.nl Auteurs: C.R. Brandenburgh, J. de Bruin, B. Jansen, M.J. Allen, R. Scaife, C. Langdon, A.J. Clapham, N. Cameron, J. Light, J. Koopman, R. Niemeijer, E. Bult, T. Vanderhoeven, G. Gazenbeek, C. van Driel-Murray, K. Hänninen, G. Gazenbeek, A. Muller, I. van der Jagt. Redactie: C.R. Brandenburgh, J. de Bruin Vormgeving: Maya Timmer, M A T ontwerp BNO Druk: Grafisch Productie Centrum (GPC) Erfgoed Leiden en Omstreken brengt kennis van het verleden bij elkaar en maakt deze bruikbaar voor iedereen vanuit de overtuiging dat erfgoed bijdraagt aan de kwaliteit en identiteit van de moderne leefomgeving. Foto voorkant: W. Devilée Foto achterkant: Buro JP archeologisch onderzoek aan de oostzijde van castellum matilo te leiden inhoudsopgave 1. inleiding 4 C.R. Brandenburgh & J. de Bruin 2. landschappelijke en archeologische context van het onderzoeksgebied 8 C.R. Brandenburgh & J. de Bruin 3. onderzoeksvragen en strategie 18 C.R. Brandenburgh & J. de Bruin 4. sporen en structuren 24 C.R. Brandenburgh & J. de Bruin 5. fysisch-geografisch onderzoek 46 B. Jansen 6. roman castellum matilo leiden: evidence of environment and economy 57 M.J. Allen met bijdragen van R. Scaife, C. Langdon, Al.J. Clapham, N.Cameron & J.Light 7. vondstmateriaal 106 Met bijdragen van J. de Bruin, J. Koopman, R. Niemeijer, E.J. Bult, T. Vanderhoeven, C. van Driel-Murray, K. Hänninen, G. Gazenbeek & I. van der Jagt 8. leiden roomburg, een karterend booronderzoek naar de oostkant van het castellum matilo 212 A. Müller 9. discussie 220 C.R. Brandenburgh & J. de Bruin literatuur 238 bijlagen Bijlage 1. Alle sporen- en vlakkaarten werkput 1 en 2 250 Bijlage 2. Catalogus van de versierde Terra Sigillata en stempels 256 Bijlage 3. Aardewerkvondsten structuur 7. 262 Bijlage 4. Aardewerkvondsten structuur 14 266 Bijlage 5. Metaalvondsten 285 Bijlage 6. Lijst van medewerkers 287 met de voeten in het water 1. inleiding 1.1 algemeen In de periode 7 t/m 25 september en 5/6 oktober 2009 heeft het toenmalige Team Monumenten & Archeologie van de gemeente Leiden in samenwerking met de universiteit Leiden (Faculteit der Archeologie), Auxilia en RAAP archeologisch adviesbureau BV een archeologisch onderzoek middels proefsleuven en boringen uitgevoerd op het archeologisch monument Matilo, in de kas van Besjeslaan 3a, kadastraal bekend onder Sectie T 6282. Dit onderzoek werd voorafgegaan door een grondradaronderzoek door GT Frontline en een booronderzoek door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE). 1.2 aanleiding tot het onderzoek Het monument Roomburg is heringericht tot archeologisch park. Met deze inrichting wordt beoogd het monument duurzaam te behouden en beleefbaar te maken voor het publiek. Deze ambitie is neergelegd in een plan van aanpak Archeologisch park Matilo en is op bestuurlijk niveau door de RCE, provincie en gemeente bekrachtigd door ondertekening van een intentieverklaring. Het verleden speelde een prominente rol bij het opstellen van de inrichtingsplannen. Het castellum, met name de steenbouwfase, is in het park gevisualiseerd en krijgt een centrale functie als ontmoetingsplek en open podium. De omvang en plaatsechtheid van het stenen castellum is hierbij een leidend ontwerpelement en wordt als een waardevol ingrediënt beschouwd voor de inrichting van het park. Om die reden was het van belang exact te bepalen waar het castellum in het verleden heeft gelegen. De exacte omvang en ligging van het castellum was daarnaast van belang om te bepalen of en welke kavels de gemeente nog diende aan te kopen om tot een verantwoord behoud en inrichting van het monument te komen. Aangezien bij voorgaand onderzoek de noordwesthoek van het 3e-eeuwse stenen castellum is ontdekt, is er voor gekozen de contouren van deze (laatste) fase van het castellum verder in beeld te brengen zodat het castellum in zijn geheel in de plannen kan worden opgenomen. Het doel van het onderzoek dat in 2009 plaatsvond was dan ook om de oostelijke en zuidelijke begrenzing van het castellum vast te stellen. Op basis van het grondradaronderzoek dat in het voorjaar van 2009 is uitgevoerd werd een kansrijke zone aangewezen waarbinnen de oostelijke muur en grachtengordel van het castellum verwacht kon worden. De uitkomsten van het grondradaronderzoek zijn eerst geverifieerd middels een booronderzoek, uitgevoerd door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (hoofdstuk 8). Op basis van dit onderzoek is vervolgens een van de kassen aangewezen als onderzoeksgebied waarbinnen maximaal twee proefsleuven konden worden aangelegd. