Esthetiek Van Klank
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Esthetiek van klank De visie van Schaeffer in sound design en in de films van Jacques Tati Sara Nieva (00600068) Proefschrift voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de Kunstwetenschappen Promotor: Prof. Dr. Francis Maes 2010-2011 Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Esthetiek van klank De visie van Schaeffer in sound design en in de films van Jacques Tati Sara Nieva (00600068) Proefschrift voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de Kunstwetenschappen Promotor: Prof. Dr. Francis Maes 2010-2011 Om te beginnen zou ik graag enkele woorden van dank neerschrijven. Ik wil eerst en vooral mijn vrienden en familie bedanken voor hun steun, hun tips en voor de leuke afleiding wanneer het nodig was. Bovendien gaat mijn dank uit naar enkele instituten en bibliotheken, waar ik veel tijd heb doorgebracht: het documentatiecentrum van Matrix (Leuven), de bibliotheek van het Lemmensinstituut (Leuven), het Koninklijk Belgisch Filmarchief “Cinematek” (Brussel), het documentatiecentrum voor cinematografische pers (Docip) van de organisatie Filmmagie (Brussel) en de universiteitsbibliotheken van Gent en Antwerpen. Ik wil ook Martine Huvenne bedanken, die mij op het idee heeft gebracht om mijn thesis over concrete muziek en Jacques Tati te maken. Tot slot nog een woord van dank naar mijn promotor, Prof. Dr. Francis Maes, voor het begrip en de steun toen ik mijn onderwerp wegens omstandigheden moest aanpassen en voor de hulp bij het vinden bepaalde bronnen. Bedankt allemaal. Inhoudstafel Inleiding............................................................................................................................ 1 Methodologie..................................................................................................................... 3 Deel I: Schaeffers zoektocht naar het muzikale............................................................. 5 1. Situering van het onderzoek onder leiding van Schaeffer ..................................... 5 1.1. Een overzicht van de verschillende onderzoeksgroepen 5 1.1.1. Club d’Essai 5 1.1.2. Groupe de Recherche de Musique Concrète 6 1.1.3. Groupe de Recherches Musicales 7 1.1.4. Service de la Recherce 8 1.2. Contextuele aspecten 9 1.2.1. Het esthetisch aspect 9 1.2.2. Het technologisch aspect 10 1.2.3. Het etnomusicologisch aspect 11 1.3. Basistechnieken in de studio 11 2. Basisprincipes ......................................................................................................... 13 2.1. De strijd tegen de dominantie van het abstracte 13 2.2. Perceptie als vertrekpunt van het concrete 15 2.2.1. Vier luistermodi 15 2.2.2. Luistersituaties en –intenties 16 2.2.2.1. De akoesmatische situatie 17 2.2.2.2. Gereduceerd luisteren 18 2.2.3. Drie dimensies in het perceptieveld 19 2.3. De basis van het onderzoek: het klankobject 19 2.3.1. Objecten en structuren 20 2.3.2. Identificatie en kwalificatie 21 3. Sonoriteit versus Muzikaliteit ................................................................................ 23 3.1. Waarde en karakter 23 3.2. De muzikale wet 23 3.3. Een geschikt of een muzikaal klankobject? 24 3.4. Naar een algemene solfège 25 3.4.1. Typologie: indeling in types 25 3.4.1.1. Uitgebalanceerde objecten 26 3.4.1.2. Redundante onbjecten 27 3.4.1.3. Excentrische objecten 28 3.4.2. Morfologie: indeling in klassen 29 3.4.2.1. Criteria van materie 30 3.4.2.2. Criteria van vorm 31 3.4.2.3. Criteria van variatie 31 3.4.3. Karakterologie: indeling in genres 32 3.4.4. Analyse en Synthese 32 4. De verdiensten van Schaeffer ................................................................................. 34 Deel II: Film als audioviseel medium ............................................................................. 35 1. Het ontstaan van de klankfilm ..................................................................................... 35 1.1. Stille film met muzikale begeleiding 35 1.2. Technologische ontwikkelingen 36 1.3. Esthetische consequenties: het theoretisch debat 37 2. Onderzoek naar audiovisuele media o.l.v. Schaeffer .................................................. 39 2.1. Schaeffers vroege interesse in cinema 39 2.2. GRMC o.l.v. Henry: Toegepaste concrete muziek 41 2.3. GRM in de Service: De relatie tussen beeld en klank 41 2.4. Audiovisuele werken van de GRM 42 3. Waardering voor de klankband ……………………………………………………… 45 3.1. Bela Balazs: De klankband verbetert de luistercapaciteiten 45 3.2. Sound Design: Aandacht voor klank tijdens het productieproces 46 3.3. Randy Thom: Filmproductie met sound in mind 47 4. Het klankobject in sound design………………………………….…………………. 