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed heeft de gemeente Leiden op 9 juni 2009 een monumentenvergunning verleend tot het uitvoeren van het archeologisch onderzoek op het Rijksmonument. 4 archeologisch onderzoek aan de oostzijde van castellum matilo te leiden 1.3 administratieve gegevens Opdrachtgever: Gemeente Leiden Uitvoerder booronderzoek Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed Onderzoeksmeldingsnummer: 35425 Uitvoerder proefsleuvenonderzoek: Gemeente Leiden, Team Monumenten & Archeologie, i.s.m. Universiteit Leiden (Faculteit der Archeologie), Auxilia & RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V. Onderzoeksmeldingsnummer: 36826 Bevoegde overheid: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed Gemeente, plaats: Leiden Toponiem: Roomburg Kadaster: Sectie T 5279, 6282, 6293 CAA-nr. 30F-79N CMA-nr. 30F-1 Monument-nr. 45576 Kaartblad 30F Coördinaten: 95.495 / 462.860; 95530 / 462.880; 95665 / 462.725; 95.550 / 462.650; 95.490 / 462.740; 95.550 / 462.785 Datum uitvoer: Booronderzoek: 10-11 juni 2009, 12 juli 2010 Proefsleuvenonderzoek: 7 t/m 25 september; 5/6 oktober 2009 Projectcode: 09RMB Documentatie & vondsten: Gemeente Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken Boisotkade 2A, 2301 GC Leiden Digitale documentatie DANS Persistent, http://dx.doi.org/10.17026/DANS-ZZV-8xqz Tabel 1.1 Administratieve gegevens van het onderzoek Leiden-Roomburg 2009. Afb. 1.1 Ligging van de gemeente Leiden binnen Nederland. 5 met de voeten in het water Afb. 1.2 Ligging van de opgravingslocatie Leiden- Roomburg 2009 (rode stip) binnen Leiden. Afb. 1.3 Ligging van de proefsleuven in het onderzoeksgebied 6 archeologisch onderzoek aan de oostzijde van castellum matilo te leiden 1.4 leeswijzer In dit rapport wordt verslag gedaan van meerdere deelonderzoeken die door verschillende samenwerkende instanties zijn uitgevoerd. Om te vermijden dat het rapport een aaneenschakeling wordt van gedetailleerde opsommingen is ervoor gekozen om – na een aantal inleidende hoofdstukken - de grote lijn van het onderzoek als eerste te presenteren. De inleidende hoofdstukken bestaan uit een korte schets van de landschappelijke en archeologische context van het onderzoeksgebied (hoofdstuk 2) en een weergave van de onderzoeksvragen en de gevolgde werkwijze in het veld (hoofdstuk 3). Hoofdstuk 4 bevat de kern van het rapport: een samenvattende presentatie van de fasering en stratigrafie van de structuren en de meest kenmerkende vondsten die in de proefsleuven zijn aangetroffen. Vervolgens wordt deze grote lijn verder ingevuld met ondersteunende hoofdstukken waarin achtereenvolgens de landschappelijke ontwikkeling vanuit fysisch-geografisch en paleobotanisch oogpunt wordt beschreven (hoofdstuk 5 en 6), de verschillende vondstcategorieën worden behandeld (hoofdstuk 7) en het booronderzoek van de RCE (hoofdstuk 8) aan bod komt. Tenslotte zal in de synthese nader worden ingegaan op de onderzoeksvragen. De catalogi zijn opgenomen als bijlagen achterin het rapport. Voor het gemak wordt in dit rapport gebruik gemaakt van enkele afkortingen. Vondstnummers worden afgekort tot V013, eventueel met een subnummer: V112.7. Omdat de spoornummers per werkput zijn uitgedeeld wordt hiernaar verwezen door de combinatie put-spoornummer, dus 1-1005 of 2-0014. Verwijzingen naar vullingen van een spoor krijgen het vullingnummer toegevoegd: 4-1023.6. Ook de nummers van doorlopende profielen en spoordoorsnedes (coupes) zijn gekoppeld aan de werkputten, dus 1-P3 en 2-C2. De afkorting voor een structuur – waaronder alles wordt verstaan van spoortype tot een gebouw of ophogingspakket – is ‘ST’. Dit wordt doorgaans voorafgegaan door het soort structuur, zoals ‘geul ST 7’ of ‘gracht ST 2’. dankwoord Een project van deze omvang en complexiteit kon alleen maar uitgevoerd worden dankzij de inzet van een