48 4.1. De perceptie van audiovisuele media 49 4.1.1. Audio-Vision 49 4.1.2. Luistermodi 50 4.2. De echtheid van een klank 51 4.3. Offscreen 53 4.4. De temporele dimensie 53 4.4.1. Een chronografisch medium 53 4.4.2. De twee variabelen: Beeld en klank 54 4.4.3. Tijd als ritueel 55 4.5. De ruimtelijke dimensie 55 4.5.1. De lokalisering van een klank 55 4.5.2. De lokalisering van een scène 56 4.5.3. Een ruimtelijk gevoel door akoestiek 57 4.6. Materializing sound indices (M.S.I.) 58 4.7. Dialoog als klankobject 59 4.7.1. Emanation Speech 59 4.7.2. De relativering van spraak 60 5. De klankfilm: een audiovisueel medium ...................................................................... 62 Deel III: De klankwereld van Jacques Tati ................................................................... 63 1. De filmcarrière van Tati ............................................................................................... 64 1.1. Kortfilms 64 1.2. Succesjaren 65 1.3. Het keerpunt: Tativille 67 1.4. Redding uit het buitenland 69 1.5. Vaarwel Hulot, vaarwel Tati 69 2. Soundtracks met aandacht voor het klankobject ......................................................... 71 2.1. Gedematerialiseerde klanken 73 2.2. Klank en personages 75 2.2.1. Informatie over personages 75 2.2.2. Levende objecten 76 2.3. Het klankobject als narratief element 78 2.3.1. Klanken die de normale gang van zaken doorbreken 78 2.3.2. Personages die via klank de orde verstoren 79 2.3.3. Misleiding van het publiek 80 2.4. De creatie van een ruimtelijke dimensie 81 2.4.1. Omgevingsgeluiden 81 2.4.2. Perspectief en beweging 83 2.5. Dialoog als klankobject 86 2.5.1. Spraak als ambient noise 86 2.5.2. Spraak als eigenschap van een personage 87 3. De Schaefferiaanse houding in de films van Tati ........................................................ 89 Conclusie ........................................................................................................................... 91 Nabeschouwing ................................................................................................................. 94 Bibliografie ........................................................................................................................ 95 Inleiding Voor deze thesis is de concrete muziek mijn vertrekpunt. Hierbij kan men zich afvragen waarom ik voor een stroming kies die meer dan een halve eeuw van mijn leefwereld verwijderd staat. Het antwoord hierop is vrij eenvoudig. Ik heb namelijk veel bewondering voor Pierre Schaeffer, omdat hij opstond uit de massa en beweerde dat de geluiden van een gewone trein ook geschikt waren om muziek mee te maken. Hij wilde het muzikale terrein uitbreiden en de totale klinkende wereld betrekken in zijn zoektocht naar wat muziek juist is. Schaeffer plaatst de spotlights op de onontgonnen mogelijkheden van het klankuniversum. Bovendien beïnvloedde hij hiermee vele filmmakers en personeel van de klankafdeling in de studio‟s. Dit verband heb ik kunnen ontdekken door door de lessen audiovisuele compositie van mevrouw Martine Huvenne aan het KASK te Gent, een keuzevak in het kader van mijn opleiding als kunstwetenschapper. Ik heb altijd al een voorliefde gehad voor het filmmedium en daarom leek het mij zeer boeiend om de relatie tussen de muzikale stroming van Schaeffer en de klankband in films verder uit te diepen. Bovendien denk ik dat deze benadering voor de musicologie ook zeer interessant kan zijn, omdat soundtracks vaak enkel op vlak van muziek geanalyseerd worden. Wanneer we Schaeffers visie doortrekken, kunnen we echter de hele soundtrack – muziek, dialoog en geluid – op éénzelfde manier ontleden. Hij maakt dit onderscheid immers niet, hij behandelt alle soorten geluiden die worden voortgebracht en analyseert deze op basis van hun klinkende eigenschappen. Bovendien denk ik ook dat het niet slecht is om in dit land een thesis over concrete muziek te schrijven, aangezien er zeer weinig Nederlandstalige informatie te vinden is over Schaeffers onderzoeken. Uiteindelijk zal ik proberen aantonen dat Jacques Tati op verschillende aspecten getuigt van een “Schaefferiaanse visie” op klank. Deze regisseur/acteur heeft immers in al zijn films een tamelijk onconventionele soundtrack. Er wordt vaak beweerd dat hij door de concrete muziek zou beïnvloed zijn, maar dit wordt nooit uitgebreid beargumenteerd. Ik heb er zelf ook geen bewijzen voor kunnen vinden. Men kan de invloed wel veronderstellen omdat Schaeffer en Tati in dezelfde stad en in dezelfde periode actief waren. Het zou echter fout zijn om mij slechts hierop te baseren en daarom zal ik ook niet van een invloed spreken. Ik zal eerder nagaan waarom dit zo vaak beweerd wordt, door te kijken waarin Tati‟s behandeling van klanken overeenkomt met die van Schaeffer. 1 Ik hoop te kunnen aantonen dat er een rode draad zit door de drie delen heen. Ik bespreek in deel I de onderzoeken van Schaeffer,